92661 Maatschappelijke Zorg (Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg) (2012_08)

ROC Nijmegen, Brinnummer 25 PN Onderwijs-en Examenregeling (OER) 2012 92661 Maatschappelijke Zorg (Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg) (2012_08) Registratienummer OER: 92661BBL2012_08 Variantnummer: Voor je ligt de OER (Onderwijs- en Examenregeling) van je opleiding. Hierin staat hoe de opleiding er uit ziet en hoe de examinering is georganiseerd. Bij het schrijven van deze OER zijn steeds de mannelijke vorm 'hij' en de woorden 'je' of 'jij' gebruikt. Uiteraard worden met deze termen ook 'zij' en 'u' bedoeld. Je team(s): Maatschappelijke zorg. Je locatie: Campusbaan 6, 6512 BT Nijmegen. Opleidingsniveau: 4. Leerweg: BBL. Kwalificatiedossier 2012-2013: Maatschappelijke Zorg te vinden op www.kwalificatiesmbo.nl. Certificeerbare eenheden: Ja. Let op: dit geldt voor een deel van de opleiding en je krijgt hiervoor alleen een certificaat, geen diploma. Wettelijke beroepsvereisten: Nee. Branche vereisten: Nee. Betrokken kenniscentrum: Calibris (voorheen OVDB). Aantal klokuren: De in deze OER opgenomen beperkte onderwijsplanning is slechts een indicatie. De opleiding garandeert het wettelijk verplichte aantal contacturen te verzorgen, zie artikel 2,5 lid 3 van de Wet op de Studiefinanciering - WSF 2000. Vastgesteld door de Examencommissie op 12-05-2014. Deze OER gaat in op 01-08-2012 en loopt tot en met 31-07-2015 plus maximaal twee jaar. Adres Domeinexamencommissie: Campusbaan 6, 6512 BT Nijmegen.

Overeenkomsten Voordat je aan een beroepsopleiding begint, sluit je met ROC Nijmegen een Onderwijsovereenkomst af (kortweg OOK) waarin je rechten en plichten staan. Voor de beroepspraktijkvorming sluit je een Beroepspraktijkvormingsovereenkomst af (BPVO). Hierin staan de rechten en plichten van school, het bedrijf, de student (jij dus) en het Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Het Kenniscentrum let erop of het BPV-bedrijf wel geschikt is. De examens van je opleiding zijn gebaseerd op het Examenreglement van ROC Nijmegen. Hierin staan onder meer regels over deelname aan examens, inzage van examens en de mogelijkheid klachten in te dienen. Het model OOK, het model BPVO en het Examenreglement kun je inzien op de website van ROC Nijmegen http://www.roc-nijmegen.nl/student/onderwijsinfo/algemene-informatie/rechten-en-plichten. Ook het Studentenstatuut en de Klachtenregeling zijn op deze website te vinden. Als je de Onderwijsovereenkomst ondertekent, betekent dit dat je akkoord gaat met de inhoud van deze documenten.

Begrippenlijst De begrippenlijst die van toepassing is op deze OER kun je terugvinden in de map Examenzaken op het prikbord van Trajectplanner.

OER - Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) 2012_08

Pagina 1 van 16

Inhoud van de opleiding en onderwijsregeling De opleiding Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) is gebaseerd op de volgende kerntaken en werkprocessen van het Kwalificatiedossier:

Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak

1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt 1.2 Schrijft het plan van aanpak 1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan

Kerntaak 2: Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging 2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden 2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied 2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven 2.6 Ondersteunt het sociale systeem 2.7 Voert verpleegtechnische handelingen uit

Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen 3.4 Voert coördinerende taken uit 3.5 Voert beheertaken uit 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning

De opleiding kent verder de volgende verplichte onderdelen: - Nederlands met eindniveau 3F - Rekenen/ Wiskunde met eindniveau 3F - Engels Lezen/ Luisteren met eindniveau B1 Spreken/ Gesprekken voeren/ Schrijven met eindniveau A2

Onderwijs

De opleidingen Maatschappelijke Zorg maakt gebruik van onderwijsmaterialen van het Consortium MBO. Voor een actuele planning van het Onderwijsprogramma wordt verwezen naar de studentenportal. Het opleidingsprogramma BOL komt in grote lijnen overeen met dat van de BBL. Inhoud, planning en duur van de verschillende onderdelen van het programma kunnen echter afwijken (de verschillende programmaonderdelen worden immers in minder binnen schoolse uren aangeboden). Over een meer gedetailleerde invulling van het programma wordt je geïnformeerd door je Studieloopbaanbegeleider. Gedurende de eerste weken van de opleiding word je uitgebreid geïnformeerd over de wijze waarop je met het verwerven van je competenties op school en in de praktijk aan de slag gaat. Meer informatie hierover lees je ook in de boekjes van het Consortium MBO die je hebt aangeschaft. Leerlijnen

Wie een beroep wil leren, gaat proberen de beroepswerkzaamheden in de vingers te krijgen. Het is van groot belang dat dit zo realistisch mogelijk gebeurt. Dit is een belangrijk uitgangspunt voor ons onderwijs. We werken hier volgens het leerlijnenmodel. 1. Integrale leerlijn (projecten) Bij een project staat het maken van een beroepsproduct, of het leveren van een gevraagde dienst, centraal. De opdracht die je krijgt is complex, beroepsecht, levensecht en herkenbaar. De gemaakte opdracht of de geleverde dienst moet je verantwoorden; waarom zo en niet anders? Projecten kunnen zowel individueel als in groepsverband worden uitgevoerd. De docent is vooral begeleider. 2. Conceptuele leerlijn (cursussen) Vakspecialistische kennis maak je je eigen door deel te nemen aan cursussen. Je krijgt inzicht in de theorie achter de taken die je als beroepsbeoefenaar moet uitvoeren. Je voert een opdracht niet echt uit, maar aan de hand van een casus beperk je je tot het nadenken over hoe je een beroepstaak zou uitvoeren en over wat de argumenten zijn om het zo te doen. Het gaat in deze leerlijn om professioneel redeneren. OER - Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) 2012_08

Pagina 2 van 16

3. Vaardighedenlijn (trainingen) Voor sommige beroepstaken zijn bepaalde vaardigheden nodig waarover je moet beschikken. Om die vaardigheden goed te kunnen toepassen moet je vaak oefenen, meestal volgens een vaste werkwijze. In trainingen leer je die werkwijze. De te leren beroepsvaardigheid is beschreven of samengevat in een werkmodel (bijvoorbeeld een stappenplan, procedure of protocol) dat voorschrijft wat je moet doen.

4. Stage lijn (Beroeps Praktijk Vorming, BPV) De BPV is de ideale plaats om beroepstaken te leren. Deze zijn omschreven in een Beroeps Prestatie, dit is een opdracht die je in de echte beroepssituatie uit moet voeren. Je plant opdrachten in het BPV-leerplan, bereidt deze voor met behulp van het ‘werkmodel (wegwijzer) voor een opdracht’

5. Studieloopbaanbegeleiding(SLB) Tijdens studieloopbaanbegeleiding staat je persoonlijke ontwikkeling centraal. Je wordt hierbij begeleid door je studieloopbaan begeleider. De SLB lessen ondersteunen je bij het ontwikkelen van competenties, en het verzamelen van informatie die je nodig hebt om met de competenties en werkprocessen aan de slag te gaan. Inzicht in jezelf en in je manier van leren staat hierbij centraal. Ook heeft de studieloop baan begeleider minimaal twee keer per jaar een individueel voortgangsgesprek met je. Tijdens dit gesprek zijn je persoonlijke ontwikkeling en je studieresultaten onderwerp van gesprek. Nederlands, Rekenen en Engels Nederlands en Rekenen maken deel uit van alle beroepsopleidingen en worden (deels) met een landelijk centraal examen afgenomen. Engels wordt binnenschools geëxamineerd. In het onderwijsprogramma zijn deze onderdelen geprogrammeerd. De opleiding kan een student verplichten om naast het reguliere aanbod extra bijspijkerlessen te volgen. Beroepspraktijkvorming (BPV)

Tijdens je opleiding leer je zowel op school als in de beroepspraktijk. Werken of stage lopen in de beroepspraktijk noemen we beroepspraktijkvorming (BPV). Door veel te oefenen met beroepstaken, zowel op school als in de beroepspraktijk, ontwikkel je competenties. In de BPV ervaar je wat het betekent om je vak uit te oefenen en leer je om te gaan met de regels die daar zijn. Je krijgt hiervoor een praktijk(werk)boek mee. In dit boek staan richtlijnen, opdrachten, (deel)examens en formulieren voor begeleiding en beoordeling. Als BBL-student heb je een leerarbeidsovereenkomst van minimaal 20 uur per week bij een instelling. Het onderwijs op school wordt in de regel op 1 dag per week gepland. Aanvullende en ondersteunende onderwijsactiviteiten kunnen ook op andere dagen plaatsvinden. Voor de beroepspraktijkvorming heb je een Beroepspraktijkovereenkomst (BPVO) nodig. Hierin staan de rechten en plichten van de school, het bedrijf, de student en de organisatie die erop let of het wel een geschikt BPV-bedrijf is (het Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven Calibris). Deelname aan onderwijsactiviteiten Je bent verplicht gebruik te maken van het aangeboden opleidingsprogramma en je zo in te spannen dat je een zo goed mogelijk niveau behaalt. Ben je door verlof, ziekte of om andere redenen afwezig bij onderwijsactiviteiten dan moet je de regels in het studentenstatuut en de huisregels van je opleiding volgen. Wat de oorzaak ook is, als de situatie problematisch wordt, krijg je eerst een gesprek hierover met je studieloopbaanbegeleider. Als de situatie niet verbetert of niet verbeterd kan worden, kan de subexamencommissie besluiten nemen ten aanzien van het al dan niet vervolgen van je opleidingstraject. Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) Werkgeversorganisatie Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland VGN, werknemersorganisaties en cliëntenorganisaties van de gehandicaptenzorg hebben het convenant ‘Preventie Seksueel Misbruik' afgesloten. De bedoeling van het convenant is dat met een aantal maatregelen en transparante procedures extra bescherming tegen seksueel misbruik is te bieden voor mensen met een handicap. Bij een sollicitatie van een toekomstig werknemer, maar ook bij stagiaires van (beroeps)opleidingen wordt een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) gevraagd. Je dient bij aanvang van de opleiding de Verklaring te kunnen overleggen. Zonder deze Verklaring kan en mag je geen stage lopen en is het volgen van de opleiding en examinering niet mogelijk. Omdat je in dat geval niet aan je inschrijvingsverplichtingen hebt voldaan, wordt de Onderwijsovereenkomst ontbonden en draag je zelf de financiële consequenties die daaruit voortvloeien. Informatie en communicatie

Het opleidingsteam doet zijn best om jou voortdurend zo goed mogelijk te informeren over de inhoud van de opleiding en de verschillende onderdelen, maar ook over planningen, roosters en eventuele wijzigingen. Alle informatie is ook digitaal voor jou beschikbaar. Een aantal malen per jaar word je per nieuwsbrief aanvullend geïnformeerd over opleidingszaken. Voor informatie over competentiegericht opleiden wordt verwezen naar het informatiemateriaal van het Consortium MBO dat je hebt aangeschaft. Bij aanvang van de opleiding ontvang je een reader, waarin de werkwijze en methodiek helder wordt uitgelegd. Je hebt ook zelf een verantwoordelijkheid om je zelf geïnformeerd te houden m.b.v. de studentenportal. De opleiding verwacht dat je alle informatie


Pagina 3 van 16

goed bestudeert en dat je de hulp van je studieloopbaanbegeleider inroept als er onduidelijkheden zijn. We verwachten dat je dagelijks de mails opent die je van de opleiding ontvangt. Raadpleeg op je lesdag ook het informatiescherm op de afdeling. Regels en afspraken

Naast de ROC-regels die algemeen geldend zijn voor alle studenten van het ROC, gelden voor de studenten van de opleiding Maatschappelijke Zorg een aantal specifieke regels en afspraken: Het gebruik van mobiele telefoons (sms’en, bellen, gebeld worden) enMP3/CD spelers is tijdens lessituaties niet toegestaan Tijdens de lessen mag er niet gegeten worden Tijdens lesgebonden activiteiten en in en om het Open Leergebied is de voertaal Nederlands. Indien je te laat komt; een docent heeft de mogelijk je, ongeacht de reden - de toegang tot de les te ontzeggen als de tussentijdse binnenkomst storend voor de les is. - de mogelijkheid de lestoegang te ontzeggen geldt voor maximaal 1 lesuur (45 minuten). Na de eerste 45 minuten van een les mag de les weer bijwonen. - je aan te spreken op het te laat komen, en maakt hier op trajectplanner een melding van. Aanwezigheid: Alle lessen en lesvervangende activiteiten moeten worden bijgewoond. Afwezigheid wegens ziekte laat je zo spoedig mogelijk weten d.m.v. het telefoonnummer 8904555 Afwezigheid om andere redenen dan ziekte moet van te voren tevoren te worden aangevraagd Afwezigheid bij cursussen, trainingen en projecten per periode heeft gevolgen; Bij 2 keer afwezigheid (de reden van afwezigheid is niet relevant) dien je een extra opdracht uit te voeren. Ben je 3 keer of vaker afwezig, dan is deelname aan de geplande toets of beoordeling niet mogelijk. Je bent zelf verantwoordelijk om de lessen op een ander tijdstip (bij een andere klas of later in de opleiding) in te halen. Je loopt hierdoor studie vertraging op. Onvoldoende resultaten moeten binnen 20 weken ingehaald/herkanst worden

Loopbaan en Burgerschap Behalve de specifieke beroepsvaardigheden die zijn vastgesteld in het Kwalificatiedossier van de opleiding, volgen alle MBO-studenten de verplichte onderdelen Loopbaan en Burgerschap. Loopbaan en Burgerschap (L&B) is onderverdeeld in vijf onderwerpen: Burgerschap

1. De politiek-juridische dimensie. Dit betreft het kunnen deelnemen aan politieke besluiten. 2. De economische dimensie. Dit gaat om twee zaken: (a) een bijdrage leveren aan het arbeidsproces en het bedrijf waar je werkt en (b) het als consument deelnemen aan de maatschappij. 3. De sociaal-maatschappelijke dimensie. Dit gaat over het deel uitmaken van de gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan leveren. 4. De dimensie vitaal burgerschap. Dit gaat over kijken naar je eigen leefstijl en ervoor zorgen dat je een vitaal burger en werknemer bent. Loopbaan

5. Loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling. Het is belangrijk voor je persoonlijke ontwikkeling en voor de samenleving als je ervoor zorgt dat je werk kunt vinden dat betekenis heeft of vervolgonderwijs dat aansluit op je eigen kwaliteiten, mogelijkheden, waarden en motieven. De “dimensies” politiek/juridisch, economisch en sociaal-maatschappelijk worden los van de beroepsopleiding aangeboden via opdrachten en projecten. De dimensie vitaal burgerschap wordt verzorgd in het programma binnen trainingen en cursussen. Loopbaanoriëntatie en –ontwikkeling komen aan bod in het programma van de studieloopbaan, de voorbereiding op de BPV en in doorstroomprogramma’s. Alle onderdelen van Loopbaan en Burgerschap moeten met een voldoende resultaat worden afgesloten.

Opleidingsprogramma OER - Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) 2012_08

Pagina 4 van 16

Je opleiding is opgebouwd uit een aantal onderwijseenheden, waar ontwikkelingsgerichte toetsen aan verbonden kunnen zijn. Deze onderwijseenheden en toetsen staan uitgewerkt in Trajectplanner of in studiewijzers. De onderdelen voor de beroepspraktijkvorming en Loopbaan en Burgerschap zijn vereist voor diplomering. De opleiding wordt afgesloten met kwalificerende onderdelen, de examens.

Certificeerbare Eenheid Een deel van de opleiding kan worden afgesloten met als Certificeerbare Eenheid: • Begeleiden bij dagbesteding Je hebt recht op dit certificaat indien je de volgende werkprocessen/ competenties hebt aangetoond: - Werkproces 2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding: competenties C D L Q - Werkproces 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied: competenties C E L Q U - Werkproces 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen: competenties E Q - Werkproces 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning: competenties D J M • Begeleiden bij wonen en huishouden Je hebt recht op dit certificaat indien je de volgende werkprocessen/ competenties hebt aangetoond: - Werkproces 2.1 Ondersteunt de cliënt bij persoonlijke verzorging: competenties C D F K - Werkproces 2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden: competenties C L R T - Werkproces 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied: competenties C E L Q U - Werkproces 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen: competenties E Q - Werkproces 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning: competenties D J M Let wel: dit is geen diploma. In de studiewijzers of op Trajectplanner staan de onderwijseenheden met toetsen in je programma die hiertoe behoren.

Wettelijke beroepsvereisten Aan deze opleiding zijn geen wettelijke beroepsvereisten gesteld.

Branche vereisten Deze opleiding kent geen branche vereisten.

Vrije Ruimte De onderdelen in de Vrije Ruimte mag je niet kiezen, maar zijn verplicht tijdens je opleiding. In de studiewijzers of op Trajectplanner staan de onderwijseenheden in je programma die hiertoe behoren. Als je de onderdelen niet haalt, kun je studievertraging oplopen. Deze onderdelen zijn geen eis voor diplomering en maken geen deel uit van de zak-/slaagregeling. Bij een voldoende resultaat wordt in bepaalde gevallen een schoolverklaring afgegeven.

School of Beroepspraktijkvorming (BPV) Tijdens je opleiding leer je zowel op school als in de beroepspraktijk. Werken of stage lopen in de beroepspraktijk heet beroepspraktijkvorming (BPV). In de BPV ervaar je wat het betekent om je vak uit te oefenen en leer je om te gaan met de regels die daar zijn. Je krijgt hiervoor een praktijk(werk)boek mee. In dit boek staan richtlijnen, opdrachten, (deel)examens en formulieren voor begeleiding en beoordeling. De BPV-planning kan gedurende de opleiding veranderen als gevolg van afspraken met bedrijven/instellingen. Dit kan betekenen dat een BPV-periode doorloopt tijdens de schoolvakanties. Je houdt recht op schoolvakanties: deze worden dan op een ander tijdstip gepland.


Pagina 5 van 16

Contact-klokuren Onderwijs

BPV-klokuren Totaal klokuren

Begeleide klokuren binnenschools onderwijs Begeleide klokuren buitenschools onderwijs

BPV-uren

Studiejaar 1

0

Periode 1 - Leerjaar 1

57

0

200

0


61

0

200

0


54

0

200

0


50

0

200

0


60

0

200

0


61

0

200

0


61

0

200

0


60

0

200

0


60

0

200

0


61

0

200

0


61

0

200

0


60

0

200

0

0

0

0

Studiejaar 2

0

Studiejaar 3

0

Totaal klokuren

Voortgangseisen Gedurende de opleiding wordt je studievoortgang regelmatig beoordeeld. Je krijgt te maken met twee verschillende soorten beoordelingen: ontwikkelingsgerichte beoordelingen en kwalificerende beoordelingen. Ontwikkelingsgerichte beoordelingen

Met ontwikkelingsgerichte toetsen en werkstukken wordt in de gaten gehouden of je genoeg vooruit gaat in je opleiding. Dit gebeurt zowel door jou als door de docenten. Deze toetsen horen bij het leren. Meer informatie hierover vind je in het leerplan en zal door je studieloopbaanbegeleider worden toegelicht in de eerste schoolweken. Een ontwikkelingsgerichte beoordeling leidt tot het oordeel (extra) aangetoond , eventueel deels aangetoond , niet aangetoond, of (ruim)voldoende, onvoldoende, (zeer)goed. Indien alle resultaten van ontwikkelingsgerichte beoordelingen met een voldoende (aangetoond ) worden afgesloten, lever je voldoende bewijs dat je je goed hebt voorbereid om aan de kwalificerende onderdelen deel te nemen. Hoe verlopen de ontwikkelingsgerichte beoordelingen?

Je krijgt tijdens de opleiding op verschillende momenten voortgangsbeoordelingen. Deze beoordelingen zijn ontwikkelingsgericht. Je komt zo te weten hoe je er voor staat. Tijdens de opleiding houd je een ontwikkelingsportfolio bij. Hierin komen onder andere jouw resultaten van cursussen, trainingen, projecten en beroepsprestaties. Door deze resultaten wordt jouw ontwikkeling als beroepsbeoefenaar zichtbaar. Minimaal twee keer per jaar (BBL- en BOL-studenten) wordt een voortgangsgesprek gepland met je studieloopbaanbegeleider. In deze gesprekken komen de verzamelde bewijzen (je resultaten) van jouw ontwikkeling aan bod. Resultaatbepalingen bij de ontwikkelingsgerichte beoordeling. Er zijn gedurende de opleiding een aantal belangrijke momenten, waarop je ontwikkeling, je behaalde resultaten en de verdere studievoortgang worden besproken.

Wanneer:

Wat:

Na aanmelding bij de opleiding

-uitslagen van de AMN-test De test geeft een bij intake realistisch beeld van je

BBL: de werkgever en vooropleiding bepalen het

-intakegesprek

instroom niveau

Einde blok 4 en einde blok Op grond van je 8 resultaten, zowel ontwikkelingsgericht als

Toelichting:

capaciteiten

Besluit subexamencommissie:

Aan het gesprek kan een - opleiding vervolgen op vertegenwoordiger vanuit niveau 3 de werkvelden deelnemen. - opleiding vervolgen op

kwalificerend, wordt De beoordelaars adviseren niveau 4 bepaald of je de opleiding de subexamencommissie - afspraak over verder vervolgt in een hoger Let op: Voor het vervolg van de opleiding OER - Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) 2012_08

Pagina 6 van 16

leerjaar en kunt vervolgen vervolgen van de op niveau 3 of niveau 4 opleiding op niveau 4 mogen de behaalde

resultaten voor Nederlands Rekenen maximaal 1 niveau

onder het te bereiken afstudeerniveau liggen.

onder voorwaarden -met begeleiding op zoek gaan naar een andere opleiding -indien 15% van de ontwikkelingsgerichte

resultaten met een onvoldoende is afgesloten, vindt geen

bevordering plaats naar een volgend leerjaar. Einde blok 4 en einde blok Beoordeling van 8 beroepshouding en taakvolwassenheid

Aan het gesprek kan een -opleiding vervolgen vertegenwoordiger vanuit -afspraak over verder de werkvelden deelnemen. vervolg van de opleiding De beoordelaars adviseren onder voorwaarden de subexamencommissie (bijvoorbeeld verlenging van je opleidingstraject) -de opleiding wordt beëindigd

Deelname en herkansing van ontwikkelingsgerichte beoordelingen Studenten die alle onderwijsactiviteiten hebben bijgewoond kunnen deelnemen aan de toets of het beoordelingsmoment. Bij verzuim van 2 lessen moet eerst een vervangende opdracht worden uitgevoerd. Als de student 3 of meer lessen heeft verzuimd, moeten de lessen eerst worden ingehaald (in een latere periode of bij een andere groep), voordat mag worden deelgenomen aan de toets of het beoordelingsmoment. De reden van verzuim is hierbij niet relevant. Op school moeten ontwikkelingsgerichte beoordelingen worden afgesloten met minimaal een voldoende resultaat. Elke toets mag éénmaal herkanst worden. Bij onvoldoende (niet of deels-aangetoond) resultaat voor de 1 e herkansing van een toets vindt er een overleg plaats in de subexamencommissie. De student levert een gemotiveerd verzoek in bij de subexamencommissie, waarin een plan voor voorbereiding op een tweede herkansing is opgenomen. De subexamencommissie maakt afspraken over de voorwaarden en voorbereidingen voor een eventuele tweede herkansing. Voor een tweede herkansing geeft de subexamencommissie toestemming, indien daardoor de kans reëel aanwezig is dat de toets met goed gevolg wordt afgerond. De subexamencommissie bepaalt op welke wijze en wanneer deze toetsen kunnen worden afgelegd. In het geval je een eerste of tweede herkansing moet doen, kan dat tot gevolg hebben dat de opleiding langer duurt. De opleiding bepaalt voorwaarden, voorbereiding en datum van de eerste of tweede herkansing. In principe vindt een herkansing plaats in de blokperiode direct aansluitend op de periode van eerste toet gelegenheid. Herkansingen kunnen dus mogelijk pas in een volgend schooljaar worden gepland! Bij te laat inleveren van toetsen krijgt de student een ‘onvoldoende’ of niet aangetoond. De eerstvolgende toetsgelegenheid krijgt dan de status van een 1 e herkansing. De subexamencommissie besluit of een onderliggende reden voor het te laat inleveren (bijvoorbeeld vanwege langdurige afwezigheid door ziekte), aanleiding is om hiervan af te wijken.


Pagina 7 van 16

Inhoud van de examens en examenregeling Hierna volgt een uitleg van de examinering van deze opleiding.

Diploma-eisen en de zak-/slaagregeling Je hebt recht op een diploma wanneer je aan de volgende voorwaarden hebt voldaan: - Je hebt alle kwalificerende examens (beroepsprestaties, assessmentgesprekken en verantwoordingsverslagen) van de opleiding met een voldoende afgesloten; - Je hebt aan de eisen van de beroepshouding & taakvolwassenheid voldaan; - Je hebt aan de verplichtingen voor de Nederlandse taal en Rekenen, gebaseerd op referentieniveau 3F, voldaan; - Je hebt aan de verplichtingen voor Loopbaan en Burgerschap voldaan; Voorwaarden voor deelname aan de examens Op grond van de Onderwijsovereenkomst ben je verplicht deel te nemen aan alle onderwijsactiviteiten die worden aangeboden. Indien alle resultaten van ontwikkelingsgerichte beoordelingen met een voldoende (aangetoond ) worden afgesloten, lever je voldoende bewijs dat je je goed hebt voorbereid om aan de kwalificerende examens deel te nemen. De examenvergadering brengt advies uit aan de subexamencommissie of je op basis van de bewijzen deel mag nemen aan kwalificerende examens. De opleidingscommissie kan besluiten over de wijze waarop je de ontbrekende resultaten en bewijzen alsnog kunt aanleveren. De student bepaalt i.o.m. de studieloopbaanbegeleider wanneer hij/zij klaar is voor de beoordeling om te kwalificeren; de studieloopbaanbegeleider draagt de student voor aan de subexamencommissiedie formeel beslist. In het Examenplan hieronder wordt beschreven welke kwalificerende examens en beoordelingen er zijn. Tussen examenonderdelen kan een weging zijn. Dit staat in het Examenplan per examenonderdeel. De verschillende examenonderdelen in het kort De opleiding bestaat uit 3 fases. Iedere fase sluit je af door aan te tonen dat je voldoende in staat bent om de beroepsprestaties in de praktijk uit te voeren en je handelen te onderbouwen. De beroepsprestaties binnen een fase vormen een exameneenheid. Voor de afsluiting van een fase gebruik je de methoden mix. Door verschillende toetsvormen toon je de vereiste kennis, vaardigheden en houding aan. De methoden mix in een fase bestaat uit:

1. De beroepsprestaties De beroepsprestaties voer je uit in de praktijk. Als dit niet haalbaar is, organiseert de opleiding een vergelijkbare opdracht, bijvoorbeeld een simulatietoets.In iedere beroepsprestatie zijn een of meerdere werkprocessen en competenties uit het kwalificatiedossier van je opleiding opgenomen. De opdracht in de beroepsprestatie bestaat uit de uitvoering van de totale beroepsprestatie en uit deelopdrachten. Een deelopdracht is een verdieping van een bepaald gedeelte binnen een beroepsprestatie. De uitvoering van een deelopdracht kun je ook binnenschools doen (bijvoorbeeld door op lesdagen op school aan deelopdrachten te werken). Iedere opdracht staat in verband met het resultaat (de bewijsstukken) en de beoordelingslijst. Op deze manier kun je altijd lezen wat je moet doen, welk resultaat dat oplevert en waar je op beoordeeld wordt. Per beroepsprestatie is een beoordelingslijst uitgewerkt. Hierin zie je welk werkproces, competenties met componenten en beoordelingscriteria bij elkaar horen. De beoordelingscriteria vind je in de kolom ‘Prestatie-indicatoren’. Alle bewijsstukken verzamel je in je portfolio. 2. Het verantwoordingsverslag Het verantwoordingsverslag hoort ook bij de methoden mix en is schriftelijk. Bij verantwoording kijk je terug op de kwaliteit van je handelen in de beroepsprestaties. In je verantwoordingsverslag toon je aan dat je inzicht hebt gekregen in je handelen en de achtergrond van je keuzes die je hierbij hebt gemaakt. 3. Het assessmentgesprek Nadat je meerdere kwalificerende beroepsprestaties hebt uitgevoerd, maar in elk geval op het eind van fase 3, vindt er een assessmentgesprek plaats. Je voert een gesprek met een of twee beoordelaars of assessoren. Zij hebben de bewijsstukken in je portfolio beoordeeld. Op basis van de resultaten verlenen zij jou toegang tot het assessmentgesprek.Zij stellen jou kritische vragen over je overtuigingen, je beroepsidentiteit en betrokkenheid bij je beroep. Door de vraagstelling word je uitgedaagd om je beroepshandelen te verantwoorden. Het accent ligt op de werkprocessen en competenties die in de beoordelingslijst van het assessmentgesprek van de betreffende fase staan. Door het verantwoordingsverslag en het assessmentgesprek leer je om in de praktijk bewust en bekwaam (b&b) te handelen.


Pagina 8 van 16

Afronding fases, duur opleiding Fase 2 wordt afgerond met een verantwoordingsverslag en fase 3 met een assessmentgesprek zodat ook de ‘zachte competenties’ (competenties die wat minder specifiek te meten zijn met een enkele praktijkopdracht) te examineren zijn die bij de opleidingsfase horen. Het assessmentgesprek wordt in principe gehouden door twee onafhankelijke deskundige beoordelaars, één uit het onderwijs en één uit het werkveld. Na toestemming van de subexamencommissie(en werkveld) kan er aan de student verlenging gegeven worden met een maximum van 6 maanden. Na het gesprek met jou als student, jouw praktijkbeoordelaar en de (studie)loopbaanbegeleider (SLB-er) vraagt de SLB er verlenging aan voor jou. Je schrijft zelf een motivatie brief voor de subexamencommissie. Uitzondering op de duur van de opleiding geldt voor vrijstelling als gevolg van een E.V.C.-procedure. Cesuur

Het begrip cesuur betekent de grens tussen een voldoende en een onvoldoende. Als je de competenties binnen de werkprocessen in alle fasen van je opleiding voldoende hebt aangetoond voldoe je aan de beroepseisen (het diploma) zoals is vastgelegd in het kwalificatiedossier van je opleiding. Als je aan alle eisen van het betreffende kwalificatiedossier van de opleiding, aan de eisen van Loopbaan en Burgerschap, Nederlands, Engels en Rekenen hebt voldaan, dan ontvang je het diploma. Dit heb je gedaan door alle onderdelen binnen de methodenmix uit te voeren. De beoordelaars of de assessoren hebben de resultaten van al deze onderdelen in hun eindoordeel betrokken. Examenplan Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg Voor bijbehorende werkprocessen en competenties wordt verwezen naar het onderwijsplan (fase-indeling) op de Portal

Beroepsprestaties Fase

1

2

Kwalificerende

Onderdelen

beroepsprestatie 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften

Beoordelingslijst Kwalificerende

bewijsstukken

Periode

locatie

1 e en 2 e leerjaar

BPV

2 e en 3 e leerjaar

BPV

2.1 Omgaan met

Beoordelingslijst

grensoverschrijdend gedrag

Kwalificerende bewijsstukken

2.2 Begeleiden van een groep

Beoordelingslijst Kwalificerende bewijsstukken

2 e en 3 e leerjaar

2.3 Bevorderen van het leefklimaat


2 e en 3 e leerjaar

BPV

2e en 3e leerjaar

BPV

2e en 3e leerjaar

BPV/school

2 e en 3 e leerjaar

BPV/school

2.4 Geven van advies en voorlichting


2.5 Plannen en uitvoeren van

Beoordelingslijst

verpleegtechnische vaardigheden

Kwalificerende bewijsstukken Verantwoordingsverslag

BPV

3.1 Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering


2 e en 3 e leerjaar

3.2 Verdiepen in de doelgroep


2 e en 3 e leerjaar

3.3 versterken van het netwerk


2 e en 3 e leerjaar

3.4 Coordineren van begeleiding


2 e en 3 e leerjaar

BPV

Assessmentgesprek

3 e leerjaar

School

3

BPV BPV BPV

Alle kwalificerende prestaties moeten met een voldoende resultaat worden beoordeeld Loopbaan en Burgerschap onderdeel 1.Burgerschap

dimensie

vorm

periode

locatie

1 Politiek-juridisch

-aanbod via opdrachten en projecten -afsluiting met presentaties/ werkmap

1 e en 2 e leerjaar

school


Pagina 9 van 16

2 Economisch

-aanbod via opdrachten en projecten -afsluiting met presentaties/ werkmap

3 Sociaal-

-aanbod via opdrachten en projecten

maatschappelijk

-afsluiting met presentaties/ werkmap

1 e en 2 e leerjaar

school

1 e en 2 e leerjaar

school

-aanbod via programma Sport op Maat -afsluiting: behalen vereist aantal punten (zie 1 e ,2 e en 3 e programma SOM)-aanbod via training en cursus leerjaar, conform 4 vitaal burgerschap

(fysieke weerbaarheid/gezonde programma SOM voeding/gezondheid-ziekte en besmetting (BBL) -afsluiting: bewijs van deelname, voldoende 2 e en 3 e leerjaar resultaat toets

School/externe locaties

school

- aanbod in voorbereiding en uitvoering van de beroepspraktijkvorming. -loopbaanorientatie komt aan bod in het 5 loopbaanorientatie en ontwikkeling

2.Loopbaan

programma van de studieloopbaan, de voorbereiding op de BPV en in doorstroomprogramma’s

gedurende de hele BPV en school opleiding

-afsluiting: portfolio en portfoliogesprek; beoordeling aan de hand van scoreformulier “Beroepshouding en taakvolwassenheid” Alle dimensies moeten met een voldoende resultaat worden beoordeeld Nederlands (3F) Domein

Subdomein

examencode Examenvorm

Periode afname

Beoordeling niveau

Laatste fase

Mondelinge taalvaardigheid

Spreken

IE

Gesprekken voeren

IE

van de opleiding Laatste fase van de opleiding Laatste fase

Luisteren CE Leesvaardigheid

van de opleiding

3F 3F

Laatste fase van de opleiding

Lezen

3F

3F

Laatste fase Schrijfvaardigheid

Schrijven

IE

Taalverzorging en taalbeschouwing

van de opleiding Laatste fase van de opleiding

3F

3F

Toelichting: Cijfer CE: 1 cijfer voor lezen en luisteren Cijfer IE: gemiddeld cijfer voor spreken + gesprekken voeren + schrijven Eindcijfer Nederlands : CE + IE 2 Het eindcijfer wordt uitgedrukt in een getal van 1,0 tot en met 10,0. Van de eindcijfers voor Nederlands, Rekenen en Engels mogen er twee onvoldoendes zijn (niet lager dan een 5), het derde eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. Rekenen (3F) Domein

Subdomein

Examen-vorm Periode afname

Beoordeling niveau

Getallen 1A. Notatie, taal en betekenis. 1B. Met elkaar in verband brengen. 1C. Gebruiken.

Rekenen

Verhoudingen 2A. Notatie, taal en betekenis.


Pagina 10 van 16

Rekenen

2B. Met elkaar in verband brengen. 2C.Gebruiken Meten en meetkunde 3A. Notatie, taal en betekenis. 3B. Met elkaar in verband brengen.

CE

Laatste fase van de 3F opleiding

3C.Gebruiken Verbanden 4A. Notatie, taal en betekenis. 4B. Met elkaar in verband brengen. 4C.Gebruiken Toelichting Het centraal examen rekenen bestaat uit 1 examen over de vier domeinen. Het eindcijfer wordt uitgedrukt in een getal van 1,0 tot en met 10,0. Het eindcijfer voor rekenen gebaseerd op het referentieniveau 3F is het cijfer voor het centraal examen afgerond, op een geheel getal. Van de eindcijfers voor Nederlands, Rekenen en Engels mogen er twee onvoldoendes zijn (niet lager dan een 5), het derde eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. Engels Examencode Examenonderdeel

Examen-vorm Periode afname

Lezen Luisteren Spreken

IE TOA IE TOA

Gesprekken voeren

IE IE

Schrijven

IE

Beoordeling niveau

B1 voor Lezen en Luisteren, Laatste fase van de A2 voor Spreken, opleiding

gesprekken voeren en Schrijven

Toelichting: Cijfer per onderdeel op 1 decimaal. Eindcijfer is het resultaat van 5 instellingsexamens gedeeld door 5, uitgedrukt in een heel getal Van de eindcijfers Nederlands, rekenen en Engels mogen er twee onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het derde eindcijfer moet tenminste een 6 zijn.

Samenvatting Examenplan


Pagina 11 van 16

Nummer

Naam

KT 1

Opstellen van een plan van aanpak

1.4 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 3.1 3.2 3.3

WP 1

Inventariseert hulpvragen van de cliënt

X

WP 2

Schrijft het plan van aanpak

X

WP 3

Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan

KT 2

Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

WP 1

Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging

WP 2

Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden

WP 3

Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding

WP 4

Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied

WP 5

Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven

WP 6

Ondersteunt het sociale systeem

WP 7

Voert verpleegtechnische handelingen uit

KT 3

X

Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

WP 2

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

WP 3

Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen

WP 4

Voert coördinerende taken uit

WP 5

Voert beheertaken uit

WP 6

Evalueert de geboden ondersteuning

Nummer

Naam

KT 1

Opstellen van een plan van aanpak

X X X

X

X

X X

X

X X

X

X X

X

X

X

X

X X

X

X

3.4 3.5

WP 1

Inventariseert hulpvragen van de cliënt

X

WP 2

Schrijft het plan van aanpak

X

WP 3

Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan

X

Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

WP 1

Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging

WP 2

Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden

WP 3

Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding

WP 4

Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied

WP 5

Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven

WP 6

Ondersteunt het sociale systeem

WP 7

Voert verpleegtechnische handelingen uit

KT 3

X

Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

WP 1

KT 2

X

X

X

Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

WP 1

Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

WP 2

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

WP 3

Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen

WP 4

Voert coördinerende taken uit

WP 5

Voert beheertaken uit

WP 6

Evalueert de geboden ondersteuning


X

X

Pagina 12 van 16

Nummer Exameneenheid/th> 1.4

Beroepsprestatie 1.4 'Begeleiden bij basisbehoeften'

Categorie

Afronding BPV

Waarderingsopties voor examenplan

2.1

Beroepsprestatie 2.1 'Omgaan met grensoverschrijdend gedrag'

BPV


2.2

Beroepsprestatie 2.2 'Begeleiden van een groep'

BPV


2.3

Beroepsprestatie 2.3 'Bevorderen van het leefklimaat'

BPV


2.4

Beroepsprestatie 2.4 'Geven van advies en voorlichting'

BPV


2.5

Beroepsprestatie 2.5 'Plannen en uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden' (alleen PBGZ)

BPV


2.6

Verantwoordingsverslag

BPV


3.1

Beroepsprestatie 3.1 'Bevorderen van dagbesteding'

BPV


3.2

Beroepsprestatie 3.2 'Verdiepen in de doelgroep'

BPV


3.3

Beroepsprestatie 3.3 'Versterken van het netwerk'

BPV


3.4

Beroepsprestatie 3.4 'Coordineren van de begeleiding'

BPV


3.5

Assessmentgesprek

Eindgesprek


4.1

Burgerschap Politiek-juridisch

Portfolio


4.2

Burgerschap Economisch

Portfolio


4.3

Burgerschap Sociaal-maatschappelijk

Portfolio


4.4

Burgerschap Vitaal burgerschap

Portfolio


4.5

Loopbaan Oriëntatie en ontwikkeling

Portfolio


5.1

Nederlands Spreken

Examenonderwijseenheden

Cijfers

5.2

Nederlands Gesprekken voeren


Cijfers

5.3

Nederlands Luisteren


Cijfers

5.4

Nederlands Lezen


Cijfers

5.5

Nederlands Schrijven


Cijfers

6.1

Rekenen Getallen


Cijfers

6.2

Rekenen Verhoudingen


Cijfers

6.3

Rekenen Meten en Meetkunde


Cijfers

6.4

Rekenen Verbanden


Cijfers

7.1

Engels Lezen


Cijfers

7.2

Engels Luisteren


Cijfers

7.3

Engels Spreken


Cijfers

7.4

Engels Gesprekken voeren


Cijfers

7.5

Engels Schrijven


Cijfers


Pagina 13 van 16

8

BPV


BPV

Afvinken

Pagina 14 van 16

Belangrijke punten uit het Examenreglement Hieronder staan enkele punten uit het Examenreglement van ROC Nijmegen die voor jou belangrijk kunnen zijn. Het hele reglement kun je inzien op de website http://www.roc-nijmegen.nl/student/onderwijsinfo/algemene-informatie/rechten-en-plichten van ROC Nijmegen. Zie voor meer informatie het Examenreglement of informeer bij het Examenbureau van je locatie. Belangrijke informatie en formulieren vind je in de map Examenzaken op Trajectplanner.

De (Domein)examencommissie en Examenbureau In je examen spelen een aantal afdelingen een rol: - de Examencommissie. Hier ligt de verantwoordelijkheid voor alle examenzaken. - de Domeinexamencommissie. Deze commissie behandelt vragen rondom examens. Aan de voorzitter kun je je vragen stellen. Deze voorzitter legt de vraag voor aan de commissie, die je vervolgens antwoord geeft of een beslissing neemt over je vraag. Wie de voorzitter van je Domeinexamencommissie is, kun je aan je teammanager vragen. - het Examenbureau: via het examenbureau worden een heleboel examenzaken geregeld, zoals inschrijvingen voor examens en herkansingen, het aanvragen van vrijstellingen of afwijkende examinering en het aanvragen van diploma's. In de meeste gevallen kun je via het Examenbureau van je locatie ook vragen stellen of klachten indienen over examens.

Deelname aan examens De Examencommissie geeft je de gelegenheid een examen af te leggen nadat je met ROC Nijmegen een Onderwijsovereenkomst hebt afgesloten. Als student ben je verplicht aan het examen of de examenonderdelen waarvoor je ingeschreven bent, deel te nemen. Als je daartoe niet in staat bent, kun je gebruik maken van de procedure Melding Verzuim.

Vrijstelling Het aanvragen van een vrijstelling voor een examenonderdeel kan alleen schriftelijk bij de Domeinexamencommissie van je opleiding. Je vult hiervoor het formulier Aanvraag vrijstelling in en levert dit in bij het Examenbureau van je locatie.

Afwijkende examens Als je een afwijkende wijze van examinering wilt, bijvoorbeeld in verband met dyslexie of een andere goede reden, dan moet de Domeinexamencommissie toestemming geven. Belangrijk is namelijk dat alle studenten nog wel op dezelfde manier examen doen. Om een afwijkend examen aan te vragen, gebruik je het formulier Aanvraag Afwijkende Examinering.

Bekendmaking resultaten Het examenbureau laat binnen 12 werkdagen na het examen onder voorbehoud van vaststelling weten wat je resultaat is van examenonderdelen, tenzij blijkt dat door de wijze waarop het examen in samenwerking met personen, organisaties of instanties van buiten de school is georganiseerd, verlenging van deze termijn noodzakelijk is. Voor centraal ontwikkelde examens kunnen afwijkende regels gelden.

Recht op inzage Je hebt het recht je examen in te zien, behalve waar het gaat om landelijke (centraal ontwikkelde) examens voor Taal en Rekenen. Je vult hiervoor het formulier Aanvraag Inzage Examen in en levert dit in bij het Examenbureau van je locatie. Centraal ontwikkelde examens voor Nederlandse taal of Rekenen kun je niet inzien. Als je twijfelt aan de behaalde score en/of de omzetting van de score naar je cijfer door ROC Nijmegen, kun je dit via het landelijke College voor Examens laten controleren. Dit gaat volgens het de regels van het OER - Maatschappelijke Zorg (Geh.zo) 2012_08

Pagina 15 van 16

Protocol Coe 2011.

Herkansingsregeling Als je een examen Nederlandse taal en/of Rekenen niet haalt, heb je tijdens de opleiding het recht om dat centrale examen één keer over te doen. Je vult hiervoor het formulier Aanvraag Herkansing Nederlandse taal/Rekenen in en levert dit formulier in bij het Examenbureau van je locatie. Als je een ander examen niet haalt, heb je het recht om dit examen maximaal twee keer over te doen. De hoogste eindwaardering van de afgelegde examens geldt. Voor de aanvraag van een herkansing heb je het formulier Aanvraag Herkansing nodig. Voor elke herkansing moet de Domeinexamencommissie toestemming geven. Vóór de eerste herkansing overleg je met je Studieloopbaanbegeleider (SLB-er). Je maakt met je SLBer afspraken over de voorwaarden en voorbereidingen voor de herkansing. Als je het eerste herkansingsexamen niet haalt, kun je een tweede herkansing aanvragen. Ook voor deze tweede herkansing moet de Domeinexamencommissie toestemming geven. De commissie geeft toestemming voor een tweede herexamen als je door het slagen voor dit examen je diploma nog kunt halen. Als dit niet het geval is, heb je ook geen recht meer op de tweede herkansing. De Domeinexamencommissie bepaalt ook hoe en wanneer een eventueel herexamen wordt afgelegd. Je vult hiervoor het formulier Aanvraag Herexamen in en levert dit in bij het Examenbureau van je locatie. Het deelnemen aan een herkansing kan tot gevolg hebben dat de opleiding langer duurt.

Bezwaar en beroep Als je vindt dat er rond het examen zaken niet volgens de regels zijn gegaan, kun je eerst bezwaar aantekenen en later in een aantal gevallen nog tegen de uitspraak in beroep gaan. Dit gaat allemaal via de procedure Bezwaar en Beroep .


Pagina 16 van 16

92661 Maatschappelijke Zorg (Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg) (2012_08)

Recommend Documents