Jaarverslag The Hunger Project Nederland 2013 Deel I – DE ORGANISATIE
0
Stichting The Hunger Project
Inleiding Dit jaarverslag geldt als aanvulling op het publieksjaarverslag van The Hunger Project Nederland, dat digitaal beschikbaar is via www.thehungerproject.nl. Het is ook mogelijk om een gedrukt exemplaar van het publieksjaarverslag op te vragen via
[email protected]. In dit deel van het jaarverslag staat de organisatie centraal. Deel II van het jaarverslag gaat over de financiën en bevat onder andere de jaarrekening. Ook dit deel is digitaal beschikbaar op www.thehungerproject.nl.
1
Stichting The Hunger Project
Inhoud
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
Algemene informatie Doelstelling, missie en visie Strategie en aanpak wereldwijd Resultaten en impact Monitoring en evaluatie Strategie en beleid Nederland Resultaten en prestaties Nederland Communicatie Interne organisatie The Hunger Project Nederland en wereldwijd Toekomstplannen Verantwoordingsverklaring bestuur Bijlage: Investeerders 2013
3 3 4 7 12 14 16 18 21 23 24 25 28
2
Stichting The Hunger Project
Algemene informatie Stichting The Hunger Project Korte Elisabethstraat 19-21 3511 JG Utrecht
Postadres: Postbus 1546 3500 BM Utrecht
Telefoon: 030 233 53 40
E-mail:
[email protected]
De stichting The Hunger Project Nederland is opgericht op 1 december 1980. The Hunger Project Nederland is onderdeel van een internationaal netwerk en als zodanig verbonden met de moederorganisatie The Hunger Project global, waarvan het hoofdkantoor is gevestigd in New York.
1. Doelstelling, missie en visie De doelstelling van The Hunger Project is het beëindigen van chronische honger en armoede over de gehele wereld, en alles wat daarmee verband houdt of daartoe bij kan dragen, in de ruimste zin van het woord. The Hunger Project heeft als missie een einde te maken aan chronische honger en armoede door vooruitstrevende, duurzame, grassroot strategieën waarin vrouwen centraal staan. En door te pleiten voor de invoering van deze strategieën over de hele wereld. The Hunger Project streeft naar een wereld waarin elke vrouw, elke man en elk kind een gezond, zelfredzaam en waardig leven leidt. The Hunger Project heeft de visie en overtuiging dat een duurzame beëindiging van de honger alleen kan worden bereikt door de direct betrokkenen zelf. The Hunger Project ondersteunt mensen in ontwikkelingslanden om op eigen kracht een toekomst op te bouwen zonder honger. The Hunger Project ziet mensen met honger als volwaardige individuen die in principe in staat zijn hun eigen honger te beëindigen, als zij daar de kans toe krijgen. Voorwaarde daarvoor is dat mensen in ontwikkelingslanden ondersteund worden om zich bewust te worden van hun eigen vermogens, hun kansen voor het duurzaam beëindigen van hun eigen honger te herkennen en begrijpen en de benodigde capaciteiten daartoe te ontwikkelen. The Hunger Project hanteert daarbij de volgende richtinggevende principes: menselijke waardigheid en mensenrechten; gelijkheid van mannen en vrouwen; empowerment; maximaliseren van effectiviteit; onderlinge verbondenheid; duurzaamheid; sociale transformatie; holistische benadering; decentralisatie en transformerend leiderschap.
3
Stichting The Hunger Project
2. Strategie en aanpak wereldwijd Omdat veel verschillende factoren een rol spelen in het duurzaam oplossen van de honger, kiest The Hunger Project voor een integrale aanpak, waarbij we aan alle acht millenniumdoelen werken. De strategie van The Hunger Project, zoals gezamenlijk vastgesteld in het huidige strategische plan 2012-2015, bestaat er ten eerste uit dat we het werk dat we al doen willen verbeteren. Ten tweede willen we bewijzen dat onze aanpak relevant is, en ten derde willen we ervoor zorgen dat andere partijen onze aanpak overnemen, zodat uiteindelijk onze impact wordt vermenigvuldigd. De aanpak van The Hunger Project is gebaseerd op drie kernelementen. Gecombineerd zorgen deze kernelementen dat mensen hun eigen kracht ontdekken en gebruiken. Ze stimuleren leiderschap en zelfvertrouwen. Zodat mensen zelf duurzame vooruitgang boeken bij de beëindiging van hun eigen chronische honger en armoede. De drie kernelementen van The Hunger Project zijn: Mobiliseren van mensen om zelf in actie te komen Empowerment van vrouwen Samenwerking met lokale overheden Mobiliseren van mensen om zelf in actie te komen The Hunger Project traint vrouwen en mannen op het platteland en geeft hun inzicht in hun eigen capaciteiten en mogelijkheden. Via deze kennis, methoden en middelen kunnen zij zelf actie ondernemen om hun leven te verbeteren. Zo volgen mensen op dorpsniveau Visie, Commitment en Actie (VCA)-workshops waarin zij hun dromen en visie op een betere toekomst vormgeven. Ze maken zelf concrete en haalbare plannen om hun dromen te verwezenlijken. Met ondersteuning van The Hunger Project en met zo veel mogelijk lokale bronnen voeren zij deze plannen uit. The Hunger Project helpt vervolgens mee om gemeenschappen op te bouwen waarin iedereen zich kan ontwikkelen. Zo krijgen mensen bijvoorbeeld toegang tot microkredieten, scholing, gezondheidszorg en een voedselbank. Essentieel zijn de lokale vrijwilligers, de animators, die enthousiast zijn over de nieuwe mogelijkheden die ze zien. Deze mensen worden getraind om zelf weer trainingen te geven waarin zij anderen inspireren tot actie. Zij stimuleren mensen in hun eigen gemeenschap om acties en veranderingen door te voeren. Wereldwijd werkt The Hunger Project met bijna 400.000 getrainde vrijwilligers die miljoenen anderen mobiliseren om in actie te komen. Empowerment van vrouwen Voedselschaarste en de ongelijkheid tussen man en vrouw in ontwikkelingslanden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Vrouwen zijn verantwoordelijk voor het vervullen van de basisbehoeften van hun gezin. Desondanks worden veel vrouwen systematisch buitengesloten en hebben ze geen toegang tot onderwijs, geld of invloedrijke posities. Veel potentieel blijft zo onbenut. Zodra vrouwen in hun kracht staan en zich ontpoppen als leider, plukt de hele gemeenschap daarvan de vruchten. Vrouwelijke leiders zetten voedselzekerheid, onderwijs, gezondheid, corruptie en sociale uitsluiting op de agenda van hun gemeenschappen. The Hunger Project maakt vrouwen en mannen hiervan bewust. Vrouwen krijgen de kans zich te ontwikkelen via alfabetiseringslessen, scholing en leiderschapstrainingen. Zo kunnen vrouwen via de programma’s in Afrika een beroep doen op microkredieten, waarmee ze kunnen investeren in een kansrijke toekomst voor het hele gezin. En in India worden de vrouwen ondersteund om optimaal gebruik te maken van hun politieke mandaat in dorpsraden en het bijbehorende overheidsbudget.
4
Stichting The Hunger Project
Samenwerking met lokale overheden The Hunger Project werkt samen met overheden op districts- en dorpsniveau, omdat deze het dichtst bij de mensen staan. Het is hun taak om voorzieningen in basisbehoeften zoals gezondheid, voeding, onderwijs en inkomen te organiseren. The Hunger Project wil deze taak niet overnemen, maar betrekt de lokale overheid in alle stadia en op alle niveaus van de ontwikkeling van de gemeenschap. Zo zorgt The Hunger Project ervoor dat dorps- en districtsraden effectief kunnen werken en dat vrouwen een stem krijgen in de dorpsraad. Daarnaast investeert The Hunger Project in het vermogen van boerengemeenschappen om zeggenschap en voorzieningen af te dwingen bij hun lokale en nationale overheid. Strategieën The Hunger Project heeft uitvoerende programma’s in acht landen in Afrika (Benin, Burkina Faso, Ethiopië, Ghana, Malawi, Mozambique, Oeganda en Senegal), in Bangladesh en India, en in Mexico en Peru. In elk land is een eigen kantoor gevestigd, met lokale medewerkers. Unieke situaties in elk land vragen om een unieke benadering. Een methode die in Azië uitstekend werkt, kan om wat voor politieke, culturele, sociale, economische of geografische reden dan ook weleens helemaal de plank misslaan in Afrika of Latijns-Amerika. Daarom bestaat er bij The Hunger Project niet zoiets als ‘dé oplossing’ of ‘hét project’. Continu wordt op lokaal niveau onderzocht wat er ‘ontbreekt’ voor het succesvol bestrijden van honger en armoede, en daar wordt vervolgens aan gewerkt. De visie van The Hunger Project op ontwikkeling is samengevat in een ‘verandertheorie’. Deze verandertheorie geeft weer hoe The Hunger Project denkt dat verandering plaatsvindt en hoe kleine acties grote impact kunnen hebben. De verandertheorie van The Hunger Project werd in 2010 en 2011 gezamenlijk ontwikkeld door alle partner- en programmalanden, en vormde de basis voor het huidige strategische plan 2012-2015. In Afrika werkt The Hunger Project in acht landen aan de epicentrumstrategie. Via deze strategie wordt over een periode van ongeveer acht jaar in vier fasen gewerkt naar zelfredzaamheid van rurale gemeenschappen. In 2013 waren er in totaal 121 van zulke epicentra, in verschillende fasen. Eén epicentrum bereikt 10 tot 15 dorpen − op loopafstand − in een omtrek van 10 kilometer. Gemiddeld wonen daar 10.000 tot 15.000 mensen. Deze mensen werken samen om hun levensomstandigheden te verbeteren. Onder andere via een door de gemeenschap zelfgebouwd en bestuurd zogenaamd ‘epicentrum’. Fysiek gezien is een epicentrum een dienstencentrum in het midden van de regio. Hierin zijn een kleuterschool, een medische post, een door vrouwen gerunde bank waar microkredieten worden verstrekt, een trainingsruimte en een voedselbank gevestigd. Symbolisch vormt het epicentrum ook een bewijs van de inspanningen van de gemeenschap, en vormt het gebouw het hart van waaruit aan veranderingen wordt gewerkt. Bij de inspanning van de bevolking om de leefsituatie te verbeteren is gelijkheid tussen mannen en vrouwen essentieel. De bevolking wordt gestimuleerd om het initiatief te nemen om concrete plannen uit te voeren en krijgt ondersteuning in de vorm van microkredieten, alfabetiseringslessen en trainingen gericht op landbouwtechnieken en ondernemerschap. Er wordt nauw samengewerkt met lokale overheden, waarmee The Hunger Project afspraken maakt over passende infrastructuur, gezondheidszorg en onderwijsfaciliteiten. Een hecht partnerschap met de lokale overheid draagt, samen met inkomsten-genererende projecten, bij aan een onafhankelijk functionerend epicentrum. Het epicentrum is zelfstandig en zelfvoorzienend wanneer de gemeenschap het dienstencentrum met al haar functies zelfstandig kan beheren. En wanneer zij in staat is om de eigen behoeften te formuleren en deze om te zetten in eigen actie en succesvolle onderhandeling voor diensten van de overheid of andere organisaties. Er is een uitgebreide checklist met 52 criteria voor zelfredzaamheid. Het gehele proces duurt gemiddeld acht jaar. Naar verwachting zullen in 2014 in Ghana de eerste 4 epicentra de fase van zelfredzaamheid bereiken. 5
Stichting The Hunger Project
In Azië werkt The Hunger Project in Bangladesh en India met een lokale staf aan vrouwelijk leiderschap. Volgens de wet hebben vrouwen in India recht op een deel van de zetels in de lokale politiek. The Hunger Project heeft haar programma’s hierop afgestemd en leidt vrouwen op tot effectieve leiders van hun gemeenschap. Hierdoor zijn ze beter in staat hun rechten op te eisen en een toekomst op te bouwen zonder honger, armoede en ongerechtigheid. De vrouwen worden gedurende hun zittingsperiode van vijf jaar ondersteund en gecoacht bij hun werkzaamheden. Dat gebeurt vooral in de vorm van workshops en bijeenkomsten waarin zij van elkaar kunnen leren. Ook stimuleert The Hunger Project vrouwen bij het vormen van federaties, omdat ze samen meer kunnen bereiken. Door samenwerking leren vrouwen allianties te vormen en zo druk uit te oefenen op de overheid. Ook leren ze om succesvol de media in te zetten en zetten zij campagnes op om andere vrouwen te mobiliseren om zich verkiesbaar te stellen. De vrouwen richten zich bijvoorbeeld op gezondheid, voeding, onderwijs, water of hogere inkomsten voor het gezin. Bovendien komen zij in actie tegen lang genegeerde problemen als huiselijk geweld, alcoholisme en corruptie. In Latijns-Amerika werkt The Hunger Project aan het verbeteren van de emancipatie van met name vrouwen van de inheemse bevolkingsgroepen, omdat onder hen de grootste concentratie van honger en armoede te vinden is. Door het steunen en krachtiger maken van vrouwen worden ook daar hele gemeenschappen veerkrachtiger. In Mexico werkt The Hunger Project daarbij met een eigen lokaal team samen met de relevante lokale en de nationale overheid. Het werk van The Hunger Project met partnerorganisatie ACLO in Bolivia is in 2007 wegens gebrek aan middelen stopgezet. In Peru werkt The Hunger Project samen met partnerorganisatie Chirapaq aan het versterken van het netwerk van inheemse vrouwenorganisaties.
6
Stichting The Hunger Project
3. Resultaten en impact In 2013 besteedde The Hunger Project Nederland het grootste deel van het budget aan de programma's van The Hunger Project in Benin, Burkina Faso, Malawi, Ghana, Senegal en India. Voor deze landen zijn ook de meeste geoormerkte fondsen geworven, specifiek beschikbaar voor dat land of een bepaald project. In dit jaarverslag worden daarom de behaalde resultaten in juist deze landen toegelicht. Resultaten uit de overige programmalanden zijn desgewenst te vinden op www.thehungerproject.nl en www.thp.org. Epicentrumstrategie Afrika – ontwikkelingen en resultaten Gedurende 2013 zijn er twee nieuwe epicentra bijgekomen, waardoor The Hunger Project nu in 121 epicentra werkt. In deze centra worden de mensen gemobiliseerd om zelf hun basisbehoeften te organiseren. Dit wordt onder meer gedaan door het geven van workshops, zoals de VCA-workshops, waaraan in 2013 meer dan 146.000 mensen deelnamen, waarvan 57% vrouwen. Aan Youth Mobilizationworkshops deden bijna 14.500 jongeren mee, waarin zij handvatten kregen om een positieve bijdrage te leveren aan zowel de toekomst van henzelf als van de gemeenschap als geheel. Op het gebied van gelijkheid van mannen en vrouwen zijn onder meer 1792 Women Empowermentworkshops gegeven over de rechten van vrouwen, waaraan ruim 95.924 personen deelnamen. De hiv/aids-gendergelijkheid workshops, die zich richten op de gelijkheid van mannen en vrouwen in relatie tot voorkoming van de verspreiding van hiv/aids, waren ook goed bezocht: 73.433 vrouwen en 44.061 mannen namen hier in 2013 aan deel. Ook werden 421.166 condooms uitgedeeld, waarvan meer dan 25% vrouwencondooms. Naast de voorkoming van hiv/aids neemt gezondheidszorg voor (zwangere) vrouwen en kinderen in de epicentra een belangrijke plaats in. Zo zijn ruim 152.000 kinderen gewogen en hebben 38.910 mensen deelgenomen aan de 1000-dagen workshops, waarin voorlichting wordt gegeven over hoe cruciaal goede voeding is in de eerste 1000 dagen van een kind, vanaf het moment van conceptie tot aan de tweede verjaardag. Voedselzekerheid is een van de kernelementen van de missie van The Hunger Project. Dit wordt bereikt door onder meer voedselbanken in de epicentra. Eind 2013 was hier maar liefst 2.103.075 kilo aan voorraad opgeslagen, inzetbaar als buffer tegen dreigende honger. Om de mensen in de epicentra meer kennis te geven over het vergroten van de voedselzekerheid van zichzelf en hun families zijn meer dan 66.000 workshops gegeven. Een van de troeven van The Hunger Project op het gebied van voedselzekerheid is moringa: de zeer voedzame bladeren van een boom die goed gedijt in de veelal droge regio’s waar de epicentra zich bevinden. Afgelopen jaar werden 48.323 moringabomen geplant. Proof of Concept epicentra The Hunger Project heeft beperkte middelen om een einde aan de honger in 2030 te bereiken. Naast The Hunger Project zijn echter vele andere organisaties actief in hetzelfde veld die nu of in de toekomst kunnen bijdragen aan dit doel. Sinds 2012 richten we ons meer en meer op het aangaan van allianties en partnerschappen met nationale overheden, internationale instellingen en lokale organisaties om de epicentrumbenadering in zijn geheel of gedeeltelijk over te nemen, om zo voor meer mensen het einde aan honger en armoede te kunnen bereiken. Een belangrijke voorwaarde voor het aangaan van allianties en partnerschappen is het aantonen dat de epicentrumbenadering werkt. In Ghana wordt het effect van het ‘Ghana Scale-Up programma’ in 2014 duidelijk, wanneer Yale University de onafhankelijke onderzoeksresultaten over dit programma bekend maakt. De eerste epicentra uit dit programma bereiken dan naar verwachting ook alle 7
Stichting The Hunger Project
indicatoren van zelfvoorziening. Echter, resultaten uit één programmaland zullen niet voldoende zijn om ons concept te bewijzen. Daarom wil The Hunger Project in alle acht Afrikaanse programmalanden het effect van ons werk bewijzen. We doen dit met zogenaamde Proof of Concept epicentra. Met gerichte financiering en inspanning willen we in de komende drie jaar ten minste 21 epicentra zelfvoorzienend maken en de impact van onze strategie bewijzen. The Hunger Project Nederland steunt deze benadering actief, bijvoorbeeld door financiering in Benin en vanaf 2014 ook in Oeganda. De groei en impact van de epicentrumstrategie zullen hierdoor naar verwachting in een stroomversnelling komen, waardoor we weer een stuk dichter bij het einde aan de wereldwijde honger zijn. Resultaten per land Benin Onder leiding van directeur Pascal Djohossou werkte The Hunger Project Benin in 2013 hard aan haar ambities. In 2013 was The Hunger Project actief in 17 epicentra. In 14 daarvan zijn de programma’s in volle gang, aan één epicentrumgebouw werd gebouwd (Gohomey) en twee gemeenschappen werden gemobiliseerd. Op alle fronten werkten we aan programma’s die de epicentra zelfvoorzienend moeten maken: voedselzekerheid, gezondheidszorg, onderwijs, water en sanitatie, inkomen enzovoort. The Hunger Project Nederland financiert, onder meer door de Katakle-investeerdersgroep, meer dan twee derde van het jaarbudget van The Hunger Project Benin, dat in 2013 ongeveer 1.655.000 euro bedroeg. Sinds 2013 ondersteunt de Nederlandse Ambassade in Cotonou The Hunger Project in Benin actief met 500.000 euro per jaar. Outputs Bijna 24.000 mensen volgden in 2013 een VCA-workshop, waarvan 14.608 vrouwen. De animators en de gemeenschap organiseerden daarnaast zelf ook nog 105 VCA-workshops. In 56 workshops werden 724 nieuwe animators opgeleid. 132 animators zetten 14 nieuwe projecten op, waarvan er 11 in 2013 werden afgerond. Binnen het jongerenprogramma werden in 106 workshops bijna 13.000 jongeren getraind. Naast de 83 workshops van The Hunger Project Benin over voedselzekerheid – die werden gevolgd door 3685 mensen – organiseerde de gemeenschap de gemeenschap zelf ook nog 77 workshops over voedselzekerheid. In 2013 leerden 2804 vrouwen en 953 mannen lezen en schrijven. De kleuterscholen in de epicentra werden bezocht door 790 meisjes en 776 jongens. Ruim 15.000 mensen volgden de workshops over hiv/aids en gendergelijkheid. In het microfinancieringsprogramma volgden bijna 9000 mensen een training over microfinanciering, en 2415 mensen volgden workshops over inkomsten genererende activiteiten. In totaal werd 685.266 euro geleend en werden 4417 leningen verstrekt. Daar stond tegenover dat in totaal 716.997 euro werd gespaard op 9730 spaarrekeningen. Warrantage In 2013 werd het warrantage -systeem, waarmee in 2012 werd geëxperimenteerd, in zeven epicentra ingevoerd. In plaats van hun oogst in één keer te verkopen, kunnen boeren een deel van hun oogst afstaan en als onderpand in de voedselbanken laten opslaan. Vervolgens kunnen zij een krediet opnemen bij de microkredietbank, waarmee ze essentiële middelen kunnen aanschaffen voor het nieuwe zaaiseizoen. Een aantal boeren zag hun inkomsten met 30-35% toenemen, doordat ze hun oogst pas verkochten nadat de prijs was gestegen. 8
Stichting The Hunger Project
ICT en zonne-energie Dankzij een extra investering van enkele Katakle-leden, werd in maart 2013 in epicentrum Akpadanou de eerste computerzaal met internettoegang geopend. Epicentra Wawata, Dekpo en Kissamey zijn aangesloten op het nationale elektriciteitsnetwerk, en een aantal epicentra kreeg via zonnepanelen toegang tot elektriciteit. Ook epicentrum Wawata kreeg in 2013 een computerzaal en in enkele rurale banken zijn computers geïnstalleerd. Voorheen werden de gegevens van gebruikers van microkrediet handmatig geadministreerd. Met behulp van deze computers kunnen de bankmedewerkers de accounts een stuk effectiever en efficiënter managen. Vooral de jongeren in de epicentra zijn erg geïnteresseerd. In onder meer Wawata en Akpadanou zijn jongeren getraind in het gebruik van internet, dat zij gebruiken voor studie en informatie over bijvoorbeeld werk en landbouw. Zij delen deze kennis weer met anderen in hun dorpen. Cashewnoten Enkele Katakle-investeerders werken aan het versterken van de cashewnotenketen in Benin, samen met The Hunger Project Benin en partners zoals de Nederlandse organisatie SNV in Benin, Trade & Development Group (TDG) en een lokale ngo die veel ervaring heeft met cashew-boeren. Ruim 700 boeren en boerinnen in en rondom de epicentra van Tré en Dassa ontvingen training en krediet voor de productie van cashewnoten. Deze cashewnoten worden vervolgens verwerkt in de lokale cashewnoten-verwerkingsfabriek van TDG. In totaal is 150 ton cashewnoten opgekocht via de lokale partners. De financiering loopt via de microkredietbank van Tré epicentrum. Door deze samenwerking kunnen de boeren hun productie vergroten en ontvangen ze een goede prijs voor de cashewnoten. Tegelijkertijd is de lokale fabriek verzekerd van goede kwaliteit cashewnoten voor de export naar Europa. Three Moringa Tree Campaign In juni werd in epicentrum Wawata in Benin de tweede editie van de Three Moringa Tree Day Campaign gelanceerd. In drie dagen werden mensen in de epicentra en de omringende dorpen geïnformeerd over de voedingswaarde van de moringaboom, volgden ze trainingen en kookdemonstraties over het gebruik van moringabladeren in maaltijden en werden moringabomen geplant. Ghana Voor The Hunger Project Ghana is 2013 het achtste jaar van het Scale-Up programma, waarin tussen 2006 en 2010 jaarlijks zes tot acht nieuwe epicentra zijn gemobiliseerd en ontwikkeld. In totaal heeft dit programma nu 38 epicentra. Alle componenten van de epicentrumbenadering zijn in deze gemeenschappen in volle gang. Op basis van monitoring van de voortgang van de indicatoren van zelfvoorziening van alle epicentra in Ghana, hebben de langstlopende epicentra nu gemiddeld 87% van de self-reliance indicators bereikt. Deze eerste groep epicentra uit dit programma zal in 2014 zelfvoorzienend worden. Met steun van Millenniumnetwerk Fryslân financiert The Hunger Project Nederland het werk in een van deze epicentra, Aworasa. In Aworasa volgden in 2013 533 vrouwen en 491 mannen workshops over voedselzekerheid. Bijna 450 mensen, waaronder 321 vrouwen, leerden in alfabetiseringslessen lezen en schrijven. 1223 mensen maakten gebruik van de diensten van de kliniek in het epicentrum. En 150 mensen werden getraind in de microfinancieringsworkshops. Malawi The Hunger Project Malawi heeft acht epicentra. The Hunger Project Nederland ondersteunt zowel het algemene programma in Malawi, als twee specifieke epicentra: Kachindamoto en Majete.
9
Stichting The Hunger Project
Kachindamoto Met steun van Ribbink Van den Hoek Familiestichting financieren we Kachindamoto epicentrum. Alle programma’s zijn in dit epicentrum in volle gang. Ruim 3000 mensen, waaronder 1738 vrouwen, volgden in 2013 een VCA-workshop. Daarnaast organiseerde de gemeenschap zelf ook nog 15 VCAworkshops. Meer dan 2000 mensen volgden een workshop over gendergelijkheid. De epicentrumboerderij van 1,25 hectare en 211 community farms (van in totaal 50 hectare) konden gebruikmaken van zaden en kunstmest. Voor de community farms werd dit verdeeld onder de 211 leden van 10 coöperatieve groepen. 364 mensen volgden een microfinancieringsworkshop. En er werden 364 leningen verstrekt, voor in totaal 27.774 euro. Majete Rond Majete Wildlife Reserve financiert The Hunger Project Nederland met steun van African Villages Foundation sinds 2011 de ontwikkeling van epicentra rond dit wildpark. Het eerste epicentrum, Majete 1, werd in 2013 feestelijk geopend in het bijzijn van de president van Malawi, Joyce Banda. In 2013 volgden 3889 mensen, waaronder 2517 vrouwen, een VCA-training. 149 mensen, waarvan het merendeel vrouwen, werden opgeleid tot animator. 2662 mensen volgden een training over hiv/aids en gendergelijkheid, en 84 mensen werden opgeleid om deze training zelf te kunnen geven. Ruim 28.000 condooms, waarvan het merendeel vrouwencondooms, werden verspreid. En 6 nieuwe watervoorzieningen verbeterden de toegang tot veilig drinkwater. In 2014 is The Hunger Project van plan om twee nieuwe epicentra te mobiliseren rond Majete park. Daarnaast gaat daar in 2014 een programma van start voor de terugdringing van malaria in het gebied. The Hunger Project werkt daarbij samen met experts van de Universiteit van Wageningen, het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam en medische instellingen in Malawi. Senegal The Hunger Project Senegal heeft tien epicentra. The Hunger Project Nederland financiert met steun van Achmea Foundation drie epicentra in St Louis province: Sanar, Namarel en Ndioum epicentra. In St Louis volgden in 2013 2210 mannen en vrouwen een van de 69 VCA-workshops. In 2013 waren 402 animators actief in de drie epicentra. Er werden 21 animator-trainingen gehouden om nieuwe mensen op te leiden. In 21 microfinancieringsworkshops werden 647 mensen getraind, en 801 mensen ontvingen een nieuwe lening. India In India werkt The Hunger Project niet door middel van epicentra, maar worden wel de drie kernelementen toegepast: mobiliseren van mensen om zelf in actie te komen; empowerment van vrouwen en samenwerking met lokale overheden. In India wordt door middel van de Panchayati Rajcampagne de rol van (potentiële) vrouwelijke vertegenwoordigers versterkt, zodat zij hun rechten kunnen uitdragen en aan een toekomst zonder honger, armoede en onrecht kunnen werken. In totaal volgen sinds het jaar 2000 meer dan 83.000 vrouwelijke raadsleden het leiderschapsprogramma van The Hunger Project India. The Hunger Project Nederland financiert de vrouwelijk-leiderschapsprogramma’s van The Hunger Project India in de staten Madhya Pradesh, Tamil Nadu en Karnataka met steun van onder meer Ribbink van den Hoek Familie Stichting, Cordaid, Stichting WereldCoach, het Women Ending Poverty-fonds, Shalom Foundation, Dura Charity Foundation, Soroptimisten en particuliere investeerders. In 2013 deden in Madhya Pradesh en Tamil Nadu meer dan 2.550 vrouwelijke raadsleden mee aan vergaderingen, trainingen en campagnes. In deze staten werden ruim 920.000 mensen, waarvan ongeveer tweederde vrouwen, indirect beïnvloed door de programma’s van The Hunger Project India. 10
Stichting The Hunger Project
In de staat Karnataka zijn bijna 1.200 vrouwelijke vertegenwoordigers getraind op het gebied van ondervoeding - onder meer over de oorzaken, gevolgen en rol van de overheid. Daarbij werden zij ook getraind in de rol die zij zelf kunnen spelen om een einde aan honger te maken. Geweld tegen vrouwen The Hunger Project India voerde in 2013 groots campagne tegen geweld tegen vrouwen. In onder meer 22 media workshops en honderden vergaderingen werden de rechten van vrouwen en hun rol in de politiek besproken. En via discussies, debatten, manifestaties van gekozen vrouwelijke raadsleden, filmvertoningen en radiospotjes vroeg The Hunger Project India aandacht voor de complexiteit van het probleem: "No silence on violence.” The Hunger Project India ondersteunde ook de One Billion Rising Campaign op 14 februari 2013, de dag waarop 1 miljard mensen in de hele wereld opstonden tegen geweld tegen vrouwen. In Madhya Pradesh werd een demonstratie gehouden van 10.000 - 15.000 mensen tegen geweld tegen vrouwen. Met de campagne daagde The Hunger Project India de sociale en politieke structuren uit, en pleitte ze voor nieuwe en betere wetgeving en beleid. Sarojini Naidu Prijs Eind 2013 reikte The Hunger Project de Sarojini Naidu Prijs 2013 uit. Deze prijs is door The Hunger Project India in 2001 in het leven geroepen en wordt uitgereikt aan een Indiase journalist voor de beste berichtgeving over vrouwen in de dorpsraad. In totaal werden dit jaar 1925 artikelen ingeleverd, waarvan 40 werden genomineerd en 3 bekroond. De Sarojini Naidu Prijs is een uitstekende manier om de Indiase bevolking, waaronder maatschappelijke organisaties en beleidsmakers, vertrouwd te maken met de belangrijke rol die de vrouwelijke dorpsraadsleden spelen. Dit doen ze door te laten zien waar ze mee bezig zijn en hoe ze invloed uitoefenen op het gebied van bijvoorbeeld watervoorziening, gezondheidszorg, voeding, gendergelijkheid, onderwijs, sanitaire voorzieningen, infrastructuur, alcoholmisbruik en geweld tegen vrouwen. De media zijn hard nodig om de succesverhalen van deze stille revolutie wereldkundig te maken en de publieke opinie positief te beïnvloeden. Naast deze prijs is een goede verstandhouding met de schrijvende pers van groot belang voor de dorpsraadsleden. In de trainingen voor de gekozen vrouwelijke leiders wordt hier ruim aandacht aan besteed. Soms kan berichtgeving in de krant een oplossing forceren bij onoverkomelijke moeilijkheden – zo hebben publicaties al geleid tot enkele aanpassingen van de wet. Ten slotte zet The Hunger Project India de media in om vooral vrouwen in verkiezingstijd op te roepen te gaan stemmen en zich kandidaat te stellen voor de dorpsraad.
11
Stichting The Hunger Project
4. Monitoring en evaluatie 2013 was een jaar met belangrijke mijlpalen op het gebied van monitoring en evaluatie (M&E). Samen met The Hunger Project global en in de projectlanden is veel aandacht besteed aan het verbeteren van het M&E-systeem. Zo brengen we de impact van ons werk op de gemeenschappen steeds beter in kaart. Outcome Evaluation Pilot Project Een van de hoogtepunten van 2013 was de afronding van het Outcome Evaluation Pilot Project (OEPP) en de toepassing van de aanbevelingen in de diverse landen. Het OEPP is uitgevoerd door M&E-medewerkers van The Hunger Project Malawi, Ghana en global. In deze pilot experimenteerden we met een nieuwe opzet van systematische evaluatie van onze programma’s: met uitgebreide enquêtes, interviews en focusgroep-gesprekken. Een van de doelen was het terugkoppelen van de resultaten aan de belangrijkste betrokkenen: de gemeenschappen waar we werken. Zodat zij een rol kunnen spelen in het stellen van prioriteiten en doelen ter verbetering van ons werk. Deze terugkoppeling heeft dan ook volop plaatsgevonden in verschillende workshops in de epicentra. De deelnemers gaven na afloop aan dat ze meer begrip en waardering hadden voor de enquêtes. Tevens hebben ze gevraagd ook in de toekomst op deze manier te worden betrokken bij onderzoeken, wat we beschouwen als een enorm compliment voor de werkwijze van de M&Eteams! Impact indicatoren Het OEPP was ook belangrijk voor het testen en aanscherpen van een set van indicatoren die we gebruiken voor het meten van impact en effect van ons werk. Deze indicatoren meten de resultaten van het werk van The Hunger Project op de middellange (2-5 jaar) en lange (5-10 jaar) termijn. In 2013 is veel vooruitgang geboekt op de totstandkoming van één set van indicatoren, die worden gebruikt voor de evaluaties. Dat maakt het mogelijk om het effect van ons werk binnen en tussen verschillende landen te vergelijken. Deze impact evaluation grid wordt in 2014 voltooid en ingezet bij alle evaluaties. Outcome evaluaties Afrika Na het OEPP en een geslaagde outcome evaluatie in Benin in 2012, zijn in 2013 verschillende outcome evaluaties uitgevoerd in Burkina Faso, Ethiopië, Senegal en Oeganda. Het doel was om het effect van het werk in de epicentra aan te tonen en daarmee voldoende informatie te verzamelen voor een planning voor de komende jaren. Deze outcome evaluaties vinden van nu af aan gestructureerd en regelmatig plaats in alle programmalanden in Afrika. Technologie voor M&E In 2013 is een start gemaakt met het trainen van alle M&E-afdelingen in het gebruik van iFormBuilder, een nieuw digitaal systeem om data te verzamelen. Met behulp van iPods kunnen de data meer accuraat, sneller en eenvoudiger worden verzameld en opgezocht. Nadat in 2012 in Benin, Ghana en Malawi een succesvolle pilot was uitgevoerd, zijn afgelopen jaar ook in Burkina Faso, Senegal en Oeganda evaluaties gedaan met iFormBuilder. Self-reliance indicatoren voor epicentra In 2013 heeft The Hunger Project verder gewerkt aan het fine-tunen van indicatoren voor de zelfvoorziening van de epicentra. Deze self-reliance indicatoren zijn in 2012 geïntroduceerd, en bestaan uit een lijst van 52 voortgangspunten voor de epicentra, die nodig zijn voor een gemeenschap om zelfvoorzienend te worden. Dit gaat onder meer om de aanwezigheid van een gebouw met verschillende voorzieningen, de organisatiegraad van het epicentrum, de rol van vrouwen in het epicentrum, de aanwezigheid van activiteiten in alle programma’s en financiële 12
Stichting The Hunger Project
zelfstandigheid van de rurale bank en het epicentrum. In Ghana worden de self-reliance criteria sinds 2012 gevolgd. Deze geven een goed inzicht in de voortgang van het Ghana Scale-Up programma. Training van M&E-medewerkers Naast het verzamelen en analyseren van data is in 2013 veel tijd geïnvesteerd in de training van M&E-medewerkers, zowel per land als per regio, om te leren en ervaringen met elkaar te delen. In november werd een intensieve M&E-workshop in Senegal gehouden voor medewerkers uit Benin, Burkina Faso, Senegal, Ghana en The Hunger Project global. Deze workshop was een groot succes. Zo werden (onderlinge) obstakels overwonnen, door het creëren van een omgeving waarin institutioneel leren, delen van ideeën en het beoefenen en vergroten van technische vaardigheden werden gestimuleerd. Azië en Latijns-Amerika Ook buiten Afrika is in 2013 veel aan M&E gedaan. In Mexico werden diverse onderzoeken verricht, waarvan de uitkomsten gebruikt zullen worden als nulmeting en als basis voor toekomstige interventies. Tevens is de capaciteit van de M&E-medewerkers van The Hunger Project Mexico versterkt door diverse trainingen, waar ook medewerkers van The Hunger Project global aanwezig waren. Naar aanleiding hiervan ontwikkelt The Hunger Project Mexico een evaluatiestrategie waarin de prioriteiten en behoeftes voor toekomstige evaluaties worden vastgelegd. Voor India en Bangladesh is een nieuwe database ontworpen die alle programmagegevens moet ontsluiten. Daardoor wordt het gemakkelijker om de voortgang van activiteiten te volgen en te rapporteren. In navolging van de Afrikaanse programmalanden werkten The Hunger Project India en Bangladesh in 2013 samen met The Hunger Project global aan een set impact indicatoren en de opzet van outcome evaluaties. Deze worden in 2014 in gebruik genomen.
13
Stichting The Hunger Project
5. Strategie en beleid in Nederland The Hunger Project Nederland werkt aan het einde van chronische honger door projecten en programma’s te ontwikkelen, aan te sturen en te verantwoorden in de programmalanden, en door hiervoor fondsen te werven. Daarnaast werkt The Hunger Project samen met andere organisaties die zich bezighouden met dezelfde thema’s. Ten slotte geeft The Hunger Project voorlichting aan het Nederlandse publiek over haar visie op de duurzame beëindiging van chronische honger en armoede. In 2012 nam The Hunger Project een meerjarenstrategie voor 2012-2015 aan. Het jaarplan van 2013 is hiervan afgeleid, en had als hoofddoelen: 1) Méér inkomsten: ten minste 3,5 miljoen euro 2) Méér of verbeterde partnerschappen om de impact van The Hunger Project te bewijzen en te vergroten 3) Méér bewustzijn van thema’s, benadering en resultaten van The Hunger Project 4) De organisatie (in Nederland én wereldwijd) verder optimaliseren om meer impact te halen Deze doelen zijn in het jaarplan uitgewerkt met subdoelen, geplande activiteiten en resultaten. Elk trimester maakte het The Hunger Project-team een intern verslag van de voortgang ten opzichte van het jaarplan, die met elkaar en met het bestuur werden besproken, waarna het plan waar nodig werd bijgesteld of aangescherpt. Fondsenwervingsbeleid De fondsenwervingsdoelstelling voor 2013 was ambitieus. In 2012 ontwikkelde The Hunger Project specifieke institutionele en corporate fondsenwervingsstrategieën, die in 2013 verder werden uitgevoerd. Een derde strategie voor particuliere fondsenwerving werd eind 2013 voorbereid en wordt in 2014 afgerond. In de loop van het jaar realiseerden we ons meer en meer dat de scheiding van de drie ‘bronnen’ van fondsen (corporate, institutioneel en particulier) onnatuurlijk en onproductief is. Fondsenwerving vindt al geïntegreerd plaats binnen de organisatie, met een voortdurende kruisbestuiving tussen deze bronnen. Zo komen veel institutionele en corporate fondsen voort uit contacten met individuele investeerders en vice versa. Bovendien ontvangt The Hunger Project ook aanzienlijke bedragen van honderden particuliere investeerders via acties van derden, zoals de Millenniumloop en de Run for the Hunger Project. En via kleine acties en initiatieven in bedrijven wordt particulier geld opgehaald. De verschillende financieringsbronnen zijn nauw met elkaar verbonden. Dit uitgangspunt wordt dan ook centraal gezet in deze nieuwe strategie en het jaarplan 2014. Eind 2013 begon The Hunger Project al meer gestructureerd te werken met deze algemene geïntegreerde manier van fondsenwerving. Centraal staat de pipeline van de fondsenwerving van het leggen van contact, tot het doen van een voorstel naar het onderhouden van de relatie met een langetermijnperspectief: Connection – Ask – Stewardship – Horizon (CASH). De kern en kracht van de fondsenwerving door The Hunger Project is en blijft het menselijke element. Investeerders worden zo persoonlijk mogelijk benaderd, zodat er authentieke contacten ontstaan met een sterke en langdurige betrokkenheid. Dit betekent dat The Hunger Project zich voor fondsenwerving niet richt op het grote publiek, maar met name op ‘warme introducties’. Omdat dit een tamelijk arbeidsintensieve methode is, richt The Hunger Project zich bij particulieren dan ook met name op grote giften. The Hunger Project Nederland neemt investeerders mee langs een curve van betrokkenheid, van passief naar actief, in de wetenschap dat actieve betrokkenheid over het algemeen leidt tot grotere en langdurige investeringen.
14
Stichting The Hunger Project
The Hunger Project bleef ook in 2013 werken met een aantal beproefde methoden van fondsenwerving:
De Katakle investeerdersgroep van betrokken bedrijven, ondernemers, particulieren en ondernemende stichtingen voor het programma in Benin Gerichte fondsenwerving bij stichtingen voor de epicentrumbenadering in Afrika en het vrouwelijk leiderschapsprogramma in India Women Ending Poverty-fonds: persoonlijke fondsenwerving bij particulieren voor het vrouwelijk leiderschapsprogramma in India Ondersteuning van acties van particulieren en bedrijven voor eigen fondsenwerving Indienen van grote subsidie-aanvragen bij de Nederlandse overheid en de Europese Unie
15
Stichting The Hunger Project
6. Resultaten en prestaties Nederland Deze paragraaf volgt de doelstellingen van het strategisch plan 2012-2015 en het jaarplan 2013, zoals hierboven beschreven. 1) Méér inkomsten: ten minste 3,5 miljoen euro Min of meer geslaagd. The Hunger Project Nederland heeft met ruim 2,8 miljoen euro inkomsten in 2013 de spectaculaire groei van de voorgaande jaren bijna geconsolideerd. Als we daar de 500.000 euro inkomsten van The Hunger Project Benin (die rechtstreeks worden uitgekeerd door de Nederlandse ambassade) meetellen, komen we ook aanmerkelijk dichter bij ons ambitieuze groeidoel voor 2013. Resultaten om redelijk tevreden mee te zijn, mede gezien de huidige economische crisis. In vergelijking met voorgaande jaren: Jaar 2013 2012 2011 2010 2009 Doel € 3.500.000 € 3.000.000 € 2.500.000 € 1.800.000 € 1.900.000 Inkomsten € 2.838.484 € 3.101.326 € 2.341.255 € 1.465.916 € 1.490.341 Groei tov voorgaande jaar -8% 32 % 60 % -2 % -10 % Naar programmalanden € 2.179.961 € 2.554.931 € 1.490.665 € 1.136.897 € 1.743.086 % van inkomsten 77 % 84 % 64 % 78 % 116 % In het volgende deel van dit verslag (deel 2 - financiën) gaan we explicieter in op de inkomsten, de verschillende soorten investeerders en de ontwikkeling van hun bijdragen in de tijd, en op de kosten en de bestedingen. Kort samengevat bestaan alle inkomsten van The Hunger Project Nederland, en de groei daarvan, uit inkomsten via het warme netwerk van onze bestaande contacten: van mensen, bedrijven en andere partijen die we kénnen, en waar we een langjarige relatie mee hebben of mee aan het opbouwen zijn. Onze aanpak is voldoende succesvol om die groep gestaag en rustig uit te breiden. Hoewel we, nog meer dan in voorgaande jaren, ook in 2013 een aantal grote voorstellen schreven voor tenders van de overheid en de Europese Unie, werd er daarvan nog geen enkele gehonoreerd. We kwamen wel dichtbij (onder andere 7e van 127 aanvragers voor een mensenrechtenfonds, maar dat was nét niet goed genoeg om te worden gehonoreerd). Als we de voorgenomen inkomstengroei tot 4 miljoen in 2014 en 5 miljoen in 2015 ook werkelijk willen halen, zal er in 2014 ten minste één groot meerjarig voorstel moeten worden gehonoreerd. En liever nog meerdere. 2) Méér of verbeterde partnerschappen om impact The Hunger Project te bewijzen en te vergroten In 2013 onderhield The Hunger Project succesvol haar bestaande partnerschappen. Zoals met het Millenniumnetwerk Fryslân, onder andere door een aantal van hun bijeenkomsten bij te wonen en met een groot team van vrijwilligers en staf op te treden als juichteam voor de vrijwilligers en hardlopers op het 2015FESTIVAL. We namen ook actief deel aan een aantal inhoudelijke bijeenkomsten van Agriprofocus. En de Libre Foundation gaf leiderschapstraining in onze programma’s in Oeganda.
16
Stichting The Hunger Project
Daarnaast ontwikkelden we nieuwe partnerschappen. Veel daarvan speelden zich na een makelaarsrol vanuit Nederland af in de programmalanden. Zo tekenden we samenwerkingsovereenkomsten met SNV en het Agro-Eco Louis Bolk in Ghana en met de Nederlandse ambassade in Benin. Ook legden we onder andere contact tussen SOS-Kinderdorpen en The Hunger Project in Ghana, tussen Knowledge for Children en The Hunger Project Oeganda. We voerden verkennende gesprekken met het One Acre Fund (Benin en Malawi), met ICCO (over moringa), met PharmAccess (over gezondheidsverzekeringen) en met een aantal spelers uit de cashewnotensector. Die gesprekken zetten we in 2014 voort. Bovendien leverden we op verzoek input aan DGIS-consultaties over samenwerken met het bedrijfsleven, over de nieuwe Afrika-strategie, en voor de langetermijn-agenda van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking. Op eigen initiatief organiseerde de directeur bovendien inbreng voor het ministerie over strategische partnerschappen met het maatschappelijk middenveld, die grotendeels werd overgenomen in het nieuwe beleid. Ook leverde de directeur input voor de langetermijn-agenda van de Internationale Samenwerking in een denktanksessie van SID&FMO. 3) Méér bewustzijn van thema’s, benadering en resultaten van The Hunger Project The Hunger Project Nederland was ook in 2013 op een slimme manier zeer zichtbaar. Hoe we dat hebben aangepakt, is uitgebreider beschreven in het hoofdstuk over communicatie (hoofdstuk 7). 4) De organisatie (in Nederland én wereldwijd) verder optimaliseren om meer impact te halen In 2013 werd op een aantal punten belangrijke vooruitgang geboekt. Meer hierover in de specifieke hoofdstukken over Monitoring en Evaluatie (hoofdstuk 4), interne organisatie (hoofdstuk 8) en over de wereldwijde organisatie (hoofdstuk 9).
17
Stichting The Hunger Project
7. Communicatie De communicatie in 2013 baseerde zich op de communicatiestrategie die half 2012 werd vastgesteld voor de periode 2012 – 2015, waarin afspraken rondom stijl, positionering en voorwaarden zijn vastgelegd. Communicatie ondersteunt niet alleen de fondsenwerving, in werving en behoud, maar richt zich ook op het informeren, inspireren en activeren van mensen. De communicatie van The Hunger Project gaat uit van de kracht van mensen. Mensen met honger zijn niet zielig, maar krachtig en vol potentieel. In beeld en tekst draagt The Hunger Project dit dan ook altijd uit. The Hunger Project laat zien dat zij samenwerkt met meerdere programma- en partnerlanden, met partners en investeerders. Aangezien The Hunger Project een lean and meaningful organisatie is, worden strakke keuzes gemaakt waar wel en geen geld aan wordt uitgegeven. Dit betekent dat er niet betaald wordt geadverteerd en er geen dure bureaus worden ingeschakeld. Er wordt zoveel mogelijk samengewerkt met sponsoren, zoals ontwerpbureaus, tekstschrijvers, online experts en fotografen die hun werk kosteloos beschikbaar stellen. Verhaal en beeld In 2013 verstevigde The Hunger Project de communicatie-inspanningen om het netwerk in beeld te brengen, via journalistieke verhalen en professioneel beeld uit de programmalanden en door 'heldenportretten' van investeerders en vrijwilligers in Nederland. In 2013 werden drie professionele videoproducties gemaakt. Twee daarvan werden begin 2013 gemaakt in India en Benin, voor de Ladies First-campagne rond Internationale Vrouwendag op 8 maart. Van twee boegbeelden van de campagne (Céline uit Benin en Rajwanti uit India) werden portretten in video, tekst en foto gemaakt. Het portret van Rajwanti werd in de discussie over framing door ontwikkelingsorganisaties meerdere keren als positief voorbeeld genoemd – waaronder in de NRC. Eind 2013 werd in het kader van het videoproject Going Dutch een reportage in Benin gemaakt, waarin werd onderzocht hoe The Hunger Project bijdraagt aan Millenniumdoel 1. The Hunger Project Nederland stelt de professionele verhalen en beelden uit de programmalanden ter beschikking aan alle programma- en partnerlanden. De internationale samenwerking tussen communicatiemedewerkers uit de verschillende landen werd in 2013 versterkt, met de oprichting van een global communicatie dream team. Verhalen, beeld en best practices worden gedeeld en gezamenlijk worden statements rond dagen als Wereldaidsdag voorbereid. In Nederland bracht The Hunger Project het netwerk en acties in beeld via ‘heldenportretten’ van betrokken vrijwilligers en investeerders, en door dit soort acties uitgebreid toe te juichen – onder andere met een eigen juichteam. Zo stond het cheerteam langs de route van de Millenniumloop in Friesland met roze pompons de deelnemers toe te juichen. Media-aandacht In 2013 kwam The Hunger Project onder andere in het nieuws met acties en profielen van vrijwilligers en investeerders, bijvoorbeeld in tijdschrift Esta, de Telegraaf, het nieuwjaarsconcert bij de VARA, het Sneeker Nieuwsblad, RTV Stichtsevecht, P+ People Planet Profit en regionale en lokale kranten zoals Streekkrant Fryslân en Nieuwsblad Land van Altena. De Ladies First Campagne zorgde voor publicaties in AD Haagsche Courant, Delftse Post, een interview bij Koffietijd en online aandacht bij onder andere www.missethoreca.nl, foodclicks.nl en www.snack-nieuws.nl. De samenwerking met hockeyclub Kampong en gezamenlijke acties leidden tot aandacht in het AD, Stadsblad Utrecht, Telegraaf, Dichtbij, Hockey.nl en hoofdklassehockey.nl. Veel aandacht was er in regionale media voor het 2015FESTIVAL en de Millenniumloop in onder andere Bolsward Nieuwsblad, Weekkrant Fryslân Zuid, Friesch Dagblad, Sneeker Nieuwsblad, Leeuwarder Courant, 18
Stichting The Hunger Project
Noorderland en Grootsneek.nl. De actie rond de introductieweek voor nieuwe eerstejaars in Wageningen kon rekenen op regionale aandacht in de Gelderlander, Hoog en Laag en de Weekkrant. De Run for The Hunger Project en het bezoek van een hardloopteam uit Benin leidden tot AD, Dichtbij, Grootsneek, Runningplus en industrial media zoals Fluids Processing en Industrieblog. Communicatie met achterban In 2013 werden de investeerders en geïnteresseerden van The Hunger Project regelmatig geïnformeerd over de voortgang van de programma’s, over ontwikkelingen in Nederland en verhalen uit de programmalanden. The Hunger Project verstuurde verschillende digitale nieuwsflitsen naar geïnteresseerden: een algemene nieuwsflits, een Katakle-nieuwsflits over Benin en een Women Ending Poverty (WEP)-nieuwsflits over India. Daarnaast verspreidde The Hunger Project tweemaal een gedrukt nieuwsbulletin met interviews en achtergrondverhalen naar de achterban. Eind 2013 werd begonnen met het herzien van de organisatiewebsite www.thehungerproject.nl, in samenwerking met een gesponsorde webbouwer. Dit wordt in 2014 afgerond. Daarnaast communiceerde The Hunger Project online via www.katakle.nl, www.runforthehungerproject.nl, via de nieuw ontwikkelde actiewebsite www.ladiesfirst2013.nl en via social media zoals Twitter, Facebook, LinkedIn en Pinterest. Verder maakte The Hunger Project Nederland gebruik van een eigen YouTube-kanaal en van de Flickr-account van The Hunger Project global. Campagnes, events en presentaties Een eigen campagne Ladies First, de acties van Millenniumnetwerk Fryslân en de Run for The Hunger Project zorgden voor een grotere zichtbaarheid bij een breed publiek. Na het experiment met ‘Eten Tegen Honger’ in 2011 organiseerde The Hunger Project in 2013 een landelijke publiekscampagne ‘Ladies First’, gekoppeld aan Internationale Vrouwendag op 8 maart. Deze campagne was niet zozeer gericht op fondsenwerving, als wel vooral ingezet op naamsbekendheid en interactie met onze doelgroep en investeerders in Nederland. Zo ontwikkelde snackfabrikant en Katakle-lid Royaan een speciale ‘Ladies First Snack’, die verkrijgbaar was in honderden bedrijfskantines, waarbij aandacht werd gevraagd voor krachtige vrouwen. Het Heren-1 team van Kampong organiseerde een actie waarbij dit team de sterke vrouwen van Dames-1 eerde. En was de letterlijke kick-off een benefiet kickbokswedstrijd tussen dames in het Zonnehuis in Amsterdam. In augustus stond The Hunger Project centraal tijdens de Algemene Introductiedagen in Wageningen – de introductieweek voor nieuwe studenten van de Universiteit Wageningen, Hogeschool Van Hall Larenstein en de Stoas Hogeschool. Tijdens deze week leerden ruim 2000 studenten niet alleen het studentenleven in Wageningen kennen, maar kwamen zij met verschillende activiteiten ook in actie voor jongeren in Benin. Het jaarlijkse 2015FESTIVAL en de Millenniumloop vonden dit jaar op 6 en 7 september plaats. Nieuw dit jaar was de mogelijkheid om naast de Millenniumloop, te wandelen of te fietsen. Tijdens het festival zelf konden bezoekers genieten van muziek, theater, dans, workshops en meer. Uiteraard was ook The Hunger Project aanwezig – deze keer met een moringa smoothie lounge, een juich-team en seksuele voorlichting volgens de methode van The Hunger Project Malawi. De Run for The Hunger Project is het jaarlijks terugkerend evenement voor The Hunger Project in november, georganiseerd door grootinvesteerder NPM Capital in samenwerking met House of Sports. De zevende editie van de Run for The Hunger Project, op 3 november 2013, kende een recordaantal van ruim 900 deelnemers. Bedrijventeams van onder andere Loyens & Loeff, PWC, VanderLande Industries en Van Oord deden mee aan de bedrijfsrun, die startte en eindigde in het Olympisch Stadion in Amsterdam. Een team renners uit Benin daagde de bedrijventeams uit en 19
Stichting The Hunger Project
kwam als snelste over de finish. De deelnemers van team Benin kwamen uit de dorpen waar The Hunger Project intensief mee samenwerkt, en wonnen selectiewedstrijden in Benin. Ze kwamen speciaal voor de Run for The Hunger Project naar Nederland en bleven een week. Hiervoor was een programma samengesteld vol activiteiten met deelname van talloze investeerders. De accommodatie werd gesponsord door Center Parcs, renkleding door Nike, het team ging op bezoek bij de Hak-fabriek, ging hockeyen bij Kampong, in gesprek met scholieren op een middelbare school in Friesland en nog veel meer. In 2013 trad directeur Evelijne Bruning namens The Hunger Project regelmatig op als expert bij debatten en bijeenkomsten. Ze trad op als gespreksleider van de publieksdiscussie over de positie van vrouwen in India, op een goed bezochte filmavond in Delft, die door vrijwilligers van The Hunger Project werd georganiseerd in het kader van Internationale Vrouwendag. Ook was ze gespreksleider bij de presentatie van het nieuwe boek van Cordaid- directeur René Grotenhuis. En ook in 2013 was The Hunger Project aanwezig als spreker op verschillende festivals en evenementen. Bijvoorbeeld bij debatten over voedselzekerheid in theater LUX in Nijmegen, bij de Fontys Hogeschool voor Journalistiek in Tilburg en bij bijeenkomsten van het Wereldpodium op zeven middelbare scholen.
20
Stichting The Hunger Project
8. Interne organisatie In 2013 had The Hunger Project zeven betaalde medewerkers, samen 5,3 FTE. Daarnaast bood The Hunger Project gedurende het jaar plek aan vijf stagiaires op het gebied van communicatie en programma’s. Tijdens de Run for The Hunger Project liep een Havo-scholiere een maatschappelijke stage van één dag. Het team werd verder aangevuld met vijf kantoorvrijwilligers, die naast uiteenlopende hand- en spandiensten ook de backoffice van het Katakle-netwerk verzorgden. Gemiddeld werkten er drie dagen per week vrijwilligers op kantoor. De continuïteit van de organisatie is goed gewaarborgd. Het verloop onder de medewerkers in 2013 was nul. Tevredenheidsscore In 2013 heeft The Hunger Project Nederland een interne tevredenheidsscore ingevoerd. Alle deelnemers aan het tweewekelijkse teamoverleg geven een persoonlijke score (van 1 tot 10), waarin het naar eigen inzicht geheel vrij staat om de werksfeer en recente teleurstellingen of frustraties op werk en privé te wegen tegenover de geboekte vooruitgang. Het gemiddelde van alle individuele scores wordt gepubliceerd, als een soort ‘team-thermometer’. Scores fluctueren, maar het jaargemiddelde kwam met 7,92 ruim boven het streefgetal van ten minste een 7,5 uit. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim lag ook in 2013 erg laag. Met 0,8% lag dit zelfs lager dan in 2012 (1,3%) en flink onder het landelijk gemiddelde van 3,8%. Personeelsbeleid In 2013 zijn de bestaande regelingen, reglementen, gedragscodes en richtlijnen samengevoegd tot één overzichtelijke personeelswijzer, die zowel voor betaalde medewerkers als kantoorvrijwilligers wordt gehanteerd. De bestaande regelingen zijn vereenvoudigd en meer in lijn gebracht met de uitgangspunten van eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van The Hunger Project. Vrijwilligers In 2013 waren ongeveer vijftig vrijwilligers actief binnen The Hunger Project Nederland. Sommigen leverden een structurele bijdrage, anderen waren ad hoc inzetbaar bij activiteiten. De vrijwilligers droegen niet alleen bij in tijd, ideeën en contacten, maar ook in spullen: via het vrijwilligersnetwerk kreeg The Hunger Project bijvoorbeeld vier nieuwe bureaustoelen voor op het kantoor. Het vrijwilligersbeleid focust op het inspireren en binden van vrijwilligers. Dat gebeurde in 2013 door het organiseren van een aantal inhoudelijke bijeenkomsten zoals een avond over hiv/aids en een inspiratieavond voor vrijwilligers die eigen acties opzetten. Maar ook door met elkaar te toasten op het nieuwe of oude jaar tijdens een nieuwjaarsbijeenkomst en een bring-your-own kerstdiner. De directie voert met de kantoorvrijwilligers twee maal per jaar een voortgangsgesprek, om ervoor te zorgen dat de samenwerking voor alle partijen zo optimaal mogelijk blijft. Directie Directeur van The Hunger Project Nederland was in 2013 mw. Evelijne Bruning. Zij werkte voltijds (40 uur per week) en heeft begin 2013 een vaste aanstelling gekregen. Haar totale jaarinkomen (bruto salaris plus vakantiegeld) in 2013 bedroeg € 83.898 euro. Per december 2013 is de verantwoordelijkheid van de directeur uitgebreid met die van directeur-bestuurder. Het bestuur is een stap verder op afstand van de uitvoering getreden, en is vanaf december 2013 een Raad van Toezicht. Er zijn evenals voorgaande jaren in 2013 geen vorderingen, leningen en voorschotten verstrekt aan bestuurders of directie. In 2012 bedroeg het totale jaarinkomen van de directeur € 61.538, bij een werkweek van 32 uur.
21
Stichting The Hunger Project
Naast haar werk voor The Hunger Project was Evelijne Bruning in haar vrije tijd betrokken als bestuurder bij de stichtingen International Development Publications (IDP) en International Children’s Development Initiatives (ICDI), en als lid van de adviesraad van het Society for International Development (SID). Duurzaamheidsbeleid Het duurzaamheidsbeleid in 2013 is een voortzetting van het duurzaamheidsbeleid zoals we het in 2012 hebben opgezet. Voor woon-werkverkeer en dienstreizen worden het OV en de OV-fiets gebruikt, en alleen waar dat niet kan een (Greenwheels) auto. Uit ethische en duurzaamheidsoverwegingen kiezen wij voor de Triodos Bank voor ons betalingsverkeer. Er wordt gestreefd naar het drukken met eco-inkt, naast het gebruik van FSC-gecertificeerd drukpapier voor alle kantoorgebruik. Veiligheidsbeleid en verzekeringen In afstemming met de wereldwijde organisatie heeft The Hunger Project Nederland in 2013 een eigen veiligheidsbeleid opgesteld, inclusief een evacuatieplan in geval van brand. De EHBO-doos is aangevuld, en de verzekeringspolissen zijn doorgelicht en waar nodig uitgebreid om de groeiende omvang van de organisatie en de daarmee groeiende risico’s zo goed mogelijk af te dekken. Klachten In 2013 ontving en registreerde The Hunger Project Nederland in totaal drie klachten. Ze werden alle drie binnen de daarvoor gangbare termijn en naar tevredenheid van de betrokkenen afgehandeld. Twee van de drie klachten waren van administratieve aard en waren makkelijk op te lossen met aanpassingen in de database. Het verkopen van actie-chocolade, die tijdens de Ladies First-week door een derde partij tegen sterk gereduceerd tarief zou worden geleverd, bleek te complex voor een organisatie van onze omvang. Toen de leverancier uiteindelijk bovendien in gebreke bleef, hebben we uiteindelijk voor elk van de verschillende afnemers een passende oplossing op maat gezocht en gevonden. We hebben ervan geleerd dat we in de toekomst geen verkoopacties meer organiseren. Complimentenbeleid Naast de bestaande klachtenregeling hebben we in 2013 ook complimentenbeleid ingevoerd. Hiervoor hebben we de volgende afspraken gemaakt: iedere medewerker die van derden een compliment krijgt voor verrichte werkzaamheden – eigen, of van andere teamleden – deelt dat met het team. Complimenten worden intern gevierd (maar worden verder niet formeel geregistreerd).
22
Stichting The Hunger Project
9. The Hunger Project Nederland en wereldwijd The Hunger Project Nederland is, zoals alle zusterorganisaties in de partnerlanden, een autonome organisatie met eigen statuten en een onafhankelijk bestuur. In 2013 vernieuwde The Hunger Project Nederland haar partnerschapsovereenkomst met The Hunger Project global. Net als in het voorgaande jaar werd er in 2013 veel samengewerkt binnen de wereldwijde organisatie. De wederzijdse informatievoorziening en werkrelatie is intensief doordat Evelijne Bruning als directeur van The Hunger Project Nederland tweewekelijks vanuit de partnerlanden aan het senior managementoverleg (het Global Leadership Team) deelneemt. Daarnaast is senior programmamedewerker Jouwert van Geene deeltijds in dienst van de Afrika-afdeling van The Hunger Project global. De medewerkers onderling hebben bovendien veelvuldig overleg door actief deel te nemen aan internationale taakgroepen, door het jaar heen via e-mail en Skype, en fysiek in de jaarlijkse stafweek en incidentele tussentijdse bijeenkomsten in New York. Verder hielp The Hunger Project Nederland actief met het versterken van andere landenorganisaties en programma’s. We hielpen The Hunger Project Benin met de fondsenwerving bij de Nederlandse ambassade, en met contacten voor de opbouw van het cashewnoten-programma. We coördineerden een subsidieaanvraag van alle Afrikaanse programmalanden bij de Europese Unie en versterkten de fondsenwervingscapaciteit van onze collega’s in Europa en in Afrika. The Hunger Project Nederland zal deze rol in de toekomst verder uitbouwen. Om het hoofdkantoor van The Hunger Project in New York te compenseren voor de kosten van hun rol op het gebied van programmamanagement, reserveert The Hunger Project Nederland een deel van haar inkomsten. Deze afdracht stellen we voor geoormerkte middelen vast op reële kostenbasis. In onderling overleg laten we deze reserveringen in de afgelopen jaren steeds vrij vallen voor financiering van programma’s in de programmalanden. De facto is ook in 2013 daarom geen geld afgedragen aan het hoofdkantoor van The Hunger Project. Alle financieringen voor programma’s in 2013 maakte The Hunger Project Nederland rechtstreeks over naar onze programmalanden. De inkomsten van The Hunger Project groeiden in 2013 wereldwijd, voor het eerst sinds het begin van de economische crisis. De wereldwijde inkomsten in 2013 bedroegen 19.275.0001 dollar. De ombuiging van de neergaande lijn van de afgelopen jaren is voornamelijk te danken aan de financiële groei van een aantal van de fondsenwervende partnerlanden zoals Australië, Zweden en Nederland, en in de programmalanden, zoals Benin. In 2013 bleef The Hunger Project Nederland (met 20%) voor het vierde jaar op rij de belangrijkste bron van inkomsten uit de partnerlanden.
1
Deze voorlopige cijfers moeten nog worden bevestigd door de Amerikaanse accountant. 23
Stichting The Hunger Project
10. Toekomstplannen Het jaarplan voor 2014 is door het team gezamenlijk opgesteld, in lijn met het strategisch meerjarenplan (2012-2015), en bouwt voort op de lessen en inzichten uit 2013. Het is zo opgesteld dat het de integratie van de werkprocessen reflecteert, in plaats van de eerdere scheiding tussen verschillende soorten fondsenwerving en ondersteunende taken. De belangrijkste doelen van het jaarplan voor 2014 zijn: 1) Inkomstengroei naar ten minste 4 miljoen euro 2) Meer of verbeterde partnerschappen om de impact van de aanpak van The Hunger Project te bewijzen en te vergroten 3) Meer bewustzijn van de thema’s, aanpak en resultaten van The Hunger Project 4) Vergroot de impact door de organisatie verder te versterken (zowel in Nederland als wereldwijd) In deel II (financiën) van het jaarverslag is de begroting voor 2014 opgenomen. Deze begroting is opgesteld aan de hand van ervaringscijfers uit de voorgaande jaren. Er is een bestedingsplafond vastgesteld voor de totale kosten in Nederland, waarbij we blijven uitgaan van een kostenniveau van maximaal 15% van de inkomsten.
24
Stichting The Hunger Project
11. Verantwoordingsverklaring bestuur Het bestuur van The Hunger Project Nederland legt in deze verantwoordingsverklaring vast op welke wijze zij invulling geeft aan: 1. de functiescheiding tussen uitvoeren, besturen en toezicht houden; 2. het continu verbeteren van effectiviteit en doelmatigheid bij het realiseren van de doelstelling; 3. het optimaliseren van de relaties met belanghebbenden. Door het ondertekenen van de zogenaamde ‘Bijlage 12’ van het CBF onderschrijven de leden van het bestuur ook individueel deze drie principes van goed bestuur voor goede doelen. De organisatie onderschrijft de Code Wijffels en voldoet aan alle vereisten die deze code stelt. In 2013 kwam het bestuur in totaal vijf keer ter vergadering bijeen. Tussentijds was er bovendien via e-mail en bilateraal regelmatig overleg tussen directie en bestuurders. Daarnaast namen verschillende bestuurders deel aan bijeenkomsten zoals vrijwilligersavonden, borrels, de investeerdersreis naar Benin, en fondsenwervende bijeenkomsten. 1. Functiescheiding toezicht, besturen en uitvoeren Situatie januari – november 2013 Het bestuur van The Hunger Project functioneert aan de hand van statuten. In 2013 is gewerkt volgens de statuten die in 2008 geheel gewijzigd en conform CBF-richtlijnen werden opgesteld. Het bestuur is het toezichthoudende orgaan van The Hunger Project. De uitvoerende taken zijn bij de directie ondergebracht. Gedurende het jaar is gewerkt aan een nieuw model om de toezichthoudende en bestuurlijke functies beter van elkaar te kunnen scheiden. Situatie vanaf december 2013 Eind 2013 zijn nieuwe statuten voor The Hunger Project Nederland goedgekeurd, waarin een Raad van Toezicht wordt benoemd en waarin de bestuurlijke taken worden ondergebracht bij een directeur-bestuurder. De verhouding tussen het Bestuur en de Raad van Toezicht is, voor zover niet in de statuten geregeld, vastgelegd in een reglement waarin de verantwoordelijkheden en taken zijn benoemd. De nieuwe statuten voldoen volledig aan het vigerende Reglement CBF-Keur. Optimale samenstelling bestuur Situatie januari – november 2013 Het bestuur is samengesteld zoals in het onderstaande schema. Bij het ontstaan van een vacature overlegt het bestuur gezamenlijk over het gewenste profiel van het bestuur en over de gewenste competenties van nieuwe bestuurders. Het bestuursprofiel wordt zo periodiek geëvalueerd en vastgesteld. Het bestuur selecteert nieuwe leden op basis van de gewenste competenties en via een vastgestelde procedure. De vijf bestuursleden hebben ieder een eigen portefeuille: Algemene en internationale zaken (voorzitter), HRM en interne organisatie (lid), Financiën en administratie (penningmeester), Juridische zaken (lid) en Secretaris (vicevoorzitter).
25
Stichting The Hunger Project
Samenstelling bestuur en (rooster van) aftreden van januari tot en met november 2013 Naam/functie/portefeuille (geboortejaar) (her) Beroep/andere functies benoeming/ aftreden in C.H. van Bemmelen (1952), voorzitter 2011/2014* Directeur-eigenaar Neerlands Glorie; voorzitter Raad van Commissarissen Royaan, Hak en Optelec; lid Raad van Commissarissen Auping Mw. M. (Marianne) Douma, 2012 tot sept. Zelfstandig adviseur strategisch secretaris/vicevoorzitter 2013 beleid; bestuurder; projectleider Circles of Influence E. (Ellen) Kalkhoven (1967), penningmeester 2013/2016* Directeur Bedrijfsvoering Vitras CMD; Voorzitter HEAD vereniging van en voor financials in de zorg S.J.B. (Stan) Pieters (1971) 2010/2013* Directeur-eigenaar Spinfin en Juridische zaken Pieters Management Consultancy BV E.C. van den Berg (1969) 2011/2014* Manager bedrijfsbureau OSG Human Resource Management/interne Metrium Advies, Administratie & organisatie Personeel *aftredend na eerste statutaire termijn, statutair herbenoembaar voor tweede termijn Situatie vanaf december 2013 De nog zittende bestuursleden zijn per 2 december 2013 ingeschreven als lid van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht heeft per direct een auditcommissie, een remuneratiecommissie en een vertrouwenspersoon ingesteld. De directeur is per deze datum benoemd tot directeurbestuurder. Hieronder is de samenstelling en portefeuilleverdeling volgens de nieuwe structuur vermeld. Samenstelling raad van toezicht en (rooster van) aftreden per december 2013 Naam/functie (geboortejaar) (her) Beroep/andere functies benoeming/ aftreden in C.H. van Bemmelen (1952), voorzitter 2013/2014* Directeur-eigenaar Neerlands Glorie; voorzitter Raad van Commissarissen Royaan, Hak en Optelec; lid Raad van Commissarissen Auping E. (Ellen) Kalkhoven (1967), financieel2013/2016* Directeur Bedrijfsvoering Vitras economische portefeuille CMD; Voorzitter HEAD vereniging van en voor financials in de zorg E.C. van den Berg (1969) 2013/2014* Manager bedrijfsbureau OSG Metrium Advies, Administratie & Personeel Voorgedragen: R. (Rob) van der Laan (1967) 2014/2017* Partner bij Bencis Capital Partners Vacature *aftredend na eerste statutaire termijn, statutair herbenoembaar voor tweede termijn De leden van de Raad van Toezicht ontvangen geen bezoldiging. Wel kunnen de leden een redelijke vergoeding voor ten behoeve van de stichting gemaakte onkosten ontvangen. Alle aan de leden 26
Stichting The Hunger Project
betaalde vergoedingen worden als zodanig in de jaarrekening opgenomen en toegelicht. In 2013 hebben de leden hun eigen kosten gedragen. Evaluatie van bestuur en directie Het bestuur evalueert jaarlijks haar eigen functioneren. Zij doet dit in een bijeenkomst waarin de bestuursleden elkaar feedback geven en gekeken wordt naar de samenwerking met de directie. De notulen van deze bijeenkomst worden aan de bestuursnotulen toegevoegd. In 2013 heeft deze evaluatie in juni plaatsgevonden. Het functioneren van de directeur wordt jaarlijks geëvalueerd door het bestuurslid HR samen met de bestuursvoorzitter. Zij legt haar bevindingen voor aan het bestuur en bespreekt met hen mogelijke interventies. In 2013 heeft deze evaluatie in mei plaatsgevonden. Vanaf december 2013 zullen de jaarlijkse evaluaties plaatsvinden volgens de reglementen voor de raad van toezicht en het bestuur. Voor 2013 is dan ook enkel een verantwoordingsverklaring van het bestuur opgesteld. Een verantwoordingsverklaring van de Raad van Toezicht wordt voor 2014 opgesteld. 2. Effectiviteit en doelmatigheid van de bestedingen The Hunger Project Nederland heeft ten doel een einde te maken aan chronische honger en armoede door vooruitstrevende, duurzame, grassroot strategieën waarin vrouwen centraal staan. De doelstellingen zijn verder uitgewerkt in het strategisch plan 2012-2015 “Proving that the end of hunger is possible” dat in 2012 werd gepubliceerd. Jaarlijks worden er een jaarplan en jaarbegroting vastgesteld. De realisatie wordt in beeld gebracht in tertiaalrapportages, jaarrapportages en uiteindelijk gepubliceerd in het jaarverslag. The Hunger Project Nederland hanteert het uitgangspunt dat de uitgaven voor financiering van programma’s in programmalanden gemaximaliseerd moeten worden. Het kostenpercentage eigen fondsenwerving in 2013 bedraagt 7 procent, ruim onder het door het CBF gestelde maximum van 25 procent. Het kostenpercentage voor beheer en administratie bedraagt 45 procent van de totale kosten gemaakt in Nederland. Meer feitelijke informatie over effectiviteit en doelmatigheid staat in het financiële deel van dit jaarverslag. 3. Communicatie met belanghebbenden The Hunger Project legt jaarlijks verantwoording af door middel van een jaarverslag volgens de Richtlijn Verslaggeving Fondsenwervende Instellingen (Richtlijn 650) van de Raad voor Jaarverslaggeving. The Hunger Project Nederland beschikt over een klachtenprocedure. Over de resultaten wordt verslag gedaan in het jaarverslag (hoofdstuk 8). The Hunger Project Nederland is sinds 1 januari 2010 houder van het CBF-Keur voor de goede doelen van het Centraal Bureau Fondsenwerving. Dit betekent dat de Stichting positief door het Centraal Bureau Fondsenwerving is beoordeeld op de onderdelen bestuur, beleid, fondsenwerving, bestedingen en verslaglegging. Ook het doorlopend verbeteren van effectiviteit en efficiëntie van de bestedingen en het optimaliseren van de omgang met vrijwilligers is onderdeel van de toetsing. Het geeft tevens aan dat The Hunger Project binnen de norm van 25 procent voor de eigen fondsenwerving blijft. De tussentijdse controle door het CBF in 2013 leidde tot een verlenging van het CBF-Keur. The Hunger Project Nederland streeft naar optimale relaties met belanghebbenden, met gerichte aandacht voor de informatieverschaffing en de inname en verwerking van wensen, vragen en klachten. De communicatie richt zich op méér bewustzijn van thema’s, benadering en resultaten van The Hunger Project. The Hunger Project hecht grote waarde aan transparantie en probeert door middel van rapportages en verhalen een helder beeld te geven van de bestedingen. Voor degenen die een gedetailleerde verantwoording willen, is het jaarverslag gratis beschikbaar via de website. 27
Stichting The Hunger Project
Bijlage - Onze investeerders 2013 Veel dank aan al onze investeerders, sponsors en partners die samen met ons werken aan een wereld zonder honger. Uit privacy overwegingen noemen we hier geen namen van particuliere investeerders, hoewel die voor ons natuurlijk net zulke belangrijke partners zijn.
4Lindes ABN AMRO Foundation - Walking Fair AID bestuur Akzo Nobel NV Apotheek Tanthof Aver B.V. African Villages Foundation Aubergine IT B & M Beheer BV Base Coaching en Training Basset BenC Invoicing BV Bentley Systems Europe BV BlueSkyBehaviour Bontenbal Coaching Buren van Velzen Guelen BV Center Parcs Cimon Coaching met karakter Coaching Noordnederland Coachingland Coachkwadraat Compass Group Nederland BV Continental Bakeries BV Creative Venue De Droomfabriek De Koornzaayer Foundation Delicia BV Direction Europe BV DLA Piper Nederland NV Dongemond College Emma Health & Beauty Care Achmea Foundation Eurojob International Holding BV Familievereniging VOx – Fifty / Fifty tekst Financieel Bedrijfsmanagement FBM First Things First Frans van Seumeren Holding BV Friends Run For The Hunger Project FutureFlow organisatieadvies en coaching 28
Stichting The Hunger Project
Gerni Luttikhuis Coaching Groei door coaching Habest Holding BV Hak BV Helvoet Holding BV Hoogendijk Coaching Horizontoer House of Sports Houthoff Buruma Coop IFB/McCann Ik loop met je mee Inbak BV Indawa Indutrade Benelux Inspiration at Work Investore Holding Itsourbusiness ICT support Jeannette's Hairstyling Jolande van Kempen Advies Kerewin Consult Kifungo Kitty Corrects Krachtbron Krauthammer International La Paz Beheer BV La Red Food Latoer Holding BV Lysan Zanglespraktijk Managementadvies & Coaching Maree Invest / CIG Marten Bos Coaching Media Info Groep Melkveehouderij Jeljer Hoekstra Mensenwerk Microsoft Mijander Mind-Work Mountain Design Nationale Postcode Loterij Nauta Dutilh NV Neerlands Glorie Holding Nexo Coaching NPM Capital Odem Organisatieontwikkeling BV PANO BV 29
Stichting The Hunger Project
Paul’s Copy Plesch BV PoDa Beheermaatschappij BV Prepaid Union BV PricewaterhouseCoopers NV Priva BV Protestantse Gemeente IJlst PUM BV Pyros Organisatieontwikkeling Ribbink Van den Hoek Familie Stichting Riwal Hoogwerkers BV Roberts Venture Roland de Zeeuw Fotografie Royaan BV School voor Coaching SDH Executive Search Skiff Solar Nederland BV Soroptimist International Club Bussum Soroptimist International Club Goeree Overflakkee Soroptimist International Club Waterland Statz & Co Effectieve Communicatie Stichting Cordaid Stichting Dura Charity Foundation Stichting FEMI Stichting Fight4life Stichting Flexi-Plan Stichting Global Durability Fund Stichting HUMANA Stichting IFMSA Nijmegen Stichting Kalibomba Stichting Millenniumnetwerk Fryslân Stichting Nationale Goede Doelen ProDelta Holding B.V. - Shalom Foundation Stichting Run for The Hunger Project Stichting Sustainable Development in Action Stichting Talpa Stichting tot behoud van de refter Stichting Wees een Kans Stichting Wereldcoach Stichting Wilde Ganzen Stoks Magazijnen BV S.V. Kampong Hockey TBWA \ NEBOKO DOWNTOWN Technische Handelmaatschappij A Bird BV The Respect Company 30
Stichting The Hunger Project
Van Nie Beheer Van Osch Vanderlande Industries Vegro Running Friends Volkers BV Voluyt Interim Consultancy Werkplaats 52 Westlock BV Wijnands Management Wikkerink Levenskunst World of Ideas BV Zandbergen Zin in je werk/i-opener
31
Stichting The Hunger Project