STIP-preventiedossier
Milieuzorg op Evenementen Mei 2002
Stationsstraat 110 • 2800 Mechelen • tel. 015/28.43.03 • fax 015/41.30.72 e-mail:
[email protected] • www.stip.info
Inhoud dossier 1. Inleiding................................................................................................................................... 1 2. Informatie op de STIP-site ....................................................................................................... 2 3. STIP-projectendatabank .......................................................................................................... 4 4. Verslag van de preventieworkshop milieuzorg op evenementen ............................................ 7 Bijlage 1: Smash Events.............................................................................................................28 Bijlage 2: VMM............................................................................................................................29 Bijlage 3: Eco-challenge - Startnota ...........................................................................................30 Bijlage 4: Eco-challenge - Enquête.............................................................................................34 Bijlage 5: Eco-challenge - Zo gaan we ervoor ............................................................................37 Bijlage 6: De projectendatabankfiche.........................................................................................43
STIP-preventiedossier
1. Inleiding De vaststelling dat preventie-initiatieven vroeger versnipperd werden georganiseerd, zonder veel ervaringsuitwisseling, lag aan de basis van de oprichting van het “Steunpunt en Informatiecentrum voor de Preventie van afval- en emissies”. STIP kreeg als opdracht deze info te verzamelen en de ervaringsuitwisseling op gang te brengen. Met de projectendatabank (sinds januari 2001 on line te raadplegen) werd een eerste stap gezet om dit te realiseren. Als, logische, volgende stap werden de organisatoren die in de projectendatabank zitten of werken rond één van die thema’s bij elkaar gebracht en werd overgegaan tot ervaringsuitwisseling in preventieworkshops. Hiervoor hebben we enerzijds de medewerkers van de projecten die in de projectendatabank zitten uitgenodigd en anderzijds een aantal deskundigen die vanuit hun ervaring de problematiek hebben toegelicht. Met dit preventiedossier gaan we er voor zorgen dat de info die voor, tijdens en na deze workshop naar boven is gekomen, doorstroomt naar iedereen die in de toekomst wil werken rond milieuzorg op evenementen. “Last but not least” willen we hier ook iedereen bedanken die meewerkte aan het welslagen van deze preventieworkshop van STIP: Helene Erauw (Stadsland vzw), Guy Duchêne (Prisma vzw), Veroniek Denys (VMM), Catherine Schepers (Prov. Antwerpen), Peter Norro (Provincie West-Vlaanderen), Dirk De Boever (Internationale Tweedaagse van Blankenberge) en Piet De Coster (De Kreun Ecochallenge) en in het bijzonder de deelnemers van de organisaties, gemeenten, intercommunales en provincies die meewerkten aan deze informatie- en ervaringsuitwisseling. Het STIP-team Juni 2002
1
STIP-preventiedossier
2. Informatie op de STIP-site De volgende informatie was terug te vinden op de STIP-site op 18/06/2002. Deze informatie wordt constant bijgewerkt en aangevuld. De rechtstreekse link is: www.stip.info/html/content1.asp?id=132
Thema Evenementen • • • •
Inleiding Preventieworkshop Literatuur Websites
Inleiding Mei 2001 organiseerde STIP een workshop over de herbruikbare beker. Uit die workshop bleek dat de herbruikbare beker een belangrijke troef is in het terugdringen van de hoeveelheid afval die festivals en evenementen genereren. Naast de herbruikbare beker zijn er echter nog tal van mogelijkheden om afval en emissies te vermijden op massa-evenementen. Hierover organiseerde STIP op 15 mei 2002 een workshop met als titel 'Milieuzorg op evenementen'.
Preventieworkshop Een integrale benadering van het thema milieuzorg op evenementen stond tijdens deze workshop voorop. Naast afvalbesparende maatregelen werd er ook aandacht besteed aan waterbeheer, waterbesparende maatregelen, energie, mobiliteit, … Een aantal personen en organisaties hebben hieromtrent al heel wat ervaring. Wij lieten hen aan het woord om hun praktijkbevindingen nader toe te lichten. SMASH-Events. Onder begeleiding van Stadsland en Traject vzw loopt sinds vorig jaar een Europees LIFE-project om een integrale duurzaamheidsaanpak uit te werken voor grote evenementen. (Heleen Erauw - Stadsland vzw) Download presentatie Heleen Erauw Beleidsmaatregelen voor afvalpreventie op evenementen. Toelichting bij deze studie uitgevoerd door Prisma VZW in opdracht van OVAM. (Guy Duchêne - Prisma vzw) Download presentatie Guy Duchêne Waterbeheer op evenementen - Case: Folk Dranouter (Veroniek Denys - VMM) Download presentatie Veroniek Denys MANO MUNDO (Catherine Schepers - Prov. Antwerpen) Download presentatie Catherine Schepers Internationale Tweedaagse van Blankenberge (Peter Norro - Prov. West-Vlaanderen en Dirk De Boever - Internationale Tweedaagse van Blankenberge) Download presentatie Peter Norro Download presentatie Dirk De Boever De Kreun - Ecochallenge (Piet De Coster) Download presentatie Piet De Coster
Het volledige dossier dat naar aanleiding van deze workshop werd gerealiseerd is hier te downloaden: Dossier milieuzorg op evenementen (word) of in pdf-formaat In dit dossier werd het verslag van de
2
STIP-preventiedossier
preventieworkshop opgenomen en een verslag van de bevindingen van de deelnemers. Voorbeeldprojecten en een aantal interessante bijlagen vervolledigen het dossier.
Literatuur STIP-preventiedossier 'Herbruikbare beker', STIP, mei 2001, 33 p. Het dossier is ook on line raadpleegbaar: www.stip.info Milieuzorg op evenementen, handleiding voor een geïntegreerd milieubeheer op evenementen , Prov. West-Vlaanderen, 2001, 30 p. Gids voor afvalarme evenementen, OVAM, 1996 Draaiboek voor Milieuzorg op festivals, Prov. Antwerpen en Stadsland vzw Preventieve milieuzorg op muziekfestivals aan de hand van een gevalstudie op het folkfestival van Dranouter, Centrum voor Duurzame Ontwikkeling, 1996-1998, http://cdonet.rug.ac.be/Onderzoek/Dranouter.htm Op stap naar een schoner milieu. Tips voor milieuzorg op wandelevenementen en andere ruimtelijk gespreide sportieve of recreatieve manifestaties, Provincie West-Vlaanderen, 2002.
Websites www.stadsland.be Op de website van Stadsland kan je de ontwikkelingen van het SMASH-Events project volgen. www.traject.be Website van Traject, de tweede Belgische partner in het Europese SMASH-Events project. Zij nemen de mobiliteitsaspecten van het project voor hun rekening. www.folkdranouter.be Op de website van het folkfestival werd een pagina gewijd aan de inspanningen die geleverd werden om de milieudruk van het festival tot een minimum te beperken. cdonet.rug.ac.be Op de website van het CDO (Centrum voor Durzame Ontwikkeling) kan je het rapport Preventieve milieuzorg op muziekfestivals downloaden. Dit rapport werd in opdracht van het provinciebestuur van West-Vlaanderen geschreven aan de hand van de case-study Folk Dranouter. www.manomundo.be Website van het ManoMundo festival. www.stichtingleefmilieu.be Op de website van de Stichting Leefmilieu vind je alle informatie terug over het ecochallenge project.
3
STIP-preventiedossier
3. STIP-projectendatabank In de projectendatabank van STIP kan je gemakkelijk zoeken wie er nog bezig is met een bepaald preventiedossier. Deze informatie wordt dagelijks bijgewerkt en aangevuld. Hieronder vindt u een stand van zaken op 14/06/2002. Een rechtstreekse link naar de databank is: www.stip.info/html/content1.asp?id=59
Zoekresultaat "evenementen" Aantal projecten: 23 Afvalkits - IDM Afvalkits zijn afvaleilandjes die geplaatst worden op evenementen zodat ook hier het bewust omgaan met afval aanwezig is. De kids worden telkens omkaderd door een preventieboodschap. Er bestaan grote kids voor alle fracties en kleinere kids (3 fracties). Afvalpreventie op Krakrock - Avelgem Krakrock is het eerste festival dat herbruikbare bekers gebruikt. Hiernaast werd er een politiereglement opgesteld dat het uitdelen van flyers verbiedt. Als alternatief is er een infotent, infoborden en een infobalie voorzien. Afvalvoorkoming bij evenementen - Huldenberg Bij de vijfde verjaardag van "De Kronkel" heeft de gemeente een beach-volleybaltornooi georganiseerd. Op deze dag werd gebruik gemaakt van herbruikbare drinkbekers, zodat de hoeveelheid afval beperkt bleef. Ecobekers - Sint-Pieters-Leeuw Sint-Pieters-Leeuw wil milieuvriendelijker fuiven. Daarom voert de gemeente in de nieuwe fuifzaal in Laekelinde een systeem van herbruikbare beker in. Het gebruik van de bekers is verplicht en werd mee opgenomen in het reglement van de fuifzaal. Eco-challenge - Stichting Leefmilieu Dit project wil de milieuzorg in muziekclubs stimuleren. De deelnemende clubs gaan de uitdaging aan om op een positieve manier te werken rond hun afval- en lawaaiproductie, energie- en watergebruik, aankoop van milieuvriendelijke producten en mobiliteit. Gêwen vuilbak - IVAGO IVAGO reikte op de Gentse Feesten 2001 ‘Gêwen vuilbakken’ uit aan voedingsstanduitbaters die de omgeving van hun stand proper hielden, afval gescheiden aanboden en hun best deden om de afvalberg in te perken. Het politiereglement werd hiervoor aangepast. Herbruikbare Beker - IVAGO Intercommunale IVAGO leent herbruikbare bekers uit voor diverse evenementen (bijv. schoolfuif). Herbruikbare beker op Gentse Feesten - IVAGO Op een gedeelte van de Gentse Feesten (Baudelopark) wordt drank aangeboden in herbruikbare bekers. Hiertoe liet de intercommunale 10.000 bekers maken, waarvan er 5.000 terugkwamen. Deze worden nu ter beschikking gesteld van verenigingen. Herbruikbare bekers - Leuven Met het oog op afvalpreventie op fuiven en festivals, werd door de stad Leuven in samenwerking met 'Alma universiteitsrestaurants' en 'Studentenvoorzieningen Leuven', een voorraad herbruikbare bekers aangekocht. Deze kunnen gratis ontleend worden. Herbruikbare bekers - Provincie Antwerpen De Provincie leent herbruikbare bekers uit aan gemeenten en verenigingen. Bij de bekers wordt ook het nodige communicatiemateriaal aangereikt. Per beker wordt een kleine vergoeding gevraagd van 0,03 EUR voor het reinigen en beheren van de bekers. Herbruikbare bekers - Putte Om het aantal wegwerpbekers bij evenementen te verminderen, zal de gemeente Putte herbruikbare bekers aankopen.
4
STIP-preventiedossier
Herbruikbare bekers - Stad Antwerpen De Stad kocht voor haar eerste milieufestival 2500 herbruikbare bekers aan. Deze bekers zijn het milieuvriendelijke alternatief voor wegwerpbekers bij evenementen en fuiven. Ze kunnen worden ontleend aan verenigingen, scholen, stadsdiensten… Herbruikbare bekers bij het Afro-Latino festival Dit wereldmuziekfestival te Bree (Opitter), dat het laatste weekend van juni plaatsvindt, heeft naast muziek, verdraagzaamheid, cultuur en kinderen, ook aandacht voor het milieu. Ze gebruiken als eerste festival in Limburg herbruikbare bekers. Herbruikbare bekers op Galgrock - Gent De organisatoren van Galgrock schenken aandacht aan milieuzorg op evenementen door het inzetten van herbruikbare bekers, het voeren van reclame met een digitale flyer per e-mail en het vermijden van wildplakken van affiches. Infomobiel op evenementen - Huldenberg Het doel van de infomobiel te plaatsen op evenementen is zoveel mogelijk mensen te sensibiliseren i.v.m. afval, afvalverwerking en recyclage. Bij de plaatsing wordt rekening gehouden met de aard van het evenement, de doelgroep en de opkomst. Milieuzorg op de 100 km dodentocht - Bornem De organisatoren van de dodentoch hebben een milieucel opgelicht: deze werkt o.m. rond selectieve inzameling en herbruikbare bekers met een statiegeldsysteem. Milieuzorg op Folkfestival Dranouter Op het festival Dranouter worden verschillende initiatieven genomen: selectieve inzameling, afvalpreventie door te herbruikbare bekers te gebruiken en flyers te beperken, maatregelen i.v.m. het afvalwater en promotie van het openbaar vervoer. Milieuzorg op wandeltweedaagse van Blankenberge De Internationale wandeltweedaagse tracht samen met het provinciebestuur milieuzorg in de organisatie te integreren door o.m. afvalpreventie (herbruikbare bekers, vermijden van verpakkingen), mobiliteit en catering. Milieuzorgsysteem op Mano Mundo Het milieuzorgsysteem voor het muziekfestival Mano Mundo behelst o.a. afvalvoorkomingsacties (wisseldrinkbeker, gebruik van duurzame materialen door standhouders, verbod op flyers), een afvalsorteersysteem en een duurzaam mobiliteitsplan. Nieuwjaarsreceptie met herbruikbare bekers - Gent Op de nieuwjaarsreceptie van de stad Gent, waarop alle Gentenaren worden uitgenodigd, worden herbruikbare bekers gebruikt. De receptie vindt elke eerste zondag van het jaar plaats. Open Tropen afvalarm evenement Het muziekfestival Open Tropen doet op 2 manieren aan afvalpreventie: programmaboekjes werden vervangen door programmaborden die op verscheidene plekken op het terrein te vinden zijn en er werd extra campagne gevoerd om herbruikbare bekers in te ruilen. Opleiding compostmeester en thuiscomposteren Er worden in Huldenberg naar de inwoners talrijke oproepen gedaan om deel te nemen aan een compostmeestercursus en aan thuiscomposteren. Deze oproep gebeurde via het gemeentelijke infoblad, infopanelen op het gemeentehuis, panelen tijdens evenementen, … Preventie bij evenementen - West-Vlaanderen De provincie biedt o.a. volgende ondersteuning aan organisatoren: uitlenen van herbruikbare bekers, affiches voor milieucommunicatie en brochures met tips. Op vraag van de organisator begeleid de provincie ook de milieuzorg op een evenement.
5
STIP-preventiedossier
Voorbeeldfiche In de lijst vindt u bijvoorbeeld: Milieuzorgsysteem op Mano Mundo Het milieuzorgsysteem voor het muziekfestival Mano Mundo behelst o.a. afvalvoorkomingsacties (wisseldrinkbeker, gebruik van duurzame materialen door standhouders, verbod op flyers), een afvalsorteersysteem en een duurzaam mobiliteitsplan Wanneer u er meer over wil weten dan klikt u op de titel en krijgt u onderstaande informatie.
Naam Omschrijving
Organisator Startdatum Einddatum Locatie Onderwerp
Milieuzorgsysteem op Mano Mundo Het milieuzorgsysteem voor het muziekfestival Mano Mundo behelst o.a. afvalvoorkomingsacties (wisseldrinkbeker, gebruik van duurzame materialen door standhouders, verbod op flyers), een afvalsorteersysteem en een duurzaam mobiliteitsplan. Provinciebestuur Antwerpen Boom milieuzorg: evenementen, hergebruik en retour: herbruikbare beker, mobiliteit: algemeen verenigingen: socio-culturele verenigingen Geen resultaten meegedeeld Provincie Antwerpen, Dienst Milieu en Natuur 03/240.57.19
[email protected] http://www.provant.be/milieu/dmn2001/index.html geen klik hier
Doelgroep Resultaten Meer info Bij Telefoon E-mail Website Verwant project Documentatie over dit onderwerp Overzicht | Vorige projectfiche | Volgende projectfiche
6
STIP-preventiedossier
4. Verslag van de preventieworkshop milieuzorg op evenementen Mechelen, 15 mei 2002 Deelnemers Hilde Nechelput (AMINAL - Afdeling Water), Yves Wullaert (Ancienne Belgique), Daniël Verster (Centrum voor het Evalueren en testen van Materieel), Piet De Coster (Krackrock - De Kreun), Sofie Cuypers (Gemeente Boechout), Maarten Kegels (Gemeente Bornem), Ingrid Princen (Gemeente Hoeselt), François Jacobs (Intercompost), Annick De Paepe (IVVVA), Fabian Spreeuwers (Kabinet van de Vlaamse Minister van Leefmilieu en Landbouw), Tijs Vandenbroucke (Galgrock - Music Hall Group), Robert Van Binnebeek (OVAM), Guy Duchêne (Prisma – Eclips), Cathérine Schepers (Provincie Antwerpen), Luc Gaethofs (Provincie Limburg), Peter Vosters (Provincie Vlaams-Brabant), Peter Norro (Provincie West-Vlaanderen), Filip Haes (Stad Antwerpen), Mireille Theelen (Stad Hasselt), Wouter Nicolaes (Sportpaleis Antwerpen), Helene Erauw (Stadsland), Anja Van Loock (Stadsland), Veroniek Denys (VMM), Dirk De Boever (Wandeltweedaagse Blankenberge), Jan Verheyen (STIP), Valerie Eurlings (STIP), Sofie Poelmans (STIP) Verontschuldigd Sigrid De Temmerman (Stad Halle), Annick Maes (IDM), Ortwin Meeuws (OVAM), Leslie Bruyndonckx (Provincie Antwerpen), Katrien De Volder (Regionale Milieuzorg) Agenda 1) 2) 3) 4) 5) 6)
Inleiding door dhr. Jan Verheyen (STIP) SMASH-events door mevr. Helene Erauw (Stadsland vzw) Beleidsmaatregelen voor afvalpreventie op evenementen door dhr. Guy Duchêne (Prisma vzw) Waterbeheer op evenementen – Folk Dranouter door mevr. Veroniek Denys (VMM) Milieuzorg op Mano Mundo door mevr. Cathérine Schepers (Provincie Antwerpen) Internationale Tweedaagse van Blankenberge door dhr. Peter Norro (Provincie West-Vlaanderen) en dhr. Dirk De Boever (Internationale Tweedaagse Blankenberge) 7) Krakrock – Eco-challange door dhr. Piet De Coster (De Kreun) 8) Ronde van de deelnemers 9) Conclusies van de workshop
Verslag 1. Inleiding door dhr. Jan Verheyen (STIP) In mei 2001 organiseerde STIP een workshop over de herbruikbare beker. Deze beker blijkt een belangrijke troef te zijn in het terugdringen van de hoeveelheid afval dat een festival of een evenement genereert. Op deze workshop is het onderwerp veel ruimer genomen en zal er niet alleen worden gesproken over de herbruikbare beker, maar over milieuzorg op evenementen in het algemeen. Het doel van de workshop is om na te gaan wat er op een evenement nog kan worden ondernomen om afval en emissies tot een minimum te beperken. Het gaat hierbij niet enkel om afvalbesparende maatregelen, maar ook om water- en energiebeheer, mobiliteit,... De workshop bestond uit een theoretisch gedeelte, gevolgd door enkele praktijkvoorbeelden. Daarna werd een vragenronde gehouden onder de deelnemers. Hierbij werden ervaringen uitgewisseld en aangegeven wat de belangrijkste knelpunten en prioriteiten zijn. Het onderstaand verslag van de workshop zal in het dossier worden opgenomen. 2. SMASH-events door mevr. Helene Erauw (Stadsland vzw) Mevr. Helene Erauw stelde het SMASH-events project voor. SMASH-events is een Europees project met als doelstelling: het testen van een integrale duurzaamheidsaanpak voor grootschalige evenementen. Tot de doelgroepen van SMASH behoren alle types evenementen, zoals
7
STIP-preventiedossier
muziekfestivals, beurzen, tentoonstellingen en sportmanifestaties. Men wil in het project meerdere aspecten integreren, namelijk mobiliteit, afval, water, energie, bodem & groen en geluid. SMASH-events wordt uitgevoerd in verschillende fasen: 1. Vooronderzoek bestaande uit het maken van een overzicht van de bestaande ervaringen en een schets van het methodologisch kader (september 2001 - maart 2002). 2. Demonstratieprojecten in Europa begeleiden en de demonstraties evalueren; het gaat om 1 project per land (januari - oktober 2002). 3. Draftversie van het handboek met de ervaringen van de demonstraties (november - december 2002). 4. Implementatiefase van de maatregelen uit de draftversie van het handboek met een verbreding naar meerdere evenementen (januari - september 2003). 5. Definitief handboek en auditschema aan de hand van bijkomende ervaringen (oktober - december 2003). 6. Verspreiding van de resultaten, inclusief de publicatie van het handboek (januari - februari 2004). Voor het realiseren van deze fasen wordt samengewerkt met partners uit 4 Europese landen: Duitsland (VIA), Oostenrijk (FGM-AMOR), Italië (Öko-Instituut) en België (Stadsland vzw en Traject cv). Traject heeft de algemene coördinatie van het Europese project in handen en werkt de mobiliteitsaspecten voor België uit. De financiering van het SMASH-project gebeurt gedeeltelijk door het Europees LIFE programma en gedeeltelijk op Vlaamse niveau via de kabinetten van de ministers Dua en Stevaert. Voor België werd als demonstratieproject het Sfinksfestival gekozen. Er werd voor Sfinks een milieuactieplan opgesteld waarin een aantal maatregelen worden voorgesteld om de milieuhinder te beperken: • afvalpreventie: herbruikbare bekers invoeren, vermijden van kleine verpakkingen en overmatig papiergebruik; • afvalselectie: creatie van afvaleilanden op het terrein; • water: toiletten op waterspoeling i.p.v. chemische toiletten, waterbesparende maatregelen, oplossingen zoeken voor de afvoer van afvalwaters; • energie: energieaudit uitvoeren, hernieuwbare energiebronnen aanwenden in de vorm van o.m. douches op zonne-energie; • andere maatregelen: bodem- en groenbeschermingsmaatregelen, geluidsoverlast beperken. Naast het milieuactieplan werd er ook een mobiliteitsplan opgesteld met maatregelen om de overlast inzake mobiliteit te beperken. Hierin werden de volgende maatregelpakketten vooropgesteld: • betere communicatie van de bereikbaarheid met de openbare vervoersmiddelen; • parkeermanagement; • verhoging van het aanbod van het openbaar vervoer door: extra treinstops in Boechout; versterking van de buslijn 297 Antwerpen-Boechout-Lier; combiticket bus/trein en Sfinks; bewegwijzering en het omroepen van de haltes voor Sfinks; • fiets stimuleren door: bewaakte fietsenstallingen; politietoezicht op de knelpunten; fietsencolonne vanaf Antwerpen en eventueel Lier; bewegwijzering voor fietsers van en naar het festivalterrein; • het organiseren van een eventpool en een instant-carpoolsysteem voor de terugrit; • gedecentraliseerde parkings, bewegwijzering en parkingstewards. De verschillende mobiliteitsmogelijkheden en milieumaatregelen zullen worden gecommuniceerd via de klassieke communicatiemiddelen van Sfinks: de website, het centraal infonummer en de programmabrochure. Hiernaast zal er op het festivalterrein een infostand van SMASH-events worden
8
STIP-preventiedossier
geplaatst met o.m. een lichtkrant en een video over SMASH. Er wordt bovendien animatie voorzien rond het thema afval en de afvaleilandjes worden bemand met milieumensen. De verdere timing van het milieu- en mobiliteitsplan van Sfinks ziet er als volgt uit: • samenkomst werkgroep milieu en werkgroep mobiliteit: ad hoc - circa maandelijks: maart-mei 2002; • concrete uitwerking van de maatregelen: mei-juni 2002; • Sfinksfestival 2002: 25-28 juli 2002; • evaluatie: oktober 2002. Voor meer informatie over SMASH-events kan je terecht bij Jan Vanseveren en Vincent Meerschaert van Traject en bij Luc Steenkiste en Helene Erauw van Stadsland. 3. Beleidsmaatregelen voor afvalpreventie op evenementen door dhr. Guy Duchêne (Prisma) Guy Duchêne geeft meer uitleg over de studie die in opdracht van de OVAM werd uitgevoerd. De studie gaat na welke beleidsmaatregelen er kunnen worden genomen om afvalpreventie op evenementen te bewerkstelligen. Het evenement bestaat niet Er zijn verschillende soorten evenementen, die elk met hun typische problemen geconfronteerd worden. Dit maakt dat één uniform beleid onvoldoende is. Er kunnen 3 types evenementen worden onderscheiden: • evenementen met een vaste locatie (b.v. jeugdclubs, het Sportpaleis,…); • evenementen met een occasionele locatie (b.v. een festival dat één keer per jaar plaatsvindt, tijdelijke installaties,…); • evenementen op een diffuse locatie (evenementen verspreid in de ruimte, b.v. wielerwedstrijden, Gentse Feesten,…). Maatregelen kunnen het eenvoudigst worden opgelegd bij evenementen met een vaste locatie. Hier kan het publiek gemakkelijk benaderd worden. Ook evenementen met een occasionele locatie vinden meestal plaats op een afgesloten terrein. Toch is het bij dergelijke evenementen moeilijker om maatregelen op te leggen, omdat de nodige infrastructuur niet altijd aanwezig is. Bij evenementen met een diffuse locatie zijn maatregelen het moeilijkst uit te voeren, daar de organisatie weinig vat heeft op de bezoekers en daar er vaak verschillende organisatoren bij betrokken zijn. Over hoeveel en welk soort afval gaat het? Hoeveel afval een evenement gemiddeld produceert, werd nagegaan door ervaringsgetallen. Hieruit blijkt dat een avondevenement gemiddeld 250 g afval per bezoeker oplevert. Voor een dagfestival bedraagt de hoeveelheid afval 1 kg. Een voetbalwedstrijd zorgt nagenoeg voor de grootste hoeveelheid afval met 1,1 kg per bezoeker. Dit is vooral te wijten aan het afval uit de loges. Uit de cijfers blijkt ook dat selectieve inzameling eerder beperkt blijft op evenementen. Afval van de organisatie zelf, dat niet bij de bezoekers terechtkomt, wordt gemakkelijk gescheiden. Het selectief inzamelen van afval dat werd gecreëerd door de bezoekers, is daarentegen zeer moeilijk. Het afval bestaat voornamelijk uit publicaties en promotiemateriaal. Daarnaast is er het afval van maaltijden en drankverpakkingen. Deze fractie is moeilijk te vermijden; met name drankverpakkingen daar de meeste verzekeringsmaatschappijen glas niet verzekeren. Tenslotte is er het comfortafval, afval dat het publiek zelf meebrengt naar een evenement, b.v. stoeltjes of zijlen die na afloop op het festivalterrein achterblijven. Hoewel Vlarea het gescheiden inzamelen van papier en karton verplicht (het gaat immers om bedrijfsafval), gebeurt dit in de praktijk te weinig. Deze verplichting zou beter moeten worden afgedwongen. Hoe impact uitoefenen op evenementen? Omwille van de verschillende afvalfracties en de diversiteit aan evenementen is het moeilijk een specifieke wetgeving rond afvalpreventie op evenementen op te stellen. Het is beter bijkomende eisen te koppelen aan de bestaande wettelijke verplichtingen:
9
STIP-preventiedossier
•
Muziek vereist steeds een vergunning. Klassieke en/of culturele evenementen die niet vergunningsplichtig zijn, hebben weinig impact op het milieu en zijn niet prioritair. • Bij evenementen op de openbare weg kan de wegbeheerder de nodige invloed uitoefenen, daar hij de toestemming moet geven om een evenement op de openbare weg te organiseren. Het gaat hier meestal om de gemeentelijke overheid, daar de gemeente altijd betrokken is bij dergelijke evenementen omwille van de politiereglementen die op de openbare weg van toepassing zijn. • Bij een evenementenhal, een feestzaal of elke vaste locatie die wordt gehuurd voor evenementen, kunnen er via de vergunning maatregelen worden opgelegd aan de exploitant. Op de overige evenementen, een kleine groep, is er geen rechtstreekse impact. De strategie die moet worden gevolgd bij het opleggen van maatregelen, is afhankelijk van het soort en de plaats van het evenement: 1. Benader eerst de exploitanten. Leg hen eisen op en vertaal deze aan de huurder. Voor een openbare ruimte is het gemeentebestuur de exploitant. 2. Leg eisen op aan de organisator indien er geen exploitant is. Tracht hierbij logistiek in te grijpen. Afvalpreventie realiseren door enkel te sensibiliseren is immers erg moeilijk. Je moet er door logistieke ingrepen steeds voor zorgen dat er geen andere mogelijkheid is. 3. Erken de verschillen tussen de evenementen. Een buurtfeest georganiseerd door enkele vrijwilligers heeft minder mogelijkheden dan een grote evenementenhal. Mogelijke maatregelen voor exploitanten en lokale overheden Een exploitant heeft onder andere volgende mogelijkheden: • Selectieve inzameling verplichten: De exploitant wil echter vaak geen selectieve inzameling door het publiek omdat het moeilijk te realiseren is. Vooral het afval dat niet bij de consument terechtkomt, moet selectief worden ingezameld. Het afval van het publiek kan beter worden ingedeeld volgens composteerbaar en niet composteerbaar. De papierfractie is b.v. vaak te vuil om te worden gerecycleerd. Selectieve inzameling wordt door het Vlarea verplicht, maar wordt vrijwel niet afgedwongen; • Aanplakborden op het evenement voorzien in plaats van folders; • Gadgets zonder waarde verbieden; • Verbod op het uitdelen van flyers bij het buitengaan teneinde zwerfvuil te vermijden; • Composteerbare of herbruikbare materialen gebruiken. Hier wordt aangeraden om de keuze aan de exploitant te laten. Voor bepaalde evenementen, zeker diegene die erg kort duren, zijn herbruikbare bekers niet mogelijk. Lokale overheden kunnen vaak zelf een aantal maatregelen opleggen, zeker bij jeugdhuizen en feestzalen. Dit kan o.m. door een politiereglement en door de maatregelen te koppelen aan de vergunning. De herbruikbare bekers zijn de belangrijkste maatregel op het vlak van afvalpreventie. Het is van belang dat er bij een vaste locatie vaste bekers zijn en dat er afwasmogelijkheden worden voorzien. Bovendien is het beter de keuze te laten tussen composteerbare bekers en herbruikbare bekers. (In Duitsland worden vaak composteerbare recipiënten gebruikt, ook voor maaltijden. Wanneer dergelijke bekers op de grond terechtkomen, vergaat het zwerfvuil. Zijn deze recipiënten te vuil om te recycleren, dan kunnen ze worden gecomposteerd. Het systeem van herbruikbare bekers stuit op een aantal moeilijkheden: • distributie (in en uit) is praktisch vrij moeilijk; • afwas van de bekers vraagt extra werk; • proper inleveren van bekers is niet gegarandeerd; • aantal bekers is soms te beperkt; het is moeilijk om via het niet-commerciële circuit aan voldoende bekers te geraken; • trakteren wordt moeilijk, waardoor het drankverbruik daalt. Hoe de bezoekers bereiken? Om bezoekers van evenementen te sensibiliseren en de nodige maatregelen op te leggen, is het belangrijk te werken via de exploitant en de organisatoren van het evenement. Als overheid is het immers niet efficiënt om rechtstreeks, bijvoorbeeld via mediacampagnes, de bezoekers trachten te
10
STIP-preventiedossier
bereiken. Om te communiceren via exploitanten en organisatoren, moet er voldoende communicatiemateriaal ter beschikking worden gesteld. Bovendien moet aan de exploitanten en organisatoren de nodige service worden geboden om zelf het publiek te bereiken. Daarnaast kan de overheid een ondersteunende communicatie voeren in de brede media. Conclusie Preventie is haalbaar, maar: • de discussie moet verder gaan dan herbruikbare bekers. Ook comfortafval, promotiemateriaal en zwerfvuil moet worden bekeken; • er mag niet enkel naar festivals worden gekeken, aangezien hun aantal eerder beperkt is en deze goed afgebakend zijn. Er moet ook rekening worden gehouden met o.m. jeugdhuizen, het clubcircuit en buurt- en parochiefeesten, die allen samen een veelvoud halen van het aantal bezoekers op festivals; • er mag geen weg naast zijn: preventie op vrijwillige basis heeft weinig slaagkans. Vandaar dat o.m. Vlarea beter moet worden afgedwongen en de nodige maatregelen wettelijk moeten worden verplicht. 4. Waterbeheer op evenementen – Folk Dranouter door mevr. Veroniek Denys (VMM) Mevrouw Veroniek Denys van de Afdeling Meetnetten en Onderzoek van de Vlaamse Milieumaatschappij omschreef de waterkwaliteit van de Douvebeek tijdens het Folkfestival Dranouter, alsook de terzake genomen maatregelen. Dranouter, een gemeente in het Heuvelland, is gelegen ten zuiden van de provincie West-Vlaanderen tegen de Franse grens. Situering Dranouter - Folkfestival Dranouter situeert zich in het Leiebekken, waar het water als doelstelling ‘basiskwaliteit’ heeft. Dranouter is niet aangesloten op een zuiveringsinstallatie. Het Ijzerbekken, dat zich juist boven Dranouter bevindt, heeft echter als doelstelling drinkwaterkwaliteit. Om de waterkwaliteit te meten, heeft VMM op 3 verschillende plaatsen rond het festivalterrein en de camping waterstalen genomen en metingen uitgevoerd • in de Douvebeek, opwaarts het folkfestival; • in een zijgracht van de Douvebeek, na een lozingspunt van de gemeentelijke riolering; • in de Douvebeek, afwaarts het folkfestival en het lozingspunt van de gemeentelijke riolering. Tot en met 1995 kwam al het afvalwater rechtstreeks in de Douvebeek terecht en werd de beek na afloop van het festival geruimd. Daarom besloot de VMM de situatie op te volgen en metingen uit te voeren. Vanaf 1996 werden de toiletten aangesloten op een septisch vat. Dit had echter geen gunstig effect op de waterkwaliteit, daar de vaten een te kleine capaciteit hadden, zodat het afvalwater, zodra de vaten vol waren, opnieuw in de beek terechtkwam. De metingen die vanaf 1996 werden uitgevoerd, toonden aan dat het water in de Douvebeek sterk werd verontreinigd tijdens het folkfestival. Er werden extreem hoge ammoniumgehaltes en zeer lage zuurstofconcentraties vastgesteld. De volgende figuur geeft de zuurstofconcentratie van de Douvebeek in 1996 weer (in mgO2/L). Hieruit blijkt duidelijk een daling in zuurstofconcentratie tijdens het festival in vergelijking met het zuurstofgehalte voor het festival.
11
STIP-preventiedossier
Ook de geleidbaarheid van het water is een indicator voor de vervuiling. De geleidbaarheid wordt bepaald door o.a. het zoutgehalte in het water. In dit geval betekent een stijging van de geleidbaarheid een toename van de vervuiling. Zoals op de onderstaande figuur links duidelijk te merken is, neemt de geleidbaarheid en dus ook de vervuiling sterk toe bij metingen afwaarts het festivalterrein. Daarnaast wordt er een extreem hoge ammoniumconcentratie vastgesteld, afkomstig van het sanitaire afval. Door het sterke zuurstofgebrek in de beek, kan het ammonium niet worden omgezet. Dit wordt duidelijk op onderstaande figuur rechts.
Aanpak van de vervuiling en resultaten In 1997 en 1998 werden er maatregelen getroffen om de waterkwaliteit tijdens het folkfestival minder aan te tasten: • in de grond opvangputten plaatsen voor de urinoirs; • chemische toiletten gebruiken; • afvalwater van urinoirs en chemische toiletten afvoeren naar de RWZI te Ieper. Hiernaast zijn er bijkomende maatregelen mogelijk, want een aantal toiletten (o.a. deze van de VIP’s), evenals de keuken en de douches lozen nog steeds rechtstreeks in de beek. Het voorzien van een gemeentelijke riolering zou een oplossing kunnen bieden. Het jaar nadien (1999) werden geen verdere maatregelen getroffen. In 2000 zorgde een landbouwlozing en veel regenval voor een vertekend beeld van de metingen. De landbouwlozing, waarvan men de bron niet kon vinden, betekende een bijkomende vervuiling. De regenval zorgde voor een verdunning van het afvalwater, wat de resultaten dan weer in positieve zin beïnvloedde.
12
STIP-preventiedossier
Vorig jaar, 2001, werden opnieuw een aantal maatregelen getroffen: er loosden geen toiletten meer in de beek en er werd op de privé-camping met chemische toiletten gewerkt. In 2001 werden de metingen ook beïnvloed door een landbouwlozing, doch kon in dit jaar de verantwoordelijke voor deze illegale lozing worden opgespoord. Dat de reeds genomen maatregelen positieve resultaten hebben op de waterkwaliteit bewijzen onderstaande figuren. De zuurstofconcentratie daalde in 2001 minder sterk en het verschil in geleidbaarheid voor en na het festival is kleiner dan de voorgaande jaren.
We kunnen concluderen dat de vervuiling van de Douvebeek tijdens het Dranouterfestival afneemt, hoewel er een toename is van het aantal bezoekers. In 1995 telde het folkfestival 40.000 tot 45.000 bezoekers; in 2001 waren dat er reeds 65.000. Ook de volgende figuren tonen een verbetering aan: • de gemiddelde zuurstofconcentratie tijdens het festival neemt opnieuw toe. De piek in 2000 is echter toe te schrijven aan de enorme hoeveelheid regen; • vanaf 1997 is er opnieuw een daling in de geleidbaarheid, wat betekent dat de vervuiling afneemt; • er worden steeds lagere ammoniumconcentraties vastgesteld tijdens het festival; • de gemiddelde orthofosfaatconcentratie neemt af.
13
STIP-preventiedossier
Mogelijke toekomstige maatregelen? Hoewel er reeds verschillende stappen werden ondernomen, zouden vanuit het folkfestival zelf volgende vervuilingsbronnen moeten worden aangepakt: • het afvalwater van de keuken; • de douches en de wasplaats; • de urinoirs van de (privé)camping. Ook de gemeente kan hiertoe bijdragen door te zorgen voor een zuivering van de gemeentelijke riolering van Dranouter. Dit kan worden gerealiseerd door gebruik te maken van een zuivering met een ontwerpcapaciteit van 300 IE (Inwonersequivalent) en op voostel van VMM: het bouwen van een rietveld. De gemeente zelf heeft namelijk ook een aandeel in de toenemende vervuiling op de riolering tijdens het folkfestival, doordat een aantal festivalgangers een bezoekje brengt aan cafés en restaurants in de gemeente zelf. Meer weten? Organisatoren, lokale overheden en andere belangstellenden kunnen steeds naar www.vmm.be surfen om meer te weten te komen over de waterkwaliteit in de regio van hun/een bepaald evenement. 5. Milieuzorg op Mano Mundo door mevr. Cathérine Schepers (Provincie Antwerpen) Mano Mundo is een multicultureel muziekfestival dat gratis toegankelijk is. Het festival staat in het teken van de wereldmuziek. Er zijn verschillende ‘dorpen’ met elk een eigen animatie en er is een de wereldmarkt met standjes en eetkramen. Mano Mundo wordt jaarlijks georganiseerd op de 2 zondag van mei in PRC De Schorre te Boom. In 2002 kreeg het festival 60.000 bezoekers. Mevrouw Cathérine Schepers vertelt over het toepassen van milieuzorg op Mano Mundo. In het milieubeleidsplan 1998-2002 van de provincie Antwerpen werd o.m. als actie opgenomen: “het opstellen van een subsidiereglement ter ondersteuning van de milieuvriendelijke organisatie van massa-evenementen in de provincie Antwerpen”. Naar aanleiding van deze actie werd in 2000 Mano Mundo als proefproject gebruikt om milieuzorg toe te passen op een evenement. Er werd voordien op Mano Mundo reeds aandacht besteed aan milieu, maar niet op integrale wijze. Vandaar dat in 2000 in samenwerking met Stadsland een actieplan werd uitgewerkt met een overzicht van mogelijk acties om milieuzorg concreet vorm te geven op dit festival. Hiernaast werd er een draaiboek opgesteld op basis van de opgedane ervaringen en kennis. De edities 2001 en 2002 van Mano Mundo werden begeleid door het provinciebestuur zelf. Het actieplan werd gebaseerd op het aanpakken van 2 grote problemen: afval en mobiliteit. Wat afval betreft, werden er acties voorgesteld naar doorgedreven afvalpreventie en selectieve afvalscheiding.
14
STIP-preventiedossier
Acties i.v.m. doorgedreven afvalpreventie •
•
•
Wisselbekersysteem Om plastic wegwerpbekers te voorkomen werd een wisselbekersysteem opgestart. Hiervoor kocht de provincie 50.000 herbruikbare bekers aan. Het voordeel van de herbruikbare beker is dat ze veiliger en bovendien milieuvriendelijker zijn; het festivalterrein blijft properder achter en de afvalberg neemt af. Om de bekers te verspreiden wordt gewerkt met een statiegeldsysteem. Aan de kassa worden jetons gekocht; met de jetons ga je naar de toog, waar je voor één jeton een beker krijgt (tenzij je een andere beker inruilt) en voor een tweede jeton je drankje. Na afloop van het festival ruil je je lege beker in bij het wisselbekerkantoor. Vroeger moest je eerst naar het wisselbekerkantoor en daar een beker te halen, vooraleer je naar de toog kon, maar dat systeem was te omslachtig. Om het systeem te doen slagen is een duidelijke communicatie naar de bezoekers én de medewerkers van enorm belang. Ook het transport van de bekers tussen de toog en het wisselpunt moet goed geregeld zijn. Gebruik duurzame materialen Deze actie is vooral gericht naar de eetkramen. Zij moeten een milieuwaarborg van 50 EUR betalen. De waarborg wordt ingehouden wanneer niet aan de vooropgestelde maatregelen wordt voldaan. Plastic, aluminium en piepschuim zijn verboden; er worden enkel duurzame materialen toegestaan. Bovendien moeten de eetkramen zelf hun afval selectief inzamelen. De eetkramen worden zowel voor, tijdens en na het festival gecontroleerd. Zonder controle zouden de maatregelen minder efficiënt zijn. In 2003 zal de milieuwaarborg worden opgetrokken. 50 EUR is immers te weinig overtuigend. Ook de provincie tracht duurzame materialen te gebruiken. Vandaar dat ze bijvoorbeeld jetons liet ontwerpen ter vervanging van de papieren bonnetjes. Folderverbod Er is een verbod uitgevaardigd voor het actief uitdelen van folders en promotiematerialen. Dit folderverbod is voornamelijk gericht naar infostanden en sponsors. Als alternatief wordt een affichemuur, een lichtkrant en infoborden aangeboden. Ook hierbij is controle erg belangrijk.
Acties i.v.m. selectieve inzameling •
Stimuleren van gescheiden inzameling Al het afval dat niet kan worden voorkomen, wordt selectief ingezameld op afvaleilandjes en in afvalstraatjes. In 2000 en 2001 werd GFT-plus, PMD, papier en karton en restafval ingezameld. In 2002 werd de papierfractie niet meer ingezameld daar het vooral gaat om vuile servetten en papieren borden, die niet kunnen worden gerecycleerd. Om de selectieve inzameling correct te laten verlopen, is het belangrijk de afvaleilandje permanent te bemannen. In 2002 kon Mano Mundo hiervoor bijkomend beroep doen op de OVAM-beverbrigade. Het afval wordt afgevoerd naar grote containers, verspreid over 2 plaatsen op het terrein.
Acties uit het mobiliteitsplan In het mobiliteitsplan wordt een alternatief vervoersbeleid voorzien aan de hand van een fietsplan, een openbaar vervoersplan en een Park & Ride systeem. • Fietsplan Het fietsplan werd in 2002 opgesteld in samenwerking met de dienst ruimtelijke planning en mobiliteit van de provincie. Hierbij werden 9 aantrekkelijke en veilige fietsroutes naar het festivalterrein uitgestippeld en voorzien van duidelijke bewegwijzering vanaf Boom. Op het festival zelf werd een gratis fietsparking met toezicht voorzien. • Openbaar vervoersbeleid Het openbaar vervoersplan werd opgesteld in samenwerking met de Lijn. Het voorziet gratis busvervoer van én naar het festivalterrein, evenals bijkomende en versterkte lijndiensten. De mogelijkheden van het openbaar vervoer worden duidelijk gecommuniceerd naar de bezoekers via o.m. de festivalfolder, de website en het Mano Mundo secretariaat. • Park & Ride systeem Het Park & Ride systeem werd uitgevoerd in samenwerking met de Lijn en de politie. Het gaat om een gedecentraliseerd parkeersysteem met pendelbussen tussen de verschillende parkings en het festivalterrein. Dit heeft als voordeel dat er geen autofiles en parkeerproblemen zijn nabij het festivalterrein. Bovendien wordt op deze manier parkeerschade aan de omgeving vermeden en is er meer ruimte voor fietsers en het openbaar vervoer.
15
STIP-preventiedossier
Aan de overige milieuaspecten zoals b.v. de bescherming van bodem en groen, het beperken van het energie- en waterverbruik en het toepassen van alternatieve energiebronnen werd voorlopig nog geen aandacht besteed. Het is evenwel de bedoeling jaarlijks een bijkomend aspect op te nemen. Bij het toepassen van milieuzorg op een evenement stuit men op een aantal knelpunten: • Er moeten voldoende gemotiveerde en mondige vrijwilligers zijn voor het milieuteam. In 2002 waren dat vrijwilligers van Natuurpunt en Agalev. • Er moet een gelijkwaardige behandeling zijn voor alle vrijwilligers. De toog en de parking werden bemand door verenigingen die door de organisatoren in geld worden vergoed. De mensen van het milieuteam kunnen niet door de provincie worden vergoed. Ze kregen enkel een T-shirt, een lunchpakket, een aantal jetons en een filmticket. • Het festivalterrein breidt steeds uit en het aantal bezoekers neemt toe, waardoor het organisatorisch steeds moeilijker wordt. • Er treden op het laatste ogenblik vaak heel wat veranderingen op. Zo komen er bijvoorbeeld op de dag zelf nog eetkramen bij, die bijgevolg niet op de hoogte zijn van de voorwaarden. • Milieuzorg is, zelfs na 3 edities, nog niet ten volle geïntegreerd in het festivalopzet van Mano Mundo. Het blijft het laatste aspect waar aandacht aan wordt geschonken. Milieuzorg moet vanaf het begin een concrete plaats krijgen binnen de algemene organisatiestructuur. Vandaar het belang om alle vergaderingen bij te wonen. Pas dan is er mogelijkheid tot succes. Cathérine Schepers sluit af met de conclusie dat een milieuvriendelijk evenement de moeite loont, daar het meer waardering krijgt van het publiek en het de organisatoren en de overheid veel geld kan besparen. 6. Internationale Tweedaagse van Blankenberge door dhr. Peter Norro (Provincie WestVlaanderen) en dhr. Dirk De Boever (Internationale Tweedaagse Blankenberge) 6.1. Peter Norro - Provincie West-Vlaanderen Op basis van concrete ervaringen met o.m. de Internationale Tweedaagse van Blankenberge heeft dhr. Peter Norro de brochure “Op stap naar een schoner milieu” samengesteld. Deze brochure bevat concrete tips om van een wandelevenement een milieuvriendelijk evenement te maken. Een milieuvriendelijk evenement is gebaseerd op 5 milieuaspecten: 1. Naleving van de milieuwetgeving en –regelgeving Vlarem 2. Beperking van de hinder 3. Voorkoming van afval en emissies 4. Gebruik van milieuvriendelijke goederen 5. Sensibilisatie voor natuur en milieu 1. Naleving van de milieuwetgeving en –regelgeving Vlarem Meldings- of vergunningsplicht In bepaalde gevallen is er een meldings- of vergunningsplicht bij het gemeentebestuur. De volgende 4 rubrieken uit de indelingslijst van Vlarem I komen het meeste voor bij evenementen: • lozing van afvalwater in oppervlaktewateren; • generatoren van meer dan 100 kW, met eventueel ook de bijhorende opslag van diesel (apart aan te geven); • koelinstallaties van meer dan 5 kW; • compressoren van meer dan 5 kW. Geluidswetgeving De geluidswetgeving legt strenge geluidsnormen op voor elektronisch versterkte muziek (KB van 24/2/77). Dit KB bepaalt dat binnen in de zaal of in open lucht, op elke plaats waar het publiek kan komen, de geluidsnorm niet meer dan 90 dB(A) mag bedragen. In woongebouwen in de buurt van het evenement mag de geluidswaarde in principe niet hoger zijn dan 35 dB(A), tenzij het achtergrondgeluid ook zonder dat het evenement plaatsvindt, hoger is dan 35 dB(A). Er kan bij de gemeente wel een afwijking van de geluidsnorm worden gevraagd.
16
STIP-preventiedossier
De lokale overheid kan aan de goedkeuring van een aanvraag voor een dergelijke afwijking bepaalde andere eisen koppelen, bijvoorbeeld op vlak van algemene milieuzorg op evenementen. Gemeentelijke reglementen Aanvullend op de meldings- of vergunningsplicht en de geluidswetgeving kunnen er vanuit de gemeente zelf bijkomende verplichtingen worden opgelegd, bijvoorbeeld i.v.m. de openbare reinheid of m.b.t. geluidshinder. Ook hiermee moet rekening worden gehouden. 2. Beperken van de hinder Volgende punten moeten in acht worden genomen: • Er moet respect zijn voor de natuur. Bij de parcourskeuze moeten broedgebieden en gebieden die gevoelig zijn voor erosie of overbetreding worden vermeden. Hiernaast moeten de deelnemers, indien nodig, worden verplicht om op de paden te blijven. • Zwerfvuil moet worden vermeden door op alle punten waar drank of etenswaren worden bedeeld, afvalrecipiënten te plaatsen. Op kwetsbare plaatsen, bijvoorbeeld nabij een natuurgebied, is het vaak beter om helemaal geen drankjes of etenswaren te (laten) bedelen. • Aandacht voor mobiliteit is noodzakelijk. Dit kan door mobiliteit op de parcours te beheersen en de vervoersbewegingen vanuit de organisatie te beperken. Dit laatste wordt o.m. bewerkstelligd door de lunchpakketten van de medewerkers mee te geven bij hun vertrek en hen niet achteraf te bevoorraden. Een andere mogelijkheid inzake mobiliteit is er voor te zorgen dat de start- en aankomst zo dicht mogelijk bij een station of een halte van het openbaar vervoer is gelegen, of dat er eventueel gebruik kan worden gemaakt van een pendeldienst. Het is ook van belang de mogelijkheden van het openbaar vervoer te vermelden in de wervingsfolders en de nodige signalisatie aan te brengen vanuit de bushalte of het station naar de startplaats. Daarnaast moet er aandacht worden besteed aan de fietsers door ruimte te voorzien voor het stallen van fietsen. Kies voor het parcours zelf, indien mogelijk, voor buurtwegen die niet toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer. Ondanks de mogelijkheden van het openbaar vervoer of de fiets is het belangrijk om voldoende parkeerplaats te voorzien. • Geluidshinder moet worden voorkomen. Dit kan door de luidsprekers op de uithoeken van het terrein te plaatsen en naar binnen te richten. Op die manier heb je minder volume nodig dan wanneer je een geluidsmuur vlak voor het podium optrekt. Laat ook geen elektronisch versterkte muziek toe in stiltebehoevende zones (bijvoorbeeld nabij scholen of een bejaardentehuis). Probeer verder het aantal lawaaierige uren te beperken. Laat daarom generatoren of motoren van koelwagens ’s nachts niet draaien, zeker niet in de bebouwde kom. Voorkoming van afval en emissies Wat het voorkomen van emissies naar de lucht en het energieverbruik betreft, wordt verwezen naar wat reeds eerder aangehaald is over mobiliteit. Hieronder wordt de preventie van afval en in mindere mate van de emissies naar water verder behandeld. Afval moet zoveel mogelijk worden voorkomen en enkel indien voorkomen onmogelijk is, selectief worden ingezameld. Dhr. Norro heeft per activiteit het probleem geschetst gevolgd door de ideale oplossing evenals een alternatief indien de ideale oplossing niet realiseerbaar is. Verstrekken van dranken aan de controleposten of in de feesttent Probleem Idealiter Alternatief Afval wegwerpbekers Rechtstreeks in glazen flesjes, Composteerbare bekers of glazen of herbruikbare bekers recycleerbare bekers Verpakkingsafval drank Tappen uit vaten of uit (glazen) Grootvolumeflessen; individuele statiegeldflessen porties vermijden Aandachtspunten bij deze maatregelen: • Wees bedacht op de veiligheidsrisico’s die glasbreuk kunnen inhouden. Voorzie ook een glascontainer. • Wordt er gebruik gemaakt van herbruikbare bekers, dan is bijkomend personeel nodig en moet zonodig een statiegeldsysteem worden toegepast.
17
STIP-preventiedossier
•
•
•
Composteerbare bekers of wegwerpbekers moeten apart worden ingezameld op voorwaarde dat zij respectievelijk kunnen worden gecomposteerd of gerecycleerd. De verwerking van selectief ingezamelde bekers kost 0,12 EUR/kg. Deze kostprijs houdt organisatoren soms tegen om de apart ingezamelde wegwerpbekers ook daadwerkelijk te laten recycleren. De inzamelrecipiënten moeten goed zichtbaar zijn en de kleuren moeten consequent worden gebruikt per afvalfractie. Hiernaast moet er aandacht zijn voor de opstelling van de recipiënten. Ze moeten enkel worden geplaatst op relevante plaatsen langs het parcours en na de verdeelpunten. Bovendien moeten ze na de verdeelpunten over een voldoende grote afstand worden verspreid. Op de rustplaatsen kan best gebruik worden gemaakt van een eilandopstelling indien er meerdere fracties voorkomen. Het is tevens belangrijk de recipiënten goed te labellen. Maak gebruik van inzamelpijpen voor het verzamelen van gebruikte bekers. Deze zorgen voor een zeer goede sortering daar er quasi niks anders in de pijpen past dan de bekers.
Bereiden, verstrekken en verkopen van warme hapjes Probleem Idealiter Verpakkingsafval van Eetbare verpakkingen en verpakkingen en consumptie van herbruikbare toebehoren, voeding bijvoorbeeld vis op een broodje of ijs in een hoorntje
Alternatief Papieren of composteerbare verpakking of bestek
Aandachtspunten bij deze maatregel: • Zowel papieren als composteerbare verpakkingen kunnen ingezameld worden met het composteerbaar afval. • Op de afvaleilanden moet minstens een container voor restafval, PMD en GFT worden voorzien. De recipiënten worden bij voorkeur bemand. Publiciteit (sponsors, info over andere evenementen) Probleem Idealiter Afval Bij voorkeur gebruik maken van spandoeken en panelen Verbied bedeling van publiciteit en infoblaadjes aan passanten
Alternatief Geen wegwerpgadgets toelaten. Zelfbediening van de folders
Aandachtspunten bij deze maatregel: • Plaats papiercontainers op plaatsen waar de folders ter beschikking liggen of worden bedeeld. • Vraag aan de bedeler om de niet meegenomen folders terug mee naar huis te nemen. Het is vaak niet evident om sponsors allerlei eisen op te leggen, zeker wat milieu betreft. Je kan hen wel vrijblijvend een milieucharter later ondertekenen waardoor de sponsors zich tot het nemen van een aantal milieumaatregelen verbinden. Signalisatie Probleem Afval
Afwassen Probleem Afvalwater afwas
Mobiele toiletten Probleem Afvalwater
Idealiter Signalisatie uit duurzame materialen
Alternatief
Idealiter Loos het afvalwater op de riolering. Gebruik milieuvriendelijk afwasmiddel.
Alternatief
Idealiter Controleposten nabij horecakernen Toiletwagens, bij voorkeur met lozing op riolering
Alternatief Chemische toiletten
18
-
-
STIP-preventiedossier
Aandachtspunten bij deze maatregelen: • Plaats spaarspoelknoppen op de toiletten. • Doe de inhoud van de chemische toiletten naar een rioolwaterzuiveringstation. 4. Gebruik van milieuvriendelijke goederen Enkele voorbeelden: • Maak gebruik van milieuverantwoord papier voor de opmaak van affiches. Let hierbij op milieulabels en geef de voorkeur aan 100 % gerecycleerd papier. • Tracht de oplages van het drukwerk zo juist mogelijk in te schatten. • Gebruik FSC-gelabeld hout voor de infopanelen. • Kies voor toiletpapier en wasmiddelen met het Europese Milieukeur. • Gebruik linnen draagtassen i.p.v. plastic zakjes. • Kies voor biologisch geteelde groenten en vlees. • Kies voor producten van dicht bij huis; ze vragen minder transport en zijn op deze manier milieuvriendelijker. 5. Sensibilisatie voor natuur en milieu Wandelevenementen brengen vaak veel volk op de been. Het is dan ook van belang de deelnemers bewust te maken van de natuur- en landschapskwaliteit van de regio. Dit kan o.m. via de wandelkaart of door middel van infopanelen. Roep bovendien de wandelaars op tot medewerking aan milieuzorg en wees als organisatie hierbij zelf een voorbeeld. Dhr. Peter Norro besluit met te vermelden dat er steeds wel iets mis gaat of beter kan, maar uit deze ervaringen moet je leren en moet je steeds moed vatten om door te gaan. 6.2. Dirk De Boever - Wandeltweedaagse van Blankenberge Dhr. Dirk De Boever, parcoursverantwoordelijke van de wandeltweedaagse van Blankenberge omschrijft de organisatie van een dergelijk evenement en de manier waarop rekening werd gehouden met de milieuaspecten. De organisatie is opgebouwd uit 4 fasen: de planningsfase, de communicatiefase, de uitvoeringsfase en de evaluatie. Planningsfase In deze fase worden alle activiteiten op de voettocht overlopen en wordt nagegaan wat de milieuconsequenties van de verschillende activiteiten zijn. Vervolgens wordt de nodige infrastructuur voorzien en de locatie ervan bepaald. Om dit alles vlot te laten verlopen is een schema met de taakverdeling per locatie zeer belangrijk. Dhr. De Boever haalt aan dat de sponsor een belangrijke invloed heeft op de planning. Zo heeft het wandelevenement Coca Cola als sponsor. De wandelaars krijgen een blikje cola bij een bevoorradingspunt, dus moeten er de nodige PMD-recipiënten worden voorzien. Een gebrek aan communicatie tussen de sponsor en de organisator (onduidelijkheid over wat precies zal verdeeld worden en dus over de te weeg gebrachte afvalfracties), maakt planning soms moeilijk. Communicatiefase Er • • • •
dient de nodige communicatie te gebeuren naar: overheidsinstanties (gemeenten en provincie(s) waar het wandelevenement plaatsvindt); medewerkers aan het evenement; deelnemers (in dit geval de wandelaars); sponsors: hen overtuigen is niet altijd even eenvoudig aangezien je ze niet teveel eisen kan opleggen als je ze als sponsor wenst te behouden. Daarom wordt er voor de wandeltweedaags een milieucharter opgesteld en aan de sponsors vrijblijvend gevraagd het te onderteken; • promotievoerders van andere voettochten: zij worden verzocht hun folders alleen aan geïnteresseerden uit te delen en gevraagd om de resterende folders mee terug te nemen;
19
STIP-preventiedossier
•
ambulante verkopers: je kan hen geen maatregelen opleggen, temeer daar zij niet op voorhand gekend zijn (een leurderskaart volstaat om op dergelijke evenementen te mogen verkopen). Je kan enkel beroep doen op hun goodwill. Als er een politiereglement is, kunnen de maatregelen wel worden afgedwongen.
Uitvoeringsfase Een doorgedreven controlesysteem door vaste mensen is noodzakelijk om te waken over de goede uitvoering. Ook is het belangrijk dat de aanspreekpersonen goed bereikbaar zijn. Evaluatie Aan de hand van evaluatieformulieren en een vergadering wordt nagegaan hoe de controle-, post- en parcoursverantwoordelijken en -medewerkers de organisatie beoordelen. 7. Krakrock – Eco-challenge door dhr. Piet De Coster (De Kreun) Dhr. Piet De Coster licht volgende initiatieven toe: • Krakrock Avelgem, dat reeds in ’95 een aantal initiatieven nam om werk te maken van een milieusparend festival. • Clubcircuit vzw, dat in ’99 de uitdaging aanging om op een zeer geplande en systematische manier werk te maken van een milieuactieplan voor elke aangesloten muziekclub. 7.1. Krakrock: meer dan de herbruikbare beker… Krakrock is een klein, 2-daags festival dat plaatsvindt in Avelgem, West-Vlaanderen. Krakrock wordt georganiseerd begin september en is een festival dat jaarlijks om en bij de 5000 bezoekers haalt. Dat het festival niet zo omvangrijk is, is vanuit milieuoogpunt zeker interessant. Krakrock werd door Nederlandse en Duitse festivals geïnspireerd om aan milieuzorg te doen. Reeds in ’95 probeerde krakrock om met de herbruikbare beker te starten. De organisatie zelf was overtuigd, alleen stootten ze toen op een weigerachtige drankenleverancier die bleef volhouden dat wegwerpbekers organisatorisch de enige juiste oplossing waren. Bovendien stonden de brouwerijen erop dat de drank werd aangeboden in met hun reclame bedrukte bekers. Krakrock startte toen wel met een gescheiden afvalinzameling en een promotie om met gedeeld vervoer of het openbaar vervoer naar het festival te komen. Dankzij de inspanningen van de provincie West-Vlaanderen en de OVAM ging Krakrock in 1997 als eerste rockfestival met de herbruikbare beker van start. De herbruikbare beker was reeds gelanceerd op de evenementen in het Baudelopark tijdens de Gentse Feesten, maar dit weliswaar met de nodige problemen. Samen met de OVAM en de Provincie West-Vlaanderen werd een organisatieplan voor de herbruikbare beker uitgewerkt. Het eerste jaar werd gewerkt met een beloningssysteem. Aanwezigen konden lege bekers inzamelen op een stempelkaart; eens de kaart vol was, kreeg men een gratis drankje. Het systeem werd zeker niet volmondig positief geëvalueerd. Er was een aanzienlijk verlies van bekers. In ’98 werd het systeem geoptimaliseerd. Op aangeven van de OVAM en de Provincie WestVlaanderen werd overgestapt op een statiegeldsysteem. Via een statiegeldjeton betaalde iedere aanwezige voor zijn beker. Het resultaat was achteraf duidelijk: veel minder bekers werden mee naar huis genomen. Bovendien waren de bekers die verdwenen uiteindelijk ook betaald. Niettegenstaande is het statiegeldsysteem ook niet perfect. Het blijft een behoorlijk zware taak vanuit organisatorisch standpunt om het systeem goed te laten functioneren. Er zijn een aantal zaken die de organisatoren van Krakrock de voorbije jaren hebben geleerd: • Zorg ervoor dat iedereen binnen het organisatieteam goed weet waarover het gaat. Het is essentieel dat de medewerkers in je bar bijzonder goed weten hoe het systeem werkt. Indien 1 of 2 mensen het systeem niet goed toepassen, loopt het fout. Vandaar dat controle nodig is. • Goede communicatie met het publiek is van belang. Met Krakrock werden een aantal specifieke infoborden aangemaakt, die strategisch worden opgesteld. Ook op andere manieren waaronder de festival- en lichtkrant, wordt voortdurend gecommuniceerd hoe het inzamelsysteem werkt.
20
STIP-preventiedossier
•
Voor Krakrock is de situatie bovendien in die zin specifiek dat meer dan de helft van onze aanwezigen uit Wallonië en Noord-Frankrijk komt. Al onze communicatie dient dan ook tweetalig te zijn.
Het systeem van herbruikbare bekers raakt langzaam ingeburgerd in de regio Kortrijk. Ook de festivalgangers weten na een aantal jaren hoe het systeem van de herbruikbare bekers werkt. Toch blijft communicatie nodig, aangezien er steeds bezoekers zijn voor wie het systeem nieuw is. Krakrock heeft zeker niet de pretentie om te zeggen dat we een trendsettend festival zijn. Toch merken ze vaak dat ze als voorbeeld hebben gediend. Het stadsbestuur van Kortrijk heeft bijvoorbeeld achteraf eveneens een volwaardig en succesvol inzamelsysteem opgezet. Ook andere festivals volgden. In ’99 organiseerde Krakrock tijdens het festival voor geïnteresseerde collega-organisatoren een studiemoment. Op die manier kon iedereen zien hoe het systeem werkt en wat de mogelijkheden en knelpunten zijn. De inspanningen die Krakrock doet op vlak van leefmilieu, blijven niet beperkt tot de introductie van de herbruikbare beker. Reeds halfweg de jaren ’90 werd een verregaand systeem van selectieve inzameling opgezet. Nog later werden afspraken gemaakt met standhouders inzake te gebruiken verpakkingen. Hiernaast werd in ’97 met Taxistop voor het eerst het systeem van Event-Pool opgezet. Krakrock heeft bewust geen verbod op het uitdelen van flyers. Er worden wel de nodige afspraken gemaakt met de verdelers: ze mogen enkel flyers uitdelen aan geïnteresseerden en ze kunnen gebruik maken van een balie in de infotent. Ter afsluiting van de ervaringen met Krakrock haalt dhr. De Coster aan dat ze vaak van collegaorganisatoren de opmerking krijgen dat deze op een negatief advies stuitten van drankleveranciers wanneer ze het systeem van de herbruikbare beker willen invoeren. Het lijkt hen dan ook interessant dat er in dat verband op beleidsvlak dringend werk wordt gemaakt van duidelijke afspraken met de brouwerijsector. 7.2. Eco-Challenge: een geslaagde kans voor het Clubcircuit Clubcircuit vzw: een korte voorstelling Vlaanderen heeft reeds jarenlang een aantal florissante muziekclubs die een noodzakelijke aanvulling betekenen op het grootschalige en vaak beter ondersteunde zalencircuit van o.m. AB en Botanique. Het gaat veelal om kleinere clubs met een capaciteit van om en bij de 500 aanwezigen. Het clubcircuit heeft jaarlijks tussen de 200.000 en 300.000 bezoekers. In '96 sloegen een aantal muziekclubs de handen in elkaar. Clubcircuit vzw werd opgericht met als voornaamste doelstelling: de belangen van de aangesloten muziekclubs op de diverse beleidsniveaus steviger bepleiten en als federatie gezamenlijke standpunten innemen en acties opzetten t.a.v. boekingskantoren, sponsors,... Clubcircuit vzw omvat op dit ogenblik 10 muziekclubs: Cactus (Brugge), 4AD (Diksmuide), De Kreun (Kortrijk), De Zwerver (Leffinge), N9 (Eeklo), Democrazy (Gent), Nijdrop (Opwijk), 5 voor 12 (Antwerpen), VUB-Kultuurkaffee (Brussel) en De Vaartkapoen (Brussel). Eco-Challenge In ’99 startte het Clubcircuit gesprekken met KBC en Stichting Leefmilieu om werk te maken van een integraal milieubeleidsplan voor de hele sector. De 3 partners waren er van in het begin van overtuigd dat een dergelijk milieuactieplan bijzonder interessant kon zijn: • Een aantal concertclubs wilde eerder reeds werk maken van milieumaatregelen. De samenwerking met Stichting Leefmilieu zorgde ervoor dat dit op een wetenschappelijke en geïntegreerde manier kon gebeuren. • Concertclubs hebben door hun activiteiten wel degelijk een milieu-impact. Ze staan trouwens sowieso voor milieuverplichtingen. • Concertclubs hebben er alle baat bij om via milieuzorg verschillende vormen van hinder maximaal te voorkomen. • Als concertclubs hebben ze ook een belangrijke voorbeeldfunctie naar een jong én geïnteresseerd doelpubliek. • Milieuzorg werkt bovendien besparend: verspillingen kunnen worden opgespoord en voorkomen.
21
STIP-preventiedossier
In 2000 nam het project ‘Eco-Challenge’ een start. De aangesloten clubs van het Clubcircuit engageerden zich om voor eind 2000 een aantal concrete maatregelen te realiseren op vlak van: • afval(preventie); • lawaai(beheersing); • (rationeel) energie(gebruik); • water(besparing); • milieuvriendelijk aankoopbeleid; • (duurzame) mobiliteit. De clubs werden begeleid door Stichting Leefmilieu. Om hun engagement hard te maken ontving elke club: • een startnota, met de situering van de milieuproblematiek van clubs en een plan van aanpak; • een enquêteformulier met een opsomming van de mogelijke actiepunten op de 6 milieudomeinen; de bestaande situatie kon hier zomaar op worden toegepast. Aan de hand van de gegevens en opmerkingen uit de enquête (bijvoorbeeld bij clubs die hardrock spelen, kan je de groepen onmogelijk stiller laten spelen) heeft Stichting Leefmilieu een handleiding opgesteld met concrete tips. • een scoreblad waarop de vorderingen kunnen worden genoteerd; • een begeleidende brochure ‘Eco-Challenge? Zo gaat u ervoor’ met per milieudomein een aantal concrete en bruikbare tips om verbeteringen te realiseren. De clubs die slaagden in hun opzet, kregen eind 2000 voor het eerst een ecolabel of ecoaward. Die bestond uit 6 fracties (6 blaadjes van een logo) waarbij naargelang het resultaat van de club een ‘volledig’ label van 6 blaadjes dan wel een ‘gedeeltelijk’ label werd toegekend. De diverse clubs werden ook bezocht door afgevaardigden van Stichting Leefmilieu. Bij die bezoeken werden de reeds geleverde inspanningen geverifieerd en werden concrete tips gegeven om het nog beter te doen. Eco-Challenge werd in 2001 hernomen. Ter afsluiting geeft dhr. De Coster enkele leuke ideeën om aan milieuzorg te doen: afspraak voor het hele Clubcircuit met een direct-to-plate drukkerij waardoor heel wat milieuonvriendelijke pre-press kan worden vermeden (dit werd uiteindelijk niet gerealiseerd wegens dubbel zo duur), afspraak met bioboerderijen voor het leveren van biologische groenten voor de catering of de aankoop van milieuvriendelijke poetsproducten. 8. Ronde van de deelnemers Wouter Nicolaes - Sportpaleis Antwerpen Wouter Nicolaes, preventieadviseur, vertelt dat het Sportpaleis al een hele tijd bezig is met milieuzorg, te meer daar het gebouw in een woonwijk gevestigd is en extra aandacht zeker nodig was om kritiek van de buurt tegen te gaan. Centraal in het afvalbeheer van het Sportpaleis staat het feit dat ze proberen om het afval binnen het gebouw te houden. Dit betekent bijvoorbeeld geen sampling bij het naar buiten gaan, maar bij het binnenkomen. Herbruikbare bekers worden niet ingezet. Dit heeft deels te maken met het feit dat de pauzes te kort zijn om mensen te vragen om eerst een beker te halen en dan pas drankjes te kopen. Selectieve inzameling gebeurt enkel ‘achter de toog’, dus niet door het publiek. Het Sportpaleis voerde reeds verschillende projecten uit om de toeschouwers te sensibiliseren, maar zonder veel succes. Dhr. Nicolaes vraagt of de focus op herbruikbare bekers wel terecht is. In het Sportpaleis wordt gemiddeld 250 gram afval per bezoeker per evenement geproduceerd. Aan een gemiddelde van 3 consumpties per persoon per evenement in wegwerpbekers van 6 tot 7 gram, komt dit op 18 tot maximum 21 gram afval afkomstig van wegwerpbekers. Dit is nog geen 10 % van de totale hoeveelheid afval. Anja Van Loock – Stadsland vzw Mevr. Van Loock vervangt Helene Erauw en Luc Steenkiste van Stadsland, die in het kader van het Smash-eventsproject de hele problematiek opvolgen. Voor haar gebeurt de opvolging eerder van op afstand. Bij de invoering van milieuzorg bij Sfinks ondervinden ook zij problemen met de sponsors en het invoeren van herbruikbare bekers, evenals met het afvalwater. Ze vindt de workshop boeiend daar ze op deze manier hoort dat er overal problemen zijn en er toch wat aan gedaan kan worden.
22
STIP-preventiedossier
Tijs Vandenbroucke – Music Hall Group - Galgrock Dhr. Tijs Vandenbroucke is medeorganisator van Galgrock en is werkzaam binnen de Music Hall Group. Hij omschrijft zijn ervaringen bij beide organisaties. Music Hall exploiteert 3 zalen: Vorst Nationaal, de Capitole in Gent en de Stadsschouwburg in Antwerpen. In Vorst Nationaal worden volgende inspanningen gedaan: het uitdelen van flyers mag alleen bij het naar binnen gaan (dit om het afval binnen het gebouw te houden), sampling mag slechts in beperkte mate en er is sinds een half jaar een project met afvalophaler Van Gansewinkel opgestart om het afvalprobleem aan te pakken. Hierbij wordt o.m. gedacht aan het vermalen van bekers. Bij het invoeren van milieuzorg in een zaal stuit je op verschillende belangen en problemen. Zo werd er met sponsor Coca Cola reeds een discussie gevoerd over de keuze tussen blikjes en petflessen, maar hieruit zijn geen concrete maatregelen gevloeid. Galgrock, dat net zijn tweede editie achter de rug heeft, is een evenement in het Gentse stadscentrum. Galgrock bereikte in 2001 800 bezoekers, in 2002 waren dat er 1200. De toegang tot het evenement is gratis, waardoor het festival vooral afhankelijk is van sponsering en de inkomsten van de drank. Op het festival Galgrock hebben de organisatoren aandacht voor volgende punten: • Het gebruik van herbruikbare bekers: Galgrock leent de bekers van IVAGO om een afvalfactuur van de Intercommunale te vermijden. IVAGO ondersteunt het evenement verder met jetons, een wisselkantoor en beperkt communicatiemateriaal voor het wisselsysteem. Het gebrek aan bijkomende begeleiding door IVAGO wordt echter aangeklaagd. Er wordt ook aangehaald dat ontbrekende bekers moeten betaald worden aan IVAGO tegen de prijs van 1 euro per stuk, wat voor een klein evenement vrij duur is. • Het vermijden van wildplakken van affiches. Dit is echter niet zo makkelijk, daar in het Gentse weinig ruimte is voorzien waar je wel affiches mag plakken. • Er worden geen flyers ter promotie van het evenement uitgedeeld. Er wordt wel een digitale flyer verstuurd per e-mail. De organisatie twijfelt of ze bovenstaande punten zal hernemen voor de derde editie, wegens te weinig ondersteuning van de stad Gent, IVAGO en de provincie Oost-Vlaanderen. Maarten Kegels – Gemeente Bornem In de gemeente Bornem vindt de 100 km dodentocht plaats, waaraan gemiddeld 8000 wandelaars deelnemen. De organisatoren hebben zelf een milieucel opgericht, die op dit ogenblik zeer goed werkt omdat er voldoende vrijwilligers zijn. De milieucel werkt onder andere rond selectieve inzameling en herbruikbare bekers. De eerste maal dat de bekers werden ingezet, gebeurde dat zonder statiegeld. Er gingen toen heel wat bekers verloren, zodat sindsdien wordt gewerkt met een statiegeldsysteem. De verschillende maatregelen hebben ervoor gezorgd dat de totale hoeveelheid afval gedaald is en dat het parcours heel wat schoner achterblijft. De gemeente Bornem heeft ook zelf een uitleenpunt met o.m. herbruikbare bekers (‘De Put’). Ook het plaatselijk jeugdhuis heeft zijn eigen bekers. Robert Van Binnebeek – OVAM Dhr. Van Binnebeek vindt het spijtig dat het Sportpaleis en Vorst Nationaal wel maatregelen treffen om het afval binnen de zalen te houden, maar niet aan afvalpreventie doen. Hij is er nochtans van overtuigd dat men het publiek kan aanzetten tot milieuzorg, zeker als er ter plaatse ook begeleiding is; bijvoorbeeld door de bemanning van de afvalstraatjes. Selectieve inzameling moet zich dan ook niet beperken tot ‘achter de toog’. Bovendien heeft dhr. Van Binnebeek vooral positieve ervaringen met het systeem van herbruikbare bekers met statiegeld. Hij stelt wel de vraag of composteerbare bekers die op een natte grond terechtkomen geen smurrie worden. Dit wordt echter ontkent daar de temperatuur ook een belangrijke rol speelt bij het composteren, dewelke in dit geval te laag is. Dhr. Van Binnebeek heeft ook notie genomen van de nood aan een gesprek met de brouwerijsector. Yves Wullaert – Ancienne Belgique In de AB wordt enkel ‘achter de toog’ aan preventie en sorteren gedaan. Verder wordt ook het uitdelen van flyers en samples beperkt door de mogelijkheid te bieden om aan de ingang affiches te plakken en een stand te voorzien om flyers in te plaatsen.
23
STIP-preventiedossier
Fabian Spreeuwers – Kabinet van de Vlaamse Minister van Leefmilieu en Landbouw Dhr. Spreeuwers legt uit dat er een tijdje geleden vanuit het kabinet het Strategisch Project Afvalpreventie werd gelanceerd, dat ook een deelproject ‘evenementen’ bevat. Heel wat acties, zoals ook de door Prisma uitgevoerde studie, kaderen hierin. Daarnaast is er het Besluit van de Vlaamse regering van 29 maart 2002 en het Ministerieel besluit van 3 mei 2002 betreffende de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lagere besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen wordt uitgevoerd. Dit reglement voorziet in de subsidiëring van intercommunales en gemeenten voor o.m. de aanschaf van herbruikbare bekers en een afwasmachine. Hij neemt ook de boodschap dat de brouwerijen een belangrijke sleutel zijn, mee naar het kabinet. Dhr. Spreeuwers heeft zelf ook ervaring met evenementen, meerbepaald met Pukkelpop. Hier merkt hij op dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen de situatie op het festivalterrein zelf en op de aangrenzende terreinen, zoals bijvoorbeeld de campingsite rond het terrein. Op de aangrenzende terreinen is het heel wat moeilijker om een goed afvalbeleid te voeren. Vooral het zogenaamde ‘comfortafval’ blijkt er een probleem te zijn. Verder haalt hij nog het voorbeeld aan van de sporthal van de gemeente Bree, waar op een bevredigende manier gewerkt wordt met herbruikbare bekers, volgens een uitleensysteem zonder statiegeld. Annick De Paepe – IVVVA Gezien de opdracht en bevoegdheden van intercommunales, werkt IVVVA enkel rond het afvalaspect van milieuzorg op evenementen. IVVVA is momenteel i.s.m. het stadsbestuur en de socio-culturele verenigingen van de gemeente Bree in de voorbereidingsfase van een proefproject. Doelstelling is om de wegwerpbeker te bannen en te vervangen door herbruikbare bekers. Mevr. De Paepe merkt op dat de brouwerijen een goede partner zijn in dit project. Op termijn wil men Bree als voorbeeldgemeente kunnen gebruiken naar andere gemeenten in de IVVVA-regio. Ingrid Princen – Gemeente Hoeselt De gemeente Hoeselt zit in een beginfase wat betreft milieuzorg op evenementen. Momenteel is het politiereglement bijgewerkt met een toepassing van selectieve inzameling. Er is verder ook aan het gemeentebestuur voorgesteld om herbruikbare bekers te gebruiken op ‘Hoeselt Zomer’ en om op diverse evenementen aan gescheiden inzameling te doen. Het gemeentebestuur is akkoord gegaan met de aankoop van 1000 wisselbekers via Intercompost. Intercompost stelt deze herbruikbare bekers gratis ter beschikking van de gemeente Hoeselt en andere geïnteresseerde gemeenten. De gemeente Hoeselt zal deze bekers gebruiken in het jeugdhuis. François Jacobs – Intercompost Intercompost zet samen met de duurzaamheidsambtenaren van een aantal gemeenten uit de regio een project op touw rond het gebruik van herbruikbare bekers in jeugdhuizen en feestzalen. De campagne start in september. Er wordt getracht via de gemeenten te werken en hun de nodige verantwoordelijkheden op te leggen. Momenteel hebben reeds 8 van de 17 gemeenten hun deelname aan het project bevestigd. Vanaf de start van het project zal Intercompost gratis bekers ter beschikking stellen van de gemeenten. Een subsidieaanvraag voor dit project is momenteel in voorbereiding. Daniël Verster – Centrum voor het evalueren en testen van materieel Dhr. Verster organiseert binnenkort een opendeurdag en wou tips om dit op een milieuvriendelijke manier te kunnen doen. Trui De Waele – Krakrock Mevr. De Waele heeft heel wat informatie opgedaan om verder te werken aan het aspect milieuzorg van Krakrock.
24
STIP-preventiedossier
Luc Gaethofs – Provincie Limburg Dhr. Gaethof heeft ervaringen met milieuzorg op het wereldfeest. Voor hen is de eetstand het grootste probleem. Er werd vorig jaar gebruik gemaakt van herbruikbare bekers van Natuurpunt. Aangezien ze als openbaar bestuur niet zomaar statiegeld kunnen heffen, worden de bekers gratis aangeboden. Om het verlies te beperken worden voldoende mensen ingezet en affiches voorzien die het systeem verduidelijken. 10 % van de bekers werd mee naar huis genomen. Hilde Nechelput – AMINAL - Afdeling Water De Afdeling Water helpt Stadsland in de zoektocht naar waterbesparende maatregelen op evenementen. Mireille Theelen – Stad Hasselt Mevr. Theelen werkt mee aan de actie van Intercompost rond milieuzorg bij jeugdverenigingen, waarbij het voornamelijk gaat om kleine evenementen. Ze stelt dat daar momenteel nog niet zo veel rond gebeurt; af en toe wordt er een milieucharter afgesloten. Bovendien zit er een educatief aspect aan: de elementen van milieuzorg die kinderen leren in het kader van een jeugdvereniging, nemen ze later als adolescent of volwassene mee naar andere en soms ook grotere evenementen. De stad Hasselt werkt ook samen met de organisatoren van Pukkelpop om het festival zo milieuvriendelijk mogelijk te laten gebeuren. Deze samenwerking is erg vruchtbaar. Verder merkt ze op dat het positief is dat enkele grote zalen aanwezig zijn op deze workshop. De acties hoeven immers niet altijd van de overheid te komen. Ook de aanwezigheid van de OVAM en het kabinet van minister Dua wordt als zeer positief ervaren. Zij zijn beter geplaatst om het signaal door te geven aan de brouwerijsector en de drankleveranciers. Verder werden er nog heel wat praktische tips opgedaan. Peter Vosters – Provinciebestuur Vlaams-Brabant De provincie Vlaams-Brabant zit nog in de beginfase wat betreft milieuzorg op evenementen en kwam aldus wat inspiratie en tips opdoen, zodat er snel werk van kan worden gemaakt. Guy Duchêne – vzw Prisma- Eclips Dhr. Duchêne merkt betreffende de rol van de brouwerijen op dat er een afspraak zou bestaan tussen de brouwers onderling om de herbruikbare beker te boycotten. De officiële reden voor de weigerachtige houding is dat er nog heel wat wegwerpbekers in voorraad zijn die opgebruikt moeten worden. Volgens dhr. Duchêne ligt de ware reden echter in het feit dat het voor een brouwerij niet zozeer van belang is dat zijn product op een evenement gedronken wordt, maar wel dat de aanwezigen zien dat het gedronken wordt. Een merknaam drukken op herbruikbare bekers is echter niet zo evident, vandaar de weigerachtige houding. Een mogelijke oplossing voor de houding van de brouwerijen ligt in de federale wet op de koppelverkoop. Een tweede opmerking van dhr. Duchêne gaat over de recyclage van wegwerpbekers. Dit kan in principe verwerkt wordt tot secundaire grondstof, namelijk een verbrandingsstof. In de praktijk is de fractie echter te vervuild om economisch interessant te zijn. Bovendien is de recyclage van bekers tot hernieuwbare materialen zeer moeilijk. Dit stelt meteen de zin van selectieve inzameling op evenementen in vraag. Peter Norro – Provinciebestuur West-Vlaanderen Dhr. Norro meent, in tegenstelling tot dhr. Duchêne, dat bekers wel degelijk kunnen gerecycleerd worden, mits zij tijdens de inzameling niet vervuild geraken. Hij baseert zich voor deze uitspraak op informatie opgevraagd bij afvalinzamelaars. Voor bekers uit polypropyleen bleek dit alvast mogelijk. Op de opmerking van dhr. Van Binnebeek over het risico dat composteerbare bekers die op een natte grond vallen, in een smurrie zouden veranderen, antwoordt hij negatief. Voor een composteringsproces is naast de nodige vochtigheid immers ook een hoge temperatuur nodig, en die wordt hier niet gehaald.
25
STIP-preventiedossier
Filip Haes – Stad Antwerpen De Stad Antwerpen heeft net de ‘Fietsdag voor werknemers’ achter de rug. Op dit evenement krijgen de werknemers die met de fiets naar het werk komen een ontbijt, een drankje en een massage. Op het evenement werd extra aandacht besteed aan milieuvriendelijke catering (metalen bestek, herbruikbare bekers, grote glazen flessen, koffie van de wereldwinkel, biologische broodjes en papieren zakken) en aan selectieve inzameling van de 4 fracties. De resultaten waren op het eerste zicht goed, buiten dat er een aantal herbruikbare bekers in de PMD-fractie waren terechtgekomen. Het knelpunt bleek dan ook de communicatie met de deelnemers te zijn. Algemeen haalt dhr. Haes het probleem aan dat gemeenten erg weinig impact hebben op organisatoren. Een oplossing ligt in een wet over afvalpreventie op evenementen, meer specifiek bijvoorbeeld een verbod op wegwerpbekers. Deze taak behoort echter hogere overheden toe. Sofie Cuypers – Gemeente Boechout In Boechout wordt jaarlijks het Sfinksfestival georganiseerd. Hierbij treden problemen op met afval, geluid en energie. In het verleden had de gemeente het vrij moeilijk om de organisatoren tot milieuzorg aan te zetten. Er werden enkel afspraken gemaakt met Van Ganzewinkel om containers te plaatsen. De samenwerking met Stadsland maakte de zaken echter heel wat makkelijker. Ze heeft dan ook een goed oog in de onderhandelingen. De gemeente heeft slechts een kleine betrokkenheid bij heel de organisatie. Het is haar taak het gemeentebestuur te overtuigen en de maatregelen te ondersteunen. Betreffende de invoering van herbruikbare beker op Sfinks, zijn er 2 problemen: ten eerste is de gemeente nog niet volledig overtuigd om een financiële bijdrage te leveren daar de kosten relevant moeten zijn. Ten tweede vreest men voor een dubbele verliesfactor door het (heimelijk) gratis drank geven in een systeem van herbruikbare bekers. Als de barman iemand een gratis drankje geeft, verliest men immers niet alleen de drank, maar ook het bedrag dat de beker waard is als hij terug ingeleverd wordt. Mevrouw Cuypers zegt verder nog heel wat interessante informatie gevonden te hebben op deze workshop. Dirk De Boever – Wandeltweedaagse Blankenberge Dhr. De Boever merkt op dat een sponsor in ruil voor sampling en/of geld steeds een bepaalde return wenst, namelijk naambekendheid. Dit kan onder de vorm van wegwerpbekers met de merknaam op, maar het kan ook op een milieuvriendelijkere manier door bijvoorbeeld vlaggen met de merknaam op te hangen. Voor de wandeltweedaagse werd dhr. De Boever echter geconfronteerd met het probleem dat de gemeente Brugge geen sponsoring met vlaggen op z’n grondgebied toeliet. Op die manier wordt het erg moeilijk om de sponsor return te geven. Naast de organisator en de sponsor zijn er dus nog andere actoren in het spel. 9. Conclusies van de workshop Milieuzorg op evenementen heeft vele facetten: afvalpreventie, energiebeheer, waterbeheer, mobiliteit,… Ook de evenementen zelf zijn erg divers. 'Het evenement' bestaat niet. Zowel qua aard als grootte of milieubelasting is elk evenement verschillend. Deze diversiteit tussen evenementen en de vele facetten van milieuzorg op evenementen maken dat een specifieke wetgeving voor milieuzorg op evenementen haast onmogelijk is. Zoals dhr. Duchêne aanhaalde moet het echter wel mogelijk zijn om bepaalde eisen te koppelen aan reeds bestaande reglementen, vergunningen, etc. waaraan organisatoren of uitbaters moeten voldoen. Communicatie blijkt voor velen een belangrijk punt te zijn waarmee milieuzorg op een evenement staat of valt. Niet alleen de eigen medewerkers moeten goed zijn ingelicht, ook de bezoeker moet op de hoogte worden gebracht van het hoe en waarom. Een aantal sprekers hebben op deze workshop ook aangetoond dat er niet alleen rond afvalpreventie of selectieve inzameling wordt gewerkt, maar dat organisatoren ook reeds bezig zijn met andere facetten zoals waterbeheer of mobiliteit en daar ook resultaten mee bereiken. De toespraak van mevr. Denys heeft onmiskenbaar aangetoond dat de metingen op de Douvebeek en de maatregelen die de organisatoren van Folk Dranouter hebben genomen, hun effect zeker niet hebben gemist.
26
STIP-preventiedossier
Mobiliteit blijkt ook een aspect te zijn waar al verschillende organisatoren aan werken. Park & Ride systemen, fietsplannen en regelingen met het openbaar vervoer, afspraken met De Lijn of de NMBS, bieden vele mogelijkheden en kunnen het autogebruik enorm terugdringen. In dit verband kijken we alvast uit naar de resultaten van SMASH-events waarin mobiliteit een niet onbelangrijke rol zal spelen. Een aantal keren kwam ter sprake dat er veel meer aandacht wordt besteed aan de afvalproblematiek dan aan de andere aspecten. Een terechte opmerking; inzake water- en energiebeheer zijn er zeker bijkomende inspanningen vereist, maar dat betekent echter dat de inspanningen op het gebied van afvalpreventie mogen worden verwaarloosd. Hetzelfde gaat op voor de herbruikbare beker. De hoeveelheid afval die vermeden kan worden door het gebruik van de herbruikbare beker is (uitgedrukt in gewicht) misschien geen groot percentage van de totale hoeveelheid afval, maar het belang van deze beker mag niet worden onderschat: wie herbruikbare bekers inzet, is zich bewust van de milieuproblematiek en zal later misschien ook andere maatregelen gaan nemen! Het zopas ingevoerde subsidiebesluit dat een financiële tegemoetkoming voorziet voor de aankoop van herbruikbare bekers en afwasmachines kan daarom beschouwd worden als een extra stimulans voor milieuzorg op evenementen. Wel blijkt dat een gesprek tussen de overheid en de brouwerijsector zich opdringt. Sommige organisatoren staan immers machteloos omwille van hun afhankelijkheid van sponsors en leveranciers. We kregen een heleboel tip van de sprekers en de participanten van deze workshop. Kleine, praktische tips of aanbevelingen, maar ook suggesties voor het sluiten van heuse overeenkomsten; zoals 'de milieuwaarborg' voor uitbaters van voedselstalletjes, het 'milieucharter' voor sponsors van het evenement of een heus milieuzorgsysteem voor evenementen. Wie ze in de praktijk wil brengen, kan een kijkje nemen in de handleidingen 'milieuzorg op evenementen' die u in de literatuurlijst aantreft of je kan altijd op zoek naar een inspirerend voorbeeld in de projectendatabank van STIP.
27
STIP-preventiedossier
Bijlage 1: Smash Events
EVENTS Sustainable Mobility As part of an integrated Sustainability approacH for large events Duurzame mobiliteit als onderdeel van een geïntegreerde duurzaamheidsaanpak voor grote evenementen
Wat is SMASH-EVENTS? Het SMASH-EVENTS project test – via een aantal demonstratieprojecten – de mogelijkheden om een integrale duurzaamheidsaanpak toe te passen op grote evenementen: tentoonstellingen of beurzen, muziekfestivals, enz. Doelstelling is te komen tot een vermindering van de impact van evenementen op het milieu en op de mobiliteitsproblematiek. In het project worden verschillende vormen van milieuzorg voor festivals geïntegreerd en gecombineerd: afvalbeleid, mobiliteitsmanagement, energiebesparende systemen, natuurbehoud. De belangrijkste producten van dit internationale project zullen zijn: • De concrete resultaten van het demonstratieproject. Deze resultaten zullen aangevuld en getoetst worden aan de maatregelen en ervaringen die in het verleden de meeste vruchten hebben afgeworpen om tot een geschikt (beleids-) maatregelenpakket te komen. Meer bepaald wat het onderdeel afvalpreventie betreft zal hierbij nauw worden overlegd met de Vlaamse Afvalstoffen Maatschappij (OVAM); • Een handboek over een duurzame en milieuvriendelijke organisatie van grote evenementen (gericht op organisatoren) aan de hand van demonstraties; • Een voorstel van auditsysteem voor het evalueren van de milieuvriendelijkheid van grote evenementen Het project wordt uitgevoerd door een internationaal consortium o.l.v. Traject. Partners komen verder uit België, Duitsland, Oostenrijk en Italië. Voor België, Nederland en Frankrijk wordt het project uitgevoerd door Traject voor het mobiliteitsluik en Stadsland voor het milieuluik.
Aanpak: 1. Beknopt overzicht van de actuele aanpak. Screening van bestaande ervaringen op het vlak van evenementenvervoer in de betrokken partnerlanden. Algemeen methodologisch kader voor het geheel en specificaties voor de deelgroepen (festivals, tentoonstellingen of beurzen)
2. Vervolgens worden in 2002 enkele testprojecten gepland en uitgevoerd, waarin de duurzaamheidsaanpak wordt getest. In België zal dat gebeuren voor 2 muziekfestivals.
3. Tenslotte wordt de opgedane ervaring in 2003 toegepast op een bredere doelgroep. De bedoeling is dat de organisatoren van een brede waaier aan evenementen – met ondersteuning van Traject en Stadsland – een duurzaam milieu- en mobiliteitsbeheer toepassen.
Stadsland vzw - Boomgaardstraat 215, 2018 Antwerpen - tel.: 03/2300222 - fax: 03/2309019 - mail:
[email protected] - internet: www.stadsland.be
28
STIP-preventiedossier
Bijlage 2: VMM
2 2 2
2 2 2
8 8 8
2 2 2
20 7 20
10
9,5
2001
4
2000
2
1999
8
1998
2
t.h.v. rio 2001 1997
2
2001
2000
1999
673070 (afwaarts) 1996 1998
debiet (l/s) woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag
673075
1997
1996
Douvebeek te Dranouter VMMnr 673080 (opwaarts) jaar
8,22
5,3 3,1 1,7 1,3
1,6 3,1 2,2
1676 1278
30
18
6
50 40 50
30 30 23
24 24 24
12 12 12
6,7
2,9
9,1
11,8
0,7 0,5 0,1
1,2 1 1,2
2,9 1,3 0
2,3 1,4 1,3
7,1 5,3 3,3
Basis kwaliteits norm zuurstof (mg/L) woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag geleidbaarh eid (µS/cm) woensdag donderdag vrijdag
5,0 5,0 5,0 5,0 5,0
10,8 11,1
9,1
8,4 7,6 6,6
8,1 9,2 10,6
1000 1000 1000
863
820 722 705
677
zaterdag zondag
7,9 7,4 9 8,6 9,5
9,1 8,5 8,5
764 707 735
795
706 644
1000
754 642
851
632
1000
723 646
840
ammonium (mg N/l) woensdag
5,0
donderdag
5,0
vrijdag
5,0
zaterdag
5,0
zondag
5,0
orthofosfaat (mg P/l) woensdag
0,3
donderdag
0,3
vrijdag
0,3
zaterdag
0,3
zondag
0,3
721
0,1
1,2
0,6
0,5
0,5 0,3 6
0,2 0,1 9 0,2 0,2 6 0,2 7 0,3 9
0,2 9 1,39 0 0
0,7 5
0
0,1
0,2 1 0,7 5 0,3 3
914
793
688
740
1695
947
894
1730
104 929 5 116 1030 7 102 1156 0
773 799 788
900
940
913
1816
883
1020
0,8
6,6
0,68
92,8
22, 14,49 12,7 4,74 6 21, 25,4 14,9 4,77 8 20, 34,87 24,7 14,63 3
18, 51 34, 27
70,55
0,4
0,6 1 0,9 4 1,9 9 3,4 9
1924
0,4 5
0,2 0,1 0,7 4 5 0,4 1,3 2 0,1 0,9
924
94,4 83
0,8 0,3 3 0,27 0,2 0,13 0,2 2 0,13
normovers chrijding
29
1,95
0,52
0,62
5
2,4
1,42
1,32
0,7
5
1,8
2,35
1,61
1
3,9
2,1
3,28
2,3
2,44
115,42
5,89 7,17 8,44
STIP-preventiedossier
Bijlage 3: Eco-challenge - Startnota Actie van Stichting Leefmilieu, KBC en Het Clubcircuit Meer info: http://www.stichtingleefmilieu.be Uitgangspunten Stichting Leefmilieu/KBC ijvert voor een schoner milieu. Een van haar hoofdtaken is een zo ruim mogelijk publiek te sensibiliseren voor en te informeren over mogelijke milieuverbeteringen. ‘Op een duurzame wijze omgaan met ons milieu’ moet voor ieder burger dé attitude worden. De Stichting reikt daarvoor concrete ideeën en middelen aan. Jongeren zijn daarbij een prioritaire doelgroep. In de sponsoringstrategie van KBC Bank en Verzekering zijn jongeren een belangrijke doelgroep ("We hebben het voor u, Jongeren kansen geven”). Door het sponsoren van o.m. het Clubcircuit engageert KBC zich maatschappelijk en bouwt zij tegelijk aan een cliëntvriendelijk imago. Het Clubcircuit biedt een belangrijk forum voor nationale bands en internationale muzikale ‘middenklassers’. De activiteiten van de clubs hebben hoedanook een milieu-impact. Hier liggen heel wat aanknopingspunten voor verbetering. Als bedrijf hebben de clubs alle belang bij een correcte, duurzame zaakvoering. Hun imagobuilding en clientvriendelijkheid zullen er wel bij varen. De drie partners hebben elkaar dus veel te bieden: Stichting Leefmilieu beschikt over expertise om de milieuproblemen van het clubcircuit in kaart te brengen en haalbare voorstellen te formuleren om deze met succes aan te pakken. Het clubcircuit kan een groot doelpubliek van jongeren bereiken met een milieu-boodschap en neemt daarbij haar eigen milieu-verantwoordelijkheid opnemen. KBC is ook in dit project de facilitator die door deze samenwerking de realisatie van haar jongeren en marketing (kansen geven) verder onderbouwt en bovendien getuigt van een effectieve maatschappelijke betrokkenheid. De som van dit alles is een positieve inspanning voor het milieu die tegelijk een ‘win-win-winsituatie’ creëert voor de drie partners. Waarom milieuzorg in het clubcircuit? ?
Milieuzorg wordt dé maatschappelijke uitdaging.
?
Ook in de bedrijfswereld wordt duurzaam ondernemen een evidentie.
?
Een milieubewust imago loont. Vooral bij jongeren slaat het aan.
?
De clubs hebben wel degelijk een milieu-impact met hun activiteiten (zie verder) en staan sowieso voor milieuverplichtingen.
?
Clubs hebben er alle baat bij om via milieuzorg verschillende vormen van hinder maximaal te voorkomen.
?
De clubs hebben met hun groot en jong doelpubliek een zéér belangrijke voorbeeldfunctie.
?
Milieuzorg gaat hand in hand met de aandacht voor veiligheid en kwaliteit in de bedrijfsvoering.
?
Milieuzorg werkt besparend want verspillingen worden opgespoord en voorkomen.
?
In de beoordeling door de overheid van de clubs met het oog op subsidiëring, kan een hoge milieuscore van doorslaggevend belang zijn.
30
STIP-preventiedossier
Betrokken clubs uit het clubcircuit -
Cactusclub, Brugge N9, Eeklo De Kreun, Bissegem Democrazy, Gent Nijdrop, Opwijk Vaartkapoen, Brussel 4 AD, Diksmuide 5 voor 12, Antwerpen
Het Charter Eco-challenge : 1. Verdien het Eco-label! 2. Win de prijs voor ‘het béste eco-idee’ Plan van aanpak 1 Uitgangspunt is dat de clubs uit het Clubcircuit zich engageren tot milieuverbetering (Eco-challenge) binnen de afgesproken termijn. Daartoe stellen zij een Eco-charter op, waarin hun engagement wordt verwoord (Ja: wij gaan voor het milieu ! Ja, wij nemen onze milieuverantwoordelijkheid op!). 2 Meer concreet kunnen de clubs een Eco-label verdienen wanneer zij erin slagen een aantal milieudoelstellingen (i.c. inspanningen om de milieu-impact te verkleinen) in een zestal milieudomeinen te verwezenlijken. Het label bestaat uit 6 fracties (bv. een klaverblad met 6 blaadjes), waarbij naargelang het engagement van de club een ‘volledig’ label van 6 blaadjes (= positieve resultaten op de 6 milieudomeinen) dan wel een ‘gedeeltelijk’ label (= één blaadje per domein waarin gescoord wordt) wordt toegekend. De inspanningen kunnen dan ook over enkele jaren worden gespreid. De zes domeinen betreffen: afval, lawaai, energie, aankoop van producten, water, verkeer/mobiliteit,… Het komt er op aan op alle vragen (zie verder ‘Eco-challenge-enquête’) met een JA te kunnen antwoorden. 3 Naast het behalen van het label kunnen de clubs ook meedingen naar de ECO - prijs. Deze prijs wordt uitgereikt aan de club die binnen de afgesproken termijn het beste vernieuwende idee inzake milieuzorg voorlegt. KBC en Stichting Leefmilieu reiken elk een bedrag van BEF 20.000 uit aan de winnende club. 4 Dit project wordt via geëigende middelen gecommuniceerd naar het cliënteel van de clubs. Onder andere komt in alle clubs een speciale Eco-challenge-affiche. De clubverantwoordelijken ontvangen: - onderhavige ‘Startnota Eco-challenge’ waarin de milieuproblematiek van het Clubcircuit én het plan van aanpak bondig wordt geschetst; - een Eco-challenge- enquête (zie bijlage 1) rond de zes milieudomeinen. De enquête geeft aan waar de actiepunten liggen. Einddoel is op àlle vragen positief te antwoorden; - een scoreblad ‘Meten is weten’ (zie bijlage 2) waarin voor elk thema de vorderingen kunnen worden genoteerd (start- en maandresultaten); - een brochure ‘Eco-challenge: ZO gaat u ervoor!’ (zie bijlage 3), met, per milieudomein, bruikbare tips om het eco-label te behalen. 5 Enquête én scoreblad zijn, naast een bezoek ter plaatse, de basisinstrumenten op basis waarvan door een onafhankelijke jury het eco-label al dan niet zal worden toegekend.
31
STIP-preventiedossier
Voordelen van deze aanpak -
eenvoudig blijvende resultaten op korte termijn een positieve uitstraling voor de drie partners concrete, goed communiceerbare resultaten naar pers toe duurzame attitudeverandering zowel binnen de clubs zelf als bij de bezoekers positieve winst voor het milieu een gestructureerde en geïntegreerde aanpak van de milieuzorg
Focus op zes milieuthema’s De typische milieuproblemen waarmee men in de clubs te maken heeft zijn: I Afval II Lawaai III Energie IV Water V Aankoop van producten VI Verkeer/mobiliteit I Afval De hoeveelheid afval in Vlaanderen is hoog en blijft toenemen. Toch kan er veel gebeuren De vuistregel is steeds (in dalende orde van belangrijkheid): 1. voorkomen 2. hergebruiken 3. recycleren 4. op milieuvriendelijke wijze verwerken In 1998 werd in Vlaanderen 3.116.871 ton huishoudelijke afvalstoffen ingezameld. Dit is een toename met 0,2 % t.o.v. 1997. Per inwoner bedraagt de totale geproduceerde hoeveelheid huishoudelijke afvalstoffen 527,18 kilogram voor 1998, wat een toename met 1,22 kilogram per inwoner t.o.v. 1997 betekent. Ook de clubs produceren heel wat afval dat, met de nodige inspanningen, voorkomen kan worden, of, zo dat niet kan, gesorteerd wordt met het oog op hergebruik, recyclage of verwerking. Denk bijvoorbeeld aan de hoeveelheid plastic bekers… Overigens bestaan hiervoor perfecte milieuvriendelijke alternatieven ! Belangrijke afvalfracties zijn: papier, glas, Plastic Metaal en Drankverpakkingen (PMD), Groente-, Fruit en Tuinafval (GFT), verpakkingen,… II Lawaai In ons dichtbevolkte en dichtbebouwde landje is stilte een schaars goed geworden. De recente ontwikkelingen rond de luchthavens van Zaventem en Antwerpen illustreren het groeiende maatschappelijk belang dat aan lawaaihinder wordt gehecht. De wetgever stelt zeer specifieke normen op voor geluid, afhankelijk van de plaats (i.c. woonzone, industriezone, natuur,…), het tijdstip (een onderscheid wordt gemaakt tussen lawaai overdag, ‘s avonds en ‘s nachts) en zelfs de aard van het geluid (intermitterend, impulsachtig, ononderbroken,…). Lawaaihinder kan roet in het eten gooien, zelfs bij de best bedoelde initiatieven. De clubs hebben er dan ook alle baat bij om er effectief iets aan te doen. Lawaai moet bij de bron worden aangepakt. In de clubs kan te luide muziek voor lawaaihinder zorgen. Minder luid spelen kan een oplossing zijn, maar is vaak slecht ‘verkoopbaar’ bij het aanwezige publiek. Technische ingrepen zoals een goede isolatie, doordachte inrichting van de gebouwen enz, kunnen hier veel verhelpen. Bovendien komt een degelijke isolatie ook de energiefactuur ten goede. Veel lawaai komt bovendien van bezoekers, verkeer enz. Ook hier zijn een aantal maatregen mogelijk.
32
STIP-preventiedossier
III Energie Vlaanderen springt nog veel te kwistig om met energie. Toch zijn van alle milieumaatregelen de energiebesparende wellicht financieel het meest lonend. De hoogte van de energiefactuur is immers evenredig met het verbruik. De Vlaamse overheid (VIREG) verleent subsidies voor energiebesparing. Ook u kan meedoen met uw bedrijf, vereniging of club! VIREG nodigt particulieren, studiebureaus, bedrijven, gemeentebesturen, bibliotheken, scholen, sociaal-culturele verenigingen, jeugdorganisaties, wetenschappelijke instellingen, enz. uit om in oktober 2000 zelf een activiteit te organiseren. Heeft u een interessant idee om de bewustwording inzake rationeel energiegebruik bij de Vlaamse bevolking, bedrijven en instellingen aan te scherpen en wenst u hiervoor de handen uit de mouwen te steken, dan kan u terecht bij het ViregProgrammasecretariaat. Men zal zullen uw activiteit evalueren en indien positief bevonden, op het register van de activiteiten noteren! Was u van plan reeds vóór oktober een dergelijke activiteit te organiseren, stel ze dan voor één keer uit tot morgen en profiteer van de algemene publiciteit die er in oktober rond energiebesparing zal worden verspreid. Informatie: Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Vireg-Programmasecretariaat, Markiesstraat 1, 1000 Brussel, tel. 02/553.39.49, fax. 02/553.39.17, e-mail:
[email protected] Ook in de clubs wordt veel energie gebruikt: verwarming, koeling, verlichting (binnen en buiten), muziekinstallatie, … Maar vaak kunnen eenvoudige investeringen (bv. installatie van spaarlampen, vervanging van versleten toestellen,…) en kleine organisatorische ingrepen een gevoelige besparing opleveren. Ook isolatie drijft de verwarmingskost ver naar beneden, en komt bovendien de lawaaibestrijding ten goede. In de energieproductie is het aandeel van de duurzame energiebronnen nog zeer gering. De meeste energie is afkomstig uit kerncentrales en fossiele brandstoffen. Maar wind- en zonne-energie zitten stilaan in de lift. Voor de installatie van zonnepanelen is trouwens een aantrekkelijke subsidie mogelijk…. Voor heel wat energieverbruikende toepassingen zijn steeds meer milieuvriendelijke alternatieven beschikbaar. IV Water en afvalwater We staan er niet veel bij stil, maar water is een kostbaar en steeds schaarser goed. Het verbruik van water loopt hoog op. Bovendien wordt nog al te vaak water verspild. Denk bv. aan lekkende kranen, overdreven hoeveelheden spoelwater, e.a. Ook in de clubs wordt (uiteraard) water gebruikt: voor de sanitaire installaties, keuken/tap, schoonmaak,… Maar gebeurt dit altijd even efficiënt? V Aankoop van (milieu-onvriendelijke) producten De tijd dat milieuvriendelijke producten minder goed of duurder waren dan conventionele is voorgoed voorbij. In de clubs worden wellicht heel wat klassieke producten gebruikt waarvoor goeie en duurzame alternatieven bestaan. Denk hierbij aan afwasmiddelen, schoonmaakproducten, ontsmettingsmiddelen,… Maar ook bij de aankoop van papier, drukwerk, toners, en allerlei andere bureelbenodigdheden kan aan het milieu worden gedacht. Hienra volgt een lijst en met merken/producten die hoog scoren op milieuvlak en over de ganse lijn perfect de vergelijking met hun minder duurzame concurrenten kunnen doorstaan. VI Verkeer/Mobiliteit Het wegverkeer is misschien wel ‘het’ zorgenkind van deze tijd: luchtvervuiling, lawaai, afval, onveiligheid, files, … En dat terwijl er vaak goede alternatieven bestaan die het milieu sparen: verplaatsingen te voet, met de fiets, met trein, bus, tram of metro, carpooling ... (Bovendien heeft nog nooit iemand die van de tram stapte in het zakje moeten blazen…). Voor de clubs is het verkeer van en naar de optredens vaak een belangrijke oorzaak van lawaai, drukte en ergernis bij buurtbewoners.
33
STIP-preventiedossier
Bijlage 4: Eco-challenge - Enquête Actie van Stichting Leefmilieu, KBC en Clubcircuits Meer info: http://www.stichtingleefmilieu.be I. AFVAL JA/NEE/NVT*
1. We streven naar zo weinig mogelijk afval 2. Wegwerpproducten zijn bij ons taboe 3. De taken inzake afvalbeheer zijn binnen de club evenwichtig verdeeld 4. Er is een goede samenwerking met de gemeentelijke reinigingsdienst 5. We investeren in 'handige' inzamel- /recyclingsystemen 6. Het selectief ophalen van afvalfracties gebeurt optimaal 7. Compost wordt selectief opgehaald 8. De omgeving van onze club is netjes
(*) NVT = niet van toepassing. II LAWAAI JA/NEE/NVT 1. Buren hebben geen last van onze club 2. Ons lokaal is optimaal geïsoleerd 3. Onze gevel laat geen geluid door 4. Onze ramen laten geen geluid door 5. Indien noodzakelijk kunnen de muziekinstrumenten worden gedimd 6. Zelfs bij lawaai, kan ons lokaal verlucht worden 7. We brengen een geluidsscherm aan
34
STIP-preventiedossier
III ENERGIE JA/NEE/NVT 1. Onze club is uitstekend geïsoleerd 2. We hebben thermostatische kranen 3. Er zijn afspraken over wie de verwarmings-/verlichtingsknop dichtdraait 4. Wij gebruiken spaarlampen 5. De CV-leidingen zijn voldoende geïsoleerd 6. Er zijn tochtstrippen aangebracht 7. Er is radiatorfolie 8. Er zijn voorzetramen/er is dubbel glas
IV WATER 1. Er zijn geen lekkende kranen 2. Het regenwater wordt opgevangen en opnieuw gebruikt (bv. voor de schoonmaak) 3. Onze toiletten hebben een minimaal waterverbruik 4. Onze toiletten worden niet gebruikt als afvalbak
35
STIP-preventiedossier
V AANKOOPBELEID JA/NEE/NVT 1. Overbodige verpakkingen worden systematisch geweigerd 2. Wij gebruiken milieuvriendelijk papier 3. Wij vermijden wegwerpbatterijen 4. Onze schoonmaakmiddelen zijn milieuvriendelijk 5. Producten met een logo ‘gevaarlijk’ op de verpakking vindt u niet in onze club . 6. Lege tonercartridges worden terugbezorgd aan de leverancier 7. Onze drankautomaat bevat statiegeldflessen 8. Wij gebruiken milieuvriendelijke koffiefilters/filterzakjes 9. Producten worden zo veel mogelijk ‘in het groot’ aangekocht
VI MOBILITEIT JA/NEE/NVT 1. Wij bevorderen car-pooling 2. Op elke uitnodiging voor een concert of voor een ander initiatief openbaar vervoer gepromoot 3. We hebben een fietsenstalling
36
wordt het
STIP-preventiedossier
Bijlage 5: Eco-challenge - Zo gaan we ervoor Actie van Stichting Leefmilieu, KBC en Clubcircuits Meer info: http://www.stichtingleefmilieu.be I AFVAL Algemeen streefdoel X het verminderen van het afvalvolume X het selectief inzamelen van het nog aanwezige afval X het milieu-verantwoord verwijderen van het restafval Gaan we er voor? 1. Beperk afval Vraag naar de ervaringen van de clubleden rond dit thema. Welke producten resulteren in nutteloos restafval? Op welke gebied zou er globaal flink wat verbeterd kunnen worden? Wat is - bekeken vanuit milieuoogpunt - de stand van zaken? Welke doelen kunnen we ons stellen? Gebeurt er al wat om die te verwezenlijken en zo ja, wat? Wat moet er verder nog gebeuren? 2. Vervang wegwerpproducten door duurzame producten Ideeën genoeg: plastic bekers vervang je best door polycarbonaatbekers. Voorverpakte koffieroom vervang je door een melkfles. Vermijd plastic lepeltjes, afzonderlijk verpakte suikerklontjes, enz. 3. Een evenwichtige taakverdeling Stel een 'algemene afvalcoördinator' aan, een 'compostmeester', een verantwoordelijke KGA, … Bij introductie van nieuwe maatregelen is een goede communicatie naar de leden toe uiteraard méér dan noodzakelijk. Zorg voor een duidelijke briefing. Bereken de kostenbesparingen die een 'afvalarme' aanpak met zich meebrengt. Breng ook de kosten in rekening die nodig zijn voor het transport van afval, voor een stort-vergoeding.. 4. Overleg met de gemeentelijke reinigingsdienst Ga na welke informatie, acties en plannen men heeft met betrekking tot afvalvermindering. Dat kan variëren van gescheiden inzameling van GFT (groente-, fruit- en tuinafval), PMD (Plastiek, Metaal en Drankafval) tot het ophalen van oude koelkasten en grof vuil … 5. Een 'handig' inzamel-/recyclingsysteem Bekijk wààr je het papier en glas best apart kan opslaan. Recupereer dozen voor de verzameling van oud papier (= veel handiger dan een vuilnisbak vol propjes). Bedenk een praktisch systeem om drankkratten en leeggoed te stapelen. Misschien kan een ‘blikkenpers’ zijn diensten bewijzen … 6. Selecteer! Maak op een visueel aantrekkelijke manier duidelijk op welke manier en wààr het afval (selectief!) terecht kan: affiches, regenbestendige containers, tekstbordjes met 'Papier hier', 'Restafval' ... Kortom: zorg voor een duidelijke signalisatie, een originele inkleding, een ‘mini’-containerparkje. 7. Composteer Sommige gemeenten geven subsidie voor de aanschaf van compostbakken. Andere gemeenten hebben een specifiek ophaalsysteem voor organisch afval .... 8. Een nette buurt Is er veel troep in de onmiddelijke omgeving? Wat wordt eraan gedaan? Zijn er voldoende vuilnisbakken? Worden ze regelmatig geledigd?
37
STIP-preventiedossier
II LAWAAI Algemeen streefdoel X Geen lawaaihinder! Gaan we er voor ? 1. Muren hebben oren Beter een goed overleg met de buren dan een burenruzie! Maak afspraken. Verwittigen vooraf wanneer zich een bepaald luidruchtig evenement zal voordoen (en nodig u buren uit!) Miscshien kan een limiet worden voorgesteld? Vooral nachtlawaai kan de nodige wrevel opwekken. Er wordt gesteld dat het geluidsniveau voor een optimale nachtrust niet méér mag zijn dan 30 dB(A)!.. 2. Isolatie Binnenshuis kunnen eenvoudige isolatietechnieken heel wat verhelpen. Plaats vaste elektrische toestellen niet tegen de gemeenschappelijke scheidingsmuur. Zorg voor een zachte vloerbedekking. Rubberdopjes, tochtbanden en goed afgestelde deurvangers voorkomen dat deuren met een harde klap worden dichtgeslagen. Eventuele kieren kunnen worden opgevuld met siliconenkit. Zijn deze kleine ingrepen niet voldoende, dan is het misschien nodig om de muren te isoleren met voorzetwanden. 3. Gevel Het geluidsisolerend vermogen van een gevel hangt grotendeels af van de materialen met de zwakste geluidswerende eigenschappen. Dit is bijna altijd het glas. Metselwerk zwakt het geluid af met ongeveer 50 dB(A), glas - van 4 mm dikte - met slechts 25 dB (A). Hoe dikker het glas, hoe meer het geluid gedempt wordt. 4. Ramen De beste resultaten om geluid af te remmen worden bereikt met dubbele ramen (niet te vewarren met dubbele beglazing). Er worden twee afzonderlijke kaders in de vensteropening aangebracht, met een brede spouw tussen de beide ruiten (geluid wordt met 40 dB(A) afgezwakt). Verder bestaat ook akoestische beglazing, dubbel glas dat speciaal werd ontworpen voor geluidsisolatie. 5. We want more Niet iedereen weet loeiharde muziek te waarderen en het lijkt dus aangewezen om het geluid (op zijn minst tijdens de repetities) te beperken. Een piano kan op rubberen blokken geplaatst worden en liefst zo ver mogelijk van de scheidingsmuur vandaan. Een laag vilt onder of achter de boxen helpt ook al veel. 6. Moet er nog lucht zijn? Het dichtmaken van deuren, ramen, kieren,en andere kleine openingen geeft een geluids(en warmte-!) isolerend effect. Toch is een minimale verluchting in het lokaal méér dan noodzakelijk. Een (dure) oplossing is het laten inbouwen van een suskast. Deze speciale ventilatieopening laat geen geluid - maar wél lucht - door. 7.Ontwerp een geluidsscherm Wie nabij het lokaal over een groen strookje beschikt, kan een geluidsscherm plaatsen. Het materiaal ervan moet ondoordringbaar zijn.Volle houten panelen of metalen schermen geven meer resultaat dan gevlochten houten schuttingen. Achter een scherm van 2 meter hoogte daalt de geluidssterkte met 10 dB(A). Een dichte beplanting aan weerszijden van het scherm zal de hinderlijke weergalm van lawaai in een gesloten bebouwing wat dempen.
38
STIP-preventiedossier
III ENERGIE Algemeen streefdoel X Lager energieverbruik = winst voor het milieu en voor de portemonnee Gaan we er voor ? 1. Isolatie Door goede isolatie kan het warmteverlies in uw lokaal tot 50 procent worden verminderd. Een aantal isolerende voorzieningen zijn zeer eenvoudig aan te brengen. Borstelprofielen, schuimband of kit kunnen heel wat kieren afsluiten. Een zwaar gordijn achter de voordeur of een afsluiting met een vouwdeur kunnen een goed resultaat opleveren! 2. Thermostatische kranen Door het installeren van thermostatische radiatorkranen kan u de temperatuur beter regelen. 3. Wie draait de verwarmingsknop dicht? Stel iemand aan die één uur voor het afsluiten van een vergadering/activiteit de verwarming tempert. Geef de zon ‘s winters de kans binnen te komen. Zet de verwarming uit in kamers die u niet gebruikt. 4. Mag het licht uit? Vermijd onnodige verlichting. Vervang lampen die langdurig aan blijven door de bekende TL-lampen of door energiezuinige lampen (spaarlampen). Deze lampen geven evenveel licht als gewone lampen, maar vragen minder elektriciteit. Bovendien gaan zij vijf maal langer mee dan gewone lampen. Door het installeren van een minuterie kan u ervoor zorgen dat het licht na een bepaalde tijdsduur automatisch uitgaat. 5. Warm, maar zuinig Laat CV-leidingen zo goed mogelijk isoleren, vooral in ruimten die niet verwarmd worden, zoals in de kelder, op zolder,… 6. Tochtstrips In doe-het-zelf-zaken zijn verschillende soorten tochtweringen te koop: zelfklevende strips of tochtbanden, soepelblijvende kit, metalen strips en metalen of kunststofprofielen,… 7. Meer warmte met radiatorschermen Radiatorschermen worden tussen de radiotor en de buitenmuur geplaatst. Eén kant ervan is voorzien van reflecterende aluminiumkleurige folie. De folie kaatst de de warmtestralen terug. 8. Voorzetramen/dubbel glas: energiebesparend! Dubbelglas is duur maar heeft als voordeel dat de ruit niet beslaat. Bij voorzetramen laat men best enkele ventilatie-openingen zitten, om beslaan te voorkomen. Overgordijnen uit een dichtgeweven stof - met goede aansluiting tegen het plafond - kunnen extra energiebesparing opleveren.
39
STIP-preventiedossier
IV WATER Algemeen streefdoel: X goede intiatieven voor minder waterverbruik! Gaan we er voor? 1. Minder water door de kraan Repareer een lekkende kraan zo snel mogelijk. Tien druppels per minuut betekent een verspilling van circa 250 liter water per jaar! Op de kraan bij de toog of het aanrecht kan u een waterbespaarder monteren. U spaart daarmee 25 tot 50% water. Nog een tip: ééngreepsmengkranen of thermosthatische kranen zijn zuiniger dan mengkranen met twee knoppen. 2. Doe iets met regenwater Door het regenwater op te vangen en opnieuw te gebruiken kan een behoorlijke slok worden bespaard. 3. Onze toiletten hebben een minimaal waterverbruik Door effectieve maatregelen kan hier per jaar wel duizenden liter worden bespaard. Wie een nieuw toiletsysteem moet uitzoeken, kiest best voor een dubbelde drukknop, waarmee de hoeveelheid water gedoseerd kan worden, naar behoefte. 4. Gebruik de toiletten niet als afvalbak Spoel geen etensresten, verfresten, olie, condooms, maandverbanden, … door de wc. Ze geven alleen maar een onnodige belasting aan de rioolwaterzuiverings-installaties en uiteindelijk aan ons oppervlaktewater
40
STIP-preventiedossier
V AANKOOPBELEID Algemeen streefdoel X Duurzame en milieuvriendelijke producten: daar gaan wij voor Gaan we er voor? 1. Weiger overbodige verpakking Bespreek het met uw leverancier: vermijd plastic zakjes, brik-, blik-, aluminium- of piepschuimverpakkingen. 2. Papier Kringlooppapier is vandaag in alle kleuren, formaten en dikten te krijgen.Kopieermachines kunnen er perfect op worden afgesteld. Gebruik het dubbelzijdig. Wees zuinig met de verdeling van pamfletten, folders, e.d.. 3. Verban batterijen Of - indien absoluut noodzakelijk - kies voor oplaadbare en/of kwikvrije batterijen. 4. De groene poetsploeg Voor afwassen, dweilen en wassen vind je in natuurwinkels een heel gamma natuurvriendelijke onderhoudsproducten (zoals de Ecoverproducten). 5. Lees goed de verpakking Vermijd bleekwater en chloorverbindingen. Kies voor verf op waterbasis, lijm zonder oplosmiddelen. Enkel bij volledig biologisch afbreekbare producten blijft de milieuschade beperkt omdat ze na een zekere tijd afgebroken worden. 6. Lege tonercartridges Kies voor een firma die lege inkt- en tonercassettes van uw printer en kopieertoestel inzamelt en opnieuw vult. 7.De slag om de drankautomaat Er zijn flesjesautomaten die ook statiegeld uitkeren bij teruggave van de lege flesjes. Vermits hergebruik een betere oplossing is dan recycleren, is dit de beste oplossing. 8. En dan is er koffie Koffiefilterzakjes zijn tegenwoordig niet meer allemaal smetteloos wit. Het bruine ‘milieuvriendelijke’ filterzakje heeft in korte tijd een stevige positie op de markt verworven. Dat is terecht: bij het witten van papier wordt vaak met chloor gebleekt. Nog duurzamer is het gebruik van een metalen filter. 9. Zie het groot Kopen in het groot of 'bulk'goederen kopen, betekent dat je opteert voor één groot pak i.p.v. een hoop kleintjes van hetzelfde artikel. Zo vermijdt u veel verpakkingsmateriaal.
41
STIP-preventiedossier
VI MOBILITEIT Algemeen streefdoel X minder wegverkeer!
VI MOBILITEIT JA/NEE/NVT 1. Organiseer u! Moedig het systeem van car-pooling aan. Het is trouwens gezelliger dan alleen ergens heen te rijden. Maak afspraken om beurtelings te rijden. (U hoeft dan ook niet altijd BOB te zijn). 2. Moedig het openbaar vervoer aan Informeer u over de mogelijkheden van het streek- en stadsvervoer en zorg voor een actieve promotie in uw communicatie naar derden: uitnodigingen voor concerten, programmaboekjes… 3. Kies eens voor de fiets Fietsen is, na lopen, de meest milieuvriendelijke wijze om je te verplaatsen . Voorzieningen die het fietsen aantrekkelijker maken zijn dan ook meer dan noodzakelijk. Een volwaardige fietsstalling en een duidelijke wegwijzer kan de fiets vast populairder maken.
42
STIP-preventiedossier
Bijlage 6: De projectendatabankfiche De onderstaande fiche voor de projectendatabank is terug te vinden op de site (www.stip.info/docs/projectfiche.doc) maar nemen we ook in dit dossier op met de warme oproep om de informatie over de preventieprojecten door te geven aan STIP.
Projectfiche Om de projectendatabank verder te laten groeien, hebben we uw medewerking nodig! Kent u nog een interessant preventieproject, hebt u opmerkingen of suggesties of hebt u ergens een fout opgemerkt? Laat het ons dan weten! Stuur het ingevulde formulier naar: STIP - Stationsstraat 110 - 2800 MECHELEN. Faxen kan op nummer 015/41.30.72, of stuur een e-mailt naar
[email protected] •
Naam van het project :
•
Korte omschrijving :
•
Doelgroep(en) : ( bijvoorbeeld : scholen, KMO's, verenigingen ,… )
•
Onderwerp(en) : ( bijvoorbeeld : afvalarme evenementen, duurzaam bouwen,… )
•
Organisator(en) van het project :
•
Locatie(s) : ( gemeentelijk, provinciaal, intercommunaal )
•
Start- en einddatum :
•
Resultaten van het project :
•
Waar of bij wie kunnen geïnteresseerden terecht voor meer informatie over het project ? Ø
Naam persoon of organisatie : …
Ø
Telefoonnummer : …
Ø
E-mail : …
Ø
Website : …
43
STIP-preventiedossier
STIP, het Steunpunt en Informatiecentrum voor Preventie van afval en emissies, is een initiatief van AMINAL, OVAM, VLM en VMM. STIP geeft bedrijfsintermediairs en intermediairs in relatie tot de burger een ruggensteun door informatie over Afval- en EmissiePreventie te verzamelen, te structureren en te verspreiden. Bovendien wil STIP een waar netwerk van ervarings- en informatieuitwisseling tot stand brengen. • • • • • •
De informatiedoorstroming wordt gerealiseerd via de website, www.stip.info, waar AEP-informatie (Afval- en EmissiePreventie) per doelgroep én per preventiethema terug te vinden is. Daarnaast beheert STIP samen met de OVAM de website www.milieuwinst.be waar, naast een groot aantal praktijkvoorbeelden, honderden preventiemaatregelen per bedrijfssector terug te vinden zijn. Ook de nieuwsbrief “STIP-berichten”, die aan de hand van korte berichten het belangrijkste preventienieuws weergeeft, vormt een belangrijk communicatiemiddel. De jaarlijkse studiedag en de workshops zijn zeer efficiënt om informatie te verspreiden en ervaringen uit te wisselen. Een ander medium is de projectendatabank, waar tal van preventieprojecten en -initiatieven gericht op de burger, staan vermeld. Bovendien staat het infoloket (
[email protected] of 015/28.43.03) steeds open voor vragen over AEP.
Verspreiding van kennis en informatie is onze belangrijkste taak. Wij delen deze informatie graag met u. Mogen wij u echter vragen bij de verspreiding van de informatie steeds melding te maken van de bron.
44