MOW MAG
Huiss tijl h versi e 1.5 ec -embe d r 009 2
Nieuws uit het ministerie MOW • Verschijnt driemaandelijks • nr. 25 • zomer 2013
Limburg krijgt er een nieuwe logistieke hub bij
Flanders Logistics-consulenten trekken logistieke keten kmo’s vlot
AWV haalt acrobatentoeren uit voor een proper Zoniënwoud
Zomer jij mee met JongMOW?
Edito en inhoud
Edito Je ziet het wellicht, je voelt het misschien en wie weet ruik je het ook: een kersvers nummer van MOW MAG, dat sinds deze editie in een nieuw jasje zit. Die update is niet alleen een frisse en aantrekkelijke verpakking, maar weerspiegelt bovenal de dynamiek en innovatiekracht die van alle MOW’ers uitgaan. Dat geldt ook voor de consulenten van Flanders Logistics. Sinds dit voorjaar staan zij kmo’s gratis bij in het vlot trekken van hun logistieke stromen. Ze tonen bedrijven hoe ze grote economische winsten kunnen boeken door hun logistiek slimmer aan te pakken of voor alternatieve vervoersmodi te kiezen. Via die klantgerichte en directe service levert MOW Vlaamse ondernemers een tastbare ondersteuning. Niet alleen bedrijven profiteren hiervan; het komt onze hele maatschappij ten goede. Voor Vlaanderen is logistiek een strategische sector. Door in te zetten op een duurzame logistiek maken we van Vlaanderen dé logistieke draaischijf van Europa. Met de kick-off van JongMOW eerder dit jaar waait de dynamiek als nooit tevoren door de coulissen van het Departement MOW. Zeven enthousiaste medewerkers uit uiteenlopende afdelingen richtten dat ontmoetingsplatform op. Voor de jonge garde een uitgelezen kans om te netwerken en van gedachten te wisselen met collega’s uit alle hoeken van MOW. Stem nu af op het zomerprogramma van JongMOW en prik de activiteiten alvast met stip in je agenda! Dan rest ons enkel nog je een deugddoende en verfrissende vakantie te wensen en vooral: veel leesplezier! De redactie
COLOFON MOW MAG brengt informatie over actuele thema’s en activiteiten van het Vlaamse ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken. Adres: MOW MAG, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel Redactiecontacten: Jenny Leemans, Agentschap Wegen en Verkeer, jenny.leemans@mow. vlaanderen.be, 02 553 75 57 | Lendert Putteman, Departement Mobiliteit en Openbare Werken,
[email protected], 02 553 71 35 | Tom Moortgat, Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, tom.moortgat@ mow.vlaanderen.be, 02 553 77 12. Heb je zelf ideeën of suggesties? Mail ze naar info@mow. vlaanderen.be. Coördinatie: Steven Van Aken, Departement Mobiliteit en Openbare Werken, steven.vanaken @mow.vlaanderen.be, 02 553 71 53. MOW MAG verschijnt driemaandelijks. Redactie en realisatie: Pantarein Verantwoordelijke uitgever: ir. Fernand Desmyter, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Koning Albert IIlaan 20 bus 2, 1000 Brussel. © 2007 MOW MAG
Inhoud
Limburg krijgt er een logistieke hub bij
8
11
18
Versmalde haventoegang in Nieuwpoort . ...................................... 3
Scheepswrak Henri Durré geborgen met gps-technologie ............ 10
Storms: oog in oog met een orkaan . ......................................15
KORT TRAJECT . ..................................... 4
AWV haalt acrobatentoeren uit voor een proper Zoniënwoud .... 12
Sluis in overstromingsgebied Bergenmeersen is primeur ............ 16
MOW-NIEUWS .................................... 14
Kunst op drift .................................20
“We helpen de logistieke keten van kmo’s vlot trekken” ................ 6
2
JongMOW zomert!
Drie vaargeulen maken Schelde veiliger
MOW MAG ZOMER 2013
In de kijker
Versmalde haventoegang
in Nieuwpoort is voorproefje voor stormvloedkering
De proefopstelling blijft tot eind 2015 in gebruik. Daarna starten de werken aan de echte stormvloedkering.
De haven en het hinterland van Nieuwpoort tegen zware stormen en overstromingen beschermen: dat is het doel van de stormvloedkering die straks de ingang van de havengeul moet versterken. Een proefopstelling leidt schepen en plezierboten sinds deze winter door de versmalde haventoegang.
Dit voorjaar werden in opdracht van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) – als proef – zestien stalen buispalen in de bodem van de Nieuwpoortse haventoegang geheid. Die palen vernauwen de doorgang voor schepen en zijn de prelude van de toekomstige stormvloedkering. De proefopstelling kwam er in overleg met de havengebruikers en jachtclubs. Zo kunnen zij de versmalde doorvaartbreedte aan den lijve ondervinden en hun opmerkingen aan MDK doorgeven.
De stormvloedkering in Nieuwpoort past in het Masterplan Kustveiligheid, dat volop in uitvoering is. In het ontwerp van de stormvloedkering worden de suggesties van de havengebruikers zoveel mogelijk geïntegreerd. Ook de signalisatie en de verkeersafwikkeling in de haventoegang worden via die proefopstelling in de praktijk getoetst. Bij de definitieve constructie kan men hier dan rekening mee houden.
MOW MAG ZOMER 2013
3
KORT TRAJECT
Inspiratie voor een slimme stedelijke distributie
Hoe manoeuvreren schepen in sluizen? Van 3 tot 5 juni vond in Gent de derde internationale conferentie ‘Ship Manoeuvring in Shallow and Confined Water’ plaats. Het thema: ‘ship behaviour in locks’, of hoe schepen in sluizen manoeuvreren. Voor de organisatie van de conferentie werkten het Waterbouwkundig Laboratorium, de afdeling Maritieme Techniek van de Universiteit Gent en het Royal Institution of Naval Architects (RINA) samen. Onderzoekers en experten wisselden hun kennis en ervaring uit over de laatste ontwikkelingen in het onderzoek en de praktijk rond het gedrag van schepen in ondiepe of beperkte wateren. Meer info: www.lockeffects.ugent.be
Hoe kunnen we de stedelijke distributie duurzamer en efficiënter maken? Rond die kernvraag draaide de interactieve studiedag ‘Samen werken aan slimme stedelijke distributie’ op 26 februari 2013 in Brugge. Minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits presenteerde een brochure met inspiratie voor gemeenten en steden om zelf aan de slag te gaan. Vlaanderen wil tegen 2020 Europees uitmunten in een slimme en duurzame logistiek. Die ambitie is een van de kernpunten van Vlaanderen in Actie (ViA). Het logistieke platform Flanders Logistics moet die doelstelling in samenwerking met alle spelers uit de Vlaamse logistieke sector realiseren. In het sterk verstedelijkte Vlaanderen kan dat enkel door ook werk te maken van een efficiënte en duurzame stedelijke distributie.
Leefbare stad
GEZOCHT
experten voor buitenlandse projecten
Flanders International Technical Agency (FITA) krijgt heel wat aanvragen voor technische assistentie. FITA is dan ook regelmatig op zoek naar ingenieurs en andere technische profielen die tijdelijk aan de slag gaan in infrastructuurprojecten in het buitenland. Zie jij een uitdagende opdracht in een ander continent wel zitten? Surf dan naar www.fita-npa.org.
4
MOW MAG ZOMER 2013
De brochure Wegwijzer voor een efficiënte en duurzame stedelijke distributie in Vlaanderen reikt steden en gemeenten vijftien concrete maatregelen aan om zelf op het terrein aan de slag te gaan. Het doel: de snelle en efficiënte levering van goederen hand in hand laten gaan met de leefbaarheid van de binnenstad. De studiedag ‘Samen werken aan slimme stedelijke distributie’ werd georganiseerd door de afdeling Haven- en Waterbeleid en de Stafdienst van het Departement MOW, in samenwerking met het Steunpunt Goederen- en personenvervoer, het Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL), het Vlaams Instituut voor Mobiliteit (VIM) en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw (VVSG). Meer info: www.flanderslogistics.be/stedelijkedistributie
KORT TRAJECT
Vlieg rechtstreeks
van Antwerpen naar Jersey Deze zomer vlieg je met touroperator Beautiful Britain rechtstreeks van Antwerpen naar Jersey. Vanuit de Luchthaven Antwerpen worden rechtstreekse chartervluchten ingezet. Met zijn milde klimaat heeft Jersey zowel voor de rustige levensgenieter als de actieve fietser, wandelaar of kiter een deugddoende vakantie in petto. Meer info: www.beautifulbritain.be
Bepaal zelf naar waar, wanneer en hoe je vliegt Zelf bepalen waarheen, wanneer en hoe jouw vlucht gaat? Met Vizion Air kan dat. Op de Luchthaven Antwerpen stelde de nieuwe luchtvaartmaatschappij dit voorjaar haar Fokker 50 voor. Die voert charters uit op maat van de klant. ‘Op maat’ mag je gerust letterlijk nemen: als klant bepaal je niet alleen naar waar, wanneer en hoe er gevlogen wordt. Je kunt ook alles laten personaliseren: van de maaltijden aan boord tot de look van de stewardessen en het toestel zelf. Vizion Air stijgt op vanuit Antwerpen, Oostende, Kortrijk, Amsterdam, Rijsel en nog een reeks andere regionale luchthavens in Europa. Meer info: www.vizionair.aero
400
Niet minder dan 400 bezoekers maakten hun opwachting op de infomarkten over de natuurdoelstellingen voor de Gentse Kanaalzone.
Voor de ontwikkeling van de Gentse Kanaalzone is een strategisch plan uitgewerkt. In het plan gaan economie, natuur en leefbaarheid samen. Om de natuurdoelstellingen te realiseren moeten in de buurt van de Gentse Kanaalzone nieuwe natuurkerngebieden komen (189 hectare).
Nieuwe natuur
Grootscheepse werken op Luchthaven Antwerpen Het komende jaar gaan op en rond de luchthaven van Antwerpen meerdere grootschalige infrastructuurwerken van start. De grootste bouwwerf komt op de Krijgsbaan. Die wordt in het verlengde van de starten landingsbaan ondertunneld. Dat is nodig om aan de internationale veiligheidsvoorschriften te voldoen. De Vlaamse regering heeft voor die werken een budget van 54 miljoen euro veil. Ook de bouw van een gloednieuwe General Aviation Terminal start dit jaar. Op de planning staan verder ingrijpende werken aan het luchthavengebouw. Om twee nieuwe screeningapparaten voor de ruimbagage te herbergen breidt de luchthaven haar gebouw uit. Ook wordt de in onbruik geraakte schouw van de stookinstallatie afgebroken.
Om de locatie van die nieuwe natuur op een gefundeerde manier te kiezen werkt MOW intensief samen met verschillende administraties en overheden. Alle betrokken actoren, zoals Natuurpunt, de Boerenbond en omwonenden, worden zo vroeg mogelijk bij het proces betrokken. Daarom organiseerde MOW onder meer twee infomarkten. Daar werd de kennisgevingsnota voor het milieueffectenrapport voorgesteld. Die beschrijft wat het milieueffectenrapport zal onderzoeken en hoe dat in zijn werk zal gaan.
Omdat omwonenden of belanghebbenden de lokale situatie als geen ander kennen, kunnen zij helpen bij de zoektocht naar een geschikte locatie voor de nieuwe natuur. Ook kunnen ze aangeven welke effecten van het plan op mens en milieu zeker onderzocht moeten worden. Op de infomarkten konden de 400 bezoekers met algemene vragen over het project terecht bij specialisten van Ruimte Vlaanderen, het Agentschap voor Natuur en Bos, de Vlaamse Landmaatschappij, de Gentse Haven en het Departement MOW. De bemiddelaar grootschalige Vlaamse infrastructuurprojecten hielp bezoekers met vragen over hun persoonlijke situatie. Meer info: www.gentsekanaalzone.be
MOW MAG ZOMER 2013
5
FOCUS
Consulenten van Flanders Logistics staan kmo’s gratis bij
Van links naar rechts: Katleen Verloo, minister Hilde Crevits, Wytze Rauwenhoff en Pierre Hazard
“We helpen de logistieke keten van kmo’s vlot trekken” Brandstofkosten die de pan uit swingen, een dichtslibbend wegennet dat de tijdige levering van goederen in het gedrang brengt ... Voor veel bedrijven is de logistieke keten een dure en moeilijk in te schatten uitgavenpost. Kmo’s bijstaan in het verbeteren van hun logistieke stromen: die gratis service leveren de consulenten van Flanders Logistics sinds dit voorjaar. “Een slimme logistiek kan een bedrijf een fikse besparing opleveren.”
6
MOW MAG ZOMER 2013
Voedingsbedrijf Poco Loco uit Roeselare maakt snacks en chips voor warenhuisketens. Als ze een bestelling krijgen van een klant, spelen ze die vraag meteen door aan hun transportpartner, hoe klein het volume ook is. “Daardoor maken ze heel wat onnodige verplaatsingen”, zegt Flanders Logistics-consulent Wytze Rauwenhoff. “Door de bestellingen intern te bundelen voordat de transporteur de opdracht krijgt om te leveren, kan Poco Loco zijn kosten en CO2-uitstoot gevoelig drukken. Dat wees een quick scan van hun logistieke keten uit. Waar er vroeger zo’n drie vrachtwagens de baan op moesten, kan men de bestellingen voortaan in één transportbeweging leveren.”
Kostenefficiënt Poco Loco is beslist geen alleenstaand geval. Heel wat middelgrote ondernemingen worstelen met hun logistieke stromen. Flanders Logistics-consulent Pierre Hazard: “Het transport van goederen en grondstoffen is een gewoonte die weinig bedrijfsleiders in vraag stellen. Ze beseffen te weinig dat ze belangrijke winsten kunnen boeken door hun logistiek slimmer aan te pakken of voor alternatieve vervoersmodi te kiezen.” Om bedrijven de kans te geven hun logistieke keten kostenefficiënt en duurzaam te organiseren, hebben het Departement MOW, Unizo en Voka het Flanders Logistics-loket opgericht. Een team van vier consulenten helpt kmo’s hun weg-
de Europese consumenten te bereiken. Willen we die positie behouden of zelfs verstevigen, dan moeten we dat vertalen naar de competitiviteit van onze bedrijven. Door hen te helpen hun logistiek vlot te trekken kunnen ondernemingen hun rendabiliteit sterk verhogen.” Maar hoe pakken de Flanders Logisticsconsulenten dat aan? Wytze Rauwenhoff: “Eerst kijken we kritisch naar de inkomende en uitgaande transportbewegingen. Is de huidige transportmodus de goedkoopste en efficiëntste manier om goederen te vervoeren? Kan het bedrijf de goederenstromen bundelen? Of kan hij ze samen met de producten van een onderneming op hetzelfde bedrijventerrein vervoeren? Hoe kan het bedrijf vermijden dat vrachtwagens leeg rondrijden? Op die vragen zoeken we samen met het bedrijf een antwoord. Lege kilometers vermijden kan bijvoorbeeld door de vrachtwagens die goederen komen leveren, te gebruiken om eigen producten mee te vervoeren. Daarvoor moet het bedrijf afspraken maken met zijn leveranciers.”
Identikit
Wytze Rauwenhoff LEEFTIJD 50 jaar FUNCTIE Adviseur bij Flanders Logistics DIPLOMA Werktuigbouwkundig ingenieur ERVARING Bedrijfsleider van een verpakkingsbedrijf, nadien consultant supply chain management FAMILIE Getrouwd, drie kinderen van 19, 17 en 14 CONTACT
[email protected] Tel. 0490 65 45 88
Pierre Hazard LEEFTIJD 51 jaar Lege kilometers vermijden kan bijvoorbeeld door de vrachtwagens die goederen komen leveren, te gebruiken om eigen producten mee te vervoeren.
kilometers beperken, goederenstromen bundelen en onnodige transporten vermijden. Het doel: Vlaamse ondernemingen laten excelleren in logistiek.
Slimme draaischijf Het Flanders Logistics-loket past in ‘Vlaanderen, slimme draaischijf van Europa’, een van de doorbraken van Vlaanderen in Actie (ViA). De logistieke sector zet mee zijn schouders onder het initiatief en is ook betrokken bij de aansturing van de consulenten. Pierre Hazard: “Logistiek is een strategische sector voor Vlaanderen. Onze centrale ligging blijft een troef die we optimaal moeten benutten. Vlaanderen is ideaal gelegen om snel en efficiënt een groot deel van
Inspiratie Inspiratie om hun logistieke activiteiten duurzamer te maken vinden ondernemingen in de roadmap ‘Groene Logistiek’. Dat is een gebruiksvriendelijke handleiding van de afdeling Haven- en Waterbeleid met twaalf concrete maatregelen om schoner, efficiënter en zuiniger te werken.
Loket De consulenten van Flanders Logistics staan er niet alleen voor, maar krijgen ondersteuning van het Flanders Logistics-loket. Wouter Scheltiens en Katleen Verloo bemannen die dienst; ze helpen de consulenten bij het voorbereiden van bedrijfsbezoeken. Maar ook bedrijven kunnen rechtstreeks een beroep doen op het loket. De medewerkers helpen hen verder met alle logistieke vragen en opmerkingen. Het loket is via e-mail, de website en telefonisch bereikbaar.
FUNCTIE Adviseur bij Flanders Logistics DIPLOMA Marketing ERVARING 30 jaar ervaring in de transportsector, waarvan 10 jaar in een transportbedrijf en 20 jaar als consultant FAMILIE Getrouwd, drie zonen van 25, 23 en 17 CONTACT
[email protected] Tel. 0490 65 45 87
Tel. 02 553 80 00
[email protected] www.flanderslogisticsconsulenten.be
MOW MAG ZOMER 2013
7
OVER DE GRENS
Vlaanderen en Nederland bergen plannen Cabergkanaal definitief op
Limburg krijgt er een logistieke hub bij Bedrijven die zich op de Albertknoop willen vestigen, engageren zich om maximaal gebruik te maken van duurzame vervoersmodi.
Nederlands minister van Infrastructuur en Milieu Melanie Schultz van Haegen en haar Vlaamse evenknie Hilde Crevits bij de ondertekening van de verdragswijziging
Het Cabergkanaal tussen Vlaanderen en Nederland komt er niet. Daarover ondertekenden beide landen dit voorjaar een verdragswijziging. Die beslissing opent de weg voor het gloednieuwe, duurzame bedrijventerrein Albertknoop tussen Lanaken en Maastricht. “Om jobs te creëren moeten we de logistieke troeven van Limburg uitspelen.”
8
MOW MAG ZOMER 2013
De Albertknoop is de naam voor een 500 hectare groot grensgebied tussen de woonkernen van Lanaken en Maastricht. In dat grensgebied willen Vlaanderen en Nederland een multimodaal bedrijventerrein inplanten. Die ruimtelijke ontwikkeling maakt deel uit van het grensoverschrijdende, strategische plan Albertknoop. Jobs creëren Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits: “Als we de Limburgse economie de volgende jaren prominent op de rails willen zetten, dan zijn duurzame investeringen de sleutel. Om jobs te creëren moeten we de logistieke troeven van Limburg optimaal uitspelen. Met dit multimodaal ontsloten bedrijventerrein tussen de Nederlandse
Albertknoop De Albertknoop is een grensgebied van 500 hectare tussen de woonkernen van Lanaken en Maastricht. In dat grensgebied willen Vlaanderen en Nederland een multimodaal bedrijventerrein inplanten.
Meer info: albertknoop.eu
LANAKEN
Albertknoop AlbertKANAAL
maastricht
stad Maastricht en de Vlaamse gemeente Lanaken heeft Limburg er straks een performante logistieke hub bij.” Bedrijven die zich op de Albertknoop willen vestigen, engageren zich om maximaal gebruik te maken van duurzame vervoersmodi. Minister Crevits: “Door de strategische ligging aan het Albertkanaal kunnen bedrijven hun goederen van hieruit snel en duurzaam naar de Antwerpse haven transporteren. De nieuwe spoorwegterminal op het aanpalende bedrijventerrein Europark in Lanaken verzekert bovendien het transport via het Europese spoorwegennet.” Wat voorafging Het Vlaams-Nederlandse akkoord over de Albertknoop had heel wat voeten in de aarde. De wortels gaan zelfs terug
tot in de jaren 1960. De scheepvaart tussen Antwerpen en Luik verliep in die tijd stroef door de beperkte capaciteit van het sluizencomplex bij Ternaaien in de provincie Luik. Daarom ondertekenden België en Nederland op 24 februari 1961 een verdrag om de doorgang van de binnenvaart te verbeteren. Concreet wilden ze tussen het Albertkanaal en het Julianakanaal een vier kilometer lang kanaal aanleggen: het Cabergkanaal. Beide landen reserveerden daarvoor sindsdien de nodige gronden. Sinds de verdragssluiting van 1961 is de capaciteit van het sluizencomplex in Ternaaien echter sterk uitgebreid. Door die verbeteringen besloten Vlaanderen en Nederland dat de aanleg van het Cabergkanaal achterhaald was. De gereserveerde gronden stonden boven-
dien andere projecten in de weg, zoals het bedrijventerrein Albertknoop, maar ook de noordelijke stadsontwikkeling van Maastricht. Daarom ondertekenden Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, en haar Nederlandse collega Melanie Schultz van Haegen, minister van Infrastructuur en Milieu, op 27 februari 2013 een verdragswijziging die het geplande Cabergkanaal schrapt. Minister Crevits: “Dankzij die verdragswijziging springt het licht op groen voor de ontwikkeling van het multimodale bedrijventerrein tussen Maastricht en Lanaken. Dat grensgebied is in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen aangeduid als een belangrijk gebied voor de verdere ruimtelijk-economische ontwikkeling van Vlaanderen.”
MOW MAG ZOMER 2013
9
Bakboord
Het kolenschip Henri Durré heeft 87 jaar op 20 meter diepte gelegen.
Scheepswrak uit 1926 met gps-technologie geborgen Een gps-gestuurde kraan van 280 ton die 1500 ton metaal uit de Schelde haalt: de afdeling Maritieme Toegang zette de grote middelen in om het scheepswrak Henri Durré te bergen. Die werken verbeteren de doorvaart tussen de havens van Antwerpen en Zeebrugge.
10
MOW MAG ZOMER 2013
Het stoomschip Henri Durré zonk in 1926 na een aanvaring op de Schelde in Zwijndrecht. Het schip lag midden in de aanvaarroute naar de steiger van het bedrijf Ineos. Daar lossen schepen per jaar ongeveer een miljoen ton ethyleen. Om de veiligheid tijdens het lossen te verbeteren moest het schip geborgen worden. Het wrak verkeerde in een slechte staat en kon onmogelijk in één geheel bovengehaald worden. Daarom moest het in stukken geborgen wor-
den. Een gps-gestuurde kraan van 280 ton trok de stukken een voor een los en bracht ze naar de oppervlakte. In totaal werd zo 1500 ton metaal bovengehaald. De werken duurden 14 dagen en kostten 2,8 miljoen euro.
JongMOW zomert! Zwaluwen scheren door de lucht, weldadige barbecuegeuren vullen onze straten, de zon staat hoog aan de hemel. Het is duidelijk: de zomer is in ’t land, met eindeloze zomeravonden in het verschiet. Ook JongMOW laat het startschot voor zijn zomerprogramma knallen.
Sinds de feestelijke kick-off van JongMOW op 1 maart 2013 volgde het ene evenement het andere op: de kennismakingsdag met werfbezoek aan de Deurganckdoksluis, de brainstormsessie over de visiebepaling van het Departement MOW, de Antwerp Ten Miles … Graag bedanken we de secretaris-generaal, de afdelingshoofden en de JongMOW’ers voor hun inzet en enthousiasme. De kerngroep was opgetogen over de grote opkomst en positieve reacties.
Zomerkalender
In juli en augustus tekent JongMOW present op zomerse evenementen als Brussel Bad, de Zomer van Antwerpen en veel meer. Het complete zomerprogramma ontdek je binnenkort in je mailbox en op de muurkrant. We hopen jou en je collega’s op een van die activiteiten tegen het lijf te lopen! Tot binnenkort! Het kernteam: Joeri, Sarina, Daan, Inne, Els, Marthe en Indra
JongMOW mee! Heb jij een idee voor een JongMOW-activiteit? Of wil je meehelpen met de JongMOW-organisatie? Het kernteam roept alle enthousiaste vrijwilligers op om mee gestalte te geven aan het jaarprogramma 2014. Interesse? Stuur dan als de bliksem een mailtje naar
[email protected]. Meer info:
[email protected] www.yammer.com/mowvlaanderen.be
MOW MAG ZOMER 2013
11
ONDERGRONDS
Het afvalwater van het Leonardkruispunt stroomde tot voor kort ongefilterd in het aanpalende Zoniënwoud. Dat is nu voorgoed verleden tijd. Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) legde dit voorjaar een nieuw waterafvoerstelsel met filterinstallatie aan. Een huzarenstukje. Een weekendje Ardennen? Veel autobestuurders nemen via het Leonardkruispunt de E411 of Autoroute des Ardennes. Niets doet vermoeden dat zich onder het asfalt, op niveau -3, een kelderverdieping bevindt zo groot als het kruispunt zelf. Hier vangt een gigantisch bufferbekken al het regenwater van het Leonardkruispunt en de Leonardtunnel op.
AWV haalt
Het Leonardkruispunt telt meer dan drie niveaus. Op het bovengrondse niveau rijdt het doorgaande verkeer, op niveau -1 ligt de E411 en op niveau -2 de ring om Brussel (R0). In totaal meer dan drie hectare verharde ondergrond, waarvan het regenwater in een ondergronds bufferbekken op niveau -3 stroomt.
acrobatentoeren uit voor een proper Zoniënwoud
12
MOW MAG ZOMER 2013
Zuiver water in vijf stappen • Stap 1: een grofvuilfilter haalt het zichtbare
vuil (zwerfvuil, bladeren, sigarettenpeuken …) uit het afgevoerde regenwater.
• Stap 2: in een slibvanger bezinken de fijne gronddeeltjes.
• Stap 3: de olie- en vetfilter vangt de resten van brandstof en motorolie op die van het wegdek zijn meegespoeld.
• Stap 4: een bufferbekken vangt het gezuiverde regenwater op.
• Stap 5: naargelang het waterniveau in het
bekken wordt het gezuiverde water gedoseerd naar het Zoniënwoud verpompt.
Om het kwetsbare woud ook bij defect van de filter of een ongeval met schadelijke stoffen te sparen, rustte het AWV de installatie met een noodknop uit. Als een tankwagen vol gevaarlijke stoffen zijn lading verliest, dan zorgt een druk op de alarmknop ervoor dat het vuile goedje niet in het Zoniënwoud terechtkomt.
Amfibieën en watervogels
Als het waterpeil in het bekken het maximumniveau overschrijdt, dan wordt het overtollige water in het Zoniënwoud gepompt. Het meeste regenwater van het Leonardkruispunt komt via de Blankedellevallei in de vijver van het Brusselse natuurreservaat Drie Borren terecht. Geen pretje voor de watervogels en amfibieën die er leven. Regenwater dat op een druk bereden rijweg
Het AWV besliste daarom om niet alleen het bestaande bufferbekken te renoveren, maar ook een bijkomende filterinstallatie te bouwen. De extra filters voor grof vuil, slib, vet en olie zuiveren het water grondig voor het in het Zoniënwoud stroomt. Stéphane Vanwijnsberghe: “Voor het leven in dat deel van het woud is dat een serieuze oppepper. Natuurlijk hoop ik dat ook de afwatering op de andere wegen die het Zoniënwoud doorkruisen, snel aangepakt wordt. Bovendien stroomt het water nu geleidelijk het natuurreservaat binnen. Dat verstoort het ecosysteem veel minder dan voorheen. Zo blijft de veerkracht van dat magistrale woud verzekerd.” Smalle trap
“Om de filterinstallatie en het bufferbekken van elkaar te scheiden werden betonnen wanden van zeven meter gestort.” Peter Vanderheyden, projectleider
valt, bevat immers heel wat resten van brandstof, motorolie en strooizout die van het wegdek meegespoeld zijn. Beheerder Stéphane Vanwijnsberghe van Leefmilieu Brussel: “Het water zag tot voor enkele maanden zwart. Amfibieën hebben daarin geen enkele kans om te overleven.”
Het plaatsen van de filterinstallatie onder het Leonardkruispunt bleek al snel een aartsmoeilijke operatie. Alles moest immers ondergronds gebeuren. “De enige manier waarop de aannemer het bufferbekken kon bereiken, was via een smalle trap en een ladder”, vertelt werfleider Bart Mergaerts. “Onmogelijk om zijn materiaal via die weg ter plaatse te krijgen. Met een kabelzaag maakte hij daarom een toegangsopening in de 70 centimeter dikke betonnen vloerplaat van de Leonardtunnel. Om de filterinstallatie en het bufferbekken van elkaar te scheiden werden betonnen wanden van zeven meter gestort. Allesbehalve een alledaags project”, besluit Bart Mergaerts.
MOW MAG ZOMER 2013
13
MOW-nieuws
NIEUWE
brochure over ongevallen op zee
Wat als twee schepen in aanvaring komen? Of als er iemand overboord valt? In een kraakheldere brochure doet het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum in Oostende uit de doeken welke activiteiten er zijn op zee, wat er kan misgaan en hoe ongevallen worden aangepakt.
Portal maakt je wegwijs in het Departement MOW Waar vind je betrouwbare informatie over het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) dat de uitbreiding van de Antwerpse haven regelt? Wie vertelt je alles over een job bij MOW? Hoe kom je te weten hoe de actuele verkeerssituatie eruitziet? Al die info vind je op een van de websites van het Departement MOW. Alle websites zijn overzichtelijk opgelijst in één portal. De splinternieuwe portal huist op mow.vlaanderen.be. Wat het departement allemaal doet, welke opdrachten onze zestien afdelingen hebben, hoe je contact met hen kunt opnemen en hoe je naar hun websites surft: het staat voortaan handig bij elkaar. Veel surfplezier!
OVERAL WIFI bij MOW
Bekijk de brochure Infografiek MRCC online op www. scheepvaartbegeleiding.be/images/stories/downloads/ Infografiek_MRCC.pdf of bestel ze via eva.descamps@ mow.vlaanderen.be.
Help,
man overboord! Wat moet je doen als iemand overboord valt? Hoe blus je vuur aan boord? Hoe gebruik je een defibrillator? 150 agenten van de scheepvaartpolitie spijkeren hun kennis bij tijdens een reeks veiligheidsdagen. De scheepvaartpolitie en VLOOT waken over de veiligheid op de Noordzee en in het Scheldegebied. In geval van nood staan drie politievaartuigen klaar om in te grijpen. Dankzij de veiligheidstrainingen stomen de scheepvaartpolitie en VLOOT de bemanning klaar om meer dan ooit paraat te staan om levens te redden.
Smartphones, tablets, laptops … om ze flexibel te kunnen inzetten is wifi een must. Daarom rolt het Departement MOW een draadloos netwerk uit op het merendeel van de werkplekken. Aan de hand van een site survey werden de nodige antennes en bekabeling geïnventariseerd. Volgens projectleider Gerd Marcoen komt de installatie er ten laatste in 2014.
14
MOW MAG ZOMER 2013
UITtip
Oog in oog
met een orkaan
Indrukwekkende simulaties, speciale effecten, levensechte projecties … De tentoonstelling Storms op de pier van Blankenberge haalt alles uit de kast om bezoekers de overweldigende kracht van stormen aan den lijve te laten ondervinden. Afdeling Kust deed een informatieve duit in het zakje.
Beelden van razende tornado’s die vanuit alle hoeken op je afkomen, krachtige windstoten die je naar adem doen happen en een deinende vloer die de oerkracht van de storm oproept. De stormsimulator is ongetwijfeld de eyecatcher van Storms. “De bekende Amerikaanse stormjager Tim Samaras heeft hem mee helpen ontwikkelen”, weet Sebastiaan Defoort van Belgium Pier, de organisator van Storms. “Hij installeerde een camera midden in een tornado en filmde 300 graden rondom. Die beelden gebruiken we in de stormsimulator. Dat hij begin juni om het leven kwam in een tornado in Oklahoma, is dan ook een zware klap.”
bij ons? Op die vragen levert Storms een levendig antwoord. Sebastiaan Defoort: “Storms legt op een hapklare en interactieve manier uit hoe stormen ontstaan en welke gevaren bij ons dreigen. David Dehenauw, meteoroloog bij het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI), leverde daarvoor de wetenschappelijke achtergrondinformatie. Hij is de peter van het project; weervrouw Jill Peeters is meter. De Telefacts-reportage Over leven in de storm, waarin zij op pad gaat met de beste stormjagers en weerkundigen, kun je integraal bekijken in Storms.”
Hoe ontstaat een storm? Kunnen we voorspellen hoe flink hij zal huishouden? Hoe groot is de kans dat een superstorm op onze kust afstevent? Hoe komt het dat tornado’s wel in de Verenigde Staten voorkomen en niet
Hoe goed is Vlaanderen opgewassen tegen een superstorm? Een derde van onze 67 kilometer lange kust is onvoldoende beschermd tegen zware stormen. Dat blijkt uit een studie van de MDK-afdeling Kust. De voorbije eeuw
Kustveiligheid
steeg de zeespiegel aan de kust met 20 centimeter. Om de kust afdoend te beschermen tegen overstromingen voert Vlaanderen het Masterplan Kustveiligheid uit. In de expo Storms toont de afdeling Kust wat die bescherming inhoudt en hoe de zeewering bewoners, huizen en bedrijven moet vrijwaren van het wassende water. De locatie van Storms op de pier van Blankenberge is niet toevallig. In 2007 veroorzaakte een storm nog zware schade aan het iconische, ronde gebouw op de kop van de pier, dat ruim 350 meter in zee ligt. Mocht een superstorm onze kust teisteren, dan ligt de pier in het oog van de storm. Je bent gewaarschuwd! Meer info: www.storms.eu www.kustveiligheid.be www.kmi.be
MOW MAG ZOMER 2013
15
NATUURLIJK
Sluis in overstromingsgebied Bergenmeersen is primeur
Achter de sluis groeit Sinds eind april vloeit er elke dag een beetje Scheldewater in en uit het overstromingsgebied Bergenmeersen (Wichelen, Oost-Vlaanderen). Binnenkort zal hier uiterst zeldzame natuur floreren. Als het hevig stormt, functioneert het gebied bovendien als lijvige waterbuffer. De sluis die het water binnenen buitenlaat, is wereldwijd een primeur. Wetenschappers van het Waterbouwkundig Laboratorium hielpen ze mee ontwikkelen. Door de klimaatverandering zal het vaker en harder gaan regenen en extreme stormen zullen frequenter voorkomen. Om in de toekomst overstromingen te voorkomen werken Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) vandaag al aan robuustere rivieren. Die moeten grote hoeveelheden water kunnen opvangen. Patrik Peeters van het Waterbouwkundig Laboratorium (WL): “Op strategisch gekozen plaatsen langs de Schelde en haar zijrivieren worden gecontroleerde overstromingsgebieden (GOG’s) ingericht. Die vullen zich met water als het rivierpeil de grenswaarde overschrijdt. Op een aantal plaatsen in Vlaanderen krijgen die gebieden nog een tweede
16
MOW MAG ZOMER 2013
rol toebedeeld. Ze ontwikkelen zich als kostbaar getijdengebied, met zeldzame slikken en schorren.” De theorie achter dat gecombineerde natuur- en veiligheidsconcept heet GGG, kort voor gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij. “Het GGG is een Vlaamse uitvinding: het concept werd tien jaar geleden aan de Universiteit Antwerpen ontwikkeld.” Boost voor getijdennatuur
“Het unieke aan het GGG Bergenmeersen is dat de inwaterings- en uitwateringssluis gecombineerd worden in één constructie”, zegt Patrik Peeters. “Dat
van het gebied. Patrik Peeters: “De sluizen sturen het (gereduceerde) getij, en dat is de voornaamste factor achter de fysische, biologische en chemische processen in een getijdengebied. Daarmee staat of valt de natuur.”
nuttige natuur
Tests positief
De werking van de sluis werd uitvoerig getest op schaal door het WL. Alle tests waren positief, dus kon de sluis eind april in werking treden. Sinds de sluis operationeel is, voert het WL een nauwgezette monitoring uit. Patrik Peeters: “Bergenmeersen wordt immers niet het enige overstromingsgebied van dat type in Vlaanderen. Ook in andere gebieden zal een gecombineerde in- en uitwateringsconstructie worden gebouwd. Hoe ontwikkelen speciale plantensoorten zich? Helpt het gebied de kwaliteit van het Scheldewater verbeteren? Op die vragen hopen we binnen enkele jaren het antwoord te kennen.”
Buitenlandse interesse
Vandaag ligt Bergenmeersen er nog wat mistroostig bij, maar binnen enkele jaren strijkt de natuur hier pure winst op.
is niet alleen economisch voordeliger, het levert ook ecologische baten op. Vergeleken met een klassieke sluis, met twee aparte kokers voor in- en uitwatering, bootst de sluis van Bergenmeersen de natuurlijke getijdenwerking veel beter na. Het resultaat is betere getijdennatuur.” Het WL heeft via numerieke simulaties de randvoorwaarden voor de sluis bepaald, zoals de drempelpeilen, het aantal kokers en de hoogte en breedte van de kokers. Het ontwerp van de sluis werd daarna door W&Z uitbesteed aan een studiebureau. Voor de hydraulische revisie van het ontwerp riep W&Z de expertise van het WL in, want de sluisinstellingen zijn cruciaal voor de werking
Niet alleen in Vlaanderen, maar ook in het buitenland draagt het GGG-concept heel wat interesse weg. “Het GGG is een unieke manier om met één oppervlakte twee dingen tegelijk te doen: beschermen tegen overstromingen en de natuur herstellen. En dat zijn twee uitdagingen waar we lang niet alleen in Vlaanderen voor staan.”
Ontmoet de Schelde
Vlaanderen beveiligen tegen overstromingen uit de Zeeschelde en haar zijrivieren en tegelijk het ecosysteem robuust maken: dat is het doel van het geactualiseerde Sigmaplan. Om dat doel te bereiken neemt de afdeling Zeeschelde van Waterwegen en Zeekanaal NV verschillende soorten maatregelen. Langs de Schelde en haar zijrivieren worden dijken verhoogd en verstevigd. Een ketting van gecontroleerde
overstromingsgebieden slaat het teveel aan water op bij extreem hoge waterstanden. Tegelijk wil het Sigmaplan ook robuuste natuur in het Schelde-estuarium creëren. Naast het GGG-concept krijgt de rivier opnieuw ademruimte via ontpolderingen waarbij de dijk meer landwaarts wordt aangelegd met creatie van slikken en schorren. Meer info: www.sigmaplan.be
MOW MAG ZOMER 2013
17
VEILIGE HAVEN
Drie vaargeulen maken Schelde veiliger
Reusachtige zeeschepen die containers vanuit de hele wereld naar onze havens loodsen, gestroomlijnde binnenvaarders en plezierboten: de Schelde is een druk bevaren waterweg waar lokaal en internationaal schipverkeer elkaar kruisen. Dat is niet zonder risico. Om de veiligheid te verbeteren worden zeevaart en kleine vaart voortaan gescheiden. Op de Westerschelde en de Zeeschelde is het elke dag alle hens aan dek. Kleine recreatieboten kruisen langs bakboord grote containerschepen. De havens van Antwerpen, Gent, Vlissingen en Terneuzen brengen leven in de brouwerij. De vele jachthavens doen daar nog een schepje bovenop. Hobbyvissers slaan hun hengel uit, bedrijven doen er aan zandwinning en baggerschepen diepen de bodem uit.
Drie routes Om al die vaartuigen veilig naar hun bestemming te loodsen liet het Gemeenschappelijk Nautisch Beheer (GNB) in 2009-2010 onderzoeken hoe de zeevaart en de kleine vaart (binnen-
18
MOW MAG ZOMER 2013
Waar de Schelde het diepst is, ligt de hoofdvaargeul. Die is toegankelijk voor de grote zeeschepen.
en recreatievaart) gescheiden kunnen worden. Het GNB is het samenwerkingsverband tussen Vlaanderen en Nederland dat instaat voor een veilig scheepvaartverkeer en een uniform nautisch regime in het hele Scheldegebied. Conclusie van het onderzoek: door de rivier op te splitsen in drie verschillende vaarroutes, elk bestemd voor een type scheepvaart, moeten de verschillende nautische stromen elkaar veel minder kruisen. Dat leidt tot een veiligere Schelde. De Schelde heeft drie vaarroutes. Waar de rivier het diepst is, ligt de hoofdvaargeul. Die is toegankelijk voor de grote zeeschepen. Waar de hoofdvaargeul breed genoeg is, wordt een parallelle
route of een ‘fietspad’ gemarkeerd, waar kleinere schepen kunnen varen. Daarvan afgescheiden door zandbanken bevinden zich ten slotte nevengeulen, die toegankelijk zijn voor de kleinste boten.
Duidelijke markering
paalde plaatsen verdiept, zodat meer schepen dat tracé kunnen volgen. Alle nevengeulen worden viermaal per jaar gepeild. Gebruikers kunnen de meest actuele peilgegevens raadplegen via elektronische kaarten of www.vaarweginformatie.nl.
Om het verkeer op de drie vaarroutes in goede banen te leiden én de geulen bevaarbaar te houden, nam het GNB heel wat maatregelen. Elke vaargeul is nu duidelijk gemarkeerd, zodat de gebruikers precies weten welke route ze moeten volgen. Met frequente peilingen volgt men de diepte nauwgezet op. Die informatie wordt regelmatig doorgespeeld aan de gebruikers. Daarnaast is de nevengeul op be-
MOW MAG ZOMER 2013
19
Kunst op drift Op zondag 2 juni werd de Schelde even het decor van de grootste fotografische kunstinstallatie ooit. Het project ‘We drift’ van kunstenaar Wim Tellier stuurde duizend vlotten met kunstfoto’s onze grootste rivier op. Het Waterbouwkundig Laboratorium leende zijn expertise voor die artistieke parel.
Voor ‘We drift’ reisde Wim Tellier de afgelopen jaren de hele wereld rond. De foto’s die hij onderweg maakte, werden afgedrukt op canvas en op vlotten van vier bij vier meter bevestigd. Op elk vlot monteerde hij een foto van een persoon op een patchwork van een landschapsfoto.
Vlottermetingen Om toelating te krijgen voor ‘We drift’ had de kunstenaar een haalbaarheidsstudie nodig. Daarvoor deed hij een beroep op de knowhow van het Waterbouwkundig Laboratorium (WL). Via vlottermetingen bestudeerde het WL hoe het oppervlaktewater zou stromen en of de vlotten ‘harmonieus’ op de Schelde zouden drijven. De instrumenten: een fietsen wandel-gps, freeware programmeertaal en een houten MOW MAG ZOMER 2013
vlot. Het onderzoek wees uit dat men de vlotten met kunstportretten niet vrij kon laten wegdrijven. Om het beeld dat de kunstenaar voor ogen had te creëren, moest men de vlotten aan elkaar vastbinden en met bootjes begeleiden.
Spannend Op zondag 2 juni was het dan zover: duizend vlotten werden klaargemaakt voor hun tewaterlating op de Schelde aan het Sint-Annastrand (Linkeroever). Hun beoogde parcours: een tocht die hen zo’n acht kilometer stroomopwaarts zou voeren. De operatie verliep helaas niet vlekkeloos: door de hevige wind en technische problemen moesten zo’n 400 foto’s aan wal blijven. Toch konden de kijklustigen een bont waterspektakel bewonderen.
i MEER INFO: www.wimtellier.com