Onderwijs en Examenregeling 2012
(M)MZ Persoonlijk begeleider Gehandicaptenzorg Crebo 92661 / MMZ; uitstroom GZ. – niveau NV4–BOL Cohort 2012-2015
Vitalis college ROC West Brabant Brinnr 25LX
1
Inhoudsopgave 1 Woord vooraf .............................................................................................................................................. 3 2 Leeswijzer ................................................................................................................................................... 4 3 Alles over het beroep.................................................................................................................................. 5 3.1 Wat doet een Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg / GZ. .......................................................... 5 3.2 Wat kun je na je opleiding doen? ......................................................................................................... 6 4. Alles over de opleiding .............................................................................................................................. 7 4.1 Wat ga je leren? ................................................................................................................................... 7 A. Het Beroep ......................................................................................................................................... 7 B. Nederlands, rekenen, moderne vreemde talen ................................................................................. 9 C. Loopbaan en burgerschap ............................................................................................................... 10 4.2 Hoe is je opleiding ingedeeld? ........................................................................................................... 11 4.3 Alles over de beroepspraktijk ............................................................................................................. 16 4.4 Studiebelasting .................................................................................................................................. 19 5 Alles over de begeleiding ......................................................................................................................... 20 5.1 Begeleiding bij het leren op de opleiding ........................................................................................... 20 5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering .................................................................... 21 5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie ............................................................................. 21 5.4 Klachten ............................................................................................................................................. 21 5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd ............................................................ 21 6 Alles over de beoordeling ......................................................................................................................... 22 6.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen ....................................................................................................... 22 6.2 Kwalificerend beoordelen: examenplan ............................................................................................. 24 A. Specifiek (Beroepsgericht) ............................................................................................................... 24 e Generiek: Nederlands, rekenen, Engels en 2 MVT ............................................................................ 27 C. Loopbaan & Burgerschap ................................................................................................................ 29 6.3 Studievoortgang ................................................................................................................................. 31 Studievoortgangsregeling .................................................................................................................... 31 Overgangsregelingen ........................................................................................................................... 32 ste de Overgangsregeling van het 1 naar het 2 leerjaar ........................................................................... 32 de de Overgangsregeling van 2 naar het 3 leerjaar ................................................................................ 32 6.4 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? ....................................................................... 32 6.5 Diplomeren ......................................................................................................................................... 33 6.6 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school? ................................................................................. 33 6.7 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? ................................................... 33 6.8 Inspectie ............................................................................................................................................. 34 7 Addendum ................................................................................................................................................ 35 Bijlage 1: Verantwoordingsblad onderwijsprogrammering ...................................................................... 37 Bijlage 2: Diverse documenten op de website ......................................................................................... 38
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
2
1 Woord vooraf Welkom op het Vitalis college, bij het cluster Welzijn Je hebt gekozen voor de opleiding naamopleiding M(M)Z. Bij het Vitalis college leiden we op vanuit de volgende missie: Groeien kan het beste als je jezelf kwetsbaar opstelt en je durft te verbinden. Wij scheppen de voorwaarden om je op te laten stellen en je te laten raken door de meerwaarde die je kunt hebben voor de maatschappij. Wij vragen van studenten zich te verbinden met elkaar en met de maatschappij. En gezamenlijk op te trekken in groei en maatschappelijke waarde. Hierin maken wij geen onderscheid tussen studenten en medewerkers.
Marc van Campenhout, Algemeen directeur Vitalis college Welzijn Clustermanager Yvonne Vincenten
brin – nummer naam van de instelling
25LX ROC West-Brabant, Vitalis college
crebonummer
92661
naam van de opleiding landelijk orgaan, kenniscentrum leerweg niveau cohort Ingangsdatum
Maatschappelijke Zorg / GZ. Calibris BOL NV4 2012 1 augustus 2012
Vervaldatum Datum waarop het bevoegd gezag de OER heeft vastgesteld Datum waarop de OER gepubliceerd is
1 augustus 2015
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
juli 2012
3
2 Leeswijzer Beste student(e), Dit is de Onderwijs- en Examenregeling. We korten dit af tot OER. Met deze OER willen we je wegwijs maken in de opleiding waarvoor je gekozen hebt. De OER is een belangrijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst die je met het ROC West-Brabant hebt gesloten. Wat kun je vinden in deze OER? De opleiding kent een drievoudige kwalificatie. Naast de voorbereiding op het beroep richt de opleiding zich ook op jouw algemene vorming, persoonlijke ontwikkeling en maatschappelijk functioneren. Dat betekent dat de opleiding bestaat uit drie algemene onderdelen: 1. je wordt opgeleid voor het beroep, 2. je moet voldoen aan algemene eisen voor Nederlands, rekenen en Moderne vreemde talen waarbij het opleidingsniveau bepaalt aan welke eisen je moet voldoen, 3. je wordt voorbereid op een loopbaan én een plek in de maatschappij. Om het diploma te behalen moet je als student voldoen aan de drie bovenstaande kwalificaties. In de OER vind je informatie over de manier waarop deze kwalificaties in het onderwijs en de examinering aan bod komen. De volgende onderwerpen zijn opgenomen in het OER: Een korte beschrijving van het beroep. Een overzicht van de opleiding die je gaat volgen. De manier waarop de opleiding en het onderwijs op school geregeld is. De manier waarop jouw vorming in de beroepspraktijk geregeld is. De begeleiding bij je studieloopbaan. De wijze van beoordelen en informatie over de examens. Achter in de OER vind je een aantal bijlagen: Bijlage 1 bevat de onderwijsplanning (het IDOP model) van de opleiding. Deze programmering geeft aan hoe de opleidingen er uit ziet qua inhoud, onderwijsvormen en tijdsbesteding. In bijlage 2 staat waar je informatie kunt vinden over regels en procedures die voor jou als student belangrijk zijn. Op de portal staat nog meer informatie over het Vitalis college en jouw opleiding. De portal is een afgeschermde internetsite van het Vitalis college waar je als student toegang toe hebt.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
4
3 Alles over het beroep Deze opleiding gaat uit van het kwalificatiedossier: MBO / Welzijn 2012 / Maatschappelijke Zorg ( www.kwalificatiesmbo.nl ). Dit kwalificatiedossier is leidend voor het beroepsgerichte gedeelte van jouw opleiding. Het kwalificatiedossier beschrijft wat het beroep inhoudt én welke competenties, kennis en vaardigheden een beginnende beroepsoefenaar nodig heeft.
3.1 Wat doet een Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg / GZ. Jouw baan Je kunt komen te werken bij instellingen die ondersteuning en zorg geven op gebied van persoonlijke verzorging, wonen, dagbesteding of vrije tijd. Denk hierbij aan bijvoorbeeld: • een kleinschalige woonvorm voor ouderen of gehandicapten, • een dak- en thuislozen tehuis, • een psychiatrisch centrum, • een zorgboerderij, • een verzorging- of verpleeghuis, • een sociale werkplaats. Je streeft ernaar mensen in de maatschappelijke zorg, ook wel cliënten genoemd, zo zelfstandig mogelijk te laten functioneren in hun eigen omgeving en als lid van de samenleving. Je krijgt te maken met bijvoorbeeld: • mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking en/of zintuiglijke beperking, • mensen met een psychiatrische aandoening, • mensen met een verslavingsprobleem, • mensen met een psychosociaal of gedragsprobleem, • mensen met ouderdomsklachten, • mensen die dak- of thuisloos zijn, • vrouwen ( en hun eventuele kinderen) en mannen die te maken hebben gehad met huislijk geweld, • a.s. tienermoeders, • mensen die in justitiële inrichtingen verblijven, • mensen die asiel zoeken in Nederland, • mensen met een combinatie van problemen. Jouw werk Werken als Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg betekent direct werken met individuen/cliënten en groepen. Hierbij speelt de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg als persoon een essentiële rol. Haar kwaliteiten zijn van doorslaggevend belang bij het aangaan van een professionele relatie en bij het bereiken van de gewenste resultaten. Voor een verantwoorde beroepsuitoefening is de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg: - betrokken; - empathisch; - assertief; - representatief; - communicatief vaardig; - integer. Tijdens de uitvoering van agogische en verzorgende taken peilt de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg of de ondersteuning aansluit bij de cliënt en de situatie, zodat de gewenste ondersteuning wordt geboden. Tijdens de ondersteuning leidt en stimuleert zij de cliënt tot steeds meer en zo groot mogelijke
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
5
zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren. De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is bij de ondersteuning bijna altijd gericht op het activeren van de cliënt. De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg gaat respectvol om met anderen, kan diversiteit tussen mensen hanteren en toont een open houding, waardoor ze lastige en zeer persoonlijke, soms intieme, vraagstukken bespreekbaar maakt. Situaties kunnen in de gehandicaptenzorg in hoog tempo wisselen en snel escaleren. Zij houdt haar gevoelens bij weerstand, bij tegenslag, in moeilijke situaties en bij tijdsdruk onder controle. In deze situaties blijft ze zowel kalm als doortastend en brengt haar mogelijkheden en grenzen duidelijk naar voren. Typerend voor de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is dat ze initiatiefrijk en creatief is, ze weet van aanpakken, ziet kansen en kan deze oppakken en weet creatieve oplossingen te bedenken voor nieuwe vraagstukken. De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg heeft een voorbeeldfunctie ten aanzien van maatschappelijke normen en waarden. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden draagt zij maatschappelijke normen en waarden uit bijvoorbeeld ten aanzien de sociale omgang, hygiëne in het algemeen en de persoonlijke verzorging. De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg reflecteert regelmatig op haar beroepsmatig handelen, zodat zij blijft leren van haar werkzaamheden en haar handelingsrepertoire regelmatig bijstelt. Daarnaast verricht (alleen) de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg verpleegtechnische handelingen, zoals medicijnen toedienen op een deskundige en verantwoorde manier. Jouw kwaliteiten De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg heeft te maken met de volgende keuzes en dilemma’s: - het individueel belang van de cliënt versus het belang van de cliëntgroep, - het bevorderen van de zelfstandigheid van de cliënt versus het waarborgen van de veiligheid van de cliënt, de omgeving, - tijd versus kwaliteit, - respecteren van waarden, normen en opvattingen van anderen versus de eigen waarden. Normen en professionele zienswijze: - betrokkenheid bij de cliënt versus professionele distantie. - de eigen professionele waarneming versus de beleving van de cliënt. - vasthouden aan afspraken uit het plan van aanpak versus flexibel inspelen op een veranderende cliëntvraag, - werkzaamheden zelf uitvoeren versus inschakelen van anderen, - honoreren van de wensen van de cliënt versus de mogelijkheden van de organisatie, - waarborgen van de eigen veiligheid versus de veiligheid van de cliënt, - handelen wel of niet aanpassen t.a.v. de ondersteuning, - handelen wel of niet aanpassen in een veranderende situatie, zoals crisis- en onvoorziene situaties. Jouw sector: De Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is werkzaam in instellingen die diensten, ondersteuning en zorg bieden aan mensen met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperking, al dan niet in combinatie met gedragsproblematiek of psychiatrische problematiek. De instellingen bieden zorg- en dienstverlening op het gebied van wonen, dagbesteding en/of vrije tijd. Denk hierbij aan woonvoorzieningen voor verstandelijk of lichamelijk beperkte cliënten (waaronder kleinschalige woonvormen en begeleid wonen), zorgboerderijen, welzijnsinstellingen, activiteitencentra voor dagopvang, sociale werkplaatsen. De hulpverlening is doorgaans intramuraal of semi-muraal, in toenemende mate wordt ambulante zorg geboden
3.2 Wat kun je na je opleiding doen? Je kunt na je opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg een leuke baan zoeken, maar nog even doorleren kan ook. Met het diploma kun je doorstromen naar HBO opleidingen, bijvoorbeeld de opleiding Sociaal pedagogische hulpverlening/Social Work of de opleiding HBO Verpleegkunde.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
6
4. Alles over de opleiding Het onderwijs binnen het Vitalis college gaat uit van drievoudige kwalificatie: 1) het beroep, 2) taal en rekenen en 3) loopbaan en burgerschap. In paragraaf 4.1 kun je hier meer over lezen. Het onderwijs binnen het Vitalis college is competentiegericht. Bij competentiegericht onderwijs sluit het onderwijs nauw aan bij de beroepspraktijk. Op school werkt je bijvoorbeeld aan een opdracht die je ook tegen kunt komen in de praktijk. Daarnaast is het leren in de praktijk een belangrijk onderdeel van de opleiding. Dit noemen we de beroepspraktijkvorming (BPV). In paragraaf 4.2 en 4.3 staat hoe het leren op school en in de beroepspraktijk vorm krijgt. Ten slotte kun je in paragraaf 4.4 lezen hoeveel tijd je gemiddeld kwijt bent met je studie. Het onderwijs is zoveel mogelijk afgestemd op jouw specifieke kennis en ervaring. Het doel is dat je aantoont succesvol te kunnen functioneren in de beroepspraktijk. Dit betekent dat: jij als student gestimuleerd wordt om een actieve rol te nemen in je leerproces. jij en je studieloopbaan centraal staan. jouw leerervaringen in de beroepspraktijk een grote rol spelen Het onderwijsprogramma is afgeleid van de beroepspraktijk. de kerntaken, werkprocessen, bijbehorende beroepsproducten en competenties het uitgangspunt vormen voor het beroepsgerichte deel van het opleidingsprogramma. er geleerd wordt in de context van de beroepspraktijk. er geïntegreerd beoordeeld wordt in de context van de beroepspraktijk. Niet alleen na afloop maar ook tijdens je leerproces. vooraf bekend is waar je op beoordeeld wordt en welke eisen hiervoor gehanteerd worden.
4.1 Wat ga je leren? De opleiding voldoet aan een aantal wettelijke eisen voor wat betreft beroep, algemene vorming én loopbaan en burgerschap: De eisen van het beroep staan beschreven in het kwalificatiedossier. In dat dossier staan ook de specifieke eisen voor Nederlands, rekenen en Moderne vreemde taal die nodig zijn voor het uitoefenen van het beroep. Naast specifieke eisen bestaan er ook algemene of generieke eisen voor Nederlands, rekenen en Moderne vreemde taal. Deze eisen zijn afhankelijk van het opleidingsniveau. Verder krijg je te maken met wettelijke eisen voor Loopbaan en burgerschap. Bovenstaande onderdelen zijn door de minister vastgesteld en dus wettelijk verplicht. Om een diploma te ontvangen moet je voldoen aan de eisen van het kwalificatiedossier, de algemene eisen voor taal en rekenen én de eisen voor Loopbaan en burgerschap.
A. Het Beroep Bij competentiegericht onderwijs ligt het accent op de taken die horen bij het beroep. Voor het goed uitvoeren van deze taken heb je competenties nodig. Deze competenties bestaan uit een combinatie van kennis, vaardigheden en gedrag. In het kwalificatiedossier staat welke competenties een beginnende beroepsbeoefenaar moet beheersen. Belangrijke begrippen van het kwalificatiedossier zijn kerntaken, werkprocessen en competenties.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
7
Kerntaak Kerntaken geven de belangrijkste werkzaamheden van de beroepsoefenaar weer. Deze taken zijn kenmerkend voor het beroep waarvoor jij wordt opgeleid. In het geval van de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is er bijvoorbeeld de kerntaak “ Opstellen van een plan van aanpak ”. Werkproces Een werkproces bestaat uit een aantal samenhangende activiteiten die horen bij een kerntaak. Die activiteiten hebben een begin, een eind en leiden tot een duidelijk resultaat. Een voorbeeld van een werkproces is: " Voert coördinerende taken uit ". Overzicht kerntaken en werkprocessen Voor jouw opleiding ziet het overzicht van de kerntaken en werkprocessen er als volgt uit: K1: Medewerker maatschappelijke zorg K2: Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg K3: Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen Kwalificatie Kerntaak
Werkproces
K1 K2 K3
Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt
x
x
x
1.2 Schrijft het plan van aanpak
x
x
1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan
x
x
Kerntaak 2: Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg 2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
x
x
x
2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
x
x
x
2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
x
x
x
2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied
x
x
x
2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven
x
x
2.6 Ondersteunt het sociale systeem
x
x
2.7 Voert verpleegtechnische handelingen uit
x
Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatieen professiegebonden taken
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
8
Kwalificatie Kerntaak
Werkproces
K1 K2 K3
3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
x
x
x
3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
x
x
x
3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen
x
x
x
3.4 Voert coördinerende taken uit
x
x
3.5 Voert beheertaken uit
x
3.6 Evalueert de geboden ondersteuning
x
x
x
Competentie Je werkt aan de kerntaken en werkprocessen met behulp van competenties. Een competentie is het vermogen om in de beroepspraktijk je werk goed te doen. Dit vermogen bestaat uit een combinatie van kennis, houding en vaardigheden. Voor het MBO gelden 25 competenties (zie de tabel hieronder). Welke competenties binnen jouw opleiding aan bod komen, is afhankelijk van het opleidingsniveau en het beroep. A
Beslissen en activiteiten initiëren
N
Onderzoeken
B
Aansturen
O
Creëren en innoveren
C
Begeleiden
P
Leren
D
Aandacht en begrip tonen
Q
Plannen en organiseren
E
Samenwerken en overleggen
F
Ethisch en integer handelen
R
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten
G
Relaties bouwen en netwerken
S
Kwaliteit leveren
H
Overtuigen en beïnvloeden
T
Instructies en procedures opvolgen
I
Presenteren
U
Omgaan met verandering en aanpassen
J
Formuleren en rapporteren
V
Met druk en tegenslag omgaan
K
Vakdeskundigheid toepassen
W
Gedrevenheid en ambitie tonen
L
Materialen en middelen inzetten
X
Ondernemend en commercieel handelen
M
Analyseren
Y
Bedrijfsmatig handelen
B. Nederlands, rekenen, moderne vreemde talen Voor wat betreft Nederlands, rekenen en Moderne vreemde talen (MVT) wordt er een onderscheid gemaakt tussen specifieke (beroepsgerichte) en generieke kwalificatie-eisen.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
9
Specifieke kwalificatie-eisen In je beroep krijg je te maken met werkzaamheden waar een bepaald beheersingsniveau van de Nederlandse taal voor nodig is. Denk bijvoorbeeld maar eens aan het schrijven van een rapportage. Deze eisen staan in het kwalificatiedossier genoemd. In dat dossier staan ook de specifieke eisen voor rekenen en MVT. In de opleidingen waar Nederlands, rekenen en MVT deel uitmaken van het beroep, worden deze vaardigheden ontwikkeld en geëxamineerd. Generieke kwalificatie-eisen Bij generieke kwalificatie-eisen voor Nederlands, rekenen en MVT gaat het om eisen die algemeen gelden voor een bepaald opleidingsniveau. Het gaat daarbij om basiskennis en –vaardigheden die voor alle studenten van belang zijn. Voor de kwalificatie-eisen van Nederlands en rekenen wordt er gewerkt met het referentiekader van Meijerink (1F, 2F, 3F en 4F) die een opklimmende graad van moeilijkheid aangeven. Voor elk referentieniveau is aangegeven wat studenten paraat hebben (weten), functioneel kunnen gebruiken (toepassen) en wat ze begrijpen (weten waarom). Voor MVT wordt gebruik gemaakt van het Europese Referentiekader (ERK). Bij MVT wordt bij elke vaardigheid de taalniveaus A1, A2, B1 en B2 beschreven. In het examenplan staat welke onderdelen van Nederlands, rekenen en MVT getoetst worden en aan welke eisen jij moet voldoen. Bij de start van de opleiding word je beginniveau voor taal en rekenen bepaald, waardoor zichtbaar wordt op welk niveau je de vaardigheden beheerst. In de opleiding ontwikkel jij deze vaardigheden tot het vereiste niveau.
C. Loopbaan en burgerschap Loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling Loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling is een volledig onderdeel van de opleiding. Dit onderdeel komt onder meer terug tijdens de studieloopbaan begeleiding (SLB). Het gaat daarbij om het vinden van een goede aansluiting tussen jouw kwaliteiten en interesses én de mogelijkheden die het beroepenveld kan bieden. Loopbaanoriëntatie en –ontwikkeling bestaat uit de volgende elementen: Capaciteitenreflectie: Motievenreflectie: Werkexploratie: Loopbaansturing: Netwerken. Burgerschap De beschrijving van burgerschap verwoordt de eisen die de multiculturele Nederlandse samenleving aan haar burgers en inwoners stelt. De leerlijn Burgerschap is samengesteld uit vier dimensies: politiek-juridische dimensie, economische dimensie deelname aan het arbeidsproces en consumentisme, sociaal-maatschappelijke dimensie, vitaal burgerschap. Op de website www.mboraad.nl vind je meer informatie over Loopbaan en Burgerschap.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
10
4.2 Hoe is je opleiding ingedeeld? In de opleiding gaat het om leren in de beroepspraktijk (BPV) en leren op school. Deze twee vormen van leren staan niet los van elkaar maar vormen een eenheid. In deze paragraaf kun je lezen hoe het onderwijsprogramma op school eruit ziet. In de volgende paragraaf (paragraaf 4.3) staat hoe het onderwijs in de BPV wordt aangeboden. Grofmazig leerplanschema MZ niveau 4 BOL Fase 1 Periode Integraal
1 Beroepsprestatie
THEMA
Aansturing BP. 1.1 Informatie verzamelen (O) Werkproces 1.1 / 1.2 / 1.3
Communicatie
BPV -----------------
Project Verdiep. opdracht Intervisie Integrale opdrachten Thema-aansturing Workshops
Conceptueel
Vaardigheden SLB
Vitalis College /
Burgerschap Nederlands Engels Rekenen Vakkennis ( thema’s KD.) PGO. College Leerprestatie
2
3
4 BP. 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften ( K ) methodemix Werkproces 2.1 / 3.3
BP. 1.1 Informatie verzamelen(O) Werkproces 1.1 / 1.2 / 1.3
BP. 1.3 Ondersteunen bij activiteiten (O) Werkproces 2.3 / 3.3
BP. 1.2 Ondersteunen in de leefomgeving (O) Werkproces 2.2 / 2.4 / 3.6 Leefomgeving van de cliënt (BP. ) ++ Verzorging en begeleiding van de cliënt (Curriculum)
Aansturing BP. 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften ( K ) Methodisch handelen
Verzorging en begeleiding van de cliënt
2 dgn./ minimaal 14 u. per wk. --> ma.dag en di.dag
2 dgn./ minimaal 14 u. per wk. --> ma.dag en di.dag
2 dgn./ minimaal 14 u. per wk. --> ma.dag en di.dag
Vital Society -----------------
- Wegwijzer - Praktijkvoorbereiding
---------------
- Drama basis - Beeldend / beeld v. jezelf
-----------------------
- Drama rollenspel - Levensboek
TOA TOA TOA / x TOA X
x x x x X
x x x x X
X X Loopbaan: * Het ontwikkelen van je beroepsbeeld * Het ontwikkelen
X X
X X
-----------------
- 1x extern / N. Veste - 2x keuze-wrksh. intern x x x x X
-----X
11
Fase 1 Periode
1 van je opleidingsbeeld * Je professionele ontwikkeling doorlopende aandacht
2
3
4
Reflectie / monitoring competentiescoreta bel.
Tevens Leren- en Leervaardigheden meenemen / integreren; zie Kompas
Fase 2 Periode Integraal
5 Beroepsprestatie
BP. 2.1 Omgaan met grensoverschrijde nd gedrag (K) Werkproces 2.4 / 3.3 / 3.6 Aansturing BP. 2.2 Begeleiden van een groep (K)
THEMA
BPV
Project Verdiep. opdr. Intervisie Integrale opdrachten Thema-aansturing Workshops
Burgerschap
Specifieke Doelgroepen
2 dgn./ minimaal 14 u. per wk. --> ma.dag en di.dag
--------------X
- Validation
Geïntegreerd in aanbod onderwijscurriculum / inspanningsverplicht ing concretiseren.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
6 BP. 2.2 Begeleiden van een groep (K) Werkproces 2.4 / 3.3
7
8
BP. 2.4 Geven van advies en voorlichting (K) Werkproces 2.6 / 3.1
Verantwoordingsverslag over de kwalificerende BP.’s 1.4 – 2.1 – 2.2 – 2.3 – 2.4 (K) AG. methodemix Fase 2 Verantwoordingsverslag: werkproces 1.1 / 2.1 / 2.4 AG.: werkproces 1.2 / 2.1 / 2.2 De persoonlijk begeleider GZ./ SD.
BP. 2.3 Bevorderen van het leefklimaat (K) Werkproces 1.1 / 1.2 / 2.2 / 3.6
BP. 2.5 Plannen en uitvoeren van verpleegkundige vaardigheden (K) ( PBGZ.) Werkproces 2.7
Mensen met verstandelijke / lichamelijke of meervoudige beperking(en)
Plannen van activiteiten voor de diverse (MMZ.-) doelgroepen
2 dgn./minimaal 14 u. per wk. --> ma.dag en di.dag Vital Society
4 dgn./ minimaal 28 u. per wk.-->ma-, di, wo-, vrijdag X
4 dgn./ minimaal 28 u. per wk.-->ma-, di, wo-, vrijdag
--------------X
--------
----------
- Voeten in de Jungle
- VTHA 1 EHBO. - VTHA 2a /2b Verpleegtechnische vaardigheden GZ. /// - Verslavingszorg voor SD.
X
X - Rouwverwerking - Themadag Nieuwe Veste
12
Fase 2 Periode Conceptueel
Nederlands Engels Rekenen Vakkennis ( thema’s KD. ) PGO. College
Vaardigheid SLB
5
6
7
8
X x x x
x x x
x x x
x x x
Loopbaan: * Het ontwikkelen van je beroepsbeeld * Het ontwikkelen van je opleidingsbeeld * Je professionele ontwikkeling doorlopende aandacht !
Reflectie / monitoring competentiescoreta bel.
Tevens Leren- en Leervaardigheden meenemen / integreren; zie Kompas
Fase 3 Periode Integraal
Beroepsprestatie
THEMA
BPV
9
10
11
12
BP. 3.1 Bevorderen van dagbesteding ( K ) Werkproces 2.3 / 2.4 / 3.3 / 3.5
BP. 3.2 Verdiepen in de doelgroep (K) Werkproces 3.1 / 3.2 / 3.6
BP. 3.4 Coördineren van de begeleiding ( K ) Werkproces 1.1 / 1.2 / 1.3 / 3.4
Aansturing BP. 3.2 Verdiepen in de doelgroep ( K )
BP. 3.3 Versterken van het netwerk ( K ) Werkproces 2.5 / 2.6
Kwaliteit in zorg / begeleiding
Methodisch werken met en verdiepen in de doelgroepen
Coördineren van begeleidingstaken
Verantwoordingsv erslag over de kwalificerende BP.’s 3.1 – 3.2 – 3.3 – 3.4 ( K ) AG. methodemix Fase 3 Verantwoordingsv erslag: werkproces 1.1 / 2.5 / 3.3 AG.: werkproces 2.3 / 2.6 / 3.6 De persoonlijk begeleider GZ./ SD.
3 dgn./ minimaal 21 u. per wk. --> ma-, di-, vrijdag evt. Buitenlandse stage
3 dgn./ minimaal 21 u. per wk. --> ma-, di-, vrijdag
4 dgn./minimaal 28 u. per wk.>ma-, di-, do-, vrijdag
4 dgn./ minimaal 28 u. per wk.-->ma-, di, do-, vrijdag
XX
XX
Project Verdiep. opdr. Intervisie
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
Vital Society -----
-----
13
Fase 3 Periode Integrale opdrachten Thema-aansturing / Gastdocent Workshops
Burgerschap
Conceptueel
Vaardigheid SLB
Nederland Engels Rekenen Vakkennis ( thema’s KD.) PGO. College
9
10
X
X
- Palliatieve zorg
Geïntegreerd in aanbod onderwijscurriculum / inspanningsverplicht ing concretiseren. x x x
Loopbaan: * Het ontwikkelen van je beroepsbeeld * Het ontwikkelen van je opleidingsbeeld * Je professionele ontwikkeling doorlopende aandacht ! Tevens Leren- en Leervaardigheden meenemen / integreren; zie Kompas
- Intimiteit en seksualiteit - Innovaties in de zorg
11
X - Coaching van jezelf
12
X - Sociale Media
x x x
Afronding van: L ( B ) Loopbaan: * Het ontwikkelen van je beroepsbeeld * Het ontwikkelen van je opleidingsbeeld * Je professionele ontwikkeling doorlopende aandacht ! Tevens Leren- en Leervaardigheden meenemen / integreren. Reflectie / monitoring competentiescoreta bel.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
14
Een voorbeeld van een periode: Fijnmazig Raamwerk: MMZ BOL Niveau 4 Periode 2 Cohort 2012 Thema: Leefomgeving van de cliënt (BP) / Verzorging en begeleiding cliënt( Curriculum) BP 1.2. Ondersteunen in de leefomgeving. WK
PGO
Vaardigheid
College
Workshop
Ned
Rek
Eng
Sport/spel
W1
Anatomie
ADL. verz
Veiligheid/ hygiëne
Drama Basis
x
x
x
Samenwerkingsspel
W2
Fysiologie
ADL. verz
Ontw. fases v.d. mens 1
x
x
x
Puzzelspel
W3
Pers hygiëne
ADL. verz
Ontw. fases v.d. mens 2
x
x
x
Burchtbal
W4
Voeding
Eten/ drinken
Ontw. fases v.d. mens 3
x
x
x
Bew.oefening a.d.h.v. muziek
W5
Ergonomie
Pols/ bloed/ temp
Ontw. Stoornis 1
x
x
x
Aanleren van dansjes
W6
Beroepshouding
Mobiliteit/ tiltechniek
Ontw. Stoornis 2
x
x
x
Vertrouwensspel
W7
Protocollen
Voorl. geven
Groepsdynamica
x
x
x
Vertrouwensspel
Beeldend, beeld van jezelf
Hoe ziet een lesweek eruit? e
1 jaar BOL 2012-2013 Periode 2 niveau 3 en 4. Cohort 2012 Weekrooster 1e jaar BOL
Periode 2 Opleiding met praktijkdagen
Maandag 1
08.30 - 09.00
2
09.00 - 09.30
3
09.30 - 10.00
4
10.00 - 10.30
5
10.45 - 11.15
6
11.15 – 11.45
7
11.45 - 12.15
8
12.45 - 13.15
9
13.15 – 13.45
10 11
13.45 - 14.15 14.30 – 15.00
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Workshop Sport en spel SLB / BPV
12
15.00 -15.30
13
15.30 - 16.00
14
16.00 - 16.30
15
16.30 - 17.00
90 min. Nederlands
60 min. SLB/ BP
60 min.
60 min. PGO
60 min.
90 min. Praktijkdag
Praktijkdag
Burgerschap 60 min. SLB Alg. 60 min. Vaardigheid
SLB Alg.
420 min.
420 min.
Project Vital week 60 min. 60 min. Begeleid werken project Vital week.
90 min.
College 60 min.
60 min.
Verwerking College 60 min.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
15
4.3 Alles over de beroepspraktijk In de Praktijkovereenkomst (POK) wordt vastgelegd waar je de BPV uitvoert en voor welke periode. Bij aanvang van iedere nieuwe BPV-periode wordt er een nieuwe POK gemaakt. Je volgt een opleiding in de sector Zorg en Welzijn. Dit is een 24-uurssector. Tijdens de praktijkdagen werk je volgens de roostering van de stageplaats. Dat betekent dat je werkt met onregelmatige diensten zowel doordeweeks als in het weekend. Werktijden en diensten Het aantal dagen stage per week kan per periode verschillen. Een student BOL heeft 2, 3 of 4 dagen per week stage. Een stageweek van 4 dagen omvat 26 tot 30 uur BPV en een stageweek van 3 dagen 21 tot 24 uur. Een stageweek van 2 praktijkdagen heeft een minimum van 14 uur. De planning van het aantal praktijkdagen vindt plaats volgens een BPV-schema. Gedurende de opleiding ziet dit er als volgt uit: BPV schema Niveau 4, opleidingsduur van 3 jaar Periode
Praktijkdagen
2- 3 en 4
2 dgn. / week
A
5 en 6
2 dgn. / week
B
7 en 8
4 dgn. / week
C **
9 en 10
3 dgn. / week
D
11 en 12
4 dgn. / week
D
** Start uitstroomrichting.
Praktijkdagen BOL (schooljaar 2012-2013) Gedurende een periode heb je op vaste dagen BPV. In onderstaande tabel staat voor schooljaar 20122013 op welke dagen BPV staat ingeroosterd. Periode
Opleiding
Ma
Di
2, 3 en 4
MMZ N3+N4
X
X
5 en 6
MMZ ( niveau 3)
5 en 6
MZ ( N4)
X
7 en 8
MMZ ( niveau 3)
X
7 en 8
MZ ( N4)
X
9 en 10
MMZ ( niveau 3 )
X
9 en 10
MZ ( N4)
X
X
11 en 12
MZ ( N4)
X
X
Wo
Do
X
X
X
X
Vr
X X
X X
X X
X
X X
X
X
Procedure BPV-plaatsen RBB West-Brabant Vitalis welzijn Het RBB West-Brabant is het centrale punt voor de planning van de BPV voor de opleidingen Gezondheidszorg en (M)MZ van: Avans Hogeschool in Breda, niveau 5 (HBO-verpleegkundige) Kellebeek College in Roosendaal, zorghulp, helpende, verzorgende, verpleegkundige en (M)MZ Vitalis College in Breda, zorghulp, helpende, verzorgende, verpleegkundige en (M)MZ
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
16
Je kunt het RBB West-Brabant bereiken van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 16.30 uur via 0765733318 of
[email protected]. Wij doen ons uiterste best om alle studenten zo goed mogelijk van een BPV-plaats te voorzien. Dit doen we aan de hand van een aantal regels. Deze regels zijn (worden) vastgesteld in overleg tussen school en RBB. Uitgangspunten plaatsing Het RBB plaatst studenten op een BPV-plaats op basis van opleiding, woonplaats, eerdere BPV, belangstelling en eventuele uitstroom/specialisatie. Hiertoe worden de persoons- en adresgegevens gebruikt zoals deze bij de onderwijsinstelling zijn opgegeven. Bij de plaatsing gebruikt het RBB de volgende uitgangspunten: Afspraken BPV-plaatsen De BPV-plaatsen worden standaard geregeld vanuit het RBB. Het RBB maakt hierover afspraken met zorg- en welzijnsinstellingen in de regio. Je mag niet zelf een BPV-plaats zoeken, tenzij je toestemming hebt van het RBB om een bepaalde locatie/organisatie te benaderen. Ook als er iets wijzigt in je BPV-plaats of als je onverhoopt een andere plaats nodig hebt, dient dit altijd via het RBB te gaan. Bereikbaarheid BPV-plaatsen De BPV-plaats is voor jou met het openbaar vervoer te bereiken. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat je zelf de afstand van en naar een openbaarvervoerhalte kan overbruggen. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat je zelf inspanningen levert om ook tijdens onregelmatige diensten op de BPV-plaats te kunnen komen (bijvoorbeeld meerijden, afspraken maken met collega-studenten). Het is ook mogelijk dat een zorg- en welzijnsinstelling mogelijkheden biedt om intern te verblijven. Type zorg- en welzijnsinstelling Bij het matchen wordt gestreefd naar een spreiding in type zorg- en welzijnsinstellingen gedurende de studie. Dit is afhankelijk van het aanbod van BPV-plaatsen. Wanneer je een bepaalde uitstroom/specialisatie hebt gekozen, dan word je in dat leerjaar ook geplaatst in een passende instelling. Wanneer dit onverhoopt niet mogelijk is, wordt dit in een vroeg stadium met jou en school besproken. Voor de BPV in bepaalde leerjaren kun je een belangstellingsformulier invullen. Dit geldt voor Helpende zorg en welzijn tweede leerjaar, (M)MZ derde leerjaar. Gezien het beperktere aanbod in BPV-plaatsen voor lagerejaars, worden hier geen belangstellingsformulieren opgevraagd. Wel wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met woonplaats en achtergrond. Op een belangstellingsformulier kun je aangeven waar je graag je BPV wilt doen. Deze belangstellingsformulieren geven geen garantie voor een bepaalde instelling, locatie of branche. Op het formulier kun je ook aangeven waar je per se niet naar toe wilt. Er zijn verschillende mogelijkheden om in het buitenland BPV te volgen. Kijk voor meer informatie op portal onder I-BPV. Werktijden en diensten Je volgt een opleiding in de zorg en welzijn. Dit is een 24-uurssector. Dat betekent dat je ook onregelmatige diensten en weekenddiensten draait. Hierbij wordt uiteraard rekening gehouden met de arbeidstijdenwet en afspraken in de CAO. Houd er rekening mee dat je minimaal een keer op een leerafdeling geplaatst kan worden.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
17
Procedure bekendmaking BPV en bezwaar Een aantal weken voorafgaand aan een BPV-periode maakt het RBB een conceptplanning. Het RBB bespreekt de conceptplanningen eerst met de SLB-er en past deze indien nodig aan. Vervolgens worden de conceptplanningen op portal geplaatst. De studenten kunnen deze inzien. Elke student kan op school en thuis inloggen op portal. Wanneer de conceptplanningen gereed zijn wordt dit vanuit school gecommuniceerd. Op de conceptplanning staat een termijn genoemd. Indien je wilt reageren op deze planning kun je binnen de gestelde termijn contact opnemen met het RBB. Een BPV-plaats kan in deze conceptfase gewisseld worden onder de volgende omstandigheden: - indien studenten, in overleg met het RBB, onderling wisselen van BPV-plaats - indien de zorg- en welzijnsinstelling bezwaar maakt tegen de plaatsing. RBB zoekt dan een andere BPV-plaats - indien door uitval/wisseling van een andere student een beter passende BPV-plaats beschikbaar is gekomen - indien in overleg met school blijkt dat de student zijn/haar competenties of leerdoelen duidelijk aantoonbaar niet kan behalen binnen de instelling Vanaf het moment dat de planning definitief is kan de BPV-plaats alleen nog gewijzigd worden in het geval dat: - zorg- en welzijnsinstelling bezwaar maakt tegen de plaatsing (met reden, bijvoorbeeld vanwege eerdere problemen binnen instelling) - in overleg met school alsnog blijkt dat de student zijn/haar competenties of leerdoelen duidelijk aantoonbaar niet kan behalen binnen de instelling. Wanneer zich bijzondere situaties voordoen in de loop van de opleiding waarin bovenstaande regels niet voorzien, wordt in overleg tussen school, RBB, student en indien nodig zorg- en welzijnsinstelling naar een oplossing gezocht. Contact met de zorg- en welzijnsinstelling Wanneer de definitieve planningen op portal staan, staat hier altijd een datum bij wanneer je contact op kunt nemen met de zorg- en welzijnsinstelling. Bij sommige instellingen moet je ook solliciteren, dit staat dan ook vermeld. Sommige zorg- en welzijnsinstellingen zullen zelf al contact opnemen met jou, andere wachten af tot je zelf contact opneemt. Als je niets hoort van de zorg- en welzijnsinstelling, dan kun je altijd zelf even bellen. In de BPV-box (www.brabantzorg.net/bpv-box) vind je van een aantal instellingen meer informatie over je BPV. Jouw gegevens Het plannen van de BPV-plekken vindt plaats via een besloten beveiligd internetsysteem waar zorg- en welzijnsinstellingen kunnen zien wie bij hen op stage komt. Zorg- en welzijnsinstellingen hebben een aantal gegevens nodig ruim voordat jij daar komt, waaronder je burgerservicenummer. Daarom vragen wij alle nieuwe studenten of wij van tevoren hun burgerservicenummer mogen doorgeven aan de zorg- en welzijnsinstelling waar ze hun BPV doen. Je krijgt hierover bericht thuis. Ouderejaars hebben dit bericht al gehad. Bijzondere situaties Mocht je al bij de start van de opleiding weten dat je wegens bepaalde redenen (bijv. chronische ziekte/aandoening) niet op een bepaalde BPV-plaats of type BPV-plaats geplaatst kunt worden, dan dien je dit in een zo vroeg mogelijk stadium bij de studieloopbaanbegeleider te melden en een formulier in te vullen. De SLB-er bepaalt in overleg met de BPV-coördinator vervolgens of voor jou een uitzondering gemaakt kan worden op bovenstaande BPV-regels. Dit geldt alleen als de student dit bij aanvang van de studie meldt of als dit vanaf een bepaald moment tijdens de opleiding geldt. Neem in het laatste geval contact op met je studieloopbaanbegeleider.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
18
4.4 Studiebelasting Een opleiding kent een minimaal aantal contacturen per leerjaar. Voor een voltijd-opleiding (BOL) ligt de wettelijke eis op 850 uren. Voor BOL-deeltijd en BBL-studenten is dat 300 uur. Het Verantwoordingsblad onderwijsprogrammering (zie bijlage 1) geeft een overzicht van het aantal uren per leerjaar. Daarin staat dat het aantal uren en de verdeling daarvan voldoen aan de wettelijke eisen en de normen van het Vitalis college.
Vitalis College /
19
5 Alles over de begeleiding 5.1 Begeleiding bij het leren op de opleiding Onder studieloopbaanbegeleiding (SLB) verstaan we alle activiteiten die erop gericht zijn om studenten te begeleiden bij een resultaatgerichte studieloopbaan. Je krijgt een studieloopbaanbegeleider toegewezen met wie je de resultaten en ontwikkeling van jouw leerroute bespreekt. Deze studieloopbaanbegeleider heeft vanuit de opleiding een sleutelrol in je studieloopbaanplanning. Je wordt begeleid om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor je studieloopbaan. Je wordt begeleid op het persoonlijk vlak. Je gaat dus: gericht informatie verzamelen over kenmerken, mogelijkheden en eisen van opleiding en beroep. inzicht krijgen in de eigen capaciteiten, interesses, waarden, persoonskenmerken en ontwikkeling van competenties. bovenstaande informatie over opleiding, beroep en eigen persoon eigen maken en op grond daarvan keuzes maken. reflecteren op evaluaties en beoordelingen en daar vervolgens acties aan verbinden. zorgen voor een gevuld (digitaal ) portfolio en een Plan van Aanpak waarin je je ontwikkeling zichtbaar maakt. de bewijzen uit je portfolio laten zien aan de studieloopbaanbegeleider Deze zijn voorwaarde om aan examens te kunnen deelnemen. De SLB begeleider heeft hierin een adviserende rol. Individuele begeleiding krijg je van de studieloopbaanbegeleider en je BPV-begeleider op stage. Voorbeelden van individuele begeleiding zijn: je beginsituatie helder krijgen, individuele leervorderingen bespreken, bewijsstukken portfolio checken, stage-ervaringen bespreken, feedback geven op persoonlijke leerdoelen en acties. Groepsbegeleiding van de SLB-er vindt plaats in een groep en is gericht op begeleiding die voor alle studenten min of meer gelijk is. Uitgangspunten bij SLB SLB is een vorm van begeleiding waarbij de student wordt geleerd om zelf verantwoordelijk te zijn voor zijn of haar studieloopbaan. De studieloopbaanbegeleider (SLB-er) begeleidt de student bij dit proces. De student en de studieloopbaanbegeleider werken aan het zo goed mogelijk doorlopen van de studie. Dat betekent dat: De SLB-er is het eerste aanspreekpunt voor de student. De belangrijkste taak van de SLB-er is de student snel op weg te helpen. De begeleiding staat in het teken van inzicht in én verantwoordelijkheid nemen voor de eigen studieloopbaan. In de benadering van de SLB-er naar de student toe is een duidelijke opbouw aanwezig. Van een gestructureerd en verplicht aanbod naar zelfsturend leren. Bij de start van de opleiding wordt de student intensief begeleid. De docent neemt dan meestal het initiatief, geeft aanwijzingen en maakt afspraken met de student. Met andere woorden de docent zit dicht ‘op de huid’ van de student. Geleidelijk aan komt de verantwoordelijkheid steeds meer te liggen bij de student. De SLB-er bekijkt steeds samen met de student wat er aan ondersteuning (maatwerk) nodig is. De studieloopbaanbegeleiding eindigt pas als de student uitgestroomd is. Stroomt een student door omstandigheden tussentijds uit, dan behoort daar ook begeleiding bij.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
20
De SLB-er heeft tevens een taak bij de begeleiding van de student op de praktijk/stage. De SLBer is de contactpersoon voor de betreffende praktijk-/stagebegeleider van de student. Uitgangspunten zijn : - bezoekfrequentie aan de praktijkplaats van de BBL-student is 1x per schooljaar. - bezoekfrequentie aan de stageplaats van de BOL-student is 1x per schooljaar. - Hiernaast kan het contact verlopen middels telefoon en /of mail. - Bij ‘calamiteiten’ rondom de student kan de frequentie van het bezoek hoger zijn/worden.
Middelen die worden ingezet om het doel van de SLB te bereiken: het portfolio (werkportfolio = ontwikkelingsportfolio), gesprekken, groepsbijeenkomsten.
5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering Een indicatie wordt bij aanvang of tijdens je studie gesteld. Er volgt een melding bij SS&B (Servicecentrum Studie & Beroep) wat kan resulteren in extra begeleidingstijd binnen en/of buitenschools. De aard en omvang van de begeleiding worden bepaald in samenspraak met jou de school en SS&B. Heb je een REC (regionaal expertise centrum) indicatie en LGF (leerling gebonden financiering) dan kan er in overleg met SS&B gekeken worden of dit gebruikt kan worden voor extra begeleiding of voorzieningen. Waarbij in acht wordt genomen dat de student tot een beroepsbeoefenaar wordt opgeleid en ook als dusdanig zelfstandig moet kunnen functioneren.
5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie Tijdens het doorlopen van je studie kan je soms tot de conclusie komen dat de opleiding die je gekozen hebt niet haalbaar is. Dit kun je bespreken met je studieloopbaanbegeleider. Deze verwijst je door naar het Onderwijsservicebureau Zorg (OSB Zorg). De Trajectbegeleider Zorg van het OSB Zorg gaat verder met je in gesprek en zal samen met jou (en je ouders/verzorgers) kijken naar de te nemen vervolg stappen. Tevens bestaat de mogelijkheid tot doore verwijzen naar de 3 lijnszorg.
5.4 Klachten Binnen het Vitalis college is er een bezwaar- en klachtenregeling van kracht. Deze kan op diverse momenten in werking gaan. De bezwaar- en klachtenregeling staat op de website van het Vitalis college onder de keuzeknop “studenten”: Link: www.vitaliscollege.nl. De bezwaar- en klachtenregelingen zijn gebaseerd op het deelnemersstatuut, waarin de rechten en plichten van studenten zijn vastgelegd. Het deelnemersstatuur kun je op dezelfde plaats vinden als de bezwaar- en klachtenregelingen.
5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd Speciaal hiervoor zijn er binnen het Vitalis college een tweetal vertrouwenspersonen aangesteld. De verwijzing naar deze personen kan via de studieloopbaanbegeleider, begeleiders, instructeurs, studentenloket of via het servicebureau plaats vinden. Je kunt ook zelfstandig contact zoeken met de vertrouwenspersoon. Aan het begin van je opleiding krijg je een folder met de namen van de vertrouwenspersonen en hoe en waar ze te bereiken zijn. Je meldingen worden in vertrouwen behandeld. De directeur van het Vitalis college wordt geïnformeerd over het aantal meldingen en de aard van die meldingen. Dit gebeurt zonder de naam van de melder.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
21
6 Alles over de beoordeling De opleiding kent twee soorten beoordelingen: Ontwikkelingsgericht beoordelen; beoordelen om te leren. Deze beoordelingen zijn onderdeel van het opleidingsprogramma. Kwalificerend beoordelen; beoordelen om te kijken of je voldoet aan de eisen voor een diploma. Deze beoordelingen vind je in het examenplan. Voor wat betreft het kwalificerend beoordelen zijn alle partijen gebonden aan de regels van het Examenreglement Competentiegericht Onderwijs (CGO) van het ROC West-Brabant, het handboek examinering van het Vitalis college en de aanvullende regels van het Cluster. Deze zijn te vinden op de portal. In bijlage 2 zijn hiervoor de links opgenomen.
6.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen Tijdens de uitvoering van een Fase (zie tabel paragraaf 4.2) werk je onder andere aan de beroepsprestaties. Soms zijn deze beroepsprestaties ontwikkelingsgericht. Ook de aftekenlijsten van de verschillende vakken en jouw portfolio zijn voorbeelden van een ontwikkelingsgerichte beoordeling. In de voortgangsregeling staat onder 6.3 precies aangegeven wat de (ontwikkelingsgerichte) normen zijn om door te mogen naar het volgende leerjaar. Een aantal beroepsprestaties zijn kwalificerend, d.w.z. het zijn examens die je met een voldoende moet af sluiten om je diploma te behalen. Deze beroepsprestaties vind je terug in het examenplan (zie paragraaf 6.2).
Toetsplan Persoonlijk begeleider Gehandicaptenzorg / Specifieke doelgroepen Crebocode: 92661 en 92662 cohort: 2012 BOL/BBL: BOL ROC West-Brabant, Vitalis college,Cluster Welzijn Toetsnaam/-code
Setting School
Toetsvorm
BPV
Aantal kansen
1
2
VT-M-01
X
LW-A-01
X
LP-A-01 loopbaan
X
Opdracht
1
LP-A-02 loopbaan
X
Opdracht
1
LP-A-03 loopbaan
X
Opdracht
1
TOA-NL-Lezen
X
Schriftelijk
1
1
TOA-NL-Luisteren
X
Schriftelijk
1
1
TOA-Rekenen
X
Schriftelijk
1
1
TOA-Engels
X
Schriftelijk
1
1
TOA-LB
X
Schriftelijk
1
1
VT-M-02
X
Schriftelijk
2
2
LW-A-02 BP-M-1.1
Schriftelijk
Periode afname
1
X X
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
X
2 Opdracht
2
22
Crebocode: 92661 en 92662 cohort: 2012 BOL/BBL: BOL ROC West-Brabant, Vitalis college,Cluster Welzijn Toetsnaam/-code
Setting
BP-M-1.2
X
VT-M-03
X
X
Toetsvorm Opdracht Schriftelijk
LW-A-03
X
BP-M-1.3
X
VT-M-04
X
X
LW-A-04
Periode afname2
Aantal kansen
3
2
3 Opdracht
3
Schriftelijk
4
2
4
Voldoende aangetoond
X
Crebocode: 92661 en 92662 cohort: 2012 BOL/BBL: BOL ROC West-Brabant, Vitalis college,Cluster Welzijn Toetsnaam/-code
Setting School
BPV
Toetsvorm
Periode afname
Aantal kansen
VT-M-05
X
Schriftelijk
5
2
VT-M-06
X
Schriftelijk
6
2
Toets Rekenen
X
Schriftelijk
4/8
1
Toets Nederlands
X
Schriftelijk
4/8
1
Toets Engels
X
Schriftelijk
4
1
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
23
6.2 Kwalificerend beoordelen: examenplan In het examenplan komt de drievoudige kwalificering naar voren. Examinering richt zich op: 1) het beroep, 2) algemene vorming voor taal en rekenen en 3) loopbaan en burgerschap. Voor elk onderdeel is er in deze paragraaf een examenplan opgenomen.
A. Specifiek (Beroepsgericht) Opleidingsnaam:
MZ. / PBGZ.
Cohort: 2012-2015
Vitalis college
Crebocode:
92661
X BOL OBBL
onderdeel van ROC West Brabant
Brondocument
KD. 2012 Maatschappelijke Zorg
Examenproduct
Examen
KBP-M-2.5
C, D, F, K E, Q
Aangetoond
1
X
2.1 3.3 2.1 3.3
C, D, F, K E, Q C, D, F, K E, Q
Aangetoond
1
Aangetoond
1
Kwalificerende BP.'s : 2.1 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag 2.2 Begeleiden van een groep 2.3 Bevorderen van het leefklimaat 2.4 Geven van advies en voorlichting 2.5 Plannen en uitvoeren van verpleeg-
X
Aangetoond
1
2.4 - 3.3 - 3.6
CU - EQ - DJM
2.4 - 3.3
CELQU - EQ
1.1- 1.2- 2.2- 3.6
DN-EJM-CLRT-DJM
2.6 - 3.1
CKU - K
2.7
KLT
X
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
X
X
4
2
X
4
2
X
X
4
2
X
5-67
2
Beoordelaa r BPV
KBP-M-2.4
2.1 3.3
Beoordelaa r School
KBP-M- 2.3
X
Aantal Beoordelaa rs
KBP-M-2.2
Kwalificerende BP. 1.4: Begeleiden bij basisbehoeften Fase 1 Verantwoordingsverslag Fase 1 Assessmentgesprek Fase 1
Afnamecondities Periode
KBP-M-2.1
Competenties
Plaats examen School
KAG-M-F1
Kerntaak/ Werkprocessen
Cesuur / Weging
BPV
KVV-M-F1
Zelf
Inkoop
KBP-M-1.4
Kwalificerende gedeelte
Aantal Herk.
Ex. Code
O Economie O Gezondheidszorg O Pedagogie X Welzijnszorg O Vastgesteld op datum:
X
X
24
Examenproduct
Examen
Assessmentgesprek
X
KBP-M-3.3 KBP-M-3.4
X
3.1- 3.2- 3.6
CDLQ-CELQU-EQJLY K-T- DJM
2.5 - 2.6
BHK - CKU
1.1- 1.2- 1.3- 3.4
DN-EJM- JKQR- EQ
1.1 2.5 3.3 2.3 2.6 3.6
N H E U U D
Aangetoond
1
X
8
2
X
Aangetoond
1
X
8
2
X
Aangetoond
1
91011
2
Aangetoond
1
X
12
2
X
Aangetoond
1
X
12
2
X
X
Beoordelaa r BPV
KAG-M-F3
KBP-M-3.2
2.3- 2.4- 3.3- 3.5
Beoordelaa r School
X
KVV-M-F3
Kwalificerende BP.'s 3.1 Bevorderen van dagbesteding 3.2 Verdiepen in de doelgroep 3.3 Versterken van het netwerk 3.4 Coördineren van de begeleiding Verantwoordingsverslag
KBP-M-3.1
N F U M D C
Aantal Beoordelaa rs
X
1.1 2.1 2.4 1.2 2.1 2.2
Afnamecondities Periode
Assessmentgesprek
Competenties
Plaats examen School
KAG-M-F2
Kerntaak/ Werkprocessen
Cesuur / Weging
BPV
X
Zelf
Inkoop
KVV-M-F2
technische vaardigheden Verantwoordingsverslag
Kwalificerende gedeelte
Aantal Herk.
Ex. Code
X
Herkansing De opleiding kent drie kwalificerende momenten (zie het examenplan). Deze zijn leidend gedurende de opleiding (de doorstroom-opleiding kent één kwalificerend moment aan het einde van het doorstroom jaar). Ieder kwalificerend moment bestaat uit de methodemix met drie onderdelen, namelijk: - Kwalificerende BP.('s) - Verantwoordingsverslag
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
25
-
Assessmentgesprek op school
De student moet (op het niveau van werkprocessen en competenties) al de onderdelen behalen volgens de normscore ‘voldoende’ c.q. 'aangetoond'. Indien dit niet het geval is volgt een herkansing of reparatie (zie ook Handleiding Kwalificering Algemeen). 1 Kwalificerende BP.( 's) De student dient van de beoordelingslijst uit de BP.('s) 100% van de competenties met normscore aan te tonen. Indien niet alle competenties binnen het (gevraagde) werkproces behaald zijn, kunnen deze alsnog behaald worden. De manier waarop is afhankelijk van de oorzaak: Oorzaak A De student heeft de opdracht uitgevoerd, maar een of meerdere competenties binnen het werkproces zijn onvoldoende aangetoond. De student heeft recht op een herkansing van het betreffende werkproces van de BP. De assessor geeft op de herkansingsopdracht aan welk werkproces en welke competentie(s) van welke BP. dit betreft. De reeds behaalde competenties van dat werkproces blijven behouden. Oorzaak B De student heeft het werkproces niet kunnen uitvoeren, omdat de situatie zich in het werkveld niet voordoet. De student krijgt de gelegenheid om betreffend werkproces via dezelfde opdracht in een andere werksetting uit te voeren of via een simulatieopdracht op school uit te voeren. Een simulatieopdracht moet qua niveau, complexiteit en verantwoordelijkheid altijd vergelijkbaar zijn met de originele kwalificerende opdracht . De opdracht zal altijd worden uitgevoerd in een (gesimuleerde) beroepssituatie. 2 Verantwoordingsverslag Indien de student in het verantwoordingsverslag een competentie niet voldoende heeft verantwoord, volgt een herkansing van het verantwoordingsverslag. 3 Assessmentgesprek Indien de student in het assessmentgesprek een competentie niet voldoende heeft aangetoond, volgt een herkansing van het assessmentgesprek.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
26
Generiek: Nederlands, rekenen, Engels en 2e MVT
Plaats
Aantal Herk.
Periode
Cesuur
Inhoud
Duur
Examen
Niveau
Code:
Toets vorm
Afnamecondities Aantal beoordelaars
Nederlands Instellingsexamen KN-3F-ge Mondelinge taalvaardigheid Instellingsexamen KN-3F-sp Mondelinge taalvaardigheid Instellingsexamen KN-3F-sc Schrijfvaardigheid KN-3F-le Centraal examen & lu Nederlands
3F Gesprekken voeren
Mondeling
20 min.
zie 1 8 toelichting
1
School
1
3F Spreken
Mondeling
15 min.
zie toelichting
9
1
School
1
3F Schrijven
Digitaal
90 min.
10
1
School
1
Luisteren Lezen
Digitaal
120 min.
zie toelichting
10
2,3
1
School
Digitale toets
Getallen Verhoudingen 3F Meten en meetkunde Verbanden
Digitaal
120 min.
zie toelichting
10
4
1
School
Digitale toets
B1 Lezen
Schriftelijk digitaal
60 min
zie toelichting
7
1
School
Digitale toets
B1 Luisteren
Schriftelijk digitaal
60 min
zie toelichting
7
1
School
Digitale toets
3F
Rekenen KR-3F
Centraal examen Rekenen
Engels Instellingsexamen Leesvaardigheid Instellingsexamen Mondelinge taalKE-B1-lu vaardigheid KE-B1-le
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
27
Plaats
4
Aantal Herk.
3
Afnamecondities Aantal beoordelaars
A2 Spreken
Mondeling individueel
15 min
zie toelichting
8
1
School
1
A2 Gesprek voeren
Mondeling individueel
15 min
zie toelichting
8
1
School
2
A2 Schrijven
Schriftelijk / digitaal
60 min
zie toelichting
8
1
School
1
Toelichting cesuur voor Nederlands, rekenen en Engels
2
Periode
1
Cesuur
Instellingsexamen KE-A2-sp Mondelinge taalvaardigheid Instellingsexamen KE-A2-ge Mondelinge taalvaardigheid Instellingsexamen KE-A2-sc Schrijfvaardigheid
Inhoud
Duur
Examen
Niveau
Code:
Toets vorm
Voor Nederlands worden de cijfers van het centrale examen (= 1 cijfer) en het cijfer van het instellingsexamen (= 1 cijfer) gemiddeld tot één heel cijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Voor Engels worden de cijfers van de instellingsexamens gemiddeld tot één heel cijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Engels. Voor Rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, rekenen en Engels mogen er twee onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het derde eindcijfer moet ten minste een 6 zijn.
Voor centrale examens Nederlands en rekenen zijn er vaste afnameperioden. Dat betekent dat een centraal examen in een gewone lesweek kan vallen. . In periode 10 staat er een oefenexamen gepland als voorbereiding op het centrale examen Luisteren/Lezen. In periode 4 en periode 8 staan er diagnostische toetsen gepland (schrijven, taalverzorging en lezen/luisteren). In periode 10 staat er een oefenexamen gepland als voorbereiding op het centrale examen rekenen. Het centraal examen voor rekenen vindt plaats in Periode 10. In periode 4 en periode 8 staan er diagnostische toetsen gepland.
Uitloop van de studie Wanneer door uitloop van jouw studie de opleiding langer duurt dan de voorgeschreven duur van 3 jaar verandert de regeling voor examinering van Nederlands, rekenen en Engels. De cesuur voor het generieke onderdeel van het examen wordt dan verzwaard.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
28
C. Loopbaan & Burgerschap Loopbaan Je moet voldoen aan de kwalificatie eisen van het beroep, de generieke eisen én aan de kwalificatie eisen voor loopbaan (en burgerschap). Binnen het onderdeel loopbaan onderzoek je wat je kunt, wat je wilt, wat je nodig hebt om een plaats in de maatschappij te vinden die bij je past en aansluit op je mogelijkheden. Het onderdeel Loopbaan is opgenomen in de leerlijn studieloopbaanbegeleiding. MMZ is een opleiding waarin de student de mogelijkheid wordt geboden zich te ontwikkelen tot competent beroepsbeoefenaar in een leeromgeving die duidelijk, overzichtelijk en uitdagend is voor student en medewerker. Dit doen we door het verantwoorden van de gekozen onderwijsvormen, een opbouw van het onderwijs van algemeen naar specifiek, het invullen van het onderwijs volgens thema’s en het integreren van het onderdeel loopbaan in de opleiding.
Activiteiten
Elementen
Leerprestaties uitwerken; Loopbaan: * Het ontwikkelen van je beroepsbeeld. * Het ontwikkelen van je opleidingsbeeld. * Je professionele ontwikkeling. Doorlopende aandacht !!!!
Periode
Intensiteit begeleiding
Resultaat inspanning student, wordt beoordeeld. --> resultaatsverplichting.
1
Integreren in slb.-tijd
Bewijsstukken + beoordelingslijst LP.
1
Integreren in de workshop 'WEGWI' + slb.-tijd Integreren in slb.-tijd
Bewijsstukken + beoordelingslijst LP.
4 /8/ 10 4 /8/ 10 4 /8/ 10
Integreren in slb.-tijd Integreren in slb.-tijd Integreren in slb.-tijd
Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie)
8/ 10
Integreren in slb.-tijd
Bewijsstuk / verslag (reflectie)
8/ 10
Integreren in slb.-tijd
Bewijsstuk / verslag (reflectie)
1 Capaciteitenreflectie (wat kan ik) Motievenreflectie (wat wil ik) Werkexploratie (wat zijn de moge lijkheden binnen het werkveld) Loopbaansturing (mijn planning gericht op de mogelijkheden van jezelf en het werkveld)
Bewijsstukken + beoordelingslijst LP.
Netwerken (gericht contacten zoeken die mij kunnen helpen om planning loopbaan uit te voeren) KL KL KL KL KL
Capaciteitenreflectie Motievenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken
■ ■ ■ ■ ■
Capaciteitenreflectie Motievenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
10 10 10 10 10
Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie) Bewijsstuk / verslag (reflectie)
29
Burgerschap Je moet voldoen aan de kwalificatie eisen van het beroep, de generieke eisen én aan de kwalificatie eisen voor (loopbaan en) burgerschap. Binnen het onderdeel burgerschap wordt gewerkt aan 4 dimensies: politiek juridisch, economisch, sociaal maatschappelijk en vitaal burgerschap. Tijdens de opleiding besteed je aandacht aan alle dimensies. We spelen daarbij in op de actualiteit. MMZ is een opleiding waarin de student de mogelijkheid wordt geboden zich te ontwikkelen tot competent beroepsbeoefenaar, in een leeromgeving die duidelijk, overzichtelijk en uitdagend is voor student en medewerker. Burgerschap wordt geïntegreerd in de BPV en in het onderwijs ( colleges, integrale opdrachten, workshops, gastdocenten) . Onderwerpen die aan bod komen zijn ethiek rondom begeleidingsaspecten MMZ.-doelgroep, intimiteit / seksualiteit, ex-verslaafde. Activiteiten
Afhankelijk van actualiteit: één van de onderstaande dimensies
Periode
Intensiteit begeleiding
Resultaat inspanning student, wordt beoordeeld. --> resultaatsverplichting.
P1,2,3 en 4
2 uur per week: - Aansturing ( 1 uur) - uitwerken v. opdracht (1 uur).
uitwerking van alle (oriënterende) opdrachten Burgerschap.
Werken aan 'oriëntatie' Burgerschap, middels opdrachten.
X Politiek juridisch X Economisch X Sociaal maatschappelijk X Vitaal Burger schap
Vital Society, Vitalis in de wijk; werken aan een projectopdracht + uitvoering.
X Politiek juridisch X Economisch X Sociaal maat schappelijk X Vitaal Burger schap X Politiek juridisch
P2
2 á 3 dagen / met begeleider
Bewijsstukken / verslag
P5
Uitwerking opdracht + reflectieverslag.
X Economisch
P6
Politiek juridisch Economisch Sociaal maatschappelijk Vitaal Burgerschap
P7
2 uur / week Aansturing ( 1 uur) Begeleid werken ( 1 uur) 2 uur / week Aansturing ( 1 uur) Begeleid werken ( 1 uur) 2 uur / week
Discussie of debat over de politiek in de gemeente en de invloed hiervan op de samenleving van de gemeente. Productkeuze
Werken aan project; b.v. vanuit opdrachten uit GGZ., woon-/ zorgcentra / kleinschalig wonen.
KB Politieke-juridische dimensie KB Economische dimensie KB Sociaal-maatschappelijke dimensie KB Dimensie vitaal burgerschap Cesuur: “Voldaan” aan bovenstaande inspanningseisen
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
P10 P10 P10 P10
Uitwerking opdracht + reflectieverslag.
Uitwerking opdracht + reflectieverslag.
Bewijsstukken / verslagen (reflectie) Bewijsstukken / verslagen (reflectie) Bewijsstukken / verslagen (reflectie) Bewijsstukken / verslagen (reflectie)
30
6.3 Studievoortgang Om bevorderd te worden naar het volgende leerjaar moet je naast het kwalificerende gedeelte ook voldoen aan een aantal andere voorwaarden. Deze voorwaarden en de overgangscriteria kun je raadplegen in de studievoortgangsregeling en de overgangsregeling. Beide regelingen worden in deze paragraaf beschreven.
Studievoortgangsregeling Examinering De student moet de beroepsgerichte examenonderdelen met een normscore van ‘voldoende’ / ‘aangetoond’ afsluiten (zie de overgangsregelingen in deze paragraaf). Indien dit niet het geval is, volgt een herkansing of de mogelijkheid tot reparatie (zie paragraaf 6.2 ‘Kwalificerend beoordelen’ / Handleiding ‘Kwalificering Algemeen’). Onderwijs De aan de beroepsgerichte onderwijs gekoppelde ondersteunende onderwijsactiviteiten dienen als ‘voldoende’ afgetekend te zijn ( door docent / slb.’er). Aanwezigheid De opleiding hanteert een aanwezigheidsplicht van 100%. Wanneer de student achterloopt met de gangbare planning van het onderwijs bekijkt de studieloopbaanbegeleider in overleg met de student wat dit voor gevolgen heeft voor het onderwijstraject. Eventueel wordt de student niet bevorderd naar het volgende leerjaar waardoor studievertraging wordt opgelopen. De workshops vormen een uitzondering (in het MMZ-team) omdat hierbij de afspraak geldt dat de student maximaal één bijeenkomst mag missen, met een gegronde reden (ziek zijn, calamiteit). Wanneer de student meer dan één bijeenkomst afwezig is, krijgt de student een vervangende opdracht. De SLB-er bewaakt dan de aftekening van de inhaalopdracht. Vrijstelling Bij het examenbureau kun je tevens een aanvraag doen om te onderzoeken of je recht hebt op vrijstellingen ten aanzien van examenonderdelen. Recente relevante diploma’s of relevante eerder verworven competenties/kwaliteiten kunnen je opleidingstraject verkorten. In het document Examenreglement ROC WB versie competentiegericht onderwijs van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) kun je de vrijstellingsgronden terugvinden. Voortgangstoetsen De voortgangstoetsen (ontwikkelingsgericht) vinden plaats aan het einde van iedere periode gedurende de perioden 1 t/m 6 (zie paragraaf 6.1). Aan de hand van deze toetsen wordt de studievoortgang bepaald ten aanzien van de vakkennis. De student moet gemiddeld een voldoende score voor beide toetsen die in periode 1-2, 3-4 en 5-6 worden afgenomen om door te mogen gaan naar het volgende half jaar. Voor iedere toets heeft de student twee mogelijkheden tot herkansing. Studievoortgang Het examenbureau stelt de voortgang vast in overleg met de clusterexamencommissie. Wanneer in het eerste jaar blijkt dat de studievoortgang van de student geen uitzicht biedt op resultaat dan bespreekt de SLB-er in overleg met de student welke opleiding wel geschikt zou kunnen zijn.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
31
Overgangsregelingen Overgangsregeling van het 1ste naar het 2de leerjaar de
De student wordt bevorderd naar het 2 leerjaar indien uiterlijk in lesweek 8 van leerperiode 4: 1. De kwalificerende beroepsprestatie 1.4 met “voldoende” / “aangetoond” is beoordeeld. 2. Het verantwoordingsverslag van fase 1 met “voldoende” / “aangetoond” is beoordeeld. 3. Het assessmentgesprek van fase 1 met “voldoende” / “aangetoond” is beoordeeld. Wanneer de student aan het einde van het eerste leerjaar de kwalificerende onderdelen niet heeft behaald dan wordt de student een half jaar teruggeplaatst. De student moet bij terugplaatsing alle onderwijsactiviteiten volgen.
Overgangsregeling van 2de naar het 3de leerjaar de
De student wordt bevorderd naar het 3 leerjaar indien uiterlijk in lesweek 8 van leerperiode 8: 1. De kwalificerende beroepsprestaties 2.1, 2.2, 2.3, 2.4 en 2.5 met “voldoende” / “aangetoond” zijn beoordeeld. 2. Het verantwoordingsverslag van fase 2 met “voldoende” / “aangetoond” is beoordeeld. 3. Het assessmentgesprek van fase 2 “voldoende” / “aangetoond” is beoordeeld. Wanneer de student aan het einde van het tweede leerjaar de kwalificerende onderdelen niet heeft behaald dan wordt de student een half jaar teruggeplaatst. De student moet bij terugplaatsing alle onderwijsactiviteiten volgen. Procedure uitstel toetsing De beroepsprestaties en het assessment gesprek worden in periode 8 afgerond. In week 8 van periode 8 levert de student het kwalificerende portfolio in. Dat portfolio wordt in week 9 beoordeeld. Wanneer afgeronde examenproducten na week 8 worden ingeleverd kan de student toestemming vragen om na de zomervakantie te kwalificeren. De student moet dan een schriftelijk verzoek indienen (formulier "uitstel toetsing") bij het examenbureau/CLEC. Het kwalificerend portfolio moet dan voor de zomervakantie binnen zijn mèt het schriftelijke verzoek erbij. Indien dit schriftelijk verzoek niet aanwezig is volgt alsnog een half jaar terugplaatsing.
6.4 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? De clusterexamencommissie verstrekt tijdig voor aanvang van een periode de opdrachten, betrekking hebbend op examinering in die periode, die ertoe moeten leiden dat: tijdig bekend is welke kwalificerende examens wanneer en waar worden aangeboden; bekend is wie mag deelnemen c.q. geacht wordt deel te nemen aan een kwalificerende examen; de examens tijdig beschikbaar is; de vereiste lokaliteiten beschikbaar en in orde zijn; de vereiste examinatoren en surveillanten beschikbaar zijn. Binnen het cluster Welzijn regelt het clusterexamenbureau de organisatie van examens, de registratie van beoordelingen/ resultaten en het uitschrijven van diploma’s. In het examenplan zijn de kwalificerende beoordelingen vastgelegd. Het clusterexamenbureau legt van iedere student een examendossier aan. Dit blijft eigendom van het examenbureau.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
32
Er is een centrale examenregeling ROC West-Brabant. Deze kun je vinden op de website van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) onder studenten, regeling en procedures. In deze regeling zijn de examenrechten van studenten vastgelegd in 2 hoofdstukken en 3 bijlagen: - De regeling en de organisatie van de examens - Bezwaar en beroep - Bijlage 1: Begrippenlijst - Bijlage 2: Examencommissies - Bijlage 3: Afwijkende toetsing en examinering We adviseren je dit document aandachtig door te nemen. De clusterexamencommissie Welzijn bestaat uit: Voorzitter: Secretaris: Leden: Team ZH en HZW N.1+2: Team MMZ. : Team Adm. medewerker :
Yvonne Vincenten E. Pronk M. van Bezouw E. Koulman E. Rits
6.5 Diplomeren Voordat er tot diplomering kan worden overgegaan, moet er voldaan zijn aan de (minimaal) vereiste BPV. uren / tijd en onderwijsuren/tijd ( en/of voldaan zijn aan het voldoende uitvoeren van de (inhaal-) schoolopdrachten).
6.6 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school? In je portfolio bewaar je al je bewijzen ten aanzien van examinering. Op school bewaren we deze bewijzen voor de onderwijsinspectie en voor jouw zekerheid. Alle bewijzen (examenproducten) worden tot 1 jaar na diplomering bewaard. Daarna worden alle bewijzen door het examenbureau van het cluster Welzijn vernietigd. Over de aanlevering van deze bewijzen zal je nog nader worden geïnformeerd door het examenbureau. De vaststelling van je resultaten wordt verwerkt in een digitaal leerlingvolgsysteem. Na diplomering bewaren we een kopie van je diploma.
6.7 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat je het niet eens bent met de einduitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. Je dient dan binnen 14 dagen na bekendmaking van de uitslag je bezwaar schriftelijk te melden bij de secretaris van de cluster examencommissie. Dit geldt alleen voor de kwalificerende beoordeling (de examens), dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens je studieloopbaan. Voor die gevallen ga je naar je studieloopbaanbegeleider. Het bezwaarformulier vind je op de website van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) onder studenten, regeling en procedures. Ben je het niet eens met de uitspraak van de clusterexamencommissie dan kun je een beroepsschrift opsturen naar de Commissie van Beroep Examens ROC West Brabant, Secretariaat Raad van Bestuur, Trivium 76, 4873 LP Etten-Leur.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
33
6.8 Inspectie De inspectie van het onderwijs is belast met de kwaliteitscontroles op de examens. Hiervoor wordt een jaarlijks terugkerende audit gehouden. Resultaten van de audits worden gepubliceerd op de websites van de inspectie en van het ROC West-Brabant.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
34
7 Addendum In een addendum vind je alle aanpassingen en wijzigingen, die na het vaststellen en bekendmaken van een OER nog worden doorgevoerd. Zodra de aanpassing bekend is wordt deze opgenomen in een aangepaste versie en gepubliceerd. Je kunt er als student op vertrouwen dat je nooit de dupe zult worden van het ontbreken van informatie.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
35
Bijlagen 1. Verantwoordingsblad onderwijsprogrammering 2. Diverse documenten op de website www.vitaliscollege.nl
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
36
Bijlage 1: Verantwoordingsblad onderwijsprogrammering Onderwijsprogrammering crebo 92661: Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg BOL voltijd (regulier traject), niveau 4 - Cohort 2012 - 2013 (start: meerdere momenten in schooljaar 2012-2013)
leerperiode: Onderwijsactiviteiten begeleide uren per groep begeleide uren individueel 1 begeleide lesuren per week 2 lesweken per periode (excl. flexwkn) aantal flexweken
1
leerjaar 1 2 3 4
30 6 36
34 8 42
30 6 36
36 4 40
7
7
7
7
3 begeleide lesuren per leerfase
252 294 252 280
begeleide klokuren correctie buitenschoolse activiteiten 4 begeleide klokuren per leerfase
126 147 126 140 0 0 0 0 126 147 126 140
5 klokuren overige onderwijsactiviteiten
6 7 8 9 10 11
klokuren toetsing per groep klokuren toetsing individueel examinering en toetsing per leerfase klokuren onderwijstijd (excl. BPV) klokuren BPV Klokuren begeleide onderwijstijd klokuren zelfstudie Totaal aantal SBU
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
totaal
1
leerjaar 2 2 3 4
totaal
22 0 22
20 0 20
25 2 27
23 0 23
7
7
7
7
28 8
1078 154 140 189 161
28 8
1
leerjaar 3 2 3 4
totaal
13 0 13
16 0 16
9 0 9
9 0 9
7
7
7
7
28 8
644
91 112
63
63
329
539 0 539
77 0 77
70 0 70
95 0 95
81 0 81
322 0 322
46 0 46
56 0 56
32 0 32
32 0 32
165 0 165
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1 1 1 127 0 127 170 297
1 1 1 148 126 274 170 444
1 1 1 127 126 253 170 423
1 1 1 141 126 267 169 436
2 2 4 543 378 921 679 1600
1 1 1 78 126 204 130 334
1 1 1 71 126 197 130 327
1 1 1 96 252 348 130 478
1 1 1 82 252 334 128 462
2 2 4 326 756 1082 518 1600
1 1 1 47 189 236 140 376
1 1 1 57 189 246 140 386
1 1 1 33 252 285 140 425
1 1 1 33 252 285 130 414
2 2 4 169 882 1051 550 1600
37
Bijlage 2: Diverse documenten op de website Op de website van het Vitalis college: www.vitaliscollege.nl staan onder de keuze knop ‘Studenten’ verschillende documenten waarin belangrijke aanvullende informatie wordt gegeven. In sommige gevallen wordt in het OER naar deze documenten verwezen.Per document wordt hierna een korte toelichting gegeven. Onderwijsovereenkomst (OOK)
Dit document bevat de juridische tekst en een uitleg over je onderwijs overeen komst en je praktijk overeen komst.
Deelnemersstatuut MBO
Het deelnemersstatuut is onderdeel van je Onderwijsovereenkomst en bevat regels, rechten en plichten voor jou als student van Vitalis college / ROC West-Brabant. Ook staat in het statuut hoe je moet handelen bij eventuele conflicten met medestudenten en docenten.
Onderwijs- en examenregeling (Oer)
Oer staat voor onderwijs- en examenregeling. Voor ieder opleiding is een oer opgesteld. In zo'n document is vermeld hoe het onderwijs en de examens van de desbetreffende opleiding zijn ingericht.
Praktijkovereenkomst (POK)
Voor je BeroepsPraktijkVorming (stage), teken je een praktijkovereenkomst (POK). In deze overeenkomst staan de gedragsregels, verlof, praktijktijd, aansprakelijkheid, eindtermen en verzekeringen beschreven. De praktijkovereenkomst is een afspraak tussen jou, Vitalis college / ROC West-Brabant en het praktijkbedrijf.
Bezwaar en klachtenregelingen
Wanneer mensen intensief met elkaar samenwerken, kan er ook wel eens iets niet zo lekker lopen. Voor klachten van studenten of ouders / verzorgers bestaat een speciale regeling. Deze regeling is er op gericht om klachten samen op te lossen.
Procedure bij fraude
In de procedure bij fraude wordt toegelicht wat onder fraude of plagiaat wordt verstaan tijdens examens of andere beoordelingssituaties in het kader van een opleiding en welke procedure wordt gevolgd als dit wordt geconstateerd.
Examenreglement
Het examenreglement bevat algemeen geldende regels met betrekking tot de examinering. Het examenreglement maakt onderdeel uit van de onderwijs- en examenprogrammering van opleidingen binnen ROC West-Brabant. Het reglement heeft o.a. betrekking op: inschrijving examens, vrijstellingen, afwijkende examinering bij specifieke doelgroepen, onregelmatigheden, aanwezigheid, bekendmaking van de examenuitslag, inzagerecht, bezwaar en beroep.
Vitalis college / Onderwijs- en Examenregeling
38