Met The Hunger Project naar India Van 14 tot 20 februari 2011 was ik in India mee op een reis voor mensen die investeren in The Hunger Project (THP), om met eigen ogen te zien hoe THP India werkt. The Panchayat Ray Campagne van The Hunger Project in India richt zich op vrouwen die gekozen zijn in de lokale dorpsraad (panchayat), waar sinds kort de helft van de zetels bij wet gereserveerd is voor vrouwen. Deze vrouwen volgen het vijfjarig leiderschapsprogramma van THP, om te zorgen dat zij daadwerkelijk hun functie goed kunnen uitoefenen. De rol van vrouwen in de lokale overheid is de laatste tien jaar onmiskenbaar gegroeid: zij vechten tegen armoede, honger en corruptie en zetten zich in voor onderwijs ( vooral voor meisjes), gezondheidszorg, sanitaire voorzieningen, schoon drinkwater en sociale gerechtigheid. Hieronder volgt een impressie van mijn reis. 21 februari maandagochtend vroeg word ik wakker. Ik heb het gevoel of ik eerst mijn hoofd moet uitpakken. Mijn koffer komt later wel. Een week vol met ervaringen, indrukken en ontmoetingen. Geweldig om zo een kijkje te mogen nemen in de keuken van THP.
Vooral de Women’s Leadership Workshop (WLW) maakte veel indruk. Vrouwen, sinds een jaar actief in de dorpsraad, de panchayat, namen deel aan de workshop die wij bezochten. Verschillende vrouwen uit verschillende kasten en stammen, maar allen met het zelfde doel. Als wij de workshop binnensluipen zijn ze bezig. Er zitten 22 vrouwen in een carré in kleermakerszit op dunne matrasjes, sommigen hebben kleine kinderen bij zich. Wij gaan achter hen zitten. Het is een redelijk grote ruimte, de deuren staan naar buiten open, onze schoenen staan voor de deur. Aan de wand hangen posters met tekeningen en teksten in Hindi. Er zijn twee trainers, een man en een vrouw. De groep bestaat uit panchayat leden en een paar sarpanches, voorzitters van de panchayat. Sommigen hebben een paar jaar onderwijs gehad, sommigen helemaal niet. De dag ervoor hebben ze geïnventariseerd waarom niet. Hun broertjes mochten naar school, er was geen geld, ze moesten thuis helpen, de school was te ver weg. Er wordt gesproken over het 73 en 74th amendement in de Indiase wet, waarin staat dat de panchayat sinds 1994 voor 33 % en nu zelfs voor 50% uit vrouwen moet bestaan. De andere helft is bestemd voor mannen en vrouwen. Daar mogen we hier nog wel een voorbeeld aan nemen.
1
Dan volgt er een prachtige oefening. Neem je hand eens: dat kleine pinkje dat kan er toch wel af, of is het toch een onderdeel van het geheel? De pink staat voor gelijkheid. De ringvinger is de vinger waarmee je je bindi aanbrengt, de rode stip tussen je ogen. De ringvinger staat voor het recht op godsdienstvrijheid. De middelvinger: aan twee kanten kan er druk op je worden uitgeoefend. Maar de wet heeft het recht op vrijheid gegeven. Dat is de betekenis van de middelvinger. En dan de wijsvinger: ik mag mijn vinger heffen als ik het ergens niet mee eens ben. Vrijheid van meningsuiting. En dan de duim. Als je niet kunt schrijven zet je de afdruk van je duim op een formulier. De duim staat voor het recht op onderwijs. En met je hele hand kun je een vuist maken. Wat een geweldige manier om iets duidelijk te maken. Je hand heb je altijd bij je. Je stem ook. Als je je stem niet laat horen, gebeurt er niets. Het volgende programma onderdeel. Er staat een vrouw in een rode sari in het midden van het carré. De andere vrouwen worden uitgenodigd om een doek te binden op de plaats van het lichaam waar de vrijheid van vrouwen wordt belemmerd. De eerste doek gaat om de enkels, dan volgt er een om de mond, over de ogen, de handen worden gebonden en ook het middel. Vrouwen hebben geen rechten. Ze mogen niet gaan waar ze willen, ze mogen niet doen wat ze willen, ze mogen niet zeggen wat ze willen, ze mogen soms niet eens kijken en ze krijgen minder te eten dan de mannen. “Mijn man krijgt de rijst en ik het water waarin de rijst gekookt is”. We lunchen samen met de vrouwen buiten, we maken foto’s van hen, we eten rijst met dhal, een linzensaus en groenten. In dit gedeelte van India Madhya Pradesh wordt voornamelijk vegetarisch gegeten. Na afloop wast iedereen zijn eigen bord af. Na de lunch wordt er met zingen begonnen, een vrouw zingt: ‘ I have the right to exist’. Supriya van het Global Office van THP, die vertaalt, is zichtbaar ontroerd. Het ontroert mij ook. ’s Middags gaat het eerst over leiderschap: wat is een goede leider, wat is een slechte leider? Heb je altijd geld nodig om iets te bereiken, of zijn er dingen die je zonder geld kunt bewerkstelligen? De vrouwen overleggen in groepjes. Op de eerste dag van de workshop, als de vrouwen moeite hebben met de kaste verschillen en nog een beetje bij elkaar klitten in eigen groepjes, worden ze naar buiten
2
gestuurd en mogen ze pas terugkomen als ze bereid zijn samen te werken ongeacht klasse of afkomst. Dan komt de trainer met een klein spiegeltje, een spiegeltje zoals de vrouwen thuis hebben om hun bindi aan te brengen. Elke vrouw wordt uitgenodigd om naar voren te komen en te kijken in de spiegel en te zeggen wat ze ziet. De meeste vrouwen vinden dat erg moeilijk. ‘Ik zie mijn bindi’, ‘Ik zie mijn neussieraad of de rand van mijn sari’. Maar deze vrouw zegt: ‘Ik zie een leider’. Wat een mooi moment. Aan het einde van de dag komen wij dichterbij zitten en vertellen wij een beetje over ons leven. We maken een groepsfoto en reizen terug naar het hotel in Katni. Hobbel de bobbel in de bijna continu toeterende bus. De chauffeur toetert om te passeren, ‘Blow your horn’, om fietsers en riksja’s te waarschuwen, om koeien van de weg te laten gaan. Op het oog ziet de weg er goed uit maar hij is maar net breed genoeg voor een voertuig, de ander moet dus de kant in. We komen in het donker als kerstboom verlichte vrachtauto’s tegen. Zij toeteren luid terug.
De volgende dag bezoeken we twee dorpen. In het eerste dorp worden we door de vrouwelijke panchayat leden ontvangen met afrikaantjes, de traditionele welkomstbloem en hibiscus en bougainville. Twee mannen slaan op trommels. We lopen naar het panchayat gebouw, waar op de muur de namen geschilderd zijn van de leden van de panchayat. Er zijn ook lijstjes met de namen van de commissieleden.
De mannen staan te kijken en komen met versnaperingen, gebakken groentekoekjes en zoete balletjes en roestvrij stalen drinkbekers met water. Voor het water moeten we bedanken omdat het niet uit een fles komt. Even later krijgen we in kleine plastic cupjes chai. Thee met melk en kardemom. De sarpanch Tulsa Bay (57) vertelt wat de uitdagingen zijn. Steeds komen er mannen om de hoek kijken. Een klein jongentje krijgt ook een bordje met lekkernijen. De grootste uitdaging voor de vrouwen is dat het geld voor projecten niet op tijd komt. Als er iets gedaan wordt, moet het af zijn voor er geld komt. Dan moet de gemeentesecretaris, aangesteld door de regering, zijn 3
handtekening zetten en komt er ook nog iemand van het district kijken. Dan pas wordt er betaald. Veel van wat in het dorp wordt uitgevoerd, wordt gedaan binnen het honderd dagen per jaar werkverschaffingsplan van het rijk. Dat garandeert mensen onderaan in de samenleving honderd dagen werk per jaar. Ook is er een middagmaal voorziening voor kleine kinderen die thuis te weinig te eten krijgen. De sarpanch ziet erop toe dat de maaltijden ook verstrekt worden door regelmatig te gaan kijken.
Het lokaaltje ziet er vrolijk uit met tekeningen op de muur.
Trots laat de juf het zien Hier worden kinderen opgevangen van nul tot zes jaar. De moeders komen ook vaak hier. Dankzij ons bezoek hebben de kinderen vandaag vrij van school. In een optocht lopen we door het dorp, de mannen met de trommels voorop. Kinderen krioelen om ons heen.
De meisjes lopen in rode jurkjes rond, hun uniform. Grotere meisjes zien we met een fiets.
4
Tulsa Bay, de sarpanch neemt ons mee naar haar huis.
We mogen een kijkje nemen binnen. Het is erg donker, een mat op de vloer en een stok waar wat kleren overheen hangen. Achter een schot is een kook plek. Er hangen wat godenplaatjes. Je kunt door de dakbedekking heenkijken maar er ligt wel plastic overheen. De sarpanch vertelt dat ze bang is om ’s avonds alleen door het dorp te lopen omdat ze de mensen, die werken voor de panchayat niet kan betalen. Op veel niveaus is er corruptie. In de workshop, in het eerste jaar van het leiderschapsprogramma heeft ze geleerd hoe je ondervoeding kunt herkennen door kinderen te wegen. Vijf kinderen waren ondervoed, maar zijn dankzij haar in het ziekenhuis geweest en maken het nu goed. We komen langs een huis dat gebouwd is met behulp van de sarpanch. De vrouw die er gaat wonen heeft vier jaar lang bakstenen zelf gemaakt! Ze was verlaten door haar man die ook haar zoon had meegenomen. Het stukje grond was gelukkig van haar zelf.
We komen bij een vijver die uitgegraven wordt zodat de koeien kunnen drinken. Het werk wordt met de hand gedaan. De mannen hakken en de vrouwen sjouwen op hun hoofd grote manden met aarde en stenen naar een aarden wal. Als we daar weg willen gaan beginnen de mannen te morren en zeggen dat ze nog geen geld hebben gehad. Nu moeten ze op de pof leven. Dat is een groot probleem. Soms duurt het wel een jaar voor er uitbetaald kan worden. De uitdagingen zijn groot, maar de vrouwen gaan er voor. Om dit soort problemen op grotere schaal te kunnen aanpakken probeert THP federaties van de grond te krijgen, die op een hoger niveau deze zaken kunnen aankaarten. 5
’s Middags gaan we naar een ander dorp, vlakbij een tijgerreservaat. Daar spelen weer andere problemen. Dat land door buitenstaanders wordt ingepikt om er hotels te bouwen, dat er een hek rond het park wordt gezet zodat vrouwen die ’s nachts moeten bevallen, moeten wachten tot de hekken opengaan voordat ze bij het ziekenhuis kunnen komen
Op de laatste dag ontmoeten we de vrouwen één op één. Die dag is Muni Bay mijn buddy. Ze is sarpanch van drie dorpen. Er spelen verschillende problemen. Muni Bay moet een kilometer lopen om water te halen en er is nog geen geld om dat op te lossen. Er is ook nog geen gebouw voor de panchayat. In een van de drie dorpen is iemand die het geld voor het middageten van alle drie de dorpen alleen gebruikt voor het eigen dorp. Er moet een school komen voor de 9th tot de 12th grade zodat de meisjes in het dorp naar school kunnen en niet buiten het dorp. Als ze buiten het dorp naar school gaan, bestaat de kans dat ze aangerand of gekidnapt worden onderweg. Op mijn verzoek zingt Muni Bay een slaapliedje. Supriya vertelt, dat het een liedje is dat gezongen wordt, als er een jongen wordt geboren. Daarna zingt Muni Bay een liedje dat gezongen wordt als een dochter gaat trouwen. Er moet nog heel veel gebeuren, maar ik ben hoopvol gestemd. Er zit beweging in. Van onder af wordt de kloof gedicht tussen het plattelandse India en het 21ste eeuw India, dat een economische groei kent van 8 %. De vrouwen die we gezien hebben zijn krachtig en dapper en hebben de uitdaging aangenomen om zelf hun leefsituatie te verbeteren. Onze steun aan hen via The Hunger Project is daarbij onontbeerlijk. Mieke Goudriaan-Severijnen Delft, september 2011
6