BELGISCH MONITEUR STAATSBLAD BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen van 20 juli 2005.
Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20 juillet 2005.
Dit Belgisch Staatsblad kan geconsulteerd worden op :
Le Moniteur belge peut être consulté à l’adresse :
www.staatsblad.be
www.moniteur.be
Bestuur van het Belgisch Staatsblad, Leuvenseweg 40-42, 1000 Brussel - Adviseur : A. Van Damme
Direction du Moniteur belge, rue de Louvain 40-42, 1000 Bruxelles - Conseiller : A. Van Damme
Gratis tel. nummer : 0800-98 809
Numéro tél. gratuit : 0800-98 809 N. 327
176e JAARGANG
176e ANNEE
WOENSDAG 11 OKTOBER 2006
Het Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006 bevat twee uitgaven, met als volgnummers 325 en 326.
INHOUD
Wetten, decreten, ordonnanties en verordeningen
Federale Overheidsdienst Financiën 9 OKTOBER 2006. — Koninklijk besluit tot bepaling van de voorwaarden voor de speciale trekking van de Lotto, genaamd « Super Lotto », alsook voor de speciale trekking van de Joker, genaamd ″Super Joker″, die beide worden georganiseerd op vrijdag 13 oktober 2006, bl. 54201.
Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer 5 JULI 2006. — Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de uitbreiding van de vrachtzone voor de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) van algemeen nut wordt verklaard, bl. 54210.
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
MERCREDI 11 OCTOBRE 2006
Le Moniteur belge du 10 octobre 2006 comporte deux éditions, qui portent les numéros 325 et 326.
SOMMAIRE
Lois, décrets, ordonnances et règlements
Service public fédéral Finances 9 OCTOBRE 2006. — Arrêté royal fixant les modalités du tirage spécial du Lotto, appelé « Super Lotto », et du tirage spécial du Joker, appelé « Super Joker », organisés le vendredi 13 octobre 2006, p. 54201.
Service public fédéral Mobilité et Transports 5 JUILLET 2006. — Arrêté royal déclarant d’utilité publique la prise de possession immédiate de certaines parcelles nécessaires pour l’extension de la zone de fret pour l’aéroport de Bruxelles-National et situées sur le territoire de la commune de Machelen (anciennement Diegem), p. 54210.
Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale
5 MAART 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, tot toekenning van een jaarlijkse premie, bl. 54214.
5 MARS 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative à l’octroi d’une prime annuelle, p. 54214.
5 APRIL 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende het tijdskrediet, bl. 54215.
5 AVRIL 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 2 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative au crédit-temps, p. 54215.
166 bladzijden/pages
54198
BELGISCH STAATSBLAD − 11.10.2006 − MONITEUR BELGE
2 MEI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de lonen, bl. 54218.
2 MAI 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative aux salaires, p. 54218.
1 JULI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering, bl. 54230.
1er JUILLET 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant l’allocation de sécurité d’existence, p. 54230.
2 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden, bl. 54231.
2 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 8 avril 2003, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués, p. 54231.
2 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de lonen, bl. 54232.
2 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les salaires, p. 54232.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen, bl. 54234.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à l’exécution de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque, p. 54234.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de carenzdag, bl. 54235.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le jour de carence, p. 54235.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden, bl. 54236.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués, p. 54236.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de eindejaarspremie, bl. 54237.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, relative à la prime de fin d’année, p. 54237.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de ploegenpremies, bl. 54239.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les primes d’équipes, p. 54239.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de anciënniteitstoelage, bl. 54240.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le supplément d’ancienneté, p. 54240.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, bl. 54241.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation, p. 54241.
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen, bl. 54242.
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 8 avril 2003 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque, p. 54242.
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, betreffende de lonen en de arbeidsvoorwaarden, bl. 54243.
1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 5 juillet 2001, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative aux salaires et conditions de travail, p. 54243.
BELGISCH STAATSBLAD − 11.10.2006 − MONITEUR BELGE
54199
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″, ″Bosuitbatingsfonds″ genaamd, en vaststelling van zijn statuten, bl. 54245.
1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 26 juin 2003, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, modifiant la convention collective de travail du 2 octobre 1996 instituant un ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″, dit ″Fonds forestier″, et fixant ses statuts, p. 54245.
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, houdende de opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 betreffende de bijkomende werkloosheidsuitkering ″wintervergoeding″ genaamd, bl. 54246.
1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 8 octobre 2003, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative à l’annulation de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 relative à l’indemnité complémentaire de chômage dite ″pécule d’hiver″, p. 54246.
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanzekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd, bl. 54247.
1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs, modifiant la convention collective de travail du 11 juin 2001 portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″, p. 54247.
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden, bl. 54249.
1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 2 février 2000, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, relative à l’égalité de traitement entre hommes et femmes en ce qui concerne les conditions de travail, p. 54249.
15 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, bl. 54250.
15 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 15 juin 1998, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, modifiant la convention collective de travail du 15 mai 1991 relative à la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation, p. 54250.
24 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden aangaande de vorming en de werkgelegenheid, de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen in 1999 en 2000, bl. 54251.
24 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords relatifs à la formation et l’emploi, les groupes à risque et la prépension conventionnelle en 1999 et 2000, p. 54251.
24 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden voor de werkgelegenheid en de vorming, tot vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden in de aanvullende bedrijfssector glas en betreffende de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen, bl. 54254.
24 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords pour l’emploi et la formation, fixant certaines conditions de travail dans le secteur professionnel auxiliaire du verre et relative aux groupes à risque et à la prépension conventionnelle, p. 54254.
26 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot vaststelling, voor de ondernemingen die bruggen en metalen gebinten monteren, gelegen op het grondgebied van Gent en die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw (PC 111) ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst, bl. 54263.
26 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal fixant, pour les entreprises de montage de ponts et charpentes métalliques, situées dans l’entité de Gand et ressortissant à la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique (CP 111), les conditions dans lesquelles le manque de travail résultant de causes économiques suspend l’exécution du contrat de travail d’ouvrier, p. 54263.
28 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot vaststelling, met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de graden van de ambtenaren van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, die eenzelfde trap van de hiërarchie vormen, bl. 54264.
28 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal déterminant, en vue de l’application de l’article 43 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966, les grades des agents de l’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes qui constituent un même degré de la hiérarchie, p. 54264.
Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid 28 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 14, h), § 1, I, 6°, en § 2, en 25, § 1, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, bl. 54265.
Service public fédéral Sécurité sociale 28 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal modifiant les articles 14, h), § 1er, I, 6°, et § 2, et 25, § 1er, de l’annexe à l’arrêté royal du 14 septembre 1984 établissant la nomenclature des prestations de santé en matière d’assurance obligatoire soins de santé et indemnités, p. 54265.
54200
BELGISCH STAATSBLAD − 11.10.2006 − MONITEUR BELGE
Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie 15 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij aan de NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol, een vergunning wordt verleend voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas, voor een gebied in het noordoosten van de provincie Limburg, bl. 54266.
Andere besluiten
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg 29 SEPTEMBER 2006. — Ministerieel besluit tot vervanging van leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques, bl. 54270. Federale Overheidsdienst Justitie Rechterlijke Orde, bl. 54271. — Rechterlijke Orde. Notariaat, bl. 54271. — Stafdienst P & O. Benoeming, bl. 54272. — Stafdienst P & O. Benoeming, bl. 54272. — Stafdienst P & O. Benoeming, bl. 54272. — Stafdienst P & O. Benoeming, bl. 54272. — Stafdienst P & O. Benoeming, bl. 54273. Gemeenschaps- en Gewestregeringen
Service public fédéral Economie, P.M.E., Classes moyennes et Energie 15 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal octroyant à la « NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol », une autorisation de recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz, pour une zone située au nord-est de la province du Limbourg, p. 54266.
Autres arrêtés
Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale 29 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté ministériel portant remplacement de membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services, p. 54270. Service public fédéral Justice Ordre judiciaire, p. 54271. — Ordre judiciaire. Notariat, p. 54271. — Service d’encadrement P & O. Nomination, p. 54272. — Service d’encadrement P & O. Nomination, p. 54272. — Service d’encadrement P & O. Nomination, p. 54272. — Service d’encadrement P & O. Nomination, p. 54272. — Service d’encadrement P & O. Nomination, p. 54273. Gouvernements de Communauté et de Région
Vlaamse Gemeenschap Vlaamse overheid Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Ruimtelijke ordening. Voorlopige vaststelling Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Aankondiging openbaar onderzoek, bl. 54273.
Région wallonne Ministère de la Région wallonne Aménagement du territoire, p. 54273.
Officiële berichten
SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Werving. Uitslagen, bl. 54275. Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken 5 OKTOBER 2006. — Omzendbrief betreffende de subsidiaire beschermingsstatus, bl. 54277. Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer
Avis officiels
SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Recrutement. Résultats, p. 54275. Service public fédéral Intérieur 5 OCTOBRE 2006. — Circulaire relative au statut de protection subsidiaire, p. 54277. Service public fédéral Mobilité et Transports
Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF). Bericht, bl. 54280.
Convention relative aux transports ferroviaires (COTIF). Avis, p. 54280.
Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement
Voor gebruik in gewasbeschermingsmiddelen toegelaten werkzame stoffen, bl. 54313.
Substances actives dont l’incorporation dans les produits phytopharmaceutiques est autorisée, p. 54313.
Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie
Service public fédéral Economie, P.M.E., Classes moyennes et Energie
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau. Aanwerving, bl. 54314. — Belgisch Interventie- en Restitutiebureau. Aanwerving, bl. 54315.
Bureau d’Intervention et de Restitution belge. Recrutement, p. 54314. — Bureau d’Intervention et de Restitution belge. Recrutement, p. 54315.
De Wettelijke Bekendmakingen en Verschillende Berichten worden niet opgenomen in deze inhoudsopgave en bevinden zich van bl. 54317 tot bl. 54362.
Les Publications légales et Avis divers ne sont pas repris dans ce sommaire mais figurent aux pages 54317 à 54362.
54201
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN N. 2006 — 4025
[C − 2006/03405]
9 OKTOBER 2006. — Koninklijk besluit tot bepaling van de voorwaarden voor de speciale trekking van de Lotto, genaamd « Super Lotto », alsook voor de speciale trekking van de Joker, genaamd ″Super Joker″, die beide worden georganiseerd op vrijdag 13 oktober 2006 ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES F. 2006 — 4025
[C − 2006/03405]
9 OCTOBRE 2006. — Arrêté royal fixant les modalités du tirage spécial du Lotto, appelé « Super Lotto », et du tirage spécial du Joker, appelé « Super Joker », organisés le vendredi 13 octobre 2006
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 19 april 2002 tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, en op artikel 6, § 1, 1°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;
Vu la loi du 19 avril 2002 relative à la rationalisation du fonctionnement et de la gestion de la Loterie Nationale, notamment l’article 3, § 1er, alinéa 1er, et l’article 6, § 1er, 1°, modifiés par la Loi-programme I du 24 décembre 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 houdende het reglement van de Lotto en de Joker, openbare loterijen georganiseerd door de Nationale Loterij, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 2002, 9 augustus 2002, 25 oktober 2002, 19 november 2003, 13 juni 2005 en 10 augustus 2005;
Vu l’arrêté royal du 12 décembre 2001 portant le règlement du Lotto et du Joker, loteries publiques organisées par la Loterie Nationale, modifié par les arrêtés royaux des 3 février 2002, 9 août 2002, 25 octobre 2002, 19 novembre 2003, 13 juin 2005 et 10 août 2005;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Vu les lois sur le Conseil d’Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, notamment l’article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et modifié par la loi du 4 août 1996;
Overwegende dat door het succes bij het publiek van de speciale Lotto- en Joker-trekkingen die de voorbije jaren georganiseerd werden, het bewijs werd geleverd dat een dergelijk initiatief beantwoordt aan een verwachting bij de spelers;
Considérant que le succès rencontré auprès du public par les tirages spéciaux du Lotto et du Joker organisés ces dernières années a démontré que ce genre d’initiative répondait à une attente des joueurs;
Overwegende dat het initiatief om deze speciale Lotto-trekkingen te organiseren de Nationale Loterij de mogelijkheid heeft geboden om het gedrag van de spelers te kanaliseren in de richting van spelen waarvan het verslavingsrisico haast onbestaande is;
Considérant que l’initiative d’organiser ces tirages spéciaux du Lotto a permis à la Loterie Nationale de canaliser le comportement des joueurs vers un jeu présentant un risque de dépendance quasiment inexistant;
Overwegende dat deze kanalisatie tot het takenpakket behoort waarmee de Belgische Staat de Nationale Loterij heeft belast krachtens het beheerscontract dat tussen beide partijen werd gesloten;
Considérant que cette canalisation consacre un des devoirs confiés par l’Etat belge à la Loterie Nationale en vertu du contrat de gestion conclu entre ces deux parties;
Overwegende dat deze kanalisatieopdracht absoluut niet tijdelijk is, maar integendeel intens en permanent moet worden uitgevoerd;
Considérant que cette mission de canalisation ne revêt aucun caractère ponctuel mais doit au contraire être menée avec acuité et de fac¸ on continue;
Overwegende dat de Nationale Loterij absoluut verplicht is, in haar hoedanigheid van sociaal verantwoordelijke en professionele aanbieder van speelplezier, om snel de vereiste initiatieven te nemen teneinde deze sociale opdracht op een efficiënte wijze te kunnen blijven vervullen;
Considérant que pour mener à bien cette mission sociale de fac¸ on soutenue et efficiente, la Loterie Nationale doit impérieusement et diligemment prendre, en tant que prestataire socialement responsable et professionnel de plaisirs ludiques, des initiatives adéquates;
Overwegende dat de in dit besluit bedoelde organisatie van een speciale Lotto-trekking en van een speciale Joker-trekking een initiatief vormt dat past in het kader van bovengenoemde kanalisatieopdracht;
Considérant que l’organisation d’un tirage spécial du Lotto et d’un tirage spécial du Joker, visée par le présent arrêté, constitue une initiative cadrant avec la mission de canalisation précitée;
Overwegende dat de concrete uitwerking van dit initiatief belangrijke voorbereidende werkzaamheden vereist op technisch gebied, op informaticagebied en op organisatorisch gebied, die onverwijld van start moeten gaan;
Considérant que sa concrétisation requiert des travaux préparatoires importants sur le plan technique, informatique et organisationnel qui doivent être entamés sans délai;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gewettigd door de bovenstaande overwegingen; Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu l’urgence, motivée par les considérations qui précèdent; Sur la proposition de Notre Ministre du Budget et de Notre Secrétaire d’Etat aux Entreprises publiques, Nous avons arrêté et arrêtons :
HOOFDSTUK I. — Deelnemingsprincipe
CHAPITRE Ier. — Principe de la participation
Artikel 1. De Nationale Loterij organiseert een speciale Lottotrekking, genaamd « Super Lotto », in overeenstemming met de door dit besluit vastgelegde regels.
Article 1er. La Loterie Nationale organise un tirage spécial du Lotto, appelé « Super Lotto », conformément aux règles fixées par le présent arrêté.
Art. 2. De trekkingsdatum van zowel de « Super Lotto » als van de in artikel 3, tweede lid, bedoelde bijkomende loterij, genaamd « Super Joker », wordt vastgesteld op vrijdag 13 oktober 2006 op een tijdstip dat door de Nationale Loterij wordt bepaald.
Art. 2. La date du tirage du « Super Lotto » ainsi que celle du tirage de la loterie complémentaire, appelée « Super Joker », visée à l’article 3, alinéa 2, sont fixées au vendredi 13 octobre 2006 aux heures définies par la Loterie Nationale.
54202
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 3. De deelneming aan de « Super Lotto » bestaat erin, de uitslag te voorspellen van een lottrekking waarmee een combinatie van 6 getallen wordt bepaald uit de getallenreeks van 1 tot 42. Elke voorspelling is gebaseerd op een combinatie van 6 getallen.
Art. 3. La participation au « Super Lotto » consiste à pronostiquer le résultat d’un tirage au sort déterminant un ensemble de 6 numéros parmi la série de numéros allant de 1 à 42. Chaque pronostic est basé sur un ensemble de 6 numéros.
De deelnemers aan de « Super Lotto » hebben de mogelijkheid om tegelijkertijd mee te spelen met een bijkomende loterij, genaamd «Super Joker». De deelneming aan laatstgenoemde berust op de volledige of gedeeltelijke overeenkomst tussen enerzijds het in artikel 20, tweede lid, bedoelde getal, dat bestemd is voor deelneming aan de «Super Joker», en anderzijds een getal van 7 cijfers dat door lottrekking wordt bepaald uit de getallenreeks van 0 000 000 tot en met 9 999 999. Wanneer een deelnemer ervoor kiest om met de « Super Joker » mee te spelen, wordt het voor deelneming aan deze « Super Joker » bestemde getal « deelnemend getal » genoemd.
Les participants au « Super Lotto » ont la faculté de participer en même temps à une loterie complémentaire, appelée « Super Joker ». La participation à celle-ci repose sur la concordance totale ou partielle du numéro destiné à la participation au « Super Joker », visé à l’article 20, alinéa 2, avec un numéro de 7 chiffres déterminé par tirage au sort parmi la série de numéros allant de 0 000 000 à 9 999 999. Lorsque le participant opte pour une participation au « Super Joker », le numéro destiné à la participation au « Super Joker » est appelé « numéro participant ».
Het is niet toegestaan om uitsluitend aan de « Super Joker » deel te nemen, behalve onder de voorwaarden bedoeld in artikel 22.
La participation au seul « Super Joker » n’est pas autorisée, hormis dans les conditions visées à l’article 22.
Art. 4. De deelnemingsverwervingen gebeuren volgens de « on line »-verwerkingsmethode, d.w.z. in reële tijd, door middel van een netwerk van terminals die rechtstreeks verbonden zijn met een informaticasysteem van de Nationale Loterij en die, ter registratie, aan dat systeem de deelnemingsgegevens meedelen die worden vermeld op de formulieren bedoeld in artikel 5 of die het resultaat zijn van de speciale procedure bedoeld in de artikelen 11 en 22.
Art. 4. Les prises de participation s’effectuent selon la méthode de traitement « on line », c’est-à-dire en temps réel par un réseau de terminaux qui sont directement reliés à un système informatique de la Loterie Nationale et qui communiquent à celui-ci pour enregistrement les éléments de participation qui figurent sur les bulletins visés à l’article 5 ou qui résultent de la procédure spéciale visée aux articles 11 et 22.
De terminals worden door de Nationale Loterij geïnstalleerd in de on line-centra waarmee ze daartoe een overeenkomst heeft gesloten.
Les terminaux sont installés par la Loterie Nationale dans les centres on line avec lesquels elle a conclu une convention à ce sujet.
HOOFDSTUK II. — De formulieren
CHAPITRE II. — Les bulletins
Art. 5. Onverminderd de artikelen 11 en 22 maken de deelnemers hun voorspellingen door middel van de twee soorten van formulieren bedoeld in het derde lid. Deze formulieren bestaan uit één enkel luik en kunnen uitsluitend worden gebruikt voor de « Super Lotto »-trekking.
Art. 5. Sans préjudice des articles 11 et 22, les participants émettent leurs pronostics au moyen des deux types de bulletin visés à l’alinéa 3. Constitués d’un volet unique, ceux-ci ne sont utilisables que pour le tirage du « Super Lotto ».
De gegevens die door de deelnemers op de formulieren worden aangebracht, hebben een louter indicatieve waarde en vormen geen bewijs van deelneming.
Les éléments apportés sur les bulletins par les participants n’ont qu’une valeur indicative et ne constituent pas une preuve de participation.
De volgende twee soorten van formulieren zijn beschikbaar :
Les deux types de bulletin disponibles sont :
1° het enkelvoudig formulier;
1° le bulletin simple;
2° het meervoudig formulier.
2° le bulletin multiple.
De formulieren dragen een voorgedrukt nummer dat bestaat uit verschillende wisselende cijfers en dat uitsluitend dient voor het beheer van de formulieren.
Les bulletins portent un numéro préimprimé qui, composé de plusieurs chiffres pouvant varier, sert exclusivement à leur gestion.
Uitsluitend de door de Nationale Loterij uitgegeven formulieren zijn geldig voor een deelnemingsverwerving. Ze liggen ter beschikking van de deelnemers in de on line-centra. De Nationale Loterij kan de verkoop van deze formulieren toestaan tegen de door haar vastgelegde prijs.
Seuls les bulletins émanant de la Loterie Nationale sont valables pour la prise des participations. Ils sont mis à la disposition des participants dans les centres on line. La Loterie Nationale peut autoriser la vente des bulletins au prix qu’elle fixe.
HOOFDSTUK III. — Deelnemingsvoorwaarden aan de « Super Lotto »
CHAPITRE III. — Modalités de participation au « Super Lotto »
Art. 6. Het enkelvoudig formulier bestaat uit 12 roosters met 42 van 1 tot 42 genummerde vakjes. Deze roosters worden verdeeld in 6 groepen van telkens 2 boven elkaar geplaatste roosters. De deelneming moet verplicht gebeuren per groep van 2 boven elkaar geplaatste roosters. Afhankelijk van zijn inzetbedrag vult de deelnemer, te beginnen van links, 1, 2, 3, 4, 5 of 6 groepen in van 2 boven elkaar geplaatste roosters.
Art. 6. Le bulletin simple comporte 12 grilles à 42 cases numérotées de 1 à 42. Ces grilles sont disposées en 6 groupes de 2 grilles superposées. La participation se fait obligatoirement par groupe de 2 grilles superposées. Selon sa mise, le participant remplit, en commenc¸ ant par la gauche, 1, 2, 3, 4, 5 ou 6 groupes de 2 grilles superposées.
Per rooster kiest de deelnemer 6 getallen door in de betrokken vakjes een « x »-vormig kruisje te plaatsen.
Le participant choisit par grille 6 numéros en trac¸ ant une croix en forme de ″x″ dans les cases concernées.
Het totale per formulier verschuldigde inzetbedrag is het resultaat van de vermenigvuldiging van twee parameters : het inzetbedrag van 0,50 euro bedoeld in artikel 8, laatste lid, en het aantal ingevulde roosters.
Le montant de la mise globale due par bulletin correspond à celui résultant de la multiplication des deux paramètres que sont la mise de 0,50 euro visée à l’article 8, dernier alinéa, et le nombre de grilles remplies.
Dit totale verschuldigde inzetbedrag is als volgt vastgelegd :
Il est fixé à :
1° minstens 1 euro voor een deelneming met twee roosters;
1° un minimum d’1 euro pour la participation de deux grilles;
2° hoogstens 6 euro voor een deelneming met 12 roosters.
2° un maximum de 6 euros pour la participation de 12 grilles.
Het inzetbedrag wordt telkens vermeld onder iedere groep van 2 boven elkaar geplaatste roosters.
Le montant de la mise figure en bas des groupes de 2 grilles superposées.
Art. 7. Het meervoudig formulier bestaat uit 1 rooster met 42 van 1 tot 42 genummerde vakjes.
Art. 7. Le bulletin multiple comporte 1 grille à 42 cases numérotées de 1 à 42.
Op het formulier staan er ook 7 aparte vakjes die respectievelijk de getallen 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14 bevatten. Zij geven het aantal getallen aan dat in het rooster kan worden gekozen, in overeenstemming met het betrokken inzetbedrag.
Sur le bulletin figurent également 7 cases distinctes où sont mentionnés respectivement les nombres 8, 9, 10, 11, 12, 13 ou 14. Elles indiquent le nombre de numéros à choisir sur la grille au prorata de la mise concernée.
De deelnemer zet een « x »-vormig kruisje in één van de 7 aparte vakjes die het aantal getallen aangeven dat in het rooster kan worden gekozen. In dat rooster zet hij vervolgens een « x »-vormig kruisje in de vakjes die overeenstemmen met de door hem gekozen getallen.
Le participant marque d’une croix en forme de « x », celle des 7 cases distinctes indiquant le nombre de numéros à choisir sur la grille. Sur la grille, il trace une croix en forme de « x » dans les cases correspondant aux numéros de son choix.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Het totale per formulier verschuldigde inzetbedrag is het resultaat van de vermenigvuldiging van twee parameters : het inzetbedrag van 0,50 euro bedoeld in artikel 8, laatste lid, en het aantal combinaties dat wordt verkregen in overeenstemming met het aantal getallen dat in het rooster wordt gekozen.
54203
Le montant de la mise globale due par bulletin correspond à celui résultant de la multiplication des deux paramètres que sont la mise de 0,50 euro visée à l’article 8, dernier alinéa, et le nombre d’ensembles réalisés en fonction du nombre de numéros choisis sur la grille.
Dit totale verschuldigde inzetbedrag is als volgt vastgelegd :
Il est fixé à :
1° minstens 14 euro voor een deelneming met 8 getallen;
1° un minimum de 14 euros pour la participation de 8 numéros;
2° hoogstens 1.501,50 euro voor een deelneming met 14 getallen.
2° un maximum de 1.501,50 euros pour la participation de 14 numéros.
Het inzetbedrag voor een deelneming aan een trekking met 8, 9, 10, 11, 12, 13 of 14 getallen staat telkens naast ieder van de vakjes voor het aantal gekozen getallen, bedoeld in het tweede lid.
Le montant de la mise pour la participation au tirage de 8, 9, 10, 11, 12, 13 ou 14 numéros figure en regard de la case correspondant au nombre de numéros choisi, parmi celles visées à l’alinéa 2.
Art. 8. Wanneer men aan de « Super Lotto » deelneemt door middel van een formulier van het « enkelvoudig » type, maakt men per rooster één enkele combinatie van 6 getallen, die één voorspelling vormt.
Art. 8. En participant au « Super Lotto » selon la formule des bulletins du type « simple », on réalise par grille un seul ensemble de 6 numéros qui représente un pronostic.
Wanneer men aan de « Super Lotto » deelneemt door middel van een formulier van het « meervoudig » type, maakt men per rooster alle combinaties van 6 getallen die voortvloeien uit de 8 tot 14 gekozen getallen. Ieder van deze combinaties van 6 getallen vormt een voorspelling.
En participant selon la formule des bulletins du type « multiple », on réalise par grille tous les ensembles de 6 numéros pouvant résulter des 8 à 14 numéros considérés. Chacun de ces ensembles de 6 numéros représente un pronostic.
Uit de 8, 9, 10, 11, 12, 13 of 14 te kiezen getallen resulteren respectievelijk 28, 84, 210, 462, 924, 1 716 of 3 003 combinaties van 6 getallen.
De 8, 9, 10, 11, 12, 13 ou 14 numéros résultent respectivement 28, 84, 210, 462, 924, 1 716 ou 3 003 ensembles de 6 numéros.
Het inzetbedrag per voorspelling is vastgelegd op 0,50 euro.
La mise pour un pronostic est fixée à 0,50 euro.
Art. 9. Alle op de formulieren aangebrachte « x »-vormige kruisjes, met inbegrip van de kruisjes bedoeld in artikel 21, moeten binnen de betrokken vakjes blijven en moeten worden getekend met een zwarte of blauwe kogelpen.
Art. 9. Toutes les croix en forme de « x » tracées sur les bulletins, y compris celles visées à l’article 21, doivent se situer à l’intérieur des cases concernées. Elles doivent être tracées au stylo à bille, en noir ou en bleu.
Art. 10. De formulieren die voor registratie worden aangeboden, mogen niet geplooid zijn, noch bevlekt, noch gekreukt, noch gescheurd.
Art. 10. Les bulletins présentés pour enregistrement ne peuvent être ni pliés, ni maculés, ni froissés, ni déchirés.
Om de registratie van de deelnemingsgegevens mogelijk te maken, mogen de uitbaters van de on line-centra de gegevens van een onjuist ingevuld formulier corrigeren door middel van de terminal en op aanwijzing van de deelnemer.
Les exploitants des centres on line peuvent, au moyen du terminal et sur indication du participant, redresser les éléments d’un bulletin incorrectement rempli en vue de permettre l’enregistrement des éléments de participation.
Art. 11. Men kan ook een deelneming verwerven zonder gebruik te maken van een formulier, d.w.z. door middel van de formule die « Quick-Pick » wordt genoemd.
Art. 11. La prise de participation peut se réaliser sans recours à un bulletin moyennant la formule appelée « Quick-Pick ».
Door te opteren voor deze « Quick-Pick »-formule ziet de deelnemer echter af van de mogelijkheid om zelf zijn getallen te kiezen en aanvaardt hij dat ze hem op willekeurige wijze worden toegekend door het informaticasysteem van de Nationale Loterij. Behoudens deze voorzien in artikel 22, worden de spelmogelijkheden waaruit de deelnemer een keuze kan maken, aan het publiek bekendgemaakt met alle door de Nationale Loterij nuttig geachte middelen.
En optant pour cette formule, le participant renonce à la faculté de choisir les combinaisons de jeu et accepte que celles-ci lui soient attribuées, de fac¸ on aléatoire, par le système informatique de la Loterie Nationale. Outre celle visée à l’article 22, les possibilités de jeu offertes au choix du participant sont communiquées au public par tous moyens jugés utiles par la Loterie Nationale.
HOOFDSTUK IV. — Het deelnemingsticket
CHAPITRE IV. — Le ticket de jeu
Art. 12. Nadat de deelnemer zijn inzet heeft betaald, hetzij in speciën, hetzij door middel van om het even welk ander door de Nationale Loterij erkend betaalmiddel, ontvangt hij een deelnemingsticket dat wordt afgeleverd door de met de terminal verbonden printer.
Art. 12. Après paiement de sa mise, lequel s’effectue en espèces ou par tout autre moyen de paiement agréé par la Loterie Nationale, le participant rec¸ oit un ticket de jeu délivré par l’imprimante connectée au terminal.
Dit deelnemingsticket vermeldt :
Ce ticket de jeu mentionne :
1° datum en uur van de deelnemingsverwerving;
1° la date et l’heure de la prise de participation;
2° de trekkingsdatum;
2° la date du tirage;
3° de geregistreerde deelnemingsnummers, in overeenstemming met de door de deelnemer gekozen deelnemingsformule; 4° de deelneming of de niet-deelneming aan de « Super Joker »;
3° les numéros de participation enregistrés, présentés selon la formule de participation choisie par le participant; 4° la participation ou la non-participation au « Super Joker »;
5° het (de) nummer(s) bestemd voor deelneming aan de « Super Joker »;
5° le(s) numéro(s) destiné(s) à la participation au « Super Joker »;
6° de vermelding « Quick-Pick » wanneer aan deze deelnemingsformule de voorkeur werd gegeven;
6° la mention « Quick-Pick » en cas d’utilisation de cette formule de participation;
7° het totale inzetbedrag dat werd betaald, met inbegrip van het inzetbedrag voor de « Super Joker »;
7° le montant total de la mise payée, celle du « Super Joker » comprise;
8° een reeks codenummers en een streepjescode, bestemd voor controle, identificatie en beheer.
8° une série de numéros de code et un code à barres destinés à des fins de contrôle, d’identification et de gestion.
Door het deelnemingsticket te aanvaarden, erkent de deelnemer dat de erop vermelde deelnemingsgegevens wel degelijk overeenkomen met zijn voorkeur.
En acceptant le ticket de jeu, le participant reconnaît les éléments de participation y figurant comme étant conformes à sa volonté.
54204
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE HOOFDSTUK V. — Annulering van een deelneming
CHAPITRE V. — Annulation de la participation
Art. 13. § 1. De in artikel 4 bedoelde deelnemingsverwervingen kunnen gebeuren in de periode van vrijdag 22 september 2006 tot en met vrijdag 13 oktober 2006, elke weekdag (uitgezonderd zondag) van 6 u. tot en met 19 u.
Art. 13. § 1er. Les prises de participation visées à l’article 4 sont possibles durant la période allant du vendredi 22 septembre 2006 au vendredi 13 octobre 2006 inclus, tous les jours de la semaine, à l’exception du dimanche et ce, de 6 à 19 heures.
§ 2. Gedurende de periode en binnen de afsluitingsuren, die beide worden bedoeld in § 1, is het de uitbaters van de on line-centra toegestaan, op hun verantwoordelijkheid, om deelnemingstickets of deelnemingsverwervingen te annuleren.
§ 2. Lors de la période et dans les limites horaires visées au § 1er, les exploitants des centres on line sont autorisés à procéder, sous leur responsabilité, à l’annulation de tickets de jeu ou de prises de participation.
Onder voorbehoud van de toepassing van het eerste lid, kan de annulering van een deelnemingsticket of van een deelnemingsverwerving door de uitbaters van de on line-centra technisch enkel worden uitgevoerd in de loop van de dag waarop de bewuste deelnemingsverwerving werd verkregen, meer bepaald gedurende de tijdruimte van 30 minuten die onmiddellijk aansluit op het moment van de deelnemingsverwerving. Buiten deze tijdruimte is geen enkele annulering nog mogelijk.
Sous réserve de l’application de l’alinéa 1er, l’annulation d’un ticket de jeu ou d’une prise de participation n’est techniquement possible par les exploitants des centres on line que dans le courant de la même journée que celle au cours de laquelle a eu lieu la prise de participation concernée et ce, durant un délai de 30 minutes suivant immédiatement l’instant de celle-ci, limite en dehors de laquelle aucune annulation n’est plus possible.
Zodra bovengenoemde tijdruimte van 30 minuten is verstreken, kan de annulering van een deelnemingsticket of van een deelnemingsverwerving door de uitbaters van de on line-centra technisch enkel nog worden uitgevoerd na de voorafgaande toestemming van de bevoegde dienst van de Nationale Loterij, genaamd « Hotline », waarnaar de genoemde uitbaters dienen te telefoneren.
Passé le délai précité de 30 minutes, l’annulation d’un ticket de jeu ou d’une prise de participation par les exploitants des centres on line est techniquement subordonnée à une autorisation préalable délivrée par le service compétent de la Loterie Nationale, appelé « Hotline », auquel il appartient auxdits exploitants de faire appel téléphoniquement.
Wanneer de uitbaters van de on line-centra niet over alle technische gegevens beschikken die vereist zijn om een deelnemingsticket of een deelnemingsverwerving op de juiste manier te annuleren, moeten ze contact opnemen met de dienst « Hotline » alvorens de annulering uit te voeren.
S’ils ne disposent pas de tous les éléments techniques nécessaires à l’annulation correcte d’un ticket de jeu ou d’une prise de participation, les exploitants des centres on line doivent contacter le service « Hotline » avant de procéder à l’annulation.
§ 3. Het is de uitbaters van de on line-centra toegestaan om deelnemingstickets of deelnemingsverwervingen te annuleren :
§ 3. Les exploitants des centres on line sont autorisés à procéder à l’annulation de tickets de jeu ou de prises de participation :
1° wanneer de deelnemer niet in staat is de verschuldigde inzet te betalen van de door hem gekozen deelneming;
1° lorsque le participant ne peut s’acquitter de la mise due pour la participation choisie;
2° wanneer de met de terminal verbonden printer een deelnemingsticket afdrukt dat besmeurd, verkreukeld, gescheurd, onvolledig, of geheel of gedeeltelijk onleesbaar is;
2° lorsque l’imprimante connectée au terminal délivre un ticket de jeu maculé, froissé, déchiré, incomplet ou partiellement ou complètement illisible;
3° wanneer de met de terminal verbonden printer geen deelnemingsticket afdrukt, hoewel er een deelnemingsverwerving werd geregistreerd;
3° lorsque l’imprimante connectée au terminal ne délivre pas de ticket de jeu alors que la prise de participation a eu lieu;
4° wanneer de uitbater van een on line-centrum een verkeerde handeling verricht, waardoor er een deelnemingsverwerving wordt geregistreerd die niet overeenstemt met de voorkeur van de deelnemer.
4° lorsque l’exploitant d’un centre on line commet une erreur de manipulation entraînant une prise de participation ne correspondant pas à la volonté du participant.
§ 4. Een deelnemingsticket of een deelnemingsverwerving mogen uitsluitend worden geannuleerd op dezelfde terminal die werd gebruikt om de deelnemingsverwerving te registreren.
§ 4. L’annulation d’un ticket de jeu ou d’une prise de participation ne peut s’effectuer que sur le même terminal que celui ayant été utilisé pour la prise de participation.
§ 5. Wanneer de annulering wordt goedgekeurd, wordt er een annuleringsticket afgedrukt door de met de terminal verbonden printer. Dat annuleringsticket wordt systematisch samengevoegd met het geannuleerde deelnemingsticket en zo naar de Nationale Loterij gestuurd. Wanneer de annulering echter betrekking heeft op een deelnemingsverwerving waarvoor er geen deelnemingsticket kon worden afgedrukt, wordt enkel het annuleringsticket naar de Nationale Loterij gezonden.
§ 5. Lorsque l’annulation est acceptée, un ticket d’annulation est délivré par l’imprimante connectée au terminal. Ce ticket d’annulation et le ticket de jeu annulé sont systématiquement joints et transmis à la Loterie Nationale. Toutefois, seul le ticket d’annulation est transmis à celle-ci lorsque l’annulation concerne une prise de participation n’ayant pas donné lieu à l’impression d’un ticket de jeu.
§ 6. Uitzonderlijk kan de Nationale Loterij zelf deelnemingstickets of deelnemingsverwervingen annuleren, op verzoek van de uitbaters van de on line-centra. Dat verzoek dient echter te worden gestaafd door dwingende redenen, waarvan de gegrondheid uitsluitend wordt beoordeeld door de Nationale Loterij.
§ 6. A la demande des exploitants des centres on line, laquelle doit être étayée par des motifs impératifs dont seule la Loterie Nationale apprécie le bien-fondé, celle-ci peut, à titre exceptionnel, procéder elle-même à l’annulation de tickets de jeu ou de prises de participation.
§ 7. Precies zoals de geregistreerde deelnemingsverwervingen worden de geannuleerde deelnemingstickets of geannuleerde deelnemingsverwervingen weggeschreven op de gegevensdrager bedoeld in artikel 14.
§ 7. A l’instar des prises de participation, les annulations de tickets de jeu ou de prises de participation font l’objet d’une retranscription sur le support informatique visé à l’article 14.
HOOFDSTUK VI. — Geldigheid van de deelneming
CHAPITRE VI. — Validité de la participation
Art. 14. De deelneming is pas echt geldig wanneer de op het deelnemingsticket vermelde deelnemingsgegevens door de Nationale Loterij vóór de trekking werden weggeschreven op een gegevensdrager. Deze gegevensdrager moet door een gerechtsdeurwaarder vóór de trekking worden verzegeld en geldt bij betwisting als bewijs. Bij onverwachte afwezigheid van de gerechtsdeurwaarder gebeurt de verzegeling door de vertegenwoordiger van de Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij.
Art. 14. La participation n’est effective que si les éléments de participation figurant sur le ticket de jeu ont été, avant le tirage concerné, retranscrits sur un support informatique par la Loterie Nationale. Ce support informatique doit être scellé par huissier de justice avant le tirage et fait foi en cas de contestation. En cas d’absence accidentelle de l’huissier de justice, le scellé est apposé par le représentant de l’administrateur délégué de la Loterie Nationale.
Wanneer de wegschrijving op een gegevensdrager om welke reden dan ook niet is kunnen gebeuren onder de voorwaarden bedoeld in het eerste lid, worden de ingezette bedragen terugbetaald op vertoon van het deelnemingsticket.
Lorsque, pour quelque raison que ce soit, la retranscription sur un support informatique n’a pas été opérée dans les conditions visées à l’alinéa 1er, les mises sont remboursées sur la présentation du ticket de jeu.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54205
HOOFDSTUK VII. — De « Super Lotto »-trekking
CHAPITRE VII. — Le tirage du « Super Lotto »
Art. 15. De « Super Lotto »-trekking wordt verricht door middel van een trekkingstrommel. Tweeënveertig ballen van hetzelfde materiaal, dezelfde grootte en hetzelfde gewicht, en genummerd van 1 tot 42, worden in de trommel gelegd. Zeven ballen worden achtereenvolgens uit de trommel verwijderd. Een verwijderde bal mag niet in de trommel worden teruggelegd. De eerste zes verwijderde ballen bepalen de winnende getallen. De zevende verwijderde bal bepaalt een getal dat « bijkomend getal » wordt genoemd.
Art. 15. Le tirage du « Super Lotto » est effectué au moyen d’un tambour. Quarante-deux boules, de matière, de volume et de poids identiques et numérotées de 1 à 42, sont introduites dans le tambour. Sept boules sont extraites successivement. Une boule extraite ne peut être remise dans le tambour. Les six premières boules extraites déterminent les numéros gagnants. La septième boule extraite détermine un numéro, appelé « numéro complémentaire ».
De ballen worden telkens door elkaar gemengd vooraleer er een bal uit de trommel wordt verwijderd.
Les boules sont mélangées avant chaque extraction.
HOOFDSTUK VIII. — Bepaling van de loten van de ″Super Lotto″
CHAPITRE VIII. — Détermination des lots du « Super Lotto »
Art. 16. Op basis van het trekkingsresultaat geven de volgende combinaties recht op een lot :
Art. 16. Donnent droit à un lot, les ensembles dans lesquels figurent, d’après le résultat du tirage :
a) de 6 winnende getallen;
a) les 6 numéros gagnants;
b) 5 winnende getallen plus het bijkomend getal;
b) 5 numéros gagnants, plus le numéro complémentaire;
c) 5 winnende getallen;
c) 5 numéros gagnants;
d) 4 winnende getallen;
d) 4 numéros gagnants;
e) 3 winnende getallen.
e) 3 numéros gagnants.
Elke combinatie wordt slechts eenmaal in aanmerking genomen, namelijk op basis van het grootste aantal winnende getallen dat in de betrokken combinatie voorkomt. Aan dat aantal dient het bijkomend getal te worden toegevoegd wanneer het tot een combinatie behoort samen met vijf winnende getallen.
Chaque ensemble n’est classé qu’une seule fois et ce à raison du plus grand nombre de numéros gagnants qu’il comporte, nombre auquel s’ajoute le numéro complémentaire lorsqu’il figure dans un ensemble comportant 5 numéros gagnants.
Art. 17. § 1. Zesenveertig percent van de voor de « Super Lotto »trekking ontvangen inzetbedragen worden onder de volgende voorwaarden toegekend aan de loten :
Art. 17. § 1er. Quarante-six pour cent des mises acceptées pour le tirage du « Super Lotto » sont attribués aux lots, d’après les modalités suivantes :
1° het lot dat wordt toegewezen aan iedere combinatie waarin 3 winnende getallen voorkomen, wordt forfaitair bepaald op 2,50 euro; het totale aandeel van de inzetbedragen dat aan deze loten wordt toegekend, is bijgevolg gelijk aan het resultaat van de vermenigvuldiging van 2,50 euro met het aantal combinaties waarin 3 winnende getallen voorkomen;
1° le lot attribué à chacun des ensembles qui comportent 3 numéros gagnants est fixé forfaitairement à 2,50 euros; la part attribuée globalement à ces lots correspond donc au produit de la multiplication de 2,50 euros par le nombre d’ensembles comportant 3 numéros gagnants;
2° het saldo van de inzetbedragen wordt in de volgende verhouding verdeeld over de andere winnende combinaties :
2° les autres ensembles gagnants se partagent le solde dans la proportion suivante :
a) 72,50 % voor de combinaties met de 6 winnende getallen; b) 5 % voor de combinaties waarin 5 winnende getallen plus het bijkomend getal voorkomen; c) 10 % voor de combinaties waarin 5 winnende getallen voorkomen; d) 12,50 % voor de combinaties waarin 4 winnende getallen voorkomen.
a) 72,50 % pour les ensembles comportant les 6 numéros gagnants; b) 5 % pour les ensembles comportant 5 numéros gagnants, plus le numéro complémentaire; c) 10 % pour les ensembles comportant 5 numéros gagnants; d) 12,50 % pour les ensembles comportant 4 numéros gagnants.
Het totale aandeel van de inzetbedragen dat wordt toegewezen aan de combinaties met respectievelijk de 6 winnende getallen, 5 winnende getallen plus het bijkomend getal, 5 winnende getallen of 4 winnende getallen, wordt telkens gelijk verdeeld over de winnende combinaties van hetzelfde type.
La part globalement attribuée aux ensembles comportant respectivement les 6 numéros gagnants, 5 numéros gagnants plus le numéro complémentaire, 5 numéros gagnants ou 4 numéros gagnants est chaque fois répartie en parts égales entre les ensembles gagnants de même type.
§ 2. Een gewaarborgd minimumbedrag van 7 miljoen euro is integraal bestemd voor de combinaties die de 6 winnende getallen omvatten.
§ 2. Un montant garanti de minimum 7 millions d’euros est globalement affecté aux ensembles comportant les 6 numéros gagnants.
Wanneer de toepassing van het percentage bedoeld in § 1, eerste lid, 2°, a), een bedrag oplevert dat lager ligt dan het gewaarborgde minimumbedrag, wordt er een extra som geput uit het « Lottospeelpotfonds » bedoeld in artikel 20 van het koninklijk besluit van 12 december 2001 houdende het reglement van de Lotto en de Joker, openbare loterijen georganiseerd door de Nationale Loterij, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 2002, 9 augustus 2002, 25 oktober 2002, 19 november 2003, 13 juni 2005 en 10 augustus 2005. Deze extra som wordt aan het bovengenoemde, te laag uitgevallen bedrag toegevoegd om in totaal 7 miljoen euro te vormen.
Si le montant découlant de l’application du pourcentage visé au § 1er, alinéa 1er, 2°, a), est inférieur au montant garanti, une somme complémentaire, prélevée sur le « Fonds de cagnotte Lotto », visé à l’article 20 de l’arrêté royal du 12 décembre 2001 portant le règlement du Lotto et du Joker, loteries publiques organisées par la Loterie Nationale, modifié par les arrêtés royaux des 3 février 2002, 9 août 2002, 25 octobre 2002, 19 novembre 2003, 13 juin 2005 et 10 août 2005, y est ajoutée pour atteindre le montant de 7 millions d’euros.
§ 3. Wanneer het trekkingsresultaat geen enkele combinatie aanwijst die de 6 winnende getallen omvat, wordt het bedrag dat volledig voor deze combinaties bestemd is, toegekend aan het aandeel van de inzetbedragen dat integraal bestemd is voor de combinaties die de 6 winnende getallen omvatten op de trekking van de eerstvolgende zaterdag,na de trekking van 14 oktober 2006, waarin minstens één winnende combinatie van dat type wordt aangewezen. Onder « bedrag dat volledig voor deze combinaties bestemd is » dient men dus te verstaan : ofwel het bedrag van 7 miljoen euro wanneer § 2, tweede lid, wordt toegepast, ofwel het bedrag dat het resultaat is van de toepassing van § 1, eerste lid, 2°, a), wanneer dat bedrag hoger ligt dan 7 miljoen euro.
§ 3. Si le résultat du tirage ne désigne aucun ensemble comportant les 6 numéros gagnants, le montant réservé globalement à ces ensembles est affecté à la part globalement réservée aux ensembles comportant les 6 numéros gagnants du premier tirage du samedi qui, après celui du 14 octobre 2006, désignera au moins un ensemble gagnant de ce type. En l’occurrence, par « montant réservé globalement à ces ensembles », il y a lieu d’entendre : soit le montant de 7 millions d’euros en cas d’application du § 2, alinéa 2, soit le montant découlant de l’application du § 1er, alinéa 1er, 2°, a), s’il est supérieur à 7 millions d’euros.
54206
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Wanneer de trekking geen enkele combinatie aanwijst met 5 winnende getallen plus het bijkomend getal, wordt het aandeel van de inzetbedragen dat integraal bestemd is voor deze combinaties toegevoegd aan het aandeel van de inzetbedragen dat integraal bestemd is voor de combinaties die op de trekking 5 winnende getallen omvatten.
Si le tirage ne désigne aucun ensemble comportant 5 numéros gagnants plus le numéro complémentaire, la part globalement attribuée à ces ensembles est ajoutée à la part globalement attribuée aux ensembles comportant 5 numéros gagnants de ce tirage.
Wanneer de trekking geen enkele combinatie aanwijst met 5 winnende getallen, wordt het aandeel van de inzetbedragen dat integraal bestemd is voor deze combinaties toegevoegd aan het aandeel van de inzetbedragen dat integraal bestemd is voor de combinaties die op de trekking 4 winnende getallen omvatten.
Si le tirage ne désigne aucun ensemble comportant 5 numéros gagnants, la part globalement attribuée à ces ensembles est ajoutée à la part globalement attribuée aux ensembles comportant 4 numéros gagnants de ce tirage.
§ 4. Wanneer een aan een bepaalde combinatie toegekend lot hoger ligt dan een lot dat wordt toegekend aan een combinatie waarin een groter aantal winnende getallen voorkomen, wordt er overgegaan tot de optelling van de bedragen die volledig aan de betrokken combinaties worden toegekend. De aldus verkregen som wordt gelijk verdeeld over de betrokken winnende combinaties. Dit principe wordt echter ook toegepast wanneer een lot dat wordt toegekend aan een combinatie waarin 5 winnende getallen voorkomen, hoger ligt dan een lot dat wordt toegekend aan een combinatie met 5 winnende getallen plus het bijkomend getal.
§ 4. Lorsqu’un lot attribué à un ensemble déterminé est plus élevé qu’un lot attribué à un ensemble comportant un nombre supérieur de numéros gagnants, les sommes globalement attribuées aux ensembles concernés sont additionnées et le total ainsi obtenu est réparti en parts égales entre les ensembles gagnants concernés, étant entendu que ce principe est également applicable lorsqu’un lot attribué à un ensemble comportant 5 numéros gagnants est supérieur au lot attribué à un ensemble comportant 5 numéros gagnants, plus le numéro complémentaire.
Art. 18. Vier percent van de ontvangen inzetbedragen van de « Super Lotto »-trekking wordt afgehouden.
Art. 18. Un prélèvement de quatre pour cent est opéré sur les mises acceptées du tirage du « Super Lotto ».
Het aldus afgehouden bedrag is bestemd voor het « Lottospeelpotfonds » bedoeld in artikel 20 van het koninklijk besluit van 12 december 2001 houdende het reglement van de Lotto en de Joker, openbare loterijen georganiseerd door de Nationale Loterij, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 2002, 9 augustus 2002, 25 oktober 2002, 19 november 2003, 13 juni 2005 en 10 augustus 2005.
Le montant ainsi prélevé est affecté au « Fonds de cagnotte Lotto » visé à l’article 20 de l’arrêté royal du 12 décembre 2001 portant le règlement du Lotto et du Joker, loteries publiques organisées par la Loterie Nationale, modifié par les arrêtés royaux des 3 février 2002, 9 août 2002, 25 octobre 2002, 19 novembre 2003, 13 juin 2005 et 10 août 2005.
Art. 19. Het bedrag van de loten wordt als volgt afgerond :
Art. 19. Le montant des lots est arrondi :
1° op 100 euro naar beneden voor de loten die worden toegewezen aan de combinaties met de 6 winnende getallen;
1° aux 100 euros inférieurs pour les lots attribués aux ensembles comportant les 6 numéros gagnants;
2° op 10 euro naar beneden voor de loten die worden toegekend aan de combinaties met 5 winnende getallen plus het bijkomend getal;
2° aux 10 euros inférieurs pour les lots attribués aux ensembles comportant 5 numéros gagnants plus le numéro complémentaire;
3° op één euro naar beneden voor de loten die worden toegewezen aan de combinaties met 5 winnende getallen;
3° à l’euro inférieur pour les lots attribués aux ensembles comportant 5 numéros gagnants;
4° op 10 eurocent naar beneden voor de loten die worden toegekend aan de combinaties met 4 winnende getallen.
4° aux 10 cents inférieurs pour les lots attribués aux ensembles comportant 4 numéros gagnants.
Voor de toepassing van artikel 17, § 4, wordt de kleinste afronding van de loten toegepast die voor de betrokken combinaties werd bepaald.
Pour l’application de l’article 17, § 4, l’arrondissement des lots appliqué est celui qui, parmi ceux prévus pour les ensembles concernés, est le plus petit.
HOOFDSTUK IX. — Deelnemingsvoorwaarden aan de « Super Joker »
CHAPITRE IX. — Modalités de participation au « Super Joker »
Art. 20. De deelneming aan de « Super Joker » gebeurt ofwel samen met de deelneming aan de « Super Lotto », in overeenstemming met de voorwaarden bedoeld in artikel 21, ofwel los van de deelneming aan de « Super Lotto », krachtens de voorwaarden bedoeld in artikel 22.
Art. 20. La participation au « Super Joker » s’effectue soit en corrélation avec celle au « Super Lotto » conformément aux modalités visées à l’article 21, soit indépendamment de celle au « Super Lotto » conformément aux modalités visées à l’article 22.
Elk voor deelneming aan de « Super Joker » bestemd getal bestaat uit 7 cijfers en werd op basis van een berekeningsstelsel gecreëerd door het informaticasysteem van de Nationale Loterij.
Chaque numéro destiné à la participation au « Super Joker » est un numéro de 7 chiffres généré sur la base d’un algorithme par le système informatique de la Loterie Nationale.
Wanneer men met meer dan één getal aan de « Super Joker » deelneemt, staan er op een deelnemingsticket ook verschillende getallen vermeld.
Lorsqu’il est participé au « Super Joker » avec plus d’un numéro, les numéros mentionnés sur un même ticket de jeu sont différents.
Voor deelneming aan één trekking met één voor deelneming aan de « Super Joker » bestemd getal, is het inzetbedrag vastgelegd op 1,25 euro.
La mise liée à la participation à un tirage d’un numéro destiné à la participation au « Super Joker » est fixée à 1,25 euro.
De deelneming aan de « Super Joker » is pas echt geldig wanneer de in artikel 14 bepaalde voorwaarden worden nageleefd.
La participation au « Super Joker » ne devient effective qu’aux conditions déterminées à l’article 14.
Art. 21. De enkelvoudige en meervoudige formulieren die respectievelijk worden bedoeld in de artikelen 6 en 7, bevatten vijf vakjes die moeten worden gebruikt wanneer men al of niet wenst deel te nemen aan de « Super Joker ». Naast de 4 vakjes met respectievelijk de cijfers 1, 2, 3 en 4 staat de vermelding « JA ». Met deze 4 vakjes heeft de deelnemer de mogelijkheid om een deelneming te kiezen met 1, 2, 3 of 4 getallen. De bedragen van 1,25 euro, 2,50 euro, 3,75 euro en 5 euro die bij deze 4 vakjes staan, stemmen overeen met het respectieve inzetbedrag voor een deelneming aan één trekking met 1, 2, 3 of 4 getallen. De deelnemer maakt zijn voorkeur kenbaar om met 1, 2, 3 of 4 getallen deel te nemen door in het desbetreffende vakje een « x »-vormig kruisje te plaatsen. Bij het vakje met de letter « N » staat de vermelding « NEEN ». Wanneer de deelnemer niet wenst deel te nemen, zet hij een « x »-vormig kruisje in het vakje met de vermelding « N ».
Art. 21. Les bulletins simple et multiple, respectivement visés aux articles 6 et 7, comportent cinq cases qui sont à utiliser pour exprimer la volonté de participer ou non au « Super Joker ». Les 4 cases où sont respectivement mentionnés les nombres 1, 2, 3 ou 4 sont assorties de la mention « OUI ». Ces 4 cases permettent au participant de choisir sa participation avec 1, 2, 3 ou 4 numéros. Les montants de 1,25 euro, 2,50 euros, 3,75 euros ou 5 euros figurant à proximité de ces 4 cases correspondent respectivement à la mise pour la participation au tirage de 1, 2, 3 ou 4 numéros. Le participant exprime sa volonté de participer avec 1, 2, 3, ou 4 numéros en marquant d’une croix en forme de « x » la case appropriée. La case où est mentionnée la lettre « N » est assortie de la mention « NON ». Le participant exprime sa volonté de ne pas participer en marquant d’une croix en forme de « x » la case portant la mention « N ».
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54207
Art. 22. § 1. Wanneer de deelneming aan de « Super Joker » losstaat van de deelneming aan de « Super Lotto », kan eerstgenoemde deelneming uitsluitend gebeuren door middel van de formule « QuickPick Joker », zonder dat er gebruik wordt gemaakt van een formulier.
Art. 22. § 1er. Lorsqu’elle est indépendante de celle au « Super Lotto », la participation au « Super Joker » se réalise exclusivement moyennant la formule appelée « Quick-Pick-Joker », sans recours à un bulletin.
De deelneming gebeurt met een aantal door de deelnemer gekozen getallen dat minstens 2 en hoogstens 10 bedraagt.
La participation s’effectue avec un nombre de numéros qui, déterminé par le participant, est compris entre un minimum de 2 et un maximum de 10.
Het totale verschuldigde inzetbedrag is het resultaat van de vermenigvuldiging van twee parameters : het inzetbedrag van 1,25 euro bedoeld in artikel 20, vierde lid, en het aantal deelnemende getallen.
Le montant de la mise globale due correspond à celui résultant de la multiplication des deux paramètres que sont la mise de 1,25 euro visée à l’article 20, alinéa 4, et le nombre de numéros participants.
Dit totale verschuldigde inzetbedrag is als volgt vastgelegd :
Il est fixé à :
1° minstens 2,50 euro voor een deelneming met twee getallen;
1° un minimum de 2,50 euros pour la participation de deux numéros;
2° hoogstens 12,50 euro voor een deelneming met 10 getallen.
2° un maximum de 12,50 euros pour la participation de 10 numéros.
§ 2. Nadat de deelnemer zijn inzet heeft betaald, hetzij in speciën, hetzij door middel van om het even welk ander door de Nationale Loterij erkend betaalmiddel, ontvangt hij een deelnemingsticket dat wordt afgeleverd door de met de terminal verbonden printer.
§ 2. Après paiement de sa mise, lequel s’effectue en espèces ou par tout autre moyen de paiement agréé par la Loterie Nationale, le participant rec¸ oit un ticket de jeu délivré par l’imprimante connectée au terminal.
Dit deelnemingsticket vermeldt :
Ce ticket de jeu mentionne :
1° datum en uur van de deelnemingsverwerving;
1° la date et l’heure de la prise de participation;
2° de trekkingsdatum;
2° la date du tirage;
3° de getallen bestemd voor deelneming aan de « Super Joker »;
3° les numéros destinés à la participation au « Super Joker »;
4° de vermelding « Quick-Pick »;
4° la mention « Quick-Pick »;
5° het totale inzetbedrag dat werd betaald;
5° le montant total de la mise payée;
6° een reeks codenummers en een streepjescode, bestemd voor controle, identificatie en beheer.
6° une série de numéros de code et un code à barres destinés à des fins de contrôle, d’identification et de gestion.
Door het deelnemingsticket te aanvaarden, erkent de deelnemer dat de erop vermelde deelnemingsgegevens wel degelijk overeenkomen met zijn voorkeur.
En acceptant le ticket de jeu, le participant reconnaît les éléments de participation y figurant comme étant conformes à sa volonté.
De annulering van een deelnemingsticket gebeurt in overeenstemming met de bepalingen van artikel 13.
L’annulation d’un ticket de jeu s’effectue conformément aux dispositions de l’article 13.
HOOFDSTUK X. — De « Super Joker »-trekking
CHAPITRE X. — Le tirage du « Super Joker »
Art. 23. De trekking van het getal dat de loten van de « Super Joker » bepaalt gebeurt door middel van een apparaat dat voorzien is van zeven trommels waarin telkens tien van 0 tot 9 genummerde ballen worden gelegd van hetzelfde materiaal, dezelfde grootte en hetzelfde gewicht. Na het door elkaar mengen van de ballen wordt uit elk van de trommels één bal verwijderd. De cijfers die op de uit de trommels verwijderde ballen staan, vormen achtereenvolgens, in volgorde van de opstelling van de trommels en te beginnen vanaf de voor het publiek uiterst linkse trommel, het cijfer voor de miljoenen, voor de honderdduizendtallen, voor de tienduizendtallen, voor de duizendtallen, voor de honderdtallen, voor de tientallen en voor de eenheden.
Art. 23. Le tirage d’un numéro déterminant les lots du « Super Joker » est effectué au moyen d’un appareil équipé de sept tambours dans chacun desquels sont introduites dix boules, de matière, de volume et de poids identiques et numérotées de 0 à 9. Après mélange des boules, il est procédé à l’extraction d’une boule de chaque tambour. Les chiffres figurant sur les boules tirées représentent respectivement, dans l’ordre de la disposition des tambours et à partir du tambour de gauche, par rapport au public, le chiffre des millions, des centaines de mille, des dizaines de mille, des mille, des centaines, des dizaines et des unités.
HOOFDSTUK XI. — Bepaling van de loten van de « Super Joker »
CHAPITRE XI. — Détermination des lots du « Super Joker »
Art. 24. De loten van de « Super Joker » worden bepaald door forfaitaire bedragen van respectievelijk 1.000.000 euro, 50.000 euro, 5.000 euro, 500 euro, 50 euro, 10 euro en 2,5 euro. Het aantal loten is onbepaald.
Art. 24. Les lots du « Super Joker » s’élèvent forfaitairement à 1.000.000 d’euros, 50.000 euros, 5.000 euros, 500 euros, 50 euros, 10 euros et 2,5 euros. Le nombre de lots est indéterminé.
Een deelnemend getal geeft recht op de volgende loten : 1° 1.000.000 euro wanneer dat deelnemende getal overeenstemt met het winnende getal;
Un numéro participant donne droit à un lot de : 1° 1.000.000 d’euros lorsqu’il correspond au numéro gagnant;
2° 50.000 euro wanneer de cijfers voor de honderdduizendtallen, de tienduizendtallen, de duizendtallen, de honderdtallen, de tientallen en de eenheden respectievelijk dezelfde zijn als de betrokken cijfers van het winnende getal;
2° 50.000 euros lorsque les chiffres des centaines de mille, des dizaines de mille, des mille, des centaines, des dizaines et des unités sont respectivement identiques à ceux du numéro gagnant;
3° 5.000 euro wanneer de cijfers voor de tienduizendtallen, de duizendtallen, de honderdtallen, de tientallen en de eenheden respectievelijk dezelfde zijn als de betrokken cijfers van het winnende getal;
3° 5.000 euros lorsque les chiffres des dizaines de mille, des mille, des centaines, des dizaines et des unités sont respectivement identiques à ceux du numéro gagnant;
4° 500 euro wanneer de cijfers voor de duizendtallen, de honderdtallen, de tientallen en de eenheden respectievelijk dezelfde zijn als de betrokken cijfers van het winnende getal;
4° 500 euros lorsque les chiffres des mille, des centaines, des dizaines et des unités sont respectivement identiques à ceux du numéro gagnant;
5° 50 euro wanneer de cijfers voor de honderdtallen, de tientallen en de eenheden respectievelijk dezelfde zijn als de betrokken cijfers van het winnende getal;
5° 50 euros lorsque les chiffres des centaines, des dizaines et des unités sont respectivement identiques à ceux du numéro gagnant;
54208
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
6° 10 euro wanneer de cijfers voor de tientallen en de eenheden respectievelijk dezelfde zijn als de betrokken cijfers van het winnende getal;
6° 10 euros lorsque les chiffres des dizaines et des unités sont respectivement identiques à ceux du numéro gagnant;
7° 2,5 euro wanneer het cijfer voor de eenheden hetzelfde is als het betrokken cijfer van het winnende getal.
7° 2,5 euros lorsque le chiffre des unités est identique à celui du numéro gagnant.
Wanneer een deelnemend getal ook een winnend getal is, geeft het uitsluitend recht op het hoogste lot dat in toepassing van het tweede lid aan dat getal wordt toegekend.
Lorsqu’il est gagnant, un numéro participant ne donne droit qu’au lot le plus élevé qui lui est attribué en application de l’alinéa 2.
Art. 25. 2,4 percent van de ontvangen inzetbedragen van de « Super Joker »-trekking wordt afgehouden.
Art. 25. Un prélèvement de 2,4 pour cent est opéré sur les mises acceptées du tirage du « Super Joker ».
Het aldus afgehouden bedrag is bestemd voor het « Jokerspeelpotfonds » bedoeld in artikel 26, § 2, van het koninklijk besluit van 12 december 2001 houdende het reglement van de Lotto en de Joker, openbare loterijen georganiseerd door de Nationale Loterij, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 februari 2002, 9 augustus 2002, 25 oktober 2002, 19 november 2003, 13 juni 2005 en 10 augustus 2005.
Le montant ainsi prélevé est affecté au ″Fonds de cagnotte Joker″ visé à l’article 26, § 2, de l’arrêté royal du 12 décembre 2001 portant le règlement du Lotto et du Joker, loteries publiques organisées par la Loterie Nationale, modifié par les arrêtés royaux des 3 février 2002, 9 août 2002, 25 octobre 2002, 19 novembre 2003, 13 juin 2005 et 10 août 2005.
HOOFDSTUK XII. — Uitbetaling van de loten
CHAPITRE XII. — Paiement des lots
Art. 26. Ongeacht hun bedrag zijn de loten betaalbaar tegen afgifte van het winnende deelnemingsticket gedurende een periode van 20 weken, te rekenen vanaf de trekkingsdag.
Art. 26. Quel que soit leur montant, les lots sont payables contre remise du ticket de jeu gagnant pendant une période de 20 semaines à compter du jour du tirage.
Wanneer vastgelegde de termijn vastgelegde
de trekking niet werd verricht op de oorspronkelijk datum en werd verschoven naar een latere datum, begint bedoeld in het eerste lid te lopen de oorspronkelijk datum.
Si le tirage n’a pas été effectué à la date initialement fixée et a été reporté à une date ultérieure, le délai visé à l’alinéa 1er court à compter de la date initialement fixée.
Wanneer de trekking aanleiding heeft gegeven tot een bijkomende trekking op een latere datum dan de datum van de onderbroken trekking, begint de termijn bedoeld in het eerste lid te lopen vanaf de datum van de onderbroken trekking.
Lorsqu’un tirage a donné lieu à un tirage complémentaire ayant lieu à une date postérieure à celle du tirage interrompu, le délai visé à l’alinéa 1er court à compter de la date du tirage interrompu.
Na het verstrijken van deze termijnen verblijven de loten aan de Nationale Loterij.
Passé ce délai, les lots sont acquis à la Loterie Nationale.
Art. 27. De loten worden contant betaald, en, naargelang de omvang van de uit te keren bedragen, in speciën of door middel van een van de gebruikelijke betalingswijzen bij bankverrichtingen, onder de voorwaarden die door de Nationale Loterij dienen te worden bepaald.
Art. 27. Le paiement des lots est effectué comptant et, en tenant compte de l’importance des sommes à payer, en espèces ou via un des moyens de paiement utilisés habituellement lors de transactions bancaires, et selon les modalités à fixer par la Loterie Nationale.
De winnende deelnemingstickets moeten ter inning worden aangeboden in een door de deelnemer gekozen on line-centrum. De deelnemingstickets voor een totaal winstbedrag van meer dan 25.000 euro mogen eveneens ter inning worden aangeboden bij de Nationale Loterij.
Les tickets de jeu gagnants doivent être présentés à l’encaissement dans un centre on line au choix du participant. Les tickets de jeu relatifs à un gain global supérieur à 25.000 euros peuvent également être présentés à l’encaissement à la Loterie Nationale.
Art. 28. Klachten over de uitbetaling van de loten moeten, op straffe van verval, uiterlijk worden ingediend binnen de termijn van 20 weken bedoeld in artikel 26.
Art. 28. Les réclamations relatives au paiement des lots sont à introduire au plus tard, sous peine de déchéance, dans le délai de 20 semaines visé à l’article 26.
Wanneer het winstbedrag lager ligt dan 750 euro, moeten de klachten, in ruil voor een ontvangstbewijs, worden ingediend in een on line-centrum.
Lorsque le gain ne dépasse pas 750 euros, les réclamations sont à déposer dans un centre on line contre récépissé.
Wanneer het winstbedrag hoger ligt dan 750 euro, moeten de klachten per aangetekende brief aan de Nationale Loterij worden gericht of in ruil voor een ontvangstbewijs bij de Nationale Loterij worden afgegeven.
Lorsque le gain dépasse 750 euros, les réclamations sont soit à adresser à la Loterie Nationale par lettre recommandée, soit à déposer auprès de la Loterie Nationale contre récépissé.
Elke klacht moet vergezeld gaan van het deelnemingsticket. Op de keerzijde van het deelnemingsticket moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.
Toute réclamation doit être accompagnée du ticket de jeu au dos duquel le participant inscrit ses nom, prénom et adresse.
HOOFDSTUK XIII. — Algemene bepalingen
CHAPITRE XIII. — Dispositions générales
Art. 29. De uitbaters van andere on line-centra dan degene die rechtstreeks door de Nationale Loterij worden uitgebaat, zijn onafhankelijke tussenpersonen. Zij dragen de verantwoordelijkheid voor de vlekkeloze uitvoering van de verrichtingen. Deze verantwoordelijkheid kan in geen enkel geval op de Nationale Loterij worden afgewenteld.
Art. 29. Les exploitants des centres on line autres que ceux exploités directement par la Loterie Nationale sont des intermédiaires indépendants, dont la responsabilité de la parfaite exécution des opérations leur incombant ne peut nullement être imputée à la Loterie Nationale.
Art. 30. De trekkingen bedoeld in de artikelen 15 en 23 worden verricht in het openbaar, onder het toezicht van een gerechtsdeurwaarder en onder leiding van de Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij of diens vertegenwoordiger.
Art. 30. Les tirages visés aux articles 15 et 23 se déroulent publiquement sous la surveillance d’un huissier de justice et sous la direction de l’administrateur délégué de la Loterie Nationale ou de son délégué.
De onverwachte afwezigheid van de gerechtsdeurwaarder op het geplande uur mag geen belemmering vormen voor de trekking, die in die omstandigheden onder het toezicht wordt geplaatst van de Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij of diens vertegenwoordiger.
L’absence accidentelle à l’heure prévue de l’huissier de justice ne peut faire obstacle au tirage qui dès lors est placé sous la surveillance de l’administrateur délégué de la Loterie Nationale ou de son délégué.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54209
Wanneer een aan de gang zijnde trekking wordt onderbroken om redenen onafhankelijk van de Nationale Loterij, maakt de gerechtsdeurwaarder of, bij diens onverwachte afwezigheid, de Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij of diens vertegenwoordiger, een overzicht van de op geldige wijze getrokken getallen, en wordt er een bijkomende trekking uitgevoerd. Deze bijkomende trekking betreft uitsluitend de getallen die nog nodig zijn om het totale aantal vereiste getallen te bereiken, krachtens de artikelen 15, eerste lid, en 23.
Si un tirage est interrompu en cours d’exécution pour des raisons indépendantes de la volonté de la Loterie Nationale, une liste des numéros valablement tirés est établie par l’huissier de justice, ou, en cas d’absence accidentelle de celui-ci, par l’administrateur délégué de la Loterie Nationale ou son délégué, et un tirage complémentaire est effectué. Le tirage complémentaire ne porte que sur les numéros nécessaires pour atteindre le nombre de numéros globalement requis en vertu des articles 15, alinéa 1er, et 23.
Wanneer een trekking op de geplande datum hetzij niet kan worden uitgevoerd, hetzij niet kan worden afgewerkt, wordt ze verricht op een latere datum die door de Nationale Loterij wordt vastgelegd en met alle door haar nuttig geachte middelen wordt bekendgemaakt.
Si un tirage ne peut être effectué ou complété à la date prévue, il est réalisé à une date ultérieure fixée par la Loterie Nationale et rendue publique par tous moyens jugés utiles par celle-ci.
Wanneer het resultaat van een trekking niet in overeenstemming is met dit besluit, wordt dat resultaat geannuleerd en wordt de bewuste trekking overgedaan.
Si le résultat d’un tirage n’est pas cohérent avec le présent arrêté, il est annulé et il est procédé une nouvelle fois au tirage concerné.
De enige geldige trekkingsresultaten zijn de resultaten die worden vastgesteld door de gerechtsdeurwaarder of, bij diens onverwachte afwezigheid, door de Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij of diens vertegenwoordiger, en die worden vermeld in het door hen opgestelde proces-verbaal.
Seuls font foi les résultats des tirages constatés par l’huissier de justice ou, en cas d’absence accidentelle de celui-ci, par l’administrateur délégué de la Loterie Nationale ou son délégué, et figurant sur le procès-verbal qu’il a dressé.
De Gedelegeerd Bestuurder van de Nationale Loterij of zijn vertegenwoordiger regelen elk ander incident in verband met de trekking.
L’administrateur délégué ou son délégué règle tout autre incident lié au tirage.
De Nationale Loterij maakt de resultaten van de trekking bekend met de door haar nuttig geachte middelen.
La Loterie Nationale rend publics les résultats du tirage par les moyens qu’elle juge utiles.
Art. 31. De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een deelnemingsticket, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit wordt evenwel geëist :
Art. 31. La Loterie Nationale ne reconnaît qu’un seul propriétaire d’un ticket de jeu, à savoir celui qui en est le porteur. L’identité du porteur est toutefois exigée si :
1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het deelnemingsticket, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is. In dat geval wordt het deelnemingsticket door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het deelnemingsticket een bewijs van afgifte;
1° il y a doute sur la validité du ticket de jeu, s’il est maculé, déchiré, incomplet ou recollé. Dans ce cas, le ticket est retenu par la Loterie Nationale jusqu’à décision de celle-ci et fait l’objet d’une reconnaissance de dépôt en faveur du porteur du ticket;
2° als dat noodzakelijk is voor de door de Nationale Loterij vastgelegde betalingswijze van de loten.
2° le mode de paiement des lots fixé par la Loterie Nationale le rend nécessaire;
Geen enkel bezwaar noch verzet wordt aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een deelnemingsticket of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.
En cas de vol, de perte ou de destruction d’un ticket de jeu ou d’une reconnaissance de dépôt établie au porteur, aucune réclamation ou opposition ne sera acceptée.
In het geval van een deelneming in groep, komt de Nationale Loterij niet tussenbeide in geschillen die tussen de leden van deze groep kunnen ontstaan.
En cas de participation en commun, la Loterie Nationale n’intervient pas dans les conflits pouvant surgir entre les membres du groupe.
Het is alle minderjarigen verboden deel te nemen.
La participation est interdite aux mineurs d’âge.
Art. 32. De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de deelnemers, behalve wanneer laatstgenoemden daaraan verzaken.
Art. 32. La Loterie Nationale et les intermédiaires de son réseau de distribution respectent l’anonymat des participants sauf si ceux-ci y renoncent.
Art. 33. Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.
Art. 33. Toute fraude commise en vue de percevoir un lot, en particulier tout faux ou usage de faux, fera l’objet d’une plainte au parquet.
Art. 34. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 22 september 2006.
Art. 34. Le présent arrêté produit ses effets le 22 septembre 2006.
Art. 35. Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 35. Notre Ministre du Budget et Notre Secrétaire d’Etat aux Entreprises publiques sont chargés de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 9 oktober 2006.
Donné à Bruxelles, le 9 octobre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE
LA Ministre du Budget, Mme F. VAN DEN BOSSCHE
De Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, B. TUYBENS
Le Secrétaire d’Etat aux Entreprises publiques, B. TUYBENS
54210
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2006 — 4026
[C − 2006/14226]
5 JULI 2006. — Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de uitbreiding van de vrachtzone voor de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) van algemeen nut wordt verklaard ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS F. 2006 — 4026
[C − 2006/14226]
5 JUILLET 2006. — Arrêté royal déclarant d’utilité publique la prise de possession immédiate de certaines parcelles nécessaires pour l’extension de la zone de fret pour l’aéroport de Bruxelles-National et situées sur le territoire de la commune de Machelen (anciennement Diegem) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op artikel 6, § 1, X., 7°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
Vu l’article 6, § 1er, X., 7°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles;
Gelet op de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000;
Vu la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d’extrême urgence en matière d’expropriation pour cause d’utilité publique, modifiée par la loi du 6 avril 2000;
Gelet op het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties;
Vu l’arrêté royal du 27 mai 2004 relatif à la transformation de Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) en société anonyme de droit privé et aux installations aéroportuaires;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 10 februari 2006;
Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donné le 10 février 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 12 mei 2006;
Vu l’accord de Notre Ministre du Budget, donné le 12 mai 2006;
Overwegende dat artikel 30, 1°, van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties bepaalt dat de houder van een exploitatielicentie de luchthaveninstallaties moet onderhouden en ontwikkelen in economisch aanvaardbare omstandigheden op zodanige wijze dat de beveiliging van de personen en de veiligheid van de luchthaveninstallaties, de voortdurende certificatie van de luchthaveninstallaties, een voldoende capaciteit rekening houdend met de ontwikkeling van de vraag en de internationale rol van de luchthaven Brussel-Nationaal evenals een hoog kwaliteitsniveau worden verzekerd;
Considérant que l’article 30, 1°, de l’arrêté royal du 27 mai 2004 relatif à la transformation de Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) en société anonyme de droit privé et aux installations aéroportuaires dispose que le titulaire d’une licence d’exploitation a l’obligation d’entretenir et de développer les installations aéroportuaires dans des conditions économiquement acceptables de manière à assurer la sûreté des personnes et la sécurité des installations aéroportuaires, la certification continue des installations aéroportuaires, une capacité suffisante, compte tenu du développement de la demande et du rôle international de l’aéroport de Bruxelles-National, et un haut niveau de qualité;
Overwegende de economische rol die de luchthaven BrusselNationaal zowel op nationaal als internationaal niveau speelt;
Considérant le rôle économique joué par l’aéroport de BruxellesNational tant au niveau national qu’à l’échelle internationale;
Overwegende dat de vrachtzone op de luchthaven Brussel-Nationaal sinds de oprichting ervan in het begin van de jaren ’80, een gestage ontwikkeling kent en dat de luchthaven qua vrachtactiviteit is opgeklommen tot een van de belangrijkste Europese luchthavens en zodoende een prominente rol speelt in zowel het Belgisch als Europees logistiek gebeuren;
Considérant que la zone de fret de l’aéroport de Bruxelles-National n’a cessé de se développer depuis sa création au début des années 80 et que l’aéroport s’est érigé en un des principaux aéroports européens en termes d’activité de fret, tant et si bien qu’il joue aujourd’hui un rôle en vue sur la scène logistique belge et européenne;
Overwegende dat de houder van de exploitatielicentie zich ten zeerste van het feit bewust is dat door de verhuizing van de DHL-hub in 2008, de prominente positie van Brussel-Nationaal als vrachtluchthaven in gevaar komt; dat dit een nefaste invloed zou hebben op het imago van Brussel-Nationaal en België als logistieke draaischijf van Europa;
Considérant que le titulaire de la licence d’exploitation est pleinement conscient du fait que le déménagement du hub de DHL en 2008 compromet la place de choix de Bruxelles-National comme aéroport de fret; que cette situation affecterait l’image de Bruxelles-National et de la Belgique en tant que plaque tournante logistique du continent européen;
Overwegende dat de houder van de licentie zich voor de belangrijke uitdaging geplaatst ziet om te blijven voldoen aan de in artikel 30, 1°, van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties opgelegde verplichting om een voldoende capaciteit te bieden rekening houdende met de ontwikkeling van de vraag en de internationale rol van de luchthaven Brussel-Nationaal en dit in het luchtvrachtsegment;
Considérant que le titulaire de la licence doit relever le défi majeur de continuer à satisfaire à l’obligation, imposée à l’article 30, 1° de l’arrêté royal du 27 mai 2004 relatif à la transformation de Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) en société anonyme de droit privé et aux installations aéroportuaires, d’assurer une capacité suffisante, compte tenu du développement de la demande et du rôle international de l’aéroport de Bruxelles-National dans le segment du fret aérien;
Overwegende dat het niet mogelijk is om de nieuwe ontwikkeling ruimtelijk te voorzien op de plaats waar DHL nu zijn activiteiten heeft; dat in het kader van het intern ruimtelijk herstructureringsplan, de nieuwe activiteiten gepland worden in de zone genoemd Brucargo West;
Considérant qu’il n’est pas possible, du point de vue de l’espace, d’assurer le nouveau développement à l’endroit où DHL exerce actuellement ses activités; que dans le cadre du plan interne de restructuration de l’espace, les nouvelles activités sont prévues dans la zone appelée Brucargo West;
Overwegende dat, daarom op dit ogenblik, de nodige maatregelen genomen moeten worden om enerzijds de reconversie in te zetten alvorens het wegvallen van de hubactiviteiten van DHL een volle uitwerking hebben zowel op het bedrijfsresultaat als op de tewerkstelling en anderzijds Brussel-Nationaal als logistiek platform en als volwaardige schakel in de logistieke keten verder toekomstgericht te kunnen uitbouwen; dat nu moet worden gehandeld om BrusselNationaal in staat te stellen zijn rol als belangrijke economische gateway voor België, de Gewesten, de Europese hoofdstad en de regio verder te spelen;
Considérant qu’à cet effet, il y a lieu de prendre dès aujourd’hui les mesures nécessaires pour assurer la reconversion avant que l’abandon des activités de hub de DHL n’affecte trop sensiblement le résultat d’exploitation et l’emploi, d’une part, et pour pouvoir continuer à garantir le développement prospectif de l’aéroport de BruxellesNational en tant que plate-forme logistique et maillon essentiel de la chaîne logistique, d’autre part; qu’il y a lieu d’agir dès aujourd’hui pour permettre à Bruxelles-National de continuer à jouer son rôle de passerelle économique de premier plan pour la Belgique, les Régions, la capitale de l’Europe et ses alentours;
Overwegende dat om dit te realiseren de houder van de exploitatielicentie in de mogelijkheid dient te zijn om op een snelle en flexibele manier bestaande en nieuwe goederenmarkten aan te boren en de voorziene infrastructuur op Brucargo West in te richten, te verbeteren en uit te bouwen;
Considérant que, pour atteindre cet objectif, le titulaire de la licence d’exploitation doit avoir la possibilité de pénétrer, de manière souple et rapide, des marchés de marchandises nouveaux et existants et d’aménager, améliorer et développer les infrastructures prévues à Brucargo West;
54211
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Overwegende dat het daarom noodzakelijk is dat de houder van de exploitatielicentie zo snel mogelijk kan beschikken over de nodige gronden ten westen van Brucargo om, in lijn met de bestaande infrastructuur, de capaciteit aan loods- en magazijnruimte te kunnen verhogen; Overwegende dat deze gronden deel uitmaken van de gebieden die door de bevoegde overheid bestemd werden voor gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorzieningen en dat ze, zoals de gehele luchthaven, nu reeds grotendeels eigendom van BIAC zijn; Overwegende echter dat deze gronden enkel gevaloriseerd kunnen worden voor zover de houder van de exploitatielicentie over alle gronden in de desbetreffende zone kan beschikken; Overwegende dat de federale overheid, op grond van artikel 6, X., 7°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, kan overgaan tot de onteigening van de resterende gronden; Overwegende dat de voormelde vereiste uitbreidingswerken het noodzakelijk maken de in oranje getinte percelen aangeduid op het bijgevoegde plan nr. 001 en gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) in bezit te nemen, om in lijn met de bestaande infrastructuur de capaciteit aan loods- en magazijnruimte te kunnen verhogen; Overwegende dat de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde gronden ten algemenen nutte en ter verwezenlijking van gezegd opzet derhalve onontbeerlijk is; Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit,
Considérant qu’il est dès lors nécessaire de permettre au titulaire de la licence d’exploitation de disposer dès que possible des terrains nécessaires à l’ouest de Brucargo afin d’accroître la capacité d’espaces d’entreposage et de stockage dans l’alignement de l’infrastructure existante; Considérant que ces terrains font partie des zones qui étaient destinées par les autorités compétentes à accueillir des équipements collectifs et des fournitures d’utilité publique et qu’à l’instar de l’aéroport, ils appartiennent déjà à BIAC pour la majeure partie; Considérant toutefois que ces terrains ne peuvent être valorisés que pour autant que le titulaire de la licence d’exploitation puisse disposer de l’ensemble des terrains dans la zone concernée; Considérant qu’en vertu de l’article 6, X., 7°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, l’autorité fédérale peut procéder à l’expropriation des terrains résiduels; Considérant que les indispensables travaux d’extension précités nécessitent de prendre possession des parcelles de couleur orange sur le plan n° 001, annexé au présent arrêté, situées sur le territoire de la commune de Machelen (précédemment Diegem) afin d’accroître la capacité d’espaces de stockage et d’entreposage dans l’alignement de l’infrastructure existante; Considérant que la prise de possession immédiate des parcelles en question pour cause d’utilité publique et pour la réalisation de l’objectif poursuivi est, par conséquent, indispensable; Sur la proposition de Notre Ministre de la Mobilité, Nous avons arrêté et arrêtons :
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Het algemene nut vordert voor de uitbreiding van de vrachtzone voor de luchthaven Brussel-Nationaal op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen en opgenomen in het bijgevoegde plan.
Article 1er. L’utilité publique exige pour l’extension d’une zone de fret pour l’aéroport de Bruxelles-National sur le territoire de la commune de Machelen (précédemment Diegem) la prise de possession immédiate des parcelles situées sur le territoire de la commune de Machelen et reprises dans le plan annexé au présent arrêté.
Art. 2. Bij gebrek aan afstand in der minne worden, ingevolge de hoogdringendheid van de uitvoering van de werken, de benodigde en op het voormelde plan aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000.
Art. 2. A défaut de cession amiable, les parcelles indiquées au plan susvisé et nécessaires à l’exécution des travaux en question feront l’objet d’une emprise et seront occupées conformément à la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d’extrême urgence en matière d’expropriation pour cause d’utilité publique, modifiée par la loi du 6 avril 2000.
Art. 3. De inbezitneming gebeurt voor rekening van B.I.A.C. Art. 4. Onze Minister van Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 3. La prise de possession est réalisée pour le compte de B.I.A.C. Art. 4. Notre Ministre de la Mobilité est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 5 juillet 2006.
Gegeven te Brussel, 5 juli 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Mobiliteit R. LANDUYT
Le Ministre de la Mobilité R. LANDUYT
Bijlage bij het koninklijk besluit van 5 juli 2006 waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de uitbreiding van de vrachtzone voor de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) van algemeen nut wordt verklaard
De kadastrale gegevens van de te onteigenen percelen moeten LIJST EIGENAARS ONTEIGENING BRUCARGO - WEST Gemeente Machelen 2e afd. Diegem
Nr. innemingen 1
Namen eigenaars De Diesbach Belleroche, Anne Isabelle, Legerlaan 67, 1040 Etterbeek Guillaume, Yves Emmanuel ,Crokaertlaan 14, 1150 Sint-Pieters-Woluwe Guillaume, Michel Bruno, Jan Van Boendalelaan 12A, 3080 Tervuren Guillaume, Alain Gerald, Val Villers, Corroy 19 1325 Chaumont-Gistoux
Sectie
Nr. perceel
Aard eigendom
A
160 D
bouwland
Oppervlakte 20 a 80 ca
54212
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE LIJST EIGENAARS ONTEIGENING BRUCARGO - WEST Gemeente
Nr. innemingen
Namen eigenaars
Sectie
Nr. perceel
Aard eigendom
Oppervlakte
Machelen 2e afd. Diegem
2
Domein van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Brussel, Hoogstraat 298A, 1000 Brussel
A
155
bouwland
1 ha 03 a 90 ca
Machelen 2e afd. Diegem
3
Pappaert, Raymonde Celestine, Kouterstraat 10, 1703 Dilbeek
A
233 C
bouwland
07 a 60 ca
A
229 A
bouwland
41 a 50 ca
A
216 D
bouwland
53 a 50 ca
Servranckx, Hilda Silvia, Putweidestraat 16, 1700 Dilbeek Servranckx, Magda Elisabeth, V. Van Malderlaan 8, 1700 Dilbeek Servranckx, Herman Isidoor, Sint-Ambrosiuslaan 4, 1700 Dilbeek Machelen 2e afd. Diegem
4
De Diesbach Belleroche, Anne Isabelle, Legerlaan 67, 1040 Etterbeek Guillaume, Yves Emmanuel, Crokaertlaan 14, 1150 Sint-Pieters-Woluwe Guillaume, Michel Bruno, Jan Van Boendalelaan 12A, 3080 Tervuren Guillaume, Alain Gerald, Val Villers Corroy 19, 1325 Chaumont-Gistoux
Machelen 2e afd. Diegem
5
Pissoort, Yves Edmond, Hoogstraat 146, 1980 Zemst Pissoort, Luc Berthe, Driesstraat 19, 1820 Steenokkerzeel
Machelen 2e afd. Diegem
6
Domein van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Brussel, Hoogstraat 298A, 1000 Brussel
A
217 A
bouwland
44 a 80 ca
Machelen 2e afd. Diegem
7
Domein van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Brussel Hoogstraat 298A, 1000 Brussel
A
218 D
bouwland
3 ha 82 a 96 ca
Machelen 2e afd. Diegem
8
Olbrechts, Alexander Joseph, Marktstraat 16, 1930 Zaventem
A
206 N
bouwland
35 a 40 ca
Olbrechts, Ludovicus Albertus Emiel, Va n H e m e l d o n c k s t r a a t 6 , 2540 Hove Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 5 juli 2006 waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de uitbreiding van de vrachtzone voor de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen (voorheen Diegem) van algemeen nut wordt verklaard.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT
54213
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Annexe à l’arrêté royal du 5 juillet 2006 déclarant d’utilité publique la prise de possession immédiate de certaines parcelles nécessaires pour l’extension de la zone de fret pour l’aéroport de Bruxelles-National et situées sur le territoire de la commune de Machelen (anciennement Diegem) Données cadastrales des parcelles à exproprier
Commune e
Machelen 2 division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
Machelen 2e division Diegem
LISTE DES PROPRIETAIRES - EXPROPRIATION BRUCARGO - WEST N° N° Noms des propriétaires Section emprises de la parcelle 1 De Diesbach Belleroche, Anne A 160 D Isabelle, Legerlaan 67, 1040 Etterbeek Guillaume, Yves Emmanuel, Crokaertlaan 14, 1150 Sint-Pieters-Woluwe Guillaume, Michel Bruno, Jan Van Boendalelaan 12 A, 3080 Tervuren Guillaume, Alain Gerald, Val Villers, Corroy 19, 1325 Chaumont-Gistoux 2 Domaine du Centre Public A 155 d’Aide Sociale de Bruxelles, rue Haute 298A, 1000 Bruxelles 3 Pappaert, Raymonde Celestine, A 233 C Kouterstraat 10, 1703 Dilbeek Servranckx, Hilda Silvia, Putweidestraat 16, 1700 Dilbeek Servranckx, Magda Elisabeth, V. Van Malderlaan 8, 1700 Dilbeek Servranckx, Herman Isidoor, Sint-Ambrosiuslaan 4, 1700 Dilbeek 4 De Diesbach Belleroche, Anne A 229 A Isabelle, Legerlaan 67, 1040 Etterbeek Guillaume, Yves Emmanuel, Crokaertlaan 14, 1150 Sint-Pieters-Woluwe Guillaume, Michel Bruno, Jan Van Boendalelaan 12A, 3080 Tervuren Guillaume, Alain Gerald, Val Villers Corroy 19, 1325 Chaumont-Gistoux 5 Pissoort, Yves Edmond, A 216 D Hoogstraat 146, 1980 Zemst Pissoort, Luc Berthe, Driesstraat 19, 1820 Steenokkerzeel 6 Domaine du Centre public A 217 A d’Aide sociale de Bruxelles, rue Haute 298A, 1000 Brussel 7 Domaine du Centre public A 218 D d’Aide sociale de Bruxelles, rue Haute 298A, 1000 Brussel 8 Olbrechts, Alexander Joseph, A 206 N Marktstraat 16,1930 Zaventem Olbrechts, Ludovicus Albertus, Emiel Van Hemeldonckstraat 6, 2540 Hove
Nature propriété terre arable
Contenance 20 a 80 ca
terre arable
1 ha 03 a 90 ca
terre arable
07 a 60 ca
terre arable
41 a 50 ca
terre arable
53 a 50 ca
terre arable
44 a 80 ca
terre arable
3 ha 82 a 96 ca
terre arable
35 a 40 ca
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 5 juillet 2006 déclarant d’utilité publique la prise de possession immédiate de certaines parcelles nécessaires pour l’extension de la zone de fret pour l’aéroport de Bruxelles-National et situées sur le territoire de la commune de Machelen (anciennement Diegem).
ALBERT Par le Roi : Le Ministre de la Mobilité, R. LANDUYT
54214
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4027 [2006/200439] 5 MAART 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, tot toekenning van een jaarlijkse premie (1)
F. 2006 — 4027 [2006/200439] 5 MARS 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative à l’octroi d’une prime annuelle (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu la demande de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, tot toekenning van een jaarlijkse premie.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative à l’octroi d’une prime annuelle.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 5 maart 2006.
Donné à Bruxelles, le 5 mars 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken
Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail
Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005
Convention collective de travail du 30 juin 2005
Toekenning van een jaarlijkse premie (Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2005 onder het nummer 75633/CO/311)
Octroi d’une prime annuelle (Convention enregistrée le 26 juillet 2005 sous le numéro 75633/CO/311)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux travailleurs des entreprises ressortissant à la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail.
HOOFDSTUK II. — Jaarlijkse premie Art. 2. § 1. Vanaf het jaar 2006 zal de werknemers jaarlijks een premie worden uitbetaald. Voor de voltijds tewerkgestelde werknemers stemt het bedrag van deze premie overeen met 5 EUR bruto per volledig gepresteerde of daarmee in de sociale zekerheid gelijkgestelde maand (zoals in de wetgeving op de jaarlijkse vakantie). Voor de deeltijdse werknemers zal de premie evenals het gedeelte enkel en dubbel vakantiegeld op deze premie worden berekend in verhouding tot deze van de voltijdse werknemers en dit in functie van de deeltijdse arbeidsduur. § 2. Tenzij op ondernemingsvlak anders wordt bepaald, worde de premie samen met het maandloon van de maand juni uitbetaald. In het totaal, dit is met inbegrip van het enkel en dubbel vakantiegeld, moet het bedrag van deze premie bij een volledig refertejaar overeen stemmen met 70 EUR bruto. Het refertejaar is de periode van 12 maanden die loopt vanaf de maand juni van het voorgaande kalenderjaar tot en met de maand mei van het betrokken kalenderjaar. Voor de in dienst zijn de werknemers die geen prestaties kunnen bewijzen gedurende een volledig refertjaar, worden de premie en het gedulde enkel en dubbel vakantiegeld op deze premie, pro rata
CHAPITRE II. — Prime annuelle Art. 2. § 1er. A partir de 2006, une prime annuelle sera attribuée aux travailleurs. Pour les travailleurs occupés à temps plein, le montant de cette prime correspond à 5 EUR bruts par mois entier de prestations effectives ou assimilées (comme dans la législation vacances annuelles). Pour le personnel à temps partiel, la prime ainsi que la partie du simple et du double pécules de vacance y afférentes seront calculées proportionnellement à celles des travailleurs occupés à temps plein, en fonction de la durée du travail à temps partiel. § 2. A moins que d’autres dispositions aient été prises au niveau de l’entreprise, la prime est payée avec le salaire mensuel du mois de juin. Au total, le montant de cette prime doit, en ce compris le simple et le double pécule de vacances, correspondre à 70 EUR bruts pour une année de référence complète. La période de référence est la période de 12 mois qui court depuis le mois de juin de l’année calendrier précédente jusque et en ce compris le mois de mai de l’année calendrier concernée. Pour les travailleurs qui sont en service mais qui ne peuvent justifier d’une occupation complète pendant toute la période de référence, cette prime ainsi que la partie des simple et double pécules de vacances y
54215
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE temporis berekend ten belope van één twaalfde per volledig gepresteerde of daarmee in de sociale zekerheid gelijkgestelde maan (zoals in de wetgeving op de jaarlijkse vakantie). § 3. In afwijking van de onder § 2, vermelde regeling, geldt voor het jaar 2006 de volgende overgangsregeling. De voltijds tewerkgestelde werknemers die in dienst zijn in juni 2006 zal een premie van 70 EUR bruto worden uitbetaald. Voor de werknemer waarvan de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd vóór juni 2006, worden slechts de maanden gepresteerd vanaf 1 januari 2006 in aanmerking worden genomen voor de berekening van de geproratiseerde premie. Art. 3. Deze premie kan bij collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op bedrijfsvlak uiterlijk op 30 november 2005, worden omgezet in evenwaardige voordelen. De kost van dit voordeel mag in geen geval hoger zijn dan deze van de in artikel 2 van deze overeenkomst bedoelde loonsverhoging. In het geval op ondernemingsvlak afgesproken wordt dat deze premie op maandbasis wordt uitbetaald, wordt vanaf januari 2006, 5 EUR bruto per maand in de maandelijkse lonen opgenomen. Art. 4. Deze premie is niet verschuldigd aan werknemers tewerkgesteld in een onderneming die is erkend als onderneming in moeilijkheden en die hiertoe op ondernemingsvlak een collectieve arbeidsovereenkomst sluit, en dit zolang de onderneming in moeilijkheden verkeert.
afférentes sont calculées prorata temporis à raison d’un douzième par mois entier de prestations effectives ou assimilées (comme dans la législation vacances annuelles). § 3. Par dérogation aux dispositions mentionnées au § 2, les dispositions transitoires suivantes sont d’application pour l’année 2006. Les travailleurs occupés à temps plein qui sont en service en juin 2006 recevront une prime de 70 EUR bruts. Pour le travailleur dont le contrat de travail se termine avant juin 2006, le montant de la prime proratisée sera calculé sur base des mois prestés à partir du 1er janvier 2006. Art. 3. Le remplacement de cette prime par an avantage équivalent peut être prévu par convention collective de travail, conclue au niveau de l’entreprise au plus tard le 30 novembre 2005. Le coût afférent à cet avantage ne peut en aucun cas être plus élevé que le coût des montants repris dans l’article 2 de la présente convention. S’il est décidé au niveau de l’entreprise que cette prime est payée sur base mensuelle, elle est reprise, à partir de janvier 2006, dans le salaire mensuel à raison de 5 EUR bruts par mois. Art. 4. Cette prime n’est pas due aux travailleurs occupés dans les entreprises en difficulté qui concluent une convention collective de travail au niveau de l’entreprise à cet effet et ce aussi longtemps que l’entreprise est en difficulté.
HOOFDSTUK III. — Slotbepalingen Art. 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2006. Zij is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden gegeven bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2006.
CHAPITRE III. — Dispositions finales Art. 5. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2006. Elle est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée moyennant un préavis de trois mois par chacune des parties signataires par lettre recommandée au président de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 5 mars 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4028
[2006/201072]
5 APRIL 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende het tijdskrediet (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4028
[2006/201072]
5 AVRIL 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 2 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative au crédit-temps (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken;
Vu la demande de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende het tijdskrediet.
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 2 juin 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative au crédit-temps.
54216
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 5 april 2006.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 5 avril 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken
Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail
Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juni 2005
Convention collective de travail du 2 juin 2005
Tijdskrediet (Overeenkomst geregistreerd op 24 juni 2005 onder het nummer 75381/CO/311)
Crédit-temps (Convention enregistrée le 24 juin 2005 sous le numéro 75381/CO/311)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken. Art. 2. De hieronder vastgestelde bepalingen worden toegevoegd aan de regels van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, tot vervanging van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 2001.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux travailleurs des entreprises relevant de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail. Art. 2. Les dispositions fixées ci-dessous sont ajoutées aux règles de la convention collective de travail no 77bis, remplaçant la convention collective de travail no 77 du 14 février 2001 instaurant un système de crédit-temps, de diminution de carrière et de réduction des prestations de travail à mi-temps, conclue au Conseil national du travail le 19 décembre 2001.
HOOFDSTUK II. — Rechthebbenden Art. 3. Het uitvoerend personeel heeft recht op alle vormen van tijdskrediet voorzien in collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis. Art. 4. Het niet-uitvoerend personeel heeft recht op de volledige schorsing van de arbeidsovereenkomst, in toepassing van artikel 3, § 1, 1o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis. Art. 5. Het niet-uitvoerend personeel van vijftig jaar of meer, heeft recht op een loopbaanvermindering met een vijfde zoals voorzien in artikel 9, § 1, 1o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis en op een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking zoals voorzien in artikel 9, § 1, 2o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, mits instemming van de werkgever met de individuele aanvraag. Art. 6. Het niet-uitvoerend personeel jonger dan vijftig jaar heeft in toepassing van artikel 2, § 3 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis geen recht op vermindering van arbeidsprestaties, zoals voorzien in artikel 3, § 1, 2o (vermindering tot een halftijdse betrekking beneden vijftig jaar) en artikel 6 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst (vermindering van de prestaties met een vijfde beneden vijftig jaar).
CHAPITRE II. — Bénéficiaires Art. 3. Le personnel d’exécution a droit à toutes les formes de crédit-temps prévues à la convention collective de travail no 77bis. Art. 4. Le personnel non-exécutant a droit à la suspension totale du contrat de travail en application de l’article 3, § 1er, 1o de la convention collective de travail no 77bis. Art. 5. Le personnel non-exécutant de cinquante ans au moins, a droit à une diminution des prestations d’un cinquième comme prévu à l’article 9, § 1er, 1o de la convention collective de travail no 77bis et à une diminution des prestations de travail à un mi-temps comme prévu à l’article 9, § 1er, 2o de la convention collective de travail no 77bis, moyennant l’accord de l’employeur sur la demande individuelle. Art. 6. Le personnel non-exécutant de moins de cinquante ans n’a pas droit à une diminution des prestations de travail en application de l’article 2, § 3, de la convention collective de travail no 77bis, tel que prévu à l’article 3, § 1er, 2o (diminution à un mi-temps en dessous de cinquante ans) et à l’article 6 de la même convention collective de travail (diminution des prestations de un cinquième en dessous de cinquante ans).
HOOFDSTUK III. — Duur Maximumduur Art. 7. Het recht op voltijds tijdskrediet, zoals voorzien in artikel 3, § 1, 1o en 2o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, wordt in toepassing van § 2 van hetzelfde artikel verlengd van één tot vijf jaar over de gehele loopbaan. Art. 8. Het recht op de vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking zoals voorzien in artikel 9, § 1, 2o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, wordt in toepassing van § 2 van hetzelfde artikel verlengd van één tot vijf jaar over de gehele loopbaan. Verlengingen na één jaar Art. 9. Verlengingen van het recht op voltijds of halftijds tijdskrediet, zoals voorzien in artikel 3, § 1, 1o en 2o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, boven de termijn van één jaar, dienen minstens twaalf maanden te bedragen. Op vraag van de werknemer, zal gedurende de vier jaren volgend op het eerste jaar tijdskrediet, ten hoogste twee maal een verlenging met zes maanden toegestaan worden. Art. 10. De aanvraag om het recht op tijdskrediet te verlengen dient drie maanden vooraf schriftelijk te gebeuren.
CHAPITRE III. — Durée Durée maximale Art. 7. Le droit au crédit-temps à temps plein comme prévu à l’article 3, § 1er, 1o et 2o de la convention collective de travail no 77bis, est prolongé de un à cinq ans sur l’ensemble de la carrière, en application du § 2 du même article. Art. 8. Le droit à la diminution des prestations de travail à un mi-temps comme prévu à l’article 9, § 1er, 2o de la convention collective de travail no 77bis, est prolongé de un à cinq ans sur l’ensemble de la carrière, en application du § 2 du même article. Prolongations après un an Art. 9. Les prolongations du crédit-temps (suspension totale ou diminution à un mi-temps), comme visé à l’article 3, § 1er, 1o et 2o de la convention collective de travail no 77bis, au-delà d’un an, doivent avoir une durée de douze mois au moins. A la demande du travailleur, il sera octroyé au maximum deux prolongations de six mois au courant des quatre années suivant la première année de crédit-temps. Art. 10. La demande de la prolongation du droit au crédit-temps doit se faire par écrit et au moins trois mois à l’avance.
er
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE HOOFDSTUK IV. — Organisatieregels Percentage tijdskrediet
54217
CHAPITRE IV. — Règles d’organisation Pourcentage crédit-temps
Art. 11. De werknemers van vijftig jaar of ouder hebben, zonder beperking in het percentage voorzien in artikel 15, § 1, recht op een vermindering van de arbeidsprestaties zoals voorzien in artikel 9, § 1, 1o (vermindering van de prestaties met een vijfde) en 2o (vermindering van de prestatie tot een halftijdse betrekking) van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis.
Art. 11. Les travailleurs de cinquante ans ou plus ont, sans limitation quant au pourcentage prévu à l’article 15, § 1er, droit à une diminution des prestations de travail, comme prévu à l’article 9, § 1er, 1o (diminution des prestations de un cinquième) et 2o (diminution des prestations de moitié) de la convention collective de travail no 77bis.
Art. 12. Werknemers van vijftig jaar of ouder, die genieten van een vermindering van de arbeidsprestaties met 1/5 of tot een halftijdse betrekking, worden niet meegerekend voor de vaststelling van het percentage, vermeld in artikel 15, § 1 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis (5 pct.).
Art. 12. Les travailleurs âgés de cinquante ans ou plus, bénéficiant d’une diminution des prestations de travail de 1/5 ou à un mi-temps, ne sont pas pris en compte pour le calcul du pourcentage, prévu à l’article 15, § 1er de la convention collective de travail no 77bis (5 p.c.).
Art. 13. De werknemers die op 31 december 2001 in loopbaanonderbreking zijn, worden in de ondernemingen die op die datum meer dan 5 pct. loopbaanonderbrekers hebben, niet in aanmerking genomen voor de berekening van de limiet van 5 pct. voor tijdskrediet. Vanaf 1 januari 2002 wordt aldus in die ondernemingen een nieuwe telling vanaf nul geactiveerd voor het bereiken van de limiet van 5 pct. tijdskrediet.
Art. 13. Les travailleurs qui sont en interruption de carrière en date du 31 décembre 2001, et travaillent dans les entreprises ayant plus de 5 p.c. d’interruption de carrière, ne sont pas pris en compte au total de la limite des 5 p.c. de crédit-temps. A partir du 1er janvier 2002 un nouveau calcul à partir de zéro sera activé pour atteindre la limite des 5 p.c. de crédit-temps dans ces entreprises.
Vervangers in het stelsel van de loopbaanonderbreking Art. 14. De duur van de contracten zal behouden blijven voor de vervangers van de werknemers die in toepassing van de reglementering op de loopbaanonderbreking hun loopbaan geheel of gedeeltelijk hebben onderbroken en waarvan de onderbreking nog doorloopt in 2002. Reïntegratie
Les remplaçants dans le système d’interruption de carrière Art. 14. La durée des contrats de personnes remplaçant des travailleurs qui, en application de la réglementation sur l’interruption de la carrière ont interrompu totalement ou partiellement leur carrière et dont l’interruption continue à courir en 2002 sera maintenue jusqu’à leur échéance. Réintégration
Art. 15. Na afloop van de periode van uitoefening van de rechten zoals bepaald in de artikelen 3, 6 en 9 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, heeft de werknemer in toepassing van artikel 20, § 1 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis het recht terug te keren naar zijn functie of, wanneer dit niet mogelijk is, naar een gelijkwaardige of vergelijkbare functie conform zijn arbeidsovereenkomst. Ook de plaats van tewerkstelling kan verschillend zijn.
Art. 15. A l’issue de la période d’exercice des droits visés aux articles 3, 6 et 9 de la convention collective de travail no 77bis, le travailleur a le droit en application de l’article 20, § 1er de la convention collective de travail no 77bis, de retrouver son poste de travail, ou en cas d’indisponibilité, un travail équivalent ou similaire conforme à son contrat de travail. Le lieu de travail peut également être différent.
HOOFDSTUK V. — Toeslag van het sociaal fonds
CHAPITRE V. — Complément du fonds social
Art. 16. In geval van vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking door de werknemers van vijftig jaar of meer, zoals voorzien bij artikel 9, § 1, 2o van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, zal door het ″Sociaal Fonds voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen″ een toeslag betaald worden, binnen de volgende voorwaarden :
Art. 16. Des compléments seront payés en cas de diminution des prestations à mi-temps par les travailleurs de cinquante ans ou plus, comme prévu à l’article 9, § 1er, 2o de la convention collective de travail no 77bis, par le ″Fonds social des entreprises d’alimentation à succursales multiples″, dans les conditions suivantes :
a) De toeslag bedraagt 148,74 EUR per maand. b) De betrokken werknemers moeten gedurende hun loopbaan in de onderneming minstens vijf jaar anciënniteit hebben in een arbeidsregime van 27 uur per week of meer (waaronder de volledige periode van de twaalf maanden voorafgaand aan het begin van het tijdskrediet). c) Het tijdskrediet moet definitief zijn. d) De betrokken werknemer moet zich ertoe verbinden zijn pensioen ten laatste te nemen op de wettelijke minimumleeftijd. e) De betrokken werknemer moet een variabel uurrooster aanvaarden.
a) Le complément s’élève à 148,74 EUR par mois. b) Les travailleurs concernés doivent pendant leur carrière au sein de l’entreprise avoir au moins cinq ans d’ancienneté dans l’entreprise dans un régime de travail de 27 heures par semaine ou plus (dont la période complète des douze mois précédant le début du crédit-temps). c) Le crédit-temps doit être définitif. d) Le travailleur concerné doit s’engager à prendre au plus tard sa pension à l’âge minimum légal. e) Le travailleur concerné doit accepter un horaire variable.
f) De deeltijdse werknemers, die in het raam van het stelsel van het tijdskrediet hun prestaties verminderen tot een halftijdse betrekking, hebben recht op de toeslag van 148,74 EUR naar verhouding van hun prestaties volgens het volgende systeem :
f) Les travailleurs à temps partiel qui diminuent leurs prestations à mi-temps dans le cadre du régime du crédit-temps, ont droit à un complément de 148,74 EUR en fonction de leurs prestations selon le système suivant :
148,74 EUR x [(aantal uren per week voorzien in de arbeidsovereenkomst - 17,5)/17,5].
148,74 EUR x [(nombre d’heures par semaine, prévu dans le contrat de travail - 17,5)/17,5].
Voorbeeld : een werknemer met een arbeidsduur van 30 uur per week, ontvangt een toeslag van 148,74 EUR x [(30 - 17,5)/17,5] = 106,24 EUR per maand.
Exemple : un travailleur avec une durée de travail de 30 heures par semaine, reçoit un complément de 148,74 EUR x [(30 - 17,5)/17,5] = 106,24 EUR par mois.
g) De verbintenis tot het betalen van een toeslag vervalt, wanneer er een bijdrage (sociale zekerheidsbijdrage of andere) op zou verschuldigd zijn.
g) L’engagement du paiement d’un complément expire, au cas où une cotisation (de sécurité sociale ou autre) serait due sur ce complément.
h) De financiering en de praktische organisatie van de betaling van deze toeslagen via het sociaal fonds wordt behouden. De opbrengst van de bijdrage ten voordele van de tewerkstelling wordt bij voorrang voor dit initiatief aangewend.
h) Le financement ainsi que l’organisation pratique du paiement de ces compléments par le fonds social est maintenu. Le produit de la cotisation en faveur de l’emploi est utilisé par priorité pour cette initiative.
54218
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
HOOFDSTUK VI. — Informatie en overleg inzake tewerkstelling Art. 17. Met respect van de bevoegdheden van de syndicale afvaardiging zoals vermeld in collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 en de verschillende sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten met betrekking tot het statuut van de syndicale afvaardiging gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, wordt in het raam van de discussie en het overleg over de evolutie van de tewerkstelling, per trimester, een dubbele informatie per zetel overgemaakt door de ondernemingen aan de ondernemingsraden : - het aantal personen die tijdskrediet nemen en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming; - het aantal personen ouder dan 50 jaar dat 1/2e of 4/5e tijdskrediet nemen en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming; - het aantal deeltijdse werknemers dat geniet van een arbeidsduurverhoging genieten en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming. Deze inlichtingen zullen globaal en voor elke zetel afzonderlijk gegeven worden.
CHAPITRE VI. — Information et concertation quant à l’emploi Art. 17. Dans le respect des compétences de la délégation syndicale comme mentionnées dans la convention collective de travail no 5 et les différentes conventions collectives de travail sectorielles relatives au statut de la délégation syndicale et conclues au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail et dans le cadre de la discussion et la concertation sur l’évolution de l’emploi, une double information par siège est communiquée trimestriellement par les entreprises aux conseils d’entreprises : - le nombre de personnes qui prennent le crédit-temps et le volume d’heures que cela représente pour l’entreprise globale; - le nombre de personnes de plus de 50 ans qui prennent le crédit-temps à 1⁄2 ou 4/5 et le volume d’heures que cela représente pour l’entreprise globale; - le nombre de travailleurs à temps partiel qui bénéficient de l’augmentation du nombre d’heures et le volume d’heures que cela signifie pour l’entreprise globale. Ces informations seront données globalement et pour chaque siège séparément.
HOOFDSTUK VII. — Slotbepalingen Art. 18. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 2005. Zij houdt op van kracht te zijn op 31 maart 2007. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 april 2006.
CHAPITRE VII. — Dispositions finales Art. 18. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er avril 2005. Elle cesse de l’être le 31 mars 2007. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 5 avril 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4029
[2006/201375]
2 MEI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de lonen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4029
[2006/201375]
2 MAI 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative aux salaires (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken;
Vu la demande de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de lonen.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative aux salaires.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 2 mei 2006.
Donné à Bruxelles, le 2 mai 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54219
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken
Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail
Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005
Convention collective de travail du 30 juin 2005
Lonen (Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2005 onder het nummer 75635/CO/311)
Salaires (Convention enregistrée le 26 juillet 2005 sous le numéro 75635/CO/311) CHAPITRE Ier. — Champ d’application
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied er
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.
Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux travailleurs des entreprises ressortissant à la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail.
HOOFDSTUK II. — Lonen
CHAPITRE II. — Rémunérations
Afdeling I. — Minimummaandlonen van de bedienden
Section 1re. — Rémunérations mensuelles minimums des employés
A. Opklimming in de loonschaal Art. 2. Afgezien van de uitwerking van de loonsverhogingen in absolute bedragen geschiedt de opklimming in de minimumloonschaal jaarlijkse gelijkmatig. Zij wordt gespreid over een periode van twintig jaar voor het personeel met een vast loon en over tien jaar voor het personeel betrokken in de omzet. De opklimming in de loonschaal wordt verdeeld als volgt :
A. Progression du barème de rémunérations Art. 2. Hormis l’effet des augmentations salariales en montants absolus, la progression du barème de rémunérations minimums est annuelle et égale. Elle s’étale sur une période de vingt ans pour le personnel rémunéré au fixe et de dix ans pour le personnel intéressé au chiffre d’affaires. La progression du barème de rémunérations se répartit comme suit :
1. voor de bedienden aangeworven zonder beroepservaring : 100 pct. in functie van de anciënniteit in de onderneming;
1. pour les employés embauchés sans expérience professionnelle : 100 p.c. en fonction de l’ancienneté dans l’entreprise;
2. voor de bedienden aangeworven met beroepservaring : 50 pct. voor de verworven ervaring vóór de indiensttreding bij de onderneming en 50 pct. voor de anciënniteit in de onderneming.
2. pour les employés embauchés avec expérience professionnelle : 50 p.c. pour l’expérience acquise avant l’entrée dans l’entreprise et 50 p.c. pour l’ancienneté dans l’entreprise.
Art. 3. De minimumloonschalen zijn opgesteld in functie van de volgende aanvangsleeftijden :
Art. 3. Les barèmes des rémunérations mensuelles minimums sont établis en fonction des âges de départ suivants :
- 21 jaar voor de bedienden ingedeeld in de eerste categorie; - 21 jaar voor de bedienden ingedeeld in de tweede categorie en de tweede categorie bis;
- 21 ans pour les employés classés en première catégorie; - 21 ans pour les employés classés en deuxième catégorie et deuxième catégorie bis;
- 23 jaar voor de bedienden ingedeeld in de derde categorie;
- 23 ans pour les employés classés en troisième catégorie;
- 25 jaar voor de bedienden ingedeeld in de vierde categorie;
- 25 ans pour les employés classés en quatrième catégorie;
- 25 jaar voor de bedienden ingedeeld in de vijfde categorie;
- 25 ans pour les employés classés en cinquième catégorie.
Art. 4. De schaal der maandelijkse minimumlonen van de bedienden wordt vastgesteld zoals bepaald in de tabellen in bijlage. De minimumlonen worden op 1 september 2005 verhoogd met 15 EUR, ongeacht de op die momenten geldende indexschijf.
Art. 4. Les barèmes des rémunérations mensuelles minimums des employés sont fixés comme le montrent les tableaux en annexe. Le barème des rémunérations mensuelles minimums sera augmenté de 15 EUR le 1er septembre 2005 et ce, indépendamment de la tranche d’indice en vigueur à ces dates.
Deze loonsverhogingen zijn niet van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden die hiertoe op ondernemingsniveau een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten en dit zolang de onderneming in moeilijkheden is.
Ces augmentations ne sont pas d’application dans les entreprises en difficulté qui concluent une convention collective de travail à cet effet et ce aussi longtemps que l’entreprise est en difficulté.
Art. 5. Vanaf 1 januari 1994 wordt een barema categorie IIbis ingevoegd dat gelijk is aan categorie II vermeerderd met een bedrag van 30,22 EUR.
Art. 5. A partir du 1er janvier 1994 est instaurée une catégorie barème IIbis égale à la catégorie II majorée de 30,22 EUR.
Art. 6. De minimummaandlonen van de bedienden jonger dan 21 jaar worden berekend op basis van de minimummaandlonen van de bedienden ouder dan 21 jaar van de categorie waarin de betrokkenen worden gerangschikt; zij worden verminderd naargelang de leeftijd met de volgende bedragen :
Art. 6. Les rémunérations mensuelles minimums des employés de moins de 21 ans se calculent sur la base des rémunérations mensuelles minimums des employés de 21 ans et plus de la catégorie dans laquelle les intéressés sont classés; elles sont réduites selon l’âge suivant les montants mentionnés ci-après :
- 20 jaar : 12,39 EUR;
- 20 ans : 12,39 EUR;
- 19 jaar : 24,79 EUR;
- 19 ans : 24,79 EUR;
- 18 jaar : 37,18 EUR;
- 18 ans : 37,18 EUR;
- 17 jaar : 99,16 EUR;
- 17 ans : 99,16 EUR;
- 16 jaar : 123,95 EUR.
- 16 ans : 123,95 EUR.
Deze forfaitaire bedragen worden niet gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.
Ces montants forfaitaires ne sont pas rattachés à l’indice des prix à la consommation.
54220
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 7. Vanaf de leeftijd van 21 jaar genieten de bedienden het volledige minimummaandloon voorzien bij de aanwerving in de categorie waarin zijn worden gerangschikt.
Art. 7. Les employés bénéficient, dès l’âge de 21 ans, de la totalité de la rémunération mensuelle minimum prévue à l’embauche de la catégorie dans laquelle ils se trouvent classés.
De opklimming in de loonschaal in functie van de anciënniteit vangt aan vanaf het ogenblik dat zij de aanvangsleeftijd hebben bereikt, zoals in artikel 3 wordt bepaald.
La progression du barème de rémunérations en fonction de l’ancienneté commence à évoluer dès le moment où ils ont atteint l’âge de départ tel qu’il est fixé à l’article 3.
B. Begrip beroepservaring bij de aanwerving
B. Notion de l’expérience professionnelle à l’embauche
Art. 8. De voor de aanwerving verworven beroepservaring, waarvan sprake in artikel 2, tweede lid, 2 wordt als volgt bepaald :
Art. 8. L’expérience professionnelle acquise préalablement à l’embauchage dont question à l’article 2, deuxième alinéa, 2 est déterminée comme suit :
- voor het administratief personeel, in functie van de elders verworven ervaring als bediende in een administratievedienst;
- pour le personnel administratif, en fonction de l’expérience acquise ailleurs en tant qu’employé dans un service administratif;
- voor het technisch personeel in functie van de elders verworven ervaring als bediende in een technische dienst;
- pour le personnel technique, en fonction de l’expérience acquise ailleurs en tant qu’employé dans un service technique;
- voor het verkooppersoneel in functie van de elders verworven ervaring in de vergelijkbare verkoopfunctie.
- pour le personnel de vente, en fonction de l’expérience acquise ailleurs dans une fonction de vente comparable.
C. Toekenningsdata van de verhogingen van de opklimming in de loonschaal
C. Dates d’attribution des augmentations de la progression du barème de rémunération
Art. 9. De verhogingen die voortspruiten uit de in artikel 2 bepaalde opklimming in de loonschaal, worden betaald naar keuze van de werkgever :
Art. 9. Les augmentations qui résultent de la progression du barème de rémunérations définie à l’article 2 sont payées au choix de l’employeur :
- hetzij de eerste maand volgend op deze waarin de bediende in dienst is getreden;
- ou bien le premier mois qui suit celui de la date d’entrée en fonction de l’employé;
- hetzij de eerste maand van het kalenderkwartaal volgend op dat waarin de bediende in dienst is getreden;
- ou bien le premier mois du trimestre civil qui suit celui de la date d’entrée en fonction de l’employé;
- hetzij op 1 januari van elk jaar voor het personeel waarvan de verjaardag van de indiensttreding tussen 1 oktober en 31 maart valt;
- ou bien le 1er janvier de chaque année pour le personnel dont l’anniversaire de l’entrée en fonction se situe entre le 1er octobre et le 31 mars;
- hetzij op 1 juli van elk jaar voor het personeel waarvan de verjaardag van de indiensttreding tussen 1 april en 30 september valt.
- ou bien le 1er juillet de chaque année pour le personnel dont l’anniversaire de l’entrée en fonction se situe entre le 1er avril et le 30 septembre.
D. Verkopers die alleen werken in een kleine winkel
D. Vendeurs travaillant dans un petit magasin
Art. 10. De verkopers die alleen werken in een kleine winkel, hetzij van de tweede categorie, hetzij van de derde categorie, waarvan het loon geheeld of gedeeltelijk veranderlijk is, genieten de waarborg van het minimummaandloon van hun categorie.
Art. 10. Les vendeurs travaillant seuls dans un petit magasin soit de deuxième catégorie, soit de troisième catégorie, dont la rémunération est totalement ou partiellement variable, bénéficient de la rémunération mensuelle minimum de leur catégorie.
De tegenwaarde in geld van de voordelen in natura maakt deel uit van het hierboven vastgesteld minimummaandloon.
L’équivalent en argent des avantages en nature est incorporé dans le montant de la rémunération mensuelle minimum fixée ci-dessus.
Voor deze categorie van verkopers is het minimummaandloon niet meer gebonden aan de opklimming in de loonschaal van hun categorie.
Pour cette catégorie de vendeurs, la rémunération mensuelle minimum n’est plus liée à la progression du barème de rémunérations de leur catégorie.
E. Bedienden waarvan het loon volledig of gedeeltelijk veranderlijk is
E. Employés dont la rémunération est totalement ou partiellement variable
Art. 11. Voor de bedienden waarvan het loon volledig of gedeeltelijk veranderlijk is, vult de werkgever het bedrag aan wanneer het minimummaandloon niet wordt bereikt.
Art. 11. Pour les employés dont la rémunération est totalement ou partiellement variable, l’employeur ajoute le complément si la rémunération mensuelle minimum n’est pas atteinte.
Het geheel van de aanvullingen is verhaalbaar op het jaarlijks gemiddelde van de veranderlijke lonen. Elke onderneming bepaalt de splitsing, aangepast aan haar eigen stelsel en stelt de verhaalmodaliteiten van de eventueel toegekende aanvullingen vast.
L’ensemble des compléments est récupérable sur la moyenne annuelle des rémunérations variables. Chaque entreprise détermine le découpage adapté à son cas et fixe les modalités de récupération des compléments éventuellement accordés.
F. Filiaalhouders
F. Gérants
Art. 12. De filiaalhouders die alleen werken genieten ten minste de loonschaal van de derde categorie, zoals deze wordt vastgesteld in artikel 4.
Art. 12. Les gérants qui travaillent seuls bénéficient, au minimum, du barème de rémunérations de la troisième catégorie, tel qu’il se trouve défini à l’article 4.
Volgens hun classificatie genieten de andere filiaalhouders ten minste hetzij de loonschaal van de vierde categorie, hetzij deze van de vijfde categorie, zoals deze worden vastgesteld in artikel 4.
Suivant leur classification, les autres gérants bénéficient au minimum soit du barème de rémunérations de la quatrième catégorie, soit de celui de la cinquième catégorie tels qu’ils se trouvent définis à l’article 4.
G. Overgang van één categorie naar een andere Art. 13. Bij overgang naar een andere beroepscategorie behoudt de werknemer zijn anciënniteit, echter rekening houdend met de aanvangsleeftijden voor deze categorie.
G. Passage d’une catégorie à une autre Art. 13. En cas de passage d’une catégorie professionnelle à l’autre, l’ancienneté est maintenue, en tenant compte des âges de départ.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54221
Afdeling 2. — Werkelijk betaalde lonen van de bediende
Section 2. — Salaires réellement payés des employés
Art. 14. De werkelijk betaalde lonen van de bedienden worden op 1 september 2005 verhoogd met 15 EUR, ongeacht de op dat moment geldende indexschijf.
Art. 14. Les salaires réellement payés des employés seront augmentés de 15 EUR le 1er septembre 2005 et ce, indépendamment de la tranche d’indice en rigueur à cette date.
Deze loonsverhogingen zijn niet van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden die hiertoe op ondernemingsniveau een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten en dit zolang de onderneming in moeilijkheden is.
Ces augmentations ne sont pas d’application dans les entreprises en difficulté qui concluent une convention collective de travail à cet effet et ce aussi longtemps que l’entreprise est en difficulté.
Afdeling 3. — Minimumuurlonen werklieden
Section 3. — Salaires horaires minimums des ouvriers
Art. 15. De minimumuurlonen van de werklieden worden bepaald in functie van een aanvangsleeftijd vastgesteld op 21 jaar.
Art. 15. Les salaires horaires minimums des ouvriers sont établis en fonction d’un âge de départ fixé à 21 ans.
Art. 16. § 1. De schaal der minimumuurlonen van de werklieden wordt vastgesteld zoals bepaald in de tabellen in bijlage 2. De minimumuurlonen worden op 1 september 2005 verhoogd met 0,0989 EUR, ongeacht de op dit moment geldende indexschijf.
Art. 16. § 1er. Les barèmes des rémunérations horaires minimums des ouvriers sont fixés comme le montrent les tableaux en annexe 2. Le barème des rémunérations horaires minimums sera augmenté de 0,0989 EUR le 1er septembre 2005 et ce, indépendamment de la tranche d’indice en vigueur à cette date.
Deze loonsverhogingen zijn niet van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden die hiertoe op ondernemingsniveau een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten en dit zolang de onderneming in moeilijkheden is.
Ces augmentations ne sont pas d’application dans les entreprises en difficulté qui concluent une convention collective de travail à cet effet et ce aussi longtemps que l’entreprise est en difficulté.
Art. 17. De minimumuurlonen van de werklieden van minder dan 21 jaar worden berekend op basis van de minimumuurlonen van de werklieden van meer dan 21 jaar van de categorie waarin de betrokkenen worden gerangschikt; zij worden verminderd naargelang de leeftijd met de volgende bedragen :
Art. 17. Les salaires horaires minimums des ouvriers de moins de 21 ans se calculent sur la base des salaires horaires minimums des ouvriers de 21 ans et plus de la catégorie dans laquelle les intéressés sont classés; ils sont réduits selon l’âge suivant les montants mentionnés ci-après :
- 20 jaar : 0,0793 EUR;
- 20 ans : 0,0793 EUR;
- 19 jaar : 0,1587 EUR;
- 19 ans : 0,1587 EUR;
- 18 jaar : 0,2380 EUR;
- 18 ans : 0,2380 EUR;
- 17 jaar : 0,6358 EUR;
- 17 ans : 0,6358 EUR;
- 16 jaar : 0,7945 EUR.
- 16 ans : 0,7945 EUR.
Deze forfaitaire bedragen worden niet gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.
Ces montants forfaitaires ne sont pas rattachés à l’indice des prix à la consommation.
Art. 18. In geval van gedeeltelijke werkloosheid van de werklieden zal de werkgever gedurende de eerste vijftig dagen een bijkomende uitkering betalen boven op die van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening ten bedrage van 3 EUR per dag.
Art. 18. En cas de chômage partiel des ouvriers, l’employeur paiera une allocation complémentaire à celle de l’Office national de l’emploi de 3 EUR par jour pendant les cinquante premiers jours.
Afdeling 4. — Werkelijk betaalde lonen van de arbeiders
Section 4. — Salaires réellement payés des ouvriers
Art. 19. De werkelijk betaalde uurlonen van de arbeiders worden op 1 september 2005 verhoogd met 0,0989 EUR, ongeacht de op dat moment geldende indexschijf.
Art. 19. Les salaires horaires réellement payés des ouvriers seront augmentés de 0,0989 EUR au 1er septembre 2005, et ce, indépendamment de la tranche d’indice en vigueur à cette date.
Deze loonsverhogingen zijn niet van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden die hiertoe op ondernemingsniveau een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten en dit zolang de onderneming in moeilijkheden is.
Ces augmentations ne sont pas d’application dans les entreprises en difficulté qui concluent au niveau de l’entreprise une convention collective de travail à cet effet et ce aussi longtemps que l’entreprise est en difficulté.
Afdeling 5. — Gemeenschappelijke bepalingen
Section 5. — Dispositions communes
Art. 20. De bedragen van de maandelijkse lonen en hun verhogingen, vastgesteld door deze overeenkomst, worden voor de deeltijdse werknemers toegepast in evenredigheid met hun prestaties.
Art. 20. Les montants des salaires mensuels et de leurs augmentations, fixés par cette convention, sont appliqués aux travailleurs à temps partiel au prorata de leurs prestations.
HOOFDSTUK III. — Koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen
CHAPITRE III. — Liaison des rémunérations à l’indice des prix à la consommation
Art. 21. De minimumlonen vastgesteld door hoofdstuk II van deze overeenkomst, evenals de werkelijk betaalde lonen, worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het Federale overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie Zaken en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 21. Les rémunérations minimums fixées par le chapitre II de la présente convention, ainsi que les rémunérations effectivement payées, sont rattachées à l’indice des prix à la consommation, établi mensuellement par le Service public fédéral Economie, PME, Classes moyennes et Energie et publié au Moniteur belge.
Zij schommelen met 2 pct. telkens het rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers van de laatste drie maanden met 2 pct. schommelt ten opzichte van voormeld referte-indexcijfer. Dit refertespilindexcijfer vermeerderd of verminderd met 2 pct. wordt de spil van een nieuwe stabilisatieschijf.
Elles fluctuent de 2 p.c. chaque fois que la moyenne arithmétique des indices des trois derniers mois fluctue de 2 p.c. en regard de l’indice de référence précité. Cet indice-pivot de référence, majoré ou diminué de 2 p.c., devient le pivot d’une nouvelle tranche de stabilisation.
54222
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Bijgevolg variëren de lonen volgens de onderstaande tabel : Stabilisatieschijf (prijsindex basis 1996)
En conséquence, les rémunérations varient selon le tableau ci-dessous : Tranches de stabilisation (indice des prix base 1996)
Laagste grens
Spil
Hoogste grens
Werkelijk loonniveau
Limite inférieure
Pivot
Limite supérieure
Niveau réel des rémunérations
115,75
118,07
120,43
108,24 pct./p.c.
118,07
120,43
122,84
110,40 pct./p.c.
120,43
122,84
125,30
112,61 pct./p.c.
122,84
125,30
127,81
114,86 pct./p.c.
125,30
127,81
130,37
117,16 pct./p.c.
127,81
130,37
132,98
119,50 pct./p.c.
130,37
132,98
135,64
121,89 pct./p.c.
132,98
135,64
138,35
124,33 pct./p.c.
135,64
138,35
141,12
126,82 pct./p.c.
138,35
141,12
143,94
129,36 pct./p.c.
141,12
143,94
146,82
131,95 pct./p.c.
143,94
146,82
149,76
134,59 pct./p.c.
146,82
149,76
152,76
137,28 pct./p.c.
Art. 22. De verhogingen en verminderingen van de lonen, vastgesteld in artikel 2, worden toegepast vanaf de eerste maand welke volgt op deze waarop het gemiddelde van de index, dat de verhoging of de vermindering van de lonen veroorzaakt, betrekking heeft.
Art. 22. Les majorations ou diminutions de rémunérations fixées à l’article 2, entrent en vigueur le premier du mois qui suit ceux auxquels se rapporte la moyenne des indices provoquant la majoration ou la diminution des rémunérations.
Art. 23. De aanpassingen van de lonen worden als volgt berekend :
Art. 23. Les adaptations des rémunérations sont calculées comme suit :
a) voor de bedienden wordt er rekening gehouden met drie decimalen. De uitkomst wordt naar de hogere eurocent afgerond wanneer de derde decimaal gelijk is aan of hoger is dan vijf en naar de lagere eurocent wanneer de derde decimaal lager is dan vijf;
a) pour les employés, en tenant compte de trois décimales. Le résultat est arrondi à l’eurocent immédiat supérieur quand la troisième décimale est égale ou supérieure à cinq et à l’eurocent immédiatement inférieur quand la troisième décimale est inférieure à cinq;
b) voor de werklieden en werksters wordt er rekening gehouden met vijf decimalen. Indien de vierde en de vijfde decimaal begrepen zijn tussen 24 en 75, wordt de vierde decimaal afgerond op vijf. In de andere gevallen wordt de derde decimaal afgerond naar de dichts bijzijnde en is de vierde decimaal gelijk aan nul.
b) pour les ouvriers et ouvrières, en tenant compte de cinq décimales. Si la quatrième et la cinquième décimale sont comprises entre 24 et 75, la quatrième décimale est arrondie à cinq. Dans les autres cas, la troisième décimale est arrondie au plus proche et la quatrième décimale est égale à zéro.
HOOFDSTUK III. — Slotbepalingen
CHAPITRE III. — Dispositions finales
Art. 24. De collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003 betreffende de lonen wordt opgeheven op 1 juli 2005.
Art. 24. La convention collective de travail du 30 juin 2003 relative aux salaires est abrogée au 1er juillet 2005.
Art. 25. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2005. Zij is gesloten voor onbepaald tijd.
Art. 25. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er juillet 2005 et est conclue à durée indéterminée.
Zij kan door elk van de partijen opgezegd worden mits een opzeggingstermijn van drie maanden gegeven bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.
Elle peut être dénoncée par chacune des parties signataires par lettre recommandée adressée au président de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, qui sort ses effets trois mois après sa réception.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 2006.
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 2 mai 2006.
De Minister van Werk,
Le Ministre de l’Emploi,
P. VANVELTHOVEN
P. VANVELTHOVEN
20 19 18 17 16
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
1346,06
1339,88
1333,59
1327,06
1320,75
1314,48
1308,36
1301,9
1295,79
1289,49
1
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
1346,06
1339,88
1333,59
1327,06
1320,75
1314,48
1308,36
1301,9
2
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
1346,06
1339,88
1333,59
1327,06
1320,75
1314,48
3
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
1346,06
1339,88
1333,59
1327,06
4
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1395,01
1383,71
17
20
1377,42
16
1390,1
1371,26
15
1395,01
1364,92
14
19
1358,63
13
18
1349,47
12
1333,59
9
1339,88
1327,06
8
1346,06
1320,75
7
11
1314,48
6
10
1301,9
1295,79
3
1308,36
1289,49
2
5
1283,11
1
4
1276,71
0
Ervaring aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
CATEGORIE I
1264,32 1251,92 1239,53 1177,55 1152,76
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
1346,06
1339,88
5
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
1358,63
1349,47
6
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
1371,26
1364,92
7
1427,25
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
1383,71
1377,42
8
1432,83
1427,25
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
1395,01
1390,1
9
1438,48
1432,83
1427,25
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
1395,01
1395,01
10
1444,11
1438,48
1432,83
1427,25
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
1398,51
1395,01
11
Anciennïteit - Ancienneté
1449,52
1444,11
1438,48
1432,83
1427,25
1421,56
1416,02
1410,15
1404,32
12
1455,04
1449,52
1444,11
1438,48
1432,83
1427,25
1421,56
1416,02
13
1460,68
1455,04
1449,52
1444,11
1438,48
1432,83
1427,25
14
De schaal der maandelijkse minimumionen van de bedienden (artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst) Barèmes des rémunérations mensuelles minimums des employés (article 4 de la convention collective de travail)
1466,2
1460,68
1455,04
1449,52
1444,11
1438,48
15
1471,65
1466,2
1460,68
1455,04
1449,52
16
1477,54
1471,65
1466,2
1460,68
17
1483,06
1477,54
1471,65
18
1488,53
1483,06
19
Bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de lonen Annexe 1re à la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative aux salaires
1494,14
20
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54223
1444,81
1452,05
1459,38
1466,36
1473,54
16
17
18
19
20
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
1408,72
1401,46
1395,01
1395,01
1395,01
1392,34
1384,35
1376,21
1368,1
1360,11
1
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
1408,72
1401,46
1395,01
1395,01
1395,01
1392,34
1384,35
1376,21
2
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
1408,72
1401,46
1395,01
1395,01
1395,01
1392,34
3
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
1408,72
1401,46
1395,01
1395,01
4
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1437,77
20 19 18 17 16
1430,65
15
1395,01
9
14
1395,01
8
1423,59
1395,01
7
1416,27
1392,34
6
13
1384,35
5
12
1376,21
4
1401,46
1368,1
3
1408,72
1360,11
2
11
1352,2
10
1344,01
0
1
aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
Ervaring
CATEGORIE II
Loonschalen van de bedienden Barèmes des employés
1331,62 1319,22 1306,83 1244,85 1220,06
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
1408,72
1401,46
5
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
1423,59
1416,27
6
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
1437,77
1430,65
7
1531,49
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
1452,05
1444,81
8
1538,85
1531,49
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
1466,36
1459,38
9
1545,97
1538,85
1531,49
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
1480,81
1473,54
10
1553,35
1545,97
1538,85
1531,49
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
1494,97
1487,87
11
Anciennïteit - Ancienneté
1560,56
1553,35
1545,97
1538,85
1531,49
1524,12
1516,94
1509,63
1502,32
12
1568,01
1560,56
1553,35
1545,97
1538,85
1531,49
1524,12
1516,94
13
1575,3
1568,01
1560,56
1553,35
1545,97
1538,85
1531,49
14
1582,56
1575,3
1568,01
1560,56
1553,35
1545,97
15
1590,01
1582,56
1575,3
1568,01
1560,56
16
1597,58
1590,01
1582,56
1575,3
17
1604,92
1597,58
1590,01
18
1612,28
1604,92
19
1619,74
20
54224 BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
1406,44
1414,61
1422,56
1425,27
1425,27
1425,27
4
5
6
7
8
9
1468,01
1475,01
1482,27
1489,58
1469,58
1503,8
14
15
16
17
18
19
20
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
1438,89
1431,66
1425,27
1425,27
1425,27
1422,56
1414,61
1406,44
1398,33
1390,33
1
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
1438,89
1431,66
1425,27
1425,27
1425,27
1422,56
1414,61
1406,44
2
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
1438,89
1431,66
1425,27
1425,27
1425,27
1422,56
3
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
1438,89
1431,66
1425,27
1425,27
4
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1460,88
13
20 19 18 17 16
1446,5
1453,82
12
1431,66
1398,33
3
1438,89
1390,33
2
11
1382,41
10
1374,24
0
1
aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
Ervaring
CATEGORIE IIbis
Loonschalen van de bedienden Barèmes des employés
1361,85 1349,45 1337,06 1275,08 1250,29
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
1438,89
1431,66
5
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
1453,82
1446,5
6
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
1468,01
1460,88
7
1561,71
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
1482,27
1475,01
8
1569,06
1561,71
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
1469,58
1489,58
9
1576,22
1569,06
1561,71
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
1511,04
1503,8
10
1583,6
1576,22
1569,06
1561,71
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
1525,21
1518,13
11
Anciennïteit - Ancienneté
1590,79
1583,6
1576,22
1569,06
1561,71
1554,33
1547,18
1539,83
1532,54
12
1598,26
1590,79
1583,6
1576,22
1569,06
1561,71
1554,33
1547,18
13
1605,52
1598,26
1590,79
1583,6
1576,22
1569,06
1561,71
14
1612,77
1605,52
1598,26
1590,79
1583,6
1576,22
15
1620,18
1612,77
1605,52
1598,26
1590,79
16
1627,78
1620,18
1612,77
1605,52
17
1635,14
1627,78
1620,18
18
1642,55
1635,14
19
1649,92
20
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54225
20 19 18 17 16
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
1511,54
1502,48
1493,19
1484,17
1475,12
1466,02
1457,1
1448,05
1439
1429,88
1
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
1511,54
1502,48
1493,19
1484,17
1475,12
1466,02
1457,1
1448,05
2
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
1511,54
1502,48
1493,19
1484,17
1475,12
1466,02
3
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
1511,54
1502,48
1493,19
1484,17
4
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1594,99
20
1530,01
13
1585,41
1520,87
12
1576,27
1511,54
11
19
1502,48
10
18
1493,19
9
1567,12
1484,17
8
1557,75
1475,12
7
17
1466,02
6
16
1457,1
5
1539,3
1448,05
4
1548,65
1439
3
15
1429,88
2
14
1411,43
1420,85
0
1
aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
Ervaring
CATEGORIE III
Loonschalen van de bedienden Barèmes des employés
1399,04 1386,64 1374,25 1312,27 1287,48
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
1511,54
1502,48
5
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
1530,01
1520,87
6
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
1548,65
1539,3
7
1670,29
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
1567,12
1557,75
8
1679,6
1670,29
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
1585,41
1576,27
9
1689,17
1679,6
1670,29
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
1604,28
1594,99
10
1698,46
1689,17
1679,6
1670,29
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
1623,17
1613,75
11
Anciennïteit - Ancienneté
1707,96
1698,46
1689,17
1679,6
1670,29
1660,77
1651,56
1642,05
1632,49
12
1717,26
1707,96
1698,46
1689,17
1679,6
1670,29
1660,77
1651,56
13
1726,71
1717,26
1707,96
1698,46
1689,17
1679,6
1670,29
14
1736,13
1726,71
1717,26
1707,96
1698,46
1689,17
15
1745,69
1736,13
1726,71
1717,26
1707,96
16
1754,97
1745,69
1736,13
1726,71
17
1764,44
1754,97
1745,69
18
1773,86
1764,44
19
1783,28
20
54226 BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
1680,34
1692,32
1704,28
1716,37
1728,27
1740,13
1752,15
1764,17
13
14
15
16
17
18
19
20
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
1656,53
1644,58
1632,49
1620,79
1608,73
1596,7
1584,76
1573,14
1561,39
1549,56
1
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
1656,53
1644,58
1632,49
1620,79
1608,73
1596,7
1584,76
1573,14
2
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
1656,53
1644,58
1632,49
1620,79
1608,73
1596,7
3
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
1656,53
1644,58
1632,49
1620,79
4
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1668,31
12
20 19 18 17 16
1644,58
1656,53
11
1632,49
9
10
1620,79
8
1584,76
5
1596,7
1573,14
4
1608,73
1561,39
3
7
1549,56
2
6
1526,1
1537,91
0
1
aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
Ervaring
CATEGORIE IV
Loonschalen van de bedienden Barèmes des employés
1513,71 1501,31 1488,92 1426,94 1402,15
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
1656,53
1644,58
5
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
1680,34
1668,31
6
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
1704,28
1692,32
7
1859,75
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
1728,27
1716,37
8
1871,61
1859,75
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
1752,15
1740,13
9
1883,46
1871,61
1859,75
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
1776,01
1764,17
10
1895,5
1883,46
1871,61
1859,75
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
1800,06
1787,91
11
Anciennïteit - Ancienneté
1907,5
1895,5
1883,46
1871,61
1859,75
1847,77
1835,81
1823,76
1811,93
12
1919,42
1907,5
1895,5
1883,46
1871,61
1859,75
1847,77
1835,81
13
1931,43
1919,42
1907,5
1895,5
1883,46
1871,61
1859,75
14
1943,39
1931,43
1919,42
1907,5
1895,5
1883,46
15
1955,37
1943,39
1931,43
1919,42
1907,5
16
1967,21
1955,37
1943,39
1931,43
17
1978,94
1967,21
1955,37
18
2000,8
1978,94
19
2002,48
20
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54227
1953,42
1968,98
1984,24
1999,35
2014,59
16
17
18
19
20
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
1876,04
1860,51
1845,05
1829,52
1814,03
1798,42
1783,06
1767,42
1751,92
1736,46
1
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
1876,04
1860,51
1845,05
1829,52
1814,03
1798,42
1783,06
1767,42
2
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
1876,04
1860,51
1845,05
1829,52
1814,03
1798,42
3
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
1876,04
1860,51
1845,05
1829,52
4
1693,06 1680,66 1668,27 1606,29 1581,5
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
1876,04
1860,51
5
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
1907,04
1891,58
6
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
1938,04
1922,45
7
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 2 mai 2006.
2135,15
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
1984,24
1968,98
1953,42
8 1984,24
9
2149,99
2135,15
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
1999,35
2179,9
2164,91
2149,99
2135,15
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
11
2194,73
2179,9
2164,91
2149,99
2135,15
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
12 2105,47
13
2209,66
2194,73
2179,9
2164,91
2149,99
2135,15
2120,24
Le Ministre de l’Emploi,
2164,91
2149,99
2135,15
2120,24
2105,47
2090,47
2075,38
2060,21
2045,02
2029,74
2014,59
10
Anciennïteit - Ancienneté
P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk,
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 2006.
-12,39 -24,79 -37,18 -99,16 -123,95
Degressiviteit van de minderjarigen Dégressivité des mineurs d’âge
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
1938,04
20 19 18 17 16
1922,45
15
1845,05
9
14
1829,52
8
1907,04
1814,03
7
1891,58
1798,42
6
13
1783,06
5
12
1767,42
4
1860,51
1751,92
3
1876,04
1736,46
2
11
1720,85
10
1705,45
0
1
aanvangswedde Expérience Salaire à l’embauche
Ervaring
CATEGORIE II
Loonschalen van de bedienden Barèmes des employés
2224,54
2209,66
2194,73
2179,9
2164,91
2149,99
2135,15
14
2239,46
2224,54
2209,66
2194,73
2179,9
2164,91
15
2254,4
2239,46
2224,54
2209,66
2194,73
16
2269,23
2254,4
2239,46
2224,54
17
2284,11
2269,23
2254,4
18
2299,2
2284,11
19
2313,62
20
54228 BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
9,1222
-0,0793
-0,1587
-0,6358
-0,7945
-0,7945
20 jaar/ans
19 jaar/ans
18 jaar/ans
17 jaar/ans
16 jaar/ans
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 2 mai 2006.
8,5780
8,7367
9,1345
9,2138
9,2932
9,3725
CATEGORIE II
Le Ministre de l’Emploi,
8,9569
9,1156
9,5134
9,5927
9,6721
9,7514
CATEGORIE III
P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk,
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 2006.
8,4070
8,5657
8,9635
9,0428
9,2015
CATEGORIE I
21 jaar/ans
Loonschalen van de werklieden Barèmes des ouvriers
9,5567
9,7154
10,1132
10,1925
10,2719
10,3512
CATEGORIE IV
10,4891
10,6478
11,0456
11,1249
11,2043
11,2836
CATEGORIE V
11,0981
11,2568
11,6546
11,7339
11,8133
11,8926
CATEGORIE VI
Bijlage 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de lonen Annexe 2 à la convention collective de travail du 30 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative aux salaires
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54229
54230
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4030 [2006/202054] 1 JULI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering (1)
F. 2006 — 4030 [2006/202054] 1er JUILLET 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant l’allocation de sécurité d’existence (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28; Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant l’allocation de sécurité d’existence.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 1 juli 2006.
ALBERT
Donné à Bruxelles, le 1er juillet 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du24 mai 2005
Bestaanszekerheidsuitkering (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75130/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en werksters. Art. 2. De werklieden en werksters kunnen aanspraak maken op een dagelijkse uitkering voor bestaanszekerheid, wanneer zij werkloos worden gesteld wegens gebrek aan werk, op voorwaarde dat zij recht hebben op de werkloosheidsuitkeringen en voor zover zij drie maanden anciënniteit in dezelfde onderneming tellen. Art. 3. De bestaanszekerheidsuitkering wordt toegekend aan de in artikel 1 bedoelde werklieden en werksters voor een onbeperkt aantal dagen per kalenderjaar. Art. 4. De bestaanszekerheidsuitkering wordt uitbetaald vanaf de eerste werkloosheidsdag. Art. 5. De wettelijke gerechtvaardigde afwezige dagen worden met gewerkte dagen gelijkgesteld. Art. 6. Het bedrag van de dagelijkse bestaanszekerheidsuitkering in het raam van de vijfdagenweek wordt vastgesteld op 9,60 EUR vanaf 1 april 2005. Art. 7. Het recht op bestaanszekerheidsuitkering vervalt : a) bij vrijwillige onderbreking van de arbeidsovereenkomst door de werkman of werkster en bij het sluiten van een nieuwe overeenkomst met een onderneming die niet ressorteert onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; b) bij doorzending wegens overtreding van het arbeidsreglement.
Allocation de sécurité d’existence (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75130/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Les ouvriers et ouvrières peuvent prétendre à une allocation journalière de sécurité d’existence, quand ils sont mis en chômage par manque de travail, à la condition qu’ils aient droit aux allocations de chômage et pour autant qu’ils comptent trois mois d’ancienneté dans la même entreprise. Art. 3. L’indemnité de sécurité d’existence est octroyée aux ouvriers et ouvrières visés à l’article 1er pour un nombre de jours illimités par année civile. Art. 4. L’allocation de sécurité d’existence est payée à partir du premier jour de chômage. Art. 5. Les jours d’absence justifiée légalement sont assimilés à des jours travaillés. Art. 6. Le montant de l’allocation journalière de sécurité d’existence est fixé à 9,60 EUR à partir du 1er avril 2005. Art. 7. Le droit à l’allocation de sécurité existence expire : a) par la rupture volontaire du contrat de travail par l’ouvrier ou l’ouvrière et par la conclusion d’un nouveau contrat avec une entreprise qui ne ressortit pas à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; b) par le licenciement pour infraction au règlement de travail.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54231
Art. 8. Op verzoek van de werkgever, zijn de werklieden en werksters die de voordelen van de bestaanszekerheid genieten, er toe gehouden onmiddellijk het werk te hervatten met inachtneming nochtans van de wettelijke opzeggingstermijn ingeval zij door een andere arbeidsovereenkomst met een andere werkgever zijn gebonden. Art. 9. Alle onvoorziene of twijfelachtige gevallen kunnen vooraf aan de directie der ondernemingen en, desgevallend, voor onderzoek aan het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde worden voorgelegd. Art. 10. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 juli 2006.
Art. 8. A la demande de l’employeur, les ouvriers et ouvrières qui bénéficient des avantages de sécurité d’existence sont tenus de reprendre immédiatement le travail, compte tenu cependant du délai de préavis légal, s’ils sont liés par un autre contrat de travail avec un autre employeur. Art. 9. Tous les cas non prévus ou douteux peuvent être soumis préalablement à la direction de l’entreprise et, le cas échéant, à l’examen de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Art. 10. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er juillet 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4031 [2006/201717] 2 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden (1)
F. 2006 — 4031 [2006/201717] 2 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 8 avril 2003, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28; Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Napels, 2 juni 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 8 avril 2003, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Naples, le 2 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003
Convention collective de travail du 8 avril 2003
Premie voor de georganiseerden (Overeenkomst geregistreerd op 26 september 2003 onder het nummer 67760/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en werksters. Art. 2. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing op : a) de werkgevers waarvan de onderneming ressorteert onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Prime aux syndiqués (Convention enregistrée le 26 septembre 2003 sous le numéro 67760/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Les dispositions de cet article s’appliquent : a) aux employeurs dont l’entreprise ressortit à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
54232
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
b) de werklieden en werksters, tewerkgesteld door de onder a) genoemde werkgevers en die lid zijn van één van de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties die op nationaal vlak zijn verbonden. Art. 3. De bijdrage van de werkgevers wordt vastgesteld op 0,54 EUR per werkman of werkster, per gewerkte of gelijkgestelde werkdag gedurende het kalenderjaar 2003 en gedurende het kalenderjaar 2004 (het totaal aantal dagen per kalenderjaar wordt vastgesteld op 260 dagen). Art. 4. De in artikel 2, b) bedoelde werklieden en werksters hebben recht op een premie waarvan het bedrag wordt vastgesteld : - op 10,33 EUR per begonnen maand met een maximum van 123,95 EUR voor het jaar 2003 en voor het jaar 2004. Art. 5. Dit bedrag wordt integraal uitbetaald aan de werklieden en werksters die gedurende het ganse kalenderjaar : a) als personeelslid waren ingeschreven bij een in artikel 2, a) bedoelde onderneming; b) lid waren van één van de in artikel 2, b) bedoelde organisaties. Diegenen die niet gedurende het ganse kalenderjaar 2003 en het ganse kalenderjaar 2004 aan beide voorwaarden voldoen, ontvangen 10,33 EUR per volledige of begonnen maand tijdens dewelke zij beantwoorden aan bovenvermelde voorwaarden. De tijdens het lopende kalenderjaar gepensioneerde werklieden en werksters, alsmede deze die brugpensioen genieten bij toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 en van de wet van 30 maart 1976, hebben eveneens recht op het maximum bedrag van de premie. Art. 6. De in artikel 2, a) bedoelde werkgevers overhandigen, tijdens de periode van 1 tot 15 februari volgend op het kalenderjaar, aan de werklieden en werksters die gedurende dat dienstjaar in hun onderneming hebben gewerkt, een kaart van rechthebbende met vermelding van de volledige identiteit en de periode van tewerkstelling alsmede het aantal dagen waarop ze gewerkt hebben. De georganiseerde werklieden en werksters overhandigen deze kaart vóór het einde van de maand februari aan hun vakorganisatie. Deze vermeldt op de kaart de datum van aansluiting en het te ontvangen bedrag. De kaart van erkend rechthebbende wordt uiterlijk op 15 maart volgend op het kalenderjaar bij het sociaal fonds ingediend. Art. 7. De werkgever bezorgt aan het secretariaat van het sociaal fonds een nominatieve lijst met vermelding van het aantal effectief gewerkte en gelijkgestelde dagen zoals aangegeven in artikel 3. Het totale aantal gewerkte en gelijkgestelde dagen vermenigvuldigd met 0,54 EUR voor de jaren 2003 en 2004 maakt het totale bedrag uit van de verschuldigde bijdrage. De aldus berekende bijdrage wordt gestort aan het sociaal fonds uiterlijk tegen 15 februari van het jaar volgend op het dienstjaar. Art. 8. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december 2004. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 juni 2006.
b) aux ouvriers et ouvrières occupés par les employeurs visés sous a) et qui sont membres d’une des organisations interprofessionnelles représentatives des travailleurs fédérées sur le plan national. Art. 3. La cotisation des employeurs est fixée à 0,54 EUR par ouvrier ou ouvrière, par jour ouvrable effectif ou assimilé durant l’année civile 2003 et durant l’année civile 2004 (le total des jours est fixé à 260 jours par année civile). Art. 4. Les ouvriers et ouvrières visés à l’article 2, b) ont droit à une prime dont le montant est fixé à : - 10,33 EUR par mois entamé, avec un maximum de 123,95 EUR pour l’année 2003 et pour l’année 2004. Art. 5. Ce montant est payé intégralement aux ouvriers et ouvrières qui pendant toute l’année civile : a) étaient inscrits comme membres du personnel dans une entreprise visée à l’article 2, a); b) étaient membres d’une des organisations visées à l’article 2, b). Ceux ou celles qui ne satisfont pas aux deux conditions pour l’année civile 2003 et pour l’année civile 2004 entière reçoivent 10,33 EUR par mois entier ou par mois entamé pour lesquels ils remplissent les conditions prévues ci-dessus. Ont également droit au maximum de la prime, les ouvriers et ouvrières pensionnés pendant l’année civile en cours ainsi que ceux qui bénéficient de la prépension en application de la convention collective de travail no 17 et de la loi du 30 mars 1976. Art. 6. Les employeurs visés à l’article 2, a) remettent, pendant la période du 1er au 15 février qui suit l’année civile, aux ouvriers et ouvrières qui durant cet exercice ont travaillé dans leur entreprise, une carte d’ayant droit mentionnant l’identité complète et la période de mise au travail ainsi que le nombre de jours pendant lesquels ils ont travaillé. Les ouvriers et ouvrières syndiqués remettent cette carte avant la fin du mois de février à leur organisation syndicale. Celle-ci mentionne sur la carte la date d’affiliation et le montant à recevoir. La carte d’ayant droit reconnu est remise au plus tard le 15 mars qui suit l’année calendrier auprès du fonds social. Art. 7. L’employeur envoie au secrétaire du fonds social une liste nominative mentionnant le nombre des journées effectives et assimilées, comme indiqué à l’article 3. Le nombre total des journées effectives ou assimilées multiplié par 0,54 EUR pour les années 2003 et 2004, donne le montant total de la cotisation due. La cotisation calculée de cette manière est versée au fonds social au plus tard le 15 février de l’année qui suit l’année de service. Art. 8. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2003 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2004. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 2 juin 2006. Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4032
[2006/201774]
2 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de lonen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4032
[2006/201774]
2 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les salaires (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54233
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de lonen. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Napels, 2 juni 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les salaires. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Naples, le 2 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Lonen (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75135/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. A. Werklieden en werksters vanaf 19 jaar en ouder Art. 2. a) De volgende minimumuurlonen evenals de werkgelijk uitbetaalde lonen voor een wekelijkse arbeidsduur van zevenendertig uur en dertig minuten bedragen op 1 augustus 2004 :
Salaires (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75135/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs, aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. A. Ouvriers et ouvrières âgés de 19 ans et plus Art. 2. a) Les salaires horaires minimums ainsi que les salaires effectivement payés au 1er août 2004, pour une durée hebdomadaire de travail de trente-sept heures et trente minutes sont les suivants :
Hulpwerklieden/Manœuvres
10,0762
Geoefenden/Spécialisés
10,4553
Geschoolden/Qualifiés
10,9569
b) de minimumuurlonen evenals de werkelijk uitbetaalde uurlonen die van toepassing zijn op 31 december 2005 wordt met 1 pct. verhoogd op 1 januari 2006. B. Jongere werklieden en werksters Art. 3. De minimumuurlonen van de minderjarige werklieden en werksters worden vastgesteld op de hiernavolgende percentages van de minimumuurlonen van de meerderjarige werklieden en werksters van de categorie waartoe zij behoren : 18 17 16 15
jaar/ans jaar/ans jaar/ans jaar/ans
b) Les salaires horaires minimums ainsi que les salaires horaires effectivement payés qui sont d’application au 31 décembre 2005 sont augmentés d’1 p.c. le 1er janvier 2006. B. Jeunes ouvriers et ouvrières Art. 3. Les salaires horaires minimums des ouvriers et ouvrières mineurs d’âge sont fixés aux pourcentages suivants des salaires horaires minimums des ouvriers et ouvrières majeurs de la catégorie à laquelle ils appartiennent : 95 85 75 65
pct./p.c. pct./p.c. pct./p.c. pct./p.c.
Evenwel, kan het minimumuurloon van de werklieden en werksters jonger dan 16 jaar, gedurende een periode van drie maanden, worden vastgesteld op 50 pct. van het minimumuurloon van de meerderjarige werklieden en werksters van de categorie waartoe zij behoren. Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 juni 2006.
Cependant, le salaire horaire minimum des ouvriers et ouvrières âgés de moins de 16 ans peut être fixé, pendant une période de trois mois, à 50 p.c. du salaire horaire minimum des ouvriers et ouvrières majeurs de la catégorie à laquelle ils appartiennent. Art. 4. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 2 juin 2006.
54234
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4033
[2006/201859]
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4033
[2006/201859]
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à l’exécution de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à l’exécution de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75127/CO/150) Enig artikel. In artikel 7 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen wordt de datum van 1 januari 2001 vervangen dor 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Modification de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à l’exécution de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75127/CO/150) Article unique. A l’article 7 de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à l’exécution de la convention collective de travail du 25 mai 1999 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque, la date du 1er janvier 2001 est remplacée par 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
54235
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4034
[2006/201856]
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de carenzdag (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4034
[2006/201856]
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le jour de carence (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de carenzdag.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le jour de carence.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Carenzdag (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75128/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. Art. 2. De carenzdag bedoeld bij artikel 52, § 1, 2e lid van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, wordt door de werkgever betaald. Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Jour de carence (Convention enregistréele 14 juin 2005 sous le numéro 75128/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Le jour de carence visé par l’article 52, § 1er, alinéa 2 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail est payé par l’employeur. Art. 3. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
54236
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4035 [2006/201871] 15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden (1)
F. 2006 — 4035 [2006/201871] 15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de premie voor georganiseerden.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la prime aux syndiqués.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
ALBERT
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Premie voor de georganiseerden (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75129/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en werksters. Art. 2. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op : a) de werkgevers waarvan de onderneming ressorteert onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; b) de werklieden en werksters, tewerkgesteld door de onder a) genoemde werkgevers en die lid zijn van één van de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties die op nationaal vlak zijn verbonden. Art. 3. De bijdrage van de werkgevers wordt vastgesteld op 0,56 EUR per werkman of werkster, per gewerkte of gelijkgestelde werkdag gedurende het kalenderjaar 2003 en gedurende het kalenderjaar 2004 (het totaal aantal dagen per kalenderjaar wordt vastgesteld op 260 dagen). Art. 4. De in artikel 2, b) bedoelde werklieden en werksters hebben recht op een premie waarvan het bedrag wordt vastgesteld : - op 10,67 EUR per begonnen maand met een maximum van 128 EUR voor het jaar 2005 en voor het jaar 2006. Art. 5. Dit bedrag wordt integraal uitbetaald aan de werklieden en werksters die gedurende het ganse kalenderjaar : a) als personeelslid waren ingeschreven bij een in artikel 2, a) bedoelde onderneming; b) lid waren van één van de in artikel 2, b) bedoelde organisaties.
Prime aux syndiqués (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75129/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Les dispositions de ce chapitre s’appliquent : a) aux employeurs dont l’entreprise ressortit à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; b) aux ouvriers et ouvrières occupés par les employeurs visés sous a) et qui sont membres d’une des organisations interprofessionnelles représentatives des travailleurs fédérées sur le plan national. Art. 3. La cotisation des employeurs est fixée à 0,56 EUR par ouvrier ou ouvrière, par jour ouvrable effectif ou assimilé durant l’année civile 2003 et durant l’année civile 2004 (le total des jours est fixé à 260 jours par année civile). Art. 4. Les ouvriers et ouvrières visés à l’article 2, b) ont droit à une prime dont le montant est fixé à : - 10,67 EUR par mois entamé, avec un maximum de 128 EUR pour l’année 2005 et pour l’année 2006. Art. 5. Ce montant est payé intégralement aux ouvriers et ouvrières qui pendant toute l’année civile : a) étaient inscrits comme membres du personnel dans une entreprise visée à l’article 2, a); b) étaient membres d’une des organisations visées à l’article 2, b).
54237
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Diegenen die niet gedurende het ganse kalenderjaar 2004 en het ganse kalenderjaar 2006 aan beide voorwaarden voldoen ontvangen 10,67 EUR per volledige of begonnen maand tijdens dewelke zij beantwoorden aan bovenvermelde voorwaarden. De tijdens het lopende kalenderjaar gepensioneerde werklieden en werksters, alsmede deze die brugpensioen genieten bij toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 en van de wet van 30 maart 1976, hebben eveneens recht op het maximum bedrag van de premie. Art. 6. De in artikel 2, a) bedoelde werkgevers overhandigen, tijdens de periode van 1 tot 15 februari volgend op het kalenderjaar, aan de werklieden en werksters die gedurende dat dienstjaar in hun onderneming hebben gewerkt, een kaart van rechthebbende met vermelding van de volledige identiteit en de periode van tewerkstelling alsmede het aantal dagen waarop ze gewerkt hebben. De georganiseerde werklieden en werksters overhandigen deze kaart vóór het einde van de maand februari aan hun vakorganisatie. Deze vermeldt op de kaart de datum van aansluiting en het te ontvangen bedrag. De kaart van erkend rechthebbende wordt uiterlijk op 15 maart volgend op het kalenderjaar bij het sociaal fonds ingediend. Art. 7. De werkgever bezorgt aan het secretariaat van het sociaal fonds een nominatieve lijst met vermelding van het aantal effectief gewerkte en gelijkgestelde dagen zoals aangegeven in artikel 3. Het totale aantal gewerkte en gelijkgestelde dagen vermenigvuldigd met 0,56 EUR voor de jaren 2005 en 2006 maakt het totale bedrag uit van de verschuldigde bijdrage. De aldus berekende bijdrage wordt gestort aan het sociaal fonds uiterlijk tegen 15 februari van het jaar volgend op het dienstjaar. Art. 8. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Ceux ou celles qui ne satisfont pas aux deux conditions pour l’année civile 2005 et pour l’année civile 2006 entière reçoivent 10,67 EUR par mois entier ou par mois entamé pour lesquels ils remplissent les conditions prévues ci-dessus. Ont également droit au maximum de la prime, les ouvriers et ouvrières pensionnés pendant l’année civile en cours ainsi que ceux qui bénéficient de la prépension en application de la convention collective de travail no 17 et de la loi du 30 mars 1976.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Art. 6. Les employeurs visés à l’article 2, a) remettent, pendant la période du 1er au 15 février qui suit l’année civile, aux ouvriers et ouvrières qui durant cet exercice ont travaillé dans leur entreprise, une carte d’ayant droit mentionnant l’identité complète et la période de mise au travail ainsi que le nombre de jours pendant lesquels ils ont travaillé. Les ouvriers et ouvrières syndiqués remettent cette carte avant la fin du mois de février à leur organisation syndicale. Celle-ci mentionne sur la carte la date d’affiliation et le montant à recevoir. La carte d’ayant droit reconnu est remise au plus tard le 15 mars qui suit l’année calendrier auprès du fonds social. Art. 7. L’employeur envoie au secrétaire du fonds social une liste nominative mentionnant le nombre des journées effectives et assimilées, comme indiqué à l’article 3. Le nombre total des journées effectives ou assimilées multiplié par 0,56 EUR pour les années 2005 et 2006, donne le montant total de la cotisation due. La cotisation calculée de cette manière est versée au fonds social au plus tard le 15 février de l’année qui suit l’année de service. Art. 8. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4036
[2006/201878]
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de eindejaarspremie (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4036
[2006/201878]
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, relative à la prime de fin d’année (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de eindejaarspremie.
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie en terre commune, relative à la prime de fin d’année.
54238
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75131/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. Art. 2. Ten laatste op 15 december van elk kalenderjaar wordt een eindejaarspremie uitbetaald aan alle werklieden en werksters, op voorwaarde dat zij in de loop van het jaar hun arbeidsovereenkomst niet vrijwillig hebben verbroken, behoudens in geval van op pensioenstelling of toekenning van brugpensioen bij toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975 en van artikel 22 van de wet van 30 maart 1976 betreffende de economische herstelmaatregelen. Art. 3. De maximum eindejaarspremie wordt als volgt berekend :
Prime de fin d’année (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75131/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Une prime de fin d’année est payée au plus tard le 15 décembre de chaque année civile à tous les ouvriers et ouvrières, à condition qu’ils n’aient pas rompu volontairement leur contrat de travail au cours de l’année, sauf en cas de mise à la pension ou d’octroi de la prépension en application de la convention collective de travail no 17, conclue le 19 décembre 1974 au sein du Conseil national du travail, instituant un régime d’indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés, en cas de licenciement, rendue obligatoire par arrêté royal du 16 janvier 1975 et de l’article 22 de la loi du 30 mars 1976 relative aux mesures de redressement économique.
a) voor de werklieden en werksters van 19 jaar en ouder en voor de minderjarigen die het loon van de meerderjarigen ontvangen : op basis van 162,5 x het conventionele uurloon van de geoefenden, van toepassing op 1 december van elk kalenderjaar in een stelsel van wekelijkse arbeidsduur van zevenendertig uur en dertig minuten; b) voor de minderjarigen jonger dan 19 jaar, waarvan het loon is onderworpen aan de degressieve schaal overeenkomstig artikel 4 : op basis van 162,5 x het individuele uurloon, van toepassing op 1 december van elk kalenderjaar in een stelsel van wekelijkse arbeidsduur van zevenendertig uur en dertig minuten. Het bedrag mag niet lager zijn dan 65 pct. van het bedrag vermeld onder a). Voor de toepassing van de onder a) en b) vermelde wijze van berekening, wordt de leeftijd in aanmerking genomen, bereikt op 1 december van elk kalenderjaar. Voor de werklieden en werksters die in de loop van het kalenderjaar zijn in dienst getreden, wordt de premie berekend op basis van 1/12e van de maximumpremie per maand aanwezigheid. Een begonnen maand wordt als een volledige maand beschouwd. Art. 4. In geval van afdanking, uitgezonderd om dringende reden, wordt de eindejaarspremie toegekend op basis van 1/12e per maand of begonnen maand aanwezigheid, maar wordt als volgt berekend : - voor de rechthebbenden bedoeld in artikel 3, a) : 162,5 x het conventionele uurloon van de geoefenden van toepassing op de eerste van de maand waarin zij de onderneming verlaten; - voor de rechthebbenden bedoeld in artikel 3, b) : 162,5 x het individuele uurloon, van toepassing op de eerste van de maand waarin zij de onderneming verlaten. Art. 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006.
Art. 3. La prime maximum de fin d’année est calculée de la manière suivante : a) pour les ouvriers et ouvrières âgés de 19 ans et plus et pour les mineurs d’âge touchant le salaire des majeurs : sur la base de 162,5 x le salaire horaire conventionnel des ouvriers spécialisés, d’application le 1er décembre de chaque année civile dans un régime de durée hebdomadaire de travail de trente-sept heures et trente minutes; b) pour les mineurs d’âge de moins de 19 ans dont le salaire est soumis au barème dégressif conformément à l’article 4 : sur la base de 162,5 x le salaire horaire individuel, d’application le 1er décembre de chaque année civile dans un régime de durée hebdomadaire de travail de trente-sept heures et trente minutes; Le montant ne peut être inférieur à 65 p.c. du montant mentionné sous a). L’âge atteint au 1er décembre de l’année civile est pris en considération pour l’application des modes de calcul prévus sous a) et b). Pour les ouvriers et ouvrières qui sont entrés en service au cours de l’année civile, la prime est calculée sur la base de 1/12e de la prime maximum par mois de présence. Un mois entamé est assimilé à un mois complet. Art. 4. En cas de licenciement, sauf pour motif grave, la prime de fin d’année est accordée sur la base de 1/12e par mois de présence ou par mois entamé, mais elle est calculée de la manière suivante : - pour les bénéficiaires visés à l’article 3, a) : 162,5 x le salaire horaire conventionnel des ouvriers spécialisés d’application le premier du mois de leur départ de l’entreprise; - pour les bénéficiaires visés à l’article 3, b) : 162,5 x le salaire horaire individuel d’application le premier du mois de leur départ de l’entreprise. Art. 5. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
54239
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
De Minister van Werkgelegenheid, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4037 [2006/201793] 15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de ploegenpremies (1)
F. 2006 — 4037 [2006/201793] 15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les primes d’équipes (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de ploegenpremies.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant les primes d’équipes.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Ploegenpremies (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75132/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werk-lieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. Art. 2. Wanneer het werk in opeenvolgende ploegen wordt uitgevoerd, worden de volgende premies toegekend : 6 pct. van het loon voor de morgen- en namiddagploegen; 16 pct. van het loon voor de nachtploegen; 9,33 pct. van het loon voor de ploegen die in continudienst werken. Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Primes d’équipes (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75132/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs, aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Com-mission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Lorsque le travail est organisé en équipes successives, les primes suivantes sont octroyées : 6 p.c. du salaire pour les équipes du matin et de l’après-midi; 16 p.c. du salaire pour les équipes de nuit; 9,33 p.c. du salaire pour les équipes travaillant en service continu. Art. 3. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
54240
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4038
[2006/201858]
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de anciënniteitstoelage (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4038
[2006/201858]
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le supplément d’ancienneté (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de anciënniteitstoelage.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant le supplément d’ancienneté.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Anciënniteitstoelage (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75133/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. Art. 2. De werklieden en werksters bedoeld in artikel 1, hebben recht op een anciënniteitstoeslag van 0,05 EUR per schijf van 5 jaar dienst, bovenop het met de beklede functie overeenstemmende minimumuurloon. Deze toeslag wordt betaald de eerste van de volgende maand. Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Supplément d’ancienneté (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75133/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Les ouvriers et ouvrières visés à l’article 1er ont droit à un supplément salarial d’ancienneté s’élevant à 0,05 EUR par tranche de 5 ans de service de la rémunération minimum correspondant à la fonction exercée. Ce supplément est payé le premier du mois suivant. Art. 3. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54241
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4039 [2006/201759] 15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (1)
F. 2006 — 4039 [2006/201759] 15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, concernant la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
ALBERT
Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75134/CO/150) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren. Onder ″werklieden″ wordt verstaan : de werklieden en de werksters. Art. 2. De minimumuurlonen, de werkelijk betaalde lonen en de premies worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks door het Federale Overheidsdienst Economie vastgesteld en in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. Art. 3. De minimumuurlonen vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005 betreffende de lonen evenals de werkelijk betaalde lonen en de premies, stemmen overeen met het indexcijfer 113,67. Art. 4. Zodra het in artikel 3 bedoelde indexcijfer een cijfer bereikt dat 2 pct. hoger is dan het indexcijfer dat aanleiding heeft gegeven tot de van kracht zijnde minimumuurlonen, premies en de werkelijk betaalde lonen worden deze met 2 pct. verhoogd. Art. 5. Wanneer het in artikel 3 bedoelde indexcijfer terugvalt tot een cijfer lager dan het indexcijfer dat aanleiding heeft gegeven tot de voorlaatste loons- en premieverhogingen, worden de minimumuurlonen, de werkelijk betaalde lonen en de premies teruggebracht tot de loon- en premiebedragen die overeenstemmen met deze van de voorlaatste verhoging.
Liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75134/CO/150) Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières. Art. 2. Les salaires horaires minimums, les salaires réellement payés et les primes sont rattachés à l’indice des prix à la consommation, fixé mensuellement par le Service public fédéral Economie et publié au Moniteur belge. Art. 3. Les salaires horaires minimums fixés par la convention collective de travail du 24 mai 2005 relative aux salaires ainsi que les salaires réellement payés et les primes, correspondent à l’indice 113,67. Art. 4. Lorsque l’indice visé à l’article 3 atteint un chiffre qui dépasse de 2 p.c. l’indice ayant donné lieu aux salaires horaires minimums, les primes et les salaires effectivement payés, actuellement en vigueur, sont augmentés de 2 p.c. Art. 5. Lorsque l’indice visé à l’article 3 atteint un chiffre inférieur à celui de l’indice qui a provoqué l’avant-dernière augmentation des salaires et des primes, les salaires horaires minimums, les salaires effectivement payés et les primes, sont ramenés aux taux des salaires et des primes correspondant à ceux de l’avant-dernière augmentation.
54242
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 6. Bij toepassing van de artikelen 4 en 5, wordt de volgende tabel vastgesteld :
Art. 6. Le tableau suivant est fixé en application des articles 4 et 5 :
Indexcijfer/Indice
Loonpeil/Niveau de salaire
-
-
111,43
A (loon/salaire B x 0,98)
113,66
B (loon/salaire 31 augustus/août 2004) basis-base
115,94
C (loon/salaire B x 1,02)
118,26
D (loon/salaire C x 1,02)
120,63
E (loon/salaire D x 1,02)
123,04
F (loon/salaire E x 1,02)
Art. 7. De aanpassingen gaan in de eerste dag van de maand die volgt op deze waarvan het indexcijfer een aanpassing heeft veroorzaakt. Indien een aanpassing voortvloeiend uit de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en een andere verhoging van de lonen moet worden toegepast, wordt de aanpassing voortvloeiend uit de koppeling aan het indexcijfer toegepast, nadat eerst de lonen met de voorziene verhoging werden aangepast. Indien een aanpassing voortvloeiend uit de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen samenvalt met een loonsverhoging bij het ingaan van een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de aanpassing voortvloeiend uit de koppeling aan het indexcijfer toegepast vooraleer de voorziene loonsverhoging toe te passen. Art. 8. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005 en treedt buiten werking op 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Art. 7. Les adaptations s’appliquent à partir du premier jour du mois suivant celui dont l’indice a entraîné une adaptation. S’il y a lieu d’appliquer une adaptation résultant de la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation et une autre augmentation des salaires, l’adaptation résultant de l’indexation est appliquée après l’augmentation prévue des salaires.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Si une adaptation résultant de la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation coïncide avec une majoration salariale au moment où une nouvelle convention collective de travail prend cours, l’adaptation résultant de l’indexation est appliquée avant la majoration prévue des salaires. Art. 8. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2005 et cesse d’être en vigueur le 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4040
[2006/201855]
15 JUNI 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4040
[2006/201855]
15 JUIN 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 8 avril 2003 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen.
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 mai 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, modifiant la convention collective de travail du 8 avril 2003 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54243
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 15 juin 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde
Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2005
Convention collective de travail du 24 mai 2005
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 2003 betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 14 juni 2005 onder het nummer 75136/CO/150) Enig artikel. In artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de opleiding en beroepsintegratie van de jongeren en risicogroepen wordt de datum van 1 januari 2001 vervangen door 31 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
Modification de la convention collective de travail du 8 avril 2003 relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque (Convention enregistrée le 14 juin 2005 sous le numéro 75136/CO/150) Article unique. A l’article 5 de la convention collective de travail du 25 mai 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, relative à la formation et l’intégration professionnelle des jeunes et groupes à risque, la date du 1er janvier 2001 est remplacée par 31 décembre 2006. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 juin 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4041 [2006/202692] 1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, betreffende de lonen en de arbeidsvoorwaarden (1)
F. 2006 — 4041 [2006/202692] 1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 5 juillet 2001, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative aux salaires et conditions de travail (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bosontginningen; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28; Vu la demande de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, betreffende de lonen en de arbeidsvoorwaarden. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 5 juillet 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative aux salaires et conditions de travail. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
54244
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Bijlage
Annexe
Paritair Subcomité voor de bosontginningen
Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières
Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001
Convention collective de travail du 5 juillet 2001
Lonen en arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer 59006/CO/125.01)
Salaires et conditions de travail (Convention enregistrée le 28 septembre 2001 sous le numéro 59006/CO/125.01)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werklieden die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de bosontginningen. Met ″werklieden″ bedoelt men : de werklieden en werksters.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières. Par ″ouvriers″, on entend : les ouvriers et ouvrières.
HOOFDSTUK II. — Vaststelling van de lonen Art. 2. Vanaf 1 juli 2001 gelden onderstaande minimumlonen in het stelsel van de 38- urenweek verplicht op 5 theoretische arbeidsdagen.
CHAPITRE II. — Fixation des salaires Art. 2. A partir du 1er juillet 2001, les salaires minima ci-après seront obligatoirement en vigueur dans le régime de la semaine de 38 heures sur 5 jours de travail théoriques. § 1er. Feuillus A. Abattage 1. Toutes essences
§ 1. Loofhout A. Kapping 1. Alle soorten BEF/m3
EUR/m3
40/89
110
2,73
90 en meer
90
2,23
Categorieën
er
BEF/m3
EUR/m3
40/89
110
2,73
90 et plus
110
2,23
BEF/m3
EUR/m3
Catégories
2. Populieren
2. Peupliers BEF/m3
EUR/m3
onder 120
108
2,68
moins de 120
108
2,68
120/179
62
1,54
120/179
62
1,54
Categorieën
Catégories
180 en meer
51
1,26
180 et plus
51
1,26
alle categorieën (90 en meer)
63
1,56
toutes catégories (90 et plus)
63
1,56
B. Doorkorten en stapelen zonder laden
B. Découpe et mise en tas sans chargement
1. Kruinhout, langhout en schaarhout : kwaliteit vezelhout : 1 m en 1,15 m
260 BEF/stère 6,45 EUR/stère
1. Houppier, baliveaux et taillis : qualité trituration : 1 m et 1,15 m
260 BEF/stère 6,45 EUR/stère
2. Populierkruinhout : 2 m
250 BEF/stère 6,20 EUR/stère
2. Houppier peuplier : 2 m
250 BEF/stère 6,20 EUR/stère
3. Kruinhout (hard loofhout) en langhout : 2 m
200 BEF/stère 4,96 EUR/stère
3. Houppier (bois dur) et baliveaux : 2 m
200 BEF/stère 4,96 EUR/stère
4. Klieven met mechanische hulp (brandhout 1m)
200 BEF/stère 4,96 EUR/stère
4. Fendage avec aide mécanisée (bois de chauffage 1 m)
200 BEF/stère 4,96 EUR/stère
5. Doorkorten van lang populierenzaaghout met mechanische hulp
25 BEF/m3 0,62 EUR/m3
5. Découpe de grumes de peuplier avec aide mécanisée
25 BEF/m3 0,62 EUR/m3
§ 2. Naaldhout A. Kapping a) Alle soorten (behalve gewone den), niet-ontschorst hout, in dunning. Categorieën bij de afwerking Catégories à la finition BEF/m3 30/en minder/et moins 700 31/40 450 41/50 300 51/60 230 61/70 220 71/119 200 120 en meer/et plus 160
§ 2. Résineux A. Abattage a) Toutes essences (sauf pin sylvestre), bois non écorcés, en éclaircies.
EUR/m3 17,35 11,16 7,77 5,70 5,45 4,96 3,97
Kapping voor processor Abattage devant ébrancheuse BEF/m3 80 80 60 60 60 50 40
EUR/m3 1,98 1,98 1,49 1,49 1,49 1,24 0,99
54245
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Voor woud-gepeld : verhoging met 20 pct. b) Gewone den
Pour pelage forestièrement : augmentation de 20 p.c. b) Pin sylvestre BEF/m3 180 150 100
Categorieën -Catégories 40/69 70/89 90 en meer/et plus
B. Normale doorkorting op gelijk welke plaats 1. Zaaghoutstammen : meting en afkorting van de toppen inbegrepen Categorieën - Catégories 60/89 90 en meer/et plus
EUR/m3 4,46 3,72 2,48
B. Découpe normale en quelque endroit que ce soit 1. Tronces de sciage : cubage et recoupe de la pointe compris
in het bos - en forêt BEF/m3 30 20
op werf - sur chantier BEF/m3 EUR/m3 20 0,50 15 0,37
EUR/m3 0,74 0,50
2. Langhout : Naaldhout 40/80 (maximum 3 afmetingen) : 180 BEF/m3 - 4,46 EUR/m3. Op werf : épicéa, douglas, lork met doorkorting van perkoenpalen : 300 BEF/m3 - 7,44 EUR/m3. § 3. Uurloon Uitzonderlijk geval en op aanvraag. Per uur effectieve arbeid : - ongeschoolden : 312 BEF/uur - 7,73 EUR/uur; - geoefenden : 340 BEF/uur - 8,43 EUR/uur. HOOFDSTUK III. — Regionale tewerkstellingsmaatregelen Art. 3. In uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst verklaren de ondertekenende partijen dat de werknemers ressorterend onder het Paritair Subcomité voor de bosontginningen gebruik kunnen maken van de aanmoedigingspremies voor zorgkrediet, opleidingskrediet, landingsbanen, ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering, loopbaanvermindering 1/5, toegekend door de Gewesten of de Gemeenschappen.
2. Baliveaux : Résineux 40/80 (maximum 3 dimensions) : 180 BEF/m3 - 4,46 EUR/m3 Sur chantier : épicéa, douglas, mélèze avec découpe tuteurs : 300 BEF/m3 - 7,44 EUR/m3. § 3. Salaire horaire Cas exceptionnel et à la demande. Par heure de travail effectif : - ouvrier non qualifié : 312 BEF/heure - 7,73 EUR/heure; - ouvrier spécialisé : 340 BEF/heure - 8,43 EUR/heure. CHAPITRE III. — Mesures régionales de l’emploi Art. 3. En exécution de la présente convention collective de travail, les parties signataires déclarent que les travailleurs ressortissant à la Souscommission paritaire pour les exploitations forestières peuvent bénéficier des primes d’encouragement pour le crédit-soin, le crédit formation, les fins de carrière, les entreprises en difficulté ou en restructuration, la diminution de carrière 1/5, accordées par les Régions ou les Communautés.
HOOFDSTUK VI. — Geldigheidsduur en slotbepalingen Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2001 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2002. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.
CHAPITRE IV. — Durée de validité et dispositions finales Art. 14. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er juillet 2001 et cesse de produire ses effets le 31 décembre 2002. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er septembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4042 [2006/202693] 1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″, ″Bosuitbatingsfonds″ genaamd, en vaststelling van zijn statuten (1)
F. 2006 — 4042 [2006/202693] 1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 26 juin 2003, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, modifiant la convention collective de travail du 2 octobre 1996 instituant un ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″, dit ″Fonds forestier″, et fixant ses statuts (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bosontginningen; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″, ″Bosuitbatingsfonds″ genaamd, en vaststelling van zijn statuten.
Vu la demande de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 26 juin 2003, reprise en annexe, conclue au sein de la Souscommission paritaire pour les exploitations forestières, modifiant la convention collective de travail du 2 octobre 1996 instituant un ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″, dit ″Fonds forestier″, et fixant ses statuts.
54246
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006.
Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Subcomité voor de bosontginningen
Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2003
Convention collective de travail du 26 juin 2003
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″, ″Bosuitbatingsfonds″ genaamd, en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 13 januari 2004 onder het nummer 69191/CO/125.01) Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, ressorterend onder het Paritair Subcomité voor de bosontginningen en op de werklieden die zij tewerkstellen. Met ″werklieden″ bedoelt men : de werklieden en werksters. Met ″Bosuitbatingsfonds″ bedoelt men : het ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″. Art. 2. Het artikel 3, § 1, hoofdstuk II - Opdrachten, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een ″Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen″, ″Bosuitbatingsfonds″ genaamd, en vaststelling van zijn statuten, wordt als volgt vervangen : « Art. 3. § 1. Het ″Bosuitbatingsfonds″ voorziet onder andere in de financiering, de toekenning en de uitkering van : 1. de vergoeding voor mechanische werktuigen; 2. de individuele beschermuitrusting; 3. de vergoeding voor onderhoud van werkkleding; 4. de uitkering in geval van langdurige ziekte en/of arbeidsongeval;
Modification de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 instituant un ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″, dit ″Fonds forestier″, et fixant ses statuts (Convention enregistrée le 13 janvier 2004 sous le numéro 69191/CO/125.01)
5. de aanvullende brugpensioenvergoeding; 6. de sociale vergoeding voor oudere ontslagen werknemers; 7. de uitkering in geval van dodelijk arbeidsongeval. » Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003. Zij heeft dezelfde geldigheid als bepaald in artikel 5 van bovenvermelde collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.
Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs, ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières et aux ouvriers qu’ils occupent. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et ouvrières. Par ″Fonds forestier″ on entend : le ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″. Art. 2. L’article 3, § 1er, chapitre II - Missions, de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 instituant un ″Fonds de sécurité d’existence des exploitations forestières″, dit ″Fonds forestier″ et fixant ses statuts, est remplacé comme suit : « Art. 3. § 1er. Le ″Fonds forestier″ assure entre autres le financement, l’octroi et la liquidation : 1. de l’indemnité d’outillage mécanisé; 2. de l’équipement de protection individuel; 3. de l’indemnité d’entretien des vêtements de travail; 4. de l’indemnité de maladie de longue durée et/ou accident du travail; 5. de l’indemnité complémentaire de prépension; 6. de l’indemnité sociale aux travailleurs âgés licenciés; 7. de l’indemnité en cas d’accident mortel du travail. » Art. 3. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2003. Elle a la même validité que celle déterminée à l’article 5 de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 précitée. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er septembre 2006. Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4043 [2006/202738] 1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, houdende de opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 betreffende de bijkomende werkloosheidsuitkering ″wintervergoeding″ genaamd (1)
F. 2006 — 4043 [2006/202738] 1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 8 octobre 2003, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative à l’annulation de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 relative à l’indemnité complémentaire de chômage dite ″pécule d’hiver″ (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
54247
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bosontginningen; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Vu la demande de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, houdende de opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 betreffende de bijkomende werkloosheidsuitkering ″wintervergoeding″ genaamd. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 8 octobre 2003, reprise en annexe, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières, relative à l’annulation de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 relative à l’indemnité complémentaire de chômage dite ″pécule d’hiver″. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Subcomité voor de bosontginningen
Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières
Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003
Convention collective de travail du 8 octobre 2003
Opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 betreffende de bijkomende werkloosheidsuitkering ″wintervergoeding″ genaamd (Overeenkomst geregistreerd op 8 oktober 2004 onder het nummer 72726/CO/125.01)
Annulation de la convention collective de travail du 2 octobre 1996 relative à l’indemnité complémentaire de chômage dite ″pécule d’hiver″ (Convention enregistrée le 8 octobre 2004 sous le numéro 72726/CO/125.01)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werklieden die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de bosontginningen. Met ″werklieden″ bedoelt men : de werklieden en werksters.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers ressortissant à la Sous-commission paritaire pour les exploitations forestières. Par ″ouvriers″, on entend : les ouvriers et les ouvrières.
HOOFDSTUK II. — Opzegbepaling Art. 2. De collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 betreffende de bijkomende werkloosheidsuitkering ″wintervergoeding″ genaamd, collectieve arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur en geregistreerd onder het nummer 42854/CO/125.01, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 30 mei 1997 (Belgisch Staatsblad van 15 augustus 1997) wordt opgeheven vanaf 1 januari 2003. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.
CHAPITRE II. — Disposition abrogatoire Art. 2. La convention collective de travail du 2 octobre 1996 relative à l’indemnité complémentaire de chômage dite ″pécule d’hiver″, convention collective de travail à durée indéterminée et enregistrée sous le numéro 42854/CO/125.01, rendue obligatoire par arrêté royal du 30 mai 1997 (Moniteur belge du 15 août 1997) est abrogée à partir du 1er janvier 2003. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er septembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
er
* SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4044
[2006/202651]
1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanzekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
F. 2006 — 4044
[2006/202651]
er
1 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 24 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs, modifiant la convention collective de travail du 11 juin 2001 portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″ (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Vu al loi du 7 janvier 1958 relative aux fonds de sécurité d’existence, notamment l’article 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
54248
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 september 2003; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf; Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu la convention collective de travail du 11 juin 2001 conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs, portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″, rendue obligatoire par arrêté royal du 11 septembre 2003; Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanzekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd.
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 24 juin 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs, modifiant la convention collective de travail du 11 juin 2001 portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 11 september 2003, Belgisch Staatsblad van 24 november 2003.
Note (1) Références au Moniteur belge : Loi du 7 janvier 1958, Moniteur belge du 7 février 1958. Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. Arrêté royal du 11 septembre 2003, Moniteur belge du 24 novembre 2003.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor het tabaksbedrijf
Commission paritaire de l’industrie des tabacs
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2005
Convention collective de travail du 24 juin 2005
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd (Overeenkomst geregistreerd op 2 september 2005 onder het nummer 76271/CO/133)
Modification de la convention collective de travail du 11 juin 2001 portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″ (Convention enregistrée le 2 septembre 2005 sous le numéro 76271/CO/133)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf ressorteren en op de werknemers, lid van één der werknemersorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf. Onder ″werknemers″ wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs ressortissant à la Commission paritaire de l’industrie des tabacs et aux travailleurs affiliés à l’une des organisations de travailleurs représentées au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs. On entend par ″travailleurs″ : les ouvriers et les ouvrières.
HOOFDSTUK II. — Beschikkingen Art. 2. Artikel 5, § 1, alinea 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, houdende coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid ″Sociaal Fonds van de tabaksindustrie″ genoemd wordt vervangen door de volgende bepaling : ″Art. 5. § 1. alinea 1. Alle werknemers, bedoeld in artikel 4, b) hebben zonder onderscheid onder de hiernavolgende voorwaarden recht op een jaarlijkse premie die is vastgesteld op 124 EUR vanaf het kalenderjaar 2005 en op 128 EUR vanaf het kalenderjaar 2006. Deze bedragen kunnen bij beslissing van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf worden gewijzigd. ». Art. 3. Artikel 5, § 4, van het in artikel 2 voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 wordt vervangen door de volgende bepaling : ″Art. 5. § 4. De werknemers bedoeld in artikel 4, b) van deze overeenkomst die op brugpensioen zijn gegaan uiterlijk tijdens het kalenderjaar 2004, hebben recht in 2006 op een premie van 20 EUR op basis van het kalenderjaar 2005.
CHAPITRE II. — Dispositions Art. 2. L’article 5, § 1er, alinéa 1er de la convention collective de travail du 11 juin 2001, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs, portant coordination des conventions collectives de travail concernant les statuts du fonds de sécurité d’existence dénommé ″Fonds social de l’industrie des tabacs″ est modifié par la disposition suivante : ″Art. 5. § 1er. alinéa 1er. Tous les travailleurs visés à l’article 4, b) ont sans distinction, droit aux conditions mentionnées ci-après à une prime annuelle fixée à 124 EUR à partir de l’année 2005 et à 128 EUR à partir de l’année de 2006. Ces montants peuvent être modifiés par une décision de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs. ». Art. 3. L’article 5, § 4, de la convention collective de travail du 11 juin 2001 précitée, est remplacé par la disposition suivante :
er
″Art. 5. § 4. Les travailleurs visés à l’article 4, b) de la présente convention qui ont été prépensionnés au plus tard au cours de l’année civile 2004, ont droit en 2006 à une prime de 20 EUR sur base de l’année civile 2005.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54249
Vanaf de uitkering in 2007 hebben de werknemers die op brugpensioen zijn gegaan uiterlijk tijdens het kalenderjaar 2005, op basis van het kalenderjaar 2006 recht op een premie van 25 EUR. »
A partir du paiement en 2007, les travailleurs qui ont été prépensionnés au courant de l’année civile 2005 au plus tard, ont sur base de l’année civile 2006, droit à une prime de 25 EUR. »
HOOFDSTUK III. — Duur - Geldigheid Art. 4. Artikel 28, alinea 1 wordt vervangen door de volgende bepaling : « Art. 28. alinea 1. Onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking van 1 januari 2005 en is gesloten voor onbepaalde duur. »
CHAPITRE III. — Durée - Validité Art. 4. L’article 28, alinéa 1er est modifié par la disposition suivante :
Ieder der contracterende partijen kan onderhavige overeenkomst opzeggen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf en aan elk der contracterende partijen. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.
« Art. 28. alinéa 1er. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2005 et est conclue pour une durée indéterminée. » Chacune des parties contractantes peut dénoncer la présente convention, moyennant un délai de préavis de trois mois, notifié par lettre recommandée à la poste adressée au président de la Commission paritaire de l’industrie des tabacs et à chacune des parties contractantes. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er septembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4045 [2006/202688] 1 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden (1)
F. 2006 — 4045 [2006/202688] 1er SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 2 février 2000, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, relative à l’égalité de traitement entre hommes et femmes en ce qui concerne les conditions de travail (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28; Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie verrière; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 2 février 2000, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, relative à l’égalité de traitement entre hommes et femmes en ce qui concerne les conditions de travail. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. Annexe
Paritair Comité voor het glasbedrijf
Commission paritaire de l’industrie verrière
Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 2000
Convention collective de travail du 2 février 2000
Gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 5 april 2000 onder het nummer 54535/CO/115)
Egalité de traitement entre hommes et femmes en ce qui concerne les conditions de travail (Convention enregistrée le 5 avril 2000 sous le numéro 54535/CO/115)
Voorwoord De ondertekenende sociale partners van het Paritair Comité voor het glasbedrijf willen, binnen dit sectoraal kader, uitvoering geven aan het interprofessionneel akkoord van 8 december 1998. Dit interprofessionneel akkoord voorziet - indien nodig - in een herziening van de functieclassificatiesystemen die door de collectieve arbeidsovereenkomsten zijn bepaald om het beginsel van gelijke behandeling van vrouwelijke en mannelijke werknemers effectief te maken.
Préambule Les partenaires sociaux de la Commission paritaire de l’industrie verrière, signataires, entendent exécuter, dans ce cadre sectoriel, l’accord professionnel du 8 décembre 1998. Cet accord interprofessionnel prévoit - si nécessaire - une révision des systèmes de classification de fonctions prévus par les conventions collectives de travail en vue de rendre effectif le principe de l’égalité de rémunération et traitement entre travailleurs féminins et masculins.
54250
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en werknemers die onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf ressorteren.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de l’industrie verrière.
HOOFDSTUK II. — Maatregelen voor de gelijke behandeling van mannen en vrouwen Art. 2. De werkgevers verbinden zich ertoe het principe van gelijke behandeling zoals bepaald in de wet van 7 mei 1999 over de gelijke behandeling van mannen en vrouwen, namelijk de afwezigheid van elke discriminatie gebaseerd op het geslacht, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks te respecteren. Art. 3. De ondertekenende partijen bevestigen hun wil om het onderzoek van eventuele problemen in verband met verschillen in de behandeling van mannen en vrouwen naar het lokale vlak door de sturen en de analyse ervan te bevorderen tussen de directie van de betrokken onderneming en hetzij, de vakbondsafvaardiging eventueel bijgestaan door de regionale verantwoordelijken hetzij, bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging, de regionale vakbondsverantwoordelijken. Art. 4. De ondertekenende partijen zijn akkoord voor de mogelijke aanpassing van de teksten van de functieclassificaties bepaald op het niveau van de sector met het oog op het vermijden van discriminaties tussen mannen en vrouwen. Art. 5. Voor zover geen akkoord kon worden bereikt na onderhandeling in de onderneming, zal de meest gerede partij zich voor het dossier tot het paritair comité wenden. Het paritair comité zal alles in het werk stellen om het voorgelegde probleem op te lossen.
CHAPITRE II. — Mesures pour l’égalité de traitement entre hommes et femmes Art. 2. Les employeurs s’engagent à respecter le principe de l’égalité de traitement tel que défini par la loi du 7 mai 1999 sur l’égalité de traitement entre hommes et femmes, à savoir l’absence de toute discrimination fondée sur le sexe, soit directement, soit indirectement.
HOOFDSTUK III. — Duur van de overeenkomst Art. 6. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt voor onbepaalde duur gesloten. Zij wordt van kracht op 1 februari 2000.
CHAPITRE III. — Durée de la convention Art. 6. La présente convention collective de travail est conclue pour une durée indéterminée. Elle produit ses effets à partir du 1er février 2000. Elle peut être dénoncée par chacune des parties, moyennant un préavis de trois mois signifié par lettre recommandée à la poste adressée au président de la Commission paritaire de l’industrie verrière et aux organisations représentées au sein de celle-ci. Art. 7. La présente convention collective de travail sera déposée au Greffe du Service des relations collectives de travail du Ministère de l’Emploi et du Travail et la force obligatoire par arrêté royal est demandée.
Zij kan op elk ogenblik door één van de partijen worden opgezegd, mits een opzeggingstermijn van drie maanden per aangetekende brief aan de voorzitter en aan de in het Paritair Comité voor het glasbedrijf vertegenwoordigde organisaties. Art. 7. De huidige collectieve arbeidsovereenkomst zal ter Griffie van de Dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid worden neergelegd en een aanvraag tot algemeen verbindend verklaring bij koninklijk besluit zal worden gevraagd. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.
er
Art. 3. Les parties signataires affirment leur ferme volonté de renvoyer localement l’examen des problèmes éventuels de divergences dans le traitement entre hommes et femmes et de promouvoir l’analyse de ceux-ci entre la direction de l’entreprise concernée et, soit, la délégation syndicale assistée éventuellement des permanents régionaux, soit, en cas d’absence de délégation syndicale, les permanents régionaux. Art. 4. Les parties signataires sont d’accord pour l’adaptation éventuelle des textes des classifications définies au niveau du secteur pour éviter des discriminations entre hommes et femmes. Art. 5. Dans la mesure où aucun accord n’a pu être trouvé après négociation en entreprise, la commission paritaire est saisie par la partie la plus diligente du dossier. La commission paritaire mettra tout en œuvre pour régler le problème.
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 1er septembre 2006. Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4046
[2006/202798]
15 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4046
[2006/202798]
15 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 15 juin 1998, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, modifiant la convention collective de travail du 15 mai 1991 relative à la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation (1)
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf;
Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie verrière;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 15 juin 1998, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, modifiant la convention collective de travail du 15 mai 1991 relative à la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation.
54251
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 15 september 2006.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 15 septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor het glasbedrijf
Commission paritaire de l’industrie verrière
Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 1998
Convention collective de travail du 15 juin 1998
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (Overeenkomst geregistreerd op 27 juli 1998 onder het nummer 48734/CO/115)
Modification de la convention collective de travail du 15 mai 1991 relative à la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation (Convention enregistrée le 27 juillet 1998 sous le numéro 48734/CO/115)
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de l’industrie verrière.
HOOFDSTUK II. — Wijzigingen Art. 2. Artikel 2, § 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 betreffende de koppeling van de lonen aan de index van de consumptieprijzen wordt vervangen door : ″De lonen, van kracht op 1 januari 1998, komen overeen met de basis index 102,96.″ Art. 3. § § 4 en 5 van artikel 5 van voornoemde overeenkomst worden vervangen door : ″De indexcijfers die aanleiding geven tot een verhoging worden vastgesteld als volgt : 105,02, 107,12, 109,26, 111,45, 113,68, 115,95, 118,27, 120,64, 123,05, 125,51, enz... De indexcijfers die aanleiding geven tot een verlaging worden vastgesteld als volgt : 101,96, 103,99, 106,07, 108,19, 110,36, 112,57, 114,82, 117,11, 119,46, 121,85, 124,28, enz...″.
CHAPITRE II. — Modifications Art. 2. L’article 2, § 2 de la convention collective de travail du 15 mai 1991 concernant la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation est remplacé par : ″Les salaires en vigueur le 1er janvier 1998 correspondent à l’indice de base 102,96.″ Art. 3. Les § § 4 et 5 de l’article 5 de la convention précitée sont remplacés par : ″Les indices qui donnent lieu à une hausse sont fixés comme suit : 105,02, 107,12, 109,26, 111,45, 113,68, 115,95, 118,27, 120,64, 123,05, 125,51, etc... Les indices qui donnent lieu à une baisse sont fixés comme suit : 101,96, 103,99, 106,07, 108,19, 110,36, 112,57, 114,82, 117,11, 119,46, 121,85, 124,28, etc...″.
HOOFDSTUK III. — Slotbepalingen Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1998 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door een van de ondertekenende partijen bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, mits inachtneming van een vooropzeg van drie maanden. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 september 2006.
CHAPITRE III. — Dispositions finales Art. 4. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 1998 et est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée par l’une des parties signataires par lettre recommandée adressée au président de la Commission paritaire de l’industrie verrière et aux organisations représentées au sein de celle-ci, moyennant le respect d’un préavis de trois mois. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 15 septembre 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
er
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4047
[2006/203025]
24 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden aangaande de vorming en de werkgelegenheid, de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen in 1999 en 2000 (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4047
[2006/203025]
24 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords relatifs à la formation et l’emploi, les groupes à risque et la prépension conventionnelle en 1999 et 2000 (1)
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
54252
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie verrière; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden aangaande de vorming en de werkgelegenheid, de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen in 1999 en 2000. Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 24 september 2006.
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords relatifs à la formation et l’emploi, les groupes à risque et la prépension conventionnelle en 1999 et 2000. Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 24 septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor het glasbedrijf
Commission paritaire de l’industrie verrière
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999
Convention collective de travail du 10 juin 1999
Akkoorden aangaande de vorming en de werkgelegenheid, risicogroepen en conventioneel brugpensioen in 1999 en 2000 (Overeenkomst geregistreerd op 14 juli 1999 onder het nummer 51485/CO/115)
Accords relatifs à la formation et l’emploi, groupes à risque et prépension conventionnelle en 1999 et 2000 (Convention enregistrée le 14 juillet 1999 sous le numéro 51485/CO/115)
TITEL I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en werklieden die onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf ressorteren.
TITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises ressortissant à la Commission paritaire de l’industrie verrière.
TITEL II. — Maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van sectie IV van hoofdstuk II van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen en van zijn koninklijk uitvoeringsbesluit dat de vormvoorwaarden bepaalt waaraan de collectieve arbeidsovereenkomst en het akkoord betreffende de vorming en de werkgelegenheid evenals de raadplegingsprocedure die de werknemers moeten respecteren in geval van opstelling van een akkoord betreffende de vorming en de werkgelegenheid moeten voldoen, evenals in uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 8 december 1998.
TITRE II. — Mesures de promotion de l’emploi Art. 2. La présente convention collective de travail est conclue en exécution de la section IV du chapitre II de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses et de son arrêté royal d’exécution déterminant les conditions de forme auxquelles doivent satisfaire la convention collective de travail et l’accord relatifs à la formation et l’emploi ainsi que la procédure de consultation des travailleurs à respecter en cas d’établissement d’un accord relatif à la formation et l’emploi, ainsi qu’en exécution de l’accord interprofessionnel du 8 décembre 1998.
HOOFDSTUK I. — Loopbaanonderbreking Art. 3. Om de tewerkstelling aan te moedigen, wordt een recht op volledige loopbaanonderbreking toegekend, voor zover de uitoefening van dit recht door de arbeiders niet meer bedraagt dan 4 pct. van de arbeiders die ingeschreven zijn in het personeelsregister. Het aantal arbeiders met loopbaanonderbreking is echter beperkt tot 10 pct. van de arbeiders tewerkgesteld in dezelfde activiteitstak, dezelfde afdeling, eenzelfde departement, eenzelfde beroep of voor eenzelfde taak. De uitvoeringsmodaliteiten van het 4de pct. worden bepaald op het niveau van de paritaire subcomités of van de ondernemingen.
CHAPITRE Ier. — Interruption de carrière Art. 3. En vue de favoriser l’emploi, un droit est octroyé à l’interruption complète de carrière, pour autant que l’exercice de ce droit par les ouvriers n’excède pas 4 p.c. du personnel ouvrier inscrit au registre du personnel. Le nombre d’ouvriers en interruption complète de carrière est cependant limité à 10 p.c. du personnel ouvrier occupé dans une même branche d’activité, une même division, un même département, une même profession ou pour une même tâche. Les modalités d’exercice du 4e p.c. sont déterminées au niveau des sous-commissions paritaires ou des entreprises.
HOOFDSTUK II. — Werkgelegenheid - Vorming Art. 4. § 1. Maatregelen ten gunste van de risicogroepen De ondertekenende partijen willen sectie VI van hoofdstuk III van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen ten uitvoer leggen. Daartoe verbinden de werkgevers zich om op sectoraal niveau globaal een inspanning van 0,15 pct. van de bruto loonsom van de arbeiders te realiseren aan 108 pct. De initiatieven ten gunste van de arbeiders die tot de risicogroepen behoren of op wie het begeleidingsplan van toepassing is, zullen in de ondernemingen de werkgelegenheid en/of de vorming van de volgende risicogroepen moeten bevorderen : - jongeren met een verplichte deeltijdse schoolplicht;
CHAPITRE II. — Emploi - Formation Art. 4. § 1er. Mesures en faveur des groupes à risque Les parties signataires entendent mettre en exécution la section VI du chapitre III de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses.
er
A cet effet, les employeurs s’engagent à réaliser globalement au niveau sectoriel un effort de 0,15 p.c. de la masse salariale brute des ouvriers à 108 p.c. Les initiatives en faveur des ouvriers appartenant aux groupes à risque ou à qui s’applique un plan d’accompagnement, viseront à promouvoir dans les entreprises l’emploi et/ou la formation des groupes à risque suivants : - les jeunes à scolarité obligatoire partielle;
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54253
- laaggeschoolde of niet-geschoolde werklieden van de sector; - werklieden van de sector die met collectief ontslag, herstructurering of de invoering van nieuwe technologieën worden bedreigd; - herintreders op de arbeidsmarkt; - mindervalide of gehandicapte personen; - de andere ″doelgroepen″ zoals werklozen met een lage kwalificatie, langdurig werklozen, personen waarop een begeleidingsplan van toepassing is of die leven van een minimum bestaansuitkering. § 2. Maatregel voor de werkgelegenheid : de beroepsopleiding Anderzijds, verbinden de werkgevers zich ertoe de inspanning voor de vorming van de werklieden tijdens de werkuren voort te zetten. Voor 1999 en 2000, wordt de inspanning van 0,10 pct. op 0,15 pct. van de jaarlijkse brutoloonsom van de werklieden aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (aan 108 pct.) gebracht. § 3. Sectoraal vormingsfonds Om deze dubbele verbintenis bepaald in §§ 1 en 2 te realiseren, zullen de werkgevers RSZ-bijdragen, vastgesteld op 0,30 pct. van het bedrag van de brutoloonsom van de werklieden aan 108 pct. worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, overeenkomstig artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid. De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zal het bedrag van deze bijdragen storten aan het ″Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid″, opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 augustus 1987. Dit fonds voor bestaanszekerheid zal belast zijn met de financiering van de organisatie, enerzijds van concrete vormingsacties bedoeld in § 2 en anderzijds van initiatieven voor de vorming en de werkgelegenheid ten gunste van de risicogroepen bepaald in § 1, in het kader en door de tussenkomst van de sectie ″Beroepsopleiding″.
- les ouvriers peu qualifiés ou non qualifiés du secteur; - les ouvriers du secteur qui sont menacés de licenciement collectif, de restructuration ou d’instauration de technologies nouvelles; - les personnes qui réintègrent le marché du travail; - les personnes moins valides ou handicapées; - les autres groupes ″cibles″ tels que chômeurs à qualification réduite, chômeurs de longue durée, personnes à qui s’applique un plan accompagnement ou bénéficiant du minimum d’existence. § 2. Mesures pour l’emploi : la formation professionnelle D’autre part, les employeurs s’engagent à poursuivre un effort de formation des ouvriers pendant les heures de travail. Pour 1999 et 2000, l’effort est porté de 0,10 p.c. à 0,15 p.c. de la masse salariale annuelle brute des ouvriers déclarée à l’Office national de sécurité sociale (à 108 p.c.). § 3. Fonds de formation sectoriel Pour réaliser ce double engagement défini aux §§ 1er et 2, des cotisations patronales ONSS fixées à 0,30 p.c. du montant des salaires bruts des ouvriers à 108 p.c., seront perçues et recouvrées par l’Office national de Sécurité sociale, conformément à l’article 7 de la loi du 7 janvier 1958 concernant les fonds de sécurité d’existence. L’Office national de sécurité sociale versera le montant de ces cotisations au ″Fonds de sécurité d’existence pour l’industrie du verre″, institué par la convention collective de travail du 28 avril 1987, rendue obligatoire par arrêté royal du 5 août 1987.
TITEL III. — Gunstigere maatregelen Art. 5. De gunstigere maatregelen van de collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten op een lager niveau die de artikelen 3 en 4 van deze overeenkomst betreffen, behouden hun uitwerkingen tijdens de ganse duur van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.
TITRE III. — Dispositions plus favorables Art. 5. Les dispositions plus favorables des conventions collectives de travail conclues à un niveau inférieur qui concernent les articles 3 et 4 de la présente convention, maintiennent leurs effets pendant toute la durée de la présente convention collective de travail.
TITEL IV. — Brugpensioen Art. 6. Tijdens deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt het brugpensioen, volgens de voorwaarden van de overeenkomst nr. 17 gesloten in de schoot van de Nationale Arbeidsraad toegekend, behalve omwille van een ernstige reden, in alle andere gevallen van ontslag van een werkman die de leeftijd van 58 jaar bereikt heeft, indien de betrokkene een loopbaan van 25 jaar als loontrekkende kan bewijzen. Bijkomende toegangsvoorwaarden kunnen vanaf 1 januari 2000 via een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op een lager niveau voorzien worden. Elke bedrijfsovereenkomst inzake brugpensioen die een toegangsleeftijd van 55, 56 of 57 jaar voorziet, en die uiterlijk op 31 mei 1986 of 31 augustus 1987 werd neergelegd, en sindsdien zonder onderbreking werd toegepast, wordt onder dezelfde voorwaarden verlengd en met respect van de wettelijke voorwaarden met uitzondering van de collectieve arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur die tijdelijke herstructureringsoperaties betreffen. Art. 7. § 1. In uitvoering van artikel 110, § 1, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid en houdende diverse bepalingen, hebben de ontslagen werklieden die, in de periode van 1 januari 1999 tot 31 december 2000, 56 jaar of ouder zijn, recht op het voltijds brugpensioen beschreven in artikel 6. Bovendien moet de leeftijd van 56 jaar worden bereikt tijdens de looptijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst en op het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst. De bedoelde werklieden moeten op het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst 33 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen rechtvaardigen in de zin van artikel 114, § 4, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering. Deze werknemers moeten bovendien kunnen aantonen dat zij op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, minstens 20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990.
TITRE IV. — Prépension Art. 6. Au cours de la présente convention collective de travail, la prépension, dans les conditions de la convention no 17 conclue au sein du Conseil national du travail, est accordée, sauf cas de faute grave, dans tous les autres cas de licenciement d’un ouvrier ayant atteint l’âge de 58 ans, si l’intéressé peut prouver une carrière de 25 ans en tant que salarié. Des conditions supplémentaires d’accès peuvent être prévues à partir du 1er janvier 2000, par convention collective de travail conclue à un niveau inférieur. Toute convention d’entreprise en matière de prépension qui prévoit un âge d’accès à 55, 56 ou 57 ans, et qui a été déposée au plus tard le 31 mai 1986 ou le 31 août 1987, et appliquée sans interruption depuis lors, est prolongée sous les mêmes conditions et en respectant les possibilités légales à l’exception des conventions collectives de travail de durée déterminée qui ont trait à des opérations de restructuration temporaire. Art. 7. § 1er. En exécution de l’article 110, § 1er, de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses, les ouvriers licenciés qui, au cours de la période du 1er janvier 1999 au 31 décembre 2000 sont âgés de 56 ans ou plus, ont le droit de bénéficier du système de la prépension à temps plein décrit à l’article 6. Par ailleurs, l’âge de 56 ans doit être atteint au cours de la durée de validité de la présente convention collective de travail et au moment de la fin de leur contrat de travail. Les ouvriers visés doivent, au moment de la fin de leur contrat de travail, pouvoir se prévaloir de 33 ans de passé professionnel en tant que salarié, au sens de l’article 114, § 4, de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage.
Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen het nettoreferteloon en de werkloosheidsuitkering.
Ce fonds de sécurité d’existence sera chargé de financer l’organisation d’une part, d’actions de formation concrètes visées au § 2 et, d’autre part, d’initiatives pour la formation et l’emploi en faveur des groupes à risque prévues au § 1er, dans le cadre et par l’intermédiaire de la section ″Formation professionnelle″.
En outre, ces ouvriers doivent pouvoir prouver positivement, par tous moyens de preuve, qu’au moment de la fin du contrat de travail, ils ont travaillé effectivement au minimum pendant 20 ans dans un régime de travail tel que prévu à l’article 1er de la convention collective de travail no 46 conclue le 23 mars 1990 et rendue obligatoire par arrêté royal du 10 mai 1990. Le montant de l’indemnité complémentaire est égal à la moitié de la différence entre la rémunération nette de référence et l’allocation de chômage.
54254
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 2. Voor de toepassing van dit artikel worden voor de berekening van het beroepsverleden gelijkgesteld met arbeidsdagen : - de periode van actieve dienst als dienstplichtige en als gewetensbezwaarde met toepassing van de Belgische wetgeving; - de dagen van beroepsloopbaanonderbreking overeenkomstig de bepalingen van de herstelwet van 22 januari 1985 en de periode tijdens de welke de werknemer zijn loondienst heeft onderbroken om een kind op te voeden dat de leeftijd van 6 jaar niet heeft bereikt. Deze gelijkstellingen kunnen in totaal voor maximaal 3 jaar in rekening worden gebracht; - de dagen tijdens welke de werknemer zijn loondienst onderbroken heeft om een tweede of een volgend kind op te voeden dat de leeftijd van 6 jaar niet heeft bereikt. Deze gelijkstellingen kunnen in totaal voor maximaal 3 jaar in rekening worden gebracht; - de dagen van volledige werkloosheid met een maximum van 5 jaar. § 3. Artikel 7, § 1, is niet van toepassing op de ondernemingen die, op 1 januari 1999, een conventionele wekelijkse arbeidsduur hebben van minder dan 36 uur. Art. 8. De vervanging van de bruggepensioneerde werkman zal gebeuren overeenkomstig de wettelijke bepalingen en voorrang zal worden verleend aan werklieden met een onzeker statuut en waarbij rekening zal worden gehouden met de vereiste kwalificatie.
§ 2. Pour l’application du présent article, sont assimilés à des jours de travail pour le calcul du passé professionnel : - la période de service actif en tant que milicien et en tant qu’objecteur de conscience en application de la législation belge; - les jours d’interruption de carrière, conformément aux dispositions de la loi de redressement du 22 janvier 1985 et les périodes au cours desquelles le travailleur a interrompu son activité salariée pour élever un enfant de moins de 6 ans. Ces assimilations peuvent totaliser 3 ans au maximum; - les jours au cours desquels le travailleur a interrompu son activité salariée pour élever un deuxième enfant ou un enfant suivant âgé de moins de 6 ans. Ces assimilations peuvent être prises en compte pour un maximum de 3 ans au total; - les jours de chômage complet avec un maximum de 5 ans. § 3. L’article 7, § 1er, ne s’applique pas aux entreprises qui, au 1er janvier 1999, ont une durée hebdomadaire conventionnelle de travail de moins de 36 heures. Art. 8. Le remplacement de l’ouvrier prépensionné se fera conformément aux dispositions légales, la priorité étant accordée aux ouvriers sous statut précaire et compte tenu de la qualification requise.
TITEL V. — Sociaal overleg Art. 9. In geval van sociale conflicten, bevestigen de werkgevers en de werklieden hun vaste intentie om de aangepaste conventionele bemiddelingsprocedures te volgen, met inbegrip van het beroep doen op de voorzitter van het paritair comité in zijn hoedanigheid van sociaal bemiddelaar.
TITRE V. — Concertation sociale Art. 9. En cas de conflits sociaux, les employeurs et ouvriers confirment leur ferme intention de suivre les procédures conventionnelles de médiation appropriées, y compris le recours au président de la commission paritaire en sa qualité de conciliateur social.
TITEL VI. — Sociale vrede Art. 10. Om de sociale vrede te handhaven en ter wille van de overleg- en bemiddelingsprocedures eigen aan de glasindustrie, erkennen de ondertekenende partijen, in naam van hun lastgevers, dat zij aan alle wederzijdse eisen voor de materies die deel uitmaken van deze arbeidsovereenkomst zijn tegemoet gekomen.
TITRE VI. — Paix sociale Art. 10. Pour maintenir la paix sociale et dans le respect des procédures de concertation et de conciliation propres à l’industrie verrière, les parties signataires reconnaissent, au nom de leurs mandants, avoir rencontré leurs exigences réciproques pour les matières faisant partie de la présente convention collective de travail.
TITEL VII. — Duur van de overeenkomst Art. 11. Deze overeenkomst wordt van kracht op 1 januari 1999 en eindigt op 31 december 2000. Art. 12. Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal ter Griffie van de Dienst van de Collectieve Arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid worden neergelegd en een aanvraag tot algemeen verbindend verklaring bij koninklijk besluit zal worden aangevraagd. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 september 2006.
TITRE VII. — Durée de la convention Art. 11. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 1999 et expire le 31 décembre 2000. Art. 12. La présente convention collective de travail sera déposée au Greffe du Service des Relations collectives de travail du Ministère de l’Emploi et du Travail et la force obligatoire par arrêté royal sera demandée.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 24 septembre 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4048 [2006/202963] 24 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden voor de werkgelegenheid en de vorming, tot vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden in de aanvullende bedrijfssector glas en betreffende de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen (1)
F. 2006 — 4048 [2006/202963] 24 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords pour l’emploi et la formation, fixant certaines conditions de travail dans le secteur professionnel auxiliaire du verre et relative aux groupes à risque et à la prépension conventionnelle (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de akkoorden voor de werkgelegenheid en de vorming, tot vaststelling van
Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie verrière; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords pour l’emploi et la formation, fixant certaines conditions de travail dans le secteur
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54255
sommige arbeidsvoorwaarden in de aanvullende bedrijfssector glas en betreffende de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen.
professionnel auxiliaire du verre et relative aux groupes à risque et à la prépension conventionnelle.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 24 september 2006.
Donné à Bruxelles, le 24 septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage
Annexe
Paritair Comité voor het glasbedrijf
Commission paritaire de l’industrie verrière
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999
Convention collective de travail du 10 juin 1999
Akkoorden voor de werkgelegenheid en de vorming, vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden in de aanvullende bedrijfssector glas, risicogroepen en het conventioneel brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 13 augustus 1999 onder het nummer 51900/CO/115)
Accords pour l’emploi et la formation, fixation de certaines conditions de travail dans le secteur professionnel auxiliaire du verre, groupes à risque et à la prépension conventionnelle (Convention enregistrée le 13 août 1999 sous le numéro 51900/CO/115)
Titel I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen van volgende bedrijfssectoren, het door hen verrichten monteren en plaatsen inbegrepen : 1o glas voor industriële of huishoudelijke toepassingen (zoals pannen, kranen, tegels, stelen in glas en vitroceramische platen); 2o buizen, staven en staafjes in glas (namelijk voor de chemische, farmaceutische en elektrotechnische nijverheden); 3o verlichting en seininrichting (zoals glasballons en elektrische buizen, lichtreclames); 4o glasvezels, glaswol en cellulair glas; 5o voorwerpen in glas voor elk technisch, wetenschappelijk en industrieel gebruik (zoals leidingen, microkogels en -parels); 6o verwerkt en/of bewerkt holglas, zoals glasballons, flacons, kolven en laboratoriumtoestellen (laboratoriumglas), isolerende flessen; 7o ver- en bewerking van borosilicaat en ceramisch vlakglas, glasblazen (voor wetenschappelijke en industriële apparaten); 8o optiekglas, alsmede het slijpen en het versieren van deze glazen (glazen voor brillenfabricage). Deze ondernemingen behoren tot de aanvullende bedrijfssector glas voor zover één van de voormelde activiteiten in hoofdzaak wordt uitgeoefend en niet als bijkomstige activiteit van een andere sector van de glasindustrie. Onder ″werklieden″ verstaat men : zowel arbeiders als arbeidsters.
TITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises des secteurs d’activités suivants, y compris le montage et la pose assumée par elles : 1o verres pour applications industrielles ou domestiques (tels que tuiles, robinetteries, pavés, briques en verre et plaques vitrocéramiques); 2o tubes, tuyaux, barres et baguettes de verre (notamment pour les industries chimique, pharmaceutique et électrotechnique); 3o éclairage et signalisation (tels que ampoules et tubes électriques, enseignes lumineuses); 4o fibres de verre, laine de verre et verre cellulaire; 5o articles en verre pour tout usage technique, scientifique et industriel (telles que canalisations, microbilles et microsphères); 6o verres creux transformés et/ou façonnés, tels que ampoules, flacons, ballons, fioles et appareils de laboratoire (verrerie de laboratoire), bouteilles isolantes; 7o transformation et façonnage de verre plat borosilicaté, céramisé, soufflage de verre (pour appareillages scientifiques et industriels); 8o verres d’optique, ainsi que la taille et la décoration de ces verres (verres pour lunetterie). Ces entreprises ressortissent au secteur professionnel auxiliaire du verre pour autant qu’une des activités précitées soit exercée en ordre principal et non accessoirement à celle d’un autre secteur de l’industrie verrière. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et les ouvrières.
TITEL II. — Arbeidsvoorwaarden
TITRE II. — Conditions de travail
HOOFDSTUK I. — Wekelijkse arbeidsduur Art. 2. De conventionele wekelijkse arbeidsduur bedraagt maximum 37 uur en 50 minuten volgens de toepassingsmodaliteiten die paritair op ondernemingsvlak en rekening houdend met de imperatieven van de arbeidsorganisatie en de productie en met het oog op het behoud van de werkgelegenheid werden afgesproken. Bovendien gebeurt de overgang van 38 uur naar 37 uur en 50 minuten onder de vorm van een dag inhaalrust.
CHAPITRE Ier. — Durée hebdomadaire du travail Art. 2. La durée hebdomadaire conventionnelle de travail est de 37 heures 50 minutes maximum selon les modalités d’application mises au point paritairement sur le plan de l’entreprise en tenant compte des impératifs de l’organisation du travail et de la production et en vue de sauvegarder l’emploi. En outre, le passage de 38 heures à 37 heures 50 minutes se réalise sous forme d’un jour de repos compensatoire.
HOOFDSTUK II. — Classificatie van de functies Art. 3. Behalve bijzondere bepalingen gesloten op het vlak van de onderneming vóór 1 januari 1999, worden de functies van de in artikel 1 bedoelde werklieden ingedeeld in zeven categorieën volgens de hierna vermelde algemene criteria : Categorie 1 : Functie : — welke geen enkele beroepsopleiding vergt en waarvoor enkel een opleiding van zeer korte duur noodzakelijk is om de eenvoudige taken waaruit zij in hoofdzaak bestaat te kunnen uitvoeren; — waarvoor enkel een zeer geringe lichamelijke inspanning is vereist.
CHAPITRE II. — Classification des fonctions Art. 3. Sauf dispositions particulières conclues au niveau de l’entreprise avant le 1er janvier 1999, les fonctions des ouvriers et ouvrières visés à l’article 1er, sont classées en sept catégories selon les critères généraux mentionnés ci-après : Catégorie 1 : Fonction : — ne requérant aucune formation professionnelle ou ne nécessitant qu’une mise au courant de très courte durée pour effectuer l’opération élémentaire qui en constitue l’objet essentiel; — n’exigeant qu’un effort physique très réduit.
er
54256
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Voorbeelden : inpakken, dozen en etiketten plakken, enz ...
Exemples : emballer, coller des boîtes et des étiquettes, etc...
Categorie 2 :
Catégorie 2 :
Functie :
Fonction :
— welke geen enkele beroepsopleiding vergt, doch waarvoor een in de onderneming verstrekte bijzondere opleiding en een bepaalde vaardigheid welke het gevolg is van de in de onderneming verworven ervaring noodzakelijk zijn; — waarvoor enkel een zeer geringe lichamelijke inspanning is vereist.
— ne requérant aucune formation professionnelle, mais nécessitant une formation particulière donnée dans l’entreprise et une certaine dextérité résultant de l’expérience acquise dans l’entreprise; — n’exigeant qu’un effort physique très réduit.
Categorie 3 :
Catégorie 3 :
Functie :
Fonction :
— welke geen enkele beroepsopleiding vergt en waarvoor maar een opleiding van enkele dagen noodzakelijk is;
— ne requérant aucune formation professionnelle et ne nécessitant qu’une mise au courant de quelques jours;
— waarvoor een zwaardere lichamelijke inspanning dan voor de functies van de categorieën 1 en 2 is vereist.
— exigeant un effort physique plus important que pour les fonctions des catégories 1 et 2.
Categorie 4 :
Catégorie 4 :
Functie :
Fonction :
— welke een beroepsopleiding van langere duur vergt (van drie tot zes maanden);
— nécessitant une formation professionnelle de plus longue durée (de trois à six mois);
— waarvoor een zwaardere lichamelijke inspanning dan voor de functies van categorie 3 is vereist.
— exigeant un effort physique plus important que pour des fonctions de la catégorie 3.
Categorie 5 :
Catégorie 5 :
Veelzijdige functie :
Fonction polyvalente :
— betreffende meerdere uiteenlopende taken in eenzelfde afdeling of in verschillende afdelingen;
— concernant plusieurs opérations diversifiées dans un même département ou dans des départements différents;
— waarvoor een zwaardere lichamelijke inspanning dan voor de functies van categorie 4 is vereist.
— exigeant un effort physique plus important que pour les fonctions de la catégorie 4.
Categorieën 6A en 6B :
Catégories 6A et 6B :
Geschoolde werklieden.
Ouvriers qualifiés.
Gelijkheid mannen-vrouwen
Egalité hommes-femmes
Art. 4. Een paritaire werkgroep zal zo vlug mogelijk in de schoot van het paritair subcomité 115.9 samengesteld worden onder de bescherming van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid om te bepalen of het actuele classificatiesysteem naar een ongelijkheid tussen mannen en vrouwen leidt.
Art. 4. Un groupe de travail paritaire sera constitué au sein de la sous-commission paritaire 115.9 le plus rapidement possible sous l’égide du Ministère de l’Emploi et du Travail pour déterminer si l’actuel système de classification des fonctions conduit à une inégalité de chances entre hommes et femmes.
Indien de paritaire werkgroep, in een eerste fase en uiterlijk op 31 december 1999, uitkomt op de evidente conclusie dat er ongelijkheden tussen mannen en vrouwen bestaan, zal de werkgroep zijn werkzaamheden voortzetten teneinde voorstellen te doen om de ongelijkheden weg te werken. De voorstellen moeten vóór het einde van de huidige overeenkomst aan het paritair subcomité 115.9 overgemaakt worden.
Si le groupe de travail paritaire aboutit, dans un premier temps et au plus tard pour le 31 décembre 1999, à la conclusion évidente que des inégalités existent entre hommes et femmes, il poursuivra ses travaux en vue de faire des propositions visant à éliminer toutes inégalités. Celles-ci seront à remettre à la sous-commission paritaire 115.9 avant la fin de la durée de la présente convention collective de travail.
De eventuele herziening van de functieclassificaties zal op een analytische basis gebeuren of door middel van een systeem dat door de sociale partners als equivalent wordt beschouwd.
L’éventuelle révision des classifications des fonctions se fera sur base analytique ou au moyen d’un système jugé équivalent par les partenaires sociaux.
HOOFDSTUK III. — Gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen
CHAPITRE III. — Revenu minimum mensuel moyen garanti
Art. 5. Aan de werklieden bedoeld in artikel 1 van 21 jaar en ouder, wordt een gemiddeld minimum maandinkomen gewaarborgd van 44 210 BEF bruto.
Art. 5. Un revenu minimum mensuel moyen de 44 210 BEF brut est garanti aux ouvriers visés à l’article 1er, âgés de 21 ans ou plus.
Dit bedrag wordt verhoogd tot 45 429 BEF bruto voor de werklieden van 21 jaar en half en die tenminste 6 maanden anciënniteit in de onderneming hebben.
Ce montant est porté à 45 429 BEF brut pour les ouvriers âgés de 21 ans et demi et ayant au moins 6 mois d’ancienneté dans l’entreprise.
Dit bedraagt 45 970 BEF bruto voor de werklieden van 22 jaar oud die op die datum 12 maanden anciënniteit in de onderneming tellen.
Il est de 45 970 BEF brut pour les ouvriers âgés de 22 ans et comptant à cette date au moins 12 mois d’ancienneté dans l’entreprise.
De inhoud van dit inkomen wordt vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 43 van 2 mei 1988, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, houdende wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 21 van 15 mei 1975 en nr. 23 van 25 juli 1975 betreffende de waarborg van een gemiddeld minimum maandinkomen, zoals gewijzigd en aangevuld door de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 43bis van 16 mei 1989, nr. 43ter van 19 december 1989, nr. 43quater van 26 maart 1991, nr. 43quinquies van 13 juli 1993, nr. 43sexies van 5 oktober 1993 en nr. 43septies van 2 juli 1996.
Le contenu de ce revenu est fixé conformément aux dispositions de la convention collective de travail no 43 du 2 mai 1988, conclue au sein du Conseil national du travail, portant modification et coordination des conventions collectives de travail no 21 du 15 mai 1975, relatives à la garantie d’un revenu minimum mensuel moyen, telle que modifiée et complétée par les conventions collectives de travail no 43bis du 16 mai 1989, no 43ter du 19 décembre 1989, no 43quater du 26 mars 1991, no 43quinquies du 13 juillet 1993, no 43sexies du 5 octobre 1993 et no 43septies du 2 juillet 1996.
54257
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE HOOFDSTUK IV. — Minimumuurlonen A. Werklieden van 21 jaar en ouder Art. 6. Onverminderd de toepassing van artikel 3, worden de minimumuurlonen van de in artikel 1 bedoelde werklieden van 21 jaar of ouder, op 1 april 1999, als volgt vastgesteld in een arbeidsregeling van 37 uur 50 minuten per week.
Categorie — Catégorie 1 2 3 4 5 6A 6B
CHAPITRE IV. — Salaires horaires minimums A. Ouvriers âgés de 21 ans ou plus Art. 6. Sans préjudice de l’application de l’article 3, les salaires horaires minimums des ouvriers âgés de 21 ans ou plus visés à l’article 1er sont, au 1er avril 1999, fixés comme suit dans un régime de travail de 37 heures 50 par semaine.
Loonschaal I van nul tot minder dan 3 maanden anciënniteit — Barème I De zéro à moins de 3 mois d’ancienneté 284,76 284,76 310,18 322,07 330,87 363,45 372,41
In deze minimumuurlonen is geen rekening gehouden met het recurrent budget van 20 000 BEF dat in 1988 werd toegekend en waarvan de toepassingsmodaliteiten vroeger werden overeengekomen op het niveau van de ondernemingen, ingevolge de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de tewerkstelling en de arbeidsvoorwaarden gesloten op 26 februari 1987 in het Paritair Comité voor het glasbedrijf (koninklijk besluit van 23 maart 1988, Belgisch Staatsblad van 15 april 1988).
Loonschaal II vanaf 3 maanden anciënniteit — Barème II à partir de 3 mois d’ancienneté 284,76 289,28 319,11 330,87 342,99 372,41 381,27
Ils ne tiennent pas compte du budget récurrent de 20 000 BEF accordé en 1988 et dont les modalités d’application ont été convenues antérieurement au niveau des entreprises, conformément à la convention collective de travail conclue le 26 février 1987 au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant l’emploi et les conditions de travail (arrêté royal du 23 mars 1988, Moniteur belge du 15 avril 1988). Commentaire :
Commentaar : Artikel 6. b) van de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 1987 :
Art. 6. b) de la convention collective de travail du 26 février 1987 :
″Tijdens de duur van de overeenkomst, krijgen de werknemers bruto loonsverhogingen of gelijkwaardige sociale voordelen die globaal overeenkomen met :
″Pendant la durée de l’accord, les travailleurs bénéficient d’augmentations de salaires bruts et/ou d’avantages sociaux équivalents correspondant globalement à :
— 1 pct. op 1 januari 1987 in de ondernemingen van de betrokken sector door arbeidsduurvermindering;
— 1 p.c. au 1er janvier 1987 dans les entreprises du secteur concernées par la réduction de la durée du travail;
— 1 pct. op 1 januari 1987 en 1 pct. op 1 januari 1988 in de ondernemingen die tot de subsector spiegelfabricage behoren;
— 1 p.c. au 1er janvier 1987 et 1 p.c. au 1er janvier 1988 dans les entreprises relevant du sous-secteur de la miroiterie;
— een budget van 10 000 BEF in 1987 vermeerderd met 10 000 BEF in 1988 per ingeschreven werknemer die voltijds tewerkgesteld is (of het prorata van deze bedragen per werknemer die deeltijds tewerkgesteld is), in de ondernemingen die hierboven niet beoogd worden. »
— un budget de 10 000 BEF en 1987 augmenté de 10 000 BEF en 1988 par travailleur inscrit occupé à temps plein (ou le prorata de ces montants par travailleur occupé à temps partiel), dans les entreprises non visées ci-dessus. »
De nieuwe voordelen waarvan sprake zijn recurrent, met andere woorden zij blijven verworven voor de volgende jaren. Hun toepassingsmodaliteiten werden op het niveau van elke onderneming overeengekomen.
Les nouveaux avantages dont il est ici question sont récurrents, c’est-à-dire qu’ils restent acquis pour les années suivantes. Leurs modalités d’application furent convenues au niveau de chaque entreprise. B. Ouvriers âgés de moins de 21 ans
B. Werklieden jonger dan 21 jaar Art. 7. De minimumuurlonen van de werklieden jonger dan 21 jaar worden berekend op het minimumuurloon van loonschaal II van de werkman van 21 jaar of ouder van dezelfde categorie waartoe zij behoren, in verhouding tot de volgende percentages, volgens de leeftijd en de in de onderneming verworven anciënniteit : Leeftijd — Age
Art. 7. Les salaires horaires minimums des ouvriers âgés de moins de 21 ans sont calculés sur le salaire horaire minimum du barème II de l’ouvrier âgé de 21 ans ou plus de la même catégorie à laquelle ils appartiennent, proportionnellement aux pourcentages suivants, selon l’âge et l’ancienneté acquise dans l’entreprise :
Bij aanwerving en tot minder dan één jaar anciënniteit — A l’embauche jusqu’à moins d’un an d’ancienneté pct. — p.c.
Jonger dan 17 jaar/moins de 17 ans 17 jaar/17 ans 17 1⁄2 jaar/17 1⁄2 ans 18 jaar/18 ans 18 1⁄2 jaar/18 1⁄2 ans 19 jaar/19 ans 19 1⁄2 jaar/19 1⁄2 ans 20 jaar/20 ans
65 70 75 80 85 90 95 100
1 jaar pct. — 1 an p.c. 70,00 77,50 77,50 87,50 87,50 97,50 97,50 100,00
Anciënniteit — Ancienneté 2 jaar pct. — 2 ans p.c. 72,50 80,00 80,00 90,00 90,00 100,00 100,00 100,00
3 jaar pct. — 3 ans p.c. 82,50 82,50 82,50 92,50 92,50 100,00 100,00 100,00
54258
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Wanneer de werklieden jonger dan 21 jaar hetzelfde werk verrichten met een rendement en kwaliteit welke gelijk zijn aan deze van de werklieden van 21 jaar en ouder, hebben zij recht op het minimumuurloon voor de werkman van 21 jaar of ouder van de categorie waartoe zij behoren.
Lorsque les ouvriers âgés de moins de 21 ans effectuent le même travail avec un rendement et une qualité identiques à ceux des ouvriers âgés de 21 ans ou plus, ils ont droit au salaire horaire minimum de l’ouvrier âgé de 21 ans ou plus de la catégorie à laquelle ils appartiennent.
HOOFDSTUK V. — Ploegenpremies Art. 8. Wanneer het werk in ploegen wordt uitgevoerd, worden aan de werklieden, zonder onderscheid van leeftijd, de volgende premies toegekend vanaf 1 mei 1999 : — werk in twee ploegen : a) ochtendploeg : 23,26 BEF/uur; b) namiddagploeg : 27,14 BEF/uur. — werk in drie ploegen : a) ochtendploeg : 23,26 BEF/uur; b) namiddagploeg : 27,14 BEF/uur; c) nachtploeg : 42,36 BEF/uur. De bedragen van de minimale ploegenpremies zijn vastgesteld voor een arbeidsregeling van 37 uur 50 minuten per week.
CHAPITRE V. — Primes d’équipes Art. 8. Lorsque le travail est organisé en équipes, les primes suivantes sont octroyées aux ouvriers, sans distinction d’âge, à partir du 1er mai 1999 : — travail en deux équipes : a) équipe du matin : 23,26 BEF/heure; b) équipe de l’après-midi : 27,14 BEF/heure. — travail en trois équipes : a) équipe du matin : 23,26 BEF/heure; b) équipe de l’après-midi : 27,14 BEF/heure; c) équipe de nuit : 42,36 BEF/heure. Les montants des primes d’équipes minimales sont fixés pour un régime de travail de 37 heures 50 minutes par semaine.
HOOFDSTUK VI. — Koopkracht Art. 9. Gedurende de duur van de huidige overeenkomst krijgen de werklieden een verhoging van hun reële bruto en baremieke uurlonen van 5 BEF op 1 juli 1999 en 4 BEF op 1 januari 2000.
CHAPITRE VI. — Pouvoir d’achat Art. 9. Pendant la durée de la présente convention, les ouvriers bénéficient d’une augmentation de leurs salaires horaires bruts réels et barémiques de 5 BEF au 1er juillet 1999 et de 4 BEF au 1er janvier 2000.
HOOFDSTUK VII. — Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen Art. 10. Het bedrag van het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen vastgesteld bij artikel 5, de minimumuurlonen vastgesteld bij 6, de ploegenpremies vastgesteld bij artikel 8, alsmede de werkelijk betaalde lonen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en verschenen in het Belgisch Staatsblad, overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit. De bedragen van deze minimum inkomsten, uurlonen en ploegenpremies, vermeld in de huidige collectieve arbeidsovereenkomst stemmen overeen met de spilindex 102,96 (basis 1996 = 100).
CHAPITRE VII. — Liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation Art. 10. Le montant du revenu minimum mensuel moyen garanti fixé à l’article 5, les salaires horaires minimums fixés à l’article 6, les primes d’équipes fixées à l’article 8 ainsi que les salaires effectivement payés sont rattachés à l’indice des prix à la consommation fixé mensuellement par le Ministère des Affaires économiques et publié au Moniteur belge, conformément aux dispositions de la convention collective de travail du 30 septembre 1998, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant la liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation, rendue obligatoire par arrêté royal.
HOOFDSTUK VIII. — Aanvullend extra-wettelijk vakantiegeld Art. 11. De werklieden die volledige prestaties hebben verricht van 1 november 1998 tot 31 oktober 1999 en van 1 november 1999 tot 31 oktober 2000 hebben voor elke referteperiode recht op een aanvullend extra-wettelijk vakantiegeld dat overeenstemt met het loon voor minimum 165 uren arbeid, in een wekelijkse arbeidsduur van 38 uur. De werklieden die onvolledige arbeidsprestaties hebben verricht, hebben recht op een extra-wettelijk vakantiegeld dat prorata temporis wordt berekend onder de volgende voorwaarden : — hetzij in dienst getreden zijn in de loop van het dienstjaar; — hetzij ontslagen zijn geweest in de loop van het dienstjaar, behalve om dringende redenen; — hetzij gepensioneerd of bruggepensioneerd zijn geworden in de loop van het dienstjaar. De overige toekenningsmodaliteiten worden op het niveau van de onderneming uitgewerkt.
CHAPITRE VIII. — Pécule extra-légal complémentaire de vacances Art. 11. Les ouvriers qui ont eu des prestations complètes du 1er novembre 1998 au 31 octobre 1999 et du 1er novembre 1999 au 31 octobre 2000 ont droit pour chaque période de référence à un pécule extra-légal complémentaire de vacances équivalant au salaire dû pour 165 heures de travail au minimum, dans une durée hebdomadaire du travail de 38 heures. Les ouvriers qui ont effectué des prestations incomplètes ont droit à un pécule extra-légal calculé prorata temporis dans les conditions suivantes : — soit qu’ils sont entrés en service dans le courant de l’exercice; — soit qu’ils ont été licenciés dans le courant de l’exercice, sauf pour motif grave; — soit qu’ils ont été pensionnés ou prépensionnés dans le courant de l’exercice. Les autres conditions d’octroi sont mises au point au niveau de l’entreprise.
HOOFDSTUK IX. — ″Sociaal Fonds der arbeiders van de glasnijverheid″ VZW vakbondsvorming Art. 12. De werkgeversbijdrage voor het sociaal fonds wordt, per tewerkgestelde werkman, vastgesteld voor de boekjaren 1999 en 2000, door de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999 betreffende de vakbondspremies en de vakbondsvorming.
CHAPITRE IX. — ″Fonds social des ouvriers de l’industrie verrière″ ASBL formation syndicale Art. 12. La contribution patronale au fonds social est fixée, par ouvrier occupé, pour les exercices 1999 et 2000 par la convention collective de travail du 10 juin 1999 relative aux primes syndicales et à la formation syndicale.
TITEL III. — Bestaanszekerheid - gedeeltelijke werkloosheid Art. 13. Worden beschouwd als zijnde gedeeltelijk werkloos, de werklieden waarvan de uitvoering van de arbeidsovereenkomst niet is geschorst. Art. 14. Wanneer de gedeeltelijke werkloosheid is veroorzaakt door economische en/of technische redenen (met uitzondering van de werkloosheid welke wordt veroorzaakt door stakingen in de onderneming of in andere ondernemingen), wordt per dag werkloosheid een aanvullende uitkering toegekend aan de in artikel 13 bedoelde werklieden, welke wordt vastgesteld op 216,48 BEF minimum (stelsel 5 dagen/week), zonder beperking van het aantal dagen werkloosheid gedurende het jaar.
TITRE III. — Sécurité d’existence - chômage partiel Art. 13. Sont considérés être en chômage partiel, les ouvriers dont l’exécution du contrat de travail n’est pas suspendue.
Les montants de ces revenus minimums, des salaires horaires et des primes d’équipes, mentionnés dans la présente convention collective de travail correspondent à l’indice-pivot 102,96 (base 1996 = 100).
Art. 14. En cas de chômage partiel dû à des raisons économiques et/ou techniques, à l’exception du chômage résultant de grèves dans l’entreprise ou dans d’autres entreprises, les ouvriers visés à l’article 13 bénéficient d’une indemnité complémentaire journalière de 216,48 BEF minimum par jour chômé (en régime de 5 jours/semaine), sans limitation du nombre de jours de chômage dans l’année.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54259
Art. 15. Deze uitkering schommelt volgens het koppelingssysteem vastgesteld door de evolutie van de drempels van het algemeen stelsel van de sociale zekerheid door de wet van 2 augustus 1971, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971. Zij moet worden gesteld tegenover het spilindexcijfer 101,12 (basis 1996 = 100).
Art. 15. Cette indemnité fluctue suivant le système de liaison prévu pour l’évolution des plafonds du régime général de la sécurité sociale par la loi du 2 août 1971, publiée au Moniteur belge du 20 août 1971.
TITEL IV. — Ontslag van oudere personen Art. 16. Tijdens de huidige collectieve arbeidsovereenkomst wordt het brugpensioen, volgens de voorwaarden van de arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, toegekend, in alle gevallen van ontslag van een werkman die de leeftijd van 58 jaar bereikt heeft, indien de betrokkene een loopbaan van 25 jaar als loontrekkende kan bewijzen. Elke ondernemingsovereenkomst inzake brugpensioen die een toegangsleeftijd van 55, 56 of 57 jaar voorziet, en die uiterlijk op 31 mei 1986 of 31 augustus 1987 werd neergelegd, en sindsdien zonder onderbreking wordt toegepast, wordt onder dezelfde voorwaarden verlengd met respect van de wettelijke voorwaarden, met uitzondering van de collectieve arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur die tijdelijke herstructureringsoperaties betreffen. Art. 17. § 1. In uitvoering van artikel 110, § 1 van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, hebben de ontslagen werklieden die, in de periode 1 januari 1999 tot 31 december 2000, 56 jaar of ouder zijn recht op het voltijds brugpensioen beschreven in artikel 16. Bovendien moet de leeftijd van 56 jaar worden bereikt tijdens de looptijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst op het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst. De bedoelde werklieden moeten op het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst 33 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen rechtvaardigen in de zin van artikel 114, § 4 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering. Deze werknemers moeten bovendien kunnen aantonen dat zij op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, minstens 20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990.
TITRE IV. — Licenciement de personnes âgées Art. 16. Au cours de la présente convention collective de travail, la prépension, dans les conditions de la convention collective de travail no 17 conclue au sein du Conseil national du travail, est accordée dans tous les cas de licenciement d’un ouvrier ayant atteint l’âge de 58 ans, si l’intéressé peut prouver une carrière de 25 ans en tant que salarié.
Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de werkloosheidsuitkering.
Elle est à mettre en regard de l’indice-pivot 101,12 (base 1996 = 100).
Toute convention d’entreprise en matière de prépension qui prévoit un âge d’accès à 55, 56 ou 57 ans, et qui a été déposée au plus tard le 31 mai 1986 ou le 31 août 1987, et appliquée sans interruption depuis lors, est prolongée sous les mêmes conditions et en respectant les possibilités légales, à l’exception des conventions collectives de travail de durée déterminée qui ont trait à des opérations de restructuration temporaire. Art. 17. § 1er. En exécution de l’article 110, § 1er de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses, les ouvriers licenciés qui, au cours de la période du 1er janvier 1999 au 31 décembre 2000 sont âgés de 56 ans ou plus, ont le droit de bénéficier du système de la prépension à temps plein décrit à l’article 16. Par ailleurs, l’âge de 56 ans doit être atteint au cours de la durée de validité de la présente convention collective de travail et au moment de la fin de leur contrat de travail. Les ouvriers visés doivent, au moment de la fin de leur contrat de travail, pouvoir se prévaloir de 33 ans de passé professionnel en tant que salarié, au sens de l’article 114, § 4 de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage. En outre, ces ouvriers doivent pouvoir prouver positivement, par tous moyens de preuve, qu’au moment de la fin du contrat de travail, ils ont travaillé effectivement au minimum pendant 20 ans dans un régime de travail tel que prévu à l’article 1er de la convention collective de travail no 46, conclue le 23 mars 1990 et rendue obligatoire par arrêté royal du 10 mai 1990. Le montant de l’indemnité complémentaire est égal à la moitié de la différence entre la rémunération nette de référence et l’allocation de chômage.
§ 2. Voor de toepassing van dit artikel worden voor de berekening van het beroepsverleden gelijkgesteld met arbeidsdagen : — de periode van actieve dienst als dienstplichtige en als gewetensbezwaarde met toepassing van de Belgische wetgeving; — de dagen van beroepsloopbaanonderbreking overeenkomstig de bepalingen van de herstelwet van 22 januari 1985 en de periodes tijdens welke de werknemer zijn loondienst heeft onderbroken om een kind op te voeden dat de leeftijd van 6 jaar niet heeft bereikt. Deze gelijkstellingen kunnen in totaal voor maximaal 3 jaar in rekening worden gebracht; — de dagen tijdens dewelke de werknemer zijn loondienst onderbroken heeft om een tweede of een volgend kind op te voeden dat de leeftijd van 6 jaar nog niet heeft bereikt. Deze gelijkstellingen kunnen in totaal voor maximaal 3 jaar in rekening worden gebracht; — de dagen van volledige werkloosheid met een maximum van 5 jaar. § 3. Artikel 17, § 1 is niet van toepassing op de ondernemingen die, op 1 januari 1999, een conventionele wekelijkse arbeidsduur hebben van 36 uur of minder. Art. 18. De vervanging van de bruggepensioneerde werkman zal gebeuren overeenkomstig de wettelijke bepalingen en voorrang zal worden verleend aan werklieden met een nepstatuut en waarbij rekening zal worden gehouden met de vereiste kwalificatie.
§ 2. Pour l’application du présent article, sont assimilés à des jours de travail pour le calcul du passé professionnel : — la période de service actif en tant que milicien et en tant qu’objecteur de conscience en application de la législation belge; — les jours d’interruption de carrière, conformément aux dispositions de la loi de redressement du 22 janvier 1985 et les périodes au cours desquelles le travailleur a interrompu son activité salariée pour élever un enfant de moins de 6 ans. Ces assimilations peuvent totaliser 3 ans au maximum; — les jours au cours desquels le travailleur a interrompu son activité salariée pour élever un deuxième enfant ou un enfant suivant âgé de moins de 6 ans. Ces assimilations peuvent être prises en compte pour un maximum de 3 ans au total; — les jours de chômage complet avec un maximum de 5 ans. § 3. L’article 17, § 1er ne s’applique pas aux entreprises qui, au 1er janvier 1999, ont une durée hebdomadaire conventionnelle de travail de 36 heures ou moins. Art. 18. Le remplacement de l’ouvrier prépensionné se fera conformément aux dispositions légales, la priorité étant accordée aux ouvriers sous statut précaire et compte tenu de la qualification requise.
TITEL V. — Duur van de opzegtermijn Art. 19. De opzeggingsduur in geval van ontslag, met uitzondering van brugpensioenen of ziektes die langer dan één jaar aanslepen, wordt gebracht op : — 4 weken voor de werklieden die minder dan 10 jaar anciënniteit tellen in de onderneming; — 8 weken voor de werklieden die 10 tot minder dan 20 jaar anciënniteit tellen in de onderneming; — 12 weken voor de werklieden die 20 jaar of meer anciënniteit tellen in de onderneming.
TITRE V. — Durée des préavis Art. 19. La durée des préavis en cas de licenciement, hors cas de prépensions ou de maladies de plus d’un an, est portée à :
TITEL VI. — Overuren Art. 20. De bedrijven verbinden er zich toe alles in het werk te stellen om, in overleg met de vakbondsafvaardiging, de niet te recupereren overuren maximaal te beperken.
TITRE VI. — Heures supplémentaires Art. 20. L’employeur s’engage à tout mettre en œuvre pour limiter au maximum, en concertation avec la délégation syndicale, les heures supplémentaires non récupérées.
— 4 semaines pour les ouvriers comptant moins de 10 ans d’ancienneté dans l’entreprise; — 8 semaines pour les ouvriers comptant de 10 à moins de 20 ans d’ancienneté dans l’entreprise; — 12 semaines pour les ouvriers comptant 20 ans et plus d’ancienneté dans l’entreprise.
54260
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
TITEL VII. — Vrijwillig halftijds werk Art. 21. Om tewerkstellingsperspectieven te openen, verbinden de werkgevers zich om het voluntariaat voor halftijds werk in hun ondernemingen aan te moedigen. Elke tewerkgestelde arbeider heeft het recht om op ondernemingsvlak over te schakelen naar een halftijdse arbeidsregeling, op basis van een jaarlijks gemiddelde. Het aantal halftijds tewerkgestelde arbeiders is echter beperkt tot 2 pct. van het totaal aantal ingeschreven arbeiders in het personeelsregister. Elke aanwerving zal in de vorm van een ″duo-baan″ gebeuren, met andere woorden de werkgever zal het verzoek van een arbeider die naar een halftijdse arbeidsregeling wil overschakelen moeten aanvaarden voor zover twee arbeiders die dezelfde functie uitoefenen gezamenlijk een aanvraag indienen. De overgang naar de halftijdse arbeidsregeling moet binnen de drie maanden na het verzoek van de wijziging van de arbeidsregeling gebeuren. De arbeidsovereenkomst van de arbeider wordt gewijzigd tenminste voor wat de arbeidsregeling betreft. Deze arbeidsregeling mag naderhand slechts gewijzigd worden mits akkoord van de werkgever.
TITRE VII. — Travail à mi-temps volontaire Art. 21. En vue d’ouvrir les perspectives d’emploi, les employeurs s’engagent à favoriser le volontariat pour le travail à mi-temps dans leurs entreprises. Chaque ouvrier occupé a le droit de passer à un régime de travail à mi-temps au niveau de l’entreprise, sur base annuelle moyenne.
TITEL VIII. — Loopbaanonderbreking Art. 22. Om de tewerkstelling aan te moedigen, wordt een recht op volledige loopbaanonderbreking toegekend, voor zover de uitoefening van dit recht door de arbeiders niet meer bedraagt dan 4 pct. van de arbeiders die ingeschreven zijn in het personeelsregister. Het aantal arbeiders met loopbaanonderbreking is echter beperkt tot 10 pct. van de arbeiders tewerkgesteld in dezelfde activiteitstak, dezelfde afdeling, eenzelfde departement, eenzelfde beroep of voor eenzelfde taak. De uitvoeringsmodaliteiten van dit recht zijn de volgende : — voor de eerste 3 percent, zijn de modaliteiten van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 van toepassing; — voor het 4e percent, zijn de uitvoeringsmodaliteiten van dit recht deze voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 56 gesloten op 13 juli 1993 in de schoot van de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993.
TITRE VIII. — Interruption de carrière Art. 22. En vue de favoriser l’emploi, un droit est octroyé à l’interruption complète de carrière, pour autant que l’exercice de ce droit par les ouvriers n’excède pas 4 p.c. du personnel ouvrier inscrit au registre du personnel. Le nombre d’ouvriers en interruption complète de carrière est cependant limité à 10 p.c. du personnel ouvrier occupé dans une même branche d’activité, une même division, un même département, une même profession ou pour une même tâche. Les modalités d’exercice de ce droit sont les suivantes : — pour les 3 premiers pour cent, ce sont les modalités de l’arrêté royal du 10 août 1998 qui sont d’application; — pour le 4e pour cent, les modalités d’exercice de ce droit sont celles prévues par la convention collective de travail no 56 conclue le 13 juillet 1993 au sein du Conseil national du travail et rendue obligatoire par l’arrêté royal du 17 novembre 1993.
TITEL IX. — Uitzendarbeid Art. 23. De referentie inzake arbeidsovereenkomst is deze van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. Er kan beroep gedaan worden op uitzendarbeid mits wat volgt. Het beroep doen op uitzendkrachten zal gebeuren in overleg met de vakbondsafvaardiging of met de ondernemingsraad en met inachtneming van de bestaande wetgeving en collectieve arbeidsovereenkomsten. De duur van de arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid zal minstens één week bedragen, behalve in geval van bijzondere omstandigheden, die met de vakbondsafvaardiging moeten worden beproken. De maximale duur moet worden besproken met de vakbondsafvaardiging met het oog op de eventuele contractuele aanwerving, indien de uitzendkracht minstens 12 maanden ononderbroken tewerkgesteld is.
TITRE IX. — Travail intérimaire Art. 23. La référence en matière de contrat de travail est celle de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail. Le recours à l’intérim est possible moyennant ce qui suit. Le recours au travail intérimaire se fera en concertation avec la délégation syndicale ou le conseil d’entreprise, dans le respect des lois et conventions collectives de travail en vigueur.
TITEL X. — Onderaanneming Art. 24. Indien het nodig blijkt een beroep te moeten doen op ondernemingsbedrijven, verbindt de werkgever er zich toe de vakbondsafvaardiging of de ondernemingsraad op de hoogte te brengen van de gekende en geplande onderaannemingsactiviteiten. De informatie zal betrekking hebben op de aard van de werken, hun duur en de kwalificatie van de werknemers die deze werken zullen uitvoeren. De werkgever verbindt er zich toe een beroep te doen op onderaannemingsbedrijven die de wettelijke bepalingen inzake personeelsbezetting, de wetten en Belgische reglementen betreffende veiligheid en gezondheid van de werknemers, naleven. De opvolging van de wettelijke bepalingen inzake veiligheid en gezondheid zal gebeuren in overleg met het ″Comité voor preventie en bescherming op het werk″.
TITRE X. — Sous-traitance Art. 24. Si le recours à des sociétés tierces s’avère nécessaire, l’employeur s’engage à communiquer à la délégation syndicale ou au conseil d’entreprise les activités de sous-traitance connues et planifiées.
TITEL XI. — Arbeidsorganisatie Art. 25. Indien het nodig blijkt de werktijdorganisatie te wijzigen, zullen de sociale gesprekspartners ervoor zorgen dat er enerzijds de economische en anderzijds de sociale bezorgdheden in opgenomen worden, zijnde : — de effecten op de werkgelegenheid (bijvoorbeeld mogelijkheden om er meer contracten van bepaalde en/of onbepaalde duur in op te nemen, om overuren te beperken);
TITRE XI. — Organisation du travail Art. 25. S’il s’avère nécessaire de modifier l’organisation du temps de travail au sein de l’entreprise, les interlocuteurs sociaux veillent à intégrer les préoccupations économiques d’une part, et sociales d’autre part, que sont : — les effets sur l’emploi (par exemple possibilités d’insérer davantage de contrats à durée déterminée et/ou indéterminée, de réduire les heures supplémentaires);
Cependant le nombre d’ouvriers occupés à mi-temps est limité à 2 p.c. du nombre total d’ouvriers inscrits au registre du personnel. Cet engagement sera réalisé sous la forme de ″carrière duo″, c’est-à-dire que l’employeur sera tenu d’accepter la demande d’un ouvrier de passage au régime de travail à mi-temps pour autant que deux ouvriers travaillant dans la même fonction en fassent la demande conjointement. Le passage au régime de travail à mi-temps doit être effectué endéans les trois mois après la demande de modification du régime de travail. Le contrat de travail de l’ouvrier est modifié du moins en ce qui concerne le régime de travail. Ce régime de travail ne peut être modifié ultérieurement que moyennant accord de l’employeur.
La durée du contrat de travail pour travail intérimaire sera au minimum d’une semaine, sauf en cas de circonstances particulières à discuter avec la délégation syndicale. La durée maximum doit être discutée avec la délégation syndicale, en vue d’un éventuel engagement sous contrat, lorsque l’intérim atteint au moins 12 mois continus.
L’information portera sur la nature des travaux, leur durée et la qualification des travailleurs qui effectueront ces travaux. L’employeur s’engage à faire appel à des entreprises tierces qui respectent les dispositions légales en matière d’occupation du personnel, les lois et règlements belges relatifs à la sécurité et à la santé des travailleurs. Le suivi des dispositions légales en matière de sécurité et de santé se fera en concertation avec le comité de prévention et de protection sur les lieux du travail.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54261
— de aanpassing van de arbeidsvoorwaarden; — de gezondheid en de veiligheid van de werknemers; — de effecten op de inkomsten van de werklieden. De toepassing van de nieuwe arbeidsorganisatie zal opgevolgd worden en, indien nodig, aangepast in overleg met de vakbondsafvaardiging of de ondernemingsraad.
— l’adaptation des conditions de travail; — la santé et la sécurité des travailleurs; — les effets sur les revenus des ouvriers. L’application de la nouvelle organisation du travail sera suivie, et, si besoin, adaptée en concertation avec la délégation syndicale ou le conseil d’entreprise.
TITEL XII. — Herstructurering Art. 26. In geval van herstructurering, zullen de mogelijkheden voorzien in artikel 9 van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende preciezere voorwaarden betreffende de werkgelegenheidsakkoorden, paritair onderzocht worden op het niveau van de onderneming voor zover zij een positieve oplossing voor het sociaal probleem dat zich stelt kunnen bieden en voor zover zij de uurkost van de arbeidskrachten niet doen verhogen of op een negatieve manier de rendabiliteit en het concurrentievermogen van de betrokken onderneming beïnvloeden. De overgang naar een lagere wekelijkse arbeidsduur blijft omkeerbaar en is beperkt tot de duur van de overeenkomst gesloten op het niveau van de onderneming in het kader van de herstructurering. Aan het einde van de herstructurering zal er een paritaire evaluatie plaatsvinden op het niveau van de onderneming. De ervaringen op het niveau van de ondernemingen vormen geen precedent op het niveau van de subsector.
TITRE XII. — Restructuration Art. 26. En cas de restructuration, les possibilités prévues par l’article 9 de l’arrêté royal du 24 février 1997 contenant des conditions plus précises relatives aux accords pour l’emploi, seront envisagées paritairement au niveau de l’entreprise pour autant qu’elles permettent de donner une solution positive au problème social qui se pose et pour autant qu’elles n’aient pas pour effet d’augmenter le coût horaire de la main-d’œuvre ou n’influencent pas de manière négative la rentabilité et la compétitivité de l’entreprise concernée.
TITEL XIII. — Risicogroepen en beroepsopleiding Art. 27. De werkgevers bedoeld in artikel 1 verbinden zich ertoe de sectorale overeenkomst betreffende de inspanning voor de risicogroepen en de beroepsopleiding na te leven.
TITRE XIII. — Groupes à risque et formation professionnelle Art. 27. Les employeurs visés à l’article 1er s’engagent à respecter la convention sectorielle relative à l’effort pour les groupes à risque et la formation professionnelle.
TITEL XIV. — Sociaal overleg Art. 28. In geval van sociale conflicten, bevestigen de werkgevers en de werklieden hun vaste intentie om de aangepaste conventionele bemiddelingsprocedures te volgen, met inbegrip van het beroep doen op de voorzitter van het paritair comité in zijn hoedanigheid van sociaal bemiddelaar.
TITRE XIV. — Concertation sociale Art. 28. En cas de conflits sociaux, les employeurs et ouvriers confirment leur ferme intention de suivre les procédures conventionnelles de médiation appropriées, y compris le recours au président de la commission paritaire en sa qualité de conciliateur social.
TITEL XV. — Sociale vrede Art. 29. Tot 31 december 2000, verbinden de ondertekenende vakbonden van de huidige overeenkomst en hun leden er zich toe geen enkele algemene en collectieve eis meer te stellen, ten gunste van de arbeiders, bij de werkgevers die behoren tot de aanvullende bedrijfssector van de glasnijverheid, buiten de uitvoeringsmaatregelen van deze overeenkomst. Indien de sociale vrede niet nageleefd wordt, indien de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987, gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de sociale vrede en prestaties van openbaar nut in vredestijd, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 22 september 1987, niet nageleefd wordt door de vakbondsorganisaties, zullen de sancties voorzien in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987 toegepast worden.
TITRE XV. — Paix sociale Art. 29. Jusqu’au 31 décembre 2000, les organisations syndicales signataires de la présente convention et leurs membres s’engagent à ne poser auprès des employeurs ressortissant au secteur de la miroiterie et de la fabrication de vitraux d’art, en faveur du personnel ouvrier, aucune revendication générale et collective en dehors des mesures d’exécution de la présente convention. Si la paix sociale n’est pas respectée, si la convention collective de travail du 28 avril 1987, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant la paix sociale et les prestations d’intérêt public en temps de paix, rendue obligatoire par arrêté royal du 22 septembre 1987, n’est pas respectée par les organisations syndicales, les sanctions prévues à l’article 4 de la convention collective de travail du 28 avril 1987 seront appliquées.
TITEL XVI. — Geldigheid Art. 30. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 januari 1999 en verliest haar uitwerking op 31 december 2000, met uitzondering van titel IV van de huidige overeenkomst die zijn uitwerking verliest op 30 juni 2001 behalve wijziging van de wettelijke voorschriften betreffende het conventioneel brugpensioen. Zij wordt te goeder trouw gesloten en de ondertekenende partijen verbinden er zich toe om ze te doen naleven bij hun lastgevers, zowel naar de letter als naar de geest. De huidige collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in toepassing van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en het preventieve behoud van de competitiviteit en van haar uitvoeringsbesluiten evenals in toepassing van het interprofessioneel akkoord van 8 december 1998 en van de wet van 26 maart 1999 betreffende het actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen. Art. 31. De voordeligere maatregelen van de collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in de schoot van de onderneming behouden hun uitwerking tijdens de ganse duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Art. 32. Deze huidige collectieve arbeidsovereenkomst zal worden neergelegd ter Griffie van de dienst van de Collectieve Arbeidsbetrekkingen en een aanvraag tot algemeen verbindend verklaring bij koninklijk besluit zal worden gevraagd.
TITRE XVI. — Validité Art. 30. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 1999 et cesse de produire ses effets le 31 décembre 2000, à l’exception du titre IV de la présente convention qui cesse de produire ses effets le 30 juin 2001 sauf modification des mesures légales relatives à la prépension conventionnelle. Elle est conclue de bonne foi et les parties signataires s’engagent à la faire appliquer auprès de leurs mandants, aussi bien quant à la lettre, que quant à l’esprit. La présente convention collective de travail est conclue en application de la loi du 26 juillet 1996 relative à la promotion de l’emploi et à la sauvegarde préventive de la compétitivité et de ses arrêtés d’exécution ainsi qu’en application de l’accord interprofessionnel du 8 décembre 1998 et de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses.
Le passage à une durée hebdomadaire de travail inférieure demeure réversible et est limité à la durée de la convention conclue au niveau de l’entreprise dans le cadre de la restructuration. Au terme de la restructuration, il y aura une évaluation paritaire au niveau de l’entreprise. Les expériences au niveau des entreprises ne constituent pas de précédent au niveau du sous-secteur.
Art. 31. Les dispositions plus favorables des conventions collectives de travail conclues au sein des entreprises maintiennent leurs effets pendant toute la durée de la présente convention collective de travail. Art. 32. La présente convention collective de travail sera déposée au Greffe du Service des Relations collectives de travail et la force obligatoire par arrêté royal est demandée par les parties signataires.
54262
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
De sociale partners, ondertekenaars van deze overeenkomst vragen aan het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid om alles in het werk te stellen opdat de publicatie van het koninklijk besluit binnen de voorziene termijnen zou gebeuren om de huidige collectieve arbeidsovereenkomst verbindend te verklaren voor alle werkgevers van de sub-sector. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 september 2006.
Les partenaires sociaux, signataires de la présente convention demandent au Ministre de l’Emploi et du Travail de tout mettre en œuvre afin que la publication de l’arrêté royal intervienne dans les délais prévus pour rendre obligatoire la présente convention collective de travail à tous les employeurs du sous-secteur.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende akkoorden voor de werkgelegenheid en de vorming, tot vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden in de aanvullende bedrijfssector glas en betreffende de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen van volgende bedrijfssectoren, het door hen verrichten monteren en plaatsen inbegrepen : 1o glas voor industriële of huishoudelijke toepassingen (zoals pannen, kranen, tegels, stelen in glas en vitroceramische platen);
Annexe à la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant les accords pour l’emploi et la formation, fixant certaines conditions de travail dans le secteur professionnel auxiliaire du verre, et relative aux groupes à risque et à la prépension conventionnelle Article 1er. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises des secteurs d’activités suivants, y compris le montage et la pose assumée par elles :
2o buizen, staven en staafjes in glas (namelijk voor de chemische, farmaceutische en elektrotechnische nijverheden); 3o verlichting en seininrichting (zoals glasballons en elektrische buizen, lichtreclames); 4o glasvezels, glaswol en cellulair glas; 5o voorwerpen in glas voor elk technisch, wetenschappelijk en industrieel gebruik (zoals leidingen, microkogels en -parels); 6o verwerkt en/of bewerkt holglas, zoals glasballons, flacons, kolven en laboratoriumtoestellen (laboratoriumglas), isolerende flessen; 7o ver- en bewerking van borosilicaat en ceramisch vlakglas, glasblazen (voor wetenschappelijke en industriële apparaten); 8o optiekglas, alsmede het slijpen en het versieren van deze glazen (glazen voor brillenfabricage). Deze ondernemingen behoren tot de aanvullende bedrijfssector glas voor zover één van de voormelde activiteiten in hoofdzaak wordt uitgeoefend en niet als bijkomstige activiteit van een andere sector van de glasindustQrie. Onder ″werklieden″ verstaat men : zowel arbeiders als arbeidsters. Art. 2. Indien de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 1991 die de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991 vervangt, gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de koppeling van het loon aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, de arbeiders geen tweede loonindexering van de reële bruto uurlonen zou toekennen tijdens de periode tussen 1 januari 1999 en 31 december 2000, zou er aan elke tewerkgestelde arbeider in de onderneming op 1 december 2000, een niet-recurrente brutopremie van 2 500 BEF worden toegekend betaalbaar uiterlijk op 31 december 2000. Art. 3. De huidige collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 januari 1999 en verliest haar uitwerking op 31 december 2000. Art. 4. Tot 31 december 2000, verbinden de ondertekenende vakbonden van de huidige overeenkomst en hun leden er zich toe geen enkele algemene en collectieve eis meer te stellen, ten gunste van de arbeiders, bij de werkgevers die behoren tot de aanvullende bedrijfssector van de glasnijverheid, buiten de uitvoeringsmaatregelen van deze overeenkomst. Indien de sociale vrede niet nageleefd wordt, indien de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 19987, gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de sociale vrede en prestaties van openbaar nut in vredestijd, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 22 september 1987, niet nageleefd wordt door de vakbondsorganisaties, zullen de sancties voorzien in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987 toegepast worden. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 september 2006. De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 24 septembre 2006.
1o verres pour applications industrielles ou domestiques (tels que tuiles, robinetteries, pavés, briques en verre et plaques vitrocéramiques); 2o tubes, tuyaux, barres et baguettes de verre (notamment pour les industries chimique, pharmaceutique et électrotechnique); 3o éclairage et signalisation (tels que ampoules et tubes électriques, enseignes lumineuses); 4o fibres de verre, laine de verre et verre cellulaire; 5o articles en verre pour tout usage technique, scientifique et industriel (telles que canalisations, microbilles et microsphères); 6o verres creux transformés et/ou façonnés, tels que ampoules, flacons, ballons, fioles et appareils de laboratoire (verrerie de laboratoire), bouteilles isolantes; 7o transformation et façonnage de verre plat borosilicaté, céramisé, soufflage de verre (pour appareillages scientifiques et industriels); 8o verres d’optique, ainsi que la taille et la décoration de ces verres (verres pour lunetterie). Ces entreprises ressortissent au secteur professionnel auxiliaire du verre pour autant qu’une des activités précitées soit exercée en ordre principal et non accessoirement à celle d’un autre secteur de l’industrie verrière. Par ″ouvriers″ on entend : les ouvriers et ouvrières. Art. 2. Si l’application de la convention collective de travail du 30 septembre 1998 remplaçant la convention collective de travail du 15 mai 1991, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant la liaison du salaire à l’indice des prix à la consommation venait à ne pas octroyer aux ouvriers une deuxième indexation des salaires horaires bruts réels durant la période s’étalant du 1er janvier 1999 au 31 décembre 2000, il serait concédé à l’ouvrier occupé dans l’entreprise au 1er décembre 2000, une prime brute non récurrente de 2 500 BEF payable au plus tard le 31 décembre 2000. Art. 3. La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 1999 et cesse de produire ses effets le 31 décembre 2000. Art. 4. Jusqu’au 31 décembre 2000, les organisations syndicales signataires de la présente convention et leurs membres s’engagent à ne poser auprès des employeurs ressortissant au secteur de la miroiterie et de la fabrication de vitraux d’art, en faveur du personnel ouvrier, aucune revendication générale et collective en dehors des mesures d’exécution de la présente convention. Si la paix sociale n’est pas respectée, si la convention collective de travail du 28 avril 1987, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie verrière, concernant la paix sociale et les prestations d’intérêt public en temps de paix, rendue obligatoire par arrêté royal du 22 septembre 1987, n’est pas respectée par les organisations syndicales, les sanctions prévues à l’article 4 de la convention collective de travail du 28 avril 1987 seront appliquées. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 24 septembre 2006. Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
54263
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2006 — 4049
[2006/203009]
26 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot vaststelling, voor de ondernemingen die bruggen en metalen gebinten monteren, gelegen op het grondgebied van Gent en die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw (PC 111) ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2006 — 4049
[2006/203009]
26 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal fixant, pour les entreprises de montage de ponts et charpentes métalliques, situées dans l’entité de Gand et ressortissant à la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique (CP 111), les conditions dans lesquelles le manque de travail résultant de causes économiques suspend l’exécution du contrat de travail d’ouvrier (1)
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, inzonderheid op artikel 51, § 1, vervangen door de wet van 30 december 2001;
Vu la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, notamment l’article 51, § 1er, remplacé par la loi du 30 décembre 2001;
Gelet op het advies van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw;
Vu l’avis de la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Vu les lois sur le Conseil d’Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, notamment l’article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et modifié par la loi du 4 août 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat de huidige economische toestand het spoedig invoeren van een regeling van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden rechtvaardigt voor de ondernemingen die bruggen en metalen gebinten monteren, gelegen op het grondgebied van Gent, en die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw ressorteren; Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Vu l’urgence; Considérant que la situation économique actuelle justifie l’instauration de toute urgence d’un régime de suspension de l’exécution du contrat de travail d’ouvrier dans les entreprises de montage de ponts et charpentes métalliques situées dans l’entité de Gand et ressortissant à la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die bruggen en metalen gebinten monteren, gelegen op het grondgebied van Gent, en die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw ressorteren.
Article 1er. Le présent arrêté s’applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises de montage de ponts et charpentes métalliques situées dans l’entité de Gand et ressortissant à la Commission paritaire des constructions métallique, mécanique et électrique.
Art. 2. Bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken mag de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden volledig worden geschorst, mits ervan kennis wordt gegeven door aanplakking op een goed zichtbare plaats in de lokalen van de onderneming, ten minste drie dagen vooraf, de dag van de aanplakking niet inbegrepen.
Art. 2. En cas de manque de travail résultant de causes économiques, l’exécution du contrat de travail d’ouvrier peut être totalement suspendue, moyennant notification par affichage dans les locaux de l’entreprise, à un endroit apparent, au moins trois jours à l’avance, le jour de l’affichage non compris.
De aanplakking kan worden vervangen door een geschreven kennisgeving aan iedere werkloos gestelde werkman, ten minste drie dagen vooraf, de dag van de kennisgeving niet inbegrepen.
L’affichage peut être remplacé par une notification écrite à chaque ouvrier mis en chômage, au moins trois jours à l’avance, le jour de la notification non compris.
Art. 3. De duur van de volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken mag dertien weken niet overschrijden.
Art. 3. La durée de la suspension totale de l’exécution du contrat de travail d’ouvrier pour manque de travail résultant de causes économiques ne peut dépasser treize semaines.
Art. 4. De bij artikel 2 bedoelde kennisgeving moet de datum vermelden waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst zal ingaan en de datum waarop deze schorsing een einde zal nemen en de data waarop de werklieden werkloos zullen gesteld worden.
Art. 4. La notification visée à l’article 2 doit mentionner la date à laquelle la suspension totale de l’exécution du contrat prendra cours et la date à laquelle cette suspension prendra fin et les dates auxquelles les ouvriers seront mis en chômage.
Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006 en treedt buiten werking op 1 september 2007.
Art. 5. Le présent arrêté produit ses effets le 1er septembre 2006 et cessera d’être en vigueur le 1er septembre 2007.
Art.6. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 6. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 26 september 2006.
Donné à Bruxelles, le 26 septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 30 december 2001, Belgisch Staatsblad van 31 december 2001.
1) Références au Moniteur belge : Loi du 3 juillet 1978, Moniteur belge du 22 août 1978. Loi du 30 décembre 2001, Moniteur belge du 31 décembre 2001.
54264
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
N. 2006 — 4050 [C − 2006/18125] 28 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot vaststelling, met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de graden van de ambtenaren van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, die eenzelfde trap van de hiërarchie vormen (1)
F. 2006 — 4050 [C − 2006/18125] 28 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal déterminant, en vue de l’application de l’article 43 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966, les grades des agents de l’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes qui constituent un même degré de la hiérarchie (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, in het bijzonder het artikel 43, § 3, gewijzigd bij de wetten van 27 december 2004, 20 juli 2005 en 4 april 2006; Gelet op de wet van 16 december 2002 houdende de oprichting van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen; Gelet op het koninklijk besluit van 8 april 2003 tot vaststelling, met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de graden van de ambtenaren van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, die eenzelfde trap van de hiërarchie vormen. Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken gedateerd op 24 mei 2006; Gelet op de adviezen van de vakbonden van 29 juni (ACLVB en ACOD) en 1 juni (ACV openbare diensten) Gelet op het advies nr. 38.107 van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht, gegeven op 13 juli 2006; Gelet op het advies 41.191/1/V van de afdeling wetgeving van de Raad van State, gegeven op 7 september 2006, Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu les lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966, notamment l’article 43, § 3, modifié par les lois des 27 décembre 2004, 20 juillet 2005 et 4 avril 2006; Vu la loi du 16 décembre 2002 portant création de l’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes; Vu l’arrêté royal du 8 avril 2003 déterminant en vue de l’application de l’article 43 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966, les grades des agents de l’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes, qui constituent un même degré de la hiérarchie; Vu l’accord de Notre Ministre de la Fonction publique donné en date du 24 mai 2006; Vu les avis des organisations syndicales des 29 mai (SLFP et CGSP) et 1er juin (CSC services publics); Vu l’avis n° 38.107 de la Commission permanente de contrôle linguistique donné le 13 juillet 2006; Vu l’avis 41.191/1/V de la section législative du Conseil d’Etat, donné le 7 septembre 2006; Sur la proposition de Notre Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’égalité des chances et de l’avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966 op de ambtenaren van het Instituut voor de Gelijkheid van vrouwen en mannen, worden de verschillende betrekkingen die een trap van de hiërarchie vormen als volgt bepaald :
Article 1er. En vue de l’application de l’article 43 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966 aux agents de l’Institut pour l’Egalité des Femmes et des Hommes, les divers emplois constituant un degré de la hiérarchie sont déterminés de la manière suivante :
Eerste trap : de betrekkingen van directeur/directrice en van adjunct-directeur/directrice overeenstemmend met een managementfunctie, zoals door Ons bepaald in het koninklijk besluit van 18 november 2005 betreffende de aanduiding en de uitoefening van managementfuncties in het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen;
Premier degré : les emplois de directeur/trice et de directeur/trice adjoint/e, correspondant à des fonctions de management, fixés par Nous dans l’arrêté royal du 18 novembre 2005 relatif à la désignation et à l’exercice des fonctions de management au sein de l’Institut pour l’Egalité des Femmes et des Hommes;
Tweede trap : de betrekkingen overeenkomend met functies van klasse A4 en A3 met uitzondering van de betrekkingen van de ambtenaren die geïntegreerd zijn in klasse A3 vanaf een graad van rang 10;
Deuxième degré : les emplois correspondant à des fonctions de classe A4 et A3 à l’exception des emplois des agents qui sont intégrés dans la classe A3 au départ d’un grade du rang 10;
Derde trap : de betrekkingen van de ambtenaren die geïntegreerd zijn in de klasse A3 van het niveau A vanaf een graad van rang 10; de betrekkingen overeenkomend met functies van klasse A1 en A2 en de graden van het niveau B;
Troisième degré : les emplois des agents qui sont intégrés dans la classe A3 du niveau A au départ d’un grade de rang 10, les emplois correspondants à des fonctions de classe A1 et A2 du niveau A et les grades du niveau B;
Vierde trap : de graden in het niveau C;
Quatrième degré : les grades répartis dans le niveau C;
Vijfde trap : de graden in het niveau D.
Cinquième degré : les grades répartis dans le niveau D.
Art. 2. Het koninklijk besluit van 8 april 2003 tot vaststelling, met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de graden van de ambtenaren van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, die eenzelfde trap van de hiërarchie vormen wordt opgeheven. Art. 3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 10 januari 2005. Art. 4. Onze Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 28 september 2006.
Art. 2. L’arrêté royal du 8 avril 2003 déterminant, en vue de l’application de l’article 43 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966, les grades des agents de l’Institut pour l’Egalité des Femmes et des Hommes qui constituent un même degré de la hiérarchie est abrogé. Art. 3. Le présent arrêté produit ses effets le 10 janvier 2005. Art. 4. Notre Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’Egalité des chances est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 28 septembre 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen, Ch. DUPONT
Par le Roi : Le Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des Grandes Villes et de l’Egalité des Chances, Ch. DUPONT
Nota
Note
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad:
(1) Références au Moniteur belge
Wet van 16 december 2002, Belgisch Staatsblad van 31 december 2002
Loi du 16 décembre 2002, Moniteur belge du 31 décembre 2002.
Koninklijk besluit van 8 april 2003, Belgisch Staatsblad van 14 mei 2003.
Arrêté royal du 8 avril 2003, Moniteur belge du 14 mai 2003.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54265
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE
N. 2006 — 4051 [C − 2006/23053] 28 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 14, h), § 1, I, 6°, en § 2, en 25, § 1, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
F. 2006 — 4051 [C − 2006/23053] 28 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal modifiant les articles 14, h), § 1er, I, 6°, et § 2, et 25, § 1er, de l’annexe à l’arrêté royal du 14 septembre 1984 établissant la nomenclature des prestations de santé en matière d’assurance obligatoire soins de santé et indemnités
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 35, § 1, gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995, 22 februari 1998, 24 december 1999, 10 augustus 2001, 22 augustus 2002, 5 augustus 2003, 22 december 2003, 9 juli 2004, 27 april 2005 en 27 december 2005, en § 2, gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995 en 10 augustus 2001, en bij het koninklijk besluit van 25 april 1997; Gelet op de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, inzonderheid op de artikelen 14, h), § 1, I, 6°, en § 2, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 december 1991, 10 juli 1996 en 29 april 1999, en 25, § 1, vervangen bij het koninklijk besluit van 30 januari 1986 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 januari 1988, 22 juli 1988, 14 december 1989, 22 januari 1991, 12 augustus 1994, 7 augustus 1995, 31 augustus 1998, 9 oktober 1998, 29 april 1999, 5 september 2001, 19 juni 2002, 26 maart 2003, 22 april 2003, 15 mei 2003, 3 juli 2003, 23 november 2005, 1 mei 2006 en 10 juni 2006; Gelet op het voorstel van de Technische geneeskundige raad, gedaan tijdens zijn vergadering van 25 mei 2004; Gelet op het advies van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering gegeven op 25 mei 2004; Gelet op de beslissing van de Nationale commissie geneesherenziekenfondsen van 7 juni 2004; Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole gegeven op 16 juni 2004; Gelet op de beslissingen van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering van 14 juni 2004 en 28 juni 2004; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 september 2004; Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, van 1 oktober 2004; Gelet op advies 40.085/1 van de Raad van State, gegeven op 4 mei 2006; Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi relative à l’assurance obligatoire soins de santé et indemnités, coordonnée le 14 juillet 1994, notamment l’article 35, § 1er, modifié par les lois des 20 décembre 1995, 22 février 1998, 24 décembre 1999, 10 août 2001, 22 août 2002, 5 août 2003, 22 décembre 2003, 9 juillet 2004, 27 avril 2005 et 27 décembre 2005, et § 2, modifié par les lois des 20 décembre 1995 et 10 août 2001, et par l’arrêté royal du 25 avril 1997;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. In artikel 14, h), van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 december 1991, 10 juli 1996 en 29 april 1999 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
Vu l’annexe à l’arrêté royal du 14 septembre 1984 établissant la nomenclature des prestations de santé en matière d’assurance obligatoire soins de santé et indemnités, notamment les articles 14, h), § 1er, I, 6°, et § 2, modifié par les arrêtés royaux des 19 décembre 1991, 10 juillet 1996 et 29 avril 1999, et 25, § 1er, remplacé par l’arrêté royal du 30 janvier 1986 et modifié par les arrêtés royaux des 11 janvier 1988, 22 juillet 1988, 14 décembre 1989, 22 janvier 1991, 12 août 1994, 7 août 1995, 31 août 1998, 9 octobre 1998, 29 avril 1999, 5 septembre 2001, 19 juin 2002, 26 mars 2003, 22 avril 2003, 15 mai 2003, 3 juillet 2003, 23 novembre 2005, 1er mai 2006 et 10 juin 2006; Vu la proposition du Conseil technique médical formulée au cours de sa réunion du 25 mai 2004; Vu l’avis du Service d’évaluation et de contrôle médicaux de l’Institut national d’assurance maladie-invalidité donné le 25 mai 2004; Vu la décision de la Commission nationale médico-mutualiste en date du 7 juin 2004; Vu l’avis de la Commission de contrôle budgétaire donné le 16 juin 2004; Vu les décisions du Comité de l’assurance soins de santé de l’Institut national d’assurance maladie-invalidité en date des 14 juin 2004 et 28 juin 2004; Vu l’avis de l’Inspecteur des Finances, donné le 9 septembre 2004; Vu l’accord de Notre Ministre du Budget, donné le 1er octobre 2004; Vu l’avis 40.085/1 du Conseil d’Etat, donné le 4 mai 2006; Sur la proposition de Notre Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er. A l’article 14, h), de l’annexe à l’arrêté royal du 14 septembre 1984 établissant la nomenclature des prestations de santé en matière d’assurance obligatoire soins de santé et indemnités, modifié par les arrêtés royaux des 19 décembre 1991, 10 juillet 1996 et 29 avril 1999 sont apportées les modifications suivantes :
1°) § 1, I, 6°, wordt vervangen als volgt :
1°) le § 1er, I, 6° est remplacé par les dispositions suivantes :
« 6° Ingrepen op de spieren :
« 6° Interventions sur les muscles :
247575 – 247586
247575 – 247586
Ingreep wegens strabisme of nystagmus door recessie of resectie van één of meerdere oogspieren (per oog) ............................................. N 300 247590 – 247601 Ingreep wegens strabisme of nystagmus door transpositie of recessie van een schuine oogspier gecombineerd met een recessie of resectie van één of meerdere rechte oogspieren (per oog) ................................ N 400 247612 – 247623 Ingreep wegens strabisme of nystagmus door recessie of resectie van één of meerdere oogspieren met één of meerdere « regelbare hechtingen » (per oog) ..................................................................................... N 400 247634 – 247645
Intervention pour strabisme ou nystagmus par récession ou résection d’un ou de plusieurs muscle(s) oculaire(s) (par oeil) .................... N 300 247590 – 247601 Intervention pour strabisme ou nystagmus par récession ou transposition d’un muscle oculaire oblique combinée à une récession ou à une résection d’un ou de plusieurs muscle(s) oculaire(s) droit(s) (par oeil) ................................................................................................ N 400 247612 – 247623 Intervention pour strabisme ou nystagmus par récession ou résection d’un ou de plusieurs muscle(s) oculaire(s) avec une ou plusieurs « suture(s) ajustable(s) » (par oeil) .................................................... N 400 247634 – 247645
54266
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Ingreep wegens strabisme of nystagmus door recessie of resectie van één of meerdere oogspieren geassocieerd met achterste verankering (Faden operatie volgens Cuppers) (per oog) ................................. N 400
Intervention pour strabisme ou nystagmus par récession ou résection d’un ou de plusieurs muscle(s) oculaire(s) associée à un ancrage postérieur (opération du fil de Cuppers) (par oeil) ...................... N 400 247656 – 247660
247656 – 247660 Heringreep wegens strabisme of nystagmus op één of meerdere oogspieren die reeds een operatie hebben ondergaan (per oog) . N 600
Réintervention pour strabisme ou nystagmus sur un ou plusieurs muscle(s) oculaire(s) opéré(s) auparavant (par oeil) .................... N 600
247553 – 247564
247553 – 247564
Spiertranspositie wegens paralytisch strabisme ..................... N 400 »
Transposition musculaire pour strabisme paralytique .......... N 400 »
2°) § 2 wordt aangevuld als volgt :
2°) le § 2 est complété par les alinéas suivants :
« 6° De verstrekkingen 247575-247586, 247590-247601, 247612-247623, 247634-247645, 247656-247660 en 247553- 247564 zijn voor hetzelfde oog tijdens eenzelfde zitting niet cumuleerbaar.
« 6° Les prestations 247575-247586, 247590-247601, 247612-247623, 247634-247645, 247656-247660 et 247553-247564 ne sont pas cumulables pour le même oeil au cours d’une même séance opératoire.
7° De verstrekkingen van artikel 14, h) waar de omschrijving « per oog » vermeldt, mogen tegen 100 % voor elk oog tijdens eenzelfde zitting gehonoreerd worden.
7° Les prestations de l’article 14, h) dont le libellé mentionne « par oeil » peuvent être portées en compte à 100 % par œil au cours d’une même séance opératoire.
8° De verstrekkingen 248710-248721 en 248732-248743 zijn niet cumuleerbaar. »
8° Les prestations 248710-248721 et 248732-248743 ne sont pas cumulables. »
Art. 2. In artikel 25, § 1, van dezelfde bijlage, vervangen bij het koninklijk besluit van 30 januari 1986 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 januari 1988, 22 juli 1988, 14 december 1989, 22 januari 1991, 12 augustus 1994, 7 augustus 1995, 31 augustus 1998, 9 oktober 1998, 29 april 1999, 5 september 2001, 19 juni 2002, 26 maart 2003, 22 april 2003, 15 mei 2003, 3 juli 2003, 23 november 2005, 1 mei 2006 en 10 juni 2006, wordt in de limitatieve lijst van de toepassingsregel die volgt op verstrekking 597800 het nummer 247531 geschrapt en worden de nummers 247575, 247590, 247612, 247634, 247656 en 247553 toegevoegd.
Art. 2. A l’article 25, § 1er, de la même annexe, remplacé par l’arrêté royal du 30 janvier 1986 et modifié par les arrêtés royaux des 11 janvier 1988, 22 juillet 1988, 14 décembre 1989, 22 janvier 1991, 12 août 1994, 7 août 1995, 31 août 1998, 9 octobre 1998, 29 avril 1999, 5 septembre 2001, 19 juin 2002, 26 mars 2003, 22 avril 2003, 15 mai 2003, 3 juillet 2003, 23 novembre 2005, 1er mai 2006 et 10 juin 2006, dans la liste limitative de la règle d’application qui suit la prestation 597800, le numéro 247531 est supprimé et les numéros 247575, 247590, 247612, 247634, 247656 et 247553 sont insérés.
Art. 3. Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 3. Le présent arrêté entre en vigueur le premier jour du deuxième mois qui suit celui au cours duquel il aura été publié au Moniteur belge.
Art. 4. Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 4. Notre Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique est chargé de l’exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 28 septembre 2006.
Gegeven te Brussel, 28 september 2006.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE
Le Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, R. DEMOTTE
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE
N. 2006 — 4052 [C − 2006/11420] 15 SEPTEMBER 2006. — Koninklijk besluit waarbij aan de NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol, een vergunning wordt verleend voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas, voor een gebied in het noordoosten van de provincie Limburg
F. 2006 — 4052 [C − 2006/11420] 15 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté royal octroyant à la « NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol », une autorisation de recherche d’un siteréservoir souterrain destiné au stockage de gaz, pour une zone située au nord-est de la province du Limbourg
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 18 juli 1975 betreffende het opsporen en exploiteren van ondergrondse bergruimten in situ bestemd voor het opslaan van gas, inzonderheid op de artikelen 2 en 5; Gelet op het koninklijk besluit van 29 december 1975 tot bepaling van de voorschriften en de wijze waarop een vergunning voor het opsporen en exploiteren van ondergrondse bergruimten in situ bestemd voor het opslaan van gas wordt verleend; Gelet op de aanvraag die ingediend werd op 20 december 2005 met bijhorende plannen en documenten, gericht aan de Minister van Economie, waarbij de NV VITO, Boeretang 200, 2400 Mol, een vergunning voor een periode van 10 jaar vraagt voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas, in het gebied in het noodoosten van de provincie Limburg; Gelet op documenten van de aanvraag van 20 december 2005 van de NV VITO waaruit blijkt dat de heer Dirk Fransaer werd aangesteld tot afgevaardigd bestuurder van de NV VITO; Gelet op de aangetekende brief van 24 januari 2006 waarmee de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid het ontvangstbewijs van het dossier en de bevestiging van de volledigheid van de aanvraag meedeelde aan de NV VITO;
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 18 juillet 1975 relative à la recherche et à l’exploitation des sites-réservoirs souterrains destinés au stockage de gaz, notamment les articles 2 et 5; Vu l’arrêté royal du 29 décembre 1975 fixant les règles et modalités d’octroi d’un permis de recherche ou d’exploitation des sites-réservoirs souterrains destinés au stockage de gaz; Vu la demande introduite le 20 décembre 2005 avec plans et documents y afférents, adressée au Ministre de l’Economie, par laquelle la « NV VITO, Boeretang 200, 2400 Mol », demande une autorisation, pour une période de 10 ans, pour la recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz, dans une zone située dans le nord-est de la province du Limbourg; Vu les documents de la demande du 20 décembre 2005 de la « NV VITO » dont il ressort que M. Dirk Fransaer a été désigné administrateur délégué de la « NV VITO »; Vu la lettre recommandée du 24 janvier 2006 par laquelle la Direction générale Qualité et Sécurité a communiqué l’accusé de réception du dossier et la confirmation de la complétude de la demande à la « NV VITO »;
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Gelet op de aangetekende brief van 24 januari 2006 waarmee de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid een exemplaar van het dossier van de hierboven vermelde aanvraag naar de bevoegde dienst van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap zond en deze dienst verzocht om binnen de voorziene termijn advies te geven; Gelet op de aangetekende brief van 1 februari 2006 waarmee de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid de NV VITO verzocht om de tekst van de aanvraag van 20 december 2005 en de lijst van de betrokken gemeenten op haar kosten in twee dagbladen van de streek van het noordoosten van de provincie Limburg te laten publiceren; Gelet op de 13 aangetekende brieven van 1 februari 2006 waarmee de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid de tekst van de aanvraag van 20 december 2005 en het algemeen liggingsplan ter kennisgeving zond aan de burgemeesters van de volgende steden of gemeenten : Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, HouthalenHelchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, Meeuwen-Gruitrode, Neerpelt, Overpelt en Peer; Gelet op de brief van 28 februari 2006 waarmee de NV VITO de bewijzen van de publicatie van de tekst van de aanvraag van 20 december 2005 en de lijst van de betrokken gemeenten in twee dagbladen van de streek van noordoost Limburg, met name in het « Belang van Limburg » op 27 februari 2006 en in « De Gazet van Antwerpen » op 27 februari 2006, meedeelde aan de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid; Gelet op het advies van 2 maart 2006 van de Afdeling Water van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap; Overwegende dat het opsporen van ondergrondse bergruimten in situ voor het opslaan van gas geschiedt om redenen van openbaar nut; Overwegende dat NV VITO over de technische middelen kan beschikken die nodig zijn voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas; Overwegende dat NV VITO over de financiële middelen kan beschikken die nodig zijn voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas; Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
54267
Vu la lettre recommandée du 24 janvier 2006 par laquelle la Direction générale Qualité et Sécurité a envoyé un exemplaire du dossier de la demande précitée au service compétent du Ministère de la Communauté flamande et a demandé à ce service de donner un avis endéans le délai prévu; Vu la lettre recommandée du 1er février 2006 par laquelle la Direction générale Qualité et Sécurité a demandé à la « NV VITO » de faire publier, à ses frais, le texte de la demande du 20 décembre 2005 et la liste des communes concernées dans deux journaux de la région du nord-est de la province du Limbourg; Vu les 13 lettres recommandées du 1er février 2006 par laquelle la Direction générale Qualité et Sécurité a envoyé le texte de la demande du 20 décembre 2005 et le plan général d’emplacement pour notification aux bourgmestres des villes ou communes suivantes : Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, HouthalenHelchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, Meeuwen-Gruitrode, Neerpelt, Overpelt et Peer; Vu la lettre du 28 février 2006 par laquelle la « NV VITO » a communiqué à la Direction générale Qualité et Sécurité les preuves de la publication du texte de la demande du 20 décembre 2005 et la liste des communes concernées dans deux journaux dans le nord-est du Limbourg, à savoir le « Belang van Limburg » le 27 février 2006 et la « Gazet van Antwerpen » le 27 février 2006; Vu l’avis du 2 mars 2006 de la Division des Eaux du Ministère de la Communauté flamande; Considérant que la recherche de sites-réservoirs souterrains pour le stockage de gaz se fait pour des raisons d’utilité publique; Considérant que la « NV VITO » peut disposer des moyens techniques nécessaires pour la recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz; Considérant que la « NV VITO » peut disposer des moyens financiers nécessaires pour la recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Economie, Nous avons arrêté et arrêtons :
Artikel 1. Aan de NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol, wordt de vergunning verleend voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas, in een gebied met een oppervlakte van ongeveer 67.242 ha gelegen op het grondgebied van de steden of gemeenten Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, HechtelEksel, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, MeeuwenGruitrode, Neerpelt, Overpelt en Peer.
Article 1er. La « NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol », se voit octroyer une autorisation pour la recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz, dans une zone d’une superficie d’environ 67.242 ha située sur le territoire des villes ou communes de Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, Meeuwen-Gruitrode, Neerpelt, Overpelt et Peer.
De noord- en oostgrens van dit gebied worden gevormd door de staatsgrens tussen België en Nederland.
Les frontières septentrionale et orientale de cette zone sont formées par la frontière d’Etat entre la Belgique et les Pays-Bas.
De zuid- en westgrens van het opsporingsgebied wordt gevormd door de lijnen waarvan de hoekpunten de volgende Lambertcoördinaten in meter hebben :
La frontière méridionale et occidentale de la zone d’exploration est formée par les lignes dont les sommets d’angle ont les coordonnées Lambert en mètres suivantes :
- hoekpunt 1 : X = 210.694,00 en Y = 217.179,00 (Lommelgrenspaal 194);
- sommet d’angle 1 : X = 210.694,00 et Y = 217.179,00 (Lommel-borne frontière 194);
- hoekpunt 2 : X = 216.571,56 en
- sommet d’angle 2 : X = 216.571,56 et
Y = 201.865,32 (Hechtel);
Y = 201.865,32 (Hechtel);
- hoekpunt 3 : X = 224.280,78 en Y = 196.442,51 (Helchteren-Sonnis);
- sommet d’angle 3 : X = 224.280,78 et Y = 196.442,51 (HelchterenSonnis);
- hoekpunt 4 : X = 227.791,96 en Y = 195.846,00 (PeerMaastrichterheide);
- sommet d’angle 4 : X = 227.791,96 et Y = 195.846,00 (PeerMaastrichterheide);
- hoekpunt 5 : X = 240.122,99 en Y = 196.213,52 (Opoeteren-Kerk ″Sint-Dionysius″);
- sommet d’angle 5 : X = 240.122,99 et Y = 196.213,52 (OpoeterenEglise « Sint-Dionysius »);
- hoekpunt 6 : X = 243.075,58 en Y = 194.195,88 (Rotem-ZinkfabriekSchouwen);
- sommet d’angle 6 : X = 243.075,58 et Y = 194.195,88 (Rotem-Fabrique de zinc-Schouwen);
- hoekpunt 7 : X = 248.051,35 en Y = 193.720,65 (Rotem-Kellerweerd).
- sommet d’angle 7 : X = 248.051,35 et Y = 193.720,65 (RotemKellerweerd).
Art. 2. De opsporingswerkzaamheden moeten zodanig uitgevoerd worden dat ze geen gevolgen veroorzaken op het Nederlands grondgebied.
Art. 2. Les travaux de recherche doivent être réalisés de manière à ce qu’ils n’aient pas de conséquences sur le territoire néerlandais.
Art. 3. De opsporingswerkzaamheden zijn onderworpen aan de voorwaarden vermeld in de bijlage bij dit besluit.
Art. 3. Les travaux de recherche sont soumis aux conditions reprises à l’annexe du présent arrêté.
Art. 4. De opsporingsvergunning wordt verleend voor een termijn van tien jaar vanaf de ondertekening van dit besluit.
Art. 4. L’autorisation de recherche est accordée pour une période de dix ans à partir de la signature du présent arrêté.
Art. 5. De opsporingsvergunning kan worden ingetrokken indien er geen gebruik van gemaakt wordt binnen een periode van vijf jaar vanaf de ondertekening van dit besluit.
Art. 5. L’autorisation de recherche peut être retirée si elle n’est pas utilisée pendant une période de cinq ans à partir de la signature du présent arrêté.
54268
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Art. 6. Inbreuken op voorgaande bepalingen en meer bepaald op de in bijlage vermelde voorwaarden worden opgespoord, vastgesteld en gestraft overeenkomstig de wet van 18 juni 1975 betreffende het opsporen en ex- ploiteren van ondergrondse bergruimten in situ bestemd voor het opslaan van gas.
Art. 6. Les infractions aux dispositions ci-dessus et en particulier aux conditions mentionnées dans l’annexe sont recherchées, constatées et punies conformément à la loi du 18 juillet 1975 relative à la recherche et à l’exploitation des sites-réservoirs souterrains destinés au stockage de gaz.
Art. 7. Een eensluidend afschrift van dit besluit en van de bijlage zal worden toegezonden :
Art. 7. Une copie conforme du présent arrêté et de l’annexe sera envoyée :
1° in één exemplaar aan de NV VITO, Boeretang 200, 2400 Mol; 2° in vier exemplaren aan de Directeur-generaal van de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid; 3° in één exemplaar aan het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;
1° en un exemplaire à la « NV VITO, Boeretang 200, 2400 Mol »; 2° en quatre exemplaires au directeur général de la Direction générale Qualité et Sécurité; 3° en un exemplaire au Ministère de la Communauté flamande;
4° in één exemplaar aan de burgemeesters van de volgende steden of gemeenten : Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, HechtelEksel, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, MeeuwenGruitrode, Neerpelt, Overpelt en Peer.
4° en un exemplaire aux bourgmestres des villes ou communes suivantes : Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Hamont-Achel, HechtelEksel, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Lommel, Maaseik, MeeuwenGruitrode, Neerpelt, Overpelt et Peer.
Art. 8. Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 8. Notre Ministre de l’Economie est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 15 september 2006.
ALBERT
Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 15 septembre 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Economie, M. VERWILGHEN
Le Ministre de l’Economie, M. VERWILGHEN
Bijlage
Annexe
Voorwaarden voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas in het noordoosten van de provincie Limburg 1. Algemeenheden. 1.1. De vergunninghouder is verplicht alle maatregelen te treffen die nodig zijn om de openbare veiligheid te verzekeren en om de hinder voor derden tot een minimum te beperken. 1.2. De vergunninghouder moet de wetten en de besluiten die van kracht zijn of zullen worden en de voorgeschreven maatregelen naleven. 1.3. De vergunninghouder moet in zijn inrichtingen controlebezoeken door de ambtenaren, daartoe aangeduid door de wetten en besluiten, toelaten. 1.4. Voor werkzaamheden die door derden uitgevoerd worden moet een leider der werken aangeduid wor- den en kenbaar gemaakt worden aan de vergunninghouder. 1.5. De vergunninghouder moet de vergunningsvoorwaarden meedelen aan derden die werken voor hem uitvoeren. Hij moet van hen contractueel de naleving van deze vergunningsvoorwaarden eisen. 2. Wetten en reglementen. De werkzaamheden zijn, behalve aan de voorwaarden van dit besluit, onder meer onderworpen aan : 2.1. de wetten en besluiten in verband met de ondergrondse bergruimten in situ bestemd voor het opslaan van gas; 2.2. de veiligheidsvoorwaarden van de wetten en besluiten in verband met het gasvervoer door middel van leidingen; 2.3. het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming en de Codex over het Welzijn op het Werk; 2.4. het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties; 2.5. het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning; 2.6. de NBN EN 1918-1 en NBN EN 1918-5 normen in verband met de ondergrondse opslag van gas. 3. Fasering van de werkzaamheden. 3.1. De werkzaamheden voor het opsporen van de uitbreiding van de bergruimte in situ, bestemd voor de opslag van gas, worden in opeenvolgende fasen uitgevoerd. 3.2. Voor de aanvang van elke fase wordt een gedetailleerd plan van de werken ter kennisgeving voorge- legd aan de mijningenieur. Dit plan geeft onder meer een duidelijke inventarisatie van de eventuele risico’s en vermeldt de preventiemaatregelen die zullen worden genomen. 3.3. Na het beëindigen van elke fase moet een verslag over de uitgevoerde werkzaamheden worden gestuurd naar de mijningenieur.
Conditions relatives à la recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz 1. Généralités. 1.1. Le permissionnaire est tenu de prendre toutes les mesures nécessaires pour assurer la sécurité publique. 1.2. Le permissionnaire est tenu de respecter les lois et les arrêtés qui sont ou seront en vigueur ainsi que les mesures prescrites. 1.3. Le permissionnaire est tenu d’autoriser, dans ses établissements, des visites de contrôle par les fonctionnaires désignés à cet effet par les lois et arrêtés. 1.4. Pour les travaux effectués par des tiers, un chef des travaux doit être désigné et notifié au permissionnaire 1.5. Le permissionnaire doit communiquer les conditions du permis aux tiers qui exécutent des travaux pour lui. Il doit exiger, par contrat, qu’ils respectent les conditions du permis. 2. Lois et règlements. Les travaux sont soumis aux conditions du présent arrêté et en outre au(x) : 2.1. lois et arrêtés relatifs aux sites-réservoirs souterrains destinés au stockage de gaz; 2.2. conditions de sécurité des lois et arrêtés relatifs au transport de gaz par canalisations; 2.3. règlement Général pour la Protection du Travail et au Code sur le Bien-Etre au Travail; 2.4. règlement Général sur les Installations Electriques; 2.5. règlement flamand relatif à l’autorisation de Milieu; 2.6. Normes NBN EN 1918-1 et NBN EN 1918-5 en ce qui concerne le stockage souterrain de gaz. 3. Différentes phases des travaux. 3.1. Les travaux de recherche pour l’extension du site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz se déroulent en phases successives. 3.2. Avant le début de chaque phase, un plan détaillé des travaux sera remis à l’ingénieur des mines pour information. Ce plan répertorie notamment les risques éventuels et fait mention des mesures de prévention qui seront prises. 3.3. A la fin de chaque phase, un rapport des travaux effectués doit être envoyé à l’ingénieur des mines.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE 4. Invloed van de exploratie op bestaande ondergrondse exploitaties. 4.1. Voor elke bestaande ondergrondse bergruimte is er een beveiligingsomtrek. Deze wordt bepaald door een curve, bestaande uit punten waarvan de kleinste afstand tot de stockeeromtrek van de bestaande ondergrondse bergruimte 10 km bedraagt. De uitvoering van boorwerken dieper dan -400 m onder de zeespiegel en die binnen de beveiligingsomtrek van een bestaande ondergrondse bergruimte wordt uitgevoerd, moet vooraf schriftelijk aan de vergunninghouder van de bestaande ondergrondse bergruimte worden gemeld. Indien deze vergun- ninghouder kan aantonen dat de goede werking van zijn gasopslag verstoord zou kunnen worden, dan zijn deze boorwerken verboden. 4.2. Voor de inplanting en de uitvoering van de boringen wordt de mogelijke wederzijdse beïnvloeding met de nabijgelegen gasopslagplaatsen onderzocht en worden de nodige maatregelen genomen om eventuele negatieve effecten te voorkomen. 4.3. Bij het boren en uitrusten van de exploratieboringen wordt rekening gehouden met een mogelijk later gebruik als controle- of exploitatieput. 5. Veiligheidsmaatregelen tijdens het boren van putten. 5.1. Er moeten maatregelen genomen worden om erupties uit de ondergrond te voorkomen. Hiervoor is het nodig dat de nodige parameters gecontroleerd worden om tijdig een mogelijke eruptie te onderkennen en dat de nodige inrichtingen voorzien worden om een eventuele eruptie te controleren, af te remmen en te stoppen. 5.2. Er moet rekening gehouden worden met het mogelijk vrijkomen van gassen die explosie- of vergifti-gingsgevaar kunnen opleveren. Op representatieve plaatsen moeten gasmetingen uitgevoerd worden. Bij overschrijden van vooraf bepaalde grenswaarden moeten duidelijk waarneembare alarmen in werking treden. 5.3. Ook voor tijdelijke werken moet een zoneringsplan opgesteld worden volgens de bepalingen van het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties. De keuze van het elektrisch materieel moet gebeuren in functie van dit zoneringsplan. Er moet een conformiteitsverslag worden opgesteld door een erkend organisme. 5.4. De zone waar volgens het zoneringsplan ontploffingsgevaar is, moet ter plaatse duidelijk zichtbaar afgebakend worden. Uit deze zone worden mogelijke ontstekingsbronnen geweerd. 5.5. Op de werf moeten de nodige blusmiddelen geplaatst worden op goed aangeduide plaatsen. 5.6. De boortoren moet beschouwd worden als een hijswerktuig en moet gekeurd worden door een erkend organisme. 5.7. De booruitrustingen moeten beantwoorden aan internationaal aanvaarde normen. 6. Personeel. 6.1. Het personeel moet opgeleid zijn om de boringen op een alerte en deskundige wijze uit te voeren en onder controle te houden. 6.2. Voor alle soorten noodsituaties moeten vooraf interventieplannen worden opgesteld. 6.3. De vergunninghouder moet beschikken over personen die voor het uitvoeren van interventies opgeleid zijn en die regelmatig oefenen. 6.4. Het personeel moet vooraf de nodige schriftelijke instructies ontvangen betreffende de werkmethoden, de veiligheidsvoorschriften en de alarm- en interventieprocedures. 7. Voorwaarden voor de bescherming van het grondwatersysteem. 7.1. Voor het boren van putten en het uitvoeren van pompproeven moet een VLAREM -milieuvergunning ingediend worden bij de van toepassing zijnde vergunning verlenende overheid. 8. Bijzondere bepalingen. 8.1. De vergunninghouder moet aan de mijningenieur steeds kunnen aantonen dat voldaan wordt aan de bepalingen van dit besluit. Hiervoor houdt hij ter plaatse de nodige informatie en documenten ter beschikking. Hij verschaft alle faciliteiten die nodig zijn om het toezicht uit te oefenen. 8.2. De vergunninghouder moet alle onderrichtingen naleven die hem door de mijningenieur worden meegedeeld. 8.3. De vergunninghouder blijft tegenover derden aansprakelijk voor verliezen, nadeel of schade, veroorzaakt door zijn installaties. Deze vergunning doet geen afbreuk aan het recht dat iedere belanghebbende heeft om als er aanleiding toe bestaat een vordering tot schadevergoeding in te dienen op grond van artikel 1382 en volgende van het Burgerlijk Wetboek.
54269
4. Influence de l’exploration sur les exploitations souterraines existantes. 4.1. Il y a un périmètre de sécurité pour chaque site-réservoir souterrain existant. Celui-ci est déterminé par une courbe composée de points dont la plus petite distance jusqu’au périmètre de stockage du site souterrain existant s’élève à 10 km. La réalisation de travaux de forage à plus de -400 m en-dessous du niveau de la mer et dans le périmètre de sécurité d’un site-réservoir souterrain existant doit être signalée préalablement et par écrit au permissionnaire. Si ce dernier peut démontrer que le bon fonctionnement de son stockage de gaz pourrait être perturbé, ces travaux de forage seront interdits. 4.2. Avant l’implantation et la réalisation des forages, l’influence réciproque éventuelle sur l’aire de stockage de gaz voisine est examinée et les mesures nécessaires sont prises pour éviter d’éventuels effets négatifs. 4.3. Lors du forage et de l’équipement des forages d’exploration, il est tenu compte d’une éventuelle utilisation ultérieure comme puits de contrôle ou d’exploitation. 5. Mesures de sécurité pendant le forage de puits. 5.1. Il y a lieu de prendre des mesures pour éviter des éruptions à partir du sous-sol. A cet effet, il faut contrôler les paramètres nécessaires pour discerner à temps une éruption éventuelle, et prévoir les dispositifs nécessaires pour contrôler, freiner et arrêter une éruption éventuelle. 5.2. Il faut tenir compte du dégagement éventuel de gaz qui peuvent représenter un danger d’explosion ou d’intoxication. Des mesurages de gaz doivent être effectués à des endroits représentatifs. Si les valeurs limites préétablies sont dépassées, des alarmes bien perceptibles doivent se déclencher. 5.3. Un plan de zonage doit aussi être établi pour les travaux temporaires, suivant les dispositions du Règlement Général sur les Installations Electriques. Le choix du matériel électrique dépendra dudit plan de zonage. Un organisme indépendant est chargé de rédiger un rapport de conformité. 5.4. La zone qui, d’après le plan de zonage, comporte un danger d’explosion doit être bien délimitée sur place. Toute source d’allumage dans cette zone sera écartée. 5.5. Les extincteurs nécessaires seront placés à des endroits bien indiqués du chantier. 5.6. La tour de forage doit être considérée comme un instrument de levage et doit être contrôlée par un organisme agréé. 5.7. Les équipements de forage doivent répondre aux normes admises au niveau international. 6. Personnel. 6.1. Le personnel doit être formé pour pouvoir effectuer les forages avec l’expertise voulue et d’une manière contrôlée. 6.2. Des plans d’intervention doivent être préparés pour toutes les situations d’urgence possibles. 6.3. Le permissionnaire doit disposer de personnes qui ont rec¸ u une formation pour accomplir les interventions nécessaires et qui s’exercent régulièrement. 6.4. Le personnel doit recevoir au préalable les instructions écrites nécessaires concernant les méthodes de travail, les prescriptions de sécurité et les procédures d’alarme et d’intervention. 7. Conditions pour la protection du système d’eau souterraine 7.1. Pour le forage de puits et la réalisation de tests des pompes, il y a lieu d’introduire un permis écologique VLAREM auprès de l’autorité concernée octroyant l’autorisation. 8. Dispositions particulières. 8.1. Le permissionnaire doit toujours pouvoir démontrer à l’ingénieur des mines que les dispositions du présent arrêté sont respectées. A cet effet, il tient les informations et les documents nécessaires à disposition. Il offre toutes les facilités nécessaires pour exercer la surveillance. 8.2. Le permissionnaire doit respecter toutes les instructions qui lui sont communiquées par l’ingénieur des mines. 8.3. Le permissionnaire reste responsable, vis-à-vis de tiers, en cas de perte, préjudice ou dommages causés par ses installations. Ce permis ne porte pas préjudice au droit de chaque intéressé d’introduire, s’il y a lieu, une demande de dédommagement sur base de l’art. 1382 et suivants du Code civil.
54270
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
8.4. Zware ongevallen of incidenten, die zich tijdens de werken voordoen, moeten zo snel mogelijk aan de mijningenieur worden meegedeeld. Als zware ongevallen of incidenten gelden deze die de dood of een belangrijke blijvende ongeschiktheid veroorzaakt hebben of kunnen veroorzaken en deze die de veiligheid van de installaties of de bovengrondse eigendommen in gevaar brengen. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 15 september 2006, ref. E6/06/Set4.08.03/0572, waarbij aan de NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO), Boeretang 200, 2400 Mol, een vergunning wordt verleend voor het opsporen van een ondergrondse bergruimte in situ bestemd voor het opslaan van gas, voor een gebied in het noordoosten van de provincie Limburg.
8.4. Les accidents ou incidents graves qui se produisent pendant les travaux doivent être communiqués le plus rapidement possible à l’ingénieur des mines. Sont considérés comme accidents ou incidents graves ceux qui ont provoqué ou peuvent provoquer la mort ou une indisponibilité permanente et ceux qui compromettent la sécurité des installations ou des propriétés en surface. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 15 septembre 2006, réf. E6/05/Set4.08.03/0572, octroyant à la « NV Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (NV VITO) », une autorisation de recherche d’un site-réservoir souterrain destiné au stockage de gaz, pour une zone située au nord-est de la province du Limbourg.
ALBERT
ALBERT
Van Koningswege :
Par le Roi :
De Minister van Economie, M. VERWILGHEN
Le Ministre de l’Economie, M. VERWILGHEN
ANDERE BESLUITEN — AUTRES ARRETES FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
[2006/203126]
[2006/203126]
29 SEPTEMBER 2006. — Ministerieel besluit tot vervanging van leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques (1)
22 SEPTEMBRE 2006. — Arrêté ministériel portant remplacement de membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services (1)
De Minister van Werk,
Le Ministre de l’Emploi,
Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen, inzonderheid op artikel 2, § 2, zesde lid, ingevoegd bij de programmawet van 22 december 2003;
Vu la loi du 20 juillet 2001 visant à favoriser le développement de services et d’emplois de proximité, notamment l’article 2, § 2, alinéa 6, inséré par la loi-programme du 22 décembre 2003;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, inzonderheid op hoofdstuk IIbis, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 9 januari 2004 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 31 maart 2004, 10 november 2005 en 5 maart 2006;
Vu l’arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les titres-services, notamment le chapitre IIbis, inséré par l’arrêté royal du 9 janvier 2004 et modifié par les arrêtés royaux des 31 mars 2004, 10 novembre 2005 et 5 mars 2006;
Gelet op het ministerieel besluit van 23 januari 2004 tot benoeming van de leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques en tot aanduiding van de ambtenaar van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg bedoeld in hoofdstuk IIbis van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques;
Vu l’arrêté ministériel du 23 janvier 2004 portant nomination des membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services et désignant le fonctionnaire du Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale visé au chapitre IIbis de l’arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les titres-services;
Gelet op het ministerieel besluit van 17 mei 2005 tot vervanging van leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques;
Vu l’arrêté ministériel du 17 mai 2005 portant remplacement de membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services;
Gelet op het ministerieel besluit van 14 juli 2005 tot vervanging van leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques;
Vu l’arrêté ministériel du 14 juillet 2005 portant remplacement de membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services;
Gelet op het ministerieel besluit van 13 juni 2006 tot vervanging van leden van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques,
Vu l’arrêté ministériel du 13 juin 2006 portant remplacement de membres de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services,
Besluit :
Arrête :
Artikel 1. Aan Mevr. Catherine Henryon, werkend lid, vertegenwoordiger van de werkgeversorganisaties, van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques, wordt op haar verzoek eervol ontslag verleend.
Article 1er. Démission honorable est accordée à sa demande, à Mme Catherine Henryon, membre effectif, représentant des organisations des employeurs, de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services.
Art. 2. De heer Werner Vermeulen, plaatsvervangend lid, vertegenwoordiger van de werkgeversorganisaties, wordt tot werkend lid benoemd van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques, ter vervanging van Mevr. Catherine Henryon, ontslagneemster, wier mandaat hij zal voleindigen.
Art. 2. M. Werner Vermeulen, membre suppléant, représentant des organisations des employeurs, est nommé membre effectif de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services, en remplacement de Mme Catherine Henryon, démissionnaire, dont il achèvera le mandat.
Art. 3. Mevr. Sylvie Slangen, Ad. Lacomblélaan 59-61, 1030 Brussel, vertegenwoordiger van de werkgeversorganisaties, wordt tot plaatsvervangend lid benoemd van de adviescommissie erkenningen inzake dienstencheques, ter vervanging van de heer Werner Vermeulen, wiens mandaat als plaatsvervangend lid zij zal voleindigen.
Art. 3. Mme Sylvie Slangen, avenue Ad. Lacomblé 59-61, 1030 Bruxelles, représentant des organisations des employeurs, est nommée membre suppléant de la commission consultative d’agréments concernant les titres-services, en remplacement de M. Werner Vermeulen, dont elle achèvera le mandat de membre suppléant.
54271
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Art. 4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006. Brussel, 29 september 2006.
Art. 4. Le présent arrêté produit ses effets le 1er septembre 2006. Bruxelles, le 29 septembre 2006.
P. VANVELTHOVEN
P. VANVELTHOVEN
Nota
Note
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 20 juli 2001, Belgisch Staatsblad van 11 augustus 2001; Programmawet van 22 december 2003, Belgisch Staatsblad van 31 december 2003; Koninklijk besluit van 12 december 2001, Belgisch Staatsblad van 22 december 2001; Koninklijk besluit van 9 januari 2004, Belgisch Staatsblad van 15 januari 2004; Koninklijk besluit van 31 maart 2004, Belgisch Staatsblad van 16 april 2004; Koninklijk besluit van 10 november 2005, Belgisch Staatsblad van 23 november 2005; Koninklijk besluit van 5 maart 2006, Belgisch Staatsblad van 22 maart 2006; Ministerieel besluit van 23 januari 2004, Belgisch Staatsblad van 9 februari 2004; Ministerieel besluit van 17 mei 2005, Belgisch Staatsblad van 24 mei 2005; Ministerieel besluit van 14 juli 2005, Belgisch Staatsblad van 25 juli 2005; Ministerieel besluit van 13 juni 2006, Belgisch Staatsblad van 22 juni 2006.
(1) Références au Moniteur belge : Loi du 20 juillet 2001, Moniteur belge du 11 août 2001; Loi-programme du 22 décembre 2003, Moniteur belge du 31 décembre 2003; Arrêté royal du 12 décembre 2001, Moniteur belge du 22 décembre 2001; Arrêté royal du 9 janvier 2004, Moniteur belge du 15 janvier 2004; Arrêté royal du 31 mars 2004, Moniteur belge du 16 avril 2004; Arrêté royal du 10 novembre 2005, Moniteur belge du 23 novembre 2005; Arrêté royal du 5 mars 2006, Moniteur belge du 22 mars 2006; Arrêté ministériel du 23 janvier 2004, Moniteur belge du 9 février 2004; Arrêté ministériel du 17 mai 2005, Moniteur belge du 24 mai 2005; Arrêté ministériel du 14 juillet 2005, Moniteur belge du 25 juillet 2005; Arrêté ministériel du 13 juin 2006, Moniteur belge du 22 juin 2006.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2006/09812]
[C − 2006/09812] Rechterlijke Orde
Ordre judiciaire
Bij ministerieel besluit van 3 oktober 2006, dat in werking treedt vanaf heden, is de heer Desterbeck, F., advocaat-generaal bij het hof van beroep te Gent, aangesteld tot directeur van het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring, voor een termijn van vijf jaar. Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akte met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel), te worden toegezonden.
Par arrêté ministériel du 3 octobre 2006, entrant en vigueur à dater de ce jour, M. Desterbeck, F., avocat général près la cour d’appel de Gand, est nommé en qualité de directeur de l’Organe central pour la Saisie et la Confiscation, pour un terme de cinq ans. Le recours en annulation de l’acte précité à portée individuelle peut être soumis à la section d’administration du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (adresse : rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommandé à la poste.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[C − 2006/09813]
[C − 2006/09813]
Rechterlijke Orde. — Notariaat
Ordre judiciaire. — Notariat
Bij koninklijk besluit van 1 september 2006, is het aantal notarissen in het gerechtelijk arrondissement Charleroi, naar vijfenzestig teruggebracht. De standplaats te Charleroi, vacant ingevolge het ontslag van de heer Misonne, P., is opgeheven.
Par arrêté royal du 1er septembre 2006, le nombre des notaires dans l’arrondissement judiciaire de Charleroi est réduit à soixante-cinq.
Bij koninklijk besluit van 2 oktober 2006, is aan de heer Misonne, P., op zijn verzoek, ontslag verleend uit zijn ambt van notaris ter standplaats Charleroi. Het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Par arrêté royal du 2 octobre 2006, est acceptée, à sa demande, la démission de M. Misonne, P., de ses fonctions de notaire à la résidence de Charleroi. Il est autorisé à porter le titre honorifique de ses fonctions.
Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akten met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel), te worden toegezonden.
Le recours en annulation des actes précités à portée individuelle peut être soumis à la section d’administration du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (adresse : rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommandé à la poste.
La résidence de Charleroi, vacante par suite de la démission de M. Misonne, P., est supprimée.
54272
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[2006/09804]
[2006/09804] Service d’encadrement P & O. — Nomination
Bij koninklijk besluit van 6 juli 2006 wordt de heer Steven Mels, met ingang van 1 juni 2005, in vast verband benoemd in hoedanigheid van attaché in het Nederlandse taalkader van de Centrale Diensten. De vakrichting Bevolking en Veiligheid wordt aan betrokkene toegewezen met ingang van 1 december 2004. Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Par arrêté royal du 6 juillet 2006, M. Steven Mels est nommé à titre définitif en qualité d’attaché dans le cadre linguistique néerlandais des Services centraux à partir du 1er juin 2005. La filière de métiers Population et Sécurité est attribuée à ladite personne à partir du 1er décembre 2004. Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
Stafdienst P & O. — Benoeming
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[2006/09793]
[2006/09793] Service d’encadrement P & O. — Nomination
Bij koninklijk besluit van 6 juli 2006 wordt Mevr. Carole De Vergnies, met ingang van 1 mei 2005, in vast verband benoemd in hoedanigheid van attaché in het Franse taalkader van de Centrale Diensten. De vakrichting Bevolking en Veiligheid wordt aan betrokkene toegewezen met ingang van 1 december 2004. Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Par arrêté royal du 6 juillet 2006, Mme Carole De Vergnies, est nommée à titre définitif en qualité d’attaché dans le cadre linguistique français des Services centraux à partir du 1er mai 2005. La filière de métiers Population et Sécurité est attribuée à ladite personne à partir du 1er décembre 2004. Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
Stafdienst P & O. — Benoeming
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[2006/09801]
[2006/09801] Service d’encadrement P & O. — Nomination
Bij koninklijk besluit van 6 juli 2006 wordt de heer Stijn Deschepper, met ingang van 1 januari 2006, in vast verband benoemd in hoedanigheid van attaché in het Nederlandse taalkader van de Centrale Diensten. De vakrichting Juridische Normen en Geschillen wordt aan betrokkene toegewezen met ingang van 1 januari 2005. Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Par arrêté royal du 6 juillet 2006, M. Stijn Deschepper, est nommé à titre définitif en qualité d’attaché dans le cadre linguistique néerlandais des Services centraux à partir du 1er janvier 2006.
Stafdienst P & O. — Benoeming
La filière de métiers Normes juridiques et Litiges est attribuée à ladite personne à partir du 1er janvier 2005. Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [2006/09802]
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [2006/09802]
Stafdienst P & O. — Benoeming
Service d’encadrement P & O. — Nomination
Bij koninklijk besluit van 6 juli 2006 wordt Mevr. Tina Van Wymelbeke, met ingang van 15 januari 2006, in vast verband benoemd in hoedanigheid van attaché in het Nederlandse taalkader van de Centrale Diensten.
Par arrêté royal du 6 juillet 2006, Mme Tina Van Wymelbeke, est nommée à titre définitif en qualité d’attaché dans le cadre linguistique néerlandais des Services centraux à partir du 15 janvier 2006.
De vakrichting Personeel en Organisatie wordt aan betrokkene toegewezen met ingang van 15 januari 2005.
La filière de métiers Oersonnel et Organisation est attribuée à ladite personne à partir du 15 janvier 2005.
Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
54273
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[2006/09800]
[2006/09800] Service d’encadrement P & O. — Nomination
Bij koninklijk besluit van 6 juli 2006 wordt Mevr. Valérie Arickx, met ingang van 1 februari 2006, in vast verband benoemd in hoedanigheid van attaché in het Nederlandse taalkader van de Centrale Diensten. De vakrichting Juridische Normen en Geschillen wordt aan betrokkene toegewezen met ingang van 1 februari 2005. Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
Par arrêté royal du 6 juillet 2006, Mme Valérie Arickx, est nommée à titre définitif en qualité d’attaché dans le cadre linguistique néerlandais des Services centraux à partir du 1er février 2006. La filière de métiers Normes juridiques et Litiges est attribuée à ladite personne à partir du 1er février 2005. Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
Stafdienst P & O. — Benoeming
GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed [C − 2006/36590] Ruimtelijke ordening. — Voorlopige vaststelling Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Aankondiging openbaar onderzoek OLEN. — Op 22 september 2006 heeft de Vlaamse Regering een besluit genomen waarin ze het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ’gemengd regionaal bedrijventerrein Portaal Lammerdries’ voorlopig heeft vastgesteld. Voor dat ruimtelijk uitvoeringsplan wordt nu een openbaar onderzoek georganiseerd. Vanaf 23 oktober 2006 tot 21 december 2006 ligt het plan ter inzage op het gemeentehuis van Olen. U kunt het plan in die periode ook inkijken bij de Vlaamse overheid, Departement RWO, Ruimtelijke Planning, in het Phoenixgebouw, Koning Albert II-laan 19, 1210 Brussel. Tevens kan U het plan volledig bekijken op onze website www.vlaanderen.be/ruimtelijkeordening. Als u bij het plan adviezen, opmerkingen of bezwaren wilt formuleren, moet u dat schriftelijk doen, uiterlijk op 21 december 2006. U geeft uw brief met adviezen, opmerkingen of bezwaren tegen ontvangstbewijs af op het gemeentehuis van Olen, of bij de Vlaamse Commissie voor Ruimtelijke Ordening. U kunt uw adviezen, opmerkingen of bezwaren ook aangetekend versturen naar de Vlaamse Commissie voor Ruimtelijke Ordening, Koning Albert IIlaan 19, bus 13, 1210 Brussel. Houd er wel rekening mee dat uw adviezen, opmerkingen of bezwaren alleen betrekking kunnen hebben op de gebieden die in het ruimtelijk uitvoeringsplan werden opgenomen.
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2006/203194] Aménagement du territoire Par arrêté du Gouvernement wallon du 21 septembre 2006, Mme Martine Gilles est désignée en qualité de membre suppléant de la section Orientation-Décentralisation de la Commission régionale d’Aménagement du Territoire, en remplacement de Mme K. De Groote, démissionnaire.
ANS. — Un arrêté ministériel du 31 août 2006 autorise la commune de Ans à acquérir, par voie d’expropriation pour cause d’utilité publique, les parcelles ci-dessous décrites, expropriation nécessaire pour la réalisation de l’opération de rénovation urbaine, notamment la réalisation des travaux d’aménagement des espaces publics et privés sur le site de la ″paire Bouille″ : No
Sup.
Parc. Cad. 2
e2
Propriétaires
1
110,2 m
B/290
SCOLAS Léopold & DELSAUTE Nelly Rue Coq Fontaine 5, 4430 Ans
2
123,3 m2
B/290c2
SCIFO Pietro, Andréa, Antonio & Nicolo Rue Coq Fontaine 7, 4430 Ans
3
119,1 m2
B/290y
VARELA TEIXEIRA Anuncia Rue de la Clawenne 95a, 4040 Herstal
54274
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE 4
117,2 m2
B/290x
PECORARO Providenza ROSATO Maria, Domenica & Antonio Rue Coq Fontaine 11, 4430 Ans
5
419,8 m2
B/290g2 B/290n2 B/290p2 B/290f2
RIFFLART Philippe & PAPA Sylviane Rue Coq Fontaine 13, 4430 Ans
6
26,5 m2
B/290s2
SEGURA-MACIAS Juan & CAMMARATA Maria Rue du XV Août 91, 4430 Ans
7
153,3 m2
B/290r2
FREDDO Calogero & DI SALVO Liliana Rue Coq Fontaine 18, 4430 Ans
8
68,3 m2
B/282c
FREDDO Calogero & DI SALVO Liliana Rue Coq Fontaine 18, 4430 Ans
Superficie globale de 1.069,4 m2 pour l’îlot 1 Superficie globale de 68,3 m2 pour l’îlot 2 Le même arrêté prévoit qu’il sera fait application de la procédure d’extrême urgence en matière d’expropriation pour cause d’utilité publique prévue par la loi du 26 juillet 1962.
ENGIS. — Un arrêté ministériel du 31 août 2006 autorise la commune d’Engis à acquérir, par voie d’expropriation pour cause d’utilité publique, les parcelles ci-dessous décrites, expropriation nécessaire à la réalisation du projet de halte-garderie prévu dans le dossier de rénovation urbaine : Références cadastrales ENGIS, 1re div. Sect. A no 497 M - rue de la Station 34-36, à 4480 Engis Nature Maisons d’habitations Contenance totale 9 a 84 ca soit 984 m2 Superficie de la partie à exproprier L’entièreté du bien : 9 a 84 ca soit 984 m2 Nom(s) et adresse(s) du (ou des) propriétaire(s) BILAS Frédéric - route de l’Hermitage 336, à 6717 Attert Identité et coordonnées du pouvoir expropriant Commune d’Engis Rue Reine Astrid 13, 4480 Engis Le même arrêté prévoit qu’il sera fait application de la procédure d’extrême urgence en matière d’expropriation pour cause d’utilité publique prévue par la loi du 26 juillet 1962.
GREZ-DOICEAU. — Un arrêté ministériel du 5 septembre 2006 approuve le plan d’alignement du sentier vicinal repris à l’Atlas des chemins vicinaux sous le no 94 tel qu’il est contenu dans la délibération du conseil communal de Grez-Doiceau du 31 janvier 2006 et ses annexes.
LA LOUVIERE. — Un arrêté ministériel du 1er septembre 2006 annule la décision du conseil communal de La Louvière prise en séance du 19 juin 2006 par laquelle il adopte le rapport urbanistique et environnemental ainsi que la déclaration environnementale y afférente relatives à la zone d’aménagement communal concerté dite ″La Gripagne″ à La Louvière (Houdeng-Aimeries). Le même arrêté décide que la zone d’aménagement communal concerté dite ″La Gripagne″ à La Louvière (Houdeng-Aimeries) n’est pas mise en œuvre au sens de l’article 33 du Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine.
LA ROCHE-EN-ARDENNE. — Un arrêté ministériel du 5 septembre 2006 approuve la délibération du 11 mai 2006 de la députation permanente du conseil provincial du Luxembourg décidant le déclassement d’une partie du chemin vicinal no 3 à La Roche-en-Ardenne.
LIBIN. — Un arrêté ministériel du 11 septembre 2006 décide qu’il y a lieu de proroger de 30 jours le délai imparti au Gouvernement pour approuver ou refuser d’approuver le nouveau règlement communal d’urbanisme de Libin, adopté définitivement par le conseil communal le 11 mai 2006.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54275
MONTIGNY-LE-TILLEUL. — Un arrêté ministériel du 24 août 2006 décide qu’il y a lieu de proroger de 30 jours le délai imparti au Gouvernement pour approuver ou refuser d’approuver le règlement communal d’urbanisme de Montigny-le-Tilleul, adopté définitivement par le conseil communal le 16 mars 2006.
WALCOURT. — Un arrêté ministériel du 5 septembre 2006 approuve la délibération du 18 mai 2006 de la députation permanente du conseil provincial de Namur décidant de ne pas modifier le tracé des chemins vicinaux nos 15 et 18 à Chastres (Walcourt) comme proposé par la délibération susvisée du conseil communal de Walcourt et le plan figurant au dossier. Les chemins vicinaux nos 15 et 18 sont maintenus.
OFFICIELE BERICHTEN — AVIS OFFICIELS SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
Werving. — Uitslagen
Recrutement. — Résultats
[2006/203275] Selectie van Nederlandstalige fiscale controleurs fiscale dossierbeheerders (m/v) (niveau A) voor de FOD Financiën (ANG06819). Uitslagen
[2006/203275] Sélection de contrôleurs fiscaux gestionnaires de dossiers fiscaux (m/f) (niveau A), d’expression néerlandaise, pour le SPF Finances (ANG06819). — Résultats
Rangschikking van de geslaagde kandidaten voor toelating tot de stage. 1. VIAENE VIRGINIE, 8500 KORTRIJK 2. CALLAERTS DAAN, 9240 ZELE 3. DEN TANDT JAN, 9240 ZELE 4. SCHOUPPE FILIP, 9880 AALTER 5. SCHEERLINCK CHRISTOPHE, 9420 ERPE-MERE 6. VAN ROOSMALEN DAVID-PETE, 9080 LOCHRISTI 7. LEYERS FREDERIK, 2660 HOBOKEN 8. VAN DEN BOSCH LANDER, 8700 TIELT 9. SYMOEN MANUEL, 8800 RUMBEKE 10. SERGOORIS STEVEN, 9200 DENDERMONDE 11. VANCLOOSTER LIESBET, 8200 BRUGGE 12. DAUW PIETER, 9700 OUDENAARDE 13. L’HOYES KAREL, 3500 HASSELT 14. DECQ ADRIAAN, 1160 OUDERGEM 15. VERPLANCKE WENDY, 8800 ROESELARE 16. VAN ROEY BIEKE, 3020 HERENT 17. HUYSSE LIEVE, 9220 HAMME 18. JOYE ALAIN, 8900 IEPER 19. DE VEIJ FABRICE, 9000 GENT 20. DE WESER WENDY, 3001 LEUVEN 21. VAN BOUWEL PETER, 2970 SCHILDE 22. MAES RAMONA, 1880 KAPELLE-OP-DEN-BOS 23. STEENHOUT SOFIE, 9310 MOORSEL 24. STASSEN SACHA, 8490 ZERKEGEM 25. HENDERIX SVEN, 3910 NEERPELT 26. DE COCK SARA, 9620 ZOTTEGEM 27. MIDDAG MARC, 1500 HALLE 28. GEYPEN TOM, 3920 LOMMEL 29. REUMERS LIEVE, 3990 PEER 30. DECROIX TOM, 8940 WERVIK 31. SCHEPENS BART, 9300 AALST 32. COSTERMANS NATHALIE, 2930 BRASSCHAAT 33. HOOGHE LISELOTTE, 8530 HARELBEKE 34. AERTS CATHLEEN, 3980 TESSENDERLO 35. DUPONT LOES, 3590 DIEPENBEEK 36. DEPRINS CATHERINE, 1040 ETTERBEEK 37. DEVILLE CYNTHIA, 1500 HALLE 38. PAESMANS GERT, 1640 SINT-GENESIUS-RODE 39. WITTEMANS GEERT, 3128 BAAL (TREMELO)
Classement des lauréats du concours d’admission au stage. 1. VIAENE VIRGINIE, 8500 KORTRIJK 2. CALLAERTS DAAN, 9240 ZELE 3. DEN TANDT JAN, 9240 ZELE 4. SCHOUPPE FILIP, 9880 AALTER 5. SCHEERLINCK CHRISTOPHE, 9420 ERPE-MERE 6. VAN ROOSMALEN DAVID-PETE, 9080 LOCHRISTI 7. LEYERS FREDERIK, 2660 HOBOKEN 8. VAN DEN BOSCH LANDER, 8700 TIELT 9. SYMOEN MANUEL, 8800 RUMBEKE 10. SERGOORIS STEVEN, 9200 DENDERMONDE 11. VANCLOOSTER LIESBET, 8200 BRUGGE 12. DAUW PIETER, 9700 OUDENAARDE 13. L’HOYES KAREL, 3500 HASSELT 14. DECQ ADRIAAN, 1160 OUDERGEM 15. VERPLANCKE WENDY, 8800 ROESELARE 16. VAN ROEY BIEKE, 3020 HERENT 17. HUYSSE LIEVE, 9220 HAMME 18. JOYE ALAIN, 8900 IEPER 19. DE VEIJ FABRICE, 9000 GENT 20. DE WESER WENDY, 3001 LEUVEN 21. VAN BOUWEL PETER, 2970 SCHILDE 22. MAES RAMONA, 1880 KAPELLE-OP-DEN-BOS 23. STEENHOUT SOFIE, 9310 MOORSEL 24. STASSEN SACHA, 8490 ZERKEGEM 25. HENDERIX SVEN, 3910 NEERPELT 26. DE COCK SARA, 9620 ZOTTEGEM 27. MIDDAG MARC, 1500 HALLE 28. GEYPEN TOM, 3920 LOMMEL 29. REUMERS LIEVE, 3990 PEER 30. DECROIX TOM, 8940 WERVIK 31. SCHEPENS BART, 9300 AALST 32. COSTERMANS NATHALIE, 2930 BRASSCHAAT 33. HOOGHE LISELOTTE, 8530 HARELBEKE 34. AERTS CATHLEEN, 3980 TESSENDERLO 35. DUPONT LOES, 3590 DIEPENBEEK 36. DEPRINS CATHERINE, 1040 ETTERBEEK 37. DEVILLE CYNTHIA, 1500 HALLE 38. PAESMANS GERT, 1640 SINT-GENESIUS-RODE 39. WITTEMANS GEERT, 3128 BAAL (TREMELO)
54276
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
40. OOSTERLYNCK BERT, 3000 LEUVEN
40. OOSTERLYNCK BERT, 3000 LEUVEN
41. VAN DER HIJDEN KRIS, 2000 ANTWERPEN
41. VAN DER HIJDEN KRIS, 2000 ANTWERPEN
42. MICHIELS EVI, 1910 KAMPENHOUT
42. MICHIELS EVI, 1910 KAMPENHOUT
43. LANNOO JIM, 1820 STEENOKKERZEEL
43. LANNOO JIM, 1820 STEENOKKERZEEL
44. D’HONDT MAAIKE, 9100 SINT NIKLAAS
44. D’HONDT MAAIKE, 9100 SINT NIKLAAS
45. HOUBEN CLAUDIA, 3630 MAASMECHELEN
45. HOUBEN CLAUDIA, 3630 MAASMECHELEN
46. VAN GRONSVELD ANNELIES, 9040 SINT-AMANDSBERG
46. VAN GRONSVELD ANNELIES, 9040 SINT-AMANDSBERG
47. CALLAERTS WILFRIED, 2840 RUMST
47. CALLAERTS WILFRIED, 2840 RUMST
48. DE DONCKER KATRIEN, 1760 ROOSDAAL
48. DE DONCKER KATRIEN, 1760 ROOSDAAL
49. WYNENDAELE KATRIEN, 9551 HERZELE
49. WYNENDAELE KATRIEN, 9551 HERZELE
50. VAN SCHELVERGEM KOEN, 9473 DENDERLEEUW
50. VAN SCHELVERGEM KOEN, 9473 DENDERLEEUW
51. VERTONGEN VERONIQUE, 2880 BORNEM
51. VERTONGEN VERONIQUE, 2880 BORNEM
52. LAMBRECHTS SOFIE, 2242 PULDERBOS
52. LAMBRECHTS SOFIE, 2242 PULDERBOS
53. LAUREZ STEVEN, 9772 KRUISHOUTEM
53. LAUREZ STEVEN, 9772 KRUISHOUTEM
54. DEGRANDE KEVIN, 8020 OOSTKAMP
54. DEGRANDE KEVIN, 8020 OOSTKAMP
55. PULINX ERLEND, 3440 ZOUTLEEUW
55. PULINX ERLEND, 3440 ZOUTLEEUW
56. HOLVOET DORINE, 8560 WEVELGEM
56. HOLVOET DORINE, 8560 WEVELGEM
57. BENTHEIN PETER, 9052 ZWIJNAARDE
57. BENTHEIN PETER, 9052 ZWIJNAARDE
58. EELBODE TOM, 9308 AALST (HOFSTADE)
58. EELBODE TOM, 9308 AALST (HOFSTADE)
59. STORME DRIES, 8200 SINT-ANDRIES
59. STORME DRIES, 8200 SINT-ANDRIES
60. KEMPINCK ANNELIES, 8310 BRUGGE
60. KEMPINCK ANNELIES, 8310 BRUGGE
61. PUNIE KRISTIEN, 3500 HASSELT
61. PUNIE KRISTIEN, 3500 HASSELT
62. COULIER CHRIS, 8400 OOSTENDE
62. COULIER CHRIS, 8400 OOSTENDE
63. HUYSMANS MARC, 1500 HALLE
63. HUYSMANS MARC, 1500 HALLE
64. CLE INGE, 2221 HEIST-OP-DEN-BERG
64. CLE INGE, 2221 HEIST-OP-DEN-BERG
65. LAPEIRRE ISABEL, 8020 HERTSBERGE
65. LAPEIRRE ISABEL, 8020 HERTSBERGE
66. VANDEN BROECK JOKE, 2910 ESSEN
66. VANDEN BROECK JOKE, 2910 ESSEN
67. DE BLOCK ANN, 2020 ANTWERPEN-2
67. DE BLOCK ANN, 2020 ANTWERPEN-2
68. DE SMET LUDO, 9890 GAVERE
68. DE SMET LUDO, 9890 GAVERE
69. GEENS LEENTJE, 2980 ZOERSEL
69. GEENS LEENTJE, 2980 ZOERSEL
70. DAENS WILLY, 3500 HASSELT
70. DAENS WILLY, 3500 HASSELT
71. DE BOCK LEEN, 9080 LOCHRISTI
71. DE BOCK LEEN, 9080 LOCHRISTI
72. POTTERS ANOUK, 3190 BOORTMEERBEEK
72. POTTERS ANOUK, 3190 BOORTMEERBEEK
73. WITTEMANS JOHAN, 3110 ROTSELAAR
73. WITTEMANS JOHAN, 3110 ROTSELAAR
74. VAN DYCK BARTEL, 1840 LONDERZEEL
74. VAN DYCK BARTEL, 1840 LONDERZEEL
75. MARISSEN LEN, 9280 LEBBEKE
75. MARISSEN LEN, 9280 LEBBEKE
76. LICHTER TESSA, 3840 BORGLOON
76. LICHTER TESSA, 3840 BORGLOON
77. VAN DEN HOLE CHRIS, 1190 BRUSSEL
77. VAN DEN HOLE CHRIS, 1190 BRUSSEL
78. VAN LAERE FRANCESCA, 9080 BEERVELDE
78. VAN LAERE FRANCESCA, 9080 BEERVELDE
79. EL ASJADI M’HAMED, 9100 SINT-NIKLAAS
79. EL ASJADI M’HAMED, 9100 SINT-NIKLAAS
80. MOORS HANS, 8800 ROESELARE
80. MOORS HANS, 8800 ROESELARE
81. EECKHOUT STIJN, 9472 IDDERGEM
81. EECKHOUT STIJN, 9472 IDDERGEM
82. OUKACHA NORAH, 3600 GENK
82. OUKACHA NORAH, 3600 GENK
83. LECOCQ ALAIN, 1000 BRUSSEL
83. LECOCQ ALAIN, 1000 BRUSSEL
84. DE LOMBAERT DIDIER, 9310 MOORSEL
84. DE LOMBAERT DIDIER, 9310 MOORSEL
85. LIMET ANNELIES, 8930 MENEN
85. LIMET ANNELIES, 8930 MENEN
86. VAN ORSHAEGEN GERT, 3580 BERINGEN
86. VAN ORSHAEGEN GERT, 3580 BERINGEN
87. CAPIAU TINA, 9470 DENDERLEEUW
87. CAPIAU TINA, 9470 DENDERLEEUW
88. DE ROUCK WIM, 9041 OOSTAKKER
88. DE ROUCK WIM, 9041 OOSTAKKER
89. CLAES PIETER, 2440 GEEL
89. CLAES PIETER, 2440 GEEL
90. WILLEMS ANNELIES, 3550 HEUSDEN-ZOLDER
90. WILLEMS ANNELIES, 3550 HEUSDEN-ZOLDER
91. DHONDT NATHALIE, 9810 NAZARETH
91. DHONDT NATHALIE, 9810 NAZARETH
92. WUYTACK WENDY, 9250 WAASMUNSTER
92. WUYTACK WENDY, 9250 WAASMUNSTER
54277
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR
[C − 2006/00781] 5 OKTOBER 2006. — Omzendbrief betreffende de subsidiaire beschermingsstatus Aan de Dames en Heren Burgemeester van het Rijk, 1. Inleiding
[C − 2006/00781] 5 OCTOBRE 2006. — Circulaire relative au statut de protection subsidiaire A Mesdames et Messieurs les Bourgmestres du Royaume, 1. Introduction
De Europese Richtlijn 2004/83/EG (1) voert de subsidiaire beschermingsstatus in. Deze richtlijn heeft tot gevolg dat een tijdelijke, maar verlengbare, verblijfstitel dient te worden toegekend aan vreemdelingen die aantonen dat er zwaarwegende gronden bestaan om aan te nemen dat zij een reëel risico lopen op ernstige schade bij een terugkeer naar hun land van herkomst. (2) De Europese lidstaten dienen deze richtlijn ten laatste vanaf 10 oktober 2006 toe te passen.
La Directive européenne 2004/83/CE (1) introduit le statut de protection subsidiaire. Cette directive a pour conséquence qu’un titre de séjour provisoire mais prorogeable doit être octroyé aux étrangers qui démontrent qu’il y a de sérieux motifs de croire qu’ils encourent un risque réel de subir une atteinte grave en cas de retour dans leur pays d’origine (2). Les Etats membres sont tenus d’appliquer cette directive pour le 10 octobre 2006 au plus tard.
De nodige wettelijke aanpassingen werden doorgevoerd bij wet van 15 september 2006 tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Voortaan zullen de asielinstanties bij iedere asielaanvraag niet enkel onderzoeken of een vreemdeling de vluchtelingenstatus in de zin van de Conventie van Genève kan verwerven, maar ook, doch pas in tweede instantie, of de subsidiaire beschermingsstatus kan worden toegekend. In afwachting van de inwerkingtreding van de hervormde asielprocedure, gebeurt dit onderzoek volgens de huidige asielprocedure, d.w.z. met een ontvankelijkheidsfase bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) met mogelijkheid van beroep bij het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS), en een gegrondheidsfase bij het CGVS met mogelijkheid van beroep bij de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen (VBC).
Les adaptations nécessaires de la loi ont été effectuées dans la loi du 15 septembre 2006 modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l’accès au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers. Désormais, pour chaque demande d’asile, les autorités chargées de l’asile examineront non seulement si l’étranger peut obtenir le statut de réfugié au sens de la Convention de Genève, mais aussi, dans un deuxième temps toutefois, si le statut de protection subsidiaire peut être octroyé. En attendant l’entrée en vigueur de la procédure d’asile réformée, cet examen est réalisé selon la procédure d’asile actuelle, c’est-à-dire avec une phase de l’examen de la recevabilité à l’Office des Etrangers (OE) avec la possibilité d’introduire un recours auprès du Commissariat général aux Réfugiés et aux Apatrides (CGRA), et une phase de l’examen au fond au CGRA avec la possibilité d’introduire un recours auprès de la Commission permanente de Recours des Réfugiés (CPRR).
De invoering van de subsidiaire bescherming heeft eveneens concrete gevolgen voor de gemeenten.
L’introduction du statut de protection subsidiaire a également des conséquences concrètes pour les communes.
Vooreerst dienen de gemeenten in te staan voor de afgifte en verlenging van de verblijfsdocumenten indien de subsidiaire beschermingsstatus wordt toegekend. Indien deze status achteraf zou worden ingetrokken dient de gemeente bovendien in te staan voor de intrekking van deze documenten.
Tout d’abord, les communes sont responsables de la délivrance et de la prorogation des documents de séjour lorsque le statut de protection subsidiaire est octroyé. Si ce statut est retiré par la suite, la commune est en outre responsable du retrait de ces documents.
Daarnaast voert de wet een bijzondere overgangsregeling in voor vreemdelingen die momenteel houder zijn van een nietterugleidingsclausule. Deze vreemdelingen kunnen vanaf 10 oktober 2006 via de gemeente de overgang naar de subsidiaire bescherming vragen.
En outre, la loi introduit une disposition transitoire spécifique pour les étrangers qui sont actuellement titulaires d’une clause de nonreconduite. A partir du 10 octobre 2006, ces étrangers peuvent demander le passage vers la protection subsidiaire à leur commune.
2. Afgifte en verlenging van verblijfsdocumenten
2. Délivrance et prorogation des documents de séjour
Wanneer de bevoegde asielinstantie (CGVS of VBC) beslist om het subsidiaire beschermingsstatuut toe te kennen, zal de Dienst Vreemdelingenzaken aan de gemeente van verblijf de instructie geven om de betrokkene in te schrijven in het vreemdelingenregister. Hij ontvangt een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister met een geldigheidsduur van 1 jaar. Overeenkomstig de algemene regel (cf. punt 8 van de omzendbrief van 22 mei 2003), moet de reden van afgifte, namelijk subsidiaire bescherming, vermeld worden in het voorgedrukte kader op zijde 8 van het BIVR.
Lorsque l’instance d’asile compétente (CGRA ou CPRR) décide d’octroyer le statut de protection subsidiaire, l’Office des Etrangers donnera instruction à la commune de résidence d’inscrire l’intéressé dans le registre des étrangers. Celui-ci rec¸ oit alors un certificat d’inscription au registre des étrangers (CIRE) d’une durée de validité d’1 an. Conformément à la règle générale (cf. point 8 de la circulaire du 22 mai 2003), les motifs de délivrance, à savoir la protection subsidiaire, doivent être mentionnés dans le cadre préimprimé de la page 8 du CIRE.
Indien de vreemdeling geen geldige identiteitsdocumenten kan voorleggen, dient de inschrijving te gebeuren op basis van de identiteitsgegevens vermeld in de instructie van de DVZ.
Si l’étranger ne peut pas produire des documents d’identité valables, l’inscription doit être effectuée sur base des données d’identité indiquées dans l’instruction de l’OE.
De verlenging van dit BIVR gebeurt volgens de algemene regels. De betrokkene dient hiertoe een aanvraag in te dienen bij de gemeente. De beslissing omtrent een eventuele verlenging wordt genomen door de Dienst Vreemdelingenzaken, Directie Asiel, Cel Registratie en Administratie.
La prorogation du CIRE se fait selon les règles générales. Pour ce faire, l’intéressé doit introduire une demande à la commune. La décision concernant une éventuelle prorogation est prise par l’Office des Etrangers, Direction Asile, Cellule Enregistrement et Administration.
Wanneer de subsidiaire beschermingsstatus zou ingetrokken of opgeheven worden, geeft de DVZ aan de gemeente de instructie om het BIVR al naargelang het geval in te trekken of niet te verlengen, en dient er een bijlage 13 betekend te worden.
Lorsque le statut de protection subsidiaire est retiré ou que la personne y a renoncé, l’OE donne instruction à la commune de retirer ou de ne pas proroger le CIRE selon le cas, et une annexe 13 doit être notifiée.
3. Vreemdelingen met niet-terugleidingsclausule België kent momenteel reeds een statuut dat inhoudelijke gelijkenissen vertoont met deze subsidiaire bescherming. Het gaat om de niet-terugleidingsclausule voorzien in artikel 63/5, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 of een gelijkaardig advies dat verstrekt werd in het kader van een beslissing tot weigering van erkenning van de hoedanigheid van vluchteling op grond van artikel 57/6, eerste lid, 1°, van de wet van 15 december 1980 door de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen. De Commissaris-generaal kon een dergelijke advies geven wanneer hij de asielaanvraag afwees, maar de verwijdering van de vreemdeling naar het land van herkomst niet aangewezen leek omdat diens leven, fysieke integriteit of vrijheid er in gevaar zou zijn.
3. Etrangers avec clause de non-reconduite Actuellement, la Belgique connaît déjà un statut qui présente des similitudes au niveau du contenu avec cette protection subsidiaire. Il s’agit de la clause de non-reconduite prévue à l’article 63/5, alinéa 4, de la loi du 15 décembre 1980 ou d’une décision similaire rendue dans le cadre d’une décision de refus de reconnaissance de la qualité de réfugié sur base de l’article 57/6, alinéa 1er, 1°, de la loi du 15 décembre 1980 par le Commissaire général aux Réfugiés et aux Apatrides. Le Commissaire général pouvait rendre un tel avis lorsqu’il rejetait la demande d’asile, alors que l’éloignement de l’étranger dans le pays d’origine n’apparaît pas indiqué, étant donné que la vie, l’intégrité physique ou la liberté de ce dernier pourraient être menacées.
54278
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Onder bepaalde voorwaarden kan de DVZ aan een vreemdeling ten aanzien van wie een dergelijk advies werd verstrekt de subsidiaire beschermingsstatus verlenen, zonder dat deze vreemdeling een nieuwe asielaanvraag moet indienen. Dit wordt geregeld in artikel 77, § 3, van de vermelde wet van 15 september 2006. Deze procedure verloopt als volgt :
Sous certaines conditions, l’OE peut accorder un tel statut de protection subsidiaire à l’étranger à l’égard duquel un tel avis a été rendu sans que celui-ci ne doive introduire une nouvelle demande d’asile. Ce point est réglé dans l’article 77, § 3, de la loi du 15 septembre 2006 précitée. Cette procédure se déroule comme suit :
De vreemdeling voor wie een niet-terugleidingsclausule of gelijkaardige beslissing werd uitgevaardigd, moet zijn aanvraag persoonlijk indienen bij de gemeente van de plaats waar hij verblijft. Hij dient hierbij het advies inzake de niet-terugleiding van de Commissarisgeneraal en de identiteitsstukken waarover hij beschikt over te maken. De vreemdeling kan eventueel ook bewijzen aanbrengen dat hij het land niet verlaten heeft sinds het einde van de asielprocedure, en dat het gevaar bij terugleiding nog steeds actueel is.
L’étranger pour lequel une clause de non-reconduite ou une décision similaire a été prise, doit introduire personnellement une demande auprès de sa commune de résidence. Pour ce faire, il doit transmettre l’avis en matière de non-reconduite du Commissaire général et les pièces d’identité dont il dispose. L’étranger peut aussi éventuellement apporter ses éventuelles preuves qu’il n’a pas quitté le pays depuis la fin de la procédure d’asile et que le danger en cas de reconduite est toujours actuel.
De gemeente maakt de aanvraag via het formulier in bijlage over aan de DVZ, meer bepaald aan de Cel Registratie en Administratie van de Directie Asiel. De DVZ gaat vervolgens na of de vreemdeling het land niet verlaten heeft, of het gevaar bij een terugleiding nog actueel is, en of de vreemdeling geen gevaar oplevert voor de openbare orde of nationale veiligheid. Indien de vreemdeling geen identiteitsstukken heeft, of indien de overgemaakte stukken niet voldoen, kan de Dienst Vreemdelingenzaken de vreemdeling uitnodigen, teneinde een vergelijking van zijn vingerafdrukken uit te voeren.
La commune transmet la demande au moyen du formulaire joint en annexe à l’OE, plus particulièrement à la Cellule Enregistrement et Administration de la Direction Asile. L’OE vérifie ensuite si l’étranger n’a pas quitté le pays ou si le danger en cas de reconduite est encore d’actualité, et si l’étranger ne représente pas une menace pour l’ordre public ou pour la sécurité nationale. Si l’étranger n’a pas de pièces d’identité ou si les pièces transmises ne suffisent pas, l’Office des Etrangers peut inviter l’étranger afin d’effectuer une comparaison des empreintes digitales.
Indien aan de voorwaarden voor subsidiaire bescherming voldaan is, geeft de DVZ de instructie om een BIVR met een geldigheidsduur voor één jaar af te leveren. Hierbij geldt verder de procedure zoals omschreven in punt 2.
Lorsque toutes ces conditions pour la protection subsidiaire sont remplies, l’OE donne l’instruction de délivrer un CIRE avec une durée de validité d’un an. Pour ce faire, il faut ensuite suivre la procédure telle que décrite sous le point 2.
Indien aan de gestelde voorwaarden niet voldaan is, weigert de DVZ de toekenning van de subsidiaire bescherming. De DVZ deelt zijn beslissing mee aan de gemeente, die deze beslissing vervolgens betekent aan de vreemdeling.
Si les conditions mentionnées ne sont pas remplies, l’OE refuse l’octroi de la protection subsidiaire. L’OE communique sa décision à la commune qui ensuite notifie cette décision à l’étranger.
4. Contactgegevens
4. Coordonnées
Voor praktische vragen :
Pour les questions pratiques :
Directie Asiel - Cel Registratie en Administratie
Direction Asile - Cellule Enregistrement et Administration
tel. : 02-205 54 14 en 02-205 55 89
tél. : 02-205 58 78 et 02-205 54 05
fax : 02-274 66 62
fax : 02-274 66 63
Voor juridische vragen :
Pour les questions juridiques :
Studiebureau
Bureau d’Etudes
tel. : 02-206 19 22
tél. : 02-206 19 23
fax : 02-274 66 08
fax : 02-274 66 08
Brussel, 5 oktober 2006.
Bruxelles, le 5 octobre 2006.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL
Le Vice-Premier Ministre et Ministre de l’Intérieur, P. DEWAEL
Nota’s
Notes
(1) Voluit : Richtlijn 2004/83/EG van de Raad van 29 april 2004 inzake minimumnormen voor de erkenning van onderdanen van derde landen en staatlozen als vluchteling of als persoon die anderszins internationale bescherming behoeft, en de inhoud van de verleende bescherming.
(1) En entier : Directive 2004/83/CE du Conseil du 29 avril 2004 concernant les normes minimales relatives aux conditions que doivent remplir les ressortissants des pays tiers ou les apatrides pour pouvoir prétendre au statut de réfugié ou les personnes qui, pour d’autres raisons, ont besoin d’une protection internationale, et relatives au contenu de ces statuts. (2) Les « atteintes graves » sont ensuite définies comme suit : la peine de mort ou l’exécution; ou la torture ou des traitements ou sanctions inhumains ou dégradants infligés à un demandeur dans son pays d’origine; ou des menaces graves contre la vie ou la personne d’un civil en raison d’une violence aveugle ou en cas de conflit armé interne ou international.
(2) « Ernstige schade » wordt verder gedefinieerd als volgt : ofwel doodstraf of executie; ofwel foltering of onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing in het land van herkomst; ofwel ernstige bedreiging van het leven of de persoon van een burger als gevolg van willekeurig geweld in het kader van een internationaal of binnenlands gewapend conflict.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE BIJLAGE Gemeente : Aanvraag tot het verwerven van de subsidiaire beschermingsstatus in functie van een vroegere beslissing van de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen waarin een advies inzake de niet-terugleiding werd opgenomen. Formulier over te maken aan de Dienst Vreemdelingenzaken - Directie Asiel - Cel Registratie en Administratie (fax 02-274 66 62) Ondervermelde persoon heeft zich heden aangemeld bij het gemeentebestuur teneinde op grond van artikel 77, § 3, van de wet van 15 september 2006 tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, de subsidiaire beschermingsstatus te verkrijgen. OV-nr. ............................................................................................................................................................................................ naam .............................................................................................................................................................................................. voornaam ...................................................................................................................................................................................... nationaliteit ................................................................................................................................................................................... geboortedatum ............................................................................................................................................................................. Overgemaakte identiteitsstukken (+ kopies over te maken aan DVZ) ............................................................................. .......................................................................................................................................................................................................... Afschrift van de beslissing van de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen waarin het advies inzake de niet-terugleiding werd opgenomen ............................................................................................................................... Eventuele bewijzen dat de betrokkene het land niet verlaten heeft sinds de beslissing van niet-terugleiding ....... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... Eventuele bewijzen dat het gevaar bij terugleiding nog steeds actueel is ....................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... Gedaan te ................................................. op .............................. Handtekening van de aanvrager, Handtekening van de beambte,
ANNEXE Commune : Formulaire de demande d’octroi du statut de protection subsidiaire en fonction d’une décision antérieure du Commissariat général aux Réfugiés et aux Apatrides au sein de laquelle un avis a été rendu en matière de non-reconduite. Formulaire à transmettre à l’Office des Etrangers - Direction Asile - Cellule Enregistrement et Administration (fax 02-274 66 63) La personne susmentionnée s’est présentée aujourd’hui à l’administration communale dans le but d’obtenir le statut de protection subsidiaire sur base de l’article 77, § 3, de la loi du 15 septembre 2006 modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l’accès au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers. SP-n° .............................................................................................................................................................................................. nom ................................................................................................................................................................................................ prénom .......................................................................................................................................................................................... nationalité ..................................................................................................................................................................................... date de naissance ......................................................................................................................................................................... Pièces d’identité transmises (+ copies à transmettre à l’OE) .............................................................................................. .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... Copie de la décision du Commissaire général aux Réfugiés et aux Apatrides au sein de laquelle un avis a été rendu en matière de non-reconduite ........................................................................................................................................................... Preuves éventuelles attestant que l’intéressé n’a pas quitté le pays depuis la décision de non reconduite .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... Preuves éventuelles attestant que le danger est encore toujours d’actualité ................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... Fait à .................................................... le ............................ Signature du demandeur, Signature du fonctionnaire,
54279
54280
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER
SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS
[C − 2006/14205]
[C − 2006/14205]
Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF) Bericht
Convention relative aux transports ferroviaires (COTIF). — Avis
Bij toepassing van artikel 20, § 3, lid 2 van het COTIF – Verdrag heeft de heer R. Landuyt, Minister van Mobiliteit aan de heer S. Schimming, directeur-generaal van de OCTI meegedeeld dat België de Uniforme Regelen CIV en CIM zoals gewijzigd door het Protocol van 3 juni 1999 van Vilnius, in afwachting van de ratificatie van dat Protocol feitelijk toepast.
En application de l’article 20, § 3, al. 2, de la Convention COTIF, M. R. Landuyt, Ministre de la Mobilité a fait savoir à M. Schimming, Directeur général de l’OCTI, qu’en attendant la ratification du Protocole du 3 juin 1999 de Vilnius, la Belgique applique de fait les Règles uniformes CIV et CIM, telles que modifiées par ledit Protocole.
In het raam van die toepassing worden de Uniforme Regelen CIV en CIM zoals gewijzigd door het genoemde Protocol, hierna bekendgemaakt.
Dans le cadre de cette application, les Règles uniformes CIV et CIM telles que modifiées par ledit Protocole, sont publiées ci-après.
Uittreksel (OTIF-publicatie p. 57 - 131) uit de officiële vertaling in het Nederlands van het Protocol van 3 juni 1999 houdende wijziging van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980 (Protocol 1999)
Extrait (publication de l’OTIF, p. 56 - 128) du Protocole du 3 juin 1999 portant modification de la Convention relative aux transports internationaux ferroviaires (COTIF) du 9 mai 1980 (Protocole 1999)
Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van reizigers (CIV - Aanhangsel A bij het Verdrag)
Règles uniformes concernant le contrat de transport international ferroviaire des voyageurs (CIV - Appendice A à la Convention)
TITEL I. — Algemene bepalingen
TITRE Ier. — Généralités
Artikel 1 Toepassingsgebied § 1. Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing op elke overeenkomst van spoorwegvervoer van reizigers, onder bezwarende titel of om niet, wanneer de plaats van vertrek en de plaats van bestemming zijn gelegen in twee verschillende Lidstaten. Dit geldt ongeacht de woonplaats of zetel en de nationaliteit van de partijen bij de vervoerovereenkomst. § 2. Wanneer een internationaal vervoer dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst, in aanvulling op het grensoverschrijdende vervoer per spoor, een binnenlands vervoer over de weg of over binnenwateren van een Lidstaat omvat, zijn deze Uniforme Regelen van toepassing. § 3. Wanneer een internationaal vervoer dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst, in aanvulling op het vervoer per spoor, een vervoer over zee of een grensoverschrijdend vervoer over binnenwateren omvat, zijn deze Uniforme Regelen van toepassing, indien het vervoer over zee of het vervoer over binnenwateren wordt uitgevoerd over de lijnen die zijn ingeschreven op de in artikel 24, § 1, van het Verdrag bedoelde lijst van de lijnen. § 4. Deze Uniforme Regelen zijn, voor wat betreft de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood of letsel van reizigers, eveneens van toepassing op personen die een zending begeleiden die wordt vervoerd overeenkomstig de Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van goederen (CIM). § 5. Deze Uniforme Regelen zijn niet van toepassing op het vervoer tussen stations gelegen op het grondgebied van aangrenzende Staten, wanneer de infrastructuur van deze stations wordt beheerd door een of meer beheerders van infrastructuur behorend tot een van deze Staten. § 6. Iedere Staat die partij is bij een ander met deze Uniforme Regelen vergelijkbaar verdrag betreffende het rechtstreekse internationale vervoer per spoor van reizigers kan, bij zijn verzoek tot toetreding tot het Verdrag, verklaren dat hij deze Uniforme Regelen slechts zal toepassen op vervoer verricht op een gedeelte van de op zijn grondgebied gelegen spoorweginfrastructuur. Dit gedeelte van de spoorweginfrastructuur moet nauwkeurig zijn omschreven en zijn aangesloten op de spoorweginfrastructuur van een Lidstaat. Wanneer een Staat de bovengenoemde verklaring heeft afgelegd, zijn deze Uniforme Regelen slechts van toepassing indien : a) de plaats van vertrek of van bestemming alsmede het vervoertraject, zoals die in de vervoerovereenkomst zijn bepaald, gelegen zijn op de omschreven spoorweginfrastructuur of b) de omschreven spoorweginfrastructuur de verbinding vormt tussen de spoorweginfrastructuur van twee Lidstaten en deze in de vervoerovereenkomst als vervoertraject voor transitovervoer is overeengekomen.
Article 1er Champ d’application § 1er. Les présentes Règles uniformes s’appliquent à tout contrat de transport ferroviaire de voyageurs à titre onéreux ou gratuit, lorsque le lieu de départ et de destination sont situés dans deux Etats membres différents. Il en est ainsi quels que soient le domicile ou le siège et la nationalité des parties au contrat de transport. § 2. Lorsqu’un transport international faisant l’objet d’un contrat unique inclut, en complément au transport transfrontalier ferroviaire, un transport par route ou par voie de navigation intérieure en trafic intérieur d’un Etat membre, les présentes Règles uniformes s’appliquent. § 3. Lorsqu’un transport international faisant l’objet d’un contrat unique inclut, en complément au transport ferroviaire, un transport maritime ou un transport transfrontalier par voie de navigation intérieure, les présentes Règles uniformes s’appliquent si le transport maritime ou le transport par voie de navigation intérieure est effectué sur des lignes inscrites sur la liste des lignes prévue à l’article 24, § 1er, de la Convention. § 4. Les présentes Règles uniformes s’appliquent également, en ce qui concerne la responsabilité du transporteur en cas de mort et de blessures de voyageurs, aux personnes qui accompagnent un envoi dont le transport est effectué conformément aux Règles uniformes CIM. § 5. Les présentes Règles uniformes ne s’appliquent pas aux transports effectués entre gares situées sur le territoire d’Etats limitrophes, lorsque l’infrastructure de ces gares est gérée par un ou plusieurs gestionnaires d’infrastructure relevant d’un seul et même de ces Etats. § 6. Chaque Etat, Partie à une convention concernant le transport international ferroviaire direct de voyageurs et de nature comparable aux présentes Règles uniformes, peut, lorsqu’il adresse une demande d’adhésion à la Convention, déclarer qu’il n’appliquera ces Règles uniformes qu’aux transports effectués sur une partie de l’infrastructure ferroviaire située sur son territoire. Cette partie de l’infrastructure ferroviaire doit être définie précisément et être reliée à l’infrastructure ferroviaire d’un Etat membre. Lorsqu’un Etat a fait la déclaration susvisée, ces Règles uniformes ne s’appliquent qu’à la condition : a) que le lieu de départ ou de destination ainsi que l’itinéraire prévus dans le contrat de transport soient situés sur l’infrastructure désignée ou b) que l’infrastructure désignée relie l’infrastructure de deux Etats membres et qu’elle a été prévue dans le contrat de transport comme itinéraire pour un transport de transit.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54281
§ 7. De Staat die overeenkomstig § 6 een verklaring heeft afgelegd, kan die op elk tijdstip herroepen door hiervan mededeling te doen aan de depositaris. Deze herroeping wordt van kracht een maand na de dag waarop de depositaris de Lidstaten hiervan kennis heeft gegeven. De verklaring verliest haar werking, wanneer het in § 6, eerste volzin bedoelde verdrag voor die Staat buiten werking treedt.
§ 7. L’Etat qui a fait une déclaration conformément au § 6 peut y renoncer à tout moment en informant le dépositaire. Cette renonciation prend effet un mois après la date à laquelle le dépositaire en avise les Etats membres. La déclaration devient sans effet, lorsque la convention visée au § 6, première phrase, cesse d’être en vigueur pour cet Etat.
Artikel 2 Verklaring betreffende de aansprakelijkheid in geval van dood en letsel van reizigers § 1. Iedere Staat kan op elk tijdstip verklaren dat hij alle bepalingen van deze Uniforme Regelen betreffende de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood en letsel van reizigers niet zal toepassen op slachtoffers van een ongeval op zijn grondgebied, die zijn onderdanen zijn of hun gewone verblijfplaats hebben in deze Staat.
Article 2 Déclaration relative à la responsabilité en cas de mort et de blessures de voyageurs § 1er. Chaque Etat peut, à tout moment, déclarer qu’il n’appliquera pas aux voyageurs, victimes d’accidents survenus sur son territoire, l’ensemble des dispositions relatives à la responsabilité du transporteur en cas de mort et de blessures de voyageurs, lorsque ceux-ci sont ses ressortissants ou des personnes ayant leur résidence habituelle dans cet Etat. § 2 L’Etat qui a fait une déclaration conformément au § 1er peut y renoncer à tout moment en informant le dépositaire. Cette renonciation prend effet un mois après la date à laquelle le dépositaire en donne connaissance aux Etats membres.
§ 2. De Staat die een verklaring overeenkomstig § 1 heeft afgelegd, kan deze op elk tijdstip herroepen door hiervan mededeling te doen aan de depositaris. Deze herroeping wordt van kracht een maand na de dag waarop de depositaris de Lidstaten hiervan kennis heeft gegeven. Artikel 3 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze Uniforme Regelen wordt verstaan onder : a) « vervoerder », de contractuele vervoerder met wie de reiziger overeenkomstig deze Uniforme Regelen de vervoerovereenkomst heeft gesloten, of een opvolgende vervoerder, die op grond van deze overeenkomst aansprakelijk is; b) « ondervervoerder », een vervoerder die niet de vervoerovereenkomst heeft gesloten met de reiziger, maar aan wie de onder a bedoelde vervoerder de uitvoering van het vervoer per spoor, geheel of gedeeltelijk, heeft toevertrouwd; c) « Algemene vervoervoorwaarden », de voorwaarden van de vervoerder in de vorm van algemene voorwaarden of van in iedere Lidstaat rechtens geldende tarieven die door het sluiten van de vervoerovereenkomst onderdeel daarvan zijn geworden; d) « voertuig », motorvoertuig of aanhangwagen die ter gelegenheid van vervoer van reizigers wordt vervoerd. Artikel 4 Afwijkingen § 1. De Lidstaten kunnen overeenkomsten sluiten waarin van deze Uniforme Regelen wordt afgeweken voor vervoer dat uitsluitend wordt verricht tussen twee stations gelegen aan weerszijden van de grens, wanneer zich tussen deze stations en de grens geen ander station bevindt. § 2. Voor vervoer tussen twee Lidstaten via een Staat die geen Lidstaat is, kunnen de betrokken Staten overeenkomsten sluiten die van deze Uniforme Regelen afwijken. § 3. Behoudens andere volkenrechtelijke bepalingen, kunnen twee of meer Lidstaten onderling de voorwaarden vaststellen waaronder de vervoerders in het verkeer tussen deze Staten verplicht zijn reizigers, bagage, dieren en voertuigen te vervoeren. § 4. De in de §§ 1 tot en met 3 bedoelde overeenkomsten, alsmede hun inwerkingtreding worden medegedeeld aan de Intergouvernementele organisatie voor het internationale spoorwegvervoer. De SecretarisGeneraal van de Organisatie stelt de Lidstaten en de belanghebbende ondernemingen hiervan op de hoogte.
Article 3 Définitions Aux fins des présentes Règles uniformes, le terme : a) « transporteur » désigne le transporteur contractuel, avec lequel le voyageur a conclu le contrat de transport en vertu de ces Règles uniformes, ou un transporteur subséquent, qui est responsable sur la base de ce contrat; b) « transporteur substitué » désigne un transporteur, qui n’a pas conclu le contrat de transport avec le voyageur, mais à qui le transporteur visé à la lettre a) a confié, en tout ou en partie, l’exécution du transport ferroviaire; c) « Conditions générales de transport » désigne les conditions du transporteur sous forme de conditions générales ou de tarifs légalement en vigueur dans chaque Etat membre et qui sont devenues, par la conclusion du contrat de transport, partie intégrante de celui-ci; d) « véhicule » désigne un véhicule automobile ou une remorque transportés à l’occasion d’un transport de voyageurs. Article 4 Dérogations § 1er. Les Etats membres peuvent conclure des accords qui prévoient des dérogations aux présentes Règles uniformes pour les transports effectués exclusivement entre deux gares situées de part et d’autre de la frontière, lorsqu’il n’y a pas d’autre gare entre elles. § 2. Pour les transports effectués entre deux Etats membres, transitant par un Etat non membre, les Etats concernés peuvent conclure des accords qui dérogent aux présentes Règles uniformes. § 3. Sous réserve d’autres dispositions de droit international public, deux ou plusieurs Etats membres peuvent fixer entre eux les conditions sous lesquelles les transporteurs sont soumis à l’obligation de transporter des voyageurs, des bagages, des animaux et des véhicules en trafic entre ces Etats. § 4. Les accords visés aux §§ 1er à 3 de même que leur mise en vigueur sont communiqués à l’Organisation intergouvernementale pour les transports internationaux ferroviaires. Le Secrétaire général de l’Organisation en informe les Etats membres et les entreprises intéressées.
Artikel 5 Dwingend recht Voorzover deze Uniforme Regelen het niet uitdrukkelijk toelaten, is elk beding dat middellijk of onmiddellijk afwijkt van deze Uniforme Regelen nietig en zonder rechtsgevolgen. De nietigheid van dergelijke bedingen heeft niet de nietigheid van de overige bepalingen van de vervoerovereenkomst tot gevolg. Niettemin kan een vervoerder een zwaardere aansprakelijkheid en zwaardere verplichtingen op zich nemen dan die welke in deze Uniforme Regelen zijn bepaald.
Article 5 Droit contraignant Sauf clause contraire dans les présentes Règles uniformes, est nulle et de nul effet toute stipulation qui, directement ou indirectement, dérogerait à ces Règles uniformes. La nullité de telles stipulations n’entraîne pas la nullité des autres dispositions du contrat de transport. Nonobstant cela, un transporteur peut assumer une responsabilité et des obligations plus lourdes que celles qui sont prévues par les présentes Règles uniformes.
TITEL II. — Sluiting en uitvoering van de vervoerovereenkomst
TITRE II. — Conclusion et exécution du contrat de transport
Artikel 6 Vervoerovereenkomst § 1. Op grond van de vervoerovereenkomst is de vervoerder verplicht de reiziger alsmede, in voorkomend geval, bagage en voertuigen te vervoeren naar de plaats van bestemming en de bagage en de voertuigen af te leveren op de plaats van bestemming.
Article 6 Contrat de transport § 1er. Par le contrat de transport, le transporteur s’engage à transporter le voyageur ainsi que, le cas échéant, des bagages et des véhicules au lieu de destination et à livrer les bagages et les véhicules au lieu de destination.
54282
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 2. De vervoerovereenkomst moet worden vastgelegd in één of meer vervoerbewijzen die aan de reiziger worden overhandigd. Onverminderd artikel 9 tast het ontbreken, de onregelmatigheid of het verlies van het vervoerbewijs noch het bestaan, noch de geldigheid van de overeenkomst aan, die onderworpen blijft aan deze Uniforme Regelen. § 3. Het vervoerbewijs levert volledig bewijs, behoudens tegenbewijs, van het sluiten en de inhoud van de vervoerovereenkomst.
§ 2. Le contrat de transport doit être constaté par un ou plusieurs titres de transport remis au voyageur. Toutefois, sans préjudice de l’article 9, l’absence, l’irrégularité ou la perte du titre de transport n’affecte ni l’existence ni la validité du contrat qui reste soumis aux présentes Règles uniformes. § 3. Le titre de transport fait foi, jusqu’à preuve du contraire, de la conclusion et du contenu du contrat de transport.
Artikel 7 Vervoerbewijs § 1. De Algemene vervoervoorwaarden bepalen de vorm en de inhoud van de vervoerbewijzen, alsmede de taal waarin en de lettertekens waarmee zij moeten worden gedrukt en ingevuld. § 2. Op het vervoerbewijs moet ten minste worden vermeld : a) de vervoerder of de vervoerders; b) de aanduiding dat het vervoer, ongeacht enig andersluidend beding, is onderworpen aan deze Uniforme Regelen; zulks kan geschieden door vermelding van de afkorting CIV; c) elke andere aanduiding die noodzakelijk is om het sluiten en de inhoud van de vervoerovereenkomst te bewijzen en de reiziger in staat te stellen de rechten die uit de vervoerovereenkomst voortvloeien, te doen gelden. § 3. De reiziger moet er zich bij het in ontvangst nemen van het vervoerbewijs van overtuigen, dat dit met zijn aanwijzingen overeenstemt. § 4. Het vervoerbewijs is overdraagbaar, indien het niet op naam is gesteld en de reis nog niet is aangevangen. § 5. Het vervoerbewijs kan ook worden opgesteld in de vorm van elektronische registratie van gegevens, die kunnen worden omgezet in leesbare lettertekens. De voor de registratie en verwerking van de gegevens gebruikte procedures moeten uit functioneel oogpunt gelijkwaardig zijn, in het bijzonder wat betreft de bewijskracht van het vervoerbewijs, dat door deze elektronische gegevens wordt gevormd.
Article 7 Titre de transport § 1er. Les Conditions générales de transport déterminent la forme et le contenu des titres de transport ainsi que la langue et les caractères dans lesquels ils doivent être imprimés et remplis. § 2. Doivent au moins être inscrits sur le titre de transport : a) le transporteur ou les transporteurs; b) l’indication que le transport est soumis, nonobstant toute clause contraire, aux présentes Règles uniformes; cela peut se faire par le sigle CIV; c) toute autre indication nécessaire pour prouver la conclusion et le contenu du contrat de transport et permettant au voyageur de faire valoir les droits résultant de ce contrat.
Artikel 8 Betaling en terugbetaling van de vervoerprijs § 1. Tenzij tussen de reiziger en de vervoerder anders is overeengekomen, moet de vervoerprijs vooraf worden betaald. § 2. De Algemene vervoervoorwaarden bepalen onder welke voorwaarden een terugbetaling van de vervoerprijs plaatsvindt.
Article 8 Paiement et remboursement du prix de transport § 1er. Sauf convention contraire entre le voyageur et le transporteur, le prix de transport est payable à l’avance. § 2. Les Conditions générales de transport déterminent dans quelles conditions un remboursement du prix de transport a lieu.
Artikel 9 Recht op vervoer. Uitsluiting van vervoer § 1. De reiziger moet vanaf het begin van de reis voorzien zijn van een geldig vervoerbewijs en dit bij een controle van de vervoerbewijzen tonen. De Algemene vervoervoorwaarden kunnen bepalen :
Article 9 Droit au transport. Exclusion du transport § 1er. Dès le commencement du voyage, le voyageur doit être muni d’un titre de transport valable et doit le présenter lors du contrôle des titres de transport. Les Conditions générales de transport peuvent prévoir : a) qu’un voyageur qui ne présente pas un titre de transport valable doit payer, outre le prix de transport, une surtaxe; b) qu’un voyageur qui refuse le paiement immédiat du prix de transport ou de la surtaxe peut être exclu du transport; c) si et dans quelles conditions un remboursement de la surtaxe a lieu. § 2. Les Conditions générales de transport peuvent prévoir que sont exclus du transport ou peuvent être exclus du transport en cours de route, les voyageurs qui : a) présentent un danger pour la sécurité et le bon fonctionnement de l’exploitation ou pour la sécurité des autres voyageurs, b) incommodent de manière intolérable les autres voyageurs, et que ces personnes n’ont droit au remboursement ni du prix de transport ni du prix qu’elles ont payé pour le transport de leurs bagages.
a) dat een reiziger die geen geldig vervoerbewijs toont, boven de vervoerprijs een toeslag moet betalen. b) dat een reiziger die weigert onmiddellijk de vervoerprijs of de toeslag te betalen, van het vervoer kan worden uitgesloten; c) of en onder welke voorwaarden een terugbetaling van de toeslag plaatsvindt. § 2. De Algemene vervoervoorwaarden kunnen bepalen dat reizigers die : a) een gevaar vormen voor de veiligheid en de goede bedrijfsgang of voor de veiligheid van andere reizigers, b) andere reizigers op onaanvaardbare wijze lastig vallen, van het vervoer zijn uitgesloten of onderweg van het vervoer kunnen worden uitgesloten en dat deze personen geen recht hebben op terugbetaling van de vervoerprijs, noch van de prijs die ze hebben betaald voor het vervoer van hun bagage.
§ 3. Le voyageur doit s’assurer, à la réception du titre de transport, que celui-ci a été établi selon ses indications. § 4. Le titre de transport est cessible s’il n’est pas nominatif et si le voyage n’a pas commencé. § 5. Le titre de transport peut être établi sous forme d’enregistrement électronique des données, qui peuvent être transformées en signes d’écriture lisibles. Les procédés employés pour l’enregistrement et le traitement des données doivent être équivalents du point de vue fonctionnel, notamment en ce qui concerne la force probante du titre de transport représenté par ces données.
Artikel 10 Naleving van overheidsvoorschriften De reiziger moet de voorschriften van de douane of andere overheidsinstanties naleven.
Article 10 Accomplissement des formalités administratives Le voyageur doit se conformer aux formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives.
Artikel 11 Uitvallen en vertraging van een trein Missen van een aansluiting
Article 11 Suppression et retard d’un train Correspondance manquée
De vervoerder moet eventueel op het vervoerbewijs vermelden dat de trein is uitgevallen of de aansluiting is gemist.
Le transporteur doit, s’il y a lieu, certifier sur le titre de transport que le train a été supprimé ou la correspondance manquée.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54283
TITEL III. — Vervoer van handbagage, dieren, bagage en voertuigen
TITRE III. — Transport de colis à main, d’animaux, de bagages et de véhicules
HOOFDSTUK I. — Gemeenschappelijke bepalingen
CHAPITRE Ier. — Dispositions communes
Artikel 12 Toegelaten voorwerpen en dieren § 1. De reiziger mag, overeenkomstig de Algemene vervoervoorwaarden, makkelijk draagbare voorwerpen (handbagage) alsook levende dieren meenemen. Bovendien mag de reiziger voorwerpen van grote omvang meenemen, overeenkomstig de bijzondere bepalingen in de Algemene vervoervoorwaarden. Voorwerpen of dieren die voor de reizigers hinderlijk kunnen zijn of schade kunnen veroorzaken, zijn van het vervoer uitgesloten. § 2. De reiziger kan, overeenkomstig de Algemene vervoervoorwaarden, voorwerpen en dieren als bagage verzenden. § 3. De vervoerder kan, overeenkomstig de bijzondere bepalingen in de Algemene vervoervoorwaarden, het vervoer van voertuigen toelaten ter gelegenheid van het vervoer van reizigers. § 4. Het vervoer van gevaarlijke goederen als handbagage, bagage in of op voertuigen die overeenkomstig deze Titel per spoor worden vervoerd, moet in overeenstemming zijn met het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID).
Article 12 Objets et animaux admis § 1er. Le voyageur peut prendre avec lui des objets faciles à porter (colis à main) ainsi que des animaux vivants, conformément aux Conditions générales de transport. Par ailleurs, le voyageur peut prendre avec lui des objets encombrants conformément aux dispositions particulières, contenues dans les Conditions générales de transport. Sont exclus du transport, les objets ou animaux de nature à gêner ou à incommoder les voyageurs ou à causer un dommage. § 2. Le voyageur peut expédier, en tant que bagages, des objets et des animaux conformément aux Conditions générales de transport. § 3. Le transporteur peut admettre le transport de véhicules à l’occasion d’un transport de voyageurs conformément aux dispositions particulières, contenues dans les Conditions générales de transport. § 4. Le transport de marchandises dangereuses en tant que colis à main, bagages ainsi que dans ou sur des véhicules qui, conformément à ce Titre sont transportées par rail, doit être conforme au Règlement concernant le transport international ferroviaire des marchandises dangereuses (RID).
Artikel 13 Onderzoek § 1. De vervoerder heeft bij een ernstig vermoeden van overtreding van de vervoervoorwaarden het recht te onderzoeken of de vervoerde voorwerpen (handbagage, bagage, voertuigen met inbegrip van hun lading) en dieren voldoen aan de vervoervoorwaarden, wanneer de wetten en voorschriften van de Staat waar het onderzoek moet plaatsvinden zulks niet verbieden. De reiziger moet worden verzocht bij het onderzoek aanwezig te zijn. Indien hij zich niet meldt of niet kan worden bereikt, moet de vervoerder een beroep doen op twee onafhankelijke getuigen. § 2. Wanneer wordt vastgesteld dat de vervoervoorwaarden niet zijn nageleefd, kan de vervoerder van de reiziger betaling verlangen van de kosten die in verband met het onderzoek zijn gemaakt.
Article 13 Vérification § 1er. Le transporteur a le droit, en cas de présomption grave de non respect des conditions de transport, de vérifier si les objets (colis à main, bagages, véhicules y compris leur chargement) et animaux transportés répondent aux conditions de transport lorsque les lois et prescriptions de l’Etat où la vérification doit avoir lieu ne l’interdisent pas. Le voyageur doit être invité à assister à la vérification. S’il ne se présente pas ou s’il ne peut être atteint, le transporteur doit faire appel à deux témoins indépendants.
Artikel 14 Naleving van overheidsvoorschriften De reiziger moet tijdens zijn vervoer de voorschriften van de douane of andere overheidsinstanties met betrekking tot het vervoer van voorwerpen (handbagage, bagage, voertuigen met inbegrip van hun lading) en dieren, ter gelegenheid van zijn vervoer, naleven. Tenzij in de wetten en voorschriften van de desbetreffende Staat anders wordt bepaald, moet de reiziger bij het onderzoek van deze voorwerpen aanwezig zijn.
Article 14 Accomplissement des formalités administratives Le voyageur doit se conformer aux formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives lors du transport, à l’occasion de son transport, d’objets (colis à main, bagages, véhicules y compris leur chargement) et d’animaux. Il doit assister à la visite de ces objets, sauf exception prévue par les lois et prescriptions de chaque Etat.
HOOFDSTUK II. — Handbagage en dieren
CHAPITRE II. — Colis à main et animaux
Artikel 15 Toezicht De reiziger moet toezicht uitoefenen op de handbagage en de dieren die hij meeneemt.
Article 15 Surveillance La surveillance des colis à main et des animaux, qu’il prend avec lui, incombe au voyageur.
HOOFDSTUK III. — Bagage
CHAPITRE III. — Bagages
Artikel 16 Aanbieding ten vervoer van bagage § 1er. De contractuele verplichtingen met betrekking tot het vervoer van bagage moeten worden vastgelegd in een bagagebewijs dat aan de reiziger wordt overhandigd. § 2. Onverminderd artikel 22 tast het ontbreken, de onregelmatigheid of het verlies van het bagagebewijs noch het bestaan, noch de geldigheid aan van bedingen met betrekking tot het vervoer van bagage, die onderworpen blijven aan deze Uniforme Regelen. § 3. Het bagagebewijs levert volledig bewijs, behoudens tegenbewijs, van de inschrijving van de bagage en van de voorwaarden van het vervoer ervan. § 4. Behoudens tegenbewijs wordt vermoed dat bij de inontvangstneming door de vervoerder de bagage in uiterlijk goede staat was en dat het aantal en de massa van de colli overeenkwamen met de vermelding op het bagagebewijs.
Article 16 Expédition des bagages § 1er. Les obligations contractuelles relatives à l’acheminement des bagages doivent être constatées par un bulletin de bagages remis au voyageur. § 2. Sans préjudice de l’article 22, l’absence, l’irrégularité ou la perte du bulletin de bagages n’affecte ni l’existence ni la validité des conventions concernant l’acheminement des bagages, qui restent soumis aux présentes Règles uniformes. § 3. Le bulletin de bagages fait foi, jusqu’à preuve du contraire, de l’enregistrement des bagages et des conditions de leur transport.
Artikel 17 Bagagebewijs § 1. De Algemene vervoervoorwaarden bepalen de vorm en de inhoud van het bagagebewijs, alsmede de taal waarin en de lettertekens waarmee het moet worden gedrukt en ingevuld. Artikel 7, § 5, is van overeenkomstige toepassing.
Article 17 Bulletin de bagages § 1er. Les Conditions générales de transport déterminent la forme et le contenu du bulletin de bagages ainsi que la langue et les caractères dans lesquels il doit être imprimé et rempli. L’article 7, § 5, s’applique par analogie.
§ 2. Lorsqu’il est constaté que les conditions de transport n’ont pas été respectées, le transporteur peut exiger du voyageur le paiement des frais occasionnés par la vérification.
§ 4. Jusqu’à preuve du contraire, il est présumé que lors de la prise en charge par le transporteur, les bagages étaient en bon état apparent et que le nombre et la masse des colis correspondaient aux mentions portées sur le bulletin de bagages.
54284
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 2. Op het bagagebewijs moet ten minste worden vermeld : a) de vervoerder of de vervoerders; b) de aanduiding dat het vervoer, ongeacht enig andersluidend beding, is onderworpen aan deze Uniforme Regelen; zulks kan geschieden door vermelding van de afkorting CIV; c) elke andere aanduiding die noodzakelijk is om de contractuele verplichtingen met betrekking tot het vervoer van de bagage te bewijzen en de reiziger in staat te stellen de rechten die uit de vervoerovereenkomst voortvloeien, te doen gelden. § 3. De reiziger moet er zich bij het in ontvangst nemen van het bagagebewijs van overtuigen, dat dit met zijn aanwijzingen overeenstemt.
§ 2 Doivent au moins être inscrits sur le bulletin de bagages : a) le transporteur ou les transporteurs; b) l’indication que le transport est soumis, nonobstant toute clause contraire, aux présentes Règles uniformes; cela peut se faire par le sigle CIV; c) toute autre indication nécessaire pour prouver les obligations contractuelles relatives à l’acheminement des bagages et permettant au voyageur de faire valoir les droits résultant du contrat de transport.
Artikel 18 Inschrijving en vervoer § 1. Behoudens in de Algemene vervoervoorwaarden bepaalde uitzonderingen, wordt bagage slechts ingeschreven op vertoon van een vervoerbewijs dat ten minste geldig is tot de plaats van bestemming van de bagage. De inschrijving geschiedt overigens volgens de op de plaats van verzending geldende voorschriften. § 2. Wanneer de Algemene vervoervoorwaarden bepalen dat bagage ten vervoer mag worden toegelaten zonder vertoon van een vervoerbewijs, zijn de bepalingen van deze Uniforme Regelen betreffende de rechten en verplichtingen van de reiziger met betrekking tot zijn bagage van overeenkomstige toepassing op de afzender van de bagage. § 3. De vervoerder kan de bagage met een andere trein of met een ander vervoermiddel en over een ander vervoertraject vervoeren dan die welke door de reiziger worden gebruikt.
Article 18 Enregistrement et transport § 1er. Sauf exception prévue par les Conditions générales de transport, l’enregistrement des bagages n’a lieu que sur la présentation d’un titre de transport valable au moins jusqu’au lieu de destination des bagages. Par ailleurs, l’enregistrement s’effectue d’après les prescriptions en vigueur au lieu d’expédition. § 2.Lorsque les Conditions générales de transport prévoient que des bagages peuvent être admis au transport sans présentation d’un titre de transport, les dispositions des présentes Règles uniformes fixant les droits et obligations du voyageur relatifs à ses bagages s’appliquent par analogie à l’expéditeur de bagages. § 3. Le transporteur peut acheminer les bagages avec un autre train ou un autre moyen de transport et par un autre itinéraire que ceux empruntés par le voyageur.
Artikel 19 Betaling van de prijs voor het vervoer van bagage Tenzij tussen de reiziger en de vervoerder anders is overeengekomen, moet de prijs voor het vervoer van bagage worden betaald bij de inschrijving.
Article 19 Paiement du prix pour le transport des bagages Sauf convention contraire entre le voyageur et le transporteur, le prix pour le transport des bagages est payable lors de l’enregistrement.
Artikel 20 Merken van de bagage De reiziger moet op een goed zichtbare plaats op ieder collo een houdbare en duidelijke aanduiding plaatsen van : a) zijn naam en zijn adres; b) de plaats van bestemming.
Article 20 Marquage des bagages Le voyageur doit indiquer sur chaque colis en un endroit bien visible et d’une manière suffisamment fixe et claire : a) son nom et son adresse, b) le lieu de destination.
Artikel 21 Recht om over de bagage te beschikken § 1. Indien de omstandigheden dit toestaan en de voorschriften van de douane of van andere overheidsinstanties zich daartegen niet verzetten, kan de reiziger om de teruggave van de bagage verzoeken op de plaats van verzending tegen afgifte van het bagagebewijs en, wanneer de Algemene vervoervoorwaarden zulks bepalen, op vertoon van het vervoerbewijs. § 2. In de Algemene vervoervoorwaarden kunnen andere bepalingen zijn opgenomen betreffende het recht om over de bagage te beschikken, in het bijzonder het wijzigen van de plaats van bestemming en de eventuele hieruit voortvloeiende financiële gevolgen voor de reiziger.
Article 21 Droit de disposer des bagages § 1er. Si les circonstances le permettent et les prescriptions des douanes ou d’autres autorités administratives ne s’y opposent pas, le voyageur peut demander la restitution des bagages au lieu d’expédition, contre remise du bulletin de bagages et, lorsque cela est prévu par les Conditions générales de transport, sur présentation du titre de transport. § 2. Les Conditions générales de transport peuvent prévoir d’autres dispositions concernant le droit de disposer des bagages, notamment des modifications du lieu de destination et les éventuelles conséquences financières à supporter par le voyageur.
Artikel 22 Aflevering § 1. De aflevering van bagage geschiedt tegen afgifte van het bagagebewijs en eventueel tegen betaling van de op de zending drukkende kosten. De vervoerder heeft het recht doch niet de verplichting te onderzoeken of de houder van het bagagebewijs bevoegd is tot inontvangstneming. § 2. Met de aflevering aan de houder van het bagagebewijs worden, wanneer zulks overeenkomstig de op de plaats van aflevering geldende voorschriften geschiedt, gelijkgesteld : a) de afgifte van de bagage aan de douane of belastinginstanties in hun expeditie- of opslagruimten, wanneer die zich niet onder de hoede van de vervoerder bevinden; b) het toevertrouwen van levende dieren aan een derde. § 3. De houder van het bagagebewijs kan op de plaats van bestemming om de aflevering van de bagage verzoeken zodra de overeengekomen tijd alsook, eventueel, de benodigde tijd voor de afhandeling door de douane of andere overheidsinstanties is verstreken. § 4. Wordt het bagagebewijs niet afgegeven, dan is de vervoerder slechts gehouden de bagage af te leveren aan degene die zijn recht daarop bewijst; bij onvoldoende bewijs kan de vervoerder een zekerheid verlangen.
Article 22 Livraison § 1er. La livraison des bagages a lieu contre remise du bulletin de bagages et, le cas échéant, contre paiement des frais qui grèvent l’envoi. Le transporteur a le droit, sans y être tenu, de vérifier si le détenteur du bulletin a qualité pour prendre livraison.
§ 3 Le voyageur doit s’assurer, à la réception du bulletin de bagages, que celui-ci a été émis selon ses indications.
§ 2. Sont assimilés à la livraison au détenteur du bulletin de bagages, lorsqu’ils sont effectués conformément aux prescriptions en vigueur au lieu de destination : a) la remise des bagages aux autorités de douane ou d’octroi dans leurs locaux d’expédition ou dans leurs entrepôts, lorsque ceux-ci ne se trouvent pas sous la garde du transporteur; b) le fait de confier des animaux vivants à un tiers. § 3. Le détenteur du bulletin de bagages peut demander la livraison des bagages au lieu de destination aussitôt que s’est écoulé le temps convenu ainsi que, le cas échéant, le temps nécessaire pour les opérations effectuées par les douanes ou par d’autres autorités administratives. § 4. A défaut de remise du bulletin de bagages, le transporteur n’est tenu de livrer les bagages qu’à celui qui justifie de son droit; si cette justification semble insuffisante, le transporteur peut exiger une caution.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54285
§ 5. De bagage wordt afgeleverd op de plaats van bestemming waarvoor zij is ingeschreven. § 6. De houder van het bagagebewijs aan wie de bagage niet is afgeleverd, kan verlangen dat de dag en het uur waarop hij overeenkomstig § 3 om de aflevering heeft verzocht op het bagagebewijs worden vermeld. § 7. De rechthebbende kan de inontvangstneming van de bagage weigeren, indien de vervoerder geen gevolg geeft aan zijn verzoek over te gaan tot onderzoek van de bagage teneinde een beweerde schade vast te stellen. § 8. Overigens vindt de aflevering van de bagage plaats overeenkomstig de op de plaats van bestemming geldende voorschriften.
§ 5. Les bagages sont livrés au lieu de destination pour lequel ils ont été enregistrés. § 6. Le détenteur du bulletin de bagages auquel les bagages ne sont pas livrés peut exiger la constatation, sur le bulletin de bagages, du jour et de l’heure auxquels il a demandé la livraison conformément au § 3.
HOOFDSTUK IV. — Voertuigen
CHAPITRE IV. — Véhicules
Artikel 23 Vervoervoorwaarden De bijzondere bepalingen voor het vervoer van voertuigen in de Algemene vervoervoorwaarden regelen met name de voorwaarden voor de toelating tot het vervoer, de inschrijving, de belading en het vervoer, het lossen en de aflevering, alsook de verplichtingen van de reiziger.
Article 23 Conditions de transport Les dispositions particulières pour le transport des véhicules, contenues dans les Conditions générales de transport, déterminent notamment les conditions d’admission au transport, d’enregistrement, de chargement et de transport, de déchargement et de livraison, ainsi que les obligations du voyageur.
Artikel 24 Vervoerbewijs § 1. De contractuele verplichtingen met betrekking tot het vervoer van voertuigen moeten worden vastgelegd in een vervoerbewijs dat aan de reiziger wordt overhandigd. Dit vervoerbewijs kan deel uitmaken van het vervoerbewijs van de reiziger. § 2. De bijzondere bepalingen voor het vervoer van voertuigen in de Algemene vervoervoorwaarden regelen de vorm en de inhoud van het vervoerbewijs, alsmede de taal waarin en de lettertekens waarmee het moet worden gedrukt en ingevuld. Artikel 7, § 5, is van overeenkomstige toepassing. § 3. Op het vervoerbewijs moet ten minste worden vermeld : a) de vervoerder of de vervoerders; b) de aanduiding dat het vervoer, ongeacht enig andersluidend beding, is onderworpen aan deze Uniforme Regelen; zulks kan geschieden door vermelding van de afkorting CIV; c) elke andere aanduiding die noodzakelijk is om de contractuele verplichtingen met betrekking tot het vervoer van voertuigen te bewijzen en de reiziger in staat te stellen de rechten die uit de vervoerovereenkomst voortvloeien, te doen gelden. § 4. De reiziger moet zich bij het in ontvangst nemen van het vervoerbewijs ervan overtuigen, dat dit met zijn aanwijzingen overeenstemt.
Article 24 Bulletin de transport § 1er. Les obligations contractuelles relatives au transport de véhicules doivent être constatées par un bulletin de transport remis au voyageur. Le bulletin de transport peut être intégré dans le titre de transport du voyageur. § 2. Les dispositions particulières pour le transport de véhicules contenues dans les Conditions générales de transport déterminent la forme et le contenu du bulletin de transport ainsi que la langue et les caractères dans lesquels il doit être imprimé et rempli. L’article 7, § 5, s’applique par analogie. § 3. Doivent au moins être inscrits sur le bulletin de transport : a) le transporteur ou les transporteurs; b) l’indication que le transport est soumis, nonobstant toute clause contraire, aux présentes Règles uniformes; cela peut se faire par le sigle CIV; c) toute autre indication nécessaire pour prouver les obligations contractuelles relatives aux transports des véhicules et permettant au voyageur de faire valoir les droits résultant du contrat de transport.
Artikel 25 Toepasselijk recht Behoudens de bepalingen van dit hoofdstuk zijn de bepalingen van Hoofdstuk III betreffende het vervoer van bagage van toepassing op voertuigen.
Article 25 Droit applicable Sous réserve des dispositions du présent Chapitre, les dispositions du Chapitre III relatives au transport des bagages s’appliquent aux véhicules.
TITEL IV. — Aansprakelijkheid van de vervoerder
TITRE IV. — Responsabilité du transporteur
HOOFDSTUK I. — Aansprakelijkheid in geval van dood en letsel van reizigers
CHAPITRE Ier. — Responsabilité en cas de mort et de blessures de voyageurs
Artikel 26 Aansprakelijkheidsgronden § 1. De vervoerder is aansprakelijk voor de schade ten gevolge van dood, verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk letsel van de reiziger, veroorzaakt door een ongeval dat in verband met de uitoefening van het spoorwegbedrijf aan de reiziger is overkomen tijdens zijn verblijf in de spoorwegvoertuigen of bij het in- of uitstappen, ongeacht welke spoorweginfrastructuur wordt gebruikt. § 2. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven : a) indien het ongeval is veroorzaakt door omstandigheden buiten de uitoefening van het spoorwegbedrijf, die de vervoerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; b) voorzover het ongeval te wijten is aan schuld van de reiziger; c) indien het ongeval te wijten is aan het gedrag van een derde, dat de vervoerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; een andere onderneming die dezelfde spoorweginfrastructuur gebruikt, wordt niet aangemerkt als een derde; het recht van regres wordt niet aangetast.
Article 26 Fondement de la responsabilité § 1er. Le transporteur est responsable du dommage résultant de la mort, des blessures ou de toute autre atteinte à l’intégrité physique ou psychique du voyageur causé par un accident en relation avec l’exploitation ferroviaire survenu pendant que le voyageur séjourne dans les véhicules ferroviaires, qu’il y entre ou qu’il en sort quelle que soit l’infrastructure ferroviaire utilisée. § 2. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité : a) si l’accident a été causé par des circonstances extérieures à l’exploitation ferroviaire que le transporteur, en dépit de la diligence requise d’après les particularités de l’espèce, ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier; b) dans la mesure où l’accident est dû à une faute du voyageur; c) si l’accident est dû au comportement d’un tiers que le transporteur, en dépit de la diligence requise d’après les particularités de l’espèce, ne pouvait pas éviter et aux conséquences duquel il ne pouvait pas obvier; une autre entreprise utilisant la même infrastructure ferroviaire n’est pas considérée comme un tiers; le droit de recours n’est pas affecté.
§ 7. L’ayant droit peut refuser la réception des bagages, si le transporteur ne donne pas suite à sa demande de procéder à la vérification des bagages en vue de constater un dommage allégué. § 8. Par ailleurs, la livraison des bagages est effectuée conformément aux prescriptions en vigueur au lieu de destination.
§ 4. Le voyageur doit s’assurer, à la réception du bulletin de transport, que celui-ci a été émis selon ses indications.
54286
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 3. Indien het ongeval te wijten is aan het gedrag van een derde en indien desondanks de vervoerder niet geheel van zijn aansprakelijkheid is ontheven overeenkomstig § 2, onder c), is hij voor het geheel aansprakelijk binnen de grenzen van deze Uniforme Regelen onverminderd zijn eventueel regres op de derde. § 4. Deze Uniforme Regelen laten de eventuele aansprakelijkheid van de vervoerder in de niet in § 1 bedoelde gevallen onverlet. § 5. Wanneer een vervoer dat het onderwerp vormt van een en dezelfde vervoerovereenkomst door opeenvolgende vervoerders wordt verricht, is in geval van dood en letsel van reizigers die vervoerder aansprakelijk, die volgens de vervoerovereenkomst verplicht is tot het uitvoeren van het vervoer gedurende welke het ongeval zich heeft voortgedaan. Wanneer het vervoer niet is verricht door de vervoerder maar door een ondervervoerder, zijn beide vervoerders overeenkomstig deze Uniforme Regelen hoofdelijk aansprakelijk.
§ 3. Si l’accident est dû au comportement d’un tiers et si, en dépit de cela, le transporteur n’est pas entièrement déchargé de sa responsabilité conformément au § 2, lettre c), il répond pour le tout dans les limites des présentes Règles uniformes et sans préjudice de son recours éventuel contre le tiers. § 4. Les présentes Règles uniformes n’affectent pas la responsabilité qui peut incomber au transporteur pour les cas non prévus au § 1er. § 5. Lorsqu’un transport faisant l’objet d’un contrat de transport unique est effectué par des transporteurs subséquents, est responsable, en cas de mort et de blessures de voyageurs, le transporteur à qui incombait, selon le contrat de transport, la prestation de service de transport au cours de laquelle l’accident s’est produit. Lorsque cette prestation n’a pas été réalisée par le transporteur, mais par un transporteur substitué, les deux transporteurs sont responsables solidairement, conformément aux présentes Règles uniformes.
Artikel 27 Schadevergoeding in geval van dood § 1. In geval van dood van de reiziger omvat de schadevergoeding :
Article 27 Dommages-intérêts en cas de mort § 1er. En cas de mort du voyageur, les dommages-intérêts comprennent : a) les frais nécessaires consécutifs au décès, notamment ceux du transport du corps et des obsèques; b) si la mort n’est pas survenue immédiatement, les dommagesintérêts prévus à l’article 28. § 2. Si, par la mort du voyageur, des personnes envers lesquelles il avait ou aurait eu à l’avenir une obligation alimentaire, en vertu de la loi, sont privées de leur soutien, il y a également lieu de les indemniser de cette perte. L’action en dommages-intérêts des personnes dont le voyageur assumait l’entretien sans y être tenu par la loi reste soumise au droit national.
a) de ten gevolge van het overlijden noodzakelijke kosten, met name die van het vervoer van het stoffelijk overschot en de lijkbezorging; b) indien de dood niet onmiddellijk is ingetreden, de in artikel 28 bedoelde schadevergoeding. § 2. Indien door de dood van de reiziger andere personen, jegens wie hij een wettelijke onderhoudsplicht had of in de toekomst gehad zou hebben, hun onderhoud verliezen, moeten ook dezen voor dit verlies schadeloos gesteld worden. De vordering tot schadevergoeding van personen, van wie de reiziger zonder wettelijke verplichting het onderhoud verzorgde, blijft onderworpen aan het nationale recht. Artikel 28 Schadevergoeding in geval van letsel In geval van verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk letsel van de reiziger omvat de schadevergoeding : a) de noodzakelijk kosten, met name die van behandeling en vervoer; b) het vermogensnadeel dat de reiziger lijdt door een gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid of door een toename van zijn behoeften.
Article 28 Dommages-intérêts en cas de blessures En cas de blessures ou de toute autre atteinte à l’intégrité physique ou psychique du voyageur, les dommages-intérêts comprennent : a) les frais nécessaires, notamment ceux de traitement et de transport; b) la réparation du préjudice causé, soit par l’incapacité de travail totale ou partielle, soit par l’accroissement des besoins.
Artikel 29 Vergoeding van andere personenschade Het nationale recht bepaalt of en in welke mate de vervoerder andere dan de in de artikelen 27 en 28 bedoelde personenschade moet vergoeden.
Article 29 Réparation d’autres préjudices corporels Le droit national détermine si, et dans quelle mesure, le transporteur doit verser des dommages-intérêts pour des préjudices corporels autres que ceux prévus aux articles 27 et 28.
Artikel 30 Wijze en hoogte van de schadevergoeding in geval van dood of letsel § 1. De in de artikelen 27, § 2, en 28 onder b) bedoelde schadevergoeding moet als gekapitaliseerde som worden uitgekeerd. Indien evenwel het nationale recht de toekenning van een periodieke uitkering toelaat, wordt de vergoeding op deze wijze uitgekeerd, wanneer de gewonde reiziger of de in artikel 27, § 2, bedoelde rechthebbenden zulks verlangen. § 2 De hoogte van de krachtens § 1 toe te kennen schadevergoeding wordt bepaald volgens het nationale recht. Bij de toepassing van deze Uniforme Regelen geldt evenwel per reiziger een maximumbedrag van 175 000 rekeneenheden in een gekapitaliseerde som of in een met deze som overeenstemmende jaarlijkse uitkering, voorzover in het nationale recht een lager maximumbedrag is bepaald.
Article 30 Forme et montant des dommages-intérêts en cas de mort et de blessures § 1er. Les dommages-intérêts prévus à l’article 27, § 2, et à l’article 28, lettre b) doivent être alloués sous forme de capital. Toutefois, si le droit national permet l’allocation d’une rente, ils sont alloués sous cette forme lorsque le voyageur lésé ou les ayants droit visés à l’article 27, § 2, le demandent.
Artikel 31 Andere vervoermiddelen § 1. Behoudens § 2 zijn de bepalingen betreffende de aansprakelijkheid in geval van dood en letsel van reizigers niet van toepassing op schade die is ontstaan tijdens het vervoer dat overeenkomstig de vervoerovereenkomst geen spoorwegvervoer was. § 2 Wanneer evenwel spoorwegvoertuigen per veerboot worden vervoerd, zijn de bepalingen betreffende de aansprakelijkheid in geval van dood en letsel van reizigers van toepassing op de in artikel 26, § 1, en artikel 33, § 1, bedoelde schade veroorzaakt door een ongeval in verband met de uitoefening van het spoorwegbedrijf dat aan de reiziger is overkomen tijdens zijn verblijf in die voertuigen of bij het inof uitstappen. § 3 Wanneer de uitoefening van het spoorwegbedrijf ten gevolge van buitengewone omstandigheden tijdelijk wordt onderbroken en de reizigers met een ander vervoermiddel worden vervoerd, is de vervoerder krachtens deze Uniforme Regelen aansprakelijk.
§ 2. Le montant des dommages-intérêts à allouer en vertu du § 1er est déterminé selon le droit national. Toutefois, pour l’application des présentes Règles uniformes, il est fixé une limite maximale de 175 000 unités de compte en capital ou en rente annuelle correspondant à ce capital, pour chaque voyageur, dans le cas où le droit national prévoit une limite maximale d’un montant inférieur. Article 31 Autres moyens de transport § 1er. Sous réserve du § 2, les dispositions relatives à la responsabilité en cas de mort et de blessures de voyageurs ne s’appliquent pas aux dommages survenus pendant le transport qui, conformément au contrat de transport, n’était pas un transport ferroviaire. § 2. Toutefois, lorsque les véhicules ferroviaires sont transportés par ferry-boat, les dispositions relatives à la responsabilité en cas de mort et de blessures de voyageurs s’appliquent aux dommages visés à l’article 26, § 1er et à l’article 33, § 1er, causés par un accident en relation avec l’exploitation ferroviaire survenu pendant que le voyageur séjourne dans ledit véhicule, qu’il y entre ou qu’il en sorte. § 3. Lorsque, par suite de circonstances exceptionnelles, l’exploitation ferroviaire est provisoirement interrompue et que les voyageurs sont transportés par un autre moyen de transport, le transporteur est responsable en vertu des présentes Règles uniformes.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54287
HOOFDSTUK II. — Aansprakelijkheid in geval van niet-nakoming van de dienstregeling
CHAPITRE II. — Responsabilité en cas d’inobservation de l’horaire
Artikel 32 Aansprakelijkheid in geval van uitvallen, vertraging van een trein of gemiste aansluiting § 1. De vervoerder is jegens de reiziger aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het feit dat door het uitvallen, door de vertraging van een trein of door het missen van een aansluiting de reis niet op dezelfde dag kan worden voortgezet, of dat de voortzetting hiervan als gevolg van de gegeven omstandigheden niet in redelijkheid kan worden verlangd. De schadevergoeding omvat de redelijke kosten voor overnachting en voor het waarschuwen van personen die de reiziger verwachten.
Article 32 Responsabilité en cas de suppression, retard ou correspondance manquée § 1er. Le transporteur est responsable envers le voyageur du dommage résultant du fait qu’en raison de la suppression, du retard ou du manquement d’une correspondance, le voyage ne peut se poursuivre le même jour, ou que sa poursuite n’est pas raisonnablement exigible le même jour à cause des circonstances données. Les dommagesintérêts comprennent les frais raisonnables d’hébergement ainsi que les frais raisonnables occasionnés par l’avertissement des personnes attendant le voyageur.
§ 2. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven, wanneer het uitvallen, de vertraging of het missen van een aansluiting te wijten is aan een van de volgende oorzaken : a) omstandigheden buiten de uitoefening van het spoorwegbedrijf, die de vervoerder ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; b) schuld van de reiziger of; c) het gedrag van een derde, dat de vervoerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; een andere onderneming die dezelfde spoorweginfrastructuur gebruikt, wordt niet aangemerkt als een derde; het recht van regres wordt niet aangetast. § 3. Het nationale recht bepaalt of en in welke mate de vervoerder andere dan de in § 1 bedoelde schade moet vergoeden. Deze bepaling laat artikel 44 onverlet.
§ 2. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité, lorsque la suppression, le retard ou le manquement d’une correspondance sont imputables à l’une des causes suivantes : a) des circonstances extérieures à l’exploitation ferroviaire que le transporteur, en dépit de la diligence requise d’après les particularités de l’espèce, ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier, b) une faute du voyageur ou c) le comportement d’un tiers que le transporteur, en dépit de la diligence requise d’après les particularités de l’espèce, ne pouvait pas éviter et aux conséquences duquel il ne pouvait pas obvier; une autre entreprise utilisant la même infrastructure ferroviaire n’est pas considérée comme un tiers; le droit de recours n’est pas affecté. § 3. Le droit national détermine, si et dans quelle mesure, le transporteur doit verser des dommages-intérêts pour des préjudices autres que ceux prévus au § 1er. Cette disposition ne porte pas atteinte à l’article 44.
HOOFDSTUK III. — Aansprakelijkheid voor handbagage, dieren, bagage en voertuigen
CHAPITRE III. — Responsabilité pour les colis à main, les animaux, les bagages et les véhicules
Afdeling 1. — Handbagage en dieren
Section 1re. — Colis à main et animaux
Artikel 33 Aansprakelijkheid § 1. In geval van dood en letsel van reizigers is de vervoerder bovendien aansprakelijk voor de schade ten gevolge van het gehele of gedeeltelijke verlies of van beschadiging van voorwerpen die de reiziger bij zich droeg of als handbagage bij zich had; dit geldt eveneens voor de dieren die de reiziger meegenomen had. Artikel 26 is van overeenkomstige toepassing. § 2. Overigens is de vervoerder slechts aansprakelijk voor schade ten gevolge van het gehele of gedeeltelijke verlies van voorwerpen, handbagage of dieren, waarover de reiziger overeenkomstig artikel 15 verplicht is toezicht uit te oefenen, indien deze schade wordt veroorzaakt door schuld van de vervoerder. De overige artikelen van Titel IV, met uitzondering van artikel 51, en Titel VI zijn in dit geval niet van toepassing.
Article 33 Responsabilité § 1er. En cas de mort et de blessures de voyageurs le transporteur est, en outre, responsable du dommage résultant de la perte totale ou partielle ou de l’avarie des objets que le voyageur avait, soit sur lui, soit avec lui comme colis à main; ceci vaut également pour les animaux que le voyageur avait pris avec lui. L’article 26 s’applique par analogie.
Artikel 34 Beperking van schadevergoeding in geval van verlies of beschadiging van voorwerpen Wanneer de vervoerder krachtens artikel 33, § 1, aansprakelijk is, moet hij de schade vergoeden tot ten hoogste 1400 rekeneenheden per reiziger.
Article 34 Limitation des dommages-intérêts en cas de perte ou d’avarie d’objets Lorsque le transporteur est responsable en vertu de l’article 33, § 1er, il doit réparer le dommage jusqu’à concurrence de 1 400 unités de compte pour chaque voyageur.
Artikel 35 Ontheffing van aansprakelijkheid De vervoerder is jegens de reiziger niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het feit dat de reiziger de voorschriften van de douane of van andere overheidsinstanties niet heeft nageleefd.
Article 35 Exonération de responsabilité Le transporteur n’est pas responsable, à l’égard du voyageur, du dommage résultant du fait que le voyageur ne se conforme pas aux prescriptions des douanes ou d’autres autorités administratives.
Afdeling 2. — Bagage
Section 2. — Bagages
Artikel 36 Aansprakelijkheidsgronden § 1. De vervoerder is aansprakelijk voor de schade ten gevolge van geheel of gedeeltelijk verlies of beschadiging van de bagage vanaf de aanneming ten vervoer tot aan de aflevering, alsmede ten gevolge van de vertraging in de aflevering. § 2. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven voorzover het verlies, de beschadiging of de vertraging in de aflevering is veroorzaakt door schuld van de reiziger, door een opdracht van de reiziger die niet het gevolg is van de schuld van de vervoerder, door eigen gebrek van de bagage of door omstandigheden die de vervoerder niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen.
Article 36 Fondement de la responsabilité § 1er. Le transporteur est responsable du dommage résultant de la perte totale ou partielle et de l’avarie des bagages survenues à partir de la prise en charge par le transporteur jusqu’à la livraison ainsi que du retard à la livraison. § 2. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité dans la mesure où la perte, l’avarie ou le retard à la livraison a eu pour cause une faute du voyageur, un ordre de celui-ci ne résultant pas d’une faute du transporteur, un vice propre des bagages ou des circonstances que le transporteur ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier.
§ 2. Par ailleurs, le transporteur n’est responsable du dommage résultant de la perte totale ou partielle ou de l’avarie des objets, des colis à main ou des animaux dont la surveillance incombe au voyageur conformément à l’article 15 que si ce dommage est causé par une faute du transporteur. Les autres articles du Titre IV, à l’exception de l’article 51, et le Titre VI ne sont pas applicables dans ce cas.
54288
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 3. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven, voorzover het verlies of de beschadiging een gevolg is van de bijzondere risico’s, verbonden aan een of meer van de volgende feiten : a) het ontbreken of de gebrekkigheid van de verpakking; b) de bijzondere aard van de bagage; c) de inschrijving van voorwerpen als bagage, die van het vervoer zijn uitgesloten.
§ 3. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité dans la mesure où la perte ou l’avarie résulte des risques particuliers inhérents à un ou plusieurs des faits ci-après : a) absence ou défectuosité de l’emballage; b) nature spéciale des bagages; c) expédition comme bagages d’objets exclus du transport.
Artikel 37 Bewijslast § 1. Het bewijs dat het verlies, de beschadiging of de vertraging in de aflevering door een van de in artikel 36, § 2, genoemde feiten is veroorzaakt, rust op de vervoerder. § 2. Wanneer de vervoerder bewijst dat het verlies of de beschadiging, gelet op de omstandigheden van het geval, kan zijn ontstaan uit een of meer van de in artikel 36, § 3, genoemde bijzondere risico’s, wordt vermoed dat het verlies of de beschadiging daardoor is veroorzaakt. De rechthebbende heeft evenwel het recht te bewijzen dat de schade geheel of gedeeltelijk niet door een van deze risico’s is veroorzaakt.
Article 37 Charge de la preuve § 1er. La preuve que la perte, l’avarie ou le retard à la livraison, a eu pour cause un des faits prévus à l’article 36, § 2, incombe au transporteur. § 2. Lorsque le transporteur établit que la perte ou l’avarie a pu résulter, étant donné les circonstances de fait, d’un ou de plusieurs des risques particuliers prévus à l’article 36, § 3, il y a présomption qu’elle en résulte. L’ayant droit conserve toutefois le droit de prouver que le dommage n’a pas eu pour cause, totalement ou partiellement, l’un de ces risques.
Artikel 38 Opvolgende vervoerders Wanneer een vervoer dat het onderwerp vormt van één en dezelfde vervoerovereenkomst, door meer opvolgende vervoerders wordt verricht, treedt iedere vervoerder door het overnemen van de bagage met het bagagebewijs of door het overnemen van het voertuig met het vervoerbewijs, met betrekking tot het vervoer van de bagage of van de voertuigen, toe tot de vervoerovereenkomst overeenkomstig de bepalingen van het bagagebewijs of het vervoerbewijs en neemt hij de daaruit voortvloeiende verplichtingen op zich. In dit geval is iedere vervoerder aansprakelijk voor de uitvoering van het vervoer op het gehele vervoertraject tot aan de aflevering.
Article 38 Transporteurs subséquents Lorsqu’un transport faisant l’objet d’un contrat de transport unique est effectué par plusieurs transporteurs subséquents, chaque transporteur, prenant en charge les bagages avec le bulletin de bagages ou le véhicule avec le bulletin de transport, participe, quant à l’acheminement des bagages ou au transport des véhicules, au contrat de transport conformément aux stipulations du bulletin de bagages ou du bulletin de transport et assume les obligations qui en découlent. Dans ce cas, chaque transporteur répond de l’exécution du transport sur le parcours total jusqu’à la livraison.
Artikel 39 Ondervervoerder § 1. Wanneer de vervoerder de uitvoering van het vervoer geheel of gedeeltelijk heeft toevertrouwd aan een ondervervoerder, al dan niet op grond van een aan hem in de vervoerovereenkomst toegekende bevoegdheid, blijft de vervoerder niettemin aansprakelijk voor het volledige vervoer. § 2. Alle bepalingen van deze Uniforme Regelen die betrekking hebben op de aansprakelijkheid van de vervoerder zijn ook van toepassing op de aansprakelijkheid van de ondervervoerder met betrekking tot het door hem verrichte vervoer. Wanneer een vordering wordt ingesteld tegen zijn ondergeschikten en andere personen van wier diensten de ondervervoerder gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer, zijn de artikelen 48 en 52 van toepassing. § 3. Een bijzondere overeenkomst waarin de vervoerder verplichtingen op zich neemt die niet op hem rusten krachtens deze Uniforme Regelen of waarin hij afziet van rechten die hem ingevolge deze Uniforme Regelen zijn toegekend, is niet bindend voor de ondervervoerder die hiermee niet uitdrukkelijk en schriftelijk heeft ingestemd. Ongeacht of de ondervervoerder deze overeenkomst al dan niet heeft aanvaard, blijft de vervoerder niettemin gebonden aan de uit deze bijzondere overeenkomst voortvloeiende verplichtingen of afstand van rechten. § 4. Wanneer en voorzover de vervoerder en de ondervervoerder aansprakelijk zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk. § 5. Het totale bedrag van de schadevergoeding verschuldigd door de vervoerder, de ondervervoerder alsmede door hun ondergeschikten en andere personen van wier diensten zij gebruik maken bij de uitvoering van het vervoer is niet hoger dan de in de deze Uniforme Regelen voorgeschreven maximumbedragen. § 6. Dit artikel doet geen afbreuk aan de mogelijke regresrechten tussen de vervoerder en de ondervervoerder.
Article 39 Transporteur substitué § 1er. Lorsque le transporteur a confié, en tout ou en partie, l’exécution du transport à un transporteur substitué, que ce soit ou non dans l’exercice d’une faculté qui lui est reconnue dans le contrat de transport, le transporteur n’en demeure pas moins responsable de la totalité du transport. § 2. Toutes les dispositions des présentes Règles uniformes régissant la responsabilité du transporteur s’appliquent également à la responsabilité du transporteur substitué pour le transport effectué par ses soins. Les articles 48 et 52 s’appliquent lorsqu’une action est intentée contre les agents et toutes autres personnes au service desquelles le transporteur substitué recourt pour l’exécution du transport.
Artikel 40 Vermoeden van verlies § 1. De rechthebbende kan zonder nader bewijs een collo als verloren beschouwen, wanneer het niet binnen 14 dagen na het overeenkomstig artikel 22, § 3, gedane verzoek tot aflevering aan hem is afgeleverd of te zijner beschikking is gesteld. § 2 Indien een als verloren beschouwd collo binnen een jaar na het verzoek tot aflevering wordt teruggevonden, moet de vervoerder daarvan kennis geven aan de rechthebbende, wanneer zijn adres bekend is of kan worden achterhaald.
Article 40 Présomption de perte § 1er. L’ayant droit peut, sans avoir à fournir d’autres preuves, considérer un colis comme perdu quand il n’a pas été livré ou tenu à sa disposition dans les quatorze jours qui suivent la demande de livraison présentée conformément à l’article 22, § 3. § 2. Si un colis réputé perdu est retrouvé au cours de l’année qui suit la demande de livraison, le transporteur doit aviser l’ayant droit, lorsque son adresse est connue ou peut être découverte.
§ 3. Toute convention particulière par laquelle le transporteur assume des obligations qui ne lui incombent pas en vertu des présentes Règles uniformes, ou renonce à des droits qui lui sont conférés par ces Règles uniformes, est sans effet à l’égard du transporteur substitué qui ne l’a pas acceptée expressément et par écrit. Que le transporteur substitué ait ou non accepté cette convention, le transporteur reste néanmoins lié par les obligations ou les renonciations qui résultent de ladite convention particulière. § 4. Lorsque et pour autant que le transporteur et le transporteur substitué sont responsables, leur responsabilité est solidaire. § 5. Le montant total de l’indemnité dû par le transporteur, le transporteur substitué ainsi que leurs agents et les autres personnes au service desquelles ils recourent pour l’exécution du transport, n’excède pas les limites prévues aux présentes Règles uniformes. § 6. Le présent article ne porte pas atteinte aux droits de recours pouvant exister entre le transporteur et le transporteur substitué.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54289
§ 3. Binnen dertig dagen na ontvangst van de in § 2 bedoelde kennisgeving kan de rechthebbende verzoeken dat het collo aan hem wordt afgeleverd. In dit geval moet hij de kosten voor het vervoer van het collo van de plaats van verzending tot de plaats van aflevering betalen en de ontvangen schadevergoeding terugbetalen, onder aftrek, in voorkomend geval, van de kosten die in deze schadevergoeding begrepen zouden zijn geweest. Hij behoudt niettemin zijn in artikel 43 bedoelde rechten op schadevergoeding voor vertraging in de aflevering. § 4 Indien het teruggevonden collo niet binnen de in § 3 bedoelde termijn is opgeëist of indien het collo meer dan een jaar na het verzoek tot aflevering wordt teruggevonden, beschikt de vervoerder daarover overeenkomstig de wetten en voorschriften die gelden op de plaats waar het collo zich bevindt.
§ 3. Dans les trente jours qui suivent la réception de l’avis visé au § 2, l’ayant droit peut exiger que le colis lui soit livré. Dans ce cas, il doit payer les frais afférents au transport du colis depuis le lieu d’expédition jusqu’à celui où a lieu la livraison et restituer l’indemnité rec¸ ue, déduction faite, le cas échéant, des frais qui auraient été compris dans cette indemnité. Néanmoins, il conserve ses droits à indemnité pour retard à la livraison prévus à l’article 43.
Artikel 41 Schadevergoeding in geval van verlies
Article 41 Indemnité en cas de perte
§ 1. In geval van geheel of gedeeltelijk verlies van bagage moet de vervoerder, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding, betalen :
§ 1er. En cas de perte totale ou partielle des bagages, le transporteur doit payer, à l’exclusion de tous autres dommages-intérêts :
a) indien de omvang van de schade is bewezen, een aan dit bedrag gelijke schadevergoeding, die echter niet meer kan bedragen dan 80 rekeneenheden per ontbrekend kilogram brutomassa of 1200 rekeneenheden per collo;
a) si le montant du dommage est prouvé, une indemnité égale à ce montant sans qu’elle excède toutefois 80 unités de compte par kilogramme manquant de masse brute ou 1 200 unités de compte par colis;
b) indien de omvang van de schade niet is bewezen, een vaste schadevergoeding van 20 rekeneenheden per ontbrekend kilogram brutomassa of 300 rekeneenheden per collo.
b) si le montant du dommage n’est pas prouvé, une indemnité forfaitaire de 20 unités de compte par kilogramme manquant de masse brute ou de 300 unités de compte par colis.
De wijze van vergoeding, per ontbrekend kilogram of per collo, wordt in de Algemene vervoervoorwaarden geregeld.
Le mode d’indemnisation, par kilogramme manquant ou par colis, est déterminé dans les Conditions générales de transport.
§ 2. De vervoerder moet bovendien de vervoerprijs van de bagage en de overige ter zake van het vervoer van het verloren collo betaalde bedragen, alsook de reeds betaalde douanerechten en accijnzen terugbetalen.
§ 2. Le transporteur doit restituer, en outre, le prix pour le transport des bagages et les autres sommes déboursées en relation avec le transport du colis perdu ainsi que les droits de douane et les droits d’accise déjà acquittés.
Artikel 42 Schadevergoeding in geval van beschadiging
Article 42 Indemnité en cas d’avarie
§ 1. In geval van beschadiging van bagage moet de vervoerder, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding, een schadevergoeding betalen gelijk aan de waardevermindering van de bagage.
§ 1er. En cas d’avarie des bagages, le transporteur doit payer, à l’exclusion de tous autres dommages-intérêts, une indemnité équivalente à la dépréciation des bagages.
§ 2. De schadevergoeding bedraagt niet meer dan :
§ 4. Si le colis retrouvé n’a pas été réclamé dans le délai prévu au § 3 ou si le colis est retrouvé plus d’un an après la demande de livraison, le transporteur en dispose conformément aux lois et prescriptions en vigueur au lieu où se trouve le colis.
§ 2. L’indemnité n’excède pas :
a) indien de gehele bagage door de beschadiging in waarde is verminderd, het in geval van geheel verlies te betalen bedrag;
a) si la totalité des bagages est dépréciée par l’avarie, le montant qu’elle aurait atteint en cas de perte totale;
b) indien slechts een gedeelte van de bagage door de beschadiging in waarde is verminderd, het in geval van verlies van het in waarde verminderde gedeelte te betalen bedrag.
b) si une partie seulement des bagages est dépréciée par l’avarie, le montant qu’elle aurait atteint en cas de perte de la partie dépréciée.
Artikel 43 Schadevergoeding in geval van vertraging in de aflevering
Article 43 Indemnité en cas de retard à la livraison
§ 1. In geval van vertraging in de aflevering van de bagage moet de vervoerder voor elk ondeelbaar tijdvak van 24 uur te rekenen vanaf het verzoek tot aflevering, doch met een maximum van 14 dagen, betalen :
§ 1er. En cas de retard à la livraison des bagages, le transporteur doit payer, par période indivisible de vingt-quatre heures à compter de la demande de livraison, mais avec un maximum de quatorze jours :
a) indien de rechthebbende bewijst dat daardoor een schade, met inbegrip van een beschadiging, is ontstaan, een aan de omvang van de schade gelijke schadevergoeding tot ten hoogste 0,80 rekeneenheid per kilogram brutomassa of 14 rekeneenheden per collo van de met vertraging afgeleverde bagage;
a) si l’ayant droit prouve qu’un dommage, y compris une avarie, en est résulté, une indemnité égale au montant du dommage jusqu’à un maximum de 0,80 unité de compte par kilogramme de masse brute des bagages ou de 14 unités de compte par colis, livrés en retard;
b) indien de rechthebbende niet bewijst dat daardoor een schade is ontstaan, een vaste schadevergoeding van 0,14 rekeneenheid per kilogram bruto-massa of 2,80 rekeneenheden per collo van de met vertraging afgeleverde bagage.
b) si l’ayant droit ne prouve pas qu’un dommage en est résulté, une indemnité forfaitaire de 0,14 unité de compte par kilogramme de masse brute des bagages ou de 2,80 unités de compte par colis, livrés en retard.
De wijze van vergoeding, per kilogram of per collo, wordt in de Algemene vervoervoorwaarden geregeld.
Le mode d’indemnisation, par kilogramme ou par colis, est déterminé dans les Conditions générales de transport.
§ 2. In geval van geheel verlies van de bagage komt de in § 1 bedoelde schadevergoeding niet bovenop die bedoeld in artikel 41.
§ 2. En cas de perte totale des bagages, l’indemnité prévue au § 1er ne se cumule pas avec celle prévue à l’article 41.
§ 3. In geval van gedeeltelijk verlies van de bagage wordt de in § 1 bedoelde schadevergoeding voor het niet verloren gedeelte betaald.
§ 3. En cas de perte partielle des bagages, l’indemnité prévue au § 1er est payée pour la partie non perdue.
§ 4. In geval van beschadiging van de bagage die niet het gevolg is van de vertraging in de aflevering, komt, in voorkomend geval, de in § 1 bedoelde schadevergoeding bovenop die bedoeld in artikel 42.
§ 4. En cas d’avarie des bagages ne résultant pas du retard à la livraison, l’indemnité prévue au § 1er se cumule, s’il y a lieu, avec celle prévue à l’article 42.
§ 5. In geen geval kan de som van de in § 1 bedoelde schadevergoeding en die van de artikelen 41 en 42 hoger zijn dan de schadevergoeding die verschuldigd is in geval van geheel verlies van de bagage.
§ 5. En aucun cas, le cumul de l’indemnité prévue au § 1er avec celles prévues aux articles 41 et 42 ne donne lieu au paiement d’une indemnité excédant celle qui serait due en cas de perte totale des bagages.
54290
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Afdeling 3. — Voertuigen
Section 3. — Véhicules
Artikel 44 Schadevergoeding in geval van vertraging
Article 44 Indemnité en cas de retard
§ 1. In geval van aan de vervoerder te wijten vertraging bij het laden of in geval van vertraging bij de aflevering van een voertuig moet de vervoerder, wanneer de rechthebbende bewijst dat daardoor een schade is ontstaan, een schadevergoeding betalen die niet meer kan bedragen dan de vervoerprijs van het voertuig.
§ 1er. En cas de retard dans le chargement pour une cause imputable au transporteur ou de retard à la livraison d’un véhicule, le transporteur doit payer, lorsque l’ayant droit prouve qu’un dommage en est résulté, une indemnité dont le montant n’excède pas le prix du transport.
§ 2. Indien de rechthebbende, in geval van aan de vervoerder te wijten vertraging bij het laden, afziet van uitvoering van de vervoerovereenkomst wordt de vervoerprijs aan hem terugbetaald. Bovendien kan hij, wanneer hij bewijst dat door deze vertraging schade is ontstaan, een schadevergoeding eisen die niet meer kan bedragen dan de vervoerprijs.
§ 2. Si l’ayant droit renonce au contrat de transport, en cas de retard dans le chargement pour une cause imputable au transporteur, le prix du transport est remboursé à l’ayant droit. En outre, celui-ci peut réclamer, lorsqu’il prouve qu’un dommage est résulté de ce retard, une indemnité dont le montant n’excède pas le prix du transport.
Artikel 45 Schadevergoeding in geval van verlies
Article 45 Indemnité en cas de perte
Bij geheel of gedeeltelijk verlies van een voertuig wordt de aan de rechthebbende voor de bewezen schade te betalen schadevergoeding berekend volgens de gebruikelijke waarde van het voertuig.
En cas de perte totale ou partielle d’un véhicule, l’indemnité à payer à l’ayant droit pour le dommage prouvé est calculée d’après la valeur usuelle du véhicule.
Deze vergoeding kan niet meer dan 8 000 rekeneenheden bedragen. Een al dan niet beladen aanhangwagen wordt als een afzonderlijk voertuig beschouwd.
Elle n’excède pas 8 000 unités de compte. Une remorque avec ou sans chargement est considérée comme un véhicule indépendant.
Artikel 46 Aansprakelijkheid met betrekking tot andere voorwerpen
Article 46 Responsabilité en ce qui concerne d’autres objets
§ 1. Met betrekking tot voorwerpen achtergelaten in het voertuig of in stevig aan het voertuig bevestigde houders (bijvoorbeeld dakkoffers voor bagage of ski’s) is de vervoerder slechts aansprakelijk voor door zijn schuld veroorzaakte schade. De totale schadevergoeding bedraagt niet meer dan 1400 rekeneenheden.
§ 1er. En ce qui concerne les objets laissés dans le véhicule ou se trouvant dans des coffres (p. ex. coffres à bagages ou à skis), solidement arrimés au véhicule, le transporteur n’est responsable que du dommage causé par sa faute. L’indemnité totale à payer n’excède pas 1 400 unités de compte.
§ 2. Met betrekking tot aan de buitenkant van het voertuig bevestigde voorwerpen, met inbegrip van de in § 1 bedoelde houders, is de vervoerder slechts aansprakelijk indien is bewezen dat de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van de vervoerder geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
§ 2. En ce qui concerne les objets arrimés à l’extérieur du véhicule y compris les coffres visés au § 1er, le transporteur n’est responsable que s’il est prouvé que le dommage résulte d’un acte ou d’une omission que le transporteur a commis, soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement.
Artikel 47 Toepasselijk recht
Article 47 Droit applicable
Behoudens de bepalingen van deze Afdeling zijn de bepalingen van Afdeling 2 met betrekking tot de aansprakelijkheid voor bagage van toepassing op voertuigen.
Sous réserve des dispositions de la présente Section, les dispositions de la Section 2 relatives à la responsabilité pour les bagages s’appliquent aux véhicules.
HOOFDSTUK IV. — Gemeenschappelijke bepalingen
CHAPITRE IV. — Dispositions communes
Artikel 48 Verlies van het recht om beperkingen van aansprakelijkheid in te roepen
Article 48 Déchéance du droit d’invoquer les limites de responsabilité
De in deze Uniforme Regelen bedoelde beperkingen van aansprakelijkheid alsook de bepalingen van het nationale recht die de vergoedingen tot een bepaald bedrag beperken, zijn niet van toepassing, indien is bewezen dat de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van de vervoerder geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
Les limites de responsabilité prévues aux présentes Règles uniformes ainsi que les dispositions du droit national qui limitent les indemnités à un montant déterminé, ne s’appliquent pas, s’il est prouvé que le dommage résulte d’un acte ou d’une omission que le transporteur a commis, soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement.
Artikel 49 Omrekening en rente
Article 49 Conversion et intérêts
§ 1. Wanneer voor de berekening van de schadevergoeding omrekening van bedragen uitgedrukt in buitenlandse munteenheden vereist is, vindt omrekening plaats volgens de koers die geldt op de dag en de plaats van betaling van de schadevergoeding.
§ 1er. Lorsque le calcul de l’indemnité implique la conversion des sommes exprimées en unités monétaires étrangères, celle-ci est faite d’après le cours aux jour et lieu du paiement de l’indemnité.
§ 2. De rechthebbende kan een rente ten bedrage van vijf procent per jaar over de schadevergoeding verlangen, vanaf de dag van het indienen van de in artikel 55 bedoelde vordering buiten rechte of, bij gebreke daarvan, vanaf de dag van het instellen van de rechtsvordering.
§ 2. L’ayant droit peut demander des intérêts de l’indemnité, calculés à raison de cinq pour cent l’an, à partir du jour de la réclamation prévue à l’article 55 ou, s’il n’y a pas eu de réclamation, du jour de la demande en justice.
§ 3. Voor de krachtens de artikelen 27 en 28 verschuldigde schadevergoeding loopt de rente evenwel vanaf de dag, waarop de voor de vaststelling van het vergoedingsbedrag bepalende feiten zijn voorgevallen, indien deze dag later valt dan die van het indienen van de vordering buiten rechte of van het instellen van de rechtsvordering.
§ 3. Toutefois, pour les indemnités dues en vertu des articles 27 et 28, les intérêts ne courent que du jour où les faits qui ont servi à la détermination du montant de l’indemnité se sont produits, si ce jour est postérieur à celui de la réclamation ou de la demande en justice.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54291
§ 4. Met betrekking tot bagage is de rente slechts verschuldigd, indien de schadevergoeding meer bedraagt dan 16 rekeneenheden per bagagebewijs.
§ 4. En ce qui concerne les bagages, les intérêts ne sont dus que si l’indemnité excède 16 unités de compte par bulletin de bagages.
§ 5. Met betrekking tot bagage loopt de rente niet, indien de rechthebbende niet binnen een hem gestelde redelijke termijn de voor de definitieve regeling van de vordering nodige bewijsstukken aan de vervoerder overlegt, tussen de afloop van deze termijn en de daadwerkelijke overlegging van de stukken.
§ 5. En ce qui concerne les bagages, si l’ayant droit ne remet pas au transporteur, dans un délai convenable qui lui est fixé, les pièces justificatives nécessaires pour la liquidation définitive de la réclamation, les intérêts ne courent pas entre l’expiration du délai fixé et la remise effective de ces pièces.
Artikel 50 Aansprakelijkheid in geval van een kernongeval
Article 50 Responsabilité en cas d’accident nucléaire
De vervoerder is ontheven van de krachtens deze Uniforme Regelen op hem rustende aansprakelijkheid, wanneer de schade is veroorzaakt door een kernongeval en wanneer de exploitant van een kerninstallatie of een voor hem in de plaats tredende persoon voor die schade aansprakelijk is krachtens de wetten en voorschriften van een Staat die de aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie regelen.
Le transporteur est déchargé de la responsabilité qui lui incombe en vertu des présentes Règles uniformes lorsque le dommage a été causé par un accident nucléaire et qu’en application des lois et prescriptions d’un Etat réglant la responsabilité dans le domaine de l’énergie nucléaire, l’exploitant d’une installation nucléaire ou une autre personne qui lui est substituée est responsable de ce dommage.
Artikel 51 Personen voor wie de vervoerder aansprakelijk is
Article 51 Personnes dont répond le transporteur
De vervoerder is aansprakelijk voor zijn ondergeschikten en voor andere personen van wier diensten hij gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer, wanneer deze ondergeschikten of andere personen handelen in de uitoefening van hun werkzaamheden. De beheerders van de spoorweginfrastructuur waarop het vervoer wordt verricht, worden beschouwd als personen van wier diensten de vervoerder gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer.
Le transporteur est responsable de ses agents et des autres personnes au service desquelles il recourt pour l’exécution du transport lorsque ces agents ou ces autres personnes agissent dans l’exercice de leurs fonctions. Les gestionnaires de l’infrastructure ferroviaire sur laquelle est effectué le transport sont considérés comme des personnes au service desquelles le transporteur recourt pour l’exécution du transport.
Artikel 52 Andere vorderingen
Article 52 Autres actions
§ 1. In alle gevallen waar deze Uniforme Regelen van toepassing zijn, kan tegen de vervoerder slechts een vordering wegens aansprakelijkheid, ongeacht de rechtsgrond, worden ingesteld onder de voorwaarden en beperkingen van deze Uniforme Regelen.
§ 1er. Dans tous les cas où les présentes Règles uniformes s’appliquent, toute action en responsabilité, à quelque titre que ce soit, ne peut être exercée contre le transporteur que dans les conditions et limitations de ces Règles uniformes.
§ 2. Hetzelfde geldt voor een vordering ingesteld tegen de ondergeschikten en de andere personen voor wie de vervoerder krachtens artikel 51 aansprakelijk is.
§ 2. Il en est de même pour toute action exercée contre les agents et les autres personnes dont le transporteur répond en vertu de l’article 51.
TITEL V. — Aansprakelijkheid van de reiziger
TITRE V. — Responsabilité du voyageur
Artikel 53 Bijzondere aansprakelijkheidsgronden
Article 53 Principes particuliers de responsabilité
De reiziger is jegens de vervoerder aansprakelijk voor alle schade : a) die het gevolg is van het niet nakomen van zijn verplichtingen krachtens 1. de artikelen 10, 14 en 20,
Le voyageur est responsable envers le transporteur pour tout dommage : a) résultant du non respect de ses obligations en vertu 1. des articles 10, 14 et 20,
2. de bijzondere bepalingen voor het vervoer van voertuigen in de Algemene vervoervoorwaarden, of
2. des dispositions particulières pour le transport des véhicules, contenues dans les Conditions générales de transport, ou
3. het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID),
3. du Règlement concernant le transport international ferroviaire des marchandises dangereuses (RID), ou
of b) veroorzaakt door voorwerpen of dieren die hij meeneemt,
b) causé par les objets ou les animaux qu’il prend avec lui,
tenzij hij bewijst dat de schade een gevolg is van omstandigheden die hij, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen. Deze bepaling laat de aansprakelijkheid die op de vervoerder kan rusten krachtens de artikelen 26 en 33, § 1, onverlet.
à moins qu’il ne prouve que le dommage a été causé par des circonstances qu’il ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier, en dépit du fait qu’il a fait preuve de la diligence exigée d’un voyageur consciencieux. Cette disposition n’affecte pas la responsabilité qui peut incomber au transporteur en vertu des articles 26 et 33, § 1er.
TITEL VI. — Uitoefening van rechten
TITRE VI. — Exercice des droits
Artikel 54 Vaststelling van gedeeltelijk verlies of beschadiging
Article 54 Constatation de perte partielle ou d’avarie
§ 1. Wanneer een gedeeltelijk verlies of een beschadiging van een voorwerp dat onder de hoede van de vervoerder wordt vervoerd (bagage, voertuigen), door de vervoerder wordt ontdekt of vermoed of door de rechthebbende wordt beweerd, moet de vervoerder onverwijld en zo mogelijk in aanwezigheid van de rechthebbende een procesverbaal opmaken dat naargelang de aard van de schade, de toestand van het voorwerp en zo mogelijk de omvang, de oorzaak en het tijdstip van ontstaan van de schade vermeldt.
§ 1er. Lorsqu’une perte partielle ou une avarie d’un objet transporté sous la garde du transporteur (bagages, véhicules) est découverte ou présumée par le transporteur ou que l’ayant droit en allègue l’existence, le transporteur doit dresser sans délai et, si possible, en présence de l’ayant droit, un procès-verbal constatant, suivant la nature du dommage, l’état de l’objet, et, autant que possible, l’importance du dommage, sa cause et le moment où il s’est produit.
54292
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 2. Een afschrift van dit proces-verbaal moet kosteloos aan de rechthebbende worden verstrekt.
§ 2. Une copie du procès-verbal de constatation doit être remise gratuitement à l’ayant droit.
§ 3. Wanneer de rechthebbende niet met de vermeldingen in het proces-verbaal instemt, kan hij verlangen dat de toestand van de bagage of van het voertuig alsmede de oorzaak en het bedrag van de schade worden vastgesteld door een door de partijen bij de vervoerovereenkomst of door de rechter benoemde deskundige. De procedure is onderworpen aan de wetten en voorschriften van de Staat waar de vaststelling geschiedt.
§ 3. Lorsque l’ayant droit n’accepte pas les constatations du procès-verbal, il peut demander que l’état des bagages ou du véhicule ainsi que la cause et le montant du dommage soient constatés par un expert nommé par les parties au contrat de transport ou par voie judiciaire. La procédure est soumise aux lois et prescriptions de l’Etat où la constatation a lieu.
Artikel 55 Vorderingen buiten rechte
Article 55 Réclamations
§ 1. Vorderingen buiten rechte met betrekking tot de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood en letsel van reizigers moeten schriftelijk worden ingediend bij de vervoerder tegen wie de rechtsvordering kan worden ingesteld. Wanneer het een vervoer betreft dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst en dat wordt verricht door opvolgende vervoerders kunnen de vorderingen buiten rechte worden ingediend zowel bij de eerste als bij de laatste vervoerder alsook bij de vervoerder die zijn hoofdzetel of bijkantoor of vestiging waar de vervoerovereenkomst werd gesloten, heeft in de Staat waarin de reiziger zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft.
§ 1er. Les réclamations relatives à la responsabilité du transporteur en cas de mort et de blessures de voyageurs doivent être adressées par écrit au transporteur contre qui l’action judiciaire peut être exercée. Dans le cas d’un transport faisant l’objet d’un contrat unique et effectué par des transporteurs subséquents, les réclamations peuvent également être adressées au premier ou au dernier transporteur ainsi qu’au transporteur ayant dans l’Etat de domicile ou de résidence habituelle du voyageur son siège principal ou la succursale ou l’établissement qui a conclu le contrat de transport.
§ 2. Andere vorderingen buiten rechte met betrekking tot de vervoerovereenkomst moeten schriftelijk bij de in artikel 56, §§ 2 en 3 bedoelde vervoerder worden ingediend.
§ 2. Les autres réclamations relatives au contrat de transport doivent être adressées par écrit au transporteur désigné à l’article 56, §§ 2 et 3.
§ 3. De stukken die de rechthebbende bij zijn vordering buiten rechte wil voegen, moeten worden overgelegd in origineel of, in voorkomend geval op verzoek van de vervoerder, in een naar behoren gewaarmerkt afschrift. Bij de regeling van de vordering buiten rechte kan de vervoerder de teruggave van het vervoerbewijs, het bagagebewijs en het vervoerbewijs van het voertuig verlangen.
§ 3. Les pièces que l’ayant droit juge utile de joindre à la réclamation doivent être présentées soit en originaux, soit en copies, le cas échéant, dûment certifiées conformes si le transporteur le demande. Lors du règlement de la réclamation, le transporteur peut exiger la restitution du titre de transport, du bulletin de bagages et du bulletin de transport.
Artikel 56 Vervoerders die in rechte kunnen worden aangesproken
Article 56 Transporteurs qui peuvent être actionnés
§ 1. De op de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood en letsel van reizigers gegronde rechtsvordering kan slechts worden ingesteld tegen een krachtens artikel 26, § 5, aansprakelijke vervoerder.
§ 1er. L’action judiciaire fondée sur la responsabilité du transporteur en cas de mort et de blessures de voyageurs ne peut être exercée que contre un transporteur responsable au sens de l’article 26, § 5.
§ 2. Behoudens § 4 kunnen andere op de vervoerovereenkomst gegronde rechtsvorderingen van reizigers uitsluitend worden ingesteld tegen de eerste of laatste vervoerder of tegen de vervoerder die dat deel van het vervoer verrichtte gedurende welke het feit dat tot de rechtsvordering heeft geleid, zich heeft voorgedaan.
§ 2. Sous réserve du § 4, les autres actions judiciaires des voyageurs fondées sur le contrat de transport peuvent être exercées uniquement contre le premier ou le dernier transporteur ou contre celui qui exécutait la partie du transport au cours de laquelle s’est produit le fait générateur de l’action.
§ 3. Wanneer in geval het vervoer wordt verricht door opvolgende vervoerders, de vervoerder die de bagage of het voertuig moet afleveren met zijn instemming is ingeschreven op het bagagebewijs of het vervoerbewijs, kan overeenkomstig § 2 de rechtsvordering tegen hem worden ingesteld, zelfs als hij de bagage of het voertuig niet heeft ontvangen.
§ 3. Lorsque, dans le cas de transports exécutés par des transporteurs subséquents, le transporteur devant livrer le bagage ou le véhicule est inscrit avec son consentement sur le bulletin de bagages ou sur le bulletin de transport, celui-ci peut être actionné conformément au § 2, même s’il n’a pas rec¸ u le bagage ou le véhicule.
§ 4 De rechtsvordering tot terugbetaling van een krachtens de vervoerovereenkomst betaald bedrag kan worden ingesteld tegen de vervoerder die dit bedrag heeft geïnd of tegen degene ten voordele van wie dit bedrag is geïnd.
§ 4. L’action judiciaire en restitution d’une somme payée en vertu du contrat de transport peut être exercée contre le transporteur qui a perc¸ u cette somme ou contre celui au profit duquel elle a été perc¸ ue.
§ 5. De rechtsvordering kan tegen een andere dan de in de §§ 2 en 4 bedoelde vervoerders worden ingesteld als tegeneis of als verweer in een geding over een op dezelfde vervoerovereenkomst gegronde vordering.
§ 5. L’action judiciaire peut être exercée contre un transporteur autre que ceux visés aux §§ 2 et 4, lorsqu’elle est présentée comme demande reconventionnelle ou comme exception dans l’instance relative à une demande principale fondée sur le même contrat de transport.
§ 6. Voorzover deze Uniforme Regelen van toepassing zijn op de ondervervoerder, kan tegen hem eveneens een rechtsvordering worden ingesteld.
§ 6. Dans la mesure où les présentes Règles uniformes s’appliquent au transporteur substitué, celui-ci peut également être actionné.
§ 7. Indien de eiser de keuze heeft tussen meer vervoerders, vervalt zijn keuzerecht zodra de rechtsvordering tegen een van hen is ingesteld; dit geldt eveneens indien de eiser de keuze heeft tussen een of meer vervoerders en een ondervervoerder.
§ 7. Si le demandeur a le choix entre plusieurs transporteurs, son droit d’option s’éteint dès que l’action judiciaire est intentée contre l’un d’eux; cela vaut également si le demandeur a le choix entre un ou plusieurs transporteurs et un transporteur substitué.
Artikel 57 Rechtsmacht
Article 57 For
§ 1. De op deze Uniforme Regelen gegronde rechtsvorderingen kunnen worden ingesteld bij de rechterlijke instanties van de door de partijen in onderlinge overeenstemming aangewezen Lidstaten of bij de rechter van de Lidstaat op wiens grondgebied de verweerder zijn woonplaats of gewone verblijfplaats, zijn hoofdzetel of bijkantoor of vestiging waar de vervoerovereenkomst is gesloten, heeft. Het instellen van een rechtsvordering bij een andere rechter is niet mogelijk.
§ 1er. Les actions judiciaires fondées sur les présentes Règles uniformes peuvent être intentées devant les juridictions des Etats membres désignées d’un commun accord par les parties ou devant la juridiction de l’Etat membre sur le territoire duquel le défendeur a son domicile ou sa résidence habituelle, son siège principal ou la succursale ou l’établissement qui a conclu le contrat de transport. D’autres juridictions ne peuvent être saisies.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54293
§ 2. Wanneer een op deze Uniforme Regelen gegronde rechtsvordering aanhangig is bij een in § 1 bedoelde bevoegde rechterlijke instantie of wanneer in een dergelijk geschil deze rechter uitspraak heeft gedaan, kan geen nieuwe rechtsvordering worden ingesteld voor dezelfde zaak tussen dezelfde partijen, tenzij de uitspraak van de rechter bij wie de eerste rechtsvordering is ingesteld niet ten uitvoer kan worden gelegd in de Staat waar de nieuwe rechtsvordering is ingesteld.
§ 2. Lorsqu’une action fondée sur les présentes Règles uniformes est en instance devant une juridiction compétente aux termes du § 1er, ou lorsque dans un tel litige un jugement a été prononcé par une telle juridiction, il ne peut être intenté aucune nouvelle action pour la même cause entre les mêmes parties à moins que la décision de la juridiction devant laquelle la première action a été intentée ne soit pas susceptible d’être exécutée dans l’Etat où la nouvelle action est intentée.
Artikel 58 Verval van de vordering in geval van dood en letsel § 1. Elke vordering van de rechthebbende, gegrond op de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood of letsel van reizigers, vervalt indien hij niet binnen twaalf maanden, te rekenen vanaf het ogenblik dat hij kennis heeft van de schade, het aan de reiziger overkomen ongeval heeft meegedeeld aan een van de vervoerders, bij wie een vordering buiten rechte kan worden ingesteld volgens artikel 55, § 1. Wanneer de rechthebbende het ongeval mondeling heeft meegedeeld aan de vervoerder, moet deze aan hem een bevestiging van de mondelinge kennisgeving afgeven. § 2. De vordering vervalt evenwel niet, indien a) de rechthebbende binnen de in § 1 bedoelde termijn een vordering buiten rechte bij een van de in artikel 55, § 1, bedoelde vervoerders heeft ingediend; b) de aansprakelijke vervoerder binnen de in § 1 bedoelde termijn op een andere wijze kennis heeft gekregen van het aan de reiziger overkomen ongeval; c) van het ongeval niet of te laat kennis is gegeven ten gevolge van aan de rechthebbende niet toe te rekenen omstandigheden; d) de rechthebbende bewijst dat het ongeval is veroorzaakt door de schuld van de vervoerder.
Article 58 Extinction de l’action en cas de mort et de blessures § 1er. Toute action de l’ayant droit fondée sur la responsabilité du transporteur en cas de mort ou de blessures de voyageurs est éteinte s’il ne signale pas l’accident survenu au voyageur, dans les douze mois à compter de la connaissance du dommage, à l’un des transporteurs auxquels une réclamation peut être présentée selon l’article 55, § 1er. Lorsque l’ayant droit signale verbalement l’accident au transporteur, celui-ci doit lui délivrer une attestation de cet avis verbal.
Artikel 59 Verval van de vordering uit bagagevervoer § 1. Door de inontvangstneming van de bagage door de rechthebbende vervalt elke vordering uit de vervoerovereenkomst tegen de vervoerder in geval van gedeeltelijk verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering. § 2. De vordering vervalt evenwel niet : a) in geval van gedeeltelijk verlies of beschadiging, indien 1. het verlies of de beschadiging overeenkomstig artikel 54 is vastgesteld vóór de inontvangstneming van de bagage door de rechthebbende; 2. de vaststelling, die overeenkomstig artikel 54 had moeten geschieden, slechts door de schuld van de vervoerder achterwege is gebleven; b) in geval van uiterlijk niet waarneembare schade, die is vastgesteld na de inontvangstneming van de bagage door de rechthebbende, indien deze 1. de vaststelling overeenkomstig artikel 54 onmiddellijk na de ontdekking van de schade en uiterlijk binnen drie dagen na de inontvangstneming van de bagage verlangt, en 2. bovendien bewijst, dat de schade tussen de aanneming ten vervoer door de vervoerder en de aflevering is ontstaan; c) in geval van vertraging in de aflevering, indien de rechthebbende zijn rechten binnen eenentwintig dagen bij een van de in artikel 56, § 3, bedoelde vervoerders heeft doen gelden; d) indien de rechthebbende bewijst dat de schade het gevolg is van de schuld van de vervoerder.
Article 59 Extinction de l’action née du transport des bagages § 1er. L’acceptation des bagages par l’ayant droit éteint toute action contre le transporteur, née du contrat de transport, en cas de perte partielle, d’avarie ou de retard à la livraison.
Artikel 60 Verjaring § 1. De op de aansprakelijkheid van de vervoerder in geval van dood en letsel van reizigers gegronde rechtsvorderingen tot schadevergoeding verjaren : a) voor de reiziger, door verloop van drie jaar te rekenen van de dag na het ongeval; b) voor de andere rechthebbenden, door verloop van drie jaar te rekenen van de dag na het overlijden van de reiziger, doch van ten hoogste vijf jaar te rekenen van de dag na het ongeval. § 2. De andere rechtsvorderingen uit de vervoerovereenkomst verjaren door verloop van één jaar. De verjaringstermijn bedraagt evenwel twee jaar indien de rechtsvordering gegrond is op een schade ontstaan uit een handeling of nalaten geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
Article 60 Prescription § 1er. Les actions en dommages-intérêts fondées sur la responsabilité du transporteur en cas de mort et de blessures de voyageurs sont prescrites : a) pour le voyageur, par trois ans à compter du lendemain de l’accident; b) pour les autres ayants droit, par trois ans à compter du lendemain du décès du voyageur, sans que ce délai puisse toutefois dépasser cinq ans à compter du lendemain de l’accident. § 2. Les autres actions nées du contrat de transport sont prescrites par un an. Toutefois, la prescription est de deux ans s’il s’agit d’une action en raison d’un dommage résultant d’un acte ou d’une omission commis soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement.
§ 2. Toutefois, l’action n’est pas éteinte si : a) dans le délai prévu au § 1er, l’ayant droit a présenté une réclamation auprès de l’un des transporteurs désignés à l’article 55, § 1er; b) dans le délai prévu au § 1er, le transporteur responsable a eu connaissance, par une autre voie, de l’accident survenu au voyageur; c) l’accident n’a pas été signalé ou a été signalé tardivement, à la suite de circonstances qui ne sont pas imputables à l’ayant droit; d) l’ayant droit prouve que l’accident a eu pour cause une faute du transporteur.
§ 2. Toutefois, l’action n’est pas éteinte : a) en cas de perte partielle ou d’avarie, si 1. la perte ou l’avarie a été constatée conformément à l’article 54 avant la réception des bagages par l’ayant droit; 2. la constatation qui aurait dû être faite conformément à l’article 54 n’a été omise que par la faute du transporteur; b) en cas de dommage non apparent dont l’existence est constatée après l’acceptation des bagages par l’ayant droit, si celui-ci 1. demande la constatation conformément à l’article 54 immédiatement après la découverte du dommage et au plus tard dans les trois jours qui suivent la réception des bagages, et 2. prouve, en outre, que le dommage s’est produit entre la prise en charge par le transporteur et la livraison; c) en cas de retard à la livraison, si l’ayant droit a, dans les vingt et un jours, fait valoir ses droits auprès de l’un des transporteurs désignés à l’article 56, § 3; d) si l’ayant droit prouve que le dommage a pour cause une faute du transporteur.
54294
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 3. De in § 2 bedoelde verjaring neemt een aanvang bij rechtsvorderingen : a) tot schadevergoeding wegens geheel verlies : op de veertiende dag na afloop van de in artikel 22, § 3, bedoelde termijn; b) tot schadevergoeding wegens gedeeltelijk verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering : op de dag van de aflevering; c) in alle overige gevallen betreffende het reizigersvervoer : op de dag van het verstrijken van de geldigheid van het vervoerbewijs. De als begin van de verjaringstermijn vermelde dag is nimmer in deze termijn begrepen. § 4. Ingeval overeenkomstig artikel 55 een schriftelijke vordering buiten rechte met de nodige bewijsstukken is ingediend, is de verjaring geschorst tot de dag waarop de vervoerder de vordering schriftelijk afwijst en de bijgevoegde stukken terugzendt. Bij gedeeltelijke erkenning van de vordering begint de verjaringstermijn weer te lopen voor het nog betwiste gedeelte van de vordering. Het bewijs van de ontvangst van de vordering of van het antwoord en van de teruggave van de stukken rust op de partij die zich daarop beroept. Latere vorderingen buiten rechte met dezelfde inhoud schorsen de verjaring niet. § 5. Een verjaarde rechtsvordering kan niet meer in rechte worden ingesteld, zelfs niet bij wijze van tegeneis of verweer. § 6. Overigens geldt voor de schorsing en de stuiting van de verjaring het nationale recht.
§ 3. La prescription prévue au § 2 court pour l’action : a) en indemnité pour perte totale : du quatorzième jour qui suit l’expiration du délai prévu à l’article 22, § 3; b) en indemnité pour perte partielle, avarie ou retard à la livraison : du jour où la livraison a eu lieu; c) dans tous les autres cas concernant le transport des voyageurs : du jour de l’expiration de la validité du titre de transport. Le jour indiqué comme point de départ de la prescription n’est jamais compris dans le délai. § 4. En cas de réclamation écrite conformément à l’article 55 avec les pièces justificatives nécessaires, la prescription est suspendue jusqu’au jour où le transporteur rejette la réclamation par écrit et restitue les pièces qui y sont jointes. En cas d’acceptation partielle de la réclamation, la prescription reprend son cours pour la partie de la réclamation qui reste litigieuse. La preuve de la réception de la réclamation ou de la réponse et celle de la restitution des pièces sont à la charge de la partie qui invoque ce fait. Les réclamations ultérieures ayant le même objet ne suspendent pas la prescription. § 5. L’action prescrite ne peut plus être exercée, même sous forme d’une demande reconventionnelle ou d’une exception. § 6. Par ailleurs, la suspension et l’interruption de la prescription sont réglées par le droit national.
TITEL VII. — Onderlinge betrekkingen tussen de vervoerders
TITRE VII. — Rapports des transporteurs entre eux
Artikel 61 Verdeling van de vervoerprijs § 1. Elke vervoerder moet aan de betrokken vervoerders het hun toekomende aandeel betalen van een vervoerprijs, die hij heeft geïnd of had moet innen. De wijze van betaling wordt in een overeenkomst tussen de vervoerders vastgelegd. § 2. Artikel 6, § 3, artikel 16, § 3 en artikel 25 zijn eveneens van toepassing op de betrekkingen tussen opvolgende vervoerders.
Article 61 Partage du prix de transport § 1er. Tout transporteur doit payer aux transporteurs intéressés la part qui leur revient sur un prix de transport qu’il a encaissé ou qu’il aurait dû encaisser. Les modalités de paiement sont fixées par convention entre les transporteurs. § 2. L’article 6, § 3, l’article 16, § 3 et l’article 25 s’appliquent également aux relations entre les transporteurs subséquents.
Artikel 62 Recht van regres § 1. De vervoerder die krachtens deze Uniforme Regelen een schadevergoeding heeft betaald, heeft recht van regres jegens de bij het vervoer betrokken vervoerders overeenkomstig de volgende bepalingen : a) de vervoerder die de schade heeft veroorzaakt, is daarvoor alleen aansprakelijk; b) wanneer de schade is veroorzaakt door meer vervoerders, is elk van hen aansprakelijk voor de door hem veroorzaakte schade; is deze toedeling niet mogelijk, dan wordt de schadevergoeding onder hen volgens c) verdeeld; c) indien niet kan worden bewezen welke vervoerder de schade heeft veroorzaakt, wordt de schadevergoeding onder alle bij het vervoer betrokken vervoerders verdeeld, met uitsluiting van hen die bewijzen, dat de schade niet door hen is veroorzaakt; de verdeling geschiedt naar evenredigheid van het aandeel in de vervoerprijs dat aan elke vervoerder toekomt. § 2. In geval van onvermogen om te betalen van een van de vervoerders wordt het te zijnen laste komende en door hem niet betaalde aandeel onder de andere bij het vervoer betrokken vervoerders verdeeld naar evenredigheid van het aandeel in de vervoerprijs dat aan elk van hen toekomt.
Article 62 Droit de recours § 1er. Le transporteur qui a payé une indemnité en vertu des présentes Règles uniformes, a un droit de recours contre les transporteurs ayant participé au transport conformément aux dispositions suivantes : a) le transporteur qui a causé le dommage en est seul responsable;
Artikel 63 Regres-procedure § 1. De gegrondheid van de betaling verricht door de vervoerder die krachtens artikel 62 het regres uitoefent, kan niet betwist worden door de vervoerder tegen wie het bedoeld regres wordt uitgeoefend, wanneer de schadevergoeding door de rechter is vastgesteld en wanneer deze laatstgenoemde vervoerder, naar behoren gedagvaard, de mogelijkheid is geboden tot tussenkomst in het geding. De rechter bij wie de hoofdvordering aanhangig is, stelt de termijnen voor de betekening van de dagvaarding en voor de tussenkomst vast. § 2. De vervoerder die het regres uitoefent, moet zijn vordering instellen in één en hetzelfde geding tegen alle vervoerders met wie hij geen schikking heeft getroffen, op straffe van verlies van regres jegens de niet gedagvaarde vervoerders. § 3. De rechter beslist in één uitspraak over alle bij hem aanhangige regresvorderingen.
b) lorsque le dommage a été causé par plusieurs transporteurs, chacun d’eux répond du dommage qu’il a causé; si la distinction est impossible, l’indemnité est répartie entre eux conformément à la lettre c); c) s’il ne peut être prouvé lequel des transporteurs a causé le dommage, l’indemnité est répartie entre tous les transporteurs ayant participé au transport, à l’exception de ceux qui prouvent que le dommage n’a pas été causé par eux; la répartition est faite proportionnellement à la part du prix de transport qui revient à chacun des transporteurs. § 2. Dans le cas d’insolvabilité de l’un de ces transporteurs, la part lui incombant et non payée par lui est répartie entre tous les autres transporteurs ayant participé au transport, proportionnellement à la part du prix de transport qui revient à chacun d’eux. Article 63 Procédure de recours § 1er. Le bien-fondé du paiement effectué par le transporteur exerc¸ ant un recours en vertu de l’article 62 ne peut être contesté par le transporteur contre lequel le recours est exercé, lorsque l’indemnité a été fixée judiciairement et que ce dernier transporteur, dûment assigné, a été mis à même d’intervenir au procès. Le juge, saisi de l’action principale, fixe les délais impartis pour la signification de l’assignation et pour l’intervention. § 2. Le transporteur qui exerce son recours doit former sa demande dans une seule et même instance contre tous les transporteurs avec lesquels il n’a pas transigé, sous peine de perdre son recours contre ceux qu’il n’aurait pas assignés. § 3. Le juge doit statuer par un seul et même jugement sur tous les recours dont il est saisi.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54295
§ 4. De vervoerder die zijn recht van regres wil uitoefenen, kan zijn vordering aanhangig maken bij de rechters van de Staat op het grondgebied waarvan een van de bij het vervoer betrokken vervoerders zijn hoofdzetel of bijkantoor of vestiging waar de vervoerovereenkomst is gesloten, heeft. § 5. Wanneer de rechtsvordering tegen meer vervoerders moet worden ingesteld, kan de vervoerder die zijn regres uitoefent, kiezen tussen de volgens § 4 bevoegde rechterlijke instanties waarvoor hij zijn regresvordering aanhangig zal maken. § 6. Regresvorderingen kunnen niet aanhangig worden gemaakt door het instellen van een rechtsvordering in het geding dat de rechthebbende heeft ingesteld om schadevergoeding te verlangen op grond van de vervoerovereenkomst.
§ 4. Le transporteur qui désire faire valoir son droit de recours peut saisir les juridictions de l’Etat sur le territoire duquel un des transporteurs participant au transport a son siège principal ou la succursale ou l’établissement qui a conclu le contrat de transport.
Artikel 64 Overeenkomsten betreffende regres De vervoerders kunnen onderling overeenkomsten afsluiten die afwijken van de artikelen 61 en 62.
Article 64 Accords au sujet des recours Les transporteurs sont libres de convenir entre eux de dispositions dérogeant aux articles 61 et 62.
Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van goederen (CIM - Aanhangsel B bij het Verdrag)
Règles uniformes concernant le contrat de transport international ferroviaire des marchandises (CIM - Appendice B à la Convention)
TITEL I. — Algemene bepalingen
TITRE Ier. — Généralités
Artikel 1 Toepassingsgebied § 1. Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing op elke overeenkomst van spoorwegvervoer van goederen onder bezwarende titel, wanneer de plaats waar de goederen ten vervoer worden aangenomen en de voor de aflevering voorgeschreven plaats zijn gelegen in twee verschillende Lidstaten. Dit geldt ongeacht de zetel en de nationaliteit van de partijen bij de vervoerovereenkomst. § 2. Deze Uniforme Regelen zijn eveneens van toepassing op overeenkomsten van spoorwegvervoer van goederen onder bezwarende titel, wanneer de plaats waar de goederen ten vervoer worden aangenomen en de voor de aflevering voorgeschreven plaats zijn gelegen in twee verschillende Staten waarvan er ten minste één Lidstaat is en wanneer de contracterende partijen afspreken dat de overeenkomst is onderworpen aan deze Uniforme Regelen. § 3. Wanneer een internationaal vervoer dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst, in aanvulling op het grensoverschrijdende vervoer per spoor, een binnenlands vervoer over de weg of de binnenwateren van een Lidstaat omvat, zijn deze Uniforme Regelen van toepassing. § 4. Wanneer een internationaal vervoer dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst, in aanvulling op het vervoer per spoor, een vervoer over zee of een grensoverschrijdend vervoer over de binnenwateren omvat, zijn deze Uniforme Regelen van toepassing, indien het vervoer over zee of het vervoer over binnenwateren wordt uitgevoerd over de lijnen die zijn ingeschreven op de in artikel 24, § 1, van het Verdrag bedoelde lijst van de lijnen. § 5. Deze Uniforme Regelen zijn niet van toepassing op het vervoer tussen stations gelegen op het grondgebied van aangrenzende Staten, wanneer de infrastructuur van deze stations wordt beheerd door een of meer beheerders van infrastructuur behorend tot een van deze Staten. § 6. Iedere Staat die partij is bij een ander met deze Uniforme Regelen vergelijkbaar verdrag betreffende het rechtstreekse internationale vervoer per spoor van goederen kan, bij zijn verzoek tot toetreding tot het Verdrag, verklaren dat hij deze Uniforme Regelen slechts zal toepassen op vervoer verricht op een gedeelte van de op zijn grondgebied gelegen spoorweginfrastructuur. Dit gedeelte van de spoorweginfrastructuur moet nauwkeurig zijn omschreven en zijn aangesloten op de spoorweginfrastructuur van een Lidstaat. Wanneer een Staat de bovengenoemde verklaring heeft afgelegd, zijn deze Uniforme Regelen slechts van toepassing indien : a) de voor het ten vervoer aannemen van de goederen of de voor hun aflevering voorgeschreven plaats, alsmede het vervoertraject, zoals die in de vervoerovereenkomst zijn bepaald, gelegen zijn op de omschreven spoorweginfrastructuur of b) de omschreven spoorweginfrastructuur de verbinding vormt tussen de spoorweginfrastructuur van twee Lidstaten en deze in de vervoerovereenkomst als vervoertraject voor transitovervoer is overeengekomen.
Article 1er Champ d’application § 1er. Les présentes Règles uniformes s’appliquent à tout contrat de transport ferroviaire de marchandises à titre onéreux, lorsque le lieu de la prise en charge de la marchandise et le lieu prévu pour la livraison sont situés dans deux Etats membres différents. Il en est ainsi quels que soient le siège et la nationalité des parties au contrat de transport.
§ 5. Lorsque l’action doit être intentée contre plusieurs transporteurs, le transporteur qui exerce le droit de recours peut choisir entre les juridictions compétentes selon le § 4, celle devant laquelle il introduira son recours. § 6. Des recours ne peuvent pas être introduits dans l’instance relative à la demande en indemnité exercée par l’ayant droit au contrat de transport.
§ 2. Les présentes Règles uniformes s’appliquent également aux contrats de transport ferroviaire de marchandises à titre onéreux, lorsque le lieu de la prise en charge de la marchandise et le lieu prévu pour la livraison sont situés dans deux Etats différents dont l’un au moins est un Etat membre et lorsque les parties au contrat conviennent que le contrat est soumis à ces Règles uniformes. § 3. Lorsqu’un transport international faisant l’objet d’un contrat unique inclut, en complément au transport transfrontalier ferroviaire, un transport par route ou par voie de navigation intérieure en trafic intérieur d’un Etat membre, les présentes Règles uniformes s’appliquent. § 4. Lorsqu’un transport international faisant l’objet d’un contrat unique inclut, en complément au transport ferroviaire, un transport maritime ou un transport transfrontalier par voie de navigation intérieure, les présentes Règles uniformes s’appliquent si le transport maritime ou le transport par voie de navigation intérieure est effectué sur des lignes inscrites sur la liste des lignes prévue à l’article 24, § 1er, de la Convention. § 5. Les présentes Règles uniformes ne s’appliquent pas aux transports effectués entre gares situées sur le territoire d’Etats limitrophes, lorsque l’infrastructure de ces gares est gérée par un ou plusieurs gestionnaires d’infrastructure relevant d’un seul et même de ces Etats. § 6. Chaque Etat, Partie à une convention concernant le transport international ferroviaire direct de marchandises et de nature comparable aux présentes Règles uniformes, peut, lorsqu’il adresse une demande d’adhésion à la Convention, déclarer qu’il n’appliquera ces Règles uniformes qu’aux transports effectués sur une partie de l’infrastructure ferroviaire située sur son territoire. Cette partie de l’infrastructure ferroviaire doit être définie précisément et être reliée à l’infrastructure ferroviaire d’un Etat membre. Lorsqu’un Etat a fait la déclaration susvisée, ces Règles uniformes ne s’appliquent qu’à la condition : a) que le lieu de la prise en charge de la marchandise ou le lieu pour la livraison ainsi que l’itinéraire prévus dans le contrat de transport soient situés sur l’infrastructure désignée ou b) que l’infrastructure désignée relie l’infrastructure de deux Etats membres et qu’elle a été prévue dans le contrat de transport comme itinéraire pour un transport de transit.
54296
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 7. De Staat die overeenkomstig § 6 een verklaring heeft afgelegd, kan die op elk tijdstip herroepen door hiervan mededeling te doen aan de depositaris. Deze herroeping wordt van kracht een maand na de dag waarop de depositaris de Lidstaten hiervan kennis heeft gegeven. De verklaring verliest haar werking, wanneer het in § 6, eerste volzin bedoelde verdrag voor die Staat buiten werking treedt.
§ 7. L’Etat qui a fait une déclaration conformément au § 6, peut y renoncer à tout moment en informant le dépositaire. Cette renonciation prend effet un mois après la date à laquelle le dépositaire en avise les Etats membres. La déclaration devient sans effet, lorsque la Convention visée au § 6, première phrase, cesse d’être en vigueur pour cet Etat.
Artikel 2 Bepalingen van publiek recht Vervoer waarop deze Uniforme Regelen van toepassing zijn, blijft onderworpen aan de bepalingen van publiek recht, in het bijzonder aan de bepalingen betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen, de bepalingen betreffende de douanewetgeving en dierenbescherming.
Article 2 Prescriptions de droit public Les transports auxquels s’appliquent les présentes Règles uniformes restent soumis aux prescriptions de droit public, notamment aux prescriptions relatives au transport des marchandises dangereuses ainsi qu’aux prescriptions du droit douanier et à celles relatives à la protection des animaux.
Artikel 3 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze Uniforme Regelen wordt verstaan onder : a) « vervoerder », de contractuele vervoerder met wie de afzender krachtens deze Uniforme Regelen de vervoerovereenkomst heeft gesloten, of een opvolgende vervoerder, die op grond van deze overeenkomst aansprakelijk is; b) « ondervervoerder », een vervoerder die niet de vervoerovereenkomst heeft gesloten met de afzender, maar aan wie de onder a) bedoelde vervoerder de uitvoering van het vervoer per spoor, geheel of gedeeltelijk, heeft toevertrouwd; c) « Algemene vervoervoorwaarden », de voorwaarden van de vervoerder in de vorm van algemene voorwaarden of van in iedere Lidstaat rechtens geldende tarieven die door het sluiten van de vervoerovereenkomst een onderdeel daarvan zijn geworden; d) « intermodale transporteenheid » : containers, wissellaadbakken, opleggers of andere soortgelijke bij intermodaal vervoer gebruikte laadeenheden.
Article 3 Définitions Aux fins des présentes Règles uniformes, le terme : a) « transporteur » désigne le transporteur contractuel, avec lequel l’expéditeur a conclu le contrat de transport en vertu de ces Règles uniformes, ou un transporteur subséquent, qui est responsable sur la base de ce contrat; b) « transporteur substitué » désigne un transporteur, qui n’a pas conclu le contrat de transport avec l’expéditeur, mais à qui le transporteur visé à la lettre a) a confié, en tout ou en partie, l’exécution du transport ferroviaire; c) « Conditions générales de transport » désigne les conditions du transporteur sous forme de conditions générales ou de tarifs légalement en vigueur dans chaque Etat membre et qui sont devenues, par la conclusion du contrat de transport, partie intégrante de celui-ci; d) « unité de transport intermodal » désigne les conteneurs, caisses mobiles, semi-remorques ou autres unités de chargement similaires utilisées en transport intermodal.
Artikel 4 Afwijkingen § 1. De Lidstaten kunnen overeenkomsten sluiten waarin van deze Uniforme Regelen wordt afgeweken voor vervoer dat uitsluitend wordt verricht tussen twee stations gelegen aan weerszijden van de grens, wanneer zich tussen deze stations en de grens geen ander station bevindt. § 2. Voor vervoer tussen twee Lidstaten via een Staat die geen Lidstaat is, kunnen de betrokken Staten overeenkomsten sluiten die van deze Uniforme Regelen afwijken. § 3. De in de §§ 1 en 2 bedoelde overeenkomsten, alsmede hun inwerkingtreding worden medegedeeld aan de Intergouvernementele organisatie voor het internationale spoorwegvervoer. De SecretarisGeneraal van de Organisatie stelt de Lidstaten en de belanghebbende ondernemingen hiervan op de hoogte.
§ 2. Pour les transports effectués entre deux Etats membres, transitant par un Etat non membre, les Etats concernés peuvent conclure des accords qui dérogent aux présentes Règles uniformes. § 3. Les accords visés aux §§ 1er et 2 de même que leur mise en vigueur sont communiqués à l’Organisation intergouvernementale pour les transports internationaux ferroviaires. Le Secrétaire général de l’Organisation en informe les Etats membres et les entreprises intéressées.
Artikel 5 Dwingend recht Voorzover deze Uniforme Regelen het niet uitdrukkelijk toelaten, is elk beding dat middellijk of onmiddellijk afwijkt van deze Uniforme Regelen nietig en zonder rechtsgevolgen. De nietigheid van dergelijke bedingen heeft niet de nietigheid van de overige bepalingen van de vervoerovereenkomst tot gevolg. Niettemin kan een vervoerder een zwaardere aansprakelijkheid en zwaardere verplichtingen op zich nemen dan die welke in deze Uniforme Regelen zijn bepaald.
Article 5 Droit contraignant Sauf clause contraire dans les présentes Règles uniformes, est nulle et de nul effet toute stipulation qui, directement ou indirectement, dérogerait à ces Règles uniformes. La nullité de telles stipulations n’entraîne pas la nullité des autres dispositions du contrat de transport. Nonobstant cela, un transporteur peut assumer une responsabilité et des obligations plus lourdes que celles qui sont prévues par les présentes Règles uniformes.
TITEL II. — Sluiting en uitvoering van de vervoerovereenkomst
TITRE II. — Conclusion et exécution du contrat de transport
Artikel 6 Vervoerovereenkomst § 1. Op grond van de vervoerovereenkomst is de vervoerder verplicht onder bezwarende titel de goederen naar de plaats van bestemming te vervoeren en ze daar aan de geadresseerde af te leveren. § 2. De vervoerovereenkomst moet worden vastgelegd in een vrachtbrief overeenkomstig een uniform model. Het ontbreken, de onregelmatigheid of het verlies van de vrachtbrief tast evenwel noch het bestaan, noch de geldigheid van de vervoerovereenkomst aan, die onderworpen blijft aan deze Uniforme Regelen. § 3. De vrachtbrief wordt door de afzender en de vervoerder ondertekend. De handtekening kan vervangen worden door een stempel, een aanduiding van de boekhoudmachine of elke andere daartoe geëigende methode. § 4. De vervoerder moet de aanneming ten vervoer op de vrachtbrief op de geëigende wijze bevestigen en de afzender het vrachtbriefduplicaat overhandigen.
Article 6 Contrat de transport § 1er. Par le contrat de transport, le transporteur s’engage à transporter la marchandise à titre onéreux au lieu de destination et à l’y remettre au destinataire. § 2. Le contrat de transport doit être constaté par une lettre de voiture selon un modèle uniforme. Toutefois, l’absence, l’irrégularité ou la perte de la lettre de voiture n’affectent ni l’existence ni la validité du contrat qui reste soumis aux présentes Règles uniformes.
Article 4 Dérogations § 1er. Les Etats membres peuvent conclure des accords qui prévoient des dérogations aux présentes Règles uniformes pour les transports effectués exclusivement entre deux gares situées de part et d’autre de la frontière, lorsqu’il n’y a pas d’autre gare entre elles.
§ 3. La lettre de voiture est signée par l’expéditeur et le transporteur. La signature peut être remplacée par un timbre, une indication de la machine comptable ou toute autre mode approprié. § 4. Le transporteur doit certifier sur le duplicata de la lettre de voiture de manière appropriée la prise en charge de la marchandise et doit remettre le duplicata à l’expéditeur.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54297
§ 5. De vrachtbrief heeft niet de betekenis van een cognossement. § 6. Voor iedere zending moet een vrachtbrief worden opgemaakt. Behoudens anders overeengekomen tussen de afzender en de vervoerder kan een vrachtbrief slechts betrekking hebben op de lading van één spoorwagen. § 7. In geval van een vervoer over het douanegebied van de Europese Gemeenschap of over het gebied, waarin de regeling gemeenschappelijk douanevervoer toegepast wordt, moet iedere zending begeleid worden door een met de vereisten van artikel 7 overeenstemmende vrachtbrief. § 8. De internationale verenigingen van vervoerders stellen de uniforme modellen van de vrachtbrieven vast in overleg met de internationale verenigingen van gebruikers en de in de Lidstaten bevoegde instanties inzake douane-aangelegenheden alsmede met iedere intergouvernementele organisatie van regionale economische integratie die een eigen wetgevende bevoegdheid heeft inzake douaneaangelegenheden. § 9. De vrachtbrief, met inbegrip van de duplicaat-vrachtbrief, kan ook worden opgesteld in de vorm van elektronische registratie van gegevens, die kunnen worden omgezet in leesbare lettertekens. De voor de registratie en verwerking van de gegevens gebruikte procedures moeten uit functioneel oogpunt gelijkwaardig zijn, in het bijzonder wat betreft de bewijskracht van de vrachtbrief, die door deze elektronische gegevens wordt gevormd.
§ 5. La lettre de voiture n’a pas la valeur d’un connaissement. § 6. Une lettre de voiture doit être établie pour chaque envoi. Sauf convention contraire entre l’expéditeur et le transporteur, une même lettre de voiture ne peut concerner que le chargement d’un seul wagon.
Artikel 7 Inhoud van de vrachtbrief § 1. De vrachtbrief moet de volgende aanduidingen bevatten : a) de plaats en datum van het opmaken ervan; b) de naam en het adres van de afzender; c) de naam en het adres van de vervoerder die de vervoerovereenkomst gesloten heeft; d) de naam en het adres van degene aan wie de goederen daadwerkelijk ten vervoer werden afgegeven, indien dit niet de in c) vermelde vervoerder is; e) de plaats en datum waarop de goederen in ontvangst werden genomen; f) de plaats van de aflevering; g) de naam en het adres van de geadresseerde; h) de omschrijving van de aard der goederen en de verpakkingswijze, en voor gevaarlijke goederen hun omschrijving voorgeschreven door het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID); i) het aantal colli en de voor identificatie van stukgoedzendingen vereiste bijzondere merktekens en nummers; j) het wagennummer, in geval van vervoer van volledige wagenlading; k) het nummer van het op eigen wielen rollend spoorwegvoertuig dat als te vervoeren goed ten vervoer wordt aangeboden; l) bovendien, bij intermodale laadeenheden, de categorie, het nummer of de voor hun identificatie vereiste andere kenmerken; m) de brutomassa of de op andere wijze uitgedrukte hoeveelheid der goederen; n) een nauwkeurige lijst van de door de douane of andere overheidsinstanties voorgeschreven bescheiden die bij de vrachtbrief zijn gevoegd of ter beschikking van de vervoerder zijn gesteld bij een nader omschreven instantie of bij een in de overeenkomst vermelde instelling; o) de op het vervoer betrekking hebbende kosten (vrachtprijs, bijkomende kosten, douanerechten en andere kosten die vanaf het sluiten van de overeenkomst tot aan de aflevering ontstaan) voorzover zij door de geadresseerde moeten worden betaald of bij een andere aanduiding dat de kosten verschuldigd zijn door de geadresseerde; p) de aanduiding dat de zending, ongeacht enig andersluidend beding, onderworpen blijft aan deze Uniforme Regelen. § 2. In voorkomend geval moet de vrachtbrief bovendien de volgende aanduidingen bevatten : a) In geval van vervoer door opvolgende vervoerders : de tot aflevering der goederen verplichte vervoerder, voorzover die met zijn instemming is ingeschreven op de vrachtbrief; b) de kosten die de afzender voor zijn rekening neemt; c) het bedrag van het bij de aflevering van de goederen te innen rembours; d) de aangegeven waarde der goederen en het bedrag van het bijzonder belang bij de aflevering;
Article 7 Teneur de la lettre de voiture § 1er. La lettre de voiture doit contenir les indications suivantes : a) le lieu et la date de son établissement; b) le nom et l’adresse de l’expéditeur; c) le nom et l’adresse du transporteur qui a conclu le contrat de transport; d) le nom et l’adresse de celui auquel la marchandise est remise effectivement s’il n’est pas le transporteur visé à la lettre c);
§ 7. En cas d’un transport empruntant le territoire douanier de la Communauté européenne ou le territoire, sur lequel est appliquée la procédure de transit commun, chaque envoi doit être accompagné d’une lettre de voiture répondant aux exigences de l’article 7. § 8. Les associations internationales des transporteurs établissent les modèles uniformes de lettre de voiture en accord avec les associations internationales de la clientèle et les organismes compétents en matière douanière dans les Etats membres ainsi qu’avec toute organisation intergouvernementale d’intégration économique régionale ayant compétence pour sa propre législation douanière. § 9. La lettre de voiture, y compris son duplicata, peut être établie sous forme d’enregistrement électronique des données, qui peuvent être transformées en signes d’écriture lisibles. Les procédés employés pour l’enregistrement et le traitement des données doivent être équivalents du point de vue fonctionnel, notamment en ce qui concerne la force probante de la lettre de voiture représentée par ces données.
e) le lieu et la date de la prise en charge de la marchandise; f) le lieu de livraison; g) le nom et l’adresse du destinataire; h) la dénomination de la nature de la marchandise et du mode d’emballage, et, pour les marchandises dangereuses, la dénomination prévue par le Règlement concernant le transport international ferroviaire des marchandises dangereuses (RID); i) le nombre de colis et les signes et numéros particuliers nécessaires à l’identification des envois de détail; j) le numéro du wagon, dans le cas de transport par wagons complets; k) le numéro du véhicule ferroviaire roulant sur ses propres roues, s’il est remis au transport en tant que marchandise; l) en outre, dans le cas d’unités de transport intermodal, la catégorie, le numéro ou d’autres caractéristiques nécessaires à leur identification; m) la masse brute de la marchandise ou la quantité de la marchandise exprimée sous d’autres formes; n) une énumération détaillée des documents requis par les douanes ou d’autres autorités administratives, joints à la lettre de voiture ou tenus à la disposition du transporteur auprès d’une autorité dûment désignée ou auprès d’un organe désigné dans le contrat; o) les frais afférents au transport (prix de transport, frais accessoires, droits de douane et autres frais survenant à partir de la conclusion du contrat jusqu’à la livraison), dans la mesure où ils doivent être payés par le destinataire ou toute autre indication que les frais sont dus par le destinataire; p) l’indication que le transport est soumis, nonobstant toute clause contraire, aux présentes Règles uniformes. § 2. Le cas échéant, la lettre de voiture doit contenir, en outre, les indications suivantes : a) en cas de transport par des transporteurs subséquents, le transporteur devant livrer la marchandise, alors que celui-ci a donné son consentement à l’inscription sur la lettre de voiture; b) les frais que l’expéditeur prend à sa charge; c) le montant du remboursement à percevoir lors de la livraison de la marchandise; d) la valeur déclarée de la marchandise et le montant représentant l’intérêt spécial à la livraison;
54298
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
e) de overeengekomen afleveringstermijn; f) het overeengekomen vervoertraject; g) de lijst van aan de vervoerder overhandigde bescheiden, niet opgesomd in § 1, onder n); h) de vermeldingen door de afzender van het aantal en de beschrijving van de door hem op de wagen aangebrachte verzegelingen. § 3. In de vrachtbrief kunnen de partijen bij de vervoerovereenkomst andere aanduidingen opnemen die zij nuttig achten.
e) le délai convenu dans lequel le transport doit être effectué; f) l’itinéraire convenu; g) une liste des documents non cités au § 1er, lettre n) remis au transporteur; h) les inscriptions de l’expéditeur concernant le nombre et la désignation des sceaux qu’il a apposés sur le wagon.
Artikel 8 Aansprakelijkheid voor de aanduidingen op de vrachtbrief § 1. De afzender is aansprakelijk voor alle kosten en schade, die bij de vervoerder ontstaan ten gevolge van : a) aanduidingen door de afzender op de vrachtbrief die onnauwkeurig, onjuist of onvolledig zijn of die op een andere dan de voor hen voorgeschreven plaats vermeld werden of b) het verzuimen door de afzender van door het RID voorgeschreven aanduidingen. § 2. Indien de vervoerder aanduidingen op de vrachtbrief vermeldt op verzoek van de afzender, wordt hij geacht te handelen in naam van de afzender, behoudens tegenbewijs. § 3. Indien de vrachtbrief de in artikel 7, § 1 onder p) genoemde aanduiding niet bevat is de vervoerder aansprakelijk voor alle kosten en schade die de rechthebbende ten gevolge van dit verzuim lijdt.
Article 8 Responsabilité pour les inscriptions portées sur la lettre de voiture § 1er. L’expéditeur répond de tous les frais et dommages supportés par le transporteur du fait : a) d’inscriptions par l’expéditeur, sur la lettre de voiture, de mentions irrégulières, inexactes, incomplètes ou portées ailleurs qu’à la place réservée à chacune d’elles ou b) de l’omission par l’expéditeur d’inscriptions prescrites par le RID.
Artikel 9 Gevaarlijke goederen Wanneer de afzender heeft verzuimd de door het RID voorgeschreven aanduidingen te vermelden, kan de vervoerder op elk ogenblik, al naargelang de omstandigheden vereisen, de goederen uitladen, vernietigen of onschadelijk maken zonder dat dit aanleiding geeft tot enige schadeloosstelling, behalve indien hij bij de aanneming ten vervoer van de goederen kennis had van de gevaarlijke aard van de goederen.
Article 9 Marchandises dangereuses Lorsque l’expéditeur a omis les inscriptions prescrites par le RID, le transporteur peut, à tout moment, selon les circonstances, décharger ou détruire la marchandise ou la rendre inoffensive, sans qu’il y ait matière à indemnisation, sauf s’il a eu connaissance du caractère dangereux de la marchandise lors de sa prise en charge.
Artikel 10 Betaling der kosten § 1. Behoudens andersluidend beding tussen de afzender en de vervoerder moeten de kosten (vrachtprijs, bijkomende kosten, douanerechten en andere kosten, die vanaf het sluiten van de overeenkomst tot de aflevering ontstaan) door de afzender worden betaald. § 2. Wanneer, op grond van een beding tussen de afzender en de vervoerder, de kosten ten laste van de geadresseerde worden gelegd en wanneer de geadresseerde noch de vrachtbrief in ontvangst genomen heeft, noch zijn rechten uit de vervoerovereenkomst overeenkomstig artikel 17, § 3, heeft doen gelden, noch de vervoerovereenkomst overeenkomstig artikel 18 heeft gewijzigd, blijven de kosten ten laste van de afzender.
Article 10 Paiement des frais § 1er. Sauf convention contraire entre l’expéditeur et le transporteur, les frais (prix de transport, frais accessoires, droits de douane et autres frais survenant à partir de la conclusion du contrat jusqu’à la livraison) sont payés par l’expéditeur. § 2. Lorsque, en vertu d’une convention entre l’expéditeur et le transporteur, les frais sont mis à la charge du destinataire et que le destinataire n’a pas retiré la lettre de voiture, ni fait valoir ses droits conformément à l’article 17, § 3, ni modifié le contrat de transport conformément à l’article 18, l’expéditeur reste tenu au paiement des frais.
Artikel 11 Onderzoek § 1. De vervoerder heeft steeds het recht te onderzoeken of de vervoervoorwaarden vervuld zijn en of de zending overeenstemt met de door de afzender op de vrachtbrief vermelde gegevens.Wanneer dit onderzoek betrekking heeft op de inhoud van de zending vindt het voorzover mogelijk plaats in aanwezigheid van de rechthebbende; in het geval dat dit niet mogelijk is, doet de vervoerder beroep op twee onafhankelijke getuigen, voorzover de wetten en de voorschriften van de Staat waar het onderzoek plaatsvindt niets anders voorschrijven. § 2. Indien de zending niet overeenstemt met de aanduidingen op de vrachtbrief of indien de voorschriften met betrekking tot het voorwaardelijk ten vervoer toelaten van de goederen niet zijn nageleefd, moet het resultaat van het onderzoek vermeld worden op het blad van de vrachtbrief dat de goederen vergezelt, en eveneens op de duplicaatvrachtbrief, indien de vervoerder daar nog over beschikt. In dat geval komen de kosten van het onderzoek ten laste van het goed, tenzij deze onmiddellijk betaald worden. § 3. Wanneer de afzender zorg draagt voor de belading, kan hij eisen dat de vervoerder de staat van de goederen en van hun verpakking onderzoekt, alsook de juistheid van de op de vrachtbrief vermelde aanduidingen over het aantal colli, hun merktekens en nummers alsmede de brutomassa of de op andere wijze uitgedrukte hoeveelheid. De vervoerder is daartoe slechts verplicht, wanneer hem de daarvoor geëigende middelen ter beschikking staan. De vervoerder kan de kosten van het onderzoek terugvorderen. Het resultaat van de onderzoekingen wordt op de vrachtbrief vermeld.
Article 11 Vérification § 1er. Le transporteur a le droit de vérifier, à tout moment, si les conditions de transport ont été respectées et si l’envoi répond aux inscriptions portées sur la lettre de voiture par l’expéditeur. Lorsque la vérification porte sur le contenu de l’envoi, celle-ci se fait dans la mesure du possible en présence de l’ayant droit; dans les cas où cela n’est pas possible, le transporteur fait appel à deux témoins indépendants, à défaut d’autres dispositions dans les lois et prescriptions de l’Etat où la vérification a lieu. § 2. Si l’envoi ne répond pas aux inscriptions portées sur la lettre de voiture ou si les dispositions relatives au transport des marchandises admises sous condition n’ont pas été respectées, le résultat de la vérification doit être mentionné sur le feuillet de la lettre de voiture qui accompagne la marchandise, et, si le transporteur détient encore le duplicata de la lettre de voiture, également sur celui-ci. Dans ce cas, les frais occasionnés par la vérification grèvent la marchandise, à moins qu’ils n’aient été payés immédiatement. § 3. Lorsque l’expéditeur effectue le chargement, il a le droit d’exiger la vérification par le transporteur de l’état de la marchandise et de son emballage ainsi que de l’exactitude des énonciations de la lettre de voiture concernant le nombre de colis, leurs marques et leurs numéros ainsi que la masse brute ou la quantité autrement indiquée. Le transporteur n’est obligé de procéder à la vérification que s’il a les moyens appropriés pour le faire. Le transporteur peut réclamer le paiement des frais de vérification. Le résultat des vérifications est consigné sur la lettre de voiture.
§ 3. Les parties au contrat de transport peuvent porter sur la lettre de voiture toute autre indication qu’elles jugent utile.
§ 2. Si, à la demande de l’expéditeur, le transporteur inscrit des mentions sur la lettre de voiture, il est considéré, jusqu’à preuve du contraire, comme agissant pour le compte de l’expéditeur. § 3. Si la lettre de voiture ne contient pas l’indication prévue à l’article 7, § 1er, lettre p), le transporteur est responsable de tous les frais et dommages subis par l’ayant droit en raison de cette omission.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54299
Artikel 12 Bewijskracht van de vrachtbrief
Article 12 Force probante de la lettre de voiture
§ 1. De vrachtbrief levert volledig bewijs, behoudens tegenbewijs, van het sluiten en de inhoud van de vervoerovereenkomst alsmede van het ten vervoer aannemen van de goederen door de vervoerder.
§ 1er. La lettre de voiture fait foi, jusqu’à preuve du contraire, de la conclusion et des conditions du contrat de transport et de la prise en charge de la marchandise par le transporteur.
§ 2. Wanneer de vervoerder zorg heeft gedragen voor de belading, levert de vrachtbrief volledig bewijs, behoudens tegenbewijs, van de staat der goederen en hun verpakking zoals vermeld op de vrachtbrief of bij ontstentenis daarvan het bewijs van hun uiterlijk goede staat bij het ten vervoer aannemen door de vervoerder en de juistheid van de vermeldingen op de vrachtbrief over het aantal der colli, hun merktekens en nummers alsmede de brutomassa of de op andere wijze uitgedrukte hoeveelheid.
§ 2. Lorsque le transporteur a effectué le chargement, la lettre de voiture fait foi, jusqu’à preuve du contraire, de l’état de la marchandise et de son emballage indiqué sur la lettre de voiture, ou à défaut de telles indications, du bon état apparent au moment de la prise en charge par le transporteur et de l’exactitude des énonciations de la lettre de voiture concernant le nombre de colis, leurs marques et leurs numéros ainsi que la masse brute ou la quantité autrement indiquée.
§ 3. Wanneer de afzender zorg heeft gedragen voor de belading, levert de vrachtbrief alleen volledig bewijs, behoudens tegenbewijs, van de staat der goederen en hun verpakking, zoals vermeld op de vrachtbrief en bij ontstentenis daarvan het bewijs van hun uiterlijk goede staat en de juistheid van de in § 2 opgesomde vermeldingen, in het geval dat de vervoerder deze onderzocht en het resultaat van zijn onderzoek op de vrachtbrief genoteerd heeft.
§ 3. Lorsque l’expéditeur a effectué le chargement, la lettre de voiture fait foi, jusqu’à preuve du contraire, de l’état de la marchandise et de son emballage indiqué sur la lettre de voiture ou à défaut de telles indications du bon état apparent et de l’exactitude des mentions énoncées au § 2 uniquement dans le cas où le transporteur les a vérifiées et a inscrit le résultat concordant de sa vérification sur la lettre de voiture.
§ 4. De vrachtbrief levert evenwel niet volledig bewijs in het geval dat zij een met redenen omkleed voorbehoud bevat. Een voorbehoud kan met name gemotiveerd worden door het feit dat de vervoerder niet over geëigende middelen beschikte om te onderzoeken of de zending beantwoordt aan de gegevens op de vrachtbrief.
§ 4. Cependant, la lettre de voiture ne fait pas foi dans le cas où elle comporte une réserve motivée. Une réserve peut être motivée notamment par le fait que le transporteur n’a pas les moyens appropriés de vérifier si l’envoi répond aux inscriptions portées sur la lettre de voiture.
Artikel 13 Laden en lossen van goederen
Article 13 Chargement et déchargement de la marchandise
§ 1. Afzender en vervoerder komen onderling overeen wie van hen het laden en lossen der goederen moet uitvoeren. Bij gebreke van een dergelijk beding ligt voor het laden en lossen van stukgoed de verplichting bij de vervoerder, terwijl voor wagenladingen de verplichting voor het laden bij de afzender ligt en die voor het lossen na de aflevering bij de geadresseerde.
§ 1er. L’expéditeur et le transporteur conviennent à qui incombe le chargement et le déchargement de la marchandise. A défaut d’une telle convention, le chargement et le déchargement incombent au transporteur pour les colis alors que pour les wagons complets, le chargement incombe à l’expéditeur et le déchargement, après la livraison, au destinataire.
§ 2. De afzender is aansprakelijk voor alle gevolgen van de gebrekkige belading die hij heeft uitgevoerd en hij moet met name de door dit feit door de vervoerder geleden schade vergoeden. Het bewijs van de gebrekkige belading rust op de vervoerder.
§ 2. L’expéditeur est responsable de toutes les conséquences d’un chargement défectueux effectué par lui et doit notamment réparer le dommage subi de ce fait par le transporteur. La preuve du chargement défectueux incombe au transporteur.
Artikel 14 Verpakking
Article 14 Emballage
De afzender is jegens de vervoerder aansprakelijk voor alle schade en kosten veroorzaakt door het ontbreken of de gebrekkigheid van de verpakking tenzij het gebrek uiterlijk zichtbaar was of de vervoerder er kennis van had bij het ten vervoer aannemen van de goederen en hij daarvoor geen voorbehoud maakte.
L’expéditeur est responsable envers le transporteur de tous les dommages et des frais qui auraient pour origine l’absence ou la défectuosité de l’emballage de la marchandise, à moins que, la défectuosité étant apparente ou connue du transporteur au moment de la prise en charge, le transporteur n’ait pas fait de réserves à son sujet.
Artikel 15 Naleving van overheidsvoorschriften
Article 15 Accomplissement des formalités administratives
§ 1. Met het oog op het naleven van de vereiste voorschriften van douane of andere overheidsinstanties moet de afzender voorafgaand aan de aflevering van de goederen bij de vrachtbrief de noodzakelijke bescheiden voegen of deze aan de vervoerder ter beschikking stellen en hem alle gewenste inlichtingen verschaffen.
§ 1er. En vue de l’accomplissement des formalités, exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives, avant la livraison de la marchandise, l’expéditeur doit joindre à la lettre de voiture ou mettre à la disposition du transporteur les documents nécessaires et lui fournir tous les renseignements voulus.
§ 2. De vervoerder is niet gehouden na te gaan of deze bescheiden en inlichtingen juist en volledig zijn. De afzender is jegens de vervoerder aansprakelijk voor alle schade ontstaan door het ontbreken, de onvolledigheid of de onregelmatigheid van de bescheiden en inlichtingen, behalve in geval van schuld van de vervoerder.
§ 2. Le transporteur n’est pas tenu d’examiner si ces documents et renseignements sont exacts ou suffisants. L’expéditeur est responsable envers le transporteur de tous les dommages qui pourraient résulter de l’absence, de l’insuffisance ou de l’irrégularité de ces documents et renseignements, sauf en cas de faute du transporteur.
§ 3. De vervoerder is aansprakelijk voor de gevolgen van het verlies of het onregelmatig gebruik van de op de vrachtbrief vermelde en bijgevoegde of hem overhandigde bescheiden, tenzij het verlies of de door het onregelmatig gebruik van deze bescheiden veroorzaakte schade het gevolg is van omstandigheden die de vervoerder niet kon vermijden of waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen. De eventuele schadevergoeding bedraagt evenwel niet meer dan die in geval van verlies van de goederen.
§ 3. Le transporteur est responsable des conséquences de la perte ou de l’utilisation irrégulière des documents mentionnés sur la lettre de voiture et qui accompagnent celle-ci ou qui lui ont été confiés, à moins que la perte ou le dommage occasionné par l’utilisation irrégulière de ces documents a eu pour cause des circonstances que le transporteur ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier. Toutefois, l’éventuelle indemnité n’excède pas celle prévue en cas de perte de la marchandise.
§ 4. De afzender, door een vermelding op de vrachtbrief, of de geadresseerde, door een opdracht overeenkomstig artikel 18, § 3, kan vragen :
§ 4. L’expéditeur, par une inscription portée sur la lettre de voiture, ou le destinataire qui donne un ordre conformément à l’article 18, § 3, peut demander :
a) dat bij het naleven van de vereiste douane- of andere overheidsvoorschriften hijzelf aanwezig is ofwel zich doet vertegenwoordigen door een gevolmachtigde om alle inlichtingen te verschaffen en de ter zake dienende opmerkingen te maken;
a) d’assister lui-même à l’accomplissement des formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives ou de s’y faire représenter par un mandataire, pour fournir tous les renseignements et formuler toutes les observations utiles;
54300
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
b) dat hijzelf de vereiste douane- of andere overheidsvoorschriften naleeft of hen doet naleven door een gevolmachtigde, voorzover de wetten en voorschriften van de staat waarin zij uitgevoerd worden zulks toelaten;
b) d’accomplir lui-même les formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives ou de les faire accomplir par un mandataire, dans la mesure où les lois et prescriptions de l’Etat où elles s’effectuent le permettent;
c) dat, wanneer hijzelf of zijn gevolmachtigde bij het naleven van de vereiste douane- of andere overheidsvoorschriften aanwezig is of deze laatste zelf naleeft, hij de douane- en andere kosten betaalt voorzover de wetten en voorschriften van de staat, waarin zij uitgevoerd worden, zulks toelaten.
c) de procéder au paiement des droits de douane et autres frais, lorsque lui-même ou son mandataire assiste à l’accomplissement des formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives ou les accomplit, dans la mesure où les lois et prescriptions de l’Etat où elles s’effectuent le permettent.
In deze gevallen mogen noch de afzender, noch de geadresseerde die het recht heeft over de goederen te beschikken, of hun gevolmachtigde de goederen in bezit nemen.
Dans ces cas, ni l’expéditeur, ni le destinataire qui a le droit de disposition, ni leur mandataire ne peuvent prendre possession de la marchandise.
§ 5. Indien de afzender een plaats heeft aangewezen voor het naleven van de vereiste douane- of andere overheidsvoorschriften waar dat krachtens de geldende voorschriften niet mogelijk is of indien hij voor het naleven van deze voorschriften een andere, onuitvoerbare handelwijze heeft voorgeschreven, handelt de vervoerder op de volgens hem voor de rechthebbende voordeligste wijze en deelt hij de genomen maatregelen mee aan de afzender.
§ 5. Si, pour l’accomplissement des formalités exigées par les douanes ou par d’autres autorités administratives, l’expéditeur a désigné un lieu où les prescriptions en vigueur ne permettent pas de les accomplir, ou bien s’il a prescrit, pour ces formalités, tout autre mode de procéder qui ne peut pas être exécuté, le transporteur opère de la fac¸ on qui lui paraît être la plus favorable aux intérêts de l’ayant droit, et fait connaître à l’expéditeur les mesures prises.
§ 6. Indien de afzender de betaling der douanekosten op zich neemt, kan de vervoerder de douanevoorschriften naar eigen keuze onderweg of op de plaats van bestemming naleven.
§ 6. Si l’expéditeur a pris en charge le paiement des droits de douane, le transporteur peut accomplir les formalités douanières à son choix, soit en cours de route, soit au lieu de destination.
§ 7. De vervoerder kan evenwel overeenkomstig de bepalingen van § 5 handelen, indien de geadresseerde de vrachtbrief niet in ontvangst heeft genomen binnen de termijn die is voorgeschreven door de op de plaats van bestemming geldende voorschriften.
§ 7. Toutefois, le transporteur peut procéder conformément au § 5 si le destinataire n’a pas retiré la lettre de voiture dans le délai prévu par les prescriptions en vigueur au lieu de destination.
§ 8. De afzender moet voldoen aan de douane- en andere overheidsvoorschriften voor wat betreft de verpakking en de afdekking van de goederen. Indien de afzender de goederen niet overeenkomstig deze voorschriften heeft verpakt of afgedekt, kan de vervoerder daarvoor zorgen; de daardoor ontstane kosten komen ten laste van de goederen.
§ 8. L’expéditeur doit se conformer aux prescriptions des douanes ou d’autres autorités administratives au sujet de l’emballage et du bâchage des marchandises. Si l’expéditeur n’a pas emballé ou bâché les marchandises conformément à ces prescriptions, le transporteur peut y pourvoir; les frais en résultant grèvent la marchandise.
Artikel 16 Afleveringstermijnen
Article 16 Délais de livraison
§ 1. De afzender en de vervoerder komen de afleveringstermijn overeen. Bij gebreke van een beding hieromtrent kan de afleveringstermijn nochtans nooit langer zijn dan die welke volgt uit de §§ 2 tot en met 4.
§ 1er. L’expéditeur et le transporteur conviennent du délai de livraison. A défaut d’une convention, ce délai ne peut être supérieur à celui résultant des §§ 2 à 4.
§ 2. Behoudens de §§ 3 en 4 belopen de maximum afleveringstermijnen :
§ 2. Sous réserve des §§ 3 et 4, les délais maxima de livraison sont les suivants : a) pour les wagons complets
a) voor wagenladingen : — termijn van verzenden
12 uren,
— délai d’expédition
12 heures,
— vervoertermijn per 400 km of een gedeelte daarvan
24 uren;
— délai de transport, par fraction indivisible de 400 km 24 heures; b) pour les envois de détail
b) voor stukgoed : — termijn van verzenden
12 uren,
— délai d’expédition
— vervoertermijn per 200 km of een gedeelte daarvan
24 uren.
— délai de transport, par fraction indivisible de 200 km 24 heures.
De afstanden hebben betrekking op het overeengekomen vervoertraject; bij gebreke daarvan op het kortst mogelijke.
Les distances se rapportent à l’itinéraire convenu, à défaut, à l’itinéraire le plus court possible.
§ 3. De vervoerder kan in de volgende gevallen toeslagtermijnen van bepaalde duur vaststellen :
§ 3. Le transporteur peut fixer des délais supplémentaires d’une durée déterminée dans les cas suivants :
a) zendingen die vervoerd worden
a) envois empruntant
— over lijnen met verschillende spoorbreedte
— des lignes dont l’écartement des rails est différent,
— over zee of binnenwateren
— la mer ou une voie de navigation intérieure,
— over de weg, indien er geen verbinding per spoor bestaat
— une route s’il n’existe pas de liaison ferroviaire;
24 heures,
b) bij buitengewone omstandigheden die een ongebruikelijke verkeerstoename of ongebruikelijke moeilijkheden voor de bedrijfsuitvoering tot gevolg hebben.
b) circonstances extraordinaires entraînant un développement anormal du trafic ou des difficultés anormales d’exploitation.
De duur van de toeslagtermijnen moet opgenomen zijn in de Algemene vervoervoorwaarden.
La durée des délais supplémentaires doit figurer dans les Conditions générales de transport.
§ 4. De afleveringstermijn begint te lopen vanaf de aanneming ten vervoer van de goederen; hij wordt verlengd met de duur van een niet door de schuld van de vervoerder veroorzaakt oponthoud. De afleveringstermijn wordt geschorst op zondagen en wettelijke feestdagen.
§ 4. Le délai de livraison commence à courir après la prise en charge de la marchandise; il est prolongé de la durée du séjour occasionné sans faute de la part du transporteur. Le délai de livraison est suspendu les dimanches et jours fériés légaux.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54301
Artikel 17 Aflevering
Article 17 Livraison
§ 1 De vervoerder moet de vrachtbrief afgeven en de goederen afleveren aan de geadresseerde op de voor de aflevering voorziene plaats tegen kwijting en betaling van de uit de vervoerovereenkomst voortvloeiende vorderingen.
§ 1er. Le transporteur doit remettre la lettre de voiture et livrer la marchandise au destinataire, au lieu de livraison prévu, contre décharge et paiement des créances résultant du contrat de transport.
§ 2. Met de aflevering aan de geadresseerde worden, wanneer zulks overeenkomstig de op de plaats van bestemming geldende voorschriften geschiedt, gelijkgesteld :
§ 2. Sont assimilés à la livraison au destinataire, lorsqu’ils sont effectués conformément aux prescriptions en vigueur au lieu de livraison :
a) de afgifte van de goederen aan de douane of belastingsinstanties in hun expeditie- of opslagruimten, wanneer die zich niet onder de hoede van de vervoerder bevinden;
a) la remise de la marchandise aux autorités de douane ou d’octroi dans leurs locaux d’expédition ou dans leurs entrepôts, lorsque ceux-ci ne se trouvent pas sous la garde du transporteur;
b) de opslag van de goederen bij de vervoerder of de inbewaringgeving ervan bij een expediteur of in een openbare douaneloods.
b) l’entreposage auprès du transporteur de la marchandise ou son dépôt chez un commissionnaire-expéditeur ou dans un entrepôt public.
§ 3. Na de aankomst van de goederen op de plaats van aflevering kan de geadresseerde aan de vervoerder verzoeken hem de vrachtbrief te overhandigen en aan hem de goederen af te leveren. Indien het verlies van de goederen is vastgesteld of indien de goederen niet binnen de in artikel 29, § 1, bedoelde termijn aangekomen zijn, kan de geadresseerde in eigen naam zijn rechten uit de vervoerovereenkomst jegens de vervoerder doen gelden.
§ 3. Après l’arrivée de la marchandise au lieu de livraison, le destinataire peut demander au transporteur de lui remettre la lettre de voiture et de lui livrer la marchandise. Si la perte de la marchandise est constatée ou si la marchandise n’est pas arrivée à l’expiration du délai prévu à l’article 29, § 1er, le destinataire peut faire valoir en son propre nom, à l’encontre du transporteur, les droits qui résultent pour lui du contrat de transport.
§ 4 De rechthebbende kan de ontvangst van de goederen weigeren, zelfs na de inontvangstname van de vrachtbrief en het betalen van vorderingen voortvloeiend uit de vervoerovereenkomst, zolang niet is overgegaan tot de onderzoeken waar hij om heeft verzocht met het oog op het vaststellen van de beweerde schade.
§ 4. L’ayant droit peut refuser l’acceptation de la marchandise, même après réception de la lettre de voiture et paiement des créances résultant du contrat de transport, tant qu’il n’a pas été procédé aux vérifications qu’il a requises en vue de constater un dommage allégué.
§ 5. Overigens vindt de aflevering van de goederen plaats overeenkomstig de op de plaats van aflevering geldende voorschriften.
§ 5. Pour le surplus, la livraison de la marchandise est effectuée conformément aux prescriptions en vigueur au lieu de livraison.
§ 6. Indien de goederen aan de geadresseerde zijn afgeleverd zonder voorafgaande inning van het rembours dat rust op de goederen, is de vervoerder gehouden de afzender de schade te vergoeden tot ten hoogste het bedrag van het rembours, onverminderd zijn regres op de geadresseerde.
§ 6. Si la marchandise a été livrée sans encaissement préalable d’un remboursement grevant la marchandise, le transporteur est tenu d’indemniser l’expéditeur à concurrence du montant du remboursement, sauf son recours contre le destinataire.
Artikel 18 Het recht om over de goederen te beschikken
Article 18 Droit de disposer de la marchandise
§ 1. De afzender heeft het recht om over de goederen te beschikken en de vervoerovereenkomst door nadere opdrachten te wijzigen. Met name kan hij vragen aan de vervoerder
§ 1er. L’expéditeur a le droit de disposer de la marchandise et de modifier, par des ordres ultérieurs, le contrat de transport. Il peut notamment demander au transporteur :
a) de goederen niet verder te vervoeren;
a) d’arrêter le transport de la marchandise;
b) de aflevering uit te stellen;
b) d’ajourner la livraison de la marchandise;
c) de goederen aan een andere dan de op de vrachtbrief vermelde geadresseerde af te leveren;
c) de livrer la marchandise à un destinataire différent de celui inscrit sur la lettre de voiture;
d) de goederen op een andere dan de op de vrachtbrief vermelde plaats af te leveren.
d) de livrer la marchandise à un lieu différent de celui inscrit sur la lettre de voiture.
§ 2. Het recht van de afzender tot het wijzigen van de vervoerovereenkomst vervalt, zelfs wanneer hij de duplicaat-vrachtbrief in zijn bezit heeft, in de gevallen waarin de geadresseerde
§ 2. Le droit pour l’expéditeur, même en possession du duplicata de la lettre de voiture, de modifier le contrat de transport s’éteint dans les cas où le destinataire :
a) de vrachtbrief in ontvangst genomen heeft;
a) a retiré la lettre de voiture;
b) de goederen aangenomen heeft;
b) a accepté la marchandise;
c) zijn rechten overeenkomstig artikel 17, § 3, heeft doen gelden;
c) a fait valoir ses droits conformément à l’article 17, § 3;
d) overeenkomstig § 3 bevoegd is nadere opdrachten te geven; vanaf dat ogenblik moet de vervoerder de nadere opdrachten en aanwijzingen van de geadresseerde opvolgen.
d) est autorisé, conformément au § 3, à donner des ordres; à partir de ce moment, le transporteur doit se conformer aux ordres et aux instructions du destinataire.
§ 3. Het recht tot het wijzigen van de vervoerovereenkomst komt aan de geadresseerde toe vanaf het ogenblik dat de vrachtbrief opgemaakt wordt, tenzij door de afzender anders aangegeven is op de vrachtbrief.
§ 3. Le droit de modifier le contrat de transport appartient au destinataire dès l’établissement de la lettre de voiture, sauf mention contraire inscrite sur cette lettre par l’expéditeur.
§ 4. Het recht van de geadresseerde tot het wijzigen van de vervoerovereenkomst vervalt wanneer hij :
§ 4. Le droit pour le destinataire de modifier le contrat de transport s’éteint lorsqu’il :
a) de vrachtbrief in ontvangst heeft genomen;
a) a retiré la lettre de voiture;
b) de goederen heeft aangenomen;
b) a accepté la marchandise;
c) zijn rechten overeenkomstig artikel 17, § 3, heeft doen gelden;
c) a fait valoir ses droits conformément à l’article 17, § 3;
d) overeenkomstig § 5 voorgeschreven heeft de goederen af te leveren aan een derde, en wanneer deze zijn rechten overeenkomstig artikel 17, § 3, heeft doen gelden.
d) a prescrit conformément au § 5 de livrer la marchandise à un tiers et lorsque celui-ci a fait valoir ses droits conformément à l’article 17, § 3.
§ 5. Indien de geadresseerde heeft voorgeschreven de goederen aan een derde af te leveren, is deze laatste niet bevoegd om de vervoerovereenkomst te wijzigen.
§ 5. Si le destinataire a prescrit de livrer la marchandise à un tiers, celui-ci n’est pas autorisé à modifier le contrat de transport.
54302
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Artikel 19 Uitoefening van het beschikkingsrecht § 1. Wanneer de afzender of in geval van artikel 18, § 3, de geadresseerde de vervoerovereenkomst wil wijzigen door latere opdrachten, moet hij de vervoerder de duplicaat-vrachtbrief aanbieden waarop de wijzigingen aangebracht moeten zijn. § 2. De afzender of in geval van artikel 18, § 3, de geadresseerde moet de vervoerder alle kosten en de schade vergoeden die voortvloeien uit het uitvoeren van de latere wijzigingen. § 3. Het uitvoeren van latere wijzigingen moet mogelijk, geoorloofd en redelijk zijn op het ogenblik waarop de opdrachten aan degene die deze moet uitvoeren, bereiken en mag met name noch de gebruikelijke bedrijfsuitoefening van de vervoeronderneming belemmeren, noch de afzenders en geadresseerden van andere zendingen benadelen. § 4. De latere wijzigingen mogen niet een splitsing van de zending tot gevolg hebben. § 5. Wanneer de vervoerder, rekening houdend met de bepalingen genoemd in § 3, de ontvangen instructies niet kan uitvoeren, moet hij onmiddellijk diegene die om de wijzigingen verzoekt daarvan in kennis stellen. § 6. In geval van schuld van de vervoerder is hij aansprakelijk voor de gevolgen van het niet of gebrekkig uitvoeren van een latere wijziging. De eventuele schadevergoeding bedraagt evenwel niet meer dan die in geval van verlies van de goederen. § 7. De vervoerder die gevolg geeft aan latere wijzigingen van de afzender zonder het overleggen van de duplicaat-vrachtbrief te eisen, is jegens de geadresseerde aansprakelijk voor de daaruit voortvloeiende schade, indien de duplicaat-vrachtbrief aan deze laatste is overhandigd. De eventuele schadevergoeding bedraagt evenwel niet meer dan die in geval van verlies van de goederen.
Article 19 Exercice du droit de disposition § 1er. Lorsque l’expéditeur ou, dans le cas de l’article 18, § 3, le destinataire, veut modifier, par des ordres ultérieurs, le contrat de transport, celui-ci doit présenter au transporteur le duplicata de la lettre de voiture sur lequel doivent être portées les modifications. § 2. L’expéditeur, ou dans le cas de l’article 18, § 3, le destinataire, doit dédommager le transporteur des frais et du préjudice qu’entraîne l’exécution des modifications ultérieures. § 3. L’exécution des modifications ultérieures doit être possible, licite et raisonnablement exigible au moment où les ordres parviennent à celui qui doit les exécuter et elle ne doit notamment ni entraver l’exploitation normale de l’entreprise du transporteur, ni porter préjudice aux expéditeurs ou destinataires d’autres envois. § 4. Les modifications ultérieures ne doivent pas avoir pour effet de diviser l’envoi. § 5. Lorsque, en raison des conditions prévues au § 3, le transporteur ne peut exécuter les ordres qu’il rec¸ oit, il doit en aviser immédiatement celui dont émanent les ordres.
Artikel 20 Belemmeringen in het vervoer § 1. In geval van een belemmering in het vervoer beslist de vervoerder of het de voorkeur verdient de goederen ambtshalve verder te voeren over een ander vervoertraject dan wel of het in het belang is van de rechthebbende hem om instructies te verzoeken, waarbij hij aan hem alle nuttige inlichtingen waarover hij beschikt, meedeelt. § 2. Indien een verder vervoer niet mogelijk is, verzoekt de vervoerder de beschikkingsgerechtigde om instructies. Indien de vervoerder deze instructies niet tijdig kan verkrijgen, moet hij die maatregelen treffen welke hem het voordeligst lijken voor de belangen van degene die gerechtigd is over de goederen te beschikken.
Article 20 Empêchements au transport § 1er. En cas d’empêchement au transport, le transporteur décide s’il est préférable de transporter d’office la marchandise en modifiant l’itinéraire ou s’il convient, dans l’intérêt de l’ayant droit, de lui demander des instructions en lui fournissant toutes les informations utiles dont il dispose. § 2. Si la continuation du transport n’est pas possible, le transporteur demande des instructions à celui qui a le droit de disposer de la marchandise. Si le transporteur ne peut obtenir des instructions en temps utile, il doit prendre les mesures qui lui paraissent les plus favorables aux intérêts de celui qui a le droit de disposer de la marchandise.
Artikel 21 Belemmeringen in de aflevering § 1. In geval van een belemmering in de aflevering moet de vervoerder de afzender daarvan onverwijld op de hoogte stellen en moet hij hem om instructies verzoeken, tenzij de afzender door een vermelding op de vrachtbrief gevraagd heeft om in geval van een belemmering in de aflevering de goederen ambtshalve terug te zenden. § 2. Wanneer de belemmering in de aflevering wegvalt, voordat instructies van de afzender de vervoerder bereiken, worden de goederen afgeleverd bij de geadresseerde. De afzender moet daarvan onverwijld in kennis worden gesteld. § 3.. In geval de geadresseerde weigert de goederen in ontvangst te nemen, is de afzender gerechtigd tot het geven van instructies, zelfs indien hij de duplicaat-vrachtbrief niet kan overleggen. § 4. Wanneer de belemmering in de aflevering optreedt, nadat de geadresseerde de vervoerovereenkomst overeenkomstig artikel 19, §§ 3 en 5, gewijzigd heeft, moet de vervoerder deze geadresseerde inlichten.
Article 21 Empêchements à la livraison § 1er. En cas d’empêchement à la livraison, le transporteur doit prévenir sans délai l’expéditeur et lui demander des instructions, sauf si par une inscription sur la lettre de voiture l’expéditeur a demandé que la marchandise lui soit renvoyée d’office s’il survient un empêchement à la livraison. § 2. Lorsque l’empêchement à la livraison cesse avant que les instructions de l’expéditeur soient parvenues au transporteur, la marchandise est livrée au destinataire. L’expéditeur doit en être avisé sans délai. § 3. En cas de refus de la marchandise par le destinataire, l’expéditeur a le droit de donner des instructions, même s’il ne peut produire le duplicata de la lettre de voiture. § 4. Lorsque l’empêchement à la livraison intervient après que le destinataire a modifié le contrat de transport conformément à l’article 18, §§ 3 à 5, le transporteur doit aviser ce destinataire.
Artikel 22 Gevolgen van de belemmeringen in het vervoer en in de aflevering. § 1. De vervoerder heeft recht op vergoeding van de kosten veroorzaakt door : a) het inwinnen van instructies, b) het uitvoeren van de ontvangen instructie, c) het niet of niet tijdig ontvangen van door hem verzochte instructie,
Article 22 Conséquences des empêchements au transport et à la livraison § 1er. Le transporteur a droit au remboursement des frais que lui cause : a) sa demande d’instructions, b) l’exécution des instructions rec¸ ues, c) le fait que les instructions demandées ne lui parviennent pas ou pas à temps, d) le fait qu’il a pris une décision conformément à l’article 20, § 1er, sans avoir demandé des instructions, à moins que ces frais ne soient la conséquence de sa faute. Il peut notamment percevoir le prix de transport applicable par l’itinéraire emprunté et dispose des délais correspondants à ce dernier.
d) het nemen van een beslissing overeenkomstig artikel 20, § 1, zonder instructies gevraagd te hebben, tenzij deze kosten door zijn schuld veroorzaakt zijn. Hij kan met name de vrachtprijs voor het werkelijk gereden vervoertraject in rekening brengen en aanspraak maken op de daarmee overeenstemmende afleveringstermijn.
§ 6. En cas de faute du transporteur, celui-ci est responsable des conséquences de l’inexécution ou de l’exécution défectueuse d’une modification ultérieure. Toutefois, l’éventuelle indemnité n’excède pas celle prévue en cas de perte de la marchandise. § 7. Le transporteur, qui donne suite aux modifications ultérieures demandées par l’expéditeur sans exiger la présentation du duplicata de la lettre de voiture, est responsable du dommage en résultant envers le destinataire si le duplicata de la lettre de voiture a été transmis à ce dernier. Toutefois, l’éventuelle indemnité n’excède pas celle prévue en cas de perte de la marchandise.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54303
§ 2. In de gevallen bedoeld in artikel 20, § 2, en in artikel 21, § 1, kan de vervoerder de goederen onmiddellijk en op kosten van de rechthebbende lossen. Na het lossen wordt het vervoer geacht beëindigd te zijn. De vervoerder bewaart vervolgens de goederen voor rekening van de rechthebbende. Hij kan de goederen evenwel toevertrouwen aan een derde en is dan slechts aansprakelijk voor de oordeelkundige keuze van die derde. De goederen blijven belast met de uit de vervoerovereenkomst voortvloeiende schuldvorderingen en alle andere kosten.
§ 2. Dans les cas visés à l’article 20, § 2 et à l’article 21, § 1er, le transporteur peut décharger immédiatement la marchandise aux frais de l’ayant droit. Après ce déchargement, le transport est réputé terminé. Le transporteur assume alors la garde de la marchandise pour le compte de l’ayant droit. Il peut toutefois confier la marchandise à un tiers et n’est alors responsable que du choix judicieux de ce tiers. La marchandise reste grevée des créances résultant du contrat de transport et de tous autres frais.
§ 3. De vervoerder kan zonder instructies van de rechthebbende af te wachten tot de verkoop van de goederen overgaan, wanneer de bederfelijke aard of de toestand van de goederen dit rechtvaardigt of wanneer de bewaarkosten niet in redelijke verhouding staan met de waarde der goederen. In andere gevallen kan hij eveneens tot de verkoop overgaan wanneer hij niet binnen een redelijke termijn van de rechthebbende andersluidende instructies heeft ontvangen, waarvan de uitvoering redelijkerwijs kan worden gevorderd.
§ 3. Le transporteur peut faire procéder à la vente de la marchandise sans attendre d’instructions de l’ayant droit lorsque la nature périssable ou l’état de la marchandise le justifie ou lorsque les frais de garde sont disproportionnés par rapport à la valeur de la marchandise. Dans les autres cas, il peut également faire procéder à la vente lorsque, dans un délai raisonnable, il n’a pas rec¸ u de l’ayant droit des instructions contraires dont l’exécution puisse équitablement être exigée.
§ 4. Indien de goederen zijn verkocht, moet de opbrengst van de verkoop ter beschikking worden gesteld van de rechthebbende, onder aftrek van de kosten die op de goederen drukken. Indien de opbrengst minder is dan deze kosten, moet de afzender het verschil betalen.
§ 4. Si la marchandise a été vendue, le produit de la vente, déduction faite des frais grevant la marchandise, doit être mis à la disposition de l’ayant droit. Si le produit est inférieur à ces frais, l’expéditeur doit payer la différence.
§ 5. De wijze van verkoop wordt bepaald door de wetten en voorschriften of plaatselijke gebruiken die gelden op de plaats waar de goederen zich bevinden.
§ 5. La fac¸ on de procéder en cas de vente est déterminée par les lois et les prescriptions en vigueur au lieu où se trouve la marchandise, ou par les usages de ce lieu.
§ 6. Indien in geval van belemmeringen in het vervoer of in de aflevering de afzender binnen redelijke tijd geen instructies meedeelt en de belemmering in het vervoer of in de aflevering niet opgelost kan worden overeenkomstig de bepalingen van de §§ 2 en 3, kan de vervoerder de goederen op kosten van de afzender terugzenden of indien zulks gerechtvaardigd is, vernietigen.
§ 6. Si, en cas d’empêchement au transport ou à la livraison, l’expéditeur ne donne pas d’instructions en temps utile et si l’empêchement au transport ou à la livraison ne peut être supprimé conformément aux §§ 2 et 3, le transporteur peut renvoyer la marchandise à l’expéditeur ou, si justifié, la détruire, aux frais de ce dernier.
TITEL III. — Aansprakelijkheid
TITRE III. — Responsabilité
Artikel 23 Aansprakelijkheidsgronden
Article 23 Fondement de la responsabilité
§ 1. De vervoerder is aansprakelijk voor de schade ten gevolge van geheel of gedeeltelijk verlies of beschadiging van de goederen vanaf de aanneming ten vervoer tot aan de aflevering, alsmede ten gevolge van de vertraging in de aflevering, ongeacht welke spoorweginfrastructuur wordt gebruikt.
§ 1er. Le transporteur est responsable du dommage résultant de la perte totale ou partielle et de l’avarie de la marchandise survenues à partir de la prise en charge de la marchandise jusqu’à la livraison, ainsi que du dommage résultant du dépassement du délai de livraison, quelle que soit l’infrastructure ferroviaire utilisée.
§ 2. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven voorzover het verlies, de beschadiging of de vertraging in de aflevering is veroorzaakt door schuld van de rechthebbende, door een opdracht van de rechthebbende die niet het gevolg is van de schuld van de vervoerder, door eigen gebrek van het goed (inwendig bederf, gewichtsverlies, enz.) of door omstandigheden die de vervoerder niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen.
§ 2. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité dans la mesure où la perte, l’avarie ou le dépassement du délai de livraison a eu pour cause une faute de l’ayant droit, un ordre de celui-ci ne résultant pas d’une faute du transporteur, un vice propre de la marchandise (détérioration intérieure, déchet de route, etc.) ou des circonstances que le transporteur ne pouvait pas éviter et aux conséquences desquelles il ne pouvait pas obvier.
§ 3. De vervoerder is van deze aansprakelijkheid ontheven, voorzover het verlies of de beschadiging een gevolg is van de bijzondere risico’s, verbonden aan een of meer van de volgende feiten :
§ 3. Le transporteur est déchargé de cette responsabilité dans la mesure où la perte ou l’avarie résulte des risques particuliers inhérents à un ou plusieurs des faits ci-après :
a) het vervoer in open wagens, verricht krachtens de Algemene vervoervoorwaarden of een uitdrukkelijk overeengekomen en in de vrachtbrief vermeld beding; behalve voor de schade veroorzaakt door weersomstandigheden aan de goederen, worden de goederen geladen in intermodale transporteenheden en in gesloten wegvoertuigen die op spoorwagens vervoerd worden, niet beschouwd als vervoerd in open wagen; indien de afzender dekkleden voor het vervoer van goederen in open wagens gebruikt, heeft de vervoerder dezelfde aansprakelijkheid als die bij het vervoer in open wagens zonder dekkleden, zelfs als het goederen betreft die volgens de Algemene vervoervoorwaarden niet in open wagens worden vervoerd;
a) transport effectué en wagon découvert en vertu des Conditions générales de transport ou lorsque cela a été expressément convenu et inscrit sur la lettre de voiture; sous réserve des dommages subis par les marchandises à la suite d’influences atmosphériques, les marchandises chargées en unités de transport intermodal et dans des véhicules routiers fermés acheminés par des wagons ne sont pas considérées comme étant transportées en wagon découvert; si, pour le transport des marchandises en wagons découverts, l’expéditeur utilise des bâches, le transporteur assume la même responsabilité que celle qui lui incombe pour le transport en wagons découverts non bâchés, même s’il s’agit des marchandises qui, selon les Conditions générales de transport, ne sont pas transportées en wagons découverts;
b) het ontbreken of de gebrekkigheid van de verpakking bij goederen die door hun aard onderhevig zijn aan verliezen of beschadigingen, wanneer ze niet of gebrekkig zijn verpakt;
b) absence ou défectuosité de l’emballage pour les marchandises exposées par leur nature à des pertes ou des avaries quand elles ne sont pas emballées ou sont mal emballées;
c) het laden van de goederen door de afzender of het lossen door de geadresseerde;
c) chargement des marchandises par l’expéditeur ou déchargement par le destinataire;
d) de aard van bepaalde goederen die door met deze aard zelf samenhangende oorzaken zijn blootgesteld aan geheel of gedeeltelijk verlies of aan beschadiging zoals in het bijzonder breuk, roest, inwendig en spontaan bederf, uitdroging, vermindering in massa;
d) nature de certaines marchandises exposées, par des causes inhérentes à celle-ci même, à la perte totale ou partielle ou à l’avarie notamment par bris, rouille, détérioration intérieure et spontanée, dessiccation, déperdition;
e) de onjuiste, onnauwkeurige of onvolledige aanduiding of nummering van de colli;
e) désignation ou numérotation irrégulière, inexacte ou incomplète de colis;
54304
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
f) het vervoer van levende dieren;
f) transport d’animaux vivants;
g) vervoer dat krachtens de toepasselijke bepalingen of op de vrachtbrief vermelde bedingen tussen de afzender en de vervoerder uitgevoerd moet worden onder begeleiding, indien het verlies of de beschadiging het gevolg is van een gevaar dat de begeleiding had moeten vermijden.
g) transport qui, en vertu des dispositions applicables ou de conventions entre l’expéditeur et le transporteur et indiquées sur la lettre de voiture, doit être effectué sous escorte, si la perte ou l’avarie résulte d’un risque que l’escorte avait pour but d’éviter.
Artikel 24 Aansprakelijkheid in geval van vervoer van spoorwegvoertuigen als te vervoeren goed
Article 24 Responsabilité en cas de transport de véhicules ferroviaires en tant que marchandise
§ 1. In geval van een vervoer van op eigen wielen rollende spoorwegvoertuigen die als te vervoeren goed ten vervoer worden aangeboden, is de vervoerder aansprakelijk voor de schade ten gevolge van het verlies of beschadiging van de spoorwegvoertuigen en de bestanddelen daarvan vanaf de aanneming ten vervoer tot de aflevering alsmede voor de schade ten gevolge van de overschrijding van afleveringstermijn, tenzij hij bewijst dat de schade niet door zijn schuld veroorzaakt is.
§ 1er. Dans le cas de transport de véhicules ferroviaires roulant sur leurs propres roues et remis au transport en tant que marchandise, le transporteur répond du dommage résultant de la perte ou de l’avarie du véhicule ou de ses pièces survenue à partir de la prise en charge jusqu’à la livraison ainsi que du dommage résultant du dépassement du délai de livraison, à moins qu’il ne prouve que le dommage ne résulte pas de sa faute.
§ 2. De vervoerder is niet aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het verlies van de losse bestanddelen waarvan geen melding wordt gemaakt op beide zijden van het voertuig of die niet opgenomen zijn in de inventaris die het voertuig begeleidt.
§ 2. Le transporteur ne répond pas du dommage résultant de la perte des accessoires qui ne sont pas inscrits sur les deux côtés du véhicule ou non mentionnés sur l’inventaire qui l’accompagne.
Artikel 25 Bewijslast
Article 25 Charge de la preuve
§ 1. Het bewijs dat het verlies, de beschadiging of de vertraging in de aflevering door een van de in artikel 23, § 2, genoemde feiten is veroorzaakt, rust op de vervoerder.
§ 1er. La preuve que la perte, l’avarie ou le dépassement du délai de livraison a eu pour cause un des faits prévus à l’article 23, § 2, incombe au transporteur.
§ 2. Wanneer de vervoerder bewijst dat het verlies of de beschadiging, gelet op de omstandigheden van het geval, kan zijn ontstaan uit een of meer van de in artikel 23, § 3, genoemde bijzondere risico’s, wordt vermoed dat het verlies of de beschadiging daardoor is veroorzaakt. De rechthebbende heeft evenwel het recht te bewijzen dat de schade geheel of gedeeltelijk niet door een van deze risico’s is veroorzaakt.
§ 2. Lorsque le transporteur établit que la perte ou l’avarie a pu résulter, étant donné les circonstances de fait, d’un ou de plusieurs des risques particuliers prévus à l’article 23, § 3, il y a présomption qu’elle en résulte. L’ayant droit conserve toutefois le droit de prouver que le dommage n’a pas eu pour cause, totalement ou partiellement, l’un de ces risques.
§ 3. Het vermoeden volgens § 2 is niet van toepassing in het geval bedoeld in artikel 23,§ 3, onder a, indien het een ongewoon groot verlies of een verlies van colli betreft.
§ 3. La présomption selon le § 2 n’est pas applicable dans le cas prévu à l’article 23, § 3, lettre a) s’il y a perte d’une importance anormale ou perte de colis.
Artikel 26 Opvolgende vervoerders
Article 26 Transporteurs subséquents
Wanneer een vervoer dat het onderwerp vormt van één en dezelfde vervoerovereenkomst, door meer opvolgende vervoerders wordt verricht, treedt iedere vervoerder door het overnemen van de goederen met de vrachtbrief toe tot de vervoerovereenkomst overeenkomstig de bepalingen van de vrachtbrief en neemt hij de daaruit voortvloeiende verplichtingen op zich. In dit geval is iedere vervoerder aansprakelijk voor de uitvoering van het vervoer op het gehele vervoertraject tot aan de aflevering.
Lorsqu’un transport faisant l’objet d’un contrat de transport unique est effectué par plusieurs transporteurs subséquents, chaque transporteur prenant en charge la marchandise avec la lettre de voiture participe au contrat de transport conformément aux stipulations de la lettre de voiture et assume les obligations qui en découlent. Dans ce cas, chaque transporteur répond de l’exécution du transport sur le parcours total jusqu’à la livraison.
Artikel 27 Ondervervoerder
Article 27 Transporteur substitué
§ 1. Wanneer de vervoerder de uitvoering van het vervoer geheel of gedeeltelijk heeft toevertrouwd aan een ondervervoerder, al dan niet op grond van een aan hem in de vervoerovereenkomst toegekende bevoegdheid, blijft de vervoerder niettemin aansprakelijk voor het volledige vervoer.
§ 1er. Lorsque le transporteur a confié, en tout ou en partie, l’exécution du transport à un transporteur substitué, que ce soit ou non dans l’exercice d’une faculté qui lui est reconnue dans le contrat de transport, le transporteur n’en demeure pas moins responsable de la totalité du transport.
§ 2. Alle bepalingen van deze Uniforme Regelen die betrekking hebben op de aansprakelijkheid van de vervoerder zijn ook van toepassing op de aansprakelijkheid van de ondervervoerder met betrekking tot het door hem verrichte vervoer. Wanneer een vordering wordt ingesteld tegen zijn ondergeschikten en andere personen van wier diensten de ondervervoerder gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer, zijn de artikelen 36 en 41 van toepassing.
§ 2. Toutes les dispositions des présentes Règles uniformes régissant la responsabilité du transporteur s’appliquent également à la responsabilité du transporteur substitué pour le transport effectué par ses soins. Les articles 36 et 41 s’appliquent lorsqu’une action est intentée contre les agents et toutes autres personnes au service desquelles le transporteur substitué recourt pour l’exécution du transport.
§ 3. Een bijzondere overeenkomst waarin de vervoerder verplichtingen op zich neemt die niet op hem rusten krachtens deze Uniforme Regelen, of waarin hij afziet van rechten die hem ingevolge deze Uniforme Regelen zijn toegekend, is niet bindend voor de ondervervoerder die hiermee niet uitdrukkelijk en schriftelijk heeft ingestemd. Ongeacht of de ondervervoerder deze overeenkomst al dan niet heeft aanvaard, blijft de vervoerder niettemin gebonden aan de uit deze bijzondere overeenkomst voortvloeiende verplichtingen of afstand van rechten.
§ 3. Toute convention particulière par laquelle le transporteur assume des obligations qui ne lui incombent pas en vertu des présentes Règles uniformes ou renonce à des droits qui lui sont conférés par ces Règles uniformes est sans effet à l’égard du transporteur substitué qui ne l’a pas acceptée expressément et par écrit. Que le transporteur substitué ait ou non accepté cette convention, le transporteur reste néanmoins lié par les obligations ou les renonciations qui résultent de ladite convention particulière.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54305
§ 4. Wanneer en voorzover de vervoerder en de ondervervoerder aansprakelijk zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk. § 5. Het totale bedrag van de schadevergoeding verschuldigd door de vervoerder, de ondervervoerder alsmede door hun ondergeschikten en andere personen van wier diensten zij gebruik maken voor de uitvoering van het vervoer is niet hoger dan de in deze Uniforme Regelen voorgeschreven maximumbedragen. § 6. Dit artikel doet geen afbreuk aan de mogelijke regresrechten tussen de vervoerder en de ondervervoerder.
§ 4. Lorsque et pour autant que le transporteur et le transporteur substitué sont responsables, leur responsabilité est solidaire. § 5. Le montant total de l’indemnité dû par le transporteur, le transporteur substitué ainsi que leurs agents et les autres personnes au service desquelles ils recourent pour l’exécution du transport, n’excède pas les limites prévues aux présentes Règles uniformes.
Artikel 28 Vermoeden van schade in geval van doorzending § 1. Wanneer een zending, die overeenkomstig deze Uniforme Regelen verzonden is, onder dezelfde Regelen is doorverzonden en wanneer na deze doorzending een gedeeltelijk verlies of een schade is vastgesteld, wordt vermoed dat het gedeeltelijk verlies of de schade is ontstaan tijdens de laatste vervoerovereenkomst, indien de zending onder de hoede van de vervoerder is gebleven en is doorgezonden in dezelfde toestand waarin zij op de plaats van doorzending is aangekomen. § 2. Dit vermoeden is ook van toepassing, wanneer de aan de doorzending voorafgaande vervoerovereenkomst niet aan deze Uniforme Regelen onderworpen was, indien deze van toepassing zouden zijn geweest in het geval van rechtstreekse verzending tussen de plaats van afzending en de laatste plaats van bestemming. § 3. Dit vermoeden is bovendien van toepassing, wanneer de vervoerovereenkomst die aan de doorzending voorafging, onderworpen was aan een ander vergelijkbaar internationaal verdrag over rechtstreeks internationaal spoorvervoer en dat verdrag eenzelfde rechtsvermoeden bevat ten voordele van zendingen die overeenkomstig deze Uniforme Regelen verzonden worden.
Article 28 Présomption de dommage en cas de réexpédition § 1er. Lorsqu’un envoi expédié conformément aux présentes Règles uniformes a fait l’objet d’une réexpédition soumise à ces mêmes Règles et qu’une perte partielle ou une avarie est constatée après cette réexpédition, il y a présomption qu’elle s’est produite sous l’empire du dernier contrat de transport, si l’envoi est resté sous la garde du transporteur et a été réexpédié tel qu’il est arrivé au lieu de réexpédition.
Artikel 29 Vermoeden van verlies van de goederen § 1. De rechthebbende kan zonder nader bewijs de goederen als verloren beschouwen, wanneer zij niet binnen dertig dagen na afloop van de afleveringstermijn aan de geadresseerde zijn afgeleverd of te zijner beschikking zijn gesteld. § 2. De rechthebbende kan bij het ontvangen van de schadevergoeding voor de verloren goederen schriftelijk verzoeken er onverwijld in kennis van te worden gesteld in geval de goederen zijn teruggevonden binnen een jaar na de betaling van de schadevergoeding. De vervoerder bevestigt dit verzoek schriftelijk. § 3. Binnen dertig dagen na ontvangst van de in § 2 bedoelde kennisgeving kan de rechthebbende verzoeken dat de goederen aan hem worden afgeleverd tegen betaling van de schuldvorderingen die uit de vrachtbrief voortvloeien en tegen terugbetaling van de ontvangen schadevergoeding, onder aftrek, in voorkomend geval, van de kosten die in deze schadevergoeding begrepen zouden zijn geweest. Hij behoudt niettemin zijn in artikelen 33 en 35 bedoelde rechten op schadevergoeding voor overschrijding van de afleveringstermijn. § 4. Bij gebreke van een in § 2 bedoeld verzoek of van binnen de in § 3 bedoelde termijn gegeven instructies, of indien de goederen meer dan een jaar na de betaling van de schadevergoeding teruggevonden zijn, beschikt de vervoerder daarover overeenkomstig de wetten en voorschriften die gelden op de plaats waar de goederen zich bevinden.
Article 29 Présomption de perte de la marchandise § 1er. L’ayant droit peut, sans avoir à fournir d’autres preuves, considérer la marchandise comme perdue quand elle n’a pas été livrée au destinataire ou tenue à sa disposition dans les trente jours qui suivent l’expiration des délais de livraison. § 2. L’ayant droit, en recevant le paiement de l’indemnité pour la marchandise perdue, peut demander par écrit à être avisé sans délai dans le cas où la marchandise est retrouvée au cours de l’année qui suit le paiement de l’indemnité. Le transporteur donne acte par écrit de cette demande. § 3. Dans les trente jours qui suivent la réception de l’avis visé au § 2, l’ayant droit peut exiger que la marchandise lui soit livrée contre paiement des créances résultant du contrat de transport et contre restitution de l’indemnité rec¸ ue, déduction faite, le cas échéant, des frais qui auraient été compris dans cette indemnité. Néanmoins, il conserve ses droits à indemnité pour dépassement du délai de livraison prévu aux articles 33 et 35.
Artikel 30 Schadevergoeding in geval van verlies § 1. In geval van geheel of gedeeltelijk verlies van de goederen moet de vervoerder, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding, een schadevergoeding betalen berekend volgens de beursprijs, bij gebreke daarvan volgens de marktprijs en, bij gebreke van beide, volgens de gebruikelijke waarde van goederen van dezelfde aard en kwaliteit op de dag en de plaats waar de goederen in ontvangst zijn genomen. § 2. De schadevergoeding bedraagt niet meer dan 17 rekeneenheden per ontbrekend kilogram brutomassa. § 3. In geval van verlies van een op eigen wielen rollend spoorwegvoertuig dat als te vervoeren goed ten vervoer is aangeboden of van verlies van een intermodale transporteenheid of van hun bestanddelen, is de schadevergoeding, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding, beperkt tot de gebruikelijke waarde van het voertuig of de intermodale transporteenheid of hun bestanddelen op de dag en de plaats van het verlies. Indien het niet mogelijk is de dag of de plaats van het verlies vast te stellen, is de schadevergoeding beperkt tot de gebruikelijke waarde op de dag en de plaats van de inontvangstneming.
Article 30 Indemnité en cas de perte § 1er. En cas de perte totale ou partielle de la marchandise, le transporteur doit payer, à l’exclusion de tous autres dommagesintérêts, une indemnité calculée d’après le cours à la bourse, à défaut d’après le prix courant sur le marché et, à défaut de l’un et de l’autre, d’après la valeur usuelle des marchandises de mêmes nature et qualité, aux jour et lieu où la marchandise a été prise en charge. § 2. L’indemnité n’excède pas 17 unités de compte par kilogramme manquant de masse brute. § 3. En cas de perte d’un véhicule ferroviaire, roulant sur ses propres roues et remis au transport en tant que marchandise, ou d’une unité de transport intermodal, ou de leurs pièces, l’indemnité est limitée, à l’exclusion de tous autres dommages-intérêts, à la valeur usuelle du véhicule ou de l’unité de transport intermodal ou de leurs pièces, aux jour et lieu de la perte. S’il est impossible de constater le jour ou le lieu de la perte, l’indemnité est limitée à la valeur usuelle aux jour et lieu de la prise en charge.
§ 6. Le présent article ne porte pas atteinte aux droits de recours pouvant exister entre le transporteur et le transporteur substitué.
§ 2. Cette présomption est également applicable lorsque le contrat de transport antérieur à la réexpédition n’était pas soumis aux présentes Règles uniformes, si celles-ci avaient été applicables en cas d’expédition directe entre le premier lieu d’expédition et le dernier lieu de destination. § 3. Cette présomption est en outre applicable lorsque le contrat de transport antérieur à la réexpédition était soumis à une convention concernant le transport international ferroviaire direct de marchandises et de nature comparable aux présentes Règles uniformes, et lorsque cette convention contient une même présomption de droit en faveur des envois expédiés conformément à ces Règles uniformes.
§ 4. A défaut soit de la demande visée au § 2, soit d’instructions données dans le délai prévu au § 3, ou encore si la marchandise est retrouvée plus d’un an après le paiement de l’indemnité, le transporteur en dispose conformément aux lois et prescriptions en vigueur au lieu où se trouve la marchandise.
54306
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 4. De vervoerder moet bovendien de vrachtprijs, de betaalde douanerechten en de overige ter zake van het vervoer van de verloren goederen betaalde bedragen terugbetalen, met uitzondering van de accijnzen op goederen die vervoerd worden onder opschorting van die accijnzen.
§ 4. Le transporteur doit restituer, en outre, le prix de transport, les droits de douane acquittés et les autres sommes déboursées en relation avec le transport de la marchandise perdue, à l’exception des droits d’accises portant sur des marchandises circulant en suspension de tels droits.
Artikel 31 Aansprakelijkheid in geval van gewichtsverlies
Article 31 Responsabilité en cas de déchet de route
§ 1. Met betrekking tot goederen, die ingevolge hun aard in het algemeen een gewichtsverlies ondergaan tijdens het vervoer, is de vervoerder, ongeacht de lengte van het afgelegde traject, slechts aansprakelijk voor het gedeelte van het verlies dat meer bedraagt dan :
§ 1er. En ce qui concerne les marchandises qui, en raison de leur nature, subissent généralement un déchet de route par le seul fait du transport, le transporteur ne répond que de la partie du déchet qui dépasse, quel que soit le parcours effectué, les tolérances ci-dessous :
a) twee procent van de massa voor vloeibare of in vochtige toestand aangeboden goederen;
a) deux pour cent de la masse pour les marchandises liquides ou remises au transport à l’état humide;
b) één procent van de massa voor droge goederen.
b) un pour cent de la masse pour les marchandises sèches.
§ 2. Op de in § 1 bedoelde beperking van de aansprakelijkheid kan geen beroep worden gedaan, indien wordt bewezen, dat het verlies, gelet op de omstandigheden van het geval, geen gevolg is van oorzaken, die de afwijking rechtvaardigen.
§ 2. La restriction de responsabilité prévue au § 1er ne peut être invoquée s’il est prouvé, étant donné les circonstances de fait, que la perte ne résulte pas des causes qui justifient la tolérance.
§ 3. In het geval dat meer colli met één enkele vrachtbrief zijn vervoerd, wordt het gewichtsverlies berekend voor iedere collo, wanneer de massa ervan bij vertrek afzonderlijk op de vrachtbrief is vermeld of op andere wijze kan worden vastgesteld.
§ 3. Dans le cas où plusieurs colis sont transportés avec une seule lettre de voiture, le déchet de route est calculé pour chaque colis lorsque sa masse au départ est indiquée séparément sur la lettre de voiture ou peut être constatée d’une autre manière.
§ 4. In geval van geheel verlies van het goed of in geval van verlies van colli vindt voor de berekening van de schadevergoeding geen aftrek plaats wegens gewichtsverlies tijdens het vervoer.
§ 4. En cas de perte totale de la marchandise ou en cas de perte de colis, il n’est fait aucune déduction résultant du déchet de route pour le calcul de l’indemnité.
§ 5. Dit artikel laat de artikelen 23 en 25 onverlet.
§ 5. Cet article ne déroge pas aux articles 23 et 25.
Artikel 32 Schadevergoeding in geval van beschadiging
Article 32 Indemnité en cas d’avarie
§ 1. In geval van beschadiging van de goederen moet de vervoerder, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding, een schadevergoeding betalen gelijk aan de waardevermindering van de goederen. Dit bedrag wordt berekend door op de overeenkomstig artikel 30 bepaalde waarde van de goederen het op de plaats van bestemming vastgestelde percentage van de waardevermindering toe te passen.
§ 1er. En cas d’avarie de la marchandise, le transporteur doit payer, à l’exclusion de tous autres dommages-intérêts, une indemnité équivalente à la dépréciation de la marchandise. Son montant est calculé en appliquant à la valeur de la marchandise définie conformément à l’article 30, le pourcentage de dépréciation constaté au lieu de destination.
§ 2. De schadevergoeding bedraagt niet meer dan :
§ 2. L’indemnité n’excède pas :
a) indien de gehele zending door de beschadiging in waarde is verminderd, het in geval van geheel verlies te betalen bedrag;
a) le montant qu’elle aurait atteint en cas de perte totale, si la totalité de l’envoi est dépréciée par l’avarie;
b) indien slechts een gedeelte van de zending door de beschadiging in waarde is verminderd, het in geval van verlies van het in waarde verminderde gedeelte te betalen bedrag.
b) le montant qu’elle aurait atteint en cas de perte de la partie dépréciée, si une partie seulement de l’envoi est dépréciée par l’avarie.
§ 3. In geval van beschadiging van een op eigen wielen rollend spoorwegvoertuig dat als te vervoeren goed ten vervoer is aangeboden of van beschadiging van een intermodale transporteenheid of van hun bestanddelen wordt de aansprakelijkheid beperkt tot de herstelkosten, met uitsluiting van elke andere schadevergoeding. De schadevergoeding bedraagt niet meer dan het in geval van verlies te betalen bedrag.
§ 3. En cas d’avarie d’un véhicule ferroviaire, roulant sur ses propres roues et remis au transport en tant que marchandise, ou d’une unité de transport intermodal, ou de leurs pièces, l’indemnité est limitée, à l’exclusion de tous autres dommages-intérêts, au coût de la remise en état. L’indemnité n’excède pas le montant dû en cas de perte.
§ 4. De vervoerder moet bovendien de in artikel 30, § 4, vermelde kosten in de in § 1 bepaalde verhouding terugbetalen.
§ 4. Le transporteur doit restituer, en outre, dans la proportion déterminée au § 1er, les frais prévus à l’article 30, § 4.
Artikel 33 Schadevergoeding in geval van overschrijding van de afleveringstermijn
Article 33 Indemnité en cas de dépassement du délai de livraison
§ 1. Indien een schade, met inbegrip van een beschadiging, voortvloeit uit het overschrijden van de afleveringstermijn, moet de vervoerder een schadevergoeding betalen die niet meer bedraagt dan het viervoud van de vrachtprijs.
§ 1er. Si un dommage, y compris une avarie, résulte du dépassement du délai de livraison, le transporteur doit payer une indemnité qui n’excède pas le quadruple du prix de transport.
§ 2. In geval van geheel verlies van de goederen komt de in § 1 bedoelde schadevergoeding niet bovenop die bedoeld in artikel 30.
§ 2. En cas de perte totale de la marchandise, l’indemnité prévue au § 1er ne se cumule pas avec celle prévue à l’article 30.
§ 3. In geval van gedeeltelijk verlies van de goederen bedraagt de in § 1 bepaalde schadevergoeding niet meer dan het viervoud van de vrachtprijs van het niet verloren gedeelte van de zending.
§ 3. En cas de perte partielle de la marchandise, l’indemnité prévue au § 1er n’excède pas le quadruple du prix de transport de la partie non perdue de l’envoi.
§ 4. In geval van beschadiging van goederen die niet het gevolg is van de overschrijding van de afleveringstermijn komt, in voorkomend geval, de in § 1 bedoelde schadevergoeding bovenop die bedoeld in artikel 32.
§ 4. En cas d’avarie de la marchandise ne résultant pas du dépassement du délai de livraison, l’indemnité prévue au § 1er se cumule, s’il y a lieu, avec celle prévue à l’article 32.
§ 5. In geen geval kan de som van de in § 1 bedoelde schadevergoeding en die van de artikelen 30 en 32 hoger zijn dan de schadevergoeding die verschuldigd is in geval van geheel verlies van de goederen.
§ 5. En aucun cas, le cumul de l’indemnité prévue au § 1er avec celles prévues aux articles 30 et 32 ne donne lieu au paiement d’une indemnité excédant celle qui serait due en cas de perte totale de la marchandise.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54307
§ 6. Wanneer de afleveringstermijn overeenkomstig artikel 16, § 1, is vastgesteld bij overeenkomst, kan daarin in een van § 1 afwijkende regeling tot schadevergoeding voorzien worden. Indien in dit geval de in artikel 16, §§ 2 tot en met 4 bedoelde afleveringstermijnen overschreden worden, kan de rechthebbende hetzij de schadevergoeding uit de bovenvermelde overeenkomst verlangen, hetzij de schadevergoeding die in de §§ 1 tot en met 5 is voorzien.
§ 6 Lorsque, conformément à l’article 16, § 1er, le délai de livraison est établi par convention, celle-ci peut prévoir d’autres modalités d’indemnisation que celles prévues au § 1er. Si, dans ce cas, les délais de livraison prévus à l’article 16, §§ 2 à 4 sont dépassés, l’ayant droit peut demander soit l’indemnité prévue par la convention précitée, soit celle prévue aux §§ 1er à 5.
Artikel 34 Schadevergoeding in geval van aangifte van waarde
Article 34 Dédommagement en cas de déclaration de valeur
De afzender en de vervoerder kunnen overeenkomen dat de afzender in de vrachtbrief een waarde der goederen opneemt die het in artikel 30, § 2 voorgeschreven maximumbedrag overschrijdt. In dat geval treedt het aangegeven bedrag in de plaats van dit maximumbedrag.
L’expéditeur et le transporteur peuvent convenir que l’expéditeur déclare, sur la lettre de voiture, une valeur de la marchandise excédant la limite prévue à l’article 30, § 2. Dans ce cas, le montant déclaré se substitue à cette limite.
Artikel 35 Schadevergoeding in geval van belang bij de aflevering
Article 35 Dédommagement en cas de déclaration d’intérêt à la livraison
De afzender en de vervoerder kunnen overeenkomen dat de afzender een bijzonder belang bij de aflevering aangeeft door op de vrachtbrief een bedrag in cijfers te vermelden voor het geval van verlies of beschadiging en het geval van overschrijding van de afleveringstermijn. In geval van aangifte van een belang bij de aflevering kan boven op de in de artikelen 30, 32 en 33 bedoelde schadevergoedingen de vergoeding van de overige bewezen schade verlangd worden tot ten hoogste het bedrag van het aangegeven belang.
L’expéditeur et le transporteur peuvent convenir que l’expéditeur inscrive, sur la lettre de voiture, le montant en chiffres d’un intérêt spécial à la livraison, pour le cas de perte ou d’avarie et pour celui du dépassement du délai de livraison. En cas de déclaration d’intérêt à la livraison, il peut être demandé outre les indemnités prévues aux articles 30, 32 et 33, la réparation du dommage supplémentaire prouvé jusqu’à concurrence du montant déclaré.
Artikel 36 Verlies van het recht om beperkingen van aansprakelijkheid in te roepen
Article 36 Déchéance du droit d’invoquer les limites de responsabilité
De in de artikelen 15, § 3, 19, §§ 6 en 7, 30, 32 tot en met 35 bedoelde beperkingen van aansprakelijkheid zijn niet van toepassing, indien is bewezen dat de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van de vervoerder geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
Les limites de responsabilité prévues à l’article 15, § 3, à l’article 19, §§ 6 et 7 et aux articles 30, 32 à 35 ne s’appliquent pas, s’il est prouvé que le dommage résulte d’un acte ou d’une omission que le transporteur a commis, soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement.
Artikel 37 Omrekening en rente
Article 37 Conversion et intérêts
§ 1. Wanneer voor de berekening van de schadevergoeding omrekening van bedragen uitgedrukt in buitenlandse munteenheden vereist is, vindt omrekening plaats volgens de koers die geldt op de dag en de plaats van betaling van de schadevergoeding.
§ 1er. Lorsque le calcul de l’indemnité implique la conversion des sommes exprimées en unités monétaires étrangères, celle-ci est faite d’après le cours aux jour et lieu du paiement de l’indemnité.
§ 2. De rechthebbende kan een rente ten bedrage van vijf procent per jaar over de schadevergoeding verlangen, vanaf de dag van het indienen van de in artikel 43 bedoelde vordering buiten rechte of, bij gebreke daarvan, vanaf de dag van het instellen van de rechtsvordering.
§ 2. L’ayant droit peut demander des intérêts de l’indemnité, calculés à raison de cinq pour cent l’an, à partir du jour de la réclamation prévue à l’article 43 ou, s’il n’y a pas eu de réclamation, du jour de la demande en justice.
§ 3. Indien de rechthebbende niet binnen een hem gestelde redelijke termijn de voor de definitieve regeling van de vordering nodige bewijsstukken aan de vervoerder overlegt, loopt de rente niet tussen de afloop van deze termijn en de daadwerkelijke overlegging van de stukken.
§ 3. Si l’ayant droit ne remet pas au transporteur, dans un délai convenable qui lui est fixé, les pièces justificatives nécessaires pour la liquidation définitive de la réclamation, les intérêts ne courent pas entre l’expiration du délai fixé et la remise effective de ces pièces.
Artikel 38 Aansprakelijkheid in spoor/zeevervoer
Article 38 Responsabilité en trafic fer-mer
§ 1. Voor spoor/zeevervoer over de in artikel 24, § 1, van het Verdrag bedoelde lijnen over zee kan iedere Lidstaat door een desbetreffende vermelding op de lijst van de aan de Uniforme Regelen onderworpen lijnen te doen opnemen, het geheel van de hierna genoemde gronden tot uitsluiting van de aansprakelijkheid toevoegen aan de in artikel 23 genoemde gronden :
§ 1er. Dans les transports fer-mer empruntant les lignes maritimes visées à l’article 24, § 1er, de la Convention, chaque Etat membre peut, en demandant que la mention utile soit portée sur la liste des lignes soumises aux présentes Règles uniformes, ajouter l’ensemble des causes d’exonération ci-après mentionnées à celles prévues à l’article 23 :
a) brand, mits de vervoerder bewijst dat deze niet is veroorzaakt door toedoen of schuld van hemzelf, de kapitein, de scheepsbemanning, de loods of zijn ondergeschikten;
a) incendie, à condition que le transporteur fasse la preuve qu’il n’a pas été causé par son fait ou sa faute, par ceux du capitaine, des marins, du pilote ou de ses préposés;
b) redding of poging tot redding van mensenlevens of goederen op zee;
b) sauvetage ou tentative de sauvetage de vies ou de biens en mer;
c) vervoer van de goederen als deklading, mits zulks is geschied met de door de afzender op de vrachtbrief gegeven toestemming en de goederen zich niet in een spoorwagen bevinden;
c) chargement de la marchandise sur le pont du navire, à condition qu’elle ait été chargée sur le pont avec le consentement de l’expéditeur donné sur la lettre de voiture et qu’elle ne soit pas sur wagon;
d) gevaren of onheilen van de zee of andere bevaarbare wateren.
d) périls, dangers ou accidents de la mer ou d’autres eaux navigables.
54308
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
§ 2. De vervoerder kan zich slechts op de in § 1 vermelde ontheffingsgronden beroepen, indien hij bewijst dat het verlies, de beschadiging of de overschrijding van de afleveringstermijn is ontstaan op het zeetraject vanaf het laden van de goederen aan boord van het schip tot aan het lossen ervan uit het schip.
§ 2. Le transporteur ne peut se prévaloir des causes d’exonération visées au § 1er. que s’il fait la preuve que la perte, l’avarie ou le dépassement du délai de livraison est survenu sur le parcours maritime, depuis le chargement de la marchandise à bord du navire jusqu’à son déchargement du navire.
§ 3. Wanneer de vervoerder zich op de in § 1 vermelde ontheffingsgronden beroept, blijft hij niettemin aansprakelijk, indien de rechthebbende het bewijs levert dat het verlies, de beschadiging of de overschrijding van de afleveringstermijn te wijten is aan de schuld van de vervoerder, de kapitein, de scheepsbemanning, de loods of de ondergeschikten van de vervoerder.
§ 3. Lorsque le transporteur se prévaut des causes d’exonération visées au § 1er, il reste néanmoins responsable si l’ayant droit fait la preuve que la perte, l’avarie ou le dépassement du délai de livraison est dû à une faute du transporteur, du capitaine, des marins, du pilote ou des préposés du transporteur.
§ 4 Wanneer eenzelfde zeetraject wordt geëxploiteerd door meer ondernemingen, die ingeschreven zijn op de lijst der lijnen overeenkomstig artikel 24, § 1, van het Verdrag, moet het op dit traject toepasselijke aansprakelijkheidsregime voor al deze ondernemingen hetzelfde zijn. Bovendien, wanneer deze ondernemingen op verzoek van meer Lidstaten op de lijst zijn ingeschreven, moeten deze Staten van te voren overeenstemming bereiken over het toe te passen aansprakelijkheidsregime.
§ 4. Lorsqu’un même parcours maritime est desservi par plusieurs entreprises inscrites sur la liste des lignes conformément à l’article 24, § 1er, de la Convention, le régime de responsabilité applicable à ce parcours doit être le même pour toutes ces entreprises. En outre, lorsque ces entreprises ont été inscrites sur la liste à la demande de plusieurs Etats membres l’adoption de ce régime doit au préalable faire l’objet d’un accord entre ces Etats.
§ 5. De overeenkomstig de §§ 1 en 4 genomen maatregelen worden aan de Secretaris-Generaal meegedeeld. Zij treden niet eerder in werking dan na verloop van dertig dagen te rekenen vanaf de dag waarop de Secretaris-Generaal de andere Staten in kennis heeft gesteld van deze maatregelen. Zendingen onderweg worden door deze maatregelen niet getroffen.
§ 5. Les mesures prises en conformité des §§ 1er et 4 sont communiquées au Secrétaire général. Elles entrent en vigueur, au plus tôt, à l’expiration d’un délai de trente jours à partir du jour auquel le Secrétaire général les notifie aux autres Etats membres. Les envois en cours de route ne sont pas affectés par lesdites mesures.
Artikel 39 Aansprakelijkheid in geval van een kernongeval
Article 39 Responsabilité en cas d’accident nucléaire
De vervoerder is ontheven van de krachtens deze Uniforme Regelen op hem rustende aansprakelijkheid, wanneer de schade is veroorzaakt door een kernongeval en wanneer de exploitant van een kerninstallatie of een voor hem in de plaats tredende persoon voor die schade aansprakelijk is krachtens de wetten en voorschriften van een Staat die de aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie regelen.
Le transporteur est déchargé de la responsabilité qui lui incombe en vertu des présentes Règles uniformes lorsque le dommage a été causé par un accident nucléaire et qu’en application des lois et prescriptions d’un Etat réglant la responsabilité dans le domaine de l’énergie nucléaire, l’exploitant d’une installation nucléaire ou une autre personne qui lui est substituée est responsable de ce dommage.
Artikel 40 Personen voor wie de vervoerder aansprakelijk is
Article 40 Personnes dont répond le transporteur
De vervoerder is aansprakelijk voor zijn ondergeschikten en voor andere personen van wier diensten hij gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer, wanneer deze ondergeschikten of andere personen handelen in de uitoefening van hun werkzaamheden. De beheerders van de spoorweginfrastructuur waarop het vervoer wordt verricht, worden beschouwd als personen van wier diensten de vervoerder gebruik maakt bij de uitvoering van het vervoer.
Le transporteur est responsable de ses agents et des autres personnes au service desquelles il recourt pour l’exécution du transport lorsque ces agents ou ces autres personnes agissent dans l’exercice de leurs fonctions. Les gestionnaires de l’infrastructure ferroviaire sur laquelle est effectué le transport sont considérés comme des personnes au service desquelles le transporteur recourt pour l’exécution du transport.
Artikel 41 Andere vorderingen
Article 41 Autres actions
§ 1. In alle gevallen waar deze Uniforme Regelen van toepassing zijn, kan tegen de vervoerder slechts een vordering wegens aansprakelijkheid, ongeacht de rechtsgrond, worden ingesteld onder de voorwaarden en beperkingen van deze Uniforme Regelen.
§ 1er. Dans tous les cas où les présentes Règles uniformes s’appliquent, toute action en responsabilité, à quelque titre que ce soit, ne peut être exercée contre le transporteur que dans les conditions et limitations de ces Règles uniformes.
§ 2. Hetzelfde geldt voor een vordering ingesteld tegen de ondergeschikten en de andere personen voor wie de vervoerder krachtens artikel 40 aansprakelijk is.
§ 2. Il en est de même pour toute action exercée contre les agents et les autres personnes dont le transporteur répond en vertu de l’article 40.
TITEL IV. — Uitoefening van rechten
TITRE IV. — Exercice des droits
Artikel 42 Proces-verbaal van vaststelling
Article 42 Procès-verbal de constatation
§ 1. Wanneer een gedeeltelijk verlies of een beschadiging door de vervoerder wordt ontdekt of vermoed of door de rechthebbende wordt beweerd, moet de vervoerder onverwijld en zo mogelijk in aanwezigheid van de rechthebbende een proces-verbaal opmaken dat naargelang de aard van de schade, de toestand van de goederen en zo mogelijk de omvang, de oorzaak en het tijdstip van ontstaan van de schade vermeldt.
§ 1er. Lorsqu’une perte partielle ou une avarie est découverte ou présumée par le transporteur ou que l’ayant droit en allègue l’existence, le transporteur doit dresser sans délai et, si possible, en présence de l’ayant droit un procès-verbal constatant, suivant la nature du dommage, l’état de la marchandise, sa masse et, autant que possible, l’importance du dommage, sa cause et le moment où il s’est produit.
§ 2. Een afschrift van dit proces-verbaal moet kosteloos aan de rechthebbende worden verstrekt.
§ 2. Une copie du procès-verbal de constatation doit être remise gratuitement à l’ayant droit.
§ 3. Wanneer de rechthebbende niet met de vermeldingen in het proces-verbaal instemt, kan hij verlangen dat de toestand en de massa van de goederen alsmede de oorzaak en het bedrag van de schade worden vastgesteld door een door de partijen bij de vervoerovereenkomst of door de rechter benoemde deskundige. De procedure is onderworpen aan de wetten en voorschriften van de Staat waar de vaststelling geschiedt.
§ 3. Lorsque l’ayant droit n’accepte pas les constatations du procès-verbal, il peut demander que l’état et la masse de la marchandise ainsi que la cause et le montant du dommage soient constatés par un expert nommé par les parties au contrat de transport ou par voie judiciaire. La procédure est soumise aux lois et prescriptions de l’Etat où la constatation a lieu.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54309
Artikel 43 Vorderingen buiten rechte
Article 43 Réclamations
§ 1. Vorderingen buiten rechte met betrekking tot de vervoerovereenkomst moeten schriftelijk worden ingediend bij de vervoerder tegen wie de rechtsvordering kan worden ingesteld.
§ 1er. Les réclamations relatives au contrat de transport doivent être adressées par écrit au transporteur contre qui l’action judiciaire peut être exercée.
§ 2. Vorderingen buiten rechte kunnen ingediend worden door de personen die gerechtigd zijn rechtsvorderingen in te stellen tegen de vervoerder.
§ 2. Le droit de présenter une réclamation appartient aux personnes qui ont le droit d’actionner le transporteur.
§ 3. De afzender die een vordering buiten rechte indient, moet de duplicaat-vrachtbrief overleggen. Bij gebreke daarvan moet hij de machtiging van de geadresseerde overleggen of bewijzen dat deze laatste de goederen heeft geweigerd.
§ 3. L’expéditeur, pour présenter la réclamation, doit produire le duplicata de la lettre de voiture. A défaut, il doit produire l’autorisation du destinataire ou apporter la preuve que celui-ci a refusé la marchandise.
§ 4. De geadresseerde die een vordering buiten rechte indient, moet de vrachtbrief overleggen, indien deze aan hem is afgegeven.
§ 4. Le destinataire, pour présenter la réclamation, doit produire la lettre de voiture si elle lui a été remise.
§ 5. De vrachtbrief, de duplicaat-vrachtbrief en de overige bescheiden die de rechthebbende bij zijn vordering buiten rechte wil voegen, moeten worden overgelegd in origineel of in voorkomend geval op verzoek van de vervoerder, in een naar behoren gewaarmerkt afschrift.
§ 5. La lettre de voiture, le duplicata et les autres pièces que l’ayant droit juge utile de joindre à la réclamation doivent être présentés soit en originaux, soit en copies, le cas échéant, dûment certifiées conformes si le transporteur le demande.
§ 6. Bij de regeling van de vordering buiten rechte kan de vervoerder de overlegging van het origineel van de vrachtbrief, de duplicaatvrachtbrief of het remboursbewijs verlangen om er de regeling op te vermelden.
§ 6. Lors du règlement de la réclamation, le transporteur peut exiger la présentation en original de la lettre de voiture, du duplicata ou du bulletin de remboursement en vue d’y porter la constatation du règlement.
Artikel 44 Personen die de vervoerder in rechte kunnen aanspreken
Article 44 Personnes qui peuvent actionner le transporteur
§ 1. Behoudens de §§ 3 en 4, zijn tot het instellen van de op de vervoerovereenkomst gegronde rechtsvorderingen gerechtigd :
§ 1er. Sous réserve des §§ 3 et 4, les actions judiciaires fondées sur le contrat de transport appartiennent :
a) de afzender tot het tijdstip waarop de geadresseerde
a) à l’expéditeur jusqu’au moment où le destinataire a
1. de vrachtbrief in ontvangst heeft genomen,
1. retiré la lettre de voiture,
2. de goederen heeft aangenomen of
2. accepté la marchandise ou
3. de hem krachtens artikel 17, § 3 of artikel 18, § 3, toekomende rechten heeft doen gelden;
3. fait valoir les droits qui lui appartiennent en vertu de l’article 17, § 3 ou de l’article 18, § 3;
b) de geadresseerde vanaf het tijdstip waarop hij
b) au destinataire à partir du moment où il a
1. de vrachtbrief in ontvangst heeft genomen,
1. retiré la lettre de voiture,
2. de goederen heeft aangenomen of
2. accepté la marchandise ou
3. de hem krachtens artikel 17, § 3 of artikel 18, § 3, toekomende rechten heeft doen gelden.
3. fait valoir les droits qui lui appartiennent en vertu de l’article 17, § 3 ou de l’article 18, § 3.
§ 2. Het recht van de geadresseerde om een rechtsvordering in te stellen, vervalt zodra de door hem overeenkomstig artikel 18, § 5 aangewezen persoon de vrachtbrief in ontvangst heeft genomen, de goederen heeft aangenomen of de hem krachtens artikel 17, § 3, toekomende rechten heeft doen gelden.
§ 2. Le droit du destinataire d’exercer une action judiciaire est éteint dès que la personne désignée par le destinataire conformément à l’article 18, § 5, a retiré la lettre de voiture, accepté la marchandise ou fait valoir les droits qui lui appartiennent en vertu de l’article 17, § 3.
§ 3. De rechtsvordering tot terugbetaling van een bedrag dat op grond van de vervoerovereenkomst betaald is, komt slechts toe aan degene die de betaling heeft gedaan.
§ 3. L’action judiciaire en restitution d’une somme payée en vertu du contrat de transport n’appartient qu’à celui qui a effectué le paiement.
§ 4. De rechtsvordering met betrekking tot rembours komt slechts toe aan de afzender.
§ 4. L’action judiciaire relative aux remboursements n’appartient qu’à l’expéditeur.
§ 5. Om rechtsvorderingen in te stellen moet de afzender de duplicaat-vrachtbrief overleggen. Bij gebreke daarvan moet hij een machtiging van de geadresseerde overleggen of bewijzen dat deze laatste de goederen heeft geweigerd. Indien nodig moet de afzender het bewijs leveren van het ontbreken of het verlies van de vrachtbrief.
§ 5. L’expéditeur, pour exercer les actions judiciaires, doit produire le duplicata de la lettre de voiture. A défaut, il doit produire l’autorisation du destinataire ou apporter la preuve que celui-ci a refusé la marchandise. Au besoin, l’expéditeur doit prouver l’absence ou la perte de la lettre de voiture.
§ 6. Om rechtsvorderingen in te stellen moet de geadresseerde de vrachtbrief overleggen, indien deze aan hem is afgegeven.
§ 6. Le destinataire, pour exercer les actions judiciaires, doit produire la lettre de voiture si elle lui a été remise.
54310
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Artikel 45 Vervoerders die in rechte kunnen worden aangesproken
Article 45 Transporteurs qui peuvent être actionnés
§ 1. Behoudens de §§ 3 en 4, kunnen de op de vervoerovereenkomst gegronde rechtsvorderingen uitsluitend worden ingesteld tegen de eerste of laatste vervoerder of tegen de vervoerder die dat deel van het vervoer verrichtte gedurende welke het feit dat tot de rechtsvordering heeft geleid, zich heeft voorgedaan.
§ 1er. Les actions judiciaires fondées sur le contrat de transport peuvent être exercées, sous réserve des §§ 3 et 4, uniquement contre le premier ou le dernier transporteur ou contre celui qui exécutait la partie du transport au cours de laquelle s’est produit le fait générateur de l’action.
§ 2. Wanneer in geval het vervoer wordt verricht door opvolgende vervoerders, de vervoerder die de goederen moet afleveren met zijn instemming is ingeschreven op de vrachtbrief, kan overeenkomstig § 1 de rechtsvordering tegen hem worden ingesteld, zelfs als hij de goederen of de vrachtbrief niet heeft ontvangen.
§ 2. Lorsque, dans le cas de transports exécutés par des transporteurs subséquents, le transporteur devant livrer la marchandise est inscrit avec son consentement sur la lettre de voiture, celui-ci peut être actionné conformément au § 1er, même s’il n’a rec¸ u ni la marchandise, ni la lettre de voiture.
§ 3. De rechtsvordering tot terugbetaling van een krachtens de vervoerovereenkomst betaald bedrag kan worden ingesteld tegen de vervoerder die dit bedrag heeft geïnd of tegen degene ten voordele van wie dit bedrag is geïnd.
§ 3. L’action judiciaire en restitution d’une somme payée en vertu du contrat de transport peut être exercée contre le transporteur qui a perc¸ u cette somme ou contre celui au profit duquel elle a été perc¸ ue.
§ 4. De rechtsvordering ter zake van rembours kan alleen worden ingesteld tegen de vervoerder die de goederen op de plaats van afzending ten vervoer heeft aangenomen.
§ 4. L’action judiciaire relative aux remboursements peut être exercée uniquement contre le transporteur qui a pris en charge la marchandise au lieu d’expédition.
§ 5. De rechtsvordering kan tegen een andere dan de in de §§ 1 en 4 bedoelde vervoerders worden ingesteld als tegeneis of als verweer in een geding over een op dezelfde vervoerovereenkomst gegronde vordering.
§ 5. L’action judiciaire peut être exercée contre un transporteur autre que ceux visés aux §§ 1er à 4, lorsqu’elle est présentée comme demande reconventionnelle ou comme exception dans l’instance relative à une demande principale fondée sur le même contrat de transport.
§ 6. Voorzover deze Uniforme Regelen van toepassing zijn op de ondervervoerder, kan tegen hem eveneens een rechtsvordering worden ingesteld.
§ 6. Dans la mesure où les présentes Règles uniformes s’appliquent au transporteur substitué, celui-ci peut également être actionné.
§ 7. Indien de eiser de keuze heeft tussen meer vervoerders, vervalt zijn keuzerecht zodra de rechtsvordering tegen een van hen is ingesteld; dit geldt eveneens indien de eiser de keuze heeft tussen één of meer vervoerders en een ondervervoerder.
§ 7. Si le demandeur a le choix entre plusieurs transporteurs, son droit d’option s’éteint dès que l’action judiciaire est intentée contre l’un d’eux; cela vaut également si le demandeur a le choix entre un ou plusieurs transporteurs et un transporteur substitué.
Artikel 46 Rechtsmacht
Article 46 For
§ 1. De op deze Uniforme Regelen gegronde rechtsvorderingen kunnen worden ingesteld bij de rechterlijke instanties van de door de partijen in onderlinge overeenstemming aangewezen Lidstaten of bij de rechter van de Lidstaat op wiens grondgebied :
§ 1er. Les actions judiciaires fondées sur les présentes Règles uniformes peuvent être intentées devant les juridictions des Etats membres désignées d’un commun accord par les parties ou devant la juridiction de l’Etat sur le territoire duquel :
a) de verweerder zijn woonplaats of gewone verblijfplaats, zijn hoofdzetel of bijkantoor of vestiging waar de vervoerovereenkomst is gesloten heeft, of
a) le défendeur a son domicile ou sa résidence habituelle, son siège principal ou la succursale ou l’agence qui a conclu le contrat de transport, ou
b) de plaats gelegen is waar de goederen zijn aangenomen of waar de aflevering voorzien is.
b) le lieu de la prise en charge de la marchandise ou celui prévu pour la livraison est situé.
Het instellen van een rechtsvordering bij een andere rechter is niet mogelijk.
D’autres juridictions ne peuvent être saisies.
§ 2. Wanneer een op deze Uniforme Regelen gegronde rechtsvordering aanhangig is bij een in § 1 bedoelde bevoegde rechterlijke instantie of wanneer in een dergelijk geschil deze rechter uitspraak heeft gedaan, kan geen nieuwe rechtsvordering worden ingesteld voor dezelfde zaak tussen dezelfde partijen, tenzij de uitspraak van de rechter bij wie de eerste rechtsvordering is ingesteld niet ten uitvoer kan worden gelegd in de Staat waar de nieuwe rechtsvordering is ingesteld.
§ 2. Lorsqu’une action fondée sur les présentes Règles uniformes est en instance devant une juridiction compétente aux termes du § 1er, ou lorsque dans un tel litige un jugement a été prononcé par une telle juridiction, il ne peut être intenté aucune nouvelle action judiciaire pour la même cause entre les mêmes parties à moins que la décision de la juridiction devant laquelle la première action a été intentée ne soit pas susceptible d’être exécutée dans l’Etat où la nouvelle action est intentée.
Artikel 47 Verval van de vordering
Article 47 Extinction de l’action
§ 1. Door de inontvangstneming van de goederen door de rechthebbende vervalt elke vordering uit de vervoerovereenkomst tegen de vervoerder in geval van gedeeltelijk verlies, beschadiging of overschrijding van de afleveringstermijn.
§ 1er. L’acceptation de la marchandise par l’ayant droit éteint toute action contre le transporteur, née du contrat de transport, en cas de perte partielle, d’avarie ou de dépassement du délai de livraison.
§ 2. De vordering vervalt evenwel niet :
§ 2. Toutefois, l’action n’est pas éteinte :
a) in geval van gedeeltelijk verlies of beschadiging, indien
a) en cas de perte partielle ou d’avarie, si
1. het verlies of de beschadiging overeenkomstig artikel 42 is vastgesteld vóór de inontvangstneming van de goederen door de rechthebbende;
1. la perte ou l’avarie a été constatée conformément à l’article 42 avant l’acceptation de la marchandise par l’ayant droit;
2. de vaststelling, die overeenkomstig artikel 42 had moeten geschieden, slechts door de schuld van de vervoerder achterwege is gebleven;
2. la constatation qui aurait dû être faite conformément à l’article 42 n’a été omise que par la faute du transporteur;
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54311
b) in geval van uiterlijk niet waarneembare schade, die is vastgesteld na de inontvangstneming van de goederen door de rechthebbende, indien deze
b) en cas de dommage non apparent dont l’existence est constatée après l’acceptation de la marchandise par l’ayant droit, si celui-ci
1. de vaststelling overeenkomstig artikel 42 onmiddellijk na de ontdekking van de schade en uiterlijk binnen zeven dagen na de inontvangstneming van de goederen verlangt, en
1. demande la constatation conformément à l’article 42 immédiatement après la découverte du dommage et au plus tard dans les sept jours qui suivent l’acceptation de la marchandise, et
2. bovendien bewijst, dat de schade tussen de aanneming ten vervoer van de goederen en de aflevering is ontstaan;
2. prouve, en outre, que le dommage s’est produit entre la prise en charge de la marchandise et la livraison;
c) in geval van overschrijding van de afleveringstermijn, indien de rechthebbende zijn rechten binnen zestig dagen bij een van de in artikel 45, § 1, bedoelde vervoerders heeft doen gelden;
c) en cas de dépassement du délai de livraison, si l’ayant droit a, dans les soixante jours, fait valoir ses droits auprès de l’un des transporteurs visés à l’article 45, § 1er;
d) indien de rechthebbende bewijst dat de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van de vervoerder geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
d) si l’ayant droit prouve que le dommage résulte d’un acte ou d’une omission commis soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement.
§ 3. Indien de goederen overeenkomstig artikel 28 doorgezonden zijn, vervallen de vorderingen uit een der voorafgaande vervoerovereenkomsten in geval van gedeeltelijk verlies of beschadiging als betrof het een enkele overeenkomst.
§ 3. Si la marchandise a été réexpédiée conformément à l’article 28, les actions en cas de perte partielle ou d’avarie nées de l’un des contrats de transport antérieurs s’éteignent comme s’il s’agissait d’un contrat unique.
Artikel 48 Verjaring
Article 48 Prescription
§ 1. De uit de vervoerovereenkomst voortvloeiende rechtsvordering verjaart door verloop van één jaar. De verjaringstermijn bedraagt evenwel twee jaar indien de rechtsvordering :
§ 1er. L’action née du contrat de transport est prescrite par un an. Toutefois, la prescription est de deux ans s’il s’agit de l’action :
a) strekt tot betaling van een door de vervoerder van de geadresseerde geïnd rembours;
a) en versement d’un remboursement perc¸ u du destinataire par le transporteur;
b) strekt tot betaling van de opbrengst van een door de vervoerder verrichte verkoop;
b) en versement du produit d’une vente effectuée par le transporteur;
c) gegrond is op een schade ontstaan uit een handeling of nalaten geschied hetzij met het opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien;
c) en raison d’un dommage résultant d’un acte ou d’une omission commis soit avec l’intention de provoquer un tel dommage, soit témérairement et avec conscience qu’un tel dommage en résultera probablement;
d) gegrond is op één van de aan de doorzending voorafgaande vervoerovereenkomsten, in het geval bedoeld in artikel 28.
d) fondée sur l’un des contrats de transport antérieurs à la réexpédition, dans le cas prévu à l’article 28.
§ 2. De verjaring neemt een aanvang bij rechtsvorderingen :
§ 2. La prescription court pour l’action :
a) tot schadevergoeding wegens geheel verlies : op de dertigste dag na afloop van de afleveringstermijn;
a) en indemnité pour perte totale : du trentième jour qui suit l’expiration du délai de livraison;
b) tot schadevergoeding wegens gedeeltelijk verlies, beschadiging of overschrijding van de aflevering : op de dag van de aflevering;
b) en indemnité pour perte partielle, avarie ou dépassement du délai de livraison : du jour où la livraison a eu lieu;
c) in alle overige gevallen : op de dag waarop het recht kan worden uitgeoefend.
c) dans tous les autres cas : du jour où le droit peut être exercé.
De als begin van de verjaringstermijn vermelde dag is nimmer in deze termijn begrepen.
Le jour indiqué comme point de départ de la prescription n’est jamais compris dans le délai.
§ 3. Ingeval overeenkomstig artikel 43 een schriftelijke vordering buiten rechte met de nodige bewijsstukken is ingediend, is de verjaring geschorst tot de dag waarop de vervoerder de vordering schriftelijk afwijst en de bijgevoegde stukken terugzendt. Bij gedeeltelijke erkenning van de vordering begint de verjaringstermijn weer te lopen voor het nog betwiste gedeelte van de vordering. Het bewijs van de ontvangst van de vordering of van het antwoord en van de teruggave van de stukken rust op de partij die zich daarop beroept. Latere vorderingen buiten rechte met dezelfde inhoud schorsen de verjaring niet.
§ 3. La prescription est suspendue par une réclamation écrite conformément à l’article 43, jusqu’au jour où le transporteur rejette la réclamation par écrit et restitue les pièces qui y sont jointes. En cas d’acceptation partielle de la réclamation, la prescription reprend son cours pour la partie de la réclamation qui reste litigieuse. La preuve de la réception de la réclamation ou de la réponse et celle de la restitution des pièces sont à la charge de la partie qui invoque ce fait. Les réclamations ultérieures ayant le même objet ne suspendent pas la prescription.
§ 4. Een verjaarde rechtsvordering kan niet meer in rechte worden ingesteld, zelfs niet bij wijze van tegeneis of verweer.
§ 4. L’action prescrite ne peut plus être exercée, même sous forme d’une demande reconventionnelle ou d’une exception.
§ 5. Overigens geldt voor de schorsing en de stuiting van de verjaring het nationale recht.
§ 5. Par ailleurs, la suspension et l’interruption de la prescription sont réglées par le droit national.
54312
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
TITEL V. — Onderlinge betrekkingen tussen de vervoerders
TITRE V. — Rapports des transporteurs entre eux
Artikel 49 Verdeling
Article 49 Décompte
§ 1. Elke vervoerder moet aan de betrokken vervoerders het hun toekomende aandeel betalen van de kosten of andere uit de vervoerovereenkomst ontstane schuldvorderingen, die hij ofwel bij vertrek, ofwel bij aankomst heeft geïnd of had moeten innen. De wijze van betaling wordt in een overeenkomst tussen de vervoerders vastgelegd.
§ 1er. Tout transporteur qui a encaissé soit au départ, soit à l’arrivée, les frais ou autres créances résultant du contrat de transport ou qui aurait dû encaisser ces frais ou autres créances, doit payer aux transporteurs intéressés la part qui leur revient. Les modalités de paiement sont fixées par convention entre les transporteurs.
§ 2. Artikel 12 is eveneens van toepassing op de betrekkingen tussen opvolgende vervoerders.
§ 2. L’article 12 s’applique également aux relations entre transporteurs subséquents.
Artikel 50 Recht van regres
Article 50 Droit de recours
§ 1. De vervoerder die krachtens deze Uniforme Regelen een schadevergoeding heeft betaald, heeft recht van regres jegens de bij het vervoer betrokken vervoerders overeenkomstig de volgende bepalingen :
§ 1er. Le transporteur qui a payé une indemnité en vertu des présentes Règles uniformes, a un droit de recours contre les transporteurs ayant participé au transport conformément aux dispositions suivantes :
a) de vervoerder die de schade heeft veroorzaakt, is daarvoor alleen aansprakelijk;
a) le transporteur qui a causé le dommage en est seul responsable;
b) wanneer de schade is veroorzaakt door meer vervoerders, is ieder van hen aansprakelijk voor de door hem veroorzaakte schade; is deze toedeling niet mogelijk, dan wordt de schadevergoeding onder hen volgens c) verdeeld;
b) lorsque le dommage a été causé par plusieurs transporteurs, chacun d’eux répond du dommage qu’il a causé; si la distinction est impossible, l’indemnité est répartie entre eux conformément à la lettre c);
c) indien niet kan worden bewezen welke vervoerder de schade heeft veroorzaakt, wordt de schadevergoeding onder alle bij het vervoer betrokken vervoerders verdeeld, met uitsluiting van hen die bewijzen, dat de schade niet door hen is veroorzaakt; de verdeling geschiedt naar evenredigheid van het aandeel in de vrachtprijs dat aan iedere vervoerder toekomt.
c) s’il ne peut être prouvé lequel des transporteurs a causé le dommage, l’indemnité est répartie entre tous les transporteurs ayant participé au transport, à l’exception de ceux qui prouvent que le dommage n’a pas été causé par eux; la répartition est faite proportionnellement à la part du prix de transport qui revient à chacun des transporteurs.
§ 2. In geval van onvermogen om te betalen van een van de vervoerders wordt het te zijnen laste komende en door hem niet betaalde aandeel onder de andere bij het vervoer betrokken vervoerders verdeeld naar evenredigheid van het aandeel in de vrachtprijs dat aan ieder van hen toekomt.
§ 2. Dans le cas d’insolvabilité de l’un de ces transporteurs, la part lui incombant et non payée par lui est répartie entre tous les autres transporteurs ayant participé au transport, proportionnellement à la part du prix de transport qui revient à chacun d’eux.
Artikel 51 Regres-procedure
Article 51 Procédure de recours
§ 1. De gegrondheid van de betaling verricht door de vervoerder die krachtens artikel 50 het regres uitoefent, kan niet betwist worden door de vervoerder tegen wie het bedoeld regres wordt uitgeoefend, wanneer de schadevergoeding door de rechter is vastgesteld en wanneer deze laatstgenoemde vervoerder, naar behoren gedagvaard, de mogelijkheid is geboden tot tussenkomst in het geding. De rechter bij wie de hoofdvordering aanhangig is, stelt de termijnen voor de betekening van de dagvaarding en voor de tussenkomst vast.
§ 1er. Le bien-fondé du paiement effectué par le transporteur exerc¸ ant un recours en vertu de l’article 50 ne peut être contesté par le transporteur contre lequel le recours est exercé, lorsque l’indemnité a été fixée judiciairement et que ce dernier transporteur, dûment assigné, a été mis à même d’intervenir au procès. Le juge, saisi de l’action principale, fixe les délais impartis pour la signification de l’assignation et pour l’intervention.
§ 2. De vervoerder die het regres uitoefent, moet zijn vordering instellen in één en hetzelfde geding tegen alle vervoerders met wie hij geen schikking heeft getroffen, op straffe van verlies van regres jegens de niet gedagvaarde vervoerders.
§ 2. Le transporteur qui exerce son recours doit former sa demande dans une seule et même instance contre tous les transporteurs avec lesquels il n’a pas transigé, sous peine de perdre son recours contre ceux qu’il n’aurait pas assignés.
§ 3. De rechter beslist in één uitspraak over alle bij hem aanhangige regresvorderingen.
§ 3. Le juge doit statuer par un seul et même jugement sur tous les recours dont il est saisi.
§ 4. De vervoerder die zijn recht van regres wil uitoefenen, kan zijn vordering aanhangig maken bij de rechters van de Staat op het grondgebied waarvan een van de bij het vervoer betrokken vervoerders zijn hoofdzetel of bijkantoor of vestiging waar de vervoerovereenkomst is gesloten, heeft.
§ 4. Le transporteur qui désire faire valoir son droit de recours peut saisir les juridictions de l’Etat sur le territoire duquel un des transporteurs participant au transport a son siège principal ou la succursale ou l’agence qui a conclu le contrat de transport.
§ 5. Wanneer de rechtsvordering tegen meer vervoerders moet worden ingesteld, kan de vervoerder die zijn regres uitoefent, kiezen tussen de volgens § 4 bevoegde rechterlijke instanties waarvoor hij zijn regresvordering aanhangig zal maken.
§ 5. Lorsque l’action doit être intentée contre plusieurs transporteurs, le transporteur qui exerce le droit de recours peut choisir entre les juridictions compétentes selon le § 4, celle devant laquelle il introduira son recours.
§ 6. Regresvorderingen kunnen niet aanhangig worden gemaakt door het instellen van een rechtsvordering in het geding dat de rechthebbende heeft ingesteld om schadevergoeding te verlangen op grond van de vervoerovereenkomst.
§ 6. Des recours ne peuvent pas être introduits dans l’instance relative à la demande en indemnité exercée par l’ayant droit au contrat de transport.
Artikel 52 Overeenkomsten betreffende regres
Article 52 Conventions au sujet des recours
De vervoerders kunnen onderling overeenkomsten afsluiten die afwijken van de artikelen 49 en 50.
Les transporteurs sont libres de convenir entre eux de dispositions dérogeant aux articles 49 et 50.
54313
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERAL OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU [C − 2006/23019] Voor gebruik in gewasbeschermingsmiddelen toegelaten werkzame stoffen In het Belgisch Staatsblad van 10 april 2006 werd een lijst gepubliceerd met werkzame stoffen opgenomen in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, waarnaar wordt verwezen in het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik. In deze lijst wordt de tekst met betrekking tot het nr. 102 als volgt vervangen : Nummer, richtlijn tot opneming in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG
Benaming, identificatienummers
IUPAC-benaming
Zuiverheid
Inwerkingtreding
Geldigheidsduur
Specifieke bepalingen
102 2005/53/EG, gewijzigd door 2006/76/EG
Chloorthalonil CAS-nr. 1897-45-6 CIPAC-nr. 288
Tetrachloorisoftalonitril
985 g/kg - hexachloorbenzeen : niet meer dan 0,04 g/kg - decachloorbifenyl : niet meer dan 0,03 g/kg
1 maart 2006
28 februari 2016
DEEL A De stof mag alleen worden toegestaan voor gebruik als fungicide. DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over chloorthalonil dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij hun algemene evaluatie moeten de lidstaten speciale aandacht besteden aan de bescherming van : - waterorganismen; - grondwater, vooral wat de werkzame stof en zijn metabolieten R417888 en R611965 (SDS46851) betreft, wanneer de stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.
SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT [C − 2006/23019] Substances actives dont l’incorporation dans les produits phytopharmaceutiques est autorisée
Au Moniteur belge du 10 avril 2006, une liste a été publiée de substances actives incluses à l’annexe Ire de la Directive 91/414/CEE concernant la mise sur le marché des produits phytopharmaceutiques, à laquelle référence est faite dans l’arrêté royal du 28 février 1994 relatif à la conservation, à la mise sur le marché et à l’utilisation des pesticides à usage agricole. Dans cette liste, le texte concernant le n° 102 est remplacé par le texte suivant : Numéro, Directive d’inscription à l’annexe I de la Directive 91/414/CEE
Nom commun et numéros d’identification
102 2005/53/CE, modifié par 2006/76/CE
Chlorothalonil N° CAS 1897-45-6 N° CIMAP 288
Dénomination de l’UICPA
T é t r a c h l o ro i sophthalonitrile
Pureté
Entrée en vigueur
Expiration de l’inscription
Dispositions spécifiques
985 g/kg - hexachlorobenzène : pas plus de 0,04 g/kg - décachlorobiphényle : pas plus de 0,03 g/kg
1er mars 2006
28 février 2016
PARTIE A Seules les utilisations en tant que fongicide peuvent être autorisées. PARTIE B Pour la mise en œuvre des principes uniformes, il sera tenu compte des conclusions du rapport d’examen sur le chlorothalonil, et notamment de ses annexes I et II, dans la version finale élaborée par le comité permanent de la chaîne alimentaire et de la santé animale le 15 février 2005. Dans le cadre de cette évaluation générale, les Etats membres doivent accorder une attention particulière à la protection : - des organismes aquatiques; - des eaux souterraines, en particulier en ce qui concerne la substance active et ses métabolites R417888 et R611965 (SDS46851), lorsque la substance est utilisée dans des régions sensibles du point de vue du sol et/ou des conditions climatiques. Les conditions d’utilisation doivent comprendre, le cas échéant, des mesures visant à atténuer les risques.
54314
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C − 2006/11433] Belgisch Interventie- en Restitutiebureau
SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE [C − 2006/11433] Bureau d’Intervention et de Restitution belge
Aanwerving
Recrutement
Het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau, afgekort BIRB, wenst over te gaan tot de aanwerving van een :
Le Bureau d’Intervention et de Restitution belge, en abrégé, BIRB, se propose de recruter :
Directeur-generaal (m/v) Beschrijving van het BIRB : Het BIRB is een instelling van openbaar nut van categorie B opgericht bij het koninklijk besluit van 3 februari 1995 houdende coördinatie van de wet van 10 november 1967 houdende oprichting van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (Belgisch Staatsblad van 24 maart 1995) gewijzigd bij de wet van 7 juli 2002 (Belgisch Staatsblad van 25 september 2002) en bij de programmawet van 22 december 2003 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2003). Het koninklijk besluit van 4 augustus 1996 (Belgisch Staatsblad 17 september 1996) stelt de regels van werking ervan vast. Het is belast met de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie bij de marktdeelnemers van de landbouwen voedingsindustrie. Het BIRB is erkend als betaalorgaan in de zin van de regelgeving van de Europese Gemeenschap inzake landbouw. Het Bureau beschikt over ongeveer 220 personeelsleden. De uitgaven met betrekking tot zijn werking worden door het ELGF gefinancierd. Voor het ELGF-jaar 2005 bedroegen deze uitgaven ongeveer S 526.000.000. Info : Meer inlichtingen zijn verkrijgbaar op de website van het BIRB : www.birb.be of bij de heer Marc.Van Schelvergem, Attaché P. & O. : (tel. : 02-287 25 95; e-mail :
[email protected]) Voorwaarden voor deelname en benoeming : 1° Belg zijn; 2° zijn/haar gedrag moet beantwoorden aan de vereisten van de functie; 3° zijn/haar burgerlijke en politieke rechten genieten; 4° aan de wetten op de militie hebben voldaan; 5° houder zijn van een basisdiploma van de tweede cyclus van universitair onderwijs of van onderwijs van het lange type of houder zijn van een graad van niveau A of benoemd zijn in een vakklasse van niveau A; 6° 12 jaar nuttige beroepservaring hebben in het domein van de landbouw- of voedingsindustrie gestaafd met de nodige bewijzen.
Un Directeur général (h/f) Description du BIRB : Le BIRB est un organisme d’intérêt public de catégorie B créé par l’arrêté royal du 3 février 1995 portant coordination de la loi du 10 novembre 1967 portant création du Bureau d’Intervention et de Restitution belge, (Moniteur belge du 24 mars 1995) modifié par la loi du 7 juillet 2002 (Moniteur belge du 25 septembre 2002) et par la loi-programme du 22 décembre 2003 (Moniteur belge du 31 décembre 2003). Un arrêté royal du 4 août 1996 (Moniteur belge du 17 septembre 1996) en fixe les règles de fonctionnement.
Functiebeschrijving : De directeur-generaal is onder meer belast met : 1° het toezicht op de toepassing van de organieke wetten van het BIRB, van de statuten en van de reglementen, onder andere de verordeningen van de Europese Gemeenschap; 2° het uitvoeren van de beslissingen van de raad van bestuur en van het bestendig comité; 3° het vertegenwoordigen van het BIRB in de commerciële handelingen die het verricht; 4° het voorbereiden van en het deelnemen aan de vergaderingen van het bestendig comité; 5° het voorbereiden en voorstellen van de verschillende dossiers aan de raad van bestuur; 6° het dagelijkse bestuur. Hij leidt het personeel en organiseert de activiteiten van de diensten. Hij kan alle contracten afsluiten en alle uitgaven en ontvangsten verrichten, maatregelen nemen voor de uitvoering van taken die aan het BIRB zijn voorbehouden en in het raam van de begroting alle nodige administratieve uitgaven verrichten. Gezocht profiel : De kandidaten worden op basis van de volgende criteria geëvalueerd : 1° een uitgesproken capaciteit om een organisatie te leiden, zowel op strategisch vlak als op het vlak van het interne bestuur, en om de opdrachten van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau te vervullen; 2° communicatievaardig zijn en in staat zijn nauwe professionele banden te onderhouden met alle deelnemende partijen;
Il est chargé d’appliquer la politique agricole commune de l’Union européenne aux opérateurs agroalimentaires. Le BIRB est agréé comme organisme payeur au sens de la réglementation de la Communauté européenne en matière agricole. Le Bureau dispose d’environ 220 collaborateurs. Les dépenses de fonctionnement sont financées par le FEAGA Elles se sont élevées, pour l’année FEAGA 2005, à, environ, S 526.000.000 Info : Plus de renseignements sont disponibles sur le site Web du BIRB : www.birb.be ou auprès de M. Marc Van Schelvergem, Attaché P. & O. : (tél : 02-287 25 95; e-mail :
[email protected]) Conditions de participation et de nomination : 1° être Belge; 2° être d’une conduite répondant aux exigences de la fonction; 3° jouir des droits civils et politiques; 4° avoir satisfait aux lois sur la milice; 5° être porteur, au moins d’un diplôme de base du deuxième cycle de l’enseignement universitaire ou de l’enseignement supérieur de type long ou être titulaire d’un grade de niveau A ou être nommé dans une classe de métier de niveau A; 6° avoir 12 années d’expérience professionnelle utile dans le domaine agricole ou agroalimentaire attestée par les pièces justificatives nécessaires. Description de la fonction : Le directeur général est, notamment, chargé de : 1° veiller à appliquer les lois organiques du BIRB, des statuts et des règlements, entre autres, ceux de la Communauté européenne; 2° exécuter les décisions du conseil d’administration et du comité permanent; 3° représenter le BIRB dans les actes commerciaux accomplis par celui-ci; 4° préparer et participer aux réunions du comité Permanent; 5° préparer et présenter les différents dossiers au conseil d’administration; 6° assurer la gestion courante. Plus particulièrement, il dirige le personnel et organise les activités des services. Il peut passer tout contrat et effectuer toutes les dépenses et perceptions, prendre les mesures utiles à l’exécution des tâches dévolues au BIRB et engager, dans le cadre du budget toutes dépenses administratives nécessaires. Profil recherché : Les candidats seront évalués sur base des critères suivants : 1° capacité confirmée de diriger une organisation, à la fois sur le plan stratégique et sur le plan de la gestion interne, et de remplir les missions du Bureau d’Intervention et de Restitution belge; 2° aptitude à communiquer et à établir d’étroites relations professionnelles avec toutes les parties;
54315
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE 3° in staat zijn een ploeg te leiden en te motiveren in een nationale en Europese context; 4° ervaring hebben met het beheer van human resources binnen een organisatie; 5° een goede kennis hebben van de instellingen en het beleid van de Gemeenschap met betrekking tot de activiteiten van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau met inbegrip van een diepgaande kennis van de landbouwregelgeving van de Europese Gemeenschap; 6° ervaring inzake financieel beheer hebben, door over kennis te beschikken van de werkingsregels van een betaalorgaan in de zin van de regelgeving van de Europese Gemeenschap met betrekking tot de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid; 7° een goede kennis hebben van de administratieve en budgettaire praktijken in de openbare sector. Indienen van de kandidatuur : De kandidaturen voor de betrekking van directeur-generaal moeten samen met een gedetailleerd curriculum vitae per aangetekende brief met bericht van ontvangst en in dubbele omslag worden verstuurd binnen 15 werkdagen na de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad ter attentie van : De heer Voorzitter van de raad van bestuur BIRB Trierstraat 82 1040 Brussel De naleving van deze termijn wordt vastgesteld door de datumstempel van de post op de verzonden omslag.
3° capacité à diriger et à motiver une équipe dans le contexte belge et européen; 4° expérience de gestion des ressources humaines au sein d’une organisation; 5° bonne connaissance des institutions communautaires et des politiques communautaires en rapport avec les activités du Bureau d’Intervention et de Restitution belge, en ce compris une connaissance approfondie de la réglementation agricole de la Communauté européenne; 6° expérience en matière de gestion financière, en ayant une connaissance des règles de fonctionnement d’un organisme payeur au sens de la réglementation de la Communauté européenne relative au financement de la politique agricole commune; 7° bonne connaissance des pratiques administratives et budgétaires dans le secteur public. Présentation de la candidature : Les candidatures pour l’emploi de directeur général, accompagnées d’un curriculum vitæ détaillé, doivent être expédiées, sous double enveloppe, par lettre recommandée avec accusé de réception, dans les 15 jours ouvrables suivant celui de la parution de l’avis au Moniteur belge à l’attention de : M. le Président du conseil d’administration BIRB 82, rue de Trèves 1040 Bruxelles Le respect de ce délai est constaté par la date du cachet d’oblitération de la poste sur l’enveloppe expédiée.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE
[C − 2006/11434]
[C − 2006/11434]
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau
Bureau d’Intervention et de Restitution belge
Aanwerving
Recrutement
Het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau, afgekort BIRB, wenst over te gaan tot de aanwerving van een :
Le Bureau d’Intervention et de Restitution belge, en abrégé, BIRB, se propose de recruter :
Adjunct-directeur-generaal (m/v) Beschrijving van het BIRB :
Un Directeur général adjoint (h/f) Description du BIRB :
Het BIRB is een instelling van openbaar nut van categorie B opgericht bij het koninklijk besluit van 3 februari 1995 houdende coördinatie van de wet van 10 november 1967 houdende oprichting van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (Belgisch Staatsblad van 24 maart 1995) gewijzigd bij de wet van 7 juli 2002 (Belgisch Staatsblad van 25 september 2002) en bij de programmawet van 22 december 2003 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2003). Het koninklijk besluit van 4 augustus 1996 (Belgisch Staatsblad 17 september 1996) stelt de regels van werking ervan vast.
Le BIRB est un organisme d’intérêt public de catégorie B créé par l’arrêté royal du 3 février 1995 portant coordination de la loi du 10 novembre 1967 portant création du Bureau d’Intervention et de Restitution belge, (Moniteur belge du 24 mars 1995) modifié par la loi du 7 juillet 2002 (Moniteur belge du 25 septembre 2002) et par la loi-programme du 22 décembre 2003 (Moniteur belge du 31 décembre 2003). Un arrêté royal du 4 août 1996 (Moniteur belge du 17 septembre 1996) en fixe les règles de fonctionnement.
Het is belast met de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie bij de marktdeelnemers van de landbouwen voedingsindustrie. Het BIRB is erkend als betaalorgaan in de zin van de regelgeving van de Europese Gemeenschap inzake landbouw.
Il est chargé d’appliquer la politique agricole commune de l’Union européenne aux opérateurs agroalimentaires. Le BIRB est agréé comme organisme payeur au sens de la réglementation de la Communauté européenne en matière agricole.
Het Bureau beschikt over ongeveer 220 personeelsleden. De uitgaven met betrekking tot zijn werking worden door het ELGF gefinancierd. Voor het ELGF-jaar 2005 bedroegen deze uitgaven ongeveer S 526.000.000. Info :
Le Bureau dispose d’environ 220 collaborateurs. Les dépenses de fonctionnement sont financées par le FEAGA. Elles se sont élevées, pour l’année FEAGA 2005, à, environ, S 526.000.000 Info :
Meer inlichtingen zijn verkrijgbaar op de website van het BIRB : www.birb.be
Plus de renseignements sont disponibles sur le site Web du BIRB : www.birb.be
of bij de heer Marc Van Schelvergem, Attaché P. & O. : tel. : 02-287 25 95; e-mail :
[email protected])
ou auprès de M. Marc Van Schelvergem, Attaché P. & O. : (tél. : 02-287 25 95; e-mail :
[email protected])
Voorwaarden voor deelname en benoeming : 1° Belg zijn; 2° zijn/haar gedrag moet beantwoorden aan de vereisten van de functie;
Conditions de participation et de nomination : 1° être Belge; 2° être d’une conduite répondant aux exigences de la fonction;
3° zijn/haar burgerlijke en politieke rechten genieten;
3° jouir des droits civils et politiques;
4° aan de wetten op de militie hebben voldaan;
4° avoir satisfait aux lois sur la milice;
54316
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
5° houder zijn van een basisdiploma van de tweede cyclus van universitair onderwijs of van onderwijs van het lange type of houder zijn van een graad van niveau A of benoemd zijn in een vakklasse van niveau A;
5° être porteur, au moins d’un diplôme de base du deuxième cycle de l’enseignement universitaire ou de l’enseignement supérieur de type long ou être titulaire d’un grade de niveau A ou être nommé dans une classe de métier de niveau A;
6° 12 jaar nuttige beroepservaring hebben in het domein van de landbouw- of voedingsindustrie gestaafd met de nodige bewijzen;
6° avoir 12 années d’expérience professionnelle utile dans le domaine agricole ou agroalimentaire attestée par les pièces justificatives nécessaires;
7° voldoen aan de voorwaarde van artikel 6ter, 2e alinea, van het koninklijk besluit van 3 februari 1995 houdende coördinatie van de wet van 10 november 1967 houdende oprichting van het Belgisch Interventieen Restitutiebureau (Belgisch Staatsblad van 24 maart 1995) gewijzigd bij de wet van 7 juli 2002 (Belgisch Staatsblad van 25 september 2002) en bij de programmawet van 22 december 2003 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2003).
7° remplir la condition fixée par l’article 6ter, 2e alinéa, de l’arrêté royal du 3 février 1995 portant coordination de la loi du 10 novembre 1967 portant création du Bureau d’Intervention et de Restitution belge (Moniteur belge du 24 mars 1995) telle que modifiée par la loi du 7 juillet 2002. (Moniteur belge du 25 septembre 2002) et par la loi-programme du 22 décembre 2003 (Moniteur belge du 31 décembre 2003).
Functiebeschrijving : De adjunct-directeur-generaal is onder meer belast met :
Description de la fonction : Le directeur général adjoint est, notamment, chargé de :
1° het toezicht op de toepassing van de organieke wetten van het BIRB, van de statuten en van de reglementen, onder andere de verordeningen van de Europese Gemeenschap;
1° veiller à appliquer les lois organiques du BIRB, des statuts et des règlements, entre autres, ceux de la Communauté européenne;
2° het uitvoeren van de beslissingen van de raad van bestuur en van het bestendig comité;
2° exécuter les décisions du conseil d’administration et du comité permanent;
3° het vertegenwoordigen van het BIRB in de commerciële handelingen die het verricht;
3° représenter le BIRB dans les actes commerciaux accomplis par celui-ci;
4° het voorbereiden van en het deelnemen aan de vergaderingen van het bestendig comité; 5° het voorbereiden en voorstellen van de verschillende dossiers aan de raad van bestuur; 6° het dagelijkse bestuur. Gezocht profiel : De kandidaten worden op basis van de volgende criteria geëvalueerd :
4° préparer et participer aux réunions du comité Permanent; 5° préparer et présenter les différents dossiers au conseil d’administration; 6° assurer la gestion courante. Profil recherché : Les candidats seront évalués sur base des critères suivants :
1° een uitgesproken capaciteit om een organisatie te leiden, zowel op strategisch vlak als op het vlak van het interne bestuur, en om de opdrachten van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau te vervullen;
1° capacité confirmée de diriger une organisation, à la fois sur le plan stratégique et sur le plan de la gestion interne, et de remplir les missions du Bureau d’Intervention et de Restitution belge;
2° communicatievaardig zijn en in staat zijn nauwe professionele banden te onderhouden met alle deelnemende partijen;
2° aptitude à communiquer et à établir d’étroites relations professionnelles avec toutes les parties;
3° in staat zijn een ploeg te leiden en te motiveren in een nationale en Europese context;
3° capacité à diriger et à motiver une équipe dans le contexte belge et européen;
4° ervaring hebben met het beheer van human resources binnen een organisatie;
4° expérience de gestion des ressources humaines au sein d’une organisation;
5° een goede kennis hebben van de instellingen en het beleid van de Gemeenschap met betrekking tot de activiteiten van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau met inbegrip van een diepgaande kennis van de landbouwregelgeving van de Europese Gemeenschap;
5° bonne connaissance des institutions communautaires et des politiques communautaires en rapport avec les activités du Bureau d’Intervention et de Restitution belge, en ce compris une connaissance approfondie de la réglementation agricole de la Communauté européenne;
6° ervaring inzake financieel beheer hebben, door over kennis te beschikken van de werkingsregels van een betaalorgaan in de zin van de regelgeving van de Europese Gemeenschap met betrekking tot de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;
6° expérience en matière de gestion financière, en ayant une connaissance des règles de fonctionnement d’un organisme payeur au sens de la réglementation de la Communauté européenne relative au financement de la politique agricole commune;
7° een goede kennis hebben van de administratieve en budgettaire praktijken in de openbare sector.
7° bonne connaissance des pratiques administratives et budgétaires dans le secteur public.
Indienen van de kandidatuur : De kandidaturen voor de betrekking van adjunct-directeur-generaal moeten samen met een gedetailleerd curriculum vitae per aangetekende brief met bericht van ontvangst en in dubbele omslag worden verstuurd binnen 15 werkdagen na de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad ter attentie van :
Présentation de la candidature : Les candidatures pour l’emploi de directeur général adjoint, accompagnées d’un curriculum vitæ détaillé, doivent être expédiées, sous double enveloppe, par lettre recommandée avec accusé de réception, dans les 15 jours ouvrables suivant celui de la parution de l’avis au Moniteur belge à l’attention de :
De heer Voorzitter van de raad van bestuur
M. le Président du conseil d’administration
BIRB
BIRB
Trierstraat 82
Rue de Trèves, 82
1040 Brussel
1040 Bruxelles
De naleving van deze termijn wordt vastgesteld door de datumstempel van de post op de verzonden omslag.
Le respect de ce délai est constaté par la date du cachet d’oblitération de la poste sur l’enveloppe expédiée.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
WETTELIJKE BEKENDMAKINGEN EN VERSCHILLENDE BERICHTEN PUBLICATIONS LEGALES ET AVIS DIVERS UNIVERSITE DE MONS-HAINAUT Cours à conférer — Errata Dans la publication parue au Moniteur belge du 27 septembre 2006, page 50245, il y a lieu de lire dans le premier paragraphe « dans le domaine de la Protéomique structurale et fonctionnelle. » au lieu de « dans le domaine de la Protéopique structurale et fonctionnelle. » (19661)
Decreet van 18 mei 1999 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening Gemeente Duffel Bijzonder plan van aanleg nr. 18 « Brandweerkazerne » Bericht van onderzoek In toepassing van artikel 19 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening gecoördineerd op 22 oktober 1996 en wijzigingen, brengt het college van burgemeester en schepenen van Duffel ter kennis van het publiek dat de gemeenteraad in zitting van 25 september 2006 volgende plannen voorlopig heeft aangenomen : het bijzonder plan van aanleg nr. 18 « Brandweerkazerne ». De plannen, de stedenbouwkundige voorschriften en de memorie van toelichting liggen vanaf donderdag 12 oktober 2006 tot en met maandag 13 november 2006, ter inzage van de bevolking bij de gemeentelijke technische dienst, Gemeentestraat 21, te 2570 Duffel, en dit tijdens de openingsuren van het gemeentehuis. Bezwaren of opmerkingen kunnen binnen deze termijn schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, Gemeentestraat 21, 2570 Duffel. (42001)
Aankondigingen − Annonces
VENNOOTSCHAPPEN − SOCIETES
STAR FUND – Pensioenspaarfonds (“het Fonds”) Gemeenschappelijk beleggingsfonds naar Belgisch recht Beheerd door SF Management NV Marnixlaan 24, 1000 Brussel RPR Brussel 0403.147.191 Bericht aan de deelnemers I. Oproepingsbericht tot de tweede buitengewone algemene vergadering van Deelnemers De bijeengeroepen buitengewone algemene vergadering van 11 oktober 2006, om 9 u. 30 m., kan niet geldig beraadslagen over de hieronder vermelde agenda, doordat het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt. Bijgevolg worden de Deelnemers van het Fonds uitgenodigd deel te nemen aan de tweede buitengewone algemene vergadering van het Fonds die zal plaatsvinden op de maatschappelijke zetel
54317
van de Beheervennootschap SF Management te Marnixlaan 24, 1000 Brussel, op 27 oktober 2006, om 9 u. 30 m., met het oog op het beraadslagen over en het goedkeuren van volgende punten op de agenda : A) Aanstelling van een nieuwe beheervennootschap Voorstel om ING Investment Management Belgium NV aan te stellen als beheervennootschap, zoals opgelegd door artikel 43, §§ 1 van de Wet van 20 juli 2004 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles (hierna “de Wet van 20 juli 2004”) ter vervanging van SF Management NV, en dit met ingang vanaf 31 oktober 2006. Deze aanstelling gebeurt in het kader van het zich conformeren van het Fonds aan de Wet van 20 juli 2004. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de aanstelling van ING Investment Management Belgium NV als Beheervennootschap ter vervanging van SF Management NV. B) Wijziging van het beheerreglement met ingang vanaf 31 oktober 2006 1. Onder voorbehoud van goedkeuring van het punt 1 van de agenda : voorstel om artikel 2 te wijzigen ten gevolge van de aanstelling van ING Investment Management Belgium NV als beheervennootschap. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de wijziging in artikel 2 van het beheerreglement ten gevolge van de aanstelling van ING Investment Management Belgium NV als beheervennootschap. 2. Voorstel tot goedkeuring van de volgende wijzigingen van het beheerreglement : artikelen 1, 2, 3 en 7, alinea 6 om ze in overeenstemming te brengen met de Wet van 20 juli 2004 en het Koninklijk Besluit van 4 maart 2005 met betrekking tot bepaalde openbare instellingen voor collectieve belegging (hierna “het KB van 4 maart 2005”). Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de bovenstaande aanpassingen om zich te conformeren aan de vereisten van de Wet van 20 juli 2004 en het KB van 4 maart 2005. 3. Voorstel tot goedkeuring van de toevoeging van de zin “De bewaarder ontvangt een jaarlijkse vergoeding van 0,10 % % van de effectenportefeuille.” na de laatste alinea van artikel 3. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de toevoeging van bovenstaande zin na de laatste alinea van artikel 3. 4. Voorstel tot goedkeuring van de vervanging van de laatste zin van artikel 5 door “De rechten van deelneming in het Fonds zijn niet genoteerd.” Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de vervanging van de laatste zin van artikel 5 door bovenstaande zin. 5. Voorstel tot goedkeuring van de schrapping van de woorden “ter beurze” in artikel 6, alinea 4, 1° streepje van de Nederlandstalige tekst van het beheerreglement. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de schrapping van voormelde woorden in artikel 6 van de Nederlandstalige tekst van het beheerreglement. 6. Voorstel tot goedkeuring van de toevoeging na de laatste alinea van artikel 7, van de volgende alinea : “In geval meer dan 20 % % van de reële waarden van de activa en passiva gekend zijn op het ogenblik van de afsluiting van de ontvangstperiode van de aanvragen, zal de berekening van de netto-inventariswaarde gebaseerd zijn op de reële waarden van J en van J+1.” Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de toevoeging van de hierboven vermelde alinea in artikel 7. 7. Voorstel tot goedkeuring van de schrapping van de tweede zin van artikel 7, alinea 4; van de woorden “eventueel verminderd met een uittredingscommissie van ten hoogste 1 % ten voordele van het Fonds om de kosten te dekken voor het realiseren van de activa van het Fonds” van artikel 8, alinea 3; van het punt e) van artikel 9; van de zin “De eventuele belastingen verbonden aan het innen van deze vergoeding zijn ten laste van het Fonds.” van artikel 11, alinea 1; van de tweede alinea van artikel 11. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de hierboven beschreven schrappingen in de artikelen 7, 8, 9 en 11. 8. Voorstel tot goedkeuring van de wijziging van de beleggingspolitiek in artikel 10, om zich te conformeren aan de eisen van de Wet van 20 juli 2004 en het KB van 4 maart 2005. Voorstel tot beslissing : goedkeuring van het gewijzigde artikel 10. 9. Voorstel tot goedkeuring van de vervanging van de woorden “ten minste 6 bankwerkdagen” door “zes bankwerkdagen” in artikel 13, alinea 8.
54318
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Voorstel tot beslissing : goedkeuring van de hierboven beschreven vervanging in artikel 13.
B) Modifications 31 octobre 2006
De Deelnemers die de buitengewone algemene vergadering wensen bij te wonen of zich wensen te laten vertegenwoordigen dienen, ten minste zes bankwerkdagen voorafgaand aan de Vergadering, de raad van bestuur van de Beheervennootschap hiervan schriftelijk op de hoogte te brengen, P/A ING België, Securities Departement, ter attentie van de heer Thierry Lequenne, Sint-Michielswarande 60, 1040 Brussel of P/A Dexia Bank België, departement Pensioensparen (OM 02/08), ter attentie van Mevr. Sabine Thomas, Pachécolaan 44, 1000 Brussel. De Deelnemers dienen het aantal rechten van deelneming te preciseren waarvoor ze wensen deel te nemen aan de stemming, het nummer van hun pensioenspaarrekening en, in voorkomend geval, hun volmacht indien ze zich wensen te laten vertegenwoordigen op de Vergadering.
1. Sous condition de l’approbation du point 1) à l’ordre du jour : proposition de modifier l’article 2 suite à la désignation d’ING Investment Management Belgium SA comme société de gestion.
De Deelnemers die zich wensen te laten vertegenwoordigen dienen de formulieren van volmacht te gebruiken die door de raad van bestuur werden vastgesteld. Dit formulier kan bekomen worden bij ING Investment Management Belgium - Legal & Compliance Department Marnixlaan 24, 1000 Brussel (tel. 02-547 20 96). De tweede buitengewone algemene vergadering kan op geldige wijze beraadslagen, ongeacht het aantal rechten van deelneming in omloop dat door de aanwezige of vertegenwoordigde Deelnemers wordt vertegenwoordigd. De beslissingen worden genomen bij gewone meerheid van stemmen van de aanwezige en vertegenwoordigde Deelnemers. Elk recht van deelneming geeft recht op één stem. De fracties van rechten van deelneming verlenen geen stemrecht aan hun houders. Het integrale ontwerp van gewijzigd Beheerreglement is beschikbaar op de maatschappelijke zetel van de Beheervennootschap en bij de instellingen die de financiële dienst verzekeren, met name Dexia Bank België NV en ING België NV. II. Prospectuswijziging Ten gevolge van de wijzigingen aan het beheerreglement, onder voorbehoud van goedkeuring door de buitengewone algemene vergadering, worden het prospectus en vereenvoudigd prospectus in die zin gewijzigd. Daarnaast wordt de datum (Belgische bankwerkdag) van betaling van de aanvragen gewijzigd van “J+2” in “J”. (41845) De raad van bestuur
STAR FUND – Fonds d’épargne pension (“le Fonds”) Fonds Commun de Placement de droit belge Géré par SF Management SA avenue Marnix 24 – 1000 Bruxelles (RPM Bruxelles 0403.147.191) Avis aux participants I. Avis de convocation à la seconde Assemblée Générale Extraordinaire des Participants L’Assemblée Générale Extraordinaire convoquée pour le 11 octobre 2006, à 9 h 30 m, ne peut délibérer valablement, sur l’ordre du jour ci-dessous, faute de quorum. En conséquence, les Participants du Fonds sont invités à assister à la seconde Assemblée Générale Extraordinaire du Fonds qui se tiendra au siège social de la Société de gestion SF Management SA, avenue Marnix 24, 1000 Bruxelles, le 27 octobre 2006, à 9 h 30 m, en vue de délibérer et d’approuver les points suivants à l’ordre du jour : A) Désignation d’une nouvelle société de gestion Proposition de désigner ING Investment Management Belgium SA en tant que société de gestion comme imposé par l’article 43, § 1 de la Loi du 20 juillet 2004 relative à certaines formes de gestion collective de portefeuilles d’investissement (ci-après “la Loi du 20 juillet 2004 ») en remplacement de SF Management SA et ce avec effet au 31 octobre 2006. Cette désignation a lieu dans le cadre de la mise en conformité de la Société à la Loi du 20 juillet 2004. Proposition de décision : approbation de la désignation d’ING Investment Management Belgium SA comme société de gestion en remplacement de SF Management SA.
au
règlement
de
gestion
avec
effet
au
Proposition de décision : approbation de la modification de l’article 2 du règlement de gestion suite à la désignation d’ING Investment Management Belgium SA comme société de gestion. 2. Proposition d’approuver les modifications suivantes au règlement de gestion : articles 1, 2, 3 et 7, alinéa 6 afin de les mettre en conformité avec la Loi du 20 juillet 2004 et l’Arrêté Royal du 4 mars 2005 relatif à certains organismes de placement collectif publics (ci-après « l’AR du 4 mars 2005 »). Proposition de décision : approbation des modifications susmentionnées pour se conformer aux exigences de la Loi du 20 juillet 2004 et de l’AR du 4 mars 2005. 3. Proposition d’approuver l’ajout de la phrase «Le Dépositaire recevra une rémunération annuelle à concurrence de 0,10 % du portefeuille titre.» après le dernier alinéa de l’article 3. Proposition de décision : approbation de l’ajout de la phrase susmentionnée après le dernier alinéa de l’article 3. 4. Proposition d’approuver le remplacement de la dernière phrase de l’article 5 par « Les parts du Fonds ne sont pas cotées. » Proposition de décision : approbation du remplacement de la dernière phrase de l’article 5 par la phrase susmentionnée. 5. Proposition d’approuver la suppression des mots “ter beurze” dans l’article 6, alinéa 4, 1° tiret du texte néerlandais du règlement de gestion. Proposition de décision : approbation de la suppression des termes susmentionnés dans l’article 6 du texte néerlandais du règlement de gestion. 6. Proposition d’approuver l’ajout de l’alinéa suivant après le dernier alinéa de l’article 7 : « Si plus de 20 % des valeurs réelles des actifs et des passifs sont connues au moment de la clôture de la réception des demandes, le calcul de la valeur nette d’inventaire sera basé sur des valeurs réelles de J et de J+1. » Proposition de décision : approbation de l’ajout de l’alinéa susmentionné à l’article 7. 7. Proposition d’approuver la suppression de la deuxième phrase de l’article 7, alinéa 4; des mots « diminuée éventuellement d’une commission de sortie de 1 % maximum au profit du Fonds, en vue de couvrir les frais de réalisation des actifs du Fonds » de l’article 8, alinéa 3; du point e) de l’article 9; de la phrase « Les impôts éventuellement liés à la perception de cette commissions sont à charge du Fonds. » de l’article 11, alinéa 1; de l’alinéa 2 de l’article 11. Proposition de décision : approbation des suppressions susmentionnées dans les articles 7, 8, 9 et 11. 8. Proposition d’approuver la modification de la politique d’investissement à l’article 10, afin de se conformer aux exigences de la Loi du 20 juillet 2004 et l’AR du 4 mars 2005. Proposition de décision : approbation de l’article 10 modifié. 9. Proposition d’approuver le remplacement des mots « au moins six jours bancaires ouvrables » par les mots « six jours bancaires ouvrables » dans l’article 13, alinéa 8. Proposition de décision : approbation du remplacement susmentionné dans l’article 13. Les Participants qui désirent assister à l’Assemblée Générale Extraordinaire ou s’y faire représenter sont tenus, au moins six jours bancaires ouvrables avant l’Assemblée, d’en informer par écrit le Conseil d’Administration de la Société de gestion, C/O ING Belgique, Securities Department, à l’attention de Monsieur Thierry Lequenne, Cours Saint Michel 60, 1040 Bruxelles ou C/O Dexia Banque Belgique, Départment Epargne-Pension (OM 02/08), à l’attention de Madame
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
54319
Sabine Thomas, boulevard Pachéco 44, 1000 Bruxelles. Les Participants doivent préciser le nombre de parts pour lesquelles ils entendent prendre par au vote et le numéro de leur compte épargne-pension ainsi que, le cas échéant, leur procuration s’ils désirent se faire représenter à l’Assemblée.
Terbeschikkingstelling door de vennootschap van het zo vrijgekomen bedrag.
Les Participants qui désirent se faire représenter doivent utiliser le formulaire de procuration arrêté par le Conseil d’Administration de la Société de gestion. Ce formulaire peut être obtenu auprès de ING Investment Management Belgium – Legal & Compliance Department avenue Marnix 24, 1000 Bruxelles (tél 02/547.20.96).
Volmacht aan de raad van bestuur met betrekking tot deze kapitaalvermindering.
La seconde Assemblée Générale Extraordinaire délibérera valablement, quelle que soit la portion des parts en circulation présentes ou représentées. Les décisions seront prises à la majorité simple des voix des Participants présents ou représentés. Chaque part donne droit à une voix. Les fractions de parts ne confèrent pas de droit de vote à leur titulaire.
4. Aanneming van een nieuwe tekst van de statuten ingevolge aanpassing van de statuten aan de genomen besluiten en aan de thans vigerende wetgeving.
Le projet intégral du Règlement de gestion modifié est disponible au siège social de la Société de gestion ainsi qu’auprès des entités assurant le service financier, à savoir Dexia Banque Belgique SA et ING Belgique SA. II. Modification du prospectus
3. Vaststelling van de modaliteiten voor de aanrekening van het bedrag van de kapitaalvermindering.
5. Machtiging aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen besluiten. Opdracht aan de notaris tot coördinatie der statuten. Bijzondere volmacht(en). (41990)
Distribution et Recherche de Produits agro alimentaires, ″DIPAL″, société anonyme, en liquidation, rue d’Italie 45, 4500 Huy Numéro d’entreprise 0403.977.977
Suivant les modifications au règlement de gestion, sous condition de l’approbation par l’Assemblée Générale Extraordinaire, le prospectus et le prospectus simplifié seront modifiés dans ce sens. En outre, le jour (ouvrable bancaire belge) de paiement des demandes sera modifié de “J+2” en “J”. (41845)
Deze kapitaalvermindering geschiedt door afhouding op het kapitaal en door terugbetaling in speciën aan de aandeelhouders.
Assemblée ordinaire au siège social le 28/10/2006, à 12 heures. Ordre du jour : Rapport du liquidateur. Approbation des comptes annuels. Affectation des résultats. Décharge au liquidateur. Divers. (41991)
Le conseil d’administration.
Confiserie Rosière, société anonyme, en liquidation, rue d’Italie 45, 4500 Huy
Ferimmob, société anonyme, avenue de Manhattan 15, 1380 Lasne-Chapelle-Saint-Lambert Numéro d’entreprise 0434.441.620
Numéro d’entreprise 0402.412.418 Assemblée ordinaire au siège social le 28/10/2006, à 10 heures. Ordre du jour : Rapport du liquidateur. Approbation des comptes annuels. Affectation des résultats. Décharge au liquidateur. Divers. (41988)
Creahome, naamloze vennootschap, Prinsdomlaan 50, 8870 Izegem
Assemblée ordinaire au siège social le 26/10/2006, à 17 heures. Ordre du jour : Rapport du conseil d’administration. Approbation des comptes annuels. Affectation des résultats. Décharge aux administrateurs. Divers. (41992)
Flobel, société anonyme, avenue Chant d’Oiseau 86, 1150 Bruxelles Numéro d’entreprise 0418.121.666
Ondernemingsnummer 0430.382.961 Algemene vergadering op de zetel op 28/10/2006, om 9 uur. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring van de jaarrekening. Bestemming resultaat. Kwijting aan bestuurders. Diversen. (41989)
Assemblée ordinaire au siège social le 31/10/2006, à 11 heures. Ordre du jour : Rapport du conseil d’administration. Approbation des comptes annuels. Affectation des résultats. Décharge aux administrateurs. Nominations statutaires éventuelles. Divers. (41993)
De Broel, naamloze vennootschap, te 8500 Kortrijk, Condédreef 89
SA Garage Noirhomme, société anonyme, route de Bomal 14, à 6940 Barvaux-sur-Ourthe
RPR Kortrijk 0428.356.354
TVA BE 425.137.835
Aangezien de buitengewone algemene vergadering van 10 oktober 2006 niet in voldoende getal was, om geldig te beraadslagen en te besluiten, worden de aandeelhouders verzocht de tweede buitengewone algemene vergadering bij te wonen, die gehouden zal worden op donderdag 26 oktober 2006, om 9 uur, in het kantoor van notaris Jean-Charles De Witte, te Kortrijk, Rijselsestraat 38A, met volgende agenda :
Messieurs les actionnaires sont priés de se présenter, à l’assemblée générale extraordinaire qui se tiendra le jeudi 26 octobre 2006, à 11 heures en l’étude de Maître Anne Letocart-André, notaire, rue du Marais 10, à 6940 Barvaux-sur-Ourthe.
1. Omzetting van het kapitaal in euro. 2. Kapitaalvermindering met een bedrag van S 120.000,00, om het maatschappelijk kapitaal terug te brengen van S 279.128,11 op S 159.128,11, zonder vernietiging van aandelen, maar met vermindering, naar evenredigheid, van de fractiewaarde van alle aandelen in het maatschappelijk vermogen.
Ordre du jour : La présente assemblée a pour ordre du jour : 1. Réduction du capital de la société, à concurrence de cent vingtdeux mille cinq cents euros (122.500 EUR) pour le ramener de cent quatre-vingt-quatre mille sept cents euros un cent (184.700,01 EUR), à soixante-deux mille deux cents euros un cent (62.200,01 EUR) sans annulation de titres, par prélèvement prioritaire de ce montant sur le capital fiscalement libéré, en remboursant, à chaque part la somme de huit euros septante-cinq cents (8,75 EUR).
54320
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Ce remboursement ne pourra être effectué que deux mois après la publication de la décision de réduire le capital aux annexes du Moniteur belge et moyennant le respect des conditions prévues, à l’article 613 du Code des sociétés. But de cette réduction : Ramener le capital, à un montant jugé suffisant pour la société.
Orienta naamloze vennootschap, Oude Leeuwenrui 48, 2000 Antwerpen Ondernemingsnummer 0423.535.355
2. Augmentation du capital, à concurrence de cent dix-neuf mille sept cent nonante-neuf euros nonante neuf cents (119.799,99 EUR) pour le porter de soixante-deux mille deux cents euros un cent (62.200,01 EUR), à cent quatre-vingt-deux mille euros (182.000 EUR), par incorporation au capital d’une somme de cent dix-neuf mille sept cent nonante-neuf euros nonante neuf cents (119.799,99 EUR), à prélever sur les bénéfices reportés de la société (sans apports nouveaux et sans création de titres).
Algemene vergadering op de zetel op 02/11/2006, om 16 uur. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring van de jaarrekening. Bestemming resultaat. Kwijting aan bestuurders. Diversen. (41998)
3. Modification des articles 1, 2, 5, 5bis, 6, 10, 14, 18, 24, 28 des statuts pour les adapter aux décisions ci-dessus et, à la législation actuelle.
Vijverhoek 41-43, 8520 Kuurne
Si l’assemblée générale du 26/10/2006 ne réunit pas le quorum légal, les actionnaires sont priés d’assister, à l’assemblée générale extraordinaire qui se tiendra en la même étude et, à la même heure le vendredi 17 novembre 2006. (41994) Le conseil d’administration.
RPR Kortrijk Ond. Nr 0428.955.378
″Grefab″, société anonyme, avenue Louise 522, Bruxelles (1050 Bruxelles)
Tric, naamloze vennootschap,
Uitnodiging tot de jaarvergadering op 28/10/2006, om 14 uur ten maatschappelijke zetel. Agenda : 1. Goedkeuring jaarrekening op 30/4/2006, inclusief de toewijzing van het resultaat. 2. Kwijting aan bestuurders. 3. Varia. De aandeelhouders gelieven zich te schikken naar de statuten en de wettelijke voorschriften ter zake. (41999) De raad van bestuur.
Numéro d’entreprise 0465.188.541 Vanas, naamloze vennootschap, Les actionnaires sont invités, à participer, à l’assemblée générale extraordinaire qui se tiendra le 26 octobre 2006, à 12 h, par devant Maître Gérard Indekeu, notaire, à Bruxelles, avenue Louise 126, à 1050 Bruxelles, avec l’ordre du jour suivant :
Zwaluwbeekstraat 10, 9150 Kruibeke Ondernemingsnummer 0404.554.237
1. Conversion du capital social en 2.544.874,92 EUR. 2. Réduction du capital social, à concurrence de 1.000.000 EUR, pour le porter de 2.544.874,92 EUR, à 1.544.874,92 EUR, sans suppression d’actions, par le remboursement aux actionnaires, au prorata de leur participation dans le capital. Constatation de la réduction du capital social. 3. Augmentation du capital social afin de l’arrondir, à 1.550.000 EUR, par incorporation au capital d’une partie des bénéfices reportés, pour un montant de 5.125,10 EUR, sans création de nouvelles actions. 4. Modification des statuts. 5. Renouvellement des mandats des administrateurs, avec effet rétroactif, à partir de l’assemblée générale annuelle de 2004. (41995)
Ingevolge beslissing van de raad van bestuur van 19/9/2006 zal een buitengewone algemene vergadering worden samengeroepen op 26 oktober 2006, om 11 uur ten maatschappelijke zetel, Zwalubeekstraat 10, te 9150 Kruibeke, met als agenda : 1. Ontslag/benoeming bestuurders. 2. Kwijting bestuurders. 3. Vaststelling emolumenten bestuurders en afgevaardigd bestuurders. De aandeelhouders worden verzocht zich te willen schikken naar de bepalingen van de statuten. Om tot de vergadering toegelaten te worden moeten de houders van aandelen aan toonder uiterlijk vijf dagen voor de datum van de voorgenomen vergadering hun aandelen deponeren op de zetel van de vennootschap of bij het ING kantoor Rouaansekaai 1-3, te Antwerpen. (42000)
Del Ponti, naamloze vennootschap, Immo Sport, naamloze vennootschap, Molenvloed 34, 2230 Herselt
Steenovenstraat 23, 3941 Hechtel-Eksel 0463.788.078 RPR Hasselt
Ondernemingsnummer 0419.795.016
De gewone algemene vergadering zal gehouden worden op de maatschappelijke zetel op 28/10/2006, om 11 uur. Dagorde : 1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de jaarrekening per 30/6/2006. 3. Bestemming van het resultaat. 4. Kwijting van bestuurders. 5. Varia. Sara Vandepoel, Gedelegeerd Bestuurder.
Jaarvergadering op 3/11/2006 om 19 u. op de zetel. Agenda : 1. Verslag van de raad van bestuur. 2. Goedkeuring van de vergoedingen aan de bestuurders. 3. Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten per 30/06/2006. 4. Bestemming van het resultaat. 5. Dechargeverlening aan de raad van bestuur. 6. Ontslag en benoemingen. 7. Allerlei. (41986)
(41996)
International Computer Brokers, naamloze vennootschap, Taxanderlei 2, 2900 Schoten
Latems Bouwbedrijf, naamloze vennootschap, Pieter Vanderdonckdoorgang 15 A, 9000 Gent
Ondernemingsnummer 0424.919.881
0428.898.168 RPR Gent
Algemene vergadering op de zetel op 03/11/2006, om 17 uur. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring van de jaarrekening per 30 juni 2006. Bestemming resultaat. Kwijting aan bestuurders. Diversen. (41997)
Jaarvergadering op 28/10/2006 om 10 u. op de zetel. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2006. Bestemming resultaat. Herbenoeming bestuurders. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (41987)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Openbare Besturen en Technisch Onderwijs Administrations publiques et Enseignement technique
54321
Stad Antwerpen ’t Stad is van iedereen.
OPENSTAANDE BETREKKINGEN − PLACES VACANTES
Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn van Hove
Van Antwerpenaren wordt gezegd dat ze heel zelfzeker zijn en het altijd beter weten. Dat klopt. Omdat Antwerpenaren in Antwerpen leven. En omdat Antwerpen een rijke stad is. Een cultuurstad, een havenstad, een historische stad, een mode- en een uitgaansstad, een leefstad vol parken en pleinen, een evenementenstad, een ambitieuze stad met grootse plannen. Wil jij mee de ambitieuze plannen van de stad realiseren ? Makkelijk wordt het niet, maar wel spannend. Antwerpen is niet zomaar een stad. Antwerpen is ’t stad.
Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Hove werft aan :
Voer voor verzamelaars Afdelingschef Bibliothecaris (A1-3)
OCMW–secretaris
Uw taak :
in voltijds statutair verband In een dynamische professionele welzijnsorganisatie, bestuurd door democratisch verkozen vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap, is de taak van secretaris zeer verscheiden, uitdagend maar veeleisend. Wij kijken uit naar kandidaten die medewerkers kunnen enthousiasmeren, voorstellen kunnen ontwikkelen en uitvoeren, cijfers beheersen, stressbestendig zijn en steeds oog hebben voor het wettelijke kader waarbinnen een OCMW werkt. De bijzondere aanwervingsvoorwaarden, functiebeschrijving en het examenprogramma zijn te verkrijgen op het secretariaat, Esdoorn 4a, te 2540 Hove, tel. 03-460 10 85, email :
[email protected]. Uw kandidatuur met CV, bewijs van goed gedrag en zeden en gewoon afschrift van het diploma dienen aangetekend gezonden te worden aan de voorzitter van het OCMW, op bovenstaand adres en dit vóór 31 oktober 2006. (41846)
Uw profiel : U hebt een masterdiploma en bent bereid ten laatste tijdens de proeftijd een einddiploma van een erkende instelling voor bibliotheekwetenschappen, of een speciale licentie in de documentatie- en bibliotheekwetenschappen of master in de informatie- en bibliotheekwetenschappen te behalen. U hebt ook 4 jaar ervaring in de bibliotheeksector, bent een geboren leider en kent methodieken i.v.m. collectiebeheer en collectieorganisatie. Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 2.499,64 euro en geniet van talrijke sociale voordelen, uitgebreide opleidingsmogelijkheden en reële doorgroeimogelijkheden binnen een teamgerichte werkomgeving. De selectieprocedure verloopt via Jobpunt Vlaanderen.
Stad Lier
conservator Oude Drukken (consulent wetenschappelijk werk stadsbibliotheek) (A1-3) Uw taak :
De stad Lier zoekt : 1 stedenbouwkundig ambtenaar niveau A in statutair dienstverband; 1 deskundige verkeer niveau A in statutair dienstverband; 1 industrieel ingenieur niveau A in contractueel dienstverband voor 2 jaar 1 sportpromotor niveau B in statutair dienstverband; 1 bibliotheekassistent niveau C in statutair dienstverband (10 uur/ week); 1 halftijds projectmedewerker niveau C in contractueel dienstverband; 2 halftijdse poetskrachten niveau E in contractueel dienstverband; 1 technisch beambte voor kerkhof niveau E in statutair dienstverband. Wij bieden je : maaltijdcheques, een fietsvergoeding, een gratis hospitalisatieverzekering en premies bij geboorte en huwelijk. Kom je met het openbaar vervoer werken, dan betalen we je dit volledig terug. Interesse ? Vraag de aanwervingsvoorwaarden, het functieprofiel en -inhoud en een inschrijvingsformulier aan onze personeelsdienst : tel. 03-8000 319,
[email protected] of via www.lier.be. Je kandidatuur en CV stuur je, samen met een kopie van je diploma, aangetekend naar : college van burgemeester en schepenen, Grote Markt 57, 2500 Lier. Solliciteren per e-mail is niet toegelaten. 27 oktober 2006 sluiten we deze vacatures af.
U bouwt het collectieaanbod van de Antwerpse openbare bibliotheken verder uit in overleg met de bibliotheekdirectie en stemt het af op de noden van de gebruikers. U ontwikkelt een klantgerichte visie op het collectiebeleid met aandacht voor specifieke doelgroepen. Verder geeft u leiding aan een team van collectiemedewerkers.
(41847)
U doet aan collectievorming door oude drukken en kostbare werken aan te kopen, catalogeert ze en staat in voor de publiekswerking d.m.v. het opzetten van tentoonstellingen en het schrijven van wetenschappelijke publicaties. Uw profiel : U hebt een master in conservatie/restauratie of een master in taalen letterkunde, geschiedenis, archeologie en kunstwetenschappen of in wijsbegeerte. U hebt een actieve kennis van Nederlands, Frans, Engels en Duits en een passieve kennis van Latijn. U kan ook vlot teksten verwerken, bent thuis in databanken, digitalisering en publiceren op het internet en u hebt een ruime cultuurhistorische bagage. Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 2.499,64 euro. U geniet verschillende sociale voordelen (hospitalisatieverzekering e.d.) en u kan groeien in een teamgerichte omgeving die rekening houdt met een harmonie in uw werk- en privéleven. De selectieprocedure verloop via Jobpunt Vlaanderen. Een bruisende sportstad Consulent sport (A1-3) Uw taak : U coördineert de opmaak van het sportsbeleidsplan en overlegt voortdurend met de stedelijke en niet stedelijke actoren om het profiel van Antwerpen als sportstad aan te scherpen. In het kader van het nieuwe decreet voor het voeren van een Sport voor Allen-beleid bewaakt u de implementatie van het sportbeleidsplan, stelt u jaarlijkse actieplannen en verslagen op en stuurt u het plan eventueel bij.
54322
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Uw profiel :
Uw profiel :
U behaalde een master in lichamelijke opvoeding, politieke en sociale wetenschappen, handelswetenschappen, rechten of wijsbegeerte. U kent de sportwereld, communiceert gericht, werkt enthousiasmerend en bent ondernemend ingesteld. Ons aanbod :
Ons aanbod :
U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 2.499,64 euro en geniet van uiteenlopende functiegerichte opleidingen, mogelijkheden tot jobrotatie en/of doorgroeien binnen de organisatie.
Een job om uw stempel op te drukken druktechnieken
(hoofddeskundige
U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 1.999,71 euro. U wordt tewerkgesteld in een omgeving waar ruimte is voor creativiteit en zelfontplooiing. Specifieke diplomavereisten voor de verschillende vacatures, de informatiebrochure en het online inschrijvingsformulier vindt u op www.antwerpen.be/jobs.
De selectieprocedure verloopt via Jobpunt Vlaanderen.
Hoofddeskundige centrum) (B4-5)
U hebt een bachelordiploma of een HOKT-diploma voor sociale promotie waarbinnen het basispakket “tekenen” is voorzien. U kan zeer vlot werken met Autocad, kent materialen en producten uit de architectuurwereld en kan wettelijke reglementeringen vlot toepassen.
grafisch
Uw taak : U hebt de dagelijkse leiding van de druktechnische afdeling van het grafisch centrum van de stad Antwerpen : opvolging van administratie (bestelling grondstoffen, herstellingen, verlofplanning medewerkers, …), kopieerafdeling, montage, drukkerij en afwerking/magazijn (organisatie leveringen, voorraadbeheer).
U kan deze informatiebrochure met inschrijvingsformulier ook afhalen in de Antwerpse districtshuizen of in de stadswinkel, Grote Markt 11, 2000 Antwerpen, of aanvragen via de Infolijn op tel. 03-22 11 333. Inschrijven is mogelijk tot 22 oktober 2006. De stad Antwerpen neemt als werkgever mee het voortouw bij het bevorderen van gelijke kansen bij aanwerving en moedigt dus iedereen aan om deel te nemen, vrouwen evenzeer als mannen, ongeacht leeftijd, etnische afkomst of eventuele handicap. Hoe solliciteren ?
(41848)
Uw profiel : U hebt een bachelordiploma in plastische kunsten, beeldende vormgeving of beeldende kunsten, boekbedrijf, grafische bedrijven of grafische en digitale media, regentaat plastische. U hebt ook minimaal 4 jaar ervaring in een gelijkaardige functie in de privésector of bij een openbaar bestuur. U hebt een grondige kennis van druktechnieken en grondstoffen, kan een technische ploeg vlot aansturen en kan werken met MultiPress (of met een vergelijkbaar systeem). Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 2.282,28 euro. U kan rekenen op een uitgebreid voordelenpakket en een dynamische werkomgeving. Milieuzorg, uw zorg ? Milieudeskundige (deskundige milieu) (B1-3) Uw taak : Afhankelijk van het stedelijk bedrijf waar u wordt ingeschakeld, bent u het aanspreekpunt voor bedrijven en burgers die een milieuaanvraag of melding doen en stuurt u een administratieve ploeg die milieuvergunningdossiers behartigt óf brengt u een duurzaam en wettelijk verankerd milieubeleid tot stand. Uw profiel : U hebt een bachelordiploma in een relevant studiegebied (bv. biotechniek of milieuadministratie), u kent de recente milieuwetgeving, milieutechnieken, chemische producten, duurzame ontwikkeling, kan zowel zelfstandig als in team functioneren, en bent contact- en communicatievaardig. Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een bruto minimummaandwedde van 1.999,71 euro. U ontvangt een uitgebreid voordelenpakket en wordt gestimuleerd om voortdurend te leren. Teken uw en onze toekomst uit. Technisch tekenaar (deskundige tekenbureau) (B1-3). Uw taak : Afhankelijk van het stedelijk bedrijf waar u wordt ingeschakeld, werkt u globale ontwerpen en/of concepten uit en biedt u ondersteuning aan technische assistenten bij de uitwerking van hun tekeningen óf doet u opmetingen van gebouwen/gronden en tekent u bouwplannen voor nieuwbouw, restauratie en verbouwingen, voor bouwaanvragen en aanbestedingsdossier.
’t Stad is van iedereen. De stad Antwerpen neemt als werkgever mee het voortouw bij het bevorderen van gelijke kansen bij aanwerving en moedigt dus iedereen aan om deel te nemen vrouwen evenzeer als mannen, ongeacht leeftijd, etnische afkomst of eventuele handicap. Van Antwerpenaren wordt gezegd dat ze heel zelfzeker zijn en het altijd beter weten. Dat klopt. Omdat Antwerpenaren in Antwerpen leven. En omdat Antwerpen een rijke stad is. Een cultuurstad, een havenstad, een historische stad, een mode- en een uitgaansstad, een leefstad vol parken en pleinen, een evenementenstad, een ambitieuze stad met grootse plannen. Wil jij mee de ambitieuze plannen van de stad realiseren? Makkelijk wordt het niet, maar wel spannend. Antwerpen is niet zomaar een stad. Antwerpen is ’t stad. Fotograaf (technisch assistent fotografie) (C1-3) Uw taak : U voert gevarieerde foto-opdrachten uit voor verschillende stadsdiensten en -evenementen (Den Antwerpenaar, Antenne, officiële bezoeken en ontvangsten,...), en zorgt voor de digitale verwerking en afwerking van deze reportages. Uw profiel : U hebt een diploma hoger secundair onderwijs, een rijbewijs B, kennis van digitale fotografie, van de verwerking/afwerking met behulp van Photoshop (CS2) en u bent bereid tot avond- en weekendwerk en werken tijdens feestdagen (in onderling overleg). Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een brutominimummaandwedde van 1.591,30 euro. Daarnaast geniet u van talrijke sociale voordelen (hospitalisatieverzekering,…) en wordt u gestimuleerd om voortdurend te leren. Hoe solliciteren ? Specifieke diplomavereisten, de informatiebrochure en het online inschrijvingsformulier vindt u op www.antwerpen.be/jobs U kan deze informatiebrochure met inschrijvingsformulier ook afhalen in de Antwerpse districtshuizen of in de stadswinkel, Grote Markt 11, 2000 Antwerpen, of aanvragen via de Infolijn op tel. 03-22 11 333. Inschrijven is mogelijk tot 22 oktober 2006.
(41849)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE ’t Stad is van iedereen.
54323
Voorwaarden :
Van Antwerpenaren wordt gezegd dat ze heel zelfzeker zijn en het altijd beter weten. Dat klopt. Omdat Antwerpenaren in Antwerpen leven. En omdat Antwerpen een rijke stad is. Een cultuurstad, een havenstad, een historische stad, een mode- en een uitgaansstad, een leefstad vol parken en pleinen, een evenementenstad, een ambitieuze stad met grootse plannen. Wil jij mee de ambitieuze plannen van de stad realiseren ? Makkelijk wordt het niet, maar wel spannend. Antwerpen is niet zomaar een stad. Antwerpen is ’t stad. Kunnen we rekenen op jouw hulp ? Dispatcher hulpcentrum 100 (administratief assistent-aangestelde hulpcentrum 100) (C1-3) Uw taak : U beantwoordt de telefonische noodoproepen bij het hulpcentrum 100, evalueert de vragen, filtert relevante informatie uit de oproep en verwittigt de juiste hulporganisaties. U rapporteert aan de korpsleiding en aan de collega’s bij een ploegenwissel. Uw profiel : U beschikt over een diploma hoger secundair onderwijs en bent bereid een bijkomende opleiding te volgen tijdens de proeftijd, bent communicatief heel sterk, spreekt uitstekend Nederlands, bent uitermate alert en stressbestendig en kan essentiële informatie bondig samenvatten.
Minimum 4 jaar graadanciënniteit of ervaring hebben als assistentdienstleider in een openbaar bestuur. Minstens houder zijn van een einddiploma van hoger onderwijs (hokt) of daarmee gelijkgesteld. Houder zijn van het einddiploma Graduaat Bibliotheekwezen en Documentaire Informatiekunde of daarmee gelijkgesteld. Een salarisschaal B2 of B3 hebben en gunstig geëvalueerd zijn. Met goed gevolg de basisvorming of de voortgezette vorming beëindigd hebben. Slagen in de selectieproeven. Er wordt een wervingsreserve aangelegd die drie jaar geldig blijft. Wij bieden een aantrekkelijk salaris in het B4-B5-niveau, maaltijdcheques en gratis hospitalisatieverzekering. Kandidaturen worden ingediend uiterlijk op 26 oktober 2006 (postdatum), bij het college van burgemeester en schepenen, AC Beukenpark, Kapellestraat 19, 8020 Oostkamp, met bijvoeging van een kopie van de vereiste diploma’s en een uitgebreid curriculum. De eerste (schriftelijke) proef vindt plaats op 18 november 2006. Voor meer inlichtingen kunt u zich wenden tot de dienst Personeel, Kapellestraat 19, 8020 Oostkamp, tel. : 050-83 31 09 - fax : 050-82 66 76 email :
[email protected] (41851)
Stad Poperinge
Ons aanbod : U wordt statutair aangeworven aan een brutominimummaandwedde van 1.591,30 euro. U geniet van een uitgebreid voordelenpakket, tal van opleidingsmogelijkheden en reële doorgroeimogelijkheden binnen een dynamische organisatie. De stad Antwerpen neemt als werkgever mee het voortouw bij het bevorderen van gelijke kansen bij aanwerving en moedigt dus iedereen aan om deel te nemen, vrouwen evenzeer als mannen, ongeacht leeftijd, etnische afkomst of eventuele handicap. Hoe solliciteren ? Specifieke diplomavereisten, de informatiebrochure en het on-line inschrijvingsformulier vindt u op www.antwerpen.be/jobs U kan deze informatiebrochure met inschrijvingsformulier ook afhalen in de Antwerpse districtshuizen of in de stadswinkel, Grote Markt 11, 2000 Antwerpen, of aanvragen via de Infolijn op tel. 03-22 11 333. Inschrijven is mogelijk tot 22 oktober 2006.
(41850)
Gemeente Oostkamp Het gemeentebestuur van Oostkamp is op zoek naar m/v : 1 hoofddeskundige bibliotheek (voltijds, statutair) Taken : U verzorgt de organisatie van de dienstverlening, de promotie en de culturele uitbreidingsactiviteiten van de bibliotheek; U onderzoekt de noden en interesses van de bevolking m.b.t. ontwikkeling, opvoeding, info en ontspanning en het zoekgedrag van de gebruiker in functie van catalogusbouw en -opstelling; U organiseert en motiveert uw team en staat in voor de algemene personeelsaangelegenheden. Profiel : U heeft een brede culturele interesse en ervaring in de bibliotheeksector; Met een aanstekelijk enthousiasme ontwikkelt u een dynamisch bibliotheekbeleid; U kunt zich goed inleven in de noden en verwachtingen van de bevolking; U kunt leidinggeven en een team motiveren, maar bent eveneens een teamspeler; U beschikt over een sterk probleemoplossend vermogen en neemt initiatief om structurele problemen op een creatieve manier op te lossen. Past u in dit plaatje, bent u een geboren organisatorisch talent en staat u open voor een nieuwe uitdaging ? Reageer dan nog vandaag.
De stad Poperinge werft (m/v) in statutair verband aan : Museumconservator Doel van de functie : Als conservator van het hopmuseum sta je in voor de dagelijkse leiding van het museum en garandeer je op die manier een optimale werking ervan. Je tekent de beleidslijnen uit van het museum en stuurt deze waar nodig bij. Daarbij zijn de uitbreiding van de museumcollectie, de zorg voor wetenschappelijk onderzoek (via een documentatiecentrum) en de verzorging van de public relations van het museum belangrijke opdrachten. Profiel : Je bent houder van een diploma van minstens het hoger onderwijs van het korte type/bachelor; Je bent communicatief vaardig; Je beschikt over een vlotte kennis van Frans en Engels; Je kunt zowel zelfstandig als in team werken; Je kunt vlot een team leiden; Je beschikt over een gezonde portie commerciële feeling. Aanbod : Statutaire betrekking, boeiende en afwisselende job, maaltijdcheques, hospitalisatie-verzekering en fietsvergoeding. Interesse ? Wens je je kandidaat te stellen, stuur dan aangetekend je sollicitatiebrief, samen met je curriculum vitae en een kopie van de vereiste diploma’s/attesten uiterlijk op 10 november 2006 aan het college van burgemeester en schepenen, Grote Markt 1, te 8970 Poperinge. De postdatum geldt als bewijs. De aanwervingsvoorwaarden, de procedure en de functiebeschrijving zijn te verkrijgen via de personeelsdienst (algemeen nummer : 057-33 40 81) van het stadsbestuur of via e-mail :
[email protected]. (41852)
Stad Tielt Het stadsbestuur van Tielt gaat over tot de aanwerving van (m/v) : 1 gesco administratief medewerker C1 - C3 deeltijds (19/38) voor de Stedelijke Academie voor Muziek en Woord met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur. Voor deze functie wordt een wervingsreserve aangelegd voor de duur van één jaar. De administratief medewerker staat in voor de administratie van de Stedelijke Academie voor Muziek en Woord en voor het toezicht van de leerlingen.
54324
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
De functiebeschrijving, de toelatings- en aanwervingsvoorwaarden en het examenprogramma zijn te bekomen via de website van stad Tielt (www.tielt.be onder nieuws : vacatures) of bij het stadsbestuur (Personeelsdienst), Tramstraat 2, 8700 Tielt (tel. 051-42 60 72 of e-mail :
[email protected]) De schriftelijke kandidaturen aan de hand van het inschrijvingsformulier dienen samen met een afschrift van het getuigschrift of diploma, per aangetekend schrijven toe te komen bij het college van burgemeester en schepenen, Tramstraat 2, 8700 Tielt, uiterlijk op 21 november 2006 (datum poststempel geldt als bewijs). (41853)
Dagelijks beheer van de backbone (KULeuven en Kotnet infrastructuur). Dit omvat onder andere de installatie van routers/switches op de diverse sites, en configuratie/onderhoud van deze apparatuur. Het oplossen van netwerk- en toegangsproblemen, monitoring en kwaliteitsbewaking van het data netwerk. Het uitvoeren van wireless site surveys, en het dagelijks beheer van wireless access points. De automatisatie van beheerstaken door middel van scripts. Het uitwerken van concepten en het tweede lijnsondersteunen van de (lokale) netwerkbeheerders.
CWaPE Commission wallonne pour l’Energie La Commission wallonne pour l’Energie (CWaPE : http://www.cwape.be), créée par décret, située à Namur (Jambes), est l’organe indépendant de régulation du marché wallon de l’électricité et du gaz.
Bijkomende maatregelen treffen om de beschikbaarheid, de betrouwbaarheid en de continuïteit van de backbone en de core network services te verhogen. Het documenteren en uitwerken van procedures, operationele planning, best practices,... Profiel :
Son Comité de Direction souhaite s’adjoindre un (m/f)
U hebt een opleiding van universitair niveau in een informaticarichting of richting met afstudeeroptie in ICT.
Secrétaire de Direction réf. : N-CLI-280 Votre fonction : chargé d’assurer le secrétariat d’un département, vous êtes le premier contact entre le grand public et la CWaPE. Dès lors, vous filtrez les communications émanant de l’extérieur, vous fixez les rendez-vous et tenez l’agenda à jour. Vous répercutez auprès des particuliers s’adressant à la CWaPE une information ciblée et, le cas échéant, vous orientez les appels vers les instances compétentes. Vous organisez tant les réunions internes que les événements externes rassemblant diverses personnalités. Vous assistez à la majorité de ces représentations, vous en rédigez les PV et les diffusez à qui de droit. En outre, vous prenez en charge la rédaction de tout le courrier inhérent à votre département ainsi que son envoi dans les meilleurs délais. Enfin, selon les nécessités, vous collaborez au secrétariat des autres départements de la Commission. Votre profil : gradué en secrétariat, vous faites preuve d’un sens aigu de l’organisation et de la collaboration. Vous êtes flexible et soucieux d’un bon esprit d’équipe. Vous disposez d’une réelle expérience dans la gestion des appels téléphoniques et vous conciliez attitude accueillante et efficacité. Outre votre présentation irréprochable, vous êtes doté d’une belle aisance sociale qui vous autorise à côtoyer un public varié avec la discrétion et le professionnalisme requis. Enfin, vous maîtrisez parfaitement le franc¸ ais tant oral qu’écrit tout en utilisant correctement le néerlandais et l’anglais lors de contacts téléphoniques et à la lecture de courriers. L’allemand est un atout. Intéressé(e)? Envoyez sans tarder votre candidature manuscrite avec CV ainsi que vos motivations, en indiquant la référence de la fonction sollicitée, avant le 27 octobre 2006, à Catherine Libois, Randstad Recruitment & Selection, Parc d’Affaires Orion I, chaussée de Liège 622, 5100 Jambes. E-mail :
[email protected]. Fax : 081-32 00 28. Votre candidature sera traitée en toute confidentialité !
Opdrachten :
(41854)
Katholieke Universiteit Leuven Voor de Directie ICTS, LUDIT, KULeuvenNet zoeken wij een backbone netwerkbeheerder (m/v), graad 7 - VBE200638P KULeuvenNet is leverancier van connectiviteit, netwerktechnologie en netwerkbeveiliging aan de K.U.Leuven, zowel voor academische als voor administratieve toepassingen. Verder is KULeuvenNet verantwoordelijk voor de installatie en uitbating van KotNet, het project dat personeel en studenten van de K.U.Leuven toelaat om van thuis uit toegang te verkrijgen tot het K.U.Leuven netwerk en Internet. Doel van de functie : Binnen het KULeuvenNet team bent u verantwoordelijk voor het beheer en uitbating van de K.U.Leuven backbone infrastructuur en de core network services en voor de verdere uitbouw ervan.
U beschikt over een grondige informaticakennis : hard- en software (besturingssystemen - Unix/Linux en Windows, routers, switchen, werking van netwerktoepassingen), grondige kennis van internetprotocols, -standaarden en – beveiliging. Kennis van scripting talen (Perl, Python) is een pluspunt. Het is noodzakelijk te beschikken over een analytisch en probleemoplossend denkvermogen, over grote zelfstandigheid en voldoende stressbestendigheid. U kan zich snel nieuwe technieken eigen maken en u kan parallel werken aan meerdere complexe taken. U beschikt over goede communicatieve vaardigheden. Bereidheid tot inschakeling in een wachtsysteem is noodzakelijk. Selectieproeven : Preselectie op basis van elementen uit het profiel. Proeven en/of interviews in verband met bovengenoemde taken. Wij bieden : Een voltijdse tewerkstelling voor onbepaalde duur. Hoe solliciteren ? Interesse ? Surf naar http://www.kuleuven.be/personeel/jobsite/ vacatures.htm en solliciteer online. Voor meer informatie kan u contact opnemen met Annemie Puttemans, tel. : 016-32 83 28. De kandidaturen moeten binnen zijn op de Personeelsdienst uiterlijk op 2006-10-24. Inzake rekrutering en aanwerving voert de K.U.Leuven een gelijkekansen- en diversiteitsbeleid. (41855)
Groep T — Leuven Hogeschool Groep T is een internationaal georiënteerde hogeschool die onderwijs, onderzoek en dienstverlening onderneemt in Engineering, Enterprising en Uducating. Wij hebben met ingang van 1 november 2006 vacatures binnen het onderwijzend personeel aan Leuven Engineering School voor het postgraduaat International Postgraduate Program in Enterprising : Praktijkassistenten (m/v) Jouw taken : Onderwijsopdracht in de opleiding International Postgraduate Program in Enterprising voor volgende taken : Entrepreneurship, Management Accounting, Priciples of Marketing, Product Management
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE and Pricing, Distribution Channels, Marketing Communication, Human Resources Management, Information Management en Computer Skills en begeleiding van de studenten in het kader van het Enterprising Simulation Project. Wij vragen : Een relevant diploma van academisch niveau gecombineerd met uitgesproken communicatieve en didactische kwaliteiten, zowel in het Nederlands als in het Engels. Aantoonbare relevante ervaring toegespitst op de hierboven vermelde onderwijstaken is noodzakelijk evenals een actieve medewerking aan de implementaire van Groep T’s onderwijsvisie. U bent een ondernemende en creatieve teamspeler die zich thuis voelt in een internationale omgeving gekenmerkt door een pluraliteit van wereldvisies. Vertouwdheid met nieuwe onderwijsvormen en -technologieën is een pluspunt. Wij bieden : Het totale volume aan vacante betrekkingen als assistent binnen het onderwijzend personeelskader bedraagt 125 %. Deze opdrachten als praktijkassistent met salarisschaal 502 zullen opgesplitst worden in meerdere deeltijdse opdrachten.
54325
ou un diplôme suivant : diplôme d’ingénieur technicien délivré par un établissement d’enseignement technique supérieur, reconnu, agréé ou subventionné par l’Etat dans une des spécialités suivantes ou dans une spécialité admise par le Conseil communal pour autant qu’elle soit compatible avec les missions du service d’incendie : ingénieur technicien courant fort; ingénieur technicien courant faible; ingénieur technicien des industries chimiques; ingénieur technicien des travaux publics; ingénieur technicien des industries nucléaires; ingénieur technicien chimiste des industries nucléaires; ingénieur technicien en constructions civiles; ingénieur technicien des industries mécaniques; ingénieur technicien en chimie industrielle; ingénieur technicien des industries minières;
Kandidaatstellingen : Voor alle vacatures verwachten wij de schriftelijke sollicitaties met curriculum vitae, foto, duidelijke vermelding van de functie, evenals je voorkeur m.b.t. het deeltijds karakter van de betrekking waarvoor je solliciteert, en dit vóór 25 oktober 2006 op onderstaand adres. Alle aanstellingen gebeuren in eerste instantie voor een periode tot het einde van het academiejaar 2006-2007, ter beoordeling van de geschiktheid voor een opdracht van lange duur. Groep T, Vesaliusstraat 13, e-mail :
[email protected].
3000
Leuven,
www.groept.be, (41856)
ingénieur technicien des industries de l’électricité; ingénieur technicien des industries métallurgiques des travaux publics, ingénieur technicien des travaux publics et géologie. Aucun rappel de document manquant au dossier de candidature ne sera envoyé aux candidats. Les dossiers incomplets ne seront pas pris en considération. (41857)
Ville de Huy
Hogeschool Gent
Appel public en vue de la constitution d’une réserve d’officiers (sous-lieutenants) professionnels au S.R.I. de Huy
De Vlaamse Autonome Hogeschool Gent verklaart volgende betrekkingen extern vacant :
Emploi accessible aux deux sexes Un examen (consistant en une épreuve d’aptitude physique et des épreuves de sélection — épreuves écrite et orale) aura lieu prochainement en vue de la constitution d’une réserve de recrutement d’officiers (sous-lieutenants) professionnels au S.R.I. de Huy. Les épreuves de sélection sont organisées sous la forme d’un concours. (Se renseigner au Secrétariat communal, Hôtel de Ville, Grand’Place 1, à 4500 Huy (tél. 085-21 78 21, ext. 204 ou 203) concernant le programme des épreuves ou toute autre information). Les candidatures doivent être adressées, par lettre recommandée, à Mme la bourgmestre, Hôtel de Ville de et à 4500 Huy, pour le 31 décembre 2006 au plus tard, sous peine de nullité (le cachet de la poste faisant foi) obligatoirement accompagnés des documents originaux suivants : 1) une lettre de candidature; 2) un certificat de nationalité, de bonnes conduite, vie et moeurs, datant de moins de trois mois; 3) un extrait d’acte de naissance; 4) pour les candidats masculins : un certificat de milice ou tout autre document attestant qu’ils sont en règle à l’égard des lois sur la milice ou des lois portant sur le statut des objecteurs de conscience; 5) une copie du permis de conduire « B »; 6) une copie certifiée conforme d’un des diplômes suivants : un diplôme ou certificat donnant accès aux emplois de niveau 1 dans la fonction publique fédérale visé à l’annexe I de l’arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l’Etat (diplôme universitaire);
— Departement Lerarenopleiding Ledeganck Betrekking LERA E 089bis Stafmedewerker studietrajectbegeleiding, salarisschaal A21, voltijdse betrekking — Departement Technologie Betrekking TECH E 081bis Stafmedewerker studietrajectbegeleiding, salarisschaal A21, voltijdse betrekking — Departement Gezondheidszorg Vesalius Betrekking VESA E 060bis Stafmedewerker studietrajectbegeleiding, salarisschaal A21, voltijdse betrekking Kandidaatstelling : Het formulier voor kandidaatstelling, de toelatingsvoorwaarden en de profielbeschrijving, is beschikbaar op de website van de Hogeschool Gent http ://www.hogent.be/vacature, of kan worden afgehaald op het secretariaat van de sector personeel van de Hogeschool Gent, J. Kluyskensstraat 2, 9000 Gent. De kandidaatstelling met vermelding van het refertenummer, samen met het curriculum vitae en een kopie van het diploma dient uiterlijk op 25 oktober 2006 verstuurd te worden aan de Hogeschool Gent, t.a.v. de sector personeel, J. Kluyskensstraat 2, 9000 Gent, of tegen ontvangstbewijs afgegeven te worden op het secretariaat van de sector personeel. Kandidaturen ingediend buiten de voorziene periode zijn ongeldig. Enkel schriftelijke kandidaatstellingen op papier worden aanvaard. Kandidaatstellingen die per e-mail worden gedaan, moeten worden bevestigd door een tijdige, schriftelijke kandidaatstelling op papier. Bij gebrek hiervan is de kandidaatstelling per e-mail niet geldig. (42002)
54326
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Gerechtelijke akten en uittreksels uit vonnissen
Vredegerecht van het achtste kanton Antwerpen
Actes judiciaires et extraits de jugements
Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 488bis e, § 1 van het Burgerlijk Wetboek
Bij vonnis van de vrederechter van het achtste kanton Antwerpen, verleend op 4 oktober 2006, werd Van Peteghem, Maria, geboren te Antwerpen op 5 april 1925, weduwe van Verlinden, Albert, opgenomen in het Rust- en Verzorgingstehuis Residentie Moretus, te 2600 Berchem (Antwerpen), Grotesteenweg 185, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Michiels, Francine, geboren te Antwerpen op 17 maart 1950, wonende te 2160 Wommelgem, Rodeland 19.
Publication faite en exécution de l’article 488bis e, § 1er du Code civil
Er werd vastgesteld dat het verzoekschrift neergelegd werd op 15 september 2006. Berchem (Antwerpen), 4 oktober 2006.
Aanstelling voorlopig bewindvoerder Désignation d’administrateur provisoire
Voor eensluidend Jespers.
uittreksel :
de
hoofdgriffier,
(get.) Arthur (69927)
Vredegerecht van het twaalfde kanton Antwerpen
Vredegerecht van het eerste kanton Antwerpen
Bij vonnis van de vrederechter van het eerste kanton Antwerpen, verleend op 29 september 2006, werd De Brauwer, Rita, geboren te Antwerpen (Borgerhout) op 5 februari 1953, huisvrouw, wonende te 2140 Borgerhout (Antwerpen), Jagerstraat 16, opgenomen in de instelling ZNA, Campus Stuivenberg, Lange Beeldekensstraat 267, te 2060 Antwerpen, niet in staat verklaard zelf haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : De Schryver, Yves, advocaat, kantoorhoudende te 2018 Antwerpen-1, Peter Benoitstraat 32.
Bij beschikking van de vrederechter van het twaalfde kanton Antwerpen, verleend op 3 oktober 2006, werd Soenen, Niek Hans, geboren te Antwerpen op 18 juli 1979, ongehuwd, wonende te 2100 Antwerpen (Deurne), Leopold Gilislaan 7, niet in staat verklaard zijn goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Van Den Bosch, Chantal, geboren te Deurne op 3 augustus 1963, advocaat, kantoorhoudende te 2100 Antwerpen (Deurne), August Van de Wielelei 348. Het verzoekschrift werd neergelegd ter griffie, op 22 september 2006.
Antwerpen, 4 oktober 2006.
Antwerpen (Deurne), 3 oktober 2006.
De eerstaanwezend adjunct-griffier : (get.) Zys, Els.
(69924)
Bij vonnis van de vrederechter van het eerste kanton Antwerpen, verleend op 29 september 2006, werd Van Vlem, Juliana, geboren te Borgerhout op 10 februari 1936, wonende te 2170 Merksem (Antwerpen), Roederdelft 42-44, opgenomen in de instelling ZNA, Campus Stuivenberg, Lange Beeldekensstraat 267, te 2060 Antwerpen, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : De Schryver, Yves, advocaat, kantoorhoudende te 2018 Antwerpen-1, Peter Benoitstraat 32. Antwerpen, 4 oktober 2006.
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Richard Blendeman. (69928)
Bij beschikking van de vrederechter van het twaalfde kanton Antwerpen, verleend op 3 oktober 2006, werd Van Bree, Johanna Urselina, geboren te Beek en Donk (Nederland) op 26 april 1917, ongehuwd, wonende te 2100 Antwerpen (Deurne), R.V.T. Europasquare, Ruggeveldlaan 26, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Elbers, John, advocaat, kantoorhoudende te 2000 Antwerpen, Britselei 28, bus 2. Het verzoekschrift werd neergelegd ter griffie op 22 september 2006.
De eerstaanwezend adjunct-griffier : (get.) Zys, Els.
(69925)
Antwerpen (Deurne), 3 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Richard Blendeman. (69929)
Vredegerecht van het derde kanton Antwerpen Vredegerecht van het derde kanton Brugge Bij vonnis van de vrederechter van het derde kanton Antwerpen, verleend op 28 september 2006, werd Van Heetvelde, Alida, geboren te Antwerpen op 23 februari 1922, wonende te 2018 Antwerpen, Van Schoonbekestraat 20, verblijvende Hoge Beuken, Voorzorgstraat 1, te 2660 Hoboken (Antwerpen), niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Meerts, Jan, advocaat, kantoorhoudende te 2000 Antwerpen, Mechelsesteenweg 12/6. Er werd vastgesteld dat het verzoekschrift neergelegd werd op 14 september 2006. Antwerpen, 4 oktober 2006. Voor eensluidend Wouters.
uittreksel :
de
hoofdgriffier,
(get.)
Roger (69926)
Beschikking d.d. 22 september 2006 van de heer vrederechter van het derde kanton Brugge. Verklaart dat Denise (Dionysia) De Weerdt, geboren te Borgerhout op 15 september 1924, wonende te 8300 Knokke-Heist, Burg. Fr. Desmidtplein 7, bus 41, verblijvende in het A.Z. O.L.V. ter Linden, Graaf Jansdijk 162, te 8300 Knokke-Heist, niet in staat is haar goederen te beheren. Voegt toe als voorlopige bewindvoerder : Luc Nyssen, advocaat, kantoorhoudende te 8000 Brugge, Minderbroederstraat 12/1. Brugge, 4 oktober 2006. De griffier : (get.) Van der Veken, Monique.
(69930)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Beschikking d.d. 22 september 2006 van de heer vrederechter van het derde kanton Brugge. Verklaart dat Lucien Ruyssers, geboren te Antwerpen op 25 april 1922, wonende te 8300 Knokke-Heist, Burg. Fr. Desmidtplein 7, bus 41, verblijvende in het A.Z. O.L.V. ter Linden, Graaf Jansdijk 162, te 8300 Knokke-Heist, niet in staat is zijn goederen te beheren.
54327
Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : Van Den Bosch, Christiane, wonende te 2540 Hove, Sijsjeslaan 3. Kontich, 4 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier : (get.) Van Nuffel, Geert. (69935)
Voegt toe als voorlopige bewindvoerder : Luc Nyssen, advocaat, kantoorhoudende te 8000 Brugge, Minderbroederstraat 12/1. Brugge, 4 oktober 2006. De griffier : (get.) Van der Veken, Monique.
(69931)
Beschikking d.d. 28 september 2006, verklaart Wybo, Augustinus, geboren te Edegem op 21 juni 1921, wonende te 2650 Edegem, Patronaatstraat 69, verblijvende R.V.T. Immaculata, Oude Godstraat 110, te 2650 Edegem, niet in staat zelf zijn goederen te beheren. Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : Mr. Christine Van Loon, advocaat te 2550 Kontich, Antwerpsesteenweg 92.
Vredegerecht van het kanton Diest
Kontich, 2 oktober 2006. Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Diest, d.d. 25 september 2006, werd Mevr. Brullemans, Julia, geboren te Zaventem op 25 maart 1929, gedomicilieerd te 3272 Scherpenheuvel-Zichem (Messelbroek), Klottebergstraat 16, thans verblijvende in het Rusthuis Hof ter Heyde, Oude Leuvensebaan 97, te 3460 Bekkevoort, niet in staat verklaard zelf haar goederen te beheren en werd haar toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : Vanderieck, François Adrien, geboren te Leuven op 30 oktober 1952, arbeider, wonende te 3130 Begijnendijk, Goreweg 89, zoon van de beschermde persoon. Diest (Kaggevinne), 4 oktober 2006. De griffier : (get.) Colla, Arnold.
(69932)
Vredegerecht van het kanton Diksmuide
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Diksmuide, verleend op 25 september 2006, werd Derynck, Vanessa Astrid, geboren te Roeselare op 26 oktober 1987, wonende te 8610 Handzame, Staatsbaan 62, niet in staat verklaard zelf haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : Derynck, Donald, wonende te 8610 Handzame, Staatsbaan 62. Diksmuide, 27 september 2006.
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier : (get.) Van Nuffel, Geert. (69936)
Vredegerecht van het kanton Leuven-1
Bij vonnis van de vrederechter van het kanton Leuven-1, d.d. 3 oktober 2006. Verklaren Goethuys, Maria Francisca, geboren te Houwaart op 27 april 1912, wonende te 3010 Kessel-Lo, Schoolbergenstraat 216, verblijvende Woon- en Zorgcentrum Ter Vlierbeke, Rustoordlaan 1, te 3010 Kessel-Lo, niet in staat zelf de goederen te beheren. Voegen toe als voorlopig bewindvoerder : Decoster, Marcel, geboren te Leuven op 24 februari 1935, gepensioneerd, wonende te 3210 Linden, Seftingstraat 6. Leuven, 4 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de eerstaanwezend adjunct-griffier, (get.) Temperville, Karine. (69937)
Vredegerecht van het kanton Leuven-3
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Vandamme, Jan. (69933)
Vredegerecht van het kanton Kontich
Beschikking d.d. 3 oktober 2006, verklaart Chardome, Annick Martine Eveline, geboren te Antwerpen op 30 januari 1965, wonende te 2600 Berchem (Antwerpen), Hilda Ramstraat 43, verblijvende P.C. Broeders Alexianen, Provinciesteenweg 408, te 2530 Boechout, niet in staat zelf haar goederen te beheren. Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : Mr. Christine Van Loon, advocaat te 2550 Kontich, Antwerpsesteenweg 92.
Beschikking d.d. 29 september 2006, verklaart Elias, Josiane, geboren te Brussel op 14 juli 1969, wonende te 3001 Heverlee, Middelweg 41, verblijvende Alvinnenberg, Gaston Feremanslaan 27, te 3001 Heverlee, niet in staat zelf de goederen te beheren. Voegt toe als voorlopig bewindvoerder : Demin, Geert, advocaat, wonende te 3000 Leuven, J.P. Minckelersstraat 90. Leuven, 2 oktober 2006. De adjunc-griffier : (get.) De Queker, Francisca.
(69938)
Vredegerecht van het kanton Lier
Kontich, 4 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier : (get.) Van Nuffel, Geert. (69934)
Beschikking d.d. 3 oktober 2006, verklaart Van Goel, Charlotte Josepha, geboren te Borgerhout op 11 maart 1919, gepensioneerde, wonende te 2530 Boechout, « Huize Stracke », Borsbeeksesteenweg 45, niet in staat zelf haar goederen te beheren.
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Lier, verleend op 28 september 2006, werd Rombouts, Nathalie, geboren te Mechelen op 21 juli 1982, verblijvende te 2570 Duffel, Stationsstraat 22c, verblijvende in het Psychiatrisch Centrum Sint-Norbertus, Stationsstraat 22c, te 2570 Duffel, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Lemmens, Annick, advocaat, met kantoor te 2800 Mechelen, Leopoldstraat 64. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) Moeyersoms, Maria. (69939)
54328
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Vredegerecht van het kanton Roeselare
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Roeselare, van 26 september 2006, verleend op verzoekschrift dat ter griffie werd neergelegd op 14 september 2006, werd Mevr. Samyn, Antoinette, geboren te Sint-Eloois-Winkel op 13 april 1921, wonende te 8800 Roeselare, Sint-Michielsplein 1/14, verblijvende in het Rusthuis Ter Dreve, Drafstraat 2, te 8800 Roeselare, niet in staat verklaard zelf haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : de heer Devos, Marc, geboren te Roeselare op 1 mei 1948, wonende te 8800 Roeselare, Herdersstraat 104. Roeselare, 3 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de eerstaanwezend adjunct-griffier, (get.) Segers, Sorina. (69940)
Vredegerecht van het kanton Sint-Truiden
Bij vonnis van de vrederechter van het kanton Sint-Truiden, verleend op 3 oktober 2006, werd Devriendt, Carine Sabine, geboren te Veurne op 4 januari 1969, wonende en verblijvende te 3800 Sint-Truiden, Melveren-Centrum 111, niet in staat verklaard zelf haar goederen te beheren. Voegt toe als voorlopige bewindvoerder : Ramakers, Els, advocaat, Tongersesteenweg 328, te 3800 Sint-Truiden. Sint-Truiden, 3 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Marina Derwael. (69941)
Justice de paix du canton de Bastogne-Neufchâteau, siège de Bastogne
En suite à la requête déposée le 28 août 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Bastogne-Neufchâteau, siège de Bastogne, rendue le 21 septembre 2006, Mme Slosse, Georgette, née le 26 septembre 1909 à Molenbeek-Saint-Jean, domiciliée Le Celly 5, à 6680 Sainte-Ode, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Gresse, Christine, avocate, dont les bureaux sont établis rue Pierre Thomas 2, à 6600 Bastogne. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Aernouts, MarieYvonne. (69943)
Justice de paix du cinquième canton de Bruxelles
Par ordonnance du juge de paix du nouveau cinquième canton de Bruxelles, rendue en date du 26 septembre 2006, la nommée Mme Schiavon, Bruna, née à Padoue (Italie) le 26 octobre 1919, domiciliée à 1020 Bruxelles, avenue Jean-Baptiste Depaire 123, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire, étant Me Gaillard, Martine, avocate, domiciliée à 1050 Bruxelles, avenue Louise 391, bte 7. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marcel Pauwels. (69944)
Justice de paix du canton de Châtelet
Suite à la requête déposée le 12 septembre 2006, par ordonnance de Mme le juge de paix du canton de Châtelet, rendue le 2 octobre 2006, Mme Laure Quertemont, née à Wanfercée-Baulet le 2 mai 1925, domiciliée à 6200 Châtelineau, M.R.S. Le Sart-Allet, rue du Sart-Allet 64, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Eric Herinne, avocat dont le cabinet est sis à 6000 Charleroi, rue Tumelaire 23/18. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Christian Tholet. (69945)
Justice de paix du canton de Dour-Colfontaine, siège de Dour
Suite à la requête déposée le 19 juillet 2006, par ordonnance du juge de paix suppléant, Olivier Bridoux, du canton de Dour-Colfontaine, siège de Dour, rendue le 21 septembre 2006, Mme Levaux, Andrée, née le 11 janvier 1935 à Verviers, domiciliée rue des Postes 2, à 7020 Mons, résidant résidence « Les Jardins de Jouvence », rue Ropaix 14/Apt 10, à 7370 Dour, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de M. Jaumotte, Michel, domicilié rue de la Nau 8, à 4470 Saint-Georges-sur-Meuse. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Breuse, Brigitte. (69946)
Justice de paix du canton d’Enghien-Lens, siège de Lens
Suite à la requête déposée le 6 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton d’Enghien-Lens, siège de Lens, rendue le 20 septembre 2006, Mme Mathilde Plisnier, née à Cuesmes le 30 septembre 1921, domiciliée à 7331 Saint-Ghislain (Baudour), rue du Rond Bouchon 9, mais actuellement hospitalisée à Ambroise Paré, à 7000 Mons, boulevard Kennedy 2, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Hélène Pepin, avocate, dont le cabinet est sis à 7330 SaintGhislain, rue du Port 42. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Delavallee, Marcel. (69947)
Justice de paix du canton de Florennes-Walcourt, siège de Walcourt
Suite à la requête déposée le 5 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Florennes-Walcourt, siégeant à Walcourt, prononcée le 27 septembre 2006, M. Gilson, Marcel, né à Hanzinelle le 16 juin 1922, domicilié à 5621 Hanzinelle, rue du Fayt 115, de résidence à 5651 Laneffe, home le Sorinia, rue Chapelle Rosine 19, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Mme Gilson, Charline, domiciliée rue du Fayt 115A, à 5621 Hanzinelle. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Rolin, Fany. (69948)
Suite à la requête déposée le 5 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Florennes-Walcourt, siégeant à Walcourt, prononcée le 27 septembre 2006, Mme Simon, Francine, née à Châtelineau le 2 juillet 1920, domiciliée à 5621 Hanzinelle, rue du Fayt 115, de résidence à 5651 Laneffe, home le Sorinia, rue Chapelle Rosine 19, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Mme Gilson, Charline, domiciliée rue du Fayt 115A, à 5621 Hanzinelle. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Rolin, Fany. (69949)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Justice de paix du canton de La Louvière
Suite à la requête déposée le 13 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de La Louvière, rendue le 26 septembre 2006, Deschuytener, Léonce Carmen Louise, née à Houdeng-Aimeries le 3 juillet 1924, domiciliée à 7110 Houdeng-Goegnies, « La Providence », rue André Renard 18, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Van Haesebroeck, Valérie, avocate, domiciliée à 6560 Erquelinnes, rue Albert Ier 48. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Malengrez, MariePaule. (69950)
Suite à la requête déposée le 7 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de La Louvière, rendue le 19 septembre 2006, Dupuis, Carl Ghislain, né à Charleroi le 27 janvier 1977, célibataire, domicilié à 7110 Houdeng-Goegnies, rue de l’Abattoir 25/202, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Leeman, Nadine, avocate, domiciliée à 7110 Houdeng-Aimeries, rue Liébin 59. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Malengrez, MariePaule. (69951)
Suite à la requête déposée le 19 juillet 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de La Louvière, rendue le 19 septembre 2006, Latteur, Muriel Hélène Jeanne, née à Haine-Saint-Paul le 25 avril 1972, domiciliée à 7100 La Louvière, rue Parmentier 13/1, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Van Haesebroeck, Valérie, avocate, domiciliée à 6560 Erquelinnes, rue Albert Ier 48. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Malengrez, MariePaule. (69952)
Par ordonnance du juge de paix du canton de La Louvière, rendue le 19 septembre 2006, Renkin, Sophie, domiciliée à 7100 La Louvière, « L’Abri ASBL », rue Mathy 10, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Van Haesebroeck, Valérie, avocate, domiciliée à 6560 Erquelinnes, rue Albert Ier 48. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Malengrez, MariePaule. (69953)
Justice de paix du troisième canton de Liège
Suite à la requête déposée le 13 septembre 2006, par décision du juge de paix du troisième canton de Liège, rendue le 2 octobre 2006, Mme Tilman, Hélène, née le 1er mai 1919, domiciliée rue Saint-Pierre 14, 4920 Aywaille, Ipal Le Péri, Montagne Sainte-Walburge 4B, 4000 Liège, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Mme Tilman, Françoise, femme au foyer, domiciliée rue Fabry 7, 4000 Liège. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Dasse, Francine. (69954)
54329
Justice de paix du canton de Marche-en-Famenne-Durbuy, siège de Durbuy
Suite à la requête déposée le 3 août 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Marche-en-Famenne, siège de Durbuy, rendue le 13 septembre 2006, Mme Van Weert, Ida Agnès Léonie, Belge, née le 26 janvier 1915 à Bressoux, pensionnée, veuve, domiciliée Trieux 20, à 6941 Bomal-sur-Ourthe, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Guimin, Sylvie, avocate, dont les bureaux sont situés rue du Petit Bois 31, à 6900 Waha. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Leruth, Corine. (69956)
Justice de paix du canton de Molenbeek-Saint-Jean
Suite à la requête déposée le 18 avril 2003, par ordonnance du juge de paix du canton de Molenbeek-Saint-Jean, rendue le 2 mai 2003, Mme Greta Delaender, née à Berchem (Antwerpen) le 14 septembre 1961, domiciliée à 1080 Molenbeek-Saint-Jean, avenue Brigade Piron 54, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Anne Six, avocat à 1080 Molenbeek-Saint-Jean, chaussée de Ninove 153. Pour extrait conforme : le greffier adjoint-délégué, (signé) Iris Denayer. (69957)
Justice de paix du canton de Mouscron-Comines-Warneton, siège de Mouscron
Suite à la requête déposée le 6 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Mouscron-Comines-Warneton, siège de Mouscron, rendue le 26 septembre 2006, Mme Seynaeve, Georgette, née le 5 avril 1937 à Saint-Benoit (France), domiciliée avenue de Rheinfelden 40, à 7700 Mouscron, résidant CHR, avenue de Fécamp 49 (ch 336), à 7700 Mouscron, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de M. Vandenbroucke, Pierre, domicilié rue du Beau-site 18, à 7700 Mouscron. Pour extrait conforme : le greffier faisant fonction, (signé) Dumortier, Laurent. (69959)
Justice de paix du second canton de Namur Justice de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg
Par ordonnance du juge de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg, en date du 25 septembre 2006, le nommé Deckers, Patrick, né à Verviers le 26 décembre 1965, domicilié à 4630 Soumagne, rue Henri Gardier 20, mais résidant à 4841 Henri-Chapelle, Ruyff 68, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire, étant : Dandenne, Paulina, avocate, dont le cabinet est sis à 4830 Limbourg, rue Guillaume Maisier 17. Pour extrait conforme : la greffière en chef, (signé) Myriam Deblond, épouse Sieberath. (69955)
Par ordonnance du juge de paix du second canton de Namur, en date du 29 septembre 2006, la nommée Lhommel, Simonne, née à Ath le 18 novembre 1909, domiciliée à 1180 Uccle, chaussée d’Alsemberg 1033, résidant à 5000 Namur, rue du Belvédère 44, Foyer Sainte-Anne, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire étant M. Jean Ramaekers, professeur, domicilié à 5032 Bossiere, route de Beuzet 5. Pour extrait certifié conforme : le greffier en chef, (signé) Annie Gregoire. (69960)
54330
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Justice de paix du canton de Nivelles
Avis rectificatif Justice de paix du second canton de Verviers
Suite à la requête déposée le 9 août 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Nivelles, rendue le 25 septembre 2006, Mme Jolly, Marie Augusta Josephine, née le 27 juin 1914 à Bierges, domiciliée Parc des Quatre Jalouses 9, à 7181 Arquennes, résidant Résidence Euroster Bis, rue Couture Mathy 7, à 1470 Genappe, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Charlier, Anita, avocat de résidence place Albert 1er, bte 1, à 1400 Nivelles. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Vanpe, Marc. (69961)
Suite à la requête déposée le 25 juillet 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Nivelles, rendue le 12 septembre 2006, M. Lecocq, Raymond Ghislain, né le 19 décembre 1937 à Sart-Dames-Avelines, domicilié rue Cheranne 28, à 1495 Sart-Dames-Avelines, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Mme Bizet, Chantal Alice Ghislaine, née le 23 décembre 1958 à Nivelles, domiciliée rue Cheranne 28, à 1495 Villers-la-Ville.
Suite à la requête déposée initialement le 8 août 2006, par ordonnance de M. le juge de paix du second canton de Verviers, rendue le 22 septembre 2006, Mme Nelles, Jeannine Elisabeth Florentine, veuve de M. Halleux, Charles, née le 5 mai 1931 à Verviers, domiciliée quai de la Vesdre 49, 4800 Verviers, résidant Résidence « Sainte Elisabeth », rue de Pepinster 82, 4800 Verviers (Ensival), a été déclarée incapable de gérer ses biens et avait été pourvue d’un administrateur provisoire (Moniteur belge du 3 octobre 2006 page 51267), en la personne de Mme Halleux, Brigitte, et par ordonnance rectificative du 4 octobre 2006, le dispositif de l’ordonnance du 22 septembre 2006, devra être rectifié en ce sens que : Désignons en qualité d’administrateur provisoire Mme Halleux, Marie Anne Thérèse Martine, épouse Delhez, Richard, née le 23 juillet 1958 à Verviers, domiciliée rue du Viaduc 26, à 4800 Verviers, des biens de Mme Nelles, Jeannine. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Kempen, Daniel. (69966)
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Vanpe, Marc. (69962) Justice de paix du canton de Virton
Suite à la requête déposée le 11 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Nivelles, rendue le 27 septembre 2006, Mme Moraux, Claudine, née le 25 décembre 1950 à Lambusart, domiciliée rue de la Réunion 88, à 6030 Marchienne-au-Pont, résidant A.S.B.L. Les Quatre Vents, rue des Choraux 17, à 1400 Nivelles, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Sebille, Cathy, avocat de résidence rue de Marchienne 4, à 6110 Montigny-le-Tilleul. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Vanpe, Marc. (69963)
Justice de paix du second canton de Tournai
Par ordonnance du juge de paix du second canton de Tournai, rendue le 25 septembre 2006, Mme Gardavoir, Madeleine, née le 5 mai 1923 à Rumillies, domiciliée à 7540 Tournai (Rumillies), rue de la Solitude 12, résidant home Saint-Georges, place Becquerelle 1bis, à 7500 Tournai, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de M. Dumoutier, Jacques, domicilié à 7540 Tournai (Rumillies), rue de la Solitude 27. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Danielle Delbart. (69964)
Par ordonnance du juge de paix du canton de Virton, en date du 26 septembre 2006, le nommé Vekeman, Yves, né le 15 décembre 1961 à Roux, domicilié à Virton, section Gomery, rue des Martyrs 2, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Me Laurent Michel, avocat à Etalle, rue du Moulin 36. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Gonry, Paul. (69967)
Justice de paix du premier canton de Wavre
Suite à la requête déposée le 16 août 2006, par ordonnance du juge de paix du premier canotn de Wavre, rendue le 27 septembre 2006, Nolet, Guy, né à Ottignies le 9 mai 1941, domicilié à 1340 Ottignies, avenue Reine Astrid 16, résidant à l’établissement clinique du Champ Sainte Anne, avenue Henri Lepage 5, à 1300 Wavre, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Mikolajczak, Marc, avocat, domicilié à 1300 Wavre, place A. Bosch 14. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Smekens, Viviane. (69968)
Justice de paix du canton de Verviers-1-Herve, siège de Verviers-1
Justice de paix du second canton de Wavre
Suite à la requête déposée le 22 août 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Verviers-1-Herve, siège de Verviers-1, rendue le 26 septembre 2006, Mlle Chabotier, Jennifer Michelle Fernande Joëlle Christelle Cécile, née le 11 août 1986 à Verviers, ouvrière, célibataire, domiciliée rue des Prairies 10, à 4800 Verviers, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Tasquin, Bernadette, avocat, dont les bureaux sont établis rue du Palais 58, à 4800 Verviers.
Suite à la requête déposée le 13 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du second canton de Wavre, rendue le 27 septembre 2006, Moreels, Marie Jeanne, née à Gosselies le 18 avril 1946, domiciliée à 1340 Ottignies, avenue du Bois Claude 3, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Liefferinckx, Maurice, domicilié à 1340 Ottignies, avenue du Bois Claude 3.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Heinrichs, Chantal. (69965)
Pour extrait Lucette.
conforme :
le
greffier
en
chef,
(signé)
Jonet, (69969)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Mainlevée d’administration provisoire Opheffing voorlopig bewind
54331
Vredegerecht van het kanton Neerpelt-Lommel, zetel Neerpelt
Vredegerecht van het eerste kanton Antwerpen
Bij beschikking van de vrederechter van het eerste kanton Antwerpen, verleend op 4 oktober 2006, werd vastgesteld dat aan de opdracht van Yves De Schryver, advocaat, kantoorhoudende te 2018 Antwerpen, Peter Benoitstraat 32, als voorlopig bewindvoerder toegewezen aan Braeckman, Maria, geboren te Lokeren op 9 juni 1921, wonende in het RVT Goudblomme, te 2060 Antwerpen, Van Maerlantstraat 48-50, bij beschikking verleend door de vrederechter van het eerste kanton Antwerpen op 4 april 2003 (rolnummer 03B105-Rep.R. 834/2003 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 april 2003, blz. 19623, en onder nr. 63300), een einde is gekomen op datum van 26 september 2006, ingevolge het overlijden van de beschermde persoon op die datum. Antwerpen, 4 oktober 2006. De eerstaanwezend adjunct-griffier, (get.) Zys, Els.
(69970)
Vredegerecht van het negende kanton Antwerpen
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton NeerpeltLommel, met zetel te Neerpelt, verleend op 2 oktober 2006, werd ambtshalve een einde gesteld aan het voorlopig bewind over de goederen van Verbiest, Marie, geboren te Scherpenheuvel op 28 september 1932, wettelijk gedomicilieerd en verblijvende Boemerangstraat 2 bus 7, 3900 Overpelt, ingevolge haar overlijden op 22 september 2006 te Overpelt. Voor eensluidend uittreksel : de afgevaardigd adjunct-griffier, (get.) Christel Vanheel. (69974)
Justice de paix du canton de Binche
Par ordonnance de Mme le juge de paix du canton de Binche, en date du 2 octobre 2006, il a été mis fin au mandat de Denachtergael, Josée, domicilié à 7100 Haine-Saint-Pierre, rue Haute 34, en qualité d’administrateur provisoire de Poulain, Léonie Denise, née à Haine-Saint-Paul le 26 juin 1923, résidence de son vivant à 7140 Morlanwelz, « Foyers de Bascoup », rue de Bascoup 2. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Maryline George. (69975)
Bij beschikking van de plaatsvervangend vrederechter van het negende kanton Antwerpen, verleend inzake R.V. 06B100 op 2 oktober 2006 werd Verbeeck, Felicia Joanna, geboren op 29 augustus 1943, voorheen wonende te 2018 Antwerpen, Marialei 21, en thans te F-14230 Gefosse-Fontenay (Frankrijk), L’Eglise 1, aangewezen bij beschikking van 17 oktober 2002 (rolnummer R.V. 02B124 Rep.R. 1485/2002), tot voorlopig bewindvoerder over wijlen Teysen, Ludovica Petronella F., geboren te Antwerpen op 29 januari 1920, wonende te 2140 Borgerhout (Antwerpen), R.V.T. Borsbeekhof, Borsbeekstraat 11 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 25 oktober 2002, blz. 49034 onder nr. 68375), met ingang van 12 juli 2005 ontslagen van haar opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Borgerhout (Antwerpen), 3 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de adjunct-griffier m.o., (get.) Van Herrewegen, Marleen. (69972)
Vredegerecht van het kanton Leuven-3
Beschikking d.d. 29 september 2006, verklaart Martin, Constant Jozef, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton Leuven-3 op 9 juni 2005 (rolnummer 05A1559), tot voorlopige bewindvoerder over Janssen, Alice Maria, laatst wonende te 3000 Leuven, Kapucijnenvoer 35, vanaf heden ontslagen van de opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Leuven, 2 oktober 2006. De adjunct-griffier, (get.) De Queker, Francisca.
(69971)
Beschikking d.d. 29 september 2006, verklaart De Breucker, Els, aangewezen bij vonnis uitgesproken door de vrederechter van het kanton Leuven-3 op 6 april 2006 (rolnummer 06A906), tot voorlopige bewindvoerder over Robyns, Jules, laatst wonende te Herent, ’s Herenwegveld 70, vanaf heden ontslagen van de opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Leuven, 2 oktober 2006. De adjunct-griffier, (get.) De Queker, Francisca.
(69973)
Justice de paix du canton de Fosses-la-Ville
Par ordonnance du juge de paix du canton de Fosses-la-Ville, rendue le 3 octobre 2006, a été levée la mesure d’administration provisoire prise par ordonnance du 24 mai 2006, et publiée au Moniteur belge du 2 juin 2006, à l’égard de Mme Malet, Thérèse, née le 5 septembre 1923 à Rochefort, domiciliée rue de Floreffe 43, à 5150 Franière, cette personne étant décédée à Floreffe (Franière) le 22 août 2006, il a été mis fin, en conséquence, à la mission de son administrateur provisoire, à savoir : Me Henry, Antoinette, née le 10 novembre 1965 à Arlon, avocat, rue Célestin Hastir 35, à 5150 Floreffe. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Watelet, Paul. (69976)
Suite à la requête déposée le 17 juillet 2006, par ordonnance rendue le 4 octobre 2006, Mme le juge de paix du canton de Fosses-la-Ville, a mis fin, à titre provisionnel, au mandat de l’administrateur provisoire Me Jacques Boxus, avocat, rue Radache 104, à Auvelais, mesure prise par ordonnance du 29 mars 2000, et publiée au Moniteur belge du 6 avril 2000, à l’égard de M. Zaffuto, Giovanni, né à Groote (Italie) le 7 avril 1951, domicilié rue d’Eghezée 82, à 5060 Auvelais. La cause sera revue le 9 janvier 2007. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Lesire, Huguette. (69977)
Justice de paix du canton de Huy II-Hannut, siège de Hannut
Par ordonnance rendue le 3 octobre 2006, Mme Françoise Debecker, juge de paix du canton de Huy II-Hannut, siège de Hannut, constate que l’ordonnance du 30 mai 2000, désignant Mme Roland, Nadine, domiciliée à 5020 Champion, rue Jules Delmelle 1, en qualité d’administrateur provisoire à Mme Paradis, Julia Julie Elisa, née à Péronnes le 18 février 1920, en son vivant veuve de Roland Georges, domiciliée à Eghezée, rue du Meunier 19, mais résidant au Foyer Sainte-Anne, à Namur, cesse de produire ses effets, cette personne étant décédée le 20 septembre 2006. Pour extrait certifié conforme : le greffier en chef, (signé) J. Rycken. (69978)
54332
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Justice de paix du premier canton de Namur
Remplacement d’administrateur provisoire Vervanging voorlopig bewindvoerder
Par ordonnance du juge de paix du premier canton de Namur, prononcée en date du 3 octobre 2006 (rep. n° 4669), il a été mis fin à la mesure d’administration provisoire prononcée le 21 mai 2004 à l’égard de M. Louis Dewinter, né le 20 juin 1924, domicilié en son vivant à Namur, rue Saint-Nicolas 2, Maison d’Harscamp, décédé le 24 août 2006, et Me Françoise Brix, avocat, dont le cabinet est établi à Namur, boulevard Isabelle Brunell 2/1, a été déchargée de son mandat d’administrateur provisoire.
Vredegerecht van het kanton Mechelen
Namur, le 3 octobre 2006. Pour extrait conforme : le greffier adjoint, (signé) Angélique Capelle. (69979)
Par ordonnance du juge de paix du premier canton de Namur, prononcée en date du 3 octobre 2006 (rep. n° 4675), il a été mis fin à la mesure d’administration provisoire prononcée le 15 juin 2006 à l’égard de M. Jan Teunen, né le 24 août 1951, domicilié en son vivant à Wanfercée-Baulet, rue des Couturelles 39, décédé le 1er septembre 2006, et M. Didier Teunen, domicilié à Wanfercée Baulet, rue des Couturelles 37, a été déchargé de son mandat d’administrateur provisoire. Namur, le 3 octobre 2006. Pour extrait conforme : le greffier adjoint, (signé) Angélique Capelle. (69980)
Justice de paix du second canton de Tournai
Par ordonnance du juge de paix du second canton de Tournai, en date du 29 septembre 2006, il a été constaté que la mesure d’administration provisoire prise par ordonnance du 22 octobre 2001, a pris fin en cause de M. De Geeter, Eddy, né le 21 juillet 1969 à Opbrakel, domicilié à 7500 Tournai, boulevard Eisenhower 12/8. Par conséquent, il a été mis fin à la mission de son administrateur provisoire : Me Poncin, Corinne, avocate, dont le cabinet est établi à 7500 Tournai, rue Barre Saint-Brice 21. Pour extrait conforme : le greffier adjoint principal, (signé) Danielle Delbart. (69981)
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Mechelen, verleend op 29 september 2006, werd Minne, Christel, v.h. advocaat, v.h. kantoorhoudende te 2500 Lier, Donk 54, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton Mechelen op 21 september 1998 (rolnr. 98B167 - Rep.V. 2739/1998), tot voorlopig bewindvoerder over Le Bruyn, Joseph Anna Henri, geboren te Mechelen op 23 augustus 1936, wonende te 2800 Mechelen, Elf-novemberstraat 27, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 oktober 1998, p. 32836, onder nr. 63140, met ingang van 29 september 2006 ontslagen van haar opdracht. De voornoemde beschermde persoon kreeg toegevoegd als nieuwe voorlopig bewindvoerder : De Kooning, Erna, advocaat, kantoorhoudende te 2800 Mechelen, Hombeeksesteenweg 62. Mechelen, 4 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de adjunct-griffier, (get.) Wim Heremans. (69984)
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Mechelen, verleend op 29 september 2006, werd Minne, Christel, v.h. advocaat, v.h. kantoorhoudende te 2500 Lier, Donk 54, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton Mechelen op 21 september 1998 (rolnr. 98B168 - Rep.V. 2740/1998), tot voorlopig bewindvoerder over Le Bruyn, Willy, geboren te Mechelen op 30 juli 1945, wonende te 2800 Mechelen, Elf-novemberstraat 27, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 oktober 1998, p. 32836, onder nr. 63139, met ingang van 29 september 2006 ontslagen van haar opdracht. De voornoemde beschermde persoon kreeg toegevoegd als nieuwe voorlopig bewindvoerder : De Kooning, Erna, advocaat, kantoorhoudende te 2800 Mechelen, Hombeeksesteenweg 62. Mechelen, 4 oktober 2006. Voor eensluidend uittreksel : de adjunct-griffier, (get.) Wim Heremans. (69985)
Vredegerecht van het kanton Merelbeke Justice de paix du canton d’Uccle
Par ordonnance du juge de paix du canton d’Uccle, en date du 3 octobre 2006, il a été constaté que par le décès, survenu le 23 septembre 2006, de Mme Mattens, Yvonne Barbe, née à Schaerbeek le 5 juillet 1921, psychotechnicienne, de son vivant domiciliée à 1210 Bruxelles, square Armand Steurs 22/4, résidant à la résidence « Parc Palace », avenue du Lycée Français 2, à 1180 Uccle, il a été mis fin au mandat d’administrateur provisoire de M. Huynen, Thierry Georges, né à Uccle le 30 mars 1953, psychologue, domicilié à 1380 Lasne, chemin des Messes 14. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Goies, Pascal. (69982)
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Merelbeke, verleend op 11 september 2006, werd een eind gesteld aan de opdracht van Versnick, Geert, wonende te 9000 Gent, Korenlei 21/J, als voorlopig bewindvoerder over Sagon, Filip, geboren te Gent op 24 oktober 1964, gedomicilieerd te 9000 Gent, Berkhoutsheide 73, en krijgt als nieuwe voorlopige bewindvoerder toegevoegd : Sagon, Axel, wonende te 9000 Gent, Krommewal 41. Merelbeke, 3 oktober 2006. Voor eensluidend afschrift : R. Hantson.
de
hoofdgriffier,
(get.) (69986)
Vredegerecht van het kanton Tielt Justice de paix du premier canton de Wavre
Par ordonnance du 3 octobre 2006 prononcée par le juge de paix du premier canton de Wavre, il a été mis fin au mandat de Vanhelmont, Philippe, domicilié à 1331 Rosières, avenue de la Petite Cense 10, et de Vanhelmont, Anne, domiciliée à 5101 Loyers, rue de la Horlaine 33, en leur qualité d’administrateurs provisoires des biens de M. Vanhelmont, Maurice, domicilié à Lasne, chaussée de Louvain 610, en raison du décès de la personne protégée survenu le 17 juillet 2006. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Smekens, Viviane. (69983)
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Tielt, verleend op 27 september 2006, werd Patteeuw, Marcel, geboren te Egem op 6 oktober 1933, wonende te 8850 Ardooie, Kortrijksestraat 58, niet in staat verklaard zelf zijn goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Patteeuw, Clara, wonende te 8700 Tielt, Bosakkerstraat 69, in vervanging van wijlen haar broer Patteeuw, Jozef, in leven wonende te 8750 Wingene, Landmanstraat 8, overleden te Tielt op 18 augustus 2006, die bij beschikking van de heer vrederechter te Tielt, d.d. 18 maart 1992 aangesteld was als voorlopig bewindvoerder. Tielt, 2 oktober 2006. De hoofdgriffier, (get.) Vandenkerkhove, Christine.
(69942)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Justice de paix du canton de Dour-Colfontaine, siège de Colfontaine
Suite à l’ordonnance du juge de paix, suppléant Olivier Bridoux, du canton de Dour-Colfontaine, siège de Colfontaine, rendue le 18 septembre 2006, Mme Huge, Andrée, née le 17 décembre 1922, domiciliée résidence « Les Hirondelles », rue Emile Wauquier 64, à 7040 Quévy, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me. Baurain, Pascal, avocat, domicilié rue d’Ath 6-8, à 7330 Saint-Ghislain. En effet, M. Wattiez, André, domicilié en la résidence « Les Hirondelles », rue Emile Wauquier 34, à 7040 Asquilles a été déchargé de ses fonctions d’administrateur provisoire. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Breuse, Brigitte. (69987)
Justice de paix du canton de Fosses-la-Ville
Suite à la requête déposée le 21 septembre 2006, par ordonnance du juge de paix du canton de Fosses-la-Ville, rendue le 3 octobre 2006, il a été mis fin au mandat d’administrateur provisoire des biens de Mme Niset, Marcelle, née le 24 avril 1915 à Jemeppe-sur-Sambre, domiciliée à « La Sérénité », rue des Bachères 40, à 5060 Tamines, conféré par ordonnance du 13 juin 2001, à son fils, M. Claeys, Michel, décédé. Un nouvel administrateur provisoire des biens de la personne protégée a été désigné, à savoir : Me Damanet, Véronique, avocat, rue Delmotte 11, à 5070 Fosses-la-Ville. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Watelet, Paul. (69988)
54333
Justice de paix du canton de Limbourg-Aubel, siège de Limbourg
Par ordonnance du juge de paix suppléant du canton de LimbourgAubel, siège de Limbourg, en date du 28 septembre 2006, Me Lespire, Benoît, avocat, dont le cabinet est sis à 4000 Liège, rue Louvrex 81, a été déchargé de sa fonction d’administrateur provisoire des biens de Mme Bucciol, Maria, née à Jupille-sur-Meuse le 21 août 1954, domiciliée à 4020 Liège, rue Chaffnay 109, mais résidant à 4841 Henri-Chapelle, Ruyff 68, cette dernière étant pourvue d’un nouvel administrateur provisoire en la personne de Me Ransy, Jean-Luc, avocat, dont le cabinet est établi à 4840 Welkenraedt, rue Lamberts 36. Pour extrait conforme : la greffière en chef, (signé) Myriam Deblond, épouse Sieberath. (69990)
Justice de paix du canton de Molenbeek-Saint-Jean
En date du 29 septembre 2006, M. le juge de paix du canton de Molenbeek-Saint-Jean, a rendu une ordonnance remplaçant Me Balthazar, Géraldine, avocate, dont le cabinet est établi à Bruxelles, boulevard de Waterloo 95, en sa qualité d’administrateur provisoire de Mme Van Tielen, Paula Jeanne, née à Koekelberg le 2 juillet 1921, résidant à Berchem-Sainte-Agathe, chaussée de Gand 1046-1050, par Mme De Dacker, Nicole, domiciliée à Jette, rue de la Loyauté 26. Le greffier en chef : (signé) Rimaux, Martine. (69991)
Serbez, Erhan, né le 12 novembre 1979, domicilié à Molenbeek-SaintJean, rue d’Ostende 19, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire, étant : Me Balthazar, Géraldine, avocat, boulevard de Waterloo 95, 1000 Bruxelles. En remplacement de Mme Giuseppina Rizzo, déchargée de sa mission suivant ordonnance du 22 septembre 2006. Le greffier en chef : (signé) Rimaux, Martine. (69958)
Justice de paix du troisième canton de Liège Bekendmaking voorgeschreven bij artikel 793 van het Burgerlijk Wetboek Par décision rendue en date du 3 octobre 2006, le juge de paix du troisième canton de Liège a mis fin à la mission confiée par ordonnance du 4 février 2005, à Mme Christiane Rasquinet, en qualité d’administrateur provisoire de M. Rasquinet, Raymond, né le 27 septembre 1949 à Liège, domicilié quai Saint-Léonard 19/12, 4000 Liège. A dès lors été désigné en remplacement du précédent administrateur provisoire et en la même qualité M. Drion, Xavier, avocat, dont l’étude est établie rue Hullos 103-105, 4000 Liège. Disons que la personne protégée ne peut passer ou accomplir qu’avec l’assistance de son administrateur provisoire tous les acte soumis à l’autorisation spéciale du juge de paix : a) représentation en justice comme demandeur; b) aliéner ses biens meubles et immeubles; c) emprunter et consentir hypothèque; d) acquiescer à une demande relative à des droits immobiliers; e) renoncer à une succession sous bénéfice d’inventaire;
Publication prescrite par l’article 793 du Code civil Aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving Acceptation sous bénéfice d’inventaire
Verklaring van aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving voor de griffier van de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde, op 26 juni 2006, door Mevr. Katia Van Audenhove, geboren te Zottegem op 22 juni 2006, en wonende te 9750 Zingem, Ouwegemstraat 15; handelend in haar hoedanigheid van moeder en drager van het ouderlijk gezag over haar minderjarige kinderen : Kirby Kesteleyn, geboren te Zottegem op 15 oktober 1991 en Jari Kesteleyn, geboren te Zottegem op 26 augustus 1994, beide wonende te 9750 Zingem, Ouwegemstraat 15. Bijzondere machtiging tot aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving, beschikking vrederechter van het kanton OudenaardeKruishoutem, zetel Kruishoutem van 8 juni 2006. (Get.) C. De Jonge, advocaat. (41858)
f) accepter une donation ou recueillir un legs; g) conclure un bail à ferme ou un bail commercial, ainsi que renouveler un bail commercial et conclure un bail d’une durée de plus de neuf ans; h) transiger; i) acheter un immeuble. Disons que cette autorisation devra être sollicitée par requête. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Marzee, Christiane. (69989)
Suivant acte numéro 06-1734 passé au greffe du tribunal de première instance de Bruxelles, le 18 septembre 2006 : Me Françoise Andrée Christien Quackels, avocat, ayant ses bureaux à 1050 Bruxelles, avenue Franklin Roosevelt 143/21, agissant en sa qualité d’administrateur provisoire de : Mme Liliane Renée Julia Ghislaine Debroux, née à Jumet le 3 mars 1936, divorcée, domiciliée à 1081 Bruxelles (Koekelberg), « Home Jourdan », rue François Delcoigne 39;
54334
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
désigné par ordonnance du juge de paix du canton d’Anderlecht du 29 août 2005, a déclaré, en cette qualité, accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de M. Emile Victor Ghislain Debroux, né à Monceau-sur-Sambre le 9 décembre 1912, veuf en premières noces de Mme Raymonde Callewaert, époux en secondes noces de Mme Jeannette Maria Verbeke, domicilié à 1170 Bruxelles (Watermael-Boitsfort), rue des Béguinettes 83, décédé à Ixelles le 19 janvier 2006. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à « Van Halteren, Hisette, Roggeman & Derynck, notaires associés », à 1000 Bruxelles, rue de l’Association 30. (Signé) Th. Van Halteren, notaire associé.
(41859)
Tribunal de première instance de Bruxelles
Suivant acte n° 06-1847 passé au greffe du première instance de Bruxelles, le 4 octobre 2006, par :
tribunal
de
M. Ouladhaj M’Hend, Jamal, domicilié à 1090 Jette, boulevard De Smet de Naeyer 123, bte 1, a déclaré accepter la succession, sous bénéfice d’inventaire, de Ouladhaj M’Hend, Ahmed Mohamed, né à Douar Maya Rouadi (Maroc) le 1er janvier 1934, de son vivant domicilié à Uccle, rue Egide Van Ophem 57, et décédé le 16 février 2005 à Uccle. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion à Me De Meyer, Patrick, notaire à 1080 Bruxelles, boulevard Léopold II 159. Bruxelles, le 4 octobre 2006. Le greffier, (signé) Philippe Mignon.
(41860)
Tribunal de première instance de Namur
L’an 2006, le 5 octobre, au greffe du tribunal de première instance de Namur, et par-devant nous, Jacqueline Tholet, greffier, a comparu : Mme Libert, Anne Maggy Michèle Ghislaine, née à Namur le 23 juillet 1977, domiciliée à 5080 Emines, rue Prud’Homme 10, agissant en qualité de représentante légale de : Libert, Arthur Nicolas Roger Jo Ghislain, né à Namur le 8 novembre 2005, domicilié à 5080 Emines, rue Prud’Homme 10, mineur, sous autorité parentale; autorisée, par ordonnance de Mme Micheline Gala, juge de paix du canton de Gembloux-Eghezée, en date du 2 octobre 2006, laquelle comparante a déclaré, en langue française, agissant comme dit ci-dessus, accepter, sous bénéfice d’inventaire, à la succession de M. Despy, Nicolas Jules Roger Christian Ghislain, domicilié en son vivant à 5080 Emines, rue Prud’Homme 1, et décédé à Aische-en-Refail, en date du 1er mai 2005. Dont acte requis par la comparante, qui après lecture, signe avec nous, greffier. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits, dans un délai de trois mois, à compter de la date de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à Me Michel Herbay, notaire à 5310 Eghezée, chaussée de Namur 71. Namur, le 5 octobre 2006. Le greffier, (signé) Jacqueline Tholet.
(41861)
Tribunal de première instance de Nivelles
L’an 2006, le 26 septembre répertoire n° 06-1023, au greffe du tribunal de première instance de Nivelles, province de Brabant wallon, a comparu : Me Thiery, Jean-Marc, avocat au barreau de Nivelles, dont le cabinet est situé boulevard de l’Europe 145, à 1300 Wavre, agissant en sa qualité d’administrateur provisoire de : M. Carlier, Renée, né à Ixelles le 29 novembre 1921, domicilié à 1450 Chastre, « Les Sittelles », route provinciale 121; M. Thiery, étant désigné à cette fonction, par ordonnance de la justice de paix du second canton de Wavre, en date du 25 janvier 2006, et autorisé à agir dans la présente succession, par ordonnance de cette même justice de paix, en date du 30 août 2006, lequel comparant, s’exprimant en français, a déclaré accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Rochet, Jean Marie Joseph Michel Rache, né à Monceau-sur-Sambre le 9 février 1914, de son vivant domicilié à Chastre, route Provinciale 121, et décédé le 27 juillet 2006 à Chastre. Dont acte, signé, lecture faite par les comparants et le greffier. (Signatures illisibles).
(41862)
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen
Op 4 oktober 2006 is voor ons, R. Aerts, griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, ter griffier van deze rechtbank verschenen : Van Broeckhoven, Marcel Jean Julie, geboren te Antwerpen op 8 mei 1925, wonende te 2640 Mortsel, Mortselveldenlaan 22, handelend in zijn hoedanigheid van bijzonder gevolmachtigde ingevolge onderhandse volmacht hem verleend te Borgerhout, op 3 oktober 2006, ten einde dezer van : Van Oosterwyck, Diane Maria, geboren te Borgerhout op 25 april 1957, wonende te 2960 Brecht, Braakstraat 31, handelend in haar hoedanigheid van moeder, wettige beheerster over de persoon en de goederen van haar minderjarig kind : Parassiadis, Lissa Janny, geboren te Borgerhout op 23 maart 1989, wonende bij de moeder. Verschijnster verklaart ons, handelend in zijn voormelde hoedanigheid, de nalatenschap van wijlen Parassiadis, Georges Despina, geboren te Sint-Niklaas op 2 september 1948, in leven laatst wonende te 2000 Antwerpen, Nationalestraat 120/5, en overleden te Antwerpen, district Wilrijk, op 5 augustus 2006, te aanvaarden, onder voorrecht van boedelbeschrijving. Er wordt woonstkeuze gedaan op het kantoor van De Vil, Yves, notaris te 2140 Borgerhout, Laar 12. Verschijnster legt ons de beschikking van de vrederechter van het kanton Brasschaat, d.d. 29 september 2006, voor, waarbij Van Oosterwyck, Diane, hiertoe gemachtigd werd. Waarvan akte, datum als boven. Na voorlezing ondertekend door verschijner en ons griffier, (get.) M. Van Broekhoven; R. Aerts. Voor eensluidend verklaard afschrift, afgeleverd aan verschijner : de griffier, (get.) R. Aerts. (41863)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van eerste aanleg te Brussel
Verklaring van aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving voor de griffier van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, op 6 september 2006, door : Mevr. Biro, Piroska, geboren te Sint-Agatha-Berchem op 14 juli 1960, wonende te 9820 Merelbeke, Maurits Sabbestraat 5, in haar hoedanigheid van moeder en drager van het ouderlijk gezag over haar minderjarige kinderen : Plas, Rebecca, geboren te Anderlecht op 25 februari 1989; Plas, Delphine, geboren te Anderlecht op 28 december 1992; Plas, Charlotte, geboren te Anderlecht op 28 december 1992. Toelating : beschikking van de vrederechter van het kanton Merelbeke, d.d. 27 juli 2006. Voorwerp verklaring : aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving, aan de nalatenschap van Plas, Jean Pierre Baptiste, geboren te Brussel op 5 mei 1948, in leven wonende te Zemst, Elzenstraat 6/46, en overleden op 16 mei 2006 te Zemst. Waarvan akte, na voorlezing, (get.) Biro, Piroska; N. Minnen. De griffier, (get.) Nathalie Minnen. (41864)
54335
Les créanciers sont invités à faire leurs déclarations de créances, avec pièces à l’appui, au greffe du tribunal de commerce de Liège (îlot Saint-Michel, rue Joffre 2, à 4000 Liège), au plus tard le 1er décembre 2006. Il sera statué sur l’octroi d’un sursis définitif le mardi 20 mars 2007, à 9 heures, à l’audience publique de la troisième chambre du tribunal de commerce de Liège. Le tribunal a décrété que la SPRL R.M. Gilissen, pourra accomplir tous actes d’administration sans l’autorisation du commissaire au sursis sous réserve toutefois pour le tribunal de rendre pareille autorisation obligatoire en application de l’article 15 §1°, al.3 de la loi sur le concordat judiciaire, et ce, sur rapport du commissaire au sursis qui constaterait que la bonne fin du concordat ou la préservation des intérêts des tiers et singulièrement des créanciers exigerait pareille mesure. Pour extrait conforme : le greffier chef de service, (signé) J. Tits. (41866)
Faillissement − Faillite
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Eriksen Aviation BVBA, Nationale Luchthaven van Brussel, Box 9, 1930 Zaventem.
Rechtbank van eerste aanleg te Leuven
Faillissementsnummer : 20061400. Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, op 5 oktober 2006, heeft : de heer Huenaerts, Peter Albert J., notaris-medewerker, geboren te Leuven op 17 oktober 1975, wonende te 3001 Heverlee, IJzerenmolenstraat 57/C-0102, handelend als gevolmachtigde van : 1. Vande Voorde, Nathalie Sophie Lydie, geboren te Sint-Truiden op 6 mei 1969, wonende te 3800 Sint-Truiden, Kazernevest 1, handelend in eigen naam; 2. Vande Voorde, Michel Jan Willy, geboren te Sint-Truiden op 19 april 1971, wonende te 3040 Huldenberg, Victor Philipsstraat 22, handelend in eigen naam, verklaard, onder voorrecht van boedelbeschrijving, de nalatenschap te aanvaarden van wijlen Vande Voorde, Etienne Arthur Estella, geboren te Brugge op 5 januari 1942, in leven laatst wonende te 3190 Boortmeerbeek, Rijmenamsebaan 16, en overleden te Boortmeerbeek op 27 april 2006. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van Mr. Maryelle Van den Moortel, notaris te 3090 Overijse, Graven Egmont en Hoornlaan 18A. Leuven, 5 oktober 2006. De griffier, (get.) K. Grisez.
Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : ondersteunende activiteiten in de luchtvaart. Ondernemingsnummer : 0860.809.672. Rechter-commissaris : de heer J. Indekeu. Curator : Mr. Dewandre, Tom, Jan Jacobsplein 5, 1190 Brussel-1. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41867)
(41865) Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Van Eeckhout, Gunter, Vlasaard 23, 1800 Vilvoorde.
Gerechtelijk akkoord − Concordat judiciaire
Faillissementsnummer : 20061401. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : dakdekker.
Tribunal de commerce de Liège
Ondernemingsnummer : 0578.691.904. Rechter-commissaris : de heer J. Indekeu.
Par jugement du 3 octobre 2006, le tribunal de commerce de Liège a accordé le sursis provisoire à la SPRL R.M. Gilissen, en abrégé : « R.M.G. », dont le siège social est établi à 4460 Grâce-Hollogne, rue Mathieu de Lexhy 93, pour les activités de transports routiers de marchandises, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0475.884.869.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Le même jugement a désigné Me Adrien Absil, avocat à 4000 Liège, avenue Emile Digneffe 6/011, en qualité de commissaire au sursis.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Curator : Mr. Dewandre, Tom, Jan Jacobsplein 5, 1190 Brussel-19.
54336
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41868)
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Mecardia NV, Culliganlaan 1B, 1831 Diegem. Faillissementsnummer : 20061399. Datum faillissement : 3 oktober 2006.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41871)
Handelsactiviteit : publiciteit. Ondernemingsnummer : 0476.752.624. Rechter-commissaris : de heer J. Indekeu. Curator : Mr. Dewandre, Tom, Jan Jacobsplein 5, 1190 Brussel-1.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : A.J.S. NV, Eksterstraat 33, 1703 Schepdaal.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Faillissementsnummer : 20061392.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Ondernemingsnummer : 0433.331.860.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41869)
Rechter-commissaris : de heer Eeckhout.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Gregoir, Filippe, Sneppelaar 37, 1840 Londerzeel. Faillissementsnummer : 20061398. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : kleinhandel in computers. Ondernemingsnummer : 0860.633.884. Rechter-commissaris : de heer J. Indekeu.
Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : computeronderdelen.
Curator : Mr. De Smet, Joris Jan, Winston Churchilllaan 118B, 1180 Brussel-18. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41872)
Curator : Mr. Dewandre, Tom, Jan Jacobsplein 5, 1190 Brussel-19. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41870)
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Van Der Haegen, Dimitri, H. Dom Saviolaan 12/0006 12/6, 1700 Dilbeek. Faillissementsnummer : 20061395. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : traiteur. Ondernemingsnummer : 0866.034.707. Rechter-commissaris : de heer Eeckhout. Curator : Mr. De Smet, Joris Jan, Winston Churchilllaan 118B, 1180 Brussel-18.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Moyses, Eric, Bergstraat 49, 1910 Kampenhout. Faillissementsnummer : 20061397. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : hovenier. Ondernemingsnummer : 0571.969.705. Rechter-commissaris : de heer J. Indekeu. Curator : Mr. Dewandre, Tom, Jan Jacobsplein 5, 1000 Brussel-1. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41873)
54337
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Tribunal de commerce de Bruxelles
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Idée-Phil SPRL, avenue Rommelaere 143, 1020 Bruxelles-2.
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Numéro de faillite : 20061387.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : meubles.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch.
Numéro d’entreprise : 0439.557.676.
(41875)
Juge-commissaire : M. A. Lechien. Curateur : Me 1180 Bruxelles-18.
Jaspar,
Jean-Louis,
avenue
De
Fré
229, Rechtbank van koophandel te Brussel
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41874)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Idee-Phil BVBA, Rommelaerelaan 143, 1020 Brussel-2. Faillissementsnummer : 20061387. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : meubelen. Ondernemingsnummer : 0439.557.676. Rechter-commissaris : de heer A. Lechien. Curator : Mr. Jaspar, Jean-Louis, De Frélaan 229, 1180 Brussel-18. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41874)
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Actor’s Movie BVBA, Alsembergsesteenweg 132, 1060 Sint-Gillis. Faillissementsnummer : 20061381. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : textiel. Ondernemingsnummer : 0876.550.693. Rechter-commissaris : de heer De Moor. Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Herinckx,
Catherine,
Marsveldplein
5-11,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41875)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Samson Computer SA, chaussée de Neerstalle 70, 1190 Forest. Numéro de faillite : 20061382. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : informatique. Numéro d’entreprise : 0432.136.978.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5.
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Actor’s Movie SPRL, chaussée d’Alsemberg 132, 1060 Saint-Gilles. Numéro de faillite : 20061381. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : textiles. Numéro d’entreprise : 0876.550.693. Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5.
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41876)
54338
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Samson Computer NV, Neerstalse Steenweg 70, 1190 Vorst. Faillissementsnummer : 20061382.
Handelsactiviteit : informatica.
Rechter-commissaris : de heer De Moor. Catherine,
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet.
Ondernemingsnummer : 0432.136.978.
Herinckx,
Jean-Michel,
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Derick,
Marsveldplein
5-11,
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41877)
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41876)
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Fabrijoint SPRL, rue du Bronze 13, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061376. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : fabrication de joints. Numéro d’entreprise : 0415.304.807.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Juge-commissaire : M. Waver.
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Food & Flavour SPRL, boulevard de Waterloo 30, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061375. Date de faillite : 2 octobre 2006.
Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Objet social : restaurant. Numéro d’entreprise : 0860.332.095. Juge-commissaire : M. Waver. Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41878)
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Fabrijoint BVBA, Bronsstraat 13, 1070 Anderlecht. Faillissementsnummer : 20061376.
(41877)
Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : dichtingen.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Ondernemingsnummer : 0415.304.807. Rechter-commissaris : de heer Waver.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Food & Flavour BVBA, Waterloosesteenweg 30, 1000 Brussel-1. Faillissementsnummer : 20061375. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : restaurant. Ondernemingsnummer : 0860.332.095. Rechter-commissaris : de heer Waver.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Derick,
Jean-Michel,
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41878)
54339
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Artecom Production SPRL, avenue du Port 86C, bte 104, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061369. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : production vidéo et multimédia.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Numéro d’entreprise : 0464.599.217. Juge-commissaire : M. Sepulchre. Ouverture de la faillite, sur aveu, de : C’est si bon SPRL, place Jourdan 59, 1040 Etterbeek.
Curateur : Me Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Numéro de faillite : 20061377. Date de faillite : 2 octobre 2006.
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Objet social : restauration et traiteur.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Numéro d’entreprise : 0429.980.907. Juge-commissaire : M. Waver. Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41880)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Artecom Production BVBA, Havenlaan 86C, bus 104, 1000 Brussel-1. Faillissementsnummer : 20061369. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : video en multimedia.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41879)
Ondernemingsnummer : 0464.599.217. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre. Curator : Mr. Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : C’est si bon BVBA, Jourdanplein 59, 1040 Etterbeek. Faillissementsnummer : 20061377.
Handelsactiviteit : restaurant en traiteur. Ondernemingsnummer : 0429.980.907. Rechter-commissaris : de heer Waver. Derick,
Jean-Michel,
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41880)
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : New Recruitment International SPRL, en abrégé : « N.R.I. », rue des Fripiers 15/17, bte 228, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061370. Date de faillite : 2 octobre 2006.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41879)
Objet social : constructions. Numéro d’entreprise : 0451.536.384. Juge-commissaire : M. Sepulchre. Curateur : Me Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1.
54340
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Renovations Maes BVBA, Eugène Cattoirstraat 4, bus 5, 1050 Elsene.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41881)
Faillissementsnummer : 20061364. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : renovatie. Ondernemingsnummer : 0457.653.918. Rechter-commissaris : de heer Martin.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curatoren : Mr. Massart, Pol, Clementinalaan 19, 1190 Brussel-19, en Oschinsky, Yves, Capouilletstraat 34, 1060 Brussel-6.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : New Recruitment International BVBA, (N.R.I.), Kleerkopersstraat 15/17, 1000 Brussel-1.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Faillissementsnummer : 20061370.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : constructiewerken. Ondernemingsnummer : 0451.536.384. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre. Curator : Mr. Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41882)
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Cognitec SPRL, rue de la Grosse Tour 14, 1050 Ixelles.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41881)
Numéro de faillite : 20061365. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : consultance en informatique. Numéro d’entreprise : 0473.564.292. Juge-commissaire : M. Martin. Curateurs : Me 1190 Bruxelles-19, 1060 Bruxelles-6.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Rénovations Maes SPRL, rue Eugène Cattoir 4, bte 5, 1050 Ixelles.
19, 34,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Numéro de faillite : 20061364. Date de faillite : 2 octobre 2006.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Objet social : rénovations. Numéro d’entreprise : 0457.653.918.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch.
Juge-commissaire : M. Martin. Curateurs : Me 1190 Bruxelles-19, 1060 Bruxelles-6.
Massart, Pol, avenue Clémentine et Oschinsky, Yves, rue Capouillet
(41883)
Massart, Pol, avenue Clémentine et Oschinsky, Yves, rue Capouillet
19, 34, Rechtbank van koophandel te Brussel
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Cognitec BVBA, Wollendriestoren 14, 1050 Elsene. Faillissementsnummer : 20061365. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : raadgeving in verband met informatica. Ondernemingsnummer : 0473.564.292.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41882)
Rechter-commissaris : de heer Martin.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Curatoren : Mr. Massart, Pol, Clementinalaan 19, 1190 Brussel-19, en Oschinsky, Yves, Capouilletstraat 34, 1060 Brussel-6. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
54341
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41884)
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41883)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Global Electronic Finance Management SA, avenue de Tervueren 412, 1150 Woluwe-Saint-Pierre. Numéro de faillite : 20061353. Date de faillite : 2 octobre 2006.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Objet social : prestation de services. Ouverture de la faillite, sur aveu, de : Digital Vidéo Diffusion Media SPRL, place Bizet 19, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061359.
Numéro d’entreprise : 0431.301.986. Juge-commissaire : M. Philippart De Foy. Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle.
Date de faillite : 2 octobre 2006.
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Objet social : dvd-vidéo. Numéro d’entreprise : 0460.563.324.
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Juge-commissaire : M. Ph. Van Der Mersch. Curateur : Me Baum, Anicet, avenue Armand Huysmans 212, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41885)
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (41884)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Global Electronic Finance Management NV, Tervurenlaan 412, 1150 Sint-Pieters-Woluwe. Faillissementsnummer : 20061353.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : diensten.
Opening van het faillissement, op bekentenis, van : Digital Video Diffusion Media BVBA, Bizetplein 19, 1070 Anderlecht.
Ondernemingsnummer : 0431.301.986.
Faillissementsnummer : 20061359.
Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy.
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel.
Handelsactiviteit : dvd-video.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Ondernemingsnummer : 0460.563.324. Rechter-commissaris : de heer Ph. Van Der Mersch. Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Baum,
Anicet,
Armand
Huysmanslaan
212,
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (41885)
54342
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Unibest SA, place du Champ de Mars 5, 1050 Ixelles. Numéro de faillite : 20061393. Date de faillite : 3 octobre 2006. Objet social : matériaux électriques. Numéro d’entreprise : 0445.181.005. Juge-commissaire : M. Eeckhout. Curateur : Me De Smet, Joris Jan, avenue Winston Churchill 118B, 1180 Bruxelles-18.
Curateur : Me De Smet, Joris Jan, avenue Winston Churchill 118B, 1180 Bruxelles-18. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41887)
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Makra BVBA, Raphaelstraat 4, 1070 Anderlecht.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41886)
Faillissementsnummer : 20061394. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : voeding. Ondernemingsnummer : 0478.206.040. Rechter-commissaris : de heer Eeckhout.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. De Smet, Joris Jan, Winston Churchilllaan 118B, 1180 Brussel-18.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Unibest NV, Marsveldplein 5, 1050 Elsene.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Faillissementsnummer : 20061393. Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : elektrisch materiaal. Ondernemingsnummer : 0445.181.005. Rechter-commissaris : de heer Eeckhout. Curator : Mr. De Smet, Joris Jan, Winston Churchilllaan 118B, 1180 Brussel-18.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41887)
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Schoonmaakbedrijf Dijkstra SPRL, rue Haute 300A, 1000 Bruxelles.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41886)
Numéro de faillite : 20061396. Date de faillite : 3 octobre 2006. Objet social : nettoyage industriel. Numéro d’entreprise : 0473.241.521. Juge-commissaire : M. Eeckhout.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Makra SPRL, rue Raphael 4, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061394. Date de faillite : 3 octobre 2006. Objet social : alimentation. Numéro d’entreprise : 0478.206.040. Juge-commissaire : M. Eeckhout.
Curateur : Me De Smet, Joris Jan, avenue Winston Churchill 118B, 1180 Bruxelles-18. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41888)
54343
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Schoonmaakbedrijf Dijkstra BVBA, Hoogstraat 300A, 1000 Brussel. Faillissementsnummer : 20061396.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41889)
Datum faillissement : 3 oktober 2006. Handelsactiviteit : elektrische reiniging. Ondernemingsnummer : 0473.241.521. Rechter-commissaris : de heer Eeckhout. Curator : Mr. De Smet, Joris Jan, Winston Churchilllaan 118B, 1180 Brussel-18. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41888)
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Pari Express Service Bazarcheh Ironak SPRL, boulevard Jamar 37, 1060 Saint-Gilles. Numéro de faillite : 20061388. Objet social : salon-lavoirs. Numéro d’entreprise : 0474.838.853.
Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : restauration traditionnelle. Numéro d’entreprise : 0420.329.209. Juge-commissaire : M. A. Lechien. Jaspar,
Jean-Louis,
avenue
de
Fré
229,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41890)
Juge-commissaire : M. A. Lechien. Jean-Louis,
Numéro de faillite : 20061389.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Date de faillite : 2 octobre 2006.
Jaspar,
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Resto Metro SA, avenue des Arts 24, 1000 Bruxelles-1.
Curateur : Me 1180 Bruxelles-18.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Curateur : Me 1180 Bruxelles-18.
Tribunal de commerce de Bruxelles
avenue
de
Fré
229,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Resto Metro NV, Kunstlaan 24, 1000 Brussel-1.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41889)
Faillissementsnummer : 20061389. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : restaurant. Ondernemingsnummer : 0420.329.209. Rechter-commissaris : de heer A. Lechien.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. Jaspar, Jean-Louis, De Frélaan 229, 1180 Brussel-18.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Pari Express Service Bazarcheh Ironak BVBA, Jamarlaan 37, 1060 Sint-Gillis.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Faillissementsnummer : 20061388. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : wassalon. Ondernemingsnummer : 0474.838.853. Rechter-commissaris : de heer A. Lechien. Curator : Mr. Jaspar, Jean-Louis, De Frélaan 229, 1180 Brussel-18.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41890)
54344
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Tribunal de commerce de Bruxelles
Curateur : Me 1180 Bruxelles-18.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Turkish Grill SPRL, rue de la Presse 4, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061390.
Numéro d’entreprise : 0859.678.534. Date de cessation des payements : 2 avril 2006.
de
Fré
229,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41892)
Juge-commissaire : M. A. Lechien. Jean-Louis,
avenue
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Objet social : restaurant.
Jaspar,
Jean-Louis,
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Date de faillite : 2 octobre 2006.
Curateur : Me 1180 Bruxelles-18.
Jaspar,
avenue
de
Fré
229,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41891)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Groupe Zoao GCV, Acacia’s plein 4, 1040 Etterbeek. Faillissementsnummer : 20061391. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : industriële reiniging. Ondernemingsnummer : 0872.243.103. Rechter-commissaris : de heer A. Lechien.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Turkish Grill BVBA, Drukpersstraat 4, 1000 Brussel-1. Faillissementsnummer : 20061390. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : restaurant. Ondernemingsnummer : 0859.678.534. Datum staking betalingen : 2 april 2006. Rechter-commissaris : de heer A. Lechien.
Curator : Mr. Jaspar, Jean-Louis, De Frélaan 229, 1180 Brussel-18. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41892)
Curator : Mr. Jaspar, Jean-Louis, De Frélaan 229, 1180 Brussel-18. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41891)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Groupe Zoao SCS, place des Acacias 4, 1040 Etterbeek. Numéro de faillite : 20061391. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : nettoyage industriel. Numéro d’entreprise : 0872.243.103. Juge-commissaire : M. A. Lechien.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Switch Technology Service SPRL, en abrégé : « STS », avenue Brugmann 230, 1180 Uccle. Numéro de faillite : 20061383. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : réalisation de programmes et logiciels. Numéro d’entreprise : 0428.413.168. Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41893)
54345
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Switch Technology Service BVBA, (STS), Brugmannlaan 230, 1180 Ukkel. Faillissementsnummer : 20061383.
Handelsactiviteit : realisatie van programma’s.
Rechter-commissaris : de heer De Moor. Catherine,
Marsveldplein
5-11,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet.
Ondernemingsnummer : 0428.413.168.
Herinckx,
Catherine,
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Herinckx,
Marsveldplein
5-11,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41894)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41893)
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Cheltenham SPRL, chaussée de Wavre 1212, 1160 Auderghem. Numéro de faillite : 20061385. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : imprimerie. Numéro d’entreprise : 0464.359.685.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Entrateix SPRL, rue de Stalle 169, 1180 Uccle. Numéro de faillite : 20061384. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : travaux de finition. Numéro d’entreprise : 0457.458.433. Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41894)
Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41895)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Cheltenham BVBA, Waversesteenweg 1212, 1160 Oudergem. Faillissementsnummer : 20061385. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : drukkerij.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Ondernemingsnummer : 0464.359.685. Rechter-commissaris : de heer De Moor.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Entrateix BVBA, Stallestraat 169, 1180 Ukkel. Faillissementsnummer : 20061384. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : afwerking. Ondernemingsnummer : 0457.458.433. Rechter-commissaris : de heer De Moor.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Herinckx,
Catherine,
Marsveldplein
5-11,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
54346
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41895)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Goffin et Lelangue et Cie SPRL, avenue de Broqueville 297, bte 3, 1200 Woluwe-Saint-Lambert. Numéro de faillite : 20061378. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : import-export.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Numéro d’entreprise : 0434.777.754. Juge-commissaire : M. Waver. Ouverture de la faillite, sur citation, de : City Star Immo SPRL, chaussée d’Alsemberg 848, 1180 Uccle.
Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Numéro de faillite : 20061386. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : agence immobilière.
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Numéro d’entreprise : 0476.448.657.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Juge-commissaire : M. De Moor. Curateur : Me Herinckx, Catherine, place du Champ de Mars 5-11, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41896)
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41897)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Goffin et Lelangue et Cie BVBA, De Broquevillelaan 297, bus 3, 1200 SintLambrechts-Woluwe. Faillissementsnummer : 20061378. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : invoer-uitvoer. Ondernemingsnummer : 0434.777.754. Rechter-commissaris : de heer Waver.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. 1050 Brussel-5. Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : City Star Immo BVBA, Alsembergsesteenweg 848, 1180 Ukkel. Faillissementsnummer : 20061386.
Handelsactiviteit : immobiliënvennootschap. Ondernemingsnummer : 0476.448.657. Rechter-commissaris : de heer De Moor. Herinckx,
Catherine,
Jean-Michel,
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Derick,
Marsveldplein
5-11,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41896)
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41897)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Vascor SPRL, rue Middelbourg 4, 1170 Watermael-Boitsfort. Numéro de faillite : 20061379. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : habillement. Numéro d’entreprise : 0466.441.227. Date de cessation des payements : 2 avril 2006.
54347
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Juge-commissaire : M. Waver. Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41898)
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41899)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Restocaf NV, Sint-Lambrechtsstraat 202, bus 115, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe. Faillissementsnummer : 20061380.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : restaurant.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Vascor BVBA, Middelburgstraat 4, 1170 Watermaal-Bosvoorde.
Rechter-commissaris : de heer Waver.
Faillissementsnummer : 20061379.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : bekleding.
Datum staking betalingen : 2 april 2006. Rechter-commissaris : de heer Waver. Derick,
Jean-Michel,
Derick,
Jean-Michel,
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Ondernemingsnummer : 0466.441.227.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Ondernemingsnummer : 0418.359.020.
Louizalaan
391,
bus
3,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41899)
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41898)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Forough SPRL, rue du Ruisseau 36, 1080 Molenbeek-Saint-Jean. Numéro de faillite : 20061371.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : exploitation de taxis.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Restocaf SA, rue SaintLambert 202, bte 115, 1200 Woluwe-Saint-Lambert. Numéro de faillite : 20061380. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : restauration rapide. Numéro d’entreprise : 0418.359.020. Juge-commissaire : M. Waver. Curateur : Me Derick, Jean-Michel, avenue Louise 391, bte 3, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Numéro d’entreprise : 0450.042.188. Juge-commissaire : M. Sepulchre. Curateur : Me Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41900)
54348
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Forough BVBA, Beekstraat 36, 1080 Sint-Jans-Molenbeek. Faillissementsnummer : 20061371. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : taxi’s. Ondernemingsnummer : 0450.042.188. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41901)
Curator : Mr. Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41900)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Firm Ware SPRL, rue de Lessines 40, 1080 Molenbeek-Saint-Jean. Numéro de faillite : 20061373. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : nettoyage industriel. Numéro d’entreprise : 0473.835.397. Juge-commissaire : M. Sepulchre.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Adricons SPRL, boulevard Louis Mettewie 67, 1080 Molenbeek-Saint-Jean. Numéro de faillite : 20061372. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : nettoyage industriel. Numéro d’entreprise : 0470.167.809. Juge-commissaire : M. Sepulchre.
Curateur : Me Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41902)
Curateur : Me Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Firm Ware BVBA, Lessenstraat 40, 1080 Sint-Jans-Molenbeek.
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41901)
Faillissementsnummer : 20061373. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : industriële reiniging. Ondernemingsnummer : 0473.835.397. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Adricons BVBA, Louis Mettewielaan 67, 1080 Sint-Jans-Molenbeek.
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Faillissementsnummer : 20061372. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : industriële reiniging. Ondernemingsnummer : 0470.167.809. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre. Curator : Mr. Godfroid, Yves, rue Charles Morren 4, 4000 Liège-1.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41902)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Celcos II SPRL, avenue Molière 294, 1180 Uccle. Numéro de faillite : 20061374. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : immobilier. Numéro d’entreprise : 0466.682.143. Juge-commissaire : M. Sepulchre. Curateur : Me Hanssens-Ensch, Françoise, avenue Louise 349, bte 17, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
54349
Curateurs : Mes Massart, Pol, avenue Clémentine 1190 Bruxelles-19, et Oschinsky, Yves, rue Capouillet 1060 Bruxelles-6.
19, 34,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41904)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41903)
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Espace-Afrique CVOHA, Stassartstraat 29, 1050 Elsene. Faillissementsnummer : 20061366. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : uitgeverij.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Ondernemingsnummer : 0867.099.331. Rechter-commissaris : de heer Martin.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Celcos II BVBA, Molièrelaan 294, 1180 Ukkel. Faillissementsnummer : 20061374. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : immobiliën. Ondernemingsnummer : 0466.682.143. Rechter-commissaris : de heer Sepulchre. Curator : Mr. Hanssens-Ensch, Françoise, Louizalaan 349, bus 17, 1050 Brussel-5. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41903)
Curator : Mrs. Massart, Pol, Clementinalaan 19, 1190 Brussel-19, en Oschinsky, Yves, Capouilletstraat 34, 1060 Brussel-6. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41904)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : S and K International Trading SA, place du Champs de Mars 5, 1050 Ixelles. Numéro de faillite : 20061367. Date de faillite : 2 octobre 2006.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Objet social : intermédiaires du commerce. Numéro d’entreprise : 0453.826.970.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Espace-Afrique SCRIS, rue de Stassart 29, 1050 Ixelles. Numéro de faillite : 20061366. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : édition. Numéro d’entreprise : 0867.099.331. Juge-commissaire : M. Martin.
Date de cessation des payements : 2 avril 2006. Juge-commissaire : M. Martin. Curateurs : Mes Massart, Pol, avenue Clémentine 1190 Bruxelles-19, et Oschinsky, Yves, rue Capouillet 1060 Bruxelles-6.
19, 34,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
54350
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41905)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Intro Company BVBA, Zuidlaan 121, 1000 Brussel-1. Faillissementsnummer : 20061368. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : kleding. Ondernemingsnummer : 0870.949.538.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Rechter-commissaris : de heer Martin. Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : S and K International Trading NV, Marsveldplein 5, 1050 Elsene. Faillissementsnummer : 20061367. Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mrs. Massart, Pol, Clementinalaan 19, 1190 Brussel-19, en Oschinsky, Yves, Capouilletstraat 34, 1060 Brussel-6. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Handelsactiviteit : tussenpersoon in de handel. Ondernemingsnummer : 0453.826.970. Rechter-commissaris : de heer Martin. Curator : Mrs. Massart, Pol, Clementinalaan 19, 1190 Brussel-19, en Oschinsky, Yves, Capouilletstraat 34, 1060 Brussel-6. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41905)
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41906)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Maro Traiding SPRL, rue des Vétérinaires 28, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061354. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : véhicules. Numéro d’entreprise : 0471.391.096. Juge-commissaire : M. Philippart De Foy.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Intro Company SPRL, boulevard du Midi 121, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061368.
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : vêtements.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41907)
Numéro d’entreprise : 0870.949.538. Juge-commissaire : M. Martin. Curateurs : Mes Massart, Pol, avenue Clémentine 1190 Bruxelles-19, et Oschinsky, Yves, rue Capouillet 1060 Bruxelles-6.
19, 34,
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41906)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Maro Traiding BVBA, Dierenartsstraat 28, 1070 Anderlecht. Faillissementsnummer : 20061354. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : voertuigen. Ondernemingsnummer : 0471.391.096. Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy. Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41907)
54351
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : E.Ray Lines SPRL, boulevard Paepsem 11, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061356. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : textiles. Numéro d’entreprise : 0874.678.197. Date de cessation des payements : 2 avril 2006. Juge-commissaire : M. Philippart De Foy. Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : The New Look SPRL, square Robert Pequeur 3, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061355. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : vêtements. Numéro d’entreprise : 0473.549.149.
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41909)
Juge-commissaire : M. Philippart De Foy. Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41908)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : E.Ray Lines BVBA, Paepsemlaan 11, 1070 Anderlecht. Faillissementsnummer : 20061356. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : textiel. Ondernemingsnummer : 0874.678.197. Datum staking betalingen : 2 april 2006. Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : The New Look BVBA, Robert Pequeursquare 3, 1070 Anderlecht. Faillissementsnummer : 20061355. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : kleding. Ondernemingsnummer : 0473.549.149. Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy.
Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41909)
Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41908)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Clean SCRI, boulevard Poincare 42, 1070 Anderlecht. Numéro de faillite : 20061357. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : véhicules. Numéro d’entreprise : 0463.893.095. Juge-commissaire : M. Philippart De Foy.
54352
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41910)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Montecristo Bel BVBA, Henri Mausstraat 25, bus 27, 1000 Brussel-1. Faillissementsnummer : 20061358. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : café’s en bars. Ondernemingsnummer : 0465.612.371. Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy. Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Clean CVOA, Poincarelaan 42, 1070 Anderlecht.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Faillissementsnummer : 20061357. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : voertuigen. Ondernemingsnummer : 0463.893.095.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41911)
Rechter-commissaris : de heer Philippart De Foy. Curator : Mr. Huart, Sophie, Brugmannlaan 396, 1180 Ukkel. Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Chems Dine SPRL, boulevard Emile Bockstael 257, 1020 Bruxelles-2.
Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Numéro de faillite : 20061360.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet.
Objet social : produits alimentaires.
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41910)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : Montecristo Bel SPRL, rue Henri Maus 25, bte 27, 1000 Bruxelles-1. Numéro de faillite : 20061358. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : café et bars.
Date de faillite : 2 octobre 2006. Numéro d’entreprise : 0473.935.367. Juge-commissaire : M. Ph. Van Der Mersch. Curateur : Me Baum, Anicet, avenue Armand Huysmans 212, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41912)
Numéro d’entreprise : 0465.612.371. Juge-commissaire : M. Philippart De Foy.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curateur : Me Huart, Sophie, avenue Brugmann 396, 1180 Uccle. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41911)
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : Chems Dine BVBA, Emile Bockstaellaan 257, 1020 Brussel-2. Faillissementsnummer : 20061360. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : voedingsproducten. Ondernemingsnummer : 0473.935.367. Rechter-commissaris : de heer Ph. Van Der Mersch. Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Baum,
Anicet,
Armand
Huysmanslaan
212,
54353
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41912)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : VM Finance SPRL, rue du Mérinos 38, 1210 Saint-Josse-ten-Noode. Numéro de faillite : 20061362. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : nettoyage industriel. Numéro d’entreprise : 0461.739.103. Juge-commissaire : M. Ph. Van Der Mersch. Curateur : Me Baum, Anicet, avenue Armand Huysmans 212, 1050 Bruxelles-5.
Tribunal de commerce de Bruxelles
Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles.
Ouverture de la faillite, sur citation, de : ABDL SPRL, avenue Princesse Elisabeth 113, 1030 Schaerbeek. Numéro de faillite : 20061361.
Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : télécommunications.
Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41914)
Numéro d’entreprise : 0471.922.717. Juge-commissaire : M. Ph. Van Der Mersch. Curateur : Me Baum, Anicet, avenue Armand Huysmans 212, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41913)
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : VM Finance BVBA, Merinosstraat 38, 1210 Sint-Joost-ten-Node. Faillissementsnummer : 20061362. Datum faillissement : 2 oktober 2006. Handelsactiviteit : industriële reiniging. Ondernemingsnummer : 0461.739.103. Rechter-commissaris : de heer Ph. Van Der Mersch. Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : ABDL BVBA, Prinses Elisabethlaan 113, 1030 Schaarbeek. Faillissementsnummer : 20061361.
Handelsactiviteit : telecommunicatie. Ondernemingsnummer : 0471.922.717. Rechter-commissaris : de heer Ph. Van Der Mersch. Baum,
Anicet,
Armand
Huysmanslaan
Anicet,
Armand
Huysmanslaan
212,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41914)
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Baum,
212,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41913)
Tribunal de commerce de Bruxelles
Ouverture de la faillite, sur citation, de : A.F.B.D. SPRL, rue H. Werrie 76, 1090 Jette. Numéro de faillite : 20061363. Date de faillite : 2 octobre 2006. Objet social : restauration rapide. Numéro d’entreprise : 0476.874.764. Juge-commissaire : M. Ph. Van Der Mersch.
54354
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Curateur : Me Baum, Anicet, avenue Armand Huysmans 212, 1050 Bruxelles-5. Dépôt des créances : dans le délai de trente jours à dater du prononcé du jugement, au greffe du tribunal de commerce de Bruxelles, rue de la Régence 4, 1000 Bruxelles. Fixe la date pour le dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances au mercredi 8 novembre 2006. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli, ont le moyen d’en faire la déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Pour extrait conforme : le greffier en chef, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41915)
Tot curator werd aangesteld : Mr. Dennis Tavernier, advocaat te 8400 Oostende, Rogierlaan 31.
Opening van het faillissement, op dagvaarding, van : A.F.B.D. BVBA, H. Werriestraat 76, 1090 Jette. Faillissementsnummer : 20061363.
Handelsactiviteit : restaurant. Ondernemingsnummer : 0476.874.764. Rechter-commissaris : de heer Ph. Van Der Mersch. Anicet,
Armand
De aangiften van schuldvordering dienen neergelegd te worden ter griffie van de rechtbank van koophandel te 8400 Oostende, Canadaplein, vóór 4 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Fail.W.
Datum faillissement : 2 oktober 2006.
Baum,
Bij vonnis van de derde kamer van de rechtbank van koophandel te Brugge, afdeling Oostende, werd op 3 oktober 2006, op bekentenis, het faillissement uitgesproken van Mathijs, Yoeri, geboren te Sint-Truiden op 1 juli 1970, wonende te 8400 Oostende, E. Beernaertstraat 100, met ondernemingsnummer 0862.135.802, met handelsuitbating te 8400 Oostende, Kerkstraat 14, en met als handelsactiviteit detailhandel in textiel, detailhandel in onderkleding, lingerie, strand- en badkleding, onder de benaming « Y’s Underwear ». De datum van staking van betaling is vastgesteld op 3 oktober 2006.
Rechtbank van koophandel te Brussel
Curator : Mr. 1050 Brussel-5.
Het proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen zal dienen neergelegd te worden op de griffie van de rechtbank uiterlijk op 17 november 2006. Voor eensluidend verklaard uittreksel : de griffier, (get.) H. Crombez. (Pro deo) (41916)
Huysmanslaan
212,
Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Brussel, Regentschapsstraat 4, 1000 Brussel. Stelt de datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen vast op woensdag 8 november 2006.
Het proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen zal dienen neergelegd te worden op de griffie van de rechtbank uiterlijk op 17 november 2006. Voor eensluidend verklaard uittreksel : de griffier, (get.) N. Pettens. (Pro deo) (41917)
Bij vonnis van de derde kamer van de rechtbank van koophandel te Brugge, afdeling Oostende, werd op 3 oktober 2006, op bekentenis, het faillissement uitgesproken van NV Rail Services International Belgium, met zetel en handelsuitbating te 8400 Oostende, Vaartblekersstraat 29, met ondernemingsnummer 0477.168.635, en met als handelsactiviteit vervaardiging van rollend materieel voor spoor- en tramwegen.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter van de faillissementswet. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, J.-M. Eylenbosch. (Pro deo) (41915)
Tot curatoren werden aangesteld : Mr. Paul Daems, advocaat te 8400 Oostende, Leopold III-laan 15; Mr. Jan D’Hulster, advocaat te 8400 Oostende, Heilig Hartlaan 26; Mr. Christine Vermeire, advocaat te 8400 Oostende, Groendreef 8.
Rechtbank van koophandel te Brugge, afdeling Oostende
De aangiften van schuldvordering dienen neergelegd te worden ter griffie van de rechtbank van koophandel te 8400 Oostende, Canadaplein, vóór 3 november 2006.
Bij vonnis van de derde kamer van de rechtbank van koophandel te Brugge, afdeling Oostende, werd op 3 oktober 2006, op dagvaarding, het faillissement uitgesproken van Dessaintes, Nathalie, geboren te Zinnik op 28 augustus 1974, wonende te 8400 Oostende, Nieuwpoortsesteenweg 791, met ondernemingsnummer 0766.231.605, met handelsuitbating te 8400 Oostende, Dokter Verhaeghestraat 50, met als handelsactiviteiten onderhoud en reparatie van auto’s, industriële reiniging, het gewone onderhoud van auto’s : wassen, anti-roest behandeling, olie verversen, vervangen of herstellen van binnen- en buitenbanden, vervangen van ruiten, enz..., het reinigen van treinen, bussen, vliegtuigen, schepen, enz..., inclusief olietankers, onder de benaming « Active Mobile Cleaning ». De datum van staking van betaling is vastgesteld op 3 oktober 2006. Tot curator werd aangesteld : Mr. Karl Collette, advocaat te 8820 Torhout, Keibergstraat 19. De aangiften van schuldvordering dienen neergelegd te worden ter griffie van de rechtbank van koophandel te 8400 Oostende, Canadaplein, vóór 4 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Fail.W.
De datum van staking van betaling is vastgesteld op 3 oktober 2006.
De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Fail.W. Het proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen zal dienen neergelegd te worden op de griffie van de rechtbank uiterlijk op 10 november 2006. Voor eensluidend verklaard uittreksel : de griffier, hoofd van dienst, (get.) A. Toune. (41918)
Rechtbank van koophandel te Dendermonde
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, van 3 oktober 2006, werd Lewa Trans BVBA, vervoer, Heirbaan 303/A, 9220 Hamme (O.-Vl.), in staat van faillissement verklaard. Ondernemingsnummer 0478.228.984. Rechter-commissaris : M. Dirk De Cuyper. Curator : Mr. Marga Pieters, Affligemdreef 144, 9300 Aalst. Datum staking van betaling : 3 oktober 2006, onder voorbehoud van artikel 12, lid 2, F.W.
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Indienen van de schuldvorderingen met bewijsstukken, uitsluitend ter griffie van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, binnen de dertig dagen vanaf datum faillissementsvonnis. Het eerste proces-verbaal van nazicht van de ingediende schuldvorderingen zal neergelegd worden op vrijdag 17 november 2006, ter griffie van de rechtbank. Elke schuldeiser die geniet van een persoonlijke zekerheidstelling vermeldt dit in zijn aangifte van schuldvordering of uiterlijk binnen zes maanden vanaf de datum van het vonnis van faillietverklaring (art. 63 F.W.). Om te kunnen genieten van de bevrijding moeten de natuurlijke personen die zich kosteloos persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde ter griffie van de rechtbank van koophandel een verklaring neerleggen, waarin zij bevestigen dat hun verbintenis niet in verhouding met hun inkomsten en hun patrimonium is (artikel 72bis F.W. en artikel 10 wet 20 juli 2005). Voor eensluidend uittreksel : de afgev. adjunct-griffier, (get.) S. Van Nuffel. (41919)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, van 4 oktober 2006, werd Algemene Bouwwerken Bosman BVBA, bouwonderneming, Bankstraat 24, 9120 Beveren, in staat van faillissement verklaard. Ondernemingsnummer 0462.162.834. Rechter-commissaris : M. Herman De Cuyper. Curator : Mr. Koen D’Hondt, Kasteeldreef 77, 9120 Beveren-Waas. Datum staking van betaling : 3 oktober 2006, onder voorbehoud van artikel 12, lid 2, F.W. Indienen van de schuldvorderingen met bewijsstukken, uitsluitend ter griffie van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, binnen de dertig dagen vanaf datum faillissementsvonnis. Het eerste proces-verbaal van nazicht van de ingediende schuldvorderingen zal neergelegd worden op vrijdag 17 november 2006, ter griffie van de rechtbank. Elke schuldeiser die geniet van een persoonlijke zekerheidstelling vermeldt dit in zijn aangifte van schuldvordering of uiterlijk binnen zes maanden vanaf de datum van het vonnis van faillietverklaring (art. 63 F.W.). Om te kunnen genieten van de bevrijding moeten de natuurlijke personen die zich kosteloos persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde ter griffie van de rechtbank van koophandel een verklaring neerleggen, waarin zij bevestigen dat hun verbintenis niet in verhouding met hun inkomsten en hun patrimonium is (artikel 72bis F.W. en artikel 10 wet 20 juli 2005). Voor eensluidend uittreksel : de afgev. adjunct-griffier, (get.) S. Van Nuffel. (41920)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, van 4 oktober 2006, werd D ″ D Bouw GCV, afbraak en renovatie, Kapellestraat 61 W 6, 9160 Lokeren, in staat van faillissement verklaard. Ondernemingsnummer 0479.715.874. Rechter-commissaris : M. Marianne Buyse. Curator : Mr. Lieven D’Hooghe, Vijfstraten 57, 9100 Sint-Niklaas. Datum staking van betaling : 4 oktober 2006, onder voorbehoud van artikel 12, lid 2, F.W. Indienen van de schuldvorderingen met bewijsstukken, uitsluitend ter griffie van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, binnen de dertig dagen vanaf datum faillissementsvonnis. Het eerste proces-verbaal van nazicht van de ingediende schuldvorderingen zal neergelegd worden op vrijdag 17 november 2006, ter griffie van de rechtbank. Elke schuldeiser die geniet van een persoonlijke zekerheidstelling vermeldt dit in zijn aangifte van schuldvordering of uiterlijk binnen zes maanden vanaf de datum van het vonnis van faillietverklaring (art. 63 F.W.).
54355
Om te kunnen genieten van de bevrijding moeten de natuurlijke personen die zich kosteloos persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde ter griffie van de rechtbank van koophandel een verklaring neerleggen, waarin zij bevestigen dat hun verbintenis niet in verhouding met hun inkomsten en hun patrimonium is (artikel 72bis F.W. en artikel 10 wet 20 juli 2005). Voor eensluidend uittreksel : de afgev. adjunct-griffier, (get.) S. Van Nuffel. (41921)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, van 3 oktober 2006, werd Physca BVBA, kapsalon, Kattestraat 51, 9300 Aalst, in staat van faillissement verklaard. Ondernemingsnummer 0453.827.663. Rechter-commissaris : M. Christophe Meert. Curator : Mr. Eric Creytens, Centrumlaan 48, 2e verdieping, 9400 Ninove. Datum staking van betaling : 30 september 2006, onder voorbehoud van artikel 12, lid 2, F.W. Indienen van de schuldvorderingen met bewijsstukken, uitsluitend ter griffie van de rechtbank van koophandel te Dendermonde, binnen de dertig dagen vanaf datum faillissementsvonnis. Het eerste proces-verbaal van nazicht van de ingediende schuldvorderingen zal neergelegd worden op vrijdag 17 november 2006, ter griffie van de rechtbank. Elke schuldeiser die geniet van een persoonlijke zekerheidstelling vermeldt dit in zijn aangifte van schuldvordering of uiterlijk binnen zes maanden vanaf de datum van het vonnis van faillietverklaring (art. 63 F.W.). Om te kunnen genieten van de bevrijding moeten de natuurlijke personen die zich kosteloos persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde ter griffie van de rechtbank van koophandel een verklaring neerleggen, waarin zij bevestigen dat hun verbintenis niet in verhouding met hun inkomsten en hun patrimonium is (artikel 72bis F.W. en artikel 10 wet 20 juli 2005). Voor eensluidend uittreksel : de afgev. adjunct-griffier, (get.) S. Van Nuffel. (41922)
Rechtbank van koophandel te Gent
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Gent, d.d. 15 september 2006 werd het faillissement LDS BVBA, Molenstraat 4, 9800 Deinze, ondernemingsnummer 0465.699.968, door vereffening beëindigd. De gefailleerde werd niet verschoonbaar verklaard. Worden beschouwd als vereffenaars : de heer Ronald Loncke, voorheen wonende te 9850 Nevele, Stationsstraat 62, thans van ambtswege afgevoerd; de heer Christophe De Smet, volgens het vennootschapsdossier wonende te Waarschoot, Molenstraat 73, en de heer Dominique De Smet, zonder gekend adres. (Get.) H. Vanmaldeghem, hoofdgriffier.
(41923)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Gent, d.d. 12 september 2006 werd het faillissement Greenfield Belgium CVBA, Staatsbaan 325, 9870 Zulte, ondernemingsnummer 0434.556.634, afgesloten wegens ontoereikend activa. De gefailleerde werd niet verschoonbaar verklaard. Wordt beschouwd als vereffenaar : Dewaele, Stephane, volgens het vennootschapsdossier wonende te 8790 Waregem, Zavelberg 51. (Get.) H. Vanmaldeghem, hoofdgriffier.
(41924)
54356
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Rechtbank van koophandel te Kortrijk
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, tweede kamer, d.d. 3 oktober 2006, werd het faillissement van Bouwwerken Herman en Co NV, Fabriekstraat 11, te 8560 Wevelgem, ondernemingsnummer 0443.338.894, door vereffening beëindigd. Als vermoedelijk vereffenaar wordt beschouwd : de heer Jan Herman, Fabrieksstraat 11, te 8560 Wevelgem. De griffier, (get.) Engels, Koen. (41925)
Curatoren : Mr. Dirk De Maeseneer en Mr. Steven Nysten, advocaten te 3000 Leuven, Philipslaan 20. Rechter-commissaris : de heer J. Boon. Staking der betalingen : 4 oktober 2006. Indienen der schuldvorderingen : tot en met 3 november 2006, ter griffie dezer rechtbank. Uiterste datum voor neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen : 14 november 2006. De hoofdgriffier, (get.) M. Plevoets.
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, tweede kamer, d.d. 3 oktober 2006, werd het faillissement van Firenze BVBA, Voorstraat 30, te 8500 Kortrijk, ondernemingsnummer 0415.249.278, door vereffening beëindigd. Als vermoedelijk vereffenaar wordt beschouwd : de heer Eddy Sillis, Walleweg 4, te 8510 Bellegem. De griffier, (get.) Engels, Koen. (41926)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, tweede kamer, d.d. 3 oktober 2006, werd het faillissement van Garage Ter Linde BVBA, Pannenbakkerstraat 3, te 8552 Moen, ondernemingsnummer 0418.795.322, door vereffening beëindigd. Als vermoedelijk vereffenaar wordt beschouwd : de heer Luc Deboosere, wonende te 8552 Moen, Pannebakkerstraat 3. De griffier, (get.) Engels, Koen. (41927)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, buitengewone zitting, vijfde kamer, d.d. 2 oktober 2006, werd, op bekentenis, failliet verklaard : Stereo House BVBA, Waregemstraat 429, te 8540 Deerlijk, ondernemingsnummer : 0440.188.473, groot- en kleinhandel in klank- en beeldapparatuur; onderneming voor het plaatsen van verlichtig, drijfkracht en telefoon.
(41929)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Leuven, d.d. 4 oktober 2006, werd BVBA Zonnewering Dirk Junior, met zetel te 3130 Begijnendijk, Heidestraat 21, en met als activiteiten : onderneming voor het plaatsen van zonnewering en voorzetluiken, ondernemingsnummer 0460.301.622, in staat van faillissement verklaard. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Faill. W. Curatoren : Mr. Dirk De Maeseneer en Mr. Steven Nysten, advocaten te 3000 Leuven, Philipslaan 20. Rechter-commissaris : de heer J. Boon. Staking der betalingen : 4 oktober 2006. Indienen der schuldvorderingen : tot en met 3 november 2006, ter griffie dezer rechtbank. Uiterste datum voor neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen : 14 november 2006. De hoofdgriffier, (get.) M. Plevoets.
(41930)
Rechtbank van koophandel te Turnhout
Rechter-commissaris : Coussee, Dirk. Curator : Mr. Vandecasteele, Piet, Noordstraat 7, 8530 Harelbeke. Datum der staking van betaling : 2 oktober 2006. Indienen der schuldvorderingen ter griffie vóór 2 november 2006. Nazicht der schuldvorderingen : 29 november 2006, te 10 u. 30 m., zaal A, rechtbank van koophandel, gerechtsgebouw II, Beheerstraat 41, 8500 Kortrijk. Belangrijk bericht aan de belanghebbenden : om in voorkomend geval te kunnen genieten van de bevrijding waarvan sprake is in artikel 73 of in artikel 80 van de faillissementswet, moeten de natuurlijke personen die zich kosteloos persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde, ter griffie van de rechtbank van koophandel een verklaring neerleggen die hun identiteit, hun beroep en hun woonplaats vermeld en waarin zij bevestigen dat hun verbintenis niet in verhouding met hun inkomsten en hun patrimonium is, en waarbij de stukken zijn gevoegd zoals bepaald is in artikel 72ter van de faillissementswet. De griffier, (get.) Engels, Koen. (Pro deo) (41928)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Michielsen, Albertina Wilhelmina, geboren op 23 juli 1959, voorheen Westerloseweg 2, 2440 Geel, thans Eikenstraat 41, 2440 Geel, ondernemingsnummer 0629.624.723, afgesloten, sluiting bij vereffening. De gefailleerde werd verschoonbaar verklaard. De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41931)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Patribo Industries BVBA, Grensstraat 9, 2270 Herenthout, ondernemingsnummer 0470.017.062, afgesloten, sluiting bij vereffening. Vereffenaar : Beyens, Alex. Laatst gekend adres : 2430 Laakdal, Dikstraat 16. De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41932)
Rechtbank van koophandel te Leuven
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Leuven, d.d. 5 oktober 2006, werd BVBA D.S.P. Trucking, met zetel te 3150 Haacht, Sint-Adriaanstraat 113, en met als activiteiten : onderneming voor goederenvervoer langs de weg, ondernemingsnummer 0476.125.983, in staat van faillissement verklaard. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Faill. W.
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Amts International NV, Herentalse Steenweg 43, 2280 Grobbendonk, ondernemingsnummer 0454.993.742, afgesloten, sluiting bij vereffening. Vereffenaar : Lambrechts, Jozef. Laatst gekend adres : 2280 Grobbendonk, Nachtegalendreef 3. De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41933)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Romefa Belgium BVBA, Industrielaan 12B, 2250 Olen, ondernemingsnummer 0437.537.603, afgesloten, sluiting bij vereffening. Vereffenaar : De Vos, Freddy. Laatst gekend adres : 2992 Barendrecht (Nederland), Walmolen 62. De griffier, (get.) L. Verstraelen. (41934)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Computer Repair en Support NV, Eindhoutsebaan 66, 2450 Meerhout, ondernemingsnummer 0459.062.101, afgesloten, sluiting bij gebrek aan toereikend actief. Vereffenaar : Vloemans, Peter.
54357
Neerlegging eerste proces-verbaal nazicht schuldvorderingen op 14 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals ondermeer de personen die zich borg hebben gesteld), kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (artikel 72bis en artikel 72ter Fail.W.). De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41939)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Janssens, Paul, geboren op 19 februari 1946, Begijnenstraat 4, 2300 Turnhout, binnenhuisarchitect, designbureau, ondernemingsnummer 0703.835.166, failliet verklaard, op dagvaarding openbaar ministerie. Rechter-commissaris : de heer Boiy.
Laatst gekend adres : c/o Veertien Kapellekens 29, 2290 Vorselaar. De griffier, (get.) L. Verstraelen. (41935)
Curator : advocaat Ceusters, Gemeentestraat 4, bus 6, 2300 Turnhout. Tijdstip van ophouding van betaling : 3 oktober 2006. Indiening van schuldvorderingen : vóór 31 oktober 2006.
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Lisianthus BVBA, Hotelstraat 11A, 2260 Oevel (Westerlo), ondernemingsnummer 0465.856.257, afgesloten, sluiting bij gebrek aan toereikend actief. Vereffenaar : Robben, Gerard. Laatst gekend adres : 2340 Beerse, Heieinde 11. De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41936)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Malpertuus BVBA, in vereffening, Pastoor Mensaerstraat 41, 2340 Beerse, ondernemingsnummer 0417.716.246, afgesloten, sluiting bij gebrek aan enig actief. Vereffenaar : Smolderen, Leo. Laatst gekend adres : 2340 Beerse, Pastoor Mensaertstraat 41. De griffier, (get.) L. Verstraelen. (41937)
Neerlegging eerste proces-verbaal nazicht schuldvorderingen op 14 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals ondermeer de personen die zich borg hebben gesteld), kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (artikel 72bis en artikel 72ter Fail.W.). De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41940)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Cheetah Communications Corporation BVBA, Koning Albertstraat 141, 2381 Weelde, groothandel in tabaksproducten, ondernemingsnummer 0461.683.673, failliet verklaard, op dagvaarding. Rechter-commissaris : de heer Van Hoeymissen. Curator : advocaat Bruurs, Alphenseweg 12, 2387 Baarle-Hertog. Tijdstip van ophouding van betaling : 3 oktober 2006.
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Injele NV, Markt 52, 2400 Mol, kleinhandel in textiel, ondernemingsnummer 0451.401.772, failliet verklaard, op dagvaarding. Rechter-commissaris : de heer Sleebus. Curator : advocaat Celen, Colburnlei 22, 2400 Mol. Tijdstip van ophouding van betaling : 3 oktober 2006. Indiening van schuldvorderingen : vóór 31 oktober 2006.
Indiening van schuldvorderingen : vóór 31 oktober 2006. Neerlegging eerste proces-verbaal nazicht schuldvorderingen op 14 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals ondermeer de personen die zich borg hebben gesteld), kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (artikel 72bis en artikel 72ter Fail.W.). De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41941)
Neerlegging eerste proces-verbaal nazicht schuldvorderingen op 14 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals ondermeer de personen die zich borg hebben gesteld), kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (artikel 72bis en artikel 72ter Fail.W.). De griffier, (get.) L. Verstraelen. (41938)
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde Vobraspel NV, Bovenrij 55, 2200 Herentals, kleinhandel in speelgoed, ondernemingsnummer 0415.182.269, failliet verklaard, op bekentenis. Rechter-commissaris : de heer Gilis. Curator : advocaat Piedfort, Denefstraat 102, 2275 Gierle.
Bij vonnis van de tweede kamer van de rechtbank van koophandel te Turnhout, van 3 oktober 2006, werd de genaamde All Inclusive Management GCV, Duineneind 14, bus 4B, 2460 Kasterlee, publicrelation bureau, ondernemingsnummer 0867.649.459, failliet verklaard, op dagvaarding. Rechter-commissaris : de heer Imans. Curator : advocaat Notelteirs, Djepstraat 8, 2440 Geel. Tijdstip van ophouding van betaling : 3 oktober 2006. Indiening van schuldvorderingen : vóór 31 oktober 2006.
Tijdstip van ophouding van betaling : 3 oktober 2006. Indiening van schuldvorderingen : vóór 31 oktober 2006. Neerlegging eerste proces-verbaal nazicht schuldvorderingen op 14 november 2006. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals ondermeer de personen die zich borg hebben gesteld), kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (artikel 72bis en artikel 72ter Fail.W.). De griffier, (get.) L. Verstraelen.
(41942)
54358
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Tribunal de commerce de Huy
Par jugement du tribunal de commerce de Huy du 4 octobre 2006, a été déclarée ouverte, sur citation, la faillite de Schur, Marc Christian Roland Eric, né à Huy le 27 novembre 1980, précédemment domicilié à 4210 Burdinne, rue du Prâle 7 (radié d’office à la date du 22 mai 2006), actuellement domicilié à F 75012 Paris, rue de Santerre 20, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0651.535.340, pour l’activité de démolitions. Juge-commissaire : Claudine Rouhard, juge consulaire. Curateur : Philippe Quoesimodes 15.
Thirion,
avocat
à
4540
Amay,
rue
Les déclarations de créances doivent être déposées au greffe du tribunal de commerce de Huy, dans les trente jours, à compter dudit jugement. Dépôt du premier procès-verbal de vérification des créances, le mercredi 22 novembre 2006, à 8 h 45 m, au greffe de ce tribunal. Le greffier adjoint, (signé) B. Delise. (41943)
Par jugement du tribunal de commerce de Huy du 4 octobre 2006, a été déclarée ouverte, sur aveu, la faillite de Fontaine, Nathalie Louisette, née à Bruxelles le 29 mars 1974, domiciliée à 4280 Hannut, avenue des Fleurs 4, exerçant le commerce de détail de vêtements hommes, dames et enfants, accessoires du vêtement à 4500 Huy, rue Griange 15, sous la dénomination : « Star Looking », inscrite à la B.C.E. sous le n° 0871.443.050.
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 73 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SPRLU Porignaux, dont le siège social était sis chaussée de Wervicq 313, à 7780 Comines-Warneton, BCE 0466.111.823, et a déchargé Me Opsomer, T., avocat à Comines-Warneton, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Dedecker, P., de ses fonctions de jugecommissaire. Liquidateur : Mme Spiessens, Véronique, domiciliée à 7780 CominesWarneton, Rempart Godtschalk 8. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41947)
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 80 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SPRL Le Parthénon, dont le siège social était sis rue des Corriers 8-10, à 7500 Tournai, BCE 0446.707.764, et a déchargé Me Schamps, A., avocat à Mouscron, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Adolphy, A., de ses fonctions de juge-commissaire. Liquidateur : M. Lakkas Kosmas, domicilié à 7700 Mouscron, rue de la Marlière 101. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41948)
Juge-commissaire : Jules Gillaux, juge consulaire. Curateur : Muriel Billen, avocat à 4500 Huy, rue du Neufmoustier 6A/31. Les déclarations de créances doivent être déposées au greffe du tribunal de commerce de Huy, dans les trente jours, à compter dudit jugement. Dépôt du premier procès-verbal de vérification des créances, le mercredi 22 novembre 2006, à 8 h 45 m, au greffe de ce tribunal. Le greffier adjoint, (signé) B. Delise. (41944)
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 73 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SPRL Synertec, dont le siège social était sis à 7700 Mouscron, rue de l’Echauffourée 1, BCE 0864.037.495, et a déchargé Me Van Besien, P.-H., avocat à Mouscron, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Vanoverschelde, L., de ses fonctions de juge-commissaire. Liquidateur : Mme Malle, Christel, domiciliée avenue de la République 139, à 59110 La Madeleine (France). Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41949)
Tribunal de commerce de Namur
Par jugement prononcé le 28 septembre 2006, le tribunal de commerce de Namur a reporté définitivement la date de cessation des paiements au 15 décembre 2005 de la faillite de la SA Mondial Auto, dont le siège social est sis à Vitrival, chaussée de Charleroi 102, inscrite à la B.C.E. sous le numéro 0448.265.902. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de commerce de Namur, en date du 15 juin 2006. Pour extrait conforme : le greffier en chef ff, (signé) A. Baye. (41945)
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 73 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SPRLU Jasmino, dont le siège social était sis rue de l’Innovation 5, à 7503 Froyennes, BCE 0466.844.964, et a déchargé Me Debonnet, V., avocat à 7500 Tournai, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Parent, M., de ses fonctions de juge-commissaire. Liquidateur : Demurie, Hilde, domicilié rue du Sarpe 3, à 7711 Dottignies. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41950)
Tribunal de commerce de Tournai
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 80 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SA SedecBelgique, dont le siège social était sis à Tournai, chaussée de Tournai 59, 7641 Bruyelle, BCE 0467.076.378, et a déchargé Me Paris, F., avocat à Tournai, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Parent, M., de ses fonctions de juge-commissaire.
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 80 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de la SA Immobilière rue de la Sucrerie, dont le siège social était sis à 7800 Ath, rue de la Sucrerie 2. BCE 0460.259.852, et a déchargé Me Debetencourt, P., avocat à Tournai, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Delcarte, J., de ses fonctions de juge-commissaire.
Liquidateur : M. Senechal, Pierre, domicilié rue du Commandant Chaumonot 36, à 59158 Montagne du Nord (France). Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41946)
Liquidateur : M. Taton, Daniel, domicilié à 1040 Bruxelles, rue de Mot 3. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41951)
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 73 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de Henssens, Hervé, domicilié rue de la Station 22, à 7700 Mouscron, BCE 0861.333.175, et a déchargé Me Leclercq, X., avocat à Mouscron, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Dedecker, P., de ses fonctions de jugecommissaire. Le failli a été déclaré non excusable. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41952)
Par jugement du 12 septembre 2006, le tribunal de commerce de Tournai a déclaré close, sur pied de l’article 73 de la loi du 8 août 1997, modifiée par celle du 4 septembre 2002, la faillite de Hourdeaux, Laurent, domicilié à 4431 Loncin, rue Edouard Colson 31, BCE 0671.416.677, et a déchargé Me Van Besien, P.-H., avocat à Mouscron, de ses fonctions de curateur, et Me le juge consulaire Vanoverschelde, L., de ses fonctions de juge-commissaire. Le failli a été déclaré excusable. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) G. Lavennes. (41953)
Tribunal de commerce de verviers
Faillite, sur aveu, du 4 mai 2006, de Preux, Jean-Michel Arthur Ghislain, né à Mons le 8 octobre 1958, domicilié à 4820 Dison, clos du Doubs 9, inscrit à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0756.117.869, pour un atelier de mécanique industrielle. Curateur : Me Bernard Leroy, avocat à 4800 Verviers, rue du Palais 64. Par jugement du jeudi 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Veviers a fixé au 4 novembre 2005, la date de la cessation des paiements de la faillite préqualifiée. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41954)
Faillite, sur aveu, du 26 février 2004, de la SCRL M.G. Eléphant, dont le siège social est établi à 4970 Stavelot (Francorchamps), route de Sart 198a, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0432.945.939, pour l’import-export et le commerce de gros de vêtements et accessoires exercés au siège social. Curateur : Me Pierre Schillewaert. Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, par liquidation, et a nommé comme liquidateur, M. D. Defourny, Franzstrasse 79, D-52064 Aachen. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41955)
Faillite, sur citation, du 9 mars 2006, de la SPRL Retaurant Notre-Dame - Maison Leruth, dont le siège social est établi à 4802 Heusy, place Hubert Delrez 10A, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0425.214.742, pour l’exploitation d’un restaurant à Jemeppe-sur-Meuse, place des Quatre Grands. Curateur : Me Thierry Garot.
54359
Faillite de Simul, Jean-Paul Patrice Marc José Ghislain, né à Verviers le 30 mai 1971, domicilié à 4860 Pepinster (Wegnez), Tribomont 1, actuellement à 7100 La Louvière, rue Belle-Vue 184, inscrit à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0713.327.211, pour l’activité d’intermédiaire commercial exércée à son domicile, déclaré en faillite, par jugement du 25 novembre 2004, du tribunal de céans. Curateur : Me Jacques Piron, avocat à 4800 Verviers, rue des Déportés 82. Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, pour insuffisance d’actif. Par le même jugement, M. Jean-Paul Simul, a été déclaré excusable. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41957)
Faillite de Charneux, Françoise Maria Pauline, née à Theux le 23 décembre 1958, domiciliée à 4900 Spa, rue Albin Body 17, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0713.364.031, pour l’exploitation d’un salon de coiffure à 4900 Spa, avenue Reine Astrid 131, faillite déclarée, par jugement du 8 mai 2006, du tribunal de céans. Curateur : Me Annette Lecloux, avocat à 4900 Spa, rue de l’Eglise 21C. Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, pour insuffisance d’actif. Par le même jugement, Mme Françoise Charneux, a été déclarée excusable. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41958)
Faillite, sur citation, du 22 septembre 2006, de la SPRL ABC Bois & Pierre, dont le siège social est établi à 4800 Verviers, rue du Palais 62, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0474.728.391, pour la pose de revêtements de sol. Curateur : Me Jacques Thiry. Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, pour insuffisance d’actif. Liquidateur (conformément à l’article 185 du Code des sociétés) : M. Daniel Yans, rue du Palais 62, à 4800 Verviers. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41959)
Faillite, sur citation, du 22 septembre 2006, de la SCRL Anciens Etablissements Pierre Debrus, dont le siège social est établi à 4990 Lierneux, Jevigné 15 B, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0428.127.415, pour l’exploitation d’une entreprise de menuiserie-charpenterie. Curateur : Me Pierre Schillewaert. Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, pour insuffisance d’actif. Liquidateur (conformément à l’article 185 du Code des sociétés) : M. Pierre Debrus, Jevigné 15, à 4990 Lierneux. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41960)
Faillite de Thome, Michel, né à Liège le 1er juillet 1965, domicilié à 4570 Marchin, Thier de Huy 28.
Par jugement du 21 septembre 2006, le tribunal de commerce de Verviers a clôturé la faillite préqualifiée, pour insuffisance d’actif.
Par jugement du 2 mai 1996, le tribunal de commerce de Verviers avait clôturé la faillite préqualifiée, par liquidation.
Liquidateur (conformément à l’article 185 du Code des sociétés) : M. Philippe Servais, rue du Pommard 226/c, à 4970 Stavelot.
Par jugement du 10 août 2006, le tribunal a déclaré M. Michel Thome, excusable. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41961)
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marc Duysinx. (41956)
54360
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE Huwelijksvermogensstelsel − Régime matrimonial
Par requête en date du 19 septembre 2006, M. Circo, Carmelo, retraité, né à Casteltermini (Italie) le 10 février 1942, et son épouse, Mme Lo Re, Vincenza, commerçante, née à Casteltermini (Italie) le 28 août 1949, demeurant et domiciliés ensemble à La Louvière, rue du Bouvy 243, ont introduit devant le tribunal civil de première instance de Mons, une requête en homologation du contrat modificatif de leur régime matrimonial dressé par acte reçu par le notaire Yves-Michel Levie de La Louvière, en date du 19 septembre 2006, portant apport au patrimoine commun des biens immeubles suivants : Ville de La Louvière (troisième division) : a) une maison d’habitation avec jardin, sise rue de Bouvy 243, cadastrée section B, numéro 332 s3, pour une contenance de dix ares cinquante-quatre centiares; b) deux garages sis rue de Bouvy +241, cadastrés section B, numéro 332 t3, pour une contenance de nonante centiares. A l’exclusion du droit d’accession sur ces garages. Pour les époux, (signé) Yves-Michel Levie, notaire.
Kalmthout, op 21 juni 2006, houdende inbreng in het gemeenschappelijk vermogen door Mevr. Vranckx, van alle toekomstige schenkingen en/of nalatenschappen waarvan Mevr. Vranckx begunstigde en/of legataris dan wel wettige erfgename zou kunnen worden. Namens de echtgenoten Simons-Vranckx : (get.) Francis De Boungne, notaris. (41965)
Bij verzoekschrift van 21 september 2006, gericht tot de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, hebben de heer Van De Maele, Koen, bediende, en zijn echtgenote, Mevr. Van Pelt, An Maria Ludovica Willy, bediende, samenwonende, te 3000 Leuven, Slachthuislaan 1/210, de rechtbank verzocht over te gaan tot de homologatie van de akte verleden voor het ambt van notaris Marc De Backer, te Mechelen, op 21 september 2006, waarbij hun bestaande wettelijk stelsel bij gebrek aan huwelijkscontract behouden blijft en er door de heer Van de Maele, Koen, een persoonlijk onroerend goed in de huwelijksgemeenschap wordt ingebracht. Voor de verzoekers : (get.) Marc De Backer, notaris. (41966)
(41962)
Par jugement du 18 septembre 2006, le tribunal de première instance séant à Huy a homologué l’acte modificatif reçu le 10 mai 2006, par Me Pierre Poismans, notaire à Saint-Georges-sur-Meuse. Aux termes de cet acte, M. Wintjens, Jean Louis Hubert Lucien, magasinier, né à Saint-Georges-sur-Meuse le 29 mars 1958, et son épouse, Mme Thirion, Alberte Marie Jeanne, professeur de piano, née à Ougrée le 9 septembre 1958, demeurant à Saint-Georges-sur-Meuse, rue Reine Astrid 101, ont déclaré modifier le régime légal des biens existant entre eux par l’adjonction d’une clause d’attribution de la communauté au dernier survivant, soit pour la totalité en pleine propriété, soit pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les biens meubles et pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit en ce qui concerne les immeubles, soit pour le partage de la communauté selon le droit commun. Mme Thirion, Alberte, a apporté au patrimoine commun la nue-propriété de l’immeuble qui lui appartient en propre. (Signé) P. Poismans, notaire. (41963)
Par requête en date du 2 octobre 2006, M. Breux, Pascal François René, sans profession, et son épouse, Mme Gaillard, Isabelle Brigitte, sans profession, domicilés ensemble à Hollain, rue du Marais 25/A, ont introduit devant le tribunal civil de première instance de Tournai, une requête en homologation du contrat modificatif de leur régime matrimonial, dressé par acte reçu par Me Edouard Jacmin, notaire à Tournai (Marquain), en date du 5 septembre 2006. Le contrat modificatif contient adoption du régime légal de communauté de droit belge et attribution au conjoint survivant, soit de la totalite en pleine propriété, soit de la totalité en usufruit, soit pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les biens immeubles et pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit en ce qui concerne les biens meubles, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les biens meubles et pour une moitié en pleine propriété et une moitié en usufruit en ce qui concerne les biens immeubles, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les meubles et la totalité en usufruit en ce qui concerne les immeubles, soit pour la totalité en pleine propriété en ce qui concerne les immeubles et la totalité en usufruit en ce qui concerne les meubles. Pour extrait conforme : pour les époux, (signé) Edouard Jacmin, notaire. (41964)
Bij verzoekschrift van 1 september 2006, hebben de heer Simons, Willy Maria, en Mevr. Vranckx, Gerarda Leona, samenwonende te Stabroek, Driehoek 54, de homologatie aangevraagd bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, van de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel opgemaakt door notaris Francis De Boungne, te
Bij verzoekschrift van 15 september 2006, hebben de echtgenote, de heer Boutiebi, Naïm, en zijn echtgenote, Mevr. Salmi, Hasnae, samenwonende te Gent, Hamerstraat 173, voor de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Gent, een verzoek ingediend tot homologatie van de akte houdende de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, beperkt tot de wijziging van het gemeenschappelijk vermogen, opgemaakt bij akte verleden voor notaris Fabienne Fevery, te Gent, op 14 september 2006. Voor de echtgenoten Boutiebi Naïm-Salmi Hasnae : (get.) Fevery, Fabienne, notaris. (41967)
Bij verzoekschrift van 5 oktober 2006, hebben de heer Lieven André Estella Vanysacker en Mevr. Regina Victorine Josephine Coghe, samenwonende te 8800 Roeselare (Rumbeke), Knokuilstraat 18, gehuwd onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis van huwelijkscontract, niet gewijzigd tot op heden, zoals zij verklaren, aan de rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk, de homologatie gevraagd van de akte verleden voor notaris Kathleen Van Den Eynde, te Roeselare (Rumbeke), op 5 oktober 2006, houdende wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, met behoud van het wettelijk stelsel, door inbreng in de huwelijksgemeenschap van het hoeve met meegaande gronden gelegen te Roeselare, Dwarsweg 10, met een totale oppervlakte van vier hectaren tweeëntachtig aren zestig centiaren (4 ha 82 a 60 ca), door Mevr. Regina Coghe. Voor de verzoekers : (get.) Kathleen Van Den Eynde, notaris. (41968)
Bij verzoekschrift, de dato 4 oktober 2006, hebben de heer Van Baelen, Julianus Maria, geboren te Tielen op 19 april 1937, en zijn echtgenote, Mevr. Vranken, Louisa Lambertina Anna, geboren te Geel op 20 oktober 1936, wonende te 2440 Geel, Dokter Van de Perrestraat 322, de homologatie van de akte van wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel verleden voor Mr. Katrien Eerens, geassocieerd notaris te Geel, op 4 oktober 2006, gevraagd. Ingevolge deze akte hebben de echtgenoten Van Baelen-Vranken verzocht het stelsel van de wettelijke gemeenschap van goederen te behouden maar met inbreng door Mevr. Vranken van een onroerend goed en met toevoeging van een verdelingsbeding. Voor de echtgenoten Van Baelen-Vranken : (get.) Katrien Eerens, geassocieerd notaris. (41969)
Bij verzoekschrift van 25 september 2006, gericht aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Ieper, hebben de heer Deleu, Joseph Camiel, geboren te Roeselare op 6 februari 1953, en zijn echtgenote, Mevr. Ulin, Paulette Arlette, geboren te Roeselare op 28 januari 1961, beiden wonende te 8840 Staden (Westrozebeke), Vijverbosstraat 18, de homologatie aangevraagd van de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel opgemaakt door de notaris Claudine Mergaert, te Staden,
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE op 25 september 2006, houdende inbreng door de echtgenoot van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen en een keuzebeding werd ingelast ingeval van overlijden. Namens de echtgenoten Deleu-Ulin : (get.) Claudine Mergaert, notaris. (41970)
Bij verzoekschrift, de dato 20 september 2006, hebben de heer Sertijn, Rony Louis Emma, geboren te Dendermonde op 31 mei 1972, en zijn echtgenote, Mevr. Van Biesen, Wendy Lucien Jeanne, geboren te Dendermonde op 17 september 1981, samenwonende te 9255 Buggenhout, Bosstraat 52, gevraagd aan de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde, de homologatie van hun akte houdende wijziging huwelijksvermogensstelsel verleden voor notaris Hilde Fermon, te Opwijk, op 20 september 2006, inhoudende de inbreng van een woonhuis en een handelszaak behorende tot het eigen vermogen van de heer Sertijn, Rony, in de huwgemeenschap. Namens de echtgenoten Sertijn-Van Biesen : (get.) H. Fermon, notaris. (41971)
Bij verzoekschrift, d.d. 21 september 2006 hebben de echtgenoten de heer Van Puymbroeck, Guido Cyriel Madeleine, beenhouwer, geboren te Beveren op 31 januari 1965, en zijn echtgenote, Mevr. Van Hoeyweghen, Anneken, geboren te Sint-Gillis-Waas op 13 december 1969, wonende te 9120 Vrasene, gemeente Beveren, Brugstraat 5, gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Beveren op 6 juli 1990, onder het wettelijk stelsel bij gebrek aan een huwelijkscontract, aan welk stelsel zij tot op heden nog geen wijzigingen hebben aangebracht, de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde om homologatie verzocht van de akte wijziging huwelijksvermogensstelsel, opgemaakt door notaris Wim Verstraeten, te Vrasene, gemeente Beveren, op 21 september 2006. De wijzigingsakte bevat inbreng van eigen onroerend goed van de heer Guido Van Puymbroeck, in het gemeenschappelijk vermogen, zonder wijziging van het stelsel zelf. De wijzigingsakte bevat tevens toevoeging van een beding van toebedeling van het gemeenschappelijk vermogen met keuzebeding en vaststelling van de tekst van hun huwelijkscontract. Voor het verlijden van de akte wijziging, houdende verandering van de samenstelling van de vermogens, werd geen boedelbeschrijving van hun roerende en onroerende goederen, alsook geen regeling wederzijdse rechten opgemaakt. Voor de verzoekers : (get.) Wim Verstraeten, notaris.
Bij verzoekschrift van 25 juli 2006 hebben de heer Vanhove, Yves, arbeider, geboren te Tienen op 30 augustus 1970, en zijn echtgenote, Mevr. Keyen, Kristel Yvonne Betty, postbediende, geboren te Tienen op 12 mei 1973, wonende te 3300 Tienen, Mulkstraat 47, aan de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, homologatie van de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel verzocht. Wijziging : behoud van het wettelijk stelsel mits inbreng van het onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen. (Get.) Bert Valkeniers, notaris.
(41972)
Bij verzoekschrift van 6 september 2006 hebben de heer Vandevelde, Maurits Henri Jozef, gepensioneerde, geboren te Meensel-Kiezegem op 4 februari 1940, en zijn echtgenote, Mevr. Rems, Suzanne Jeditte Mathilde, gepensioneerde, geboren te Kerkom op 3 februari 1943, samenwonende te Lubbeek, Bronstraat 9, aan de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, homologatie van de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel verzocht. Wijziging : behoud van het wettelijk stelsel mits inbreng van het onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen. (Get.) Bert Valkeniers, notaris.
(41973)
Bij vonnis van 8 mei 2006 van de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, werd gehomologeerd de akte houdende wijziging huwelijkscontract verleden voor notaris Bert Valkeniers, te Tienen, op 27 juli 2005, tussen de heer Putteneers, Erik Armand, arbeider, geboren te Aarschot op 9 juli 1963, en zijn echtgenote, Mevr. Jossart, Regina Maria Joseph, bediende, geboren te Tienen op 31 oktober 1966, samenwonend te Tienen, Populierenstraat 64. Wijziging : behoud van het wettelijk stelsel doch mits inbreng van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen. (Get.) Bert Valkeniers, notaris.
(41974)
Wijziging : behoud van het wettelijk stelsel doch mits inbreng van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen. (Get.) Bert Valkeniers, notaris.
(41975)
(41976)
Bij verzoekschrift, d.d. 19 september 2006 hebben de echtgenoten de heer De Bruycker, Raoul Remi Agnès, gepensioneerde, geboren te Gent op 20 juli 1924, en zijn echtgenote, Mevr. Leroy, Maria Zulma, verpleegster, geboren te Deinze op 16 augustus 1943, wonende te 9111 Belsele, stad Sint-Niklaas, Felix Timmermanslaan 7, gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Sint-Niklaas op 14 februari 1987, onder het wettelijk stelsel der gemeenschap van goederen, blijkens huwelijkscontract verleden voor notaris Karel Louis Verstraeten, te Vrasene, op 31 januari 1987, niet gewijzigd tot op heden, de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde, om homologatie verzocht van de akte wijziging huwelijksvermogensstelsel, opgemaakt door notaris Wim Verstraeten, gemeente Beveren, op 19 september 2006. De wijzigingsakte bevat inbreng van eigen roerende goederen van de heer Raoul De Bruycker, in het gemeenschappelijk vermogen, zonder wijziging van het stelsel zelf. Voor het verlijden van de akte wijziging, houdende verandering van de samenstelling van de vermogens, werd geen boedelbeschrijving van hun roerende en onroerende goederen, alsook geen regeling wederzijdse rechten opgemaakt. Voor de verzoekers : (get.) Wim Verstraeten, notaris.
(41977)
Bij vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde van 27 september 2006 werd gehomologeerd de akte wijziging huwelijksvoorwaarden verleden voor notaris Wim Verstraeten, te Vrasene, gemeente Beveren, op 6 april 2006, houdende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel bestaande tussen de heer Govaert, Jerome Alfons, gepensioneerde, geboren te Nieuwkerken-Waas op 27 december 1943, en zijn echtgenote, Mevr. Deleu, Lutgarde Zenobie Denise, regentes, geboren te Lovendegem op 12 juni 1944, wonende te 9100 Sint-Niklaas, Zonnestraat 22, houdende behoud van het wettelijk stelsel met dadelijke verandering in de samenstelling van de vermogens door inbreng van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen door de heer Jerome Govaert. (Get.) Wim Verstraeten, notaris.
Bij vonnis van 15 mei 2006 van de rechtbank van eerste aanleg te Leuven, werd gehomologeerd de akte houdende wijziging huwelijkscontract verleden voor notaris Bert Valkeniers, te Tienen, op 27 juli 2005, tussen de heer Sterckx, Eugeen Jean, gepensioneerde, geboren te Tienen op 3 november 1926, en zijn echtgenote, Mevr. Servais, Elza Alida, gepensioneerde, geboren te Tienen op 23 juli 1922, samenwonende te Tienen, Kabbeekvest 42.
54361
(41978)
Bij verzoekschrift van 4 oktober 2006 hebben de heer Van Kerkhove, Bart Ivette Jozef, en zijn echtgenote, Mevr. Wieme, Katrien Christine Martine, samenwonende te Zulte, Donkerstraat 108, de homologatie gevraagd bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent, van de akte d.d. 4 oktober 2006, houdende wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, door inbreng door Mevr. Wieme, Katrien Christine Martine, van twee percelen grond gelegen te Zulte aan de Donkerstraat, in het gemeenschappelijk vermogen. Voor de verzoekers : (get.) Peter De Proft, notaris.
(41979)
54362
BELGISCH STAATSBLAD — 11.10.2006 — MONITEUR BELGE
Op 6 juni ll. werd ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Gent, een verzoekschrift neergelegd strekkende tot homologatie van een akte wijziging huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten Dirk Heerman-Rita De Meyer, samenwonende te Merelbeke, Hundelgemsesteenweg 1214. Dit verzoekschrift werd ingeschreven op de rol der verzoekschriften van de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Gent, onder nr. 06/1582B. Voor de verzoekers : (get.) Marc Sobrie, notaris. (41980)
Blijkens vonnis van de eerste kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde, d.d. 27 september 2006, werd gehomologeerd de akte verleden voor notaris Jean Van der Bracht, te Oordegem (Lede), op 30 september 2004, waarbij de heer Dirk Marcelinus Alfons Callebaut, archeoloog, geboren te Aalst op 27 november 1947, en zijn echtgenote, Mevr. Marie-Rose Louis De Grauw, zonder beroep, geboren te Aalst op 3 mei 1950, samenwonende te 9260 Wichelen, Pastorijdreef 8, een wijziging aanbrachten aan hun huwelijksstelsel waarbij zij het stelsel van de gemeenschap beperkt tot de aanwinsten hebben gewijzigd in en vervangen door het stelsel van de zuivere scheiding van goederen. Blijkens zelfde wijziging werd het woonhuis met grond te 9260 Wichelen, Pastorijdreef 8, gekadastreerd eerste afdeling, sectie A, nummer 414/C, groot 1.055 m2, wat een gemeenschapsgoed was, toebedeeld aan Mevr. Marie-Rose De Grauw. (Get.) J. Van der Bracht, notaris. (41981)
Bij vonnis van 13 september 2006, heeft de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde, gehomologeerd, de akte verleden voor notaris Thierry Van Sinay, te Ninove - Meerbeke, op 27 februari 2006, waarbij de echtgenoten verklaren gehuwd te blijven onder het wettelijk stelsel en waarbij 1) Mevr. Beerens, Iris, verklaart een inbreng te doen in het gemeenschappelijk vermogen van een onroerend goed, zijnde een perceel bouwgrond, gelegen gemeente Merelbeke, tweede afdeling, Hoorndriesstraat, gekadastreerd sectie B, deel van nummer 684/m, met een oppervlakte van negen aren éénzestig centiaren en 2) de heer Wim De Schrijver verklaart een inbreng te doen in het gemeenschappelijk vermogen van een som geld. (Get.) Th. Van Sinay, notaris. (41982)
Bij verzoekschrift, d.d. 14 september 2006, hebben de echtgenoten de heer Nachtegaele, Peter, arbeider, geboren te Antwerpen op 14 mei 1975, en zijn echtgenote, Mevr. Van Overloop, Belinda, arbeider, geboren te East London (Zuid-Afrika), op 5 september 1968, wonende te 9120 Vrasene, gemeente Beveren, Cauwenstraat 2, gehuwd zijn voor
de ambtenaar van de burgerlijke stand te Beveren op 7 september 2002 onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis aan een huwelijkscontract, welk stelsel tot op heden niet werd gewijzigd, de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde om homologatie verzocht van de akte wijziging huwelijksvermogensstelsel, opgemaakt door notaris Wim Verstraeten, te Vrasene, gemeente Beveren op 14 september 2006. De wijzigingsakte bevat inbreng van eigen onroerend goed van de heer Peter Nachtegaele en een hypothecaire schuld van de heer Peter Nachtegaele in het gemeenschappelijk vermogen, zonder wijziging van het stelsel zelf. Voor het verlijden van de akte wijziging houdende verandering van de samenstelling van de vermogens, werd geen boedelbeschrijving van hun roerende en onroerende goederen, alsook geen regeling wederzijdse rechten opgemaakt. Voor de verzoekers : (get.) Wim Verstraeten, notaris. (41983)
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen
Op 1 september 2006, hebben de heer Martens, Alidoor Raymond, en zijn echtgenote, De Meutter, Ingrid Simonne Hendrik Maria, samenwonende te 2900 Schoten, Jozef Hendrickxstraat 83, ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, een verzoekschrift d.d. 3 augustus 2006, neergelegd strekkende tot homologatie van de akte, verleden voor notaris Luc De Ferm, te Merksem (Antwerpen), op 16 juni 2005, waarbij zij hun huwelijksvermogensstelsel wijzigden. Antwerpen, 25 september 2006. Voor eensluidend uittreksel afgeleverd aan verzoekers. De griffier, (get.) A. Rasschaert.
(41984)
Onbeheerde nalatenschap − Succession vacante
De derde burgerlijke kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Gent heeft, bij beschikking van 7 september 2006, Mr. Ingeborg Vereecken, advocaat, met kantoor te 9051 Gent (St.-Denijs-Westrem), Driekoningenstraat 3, benoemd tot curator over de onbeheerde nalatenschap van wijlen de heer Etienne Isidore Bert Jorgensen, geboren te Gent op 3 oktober 1949, laatst wonende te 9000 Gent, Manchesterstraat 67, en overleden te Gent op 13 juli 2005. De schuldeisers worden verzocht hun schuldvordering kenbaar te maken bij de curator binnen de drie maanden na huidige publicatie. (Get.) Ingeborg Vereecken, advocaat. (41985)
Belgisch Staatsblad, Leuvenseweg 40-42, 1000 Brussel. − Moniteur belge, rue de Louvain 40-42, 1000 Bruxelles. Adviseur/Conseiller : A. VAN DAMME