MOW MAG
Huiss tijl h versi e 1.5 ec -embe d r 009 2
Nieuws uit het ministerie MOW • Verschijnt driemaandelijks • nr. 26 • herfst 2013
De Vlaamse Havendag
“Goed geplaatste camera’s kunnen levens redden”
Jobstudenten in de leer bij MOW
Intelligente verkeerssystemen helpen MOW mobiliteitsknoop MAG HERFST 2013 1 ontwarren
Edito en inhoud
Edito Civil servants Roodlichtcamera’s die levens redden, boombruggen over de ring rond Brussel voor de dieren in het Zoniënwoud, intelligente verkeerssystemen die de verkeersknoop helpen ontwarren, tienduizenden bezoekers ontvangen tijdens de derde Vlaamse Havendag en jongeren helpen bij hun eerste werkervaring … De ‘diensten’ van MOW zijn vandaag meer dan ooit – maatschappelijk – gevraagd én actueel. De overheid ten dienste van de burgers: MOW maakt het idee van de civil services waar. Luisteren naar wat er leeft, onderzoeken en innoveren, om vervolgens oplossingen aan te reiken op het terrein. Het beeld van de ambtenaar in grijze stofjas, achter zijn bureau in zijn ivoren toren, maakt bij MOW plaats voor civil servants: maatschappelijk bewuste medewerkers. Deze MOW MAG ademt die geest nadrukkelijk uit. De openheid die MOW – in al zijn geledingen – aan de dag legt, wordt ook (h)erkend. Zo loofde minister Crevits het engagement van honderden MOW’ers tijdens de derde Vlaamse Havendag (p. 9). Maar ook de vele positieve reacties van de bezoekers aan de Vlaamse Havendag – onder meer via sociale media – zijn een bevestiging van de klantgerichtheid van MOW. “Als ik de kans krijg, kom ik morgen zeker terug”, vertelt een jonge student die deze zomer net een vakantiejob bij MOW achter de rug had (p. 6). Ook dat wijst op de openheid die we met heel onze organisatie willen uitdragen.
Civil servant, noem het gerust een roeping! De redactie
COLOFON MOW MAG brengt informatie over actuele thema’s en activiteiten van het Vlaamse ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken. Adres: MOW MAG, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel Redactiecontacten: Jenny Leemans, Agentschap Wegen en Verkeer, jenny.leemans@mow. vlaanderen.be, 02 553 75 57 | Lendert Putteman, Departement Mobiliteit en Openbare Werken,
[email protected], 02 553 71 35 | Tom Moortgat, Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, tom.moortgat@ mow.vlaanderen.be, 02 553 77 12. Heb je zelf ideeën of suggesties? Mail ze naar info@mow. vlaanderen.be. Coördinatie: Steven Van Aken, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, steven.vanaken @mow.vlaanderen.be, 02 553 71 28. MOW MAG verschijnt driemaandelijks. Redactie en realisatie: Pantarein Verantwoordelijke uitgever: ir. Fernand Desmyter, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Koning Albert IIlaan 20 bus 2, 1000 Brussel © 2007 MOW MAG
Inhoud
Jobstudenten en MOW’ers leggen elkaar op de rooster
6
Kustweerbericht maakt het mooie weer
13
“Goed geplaatste camera’s kunnen levens redden” .................................... 3
Maken slimme walsen beter asfalt? ...................................... 14
“We kunnen het Scheldepeil steeds secuurder voorspellen” ................. 18
KORT TRAJECT . ..................................... 4
Vlaanderen en Nederland samen op handelsmissie ....................................15
Binnenkijken in het Waterbouwkundig Laboratorium ....................19
Intelligente verkeerssystemen helpen mobiliteitsknoop ontwarren ........ 16
Primeur: boombrug in Zoniënwoud ....................................20
Topografische metingen helpen grondverzet begroten .....................11
Walstroom tanken wordt gemakkelijker ................................... 12
2
Derde Vlaamse Havendag 8 doorbreekt clichés
MOW MAG HERFST 2013
In de kijker
“Goed geplaatste camera’s kunnen levens redden” Roodlichtcamera’s zorgen voor minder letsel- én vooral voor minder dodelijke ongevallen op onze gewestwegen. Opdat die camera’s betrouwbare beelden opleveren, is samenwerking tussen verschillende instanties een must. “Accuraat geplaatste en minutieus afgestelde camera’s zijn millimeterwerk én teamwork”, zegt Bart Van Vaerenberg, projectingenieur bij de afdeling Elektromechanica en Telematica (EMT). Een roodlichtcamera ziet er bijna hetzelfde uit als een flitscamera, maar er zijn wel wat verschillen. Een flitscamera registreert alleen snelheidsovertredingen en werkt met radarcontrole. Roodlichtcamera’s registreren zowel overdreven snelheid als roodrijden. Ze staan op kruispunten met verkeerslichten en werken via twee ‘intelligente lussen’ ter hoogte van de stopstreep in het wegdek. Overdreven snelheid wordt gemeten via de tijdspanne waarin het voertuig over de twee opeenvolgende lussen rijdt. Om roodrijden te signaleren start de roodlichtcamera een chronometer vanaf het ogenblik dat het verkeerslicht op rood springt. Wanneer een voertuig de twee lussen overschrijdt als de ‘pardontijd’ – na 1 seconde rood licht – is overschreden, krijgt de fotocamera een commando … en jij een boete.
Kijkstages tussen de afdelingen EMT en ATO zorgen voor meer inzicht in elkaars werking en een betere afstemming.
Groen licht voor roodlichtcamera
Een roodlichtcamera verrijst niet zomaar. De installatie gebeurt op vraag van de politie, de gemeente, op voorstel van het Agentschap Wegen en Verkeer, of sinds 2003 ook op basis van het project ‘Gevaarlijke punten’ van de Vlaamse overheid. Bart Van Vaerenberg: “De afdeling Expertise Verkeer en Telematica (EVT) bestudeert eerst waar roodlichtcamera’s het grootste effect opleveren: dat zijn de plaatsen waar de meeste ongevallen gebeuren. Onze afdeling Elektromechanica en Telematica (EMT) wordt gebrieft door de gemeente of lokale politie: zij weten het best waar het gevaar loert. Vervolgens geven we de opdracht aan de afdeling Algemene Technische Ondersteuning (ATO) om het terrein op te meten. Op
die meetplannen baseren we ons om de optimale plaats te bepalen voor de camera’s en lussen, en een detailplan voor de aannemer uit te werken.” De toekomst in een flits?
Dus binnenkort nog meer roodlichtcamera’s? “Nee, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits wil investeren in een nieuw systeem: trajectcontrole via ANPRcamera’s (Automatic Number Plate Recognition). Via dat systeem wordt de nummerplaat geregistreerd en de gemiddelde snelheid van een voertuig tussen twee punten opgemeten.” Worden roodlichtcamera’s dan bedankt voor bewezen diensten? “Absoluut niet: gezien de goede resultaten zullen ze zeker blijven”, besluit Bart Van Vaerenberg.
Gewikt, gewogen en becijferd - De eerste roodlichtcamera’s in Vlaanderen verschenen in 1999. - In totaal staan er vandaag ongeveer 1400 palen op de Vlaamse gewestwegen. - De palen en bekabeling kosten zo’n 100 000 euro; een camera heeft een prijskaartje van 45 000 euro. Gemiddeld één op de vier palen aan een kruispunt heeft een camera. Via een rotatiesysteem voorkomt de politie dat weggebruikers ontdekken welke palen ‘werken’ en welke niet. - Een verkeersstudie van de Universiteit Hasselt toont aan dat het aantal dodelijke ongevallen in een straal van 50 meter rond de camera’s met 18% is gedaald, letselongevallen met 9%.
MOW MAG HERFST 2013
3
KORT TRAJECT
Havens van Antwerpen, Gent, Oostende en Zeebrugge bundelen krachten Op 18 april ondertekenden de vier zeehavens samen met Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits een samenwerkingsakkoord. De Vlaamse havens moeten in 2020 aan de Europese top staan, dat is het doel. Vanuit het samenwerkingsverband Flanders Port Area willen de Vlaamse havens via dertig actiepunten internationaal sterker uit de hoek komen en het scheepsverkeer naar Vlaanderen vergroten. Die actiepunten zijn verdeeld in zes domeinen. Zo zullen de havens van Antwerpen en Zeebrugge samenwerken op commercieel en economisch vlak om hun gezamenlijke marktaandeel in het containerverkeer tussen Azië en Noordwest-Europa te vergroten. Er zal ook samengewerkt worden op het gebied van promotie, logistiek, communicatiesystemen en aanwerving. Zo willen de havens zowel hun eigen als het gezamenlijke ‘Vlaamse’ aandeel opschalen. In november onderneemt minister Crevits samen met de vier havens een buitenlandse missie naar Singapore en Vietnam om de versterkte samenwerking binnen Flanders Port Area te ondersteunen.
Meer info: www.flanderslogistics.be/fpa
Estse delegatie nieuwsgierig naar LNG-brandstof
Zomersproeten bij JongMOW De warme zomerdagen inspireerden ook JongMOW. Onze youngsters boksten een gevarieerde zomerkalender in elkaar. Zo konden de collega’s bij een glaasje of een partijtje Kubb in Antwerpen of in Brussel, tijdens de middagpauze of na het werk, elkaar beter leren kennen. Ook het bezoek aan brouwerij De Halve Maan in Brugge was een succesnummer. Op 25 oktober bezocht JongMOW de Europese Commissie in Brussel. Tijdens het bezoek was er uiteraard bijzondere aandacht voor mobiliteit, transport en klimaat. Als je die activiteit hebt gemist, volg dan zeker de communicatie rond het jaarprogramma 2014. Heb jij een idee voor een JongMOW-initiatief? Stuur ons dan je suggestie via
[email protected]!
Hoe kunnen we de milieu-impact van het maritieme transport verkleinen? Met die vraag kwam een delegatie uit Estland op 29 en 30 mei naar Vlaanderen afgezakt. Het werkbezoek paste in het samenwerkingsprogramma Vlaanderen-Estland 2012-2014. De experts wisselden informatie en ervaringen uit over LNG (liquefied natural gas of vloeibaar aardgas) als schone scheepsbrandstof. Bij verbranding van LNG ontstaan aanzienlijk minder schadelijke emissies van fijn stof, stikstofoxide, zwaveloxide en CO2 dan bij diesel bijvoorbeeld. Ook andere milieuthema’s, zoals ontvangstinstallaties voor scheepsafval, milieukortingen op havengelden en walstroom, kwamen aan bod. De Estse delegatie stak haar licht op in de havens van Zeebrugge, Gent en Antwerpen. De tevredenheid achteraf was groot en er kwam meteen een uitnodiging voor een tegenbezoek in 2014.
4
MOW MAG HERFST 2013
KORT TRAJECT
Privébedrijf runt voortaan luchthavens Antwerpen en Oostende De regionale luchthavens van Antwerpen en Oostende-Brugge komen vanaf 2014 in privéhanden. EGIS Projects NV wordt de nieuwe exploitant. De Vlaamse regering is van oordeel dat een ervaren privéonderneming beter en sneller kan inspelen op de luchtvaartmarkt. Het privébedrijf zal nu een exploitatiemaatschappij oprichten voor de commerciële uitbating van beide luchthavens. De Vlaamse overheid blijft verantwoordelijk voor de luchthaveninfrastructuur. Overheid en privé zullen samenwerken om onze regionale luchthavens alle groeikansen te geven.
Hongkong en China op bezoek
Je worstelt met een dilemma? Praat erover! Je collega krijgt een fietsvergoeding, maar komt niet met de fiets. Je volgt een seminarie dat onverwacht om 12 uur eindigt in plaats van om 16 uur. Als werknemer kom je soms voor dilemma’s te staan. Het Departement MOW wil die bespreekbaar maken. Je hebt ze ongetwijfeld gespot, de groene verkeerskegels her en der in de gangen van het departement. Elke kegel confronteerde je met een dilemma. Bijvoorbeeld: ‘Je collega zit voortdurend op internet voor privédoeleinden. Hierdoor stapelen de dossiers zich op.’ Weet jij hoe je in zo’n situatie moet reageren? Met deze campagne nodigt het Departement MOW alle medewerkers uit om stil te staan bij hun werkhouding, en met collega’s en leidinggevenden over integriteit te praten. Hoe je in bepaalde situaties op de werkvloer moet reageren, is niet altijd duidelijk. Uit de personeelspeiling van het Departement MOW bleek bovendien dat veel mensen vragen hebben over gepast en ethisch correct handelen. Om die onduidelijke werksituaties zo goed mogelijk in kaart te brengen, bracht het Departement MOW in maart 2013 medewerkers uit alle afdelingen rond de tafel. De meest herkenbare dilemma’s werden gebundeld en getoetst aan de deontologische code van de Vlaamse overheid. Het resultaat is een beknopte en heldere leidraad over integer werken volgens de waarden van de Vlaamse overheid. Het document moet alle medewerkers en leidinggevenden van het Departement MOW aanmoedigen om integriteitsdilemma’s onderling te bespreken en stil te staan bij wat integer werken betekent. Op www.meeropenheidwerkt.be vind je nog meer dilemma’s en hoe je er het best mee omgaat. Ga je akkoord? Of niet? Laat het ons weten!
Flanders Port Area, het samenwerkingsverband van en voor de Vlaamse havens, verwelkomde op 11 juni een delegatie van de Hong Kong Logistics Development Council. De delegatie bracht een zesdaags bezoek aan Duitsland, België en Italië om de logistieke troeven van Hongkong aan te prijzen. Ook een Chinese delegatie bezocht onze havens. Wist je dat Hongkong ‘geurige haven’ betekent in het Chinees, verwijzend naar de wierookhandel die er destijds floreerde? Vandaag is de haven van Hongkong een van de belangrijkste toegangspoorten tot China en Zuid- en Oost-Azië. De cargoluchthaven is de drukste ter wereld. Hongkong heeft niet alleen een goede infrastructuur en verbinding met het Chinese vasteland. De regio heeft nog een resem andere troeven: een grondige kennis van de markt, efficiënte administratie en e-commerce, gestroomlijnd transport en een duidelijke wetgeving. Nog in juni bezochten zeven Chinese experts de havens van Antwerpen en Zeebrugge, en het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (MRCC) in Oostende. Het bezoek paste in de samenwerking tussen de Europese Unie en China om het maritieme vrachtvervoer tussen beide regio’s te verbeteren. De delegatie kwam kennismaken met de activiteiten van de Vlaamse overheid in de Vlaamse zeehavens en met de dienstverlening van het agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust. De afdeling Haven- en Waterbeleid lichtte het Vlaamse havenbeleid toe.
MOW MAG HERFST 2013
5
FOCUS
“Als het van mij afhangt, kom ik volgend jaar terug” Matthias De Wilde zat deze zomer op de secretariaatsstoel op de afdeling Havenen Waterbeleid. Computerfreak Robin De Schutter controleerde ongevallendatabases en testte de webapplicatie. Als jobstudent deden ze bij MOW hun eerste werkervaring op. Hoe brachten ze het ervan af? De twee jobstudenten en ervaren MOW’ers leggen elkaar op de rooster.
Wat Ilse wil weten van Matthias Heb je de Vlaamse overheid beter leren kennen? “Zeker. Ik ken mensen die zeggen dat ambtenaren niet hoeven te werken (lacht). Maar dat is niet zo: hier is iedereen bezig met zijn job.” Wist je vooraf al iets over de haven en waterwegen? “Nee, maar het boeit me en ik wil graag bijleren. Als ik een job zou kiezen, dan eerder in de haven zelf. Ik wil ook graag leidinggeven.” Ben je goed opgevangen op onze afdeling? “Ik ben aan iedereen voorgesteld. ’s Morgens een babbeltje en ’s middags samen eten: ik ben niet zo’n babbelaar, maar hier voelde ik me meteen op mijn gemak.” Heb je nog een tip voor ons? “Afgedankte mappen gaan naar het containerpark. Ze zijn nog bruikbaar en kunnen misschien beter naar een goed doel gaan?” Wat zal je je van deze vakantiejob blijven herinneren? “De suikerbonen. Ilse noemt haar afdeling trouwens de ‘chocoladeafdeling’. Ik ben er ook in meegegaan. Op mijn laatste dag heb ik koekjes en chocolaatjes meegebracht voor de collega’s.” Wat Matthias wil weten van Ilse Wat is het verschil tussen een afdelingshoofd en een werknemer? “Als afdelingshoofd ben je verantwoordelijk voor mensen. Een probleem met een dossier los je met wat expertise wel op; je kruipt er niet
6
MOW MAG HERFST 2013
mee in bed. Maar een probleem met mensen blijft in je hoofd zitten.” Is het moeilijk om als vrouw afdelingshoofd te zijn? “De combinatie van werk en gezin is een enorme puzzel die maar net past. Ik vind het een uitdaging om op het werk én thuis het gevoel te hebben dat ik het rond krijg. Planning is ongelooflijk belangrijk.” Heb je de ambitie om een hogere functie te bekleden? “Ik wil vooral nog veel ervaringen opdoen en uitdagingen aangaan. Dat kan, maar hoeft niet noodzakelijk hoger in de hiërarchie te zijn.” Wat vind je leuk en minder leuk aan je job? “Ik kom graag werken; sommige onderwerpen boeien me enorm. Het minpunt is vooral de vele verplaatsingen met de auto voor vergaderingen. Ik verlies er veel tijd mee, die ik niet kan besteden aan mijn werk of mijn gezin.” Waarom heb je voor deze job gekozen? “Ik ben begonnen als projectingenieur aan de Maas; later ben ik in Brussel gaan werken op de nieuwe afdeling Vlaamse Nautische Autoriteit. Toen ons afdelingshoofd wegging, wilde ik die taak wel op mij nemen, en mijn collega’s zagen dat ook zitten met mij. Ik was toen 31, eigenlijk nog wat jong, maar ik ben ervoor gegaan.”
FOCUS
Identikit > Ilse Hoet (39) • • •
afdelingshoofd afdeling Havenen Waterbeleid werkt 17 jaar bij de Vlaamse overheid hobby’s: gezin met drie kinderen, lopen, tennis
> Matthias De Wilde (16) • •
5de jaar Steinerschool hobby’s: piano, voetbalsupporter AA Gent
Wat Robin wil weten van Paul en Barbara Mag ik volgend jaar terugkomen? “Je draaide snel volwaardig mee. Als het kon, zouden we je nu al boeken voor volgend jaar.” Hoe zijn jullie in deze job terechtgekomen? Paul: “Midden jaren negentig werden geografische informatiesystemen geïntroduceerd binnen de Vlaamse overheid. Ik zag al vlug de mogelijkheden van GIS om heel wat data die de Vlaamse overheid bezat te combineren, te analyseren en te visualiseren. Sinds ik bij het departement werk, ben ik verantwoordelijk voor de analyse, ontwikkeling en exploitatie van heel wat GIS-webtoepassingen. Data analyseren en zoeken naar oplossingen om die te integreren in GIS-webtoepassingen zodat we die kunnen ontsluiten naar een ruimer publiek, dat ligt me!” Barbara: “Ik ben een buitenbeentje in het IT-wereldje. Ik heb in Engeland landschapsarchitectuur gestudeerd. GIS was daar een vak, terwijl dat in België nog heel onbekend was. Zo ben ik in een IT-bedrijf hier terechtgekomen. Ik vind het vooral fijn om met een team van mensen samen te werken en samen naar IT-oplossingen te zoeken.”
Identikit
> Paul Verbiest (56) • • •
GIS- en ICT-verantwoordelijke voor de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid werkt 35 jaar bij de Vlaamse overheid hobby’s: reizen met de mobilhome, fietsen
> Barbara Eykerman (40) • •
functioneel analist geografische informatiesystemen (GIS) bij externe firma Geo Solutions hobby’s: genieten, reizen
> Robin De Schutter (18) • •
beëindigde het 6de jaar Handel, richting Informatica hobby’s: wielrennen, reizen, uitgaan met vrienden
Wat Barbara en Paul willen weten van Robin Werken met databanken en webtoepassingen die te maken hebben met mobiliteit en verkeersveiligheid: waarom boeit dat een jonge kerel als jij? “Mijn stiefvader werkt al enkele jaren rond de verkeersmobiliteit in Gent. Hij vertelt er elke avond over, zelfs op zondag (lacht). Daardoor wist ik er al veel van.” Hoe komt het dat je de webapplicatie zo snel onder de knie had? “Ik ben handig met computers. Doe het me voor en ik kan er meteen mee verder. Ik doe ook graag mijn eigen ding. En als ik hulp nodig heb, vraag ik het gewoon.”
Ambtenaren moeten de webapplicatie vlot kunnen gebruiken. Wat vind je er zelf van? “De applicatie is heel overzichtelijk: het wijst zichzelf uit. Je moet wel durven klikken. Dan kan de toepassing heel veel.” Wat heb je van je vakantiejob opgestoken? “’s Middags ging ik samen met de ontwikkelaars en analisten eten. Ik wil zelf IT studeren en door met hen aan tafel te praten over hun job, kreeg ik er een beter beeld van. Ik weet nu ook wat het is om in een team te werken: hier helpen ze elkaar.”
MOW MAG HERFST 2013
7
VLAAMSE havendag
Vlaamse havens tonen zich modern en dynamisch aan 75.000 bezoekers
Derde VLAAMSE HAVENDAG doorbreekt clichés De havenmarathon van Hilde Crevits: 9 u. Oostende 11.25 u. Zeebrugge 14.15 u. Antwerpen 16.30 u. Gent
Een heerlijke najaarszon, veel volk, een enthousiaste sfeer en een uniek programma: dat alles maakte van de derde Vlaamse Havendag een echt havenfeest. De havens van Antwerpen, Gent, Oostende en Zeebrugge lieten op zondag 22 september tienduizenden mensen proeven van werken, leven en beleven in en rond de haven. Vlaams minister Hilde Crevits maakte er een echte havenmarathon van en bezocht alle vier de havens.
8
MOW MAG HERFST 2013
Staat een zeehaven voor jou ook nog steeds voor een wereld vol stoere dokwerkers? Met het motto ‘Is dit jouw beeld van de haven? Verruim je kijk tijdens de Vlaamse Havendag’ doorbrak de derde Vlaamse Havendag de aloude clichés over de haven. Het doel: het brede publiek een inkijk geven in de veelzijdigheid van het havengebeuren: de vele bedrijven die er actief zijn, de honderdduizenden mensen die er werken, de havenbesturen en overheidsdiensten die onze havens draaiende houden. “De havens doen grote inspanningen om het leven in en rond de haven te verbeteren”, zegt Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits. “De haven is voor veel mensen een onbekende wereld. Wie de havens bezoekt, krijgt een ruime, heel andere kijk op de ontelbare activiteiten die er plaatsvinden.”
VLAAMSE havendag
Gent
Oostende
werpen kon je naast de Deurganckdoksluis onder meer de tentoonstelling Nooit meer dicht over 150 jaar Schelde Vrij bezoeken en kreeg je de kans om aan boord te gaan van bagger-, sleep- of peilboten. In Oostende kon je een bezoek brengen aan de jobbeurs ‘Draai mee op zee’ en kon je op Noordzeecruise naar het windmolenpark op de Thorntonbank. In Zeebrugge was de gigantische autoterminal van ICO de publiekstrekker en zwaaide ook de Vlaamse Visveiling haar deuren wijd open. In Gent ten slotte werd de haven tot een groot festivalterrein omgetoverd. Op dertien locaties konden de bezoekers drie tot vier wervelende concerten meepikken, met onder meer singer-songwriter Roland Van Campenhout. Sociale media
Zeebrugge
Antwerpen
Aandacht voor tewerkstelling
Rijk gevuld programma
De Vlaamse havens zijn een belangrijke bron van tewerkstelling. Vandaag werken zo’n kwart miljoen mensen rechtstreeks of onrechtstreeks in de havens. De logistiek is een essentieel onderdeel van de havenactiviteiten. Prognoses wijzen uit dat de logistieke sector in Vlaanderen sterke groeikansen in zich heeft, met een groot potentieel aan nieuwe jobs.
Met 75.000 bezoekers overtrof de derde editie van de Vlaamse Havendag alle verwachtingen. De haven van Gent lokte 31.000 bezoekers; de Antwerpse haven verwelkomde 20.000 geïnteresseerden. De haven van Zeebrugge klokte af op meer dan 18.000 bezoekers en in Oostende telde men 6000 kijklustigen.
Maar veel vacatures – vooral technische – raken vandaag niet ingevuld: chauffeurs, lassers, sleepbootkapiteins, verkeersleiders … Dat heeft onder meer te maken met het weinig flitsende imago van de havens. En net aan dat achterhaalde beeld wilde de derde Vlaamse Havendag iets doen, met een aanbod dat zowel jong als oud kon boeien.
De bezoekers kwamen af op het unieke aanbod aan activiteiten. “Je hebt niet elke dag de kans om op de werf van de grootste sluis ter wereld te staan”, vatte Jan Lathouwers uit Wolvertem, een van de 15.000 bezoekers aan de Deurganckdoksluis, het collectieve gevoel goed samen. Het programma in de vier havens oogde dan ook indrukwekkend: in Ant-
De enorme opkomst op de Vlaamse Havendag is zeker ook te danken aan de inzet van de sociale netwerken de weken voordien. De Facebook-fanpagina klom steil tot bijna 6000 actieve fans, en ook via Twitter en LinkedIn werden duizenden mensen bereikt. Dertien miljoen unieke gebruikers hebben de inhoud van de fanpagina bekeken; alle berichten op de Facebook-pagina werden de voorbije maand zo’n 40 miljoen keer weergegeven. De programmawebsite www.vlaamsehavendag.be was gebruiksvriendelijk gemaakt voor zowel desktop-, tablet- als smartphonegebruikers. Crevits: “Bedankt MOW’ers!” Het eclatante succes van de derde Vlaamse Havendag had vele vaders en moeders: honderden MOW’ers die vanuit hun inzet en expertise de Vlaamse Havendag ondersteunden, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Samen met de havenpartners waren zij de sterren van de derde Vlaamse Havendag. Hilde Crevits: “Van de vele bezoekers hoorde ik lovende woorden. Op zo’n korte tijd zo’n gevarieerd programma in elkaar boksen, onze partners mobiliseren, de communicatie voeren en zoveel volk lokken, dat is echt een huzarenstukje waar het Departement MOW terecht trots op mag zijn. Ik wil alle medewerkers van MOW die, van dichtbij of van iets verder af, dit succes mogelijk hebben gemaakt, dan ook oprecht bedanken. Dit was een mooi staaltje van professionaliteit en vakmanschap, maar ook van een heel klantvriendelijk onthaal. Proficiat en bedankt allemaal.”
MOW MAG HERFST 2013
9
VLAAMSE havendag
Werf Deurganckdoksluis geeft geheimen prijs 3,5 miljoen jaar oude walvis gevonden Stijn Goolaerts, paleontoloog aan het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN), stootte op een zonnige februaridag op de resten van een 3,5 miljoen jaar oude walvis. “Er speelt altijd een factor geluk mee. Doordat we van de afdeling Maritieme Toegang (aMT) van meet af aan op de werf mochten, konden we een zeldzaam, volledig skelet aan onze collectie toevoegen.” De gevonden skeletonderdelen zijn van een voorouder van de Groenlandse walvis en de noord- en zuidkaper. Projectleider Murielle Reyns (aMT) maakte het vanop de eerste rij mee: “Vooral de onderkaken van drie meter lang zijn indrukwekkend. Het dier moet dus acht à tien meter lang geweest zijn.” Werken in het gedrang?
“De vondst vormde geen bedreiging voor de werken aan de Deurganckdoksluis”, zegt Stijn Goolaerts. “In tegenstelling tot archeologisch onderzoek – dat start vanaf de komst van de mens – heeft paleontologisch onderzoek niet de macht om werken stop te zetten. Bovendien lag de walvis in een rustige hoek van de bouwput. AMT was meteen enthousiast om mee te werken. Bij zulke ingrijpende graafwerken springen we graag mee op de kar. Dat zijn immers mooie kansen om veel dieper te gaan dan wij ooit met onze schop zullen komen”, lacht Stijn Goolaerts. Waardevol
De ontdekking is bijzonder omdat er zoveel skeletonderdelen van een ‘echte walvis’ – trage baleinwalvis – samen teruggevonden werden. “Meestal is dat slechts 40 à 50 procent, maar in dit geval vonden we maar liefst 80 procent. Dat gebeurt uiterst zelden. Sowieso wordt slechts één op de duizenden dieren ooit een fossiel. Bovendien zijn de onderdelen opvallend goed bewaard gebleven doordat het dier wellicht snel ‘begraven’ werd, en dus minder is blootgesteld aan de zee en aasdieren. Ook de zand- en kleigrond werkten conserverend.” “Het fossiel werd elf meter diep in een schelpenpakket teruggevonden”, aldus Stijn Goolaerts. “In die put lagen ook resten van een dolfijn, een dijbeen van een vogel en haaientanden. Alles samen levert de vondst belangrijke informatie op over het mariene ecosysteem uit die periode.” De beenderen worden nu behandeld en bestudeerd door experts van het KBIN. Wellicht krijgt het grote publiek de resten in een latere fase te zien.
10
MOW MAG HERFST 2013
Al vanaf de negentiende eeuw ligt België, met de provincie Antwerpen als walvissenkerkhof, aan de grondslag van het fossiele walvissenonderzoek.
tot uw dienst
Topografische metingen helpen grondverzet begroten
Plant de Vlaamse Milieumaatschappij de hermeandering van een waterloop of wil het Agentschap voor Natuur en Bos in het Zwin natuur- en reliëfherstel uitvoeren, dan willen zij weten welk grondverzet daaraan te pas komt. “Wij kunnen helpen om de kosten van de grondwerken precies in te schatten”, zegt Wijnand Vanhille van de afdeling Algemene Technische Ondersteuning (ATO).
Een ruwe schatting van de omvang van een grondverzet heeft algauw een financiële misrekening van duizenden euro’s tot gevolg. Opdrachtgevers van grote overheidswerken zijn gebaat bij een nauwkeurige bepaling. De topografen en tekenaars van ATO berekenen het grondverzet op basis van verschillende topografische metingen. Terreinmodel Wijnand Vanhille: “Voor de start van de werken gaan we de toestand opmeten en brengen we de hoogteverschillen in het terrein goed in kaart. Met die meetgegevens wordt er een digitaal terreinmodel aangemaakt, waaruit we nog andere interessante plannen kunnen afleiden. Een plan met hoogtelijnen bijvoorbeeld, of verschillende dwars- en lengteprofielen van de bestaande toestand.”
“Na de werken herhalen we die oefening. We meten de nieuwe toestand op en maken ook daarvan een digitaal terreinmodel. De terreinmodellen van voor en na de werken met elkaar vergelijken is voor de software een koud kunstje. Binnen de overlappende zones kunnen we volumeberekeningen uitvoeren.” Juister bestek “Opdrachtgevers van werken willen graag een goede basis om met hun aannemers te praten over de kosten van de grondwerken. Onze volumeberekeningen zijn in de ontwerpfase van de werken een goed houvast voor de inschatting van de vermoedelijke hoeveelheden. En na de werken kunnen onze berekeningen dienen om het werk en de vorderingsstaten van de aannemer te controleren.”
MOW MAG HERFST 2013
11
INNOVATIE
Walstroom tanken
wordt gemakkelijker Langs alle waterwegen en in de havengebieden installeert de Vlaamse overheid voorzieningen voor walstroom. Om meer schippers, rederijen en havenbedrijven over de streep te trekken werd alle nuttige informatie gebundeld op www.walstroomplatform.be. “Met één muisklik zien schippers in vier talen waar ze hun schip op het elektriciteitsnet kunnen aansluiten”, zegt walstroomcoördinator Mohssine El Kahloun. Aan een uniform betaalsysteem via gsm wordt gewerkt.
Aangemeerde schepen schakelen tijdens hun bezoek aan de haven altijd hun hoofdmotoren uit, maar lang niet altijd hun hulpmotoren. Die blijven stationair draaien om stroom te leveren voor verlichting, ventilatie, pompen en koeling. Het lawaai van die draaiende motoren zorgt voor behoorlijk wat overlast. Ook de luchtkwaliteit deelt in de klappen. Door het schip aan te sluiten op het elektriciteitsnet aan wal kunnen schippers hun hulpmotoren uitschakelen tijdens de hele duur van hun verblijf en wordt het milieu minder belast. Gezonde lucht “Walstroom is aan het doorbreken. De voordelen zijn dan ook legio. Minder geluid aan boord en langs de
kade, dat is een verademing voor de schippers én omwonenden. Rederijen besparen op hun brandstofverbruik. De haven kan, als leverancier van groene energie, de belasting op het milieu terugdringen. En de bevolking ademt gezondere lucht in. De Vlaamse overheid trekt daarom resoluut de kaart van walstroom”, vertelt Mohssine El Kahloun enthousiast. Het walstroomplatform werkt concreet aan de verdere uitbouw van walstroom langs alle Vlaamse waterwegen en havengebieden. Dat gebeurt in nauw overleg met de havens en binnenhavens, de waterwegbeheerders, Promotie Binnenvaart Vlaanderen en het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie. Het walstroomplatform past ook in het luchtkwaliteitsplan van Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege, dat de Vlaamse regering in maart 2012 goedkeurde. Mobiel betalen Het succes van utilities zoals walstroom staat of valt met de beschikbaarheid en de service. Mohssine El Kahloun: “Op dit moment werken we aan een uniform betaalsysteem met mobiele telefoon. Enkele partners zijn vragende partij om de dienstverlening uit te breiden naar drinkwater, afvalverzameling en ontgassing voor de binnenscheepvaart.” De viertalige website bedient rederijen en schippers van over heel de wereld. Het walstroomplatform krijgt financiële steun van TEN-T, het Europese steunprogramma voor transportinfrastructuur.
Meer info:
www.walstroomplatform.be
12
MOW MAG HERFST 2013
TOT UW DIENST
Kustweerbericht maakt het mooie weer
Dagje naar zee? Snel even het kustweerbericht checken! Geen weerbericht in Vlaanderen met een grotere impact: daar gaat de afdeling Kust terecht prat op. “We willen die reputatie hooghouden”, zegt John Pauwels, communicatie verantwoordelijke van de afdeling Kust. “Daarom zetten we tot eind dit jaar een ludieke kustweerkusttram op de sporen om het kustweerbericht verder te promoten.”
Al 37 jaar doet de afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) nauwkeurige meteovoorspellingen voor golfhoogten, getij, windrichting, windkracht en zicht op zee. Dat professionele zeeweerbericht is belangrijk voor de internationale scheepvaart, de havenbesturen en -bedrijven, de maritieme dienstverlening en voor alle sectoren die werken op, langs en aan de Vlaamse kust. Consumentvriendelijk
John Pauwels: “Uit het professionele zeeweerbericht groeide enkele jaren geleden een spin-off: het kustweerbericht, dé weersvoorspeller voor kustbewoners en toeristen, maar ook voor lokale overheden, horeca, vastgoedbedrijven en de toeristische sector. Op www.kustweerbericht.be vindt iedereen de weersvoorspelling van de dag, vier keer per dag
geactualiseerd. Vorig jaar ging de site mobiel; nu lees je het weerbericht ook op je smartphone. En kers op de taart: om helemaal consumentvriendelijk te zijn is het kustweerbericht er nu ook in het Frans, Engels en Duits.” Tijd voor promotie
“De afdeling Kust voerde deze zomer een krachtige promotie. Een promoteam deelde in de grote kustgemeenten leuke zonneschermen voor de auto uit. Op het gadget stond een guitige weercartoon, de QR-code van onze site en het webadres in vier talen. Intussen bolt langs de Vlaamse kust een kusttram met een ludiek plaatje van het kustweerbericht.” Ook benieuwd naar die ‘gepimpte’ kusttram? Zo’n acht keer per dag komt de promotram in elke badplaats langs. De kustweer-kusttram rijdt nog tot eind december rond.
Kustweerbericht in 4 talen Het weer aan de kust wordt in maar liefst vier talen voorspeld. Naast de Nederlandstalige website kustweerbericht.be riep de afdeling Kust ook het Franse meteocoteflandre.be, het Engelse meteocoastflanders.be en het Duitse meteokusteflandern.be in het leven. De webadressen, gemakshalve in één woord en zonder accenten, brengen je direct naar de verschillende taalversies van het kustweerbericht.
MOW MAG HERFST 2013
13
INNOVATIE
Maken slimme walsen beter asfalt? Walsen die uitgerust zijn met intelligente systemen, kunnen tijdens de uitvoering van de werken haarfijn de verdichting van het asfalt meten. De machinist kan dan snel ingrijpen en zijn walspatroon aanpassen. De winst: beter asfalt én minder hinder door werken tijdens de hele levensduur van het asfalt. Het Vlaams Instituut voor Mobiliteit onderzoekt nu in een proefproject of intelligente walsen die beloftes ook waarmaken.
14
MOW MAG HERFST 2013
Goed onderhouden wegen dragen bij tot de verkeersveiligheid. Tegen 2015 wil minister Crevits de onderhoudsachterstand op de Vlaamse snelwegen weggewerkt hebben. Tegelijk worden technieken opgespoord en uitgetest die de kwaliteit en de weersbestendigheid van asfalt verbeteren. Walsinstructies
Asfalt verkrijgt zijn duurzaamheid na het walsen. Het gewicht van de wals zorgt voor het samendrukken van het losse asfaltmengsel of ‘verdichting’. Margo Briessinck, senior advisor afdeling Wegenbouwkunde: “De kwaliteit van de weg is sterk afhankelijk van dat verdichtingsproces en dus ook van de ervaring van de walsmachinist bij het uitvoeren van de specifieke walsinstructies. Een overbodige luxe is een goed verdicht asfalt zeker niet: kwaliteitsvol asfalt is beter bestand tegen weersinvloeden en verkeersbelasting.” Intelligente walsen
Of de asfaltkwaliteit goed is, wordt na de werken gecontroleerd via controleboringen. Die boringen beschadigen echter de nieuwe weg. En als een slechte verdichting wordt vastgesteld, is het eigenlijk al te laat. Intelligente walsen kunnen dankzij ingebouwde meetsystemen al tijdens de werken informatie geven over het verdichtingsproces. Margo Briessinck: “Parameters zoals de temperatuur van de asfaltlaag, het aantal keren dat de wals over een bepaalde plaats is gereden en het draagvermogen van het asfalt, helpen de walsmachinist het verdichtingsproces bij te sturen op het moment zelf. Op basis van de metingen kan die beslissen nog een keer extra over een bepaald stuk te walsen of net niet, iets wat hij anders op basis van zijn eigen ervaring beslist.”
Betere kwaliteit
De winst van een slimme wals mag dan overduidelijk zijn, veel aannemers zijn terughoudend. Met een demonstratieproject wilde de Vlaamse overheid ook de sector overtuigen van de voordelen. Vier verschillende intelligente asfaltwalsen werden bij wijze van proef ingezet op de N70 in Lokeren. Het projectteam vergeleek de gegevens van de intelligente systemen met de resultaten van de kernboringen op de werf. De eerste resultaten zijn hoopgevend. “Zowel de slimme walsen als de controleboringen duiden op een goede verdichtingskwaliteit. De intelligente systemen geven bovendien een continu beeld van de uitgevoerde werken en staan de machinist bij in zijn werkzaamheden. In combinatie met de ervaring van de machinist zal de slimme wals de asfaltkwaliteit zeker ten goede komen.” Verder onderzoek
Niet dat kernboringen voortaan overbodig zijn, nuanceert Margo Briessinck. “Slimme walsen kunnen wel helpen om de controleboringen gerichter uit te voeren op plaatsen met een afwijkend resultaat, zodat we niet meer steekproefsgewijs tewerk moeten gaan. Voordat we het aantal kernboringen terugschroeven, moeten we een eenduidig verband kunnen aantonen tussen de verdichtingsinformatie uit de walsen en de kernboringen. Verder onderzoek is zeker nodig.” ‘Intelligente walsen’ is een proefproject van het Vlaams Instituut voor Mobiliteit (VIM) in samenwerking met de Belgische asfaltproducenten, wegenbouwers en leveranciers van het materieel.
Meer info: www.vim.be
OVER DE GRENS
Texas is zowel voor Vlaanderen als Nederland een economische partner van formaat. De handel tussen de Nederlands-Vlaamse deltaregio en Texas bedroeg in 2012 zo’n 15 miljard dollar. De handelssamenwerking levert ook tienduizenden banen op aan beide zijden van de Atlantische Oceaan. Om de Vlaams-Nederlandse delta nog scherper op de kaart te zetten als één economische cluster werd voor het eerst een gezamenlijke handelsmissie georganiseerd. Het doel: nieuwe contacten aanboren met Texaanse bedrijven en bestaande handelsrelaties verdiepen. Uitgesproken kansen Vier ministers namen deel aan de missie: Vlaams minister-president Kris Peeters en zijn Nederlandse evenknie Mark Rutte, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits en de Nederlandse minister van Infrastructuur en Milieu Melanie Schultz van Haegen. “De Vlaams-Nederlandse delta is de toegangspoort tot Europa”, zegt Kris Peeters. “We zijn een interessante partner voor bilaterale handel, investeringen, kennisoverdracht, technologie en hoogwaardige productie. Texas biedt uitgesproken kansen voor het Nederlandse en Vlaamse bedrijfsleven op het gebied van havens, logistiek en innovatie.” Druk op de knop
Vlaanderen en Nederland samen op handelsmissie naar Houston Op 7 juli vertrok een Vlaams-Nederlandse handelsmissie richting Houston (Texas). De focus van de missie lag op olie en gas, de chemische sector, havensamenwerking en slimme energienetten. Ruim negentig bedrijven tekenden present. Hun boodschap voor de Texanen: “De NederlandsVlaamse deltaregio is als logistieke hub en gateway to Europe een supertroef.”
Op de agenda van de handelsmissie stonden onder meer bedrijfsbezoeken aan Exxon Mobil, Shell, Katoen Natie en verschillende lokale bedrijven, seminaries en een trade and investment dinner. Tijdens het bezoek aan de logistieke dienstverlener Katoen Natie mochten beide mobiliteitsministers een nieuwe verpakkingslijn inhuldigen. Met een druk op de knop stelden zij een geautomatiseerde verpakkingslijn voor additieven voor kippen- en varkensvoer – een investering van 1,7 miljoen dollar – in werking. Katoen Natie waagde in 1997 de stap naar de overkant van de Atlantische Oceaan. Sindsdien kende het bedrijf een forse expansie. “In Houston werd het eerste jaar met 150 mensen een omzet gedraaid van 10 miljoen dollar”, zegt Frank Vingerhoets, directeur van de Amerikaanse bedrijfspoot. “Vijftien jaar later werken er 600 mensen voor Katoen Natie in Noord-Amerika, goed voor een omzet van 85 miljoen dollar.”
MOW MAG HERFST 2013
15
ICT
Intelligente verkeerssystemen helpen mobiliteitsknoop ontwarren Spitsstroken op de E40 en de E313, trajectcontrole tussen Erpe-Mere en Wetteren, slimme verkeerslichten … Het zijn stuk voor stuk staaltjes van technologisch vernuft, die onze verplaatsingen sneller, veiliger en milieuvriendelijker maken. Hoe kunnen die slimme systemen ook in de toekomst zorgen voor leefbare steden, kortere reistijden, meer comfort, minder verkeersslachtoffers? Die vraag legde MOW op 25 juni voor aan een expertenpanel tijdens een druk bijgewoonde ronde tafel over intelligente transportsystemen (ITS).
16
MOW MAG HERFST 2013
Een uurtje tijdverlies door een file? Het kost de maatschappij gemiddeld 20 euro per voertuig. Het einde van het fileleed is bovendien niet meteen in zicht. Uit diverse studies blijkt dat de vraag naar mobiliteit de komende jaren nog zal toenemen. Voor nieuwe wegen ontbreekt het in onze dichtbevolkte regio aan ruimte en draagvlak. Vlaanderen heeft immers het op één na dichtste autosnelwegennet en binnenvaartnetwerk van Europa. Hoe kunnen we de mobiliteitsknoop dan wel ontwarren? En hoe kunnen intelligente transportsystemen helpen om het verkeer vlot te trekken? Over die vragen bogen experts van MOW en andere overheden, universiteiten, onderzoekscentra, het middenveld en vakorganisaties zich op 25 juni tijdens een ronde tafel over intelligente transportsystemen (ITS). Daarmee geeft de Vlaamse overheid het startschot voor de uitwerking van een strategisch en gedragen ITS-actieplan, als onderdeel van het Mobiliteitsplan Vlaanderen. Het moet slimme mobiliteit in Vlaanderen concreet maken.
Trajectcontrole
Vlaanderen richtte zijn ITS-pijlen tot nog toe vooral op een betere en veiligere doorstroming van het wegverkeer op de hoofdassen. Dynamische informatieborden boven de snelwegen waarschuwen autobestuurders in real time voor ongevallen, files of hindernissen, zodat ze hun snelheid tijdig kunnen aanpassen. Ook intelligente controlesystemen verhogen de veiligheid op onze wegen. Denk maar aan trajectcontrole, ‘Weigh in Motion’ (waarbij vrachtwagens worden gewogen terwijl ze rijden) en controle op de tussenafstand van vrachtwagens. In 2011 viel 87 procent van alle verkeersdoden en 94 procent van alle gewonden in Vlaanderen buiten de autosnelwegen. Daarom wil de Vlaamse overheid haar inspanningen uitbreiden naar het onderliggende wegennet en de stedelijke mobiliteit. Geautomatiseerde systemen kunnen ook helpen om onze steden leefbaarder te maken. Door verkeerslichten op elkaar af te stemmen verbetert de doorstroming van het stadsverkeer. Zulke maatregelen leiden niet alleen tot minder files in de stad, maar ver-
ICT
minderen ook de uitstoot van schadelijke stoffen. Realtime-verkeersinfo
Slimme transportsystemen kunnen onze verplaatsingen ook vergroenen door multimodaliteit aantrekkelijker te maken. Hoe raak je zo snel mogelijk van a naar b? Lussen in het wegdek en verkeerscamera’s sporen ongevallen en hindernissen in real time op. Dynamische signalisatie- en informatieborden brengen bestuurders meteen op de hoogte, zodat ze hun reisweg kunnen aanpassen. Dankzij dat dynamische verkeersmanagement kunnen autobestuurders hun reisweg afstemmen op de situatie onderweg. Maar het kan nog beter. Zo moet het in de toekomst mogelijk zijn om elke reiziger informatie op maat van zijn reisweg en eisen aan te bieden. Naargelang het tijdstip, de verkeersdrukte en de afstand kiest hij zijn vervoersmiddel en reistraject.
En niet alleen het personenverkeer zal in de toekomst steunen op de nieuwste informaticasystemen. Als Vlaanderen de logistieke draaischijf van Europa wil blijven, moeten de economische poorten en knooppunten vlot en multimodaal bereikbaar zijn. Voor een vloeiend goederenvervoer wordt realtime-informatie straks eveneens onmisbaar. In-car-systemen, smartphones en apps
Er zijn ook steeds meer systemen op de markt die inspelen op het gebruikscomfort van de reiziger. Voorbeelden daarvan zijn in-car-systemen. Die helpen de automobilist bij het respecteren van de geldende maximumsnelheid of het aanhouden van de rijstrook. We kunnen ons vandaag geen auto meer voorstellen zonder navigatiesysteem. Steeds intelligentere sensoren en regelsystemen zorgen voor meer rijcomfort en voor de veiligheid van de bestuurder en zijn passagiers. Verkeersinforma-
tiediensten gebruiken floating car data, waarbij een gps-ontvanger de locatiebepaling doorstuurt naar een centrale. Zo kan men trajectreistijden en -snelheden bepalen. Ook het gebruik van smartphones en nieuwe apps die verkeersinformatie tot bij de reiziger brengen, zit in een stroomversnelling. Die technologieën bieden nieuwe perspectieven om ITS-diensten te ontwikkelen. Kortom, de bouwstenen van ITSsystemen zijn overal aanwezig én in volle ontwikkeling. De uitdaging voor de komende jaren is om verschillende ITS-systemen probleemloos met elkaar te laten communiceren en samenwerken. Met die ‘coöperatieve systemen’ kunnen voertuigen straks onderling communiceren en is ook samenwerking mogelijk tussen voertuig en ondersteunende infrastructuur. De resultaten van de ronde tafel vind je op www.mow.vlaanderen.be/its.
MOW MAG HERFST 2013
17
WATERSTAND
“We kunnen het peil van de Schelde steeds secuurder voorspellen” De Schelde heeft steeds minder geheimen voor het Hydrologisch InformatieCentrum (HIC) van het Waterbouwkundig Laboratorium (WL). “Wij doen er alles aan om het gedrag van de rivier zo precies mogelijk te kennen en te voorspellen”, vertelt Maarten Deschamps. Een kopie van het Nederlandse voorspellingssysteem voor de kust en de Schelde kwam onlangs de voorspellingsdienst versterken.
18
MOW MAG HERFST 2013
Dagelijks meet en voorspelt het Hydrologisch InformatieCentrum vanuit Antwerpen het waterpeil en de waterafvoer op de bevaarbare waterlopen. De Schelde is een buitenbeentje, omdat ze onderhevig is aan het getij. Overstromingen
“We proberen zo goed mogelijk te meten hoe de Schelde er hydraulisch aan toe is, hoe hoog het water staat en hoeveel water erdoor stroomt”, zegt Maarten Deschamps van het HIC. “Die metingen zijn een belangrijke basis voor onze voorspellingen. Om voorspellingen te kunnen maken worden ze gecombineerd met de neerslag- en windvoorspellingen van verschillende meteorologische diensten. Op basis van die voorspellingen en de verschillende metingen berekenen we met modellen welke hoog- en laagwaterstanden in het tijgebied van de Schelde de komende dagen worden verwacht. Die simulaties helpen ons om de werking van gecontroleerde overstromingsgebieden en het eventuele risico op overstromingen precies in te schatten.” “Onze metingen op de waterwegen zijn erg belangrijk voor waterwegbeheerders zoals Waterwegen en Zeekanaal NV. Zij bedienen stuwen en sluizen, bijvoorbeeld rond Gent, waarmee ze de waterpeilen sturen. Voor de scheepvaart is dat van levensbelang. Schepen met een zekere diepgang hebben ook een voldoende hoge waterstand nodig, anders lopen ze vast op de bodem. Onze voorspellingen helpen de waterwegbeheerders om hoge afvoeren of overstromingen te zien aankomen. Zij kunnen dan de nodige veiligheidsprocedures opstarten, de
waterbeheersing aanpassen en omwonenden tijdig waarschuwen.” 18 servers
Eén model is lang niet krachtig genoeg om de waterhuishouding van de Schelde na te bootsen. Maarten Deschamps: “Om voorspellingen in het tijgebied van de Schelde te maken gebruiken we verschillende modellen. Die geven hun informatie door aan één moedersysteem: het Voorspellingssysteem Kust en Schelde. We werken al langer met het Noordzeemodel, dat redelijk grof is, en het meer geraffineerde model voor de kuststrook. Om het tij van de Schelde nog secuurder te voorspellen kwam er sinds kort het Nederlands-Vlaamse Scheldemodel (NEVLA-model) bij. In dat model zit het Vlaamse tijgebied van de Schelde veel fijner vervat en is een koppeling met de modellen van de bovenstroomse gebieden ingebouwd (Leie, Boven-Schelde, Dender, Zenne, Dijle, Demer en Netes).” Het Voorspellingssysteem Kust en Schelde is een machine op zich. “Het systeem draait dagelijks en kijkt 48 uur vooruit. Maar we kunnen er ook langetermijnvoorspellingen mee maken. Die simuleren het gedrag van de rivier tot zelfs tien dagen vooruit. Voor wie zich bij de rekenkracht van dat systeem iets concreets wil voorstellen: in ons laboratorium kwam er een toren van achttien servers bij.” Twee keer per dag publiceert het HIC de tijverwachtingen voor de Schelde op www.waterstanden.be. Professionele gebruikers én Scheldeliefhebbers kunnen er de stand van het Scheldewater opvolgen.
WATERSTAND
Binnenkijken in het
Waterbouwkundig Laboratorium Na een succesvolle opendeurdag in 2008 en Open Monumentendag in 2010 zwaaide het Waterbouwkundig Laboratorium (WL) op 29 september opnieuw zijn deuren open. In totaal kwamen 2327 bezoekers kijken waar WL anno 2013 staat met zijn onderzoek. Ze kregen het schaalmodel van de haven van Zeebrugge te zien, konden meevaren in de simulatoren, kwamen te weten hoe overstromingen van bevaarbare waterlopen voorspeld worden, en nog veel meer. Ook voor kinderen was het een leerrijke dag. Ze konden zelf een schip laden met containers, vlotters gooien zoals een echte modelbeproever, leren hoe een sluis werkt … Na afloop genoten de volwassenen van een drankje, terwijl de kinderen zich uitleefden in het springkasteel.
MOW MAG HERFST 2013
19
Primeur: boombrug in Zoniënwoud Eekhoorns en boommarters kunnen hun geluk niet op: in hun zoektocht naar voedsel en soortgenoten steken ze nu in Groenendaal de ring rond Brussel over langs de eerste boombrug van ons land. Een van de vele maatregelen van de Vlaamse overheid om het Zoniënwoud weer één te maken.
De ring rond Brussel, de E411, de spoorweg BrusselLuxemburg en andere verbindingswegen … Ze hakken het Zoniënwoud in afzonderlijke stukken en hinderen dieren die van het ene gebied naar het andere willen trekken. Op touw gezet
Gelukkig komt daar verbetering in. Sinds 11 juli kunnen kleine dieren als eekhoorns en boommarters de ring rond Brussel oversteken via een boombrug in Groenendaal, de eerste in een reeks. Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) installeerden die boven op een portiek met verkeerssignalisatie. De boombrug bestaat uit een stalen koker die met een netwerk van touwen verbonden is met de bomen langs de weg. Via die constructie kunnen dieren gemakkelijk naar de andere kant van de weg migreren. Een primeur voor ons land, want het is de eerste boombrug op een bestaande portiek in België. Jelle Vercauteren van het AWV: “De boombrug verbetert niet alleen de biodiversiteit in het Zoniënwoud, maar verkleint ook het risico op aanrijdingen. Dat komt ook de veiligheid van autobestuurders ten goede.” Opsteker
De komende vier jaar staat de bouw van nog meer boombruggen, ecoducten en faunatunnels op de agenda. Europa gaf deze zomer immers groen licht voor het LIFE+-project OZON (Ontsnippering ZONiënwoud). Dat project wil de verdere ontsnippering van het Zoniënwoud tegengaan en de ecologische hotspots opnieuw met elkaar verbinden. Een opsteker voor de dieren, die binnenkort van een nog groter leefgebied kunnen genieten. Het AWV is een van de trekkers van OZON.
20
MOW MAG HERFST 2013 MOW MAG HERFST 2013