Mr. K.M. van der Velde - Menting

Agenda voor de vergadering van de gemeenteraad van Kaag en Braassem De voorzitter van de gemeente Kaag en Braassem nodigt de leden van de gemeenteraad uit tot het houden van een vergadering op maandag 7 november 2011, ter behandeling van de hieronder vermelde onderwerpen. De vergadering begint om 17:00 uur en vindt plaats in de raadzaal van het gemeentehuis, Westeinde 1 te Roelofarendsveen. Roelofarendsveen, 27 oktober 2011

de voorzitter, Mr. K.M. van der Velde - Menting

1. Opening 2. Vaststelling agenda 3. Vragenhalfuur Toelichting: De raadsleden kunnen vragen stellen aan het college over actuele zaken waar op korte termijn een reactie op gewenst wordt. Hier is maximaal een half uur voor beschikbaar. Afhankelijk van hoeveel vragen er zijn kan dit onderdeel ook korter duren. 4. Lijst Hamerstukken a. Actualisatie grondexploitaties 5. Programmabegroting 2012 Toelichting: Vóór 15 november 2011 dient er een door de gemeenteraad vastgestelde begroting voor 2012 en meerjarenbegroting voor de periode 2012 tot en met 2015 aan Gedeputeerde Staten te worden ingezonden. De opzet voor de behandeling van de begroting treft u aan op de volgende pagina. Portefeuillehouder: Wethouder A.J.M. van Velzen 6. Sluiting

11.088

7 november 2011

Page 1 van 2

Opzet begrotingsbehandeling 7 november 2011 17.00 uur De voorzitter opent de vergadering. 17.30 uur eerste termijn raad: De fracties krijgen 5 tot 10 minuten de tijd voor het voorlezen van hun algemene beschouwingen (grootste fractie eerst). Tijdens het voorlezen achter het spreekgestoelte zijn geen interrupties toegestaan. Moties en amendementen worden op dit moment ingediend of aangekondigd. 18.00 uur eerste termijn college: Het college reageert op de algemene beschouwingen en beantwoordt de gestelde vragen. 18.30 – 20.00 eerste (grote) schorsing (inclusief eten) 20.00 uur tweede termijn raad De fracties hebben de gelegenheid om elkaar vragen te stellen over onder meer de algemene beschouwing en de ingediende moties en amendementen. De fracties dienen op dit moment hun moties en amendementen in. 20.30 – 20.45 tweede (kleine) schorsing 20.45 uur tweede termijn college Het college krijgt de gelegenheid om eventuele openstaande vragen te beantwoorden en een advies te geven over de moties en amendementen. 21.15 uur derde termijn raad Fracties krijgen de gelegenheid om met elkaar in discussie te gaan over de moties en amendementen. 21.45 – 22.00 derde (kleine) schorsing 22.00 uur besluitvorming en sluiting

11.088

7 november 2011

Page 2 van 2

Raadsvergadering Agendapunt Registratienummer Portefeuillehouder(s) Opsteller E-mail Telefoon

: : : : : : :

7 november 2011 3 11.089 J.B. Uit den Boogaard T.C. Wesseling [email protected] (071) 3327 474

Onderwerp: Actualisatie grondexploitaties Beslispunten: 1. de geactualiseerde grondexploitaties vast te stellen; 2. akkoord te gaan met een tussentijdse winstneming in project Beukenlaan fase 2 ad € 1.500.000 excl. BTW en dit bedrag te storten in de reserve Bouwgrondexploitatie; 3. het saldo van de reserve Bouwgrondexploitatie per 01-01-2012 te bepalen op € 915.308 (excl. rentetoerekening en exclusief beschikking watercompensatie Veenderveld) ter dekking van de berekende risicobuffer; 4. een extra voorziening te treffen voor de geprognosticeerde verliezen van de in exploitatie genomen gronden ad € 1.611.480, te dekken uit de reserve Bouwgrondexploitatie voor € 882.193 en uit de Algemene Reserve voor € 487.290 en het restant ad € 241.997 uit de rentebijschrijving; 5. in 2012 te beschikken over de in de reserve Bouwgrondexploitatie begrepen post van € 261.055 voor de watercompensatie Veenderveld; 6. de door het college opgelegde geheimhoudingsplicht op de rapportage actualisatie grondexploitaties Kaag en Braassem en op de individuele grondexploitaties ex artikel 25, 3e lid van de Gemeentewet te bekrachtigen. Publiekssamenvatting Voor de programmabegroting 2012 zijn geactualiseerde grondexploitaties opgesteld om een actueel beeld van het te voeren grondbeleid inzichtelijk te hebben, de benodigde reservepositie voor 2012 te bepalen en de budgetten voor de ruimtelijke grondexploitatieprojecten voor 2012 en verder vast te stellen. Inleiding Bijgaand bieden wij u de rapportage Actualisatie Grondexploitaties Kaag en Braassem aan. De grondexploitaties zijn geactualiseerd voor de programmabegroting 2012. Door de actualisatie wordt een actueel en herzien beeld gegeven van de financiële resultaten van de individuele projecten en het totaal. Daarbij zijn de risicoprofielen van de projecten geactualiseerd en daarmee is opnieuw bepaald welke voorzieningen moeten worden getroffen om dekking te bieden en uitvoering van de projecten te waarborgen en de minimaal gewenste omvang van de reserve Bouwgrondexploitatie te bepalen. Beoogd resultaat Geactualiseerde grondexploitaties om in de programmabegroting 2012 te verwerken.

11.089 Rv Actualisatie grondexploitaties

7 november 2011

Pagina 1 van 3

Kader Het belangrijkste kader van de besluiten ten aanzien van een actualisatie van de grondexploitaties is vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording waarin is bepaald dat minimaal een keer per jaar verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde grondbeleid, met daarin een actueel zicht op de (financiële) ontwikkelingen van grondexploitatieprojecten. Deze verantwoording vindt in ieder geval altijd plaats in de programmarekening. Door de actualisatie van de grondexploitaties ook voor de vaststelling van de programmabegroting 2012 uit te voeren en vast te stellen worden de financiële effecten op de begroting en reservepositie inzichtelijk gemaakt. Argumenten Relatie programmabegroting en programmarekening Voor de programmabegroting 2012 worden de financiële ontwikkelingen en risico’s in de grondexploitatieprojecten opnieuw herijkt. Een goede gemeentelijke programmabegroting legt de basis voor heldere afspraken tussen college en raad. De programmabegroting maakt het mogelijk om de noodzakelijke (strategische) keuzen te maken om de voorgestelde bezuinigingen daadwerkelijk in gang te zetten en te realiseren. Om de kwaliteit van de programmabegroting van Kaag en Braassem te vergroten wordt voor het te voeren grondbeleid in 2012 een actueel beeld gepresenteerd van de ontwikkelingen van de projecten, de te verwachten op te leveren producten en de verwachte financiële resultaten. Bij de programmarekening 2012 worden de resultaten opnieuw berekend en wordt verantwoording afgelegd over de gerealiseerde en niet gerealiseerde doelen en producten in de gebiedsontwikkelingsprojecten. Deze onderlinge samenhang is van belang voor de controle en sturing door de raad op het gevoerde en te voeren grondbeleid. Verbetertraject risicomanagement Voor in exploitatie te nemen gronden vindt reservevorming plaats in de reserve Bouwgrondexploitatie en moeten verliesvoorzieningen worden getroffen voor het negatieve resultaat van de grondexploitatie. De berekende resultaten zijn echter geprognosticeerd eindresultaat en kunnen fluctueren indien input wijzigt. In ruimtelijke projecten kunnen namelijk verschillende risico’s en kansen van toepassing zijn. Voor de programmabegroting 2012 (en daarna bij de programmarekening 2012) worden deze gekwantificeerd. De uitkomsten van de risicoanalyse biedt meer inzicht in de bandbreedte van het berekende resultaat. Daarnaast zijn de uitkomsten van de risicoanalyses gehanteerd bij de bepaling van de weerstandscapaciteit en het weerstandsvermogen van de reserve Bouwgrondexploitatie ten opzichte van de overall financiële reservepositie van de gemeente Kaag en Braassem. De uitkomsten van de risicoanalyse vormen de basis voor het beheersen van de belangrijkste risico’s en het realiseren van de kansen. In 2012 zal de professionalisering van risicobeheersing bij gebiedsontwikkeling verder worden ontwikkeld door een protocol op te stellen en beheersmaatregelen te inventariseren en zo veel mogelijk uit te voeren. Budgetten 2012 Door geactualiseerde grondexploitaties worden gewijzigde budgetten doorgevoerd in de begroting 2012. Daarmee kan via de projecten- en verplichtingenadministratie een goede budgetmonitoring door projectleiders gevoerd worden. Adviezen accountant In het verslag van de accountant bij de programmarekening 2010 is aandacht gevraagd voor risicomanagement van ruimtelijke projecten. Bij de actualisatie van de grondexploitaties voor de programmabegroting 2012 is opnieuw gekeken naar de kansen en risico’s en zijn de kansen en risico’s die zich naar alle waarschijnlijkheid voordoen in de grondexploitatieopzet verdisconteerd. Tussentijdse winstneming Voor project Beukenlaan II (ook genaamd Kroondomein) is, conform de regels van het BBV, een tussentijdse winstneming mogelijk. Er is een tussentijdse winstneming bepaald van € 1.500.000 die per 01-01-2012 gerealiseerd kan worden. De € 1.500.000 is namelijk ongeveer de hoogte van


7 november 2011

Pagina 2 van 3

de boekwinst die al is gerealiseerd. Bijna alle kosten zullen per 01-01-2012 gemaakt zijn (einde woonrijp maken) en dienen alleen nog grondopbrengsten uit gronduitgifte gerealiseerd te worden. Deze financiële middelen zijn benodigd voor de dekking van de extra te treffen verliesvoorziening. Verliesvoorziening grondexploitaties Conform de voorschriften uit het BBV moeten voorzieningen worden gevormd voor bestaande risico’s ter zake van bepaalde verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten. De actualisatie van de grondexploitaties toont aan dat voor de negatieve projecten (De Bloemen Roelofarendsveen, Centrumplan Leimuiden, Connexxion Leimuiden en Hussonshoek Woubrugge) het tekort is toegenomen, waardoor in totaal € 1.611.480 aan extra verliesvoorziening moet worden getroffen. Risicovoorziening Bij de actualisatie van de grondexploitaties zijn ook de bijbehorende risicoanalyses geactualiseerd. Naast de verdisconteerde risicovoorziening bij bepaalde ruimtelijke projecten is ook opnieuw een risicovoorziening bepaald om weer rekening te kunnen houden met tegenvallers en het risicoprofiel van de ruimtelijke projecten weer actueel en inzichtelijk te krijgen. Voorgesteld wordt om een risicovoorziening ad € 915.308 (excl. rentetoerekening in 2012) als minimale omvang van de reserve Bouwgrondexploitatie voor 2012 te treffen. Bekrachtigen geheimhouding De rapportage is niet openbaar vanwege mogelijke onwenselijke prijsopdrijvingseffecten en grondposities die kunnen worden ingenomen door marktpartijen. Wij stellen u derhalve voor de geheimhoudingsplicht die wij op de desbetreffende stukken bij de toezending ervan hebben opgelegd te bekrachtigen. Draagvlak Draagvlak voor dit besluit is vereist van uw raad. Dat draagvlak zal blijken bij de behandeling van de rapportage en gevraagde besluitvorming. Financiële consequenties Het vaststellen van de geactualiseerde grondexploitaties zal tot gevolg hebben dat aangepaste budgetten en ramingen kunnen worden verwerkt in de programmabegroting 2012 en de consequenties voor de reserve Bouwgrondexploitatie worden verwerkt in de nota Reserves en Voorzieningen. De financiële effecten van de beslispunten komen overeen met de programmabegroting 2012. Communicatie De rapportage en alle bijlagen zijn vertrouwelijk van aard. De informatie is marktgevoelig en verspreiding kan negatieve consequenties hebben voor de financiële positie van de gemeente. De afspraak is, dat wij uw raad tussentijds ook rapporteren over de voortgang van alle projecten. Recentelijk hebben wij in het college echter gesproken over de projecten en naar aanleiding daarvan besloten om opnieuw naar alle plannen en projecten te kijken, en te bezien of en in hoeverre heroverwegingen nodig zijn, gezien de huidige economische situatie in het land. Het leek ons goed om met het opstellen van een rapportage aan uw raad, ook deze informatie mee te nemen, vandaar dat de rapportage nog niet aan u is toegezonden. Verwachting is dat er eind oktober / begin november een rapportage over voortgang projecten aan uw raad toegezonden kan worden, waarin dan ook de inschatting van het college over eventuele bijstellingen, als gevolg van of anticiperend op de marktsituatie, meegenomen is. Roelofarendsveen, 20 september 2011 Burgemeester en wethouders van Kaag en Braassem, de gemeentesecretaris, de burgemeester, M.E. Spreij mr. K.M. van der Velde-Menting


7 november 2011

Pagina 3 van 3

De raad van de gemeente Kaag en Braassem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 september 2011; gelet op artikel 25, 3e lid van de Gemeentewet; b e s l u i t:

1. 2. 3.

4.

5. 6.

de geactualiseerde grondexploitaties vast te stellen; akkoord te gaan met een tussentijdse winstneming in project Beukenlaan fase 2 ad € 1.500.000 excl. BTW en dit bedrag te storten in de reserve Bouwgrondexploitatie; het saldo van de reserve Bouwgrondexploitatie per 01-01-2012 te bepalen op € 915.308 (excl. rentetoerekening en exclusief beschikking watercompensatie Veenderveld) ter dekking van de berekende risicobuffer; een extra voorziening te treffen voor de geprognosticeerde verliezen van de in exploitatie genomen gronden ad € 1.611.480, te dekken uit de reserve Bouwgrondexploitatie voor € 882.193 en uit de Algemene Reserve voor € 487.290 en het restant ad € 241.997 uit de rentebijschrijving; in 2012 te beschikken over de in de reserve Bouwgrondexploitatie begrepen post van € 261.055 voor de watercompensatie Veenderveld; de door het college opgelegde geheimhoudingsplicht op de rapportage actualisatie grondexploitaties Kaag en Braassem en op de individuele grondexploitaties ex artikel 25, 3e lid van de Gemeentewet te bekrachtigen.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Kaag en Braassem gehouden op 7 november 2011 de griffier, de voorzitter, drs. B.S.M. Sepers mr. K.M. van der Velde-Menting

11.089 Rb Actualisatie grondexploitaties

7 november 2011

Pagina 1 van 1

Raadsvergadering Agendapunt Registratienummer Portefeuillehouder(s) Opsteller E-mail Telefoon

: : : : : : :

7 november 2011 4 11.090 A.J.M. van Velzen J. Azier [email protected] (071) 3327 239

Onderwerp: Programmabegroting 2012 Beslispunten: 1. de programmabegroting 2012 en de meerjarenbegroting voor de periode 2012 tot en met 2015 vast te stellen; 2. de (belasting)tarieven te verhogen met het inflatiepercentage van 2%; 3. het tarief voor precarioheffing op kabels en leidingen aan te passen zoals voorgesteld bij de begroting 2011 (inclusief inflatiecorrectie wordt de opbrengst voor 2012 € 1.136.000 conform het overzicht in de kadernota blz. 30); 4. in te stemmen met het pakket aan maatregelen voor het sluitend maken van de begroting en meerjarenbegroting; 5. het bij de vaststelling van de begroting 2011 genomen besluit om voor het sluitend maken van de begroting 2012 voor € 165.000 te beschikken over de algemene reserve in te trekken. Publiekssamenvatting Vóór 15 november van elk jaar moet er een door de gemeenteraad vastgestelde begroting en meerjarenbegroting aan het provinciebestuur worden aangeboden. De provincie houdt toezicht op de gemeenten. Op grond van de ingezonden begrotingsstukken wordt beoordeeld of het repressief toezicht (= toezicht achteraf) in het komende begrotingsjaar opnieuw op de gemeente van toepassing kan zijn of dat preventief toezicht (= toezicht vooraf) nodig is. In de raadsvergadering van 7 november 2011 wordt de begroting 2012 en de meerjarenbegroting voor 2013 tot en met 2015 behandeld. Om in aanmerking te komen voor het repressieve toezicht moet de begroting voor deze periode een sluitend financieel beeld vertonen. Hierbij moet het totaal van de geraamde baten minimaal gelijk zijn aan het totale bedrag van de geraamde lasten. Indien dit niet het geval is moeten er concrete maatregelen worden genomen waardoor dit evenwicht alsnog zal ontstaan. De basis voor de begroting 2012 vormt de vorig jaar vastgestelde begroting voor 2011. Deze begroting wordt geactualiseerd met ontwikkelingen met financiële consequenties die zijn ontstaan voor 2012 en voor de periode 2013 tot en met 2015. Door het rijk zijn belangrijke kortingen op het gemeentefonds (de belangrijkste inkomst van de gemeente) aangekondigd. Ook andere ontwikkelingen hebben belangrijke financiële gevolgen voor de gemeente in de komende jaren. In verband met de kerntakendiscussie zijn in de gemeentebegroting voor 2012 en verder voorstellen tot bezuinigingsmaatregelen opgenomen, die ervoor moeten zorgen dat er ook voor de komende jaren een sluitend financieel beeld blijft bestaan. Uitgangspunt hierbij is dat de lokale lastendruk binnen acceptabele grenzen blijft.

11.090 Rv Programmabegroting 2012

7 november 2011

Pagina 1 van 7

Inleiding Hierbij bieden wij u ter vaststelling aan de begroting voor 2012 en de meerjarenbegroting voor de periode 2013 - 2015. Het samenstellen van de begroting voor 2012 en verder heeft in 2011 plaatsgevonden via het onderstaande proces. Aanbieden van de kadernota 2012 (raadsvergadering van 27 juni 2011) De kadernota 2012 is ter behandeling aan uw gemeenteraad aangeboden ter behandeling in de vergadering van 27 juni 2011. In de kadernota 2012 is uw raad tijdig en zo goed en compleet als mogelijk inzicht gegeven in de te verwachten financiële positie voor de komende jaren. Hiermee kon tevens worden bepaald wat de gewenste omvang van de totale bezuinigingsvoorstellen moet zijn om ook in de komende jaren een sluitend begrotingsbeeld te kunnen behouden. Dat er momenteel vele ontwikkelingen spelen is al in de kadernota aangegeven. Naast de ontwikkelingen met direct financiële consequenties voor de gemeentebegroting zijn tevens de ontwikkelingen in beeld gebracht die mogelijk nog financiële consequenties gaan krijgen nadat de besluitvorming hieromtrent is afgerond. Deze zijn bij de kadernota benoemd als risico’s. In een afzonderlijke memo “meicirculaire” is aanvullend bij de kadernota nog toegevoegd de informatie over de algemene uitkering zoals opgenomen in de meicirculaire. Samengevat hebben wij met het vormgeven van de kadernota 2012 het onderstaande beoogd: • vooruitlopend op het uitbrengen van de begroting al een zo goed mogelijk beeld geven van de verwachte financiële begrotingspositie voor de periode 2012 – 2015; • het informeren omtrent ontwikkelingen, waarvan de besluitvorming nog niet is afgerond (de risico’s) die dit financiële beeld nog kunnen beïnvloeden; • de kaders bepalen waarbinnen de begroting voor 2012 en verder moet worden uitgewerkt; • het vormen van een oordeel omtrent de noodzakelijke omvang van de bezuinigingsopdracht uit te werken door ons college. De uitkomsten van de kadernota (inclusief de aanvullende memo “meicirculaire 2011” zijn hieronder nog eens vermeld op de eerste regel van onderstaande tabel (A): Tabel A Financieel beeld na vaststelling van de Kadernota in de raad van juni 2011 Beeld bij kadernota 2012 2013 2014 Uitkomsten kadernota (inclusief meicirculaire) 792.000 V 49.000 N 268.000 Bijstelling uit besluitvorming zoals hierna toegelicht 474.000 N Bijgesteld resultaat 318.000 V 49.000 N 268.000

V

2015 653.000

N

V

653.000

N

Besluitvorming bij de behandeling van de kadernota De bijstelling in 2012 betreft een tweetal hieronder toegelichte onderwerpen. 1) In het voordelige resultaat voor de jaarschijf 2012 van € 792.000 is een beschikking uit de algemene reserve begrepen van € 165.000. Deze beschikking, waartoe is besloten bij het vaststellen van de begroting 2011, was in het toenmalige meerjarenbeeld nodig voor het sluitend maken van de jaarschijf 2012. Gelet op de huidige uitkomst van de begroting voor 2012 is deze beschikking niet meer nodig en kan deze zoals reeds vermeld in de memo “meicirculaire” in de middelen van de algemene reserve blijven. 2) De tweede mutatie betreft de verlaging van de opbrengst bouwleges met € 309.000 volgend uit het besluit van uw raad bij de behandeling van het ingediende amendement bij de kadernota. Rekening houdend met beide mutaties komt het bij de kadernota geschetste financiële beeld uit op de eindtotalen zoals vermeld op de laatste regel van bovenstaand overzicht (tabel A).


7 november 2011

Pagina 2 van 7

Aanbieding uitgewerkte conceptbegroting 2012 en meerjarenbegroting 2013 - 2015 Binnen de kaders zoals vastgesteld bij de kadernota 2012 is de concept (meerjaren)begroting 2012 – 2015 uitgewerkt. De einduitkomsten geven het financiële beeld zoals vermeld in de onderstaande tabel B1): Tabel B1 Begroting voor 2012 en meerjarenbegroting 2013 – 2015 (concept). Uitkomsten conceptbegroting 2012 2013 2014 274.000 V 540.000 N 418.000 Uitkomsten huidige conceptbegroting

N

2015 1.130.000

N

Zoals blijkt uit vorenstaande cijfers is er voor 2012 sprake van een sluitende begroting. In het meerjarenperspectief ontstaan er echter voor de jaren na 2012 tekorten. Ten opzichte van de kadernota zijn deze uitkomsten door een aantal ontwikkelingen nog bijgesteld. Voor een analyse van deze ontwikkelingen op hoofdlijnen wordt verwezen naar de bij dit voorstel gevoegde bijlage. Om ook voor de komende jaren een sluitend begrotingsbeeld te behouden en tevens de beschikking te hebben over een “buffer” om weerstand te kunnen bieden aan de structurele effecten van de gesignaleerde risico’s, is door het college ’t Kompas gestart. Bij overname van dit bezuinigingsvoorstel is er voor de gehele periode van de huidige meerjarenbegroting sprake van een sluitend beeld waarbij er tevens structurele weerstandsruimte ontstaat voor het opvangen van de gesignaleerde risico’s. Bij het doorvoeren van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen ontstaat het onderstaande beeld voor de meerjarenbegroting: Tabel B2 Begroting voor 2012 en meerjarenbegroting 2013 – 2015 incl. bezuinigingen (concept). Bepaling begrotingsbeeld en weerstandsver2012 2013 2014 2015 mogen na uitvoering bezuinigingsvoorstel Meerjarenbegroting 2012 e.v. 274.000 V 540.000 N 418.000 N 1.130.000 N Netto resultaat voorgestelde bezuinigingen 722.000 V 1.657.000 V 2.173.000 V 2.248.000 V Buffer structurele risico’s 996.000 V 1.117.000 V 1.755.000 V 1.118.000 V

Inclusief de bezuinigingen ontstaat er nu voor alle jaren van het huidige meerjarenperspectief een voordelig resultaat en hiermee tevens een weerstandsbuffer voor de bestaande risico’s welke nog niet zijn verwerkt in het begrotingsbeeld. Begrotingsbehandeling inclusief bezuinigingsvoorstel. Zoals u bekend is in 2011 een kerntakendiscussie gevoerd. In de kadernota zijn de uitkomsten van deze discussie in zijn totaliteit per programma opgenomen. Het college heeft voor deze begroting een selectie gemaakt uit dit totaalpakket (zie tabel B2). De maatregelen die niet in het collegevoorstel zijn opgenomen, zijn in een afzonderlijke staat (overzicht V) bij de meerjarenbegroting opgenomen als amendeerbare voorstellen. De door het college voorgestelde maatregelen zijn eveneens in een afzonderlijke bijlage bij de meerjarenbegroting (overzicht IV) per programma opgenomen. De in beide overzichten gespecificeerde maatregelen zijn per maatregel voorzien van een uniek nummer. Hiermee is beoogd om eventueel gewenste uitwisselingen tussen voorgestelde- en niet voorgestelde maatregelen bij de begrotingsbehandeling eenvoudiger amendeerbaar te maken. Risico’s gesignaleerd bij de kadernota Wij vinden het belangrijk nogmaals te vermelden dat, hoewel er na de verwerking van de geselecteerde maatregelen voor alle jaren een positief resultaat ontstaat, dit in samenhang moet worden gezien met de financiële consequenties van risico’s die in verband met de nog niet afgeronde besluitvorming niet in de begroting zijn verwerkt. In de begroting zijn thans alle ontwikkelingen, waarvan het beleid tot en met 13 september (behandelingsdatum begroting in college) is afgerond. Op 29 september zijn de stukken conform de planning in de p&c-cyclus ter verzending aan de raad aan de griffie aangeboden. In het hieronder vermelde overzicht worden de risico’s waarvoor in verband met nog niet afgeronde


7 november 2011

Pagina 3 van 7

besluitvorming nog geen financiële doorvertaling in de begroting heeft plaatsgevonden nog eens vermeld. Tabel C Overzicht van de benoemde risico’s) Nog niet in begroting verwerkte risico’s 2012 Afschaffen precarioheffing 1.136.000 Bestuursakkoord herverdelingseffecten Blijvend lager rendement belegging Nuon200.000 gelden (in de begroting uitgegaan van gemiddeld rendement van 4%). Risico per 1% lager rendement Bouwgrondexploitatie pm Bestuursakkoord decentralisatie taken pm Ontmanteling ISDR pm Financiële consequenties uit de herziening pm van de beheersplannen (zoals wegen, groen en gebouwen) Totaal risico’s (excl. pm posten) 1.336.000

N N

2013 1.364.000 387.000 200.000

N N N

pm pm pm pm

N

1.951.000

2014 1.592.000 387.000

N N

pm pm pm pm

N

1.979.000

2015 1.592.000 387.000

N N

pm pm pm pm

N

1.979.000

N

In het vorenstaande overzicht is een aantal posten pm opgenomen omdat deze op dit moment nog niet kwantificeerbaar zijn. De bouwgrondexploitatie Ten aanzien van de bouwgrondexploitatie wordt opgemerkt dat in 2011 een tweede herziening van de te verwachten uitkomsten en de risicoanalyse bij de bouwgrondexploitatie heeft plaatsgevonden. De uitkomsten hiervan zijn verwerkt in de huidige conceptbegroting en in de herziening van de stand van de Reserves en Voorzieningen (bij afzonderlijke brief aan u aan te bieden). De risico’s met betrekking tot de bouwgrondexploitatie zijn derhalve tegen de meest actuele stand van te verwachten verliezen en risico’s afgedekt binnen de reserves en verliesvoorzieningen. Met name omdat de besluitvorming omtrent het grootste plan Braassemerland ten tijde van het opstellen van de begroting nog niet is afgerond is er op dit onderdeel een p.m. post bij de risico’s opgenomen. Hoewel dit risico op dit moment niet kwantificeerbaar is, is hieromtrent zoals ook al vermeld bij de kadernota wel een indicatie te geven. Voor de toename van verliezen bij de bouwgrondexploitatie dienen ingevolge de BBVvoorschriften direct verliesvoorzieningen te worden getroffen. Aanvulling van de verliesvoorziening geschiedt ten laste van de algemene reserve. De algemene reserve heeft per begin 2012 een saldo van € 54,7 miljoen. Het grootste deel hiervan, € 44,6 miljoen, is op dit moment aangewezen als belegd deel waarvan de rentebaten (voornamelijk ter compensatie van het voormalige Nuon-dividend) naar de exploitatiebegroting gaan. Dit betekent dat er nog voor maximaal € 10,1 miljoen over de algemene reserve kan worden beschikt zonder dat dit consequenties heeft voor de begroting. Ter indicatie wordt vermeld dat per € 10 miljoen daarboven er een structureel begrotingstekort ontstaat ter grootte van de rente (€ 450.000). Afhankelijk van de omvang van toekomstige af te boeken verliezen op de bouwgrondexploitatie kan dit per € 10 miljoen worden vertaald in een veelvoud van dit bedrag. Decentralisatie taken, ontmanteling ISDR en beheersplannen Voor de overige drie pm posten (decentralisatie taken, ontmanteling ISDR en beheersplannen) is op dit moment geheel niet aan te geven wat hiervan de consequenties zullen zijn. Voor de ontmanteling van de ISDR kan in ieder geval met zekerheid worden gesteld dat dit financiële consequenties zal hebben. Beoogd resultaat Het in de kadernota gegeven beeld van de financiële positie in de komende jaren is in de concept (meerjaren) begroting op onderdelen zoals hiervoor aangegeven nog bijgesteld. De meerjarenbegroting geeft zoals aangegeven de einduitkomsten zoals opgenomen in tabel B1. De begrotingstekorten welke voor 2013 en verder ontstaan, worden hoofdzakelijk veroorzaakt door het wegvallen van de extra fusie-uitkering in de algemene uitkering en de kortingen op de 11.090 Rv Programmabegroting 2012

7 november 2011

Pagina 4 van 7

algemene uitkering door rijksbezuinigingen, die met name in het laatste jaar (2015) het sterkst doorwerkt. In verband hiermee zijn bij de huidige meerjarenbegroting tevens voorstellen tot bezuinigingen opgenomen, totaal becijferd op een bedrag dat in het laatste jaar (2015) oploopt tot € 2,3 miljoen structureel. Het beoogde resultaat bij de voorgestelde bezuinigingen bestaat uit twee belangrijke onderdelen te weten: het verkrijgen van een sluitende meerjarenbegroting; het vormen van structurele weerstand voor het opvangen van risico’s met structurele financiële gevolgen. Kader De begroting 2012 – 2015 is uitgewerkt binnen de door uw raad bij de kadernota vastgestelde kaders, met inachtneming van voorschriften uit de BBV en de geldende richtlijnen van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland. Argumenten Hiervoor wordt verwezen naar hetgeen hiervoor is vermeld en de uitgebreide toelichtingen zoals opgenomen in de bij dit voorstel behorende begrotingsstukken. Draagvlak De begroting is tot stand gekomen in overleg met alle betrokken organisatieonderdelen. Met betrekking tot de bezuinigingen op de personeelslasten is of zal overleg worden gevoerd met de ondernemingsraad. Financiële consequenties De financiële consequenties zijn in het voorgaande reeds toegelicht. Communicatie Publicatie van de begroting in de geëigende bladen. Na vaststelling tarieven nutsbedrijven informeren over wijzigingen in de precarioheffing. Realisatie Na vaststelling door uw raad zal de begroting voor 15 november moeten worden voorgelegd aan Gedeputeerde Staten, om in aanmerking te komen voor repressief toezicht in 2012.

Roelofarendsveen, 20 september 2011 Burgemeester en wethouders van Kaag en Braassem, de gemeentesecretaris, de burgemeester, M.E. Spreij mr. K.M. van der Velde-Menting


7 november 2011

Pagina 5 van 7

Bijlage bij het raadsvoorstel van de Programmabegroting 2012

Analyse van de ontwikkelingen welke na de kadernota nog zijn meegenomen in de concept (meerjaren) begroting. (Tabel A2) Uitkomsten concept begroting v.s. uitkomsten van de kadernota Uitkomsten huidige conceptbegroting Meerjarenbeeld bij de kadernota (tabel A) Verschil tussen kadernota en conceptbegroting

2012 274.000 318.000 44.000

2013 V V N

540.000 49.000 491.000

2014 N N N

418.000 268.000 686.000

2015 N V N

1.130.000 653.000 477.000

N N N

Specificatie en toelichting op de verschillen tussen de kadernota en de concept (meerjaren) begroting 2012 - 2015 Na de vaststelling van de kadernota heeft zich nog een aantal ontwikkelingen voorgedaan die leiden tot de neerwaartse bijstelling van het financiële beeld bij de kadernota met de bedragen zoals becijferd in de voorgaande tabel (A2 laatste regel) . De belangrijkste bijstellingen zijn hieronder gespecificeerd en vervolgens per onderdeel nader toegelicht. Specificatie verschil met kadernota Extra aframing bouwleges Benodigde bijstelling jaarbudgetten ICT Benodigde bijstelling investeringen ICT (kapitaallasten) Restant taakstelling bezuiniging frictie fte Technisch administratieve wijzigingen Afbouw beschikking reserve wegen T.l.v. exploitatie vallende fusiekosten Overige verschillen Totaal verschillen

2012 85.000 54.000

-56.000 -61.000 44.000

N N

V V N

2013 371.000 54.000 19.000

N N N

2014 357.000 54.000 19.000

N N N

2015 54.000 54.000 19.000

N N N

68.000

N

68.000

N

68.000

N

56.000 -99.000 491.000

N V N

56.000 110.000 686.000

N N N

107.000 56.000 97.000 477.000

N N N N

Toelichting op de verschillen Bouwleges Door de economische recessie staat de woningbouw onder grote druk. In verband hiermee zijn de inkomsten uit bouwleges in de begroting al diverse keren neerwaarts bijgesteld. De huidige ontwikkelingen maken het noodzakelijk in de begroting uiterst behoedzaam om te gaan met de raming van inkomsten uit bouwleges in de komende jaren. Bij de behandeling van de kadernota in juni is al besloten om de bouwleges voor 2012 af te ramen tot een bedrag van € 685.190. In bovenstaande tabel is de reguliere bouwleges en de bouwleges voor projecten voor 2012 en voor de jaren 2013 en 2014 afgeraamd tot een bedrag van € 600.000. De raming van bouwleges uit projecten (Braassemerland inclusief deelgebied Westend, Veilingvaart en Centrum) is beperkt tot een inkomst van € 129.000 (2013) en € 309.000 (vanaf 2014). Dit leidt tot extra aanpassing van de legesinkomsten zoals aangegeven in bovenstaande tabel. Budgetten ICT Na de kadernota is een onderzoek naar ICT-behoeften voor de komende jaren afgerond. Met name verplichte ontwikkelingen op het gebied van de basisregistraties maken een aantal nieuwe investeringen in hard- en software noodzakelijk. Ook de upgrade van het besturingssysteem SAP maakt dat er moet worden geïnvesteerd in de bestaande hardware. In verband met deze zaken is een bijstelling van de eerdere raming in de kadernota (waar de nullijn ten opzichte van 2012 werd aangehouden) noodzakelijk. Restant taakstelling bezuiniging op fte Aan gefuseerde gemeenten worden tijdelijk extra middelen toegekend voor de opvang van frictiekosten in de eerste jaren. In vorige begrotingen is er in verband hiermee een taakstellende bezuiniging opgenomen op de personeelsformatie. Deze werd in voorgaande jaren al grotendeels ingevuld, waarna er in de vorige begroting in het meerjarenbeeld nog een taakstelling van € 68.000 resteerde. In de kadernota is op bladzijde 37 reeds een opsomming gegeven van alle 11.090 Rv Programmabegroting 2012

7 november 2011

Pagina 6 van 7

formatieve consequenties van de bezuinigingen. Deze gaan verder dan eerdere taakstellingen op dit onderdeel en zijn alle overgenomen in het collegevoorstel. De resterende post van € 68.000 wordt hierdoor mede ingevuld in het totaal van het bezuinigingsvoorstel. Technisch administratieve wijzigingen Afbouw beschikking reserve wegen Conform de laatst vastgestelde nota reserves en voorzieningen is er in het meerjarenperspectief een aflopende reeks beschikkingen over de reserve wegen opgenomen. Dit volgt uit een in het verleden genomen besluit om de boekwaarde van alle investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijke functie in één keer af te schrijven. In de kadernota is doorgerekend op de basis uit de meerjarenbegroting van 2011 tot en met 2014. In verband met deze dalende reeks is er in de huidige meerjarenraming nog de bijstelling voor 2015 ten opzichte van 2014 opgenomen. In 2016 resteert er dan nog eenmaal een restantbeschikking van € 40.000, waarna deze constructie uit het begrotingsbeeld zal zijn verdwenen. Geactiveerde fusiekosten Fusiekosten die in de aanloop naar de fusie zijn gemaakt, zijn destijds geactiveerd op de balansen van beide voormalige gemeenten. Van dit balansbedrag wordt jaarlijks een bedrag ten laste van de exploitatie gebracht (gelijke tred houdend met de extra vergoeding hiervoor in de algemene uitkering uit het gemeentefonds). De laatste afboeking vindt plaats in 2012, waarna tevens de extra uitkering vervalt. Met de last van afboeking voor 2012 is rekening gehouden in de meerjarenbegroting evenals met de baat in de jaren daarna als deze afboeking niet meer plaats heeft. Omdat het resterende af te boeken deel lager uitvalt moet de reeks voor de meerjarenbegroting worden aangepast hetgeen leidt tot een voordeel in 2012 en een nadelige bijstelling in de jaren van het huidige meerjarenbeeld daarna. Vanaf 2013 verdwijnen deze mutaties uit het meerjarenbeeld omdat dan de algemene uitkering exclusief de extra frictieuitkering in de basisbegroting zal zijn opgenomen en tevens de balanswaarde van de geactiveerde fusiekosten geheel zal zijn afgewaardeerd.


7 november 2011

Pagina 7 van 7

De raad van de gemeente Kaag en Braassem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 september 2011; gelet op het bepaalde in de Gemeentewet; b e s l u i t:

1. 2. 3.

4. 5.

de programmabegroting 2012 en de meerjarenbegroting voor de periode 2012 tot en met 2015 vast te stellen; de (belasting)tarieven te verhogen met het inflatiepercentage van 2%; het tarief voor precarioheffing op kabels en leidingen aan te passen zoals voorgesteld bij de begroting 2011 (inclusief inflatiecorrectie wordt de opbrengst voor 2012 € 1.136.000 conform het overzicht in de kadernota blz. 30); in te stemmen met het pakket aan maatregelen voor het sluitend maken van de begroting en meerjarenbegroting; het bij de vaststelling van de begroting 2011 genomen besluit om voor het sluitend maken van de begroting 2012 voor € 165.000 te beschikken over de algemene reserve in te trekken.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Kaag en Braassem gehouden op 7 november 2011 de griffier, de voorzitter, drs. B.S.M. Sepers mr. K.M. van der Velde-Menting

11.090 Rb Programmabegrotingm 2012

7 november 2011

Pagina 1 van 1

2012 PROGRAMMA BEGROTING GEMEENTE KAAG EN BRAASSEM I 2012

.

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.2.6 1.3 1.4 1.4.1 1.4.2 1.4.3 1.4.4 1.4.5 1.4.6 1.4.7

Beleidsbegroting Leeswijzer beleidsbegroting Programmaplan Programma 1 Bestuur en dienstverlening Programma 2 Ruimte Programma 3 Leefomgeving Programma 4 Economie Programma 5 Onderwijs en kinderopvang Programma 6 Welzijn Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Paragrafen Paragraaf 1 Lokale heffingen Paragraaf 2 Risicomanagement en weerstandsvermogen Paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen Paragraaf 4 Financiering en treasury Paragraaf 5 Bedrijfsvoering Paragraaf 6 Verbonden partijen Paragraaf 7 Grondbeleid

Hoofdstuk 2 2.1 2.2 2.3

Financiële begroting Leeswijzer financiële begroting Overzicht van baten en lasten Toelichting op de geraamde baten en lasten Toelichting programma’s Programma 1 Bestuur en dienstverlening Programma 2 Ruimte Programma 3 Leefomgeving Programma 4 Economie Programma 5 Onderwijs en kinderopvang Programma 6 Welzijn Toelichting financiering en algemene dekkingsmiddelen Algemene toelichting op de kostenplaatsen Overzicht van geraamde incidentele baten en lasten Uiteenzetting van de financiële positie (inclusief meerjarenramingen)

2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.5 2.6 2.7 2.8

Blz. 3 3 9 15 21 31 33 37 45 53 55 61 79 87 93 97 105

113 114 114 117 121 123 129 131 135 141 144 146 147

Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

2

H 1.1

oofdstuk 1

De beleidsbegroting

Leeswijzer beleidsbegroting

De beleidsbegroting bestaat uit: 1. Het programma deel 2. De paragrafen

1.2

Het Programmadeel

Het programmadeel bevat; • de te realiseren raadsprogramma’s • het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen • het budget voor onvoorzien █ De raadsprogramma’s Programma’s bevatten een geheel van samenhangende activiteiten waarop de raad het college kan aansturen bij de uitvoering van de taken. Bij de programma’s wordt inzicht verschaft in de “W”-vragen: Wat is het beoogd resultaat bij de taken die onder het programma vallen? Wat zijn de beoogde activiteiten om te komen tot dit beoogde resultaat? Wat is het hiervoor beschikbare programmabudget? De keuze van de programma’s is bepaald voor de gehele raadsperiode en bestaat uit een zestal programma’s op de onderstaande beleidsterreinen: 1 Bestuur en dienstverlening 2 Ruimte 3 Leefomgeving 4 Economie 5 Onderwijs en kinderopvang 6 Welzijn De programma’s zijn opgebouwd uit de rubrieken die onderstaand achtereenvolgens kort worden toegelicht: Taakverdeling In deze rubriek zijn de verschillende taken vermeld welke onder het programma vallen en de voor die taken verantwoordelijke portefeuillehouders. Programma inhoud In deze rubriek worden kort samengevat de doelstellingen van het programma omschreven en wordt melding gemaakt van beoogde maatschappelijke effecten. Kaderstellende nota’s, regelingen, wetten etc. In deze rubriek worden de wetten, regelingen, nota’s etc. vermeld waarin het vastgestelde beleid is opgenomen en waarmee dus bij de uitvoering van het programma rekening moet worden gehouden. Ontwikkelingen In deze rubriek worden de ontwikkelingen genoemd waarmee bij de realisatie van de doelstellingen van het programma rekening dient te worden gehouden. Maatschappelijke


3

ontwikkelingen, wijziging van weten regelgeving en lokale ontwikkelingen kunnen aanleiding geven tot wijzigen van beleid en/of aanbrengen van nieuwe beleidsaccenten Wat willen we bereiken en wat gaan we er voor doen ? Beoogd resultaat beoogde activiteiten In deze rubriek wordt een opsomming gegeven van de noodzakelijke/wenselijke beleidsaccenten bij de programma onderdelen. Deze worden bepaald door het door de raad gewenste beleid vertaald in het collegeprogramma/coalitieakkoord en door in de voorgaande rubrieken aangegeven maatschappelijke ontwikkelingen, lokale ontwikkelingen en eventuele wijzigingen in weten regelgeving. Voor de begroting van 2012 en verder moet er tevens rekening worden gehouden met de effecten uit de door het college aan de raad voorgestelde bezuinigingen. Per programma zijn deze bezuinigingen in een afzonderlijke rubriek opgenomen waarbij tevens het jaar van ingang is genoemd. Deze bezuinigingen betreffen een door het college gemaakte selectie uit het totaalpakket aan mogelijke bezuinigingen dat in de kadernota 2012 is opgenomen. Deze bezuinigingsvoorstellen kunnen van invloed zijn op het oorspronkelijk voorgenomen beleid. De presentatie bij de raadsprogramma’s is nu als volgt: In de eerste twee kolommen worden op programmaonderdelen de oorspronkelijk beoogde resultaten en de daarvoor benodigde activiteiten weergegeven. Waar van toepassing wordt wel rekening gehouden met door het college voorgestelde bezuinigingen voor zover deze al per 2012 hun beslag krijgen. In een extra toegevoegde rubriek “Effecten bezuinigingsvoorstellen” worden de effecten van de bezuinigingen op het oorspronkelijk voorgenomen beleid vermeld. Na de begrotingsraadsvergadering in november, waarin de definitieve keuzes van de raad volgen, zal het uiteindelijke pakket aan bezuinigingsmaatregelen duidelijk zijn. Effecten voorgestelde bezuinigingen In 2011 is er uitgebreid onderzoek gedaan naar bezuinigingsmogelijkheden om in de komende jaren voldoende weerstand te kunnen bieden aan de bezuinigingen die door het rijk aan de lokale overheden worden opgelegd. Deze bezuinigingsmogelijkheden zijn in totaliteit per programma opgenomen in de kadernota 2012. Bij de behandeling van de kadernota in de raadsvergadering van juni 2011 is door de raad de omvang van de bezuinigingsopdracht aan het college bepaald. Hierop volgend is door het college een bezuinigingsvoorstel uitgewerkt dat half juli aan de raad is voorgelegd. Dit bezuinigingsvoorstel betreft een selectie uit de mogelijke bezuinigingen, zoals vermeld in de kadernota voor een bedrag dat in het laatste jaar van het meerjarenperspectief oploopt tot bijna € 2,5 miljoen. In de rubriek effecten van de voorgestelde bezuinigingen zijn de effecten op het oorspronkelijk voorgenomen beleid ten gevolge van de door het college voorgestelde bezuinigingen verwerkt. Wat is het beschikbare programmabudget/wat mag het kosten? Bij het onderdeel “Wat is het beschikbare programma budget” is bij elk programma een berekening gemaakt van de lasten en baten rekening houdend met de bij de kadernota door de raad vastgestelde kaders. Ook is per programma een financiële vertaling gemaakt van het totaal van bezuinigingsmaatregelen verdeeld over de jaren 2012 tot en met 2015. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Tot slot is volgens hetzelfde model als de raadsprogramma’s het onderdeel algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien opgenomen. Dit overzicht geeft inzicht in de algemene dekkingsmiddelen, welke bestaan uit de lokale heffingen waarvan de bestedingen niet gebonden zijn, de raming van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, naar verwachting te ontvangen dividenden en overige geraamde algemene dekkingsmiddelen.


4

█ Het budget voor onvoorzien Evenals in voorgaande jaren is het budget voor onvoorzien centraal in de begroting opgenomen bij algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien en derhalve niet versnipperd in onderdelen over de programma’s verdeeld. De inzet van het budget kan daar waar dit bij de uitvoering noodzakelijk wordt geacht, door het college van burgemeester en wethouder geschieden. De raad wordt periodiek door het college geïnformeerd over de bestedingen en het nog beschikbare bedrag van dit budget. De paragrafen Bij dit onderdeel van de beleidsbegroting wordt voor verschillende beleidsvelden extra (financiële) informatie verstrekt zoals opgenomen in de diverse paragrafen. De volgende zeven paragrafen zijn opgenomen: 1 Lokale heffingen Deze paragraaf bevat een overzicht van de lokale heffingen, de geraamde inkomsten uit deze heffingen, een aanduiding van de lokale lastendruk, het beleid ten aanzien van de lokale heffingen en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid. 2 Weerstandsvermogen In deze paragraaf wordt een relatie gelegd tussen enerzijds de weerstandscapaciteit, welke bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote lasten te dekken en anderzijds alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie. 3 Onderhoud kapitaalgoederen Met betrekking tot de kapitaalgoederen wegen, riolering, water, groen en gebouwen wordt aangegeven wat het beleidskader is en de daaruit voortvloeiende financiële consequenties en hoe deze zijn vertaald in de begroting. 4 Financiering Deze paragraaf bevat het treasurybeleid voor het beheer van de financieringsportefeuille. 5 Bedrijfsvoering Deze paragraaf geeft inzicht in het beleid ten aanzien van de bedrijfsvoering. 6 Verbonden partijen De paragraaf verbonden partijen bevat de visie op de verbonden partijen in relatie tot de realisatie van de doelstellingen die zijn opgenomen in de begroting en de beleidsvoornemens omtrent de verbonden partijen. 7 Grondbeleid Deze paragraaf bevat een visie op het grondbeleid mede voor zover van toepassing in relatie tot de realisatie van de doelstellingen van de programma’s die zijn opgenomen in de begroting. Het geeft informatie over de wijze waarop het grondbeleid wordt uitgevoerd. Er wordt een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie vermeld. Voor zover van toepassing wordt een onderbouwing gegeven van de geraamde winstneming. Tevens worden de reserves voor grondzaken in relatie tot de te onderscheiden risico’s bezien.


5

█ ORGANISATIE De organisatie van de gemeente kan als onderstaand worden weergegeven. Gemeenteraad Het hoogste orgaan in de gemeentelijke organisatie is de gemeenteraad. De gemeenteraad wordt eens in de vier jaar als afvaardiging van de bevolking bij de gemeenteraadsverkiezingen gekozen. Voor de gemeente Kaag en Braassem werden deze verkiezingen in verband met de fusie een jaar vervroegd. Hierdoor beslaat de zittingstermijn van de huidige gemeenteraad eenmalig een periode van 5 jaar. De gemeenteraad stelt via de programmabegroting de beleidskaders vast en fiatteert hierbij tevens de middelen welke beschikbaar zijn om de gemeentelijke taken uit te voeren volgens de bij de beleidskaders gestelde normen. Het aantal gemeenteraadsleden is afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente. Onze gemeenteraad telt 21 raadsleden, volgens de onderstaande zetelverdeling; Zetelverdeling gemeenteraad voor de raadsperiode van 2009 – 2014: Politieke partijen

Samen voor Kaag en Braassem

Aantal zetels

cda

7

Christen-Democratisch Appèl

7

Volkpartij voor Vrijheid en Democratie

4

Partij van de Arbeid

3

vvd pvda svkb

Het college van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de gemeentelijke taken binnen de beleidskaders en binnen de beschikbare middelen zoals door de gemeenteraad vastgesteld in de programmabegroting. Door middel van tussentijdse bestuursrapportages en het jaarverslag en de jaarrekening, legt het college verantwoording af over het uitgevoerde beleid en de besteding van de middelen. Na de gemeenteraadverkiezingen die in verband met de fusie vervroegd werden gehouden in 2008, is er een college gevormd bestaande uit leden van het CDA, de PvdA en de VVD. De portefeuilleverdeling binnen het college is onderstaand weergegeven: Portefeuilleverdeling Burgemeester Mevrouw K.M. van der Velde-Menting • Wettelijke taken (openbare orde en veiligheid etc.) en algemene zaken • Organisatiezaken (P&O, ICT) • Regiozaken (algemeen) • Communicatie


6

Wethouders De heer J.B. Uit den Boogaard (CDA) • Ruimtelijke projecten (m.u.v. centrumplan Leimuiden) • Volkshuisvesting • Milieu • Monumenten / Cultuurhistorie • Braassemerland • Integrale handhaving • Grondzaken • Recreatie en toerisme • Land en tuinbouw De heer A.G.M. Kea (CDA) • Ruimtelijke ordening algemeen (bestemmingsplannen, implementatie nieuwe Wro, etc) • Centrumplan Leimuiden • Vergunningen (inclusief WABO) De heer A.J.M. van Velzen (VVD) • Openbare ruimte (wegen, groen etc.) • Middelen • Economische zaken • Verkeer en vervoer • Deregulering/administratieve lastenverlichting • Huisvesting gemeentelijke organisatie De heer F.M. Schoonderwoerd (PvdA) • Samenlevingszaken (Wmo, welzijn, onderwijs, sport, cultuur, etc.) • Dienstverlening algemeen en in de kernen • Burgerparticipatie • Harmonisatie subsidiebeleid


7


8

Programma 1

1.2.1

Bestuur en dienstverlening Taakverdeling portefeuillehouders

Burgemeester K.M. van der VeldeMenting

bestuursorganen, bestuursondersteuning, burgerzaken, verkiezingen, regionale samenwerking, rekenkamerfunctie, brandweer, crisisbeheersing en veiligheid, overige beschermende maatregelen, APV, communicatie.

Wethouder F.M. Schoonderwoerd Wethouder J.B. Uit den Boogaard Wethouder A.J.M. van Velzen

Dienstverlening en burgerparticipatie. bestuurlijke handhaving, bijzondere wetgeving en handhaving. internationale betrekkingen

Programma-inhoud

De klantgerichte dienstverlening aan de burgers, waarbij tevens wordt ingezet op digitale dienstverlening, kwaliteitsbeleid burgerzaken en centrale balieverwijsfunctie. Het actief informeren van inwoners over plannen en ontwikkelingen binnen de gemeente en daar waar mogelijk inwoners betrekken bij de planvorming. Zorgen voor een effectieve organisatie van de communicatie en het verder inbedden daarvan in de organisatie. Het zo goed mogelijk ondersteunen van de bestuursorganen in het duale bestel. Het bevorderen van de transparantie van bestuursorganen en de regionale en andere vormen van samenwerking. Het vergroten van de veiligheid van de burgers (integraal veiligheidsbeleid) en het verminderen van het aantal risicovolle situaties (crisispreventie). Het voorstaan van een integrale aanpak van het veiligheidsvraagstuk waar wenselijk in regionaal verband en met nadrukkelijk aandacht voor handhaving. In het kader van het te vernieuwen integraal veiligheidsbeleid wordt preventie ook een speerpunt. De burgemeester stelt jaarlijks een burgerjaarverslag op, waarin gerapporteerd wordt over de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening en de burgerparticipatie.

Kaderstellende nota’s, regelingen, wetten etc.

− − − − − − −

Ontwikkelingen in 2012

Dienstverleningsconcept 2008 Crisisplan en deelplannen Kaag en Braassem APV Kaag en Braassem 2009 Kadernota Integrale Veiligheid Kaag en Braassem 2010 Politieregio Holland Midden: teamjaarplan team Alkemade en korpsjaarplan Hollands Midden Nota Vermindering Administratieve Lasten Strategisch document Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV)

’t Kompas / Structuurvisie / Kerntakendiscussie


9

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat zijn de effecten van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen? Beoogd resultaat Beoogde activiteiten Het functioneren van de bestuursorganen − Het realiseren van een bestuursstijl − Bij beleidsontwikkeling zullen de die zich kenmerkt door een open desbetreffende groepen in onze samenleving houding, transparantie van beleid en worden betrokken. interactie met alle groepen in onze − Communicatie met dorpsraden zal worden samenleving. gestimuleerd in 2012. − In 2012 zullen voor de diverse kernen wederom dorpsavonden worden georganiseerd. − Het verkleinen van de afstand − Brieven periodiek controleren op tussen burger en bestuur. begrijpelijkheid en helderheid. − Alle (nieuwe) beleidsmedewerkers trainen in het begrijpelijk schrijven. − Per kwartaal rapporteren aan MT en college over tijdige beantwoording van brieven. − Rechtmatig en doelmatig besteden − Periodiek een controle in de organisatie van gemeentelijke middelen uitvoeren op rechtmatigheid. − Periodiek verantwoording afleggen door middel van managementrapportages en bestuursrapportages volgens een vast en helder format. Communicatie en burgerparticipatie − Heldere en actuele communicatie − Er zal volgens het nieuwe in 2011 naar externe en interne partners. vastgestelde communicatiebeleidsplan worden gewerkt. − Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van nieuwe media zoals internet, twitter en facebook. − In 2012 zal de in 2011 aangepaste internetsite worden geëvalueerd en verder worden geoptimaliseerd. − Het vergroten van de betrokkenheid − Inwoners worden actief geïnformeerd over van de burger bij het bestuur. relevante ontwikkelingen gebruik makend van de verschillende beschikbare communicatiemiddelen. − Bij ontwikkelingen zal aandacht worden besteed aan burgerparticipatie. Zo mogelijk worden burgers, ondernemers, organisatie en partners actief betrokken bij de vorming van dit beleid. − Het vergroten van de bekendheid − Door actief maar selectief deel te nemen aan van de gemeente en de naam verschillende initiatieven rondom (branding) bijvoorbeeld als bijvoorbeeld recreatie zal de bekendheid van recreatiegemeente. de gemeente worden vergroot. Dienstverlening − Het optimaliseren van een − De dienstverlening en informatie is klantgerichte dienstverlening. beschikbaar voor een ieder via diverse kanalen (Multi-channeling). − De digitale dienstverlening zal verder worden


10

Beoogd resultaat

−

Het verlagen van de administratieve lastendruk voor burgers en bedrijven.

−

Het optimaliseren van de afhandeling van klachten en meldingen op het gebied van openbare ruimte.

Intergemeentelijke samenwerking − De raadsgroep Regiozaken wordt actief betrokken bij ontwikkelingen in de regio en ontvangt tijdig de benodigde informatie.

Beoogde activiteiten uitgebreid via het Antwoord @ concept. Jaarlijks zullen wij vijf nieuwe producten digitaal aanbieden. − Er wordt een kwaliteitshandvest opgesteld waarin de servicenormen voor onze gemeente zijn vastgelegd. − In 2012 wordt een klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd of wordt deelgenomen aan een benchmark publieksdienstverlening. − De burger zal maar eenmaal zijn/haar gegevens hoeven aan te leveren. − De werkprocessen rondom dienstverlening zullen worden bekeken en waar nodig en mogelijk worden vereenvoudigd. − Per soort melding zal de reactietermijn worden aangegeven (zie kwaliteitshandvest). − Ontvangen meldingen periodiek analyseren en daar waar sprake is van structurele oorzaken bezien of er mogelijke preventieve maatregelen kunnen worden getroffen. −

Kaag en Braassem neemt actief − deel aan de overlegorganen van de gemeenschappelijke regeling. − De regiocoördinator coördineert de − advisering (gevraagd en ongevraagd) richting bestuur. Civiele verdediging en crisisbeheersing − Het zo adequaat mogelijk handelen − in het geval van een crisissituatie. −

−

−

− − Integraal veiligheidsbeleid − Het vergroten van de gevoelens van veiligheid van de burger.

Zowel de raadswerkgroep als de raad actief betrekken bij ontwikkelingen in de regio door de regiocoördinator. Tevens ontvangt de werkgroep periodiek de benodigde informatie, onder andere uit de portefeuillehoudersoverleggen. Vanuit de verschillende portefeuilles actief periodiek deelnemen aan de diverse overleggen. De regiocoördinator coördineert de advisering binnen de gemeentelijke organisatie richting college en raad. Alle medewerkers die een rol hebben binnen de crisisorganisatie worden in 2012 getraind op de benodigde rollen, vaardigheden en kennis. In 2012 vindt er tenminste één oefening plaats om medewerkers voor te bereiden op een mogelijke crisissituatie. Periodiek vinden er aangekondigde dan wel onaangekondigde bereikbaarheidsoefeningen plaats. Crisisplannen zullen periodiek worden gecheckt en waar nodig worden aangepast. Kaag en Braassem participeert in de regionale piketregeling MOV-ers.

− Inzichtelijk maken bij welke activiteiten aandacht aan veiligheidsbeleid wordt besteed.


11

Beoogd resultaat

−

De regierol van de gemeente versterken.

Pilot toezicht Drank- en Horecawet − De taken voortvloeiend uit de Drank- en horecawet op goede wijze uitvoeren. Brandweer − Per 2011 is de Brandweer Hollands Midden één geïntegreerde zelfstandige en professionele organisatie. Vanuit deze expertrol heeft zij de leidende rol op het terrein van fysieke veiligheid. Hierbij gaat het om het voorkomen, beperken en bestrijden van inbreuken op de veiligheid van de mens en zijn omgeving op het gebied van brand, hulpverlening, natuurgeweld, infrastructuur en crisisbeheersing; bestuurlijke en operationele procesbeheersing maken hiervan deel uit. Handhaving APV − Handhaving van de algemene plaatselijke verordening

Beoogde activiteiten − Structurele samenwerking tussen gemeentelijke afdelingen bevorderen door draagvlak en bewustwording te creëren bij medewerkers. De adviseurs openbare orde en veiligheid treden hier coördinerend op. − Structureel overleg met interne en externe partners op het gebied van veiligheid houden. Verschillende afdelingen overleggen al structureel met verschillende externe partners, zoals bedrijven, provincies, waterschappen, bewoners, sport en cultuurverenigingen, woningbouwcorporaties, dorpsraden, buurtpreventie, enz. − Integrale samenwerking bevorderen door samen met partners veiligheidsproblemen proberen te voorkomen, te beperken of te bestrijden door middel van het inzetten van een combinatie van maatregelen. − De gemeente zal de beleidsontwikkeling en de uitvoering hiervan begeleiden en op gang houden en partners hierbij betrekken − Uitvoering geven aan de in de Kadernota IVB benoemde prioriteiten en aandachtspunten en hierbij zoveel mogelijk gebruik maken van al bewezen instrumenten en samenwerkingsverbanden. − Actief communiceren over de aanpak en de behaalde resultaten met zowel interne als externe partners door middel van tussentijdse rapportages. −

-

Kennis nemen van de nieuwe Drank- en horecawet en de organisatie zo hierop inrichten dat op de juiste wijze hieraan uitvoering kan worden gegeven. Via het algemeen bestuur richting geven aan de uitvoering van de brandweertaken waarbij wordt toegewerkt naar hantering van de Cebeon-norm

− Uitvoering geven aan het uitvoeringsprogramma handhaving APV


12

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 1 Bestuur en dienstverlening Budgettair Beoogd effect maatregel Beoogde activiteit effect Bedrag Jaar Voorstel 24) Project Ghana Bezuinigen op de kosten Het per 2012 niet meer verlengen van het 10.300 2012 van (internationale) enige jaren geleden in samenwerking met bestuurlijke samenwerking. de VNG opgestarte project Ghana. Voorstel 25) Bezuinigen op de kosten van verkiezingen Bezuinigen op de kosten Efficiënter organiseren van de verkiezingen. 1.500 2014 van verkiezingen. Intensiveringen (3.3) Het waarderen van de Meer budget beschikbaar voor dorpsraden. 1.200 2012 dorpsraden. Wat is het beschikbare programmabudget Bestuur en dienstverlening Programma 1 – Bestuur en dienstverlening

Realisatie 2010

Lasten van het programma Baten van het programma

Begroting

Meerjarenperspectief 2014

2015

8.727.423

8.762.423

8.777.423

-626.454

-626.454

-626.454

-626.454

7.805.658

8.100.969

8.100.969

8.135.969

8.150.969

-368.865

-368.865

-368.865

-368.865

-368.865

-368.865

7.477.192

7.436.793

7.732.104

7.732.104

7.767.104

7.782.104

Effecten bezuinigingsvoorstel

n.v.t.

n.v.t.

-9.100

-9.100

-10.600

-10.600

Resultaat na bezuiniging

n.v.t.

n.v.t.

7.723.004

7.723.004

7.756.504

7.771.504

Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming

2011 (na wijz.)

2012

8.405.759

8.498.647

8.727.423

-559.702

-692.989

7.846.057

2013

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves De post mutatie reserves bij dit programma betreft de jaarlijkse (t/m 2024) bijdrage aan Holland Rijnland in het regionaal investeringsfonds, die ten laste van de reserve Holland Rijnland wordt gebracht.


13


14

Programma 2

1.2.2

Ruimte Taakverdeling portefeuillehouders

Wethouder J.B. Uit den Boogaard Wethouder A.G.M. Kea

volkshuisvesting, wonen, integrale handhaving, bouwtoezicht, bouwgrondexploitatie (ruimtelijke projecten), milieu ruimtelijke ordening, centrumplan Leimuiden, vergunningen (inclusief Wabo)

Programma-inhoud

Het op zorgvuldige wijze verdelen van de schaarse ruimte met bijzondere aandacht voor het landelijk gebied. Hierbij wordt ingezet op het behoud en het versterken van de ruimtelijke kwaliteit. Het bouwen van voldoende woningen voor eigen inwoners op basis van de vastgestelde doelgroepen met bijzondere aandacht voor starters en senioren. Het realiseren van integrale gebiedsontwikkeling in gebieden die een functieverandering zullen ondergaan (transformatie zones). Het voldoen aan de wettelijke taken met betrekking tot vergunningverlening, toezicht en handhaving. In dit taakveld moet uitvoering worden gegeven aan de uitvoering van de Wet Ruimtelijke Ordening 2008, de Grondexploitatiewet en de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO).


− Structuurvisie ‘Alkemade Ruim Gezien 2020’ en Structuurvisie Jacobswoude − Nota Inbreidingslocaties − Haalbaarheidsonderzoek glastuinbouw − Masterplan WO-ZO-WE − Regionale prestatieafspraken WO-ZO-WE − Provinciale Structuurvisie − Nota Mensen, Wensen, Wonen − Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) − Erfgoedverordening − Centrumvisie Roelofarendsveen − Bouwbeleidsplan 2008 − Beleid Permanente Bewoning Recreatieverblijven − Monumentenbeleid en archeologie − Integrale handhaving / handhavingprogramma 2007-2011 − Prestatieafspraken tussen gemeente en woningbouwcorporaties voor de periode 2008-2013. − Wet ruimtelijke ordening − Afwijkingen/ontheffingenbeleid − Regionale woonvisie Holland Rijnland 2009 – 2019 − Strategisch document Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV)

Ontwikkelingen in 2011-2012



15

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat zijn de effecten van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen? Beoogd resultaat Bouwtoezicht − Bereiken van service- en kwaliteitsniveau zoals vastgesteld in het bouwbeleidsplan.

Handhaving − Adequaat niveau van toezicht en regie op ruimtelijke projecten. − Voldoende preventief toezicht op gemeentelijke regelgeving. Volkshuisvesting − Verdeling van woningen op een transparante wijze in regioverband. − Realiseren van woningbouw in de lijn van de regionale kwalitatieve en kwantitatieve afspraken. − Garanderen voldoende sociale woningen − Een uniforme prijsgrens bepalen voor het bouwen van sociale woningbouw Woningbeleid − Realiseren gemaakte afspraken tussen gemeente, zorgen welzijnaanbieders en de woningbouwcorporaties. − Maatschappelijk en ruimtelijk kader ten aanzien van Woonbeleid. − Bereiken van een gedifferentieerd woningaanbod en doorstroming markt. Ruimtelijke projecten − Integrale ruimtelijke en maatschappelijke visie tot 2030 ten aanzien van voorzieningen, ruimte(gebruik) en kwaliteiten van de dorpskernen. − Realisatie fasering / planning 2012 Braassemerland. − Uniformeren en actualiseren bestemmingsplannen. − Realisatie Centrumplannen Roelofarendsveen en Leimuiden. − Inzicht in risico’s van ruimtelijke projecten. − Financiële transparantie

Beoogde activiteiten − Nadrukkelijke controle op bouwactiviteiten die betrekking hebben op Duurzaam Bouwen (DUBO), geluidsisolatie, energiezuinigheid en veiligheid, naast de overige reguliere toetsingaspecten. − Uitvoeren handhavingbeleidsplan en uitvoeringsprogramma’s − Uitvoeren van controles en gebiedsinventarisaties − Ontwikkelen van één woningverdeelsysteem − Monitoren van woningbouwplanning − Oprichten van een vereveningsfonds voor sociale woningbouw − Vaststellen van een nieuwe sociale koopgrens − Opstellen uitvoeringsplan Wonen, Zorg en Welzijn

− Realiseren van een volkshuisvestelijk kader als onderdeel van de Maatschappelijke Structuurvisie − Uitvoeren prestatieafspraken met Woondiensten Aarwoude en Woningbouwvereniging Alkemade − Opstellen Maatschappelijke Structuurvisie

− Uitwerken deelgebied Westend en nadere uitvoering nieuwe infrastructuur − Uitvoeren meerjarenplanning bestemmingsplannen − Met marktpartijen aan de hand van vastgestelde planvorming en ruimtelijke kaders de ontwikkeling realiseren. − Opstellen voortgangsrapportages en sturen op budgetten via projecten- en verplichtingenadministratie − Jaarlijks actualiseren van marktwaarden van


16

Beoogd resultaat ontwikkelingsproces van de ruimtelijke projecten.

Beoogde activiteiten complexen, scenarioanalyses van grondaankopen en actualiseren van grondexploitatierapportages: alles in het kader van projectmatig werken − Instellen van projectgroep en herbezinning bestaande nota’s. Daarna workshop voor ambtelijke en bestuurlijke organisatie om te komen tot conceptnota grondbeleid. Daarna uitwerken en vaststellen medio 2012. − Overzicht krijgen van relatie grondaankopen, grondexploitatie en bouwgrondexploitatiefonds: afwegingskaders voor ruimtelijke investeringen opstellen.

− Nota Grondbeleid Kaag en Braassem.

− Meerjarenperspectief Bouwgrondexploitatiefonds.

Milieu − Bevorderen Duurzaam Bouwen. − Milieuspeerpunten ten aanzien van energieverbruik, geluidsoverlast, duurzaam bouwen en afname milieubelasting optimaal vormgeven.

− Uitvoeren van het Regionale DuBo Consulentschap. − Uitvoering hiervan in onderlinge samenhang met Team Ontwikkeling, Team Vergunningen en de Milieudienst.

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 2 Ruimte Budgettair effect Bedrag Jaar Voorstel 1) Wijziging rolneming R.O. op taakvelden (wonen, verkeer, vervoer, recreatie, economie) 46.500 Andere rolneming bij R.O. Inhoudelijk en procedureel 2012 van traditionele vereenvoudigde toetsingskaders en 121.500 2013 beleidsontwikkelaar naar daarbij stringenter toepassen van het (cumulatief) bestaande beleid vastgelegd in regisseur en strategisch partner. En terugbrengen algemene beleidskaders taken tot wettelijk niveau op (bestemmingsplannen en MRSV) en het beleidsterreinen (wonen, minder afwijken daarvan. Verminderen verkeer en vervoer, recreatie formatie met 1 fte bij deze taak. en economie), waardoor deze taken met een lagere personeelsbezetting kunnen. Voorstel 3) Wijziging rolneming toezicht en handhaving (bouwen, apv, bijzondere wetten) Andere rolneming bij toezicht Inzetten op preventief toezicht Meer 58.000 2013 en handhaving, waardoor de samenwerken met- en overlaten aan taak efficiënter en effectiever externe partijen (zoals wbv, kan worden uitgevoerd met bouwbedrijven en pps-partners) minder formatie. Uitwerken certificering bouwtoezicht, steekproefsgewijs controleren. Dit moet leiden tot het terugbrengen van de formatie op dit onderdeel met 1 fte. Voorstel 4) Wijziging rolneming bij vergunningverlening (apv, bijzondere wetten en wabo) Afschaffen van onnodige regelgeving, 135.000 2014 Andere werkwijze bij vergunningverlening APV en werken met meerjarige vergunningen bijzondere wetten met APV en bijzondere wetten. Omzetten verlichting van de adm. APV naar VNG model waarbij Beoogd effect maatregel

Beoogde activiteit


17

Beoogd effect maatregel

Budgettair effect Bedrag Jaar

Beoogde activiteit

Lastendruk en een meldingplichtige zaken worden omgezet faciliterende rol i.p.v. naar vergunningvrij of vergunningplichtig. Bij de Wabo wordt organiserende bij evenementen, met als doel de inzet beëindigd van de klantadviseur het terugdringen van de bij het project dienstverlening en de formatie met 2 fte. Bij de kennis- bank. Vermindering 50% inzet applicatiebeheer, opzet wabo-brieven. vergunningverlening in het kader van de Wabo wordt Doorvoeren efficiëntere werkprocessen. ingezet op minimale Terugbrengen formatie met 3 fte. wettelijke verplichting met als doel terugbrengen formatie op dit onderdeel. Voorstel 5) Wijziging rolneming bij milieubeheer Andere rolneming bij Bij particulier initiatief worden bij de milieutaken boven de omgevingsvergunning de wettelijke plicht, van eenheid indieningvereisten aangescherpt en in behandeling naar worden kosten van advisering differentiatie afhankelijk van doorbelast aan de aanvrager. Adviezen het soort ruimtelijk project voor ruimtelijke projecten worden waarvoor de inzet van milieu doorbelast aan de grondexploitatie van wordt verlangd. Van dat project. Kritisch zijn met het aanbieden dienstverlening neerleggen van vragen bij de naar vraaggericht. milieudienst ter voorkoming hogere lasten. Voorstel 7) Afschaffing monumenten subsidies (m.u.v. de molens) Het terugdringen van de Behoudens het subsidiëren van de kosten voor monumenten en molens, geen subsidie meer archeologische verstrekken voor monumenten. Het onderzoeken. beëindigen van de subsidie aan de historische vereniging en het gemeente museum. Het verbeteren van de afhandeling van archeologische onderzoeken.

100.000

2013

5.000 7.209 27.209

2012 2013 2014

(cumulatief)

Wat is het beschikbare programmabudget voor programma 2 Ruimte Programma 2 – Ruimte

Realisatie 2010

Lasten van het programma

24.654.193

Baten van het programma Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming Effecten bezuinigingsvoorstel Resultaat na bezuiniging

Begroting 2011 (na wijz.)


2013

2014

22.773.013

21.936.076

21.600.021

21.600.021

21.600.021

-21.495.369

-20.537.846

-19.502.848

-19.631.848

-19.811.848

-19.811.848

3.158.824

2.235.167

2.433.228

1.968.173

1.788.173

1.788.173

135.435

-75.000

-336.055

3.294.259

2.160.167

2.097.173

1.968.173

1.788.173

1.788.173

-51.500

-286.709

-441.709

-441.709

2.045.673

1.681.464

1.346.464

1.346.464


2015

18

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves De post mutatie reserves bij dit programma betreft een onttrekking aan de algemene reserve wegens extra bijdrage aan de milieudienst West Holland ad € 75.000 en een onttrekking aan de reserve bouwgrondexploitatie wegens uitgaven watercompensatie Het Oog ad € 261.055.


19


20

Programma 3

1.2.3

Leefomgeving Taakverdeling portefeuillehouders

Wethouder A.J.M. van Velzen

beheer van wegen, bruggen, openbare verlichting, verkeersmaatregelen, pontveren, onderhoud watergangen, openbaar groen, afvalstoffenheffing, reinigingsrechten en rioolrechten, afvalverwijdering, riolering en waterzuivering, begrafenisrechten, begraafplaatsen

Programma-inhoud

Het in stand houden en/of verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte in casu de woon- en leefomgeving voor inwoners en bedrijven. − Hieronder vallen: − planmatig en waar mogelijk integraal beheer en onderhoud van wegen, groen en riolering en de uitvoering van noodzakelijke verkeersmaatregelen teneinde te voldoen aan de uitgangspunten van duurzaam veilig. − Het adequaat en efficiënt zorg dragen voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijk en bedrijfsafval. − Het planmatig beheer en onderhoud van de gemeentelijke gebouwen.


− − − − − − − − − − − − −


’t Kompas / MRSV / Kerntakendiscussie

Basis Rioleringsplan Wegbeheerplan 2012-2015 Beheerplan civiele kunstwerken (2011-2016) Meerjaren Onderhoudsplanning Gebouwen (MOP) 2011-2014 Het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2013 (vGRP) Startprogramma Duurzaam Veilig Beleidskader gladheid bestrijden Attractiebesluit (speeltoestellen) Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR) Nota snippergroen Waterwet (zorgplicht voor hemel-, vuil- en grondwater) Wet op de lijkbezorging Strategisch document Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV)

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat zijn de effecten van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen? Beoogd resultaat Openbare buitenruimte − Een veilige, schone en hele openbare ruimte die op een juiste wijze wordt gebruikt.

Beoogde activiteiten − Het uitvoeren van (groot planmatig en klein dagelijks) onderhoud op de diverse beheerthema’s. Deze worden hierna per beheerelement beschreven.


21

Beoogd resultaat − De openbare ruimte wordt juist gebruikt en geschikte locaties zijn als snippergroen aangeboden dan wel verkocht. − Er wordt conform Inkoop- en aanbestedingsregels ingekocht en aanbesteed − Meldingen worden conform procedure aangenomen, uitgezet en afgehandeld.

− De Basiskaart Grootschalige Topografie (BGT) is compleet en actueel en voldoet aan de hiervoor gestelde eisen vanuit de landelijke voorziening. Wegen − Wegen zijn veilig, goed begaanbaar, voldoen aan de CROW-normen en worden waar mogelijk planmatig beheerd en onderhouden. − Wegbeheer wordt planmatig uitgevoerd.

− Grote complexe integrale projecten worden volgens de werkwijze projectmatig werken georganiseerd, uitgevoerd en verantwoord.

− Belijning is goed, compleet en duidelijk zichtbaar. − Wegbeheerplan (inclusief de areaalgegevens) is actueel en volledig. − De wegen (incl. goten) zijn schoon en onkruidvrij.

Beoogde activiteiten − Er is eind 2011 een inventarisatie buitenruimte uitgevoerd. Aan de hand van de resultaten hiervan het traject “terugbrengen landjepik en verkoop snippergroen” opstarten. − Onderzoeken voor welke beheerelementen/taakvelden raamcontracten kunnen worden afgesloten. − De verbeterde meldingenprocedure implementeren. − De nieuwe procedure monitoren en waar nodig verbeteren. − De jaarlijkse rapportage over het jaar 2011 afronden en aanbieden in januari 2012. − De mogelijkheden om gebruik te maken van het huidige beheersysteem onderzoeken.. We starten met de voorbereidingen om m.i.v. 2013 de BGT opgeleverd te krijgen.

− Jaarlijks 50% van het wegareaal visueel inspecteren op basis van CROW richtlijnen − Een plan van aanpak opstellen om jaarlijks 25% van het achterstallige onderhoud weg te werken. − Bestek elementenverharding aanbesteden en uitvoeren. − Bestek asfaltverharding aanbesteden en uitvoeren. Uitvoeren van de volgende projecten: − Kerkstraat/ T.Bosmanlaan Hoogmade − Floraweg Roelofarendsveen − Achterweg Nieuwe Wetering − Populierenstraat laatste fase Roelofarendsveen − Leidseweg Oud Ade − Langeweg Roelofarendsveen − Pastoor van de Plaatstraat Rijpwetering − Zuidhoek Roelofarendsveen − Bateweg, Woubrugge − Drechtlaan, Leimuiden − Emmalaan, Woubrugge − Revitalisering bedrijventerrein De Lasso − Een bestekbelijning voorbereiden en uitvoeren. − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem. − Meerjaren onderhoudscontract vegen voorbereiden, aanbesteden en uitvoeren − Meerjaren onderhoudscontract onkruid bestrijden voorbereiden, aanbesteden en uitvoeren.


22

Beoogd resultaat − Bebording en verkeerstekens voldoen aan de wettelijke bepalingen.

Groen − Het groenareaal is goed onderhouden, actueel en volledig.

− Het bomenareaal is veilig.

− Het bomenareaal is actueel, compleet en geeft inzicht in aantallen bomen, soorten bomen en locaties. Begraafplaatsen − De gemeente Kaag en Braassem voldoet aan de wet op de lijkbezorging.

− De uitvoering van graafwerkzaamheden is efficiënter.

Speelplaatsen en speeltoestellen − speelplaatsen en speeltoestellen voldoen aan de veiligheidseisen van het attractiebesluit.

− Beheerplan speelplaatsen en – toestellen (inclusief

Beoogde activiteiten − Op basis van de inventarisatie van 2011 een saneringsplan opstellen waaruit blijkt welke bebording en verkeerstekens verwijderd moeten worden of welke activiteiten moeten worden ondernomen om de bebording en verkeerstekens wel te laten voldoen aan de wettelijke bepalingen. − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem. − Maatregelenpakketten ontwikkelen per groenonderdeel bosplantsoen, gazon e.d. − Het dagelijks onderhoud laten uitvoeren door de eigen dienst. − Het groot onderhoud laten uitvoeren door marktpartijen (o.a. maaien bermen en kappen van bomen). − De zorgbomen uit de inspectie van 2011 jaarlijks inspecteren op basis van de VTA (Visual Tree Assessment) systematiek. − Op basis van het bomenbeheerplan vervangingsprojecten uitvoeren. − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem.

− Mutatiegegevens in het overledenen bestand tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem. − De basisadministratie begraafplaatsen bijhouden. − Voldoen aan de wettelijke begraaftermijnen. − De graafwerkzaamheden zijn vanaf 2011 uitbesteed en de uitvoering hiervan gaan we regelmatig monitoren. − Deze uitbestede werkwijze evalueren en waar nodig aanpassen. − Jaarlijks verplichte inspectie laten uitvoeren door een onafhankelijke partij. − Kleine reparaties na inspectie laten uitvoeren door de eigen dienst. − Het uitvoeren en begeleiden van vervangingprojecten onder regie van de afdeling Samenleving, speelruimte beleidsplan. − Dagelijkse inspectie laten uitvoeren door eigen dienst. − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct


23

Beoogd resultaat areaalgegevens) is actueel en volledig. Water/riolering − Het oppervlaktewater in gemeentelijk beheer voldoet qua doorstroming en leggerdiepte aan de eisen die het Hoogheemraadschap stelt. − De gemeente vervult de functie van waterloket.

− Hemelwater en vuilwater wordt adequaat opgevangen en afgevoerd.

− Adequate werking van pompen en gemalen is gewaarborgd.

− Het Basis Rioleringsplan (BRP) is actueel en volledig. − Het rioolstelsel en de kolken zijn

Beoogde activiteiten verwerken in het beheersysteem.

− Opstellen baggerplan gemeente Kaag en Braassem (2013-2023) − Voorbereiden meerjaren uitvoeringsplan (2013-2017) − Vragen, klachten en verzoeken m.b.t. grondwater via het waterloket verder geleiden. − Waterbeheerder ontvangt en registreert vragen van burgers − Het uitvoeren van de maatregelen uit het GRP o.a.: - reguleren vergunningen - beheren en optimaliseren bestaand systeem - inmeten put- en maaiveldhoogten - onderzoeken rioolvreemd water − Projectmatig uitvoeren van vervangingsmaatregelen o.a: - rioolvervanging Overbuurt - uitvoering relinebestek - rioolvervanging Zuidhoek - aansluiting nieuwbouw locaties − Jaarlijks 15% van het rioolstelsel inspecteren en reinigen. − Bij grote integrale projecten (combinatie van wegonderhoud, rioolonderhoud en overige onderhoudswerkzaamheden) het gemengd rioolstelsel vervangen door een gescheiden rioolstelsel. − Onderzoeken hoeveel procent van de gemalen en pompen moet worden. Aangesloten op het telemetriesysteem om de werking efficiënt en effectief te hebben. − Afhankelijk van dit onderzoek bepalen hoeveel procent van de gemalen en pompen nog moet worden aangesloten en hier wordt indien nodig een plan van aanpak voor opgesteld. − aanbesteden van datatransacties telemetriesysteem. − Het klein dagelijks onderhoud en de calamiteiten laten uitvoeren door de eigen dienst. − Het structureel onderhoud aan pompen op moeilijk bereikbare plaatsen (o.a. eilanden) laten uitvoeren door de eigen dienst. − Een door het Hoogheemraadschap van Rijnland getoetst en geaccordeerd BRP opstellen. − Meerjaren onderhoudscontract kolken zuigen


24

Beoogd resultaat schoon en functioneren zo optimaal mogelijk.

Beoogde activiteiten uitvoeren. − Meerjaren onderhoudscontract reinigen gemalen en rioolstrengen uitvoeren. − Rioolbeheerplan (inclusief − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaalgegevens) is actueel en areaal tijdig, gedisciplineerd en correct volledig. verwerken in het beheersysteem. Reiniging en inzamelen, afvoeren en verwerken van (huishoudelijk) afval − Het afval wordt adequaat verzameld − Periodiek managementoverleg voeren met en verwerkt. Cyclus. − Controle en signalering van en op afhandeling van meldingen m.b.t. afvalinzameling. − We exploiteren een eigen milieustraat, inclusief transport naar verwerkingsbedrijven − We exploiteren een KCA-depot (klein chemisch afval). − overeenkomst sluiten met Cyclus over het beschikbaar hebben van de milieustraat in ter Aar. − Aanbod (frequentie) van − Gemeente bereidt samen met Cyclus een huishoudelijk afval is uitvoeringsvoorstel voor ten behoeve van het controleerbaar. chippen van de rolcontainers (als onderdeel van de afgesproken moderniseringsslag uit het contract met Cyclus). Uitgangspunt is het financieel rendement. − Verzamelcontainers gaan waar − Bij nieuwe wijken en inbreidingslocaties mogelijk en effectief ondergronds. zoveel mogelijk ondergrondse verzamelcontainers aanbrengen. − De haalbaarheid van ondergrondse containers in bestaande woonwijken onderzoeken. − Inzamelen oud papier en glas. − Actualiseren inzamelings-, transport- en verwerkingscontracten. − Overleggen en afstemmen met scholen en verenigingen voor een nieuwe werkwijze voor het van ophalen en verrekenen van oud papier in verband met faillissement VAOB. Openbare verlichting − Het verlichtingsniveau in de − Een plan van aanpak opstellen om jaarlijks openbare ruimte voldoet aan de 25% van de achterstand met betrekking tot gestelde richtlijnen en draagt bij aan vervanging van de verouderde armaturen in te de (sociale en verkeers) veiligheid. lopen zodat deze aan de klimaatdoelstellingen voldoen. − De technische staat van de − Het opstellen en uitvoeren van een meerjaren lichtmasten en armaturen is van onderhoudsplan openbare verlichting (hierin constante kwaliteit. zitten werkzaamheden als remplace en vervanging lampen). − Dagelijks onderhoud, herstel schademasten en verkeersregelinstallaties (VRI’s) tot 2013 op uniforme wijze in samenwerking met ZIUT uitvoeren. − Evalueren contract ZIUT en overwegen voortzetting uitvoeringscontract


25

Beoogd resultaat − Er wordt een opstart gemaakt om de openbare verlichting bij te laten dragen aan de regionale doelstellingen van het Klimaatprogramma (doorlooptijd 1520 jaar).

− Het aantal OV-kabelstoringen is minder op basis van meldingen.

− Het OV-beheerplan is (inclusief areaalgegevens) actueel en volledig. − Verkeer en vervoer − De ontsluiting van de gemeente is optimaal.

− De wegen zijn veelal ingericht conform duurzaam veilig.

− Woongebieden zijn zoveel mogelijk ingericht als 30-km gebied of woonerf. Civiele kunstwerken (bruggen) − Beweegbare en vaste bruggen zijn veilig en goed begaanbaar.

Beoogde activiteiten − Klimaatdoelstellingen (energiebesparing en vermindering CO² uitstoot) op basis van de huidige materiaalkeuzes onderdeel laten uitmaken van het meerjaren vervangingsplan. − De mogelijkheden onderzoeken om op basis van andere materiaalkeuze (bv LEDverlichting) aan de klimaatdoelstellingen te voldoen. − In de overeenkomst met Liander prestatieafspraken vastleggen. − Periodiek managementoverleg met Liander opzetten − Toezicht op de uitvoering van Liander in eigen beheer doen. − Uitvoeren van een haalbaarheidsstudie t.b.v. een eigen OV-net − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem − De mogelijkheden om een gemeentelijk verkeerscirculatieplan op te stellen onderzoeken. − Bij de voorbereiding van met name reconstructieprojecten altijd een verkeerskundige toets t.b.v. onder andere ontsluiting uitvoeren. − Aanleggen van de nieuwe ontsluitingsweg t.b.v. Braassemerland en Roelofarendsveen. − Corridorstudie N207 verder uitvoeren. − Bij de voorbereiding van projecten altijd in overleg met verkeer en vervoer bekijken welke duurzame verkeersveiligheidsmaatregelen kunnen en moeten worden opgenomen. − Bij de voorbereiding van projecten altijd in overleg met verkeer en vervoer bekijken welke woongebieden kunnen worden ingericht als 30-km gebied of woonerf. − Jaarlijkse keuring en inspectie mechanische delen van draai- en beweegbare bruggen uitvoeren. − Jaarlijkse keuring en inspectie constructieve delen van de kunstwerken uitvoeren. − Inspectieresultaten worden van een prioriteit voorzien. Geconstateerde calamiteiten direct herstellen, overige gebreken opnemen in het meerjarig onderhoudsplan. − Voorbereiden en opstellen van het meerjarig onderhoudsplan civiele kunstwerken. − De volgende onderhoudsprojecten


26

Beoogd resultaat

− Brugbediening van beweegbare bruggen is efficiënt en effectief.

− Beheerplan civiele kunstwerken (inclusief areaalgegevens) is actueel en volledig. Gebouwen − De reguliere gemeentelijke gebouwen verkeren in goede technische staat en voldoen aan de gestelde normen voor gebruik. − Meerjarig onderhoudsplan gebouwen (inclusief areaalgegevens) is actueel en volledig.

− Accommodatiebeleid en –beheer is effectief en transparant.

Beoogde activiteiten voorbereiden en uitvoeren: - vernieuwen Witte singel kunstwerk en − kademuur, Roelofarendsveen - vernieuwen Weteringlaan - kunstwerk en kademuur, Oude Wetering. - Bilderdam: renovatie hydraulische componenten beweegbare brug − Het meerjarencontract brugbediening dat in 2011 is afgesloten evalueren. − Op basis van de evaluatie de voorbereidingen voor een nieuw contract opstarten. − Revisie- en overige mutatiegegevens in het areaal tijdig, gedisciplineerd en correct verwerken in het beheersysteem. − Beheer- en onderhoudswerkzaamheden conform vastgesteld meerjaren onderhoudsplan uitvoeren. − Mogelijkheden om het beheer- en onderhoud van gebouwen in een beheerpakket onder te brengen onderzoeken. − Beheer van onderhoudscontracten waar mogelijk formaliseren om op basis van raamcontracten standaardkortingen / schaalvoordelen te kunnen bedingen. − Onderzoeken welke gebouwen voor verkoop of sloop in aanmerking komen. − Mogelijkheden accommodatiebeleid i.s.m. betrokken afdelingen (SL/RO/BV en Middelen) onderzoeken. − O.b.v. onderzoeksresultaten starten met het opstellen van integraal accommodatiebeleid − Onderzoeken op welke wijze de financiële afhandeling van groot onderhoud, klein dagelijks onderhoud en facilitair onderhoud van het beheer en onderhoud moet worden opgenomen.

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 3 Leefomgeving Beoogd effect maatregel

Beoogde activiteit

Voorstel 15) Milieustraat Ter Aar Tariefsverlaging Het op termijn niet meer gebruik maken van afvalstoffenheffing. de milieustraat in Ter Aar en deze activiteit centraliseren op de milieustraat in Roelofarendsveen. Voorstel 17) Efficiënter uitvoeren klein onderhoud wegen Klachtenmeldingen worden maximaal Efficiënter uitvoeren klein gebundeld, voorzien van prioriteit waardoor onderhoud aan de wegen ter realisatie van de mogelijkheid ontstaat planmatiger af te kostenbesparing. handelen. Hergebruik van materialen. Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

Budgettair effect Bedrag Jaar PM

2015

25.000

2012

27


Beoogde activiteit


Voorstel 19) Vermindering straatmeubilair (borden en hekken) Het terugbrengen van De gemeente plaatst en onderhoud 4.000 2015 borden in de openbare uitsluitend nog wettelijk verplichte ruimte en het terug dringen verkeersborden en een beperkt assortiment van het beheer van aan informatieborden. Daar waar de veekeringen om daarmee gemeente hekwerken beheert op een kostenbesparing te particuliere erfafscheidingen wordt er realiseren. proactief beleid ingezet om in 5 tot 10 jaar, 12 km veekering over te dragen aan veehouders en/of grondeigenaren. Voorstel 20) Overdragen brugbediening (2 bruggen) aan een marktpartij Na uitbesteding niet meer invullen van de 20.000 2012 De brugbediening en de bruggenwachters functies. Geen coördinatie van de bezetting onder brengen dienstroosters meer op te stellen door bij een marktpartij om eigen dienst. hierbij een besparing te bereiken. Voorstel 21) Versobering, vereenvoudiging groot onderhoud in de openbare ruimte. Meer planmatig werken Het in kaart brengen van het totaal areaal. 350.000 2013 aan groot onderhoud in de Het aan de hand hiervan opstellen van openbare ruimte en daar nieuwe beheersplannen (voor 5 jaar) voor waar mogelijk versobering wegen, groen, openbare verlichting en van de inrichting en kunstwerken. Het opstellen van uitvoering, met behoud van verschillende scenario’s afzonderlijk voor kwaliteit. Het doel hierbij is buitengebied, winkelgebied en woongebied. het bereiken van een grote Hergebruik van materialen, sobere keuzes besparing op de voor inrichting, aanbestedingsvoordeel door onderhoudskosten in de bundeling, andere inrichting en verhardingskeuzes (klinkers i.p.v. asfalt). openbare ruimte. Na scenariokeuze in beheer en onderhoud kan in 2013 de besparing worden ingezet. Voorstel 22) Besparing op het groot onderhoud van de gemeentelijke gebouwen Het in relatie tot het MRSV Het afstoten van niet rendabele gebouwen. 100.000 2013 uitvoeren van strategisch Panden met hoge onderhoudslasten in vastgoedbeheer met als relatie tot leeftijd en kwaliteit van het pand doel vermindering van de bezien op behouden, renoveren of afstoten. onderhoudslasten. Afstoten objecten die niet voldoen aan het MRSV. Toewerken naar kostendekkende of marktconforme huurprijzen. Het faciliteren van meervoudig gebruik per pand.


28

Wat is het beschikbare programmabudget voor programma 3 Leefomgeving Programma 3 – Leefomgeving

Realisatie 2010


14.831.412




2013

2014

2015

12.244.770

11.565.616

11.645.841

11.645.841

11.645.841

-6.634.693

-6.830.690

-6.516.300

-6.516.300

-6.516.300

-6.516.300

8.196.719

5.414.080

5.049.316

5.129.541

5.129.541

5.129.541

-3.369.973

-242.298

-303.464

-308.524

-227.721

-120.000

4.826.746

5.171.782

4.745.852

4.821.017

4.901.820

5.009.541

-45.000

-495.000

-495.000

-499.000

4.700.852

4.326.017

4.406.820

4.510.541

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt, dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves De post mutatie reserves bij dit programma betreft een toevoeging aan de reserve riolering wegens saldo rioolexploitatie 2012 ad € 80.225 en een aflopende onttrekking aan de egalisatie wegen wegens bijdrage aan de exploitatie ad € 383.689 (2012), € 308.524 (2013), € 227.721 (2014) en € 120.000 in 2015.


29


30

Programma 4

1.2.4

Economie Taakverdeling portefeuillehouders


economische zaken, weekmarkt

Wethouder J.B. Uit den Boogaard

recreatie en toerisme, land- en tuinbouw

Programma-inhoud

Het versterken van de lokale en regionale economie, waarbij wordt ingezet op behoud van de werkgelegenheid en het aantrekken van nieuwe werkgelegenheid. De zorg voor een solide basis en perspectiefrijke toekomst voor de detailhandel in de gemeente. Het versterken van de regiefunctie van de gemeente bij woningbouw-, bedrijfs- en ruimteontwikkeling. Uitvoering geven aan het beleid op het gebied van de recreatie, gericht op het bieden van meer mogelijkheden tot kleinschalige recreatie in de gemeente, voor zowel wandelaars, fietsers als waterrecreanten. Het overleggen hierover met betrokken ondernemers, plaatselijke promotie organisaties en burgers. Het ondersteunen van initiatieven van organisaties en particulieren met betrekking tot recreatieve en promotioneel opgezette activiteiten op dit gebied.


− − − −



De Centrumvisie voor Roelofarendsveen Regionale bedrijventerreinenstrategie Holland Rijnland. Provinciale Economische Visie Nota recreatie en toerisme Kaag en Braassem 2009

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat zijn de effecten van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen? Beoogd resultaat Economische zaken − Stimuleren en realiseren van ontwikkeling, behoud en beheer van bedrijventerreinen − Opheffen faciliterende rol gemeente bij weekmarkten Land- en tuinbouw − Versterking van de aanwezige glastuinbouw en agrarische functies.

Recreatie en toerisme − Verbetering en versterking lokale recreatieve (infra)structuur.

Beoogde activiteiten −

−

Uitvoering van revitalisering bedrijventerrein De Lasso en vormgeving ontwikkeling bedrijventerrein Drechthoek II. Omzetten weekmarkten naar verzameling standplaatsen.

−

Opstellen van een nieuw bestemmingsplan Geestweg en Floraweg met een onderliggende gemeentelijke visie voor wat betreft duurzame glastuinbouw.

−

Realiseren van kleine en grote recreatieve projecten zoals omschreven in het Uitvoeringsprogramma Recreatie en Toerisme.


31

Beoogd resultaat − Afstemming van provinciaal en gemeentelijk recreatiebeleid.

Beoogde activiteiten − Formuleren van beleid omtrent kleinschalige recreatieve ontwikkelingen in het buitengebied.

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 4 Economie Beoogd effect maatregel


Beoogde activiteit

Voorstel 2) Opheffen faciliterende rol gemeente bij weekmarkten Fase 1 het niet meer Marktkooplui in Woubrugge en -------------faciliteren bij de --------------------------------in weekmarkten. Roelofarendsveen informeren dat de Fase 2 Organisatie gemeente niet meer zal faciliteren. overdragen aan Mondeling contract met de standbouwer privaatrechtelijke partij. Woubrugge opzeggen. Voorstel 26) Inkomsten uit grondverbruik Het genereren van inkomsten uit de Verhogen van inkomsten uit plaatsing van reclamemasten en het gebruik van gronden. windturbines op gemeentelijke grond.

21.688

2013

95.000

2014

Wat is het beschikbare programmabudget voor programma 4 Economie Programma 4 – Economie

Realisatie 2010



2013

2014

2015


771.955

659.413

599.709

575.452

565.452

565.452

Baten van het programma

-353.971

-245.020

-247.236

-247.236

-247.236

-247.236

Resultaat voor bestemming

417.984

414.393

352.473

328.216

318.216

318.216

Mutatie reserves

-34.257

-24.257

-34.257

-10.000

Resultaat na bestemming

383.727

390.136

318.216

318.216

318.216

318.216

0

-21.688

-116.688

-116.688

318.216

296.528

201.528

201.528

Effecten bezuinigingsvoorstel Resultaat na bezuiniging

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves De post mutatie reserves bij dit programma betreft de beschikking over de reserve recreatie en toerisme, voor het project “tik van de molen” ad € 24.257 (gedurende 3 jaren, in 2012 voor het laatst) en een bijdrage van € 10.000 voor het project Bloomin Holland uit de algemene reserve (voor vier jaren in 2013 voor het laatst).


32

Programma 5

1.2.5

Onderwijs en kinderopvang Taakverdeling portefeuillehouders

Wethouder F.M. Schoonderwoerd

Lokaal onderwijsbeleid, onderwijsvoorzieningen en huisvesting, leerlingenvervoer, uitvoering van de leerplichtwet, volwasseneneducatie, kinderopvang en peuterspeelzaalwerk

Programma-inhoud

Goed lokaal onderwijsbeleid en goede huisvesting voor de basisscholen. Zorg dragen voor leer- en ontwikkelingsmogelijkheden en zorgverbreding. Daarnaast is de gemeente op grond van wetgeving verantwoordelijk voor het leerlingenvervoer en de uitvoering van de leerplichtwet en het uitvoeren van gemeentelijke taken volgens de wet kinderopvang. Het belang van vroegsignalering en voor- en vroegschoolse educatie bij peuters en kleuters is de basis voor het peuterspeelzaalbeleid. Voor het uitvoeren van de wettelijke taak op het gebied van handhaving in de kinderopvang volgt de gemeente de adviezen van de GGD, die de inspectie van de kinderopvang uitvoert. Dit is voor alle instellingen in Kaag en Braassem hetzelfde. Tot slot, bezuinigingsvoorstellen uit programma 5 en programma 6 hangen met elkaar samen en versterken elkaar. In de uitvoering van de voorstellen wordt hierop ingespeeld


Onderwijs: − Algemene subsidieverordening Kaag en Braassem − Verordening onderwijshuisvesting Kaag en Braassem − Leerplichtwet 1969 Volwasseneneducatie: − Het volgen van volwasseneneducatie biedt 16-plussers de kans om alsnog een startkwalificatie te behalen. De financiering hiervan is onderdeel van het zogenaamde participatiebudget en wordt volledig regionaal uitgevoerd. Kinderopvang: − Wet op de kinderopvang Peuterspeelzalen: − Algemene subsidieverordening Kaag en Braassem − Beleidsregel Peuterspeelzalen − Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Wet OKE). Strategisch document Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV).


33


Doorvertalen uitkomsten kerntakendiscussie en Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV) naar breed maatschappelijk beleid. Hierin staat centraal: - optimale zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie van onze inwoners, zowel economisch als sociaal waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de inwoners voorop staat; - vergroten maatschappelijke betrokkenheid inwoners, lokale organisaties en bedrijven; - heldere rollen en verantwoordelijkheden voor de gemeente, inwoners, organisaties en bedrijven. De gemeente initieert, faciliteert, informeert en verbindt de verschillende maatschappelijke partijen.

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat houden de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen in? Beoogd resultaat Onderwijsvoorzieningen −

Effectief en kwalitatief goed georganiseerd leerlingenvervoer.


−

Effectief en efficiënt aanbesteden leerlingenvervoer met focus op combinatie prijs, kwaliteit en flexibiliteit. Monitoren kwaliteit leerlingenvervoer

Impuls brede scholen, sport en cultuur −

−

Combinatiefunctionaris / brede schoolcoördinator is verbindende partij tussen scholen, sportverenigingen en culturele instellingen.

−

Optimaal gebruik functies brede school.

−

−

−

Aanstellen combinatiefunctionaris in overleg met de betrokken partijen zoals scholen, sportverenigingen en culturele instellingen. Heldere resultaatafspraken maken met combinatiefunctionaris. De gemeente heeft een verbindende rol en faciliteert bij het maximaal benutten van de functies van de brede school door inwoners en maatschappelijke instanties. Inzetten op voorkomen leegstand brede school.

Peuterspeelzaalwerk − − −

Terugbrengen achterstanden bij jonge kinderen. Gelijke ontplooiingskansen voor kinderen. Meer doen voor het kind door efficiënter werken in de keten.

−

−

−

Financieren van activiteiten op terrein van vroeg- en voorschoolse educatie door peuterspeelzaal en kinderopvang (o.a. door rijkssubsidie). Faciliteren samenwerken kinderopvang en peuterspeelzaal door: - sturen op effectief inrichten en benutten brede school; - sturen op vroegsignalering. Faciliteren bij het verder verbeteren zorgnetwerken en het signaleringsoverleg.


34

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 5 Onderwijs en kinderopvang Budgettair effect Beoogd effect maatregel Beoogde activiteit Bedrag Jaar Voorstel 3.4) Ontplooiïngskansen voor kinderen Het beperken van de Afbouwen subsidie conform Algemene gemeentelijke subsidie aan wet bestuursrecht (Awb). 13.200 2013 peuterspeelzalen. Het beëindigen van subsidie Het Bonaventuracollege op de hoogte 1.500 2012 voor bewustwordingsprojec- stellen dat geen bijdrage meer wordt 3.000 2013 (cumulatief) ten voortgezet onderwijs verstrekt in hun projectweken. Het beëindigen van de Afbouwen subsidie conform Algemene 23.000 2012 46.000 2013 bijdrage aan de scholen voor wet bestuursrecht (Awb). (cumulatief) extra onderwijsvoorzieningen, waaronder het budget dat voorheen aan schoolzwemmen werd besteed. Voorstel 3.7) Preventie en signalering De lopende afspraken afbouwen 15.000 2012 Het beperken van de conform Awb. bijdrage aan de schoolbegeleidingsdienst. Paragraaf 4.7 Andere voorziening mogelijk Bijdrage Leo Kannerschool Binnen Holland Rijnland is besloten het 12.000 2012 stoppen. convenant niet te verlengen. Intensiveringen (3.5) Investeren in Beschikbaar stellen van extra jaarlijks 25.000 2013 schoolmaatschappelijk werk. budget. Wat is het beschikbare programmabudget voor programma 5 Onderwijs en kinderopvang Programma 5 – Onderwijs en kinderopvang

Realisatie 2010


Meerjarenperspectief

2012

2013

2014

2015


2.752.350

2.580.115

3.190.386

3.190.386

3.190.386

3.190.386


-143.716

-128.440

-505.395

-505.395

-505.395

-505.395

2.608.634

2.451.675

2.684.991

2.684.991

2.684.991

2.684.991

-44.888

-61.921

-141.430

-141.430

-141.430

-141.430

2.563.746

2.389.754

2.543.561

2.543.561

2.543.561

2.543.561

-51.500

-64.200

-64.200

-64.200

2.492.061

2.479.361

2.479.361

2.479.361

Resultaat voor bestemming Mutatie reserves Resultaat na bestemming Effecten bezuinigingsvoorstel Resultaat na bezuiniging

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt, dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves De post mutatie reserves bij dit programma betreft onttrekkingen aan de algemene reserve wegens dekking kapitaallasten peuterspeelzaal Brede School ad € 62.230 en rente ad


35

€ 79.200 over belegd deel (bijdrage uit Braassemerland) t.b.v. de dekking van de aan de wbv te betalen huur Brede School


36

Programma 6

1.2.6

Welzijn Taakverdeling portefeuillehouders

Wethouder F.M. Schoonderwoerd Wethouder J.B. Uit den Boogaard

WMO, welzijn sport, culturele zaken, subsidiebeleid, sociale voorzieningen monumentenzorg

Programma-inhoud

Het streven is dat alle inwoners aan de lokale samenleving met een adequaat voorzieningenniveau kunnen deelnemen. De gemeente gaat uit van de eigen verantwoordelijkheid van haar inwoners en biedt een vangnet waar nodig. De gemeente stimuleert haar inwoners om zelfredzaam te zijn en om maximaal zelfstandig te participeren in de maatschappij, zowel economisch als sociaal. Betrokkenheid bij naasten en de (directe) omgeving is hierbij een belangrijk uitgangspunt. De gemeente stimuleert, faciliteert, verbindt en informeert maatschappelijke organisaties en inwoners zodat zij deze verantwoordelijkheid kunnen nemen. Tot slot, bezuinigingsvoorstellen uit programma 5 en programma 6 hangen met elkaar samen en versterken elkaar. In de uitvoering van de voorstellen wordt hierop ingespeeld.


− − − − − − −


Bestuursakkoord RAS 2009-2012 over preventief jeugdbeleid en cultuur in samenwerking met provincie en Holland Rijnland Regionale visie op het Centrum voor Jeugd en Gezin Algemene Subsidieverordening Kaag en Braassem Nota Centrum Jeugd en Gezin Nota preventief ouderenbeleid Kaag en Braassem Strategisch document Maatschappelijk ruimtelijke structuurvisie (MRSV) Diverse geldende beleidsregels binnen dit programma

Doorvertalen uitkomsten kerntakendiscussie en maatschappelijke ruimtelijke structuurvisie (MRSV) naar breed maatschappelijk beleid. Hierin staat centraal: − optimale zelfredzaamheid van onze burgers en maatschappelijke participatie van onze inwoners, zowel economisch als sociaal waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de inwoners voorop staat; − vergroten maatschappelijke betrokkenheid inwoners, lokale organisaties en bedrijven; − heldere rollen en verantwoordelijkheden voor de gemeente, inwoners, organisaties en bedrijven. De gemeente initieert, faciliteert, informeert en verbindt de partijen. Tegelijkertijd spelen er diverse landelijke en lokale ontwikkelingen: − kanteling WMO en samenwerking Nieuwkoop op terrein WMO; − voorbereiden op decentralisatie jeugdzorg; − versterken cliëntondersteuning;


37

− − −

voorbereiden op decentralisatie AWBZ; voorbereiden Wet Werken naar Vermogen (toekomst SWA) ontmantelen ISDR

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat houden de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen in? Beoogd resultaat Beoogde activiteiten Verbinden sociaal maatschappelijke ontwikkelingen Opstellen nieuw, eigentijds en resultaatgericht Breed, integraal maatschappelijk beleid maatschappelijk beleid (gedeeltelijk in waar de diverse beleidsterreinen in het samenwerking met de regio Holland Rijnland) sociaal domein (jeugdzorg, werken naar vermogen, schuldhulpverlening, WMO, sport en cultuur, ouderen, gezondheid etc) met elkaar zijn verbonden, gericht Uitvoering: op: - vergroten zelfredzaamheid inwoners − Faciliteren eigentijdse leesvoorziening - terugdringen en voorkomen van (bibliobus). armoede onder inwoners − Verstrekken subsidies maatschappelijke - versterken positie mantelzorgers en organisaties. vrijwilligers − Faciliteren harmonisatie gemeentelijke - vergroten vrijwilligersinzet bij sportaccommodaties. jongeren − Faciliteren maatschappelijke stages - sterke en zelfstandig opererende jongeren. vrijwilligers − Beheren, ontwikkelen, afstoten - harmonisatie sportaccommodaties en maatschappelijke voorzieningen op basis passende maatschappelijke van MRSV (groei/groenkern). voorzieningen op basis van MRSV − Faciliteren activiteiten preventief - sterk verenigingsleven ouderenbeleid. - zelfstandige ouderen − Faciliteren activiteiten preventief jeugdbeleid - gezonde(re) inwoners − ondersteuning vrijwilligers. − Creëren leesvoorziening voor inwoners WMO-beleid en uitvoering − Versterken zelfredzaamheid burgers − Opstellen nieuwe verordening waarmee en actieve deelname aan de uitvoering kan worden gegeven aan “de maatschappij vanuit principes van ‘de Kanteling” naar de nieuwe beleidsregels van kanteling’. de WMO. − Professioneel WMO-loket voor − Voorlichten inwoners over betekenis ‘de inwoners Kaag en Braassem. kanteling’ om actieve deelname in de samenleving te stimuleren − Effectieve samenwerking in de zorgketen. − Introductie ‘het gesprek’ bij WMO-intake door WMO-consulenten − Begeleiden WMO-consulenten en klantadviseurs in nieuwe rol volgens principes van de Kanteling (stimuleren inzet van omgeving burger met zorgvraag). − Professioneel inrichten WMO-proces, zodat de gemeente WMO-aanvragen (backoffice) professioneel verwerkt. − Versterken samenwerking met externe partijen in zorgketen WMO. − Voorbereiden transitiebegeleiding en dagbesteding uit AWBZ.


38

Beoogd resultaat Uitvoering Sociale Zaken − Vangnet bieden aan inwoners. − Armoede onder inwoners is gereduceerd of voorkomen.


− −

Ontmantelen ISDR en overbrengen taken sociale dienst naar Alphen a/d Rijn per 1-42012. Inzetten op preventie schuldhulpverlening Verlenen subsidiebijdrage aan de voedselbank.

Centrum voor jeugd en gezin − Adequate en laagdrempelige − Uitvoeren aanbevelingen uit de evaluatie opvoed- en opgroeiondersteuning. werkwijze en resultaten Centrum Jeugd en Gezin. − Snelle(re) signalering van problemen bij kinderen en jongeren en − Doelmatig en efficiënt verbinden van toeleiding naar passende hulp. signalerende netwerken bijv. ZAT’s. Versterken regionaal arbeidontwikkelfunctie SWA − Inwoners met afstand tot − Scenariostudie SWA naar toekomst en arbeidsmarkt hebben impact Wet werken naar vermogen ontwikkelstappen op uitvoeren. participatieladder gezet. − Voorbereiden op impact Wet werken naar vermogen op totale werken participatieketen. Kinderen en jongeren − Voldoende, afwisselende en veilige − Opstellen uitvoeringsplan speelruimtebeleid. speelruimte voor kinderen. − Onderzoeken mogelijkheden om speelruimte in te zetten om kinderen laagdrempelig kennis te laten maken met sport. − Effectief en resultaatgericht − Creëren professionele opdrachtgever / jongerenwerk zodat jeugd en overige nemer-relatie met Stichting Jeugd- en inwoners ‘vreedzaam’ samenleven Jongerenwerk Midden Holland. en elkaar respecteren. − Afstemmen inzet gemeentelijk jeugd- en jongerenwerk. − Versterken samenwerking met sportverenigingen voor aanbieden uitdagende (sport)activiteiten. − Alle partijen nemen hun − Opstellen van kaders en benoemen verantwoordelijkheid in het creëren bijbehorende activiteiten op terrein van van een leefklimaat waar kinderen wonen, onderwijs en vrije tijd met en jongeren veilig en verantwoord ketenpartners. kunnen opgroeien tot zelfstandige − zorgen voor een heldere rolverdeling inwoners van Kaag en Braassem. gemeente en maatschappelijke partners. Gezondheidszorg − Gezondere inwoners in Kaag en − Verbinden kennis en ketenpartners diverse Braassem door positief beïnvloeden terreinen: gezondheidszorg, sport & gezondheidsrisico’s. bewegen, jongeren. − Opstellen kaders en duidelijke taken, rollen & verantwoordelijkheden voor betrokken partijen. − Organisatie is ‘kwartier gemaakt’ − Het in Holland Rijnland-verband voor decentralisatie jeugdzorg voorbereiden van de transitie van de jeugdzorg van provincie naar gemeente.


39

Effecten bezuinigingsvoorstellen bij programma 6 Welzijn Beoogd effect maatregel

Beoogde activiteit

Voorstel 3.2a) Maatschappelijke Participatie/zelfredzaamheid Het versoberen van Opstellen nieuwe verordening waarmee voorzieningen en verlagen uitvoering kan worden gegeven aan “de budget Wmo. Kanteling” naar de nieuwe beleidsregels bij de Wmo. Voorstel 3.5a) Versterken eigen kracht Het verlagen van de subsidie Prioritering van het voor het reguliere algemeen ondersteuningsaanbod en het mogelijk maatschappelijk werk vragen van een eigen bijdrage voor waardoor ruimte ontstaat bepaalde vormen van ondersteuning. voor schoolmaatschappelijk werk. Voorstel 3.5b) Versterken eigen kracht Het verlagen van de subsidie Prioritering van het voor het reguliere algemeen ondersteuningsaanbod en het mogelijk maatschappelijk werk vragen van een eigen bijdrage voor waardoor ruimte ontstaat bepaalde vormen van ondersteuning. voor schoolmaatschappelijk werk. Voorstel 3.7a) Preventie en signalering Het versoberen van de Door het versoberen van de subsidie subsidie voor collectieve kan de gemeente niet deelnemen aan preventie geestelijke de gemeenschappelijke regeling voor gezondheidszorg (GGZ). GGZ. De gemeente zal moeten onderzoeken welke andere organisatievorm de belangen van de inwoners van Kaag en Braassem het beste waarborgt. Voorstel 3.7b) Preventie en signalering Het verlagen van de subsidie Jaarlijks kritisch maatwerk jeugdgevoor het maatwerk zondheidszorg blijven beoordelen op jeugdgezondheidszorg. kosten-baten-verhouding. Voorstel 3.7c) Preventie en signalering De bezuinigingstaakstelling RDOG heeft al voorstellen gedaan om opgelegd aan de invulling te geven aan bezuinigingen. gemeenschappelijke regelingen waaronder de RDOG realiseren. Voorstel 3.7d) Preventie en signalering Versoberen ambulant Stoppen met organiseren van jongerenwerk. vrijetijdsactiviteiten voor jongeren.

Budgettair effect Bedrag Jaar 300.000

2012

25.000

2013

7.500

2012

9.000 13.500 18.000

2013 2014 2015

(cumulatief)

2.500

2012

22.000 35.000

2012 2014

(cumulatief)

12.500 18.750 25.000

2013 2014 2015

(cumulatief)

Voorstel 3.9a) Accommodaties Het beëindigen van de Bijdrage beperken tot alleen schoolgym subsidie aan het Cultureel op basis van normbedrag VNG Centrum Hoogmade voor het (wettelijk verplicht). gedeelte ‘vrijetijdsdomein’. Voorstel 3.9b) Accommodaties Beperken subsidie voor Beperken subsidie voor onderhoud onderhoud sportaccommodaties. sportaccommodaties. Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

13.413 20.120 26.826

2013 2014 2015

(cumulatief)

20.000

2013

40


Beoogde activiteit


Voorstel 3.9c) Accommodaties Het beperken van subsidie Subsidie beperken tot de kapitaallasten 4.500 aan het Dienstencentrum. van het gebouw tot aan het moment dat het gebouw geheel is afgeschreven. Deze subsidie is bestemd voor het kosteloos beschikbaar stellen van de accommodatie en voor het aanbieden van activiteiten aan ouderen. Voorstel 4.2a) Regionale infrastructuur Beperking van de 310.365 Niet meer participeren in bibliotheekvoorzieningen. basisbibliotheek. Voorstel 4.2b) Regionale infrastructuur Subsidie bibliotheek Stopzetten subsidie bibliotheek de 15.000 beperken. Bloemlezer Voorstel 4.2d) Regionale infrastructuur Geen subsidie gemeente meer 15.000 Subsidie kleine Oase verstrekken om zwembad open te beperken. houden Voorstel 4.2e) Regionale infrastructuur Het beëindigen van de extra Bevorderen dat Holland-Rijnland het 3.175 bijdrage van het jongerenloket bekostigt uit RMC 4.763 jongerenloket. middelen en tegelijkertijd afbouwen 6.350 (cumulatief) extra bijdrage. Voorstel 4.3f) Notitie Kerntakendiscussie maatschappelijke voorzieningen : Rol gemeente eindigt/nieuw beleid 3.000 Het afzien van het vergroten Niet uitbreiden oplage boekje van het verspreidingsgebied senioreninfo. van het boekje senioreninfo tot de hele gemeente. Voorstel 4.4) Vrije tijd en sociale contacten Het beëindigen van Kaasschaaf 10% bezuinigen op 21.400 subsidies op subsidies. vrijetijdsbesteding. Dit in het Betreft: kader van de heroverweging − scouting van kerntaken. Van − subsidies voor kindervakantiespelen. verzorgen naar eigen − subsidie muziek en verantwoordelijkheid van cultuurverenigingen inwoners. − ledensubsidies aan sportverenigingen − jeugdsociëteiten − subsidie historische verenigingen. − subsidie stichting kunst en cultuur (WIJ) − subsidies activiteiten ihkv volkscultuur − Subsidie Vira vrouwenemancipatie / integratie − seniorensociëteiten − jeugdparticipatie − sportactiviteiten voor senioren Voorstel 4.6a) Geen kerntaak Het beëindigen van subsidie Afbouwen van subsidie. 17.000 Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

2013

2014

2014

2013

2013 2014 2015

2012

2013

2013 41


Beoogde activiteit

voor ozb aan maatschappelijke instellingen.

Budgettair effect Bedrag Jaar 25.500 2014 34.000 2015 (cumulatief)

Voorstel 4.6b) Geen kerntaak Beperken doelgroepen subsidie. Voorstel 4.7a) Andere voorziening mogelijk Beëindigen van subsidies. Beperken tot de kerntaken bij het verlenen van subsidie. Betreft: - subsidies voor incidentele maatschappelijke projecten (doelgroepensubsidie). − subsidies aan organisaties voor mensen met een beperking. − subsidie politieke − Eigenwijsdag − Sportintegratie Voorstel 4.7b) Andere voorziening mogelijk Beëindigen van subsidie aan de Leidse Beperken tot de kerntaken bij het verlenen van subsidie. rechtswinkel.

13.000

2012

408 611 815

2013 2014 2015

(cumulatief)

350 525 700

2013 2014 2015

(cumulatief)

Voorstel 4.7c) Andere voorziening mogelijk Beperken tot de kerntaken Beëindigen van subsidie sociaal bij het verlenen van subsidie. raadsliedenwerk.

12.375 18.563 24.750

2013 2014 2015

(cumulatief)

Paragraaf 4.8 rol van de gemeente eindigt / nieuw beleid Sportintegratie. Afschaffen subsidie Intensiveringen (3.2b) Ondersteuning van Faciliteren van mantelzorgers. mantelzorgers.

4.500

2012

10.000 15.000 20.000 25.000

2012 2013 2014 2015

(cumulatief)

Intensiveringen (4.2c) Inhuren bibliobus.

Beperkte bibliotheekvoorzieningen in stand houden door inhuren bibliobus


200.000

2014

42

Wat is het beschikbare programmabudget voor programma 6 Welzijn Programma 6 – Welzijn

Realisatie 2010


12.720.822




2013

2014

2015

13.326.040

13.143.551

13.143.551

13.143.551

13.143.551

-4.265.000

-4.138.790

-3.537.637

-3.537.637

-3.537.637

-3.537.637

8.455.822

9.187.250

9.605.914

9.605.914

9.605.914

9.605.914

-150.000

-36.000

0

0

0

0

8.305.822

9.151.250

9.605.914

9.605.914

9.605.914

9.605.914

-342.500

-491.621

-659.097

-688.206

9.263.414

9.114.293

8.946.817

8.917.708

Toelichting Programma resultaat 2012 versus 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) Indien het resultaat van de begroting 2012 ten opzichte van 2011 (voor bezuinigingsmaatregelen) belangrijk afwijkt dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Mutaties reserves


43


44

1.3

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Taakverdeling portefeuillehouders


Deelnemingen en beleggingen, algemene uitkering gemeentefonds, overige baten en lasten, ozb, rzb, woonforensenbelasting, langlopende geldleningen, onvoorzien, uitvoering Wet Woz, hondenbelasting, reserves en voorzieningen

Inhoud

Dit betreft geen raadsprogramma, maar algemene dekkingsmiddelen (inclusief het budget onvoorzien) die dienen om de exploitatietekorten bij de overige (raads)programma’s af te dekken, zodanig dat een sluitende begroting en meerjarenbegroting wordt verkregen. Tevens worden hier de door de raad besloten dotaties en beschikkingen over de reserves verantwoord, zodat er inzicht wordt gegeven in het totale exploitatieresultaat vóór en na bestemming.


− Financiële verordening Kaag en Braassem 2010 (artikel 212) − Controleverordening Kaag en Braassem 2009 (artikel 213) − Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid 2009 (artikel 213a). − De laatst vastgestelde begroting en de vastgestelde begrotingswijzigingen dienen als basis voor de concept begroting voor het nieuwe jaar, aangepast aan de kaders zoals vastgesteld in de kadernota 2012. − Treasurystatuut Kaag en Braassem 2010 − Nota reserves en voorzieningen 2010/bijstelling 2011 − Legesverordening 2012 − Belastingverordeningen 2012 − Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV)


De financiering en algemene dekkingsmiddelen zullen op het onderdeel algemene uitkering uit het gemeentefonds, i.v.m. bezuinigingsmaatregelen van het rijk, worden gekort. Het begrotingsjaar 2012 is het laatste jaar waarin de extra frictiekostenvergoeding i.v.m. de fusie in de algemene uitkering wordt uitgekeerd. Aan het eind van 2011 zal naar verwachting besluitvorming volgen over de precarioheffing op leidingen en kabels van nutsbedrijven. De intentie is om wetsvoorstellen voor te bereiden tot afschaffing van deze heffing. Op het moment van samenstellen van de begroting is hierover nog geen duidelijkheid evenmin over eventuele compensatie en/of overgangsregelingen hierbij. ’t Kompas / Structuurvisie / Kerntakendiscussie


45

Wat willen we bereiken, wat gaan we er voor doen en wat zijn de effecten van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen? Beoogd resultaat Gemeentelijke financiën

Beoogde activiteiten

− De gemeentelijke begroting moet op korte en lange termijn een sluitend perspectief bieden met een aanvaardbaar lastenniveau. − Ontwikkelingen met financiële consequenties moeten tijdig worden gesignaleerd zodat daar tijdig concrete maatregelen tegenover kunnen worden gesteld. − Risico’s die zich mogelijk kunnen voordoen met financiële consequenties moeten eveneens tijdig worden gesignaleerd om daarmee telkens een actueel beeld te hebben ter beoordeling van de toereikendheid van het weerstandsvermogen.

− Het aan de hand van een maatschappelijke structuurvisie en de geïnventariseerde mogelijke bezuinigingsmaatregelen voeren van een kerntakendiscussie. − Besluitvorming omtrent de door te voeren bezuinigingen doorvertalen naar de begroting 2012 en de meerjarenbegroting 2013 – 2015. − Het jaarlijks uitbrengen van een kadernota, waarin de ontwikkelingen worden gesignaleerd. − Het jaarlijks actualiseren van de stand van de reserves en voorzieningen (bij de jaarrekening en de begroting en tussentijds bij elk raadsvoorstel waaruit mutaties voor de reserve voortvloeien.

Gemeentelijke belastingen en heffingen − In principe geen stijging gemeentelijke belastingen behoudens inflatiecorrectie. − In de Kadernota 2012 zijn de volgende uitgangspunten opgenomen: − voor de baten vanuit gemeentelijke belastingen en heffingen wordt een inflatiecorrectie van 2% toegepast; − voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing en grafrechten geldt 100% kostendekking; − belastingverhogingen boven het inflatiepercentage kunnen aan de orde komen als het niet meer verantwoord wordt geacht om begrotingstekorten uitsluitend met bezuinigingen op te lossen.

− In de aan uw raad voor te leggen belastingverordeningen voor 2012 zijn de tarieven met 2% verhoogd. Voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing en grafrechten worden tarieven voorgesteld die nodig zijn voor 100% kostendekking. − Bij de integrale heroverweging van taken en het toewijzen van de hiervoor benodigde middelen worden voorstellen gedaan inzake het (verder) toepassen van het profijtbeginsel en kostendekkende tarieven. − Indien na het toewijzen van middelen een begrotingstekort resteert dan dienen aanvullende maatregelen te worden getroffen. Indien dit niet leidt tot een sluitende begroting dan zal verhoging van de gemeentelijke belastingen plaatsvinden om het resterend tekort af te dekken.

Inzicht geven in de reserve mutaties − De gemeente wil de continuïteit in de − Op grond van de financiële verordening dienstverlening aan de burgers zo veel wordt eenmaal in de vier jaar een nota als mogelijk kunnen waarborgen. Reserves en voorzieningen opgesteld, Hiervoor is het belangrijk goed inzicht waarin inzicht wordt verschaft in de te behouden in de omvang van de ontwikkeling van de reserves en reserve en voorzieningenpositie. Het voorzieningen in meerjarig perspectief. De weerstandsvermogen dient hierbij reservenota 2010 e.v. is vastgesteld in de voldoende groot te zijn om nu en in de raad van juni 2010. Jaarlijks vindt bij de toekomst in voldoende mate weerstand begroting een actualisatie plaats van de te kunnen bieden aan (mogelijke) extra stand van de reserves en voorzieningen.


46

Beoogd resultaat lasten voorvloeiende uit risico’s.

Beoogde activiteiten Jaarlijks wordt de beoordeling van het weerstandsvermogen in de aanwezige reserves versus de gesignaleerde risico’s geactualiseerd (paragraaf risicomanagement en weerstand).

Langlopende geldleningen − Rekening houdend met de gestelde kaders in het Treasurystatuut dient zo gunstig mogelijk in de benodigde financiering te worden voorzien, ter beperking van de rentelasten.

− Om in de benodigde financieringsbehoefte te voorzien worden op basis van actuele liquiditeitsprognoses kort- dan wel langlopende leningen aangetrokken of worden tijdelijk overtollige liquide middelen in deposito geplaatst of op andere wijze belegd. − Met betrekking tot de grondexploitaties worden, binnen de gestelde kaders, alternatieve financieringsconstructies onderzocht.

Financieel toezicht provincie − Doelstelling is om de status repressief begrotingstoezicht (toezicht achteraf), die in het eerste jaar na de fusie weer werd verkregen te continueren.

− Voor 2012 leggen wij aan uw raad een sluitende (meerjaren) begroting voor, dan wel een met voorgestelde maatregelen sluitend te maken begroting en sluitend meerjarenperspectief. Deze wordt voor 15 november 2011 aan de provincie ter beoordeling ingezonden. Ten aanzien van de jaarrekening 2010 is reeds aan de hiervoor gestelde criteria voldaan. Gelet op het voorgaande zou de gemeente voor het begrotingsjaar 2012 in aanmerking moeten kunnen komen voor opnieuw repressief begrotingstoezicht. − Ook in 2012 zal de planning- en controlcyclus zijn ingericht op het behouden van het repressief begrotingstoezicht. − De begroting 2012 dient in evenwicht te zijn of als dat niet het geval is dient de meerjarenraming aannemelijk te maken dat dit evenwicht in de eerstvolgende jaren tot stand zal worden gebracht. − De jaarrekening 2011 dient in evenwicht te zijn. Indien de jaarrekening niet in evenwicht is, kan dat, afhankelijk van de aard en/of omvang van het tekort, van invloed zijn bij de bepaling van het toezichtregime. − De vastgestelde jaarrekening 2011 dient voor 15 juli 2012 aan de provincie te zijn toegezonden.


47

Effecten bezuinigingsvoorstellen algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (inclusief kostenplaatsen). Budgettair effect Beoogd effect maatregel Beoogde activiteit Bedrag Jaar Voorstel 8) Doorlichten verzekeringsportefeuille Beperken omvang en Totaal aan besparing. 9.390 2012 kosten verzekeringsBesparing wordt bereikt door: portefeuille. − Polis voor de verkiezingen vervalt, deze dekking is vanaf 2011 opgenomen in de vrijwilligersverzekering. − Verhogen van het eigen risico bij de aansprakelijkheidsverzekering geeft een lagere premie. − De verzekerde som van de computerverzekering wordt gehalveerd − Meerjarig contract voor de verzekering voor het wagenpark geeft besparing op premie. Voorstel 9) Facilitaire ondersteuning Versoberen van de Totaal aan besparing. 14.200 2012 facilitaire ondersteuning Besparing wordt bereikt door: binnen de organisatie. − Het terugbrengen van het aantal kopieën − Het verzenden van minder poststukken − Stoppen van melkvoorziening − Minder budget voor lunches − Goedkoper schoonmaakcontract − Versobering van onderhoud inventaris Voorstel 10) Secundaire arbeidsvoorwaarden Totaal aan besparing. 70.355 2012 Bezuinigen op secundaire arbeidsvoorwaarden Besparing wordt bereikt door: personeel. − Bedrag in begroting voor beloningsdifferentiatie terugbrengen naar 0,25% van de loonsom. − Presentiegelden terugbrengen naar nihil. − Verhuiskostenvergoeding terugbrengen naar nihil. − Gebruik maken van dienstauto verlaagt vrije ruimte in de werkkostenregeling. − Maaltijdvergoeding ivm versobering terugbrengen naar € 420,00. − Fietsenplan / Vergoeding woonwerkverkeer tezamen kan worden verlaagd met € 10.000. − Vergoeding overige onkosten ivm versobering terugbrengen € 2.060. − Vergoeding studiekosten


48


Beoogde activiteit


terugbrengen naar nihil. − Geschenkenregeling slechts begroten voor uitgaven die voortvloeien uit de rechtspositie CAR/UWO, namelijk de jubilea uitkeringen. − Reis- en verblijfkosten terugbrengen naar nihil. − Voor studiekosten een ander vergoedingenstelsel gaan hanteren. − Opleidingen waar carrièrestappen in zitten voor een lager percentage gaan vergoeden. Voorstel 11) Adviesfunctie Professionalisering van de adviesfunctie.

Totaal aan besparing. Besparing wordt bereikt door: − Het verminderen van de post advieskosten met een bedrag van € 33.000. Implementatie van “De andere manier van werken” door: − goede communicatie met de beleidsafdelingen; − duidelijke grenzen aangeven van de adviesfunctie bij de beleidsafdelingen − opstellen van handleidingen en standaardbrieven over veel voorkomende onderwerpen − adviesaanvraag standaardiseren bijv. door middel van aanvraagformulier − veel voorkomende processen beschrijven − interne cursussen over actuele vraagstukken organiseren. − goede communicatie richting burgers over eigen verantwoordelijkheden; − organiseren van bijeenkomst met betrokken burgers over de andere manier van werken bij de ligplaatsen en volkstuintjes. − offertes vragen bij notaris over uitbesteding van taken − bij nieuwe taken nagaan of deze bij externen kunnen worden ondergebracht. − het opheffen van de gemeentelijke adviescommissie voor de bezwaarschriften en klachten;


33.000 126.000

2012 2014

cumulatief

49


Beoogde activiteit

− het laten uitbrengen van adviezen over bezwaarschriften op het gebied van RO door de adviescommissie van de gemeente Leiden; − het intern horen van de indieners van klaagschriften en van bezwaarschriften op andere terreinen dan RO. − onderzoek naar mogelijke samenwerking met Nieuwkoop of Shared Service Center van Leiden wordt gestart; in 2012. Service 71 start in 2012. − ten aanzien van de uitvoering van wettelijke taken wordt onderzocht of samenwerking met andere gemeenten efficiencyvoordelen oplevert. − samenwerking bij de Rampenbestrijding, Openbare Veiligheid en Integraal Veiligheidsbeleid met andere gemeenten wordt intensiever. Voorstel 12) Inrichting communicatietaak Binnen de eigen organisatie meer Efficiëntere inrichting van de communicatietaak. efficiency realiseren. Besparing wordt bereikt door: − afsluiten van raamcontracten en het opstellen van een lijstje met preferred suppliers. − adviseurs krijgen meer tijd voor het zelf schrijven van teksten voor nieuwsbrieven. − als standaard instellen dat alle nieuwsbrieven en brochures alleen nog digitaal worden aangeboden. Dit scheelt druk- en verzendkosten. − de gemeentepagina beperken tot de noodzakelijke informatie t.b.v. tijdsbesparing. De gemeentepagina zal om de week verschijnen. − uitwerken ‘communicatie cafetaria’. Dit is een plek op intranet waar staat hoe je zaken aanpakt op het gebied van inzet van communicatiemiddelen. − geen burgerjaarverslag meer maken. − meer gericht webstatistieken gebruiken in relatie tot onderhouden website. − het overhevelen van de redactie van Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem


53.386 66.371 71.371

2012 2013 2014

cumulatief

50



Beoogde activiteit

de website van de webmasters naar de afdelingen. Samenwerken met andere overheden. De gemeenten waarmee deze samenwerking opgezet zou kunnen worden zijn Alphen a/d Rijn, Nieuwkoop en Rijnwoude. Voorstel 13) Salarisadministratie Totaal aan besparing. Besparing op de Besparing wordt bereikt door: salarisadministratie. − Binnen de eigen organisatie meer efficiency realiseren door meer gebruik te maken van intranet als medium voor vragen met betrekking tot personeel en salarissen. − Salarisadministratie meer digitaliseren door het verstrekken van digitale loonstroken. − Samenwerken met derden/andere overheden op het gebied van salarisadministratie. Voorstel 14) ICT Gestart is met het stroomlijnen van de Efficiënter beheer en onderhoud van ICT. informatie architectuur. Hiernaast wordt gekeken naar de mogelijkheden die samenwerking met derden biedt. Intensivering (13) De digitalisering van de Digitalisering van de salarisadministratie. salarisadministratie genoemd bij voorstel 13 vraagt in eerste instantie een eenmalige investering.

40.921

2015

45.000 95.000

2012 2013

(cumulatief)

2.450

2012

Wat is het beschikbare budget voor het onderdeel algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Lasten van het programma

Realisatie 2010


Meerjarenperspectief

2012

2013

2014

2015

2.298.939

1.359.590

1.801.488

1.491.348

1.491.348

1.491.348


-30.737.761

-28.766.468

-30.213.942

-28.802.737

-28.728.737

-27.952.737

Resultaat voor bestemming

-28.438.822

-27.406.878

-28.412.454

-27.311.389

-27.237.389

-26.461.389

2.248.744

706.996

959.559

570.059

367.059

177.059

-26.190.078

-26.699.882

-27.452.895

-26.741.330

-26.870.330

-26.284.330

-222.881

-288.316

-386.316

-427.237

-27.675.776

-27.029.646

-27.256.646

-26.711.567

Mutatie reserves Resultaat na bestemming Effecten bezuinigingsvoorstel Resultaat na bezuiniging


51

Toelichting Resultaat 2012 versus 2011 bij het onderdeel algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Indien het resultaat van de begroting 2012 (vóór bezuinigingsmaatregelen) ten opzichte van 2011 belangrijk afwijkt, dan wordt dit toegelicht bij het onderdeel financiële begroting (analyse). Reservemutaties De post mutatie reserves 2012 bij dit programma betreft: Dotaties: De jaarlijkse toevoeging van rente aan de reserves De toevoegingen aan de algemene reserve in verband met uitkering escrow ad € 457.500 (2012) en vergoeding Vattenfall wegens uitgestelde levering van aandelen ad € 325.000 (2012), € 393.000 (2013) en nog € 190.000 in 2014.

€ 2.042.829

€ 782.500 € 2.825.329

Beschikkingen De jaarlijkse beschikking over de algemene reserve compensatie Dividend Nuon ad € 1.573.000 en deel bespaarde rente t.b.v. exploitatie ad € 187.770 € -1.760.770 Bij de begroting 2009 is besloten (ingediend amendement B) om een groter deel van de algemene reserve als belegd deel aan te wijzen, hetgeen deze post aan structurele baten oplevert € -105.000 Saldo € 959.559


52

P

aragrafen

1.4

Inleiding In de paragrafen worden de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot de beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. Doel van de paragrafen is om onderwerpen die versnipperd in de begroting staan te bundelen in een kort overzicht met de nodige toelichting, om zodoende de raad een beter inzicht te verschaffen in een bepaald materiegebied. De opname van de paragrafen in de begroting en de jaarstukken vormt een verplicht onderdeel ingevolge het Besluit Begroting en Verantwoording. De wijze waarop invulling wordt gegeven aan de paragrafen kan verschillen. Dit hangt samen met het feit of er actuele kaderstellende nota’s op het beleidsterrein van de desbetreffende paragraaf bestaan. Indien dit het geval is, kan worden volstaan met een kortere berichtgeving in de paragraaf. Indien dit niet het geval is, dan is een uitvoeriger paragraaf beschreven en zal deze nadrukkelijker een rol in de kaderstelling bij de uitvoering van dat betreffende beleidsterrein vormen. Het streven is echter om over zoveel mogelijk actuele beleidsnota’s te beschikken voor de onderwerpen van de paragrafen, waarnaar in de paragrafen wordt verwezen. 1 2 3 4 5 6 7

Lokale heffingen Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid


53


54

Paragraaf 1 – lokale heffingen

1.4.1

Inleiding Lokale heffingen zijn een belangrijke inkomstenbron van de gemeente, afkomstig van de burgers en bedrijven. Deze paragraaf geeft een overzicht van de diverse lokale heffingen en belastingen in 2012. De lokale heffingen hebben als dekkingsmiddel betrekking op verschillende beleidsvelden en zijn hierdoor in meerdere onderdelen van de begroting terug te vinden. De lokale heffingen kunnen onderscheiden worden in: Algemene belastingen: Er is géén sprake van een rechtstreeks verband tussen de geheven belasting en bepaalde uitgaven. De opbrengst kan voor alle gemeentelijke uitgaven dienen. (voorbeeld: onroerende-zaakbelasting). Rechten: Er is sprake van een rechtstreeks verband tussen de geheven belasting en bepaalde uitgaven. De opbrengst dient ter dekking van de kosten van dienstverlening en/of voorzieningen waarvan de burger gebruik kan maken (voorbeelden: rioolheffing, afvalstoffenheffing en lijkbezorgingsrechten). Retributies: Dit zijn betalingen voor een door de gemeente specifiek voor de individuele burger verrichte dienst. De burger heeft hier direct profijt van (voorbeeld: leges). In de paragraaf Lokale heffingen wordt aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: uitgangspunten Coalitieakkoord; de geldende verordeningen; overzicht gemeentelijk belastingdomein; toelichting tariefsontwikkeling; kwijtscheldingsbeleid. Uitgangspunten Coalitieakkoord In het Coalitieakkoord 2009-2014 zijn ten aanzien van de lokale heffingen de volgende uitgangspunten opgenomen: 1. de gemeentelijke begroting moet op korte en lange termijn een sluitend perspectief bieden met een aanvaardbaar lastenniveau; 2. in principe geen stijging gemeentelijke belastingen na harmonisatie, behoudens inflatiecorrectie. Met deze uitgangspunten is bij het bepalen van de opbrengsten van de diverse heffingen in de begroting rekening gehouden. Verderop in deze paragraaf wordt aangegeven hoe bij de verschillende belastingen en heffing met de uitgangspunten is omgegaan. Uitgangspunten Kadernota Uitgangspunten die in de Kadernota worden genoemd zijn: Voor het corrigeren van de eigen inkomsten wordt voor 2012 een inflatiepercentage aangehouden van 2%. Bij de afvalstoffenheffing, de rioolheffing, de marktgelden, de grafrechten en de leges geldt dat een kostendekking van 100%. Bij de berekening van 100% kostendekking wordt tevens rekening gehouden met de toegepaste korting op de algemene uitkering in verband met de b.t.w. componenten.


55

-

Bij de ontwikkeling van de rioolheffing wordt tevens aansluiting gezocht bij het laatst vastgestelde Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP), waarin ook rekening wordt gehouden met de meerjarig noodzakelijke investeringen bij dit onderdeel.

De geldende verordeningen De hierna volgende verordeningen, inclusief de volgens de vastgestelde begroting te hanteren tarieven, worden op 7 november 2011 ter vaststelling voorgelegd aan uw raad: Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012 Verordening belastingen op roerende woon- en verblijfsruimten 2012 Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2012 Verordening rioolheffing 2012 Verordening hondenbelasting 2012 Verordening forensenbelasting 2012 Verordening precariobelasting 2012 Verordening lijkbezorgingsrechten 2012 Verordening marktgeld Kaag en Braassem 2012 Legesverordening 2012 met tarieventabel Onderstaand staat een overzicht van de opbrengsten van opbrengst belastingen 2012 ten opzichte van de begroting 2011, begroting 2010 en ten opzichte van de opbrengsten van belastingen 2010 Overzicht gemeentelijk belastingdomein Belastingsoort ozb eigenaren woningen ozb eigenaren niet woningen ozb gebruikers niet-woningen Rzb eigenaren woningen reinigingsrechten afvalstoffenheffing hondenbelasting rioolheffing forensenbelasting precariobelasting Grafrechten Marktgelden Leges reinigingsrechten chemisch afval Leges snelle motorboten Leges afval en reinigingsrechten huisvuil Leges bouwvergunningen ontvangen leges en vergoedingen leges eigen verklaringen leges paspoorten leges identiteitskaarten leges rijbewijzen leges vermissing reisdocument leges vermissing rijbewijs leges kinderbijschrijving leges kindersticker leges verklaring omtrent gedrag

opbrengst 2012 incl 2% infl.c 3.085.194 641.886 455.532 0 44.880 2.934.040 51.612 3.109.702 351.900 908.616 61.200 17.850 4.345 56.946 612 900.456 127.857 10.873 134.589 77.642 130.050 4.141 4.141 15.534


Begroting 2011 3.024.700 629.300 446.600 0 44.000 2.876.510 50.600 3.632.230 345.000 890.800 60.000 17.500 4.260 55.830 600 882.800 125.350 10.660 131.950 76.120 127.500 4.060 4.060 15.230

Rekening 2010 3.047.840 684.630 453.205 0 31.160 2.927.478 50.615 3.237.260 218.837 653.134 101.869 17.859 954 54.634 43 753.785 98.267 10.333 134.805 90.197 126.442 4.048 3.960 864 229 20.464

56

In de begroting 2012 zijn de totale opbrengsten van belastingen en heffingen opgenomen zoals vermeld in de bovenstaande tabel. In de tabel is rekening gehouden met de voorgestelde ophoging van de opbrengst van de belastingen met 2% ten opzichte van 2011 en de 100% kostendekkendheid bij de rioolheffing, afvalstoffenheffing en grafrechten. Toelichting tariefsontwikkeling Alle hierna te noemen percentages en tarieven zijn conform de vaststelde verordeningen. De onroerende-zaakbelastingen (OZB), hondenbelasting, forensenbelasting en precariobelasting zijn algemene heffingen en als zodanig maken de hieraan verbonden opbrengsten onderdeel uit van de algemene middelen. Tarieven 2012 Belastingsoort

Tarief 2012

Tarief 2011

OZB – eigenaren woningen OZB – eigenaren niet-woning OZB – gebruikers niet-woningen

0,0922% 0,1363% 0,1103%

0,0922% 0,1363% 0,1103%

RZB – eigenaren woningen RZB – eigenaren niet-woning RZB – gebruikers niet-woningen

0,0922% 0,1363% 0,1103%

0,0922% 0,1363% 0,1103%

211 315

211 315

Rioolheffing

€ 290,00

€ 290,00

Hondenbelasting (eerste hond) Hondenbelasting (tweede hond) Hondenbelasting (3e of meer) Kenneltarief Forensenbelasting Forensenbelasting (waarde woning < € 50.000) Forensenbelasting (waarde woning > € 50.000 en < € 100.000) Forensenbelasting (waarde woning > € 100.000)

€ 50,00 € 72,00 € 95,00 € 385,00

€ 48,72 € 71,05 € 93,85 € 372,30

€ 318,00

€ 312,00

€ 557,00 € 636,00

€ 546,00 € 624,00

€ 1,70

€ 1,72

€ 1,18 cf. tabel cf. tabel

€ 1,16 cf. tabel cf. tabel

Afvalstoffenheffing (eenpersoonshuishouden) Afvalstoffenheffing (meerpersoonshuishouden)

Marktgelden: voor een kraam per marktdag per m¹ Precariorechten Lijkbezorgingsrechten Leges


57

Totale belastingdruk meerpersoonshuishouden met eigen woning € 212.000,-

Belastingsoort

Aanslag 2012 Aanslag 2011

Gemiddelde OZB aanslag

€ 195,46

€ 195,46

Afvalstoffenheffing

€ 315,00

€ 315,00

Rioolheffing

€ 290,00

€ 290,00

Totaal woonlasten

€ 780,46

€ 800,46

Onroerende-zaakbelastingen (OZB) Vanaf 2007 vindt jaarlijks herwaardering plaats. In 2010 zijn de WOZ-waarden opnieuw bepaald voor de OZB-heffing in 2011. In 2011 zullen de WOZ-waarden voor de OZB-heffing 2012 worden bepaald. Hoewel de limitering van de onroerende-zaakbelastingen per 1 januari 2008 is vervallen, houdt het rijk de landelijke ontwikkeling van de OZB door middel van de zogenaamde macronorm in de gaten. De macronorm houdt in dat in 2012 voor alle gemeenten samen de opbrengst van de onroerende-zaakbelasting (OZB) niet meer dan de norm mag zijn in 2011. Ten behoeve van de aanslagoplegging 2012 zal herwaardering van de WOZ-waarden plaatsvinden. Op dit moment is nog geen inzicht in de waardeontwikkeling voor woningen en de niet-woningen. Aan de hand van de uiteindelijke waardeontwikkeling zullen de tarieven worden bepaald, uitgaande van de in de vastgestelde begroting 2012 geraamde OZB opbrengst. Op grond van de huidige berekeningen is een verhoging van de ozb tarieven, rekening houdend met 2% inkomstenverhoging, niet noodzakelijk. Roerende-zaakbelastingen Roerende-zaakbelastingen worden geheven van roerende woon- of verblijfsruimten die duurzaam aan een plaats gebonden zijn en dienen tot permanent gebruik. De grondslag voor de heffing is de waarde van de roerende zaak, die op dezelfde wijze als bij de onroerende zaken wordt vastgesteld. De tarieven zijn gelijk aan die voor de OZB. Door een uitspraak van de Hoge Raad op 15 januari 2010 is de situatie ten behoeve van woonboten veranderd. Woonboten zijn kort gezegd in bijna alle gevallen roerend (in plaats van onroerend). Voor de gemeente Kaag en Braassem betekent dit, dat de woonboten die nu samen met de grond als één object worden gezien, moeten worden afgesplitst van de grond. Er ontstaat een roerende zaak (de woonboot) en één (of twee) onroerende zaak(-en); de grond waar de woonboot aan grenst en de plek (het water) waar de woonboot ligt. De aanslag RZB (de woonboot) wordt opgelegd aan de eigenaar van de woonboot. De aanslag OZB (de grond/ligplaats) wordt opgelegd aan de eigenaar van de grond. De afdeling belastingen heeft in 2011 alle woonboten gesplitst van de grond en vervolgens is alles opnieuw gewaardeerd. Dit heeft heel veel tijd in beslag genomen. Derhalve kan nog niet nauwkeurig worden aangegeven wat de opbrengst voor roerende woon- en bedrijfsruimtebelastingen zal zijn en wat dat voor verschuivingen in de OZB te weeg brengt. Afvalstoffenheffing/Reinigingsrechten Afvalstoffenheffing wordt geheven van gebruikers van (recreatie)woningen terwijl de reinigingsheffing opgelegd wordt voor het inzamelen en verwerken van bedrijfsafval. Met betrekking tot de afvalstoffenheffing is het beleid dat de tarieven worden gebaseerd op 100% dekking van alle te maken kosten van inzameling en verwerking van het aangeboden afval inclusief de te compenseren BTW.


58

In deze paragraaf is de opbrengst verhoogd met 2%. Op basis van de huidige opbrengst 2011 is het niet noodzakelijk de tarieven te verhogen. Rioolheffing Voor de rioleringsexploitatie geldt het gemeentelijk rioleringplan (GRP) als uitgangspunt. Voor de gemeente Kaag en Braassem is dit in december 2009 door uw raad vastgesteld. Als uitgangspunt geldt 100% kostendekkende tarieven, op basis van de exploitatielasten inclusief de te compenseren BTW. In de kadernota 2012 is voorgesteld het tarief per huishouden te verlagen naar € 270,00 per huishouden. Hondenbelasting Onder de naam “Hondenbelasting” wordt een recht geheven voor het houden van één of meerdere honden binnen de gemeente. De inkomsten van deze belasting mogen door de gemeente naar eigen inzicht worden aangewend. Bij het bepalen van de tarieven is rekening gehouden met 2% inkomstenverhoging. Tevens zijn de tarieven afgerond op hele euro’s. Forensenbelasting Deze belasting wordt geheven voor personen die niet in de gemeente woonachtig zijn, maar daar wel tenminste 90 dagen van het belastingjaar een gemeubileerde (recreatie)woning ter beschikking hebben. Precariorechten De precariobelasting wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, dan wel van degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond worden aangetroffen. Bij wet is bepaald dat een aantal bedrijven van deze belasting vrijgesteld is. Hiervoor is op grond van de Telecommunicatieverordening een afzonderlijke heffing geregeld via de tarieventabel. Lijkbezorgingsrechten Voor het begraven, het plaatsen van een urn of asverstrooiing op één van de gemeentelijke begraafplaatsen zijn rechten verschuldigd. Uitgangspunt is 100% kostendekkendheid inclusief de niet-compensabele BTW. Marktgelden Onder de naam “marktgeld” wordt een recht geheven voor het hebben van een vaste of losse standplaats op de in de gemeente aangewezen locatie(s) voor het houden van de weekmarkt. Leges (o.a. secretarieleges en bouwleges) Onder de naam “leges” wordt een aantal verschillende rechten geheven ter zake van het genot van, door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten. Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in werking getreden. De omgevingsvergunning komt in de plaats van de bouwvergunning, milieuvergunning, kapvergunning, monumentenvergunning en ruim 20 andere gemeentelijke en provinciale toestemmingen. De legesverordening is hierop aangepast.


59

Kwijtscheldingsbeleid Indien een belastingplichtige op grond van zijn/haar inkomen niet in staat is om de belasting anders dan met buitengewoon bezwaar te betalen, kan onder bepaalde voorwaarden kwijtschelding worden verleend. Dit betekent dat de belastingplichtige die een inkomen heeft van 100% of minder van het minimum inkomen (volgens bijstandsniveau) in aanmerking kan komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. Er kan uitsluitend kwijtschelding verleend worden voor de opgelegde belastingen voor afvalstoffenheffing en rioolbelasting. Alle andere heffingen zijn van kwijtschelding uitgesloten.


60

Paragraaf 2 – Risicomanagement en weerstandsvermogen

1.4.2

Inleiding Deze paragraaf omvat; 1. Een inventarisatie van de weerstandscapaciteit (de middelen waarover kan worden beschikt om aanwezige risico’s te kunnen opvangen); 2. Een inventarisatie van de risico’s van materiële betekenis voor de financiële positie, zoveel als mogelijk gekwantificeerd (financiële consequenties x ingeschatte kans); 3. Het beleid met betrekking tot de weerstandscapaciteit en de risico’s (risicomanagement). Door de weerstandscapaciteit af te zetten tegen de gekwantificeerde risico’s (= benodigde weerstandscapaciteit) ontstaat inzicht in het weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen is toereikend wanneer financiële tegenvallers goed kunnen worden opgevangen. De risico’s bij grondcomplexen vormen hierbij een belangrijk aandachtsgebied. Risicomanagement vormt een wezenlijk onderdeel van de beheersing van de gemeentefinanciën. Het beleid moet erop gericht zijn om onderkende risico’s zo goed als mogelijk te beheersen. In deze paragraaf wordt aan de raad inzicht gegeven in de mate waarin de gemeente weerstand kan bieden aan de onderkende risico’s. Weerstandsvermogen / weerstandscapaciteit Het vermogen van de gemeente Kaag en Braassem om de financiële gevolgen (van binnen en buiten de bedrijfsvoering) van de bij de gemeente aanwezige risico’s op te kunnen vangen wordt betiteld als het weerstandsvermogen. In dit onderdeel wordt de capaciteit (omvang) van dit weerstandvermogen geïnventariseerd. De weerstandscapaciteit bestaat uit (incidentele en structurele) financiële middelen; genoemd worden: de onbenutte belastingcapaciteit; het vrij aanwendbare deel van de algemene reserve; de reserve en voorziening van het grondbedrijf; de post onvoorzien; stille reserves.

De onbenutte belastingcapaciteit Bij de onbenutte belastingcapaciteit kan gedacht worden aan de vijf belangrijkste eigen inkomsten van de gemeente, de OZB, de afvalstoffenheffing, de rioolrechten, de leges en precarioheffing. Onroerende zaakbelastingen (OZB) Voor de OZB kan de onbenutte capaciteit worden berekend door de tarieven in onze gemeente te vergelijken met het zogenaamde redelijk peil (het normtarief-OZB vóór toelating tot artikel 12 van de Financiële-verhoudingswet). Het redelijk peil wordt jaarlijks gepubliceerd in de meicirculaire en is gebaseerd op een gewogen gemiddelde van de percentages en de WOZ-waarden in 2012, verhoogd met een opslag van 20%. Voor het jaar 2012 is het redelijk peil vastgesteld op 0,1432% van de WOZ-waarde. Het vergelijk met de eigen tarieven geeft een weerstandscapaciteit van € 1.760.000 zoals berekend in de hiernavolgende tabel:


61

Eigen inkomsten gemeente Eigenaarsdeel OZB woningen Opbrengst 2012 = € 3.085.000 Eigenaarsdeel OZB niet woningen Opbrengst 2012 = € 694.000 Gebruikersdeel OZB niet woningen Opbrengst 2012 = € 455.000 Totaal

Tarieven 2012

Redelijk peil 2012

Weerstand structureel

0,0940

0,1432

€ 1.615.000

0,1390

0,1432

€ 21.000

0,1125

0,1432

€ 124.000 € 1.760.000

Afvalstoffenheffing Uitgangspunt bij de afvalstoffenheffing is 100% kostendekking, mede rekening houdend met de btw op een aantal kostenonderdelen. Daar de heffing maximaal kostendekkend mag zijn is deze niet relevant voor het weerstandsvermogen. Rioolrechten Voor de rioolheffing geldt hetzelfde als bij de afvalstoffenheffing. Ook deze heffing mag maximaal kostendekkend zijn en kan daardoor eveneens geen rol spelen bij het weerstandsvermogen. Legesheffing In juli 2007 heeft BZK de Handreiking kostentoerekening leges en tarieven gepubliceerd. Dit stuk geeft inzicht in de wijze van doorberekening van kosten in rechten, heffingen en tarieven. Deze mogen niet meer dan kostendekkend zijn. Bij dit onderdeel kan er hierdoor eveneens geen sprake zijn van weerstandsvermogen. Precariobelasting Gelet op de ontwikkelingen, waarbij deze belasting sinds december 2010 weer ter discussie staat (zie toelichting bij de risico’s), is dit onderdeel voor het weerstandsvermogen buiten beschouwing gelaten.

Reserves en voorzieningen In juni 2010 is de Nota Reserves en Voorzieningen van de gemeente Kaag en Braassem vastgesteld. Hierin zijn de beleidskaders ten aanzien van het beheren van reserves en voorzieningen vastgelegd, waarbij tevens aandacht is gegeven aan het onderdeel weerstand. Reserves en voorzieningen van belang voor de weerstandscapaciteit zijn: de algemene reserve; de reserve bouwgrondexploitatie; voorziening verwachte tekorten grondcomplexen. De twee laatstgenoemden vervullen een rol bij het weerstandsvermogen van het grondbedrijf en worden verderop in deze paragraaf nader toegelicht. De algemene reserve Deze algemene reserve met begin 2012 een begroot saldo van € 54,8 miljoen is voor een belangrijk deel gevoed door de opbrengst van de NUON aandelen. Hierdoor is het grootste deel van deze reserve, circa € 44,5 miljoen, belegd vermogen, waarvan de rente (als alternatief voor de derving van het Nuon dividend) als baat naar de exploitatie gaat. Hiermee is dit deel van de reserve geblokkeerd en kan niet tot het weerstandsvermogen worden


62

gerekend. Aanwending leidt immers tot een begrotingstekort. Het daarna resterende saldo € 10,3 miljoen, dient zoals vermeld in de Nota Reserves en Voorzieningen in eerste instantie als buffer voor het weerstandsvermogen. Onvoorzien Jaarlijks wordt in de begroting op basis van het aantal inwoners een raming opgenomen voor onvoorziene uitgaven. Voor 2012 is dit een bedrag van € 3,75 per inwoner. Budget onvoorzien

Weerstand structureel € 95.300

Budget voor onvoorziene uitgaven

Stille reserves Ingevolge de voorschriften moeten de gemeenten hun bezittingen op de balans waarderen tegen de historische verkrijgingsprijs. Op dit moment zijn de voorschriften zodanig dat er alleen in het geval dat de balanswaarde hoger is dan de economische waarde er verplicht afwaardering moet plaatsvinden. In het omgekeerde geval echter is herwaardering niet toegestaan. Hierdoor kunnen er stille reserves ontstaan. Deze zijn voornamelijk aanwezig in de activa van de gronden en gebouwen. Gronden Op verzoek van de raad worden de grondexploitaties twee keer per jaar geactualiseerd. Het overzicht dat hieronder is opgenomen geeft een goed beeld van de stille reserves die aanwezig zijn in de grondexploitaties per 31 januari 2012. Van de in totaal dertien op dit moment in exploitatie genomen gronden, zijn er zes met een verwacht voordelig resultaat (van totaal € 6,5 miljoen). Hierbij is al rekening gehouden met een tussentijdse winstneming voor het plan Beukenlaan fase 2 ad € 1,5 miljoen. Rekening houdend met de risicoanalyse* waaruit een risicobedrag van in totaal € 0,7 miljoen is bepaald, is het minimale verwachtingsresultaat van deze winstgevende projecten op netto contante waarde € 5,8 miljoen. De in de grondexploitatie aanwezige stille reserves wordt daarmee bepaald op € 6,5 miljoen (exclusief de gekwantificeerde risico’s), zoals weergegeven in het onderstaande overzicht: * voor meer informatie over de risicoanalyse zie paragraaf grondbeleid.

Project

1 2 3 4 5 6

Verwacht plan resultaat NCW per 1-1 2012

X € 1.000 Ondergrens Gekwantifibandbreedte ceerd risico risicoprofiel

Winstgevende plannen: Pastoor Kwakmanlaan Regenboogweg Het Oog Beukenlaan fase 2 Beukenlaan fase 3 en 4 Oudendijk fase 2

698 1.241 336 1.151 2.530 510

V V V V V V

686 1.092 297 1.091 2.185 435

Totaal winstgevende plannen

6.466

V

5.786 V

V V V V V V

12 149 39 60 345 75

680 N

Gebouwen Op dit moment vindt er een inventarisatie plaats van de gebouwen die niet meer van belang zijn voor de gemeentelijke bedrijfsvoering en die kunnen worden verkocht. Te denken valt aan het voormalige gemeentehuis in Rijnsaterwoude, het voormalige politiebureau in Roelofarendsveen etc. Voor deze panden zal na verkoop de economische waarde kunnen Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

N N N N N N

63

worden toegevoegd aan de vermogenspositie. Voor de resterende panden is het niet goed mogelijk de in de waarden aanwezige stille reserves te bepalen. Dit omdat de waarde sterk afhankelijk is van het gebruik. Pas als een gebouw wordt afgestoten, kan er afhankelijk van de nieuwe bestemming een waarde worden bepaald. Stel dat het gebouw een nieuwe bestemming als bijvoorbeeld kantoorruimte of appartementengebouw kan krijgen, dan is er mogelijk een hogere waarde dan de balanswaarde. In het geval dat het gebouw moet worden gesloopt, dan is er sprake van een negatieve marktwaarde voor het gebouw in de vorm van de sloopkosten en heeft alleen de grond nog waarde. Op de grond van de gemeentelijke gebouwen vindt in ieder geval geen afschrijving plaats, waardoor deze component voor een reëlere waarde in de balans aanwezig blijft. Weerstandsvermogen ‘’Grondbedrijf‘’ In deze paragraaf wordt met ‘‘grondbedrijf’’ bedoeld: de verzameling van alle grondcomplexen onderverdeeld in: in exploitatie genomen gronden (bij dit onderdeel wordt inzicht gegeven in de status van de grondexploitatie) nog niet in exploitatie genomen gronden (hier wordt inzicht gegeven in de status van de strategische aankopen) Het grondbedrijf vormt een belangrijke risicofactor voor de gemeente, waarvoor voldoende weerstand aanwezig moet zijn. De BBV geeft specifieke richtlijnen voor het weerstandsvermogen van het grondbedrijf, welke als onderstaand worden samengevat: In exploitatie genomen gronden (IEGG) Voor exploitatieplannen waarbij er na afronding exploitatietekorten worden verwacht, moet er ter grootte van deze tekorten (op basis van netto contante waarde) een verliesvoorziening worden gevormd. Deze verliesvoorziening wordt in mindering gebracht op de balanswaarden van de betreffende grondcomplexen. Daarnaast moet per complex een risicoprofiel worden opgesteld, waarbij de risico’s en bedreigingen voor het plan zo goed als mogelijk worden geïnventariseerd en gekwantificeerd. Hierbij ontstaat er een bandbreedte waarbinnen naar verwachting het resultaat van een plan na afronding zal uitkomen. Bij complexen die naar verwachting verliesgevend zijn, moeten – naast de verplichte verliesvoorziening – ook nog middelen gereserveerd worden voor het afdekken van de gekwantificeerde risico´s. Op deze wijze wordt bereikt dat er in de toekomst voldoende middelen zijn, ook als de afwikkeling van een verliesgevend plan zich binnen de bepaalde bandbreedte volgens het meest nadelige scenario zal voltrekken. Voor het beschikbaar hebben van voldoende middelen voor het afdekken van de gekwantificeerde risico’s is de bestemmingsreserve bouwgrondexploitatie de aangewezen reserve. Nog niet in exploitatie genomen gronden (NNIEGG) Voor deze complexen geldt dat de balanswaarde niet de geschatte waarde in het economisch verkeer mag overstijgen. Indien hiervan toch sprake is, dan moeten hiervoor eveneens middelen aan de verliesvoorziening worden toegevoegd, ter grootte van het totaalbedrag waarmee complexen de verwachte economische waarde te boven gaan. Hierdoor wordt voorkomen dat er bij een toekomstige verkoop van complexen, die niet voor exploitatieplannen benodigd blijken te zijn, niet voorziene verliezen ontstaan omdat de verkoopopbrengst onvoldoende is om de geactiveerde kosten af te dekken. De grondcomplexen zijn verantwoord bij het programma Ruimte en worden jaarlijks herzien bij de jaarrekening en de begroting. Hierbij wordt een geactualiseerd beeld gegeven van de te verwachten exploitatieresultaten en het huidige risicoprofiel. Voor de nog niet in exploitatie genomen gronden wordt de marktwaarde in het huidige vrij economische verkeer gehanteerd. De marktwaarde wordt afgezet tegen de boekwaarde.


64

Als het risicoprofiel bekend is, kan een relatie worden gelegd tussen de gekwantificeerde risico’s en de benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van deze berekening vormt het weerstandsvermogen van het ‘grondbedrijf’. Ratio weerstandsvermogen =

Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit

In dit verhoudingsgetal komt de eigen beleidsvrijheid van de gemeente tot uitdrukking om te bepalen in welke mate de gemeente de risico’s wil afdekken. Algemene normen zijn er niet. Om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen dient te worden vastgesteld welke ratio de gemeente Kaag en Braassem nastreeft. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van onderstaande waarderingstabel die in meerdere gemeenten wordt gebruikt. Waardering A B C D E F

Ratio weerstandsvermogen > 2,0 1,4 > R < 2,0 1,0 > R < 1,4 0,8 > R < 1,0 0,6 > R < 0,8 < 0,6

Omschrijving Uitstekend Ruim voldoende Voldoende Matig Onvoldoende Ruim onvoldoende

Volgens de richtlijnen van het BBV mag deze ratio niet minder dan waardering C bedragen. De gemeente Kaag en Braassem streeft naar een ratio weerstandsvermogen voor exploitatierisico’s van minimaal 1,0. Op deze manier wordt voorkomen dat er onnodig beslag wordt gelegd op middelen en is de gemeente in staat om de risico’s op te vangen. Hieruit volgt dat bij de jaarlijkse herziening van de grondcomplexen naast het op peil houden van de verliesvoorzieningen, tevens aan de hand van het geactualiseerde risicoprofiel de reserve bouwgrondexploitatie op peil moet worden gebracht om aan het vastgestelde ratio te voldoen. Bepaling benodigde verliesvoorziening en benodigde middelen in de reserve winst op grondverkopen voor het afdekken van de gekwantificeerde planrisico’s. In exploitatie genomen complexen:

Project

1 2 3 4 5 6

7 8 9 10

x € 1.000

Verwacht planresultaat NCW per 1-1-2012

Ondergrens bandbreedte risicoprofiel

Gekwantificeerd risico

Winstgevende plannen: Pastoor Kwakmanlaan Regenboogweg Het Oog Beukenlaan fase 2 Beukenlaan fase 3 en 4 Oudendijk fase 2

698 1.241 336 1.151 2.530 510

Totaal voordelige plannen

6.466 V

5.786 V

680 N

Verliesgevende plannen: Grond achter gemeentehuis Rijnsaterwoude Van Egmond Centrumplan Leimuiden Bloemen

0 N 0 N 2.929 N 1.496 N

114 219 3.287 1.543

114 219 357 47

V V V V V V


686 1.092 297 1.091 2.185 435

V V V V V V

N N N N

12 149 39 60 345 75

N N N N N N

N N N N 65

Project

11 Hussonshoek 12 Connexxion Totaal nadelige plannen

Verwacht planresultaat NCW per 1-1-2012 617 N 763 N 5.805 N

Saldo totaal alle (IEGG)

661 V

Ondergrens bandbreedte risicoprofiel 638 N 918 N 6.719 N

Gekwantificeerd risico 22 N 155 N 914 N

933 N

In bovenstaand overzicht zijn alle twaalf in exploitatie genomen gronden weergegeven. Naar verwachting zal complex de Bloemen in 2012 afgesloten worden. Zoals al eerder is vermeld wordt bij zes complexen een voordelig exploitatie resultaat verwacht van in totaal € 6,5 miljoen. Naar aanleiding van de risico analyse kan dit bedrag lager uitvallen: € 5,8 miljoen. Voor deze risico’s is dus ruim voldoende dekking binnen het te verwachten voordelige resultaat. De verwachte resultaten voor de zes verliesgevende grondexploitaties zijn negatief bijgesteld. Het is daarom noodzakelijk om de verliesvoorziening te verhogen, met dekking vanuit de reserve bouwgrondexploitatie. Voor deze complexen dient er per 1 januari 2012 een verliesvoorziening aanwezig te zijn van € 5,8 miljoen. De bijstelling van de verliesvoorziening wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het project De Bloemen, waar de verwachte gronden vastgoedexploitatiebijdrage van de ontwikkelaar op nihil wordt ingeschat. Daarnaast is het verlagen van de verwachte bijdrage voor de grond van Connexxion noodzakelijk; de hoogte van de bijdrage voor de grond is op dit moment onzeker. Op basis van de risicoanalyse moet er per 1 januari 2012 een bedrag ad € 914.000 in de reserve grondexploitatie beschikbaar zijn om het mogelijk extra nadelig resultaat op deze complexen te dekken. De werkzaamheden ten behoeve watercompensatie Veenderveld ad € 261.000 zijn een jaar uitgesteld naar 2012 en worden ook via de reserve grondexploitatie gedekt. Nog niet in exploitatie genomen complexen Project

1 2 3 4 5 6 7 8 9

Braassemerland Braassemerland ruilgronden HSL-gronden Drechthoek II Waterrijck kavels Noordeinde 6 Langeweg 8a Wesselman Rabobank / Peuterhof Rijpwetering

: Geïnvesteerde Geschatte waarde economische 01/01/2012 waarde 56.911 pm 2.744 2.557 621 830 32 0 938 594 704 599 441 255 714 545 1.817 1.609

x € 1.000

Verschil tov economische waarde Pm N 187 N 0 N 32 N 344 N 105 N 186 N 169 N 208 N 1.231 N

Uit het bovenstaande overzicht blijkt dat er op dit moment negen nog niet in exploitatie genomen gronden zijn, waarvan er in acht projecten een bedrag is geïnvesteerd dat naar verwachting hoger ligt dan de marktwaarde. Tussentijdse winstneming: Eind 2011 zal een tussentijdse winstneming worden gevraagd uit project Beukenlaan 2e fase (Kroondomein) ad € 1.5 mln ten gunste van de reserve bouwgrondexploitatie.


66

Bij het vaststellen van de geactualiseerde grondexploitaties (najaar 2011) zal de verliesvoorziening en de reserve bouwgrondexploitatie op het noodzakelijke peil worden gebracht. Het benodigde weerstandsvermogen per 1 januari 2012 is hieronder weergegeven. Het weerstandsvermogen van het grondbedrijf bestaat uit: Omschrijving Reserve grondexploitatie Verliesvoorziening IEGG Verliesvoorziening NNIEGG

Saldo op 1-1-2012 1.164 5.805 1.231

Rente 2012

Overige dotaties

Beschikking

52 262 55

261

x € 1.000 Saldo op 31-12-2012 955 6.067 1.286

De reserve bouwgrondexploitatie Zoals voorgaand becijferd moet de reserve ingevolge de BBV voorschriften ultimo 2012 minimaal het bedrag van € 914.000 plus 4,5% rentebijschrijving = € 955.000 volgend uit de herziene risicoanalyses van de grondexploitaties bevatten. Het in deze reserve gelabelde bedrag van € 261.055 als bijdrage in de kosten van watercompensatie Veenderveld zal in 2012 worden besteed. Verliesvoorziening grondcomplexen De verliesvoorziening moet per 1-1-2012 een saldo van € 7.036.000 bevatten. Na de rentetoevoeging 2012 bedraagt het saldo € 7.353.000. Het saldo is bijgesteld op basis van de herziene berekeningen van de grondexploitaties. Recapitulatie van het totale weerstandsvermogen Per 1 januari 2012 Onbenutte belastingcapaciteit Niet belegd deel van de algemene reserve Onvoorzien Stille reserves grondcomplexen Gevormde verliesvoorziening grondcomplexen Reserve grondexploitatie voor risicodeel Totaal weerstandsvermogen

Incidenteel

X € 1.000 Structureel

10.300 6.464 7.036 914

1.760 96 -

24.714

1.856

Risico-inventarisatie Bij de risico-inventarisatie zijn de risico’s op een viertal gebieden te onderscheiden: Risico’s voortvloeiend uit : 1. Eigen beleid; 2. Beleid van een hogere overheid; 3. De samenwerking met andere gemeenten of instanties; 4. Het handelen of nalaten van handelen door derden. Risico’s voortvloeiend uit het eigen beleid Beheerbeleid kapitaalgoederen Voor het beheer van de kapitaalgoederen en de daarvoor beschikbare middelen wordt verwezen naar de paragraaf “Onderhoud kapitaalgoederen”. Meerjaren onderhoudsplan Openbare ruimte Actuele beheersplannen voor de gemeente Kaag en Braassem worden in 2011 afgerond. Bij het actualiseren van alle beheersplannen bestaat het risico dat de hieruit volgende herziene berekeningen van de beheerslasten hoger zijn dan de huidige hiervoor beschikbare budgetten en bestemmingsreserve. Zolang de uitkomsten van de nieuwe beheersplannen niet bekend zijn, is dit risico niet te kwantificeren.


67

Bij de jaarlijkse onderhoudsbudgetten is geen rekening gehouden met areaaluitbreidingen (zoals bij de overdracht vanuit nieuwe projecten zoals de Brede school, HSL/A4 traject en Braassemerland). Overdrachten naar beheer vragen meer budget voor onderhoud. Indien deze overdrachten zich voordoen dienen de onderhoudsbudgetten te worden aangepast. De kans op het voordoen van het risico wordt als hoog/gemiddeld ingeschat. Gemeentelijke gebouwen Een herziening van het meerjaren onderhoudsprogramma voor de gemeentelijke gebouwen zal volgens de planning in het najaar 2011 aan de raad worden voorgelegd. Bij deze herziening bestaat het risico dat de (meerjaren)onderhoudslasten hoger zijn dan de huidige hiervoor beschikbare budgetten. Zolang de uitkomsten van het meerjaren onderhoudsprogramma nog niet bekend zijn, is dit risico niet te kwantificeren. Huisvesting primair en voortgezet onderwijs. De zorg en de bekostiging van de huisvesting en groot onderhoud van openbaar- en basisonderwijs, speciaal onderwijs en de huisvesting van voorgezet onderwijs ligt bij de gemeente. Bijna alle basisscholen zijn binnenkort 40 jaar oud. Dat betekent niet automatisch nieuwbouw, maar wel dat er een moment komt dat investeringen in onderhoud niet meer de moeite waard zijn. De vrijvallende kapitaallasten worden in de begroting 2012 gereserveerd. In 2012 zal er een accommodatienota worden opgesteld, waarin mede aandacht zal worden besteed aan de onderwijshuisvesting. Bouwgrondexploitatie Met de exploitatie van gronden zijn diverse risico’s gemoeid. De grote projecten vragen extra aandacht gelet op de relatief grote bedragen die erin omgaan, waardoor ook substantiële afwijkingen tijdens de uitvoering kunnen ontstaan. Een aantal van deze complexe projecten wordt of gaat worden uitgevoerd met externe partij(en), die ook investeringen doen of gaan doen. De hierdoor complexer wordende beheersing vraagt dan extra aandacht. Hiertegenover staat dat het samenwerken met externe partijen mogelijkheden biedt het risico voor de gemeente te beperken. De risico’s bij grondcomplexen zijn in het najaar van 2011 geactualiseerd. In deze paragraaf is aangetoond dat de hier onderkende risico’s op basis van deze actuele herzieningen voor dit moment zijn afgedekt door de reserve bouwgrondexploitatie en de verliesvoorziening per 1 januari 2012. De risico’s bij het grondbedrijf, totaal € 8,6 miljoen worden als onderstaand samengevat: x € 1.000 Risico’s grondbedrijf Geschat totaal resultaat op de verliesgevende plannen (IEGG) Risicoanalyse bij de verliesgevende plannen (IEGG) Risicoanalyse bij de winstgevende plannen (IEGG) Afwaardering grondcomplexen (NNIEGG’s) boven geschatte marktwaarde *

1-1-2012 5.805 915 680 1.231 8.631

*= Bij de berekening van de hoogte van de afwaardering grondcomplexen voor de nog niet in exploitatie genomen gronden (NNIEGG’s) is Braassemerland buiten beschouwing gelaten. Hoewel de hoogte van het risico op dit moment nog niet te kwantificeren is, kunnen we wel een toelichting geven op de impact. Indien de geschatte marktwaarde lager is dan de geïnvesteerde waarde (=boekwaarde), dan dienen we op grond van de BBV regelgeving direct een verliesvoorziening te treffen ter grootte van het verschil. Aanvulling van de verliesvoorziening vindt plaats ten laste van de algemene reserve. De algemene reserve heeft per begin 2012 een saldo van € 54,7 miljoen, het grootste deel hiervan € 44,6 miljoen is op dit moment aangewezen als belegd deel waarvan de rentebaten (voornamelijk ter compensatie van het v.m. Nuon –dividend) naar de exploitatiebegroting gaan. Dit betekent dat er nog voor maximaal € 10,1 miljoen over de algemene reserve kan worden beschikt


68

zonder dat dit consequenties heeft voor de begroting. Ter indicatie wordt vermeld dat per € 10 miljoen daarboven er een structureel begrotingstekort ontstaat ter grootte van de rente (€ 450.000). Afhankelijk van de omvang van toekomstige af te boeken verliezen op de bouwgrondexploitatie kan dit per € 10 miljoen worden vertaald in een veelvoud van dit bedrag. Overige investeringen Bij de overige investeringen bestaat vooral bij grotere investeringen altijd het risico van budgetoverschrijding. Bij de periodieke bestuurs- en managementrapportages worden de overige investeringen gedurende de uitvoering bewaakt en worden waar nodig tijdig dekkingsvoorstellen gedaan bij (dreigende) budgetoverschrijdingen, of aframingen bij budgetonderschrijding. De richtlijnen uit de budgethoudersregeling 2010 worden hierbij toegepast. Het risico is sterk afhankelijk van het aantal grote investeringen (anders dan grondexploitatie) dat er onderhanden is. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 100.000 opgenomen, tegen de kans middel. Toerekening kosten van het ambtelijke apparaat Een deel van de vaste lasten van het ambtelijke apparaat (uurloon+overhead) wordt in de begroting toegerekend aan de bouwgrondexploitaties, de riolering, gemeentereiniging en begraafplaatsen. Hierdoor wordt een deel van de vaste lasten van het ambtelijke apparaat gedekt door budgetten buiten de exploitatie. Indien bij de rekening blijkt dat de werkzaamheden in één van deze categorieën achterblijven ten opzichte van de begroting, dan ontstaat hier een risico, omdat deze vaste lasten dan drukken op de normale exploitatielasten waarvoor dan geen budget aanwezig is. Voor 2012 wordt dit risico ingeschat op 2fte, oftewel € 100.000, tegen de kans middel. Schadeclaims (juridische risico’s) Bij de taakuitoefening moet de gemeente de algemeen geldende juridische normen in acht nemen. In dit verband kan met name de Algemene wet bestuursrecht en de daarin opgenomen algemene beginselen van behoorlijk bestuur worden genoemd. Hierdoor, en ook vanuit de Wet kosten bestuurlijke voorprocedures die bij bezwaarschriften van belang is, moet rekening worden gehouden met een bepaald niveau van kosten voor juridische procedures. Verder kan de gemeente geconfronteerd worden met verzoekschriften op grond van artikel 6.1 van de Wet op de ruimtelijke ordening (de nieuwe Wro; de zgn. tegemoetkoming in (plan)schade) en met niet in een bijzondere wet geregelde verzoeken om toekenning van schade als gevolg van zgn. rechtmatig overheidshandelen (een zelfstandig schadebesluit). Tot slot is de Wet dwangsom van belang, waarin wordt geregeld dat niet tijdig afgegeven besluiten kunnen leiden tot het moeten betalen van een dwangsom. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 50.000 opgenomen, tegen de kans laag. Planschadeverzoeken Sinds 1 september 2010 is het niet meer mogelijk planschadeverzoeken in te dienen over zaken ouder dan 5 jaar. Daarnaast geldt sinds 1 oktober 2010 dat een waardedaling van 2% behoort tot het algemeen maatschappelijk risico. Er wordt nog slechts een tegemoetkoming in planschade uitgekeerd indien er sprake is van meer dan 2% waardedaling. Wel kunnen er natuurlijk nog claims ingediend worden naar aanleiding van bouw- / omgevingsvergunningen en bestemmingsplanwijzigingen. Het risico kan worden ingeschat op € 20.000 per jaar, tegen de kans hoog. Inrichting administratie BTW De financiële administratie van de gemeente Kaag en Braassem is met ingang van 2011 aangepast aan de richtlijnen van de BTW. Controle door de belastingdienst kan onjuistheden aan het licht brengen en kan op basis van hun bevindingen leiden tot een aanslag met


69

heffingsrente en/of een boete. Op dit moment is het nog niet mogelijk dit risico te kwantificeren. Als risico-inschatting is hier een pm-bedrag , tegen de kans hoog. Debiteurenbeheer In 2011 is gestart met een inzichtelijk vorderingenbestand en met een voorziening die naar verwachting voldoende omvang heeft om ook in 2012 en verder oninbaar blijkende vorderingen af te dekken. Door het huidige economische klimaat neemt de kans op faillissementen toe. Dit heeft met name een effect op de invordering van bouwleges. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 100.000 opgenomen, tegen de kans middel. Subsidieverstrekking De gemeente Kaag en Braassem verstrekt aan een aantal instellingen zodanige subsidies dat deze in overwegende mate financieel afhankelijk zijn van de gemeente. Bij de begroting 2012 zijn de subsidies als onderdeel van de kerntakendiscussie onderwerp van heroverweging. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 50.000 opgenomen, tegen de kans hoog. Renteontwikkeling Er wordt een actief leningenportefeuillebeheer gevoerd en er wordt kritisch beoordeeld of gelden voor lange of korte termijn worden aangetrokken, daarbij lettend op de renteontwikkeling op de kapitaalmarkt voor lang en kort geld. Met de uitvoering van het rentemanagement en de invoering van het treasurybeleid en de daarbij behorende treasuryinstrumenten, worden de aanwezige renterisico’s beheerst. De rente is thans historisch gezien laag. Indien deze in de toekomst zou gaan oplopen, leidt dit op termijn tot hogere rentelasten. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 500.000 opgenomen, tegen de kans middel. Belegging middelen uit verkochte aandelen Nuon Het rendement van de belegde Nuon-gelden is begroot op 4%. Het resultaat van de belegging was de afgelopen periode (2010 t/m medio 2011) lager dan begroot. Het verwacht rendement in de toekomst is onzeker. In het najaar van 2011 vindt besluitvorming plaats over het mogelijk vroegtijdig verkopen van de belegging, waarbij de gelden tijdelijk ondergebracht worden in deposito’s. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 400.000 opgenomen, tegen de kans hoog. WMO Dit is een openeindregeling. Hierdoor bestaat het risico dat het budget in een bepaald jaar niet voldoende zal zijn. Grote schommelingen in de uitgaven kunnen worden veroorzaakt door dure woningaanpassingen. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 100.000 opgenomen, tegen de kans middel. Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers De pensioenverplichting voor de ambtenaren is ondergebracht bij het ABP. Dit is voor de wethouders niet het geval. Voor deze pensioenen is een voorziening gevormd. Jaarlijks wordt aan de hand van actuariële berekeningen bepaald of de voorziening toereikend is. Aangezien de wethouderspensioenen zijn gebaseerd op de eindloonregeling, zijn de ingehouden premies niet toereikend en moet er ieder jaar een bedrag uit de exploitatie worden toegevoegd om aan de verplichtingen te kunnen voldoen. Aan te bevelen is structureel een extra bedrag toe te voegen aan de voorziening ten laste van de exploitatie. Functiewaardering. In september 2011 is een aanvang gemaakt met de definitieve waardering van alle functies van de gemeente. De functiewaardering zal worden gebaseerd op het traject HR21 dat door de VNG is opgesteld. Of dit traject gevolgen heeft voor de hoogte van de salarissen van de


70

gemeente is nog niet bekend. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 100.000 opgenomen, tegen de kans hoog. Risico’s voortvloeiend uit het beleid van een hogere overheid Financiële verhouding rijk / gemeenten Een belangrijk deel van de gemeentelijke baten wordt via de algemene uitkering en de specifieke uitkeringen van het rijk ontvangen. Dit betekent dat het gemeentelijke beleid erg gevoelig is voor rijksmaatregelen die deze geldstromen beïnvloeden. Vanaf 2012 wordt de “trap op/trap af”systematiek weer hersteld. De meicirculaire 2011 heeft een gunstig effect op het meerjarenperspectief zoals opgenomen in de kadernota. Dit perspectief dient echter steeds bezien te worden in het licht van de ontwikkelingen die nog een financiële vertaling moeten krijgen op enig moment. Ook de kerntakendiscussie en daarmee samenhangende besparingsvoorstellen zullen nadrukkelijk in dit licht gezien moeten worden. Als risicoinschatting is hier een pm-bedrag opgenomen. Decentralisatie van taken Er vinden de komende jaren drie omvangrijke decentralisatieoperaties plaats, het betreft een omvangrijke hervorming, die gepaard gaat met een grote overheveling van budgetten; circa € 8,5 miljard. 1) Invoering Wet werken naar vermogen (WWNV) per 1 januari 2013 Het rijk boekt met deze taakoverheveling een besparing op de rijksbegroting in van 400 miljoen per jaar startend in 2012. Voor de individuele gemeenten blijft de onzekerheid bestaan of de nieuwe taak met de toegekende budgetten kan worden uitgevoerd. 2) Overheveling taken jeugdzorg naar de gemeenten Deze overheveling zal naar verwachting in 2016 worden afgerond met de overheveling van de verantwoordelijkheid van de jeugdbescherming en de reclassering. Ook hier bestaat bij de gemeenten onzekerheid of de taken voor jeugdzorg binnen de toegekende budgetten kunnen worden uitgevoerd. 3) Overheveling functie begeleiding vanuit de AWBZ naar de WMO Het rijk boekt op deze taak een bezuiniging in van 5% (bestuursakkoord). Die zal dan liggen tussen de € 105 en € 165 miljoen vanaf 2014 (was € 140 miljoen in regeerakkoord). Ook hier geldt dat het onzeker is voor de individuele gemeenten of de taak met het over te hevelen budget kan worden uitgevoerd. In het bestuursakkoord is in verband met het vorenstaande afgesproken dat een gemeente voor alle herverdelingsoperaties samen per jaar in ieder geval met niet meer dan € 15 nadeel per inwoner te maken krijgt. . Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 400.000 opgenomen, tegen de kans hoog in 2016. Precariobelasting In het huidige begrotingsbeeld zijn inkomsten uit precarioheffing op ondergrondse leidingen inbegrepen. In het meerjarenbeeld zijn de inkomsten opgenomen inclusief de fasegewijze verhoging, Landelijk speelt de discussie om deze precarioheffing af te schaffen, als gevolg van ingediende motie van der Burg, met ingang van 1 januari 2012. De minister is gestart met de voorbereiding van een wetsvoorstel om te komen tot vrijstelling van deze precariobelasting op netwerken van nutsbedrijven. In overleg met de VNG en de Unie van Waterschappen wordt gezocht naar een uitwerking van het wetvoorstel, waarbij de gevolgen voor de decentrale overheden zo beperkt mogelijk worden gehouden. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een overgangstermijn voor de decentrale overheden die nu al precariobelasting heffen. Besluitvorming hierover wordt op z’n vroegst in december 2011 verwacht. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 1.100.000 opgenomen, tegen de kans hoog.


71

Tekort inkomensdeel WWB De gemeente Kaag en Braassem heeft te kampen met een tekort op het inkomensdeel van de WWB. De gemeente kan een aanvraag indienen voor een individuele aanvullende uitkering (IAU). Uit berichtgeving blijkt dat er door de economische situatie veel gemeenten een beroep doen op deze aanvullende uitkering. Het is hierdoor onzeker of het rijk voldoende middelen beschikbaar heeft om alle aanvragen te honoreren. Als risicoinschatting is hier een bedrag van € 237.000 opgenomen, tegen de kans middel. Bodemverontreiniging De provincie is bevoegd gezag voor locaties met een sterke bodemverontreiniging. Deze locaties zijn door de provincie in kaart gebracht. Indien de gemeente eigenaar is van de grond, is de gemeente verantwoordelijk voor een eventuele bodemverontreiniging. Bij nieuwe grondaankopen is er telkens aandacht voor de kwaliteit van de aan te kopen grond, bijvoorbeeld door het vooraf uitvoeren van bodemonderzoek. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 18.000 opgenomen, tegen de kans middel. Risico’s voortvloeiend uit samenwerking met andere gemeenten of instanties Deelnemingen in rechtspersonen De gemeente Kaag en Braassem neemt deel aan diverse gemeenschappelijke regelingen. Verliezen moeten uiteindelijk worden gedragen door de deelnemers. Door rijksmaatregelen staat de financiële positie bij Werkvoorzieningschap SWA (een gemeenschappelijke regeling) onder druk, wat betekent dat het beroep op de deelnemende gemeenten zou kunnen toenemen. Voor de Intergemeentelijke Sociale Dienst de Rijnstreek is er sprake van een openeindregeling (zie hierna). Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 50.000 opgenomen, tegen de kans hoog. Hierbij wordt ook nog genoemd de stichting SOPORA. Alhoewel de gemeente voor de stichting geen financiële risico’s loopt, is zij wel verantwoordelijk voor het voorzien in het openbaar onderwijs in Kaag en Braassem. De financiële situatie van de stichting is zorgwekkend. ISDR Op dit moment vindt er een onderzoek plaats naar het voortbestaan van de ISDR. Dit zal leiden tot ontbinding van deze gemeenschappelijke regeling. De streefdatum is 1 april 2012. Dit brengt risico’s met zich mee in de vorm van personele frictiekosten en onzekerheid over de kosten van het op andere wijze uitvoeren van deze taak. Anderzijds biedt het ook kansen in de vorm van het vrijkomen van het gebouw en het mogelijk efficiënter kunnen (laten) uitvoeren van de betreffende taak. In de begroting 2012 is rekening gehouden met het wegvallen van de huurinkomst van het door de ISDR gehuurde gebouw in Rijnsaterwoude. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 300.000 opgenomen, tegen de kans hoog. Risico’s uit het handelen of nalaten van handelen door derden Financiële en economische crisis De gevolgen kunnen ook voor toekomstige jaren aanzienlijk zijn. Hierbij zijn onder andere negatieve effecten mogelijk op het gebied van verliezen op de grondcomplexen, een lagere uitkering gemeentefonds, extra beroep op sociale uitkeringen en het betalingsgedrag van debiteuren. Als risico-inschatting is hier een pm-bedrag opgenomen. Gemeentegaranties De gemeente Kaag en Braassem heeft zich in een aantal gevallen borg gesteld voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken en die activiteiten verzorgen die al dan niet in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak.


72

Deze borgstellingen beperken zich hoofdzakelijk tot de volgende drie categorieën: instellingen in de lokale zorgsector; verenigingen in de sportsector; garantieverlening op grond van deelnemingen. Daarnaast neemt de gemeente, samen met het rijk, een zogenaamde ongelimiteerde achtervangpositie in bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Deze organisatie staat borg voor leningen aan woningbouwcorporaties in Kaag en Braassem. Dit betekent dat in het geval dat het WSW onvoldoende financiële middelen beschikbaar heeft, er een beroep op de gemeente kan worden gedaan. Dat beroep is gekoppeld aan leningen die corporaties hebben afgesloten voor projecten binnen onze gemeente. Het risico voor de gemeente beperkt zich tot de rentederving over leningen die bij een calamiteit aan het WSW moet worden verstrekt. De kans dat het WSW achtervangers moet aanspreken is zeer gering. Bij garantstelling aan particulieren kan aanspraak gemaakt worden op het eigendom van de betreffende onroerende zaak. In Kaag en Braassem Oost is het risico bij garanties aan particulieren per 1995 afgekocht. Wel ontvangt de gemeente ten aanzien van de tot aan dat tijdstip verstrekte gemeentegarantie informatie van geldverstrekkers inzake gesignaleerde betalingsachterstanden. In voorkomende gevallen heeft de gemeente alleen een bemiddelende rol. Met ingang van 1-1-2011 wordt het risico voor de hele gemeente volledig door het rijk gedekt (NHG). Voor lopende leningen van Kaag en Braassem zijn rijk en gemeente ieder voor 50% aansprakelijk. Het aantal leningen zal in de loop van de tijd minder worden omdat er geen nieuwe gevallen meer bijkomen. Voor een overzicht van de stand van zaken omtrent gemeentegaranties ten behoeve van woningcorporaties, zorginstellingen en verenigingen wordt volledigheidshalve verwezen naar de paragraaf financiering en treasury. Naast de garantie van geldleningen heeft de gemeente, in het kader van de publieke taak, zelf ook leningen verstrekt aan verenigingen en woningcorporaties etc. Verder zijn er in het verleden hypothecaire leningen aan het personeel verstrekt. Als risico-inschatting is hier een pm-bedrag opgenomen, tegen de kans laag. Hieronder een overzicht met een inschatting van het risico voor de gemeente. Verstrekte leningen in het kader van de publiek taak Leningen aan woningbouwcorporaties (risico laag) Verenigingen (risico gemiddeld) Overig (risico hoog) Overig (risico laag) Totaal

X € 1.000 Stand per 1-1-2012 1.475 1.090 143 4.847 7.556

NUON In het kader van de verkoop van Nuon aan Vattenfall is bij de overdracht onder meer bepaald dat de oud-aandeelhouders voor een bedrag van € 400 miljoen aan garanties afgeven aan Vattenfall. Dit bedrag is in mindering gebracht op de verkoopopbrengst van de aandelentransactie en gestort op een speciale escrow-rekening bij de BNG. Over de Escrow wordt een marktconforme rente vergoed. De escrow-rekening zal de komende jaren, indien er geen aanspraak op wordt gedaan door Vattenfall, worden uitbetaald. Overigens blijft de gezamenlijke aansprakelijkheid gedurende een periode van 5 jaar en 3 maanden op een niveau van € 400 miljoen. De ontvangen escrow-gelden zijn als opbrengst verantwoord en via de exploitatie gestort in de algemene reserve. Ieder jaar wordt opnieuw bekeken of de ontvangen escrow-gelden op deze wijze verantwoord kunnen worden. Voor onze gemeente gaat het om een totaalbedrag van circa € 1,83 miljoen. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 400.000 opgenomen, tegen de kans hoog.


73

Aansprakelijkheidsschade De laatste jaren is een tendens waarneembaar dat gemeenten vaker aansprakelijk gesteld worden door derden. Dit komt met name door de toegenomen mondigheid van de burger. Gemeenten kunnen onder meer aansprakelijk gesteld worden in verband met ondeugdelijke wegen en gebouwen. De gemeente heeft zich tegen deze wettelijke aansprakelijkheidsschades verzekerd. Het risico van de gemeente beperkt zich daarmee tot het eigen risico van € 2.500 per gebeurtenis, weliswaar onder de gebruikelijke uitsluitingen die verzekeraars stellen. Er is in de begroting budget beschikbaar ter grootte van ongeveer twee maal het eigen risico. Als risico-inschatting is hier een bedrag van € 200.000 opgenomen, tegen de kans middel. Verzekeringen In het kader van risicomanagement wordt ook nauwgezet omgegaan met verzekeringen. Hierbij wordt gekeken naar wat te verzekeren, met welk risico, voor welke waarde tegen welke prijs. De lopende verzekeringen worden periodiek getoetst op actualiteit. Als risicoinschatting is hier een bedrag van € 50.000 opgenomen, tegen de kans laag. Recapitulatie en conclusie Er zijn jaarlijks geactualiseerde verliesvoorzieningen gevormd op basis van de actuele cijfers van de bouwgrondexploitatieberekeningen. Verder kan worden geconstateerd dat er veel zaken in voorbereiding of gerealiseerd zijn die als bouwstenen gaan dienen voor het verder vorm geven aan toekomstige paragrafen weerstand en risico’s, zoals de actualisatie van de beheersplannen openbare ruimte, actualisatie van het meerjarenplan onderhoud gebouwen en de reeds vermelde Nota Reserves en Voorzieningen. De risico’s kunnen door het nog ontbreken van actuele plannen (waar nog aan gewerkt wordt) nog niet helemaal volledig worden gekwantificeerd. Bij de komende begrotingen zal het beeld bij het beschikbaar komen van deze gegevens meer compleet worden gemaakt. Onderdelen die hierbij aandacht moeten krijgen zijn het actualiseren van alle beheersplannen (wegen, waterwerken, groen, bruggen etc.), gebouwenonderhoud en blijvende actualisatie van de risico-inventarisatie. Blijvende aandacht zal er zijn voor bouwgrondexploitatie, bewaking en overzicht over de reserves en voorzieningen door het periodiek actualiseren van de Nota Reserves en Voorzieningen. Vermeld risico

Eigen beleid Meerjaren onderhoudsplannen Openbare Ruimte, inclusief areaal uitbreidingen. Gemeentelijke gebouwen

Bouwgrondexploitatie -verliezen bij de exploitatie -verlies bij afstoten complexen -risico’s bij grondexploitatie Overige investeringen Toerekening interne uren Juridische risico’s / schadeclaims Planschadeverzoeken

Afwikkeling BTW

Geschatte omvang risico x € 1.000

Kans op voordoen risico H M L

Kwantificatie risico IncidenStructuteel reel x €1.000 x €1.000

p.m.

X

X

p.m.

p.m.

X

X

p.m.

X 5.805 1.231 1.593 100 100

X X

5.805 1.231 1.593 50 0

50

20

20

X

0

p.m.

X

p.m.


Maatregelen in het kader van Risicobeheersing

Per balansdatum blijft het risico bestaan, afronding van de onderhoudsplannen gebeurt in 2011. Onderhoudsplannen actualiseren en daarop de budgetten afstemmen. Verliesvoorziening grondcomplexen en reserve bouwgrondexploitatie Risico budgetoverschrijding Reële urenramingen en planmatige uitvoering. Zorgvuldige beleidsuitvoering Normen voor toekenning zijn per 1 oktober 2010 aangescherpt. Door goede inrichting

74

Vermeld risico

Debiteurenbeheer

Subsidieverstrekking



100

50

X

500

Belegging middelen uit verkoop aandelen NUON

400

X

WMO Pensioenregeling wethouders(Appa) Functiewaardering

100 100

X

250

400

X

50 100

X

50

p.m.

400

Tekort inkomensdeel WWB

237

1.100

50

50

X

100

Rijksontwikkelingen met betrekking tot decentralisatie rijkstaken.

Afschaffen precarioheffing met ingang van 2012

0

X

Rente ontwikkeling

Bovenlokaal beleid Gemeentefonds


p.m.

X

400

X

118

X

1.100

Bodemverontreiniging

18

X

9

Deelnemingen in rechtspersonen.

50

X

50

Ontbinden van de ISDR.

300

X

300

Financiële en economische crisis en belegging middelen uit verkoop aandelen NUON

400

X

400



administratie risico verlagen De voorziening dubieuze debiteuren is in 2010 op een juist peil gebracht, door de economische crisis is er echter een grotere kans op faillissementen van derden. De subsidies worden geherstructureerd bij uitvoering van ’t Kompas Risico hogere rente beheersen door uitvoering treasurybeleid. Risico op lager rendement belegging alleen in 2012 en 2013 Open einde regeling. Eindloonregeling Het risico bestaat dat bij nieuwe functiewaardering functies hoger worden gewaardeerd. Bezuinigingen op de rijksuitgaven leiden tot een lagere omvang van het gemeentefonds. De effecten tot en met de meicirculaire 2011 zijn verwerktin de begroting. Er zijn ontwikkelingen die nog een financiële vertaling dienen te krijgen. De bezuinigingsoperatie middels ’t Kompas, moet hiervoor de oplossingen gaan bieden. Risico door een hoger beroep op aanvullende uitkering zodat het rijk onvoldoende middelen beschikbaar heeft. Per 2012 dreigt afschaffing. De minister is een voorstel aan het voorbereiden( medio 2011) December 2011 zal er mogelijk duidelijkheid over zijn. In 2012 worden geen gevallen van bodemverontreiniging verwacht. Voor 2012 wordt gestreefd naar de realisatie van bezuinigingstaakstellingen van 5%. Risicoschatting voorlopig op basis van 6 fte frictiekosten. In de loop van 2011 wordt beslist of we de belegging voortzetten of op een andere wijze met de Nuon-gelden

75

Vermeld risico


Financiële en economische crisis en grondexploitatie

p.m.

Gemeentegaranties/ waarborgen Door gemeente verstrekte geldleningen: - woningbouwcorp. - verenigingen (gem. risico) - overig (hoog risico) - overig (laag risico) Garantie Vattenfall (escrow) na verkoop aandelen Nuon

p.m.

Aansprakelijkheidsschade Verzekeringen Totaal aan risico’s Totaal aan weerstandsvermogen:

1.475 1.090 143 4.847 1.830

20 50 22.159



p.m

X

p.m

X

0 218 143 969 366

X X X X

X

p.m.

11.234

10 10 2.558

24.714

1.856

X


omgaan. Vanwege de crisis zijn er effecten begroot op het gebied van verliezen op grondexploitaties Risico wordt zeer laag ingeschat. De financiële positie van de instellingen waaraan de gemeente leningen verstrekt volgen door middel van het opvragen van de jaarrekeningen. Geen maatregelen, risico is door de gemeente niet beïnvloedbaar.

De risico’s zoals bovenstaand geïnventariseerd en gekwantificeerd kunnen voor wat betreft het incidentele deel ruimschoots worden afgedekt. Het structurele deel wordt in hoge mate bepaald door de dreigende afschaffing van de precarioheffing op kabels en leidingen en de rijksbezuinigingen die verband houden met de decentralisatie van taken en het effect van de bezuinigingen van rijksoverheid op het gemeentefonds. Het weerstandsvermogen voor de structurele zaken is hiertoe niet toereikend. De kerntakendiscussie in 2011 (’t Kompas) zal hiervoor de oplossingen moeten geven. Risicomanagement Evenals in andere gemeenten is in de bedrijfsvoering van de gemeente Kaag en Braassem een adequaat risicomanagement belangrijk. In dat kader belichten wij de risico’s voor zover daar geen voorzieningen voor zijn gevormd of voor zover deze (nog) niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie. Risicomanagement krijgt ook de komende jaren volle aandacht en is één van de vaste afwegingsfactoren van het management bij elke beslissing van materieel belang. In het kader van de tussentijdse rapportages wordt vooral ten aanzien van de bijzondere risico’s de vinger aan de pols gehouden en de raad geïnformeerd over de beheersing daarvan. Grondbeleid heeft een grote financiële impact. Naast kansen uit optimalisaties zijn ook (onvoorziene) risico’s van invloed op de financiële positie van het grondbedrijf (geheel van grondexploitaties en overige grondposities) en daarmee op de financiële positie van de gemeente. Veel voorkomende risico’s in grondexploitaties/ruimtelijke projecten van deze gemeente vloeien voort uit: algemene markttendens, conjunctuur en renterisico’s (parameters in grondexploitaties); het niet of niet tijdig kunnen verwerven van grond in geïnitieerde gebiedsontwikkelingen (prijsopdrijving); milieurisico’s (geluidscontouren, luchtkwaliteit, externe veiligheid, bodemverontreiniging, geurcirkels); (planologische) procedurevertragingen; uitstel grondopbrengsten, dalende marktwaardes woningen; stedebouwkundige aanpassingen, compensatiemaatregelen e.d.;


76

-

planschades; schadeclaims; rentevergoedingen; dubieuze/onzekere vorderingen van ontwikkelaars.

Bij planontwikkelingen en exploitatieberekeningen wordt voortaan getracht de risico’s zoveel mogelijk te minimaliseren en kwantitatief te verdisconteren in de grondexploitatie. Om transparantie te bieden in de financiële bedrijfsvoering van de in exploitatie te nemen of genomen gronden is het raadzaam de reserve bouwgrondexploitatie te bewaken en zo mogelijk te voorzien van de benodigde financiële voeding (winstnemingen en subsidies e.d.). In het najaar 2011 wordt in aanvulling op de paragraaf Risicomanagement en Weerstandsvermogen een nota Risicomanagement opgesteld waarin hiervoor een vertaling en beleidskader wordt gepresenteerd.


77


78

Paragraaf 3 – Onderhoud kapitaalgoederen

1.4.3

Inleiding De gemeente beheert de openbare ruimte en gebouwen waarbinnen wordt gewoond, gewerkt en gerecreëerd. Hierdoor beschikt de gemeente over kapitaalgoederen zoals gebouwen, wegen, kunstwerken, hekwerken, riolering, openbare verlichting, speelvoorzieningen, water en groen. Al deze kapitaalgoederen dienen goed onderhouden te worden. Hierbij spelen, naast de wettelijke eisen en verplichtingen, aspecten als gebruik, levensduur en het leveren van bijdragen aan de programmadoelstellingen voor milieu, onderwijs en verkeer een rol. Dit vergt beleidsvisies op het beheer van kapitaalgoederen, planmatig en integraal beheer en onderhoud, actuele meerjaren onderhoudsplanningen en een adequate vertaling van de financiële consequenties hiervan in toereikende budgetten. In 2011 is de laatste actualisatie van de arealen en kwaliteitsniveaus afgerond en zijn de gegevens in het nieuwe beheerpakket opgenomen. Het is van belang dat het adequaat en tijdig bijhouden van mutaties een onderdeel wordt van het beheerproces. Om de discipline rondom het tijdig en accuraat verwerken van mutatie- en revisiegegevens in het beheerpakket te borgen, zijn de werkprocessen rondom het beheer van de kapitaalgoederen geactualiseerd. Aan de hand van de meerjaren beheer- en onderhoudsplannen wordt in 2012 een basis gevormd voor beleidskeuzes, keuzes in de uitvoering en kwaliteitskeuzes van de verschillende beheerelementen. Vanaf 2012 dient rekening te worden gehouden met de mogelijke consequenties van de keuzes van de raad in het kader van de kerntakendiscussie. In 2011 is vooral gewerkt aan het actualiseren van de verschillende beheerarealen en het opstellen van meerjarige beheer- en onderhoudsplannen. In 2012 zal worden gestart met een voorzichtige verkenning naar de mogelijkheden om de openbare ruimte op basis van beeldkwaliteit te beheren en met het inzichtelijk krijgen van de (financiële) consequenties van deze beheervorm. In 2012 zal worden bekeken of en zo ja voor welke beheerelementen het opzetten van voorzieningen mogelijk dan wel noodzakelijk is. Uitgangspunt hierbij is dat aan een voorziening een helder en transparant meerjarig beheer- en onderhoudsplan ten grondslag aanwezig dient te zijn. Hoofdlijnen beheer- en onderhoud De integrale wijze van het beheer en onderhoud van onze kapitaalgoederen zal in 2012 verder worden voortgezet. Hierbij zal beheer en onderhoud worden benaderd vanuit vijf hoofdlijnen, te weten: A Beleid Het beleid zal zich met name richten op het aangeven en beschrijven van de uitgangspunten ten behoeve van integraal beheer en onderhoud; het benoemen van de randvoorwaarden voor de betrokkenheid van burgers en bedrijven, alsmede het vormen van een visie inzake de wijze waarop areaaluitbreiding wordt verwerkt. Verder wordt een eerste verkenning gedaan naar de mogelijkheden en (financiële) consequenties van beheren van de openbare ruimte op basis van beeldkwaliteit.


79

B Reconstructie en vervanging Bij reconstructie en vervanging gaat het om maatregelen gericht op het verbeteren van de kwaliteit en/of functionaliteit, waardoor de inzet van andere middelen dan uitsluitend onderhoudsbudgetten noodzakelijk is. Het uitgangspunt hierbij is dat financiële middelen en capaciteit zo integraal mogelijk worden ingezet. Voor dergelijke projecten is het gebruikelijk via de raad kredieten beschikbaar te laten stellen. Hierbij worden subsidiemogelijkheden van hogere overheden maximaal ingezet. Het is bij reconstructie- en vervangingsprojecten doorgaans een gegeven dat ze niet binnen één budgetjaar kunnen worden voorbereid, uitgevoerd en opgeleverd. Dergelijke projecten worden in samenspraak met bewoners, gebruikers en/of dorpsraden voorbereid. C (Groot) onderhoud Het groot onderhoud beslaat die programma-activiteiten, die gericht zijn op het in stand houden van de bestaande kwaliteit, functionaliteit en veiligheid. Dergelijke projecten vloeien voort uit de beheerplannen. Doorgaans worden dit soort projecten binnen één budgetjaar (en dus binnen de exploitatie) voorbereid, uitgevoerd en opgeleverd. D Klein dagelijks onderhoud Klein dagelijks onderhoud zijn niet alleen de maatregelen welke noodzakelijk zijn in het kader van het verhelpen van meldingen en (het voorkomen) kleine ergernissen, maar ook de seizoensgebonden activiteiten, die voornamelijk in eigen beheer worden uitgevoerd, zoals snoeien, vegen en gladheidbestrijding. Ook bij klein dagelijks onderhoud staat het handhaven van de kwaliteit, veiligheid en functionaliteit centraal. E Verbetering efficiency en effectiviteit Vanaf 2012 wordt aandacht besteed aan het verbeteren van de efficiency en de effectiviteit. Hierbij kan gedacht worden aan het duurzamer en slimmer inkopen van materialen, het afsluiten van raamcontracten met leveranciers die veel relatief kleine opdrachten ontvangen en dergelijke. Onderstaand wordt nader ingegaan op: • het kapitaalgoed gebouwen • de kapitaalgoederen in de openbare ruimte (wegen, riolering, water, groen, speelvoorzieningen, kunstwerken (zoals bruggen) en openbare verlichting. Kapitaalgoed gebouwen De gemeente bezit een groot aantal gebouwen welke deels bedrijfsmatig en deels functioneel worden beheerd. Hierbij valt te denken aan o.a. gemeentehuizen van beide voormalige gemeenten, werkplaatsen, sporthallen, gymzalen, brandweerkazernes, peuterspeelzalen, kerktorens etc. Deze gebouwen worden beheerd en onderhouden aan de hand van een meerjarig onderhoudsplan (MOP) dat door de raad wordt vastgesteld. Het bedrag dat per jaar gemiddeld nodig is voor de uitvoering van de MOP (groot onderhoud) wordt jaarlijks in de “onderhoudsvoorziening gebouwen“ gestort. In 2010 is het gebouwenbestand geactualiseerd en is van ieder gebouw de onderhoudsstaat geïnspecteerd en verwerkt in de meerjarenonderhoudsplanning. Deze geactualiseerde MOP wordt in 2011 voorgelegd aan de raad. Als gevolg van het toevoegen van gebouwen in dit MOP is het areaal gebouwen groter geworden. Dit resulteert in een groter benodigd budget dan in voorgaande jaren. In 2012 zal worden ingespeeld op het afstoten van gemeentelijk vastgoed. Verkoop en sloop van gemeentelijke gebouwen heeft een direct gevolg op het benodigde budget. Verder wordt er in de nieuwe meerjarenplanning een strikt onderscheid gemaakt in dagelijks en planmatig (groot) onderhoud. Dit biedt de mogelijkheid om voortaan het planmatig (groot) onderhoud ten laste van de voorziening gebouwen te laten vallen en het dagelijks onderhoud vanuit de


80

exploitatiebegroting uit te voeren. Hiermee voldoen we aan de BBV voorschriften over het gebruik van voorzieningen. De gemeente is economisch eigenaar (claimrecht) van alle schoolgebouwen voor primair en voortgezet onderwijs, met uitzondering van Kascade (brede school). Sinds 1 januari 2005 is de verantwoordelijkheid van het groot onderhoud in het voortgezet onderwijs overgedragen aan de scholen zelf. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van een deel van het groot onderhoud van het primair onderwijs. De schoolbesturen zijn juridisch eigenaar en verantwoordelijk voor het dagelijks en het frequent terugkerend onderhoud en het exploitatiebeheer van de schoolgebouwen. Het beheerskader wordt gevormd door de onderwijswetgeving en de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. Deze verordeningen zijn het kader voor de opstelling van de meerjaren (groot) onderhoudsplanning en de jaarlijkse onderhoudsplannen. De huidige huisvestingvoorziening, gekoppeld aan voornoemde verordening en een jaarlijks onderwijs huisvestingsbudget, is sober en doelmatig en gebaseerd op minimumnormen. Bij de opzet van het onderhoud wordt uitgegaan van sober en doelmatig onderhoud. Uitgangspunt is dat de gebouwen technisch in orde zijn en voldoen aan de eisen van veiligheid. Daarnaast zijn de beleidsbeslissingen in het kader van het milieu in de planning verwerkt. Areaalgegevens gemeentelijk vastgoed Totaal aantal gebouwen Waarvan onderwijs gerelateerd

2011 55 18

2012 52 17

Kapitaalgoederen openbare ruimte De kapitaalgoederen in de openbare ruimte bestaan uit wegen, riolering, watergangen groenvoorziening, speelvoorzieningen, civiele kunstwerken (bruggen), hekwerken en openbare verlichting. Volgens planning zijn vier van de “big six” projecten uitgevoerd en opgeleverd in 2011. De overige (Achterweg en Floraweg) worden in 2012 uitgevoerd. Aan de hand van het nieuwe beheersysteem zijn in 2011 de meerjarige beheerplannen opgesteld voor de kapitaalgoederen in de openbare ruimte. In 2012 wordt gewerkt aan het verkrijgen van en het werken conform een actuele en integrale projectplanning. Beheersystemen Sinds 2011 hebben we de beschikking over een integraal beheersysteem waarin het beheer en onderhoud van de meeste kapitaalgoederen (behalve vastgoed en water), in de openbare ruimte zijn opgenomen. De mogelijkheden voor modules ten behoeve vastgoed- en waterbeheer worden onderzocht. Wegen Kaders waarbinnen het wegbeheer wordt uitgevoerd zijn: de CROW-richtlijnen en de Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR). In 2011 zijn de werkzaamheden voortvloeiend uit het elementenbestek (bestrating) en het asfaltbestek voorbereid en uitgevoerd. Ook zijn de uitgestelde werkzaamheden op het gebied van vorstschade in 2011 opgepakt en uitgevoerd. Iedere twee jaar wordt het wegareaal conform CROW-richtlijnen visueel geïnspecteerd. De huidige kwaliteit zit op het minimum basisniveau, gebaseerd op de richtlijnen van de CROW.


81

De onderhoudfrequenties worden bepaald door huidige kwaliteit van de verhardingen, onderliggende funderingskwaliteit en plaatselijke omstandigheden (o.a. hoge grondwaterstanden) en het gewenste onderhoudsniveau. De trend is asfaltwegen te vervangen door wegen met een elementenverharding. Areaalgegevens wegen Asfaltverharding Elementenverharding (klinkerbestrating, trottoirs)

2011 765.754 m² 554.804 m²

2012 763.356 m² 562.804 m²

Riolering De kaders waarbinnen het beheer en onderhoud van de riolering vallen, komen uit het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2014 (vGRP). Goed planmatig en doelmatig beheer van de riolering is essentieel voor: een goede inzameling en goed transport van het afvalwater; het verminderen van vuiluitworp naar het oppervlaktewater, bodem en grondwater (verbeteringen waterkwaliteit) een goede inzameling en verwerking van het hemelwater. In 2011 zijn de gegevens met betrekking tot rioolbeheer en –onderhoud geactualiseerd en verwerkt in het nieuwe beheersysteem. Het beheer volgt de landelijke richtlijnen die door de Stichting Rioned worden uitgezet. De stichting is een platform, kenniscentrum en belangenbehartiger van rioleringszorg in Nederland en richt zich primair op gemeenten. Hierbij moet worden aangetekend dat de stichting Rioned richtlijnen aangeeft die op geen enkele manier dwingend dan wel voorschrijvend zijn. Het verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP) schrijft het daadwerkelijk beleid op het gebied van rioolbeheer voor. Op basis van dit beleidsplan zijn kredieten beschikbaar gesteld voor beheer- en onderhoudswerkzaamheden aan de riolering. Op basis van het huidige vGRP is een krediet gevoteerd om een grondwaterloket op te zetten, zodat inzicht verkregen wordt in grondwateroverlast De verwachting is dat eind 2012/begin 2013 concrete invulling is gegeven aan het grondwaterloket. In het volgende vGRP (2014-2019) worden vervolgens aanbevelingen gedaan om eventuele grondwaterproblemen aan te pakken. De voorbereidingen voor dit nieuwe vGRP starten in 2013. Onderhoud van gemalen en pompen Het dagelijks onderhoud van gemalen en pompen wordt uitgevoerd door de buitendienst. Het reinigen van de gemalen wordt (grotendeels) uitbesteed. Voor het reinigen van kolken is in 2011 een bestek op de markt gezet dat in 2012 wordt uitgevoerd. Reiniging en inspectie van het vrij vervalstelsel worden uitbesteed. In 2011 is uitstel aan het Hoogheemraadschap van Rijnland gevraagd voor het opleveren van het BRP in 2012 in plaats van 2011. Dit is door Rijnland gehonoreerd. In het eerste kwartaal 2012 moet conform de gemaakte afspraak met het Hoogheemraadschap Rijnland een nieuw gemeentebreed Basisrioleringsplan (BRP) gereed zijn. Hierin wordt het rioolstelsel beschreven en de werking daarvan berekend en getoetst.


82

Gehanteerde afschrijvingstermijnen Drukrioleringspompen: 15 jaar, dit betekent dat 50 pompen per jaar worden vervangen Vrij verval riolering: 40 jaar, momenteel is ongeveer 22 km ouder dan 40 jaar Pompputten en leidingen: 40 jaar, de 1e aanleg is vanaf 1984. De komende tijd is er een grootschalige vervangingsnoodzaak. Signaleringskasten: 20 jaar Gemalen drukriolering: 20 jaar Areaalgegevens riolering Huisaansluitingen Kolken Vrij verval riolering (66% gemengd stelsel, 14% hemelwaterafvoer en 20% vuil water) Puttten Drukriolering Bergbezinkvoorzieningen (400 m³) Bergbezinkleiding (940 m³) Gemalen Pompunits Signaleringskasten

2011 10.030 stuks 14.000 stuks 106 km

2012 10.080 stuks 14.000 stuks 106 km

3.344 stuks 52 km 3 stuks 1 stuk 28 stuks 852 stuks 880 stuks

3.360 stuks 53 km 3 stuks 1 stuk 28 sruks 856 stuks 884 stuks

Watergangen De watergangen zijn verdeeld in primaire watergangen en secundaire watergangen. De primaire watergangen zijn de hoofdwatergangen die worden beheerd en onderhouden door het Hoogheemraadschap van Rijnland. De secundaire watergangen zijn de zgn. stedelijke watergangen (sloten) en deze worden beheerd en onderhouden door de gemeente. De gemeente is verantwoordelijk voor het baggeren van de bij haar in onderhoud zijnde sloten en watergangen. De baggerwerkzaamheden worden uitgevoerd op basis van een baggerplan dat in 2000 is opgesteld en loopt tot 2014 voor het oostelijk deel van de gemeente. In dit deel van de gemeente is de taak vrijwel volledig overgedragen aan het Hoogheemraadschap van Rijnland. Vanwege het ontbreken van een actueel baggerplan in het westelijk deel van de gemeente worden baggerwerkzaamheden daar door de eigen dienst uitgevoerd op basis van meldingen en eigen waarnemingen. In 2011 is gestart met de actualisatie van het baggerplan voor de gehele gemeente. Areaalgegevens watergangen Secundaire watergangen

2011 72.681 m¹

2012 72.681 m¹

Groen Op de groenbeheerkaart die in 2008 is vastgesteld is duidelijk welke verschillende onderhoudsniveaus binnen het openbaar groen worden gehanteerd. Er is zichtbaar gemaakt waar binnen de gemeente het groen intensief, normaal of extensief wordt onderhouden. Dit wordt gedaan conform de maatregelpakketten gebaseerd op CROW-normen. In 2012 wordt een eerste verkenning uitgevoerd naar de mogelijkheden om de openbare ruimte te beheren en te onderhouden op basis van beeldkwaliteit. Voorwaarde hiervoor is dat het areaal en het bijbehorende beheerplan financieel en uitvoeringstechnisch actueel en betrouwbaar zijn. Areaalgegevens groen Bomen Heesterbeplanting Vaste beplanting


2010 13.264 stuks 396.911 m² 2.349 m²

2011 13.297 stuks 396.911 m² 2.349 m²

83

Areaalgegevens groen Gras/gazon

2010 938.038 m²

2011 938.038 m²

Speelvoorzieningen Op basis van het beheersysteem worden alle speeltoestellen binnen de gemeente op basis van periodieke keuringen geïnspecteerd. De resultaten worden in logboeken verwerkt en bijgehouden. De jaarlijks verplichte keuring van de speeltoestellen wordt uitgevoerd door een onafhankelijke partij. Preventief onderhoud en kleine reparaties worden door de eigen buitendienst uitgevoerd. Speelvoorzieningen Speeltoestellen Speellocaties

2010 509 stuks 100 stuks

2011 495 stuks 100 stuks

Civiele kunstwerken (bruggen en duikers) In 2011 is een meerjaren plan opgesteld voor noodzakelijk onderhoud aan kunstwerken. Het dagelijks beheer en onderhoud is middels een bestek op de markt gezet. Areaal civiele kunstwerken Betonnen bruggen Houten bruggen Beweegbare bruggen Betonnen duikers Tunnels

2011 165 stuks 76 stuks 10 stuks 15 stuks 1 stuk

2012 165 stuks 76 stuks 10 stuks 16 stuks 1 stuk

Openbare verlichting In het westelijk deel van de gemeente wordt het onderhoud aan de openbare verlichting uitgevoerd door een private partij op basis van een contract. Dit contract loopt tot en met 31 december 2012. Alle openbare verlichting van de gemeente is in 2010 geïnspecteerd en geïnventariseerd. In 2011 zijn de eerste stappen gezet voor de uitbesteding van alle werkzaamheden met betrekking tot openbare verlichting binnen de gehele gemeente. Dit is gebeurd op basis van het uitgangspunt totale ontzorging in de vorm van afhandeling storingen, meldingen en schades door Ziut). In 2012 geeft ZIUT onder regie uitvoering aan meldingen, vervangingen en onderhoud aan de openbare verlichting. Areaal lichtmasten Lichtmasten Armaturen

2011 4.663 stuks 4.813 stuks

2012 4.678 stuks 4.824 stuks

Financiële kaders In het meerjaren onderhoudsprogramma is per onderdeel per jaar een budget geraamd. Zie het onderstaande overzicht. Omdat bij de uitvoering zoveel mogelijk werk wordt gecombineerd (minder overlast inwoners en bedrijven en mogelijk kostenbesparing) kan de besteding per jaar per onderdeel afwijken. De in onderstaand overzicht genoemde budgetten zijn in de (meerjaren)begroting opgenomen. Kapitaalgoederen 2012 Wegen Riolering Water Speelvoorzieningen Kunstwerken


1.633.068 736.070 232.908 59.078 185.651

84

Kapitaalgoederen 2012 Openbare verlichting Groen Totaal

234.012 57.318 3.138.105

In 2011 is gestart met het doorlichten van de exploitatiebegroting, omdat soms bleek dat de exploitatiebudgetten ontoereikend bleken en soms bij de jaarrekening geconstateerd werd dat niet alle exploitatiebudgetten aangewend zijn. Het beheer en onderhoud gaat uit van het in stand houden van het object. Hierbij is geen rekening gehouden met het vervangen van object door verandering van onder andere de omgeving, wettelijke kaders en andere gebruikersbehoeften Wanneer een onderhoudsbudget voor een kapitaalgoed jaarlijks sterk fluctueert, kan het verstandig zijn om voor dat betreffende kapitaalgoed een vast gemiddeld jaarlijks budget in de begroting op te nemen in combinatie met een te vormen voorziening. Eventuele jaarlijkse over- of onderschrijdingen op het budget worden dan verrekend met de voorziening waardoor de begroting minder fluctueert. In 2012 wordt het onderzoek naar de nut en noodzaak van voorzieningen verder vorm gegeven.


85


86

Paragraaf 4 – Financiering en treasury

1.4.4

Inleiding In deze paragraaf komen de onderwerpen aan de orde die behoren tot het geldstromenbeleid van de gemeente. Dit zijn onder andere risicobeheer (met name rente- en kredietrisico), de financieringspositie, het kasbeheer en de informatievoorziening. Financiering van de gemeentelijke uitgaven vindt plaats met interne en externe financieringsmiddelen. Interne financieringsmiddelen bestaan uit de eigen inkomsten zoals de lokale heffingen, de algemene uitkering uit het gemeentefonds en opbrengsten uit (grond) verkopen. Onder externe financieringsmiddelen vallen de korten langlopende leningen. De structurele uitgaven van de gemeente worden gefinancierd met interne financieringsmiddelen. Investeringsuitgaven worden geactiveerd, zo worden de kapitaallasten gespreid over de levensduur van de investering ten laste gebracht van de exploitatie. Een gemeente kan externe financieringsmiddelen aantrekken wanneer de inkomsten niet synchroon lopen met de uitgaven. Treasury heeft hierbij als doel een beheersing van rente- en kredietrisico’s alsmede het zoveel mogelijk beperken van de kosten van de leningen en het bereiken van een voldoende rendement op uitzettingen. De uitvoering van treasury wordt wettelijk geregeld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). Het beleid ten aanzien van treasury is vastgelegd in het treasurystatuut. Het treasurystatuut van de gemeente Kaag en Braassem is in 2010 voor het laatst geactualiseerd. In de treasuryparagraaf van de begroting staan de hoofdlijnen weergegeven van het treasurybeleid voor het eerstkomende jaar. In de treasuryparagraaf in de jaarrekening vindt vervolgens verantwoording plaats. Benadrukt wordt dat de doelstelling van de treasury c.q. financieringsfunctie is dat deze uitsluitend de publieke taak dient en dat een verstandig beleid gevoerd wordt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet fido. Algemene ontwikkelingen In 2011 is er veel aandacht besteed aan het optimaliseren van het liquiditeitbeheer. De recente ontwikkelingen zoals de marktoriëntatie van de grondexploitatie Braassemerland, het tegenvallend rendement op de beleggingen bij de BNG (gelden afkomstig uit de verkoop van NUON aandelen) en de verkoop van de brede school hebben een aanzienlijke invloed gehad op de liquiditeitspositie van de gemeente. De onzekerheid over de gewenste financiering van het project Braassemerland, de te verwachten opbrengst van de verkoop van de brede school, de te ontvangen 2e tranche van verkoop NUON aandelen aan Vattenfall en de lage Euribor zijn de voornaamste reden dat er in het najaar van 2010 voor gekozen is om tijdelijk financieringstekorten te dekken door ons rekening-courant optimaal te benutten en waar noodzakelijk kasgeldleningen aan te trekken. Er is steeds meer behoefte aan een goede matching tussen de hoogte en looptijd van toekomstige investeringen en grondexploitaties en de hiervoor benodigde financiering. Om dit te kunnen realiseren is het noodzakelijk dat er binnen de organisatie specifiek aandacht wordt besteed aan het verstrekken van informatie met betrekking tot het tijdstip van de verwachte kasstromen. Leningenportefeuille In 2011 zijn géén nieuwe langlopende leningen aangetrokken, dit is ook de planning voor 2012. Naar verwachting neemt in 2011 door de verkoop van de belegging bij BNG


87

Vermogensbeheer het liquiditeitsoverschot toe naar 30 miljoen euro. Deze gelden worden tijdelijk in een deposito onder gebracht en in 2013 aangewend om de aflossingen in de leningportefeuille te financieren. In 2012 wordt de 3e tranche NUON gelden ontvangen en er zijn diverse gelden beschikbaar doordat deze in 2011 zijn ondergebracht in een deposito (€ 4.500.000) en op spaarrekeningen (€ 2.500.000). Door het liquiditeitsoverschot worden in 2012 géén nieuwe leningen afgesloten. Mutaties in de leningenportefeuille:

bedrag x € 1.000

Omschrijving

2012

Stand per 1 januari Nieuwe leningen* Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Stand per 31 december Gemiddeld rentepercentage per 31 december**

95.449 4.183 91.390

91.390 19.415 71.975

71.975 5.000 9.181 67.794

67.794 5.000 2.162 70.632

4,45%

4,42%

4,43%

4,43%

**

2013

2014

2015

bij het bepalen van het aantal nieuwe leningen is i.v.m. de aanbesteding van het project Braassemerland nog geen rekening gehouden met de financiering van nieuwe investeringen in het project. gemiddeld rentepercentage is berekend op basis van huidige portefeuille.

Afhankelijk van de afspraken die in 2012 gemaakt worden over de toekomstige financiering van het project Braassemerland worden er in 2013 t/m 2015 nieuwe leningen aangetrokken door de gemeente. Op dit moment is er echter nog onvoldoende inzicht in de benodigde liquiditeit om dit op te nemen in bovenstaande overzicht. De huidige leningenportefeuille bestaat voor het grootste deel uit vaste leningen. Dit zijn leningen die tussentijds niet aflosbaar zijn. Het is op grond van de renterisiconorm niet toegestaan om in één jaar een groot deel (20% van de begrotingsomvang) van de af te lossen leningen opnieuw te financieren. Renteomslag De gemeente Kaag en Braassem hanteert het systeem van integrale financiering. Dit betekent dat er niet een direct verband bestaat tussen een individuele investering en de financiering van deze investering. Met ingang van 2011 is gekozen voor een andere afschrijvingsmethodiek, namelijk op basis van annuïteiten. Het rentepercentage wordt daardoor voor de hele looptijd van de investering bepaald. Hierdoor wordt er binnen de gemeente niet meer gewerkt met een renteomslagpercentage, waarbij het totale rentesaldo wordt omgeslagen over de boekwaarde van alle investeringen aan het begin van het boekjaar. Door deze systematiek ontstaat er jaarlijks een zgn. renteresultaat. Dit renteresultaat wordt voornamelijk gerealiseerd omdat er leningen zijn uitgezet aan derden voor een rentepercentage lager dan 4,5%. Het renteresultaat kan in de toekomst toe- of afnemen wanneer de gemiddelde rentelast over de leningportefeuille in de toekomst gaat afwijken van 4,5%. Het is vanzelfsprekend de doelstelling om op lange termijn het renteresultaat goed te bewaken en te optimaliseren. Risicobeheer In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van het risicoprofiel van de gemeente Kaag en Braassem. Over het algemeen kunnen de risico’s worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Bij de gemeente Kaag en Braassem zijn de twee laatstgenoemde risico’s voor 2012 niet van toepassing*. In deze paragraaf wordt, al Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

88

dan niet aan de hand van door de Wet Fido voorgeschreven modellen een overzicht gegeven van de rente- en kredietrisico’s. uitgaande dat het koersrisico door de verkoop van de belegging bij BNG Vermogensbeheer in 2011 wordt opgeheven.

Renterisico De Wet fido stelt dat gemeenten uitsluitend voor de uitoefening van de publieke taak leningen kunnen aangaan, middelen uitzetten en garanties verlenen. De uitzettingen en derivaten moeten een prudent karakter hebben hetgeen inhoudt dat er sprake is van voldoende kredietwaardigheid van de tegenpartij en een beperkt marktrisico. Meer concreet wordt in de Wet fido geregeld dat de uitvoering van de treasuryfunctie geschiedt binnen de kaders van de kasgeldlimiet en renterisiconorm. De kasgeldlimiet De kasgeldlimiet is een grens die gesteld wordt aan de maximaal op te nemen kortlopende middelen door de gemeente. De kasgeldlimiet beoogt de budgettaire gevolgen van schommelingen in de rente op korte leningen te beheersen en is gesteld op 8,5% van het begrotingstotaal. Ingevolge de Wet fido (artikel 4) dient gelijktijdig met het jaarverslag gerapporteerd te worden over de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. De volgende tabellen kunnen hiervoor gebruikt worden: x € 1.000 Kasgeldlimiet 2012 Omvang begroting per 1 januari 2012 63.870 Toegestane kasgeldimiet in % 8,50% Toegestane kasgeldimiet in € 5.429 Afhankelijk van de hoogte van het rentepercentage van de rekening-courant ten opzichte van de rentepercentage van langlopende leningen wordt bepaald of er optimaal gebruik wordt gemaakt van de kasgeldlimiet. Renterisiconorm De renterisiconorm stelt een grens aan de financiering op lange termijn. Het doel hiervan is om tot een zodanige opbouw van de leningenportefeuille te komen dat het renterisico uit hoofde van renteaanpassing en herfinanciering van leningen wordt beperkt. Indien een leningenportefeuille gelijkmatig is opgebouwd, zal ook het renterisico over de vaste schuld in de tijd gelijkmatig zijn gespreid. De renterisiconorm stelt een begrenzing aan het renterisico op de langlopende leningenportefeuille en bedraagt maximaal 20% van de begrotingsomvang van het begrotingsjaar. Als de jaarlijkse aflossingen en renteherzieningen worden begrensd tot 20% van de begroting, leidt een rentestijging van 1 procentpunt tot maximaal 0,2 procentpunt hogere rentelasten op de begroting. In onderstaand overzicht staat de berekening vermeld van het renterisico op de vaste schuld over, de berekening van de renterisiconorm en de toetsing van het renterisico aan de renterisiconorm.


89

Tabel: renterisiconorm en renterisico’s Bedragen x € 1.000

2012

Renterisico op vaste schuld 1a Renteherziening op vaste schuld o/g 1b Renteherziening op vaste schuld u/g 2 Netto renteherziening op vast schuld (1a-1b) 3a Nieuw aangetrokken vaste schuld o/g 3b Nieuw verstrekte lange leningen u/g 4 Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a3b) 5 Betaalde aflossingen 6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 7 Renterisico op vaste schuld (2+6) Renterisiconorm 8 Begrotingsomvang 9 Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage 10 Renterisiconorm

2013

2014

2015

-

350 350 -

1.815 1.815 -

-

-

-

5.000

5.000

4.183 0

19.415 0

9.181 5.000 6.815

2.162 2.162 2.162

63.870

63.870

63.870

63.870

20%

20%

20%

20%

12.774

12.774

12.774

12.774

Het renterisico van de leningenportefeuille is voor 2012 nihil en blijft daarmee ruim onder de wettelijke (fido) normering. Voor de langere termijn is het zeer lastig om een goed beeld te krijgen van het renterisico en is op basis van de huidige informatie een inschatting gemaakt. In de loop van 2012 zal hier meer duidelijkheid in ontstaan, mede door de ontwikkeling van het project Braassemerland. Kredietrisico’s Kredietrisico’s kunnen zich op twee manieren manifesteren. Ten eerste is er het risico dat direct wordt gelopen uit hoofde van door de gemeente verstrekte leningen en uitgezette beleggingen. Ten tweede is een kredietrisico aan de orde ten aanzien van verstrekte gemeentegaranties (ook wel borgstellingen genoemd). Dit laatste kan worden omschreven als een indirect kredietrisico. Kredietrisico op leningen en beleggingen De gemeente Kaag en Braassem heeft uit hoofde van haar publieke taak leningen (door)verstrekt en beleggingen gerealiseerd. In de betreffende tegenpartijen kan onderscheid worden gemaakt in de status van kredietwaardigheid. Ultimo 2011 is er aan (door)verstrekte leningen een boekwaarde van ± € 9,6 miljoen. Hiervan heeft 100% betrekking op niet speculatieve deelnemingen. Deze kunnen als volgt worden gespecificeerd: Specificatie overige langlopende leningen

leningen verstrekt aan woningcorporaties (laag risico): Verstrekte lening via SVN aan woningcorporaties

renteperc. 2010

gem. 4,31%

Prognose 31-12-2011

Prognose 31-12-2012

Prognose 31-12-2013

Prognose 31-12-2014

Prognose 31-12-2015

3.524

1.475

1.454

1.431

1.407

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

leningen verstrekt aan verenigingen (gemiddeld risico): Geldlening Alkeburcht

renteloos

224

224

224

224

224

Dorpshuizen

renteloos

68

68

68

68

68

3,00%

62

62

62

62

62

Stichting Oud Alkemade


90

Specificatie overige langlopende leningen

renteperc. 2010

Prognose 31-12-2011

Prognose 31-12-2012

Prognose 31-12-2013

Prognose 31-12-2014

Prognose 31-12-2015

Lening Alkmania 2008

4,75%

128

120

113

105

98

Lening DOSR 2009

4,75%

126

118

111

103

96

Lening ROAC 2009

4,75%

45

40

35

30

25

Lening HCA 2009

5,05%

92

89

85

81

77

Lening begraafplaats Kaag

5,10%

30

30

-

-

-

Lening T.C. Rijpwetering

4,11%

270

258

247

234

222

-

-

-

-

-

3,00%

79

81

81

78

74

n.v.t.

143

143

143

143

143

3.357

3.357

3.357

3.357

3.357

500

500

432

362

292

Lening Splotsz Verstrekte lening via SVN aan Hockeyclub

renteloos

overige leningen (hoog risico): Verstrekte BBZ-leningen overige leningen (laag risico): Hypothecaire en overige leningen aan personeel SVN plusleningen Cultureel centrum SVN pluslening Hertogspark Verstrekte lening via SVN aan starters ug (particulieren) Overige leningen

gem. 3,47% 1,50% 1,50%

525

525

525

525

525

463

463

463

463

463

2

2

1

1

0

9.638

7.556

7.400

7.268

7.134

Kredietrisico ten aanzien van gemeentegaranties (borgstellingen) De gemeente Kaag en Braassem staat voor een aantal geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken die activiteiten verzorgen die, al dan niet, in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak. Deze borgstellingen beperken zich hoofdzakelijk tot: • instellingen in de lokale zorgsector • organisaties in de verenigingsfeer (bijvoorbeeld sportverenigingen) • garantieverlening op grond van deelnemingen. Daarnaast staat het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) borg voor leningen aan woningbouwcorporaties. Samen met het rijk staan wij in de achtervang. Dat betekent dat in het geval dat het WSW over onvoldoende financiële middelen komt te beschikken, er een beroep op onze gemeente kan worden gedaan. Dat beroep is gekoppeld aan leningen die corporaties hebben afgesloten voor projecten binnen onze gemeente. Mede door wijzigingen in de verslagleggingregels hebben diverse gemeenten het WSW in 2006 gevraagd naar de risico’s die ze door hun achtervangpositie lopen. Het verlies dat achtervangers kunnen lijden, is beperkt tot de rentederving over leningen die ze bij een calamiteit aan het WSW moeten verstrekken. De kans dat het WSW achtervangers moet aanspreken is zeer gering. Sinds de oprichting van het WSW in 1983 is er geen claim geweest en is er noch op de secundaire, noch op de tertiaire zekerheid een beroep gedaan. Materieel gezien lopen rijk en gemeenten op basis van de achtervangpositie van het WSW geen risico. Hieronder volgt een overzicht van de leningen waar onze achtervang betrekking op heeft. De bedragen geven de stand weer per 31 december. Vanuit de garantstelling kan aanspraak gemaakt worden op het eigendom van de betreffende onroerende zaken. Het risico bij garanties aan particulieren is per 1995 afgekocht. Wel ontvangt de gemeente ten aanzien van de tot aan dat tijdstip verstrekte gemeentegarantie informatie van geldverstrekkers inzake gesignaleerde


91

betalingsachterstanden. In voorkomende gevallen heeft de gemeente alleen een bemiddelende rol. Verwijzend naar onderstaand overzicht staat de gemeente Kaag en Braassem ultimo 2010 borg voor een totaal bedrag aan leningen van € 24,2 miljoen. Mutaties borgen garantstellingen Omschrijving

Woningbouw inclusief WSW Zorginstellingen Sportverenigingen

x 1.000 Aantal

28 3 8 39

Restant hoofdsom 44.840 1.057 737 46.634

Gewaarborgd saldo op 31-12-2010 22.420 1.057 737 24.214

Naar verwachting zal de omvang van gewaarborgde geldleningen in 2011 toenemen met de garantstelling voor en 2012 in verband met aflossingen verder afnemen. In 2010 heeft de gemeente Kaag en Braassem een achtervangovereenkomst getekend waarin is bepaald dat zij een achtervangpositie ten opzichte van het WSW inneemt. Concreet betekent dit dat wij voor 50% borg staan voor alle nieuw aan te trekken leningen aan toegelaten instellingen in onze gemeente die voldoen aan door het Waarborgfonds gestelde voorwaarden. Op basis van deze achtervangovereenkomst is het lastig in te schatten of de borgstelling van de gemeente in 2011 en 2012 verder zal oplopen of in lijn met de geplande aflossingen verder zal verminderen.


92

Paragraaf 5 – Bedrijfsvoering

1.4.5

Inleiding De bedrijfsvoering omvat, naast vooral secundaire (meer intern gerichte processen), ook de primaire processen. Alle processen dragen bij aan de totstandkoming van producten en diensten. De bedrijfsvoering is binnen de ambtelijke organisatie in twee afdelingen georganiseerd, Bedrijfsvoering en Middelen. De afdeling Bedrijfsvoering binnen de gemeente Kaag en Braassem bestaat uit de teams personeel en organisatie (P&O) , communicatie (COM), bestuurlijk juridische zaken (JZ), informatie en automatisering (I&A), Openbare Orde en Veiligheid (OOV), Gegevensbeheer (o.a. BAG) en het bestuurssecretariaat (BS). De afdeling Middelen bestaat uit het team, facilitaire zaken (Bodedienst, schoonmaak), financiën (beleid en beheer), Post en Archief en belastingen. De afdelingen Bedrijfsvoering en Middelen en dus de totale bedrijfsvoering vallen onder de verantwoordelijkheid van één afdelingsmanager. Bij de gevoerde kerntakendiscussie is vooral gekeken naar een andere rolneming en het verbeteren van de bedrijfsvoering. Het college is van mening dat, met een andere rolneming, efficiëntere inrichting van processen en versterken van samenwerkingsvormen professionaliseringsmogelijkheden zijn, die ook aanzienlijke besparingen met zich mee brengen. Hieronder is per onderdeel de consequenties voor dat bepaalde onderdeel omschreven. Personeel en organisatie HRM en Organisatieontwikkeling Het personeelsbeleid is gericht op het binden en behouden van medewerkers. Dit willen wij realiseren door opleiding en coaching van medewerkers zowel inhoudelijk als competentiegericht. Het team P&O (adviseurs P&O en medewerkers salaris en rechtspositie) houdt zich bezig met de advisering rondom P&O aangelegenheden richting management en organisatie en draagt zorg voor de verwerking van salarissen en mutaties. Professionalisering adviseurs Goede advisering is van cruciaal belang voor een organisatie. Daarom is in 2010 een professionaliseringtraject gestart om zowel beleids- als stafadviseurs: • inzicht te geven in verwachtingen bestuur- en management; • duidelijkheid te geven in verhoudingen lijn- en stafafdelingen; • een eenduidig en uniform beeld hebben over de invulling van de adviseursfunctie: - wat is een goed adviseur; - wat vraagt dit van mij; Resultaat is een nieuw adviseursprofiel met bijbehorende competenties, rolverdeling en verantwoordelijkheden tussen de beleids- en stafadviseurs. Binnen de organisatie zijn er duidelijke afspraken gemaakt over de ondersteuning van de lijnafdelingen door de stafadviseurs. Hierdoor zal de kwaliteit van de producten verbeteren en worden gewaarborgd. Dit geldt ook voor het juridisch advies. Het team juridische zaken maakt elke medewerker binnen de gemeentelijke organisatie bewust van het belang van juridisch advies. Zijn de genomen besluiten juridisch goed voorbereid? Onder ander door


93

training maar ook door coaching is de adviserende rol van het team juridische zaken in 2010 verder vormgegeven. Getracht wordt het aantal bezwaren preventief te verminderen door het starten van “mediation” bij geschillen. Functiewaardering Gemeenten kijken al jaren uit naar eenduidigheid in functiebeschrijving en –waardering, om daarmee een basis te leggen voor een moderner HR-beleid. Vanuit de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is in 2010 een start gemaakt met zo’n systeem (HR21). De invoering van dit systeem in de gemeente Kaag en Braassem zal begin 2012 zijn afgerond. Ziekteverzuim en verzuimbeheersing De gemeente voert een actief en preventief beleid gericht op beperking van het verzuim als gevolg van ziekte. Contacten en afspraken met medewerkers en bedrijfsarts zijn gericht op beperking van de uitval en een zo’n snel mogelijke terugkeer op de werkplek. Ook voert de gemeente een preventief beleid op arbeidsgerelateerd verzuim. Het streven is om onder het landelijke percentage voor gemeenten te blijven (sinds de fusie is dit het geval geweest). Een bijdrage bij de beperking van verzuim kan worden gezocht in een ‘bedrijfszorgpakket’, zodat zorgproducten, zoals psychologische zorg bij burn-out, stress en dergelijke, mediation bij conflicten en herstelbegeleiding bij fysieke klachten versneld kunnen worden opgestart. Het ziekteverzuimpercentage in 2010 lag bij onze gemeentelijke organisatie op 3,46%. Dit is laag met het landelijke percentage van 4,3%. Kerntakendiscussie In het kader van de kerntakendiscussie zal vanaf 2012 een aantal personeelsregelingen worden versoberd dan wel worden afgeschaft: terugbrengen budget beloningsdifferentiatie en meer gericht kijken naar prestatiebeloning; afschaffen presentiegelden; verplicht gebruik dienstauto in plaats van vergoeding dienstreizen; verlagen maaltijdvergoeding en fietsenplan; geschenkenregeling terugbrengen naar verplichting vanuit rechtspositionele regelingen; aantal lokale vrije dagen (5 mei en Goede Vrijdag) niet meer opnemen in lokale CAO; beperken reis- en verblijfkosten; aanpassen vergoedingen voor studiekosten (bijvoorbeeld opleidingen met carrièrekansen beperkter vergoeden en verhogen eigen bijdrage). Daarnaast wordt het proces rondom de personeel- en salarisadministratie efficiënter ingericht door het automatiseren van de werkprocessen en mogelijk meer samen te werken met derden/andere overheden Financiën Na het fusiejaar 2009 zijn we in 2010 en 2011 op verschillende financiële gebieden verder “in control” gekomen. In 2010 zijn we begonnen met het opzetten van een integrale planning en controlcyclus (P&C cyclus) voor 2011. Hiermee zijn de afzonderlijke P&C producten aan elkaar verbonden en is inzicht verkregen in de inzet van de diverse organisatieonderdelen. De komende jaren zal dit verder worden verbeterd. Onder andere door inspanningen beter aan te laten sluiten op de benoemde doelen. Daarnaast is bijvoorbeeld een financiële paragraaf ontwikkeld voor college- en raadsvoorstellen. Dit formulier dwingt de medewerker bewust een goede financiële onderbouwing te geven, zodat de financiële dekking voor de college- en raadsvoorstellen is gegarandeerd. Verder is inzicht verkregen in de stand van zaken rondom openstaande debiteuren en is de verplichtingenadministratie ingevoerd.


94

Communicatie Hoe profileer je jezelf als totale gemeente naar buiten? Wat is de beeldvorming en hoe breng je een boodschap op de juiste manier voor het voetlicht? De gemeente wil voor allerlei activiteiten en ontwikkelingen breder draagvlak creëren bij burgers en samenwerkende partijen. Hiervoor is een goede communicatie van groot belang. Hiervoor kennen wij een aantal kanalen zoals de website, de gemeentepagina, het intranet, burgerjaarverslag, de gemeentegids, bewonersbrieven en persberichten. Daarnaast worden communicatieadviseurs op projectbasis ingeschakeld. Het streven is om zo vroeg mogelijk in het beleidsproces betrokken te zijn. Hierdoor kan tijdig worden geadviseerd en op strategisch niveau. Kerntaken In het kader van de kerntaken wordt vooral ingezet op digitalisering van verschillende nieuwsuitingen en te sturen op minder inhuur voor een aantal ondersteunende werkzaamheden. Informatie en automatiseringsbeleid Het team ICT ondersteunt de bedrijfsvoeringprocessen van de gemeente. In 2011 is een start gemaakt om de informatie architectuur te stroomlijnen en het beheer te professionaliseren. Kerntaken In het kader van de kerntaken zullen wij in 2012 verder gaan met bovengenoemd proces. Dit doen we door het efficiënter uitvoeren van het ICT beheer. Daarnaast wordt gekeken naar de mogelijkheden van samenwerking met derden/andere overheden. Facilitaire zaken Onder facilitaire zaken verstaan we postverwerking en archivering en de bodedienst ofwel de huishoudelijke dienst. Kerntaken Door meer te digitaliseren zullen we het aantal kopieën terugbrengen. Tevens zullen hierdoor de kosten voor de verzending van stukken afnemen. Daarnaast is reeds de gratis melkvoorziening voor het personeel stopgezet en zal onder andere het budget van lunches worden teruggebracht. Door het afsluiten van een ander schoonmaakcontract zullen ook de kosten met betrekking tot schoonmaak worden verminderd en zal het onderhoud aan de inventaris worden versoberd.


95


96

Paragraaf 6 – Verbonden partijen

1.4.6

Inleiding In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk n financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die verloren kunnen gaan in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als de gevolgen van financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Echter, als er verder geen sprake is van bestuurlijke verplichtingen met een juridische afdwingbaarheid door derden, dan spreken we van een subsidierelatie en is dit geen verbonden partij. Is er alleen een bestuurlijk en geen financieel belang, dan ligt de relatie meer in de sfeer van een nevenfunctie van betrokkene. Ook hier is dan geen sprake van een verbonden partij. Het onderhouden van banden met een verbonden partij houdt altijd verband met het publiek belang. Een paragraaf verbonden partijen is om twee redenen van belang voor de raad. De eerste reden is dat verbonden partijen vaak beleid uitvoeren dat de gemeente in principe ook zelf kan (blijven) doen. De gemeente mandateert als het ware de verbonden partij. De gemeente blijft de uiteindelijke verantwoordelijkheid houden voor het realiseren van de beoogde doelstellingen. Er blijft dan voor de raad nog steeds een kaderstellende en controlerende taak over. De tweede reden betreft de kosten – het budgettaire beslag – en de financiële risico’s die de gemeente met verbonden partijen kan lopen en de daaruit voortvloeiende budgettaire gevolgen. De paragraaf verbonden partijen bestaat uit de volgende componenten: richtlijnen op basis van BBV, beleidskader, verbonden partijen gemeente Kaag en Braassem en de ontwikkelingen in 2012. Richtlijnen op basis van BBV In de toelichting op artikel 1 Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) wordt gesteld dat participaties (deelnemingen) in Naamloze Vennootschappen (NV’s), Besloten Vennootschappen (BV’s), Vennootschappen onder firma (VOF’s), Coöperatieve Verenigingen (CV’s) en gemeenschappelijke regelingen in ieder geval verbonden partijen zijn. Ook stichtingen en verenigingen kunnen dit zijn als de gemeente een zetel in het bestuur heeft en financiële risico’s loopt. Als de relatie met een vereniging of stichting echter uitsluitend bestaat uit een subsidierelatie is dit geen verbonden partij. Over verbonden partijen is in artikel 5 van het BBV bepaald dat deze niet worden geconsolideerd in de begroting c.q. het jaarverslag van de gemeente. Verder bepaalt artikel 15 van het BBV dat de paragraaf verbonden partijen ten minste de visie bevat op de verbonden partijen in relatie tot de realisering van de doelstellingen die zijn opgenomen in de begroting en de beleidsvoornemens over de verbonden partijen. Het aangaan van een relatie met een verbonden partij dient altijd plaats te vinden vanuit het publieke belang. In de uitvoeringsinformatie bij de productenrealisatie dient in overeenstemming met artikel 69 BBV een lijst van verbonden partijen te worden gevoegd. Hiervoor is in genoemd document een aparte bijlage opgenomen, waarin achtergrondinformatie is opgenomen.


97

Beleidskaders De gemeente participeert in een aantal gemeenschappelijke regelingen ingevolge de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). De belangen die daarmee worden behartigd liggen vaak op het vlak van de efficiency en schaalvergroting (kostenbesparing), doelmatigheid (grotere slagkracht), betere coördinatie en beïnvloeding van regionale processen. Bij het aangaan van een gemeenschappelijke regeling zal het kostenaspect vaak een belangrijke rol spelen. Grotere organisaties kunnen vaak efficiënter werken. Daarnaast is het voor de gemeente vaak ondoenlijk om zelf een organisatie op te zetten. De gemeente ziet het als een taak om een verantwoordelijke regiospeler te zijn. Dit betekent dat de gemeente invloed wil uitoefenen op regionale besluitvormingsprocessen. Naast een aantal gemeenschappelijke regelingen participeert de gemeente ook in enkele privaatrechtelijke samenwerkingsverbanden. Hiervoor zijn dezelfde criteria van toepassing als voor de gemeenschappelijke regelingen. Overzicht verbonden partijen In het hieronder weergegeven overzicht zijn de deelnemingen vermeld die voldoen aan de wettelijke criteria om te worden bestempeld als ‘verbonden partij’. Hierbij dient onderscheid gemaakt te worden in deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen. Het gaat hierbij vooral om participaties van de gemeente in derde rechtspersonen waarin bestuurlijke invloed bestaat en waarmee financiële belangen gemoeid kunnen zijn.

Naam

Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland

Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling

Leiden Gemeenschappelijke regeling Het vaststellen van gemeenschappelijk beleid over zaken waarvan het belang niet beperkt blijft tot de afzonderlijke gemeenten. Het bevorderen van de coördinatie en afstemming tussen gemeenten door het voeren van overleg en het gezamenlijk uitvoeren van onderzoek. Het behartigen van de gemeenschappelijke, regionale belangen bij het rijk, de provincie en andere invloedrijke overlegstructuren. Ook wil het samenwerkingsverband de deelnemende gemeenten een platform bieden evenals het bevorderen van coördinatie en afstemming tussen de gemeenten, onder andere voor het vaststellen van gemeenschappelijk, regionaal beleid. Verder voert Holland Rijnland enkele taken uit die aan het samenwerkingsorgaan zijn overgedragen: de Regiotaxi, de Urgentiecommissie Woonruimte en het Regionaal Bureau Leerplicht. Jaarlijks wordt een begroting opgesteld. De bijdrage van de gemeente betreft een bijdrage per inwoner. Gemeentelijke bijdrage 2012: € 333.311 (incl. € 100.000 bijdrage leerlingenvervoer) In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door de burgemeester en een raadslid. Tevens heeft een collegelid zitting in het Dagelijks Bestuur (J.B. Uit den Boogaard). Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden Postbus 558, 2300 AN Leiden 071-5239090 [email protected] www.hollandrijnland.net Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen

Activiteiten

Financieel belang gemeente

Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie

Primaathouder


98

Naam

Intergemeentelijke Sociale Dienst de Rijnstreek (ISDR)


Primaathouder

Kaag en Braassem Gemeenschappelijke regeling Efficiënte en deskundige uitvoering van taken op het gebied van de sociale zekerheidswetgeving Voor Kaag en Braassem, Rijnwoude en Nieuwkoop de taken op het gebied van de sociale zekerheidswetgeving uitvoeren. Het verzorgingsgebied telt ruim 72.000 inwoners. Per 1 april 2012 zal de gemeenschappelijke regeling worden ontmanteld. De effecten van het op een andere wijze uitvoeren van de taken zijn nog niet bekend. In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door een collegelid (F.M. Schoonderwoerd) en twee raadsleden Postbus 24, 2450 AA Leimuiden 0800-4447373 www.isdr.nl Afdeling Samenleving

Naam

Streekarchief Rijnlands Midden


Alphen aan den Rijn Gemeenschappelijke regeling Deskundige uitvoering van de taken op het gebied van de Archiefwet. De Archiefcommissie voert voor Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop, Rijnwoude en Kaag en Braassem de taken uit op het gebied van de Archiefwet. Gemeentelijke bijdrage 2012: € 88.890

Activiteiten

Financieel belang gemeente Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie

Activiteiten


Primaathouder

In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door een collegelid (A.J.M. van Velzen). Burgemeester Visserpark 28 2405 CR Alphen aan den Rijn Postbus 13, 2400 AA Alphen aan den Rijn 0172 – 465265 / Fax 0172 – 465517 [email protected] Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen

Naam

Veiligheidsregio Hollands Midden


Leiden Gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam Efficiënte en deskundige brandweerzorg en gemeenschappelijke (voorbereiding op) rampenbestrijding en crisisbeheersing. De veiligheidsregio behartigt de gemeenschappelijke belangen op het gebied van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, samenwerking bij gemeentelijke crisisbeheersing en rampenbestrijding, de multidisciplinaire rampenbestrijding en rampenbeheersing en het inrichten en in stand houden van de gemeenschappelijke meldkamer. Het uitvoeren van gemeentelijke taken die aan het samenwerkingsorgaan zijn overgedragen en het verlenen van diensten. Gemeentelijke bijdrage 2012: brandweerregio € 1.348.200 / GHOR € 94.500

Activiteiten

Financieel belang gemeente


99

Naam

Veiligheidsregio Hollands Midden

Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie

Primaathouder

In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door de burgemeester. Rooseveltstraat 4A, 2321 BM Leiden 071-5169171 / 071-5169173 www.rbhm.nl [email protected] www.ghor.nl Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen

Naam

Sociale Werkvoorziening Alphen a/d Rijn


Alphen aan den Rijn Gemeenschappelijke regeling Uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening met omringende gemeenten. Biedt hoogwaardige aangepaste werkgelegenheid aan inwoners van de gemeente Alphen aan den Rijn, Kaag en Braassem, Nieuwkoop en Rijnwoude die behoren tot de doelgroep van de Wet sociale werkvoorziening en andere regelingen voor gesubsidieerde arbeid. Gemeentelijke bijdrage 2012: € 1.302.802

Activiteiten


Primaathouder

In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door wethouder F.M. Schoonderwoerd. Distributieweg 10, 2404CK Alphen aan den Rijn Postbus 430, 2400 AK Alphen aan den Rijn 0172-504504 www.swa.nl Afdeling Samenleving

Naam

Vuilverwerking Leiden e.o. (Gevulei)


Primaathouder

Leiden Gemeenschappelijke Regeling Doelmatige inzameling en verwerking van huishoudelijk afval voor de deelnemende gemeenten. Verwerken van afval, in bijzonder Restafval, Grofvuil, GFT-afval, KCA en de PA-20 containers. Bevorderen van hergebruik goederen door middel van het kringloopbedrijf en recycling. Het inrichten, beheren en exploiteren van gemeenschappelijke vuilstortplaatsen voor het afvoeren van onverbrandbare afvalstoffen; zich bezig houden met andere vormen van vuilverwerking / vuilafvoer voor derden. Gemeentelijke bijdrage 2012: € 622.215 (conceptbegroting Gevulei 2012). In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door wethouder A.J.M van Velzen en wethouder A.G.M. Kea. In het Dagelijks Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door wethouder A.J.M. van Velzen. p/a Gemeente Leiden, Stadhuisplein 1, 2311 EJ, Leiden. [email protected] www.gevulei.nl Afdeling Openbare Ruimte

Naam

Milieudienst West Holland


Leiden Gemeenschappelijke regeling Doelmatige en efficiënte uitvoering van de wettelijke taken op het

Activiteiten

Financieel belang gemeente Bestuurlijk belang gemeente

Overige informatie


100

Naam

Milieudienst West Holland

Primaathouder

gebied van de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming. Uitvoering van de wettelijke taken zoals de vergunningverlening en handhaving van de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming (m.n. bouwstoffenbesluit) en advisering van de deelnemende gemeenten bij de uitvoering van hun taken, zoals ruimtelijke planvorming en verkeersbeleid. Gemeentelijke bijdrage 2012: € 861.940 (inclusief € 75.000 inhaalslag vergunningen). In het Algemeen Bestuur is de gemeente vertegenwoordigd door wethouder J.B. Uit den Boogaard en in het dagelijks bestuur door de wethouder en een raadslid. Postbus 159, 2300 AD Leiden Kantorenhuis, 3e en 4e etage, Schipholweg 128, 2316 XD Leiden 071-4083600 [email protected] www.mdwh.nl Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling

Naam

Bank Nederlands Gemeenten


Den Haag Naamloze Vennootschap De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. Financiële dienstverlening De gemeente bezit 121.719 aandelen van € 2,50 nominaal.

Activiteiten


Activiteiten Financieel belang gemeente Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie

Primaathouder

De gemeente heeft zeggenschap in de BNG via het stemrecht op de aandelen. Koninginnegracht 2, 2514 AA Den Haag Postbus 30305, 2500 GH Den Haag Tel. 070-3750555 / Fax 070-3454743 www.bng.nl [email protected] Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen

Naam

Oasen

Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling/ Activiteiten

Primaathouder

Gouda Naamloze Vennootschap Tot de kernactiviteiten behoren duurzaam verzorgen van winning, productie en levering van topkwaliteit (drink)water aan 750.000 mensen en 7.200 bedrijven in het oosten van Zuid-Holland. De gemeente heeft 16 aandelen in Oasen naar rato van het aantal inwoners (= 2,14%). De gemeente heeft in de Algemene Aandeelhoudersvergadering stemrecht middels de aandelen. Doel is het volgen van de continuïteit van de waterlevering en de tariefsontwikkeling. Nieuwe Gouwe O.Z. 3, 2801 SB Gouda 0182-593530 www.oasen.nl Afdeling Openbare Ruimte

Naam

De Tweesprong

Vestigingsplaats

Kaag en Braassem



101

Naam

De Tweesprong

Rechtsvorm Doelstelling/ Activiteiten Financieel belang gemeente Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie

Besloten Vennootschap De Tweesprong is belast met het beheer, onderhoud en exploitatie van het sportcomplex. De gemeente bezit 40 aandelen ad € 18.151

Primaathouder

Gemeente is enige aandeelhouder in de BV. En eigenaar van het gebouw. Sport- en recreatiecentrum De Tweesprong Lucas van Leydenlaan 2, 2371 RW Roelofarendsveen Tel. 071-3313222 [email protected] / www.detweesprong.nl Afdeling Samenleving

Naam

Cyclus


Gouda Naamloze Vennootschap Doelmatige inzameling en verwerking van huishoudelijk afval voor de deelnemende gemeenten. Verwerken van afval, in bijzonder Restafval, Grofvuil, GFT-afval, KCA en de PA-20 containers. Bevorderen van hergebruik goederen door middel van het kringloopbedrijf en recycling. De gemeente bezit 10.651 aandelen van € 7,- nominaal.

Activiteiten


Aandeelhouder

Primaathouder

Goudkade 23, 2802 AA Gouda Postbus 228, 2800 AE Gouda 0182-547500 www.cyclus.nl Afdeling Openbare Ruimte

Naam

NUON

Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling / Activiteiten Financieel belang gemeente

Amsterdam Naamloze Vennootschap Productie en levering van energie op grond van de Wet onafhankelijk netbeheer. Geraamd rendement in de begroting 2012 wegens uitgestelde levering van de aandelen € 325.000. Daarnaast zal naar verwachting een deel van de Escrow ad € 457.500 vrijvallen. Aandeelhouder. Aandeelhouderschap N.V. Nuon Energy is ontstaan uit de opsplitsing van Nuon in 2009 in een netwerkbedrijf (N.V. Alliander) en een productie- en leveringsbedrijf (N.V. Nuon Energy) op grond van de Wet onafhankelijk netbeheer. De aandelen van het netwerkbedrijf blijven in handen van de huidige publieke aandeelhouders. Het productie- en leveringsbedrijf is per 1-7-2009 verkocht aan het Zweedse Vattenfall. De overdracht van de aandelen geschiedt in een aantal tranches. Postbus 41920, 1009 DC Amsterdam Spaklerweg 20, 1096 BA Amsterdam Tel: 088-0980000 / Fax: 088-0983199 www.nuon.nl Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen

Bestuurlijk belang gemeente

Overige informatie

Primaathouder


102

Naam

Alliander

Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling / Activiteiten

Amsterdam Naamloze Vennootschap Alliander is het Netwerkbedrijf van het voormalige Nuon. Dit is actief in de distributie van elektriciteit, gas en warmte en daarmee samenhangende producten en diensten. Geraamd dividend in de begroting 2012 € 267.000,-

Financieel belang gemeente Bestuurlijk belang gemeente Overige informatie Primaathouder

De gemeente heeft in de Algemene Aandeelhoudersvergadering stemrecht middels de aandelen. Utrechtseweg 68, 6812 AH Arnhem 026-8442328 www.alliander.nl Afdeling Bedrijfsvoering & Middelen


103


104

Paragraaf 7 – Grondbeleid

1.4.7

Inleiding Het gemeentelijk grondbeleid is ondersteunend aan de door het bestuur geformuleerde beleidsdoelstellingen. Grondverwerving, -productie, -uitgifte en tijdelijk beheer zijn de ingrediënten van elke gebiedsontwikkeling; of het nu gaat om het bouwen van woningen, aanleggen van infrastructuur of aanbieden van maatschappelijke voorzieningen. Onderdeel van de gemeentelijke programmabegroting is een paragraaf grondbeleid. Hierin wordt de raad jaarlijks inzicht geboden in de resultaten en risico’s van de diverse grondcomplexen. In deze paragraaf grondbeleid komen aan de orde: markt- en beleidsontwikkelingen; actualisatie grondexploitaties; verliesvoorziening grondexploitaties; risicoanalyse grondexploitaties; nog niet in exploitatie genomen gronden; af te sluiten grondcomplexen; nieuwe grondcomplexen; winstnemingen. Beleidskader Marktontwikkelingen Ook in de gemeente Kaag en Braassem zijn de financiële en economische ontwikkelingen voelbaar. Voorzichtig opererende marktpartijen, incassering van risico’s op gebied van civiele kosten, vertraging van de gronduitgifte, toenemende rentekosten en dalende grondprijzen leiden tot afnemende winstpotentie van de grondexploitaties ten opzichte van begin 2011. Als gevolg van de uitkomsten van enkele leefbaarheids- en woningbehoefte-onderzoeken voor verschillende kernen, moet rekening gehouden worden met een wijziging van het financiële resultaat van twee ruimtelijke projecten. Bij twee andere projecten is de gemeente het ‘’aanspreekpunt‘’ om het ‘’gat’’ te dichten van de negatieve grondexploitatie. Beleidsontwikkelingen In 2012 zal een nota grondbeleid worden vastgesteld die de voormalige beleidsnotities van Alkemade (2004) en Jacobswoude (2005) zal vervangen. Bij deze nota zullen ook de deelnota’s kostenverhaal en grondprijzenbeleid worden aangeboden. Via de uitgangspunten in de uitvoeringsparagraaf van de structuurvisie zal het kostenverhaal verder uitgewerkt moeten worden. Daarnaast zal een nota risicomanagement worden vastgesteld waarin het risicomanagement van het exploiteren van gronden verwerkt is. Actualisatie grondexploitaties De parameters voor grondexploitaties zijn ongewijzigd. De grondexploitaties zijn geactualiseerd op basis van voortschrijdend inzicht en de resultaten zijn op prijspeil 01-012011.


105

Onderstaande tabel presenteert de resultaten uit de jaarrekening 2010 (per 1-1-2011) en de geactualiseerde resultaten per 1-1-2012, opgehoogd met 4,5% rente. In exploitatie genomen gronden (in euro’s)

Resultaat Rekening 2010 (1-1-2011)

Resultaat Begroting 1-1-2012

Mutatie

Verliesgevende grondexploitaties Centrumplan Leimuiden, Totaal

-2.797.200

-2.928.717

-131.517

Hussons Hoek Woubrugge

-577.600

-616.968

-39.368

Terrein Connexxion Leimuiden

-236.900

-762.432

-525.532

De Bloemen Roelofarendsveen

-581.900

-1.496.963

-915.063

-4.193.600

-5.805.080

-1.611.480

Gronden achter het gemeentehuis RSW

675.500

0

-675.500

Oudendijk Woubrugge fase 2

513.200

510.274

-2.926

Beukenlaan Leimuiden fase 2

2.121.900

1.151.172

-970.728

Beukenlaan Leimuiden fase 3 en 4

2.411.500

2.529.945

118.445

Van Egmond Woubrugge

784.100

0

-784.100

Pastoor Kwakmanlaan Rijpwetering

703.500

697.642

-5.858

1.622.500

1.240.949

-381.551

343.500

335.654

-7.846

Totaal winstgevend

9.175.700

6.465.636

-2.710.064

Totaal alle grondexploitaties

4.982.100

660.556

-4.321.544

Totaal verliesgevend Winstgevende grondexploitaties

Regenboogweg Nieuwe Wetering Het Oog Roelofarendsveen

Bij de programmarekening 2010 was het totaal van de winstgevende projecten € 9,18 miljoen. Bij de programmabegroting 2012 wordt de totale winst van de winstgevende grondexploitaties bijgesteld naar € 6,47 miljoen. Dat is een daling van € 2,71 miljoen ten opzichte van winstraming bij de programmarekening 2010. Deze daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de volgende vier grondexploitaties: Beukenlaan fase 2: Voor Beukenlaan fase 2 kan een tussentijdse winstneming worden gedaan naar de reserve Bouwgrondexploitatie van € 1,5 miljoen. Deze afdracht is conform de regels van het BBV. Daarnaast zijn door aanbestedingsvoordelen, minder benodigde voorbereiding & toezicht de nettodaling circa € 0,97 miljoen. Van Egmond: Voor het project Van Egmond is rekening gehouden met wijzigingen in het bouwprogramma. Het uitgangspunt is budgetneutrale ontwikkeling. Daarom wordt een risicovoorziening aangehouden van € 0,78 miljoen. Gronden achter gemeentehuis RSW: Voor de ontwikkeling van de gronden achter het gemeentehuis Rijnsaterwoude staat in de huidige grondexploitatie woningbouw gepland. Naar aanleiding van het woningbehoefteonderzoek is de realisatie van dit bouwprogramma nu risicovol. Uitgangspunt is een budgetneutrale ontwikkeling/grondexploitatie. Daarom is een risicovoorziening in de grondexploitatie opgenomen van € 0,67 miljoen.


106

Regenboogweg Nieuwe Wetering: Voor de ontwikkelingslocaties in Nieuwe Wetering Noord wordt rekening gehouden dat onder andere de wijzigingen in het bouwprogramma, en de meerwaardeclausule (antispeculatiebeding) van de Staat op de starterslocatie de opbrengstpotentie van het totale project verlaagd met € 0,38 miljoen. Hieronder volgt een korte beschrijving van de ontwikkelingen van de grondexploitaties in 2012. Centrumplan (Leimuiden) Medio 2012 wordt de grondoverdracht voorzien van plandeel Noord aan Leyten. Voor plandeel Zuid moet nog een realisatieovereenkomst komen. Daartoe dient eerst overeenstemming te worden bereikt over de stedenbouwkundige invulling in relatie tot de grondexploitatie. De onderhandelingen met Leyten over plandeel Zuid lopen nog in 2011. Gronden achter het gemeentehuis (Rijnsaterwoude) In de grondexploitatie wordt rekening gehouden met wijziging van het bouwprogramma en een andere invulling van deze locatie. Voor 2012 is een risicovoorziening opgenomen met als uitgangspunt budgetneutraliteit. Oudendijk fase 2 (Woubrugge) Voor Oudendijk fase 2 wordt verwacht dat de uitgeefbare bouwrijpe kavel voor vrije sectorwoningen in tweede helft van 2012 al dan niet met wijziging van het bouwprogramma en daarmee het bestemmingsplan dan verkocht kunnen worden en de aansluiting met openbare weg Tjalk is gerealiseerd. Het parkeren is nog aandachtspunt. De grondexploitatie kan dan naar verwachting per 01-01-2013 worden afgesloten. Hussonshoek (Woubrugge) In 2012 zal verdere planontwikkeling op gebied van ontwerp en overeenkomst over realisatie worden verricht. Woondiensten Aarwoude heeft haar stedenbouwkundig ontwerp van een zorgcomplex gepresenteerd. De openbare ruimte wordt heringericht. Met Woondiensten Aarwoude wordt gesproken over de kostenverdeling van de herinrichting. In de grondexploitatie is nu rekening gehouden met extra kosten voor planontwikkeling en – uitvoering en de herinrichtingskosten voor de openbare ruimte die de gemeente en WDA gezamenlijk zullen bekostigen. Beukenlaan fase 2 (Leimuiden) Het project Beukenlaan fase 2, ook wel Kroondomein genaamd, is in uitvoering. De openbare ruimte van Beukenlaan fase 2 zal naar verwachting in 2012 opgeleverd kunnen worden. Er moeten nog wel enkele woningen en vrije kavels worden verkocht. In 2012 zullen nog enige plankosten voorzien zijn en de opbrengsten van te verkopen kavels en woningen. Per 01-01-2012 wordt een tussentijdse winstneming voorgesteld. Beukenlaan fase 3 en 4 (Leimuiden) De derde en vierde fase, met een plangebied van circa 5,5 hectare, zal ten tijde van het structuurvisieproces nader onderzocht worden. In 2012 zijn daarom alleen plankosten voorzien. De gemeente is eigenaar van de grond en beheert de grondexploitatie. Het stedenbouwkundig plan uit 2008 biedt informatie over kwaliteit openbare ruimte, grondsituatie, ruimtelijke structuur, verkeer en het bouwprogramma. De grondexploitatie is geactualiseerd met inflatie-indexen. De historische grondaankopen zijn opgenomen in het project Beukenlaan I, welke al is afgesloten. Van Egmond (Woubrugge) In dit exploitatiegebied resteert nog een mogelijk ontwikkelingspotentieel van circa 1,8 hectare. Op het westelijke gedeelte van het exploitatiegebied is besloten de uitbreiding van


107

de begraafplaats Woubrugge te realiseren. Het geoormerkte budget voor de uitbreiding van de begraafplaats wordt eind 2011 ingezet voor de kosten voor de uitbreiding. Vanaf 2012 zal voor Van Egmond (de gronden naast het kantoor van Woondiensten Aarwoude) een realistische invulling worden onderzocht. Connexxion (Leimuiden) Deze locatie is voor een nieuwe ontsluiting van kern Leimuiden bij de reconstructie van de N207. De ontsluiting komt op het perceel en in het berekende toekomstig ruimtegebruik is rekening gehouden met een ruimteclaim van het provinciale wegprofiel van de toekomstige weg. Het momentum van uitvoering hangt af van de provinciale vorderingen met de ontwerpuitwerkingen van de reconstructie en de planning van uitvoering. De rest van het perceel is door een stedenbouwkundige verwerkt tot uitgiftelocatie voor een kantorengebouw. Het vastgoedcomplex wordt in 2012 nog (tot 1 maart) verhuurd. De beheerlasten en de huuropbrengsten komen ten laste en ten gunste van de grondexploitatie. De Bloemen (Roelofarendsveen) Deze grondexploitatie zal worden afgesloten per 01-01-2012. In 2011 is gestart met een juridische procedure om de afspraken over de grondexploitatie door de ontwikkelaar te laten nakomen. In 2011 is een dagvaarding uitgezet en is er een zitting geweest. In 2012 zal deze procedure verder worden doorgezet. Pastoor Kwakmanlaan (Rijpwetering) Per medio 2011 zijn al voor 9 van de 13 woningen grondopbrengsten binnengekomen. In 2012 zouden alle opbrengsten binnen moeten kunnen zijn. Het woonrijp maken wordt in 2012 uitgevoerd waarmee de grondexploitatie naar verwachting per 01-01-2013 kan worden afgesloten. Regenboogweg (Nieuwe Wetering) In 2012 worden de voorbereidingen verder getroffen voor de uitgifte van de verschillende ontwikkelingslocaties. De gemeente wil overgaan tot verkoop van kavels door middel van kavelpaspoorten en veiling. Voor verschillende locaties worden wijzigingsplannen opgesteld of zal een nieuwe bestemmingsplanprocedure worden gestart omdat een nieuwe invulling van de locaties reëler is voor de verkoopbaarheid van de locatie. Het Oog (Roelofarendsveen) In 2012 wordt de waterberging op Veenderveld gerealiseerd. De waterberging voor Het Oog moet nog geregeld worden via grondverwerving van de Staat. Daarnaast wordt de uitgeefbare kavel bij locatie Veenderveld 5 verkoopbaar gezet. Daarnaast is de planning (vanaf 2e helft van 2012) dat de gemeente start met de verplaatsing van de rotonde Alkemadelaan. In de grondexploitatie is rekening gehouden met financiële bijdragen in 2012 voor de realisatie van groenvoorzieningen, een linksafslag naar het tankstation en de reconstructie van het fietspad richting Rabobank-kantoor. Braassemerland (Roelofarendsveen) Noordelijk deel Voor Braassemerland is de keuze gemaakt om middels een aanbesteding een marktpartij te selecteren. Met deze partij wordt een samenwerking aangegaan in de vorm van een gezamenlijke grondexploitatiemaatschappij (GEM). Van de marktpartij wordt gevraagd om samen met de Gemeente te participeren in de GEM en gezamenlijk de grondexploitatie van het project Braassemerland te voeren. De beloning voor de risico’s die hiermee gepaard gaan zijn de ontwikkelrechten van de marktwoningen. De deelgebieden Centrum en West End vallen niet binnen de aanbesteding. De kavel van de eerste fase van de Brede school valt ook buiten de aanbesteding.


108

Deelgebied West End De onderhandeling om tot een contract te komen met Heembouw en Kennemerland zijn in een vergevorderd stadium. Deelgebied Centrum Voor het centrumgebied is op 17 november 2010 een ontwikkelovereenkomst gesloten met Heembouw. Deelgebied Veilingvaart De Brede school is gereed en de tijdelijke parkeerplaats is bijna gereed. Momenteel wordt bekeken of de woningen bij de Brede school op de markt kunnen worden gezet. Hoofdinfrastructuur De voorbereidingen om de hoofdontsluiting gereed te hebben om het centrumgebied te kunnen ontsluiten zijn in volle gang. Na de verwerving voor infrastructuur 1b zijn momenteel sloopvergunningen aangevraagd om de aangekochte opstallen te slopen zodat gestart kan worden met de ophoging van dit deel. Zuidelijk deel Momenteel wordt een ruimtelijk kader geschetst voor de ontwikkeling van het Zuidelijk deel. Deze zal als tweede fase van Braassemerland worden uitgevoerd maar bekeken wordt wat er in de periode tot deze ontwikkeling kan gebeuren in dit deel. Bestemmingsplan De Raad van State heeft na behandeling van de ingediende beroepschriften op 17 februari 2011 het bestemmingsplan goedgekeurd. Grondexploitatie De kern van de koerswijziging van Braassemerland zoals vastgesteld in de raadsvergadering d.d. 14 september 2009, was ‘meer markt, minder overheid’. Dit hield in dat het project Braassemerland niet langer als een traditionele grondexploitatie werd uitgevoerd, maar dat verkend werd op welke wijze de markt een grotere rol in het project kon krijgen. Hiertoe is in mei/juni 2010 een marktconsultatie georganiseerd. De resultaten hiervan hebben geleid tot de aanbesteding conform de concurrentiegerichte dialoog, waarmee een marktpartij wordt geselecteerd om met de gemeente deel te nemen in een gemeenschappelijke grondexploitatiemaatschappij (GEM). Deze aanbesteding is eind 2010 gestart. Naar verwachting zal in de eerste helft van 2012 de opdracht worden gegund aan een van de deelnemende marktpartijen. Sinds genoemde koerswijziging is de actieve ontwikkeling van het project on hold gezet, op de noodzakelijke activiteiten voor het voortzetten van het project na (administratie, voorbereiding hoofdinfrastructuur, voorbereiding en uitrollen aanbesteding). Er is op dit moment daarom geen sprake van een actieve grondexploitatie. De juiste inschatting van het financiële resultaat van het project Braassemerland volgt uit het resultaat van de aanbesteding. Het streven is rond juni 2012 de opdracht te gunnen aan één van de deelnemende marktpartijen. Vóór die tijd volgen tijdens de dialoogfase eind oktober en eind februari de eerste respectievelijk tweede inschrijvingen van de deelnemende marktpartijen, die de eerste aanwijzingen van het financieel resultaat vormen. Verliesvoorziening grondexploitaties Conform de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moeten op de balansdatum voorzieningen worden gevormd voor bestaande risico’s ter zake van bepaalde verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten (art. 44, lid 1b).


109

Als gevolg van de actualisatie van de grondexploitaties moet voor de verliesgevende ruimtelijke projecten De Bloemen (Roelofarendsveen), Centrumplan (Leimuiden), Hussonshoek (Woubrugge), Connexxionterrein (Leimuiden) een extra verliesvoorziening worden getroffen ter dekking van het grotere negatieve resultaat. Deze extra verliesvoorziening is berekend op € 1.361.500 (exclusief rente, prijspeil 1-1-2011). De extra te dekken rente bedraagt € 61.267. Negatieve grondexploitaties

Resultaat rekening 2010 (1-1-2011)

V/N

Resultaat begroting 2012 (1-1-2012)

V/N

Extra te treffen verliesvoorziening

Centrumplan Leimuiden Hussonshoek Woubrugge Connexxion Leimuiden De Bloemen Roelofarendsveen

-2.797.200 -577.600 -236.900 -581.900

N N N N

-2.928.717 -616.968 -762.432 -1.496.963

N N N N

131.517 39.368 525.532 915.063

Totaal

-4.193.600

N

-5.805.080

N

1.611.480

In de paragraaf Weerstandsvermogen is een overzicht te vinden van alle effecten op de reserve Bouwgrondexploitatie door het afsluiten van complexen, de verliesvoorzieningen die moeten worden getroffen voor grondposities en negatieve grondexploitaties. Daarnaast worden specifieke projectreserveringen, tussentijdse winstnemingen, planschades en subsidies ook verrekend via deze reserve. Risicoanalyse grondexploitaties De toepassing van een grondpolitiek is afhankelijk van vastgestelde ambities in beleidsvisies, de marktomstandigheden en is locatiegebonden. In het verleden is door actieve grondpolitiek veel aan grondverwerving gedaan om strategische grondposities te bezitten. Inmiddels zijn marktontwikkelingen drastisch veranderd en heeft voor verschillende ruimtelijke projecten en het initiëren van nieuwe projecten een herbezinning plaatsgevonden. De financiële effecten van deze ontwikkelingen bij de gemeentelijke ruimtelijke projecten zijn in beeld gebracht door een inventarisatie van risico’s en kansen. Deze inventarisatie is financieel vertaald via een Monte-Carlo simulatie (risicoanalyse) waarmee inzichtelijk kan worden gemaakt wat de bandbreedte van het geactualiseerde grondexploitatieresultaat per 1 januari 2011 is. Door de actualisatie van de risicoanalyse is een nieuwe risicobuffer bepaald. Deze risicobuffer is bepaald door de ondergrens van de bandbreedte van de negatieve grondexploitaties op te tellen. Grondexploitaties

Alle grondexploitaties Negatieve grondexploitaties

Resultaat (ncw) 01-01-2012

Resultaat (ncw) Ondergrens

660.545 -5.805.080

-935.444 -6.720.388

Verschil

-1.595.989 -915.308

Ten aanzien van de vier negatieve projecten (Centrumplan Leimuiden, Connexxion-terrein, De Bloemen en Hussons Hoek) en de budgetneutrale grondexploitaties Van Egmond en Gronden achter gemeentehuis Rijnsaterwoude moet de risicovoorziening opgehoogd worden tot € 915.308 (inclusief rente). Deze risicovoorziening wordt gevormd om eventuele extra te treffen verliesvoorzieningen voor te zijn. In de nota Reserves en Voorzieningen zal nader worden ingezoomd op de ontwikkelingen van de stand van de reserve Bouwgrondexploitatie.


110

Nog niet in exploitatie genomen gronden In het verleden zijn verschillende (strategische) grondaankopen gedaan. Deze zogenaamde nog niet in exploitatie genomen gronden (nniegg’s) zijn getaxeerd op hun huidige of toekomstige marktwaarde. Er wordt aangenomen dat de taxatiewaarde die gehanteerd is bij de programmarekening 2010 van toepassing is. De boekwaarde per 01-01-2011 is aangehouden. Project

1 2 3 4 5 6 7 8 9

Peuterhof/Rabobank Waterrijck kavels Noordeinde 6 Langeweg 8a Wesselman HSL-gronden Braassemerland * B’land ruilgronden Drechthoek II

Geïnvesteerd per 01/01/2011

Geschatte econ. Waarde

1.817 938 704 441 714 621 56.911 2.744 32

1.609 594 599 255 545 830 pm 2.557 0

Nadelige verschillen tov econ. Waarde 208 N 344 N 105 N 186 N 169 N 0 N pm N 187 N 32 N 1.231 N

*= Bij de berekening van de hoogte van de afwaardering grondcomplexen voor de nog niet in exploitatie genomen gronden (NNIEGG’s) is Braassemerland buiten beschouwing gelaten. Hoewel de hoogte van het risico op dit moment nog niet te kwantificeren is, kunnen we wel een toelichting geven op de impact. Indien de geschatte marktwaarde lager is dan de geïnvesteerde waarde (=boekwaarde), dan dienen we op grond van de BBV regelgeving direct een verliesvoorziening te treffen ter grootte van het verschil. Aanvulling van de verliesvoorziening vindt plaats ten laste van de algemene reserve. De algemene reserve heeft per begin 2012 een saldo van € 54,7 miljoen, het grootste deel hiervan € 44,6 miljoen is op dit moment aangewezen als belegd deel waarvan de rentebaten (voornamelijk ter compensatie van het v.m. Nuon –dividend) naar de exploitatiebegroting gaan. Dit betekent dat er nog voor maximaal € 10,1 miljoen over de algemene reserve kan worden beschikt zonder dat dit consequenties heeft voor de begroting. Ter indicatie wordt vermeld dat per € 10 miljoen daarboven er een structureel begrotingstekort ontstaat ter grootte van de rente (€ 450.000). Afhankelijk van de omvang van toekomstige af te boeken verliezen op de bouwgrondexploitatie kan dit per € 10 miljoen worden vertaald in een veelvoud van dit bedrag. AF TE SLUITEN GRONDCOMPLEXEN Per 31-12-2011 worden de volgende complexen afgesloten: Af te sluiten grondcomplexen De Bloemen Noordeinde 6

Verwacht resultaat -1.496.963 -105.000

Deze grondcomplexen worden verrekend met de reserve Bouwgrondexploitatie. Nieuwe grondcomplexen In 2012 worden geen nieuwe grondcomplexen verwacht. Winstnemingen In 2012 zijn geen tussentijdse winstnemingen gepland in de grondexploitaties.


111


112

H

oofdstuk 2

De financiële begroting

Leeswijzer financiële begroting

2.1

De financiële begroting bestaat uit: 1 het overzicht van baten en lasten en de toelichting 2 de uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting Overzicht van baten en lasten (2.2) Het overzicht van baten en lasten bevat; de raming van baten en lasten en het saldo van de programma’s • • het overzicht van de geraamde algemene dekkingsmiddelen • het geraamde bedrag voor onvoorzien • het geraamde resultaat voor bestemming • de beoogde toevoegingen en de onttrekkingen aan reserves per programma • het geraamde resultaat na bestemming Toelichting op de baten en lasten (2.3) Hierin wordt beschreven de gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd. Verder wordt hier een toelichting gegeven op de geraamde mutaties in de reserves. Toelichting op de baten en lasten per programma (2.4.x) Per programma wordt een toelichting gegeven op de baten en lasten. Hier worden verklaringen opgenomen indien er aanmerkelijke verschillen zijn tussen de raming van het huidige begrotingsjaar en die van het vorige begrotingsjaar of de realisatie in het voor vorig begrotingsjaar. Op de totstandkoming van het totaal saldo van de begroting voor 2012 ad € 224.000 (incl. nieuw beleid cat A en B) kan de onderstaande toelichting worden gegeven. Analyse totstandkoming begrotingsresultaat 2012 Het saldo in de meerjarenbegroting 2011 voor de jaarschijf 2012 bedroeg Schrappen verhoging Meerbrug en doorvoeren begrotingswijzigingen 2011 Begrotingssaldo (incl. wijzigingen) In de kadernota zijn voor 2012 per saldo nog positieve ontwikkelingen gesignaleerd voor totaal Bijgesteld saldo kadernota Verwerken algemene uitkering (meicirculaire) Besluiten bij de kadernota: terugbrengen bouwleges annuleren besch. alg. res. Mutaties zoals toegelicht in de analyse als bijlage bij het raadsvoorstel bij de begroting voor 2012 Het totale begrotingsresultaat zoals becijferd in de huidige begroting voor 2012 bedraagt (na invulling van het nieuw beleid cat. A en B)


€ 52.000

V

€ 2.000

V

€ 54.000 € 90.000

V V

€ 144.000 V € 648.000 V € 792.000 V € 309.000 N € 165.000 N € 318.000 V € 94.000 N

€ 224.000 V

113

Toelichting op de algemene financierings- en dekkingsmiddelen (2.5) Als bij 3.3 voor de algemene financierings- en dekkingsmiddelen. Overzicht van geraamde incidentele baten en lasten (2.6) In dit onderdeel is een overzicht gegeven van de baten en lasten die in de begroting zijn verwerkt met een incidenteel karakter, indien deze zich in het begrotingsjaar voordoen. Uiteenzetting van de financiële positie, inclusief meerjarenraming (2.7) Hierin wordt inzicht gegeven in zowel de financiële positie van het begrotingsjaar, als die van de daarop volgende drie jaren.

Overzicht van baten en lasten

2.2 Begroting 2012

Programma

1 Bestuur en dienstverlening

Baten

lasten

saldo voor bestemming

Storting in reserves

Onttrekking aan reserves

saldo na bestemming

626.454

8.727.423

8.100.969

368.865

7.732.104

19.502.848

21.936.076

2.433.228

336.055

2.097.173

6.516.300

11.565.616

5.049.316

383.689

4.745.852

4 Economie

247.236

599.709

352.473

34.257

318.216

5 Onderwijs en kinderopvang

505.395

3.190.386

2.684.991

141.430

2.543.561

3.537.637

13.143.551

9.605.914

Totaal saldi programma’s

30.935.870

59.162.761

28.226.891

80.225

1.264.296

27.042.820

Algemene financierings- en dekkingsmiddelen

30.213.942

1.706.188

-28.507.754

2.825.329

1.865.770

-27.548.195

Totaal begrotingssaldo (excl. Onvoorzien)

61.149.812

60.868.949

-280.863

2.905.554

3.130.066

-505.375

95.300

95.300

60.964.249

-185.563

2 Ruimte

3 Leefomgeving

6 Welzijn

Onvoorzien Begrotingssaldo (budgettaire ruimte)

61.149.812

80.225

9.605.914

95.300

2.905.554

3.130.066

-410.075

Gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd

2.3

Dit onderdeel bevat de gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd. De belangrijkste uitgangspunten daarbij zijn door de raad vastgesteld bij de kadernota 2012 en worden onderstaand weergegeven:

Gehanteerde kaders voor de begroting 2012 •

Bij het bepalen van de budgetten voor 2012 en verder geldt als basis het budget van de begroting 2011, dat door middel van een indexering wordt aangepast op het prijspeil van


114

•

•

• •

• •

•

•

•

•

2012 (voor 2012 geldt uit bezuinigingsoverwegingen, dat voor de indexering van de lastenkant de nullijn wordt aangehouden; Indien uit de jaarrekening 2010 is gebleken dat het budget structureel te laag is, dan kan een extra bijstelling van het budget plaatsvinden. Dit kan alleen in het geval dat de uitgaven onontkoombaar zijn. Deze bijstellingen worden, indien ze zich voordoen, afzonderlijk zichtbaar gemaakt en vermeld in de kadernota; Bij het bepalen van de budgetten kan er geen sprake zijn van middelen voor nieuw beleid, tenzij door de raad besloten, of verplicht voortvloeiend uit nieuwe (wettelijke) taken. Indien hiervan sprake is, dan worden deze afzonderlijk zichtbaar gemaakt en opgenomen in de kadernota; De raming voor onvoorzien is € 3,75 per inwoner; In de begroting en de meerjarenbegroting wordt rekening gehouden met de kapitaallasten van vervangingsinvesteringen. Het betreft uitsluitend vervanging van investeringen die noodzakelijk zijn voor de handhaving van het huidige voorzieningen niveau. Als basis voor de berekening van de kapitaallasten van deze investeringen geldt dat vervanging plaatsvindt in het jaar nadat de investering volledig is afgeschreven. Hierbij wordt per individuele vervanging gekeken of langer gebruik na de afschrijvingsperiode mogelijk/wenselijk is. Indien uit de raadsbesluiten op de bezuinigingsvoorstellen volgt dat er effecten zijn voor het huidige voorzieningenniveau die het vervangen van investeringen beïnvloeden, dan zal hiermee bij de definitieve doorrekening van de vervangingsinvesteringen in de meerjarenbegroting rekening worden gehouden: Voor investeringen geldt dat de afschrijving start in het jaar nadat de investering gereed is gekomen; Voor investeringen geldt dat voor de renteberekening wordt aangenomen dat de besteding van het voor een investering beschikbaar gestelde krediet gelijkmatig over het jaar plaatsvindt, waardoor voor het investeringsjaar wordt gerekend met de halve jaarrente; Voor de afschrijvingstermijn geldt dat rekening wordt gehouden met de bepaalde termijnen in de financiële verordening. Voor gevallen waarover deze verordening geen uitsluitsel geeft, wordt de afschrijvingstermijn zo goed mogelijk geschat op basis van de technische gebruiksduur van de investering; De afschrijvingen op investeringen in de openbare ruimte vinden plaats op basis van de lineaire afschrijvingsmethodiek. De afschrijvingen op de overige investeringen vinden plaats op basis van de annuïteitenmethodiek; Het rentepercentage te hanteren voor de rentecomponent in de kapitaallasten van investeringen, de rentetoerekening aan de grondcomplexen en de rentetoerekening aan de reserves en voorzieningen wordt bepaald aan de hand van de ontwikkelingen van de rente op de kapitaalmarkt. Voor de doorrekening van de begroting voor 2012 e.v. wordt deze rente bepaald op 4,5%; Voor de rentecomponent in de annuïteiten wordt eveneens het bij het vorige punt bedoelde, jaarlijks vast te stellen rentepercentage gebruikt. Dit percentage blijft vervolgens een vaste component binnen de annuïteit gedurende de looptijd van het actief. Indien toekomstige ontwikkelingen bij de rente op de kapitaalmarkt hiertoe aanleiding geven en er tijdens de looptijd van het actief belangrijke afwijkingen ontstaan tussen de marktrente en de rentecomponent in de annuïteit, dan kan er herberekening van de annuïteit op basis van de bijgestelde rentefactor plaatsvinden;


115

•

• •

•

•

• •

•

•

•

Om de “koopkracht” van de eigen inkomsten op peil te houden, worden de gemeentelijke belastingen, leges en waar contractueel mogelijk de huren en pachten jaarlijks geïndexeerd met een inflatiecorrectie; Voor het corrigeren van de eigen inkomsten wordt voor 2012 een inflatiepercentage aangehouden van 2,0 %; Voor de afvalstoffenheffing, de rioolrechten, de marktgelden, de grafrechten en de leges geldt dat een kostendekkendheid van 100% wordt nagestreefd. Bij de berekening van 100% kostendekking wordt tevens rekening gehouden met de toegepaste korting op de algemene uitkering in verband met de b.t.w. componenten bij deze onderdelen; Bij de ontwikkeling van de tarieven voor het rioolrecht wordt tevens aansluiting gezocht bij het laatst vastgestelde gemeentelijk rioleringsplan (grp), waarin ook rekening wordt gehouden met de meerjarig noodzakelijke investeringen bij dit onderdeel; Voor het corrigeren van de looncomponent naar het prijspeil 2012 wordt een percentage van 1,5 % aangehouden. Dit bestaat uit een aangenomen correctie op de lonen van 1% en 0,5% verhoging pensioenpremies (werkgeversdeel); De meerjarenbegroting wordt gebaseerd op constante prijzen. Dat wil zeggen dat voor de jaren na 2012 het prijspeil van 2012 wordt aangehouden; Aan de inkomstenkant wordt voor de jaren na 2012 eveneens het systeem van constante prijzen aangehouden (prijspeil 2012), waardoor gelijke tred wordt gehouden met het gepresenteerde meerjarenbeeld aan de lastenkant van de begroting; De algemene uitkering uit het gemeentefonds wordt berekend aan de hand van de gegevens uit de meicirculaire zo nodig bij te sturen aan de hand van de septembercirculaire op basis van constante prijzen; Voor de volumestijging ten aanzien van het inwonersaantal wordt de reeks aangehouden die wordt gehanteerd door Binnenlandse Zaken bij de berekening van de meerjaren ontwikkeling van de algemene uitkering. Voor de periode 2012 tot en met 2015 bedraagt deze reeks: Reeks 2012 2013 2014 2015 Inwonersaantallen 25.811 25883 25.955 26.027 Voor de volumestijging ten aanzien van het woningaantal wordt eveneens de reeks aangehouden die wordt gehanteerd door Binnenlandse Zaken bij de berekening van de meerjaren ontwikkeling van de algemene uitkering. Voor de periode 2012 tot en met 2015 bedraagt deze reeks:. Reeks 2012 2013 2014 2015 Woningaantallen 10.555 10.626 10.705 10.780


116

P

2.4.1

rogramma 1 – Bestuur en dienstverlening

█ Algemeen Voor het beschrijvende deel van het programma wordt verwezen naar de beleidsbegroting. De baten en lasten in de beleidsbegroting zijn in totalen per programma weergegeven. In dit onderdeel, de financiële begroting, volgt een cijfermatig meer gedetailleerde verantwoording per programma, uitgesplitst op productenniveau. Met het vaststellen van de begroting worden de productbudgetten beschikbaar gesteld, welke naar raming nodig zijn, om te komen tot de realisatie van de beoogde doelen van het betreffende programma. █

Toelichting op de baten en lasten Rekening 2010

Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Verschillen

Product (bedragen x € 1.000) baten P001.00 Bestuursorganen – gemeenteraad P001.01 Bestuursorganen – college van B&W P002.00 Bestuursondersteuning college van b&w P002.01 Voorlichting P003.00 Persoonsdocumenten en –informatie P003.01 Rij- en reisdocumenten P003.02 Verkiezingen P004.00 Secretarieleges burgerzaken P005.00 Bestuurlijke samenwerking P005.01 Fusie P006.00 Bestuursondersteuning raad/rekenkamer P120.00 Brandweer P120.01 Crisisbeheersing en integrale veiligheid P140.00 Overige beschermende maatregelen P140.01 Politie Totaal resultaat voor bestemming Mutaties reserves:

Lasten

saldo

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

begr. Rek.

begr. Begr.

0

598

598

0

423

423

0

351

351

-247

V

-72

V

5

1.075

1.070

13

1.128

1.115

10

1.066

1.056

-14

V

-59

V

0

1.882

1.882

0

1.142

1.142

0

2.176

2.176

294

N

1.034

N

0

466

466

0

465

465

0

384

384

-82

V

-81

V

0

357

357

0

393

393

0

396

396

39

N

3

N

0

224

224

0

252

252

0

232

232

8

N

-20

V

0

32

32

0

47

47

0

0

0

-32

V

-47

V

490

145

-345

495

137

-358

505

137

-368

-23

V

-10

V

0

490

490

0

892

892

0

777

777

287

N

-115

V

0

355

355

0

355

355

0

310

310

-45

V

-45

V

0

272

272

0

302

302

0

291

291

19

N

-11

V

10

1.367

1.357

129

1.571

1.442

54

1.433

1.379

22

N

-63

V

0

252

252

0

304

304

0

319

319

67

N

15

N

0

38

38

0

25

25

0

25

25

-13

V

0

55

851

796

56

1.063

1.007

57

830

773

-23

V

-234

V

560

8.404

7.844

693

8.499

7.806

626

8.727

8.101

257

N

295

N

N

295

Reserve Holland Rijnland

369

0

-369

369

0

-369

369

0

-369

0

Totaal resultaat na bestemming

929

8.404

7.475

1.062

8.499

7.437

995

8.727

7.732

257

0

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een nadelig verschil van € 257.000. Dit bedrag bestaat uit: Een voordelig verschil bij de baten van € 66.000 Een nadelig verschil bij de lasten van € 323.000 Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een nadelig verschil van € 295.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 67.000 Een nadelig verschil bij de lasten van € 228.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht.


117

N

Product (bedragen x € 1.000) P001.00 Bestuursorganen – gemeenteraad

Toelichting op het verschil Lasten: Lagere salarislasten in 2012 i.v.m. invoering werkkostenregeling Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Rente Appafonds is in jaarrekening 2010 op dit product verantwoord terwijl de raming van de rente in 2011 en 2012 staat op P001.01. Hierdoor in de begroting 2012 een voordeel op dit product. Niet verklaarde verschillen Totaal

P001.01 Bestuursorganen – college van B&W

P003.00 Persoonsdocumenten en –informatie

Lasten: De lasten van communicatie zijn met ingang van 2012 overgebracht naar kostenplaats V00026. Vanuit deze kostenplaats worden de lasten verdeeld over de diverse producten waaronder dit product. Per saldo resulteert dit in een voordeel op dit product. Totaal

-23

V

-169

V

-49

V

-65

V

7 -247

N V

-72

V

41

N

-16 -42

V V

12

N

-114

V

24

N

44

N

-18

V

-9 -14

V V

5 -59

N V

-17

V

-85 397

V N

-50 1.084

V N

-1 294

V N

1.034

N

-82

V

-81

V

-82

V

-81

V

-45

V

84

N

39

N

3 3

N N

8

N

-20

V

8

N

-20

V

Lasten: In 2010 is een GBA-audit gehouden. De eerstvolgende is gepland in 2014. Voor 2012 een voordeel. Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P003.01 Rij- en reisdocumenten

V

Lasten: In 2010 is in enkele gevallen gebruik gemaakt van inhuur derden. In 2012 geen raming meer opgenomen. In 2010 lasten voor externe begeleiding ‘t Kompas. In 2012 niet meer geraamd Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P002.01 Voorlichting

-20

Lasten: In de begroting 2012 zijn op dit product ook de salarislasten van het bestuurssecretariaat geraamd. In de jaarrekening zijn de salarislasten bestuurssecretariaat op kostenplaats V00002 verantwoord. Lagere salarislasten in 2012 i.v.m. invoering werkkostenregeling Lagere salarislasten voormalig personeel i.v.m. pensionering 2 voormalige wethouders In jaarrekening 2010 extra toevoeging Appafonds o.b.v. actuariële berekeningen. De rentetoevoeging is in 2010 verantwoord op product P001.00. In begroting alleen rentetoevoeging Appafonds opgenomen. Per saldo een voordeel van 114.000 op dit product. Hogere rentetoevoeging Appafonds i.v.m. hogere boekwaarde per 1-1-2012 Hogere kapitaallasten ambtswoning in 2012 wegens eerste volledige afschrijving Doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P002.00 Bestuursondersteuning college

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr

Lasten: Doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Totaal


118

Product (bedragen x € 1.000) P003.02 Verkiezingen

P004.00 Secretarieleges burgerzaken

Toelichting op het verschil Lasten: Verschil betreft lasten Tweede Kamer verkiezingen in 2010 en Provinciale Staten verkiezingen in 2011. Eerstvolgende verkiezingen staan gepland voor 2014. Voor 2012 een voordeel. Totaal

P006.00 Bestuursondersteuning raad en rekenkamer

Lasten: In 2012 wordt laatste stuk van de balanswaarde frictiekosten fusie weg geboekt. Ten opzichte van 2010 is dat 45.000 lager. In de algemene uitkering is t/m 2012 een bijdrage begrepen voor de fusiekosten. Totaal

Lasten: De gemeentelijke brandweer is opgenomen in een regionaal verband. Hierdoor zijn m.i.v 2011 in de begroting naast enkele kleinere posten alleen nog kapitaallasten, storting in de voorziening onderhoud gebouwen en een bijdrage aan de regionale brandweer opgenomen. Verder worden baten geraamd voor de verhuur van brandweerkazernes. T.o.v. 2010 nemen de lasten in 2012 in totaal toe met circa 65.000 en de baten (verhuur kazernes) met 43.000, per saldo dus een nadeel van 22.000. Vastrecht/onderhoud brandkranen blijft voor rekening gemeente Bijdrage regionale brandweer is in 2012 verlaagd Kapitaallasten zijn in 2012 lager i.v.m. verkoop van materieel en brandweerkazerne Rijpwetering Niet verklaarde verschillen Baten: Zie de toelichting onder de lasten. I.v.m. de verkoop van brandweerkazerne Rijpwetering zijn de huuropbrengsten in 2012 verlaagd Totaal

P120.01 Crisisbeheersing en integrale veiligheid

-47

V

-32

V

-47

V

-30

V

-10

V

13 -6 -23

N V V

-10

V

140

N

-62

V

147

N

-53

V

287

N

-115

V

-45

V

-45

V

-45

V

-45

V

11

N

10

N

-13

V

-2 19

V N

2 -11

N V

65

N

20 -92 -48

N V V

-18

V

75

N

Lasten:

Verschil is onder meer het gevolg van een wijziging in de formatie Doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal P120.00 Brandweer

V

Lasten: In 2010 was de bijdrage aan Holland Rijnland belangrijk lager omdat op dit product onder meer ook een afrekening BWS ad 173.000 is ontvangen. Verder is de bijdrage aan Holland Rijnland voor 2012 o.b.v. opgelegde bezuiniging structureel verlaagd. Doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Totaal

P005.01 Fusie

-32

Baten: In 2010 zijn de legesopbrengsten achtergebleven met name doordat er minder uittreksels zijn uitgegeven. Daarnaast is de opbrengst secretarieleges in 2012 verhoogd met inflatiecorrectie. Lagere opbrengst verwacht voor leges id-kaarten in 2012 Niet verklaarde verschillen Totaal

P005.00 Bestuurlijke samenwerking


-43

V

22

N

-63

V

60

N

25

N

-10

V

Lasten: Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Lagere bijdrage GHOR 2012 mede door opgelegde bezuiniging van 5%


119

Product (bedragen x € 1.000)

Toelichting op het verschil Niet verklaarde verschillen Totaal

P140.00 Overige beschermende maatregelen

Lasten:

Verschil wordt met name veroorzaakt door een afrekening vervoer/opvang zwerfdieren 2009 in de jaarrekening 2010. Niet verklaarde verschillen Totaal P140.01 Politie

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr 7 N 67 N 15 N

Lasten: Kosten bestuursdwang in 2010 eenmalig hoger i.v.m. brand schuur Zuideinde Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal


-10

V

-3 -13

V V

-44

V

23

N

-233

V

-2 -23

V V

-1 -234

V V

257

N

295

N

120

P

2.4.2

rogramma 2 - Ruimte

Algemeen █ Voor het beschrijvende deel van het programma wordt verwezen naar de beleidsbegroting. De baten en lasten in de beleidsbegroting zijn in totalen per programma weergegeven. In dit onderdeel, de financiële begroting, volgt een cijfermatig meer gedetailleerde verantwoording per programma, uitgesplitst op productenniveau. Met het vaststellen van de begroting worden de productbudgetten beschikbaar gesteld, welke naar raming nodig zijn, om te komen tot de realisatie van de beoogde doelen van het betreffende programma. Tevens wordt in dit onderdeel een analyse van de cijferreeksen over de verschillende jaren gegeven. █


Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Product (bedragen x € 1.000) baten P723.00 Milieubeheer algemeen P810.00 Ruimtelijke ordening P820.00 Woningbeleid, planning en programmering P820.01 Woningexploitatie

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

Verschillen begr. begr. Rek. Begr.

7

945

938

0

882

882

0

887

887

-51

V

5

N

43

1.087

1.044

0

782

782

0

696

696

-348

V

-86

V

0

142

142

0

5

5

0

4

4

-138

V

-1

V

4

6

2

4

7

3

4

8

4

2

N

1

N

P822.00 Bouwtoezicht

15

1.076

1.061

0

1.236

1.236

0

864

864

-197

V

-372

V

P822.02 Woonwagens

2

3

1

2

3

1

2

3

1

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

P822.03 Overige aangelegenheden volkshuisvesting P823.00 Bouwvergunningen

754

0

-754

883

0

-883

600

0

-600

154

N

283

N

P830.00 Bouwgrondexploitatie

20.671

21.395

724

19.649

19.858

209

18.897

19.474

577

-147

V

368

N

Totaal resultaat voor bestemming

21.496

24.654

3.158

20.538

22.773

2.235

19.503

21.936

2.433

-725

V

198

N

Mutaties reserves: Algemene reserve

37

0

-37

75

0

-75

75

0

-75

0

Reserve bouwgrondexploitatie

85

257

172

0

0

0

261

0

-261

0

21.618

24.911

3.293

20.613

22.773

2.160

19.839

21.936

2.097

-725


0 0 V

198

N

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een voordelig verschil van € 725.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 1.993.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 2.718.000 Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een nadelig verschil van € 198.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 1.035.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 837.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht.


121

Product (bedragen x € 1.000) P723.00 Milieubeheer algemeen

Toelichting op het verschil Lasten: In 2010 zijn de uitgaven i.h.k.v. SLOK (klimaatprogramma) apart geboekt. Deze bijdrage is thans opgenomen in de reguliere bijdrage aan de milieudienst. Verschil betreft de extra bijdrage aan milieudienst West Holland voor 2011 en 2012 (75.000 per jaar) voor de kwaliteitsslag en bovengenoemde bijdrage voor SLOK. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen

P810.00 Ruimtelijke ordening

Lasten: Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Baten: Het verschil betreft een eenmalige rijkssubsidie in het kader van BLS 2009 die in 2010 is ontvangen Totaal

P820.00 Woningbeleid, planning en progr.

P822.00 Bouwtoezicht

Lasten: Niet verklaarde verschillen Totaal Lasten: Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Baten: In 2010 zijn enkele dwangsommen verbeurd verklaard. Totaal

P823.00 Bouwvergunningen

-35 V

101 N

-117 V

-51 V

5 5

N N

-391 V

-86

V

-86

V

-138 V

-1 -1

V V

2 N 2 N

1 1

N N

-212 V

-372

V

15 N -197 V

-372

V

154 N

283

N

154 N

283

N

-1.921 V

-384

V

1.774 N

752

N

-147 V

368

N

-725 V

198

N

43 N -348 V

Lasten: Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P820.01 Woningexploitatie


Baten: De bouwleges zijn in 2012 op basis van de laatste opgave conform de wens van de raad verder naar beneden bijgesteld Totaal

P830.00 Bouwgrondexploitatie Lasten: Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid Baten: Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid Totaal


-138 V

122

P

2.4.3

rogramma 3 - Leefomgeving


Toelichting op de baten en lasten Product (bedragen x € 1.000)

Rekening 2010

Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Verschillen

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

P210.00 Beheer van wegen

1

997

996

8

1.076

1.068

8

961

953

-43

V

-115

V

P210.01 Beheer van bruggen

0

579

579

0

429

429

0

460

460

-119

V

31

N

P210.02 Openbare verlichting

32

486

454

0

500

500

0

496

496

42

N

-4

V

0

4.155

4.155

0

2.090

2.090

0

2.029

2.029

-2.126

V

-61

V

0

0

0

0

0

0

0

139

139

139

N

139

N

P210.03 Groot onderhoud wegen P210.04 Onderhoud bermen en slootkanten P211.00 Verkeersmaatregelen

begr. Rek.

begr. Begr.

6

247

241

0

207

207

0

111

111

-130

V

-96

V

P211.01 Kleine verkeersvoorzieningen

0

0

0

0

0

0

0

8

8

8

N

8

N

P223.00 Pontveren

1

139

138

8

132

124

8

133

125

-13

V

1

N

P240.00 Beheer sloten en watergangen

0

138

138

0

424

424

0

416

416

278

N

-8

V

P310.01 Weekmarkt

0

43

43

0

32

32

0

29

29

-14

V

-3

V

P311.00 Baten marktgelden

18

0

-18

18

0

-18

18

0

-18

0

P560.00 Beheer openbaar groen

29

1.667

1.638

24

1.566

1.542

29

1.259

1.230

-408

V

-312

V

P721.00 Gescheiden afval inz. En afvoer

262

2.600

2.338

79

2.479

2.400

81

2.428

2.347

9

N

-53

V

P722.00 Beheer rioleringstelsel

-12

2.598

2.610

42

2.361

2.319

14

2.163

2.149

-461

V

-170

V

P722.01 Gemeentelijk rioleringsplan

0

952

952

0

800

800

0

807

807

-145

V

7

N

P723.02 Bodem, chemie en geluid

1

69

68

4

21

17

4

21

17

-51

V

0

P724.00 Algemene begraafplaats

0

161

161

0

128

128

0

107

107

-54

V

-21

V

2.959

0

-2.959

2.921

0

-2.921

3.030

0

-3.030

-71

V

-109

V

3.237

0

-3.237

3.632

0

-3.632

3.228

0

-3.228

9

N

404

N

102

0

-102

95

0

-95

97

0

-97

5

N

-2

V

6.636

14.831

8.195

6.831

12.245

5.414

6.517

11.567

5.050

-3.145

V

-364

V

P725.00 Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten P726.00 Rioolrechten P732.00 Begraafplaatsrechten Totaal resultaat voor bestemming

0

Mutaties reserves: 444

0

-444

50

0

-50

0

0

0

0

0

Egalisatiereserve wegen

1.058

0

-1.058

464

0

-464

384

0

-384

0

0

Reserve riolering

1.099

371

-728

0

272

272

0

80

80

0

0

Herinrichting Hertogspark

1.140

0

-1.140

0

0

0

0

0

0

0

10.377

15.202

4.825

4.825

12.517

5.172

6.901

11.647

4.746

-3.145

Algemene reserve


0 V

-364

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een voordelig verschil van € 3.145.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 119.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 3.264.000


123

V

Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een voordelig verschil van € 364.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 314.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 678.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht. Product (bedragen x € 1.000) P210.00 Beheer van wegen

P210.01 Beheer van bruggen

P210.02 Openbare verlichting

Toelichting op het verschil Lasten: In 2010 hogere lasten gladheidbestrijding i.v.m. strenge winter Budget onderhoud bermen en slootkanten m.i.v. 2012 overgebracht naar P210.04 De lagere kapitaallasten in 2012 zijn met name het gevolg van het overbrengen van de kapitaallasten trottoir Leidseweg naar P210.03 met ingang van 2012. Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal Lasten: In 2010 en 2012 is de inhuur van brugwachters rechtstreeks op dit product verantwoord. In 2011 staat dit budget nog op kostenplaats V00017. De kosten voor inhuur van brugwachters zijn in 2010 lager uitgevallen dan verwacht. De energielasten waren in 2010 hoger deels i.v.m. afrekeningen over voorgaande jaren Lasten onderhoud bruggen zijn in 2012 lager door een hogere korting op het budget wegens kapitaallasten 6 grote projecten Stijging kapitaallasten in 2012 door de 6 grote projecten (enkele van deze projecten zijn afgerond waardoor m.i.v. 2012 de volle kapitaallasten worden berekend) Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal Lasten: Verschil betreft energielasten provinciale lichtmasten die op de gemeentelijke meter zijn aangesloten. Deze lasten werden door de provincie vergoed. Het plan was dat m.i.v. 2010 de energie niet meer via de gemeentelijke meter zou lopen. Hierdoor zijn zowel de energielasten als de provinciale vergoeding m.i.v. 2010 afgeraamd. Het plan was in 2010 nog niet uitgevoerd waardoor de energielasten op het oude peil bleven en ook de provinciale bijdrage weer is ontvangen. Zie ook onder baten. Op basis van de lopende onderhoudsplanning is het onderhoudsbudget in 2012 lager. Daarnaast zijn de hogere kapitaallasten van de 6 grote projecten op het onderhoudsbudget in mindering gebracht. Stijging kapitaallasten in 2012 door de 6 grote projecten (enkele van deze projecten zijn afgerond waardoor m.i.v. 2012 de volle kapitaallasten worden berekend) Niet verklaarde verschillen Baten: Verschil betreft ontvangen bijdragen in 2010 in de energiekosten van provinciale lichtmasten die op de gemeentelijk meter zijn aangesloten (bijdragen zijn over 2009 en 2010). Hiervoor was geen raming opgenomen. Zie ook onder de lasten. Totaal

P210.03 Groot onderhoud wegen

Verschillen Begr – Rek Begr –Begr -36 V -118 V

-138

V

135 N

23

N

-13 V -43 V

-115

V

20 N

92

N

-55 V

-20

V

41 N

21

N

-110 V

-62

V

-1 V -119 V

31

N

-11 V

-28

V

45 N

18

N

-9 V

6

N

42 N

-4

V

-103 V -624 V

-231

V

-11 V

-14 V

-15 V

32 N

Lasten: Verschil betreft inhuur toezichthouders in 2010 De hogere lasten in 2010 hebben o.a. betrekking op een verrekening met grondexploitatie de Bloemen en inhaalslagen


124


Toelichting op het verschil m.b.t. groot onderhoud (eenmalige zaken). Daarnaast is het onderhoudsbudget in 2012 verlaagd i.v.m. hogere kapitaallasten van de 6 grote projecten. De kapitaallasten waren in 2010 eenmalig hoger wegens extra afschrijving van enkele investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut (rotonde Alkemadelaan / Lasso Zuid en revitalisatie Hoogmade). Daarnaast stijgen de kapitaallasten in 2012 i.v.m. de 6 grote projecten (enkele van deze projecten zijn afgerond waardoor m.i.v. 2012 de volle kapitaallasten worden berekend) en het overbrengen van de kapitaallasten trottoir Leidseweg van P210.00 met ingang van 2012 Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Totaal

P210.04 Onderhoud bermen en slootkanten

-1.285 V

197

N

-114 V

-27

V

-2.126 V

-61

V

139 N

139

N

139 N

139

N

-129 V

-88

V

-1 V -130 V

-8 -96

V V

Niet verklaarde verschillen

8 N

8

N

Totaal

8 N

8

N

1 1

N N

-8 -8

V V

-14 V

-3 -3

V V

-18 V -396 V

-307

V

6 N -408 V

-5 -312

V V

Lasten: Budget onderhoud bermen en slootkanten m.i.v. 2012 overgebracht van P210.00 Totaal

P211.00 Verkeersmaatregelen

P211.01 Kleine verkeersvoorzieningen

P223.00 Pontveren

P240.00 Beheer sloten en watergangen


Lasten: In 2010 is een subsidie voor een zomer voetveer betaald. Hiervoor is geen raming opgenomen. Niet verklaarde verschillen Totaal


P560.00 Beheer openbaar groen Lasten: In 2010 hogere lasten i.v.m. groenbeheerplan Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal P721.00 Gescheiden afval inz. En afvoer

-10 V -3 V -13 V

Lasten: Budget voor onderhoud sloten/baggerwerken in 2010 is grotendeels niet uitgegeven Stijging kapitaallasten in 2012 door de 6 grote projecten (enkele van deze projecten zijn afgerond waardoor m.i.v. 2012 de volle kapitaallasten worden berekend) en verder door uitvoering De Lasso Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P310.01 Weekmarkt

Verschillen Begr – Rek Begr –Begr

228 N 14 N

47 N -11 V 278 N

-14 V

Lasten: In 2010 minder uitgegeven voor afvoerkosten huisvuil (aanbod gerelateerd). De raming in 2012 is gebaseerd op de begrotingen van Gevulei en Cyclus. Hierbij is rekening gehouden met de verwerking van een aangenomen hoeveelheid huisvuil. In de jaarrekening is de werkelijk hoeveelheid verwerkt huisvuil verantwoord.


17 N -91 V

125


Toelichting op het verschil De subsidie voor inzameling oud papier was in 2010 hoger vanwege een nagekomen post. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Baten: In 2010 is een uitkering afvalfonds van de VNG over 2006 ontvangen. Verder is in 2010 van Nedvang een bijdrage voor gescheiden inzameling plastic afval over 2009 en 2010 ontvangen. Deze bijdragen zijn niet geraamd. Totaal

P722.00 Beheer rioleringstelsel

Lasten: Minder gebruik gemaakt van inhuur derden in 2010 De geplande metingen overstorten en inspecties mechanische riolering in 2010 zijn grotendeels niet uitgevoerd. Meer klein onderhoud uitgevoerd in 2010 dan geraamd. In 2010 zijn vervangingen uitgevoerd m.b.t. mechanische riolering. Conform het GRP is hiervoor met ingang van 2012 geen budget meer opgenomen. Eventuele vervangingen worden voortaan t.l.v. een krediet gebracht. In 2010 is een ronde kolken zuigen niet uitgevoerd Lasten telefonie/telemetrie zijn in 2010 lager uitgevallen dan geraamd. In 2010 is voor de laatste keer een bijdrage voor bemaling aan het waterschap uitbetaald. M.i.v. 2011 is hiervoor geen budget meer opgenomen. Conform het GRP is het budget voor vervanging mechanische riolering niet meer opgenomen in 2012 Met name door de wijziging in de afschrijvingssystematiek zijn de kapitaallasten in 2012 lager. Daarnaast lopen enkele investeringen langer door dan verwacht waardoor nog niet wordt afgeschreven. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Baten: Verschil is een correctieboeking in 2010 inzake een rioolaansluiting Conform het GRP is de raming voor bijdragen van derden (rioolaansluitingen e.d.) verlaagd Totaal

P722.01 Gemeentelijk rioleringsplan

-74 V

-47

V

-13 V

-6

V

-53

V

-50

V

-412 V

-109

V

-16 V

-42

V

3 N

3

N

28

N

-461 V

-170

V

-45 V 27 N

43

N

-97 V

-72

V

-37 V

34

N

17 N -145 V

2 7

N N

182 N

9 N

12 N 15 N -15 V -39 V

24 N 14 N -21 V

-26 V

Lasten: Verschil betreft inhuur derden in 2010 Conform het GRP is het budget voor onderzoek vrijverval in 2012 verhoogd Conform het GRP is het budget voor rioolbeheerssysteem in 2012 verlaagd In 2010 is minder gebruik gemaakt van de bijdrageregeling afkoppeling bij rioolrenovaties dan geraamd Met name door de wijziging in de afschrijvingssystematiek zijn de kapitaallasten in 2012 lager. Doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P723.02 Bodem, chemie en geluid

Verschillen Begr – Rek Begr –Begr -12 V

-26 V 16 N

Lasten: In 2010 zijn eenmalig kosten gemaakt voor geluidsonderzoek HSL en is i.h.k.v. van de HSL een bijdrage aan Lansingerland betaald Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal


-38 V

-17 V 4 N -51 V

126

Product (bedragen x € 1.000) P724.00 Algemene begraafplaats

Toelichting op het verschil Lasten: Met ingang van 2012 worden de volledige kapitaallasten van de uitbreiding begraafplaats Woubrugge berekend. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P725.00 Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten

P732.00 Begraafplaatsrechten

34 N

19

N

-77 V

-44

V

-11 V -54 V

4 -21

N V

-57 V

-108

V

-71 V

-1 -109

V V

404

N

Baten: Opbrengst reinigingsrechten is in 2010 achtergebleven t.o.v. de raming e.e.a. is afhankelijk van aangeboden hoeveelheid afval door de bedrijven. Hogere opbrengst afvalstoffenheffing in 2012 betreft met name de inflatiecorrectie Niet verklaarde verschillen Totaal

P726.00 Rioolrechten

Verschillen Begr – Rek Begr –Begr

Niet verklaarde verschillen Totaal

-14 V

9 N

Baten: Gebleken is dat het aantal het aantal aansluitingen lager is dan werd aangenomen waardoor de opbrengst rioolrechten lager uitkomt. In de begroting 2012 is hiermee rekening gehouden. In de Burap is de raming voor 2011 aangepast. Totaal

9 N

404

N


5 N 5 N

-2 -2

V V

-3.145 V

-364

V


127


128

P

2.4.4

rogramma 4 - Economie



P310.00 Economische zaken P341.00 Overige agrarische zaken P560.01 Recreatie en toerisme P580.00 Beheer recreatieve objecten

Rekening 2010

Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Verschillen

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

baten

lasten

saldo

begr. Rek.

begr. Begr.

249

222

-27

198

156

-42

201

163

-38

-11

V

4

N

0

26

26

0

13

13

0

14

14

-12

V

1

N

100

315

215

38

228

190

37

164

127

-88

V

-63

V

5

205

200

9

223

214

9

233

224

24

N

10

N

0

4

4

0

39

39

0

25

25

21

N

-14

V

354

772

418

245

659

414

247

599

352

-66

V

-62

V

Algemene reserve

10

0

-10

0

0

0

10

0

-10

0

0

0

Reserve recreatie en toerisme

24

0

-24

24

0

-24

24

0

-24

0

0

0

388

772

384

269

659

390

281

599

318

-66

V

-62

P580.01 Overige recreatieve voorzieningen Totaal resultaat voor bestemming Mutaties reserves:


V

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een voordelig verschil van € 66.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 107.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 173.000 Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een voordelig verschil van € 62.000. Dit bedrag bestaat uit: Een voordelig verschil bij de baten van € 2.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 60.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht. Product (bedragen x € 1.000) P310.00 Economische zaken

Toelichting op het verschil Lasten: In 2012 hogere kapitaallasten i.v.m. uitvoering realisatie De Lasso Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Bijdrage Bloomin Holland nog niet geraamd in 2011 Baten: In 2010 waren de inkomsten uit reclameobjecten hoger i.v.m. een telecomvergoeding over 2006 t/m 2009 Niet verklaarde verschillen Totaal


Verschillen Begr – Rek Begr – Begr 29

N

19

N

-88

V

-22

V

10

N

-3 4

V N

42

N

6 -11

N V

129

Product (bedragen x € 1.000) P341.00 Overige agrarische zaken

P560.01 Recreatie en toerisme

Toelichting op het verschil Lasten: Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal Lasten: VVV-cheques (zie ook onder de baten) In 2010 bijgedragen in recreatieterrein Galgekade (subsidie ontvangen zie onder de baten) In 2012 hogere kapitaallasten wegens gereedkomen project steigers in de Braassem In de begroting 2011 is eenmalig een budget opgenomen voor investeringsbijdrage Meerbrug Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Baten: VVV-cheques (zie ook onder de lasten) In 2010 is een provinciale bijdrage voor recreatieterrein Galgekade ontvangen (zie ook de lasten) Totaal

P580.00 Beheer recreatieve objecten

-12

V

-12

V

-18 -41

V V

16

N

1 1

N N

-50

V

-116

V

-14

V

10

N

1

N

18 43

N N

-88

V

-63

V

11

N

13 24

N N

10 10

N N

21

N

-14

V

21

N

-14

V

-66

V

-62

V

Lasten: In 2012 hogere kapitaallasten door effecten speelruimtebeleidsplan 2011 Niet verklaarde verschillen Totaal

P580.01 Overige recreatieve voorzieningen


Lasten: Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Totaal


130

P

2.4.5

rogramma 5 - Onderwijs en kinderopvang



Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Product (bedragen x € 1.000) baten

lasten

saldo

baten

P420.00 OBO – schoolzwemmen

0

10

10

0

P420.01 OBO – bewegingsonderwijs

0

11

11

0

P420.02 OBO – godsdienstonderwijs P421.00 OBO – huisvestingsvoorzieningen P422.00 BBO – schoolzwemmen

0

0

0

0

9

83

74

0

39

39

P422.01 BBO – bewegingsonderwijs

0

68

3

P423.00 BBO – huisvestingsvoorzieningen P443.00 Bijzonder voortgezet onderwijs P480.00 Leerlingenvervoer P480.01 Uitvoering leerplichtwet P480.02 Overige algemene ondersteunende activiteiten P650.00 Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk P650.01 Wet kinderopvang Totaal resultaat voor bestemming

lasten

lasten

saldo


saldo

baten

1

1

0

1

1

-9

V

0

19

19

0

19

19

8

N

0

0

0

0

0

0

0

9

60

51

9

49

40

-34

V

-11

V

0

47

47

0

24

24

-15

V

-23

V

68

0

56

56

0

55

55

-13

V

-1

V

1.031

1.028

3

841

838

140

1101

961

-67

V

123

N V

0

0

216

216

0

156

156

0

153

153

-63

V

-3

13

523

510

9

515

506

9

509

500

-10

V

-6

V

0

108

108

0

83

83

0

103

103

-5

V

20

N

0

215

215

0

408

408

120

538

418

203

N

10

N

118

432

314

107

370

263

227

615

388

74

V

125

N

0

15

15

0

23

23

0

23

23

8

N

0

V

143

2.751

2.608

128

2.579

2.451

505

3.190

2.685

77

N

234

N

45

0

-45

62

0

-62

141

0

-141

0

188

2.751

2.563

190

2.579

2.389

646

3.190

2.544

77

Mutaties reserves: Algemene reserve Totaal resultaat na bestemming

0 N

234

N

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een nadelig verschil van € 77.000. Dit bedrag bestaat uit: Een voordelig verschil bij de baten van € 362.000 Een nadelig verschil bij de lasten van € 439.000 Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een nadelig verschil van € 234.000. Dit bedrag bestaat uit: Een voordelig verschil bij de baten van € 377.000 Een nadelig verschil bij de lasten van € 611.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht.


131


Toelichting op het verschil

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr -9 V 0 -9 V 0

P420.00 OBO – schoolzwemmen


P420.01 OBO – bewegingsonderwijs


8

N

0

Totaal

8

N

0


0

0

Totaal

0

0

P420.02 OBO – godsdienstonderwijs

P421.00 OBO – huisvestingsvoorzieningen

Lasten Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit en einde afschrijving noodlokaal Elckerlyck / inrichting 12de lokaal Niet verklaarde verschillen Totaal

P422.00 BBO – schoolzwemmen

P422.01 BBO – bewegingsonderwijs

Lasten Bijdrage schoolzwemmen aangepast aan normbedragen Herverdeling onderwijsvoorzieningen Zwemonderwijs gaat in 2 termijnen naar de scholen (P480.02) Totaal

Baten Bijdrage brede school uit Braassemerland ( 5 jaar) Totaal

Lasten Vergoeding onderwijsvoorzieningen wordt vanaf 2011 geboekt op P480.02 ( vervoer naar zwembad) Niet verklaarde verschillen Baten Niet verklaarde verschillen Totaal

P480.01 Uitvoering leerplichtwet

V

-4 -34

V V

-11

V

8

N

-23

V

-23

V

-15

V

-23

V

-14

V

1 -13

N V

-1 -1

V V

-11 26

V N

16

N

424 -310

N V

36 424 -26

N N V

-68

V

9

N

-206 15 1

V N N

-137 -67

V V

-137 123

V N

-63

V

-63

V

-3 -3

V V

-10

V

-4

V

-6

V

4 -10

N V

-6

V

20

N

20

N

Lasten Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit Niet verklaarde verschillen Totaal

P480.00 Leerlingenvervoer

-11

Lasten Raming regulier onderhoud gebouwen vergoeding OZB aanslagen Hogere storting onderhoud gebouwen Raming huur brede school Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit en einde afschrijvingen diverse objecten vm Jacobswoude Vervallen rente investering brede school Hogere doorbelasting kostenplaats Niet verklaarde verschillen

P443.00 Bijzonder voortgezet onderwijs

V

Lasten Vergoeding onderwijsvoorzieningen wordt vanaf 2011 geboekt op P480.02 Niet verklaarde verschillen Totaal

P423.00 BBO – huisvestingsvoorzieningen

-30

Lasten De administratiekosten van de leerplicht zijn niet in de begroting van Holland Rijnland opgenomen en daardoor niet begroot in 2011 Niet verklaarde verschillen Totaal


-5 -5

V V

132

Product (bedragen x € 1.000) P480.02 Overige algemene onderst. Activiteiten

P650.00 Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk

Toelichting op het verschil Lasten Herverdeling gelden onderwijsvoorzieningen Vervallen bijdrage logopedie Opname coördinator brede school Bijdrage onderwijsachterstandenbeleid Niet verklaarde verschillen

143 -24 100 120 -16

N V N N V

18

N

120 -8

N V

Baten Rijksbijdrage onderwijsachterstandenbeleid Totaal

-120 -203

V V

-120 10

V N

213 -11 -25

N V V

213

N

15

N

Lasten Huur brede school deel Kindkracht Afrekening subsidie 2008 en 2009 in 2010 Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit Hogere storting in voorziening onderhoud ( 2011 verkeerd begroot) Niet verklaarde verschillen Baten Huur Kindkracht brede school Minder huuropbrengst kinderopvang Totaal

P650.01 Wet kinderopvang




6

N

17

N

-119 10 -74

V N V

-119 -1 125

V V N

8 8

N N

77

N

234

N

133


134

P

2.4.6

rogramma 6 - Welzijn



Rekening 2010

Begr. 2011 (nw)

baten

lasten

saldo

baten

lasten

Begroting 2012

saldo baten

lasten

Verschillen

saldo begr. Rek.

begr. Begr.

27

363

336

28

356

328

27

368

341

5

N

13

N

P511.01 Emancipatie

0

2

2

0

0

0

0

1

1

-1

V

1

N

P530.00 Sport algemeen

0

131

131

0

130

130

0

122

122

-9

V

-8

V

P530.01 Binnensportaccommodaties

38

659

621

31

592

561

39

644

605

-16

V

44

N

P531.00 Buitensportaccommodaties

8

574

566

8

653

645

8

623

615

49

N

-30

V

P540.00 Amateuristische kunstbeoefening

6

103

97

0

83

83

0

75

75

-22

V

-8

V

P541.00 Monumentenzorg

0

144

144

0

154

154

0

133

133

-11

V

-21

V

1366

1.868

502

1.264

2.007

743

1.407

2.145

738

236

N

-5

V

-10

4

14

166

238

72

22

29

7

-7

V

-65

V

1247

1.349

102

1.255

1.355

100

1.192

1.311

119

17

N

19

N

13

190

177

0

0

0

0

0

0

-177

V

0

P510.00 Openbare bibliotheek

P610.00 Inkomensvoorzieningen ABW P610.01 Inkomensvoorzieningen BBZ P611.00 Uitvoering wet sociale werkvoorziening P612.00 Inkomensvoorziening IOAW en IOAZ P614.00 Bijzondere bijstandsverstrekking P620.00 Ondersteuning dienstverlenende instanties P620.01 Ouderenwerk

0

348

348

16

368

352

0

425

425

77

N

73

N

18

591

573

0

544

544

0

572

572

-1

V

28

N

0

209

209

0

285

285

0

296

296

87

N

11

N

0

49

49

0

37

37

0

32

32

-17

V

-5

V

P622.00 Huishoudelijke verzorging WMO

222

1.925

1.703

147

2.165

2.018

150

2.145

1.995

292

N

-23

V

P623.00 Participatiebudget

719

1.195

476

628

899

271

577

884

307

-169

V

36

N

P621.00 Wet inburgering nieuwkomers

5

196

191

5

228

223

5

184

179

-12

V

-44

V

P630.01 Sociaal cultureel werk

85

323

238

84

399

315

84

337

253

15

N

-62

V

P652.00 Leefvoorziening gehandicapten

31

1.027

996

0

1.255

1.255

0

1.219

1.219

223

N

-36

V

P652.01 Woonvoorziening gehandicapten

0

349

349

0

430

430

0

415

415

66

N

-15

V

P714.00 Gezondheidszorg

3

187

184

2

245

243

2

241

239

55

N

-4

V

P714.01 Subsidiering instellingen

0

6

6

0

25

25

0

6

6

0

-19

V

P715.00 Jeugdgezondheidszorg

353

717

364

331

706

375

25

773

748

384

N

373

N

P716.00 Jeugdgezondheidszorg

134

212

78

174

171

-3

0

164

164

86

N

167

N

4.265

12.721

8.456

4.139

13.325

9.186

3.538

13.144

9.606

1.150

N

420

N

P630.00 Jeugd- en jongerenwerk

Totaal resultaat voor bestemming Mutaties reserves: Algemene reserve Reserve WMO Totaal resultaat na bestemming

0

7

7

36

0

-36

0

0

0

0

0

157

0

-157

0

0

0

0

0

0

0

0

4.422

12.728

8.306

4.175

13.325

9.150

3.538

13.144

9.606

1.150

N

420

Analyse verschillen █ Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een nadelig verschil van € 1.150.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 727.000 Programmabegroting 2012 gemeente Kaag en Braassem

135

N

Een nadelig verschil bij de lasten van

€

423.000

Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een nadelig verschil van € 420.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 601.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 181.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht. Product (bedragen x € 1.000) P510.00

Openbare bibliotheek

Toelichting op het verschil Lasten Verhogen bedrag per inwoner volgens afspraak Niet verklaarde verschillen Totaal

P511.01

Emancipatie


P530.00

Sport algemeen

Lasten In 2010 is budget doelgroepensubsidie niet helemaal aangewend Lagere doorbelasting kostenplaatsen Totaal

P530.01

Binnensportaccommodaties

Buitensportaccommodaties

Amateuristische kunstbeoefening

P610.00

Monumentenzorg

Inkomensvoorzieningen ABW

12 1 13

N N N

-1 -1

V V

1 1

N N

5

N

-14 -9

V V

-8 -8

V V

-13 31

V N

-11 31 18

V N N

-51 17 -16

V N V

6 44

N N

8

N

45

N

40

N -55

V

-8 37

V N

-44

V

49

N

-4 -30

V V

-18 -4 -22

V V V

-8 -8

V V

24

N -16

N

-10 5 -21

N N N

Lasten Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Totaal

P541.00

N N

Lasten In 2010 is er minder uitgegeven aan het onderhoud van de sportvelden Er zijn geen renovaties uitgevoerd tbv sportaccommodaties in Kaag en Braassem Oost Vanaf 2011 geraamd voor onderhoud sportvelden (meerjarenraming) Extra budget door bijdrage onderhoud handbalvelden uitgevoerd in 2011 Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit Extra kapitaallasten door aanleg kunstgrasveld VV Woubrugge Niet verklaarde verschillen Totaal

P540.00

5 5

Lasten Nog maar een oud werknemer gedelegeerd bij Tweesprong Exploitatiebijdrage ivm brede school De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is aangepast. Binnen de begroting is deze correctie resultaat neutraal. Lagere kapitaallasten door omzetting lineair naar annuïteit Niet verklaarde verschillen Totaal

P531.00


Lasten In 2010 zijn minder subsidies verstrekt aan monumenten dan begroot De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is aangepast. Binnen de begroting is deze correctie resultaat neutraal. Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Totaal

-34 -1 -11

V V V

22

N

Lasten Hogere doorbelasting van de kostenplaatsen


136


Toelichting op het verschil Hogere lasten WWB Inkomensdeelwwb/Ioaz/Ioaw/Wij Niet verklaarde verschillen Baten Rijksbijdrage gebundelde uitkering hoger Terugvordering bijstand Niet verklaarde verschillen Totaal

P610.01

Inkomensvoorzieningen BBZ

Baten Lagere rijksbijdrage BBZ Lager raming vorderingen debiteuren BBZ door gemeente Ontvangsten debiteuren BBZ lager begroot Totaal Uitvoering wet sociale werkvoorziening

P614.00

Bijzondere bijstandsverstrekking

P621.00

Wet inburgering nieuwkomers

-209

V

19

N N V

-46 8

V N

11 -63 8

N V N

55 55

N N

63 63

N N

Vanaf 2011 opgenomen in gebundelde uitkering

-190

V

Baten Afrekening rijksbijdrage jaren voor 2010 Totaal

13 -177

N V

76 10 -13

N N V

10

N

4

N 50 -3

N V

16 73

N N

18 10

N N

28

N

11 11

N N

Lasten

Lasten

Lasten

77

N

-19

V

Lasten

Baten Bijdrage rijk schuldhulpverlening in 2010 Totaal Ouderenwerk

N

125 -65

Hogere lasten schuldhulpverlening door ISDR in 2010 Hogere bijdrage schuldhulpverlening aan ISDR in 2012 Niet verklaarde verschillen

P620.01

25

V

Baten Verwacht lager verhaal bijstand Totaal Ondersteuning dienstverl. Instanties

V N

V N V V

-7

Meer bijzondere bijstand geraamd door ISDR Doorbelasting kostenplaatsen Afhandeling klachten schuldhulpverlening voorgaande jaren Geen uitbetaling subsidie voedselbank Kwijtschelding belastingen hoger dan begroot Niet verklaarde verschillen

P620.00

-2 236

-172 30 -1 -5

V V

Baten Door rijk is lagere bijdrage vastgesteld Totaal Inkomensvoorziening IOAW en IOAZ

V

-15 -17

Extra bijdrage WSW 2012 begroot door ISDR Lager bijdrage SWA door lagere rijksbijdrage Doorbelasting kostenplaatsen

P612.00

-39

Lasten Hogere uitgaven BBZ door crisis Lagere raming uitgaven BBZ door ISDR

P611.00

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr 249 N 142 N 6 N -4 V

Lasten Vergoeding huur dienstencentrum Hogere subsidie Spil Raming lasten AWBZ pakketmaatregel vergoed via gemeentefonds Niet verklaarde verschillen Totaal

18 -1

N V

16 15 60

N N N

-4 87

V N

-17

V

Lasten Lagere subsidie Rijnade ( via ISDR)


137



P622.00

Huishoudelijke verzorging WMO

Lasten Uitvoeringskosten CAK Bijdrage in natura ( huishoudelijk verzorging). Kosten in 2010 door veilingsysteem. Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Baten Terugontvangen bijdrage hulp in huishouding Ontvangen eigen bijdrage WMO Totaal

P623.00

Participatiebudget

Lasten Hogere doorbelasting kostenplaatsen Inzet ISDR WWB Werkdeel en Inburgering (extra middelen in gem fonds) Baten Lagere rijksbijdrage Participatiefonds Overgeheveld budget WWB werkdeel Afwikkeling voorgaande jaren Totaal

P630.00

Jeugd- en jongerenwerk

P652.00

Sociaal cultureel werk

Leefvoorziening gehandicapten

Lasten Sloop hoogbouw Ignatius Dagelijks onderhoud gebaseerd op MOP Onderhoud gebouwen De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is aangepast. Binnen de begroting is deze correctie resultaat neutraal. Maatschappelijke stage moet ingevoerd worden Bijna geen uitgaven vrijwilligers in 2010 Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Totaal

Baten Overname rolstoelen bij overlijden en verhuizen door derden Totaal Woonvoorziening gehandicapten

Gezondheidszorg

-194 6

V N

27 45 292

-20

V

N N N

-3 -23

V V

28 -339

N V

24 -39

N V

66 53 23 -169

N N N V

51

N

36

N

15 -21 -6 -12

N V V V

-42 -2 -44

V V V

-40 16

V N

-23

V

-13 -2 -62

V V V

-36

V

-36

V

-15 -15

V V

23 13 -16 -5 15

N N V V N

138

N

108 -59

N V

5

N

31

N

223

N

50

N

16

N

66

N

17 28

N N

Lasten Uitgaven 2010 lager uitgevallen. Beroep op woonvoorziening is moeilijk te begroten Hogere doorbelasting kostenplaats Lagere doorbelasting kostenplaats Totaal

P714.00

V N

Lasten Bijdrage rolstoelen lager uitgevallen door Europese aanbesteding in 2010 Kosten regiotaxi lager in 2010 Financiële tegemoetkoming rolstoelen en vervoer kan omlaag Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen

P652.01

-16 424

Lasten Kosten uitvoering jeugdbeleid lager dan begroot Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Totaal

P630.01

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr -5 V -17 V -5 V

Lasten meer btw teruggevraagd voor RDOG Andere verdeling kosten RDOG over 714/715/716


138



P714.01

Subsidiering instellingen

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr 10 N -4 V 55 N -4 V

Lasten Lagere doorbelasting kostenplaatsen Niet verklaarde verschillen Totaal

P715.00

Jeugdgezondheidszorg

Baten Rijksbijdrage voor CJG geïntegreerd in gemeentefonds Huuropbrengsten CJG niet begroot in 2011 Niet verklaarde verschillen Totaal Jeugdgezondheidszorg

V N V

49 19

N N

330 -24 -1 373

N V V N

-7

V

Lasten Andere verdeling kosten RDOG over 714/715/716 Huur en inrichting centrum jeugd en gezin Hogere doorbelasting kostenplaatsen

P716.00

-21 2 -19

65 -9

N V

320

N

8 384

N N

-73 31 -15 9

V N V N

134 86

N N

174 167

N N

1.150

N

420

N

Lasten Andere verdeling kosten RDOG over 714/715/716 Lasten verwijsindex Lagere doorbelasting kostenplaats Kosten pakketmaatregel AWBZ Baten Rijksbijdrage voor CJG geïntegreerd in gemeentefonds


139


140

A

2.5

lgemene dekkingsmiddelen en onvoorzien



Begr. 2011 (nw)

Begroting 2012

Product (bedragen x € 1.000) P330.00 Gas-, licht- en watervoorziening P913.00 Deelnemingen en beleggingen P913.01 Armbestuur P914.00 Bespaarde rente reserves P921.00 Algemene uitkeringen gemeentefonds P922.00 Onvoorziene uitgaven P922.01 Overige baten en lasten P930.00 Uitvoering Wet W.O.Z. P931.00 Onroerende-zaakbelastingen gebruikers P932.00 Onroerende-zaakbelastingen eigenaren P933.00 Roerende-zaakbelastingen

baten

lasten

1.622

32

656

1.030

saldo

baten

lasten

-1.590

1.252

26

374

1.102

998

saldo

saldo


baten

lasten

-1.226

1.049

26

-1.023

567

N

203

N

-104

1.102

896

-206

-580

V

-102

V

20

13

-7

0

0

0

0

0

0

7

N

0

2.019

0

-2.019

1.947

0

-1.947

2.488

0

-2.488

-469

V

-541

V

20.109

0

-20.109

19.044

0

-19.044

19.820

0

-19.820

289

N

-776

V

0

0

0

0

144

144

0

95

95

95

N

-49

V

1.175

221

-954

13

81

68

12

158

146

1.100

N

78

N

0

566

566

0

449

449

0

371

371

-195

V

-78

V

453

0

-453

447

0

-447

456

0

-456

-3

V

-9

V

3.732

0

-3.732

3.654

0

-3.654

3.727

0

-3.727

5

N

-73

V

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

219

0

-219

345

0

-345

352

0

-352

-133

V

-7

V

P937.00 Hondenbelasting

51

0

-51

51

0

-51

52

0

-52

-1

V

-1

V

P939.00 Precariorechten

653

0

-653

891

0

-891

1.136

0

-1.136

-483

V

-245

V

28

401

373

20

244

224

20

223

203

-170

V

-21

V

P935.00 Forensenbelasting

P940.00 Invorderingsmaatregelen P960.00 Saldi kostenplaatsen Totaal resultaat voor bestemming

0

0

36

36

0

-583

-583

0

32

32

-4

V

615

N

30.737

2.299

-28.438

28.766

1.359

-27.407

30.214

1.801

-28.413

25

N

-1.006

V

574

3.537

2.963

2.587

1.647

-940

1.866

783

-1.083

0

0

Mutaties reserves: Algemene reserve

293

0

-293

0

0

0

0

0

0

0

0

1.573

461

-1.112

0

0

0

0

0

0

0

0

Reserve beloningsdifferentiatie

31

0

-31

0

0

0

0

0

0

0

0

Reserve stichting Oud Alkemade Reserve zorgwoningen Braassemerland Beheersreserve vm armbestuur

31

0

-31

0

0

0

0

0

0

0

0

527

0

-527

0

0

0

0

0

0

0

0

66

0

-66

0

0

0

0

0

0

0

0

Vermogensreserve vm armbestuur

389

0

-389

0

0

0

0

0

1.735

1.735

0

1.647

1.647

34.221

8.032

-26.189

31.353

4.653

-26.700

Reserve vastgelegd vermogen Reserve verkoop aandelen Nuon

Toegerekende rente 4,5% aan reserves Totaal resultaat na bestemming

32.080

0

0

0

0

2.043

2.043

0

0

4.627

-27.453

25

N

-1.006

█ Analyse verschillen Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de jaarrekening 2010 een nadelig verschil van € 25.000. Dit bedrag bestaat uit: Een nadelig verschil bij de baten van € 523.000 Een voordelig verschil bij de lasten van € 498.000


141

V

Bij dit programma ontstaat in 2012 ten opzichte van de begroting 2011 (na wijziging) een voordelig verschil van € 1.006.000. Dit bedrag bestaat uit: Een voordelig verschil bij de baten van € 1.448.000 Een nadelig verschil bij de lasten van € 442.000 In onderstaande tabel worden de bij dit programma bestaande verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht. Product (bedragen x € 1.000) P330.00

Gas-, licht- en watervoorziening

Toelichting op het verschil Baten:

203

N

V N

203

N

-134

V

-102

V

38 -607

N V

123

N

-580

V

-102

V

-13

V

20

N

7

N

Bespaarde rente reserves in 2012, zie staat D

-469

V

Baten: Bespaarde rente reserves in 2012, zie staat D Totaal

-469

V

-541 -541

V V

67

N

150

N

88

N

34 -79 7 205 307 127

N V N N N N

-28

V

-491 -98

V V

Lager dividend over resterende aandelen Nuon, conform overeenkomst Lagere escrow uitkering Nuon, conform overeenkomst Voor 2011 en 2012 wordt een hoger dividend netwerkbedrijf Alliander verwacht Niet verklaarde verschillen Totaal P913.00

Deelnemingen en beleggingen

Baten: Dividend BNG was in 2010 hoger dan geraamd Resultaat belegging opbrengst Nuon-aandelen lager dan begroot Stimuleringsfonds is m.i.v. 2012 overgebracht naar kostenplaats V00000 Totaal Armbestuur

Lasten: Subsidies Armbestuur m.i.v. 2011 vervallen Baten: Bespaarde rente reserve Armbestuur m.i.v. 2011 vervallen Totaal

P914.00

P921.00

Bespaarde rente reserves

Algemene uitkeringen gemeentefonds

136

N

459 -22

N V

-6 567

Lasten: Met name door de wijziging in de afschrijvingssystematiek zijn de kapitaallasten in 2012 lager.

P913.01


Baten:

Baten: De bijdrage voor de WMO huishoudelijke verzorging is lager vastgesteld op basis gegevens Cebeon Vervallen decentralisatie-uitkering Drank en Horecawet Vervallen eenmalige decentralisatie-uitkering inburgering Vervallen decentralisatie-uitkering SLOK Extra uitkering combinatiefunctionaris brede school Vervallen budget taalcoaches Afwikkeling algemene uitkering 2008 en 2009 Lagere verfijningsuitkering riolering Hogere korting door hogere WOZ waarden in berekening Hogere uitkering door aanpassing normeringssystematiek en mutatie in basis ( aantallen inwoners, leerlingen, jongeren uitkeringsfactor etc.) Bdu CJG geïntegreerd in gemeentefonds Suppletie uitkering ivm afschaffing gebruikersdeel WOZ


142


Toelichting op het verschil Baten: De bijdrage voor de WMO huishoudelijke verzorging is hoger vastgesteld door inflatiecorrectie Lagere uitkering combinatiefunctionaris brede school Bdu CJG geïntegreerd in gemeentefonds Lagere verfijningsuitkering riolering Korting door hogere WOZ waarden in berekening en verdeelmodel 2011 Suppletie uitkering ivm afschaffing gebruikersdeel WOZ en verdeelmodel 2011 in 2012 PM geraamd Bijdrage herindeling hoger begroot Vervallen decentralisatie-uitkering SLOK Hogere raming door andere uitgangspunten begroting 2012: inwoners , OAD, ouderen,woningen etc Totaal

P922.00

P922.01

Onvoorziene uitgaven

Overige baten en lasten

Lasten: Het budget voor onvoorziene uitgaven is in 2010 volledig ingezet Het verschil is de budgettaire ruimte die is ontstaan bij de vaststelling van de begroting 2011 c.q. begrotingswijzigingen 2011 Totaal

P932.00

Onroerendezaakbelastingen eigenaren

95

N

95

N

-25

V

-112

V

12

N

21 -491 52 105

N V N N

-103

V

-11 20 -262

V N V

-776

V

-49

V

-49

V

-26

V

104

N

78

N

N

65

N

1.098

N

1.100

N

-45

V

-48

V

-94

V

-78

V

-8 -195

V V

-78

V


-3

V

-9

V

Totaal

-3

V

-9

V

-37

V

-60

V

42

N

-13

V

Uitvoering Wet W.O.Z. Lasten: In 2010 meer bezwaarschriften WOZ ontvangen i.v.m. hantering andere grondslag aanslagoplegging. Dit heeft tot hogere taxatiekosten geleid. Voor de tijdige afhandeling van het grotere aantal bezwaarschriften in 2010 is personeel ingehuurd. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal Onroerendezaakbelastingen gebruikers

N

V

62

Baten: Opbrengst grondverkopen in 2010 hoger dan geraamd Verschil betreft met name baten in 2010 wegens afrekening Vinac 2005-2009 van Holland Rijnland en ontvangen antispeculatiebedingen Totaal

P931.00

289

-107

Lasten: In 2010 is onder de algemene kosten een afrekening BTW mengpercentage 2010 verantwoord Onder resultaten voorgaande jaren zijn in 2010 div. posten verantwoord die betrekking hebben op oude jaren. Het gaat o.a. om afwikkeling ontvangen bijdragen op basis van ontwikkelingsovereenkomsten en afwikkeling berging vliegtuigwrak Woubrugge. M.i.v. 2011 wordt de subsidie aflossing kerktoren op dit product verantwoord. Assurantielasten in 2011 hoger i.v.m. eenmalige taxatiekosten conform meerjarenbegroting 2011 Hogere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen.

P930.00


Baten:

Opbrengst OZB woningen in 2012 met name hoger door inflatiecorrectie. Anderzijds was opbrengst in 2010 extra hoog door inhaalslag belastingoplegging. Per saldo een voordeel in 2012. Opbrengst OZB niet-woningen in 2010 extra hoog door inhaalslag belastingoplegging. In 2012 is de


143


Toelichting op het verschil opbrengst verhoogd met inflatiecorrectie. Per saldo een nadeel in 2012. Totaal

P935.00

Forensenbelasting

Baten: In verband met diverse afwikkelingen over voorgaande jaren is de opbrengst in 2010 achtergebleven. Niet verklaarde verschillen Totaal

P937.00

Hondenbelasting


P939.00

Precariorechten

Baten: O.b.v. besluitvorming begroting 2011 wordt de precariobelasting gefaseerd verhoogd. Totaal

P940.00

Invorderingsmaatregel en

Saldi kostenplaatsen

5

N

-73

V

-133

V

-133

V

-7 -7

V V

-1 -1

V V

-1 -1

V V

-483

V

-245

V

-483

V

-245

V

-150

V

-36

V

-21

V

16 -170

N V

-21

V

-4

V

615

N

-4

V

615

N

25

N

-1.006

V

Lasten: Om het risico voldoende af te dekken is in 2010 is een grotere storting in de voorziening dubieuze debiteuren gedaan. Lagere doorbelasting kostenplaatsen. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Niet verklaarde verschillen Totaal

P960.00


Lasten: Op dit product worden lasten verantwoord die niet via de kostenverdeelstaat aan de diverse producten zijn (konden worden) toegerekend. Zie algemene toelichting op de kostenplaatsen. Totaal

Algemene toelichting op de kostenplaatsen

2.6

In voorgaande analyses op de verschillen is met regelmaat verwezen naar de algemene toelichting op de kostenplaatsen. Het saldo van de kostenplaatsen wordt door middel van diverse verdeelsleutels (uren, werkplekken, vloeroppervlakte en dergelijke) doorbelast naar de diverse producten. Als gevolg van wijzigingen in de organisatie / bedrijfsvoering en verbeterde ramingen in de afdelingsplannen zijn er verschillen ontstaan in de doorbelasting naar de kostendragers. In onderstaande tabel worden de verschillen tussen de jaarrekening 2010 en de begroting 2012 en de verschillen tussen de begrotingsjaren 2012 en 2011 (> € 10.000) toegelicht. Product (bedragen x € 1.000) Kostenplaats cashmanagement

Toelichting op het verschil Lasten: Er zijn minder langlopende geldleningen aangetrokken dan verwacht. Zie ook staat E. In 2012 worden geen grote investeringen bij de bouwgrondexploitaties verwacht. Hierdoor is geen rentetoerekening aan de grondexploitaties opgenomen. De beginboekwaarde van de reserves is in 2012 hoger dan in voorgaande jaren waardoor de rente ook hoger is. Lagere afschrijving in 2011 en 2012 door omzetting lineair naar annuïteit. Verder in 2010 extra afschrijvingen op investeringen met maatschappelijk nut. Kosten van betalingsverkeer in 2010 hoger. Totaal lasten


Verschillen Begr – Rek Begr – Begr -362

V

-935

V

113

N

178

N

449

N

540

N

-2.082

V

-155

V

-24 -1.906

V V

0 -372

V

144


Toelichting op het verschil Baten: Verschil betreft rente over rekening-courant saldi in 2010. Stimuleringsfonds (SVN) m.i.v. 2011 overgebracht naar cashmanagement (van P913.00). In verband met renteaanpassingen raming rente personeelshypotheken in 2012 verlaagd. Raming rente overige leningen in 2012 verlaagd Vooral door andere manier van afschrijven (lineair naar annuïtair) zijn de kapitaallasten lager waardoor ook minder kapitaallasten naar andere kostenplaatsen kunnen worden doorberekend. Doorberekende kapitaallasten naar exploitatie. Zie toelichting hierboven. Door een andere systematiek van doorberekenen wordt nu een deel van het saldo op de kostenplaats cashmanagement 2012 doorberekend naar P960.00. Totaal baten

Overige kostenplaatsen

Lasten: Salarislasten Het verschil t.o.v. begroting 2011 bestaat enerzijds uit hogere salarislasten i.v.m. overbrenging communicatie naar kostenplaats V00026, toepassen inflatiecorrectie in 2012 en bevorderingen etc. Anderzijds lagere salarislasten i.v.m. overbrenging salarissen brugwachters naar P210.01, vervallen salariskosten vm. burgemeester i.v.m. pensionering, aframing vacature projectleider front-office en aanpassingen functieboek. Het verschil t.o.v. jaarrekening 2010 bestaat enerzijds uit hogere salarislasten i.v.m. overbrenging communicatie naar kostenplaats V00026, toepassen inflatiecorrectie in 2011 en 2012 en bevorderingen etc. en de inzet van vacatureruimte in 2010 voor inhuur derden. Anderzijds lagere salarislasten i.v.m. vervallen salariskosten vm. burgemeester i.v.m. pensionering, aframing vacature projectleider frontoffice en bezuiniging salarislasten afdeling Openbare ruimte. Div. personeelslasten per saldo (met name ontslaguitkering en bijscholing). Uitgaven personeel derden in 2010 Energieverbruik vm gemeentehuis Jacobswoude was in 2010 hoger. Voor regulier onderhoud huisvesting binnendienst geen raming opgenomen in 2011. Lasten schoonmaken/glazen wassen huisvesting binnendienst hoger in 2010. Storting in VZ onderhoud gebouwen (huisvesting binnen-/buitendienst in 2011 verkeerd geraamd). Lagere kapitaallasten door andere manier van afschrijven (lineair naar annuïtair). De lasten op de kostenplaatsen zijn per saldo lager in 2012 daardoor is doorbelasting van andere kostenplaatsen ook lager. Div. automatiseringskosten per saldo ( m.n. onderhoud software en BAG). Verschil betreft advertentiekosten ivm overbrengen communicatie naar kostenplaats V00026. Conform begroting streekarchief in 2012 hogere raming opgenomen voor deelname (ivm nieuwbouw Gouda). In 2010 hogere lasten fotomateriaal/kadaster. Onderhoudslasten tractiemiddelen/voertuigen in 2010 lager. In 2010 meer uitgegeven voor advieskosten bij afdeling RO. Niet verklaarde verschillen. Totaal lasten overige kostenplaatsen. Totaal lasten kostenplaatsen.



18 -127

N V

0

32

N

37

N

30 217

N N

-25 404

V N

1.883 -147

N V

103 -147

N V

1.906

N

372

N

601

N

255

N

-169

V

-1.563 -16

V V 17

N

-106

V

-10

V

-207

V

-392

V

-1.300

V

-3.734

V

89

N

53

N

93

N

93

N

29

N

15

N

-11 15

V N

-13

V

-2.462

V

-12 -3.811

V V

-4.368

V

-4.183

V

145


Toelichting op het verschil Baten: Vergoeding salarissen (vm burgemeester) m.i.v. 2011 vervallen i.v.m. pensionering. Hogere doorbelasting naar investeringen en grondexploitaties op basis van urenverdeling Doorbelasting naar andere kostenplaatsen en producten op basis van urenverdeling. Doordat de lasten op de kostenplaatsen in 2012 per saldo veel lager zijn, kan er ook minder worden doorbelast naar andere kostenplaatsen en producten. Huuropbrengst vm gemeentehuis Jacobswoude in 2012 naar beneden bijgesteld Niet verklaarde verschillen Totaal baten overige kostenplaatsen Totaal baten kostenplaatsen

Verschillen Begr – Rek Begr – Begr 23

N

22

N

-214

V

-18

V

2.509

N

3.608

N

117

N

201

N

27 2.462

N N

-2 3.811

V N

4.368

N

4.183

N

0

0

Overzicht van incidentele baten en lasten Incidentele baten Omschrijving

2012

2013

2014

Pr 1 Bestuur

2015

2.7

Incidentele lasten Omschrijving

2012

2013

2014

2015

25.000

50.000

Pr 1 Bestuur - Verkiezingen 2e kamer, Europa en gemeenteraad - Gba audit elke drie jaren

Pr 2 Ruimte

Pr 2 Ruimte - Project tik van de molen

24.257

- Extra bijdrage milieudienst - Incidentele verlaging bouwleges ivm economische situatie

75.000

309.000

- Watercompensatie Het Oog

261.055

Pr 3 Leefomgeving

Pr 3 Leefomgeving

Pr 4 Economie

Pr 4 Economie - Bloomin Holland

Pr 5 Onderwijs kinderopv.

Pr 5 Onderwijs kinderopv.

Pr 6 Welzijn

Pr 6 Welzijn

Fin. en alg. dekk. Midd. - Extra alg. uitk. (frictiekosten fusiegemeente

Fin. en alg. dekk. midd. 897.705

- Escrow

457.500

Mutaties reserves - Beschikking over de reserve wegen - Beschikking over de recreatiereserve ivm tik van de molen - Beschikking over de algemene reserve ivm Bloomin Holland - Beschikking over de algemene reserve ivm extra bijdrage milieudienst - Beschikking over reserve bouwgrondexploitatie ivm watercompensatie Het Oog Totaal baten

10.000

10.000

180.000

10.000

- Afboeken balanssaldo

383.689 308.524

geactiveerde fusiekosten

310.140

227.721

Mutaties reserves - Toevoeging Escrow aan 120.000 de algemene reserve

457.500

227.721

120.000 Totaal lasten

24.257

10.000

10.000

75.000

261.055 2.109.206 318.524


1.446.952

190.000

35.000

50.000

146

Uiteenzetting van de financiële positie (inclusief meerjarenramingen) █

2.8

Algemeen

Jaarlijks terugkerende arbeidsgerelateerde verplichtingen Ingevolge het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) dient in dit onderdeel tevens afzonderlijk aandacht te worden besteed aan jaarlijks terugkerende arbeidsgerelateerde verplichtingen. Hierbij moet worden gedacht aan arbeidskosten van niet meer actieve werknemers, zoals wachtgelden, wethouderspensioenen en afdracht ziektekostenpremie. In de regelgeving is bepaald dat voor deze verplichtingen geen balansvoorzieningen mogen worden opgenomen, indien het jaarlijks gelijkblijvende bedragen betreft (van vergelijkbaar volume). Wel mag er een reserve gevormd worden voor arbeidsgerelateerde verplichtingen waarvan de omvang niet jaarlijks gelijk is. Bij Kaag en Braassem is een voorziening gevormd voor de verplichtingen voortvloeiende uit wethouderspensioenen. Stand en verloop van de reserves Hier wordt een overzicht gegeven van de stand en het verloop van alle bestaande reserves. Omschrijving

RS0000

Stand op 1-1-2012

Vermeerdering in 2012

Vermindering in 2012

Stand op 31-12-2012

Algemene reserve

54.765.931

2.515.584

2.092.200

55.189.315

Totaal Algemene reserves

54.765.931

2.515.584

2.092.200

55.189.315

1.163.813

52.372

261.055

955.130

23.213

1.045

24.257

0

RS1001

Reserve Bouwgrondexploitatie

RS1002

Reserve Recreatie en Toerisme

RS1003

Egalisatiereserve Wegen

1.445.803

65.061

383.689

1.127.175

RS1004

Reserve Holland-Rijnland (ISV)

3.570.698

160.681

368.865

3.362.515

RS1005

Reserve Onderhoud Rioleringen Totaal Bestemmingsreserves

Totaal Reserves

679.699

110.811

0

790.510

6.883.226

389.970

1.037.866

6.235.330

61.649.157

2.905.554

3.130.066

61.424.645

Stand en het verloop van de voorzieningen Hier wordt een overzicht gegeven van de stand en het verloop van alle bestaande voorzieningen. Omschrijving

VZ5002 VZ5003 VZ5999

Stand op 1-1-2012

Vermeerdering in 2012

Vermindering in 2012

Stand op 31-12-2012

Voorziening Onderhoud Gebouwen Voorziening Verplichting Wethouderspensioenen Voorziening Verwachte Tekorten Bouwgrondexploitaties

1.092.112

546.775

581.344

1.057.543

1.755.994

79.020

33.938

1.801.076

7.035.975

316.619

0

7.352.594

Totaal Voorzieningen

9.884.081

942.414

615.282

10.211.213


147

EMU-saldo In het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen (kabinet, VNG en IPO) is afgesproken dat het EMU-saldo over het begrotingsjaar, het daaraan voorafgaande jaar en het daarop volgende jaar in de begroting zichtbaar wordt gemaakt. In onderstaande tabel is deze verplichting vertaald. Omschrijving (bedragen in duizendtallen)

1

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves

2

Afschrijvingen ten laste van de exploitatie

3

Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie? Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa:

Voorlopige rekening 2011

Begroting 2012

Begroting 2013

-200

-186

-397

2.386

2.231

2.234

870

942

1.129

11.361

3.332

901

0

0

0

0

0

0

18.685

17.243

9.217

1.736

5.228

0

Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen 10 Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten 11 Verkoop van effecten:

538

615

1.039

0

0

0

a

Gaat u effecten verkopen? (ja/nee)

nee

nee

nee

b

Zo ja, wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?

0

0

0

-25.792

-12.975

-8.191

4 5

6

7 8

Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord

9

Berekend EMU-saldo

Begroting en meerjarenbegroting In het hierna volgende onderdeel wordt inzicht gegeven in zowel de financiële positie van het begrotingsjaar als die van de daaropvolgende drie jaren. Voor de kaderstellende functie van de gemeenteraad is het van belang dat er tevens inzicht wordt gegeven in de ontwikkelingen op de langere termijn. Met de meerjarenramingen wordt hierin, met het huidige inzicht in de cijfers voor latere jaren, zo goed als mogelijk voorzien. De meerjarenramingen dienen evenals de begroting voor het komende begrotingsjaar in beginsel structureel sluitend zijn. In de meerjarenbegroting worden de consequenties van het beleid over een termijn tot drie jaren na het begrotingsjaar doorgerekend. Het gaat hierbij om beleid dat al is vastgesteld (bestaand beleid) en het beleid dat met het vaststellen van de begroting 2012 wordt aanvaard (nieuw beleid). De consequenties van het nieuwe beleid worden afzonderlijk in de (meerjaren) begroting vermeld teneinde de financiële afwegingen bij keuze vraagstukken helder te krijgen. In het recapitulatieoverzicht, wordt een overzicht gegeven van de totale financiële positie voor 2012 tot en met 2015. In dit overzicht zijn de gegevens verzameld uit zes overzichten die op de hierna volgende bladzijden zijn opgenomen en achtereenvolgens de volgende informatie bevatten;


148

Overzicht I Hierin wordt een overzicht gegeven van alle baten en lasten van het bestaande beleid, voor 2012 doorgerekend met de indicatoren uit de kadernota 2012. Tevens is gekeken naar (wettelijk) onontkoombare zaken waarmee rekening moet worden gehouden en naar eventuele structurele effecten welke in 2011 ontstaan uit de tussenrapportages. In het meerjarenbeeld is voor latere jaren voorts rekening gehouden met incidentele ramingen welke zijn opgenomen in de begroting voor 2012, deze zijn er voor latere jaren uitgefilterd. Overzicht II Hierin worden de lasten van de verplichte (vervangings)investeringen vermeld (bestaand beleid), welke noodzakelijk zijn ter handhaving van het huidige voorzieningenniveau. Alle investeringen welke in de periode van het huidige meerjarenperspectief volledig zijn afgeschreven zijn bekeken op de noodzaak van vervanging en waar dit van toepassing is voor het nieuwe investeringsbedrag opgenomen in dit overzicht. De schoolgebouwen zijn hierbij volledig meegenomen in afwachting van de notitie onderhoud schoolgebouwen. Overzicht III In dit overzicht wordt het nieuwe beleid opgenomen. Alle zaken welke niet eerder in de begroting zijn verwerkt worden afzonderlijk ter besluitvorming in dit overzicht aan de raad voorgelegd. Deze nieuwe zaken worden categorisch ingedeeld naar urgentie. Hierbij zijn drie categorieën aangehouden te weten A) de wettelijk of anderszins verplichte zaken, B) de zaken die niet verplicht zijn maar wel noodzakelijk worden geacht en daardoor een hoge prioriteit hebben, C de zaken die wenselijk worden geacht maar een lagere prioriteit hebben. Overzicht IV In dit overzicht zijn de door het college voorgestelde maatregelen genoemd, welke dienen voor het sluitend maken van het (meerjarig) begrotingsbeeld. Overzicht V Hierin wordt een overzicht gegeven van bezuinigingsmaatregelen welke niet in het collegevoorstel zijn overgenomen maar welke wel tot de mogelijke bezuinigingen moet worden gerekend zonder dat hierbij de wettelijk verplichte taken in het geding komen. Overzicht VI Tot slot zijn in overzicht VI nogmaals de belangrijkste risico’s vermeld, zoals die ook al bij de kadernota zijn gesignaleerd en welke nog consequenties kunnen gaan geven voor de meerjarenbegroting.


149

RECAPITULATIE OVERZICHT MEERJARENPERSPECTIEF Meerjarenbegroting

Overzicht

Verzamelstaat financiële positie meerjarenbeeld en bezuinigingen

Begroting 2012

I

Saldo basisbegroting 2012 met mutaties niet-structurele posten

-410.075

V

247.655

N

54.458

N

763.179

N

II

Vervangingsinvesteringen (kapitaallasten)

86.462

N

242.466

N

313.971

N

316.880

N

III

Totaal uit overzicht III Nieuw beleid (cat. B)

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

Begrotingsbeeld (incl. uitvoering nieuw beleid cat. A en B)

-273.613

V

540.121

N

418.429

N

1.130.059

N

Totaal uit overzicht IV (effecten voorstellen college)

-722.481

V

-1.656.634

V

-2.173.610

V

-2.247.640

V

Begrotingsbeeld na voorgestelde bezuinigingsmaatregelen

-996.094

V

-1.116.513

V

-1.755.181

V

-1.117.581

V

Overzicht

Risico's en buiten het collegevoorstel gelaten bezuinigingsmogelijkheden

Begroting 2012

V

Lijst van amendeerbare niet in collegevoorstel opgenomen bezuinigingen

VI

Bij de kadernota gesignaleerde risico's

IV

2013

2014

2015

Meerjarenbegroting 2013

2014

2015

-1.017.630

V

-1.755.835

V

-2.065.560

V

-2.195.885

V

1.336.000

N

1.951.000

N

1.979.000

N

1.979.000

N


150

Overzicht I Basisbegroting en de mutaties daarop voor niet structurele posten in het meerjarenbeeld Totale baten en lasten bestaand beleid Programma 1 Bestuur en dienstverlening Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld N.v.t. Overige mutaties Gba audit (elke drie jaren) Gemeenteraadverkiezingen in 2014/2e kamer en provincie in 2015 Meerjaren beeld basissaldo programma 1 Programma 2 Ruimte Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Extra bijdrage milieudienst in 2011 en 2012 Eénm. uitgave watercompensatie "het Oog" (tlv res bouwgrondexpl.) Overige mutaties Mutaties op de bouwleges Meerjaren beeld basissaldo programma 2 Programma 3 Leefomgeving Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Positief saldo op de rioolexploitatie 2012 Meerjaren beeld basissaldo programma 3 Programma 4 Economie Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Drie jaar extra uitgave tlv reserve "tik van de molen" Vier jaar bijdrage project Bloem in Holland (tm 2013) Meerjaren beeld basissaldo programma 4 Programma 5 Onderwijs en kinderopvang Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Niet van toepassing Meerjaren beeld basissaldo programma 5 Programma 6 Welzijn Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Niet van toepassing Meerjaren beeld basissaldo programma 6 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Lasten Baten Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Tlv exploitatie vallende geactiveerde fusiekosten (laatste jaar 2012) Overige mutaties Wegvallen extra frictiekosten uitkering na 2012 Mutatie algemene uitkering (incl vervallen verfijningsuitkering) Besluit 2011 4 stappen verhogen precario, 1e in 2012 (basisbeg.) In 2012 ontvangen laatste Escrow uitkering Vattenfall Mutaties te ontvangen rente ivm uitgestelde levering Vattenfall Meerjaren beeld basissaldo Fin. En alg. dekk.midd. Meerjaren beeld resultaat voor bestemming Mutaties reserves Dotaties Beschikkingen

2012 8.727.423 -626.454 8.100.969

2013 N V N

2014

2015

8.727.423 N -626.454 V 8.100.969 N

8.727.423 N -626.454 V 8.100.969 N

8.727.423 -626.454 8.100.969

N V N

50.000 8.150.969

N N

21.936.076 -19.502.848 2.433.228

N V N

V V

-75.000 -261.055

V V

8.100.969

N

8.100.969 N

10.000 N 25.000 N 8.135.969 N

21.936.076 -19.502.848 2.433.228

N V N

21.936.076 N -19.502.848 V 2.433.228 N

21.936.076 N -19.502.848 V 2.433.228 N

-75.000 -261.055

-75.000 -261.055

V V

2.433.228

N

-129.000 V 1.968.173 N

-309.000 V 1.788.173 N

-309.000 1.788.173

V N

11.565.616 -6.516.300 5.049.316

N V N

11.565.616 N -6.516.300 V 5.049.316 N

11.565.616 N -6.516.300 V 5.049.316 N

11.565.616 -6.516.300 5.049.316

N V N

5.049.316

N

80.225 N 5.129.541 N

80.225 N 5.129.541 N

80.225 5.129.541

N N

599.709 -247.236 352.473

N V N

599.709 N -247.236 V 352.473 N

599.709 N -247.236 V 352.473 N

599.709 -247.236 352.473

N V N

-24.257 -10.000 318.216

V V N

-24.257

V

352.473

N

328.216 N

-24.257 V -10.000 V 318.216 N

3.190.386 -505.395 2.684.991

N V N

3.190.386 N -505.395 V 2.684.991 N

3.190.386 N -505.395 V 2.684.991 N

3.190.386 -505.395 2.684.991

N V N

2.684.991

N

2.684.991 N

2.684.991 N

2.684.991

N

13.288.551 -3.682.637 9.605.914

N V N

13.288.551 N -3.682.637 V 9.605.914 N

13.288.551 N -3.682.637 V 9.605.914 N

13.288.551 -3.682.637 9.605.914

N V N

9.605.914

N

9.605.914 N

9.605.914 N

9.605.914

N

1.801.488 -30.213.942 -28.412.454

N V V

1.801.488 N -30.213.942 V -28.412.454 V

1.801.488 N -30.213.942 V -28.412.454 V

1.801.488 -30.213.942 -28.412.454

N V V

-310.140

V

-310.140

V

-310.140

V

897.705 451.000 -456.000 457.500 135.000 -27.237.389

N N V N N V

897.705 1.037.000 -456.000 457.500 325.000 -26.461.389

N N V N N V

-28.412.454

V

897.705 N 352.000 N -228.000 V 457.500 N -68.000 V -27.311.389 V

-185.563

V

506.415 N

425.415 N

1.216.415

N

2.905.554 -3.130.066 -224.512

N V V

2.905.554 N -3.130.066 V -224.512 V

2.905.554 N -3.130.066 V -224.512 V

2.905.554 -3.130.066 -224.512

N V V

N V N N V N N V V V

383.689 -120.000 75.000 261.055 -80.225 24.257 10.000 -457.500 -325.000 -453.236

N V N N V N N V V N

54.458 N

763.179

N

Eliminatie éénmalige posten 2012 uit het meerjarenbeeld Beschikking reserve wegen 2011 (rb.28-2-2006/res.nota) Beschikking res. wegen t.g.v. de exploitatie 2013 e.v. (reservenota) Beschikking voor de extra bijdrage aan de Milieudienst (2011/2012) Éénmalige beschikking 2012 voor bijdrage kosten watercomp. V.veld De toevoeging aan de reserve riolering in 2012 3 jr. beschikking tlv res. recr. voor voor "tik van de molen" (tm 2012) 4 jr. beschikking alg. res. voor project Bloem in Holland (tm 2013) Toevoeging aan alg. res. escrow 2012 Toevoeging aan alg. res. rente uitgestelde levering Vattenfall Meerjaren beeld mutaties reserves

-224.512

V

-457.500 V 68.000 N -258.760 V

Meerjarenbeeld resultaat na bestemming

-410.075

V

247.655 N

383.689 -308.524 75.000 261.055 -80.225 24.257


N V N N V N

383.689 -227.721 75.000 261.055 -80.225 24.257 10.000 -457.500 -135.000 -370.957

151

Overzicht II Verplichte / noodzakelijke (vervangings)investeringen/uitgaven Onderwerp Programma 1 Bestuur en dienstverlening Vervanging iPads raadsleden Kapitaallasten programma Bestuur en dienstverlening

totaal invest. 18.000

jaar verv.

afschr. duur

2014

5

rente 4,5% 2013 2014

2012

2015

0

0

405 405

4100 4.100

0

0

0

0

13.500

47.000

46.100 664

45.200 3.728

13.500

47.000

46.764

48.928

1.494

8.391 1.494

8.391 8.391 1.494

8.391 8.391 8.391 1.494

866

4.866

4.866 866

0 1.494

0 10.751

0 23.142

0 32.399

5.382 1.481 2.227 323 3.216 7.365 539 10.500 3.908 12.875 4.851 300

12.998 8.319 12.511 1.812 18.065

12.998 8.319 12.511 1.812 18.065

12.998 8.319 12.511 1.812 18.065

52.967

3.029 25.361 9.439 31.097 11.717 1.685 6.187 1.540 8.073 1.056 152.889

3.029 25.361 9.439 31.097 11.717 1.685 14.943 3.719 19.499 5.930 180.124

3.029 25.361 9.439 31.097 11.717 1.685 14.943 3.719 19.499 5.930 180.124

0 0

0 0

0 0

0 0

Programma 2 Ruimte Kapitaallasten programma Ruimte Programma 3 Leefomgeving Vervangen 3 bruggen (lineair) Strooier N15 24 1,5 m3 Compressort Sneeuwploeg Sneeuwploeg Sneeuwploeg vrachtwagen CF Sneeuwploeg vrachtwagen LF Strooier Stratos B40-36 4 m3 Strooier Stratos B40-36 4 m3 Strooier Stratos 15-27 1,5m3 Strooier Stratos 15-27 1,5m3 Strooier Stratos

600.000 29.500 11.650 8.500 8.500 10.000 10.000 38.495 38.495 27.008 27.008 22.223

2012 2014 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015

30 10 10 1 1 10 10 10 10 10 10 10

Kapitaallasten programma Leefomgeving Programma 4 Economie Uitvoering speelruimtebeleidsplan Uitvoering speelruimtebeleidsplan Uitvoering speelruimtebeleidsplan Uitvoering speelruimtebeleidsplan Uitvoering speelruimtebeleidsplan Een nieuwe plek + ondergrond 2 jaarlijks Een nieuwe plek + ondergrond 2 jaarlijks Een nieuwe plek + ondergrond 2 jaarlijks Een nieuwe plek + ondergrond 2 jaarlijks Een nieuwe plek + ondergrond 2 jaarlijks

66.395 66.395 66.395 66.395 66.395 38.500 38.500 38.500 38.500 38.500

2012 2013 2014 2014 2015 2013 2015 2017 2019 2021

10 10 10 10 10 10 10 10 10 10

Niet van toepassing Kapitaallasten programma Economie Programma 5 Onderwijs en kinderopvang Verbouw basisschool De Torenvalk Lokaal 12e groep de Elckerlyc Noodlokaal de Elckerlyc Inrichting noodlokaal de Elckerlyc Bouw 2 lokalen de Kinderburg 1997 Inrichting 3e lokaal RK Basisschool Ter Does Plaatsing unit RK basisschool De Kleine Wereld Bouwkosten lagere school Stichting/Inrichting RK kleuterschool Ter Does Stichting/Inrichting Chr. basisschool Woubrugge Uitbreiding RK basisschool De Kleine Wereld Ruimte remedial teaching de Schakel Stichting/inrichting kleuterschool Woubrugge Bouw 7e lokaal Chr. Basisschool Woubrugge Stichting RK basisschool Kinder Arcke Herinrichting terrein Mavo Kapitaallasten programma Onderwijs en kinderopvang

239.190 65.824 98.994 14.335 142.941 7.365 23.967 466.678 173.696 572.227 215.609 13.330 274.978 68.432 358.811 46.923

2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2012 2013 2013 2013 2013

40 10 10 10 10 10 10 40 40 40 40 10 40 40 40 10

Dit betreft voorlopig gelabelde bedragen van geheel afgeschreven investering uit het verleden, dit in afwachting van het opstellen van een integraal Masterplan Onderwijshuisvesting. Programma 6 Welzijn Niet van toepassing Kapitaallasten programma Welzijn Kostenplaatsen huisvesting noodaggregaat (huisvesting)

22.000

2012

10

495

2.780

2.780

2.780

Informatie en automatisering Plotter A3 Plotter/scanner Plotter Kleur

2.750 20.000 16.000

2012 2012 2014

1 5 5

2750 450

4.556

4.556 360

4.556 3.645

Midoffice: Civision makelaar (separate toepassingen per applicatie) Civision makelaar Extra dedicated server Nieuwe koppeling Squit XO van BRS naar gegevens makelaar

2.175 52.080 15.000 2.505

2012 2012 2012 2012

5 5 5 5


152

Onderwerp Upgrade Corsa (stuf)

totaal invest. 9.650

jaar verv. 2012

afschr. duur 5

2012 1.832

Huisvesting buitendienst koffieapparaat buitendienst voertuigen kleine aanhangwagen (zonder kenteken) Actiewagen/aanhangwagen Lasapparaat 1 assige middenas a.h. wagen Maaimachine John Deer kooimaaier Heftafel Vervanging 2 Mercedes Benz (uit begr. 2011) Rolbezem (achter te lopen) voor terrein en sneeuw Veegmachine voor hal etc. Handwals (1.01101+11) Trilplaat groot Ammann Heftruck Still Maaimachine John Deer schotelmaaier balkenmaaier (Bucher-Elite) Noodaggregaat Perscontainer Vacuümtank Kaweco 3500L Lasapparaat Bedrijfswagen Renault Master pro Bedrijfswagen Kia 2 asssige middenas a.h.wagen Multifunctionele machine M Fmet maaiarm Perscontainer Boot incl buitenboordmotor en trailer Bedrijfswagen Renault Kango Stoomcleaner Kárcher Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Daf CF 75 Bedrijfswagen Daf LF 55 Bedrijfsauto Toyota Aygo Bedrijfsauto Toyota Aygo Bedrijfsauto Toyota Aygo Klepelmaaier Votex (achter trekker) Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master Bedrijfswagen Renault Master pro 1 assige aanhangwagen Rior Multijet 2 asssige middenas a.h.wagen Meto Rolbezem voor trekker Hollarus Bedrijfswagen Mitsubishi Canter 1 assige aanhangwagen Handfrees Agria Olietank KCA Schaftwagen Atec Zoutoplosser Buffertank tbv natstrooien gladheidbestrijding 2 assige middenas aanhang wagen

5.000

4.500 4.800 3.674 5.000 32.000 10.000 80.000 5.500 5.500 5.942 5.000 25.000 83.745 13.000 17.716 20.000 8.000 5.000 61.000 32.000 5.000 98.000 20.000 12.000 26.000 7.500 46.000 158.000 142.000 8.500 8.500 8.500 7.500 45.500 47.000 39.000 49.000 48.000 62.000 61.000 37.000 6.000 8.500 45.000 25.000 5.000 13.000 9.850 26.000 20.000 6.000

2014

1

2012 2012 2012 2013 2013 2013 2014 2014 2014 2014 2014 2015 2015 2015 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015 na 2021 na 2015 na 2015 na 2015 na 2015

1 1 1 1 5 10 10 1 1 1 1 10 10 10 10 10 1 1 10 10 1 10 10 20 10 1 10 10 10 1 1 1 1 10 10 10 10 10 10 10 10 1 1 10 10 1 10 1 10 10 1

rente 4,5% 2013 2014

2015

18.545

18.545

18.545

5.000

4.500 4.800 3.674 5.000 720 225

7.289 1.264 1.800 5.500 5.500 5.942 5.000

7.289 1.264 10.110

563 1.884 293 399

Kapitaallasten kostenplaatsen

18.501

31.826

63.536

51.329

Totaal kapitaallasten vervangingsinvesteringen

86.462

242.466

313.971

316.880


153

Overzicht III Nieuw beleid 2012

2013

2014

2015

Programma 2 Ruimte B

Regionaal project groenfonds (betreft cofinanciering)

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

totaal programma 2….

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

Totale lasten….

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

Recapitulatie

50.000

A

Wettelijk of anderszins verplicht

B

Noodzakelijk geacht beleid prioriteit hoog

C

Wenselijk geacht beleid prioriteit laag

50.000

50.000

50.000

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N

50.000

N


154

Overzicht IV Door het college voorgestelde maatregelen Nr.

Omschrijving

2012

2013

2014

2015

Programma 1 Bestuur en dienstverlening 24

Beëindigen participatie in Ghana project

25

Bezuiniging op kosten verkiezingen

3.3

Het waarderen van de dorpsraden totaal programma 1

-10.300 V

-10.300

V

-10.300

-1.500

V

-1.500

V

1.200 N

1.200

N

1.200

N

-9.100 V

-10.600

V

-10.600

V

-121.500 V

-121.500

V

-121.500

V

-58.000 V

-58.000

V

-58.000

V

-135.000

V

-135.000

V

-25.000 V

-25.000

V

-25.000

V

-75.000 V

-75.000

V

-75.000

V

-5.000 V

-7.209 V

-27.209

V

-27.209

V

-51.500 V

-286.709 V

-441.709

V

-441.709

V

-25.000 V

-25.000 V

-25.000

V

-25.000

V

-4.000

V

-20.000 V

-20.000 V

-20.000

V

-20.000

V

1.200 N -9.100 V

-10.300 V

V

Programma 2 Ruimte 1 3 4

Vermindering advieskosten en terugbrengen formatie (1fte) per 2013 Minder fTe toezicht en handhaving (bouwen,apv,bw) 1 fte per 2013

5b

Minder formatie vergunningverl. (ap,bw en Wabo) 3 fte per 2014 Doorbel. deel kosten van milieu aan grexen en aanvragers omgevingsvergunningen Opgelegde taakstelling aan de regionale milieudienst

7

Genereren inkomsten uit grondgebruik

5a

totaal programma 2

-46.500 V

Programma 3 Leefomgeving 15

Tariefsverlaging afvalst.heff. na sluiting milieustraat in Ter Aar

17

20

Efficiënter uitvoeren klein onderhoud wegen Terugbrengen van aantal borden en beperking onderhoud hekwerken Uitbesteding brugbediening

21

Efficiënter inrichten groot onderhoud openbare ruimte

-350.000 V

-350.000

V

-350.000

V

22

Terugbrengen onderhoud gebouwen

-100.000 V

-100.000

V

-100.000

V

-495.000 V

-495.000

V

-499.000

V

-1.688 V

-1.688

V

-1.688

V

-20.000 V

-20.000 -95.000

V V

-20.000 -95.000

V V

-21.688 V

-116.688

V

-116.688

V

-46.000 V

-46.000

V

-46.000

V

-13.200 V

-13.200

V

-13.200

V

-3.000 V

-3.000

V

-3.000

V

25.000 N

25.000

N

25.000

N

19

totaal programma 3

pm

-45.000 V

Programma 4 Economie 2a 2b 26

Beëindigen huur kramen markt Woubrugge Beëindigen faciliteren markt (minder fte buitendienst en vervallen functie marktmeester) Inkomsten uit grondgebruik (reclame, windturbines e.d.) totaal programma 4 Programma 5 Onderwijs en kinderopvang

3.4

Stoppen met schoolzwemmen en niet doorbet. als extra budget scholen Beperken subsidie peuterspeelzalen

3.4

Beëindigen subsidie bewustwordingsprojecten Bonaventura

3.5

Investeren in schoolmaatschappelijk werk

3.7

Beperken van de subsidie aan de schoolbegeleidingsdienst

-15.000 V

-15.000 V

-15.000

V

-15.000

V

4.7

Beëindigen subsidie Holland Rijnland voor Leo Kannerschool

-12.000 V

-12.000 V

-12.000

V

-12.000

V

totaal programma 5

-51.500 V

-64.200 V

-64.200

V

-64.200

V

-300.000 V

-300.000 V

-300.000

V

-300.000

V

10.000 N

15.000 N

20.000

N

25.000

N

-25.000 V

-25.000

V

-25.000

V

-7.500 V

-7.500

V

-7.500

V

-9.000 V

-13.500

V

-18.000

V

-2.500 V

-2.500 V

-2.500

V

-2.500

V

-22.000 V

-22.000 V

-35.000

V

-35.000

V

3.4

-23.000 V -1.500 V

Programma 6 Welzijn 3.2a

Het versoberen van voorzieningen en verlagen budget WMO

3.2b

Investeren in mantelzorgers

3.5a

Het verlagen van de subsidie voor regulier maatschappelijk werk

3.5b

Beperken subsidie begeleiding op psyco-sociale gronden

3.7a

In drie jaar verminderen subs. Collectieve preventie en proj. GGZ

3.7b

Beperken subsidie maatwerk deel jeugdgezondheidszorg

3.7c

Beperken subsidie overige gezondheidszorg RDOG

3.7d

Beperken subsidie ambulant jongerenwerk

-12.500 V

-18.750

V

-25.000

V

3.9a

Beperken subs. cult. centrum Hoogmade voor deel vrijetijdsdomein

-13.413 V

-20.120

V

-26.826

V

3.9b

Beperken subsidie onderhoud sportaccommodaties

-20.000 V

-20.000

V

-20.000

V

3.9c

Beperken subsidie dienstencentrum Jacobus

-4.500 V

-4.500

V

-4.500

V

4.2a

Beëindigen subsidie basis bibliotheek voorziening

-310.365

V

-310.365

V

4.2b

Beëindigen subsidie huisvestingskosten de Bloemlezer Investeren in alternatief voor bibliotheek (inzetten particuliere bibliobus) Beperken subsidie zwembad de kleine Oase

-15.000

V

-15.000

V

200.000

N

200.000

N

-15.000

V

-15.000

V

4.2c 4.2d

-7.500 V


-15.000 V

155

Nr.

Omschrijving

4.2e

Beëindigen subsidie jongerenloket

4.3f

Het afzien van het vergroten verspreidingsgebied senioreninfo

4.4

Kaasschaaf (10%) op subsidies vrije tijd en sociale contacten: Organisatie/ Subsidie Scouting / 4.850 Vakantiespelen / 20.000 Cultuur en Muziek / 31.010 Sportactiviteiten / 93.500 Jeugdsociëteiten / 14.400 Historische vereniging / 2.245 Stichting Wij / 20.150 Volkscultuur / 6.000 Vrouwenemancipatie / 400 Sr. Sociëteiten / 5.600 Jeugdparticipatie / 3.000 Sport ouderen / 13.000 10% bezuinigen miv 2013 op totaal van 214.155 Beëindigen subsidie Ozb voor verenigingen met accommodatie

4.4a 4.4b 4.4c 4.4d 4.4e 4.4f 4.4g 4.4h 4.4i 4.4j 4.4k 4.4l 4.6a 4.6b

4.7b

Beperken van de doelgroepensubsidie Beëindigen subsidies aan organisaties voor mensen met een beperking Beëindigen subsidie Leidse rechtswinkel

4.7c

Beëindigen subsidie sociaal raadslieden werk

4.8

Beëindigen subsidie sport en integratie

4.7a

totaal programma 6

2012

2013

2014

2015

-3.175 V

-4.763

V

-6.350

V

-3.000 V

-3.000

V

-3.000

V

-21.400 V

-21.400

V

-21.400

V

-17.000 V

-25.500

V

-34.000

V

-13.000 V

-13.000

V

-13.000

V

-408 V

-611

V

-815

V

-350 V

-525

V

-700

V

-12.375 V

-18.563

V

-24.750

V

-4.500 V

-4.500 V

-4.500

V

-4.500

V

-342.500 V

-491.621 V

-659.097

V

-688.206

V

0 V

0

V

0

V

-3.000 V

-13.000 V

Financiering en algemene dekkingsmiddelen Geen voorstellen tot verhoging lokale heffingen totaal fin. en alg. dekkingsmiddelen

n.v.t. 0 V

Kostenplaatsen (Bedrijfsvoering) 8

Beperken verzekeringsportefeuille

-9.390 V

-9.390 V

-9.390

V

-9.390

V

9

Versoberen facilitaire ondersteuning binnen organisatie

-14.200 V

-14.200 V

-14.200

V

-14.200

V

10

Bezuinigen op secundaire arbeidsvoorwaarden

-70.355 V

-70.355 V

-70.355

V

-70.355

V

11

Professionalisering adviesfunctie

-33.000 V

-33.000 V

-126.000

V

-126.000

V

12

Efficiëntere inrichting communicatietaak

-53.386 V

-66.371 V

-71.371

V

-71.371

V

13

Besparing op de salarisadministratie

-40.921

V

14

Efficiënter beheer en onderhoud bij I.C.T.

2.450 N -45.000 V

-95.000 V

-95.000

V

-95.000

V

totaal kostenplaatsen...

-222.881 V

-288.316 V

-386.316

V

-427.237

V

TOTAAL AAN VOORGESTELDE BEZUINIGINGSMAATREGELEN

-722.481 V

-1.656.634 V

-2.173.610

V

-2.247.640

V

-733.681 V

-1.697.834 V

-2.419.810

V

-2.498.840

V

11.200 N

41.200 N

246.200

N

251.200

N

-722.481 V

-1.656.634 V

-2.173.610

V

-2.247.640

V

Aansluiting met raadsvoorstel college Totalen bezuinigingsmaatregelen college Correctie op bezuinigingsbedrag bibliotheek Aansluiting met vorenstaand reeks totaal aan bezuinigingen meerjarenbegroting


156

Overzicht V Amendeerbare bezuinigingsalternatieven Nr.

Omschrijving

23a

Reduceren aantal wethouders

2012

2013

2014

2015

Programma 1 Bestuur en dienstverlening -60.000

V

Bezuiniging op kosten Raad: 23b

Lagere vergoedingen raad 20%

-55.000

V

-55.000

V

-55.000

V

-55.000

V

23c

Stoppen presentiegeld burgerleden

-10.400

V

-10.400

V

-10.400

V

-10.400

V

23d

Halveren fractievergoedingen

-2.050

V

-2.050

V

-2.050

V

-2.050

V

23e

Schrappen internetkostenvergoeding

-2.100

V

-2.100

V

-2.100

V

-2.100

V

23f

Schrappen ziektekostenvergoeding

-4.450

V

-4.450

V

-4.450

V

-4.450

V

23g

Terugbrengen f.t.e. griffie

-40.000

V

-40.000

V

23h

Verlagen budget accountant

-10.000

V

-10.000

V

-10.000

V

-10.000

V

23i

Verlagen budget rekenkamer

-10.000

V

-10.000

V

-10.000

V

-10.000

V

totaal programma 1...

-94.000

V

-94.000

V

-134.000

V

-194.000

V

Programma 2 Ruimte N.v.t. totaal programma 2...

0

0

0

0

Programma 3 Leefomgeving 18

Optimaliseren aanbesteding maaien bermen en slootwerk

-15.000

V

-15.000

V

-15.000

V

-15.000

V

totaal programma 3…

-15.000

V

-15.000

V

-15.000

V

-15.000

V

Programma 4 Economie N.v.t. totaal programma 4…

0

0

0

Programma 5 Onderwijs en kinderopvang Wettelijke taken 3.4a

Bezuinigen op de kosten van leerlingenvervoer

4.5

Niet wettelijke taken Beëindigen subsidie peuterspeelzalen (€ 13.200 in bezuinigingsvoorstel) Beëindigen bijdrage Schoolbegeleidingsdienst (€ 15.000 in bezuinigingsvoorstel) Beëindigen subsidie onderwijsvoorzieningen (€ 46.000 in bezuinigingsvoorstel) Ontplooiingskansen voor kinderen (combifunctionaris). Besparing bij niet aanstellen combifunctionaris

4.7

Beëindigen subsidie Gipsproject

3.4b 3.7 3.9

totaal programma 5…

-72.830

-50.000

V

V

-1.200

V

-1.200

V

-1.200

V

-250.800

V

-250.800

V

-250.800

V

-72.830

V

-72.830

V

-72.830

V

-125.000

V

-125.000

V

-125.000

V

-50.000

V

-50.000

V

-50.000

V

-2.250

V

-3.375

V

-4.500

V

-72.830

V

-452.080

V

-453.205

V

-454.330

V

-1.600

V

-1.600

V

-1.600

V

-1.600

V

-2.700

V

-3.300

V

-4.500

V

-12.500

V

-31.250

V

-50.000

V

-2.500

V

-2.500

V

-2.500

V

-77.500

V

Programma 6 Welzijn Wettelijke taken N.v.t. Niet wettelijke taken 3.3

Beëindigen subsidie aan dorpsraden

3.6

Beëindigen subsidie voedselbank

3.7a

Beëindigen subsidie jongerenwerk (€ 25.000 in bezuinigingsvoorstel)

3.7b 3.9

Afvoeren budget campagne alcohol en drugspreventie Beëindigen subs. Dienstencentrum Jacobus (€ 4.500 in bezuinigingsvoorstel)

4.2a

Beëindigen bibliotheek zonder alternatief bibliobus

4.2b

Beëindigen subsidie zwembaddeel de Tweesprong

-45.000

4.2c

Beëindigen subsidie Kleine Oase (€ 15.000 in bezuinigingsvoorstel)

-18.500

4.4

Beëindigen subs. vrije tijd en sociale contacten: Organisatie

-2.500

V

-77.500

V

-77.500

V

-200.000

V

-200.000

V

V

-67.500

V

-90.000

V

V

-35.250

V

-52.000

V

Oorspronkelijke subsidie

4.4a

Scouting

4.4b

Vakantiespelen

20.000

4.850

4.4c

Cultuur en Muziek

31.010

4.4d

Sportactiviteiten

93.500

4.4e

Jeugdsociëteiten

14.400


157

Nr.

Omschrijving

4.4f

Historische vereniging

4.4g

Stichting Wij

20.150

4.4h

Volkscultuur

6.000

4.4i

Vrouwenemancipatie

4.4j

Sr. sociëteiten

4.4k

Jeugdparticipatie

4.4l

Sport ouderen (10% in bezuinigingsvoorstel)

2012

2014

2015

2.245

400 5.600 3.000 13.000 214.155

4.6

Beëindigen doelgroepen subsidie (€ 13.000 in bezuinigingsvoorstel)

4.7

Beëindigen subsidie Eigenwijsdag totaal programma 6…

2013

-192.755

V

-192.755

V

-192.755

V

-13.000

V

-13.000

V

-13.000

V

-13.000

V

-7.700

V

-7.700

V

-7.700

V

-7.700

V

-24.800

V

-373.755

V

-632.355

V

-691.555

V

Financiering en algemene dekkingsmiddelen Invoeren precario overig 27

-15.000

V

-25.000

V

-35.000

V

-45.000

V

Benutten deel van de o.z.b. ruimte (t.o.v. redelijk peil)

-796.000

V

-796.000

V

-796.000

V

-796.000

V

totaal financiering en algemene dekkingsmiddelen

-811.000

V

-821.000

V

-831.000

V

-841.000

V

Kostenplaatsen (Bedrijfsvoering) N.v.t. totaal kostenplaatsen... Totaal niet in bezuinigingsvoorstel opgenomen

0 -1.017.630


0 V

-1.755.835

0 V

-2.065.560

0 V

-2.195.885

V

158

Overzicht VI Bij de kadernota 2012 gesignaleerde risico's Programma 2 Ruimte

2012

2013

2014

2015

Stagnatie bouwgrondexploitatie

pm

pm

pm

pm

totaal programma 2 Ruimte

pm

pm

pm

pm

Budgettaire consequenties volgend uit de herziening beheersplannen (zoals wegen, groen, gebouwen)

pm

pm

pm

pm

totaal programma 3 Leefomgeving

pm

pm

pm

pm

Kosten ontmanteling I.s.d.r.

pm

pm

pm

pm

totaal programma 6 Welzijn

pm

pm

pm

pm

1.592.000

N 1.592.000

pm

pm

Programma 3 Leefomgeving

Programma 6 Welzijn

Financiering en algemene dekkingsmiddelen Afschaffen precarioheffing Bestuursakkoord decentralisatie taken

1.136.000 N pm

Bestuursakkoord herverdelingseffecten (maximaal€ 15 per inw.) Risico dat belegde Nuongelden lager blijven renderen dan de 4% waarvan is uitgegaan als gemiddeld jaarrendement (per 1% lager).

1.364.000 N pm 387.000 N

200.000 N

200.000 N

totaal financiering en algemene dekkingsmiddelen

1.336.000 N

1.951.000 N

TOTAAL GESIGNALEERDE RISICO'S IN DE KADERNOTA

1.336.000 N

1.951.000 N


387.000

N

N

387.000

N

1.979.000

N 1.979.000

N

1.979.000

N 1.979.000

N

159

BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN BEGROTING 2012 ALGEMEEN vraag nr.

blz.

1

partij

vraag en antwoord

CDA

Vraag: Na het opstellen van deze begroting is de septembercirculaire bekend geworden. De gevolgen hiervan voor de gemeente Leiden vielen tegen zo stond onlangs in de krant te lezen. Kunt u al aangeven wat de gevolgen voor onze gemeente zijn? Zo ja, welke zijn dat? En zo nee, kunt u dit dan wel voor de begrotingsbehandeling aangeven? Antwoord: De uitkomsten van de septembercirculaire geven ook voor onze gemeente nog negatieve bijstellingen. In een afzonderlijke memo zijn de details m.b.t. deze bijstellingen nader toegelicht (Deze memo is als bijlage 1 bij de beantwoording van de vragen bijgevoegd). In totalen geeft dit (in bedragen x € 1000) voor de meerjarenbegroting nog onderstaande mutaties : Verwerking mutaties september circulaire. Bijstelling alg. uitk. (inclusief extra bedragen voor taakmutaties) Bij inzet van de extra in de algemene uitkering aanwezige middelen voor taakmutaties. Totaal mutaties op begrotingsbeeld

2012

2013

2014

-0,2

N

0,169

N

0,212

N 0,116

0,369

N

0,212

N 0,116

2014

-

0,1

V

N

-0,076

N

N

0,24

V

De eerste regel van de tabel geeft de financiële consequenties voor de begroting indien de extra beschikbaar gestelde gelden als algemeen dekkingsmiddel worden ingezet. De laatste regel geeft de nadelige mutatie bij het volledig inzetten van de taakmutaties voor de in de circulaire genoemde doelen (zie bijlage Memo). RAADSVOORSTEL vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

2

2

VVD

3

6

VVD

Vraag: De verlaging van de bouwleges met 309.000 euro is niet toegelicht. Voor de duidelijkheid graag de opbouw van dit bedrag. Antwoord: Zie samengevoegd antwoord met volgende vraag nr. 3. Vraag: Specificatie verschil met kadernota. Zie ook de 2e vraag in dit blokje. Is de 309.000 in- of exclusief de 85.000 die hier wordt genoemd? Antwoord: Dit is exclusief het bedrag van € 85.000. De € 309.000 betreft de verlaging van de geraamde inkomsten uit bouwleges voor projecten in de begroting 2012, waartoe is besloten in de raadsvergadering van juni bij de behandeling van de kadernota. De opbouw van dit bedrag is als volgt: Project Bedrag Braassemerland: Centrumplan 166.000 Westend 143.000 Totaal 309.000 In de conceptbegroting voor 2012 zijn de leges i.v.m. de ontwikkelingen op de Pagina 1 van 22

vraag nr.

blz.

partij

4

4

VVD

5

6

VVD

6

7

VVD

vraag en antwoord

woningmarkt nog extra afgeraamd met een bedrag van € 85.000 voor 2012. Het bedrag van € 85.000 betreft de leges voor de overige projecten in Kaag en Braassem. Hiermee zijn er nu geheel geen leges meer voor projecten geraamd in 2012. Ook in de jaren 2013 en 2014 zijn de inkomsten aan bouwleges in de meerjarenbegroting verlaagd. Vraag: Tabel C. Wij hebben grote behoefte aan een raming van de pm-posten! M.n. Bij ontmanteling ISDR is het zeker dat hier een substantiele kostenpost ontstaat in 2012. Antwoord: Er zijn 3 risico’s die P.M. zijn geraamd : 1) In verband met de ontmanteling van de ISDR is een projectgroep toekomst ISDR opgericht. Deze zijn bezig om de (voornamelijk personele consequenties) in beeld te brengen bij het elders onderbrengen van de taken van de ISDR. Dat er financiële gevolgen zullen zijn is duidelijk, de omvang is echter nog niet aan te geven. Dit is onder meer afhankelijk van de kosten bij de nieuwe uitvoeringsorganisatie, de kosten van de software en de frictiekosten. In verband hiermede zijn ook deze kosten vooralsnog P.M. geraamd. De overige p.m. opgenomen posten worden hieronder nog eens toegelicht: 2) Bij de grondexploitatie hebben we voor de gecalculeerde verliezen een voorziening gevormd. Voor de voorziene risico’s biedt de reserve grondexploitatie voldoende dekking. De risico’s m.b.t. tot het Braassemerland zijn op dit moment nog niet te kwantificeren omdat het overleg met marktpartijen nog gaande is. In verband hiermee is dit nu nog als P.M. weergegeven. (zie ook de beantwoording bij vraag 57. 3) De financiële omvang van decentralisatie van de taken van het Rijk naar de gemeente is nog niet voldoende duidelijk. De taken die naar de gemeente komen in verband met de AWBZ taken (al in 2012) zijn nog steeds becijferd tussen de 2 en de 3 miljard. Verder weet de gemeente nog niets. Ook de wijze waarop de gemeente deze taken gaat uitvoeren heeft invloed op de benodigde budgetten. Van de overige taken is nog minder aan te geven wat de gevolgen zullen zijn. Vandaar ook op dit onderdeel nog een P.M. vermelding. Vraag: Specificatie verschil kadernota. Voor ICT wordt structureel extra budget vrijgemaakt van 73.000 euro (deels kapitaallasten). Waarom is de 54.000 structureel? Antwoord: Het bedrag van € 54.000 betreft meerkosten van noodzakelijke vervanging/uitbreiding van software. Deze wordt tegen jaarlijkse huur afgenomen en deze kosten zijn daardoor structureel. Het overige bedrag betreft de kapitaallasten € 19.000 als gevolg van noodzakelijke investeringen in de hardware. Vraag: Geactiveerde fusiekosten. In de tekst wordt vermeld dat deze kosten na 2013 verdwijnen uit het meerjarenbeeld. Ze staan voor 2014 en 2015 wel in de tabel “Specificatie verschil kadernota”. Hoe zit dit nu? Antwoord: In het meerjarenbeeld worden de mutaties in latere jaren t.o.v. de lopende begroting (in dit geval 2012) gegeven. Daar de verwerking van de fusiekosten nog onderdeel uitmaakt van de begroting 2012 (laatste jaar), geeft dit nog wel mutaties voor de jaren daarna. Vanaf 2013 verdwijnt dit zoals gezegd dan geheel uit het meerjarenbeeld. Pagina 2 van 22

PROGRAMMA 1 Bestuur en dienstverlening vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

7

1011

PvdA

8

10

CDA

9

12

SvKB

10

13

VVD

11

13

VVD

Vraag: Op blz. 10 en 11 spreekt u over het jaarlijks nieuw aanbieden van 5 digitale producten, dit stond ook in de begroting voor dit jaar. Welke 5 producten heeft u in 2011 aangeboden? Antwoord: De volgende digitale producten zijn beschikbaar; 1) De eigen verklaringen voor rijbewijzen 2) Aangifte vertrek naar buitenland 3) Werken op afspraak 4) Omgevingsloket online 5) Meldingen of klachten indienen Vraag: Functioneren bestuursorganen. Rapportage over tijdige beantwoording van brieven. Welke verbeteringen zijn er bereikt en wat kan er nog verbeterd worden? (deze vraag is ook gesteld bij de begroting 2011!) Antwoord: Naar aanleiding van die bij de begroting gestelde vraag is nu op de toezeggingenlijst vermeld dat er een rapportage opgesteld zal worden over de beantwoording van brieven. Daarbij zal tevens aangegeven worden hoe het proces nu ingericht is en welke maatregelen genomen zijn om de beantwoording van brieven soepeler te laten verlopen. In december zal dit aan de raad gestuurd worden. Vraag: Brandweer: . . . . wordt toegewerkt naar hantering Cebeon-norm is niet SMART genoeg. Tevens: Wat houdt norm in? Antwoord: De Cebeonnorm is een norm de wordt gehanteerd bij de vergoeding voor de brandweerzorg in de algemene uitkering van het gemeentefonds. De veiligheidsregio bleek na de regionalisering meer te kosten dan de Cebeonnorm aangeeft. Bij de totstandkoming heeft de Veiligheidsregio taakstellend opgedragen gekregen binnen 3 jaar 5 procent bezuinigingen door te voeren. Daarenboven is aan de Veiligheidsregio opgedragen aan te geven op welke wijze de brandweerzorg binnen die Cebonnorm kan worden georganiseerd. Daarover wordt in 2012 gerapporteerd. Vraag: Er wordt voorgesteld te bezuinigen op project Ghana voor 10.300 euro. Betreft deze bezuiniging ook alle ambtelijke uren? Graag een berekening van het genoemde bedrag. Antwoord: Nee, in het bedrag van € 10.300 dat tot nu toe voor Ghana in de begroting stond zijn niet de ambtelijke uren begrepen. Er is op dit moment niet aan te geven hoeveel uren er voor de voortzetting van het Ghanaproject nodig zijn. Wel is door de Stichting aangegeven dat om in aanmerking te komen voor subsidie van de VNG er meer uren beschikbaar moeten komen dan er nu door de gemeente aan worden besteed. De uren die de gemeente aan het project besteedt, worden maar ten dele vergoed door de VNG. De vergoeding van de uren in Ghana dekt niet de kosten en de voorbereidende uren in Nederland worden niet vergoed. Hierdoor is er sprake van een indirecte gemeentelijke bijdrage, waardoor het voortzetten zonder (indirecte) gemeentelijke bijdrage niet haalbaar zal zijn. Vraag: Waarderen dorpsraden. Is er vraag naar het voorgestelde extra budget vanuit de Pagina 3 van 22

vraag nr.

12

blz.

13

partij

SvKB

13

13

CDA

14

12 0

CDA

vraag en antwoord

bestaande of mogelijk nieuw op te richten dorpsraden? Antwoord: Op dit moment is er nog geen concrete vraag naar extra budget maar er zijn o.a. in de kernen Leimuiden en Bilderdam, waar nog geen dorpsraden bestaan, ontwikkelingen gaande. Het college hecht belang aan burgerparticipatie en heeft om deze reden extra budget voor dit onderdeel in de productsheets opgenomen. Vraag: De lasten nemen met € 225.000 toe van € 8,5 miljoen tot € 8,727 miljoen. De baten nemen met € 70.000 af tot € 626.000. Het resultaat verslechtert met € 300.000. Wat is de reden hiervan indien de doorbelasting kostenplaatsen en de werkkostenregeling buiten beschouwing worden gelaten (zie blz118 ev)? Antwoord: Indien de doorbelasting kostenplaatsen en de werkkostenregeling buiten beschouwing worden gelaten dan is het resultaat op programma 1 circa € 600.000 voordelig in plaats van € 300.000 nadelig. Dit kan als onderstaand worden gespecificeerd: - lagere bijdrage aan GHOR en Holland Rijnland € 72.000 - lagere bijdrage aan de regionale brandweer € 92.000 - geen kosten meer opgenomen voor externe begeleiding ‘t € 50.000 Kompas - geen verkiezingen in 2012 € 47.000 - afwikkeling van de frictiekosten lager € 45.000 - lagere kapitaallasten van de brandweer € 48.000 - overbrengen communicatie naar kostenplaatsen € 292.000 - lagere huuropbrengsten van de brandweerkazernes - € 75.000 - overige verschillen € 29.000 Totaal € 600.000 Vraag: Bezuinigen. Kan inzichtelijk worden gemaakt hoeveel ambtelijke uren nodig zijn om het project voort te zetten en de VNG-subsidie veilig te stellen (zonder verdere gemeentelijke bijdrage) en welke inkomsten (daggeldvergoeding VNG) daar tegenover staan? Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord op vraag nr. 10. Vraag: P140.01 Politie. Zijn de kosten bestuursdwang ter grootte van € 44.000,- i.v.m. brand schuur Zuideinde te verhalen? Antwoord: Een toezegging van de verzekeringsmaatschappij dat de kosten zullen worden vergoed is inmiddels ontvangen.

Pagina 4 van 22

PROGRAMMA 2 Ruimte vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

15

16

PvdA

16

16

PvdA

17

17

VVD

18

18

CDA

19

19

VVD

20

19

VVD

Vraag: Het vereveningsfonds voor de sociale woningbouw. Wij krijgen (heel) sterk de indruk dat deze zin er alleen instaat om de PvdA rustig te houden. Wanneer kunnen we hier voorstellen voor tegemoet zien? Antwoord: Samen met de Nota Grondbeleid en de Nota Kostenverhaal zal dit eind 2011 samen met de MRSV worden voorgelegd aan de raad. Vraag: Het vaststellen van een nieuwe sociale koopgrens. Bij de beraadslagingen over het Westend is met grote stelligheid aangegeven dat dit geen gevolgen zou hebben voor de prijzen in de rest van het Braassemerland. Deze prijzen staan dus vast. Vanwaar deze opmerking? Antwoord: Deze conclusie is niet juist. In december zal de raad naast de MRSV als uitvoeringsonderdeel de Nota Grondbeleid ontvangen met een concreet voorstel op dit punt voor fondsvorming sociale woningbouw. Nadere discussie op dit punt zal plaatsvinden i.h.k.v. de MRSV. Opmerking: WO-ZO-WE staat mogelijk voor Wonen, Zorg en Welzijn. Dit is voor een geïnteresseerde lezer bijna niet te raden! Antwoord: Het staat inderdaad voor Wonen, Zorg en Welzijn. Wij nemen kennis van uw opmerking en zullen deze afkortingen zoveel mogelijk vermijden. Voorstel 7. Beëindiging subsidie aan de historische vereniging en het gemeente museum. Dit is in tegenspraak met de opmerking hierover op blz. 41. Wat is juist? Antwoord: Het voorstel aan de raad is om op deze subsidie vanaf 2013 € 225 te korten (=10% v. € 2.245). Dit is conform hetgeen is opgenomen in het overzicht IV onder het programma Welzijn. Naar nu blijkt is deze subsidie in het bezuinigingsvoorstel abusievelijk ook volledig ingeboekt bij het programma Ruimte. Dit geeft derhalve nog een aanpassing van € 2.245 op de totalen van het bezuinigingsvoorstel en daarmee op de begrotingsuitkomsten. Dit zal worden verwerkt in een begrotingswijziging. Vraag: De beoogde activiteiten bij de Nota Grondbeleid is oa het instellen van een projectgroep. Wie gaat deze projectgroep bemensen? En wat wordt hun opdracht? Tevens wordt herbezinning van bestaande nota's als activiteit voorgesteld. Wat is de rol van de raad hierin? En wat is het beoogd effect van deze herbezinning? Antwoord: De uitvoering van deze taak wordt onderdeel van het uitvoeringsprogramma MRSV, die in december ter vaststelling aan de raad wordt aangeboden. Voorts hebben wij als uitgangspunt dat daarmee sectorale nota’s tot een minimum kunnen worden teruggedrongen. De raad kan dus over de MRSV inclusief grondbeleid spreken in december. Vraag: Milieu: is het gezien alle recente gebeurtenissen niet verstandig hierbij geuroverlast expliciet te benoemen? Antwoord: In het programma is als milieuspeerpunt benoemd “afname milieubelasting” . Hieronder valt ook de afname van geuroverlast. Pagina 5 van 22

PROGRAMMA 3 Leefomgeving vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

21

22

VVD

22

22

CDA

23

22

PvdA

24

22

SvKB

25

22

CDA

26

23

VVD

27

23

CDA

Vraag: Wegen: er wordt gestreefd om jaarlijks 25% van het achterstallig onderhoud weg te werken. En de andere 75%? Graag toelichting hierop. Antwoord: De achterstand betreft 22 procent en wordt in 4 jaar ingelopen. De overige 78% wordt onderhouden volgens de CROW-normering Wegen. Een plan van aanpak opstellen om jaarlijks 25% van het achterstallig onderhoud van de wegen weg te werken. Dit werkt toch sterk kostenverhogend om in het ergste geval onderhoud 3 jaar uit te stellen en wat zijn de gevolgen voor de veiligheid? Antwoord: De degeneratiekosten zijn een fractie van de meerkosten wanneer je alles in één jaar wilt inlopen. De normering ‘schoon, heel en veilig’ is hier het uitgangspunt. Veiligheid is prioriteit 1. Vraag: Als ik over het industriegebied de Lasso rijd krijg ik niet de indruk dat hier ,op het gebied van revitalisering, heel veel gebeurd. Wat is er concreet gerealiseerd in de afgelopen jaren. En op welke termijn wordt dit afgerond? Antwoord: Er is overlegd met de ondernemers en het parkmanagement over het gebruik van de buitenruimte. Besluitvorming hierover vindt eindt 2011 plaats. De start van de uitvoering van het project ‘revitalisering Lasso’ staat gepland in 2012. Vraag: Wegen: Er worden geen beoogd resultaat mbt schoonhouden wegen in winterperiode genoemd. Strooibeleid verwijzing o.i.d. Moet dit hier niet benoemd worden? Antwoord: In het algemeen geldt: wegen zijn veilig, goed en begaanbaar. In de winterperiode, bij sneeuwval, gelden andere prioriteiten, benoemd in het uitvoeringsplan gladheidsbestrijding. Vraag: Openbare buitenruimte. Graag een toelichting waarom het nog 2 jaar moet duren voor de Basiskaart Grootschalige Topografie in gebruik wordt genomen. Gebruik ervan levert toch efficiëntievoordelen op? Antwoord: De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) is een landelijke voorziening en wordt naar verwachting in 2015 ingevoerd onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. De huidige Grootschalige Basiskaart van Nederland (GBKN) zoals we die nu gebruiken, gaat daar onderdeel van uitmaken. De voorbereidingen voor de invoering van de BGT worden de komende jaren ingezet. Vraag: Is een dagelijkse inspectie van speelplaatsen- en toestellen door eigen dienst noodzakelijk? En is dit ook uitvoerbaar? Antwoord: Er is voortdurend aandacht voor de veiligheid van speeltoestellen Het betreffen geen fysieke inspecties. Vraag: Begraafplaatsen. Enkele weken geleden heeft het College van B&W een besluit genomen over de gemeentelijke begraafplaatsen. Hierover staat niets in de begroting. Wat is de inhoud van dit besluit en wordt dit ook voorgelegd aan de Raad? Pagina 6 van 22

vraag nr.

blz.

partij

28

24

PvdA

29

24

CDA

30

25

VVD

31

25

CDA

32

25

VVD

33

2526

PvdA

vraag en antwoord

Antwoord: Op 29 september jl. hebben wij gesproken over het beheer van de begraafplaatsen. De programmabegroting was op dat moment al door ons vastgesteld. Wij hebben toen besloten dat wij toewerken naar één begraafplaats voor de gehele gemeente waar algemeen begraven mogelijk blijft en dat de begraafplaats in Woubrugge daarvoor wordt aangewezen. De overige openbare begraafplaatsen zullen indien mogelijk geprivatiseerd worden. Dit is geen besluit dat de bevoegdheid van de raad raakt. Vraag: Wat is het verschil tussen BRP en GRP? Antwoord: Het Basisrioleringsplan (BRP) dient als uitgangspunt voor het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP), de vergunningverlening en het overleg met het waterschap. In het BRP wordt het rioleringssysteem hydraulisch (waterdoorvoer capaciteit) doorgerekend, worden de vuilemissies berekend en verbetermaatregelen voorgesteld. In een (vGRP) wordt aangegeven wat de gemeente aan rioleringvoorzieningen bezit, wat de staat van onderhoud is, hoe deze voorzieningen functioneren, hoe het rioolstelsel beheerd wordt en hoe dit gefinancierd wordt. De ‘v’ van verbreed is de toevoeging van de wettelijke zorgplicht voor grondwater binnen de gemeente. Dit komt voort uit de nieuwe Waterwet. Vraag: GRP Tijdens de behandeling van de Burap heeft de wethouder gemeld dat het GRP wordt bijgesteld i.v.m. stijging van de kosten. In de programmabegroting staat hier niets over! Antwoord: Er zal een bijstelling plaatsvinden van het vGRP, waarin ook een financiële paragraaf is opgenomen. In 2012 zal uw raad een voorstel worden gedaan de gewijzigde vGRP vast te stellen. Vraag: Samen met Cyclus komt een uitvoeringsvoorstel voor chippen van containers. Met als uitgangspunt financieel rendement. Welk rendement wordt verwacht? Antwoord: Het rendement is nog niet bekend. Dit wordt de komende periode onderzocht. Vraag: Verzamelcontainers. Wat is het financiële voordeel van ondergrondse verzamelcontainers qua afschrijving en legen. Hoeveel huishoudens moeten hier minimaal gebruik van maken? Antwoord: Het voordeel van ondergrondse containers is meer het ‘schonere’ straatbeeld. Daarom wordt gestreefd bij de bouw van nieuwe wijken en gestapelde bouw (i.v.m. het ruimtebeslag) om zoveel mogelijk ondergrondse containers te plaatsen. Het aantal huishoudens dat er minimaal gebruik van moet maken is nog onbekend en zal deel uitmaken van ons onderzoek. Vraag: Is inzamelen oud papier en glas een gemeentelijke kerntaak? Antwoord: Ja. In het Landelijk AfvalstoffenPlan (LAP) staan de scheidingsdoelen die een gemeente moet halen en daar staan o.a. papier en glas genoemd. Vraag: Is er erg veel achterstand op bij de Openbare verlichting? Antwoord: Nee. Het betreft hier 20% van de armaturen van de openbare verlichting die Pagina 7 van 22

vraag nr.

blz.

partij

34

26

VVD

35

27

VVD

36

28

VVD

vraag en antwoord

niet voldoen aan de klimaatdoelstellingen. Deze zullen in 4 jaar tijd worden vervangen. Vraag: Gaat de gemeente zelf de corridorstudie N207 verder uitvoeren? Antwoord: Nee, de (bus)corridor N207 is en blijft een provinciaal project. Wel blijft de gemeente gesprekspartner bij de verdere uitwerking van de verschillende trajectdelen tussen Alphen a/d Rijn en de brug over de Ringvaart bij Leimuiden. Vraag: De VVD heeft vragen gesteld over de volledige afschaffing van de milieustraat. Graag de antwoorden! Antwoord: Op 24 augustus jl. is de via de mail gestelde vraag beantwoord. Het antwoord dat is gegeven is als volgt. Met betrekking tot de milieustraat is in het kader van ’t Kompas / kerntakendiscussie een productsheet opgesteld. In verband met de complexiteit van de materie wordt dit verder uitgewerkt in een business case. In deze business case staan de volgende onderzoeksvragen: hoe we kunnen komen tot één milieustraat voor de gehele gemeente, op welke wijze openingstijden beter kunnen aansluiten bij aanbodbehoefte en ook of afstoten (afschaffing) van de milieustraat een reële mogelijkheid is. Vraag: In 2013 wordt een besparing ingerekend van 100.000 euro op strategisch vastgoedbeheer en dan m.n. het groot onderhoud aan het vastgoed. Is in deze “winst” wel rekening gehouden met de mogelijke negatieve rendementen op de objecten. Vooral gezien de hoge prijzen die er voor bepaalde objecten zijn betaald in relatie tot de huidige marktwaarde. Of vinden we de geprognosticeerde verliezen ergens anders in de begroting of risicoparagraaf? Antwoord: Dit zijn de bezuinigingen op het beheer en onderhoud. Hier zijn niet de boekwaarden en rendementen meegenomen. Bij het afstoten van niet meer benodigd vastgoed wordt er op aangestuurd dat de boekwaarde minimaal wordt afgedekt door de verkoopopbrengst.

PROGRAMMA 4 Economie Geen vragen PROGRAMMA 5 Onderwijs en kinderopvang vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

37

34

VVD

38

68

PvdA

Vraag: Er wordt ingezet op het voorkomen van leegstand brede school oa via de aan te stellen combinatiefunctionaris. Heeft WBVA als eigenaar van de brede school in Roelofarendsveen hier nog een rol in? Antwoord: De gemeente huurt, als onderdeel van de afspraken met de WBVA, alle leegstaande ruimten binnen de brede school. De gemeente heeft er dus het meest belang bij dat de leegstaande ruimten worden gevuld en heeft hier dus als enige een taak in. Vraag: onderhoudsbudgetten Brede School, is het onderhoud niet voor de WBVA? Antwoord De gemeente huurt ruimten in de brede school. WBVA is eigenaar. De WBVA is daarmee verantwoordelijk voor het onderhoud van de brede school. Dit wordt bevestigd in de tabel op pagina 77 waarin is aangegeven dat het areaal Pagina 8 van 22

vraag nr.

blz.

partij

39

35

VVD

40

35

CDA

vraag en antwoord

gemeentelijk vastgoed met betrekking tot onderwijs gerelateerd vastgoed is afgenomen. De gemeente is wel verantwoordelijk voor het onderhoud van de openbare ruimte. Vraag: Er wordt totaal 264.000 euro subsidie geven voor peuterspeelzalen. Hoe is de verdeling van dit bedrag over de Stichting Samen Een (voormalig Jacobswoude) en Kindkracht (voormalig Alkemade). Antwoord: Voor Stichting Samen Eén is een bedrag van € 92.000,00 begroot; voor Kindkracht een bedrag van € 172.000,00, waarvan € 55.000,00 voor de Taalgroep. Aan deze verdeling ligt een raadsbesluit ten grondslag. Vraag: Mutaties reserves. Kunt u de onttrekkingen aan de algemene reserve wegens dekking kapitaallasten peuterspeelzaal Brede School en rente toelichten? Antwoord: Bij raadsbesluit van 6 oktober 2008 is besloten de kosten voor de Peuterspeelzaal Spetters in de Bredeschool te dekken uit de algemene reserve. Jaarlijks wordt dit bedrag ter hoogte van de kapitaallasten nu onttrokken uit de algemene reserve. De onttrekking van het rentebedrag Brede School heeft te maken met de verkoop aan de WBVA. Hierdoor moest de bijdrage vanuit de exploitatie van het Braassemerland, waartoe de raad heeft besloten administratief op een andere wijze worden verwerkt. Voor een uitgebreide toelichting hierop wordt verwezen naar bladzijde 66 van de kadernota.

PROGRAMMA 6 Welzijn vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

41

38

PvdA

42

39

VVD

43

40

VVD

Vraag: Welzijn. Wat ons opvalt is dat hier het gedeelte wat willen we bereiken/wat gaan we er voor doen, bij ieder nieuw boekwerk, begroting 2011, rekening 2011 of begroting 2012 heel erg veranderd is. dit bevordert de mogelijkheid van controle niet. Zijn hier redenen voor? Antwoord: Binnen het sociale domein vinden veel veranderingen plaats. Dit heeft zijn weerslag op de begroting. Daarnaast is dit jaar aansluiting gezocht bij de kerntakendiscussie en de MRSV. Wij zijn ons ervan bewust dat er voor de controle natuurlijk ook aansluiting moet zijn tussen begroting en rekening. Vraag: CJG: is het mogelijk om alle organisaties die betrokken zijn bij jeugd en jongeren via het CJG samen te brengen en zo de gemeentelijke jeugdzorg optimaal (en meest efficient) te organiseren? Antwoord; Het rijk beoogt met de decentralisatie van de jeugdzorg om deze jeugdzorg zo efficiënt mogelijk te organiseren. Het is daarnaast de bedoeling van het rijk om de toegang tot de jeugdzorg via het CJG te laten plaatsvinden. Hiertoe moeten inderdaad alle organisaties die betrokken zijn bij jeugd en jongeren aan het CJG worden verbonden. Op deze manier kan het preventief jeugdbeleid worden versterkt. De jeugdbescherming, jeugdreclassering en de jeugdzorg worden niet binnen het CJG aangeboden. Vraag: Beperken subsidie CCH. Er lijkt met meerdere maten gemeten te worden bij Culterele Centra. Het is onduidelijk hoe de subsidies lopen. Is er bij andere centra sprake van exploitatiesubsidies, renteloze leningen of andere Pagina 9 van 22

vraag nr.

44

blz.

40

partij

CDA

vraag en antwoord

subsidievormen? Maw hoe kunnen we het gelijkheidsbeginsel toepassen op CCH? Antwoord: Er zijn diverse constructies aan te wijzen. Naast exploitatiesubsidie en renteloze leningen zijn er ook panden in eigendom van de gemeente, waarbij er afspraken zijn voor verhuur, beheer en ook beheer en onderhoud. In de afwegingen is het CCH vergeleken met andere dorpshuizen en niet met sportvoorzieningen/ multifunctionele accommodaties zoals ’t Spant. CCH is het enige dorpshuis met een exploitatiesubsidie. In principe geldt voor alle leningen dat er moet worden afgelost, alleen de voorwaarden voor aflossing lopen uiteen. Omdat de vergelijkbaarheid moeilijk is zijn we op dit moment bezig dit in kaart te brengen. Vraag: Kan de bezuiniging op Collectieve preventie en zorgvernieuwingsprojecten GGZ nader worden toegelicht: wie voert nu de taken uit, doen we het nu zelf en denken we daarin te besparen door niet te participeren in regionale aanpak? Antwoord Collectieve preventie en zorgvernieuwingsprojecten was een taak die bij een centrumgemeente, voor ons gemeente Leiden, was neergelegd. Gemeenten zijn nu zelf verantwoordelijk. De gemeenten in Holland Rijnland hebben ervoor gekozen om taken, zoals het verstrekken van subsidie (inclusief afhandelen bezwaar), het overleg met instellingen en de beleidscoördinatie via een gemeenschappelijke regeling bij Leiden neer te leggen. Bij collectieve preventie en zorgvernieuwingsprojecten gaat het om o.a. het inloophuis psychiatrie, het informatiepunt GGZ, het zorgvragersoverleg. Daarnaast voorlichting gericht op het bevorderen van kennis en begrip van psychische klachten, cursussen gericht op specifieke doelgroepen vooral bedoeld om te ontstaan van ernstiger klachten af te wenden en participatie gericht op deelname aan op preventie gerichte voorzieningen of projecten in samenwerking met andere zorgaanbieders. Wij denken dat door meer vraaggericht te werken en meer lokaal in te steken op signalering en preventie een besparing kan worden gerealiseerd.

ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN EN ONVOORZIEN vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

45

49

CDA

46

50

CDA

Vraag: Opheffen van de gemeentelijke adviescommissie voor de bezwaarschriften en klachten. Wat zijn de voor- en nadelen voor onze inwoners en de gemeente van deze opheffing? Antwoord: Verwezen wordt naar het antwoord op vraag nr. 90 gesteld door de PvdA fractie. Vraag: Communicatietaak. Nieuwsbrieven en brochures alleen nog digitaal aanbieden. Kan dit wettelijk en hoe worden onze inwoners bereikt die digitaal niet uit de voeten kunnen? Gemeentepagina om de week laten verschijnen. Loopt de gemeente hierdoor niet het risico dat de bezwaartermijn voor de inwoners verkort wordt met als gevolg dat b.v. een Wabo-vergunning automatisch verleend moet worden? Antwoord: Wettelijk is het toegestaan om de nieuwsbrieven en brochures alleen nog digitaal aan te bieden. Wij delen uw zorg dat op deze manier niet alle inwoners Pagina 10 van 22

vraag nr.

47

blz.

45, 101, 145

partij

CDA

vraag en antwoord

bereikt zullen worden en zullen dan ook de verschillende kanalen om informatie te verstrekken voorlopig blijven benutten. Conform artikel 6:8 van de Awb gaat een bezwaartermijn lopen met ingang van de dag na die waarop het besluit op voorgeschreven wijze is bekendgemaakt. Indien bekendmaking geschiedt aan de aanvrager gaat de bezwaartermijn lopen vanaf dat moment. Met de openbare bekendmaking start geen nieuwe termijn. Wij streven ernaar om die twee momenten, bekendmaking aan de aanvrager en openbare bekendmaking ongeveer gelijktijdig te laten plaatsvinden. Vraag: Dividend BNG De BNG heeft in haar halfjaarbericht 2011 aangegeven dat de bank de komende jaren een groter deel van de winst gaat inhouden. Reden is dat de BNG eind 2017 moet voldoen aan de richtlijnen van Basel 3. In de begroting 2012 is hetzelfde bedrag aan dividend BNG opgenomen als in de begroting 2011. Ook in de risicoparagraaf is niet vermeldt dat het dividend van de BNG een risico vormt voor de meerjarenbegroting. Waarom is er nergens aandacht besteed aan de toekomstige vermindering van het dividend van de BNG? Antwoord: De BNG heeft in het eerste halfjaarverslag over 2011 inderdaad aangegeven dat om te voldoen aan Basel 3 de komende jaren mede een groter deel van de winst zal worden ingehouden. Of dit consequenties zal hebben voor het uit te keren dividend en in welke mate is op dit moment nog niet duidelijk. In hetzelfde stuk is ook aangegeven dat het goed gaat met de bank en dat de nettowinst over het eerste halfjaar is gestegen met € 44 miljoen. Wij zijn echter met u van mening dat dit in de risicoparagraaf thuishoort. De berichtgeving hieromtrent heeft ons echter te laat bereikt om het dit keer al te kunnen verwerken in de paragraaf waarvan de deadline zoals aangegeven in het raadsvoorstel lag op 13 september.

PARAGRAFEN vraag nr.

blz.

partij

vraag en antwoord

48

5658

VVD

49

56

CDA

Vraag: Tabel totale belastingdruk en tarieven OZB en heffingen: De lokale heffingen worden verhoogd met een inflatiepercentage van 2%, zoals ook weergegeven in de tabel op blz. 56. Echter de tabel met het overzicht van de tariefsontwikkelingen op blz. 57 lijkt uit te gaan van dezelfde tarieven in 2011 en 2012 voor OZB, RZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing. Dat lijkt nog eens bevestigd te worden door de tabel op blz. 58, inzake totale belastingdruk (welke een rekenfout in de optelling lijkt te bevatten), die voor 2011 en 2012 hetzelfde blijft voor een meerpersoonshuishouden met een woning van EUR 212k. Als dat zo is, hoe kan het dan dat er 2% meer inkomsten uit lokale heffingen verkregen gaan worden? Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag nr. 50. Vraag: De OZB woningen is 2% hoger dan het bedrag uit de begroting 2011. De rekening 2010 was echter al hoger dan de begroting 2011. Waarom wordt er bij het bepalen van de nieuwe opbrengstraming niet aangesloten bij de werkelijke cijfers. Als je uitgaat van werkelijke opbrengst 2010 en daarna rekening houdt met indexatiecijfers 2011 en 2012 (2%) krijg je een hogere opbrengst. Pagina 11 van 22

vraag nr.

50

51

blz.

56

partij

CDA

VVD

vraag en antwoord

Nu wordt het tarief 2012 straks bepaald door de geraamde opbrengst te delen door de getaxeerde waarde en daar de factor uit te berekenen. Laat de gemeente nu geen geld liggen? Extra opbrengst door de toename van het aantal woningen komt op deze manier niet tot uiting in extra OZB-opbrengsten omdat bij de bepaling van de begroting niet aangesloten wordt bij de werkelijke opbrengst in enig jaar. Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag nr. 50. Vraag: Het overzicht gemeentelijk belastingdomein bevat volgens ons een aantal onjuiste bedragen. Zo sluiten de bedragen 2012 van precariobelasting en leges bouwvergunningen niet aan met de bedragen verderop in de begroting. Kunt u de tabel nog eens kritisch bekijken en nagaan of de rest wel goed is? Antwoord: Helaas hebben wij met u moeten constateren dat er een aantal onjuistheden in de belastingparagraaf staan. In het afzonderlijke aan u uit te brengen voorstel voor de tarieven in 2012 zullen wij uiteraard rekening houden met de juiste gegevens. Voor de duidelijkheid vermelden wij hieronder nog even de juiste uitgangspunten die wij hierbij zullen hanteren: • Een inflatiecorrectie op de begrote belastinginkomsten van effectief 2%. • Om effectief (werkelijk) 2% meer inkomsten te genereren voor het opvangen van de inflatie wordt bij de OZB tevens rekening houden met de waardeontwikkeling. Volgens de recentste informatie is er ook in Kaag en Braassem voor het eerst sinds lange tijd sprake van een waarde daling waardoor de verhoging van het tarief bij de OZB meer dan 2% zal bedragen. (Uitgangspunt hierbij is dat de aanslag voor de burgers in de combinatie waardewijziging en tariefsverhoging uitkomt op 2%). • Tevens wordt rekening gehouden met de areaaluitbreidingen. Woningen die in 2011 in gebruik worden genomen tellen per de peildatum 1 januari mee voor de belastinginkomsten en genereren extra inkomsten. • De eerder veronderstelde mogelijke tariefsverlaging bij het rioolrecht van € 20 waarvan ook reeds melding is gemaakt in de kadernota wordt voorlopig niet doorgevoerd. De reden hiervan is de lagere inkomsten bij het rioolrecht i.v.m. minder aansluitingen dan waar in het GRP mee is gerekend. (Zie hiervoor ook de toelichting in de afzonderlijke aan u bij de begrotingsstukken uit te brengen memo over de lagere inkomsten uit rioolrechten). • De precariobelasting op ondergrondse leidingen en kabels wordt naast de inflatiecorrectie tevens in vier stappen extra verhoogd conform het voorstel zoals reeds gedaan bij de begroting voor 2011 e.v. De raming inkomsten uit leges voor bouwvergunningen is zoals elders bij de beantwoording al is toegelicht verlaagd met de bouwleges voor projecten. Vraag: Afvalstoffenheffing: De afvalstoffenheffing mag maximaal 100% kostendekkend zijn, en is dit momenteel ook in Kaag en Braassem. Als gevolg van de kadernota 2012 is afgesproken dat de exploitatielasten voor de begroting 2012 in principe niet zouden stijgen ('vastzetten op de nullijn') t.o.v. 2011 (zie ook kader 1 op blz. 114/115 van de begroting). De afvalstoffenheffing wordt nu echter verhoogd met 2%. Gezien de kostendekkendheid van maximaal 100% betekent dit dat de onderliggende exploitatiekosten voor afvalstoffenheffing dus met minimaal 2% zullen stijgen in 2012 en verder. Dat is echter in strijd met de door de Pagina 12 van 22

vraag nr.

blz.

partij

52

56

PvdA

53

57

CDA

54

58

CDA

55

59

CDA

56

61

VVD

vraag en antwoord

gemeenteraad uitgezette lijn in de kadernota (0% stijging exploitatielasten). Hoe kan dat? Antwoord: Bij het belastingvoorstel, dat in december naar uw raad gaat, zal gecheckt worden of de kostendekkendheid bij dit onderdeel niet boven de 100% stijgt. Hierbij mag tevens de BTW in ogenschouw worden genomen en kosten voortvloeiende uit nieuwe ontwikkelingen in 2012. Vraag: Belastingen chemisch afval, is dit reëel, gezien het rekeningresultaat 2010? Antwoord: De inkomsten uit reinigingsrechten kunnen van jaar tot jaar schommelen. Indien in de komende jaren blijkt dat de lagere inkomsten structureel van aard zijn dan zal er een bijstelling van de raming moeten plaatsvinden. Vraag: Het overzicht van de tarieven 2012 is niet juist. Veel tarieven zijn gelijk aan het tarief 2011 terwijl elders in de begroting wel gewijzigde tarieven worden gehanteerd. Bijvoorbeeld de OZB-tarieven op blz. 57 en 62 en voor het tarief rioolheffing staat elders € 270. Ook het tarief van de precario, een toename van € 0,02, komt niet overeen met de grote voorgestelde stijging van de precario. Kunt u een overzicht met de juiste tarieven geven? Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag nr. 50. Vraag: Totale belastingdruk. In de kolom woonlasten is den aanslag voor 2012 € 20,- lager dan in 2011. Dit blijkt niet uit de som van de genoemde bedragen. Zelfde bedragen andere telling. Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag nr. 50. Vraag: Rioolheffing. Het voorstel in de kadernota is om de heffing te verlagen naar € 270-. Voor het CDA is niet duidelijk hoe dit mogelijk is. Bij de behandeling van de Burap meldde de Wethouder dat er een vermindering is in de opbrengst van meer dan € 400.000,-. Voor nog geen € 200.000,- kon hij een verklaring geven te weten het plaatsen van watermeters met een kleinere diameter. Wat is de oorzaak van nog eens een lagere opbrengst van maar liefst € 200.000,-? Wordt het geen tijd om terug te gaan naar de heffingsgrondslag van Alkemade of Jacobswoude om zo ontduiking en onredelijkheid tegen te gaan? Zijn in de jaarrekeningen wel de juist geïnde bedragen opgenomen? Antwoord: Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag nr. 50, alsmede naar de toelichting in de afzonderlijke aan u bij de begrotingsstukken uit te brengen memo over de lagere inkomsten uit rioolrechten. Vraag: Onbenutte belastingcapaciteit: Mag hierbij in de toekomst ook rekening gehouden gaan worden met de onbenutte belastingcapaciteit m.b.t. roerende zaak belasting (RZB)? Dit i.v.m. het Hoge Raad-arrest inzake belastingheffing op woonboten. Als dat niet het geval is, zal de onbenutte belastingcapaciteit bij gelijkblijvende omstandigheden afnemen, nl. door de verschuiving van OZB naar RZB inkomsten. Is deze kwestie - voor zover noodzakelijk - al aangekaart bij VNG en/of de Rijksoverheid? Pagina 13 van 22

vraag nr.

blz.

partij

57

66

VVD

58

67

CDA

59

68

CDA

60

68

PvdA

61

69

PvdA

vraag en antwoord

Antwoord: De onbenutte belastingcapaciteit wordt berekend op basis van de tarieven die een gemeente moet berekenen als hij een artikel 12 gemeente wordt. Hierbij wordt geen rekening gehouden met roerende zaakbelasting. De effecten zullen omdat het hier een relatief laag bedrag betreft, meevallen. Deze kwestie is door onze gemeente niet aangekaart bij VNG en/of rijksoverheid. Vraag: Nog niet in exploitatie genomen complexen: Voor het project Braassemerland is de schatting van de economische waarde van de gronden nog niet ingevuld, omdat de uitvraag naar de markt nog loopt. Op welk moment kan deze PM-post worden ingevuld? Antwoord: Volgens de opbouw en planning van de aanbesteding Braassemerland dienen de markpartijen eind november hun eerste inschrijvingen in, eind februari de tweede en op 4 mei de definitieve inschrijvingen. Deze PM-post, de schatting van de economische waarde van de gronden in Braassemerland, kan definitief worden ingevuld na de definitieve inschrijvingen van de marktpartijen. De tweede inschrijving eind februari zal een eerste beeld schetsen van de waarde van de gronden. Vraag: Ook dit jaar is er weer geen duidelijkheid over de gevolgen van de beheersplannen openbare ruimte voor de begroting. Dit duurt nu al enkele jaren sinds de fusie. De verwachting is nu dat dit in 2011 wordt afgerond. Als de plannen later dit jaar gereed zijn en de cijfers vallen tegen. Komt u dan direct met een raadsvoorstel hoe deze tegenvallers op te vangen? Antwoord: In het geval dat de cijfers tegenvallen zullen wij de raad dienaangaande informeren en met voorstellen komen. Bij het opstellen van de beheerplannen is het budget leidend, waarbij uiteraard wordt bekeken of de geldende (wettelijke) onderhoudsnormen kunnen worden gerealiseerd. Idem als hierboven maar nu voor het meerjaren onderhoudsprogramma voor de gemeentelijke gebouwen. Antwoord: Het beheer en onderhoud van het gemeentelijke vastgoed vindt plaats op basis van een verouderd uitvoeringsplan. Dit plan wordt geactualiseerd waarna het een integraal onderdeel zal zijn van het te ontwikkelen accommodatiebeleid. Indien zou blijken dat de huidige budgetten niet toereikend zijn, komen we met voorstellen terug in de raad. (zie ook ons antwoord bij vraag 36) Vraag: onderhoudsbudgetten Brede School, is het onderhoud niet voor de WBVA? Antwoord: Verwezen wordt naar het antwoord bij vraag nr. 38. Vraag: Toerekening kosten, dit komt over als oneigenlijk gebruik immers als er geen werk wordt gedaan kost dit ook niets. Op deze manier lijkt het op wegpoetsen van uren van de normale exploitatie. Antwoord: Er is geen sprake van wegpoetsen van uren. Het uitgangspunt is om de kosten van het ambtelijk apparaat zo goed mogelijk toe te rekenen aan de onderdelen waaraan ze zullen worden besteed. Indien eigen medewerkers werken aan projecten dan drukken de uurloonkosten voor dat deel op de kredieten van die projecten. Deze personeelslasten zijn dan als kapitaallast Pagina 14 van 22

vraag nr.

blz.

partij

62

69

PvdA

63

69

CDA

64

70

VVD

65

70

PvdA

66

73, 76

CDA

vraag en antwoord

van het betreffende projectkrediet begrepen in de begroting. Het is als risico benoemd omdat het kan voorkomen dat als vaste medewerkers minder dan begroot aan projecten werken er meer uren worden toegerekend aan reguliere taken en de kosten dan in één keer t.l.v. de exploitatiebegroting komen. Als dit langduriger of structureel van aard is dan zal daar op termijn natuurlijk op worden ingespeeld door andere inzet of formatie bijstelling. Vraag: Planschade. dit risico wordt toch doorgezet naar degene die de omgevingsvergunning of bestemmingsplan wijziging aanvraagt? Antwoord: Het risico op planschade is in beginsel voor de gemeente (artikel 6.1 Wro). Als het een omgevingsvergunning of bestemmingsplan op aanvraag betreft wordt dit risico d.m.v. een privaatrechtelijke overeenkomst (op basis van 6.4a Wro) doorgezet naar de aanvrager. Dit betekent dat de gemeente achteraf de toegekende en uitbetaalde planschade privaatrechtelijk kan verhalen. Voor overige gevallen (integrale bestemmingsplanherzieningen) blijft de gemeente risicodrager. Vraag: Er is nog steeds geen duidelijkheid over de financiële gevolgen van de BTW naheffingen. Bij de jaarrekening 2010 was deze onzekerheid ook al gesignaleerd. Wanneer verwacht u dat hier duidelijkheid over komt? Antwoord: In de risicoparagraaf is vermeld dat de financiële administratie in 2011 is aangepast aan de richtlijnen van de BTW. Ook is er waar nodig overleg met de belastingdienst, om zo risico’s zoveel mogelijk uit te sluiten. Wij zijn van mening dat de BTW-administratie thans op goede wijze wordt gevoerd. De BTW-problematiek bij gemeenten is echter lastige materie gebleken, waarbij gemakkelijk interpretatieverschillen omtrent regelgeving met de belastinginspectie kunnen ontstaan. Gebleken is dat er bij controles bij gemeenten altijd wel wat wordt uitgevist. Hoewel de BTW-administratie goed wordt uitgevoerd hebben wij om deze reden gemeend toch als een risico te moeten benoemen dat er uit controles nog naheffingen kunnen volgen. Vraag: Is het een wettelijke verplichting de wethouderspensioenen obv eindloon te financieren? Kunnen de wethouders niet, net als heel veel andere Nederlanders, naar middelloon? Antwoord: Ja, er is op dit moment inderdaad een wettelijke plicht volgens de algemene pensioenbepalingen politieke ambtsdragers (appa) om wethouderspensioenvoorzieningen te verstrekken op basis van de eindloonregeling. Vraag: Subsidieverstrekking, kunt u uitleggen wat hier wordt bedoeld? Antwoord: Er wordt al jaren een bedrag van € 50.000,00 in de risicoparagraaf opgenomen. Dit bedrag is bedoeld voor het opvangen van calamiteiten bij maatschappelijke organisaties, wanneer deze calamiteiten tot (voor de gemeente) ongewenste situaties leiden. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als zij zonder (incidentele) extra middelen hun (door de gemeente van belang geachte) activiteiten moeten beëindigen. Op blz. 73 staat dat het risico dat de Escrow-gelden niet volledig worden ontvangen als hoog wordt ingeschat met een bijbehorend bedrag van € 400.000. Kunt u aangeven waarom u deze kans als hoog kwantificeert? In de tabel op blz. 76 staat dat het risico laag is met een ingeschat bedrag van € 366.000. Dit komt niet overeen met de tekst van blz. 73. Pagina 15 van 22

vraag nr.

blz.

partij

67

75

VVD

68

75

CDA

69

75

CDA

70

83

PvdA

71

87, 88

CDA

vraag en antwoord

Antwoord: In de tekst op blz. 73 is aangegeven dat het risico dat de Escrow van in totaal € 1,83 miljoen moet worden terugbetaald wegens claims van Vattenfall als hoog wordt ingeschat tegen een (afgerond) bedrag van € 400.000. Dit is niet de juiste tekst. De risico-inschatting (Laag) in de tabel op bladzijde 76 is de juiste. Vraag: Risico bij rendement op belegging Nuon-gelden: Dit risico lijkt er nu 2x in te staan, "Belegging middelen uit verkoop aandelen NUON" en "Financiële en economische crisis en belegging middelen uit verkoop aandelen NUON". Klopt dat? Antwoord: Zie het bij de volgende vraag nr. 68 gegeven antwoord. Het risico op een lager rendement uit de Nuon beleggingen staat twee keer in de tabel op blz. 75, namelijk op de vierde regel en op de laatste regel. Antwoord: De opmerking is correct, abusievelijk is dit risico twee keer in de tabel opgenomen. Septembercirculaire 2011 in relatie tot de meicirculaire 2011. De bij de ingekomen stukken voor de raadsvergadering van 09-11-2011 staat de septembercirculaire 2011 vermeld. Hieruit blijkt dat de uitkering uit het gemeentefonds lager is dan in de meicirculaire 2011. Om welk bedrag gaat het en hoe wordt de begroting en het meerjarenperspectief sluitend gemaakt? Antwoord: Voor het antwoord wordt ook verwezen naar het antwoord op vraag nr. 1. Bij overname van het bezuinigingsvoorstel van het college is er sprake van positieve (meerjaren) begrotingsresultaten die kunnen dienen als buffer voor het opvangen van risico’s in de komende jaren. De extra tegenvallers uit de septembercirculaire komen ten laste van deze buffer, tenzij aanvullende extra bezuinigingsmaatregelen worden genomen (aanvullend op de maatregelen uit het collegevoorstel). Vraag: Wij begrijpen dat jullie willen kijken of we de begroting zorgvuldig doornemen maar we hebben hem opnieuw gevonden, een slordigheidje al opgemerkt bij de jaarrekening 2010, pompputten en leidingen: De komende tijd is er Geen grootschalige vervangingsnoodzaak. Antwoord: Inderdaad is de letter g weggevallen; er had moeten staan: er is geen grootschalige vervangingsnoodzaak. Vraag: Aangegeven wordt dat de beleggingen bij de BNG waarschijnlijk worden verkocht en tijdelijk in een deposito worden ondergebracht totdat de gelden passen binnen de reguliere aflossingen van de leningportefeuille. De rente op deposito’s is echter erg laag. Een alternatief zou kunnen zijn om een aantal lopende leningen vervroegd af te lossen tegen betaling van een boete. De komende paar jaar betaal je dan niet meer de hoge rente van de lening en ontvang je ook niet de lage rente op de deposito’s. Het betalen van een boete zou in dat geval voordelig kunnen uitpakken. Is uitgerekend of bovengenoemd alternatief voordelig kan uitpakken voor de gemeente? Zo nee, kunt u deze afweging dan alsnog maken? Antwoord: Ook deze mogelijkheid is onderzocht. De thans nog lopende leningcontracten geven echter bij vervroegde aflossing ongeacht de nog resterende looptijd. Pagina 16 van 22

vraag nr.

blz.

partij

72

99

CDA

73

100 102

CDA

74

101

CDA

75

101, 102

CDA

76

103

VVD

vraag en antwoord

boetes van 5% tot 11% over de hoofdsom. Deze boetes zijn veel hoger dan de te behalen rentevoordelen t.o.v. het uitzetten op deposito voor de komende jaren. Vraag: Veiligheidsregio. Voldoet de gemeentelijke bijdrage van €1.348.200,- voor de brandweerregio aan de landelijke norm? Kunt u het verschil aangeven? Als de bijdrage hoger is, is de vraag welke stappen gaat u ondernemen om de bijdrage te verlagen? Antwoord: Voor de beantwoording van deze vraag wordt verwezen naar het antwoord op vraag nr, 9. U kunt nog een notitie over de ontwikkelingen bij de brandweer verwachten. Vraag: Gevulei en Cyclus. Waarom vermeldt u bij Gevulei wel de gemeentelijke bijdrage en bij Cyclus niet? Hoeveel is de bijdrage voor Cyclus? Levert de megadeal voor 10 jaar een substantieel voordeel op dat doorwerkt naar de burgers? Antwoord: De bijdrage voor Cyclus bedraagt in totaal circa € 1.283.000. De overeenkomst met Cyclus heeft vooral als doel om de afvalinzameling/verwerking binnen de gemeente te harmoniseren en dat de gemeente hieraan minder zelf gaat doen. Uitgangspunt is e.e.a. kostenneutraal te realiseren. Vraag: Milieudienst West Holland. Ook dit jaar een extra bijdrage van € 75.000,- voor inhaalslag vergunningen. Wanneer krijgt de Raad een rapportage over de voortgang van de inhaalslag (m.a.w. lopen we op koers)? Antwoord: De extra bijdrage is bedoeld voor het verlenen van vergunningen, het doen van controles en het geven van ruimtelijke adviezen. Aan deze drie onderdelen besteedt de milieudienst extra uren. Daarmee wordt de achterstand die er was voor het uitvoeren van controles ingelopen. Daarnaast worden de extra uren besteed aan vergunningverlening en handhaving van diverse probleembedrijven, die nog steeds meer tijd kosten dan voorzien. De extra uren zijn er dus niet alleen om een inhaalslag te maken, maar ook omdat er meer werk is dan voorzien. In het jaarverslag van de milieudienst zal worden ingegaan op de besteding van de gemaakte uren. Vraag: Bij de BNG en bij Cyclus staat niet aangegeven wat de dividend verwachting is voor 2012. Aangezien uit de cijfers ook nergens een mutatie blijkt gaan wij ervan uit dat de verwachte dividenden gelijk zijn aan die van de begroting 2011. Antwoord: Voor de beantwoording van deze vraag wordt verwezen naar hetgeen m.b.t. de BNG is gesteld bij het antwoord op vraag nr. 47. Voor Cyclus geldt dat er op dit moment geen signalen zijn dat het dividend in de komende jaren meer of minder wordt. Vraag: Dividend Alliander: In de pers heeft de verantwoordelijk wethouder onlangs aangegeven dat het dividend van deze deelneming mogelijk tegenvalt. Voor 2012 is een dividend van 267.000 euro geraamd. Waarom is het risico op (tegenvallende) dividenden van deelnemingen niet meegenomen in de risicoparagraaf (blz. 61 e.v.)? Pagina 17 van 22

vraag nr.

blz.

partij

77

159

SvKB

78

106

VVD

79

110

VVD

vraag en antwoord

Antwoord: Zie het antwoord op de volgende vraag nr. 77. Vraag: Gesignaleerde risico’s: Helaas beperkt dit overzicht zich tot al in de kadernota gesignaleerde risico’s. Enkele van de risico’s zijn door ontwikkelingen minder geworden, zoals de mogelijke compensatie voor de afschaffing van de precarioheffing. In elke geval biedt dit overzicht geen actueel beeld. Zo meldde wethouder Van Velzen vorige week in de krant dat de dividenden op de aandelen van netwerkbeheerder Liander wel eens fors zouden kunnen tegenvallen. Deze week meldde dezelfde krant dat de gemeente Leiden gaten in haar begroting als gevolg van nieuwe ombuigingen door het Rijk vult met extra gelden uit dividend op aandelen van netwerkbeheerder Liander. Hoe zit dit nu? Waar zijn de dividenden van netwerkbeheerder Liander, die de gemeente ontvangt, in de begroting te vinden? En welk vermogen heeft de gemeente in de netwerkbeheerder? Antwoord: Op dit punt is de wethouder niet juist door de pers geciteerd. Alliander heeft op 22 augustus een bericht uitgebracht over de 1e halfjaarcijfers van 2011. Hieruit blijkt dat de winst uitkomt op € 119 miljoen tegen € 62 miljoen over het 1e halfjaar 2010. Als deze lijn doorzet kunnen we over 2011 een hoger bedrag aan dividend verwachten (wordt verantwoord in 2012). In 2011 (is dividend over 2010) is een bedrag van ruim € 367.000 aan dividend van Alliander ontvangen. Gelet op de dividenduitkering over 2010 en de winstcijfers over het 1e halfjaar 2011 achten wij de raming in 2012 van € 267.000 zeker niet aan de hoge kant en is er geen reden e.e.a. in de risicoparagraaf op te nemen. Met betrekking tot de afschaffing van de precario zijn er op dit moment formeel nog geen nieuwe standpunten naar buiten gekomen. In de septembercirculaire wordt vermeld dat er een wetsvoorstel tot afschaffen in voorbereiding is en dat dit ter beoordeling zal worden voorgelegd aan de VNG. Vraag: Winstneming Beukenlaan fase 2: Niet duidelijk is hoe men nu van een resultaat rekening 2010 van 2.121.900 euro naar een resultaat begroting van 1.151.172 euro is gekomen. Er is tussentijds een winstneming van 1,5 miljoen euro gedaan naar de reserve. Daarnaast staat dat (in een niet lopende zin) "door aanbestedingsvoordelen, minder benodigde voorbereiding & toezicht de nettodaling circa EUR 0,97 miljoen". Betekent dit nu dat deze aanbestedingsvoordelen etc. zo'n 0,53 miljoen euro bedragen? Graag een rekenvoorbeeld om dit inzichtelijk(er) te maken. Antwoord: Uw redenering is juist. Het resultaat is verminderd met 1,5 miljoen, omdat er tussentijds winst is genomen die is toegevoegd aan de reserve bouwgrondexploitatie ter dekking van de risico’s bij overige bouwplannen. In totaal is echter ook € 0,53 miljoen aan besparingen gerealiseerd. Dit bedrag is grotendeels toe te kennen aan aanbestedingsvoordelen en minder voorbereiding en toezicht dan geraamd. Vraag: Extra verliesvoorziening in exploitatie genomen gronden: Aangegeven wordt dat een extra verliesvoorziening van 1.361.500 euro genomen moet worden. De extra te treffen verliesvoorziening is in de tabel echter berekend op 1.611.480 euro. Wat is nu het juiste bedrag en - indien van toepassing - vanwaar het verschil tussen deze twee bedragen? Pagina 18 van 22

vraag nr.

blz.

partij

80

110

VVD

81

110

VVD

82

grex

CDA

83

113 ev

CDA

vraag en antwoord

Antwoord: Bij de herziening van de exploitatieplannen is berekend dat het saldo van de verliesgevende plannen per 2012 bij elkaar € 5,8 miljoen bedraagt (dit betekent t.o.v. 2011 een verslechtering van het resultaat op grondexploitatie van € 1,6 miljoen). De voorziening tekorten bouwgrondexploitatie dient dekking te geven voor het bedrag van € 5,8 miljoen en daarnaast voor een bedrag van € 1,2 miljoen waarmee de huidige nog niet in exploitatie genomen gronden uitstijgen boven de marktwaarde, totaal derhalve € 7 miljoen. De voorziening had begin dit jaar een stand van € 5,4 miljoen. Aanvulling tot het saldo van € 7 miljoen vindt plaats door de rentebijschrijving 2011 € 240.000 en een extra storting van de genoemde € 1,361 miljoen. Vraag: Verwacht ncw resultaat en ondergrens: Bij de vier verliesgevende projecten is de ondergrens 915.308 euro lager dan de verwachte (negatieve) ncw van 5.805.080 euro. Aangegeven wordt dat "de risicovoorzieining opgehoogd moet worden tot 915.308 euro". Betekent dit nu dat er - bovenop het bedrag dat naar voren komt uit de vorige vraag - nog een éxtra verliesvoorziening van 915.308 euro genomen moet worden? Antwoord: Conform de voorschriften dienen te verwachten verliezen te worden afgedekt door de verliesvoorziening. Risico’s moeten zijn afgedekt door de reserve bouwgrondexploitatie. Na de tussentijdse winstneming van Beukenlaan 2e fase bevat de reserve bouwgrondexploitatie de middelen om het genoemde risico van de ruim € 9 ton te kunnen opvangen. Dit bedrag komt dus inderdaad nog bovenop het bedrag van de reeds getroffen en nu opnieuw aangevulde middelen van de verliesvoorziening. Vraag: Extra verlies project De Bloemen: Het project De Bloemen levert een extra verlies op van 915.063 euro en wordt afgesloten met een verlies van bijna 1,5 miljoen euro. Welk deel van dit verlies wordt betwist door de gemeente, dus voor welk bedrag wil de gemeente dat BEMOG dit voor haar rekening neemt? Antwoord: Zie samengevoegde beantwoording met de volgende vraag nr. 82. Vraag: Bloemen: Rechtszaak loopt nog, toch wordt het verlies al ingeboekt, is het bestuur zo sceptisch over het verliezen van deze rechtszaak? Antwoord: Het college is niet sceptisch over de afloop van de juridische procedure, maar in het kader van het risicomanagement moet in de voorziening rekening worden gehouden met het maximale scenario. Het bedrag dat door de gemeente wordt betwist betreft het genoemde bedrag van € 915.063 dat naar mening van de gemeente voor rekening van Bemog moet komen. Vraag: Financiële begroting: Kloppen de verschilaanduidingen (V/N) nu wel overal? Graag (nogmaals?) een heldere uiteenzetting hoe de V's en N's en minnetjes en combi's daarvan nu gelezen moeten worden! Bijv. op blz. 138 bij "Leefvoorziening gehandicapten" staat dat bij de lasten de bijdragen voor rolstoelen lager is uitgevallen. Daar staat dan als cijfer vervolgens "138 N" bij. Op basis van de beschrijving lijkt het een "voordelig" verschil te zijn: de geraamde lasten zijn nl. lager t.o.v. de rekening 2010. Of gold deze lagere bijdrage slechts voor 2010, en is het voor 2012 en verder dus weer lager, nl. 138.000 euro, wat de "N" nl. lijkt te impliceren? Anders misschien nogmaals nog eens goed kijken naar de Pagina 19 van 22

vraag nr.

blz.

partij

84

140

CDA

85

141

PvdA

86

142 en 144

PvdA

vraag en antwoord

beschrijvingen bij de verklaring van de verschillen: die zijn niet altijd duidelijk. Misschien moet er voor de verschillenanalyse ook een andere visuele systematiek gehanteerd worden, waarmee de raad in één oogopslag kan zien welke verschillen nu van belang zijn. Bijv. met kleuren: groen is goed (meevaller: meer inkomsten, of lagere lasten) en rood is fout (tegenvaller: minder inkomsten of hogere lasten) Antwoord: De mintekens hebben een telfunctie. De aanduidingen V(voordelig) en N(nadelig) zijn daarbij vermeld omdat deze gemakkelijker te interpreteren zijn. Lagere lasten of hogere baten in 2012 t.o.v. 2010 betekenen voor 2012 een voordeel en worden aangegeven met een “V”. Omgekeerd betekenen hogere lasten of lagere baten in 2012 t.o.v. 2010 een nadeel voor 2012, deze worden aangegeven met een “N”. Hieronder een toelichting op uw voorbeeld. Op het product P65200 “Leefvoorzieningen gehandicapten” worden in 2012 € 192.000 meer lasten geraamd dan in 2010. Verder worden er in 2012 op dit product geen baten geraamd. In 2010 was er nog € 31.000 aan baten ontvangen. In totaal is er in 2012 dus sprake van een nadeel van € 223.000. Dit nadeel is geanalyseerd op blz. 138 bij het product “leefvoorzieningen gehandicapten”. Vraag: Programma Welzijn, kosten huishoudelijke verzorging WMO: Kan er een meer uitgebreidere (en begrijpelijkere) toelichting worden gegeven waarom de kosten huishoudelijke verzorging (bijdrage in natura) hoger zijn dan t.o.v. de jaarrekening 2010? Dat lijkt de beschrijving nl. aan te geven. Of is de beschrijving misschien niet duidelijk genoeg (zie ook voorgaande vraag)? Antwoord: Hulp bij het huishouden wordt toegekend via het dynamisch selectiesysteem. Klanttevredenheid, voorkeur en antivoorkeur van de klant, snelheid van leveren en prijs zijn factoren die meewegen bij de toebedeling van een leverancier. Vooraf is niet in te schatten hoeveel korting leveranciers bieden op de maximumprijs. Bij het opstellen van de begroting wordt daarom uitgegaan van een minimale korting en dus de maximale prijs. De afgelopen jaren hebben laten zien, dat in een groot aantal gevallen een korting wordt geboden waardoor het begrote budget niet volledig gebruikt wordt. Dit is aanleiding geweest om in het kader van de kerntakendiscussie een besparing in het bezuinigingsvoorstel van het college op te nemen van € 300.000. Vraag: de verwijzing naar de beleidsbegroting. Elk jaar weer wordt er aangegeven dat de beleidsbegroting eigenlijk niet voor de raad is. is het dan niet verstandig dit beschrijvende deel op een andere wijze in te vullen? Antwoord: Voor de goede orde de programmabegroting bestaat grofweg uit drie onderdelen: een meer beschrijvend deel van de programma’s (w-vragen etc.) waarbij de begrotingscijfers in totalen zijn vermeld; de 7 paragrafen en een financieel deel waarin een analyse wordt gegeven op de cijfers per programma. Alle benoemde onderdelen zijn in het kader van de BBV verplichte onderdelen. De programmabegroting in zijn geheel is voor de raad. De productenbegroting waarin het door de raad aangegeven beleid is uitgewerkt in te ondernemen activiteiten is voor het college. Vraag: 1. bespaarde rentes zie staat D ? waar staat deze? 2. idem staat E Antwoord: Genoemde staten maken geen onderdeel uit van de begrotingsstukken voor de raad, m.a.w. deze verwijzingen zijn abusievelijk in de programmabegroting Pagina 20 van 22

vraag nr.

87

blz.

partij

144

SvKB

88

151

CDA

89

153

SvKB

vraag en antwoord

vermeld. Vraag: Kostenplaatsen algemeen: Waarom wordt in 2012 geen rentetoerekening aan de grondexploitaties meer opgenomen? Antwoord: Bedoeld is dat er in 2012 geen rentetoerekening aan investeringen in de bouwgrondexploitatie is opgenomen. Dit omdat er in 2012 nog geen (belangrijke) investeringen bij de bouwgrondexploitatie worden verwacht. Vraag: Meerjarenoverzichten Bij het opstellen van het meerjarenoverzicht wordt uitgegaan van het basisjaar 2012. In overzicht 1 zijn de bedragen voor 2013, 2014 en 2015 gelijk aan 2012 met enkele bijzondere mutaties die worden toegelicht. Vervolgens komen daar middels overzicht 2 de nieuwe kapitaallasten bij van de noodzakelijke investeringen. Echter nergens in de meerjarenoverzichten wordt rekening gehouden met een afname van de kapitaallasten vanwege activa welke geheel zijn afgeschreven en die niet of nog niet worden vervangen. Waarom wordt er in de meerjarenoverzichten geen rekening gehouden met een stukje budgettaire ruimte wegens vrijval van kapitaallasten? Op deze manier neemt de kapitaallast in de begroting toch alleen maar jaarlijks verder toe. Antwoord: Het staatje vervangingsinvesteringen gaat uit van alle investeringen die in 2012 geheel zijn afgeschreven en waarvan er dus geen kapitaallasten voor 2012 meer in de basisbegroting voorkomen. Deze investeringen worden kritisch bekeken op de noodzaak tot vervanging en in welk jaar. Voor de investeringen in schoolgebouwen is hierbij in het overzicht een kanttekening gemaakt. Deze houdt in dat in afwachting van het opstellen van een integraal Masterplan Onderwijshuisvesting voorlopig de in het overzicht genoemde budgetten van geheel afgeschreven investeringen voor dit doel zijn gelabeld. Eerst na gereedkomen van dit plan kunnen op dit onderdeel de juiste bedragen in de begroting worden verwerkt. Vraag: Huisvesting buitendienst: Zeker de mensen van de buitendienst hebben recht op een lekker bakje koffie. Dat geldt ook voor hun collega’s uit het Werkvoorzieningschap. Ook moet het koffieapparaat heet water verschaffen als er behoefte is aan een kopje thee (voor als oom Job Cohen langskomt). Maar waarom is daar een dergelijke investering mee gemoeid? Je schaft tegenwoordig voor hetzelfde geld bijna een nieuwe auto aan. Antwoord: Het opgenomen bedrag van € 5.000 betreft 2 koffiemachines.

VRAGEN N.A.V. BEZUINIGINGSVOORSTELLEN vraag nr.

90

blz.

partij

vraag en antwoord

PvdA

Vraag: Adviesfunctie gemeentelijke organisatie: Wij hebben grote twijfels bij het voorstel over de commissie beroep en bezwaar In Leiden bestaat de commissie uit twee raadsleden en een onafhankelijke voorzitter bijgestaan door een ambtelijke secretaris. Wij vinden het niet wenselijk dat raadsleden uit een andere gemeente zich bezig gaan houden met de ruimtelijke ordening van Kaag en Braassem. Pagina 21 van 22

vraag nr.

91

blz.

156

partij

CDA

vraag en antwoord

Omdat we dit voorstel uit de bezuinigingen willen halen vragen we u om de juiste kostenbesparing van dit voorstel zodat we het ergens anders terug kunnen zoeken. Waarbij we wel vragen om de reële besparing daarbij in aanmerking genomen dat : 1. Er in 2010 15 bezwaarschriften zijn ingediend maar in de jaren ervoor een groter aantal 2. De secretaris nog steeds de minnelijke trajecten zal moeten blijven begeleiden 3. de 0,5 fte besparing o.i. onmogelijk op kan gaan voor maar 15 bezwaarschriften dit zou dan om bijna 50 uur per bezwaarschrift gaan en als het in Leiden even zorgvuldig gebeurd kan dat nooit voor €1000 per bezwaarschrift Antwoord: De productsheet over de adviescommissie bezwaarschriften geeft aan dat een samenwerking efficiencyvoordelen kan bieden. Allereerst is de rol van de commissie niet beleidsbepalend zoals in de vraagstelling wordt verondersteld. De commissie heeft tot taak om in juridische zin met name de rechtmatigheid te toetsen. De afname van het aantal bezwaarschriften is vooral een gevolg van de inzet van de vakafdeling om op basis van mediation en minnelijke trajecten vraagstukken op te lossen. Deze zijn dan ook niet verbonden aan de rol van de commissie dan wel de secretaris. De vergelijking is dan ook niet op de juiste feiten gebaseerd. Voor de goede orde overweegt het college diverse samenwerkingskansen voor de uitvoering van deze taak en geen eenzijdige focus op Leiden dan wel een andere gemeente. Onderaan Overzicht 4 staat een aansluiting van de bezuinigingsvoorstellen met het raadsvoorstel van het college. Welke aansluiting is dit? En kunt u uitleggen wat er met deze regel “correctie op bezuinigingsbedrag bibliotheek” wordt bedoeld? Antwoord: In een eerdere versie van ‘t Kompas werd abusievelijk uitgegaan van een hogere bezuiniging op de bibliotheek dan op grond van de werkelijk geraamde budgetten mogelijk is. Het collegevoorstel over de bezuinigingen is eveneens gebaseerd op deze eerdere versie. In een latere versie van ‘t Kompas is er op dit onderdeel bijgestuurd. De correcte bedragen zijn nu overgenomen in het totaal aan bezuinigingsmaatregelen in de huidige (meerjaren) begroting. Om herkenning met de cijfers uit het collegevoorstel te behouden is deze regel toegevoegd.

Pagina 22 van 22

Voortgangsrapportage Ruimtelijke projecten – Kaag en Braassem

Datum: 18 oktober 2011

Inhoudsopgave

Inleiding………………………………………………………………………………………… 2 Projectenlijst……………………………………………………………………………………. 3 Projectbeheersing……………………………………………………………………………… 4 Stand van zaken projecten gebiedsontwikkeling; 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Drechthoek II…………………………………………………………………………… Dorpshart Leimuiden…………………………………………………………………. Revitalisering De Lasso………………………………………………………………. Regenboogweg e.o…………………………………………………………………… Pastoor Kwakmanlaan………………………………………………………………... Peuterhof/Rabobank………………………………………………………………….. Het Oog ……..…………………………………………………………………………

Gemeente Kaag en Braassem - Voortgangsrapportage – 18 Oktober 2011

5 7 9 11 13 15 17

Pagina 1 van 18

Inleiding Naar aanleiding van een schriftelijk verzoek van uw raad ontvangt u hierbij de voortgangsrapportage ruimtelijke projecten. Deze voortgangsrapportage is opgesteld om u als gemeenteraadslid of burgerlid voorafgaand aan de begrotingsraad 2011 inzicht te verschaffen in de voortgang van de ruimtelijke projecten die door de gemeente zijn geïnitieerd en waar de gemeente een leidende rol in heeft. De rapportage is opgebouwd uit een overzicht waarin de verschillende projecten onder elkaar zijn gezet inclusief een bijbehorende planning. Projectenselectie Voor deze voortgangsrapportage hebben we de volgende projecten buiten beschouwing gelaten: •

Braassemerland Aangezien het informatieniveau van de raad op dit onderdeel al op peil is.

•

Beukenlaan Fase II is in afronding en de start met deel III en IV is door het college on hold gezet tot 2013.

•

Locatie van Egmond Is door het college on hold gezet.

•

Herontwikkeling Gemeentehuis Rijnsaterwoude Omdat deze momenteel in de verkoop staat. De ontwikkeling van de gronden achter het gemeentehuis staat on hold in afwachting van uitwerking van de MRSV.

•

Connexxionterrein Omdat dit project wacht op verdere planvorming van de provincie inzake de N207.


Pagina 2 van 18

1. PROJECTENLIJST Projecten gebiedsontwikkeling

1

Fase

Projecten

Kern

Bouwprogramma

Bijzonderheden

1. Initiatief

Beukenlaan fase III en IV

Leimuiden

Wonen

On hold (2013)

Locatie van Egmond

Woubrugge

Wonen / bedrijven

On hold

Momenteel in verkoop

Herontw. Gemeentehuis R’woude

Rijnsaterwoude

Wonen

2

Drechthoek II

Leimuiden

Bedrijven

3

Braassemerland

Roelofarendsveen

Wonen

Dorpshart Leimuiden

Leimuiden

Winkelen/ wonen

5

Revitalisering De Lasso

Roelofarendsveen

Bedrijven

6

Regenboogweg e.o.

Nieuwe Wetering

Wonen/ voorzieningen

Beukenlaan fase II

Leimuiden

Wonen

4

2. Definitie

3. Ontwerp

4. Voorbereiding 7

5. Uitvoering

Afronden gemeentelijke werkzaamheden

8

Pastoor Kwakmanlaan

Rijpwetering

Wonen

Projecten

Kern

Bouwprogramma

1

Peuterhof/Rabobank

Rijpwetering

Wonen

2

Connexxionterrein

Leimuiden

N207/ bedrijven

3

Het Oog (HSL)

Roelofarendsveen

Bedrijven

Projecten grondverkopen Fase

Bijzonderheden

In afwachting van ontwikkelingen N207

(13 oktober 2011)


Pagina 3 van 18

1 2 3 4 5

Projecten gebiedsontwikkeling Drechthoek II Dorpshart Leimuiden Revitalisering De Lasso Regenboogweg e.o. Pastoor Kwakmanlaan

6 7

Projecten grondverkopen Peuterhof/Rabobank Het Oog (HSL)


Risico’s

Organisatie

Informatie en communicatie

Kwaliteit

Geld

Tijd

Overall

2. Projectbeheersing

Pagina 4 van 18

Overall beoordeling project

1 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Drechthoek II

2011P1

Rood Leimuiden

Portefeuillehouder (BOG*)

A. Kea

Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

L. van Velzen

Fase

2. Definitie

Kader

Nota van Uitgangspunten

Contractpartij(en)

Geen

April 2011

Mijlpalen project afgelopen • 6 maanden

Nota van uitgangspunten

Beslismomenten raad komende 6 maanden

Stedenbouwkundig Plan (vaststellen) Grondexploitatie (vaststellen)

• •

TIJD Groen Oranje Rood Toelichting: De planning voor Drechthoek II gaat uit van het kunnen uitgeven van bouwrijpe kavels in de periode 2013 – 2015. Vooralsnog is dat doel haalbaar.

GELD Groen Oranje Toelichting Het door de raad toegekende projectbudget is vooralsnog toereikend.


Rood

Pagina 5 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: De kwaliteitskaders liggen nog niet vast. Het Stedenbouwkundige Programma van Eisen geeft richting aan de gewenste kwaliteit. In het Stedenbouwkundige Plan wordt de kwaliteit als kader vastgelegd.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: In het voorjaar van 2011 is een nieuwsbrief verschenen die onder alle inwoners van de Burg. Bakhuizenlaan en de Oosterweg verspreid is. Op dit moment wordt met een klankbordgroep van bewoners en bedrijven gewerkt.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De organisatie van het project is geheel in gemeentelijke handen. Daarmee heeft de gemeente optimale regio op de voortgang van de planvorming.

RISICO'S Groen Oranje Rood Toelichting: De verwerving van gronden is een risico in dit project. Een negatieve economische ontwikkeling betekent dat de afzetbaarheid van bouwrijpe kavels in gevaar komt.


Pagina 6 van 18


2 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Dorpshart

Rood

2011P1

Leimuiden


A. Kea

Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

A.J.P. van Neijenhof

Fase

3. Ontwerp

Kader

Samenwerkingsovereenkomsten (Noord en Zuid)

Contractpartij(en)

Leyten BV

December 2009

Mijlpalen project afgelopen • 6 maanden •

Onherroepelijk bestemmingsplan Noord Aangepaste overeenkomst Noord (grondafname)


Wel/geen extra middelen beschikbaar stellen voor Centrumplan Leimuiden Start procedure bestemmingsplan Zuid

• •

TIJD Groen Oranje Rood Toelichting: De gehele haalbaarheid van plan staat onder druk. Er is nu een negatief saldo waar Leyten de hulp van de gemeente bij inroept. Op dit moment lopen overleggen met Leyten om tot een oplossing en realisatie van het plan te komen.

GELD Groen Oranje Rood Toelichting Leyten heeft een tekort in zijn exploitatie. Leyten heeft in eerste instantie aangegeven dit gat maar voor een klein deel te kunnen dichten. Door het plan verder te optimaliseren en toevoeging van woon/zorgcomplex is het afzetrisico mimimaal geworden. Leyten heeft aangekondigd dat zij op grond van de overeenkomst met de gemeente in gesprek wil om het tekort in de exploitatie te dichten.


Pagina 7 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: Planoptimalisaties komen op meeste onderdelen ten goede aan de kwaliteit. Alleen het laten vervallen van de transportroute die achterlangs liep is een verslechtering volgens de gemeente.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: Over het proces waar we met de ontwikkelaar inzitten is het moeilijk om met de burgers te communiceren. Zodra het project verder doorgang krijgt, moeten we de wijzigingen aan het plan weer aan de burgers communiceren.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De samenwerking tussen Leyten en gemeente loopt goed. Er wordt open en transparant met elkaar gecommuniceerd.

RISICO'S Groen Oranje Rood Toelichting: Met Leyten zijn we in onderhandeling over de negatieve grondexploitatie van het project. De procedures van Bestemmingsplan Zuid en Exploitatieplan staan on hold.


Pagina 8 van 18


3 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Revitalisering De Lasso


A.J.M. van Velzen

Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

M. Bosman

Fase

3. Ontwerp

Kader

Datum

Contractpartij(en)

Roelofarendsveen

Ruimtelijk-economische visie ‘Bedrijventerrein De Lasso’

2007

Diverse ondernemers/eigenaren



2011P1

Rood

•

De projectgroep is uitgebreid met diverse ondernemers die hun steentje bij willen dragen aan de revitalisering Nieuwsbrief is verspreid en positief ontvangen door de ondernemers op De Lasso Kick off meeting

•

Vaststellen krediet 2012

TIJD Groen

Oranje

Rood

Toelichting: Het project verloopt volgens planning.

GELD Groen Oranje Rood Toelichting: Het door de raad toegekende projectbudget is vooralsnog toereikend. Wel moet er rekening mee gehouden worden dat we 80% van de toegewezen subsidie vooraf en 20% van de subsidie na voltooiing van de werkzaamheden ontvangen.


Pagina 9 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: De kwalitatieve kaders zijn vastgelegd in het inrichtingsplan. Voor het halen van de kwalitatieve kaders is de gemeente deels afhankelijk van de medewerking van individuele ondernemers.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: In maart 2011 is er een nieuwsbrief verzonden aan alle ondernemers op De Lasso. Op donderdag 7 april 2011 is er een kick off meeting georganiseerd. Tijdens de kick off meeting is met alle aanwezige ondernemers het plan en de intenties besproken. Met de projectgroep (bestaande uit ondernemers, KvK en Bedrijfsadvies) wordt tweemaandelijks de voortgang besproken en er worden ideeën uitgewisseld.

ORGANISATIE Groen Oranje Rood Toelichting: De organisatie van het project is geheel in gemeentelijke handen. Daarmee heeft de gemeente optimale regie op de voortgang van de planvorming.

RISICO'S Groen Oranje Rood Toelichting: Indien er onvoldoende medewerking is bij de ondernemers zal de gemeente de beoogde kwalitatieve kaders niet kunnen halen.


Pagina 10 van 18


4 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Regenboogweg e.o.

2011P1

Rood Nieuwe Wetering


J.B. Uit den Boogaard

Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

B.P.H. Witteman

Fase

3. Ontwerp

Kader

Projectopdracht Regenboogweg e.o.

Contractpartij(en)

Woningbouwvereniging Alkemade, Stichting Cultureel Centrum

Mei 2010

Mijlpalen project afgelopen • 6 maanden • •

Kadastrale afsplitsing kavel cultureel centrum en erfpachtovereenkomst; Startoverleg WBVA over bouw 12 starters/levensloopbestendige woningen; Behandeling herziene GREX door gemeenteraad.


Behandeling bestemmingsplanwijzigingen

•

TIJD Groen Oranje Rood Toelichting: De planning voor Regenboogweg e.o. gaat uit van het kunnen uitgeven van de eerste bouwrijpe kavels vanaf 2013. Vooralsnog is dat doel haalbaar. De uitgifte van het merendeel van de kavels is onlosmakelijk verbonden aan het te volgen bestemmingsplantraject.

GELD Groen Oranje Toelichting Het door de raad toegekende projectbudget is vooralsnog toereikend.


Rood

Pagina 11 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: De kwaliteitskaders worden vastgelegd in het bestemmingsplan. Daarnaast ligt een groot deel van de realisering van kwaliteit in eigen hand van de kopers.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: Onlangs is er een persbericht verschenen met informatie over dit project. In december a.s. zullen de inwoners van Nieuwe Wetering op de hoogte worden gesteld van de laatste stand van zaken van dit project.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De organisatie van het project is geheel in gemeentelijke handen. Daarnaast wordt er met de WBVA samengewerkt aan de ontwikkeling van één van de locaties.

RISICO'S Groen Oranje Rood Toelichting: Er is een afzetrisico voor de kavels i.v.m. de huidige economische situatie. De verschillende bestemmingsplantrajecten kunnen onafhankelijk van elkaar vertraging opleveren.


Pagina 12 van 18


5 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Pastoor Kwakmanlaan



Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

B.P.H. Witteman

Fase

5. Uitvoering

Kader

Projectkaders kavels Rijpwetering Zuidwest

Contractpartij(en)

Count Vastgoed B.V.

Mijlpalen project afgelopen • 6 maanden • •

2011P1

Rood Rijpwetering

November 2007

Ondertekening koopcontact voor 10/13 woningen; Start bouw rijwoningen; Start bouw 2^1 kapwoningen.


TIJD Groen Oranje Rood Toelichting: Er zijn momenteel nog 3 kavels onverkocht. In de planning is opgenomen dat alle kavels in het laatste kwartaal 2011 verkocht zijn.

GELD Groen Oranje Rood Toelichting Het door de raad toegekende projectbudget is toereikend voor het afronden van de gemeentelijke werkzaamheden (inrichting OR) binnen dit project.


Pagina 13 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: De kwaliteitskaders liggen vast in het bestemmingsplan. De projectontwikkelaar en gemeente zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het realiseren van kwaliteit van zowel woningen als inrichting openbare ruimte.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: Via publicatie in kranten en op het internet adverteert de projectontwikkelaar over de verkoop van de resterende woningen. Kaag en Braassem stemt de inrichting van de openbare ruimte af met de projectontwikkelaar. Middels een nieuwsbrief zullen de kopers/omwonenden op de hoogte worden gesteld.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De organisatie van het gemeentelijk deel van het project is geheel in gemeentelijke handen. Daarmee heeft de gemeente optimale regie op de voortgang van de planvorming.

RISICO'S Groen Oranje Toelichting: Vertraging van grondopbrengsten door uitblijven verkoop 2^1 kapwoningen.


Rood

Pagina 14 van 18


6 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Peuterhof/Rabobank

2011P1

Rood Rijpwetering



Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

L. van Velzen

Fase

2. Verkoop

Kader

Projectopdracht Peuterhof

Contractpartij(en)

Woningbouwvereniging Alkemade

Mei 2010

Mijlpalen project afgelopen • 6 maanden

Concept koop/realisatieovereenkomst;


Vaststellen Grondexploitatie;

•

TIJD Groen Oranje Toelichting: Het onderhandelingstraject met WBVA duurt langer dan verwacht.

Rood

GELD Groen Oranje Rood Toelichting: De verwachting is dat de grondexploitatie een negatief resultaat gaat opleveren en dat hiervoor een extra verliesvoorziening opgenomen moet worden. Dit zal eind dit jaar aan de gemeenteraad ter besluitvorming voorgelegd worden.


Pagina 15 van 18

KWALITEIT Groen Oranje Rood Toelichting: De kwaliteitskaders liggen nog niet vast. Het bestemmingsplan moet nog worden aangepast voor deze locatie. De te realiseren kwaliteit wordt momenteel bewaakt door interne stedenbouwkundige toetsing van het ontwerp.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: WBVA start na het ondertekenen van de koopovereenkomst en begin van de planologische procedure met communicatie richting de omwonenden.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De samenwerking tussen WBVA en gemeente verloopt goed. Er worden heldere afspraken gemaakt om dit project tot stand te brengen.

RISICO'S Groen Toelichting: Vertraging in proces door plan- en kostenoptimalisatieslag.


Oranje

Rood

Pagina 16 van 18


7 Projectnaam

Groen kern

Oranje

Het Oog

Roelofarendsveen



Budgethouder (AOG*)

J.J. Démoed

Projectleider

M. Bosman

Fase

2. Verkoop

Kader

Datum

Contractpartij(en)

2011P1

Rood

Projectbesluit

2010

Wijsman Vastgoed BV


Start bouwwerkzaamheden van kantoorgebouw Rabobank en pompstation Esso, met wasstraten. Esso pompstation is gereed en open voor klanten.


TIJD Groen

Oranje

Rood

Groen Oranje Toelichting: Het door de raad toegekende projectbudget is vooralsnog toereikend.

Rood

Toelichting: Het project verloopt volgens planning.

GELD


Pagina 17 van 18

KWALITEIT Groen

Oranje

Rood

Toelichting: De beoogde kwaliteit wordt behaald.

INFORMATIE & COMMUNICATIE Groen Oranje Rood Toelichting: Er is ad hoc overleg tussen de projectleider van Rabobank en de projectleider van de gemeente.

ORGANISATIE Groen

Oranje Rood Toelichting: De organisatie van het project ligt intern bij de projectleider. Indien gewenst is er overleg tussen gemeente, Rabobank, VRP, Vinkbouw, Alphaplan en Wijsman over de voortgang.

RISICO'S Groen Oranje Rood Toelichting: De verwerving van de gronden van de Staat voor de waterberging (639 m2) moet nog geregeld worden. Een taxatie is nog niet uitgevoerd. De eerste voorlopige grove inschatting is € 50, - per m2 (kosten koper). De ontwikkelaar van Het Oog betaalt voor 529 m2 waterberging. De onderhandelingen zijn nog niet gestart, dus er is nog geen zicht op het gevraagde verwervingsbedrag. Er is op 5 september een gesprek geweest met de projectleider en vastgoeddeskundige van RWS. Afgesproken is dat uiterlijk half november een koopaanbieding gedaan wordt bij de gemeente.


Pagina 18 van 18

datum aan

20-11-2011 raad

cc opsteller

ter informatie

ter circulatie

ter kennisneming

volgens afspraak

ter behandeling

voor commentaar

M.B. Hierck

afzender

onderwerp

Achterblijven rioolinkomsten 2011

In deze memo wordt een toelichting gegeven op de in de Burap vermelde wijziging van kostenplaats P72600 Heffing rioolrechten. De rioolinkomsten zijn in de Burap verminderd met € 418.478,-. De begroting 2011 is hierdoor gewijzigd van € 3.632.230,- tot € 3.213.752,-. In 2010 is de administratie van de rioolheffing overgegaan van het waterleidingbedrijf Oasen naar de gemeente. Door deze overgang zijn er veel bezwaren op de opgelegde rioolaanslagen binnengekomen. Van deze bezwaren zijn er in totaal 317 toegewezen. Dit heeft erin geresulteerd dat het standenregister is aangepast naar 11.309 gebruikers en 25 grootgebruikers. In de begroting 2011 is echter uitgegaan van 11.418 gebruikers en 147 grootgebruikers. Deze gebruikersgegevens zijn afkomstig uit het verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP) 2009 t/m 2013. Abusievelijk zijn de wijzigingen vanuit het standenregister en opgelegde kohieren niet overgenomen in het vGRP. Het verschil van inkomsten is onder andere te verklaren door de vermindering van 122 grootverbruikers. 122 grootverbruikers x een tarief van € 2250,- = € 274.500,-. Daarnaast is in 2011 ook een fors aantal verminderingen vanuit 2010 verwerkt. Het verschil tussen het aantal gebruikers uit het standenregister en het vGRP is in de jaarrekening 2010 niet eerder opgemerkt omdat onder andere in 2010 een positieve verrekening met Oasen heeft plaatsgevonden waardoor het negatieve verschil bijna teniet werd gedaan. Inmiddels zijn in de conceptbegroting van 2012 deze gegevens gecorrigeerd volgens opgaven uit het standenregister en opgelegde kohieren. Het vGRP zal in het eerste kwartaal van 2012 worden bijgesteld. De bijgestelde vGRP zal aan de raad worden aangeboden ter vaststelling. Pagina 1 van 1

datum aan

11 oktober 2011 mt/college/raad

cc opsteller afzender onderwerp

ter informatie

ter circulatie

ter kennisneming

volgens afspraak

ter behandeling

voor commentaar

J. Azier afdeling Middelen Septembercirculaire

In de derde week van september werd door Binnenlandse Zaken de septembercirculaire aan de gemeenten verzonden. In deze circulaire zijn enige mutaties aangegeven welke hieronder zijn vertaald naar de uitkomsten voor onze gemeente. Algemene uitkering gemeentefonds (sept.circul.) Uitkomsten september circulaire (x € 1 miljoen)

2011

2012

2013

2014

2015

19,2

19,6

18,5

18,5

18,0

Een vergelijking met de meicirculaire 2011, waarvan de uitkomsten zijn verwerkt in de begroting 2012 en de meerjarenbegroting voor 2013 t/m 2015, die inmiddels in concept aan de gemeenteraad is verstrekt, geeft de onderstaande mutaties: Algemene uitkering gemeentefonds (tov mei circ.) Uitkomsten september circulaire Uitkomsten mei circulaire

2011

2012

2013

2014

2015

19,2 19,2

19,6 19,8

18,5 18,5

18,5 18,5

18,0 17,9

Mutaties

-

-0,2

-

-

0,1

Uit de laatste tabel blijkt dat er in afgeronde bedragen voor 2012 nog een nadeel ontstaat van € 2 ton en voor het laatste jaar een voordeel van € 1 ton, de overige jaren blijven nagenoeg gelijk. Het verschil in 2012 ontstaat voor circa de helft door het innemen van een definitief standpunt t.a.v. de systematiek suppletie ozb in de septembercirculaire. Hiervoor was in de meicirculaire nog een p.m. post opgenomen. De andere helft van de mutatie wordt veroorzaakt door nog doorgevoerde aanpassingen in de accressen. Deze zorgen er tevens voor dat de suppletie ozb mutatie in 2013 en 2014 geheel wordt gecompenseerd en in het laatste jaar zelfs een geringe positieve bijstelling te zien geeft (alles inclusief de efficiencykorting voor de regionale uitvoeringsdiensten). Om aan de raad het meest actuele beeld te geven omtrent de financiële (meerjaren) positie, moet deze informatie nog aanvullend aan de raad worden verstrekt. Hierbij speelt echter nog het onderstaande. Pagina 1 van 3

In de algemene uitkering is een aantal specifiek benoemde posten begrepen, waarvoor in de begroting nog geen “labeling” heeft plaatsgevonden. Deze posten functioneren hierdoor nu als algemeen dekkingsmiddel in de begroting. De in omvang belangrijkste taakmutaties zijn hieronder vermeld:

a b c d e

Taakmutaties begrepen in de algemene uitkering (x€ 1000) Eenmalige transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar WMO Bijzondere bijstand kwetsbare groepen Toezicht en handhaving kinderopvang Kasschuif (tbv de invoering van de E-gemeente) Modernisering GBA

2012 83

2013 57

2014

2015

31 17 38

31 17 38 69

31 17 38 30

31 17 -154 30

169

212

116

-76

De taakmutaties genoemd onder d en e zijn reeds gemeld in de aanvullende memo “meicirculaire” bij de kadernota (hierbij zijn in de septembercirculaire de bedragen voor modernisering van de Gba nog wel aangepast). De posten onder a t/m c zijn extra toegekende bedragen voor deze betreffende onderdelen, waarop onderstaand een korte toelichting wordt gegeven; ad a) Eenmalige transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar WMO Deze middelen zijn extra beschikbaar gesteld om de gemeenten te compenseren voor de kosten die samenhangen met de decentralisatie van de functie “begeleiding uit de WMO”. ad b) Bijzondere bijstand kwetsbare groepen Om cumulatie van inkomenseffecten voor kwetsbare groepen zoals chronische zieken, gehandicapten en ouderen te verzachten, zijn deze extra middelen voor bijzondere bijstand beschikbaar gesteld. Door het toevoegen van deze middelen worden gemeenten in staat gesteld om deze specifieke doelgroepen door middel van de verlening van bijzonder bijstand extra inkomensondersteuning te bieden. ad c) Toezicht en handhaving kinderopvang Dit bedrag is aan de algemene uitkering toegevoegd voor toezicht en handhaving in de kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus en gastouders. ad d) Kasschuif In de algemene uitkering vindt een zogeheten kasschuif plaats. Hierbij worden middelen naar voren gehaald om in te kunnen zetten voor de “E-gemeente” (digitale dienstverlening). Het zwaartepunt ligt hierbij op basisregistraties zoals GBA, BAG, BGT, BRO, etc. Deze kasschuif moet voor het rijk budgettair neutraal verlopen en daardoor worden in 2015 deze middelen weer gekort op de algemene uitkering met de gedachte dat deze investeringen ook een besparing voor de gemeenten kunnen opleveren. ad e) Modernisering GBA Deze middelen zijn extra aan de algemene uitkering toegevoegd voor de modernisering van de GBA. Het kabinet zet in op modernisering GBA, een gestandaardiseerde en moderne Pagina 2 van 2

uitwisseling van de persoonsgegevens en een betere controle op de kwaliteit van de GBA via het actieplan kwaliteit GBA. Van het MT wordt uitspraak gevraagd in hoeverre de genoemde middelen in onze organisatie moeten worden gelabeld. Volledigheidshalve wordt hierbij nog opgemerkt dat elke labeling nog moet worden opgeteld bij de in het eerste deel van dit memo reeds vermelde mutatie op de begroting als gevolg van de septembercirculaire. Ter illustratie: indien alle genoemde posten voor 2012 zouden worden gelabeld dan ontstaat er een extra last voor de begroting 2012 van afgerond ruim € 300.000 (€ 0,2 + € 0,169). Afhankelijk van de omvang van de toe te wijzen posten kan voor de begrotingsbehandeling aan de raad een geactualiseerd beeld van de meerjarenbegroting als aanvullende informatie n.a.v. de septembercirculaire worden samengesteld.

Pagina 3 van 3

Mr. K.M. van der Velde - Menting

Recommend Documents