Meerjarenbeleidsplan FVB Binding is kracht

Meerjarenbeleidsplan FVB 2011-2014 Binding is kracht 1.

Inleiding

De Federatie Vaktherapeutische Beroepen (FVB) is de gezamenlijke organisatie van de Nederlandse Verenigingen voor Beeldende Therapie (NVBT), Danstherapie (NVDAT), Dramatherapie (NVDT), Muziektherapie (NVvMT) en Psychomotorische Therapie (NVPMT). In de federatie hebben de verenigingen dat deel van hun beleid en activiteiten ondergebracht die door de gezamenlijke uitvoering voordeliger of überhaupt mogelijk zijn. De primaire functie van de federatie is het behartigen van de belangen van vaktherapeuten en de bevordering van de ontwikkeling en uitoefening van vaktherapie. De FVB maakt zich sterk voor een goede positionering van vaktherapie binnen de verschillende werkvelden. Zij expliciteert de waarde van de verschillende vormen van vaktherapie en maakt die in heldere bewoordingen duidelijk aan andere professionals, cliënten, werkgevers, overheid en zorgverzekeraars. De beeldend, dans-, drama-, muziek- en psychomotorisch therapeuten voeren een eigen praktijk of zijn werkzaam binnen instellingen op het gebied van de somatische en geestelijke gezondheidszorg, de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking, justitiële instellingen, het speciaal onderwijs, en welzijnsinstellingen. Therapeuten aangesloten bij de verenigingen die lid zijn van de FVB, hebben een erkende opleiding op bachelor en/of master HBO-niveau en/of WO-niveau gevolgd. Deze notitie bevat het federatie beleidsplan voor de periode 2011 – 2014. Het beleidsplan, samen met de federatie statuten en het huishoudelijk reglement, het jaarlijkse activiteitenplan en de begroting vormen de kaders waarbinnen het federatiebestuur opereert en waaraan de lidverenigingen zich committeren. Het bevat dat deel van het beleid van de lidverenigingen waarvan de lidverenigingen de uitvoering bij de federatie hebben ondergebracht.

2.

Visie voor de periode 2011 - 2014

In 2006 hebben de besturen van de Nederlandse Vereniging voor Creatieve Therapie (NVCT) en de Nederlandse Vereniging voor Psychomotorische Therapie (NVPMT) besloten tot de oprichting van de FVB. Hierbij is de NVCT ontvlochten in 4 beroepsverenigingen te weten de NVBT, de NVDAT, de NVDT en de NVvMT. Bij de start van de federatie in 2006 zijn de beide besturen uitgegaan van de volgende beoogde voordelen: a. een sterke gezamenlijke positionering in de markt b. delen van kennis en knowhow Deze vier beoogde voordelen weerspiegelen tevens naar de verschillende portefeuilles op federatief en verenigingsniveau (resp. belangenbehartiging, pr & communicatie, kennisinnovatie, federatiebureau & personeel en financiën). a. Een sterke gezamenlijke positionering in de markt Een gezamenlijke positionering in de markt veronderstelt: 1. dat we weten wat deze markt is 1. Cure, Care, Welzijn/preventie (marktaandeel VB); 2. hoe deze zich ontwikkelt op de verschillende niveaus; 3. wie zijn de hoofdspelers: overheid, zorgverzekeraars, werkgevers, cliënten; 4. hoe kunnen de VB een duurzame plek hierin verwerven.

Meerjarenbeleidsplan FVB 2011 – 2014 def december 2010

1

2.

dat we vanuit de verschillende disciplines ons daadwerkelijk willen verenigen. Bezien vanuit de markt zijn we één beroepsgroep, ‘Vaktherapeuten’. Dat heeft grote voordelen. Zo kunnen we slagvaardiger onze doelen nastreven. Dit betekent dat we uitgaan van overeenkomstigheden. Met de nadelen zullen we moeten leren leven en deze een plaats moeten geven. Het adagium “decentraal tenzij” blijft ook hier van kracht, maar dat mag niet ten koste gaan van de gezamenlijke daadkracht op de markt. “Een huis dat in zichzelf verdeeld is zal niet overleven”.

b. Delen van kennis en knowhow Het boeiende van kennis delen is dat kennis het enige product is dat vermeerdert door het te delen. Delen van kennis en knowhow veronderstelt dat er verschillen zijn tussen de verschillende beroepsgroepen. Deze verschillen zijn ontstaan door het beroepsspecifieke, maar ook door de verschillen in opleiding (bachelor dan wel master). Tevens is er sprake van een gezamenlijk vertrekpunt. Het woord VAKtherapie is een niet al te beste poging om het gezamenlijke uit te drukken. Er zijn meer pogingen gedaan (bv. experiëntiële therapie), maar we zullen moeten leren omgaan met de term VAK. Delen van kennis en knowhow veronderstelt: Een benutten van de verschillen en overeenkomstigheden om gezamenlijke doelen te bereiken. 1. Wat zijn deze verschillen? En wat de overeenkomstigheden? 2. Op welke plaatsen, in welke verbanden en in welke situaties moeten we dit proces op gang brengen dan wel versterken? Vaktherapie staat voortdurend onder druk. Door tal van organisatorische veranderingen (o.a.fusies), bekostigingsveranderingen (o.a. dbc’s) en bezuinigingen (o.a. mede als gevolg van de veranderingen) moeten de verschillende vaktherapeutische disciplines een voortdurende strijd voeren om hun bestaan. De financiële marges in de zorg en hulpverlening worden steeds kleiner waardoor de bewegingsruimte voor organisatie snel afneemt. Dit externe proces maakt het steeds belangrijker dat de vijf beroepsgroepen gezamenlijk optrekken. Er zit ook een pluspunt in de veranderingen in de markt: er ontstaat meer ruimte voor praktijken voor vaktherapie. Doel: Voor de komende periode is belangenbehartiging het speerpunt. Dit betekent dat de prioriteit komt te liggen bij het bekend maken van vaktherapie en het opkomen voor een goede positie van vaktherapeuten. Veel aandacht zal hierbij gegeven worden aan het betekenis geven van de term vaktherapie en vaktherapeut en het in de markt zetten van de vaktherapeut als “merk/product”. De focus ligt hierbij op de overeenkomsten tussen de verschillende beroepsgroepen. Om de belangen van de vaktherapeuten goed te kunnen behartigen is een actieve betrokkenheid bij maatschappelijke ontwikkelingen van belang. Dit kan slechts gerealiseerd worden als de contacten met (externe) netwerken & stakeholders worden verstevigd en/of uitgebreid. Alle overige activiteiten worden beperkt tot die zaken die aan het bovengenoemde bijdragen. Het beleid op dit gebied zal in gezamenlijkheid uitgevoerd worden, verder bouwend op het vertrouwen dat de afgelopen jaren is opgebouwd tussen de aangesloten verenigingen. Er kan alleen sprake zijn van een goede integratie strevend naar een gezamenlijke belangenbehartiging, als er sprake is van een duidelijke rol en functie van de verenigingen die samen de FVB vormen. Hierbij moeten duidelijke keuzes gemaakt worden t.a.v. taken en energieverdeling. De lidverenigingen staan open voor een uitbreiding van het aantal aangesloten verenigingen met beroepsgroepen die voldoende inhoudelijk aantoonbare verbinding hebben met het wezen van vaktherapie. Wil de FVB in haar doelstellingen slagen, dan stelt dit eisen aan de organisatie, bureau en bestuur. Het FVB-bestuur besteedt veel van haar tijd aan de uitvoering van beleid terwijl juist de nadruk steeds meer komt te liggen op de strategische beleidsontwikkeling. Om dat laatste mogelijk te maken zal het FVB-bestuur afstand moeten nemen van de uitvoering en zich focussen op de hoofdlijnen en het bureau verder geprofessionaliseerd moeten worden.


2

Het huidige lichte federatie model veronderstelt een sterk samenhangend geheel van besturen en diverse overlegsituaties. Bovendien vergt het de inzet van veel mensen, van kader. We moeten constateren dat we het lichte model opnieuw op haalbaarheid moeten toetsen en ons moeten bezinnen op de gewenste/beoogde voordelen onder het opzicht van het adagium ‘decentraal tenzij’. In het benadrukken van de overeenkomsten worden de verschillen vanzelf duidelijk. De beroepsidentiteit (de verschillen) is en blijft uiteraard zaak van de aangesloten beroepsverenigingen.


3

3.

Strategische doelstellingen

Dit betekent dat de missie van de FVB niet verandert. De Federatie Vaktherapeutische Beroepen: 1. zet zich in om de vijf vaktherapeutische disciplines bekend te maken onder de merknamen vaktherapie en vaktherapeut 2. maakt zich sterk voor een goede positie van de vaktherapeuten 3. geeft richting aan de voortdurende kwaliteitsbevordering van de vaktherapeuten 4. ondersteunt de lidverenigingen. Wat wel verandert, is de focus binnen de missie. Waar in de beginperiode de nadruk lag op organiseren en faciliteren (de punten 3 en 4) verschuift deze de komende periode naar presenteren en stabiliseren (de punten 1 en 2) Het primaire doel van de federatie is het behartigen van de belangen van de vaktherapeuten. Dit wordt gerealiseerd door grotere bekendheid bij stakeholders, profileren op bereikte resultaten in behandeling van cliënten door vaktherapeuten, nauwere samenwerking met kenniscentra, door kennis te delen of makkelijker toegankelijk te maken.


4

4.

Uitwerking doelstellingen

4.1

De FVB zet zich in om de vijf vaktherapeutische disciplines bekend te maken onder de merknaam vaktherapie en vaktherapeut. 4.1.1.

Betekenis geven aan vaktherapie en vaktherapeut

Toelichting: Het ministerie van VWS heeft een aantal jaren geleden besloten tot een clustering van beroepsgroepen in de geestelijke gezondheidszorg. Dit heeft geleid tot een samenvoeging van de beeldende-, dans-, drama-, muziek- en psychomotorische therapeuten in het cluster ‘Vaktherapeutische Beroepen’ of wel vaktherapeuten. Hoewel we niet onverdeeld gelukkig zijn met de termen vaktherapie en vaktherapeuten, zijn dit inmiddels ingeburgerde termen geworden. Bij veel instellingen zien we bijv. vakgroepen Vaktherapie ontstaan. Het is nu zaak om de termen Vaktherapie en de Vaktherapeut ook echt betekenis te geven en ons te focussen op de beroepsmatige eenheid. Subdoelen 1.

Opstellen SWOT en vaststellen gezamenlijke identiteit. In 2010 heeft in het kader van project Vliegwiel een interne en externe oriëntatie plaatgevonden inzake de term vaktherapie en vaktherapeut, de informatiebehoefte, de boodschap die de FVB/lidverenigingen willen overbrengen etc. Op basis van deze oriëntatie kan begonnen worden met het opstellen van een SWOT analyse van de FVB/vaktherapeut. Tevens moet in deze fase de gezamenlijke identiteit definitief worden vastgelegd om een eenduidige communicatie mogelijk te maken. Deze analyse van kansen en bedreigingen vormt samen met de vastgestelde gezamenlijke identiteit de basis voor de verder uitwerking van het meerjarenbeleid communicatie.

2. Interne communicatie & promotie. Via de verenigingen moeten de leden doordrongen worden van het belang van het gebruik van de term vaktherapie en vaktherapeut voor de profilering van de vaktherapeut. Tevens inburgering van het gebruik van de aanduidingen vaktherapeut beeldend, vaktherapeut drama etc. Doelaspecten Beleggen FVB Beleggen medewerker Resultaat

Aanpakstrategie

Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen


Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker en medewerker PR & Communicatie • SWOT analyse • ALV besluit over gezamenlijke identiteit • leden geïnformeer over ontwikkelingen en belang gebruik term vaktherapie en vaktherapeut • Opstellen SWOT • Instellen werkgroep voor vaststellen gezamenlijke identiteit • Via websites en nieuwsbrieven informeren en betrekken van de leden 2011 Geen extra kosten FVB. Deel inzet medewerkers wordt gefinancieerd via project Vliegwiel Basis vormen het beroepsprofiel en de beroepscode voor de vaktherapeut.

5

4.1.2

Profilering en promotie van vaktherapie/vaktherapeut

Toelichting: Nadat de SWOT analyse is opgesteld en de gezamenlijke identiteit is vastgesteld kan er gestart worden vaktherapie en vaktherapeut als merk in de markt te zetten. Subdoelen 1.

Externe communicatie en promotie. 1.1 Via de FVB en verenigingen a. Opstellen meerjarenbeleidsplan Communicatie 2011 – 2014 Als subdoel 4.1.1. bereikt is kan begonnen worden met 1. Vaststellen te bereiken doelstellingen per relatie 2. Vaststellen op welke wijze de FVB de geformuleerde doelstellingen wil gaan bereiken. 3. Vaststellen op welke wijze bepaald/gemeten gaat worden of de doelstelling bereikt is. De uitkomsten worden vastgelegd in een Meerjarenbeleidsplan PR & Communicatie 2011 – 2014, waarin op basis van de gekozen prioriteiten een globale indeling van de activiteiten per jaar gemaakt zijn. Hoewel het MJB Communicatie 2011 – 2014 in hoofdzaak extern gericht is, kan de uitvoering van het beleid slechts slagen als de interne communicatie naar de lidverenigingen en hun leden hier integraal deel van uit maakt en de leden actief deelnemen en betrokken zijn. b. Uitvoeren meerjarenbeleidsplan Communicatie 2011 – 2014 In 2011 t/m 2013 worden de jaarplannen opgesteld voor resp., 2012, 2013 en 2014. Mochten hier activiteiten in zitten die buiten de reguliere activiteiten en financiële mogelijkheden liggen van de FVB dan zullen voor deze extra activiteiten projectaanvragen worden uitgewerkt. 1.2 Via de leden. Het is van belang dat ook de leden op hun werkplek uitdragen wat vaktherapie is en waar de vaktherapeut voor staat. Zij worden hierin ondersteund met het door de FVB en verenigingen ontwikkelde promotiemateriaal. De uitvoering hiervan wordt meegenomen in subdoel 1.1. Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen


Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker en medewerker communicatie • Meerjarenbeleidsplan Communicatie 2011 – 2014 • Jaarplannen Instellen werkgroep Communicatie die meedenkt over het MJB Communicatie 2011: MJBC 2011 –2014 2012 t/m 2014: Jaarplannen Communcatie De SRVB heeft middelen beschikbaar gesteld voor het ontwikkelen meerjarenbeleidsplan PR & Communicatie

6

4.2

De FVB maakt zich sterk voor een goede positie van de vaktherapeuten 4.2.1

Beschermde beroepsbenaming

Toelichting: op dit moment is beeldend therapeut, creatief therapeut, vaktherapeut geen beschermde beroepsbenaming. Het is wenselijk dat een dergelijke bescherming er wel komt omdat nu iedereen zich vaktherapeut, creatief therapeut etc mag noemen. Subdoelen: 1.

Opname vaktherapeuten in artikel 34 van de wet BIG. Hierdoor mogen alleen afgestudeerden van een erkende opleiding de titel vaktherapeut gebruiken (opleidingstitel). Dit betekent dat de opleidingen naast voldoende ggz kennis, tevens moeten zorgen voor voldoende medische basiskennis binnen het curriculum.

2.

Totdat en/of in aanvulling op het bovenstaande doel het realiseren van merkenrecht bescherming voor de termen vaktherapie en/of vaktherapeut, als dan niet in combinatie met registratie in het Register Vaktherapie.

Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie

Afrondingstijdstippen

Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen

4.2.2

Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker • (duidelijkheid over) opname in wet BIG • merkenrechtbescherming (geregistreerde) vaktherapeut • in samenwerking met opleidingen en CONO VT overleggen met en lobbyen bij VWS en tweede kamer • uitzoeken en uitvoeren merkenrechtbescherming 2011: merkenrechtbescherming (geregistreerde) vaktherapeut 2014: (duidelijkheid over) opname in wet BIG kosten merkenrecht bescherming

Aansluiten bij partij die vertegenwoordigd is in CAO overleg

Toelichting: Op dit moment is alleen de NVPMT aangesloten bij een partij die vertegenwoordigd is in het CAO overleg in de sectoren die voor onze leden het meest belangrijk zijn, GGZ, Ziekenhuizen, VGZ en Verpleeg- en verzorgingstehuizen. Subdoelen 1. Aansluiten bij partij die vertegenwoordigd is in CAO overleg Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen


Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker aansluiting bij CAO partij inventarisatie van mogelijkheden en uitwerken voorstel voor ALV 2011 Geen

7

4.2.3

Vergoeding van vaktherapie vanuit de basisverzekering ongeacht of de vaktherapeut werkzaam is in een instelling of zelfstandig gevestigd is.

Toelichting: De GGZ is onderverdeeld in eerstelijns psychologische zorg (eenvoudige aandoeningen) en specialistische GGZ (tweede lijns GGZ). Volgens de Zorgverzekeringswet wordt eerste lijns psychologische zorg verleend door een GZ psycholoog of een psychotherapeut. Tweede lijns GGZ wordt verleend door een zelfstandig gevestigde psychiater, psychotherapeut of klinisch psycholoog of een GGZ-instelling( of ziekenhuis). Alleen bovengenoemde “hoofdbehandelaren” kunnen op dit moment binnen de GGZ een vergoeding ontvangen door het openen van een DBC (tweede lijns GGZ) of het indienen van een declaratie (eerste lijns GGZ). Vaktherapie is opgenomen in de meeste DBC’s en de inzet van vaktherapeuten werkzaam in instellingen als onderdeel van de behandeling wordt dan ook via de DBC’s vergoed. Zelfstandig gevestigde vaktherapeuten kwalificeren niet als hoofdbehandelaar en kunnen niet zelfstandig een DBC openen of een declaratie (eerste lijns GGZ) indienen bij de zorgverzekeraars. Subdoelen 1. Vergoeding van vaktherapie vanuit de basisverzekering ongeacht of de vaktherapeut werkzaam is in een instelling of zelfstandig gevestigd is. Equivalent aan paramedici als de fysiotherapeut, de ergotherapeut. De vaktherapeut als de paramedicus van de GGZ. Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen 4.2.4

Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker vergoeding behandeling alle vaktherapeuten vanuit de basisverzekering Overleg met VWS en NZa na opname vaktherpeut in art. 34 wet BIG. Voorwaarden is opname vaktherapeut in wet BIG

Goede functiewaardering vaktherapeuten

Toelichting: Er is een algemene teneur om vaktherapeuten zo laag mogelijk in te schalen. In aansluiting op de communicatie naar werkgevers over wat vaktherapie is en wat vaktherapeuten doen moet er een algemene functieomschrijving komen van de vaktherapeut op 3 niveaus met de bijbehorende inschaling (bijv. FWG 50, 55, 60) in de verschillende CAO’s. Subdoelen: 1.

Verstevigen contacten met FWG en andere partners

2.

Ontwikkelen van algemene functieomschrijving vaktherapeut op niveaus kandidaat geregistreerd, geregistreerd en senior geregistreerd.

3.

Informeren werkgevers (direct en indirect via leden) over het bestaan van functieomschrijving en bijbehorende CAO- schaalindeling.


8

Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat

Omschrijving bestuurslid Belangenbehartiging beleidsmedewerker • goede contacten met FWG • functieomschrijving met daaraan gekoppeld schaalindeling. • werkgevers zijn geïnformeerd

Aanpakstrategie

• • • •



4.2.5.

instellen werkgroep netwerken en overleg samenwerken met CAO partij communicatie met werkgevers meenemen in MJB Communicatie 2011: verstevigen contact met FWG en andere partners 2012: functieomschrijving 2013 + 2014: informeren werkgevers Geen

Actieve participatie in de ontwikkeling van MDR’s en zorgprogramma’s

Toelichting: Multidisciplinaire Richtlijnen (MDR’s) en Zorgprogramma’s (ZP’s) zijn steeds vaker bepalend voor de zorg die vergoed wordt. Als vaktherapie niet voorkomt in de MDR’s of ZP’s wordt de kans steeds groter dat vaktherapie niet vergoed wordt. Dit leidt vervolgens tot het schrappen van vaktherapie als onderdeel van de behandeling. Om dit te ondervangen is in 2009 gestart met de inrichting van een MDR-netwerk met daarin vaktherapeuten die zich gecommitteerd hebben aan het meewerken aan de MDR’s en hiervoor een opleiding hebben gevolgd. Inmiddels is gebleken dat het MDR-netwerk niet alle kennisgebieden afdekt die nodig zijn om in alle MDR’s te kunnen participeren. Subdoelen : 1.

Evaluatie van de samenstelling van het MDR-netwerk en evt. aanvulling van het netwerk met vaktherapeuten met expertise die momenteel nog ontbreekt in het netwerk. Hierin het bestaande netwerk ook een duidelijk taak geven.

2.

Actief houden van het MDR-netwerk met behulp van een jaarlijkse studiebijeenkomst waarop ervaringen worden uitgewisseld en nieuwe ontwikkelingen worden besproken.

3.

Verstevigen contacten met Trimbos, CBO en andere “ontwikkelaars” van MDR’s en ZP’s zodat er tijdig geanticipeerd kan worden op nieuwe ontwikkelingen.

Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat

Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen


Omschrijving bestuurslid Kennisinnovatie beleidsmedewerker • Jaarlijkse studiebijeenkomst • vertegenwoordiging in werkgroep bij elke MDR • juiste samenstelling MDR netwerk evalueren, aanvullen MDR netwerk netwerken 2011 evaluatie en aanvulling MDR-netwerk 2014 vertegenwoordiging in werkgroep bij elke MDR Geen

9

4.2.6

Uitbreiding FVB met andere beroepsverenigingen

Toelichting: In de huidige ontwikkelingen in zorg en samenleving is het noodzakelijk als FVB een zekere massa te hebben. Deze massa kan vertaald worden naar een steviger positie in de gesprekken met maatschappelijke partners (zorgverzekeraars, werkgevers, etc) en naar een versterking en professionalisering van het ondersteunend apparaat (bedrijfsbureau, beleidsmedewerker, etc.). Deze toename van de massa mag niet ten koste gaan van de onderlinge samenhang van de lidverenigingen en beoogde kwaliteit. Zoals het er nu naar uit ziet zal in 2011 de NVPMKT toe treden tot de FVB. Wellicht hebben ook andere beroepsverenigingen interesse. Dit dient verkend te worden. Subdoelen: 1.

Toetredingsproces van de NVPMKT gezamenlijk evalueren wat betreft de inhoud (criteria), procedure en effecten op FVB als geheel, middels het houden van interviews.

2.

Bepalen tempo van groei in relatie tot behoud kwaliteit.

3.

Benaderen andere potentiële partners zoals NVVS (speltherapie), VVP (psychodrama), NVGP (groepspsychotherapie), VMPD (psychiatrische deeltijd), VKP (klinische psychotherapie), VvM (Vereniging voor Mindfulness), VVH (hapthotherapeuten), LWP (lichaamsgerichte werkende psychologen). De regie bij de contacten met de VVH en LWP ligt bij de NVPMT. Deze heeft momenteel al contacten met beide verenigingen.

Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie



4.3

Omschrijving voorzitter beleidsmedewerker en bureaumanager Zie subdoelen • evaluatie toetreding NVPMKT Interviews en opstellen evaluatierapport vast te stellen door FVB Bestuur. • bepalen groeitempo. Op basis evaluatierapport uitwerken van een voorstel vast te stellen door de ALV. • bepalen en benaderen potentiële partners. Op basis vastgesteld groeitempo uitwerken van een voorstel voor potentiële partners en plan van aanpak. Vast te stellen door ALV 2011: toetreding NVPMKT afronden en evalueren 2012: bepalen tempo van groei 2012: vaststellen potentiële partners 2013: start gesprekken potentiële partners Geen

De FVB geeft richting aan de voortdurende kwaliteitsbevordering van de Vaktherapeut 4.3.1.

Versterken positie en betekenis registratie/SRVB.

Toelichting: De SRVB is nog te weinig bekend onder de leden, uitgaande van het aantal totaal leden (te weinig in vergelijking met het potentieel) en de vragen over de betekenis en het nut van de registratie voor leden.


10

Subdoelen: 1.

Actie om meer leden van de beroepsverenigingen te enthousiasmeren zich te laten registreren dmv directe communicatie en expliciteren betekenis voor individuele leden.

2.

Evalueren en verder invullen registratiecriteria.

3.

Expliciteren en operationaliseren wat de inhoud van de beoogde kwaliteitsbewaking en – bevordering betekent voor externen (relatie kwaliteit – beroepsprofiel; weging scholingsmodulen en andere activiteiten). Profileren van registratie en zoeken naar civiele effecten, in samenhang met opnamen in de Wet BIG en vergoedingen door zorgverzekeraars

Doelaspecten Beleggen FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen

4.3.2

Omschrijving bestuur SRVB en bestuurslid Belangenbehartiging Beleidsmedewerker toename van 100 leden SRVB per jaar ingaande 2011 In overleg bestuur SRVB Gefaseerd, in 2014 75% van de leden van de beroepsverenigingen zitten in een registratietraject Geen extra middelen uit budget FVB

Expliciteren van kennis/creëren van een body of knowlegde

Toelichting: De (individuele) vakkennis van de therapeut wordt geëxpliciteerd in bijvoorbeeld een productbeschrijving. Productontwikkeling kan een essentiële schakel zijn in de kennisontwikkeling, professionalisering en positionering van vaktherapie in Nederland. Vervolgonderzoek kan bijvoorbeeld leiden tot een consensus based product. Hierbij wordt het product aangescherpt en gevalideerd door inhoudelijk deskundigen. Vanuit consensus based producten is verder onderzoek en dus verdere kennisontwikkeling mogelijk. Er worden weinig producten aangeleverd bij de CPMO en doorontwikkeld door vaktherapeuten. De redenen die hiervoor genoemd worden zijn het ontbreken van tijd (het beschrijven van een coherent product is een tijdsintensief karwei) en de te complexe richtlijn t.a.v. de eisen aan de vorm van het product. De CPMO kent een twee sporenbeleid 1. het beter positioneren van productontwikkeling in het landschap van een kennisontwikkelende beroepsgroep. 2. het ontwikkelen van strategiën/mogelijkheden ter ondersteuning van het expliciteren van ervaringskennis door vaktherapeuten in producten en modulen. Subdoelen: 1.

De FVB Commissie Product en Module ontwikkeling (CPMO) zoekt samenwerking en afstemming met belangrijke stakeholders in de kennisontwikkelingspiraal (opleidingen, lectoraten, expertise centra). In 2014 is de CPMO duidelijk gepositioneerd in de kennisontwikkelingspiraal en deze positie wordt erkend door de stakeholders.

2.

De CPMO ontwikkelt strategiën om het schrijven van producten en modulen door vaktherapeuten te vergemakkelijken.

3.

De FVB ontwikkelt in overleg met de lidverenigingen en stakeholders een kennisagenda. Gedacht kan worden aan het stimuleren van werkveldverbanden met als doel kennisontwikkeling. Inrichten van databestanden etc. In 2014 zijn er


11

samenwerkingsverbanden tussen (de leden van) de lidverenigingen en stakeholders (opleidingen, lectoraten, expertise centra). 4.

De redactie van het Tijdschrift voor Vaktherpie ontwikkeld stategiën om het schrijven van artikelen door vaktherapeuten te vergemakkelijken Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen

4.3.3

Omschrijving bestuurslid Kennisinnovatie beleidsmedewerker zie subdoelen 2014 Geen

Werkveldnetwerken FVB breed

Toelichting: We zien een toename van het aantal werkveldbrede netwerken (verslaving, forensisch, kind & jeugd.). Deze toename heeft mede te maken met het proces van integreren in de diverse werkvelden tot secties Vaktherapie. Door de positie en borging van deze netwerken te versterken wil de FVB een bijdrage leveren aan het verbeteren van de kwaliteit van de vaktherapeut en het zichtbaar maken van de FVB en het beroep van vaktherapeut. N.B. We spreken van werkveldgroep als de werkveldgroep alleen binnen de eigen discipline actief is (bijv. alleen PMT). We spreken van werkveldnetwerk als het netwerk binnen alle disciplines actief is. Subdoelen: 1. Versterken en faciliteren van de werkveldnetwerken. Bij faciliteren moet gedacht worden aan plek op website, mogelijkheid voor mailingen, ondersteuning secretariaat bij studiedagen etc. 2. Gezamenlijk formuleren van ontwikkelcriteria ten behoeve van de verbetering van de kwaliteit.

Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen


4.3.4

Omschrijving bestuurslid Kennisinnovatie beleidsmedewerker toename werkveldnetwerken en verbetering kwaliteit inventariseren en gezamenlijk ontwikkeltraject afspreken 2011: afronden inventarisatie 2012: afronden criteria ondersteuning en kwaliteitsverbetering 2014: toename van werkveldnetwerken met minimaal 5 geen

Contacten met opleidingen Vaktherapie.

Toelichting: De FVB acht het van groot belang sterke contacten te hebben met de opleidingen. In het bestaan en de ontwikkeling van de opleidingen (Bachelor en Master) ligt de basis van de kwaliteit van de vaktherapie in het algemeen en de vaktherapeut als beroep in het bijzonder. Tegen die achtergrond zijn de opleidingscriteria geformuleerd die sturend werken wat betreft de erkenning van opleidingen. De relatie met de opleidingen vaktherapie vraagt om een voortdurende aandacht. Om deze betrokkenheid vorm en inhoud te geven neemt de FVB zich een aantal ontwikkelingen voor.


12

Subdoelen : 1.

Het inrichten van een permanent overlegplatform Vaktherapie en Opleidingen om de contacten te versterken en verdiepen.

2. Zoals al eerder beschreven gaat de FVB gaat inzetten op de termen vaktherapie en vaktherapeut. Vervolgens is het van belang om eenduidigheid te creëren in taalgebruik binnen de beroepsgroep, het werkveld en de erkende opleidingen. Het streven is uiteindelijk te komen tot een overkoepelende term vaktherapie en daarnaast de verschillende beroepsgroepen zoals bijv. beeldend therapeut, psychomotorisch therapeut. Wat het lastig maakt is dat een groot deel van de studenten niet wordt opgeleid als bijv. muziek- of beeldend therapeut maar als creatief therapeut, met de aantekening bijv. muziektherapie. terwijl het beroep is. In overleg met de erkende opleidingen willen we trachten te komen tot een eenduidig taalgebruik binnen het werkveld en de opleidingen. Op welk niveau de accreditatie moet plaatsvinden op het niveau van de onderscheidende opleiding zoals nu bij PMT het geval is of op het niveau van de gezamenlijke opleiding vaktherapie dus tevens geldend voor de differentiaties moet nog nader vastgesteld worden. 3. Het borgen van werkvelddeskundigheid in de accreditatiecommissies bij de NVAO (her)accreditatie van opleidingen vaktherapie. 4.

Evalueren van de opleidingscriteria die hebben geleid tot erkenning van de opleidingen en afspreken welke consequenties verbonden kunnen worden aan het feit dat een opleiding niet voldoet aan de criteria van het beroepsprofiel.

5.

Mogelijkheden verkennen tot het initiëren van opleidingen vaktherapie, en het ontwikkelen van een samenhangend nascholingsaanbod.

6.

Faciliteren van de aansluiting van jonge professionals bij diverse lidverenigingen.

Doelaspecten Beleggen FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen


4.3.5

Omschrijving voorzitter FVB bestuurslid kennisinnovatie beleidsmedewerker zie subdoelen zowel intern (opleidingscriteria) als ook extern (afstemmen opleidingen en NVAO) 2011: faciliteren jonge professionals, afronden inrichten platform en protocol deelname accreditatie. 2012: afronden evaluatie erkenningcriteria. 2013: starten verkenning opleiding(en) VT geen

Onderzoek en contacten kenniscentra en lectoraten

Toelichting: Het domein Zorg gaat financieel zwaar weer tegemoet. De effecten van de bekostigingssystematiek en –omslag zullen ook zijn sporen na laten in de Zorg in het algemeen en daardoor ook bij de vaktherapie. Tegen die achtergrond is onderzoek van de inhoud (legitimering) en betekenis (effecten) van vaktherapie essentieel voor de borging van vaktherapie in het werkveld. Indien een beroepsgroep aannemelijk en inzichtelijk kan maken een zinvolle bijdrage te leveren aan de behandeling van een cliënt heeft zij minder last van bezuinigingsoperaties in de Zorg. Tegen deze achtergrond is het noodzakelijk een hechte samenwerking te hebben met de lectoraten Vaktherapie en de lectoraten waarin vaktherapie een speciale plaats heeft. De FVB is niet de organisatie die zelf onderzoek in gang zet, maar wel de organisatie die ondersteunend is om onderzoeksprocessen op gang te brengen en leden van de lidverenigingen enthousiasmeert actief te participeren aan onderzoek.


13

Subdoelen:

4.4

1.

Het ontwikkelen van een overzicht (bij voorkeur in de vorm van een digitale kennisbank) betreffende onderzoek op het gebied van vaktherapie. Ontwikkelingen moeten vaker in de publiciteit komen, zodat derden op de hoogte zijn van onderzoek/ontwikkelingen in het werkveld

2.

Bijdrage leveren aan een versterking van gewenst vaktherapie onderzoek.

3.

Het relateren van vaktherapie onderzoek aan maatschappelijke trends.

4.

In afstemming met het Trimbos en de lectoraten zoeken naar subsidiebronnen zoals ZONMW en Sia Raak. Doelaspecten Beleggen FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen

Omschrijving bestuurslid kennisinnovatie resp. KOOP beleidsmedewerker zie subdoelen in overleg deelnemers KOOP 2011: overzicht vaktherapie onderzoek, modulen en producten 2011: thema’s ZONMW en SIA Raak verkennen 2012: in overleg met KOOP


geen

De FVB ondersteunt de lidverenigingen 4.4.1

Bedrijfsprocessen

Toelichting: Hart van de FVB is het bedrijfsbureau. Dit is het administratieve knooppunt van de federatie. Er is de laatste jaren veel gedaan om de bedrijfsprocessen te verbeteren. Maar voortdurende aandacht blijft geboden. De diverse processen dienen te worden geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Een toenemend aandachtsgebied is de ondersteuning van structurele commissies (redactie, ZGVT, etc.) door het bedrijfsbureau. Deze ondersteuning is noodzakelijk voor de kwaliteit en continuïteit en dient beter vorm en inhoud te krijgen in afstemming met de betreffende commissies. Ten slotte dient de dienstverlening van het bureau als geheel te worden verbeterd. Onbedoeld maar daardoor niet minder lastig worden er fouten gemaakt in de communicatie en afstemming (intern-intern; intern-extern). Het geheel van de bedrijfsprocessen dient te worden geëvalueerd en bijgesteld. In deze evaluatie dienen de lidverenigingen actief betrokken te worden. Subdoelen: 1.

Evalueren, analyseren en optimaliseren huidige processen en cycli. Onderdeel hiervan vormt het onderzoeken of het uitbesteden van de taken van het secretariaat financiële en efficiëntie voordelen oplevert.

2.

Financiële administratie, waaronder toename transparantie betalingen tussen FVB en lidverenigingen verbeteren, produceren kwartaaloverzichten voor bestuur en lidverenigingen en automatisering betaling contributie.

3.

Ledenadministratie: actualiseren en actief communiceren van de stand van zaken betreffende de ledenadministratie, relateren aan ledenbestand SRVB.

4.

Ondersteuning structurele commissies door het bedrijfsbureau.


14

5.

Verbeteren dienstverlening in het algemeen waaronder de bereikbaarheid, accuratesse en snelheid.

6.

Personeelsmanagement, waaronder functioneringsgesprekken met en scholingswensen van de medewerkers.

7.

Ontwikkelen proceduren centrale archivering lidverenigingen.

8.

Ontwikkelen operationele audit van het bedrijfsbureau door vertegenwoordigers van de besturen van de lidverenigingen met de bedoeling de kwaliteit van werken inzichtelijk te maken en de bedrijfsprocessen te verbeteren. Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat Aanpakstrategie Afrondingstijdstippen

Omschrijving voorzitter bureaumanager zie subdoelen plan van aanpak ontwikkelen samen met de verenigingen 2011: uitwerken procedures voor doelen 1 t/m 8 2012 t/m 2014 uitvoerenprodecures doelen 1 t/m 7 en jaarlijkse audit Geen

Extra voorwaarden en/of middelen Opmerkingen 4.4.2

Ontwikkeling dienstenmarketing

Toelichting: Vrijwel alle beroepsverenigingen bieden hun leden speciale producten of diensten. Dienstverlening is zowel een instrument om de huidige leden te binden, als een instrument om nieuwe leden te werven. In het kader van de FVB kunnen de beroepsverenigingen gezamenlijk lidmaatschapsvoordelen ontwikkelen voor producten en diensten die verenigingsoverstijdend zijn (bijv. collectieve beroepsverzekeringen, korting op abonnementen, etc). Door gezamenlijk te opereren kunnen grotere voordelen/kortingen bedongen worden. 1. Het inventariseren van de wensen bij de (leden van) de aangesloten beroepsverenigngen. 2. Het ontwikkelen van een beleid t.a.v. het gezamenlijk aanbieden van producten en diensten aan leden 3. Uitvoeren van het vastgesteld beleid Doelaspecten Beleggen orgaan FVB Beleggen medewerker Resultaat

Aanpakstrategie

• • • • • •

Afrondingstijdstippen Extra voorwaarden en/of middelen

Opmerkingen


Omschrijving voorzitter beleidsmedewerker en bureaumanager overzicht wensen beroepsverenigingen t.a.v producten en diensten voor leden vastgesteld beleid t.a.v. producten en diensten voor leden producten en diensten voor leden. inventarisatie middels interviews en oproep in nieuwsbrieven instellen werkgroep voor het verwerken uitkomsten inventarisatie in beleidsplan voor aanbieden producten en diensten uitvoeren beleidsplan door bureaumanager. Inventarisatie en uitwerken beleidsplan vallen binnen reguliere taak bureaumanager. Na ontwikkelen beleidsplan moet alles kostenneutraal uitgevoerd kunnen worden .

15

5.

Organisatie

Bij de start van de federatie is gekozen voor een licht federatief model met een grote beslissingsbevoegdheid bij de lidverenigingen en is als uitgangspunt gekozen decentraal tenzij centraal met het oog op het realiseren van een aantal beoogde voordelen. Twee van deze beoogde voordelen waren: a. Een betere bestuurlijke span of control Een betere bestuurlijke span of control veronderstelt dat in de periode voorafgaand aan de federatie (tot 10 april 2006, pas ruim vier jaar geleden…) deze span of control te wensen overliet. Dit lag per vereniging verschillend. Door één gezamenlijk bestuur te belasten met de algemene coördinatie (administratief, bureautechnisch, financieel, etc) ontstond er wel overzicht. Maar voordat deze span of control zichtbaar werd moest er veel gebeuren op verschillende terreinen, bijvoorbeeld: 1. het ontwikkelen van een gezamenlijke, flexibele database 2. ontwikkelen van een multicompetatieve personeelsinzet 3. ontwikkelen van een gezamenlijke financiële huishouding en begrotingsorganisatie. 4. het ontwikkelen van een goed samenhangend geheel van overleg en communicatie met gebruikmaking van de organieke structuren (ALV’s, bestuurlijke overleggen, portefeuilleoverleggen, etc). De ervaring heeft ons geleerd dat de organisatie te zwaar is omdat het adagium “decentraal tenzij” te zwaar is gebleken, daarom moeten er aanpassingen plaatsvinden. b. Financiële voordelen Eind 2008 was duidelijk dat de initiële kosten (reisdeclaraties, adviezen, notaris, etc) binnen twee jaar zijn terugverdiend. Met betrekking tot de overige kosten kan het volgende gezegd worden: Voor de ex-NVCT is het een groot voordeel dat de NVPMT 1/3 van de huisvestingskosten betaalt. Voor de overige bureaukosten is dat moeilijker te bepalen. Beide verenigingen hadden deze kosten voordien ook. De personeelskosten zijn in eerste instantie niet gedaald. De NVPMT had eigen personeel en betaalt nu ongeveer evenveel voor “haar deel” van het huidige personeel, exclusief de beleidsmedewerker. Alle verenigingen betalen mee aan de portefeuilles en de beleidsmedewerker. Ook dat was vroeger zo de NVCT had ook een beleidsmedewerker; bij NVPMT werden deze kosten “Projecten” geboekt. De bestuurskosten zijn voor zowel de NVPMT als de ex-NVCT gestegen. Voor de NVPMT zijn de kosten van het FVB-bestuur extra . Voor de ex-NVCT is het aantal bestuursleden gestegen van 7 naar tussen de 20 en 25 bestuursleden, een gevolg van de ontvlechting van de NVCT. De ervaring heeft ons geleerd: ‘hoe lichter model, hoe hoger de kosten’. Het legde de verantwoordelijkheid bij de tweede laag van de Federatie, n.l. de lidverenigingen resp. de besturen. De bestuurbaarheid van de FVB is vanaf de start gebouwd op het lichte federatieve model, maar is daarvan tevens afhankelijk. Een licht model impliceert tevens een bestuurlijke kracht op niveau van de lidverenigingen en een goed functionerend geheel van portefeuilleoverleg. We constateren dat de bestuurlijke kracht van de lidverenigingen wisselend is als gevolg van onderbezetting van verschillende besturen en dat de opkomst en betrokkenheid bij de portefeuilleoverleggen bij sommige portefeuilles afneemt, waardoor het realiseren van onze doelen bemoeilijkt wordt. Een licht model veronderstelt een sterk samenhangend geheel van besturen en diverse overlegsituaties. Bovendien vergt het de inzet van veel mensen, van kader. We moeten constateren dat we het lichte model opnieuw op haalbaarheid moeten toetsen en ons moeten bezinnen op de gewenste/beoogde voordelen onder het opzicht van het adagium ‘decentraal tenzij’. De keuze voor een licht model impliceerde tevens dat daarmee de beroepsidentiteit van elke beroepsgroep kan worden gewaarborgd. Maar wat zijn de kernmerken van een beroepsidentiteit? En is de beroepsidentiteit identiek aan de verenigingsidentiteit? Met andere woorden: welke elementen kunnen worden uitbesteed aan de FVB zonder dat deze afbreuk doet aan de beroepsidentiteit. Wil de FVB in haar doelstellingen slagen, dan stelt dit eisen aan de organisatie, bureau en bestuur. Het FVB-bestuur besteedt veel van haar tijd aan de uitvoering van beleid terwijl juist de nadruk steeds meer komt te liggen op de strategische beleidsontwikkeling. Om dat laatste mogelijk te maken zal het


16

FVB-bestuur afstand moeten nemen van de uitvoering en zich focussen op de hoofdlijnen en het bureau verder geprofessionaliseerd moeten worden. Het huidige lichte federatie model veronderstelt een sterk samenhangend geheel van besturen en diverse overlegsituaties. Bovendien vergt het de inzet van veel mensen, van kader. We moeten constateren dat we het lichte model opnieuw op haalbaarheid moeten toetsen en ons moeten bezinnen op de gewenste/beoogde voordelen onder het opzicht van het adagium ‘decentraal tenzij’. Uitgangspunten voor de nieuwe structuur zijn: • FVB Dagelijks Bestuur op basis van portefeuillekennis • geen managementtaken in het FVB Dagelijks Bestuur • minder overleggen op bestuursniveau • FVB bureau wordt aangestuurd door het FVB Bestuur via beleids- en jaarplannen Op basis hiervan is gekozen voor het volgende organisatiemodel. Organisatiemodel FVB

Besluitvorming

Vaste overleggen of commissies

ALV

Vaststellen

Vergaderfrequentie 2 x per jaar

NVBT NVDAT NVDT NVvMT NVPMT

BESTUUR Goedkeuren

AB Bestuur

4 x per jaar

DB Bestuur

SRVB Opleidingen

Beleidvoering VZ

BB

KI

8 x per jaar waarvan 4 maal als AB

ZGVT KOOP CPMO Redactie TvV

BUREAU Beleids- en uitvoering

Uitvoering


KI BB

DIR

Secr. PR

Fin.

17

Toelichting: • Het FVB Algemeen Bestuur (AB) bestuurt op afstand en bestaat uit de voorzitters van de lidverenigingen aangevuld met een 3-tal deskundige leden benoemd op persoonlijke titel met de werkgebieden Organisatie en financiën, Belangenbehartiging en Kennisinnovatie. Dit 3-tal vormt het Dagelijks Bestuur (DB). De DB leden worden voorgedragen door het FVB bestuur en benoemd door de ALV. De voorzitters worden afgevaardigd door hun eigen vereniging. Binnen het AB en het BD worden besluiten in principe genomen op basis van consensus. • Het federatiebeleid wordt vastgesteld in de ALV via beleids- en jaarplannen. Beleids- en jaarplannen worden door het bureau voorbereid en door het AB goedgekeurd. In de ALV heeft elke lidvereniging 1 “zetel”. Bij stemmingen wordt besloten met een gewogen stemverhouding gebaseert op het leden aantal van de lidverenigingen. • De directeur zorgt voor uitvoering van het vastgestelde beleid door het FVB bureau op basis van de vastgestelde beleids- en jaarplannen. Zij geeft leiding aan het bureau. Het bureau zorgt voor de beleidsvoorbereiding, coördinatie en samen met het DB voor de externe vertegenwoordiging van de FVB. Daar waar nodig worden de verenigingen geraadpleegd en/of worden er commissies of werkgroepen ingesteld voor specifieke onderwerpen. De directeur wordt ambtelijk secretaris van het AB en DB. Directeur is aanwezig bij alle vergaderingen van DB en AB.


18

6.

Scenariobegroting beleidsperiode 2011 - 2014

Baten Abonnementen (jaarlijkse stijging met 5%) Advertenties/vacatures Inkomsten publicaties en folders Rente spaarrekening Totaal exploitatie baten

€ € € € €

Jaar 2010 24.000 6.000 500 2.500 33.000

€ € € € €

Jaar 2011 26.460 6.500 500 2.750 36.210

€ € € € €

Jaar 2012 29.172 7.000 500 3.000 39.672

€ € € € €

Jaar 2013 32.162 7.500 500 3.750 43.912

€ € € € €

Jaar 2014 34.459 8.000 500 4.000 46.959

Lasten Personeelskosten Totaal personele lasten Totaal studiepersoneel (1% personeelslasten) Totaal reiskosten Totaal salarisadministratie Totaal arbodienst Doorbelaste bedragen Administratiekosten

Huisvesting Huur Enegrie, gas,water Schoonmaakkosten Heffingen en belastingen

Kantoorkosten Portikosten Telefoonkosten Drukwerk en papier Meerjarenbeleidsplan FVB 2011 – 2014 def december 2010

€ €

157.800 1.000

€ € € € €

900 1.000 1.400 3.000 165.100

€ € € € €

€ € €

€ € € € €

166.667 1.500 1.500 1.500 1.030

€ € € € €

171.063 1.600 1.600 1.545 1.061

€ € € € €

175.518 1.650 1.700 1.591 1.093

€ € € € €

179.966 1.700 1.800 1.639 1.126

€ €

172.197

€ €

176.869

€ €

181.552

€ €

186.231

6.600 1.500 3.100 700 11.900

€ € € € €

6.658 1.600 2.457 2.000 12.715

€ € € € €

6.857 1.800 2.530 2.000 13.187

€ € € € €

7.063 2.000 2.606 2.000 13.669

€ € € € €

7.275 2.200 2.684 2.000 14.159

4.000 2.600 1.000

€ € €

2.000 2.700 1.500

€ € €

2.000 2.800 1.600

€ € €

2.000 2.900 1.700

€ € €

2.000 3.000 1.800 19

Kopieerkosten Kantoorartikelen Software en automatisering Betalingsverkeer Vakliteratuur Verzekeringen Overige kosten secretariaat Afschrijvingskosten Totaal secretariaat Totaal tijdschrift Lay-outkosten Drukkosten Redactiekosten Overige kosten TvvT

Totaal bestuur Bestuurskosten Bestuursvergoeding ALV Advieskosten Afdracht FBZ Donaties aan fondsen

Totaal Projectkosten PR en Communicatie Belangenbehartiging Kennisinnovatie Onvoorzien


€ € € € € € € € €

1.800 1.400 5.800 300 400 1.700 2.900 9.800 31.700

€ € € € € € € € €

1.900 1.600 8.000 250 250 1.751 2.500 4.600 27.051

€ € € € € € € € €

1.900 1.700 8.000 250 250 1.804 2.500 6.200 29.004

€ € € € € € € € €

1.900 1.800 8.000 250 250 1.858 2.500 7.800 30.958

€ € € € € € € € €

1.900 1.900 8.000 250 250 1.913 2.500 9.400 32.913

€ € € € €

9.800 25.200 11.800 6.000 52.800

€ € € € €

10.400 26.800 11.850 6.400 55.450

€ € € € €

10.712 27.604 12.206 6.592 57.114

€ € € € €

11.033 28.432 12.572 6.790 58.827

€ € € € €

11.364 29.285 12.949 6.993 60.592

€ € € €

6.500 6.000 1.000 2.000

€ €

2.000 17.500

€ € € € € € €

3.700 14.500 800 2.000 1.500 8.000 30.500

€ € € € € € €

3.850 14.500 900 2.000 1.500 8.000 30.750

€ € € € € € €

4.000 14.500 1.000 2.000 1.500 8.000 31.000

€ € € € € € €

4.125 14.500 1.100 2.000 1.500 8.000 31.225

€ € € € €

5.260 6.400 9.300 1.000 21.960

€ € € €

4.850 9.100 9.000 1.000 23.950 €

24.669

€

25.409

€

26.171

€

20

Opbouw reserve FVB (2,5 %)

€

7.000

€

7.500

€

8.000

€

9.000

Totaal exploitatielasten

€

300.960

€

328.863

€

339.091

€

349.414

€

360.290

Lasten min baten FVB

€

267.960

€

292.653

€

299.419

€

305.502

€

313.331

141 €

146

Bijdrage aan FVB op basis van 1,900 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,000 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,160 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,333 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,519 leden

(2009) (2010) (2011) (2012) (2013)

€

Bijdrage aan FVB op basis van 2,200 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,376 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,566 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,771 leden Bijdrage aan FVB op basis van 2,600 leden

(2009) (2010) (2011) (2012) (2013)

nvt

€

139 €

131 €

8% nieuwe leden bij (met aftrek van opzeggers) FVB 8% nieuwe leden bij (met aftrek van opzeggers) FVB/PMKT


zonder NVPMKT

€

133 €

met NVPMKT

126 €

119 €

1.900

124

2.000 2.200

2.160 2.376

2.333 2.566

113 2.519 2.771

21


23

Meerjarenbeleidsplan FVB Binding is kracht

Recommend Documents