Museum Zwaluws Erfgoed
Herpositionering Raadhuis
Jasmijn Besselink Claire Blankwaard Tim Haans Nadieh van Kesteren Rik Simons
122397 120743 123304 112131 121947
Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksdocument van het project voor Museum Zwaluws Erfgoed . Een project waarbij vijf leden van de Project Factory op zoek zijn gegaan naar een herpositionering van het museum, gelegen in Hooge Zwaluwe. We hebben met veel plezier en passie aan dit project gewerkt. Het was een interessant project waar we veel van hebben kunnen leren. Door middel van deskresearch en creatieve sessies met stakeholders zijn wij tot nieuwe ideeën voor het museum gekomen. Hierdoor hopen wij dat het museum kan blijven bestaan. Graag willen wij onze opdrachtgever Gerard van der Linden, onze docentbegeleider Gert-‐Jan Remmers, leden van de Heemkundekring en alle respondenten van ons onderzoek bedanken voor alle hulp en bijdragen aan dit project! Wij wensen u veel plezier met het lezen dit rapport. Jasmijn Besselink Claire Blankwaard Tim Haans Nadieh van Kesteren Rik Simons Breda, december 2015
2
Inhoudsopgave Voorwoord ....................................................................................................................................................... 2 Inhoudsopgave ............................................................................................................................................... 3 Inleiding ........................................................................................................................................................... 4 Hoofdstuk 1 Analyse ..................................................................................................................................... 5 1.1 Aanleiding ....................................................................................................................................................................... 5 1.2 Geschiedenis Hooge en Lage Zwaluwe ............................................................................................................... 5 1.3 Best practises ................................................................................................................................................................. 7 1.4 Trends en ontwikkelingen ........................................................................................................................................ 9 1.4.1 Demografische trends ................................................................................................................................. 9 1.4.2 Economische trends .................................................................................................................................... 9 1.4.3 Sociaal-‐culturele trends ........................................................................................................................... 10 1.4.4 Technologische trend ................................................................................................................................ 11 1.4.5 Ecologische trend ........................................................................................................................................ 11 1.5 Customer journeys .................................................................................................................................................... 11 Hoofdstuk 2 Proces beschrijving .......................................................................................................... 13 2.1 Creatieve sessies ........................................................................................................................................................ 13 2.2 Uitwerken ideeën ...................................................................................................................................................... 13 2.3 Gesprek bestuur ......................................................................................................................................................... 15 2.4 Creatieve sessie stakeholders .............................................................................................................................. 17 Conclusie creatieve sessie .................................................................................................................................. 23 2.5 Gesprek opdrachtgever na creatieve sessie ................................................................................................... 23 Hoofdstuk 3 Conclusie .............................................................................................................................. 24 Hoofdstuk 4 Implementatieplan ........................................................................................................... 25 Profielen van de 8 Teamrollen ................................................................................................................................... 27 De Belbin rollen ...................................................................................................................................................... 27 Facilitator .................................................................................................................................................................. 28 Bibliografie ................................................................................................................................................... 29 Bijlagen .......................................................................................................................................................... 30 Bijlage 1 Storytelling ...................................................................................................................................................... 30 Bijlage 2 Customer journeys ........................................................................................................................................ 33 Bijlage 3 Paraplu .............................................................................................................................................................. 43 Bijlage 4 Best Practice ................................................................................................................................................... 44 Bijlage 5 Draaiboek creatieve sessie ....................................................................................................................... 49 Bijlage 6: Guerrilla actie voorbeelden .................................................................................................................... 57
3
Inleiding In dit document wordt het adviesrapport voor Museum Zwaluws Erfgoed beschreven. Ongeveer 10 weken geleden zijn we gestart met het ontwikkelen van een herpositioneringsplan voor het museum. De toekomst van het museum zag er niet rooskleurig uit en iedereen was het erover eens dat er wat moest veranderen. Aan ons, projectgroep van de Project Factory, is gevraagd om het museum zodanig te herpositioneren dat het weer een succes wordt. Tijdens de eerste fase, de analyse fase, hebben we desk –en fieldresearch uitgevoerd om het Museum Zwaluws Erfgoed en de omgeving te leren kennen. In deze analyse fase worden de geschiedenis van het museum, de aanleiding van de opdracht en trends en ontwikkelingen beschreven. Ook worden er musea genoemd die zich vandaag de dag goed positioneren. Het proces wordt in hoofdstuk 2 besproken. Intern zijn er door de projectgroep verschillende creatieve sessies georganiseerd en werd er nagedacht over de stappen die genomen moeten worden om het raadhuis te laten bestaan. Uiteindelijk zijn er verschillende partijen uitgenodigd in het museum, voor een creatieve sessie. Dit heeft ervoor gezorgd dat er meer draagvlak gecreëerd werd en men weer toekomst ging zien in het gebouw. Tijdens het proces kwamen we er achter dat een volledige herpositionering van het museum op dit moment niet realistisch is. Door middel van ons project is er wel een eerste stap gezet, om het raadhuis te laten bestaan en uiteindelijk een goede toekomst te bieden. Daarom zullen we uiteindelijk een implementatieplan aanbieden waarin de stappen beschreven worden hoe het raadhuis nu verder moet.
4
Hoofdstuk 1 Analyse In het eerste hoofdstuk zal de analyse beschreven worden. Deze analyse is aan het begin van het project opgesteld zodat er voldoende voorkennis was om met het project van start te kunnen gaan. In dit hoofdstuk wordt onder andere de geschiedenis van Hooge en Lage Zwaluwe, best practises voor het museum en de maatschappelijke trends en ontwikkelingen beschreven.
1.1 Aanleiding Het Museum Zwaluws Erfgoed bestaat inmiddels ruim 17 jaar. Het museum is ontstaan doordat mensen uit Hooge en Lage Zwaluwe de collectie bijeen brachten. De afgelopen jaren is er nauwelijks sprake van ontwikkeling of vernieuwing. De onzekerheid over de toekomst van het pand was daar oorzaak van, maar er zijn ook grote veranderingen in de museumwereld. Veel erfgoed musea zitten met de vraag hoe ze zich in de toekomst moeten presenteren. Erfgoed Brabant is met een project bezig, genaamd ‘Het streekmuseum in de 21ste eeuw, begeleidingstraject streekmusea’. Daarin wordt met enkele musea samen onderzocht welke ontwikkelingsmogelijkheden er zijn. Het Museum Zwaluws Erfgoed doet daar aan mee. Voor de ontwikkeling van het museum is aan ons, studenten van de NHTV richting Imagineering gevraagd om uitgaande van de identiteit van Hooge en Lage Zwaluwe voor het museum een verdienmodel te ontwikkelen, waarin het museum overeind blijft en de gemeente, sponsors en ondernemers aan de ene kant en de vrijwilligers, bezoekers en klanten aan de andere kant tevreden zijn.
1.2 Geschiedenis Hooge en Lage Zwaluwe De geschiedenis van de Hooge Zwaluwe loopt parallel met die van Lage Zwaluwe, waarmee het samen de heerlijkheid Zwaluwe vormde. Reeds in 1290 werd de naam voor het eerst genoemd als die Swaluw, in een oorkonde van Graaf Floris V van Holland. De heerlijkheid van de Zwaluwe werd door de Graaf van Holland in leen gegeven aan de familie Van Duivenvoorde. De bekendste persoon uit deze familie was Willem van Duivenvoorde, die Zwaluwe door koop had verworven. Hij stierf in 1353 en het bezit van Zwaluwe ging over op Jan II van Polanen, Heer van Breda. Bij diens dood in 1378 ging het bezit van Zwaluwe over op Jan III van Polanen en vervolgens op diens dochter, Johanna van Polanen, die in 1403 trouwde met Engelbrecht I van Nassau. Aldus werd Zwaluwe Nassaus bezit. Ook nu nog draagt Koning Willem-‐Alexander door de vele historische banden van de Oranjes met de dorpen de titel: Heer van Hooge en Lage Zwaluwe. Het huidige dorp is waarschijnlijk in de loop van de 16e eeuw ontstaan, langs de westdijk van de door de Sint-‐Elisabethsvloed van 1421 overstroomde Grote Waard, waar later de Emiliapolder opnieuw is ingedijkt. Er is een Onderstraat die parallel aan de Raadhuisstraat onderlangs de dijk liep. In 1611 kwam Zwaluwe in bezit van Frederik Hendrik. Hij zorgde ervoor dat Hooge Zwaluwe in 1639 een protestantse kerk kreeg een centraal bouw ontworpen door Jacob van Campen. In 1865 werd tussen Hooge Zwaluwe en Helkant de katholieke Sint-‐Willibrorduskerk gebouwd, een zaalkerk in eenvoudige neogotische stijl. Rondom deze kerk ontwikkelde zich hierna een tweede, vooral door katholieken bewoonde dorpskern, aanvankelijk als een lintbebouwing langs de Kerkdijk. Aanvankelijk was de Willibrorduskerk een dochterkerk van de parochiekerk van Lage Zwaluwe, maar al in 1867 werd Hooge Zwaluwe een zelfstandige parochie.
5
In 1997 werd de gemeente Hooge en Lage Zwaluwe met een aantal andere gemeenten samengevoegd tot de gemeente Made, die later Drimmelen ging heten. Het dorp dat sinds jaar en dag een broer-‐zusverhouding heeft met het naastgelegen Lage Zwaluwe, wordt het eerst vernoemd in de helft van de veertiende eeuw. In 1376 worden de dorpen gescheiden en wordt Hooge Zwaluwe eigendom van het huis van Nassau. Dit duurt tot 1404, als de twee polderdorpen weer samen worden gebracht. In 1421 wordt Hooge Zwaluwe, net als de rest van de huidige gemeenten Geertruidenberg en Drimmelen overspoeld door de Elizabethsvloed. Het dorp overleeft de ramp ternauwernood. Van 1580 tot 1611 zijn Hooge en Lage Zwaluwe eigendom van Prins Willem van Oranje. In dat jaar wordt de unie bezit van Prins Frederik Hendrik. Hij zorgt er ook voor dat Hooge Zwaluwe een protestantse kerk krijgt. Koningin Beatrix draagt door de vele historische banden van de Oranjes met de dorpen de titel Vrouwe van Hooge en Lage Zwaluwe. De haven Waarschijnlijk is de haven ontstaan in het begin van de 16e eeuw. Hooge Zwaluwe lag toen op de dijk rond de "Groote of Zuidhollandse Waard", een groot gebied noordoostwaarts. Deze dijk begaf het tijdens de St. Elisabethsvloed in 1421 en het westen van deze waard werd een enorme binnenzee. Hoog Zwaluwe bleef bespaard (het is nog steeds diezelfde dijk) en kwam toen ineens aan zee te liggen. Dat verklaart ook dat Hooge Zwaluwe een "Zeedijk" heeft. Die binnenzee (later "de Biesbosch") stond in rechtstreekse verbinding met de Noordzee, wat goed te merken was aan de grote getijdeverschillen hier. Het wegstromende vloedwater vond haar weg langs natuurlijke kreken die hierdoor telkens werden uitgeslepen. De haven van Hooge Zwaluwe is ook uit zo'n kreek ontstaan. Het naastliggende land werd door aanvoer van slib door de Maas steeds hoger. In de 16e eeuw werd begonnen met de eerste inpolderingen aan de oostkant van de dijk. Kleine poldertjes ontstonden als de Alblaspolder, de Brandpolder, de Mariapolder, de Ketelpolder, Oudgors, de Boerenpolder, de Dobbe, de Meeuwenpolder, de Willem Frederikpolder, de Vierendeelen en het Plaatje. Tussen die poldertjes liet men echter steeds de open waterverbinding tussen Hooge Zwaluwe en de "zee" intact. Dat had twee redenen. Ten eerste was er vooral toen al veel goederenverkeer over het water bij gebrek aan goede wegen en rollende transportmiddelen. Een haven met een loswal was dan ook van grote economische betekenis. De andere belangrijke functie was de uitwatering van de eveneens al snel bedijkte Groot Zonzeelse Polder aan de westkant van de dijk. De haven van Hooge Zwaluwe heeft tot halverwege deze eeuw een rol gespeeld voor de aan-‐ en afvoer van met name bouwstoffen en agrarische producten. Aan dit alles kwam een einde bij de aanleg van de grote bandijk lans de Amer in 1950. Hierdoor kwam er niet alleen een einde aan het steeds onder water lopen van de poldertjes met landbouwgrond rond de haven, maar ook aan de scheepvaart op Hooge Zwaluwe. Bron: Hans Bos Helkant De Helkantsedijk, die één van de verbindingen vormt met Made, ligt hoog in het lage landschap. Gezien die hoogte moet deze in het verre verleden een belangrijke waterkering zijn geweest. Halverwege en tegen de Kerkdijk maakt de dijk enkele vreemde bochten. Die bochten worden veroorzaakt door de aanwezigheid van oude wielen of "weelen". Dat waren oorspronkelijk diepe waterputten, die zijn ontstaan na heveige dijkdoorbraken in de Middeleeuwen. De bekendste stormvloed was wel de St. Elisabethsvloed in 1421. Bron: Johan van der Made
6
1.3 Best practises In deze paragraaf zal beschreven worden wat goede voorbeelden zijn voor Museum Zwaluws Erfgoed zijn. Per museum wordt gekeken naar wat zij te bieden hebben, hoe zij dit overbrengen op de consument en van wat voor verdienmodellen deze musea gebruik maken. Zuiderzeemuseum Het Zuiderzeemuseum ligt in Enkhuizen en wat zij doen is verhalen tot leven brengen van de inwoners die vroeger rondom de Zuiderzee woonden. Het gaat hierbij om de tijd voor 1932 toen het IJsselmeer nog de Zuiderzee was en de afsluitdijk nog niet bestond. De thema’s water, ambachten en gemeenschap staan centraal en hierbij wordt gericht op de geschiedenis, actualiteit en toekomst van het gebied. Het museum maakt gebruik van een binnen –en buitenmuseum. Het buitenmuseum brengt je met een veerboot over het IJsselmeer en je kunt een wandeling maken door de geschiedenis. Hierbij lijkt het alsof je terug in de tijd gaat en kun je zelfs helpen bij het breien van netten, touwen in elkaar draaien en een gesprek aangaan met een Urker, een bewoner van het gebied. In het binnenmuseum wordt de rijke collectie van het museum tentoongesteld. Er wordt ook een presentatie verzorgd die je meevoert langs topstukken uit de collectie en persoonlijke verhalen over het leven. Deze presentatie heet ‘De reis rondom de Zuiderzee’. Het buitenmuseum is tot en met 25 oktober dagelijks van 10.00 tot 17.00 uur geopend en het binnenmuseum is met uitzondering van eerste kerstdag het hele jaar geopend van 10.00 tot 17.00 uur. De entreeprijs voor volwassenen bedraagt €15 en kinderen en studenten (met CJP pas) betalen €10. De gezinsprijs voor 2 volwassenen en 2 kinderen t/m 12 jaar bedraagt €40. Als de tickets vooraf online al worden gekocht dan krijgt de klant 5% korting. Mensen met een museumkaart kunnen gratis naar binnen. Deze kunnen eventueel aan de kassa aangeschaft worden. Parkeerkosten zijn €5. Mensen die het Zuiderzeemuseum een warm hart toedragen kunnen zich inschrijven als ‘vriend van het museum’. Ze betalen dan jaarlijks 40 (basislidmaatschap)of 50 (pluslidmaatschap) euro en kunnen dan altijd gratis naar binnen. Zo steunen zij het museum en krijgen daar extra’s voor terug zoals o.a. kortingen in de winkel en gratis verenigingsactiviteiten. Wat het museum ook biedt is verschillende arrangementen waarbij je als groep moet samenwerken om bijvoorbeeld een dijk te bouwen om een watersnoodramp te voorkomen. Daarnaast kunnen er teambuilding programma’s gevolgd worden. Hierbij moet je bijvoorbeeld een moordspel oplossen. Ook kunnen kinderen een schrijfles volgen zoals die vroeger werden gegeven. Je mag dan in de schoolbank zitten en met je kroontjespen een stuk schrijven en daarna aan de juf laten zien. Er zijn ook programma’s voor schoolreizen en er kan zelfs een trouwerij verzorgd worden bij het Zuiderzeemuseum. Naast al deze arrangementen verdient het museum ook aan het restaurant en de winkeltjes. Ook wordt er in samenwerking met andere bedrijven evenementen en tentoonstellingen georganiseerd. (Zuiderzeemuseum, 2015) MuZEEum Wat MuZEEum in Vlissingen te bieden heeft is verschillende bijzondere archeologische vondsten uit het Scheldekwartier. Denk hierbij aan schalen, bakken, servies, dingen uit het dagelijks leven van arme en rijke mensen uit de geschiedenis van
7
Vlissingen. Ook zijn er zeldzame stukken die bijvoorbeeld helemaal uit Japan of Italië komen. Het museum is het grootste gedeelte van het jaar overdag geopend. De prijs voor volwassenen bedraagt €10 en voor kinderen €7. Bij groepen meer dan 15 personen krijgt iedereen een euro korting. De prijzen zijn iets lager in het winterseizoen. Het is mogelijk om een rondleiding te krijgen door het museum. Per gids kunnen maximaal 15 personen mee en de kosten voor een rondleiding zijn €50. De rondleiding zal ongeveer een uur duren. Daarnaast is het mogelijk om voor scholen met een klasje langs te komen en een educatief spel te spelen. Ze kunnen ze bijvoorbeeld een speurtocht doen of op zoek naar de schatkist. Het museum biedt de mogelijkheid om een arrangement af te sluiten voor bijvoorbeeld een museumbezoek en wat eten bij brasserie De gecroonde liefde. Ook kan via MuZEEum een arrangement geboekt worden waarbij mensen ook langs de Oranjemolen kunnen dat tegenover MuZEEum ligt. Oranjemolen biedt een tentoonstelling over de slag om de schelde tijdens de tweede wereldoorlog. Ditzelfde geldt voor De kazematten. Dit is een tentoonstelling over de militaire gebouwen die als verdediging gebruikt werden in de tijd van Michiel de Ruyter en Napoleon. Deze Kazematten ligt ook dichtbij MuZEEum. Naast deze arrangementen biedt MuZEEum ook een gewilde trouwlocatie. Zo kunnen mensen trouwen op een historische plek. De trouwzaal biedt plaats aan ruim 50 personen. (MuZEEum, 2015) Beeld en geluid Het museum Beeld en Geluid gelegen in Hilversum is het grootste audiovisuele archief van Europa. Het is een uniek gebouw op het mediapark en herbergt ruim 1 miljoen uur radio, televisie, film en muziek. De rondleiders nemen je mee langs televisie iconen op de Wall of Fame, schatkamers van het instituut en de verborgen symboliek van het gebouw. Het museum is op alle dagen van de week geopend met uitzondering van de maandagen. Het museum Beeld en Geluid biedt veel verschillende experiences. Zo kun je bijvoorbeeld zelf een sterrenshow presenteren en de videobeelden later terug zien. Ook kun je een voiceover maken met verschillende dieren, zo laat je een aap praten door zelf een tekst in te spreken. Daarnaast kun je ook nog de popstudio in en je eigen liedje kiezen, playbacken en een clip opnemen. Zo zijn er nog veel meer experiences. Naast deze experiences zijn er ook tentoonstellingen, bijvoorbeeld van Serious Request om geld in te zamelen. Wat het museum verder nog te bieden heeft zijn kinderfeestjes waarbij kinderen bijvoorbeeld een animatiefilm mogen gaan maken. Daarnaast kunnen er workshops gevolgd worden hoe je nieuws of een soap maakt. Groepen groter dan 20 personen krijgen 10% korting op de entreeprijs. Ook worden er in het museum interactieve filmpresentaties gegeven. Dit gebeurd in de theaterzaal van Beeld en Geluid. Er kan in het museum uiteraard ook gegeten en gedronken worden en er is een winkeltje. Ook kunnen er verschillende ruimtes afgehuurd worden zoals theaters, het top 2000 café en het BenG Lab wat een multifunctionele ruimte is voor vergaderingen en bijeenkomsten. Ook biedt Beeld en Geluid een unieke trouwlocatie. (Beeld en Geluid, 2015) Spoorwegmuseum In het Spoorwegmuseum, gelegen in Utrecht, kun je het verhaal ontdekken achter 175 jaar spoorwegen in Nederland. Het museum is opgedeeld in verschillende onderdelen waar je o.a. mooie historische treinen kunt bekijken. Het bezoek aan het museum duurt gemiddeld 3,5 uur. Het museum is elke dag met uitzondering van maandag geopend. Entreeprijzen bedragen €16 en de parkeerkosten zijn €5,50. Het NS personeel krijgt €6 korting op de entreeprijs. Groepen van minimaal 12 personen krijgen groepskorting en betalen €12,80 per persoon.
8
Als je de rondleiding begint in het museum zal een lift je 150 meter onder de grond brengen zodat het avontuur vol roet en stoom kan beginnen. In het stoomtheater zijn dagelijks voorstellingen te zien waarbij je heerlijk kunt wegdromen. Op zolder krijg je uitleg van opa Harry, afkomstig uit een familie waar al drie generaties lang voor het spoor gewerkt wordt. Hij verteld precies waar bijvoorbeeld de seinvlaggen en petten voor diende. Op de werkplaats kun je kijken hoe een locomotief er van binnen uitziet en je kunt in een simulator een zeer spannend ritje maken met een trein. Kortom, er wordt een echte beleving gecreëerd. Naast deze rondleidingen worden er ook regelmatig evenementen georganiseerd bij het Spoorwegmuseum. Je kunt er congressen, bedrijfsfeesten en vergaderingen organiseren. Je hoeft dan alleen de locatie af te huren. Voor kinderen is er ook genoeg te doen. Zo is er ook de mogelijkheid om een schoolbezoek plaats te laten vinden in het museum of kan er een educatief lespakket gekocht worden. Ook in het Spoorwegmuseum worden tentoonstellingen georganiseerd. De webshop van het museum zorgt voor een extra inkomstenbron. (Spoorwegmuseum, 2015)
1.4 Trends en ontwikkelingen In de derde paragraaf wordt er op maatschappelijk niveau gekeken naar relevante trends en ontwikkelingen. Door middel van de DESTEP methode worden de macro-‐ omgevingsvariabelen waarop een onderneming geen directe invloed uitoefent, bijvoorbeeld vergrijzing van de samenleving in Nederland, geanalyseerd. Een onderneming kan deze factoren niet veranderen, maar er wel effectief op inspelen door het strategisch beleid hierop af te stemmen (Meulwijk). 1.4.1 Demografische trends Vergrijzing Vergrijzing neemt in het hele land toe, maar vindt het meeste plaats in dorpen. Dit heeft te maken met het wegtrekken van jongeren. Verwacht wordt dat het hoogtepunt van de vergrijzing in 2040 wordt bereikt. De huidige generatie ouderen zijn koopkrachtige consumenten die behoefte hebben aan maatwerk, aan producten en services en diensten die aansluiten bij de behoefte die zij op dat moment hebben. De toekomstige groep ouderen zal een ander, meer uitbundig, consumptiepatroon vertonen dan de ouderen van nu. Deze groep beschikt over een gemiddeld hoog niveau van materiële welvaart, gewenning aan een actieve en vormt een belangrijke doelgroep voor detailhandel en dienstverlening in de komende decennia (Sectorinstituut Openbare Bibliotheek, 2014). Vergrijzing is een belangrijke trend om op in te spelen. De leeftijd van de meeste bezoekers van het museum ligt boven 55 jaar en doordat door de vergrijzing mensen ouder worden en meer gaat uitgeven zal met deze trend rekening gehouden moeten worden. 1.4.2 Economische trends Economische crisis en bezorgdheid Nederland en Europa verkeren in een economische crisis. De verwachting is dat de werkloosheid in een periode van beperkte groei, onzekerheid en toenemende overheidsbezuinigingen leidt tot terughoudendheid bij consumenten. Hoe de economie zich richting 2025 zal ontwikkelen is dan ook lastig in te schatten. Voor de korte termijn worden wel voorspellingen gedaan. Zo voorspellen de ramingen van het Centraal Planbureau (CPB) voor het jaar 2014 een voorzichtige economische groei en toename van de koopkracht, echter ook nog een verdere toename van de werkloosheid (Sectorinstituut Openbare Bibliotheek, 2014). De economische crisis die leidt tot terughoudendheid bij consumenten is vooral een belangrijke trend. Consumenten geven minder snel iets uit en dit zal dan ook zijn voor een kaartje voor het
9
museum. De bezoekers zullen het hun geld waard moeten vinden om het te betalen. Het is dus belangrijk om vertrouwen uit te stralen en meer beleving toe te voegen aan het museum. Subsidies De laatste jaren is er een toenemende focus op de verantwoording van de overheidsbestedingen waar te nemen. Overheden en andere stakeholders, maar ook burgers, willen weten wat de waarde is van de investering die voortvloeit uit gemeentelijke subsidies of specifieke projectgelden (Sectorinstituut Openbare Bibliotheek, 2014). Met deze trend hebben we tijdens dit project veel mee te maken. De gemeente moet overtuigd worden met goed onderbouwde concepten met een duidelijk verdienmodel dat het een geslaagd project gaat worden. Anders zien zijn af van verdere ondersteuning van het museum. 1.4.3 Sociaal-culturele trends Individualisering Individualisering is gekomen door het losser worden van bindingen of het verzelfstandigen van individuen ten opzichte van de groep en wegvallen van restricties. Hoe we onze tijd besteden en wat we hier aan uitgeven, willen en kunnen we steeds meer zelf bepalen. Als gevolg is een grotere diversiteit ontstaan in de indeling van de dagelijkse activiteiten (Sectorinstituut Openbare Bibliotheek, 2014). Mensen willen steeds meer zelf bepalen hoe ze hun tijd indelen en waaraan ze deze tijd besteden. Als het museum laat zien dat het het waard is om te komen en inspeelt op de behoeftes van de consument dan weet je de aandacht te trekken van de consument. Socialisering De trend socialisering is ontstaan als tegentrend op individualisering. Mensen kregen steeds meer behoefte om weer meer bij elkaar te zijn, in plaats van zich alleen op zichzelf te focussen. Hierdoor krijgen mensen weer de behoefte om dingen met elkaar te delen en zich te focussen op dingen die elkaar bindt, in plaats van op die dingen die je van elkaar onderscheidt (Trendpiramide socialisering). Het vraagstuk voor de toekomst is niet hoe het grootst aantal individuele wensen vervuld kan worden, maar hoe mensen weer tot elkaar te brengen zijn. op zijn eigen manier een bijdrage aan de groep levert (Trendpiramide socialisering). De trend socialisering, mensen bij elkaar brengen, is een leuke trend om op in te spelen. Hoe kun je mensen met dezelfde interesses bij elkaar brengen in het museum. Ontzamelen / Less is more Het bezoek aan musea en erfgoed groeit nog altijd. Ondanks dat de prijs flink gestegen is worden er steeds meer museumkaarten verkocht. Het Rijksmuseum is erg geliefd en ook de Open Monumentendagen trekken veel bezoekers. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed voorziet echter problemen bij het behouden van al het monumentale bezit. Kerken, watertorens en industrieel erfgoed kunnen niet allemaal een culturele bestemming krijgen. Het aantal musea is groter dan ooit en het lijkt of de bouwfase voorbij is. Initiatieven voor nieuwbouw en verbouwingen worden niet doorgezet. Er is een ‘anti bouw’ sentiment ontstaan. Musea weten echter niet waar ze naar toe moeten met hun groeiende collectie met als gevolg dat een groot deel opgeslagen wordt in depots. Ontzamelen is dan ook nodig. Het verkopen van stukken is echter een gevoelig onderwerp ook omdat veel stukken eigendom zijn van de overheid. In de nieuwe Erfgoedwet die in 2016 ingaat wordt de leidraad opgenomen die de Nederlandse Museumvereniging al hanteerde: verkopen mag niet om de exploitatie rond te krijgen maar alleen om de collectie te stroomlijnen en te vernieuwen (Trendrapport DCC, Simons 2015).
10
Relevantie: Meer beleving creëren is belangrijker dan een hele grote collectie hebben. Met een kleine collectie kan al veel bereikt worden. Zo geldt dit ook voor Museum Zwaluws Erfgoed. Pop-‐up Tegenwoordig is er een oplossing voor leegstand, genoemd pop-‐up stores. Deze leegstaande winkels worden ingezet als marketingtool om een om nieuw product te promoten of een nieuwe retailformule te introduceren. Het raadhuis zou verschillende ruimtes ook kunnen gebruiken als pop-‐ up. Pop-‐up is erg divers, dus er kunnen veel verschillende dingen plaatsvinden, bijvoorbeeld zelfgemaakte spullen (Pop-‐up stores, 2013). 1.4.4 Technologische trend Digitalisering Door middel van digitalisering is de toegankelijkheid en snelheid van de informatie toegenomen, met als gevolg een enorme groei in digitale content. Mede door deze ontwikkeling is zowel de omvang van het informatieaanbod als de manier waarop het wordt gebruikt, aan grote veranderingen onderhevig. Door de digitalisering is content gemakkelijker te raadplegen. Nieuwe technologieën zorgen er voor dat naast het vergaren, ook het creëren en delen van informatie eenvoudiger wordt (Sectorinstituut Openbare Bibliotheek, 2014). Met de trend digitalisering wordt het gemakkelijker om de doelgroep te bereiken. Door middel van bijvoorbeeld verschillende Social Media kanalen. 1.4.5 Ecologische trend Duurzaamheid Consumenten worden steeds bewuster en gaan duurzamer denken en handelen, en de markt voor deze duurzame producten en diensten groeit. Voor merken is het niet langer geoorloofd om onverschillig te zijn over het thema duurzaamheid en ecologie (Trendfactor). De trend duurzaamheid speelt minder in de museum wereld maar is wel een relevante trend om mee te nemen. Eventueel kan hierop ingespeeld worden tijdens het bedenken van een nieuw concept of idee. Stel je gaat een samenwerking aan met horeca dan kan er gedacht worden aan duurzame en eerlijke horeca.
1.5 Customer journeys In paragraaf 1.4 staat de conclusie van de customer journeys beschreven. Ieder project lid heeft het Museum Zwaluws Erfgoed bezocht en hier een verhaal over geschreven. Per journey wordt de verwachting vooraf, de beleving tijdens het bezoek en de reflectie achteraf beschreven. De individuele customer journeys zijn in de bijlagen te vinden. Pre-‐exposure De studenten voeren de klantenreis uit tijdens de eerste kennismaking met de opdrachtgever. Geen van de studenten is ooit eerder in dit museum geweest, heeft noch eerder van dit museum gehoord. De verwachtingen van het museum zijn daardoor vooral gebaseerd op de informatie die zij van de docent hebben verkregen. Toch gaan alle studenten zelfstandig opzoek naar meer informatie over het museum. Via de zoekmachine Google proberen zij meer te weten te komen over het museum. Helaas met weinig resultaat. Het museum bezit niet echt een eigen webpagina maar is onderdeel van een groter geheel: De Heemkundekring. Surfend over deze pagina worden de studenten niet veel wijzer: De webpagina geeft slechts hoognodige informatie en deze informatie in combinatie met het design van de site spreekt niet tot de verbeelding. Het nodigt niet uit waardoor alle studenten lage verwachtingen hebben over het museum.
11
Direct-‐exposure Na een bewogen reis komen de studenten aan in Hooge Zwaluwe en Lage Zwaluwe. De kleine dorpen maken indruk op alle studenten. Vanuit de stad bevindt men zich ineens in een hele andere omgeving. Mooi, natuur, schattige huisjes, knus, authentiek, sfeervol, geen nieuwbouw, rust zijn enkele omschrijvingen die de studenten geven over het dorp. Ook het monumentale pand waar het museum zich in bevindt, maakt diepe indruk. De studenten gaan de grote, ouderwetse deuren door en staan meteen in het museum. Aan de receptie staat de opdrachtgever hen op te wachten. Door de tegenslagen met het openbaar vervoer zijn ze, met het Brabants kwartiertje in acht genomen, netjes op tijd. Vriendelijk worden zij in ontvangst genomen en krijgen direct een rondleiding door het museum. Allen worden verrast door de hoeveelheid spullen. Hoewel het een overload aan spullen is, zijn ze wel netjes bij elkaar geordend. Het feit dat er verschillende kamers zijn met ieder hun eigen unieke uitstraling maakt dat iedereen steeds opnieuw verrast wordt. Wat hen vooral nieuwsgierig maakt, zijn de verhalen achter deze verzameling. Er is onder de studenten veel herkenning, want ondanks hun jonge leeftijd herkennen zij toch veel spullen van ‘vroeger’. Zij het niet van hun eigen jeugd, dan wel bij hun ervaringen bij grootouders. Spullen die opa en oma in huis hadden of verhalen over verteld hebben. Ook waren veel spullen zo neergelegd dat het leek alsof de attributen gisteren nog gebruikt waren. Echt heel erg leuk! Ook het winkeltje dat zich boven in het pand bevond, maakte indruk. Helaas kon er niets gekocht worden. Verder is de horecavoorziening een aandachtspuntje, net als bij opa en oma krijg je wel een glaasje fris, alleen zonder prik. Post-‐exposure Wat in de ogen van de studenten mist in dit museum is oog voor detail, interactie en verhalen/informatie achter alle spullen. De studenten zien tal van mogelijkheden en zijn razend enthousiast geworden. Omdat naast het museum ook de omgeving veel indruk heeft gemaakt, lijkt het hun een goed idee om de omgeving te betrekken in de herpositionering van dit museum. Want het feit is wel: er moet iets gebeuren voordat de studenten dit museum aan zullen bevelen aan anderen. Ook is het zo dat het museum wat lastig bereikbaar is om slechts voor het museum dat stuk af te reizen.
12
Hoofdstuk 2 Proces beschrijving Na de analyse fase was er een eerste afspraak met de opdrachtgever gepland. Voor deze afspraak hadden we een storytelling (zie bijlage 1) voorbereid van hoe wij het museum in de toekomst voor ons zien. Dit was zonder het museum ooit gezien te hebben. Hierna hadden we een gesprek met Gerard van der Linden over de problematiek van het museum. In dit hoofdstuk wordt de procesbeschrijving van het gehele project besproken.
2.1 Creatieve sessies Op basis van het gesprek met Gerard en onze analyse zijn we middels een creatieve sessie op zoek gegaan naar een oplossing voor het museum. Allereerst werd er gestart met een energizer. Ieder groepslid legde zijn sleutelbos op tafel. De overige leden mochten vragen naar het verhaal achter een voorwerp of sleutel aan deze bos. Zo leerde de groep elkaar beter kennen en ontstond er een gemoedelijke sfeer. Vervolgens werd er gezamenlijk een goede startformulering bedacht. Hier werd besloten om vanuit het raadhuis te denken in plaats van het museum, omdat binnen het kader van een museum denken belemmerend zou kunnen werken. De startvraag die geformuleerd werd was als volgt: Hoe kan er een invulling gegeven worden aan het raadhuis die geld oplevert? Op basis van deze vraag is de groep gaan brainstormen om zoveel mogelijk ideeën op papier te krijgen. Toen de ideeënstroom opdroogde werd de creatieve techniek toevalstreffers ingezet. Uit een boek werd drie keer een willekeurig (inhouds)woord gekozen. Op deze woorden werd geassocieerd. Vervolgens werd op basis van deze associaties terug gekeken naar de startvraag. Hier na hebben we alle ideeën verwerkt in een COCD-‐box en zijn we de (beste) ideeën gaan uitwerken.
2.2 Uitwerken ideeën Naar aanleiding van de creatieve sessie zijn we gaan kijken naar de uitwerking van de ideeën. Na de ideeën in een COCD-‐box te hebben geplaatst kwamen we op een paraplu concept met vijf verschillende categorieën: het gebouw, horeca, cultuur, co-‐creatie, pop-‐up en zakelijke activiteiten. Deze worden hieronder toegelicht.
Gebouw
Allereerst is het idee om te kijken naar het gebouw waar het museum zich in bevindt. Het is een prachtig authentiek en monumentaal pand met karakter en een rijke geschiedenis. Doordat er momenteel slechts het museum in zit, bestaat de kans dat het gebouw niet optimaal benut wordt. Zeker wanneer er vanuit een financieel oogpunt gekeken dient te worden, is het aan te raden om eens te kijken naar wat het pand allemaal zou kunnen bieden naast het museum. Naar aanleiding van diverse creatieve sessies en de verkregen achtergrond informatie zijn er een vijftal ideeën ontstaan. Deze ideeën zijn onderverdeeld onder de ‘paraplu’ (het pand): Horeca Cultuur Co-‐creatie Pop-‐up (Zakelijke) activiteiten
13
Horeca De afkorting horeca staat voor: Hotel Restaurant Café Momenteel trekt de horeca ontzettend aan. De economie gaat gestaag beter en de horeca plukt hier haar vruchten van. Daarnaast wordt horeca steeds meer ingezet als bindende factor binnen verschillende sectoren. Denk aan alle horeca in winkelcentra, in verzorgingstehuizen, binnen verschillende (zakelijke) bedrijven en opleidingen, pretparken, etc. Horeca zorgt ervoor dat mensen langer op de plaats van bestemming blijven en meer geld uitgeven. Daarnaast komt dit ten goede aan de beleving van de gast en zou het museum extra service kunnen bieden. In welke vorm horeca terug zou kunnen komen in het museum vindt u terug onder de paraplu. De projectfabriek zou het volgende aanbevelen: Snoepwinkel Verse & plaatselijke producten Verse koffie & thee Frisdranken in kleine flesjes Fijne zit plekken / huiskamersfeer
Cultuur
Het museum zelf is onderdeel van de culturele sector. De Projectenfabriek raadt aan om ten allen tijden het museum als leidraad door het pand terug te laten komen. Overal, in iedere ruimte, speelt het museum de hoofdrol en fungeert het als USP (Unique Selling Point). Om meer in te spelen op trends en ontwikkelingen in de culturele sector zou het leuk zijn om meer interactie toe te voegen binnen het museum. Dit zou kunnen door ruimten te verhuren aan verschillende verenigingen zoals bijvoorbeeld een toneelvereniging die opzoek is naar een unieke locatie. Ook verleent de filmzaal zich bij uitstek als bioscoop of filmhuis. Door verschillende culturele activiteiten plaats te laten vinden in het gebouw blijft het mensen uitnodigen om te komen en kan een breed en afwisselend publiek aangesproken worden. Ook is er een verhoogde kans op herhaalbezoeken en mond tot mond reclame. Een aantal ideeën die onder dit onderdeel van de paraplu vallen: Kunst Theater Muziek Tentoonstellingen & exposities Educatieve activiteiten
Co-creatie
De absolute trend van dit moment is het samenwerken met verschillende partijen. Samen sta je namelijk sterker dan alleen en bovendien is ‘samen spelen’ vaak veel leuker dan alleen. Op die manier wordt er ook draagvlak en een hoge gunfactor gecreëerd en is er van concurrentie geen sprake. Bovendien kan er op deze manier ‘trots’ ontstaan voor het dorp en wanneer men dit samen uitdraagt naar buiten toe zullen gasten dit voelen en graag nog eens terug komen. Ook zullen zijn Hooge en Lage Zwaluwe aanbevelen bij vrienden en familie.
14
Mogelijke samenwerkingspartners: De molen De kerk De basisschool Drimmelen De haven De Biesbosch De kapper Etc.
Pop-up
Het museum laat ontzettend veel zien. Een van de trends is: Less is more! Het museum kan beter één richtlijn kiezen bij waar zij voor willen staan en wat zij uit willen stralen. Omdat er zoveel te vertellen is en een keuze maken wellicht lastig kan zijn, is het aan te raden om in te spelen op de pop-‐up trend. Dit zou voor het museum het volgende kunnen betekenen: Ieder kwartaal zal een ander thema/onderwerp aan de orde komen. Deze thema’s kunnen te maken hebben met onderwerpen die op dat moment spelen (zoals feesten of herdenkingen) of omdat het museum een goed en indrukwekkend verhaal te vertellen heeft (storytelling). Op deze manier wordt de hoeveelheid bezienswaardigheden beperkt en daardoor duidelijk en overzichtelijk. Straalt het museum een duidelijk verhaal uit en blijft het museum iedere keer opnieuw interessant om te bezoeken. Een aantal voorbeelden hoe het museum dit op zou kunnen pakken: Ambacht Workshops Slapen in het museum Halloween spookhuis Fietsenmaker Exclusive dining 2e wereld oorlog Etc.
(Zakelijke) activiteiten
Met name de raadzaal ontleent zich perfect als vergaderruimte. Het museum ligt in een natuurrijke omgeving wat prettig is als er tijdens het vergaderen ook gepauzeerd dient te worden. Ook is het verhuren van verschillende ruimten bij uitstek een mogelijkheid om omzet te genereren. Zowel het pand als het museum biedt zoveel unieke mogelijkheden dat het zich kan onderscheiden in de markt. Naast banqueting (zaalverhuur) zouden er nog meer activiteiten plaats kunnen vinden: Teambuilding Escape room Huwelijk Feesten & partijen Arrangementen Etc.
2.3 Gesprek bestuur Op dinsdag 13 oktober mocht de projectgroep een update presenteren tijdens een maandelijkse bijeenkomst van het bestuur van het Museum Zwaluws Erfgoed. Hierin wilden we ons parapluconcept bespreken en overleggen wat de volgende stappen zouden zijn.
15
De vergadering mochten wij starten en om Imagineering te laten zien begonnen we (weer) met de storytelling. Er werd gevraagd om de ogen te sluiten en zo werd er een verhaal voorgedragen. Men was erg enthousiast na het verhaal en kreeg een goed beeld van hoe wij te werk gaan. Vervolgens werd het parapluconcept toegelicht (zie vorig hoofdstuk). In het begin waren ze een beetje van hun stuk gebracht, omdat wij met andere inzichten kwamen. Het was voor hen even moeilijk om het paraplu concept te begrijpen. Vooral de zakelijke kant zagen ze uiteindelijk zitten. Bijvoorbeeld in samenwerking met bedrijven zoals Rabobank, die in het museum zouden kunnen vergaderen. Dit zou voor andere partijen ook interessant worden zodra ze een naam als Rabobank zien staan bij het museum. De raadzaal is erg representatief en zou erg geschikt zijn voor vergaderingen van bedrijven. Er werd tijdens de vergadering afgesproken om het parapluconcept op papier nog eens te beschrijven en deze naar alle leden van het bestuur te versturen. Ook was er voor ieder bestuurslid een moodboard uitgeprint met plaatjes en woorden die onze ideeën in verbeelding brachten. Daarnaast werd duidelijk dat er steeds meer contact wordt gelegd door het bestuur met andere partijen, zoals de molen. Nieuwe samenwerkingspartners zoeken is erg belangrijk. Er is geen keuken, dus denk aan horeca en evenementenbureaus. Als snel werd duidelijk dat een nieuw plan natuurlijk uitgevoerd moet worden door veel mensen. Helaas zijn er te weinig vrijwilligers die dit zouden kunnen doen. Ook wordt het voor het bestuur erg moeilijk om als team klaar te staan om nieuwe concepten uit te voeren. Er moet een plan bedacht worden om vrijwilligers aan te trekken. Tijdens de vergadering werd elke keer weer de noodzaak van de financiën benadrukt. We kregen het idee dat ze binnen een hokje bleven denken en dat we ze moeten laten inzien dat er veel mogelijkheden zijn binnen het gebouw. Wel viel ons op dat door middel van ons enthousiasme, het bestuur ook geënthousiasmeerd werd. Door de bestuursleden werd verteld dat ze al bezig zijn met verschillende evenementen. De havendagen waren afgelopen jaar een groot succes en deze willen ze nu uitbreiden. Daarnaast kwamen veel bezoekers op de Monumentendag af. Men kon boven in het winkeltje snoepjes komen, een medewerker was verkleed en daardoor konden mensen echt wat beleven in het museum. Eigenlijk is de grote vraag: hoe kunnen we ervoor zorgen dat de sterke punten van het museum nog sterker gemaakt worden? Belangrijk is om te beginnen met draagvlak creëren. Aan het einde van de vergadering werd ons plan voor een creatieve sessie besproken. De bestuursleden vonden allemaal dat we mensen persoonlijk (via de post) en niet via mail moesten uitnodigen. Ook werd er besproken dat het belangrijk was om al mensen van de gemeente uit te nodigen voor de bijeenkomst. Gerard beloofde om zo snel mogelijk een lijst te versturen van de mensen die zij wilden uitnodigen, zodat wij zo snel mogelijk de uitnodigingen konden versturen. Concluderend was de avond erg positief. De bestuursleden werden gedurende de vergadering steeds enthousiaster en begonnen meer op ons niveau mee te denken. Wel ontstond er uiteindelijk miscommunicatie over het paraplu concept. Het bestuur dacht dat dit een soort eindverslag was, terwijl dit een uitwerking was van een van onze creatieve sessies. Dit kregen we een week na de vergadering te horen van Gerard. Het was daarna zaak om via onze creatieve sessie meer
16
duidelijkheid te verspreiden en het paraplu concept en het ontstaan hiervan nog eens goed toe te lichten.
2.4 Creatieve sessie stakeholders Op maandag 9 november heeft er een creatieve sessie plaats gevonden met stakeholders. Deze stakeholders zijn gekozen omdat we denken dat zij goed met ons kunnen nadenken over een betere toekomst van het museum. De doelstelling van de sessie luidde als volgt: ‘Samen tot nieuwe ideeën en verbindingen komen om zo te zorgen voor een betere toekomst van het museum’. Het doel van de sessie was om een platform te creëren waarbij zowel het museum, het gebouw en de omgeving het best tot zijn recht gaan komen. Samen is leuker dan alleen. Tijdens de avond waren er drie verschillende sessies gepland. De sessies en de uitkomsten van de sessies worden hieronder besproken.
Denkhoeden van De Bono Tijdens de eerste sessie bracht elke groep de sterke en zwakke punten, alsmede de kansen en bedreigingen van het museum in kaart. Dit werd gedaan middels een creatieve en speelse methode: de denkhoeden van De Bono. De denkhoeden van De Bono is een techniek die de groep vanuit verschillende perspectieven naar een onderwerp laat kijken. De Bono bedacht 6 gekleurde hoeden die elk een andere manier van denken vertegenwoordigen. Tijdens de sessie werd er een discussie gevoerd over het museum. Ieder lid van de groep krijgt een gekleurde pet en moet vanuit de bijbehorende denkwijze het onderwerp benaderen en zijn mening geven. Zo komen de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen van het museum op tafel. Onderwerp Verdiepingsvragen -‐ Museum (wat vind je van het museum?) -‐ Wat maak het museum uniek? -‐ Locatie/omgeving (wat vind je van de -‐ Wat is de kracht van het museum? locatie en de omgeving?) -‐ Wat mist er in het museum? -‐ Marketing/PR (wat vind je van de -‐ Wat zou er missen als het museum in marketing van het museum?) de stad lag? -‐ Hoe zou jij het museum promoten?
17
Hieronder worden de resultaten van de sessie beschreven: Sterke punten museum Zwakke punten museum Pand (uitstraling, rijksmonument) Geen budget Collectie (persoonlijke) verhalen) Marketing/ Imago Historische ruimtes (Raadzaal + BM kamer) Gebrek aan vrijwilligers Historie (H+L Zwaluwe) Geen continu vrijetijdsaanbod Sfeer/ambiance Te veel spullen Uniek als museum in de gemeente Niet interactief Te weinig bezoekers Herhalingsbezoek niet aantrekkelijk Ontoegankelijk voor mindervaliden Parkeren Erbarmelijke staat pand Kansen Bedreigingen Omgeving/ligging (Hooge Zwaluwe) Subsidie gemeente dreigt weg te vallen Biesbosch Onderverhuur & horeca staat niet bestemmingsplan Pand onderverhuren Dijk/toegangsweg is te smal Fietsroutes + wandelroutes drukbezocht Veel voorbijgangers Interactief onderwijs Jeugdactiviteiten Ambachten uitlichten Combinatie jong & oud Kerk Station Lage Zwaluwe Toekomstig fietspond Lage Zwaluwe
in
‘Shake de hand’ Tijdens de tweede sessie werd de ‘shake the hand’ techniek toegepast. Er werd vooral gekeken naar de verschillende partijen die aanwezig waren, wat zij voor elkaar kunnen betekenen en wat zij voor de toekomst van het museum kunnen betekenen. Tijdens deze sessie werd er op een groot blad begonnen met alle aanwezigen. Er werd gewerkt met poppetjes gemaakt van waterflesjes die staan voor de personen. Er werd dus een visueel beeld samengesteld van de verschillende partijen op dat moment. De centrale vraag die gesteld werd was: ‘wat kan jij als partij betekenen voor het museum?’ en ‘welke andere partijen heb jij in je netwerk die ook van belang zijn?’ Hieronder een aantal voorbeeld vragen die gesteld zijn: -‐ Als jullie kijken naar jezelf als partij, waar sta je ten opzichte van het museum? Waar staan jullie? -‐ Waar zou jij kunnen staan voor een ideale situatie? (op de korte termijn) en ( op de lange termijn) -‐ Welke belangrijke partijen missen nu in het speelveld? -‐ Wat zou je voor het museum kunnen betekenen? -‐ Wie in je netwerk zou ook iets voor het museum kunnen betekenen?
18
-‐ Welke partijen zijn van belang op dit moment voor het museum? De resultaten van de tweede sessie worden hieronder beschreven. Uit alle sessies is gebleken dat tijdens het op opstellen van het visueel beeld van netwerk, de partijen die nog wat ver van het museum af staan, wel de behoefte hebben om in de toekomst dichter bij het museum te komen. De verschillende partijen vertelden dat ze ook graag willen meewerken aan een betere toekomst voor het museum. Hieronder worden de deelnemers met hun netwerk per sessie besproken. Sessie 1 -‐ Coos Praat: * Verenigingen en bedrijven recreatie & toerisme * Stichting Zwaluws Erfgoed * Andere stichtingen van monumenten (molen/kerken) -‐ Ansje Strouken: * Verenigingen, stichtingen en heemkundekringen * missie: subsidies * Grote bedrijven (zakelijke markt) * Bedrijven met een verhaal koppelen -‐ Jurgen Vissers: * VVV Breda of een nieuwe VVV * Nassaustad * Andere heemkundekringen * Cultuurspot Drimmelen * Restaurant Onze Kerk -‐ Melang: * Musea (ook grote musea) * Scholen * VVV Oosterhout * Media ! lokaal, regionaal, NBR. * IVN * Groen verenigingen/organisaties * Bedrijven netwerken * Molen Zeldenrust * Kerk Hervormde -‐ Jack Kwaaitaal: * Bedrijven netwerk Drimmelen * Horeca * Scholen * Provincie/Rijk/Gemeente -‐ Gert-‐Jan Remmers * NHTV Sessie 2 -‐ Hans Pak: * Verhalen vertellen is belangrijk * Zijn vrouw Linda -‐ Didi van Bree: * Beeld van de geschiedenis overbrengen * Jeugd gemeente Drimmelen * Havenfeesten Lage Zwaluwe
19
-‐ Gerard v/d Linden: -‐ Loes -‐ Annette Gaalman:
-‐ Christa: -‐ Rien: Sessie 3 -‐ Remi van Bree: -‐ Dick: -‐ Bas Erlings: -‐ Petra van Strien:
* Herbonden van Hoge en Lage Zwaluwe * Kennis over VT * Beleving * Evenementen organisaties * Trainingen * Subsidie * Budget * Ideeën exploitatie * PR * Provincie ! Erfgoed Brabant * Verbinden met andere (streek)musea, van elkaar leren en elkaar versterken * Jan Uten Houte * De Looierij Dongen * Extra dimensie voor leiderschapstrainingen * Ruimte voor werksessies * Gemeente & Provincie * Museum voor hele Gemeente Drimmelen * Meer bekendheid binnen Provincie
* Scholen * Social media/ publiciteit * Bedrijven * Partners in regio * Bedrijfsleven * De bierclub * wijn-‐ en kaashandelaren * School-‐ de schiffering * Watersport * Hooge en Lage Zwaluwe op spoor * Scholen * Gemeente * Andere HKK * Toerisme * Ondernemers * Experts * Brouwerij museum * Combinaties * Verhuur gebouw voor jublileum * Horeca * Scholen * bedrijfsleven * vrijwilligers 20
* ICT-‐ers * Boekclub -‐ Arnoud: * WO2 * Beleving * Klanten * bezoekers * Financiers * Builders * Gemeente * Bedrijven -‐ Otte Strouken * Ondernemers * Klanten * Molen Zeldenrust * Horeca * Verenigingen * Gemeente * Vrijetijdsplatform * VVV Oosterhout * Vrijwilligersnetwerk * Buiten regionaal * Scholen * Beleving * ervaring * Ontspanning * Verbinding * Trouw * Representatie Over het algemeen was iedereen het eens dat het netwerk erg belangrijk is. Veel deelnemers vonden dat er veel te weinig contact is met de gemeente en met bedrijven. Als duidelijk is waar het museum voor staat en zij met een plan komen, kan de buiten wereld goed geïnformeerd worden. Er moet ook gekeken worden naar de jeugdgeneratie, want deze is belangrijk tegenwoordig. Gebruik social media en veel publiciteit. Velen zijn niet op de hoogte van het museum. Ook scholen moeten aangesproken worden. Zij zouden kunnen samenwerken en het museum zal voor hun trainingen/lessen als creatieve omgeving kunnen dienen. Daarnaast is het museum een plek waar iets beleefd moet worden. Men moet gaan praten over beleving en dit ook gaan uitstralen waardoor veel partijen contact komen leggen met het museum.
Ideeën voor het raadhuis
Tijdens de laatste sessie werd er nagedacht over ideeën voor een betere toekomst voor het museum. De bedoeling van de sessie was om de deelnemers met de ideeën van de paraplu te laten nadenken over mogelijke (nieuwe) producten voor het raadhuis. De ideeën op de paraplu waren ideeën die wij als projectgroep bedacht hadden vanuit onze bevindingen. De paraplu diende als inspiratiebron voor de groepen. Het was om te testen of de ideeën aansloten bij dat wat wij bedacht hadden. Eerst werd aan alle deelnemers gevraagd of zij de ideeën van de paraplu een rustig wilden door lezen en te gaan nadenken over deze ideeën. Wat vind je ervan? Past dit in het dorp? Gaat het
21
werken? Hierna werd de dialoog aangegaan tussen de deelnemers. Iedereen kon zijn/haar mening geven over de ideeën. Sessie 1 Tijdens de eerste sessie kwam vooral naar boven dat het museum iets te bieden moet hebben waar mensen voor naar het museum gaan. Hierbij doelden ze vooral op het hebben van goede horeca. Als mensen tijdens hun fietstocht even kunnen stoppen bij het museum op het terras een kop koffie met gebak kunnen bestellen en hierna even door het museum kunnen lopen krijg je meer aanloop in het museum. Arrangementen samen met de omgeving: hapje eten bij Onze Kerk, een bezoekje in de molen, een biertje bij de bierbrouwerij en een bezoekje aan het museum daar zagen ze ook veel potentie in. Ook vonden zij banqueting een goede en makkelijke manier om geld te verdienen. Het museum zou ook als filmhuis kunnen dienen voor mooie oude films van vroeger. Wat ze ook een goed idee vonden om het museum overeind te houden was om er meer een belevenismuseum van te maken. Sessie 2 Tijdens sessie 2 waren er veel ideeën. Uiteindelijk kwamen we tot de conclusie dat eigenlijk al deze ideeën goed passen in een ontmoetingsplaats. In een ontmoetingsplek/VVV worden zagen zij veel potentie en zij merkten ook dat zij zoiets misten als een VVV. Door een VVV punt te worden krijg je veel aanloop van fietsers en wandelaars in de omgeving. Het moest volgens de deelnemers een soort van stop punt worden voor mensen in de omgeving. Als het museum als ontmoetingsplaats zou gaan bieden dan zou je eens in de zoveel tijd bijvoorbeeld een huiskamerconcert kunnen houden, zondagochtend concerten, filmmiddag of koffie bij de piano. Het zouden terugkomende punten kunnen zijn op de agenda. Ook zou je af en toe een pop-‐up activiteit kunnen doen zoals het repair cafe, dit houdt in van oude kleding nieuwe kleding maken. Een ander idee is een tentoonstelling/expositie of ambachtsworkshops. Een goed voorbeeld van een ontmoetingsplaats is de dorpshuiskamer in Esbeek. Sessie 3 Uit de derde sessie kwam vooral het samenwerken met scholen aan bod. Ze wilden graag kinderen betrekken bij cultuur, ook zagen zij hier rendement in. Tien scholen in de omgeving, 50 euro per klas x 10 klassen= 5000 euro. Het museum zou met scholen kunnen afstemmen waar zij nu met geschiedenis mee bezig zijn en dan hierop kunnen inspelen tijdens de schooluitjes. Ook het verhuren van vergadering ruimte, banqueting, daar zagen zij veel potentie in. Er zouden dan vaste samenwerkingen moeten komen met bedrijven die eens in de zoveel tijd de ruimte huren. De deelnemers van deze sessie gaven juist weer aan niet teveel met horeca te doen over het algemeen en indien het nodig is iemand in te huren hiervoor. Tijdens deze sessie ging het vooral om dat het museum structurele samenwerkingsverbanden moet aangaan met bijvoorbeeld scholen, bedrijven en vooral andere ondernemers in de omgeving. Ook gaven zij aan dat marketing ook een erg belangrijk punt is in het slagen van de nieuwe ideeën. Algemene conclusie sessie 3 De hierboven beschreven sessies zijn de uitwerking van de meest genoemde ideeën tijdens deze sessies. Vaak terug komende losse ideeën waren: escaperoom, banqueting, exposities, filmhuis, exclusive dining en samenwerking met omgeving. Over deze ideeën was bijna iedereen enthousiast en hier zagen de deelnemers veel potentie in.
22
De deelnemers waren enthousiast over de ideeën en zagen veel potentie voor het museum. Belangrijk voor het goed uitvoeren van deze ideeën is natuurlijk marketing. Dit moet goed onderbouwd en uitgevoerd worden voor het slagen van de ideeën. Het idee van een stichting lijkt ons daarom een erg goed idee. De heemkunde kring zou hiervan een onderdeel kunnen worden. Conclusie creatieve sessie Het was een erg interessante en vruchtbare avond. Tijdens deze sessie is er veel draagvlak gecreëerd en dit is dan ook een goed teken. Er zijn nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan en mensen zijn geënthousiasmeerd door middel van het laten zien van de mogelijkheden. We hebben veel input uit de sessie kunnen halen en we merkten het enthousiasme en de betrokkenheid bij alle stakeholders.
2.5 Gesprek opdrachtgever na creatieve sessie Woensdag 18 november 2015 zijn een aantal bestuursleden en studenten bij elkaar gekomen om de resultaten van de creatieve sessie te bespreken. Hoewel er voor sommigen over de uitkomst wat twijfel zit, zijn allen tevreden over het verloop de sessie. De opkomst was goed en de meeste deelnemers zijn enthousiast maar bovenal oprecht geïnteresseerd. Draagvlak is er dus zeker om het museum te behouden al dan niet het pand in bezit te laten van ‘de bewoners’. Ideeën zijn er voldoende. Helaas worden deze ideeën nog niet voldoende ondersteund en uitgevoerd waardoor deze niet leiden tot de benodigde resultaten om het pand te behouden. De eerste stap tot co-‐creatie is gezet door middel van de creatieve sessie. Om de betrokkenheid van bewoners verder te vergroten zal het gevoel van ‘mede-‐eigenaarschap’ vergroot worden door alle ‘troep’ uit het museum te halen en de bewoners te laten bepalen wat er in het museum komt. Dit idee is ontstaan vanuit het oorspronkelijke idee toen de bewoners zelf nog spullen naar het museum toe kwamen brengen. Dit creëert een ‘ons-‐gevoel’ en ‘trots’. Wanneer een dorp deze waarden uitstraalt, komt dit ten goede aan de aantrekkelijkheid van het dorp. Het idee was dat wij een guerrilla actie zouden gaan bedenken en uitvoeren om zo nog meer draagvlak en betrokkenheid te creëren. Men zal door de actie nieuwsgierig worden en zal in gaan zien dat gemeente Drimmelen veel te bieden heeft, bijvoorbeeld het raadhuis. Na wat overleg en nadenken bleek het bedenken en uitvoeren van deze guerrilla actie niet haalbaar voor ons. Het doel van Guerrilla marketing is het begin is van 'iets' laten zien. Indien we deze Guerrilla acties nog zouden houden zou er geen duidelijk Follow-‐Up plan zijn, want dit is nog niet bedacht. Dit maakt het risico te groot dat het zijn doel voorbij schiet. Het leek ons een beter plan om een implementatieplan te maken voor hoe zij nu verder kunnen gaan zonder ons. Een gericht plan met duidelijke actiestappen is effectiever dan wanneer we nu snel een Guerrilla actie opzetten en het risico lopen om ons net opgebouwde draagvlak te verliezen. Er zijn al een aantal Guerrilla acties bedacht, deze staan in bijlage 6. Het is belangrijk dat er opnieuw een dorpsgevoel ontstaat waarbij het raadhuis uiteindelijk zal dienen als ontmoetingsplek. Op lange termijn zal het belangrijk zijn om samenwerkingen met scholen zoals de NHTV en de Rooie Pannen aan te gaan, zodat studenten ingezet kunnen worden bij verschillende projecten binnen het raadhuis.
23
Hoofdstuk 3 Conclusie In het vierde hoofdstuk komt de conclusie aan bod. Dit is de conclusie de getrokken kan worden op basis van het gehele onderzoeksdocument. De Heemkundekring onderhoudt naast het museum ook het pand. Dit is een dure onderneming waar momenteel de kosten niet terug verdiend worden. De gemeente overweegt te stoppen met het verstrekken van subsidies wat het einde zou betekenen voor het museum als er nu niets gebeurt. Uit dit onderzoek is gebleken dat de bewoners, ondanks dat zij momenteel geen gebruik maken van het pand, wel degelijk een sterk gevoel hebben bij het pand waar het museum zich in bevindt en wil het pand graag in hun midden houden. Van oudsher brachten dorpsbewoners oude spullen naar het museum toe. Echter gebeurde er daarna bijna niets. Dus enerzijds is het museum opgebouwd met behulp van de inwoners, anderzijds is het nu niet sámen met de inwoners. Dit authentiek kenmerk van het museum sluit naadloos aan op de trend co-‐creëren. Een andere trend die veelbelovend is voor de herpositionering van het pand en/of museum is het Bottom-‐up principe. Dit betekent dat het museum en de bewoners niet langer oude spullen tentoonstellen voor in minimum publiek maar dat er samen gekeken wordt naar de vraag van verschillende partijen en zo samen aan het werk te gaan om deze vraag / behoeften te bevredigen. Deze trend is dan ook niet los te koppelen van de voorgenoemde co-‐creatie trend. Dit betekent dat het behouden van het pand het meeste draagvlak heeft onder de bewoners. Wel zijn de bewoners het erover eens dat het museum erg uniek en authentiek is en dat die sfeer terug moet blijven komen in alles wat er in het pand gebeurt. De vraag is echter of dit uiteindelijk nog ‘museum’ genoemd mag worden. De Heemkundekring wil graag samenwerken met andere partijen. Zij kunnen de verantwoordelijkheid van het pand niet alleen dragen en willen zich bovendien richten op hun hobby: de heemkunde. De uiteindelijke conclusie is dat er nu ingespeeld dient te worden op het draagvlak wat leeft onder de bewoners en ondernemers van Hooge Zwaluwe. De deuren van het pand gaan open en de bezem gaat door het museum heen. Dit creëert een ‘wit doek’ wat de bewoners zelf in mogen kleuren. Hiermee worden zij mede-‐eigenaar van het pand en hun eigen project(en). Verder creëert dit samenhorigheid onder de bewoners en ondernemers en trots voor hun dorp wat positiviteit uitstraalt naar de omgeving. Bewoners zijn de beste ambassadeurs voor een stad of dorp wat ten goede komt aan de naamsbekendheid van het dorp. In het volgende hoofdstuk wordt het implementatie plan beschreven over hoe het ze nu verder kunnen zonder ons.
24
Hoofdstuk 4 Implementatieplan Deze aanbevelingen zijn geschreven op basis van het wybertje model uit het boek ‘verbinden met vertrouwen’. Onze grootste aanbeveling is dan ook om verder te gaan met een Leisure Regie proces. Dit houdt in dat alle betrokkenen de handen ineen slaan om er samen het maximale uit te halen. Het raadshuis met de bewoners van Hooge en Lage Zwaluwe verbinden op basis van vertrouwen om zo langdurige en waardevolle relaties op te bouwen en het bestaan van het museum voort te laten duren. Issue Afgelopen maanden is, door middel van het imagineering proces met studenten van de NHTV, gebleken dat er veel draagvlak is onder de bewoners om het oude raadshuis te behouden. Onder de leden van de Heemkundekring is duidelijk geworden dat zij graag terug willen naar de basis: het uitoefenen van hun hobby, namelijk de heemkunde. De vraag blijft echter: Hoe gaat het Raadhuis, eventueel in combinatie met het museum, er in de toekomst uit zien? Er is besloten om deze vraag, voor nu, open te houden. Dit biedt namelijk de meeste mogelijkheden voor alle betrokken partijen om zo nauw mogelijk samen te werken om het pand te behouden door middel van samen te co-‐ creëren. Tijdens de creatieve sessies zijn verschillende ideeën ontstaan hoe het Raadshuis in de toekomst vormgegeven kan worden. Het moet alleen niet bij ideeën blijven en daarom is het belangrijk om partijen samen te gaan brengen zodat zij samen kunnen werken aan de toekomst van het museum en het Raadshuis. Initiatief Tot nu toe is de Heemkundekring de initiatiefnemer geweest in dit proces. Zij hebben de NHTV benaderd om samen naar dit vraagstuk te kijken en samen te kijken hoe het nu verder moet aangezien hun imagineering proces erop zit. Daarom luidt de vraag: wie gaat vanaf hier de kar verder trekken? Blijft dit de Heemkundekring of is het interessant om een externe partij te betrekken bij dit gevolgproces? Ons advies is om een facilitator in te schakelen die dit proces in goede banen gaat leiden. Een facilitator is een neutrale, ongebonden en onpartijdig persoon die de verantwoordelijk voor het proces op zich neemt. Hij (of zij) is neutraal in die zin dat hij geen eigen belang heeft bij de zaak noch bij de uitkomst van het proces. Ook is hij niet gebonden aan één van de stakeholders en heeft dus vrijheid van handelen. Hij zorgt voor oplossingen maar het maakt hem niet uit welke dat zijn. Hij beschikt over de kennis en vaardigheden om zo'n proces in goede banen te leiden. Hij hoeft geen professional te zijn, het kan ook een natuurtalent of een student zijn. Facilitators gebruiken dezelfde methoden en technieken als mediators. Een mediator wordt echter pas ingeschakeld op het moment dat er een conflict ontstaat, een facilitator voorkomt juist het ontstaan van een conflict. De reden dat wij dit aanbevelen is omdat er, helaas, is gebleken dat er her en der wat wrijvingen zijn onder de bewoners. Mensen kennen elkaar vaak al jaren en soms zelfs door en door goed. Ze hebben vaker zaken gedaan of zijn middels ‘roddels’ bevooroordeeld over elkaar. Een facilitator kan ervoor zorgen dat iedereen zich gehoord, gezien en erkent voelt zodat hij of zij de bewoners weer met elkaar kan verbinden en het vertrouwen in elkaar weer kan laten groeien.
25
Eerste verkenning In deze fase is het belangrijk dat de facilitator de betrokken partijen in kaart brengt en zich het project eigen maakt: -‐ Welke partijen zijn bij dit proces betrokken? -‐ Zijn er meer partijen die hierbij betrokken kunnen worden? -‐ Hoe kan ik deze partijen bereiken? -‐ Wat zijn mogelijke belangen van deze partijen? -‐ Welke macht hebben deze partijen? -‐ Hoe staan deze partijen tegenover de issue? -‐ Hoe staan deze partijen tegenover elkaar? -‐ Etc. Eerste analyse en uitnodiging Nadat de facilitator een goed beeld heeft van de situatie en de betrokken partijen kan hij de mensen gaan uitnodigen. Dit kan uiteraard een gevolg zijn op de creatieve sessie van afgelopen maandag 9 november 2015. Tijdens deze avond is er een goede eerste stap gezet richting draagvlak, eventuele samenwerking en hebben de studenten enthousiasme weten te creëren onder de deelnemers. De uitnodiging kan plaatsvinden in de vorm van Guerrilla marketing zoals in de bijlagen terug te vinden is, dit gebeurt uiteraard in samenwerking met het museum en een (student)kunstenaar. Hiermee worden de bewoners positief verrast en wordt er bekendheid gecreëerd en verlangen om mee te denken en mee te doen voor de herpositionering van het Oude Raadshuis. Goede marketing en communicatie is van essentieel belang tijdens dit proces en uiteraard daarna. Kennismaken, spelregels en procesafspraken maken Om het proces zo goed en soepel mogelijk te laten verlopen, is het belangrijk dat alle neuzen dezelfde kant op staan. Dat er een veilige omgeving gecreëerd wordt voor alle deelnemers waar men met respect met elkaar omgaat maar dat het vooral erg leuk is om mee te doen! Ook is het goed om in kaart te brengen wie er aan tafel zitten en om elkaar (beter) te leren kennen. Een kennismakingsspel kan een frisse start bieden! Probleemverkenning: verschillende belangen in kaart brengen De Facilitator gaat samen met de deelnemers kijken wat zij in het Oude Raadhuis kunnen doen of wat zij voor het Raadhuis kunnen doen, wat hun belangen zijn en wie en wat zij nodig hebben, hoe zij dit willen aanpakken, etc. Meerdere partijen in één pand vereist duidelijke afspraken, goede samenwerkingsverbanden en duidelijke spelregels. In deze fase is iedereen vrij om zijn of haar idee te pitchen. Hierbij mag alles en is nog niks goed of fout. Deelnemers moeten deze vrijheid voelen en enthousiasme is key in deze fase van het proces. Opties voor de oplossingen generen, criteria bepalen In deze fase wordt er gekeken hoe er samengewerkt kan worden, welke verbanden gelegd kunnen worden en hoe eventuele obstakels getackeld kunnen worden. Wees nog niet te kritisch, aan het einde van deze fase zal samen bepaald worden aan welke criteria de beste oplossing moet voldoen. Onderhandelen over de verschillende opties Er zullen een aantal ‘beste opties’ uitkomen die getoetst zijn aan de samen bepaalde criteria. In deze fase wordt met elkaar onderhandelt welke optie het beste is en welke optie het meeste draagvlak heeft. Het is aan de facilitator om onpartijdig te blijven en te zorgen dat iedereen zich gezien en gehoord voelt.
26
Resultaten borgen, afspraken maken In deze fase is worden gemaakte afspraken vastgelegd. Contracten worden opgesteld en ondertekend en eventuele vergunningen en subsidies worden geregeld. Nazorg regelen & uitvoering oplossing De auto rijdt pas als de wielen op de weg draaien. Blijf met elkaar in contact en samenwerken! Stappenplan 1. Kartrekker bepalen 2. Facilitator aanstellen 3. Guerrilla marketing uitvoeren 4. Alle partijen aan tafel krijgen 5. Toekomst raadhuis bepalen 6. Practise what you preach! Hieronder worden nog een aantal rollen beschreven voor het goed werken in een team.
Profielen van de 8 Teamrollen Volgens de bekende theorie van dr. Meredith Belbin zijn er acht teamrollen te identificeren. Daarbij kun je onderscheid maken tussen een functionele, organisatorische en persoonlijke rol. Afhankelijk van de doelstelling, wat je wilt bereiken met een team, heeft ieder team een ideale samenstelling. Een team bestaande uit alleen maar creatievelingen loopt het risico te verzanden in ideeën. Een team bestaande uit alleen maar uitvoerders loopt het risico veel werkzaamheden te verzetten zonder aansprekend resultaat. Een team dat zich hier bewust van is kan door het toebedelen van taken en functies aansturen op een betere werking van het team met bijbehorend resultaat (123test). Voor het samenstellen van een team is het van belang dat iedereen een Belbin rollentest doen om zo de rollen te identificeren. Hieronder zullen de Belbin rollen uitgelegd worden. De Belbin rollen Op de volgende bladzijde worden de acht rollen van de Belbin rollen schematisch weergegeven.
27
Facilitator Hieronder is een vacature geschreven, voor een functie als facilitator, met de belangrijkste informatie. Deze vacature kan nog naar wens worden aangepast. Museum Zwaluws Erfgoed in Hooge Zwaluwe is gevestigd in het Oude Raadhuis. Uit onderzoek is gebleken dat dit Oude Raadhuis vele kansen biedt ten aanzien van de positionering en beleving van het dorp. Van oudsher komen de Zwaluwse inwoners spullen brengen die bij het museum, en dus bij het dorp, passen. Vanuit deze authentieke hoedanigheid willen wij verder werken aan de invulling van dit pand. Om dit proces van bottum-‐up co-‐creëren zo kansrijk mogelijk te laten verlopen, zijn wij opzoek naar een facilitator die dit proces kan begeleiden. De facilitator die wij zoeken is: " Onpartijdig " Neemt de verantwoordelijkheid voor het proces op zich " Zorgt voor een veilige omgeving " Is neutraal in de zin dat deze persoon geen belang heeft bij de zaak noch bij de uitkomst van het proces " Heeft geen verbinding met één van de stakeholder waardoor hij / zij vrij is om te handelen " Zorgt dat er oplossingen komen " Heeft kennis en vaardigheden om dit proces in goede banen te leiden " Zorgt ervoor dat iedereen zich gezien, gehoord en erkent voelt " Niet perse een professional, hij / zij kan ook gewoon een natuurtalent zijn! Ben jij de facilitator die wij zoeken en past dit profiel helemaal bij jou? Neem dan nu contact op met ….
28
Bibliografie (2015). Opgehaald van Zuiderzeemuseum: http://www.zuiderzeemuseum.nl/nl/108/groepen/trouwen/ (2015). Opgehaald van MuZEEum: http://www.muzeeum.nl/muzeeum/verhuur/trouwlocatievlissingen (2015). Opgehaald van Beeld en Geluid: http://www.beeldengeluid.nl/trouwen-‐bij-‐beeld-‐en-‐geluid (2015). Opgehaald van Spoorwegmuseum: http://www.spoorwegmuseum.nl/# Meulwijk, E. (sd). DESTEP. Opgeroepen op 09 2015, 17, van Intemarketing: http://www.intemarketing.nl/marketing/analyses/destep Pop-‐up stores. (2013 йил Juni). From ExterionMedia http://www.exterionmedia.com/nl/inspiratie/blog/pop-‐up-‐stores/#sthash.V4knKVBL.dpuf Sectorinstituut Openbare Bibliotheek. (2014, januari). Trends in de samenleving. Opgeroepen op september 2015, 17, van KB: https://www.kb.nl/sites/default/files/trends-‐in-‐de-‐samenleving-‐2.pdf Trendfactor. (sd). Opgeroepen op september 17, 2015, van CV: http://cv205a.tumblr.com/trendfactor Trendpiramide socialisering. (sd). Opgeroepen op sept 17, 2015, van New Travel Trends: https://newtraveltrends.wordpress.com/2012/05/22/trendpiramide-‐socialisering-‐2/
29
Bijlagen Bijlage 1 Storytelling Belevingsverslag
museum
Zwaluws Erfgoed
Op een mooie voorjaarszondag in april besluit ik mijn opa te verrassen. Toen ik nog jong was vertelde opa altijd veel verhalen over vroeger; vroeger toen hij nog een jonge jongen was. Sinds die tijd is de wereld compleet veranderd en ik besluit mijn opa daarom een dagje mee terug in de tijd te nemen. Samen met opa, mijn vader en Wouter, mijn neefje van 6, ga ik naar het Museum Zwaluws Erfgoed in Hooge Zwaluwe. Via de mooie en duidelijke website heb ik contact met het museum opgenomen om een speciaal arrangement af te sluiten. Er zijn 4 arrangementen om uit te kiezen; elk gekoppeld aan een historisch personage. Uiteindelijk kies ik voor “De baron van
Heeckeren van Brandsenburg” die ooit burgemeester is geweest van Hooge en Lage Zwaluwe. Met de trein reizen we af naar station Lage Zwaluwe waar we onze gids voor het museum zullen ontmoeten. Op het station aangekomen staat er een wel heel bijzondere figuur op het perron. Deze wat oudere man is gekleed in een zwart rokkostuum met hoge hoed. Mijn opa kijkt mij verwonderd aan en zegt: “Die man heeft een bordje met onze achternaam erop!” De excentrieke man stelt zich aan ons voor als Lodewijck, butler van De baron van Heeckeren van Brandsenburg, en leidt ons naar een geweldig mooie, oude auto. Ik zie een twinkeling in de ogen van Opa. “Kijk Wouter een oude Mercedes. Die is nog van voor mijn tijd”, zegt hij tegen mijn kleine neefje. “Bouwjaar 1908”, glimlacht Lodwijck. Als we allemaal zitten start Lodewijck de oude motor die pruttelend tot leven komt. Opa zit voorin met Wouter op schoot en luistert aandachtig naar wat Lodewijck vertelt. Eenmaal aangekomen in het dorp stoppen we eerst bij de kleermaker. “Want”, zo zegt Lodewijck: “U dient passende kledij te dragen voor uw ontmoeting met de baron mijne heren!” Wouter vindt het helemaal geweldig die oude kleding, en opa vertelt hem met zijn rustige stem hoe elk kledingstuk heet. Als we ons omgekleed hebben tot voorbeeldige burgers van begin 20e eeuw zijn we gereed om de Baron te ontmoeten. Bij het oude statige raadhuis dat nu dienst doet als museum staat een chique geklede man met een welvaartsbuikje ons op te wachten. Hij begroet ons hartelijk met grootse joviale gebaren en biedt ons een glaasje cognac aan. Wouter krijgt een cognacglas gevuld met druivensap. Vervolgens gaan we samen op de foto. Deze wordt gemaakt door Lodewijck met een oud fototoestel. Na de kennismaking excuseert de baron zich en zegt
30
dat hij nog wat zaken moet regelen. Lodewijck zal ons rondleiden door het Raadhuis en de Baron zal zich op een later tijdstip weer bij ons voegen. Allereerst neemt de oude butler ons mee naar een kamer links die is ingericht als een oud klaslokaal. Lodewijck gebaart ons plaats te nemen in de oude lesbanken en begint vol passie aan een verhaal over de geschiedenis van het dorp. De kleine Wouter schatert het uit omdat opa naast hem in een schoolbankje zit. Lodewijck vertelt ons dat het dorp vaak getroffen is door rampspoed. Het water is de grote boosdoener en middels een kleine natuurkundige
31
opstelling laat hij ons zien wat er gebeurde tijdens een overstroming. Wouter mag ‘het gat in de dijk’ maken dat de overstroming in gang zet. Na deze interessante les neemt de butler ons mee naar de raadzaal. Hier treffen we de baron aan die diep in gedachten verzonken over een aantal papieren gebogen zit. Lodewijck kucht en de baron kijkt op. “Ha! Jullie komen als geroepen!” zegt hij met zijn gezellige stem. “Naast baron ben ik ook de burgemeester van Hooge en Lage Zwaluwe. Ik heb een kwestie waar ik maar niet uit kom en wat raad kan ik goed gebruiken.” We nemen plaats aan de grote tafel waarna de baron een heuse raadsvergadering opent. Tijdens de vergadering brengt hij een aantal leuke en grappige kwesties ter sprake. Zo mag Wouter beslissen wat er wordt gegeten op de verjaardag van de barones. Na de raadsvergadering neemt de baron ons mee naar de salon waar Lodewijck ons voorziet van een kop thee met vers gebakken cake uit de eigen keuken. Wouter vermaakt zich met wat speelgoed van vroeger terwijl de Baron ons een aantal sterke verhalen vertelt. Tot slot wordt Wouter nog benoemd tot spijsmeester en de baron belooft hem te schrijven wanneer hij weer goede raad over het avondeten nodig heeft. Dan wordt het hoog tijd om afscheid te nemen van de vriendelijke man. Lodewijck neemt ons mee naar het winkeltje. Na hier nog wat rondgekeken te hebben staat ons bij het afrekenen van het arrangement nog een verrassing te wachten. Lodewijck geeft ons vier vers ontwikkelde zwart wit foto’s mee; de foto met de baron. Als we ons weer omgekleed hebben brengt de butler ons weer naar het station. We bedanken hem hartelijk en een geweldige ervaring rijker gaan we huiswaarts. Nog voordat de trein het eerst volgende station nadert zijn opa en Wouter al in slaap gevallen.
Een aantal weken later belt Wouter mij enthousiast op. “Ik heb een brief ontvangen van de Baron!” roept hij. In de brief vraagt de baron de jonge spijsmeester om raad voor de bruiloft van zijn zoon. Via de website van het museum laat Wouter de baron weten dat hij slagroomsoezen moet opdienen. En absoluut geen spruitjes!
32
Bijlage 2 Customer journeys
Journey 1 Pre-‐exposure Voor de projectenfabriek doen wij een project voor museum Lage Zwaluwe. Dit is dan ook de reden waarom wij het museum gaan bezoeken. Tijdens dit bezoek willen we graag meer inzicht krijgen in wat er precies allemaal in het museum staat en welk verhaal erachter zit. We gaan in gesprek met Gerard v/d Linden en hij zal ons naast de rondleiding nog meer informatie geven over het museum. Nog nooit eerder ben ik in het museum Lage Zwaluwe geweest, daarom heb ik me van te voren meer verdiept in het museum. Via begeleider Gert-‐Jan Remmers hadden we al een aantal documenten gehad waarin informatie stond over het museum. Hieronder staat beschreven wat er precies te vinden is in het museum: ‘Het museum is gehuisvest in het Oude Raadhuis van de vm. gemeente Hooge en Lage Zwaluwe. De collectie van het museum bestaat uit een groot aantal afzonderlijke objecten bij elkaar gebracht volgens een bepaald onderwerp bijv. vlasindustrie, verzamelingen van gelijksoortige objecten bijv. typemachines van diverse merken en diverse jaren en opstellingen van authentieke ruimten, zoals bijvoorbeeld de oude raadzaal, de burgemeesterskamer en het winkeltje van Naantje Knoop. Belangrijk is dat deze objecten in de afgelopen decennia door de Zwaluwse bevolking bij elkaar gebracht zijn.’ Uit de bovenstaande omschrijving krijg ik al een goed beeld van het museum, toch ben ik nog verder gaan zoeken op het internet. Ik kwam geen eigen website tegen van het museum maar alleen van de Heemkundekring. Hier stond wat informatie op maar de website sprak me niet aan waardoor ik er eigenlijk niet lang naar gekeken had. Ik zal mezelf geen echte museumkenner noemen maar heb al wel een aantal musea gezien. Dit zijn vooral musea in het buitenland en het ging vooral oude kunst. Ik voel me hier niet heel erg tot aan getrokken. Ik vind musea leuk als er beleving aan toegevoegd is en als je je echt kan wanen in die wereld. Het enige ‘museum’ wat ik kan noemen dat dat deed was Nemo in Amsterdam. Dit is speciaal voor kinderen en je kan er allerlei leuke dingen doen maar het is ook nog eens leerzaam. Als je als museum zijnde dat te weeg kan brengen dan ben je een erg sterke speler. Mijn verwachting van dit museum is dat het mij niet erg gaat aantrekken. Wel lijkt me het oude gebouw indrukwekkend, met de originele cel en de raadzaal. Je ziet op deze manier echt hoe het vroeger is geweest en zo speel je al in op de beleving. Wel denk ik dat er teveel oude spullen omheen staan en dat er niet een duidelijk verhaal in zit waardoor je een beetje de weg kwijt raakt van waar ze nou precies voor staan. Het museum mag voor mij wat meer eigen identiteit en beleving laten zien. Mijn bovenstaande verwachtingen heb ik gebaseerd op de documenten die ik gelezen heb van Gert-‐ Jan Remmers, zijn verhalen en wat ik op internet gevonden heb. Direct-‐exposure Op dinsdag 15 september 2015 ben ik samen met Nadieh, Claire en Tim naar Lage Zwaluwe afgereisd. We gingen met de trein erheen. Toen we eenmaal in de trein zaten bleek dat de trein niet nog niet weg kon rijden, de reden hiervoor was onbekend. We besloten om Gerard vd Linden te bellen om te vertellen dat wij waarschijnlijk 15 minuten later waren. Uiteindelijk vertrok de trein en kwamen we om 12:45 uur aan op station Lage Zwaluwe. Ondertussen hadden we in de trein uitgezocht welke bus we moesten hebben. Deze bleek maar 1 keer in het uur te rijden en reed pas weer om 13:28 uur. We hadden het geluk dat Rik met de auto was in verband met een eerdere afspraak. Hij kon ons gelukkig ophalen op het station. We reden door Lage en Hoge Zwaluwe en waren eigenlijk verbaasd over hoe leuk alle huizen eruit zagen. Het waren allemaal oudere huizen en
33
er was (bijna) geen nieuwbouw te zien. Het zag er allemaal heel schattig en authentiek uit. Ook stonden de huizen allemaal bovenop een dijk wat ook een bepaalt sfeertje gaf. Als je door het dorp heen rijdt dan komt wel gelijk de authenticiteit naar boven. Je kan je voorstellen hoe mensen hier vroeger geleefd hebben. Met 5 minuten vertraging kwamen we aan bij het museum. Het was een raadhuis zoals ik me had voorgesteld. Groot ‘huis’ met een trapje om naar de voordeur te gaan. Het zag er erg verzorgd uit. Ik had, na het zien van de voorkant van het raadhuis, veel verwacht van de entree van het museum. Toen we binnen kwamen vond ik het een beetje tegen vallen een was het een beetje een grauwige binnen komst. We ontmoetten Gerard en we kregen een rondleiding van hem. We begonnen in de kamer links. Deze sprak me eigenlijk wel meteen aan. Je zag dat er spullen met een verhaal stonden. Voorbeelden van spullen die er stonden waren: oude visnetten, bedstee, kogelhulzen en oude kookspullen. Gerard legde hier het een en het ander uit. Allemaal waren we positief verrast over hoe leuk we het vonden om te zien. We vervolgden onze weg naar de keuken. Hier liet hij zien wat voor horeca gelegenheden ze nu hadden in het museum. Dit was inderdaad maar minimaal. We liepen door en kwamen in de burgemeester kamer. Hier stond een (oud) bureautje met een stoel en allerlei accessoire. Het was heel leuk om te zien want het leek net alsof de burgemeester er gister nog had gezeten. Je kon je dus goed inbeelden hoe het daadwerkelijk ging in het museum. Hierna gingen we naar de raadzaal waar ook nog allerlei originelen stoelen stonden met tafels. Je kon zien hoe de raadhuisopstelling was en hoe de ruimte eruit zag. Alles was nog origineel. Wel stonden er een aantal extra nieuwe zwarte stoelen die wat afbreuk deden aan de beleving. Er hingen foto’s van het koninklijkhuis want de koninklijke familie heeft een achtergrond in hoge/lage zwaluwe vertelde Gerard. Hierna gingen we naar de kelder van het gebouw waar ik erg benieuwd naar was omdat hier onder andere nog oude cellen waren. In de kelder stonden vooral veel oude ambacht werk apparaten, waarvan het leek alsof ze gister nog gebruikt waren. Hierna gingen we naar een andere ruimte waar een scherm hing waar een film op geprojecteerd kon worden en er stonden rijen stoelen voor. Verder stonden er in de ruimte allerlei oude fotocamera’s en televisies. We liepen door naar de twee cellen. Ik vroeg of ze open konden en dit kon maar ze werden alleen maar als opslag plaats gebruikt. Ik vond dit afbreuk doen aan de beleving want ik denk dat je hier meer van kon maken dan dat er nu gebeurde. We gingen weer terug naar boven en gingen de trap op naar de boven verdieping. Er hingen allerlei ‘vlaggen’ van fanfare verenigingen. We liepen door en kwamen bij een deel dat was ingericht als school. Dit hadden ze heel leuk gedaan en het waren echte oude schoolbanken met schriftjes. Daarnaast stonden allerlei oude spellen. Sommige herkende ik zelfs nog. We liepen door en kwamen bij een winkeltje. Er was een winkeltje ingericht alsof je er nog iets zou kunnen kopen. Allerlei oude potjes, medicijnen, weegschaal, kassa etc. stonden er. Het zag er super leuk uit. Als je om draaide was er aan de andere kant een hoekje ingericht met allerlei oude brandweer spullen. Het museum oogde als een museum en dus niet helemaal brandschoon. Hier en daar stonden wat luchtverfrissers die vond ik afbraak deden aan de beleving. Verder zag het er niet vies uit. Wel rook het af en toe wat muffig. In het museum staat geen duidelijke route aangegeven maar ik denk dat dit ook niet echt nodig is. Als mensen het museum bezoeken lopen er vrijwilligers mee om hen rond te leiden. Hierdoor is er geen bewijzering of route nodig. Verder hadden ze ook twee wc’s en een keuken waar bijvoorbeeld koffie gezet kon worden. Na alles gezien te hebben gingen we weer terug naar beneden om een verder gesprek te hebben met Gerard en onder andere onze bevindingen te laten zien. Na een interessant en vruchtbaar gesprek gehad te hebben met Gerard gingen we weer met de bus naar huis. We kwamen er achter dat met de bus vanuit Breda het museum beter te bereiken is dan dat je eerst nog met de trein en daarna nog met de bus moet. Na 15 minuten in de kou op de bus hebben staan wachten waren we blij toen we de bus in mochten en weer terug naar Breda. De bus
34
deed er ongeveer 25 minuten over en om 16:10 waren we weer in Breda. We zeiden elkaar gedaan en gingen naar huis. Post-‐exposure Ik heb een positief gevoel overgehouden aan mijn bezoek aan het museum. Het was beter dan mijn verwachting. Je merkt als je rondloopt in het museum dat achter bijna ieder stuk uit de collectie een verhaal zit. Wel denk ik dat er nog veel mogelijkheden liggen voor het museum. Het museum zal ik zeker aanbevelen voor mensen om een keer langs te gaan als je in de buurt bent. Het is een leuk dorp om doorheen te fietsen en er zijn meerdere dingen die je kan bezichtigen, zoals de molen, onze kerk, het museum en de Biesbosch is in de buurt. Eind conclusie van deze customer journey is dat het een museum is dat even geholpen moet worden met de juiste dingen te doen om meer bezoekers te trekken maar dat verder het museum veel te bieden heeft voor zowel jong en oud. Het museum is ook niet zo groot waardoor het laagdrempelig is om heen te gaan, dat is denk ik ook een kracht van het museum.
Journey 2 Pre-‐exposure Het is een dag voordat ik, samen met mijn projectgroep, een afspraak heb met de opdrachtgever van dit project. Het zal de eerste keer zijn dat ik dit museum bezoek. Eerder ben ik wel eens in het Jan Visser museum geweest in Helmond. Dit is, net als museum Lage Zwaluwe, een streekmuseum. Klein maar mooi en indrukwekkend. Ik weet nog dat ik het erg jammer vond dat ik binnen een uur alles wel gezien had. Ze hadden wel wandelingen georganiseerd en andere evenementen eromheen. Alleen doordat ik met mijn dementerende oma op pad was die ook rolstoelafhankelijk is, konden wij hieraan niet deelnemen. Verder ben ik als kind zijnde in het prehistorisch dorp geweest in Eindhoven dat erg veel indruk op mij heeft gemaakt. Ik kijk nog steeds met veel plezier terug op deze dag. Hoe ik in de hutjes mocht kijken, hoe de mensen verkleed waren, hoe ik zelf brandnetelsoep mocht maken en kon genieten van heerlijke pannenkoeken die bij een kampvuur werden bereid. Ik stapte letterlijk terug in de tijd en bevond me in een geheel andere wereld. Een ander museum dat ik bezocht heb en een diepe indruk heeft achtergelaten, is een museum in New York geweest waarbij het de vraag was of dingen echt waren of niet. Het museum was erg interactief en alles behalve saai. Je werd als het ware onderdeel van het museum doordat je plaats kon nemen tussen de attributen en, bijvoorbeeld, ineens geen benen meer had. Of dat je door een tunnel heen liep over een brug maar het gevoel had alsof je over de kop ging. Dat soort dingen, echt heel gaaf. Je kon er ook foto’s laten maken en een van die fotootjes zit nog altijd in mijn portemonnee. Als ik daarnaar kijk wordt ik vrolijk aan de mooie herinnering van die dag samen met mijn familie. Uiteraard heb ik ook andere musea bezocht, echter hebben deze musea dusdanig weinig indruk gemaakt dat ik de naam vergeten ben. Een museum dat ‘wel leuk’ was, was een museum in Nieuw Zeeland, echter maakte slechts de geschiedenis van Maori’s indruk en dat was maar een klein onderdeel van het museum. Mijn toenmalige vriend ging helemaal op in een ruimte met vliegtuigen. Nu vind ik vliegtuigen ook echt wel heel gaaf, maar niet om er uren in op te gaan. Uiteindelijk was ik verveeld en geïrriteerd en wilde ik weg daar. Een ander voorbeeld is ook een museum in Helmond wat over schroeven, bouten en moeren ging. Geen moer aan. Maar de oudere garde binnen mijn familie vond het fantastisch en o zo interessant. Dit kwam doordat zij het bedrijf nog van ‘vruger’ kende en verschillende familieleden daar gewerkt hadden. Ze snapte gelukkig wel dat het onder de
35
‘jongeren’ een minder groot succes was. En die arme man bleef maar praten en praten, hij bedoelde het zo goed, maar ik vond er zo niets aan. Waar ik wel iets aan vond was de lunch die we daar kregen, echt heerlijke broodjes en verse sapjes! Ook was er een bibliotheek met allemaal boeken, foto’s en verhalen van vroeger. Uiteindelijk heb ik ruim twee uur in de bibliotheek doorgebracht. Dus ja, wat verwacht ik bij dit museum? Ik heb de site bekeken en deze spreekt weinig tot de verbeelding. Zwart met zeer rechtstreekse informatie. Het nodigt niet uit. Wat me wel aanspreekt, en daarom wilde ik deze opdracht ook heel erg graag doen, is de verzameling oude spullen. Ik houd van oud en ik houd van vroeger. Soms heb ik wel eens het idee dat ik in de verkeerde tijd geboren ben. Ik heb altijd ruzie met elektronica en lees mijn boeken bij voorkeur op papier. Ook heb ik goede herinneringen aan buiten spelen en de bezoekjes aan mijn opa en oma die me dan over vroeger vertelde. Vooral mijn opa kon dit goed, over de tijd van de oorlog maar ook over alle reizen die hij en oma gemaakt hadden. Ik kon uren naar hem luisteren. Ook op de basisschool vond ik het fantastisch als we thema weken hadden over andere tijden dan nu. De toekomst spreekt me minder aan. Ik zie dan met name vliegende auto’s, robots en weinig natuur. Omdat het museum aan het begin van de Biesbosch ligt, heb ik het vermoeden dat ik in een rustige en natuurlijke omgeving kom. Ik ga een oud pand bezoeken met een verhaal. En dat verhaal wordt ondersteund met alles wat ik er zal zien: de oude spullen, foto’s en schilderijen, verhalen die verteld worden of zichtbaar / voelbaar zijn. Doordat de site weinig spreekt, hoop ik dat ik blij verrast wordt. Ergens schuilt wel een beetje de angst dat ik dit museum misschien wel heel saai vind. Niet vanwege de spullen die er staan, maar vanwege die mensen die er zijn. (vooroordeel) van die mensen die super enthousiast hun verhaal staan te doen wat ik niet interessant vind maar en met geen mogelijkheid vanaf kom dan door te vluchten naar het toilet en via het raampje naar buiten te gaan. Want naar alle waarschijnlijkheid staan ze me voor de toiletdeur op de wachten om hun verhaal te vervolgen… Let’s see.. Direct-‐exposure Vanuit school vertrekken we richting het museum. We overwegen een trein eerder te pakken zodat we de omgeving vast een beetje leren kennen. Helaas mistte we die trein. Na een lekkere kop koffie bij de Starbucks doen we een tweede poging. Echter is er iets mis en roept de conducteur wat om. We vermoeden dat het een nieuwe werknemer is aangezien hij nauwelijks in de microfoon praat en naast het feit dat de trein nu niet weg kan, weten we niet meer dan dat. Voor de zekerheid bellen we onze opdrachtgever op om te laten weten dat we waarschijnlijk iets later zijn. Op dat moment krijgen we weer halve signalen door, de trein zal in ieder geval verder rijden nadat een andere trein is vertrokken.. Maar ja, welke? En hoe lang zal het duren? 10 minuten later vertrekken we eindelijk naar Lage Zwaluwe. Even ben ik in de war als ik op het perron van Lage Zwaluwe sta: het waait er zo hard dat ik niet zeker weet of ik in de buurt van de zee ben. Waar ben ik eigenlijk? In ieder geval op een plek waar de bus maar één keer in het uur komt en als ik naar het museum toe wil lopen, want de aansluiting hebben we inmiddels gemist, ik 1 uur en 3 kwartier onderweg ben. En nu? De moeder van Rik is zo vriendelijk om ons op te halen en met gevaar voor eigen leven proppen we onszelf in haar autootje en gaan zonder riemen op weg naar het museum. Onder het mom van ‘Brabants kwartiertje’ zijn we netjes op tijd. Onderweg komen we tot de conclusie dat het museum in een prachtige omgeving ligt. Veel natuur en mooie panden. Slingerende straatjes en het is er zelfs niet helemaal vlak. Ik begrijp goed dat mensen hier graag komen en dat het zelfs de moeite waard is om hier een stuk voor te reizen. Zelf zal ik zeker een keer terug komen om hier te wandelen of om te fietsen. Voor een prachtig pand komt de auto tot stilstand, het totaal plaatje is erg idyllisch. Ik krijg er een warm gevoel van, een
36
familiegevoel, veilig, knus.. Ondanks de harde wind schijnt de zon ook, echt herfstweer.. Ja, ik word hier heel gelukkig van. Via een trappetje gaan we de grote deur door naar binnen. Daar staan we dan, in de hal van het museum. Gerard staat ons op te wachten en stelt voor om eerst door het museum te lopen zodat we een goed beeld hebben van het pand en de spulletjes die daar gepresenteerd worden. Tijdens de rondleiding ben ik met name verbaast en word ik om de haverklap verrast. Verbazing over de hoeveelheid spullen; mooie bruikbare spullen maar ook kling klare onzin spullen. Zoals stopcontacten. Maar beneden in de kelder zijn oude politiecellen die slechts als opslag gebruikt worden, prachtige ruimtes zoals het kantoor van de burgermeester, ik denk wel 100 verhalen die verteld kunnen worden over alle spullen en de talloze mogelijkheden tot interactie met het publiek. Om iedere hoek ontdek ik nieuwe mogelijkheden en begrijp niet hoe deze spullen hier zo maar kunnen liggen zonder dat er actief iets mee gedaan wordt. Als ik hoor dat het pand te koop staat, baal ik dat ik geen geld heb. Ik zie zoveel kansen dat ik het graag zou willen kopen! Een ding wat echt niet in mijn klantenreis mag ontbreken is mijn mening over het toilet. Persoonlijk vind ik het toilet alles zeggend over een bedrijf: het visitekaartje. Het toilet was schoon, dus geen zorgen, dat is het niet. Maar na zoveel spulletjes te hebben gezien was er geen enkel spulletje voor op het toilet? Met verbazing keek ik naar de kale muren waar één schilderijtje hing met een gedicht erop. Een van de eerste zinnen begon met ‘triest’, daar ben ik dan ook opgehouden met lezen want dat was de conclusie over het toilet: triest… Nadat we met de opdrachtgever om tafel zijn gegaan is het tijd om weer huiswaarts te gaan. Wat ik zowaar jammer vind. Het dorp is zo mooi dat ik er nog veel langer zou willen blijven! Ik zie een huis te koop staan en vraag me af of ik hier niet zou willen wonen, later als ik groot ben? Met de bus zijn we vrij snel weer terug in Breda en tijdens die rit zien we nog veel meer van de omgeving. Hier liggen zoveel kansen, te veel om op te noemen! Met een voldaan gevoel en een hoofd dat op ontploffen staat van de ideeën neem ik op het station afscheid van mijn medestudenten. Ik ben niet de enige die deze kansen ziet en allemaal zijn we razend enthousiast! Post-‐exposure Inmiddels is het twee dagen geleden dat ik in Lage Zwaluwe op bezoek was en ik kijk er met veel plezier op terug. Het was echt een reis naar een andere plek. Zowieso is het al een hele beleving om van de stad naar een dorp te gaan. Van stedelijk gebied naar een natuurgebied. Op bezoek in een museum wat me een warm gevoel geeft, alsof ik thuiskom, maar dan bij mijn opa en oma. Mijn opa vertelde ook altijd verhalen over vroeger en ik vond dat fantastisch. Door daar rond te lopen, krijg ik echt het idee alsof ik terug ga in de tijd. De tijd voor dat technologie de wereld overnam. Waar vakmensen hun vak verstonden en vrijwel alles nog met de hand werd gemaakt of met behulp van houten machines. Waar kinderen nog buiten speelde of met speelgoed, in plaats van de ipad. Waar men boodschappen deed bij de plaatselijke bakker of in het winkeltje. Waar kinderen snoepjes gingen kopen met een stuiver. Dromen en terug gaan in de tijd, dat gebeurt er met me. Het geeft me een gevoel van rust en veiligheid, geborgenheid, liefdevol. Echter moet er wel wat gebeuren. Ik kan dit museum niet aanbevelen bij leeftijdsgenoten of mensen jonger dan ik. Ouder dan ik kan wel, maar je legt die afstand niet af voor slechts een museum, althans, niet voor dit museum. Daarvoor is het bezoek te kort en de bezienswaardigheden te veel en rommelig. Structuur en verhaal mist. Participatie mist. Dit museumbezoek is erg passief en ik ben nu eenmaal een actief persoon. Passief is saai en actief is leuk en memorabel! Ik denk dat wanneer een paar ideeën uitgewerkt worden zoals we met de opdrachtgever besproken hebben, niemand dit museum nog wil missen!
37
Journey 3 Pre-‐exposure Ik bezoek Museum Zwaluws Erfgoed in het kader van een opdracht uitgezet voor de Projectenfabriek. Het museum heeft de Projectenfabriek ingeschakeld om zijn toekomstbeleid te onderzoeken. Tijdens dit bezoek heb ik samen met mijn projectgroep een gesprek met opdrachtgever Gerard van der Linden. Het doel is om een duidelijk beeld van de opdracht en van het museum te krijgen. Dit is dan ook mijn eerste bezoek aan dit museum. Tijdens mijn leven heb ik al vele musea, exposities en historische evenementen bezocht. Ik heb een grote interesse, misschien zelfs wel passie, voor geschiedenis en dat uit zich onder andere in museumbezoeken. De rijke wereldgeschiedenis biedt talloze leuke, leerzame en spannende verhalen die ik graag lees en beleef. Wat ik belangrijk vind aan een museum is dat het de kennis die het bezit op een attractieve manier deelt met het publiek. Beleving. Je moet meegezogen worden door het verhaal dat het museum te bieden heeft en er moet sprake zijn van interactie. Naturalis vind ik een goed voorbeeld van een museum dat veel interactie biedt. Naturalis zou wel nog kunnen werken aan het vertellen van het verhaal dat het te bieden heeft. Ondanks mijn passie voor geschiedenis heb ik geen hoge verwachtingen van dit museum. Het museum heeft geen echte website. Wel is er op de website van een heemkundekring een pagina met informatie over het museum. De tekst over en de foto’s van het museum spreken mij niet aan. Als ik niet aan deze opdracht zou werken zou ik dit museum waarschijnlijk niet bezoeken en had ik ook nog niet van het bestaan afgeweten. Ook de verhalen van Gert Jan Remmers en alle overige informatie die ik gelezen heb dragen bij aan een negatieve beeldvorming. Direct-‐exposure Op dinsdag 15 september heb ik het Museum samen met mijn projectteam bezocht. We hadden om 13.00 uur afgesproken met onze opdrachtgever/gids/gastheer Gerard van der Linde. Ik had om 10.00 uur een belangrijke afspraak in Eindhoven staan en ben van daaruit naar Hooge Zwaluwe gereisd. De rest van de groep vertrok samen vanuit Breda. Ik ben ontzettend blij dat ik met de auto ben gegaan. Eerst wilde ik met de trein van Eindhoven naar Breda gaan en dan met de rest van de groep samen verder reizen naar het museum. Dat zou precies moeten kunnen, mits er niets fout zou gaan… Maar op die bewuste dinsdagochtend trad de wet van Murphy in werking. Alles wat fout kon gaan ging fout. Heldin van de dag? Mijn moeder! Mijn afspraak in Eindhoven liep gigantisch uit. Met de trein zou ik nooit meer op tijd kunnen komen, met de auto zou ik waarschijnlijk hooguit een kwartiertje later zijn. Een overtuigende smeekbede later was ik samen met mijn moeder onderweg naar Hooge Zwaluwe. Ik had de rest van de groep al meegedeeld dat ik wat later zou zijn. Met veel spanning bleef ik de tijd op de TomTom in de gaten houden. Een beetje extra gas op de lollie en ik zou zelfs op tijd komen! Toen volgde er een onheilspellend bericht uit Breda. Het zag ernaar uit dat ik de enige was die op tijd zou zijn. De trein reed niet waardoor de rest van de groep het niet zou halen. Na wat communicatie over en weer bleek dat ze het tot station Lage Zwaluwe gered hadden, waar wij hen toen opgepikt hebben. Met vier man achterin was het passen en meten, maar het bracht wel een goede sfeer met zich mee. We zouden maar een paar minuten later zijn en vier personen die half op elkaar zaten was een grappig gezicht vanaf de comfortabele bijrijdersstoel. De weg van station Lage Zwaluwe naar het museum in Hooge Zwaluwe vond ik erg mooi. De prachtige omgeving en de kleine dorpen met weinig nieuwbouw gaven mij een beetje het gevoel dat ik terug in de tijd ging. Hooge Zwaluwe is een klein, lintvormig dorp gebouwd op een dijk en kent veel oude gebouwen. Een van die oude gebouwen is het Raadhuis waar nu het museum in gevestigd is.
38
Dit is een mooi, statig gebouw dat door zijn geringe formaat, het bordes en de mooie ramen een zekere gezellige uitstraalde. Binnen ontmoetten we Gerard die ons een rondleiding gaf. Ook van binnen vond ik dat het gebouw een prachtige uitstraling had. De benedenverdieping heeft een ontvangsthal geflankeerd door vier kamers. In de ontvangsthal werd mij al meteen duidelijk dat het museum een gigantische collectie heeft. Als eerste nam Gerard ons mee naar de kamers rechts: de kamer van de Burgemeester en de Raadzaal. Deze vond ik erg mooi en authentiek overkomen. Vergeleken met de andere kamers werden hier veel minder voorwerpen tentoongesteld wat de kamers ten goede kwam. Vervolgens liepen we weer via de ontvangsthal naar de kamers links. Deze puilden als het ware uit van de voorwerpen. Met zoveel voorwerpen is het moeilijk om op de details te letten en juist die kleine details die je dan over het hoofd ziet maken een voorwerp pas echt bijzonder. Alle voorwerpen die in het museum tentoongesteld worden zijn historische voorwerpen uit de omgeving. Nadat we de begane grond afgewerkt hadden, hebben we de kelder en vervolgens de bovenverdieping bezocht. Ook hier waren weer gigantisch veel voorwerpen te bezichtigen. Wat mij opviel en wat ik erg jammer vond is dat er geen beschrijvingen, verhalen of ook maar iets van informatie over de voorwerpen te vinden is in het museum. Je hebt echt een gids nodig die je met veel passie meeneemt door het museum. Anders wordt het toch wel snel eentonig en zit er weinig diepgang in. Hoewel hij niet gespecialiseerd was in de voorwerpen van dit museum deed Gerard er zijn best om ons er zoveel mogelijk over te vertellen. Hij was erg vriendelijk en gastvrij. Naast de eerdergenoemde kamers heeft het museum ook een kantoortje/keuken en een dames-‐ en herentoilet. Deze zagen er netjes en schoon uit. De andere kamers en de voorwerpen zijn naar mijn mening aan een goede schoonmaakbeurt toe, maar dat is op dit moment erg moeilijk met maar een paar vrijwilligers in dienst. Na de rondleiding hebben we nog een gesprek met Gerard gehad. Vervolgens zijn we weer met de bus naar Breda gegaan. Dit is een rechtstreekse aansluiting die echter maar eens per uur rijdt. Na ongeveer 30-‐40 minuten kwamen we aan in Breda. Op station namen we afscheid van elkaar en ben ik naar huis gegaan. Thuis ben ik eerst een uurtje gaan powernappen. Ik was moe; moe van een drukke, actieve, maar vooral leuke en gezellige dag. Post-‐exposure Ik ben positief verrast door mijn bezoek. Vooraf had ik erg lage verwachtingen van het museum. Ik dacht dat het een grote bijeengeraapte bende zou zijn. Echter vond ik dat er toch een redelijke duidelijke geordendheid in de omvangrijke collectie zat. Het museum moet in mijn ogen wel een nog een grote metamorfose ondergaan voordat ik het aanbeveel aan anderen on te bezoek. De kracht van dit museum zit naar mijn mening in de interessante, uitgebreide collectie en de authentieke locatie. Echter wordt deze kracht op dit moment verre van vol benut. Desalniettemin zie ik ontzettend veel potentie in dit museum en het bezoek is een ware schatkamer aan ideeën gebleken.
Journey 4 Pre-‐exposure Ik ga het Museum Zwaluws Erfgoed bezoeken omdat ik samen met mijn projectgroep van de Project Factory een concept ga bedenken om dit museum te herpositioneren. We hebben eerst een kennismakingsgesprek met de opdrachtgever en vervolgens zullen we een kijkje gaan nemen in het museum zelf. Zo kunnen we ons een beeld vormen waardoor het bedenken van een nieuw concept gemakkelijker is. Ik ben nog nooit bij dit museum geweest. Maar we zijn als projectgroep wel erg benieuwd naar wat de mogelijkheden zijn. De opdracht beloofd veel perspectief.
39
Ik ben wel eens in andere musea geweest. Dit is echter wel al lange tijd geleden. De laatste twee musea waar ik ben geweest zijn museum De Pont in Tilburg en Louvre in Parijs. Twee, qua omvang, totaal verschillende musea. Ze stellen beide wel schilderkunst tentoon. Ik heb weinig hoge verwachtingen van het museum. Ik heb niet echt een duidelijke website kunnen vinden dus mijn verwachtingen zijn gebaseerd op wat anderen mij over het museum hebben verteld. Onze docentbegeleider Gert-‐Jan Remmers is er als enige geweest en vertelde ons dat het klein is en dat de voorwerpen in het museum niet gestructureerd staan. Daarnaast is het volgens hem lastig te bereiken met het openbaar vervoer. De medewerkers zijn enthousiast en je betaalt maar €1,50 entree. Direct-‐exposure Op dinsdag 15 september zijn we met de projectgroep naar Museum Zwaluws Erfgoed afgereisd. De reis begon helaas met een tegenvaller aangezien de trein om onbekende reden vertraging had. De afspraak met Gerard van der Linden stond om 13.00 uur en dat gingen we net niet halen. We hebben Gerard gebeld om te zeggen dat we wat later zouden zijn. Niet erg professioneel natuurlijk maar er viel niks aan te doen. Een paar minuten later hoorde we dat de trein weer ging rijden en kwamen we net te laat aan in Lage Zwaluwe. De bus was net weg. Gelukkig zou Rik met de auto naar het museum komen en kon hij ons oppikken op het station. Met wat kleine tegenvallers zijn we uiteindelijk net op tijd aangekomen bij het museum. Het lag in het kleine dorpje Hoge Zwaluwe dat met het openbaar vervoer goed te bereiken is. Je moet je reis alleen wel goed plannen. De bushalte is voor de deur alleen rijden de bussen niet heel vaak. Toen we er met de auto heenreden kon ik wel zien dat Hoge Zwaluwe een knus dorpje is. Het zou me niks verbazen als iedereen elkaar kent in het dorp. Eenmaal aangekomen bij het museum was ik meteen onder de indruk van het gebouw. Het is een oud raadhuis en van buiten uit maakte het mij heel nieuwsgierig naar wat er binnen te zien was. Voor de deur lag een oud trappetje en eenmaal bovengekomen stond de ouderwets grote deur al open voor ons. Toen we binnenkwamen stond Gerard van der Linden ons al op te wachten. We hebben ons allen netjes voorgesteld en hebben toen allereerst een rondleiding gekregen van Gerard. Ik vond het typisch dat het huis een beetje muf rook. Overal om me heen zag ik oude voorwerpen. Sommige waren erg interessant om te zien maar ik vond ook dat ze een hoop dingen beter niet in het museum hadden kunnen leggen. Gerard is een vriendelijke man maar wist helaas niet veel te vertellen over de voorwerpen in het museum. Normaal gesproken worden de rondleidingen verzorgt door vrijwilligers van het museum en zij kunnen volgens Gerard bij elk voorwerp wel een verhaal vertellen. Het viel me op dat de meeste spullen wel gesorteerd waren. Dus de strijkijzers bij elkaar, de poppen bij elkaar etc. Wat me ook opviel was dat er een prijslijst op tafel stond voor drankjes. Je kunt er dus na een lange fietstocht even wat drinken. Het lijkt me dan wel beter dat er voor gezorgd wordt dat er nog prik op de frisdrank zit. Dit was in ons geval helaas niet zo. Waar ik positief verrast over was waren de cellen die nog in het pand zitten (waar nu helaas niks mee gedaan wordt) en de filmkamer. Dit biedt in mijn ogen weer leuke mogelijkheden voor een nieuw concept. Na afloop van de rondleiding hebben we in de oude raadzaal nog een vergadering gehad over wat de mogelijkheden zijn, wat van ons verwacht wordt en wanneer het opgeleverd moet worden. Dit was erg informatief maar op een gegeven moment wel langdradig. We hebben nu voldoende informatie om aan de slag te gaan. We hebben Gerard allemaal de hand geschud en een fijne vakantie gewenst. Toen zijn we huiswaarts gegaan. We hoefde maar een stukje te lopen tot de bushalte en hebben daar de bus naar Breda gepakt. In ongeveer 20 minuutjes waren we weer terug. Het was een gezellige en informatieve dag en nu is het aan ons om onze creatieve brein op het museum los te laten.
40
Post-‐exposure Ik heb een goed gevoel overgehouden aan het museumbezoek. Ik denk dat er veel mogelijkheden zijn om het museum weer te herpositioneren. Zelf zou ik nooit naar zo’n museum als Zwaluws erfgoed gaan aangezien de voorwerpen die er tentoon gesteld worden mij niet interesseren. Dit maakt de uitdaging om er iets van te maken wat ik wel leuk zou vinden alleen maar groter. Ik zou het museum niet snel aanbevelen aan anderen. Misschien aan mijn opa en oma omdat zij het leuk vinden om de nostalgische dingen binnen het museum weer een her te beleven. Ik had echter nog minder verwacht van het museum dan dat het was. In dat opzicht is het dus ook erg meegevallen. Zoals ik al zei biedt het perspectief en heb ik er veel zin in om samen met mijn projectgroep een passend concept te bedenken om Zwaluws erfgoed weer op de kaart te zetten.
Journey 5 Pre-‐exposure Als projectgroep van de Project Fabriek tijdens onze minor Imagineering op de NHTV hebben wij gekozen voor het project Museum Zwaluws Erfgoed . Het is een streekmuseum wat we met het openbaar vervoer gaan bezoeken, om in gesprek te gaan met onze opdrachtgever. Hierna zal duidelijk zijn wat er precies van ons verwacht wordt tijdens het project. Daarnaast is het natuurlijk belangrijk dat we weten hoe het museum eruit ziet, wat er te doen is, wat voor gevoel het met zich mee brengt etc. Omdat dit museum onbekend is voor ons allemaal, zijn we erg benieuwd wat we aan gaan treffen. Tijdens mijn stageperiode in het derde jaar van de studie Vrijetijdsmanagement heb ik bij het Van Abbemuseum stage gelopen. Dit is een groot en bekend museum wat erg veel bezoekers trekt. Ik ben dus zeker bekend met musea, maar ben nog nooit bij een klein streekmuseum geweest. Mijn vader is kunstenaar, dus bezoeken wij dan ook vaak musea in Nederland of tijdens een vakantie in het buitenland. In het eerste gesprek met hoofd minor Imagineering, Gert Jan Remmers, werd meteen duidelijk dat het een streekmuseum is waar veel aan moet gebeuren. Hij vertelde dat het eigenlijk maar een rommeltje is. Mijn verwachtingen zijn daarom niet erg hoog. Ik verwacht dat het museum klein is en een ouderwetse uitstraling heeft. Daarnaast verwacht ik dat het wel een mooie locatie is, die veel beter benut kan worden als er creatieve plannen worden bedacht die weinig geld kosten. Als laatste verwacht ik dat het niet een museum is dat vaak bezocht wordt door mensen uit de omgeving of zelfs verder. Er zullen vooral mensen op af komen die daar wonen of vandaan komen. Bovenstaande informatie is voor gebaseerd op ons gesprek met Gert Jan Remmers. Hij is wel bekend met het museum en kon ons wel al van wat informatie voorzien. Daarnaast is er informatie op het internet te vinden, wat voor mijn verwachtingen zorgt. Er is niet echt een speciale site voor het museum, waardoor het voor bezoekers op het internet misschien wat minder goed te vinden is. Direct-‐exposure Terwijl we net in de trein zaten, enthousiast naar het museum, werd er ineens omgeroepen dat de trein niet zou vertrekken vanaf Breda, omdat er een storing of iets was. Natuurlijk werden wij als projectgroepje meteen een beetje gestrest, omdat we wel graag op tijd wilden komen bij de opdrachtgever. Uiteindelijk vertrok de trein een kwartier later, wat betekende dat we de bus in Lage Zwaluwe waarschijnlijk niet meer konden halen. Rik, een projectlid, kwam toevallig uit Eindhoven met de auto en kon even langs het station in Lage Zwaluwe rijden om ons op te halen. Als hij er niet geweest was, werd het waarschijnlijk een taxi bestellen. Lage Zwaluwe was die dag dus niet zo erg goed te bereiken, wat zorgde voor een negatieve beleving. Wel waren we allemaal enorm onder de indruk toen we echt het dorp van Lage Zwaluwe in reden. Het is een leuk dorpje met mooie huisjes. Je merkt dat je op de dijk rijdt en dat is best bijzonder als je het vergelijkt met Breda bijvoorbeeld.
41
Daarna kwamen we uiteindelijk aan op de plaats van bestemming in het ook mooie dorp Hoge Zwaluwe. Het gebouw zag er mooi uit, maar trok nog niet echt bijvoorbeeld bezoekers aan. Eenmaal binnen keek ik mijn ogen uit. Het was er druk met spullen en objecten binnen, maar daardoor werd ik wel meteen nieuwsgierig naar het hele museum. Het was indrukwekkend, want als je buiten staat verwacht je niet dat er zoveel spullen binnen getoond worden. De entree was niet erg georganiseerd zoals in andere musea, maar toch vind ik dat het veel potentie heeft om veel bezoekers aan te trekken. We kregen meteen een rondleider van Gerard van de Linden. Ik vond het echt heel erg indrukwekkend, dat er zo ontzettend veel spullen bewaard zijn uit dit tijd en dat er ook echt een erg mooi verhaal achter zit. Ik werd heel erg blij dat dit soort musea nog zulke historische verhalen naar buiten brengen en laten zien. In het musea zijn veel verschillende ruimtes, wat kan leiden tot verschillende thema’s bijvoorbeeld. Overal was het erg indrukwekkend en wilde ik ook overal foto’s van maken om nog een keer thuis te bekijken. Na de rondleiding zijn we gaan zitten in mooie raadzaal. Gerard is een sympathieke man die graag wil dat het museum blijft bestaan en zal er dan ook alles aan doen om daar voor te zorgen. Er zijn faciliteiten aanwezig zoals toiletten, keukentje etc, wat ik erg positief vind voor bezoekers. Daarnaast zijn er erg veel spullen, maar dit vond ik absoluut niet negatief. Wel vertelde Gerard dat het gebouw behoorlijk oud is en eigenlijk een soort van gerenoveerd moet worden. Ik vond het concluderend heel erg indrukwekkend en denk dat er ontzettend veel mee gedaan kan worden om bezoekers te trekken. De terugweg reizen ging veel makkelijker dan de heenweg. In de straat van het raadhuis is een bushalte, waar wij de bus genomen hebben. Binnen een kwartier stonden we met een goed en enthousiast gevoel op het station van Breda. Post-‐exposure Ik ben door het gesprek met Gerard en de rondleiding door het raadhuis erg enthousiast geworden. Ik heb nu al weer zin om er nog een keer naar toe te gaan. Voor bijvoorbeeld mijn vrienden zou ik het nog niet echt aanraden, omdat er nog te weinig te doen is. Inhoudelijk is het erg leuk en interessant, maar daar houdt het dan ook bij op. Het museum was leuker en mooier dan verwacht. Daarom ben ik echt blij met dit als project en ga ik er vol goeie energie en inspiratie werken aan het project.
42
Bijlage 3 Paraplu
43
Bijlage 4 Best Practice
44
Eten en Drinken
Stationsrestauratie High Tea
€ 17,50 p.p.
High Lunch
€ 16,50 p.p.
Catering
op aanvraag
45
Bed & Breakfast Overnachting per kamer voor 1 persoon € 55,-‐ Extra persoon
Toeristenbelasting Ontbijt
€ 10 p .p.p.n. € 1,27
p.p.p.n.
€ 7,50 p.p.
Ontbijt kinderen 3 t/m 7 jaar € 4 p.p.
46
Vergaderen • 4-‐uurs vergaderarrangement € 11,50 p.p. • 4-‐uurs vergaderarrangement met lunch € 22,50 p.p. • 8-‐uurs vergaderarrangement met lunch € 24,50 p.p. Extra’s -‐ Laptop € 15,00 per stuk -‐ Beamer € 35,00 per stuk -‐ Projectiescherm € 15,00 per stuk -‐ Extra Flip-‐over € 12,50 per stuk
47
Arrangementen Toffe Dag Fietsen Wandelen Kinderfeestjes
48
Bijlage 5 Draaiboek creatieve sessie
Draaiboek creatieve sessie museum Datum: Tijd: Plaats: Aantal genodigden: Facilitator: Gastheer:
9 november 2015 19.00 uur Museum Zwaluws Erfgoed te Hooge Zwaluwe 40 personen Claire Blankwaard, Jasmijn Besselink, Nadieh van Kesteren, Rik Simons en Tim Haans Gerard van der Linden
49
Inhoudsopgave Inleiding Uitwerking Opening Energizer Sessie 1 Sessie 2 Sessie 3 Afscheidswoord Materialen lijst
51 53 53 Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 53 54 54 55 56
50
Inleiding De gemeente Drimmelen heeft een heemkundig museum “Zwaluws Erfgoed”. Het museum is gehuisvest in het Oude Raadhuis van Hooge en Lage Zwaluwe. De collectie van het museum bestaat uit een groot aantal afzonderlijke objecten en ruimten, waaronder landbouwwerktuigen, typemachines en de oude burgemeesterskamer . Het is belangrijk erfgoed, ook al omdat het in de afgelopen decennia door de Zwaluwse bevolking bij elkaar gebracht is. Het museum is aan herpositionering toe. Enerzijds omdat de gemeente het Oude Raadhuis wil afstoten en anderzijds vanwege de veranderende visie op wat een museum vandaag de dag zou moeten zijn. Aan de Projectenfabriek is gevraagd om een concept te ontwikkelen voor een betere toekomst voor het museum. Na een aantal weken onderzoek en creatieve sessies zijn we nu toe aan de convergerende fase van het project. Tijdens het convergeren worden de geselecteerde ideeën verrijkt en via rationele technieken naar de realiteit vertaald. Dit zal gebeuren tijdens de creatieve sessie van maandag 9 november 2015. Voor deze creatieve sessie zijn er verschillende belanghebbenden/stakeholders uitgenodigd. Deze stakeholders zijn gekozen omdat wij denken dat zij goed met ons kunnen nadenken over een betere toekomst van het museum. De doelstelling van de sessie luidt als volgt: ‘Samen tot nieuwe ideeën en verbindingen komen om zo te zorgen voor een betere toekomst van het museum’. Het doel van de sessie is om een platform te creëren waarbij zowel het museum, het gebouw en de omgeving het best tot zijn recht gaan komen. Samen is namelijk leuker dan alleen.
51
Programma Tijd 19.00 uur
Onderdeel Aankomst & ontvangst
19.15 uur
Opening
19.30 uur
Energizer
19.45 uur
Start ronde 1
20.15 uur
Einde ronde 1
20.20 uur
Start ronde 2
20.50 uur
Einde ronde 2
20.55 uur
Start ronde 3
21.25 uur
Einde ronde 3
21.30 uur
21.35 uur
Bedanken voor input uitnodigen voor een borrel Borrelen en napraten
22.00 uur
Einde borrel
22.05 uur
Opruimen ruimten
22.15 uur
Klaar en richting Breda
Doel Gasten welkom heten Uitleg van de avond Groep verdelen in subgroepen Teambuilding Creatieve input krijgen Wisselen van ruimte Creatieve input krijgen Wisselen van ruimte Creatieve input krijgen Gezamenlijk naar de Raadzaal en Dankbaarheid tonen
Ideeën laten bezinken en samenhorigheid creëren Gedag zeggen en bedanken Alles netjes achterlaten zoals het stond Geslaagde creatieve sessie gehad hebben
52
Uitwerking Opening ! NADIEH Tijdens de opening worden de gasten welkom geheten en verteld hoe zeer het gewaardeerd wordt dat zij de moeite hebben genomen om samen met ons hun steentje bij te dragen aan deze creatieve avond. Er wordt teruggekoppeld naar de aanleiding van de startvraag waarin ook een stukje achtergrond informatie gegeven wordt. Als laatste wordt uitgelegd hoe zij dan precies hun steentje bij kunnen dragen en hoe de rest van de avond er uit zal zien. Nadieh zal haar cirkel duidelijk toelichten. Museum ! Pand ! Omgeving Mooi, mooier, mooist Doel van sessie: ‘ Samen tot nieuwe ideeën en verbindingen komen om zo te zorgen voor een betere toekomst voor het museum.’ Einde van de avond: ideeën waar wij concreet mee aan de slag moeten. Startvraag: Om iedereen meteen in de juiste sfeer te brengen, zal de groep verdeeld worden in subgroepen door middel van een Energizer. Men zal gevraagd worden om te gaan staan. Vervolgens wordt hun gevraagd om van klein naar groot te gaan staan. Op deze manier dienen zij contact te maken met elkaar. Er mag gepraat worden. Wanneer zij netjes in de rij staan, worden zij verdeeld in drie groepen. Iedere groep wordt meegenomen naar een andere ruimte door een van de creatieve sessie leiders waar vervolgens de creatieve sessies zullen beginnen. Benodigde materialen: Koffie, thee & frisdrank. Brainfood (Celebrations) . Omdenkkaarten.
Sessie 1 ! RIK Tijdens de eerste sessie brengt elke groep de sterke en zwakke punten, alsmede de kansen en bedreigingen van het Museum in kaart. Dit zal worden gedaan middels een creatieve en speelse methode: de denkhoeden van De Bono. De denkhoeden van De Bono is een techniek die de groep vanuit verschillende perspectieven naar een onderwerp laat kijken. De Bono bedacht 6 gekleurde hoeden die elk een andere manier van denken vertegenwoordigen. Tijdens de sessie worden 3 onderwerpen besproken die betrekking hebben op het museum. Ieder lid van de groep krijgt een gekleurde pet en moet vanuit de bijbehorende denkwijze het onderwerp benaderen. Na 10 minuten wordt er van onderwerp veranderd en krijgt iedereen een andere kleur pet. De facilitator is de regisseur van de sessie en heeft altijd en als enige de blauwe pet op. Het is zijn taak om de sessie te leiden. Hij leidt elk onderwerp in, houdt de tijd bij en probeert elk
53
onderwerp ‘levend’ te houden door verdiepingsvragen te stellen wanneer de sessie vastloopt. Alle ideeën en opmerking worden op een groot vel papier onder de bijbehorende hoed geschreven. Onderwerp Verdiepingsvragen Museum (wat vind je van het museum?) -‐ Wat maak het museum uniek? -‐ Wat is de kracht van het museum? -‐ Wat mist er in het museum? Locatie/omgeving (wat vind je van de locatie en -‐ Wat als het museum in de stad lag? de omgeving?) -‐ Marketing/PR (wat vind je van de marketing van -‐ Hoe zou jij het museum promoten? het museum?) -‐
Sessie 2 CLAIRE
‘ Shake the Hand’ Bij sessie 2 wordt vooral gekeken naar de verschillende partijen die er aanwezig zijn, wat zij voor elkaar kunnen betekenen en wat zij voor de toekomst van het museum kunnen betekenen. Om uiteindelijk tot goede concepten te komen voor het museum, moet er natuurlijk vanuit verschillende perspectieven gekeken worden naar ideeën en naar nieuwe en bestaande verbindingen en samenwerkingen. Tijdens deze sessie wordt er op een groot blad begonnen met alle aanwezigen. Misschien wordt er met playmobiel poppetjes gewerkt of andere dingen die staan voor de personen. Er wordt dus een visueel beeld samengesteld van de verschillende partijen op dat moment. Nou is de centrale vraag: wat kan jij als partij betekenen voor het museum en welke andere partijen heb jij in je netwerk die ook van belang zijn? Uiteindelijk wordt het een groot visueel beeld met alle partijen die nodig zijn voor een goede toekomst van het museum. Benodigheden: poppetjes, groot vel papier, stiften, misschien iets van touw.
Sessie 3 Jasmijn Ideeën concreet maken/realistisch maken van uit paraplu De bedoeling van de sessie is om de mensen met de ideeën van de paraplu te laten nadenken over een mogelijk concept en producten. Belangrijk is om uit te leggen dat niks uit de paraplu het gaat worden maar dat het ideeën zijn die wij hebben bedacht na analyses en gesprekken. Graag willen we nadenken over ideeën voor de korte termijn. Wat kan er volgens hun op korte termijn gebeuren en wat gaat er echt werken? Alle deelnemers van die sessie krijgen een uitgeprinte versie van de paraplu. Deze wordt toegelicht in het begin van de sessie. Het is de bedoeling dat men samen verschillende onderdelen gaat uitkiezen van de paraplu. Hoe zien de deelnemers de toekomst van het museum? Er wordt dus eerst gevraagd om ideeën op papier te krijgen. Dit mogen ongeveer drie gecombineerde ideeën zijn. De volgende vraag is om te gaan kijken of deze ideeën realistisch zijn. De facilitator kan de volgende vragen stellen:
54
• • • • • •
Wat zijn goeie ideeën die in de paraplu staan? Zijn ze realiseerbaar? Zijn de ideeën voor korte termijn of lange termijn? Financieel goed voor het museum? Denk je dat dit goed past in het dorp? Waarom? Waarom denk je dat deze ideeën gaan werken?
Mochten de deelnemers nog meer nieuwe ideeën hebben dan kunnen zij deze in de ideeën box doen. Benodigde materialen: -‐ 10 A3 vellen voor het opschrijven van de ideeën -‐ Stiften/pennen voor het opschrijven van de ideeën. -‐ Uitgeprinte paraplu 25x -‐ Ideeën-‐box Afscheidswoord Tijdens het afscheidswoord moet er benadrukt worden hoe belangrijk deze input voor ons is. Laat de dankbaarheid zien voor hen aanwezigheid. Na het afscheidswoord nodigen we ze allemaal uit voor een borrel om nog even na te praten over de belangrijkste bevindingen en ideeën. Taakverdeling: Sessie 1: Rik Sessie 2: Claire Sessie 3: Jasmijn Inleiding – afsluiting: Nadieh Tijd en controle: Tim Koffie/thee etc: Nadieh en Tim
55
Materialen lijst •
• •
Opening Koffie, thee, fris & snoep Omdenk kaarten ? Sta tafels + afrokken Energizer Sessie Grote vellen papier Stiften Gekleurde petten
1
•
Sessie 2
•
Sessie 3 10 A3 vellen voor het opschrijven van de ideeën Stiften/pennen voor het opschrijven van de ideeën. Uitgeprinte paraplu 25x Ideeën-‐box
•
Borrel Wijn, bier en fris Borrelnootjes Eventueel klein bedankje????
56
Bijlage 6: Guerrilla actie voorbeelden Om te laten zien dat er gewerkt wordt aan een beter toekomst voor het raadhuis en om draagvlak te creëren in de gemeente Drimmelen zullen wij guerrilla marketing gaan toepassen. Men zal niet meteen doorhebben dat het voor het raadhuis is. Er zal door middel van vrolijkheid en enthousiasme iets gaan gebeuren en/of ontstaan in de gemeente Drimmelen. Door middel van storytelling gaan wij aan de slag met aandacht trekken. Het moet natuurlijk een beetje geheim blijven dat wij bezig zijn met een project voor het museum, anders is het geen guerrilla marketing. Maar toch moet men iets gaan herkennen na deze twee of drie dagen. Er zullen op drie verschillende plekken guerrilla acties plaatsvinden: gemeentehuis, Albert Heijn in Maden en in de straat van het museum.
Gemeentehuis
In het gemeentehuis kan de stoel van de burgemeester geplaatst worden. Iemand van ons kan dan aandacht trekken door middel van het plaatsnemen in de stoel zelf. In het gemeentehuis hangt vaak een rustige gedwongen sfeer. Wij willen een beetje meer lol maken daar en willen zorgen voor een bingo. Men kan objecten winnen uit het museum.
Albert Heijn
Mensen moeten deze dag iets vrolijks gaan meemaken bij de Albert Heijn. Wij als team zullen mensen aanspreken met gekke en leuke openingszinnen. Daarnaast verblijden we elke 50 e bezoeker met een mooi object uit het museum. Mensen zullen sowieso nieuwsgierig zijn wat wij als team daar doen. Er zal een kleine hint gegeven worden zoals: ‘Vind u ook niet dat er veel meer gedaan kan worden in de gemeente om weer een collectief dorpsgevoel te creëren? Misschien is het raadhuis hier de geschikte plek voor.’ Er worden een soort van cadeautjes uitgedeeld.
Museum
Om mensen te lokken en nieuwsgierig te maken, zullen verschillende objecten in de bomen gehangen worden en op straat gezet worden. Ook zal er gewerkt gaan worden met teksten, muziek en lampen. Het moet vooral opvallen en aandacht trekken. Wij zullen ons aankleden met de kleding die in het museum aanwezig is. Met verschillende objecten zullen wij een soort theekransje beginnen. Mensen kunnen aansluiten en zich verkleden voor een museale beleving. Het moet allemaal lekker gek zijn. Mensen moeten blij worden en dit onthouden en verder vertellen. Om kinderen te enthousiasmeren is het leuk om spelletjes te doen op straat of te gaan verkleden.
Beleef het museum
Op een avond beginnen wij met het aanbellen bij de deuren. We zullen vragen of men met ons mee gaat lopen en andere mensen op gaat halen. We zullen geheim houden wat er gaat gebeuren en hun uiteindelijk meenemen naar het raadhuis. Daar zullen veel kaarsen branden en het spannend zijn om binnen te komen. Er moet een totaal ander gevoel ontstaan in het raadhuis. Dan wordt er een film gedraaid en kan men beneden deze gaan kijken. Ook zal er wat huisgemaakte lekkernijen klaarstaan.
57
Mensen moeten totaal iets anders beleven dan wat ze normaal zouden zien in het museum. Men moet uiteindelijk realiseren dat het raadhuis een heel mooi en multifunctioneel gebouw is.
58