GENK
MILIEUVERKLARING 2012 over de resultaten van 2011 in het kader van EMAS
augustus 2012
Voorwoord EMAS versie III (Eco-Management and Audit Scheme) is het communautair milieubeheersysteem en milieuauditsysteem dat is ingevoerd door de Europese verordening (EG) nr. 1221/2009 van 25 november 2009. Organisaties kunnen op vrijwillige basis deelnemen aan dit systeem. De organisaties die voldoen aan de voorwaarden van EMAS worden door de overheid opgenomen in een register en jaarlijks bekendgemaakt in het publicatieblad van de Europese Gemeenschap. ISO 14001 is een internationaal aanvaarde norm voor milieuzorgsystemen. Het bevat eisen waarmee een organisatie de milieuaspecten kan beheersen en de prestaties van het systeem kan verbeteren. Om te voldoen aan de vereisten van ISO14001 moeten bedrijven een milieubeleid vaststellen, een milieuprogramma en beheersysteem invoeren, interne milieuaudits doorvoeren. Zij kunnen hun milieuzorgsysteem laten controleren door een onafhankelijke erkende certificatie-instelling waarna ze, indien ze voldoen aan de criteria van deze norm, een certificaat bekomen. Organisaties die een milieuzorgsysteem invoeren volgens EMAS dienen hiernaast aan te tonen dat zij de naleving van de milieuwetgeving verzekeren. Hiertoe maken de organisaties een initiële milieuanalyse waarin wordt vastgesteld hoe ze vanuit milieuoogpunt functioneren en welke milieuaspecten van toepassing zijn. De organisaties moeten zowel de directe als de indirecte milieuaspecten van de activiteiten, producten en diensten in aanmerking nemen en zijn verplicht tot gestage verbetering van hun milieuprestaties. De organisaties moeten een open dialoog voeren over de milieueffecten en dienen hun werknemers te betrekken bij het proces ter gestage verbetering van de milieuprestaties. Tevens dienen zij een milieuverklaring, het rapport dat hier voorligt, op te stellen en deze te laten valideren door een erkende milieuverificateur. Op 27 september 2004 verkreeg Sadepan Chimica nv te Genk het milieuzorgcertificaat ISO 14001:1996 en werd het beleid, het programma, het beheersysteem, de milieuanalyse en de milieu-auditprocedure evenals de milieuverklaring over de resultaten van het eerste semester gevalideerd in overeenstemming met de EMAS-verordening. Op 18 juli 2005 werd de toetsing met ISO 14001:2004 uitgevoerd. Sinds 2004 werd jaarlijks de validatie uitgevoerd van de milieuverklaring. In september werd een combi-audit met goed gevolg uitgevoerd voor de hercertificatie van alle bovenvermelde systemen. De voorliggende verklaring geeft nu niet enkel de resultaten weer van 2011, maar geeft via grafieken en tabellen de evolutie weer van de belangrijkste milieu-indicatoren van minimum de laatste 5 werkjaren. In dit rapport blijven bijkomende onderwerpen behandeld zoals voorgeschreven in de vereisten van de decretale milieuaudit die Sadepan Chimica nv conform Vlarem II periodiek dient te ondergaan. Wij hopen dat de informatie in deze verklaring duidelijk voor u is weergegeven. Mocht dit niet zo zijn, of u heeft nood aan bijkomende informatie, twijfel dan niet en neem contact met ons op via E-mail:
[email protected] of telefonisch op 0032 (0)89 360 720.
Dr. P. Bellotti CEO
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
3
Zorgsystemen en externe audits “De invoering van een QSE-zorgsysteem bij Sadepan Chimica nv te Genk is een beslissing die kadert in ons permanent streven naar een continue verbetering op gebied van kwaliteit, veiligheid en milieu. Dit QSE-zorgsysteem voldoet aan de vereisten van de ISO 9001 , OHSAS 18001, ISO 14001 normen, de EMAS-verordening en de Seveso-richtlijn. Het is een proces dat reeds jaren geleden werd ingezet door onze moederfirma, de gruppo Mauro Saviola. De Sadepan Chimica vestigingen in Italië zijn reeds sinds 1999 geregistreerd onder EMAS. We verwijzen voor meer informatie naar de website www.grupposaviola.com.”
4
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
Inhoudstabel Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 Inhoudstabel............................................................................................................................................ 5 1. BEDRIJFSACTIVITEIT ............................................................................................. 6 1.1. Algemeen ................................................................................................................................... 6 1.2. Beschrijving van de productie-activiteiten................................................................................. 6 1.2.1. Ondersteunende processen en hulpeenheden ............................................................................. 7 1.3. Productieresultaten..................................................................................................................... 9 2. HET QSE-BELEID EN HET QSE-MANAGEMENTSYSTEEM ................................ 11 2.1. Beleidsverklaring en milieuprogramma ................................................................................... 11 2.2. QSE-managementsysteem........................................................................................................ 13 3. BELANGRIJKSTE MILIEUASPECTEN .................................................................. 15 3.1. Directe milieuaspecten ............................................................................................................. 18 3.1.1. Emissies in de lucht.................................................................................................................. 18 3.1.2. Lozing van (afval)water ........................................................................................................... 19 3.1.3. Vorming van afvalstoffen ........................................................................................................ 20 3.1.4. Bodem en grondwater .............................................................................................................. 21 3.1.5. Verbruik van natuurlijke hulpstoffen ....................................................................................... 22 3.1.6. Lokale hinder ........................................................................................................................... 23 3.2. Indirecte milieu-aspecten ......................................................................................................... 24 3.2.1. Onderaannemers....................................................................................................................... 24 3.2.2. Aankoop van chemische producten.......................................................................................... 24 3.2.3. Verkoop van chemische producten .......................................................................................... 24 3.3. Externe veiligheid .................................................................................................................... 25 4. RESULTATEN VAN DE MILIEURELEVANTE INDICATOREN .............................. 26 4.1. Verbruik van natuurlijke hulpstoffen ....................................................................................... 26 4.1.1. Verbruik van water................................................................................................................... 26 4.1.2. Verbruik van energie en elektriciteit........................................................................................ 27 4.2. Emissies lucht .......................................................................................................................... 28 4.2.1. Geleide emissies via naverbranders ......................................................................................... 28 4.2.2. Geleide emissies van noodstoomketel ..................................................................................... 29 4.2.3. Totale CO-emissies en Nox-emissies ....................................................................................... 29 4.2.4. Emissies van broeikasgassen (CO2) ........................................ Error! Bookmark not defined. 4.2.5. Fugitieve emissies .................................................................................................................... 30 4.3. Lozing van (afval)water ........................................................................................................... 31 4.3.1. Bedrijfsafvalwater .................................................................................................................... 31 4.3.2. Koelwater ................................................................................................................................. 33 4.4. Afvalstoffen ............................................................................................................................. 34 4.5. Lokale hinder ........................................................................................................................... 35 4.5.1. Geluid....................................................................................................................................... 35 4.5.2. Mobiliteit.................................................................................................................................. 35 5. MANAGEMENTOPVOLGING VAN DE SYSTEEMPRESTATIES........................... 37 6. ANDERE INDICATOREN VAN MILIEUBEHEER.................................................... 38 7. MILIEUPROGRAMMA ............................................................................................ 39 7.1. Evaluatie doelstellingen 2010 .................................................................................................. 39 7.2. Doelstellingen 2011 ................................................................................................................. 40 8. VALIDATIEVERKLARING ...................................................................................... 41 9. VERKLARENDE WOORDENLIJST EN AFKORTINGEN ....................................... 42
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
5
1.
Bedrijfsactiviteit Algemeen
1.1.
Sadepan Chimica nv te Genk is een bedrijf dat deel uitmaakt van de Italiaanse groep Gruppo Mauro Saviola die sedert 1963 werkzaam is in de sector van de productie van spaanderplaten. Ten behoeve van de productie, en in synergie met de activiteiten van de productie van spaanderplaten van de groep, werd de activiteit uitgebreid met de productie van formaldehyde en ureumformaldehydelijmen en -harsen. Dit zijn basisgrondstoffen voor de productie van spaanderplaten. Sadepan Chimica Italië beschikt over een grote ervaring met installaties voor de productie van deze grondstoffen en heeft een belangrijke plaats veroverd op de Italiaanse en Europese markt. De Gruppo Mauro Saviola wordt geleid vanuit Italië en heeft productie-eenheden van formaldehydelijmen en -harsen in Viadana (moederbedrijf Italië), in Castelseprio (Italië), en dus ook in Genk (België). De Gruppo Mauro Saviola neemt aldus een belangrijke plaats in tussen de wereldleiders op het vlak van de productie van formaldehyde en ureum-formaldehydelijmen en -harsen. Door haar interne vervolmaking op vlak van haar knowhow en praktijkervaring functioneert Sadepan Chimica Italië als een engineering en consultancy firma bij nieuwe projecten voor de productie van deze basisgrondstoffen. Zij stellen een volledig pakket ter beschikking dat alle technische, marketing, milieu- en veiligheidsaspecten koppelt met de implementatie van een productie-eenheid. Zo staan er installaties in Berlin (Zuid-Afrika), Egger (Groot-Brittannië) en Santa Fe (Argentinië). In april 2002 werd er gestart met de bouw van Sadepan Chimica nv te Genk (NACE-code 20.14), in de buurt van potentiële gebruikers van deze grondstoffen. De fabriek te Genk is sinds eind maart 2004 volledig operationeel. Het is de eerste Belgische vestiging van de Gruppo Mauro Saviola. Beschrijving van de productie-activiteiten
1.2.
Productie-eenheid formaldehydeoplossingen (FOR), omvattende: -
productie van waterige oplossingen van formaldehyde Bij de productie van waterige oplossingen wordt methanol verdampt en met luchtzuurstof aan een vaste katalysator partieel geoxideerd tot formaldehyde. Het gasvormige reactoreffluent wordt gekoeld. De gevormde formaldehyde (en methanolresten) wordt vervolgens in water geabsorbeerd en naar de opslag gepompt. De formaldehydeconcentratie van de waterige oplossing is afhankelijk van de hoeveelheid water die ingezet wordt. De waterige formaldehydeoplossingen worden hoofdzakelijk intern verwerkt tot lijmen en harsen, Elcoform en Paraform en deels verkocht aan derden (afvoer via vrachtwagens)1. De productie van waterige formaldehyde oplossingen vindt plaats in 3 identieke, continue productielijnen, waarvan de derde lijn in dienst is sinds maart 2008.
-
productie van ureumfomaldehyde-precondensaten (UFC) Het productie-proces van UFC is in beginsel analoog aan dit van waterige oplossingen. Het verschil bestaat er in dat de gevormde formaldehyde (en methanolresten) geabsorbeerd wordt in waterige ureumoplossingen (i.p.v. water). UFC wordt hoofdzakelijk aangewend voor de eigen productie van lijmen en harsen en in beperkte mate verkocht aan derden. Productie van UFC gebeurt in de zelfde productielijnen als deze waarin de productie van waterige formaldehydeoplossingen plaats vindt.
-
productie van met methanol gestabiliseerde hooggeconcentreerde formaldehydeoplossingen (Elcoform) Voor de productie van Elcoform worden waterige formaldehydeoplossingen in een eerste stap verder opgeconcentreerd. Vervolgens wordt aan de hooggeconcentreerde oplossing methanol toegevoegd om te vermijden dat de hooggeconcentreerde oplossing zou polymeriseren. Elcoform wordt integraal afgevoerd naar derden. De installaties voor de productie en opslag van Elcoform zijn in dienst sinds 2008.
-
gepolymeriseerde formaldehydeoplossing (Paraform) Ook voor de productie van Paraform worden waterige formaldehydeoplossingen in een eerste stap verder opgeconcentreerd. Vervolgens wordt de hooggeconcentreerde oplossing over een bandkoeler geleid waardoor de formaldehydeoplossing polymeriseert. Paraform is een vaste stof die integraal wordt afgevoerd naar derden. Verwacht wordt dat de installaties voor de productie van Paraform midden 2013 operationeel zullen zijn.
De totale (maximale) capaciteit van de productie-eenheid FOR bedraagt 390.000 jato.
1
6
Sadepan Chimica nv is tevens vergund voor de afvoer van eindproducten via het schip.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
Een productie-eenheid voor de productie van lijmen en harsen op basis van formaldehyde, ureum en melamine (GLUE), m.n. ureumformaldehydelijmen en -harsen (UF-lijmen en -harsen), melamine-ureumformaldehydelijmen en -harsen (MUF-lijmen en -harsen) en melamineformaldehydelijmen en -harsen (MF-lijmen en -harsen). Naast lijmen en harsen worden in deze éénheid ook polycondensaten met een lage viscositeit (aan te wenden als fertiliser) aangemaakt. De lijmen en harsen worden geproduceerd d.m.v. condensatiepolymerisatie van waterige formaldehydeoplossingen en UFC in in (zes) batchreactoren. In functie van de specifieke eigenschappen en toepassingen van de lijmen en harsen, worden er ook nog bepaalde additieven toegevoegd. De lijmen en harsen worden via tankwagen geleverd aan de klanten.
De totale capaciteit van deze productie-eenheid GLUE bedraagt 400.000 jato.
magazijn + onderhoud
brandblusinstallatie
methanol-opslag harsopslag
Lijmproductie (GLUE) harsopslag
Albertkanaal
Formaldehyde en UFC opslag (FOR)
Melamine + ureum opslag 3 identieke Formaldehyde productielijnen
burelen
Elcoformopslag
koeltorens Locatie turbine/alternator, paraformaldehydeplant
compressorruimte
Waterzuivering + regenwater (bluswater) opvang
1.2.1.
ONDERSTEUNENDE PROCE SSEN EN HULPEENHEDEN
Naast het verbruik van water, gas en elektriciteit zijn er verder op het terrein van de onderneming nog de volgende voorzieningen aanwezig: Op- en overslagfaciliteiten voor grondstoffen en eindproducten; Een (nood)stoomgenerator voor stoomproductie indien er onvoldoende stoom kan aangemaakt worden m.b.v. de stoomgeneratoren van de FOR; Grondwaterwinning en -behandeling; Koelwaterbehandeling en koeltorens; Brandblusvoorzieningen;
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
7
Stoomturbine/alternator: Sinds april 2008 is een stoomturbine met alternator met een geïnstalleerd vermogen van 2050 kW in dienst. Deze installatie wordt gebruikt om elektriciteit aan te maken met de overmaat aan stoom, komende van de FOR-productielijnen. De geproduceerde elektriciteit wordt vervolgens intern aangewend.
De stoomturbine - alternator die ongeveer een kwart van de elektriciteitsbehoefte van Sadepan Chimica nv kan dekken.
8
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
1.3.
Productieresultaten
Door optimalisatie van haar productieproces en het verkrijgen van de noodzakelijke uitbatingsvergunningen moet Sadepan Chimica nv in staat zijn om in productie- en verkoopcijfers te groeien. Een overzicht van de geproduceerde hoeveelheden wordt weergegeven in grafiek 1.
grafiek 1: Geproduceerde hoeveelheden eindproducten 1000 ton formaldehyde 36% oplossing 1000 ton lijmen, harsen en fertilizer 1000 ton special chemicals 36%
300
200
285
190 168
208
225 223
263 238
276 245
219 201
225
223 192
192
100 2
3.2
3.4
0 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
De productiecijfers van Sadepan Chimica nv werden sinds het einde van 2008 sterk beïnvloed door de zich aandienende recessie op wereldvlak. Ook Sadepan Chimica nv had hieronder te lijden in 2009 en 2010. Aangezien ook in 2011 een kentering uitbleef is de productie min of meer gestagneerd. De productiecijfers voor formaldehyde worden volgens internationale overeenkomsten steeds uitgedrukt als een 36%-ige waterige oplossing. De werkelijk geproduceerde hoeveelheid is lager wanneer we de exacte concentraties in rekening brengen. Het overgrote deel van de geproduceerde formaldehydeoplossingen en ureumformaldehydeprecondensaten worden aangewend voor de productie van lijmen en harsen binnen Sadepan Chimica te Genk. Een ander deel wordt op de markt in bulk aangeboden. Sinds 2008 werd een productendiversificatie doorgevoerd door een deel van de geproduceerde formaldehyde-oplossingen te verwerken tot een met methanol gestabiliseerde hooggeconcentreerde formaldehydeoplossing of tot Paraformaldehyde. In 2010 en 2011 werd meer dan 3000 ton van deze “special chemicals” verkocht. De Paraformaldehyde-installatie kon tot op heden de gewenste volumes nog niet produceren door technische moeilijkheden in de ontwikkeling van deze nieuwe productielijn. Verwacht wordt dat naar midden 2013 toe, dit opgelost zal zijn door het introduceren van een nieuwe technologie. De capaciteit van de lijmproductie-eenheid wordt hoofdzakelijk benut om lijmen en harsen aan te maken. Dit zijn polycondensaten van formaldehyde, ureum en/of melamine en worden gekenmerkt door o.a. een hoge viscositeit. Een variant hierop zijn polycondensaten van formaldehyde en ureum met een lage viscositeit. Deze stoffen worden aangemaakt in dezelfde installaties en volgens een identiek procédé, maar door toevoeging van bepaalde addititieven wordt de viscositeit laag gehouden. Polycondensaten met een lage viscositeit kunnen – juist omwille van de lage viscositeit – niet als lijm of hars gebruikt worden, maar worden aangewend als fertiliser. Sadepan Chimica nv besteedt momenteel 0,25% van de beschikbare capaciteit voor de productie van lijmen en harsen (of max. 1.000 ton/jaar) voor de aanmaak van polycondensaten met een lage viscositeit. In tabel 2 en 3 kan u meer informatie vinden over de indeling en classificatie van respectievelijk de eindproducten en de basisgrondstoffen. In tabel 3 worden de verbruiken van basisgrondstoffen voor de laatste 5 jaren weergegeven. Deze hoeveelheden werden berekend aan de hand van volgende gegevens: stock van het voorgaande jaar + aangekochte hoeveelheid – stock op 31 december huidig jaar.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
9
Tabel 2 : eindproducten Sadepan Chimica nv
product
procent vrije formaldehyde
Waterige oplossingen van formaldehyde (inclusief Elcoform)
Classificatie
Symbool
(volgens oude indeling stoffen en preparaten)
meer dan 25%
Giftig
T
Waterige oplossingen van formaldehyde
minder dan 25%
Schadelijk
Xn
Waterige oplossingen van ureum formaldehyde-precondensaten (UFC)
minder dan 25%
Schadelijk
Xn
Met melamine harsen
vloeibare
minder dan 0,2%
niet gevaarlijk ingedeeld
-
Vloeibare ureum en melamine lijmen of harsen
minder dan 0,2%
niet gevaarlijk ingedeeld
-
Vloeibare ureum en melamine lijmen of harsen
tussen 0,2 en 1%
irriterend
Xi
niet relevant
niet gevaarlijk ingedeeld
-
verreikte
Vloeibare stikstofmeststof
Tabel 3: verbruik van basisgrondstoffen en hulpstoffen bij Sadepan Chimica nv
product
Classificatie
verbruik 2007 (ton)
verbruik 2008 (ton)
verbruik 2009 (ton)
verbruik 2010 (1) (ton)
verbruik 2011 (ton)
Licht ontvlambaar en giftig
99.234
121.393
92.784
94.147
96551
Ureum
-
119.541
123.379
104.506
97.133
90855
Melamine
-
10.254
9.136
3.055
6.407
7220
838
0
0
(volgens officiële indeling stoffen en preparaten)
Methanol
Ureum formaldehyde-precondensaten (UFC) Additieven voor eindproduct
Water
(3)
(vloeibare) Stikstof voor inertisatie methanoltank Dieselbrandstof motoren
voor
Olie voor motoren Waterbehandelingsproducten
Schadelijk
8.455
Diverse producten, al of niet ingedeeld volgens de gevarenclassificatie. De belangrijksten zijn: Diethyleenglycol (Xn), Polyethyleenglycol (-), Zoutzuur (C), Natriumhydroxide (C), Mierenzuur (C), Sulfaminezuur (Xi), Fenolformaldehydeoplossing (Xn), zout voor reactoren formaldehydeproductie (O, T, N)
1.445
2.427
1.302
5.005
4381
-
circa 247.000
circa 230.000
circa 190.000
circa 190.000
circa 190.000
Geen indeling
197.316 (liter)
362.134 (liter)
472.008 (liter)
397.311 (liter)
316886 (liter)
Xn
25.031 (liter)
29.110 (liter)
24.999 (liter)
31.467 (liter)
23856 (liter)
-
288 (liter)
249 (liter)
416 (liter)
935 (liter)
832 (liter)
35,9
24,3
43
33,4
166,01
De belangrijksten zijn hier Waterstofperoxide (O, C), Zwavelzuur (C), zoutzuur (C), Coagulant (Xi)
0
(2)
(1) Een derde formaldehydeplant (FOR 3) werd opgestart in maart 2008 (2) Door de productieuitbreiding (FOR 3) was het niet meer noodzakelijk om UFC of formaldehyde van buitenuit aan te leveren. (3) Het overgrote deel van het water dat gebruikt wordt voor de productie van de eindproducten is water dat gerecupereerd wordt uit het proces en dat inherent is aan het chemisch reactieproces bij de productie van formaldehyde. Slechts een fractie van dit water is behandeld grondwater. (zie 3.1.5)
10
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
2. 2.1.
Het QSE-beleid en het QSE-managementsysteem Beleidsverklaring en milieuprogramma
Het beleid van de Sadepan Chimica nv Genk op het vlak van QSE in het algemeen en de preventie van zware ongevallen in het bijzonder is formeel vastgelegd in de beleidsverklaring. Deze beleidsverklaring is door elke manager van Sadepan Chimica nv te Genk ondertekend. Het opstellen van de beleidsverklaring gebeurt door de gedelegeerd bestuurder (CEO). Hij doet hiervoor beroep op het managementteam. De QSE-manager maakt deel uit van het managementteam. Directie QSE manager
Managers Plant & Productie
Productie-assistenten
Teams
Manager Verkoop, Grondstoffen
Manager HR, Logistiek
Manager Onderhoud
Manager Financiën, Administratie, Aankoop
Hoofd Labo
Laders
Bij het opstellen van de beleidsverklaring werd o.a. vertrokken van de beleidsprincipes van Responsible Care (de basisrichtlijn binnen de chemische nijverheid) en de beleidsverklaring van de Gruppo Mauro Saviola. Gebaseerd op deze beleidsverklaring worden jaarlijks QSE-doelstellingen geformuleerd in een beleidsnota door het management, dit in het licht van een continue verbetering. Om de objectieven te bereiken worden de QSE-doelstellingen vertaald in actieplannen voor elke medewerker. Deze actieplannen zijn continu raadpleegbaar en houden concrete en meetbare doelstellingen in en leggen tevens de verantwoordelijkheden, de middelen en de termijnen vast. De beleidsnota wordt gecontroleerd verspreid. Het management licht bij meetings en toespraken deze doelstellingen en actieplannen mondeling toe. Jaarlijks worden deze doelstellingen en actieplannen beoordeeld.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
11
BELEIDSVERKLARING KWALITEIT, VEILIGHEID, GEZONDHEID EN MILIEU VAN SADEPAN CHIMICA te GENK.
Sadepan Chimica te Genk produceert en verkoopt formaldehyde en ureumformaldehyde-précondensaten, Paraformaldehyde, UF lijmen en melamine-ureumformaldehydelijmen, UF en MF harsen en fertilizers. Zij gebruikt en produceert chemische producten op een verantwoorde wijze met speciale aandacht voor de risico’s op zware ongevallen. De directie en management van Sadepan Chimica te Genk willen:
alle wettelijke voorschriften en intern opgelegde regels volgen m.b.t. kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu.
continu verbeteren op vlak van deze domeinen;
de preventieprincipes toepassen om incidenten in het algemeen en milieu-incidenten, milieuverontreinigingen, ongevallen, gezondheidsklachten en kwaliteitsproblemen in het bijzonder te voorkomen;
streven naar een optimale klanttevredenheid.
Zij willen dit bekomen door:
hoge standaarden voor kwaliteit, veiligheid, milieu en gezondheid van de arbeiders te gebruiken en te behouden;
periodieke controles, inspecties, audits en evaluatiemomenten uit te voeren op alle activiteiten die mogelijke gevolgen kunnen hebben voor de kwaliteit van het eindproduct, de veiligheid, het milieu en de gezondheid van haar omgeving, haar buurtgemeenschap en haar eigen medewerkers;
toekomstgerichte wijzigingen uit te voeren aan haar installaties of organisatie om hulpstoffen en primaire grondstoffen te besparen met het oog op de vermindering van afval en milieuverontreiniging;
de best beschikbare technieken en praktijken aan te wenden en rekening te houden met de evolutie van de techniek;
risico’s voor mens en milieu die voorvloeien uit het gebruik van gevaarlijke producten te verminderen door de juiste maatregelen, zowel technische als organisatorische, te nemen om ongevallen en incidenten te voorkomen;
haar leveranciers en contractanten te selecteren op basis van door Sadepan Chimica gestelde veiligheids-, kwaliteits- en milieueisen;
een geschikt noodplan te ontwikkelen voor het geval wanneer alle preventiemaatregelen zouden falen om alzo de gevolgen voor mens en milieu te beperken;
een goede samenwerking en dialoog met alle medewerkers, de leveranciers, de klanten, de overheid en de omwonenden tot stand te brengen. Om deze doelstellingen te bereiken past Sadepan Chimica te Genk niet enkel wettelijk opgelegde vereisten toe maar zal zij daarenboven
haar beleid op vrijwillige basis laten certificeren volgens de internationale standaarden ISO 14001, EMAS, OHSAS en ISO 9001. De directie van Sadepan Chimica stelt de nodige middelen ter beschikking om de hoger vermelde doelstellingen te bereiken. In het bijzonder zijn dit middelen om:
de actieplannen voor verbetering op vlak van veiligheid, milieu en kwaliteit uit te voeren;
inspectie en controles van de productieactiviteiten uit te voeren;
de potentiële impact op mens en milieu te meten;
processen en producten aanpassen met het oog op de verbetering van veiligheid, milieu en kwaliteit;
veiligheidsstudies uit te voeren om alle relevante gevaren en risico’s te identificeren en de juiste correctieve acties te kunnen nemen;
communicatie, opleiding en training van de medewerkers omtrent veiligheid, milieu en kwaliteit mogelijk te maken;
De directie, management en iedere medewerker van Sadepan Chimica te Genk zetten zich in om deze beleidsverklaring te vertalen in concrete en gedetailleerde actieplannen die periodiek beoordeeld worden. Zij voeren hun werkzaamheden uit volgens de werkwijzen en verantwoordelijkheden zoals vermeld in het kwaliteits-, veiligheids- en milieumanagementsysteem (QSE) van Sadepan Chimica te Genk. Deze beleidsnota is kenbaar gemaakt, uitgehangen en is tevens beschikbaar voor eenieder die erom vraagt.
CEO
12
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
2.2.
QSE-managementsysteem
Het QSE-managementsysteem is één totaal beheersysteem voor kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu bij Sadepan Chimica nv te Genk.
Ontwerp- en productietechnieken Sadepan Chimica nv is een nieuwe fabriek die elke kans genomen heeft om best beschikbare technieken aan te wenden met het oog op de zorg voor het leefmilieu en de veiligheid. Energierecuperatie, regenwatergebruik, recuperatie van warmte, afgassen en proceswater, continue metingen op emissiestromen, onafhankelijke instrumentele beveiligingen, gebruik van lekvrije pompen of lekbewakingssystemen, computergestuurde systemen met online registratie en opvolgingsmogelijkheid voor alle belangrijke parameters. Dit geeft dat door het aanwenden van dit ontwerp en deze productietechnieken erg weinig procedurele maatregelen in de organisatie dienen uitgewerkt te worden om deze zorg voor het leefmilieu en de veiligheid te borgen. Als het toch zou mislopen dan nog blijven de gevolgen beperkt tot binnen de bedrijfsmuren.
QSE in de onderneming omvat alle verschillende aspecten die te maken hebben met verantwoord bedrijfsbeheer. De woorden kwaliteit, veiligheid en milieu worden hier in hun meest algemene betekenis gebruikt. Het begrip beheer omvat niet alleen de administratieve kant van de bedrijfsvoering, maar ook het uitstippelen van een beleidslijn. De term ‘systeem’ houdt automatisch continu verbeteren in, evenals het integratieprincipe in de breedte en de diepte. Het QSE-managementsysteem van Sadepan Chimica nv ligt in de lijn met de eisen van het dynamisch risicobeheersingsysteem zoals vermeld in de Wet op het Welzijn en de Codex. Tevens is het systeem aangepast aan de eisen voor een beheersysteem en de organisatie van de onderneming op het vlak van de preventie van zware ongevallen zoals opgelegd in het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999. Sadepan Chimica nv legt veel nadruk op de integratie van milieu, veiligheid en kwaliteit op het terrein. Dit is enkel mogelijk door teamwork. Elke medewerker is een belangrijke schakel in dit gebeuren. Zonder hen kunnen de doelstellingen niet bereikt worden. Daarom wordt niet enkel veel aandacht besteed aan opleiding en training on the job, maar ook aan directe communicatie met iedereen over de relevante QSE-aspecten. Het QSE-managementsysteem is volledig gedocumenteerd en door iedere medewerker raadpleegbaar op het intranet. Een op maat ontwikkeld softwareprogramma helpt in het aansturen en beheren van het inspectie- en onderhoudsprogramma voor veiligheids- en milieukritische componenten. Via een eigen ontwikkelde databankmodule worden gebeurtenissen en afwijkingen systematisch geregistreerd, onderzocht en bijsturingen uitgevoerd en gecommuniceerd. Daarnaast heeft Sadepan Chimica nv in het kader van bedrijfsinterne milieuzorg, een milieucoördinator aangesteld, dewelke – zoals door de wetgeving vereist is – een specifieke ervaring en kennis heeft op gebied van leefmilieu. De taken van de milieucoördinator zijn decretaal vastgelegd en omvatten o.m. het adviseren van de bedrijfsleiding m.b.t. milieu. Hij rapporteert hierover jaarlijks in zijn activiteitenverslag. Hieronder wordt een overzicht gegeven van de thema’s waarrond de milieucoördinator in de loop van 2011 adviezen heeft uitgebracht en die in het zorgsysteem werden opgenomen en opgevolgd. Energiebeheer De milieucoördinator was van zeer nabij betrokken bij projecten omtrent energiebeheer alsook de interne en externe communicatie omtrent dit thema. Nieuwe en gewijzigde wetgeving m.b.t. milieu Periodiek wordt er een overzicht opgesteld van nieuwe wetgeving of van wijzigingen aangaande bestaande wetgeving en wordt er aangegeven welke acties dienen ondernomen te worden om zich (in de toekomst) in regel te stellen met de wetgeving. Dergelijke acties worden opgenomen in het QSE-managementsysteem.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
13
Behandelen van koelwater en regenwater Ook in de loop van 2011 werden er adviezen gegeven m.b.t. het behandelen van de ingenomen waterstromen die als koelwater worden aangewend. Onder meer op basis van deze adviezen, werd het behandelingsprogramma van de ingenomen waterstromen herbekeken en bijgestuurd. Meetprogramma water en lucht Het meetprogramma water (controle van de kwaliteit van de in- en uitgaande waterstromen) en lucht werd opgesteld door de milieucoördinator en overgemaakt aan de productieverantwoordelijken en het labo welke instaan voor het uitvoeren van de metingen. Wijzigingen aan installaties In kader van kleine maar ook grotere wijzigingen aan installaties werden milieuadviezen gegeven vooraleer over te gaan tot de uitvoering. Vooraleer de installaties in dienst te stellen werd een finale controle uitgevoerd. Externe communicatie De milieucoördinator werd steeds betrokken bij alle vormen van externe communicatie, zijnde het opstellen van de milieuverklaring, de opmaak van het integraal milieujaarverslag, overleg met LNEMilieu-inspectie.
De in 2009 nieuw aangelegde parking met in de verte ook het nieuwe ronde punt op de Henry Fordlaan. Rechts een truck die zich bij de portiersloge aanmeldt om te laden. Onder het periodiek onderhoud van de noodstoomketel.
14
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
3.
Belangrijkste MILIEUASPECTEN
opslag
ureum
gepolymeriseerde formaldehydeoplossingen
L1 bulkopslag ureum
water
L
K
K
M
ureumoplossing opslag
lucht
water
methanol gestabiliseerde hoogeconcentreerde formaldehydeoplossingen
FOR Productie-eenheid formaldehydeoplossingen
opslag methanol A
methanol
D.4
- waterige formaldehydeoplossingen - UFC - methanol gestabiliseerde hooggeconcentreerde formaldehydeoplossingen - gepolymeriseerde formaldehydeoplossing
Ab
M
opslag waterige formaldehydeoplossingen en UFC
B
D.1
M
L1
M waterige formaldehydeoplossingen en UFC
K
melamine / additieven
opslag melamine / additieven
GLUE
K
Productie-eenheid lijmen en harsen
opslag harsen en lijmen
E
I G Q
M
M
opslag additieven & katalysatoren
additieven / katalysatoren
A2
M
L1
H polycondensaten met lage viscositeit K
In tabel 4 worden de belangrijkste milieuaspecten en hun effecten uit het bovenstaande flowdiagram weergegeven. In deze tabel zijn verwijzingen gemaakt naar nadere beschrijvingen en de respectieve indicatoren. De letters verwijzen naar de secties binnen het bedrijfsterrein.
Tabel 4: opsomming van de belangrijkste milieuaspecten en hun effecten.
Aspect
zie
zie
beschrijving
indicatoren
3.1.1
4.2.1
Effecten
Emissies in de lucht Verbrandingsgassen
na
de
incinerator
(NOx, CO en VOS)
Bijdrage
aan
zure
regen,
broeikaseffect,
fotochemische smog.
Fugitieve emissies van formaldehyde
3.1.1
4.2.5
Toxiciteit,
bijdrage
tot
immissieconcentratie
van
formaldehyde. Verbrandingsgassen noodstoomketel (CO, NOx)
van
de
3.1.1
4.2.2
Bijdrage aan zure regen en broeikaseffect.
4.2.3
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
15
Aspect
zie
zie
beschrijving
indicatoren
3.1.2
4.3.1
Effecten
Lozing van (afval)water Bedrijfsafvalwater
ontstaat
spoelen
regenereren
en
het
t.g.v.
het
van
de
Bijdrage tot verhoogde immissieconcentratie in het Albertkanaal
voorbehandelinginstallaties van proces- en koelwater. (CZV, zwevende stoffen en zouten)
Lozing van koelwater Koelen
van
eindproducten
(thermische
3.1.2
4.3.2
verontreiniging)
Bijdrage tot plaatselijke temperatuurstijging van het oppervlaktewater.
Vorming van afvalstoffen Verharde niet-recupereerbare lijmen Papier,
karton,
verpakkingen,
klein
3.1.3
4.4
Indirect effect door verwerking
3.1.3
4.4
Uitputting van grondstoffen;
chemisch afval
indirect
effect
door
verwerking
Bodem en grondwater Opslag
en
gebruik
van
gevaarlijke
3.1.4
-
producten
Risico op accidentele verspreiding naar het milieu bij morsen en lekken.
Verbruik van natuurlijke hulpbronnen Verbruik van water, energie en elektriciteit
3.1.5
4.1
Verbruik van watervoorraden en niet-hernieuwbare energiebronnen.
Lokale hinder Continue en discontinue geluidsbronnen
3.1.6
4.5.1
Geluidshinder voor omwonenden
Mobiliteit:
3.1.6
4.5.2
Geluidshinder,
transport
grondstoffen,
hulpstoffen en eindproducten.
verbruik
van
energiebronnen
Onderaannemer Afvalstoffen.
3.2.1
-
Indirect effect door verwerking.
Aankoop van chemische producten
16
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
niet-hernieuwbare
Aspect
Verpakking en transport.
zie
zie
beschrijving
indicatoren
3.2.2
-
Effecten
Geluidshinder,
verbruik
van
niet-hernieuwbare
energiebronnen, indirect effect door verwerking van verpakkingsafval. Uitlaatgassen.
Verkoop van chemische producten Formaldehyde in lijmen
3.2.2
-
Toxiciteit,
bijdrage
tot
immissieconcentratie
van
formaldehyde bij gebruik van afgeleide eindproducten Fertilizers verpakking en transport
1.4.
-
Geluidshinder,
verbruik
van
niet-hernieuwbare
energiebronnen, indirect effect door verwerking van verpakkingsafval. Uitlaatgassen
Externe veiligheid Opslag
van
giftige,
licht
ontvlambare,
oxiderende en milieugevaarlijke stoffen
1.3
3.3
Mogelijke impact op omgeving bij het optreden van een zwaar ongeval waarbij dergelijke gevaarlijke stoffen betrokken zijn
Links een opslaglocatie voor basisgrondstoffen bij de lijmproductie en rechts een deel van de opslag van ureum, ook een basisgrondstof voor de aanmaak van UFC en lijmen/harsen.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
17
3.1. 3.1.1.
Directe milieuaspecten EMISSIES IN DE LUCHT
Geleide emissies van procesdampen Afgassen die vrijkomen tijdens de productie en opslag bevatten minder dan 1 gewichtsprocent methanol en formaldehyde. Voor het overige bevatten de afgassen in hoofdzaak stikstof, zuurstof en koolstofmonoxide. Deze formaldehyde bevattende afgassen worden op de plaats van ontstaan afgezogen en vormen samen met aangezogen buitenlucht het oxiderende gas gebruikt voor de katalytische oxidatie van methanol tot formaldehyde. De recuperatie van formaldehyde houdende afgassen wordt in praktijk echter gelimiteerd door het vereiste zuurstofgehalte van het oxiderend gas. Om het zuurstofgehalte van het ingenomen oxiderende gas op peil te houden wordt een beperkt deel van de afgezogen afgassen naar een katalytische naverbrander geleid. Elke productielijn beschikt over een dergelijke naverbrander. De voornaamste geleide emissies van procesdampen blijven aldus beperkt tot de emissies na deze naverbranders en bevatten nog zeer beperkte hoeveelheden vluchtige organische stoffen (waaronder formaldehyde) en koolstofmonoxide (CO). Belangrijk voordeel van katalytische naverbranders is het feit dat de noodzakelijke energie-input beduidend lager is in vergelijking met een zuiver thermische naverbrander. Bij normale productie verloopt de verbranding van de procesdampen dan ook zonder bijkomende aanvoer van brandstof. De warmte die vrijkomt bij het verbranden van de procesdampen wordt maximaal gerecupereerd voor de aanmaak van stoom. Dit leidt tot een beduidende energiewinst en lagere emissies. Teneinde te allen tijde een optimale werking van de naverbranders te garanderen, worden er continue metingen voorzien. Door de continue meting van de in- en uitgangstemperatuur van de naverbranders en van het effectieve, geëmitteerde gehalte aan onverbrande organische stoffen (TOC), kan steeds de goede werking van de installatie geëvalueerd worden en kan er indien nodig efficiënt worden bijgestuurd. Tevens wordt via een softwareprogramma continu de afgeleide correlatie TOC/formol bewaakt en geregistreerd. Bij technische defecten aan een naverbrandingsinstallatie, wordt de desbetreffende productielijn stilgelegd. Hierdoor worden ongecontroleerde emissies van formaldehyde maximaal voorkomen. Door een erkend labo voor formolemissiemetingen en onder toezicht van een MER-deskundige lucht wordt periodiek een vergelijkende meting uitgevoerd. De geleide emissies van de katalytische naverbranders worden jaarlijks gerapporteerd via het integraal milieujaarverslag (IMJV).
Geleide emissies afkomstig van de verbranding van aardgas Gezien het feit dat de stookinstallatie verbonden is aan een stoomketel die enkel in werking treedt als er onvoldoende reactiewarmte vrijkomt bij de productie van formaldehydeoplossingen, is deze installatie niet continu in bedrijf. De werking van de ketel wordt continu geregistreerd. Dit occasioneel verbruik van aardgas voor de aanmaak van stoom geeft aanleiding tot de emissie van koolstofmonoxide en stikstofoxides. Door gebruik te maken van aardgas worden in eerste instantie de emissies van stof en zwaveldioxide (SO2) voorkomen en is een beter energetisch rendement haalbaar.
Fugitieve emissies Om fugitieve emissies van vluchtige organische stoffen (vnl. formaldehyde en methanol) bij op- en overslag te voorkomen, worden alle installaties waar dergelijke emissies kunnen optreden, afgezogen. De afgezogen gassen worden hergebruikt in het productieproces (cfr. supra). De geproduceerde lijmen en harsen zijn niet vluchtig en geven geen aanleiding tot fugitieve emissies. De enige fugitieve emissies die nog kunnen optreden, zijn emissies ten gevolge van zogenaamde lekverliezen (slecht afgedichte flenzen, pompen, …) ter hoogte van installaties voor de productie van formaldehydeoplossingen. Door een goede opvolging van de installaties waar mogelijke lekverliezen kunnen optreden (oa. preventief onderhoud) en door zoveel mogelijk gebruik te maken van lasverbindingen, lekvrije pompen of vloeistofbewaking op de pomppakkingen, worden ook deze lekverliezen tot een absoluut minimum herleid.
18
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
Sadepan Chimica nv laat jaarlijks door een gespecialiseerde firma metingen uitvoeren om de fugitieve emissies van formaldehyde in kaart te brengen. 3.1.2.
L O Z I N G V AN ( AF V AL ) W A T E R
Algemeen Anno 2011 beschikte Sadepan Chimica nv over een vergunning voor het lozen van:
Bedrijfsafvalwater a rato van max. 34 m³/h, 200 m³/dag en 66.000 m³/jaar in het Albertkanaal; Koelwater a rato van max. 78 m³/h, 988 m³/dag en 326.000 m³/jaar in het Albertkanaal; Huishoudelijk afvalwater a rato van max. 2.000 m³/jaar in de openbare riolering langsheen de Henry Fordlaan.
Bovenstaande waterstromen worden gescheiden afgevoerd. Zoals hierboven aangegeven wordt het bedrijfsafvalwater en het koelwater geloosd in oppervlaktewater (Albertkanaal).
Herkomst bedrijfsafvalwater Het bedrijfsafvalwater ontstaat t.g.v. het spoelen en het regenereren van de voorbehandelinginstallaties van proces- en koelwater. Op eigen initiatief wordt het debiet van het geloosde bedrijfsafvalwater continu gemeten en er is tevens bemonsteringsapparatuur aanwezig, die het mogelijk maakt om op een periodieke wijze debietproportionele stalen van het geloosde bedrijfsafvalwater te nemen. Naast deze controlemetingen wordt er jaarlijks een meetcampagne in het kader van de heffingsaangifte uitgevoerd. Indien aan de hand van de controlemetingen overschrijdingen van lozingsnormen worden vastgesteld, worden deze gemeld aan de bevoegde instanties. In overleg met deze instanties worden vervolgens de vereiste corrigerende maatregelen bepaald. Behandeling van grondwater Als proceswater (voornamelijk voor stoomproductie) wordt er enkel grondwater aangewend. De behandeling van het opgepompte grondwater gebeurt door 2 in parallel geschakelde installaties en dit in 2 stappen, nl. een ontijzering gevolgd door een demineralisatie. Voor de ontijzering wordt gebruik gemaakt van zandfilters. Na verloop van tijd worden de zandfilters gespoeld om verstopping van de filters tegen te gaan. De demineralisatie wordt uitgevoerd met ionenwisselaars. Deze ionenwisselaars zijn na verloop van tijd verzadigd en dienen dan ook geregenereerd te worden. De afvalwaters die ontstaan bij de regeneratie van de ionenwisselaars worden opgevangen in een neutralisatietank. In de neutralisatietank wordt de pH van de afvalwaters gecorrigeerd. Vanuit de neutralisatietank worden de afvalwaters verpompt naar het Albertkanaal. Behandeling van kanaalwater en hemelwater Als koelwater wordt er enerzijds kanaalwater aangewend en anderzijds hemelwater dat afstroomt van de verharde oppervlakten. In 2011 bedroeg de verhouding hemelwater/kanaalwater 7,2%. Uiteraard varieert deze verhouding in functie van de gevallen neerslag.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
19
Oppervlaktewater en hemelwater dat aangewend wordt voor koeldoeleinden, dient een specifieke behandeling te ondergaan. Een dergelijke behandeling heeft tot doel om:
afzetting van sediment in de koelinstallaties en in de waterkoelers in de productieplants te voorkomen. Daarom wordt dit water over een zandfilter geleid om bezinkbaar en zwevend materiaal te verwijderen;
het ingenomen water te desinfecteren om de groei van micro-organismen (o.a. de Legionella-bacterie) tegen te gaan. Sadepan Chimica nv heeft er expliciet voor geopteerd om een chloorvrije desinfectie te installeren op basis van ultravioletstralen in combinatie met waterstofperoxide;
corrosie van leidingen en installaties (zoals warmtewisselaars) die deel uitmaken van het koelsysteem, te voorkomen. Corrosie van leidingen en installaties is immers de oorzaak van de verhoogde zinkgehaltes in het koelwater. De toegepaste anti-corrosiebehandeling van het koelwater, wordt bepaald door het ontwerp en de materiaalkeuze van het koelwatercircuit en door de samenstelling van het ingenomen water.
De zandfilters (2 in parallel geschakeld) dienen op regelmatige tijdstippen gespoeld te worden om verstopping van het filtermateriaal te voorkomen. Om de output aan zwevende stoffen en bezinkbaar materiaal bij het spoelen van de zandfilter onder controle te houden, wordt aan het spoelwater een coagulant toegevoegd. Door toevoeging van het coagulant is het mogelijk om het zwevend en bezinkbaar materiaal, dat weerhouden wordt op de zandfilter, voor lozing van het spoelwater te laten bezinken. Het uitgeklaarde water wordt geloosd in het Albertkanaal. Het slib wordt periodiek afgevoerd naar een erkende verwerker.
Huishoudelijk afvalwater Het huishoudelijk afvalwater is afkomstig van de sanitaire ruimten en wordt geloosd op de openbare riolering langsheen de Henry Fordlaan. De openbare riolering is aangesloten op de RWZI van Genk.
Koelwater Sadepan Chimica nv gebruikt koelwater hoofdzakelijk voor het koelen van haar eindproducten gezien de productieprocessen exothermische reacties inhouden. Het koelwater bestaat uit voorbehandeld kanaal- en hemelwater dat naar de productie-units wordt verpompt. Het opgewarmde water wordt voor koeling afgevoerd naar de koeltorens, waaruit in een bepaalde verhouding wordt gespuid. Het debiet van het geloosde koelwater wordt continu gemeten.
Afvalwater bij incidentsituaties (oa Bluswaters) Het terrein van Sadepan Chimica nv is in grote mate verhard. De verhardingen zijn omgeven door boordstenen. Bluswater dat terecht komt op de verhardingen wordt via de interne riolering afgevoerd naar een grote inkuiping waarna het naar de waterbehandeling verpompt wordt. De verbinding tussen de waterbehandeling en het Albertkanaal kan afgesloten worden. In overleg met de brandweer werden de nodige voorzieningen getroffen om het bluswater van ongeveer 1 à 1,5 uur blussen op te vangen. Eventuele lekvloeistoffen en kuiswater die in de inkuipingen opgevangen worden, worden hergebruikt in het proces. 3.1.3.
V O RM I NG V AN AF V AL S T O F F E N
Alle vloeibare lijmafval en formaldehydeconcentraten buiten specificatie worden opnieuw in het productieproces aangewend. De belangrijkste geproduceerde afvalstoffen zijn verharde lijmen door de reiniging van reactoren en filters, verpakkingen uit kunststof of uit meer dan één materiaal van basismaterialen en gemengd klein chemisch afval (reinigingsdoeken, kleine recipiënten). Deze afvalstoffen ontstaan t.g.v. de uitvoering van onderhoudsactiviteiten, afzetting van materialen op toestellen, filters e.d. meer. Dergelijke afvalstoffen zijn inherent aan de werking van de installaties. De gegevens worden geregistreerd in een afvalstoffenregister dat permanent wordt bijgehouden. Tevens worden de geproduceerde hoeveelheden afvalstoffen jaarlijks gerapporteerd via het integraal milieujaarverslag. Naast bovenstaande afvalstoffen zijn er ook nog afvalstoffen die niet rechtstreeks gelieerd zijn aan de productie - of onderhoudsactiviteiten zoals, papier en karton, ambachtelijk afval.
20
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
Sadepan Chimica nv is aangesloten bij VAL-I-PAC, een erkend organisme voor het beheer van bedrijfsmatige verpakkingen. Het afval wordt selectief ingezameld, tijdelijke opgeslagen en extern verwerkt. Bij de keuze van de verwerking van de afvalstoffen gaat de voorkeur uit naar recyclage. Houtpaletten voor de aanvoer van de grondstof melamine in bigbags, worden 100% gerecupereerd. Voor de afvalstoffen waarvoor recyclage niet mogelijk is, wordt er eerst geopteerd voor verbranding met energierecuperatie, vervolgens verbranden en als laatste optie storten. In 2006 werd in samenwerking met een erkend verwerker een procédé ontwikkeld om het harde lijmafval cryogeen te vermalen tot een poedervormig eindproduct. Begin 2007 werd een aanvang genomen met deze behandeling. Ongeveer 80% van alle lijmafval werd vermalen. Sinds 2007 wordt dan ook gezocht naar mogelijke toepassingen: compostering, gebruik in spaanderplaten, gebruik in beton, brandstof voor cementovens, gebruik in fertilizers… Sadepan Chimica nv blijft zoeken naar de meest geschikte toepassing voor dit bekomen eindproduct. Maar in eerste instantie worden via allerhande verbeteringsprojecten binnen alle afdelingen van Sadepan Chimica nv, maatregelen genomen om incidenteel bekomen lijmafval te verkomen en het harde afval te recupereren. 3.1.4.
B O DE M E N G R O N DW AT E R
Teneinde de risico’s voor bodem en grondwaterverontreiniging tot een minimum te beperken werden reeds in ontwerp (bij concept) de volgende voorzieningen getroffen: De productieruimten en de overslagzones van grondstoffen en eindproducten, zijn volledig verhard. Indien er stoffen gemorst worden of in geval van lekken, worden de vloeistoffen opgevangen en hergebruikt in het productieproces. Wanneer dit laatste niet mogelijk is, worden deze als afvalstof afgevoerd; Voor het verpompen van gevaarlijke producten, wordt gebruik gemaakt van lekvrije pompen of pompen met een lekbewakingsysteem; Alle houders – exclusief de houders voor opslag van diesel - zijn geplaatst binnen een inkuiping. De opslagtanks voor diesel zijn dubbelwandig en voorzien van een permanente lekdetectie; Alle houders zijn voorzien van een overvulbeveiliging en van een elektronische peilmeting, waarvan het resultaat kan uitgelezen worden via de procescomputers; Voor elke houder werd een indienstnameonderzoek uitgevoerd. Bij de onderzoeken werden geen tekortkomingen vastgesteld. Ook tijdens de verplichte 3-jaarlijks periodieke onderzoeken is gebleken dat de vaste houders nog steeds voldoen aan de technische / wettelijke voorschriften; Bij gebruik van flexibele slangen worden deze met behulp van lekvrije koppelingen aan de vrachtwagens bevestigd. Waar mogelijk werden laadarmen voorzien; De standplaatsen van de vrachtwagens zijn vloeistofdicht en voorzien van een indijking. Elke vul- of losverrichting vindt plaats onder toezicht van getrainde operatoren. Begin 2007 werd een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd dat conform de bepalingen van het bodemdecreet en bijhorende uitvoeringsbesluiten om de 10 jaar dient uitgevoerd te worden. Uit de conclusies van dit onderzoek citeren we dat “de grond opgenomen blijft in het register van 2 verontreinigde gronden , maar dat er geen aanwijzing is dat verhoogde concentraties die na analyse van grondstalen die werden genomen, een (ernstige) bedreiging vormen voor mens of milieu. Bijgevolg diende er geen bijkomend bodemonderzoek uitgevoerd te worden en evenmin bijkomende voorzorgsmaatregelen genomen te worden”.
2
De grond waarop Sadepan Chimica nv gevestigd is, was reeds vroeger (vooraleer de activiteiten werden opgestart) opgenomen in het register van verontreinigde gronden.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
21
3.1.5.
V E R B R UI K V AN N AT U U R L I J KE H U L P S T O F F E N
Verbruik van water Stadswater wordt gebruikt voor sanitaire doeleinden. Het koelwater wordt in hoofdzaak onttrokken aan het Albertkanaal (captatievergunning voor 450.000 m³/jaar). Om het verbruik aan kanaalwater te beperken, wordt hemelwater dat wordt opgevangen in de inkuipingen en het hemelwater dat afstroomt van de verharde oppervlakten, verzameld in een bassin en aangewend voor koeldoeleinden. Sadepan Chimica nv loost alzo onder normale klimatologische omstandigheden en bij normaal productieregime geen hemelwater. Enkel in geval van zeer uitzonderlijke hoge neerslag (zoals zich diverse malen voordeed in augustus en december 2011) of bij een significante afname van de koelbehoefte in de plant (bvb bij een productiestilstand), wordt hemelwater via een overstort geloosd in de openbare riolering. Sadepan Chimica nv beschikt over 2 grondwaterwinningen (ofschoon 3 vergund) met een diepte van respectievelijk 36 en 37 meter en is vergund voor het winnen van grondwater a rato van max. 182 m³/dag en 60.000 m³/jaar. Er wordt enkel water onttrokken uit de bovenste watervoerende laag. De gewonnen hoeveelheden grondwater en tevens de gegevens m.b.t. het grondwaterpeil en de samenstelling van het opgepompte grondwater, worden jaarlijks gerapporteerd via het integraal milieujaarverslag. Het grondwater wordt aangewend voor het bevoorraden van het stoomcircuit, het regenereren van de voorbehandelingsinstallaties van het grondwater en het aanmaken van formaldehydeoplossingen, lijmen en harsen. Met betrekking tot deze laatste toepassing dient vermeld te worden dat het overgrote deel van het gebruikte water, water is dat gerecupereerd wordt uit het productieproces, nl. water dat vrijkomt bij de productie van formaldehyde. M.a.w. alle procesafvalwaters en condensaatproducten worden terug gebruikt in het productieproces. Slechts 25% van dit water is behandeld grondwater.
Verbruik van energie en elektriciteit Het proces van synthese van formaldehydeoplossingen wordt uitgevoerd met behulp van een productieproces dat op punt gebracht werd door Sadepan Chimica nv en momenteel toegepast wordt in meerdere vestigingen. Bij verscheidene chemische reacties doorheen het productieproces en bij het verbranden van afgassen in de katalytische naverbranders komt er warmte vrij. Deze vrijgekomen warmte wordt maximaal gerecupereerd voor de aanmaak van stoom. De stoom wordt op zijn beurt aangewend voor opwarmen en koelen (stoomabsorptiekoelers) van producten, installaties en gebouwen, het aandrijven van door stoomturbines gestuurde ventilatoren en de stoomturbine-alaternator. Hiertoe beschikt het bedrijf over 8 stoomgeneratoren en diverse warmtewisselaars. Elektriciteit wordt hoofdzakelijk gebruikt voor aandrijving van motoren, compressoren, ventilatoren, mixers en voor verlichting. Het totale primaire energieverbruik van Sadepan Chimica nv bedraagt tussen 0,1 en 0,5 PJ/jaar. Sadepan Chimica nv had in 2005 het auditconvenant onderschreven. Door het onderschrijven van dit convenant, ging Sadepan Chimica nv de vrijwillige verbintenis aan met de overheid om het energieverbruik te laten doorlichten en om in functie van de resultaten van de doorlichting, bepaalde energiebesparende maatregelen door te voeren. Een eerste doorlichting vond plaats in 2006 en het eindrapport werd begin 2007 conform verklaard. In 2009 werd een volledige nieuwe doorlichting van het energieverbruik uitgevoerd. Een geactualiseerd rapport werd in september 2009 ingediend en even later conform verklaard. Vanaf 2010 dienen de in dit rapport vermelde verbeteracties bestudeerd en uitgevoerd te worden. Eén van de belangrijkste energiebesparende maatregelen die in 2008 werd doorgevoerd , omvat de installatie van een stoomturbine met alternator. Het gebruik van een turbine met alternator laat toe om, bij de werking van de derde FOR productielijn, de overmaat aan geproduceerde stoom te gebruiken om elektriciteit aan te maken en deze aan te wenden binnen Sadepan Chimica nv.. Sinds 2010 werden diverse projecten opgestart en afgerond om energie-efficiënter te opereren.
22
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
3.1.6.
L O K AL E H I N DE R
Geluidsbronnen bij de installaties Sadepan Chimica nv is gelegen in een industriegebied. De kortste afstand tussen de dichtstbijzijnde woning en de grens van het industriegebied bedraagt ca. 200 m. Het specifieke geluid voortgebracht door Sadepan Chimica nv dient te voldoen aan onderstaande richtwaarden die gelden voor nieuwe inrichtingen. Tabel 5: van toepassing zijnde voorwaarden m.b.t. geluid
Lsp – LA 95,1h in dB(A) Dag (7 tot 19u00)
Avond (19 tot 22u00)
Nacht (22 tot 7u00)
Ter hoogte van woningen gelegen op 200 m van de inrichting
45
40
40
Ter hoogte van grens industriegebied
55
50
50
In de milieuvergunning van januari 2006 n.a.v. de uitbreiding van de formaldehydeproductielijn FOR3, werd als bijzondere voorwaarde de bouw van een geluidsscherm opgelegd. Dit geluidsscherm werd samen met de bouw van FOR3 gerealiseerd. Het geluidsvermogenniveau wordt voornamelijk bepaald door motoren en ventilatoren in de productieinstallaties. Ook het gastransport in grote leidingen bepaalt mede het geluidsniveau. Teneinde de geluidsbelasting te beperken werden in overeenstemming met de MER volgende maatregelen genomen:
de stoomuitlaten zijn voorzien van geluidsdempers; de ventilatoren en de compressoren voor de proceslucht zijn in een lokaal geplaatst; de dieselmotoren bevinden zich in een gebouw; bij het opstellen van lastenboeken zijn er de nodige eisen gesteld m.b.t. het geluidsvermogen dat installaties mogen produceren.
Daarnaast is er de nodige aandacht besteed aan de inplanting van belangrijke geluidsbronnen. Zo bevindt het reactorgedeelte zich op ca. 500 m van de dichtst bij gelegen woningen. In juli 2008 werd er na opstart van FOR3, de stoomturbine annex alternator en 6 bijkomende koeltorens, een nieuwe geluidsstudie uitgevoerd door een erkend deskundige. Uit de uitgevoerde metingen is 3 gebleken dat anno juli 2008 het specifieke geluidsniveau voldoet aan bovenstaande voorwaarden .
Mobiliteit De geografische ligging van Sadepan Chimica nv biedt heel wat voordelen op vlak van mobiliteit. Via het Albertkanaal worden de basisgrondstoffen methanol en ureum aangevoerd. Afgewerkte producten worden voornamelijk getransporteerd over de weg via tankwagens. Het transport van eindproducten via het spoor werd in 2009 stopgezet. De vraag bleef beperkt, de kosten in verhouding erg hoog en de lange transporttijden brachten kwaliteitsproblemen met zich mee. Sadepan Chimica nv is tevens vergund om eindproducten via schepen te verzenden. Het intern transport van een deel van de lijmproductie naar het buurbedrijf Norbord is gestopt. Norbord heeft de productie-installatie die de formaldehydelijmen en -harsen gebruikt, stopgezet. Het buurbedrijf Sumitomo wordt nog steeds intern via truck aangeleverd met formaldehyde-oplossingen. Sumitomo levert op haar beurt een basisgrondstof aan voor de aanmaak van een bepaald type hars.
3
In de milieuvergunning m.b.t. de stoomturbine/alternator is als bijzondere voorwaarde opgenomen dat er t.h.v. de koeltorens een bijkomend geluidsscherm dient voorzien te worden. Reden hiertoe was dat, aan de hand van berekeningen uitgevoerd in juli 2007, niet eenduidig kon aangetoond worden dat de voorziene uitbreiding van de koeltorens geen aanleiding zou geven tot een overschrijding van de wettelijke voorwaarden. Zoals hierboven aangegeven, werd in juli 2008 aan de hand van metingen aangetoond dat de bouw van dit bijkomend geluidsscherm niet vereist was om te voldoen aan de wettelijke voorwaarden. Op basis van dit gegeven werd dan ook gevraagd om de betreffende voorwaarde uit het besluit van september 2008 te schrappen. Bij besluit van november 2008 werd de voorwaarde effectief geschrapt uit de vergunning.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
23
3.2. 3.2.1.
Indirecte milieu-aspecten ONDE R AANNE ME RS
Afhankelijk van het type werk dat een onderaannemer dient uit te voeren, kunnen afvalstoffen ontstaan. Hiervoor worden de nodige afspraken gemaakt met de onderaannemer en worden de medewerkers van deze firma’s individueel onderricht. 3.2.2.
A AN K O O P V AN C H E M I S C H E P R O D U C TE N
Alle basisgrondstoffen worden via vrachtwagen of boot in bulk aangevoerd en gestockeerd, uitgezonderd de basisgrondstof voor melamine, die in bigbags wordt aangeleverd, en enkele additieven voor de lijmproductie. De (geluids)belasting door verkeer, alsmede de hinder van uitlaatgassen wordt hierdoor voor onze buren tot een minimum beperkt. Om een vergelijking te maken: 113 leveringen per schip (in 2011) komt overeen met meer dan 6000 trucks. Sadepan Chimica nv sensibiliseert haar leveranciers voor de invoering van een milieuzorgsysteem door enerzijds het overhandigen van de milieu- en veiligheidsvoorwaarden van Sadepan Chimica nv en de evaluatie van het veiligheids- en milieuzorgniveau van de leveranciers. 3.2.3.
V E R KO O P V AN C H E M I S C H E P R O D U C TE N
Sadepan Chimica nv te Genk produceert lijmen met zeer lage concentraties vrije formaldehyde zodat ook haar afnemers kunnen voldoen aan de geldende eisen van productwetgeving voor spaanderplaten. Sadepan Chimica nv zoekt samen met haar klanten naar de best mogelijke toepassing en geeft adviezen over een milieuvriendelijk en veilig gebruik van haar producten. Daarenboven worden zo goed als alle mogelijke gebruiken van de klanten in kaart gebracht om binnen de REACH registratie alle mogelijke blootstellingsscenario’s in kaart te brengen en zodoende op vlak van veiligheid en milieu de klanten advies op maat te verstrekken.
Links Een operator op de Glue-afdeling aan het werk en rechts Ludo die het magazijnbeheer voor zijn rekening neemt.
24
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
3.3.
Externe veiligheid
Omwille van de aanwezigheid van formaldehydeoplossingen, methanol en zoutmengsel, dat gebruikt wordt in de reactor van de formaldehydeproductie, is Sadepan Chimica nv een inrichting die valt onder het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999 betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (zogenaamde ‘SEVESO’-inrichting). De maximale hoeveelheden van deze stoffen die kunnen aanwezig zijn op de site bedragen: Waterige formaldehydeoplossingen: 6.870 ton; Met methanol gestabiliseerde hooggeconcentreerde formaldehydeoplossingen: 286 ton; Methanol: 2.771 ton; Zoutmengsel voor de reactoren: 10 ton. In het verleden werden er verscheidene omgevingsveiligheidsrapporten (OVR) opgesteld door een externe deskundige. Het laatste OVR, dat dateert van 2005, werd opgesteld naar aanleiding van het aanvragen van een vergunning voor de derde formaldehydeproductielijn. Naar aanleiding van het aanvragen van een vergunning voor de productie van Elcoform en Paraformaldehyde, werd het OVR d.d. 2005 geactualiseerd. In het OVR werd nagegaan wat de risico’s zijn voor mens en milieu mocht er zich op de site van Sadepan Chimica nv een zwaar ongeval voordoen waarbij hoger vermelde stoffen zouden betrokken zijn. Uit het OVR is gebleken dat: ‘Sadepan Chimica nv ,…, zonder meer voldoet aan de geldende criteria voor de externe risico’s. Even belangrijk is dat er geen reële slachtoffers in de omgeving te voorzien zijn en dat binnen woonzones en kwetsbare locaties (scholen, ziekenhuizen, …) de risico’s in feite onbestaande zijn. De milieurisico’s worden, rekening houdend met voorziene veiligheidsmaatregelen, aanvaardbaar geacht.’ Naast een omgevingsveiligheidsrapport, beschikt Sadepan Chimica nv ook over een intern veiligheidsrapport (samenwerkingsakkoord-veiligheidsrapport of SWA-VR). In dit SWA-VR is een omschrijving opgenomen van het beheersysteem en de organisatie van de onderneming op het vlak van de preventie van zware ongevallen. De belangrijkste veiligheids- en milieurisico’s, de getroffen maatregelen en de noodplanning zijn hierin eveneens opgenomen. Om tot dit rapport te komen was het noodzakelijk om op een systematische wijze een risico-inventarisatie en beoordeling uit te voeren. Hiervoor werd gebruik gemaakt van de PLANOP-methodiek die door de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, werd ontwikkeld. De in het SWA-VR beschouwde ongevallenscenario’s vormen de basis van het noodplan van Sadepan Chimica nv. De interventiestrategieën werden rechtstreeks gekoppeld aan deze scenario’s en werden besproken met de externe brandweer. Regelmatige oefeningen houden de waakzaamheid en betrokkenheid hoog. Einde 2007 werd het bestaande SWA-VR geactualiseerd naar aanleiding van de toen verwachte opstart van de nieuwe FOR 3 installatie en de installaties voor de productie van Elcoform en Paraformaldehyde. Tevens werd van de actualisatie gebruik gemaakt om het rapport integraal te reviseren zoals voorzien in de wetgeving (een integrale revisie van het SWA-VR dient minimaal om de 5 jaar te worden doorgevoerd). Het geactualiseerde/gereviseerde SWA-VR werd door de overheid beoordeeld. Er waren enkele kleinere opmerkingen op het ingediende SWA-VR, welke dienen meegenomen te worden bij de 5 jaarlijkse herziening (d.i. 20/11/2012).
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
25
4.
RESULTATEN VAN DE MILIEURELEVAN TE INDICATOREN
In dit hoofdstuk worden de resultaten van de milieurelevante indicatoren via grafieken en tabellen weergegeven en toegelicht. Indien relevant werden niet enkel de absolute, maar ook de specifieke resultaten verwerkt. Specifieke resultaten worden steeds uitgedrukt ten opzichte van de totale hoeveelheid geproduceerd eindproduct zijnde de som van de totale hoeveelheden geproduceerde formaldehyde (uitgedrukt als 36 %-ige oplossing) en lijmen, harsen en fertilizers. Voorafgaand dient opgemerkt dat einde 2008 Sadepan Chimica nv nadelen ondervond van de zich inzettende algemene economische recessie, die zich sterk heeft verdergezet tot op heden, waardoor productie-installaties dienden te worden stilgelegd. Deze situatie had op heel wat indicatoren een invloed. De optimale theoretische condities zijn deze waarbij er uitgegaan wordt van een zo volledig mogelijke belasting van de productie-installaties. Zo bijvoorbeeld, dienen installaties voor nutsvoorzieningen te blijven werken ofschoon er geen of zeer lage productie was. Waar nodig zal hiernaar verwezen worden.
Verbruik van natuurlijke hulpstoffen
4.1. 4.1.1.
V E R B R UI K V AN W AT E R
In grafiek 2 wordt het waterverbruik voor koeling en voor spoeling van zandfilters weergeven. Zowel het absoluut als het specifiek verbruik zijn licht gestegen ten opzicht van vorige jaren. Dit is te wijten aan een relatief gestegen verkoop van producten die meer proceskoeling gebruiken. Hierdoor werd er in de koeltorens meer water verdampt en was dus ook meer make-up water nodig. Sadepan Chimica werkt aan een project rond het hergebruik van filterwaswater, waardoor zowel het absoluut als het specifiek verbuik van kanaal- en regenwater zullen dalen. Echter door economische omstandigheden lagen de prioriteiten de voorbije jaren meer op andere vlakken. grafiek 2: waterverbruik voor koeling en spoelen zandfilters
grafiek 3: Verbruik stadswater voor sanitair
absoluut verbruik in 1000m3 regenwater 471
431
421 381
358 370
420
225 151 165 182 185
152
176
3 500
absoluut verbruik in 1000m3 kanaalwater minus koelwaterreturn
360
2 977
3 000
kubieke meters
500 450 400 350 300 250 200 150 100 50 0
2 148
2 500 2 000
1 699
1 500
198
specifiek verbruik in liter/ton eindproduct
2 429 1 552 1 048
1 198 1 225
1 000 500 0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
grafiek 4: Verbruik grondwater voor absoluut verbruik eindproduct, stoomproductie en regeneratie in 1000 m3 voorbehandelingsinstallatie
200
50
163.7 137.2
146.6
150 100
175.4
164.7
specifiek verbruik in liter/ton eindproduct
108.0
104.4 80.1
74 29
45
82 56
74
69
58
0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Grafiek 3 toont aan dat het verbruik van stadswater in dezelfde grootte-orde ligt van de voorbije jaren Het verbruik van grondwater is weergegeven in grafiek 4. Het verbruik van putwater voor aanmaak van stoom en eindproducten kent de voorbije jaren een licht dalende tendens door een verbeterde kennis en sterkere opvolging van de demiwater productie-installaties en een doorgedreven strategie om de processen zo energie-efficiënt mogelijk te bedrijven waardoor zo min mogelijk stoom (demiwater) verloren gaat. Verhoogde start- en stop- operaties van de formaldehydeproductie-eenheden sinds de aanvang van de economische crisis eind 2008, en het verbruik aan demi-water voor special chemicals
26
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
blijven echter aan de orde, waardoor de resultaten van de geleverde inspanningen beperkt zijn. Verwacht wordt dat dit ook in 2012 zal verderlopen, waardoor we dus ook voor volgend jaar geen spectaculaire daling moeten verwachten. In 2011 werden een aantal tests uitgevoerd op de behandeling van proceswater om dit om te vormen naar demiwater of te gebruiken voor de demiwaterproductie in plaats van putwater. De resultaten van deze tests waren niet bevredigend over de ganse lijn van parameters, en dus werd beslist om hier verder niet meer in te investeren. Daarentegen werden wel investeringen gedaan op de distributie van het processwater, zodat hier meer controle is op de kritische parameters om het als proceswater te kunnen gebruiken voor álle producten, en dus minder demiwater zal nodig zijn als proceswater.
4.1.2.
V E R B R UI K V AN E NE R G I E E N E L E K T R I C I T E I T
In de grafieken 5 en 6 wordt aangetoond dat het specifiek verbruik van (aangekochte) elektriciteit iets gedaald is in vergelijking met 2010. Het verbruik aan aardgas is echter drastisch gedaald. Ondanks de quasi gelijkblijvende productie van FOR en GLUE in vergelijking met 2010 is het primair energieverbruik blijven dalen. Dit was mogelijk dankzij belangrijke investeringen en aanpassingen op het interne stoomdistributienet dat 2 belangrijke gevolgen heeft: 1) Zo goed als alle overmaat aan stoom kan naar de generator gestuurd worden om aldaar elektriciteit op te wekken. De generator kon in 2011 dus, ondanks de aanhoudende crisis, nog beter benut worden dan in 2010 en 2009; 2) De afdeling “Specialties”, die de voorbije jaren in zijn ontwikkelingsfase een enorme slokop voor aardgas was, kon nu ook van de nodige stoom voorzien worden, zonder de noodstoomketel te moeten gebruiken.
In 2011 werden alle engagementen die genomen zijn in het kader van de onderschrijving van het Auditconvenant bestudeerd en/of uitgevoerd om het primair energieverbuik te doen dalen. (►zie 7.2 Doelstellingen 2011) 1000 Megawatt uur (1.000.000 kilowatt uur)
grafiek 6: Verbruik van aardgas (bij 15°C en 1 atmosfeer)
1000 Megawatt uur (1.000.000 kilowatt uur)
grafiek 5: Verbruik van electriciteit
kilowatt uur / ton eindproduct
kilowatt uur / ton eindproduct
60
52.7
44.1
50
45.4
47.7 42.8
40.3
25
18.6
20
40 30 20
28.1
30
53.8
49.5
18.9
21.4
22.4
22.8
22.3
22.8
15 20.0
16.9
5
0
0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
11.8 6.5
10
10
13.1
11.4
4.1
5.4
2.8
2.7
6.8
3.5
7.9
1.8
5.0
2.1
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Alle in deze paragraaf verkregen cijfers werden bekomen door geregistreerde tellerstanden.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
27
Emissies lucht
4.2. 4.2.1.
G E L E I D E E M I S S I E S V I A N AV E R B R AN D E R S
Voor alle contaminanten wordt bij normale bedrijfsvoering beduidend minder geëmitteerd dan de massa4 uitstoot, waarvoor er emissiegrenswaarden van toepassing zijn , zoals ook blijkt uit de grafieken 7 en 8. grafiek 8: Gemeten gemiddelde massauitstoot formaldehyde op de naverbranders
grafiek 7: Gemeten gemiddelde massauitstoot TOC op de naverbranders
gram / uur
gram / uur
4000
150
3000 100 2000 50
1000 118
115
165
90
120
130
200
222
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
0
33 15
13
7
27.8
37.5
39.1
6
0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Gedurende 4 opeenvolgende jaren zijn er geen incidentele emissies voorgekomen waarbij de emissiegrenswaarden tijdelijk werden overschreden. Dit neemt niet weg dat grafiek 9 en 10, een uitgesproken stijging van de relatieve en absolute emissies van TOC en Formaldehyde vertonen t.o.v. de referentiejaren 2005/2006/2007. Ook hier is de basisoorzaak het stilleggen van de productie-installaties door de economische recessie. De stijging van de relatieve emissies is hier zo uitgesproken doordat ook al is er geen productie - afgassen van lijmreactoren, opslagtanks en verladingen naar de incinerators worden geleid. Daarnaast merken we de laatste jaren een duidelijke stijging, die deels ook te wijten valt aan de progressieve passivatie van de katalysatoren in de naverbranders, die op termijn zal leiden tot gedeeltelijke of volledige vervanging van deze katalysatoren. grafiek 9: TOC emissies naverbranders 12 10 8 6 4 2 0
TOC-emissies t.g.v. incidentele situaties (ton)
grafiek 10: Formaldehyde emissies naverbranders
TOC-emissies bij normale bedrijfsvoering (ton) relatieve TOC-emissies bij normale bedrijfsvoering (gram/ton eindproduct 36%)
10.0
Formaldehyde-emissies t.g.v. incidentele situaties (ton) Formaldehyde-emissies bij normale bedrijfsvoering (ton) 1.27
1.5
8.1
1.04
0.90
5.3 2.3
0.433
0,895
1,237
0.442
0.792
1.163
2004
2005
2006
2007
2008
2009
1.9
1
0.67
0.6
2.9
2.6
2.0
1.816
2.247
2010
2011
0.5
0,523 0,331 0.104 0.28 0.26
0.21 0.051
0.249
2004
2007
2008
0 2005
2006
0.148
2009
0.232
0.287
2010
2011
In onderstaande tabel worden ook de geleide emissies van CO en NOX voor de naverbranders bijgevoegd. Tabel 6: geleide emissies naverbranders 2011 bij Sadepan Chimica nv
Emissie naverbranders
(1)
Gemeten gemiddelde massauitstoot (g/uur) 39,1
Formaldehyde
Vlarem II grenswaarden Vanaf massa uitstoot (g/uur)
Concentratie 3 (mg/Nm )
100
20
287
(2)
5000
100
283
(3)
3000
150
2247
5000
500
180
(2)
(3)
Koolstofmonoxide (CO)
57
Totaal koolstof (TOC)
222
NOX
31
Totale jaarlijkse emissie inclusief incidentele situaties (Kg)
(4)
(3)
(4)
(3)
(1) Voor de 3 naverbranders samen. Elke productielijn heeft zijn naverbrander. (2) Op basis van metingen uitgevoerd door Sadepan Chimica nv. (3) Op basis van 1 referentiemeting uitgevoerd door een erkend labo in 2011 (4) Op basis van daggemiddelden uit meetresultaten van de continue TOC-metingen.
4
Wanneer de massa uitstoot voor TOC hoger is dan 3000 g/h, dan moet de concentratie kleiner zijn dan 150mg/Nm3. Wanneer de massa uitstoot voor formaldehyde hoger is dan 100 g/h, dan moet de concentratie kleiner zijn dan 20 mg/Nm3.
28
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
4.2.2.
G E L E I D E E M I S S I E S V AN N O O DS T O O M K E TE L
Onderstaande tabel toont aan dat alle waarden voor de geleide emissies van de stoomketel, na verrekening van de nauwkeurigheid, onder de Vlarem II grenswaarden liggen. Tabel 7: geleide emissie gasgestookte noodstoomketel 2011 bij Sadepan Chimica nv
Emissie (1) noodstoomketel
Gemeten gemiddelde concentratie 3 (2) (mg/Nm )
Vlarem II –grenswaarde 3 (mg/Nm )
Totale jaarlijkse emissie (3) (kg)
CO
21
100
297
NOx
108
150
177
(1) Droog gas bij 3 vol-% O2. (2) Op basis van periodieke metingen uitgevoerd door een erkende deskundige lucht. (3) Op basis van de totale werkingsduur (952 uren) van de noodstoomketel in 2011 en gebaseerd op de gemiddelde concentraties. 4.2.3.
T O T AL E C O - E M I S S I E S E N N O X -E M I S S I E S
In de grafieken 11 en 12 worden achtereenvolgens de totale jaarlijkse emissies voor CO en NOX weergegeven vanaf 2004. Zowel de incinerators als de noodstoomketel dragen bij tot deze emissies. Het betreft hier geëxtrapoleerde maximumwaarden uit een periodieke referentiemeting (laatste daterend van 2011) door een erkende deskundige lucht en de totale werkingsduur van de installaties. De lagere emissiewaarden voor CO en NOx voor de stoomketel zijn te verklaren door zeer lage productie-uren. Voor de incinerators werd vanaf 2011 een verfijnde analysetechniek gebruikt. grafiek 11: Totale jaarlijkse CO-emissie
grafiek 12: Totale jaarlijkse NOx-emissie
kg CO incinerators kg CO stoomketel
3000 2500 2000 1500 1000 500 0
2729 2546 2519 1599 1562 1052
934
297
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 4.2.4.
grafiek 13: CO2-emissies kg CO2 / ton eindporduct 30
25 22 19
19
24 21
20
20 15 10
6422 4177 2749
2354 1182 1096 1204
177
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
E M I S S I E S V AN B R O E I K A S G AS S E N ( C O 2 )
1000 ton CO2/jaar
25
7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
kg NOx incinerators kg NOx stoomketel
9.5
9.5
9.4
10.2
10.5
10.1
8.9
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
5 0
De indicator rond de emissies van broeikasgassen in ton CO2, in deze paragraaf opgenomen, wordt steeds belangrijker. De gegevens komen uit de energiebalans die sinds 2005 jaarlijks wordt opgemaakt en gerapporteerd aan de overheidsinstanties via het Integraal milieu-jaarverslag en het monitoringsrapport in het kader van het auditconvenant Vlaanderen. De verklaring voor de daling van de absolute en specifieke CO2-emissie in 2011 vindt men in een sterk gedaald energie- en aardgasverbruik. (zie grafieken 5 en 6) Sinds 2011 neemt Sadepan Chimica nv ook deel aan de Europese CO2-emissiehandel, het EUETS).
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
29
4.2.5.
FUGITIEVE EMISSIES
Zoals opgelegd in de milieuvergunning beschikt Sadepan Chimica nv over een meetprogramma voor fugitieve emissiemetingen in de formaldehydeproductie eenheid. Dit meetprogramma werd opgesteld door een extern bureau en ter goedkeuring voorgelegd aan de overheid. Jaarlijks worden metingen uitgevoerd volgens dit programma. Tabel 8: fugitieve emissie formaldehyde productie-eenheid Sadepan Chimica nv Fugitieve emissies
Absolute resultaten
Relatieve resultaten
2006
2007
2008
2009(2)
2010
2011
Aantal mogelijke lekpunten
2510
2521
3061
3061
3061
3359
Aantal bemonsterde bronnen(1)
2466
2477
2994
2994
2990
Aantal opgespoorde lekken
19
66
10
6
18 kg
48 kg
4964 kg
308kg
Maximale fugitieve emissie van de opgespoorde lekken
2006
2007
2008
2009
2010
2011
3254
98%
98%
98%
98%
98%
97%
3
32(3)
0,77%
2,7%
0,33%
0.20%
0.1%
0,97%
30 kg
511 kg
Berekende 46 kg 66 6589 414 91 526 maximale totale kg kg kg kg kg fugitieve emissie (inclusief niet lekkers) (1) Een aantal punten zijn niet bereikbaar. (2) Aantal bemonsterde bronnen is verhoogd door de ingebruikname van een derde productielijn voor formaldehydeoplossingen (FOR 3) (3) In tegenstelling tot vorige jaren waar er slechts enkele maar grote lekken gevonden werden, waren er in 2011 meerdere maar kleine lekjes. Deze lekken werden hersteld door de eigen onderhouds- en productieteams. De lekken waren van die grootte-orde dat herbemeting na herstelling niet noodzakelijk was. We zien hier ook het resultaat van 3 jaar opeenvolgend van economische crisis met veelvuldig stoppen en starten van de installaties, dat ook zijn tol eist op de emissie. Door het veelvuldig krimpen en uitzetten van de installaties komen er ongetwijfeld meer, weliswaar kleinere, mankementen in de installaties.
Sinds 1 maart 2009 bevat Vlarem II nieuwe bepalingen inzake het meten en beheersen van fugitieve VOS-emissies (afdeling 4.4.6: meten en beheersen van fugitieve VOS-emissies en bijhorende bijlage 4.4.6. van Vlarem). De sinds 2009 uitgevoerde metingen en berekeningen zijn uitgevoerd volgens de EPA (United States Environmental Protection Agency) correlatiemethode ‘SOCMI’. die volledig voldoet aan de nieuwe Vlarem II vereisten. De firma “The Sniffers” voert voor Sadepan Chimica nv deze berekeningen en metingen uit. Zij zijn sinds januari 2010 erkend deskundige in deze discipline.
30
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
4.3.
Lozing van (afval)water
4.3.1.
B E D R I JF S AF V AL W AT E R
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde gehaltes aan verontreinigingen, die door de activiteiten van Sadepan Chimica nv in het afvalwater terecht komen. Deze waarden werden bepaald op basis van periodieke metingen door een erkend laboratorium. Er dient opgemerkt te worden dat Sadepan Chimica nv niet verplicht is om de samenstelling van het geloosde afvalwater te controleren en dat het aantal metingen per parameter volledig vrij mag vastgesteld worden. Het aantal metingen hangt af van de aard van de parameter en of deze al dan niet opgenomen is in de meetcampagne ter bepaling van de heffing op het lozen van afvalwater. Volgende tabel geeft de belangrijkste karakteristieken weer. Tabel 9: bedrijfsafvalwaterkarakteristieken 2011 bij Sadepan Chimica nv.
Parameter afvalwater
Eenheid
Emissiegrenswaarde (geldig vanaf 01/01/2011)
Aantal metingen
Gemiddeld gemeten gehalte (**)
Zuurtegraad
pH
6,5 < pH < 8,5
continu
7,4
Bezinkbare stoffen
ml/l
< 0,5
6
0,8
Zwevende stoffen
mg/l
< 60
6
37,83
BZV
mg/l
< 25
2
3
5
32,52
5
0,29
6
< 0,42
1
< 0,017(*)
2
<0,001(*)
(3)
2
< 0,014
(3)
6
< 0,014
(3)
2
< 0,008
(3)
2
< 0,01
6
0,0495
1
0,505
(2)
CZV
mg/l
< 125
Ammonium stikstof
mg/l
<1
(3)
Totaal fosfaat fosfor
mg/l
<1
(3) (3)
Arseen
mg/l
< 0,005
Cadmium
mg/l
< 0,0008
Chroom
mg/l
< 0,05
Koper
mg/l
< 0,04
Nikkel
mg/l
< 0,03
Lood
mg/l
< 0,05
Zink
mg/l
< 0,2
Detergenten
mg/l
<3
(3)
(3)
(4)
(1)
(1) Detectielimiet. (2) Voor de parameter CZV is er geen emissiegrenswaarde bepaald. De vermelde waarde stemt overeen met de richtwaarde die gehanteerd wordt voor het lozen van bedrijfsafvalwater op oppervlaktewater. (3) Voor de parameters die opgenomen zijn in bijlage 2C van VLAREM I, dienen – tenzij anders vermeld in de milieuvergunning – de gehaltes te voldoen aan de indelingscriteria voor deze gevaarlijke stoffen (4) Principieel worden er veel minder bezinkbare stoffen geloosd dan dat er via het kanaalwater worden ingenomen. Zie uitleg hierover in paragraaf “gehalte bezinkbare en zwevende stoffen”. In 2011 heeft er echter een belangrijk incident voorgedaan bij onze buren, Norbord, waardoor enorm veel houtstof en – schilfers gedurende ruime tijd op onze plant is blijven rondhangen en daardoor in ons water terechtgekomen. (*) De emissiegrenswaarden voor Arseen en Cadmium zijn gewijzigd sinds 01/01/2011, echter de analysetechnieken van het laborartorium zijn nog niet in die mate aangepast zodat de huidige detectielimieten van de analyse-apparatuur boven de emissiegrenswaarden liggen. Vandaar deze “overschrijding” van de grenswaarden voor deze parameters. (**) Alle weergegeven waarden zijn de gemiddeld gemeten waarden. Daar waar geen waarde maar een indicatie “<” voor de waarde staat, werd de detectielimiet van de analyse-apparatuur weergegeven. De gemeten waarden bevinden zich in deze gevallen dus onder deze detectielimieten.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
31
grafiek 14: Hoeveelheid geloosd afvalwater van regeneratie filters in kanaal
100
in liter/ton eindproduct
91.1
80
59.1 46.4
60 40 20
32.7
in 1000 m3
25.6
23.6
54.3
53.6
27.2
27.9
63.2
64.6
26.5
27.1
48.7
20.6
0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
In grafiek 14 wordt de hoeveelheid geloosd afvalwater weergegeven.. In 2009 werden de eerste resultaten bekomen van het project om het zandfilterwaswater, dat van een betere kwaliteit is dan het inkomend kanaalwater, te hergebruiken en alzo een reductie van de geloosde hoeveelheid afvalwater te bewerkstelligen. Het op punt houden van de kwaliteit van het koelwater en een lichte wijziging in verkochte product range, noodzaakte een hogere inname van kanaalwater (zie figuur 2) en de hieraan gekoppelde hogere lozing van het filterwaswater. Verwacht wordt dat dit niveau ook in 2012 zal aanhouden.
Gehalte bezinkbare en zwevende stoffen Zoals hoger aangegeven is het bedrijfsafvalwater afkomstig van het spoelen en het regenereren van de voorbehandelinginstallaties van proces- en koelwater. De geloosde hoeveelheden aan bezinkbare stoffen en zwevende stoffen zijn in hoofdzaak afkomstig van het spoelen van de voorbehandelinginstallatie van koelwater. De voorbehandeling van koelwater omvat immers het verwijderen van bezinkbaar en zwevend materiaal uit het ingenomen kanaal- en hemelwater m.b.v. zandfiltratie. Concreet betekent dit dat nagenoeg al het bezinkbaar en zwevend materiaal dat aanwezig is in de ingenomen waterstromen, weerhouden wordt op de zandfilters. Na verloop van tijd dienen deze zandfilters gereinigd te worden om verstopping van het filtermateriaal te voorkomen. Bij deze reiniging wordt al het weerhouden materiaal van de filters gespoeld en komt aldus in het spoelwater terecht. Vooraleer tot de lozing van dit spoelwater over te gaan wordt er een coagulant aan het spoelwater toegevoegd. Door toevoeging van het coagulant is het mogelijk om het zwevend en bezinkbaar materiaal, dat weerhouden wordt op de zandfilter, voor lozing van het spoelwater gedeeltelijk te laten bezinken. De coagulatiestap leidt er toe dat de hoeveelheid bezinkbaar en zwevend materiaal die via het afvalwater geloosd wordt, lager is dan de via het kanaalwater ingenomen hoeveelheden. Het bezinkbekken met het achtergebleven bezonken materiaal wordt periodiek gereinigd. (zie verder onder Afval)
Aan de rechterzijde merk je tussen de bomen het gebouw met de hoofdburelen op. Links het tankenpark voor de opslag van Formaldehyde en Ureumformaldehyde oplossingen. De schouw is van het buurbedrijf Norbord.
32
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
4.3.2.
KOE LW ATE R
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde gehaltes aan verontreinigingen die in het koelwater aanwezig zijn. Deze werden bepaald op basis van periodieke metingen door een erkend laboratorium. Er dient opgemerkt te worden dat Sadepan Chimica nv niet verplicht is om de samenstelling van het geloosde koelwater te controleren en dat dus het aantal metingen per parameter volledig vrij mag vastgesteld worden. Tabel 10: koelwaterkarakteristieken 2011 bij Sadepan Chimica nv.
Parameter koelwater
Eenheid
Emissiegrenswaarde
Aantal metingen
Gemiddeld gemeten gehalte
(geldig vanaf 01/01/2011)
Zuurtegraad
pH
6,5 < pH < 8,5
continu
7,78
CZV
mg/l
< 30
3
26,87
Zuurstof
mg/l
>4
continu
4,2
Temperatuur
°C
30 (± 1)
continu
26,4
5
0,053
1
10,2 (*)
6
0,92
2
0,183
Nitriet stikstof
mg/l
< 0,3
Nitraat + nitriet stikstof
mg/l
< 10
Totaal fosfaat fosfor
mg/l
<2
Zink
mg/l
(4)
(3)
(4)
< 0,2
(3)
(2)
(1)
(1) Minimale waarde (2) Maximale waarde. Volgens de milieuvergunning mag vanaf 2006 de temperatuur van het geloosde koelwater maximaal 35°C bedragen wanneer de temperatuur van het kanaalwater meer bedraagt dan 20°C en/of wanneer de buitentemperatuur meer bedraagt dan 25°C. (3) Voor de parameters die opgenomen zijn in bijlage 2C van VLAREM I, dienen – tenzij anders vermeld in de milieuvergunning – de gehaltes te voldoen aan de indelingscriteria voor deze gevaarlijke stoffen (4) Bijzondere voorwaarde van de milieuvergunning. (*) Voor de parameter nitraatstikstof, werden reeds in de loop van 2006 verhoogde waarden gemeten die af en toe aanleiding gaven tot het overschrijden van de corresponderende lozingsnormen. Deze problematiek werd gecommuniceerd aan LNE – afdeling Milieu-inspectie. In onderling overleg werd besloten dat Sadepan Chimica nv de nodige corrigerende maatregelen zou treffen, rekening houdend met de site-specifieke situatie. Sadepan Chimica nv heeft sindsdien, via een bijkomende investering in de waterbehandelingsinstallatie, deze parameter nu beter onder controle. Ondanks duidelijke verbetering sinds 2006, werden er ook in 2011 nog enkele verhoogde waarden voor de parameter nitraatstikstof gemeten. Dit is te verklaren door de aanwezigheid van nitraten in het ingenomen kanaalwater. (3 à 4 mg/l).
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
33
4.4.
Afvalstoffen
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verschillende afvalstoffen die werden geproduceerd in 2011. Voor de bepaling van de hoeveelheid afvalstoffen wordt, tenzij anders aangegeven, gesteund op de gegevens die verstrekt worden door de geregistreerde afvaloverbrengers. Verderop wordt dan de evolutie van de belangrijkste hoeveelheden afval en meer specifiek de hoeveelheid lijmafval in grafieken 15 en 16 weergeven. Tabel 11: overzicht ingezamelde en verwerkte afvalstoffen 2011 bij Sadepan Chimica nv
Afvalstof
Kg
Kg/ton eindproduct lijm
Verwerkingsmethode
Lijmafval
55680
0,291
Gebruik als substitutiebrandstof
Niet recupereerbare chemische vloeistoffen voor testen en reinigen
11100
(3)
Gebruik als substitutiebrandstof
Gemengd klein chemisch afval (reinigingsdoeken, kleine recipiënten, …)
0
0
Verbranding
0,078
Verbranding
24300
0,13
Recyclage
84480 (m³) en 13,96 Ton
(3)
Uitsortering voor recyclage
186 (m³)
(3)
Recyclage
52000
0,27
Hergebruik
Batterijen, accu’s en TL-lampen
20
(3)
Recyclage
Olie-emulsie
800
(3)
Recyclage
106080
(3)
Fysico-chemische verwerking
Verpakking die resten van gevaarlijke stoffen bevat of daarmee is verontreinigd. Big Bags Gemengd restafval Papier en karton Hout
(1)
Afval van zandvang uit regenwaterbassin, filtraat van regenwater en koelwater en reiniging van de koeltoren.
15000
(2)
(1) Hoeveelheden gemeten door eigen weegbrug. Het betreft hier houten paletten. (2) Lege multiboxen werden niet in rekening gebracht vanwege hergebruik. (3) Niet direct productiegebonden.
34
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
lijmafval
grafiek 15: Belangrijkste hoeveelheden afval in ton
niet gerecupereerd lijmafval
grafiek 16: Hoeveelheid lijmafval in Ton
verpakking niet recupereerbare chemische vloeistoffen voor testen en reinigen gemend klein chemisch
800
671.9
665.2
700
2530 2361
2500
2077
1893
464.2
466.3
500
2000
400
1500 181
200 100
g / ton eindproduct lijmen en harsen
3000
600
300
gerecupereerd lijmafval
32.1 20.53.7
199.2
193.2 42
234.3
138.2
113.4
19.1
21.2
11.8
261.8 184.9
2004
2005
2006
2007
1000
74.6 21.7
0 2008
1304 953
114.7 85.3
91.3 85.2 55.7 50.0 11.1 13.4 6.5 0.0 5.5
2009
2010
2011
500
466,3
671,9 665,2
181
0
464,2
261.8 260
291
50
0.0
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
De in de tabel en grafieken vermelde hoeveelheden lijmafval betreft hoofdzakelijk uitgeharde lijmen die niet meer recupereerbaar zijn in het productieproces (in tegenstelling tot vloeibaar lijmafval dat maximaal gerecupereerd wordt als grondstof voor aanmaak van nieuwe lijmen en harsen). Door een cluster van kwaliteitsgerelateerde maatregelen werd de hoeveelheid niet recupereerbaar / uitgehard lijmafval de voorbije 2 jaren tot een minimum beperkt en onder controle gehouden. Ook in 2011 was er geen incidenteel bekomen lijmafval, dankzij verder doorvoering van verbeteringsprojecten binnen de productie-afdelingen van Sadepan Chimica nv. Voor de toekomst verwacht Sadepan Chimica nv nog minder hard lijmafval af te voeren door zo veel mogelijk interne recuperaties.
4.5. 4.5.1.
Lokale hinder GELUID
Hogerop in deze milieuverklaring werd reeds aangehaald dat het totale geluidsniveau van Sadepan Chimica nv – na indienstname van diverse nieuwe installaties – in 2008 opnieuw in kaart werd gebracht door een deskundige erkend in de discipline geluid. Uit de metingen die door de erkende deskundige werden verricht, is gebleken dat er voldaan is aan de richtwaarden m.b.t. het specifieke geluid in de omgeving. Er kan dan ook gesteld worden dat de geluidswerende muur die geplaatst werd begin 2008 tot het gewenste resultaat heeft geleid. Ook in 2011 ontving Sadepan Chimica nv geen enkele melding naar aanleiding van hinder in het algemeen of van geluidshinder specifiek. Sadepan Chimica nv is er dus van overtuigd is dat zij alle nodige maatregelen neemt om geluidshinder te beperken en ook in de toekomst zullen we op dit elan verder gaan door bijzonder attent blijven voor deze problematiek. 4.5.2.
MOBILITEIT
In tabel 12 wordt een overzicht gegeven van het aantal inkomende en uitgaande transporten. Deze cijfers zijn bekomen op basis van de geregistreerde bestellingen en transportdocumenten. Door de uitbreiding van de Formaldehyde productie met een derde lijn diende er geen UFC of formaldehyde van buitenuit aangevoerd te worden. Hierdoor reduceerde het aantal leveringen van grondstoffen. Anderzijds was er meer afzet van formaldehyde-oplossingen en nam het aantal verzonden trucks voor levering van eindproducten dan ook toe. De verzending van eindproducten van lijmen en harsen via wagons werd in 2009 stopgezet. Zie hiervoor 3.1.6.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
35
Tabel 12: overzicht transport van en naar Sadepan Chimica nv
Transport
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Wat
in Leveringen
123
126
150
122
105
118
Ureum
per schip Leveringen
en
Methanol 927
918
528
(2)
457
565
912
(3)
per truck
Additieven en (hulp)grondstoffen
Transport uit Verzonden trucks
11.052
9.507
12.962
9.946
9.653
9.513
Eindproduct
118
93
55
0
0
0
Eindproduct
(1)
Verzonden wagons
1) Buiten de bedrijfsmuren 2) Er was door het in gebruik nemen van een derde productielijn formaldehyde (FOR 3) geen noodzaak meer om UFC of formaldehyde van buitenuit aan te voeren. 3) Door diverse problemen met ureumleveranciers in het najaar 2011 werden grote hoeveelheden ureum per truck aangeleverd i.p.v. per schip. Vandaar deze stijging in het aantal inkomende trucks voor 2011.
Claudio en Jonathan, onze vaste laboranten aan het werk in het controlelabo.
36
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
5.
MANAGEMENTOPVOLGING VAN DE SYS TEEMPRESTATIES
Sadepan Chimica nv heeft een QSE-scorekaart opgesteld die rekening houdt met de belangrijkste indicatoren op vlak van veiligheid, milieu en housekeeping. Zij bestaat uit een respectievelijk positieve en negatieve deelscore en wordt maandelijks berekend en bekendgemaakt. Voor 2011 werd de positieve score bepaald op basis van:
Productiecijfers;
frequentiegraad van arbeidsongevallen lager dan 2006;
Ingediende en uitgevoerde verbeteringsvoorstellen;
uitgevoerde QSE actiepunten;
uitgevoerde interne audits;
aantal meetings waarin QSE-aspecten vast op het programma staan;
gevolgde trainingen van het opleidingsplan. De negatieve score werd berekend aan de hand van:
QSE-scorecard 06-07-08-09-10-11
aantal incidenten (ongevallen met aangifte, EHBO-ongevallen, bijna-ongevallen);
aantal LOC’s inclusief brand;
aantal interne producten met tekortkoming;
aantal externe klachten van de buurtbewoners;
aantal externe klachten klanten;
20
aantal openstaande werkorders;
0
aantal polycondensatiereacties in lijmreactoren;
aantal milieu-incidenten (water, lucht, lawaai);
geproduceerde hoeveelheid afval;
aantal wachturen;
ziektecijfer.
100 80 60 40
2006
2007
2008
2009
2010
2011
TOTALE SCORE
De gemiddelde score van 2011 ligt met 31,6 in dezelfde lijn als de 31,7 van 2010, hoewel naar het einde van het jaar een duidelijke verbetering zichtbaar is. Sinds 2006 zijn de indicatoren onveranderd gebleven. Het verloop van de scorekaart voor de laatste 5 jaren wordt getoond in bovenstaande grafiek. De lage score is voornamelijk te verklaren door de economische crisis. Immers, een incident of een klant van een klant zal zwaarder doorwegen op de aan productie en verkoopgerelateerde scores wanneer de productie- en verkoopcijfers laag zijn. Zoals ook al eerder vermeld zijn de cijfers voor 2011 bijna een kopie van deze van 2010, dus ook de scorecard ligt in dezelfde lijn, ofschoon er zeker verbeteringen werden waargenomen, zoals bv. in grote mate afronding van de opleiding van al onze operatoren en meer en betere afronding van de curatieve onderhoudswerken.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
37
6.
ANDERE INDICATOREN V AN MILIEUBEHEER
Dé basis van een goed milieubeheer wordt gevormd door een correcte vergunningenstatus van de activiteiten. Sadepan Chimica nv volgt hiertoe deze vergunningenstatus van zeer nabij op. 3-jaarlijks wordt er een conformiteitanalyse t.a.v. wettelijk en ander kader m.b.t. milieu uitgevoerd. Er werd tijdens 2011, geen enkele externe klacht ontvangen van een buurtbewoner. Sinds 2004 staat het totaal ontvangen klachten op 3. Deze klachten hadden te maken met een geluidshinder door een klein technisch mankement. Er konden toen onmiddellijk herstellingen worden uitgevoerd. U las hierover meer, eerder in deze milieuverklaring. Tijdens de maand september van 2011 vond een tussentijdse audit plaats voor alle gecertificeerde systemen: ISO 14001, ISO 9001, EMAS en OHSAS 18001. Met de aan- en opmerkingen van de auditors werd en wordt rekening gehouden om het zorgsysteem van Sadepan Chimica nv aan te passen. In 2011 deden zich 3 kleine ongevallen met werkverlet voor bij onze eigen werknemers. Geen enkel ongeval werd vastgesteld bij een contractor. De ongevallen werden onderzocht en daar waar nodig en mogelijk werden voorkomingsmaatregelen genomen. Bij Sadepan Chimica nv wordt veel nadruk gelegd op de registraties en onderzoek van alle ongewenste gebeurtenissen. Ook weer in 2011 werd door inspecteurs van de Afdeling van het Toezicht op de Chemische risico's van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg tezamen met de milieu-inspectie (LNE) een verificatie-audit uitgevoerd. Deze audits gaan zeer diep in op de diverse onderwerpen, waaruit telkens ook weer een aantal belangrijke verbeteringspunten vloeien die door Sadepan Chimica nv in een actieplan werden uitgezet. Het blijft wederom vermeldenswaardig dat de constructieve samenwerking door alle partijen enorm geapprecieerd wordt. Sadepan Chimica nv heeft, zoals verplicht, voor 1 december 2010 haar belangrijkste stoffen geregistreerd in het kader van de REACH-regelgeving. Er waren heel wat meetings en bijscholingen noodzakelijk om tot deze actie te kunnen overgaan. Ook gedurende 2011 heeft deze nieuwe regelgeving zeer veel energie opgeslorpt. Sadepan Chimica nv kon ook in 2011 voor een deel terugvallen op Formacare, een sectorgroep van CEFIC, waarbinnen Sadepan Chimica nv een actieve rol opneemt. Anderzijds heeft Sadepan Chimica nv een jarenlange samenwerking uitgebouwd met een consultantbureau dat haar in deze materie steeds in raad en daad kan bijstaan. Vanzelfsprekend staat Sadepan Chimica nv in permanent contact met productspecialisten binnen de Gruppo Mauro Saviola. REACH is de nieuwe EU-verordening voor chemische stoffen en staat voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van CHemische stoffen. REACH heeft als doel de kennis over de risico's van chemische stoffen te verbeteren, om zodoende een veilig gebruik te bewerkstelligen. Het is dus een hervorming van de voorwaarden voor het in de handel brengen en het gebruik van chemische stoffen en preparaten door de implementatie van een geïntegreerd systeem. De verordening trad op 1 juni 2007 in werking. REACH heeft nu reeds een grote economische invloed op de activiteiten van de chemiesector. In 2011 werd hard verder gewerkt aan de aanpassingen van de productidentificatiegegevens in het kader van REACH en CLP (zie verder). Naast de registratie van de stoffen (substanties) dienen nu voor 2013 ook de preparaten geregistreerd te worden indien zij beantwoorden aan de criteria binnen REACH. Naast REACH werd er ook met eenzelfde intensiteit gewerkt aan het implementeren van de nieuwe regelgeving CLP (Classification, Labelling and Packaging of Chemicals). Het is de Europese vertaling van het GHS (Globally Harmonised System of Classification and Labelling of Chemicals) – dat wereldwijd ingevoerd zal worden. CLP/GHS heeft invloed op de classificatie en etikettering van de stoffen en preparaten die Sadepan Chimica nv gebruikt of aanmaakt. Sadepan Chimica nv heeft in 2010 haar medewerking toegezegd aan Stad Genk om mee te werken aan Cleantech-projecten waarbij een aantal bedrijven van Genk-Zuid betrokken zijn. Ook in 2011 werd de verdere loop van zaken hieromtrent verder opgevolgd vanuit Sadepan Chimica nv. Er zijn in dit kader een aantal projecten in eerste vragenrondes, maar tot op heden nog niks concreet. Zo is er bv. het industrieel warmtenet waaraan men voor het ogenblik het hardst mee bezig is.
38
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
7. 7.1.
MILIEUPROGRAMMA Evaluatie doelstellingen 2011
De doelstellingen en maatregelen voor 2011, die verband houden met milieuzorg en onze zorg voor de omwonenden, staan hieronder samengevat
Omschrijving doelstelling en actiepunten
Einddatum
Status en bemerkingen
01/12/2015
Sadepan Chimica nvheeft, samen met de REACH specialisten van de Gruppo Saviola verder gewerkt aan dit punt. I.v.m. de registraties wel/niet van de lijmen & harsen (preparaten) is er overleg geweest met de overheid en is nog steeds lopende. Dit actiepunt loopt verder in 2012.
01/12/2015
Sinds januari 2011 zijn de SDS’en van de eindproducten die Sadepan Chimica nv op de markt brengt conform GHS. De labelling op het terrein en opleidingen hieromtrent dienen nog georganiseerd te worden. De voorbereidingen voro de GHS implementatie van de lijmen & harsen zijn lopende. Dit actiepunt loop verder in 2012.
Verbetering van het risicobeheer
Voorbereiden van de implementatie van REACH door samenwerking binnen Formacare, een sectorgroep van CEFIC
Voorbereiden GHS.
Review (milieu) risico-analyses van de Formaldehyde productieplant n.a.v. hernieuwing VR en SWA-VR m.b.t. vergunningsaanvraag voor een Einde 2011 bijkomende Methanol-opslagtank en Methanoltransport en - lossing via spoor.
Initiële meetings en analyses hebben plaatsgevonden met architecten en overheden. Voorlopig werd dit project echter “on hold” gezet.
Vermindering van verbruik van hulpmiddelen Alle engagementen nakomen m.b.t. de onderschrijving van het energieconvenant met de overheid. hierin zitten o.a. onderstaande open actiepunten vervat:
Indienen van het monitoringrapport voor het productiejaar 2010
1/06/2011
Het jaarlijks monitoringrapport over productiejaar 2010 werd ingediend bij het Auditconvenant en geaccepteerd. Dit actiepunt loopt verder in 2012 voor de monitoring van productiejaar 2011
Uitvoeren van een cluster van maatregelen opgenomen in het energieplan 2010
Einde 2011
Diverse actiepunten werden uitgevoerd in 2011 om het energieverbruik te doen dalen. Er blijven ook voor 2012 nog enkele actiepunten te realiseren. Dit actiepunt wordt hernomen in 2012.
Reductie in het specifiek energieverbruik in 2011 op de lijm-en formaldehydeproductielijnen met respectievelijk 15 en 10% t.o.v. 2007.
Einde 2011
Zelfs met 3 jaar opeenvolgende gelijkblijvende productie van FOR en GLUE is het primair energieverbruik nog verder gedaald in 2011. In 2011 werden een aantal grote investeringen gerealiseerd op het interne stoomdistributienet, zodat enerzijds meer stoom naar de generator kon gestuurd worden en dus een hogere elektriciteitsproductie heeft opgeleverd. Anderzijds kon men voor de afdeling ‘specialties’ de nodige stoom voor tests op een betere manier aanwenden, zodat het aardgasverbruik voor de noodstoomketel drastisch verlaagd werd.Dit actiepunt wordt hernomen in 2012.
Reductie in het energieverbruik in 2010 van de koeltorens en persluchtcompressoren met 20% t.o.v. 2007.
Einde 2011
Idem
EU-ETS (European Union Emission Trading Scheme) rapportering conform de richtlijnen opgemaakt in Vlaanderen en opvolging.
15/7/2011
Dossier EU-ETS voor Sadepan Chimica nv werd conform de richtlijnen overgemaakt aan de overheid. De nodige emissierechten werden toegekend. Loopt verder in 2012.
Einde 2011
Verscheidene tests met pilot plants werden uitgevoerd met diverse positieve en negatieve resultaten. Netto waren de resultaten niet bevredigend genoeg om ermee door te gaan. Andere investeringen werden uitgevoerd om het demiwateren dus ook het grondwaterverbruik te reduceren.
Haalbaarheidsstudie voor het behandelen van procesrecovery water als suppletiewater voor demiwaterproductie in plaats van grondwater. Vermindering van emissies en afvalstoffen
Omschrijving doelstelling en actiepunten
Door een cluster van technische maatregelen een reductie bekomen van de relatieve emissies van TOC en Formaldehyde tot op niveau van 2006/2007.
Door een cluster van kwaliteitsgerelateerde maatregelen een reductie met 25% aan niet recupereerbare lijmen en harsen bekomen t.o.v. 2010
Einddatum
Einde 2011
Einde 2011
Status en bemerkingen Ook in 2011 werd deze doelstelling niet bereikt en dit ook vanwege de lage productiecijfers gedurende 2011 gerelateerd aan de economische crisis. Ook bij een lage productie dienen de afgassen van tanks en installaties in rekening gebracht te worden alsook het veelvuldig starten en stoppen van de installaties. Dit actiepunt wordt hernomen in 2012. Deze doelstelling werd in 2010 gehaald. Niet enkel de effectieve maar ook de specifieke hoeveelheid niet recuperaarbare lijmen en harsen is toen gedaald met meer dan 50% Een herhaalde reductie van 25% in 2011 was onmogelijk, desalniettemin is de hoeveeheid afval in dezelfde grootte-orde als in 2010 Dit actiepunt wordt hernomen in 2012.
Vermindering van lokale hinderaspecten Zero klachten van buren m.b.t. lawaaihinder.
Einde 2011
Er werd geen enkele klacht ontvangen van buren in 2011.
Einde 2011
De MSDS’en van formaldehyde en paraformaldehyde werden opgemaakt conform GHS en ter beschikking gesteld van de contractanten. Ook in 2012 zal dit actiepunt continueren. Dit actiepunt wordt dus hernomen in 2012.
Bevordering milieuzorg bij contractanten, leveranciers en klanten Updaten van de MSDS’en en ter beschikking stelling aan contractanten met speciale aandacht voor de toepassing bij de gebruikers en dit conform GHS Verbeteren van milieucommunicatie Geen speciale additionele acties stonden ingepland. Sadepan Chimica nv. bleef haar milieucommunicatie continueren zoals dit werd vastgelegd binnen haar milieuzorgsysteem.
7.2.
Doelstellingen 2012
De doelstellingen en maatregelen voor 2012, die verband houden met milieuzorg en de zorg voor de omwonenden, staan hieronder samengevat Omschrijving doelstelling en actiepunten
Einddatum
Verbetering van het risicobeheer Verdere implementatie van REACH door samenwerking binnen Formacare, een sectorgroep van CEFIC.
01/12/2015
Voorbereiden van de implementatie GHS.
01/12/2015
Vermindering van verbruik van hulpmiddelen Alle engagementen nakomen m.b.t. de onderschrijving van het energie-convenant met de overheid. hierin zitten o.a. onderstaande open actiepunten vervat:
Indienen van het monitoringrapport voor het productiejaar 2011 Uitvoeren van een cluster van nog openstaande maatregelen opgenomen in het energieplan 2009.
01/06/2012 einde 2012.
Verdere reductie in het specifiek energieverbruik in 2012 op de lijm- en formaldehydeproductielijnen. Verder reductie in het energieverbruik in 2012 van de koeltorens en persluchtcompressoren.
einde 2012 einde 2012
EU-ETS (European Union Emission Trading Sheme) opvolging.
einde 2020
Vermindering van emissies en afvalstoffen Door een cluster van technische maatregelen een reductie bekomen van de relatieve emissies van TOC en Formaldehyde tot op niveau van 2006/2007.
einde 2012
Door een cluster van kwaliteits- en plantgerelateerde maatregelen verder reduceren en minimum op punt houden van niet recupereerbare lijmen en harsen t.o.v. 2011.
einde 2012
Vermindering van lokale hinderaspecten Zero klachten van buren m.b.t. lawaaihinder.
einde 2012
Bevordering milieuzorg bij contractanten en leveranciers Updaten van de MSDS’en en ter beschikking stelling aan contractanten met speciale aandacht voor de toepassing bij de gebruikers en dit conform GHS.
einde 2015
Verbeteren van milieucommunicatie Meehelpen of deelnemen aan minimum 2 grensoverschrijdende projecten omtrent Cleantech Technologie in de regio Limburg.
40
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
einde 2015
8.
VALIDATIEVERKLARING
Verklaring van de milieuverificateur over de verificatie-en valideringswerkzaamheden. AIB-Vinçotte International N.V., EMAS-milieuverificateur met registratienummer BE-V-0016 geaccrediteerd met als reikwijdte 10, 11, 13, 16, 18, 19, 20 (excl. 20.51), 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30.2, 30.9, 31, 32, 33, 35, 36, 37, 38, 39, 41, 42, 43, 45, 46, 47, 49, 52, 53, 58, 59, 60, 70, 71, 74, 79, 80, 81, 82, 84, 85, 86, 87, 88, 90, 94, 95, 96, 99 (NACE-code) verklaart dat hij heeft geverifieerd of de vestiging, zoals vermeld in de milieuverklaring van de organisatie Sadepan Chimica nv, Henry Fordlaan, 68 te 3600 Genk met registratienummer BE-VL-000010 voldoet aan alle eisen van Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS). Met de ondertekening van deze verklaring verklaar ik dat: - de verificatie en validering volledig overeenkomstig de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1221/2009 zijn uitgevoerd; - uit het resultaat van de verificatie en validering blijkt dat er geen aanwijzingen zijn dat niet aan de toepasselijke wettelijke milieuvoorschriften is voldaan; - de gegevens en informatie van de milieuverklaring van de vestiging betrouwbaar, geloofwaardig en juist beeld geven van alle activiteiten van de vestiging binnen de in de milieuverklaring vermelde reikwijdte. Dit document is niet gelijk aan een EMAS-registratie. EMAS-registratie kan alleen worden gedaan door een bevoegde instantie in de zin van Verordening (EG) 1221/2009. Dit document wordt niet gebruikt als een zelfstandig stuk openbare communicatie. Gedaan te Brussel op 16/10/2012.
Volgende milieuverklaring zal in september 2013 ter verificatie en validatie voorgelegd worden.
Voor bijkomende informatie kan u altijd terecht bij Koen Manshoven, QSE-manager bij Sadepan Chimica nv, Henry Fordlaan 68, 3600 Genk, tel. 089/360.724, fax. 089/360.740, e-mail:
[email protected].
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
41
9.
VERKLARENDE W OORDENLIJST EN AFKORTINGEN
ADR
Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route (Europees verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke producten over de weg)
AMINAL
Administratie van milieu en natuur en leefmilieu.
Broeikaseffect
Een bijkomende opwarming in de lagere atmosfeer en het aardoppervlak, doordat sommige gassen in de atmosfeer de invallende zonnestraling doorlaten maar de straling van het opgewarmde aardoppervlak opnemen.
BZV
Biochemisch zuurstofverbruik. Het biochemisch zuurstofverbruik van een (afval) water is de hoeveelheid zuurstof die per volume-eenheid water door micro-organismen wordt verbruikt voor het omzetten van het aanwezige organisch materiaal in eenvoudige, minerale bestanddelen. Het is een maat voor de zuurstof die aan rivieren onttrokken wordt. Dit onttrekken van zuurstof kan leiden tot een tekort aan zuurstof en tot vissterfte.
CEO
Chief Executive Officer.
CLP
Classification, Labelling and Packaging
CO
Koolstofmonoxide. Een toxisch gas dat ontstaat bij de onvolledige verbranding van fossiele brandstoffen en in hoofdzaak wordt toegeschreven aan het wegtransport.
CO2
Koolstofdioxide. Dit is één van de gassen die het broeikaseffect veroorzaken.
CODEX
Verzameling van Koninklijke Besluiten, die uitvoering geven aan de Wet Welzijn op het werk. Ze vormen de arbeidsveiligheidswetgeving in België.
Cryogeen
Cryogeen betekent letterlijk koudmakend. Het wordt gebruikt om aan te geven dat er gewerkt wordt bij extreem lage temperaturen. Cryogene stoffen koken bij een hele lage temperatuur.
CZV
Chemisch Zuurstofverbruik. Dit is de hoeveelheid zuurstof die per volume-eenheid verontreinigd water nodig is om de in het water aanwezige verbindingen chemisch te oxideren. Het is een maat voor de zuurstof die aan de rivieren onttrokken wordt. Dit onttrekken van zuurstof kan leiden tot een tekort aan zuurstof en tot vissterfte.
dB(A)
Eenheid waarin het geluidsdrukniveau van een geluid wordt uitgedrukt, met correctie voor de subjectieve gehoorgewaarwording bij de mens.
Decretale Milieuaudit
De in VLAREM II artikel 4.1.9.2.4. bedoelde milieuaudit betreffende een systematische, gedocumenteerde en objectieve evaluatie van het beheer, de organisatie en de uitrusting van de inrichting of activiteit op het gebeid van de bescherming van het milieu.
EMAS
Eco-Management and Audit Scheme
42
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
EU
Europese Unie
EU-ETS
European Union Emission Trading Sheme
FOR
Formaldehyde productielijn
Fertilizers
Meststoffen
Fosfaat
Anorganische fosforverbindingen zijn een noodzakelijk levenselement voor planten. Overvloedige aanwezigheid van fosfaten kan leiden tot eutrofiëring.
Fugitieve emissie
Emissie naar de atmosfeer veroorzaakt door onvoldoende dichting van onderdelen in de procesinstallatie die ontworpen zijn om dicht te zijn.
GHS
Globally Harmonised System of Classification and labelling of Chemicals
GLUE
Lijmproductie-eenheid.
Integraal milieujaarverslag
Jaarlijks rapport dat wordt opgesteld ten behoeve van diverse overheden.
Immissie
Concentratie van een bepaalde stof in de omgeving.
IMJV
Integraal Milieu Jaarverslag
IPPC
De Europese richtlijn 96/61/EC on Integrated Pollution Prevention and Control (IPPC) beoogt een hogere graad van milieubescherming door geïntegreerde preventie- en controlemaatregelen voor vervuiling afkomstig van industrie en landbouw. Zij bepaalt onder meer dat alle IPPC installaties tegen einde 2007 de normen dienen te behalen in overeenstemming met de Best Beschikbare Technieken.
Jato
Ton per jaar.
LNE
Departement Leefmilieu, Natuur en Energie van de Vlaamse overheid
LOC
Loss of containment. Product dat door kleine of grote lekken, manipulaties buiten de normale procesinstallaties terecht komt. Dit hoeft niet noodzakelijk een milieu-incident te zijn.
Lsp
Specifiek geluid (Lsp) is een component van het omgevingsgeluid die kan toegeschreven worden aan één of meer welbepaalde geluidsbronnen van een inrichting, en akoestisch geïsoleerd kan worden.
Lw
Het geluidsvermogenniveau (Lw) identificeert éénduidig de emissiesterkte van de geluidsbron.
MER
Milieueffectenrapport.
MES
Metatechnisch Evaluatie Systeem. Dit is een ‘Seveso’-audit voor de evaluatie van het veiligheidsbeheersysteem van een onderneming. Deze audit werd ontwikkeld
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
43
en uitgevoerd door de Afdeling van het toezicht op de chemische risico's van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg MF
Melamine Formaldehyde.
MUF
Melamine-Ureum Formaldehyde.
NACE-code
Nomenclature des Activités dans les Communautés Européennes = Algemene systematische bedrijfsindeling in de Europese Gemeenschappen.
NOx
Stikstofoxiden. Dit zijn gassen die aanleiding geven tot zure neerslag en verzuring van de bodem en oppervlaktewater (op continentaal vlak) en smogvorming (op lokaal vlak).
OVR
Omgevingveiligheidsrapport
PAM
Preventieve Actieve Maatregelen
PJ
Peta-Joule Een joule is een eenheid van energie die ongeveer overeenkomt met 0,24 calorie. Omdat de joule een erg kleine eenheid is wordt gerekend met de veelvouden kilo-, mega-, giga-, tera- en peta-joule. Een petajoule is 1 000 000 000 000 000 joule (een 1 met 15 nullen)
PLANOP
Progressive Loss of Containment Analysis – Optimizing Prevention.
QIP
Quality Improvement Proposal (verbeteringsvoorstellen)
QSE
Kwaliteit, veiligheid en milieu.
QSE-manager
De directievertegenwoordiger die verantwoordelijkheden en bevoegdheden heeft om bij Sadepan Chimica nv de eisen voor het veiligheids-en milieuzorgsysteem vast te stellen, te implementeren en bij te houden.
REACH
Registratie, Evaluatie en Autorisatie van CHemische stoffen
Responsible Care
Verbintenis van de chemische sector om verantwoord om te springen met milieu, veiligheid en gezondheid, niet alleen binnen, maar ook buiten het bedrijf.
R&D
Research and Development = onderzoek en ontwikkeling.
RWZI
Rioolwaterzuiveringsinstallatie.
Scorecard
Is een kaart die de belangrijkste interne milieu-indicatoren in kaart brengt en maandelijks een totale score voor deze indicatoren weergeeft. De indicatoren zijn o.a. orde en netheid, ongevallen, incidenten, uitgevoerde actiepunten, gelezen en gesigneerde instructies, aantal meetings, gegeven opleidingen, klachten, uitgevoerde inspecties, meetresultaten van lucht en wateremissies. De kaart wordt maandelijks uitgehangen en de vooruitgang wordt weergegeven in een grafiek.
Smog
Luchtverontreiniging die ontstaat gedurende periodes van stabiele weersomstandigheden met lage windsnelheden, waarbij een lokale accumulatie optreedt van stof en chemische reactieproducten van NOx en VOS onder invloed van het zonlicht. Smog kan de gevoeligheid van de luchtwegen vergroten en zelfs
44
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
leiden tot een verslechtering van de longfunctie. SO2
Zwaveldioxide. Dit is één van de gassen die aanleiding geven tot zure neerslag en verzuring van de bodem en oppervlaktewater (op continentaal vlak) en smogvorming (op lokaal vlak).
Spill
Klein lek, klein verlies aan product.
SWA-VR
Samenwerkingsveiligheidsrapport.
TOC
Totaal organisch koolstof, zijnde een maat voor het totaal gehalte aan organische verbindingen.
UF
Ureum Formaldehyde.
VLAREM II
Besluit van de Vlaamse Regering dat de algemene en sectorale milieueisen van een installatie vastlegt.
VOS
Vluchtige organische stoffen. Dit zijn koolwaterstoffen die vluchtig zijn bij omgevingsvoorwaarden van temperatuur en druk. Bepaalde VOS spelen een rol in het optreden van milieuproblemen die zich op wereldschaal voordoen, zoals het gat in de ozonlaag en het broeikaseffect.
VR
Veiligheidsrapport.
Zwevende stoffen
Vaste stoffen in het water die aanleiding kunnen geven tot vertroebeling van oppervlaktewaters en slibafzetting.
MILIEUVERKLARING 2012 SADEPAN CHIMICA NV.
45