Tussentijdse milieuverklaring 2010

Honda Belgium Factory V Industriezone oord V Wijngaardveld 1 B-9300 Aalst

Tussentijdse milieuverklaring 2010

De resultaten van 2009 in het kader van EMAS -1-

Tussentijdse milieuverklaring 2010 Honda Belgium Factory NV

Voorwoord Het uitvoeren van milieu gerelateerde maatregelen hoeven niet altijd duur te zijn, in tegendeel. Meerdere actie, in 2009, leverden ons zowel een milieu als een financieel voordeel op. Door o.a. het veranderen van het verpakkingsmateriaal van de bumpers en door het nog efficiënter gebruik van de laadruimtes van de trucks, hebben wij dit kunnen realiseren. In 2010 gaan wij Honda fotovoltaïsche zonnepanelen plaatsen op het dak van het bumpermagazijn. De dakoppervlakte van dit magazijn is 7500 m². Het voordeel van deze fotovoltaïsche zonnepanelen is dat er ook elektriciteit wordt geproduceerd door lichtinval. Er dient dus niet expliciet zonlicht aanwezig te zijn. Deze zonnepanelen zijn groener, t.o.v. de conventionele silicium zonnepanelen, omdat er minder kooldioxide ontstaat tijdens de productie. De installatie, op het dak, bestaat uit 900 panelen en vertegenwoordigt 112,5 kWpiek. Wij stellen het zeer op prijs, als u ons op de hoogte brengt van uw reactie op deze tussentijdse milieuverklaring. Vriendelijke groeten,

De Rouck Stefaan

De Jaeger Hans

Milieucoördinator &

General Manager

Preventieadviseur

Foto: Honda fotovoltaïsche zonnepaneel.

--i2-


Inhoudstafel Voorwoord…………………………………………………………………………………………………..-i Inhoudstafel………………………………………………………………………………………………..- ii 1. Bedrijfsresultaten .................................................................................................................................... - 1 1.1. Resultaat van afdeling “Paint Operations” ........................................................................................ - 1 1.2. Resultaten van de logistiek ondersteunende activiteiten in 2009 ...................................................... - 1 2. Resultaten van milieudoelstellingen ....................................................................................................... - 2 3. Resultaten milieuaspecten....................................................................................................................... - 3 3.1. Emissies in de lucht ........................................................................................................................... - 3 3.1.1. Vluchtige Organische Stoffen .................................................................................................................- 3 3.1.2. Emissies door de gasbranders .................................................................................................................- 3 3.1.3. Stofdeeltjes .............................................................................................................................................- 3 -

3.2. Vorming van afvalstoffen .................................................................................................................. - 4 3.3. Gebruik van specifieke producten ..................................................................................................... - 5 3.4. Lozing van afvalwater ....................................................................................................................... - 6 3.4.1. Huishoudelijk afvalwater ........................................................................................................................- 6 3.4.2. Hemelwater .............................................................................................................................................- 6 3.4.3. Bedrijfsafvalwater...................................................................................................................................- 6 -

3.5. Verbruik van leidingwater ................................................................................................................. - 7 3.6. Verbruik van energie ......................................................................................................................... - 8 3.6.1. Energieverbruik ......................................................................................................................................- 8 3.6.2. Verbruik van CO2 neutrale elektriciteit ..................................................................................................- 8 -

3.7. Geluid ................................................................................................................................................ - 9 3.8. Bodem en grondwater ....................................................................................................................... - 9 4. Andere milieuprestaties ........................................................................................................................ - 10 4.1. Milieucharter ................................................................................................................................... - 10 4.2. Klachtbehandeling ........................................................................................................................... - 10 5. Gegevens erkende milieuverificateur................................................................................................... - 10 6. Verklarende woordenlijst ..................................................................................................................... - 11 -

--ii3-


1. Bedrijfsresultaten 1.1. Resultaat van afdeling “Paint Operations” De onderstaande tabel geeft beknopt de evolutie van de hoeveelheid gelakte producten: Product Bumper Accessoires (Acc) Spare Tyre Cover (STC)

2007 +/- 158.400 +/- 35.400 +/- 1.900

2008 +/- 161.900 +/- 50.260 +/- 2.290

2009 +/- 142.300 +/- 37.130 +/- 1.660

Evolutie t.o.v. 2008 Daling met +/- 12 % Daling met +/- 16 % Daling met +/- 17 % 2007

Productie-evolutie, in aantal, t.o.v. 2008

2008

Aantal STC

Aantal bumper, Acc 200.000

20.000

150.000

15.000

100.000

10.000

50.000

5.000

0

2009

0 Bumper

Acc

STC

1.2. Resultaten van de logistiek ondersteunende activiteiten in 2009 De onderstaande tabel geeft het aantal ingepakte en/of verstuurde wisselstukken* weer. 2007

Activiteiten 1

Bumper Factory W/H Body Parts Factory2 Prepack Factory

+/- 217.000 +/- 2.822.370

2008 +/- 191.160 +/- 107.340 +/- 2.834.290

2009 +/- 219.816 +/- 168.040 +/- 2.318.650

Evolutie t.o.v. 2008 Stijging van +/- 15 % Stijging met +/- 57 % Daling met +/- 18 %

* Voor Bumper Factory W/H zijn dit het aantal bumpers naar Honda Europe NV (Gent) en naar andere HLC’s in Europa. Voor Body Parts Factory zijn dit het aantal lijnen3, welke klaargezet worden om te laden. Voor Prepack Factory zijn dit het aantal wisselstukken voor Honda producten zoals auto’s, motorfietsen, moto’s, power equipments. 2007

Evolutie, in %, t.o.v. 2008 %

2008 2009

175 150 125 100 75 50 25 0 Bumper Fac W/H

Body Parts Fac

Prepack Fac

1

W/H = Warehouse Body Parts Factory: de activiteiten startten er in april 2008 3 één lijn = bestelling van één specifiek type onderdeel, maar met een variabel aantal. 2

-1-


2. Resultaten van milieudoelstellingen Betreffende milieu en al zijn facetten kende Honda Belgium Factory NV (BH) de voorbije jaren een aanzienlijke evolutie. De aanpassingen hadden zowel invloed op de bedrijfsactiviteiten, als op het gebruik van milieuvriendelijke producten. 2007

Hernieuwen van de OHSAS-certificatie, in maart; aanpassen van de milieuvergunningen; overschakelen naar waterbasis primer; bodemsanering: plaatsen van de ondergrondse infrastructuur voor de water-onttrekking en waterzuivering.

2008

Installeren van een solventen-recyclinginstallatie in de lak-afdeling; gebruiken van het Johnson Controls systeem voor energie-management in het Body Parts Factory-magazijn; starten met het gebruik van opleggers voor dubbele stapelingen voor de leveringen vanuit UK en Zweden; voorkomen dat het vrachtverkeer langs de woonzone Honda Belgium Factory NV bereikt, door de toegang te centraliseren via het industrieterrein; inkopen van AlpEnergie (elektriciteit); gebruiken van herbruikbare verpakkingen voor APM4 Thailand; dringende orders en transporten naar andere HLC’s vertrekken rechtstreeks vanuit BH. Dit om het dubbele transport te vermijden; energiebesparing, door het plaatsen van ventilatoren, tegen het dak van het outside paintgebouw, om de warmte naar vloerniveau te brengen; centraliseren van kit making (samenstellen van pakketten) in BH. Hierdoor worden transporten uitgeschakeld; gebruiken van een analyse-systeem om nutteloos pre-pack te vermijden. verminderen van het energie-verbruik door het plaatsen van snelsluitpoorten en automatische bediening van de poorten; beperken van de visuele impact van onze activiteiten op de omgeving, door het aanplanten van bomen en struiken naast de gebouwen.

2009

4

Hernieuwen van de EMAS-registratie; dubbele stapelingen in de trucks welke naar o.a. Engeland rijden. Dit resulteert in het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen met +/- 30 ton/jaar; lichthinder beperken door de buitenverlichting te minimaliseren. Dit minimaliseren omvat: minder lampen tijdens kortere periodes laten branden; reduceren van het afvalvolume bij de klant. De individuele karton-verpakking van een bumper is vervangen door een plastieken zak. Hierdoor is er +/- 260 ton/jaar minder afval. Maar omdat er meer bumpers per vracht verstuurd kunnen worden, is er +/- 28 ton/jaar minder CO2-uitstoot; minder elektriciteitsverbruik, door een efficiëntere belasting van een AGV per trafiek.

Asian Parts Manufacturing -2-


3. Resultaten milieuaspecten 3.1. Emissies in de lucht 3.1.1. Vluchtige Organische Stoffen De emissie wordt berekend op basis van de periodiek uitgevoerde emissiemetingen door een erkend laboratorium. In 2009 bedroeg de totale geleide solvent-emissie (uitgedrukt in koolstof) circa 38,41 ton. Emissies Spuitlijn bumpers

2007 +/- 41,75

Ton/jaar 2008 +/- 42,62

2009 +/- 38,41

ton

De grafiek toont de evolutie van de emissie van Vluchtige Organische Stoffen.

45 40 35 30 25 20 15 10 5 0

De emissie in 2009 is lager door de productie-daling.

jaar 2007

2008

Honda Belgium Factory NV voldoet aan de wetgeving betreffende de uitstoot van VOS.

2009

3.1.2. Emissies door de gasbranders Parameter CO-emissie Ox-emissie

2007 +/- 0,43 +/- 1,33

ton

Ton / jaar 2008 +/- 0,43 +/- 0,81

CO-emissie

2009 +/- 0,69 +/- 1,26

NOx-emissie

De gasbranders dienen voor het verwarmen van de gebouwen, de lakcabines en de droogovens.

2 1,5

Jaarlijks gebeurt er een onderhoud en afstelling van de gasbranders.

1 0,5 jaar

0 2007

2008

Het resultaat van de CO-emissie is hoger doordat we meer branders in werking hadden.

2009

3.1.3. Stofdeeltjes In 2009 bedroeg de totale emissie van stofdeeltjes circa +/- 2,67 ton. Ook voor stof waren er geen overschrijdingen van de wettelijke norm.

-3-


3.2. Vorming van afvalstoffen De registratie van afvalstoffen gebeurt met behulp van een systeem waarbij bevestiging van ontvangst door de erkende ophaler of de afvalverwerker een belangrijke rol speelt. In hetzelfde afval-afvoersysteem wordt ook de afval van de andere Honda diensten5, op Wijngaardveld 1, verhandeld. Benaderde hoeveelheid in ton 2007 2008 2009 10,5 12,2 13,4 72,6 102,8 57,9 62,6 81,1 107,2 242,5 236,9 229,5 22,6 21,1 31,1 18,3 15,3 3,6 0,0 0,0 0.0 78,3 62,0 54,3 58,0 55,0 0,0 143,6 133,2 102,8 709,0 719,7 599,8

Afvalstof Andere afvalstoffen Houtafval Metaalafval (ijzer, inox, aluminium) Papier en karton Plastiekfolie Polypropyleen afval Reinigingssolventen Restafval Septisch afval Verf- en waterzuiveringsslib Totaal Vorming van afvalstoffen

• Er werd geen septisch afval opgehaald in 2009. • De stijging van het metaalafval heeft als reden: Body Parts Factory startte maar in april 2008. Er werden ook heel wat metalen uitrustingen verschroot. • De daling van houtafval is het gevolg van het meer gebruik van metalen (herbruikbare) verpakkingen door de toeleveranciers. • Doordat er minder uitval was bij de bumperproductie daalde de hoeveelheid polypropyleen afval sterk. • Er werden meer bumpers verwerkt die verpakt waren in niet herbruikbare plastiekfolie. Daardoor steeg de hoeveelheid plastiekfolie in 2009.

ton 800 700 600 500 400 300 200 100 0

jaar 2007

2008 Afval

5

2009 Nuttige toepassing

Honda Accessoires Aalst, Honda Motor Europe Aalst -4-


De onderstaande tabel geeft een overzicht van de verwerkingswijzen van de afvalstoffen. 2007 Verwerkingswijze Recyclage Verbranden met energiewinning Andere verwerking

Ton +/- 398,2 +/- 248,2 +/- 62,55

2008

% +/- 56,2 +/- 35,0 +/- 8,8

Ton +/- 461,0 +/- 197,5 +/- 61,2

% +/- 64,1 +/- 27,4 +/- 8,5

2009 Ton +/- 434,5 +/- 157,1 +/- 8,1

% +/- 72,4 +/- 26,2 +/- 1,4

Verwerkingswijze afvalstoffen 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%

jaar

2007

2008

2009

andere verwerking verbranden met energiewinning recyclage

De plastiekfolie wordt, vanaf 2008, in balen geperst en verkocht als recyclage-materiaal. Hierdoor stijgt het percentage van gerecycleerde afvalstoffen. Het aandeel recyclage was hoger omwille van de hoeveelheid metaalafval. Er werden minder afvalstoffen voor verbranding met energiewinning afgevoerd door de daling van de hoeveelheid verf- en waterzuiveringsslib. De hoeveelheid afvalstoffen die een andere verwerking krijgen daalde fel doordat er geen septisch afval werd afgevoerd.

3.3. Gebruik van specifieke producten Vooraleer een gevaarlijk product mag gebruikt worden, dienen de veiligheidsinformatiebladen en (eventuele) analyses overhandigd te worden aan de Milieucoördinator. Hij beoordeelt of er testen mogen gebeuren. De voornaamste gevaarlijke producten zijn de verven en de solventen. Als de testen een goed kwalitatief resultaat geven, en het product heeft geen negatieve invloed op milieu, veiligheid of gezondheid, dan beslist de Milieucoördinator in samenspraak met de aanvrager dat het product mag gebruikt worden voor massaproductie. Na goedkeuring komen deze op de “lijst gevaarlijke producten” terecht. Een inventaris van alle installaties met de bijhorende hoeveelheid HCFK en andere koelmiddelen is opgesteld. In 2009 werd in onze airco’s 2,9 kg koelmiddel bijgevuld. De wetgeving op koelinstallaties wordt nageleefd.

-5-


3.4. Lozing van afvalwater Honda Belgium Factory NV heeft sinds 1977 een vergunning voor het lozen van huishoudelijk afvalwater en sinds 1978 een vergunning voor het lozen van gezuiverd bedrijfsafvalwater. De vergunning voor het lozen van bedrijfsafvalwater werd vernieuwd in 1992, deze voor het huishoudelijk afvalwater in 1993. 3.4.1. Huishoudelijk afvalwater Voor het huishoudelijk afvalwater is er een gescheiden afwateringsstelsel. Het huishoudelijk afvalwater wordt in overeenstemming met de lozingsvergunning, zonder waterzuivering, in de openbare riolering geloosd. 3.4.2. Hemelwater Het hemelwater afkomstig van de daken, van de magazijnen, wordt voor een deel opgevangen in ondergrondse reservoirs. Dit water wordt gebruikt voor sanitaire toepassingen in die magazijnen en de kantine. Het andere deel van dat hemelwater komt terecht in infiltratie-vijvers. 3.4.3. Bedrijfsafvalwater De concentraties van de afvalwaterparameters en het debiet worden jaarlijks gedurende 3 opeenvolgende werkdagen gemeten door een erkend laboratorium. Uit deze gegevens berekent men de gemiddelden. Het bedrijfsafvalwater wordt na zuivering geloosd in de openbare riolering, die op haar beurt aangesloten is op het stadswaterzuiveringsstation. In de onderstaande tabel zijn de berekende gemiddelde concentraties van de laatste jaren weergegeven. Parameters (in mg/l)

2007

2008

48 127

ZWS

11

8,6

Arseen

<0,001

0,01

0,01

Max. 0,5

Zilver

<0,002

<0,001

<0,001

Geen norm

Chroom (Cr)

0,012

0,005

0,004

Max. 5

Zink (Zn)

0,259

0,138

0,021

Max. 5

Koper (Cu)

0,038

0,006

0,005

Max. 1

<0,001

<0,001

<0,001

Max. 0,6

0,004

0,004

0,006

Max. 1

<0,0003*

Verboden

0,009

Max. 1

Lood Kwik

<0,0003 *

ikkel (i)

0,009

Totale stikstof

4,61

Totale fosfor Som van de metalen Cr+Zn+Cu+i

<0,0003 * 0,01

<0,1 0,318

-6-

15,2

Geen norm Geen norm Max. 1000

34,2

11,85

Geen norm

<0,1

<0,132

Geen norm

0,039

Max. 8

0,160

* De meetmethode kan concentraties lager dan 0,0003 niet meten.

328 570

Wettelijke norm

BZV CZV

Cadmium

754 1241

2009


In 2009 bedroeg de totale geloosde hoeveelheid bedrijfsafvalwater circa 1954,5 m3. De geloosde hoeveelheid is doorgegeven aan de bevoegde overheid zijnde de Vlaamse Milieu Maatschappij. Tijdens het jaar 2009 werden er geen overschrijdingen van de lozingsnormen vastgesteld. Aangaande pH (zuurtegraad), temperatuur, debiet, chroom VI en de parameters van de bijzondere vergunningsvoorwaarden zijn geen overschrijdingen vastgesteld.

3.5. Verbruik van leidingwater Het verbruik van leidingwater daalde met ongeveer 560 m³ t.o.v. 2008. Het verbruik van de laatste drie jaar wordt hieronder weergegeven: Volume

2007

2008

3

+/- 8.244 +/- 7.687 m Het verbruik is gemeld aan de Vlaamse Milieumaatschappij. Verbruik van leidingwater m³ 9.000 6.000 3.000 jaar

0 2007

2008

2009

-7-

2009 +/- 7.129


3.6. Verbruik van energie 3.6.1. Energieverbruik Het energieverbruik wordt opgevolgd en maandelijks geëvalueerd. Hieronder staan de gegevens betreffende het verbruik van elektriciteit en aardgas. Het verbruik is uitgedrukt in kWh. Energie

2007

2008

2009

Elektriciteit

+/- 3.470.367

+/- 3.819.200

+/- 3.435.678

Aardgas

+/- 6.531.683

+/- 8.234.480

+/- 7.679.812

Verbruik van elektriciteit

Verbruik van aardgas

milj. kWh

milj. kWh

5

10

4

8

3

6

2

4

1

2 jaar

0 2007

2008

jaar

0

2009

2007

2008

2009

Het elektriciteits- en gasverbruik daalden o.a. om een van de volgende redenen: • er zijn 10 werkloosheidsdagen geweest in de bumper productie-afdeling; • onnodige verlichtingen uitschakelen; • verlichting en verwarming minimaliseren waar mogelijk. 3.6.2. Verbruik van CO2 neutrale elektriciteit Op het dak van het Body Parts Factory-magazijn werden, begin 2008, fotovoltaïsche panelen geplaatst. Ook werd in het eerste kwartaal van 2008 een contract ondertekend met Electrabel voor de afname van AlpEnergie. Resultaat voor 2009: • er werd circa 816.558 kWh geproduceerd door de fotovoltaïsche cellen. Dit komt overeen met ongeveer 298 ton minder CO2 uitstoot; • 100% gebruik van CO2 neutrale elektriciteit.

-8-


3.7. Geluid Honda Belgium Factory NV is gelegen in een industriezone. De wettelijke toegestane normen zijn 60 dB(A) tussen 7 uur en 19 uur (dagperiode) en 55 dB(A) tussen 19 uur en 7 uur (avond en nacht). Jaarlijks voert de bevoegde dienst van Honda Belgium Factory NV metingen uit tijdens dag-, avond- en nachtperiodes op 7 plaatsen aan de perceelsgrenzen. De metingen zijn uitgevoerd onder de volgende omstandigheden: geen regen, geen externe invloeden en de windsnelheid lager dan 5m/sec.

Periode orm (in dB(A)) Resultaat

Dag

2008 Avond

Dag

2009 Avond

acht

acht

60

55

55

60

55

55

47,2 ~ 55,8

45,5 ~ 53,6

41,7 ~ 50,0

37,1 ~ 47,2

35,6 ~ 43,1

33,8 ~ 51,2

Geluidsmeting per periode

dB(A)

De grafiek geeft de evolutie weer van de geluidsregistratie* uitgezet t.o.v. de norm.

70 60 50

Een aantal schouwen van de lakafdeling werden hoger gemaakt. Daardoor zijn de meetresultaten in 2009 wat lager.

40 30 20 10 0 dag

avond 2008

2009

De resultaten van de metingen in 2009 zijn lager dan de wettelijke normen.

nacht Norm

* gemiddelde van de 7 meetwaarden per periode.

3.8. Bodem en grondwater De bodemsanering van de 2 vervuilde zones loopt verder.Het verwijderen van de restvervuiling door een water-onttrekking en waterzuivering startte in februari 2009. De evolutie van de sanering wordt nauwkeurig opgevolgd door de bodemsaneringsdeskundige die regelmatig waterstalen neemt en analyseert. Er is een gunstige evolutie waar te nemen.

-9-


4. Andere milieuprestaties 4.1. Milieucharter Het milieucharter is een project waarmee de Kamer van Koophandel bedrijven wilt aanzetten tot het opzetten of verder uitbouwen van specifieke milieuacties. Het bedrijf formuleert een aantal concrete doelstellingen op een actieplan. Op het einde van het actiejaar worden de milieuprestaties van het bedrijf geëvalueerd door een commissie van onafhankelijke deskundigen. Bij een positieve beoordeling ontvangt het bedrijf het milieucharter-certificaat. Enkele realisaties in 2009: studie voor een efficiëntere leveringsverpakking, voor deuren – kofferdeksels – motorkappen, naar Turkije. Hierdoor zal de uitstoot van broeikasgassen verminderen met ongeveer 299 ton/jaar; medewerkers nog meer milieu-bewust te maken door affiches, mondelinge of geschreven informatie; energiebesparing door de verlichting van frisdrank- en koffie-automaten uit te schakelen. Op de recentere automaten werd een software voor energiebesparing in gebruik genomen.

4.2. Klachtbehandeling In 2009 hebben wij 1 klacht ontvangen: •

lichthinder in de tuin van een gebuur, door de buitenverlichting aan de laadkades (Prepack Factory). De armaturen van de verlichting werden naar beneden verdraaid, alsook de tijdstippen voor het aan- en uitschakelen werden aangepast.

5. Gegevens erkende milieuverificateur Het milieubeleid, het milieuprogramma, het functioneren van het milieubeheersysteem, de auditprocedure en deze tussentijdse milieuverklaring werden door Lloyd’s Register EMEA (Antwerpen) met accreditatienummer B014, geverifieerd en gevalideerd op 17 maart 2010. De volgende gevalideerde en bijgewerkte tussentijdse milieuverklaring zal ten laatste in maart 2011 bij de bevoegde instantie ingediend worden. Na goedkeuring zullen wij deze tussentijdse milieuverklaring openbaar maken.

- 10 -


6. Verklarende woordenlijst AGV

automatisch geleide voertuig.

BZV

Biochemisch Zuurstof Verbruik (Engels BOD = Biochemical Oxygen Demand). Het biochemisch Zuurstofverbruik van een (afval)water is de hoeveelheid zuurstof die per volume-eenheid water door micro-organismen wordt verbruikt voor het omzetten van het aanwezige organisch materiaal in eenvoudige, minerale bestanddelen. Het is de maat voor de zuurstof die aan de rivieren onttrokken wordt. Dit onttrekken van zuurstof kan leiden tot een tekort aan zuurstof en tot vissterfte.

CFK

Chloorfluorkoolwaterstoffen. Dit zijn producten met een hoge chemische en thermische stabiliteit, niet toxisch en onontvlambaar. Ze worden medeverantwoordelijk geacht voor milieuproblemen die zich op wereldschaal voordoen zoals het gat in de ozonlaag en in zekere mate ook het broeikaseffect. Voorbeeld van een CFK: FREON R12.

CO

Koolstofmonoxide is een reukloos, kleurloos, smaakloos en niet-irriterend gas.

CZV

Chemisch Zuurstof Verbruik (Engels: COD = Chemical Oxygen Demand). Dit is de hoeveelheid zuurstof die per volume-eenheid verontreinigd water nodig is om de in het water aanwezige verbindingen chemisch te oxideren. Het is een maat voor de zuurstof die aan de rivieren onttrokken wordt. Dit onttrekken van zuurstof kan leiden tot een tekort aan zuurstof en vissterfte.

dB(A)

Eenheid van geluid.

EMAS

Eco Management and Audit Scheme.

Emissie

De uitstoot van luchtverontreinigende stoffen.

Fotovoltaïsche cel

Zet licht rechtstreeks om in elektriciteit. De opgewekte gelijkstroom wordt via de netgekoppelde omvormer omgevormd tot wisselstroom die onmiddellijk kan gebruikt worden.

FREON

Verzamelnaam voor een aantal chloorfluorkoolstofproducten van een bepaald fabrikaat, die onder meer als drijfgas (vb. in spuitbussen) en als verdampingsmiddel in koelmachines gebruikt worden.

HCFK

Gehydrogeneerde chloorfluorkoolwaterstoffen. Dit zijn producten die minder persistent zijn dan CFK’s en een geringer ozonafbrekend vermogen hebben. Ze dragen in zekere mate bij tot het broeikaseffect. De op Honda Belgium Factory NV gebruikte HCFK is FREON R22.

HLC

Honda Logistics Center.

HUM

Honda of the United Kingdom Manufacturing.

- 11 -


kWpiek

Kilo Watt piek. Een kWpiek is het theoretisch maximaal vermogen van een fotovoltaïsche installatie met een opgesteld vermogen van 1 kilowatt.

NOx

Stikstofoxiden.

OHSAS

Occupational Health and Safety Assessment Series.

OVAM

Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij.

SO2

Zwaveldioxide.

Solventen

Organische stoffen die meestal vluchtig zijn bij omgevingsvoorwaarden en gebruikt worden als oplosmiddel of reinigingsmiddel.

VOS

Vluchtige Organische Stoffen.

Zwevende stoffen

ZWS. Vaste stoffen in het water die aanleiding kunnen geven tot vertroebeling van waterlopen en slibafzetting.

Uitleg van de logo’s in de hoofdbalk. Dit is het Honda milieu-logo, wereldwijd.

Logo: Green Factory project.

- 12 -


GEVALIDEERDE INFORMATIE REG N°: B-VL-000007

Uitgever en contactpersoon: De Milieucoördinator dhr. Stefaan De Rouck Tel: +32(0)53 725 402 E-mail: [email protected] Honda Belgium Factory NV Maart 2010 Website: http://www.environment.honda-eu.com/greenfactory/aalst_report.htm - 13 -

Tussentijdse milieuverklaring 2010

Recommend Documents