Mogelijkheden en beperkingen van SLiMF!T
Juni 2002 A. A. A. Ruizendaal P.A. Kok
3
SAMENVATTING September 2001. In Almere vindt de Bouwexpo plaats met als thema: Gewild wonen. Een van de gerealiseerde projecten betreft d e Slimfitwoning, een rijtjeswoning ontworpen door SVP Architectuur en Stedenbouw. Het princip e van deze houtskeletbouwwoning bestaat uit een vaste kern (6 x 3 meter) van drie lagen hoog, waarin de trap, keuken, badkamer, meterkast, technische ruimte en leidingschachten zijn ondergebracht. Met behulp van uitbr eidingsmodules (6 x 1,2 meter), die tegen de kern geplaatst konden worden, kreeg de consument zelf de kans zijn woning samen te stellen. Slimfit ontvangt veel waardering van d e mensen die d e Bouwexpo bezoeken of erbij betrokken zijn. Dit roept de vraag op of het Slimfitprincip e ook op andere locaties en omstandigheden toepasbaar is. Dit vormde de aanleiding voor dit o nderzoek. Op drie niveaus zijn daarom de mogelijkheden van Slimfit onderzocht, namelijk stedenbo uwkundig, architecto nisch en bo uwtechnisch. Stedenbo uwkundig is gelet o p de locatie van de kern o p de kavel. Theoretisch gezien kan de rechthoekige ker n op 9 verschillende manieren o p de kavel geplaatst wor den. Belangrijk voor de bruikbaarheid van het Slimfitprincipe volgens de ges ugger eer de mo gelijkheden is de grootte van de kavels. Met deze 9 basis principes ko men ook andere wo ningtypes, zoals de twee-o nder-een-kap en de vrijstaande wo ning in beeld. Met deze nieuwe wo ningtypes wordt ook de toepas baar heid van het Slimfitprincipe in diverse woonmilieus, van stedelijk tot landelijk, vergroot.
Vervolgens is het interessant te weten in hoeverre deze 9 basis principes met behulp van de uitbreidings mo dules leiden to t bruikbare woningen. Hiervoor zijn twee kerntypes ( 6 x 3,6 meter) ontwor pen van twee bo uwlagen hoog. Het verschil tussen beide ker nen is hoofdzakelijk de oriëntatie waarop de ker n op de kavel wor dt geplaats t. De overige verschillen voor wat betreft de indeling van de ker n vloeien uit dit hoofdverschil voort. Met behulp van deze indeling kan al beter bepaald worden ho e toepasbaar de 9 bas is principes zijn in de praktijk. Hierbij ko mt no g eens duidelijk de invloed van de afmetingen van een kavel naar voren. Voor de architectuur van de wo ning s pelen de scheidingsvlakken een grote rol. Het blijkt dat voor het Slimfitprincipe ook andere gevelindelingen ontwor pen kunnen worden, waarmee de kwaliteit van de architectuur gewaarbor gd wor dt en tegelijk ook de invloed van de co ns ument blijft bestaan. Hier bij is ook de toepas baarheid van keramische, gemetselde, cementgebo nden platen, natuurstenen, kuns tstoffen, glazen en metalen gevelbekleding onderzocht als alter natief voor het in Almer e toegepaste ho ut. Als de toepas baarheid in de praktijk al in twijfel getrokken moet wor den, dan heeft dat te maken met de prijstechnische co nseq uenties die een materiaal met zich meebrengt. Daar naas t is o nderzocht of er ook andere draagcons tructies geschikt zijn voor het Slimfitprincipe als alter natief voor de ho uts keletbo uw, in de materialen ho ut, beto n, staal en kalkzandsteen. Hieruit blijkt dat ook met beto n en kalkzands teen een draagco nstructie van wanden en vloeren gebo uwd kan wor den. Ver der is ook een alter natieve draagcons tructie van kolo mmen, balken en
Mogelijkheden en beperkingen van SLiMF !T
5
vloeren voor gesteld, die in beto n en staal uitgevoer d kan wor den. Het bo uwtechnisch o nderzoek richt zich naas t de draagcons tructie ook op de wenselijkheid in de o ntwer pfase van de wo ning al rekening te ho uden met uitbreidingen die no g in de to eko mst plaats kunnen vinden. Bij de bo uw van de wo ning leidt het vooraf anticiperen o p to eko mstige uitbreidingen tot extra kosten. Wanneer een cons ument in de toeko ms t niet uitbreidt zijn dit voor hem dus o nno dig gemaakte kosten. Daaro m is ervoor gekozen de co nsument alleen vooraf keuzevrijheid te bieden. Vervolgens zijn een aantal van de voor gestelde mo gelijkheden toegepas t in twee verschillende wo ningen. De ene wo ning is een rijtjes wo ning en de andere een twee-onder-een-kap wo ning. Deze wo ningen hebben één overeenko mst: beide zijn o pgebouwd uit een kern met uitbreidings modules en hebben een gemets elde gevelbekleding. De wo ningen verschillen o nder andere in grootte, draagcons tructie, plaats van de ker n o p de kavel, woo nmilieu en gevelindeling. Geco ncludeer d kan worden, dat het Slimfitpr incipe inder daad ook op andere locaties en o mstandigheden toepas baar is. Stedenbo uwkundig wordt door de kern o p een andere manier op de kavel te plaats en het Slimfitprincipe in andere woo nmilieus to epas baar. Ook ander e wo ningtypes behoren tot de mo gelijkheden. Architecto nis ch gezien kunnen de gevels een andere indeling krijgen en bekleed worden met andere materialen. Bouwtechnis ch is gebleken dat de draagco nstr uctie van de Slimfitwo ning ook in beto n of kalkzandsteen uitgevoer d kan wor den.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
7
I NHOUDSOPGAVE SAMENVATTING AANLEIDING TOT GEWILD WONEN INDIVIDUALISME IN MASSAPRODUCTIE DE AFGELOPEN EEUW IN NEDERLAND HET BESEF KOMT BEVRIJDING U IT EEN VOORAF VASTGELEGDE OMGEVING DE SLIMF !TWONING INLEIDING HET VOORONDERZOEK DE SLIMFITKERN STEDENBOUWKUNDIG MODULESYSTEEM MATERIAALGEBRUIK GEVELAANZICHT STEDENBOUWKUNDIG ONDERZOEK DE LOCATIE VAN DE SLIMFITKERN OP EEN KAVEL KAVELVORMEN Rechthoekige kavels L-vormige kavels Trechtervormige ( taps toelo pende) kavels Driehoekige kavels GESTAPELD WONEN Duplex wo ningen
3 11 11 11 15 15 17 19 21 21 23 25 29 31 33 35 45 45 45 45 47 49 49
Appartementengebouw met galerijen
53
U i tbrei di ng vanui t een centrale kern
53
Keuze vrij hei d tussen een flat en een mai sonnette O ri ëntati e van de woni ng
53 53
U i tbrei di ng vanaf een kern di e grenst aan de galerij
53
L ocati e van de kern
53
Appartementengebouw met portieken
55
G estapelde rug-aan-r ug S li mfi twoni ngen
55
Één kern Kern(en) per appartement
55 55
E nkel vloeren, een kern en wat glas
55
Perspectief op het ges tapelde wo nen
57
Bouwku ndi ge knoop punte n Beperki ngen opleg gen Veranderi ng i n het verkoopsysteem
57 57 57
WOONMILIEUS Een s tedelijk woonmilieu Een s emi-stedelijk woo nmilieu Een tuinstedelijk woo nmilieu Een landelijk woonmilieu
59 59 59 59 59
ARCHITECTONISCH ONDERZOEK
63
GEBOUWVO RM De Slimifitkern De uitbreidings mo dules DE SCHEID INGSVLAKKEN (GEVEL EN DAK) Vorm van de gevel M odulesystee m gevelvorm
63 63 65 69 69 75
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
9
Indeling van de gevel
77
Beli j ni ng Vlakken i n een vlak
77 79
Vaste gevelelementen
79
Materiaal en kleur van de gevel
81
H out Kerami sche gevelbekledi ng
81 83
Baksteen Cementgeb onden (vezel)platen
85 87
P refab betonnen gevelbekledi ng
87
N atuursteen Kunsts toffen
89 91
G las als gevelbekledi ng
91
M etalen gevelbekledi ng
91
Vorm van het dak Materiaal en kleur van het dak
95 95
L ei en
95
Bi tumeuze dakbedekki ng Kunsts tof dakbedekki ng
97 97
M etalen dakbedekki ng
SAMENBINDENDE ELEMENTEN BOUWTECHNISCH ONDERZOEK DE DRAAGCONSTRUCTIE Draagco nstr ucties in gietbo uw Geprefabriceerde draagco nstr ucties
99
101 105 107 107 109
U ni ts
10 9
Wanden en vloeren Kolommen, balken en vloeren
113 115
Gestapelde draagco nstr ucties WENSELIJKHEIDSONDERZOEK TOEKOMSTIGE UITBREID BAARHEID Wetgeving
Draagco nstr uctie Fundering Bouwfysisch Conclus ie
121 121 123 123
TOEPASSING
125
DE STADSWONINGEN Opbo uw systeem Beperkingen / nadelen sys teem Ontwerpbeslissingen DE V ILLA 'S - ESTORIA EN BELLE VUE Opbo uw systeem Beperkingen / nadelen s ysteem Ontwerpbeslissingen CONCLUSIES STEDENBOUWKUNDIG ARCHITECTONIS CH BOUWTECHNISCH EINDCONCLUSIE AANBEVELINGEN
125 125 127 129 131 131 135 135 139 139 139 141 141 141
NAWOORD
143
LITERATUURLIJST
145
BEGRIPPENLIJST
147
119 121 121
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
11
AANLEIDING TOT GEWILD WONEN I NDIVIDUALISME IN MASSAPRODUCTIE De werkwijze van de industr ie is de afgelo pen eeuw dramatisch verander d. Men begon met de productie van een goed verkoo pbaar, vaak essentieel o nder deel voor de mens, zoals de schoen. Er wer d een mo del o ntwor pen en daar na vele malen gepro duceerd. Mensen wilden een goedko pe schoen en die werd hun aangebo den, vo ldaan aan de vraag. Dat er weinig keus was, vor mde o p zich geen probleem. Er zaten namelijk ook grote voordelen aan, betaalbare en steeds beter betrouwbare goederen. Technolo gische ontwikkelingen in de 20ste eeuw hebben ervoor gezorgd dat deze kosten in een ges taag tempo zijn gedaald. Daarbij is ook het beleid van de industriële producent veranderd, die let, naast standaar disatie en procesintegratie, nu nauwgezetter op de co ns ument. Marktoriëntatie is een belangr ijk o nder deel gewor den. Op bas is van een ver wachting uit een markto nderzoek bepaalt de pro ducent zijn productie. Het beginsel van de massaproductie was gericht op de overeenko ms ten tuss en klanten. De ho mo gene markt is inmiddels verander d in kleine marktsegmenten, waar door het aantal pro ducten met minimale verschillen is toegeno men. Als gevolg daarvan is een mechanis me o ntwikkeld dat vervaar diging van verschillende producten o p één productielijn mo gelijk maakt, bijvoorbeeld Volvo's en Mitsubis hi's o p één productielijn van Nedcar gepro duceer d wor den. Een cons ument, die zich niet kan vinden in het aangeboden assortiment, kan kiezen voor een maatwerk product. Hieraan zijn echter ho ge kosten verbo nden, o mdat dit proces niet tot in het uiterste geïntegreer d en ges tandaardiseer d is.
Het is inmiddels nu al mo gelijk o m als co nsument bepaalde producten samen te s tellen, vaak met internet als medium, uit verschillende co mponenten. Het was al heel nor maal voor een pizza, maar tegenwoordig is meer mo gelijk: ringen, kleding ('Personal Pairs of Levi's' bijvoorbeeld), co mputers. De co ns ument is in staat te kiezen wat hij no dig acht en in staat de prijs van het eindpro duct te bepalen aan de hand van de gekozen co mponenten. Co mpo nenten die ook go edkoo p kunnen zijn, door een grote pro ductie, mo gelijk gemaakt door een grote markt, o p een pro ductielijn die gebruikt kan wor den voor meer dan één pro duct. De verandering in de industrie weerspiegelt de verandering van de cons ument die veel individualistischer is geworden. Hij heeft zich losgerukt van de groepen (zuilen) in de samenleving. Enkel de welgestelde co nsument zich kan los trekken van de vooraf bepaalde wo ningen. Woningen waar bij bijna alles is bepaald, locatie, vorm, inho ud. Een wo ning die o ntworpen is naar de mees t voorkomende wensen van mensen in de samenleving, zoals een eeuw geleden ook gebeur de met de schoen, maar waar bij nog s teeds geen rekening wor dt geho uden met de individualis tische mens. 1
D E AFGELOPEN EEUW IN NEDERLAND Ruim een eeuw geleden waren het de welges telde mens en die naar eigen inzicht een wo ning ko nden laten bo uwen. De ar beiders waren vaak aangewezen op de wo ningen die door hun werkgever bes chikbaar wer den gesteld. Na de vas tstelling van de Wo ningwet, in 190 1, wer d de bo uw van volks wo ningen een zaak van ge-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
13
meenten, corporaties en particuliere beleggers. Er ontsto nd een omvangrijk sociaal wo ningbouwpro gramma. Na de Tweede Wereldoorlo g leidde het wo ningbo uwtekort wederom tot een grote aanpassing van het beleid. Deze aanpass ing leidde tot het o ntstaan van een o mvangrijke vo lks huisvestings machine. De individuele burger verschoof in de loo p van de tijd naar de achter grond. Hem restte enkel no g het interieur en 'de tuin'. Het gebrek aan inmenging van de bewo ners in de grootschalige naoorlo gse woningbo uwproductie ko n o p grote kritiek rekenen van veel bekende ontwerpers, zoals Aldo van Eyck (For um), die het ver woorde als: "Menso nterende mo noto nie en massaliteit". Zoals Habraken in 1961 schreef: "Stedenbo uwer en architect vullen het gat dat is o nts taan door het vertrek van de bewo ner uit het huisves tings proces. Zij kunnen echter niet tegen de macht van de hun o pdrachtgever op. Deze wil zoveel mo gelijk pro duceren, als een blinde machine beheerst deze meer en meer terrein en rolt gestaag pro ducerend, over weilanden, meer en meer levenloze wijken achter zich latend".2 Een eeuw geleden hebben we de wo ningbouwpro ductie gedelegeerd aan gemeenten, cor poraties en o ntwikkelaars en sinds dien zijn wij gaan ver geten dat de bur gers zelf moeten kunnen beslissen over hun woo nsituatie en wo ningo ntwer p. Deze noo dmaatregel is een eigen leven gaan leiden en nu weten wij niet beter dan dat 'gemeentebesturen vaker, inniger en beslissender vergaderen met projecto ntwikkelaars over de toeko ms t van hun gemeente, dan met hun eigen burgers en met name met de toeko ms tige bewo ners van uitbreidingwijken'.3 Met de nota ' Volks huisvesting in de jaren negentig' is gekozen voor 'de markt'. De marktpartijen zijn er echter op gericht wins t te
maken met zo min mo gelijk kos ten en daardoor ter ugho udend met onderzoek naar woo nvor men. Bedachte woo nvor men voor een bepaalde situatie wor den zo nder nadenken ook op andere lo caties toegepas t. De professio nele o pdrachtgevers hebben het Bo uwbesluit vooral gebr uikt o m hun wo ning s lechts volgens het wettelijk minimum te laten bo uwen. Oo k zij die dachten dat versoepeling in bouwr egelgeving zou leiden to t een grotere express ie in de wo ningbo uw zijn bedro gen uitgeko men. De wo ning, de plek bij uits tek waarin een ieder zich letterlijk thuis mo et kunnen voelen, wordt grotendeels ontwikkeld door professio nele organisaties waar eco no mische gewin en co ntinuïteit van het grootste belang zijn. Oftewel een burger heeft de keuze uit wo ningen die juis t ontwor pen zijn naar de eis en van de o pdrachtgever, in plaats van naar de eis en van de uiteindelijke gebruiker, die er uiteindelijk in moet wo nen, iets wat in de overige industrie juist het ker npunt is van hun pro dukt. 4 Liesbeth van der Pol merkte ook al o p dat gebouwd wor dt naar de eisen van de verkoper: "... de plafo nds ho uden ook al geen rekening met de groei van de Nederlander: ho ger dan de minimale 2,40 meter zijn de woo nkamers niet. Ik vind dat heel erg. Héél erg. Het is de ziekte van deze tijd. De architect wor dt gemangeld door een ontoereikend budget. De koo pso m is niet in ver ho uding met de kwaliteit van de wo ning. (...) Die grote o pdrachtgevers zouden wel eens wat meer beleefdheid aan de klant moeten to nen, een goede relatie o pbo uwen. "5 Klant is ko ning over het algemeen, behalve in de wo ningbo uw. Door het huidige regerings beleid is maar een beperkt gedeelte van Neder land bebo uwbaar. De grond is vaak in bezit van projecto ntwikkelaars die zodoende een ho ge prijs kunnen vragen door het
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
15
schaarse aanbo d. In bijvoorbeeld de Verenigde Staten is de gemiddelde prijs van grond alleen al negen keer lager. Door de riante positie van de projecto ntwikkelaar en de benauwde positie van de burger heeft de toeko ms tige bewo ner weinig in de melk te brokkelen. Waardoor de klant zijn ko ningschap heeft moeten afgeven aan de projecto ntwikkelaar.
HET BESEF KOMT Meerdere personen in de samenleving ko men tegen deze machtsverho udingen in o pstand, waaro nder de architect Carel Weeber en politicus Adri Duivens teijn. Beiden zijn o p geheel eigen wijze in verzet geko men tegen de betutteling van de woo nsituatie van de Neder landse burger. Weeber vanuit zijn verzet tegen de 'staats terreur' (staatsarchitectuur) en Duivensteijn vanuit een verzet tegen de macht van marktpartijen. Marktpartijen die de bur ger slechts 'kant-en-klare' identiteiten verko pen. "In de praktijk hebben de bo uw- en o ntwikkelingsco nglo meraten het voor het zeggen, door met het grondbezit als machts middel gemeenten onder dr uk te zetten. (...) Gedelegeer de macht ( wo ningwet) is niets anders dan geleende macht, deze dient terug gegeven te wor den aan de bur ger. (...) De bur ger als opdrachtgever"6 De politiek begint zich het effect van de Wo ningwet en het gevoerde staats beleid te realiseren. Zo wil staatssecretar is Remkes van Volks huisvesting de huizenko pers tegemo et ko men door 30% bij grote bo uwprojecten beschikbaar te stellen aan particulieren. Daar naas t heeft het kabinet in januari 2001 voorgesteld o m het particulier o pdrachtgeverschap bij de uitgifte van gro nd wettelijk
afdwingbaar te maken.9 De gemeente Almere s peelt hierop in met de Bo uwexpo, wat een testcase is voor gewild wo nen. De gemeente Almere kan dit doen, omdat het een stad in de nieuwe polder is waar bij nieuwbo uw van de gemeente is. Stedenbo uwkundige van de gemeente Almere, de heer Laumanns, stelt dat ondanks de financiële flo p van de Bo uwexpo er in Almere geen traditio nele rijtjes huizen meer zullen ko men, maar wo ningen waarbij de toeko mstige bewoner meer inspraak heeft. De bouwkos ten van de wo ningen op de Bo uwexpo zijn hoo g, deze kunnen mo gelijk beperkt wor den indien er gewerkt wor dt met geprefabriceer de co mpo nenten die o p grote schaal kunnen worden toegepas t. Een principe waaro p de o.a. Perso nal Pairs of Levi's is gebaseerd.
BEVRIJDING UIT EEN VOORAF VASTGELEGDE OMGEVING In 2000 heeft een parlementaire werkgroep uit de Tweede Kamer zich gebogen over de Vinex-nieuwbo uw en zegt daarover onder meer: "(...) de Vinex-pro gramma's zijn mees tal vrij ' dun'. Dat geldt voor de wo ningen, de do elgroepen (o uder en, jo ngeren, alleenstaande en andere hebben weinig te kiezen in de Vinex wijk) en ook de voorzieningen. Gevrees d wor dt dat de programma's op ter mijn niet toereikend zijn voor de o ntwikkeling van een ' wijk' van enige zelfs tandige betekenis. (...) In te veel gevallen stijgt de wo ningkwaliteit niet o f weinig uit boven het abso lute minimum van het Bo uwbesluit. "10 In de Vinex is no g duidelijk wie de toeko mstige bewo ners worden, eengezins huiz en worden betrokken door gezinnen, seniorenwo
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
17
ningen door senioren, de duur dere vr ije s ector door de ho gere inkomens, etc. Indien echter de kavels aan individuele bur gers worden uitgegeven is het zicht o p soort en type bewo ning diffuser. De bewo ners creëren zelf hun str uctuur, deze wor dt hun niet meer door ontwikkelaars of stedenbo uwkundige opgelegd, zo ontstaat een str uctuur die we reeds in de o ude gedeelten van steden ter ug zien. Volgens het Nederlands Architectuurins tituut ligt er een belangrijke ontwerpo pgave, een o pgave die het aanzien en het gebr uik van de toeko ms tige woo nwijken mede zal gaan bepalen. Reden voor het NAi o m de rijks bo uwmees ter te verzoeken samen de Nederlandse bo uw- en o ntwerppraktijk met deze nieuwe vor m te co nfronteren.
D E SLIMF!TWONING Een van de wo ningtypen die op de Bo uwexpo in Almere zijn geïntroduceer d is de Slimfitwo ning. Het betreft een principe dat erop gericht is elke bewo ner een wo ning o p maat te bieden. De bewo ner stelt zelf zijn rijtjes huis samen, nu en in de to eko mst. Het bouwsysteem, o ntworpen door SVP Architectuur en Stedenbo uw, levert de benodigde elementen. Een aaneenges loten doorlo pende ker n op een vaste plek op een kavel bevat alle bouwkundige vaste delen, zoals de keuken, de badkamer, het toilet en de trap. Voor en achter deze kern kunnen de bewo ners zelf hun woonr uimte indelen en variëren in hoo gte en diepte. Omdat iedereen een andere indeling kies t ontstaat er een wilde ongecontroleerde verschijningsvor m. De eenheid in materiaalkeuze zorgt echter toch voor een gemeenschappelijk architecto nisch
beeld binnen de rijtjesverkaveling. De afzonderlijke wo ningen worden als een rups verbo nden door een vaste ker n, bekleed met aluminium beplating. De flexibele elementen van de wo ning bestaan uit ho uten delen, die het tijdelijke karakter onderstrepen. De belijning in de gevel s chept or de in de vele indelings mo gelijkheden van raamo peningen. Vanwege de gewenste flexibiliteit in de toeko ms t is gekozen voor de ho uts keletbo uwmethodiek van VDM plano ntwikkeling. Wo ningen kunnen gemakkelijk in de toeko ms t worden aangepast. Een luchtver war mingss ysteem voorziet de hele wo ning vanuit de kern van verse (ver war mde) lucht. Leidingen vormen bij ver bouwing dan ook geen belemmering. Alle keuzemo gelijkheden waren samengebracht in een matrix boek. Aan de hand van de bijbehorende prijs lijst kan bij elke keuze de huurprijs berekend wor den. Een bo uwplaat gaf het r uimtelijk beeld. Dit totale pakket gaf bewo ners voldoende infor matie o m hun wo ning samen te stellen. Een daartoe uitger ust team van VDM plano ntwikkeling voer de persoonlijke ges prekken met de bewo ners. Dankzij de goede voor bereiding en het uitgebreide matrixboek is gebleken dat hier bij geen extra begeleiding no dig is van de Wo ningbo uwvereniging of SVP Architectuur en Stedenbo uw.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
19
I NLEIDING In de brochure over de Slimfitwo ning die voor de Bo uwexpo gemaakt is, wor dt een voorzet gegeven voor toepassing van dit systeem in andere s ituaties. Dit vormde voor het bur eau SVP Architectuur en Stedenbo uw de aanleiding voor een onderzoek naar de werkelijke toepass ings mo gelijkheden van het Slimfitprincipe o p andere locaties en o mstandigheden. Op andere lo caties kan sprake zijn van andere woo nmilieus, wor den wellicht andere wo ningtypes verlangd en zal de architectuur er anders uit mo eten zien. Kortom, SVP Architectuur en Stedenbo uw gaf met de vraagstelling naar de mo gelijkheden met de Slimfitwo ning de aanzet tot dit onderzoek. Het o nderzoek richt zich allereerst o p de s tedenbo uwkundige mo gelijkheden. De locatie van de ker n o p de kavel, de vor m van een kavel en verschillende wo ningtypolo gieën ko men hierin aan de orde. Zij vormen tevens de bas is voor het tweede deel van het o nderzoek, waar de architecto nische mo gelijkheden o nderzocht wor den. Ook wor dt in het stedenbo uwkundig o nderzoek bekeken in hoeverre het Slimfitprincipe mo gelijkheden biedt voor gestapeld wo nen. In het architectonische o nderzoek vormen de gebo uwvorm en de scheidings vlakken de terreinen waaro p onderzoek is verricht. Hier binnen wordt aandacht besteed aan de afmeting van de ker n, de uitbreidings mo dules, de gevel en het dak. Vervolgens zijn twee wo ningen bouwkundig uitgewerkt, waarbij het Indus trieel Flexibel en Demo ntabel bouwen ( IFD) een uitgangs punt vormt, naast het gewild wo nen. In deze wo ningen zijn
een aantal voorges telde mo gelijkheden ver werkt o m daar mee aan te to nen, dat ze werkelijk toepas baar zijn. Tenslo tte worden naar aanleiding van de voorgaande o nderzoeken conclusies getrokken welke mo gelijkheden de Slimfitwo ning werkelijk biedt.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
21
HET VOORONDERZOEK Bij het o ntwer pen van de Slimfitwo ning zijn bepaalde keuzes gemaakt. Hoe is men to t deze keuzes geko men? Die vraag staat centraal in dit vooronderzoek. Wat vooraf al ontdekt is kan als s tart gebr uikt wor den. Zo hoeft het wiel dus niet o pnieuw uitgevonden te wor den. Er is bijvoorbeeld al heel s nel voor een ker n gekozen is. Dat zal dus bepaalde voordelen bieden, maar welke?
ner heeft de mo gelijkheid o m zo wel aan de voor- als aan de achterkant van de Slimfitkern uit te bouwen in stappen (s tramienen) van 1200 mm tot ( vier maal 1200) 4800 mm toe.
D E SLIMFITKERN De grenzen waarbinnen de bewo ner zijn woning kan s amenstellen zijn door SVP Architectuur en Stedenbo uw heel r uim gesteld. Naar hun idee moes t ( bijna) alles mo gelijk zijn, mits aan het bestemmingsplan vo ldaan wer d. Met een der gelijk uitgangs punt is eigenlijk alles mo gelijk. Toch mo est die vrijheid wel in een systeem aangebo den worden en dat riep o nherroepelijk beperkingen o p. Om zo flexibel mo gelijk te bouwen, ook voor eventuele toeko ms tige uitbreidingen, is het zaak o m de moeilijke bo uwkundige zaken ergens o p een vas te plek te ho uden. Hier mee was het idee van een vast bo uwdeel, met daarin opgeno men keuken, badkamer, toilet, technische r uimte, meterkast en trap, al direct geboren: de Slimfitkern. Door deze kern te o ntwikkelen kon, voor dat de bewo ners hun wo ning hadden samengesteld, ook al veel vastgelegd worden met de aannemer en zijn o nderaannemers. Daar naas t is de Slimfitkern ook een startpunt van waar uit de bewo ners hun wo ning kunnen samenstellen. De toeko ms tige bewo -
De Slimfitker n is standaar d drie lagen hoo g gekozen. Dit was in de eerste plaats een architecto nische beslissing. De architect wilde de kern als vas te schijf goed zichtbaar maken. Dit had ook te maken met het creër en van een zekere s amenhang in een blok, waar elke wo ning verschilt van de andere en waar de bewo ner maximale keuzevrijheid gebo den moet worden. De kans dat bewo ners minimaal twee lagen hoo g zouden uitbo uwen was zeer groot. Daardoor zou de ker n uit het zicht verdwijnen en dat was iets wat de architect wilde voorko men. Daar naas t was een kern van drie lagen hoo g ook praktisch. Op de begane gro nd ko n de keuken, de meterkast, het to ilet en de trap naar de 1e ver dieping geplaatst wor den, o p de 1e ver dieping de badkamer en de trap naar de 2e ver-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Plaats Slimfit op het expogebied
De luchtbehandelingsinstallatie
Massamaquette Slimfitproject
Situatietekening
23
dieping en op de 2e ver dieping de technische r uimte. Het enige nadeel van een ker n van s tandaar d drie lagen hoo g betreft het kostenas pect. De kosten lo pen relatief hoog o p en men kan zich afvragen of dat noo dzakelijk is. De o pdrachtgever vond echter, omdat het hier een experiment betrof, dat de kosten niet ( bijzonder) beperkend mochten werken. Uiteindelijk was de opdrachtgever degene, die de wo ningen mo est gaan ver huren, dus de architect had hier uiteraard geen bez waar tegen. Als ver warmingssysteem is gekozen voor mechanische ventilatie met luchtver war ming, o mdat zodoende geen radiatoren o nder de ramen geplaats t ho even te wor den. Bovendien geeft VDM Planontwikkeling, de aannemer, de voorkeur aan dit systeem. Zij menen namelijk dat er niet uitgegaan kan wor den van de discipline van de bewo ners om hun huis goed te ventileren. Om alsno g een behaaglijk klimaat te garanderen installeren zij het mechanis che ventilatiesysteem. Daar naas t garandeert dit sys teem een co nstantere temperatuur over het hele vertrek, waar door ook koudeval vrijwel niet meer voorko mt. Ook past zo'n sys teem goed binnen het Slimfitproject, doordat de vertrekken nu vanuit de kernwanden worden ver warmd. Normaal ges proken worden radiatoren onder de ramen geplaatst. Bij een latere uitbreiding zo u dan ook de radiator verplaatst mo eten worden. Met luchtver war ming vanuit de Slimfitker n wordt dat ver meden. Een punt dat tijdens het hele proces ook no g de revue pass eer de, betrof de o pstelplaats voor de was machine. De architect was van mening, samen met de o pdrachtgever, dat de was machine o p de tweede verdieping in de technische r uimte mo est ko men. De aannemer raadde echter aan de was machine o p de begane grond te plaats en, o mdat de was machine o p de tweede verdieping te veel
geluidoverlas t zou veroorzaken. Afhankelijk van het merk staat een was machine enorm te trillen en herrie te produceren. Aangezien de wo ningen in ho utskeletbouw zijn gebouwd, zou dit trillen van de was machine in de gehele wo ning te horen en so ms zelfs te voelen zijn. De o pdrachtgever voelde er echter weinig voor om de was machine in de keuken te plaats en en sto nd er min o f meer op, dat deze in de technische ruimte terecht zou ko men. De aannemer heeft deze mo gelijkheid to en o nderzocht met een proefo pstelling. De aannemer kwam tot de co nclusie, dat er geen problemen zouden o nts taan, wanneer de was machine o p een 120 mm dikke prefab beto nnen plaat kwam te staan. Deze mo est dan o p zijn beurt weer op iso latie met een har de persing liggen en met 30 mm dik rubber rondo m gescheiden zijn van het ho ut. Achteraf schijnen er toch klachten gehoord te zijn over geluidoverlast binnen de wo ning die veroorzaakt zou zijn door de was machine. Of de bewo ners hierbij van een mug een o lifant maken (elke was machine maakt immers herrie) of dat de klachten terecht zijn, is (no g) niet bekend.
ST E DE NBOUW KUNDIG In het o ntwer p zijn de ker nen in elkanders verlengde getekend, dus loodrecht o p de lengter ichting van de kavel. Ook dit was in de eerste plaats een architecto nische bes lissing o m toch een zekere samenhang te creëren in het blok. Overigens was de architect niet per se gebonden aan de rijtjesverkaveling. De wo ningbo uwverenigingen waren pas later aan de Bo uwexpo toegevo egd en hadden zodoende een rijtjesverkaveling to egewezen gekregen. Vanwege diezelfde expo wer den zij echter ontheven van het stedenbo uw kundig plan. De architect had dan ook van de o pdrachtgever te
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
25
De kern is op 4 800 mm uit de voorrooilijn geplaatst. De bedo eling hiervan was de bewoner een grote mate van vrijheid te geven in het bepalen van zijn wo ning. Hij kan voor en achter de ker n uitbo uwen, naar twee kanten toe dus. Op de foto hiernaast is het resultaat te zien aan de voorzijde van de Slimfitker n van een van de blo kken.
MODULE SYST E E M
horen gekr egen, dat er van hun kant geen beperkingen wer den opgelegd, ook niet als er vrijstaande wo ningen zouden ko men. De architect vo nd het zelf echter wel een uitdaging o m te o nderzoeken in hoeverre optimale keuzevr ijheid gebo den kon worden in een rijtjesverkaveling. De architect koos er dus zelf voor, vast te ho uden aan deze stedenbo uwkundige eis. De overige eisen, die aan het stedenbo uwkundig plan verbo nden waren, liet de architect wel naast zich liggen, zoals het maximaal 2 lagen hoo g bouwen ( dat wer d 3) en een kapco nstr uctie als dak (dat werd een plat dak af en toe geco mbineerd met een hellend gedeelte). Daar naas t wer den er al bepaalde keuzes gemaakt, in ver band met de tijdsdr uk. Door deze keuzes werd de vrijheid voor een bewo ner beperkt. Hier door zou deze echter s neller keuzes kunnen maken.
Het mo dulesys teem is zodanig o pgebo uwd, dat aan de voor- en achterkant van de Slimfitker n met stappen (stramienen) van 1200 mm uitgebo uwd kan wor den. Zo kan een co ns ument zelf bepalen waar hij een woonkamer wil, aan de achterkant of misschien moet de woonkamer wel aan de voorkant ko men? Oo k was een co ns ument vrij in zijn keuze voor het aantal lagen waarover uitgebo uwd moes t wor den. Het gevolg van een dergelijke keuzevrijheid res ulteert in een tamelijk o nr ustig, meanderend gevelbeeld, waarin duidelijk te zien is, dat elke wo ning uniek is, wat een van de uitgangs punten was. In een later stadium zouden vr ij eenvo udig de voor- of achter gevel ontko ppeld kunnen wor den van de zijgevels en één stramien (of meer) verder worden geplaats t. Vervolgens kan de ruimte hiertussen met wanden en vloeren dichtgezet wor den et voilá. Dit bo uwpakketidee ontsto nd al vrijwel direct aan het begin van het project, zoals dat in het plaatje op de volgende pagina te zien is. Er is voor stappen gekozen van 1200 mm, o mdat 1200 mm ( een veelvo ud van 300 mm) een gangbare en tegelijk redelijk praktis che maat is. Wanneer bijvoorbeeld voor twee s tramienen gekozen, dus 2400 mm, zo u dit voor de kamer een redelijke diepte o pleveren.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Keuzematrix waaruit de koper zijn gevels kon samenstellen
27
Het maximale aantal stramienen waarover uitgebreid ko n wor den, wer d vastgesteld als gevo lg van het door de gemeente o pgelegde maximale bebo uwingspercentage van 70% (ker n + uitbreiding) van de kavel. Om ook met de to eko mst rekening te ho uden, werd er in eerste instantie voor gekozen de funderings balken door te trekken tot de maximale uitbreidings maat. In ver band met de kosten die dit met zich meebracht werd hier uiteindelijk toch van afgezien. Wanneer voor zo'n mo dulensys teem gekozen wordt is het wel zaak, dat aan de co ns ument voldoende tijd gegeven kan wor den om daadwerkelijk zijn eigen keuzes naar tevredenheid te kunnen maken. Na afloo p van de Bo uwexpo is gebleken, dat toch geklaagd is over de vrijheid die daadwerkelijk gebo den is voor de te maken keuzes. De tijd speelde duidelijk een beperkende rol. De oplever datum was immers in ver band met de Bouwex po al vastges teld en hier kon niet van afgeweken wor den. Bo vendien was de tijd die aan de Slimfitwo ning wer d gegund no g korter, o mdat de wo ningbouwverenigingen pas later bij de Bo uwexpo betrokken zijn, namelijk pas een jaar voordat de Bo uwexpo zou plaatsvinden.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
29
MA T E RIA A LG E BRUIK De co nstr uctie is gemaakt met ho utskeletbouw. Ho ut is als materiaal bij uitstek zeer geschikt voor demo ntabel bo uwen. Ho utskeletbo uw bestaat uit geprefabriceer de losse elementen, die doorgaans op de bo uwplaats mechanisch met elkaar verbo nden worden. Die mechanische ver bindingen zijn ook betrekkelijk eenvo udig weer te ver wijderen, waar door de elementen weer los van elkaar staan en wanneer dat no dig is, ver wijderd kunnen wor den. Dit is zeer gunstig in verband met het o penho uden van de mo gelijkheid tot latere uitbreidingen. Ho ut is dus makkelijk te bewerken (ook als de wo ning al klaar is) en er is een hoge mate van fabrieks matig werken mo gelijk. Bovendien kwam de o pdrachtgever zelf met het idee van ho utskeletbo uw en verraste de architect hier enigszins mee, omdat ho utskeletbo uw niet gebruikelijk is in de huidige wo ningbo uw en zelfs een beetje een negatieve klank heeft. De architect ko n zich er echter geheel in vinden. De Slimfitker n zou in eerste instantie bekleed wor den door stucwerk, zowel binnen als buiten. Hierdoor zou de Slimfitkern als element heel go ed zichtbaar blijven. De o pdrachtgever had echter bez waar tegen stucwerk in ver band met de o nder ho udsgevoeligheid hiervan. Bovendien gaf het plaats en van steigers voor het aanbrengen van het stucwerk pro blemen in co mbinatie met de ho utskeletbo uw. In overleg met de o pdrachtgever heeft de architect to en verschillende materialen bes proken en is uiteindelijk gekozen voor aluminium go lfbeplating. De grijze aluminium golfbeplating creëerde zo een mooi co ntras t tussen de Slimfitker n en de ' uitgeschoven laden'. Achteraf gezien, nu het ho ut door weer en wind bijzo nder grijs en grauw geworden is, is het co ntras t dus danig vervaagd, dat
de architect toch niet meer helemaal tevreden is over het res ultaat. Misschien was een ander materiaal to ch beter geweest, mo gelijk een mass iever materiaal, zoals natuursteen, o m aan te duiden, dat het de mass ieve Slimfitker n betreft, die niet van plaats of vor m kan veranderen.
Voor de gevelbekleding van de uitbreidingen is gekozen voor western red cedar delen ( wrc-bevels iding fijnbezaagd Z weeds rabbat 20 x 150, afgewerkt met o lympic stain). Er is gekozen voor rabatdelen, o mdat er in eerste instantie een referentiebeeld (zie hierboven) is gebr uikt, waarin ook delen to egepas t werden. Deze delen contrasteerden mooi met de Slimfitkern. Houten gevelbekleding pas te ook goed binnen het ho uts keletbo uwidee. Bovendien is ho ut zo'n beetje het eerste materiaal, waar aan gedacht wor dt bij
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Gevelbeeld met en zonder de verticale belijning
31
optimale flexibiliteit. De delen in het referentiebeeld zijn echter grofgezaagd en de bevestiging is vr ij duur. Uiteindelijk is daaro m gekozen voor de wr cbevelsiding fijnbezaagd Z weeds rabat Voor de dakbedekking van de hellende daken is gekozen voor de RBB Sto newo ld dakpan. In eerste instantie wer d gedacht aan een metalen dakbedekking. Zelfs een go lfplaat wer d meegeno men in de mo gelijkheden. Zo'n dakbedekking too nt namelijk licht en dat was precies wat de hele wo ning al doet. Het bleek echter, dat door deze dakbedekking de hellende daken duurder wer den dan een stuk wand met een plat dak. Bovendien neemt met zo'n hellend dak het gebruikso ppervlak ook af. Daarom wer d van deze dakbedekking afgezien. Zo'n o ptie zo u dan immers toch niet gekozen wor den. Gezocht werd toen naar een dakpan. Uiteindelijk is dat de Stonewo ld geworden, o mdat dit een vrij vlakke pan is. Achteraf gezien vindt de architect de hellende daken het minst geslaagd van het hele project. In dat kleine dako ppervlak zitten zoveel lastige bo uwkundige details, dat een heel ro mmelig beeld ontstaat. Het dak was op die manier niet voor her haling vatbaar, vo nd de architect.
GE VE LA A NZ ICHT In het gevelaanzicht heeft de architect gekozen voor verticale doorlo pende lijnen, h.o.h. 1 m, o m de gevels een grote s amenhang te geven. Het gevaar bes tond immers, dat de gevels van de verschillende wo ningen een te groot contrast ten o pzichte van elkaar zouden vormen (zie de tekening o p de pagina hier naas t). Met die verticale lijnen werd eenheid gecreëer d. Bovendien wer d door die belijning het basis principe zichtbaar.
Deze verticale lijnen wer den echter niet zo op prijs gesteld door de aannemer, want het prefabricageproces werd hierdoor flink bemoeilijkt. De lijnen van de geprefabriceerde elementen o p de begane grond en die van de eerste verdieping zo uden zelden precies in elkaar door kunnen lo pen. Doordat de ho uten gevelbekleding uiteindelijk o p de bouwplaats zelf wer d aangebracht ko n hier en daar corrigerend worden gewerkt. Hierdoor kon toch de indr uk wor den gewekt, dat de kozijnen precies boven elkaar zaten. Het grote nadeel van het o p de bo uwplaats aanbrengen van de gevelbekleding lag in het feit, dat de achterliggende co nstr uctie het ris ico liep nat te wor den, hetgeen de kwaliteit niet ten go ede zou ko men. Bovendien gaat het in het werk aanbrengen van de gevelbekleding in tegen het sys teem van ho utskeletbo uw. Dit systeem is er namelijk o p gericht zoveel mo gelijk te prefabriceren. De kozijnmaten volgden ook uit het lijnensysteem. De dagmaten van de kozijnen werden in eerste ins tantie allemaal 850 mm breed gemaakt, zodat overal een deur geplaats t ko n worden. Dit res ulteert in een kozijnbreedte van 850 + 67 + 67 = 984 mm, waarvan ongeveer 950 mm z ichtbaar is. Deze dagmaat was echter toch te smal voor de voordeur. Deze moest minimaal 900 mm worden. De verticale baan van de voordeur wer d toen 10 50 mm br eed gemaakt. Het gevolg was dat aan de ver ticale baan links van de voordeur een breedte gegeven van 950 mm, o m die verloren millimeters weer terug te winnen.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
33
STEDENBOUWKUNDIG ONDERZOEK Wanneer de mo gelijkheden van het Slimfitprincipe o nderzocht wor den mag het s tedenbo uwkundige as pect niet ver waarloosd wor den. Stedenbouwkundige plannen bepalen immers al in grote lijnen hoe bebo uwing er op een bepaalde locatie uit moet ko men te zien. De vraag is in hoeverre het Slimfitprincipe, binnen zijn beperkingen, ruimte geno eg biedt o m theoretisch o p alle locaties toegepas t te kunnen wor den. Het o nderzoek richt zich hoofdzakelijk op de verschillende verkavelingsvormen. Naar aanleiding daarvan zal een lijn door getrokken wor den naar de milieus waarvoor deze vor men zich het bes te lenen. Tenslo tte zal nog glo baal onderzocht worden of het Slimfitprincipe ook ges chikt is voor gestapeld wo nen. In theorie zijn er vier hoofdprincipes van stedenbo uw, waaro p alle verkaveling ter uggevoer d kan wor den. In de figuur hier naas t zijn deze weergegeven, waarbij de rode vlakken bebo uwing voorstellen. Vanzelfs prekend is aan elk principe ook een naam gegeven. De nummering die in de figuur is toegepast, is bedoeld o m te refereren aan de volgende hoofdprincipes: 1. Rug-aan-r ug verkaveling 2. Strokenverkaveling 3. Open bouwblo k 4. Gesloten bouwblo k
Hoofdprincipes van stedenbouw
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Basisprincipes voor het plaatsen van de kern op het kavel
35
DE
LOCA T IE VA N DE
SLIM FIT KE RN
Na o nderzoek is gebleken, dat er met betrekking tot het plaatsen van de Slimfitker n o p een kavel, negen basis principes bes taan. Deze basis principes zijn o p de pagina hier naast weer gegeven, genummerd van I tot en met IX. Hierbij is de Slimfitker n aan de voorof achtererfgrens of in het midden van de kavel geplaatst. Wanneer gekeken wor dt naar de mo gelijkheden, die deze basis principes bieden, blijkt dat deze niet voor alle principes hetzelfde zijn. Allereerst zal geco ncludeer d moeten wor den dat er een duidelijk relatie bes taat tussen de grootte van het kavel en de toe te passen bas is principes. Zo zal bij een klein kavel o nder andere pr incipe VIII al direct afvallen. In de lengterichting van de Slimfitker n zullen daar aan beide kanten zulke s malle r uimtes o nts taan, dat er zeer onpraktische of zelfs geen uitbreidingen mo gelijk zijn. Aan de hand van een deel van de as pecten die hieronder behandeld zullen worden, zal o nderzocht ho e groot de mo gelijkheden van elk principe zijn (in een schema o p blz. 38). Om elke beoordeling goed o p waarde te schatten, zal wel altijd de relatie tuss en de afmeting van de Slimfitker n en van de kavel in het oog gehouden moeten worden. Het o nderzoek op o nderstaande as pecten is een puur theoretis ch bes chouwing die no g praktisch uitgewerkt zal wor den. Zo zal mo gelijk later blijken, dat de mo gelijkheden die een principe lijkt te bieden toch minder zijn, dan o p pagina 38 vero ndersteld wor dt.
§
principe I, dan ligt daarbij al een maat van de Slimfitkern vast, want die is namelijk gelijk aan de breedte van het kavel. Een ander voorbeeld betr eft principe VIII, waar bij to taal geen beperkingen aan de vor m van de Slimfitker n wor den o pgelegd. Theoretisch gezien zou de Slimfitkern hier bij in plaats van rechtho ekig net zo makkelijk ook vierkant kunnen zijn.
OP E E N KA VE L
§
De uitbreidingsmogelijkheden. Hierbij wor dt per bas is principe bekeken ho eveel uitbreidingsrichtingen er vanuit de Slimfitkern mo gelijk zijn. Het ligt voor de hand, dat de mo gelijkheden bij pr incipe VIII vier maal zo groot zijn als bij principe I.
§
De waarde van de Slimfitkern als stabiliteitselement.
Wanneer een Slimfitker n midden op een kavel geplaatst wor dt, zoals bij principe VIII, zal de stabiliteit geheel uit die ene Slimfitkern mo eten ko men. Dit geldt niet voor bijvoor beeld principe I, waar bij de kernen van naas t elkaar liggende kavels geko ppeld kunnen worden en daar door ook cons tructief gezien als één geheel werken.
§
De plaats van de Slimfitker n o p het kavel is ook bepalend voor de wo ningtypes die mo gelijk zijn. Zo is principe VIII in hoofdzaak alleen ges chikt voor vrijstaande wo ningen, maar afhankelijk van de uitbreidingen die een bewo ner kiest, zou ook een 2-o nder-1kap wo ning of rijtjes wo ning kunnen o nts taan. Op de volgende pagina is door middel van enkele tekeningen aangegeven ho e met het Slimfitprincipe een vr ijstaande wo ningen, 2-o nder-1-kap wo ningen of rijtjes wo ningen gerealiseerd kunnen worden. Dit zijn echter maar drie voor beelden.
De vormmogelijkheden van de Slimfitkern.
Hierbij wor dt gelet o p de beperkingen die de plaats van de Slimfitkern o p het kavel o plegt aan de vor m van deze ker n. Wanneer de Slimfitkern bijvoorbeeld geplaatst wordt volgens
De woningtypes.
§
De mogelijkheden voor een tuin. De mo gelijkheden voor een tuin zijn ook in sterke mate afhanke-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
37
lijk van de plaats van de Slimfitker n op het kavel. Wanneer de Slimfitkern geplaatst wordt volgens principe I, dan heeft de wo ning maar aan een kant een tuin, ter wijl bij principe VIII aan vier zijden de mo gelijkheid voor een tuin aanwezig is. Belangr ijk hierbij is de oriëntatie. Mensen vinden het meestal prettig o m een tuin o p het zuidwesten te hebben, want aan die kant schijnt de zo n. Zo wordt bijvoor beeld principe VI toepas baar, wanneer de ker nzijde de noordoostzijde van het kavel is. De grootte van de tuin is s terk afhandklijke van de afmetingen van de kavel. Bij een klein kavel is dan bijvoorbeeld principe VIII toch minder geschikt dan principe I. Daar naas t is bij een aantal principes, een rechtstreekse verbinding van de voorkant naar de achterkant van de kavel mo gelijk.
§
Een berging (eventueel met carport) of een garagebox. Afhankelijk van de plaats van de Slimfitkern o p het kavel, kan bekeken wor den in ho everre er mo gelijkheden bestaan, voor wat betreft het plaatsen van een berging met of zonder carport of misschien wel een garagebox. Voor een garagebox speelt de grootte van het kavel een belangrijke rol. Een garage is toepasbaar bij grote kavels. Dergelijke kavels zijn meestal zeer geschikt voor 2-onder-1-kap en vrijstaande wo ningen. Bij dergelijke wo ningen is een garage ook vaak gewenst.
Een erfafsluiting of -afscheiding.
Afhankelijk van de plaats van de Slimfitkern o p het kavel zal de noo dzaak to t het aanbrengen van een erfafs cheiding of afsluiting o nderzocht moeten worden. Hierbij s peelt de privacy van de bewo ners een belangrijke rol.
§
Centrale ligging van het stijgpunt. De plaats van de Slimfitker n o p het kavel bepaalt ook in sterke mate, in ho everre het mo gelijk is o m het stijgpunt zo te plaatsen, dat deze wanneer de hele wo ning samenges teld is, centraal gelegen is. De mo gelijkheid hiertoe is bijvoorbeeld bij pr incipe VIII veel groter dan bij principe I.
§
De bereikbaarheid van de voordeur.
Hoe verder de Slimfitkern van de erfgr ens af staat, hoe minder bereikbaar deze wor dt. Het uitgangs punt is namelijk de voordeur in de Slimfitker n te plaatsen in verband met de meterkast (zie volgende as pect). Het ene principe leent zich beter voor het plaats en van de voordeur in de Slimfitker n, dan de andere.
Het gevelbeeld.
Het gevelbeeld wordt in grote mate bepaald door de plaats die de Slimfitkern o p het kavel inneemt. Voortvlo eiend uit het gewenste gevelbeeld wordt de Slimfitkern er gens o p het kavel geplaats t. Wanneer bijvoorbeeld een zeer strak, rustgevend gevelbeeld gewenst is aan de voorzijde zal een keuze voor principe III erg voor de hand liggen.
§
§
§
De plaats van de meterkast. Sterk gerelateerd aan de plaats van de voordeur is ook de plaats van de meterkast. De voorkeur voor het plaatsen van de meterkast gaat natuurlijk uit naar de Slimfitker n, o mdat alle bo uwkundig, lastige o nder delen in deze kern wor den o nder gebracht. Er wor dt echter indirect in het bo uwbes luit vereist, dat de afstand tuss en de voordeur en de meterkas t maximaal 3 meter mag bedragen. Wanneer de voordeur dus in een uitbreiding wor dt geplaats t en de afstand van de voor deur tot de ker n bedraagt meer dan 3 meter, dan zal de meterkast toch ook in deze uitbreiding geplaatst mo eten worden. Aangezien de plaats van de voordeur afhankelijk is van het gekozen principe, is het al dan niet plaatsen van de meterkast hier ook van afhankelijk.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
39
§
De privacy van de bewoners.
De plaats van de Slimfitker n o p het kavel bepaalt ook, tot o p zekere hoogte, in ho everre de privacy van de bewo ners beschermd wordt. De ker n zou zo geplaatst kunnen worden, dat er uitbreidingen to t op de erfgrens aan de voorkant van het kavel mo gelijk zijn. Wanneer deze gekozen worden is de privacy minder bes cher md, dan wanneer de bebo uwing enigszins van de erfgr ens afstaat. De kans en de mo gelijkheid voor voorbijgangers o m naar binnen kijken is dan immers veel kleiner. Hier zal een co ns ument dan ook op gewezen moeten wor den.
§
Overlast door verkeerslawaai.
De plaats van de Slimfitker n o p het kavel is hier bij vooral van belang, wanneer een van de erfgrenzen gelegen is aan een veelgebr uikte, openbare weg. Ook het straatprofiel is van belang wanneer de mate van overlast door verkeerslawaai o nderzocht wor dt. Wanneer er immers no g een voetpad en een o penbare, groene scheiding zijn geplaatst tuss en het kavel en die o penbare weg, zal de kans o p overlas t ook alweer afnemen. Deze as pecten spelen een rol bij het bepalen van de plaats, die de Slimfitkern o p het kavel mo et krijgen. Op de pagina hier naast is een waar dering gegeven aan de mo gelijkheden die een bepaald bas is principe biedt met betrekking to t deze as pecten. Die beoordeling wor dt gegeven in een nummer ing van 1 (zeer goed) tot en met 5 (slecht).
vergeten mo gen wor den. In de tekeningen is daar geen aandacht aan besteed. In de tekeningen is de Slimfitker n weer gegeven in donker blauw, de uitbreidings mo gelijkheden zijn lichtblauw gekleurd en het o nbebo uwde gedeelte van de kavels is aan de groene kleur te herkennen. Bij verkavelings principe 4 is er een ver plichte uitbreiding aan de Slimfitker n toegevo egd, rood gekleur d, o m de ges loten hoek te waar borgen. Het do nker blauwe deel kan dus ook bescho uwd worden als de ver plichte bebo uwing. In de tekeningen zijn aan de hand van de plaats van de Slimfitkern op de kavel verschillende wo ningtypes te herkennen. Over het algemeen geno men, zal het Slimfitprincipe echter niet ges chikt blijken te zijn voor vrijstaande wo ningen. Een co nsument, die een vrijstaande wo ning wil, zal zijn wo ning helemaal zelf willen indelen en niet afhankelijk willen zijn van een systeem met z'n beperkingen. Mo gelijk wor den vrijstaande wo ningen wel toegankelijker voor de cons ument, wanneer blijkt dat deze door het Slimfits ysteem goedkoper worden.
Met de basis principes in het achterhoofd, wor den o p de volgende pagina's overzichten getoond, ingedeeld naar verkavelings principe, waarin wor dt aangetoond, dat in theorie de mo gelijkheden met het Slimfitprincipe nageno eg onbeperkt zijn. Oo k hier bij zal de afmeting van de Slimfitker n in relatie to t de grootte van het kavel niet
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Plaats van Slimfitkern op kavel bij verkavelingsprincipe 1 (rug-aan-rug)
41
Plaats van SLimfitkern op kavel bij verkavelingstype 2 (strokenverkaveling)
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Plaats van Slimfitkern op kavel bij verkavelingstype 3 (open bouwblok)
43
Plaats van Slimfitkern op kavel bij verkavelingstype 4 (gesloten bouwblok)
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
45
KA VE LVORM E N In de analys e met betrekking tot de plaats van de Slimfitkern o p het kavel is eigenlijk alleen maar uitgegaan van een rechthoekig kavel. In de praktijk ko mt een kavel met zo'n vor m heel vaak voor, maar er zijn ook andere vor men mo gelijk. In theorie is elke vor m mo gelijk en in de praktijk bes taan er ook ontelbaar verschillende vormen. Toch blijkt dat al deze vormen zijn terug te vo eren tot een aantal basis vormen. Op de pagina hier naast zijn vier bas isvormen weer gegeven, waaronder de meeste kavelvor men geplaatst kunnen worden. Dit zijn: 1. Rechthoekige kavels 2. L-vormige kavels 3. Trechtervormige ( taps toelo pende) kavels 4. Driehoekige kavels RECHTHOEKIGE KAVELS Naar aanleiding van het voor gaande kan al ges teld worden, dat rechthoekige kavels zich, theoretisch gezien, go ed lenen voor het Slimfitprincipe. Deze kavelvormen hoeven dan ook niet ver der o nderzocht te wor den o p de to epas baar heid van het Slimfitprincipe. L-VORMIGE KAVELS Ook op de L-vor mige kavels is het Slimfitprincipe to epas baar. De kernen kunnen in s erie geschakeld worden, waar door rijtjes wo ningen o nts taan. Hierbij zal de Slimfitker n echter wel weer opnieuw bekeken moeten wor den. Er zal namelijk een andere indeling voor gevo nden moeten wor den, dan in Almere is to egepas t, als de ene kern haaks o p de andere staat. Voor 2-o nder-1-kap wo ningen lijkt de L-vorm heel geschikt, o mdat er altijd twee ker nen aan elkaar
geko ppeld kunnen wor den. Op de volgende pagina zijn in de figuur enkele mo gelijke toepassingen van het Slimfitpr incipe weer gegeven. Hier bij is buiten bescho uwing gelaten of de invulling een praktische plattegro nd zou oplever en. TRECHTERVORMIGE (TAPS TOELOPENDE) KAVELS Taps toelo pende kavels kunnen onder andere voorko men, wanneer een slingerende beweging langs water gemaakt wor dt. De koppen van de kavels verschillen dan in breedte en kunnen een rechte lijn o f een gebogen lijn zijn. Het Slimfitprincipe is theoretisch ook o p der gelijke kavels to epas baar. In de figuur hiernaast zijn daarvan enkele voor beelden weergegeven. Uit de hierboven afgebeelde mo gelijkheden wordt duidelijk, dat er op der gelijke kavels heel erg aantrekkelijke en gevarieerde bebo uwing kan o ntstaan. Wanneer het Slimfitprincipe rondo m een hofje wor dt toegepast, kan bijvoorbeeld ook een hele bes loten r uimte onts taan, waar binnen elke wo ning een unieke gevel heeft. Tegelijkertijd is te zien, dat der gelijke kavels, q ua detaillering, er g las tige knoo ppunten opleveren, o mdat er veel hoeken in de wo ningen zitten, die kleiner of groter dan 90° zijn. Dit betekent dat bij der gelijke kavels niet gewerkt kan wor den met de 'standaar d bouwpr incipes' van de Slimfitwoning. De bebo uwing kan wel zó op de kavel geplaatst wor den, dat die moeilijke knoo ppunten redelijk ver meden wor den, o ngeveer zoals bij nummer 3. Op die manier kan wel zonder nieuwe pro blemen het bouwsysteem toegepast wor den. Of der gelijke bebo uwing wenselijk is o p een kavelvorm, met zo'n enorme rijkdo m aan vormmo gelijkheden is echter de vraag. De vraag is dan ook of het Slimfitprincipe zich daaro m wel leent
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Diverse mogelijkheden met het Slimfitprincipe op een L-vormig kavel
Diverse mogelijkheden met het Slimfitprin cipe op een taps toelopend kavel
47
voor dergelijke kavels. Bo uwkundig en financieel gezien biedt het Slimfitprincipe waarschijnlijk zelfs nadelen in ver gelijking met traditio nele bo uwmetho den. DRIEHOEKIGE KAVELS Driehoekige kavels vloeien eigenlijk voort uit de taps toelopende kavels, maar gaan no g net een stapje verder. Der gelijke kavels ko men ook wel eens voor, maar zijn verre van gebr uikelijk, o mdat een dergelijke kavelvor m zoveel co mplicaties met zich meebrengt. Zo'n kavelvorm zorgt in de detaillering al voor behoorlijk pittige opgaven en is daar naas t ook voor een gebr uiker niet bepaald praktisch te no emen. Voor gebr uikers is een rechte hoek door gaans de meest praktische vorm. Aan de andere kant, kan een driehoekige kavel een leuke uitdaging vor men voor de vormgever, o m op een vrij onpraktische kavelvor m toch een zo praktisch mo gelijke bebo uwing te ontwerpen. Op de vo lgende pagina zijn enkele mo gelijkheden uitgewerkt. Driehoekige kavelvormen kwamen vroeger ook wel eens voor, wanneer bijvoor beeld s prake was van het ges loten blokprincipe in een stedenbo uwkundig plan. Doordat er echter vaak verloren hoekjes ontstaan, zoals bijvoor beeld ook linkso nder in nummer 3, 4 en 6, is men s teeds meer gaan zoeken naar andere oplossingen voor geslo ten hoeken. Bovendien leveren der gelijke hoekjes ook al gauw problemen o p met de toegang (Po litiekeur merk). Dat er ook andere oplossingen mo gelijk zijn, voor gesloten blokken, is wel gebleken in de paragraaf 'Locatie van de Slimfitkern o p het kavel'. Omdat dergelijke kavelvor men in theorie no g kunnen voorkomen
Diverse mogelijkheden met het Slimfitprin cipe op een driehoekige kavel
is onderzocht of het Slimfitprincipe o p een dergelijke kavelvor m ook tot zijn recht kan ko men. Zoals o p de linkerpagina te zien is, leent het principe zich hier to t op zeker hoo gte voor. Toch blijken de o plossingen niet o ptimaal te zijn. Dit ko mt hoofdzakelijk door dat een driehoekige kavelvor m uiterst o npraktisch is. Ook bij deze kavelvor men zit er, net als bij een trechtervormig kavel, weinig voordeel in het toepassen van het Slimfitprincipe (financieel en bo uwkundig gezien).
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
49
GE ST A PE LD
W ONE N
Op de hiervoor bes proken wo ningbouw met maar één wo ning per kavel blijkt het Slimfitprincipe go ed toepasbaar te zijn. In het nu komende gedeelte wor dt bekeken of dat ook geldt voor de gestapelde woningbo uw. In Nederland hebben co ns umenten weinig te zeggen over hun te bo uwen wo ning in het o ntwer p- en bo uwproces. Vooral in de gestapelde wo ningbo uw is de ins praakmo gelijkheid voor co ns umenten heel miniem. Op de Bo uwexpo 2001 zijn ook drie projecten gerealiseerd waar bij het principe van gewild wo nen is to egepas t op gestapelde wo ningen. De keuzevrijheid van de co ns ument varieer de per project. Bij het ene project ging het om een o ptio neel balko n en bij een ander project ko n de cons ument uit enkele indelingen van het appartement kiezen, waar mee ook het gevelbeeld deels wer d bepaald door de gekozen lo caties voor de vensters. Gezien het kleine aantal beperkingen van het Slimfit principe in de laagbo uw is het heel aannemelijk dat dit principe ook in de hoogbo uw kan wor den to egepas t. In hoo gbouw wor dt een kern reeds nu al toegepast, hoewel het dan gaat o m één of meer vas te kern( en) die voornamelijk voor algemeen gebruik dienen, zoals het trappenhuis, de lift(en) en dergelijke. In sommige gevallen loo pt een gedeelte van de kern door het particuliere gedeelte ten behoeve van aan- en afvoer voor installaties en sanitair in de woningen. De ges tapelde wo ningbo uw is te o nderscheiden in o nderdelen, namelijk: § duplexwo ningen § appartementengebo uw ú appartementen met een o nts luiting via een galerij
ú appartementen met een o nts luiting via een portiek In een appartementengebo uw bestaat weer het onderscheid tussen een flat en maisonnette (zie begrippenlijst). Binnen een appartementengebo uw zorgen de twee o nts luitingtypes voor een totaal andere indeling en co nstr uctie. Daaro m wor den beide o nderdelen hiero nder in een aparte paragraaf behandeld. DUPLEXWONINGEN De duplexwo ning is eigenlijk een variant op de ééngezins wo ning, waar bij de o nderste bo uwlaag gescheiden is van de daar boven liggende bouwlaag (of bo uwlagen). De bewo ners van de tweede bo uwlaag krijgen toegang tot hun wo ning door middel van een stijgpunt buiten de o nderste woning o m. Dit stijgpunt kan voor of achter de voorgevel worden geplaatst. In veel gevallen gaat een stijgpunt ten kos te van het o ppervlak van de o nderste wo ning. Bij een invendige trap (stijpunt achter de voorgevel) is dit altijd het geval.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
51
Het s tijgpunt dient aan o penbaar terrein te grenzen o m to egang te kunnen verlenen aan de bovenwo ning. Wanneer de kern deels o f geheel aan de voorrooilijn grenst is het dus altijd zeker dat de bewo ner binnen kan ko men. Op de plattegrond hieronder is duidelijk te zien, dat de o nderste bo uwlaag goed te bereiken is, de toegang
zie de schets op de linker pagina met de twee andere mo gelijke kernen. Toch zal bij uitwerking blijken dat er las tige bo uwkundige knoo ppunten ontstaan. Een voorbeeld is dat het maximalehoogte verschil bij de voor deur van de eerste bo uwlaag niet groter is dan 20 mm, zo dat de co nstructie aangepas t moet worden. Er zal een keuze gemaakt moeten wor den tussen minder flexibiliteit of een dure oplossing, waar bij de o plossingen in so mmige gevallen ver plaatst wor den naar andere aans luitingen.
tot de boven gelegen bo uwlaag is echter onduidelijker. Daar kan een situatie o nts taan welke is weergeven in de doorsnede hierboven. Er lijken meerdere toepassingen binnen de duplex woningen mo gelijk. Zoals een kern die boven een uitwendig s tijgpunt uitkraagt,
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Uitbreiding vanuit een centrale kern
Een combinatie van 'Keuze vrijheid tussen een flat en een maisonnette' en 'Uitbreiding vanaf een kern die grenst aan de galerij'
53
APPARTEMENTENGEBOUW MET GALERIJEN De vas te o nder delen, naas t die voor wo nen, in een appartementengebo uw met galerijen als o nts luiting, zijn: § lift § trappenhuis § leidingschachten § galerij(en) Het gewild wo nen kan vo lgens meer dere principes wor den uitgewerkt, waarvan er hieronder vijf zijn weergeven, uiteraard zijn deze principes in veel gevallen met elkaar te co mbiner en. Uit br eidin g va nu it ee n ce ntr a le k er n
Alle hier boven genoemde vaste onderdelen wor den in de ker n opgeno men of zijn eraan gekoppeld. De grootte van de wo ning kan door de bewo ner zelf met behulp van de beukmaat wor den bepaald. Uiteraar d geeft dit co nstr uctief wel enkele knoo ppunten die opgelost moeten wor den. Keu ze vr ijhe id t ussen ee n f lat en ee n mais on ne tte
De co ns ument heeft de mogelijkheid een kern van één of twee bo uwlagen te kiezen, de keuze heeft tot gevolg dat de co ns ument een flat of een maiso nnette kan samenstellen. Or iënt at ie va n de w o nin g
Door het aanbrengen van een galerij aan beide zijden van het gebo uw is het voor de bewo ner mo gelijk te kiezen aan welke kant de entree ko mt. Aan de locatie van de ker n is de oriëntatie van andere vertrekken gekoppeld. Bij een niet al te grote beukmaat is het namelijk niet aannemelijk dat cons umenten hun woonkamer aan de
entreezijde plaatsen aangezien door de hal de woo nkamer minder breed kan zijn dan maximaal mo gelijk is. Een pro bleem is echter wel de privacy. Doordat aan twee zijden een galerij loo pt is het altijd mo gelijk dat voorbijgangers naar binnen kijken. Daar naas t is het mo gelijk dat ( vrijwel) alle bewo ners aan een zijde hun entree maken o m zodo ende aan de andere zijde de mo gelijkheid te hebben voor een groot raam, waardoor men vanuit de ( woo n)kamer een go ed uitzicht heeft. Dit laatste zal zich met name voordo en bij s ituaties waarbij het kwaliteitsverschil in uitzicht per zijde heel erg verschilt, bijvoorbeeld aan één zijde uitzicht op het nabije industrieterrein en andere zijde uitzicht op de zee of een moo i natuur gebied. Een galerij aan beide zijden blijkt dus een o nwaarschijnlijke oplossing. Uit br eidin g va naf ee n k er n d ie gr enst aa n de ga ler ij
De kern van de wo ning wordt langs de galerij geplaatst, waar door alle vas te o nder delen van de wo ning ook daar gegroepeer d zijn. Dit is vaak al het geval in de huidige o pzet, waar bij het toilet in de hal is geplaatst en de keuken naast de voor deur. Het is aan de cons ument hoe groot de wo ning wordt. Loca tie va n de k er n
Door de kern enkele s tramienen van de galerij te plaats en wor dt de mo gelijkheid ges chapen de wo ningen naar twee zijden uit te breiden. Hierdoor ontstaat een gevelbeeld dat aan geen van de zijden vast ligt, zoals ook het geval is bij het Slimfit-project dat o p hetzelfde principe is gebas eer d.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
55
APPARTEMENTENGEBOUW MET PORTIEKEN Ook bij een appartementengebo uw, waar bij wo ningen ontsloten wor den via een portiek, zijn de mogelijkheden weer groot. Zelfs bij de randvoor waarde, dat enkel uitbreidingen vanuit één centraalpunt zijn mogelijk, zijn er veel varianten mo gelijk. G estape lde r u g-aa n-r ug S lim fitw on in ge n
Hiernaast is een gebo uw geschetst met daarin een ker n die deels openbaar is (stijgpunt) en deels toebehoort aan de wo ning. Uitbreiding vanuit de ker n is mo gelijk to t een maximaal aantal stramienen. É én k er n
Acht kolo mmen en een kern vor men de rooilijnen. Daar binnen kunnen de bewo ners de grootte van hun wo ning bepalen. Een mo gelijke optie daar naas t zou een uitkraging zijn voor een balko n of een erker op hoo gte. In de ker n worden alle o nder delen voor verticaal trans port geplaats t zoals lift, trappenhuis en leidingschachten. Ker n(e n) per ap par t em en t
Een aanpassing o p één kern daarop is een Slimfitkern, die aans luit op de o penbare ker n, met daarin de keuken, badkamer en der gelijke. Door de kernen niet aan de centrale ker n te plaatsen o nts taat een andere variant, waarbij de tevens het gevelbeeld voor een groot deel bepaald kan wor den, zie volgende pagina. Dit type kan ook uitgevo erd wor den door het maken van een swastika. Daarin is de breedte van de particuliere kern niet bepaald
door de stramienmaat en zit de centrale kern daar waar de vier Slimfit ker nen zich kruisen. E nk el vloer en,
ee n k er n en
wat g las
Bijna ultieme vrijheid, een gebo uw met daarin een kern, voor de vaste o penbare onder delen en r uimte ten beho eve van installaties voor de verschillende verdiepingen. Naas t deze kern, de gedeelde ins tallaties, de vloervelden en een dak, wor dt er enkel no g een klimaatgevel o m het gebo uw heen geplaatst. De bewo ners mo gen naar eigen inzicht hun laag indelen. Indien ze niet het hele o ppervlak willen gebr uiken (stookkosten) kunnen bewo ners zelf hun 'voor gevel' plaatsen binnen de klimaatgevel. Door de klimaatgevel ho eft hun ' gevel' niet water dicht te zijn en ontstaat er een veilig en beschut balko n ( mo gelijk tuin) op enkele verdiepingen hoo g. Hierbij is echter het uitgangs punt van de Slimfitker n helemaal ver dwenen. De kern is no g enkel een s tijgpunt. Uiteraard zal het ook mo gelijk mo eten zijn de kern hier enkele vas te o nder delen van de wo ning mee te geven, enkel is het o ppervlak van een bo uwlaag al vooraf bepaald.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Kern(en) per appartement
57
PERSPECTIEF OP HET GESTAPELDE WONEN Uit het voor gaande blijkt dat het ook in het ges tapelde wonen mo gelijk is de invloed van de co ns ument te ver groten en het blijkt dat het Slimfitprincipe zich hiervoor heel goed leent. De duplexwo ningen hebben veel weg van de ééngezins wo ningen. Bij het appartementengebo uw bestaat de ker n uit vaste onderdelen die no dig zijn in een wo ning, waardoor de prijs van de wo ning gedr ukt kan wor den. Het is echter niet noo dzakelijk dat in deze kernen ook verticaal verkeer een plaats krijgt. Dat kan immers ook via de o penbare ker n. Wellicht dat ervoor gekozen wordt voor de combinatie van trappen, lift(en) en leidingschachten voor algemeen gebr uik in het openbare gedeelte te plaatsen en de leidingschachten ten beho eve van sanitair en keuken in de particuliere kernen wor den geplaatst. Bo uwk u nd ige k no o pp u nte n
De verschillende variaties zorgen uiteraar d wel voor enkele aandachtpunten. Doordat bij de meeste pr incipes de co ns ument de mo gelijkheid heeft zelf de grootte van de wo ning te bepalen, kunnen hier door problemen met de draagco nstr uctie en de lichttoetreding o ntstaan. Het is namelijk mo gelijk dat een cons ument niet meer dan twee s tramienen wil uitbreiden ter wijl zijn toeko mstige bovenbuur zes stramienen wil uitbreiden. De bovenbuur ver hindert hierdoor dat een grote hoeveelheid licht in de kortere wo ning toetreedt. Daar naas t is een verschil van vier stramienen te groot o m constr uctief als uitkraging te wor den behandeld. Door de wo ningscheidende wanden tot het maximale uit te breiden wor dt dit co nstructieve pro bleem o pgelost, maar hierdoor wor den weer andere problemen gecreëer d. Zo kan o p so mmige plaatsen een ko udebr ug
onts taan. Daarnaast is het een extra belemmering van het zonlicht. Een andere o ptie is gebruik te maken van een stalen of beto nnen frame, waarin uitbreidingen plaats kunnen vinden. Er moet dan echter ook rekening worden gehouden met moeilijke knoo ppunten waar bij ko udebr uggen niet te voorko men zijn. Door de toepass ing van een klimaatgevel o m het gebo uw kan dit euvel voorkomen wor den. Beper k ing en op le gg en
Mo gelijk moet de co ns ument beperkingen wor den o pgelegd, waar door de verschillen en de daaraan evenredige problemen wor den beperkt. Bijvoorbeeld dat de co nsument minimaal vier stramienen moet uitbo uwen en maximaal zes s tramienen. Het verschil in s tramienen is zo met het voor gaande voorbeeld afgeno men tot twee s tramienen. De keuzevrijheid moet dan meer gezocht wor den in de keuze tussen mo dules met verschillende functies. Ver an der ing in he t ver k oo psystee m
Een andere mo gelijke 'oplossing' kan zijn de wo ningen op een andere wijze te verko pen. Kopers stellen hun wo ningen samen volgens hun eigen wensen, waar na een deskundige deze verschillende wo ningen gaat plaatsen o p de lo catie, daarbij er voor zorgend, dat mo gelijkheden die cons tructief gezien niet kunnen of niet voldoen aan het bo uwbesluit wor den ver meden. De ko pers krijgen na deze s amenstelling te horen waar precies hun wo ning geplaatst is. Een dergelijke o pzet is erg o nrealis tis ch. Zo' n verkoo psysteem ver wacht wel erg veel van de deskundige. Bovendien zal niet elke cons ument het eens zijn met de locatie. Een dergelijk verkoo psysteem is dus niet levensvatbaar.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
59
WOONM ILIE US
de ker n betreft, zal niet veel o nderscheid gemaakt wor den tuss en een stedelijk of semi-s tedelijk woo nmilieu. De ges loten blok verkaveling zal in dit milieu niet zoveel toegepast wor den. De over ige verkavelingsvormen daarentegen alledrie wel.
Uit het voor gaande is duidelijk gewor den, dat de Slimfitwo ning in theorie ook in andere vor men toegepast kan worden dan in Almere is gebeur d. Er is echter no g een as pect wat niet ver geten mag wor den. Dit betreft de woonmilieus. Neder land kent over het algemeen vier verschillende woo nmilieus, die kort behandeld z ullen wor den: § een stedelijk woo nmilieu; § een semi-stedelijk woo nmilieu; § een tuins tedelijk woonmilieu; § een landelijk woo nmilieu.
In een tuinstedelijk milieu is s prake van veel groen tussen de bebo uwing. Ook zijn de kavels dieper en br eder, dan in een stedelijk of semi-stedelijk milieu. In zo'n milieu is het Slimfitprincipe goed toepas baar, o mdat hierin allerlei wo ningtypes voor kunnen ko men. Dit betekent dat hierin afhankelijk van de grootte van de kavels de Slimfitkern overal o p de kavel geplaatst zou kunnen worden.
EEN STEDELIJK WOONMILIEU
EEN LANDELIJK WOONMILIEU
In een s tedelijk woonmilieu is vaak s prake van s malle, ondiepe kavels. Tevens s taat de bebo uwing nageno eg tegen de voorerfgrens aan. In der gelijke milieus zo u de kern voor op de kavel een heel geschikt en praktis ch uitgangspunt vor men. Ook de verkavelingsvormen hebben een relatie met het woo nmilieu. Geslo ten blo kken pass en bijvoorbeeld zeer goed binnen een stedelijk woo nmilieu. De mo gelijkheden die hiervoor zijn aangedragen, zouden dus in dit woonmilieu toegepast kunnen worden. De bebo uwing in een stedelijk woo nmilieu bestaat door gaans uit rijtjes wo ningen.
In een landelijk woonmilieu is meestal s prake van grote kavels die zich go ed lenen voor vrijstaande wo ningen. Het Slimfitprincipe is hier in theorie toepas baar, maar zal in de praktijk waarschijnlijk zelden of nooit toegepast wor den in ver band met de beperkingen die het systeem met zich meebrengt. Specifieke wo ningen, zoals boer derijen ( die hier geregeld voorkomen) kunnen niet zo maar in een systeem gepast worden.
EEN TUINSTEDELIJK WOONMILIEU
EEN SEMI-STEDELIJK WOONMILIEU Binnen een semi-s tedelijk milieu zijn de kavels vaak wat dieper dan in een stedelijk milieu. To ch s taat in een der gelijk woo nmilieu de bebo uwing no g vaak dicht o p de voorerfgrens. Wat de plaats van
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
61
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
63
ARCHITECTONISCH ONDERZOEK In het s tedenbo uwkundig o nderzoek is duidelijk gemaakt hoe met plaats van de Slimfitkern o p het kavel andere wo ningen o ntwikkeld zouden kunnen wor den. Op die manier zou het mo gelijk mo eten zijn naast rijtjes wo ningen ook twee-o nder-een-kap, vrijstaande en ges tapelde wo ningen te o ntwer pen. Stedenbo uwkundig kunnen echter niet alle gevolgen overzien wor den die de plaats van de kern o p het kavel te weeg br engt. In het architecto nisch onderzoek zal daarom o nder andere naar de gebo uwvor m gekeken worden. Hierbij staat de flexibiliteit centraal, die een toeko mstige bewo ner in s taat moet s tellen zoveel mo gelijk zijn ‘eigen woning’ samen te stellen. Ver der zal o nderzocht wor den welke mo gelijkheden er zijn voor de gevel, waarbij de unifor miteit beho uden blijft. De gevelindeling, het materiaal en de kleur zullen hier bij centraal staan.
GE BOUW VORM De gebo uwvorm van een Slimfitwoning wor dt bepaald door de Slimfitkern en de gekozen uitbreidings mo dules. In Almere is de Slimfitker n standaard drie lagen hoo g. Wanneer mensen maar bij twee lagen uitbreidingen kiezen, betalen zij voor een der de laag die ze niet willen. Het s treven in het o nderzoek naar de gebouwvor m zal zich bij de ker n daaro m voornamelijk to espitsen o p het ter ugbrengen van de Slimfitkern van drie naar twee lagen. Daar naas t zal o nderzocht worden of de kern als element kleiner kan. Vervolgens zal aan de hand van de ker n en de plaats die deze in-
neemt o p een kavel een aantal uitbreidings mo gelijkheden voorgesteld wor den. DE SLIMIFITKERN Bij het o ptimalis eren van de Slimfitkern is voor de volgende uitgangs punten gekozen: § De kern kleiner maken. § De hoogte van de kern ter ugbrengen van drie naar twee lagen. § De kern mo et eenvo udig te maken zijn en niet te beperkend werken voor de bewo ner in het samenstellen van zijn wo ning. § Met zo weinig mo gelijk standaard ker ntypes zoveel mo gelijk verschillende wo ningen kunnen samens tellen. Allereerst is gezocht naar een modulaire maat waarbinnen de wo ning in zijn geheel moest kunnen passen. Hier bij is er naar gestreefd een zo klein mo gelijke s tramienmaat te vinden, die in beide horizontale richtingen toepas baar is. De bepalende factor bleek een deurkozijn te zijn. Deze is minimaal 985 mm breed. Bij een stramienmaat van 900 mm zo u dus geen deur tussen s tramienlijnen geplaatst kunnen wor den. Er is daaro m gekozen voor 1200 mm. Binnen dit stramienveld is gezocht naar de minimale afmetingen voor de Slimftkern. Aangezien een trap met een te over bruggen hoo gteverschil van 3 meter al een gro nduitslag heeft van 1,0 x 3,3 meter, moet de kern in één richting al 3, 6 meter breed zijn (zie tekening). Daar naas t is het wens elijk o p de o verloo p in elk van de
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
65
overige drie wanden minimaal twee deuropeningen te kunnen plaats en. Zo onts taat een ker n van 3, 6 x 3,6 meter. Hier zitten de keuken, de badkamer en de technische r uimte dus niet bij in. De gedachte hierbij was de to eko mstige bewo ner vrij te laten in het plaats en van zijn keuken en badkamer. Voor waar de hierbij zal dan wel mo eten zijn dat deze aan de ker n grenzen, o mdat de leidingschachten in de kern geplaats t zijn. Het blijkt echter dat de ker n op die manier co nstr uctief gezien heel moeilijk sterk te kr ijgen is. Daarnaast zal er in de kern een leidingschacht geplaatst worden gr enzend aan de keuken o f badkamer. Die leidingschacht legt beperkingen o p in de vrijheid van deuro peningen in de ker n (in de bijlagen is hier meer over ter ug te vinden). Wat is dan het voor deel van zo’n kern in ver gelijking met de Slimfitker n die in Almere is toegepast? Dit blijkt enkel de variabele grootte van de keuken en de badkamer te zijn. Er zullen echter een flink aantal verschillende kernen ontwikkeld mo eten worden waar meer elke mo gelijkheid o pgevangen mo et kunnen worden. Wanneer vastgeho uden wordt aan de o pbo uw van de kern, zoals dat in Almere is uitgevoer d, blijkt echter dat met twee verschillende ker nen de in het s tedenbo uwkundig o nderzoek geo pperde mo gelijkheden verder uit te werken. Er is echter wel een klein verschil gemaakt, o mdat de kern aan het s tramienveld is aangepast. De Slimfitkern had een afmeting van 3,0 x 6,0 meter en de nieuwe kern zal 3, 6 x 6,0 meter zijn. De extra ruimte die hier mee op de begane grond gecreëer d wordt, blijkt zelfs voldoende te zijn o m de ins tallaties kwijt te kunnen. Hier door wor dt de derde laag over bo dig! In de tekeningen links en o p de vorige bladzijde is te zien ho e de ker n ‘horizo ntaal’ en ‘verticaal’ uitgevoer d zou kunnen wor den op een rechthoekig kavel. Voor de ker n kan dus geco ncludeerd worden, dat de Slimfitkern is
geo ptimaliseer d. De ker n is in volume afgeno men, bes taat uit twee lagen en er kan vols taan worden met twee verschillende types. DE UITBREID INGSMODULES Vervolgens zal vanuit de ker n de rest van de wo ning samengesteld moeten kunnen worden door de toeko ms tige bewo ner. Hierbij is het belangrijk dat het geheel geprefabriceer d moet kunnen wor den. Het blijkt namelijk dat hoe minder bo uwtijd nodig is, hoe goedkoper. De extra kosten van de voorbereiding wegen namelijk niet o p tegen de bo uwplaatskos ten die bes paar d wor den. Bij het o ptimalis eren zijn twee uitgangs punten gekozen: § De Slimfitwo ning, zoals die in Almere gebo uwd is. § Meer vrijheid in het samens tellen van de wo ning. In Almere ko n alleen uitgebreid worden in mo dules van 1, 2 x 6,0 meter. Elke woning had dus een rechte gevel. Door een extra stramien o p bijvoorbeeld 2,4 meter te plaats en zouden meer keuzemo gelijkheden gebo den kunnen wor den. Er kunnen zo heel veel verschillende wo ningen worden samengesteld. Het pro bleem is echter, dat het sys teem per wo ning aangepast zal mo eten worden en dan is het geen sys teem meer. Om het s ysteem te beho uden is daarom van deze mo gelijkheid afges tapt. De tekeningen o p de vo lgende bladzijden to nen voor rijtjes-, twee-o nder-een-kap en vrijs taande wo ningen ho e dat is uitgewerkt. Hierin is de ker n z wart gekleurd. De rode vlakken zijn uitbreidingen, die elke wo ning no dig heeft o m van de keuken en de hal met elkaar te verbinden. Bij wo ningen met blauwe en groene vlakken is in elk geval een van de twee vlakken noodzakelijk. Aan een van beide kanten van de ker n zullen immers twee uitbreidings mo dules geplaatst mo eten worden. De uitbreidings mo dules zijn gestippeld weergegeven en hebben altijd een afmeting van
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
67
1,2 x 6,0 meter, ook als de kern los van een erfgrens staat. In zo'n geval kan wel enigszins geschoven wor den met de modules aan de zijkant van de kern, maar niet met de afmeting. De mate waarover uitgebreid kan wor den is sterk afhankelijk van de plaats die de kern o p het kavel inneemt. Wanneer vanuit de kern bijvoor beeld maar in een richting uitbreidings mo dules aan de kern geplaats t kunnen wor den, s peelt het daglicht een beperkende factor. Vo lgens het Bo uwbesluit behoort elke ruimte een bepaald
daglichtpercentage binnen te krijgen door middel van een raamopening. Die raamo pening moet minimaal 10% van het vloero ppervlak van die ruimte beslaan. Dit moet uitgerekend wor den volgens NEN 20 57. De afmetingen van het scheidingsvlak vormen indirect dus de grens voor de afmeting van een r uimte. Wanneer een van de in de tekening weer gegeven mo gelijkheden verder uitgewerkt gaat wor den, zullen de gevelinvulling en de mate van uitbreiding goed o p elkaar afges temd mo eten worden.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Tussen de Vaarten in Almere, Hoenders Dekkers Zinsmeister Architecten
Hoofdkantoor NUON water in Leeuwarden, Inbo Architecten
IBM Research Center, Marcel Breuer
69
DE
SCHE IDING SVLA KKE N (G E VE L E N DA K)
De scheidingsvlakken zijn zeer bepalend voor het karakter van een wo ning. Aangezien er naar gestr eefd wordt de bewo ner zo veel mo gelijk zijn wo ning zelf samen te stellen, ver dient deze ook hierin vrijheid. Niet de bewo ner mo et zich aanpassen aan de wo ning, maar de wo ning aan de bewo ner. Voor de scheidingsvlakken z ullen verschillende as pecten o nderzocht wor den: § vorm van de gevel; § indeling van de gevel; § materiaal en kleur van de gevel; § vorm van het dak; § materiaal en kleur van het dak. VORM VAN DE GEVEL Over het algemeen kunnen drie verschillende gevelvor men o nderscheiden worden, die in de figuur hieronder zijn weergegeven.
De vor m van de gevel wor dt veelal bepaald door een aantal aspecten. Op de volgende bladzijden zullen deze as pecten kort behandeld worden. Vooraf kan echter al ges teld worden, dat ronde gevels minder vaak toegepas t wor den dan rechte gevels. De vraag is waar dit mee te maken heeft. Mo gelijk ko mt dit, o mdat de ronde vor m een vor m is waar mens en zich eigenlijk geen raad mee weten. Wanneer naar de natuur gekeken wordt, blijkt dat daar nagenoeg niets recht is. Een ro nde vor m is dus een organische vorm. Wellicht wor dt door het bouwen met rechte hoeken en in kubis tische vor men o pzettelijk een co ntrast met de natuur wor dt gecreëer d. Daar naas t blijkt ook, dat een ronde vorm een tamelijk onpraktische vor m is in de bo uw. Deze vor m is namelijk moeilijk te realis eren. Om die reden is de gevel vaak o pgebo uwd uit segmenten en zal daardoor nooit echt rond zijn. Dit kan ook een reden voor architecten zijn o m geen ronde gevel toe te passen. Wanneer een ronde vorm toegepas t wor dt moet dat Laboratory Tower, Johnson Wax ook echt een ronde vorm Building, Frank Lloyd Wright zijn. Zo'n gevel zal vanuit het flexibel en demontabel bo uwen ook niet
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
De overgang van een rechte naar een ronde gevel en de uitzichtmogelijkheden van binnen naar buiten.
71
erg praktisch genoemd kunnen worden. Hoe meer onderdelen er no dig zijn, ho e meer tijd het kos t om de verschillende elementen te koppelen o f te o ntko ppelen. Concluderend heeft het weinig toepass en van ronde vor men puur te maken met het feit, dat deze vor m o npraktisch is. Bij het bepalen van de gevelvor m s pelen over het algemeen de volgende aspecten een rol:
§
aangeroerd.
§
Een cirkel heeft altijd een middelpunt, waar de aandacht naarto e wordt getrokken of van waaruit alles begint, een soort oorsprong. Het kan dus twee kanten op gaan. Dit geldt ook voor een ronde gevel die meestal maar een deel van zo'n cirkel beslaat. Aan de binnenkant van zo'n ronding is ook zo'n centr um te vinden. Dit geeft tegelijkertijd een bepaalde geslotenheid aan. Bij een r uimte met rechte gevels, dienen de gevels enkel als scheiding tuss en binnen en buiten, ter wijl bij een ronde gevel de nadruk heel duidelijk aan de zijde ligt waar het middelpunt zich bevindt. Dit effect zal ver minderen, naarmate er meerdere (raam- en deur-) openingen in de ronde gevel gemaakt wor den, maar zal altijd blijven bestaan.
De externe omgeving.
Een gebo uw wor dt altijd in een o mgeving geplaats t. Hier wordt ook de vorm van de gevel door beïnvloed. In de stad waar alles vlak en strak is, zal niet zo snel voor een ronde gevel gekozen wor den. Bij een wo ning aan het water ligt een ro nde gevel daarentegen al meer voor de hand. Aangezien in de natuur niets recht is, is de ronde vor m te definiëren als een organische vor m. Vandaar dat in de or ganis che architectuur wel regelmatig gebruik gemaakt wordt van ronde vormen. De vorm van het gebo uw wor dt dus sterk bepaald door de omgeving waarin het ligt en hoe het gebo uw hierin ligt ( wat betreft oriëntatie en positie).
§
Hoeken.
Een ho ek benadr ukt het volume van een vorm. Het geeft een begrenzing aan. Een hoek geeft ho uvas t. Aan de hoek is te zien waar de ruimte o phoudt. Bij een ronde vorm o ntbreekt de hoek, waar door de continuïteit van de begrenzende vlakken wor dt benadr ukt en het ho uvast verloren gaat. Ook is een hoek te typeren als hard en scher p. Door de ho ek af te ronden worden de co nto uren van het gebouw verzacht. Vanzelfs prekend is de straal van die hoek hier bij van belang. Bij een kleine straal zal enkel s prake zijn van verzachting van de hoeken. Bij een grote straal wordt het totale karakter van de o ms loten ruimte beïnvlo ed. Zo wordt auto matis ch het vo lgende as pect
Karakter van de ruimte (interne ruimte).
§
Silhouet of contouren.
Bij het o ntwer pen is het ook mo gelijk dat ges treefd wordt naar een bepaald silho uet. Als in zo'n silho uet ook ro nde vor men voorkomen kan dit ook een oorzaak zijn voor het toepass en van ronde gevels. Hierbij moet echter wel ver meld worden, dat in zulke gevallen de o ntwer per degene is die voor de ronde vor m kies t. Dit as pect zal waarschijnlijk nageno eg geen rol s pelen, wanneer de keuze voor een gevel aan de bewo ner wordt over gelaten. Een bewo ner zal waarschijnlijk meer letten o p een praktische ver deling van r uimtes dan het silho uet dat o ntstaat.
§
Uitstraling.
Een ander as pect dat mee kan s pelen bij het kiezen voor een ge-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Bezinningsruimte UNESCO, Tadao Ando
110 hof-, gracht-, water- en vuurtorenwoningen in Barendrecht, Marge Architecten
73
velvor m, betreft de uitstraling. Een ronde gevel wordt bijvoorbeeld al gauw ger elateerd aan iemand die veel geld heeft, iemand met status. Een ro nde gevel is namelijk duur der dan een rechte gevel en ko mt ook o m die reden minder vaak voor. In een ronde gevel zit immers meer materiaal ( en ook nog vaak in afwijkende vor men) dan in een rechte gevel.
§
Uitzich t.
Ook het uitzicht van binnen naar buiten kan een rol s pelen bij het kiezen voor een bepaalde vor m. Bij een ronde gevel kan veel meer kanten o p gekeken worden, dan bij een vlakke gevel, zoals dat enkele bladzijden terug getekend is. (Hier bij gaan we er even voor het gemak vanuit, dat de gevel geheel uit glas bes taat.) Bij een rijtjes wo ning zal minder s nel voor een ronde of geknikte gevel gekozen (kunnen) wor den, o mdat de privacy dan mo gelijk aangetast wor dt. De kans is groot dat bij de buren naar binnen gekeken kan worden. Bovendien valt er ook niet veel te zien links en rechts van de gevel, o mdat daar andere wo ningen staan. Een uitzondering vormt de wo ning die als enige zo'n ro nde gevel heeft en daar door de s traat in kan kijken. Een dergelijke situatie ko mt echter nagenoeg niet voor. Bij een vrijstaande wo ning ligt een ro nde of geknikte gevel echter wel voor de hand, omdat dan o ptimaal van de o mgeving kan wor den genoten. Hetzelfde geldt ook voor een twee-o nder-een-kap woning.
§
no g eens onder een bepaalde ho ek ten opz ichte van elkaar geplaats t moeten wor den. Daar ko mt bij dat een 'ro nde' gevel een groter scheidings vlak heeft, waar door de kosten hiervoor dus ook ho ger zullen zijn dan bij een rechte gevel. Bij bo uwen met geprefabriceer de elementen, betekent een ges egmenteerde gevel ook meer werk, tijd en kosten. Een rechte gevel is in prefabricage uit te voeren als één element, wat in het voordeel is van het s nel en demo ntabel bo uwen.
Uitvoerbaarheid en kosten.
Ook de uitvoer baarheid en de kosten s pelen door gaans een rol bij het al dan niet kiezen voor een bepaalde gevelvorm. Een ro nde gevel wor dt mees tal benader d door segmenten. In de eerste plaats zal er hierdoor meer ar beid in een 'ronde' gevel zitten dan in een rechte gevel. In zo'n gevel z ullen meer delen geplaatst moeten wor den. Die delen zullen bovendien ook
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Het uitgangspunt voor een modulesysteem voor het samenstellen van de gevelvorm
75
M od u lesystee m geve lvor m
De vor m van een gevel kan in theorie dus steeds verschillen. Om de bewo ner o ptimale keuzevrijheid te bieden, binnen een industrieel kader, kan ook voor de gevel een mo dulesys teem aangeboden wor den. Op de pagina hier naast is zo'n sys teem afgebeeld. Het uitgangs punt is een raster opgebouwd uit verticale en horizo ntale stramienen met een stramienmaat Χ ( bijvoor beeld 1200 mm). Op basis van die maat Χ, worden rechte, schuine en gebo gen geveldelen aangebo den. Die geveldelen pass en altijd binnen een rechtho ek van Χ bij een aantal maal Χ, zoals in de figuur ook zichtbaar is. Vanzelfs prekend kan een bewo ner zijn voorgevel van 6Χ breed opbo uwen met drie geveldelen van 2Χ breed. To ch zal hier een beperking aan ver bo nden moeten wor den vanuit cons tructief oo gpunt, wanneer voor de wo ning ook toeko mstige uitbr eidingen open geho uden moeten wor den. Om dat principe te waarbor gen is er bijvoorbeeld in Almere voor gekozen de gevels, evenwijdig aan de ker n, niet co nstr uctief te belas ten. Deze gevels z ullen daarom geen al te groot verloop mo gen maken. Wanneer dat wel gebeurt, zullen die gevels dragend mo eten worden. Zo wor dt het o ntko ppelen en ver plaats en van deze gevels bemo eilijkt. Een andere reden o m toch binnen een bepaalde diepte voor de gevel te blijven is architecto nisch van aard. De gewo ne burger heeft over het algemeen weinig kaas gegeten van esthetiek. Het gevo lg zou kunnen zijn, dat er een rommelige, o nrus tige gevel o nts taat, waarin van alles gebeurt, maar die architectonisch gezien ner gens o p lijkt. Om der gelijke s ituaties te voorkomen, zal een vormgever s pelregels moeten bedenken. Het bepalen van een o ppervlak waarin de gevellijn zich mo et bevinden zo u één van die s pelregels kunnen zijn. Deze s pelregel kan ook geko ppeld moeten wor den aan de
keuzematrix van mo dules voor ruimtes. Een andere s pelregel zou kunnen zijn, dat de gevel symmetrisch moet zijn. Hier door ontstaan individuele wo ningen, die mo dulair zijn samenges teld en tegelijk indus trieel bo uwen als uitgangs punt hebben. Met name in rijtjes wo ningen zal het individuele karakter van een wo ning hier door erg versterkt worden. Ook de visie van een architect zal een rol spelen bij het aanbieden van een keuzematrix. Een architectenbureau waar een ro nde vor m ver wer pelijk wor dt geacht, zal geen ronde geveldelen aanbieden. De mate van vrijheid voor een bewo ner o m zijn wo ning helemaal zelf samen te s tellen is dus s terk afhankelijk van het aangebo den bo uwsys teem. De mate van vrijheid zal ook per project en locatie verschillend zijn. Midden in een stad z ullen er andere architecto nische eis en aan de bebo uwing worden gesteld dan midden in het open veld.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Town Hall, Alvar Aalto
Le Couvent Sainte Marie de la Tourette, Le Corbusier
77
INDELING VAN DE GEVEL De indeling van de gevel kan een hele pro minente rol s pelen bij het vergroten van de individualiteit van de wo ning. Wanneer een bewo ner geheel vrij gelaten wor dt in het bepalen van de gevelindeling van zijn huis, zal geen wo ning er hetzelfde uitzien. Het grote gevaar wat hierbij ko mt kijken, betreft het o ntbreken van enige samenhang. Wanneer naar de Slimfitwo ningen gekeken wor dt, blijkt dat samenhang daar nageno eg vereist is. Dit betekent dat de vrijheid van een bewo ner niet onbeperkt kan zijn. Toch zal het ook niet zo moeten zijn, dat de to eko mstige bewo ner het idee krijgt helemaal geen keus meer te hebben. Er zal in de o gens chijnlijke keuzevrijheid dus een element van unifor miteit ver werkt moeten zijn. De wo ningen in Almere, met de verticale belijning, zijn een goed voorbeeld van dit idee. Dit is echter niet de enige manier. Er zijn ook andere manieren. Glo baal gezien kunnen de vo lgende metho des onderscheiden wor den, welke achtereenvo lgens behandeld z ullen wor den: § belijning; § vlakken in een vlak; § vaste gevelelementen. Belijnin g
In Almere is verticale belijning to egepas t. Deze lijnen zouden steeds o p een vaste afs tand ten opzichte van elkaar staan. In de praktijk moes t één lijn enigszins verschoven, o mdat de deur er anders niet tussen paste. Er kan echter ook eenheid gecreëerd wor den met verticale belijning, zonder dat er gebr uik gemaakt wor dt van een vast h.o. h. afs tand. Een voorbeeld vor mt 'Tuss en de
Vaarten' in Almere van Dekkers Zins meister Architecten, waarvan aan het begin van dit hoofdstuk een foto te zien is. Ook Le Corbusier speelde met verticale lijnen. Een voorbeeld vormt 'Le Co uvent Sainte-Marie de la To urette'.
Bedrijfspand Kropman in Nijmegen, Van Veersen Architectuur
In de voorbeelden die getoond worden, wordt al duidelijk dat er op verschillende manieren horizontale belijning gecreëerd kan wor den. De belijning kan o nder andere zichtbaar wor den: § door een diepteverschil aan te brengen; § met een ander materiaal; § met een andere kleur. Er kunnen natuur lijk ook no g co mbinaties van horizontale en verticale lijnen toegepast wor den. Een voorbeeld is het flatgebo uw van Sir Edwin Lutyens. Hierin is een blokjes patroon ontstaan met een do nkere of lichte invulling of een kozijn. Ook in het tekeningetje
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Vincent Street Flats, Sir Edwin Lutyens
79
hiernaast is iets der gelijks weer gegeven. Binnen zo'n patroon van vierkantjes zouden bewo ners dan zelf hun openingen kunnen kiezen. Ook de Fukuoka Sogo Bank van Arata Isozaki aan het begin van dit hoofds tuk is een voorbeeld van een verdeling in horizontale en verticale lijnen. Naas t horizo ntale en verticale lijnen bes taat er natuurlijk ook no g de mo gelijkheid o m diago nale lijnen of vrije lijnen toe te passen. Zolang dergelijke lijnen in elke wo ning steeds op dezelfde wijze terugko men o nts taat vanzelf uniformiteit. Het is wel zaak om met de deuren raamopeningen rekening te ho uden met die belijning. Dat betekent, dat in deze openingen de lijnen niet o nder broken mo gen wor den. Vlak k en in ee n vlak
Met vlakken in een vlak wor dt een vas t patroo n bedoeld van vlakken in een groter vlak. Deze vlakken hoeven in theorie no g niet eens een relatie met elkaar te hebben. Een bewo ner kan vervolgens zelf kiezen welke vlakken o f gedeelten van vlakken hij wil gebr uiken voor zijn raamo peningen. Als de co ns ument bepaalde vlakken
niet wil gebruiken voor zijn raamo peningen, dan moeten deze echter wel afwijken van de res t van de gevel o m de uniformiteit te waar borgen. Zo heeft elke bewo ner zijn zelfgekozen deur- en raamo peningen, maar bestaat toch unifor miteit (zie tekening hier boven). Vaste g eve lele me nt en
Een andere mo gelijkheid is de bewo ners een matrix van vaste gevelelementen aan te bieden. Die gevelelementen moeten zo vormgegeven zijn, dat ze in wat voor co mbinatie ook altijd een unifor m geheel opleveren. Een voorbeeld hiervan wor dt weergegeven in de tekening o p de linkerpagina. Deze tekening is o ntleend aan een programma, genaamd Woo nplanner. In dit pro gramma krijgt een co nsument binnen de afmetingen van het casco de mo gelijkheid zelf zijn binnenwanden te plaats en en aan te geven waar zijn natte r uimtes ko men en dergelijke. Voor de gevel kan de cons ument kiezen uit een hoeveelheid o pen, gedeeltelijk o pen of dichte elementen. Dit kan resulteren in een gevelbeeld waar bij elke wo ning een andere gevel heeft, maar waarin toch een duidelijke uniformiteit te herkennen is, zoals op de andere tekening op bladzijde hiervoor.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
24 begane grond- en verdiepingswoningen in Almere, Architectenburo Bakker Boots van Haren Dijkhof bv Houten gevelbeplating toegepast door Van de Brink Architecten
Houten geveldelen in het referentiebeeld voor de Slimfitwoning
Werzalit®-gevelbekledingsplaten en -profielen
81
MATERIAAL EN KLEUR VAN DE GEVEL Onder architectonische mogelijkheden, vallen ook de materiaal- en kleurkeuze. Verschillende materialen hebben vaak verschillende kleuren en kleurmo gelijkheden.. Door bij de Slimfitwo ningen voortdurend gebruik te maken van hetzelfde materiaal wer d een unifor miteit ber eikt. Met behulp van verschillende kleuren kan binnen deze uniformiteit toch no g individualiteit o ntstaan. Een voor beeld vor men de wo ningen van Architectenburo BBHD, die ook o p het terrein van de Bo uwexpo Almere 2001 staan. Op de linker pagina is een foto van deze wo ningen afgebeeld. De bewo ners ko nden bij dit project zelf hun wo ning samenstellen. Vervolgens heeft het architectenburo ervoor gezorgd, dat de wo ningen in elkaar pasten. De verschillende wo ningen zijn onderscheiden van elkaar door per wo ning een andere kleur voor de keramische gevelbekleding te kiezen. Anderso m is theoretisch ook mo gelijk: individualiteit bereiken door bewo ners zelf hun gevelbekledings materiaal te laten kiezen en de uniformiteit te behouden door elke wo ning dezelfde kleur te geven. Voor beide mo gelijkheden zijn voor- en nadelen te noemen. Es thetisch gezien, geeft de eerste metho de waarschijnlijk het moois te resultaat. De kans is namelijk zeer groot dat de kleuren van verschillende materialen bij deze metho de zelden of nooit precies hetzelfde zijn. Bij de Slimfitwo ningen in Almere is bij elke wo ning gekozen voor èn hetzelfde materiaal èn dezelfde kleur. Afhankelijk van de s ituatie en het beoo gde res ultaat kan dus naar alter natieven gezocht worden. Achtereenvolgens zullen hier na allerlei materialen die genoemd wor den, die ges chikt zijn als gevelbekleding. De vraag is echter of ze ook ges chikt zijn voor de Slimfitwo ning.
Per materiaal zal gelet wor den o p: § de toepas baarheid bij IFD bouwen, § in welke vorm het materiaal toegepast en aangebracht zou kunnen worden en § wat de variatiemo gelijkheden in kleur zijn. Hou t
Er zijn bij hout veel eigenschappen te noemen o m aan te to nen, dat dit materiaal ges chikt is voor IFD. In de eerste plaats is hout zeer geschikt voor prefabricage ( het industriele as pect). Gepr efabriceer de elementen van ho ut hebben vaak beter e eigenschappen dan op de bo uw vervaardigde ho uten elementen. De o ms tandigheden in de prefabricage kunnen namelijk gecontroleerd wor den en ko men daardoor het product ten goede. Afhankelijk van de ho utsoort kan hout als een tamelijk licht materiaal bescho uwd worden. Hierdoor kunnen vrij grote elementen geprefabriceer d worden die toch no g goed te vervoer en zijn. Ook wat betreft de mo ntage is ho ut to epas baar (het demo ntabele aspect). Ho ut is eenvo udig te mo nteren met behulp van bevestigings middelen die ook later eenvo udig weer ver wijder d kunnen wor den. Hout is ook ges chikt in verband met de flexibiliteit die het materiaal biedt. Ho ut kan op veel verschillende manieren toegepas t worden. Hout heeft ook co ns tructieve eigenschappen. Het kan daarom gebruikt wor den voor dragende en niet-dragende elementen. Dat betekent dat een huis, indien dat gewenst wor dt, helemaal in ho ut gebo uwd kan wor den. Bovendien leent hout zich ook heel er g goed voor ver duurzamings metho den. Door ho ut bijvoorbeeld te acetyleren wordt het ho ut waterafstotend, waar door de kans o p aantas ting door schimmels aanzienlijk kleiner wordt.Ho ut is ook
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Een detail van een gevel met keramische gevelbekleding
Keramische gevelbekleding bij het Stationsgebouw te Amersfoort, volgens het detail links.
83
een goed te bewerken materiaal. Met ho ut zijn allerlei vormen te maken. Wanneer onderzocht wor dt welke mo gelijkheden ho ut als gevelbekleding biedt zijn er meer dere antwoorden te geven. De meest gebr uikte vormen van hout als gevelbekleding zijn toch wel de (rabat) delen en de platen. De beelden op de linker pagina en hier links geven enkele uitvoerings mo gelijkheden aan. In deze voorbeelden is steeds voortdurende de natuurlijke kleur van het hout gebr uikt. Met ho ut is het echter ook mo gelijk o m welke kleur dan ook te kiezen. Hout is eenvo udig te verven. Boven wor dt het materiaal er Houten gevelbekleding bij de Faculteit vaak duurzamer door, mits Economie en Management in Utrecht, de verflaag goed o nder ho uMECANOO den en regelmatig vervangen wordt. Indien gewens t is het dus mo gelijk met dit materiaal uniformiteit en tegelijkertijd individualiteit te bereiken. Ker am ische geve lbek le din g
Keramische producten, waaro nder ook de wandtegels vallen, heb-
ben weinig of geen co nstructieve eigens chappen. Dat betekent dat het materiaal uitsluitend als bekleding toegepast wor dt. Hiervoor is een onderco nstr uctie no dig. De tegels kunnen hier opgeplakt wor den door middel van zetten of lijmen. Ook kunnen de tegels ook met behulp van een metalen co ns tructie opgehangen wor den aan de gevel (zie het detail o p de linkerpagina). De tegels kunnen, wanneer sprake is van geprefabriceer de wandelementen al van tevoren aangebracht worden. Hier door kan toch een bepaalde indus trialisatie bereikt wor den. Wanneer de tegels echter gelijmd of gezet zijn, is het niet eenvo udig o m de tegels weer te demo nteren. Als het totale wandelement echter als uitgangspunt geno men wordt, kan toch ges proken wor den van demo ntabel bo uwen. Bij het plaats en van de tegels in profielen, zoals dat in het detail op de linker pagina te zien is, is het wel mo gelijk de tegels no g te ver wijderen in een later stadium. Er zijn verschillende afmetingen (vierkant en rechthoekig) mo gelijk variërend tuss en 100 x 100 tot 450 x 450 mm. Dit kan een beeld opleveren, zoals dat bij het Statio nsgebo uw in
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Een IFD-woningbouwproject in Etten-Leur, waarbij prefab wandelementen zijn toegepast bekleed met steenstrips
85
Amersfoort te zien is. Met keramische pro ducten kunnen echter ook ander gevelbeelden o ntstaan. In de foto's op deze pagina wor dt daar iets zichtbaar van. Bij de 24 begane grond- en verdiepings wo ningen in Almere van Architectenburo Bakker Boots van Haren Dijkhof zijn dezelfde tegels to egepas t als bij het statio n in Amersfoort (zie de foto enkele bladzijden hiervoor). Uit deze gevel blijkt, dat het keramische pro duct in meerdere kleuren gemaakt kan worden. De klei waar de keramis che producten van gemaakt worden is in het algemeen witbakkend. Wanneer er echter metaaloxiden wor den toegevo egd kunnen de tegels een andere kleur krijgen. Een andere manier om de tegels een kleur te geven is door middel van glaz uren. Binnen het glazuren zijn ook weer verschillende uitvoering mo gelijk. Zo bestaan er trans parante glaz uren, opake glaz uren, ondoorschijnende gekleur de glazuren, glanzende halfmatte of matte glaz uren en glazuren met een meerkleurig uiterlijk. Per project kan de architect dus bepalen ho e hij wil dat de gevel er uit ko mt te zien, wat de vormgeving en de kleur van de keramiek betreft. Bak steen
Baks teen wer d niet ges chikt geacht voor IFD bo uwen. In de eerste plaats is met metselwerk o p zichzelf geen hele gevel te prefabrice-
ren. Daarnaast is het materiaal ook niet demo ntabel. Een wand van metselwerk kan niet uit elkaar gehaald wor den o m de bakstenen bij andere projecten weer opnieuw te gebruiken. De enige manier waarop met mets elwerk enigszins industrieel gewerkt kan wor den is door het te co mbineren met ander e materialen. Zo kan een buitenspo uwblad van metselwerk bijvoorbeeld in een kader van staal of beto n gevat wor den. Zo' n kader kan vervoerd wor den, zonder dat de wand het begeeft. Een andere mo gelijkheid is een co mpleet pr efab wandelement te maken ( binnen- en buitens po uwblad + isolatie). Een voor beeld daarvan is te zien o p de foto o p de linker pagina. Het betreft daar het IFDwo ningbouwpro ject Etten-Leur. Bij dit project is ook sprake van een betonnen buitenspo uwblad. Op dit beto nnen s po uwblad zijn steenstr ips geplakt. Ondanks het feit dat baks teen niet optimaal binnen het IFD bouwen past, zal dit materiaal niet geheel uitgesloten moeten wor den. Baks teen is dè Hollandse gevelbekleding bij uits tek. Het is niet de bedo eling dat met het doorvoeren van het IFD bo uwen het Hollandse karakter van de bebo uwing, in de vorm van metselwerk, verloren gaat. Bovendien is met mets elwerk goed in kleur te var iëren. Alleen al door het to evoegen van metaaloxiden aan de klei o nts taan andere kleuren. Daar naas t is het ook bij baksteen mo gelijk o m door middel van glazur en verschillende kleuren te krijgen. Een nadeel van mets elwerk is de grote kans o p verontr einiging van de gevel bij ondeskundig mets elen. Wanneer de gevel tijdens of vlak na het mets elen no g te vochtig is, worden chemische zo uten opgelost in het water. Tijdens het dro gen van de gevel kristalliseren deze zo uten uit o p of nabij het oppervlak van de mets elwerk. Door echter het mets elwerk in de prefabricage al aan te brengen
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Cementgebonden platen op regels
Cementgebonden platen op houten regels met afstandsteunen
Het Koshino van Tadao Ando is uitgevoerd in beton.
Bevestiging cementgebonden platen
Onzichtbare bevestiging met alumi-
op verticale aluminium profielen
nium profielen
1 gevelplaat 2 eterniet voegprofiel 3 EB afstandsteun 4 verticale houten regel
9 eterniet gevelplaatschroef a = h.o.h. afstand verticale houten regels en multiplex stroken b = h.o.h. afstand EB afstandsteunen
5 achterconstructie 6 isolatie 7 geventileerde spouw
10 r.v.s. zeskantbout M8 x 30 12 L-draagprofiel 13 klem
8 multiplex strook, dik 22 mm
14 moer met kartelring
De pastorale hal Shuto cho, Yamagushi
87
een wandelement of in een kader kunnen de co ndities veel beter geco ntroleerd worden. Het gevo lg is, dat er geen uitslag zal o p onts taan o p de gevel. Dit ko mt de kwaliteit van het gevelbeeld dus no g ten go ede ook. Cem en tg eb o nde n (vez el) pla te n
Cementgebonden platen kunnen in de prefabricage wor den aangebracht o p wandelementen. Cementgebo nden platen hebben namelijk net als de keramische gevelbekleding een achterco nstructie no dig. Dit kan o p verschillende manieren: § ges chroefd o p ho uten regels; § aanbrengen o p verticale aluminium profielen, waar bij de platen wor den beves tigd met klemco nstructies en verstelbare draagsteunen; § onzichtbaar aanbrengen o p horizontaal aangebrachte aluminium profielen; § in de vor m van gevelvullende ( nietdragende) elementen ter hoo gte van de ver dieping en ter breedte van de wo ning; § kozijnvullingen. Bij al deze bevestigingen is het later niet zo moeilijk om de cementgebo nden platen te ver wijderen van de o nderco ns tructie. Het zijn immers allemaal mechanische ver bindingen.
Wat betreft het IFD bo uwen is er dus niet zoveel bez waar tegen dit materiaal. Het materiaal heeft bovendien vrij gunstige eigens chappen. Het materiaal is namelijk kleurecht en kras vast, een duurzaam materiaal dus. Bo vendien is het materiaal bestand tegen vorst, micro-or ganis men, insecten en chemische invloeden. Wanneer de mo gelijkheden in kleur onderzocht wor den, blijkt dat talloze kleuren mo gelijk zijn door een emaillaag o f een gekleurde minerale to plaag aan te brengen. Pr efab bet on ne n geve lbek led ing
Pefab beto nnen wandelementen zijn bijzonder ges chikt voor IFD bo uwen. Der gelijke elementen zijn vrij eenvo udig weer te vervangen o f te verplaatsen na verloo p van tijd. Een beto nnen wandelement kan in verschillende vormen uitgevoerd wor den. In de eerste plaats kan het betonnen element als binnenblad dienen. Het element is dan tevens de o nderco nstr uctie voor de gevelbekleding, zoals cementgebonden vezelplaten. Met zo'n element wordt het ook mo gelijk een stuc gevel te prefabriceren. In de tweede plaats kan het wandelement als buitenblad toegepast wor den, als gevelbekleding. In zo'n geval zal aan de binnenkant van het element geïsoleerd mo eten worden. Toch zal het element ergens gefixeer d moeten worden en daar de isolatie doorbreken. Er onts taat een koudebrug. Dit is dus geen goede mo gelijkheid. Tens lotte kan het element worden uitgevoer d als sandwichelement. Er kan dan bijvoorbeeld gedacht worden aan een gevelelement in houtwo lbeton (ook wel ho utvezelbeton genoemd).
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Een gebouw waar cementgebonden vezelplaten zijn toegepast en waarbij een ronde vorm is nagestreefd.
89
Een dergelijk element is o pgebo uwd uit een binnen- en buitenschil van gewapend beton en een isolerende kern van ho utwolbeto n. Deze elementen kunnen to t een maximale lengte van 7500 mm gelever d worden. Bovendien kan het geluidsabsor berend vermo gen van het element wor den vergroot door een extra laag houtwo lcement aan de binnenkant. Tijdens de prefabricage kunnen in het beto nnen buitenblad ook verschillende lijnpatronen, s tructuren en der gelijke worden aangebracht. Ook is het mo gelijk o m gekleurd beto n te gebruiken. Zo kan elke woning een eigen kleur of gevelbeeld kan krijgen, maar blijft de unifor miteit toch bestaan. Er moet no g wel een kanttekening geplaatst worden bij prefab beto nnen elementen. Deze elementen kunnen namelijk alleen maar toegepast wor den wanneer sprake is van een beto nnen of stalen draagco nstr uctie.
naadloos aan bij de idee van de kern. De kern is een z waar element, die vast o p een bepaalde plaats blijft staan. Wanneer gebr uik gemaakt wor dt van de droge stelmethode, waar bij de natuurstenen platen, mechanisch bevestigd wor den, is sprake van flexibel bouwen. Het industriele as pect is te herkennen in het gevelelement, waarop de natuursteen is aangebracht. Dus in dat opzicht is natuursteen ook voor IFD bouwen geschikt. Natuursteen is een exclus ief materiaal. Het toont er g chiq ue, maar dat vertaalt zich ook in de pr ijs. Natuursteen is een duur materiaal. Het is geschikt voor diverse afwerkings metho des, zoals frijnen, bo uchar deren, schuren, zoeten en polijsten, waardoor uiteenlo pende gevels o nts taan. Het natuursteen zelf is in allerlei kleuren lever baar. Op de linker pagina zijn hiervan diverse voorbeelden te zien.
Natu ur stee n
Natuur ges teente is materiaal uit de aardkorst, o ngeacht de aar d of de s amenstelling van het materiaal. Na de winning wor dt het materiaal bewerkt en kan het o nder andere toegepast wor den als gevelbekleding. Natuursteen is een materiaal met een grote vo lumieke massa. Dit komt de vervoerbaar heid in grote elementen niet ten go ede. Wanneer een gevel met natuurstenen gevelbekleding gewenst is zal dat co nseq uenties hebben voor de co nstr uctie. Op voorhand kan dus al ges teld worden, dat een natuurstenen gevelbekleding uitgeslo ten kan worden in geval van houtskeletbo uw. Natuursteen is wel een uiter mate geschikt mater iaal o m te gebruiken voor de ker n. De eigenschappen van het materiaal sluiten
Verschillende typen frijnslagen; van links naar rechts: frijnen, scharreren, visgraat, willekeurige en rechte kathedraalslagen.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Glazen bouwstenen
Murmellius gymnasium te Alkmaar, VanBockhooven VanRutten Tauber Architecten
91
Ku nstst of fe n
Kuns tstof beplating is een relatief licht en go edkoo p materiaal. Dat zijn precies de twee eigenschappen op gro nd waarvan dit materiaal aantrekkelijk wor dt. Kuns tstof wordt o p een mechanis che manier bevestigd aan de achterco nstr uctie. Het later los maken van de co ns tructie levert daarom geen enkel pro bleem o p. Met het mater iaal is een hoge mate van industrialis atie mo gelijk, omdat het materiaal zich goed leent voor het ver werken in de fabriek aan bijvoor beeld prefab beto nnen gevelelementen. Met kunststo f zijn de mo gelijkheden wat de kleur betreft nageno eg onbeperkt. Met behulp van allerlei to egevo egde stoffen kan elke gewens te kleur gemaakt wor den. Oo k voor de vorm zijn verschillende uitvo eringen mo gelijk. In kunststo f zijn o nder andere vlakke en gegolfde platen geen probleem. De eigenschappen van het materiaal kunnen zeer goed beïnvlo ed wor den, o mdat het een kuns tmatig product is. Kuns tstof heeft echter ook een aantal nadelen. Het veroudert relatief snel. Het wordt s nel s merig, want vuil hecht zich heel gemakkelijk vast o p het o ppervlak. Het o ppervlak is tamelijk zacht en daardoor snel bes chadigd. Toch kan geco ncludeer d wor den, dat kunststo f een geschikt gevelbekledings materiaal is voor de Slimfitwo ning, o mdat hier mee de individualiteit goed benadr ukt kan worden.
kan ko men. Wanneer glas in een gevelvullend element wor dt toegepast is al s prake van demo ntabel bouwen. Een pui is namelijk eenvo udig te verplaatsen. Daaro m is bij de Slimfitwo ningen in Almere ook voor zo'n gevelvullend element gekozen. Glas is een weer bes tendig, vlak, milieuvriendelijk, vormvast en gemakkelijk te bewerken materiaal. Glas is per definitie doorzichtig en lichtdoorlatend. Wanneer dat echter niet gewenst is, kan dit relatief eenvo udig verander d wor den. Glas kan door een emaillaag elke gewenste kleur krijgen. Oo k melkglas ( wel lichtdoorlatend, niet doorzichtig) is een veel toegepaste glassoort. Daar naas t zijn er ook duurdere vormen van glas, waar mee o nder andere de zoninstraling geweerd wor dt. Voorbeelden hiervan zijn fotovoltaïs che beglazing ( hoe meer licht hoe o ndoorzichtiger het glas wor dt) en beglazing die door elektris che s panning o ndoorzichtig wor dt. Er is no g een glassoort die het verdient apart geno emd te worden. Dit is de glazen bo uwsteen (zie linkerpagina). Glazen bo uws tenen wor den in veel verschillende uitvoeringen gelever d. Er worden twee soorten onderscheiden, namelijk de ho lle en de massieve glazen bouwstenen. Een glazen bouwsteenwand kan nooit als dragende wand worden toegepast of met het o mringende opgaande werk wor den verbo nden. De wanden moeten vrij kunnen bewegen en bes cho uwd wor den als vulmater iaal. Glazen bo uwstenen zouden dus alleen toegepast kunnen worden in een beto nnen of s talen kader (om het geheel industrieel te ho uden).
G las als ge velbek le d in g
Glas is ook bijzonder geschikt voor IFD bo uwen. Glas kan o nder andere toegepast worden in gevelvullende puien. Daarnaast zijn er ook glazen vlies gevels mo gelijk (zuiver en o nz uiver). De vlies gevel komt in de wo ningbo uw eigenlijk niet zoveel voor, maar wat niet is
M eta len geve lbek le din g
Voor metalen gevelbekleding geldt min o f meer hetzelfde als voor kuns tstof en cementgebo nden platen. Het wor dt veelal toegepas t in plaatvor m, meestal geprofileerd. Het betreft dan mees tal de vol-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Drager-huis in Berkeley, Franklin D. Israel
FT-Hal / gebouw Matrix TU Eindhoven, OD 205 Architectuur
Maison de Verre, Pierre
93
gende metalen: § aluminium; § (titaan)zink; § koper; § staal. Ook wor dt o nder andere zink no g wel eens uitgevoerd als een soort rabatdelen. De bevestigingen van deze metalen o p de o nderco ns tructies zijn meestal mechanisch. Hier door is het materiaal later eenvoudig te demo nteren. Dit pas t binnen het IFD bo uwen. Ook is indus trieel bo uwen geen pro bleem. Alles kan probleemloos in de prefabricage op een gevelelement aangebracht wor den en bewerkt. Daar naas t worden sandwichpanelen vaak toegepast. Op die manier kan een gevelvullend element al voorzien worden van isolatie. De kleur mo gelijkheden verschillen per materiaal. Zink en staal zouden bijvoorbeeld geverfd, gemoffeld of gepoederco at kunnen wor den en aluminium kan geano diseerd wor den. Koper wordt meestal uitgevoer d in de roodachtige ( eigen) kleur, die door het patineren later een groene kleur krijgt. Een mooi voor beeld van een koperen gevelbekleding is het Drager-huis in Berkeley van Franklin D. Israel. To ch wordt metaal niet zo vaak toegepast in de wo ningbo uw. Waarschijnlijk o mdat metaal een vrij koel materiaal is. Met name de grijskleurige metalen (zink, aluminium en staal) stralen geen warmte uit.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
95
VORM VAN HET DAK Bij de Slimfitwo ning in Almere zijn twee verschillende dakvor men aangebo den en toegepast, het platte en het hellende dak. Een huis 'zonder dak' heeft een plat dak en een huis ' met dak' een hellend dak. Het hellende dak is aangeboden o m de bewo ners hun wo ning een meer 'huis'-idee te geven. De ter m huis wor dt immers meestal direct geassociëer d met vier muren en een ( hellend) dak. Binnen de platte daken zijn geen verschillende mo gelijkheden te bedenken, want plat is plat. De hellende daken bieden echter wel een variatiemo gelijkheid. Het betreft dan de hellings hoek. In Almere is één hellings ho ek aangebo den. Het dak heeft daarbij een hoo gte van één laag en verloo pt over een stramien. In theorie kan voor een flauwer e helling gekozen wor den. Het dak zou dan bijvoorbeeld over twee of meer stramienen kunnen lo pen. Dit gaat echter ten kos te van het bruikbare vlo eroppervlak. Een bewo ner zal hier om die reden, hoo gstwaarschijnlijk, toch niet voor kiezen. Deze mo gelijkheid zal daarom ook niet ver der uitgewerkt wor den. Een andere mo gelijkheid is te kiezen voor een gebo gen dak. Dit brengt echter al gauw ho gere kosten met zich mee. Daaro m zal hier verder geen co ncreet onderzoek naar verricht wor den. Dit betekent dat er in elk geval geen nieuwe dakMet name onder het dakraam en aan de vormmo gelijkheden zulzijkanten van het dak moest veel afdichlen wor den aangebo den. tingsmateriaal toegepast worden. De kans is zelfs aanwezig
dat het hellende dak helemaal vervalt, o mdat het dak volgens de architect te ro mmelig is. Er zitten o p het kleine dako ppervlak te veel verschillende bo uwkundige details. Met name aan de zijkanten en bij de dakramen is het dakbedekkings materiaal, de Sto newo ld dakpan, te veel naar de achter grond gedrukt door het afdichtings materiaal. MATERIAAL EN KLEUR VAN HET DAK De materialisering van het dak is wèl het o nderzoeken waar d. Ook bij het dak wor dt direct de link gelegd met de kleurmo gelijkheden van een materiaal, net als bij de gevels. Er wordt vanuit gegaan dat de dakbedekking wordt aangebracht op een prefab element van hout ( de co nstr uctie van daken wor dt no g altijd in ho ut uitgevoerd). Op die manier is altijd sprake van IFD bo uwen. Leie n
Daken bedekt met leien kunnen o p drie verschillende manieren zijn uitgevoerd: rechthoekige, vierkante en ruitvor mige leien.
Wanneer gekozen wordt voor cementgebo nden leien, kan uit zes verschillende kleuren gekozen worden. Deze leien hebben bovendien een extra gepigmenteer de, mos werende toplaag waarop een dubbele co ating is aangebracht o p basis van een acrylaathars. Zo wor dt de duurzaamheid van dit materiaal ver groot.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
97
Het architectonische beeld wijkt echter niet er g veel af van de Stonewold. Er is s prake van een vlak dat gevuld is met allemaal kleine vlakjes. In feite is de Sto newold namelijk een soort samens melting van een dakpan en een lei. Bit u me uze dak be dek k in g
Bitumineuze dakbedekking wor dt mees tal toegepast bij platte daken en so ms bij flauw hellende daken. Dit heeft vooral te maken met de beves tigings methoden van de bitumen dakbanen: § losliggend met ballast: bij steile daken blijft de ballast en dus ook de bitumen niet liggen; § volledig gekleefd: dit kan wanneer sprake is van een zelfklevende hechtlaag; § partieel gekleefd: hiervoor geldt hetzelfde als bij vo lledig kleven; § mechanisch bevestigen: dit is goed mo gelijk. Wanneer echter gebruik gemaakt wor dt van geprefabriceerde elementen, vallen een aantal beperkingen weg. Dan kan de dakbedekking aangebracht wor den als de elementen nog horizo ntaal liggen. Ten o pzichte van dakpannen veroudert bitumen echter wel veel sneller onder invloed van UV-s traling en zuurstof. Dit betekent dat deze dakbedekking regelmatig vervangen zal moeten wor den. Ku nstst of dak b edek k ing
Kuns tstof dakbedekking wor dt net als bitumen in baanvormige folies aangebracht. Het materiaal heeft echter een aantal voordelen ten opz ichte van bitumen: § soms een grotere chemische bestendigheid; § gemakkelijk schoo n te ho uden;
§ mo gelijkheid to t het prefabriceren van grote vellen, membranen geno emd; § gunstige mechanische eigens chappen; § langere levens duur; § onder houds arm. Kuns tstof dakbedekking kan o p verschillende manieren bevestigd wor den: § losliggend (dit is bij hellende dak niet mo gelijk); § mechanisch bevestigd; § geplakt met warme bitumen kleefs tof; § geplakt met ko ude bitumen kleefstof; § door middel van lijm ( met of zonder o plos middel); § met brander: deze metho de wor dt echter bij voorkeur vermeden in verband met schadelijke sto ffen die dan vrij ko men. Kuns tstof dakbedekking kan bo vendien in heel veel verschillende kleuren wor den uitgevoerd, net als de kunststo f gevelbekleding. Dit maakt kunststo f tot een heel aantrekkelijk mateBaanvormige kunststof dakbedekking riaal.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
99
M eta len dak be dek k ing
Bij metalen dakbedekking kan aan dezelfde materialen gedacht wor den als bij metalen gevelbekleding: s taal, (titaan)zink, aluminium en koper. Als dakbedekking is metaal gebruikelijker dan als gevelbekledings materiaal. De kleurmo gelijkheden zijn hetzelfde als bij de gevelbekleding. De metalen dakbedekkingen kunnen o p verschillende manieren uitgevoer d wor den (zie ook de linker pagina): § het roevensys teem (zink); § het losangesysteem (zink); § het schakels ysteem (zink); § met fels naden (zink, ko per, aluminium). Enkele pagina's hiervoor staan fo to's van een aantal gebo uwen met een metalen dakbedekking. Hieruit wor dt duidelijk dat ook metaal een materiaal kan zijn o m de esthetis che kwaliteit van een gebo uw te ver groten.
Aluminium felsdak
Zinken dakbedekking, felssysteem
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Appartementengebouw Helios in Enschede, De Boer De Witte Van der Heijden Architecten
Maartenscollege in Haaren, Architectenbureau voor Architectuur en Stedebouw
101
SA M E NBINDE NDE
E LE M E NT E N
Er is buiten de hiervoor besproken onderdelen no g een manier o m voor unifor miteit te zorgen. Het betreft dan een zogenoemd 'samenbindend element'. Hier mee wor dt een architecto nis che ingreep bedoeld, die bij elke wo ning gelijk is. Dit kan van alles zijn. Hierbij kan o nder andere gedacht wor den aan: § Een over de gehele lengte van een bo uwblok doorlopend dakoverstek. Hieronder kan het aantal gekozen s tramienen o m uit te bo uwen per wo ning vo lledig verschillen. Voorbeelden van zo'n overstek over de gehele gevel zijn: het appartementengebouw Helios van De Boer De Witte Van der Heijden Architecten, het Carré d' Art van Sir Norman Foster en het Maartensco llege van Atelier voor Architectuur en Stedebouw AAS. § Een tweede gevel voor een heel blok. Voorbeelden hiervan zijn: het Sumida Culture Factory van Its uko Hasegawa, het Vaktechnis ch Lyceum in Utr echt van Erck van Egeraat en de Zimmer mann Res idence van William Turnbull. § Een dak over het hele blo k, waar mee aangegeven wor dt: dit hoort allemaal bij elkaar. Een mooi voorbeeld vor mt het Haus Feurer van Wo lfgang Feyferlik. § Een s tandaard kader, ter grootte van de o mtrek van de wo ning, die per wo ning gelijk is en o p hetzelfde stramien ( gerekend vanaf de kern) is geplaats t. Dit kan bijvoor beeld bereikt worden door de wo ningscheidende wanden en de vloer en voor elke wo ning vast te leggen. Vervolgens kan een bewoner dan zelf bepalen waar zijn gevel geplaatst moet wor den. Uit de beelden wordt duidelijk dat met samenbindende elementen een bepaalde unifor miteit wor dt gecreëerd. Op zo'n manier kan
aan de bewoner optimale vrijheid gebo den worden in het samenstellen van zijn wo ning ( gevels, materiaalgebruik, kleuren enz.) aan de hand van aangebo den mo dules, zonder dat de unifor miteit verloren gaat.
Een verenigingsgebouw in Dordrecht, Stok & Stok Architecten
Carré d'Art in Nìmes, Sir Norman Foster
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Vaktechnisch Lyceum ('Het Gebouw') in Utrecht, Erick van Egeraat
Sumido Culture Factory in Tokyo, Itsuko Hasegawa
Zimmermann Residence, William Turnbull
103
Haus Feurer, Wolfgang Feyferlik
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
105
BOUWTECHNISCH ONDERZOEK In het s tedenbo uwkundige en het architecto nische onderzoek is naar nieuwe mo gelijkheden gezocht voor het Slimfitprincipe. Hier bij is geen aandacht besteed aan bo uwkundige co nseq uenties. De stedenbo uwkundige en de architect richten zich o p de vor mgeving van het lands chap en de daarin geplaatste bo uwwer ken. Een bo uwkundige gaat de bo uwwer ken zo uitwerken, dat ze een aannemer ze kan bo uwen. Bij de uitwerking van een o ntwerp gaat de aandacht voornamelijk uit naar de knoo ppunten. Er wordt naar ges treefd deze zo vorm te geven, dat het architecto nis che o ntwer p niet aan kwaliteit inboet. Vaak blijkt dat hier bij niet voor de makkelijkste weg gekozen wor dt. In so mmige gevallen blijkt ook, dat het beeld dat de architect voor ogen had, niet te maken is. In die gevallen kan er geen oplossing gevo nden wor den voor een bepaald knoo ppunt of vindt de o pdrachtgever de mo gelijke o plossing te duur is. Wanneer andersom gewerkt wor dt, is de kans zeer groot dat voor de makkelijkste en goedkoo pste weg gekozen wordt. Een mo gelijk gevolg hiervan kan zijn, dat er veel gebo uwen sterk o p elkaar lijken of dat zulke gebo uwen weinig tot geen esthetische waar de hebben. Wat betreft de Slimfitwo ning zal er allereerst onderzocht worden, hoe de draagco nstr uctie uitgevoer d kan wor den, naast de in Almere toegepas te ho utskeletbo uw. Vervolgens zal kort o nderzocht wor den of het wenselijk is tijdens het ontwerp al rekening te ho uden, met de wens van de cons ument o m zijn woning in de toeko ms t uit te breiden. Zo ja, dan zal
dat volgens het sys teem moeten gebeuren. Zo nee, dan ontstaat meer ontwerpvrijheid. Hierna z ullen twee Slimfitwo ningen (een rijtjes wo ning en een 2onder-1-kapper) samenges teld en bouwkundig uitgewerkt wor den. Hier worden de resultaten van de voor gaande onderzoeken toegepas t. Bij een van deze twee woningen zal bij het bo uwkundig uitwerken een ho ge mate van industrialisatie centraal staan. Ver der zal gepro beerd wor den de co nsument, binnen het systeem, zoveel mo gelijk keuzevrijheid aan te bieden. Tenslo tte zal door de detaillering aangetoond wor den, dat het systeem praktisch uitvoer baar is.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
107
DE
DRA A G CONST RUCT IE
De draagco nstr uctie kan vo lgens drie bo uwmetho den vervaardigt wor den: § Gietbouw § Geprefabriceerde elementen § Stapelen. De draagco nstr uctie kan vo lgens, eveneens dr ie, verschillende principes wor den o pgebo uwd: § Units § Wanden en vloeren § Kolo mmen en vlo eren (eventueel met balken). De bouwmetho des zijn niet alledrie geschikt voor elk co ns tructieprincipe. DRAAGCONSTRUCTIES IN GIETBOUW In de huidige maats chappij worden no g veel draagcons tructies gemaakt met behulp van tunnels. De tunnels fungeren als mallen voor de wanden en vloeren die van beto n gemaakt wor den. Eventueel kan met gietbo uw ook het principe van kolo mmen, balkenen vloeren to egepas t wor den, maar dit vraagt nog meer bo uwtijd, dan wanden en vloeren. Tunnelen ver gt in de voorbereiding weinig tijd, maar op de bo uwplaats juist heel veel. Dit betekent dat hierdoor meer bouwplaats kosten gemaakt wor den. Het blijkt dat een langere voorbereidingstijd, in geval van een andere metho de, go edko per is dan een langere bo uwtijd. Dit vor mt voor aannemers mo menteel aanleiding o m de voor- en nadelen no g eens go ed op een rijtje te zetten. Het grote voordeel van ‘tunnelen’ is, dat to t op het laatste mo ment no g wijzigingen kunnen plaatsvinden. Dit kan echter ook een na-
deel zijn, door dat beslissingen o m deze reden langer uitgesteld wor den. Voor de Slimfitwo ning blijkt, na onderzoek, dat gietbo uw niet er g ges chikt is. De Slimfitwo ning vraagt veel flexibiliteit van het bouwsysteem. Gietbo uw kan wel enige flexibiliteit bieden voor verschil in uitbreidingen, maar gaat daar door wel meer bouwtijd vragen. Dit brengt weer meer kos ten met zich mee. De kosten zijn der mate doorslaggevend, dat nu al ges teld kan wor den, dat gietbo uw niet ges chikt is voor de Slimfitwo ning. De langere bo uwtijd brengt ook met zich mee, dat het percentage onwerkbare dagen toeneemt. Hoe langer de bo uwtijd, ho e groter de kans dat de bouw ook in de winter door moet gaan en met name in januari en februari ko men veel o nwerkbare dagen voor. Daar naas t is bij gietbo uw s prake van een mass ieve beto nnen wo nings cheidende wand. Dit is erg o ngunstig voor contactgeluid. Via de vloer en de wand bereiken geluiden s nel de wo ning van buren, die dit niet op prijs stellen. Bij een ankerloze s pouwmuur als wo nings cheidende wand wor dt dit voorko men. Oo k dit is een reden om niet voor gietbo uw te kiezen. Bij gietbo uw wor den bovendien ook extra ener giekosten gemaakt in de ko ude per iodes van het jaar. Het beto n mo et namelijk wel snel drogen en zal daaro m met een soort straalkachels ver war mt moeten worden o m dit proces te versnellen. Gietbouw is o m deze redenen niet geschikt als methode voor het maken van de draagco ns tructie van de Slimfitwo ning.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Bouwen met units van De Meeuw
Bouwen in units geeft een hoge bouwsnelheid
Met units kunnen ook grote ruimtes gecreëerd worden
109
GEPREFABRICEE RDE DRAAGCONSTRUCTIES Bij de Bouwexpo 2001 in Almere is voor de Slimfitwo ningen houtskeletbo uw als draagco nstr uctie gekozen. De keuze hiervoor was op verscheidene ar gumenten gebaseer d. In de eerste plaats is hout een uiter mate flexibel en demo ntabel materiaal en goed to epas baar in geprefabriceerde elementen. Dit komt ook naar voren in het ‘Architecto nisch o nderzoek’ met betrekking tot de gevelbekleding. Naas t ho ut, kan ook beton o f staal gebr uikt wor den voor geprefabriceer de draagcons tructies. Ook bij deze materialen is het mo gelijk demo ntabele verbindingen te maken. Of deze materialen ook ges chikt zijn voor het Slimfitprincipe is het o nderzoeken waard. De toepas baar heid van deze materialen zal naar voren ko men bij de behandeling van drie mo gelijke draagco nstructieprincipes: § units; § wanden en vloeren; § kolo mmen, balken en vlo eren. Voor elk principe z ullen de voor- en nadelen op een rij gezet worden. Ook zal o nderzocht wor den of dat principe uitvoer baar is in ho ut, beton o f staal. Vervolgens zal de co nclusie getrokken wor den of die draagco ns tructie geschikt is voor het Slimfitprincipe. Units
Een unit is een soort blok. Een unit kan een o p zichzelf staande, (ges loten) r uimte zijn. Een voorbeeld van een leverancier die gebo uwen maakt met units is Meeuw bouw (zie links). Met behulp van zulke units kan een heel groot gebo uw s amengesteld wor den.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
111
Bouwen met units heeft een aantal voordelen: § Het gebo uw is een vo lledig stijve en stabiele co nstructie. § Naar alle richtingen kan uitgebreid wor den, o mdat de unit (co nstructief) o nafhankelijk is. § Units worden altijd geprefabriceerd ( industrieel). Op de bo uw hoeven de diverse units dus alleen no g maar aan elkaar geko ppeld te worden. § Het is een demo ntabel sys teem. Het leent zich bijvoorbeeld heel goed voor tijdelijke ruimtes. Die ruimtes kunnen zo in korte tijd gebo uwd en afgebroken wor den. § De units kunnen ook gedeeltelijk of helemaal o pen zijn. Dit betekent dat de afmetingen van ruimtes onbeperkt zijn. Hier bij moet vermeld wor den dat er wel kolo mmen in de ruimte zullen staan. Dit betreft vooral de grote r uimtes. In de utiliteitsbo uw komt dat veel voor. Voor de Slimfitwoning zal dit zich echter sporadisch voor doen. En de nadelen van bo uwen met units: § Het principe leent zich niet go ed voor het maken van vides. De vloer en het dak van een unit zijn vaak s tijve vlakken die een belangrijke rol spelen voor de stijfheid en stabiliteit van de unit. § Het principe is minder geschikt voor kleine toeko mstige uitbreidingen van bijvoorbeeld 1200 mm. In zo'n geval zou o f een hele kleine unit toegevoegd mo eten worden of een unit vervangen moeten worden door een grotere. Dit zijn twee mo gelijkheden die geen van beide praktis ch zijn. Voor het o mgekeerde (een bewo ner die zijn wo ning 1200 mm kleiner wil maken) geldt hetzelfde. Een van de uitgangs punten van de Slimfitwo ning was immers dat de wo ning in de to eko mst ook no g vrij eenvoudig uitgebreid kan wor den. § In ver band met de vervoers mo gelijkheden wor den de afmetin-
gen van de units enigszins beperkt. Aangezien er wanden opengelaten kunnen worden hoeft dit echter geen belemmering te vor men voor de afmeting van de ruimtes. § Bij units bestaat het gevaar, dat van buitenaf zichtbaar is, waar de units o p elkaar aansluiten. Dit is niet altijd gewenst. Het materiaal van de unit: § Hout leent zich go ed als materiaal o m een unit mee te fabr iceren. Een goed voorbeeld hiervan vor mt een bo uwkeet. § Staal is ook geschikt voor units. De unit is dan opgebo uwd uit een skelet van stalen kolo mmen en liggers. Vervolgens kan gekeken worden of er al dan niet wanden of vloeren tussen geplaats t ( moeten) wor den. Er kunnen wanden mo gelijk zijn om de stabiliteit en stijfheid van de unit te waarbor gen. Deze hoeven niet per definitie in s taal uitgevo erd te wor den. § Beton is niet geschikt. Units zijn per definitie grote elementen en wanneer deze in beton geprefabriceerd zouden wor den, krijgen deze een zeer groot gewicht. Hier door wor den de units moeilijk te vervo eren en ook het plaatsen zal relatief ho ge kos ten met zich mee brengen. Wanneer het bovens taande in o genscho uw geno men wor dt, blijkt dat de Slimfitwo ning gebouwd zou kunnen worden met units. In dat geval zou de ker n een unit kunnen zijn. Verder zou elke uitbreidings mo dule een unit kunnen zijn. Wat wel een duidelijke beperking o plegt aan het bo uwen in units betreft de architectuur die nagestreefd wor dt. In dat opzicht is de unit niet altijd ges chikt.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
113
W and en e n v loer e n
Bij dit principe o ntstaan r uimtes door het plaatsen van twee evenwijdige dragende wanden met daaro p een vloer. De toegepaste ho utskeletbo uw voor de Slimfitwo ningen in Almere zijn volgens dit principe gebo uwd. Het principe biedt een aantal voordelen: § Evenals de unit-bouw is het bo uwen met wanden en vlo eren ges chikt voor prefabricage ( indus trieel). In de fabriek kunnen de wanden en vloeren al gefabriceer d wor den, waar na o p de bo uwplaats het bo uwpakket alleen no g maar in elkaar gezet hoeft te wor den. § Het s ysteem is erop gericht to eko mstige uitbreidingen mo gelijk te maken. De niet-dragende voor- of achter gevel kan o ntkoppeld en weggehaald wor den. Vervolgens worden de dragende wanden en de vloer met nieuwe elementen verlengd tot het gewens te stramien. Tenslo tte kan de niet-dragende voor- of achtergevel op het nieuwe gevelstramien geplaatst wor den. § Het is mo gelijk met dit principe vides te maken. Dit is bij de Slimfitwo ningen in Almere gebleken. Daar is met behulp van een stalen frame gezorgd voor de stijfheid van de vloer. Het leverde echter wel een storend element in de wand o p (zie tekening). Het is dan ook het onderzoeken waar d of dit anders gedetailleer d en dus voorkomen kan wor den. § Met dit draagcons tructieprincipe is het mo eilijk een stijve en
stabiele cons tructie te maken. De ver bindingen tussen wand en vloer zullen dan mo mentvast mo eten zijn en dat is moeilijk. In plaats van mo mentvas te verbindingen kan ook gewerkt worden met een stabiliteits ker n. Binnen het Slimfitprincipe is de Slimfitkern hiervoor bijzonder geschikt. Zo kan toch zonder problemen een stijve en stabiele cons tructie gemaakt wor den. Er zijn echter ook nadelen: § De ruimtes kunnen in ieder geval in een richting maar een beperkte afmeting hebben. De vlo eren kunnen maar een beperkte overspanning maken binnen de gewenste vlo erdikte. Hier bij zal gedacht mo eten worden aan een maximale breedte van 6 à 7,2 m. § Ondanks de eenvo udig uitbreidbaar heid wordt hierin ook een beperking gevo nden. Omdat de Slimfitkern dient als stabiliteitselement kan alleen maar grenzend aan de ker n uitgebreid worden. De dragende wanden staan dan evenwijdig aan de uitbreidingsrichting. Dat betekent dat er diago naal ten opzichte van de kern mo eilijk ruimtes kunnen worden gecreëer d. Dit wor dt duidelijk aan de hand van de tekening op de linker pagina. § In ver band met vervoer zijn er beperkingen voor de afmetingen van de elementen. Dit is in het nadeel van de hoeveelheid elementen die no dig zijn voor de bo uw van een wo ning vo lgens het Slimfitprincipe. Verder heeft dit echter geen co nseq uenties. De materialen: § Hout is ges chikt. Dit is wel gebleken bij de houtskeletbo uw voor de Slimfitwo ningen in Almere. Er wordt een relatief lichte, flexibele en demo ntabele wo ning gebo uwd. § Staal is minder geschikt. Stalen vloeren kunnen deels nog wel ger ealiseerd wor den. Hierbij kan gedacht wor den aan de staalplaatbeto nvloer. Dragende wanden in staal zijn echter niet
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
115
gebr uikelijk, zeker niet voor de wo ningbo uw. Bij een dragende stalen wand is aan twee zijden een afwerking no dig, waarvan het nog maar de vraag is of die niet los laat. Aan de buitenkant zal immers geïsoleer d moeten wor den o m een ko udebr ug te voorkomen en binnen is een stalen wand o nprettig en o npraktisch. § Beton is wel weer ges chikt voor dit principe. In beto n is het goed mo gelijk wanden en vlo eren te prefabriceren. Er dient dan wel aandacht gescho nken te worden aan de ver bindingen tussen de wanden en de vloeren. Om het sys teem demo ntabel te ho uden moeten aan te s torten verbindingen zoveel mo gelijk ver meden worden. Geco ncludeer d kan worden dat de nadelen geen aanleiding vor men dit cons tructieprincipe af te s chr ijven. Het principe heeft wel z'n beperkingen, maar afhankelijk van het wo ningtype bes taat voor een co ns ument no g vo ldoende r uimte o m een mooie wo ning samen te s tellen. Ko lo m men, ba lk en e n vloer en
Bij kolo mmen, balken en vloeren wordt direct de associatie o pgeroepen met het 'plan libre' van Le Corbus ier. Het ' plan libre' is gebas eer d op een systeem van ko lo mmen en vloeren, waar door een vrije indeling van de ruimte en de gevel ontstaat. Een voorbeeld van een o ntwer p waarin het 'plan libre' ver werkt is, is Villa Savoye in Poissy. Op de linker pagina is een aantal s chets en te zien, waarin onder andere de co nstr uctie en o pbo uw van Villa Savoye duidelijk wor dt. De vrijheid vormt de aanleiding o m te o nderzoeken of dit draagconstr uctieprincipe geschikt is voor het Slimfitprincipe. Dit cons tructieprincipe biedt de volgende voordelen:
§ Ook dit principe is geschikt voor prefabricage (industrieel). In de fabriek kunnen de verschillende o nderdelen al gefabriceerd wor den, waar na o p de bo uwplaats het bo uwpakket alleen no g maar in elkaar gezet hoeft te worden. § Het s ysteem is demo ntabel. § Bij het sys teem zijn toeko ms tige uitbreidingen eenvo udig mo gelijk. Aangezien er geen dragende gevels zijn kunnen die in alle uitbreidingsrichtingen zonder pro blemen verplaatst wor den. Dit betekent ook dat de afmetingen van de r uimtes o nbeperkt zijn. Een aandachts punt vor mt de o verspanning. Aangezien de balken beperkte overspanningen kunnen maken, is een kolo mvrije ruimte niet altijd mo gelijk. Er zal bij grote r uimtes regelmatig een kolo m in de r uimte s taan. Bovendien zullen er, omdat de balken niet verlengt kunnen wor den, bij uitbreidingen extra ko lo mmen geplaatst mo eten worden. In zo'n geval zal er naar ges treefd moeten worden deze kolo mmen in de gevellijn te plaatsen. Op die manier zal er zo min mo gelijk hinder aan ondervonden worden. § Het is mo gelijk met dit principe vides te maken. Aangezien er sprake is van een raster van balken in x- en y-richting is het mo gelijk een vide te maken. Er zal dan een raveelbalk in het raster geplaatst worden, die de vloer ter plaatse van de vide o p kan vangen. § Er is grote vrijheid voor de invulling van de gevels, omdat de gevels niet dragend zijn. Ook dit principe heeft enkele nadelen: § De kolo mmen en balken zullen binnen een systeem mo gelijk overgedimensio neerd mo eten worden. Op die manier kan zoveel mo gelijk hetzelfde element toegepast wor den. Dit kan kos ten bes paren, omdat er maar een type is. De kos ten kunnen hier
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
117
door ook te hoo g uitvallen, o mdat meer materiaal dan nodig wor dt gebruikt. § Met dit draagcons tructieprincipe is het vrijwel o nmo gelijk een stijve en s tabiele co nstr uctie te maken. De ver bindingen tuss en de kolo mmen, balken en vloeren zullen dan mo mentvas t moeten zijn en dit is bij prefab vrijwel o nmo gelijk. De kans is zeer groot dat dan het demo ntabele karakter verloren gaat. In plaats van mo mentvaste ver bindingen kan ook gewerkt worden met een stabiliteitsker n. Evenals bij de ' wanden en vloeren' is bij het Slimfitprincipe de kern hiervoor bijzo nder geschikt. Zo kan toch zonder pro blemen een stijve en stabiele cons tructie gemaakt wor den. § De vervoerbaarheid van de o nder delen beperkt de afmetingen hiervan. Dit is in het nadeel van de ho eveelheid elementen die no dig is voor de bo uw van een wo ning vo lgens het Slimfitprincipe. Ver der heeft dit echter geen co nseq uenties. Waarschijnlijk zorgt de overs panning zelfs al voor zoveel beperkingen voor de afmetingen, dat de vervoer baar heid al niet relevant meer zijn. In de wo ningbo uw is een zichtbare draagcons tructie vaak niet wenselijk. De dimensies van de co nstr uctie zullen daarom zo klein mo gelijk geho uden worden. Dit betekent dat de lengte van balken en kolo mmen niet de maximale afmetingen voor trans port zal overschreiden. Dit draagco nstructieprincipe is uit te voer en in de vo lgende materialen: § Hout is mo gelijk. Toch zijn ho uten kolo mmen niet gebr uikelijk in Neder land. Ho ut behoort wel tot de materialen waar mee heel goed een demo ntabele cons tructie te maken is. Ho ut is gevoelig voor brand, maar vormt een brandvertragende laag van kools tof, die vooraf berekend en in de dimensio ner ing meegeno men is.
Zo hoeft ho ut niet extra brandwerend bekleed te wor den. § Staal is ook geschikt. In Amerika wor dt heel veel skeletbo uw in staal uitgevoer d. De ver bindingen die hier bij in het werk gemaakt worden zijn bijna altijd mechanisch. Lassen in het werk is uit den boze. Door de variabele klimaato ms tandigheden is de kwaliteit van de las niet altijd gewaar borgd. Bo vendien zal de lasapparatuur mee de hoo gte in geno men moeten wor den. Hiervoor zullen extra voorzieningen en s teigers no dig zijn en dat is duur. Daarnaast vragen lasverbindingen meer tijd dan bo utverbindingen. Daaro m wor dt meestal gewerkt met bo utverbindingen. Die zijn later ook eenvo udig weer te demo nteren. § Beton tenslo tte is ook geschikt. Skeletten in beto n zijn in Nederland net zo gebr uikelijk als stalen skeletten in Amerika. Hier bij zal wel speciale aandacht aan de verbindingen gescho nken moeten worden. Beto nnen verbindingen wor den vaak aangestort om zo sterke ver bindingen tot s tand te brengen. Het demo ntabele karakter gaat o p zo'n manier echter verloren en dat is niet gewenst. Op gro nd van het bovens taande ho eft ook deze draagco nstr uctie niet afges chreven te wor den. Geprefabriceerde draagco nstr ucties zijn dus bijzo nder go ed geschikt voor de Slimfitwo ning.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
119
GESTAPELDE DRAAGCONSTRUCTIES Gestapelde draagco nstr ucties zijn bij uits tek uitvo erbaar in de vor m van wanden en vlo eren. De wanden worden gestapeld met kalkzandsteen, betons teen, baksteen of een der gelijk materiaal. Op de wanden wor den vervolgens beto nnen vloeren gelegd. Vroeger waren dat ho uten vlo eren, maar beton is sterker, heeft meer massa (geluids isolerend) en bo uwt s neller. Gestapeld bo uwen is geen industriële methode. Op de bo uwplaats zal het meeste werk verricht moeten wor den. De bouwtijd wor dt langer dan bij gietbo uw. De brengt ho gere bo uwplaatskosten met zich mee. De voorbereidingstijd is echter korter dan bij gietbouw, omdat er geen bekistings tekeningen gemaakt ho even te wor den. Ook de andere as pecten van IFD bo uwen, flexibel en demo ntabel bo uwen, zijn niet of nauwelijks te vinden in deze bo uwmetho de. Wanneer naar de Slimfitwoning gekeken wor dt, is IFD bo uwen geen noodzakelijk uitgangs punt. De Slimfitwo ning moet wel vo lgens een bepaald sys teem samengesteld kunnen worden. Het uitgangs punt is in eerste ins tantie cons umentgericht bo uwen. Wanneer daarnaar gekeken wordt, moet de co nclus ie wor den getrokken, dat gestapelde draagco nstr ucties niet uitgesloten mo gen wor den. Hierbij moet wel o pgemerkt worden, dat bo uwen met prefab elementen, goedko per, sneller en industr iëler is, dan ges tapeld bouwen en dat deze metho de daarom waarschijnlijk meer aftrek zal vinden.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
121
WE NSE LIJKHE IDSONDE RZ OE K T OE KOM ST IG E
UIT BRE IDBA A RHE ID
Het Slimfitprincipe is er oorspronkelijk op gericht o m een flexibele wo ning te o ntwerpen. Vooraf stelt een toeko ms tige gebruiker zelf zijn wo ning samen. De wo ning is echter zo ontwor pen, dat het heel makkelijk is o m in de toeko mst de wo ning uit te breiden. Bij de Slimfitwo ningen in Almere kan de voor- of achtergevel los gemaakt en verplaatst wor den en daartussen kunnen de gevels en de vloer verlengd wor den. Nu er echter no g meer mo gelijkheden zijn gecreëerd voor het Slimfitprincipe o ntstaat echter opnieuw de vraag of er vooraf al rekening geho uden moet worden met toeko ms tige uitbr eidingen. Is dit wens elijk? Wat zijn de voor- en de nadelen? Hoe zit het met de kosten? Dit zijn allemaal vragen die in deze paragraaf aan bo d zullen ko men. Het onderzoek wordt verricht aan de hand van een aantal deelo nderzoekjes. Aan het eind van deze paragraaf zal geco ncludeerd wor den of er de mo gelijkheid tot latere uitbreidingen al dan niet open moet blijven staan. En zo ja, dan zal aangegeven in hoeverre die vrijheid aanwezig kan zijn. WETGEVING Het bestemmings plan s peelt een belangrijke rol in de grootte van de bebouwing o p een kavel. In het bestemmings plan is vastgelegd aan welke eisen de bebo uwing moet voldo en. Onder andere is in het bestemmings plan aangegeven, hoe hoo g de bebo uwing mag wor den. Het is dus onzinnig om rekening te ho uden in de fundering van de Slimfitwo ning met een toeko mstige der de laag als het bes temmings plan aangeeft dat de bebo uwing slechts twee lagen hoo g mag zijn.
Wanneer de bebouwing volgens het bes temmings plan drie lagen mag zijn, dan staat niets een funder ing in de weg, die drie lagen kan dragen, ook al worden er maar twee gekozen. De wetgeving op zich vor mt dus, o p de in het bestemmings plan aangegeven bebo uwingshoo gte, geen beperking o m in het ontwerp al dan niet rekening te ho uden met toeko mstige uitbreidingen. DRAAGCONSTRUCTIE Wanneer in het o ntwer p rekening geho uden wor dt met bepaalde toeko mstige uitbreidingen, heeft dat een aantal co nseq uenties. De draagcons tructie moet zo gedetailleerd zijn, dat er zonder pro blemen een gedeelte tegenaan of op geplaats t kan wor den. Dat ho udt in dat bijvoorbeeld gevelbekleding of dakbedekking vrij eenvoudig ver wijder d moet kunnen wor den. Wanneer demo ntabel bo uwen een uitgangs punt is, dan levert dit ver der geen pro blemen o p. In andere gevallen zal hier dus extra op gelet moeten wor den. To ch hoeft dit geen onoverko melijke pro blemen te veroorzaken. FUNDERING De fundering vormt een wezenlijk as pect voor de to eko mstige uitbreidingen van de Slimfitwo ning. Wanneer in het o ntwer p al rekening gehouden moet worden met een derde laag, zal de fundering hierop berekend mo eten zijn. De fundering wor dt dan z waar der gedimens io neerd en dat is duurder. Kosten kunnen een reden vormen, o m geen rekening te houden met toeko mstige uitbreidingen. Aan de andere kant zal het sys teem zoveel mo gelijk eenheid moeten verto nen en als een der de laag aangebo den wor dt auto matis ch hiero p berekend zijn. Voor de fundering moet dus rekening gehouden wor den met de maximaal te kiezen hoo gte van de Slimfitwo ning.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
123
De fundering richt zich echter ook op de uitbreidings mo dules die in de toeko mst tegen de wo ning aan geplaats t kunnen wor den. Wanneer in het o ntwer p al rekening geho uden moet wor den met toeko mstige uitbreidingen betekent dit, dat de fundering voor elke wo ning gelijk is, o ngeacht het aantal gekozen uitbreidings mo dules. Dit brengt o nno dige kosten met zich mee voor de wo ningen waar een beperkt aantal uitbreidings mo dules is gekozen en in de toeko mst ook geen uitbreidingen gepland zijn. Dit is wel een sterk argument o m in het o ntwer p geen rekening te ho uden met der gelijke toeko mstige uitbreidingen. Het kan natuurlijk wel dat een volgende bewo ner wel uitbreidings mo dules wil. Het feit dat hier in het o ntwer p geen rekening mee gehouden is, zal dan echter weinig tot geen extra kosten met zich meebrengen. Het gebeurt immers heel vaak, dat een wo ning uitgebreid wordt. Een dergelijke o pdracht is bijna net zo standaard als het plaatsen van een dakraam of dakkapel in een bestaande wo ning. BOUWFYSIS CH Een toeko ms tige uitbreiding heeft bouwfysische co nseq uenties. Wanneer later uitbreidingen gekozen wor den, neemt het ver blijfs gebied toe. Dat betekent bo uwfysis ch gezien met name, dat er meer ventilatielucht toe en afgevoerd mo et wor den en dat er meer van de ver war ming ver wacht wor dt. Bepaalde s ystemen leveren in dat opzicht geen enkele problemen op. Wanneer bijvoor beeld luchtver war ming wordt toegepast, dan wordt bij een grotere r uimte meer war me lucht in geblazen. Ook radiators zijn vrij eenvo udig te ver plaatsen. Bij vloerver war ming wordt al een stuk mo eilijker om rekening te houden met een toeko ms tige uitbreiding. Er zal dan een aans luitpunt moeten wezen, waarop de vloerver war ming van de uitbr eiding kan wor den aangeslo ten. Vloerver war ming is in
vergelijking met radiators, op zich een gunstige ver war mings metho de, omdat dit behaaglijk is ( warme voeten en een ko el hoofd) en bovendien meer r uimte biedt. Radiators leveren vrijwel altijd beperking in de inrichting van je ruimte en gevel o p. Voor ventilatie geldt min of meer hetzelfde. Gebalanceerde ventilatie kan bijvoorbeeld prima ins pringen op groter e ruimtes. Dit is een kwes tie van de mechanische luchttoevo er bijstellen. In geval van natuur lijke toevo er via ventilatieroosters in de gevel, zal het rooster of op het maximale verblijfs gebied ingesteld mo et zijn (extra kosten) of vervangen moeten wor den. Bouwfysisch gezien is het dus het go edkoo pste o m in het o ntwer p geen rekening te houden met toeko mstige uitbreidingen. CONCLUSIE Op gro nd van bovenstaande moet geco ncludeerd wor den, dat het goedkoper is o m in het ontwerp geen rekening te ho uden met toekoms tige uitbreidingen. Ook bo uwtechnisch gezien is dat het eenvoudigs t. Dat betekent, dat een co ns ument zijn wo ning zeer zorgvuldig zal moeten samenstellen, ook voor de toeko mst!
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
125
TOEPASSING Aan de hand van twee wo ningen zullen een aantal van de in de voorgaande hoofds tukken voorgestelde mo gelijkheden toegepast wor den. De twee wo ningen, de Stads wo ningen en de Villa's, verschillen onderling op vele vlakken van elkaar, zoals de naam al aangeeft. Hier is voor gekozen o m daar mee de toepas baar heid van diverse mo gelijkheden voor Slimfit aan te tonen. Voor beide wo ningen zal allereerst uitgelegd worden: § hoe het systeem o pgebouwd is; § welke beperkingen het sys teem o plegt en § welke o ntwer pbes lissingen geno men zijn. Elke wo ning is ook bo uwtechnisch uitgewerkt in plattegronden, geveltekeningen, doorsneden en details (als volgt genummer d: V = verticaal, H = horizontaal, het cijfer voor de punt betreft de laag waar het detail zich bevindt en het nummer na de punt is het detailnummer). Deze tekeningen zijn bij het rapport gevoegd.
D E ST A DSW ONING E N Voor deze woning is net als bij het Slimfitproject in Almere uitgegaan van een rijtjesverkaveling, met kavels van 6 meter breed. Deze wo ning is in een stedelijke o mgeving geplaats t. Tevens is er vanuit gegaan, dat het bestemmings plan een maximaal 2 lagen ho ge bebo uwing eist. Het uitgangs punt voor deze wo ning is, naast het co nsument gericht bouwen, ook het IFD bo uwen. Daaro m is als draagco nstr uctie gekozen voor prefab beto nnen wandelementen en vloeren, als al-
ternatief voor de ho uts keletbo uw van Almere. OPBOUW SYSTEEM De stedelijke o mgeving leidde o nmiddellijk to t de bes lissing de kern aan de voorerfgrens te plaatsen. Er is vervolgens o nderzocht welk kerntype to egepas t zou wor den. De voorkeur ging uit naar kerntype 2, o mdat dan in de voorgevel van de wo ning zichtbaar gemaakt kan worden, dat de wo ning uit een ker n met uitbreidingen bestaat. Het bleek echter, dat de uitbr eiding naast de ker n dan een afmeting zou krijgen van ± 2,4 x 6,0 meter. Deze ruimte is te smal o m geschikt te zijn als woon- of eetkamer. Er gaat met ker ntype 2 dus (2,4 x 6,0 =) 14,4 m² verblijfs gebied verloren. Hier uit bleek heel duidelijk dat een eer der geo pperde mo gelijkheid (zie het ‘Stedenbouwkundig o nderzoek’) niet altijd kan. De afmetingen van de kavel heeft duidelijk een grote invloed o p het kerntype dat gekozen mo et wor den. Op een kavel van 6 meter breed kan dus alleen ker ntype 1 toegepast wor den! Door kerntype 1 aan de voorerfgr ens van de kavel te plaatsen, o nts taat een s trakke voorgevel die geheel past binnen het s tedelijke woo nmilieu. Zoals in het ‘Architecto nisch onderzoek’ al is aangegeven is o p de begane grond een uitbreiding van ± 2,4 x 6,0 meter ver plicht o m in alle delen van de ker n te kunnen ko men (van de hal naar de keuken kent geen rechtstr eeks e ver binding). Om een praktische indeling van de wo ning te waar borgen, is het verplicht o m de s laapkamer o p dezelfde laag als de badkamer te plaats en. Dit betekent dat ook op de ver dieping minimaal met twee mo dules uitgebreid moet wor den.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
De voor- en de achtergevel, waarin met blauw is aangegeven, waarin de consument geen keuzevrijheid geboden wordt.
Het Slimfitprincipe bij de Stadswoningen
127
Een uitzondering vor mt de eindwoning. Deze moet o p de begane grond en de verdieping met minimaal dr ie mo dules uitgebreid wor den. In de zijgevel is op de begane gro nd een ver plicht kozijn geplaatst in ver band met het po litiekeur merk. vervolgens is er voor gekozen o m een identiek kozijn ter ug te doen ko men o p de verdieping. Hier mo et bij de eindwo ning dus ook met minimaal drie mo dules uitgebreid worden. Er kunnen maximaal acht uitbreidings mo dules gekozen wor den. De wo ning wordt dan maximaal 13,2 meter diep. Naas t het bepalen van de grootte van de wo ning, wor dt de co nsument ook keuzevrijheid gebo den voor het invullen van zijn kozijnen in de voor- en achter gevel. Concreet betekent dit dat de co nsument zelf mag bepalen welke openingen in de kozijnen dichtgezet moeten worden en welke niet. In de voor gevel is de co ns ument aan een beperking gebonden. Van de kozijnen in de voorgevel is de o pening o nder de betonbalk altijd dicht. Dit heeft te maken met het prefab beto nnen wandelement, waar uit de voorgevel bes taat. Om te voorkomen, dat er in de voorgevel verschillende elementen no dig waren, zijn de elementen met elkaar ver bonden aan de bovenzijde. Het bovens te gedeelte van de kozijnen valt precies voor die betonnen balken en wordt daaro m ver plicht dicht gezet. Ook het gedeelte naas t de voor deur wordt standaard o pgevuld omdat hierachter een kalkzandsteen wand is geplaatst ter afs luiting van de technische ruimte. De overige delen zijn vrij invulbaar. Bepaalde invulling liggen wel voor de hand, zoals bijvoorbeeld ter plaats e van de badkamer. De ver wachting is dat de mees te co ns umenten ervoor zullen kiezen de o nderste drie o peningen te vullen in ver band met privacy redenen. In de achter gevel zal een toegang tot de achtertuin gecreëerd
moeten worden. Om de cons ument vrijheid te geven in het bepalen van de plaats van die deur(en) is de pui in vijf kozijnen ver deeld. De co ns ument kan zijn deur(en) in elk van de vijf kozijnen plaats en. In beide gevels kan de co ns ument ook aangeven waar delen mo eten ko men die o pen kunnen. Bij de voorgevel is verplicht gesteld dat ze naar binnen draaien. Op de begane grond is dit verplicht vanuit het Bouwbes luit, o mdat de bebouwing aan openbaar terrein grenst. Om de eenheid in de gevel te beho uden is dit voor de ver dieping ook verplicht ges teld. Voor de achter gevel is voor de hele gevel een draairichting naar buiten verplicht ges teld. Op de begane grond worden de deuren naar de tuin namelijk naar buiten geplaats t en net als bij de voorgevel is dit maatgevend voor de rest van de gevel. In de zijgevels zijn twee verplichte kozijnen geplaats t, zoals hiervoor al even genoemd is. Daar naas t wordt de co ns ument de keuze gebo den o m aan het einde van de zijgevel ook twee kozijnen te plaats en, mits er voor een maximale uitbreiding is gekozen. Wanneer op beide lagen maximaal is uitgebreid, heeft de cons ument de keuze tuss en geen of beide kozijnen. BEPERKINGEN / NADELEN SYSTEEM Elk systeem brengt beperkingen met zich mee, ook dit systeem. Een beperking ligt bij deze wo ning heel duidelijk in de maximale uitbreidbaarheid. Volgens het Bouwbes luit dient elke verblijfsr uimte een minimale hoeveelheid daglicht te o ntvangen. Bij dit sys teem is het maximale uitbreidingso ppervlak afhankelijk van de ho eveelheid daglicht die aan de achterkant de ver blijfsr uimte invalt. De cons ument zal dan ook een relatieschema o ntvangen, waarin is aangegeven wat minimaal beno digd is aan daglicht per
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
129
uitbreidings mo dule. Het daglicht heeft ook invloed o p het aantal r uimtes dat gecreëer d kan worden. Er kunnen per laag slechts twee ver blijfsruimtes ontstaan, tenz ij er daglicht via een andere ruimte in een ruimte kan komen die niet aan de achtergevel grenst (zie tekening). Een uitzondering hierop vor mt de eindwo ning. Hier zijn immers twee kozijnen die ver plicht in de zijgevel geplaatst worden. Als reden voor het bieden van deze mo gelijkheid wer d het po litiekeur merk geno emd. Er is echter no g een reden waaro m deze kozijnen aantrekkelijk zijn. Via deze kozijn ko mt ook daglicht binnen, waar mee in deze eindwoning een extra ver blijfsr uimte gecreëer d kan worden Ook de kern zelf levert beperkingen o p voor het aantal ver blijfsruimtes dat gecreëer d kan worden. Op de verdieping kan immers maar via twee deuren de overloo p ver laten worden. Wanneer de cons ument o p de verdieping drie ver blijfsruimtes zou willen, dan zou hij dus extra verkeersruimte moeten maken in de uitbreidings mo dules. Een andere mo gelijkheid zou zijn een van de drie verblijfsr uimtes te benoemen tot o nbeno emde r uimte. Er is dan geen daglicht vereist. Het is echter de vraag o f die r uimte prettig zal zijn o m te vertoeven. Een beperking van het systeem is ook te vinden in de afmeting van de keuken. Aangezien de keuken in de kern een vaste afmeting heeft, is deze mo eilijk o m te ver groten to t eetkeuken. In dit systeem is de co nsument voorals nog geen mo gelijkheid gebo den voor het plaatsen van een vide. Dit leverde teveel cons tructieve problemen o p. Een nadeel van dit sys teem vormt de schaduw, die een maximaal uitgebreide wo ning werpt op een er naast gelegen minder uitgebreide wo ning. Dit is echter niet te voorko men.
ONTWERPBESLISSINGEN De architectuur voor de woning is bepaald door de locatie en het streven o nderscheid te maken tussen de ker n en de uitbreidingen. De wo ningen zijn o ntworpen voor een stedelijke o mgeving. In een stedelijke o mgeving is metselwerk een veel voorko mende gevelbekleding. Er is daaro m voor gekozen de Stads wo ningen een gemetseld gevelbeeld mee te geven. Bovendien was het interessant of mets elwerk, in navolging van het ' Architecto nis ch onderzoek', werkelijk toepas baar is op Slimfit en met IFD bo uwen. Uiteindelijk is gekozen voor de Thermo -steen. Een product dat opgebouwd is uit een laag PUR-isolatie bekleed met steenstrips. Hier mee kan indus trieel, demo ntabel en flexibel gebo uwd worden en wor dt bovendien een gemetselde gevel ges uggereerd. Om een o nderscheid aan te brengen tussen de ker n en de uitbreidingen is bij de ker n de Ther mo-steen do nkerder van kleur (2335 roo dbont generfd bezand) dan bij de uitbreidingen ( 2215 bronze generfd bezand). Om de kern no g meer massa mee te geven is per wo ning elke woo nlaag in de voorgevel o mkader d met beto nnen elementen. Daar naas t is een heel bouwblo k oms loten met een beto nnen kader. De dakrand bes taat daaro m uit een 600 mm hoog beto nnen element. Met de ko lo mmen o p de hoeken van de wo ning wordt bovendien de gevelbekleding van de zijgevels afgedekt. De betonnen o mkadering loo pt in de zijgevel door op precies dezelfde manier als in de voorgevel. In de zijgevels is dus heel duidelijk het verschil tussen de ker n en de uitbreidingen zichtbaar. De betonnen dakrand loo pt namelijk niet door over de uitbr eidingen. De uitbreidingen worden afgedekt met een aluminium daktr im. In de achter gevel is gekozen voor een gevelvullende pui. De achterkant is georiënteerd o p de tuin en mo et daarom zoveel mo gelijk
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
131
open kunnen zijn. De pui wor dt o mslo ten door de wo ningscheidende wanden die bekleed zijn met de Ther mo-steen. Ook boven de puien is de Thermo -steen aangebracht. Om de wo ningscheidende wanden duidelijk zichtbaar te maken is ervoor gekozen een diepteverschil aan te brengen tussen de pui en de Ther mo-steen rondo m de wo ningscheidende wand. Elke wo ning heeft twee zichtbare HWA's in de achter gevel. Deze zijn naast de wo ningscheidende wanden geplaatst. Het afschot van het dak loo pt namelijk naar de goten af die naast de wo ningscheidende wanden in het dakvlak zijn aangebracht. Deze goten lopen door de achter gevel uit o p de HWA's.
D E VILLA 'S - EST ORIA E N BE LLE VUE Zoals in het s tedenbo uwkundig o nderzoek naar voren is geko men, is het Slimfitprincipe niet alleen to epas baar voor een rijtjesverkaveling, maar ook voor twee-onder-een-kap en vrijstaande wo ningen. De Slimfitwo ningen zijn in een tuinstedelijke o mgeving gebouwd en bij de Stads wo ningen is uitgegaan van een stedelijke o mgeving. Voor de Villa's is daaro m uitgegaan van een landelijk woonmilieu, met wo ningen in een ho gere prijsklasse. De Villa's zijn een tweeonder-een-kap wo ning, waarbij twee kernen, conform type 2, tegen elkaar zijn geplaatst, vo lgens bas is principe V in het s tedenbo uwkundige o nderzoek. Voor de uitwerkingen van de Villa's is uitgegaan van twee gezinnen met een goed inko men. In Villa Estoria wo nen drie mensen, twee o uders en hun dochter. De o uders nemen geregeld hun werk mee naar huis. Zo doende willen zij in hun wo ning een ruimte waarin zij hun werkzaamheden kunnen do en.
Villa Belle Vue is een grotere wo ning, het mo et ook meer mensen huis vesten. Het gezin bestaat uit twee o uders en vier kinderen. Vader heeft een acco untantskantoor, maar wenst geregeld thuis te kunnen werken. Er mo et dan wel een mo gelijkheid zijn o m daar gas ten te kunnen o ntvangen. OPBOUW SYSTEEM Het landelijke woo nmilieu en de prijsklasse leiden in dit geval tot een groot opgezette wo ning van drie lagen met garage o p een kavel van r uim 11, 8 meter breed. Zoals al eerder aangegeven is, is er altijd een minimale uitbreiding no dig o m vanuit de hal van de kern in de keuken te kunnen ko men. Deze uitbreiding dient minimaal 2,4 meter breed te zijn. Deze ruimte is echter niet efficiënt te gebruiken voor een andere functie dan verkeersruimte. Bovendien betekent dit dat er geen aansluiting is met de garage. De gang tuss en de garage en de wo ning wordt dan 1, 2 meter minus de dikte van de wanden vanaf het s tramien ger ekend. Er ontstaat een gang die hoogs tens een meter breed is en 6 meter lang. Dit is vanuit de ogen van de architect gezien al niet wenselijk. Gezien de kosten is een dergelijk minimale uitbreiding ook niet wens elijk, o mdat het gevelo ppervlak (2 x 6 meter / 2 x 1,2 meter =) 5 keer groter is. De begane grond bes taat dus minimaal uit een kern en een garage met daartuss en de minimale uitbreiding. Doordat de garage ook geïsoleer d wordt, heeft de co nsument de mo gelijkheid deze ruimte later zonder veel kos ten bij hun wo ning te betrekken en er bijvoorbeeld een kantoor van te maken. De co ns ument kan de wo ning uitbreiden op de begane grond met maximaal vier mo dules van 1, 2 x 6 meter, zowel naar de voor- als naar de achtererfgrens. Deze mo dulen hebben dus dezelfde o p-
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Silhouet van de Villa's, waarbij de linkerzijde minimaal en de rechterzijde maximaal is uitgebreid
133
bo uw als de mo dulen van de Stads wo ning. Op de ver diepingen kan de co ns ument de to eko mstige woning niet naar de achtererfgrens uit te breiden, maar wel naar de zij-erfgrens met een mo dule van 3, 6 x 6 meter. Kerntype 2 is twee bo uwlagen hoo g, o m zodo ende ook te kunnen voldoen in situaties, waar bij drie bo uwlagen niet wens elijk zijn. Bij de Villa's, waar s prake is van drie bo uwlagen, is een extra mo dule no dig die o p de kern geplaatst wordt. Het s chuine dak over dekt altijd de ker n en de minimale uitbreiding (ongeacht of o p de minimale uitbreidingen andere uitbreidings mo dulen zijn geplaatst). Ver der over dekt het dak ook de mogelijke uitbreiding op de 2de verdieping aan de voorzijde van een wo ning. De mo gelijke variaties binnen dit type wo ningen zijn groot door de uitbreidbaarheid naar boven en drie zijden. De wo ningen zullen door hun o mvang niet op grote s chaal verkocht wor den. Om die reden is het minder interessant om de wo ningen in prefab beto n of gietbo uw te bo uwen. Bij deze wo ningen is gekozen voor een traditio nele bo uwmetho de, o m ook hierin de mo gelijkheden van het Slimfitprincipe uit te werken. Traditio neel bo uwen ho udt ook vaak in dat een gemetselde gevel wor dt toegepast. Een der gelijke gevel pas t ook go ed bij een twee-o nder-een-kap wo ning in een landelijk woo nmilieu. Een gemetselde gevel en bo uwen in een s ysteem bevatten een zekere tegenstrijdigheid. Bij traditio nele wo ningen worden ontwor pen maten van de wo ning vaak afgerond o p een ko ppenmaat. Aangezien 1200 mm deelbaar is door de ko ppenmaat van de meeste stenen, zou dit betekenen dat bij elke unieke variatie de uitbreiding aangepast mo et wor den aan de ko ppenmaat. Dit resulteert niet alleen in een traditio nelere manier van werken maar ook in een groter aantal details dat vaak enkel in maatvoering van el-
kaar verschilt. Een geco mpliceerder project kan meer problemen op de bo uwplaats tot gevolg hebben (zoals op de Bo uwexpo 2001 bij so mmige projecten). De bouwmaterialen die in de Villa's zijn toegepast vo ldoen minimaal aan de mo dulaire maten van 600 mm of 1200 mm, ook de gevelstenen. Hiervoor is namelijk een steen met mo dulaire maten toegepas t, waarvan de ko ppenmaat 100 mm is. In dit geval het steenformaat M65 ( afmetingen 190 x 90 x 65 mm). De co ns ument krijgt naas t de mo gelijkheid o m de grootte van hun wo ning te bepalen, ook de mo gelijkheid de locatie van door hem gekozen kozijnen te kiezen. Voor de bepaling van het type kozijn kunnen zij een keuze maken uit een aantal kozijnen, die staan getekend op de kozijnstaat. De buitenkozijnen zijn een veelvo ud van 600 mm breed. Deze buitenkozijnen kunnen niet willekeurig in de buitengevel geplaatst wor den, maar dienen o ver een raster van 600 mm te vallen. Dit ras ter vers pringt 300 mm ten o pzichte van het stramienveld. De schets hier naast verduidelijkt dat een verlegd kozijnraster meer mo gelijke locaties in de gevel toelaat. Op de verdiepingen is het mo gelijk dat een co ns ument een ruimte wil van 2400 mm breed. Voor de plaats ing van een kozijn beschikt de consument dan over drie mo gelijkheden bij een 600 mm breed kozijn, namelijk 2400 - 2 x 300 = 1800 mm, in plaats van twee ( 2400 - 2 x 600 = 1200 mm) bij een niet verlegd kozijnrooster. Daar naast wor dt de keuze in mo gelijke breedten van de kozijnen bij een verlegd kozijnras ter in een der gelijke s ituatie ver groot. De hoofdreden van het verleggen van het kozijnras ter ten o pzichte van het s tramienveld wor dt echter behandeld in het gedeelte over de ontwer pbeslissingen. Enkel de locatie van een kozijn op een plattegrond kan door de cons ument bepaald worden, niet de hoo gtematen. Dit heeft te maken met het gevelbeeld. De bo venkant van alle
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
135
kozijnen ko mt op 2,4 meter boven vloer peil. De onderkant van de raamkozijnen voor de begane gro nd o p 600 mm boven peil en de overige kozijnen o p 900 mm boven vlo erpeil. De luchts pouw die wor dt to egepas t is 20 mm dik. Hiervoor zijn meer dere redenen te no emen. In de vroegere ongeïso leer de spo uw wer d vocht afgevoerd door ventilatie. De ventilatie o ntstond doordat lucht die door de o nderste open stootvo eg de spo uw inko mt o pgewar md wor dt door het war me binnenspo uwblad. Door goede isolatie is de temperatuur in de s po uw der mate gezakt, dat er van ventilatie geen s prake meer is. Een s po uw met open stoo tvoegen is zelfs vochtiger (4 vol. %), dan een spo uw zonder dergelijke voegen. De beperkte ventilatie is zelfs niet voldoende om vocht dat de s po uw binnen ko mt via ho gere open stootvoegen af te voeren. Om deze reden zo u de luchts pouw kunnen vervallen. Een andere taak van de luchts po uw is drukvereffening. Dit voorkomt dat bij o ndichte aansluitingen zoals kozijnen vocht naar binnen wordt gezogen door het dr ukverschil. Een goede dr ukvereffening wordt bereikt met gelijkmatig verdeelde o pen stootvoegen geco mbineer d met een zo klein mogelijk volume van de luchts po uw. De luchts po uw is dus noo dzakelijk, mede ook voor het opvangen van maatto leranties ( waaro nder speciebaarden). De combinatie van het kunnen o pvangen van maatto leranties en een zo klein mo gelijke spo uw leid to t een maat van 20 mm. BEPERKINGEN / NADELEN SYSTEEM Het principe is gebas eer d o p een sys tematische o pbo uw van de wo ning. Dit heeft zoals elk systeem zijn beperkingen. In het hiervoor gaande o nder deel is weergegeven dat een baksteengevel niet s nel binnen een systeem valt mits hiervoor een steenformaat wor dt gebruikt dat vo ldoet aan de maten waaro p
andere materialen zijn gebas eer d. Zodoende is er gekozen voor een steen met een modulairformaat. Helaas zijn er maar twee modulaire for maten die in Nederland gangbaar zijn. Naast deze twee formaten bes taan no g vijf andere deels mo dulaire s teenformaten, die in de res t van Europa wor den gepro duceerd. Deze for maten voldoen enkel in br eedte en diepte aan het mo dulaire systeem. In feite is dit niet echt een probleem, aangezien de hoo gte van een steen in veel gevallen niet voor problemen zal zorgen. Ondanks het beperkte aantal s teenformaten is er geen beperking. Zo zijn de beide formaten M65 en M90 in r uim 40 verschillende varianten bes chikbaar, met variatie in kleur beeld, schakering en pro ductieproces. In veel gevallen zullen de wo ningen een ingeslo ten kern hebben. De afs tand to t de meterkast wor dt bij uitbreiding te groot. In Villa Belle Vue is dit ook het geval, de meterkast is daar naast de entree geplaatst. Een andere realis tische mo gelijkheid lijkt het plaatsen van de meterkast in de garage, dit mag echter niet o m veiligheidsreden redenen. ONTWERPBESLISSINGEN De wo ningen wor den in een landelijk woo nmilieu geplaatst. Daar bij wor den traditionele gevelmaterialen ver wacht. Ook in dit project is gekozen voor een baks teengevel, echter met een andere ins teek. Het gevelblad is zoals eerder aangegeven niet geprefabriceer d. Verder krijgt het gevelblad alle zijden dezelfde uits traling. De kern wor dt in tegenstelling to t de Slimfitwo ningen en de Stads wo ningen niet aangegeven in de gevel. Doordat de kern nooit een co mplete gevel breed is, zal altijd naast een horizontale scheiding een verticale scheiding zichtbaar zijn. Dit verstoord het gewens te har mo nis che gevelbeeld. Daarnaast vo egt de aanduiding
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
Mogelijk gevelbeeld bij volledig vrijheid van kozijnindeling voor de consument
Mogelijk gevelbeeld waarbij plaatsing van de kozijnen geschiedt volgens spelregels
137
van een kern niets toe. Om de wo ningen meer een eigen uits traling mee te geven worden gemeenschappelijke elementen, zoals bijvoorbeeld de beto nnen elementen in de Stads wo ningen, niet toegepas t op de gevels van de wo ningen. Om een straatbeeld zonder enig verband te krijgen, wordt gebruik gemaakt van een samenbindend element. Het kenmerkende aan twee-o ndereen-kap wo ningen is, zoals de naam het al zegt, de kap. De kap is bij elke wo ning o ngeacht de uitbreidingen minimaal in het aanzicht ruim 6 meter breed. Dit wor dt versterkt door de plaats ing van een garage naas t dit dakvlak. De co ns ument kan hier door zijn toeko mstige woning naar eigen inz icht indelen, ter wijl het evenwicht in het aanzicht gehandhaafd blijft. Opvallend aan het dak is de spro ng in hoo gte ter plaats e van de nok. Een symmetrisch dakvlak, zonder s prong dus, lijkt lo gischer. Dit is echter niet haalbaar is, zoals in de uitgewerkte Villa's. De uitbreiding moet namelijk ook een dak krijgen. De beëindiging van dit dakvlak in de nok kan nooit geschieden in het midden van de wo ningscheidende wand. Hier door is symmetrie niet haalbaar. Behalve dit aspect, speelt met name de uitstraling een grote rol. De wo ning wordt te s nel veel te s aai. De blik van een voorbijganger zal niet snel getrokken worden. Een s prong in de dakvlakken breekt dit saaie beeld. De woningen lijken nu ook er gens o p georienteerd. Een ander saai onderdeel in de wo ningen is de gevel van de uitbreiding aan de voorzijde van Belle Vue, waar de bewo ners van Estoria tegen aan kijken. Dit is noodzakelijk een blinde gevel. Door
het dakvlak van de uitbreiding door te laten lo pen over dit gevelvlak, krijgt de uitbreiding aan extra, aparte uits traling. Bovendien geeft het een andere mo gelijkheid van gevel bekleding aan. Om de co ns ument ook in de gevel meer vrijheid te bieden, mag deze zelf de locatie van de kozijnen in zekere mate bepalen. In feite is het mo gelijk een raster met een o nderlinge afstand van 100 mm toe te passen. Het gevelmateriaal laat dit in elk geval toe. De mo gelijke variaties in de gevel zijn daardoor echter zo groot dat de kans dat kozijnen van verschillende verdiepingen met elkaar stroken heel klein is. Indien lijnen in een gevelbeeld net niet met elkaar stroken dan geeft dit een irriterend beeld. Voor de kozijnen is 600 mm wel de minimale maat o m over een bruikbaar kozijn te beschikken. Door kozijnen en het ras ter op een maat van 600 mm aan te pass en, zullen lijnen over elkaar heen lo pen of duidelijk parallel aan elkaar lo pen. Een bijko mend, maar belangrijk voordeel, is dat een maat van 600 mm de uitvoering aanzienlijk vereenvo udigd. Het kozijnraster verspr ingt 300 mm ten o pzichte van het stramienveld. De reden hiervan is o m het gevelbeeld overal gelijk te ho uden. De minimale afstand tussen kozijnen o nderling is 600 mm. Ter plaatse van de wo ningscheidende wand zou dit echter 1200 mm zijn, in verband met de dikte van de co nstr uctie. Dit is voorkomen door het kozijnveld 300 mm te verleggen.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
139
CONCLUSIES Nu alle o nderzoeksres ultaten in relatie tot elkaar gezien kunnen wor den, kunnen de voorgestelde mo gelijkheden o p waar de geschat wor den. Kort z ullen daaro m deze mo gelijkheden per onder deel beoordeeld wor den en in relatie to t het geheel.
ST E DE NBOUW KUNDIG Stedenbo uwkundig zijn diverse mo gelijkheden aangedragen voor het plaats en van de kern o p de kavel. Uit het Architecto nis ch en het Bo uwtechnisch o nderzoek is gebleken dat er no g diverse haken en o gen aan de hier voorges telde mo gelijkheden zitten. De plaats en oriëntatie van de ker n o p de kavel zijn sterk afhankelijk van de grootte van de kavel. Bij een kavel van zo'n zes meter breed is het wenselijk de ker n zo te plaatsen als in Almere is toegepast (bas is principes I - III). Een dergelijk kavel leent zich het bes te voor een rijtjes wo ning. Wanneer sprake is van een breder kavel, ko men de overige zes bas is principes in beeld, waar bij de kern 90° gedraaid is ten opz ichte van de Slimfitwo ningen in Almere. Bij dergelijke kavels wordt ook de twee-onder-een-kap en de vrijstaande wo ning haalbaar. Wanneer naar de kavelvorm gekeken wor dt, blijkt dat de rechthoekige kavelvorm zich het bes te leent voor een Slimfitwo ning. Ook een L-vormig kavel biedt mo gelijkheden. Bij trechtervor mige en driehoekige kavels is het Slimfitprincipe toepas baar, maar vraagt zoveel aanpassing aan de locatie dat hier een specifiek o p de verkaveling geënte bebo uwing de voorkeur heeft en tot een beter architectonische res ultaat zal leiden.
Voor het gestapelde wo nen moet geco ncludeer d wor den, dat het Slimfitprincipe hier mo gelijkheden lijkt te bieden. Er zijn leuke voorstellen gedaan. Deze vragen echter o m een gro ndiger studie om daadwerkelijk de co nclusie te kunnen trekken of het Slimfitprincipe in een der gelijke bebo uwing toepas baar is. Het Slimfitprincipe is in meerdere woo nmilieus toepas baar, afhankelijk van de verkaveling en de plaats die de kern o p de kavel krijgt. Uit de uitgewerkte wo ningen ( de Stads wo ningen en de Villa's) is al gebleken, dat Slimfit toepas baar is in een stedelijk en een landelijk woo nmilieu.
ARCHIT E CT ONISCH Het o nderzoek naar de gebo uwvorm heeft geleid tot een verfijning van de Slimfitker n. De Slimfitker n is teruggebracht to t twee bo uwlagen. Een kanttekening hier bij is, dat de kern 600 mm breder wor dt. In totaal is het volume van de kern echter afgeno men. De uitbreidings mo dules zijn ten o pzichte van de Slimfitwo ning in Almere niet verander d, o mdat zij kenmerkend zijn voor Slimfit. Wanneer deze verander d zouden worden, zou er een nieuw s ysteem o ntstaan, gericht op het gewild wo nen. Het o nderzoek beperkte zich echter tot de mo gelijkheden van Slimfit. Wel is een nieuwe uitbreidingsrichting geïntroduceer d, in de lengterichting van de ker n, gericht o p de mo gelijkheden van Slimfit bij een twee-o nder-een-kap en een vrijstaande wo ning. Het architectonisch o nderzoek heeft geleid tot het voorstel de co nsument ook keuzevrijheid te bieden in het bepalen van de vor m
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
141
van hun gevel. Hier bij moet ver meld worden, dat de architecto nis ch kwaliteit van de bebo uwing zeer s nel zijn waar de verliest. Bij een der gelijke keuzevrijheid kan een zo sterk gemêleer de gevel onts taan, dat de eenheid verloren gaat. De co nclus ie is, dat dit voorstel ver der uitgewerkt moet worden o m de daadwerkelijke toepas baar heid te kunnen vaststellen. Voor de Slimfitwo ning zijn andere gevelindelingen mo gelijk. Dit blijkt o nder andere uit de Villa’s, waar is gekozen voor een zichtbare strook waar binnen de kozijnen geplaats t mo gen wor den. Er ontstaat dus een horizontale geleding, ter wijl in Almere s prake was van een verticale geleding. Daar naas t is een aantal alternatieve gevelbekledings materialen voorgesteld. Per materiaal is dieper o nderzoek vereist o m te o ntdekken in hoeverre het materiaal werkelijk geschikt blijkt te zijn. Naar aanleiding van de Stads wo ningen en de Villa’s kan in elk geval al de co nclusie getrokken wor den dat een gemetselde gevel zeker tot de mo gelijkheden van de Slimfitwo ning behoort. Net als in het Stedenbo uwkundig o nderzoek bevat ook het Architectonisch o nderzoek een onderdeel waarvoor verdere studie vereist is voor een goede conclus ie. Het betreft de samenbindende elementen. Er kan wel geco ncludeer d worden, dat deze elementen de Slimfitwo ning iets extra’s kunnen geven, waar de co ns ument geen invloed o p kan ( en mag) uitoefenen.
BOUW T E CHNISCH Naar aanleiding van het bo uwtechnisch o nderzoek (en de toepassing in de Stads wo ningen en de Villa's) kan geconcludeer d worden, dat de draagcons tructie van de Slimfitwo ning ( wanden en vloeren) ook in beto n en kalkzands teen uitgevoer d kan wor den.
Tevens lijkt een draagco nstr uctie van kolo mmen en vloeren mo gelijk, waarbij ook staal als mater iaal gebr uikt zou kunnen worden.
EINDCONCL USIE Het geheel bekijkend wordt de co nclusie getrokken, dat de Slimfitwo ning meer mo gelijkheden biedt, dan de vor m die in Almere is toegepas t. Het Slimfitprincipe is geoptimaliseerd. Zo is de grootte van de ker n verkleind, zijn meerdere wo ningtypes mo gelijk en kan de wo ning in verschillende woo nmilieus toegepas t wor den. Daar naas t kan voor de draagco nstr uctie een ander materiaal gebruikt worden. Tens lotte kan de gevel anders ingedeeld en met andere materialen bekleed wor den.
AA NBE VE LING E N Zoals in de co nclusie al naar voren is geko men, ver dient het aanbeveling o p een aantal terreinen dieper o nderzoek te verrichten. Allereerst zal meer onderzoek verricht moeten wor den naar de voorstellen voor Slimfit bij gestapelde wo ningbouw, o m de werkelijke toepas baarheid te kunnen bepalen. Ook met betrekking tot de keuzematrix voor de gevelvor m is verder o nderzoek no dig. Om de to epas baar heid van de voorges telde gevelbekledings materialen te kunnen bepalen, zullen Slimfitwo ningen uitgewerkt moeten wor den, waarin het materiaal is toegepast. Tenslo tte wordt aanbevolen ook naar de samenbindende elementen dieper onderzoek te verrichten naar de ges chiktheid voor Slimfit. Past een der gelijk element bij het Slimfitprincipe is de vraag die hierbij centraal zal mo eten staan.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
143
NAWOORD Als afronding van de studie aan de Ho geschoo l van Utrecht wer d van ons een afs tudeeronderzoek verlangd. In overleg met het bureau SVP Architectuur en Stedenbouw zijn we geko men to t een o nderzoek dat o ns erg aans prak. Het betrof een onderzoek naar de mo gelijkheden van een wo ning, waarbij de cons ument in staat wordt zijn wo ning grotendeels zelf samen te stellen. Het gewilde wo nen, zoals deze manier van werken genoemd wordt, is binnen de huidige wo ningbo uwwer eld een hot item. Dit o nder wer p trok ons aan vanwege de actualiteit en de o nbekendheid met dit thema. Daar naas t werd o ns door het bureau de mo gelijkheid gebo den o m ook stedenbo uwkundige en architecto nis ch as pecten te o nderzoeken. Wij hebben namelijk allebei de ambitie o p de Academie voor Bouwkunst door te s tuderen voor architect. Met veel plezier en mo tivatie hebben we gedurende vier maanden gewerkt aan dit o nderzoek. Uiteindelijk heeft dat mo gen resulteren in het rapport dat u zojuis t gelezen heeft. Hierin wordt in elk geval duidelijk dat er inderdaad meer mogelijkheden met het Slimfitprincipe zijn. Het was dus geen doelloos onderzoek. Er zijn no g wel aspecten die het o nderzoeken waard zijn o m no g meer inzicht te krijgen in de mo gelijkheden die het Slimfitprincipe biedt. Het is wellicht interessant o m ook eens de co nsument te benaderen en te o nderzoeken wat zij van het Slimfitpr incipe vinden. Misschien levert dit een verrijking van het principe o p. Aan het einde van deze perio de willen wij o nze dank uits preken richting het bureau voor de faciliteiten die o ns hier belangeloos ter
bes chikking gesteld werden. Ook willen o nze begeleiders binnen het bureau, Marjon Mors, Jan Ter wiel en Jo han Galjaard bedanken voor de begeleiding en ver der alle andere medewerkers waar wij gedurende vier maanden mee te maken hebben gehad. Daar naas t willen wij ook Ype Cuperus bedanken van de TU Delft. Hij heeft o ns met name over de achter grond van het gewilde wo nen veel kunnen vertellen en heeft ook een deel van het verslag kritis ch bekeken. Hiermee hebben wij zeker onze winst kunnen doen. Tenslo tte willen wij alle andere mensen bedanken die o ns gesteund hebben tijdens het afstuderen op wat voor manier dan ook. Toch houdt het daar mee niet op. Er zijn no g vragen over die het onderzoeken waar d zijn. Zo is misschien ook wel interessant o m te weten hoe de co ns ument staat tegeno ver Slimfit en de voorstellen die in dit rapport gedaan zijn.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
145
LITERATUURLIJST 1.
MASSA -INDIVIDUALISERING IN DE PRAKTIJK Matthijs Wolters, Eramus Universiteit Rotterdam, Faculteit Bedrijfskunde
9.
2.
DE DRAGERS EN DE MENSEN N. J. Habraken, 1961 Het einde van de massawo ningbouw
10. NOTA VAN RUIMTE Parlementaire werkgroep Vijfde No ta ruimtelijke ordening juni 2000, pag. 160, 179
3.
DE ZEGGENSCHAP OVER HET WONEN BEHOO RT DE BURGE RS TOE Adri Duivensteijn in: Architectuur Lokaal, januari 1999
11.
ARCHITECTURE, F ORM, SPACE & ORDER Francis D.K. C hing, Jo hn Wiley & So ns, Inc., 1996
12.
NIEUWE VORMEN IN DE ARCHITECTUUR - DE JAREN ' 90 Philip Jodidio, Taschen, 200 1
13.
BOUWP RODUCTEN o.a. ir. D.P. Oterdoo m, ThiemeMeulenhoff, 2000
4.
Rein Geurten in: WONEN IN EEN STAD, REVITALISEREN VAN STEDELIJKE GEBIEDEN
Kees de Jong, Jacq ueline Tellinga,1991 5.
GEEN HOUVAST , MAAR ZEKER GEEN CONCESS IES Jaap Huis man Vrij Nederland 29 juli 2000, pag. 43
6.
DE BURGE R ALS OPDRACHTGEVER Adri Duivensteijn in: Land in zicht!, 1997
7.
ARCHITECTUUR IN EN OM L YON Verening Nederlandse C ementindustrie, 1995
8.
NEDERLANDSE ARCHITECTEN 5 Bis Publis hers Amsterdam, 200 2
OP GROND VAN NIEU W BELEID Ministerie van VROM en Financiën Nota grondbeleid, januari 2001, pag. 75
14. BEWONER ALS OPDRACHTGEVER Essay door J. Tellinga 15.
HEEFT DE LUCHTSPOUW NOG ZIN? Artikel door Prof. ir. N. Hendriks, Bo uwwereldnr. 8 blz. 2021, 22 april 200 2
16.
WOONPLANNER 3.0.4. DEMO Willems van den Brink Architecten - Eindhoven en Suite75 Rotterdam, 2000
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T
147
BEGRIPPENLIJST Appartementengebouw
G ebouw dat i n de volksmond ook wel bekend
Ontsluit ingskern
staat als een flatgebou w. Kortom, een gebou w opgeb ou wd ui t meerdere lagen, bestaande ui t een x aantal appartementen/w oni ngen. Duplexwoningen
Erfafscheiding
O nder erfafschei di ng verstaat men het aanbrengen van
dui deli jk
waarneembare
E en erfafslui ti ng i s i n tegenstelli ng tot een erfaf-
scheiding we l dui deli j k zi chtbaar en doorlopend. Flat
Slimfitkern
E en woni ng i n een appartementengebo uw di e ui t één laag bestaat (doorgaans twee beuken
Slimfitpr incipe
H et vaste element van een gebouw, waari n de noodzakeli j ke bouwkundi ge elementen zi j n ondergebracht. D e kern draagt tevens bi j aan de stabi li tei t van het gebouw.
Maisonnette
E en woni ng i n een appartementengebo uw di e, i n tegenstelli ng tot een flat ui t twee lagen (door-
D e i dee van een vaste kern met ui tbrei di ngsmodules, waarmee de cons ument zelf zi j n woni ng kan samenstellen.
Slimfitpro ject
H et S li mfi tproj ect, zoals dat i s ui tgevoerd voor de Bouwex po 20 0 1 'G ewi ld wonen' i n Almere.
Slimfitraster
D i t i s het strami enenveld zoals dat voor de S li mfi twoni ngen i n Almere i s ontwor pen.
Slimfit woning
O nder een S li mfi twoni ng
wordt
een
wo ni ng
bedoeld, zoals ui tgevoerd i n Almere.
breed). Kern
D e kern van een Slimfitwoning, waari n badkamer, keuken, toi let, hal, techni sche rui mte en de trappen zi j n ondergebracht.
afpali ngste-
kens, di e tot doel hebben de grens tu ssen t wee percelen vast te leggen. Erfafsluiting
een Slimfitkern gekoppeld kunne n wor den.
E engezi nswoni nge n waarbi j de onderste bou wlaag geschei den i s van de daarboven li ggende bou wlaag (of bou wlagen).
D e kern di e i n de gestapelde woni ng bou w, ontslui ti ng bi edt aan alle woonlagen. H i eraan zou
Uitbreidingen
H i ermee worden de ui tbrei di ngen ten opzi chte van de kern bedoeld, di e door een consument bi j de koop van zij n woni ng gekozen wo rden. Bi j
toekomstigeuitbreidingen bet reft het ui tbrei di ngen di e pas later aan de woni ng toegevoegd wor den.
gaans één beuk breed) bestaat.
M ogelij kheden en beperki ngen van SLiMF !T