Multidisciplinair samenwerken op de spoedeisende hulp: Betere kansen met SEHSEH-artsen? Mw. drs. C.D. Kathan (RHO, Rijksuniversiteit Groningen), Dr. J.D. Meeuwis (Chirurg, opleider spoedeisende geneeskunde St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg)
Intro
2
Spoedeisende Hulp Artsen in Nederland • Veranderingen in zorgvraag (volume en diversiteit) • Veranderingen in beroepenstructuur (dreigend artsen tekort) ⇒ Spoedeisende Hulp Arts (SEH-arts)
Geschiedenis: • Eerste ziekenhuis begint opleiding in 1999 • 2006: 12 3-jarige opleidingen • 2006: ~ 32 SEH-artsen ~ 75 SEH-artsen in opleiding.
3
Competenties van de SEH-Arts (Position paper SEH-arts; SOSG/NVSHA) • Medisch handelen • Communicatie: “Effectieve communicatieve vaardigheden in complexe situaties, tijdsdruk, stress, vele partijen, zorgverleners, patiënt en familie en anderen.“ • Samenwerking: “Effectieve sociale vaardigheden van een goede teamspeler, goede coördinerende vaardigheden om leiding te geven aan het (multidisciplinaire) zorgproces.“ • Maatschappelijk handelen
4
Effectiever en efficiënter samenwerken? Verwachte positieve effecten van het beroep SEH-arts: A) Multidisciplinaire samenwerking binnen de SEH ⇒ Constanze Kathan B) Multidisciplinaire samenwerking tussen SEH en andere afdelingen en instellingen ⇒ Dik Meeuwis
5
Deelproject uit Proefschrift “The impact of emergency physicians on the organizational performance of emergency care departments” Begeleidingscommissie: • prof. dr. Arndt Sorge Faculteit Bedrijfskunde, Rijksuniversiteit Groningen. • prof. dr. Rijk Gans Medische Faculteit, Rijksuniversiteit Groningen & • dr. Marjolein van Offenbeek Faculteit Bedrijfskunde, Rijksuniversiteit Groningen. (Financieel) gesteund door de Stichting Opleiding Spoedeisende Geneeskunde (SOSG).
6
Samenwerking binnen SEH: Vragen
• Bestaat er een aantoonbaar verschil in samenwerking en coördinatie op de SEH tussen ziekenhuizen die SEH-artsen wel gebruiken en ziekenhuizen die SEH-artsen niet gebruiken? • Zo ja, om welke verschillen gaat het? • Wat is de betekenis van deze verschillen voor het functioneren van de SEH?
7
Verwachtingen 1. SEH-artsen spelen een centrale rol in de patiëntenzorg binnen de afdeling SEH. 2. SEH-artsen nemen de leiding over in de patiëntenzorg op de SEH. 3. Verpleegkundigen hebben een minder centrale rol in de patiëntenzorg wanneer SEH afdelingen met vaste SEH-artsen werken, dan wanneer wisselende AIOS / ANIOS / HAIOs worden ingezet. 4. Het “SEH-team” is minder afhankelijk van één bepaalde functiegroep indien met SEH-artsen wordt gewerkt, dan wanneer zonder SEH-artsen wordt gewerkt.
8
Methode •
•
Vergelijkende case studies (SEH afdelingen in grote opleidings ziekenhuizen): Zonder SEHartsen
Met SEH-artsen (in ontwikkeling)
Met SEH-artsen (geadvanceerder)
Case A (-SEH-A) Case B (-SEH-B)
Case C (+SEH-C): Case D (+SEH-D): 1 SEH-arts, 1 SEH-arts, 9 SEH-artsen i.o. 23 SEH-artsen i.o.
Sociale netwerk analyse
9
Sociale Netwerk Analyse 1. Gegevensverzameling met behulp van vragenlijst: • Wie heeft contact met wie over patiëntenzorg in een dienst, en in welke mate? • Wie neemt het initiatief tot dit contact? → Som per functiegroep 2. Doel: beroepsgroepen, die wel of niet contact hebben, richting van contact, intensiteit van contact (gebaseerd op frekwentie) .
10
Voorbeeld: Netwerk St. Elisabeth ZH I
11
Voorbeeld: Netwerk St. Elisabeth ZH II
12
Voorbeeld: Netwerk St. Elisabeth ZH III
13
Voorbeeld: Netwerk St. Elisabeth ZH IV
14
Andere voorbeelden: verschillen tussen cases
15
Indices en kengetallen I 1. Mate van activiteit van beroepsgroepen in het zorgproces 2. Centrale rol van enkele beroepsgroepen in het zorgproces (100% = sterk centraliseerd, 0% sterk gedecentraliseerd) -SEH-A n= 33
-SEH-B n=130*
+SEH-C n=34
+SEH-D n=35
1. Gemiddelde activiteit van beroepsgroepen [Gem. In-Out-degree]
4,8
5
5,4
7,1
2. Centrale role van enkele beroepsgroepen [In-degree centraliteit]
34,4%
41,7%
54,2%*
47,2%**
*logboeken * VPs, AIOS
** VPs, SEH-artsen (i.o.) 16
Indices en kengetallen II 3.
Informatiestroom: des te gecentraliseerder de stroom, des te indirecter de afstemming.
4.
Leidende rol - Maat gebaseerd op initiatief tot aktiviteit.
3. Informatie stroom [Flow betweenness] 4. Leidende rol … [Out-degree]
-SEH-A
-SEH-B
+SEH-C
+SEH-D
49,4%
31,6%
29,7%
24,6%
VPs, AIOS
VPs VPs AIOS, VPs SEH-arts, SEH-arts, SEH-i.o. SEH-i.o.
17
Context van Cases +SEH-C
+SEH-D
Patienten NIET gezien door SEH-artsen (i.o.)
Verwezen interne gk. Geen cardiologie, pediatrie, gynaecology, long gk.
Verwezen interne gk, neurologie, pediatrie, long geneeskunde.
Taken van opgeleide SEH-artsen
Vooral patiëntenzorg, nauwelijks management
Vooral management, nauwelijks patiëntenzorg
Inbedding van SEHartsen
‘Add-on’
SEH-organisatie gebaseerd op SEH-artsen.
Management visie, trekker(s)
Minder heldere visie: meer Duidelijke visie over “SEHprobleem dan oplossingsgericht. team”. Duidelijke “Toevallige” trekker. (medische) trekker.
Ontwikkeling gedragen door medisch staf?
Stafleden werden Stafleden werden op verrassend voorafgaand aan laat tijdstip schriftelijk besluitvorming persoonlijk geïnformeerd → veel kritiek. geïnformeerd. 18
Conclusies over proposities 1. SEH-artsen centraal in patiëntenzorg: → Wordt voor Tilburg gesteund, maar niet overal. 2. SEH-artsen nemen “leiding” over in de zorg voor patiënten op de SEH: → Wordt gesteund, naast VPs. 3. VPs minder central indien vaste SEH-artsen aanwezig: → Wordt niet gesteund. 4. “SEH-team” minder afhankelijk van bepaalde functiegroepen indien vaste SEH-artsen aanwezig: → Wordt gesteund.
19
Conclusies • • • •
De SEH-arts integreert de samenwerking binnen de SEH. Verpleegkundigen blijven zeer belangrijk in de samenwerking. SEH-artsen hebben (nog geen duidelijke) “dominante” rol. Mogelijke reden: beperkte inzet tot dusver → Zal veranderen als meer afgestudeerde SEH-artsen voor de patiëntenzorg worden ingezet.
→ SEH-artsen kunnen een positieve invloed hebben op de samenwerking in de patiëntenzorg. → Kennis over de SEH context en inrichting is belangrijk voor de interpretatie. → Invloed en succes van SEH-artsen zijn afhankelijk van contextuele factoren en de structuur van de SEH.
20