Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Zekerheid als basis voor economische ontwikkeling en een duurzame samenleving
Versie
1.1
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
1 van 38
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Zekerheid als basis voor economische ontwikkeling en een duurzame samenleving
Opdrachtgever Raad van Bestuur Status Definitief Verspreiding Openbaar Versie Versie
Datum
1.0
27 september 2013
Auteur
Opmerking
Vastgesteld door RvB Kadaster
1.1
19 november 2013
Goedgekeurd door minister IenM
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
2 van 38
Inhoudsopgave
1
Voorwoord .................................................................................................................................... 3
2
Kadaster in verbinding met de maatschappij .............................................................................. 5
2.1
Taken, missie en doelgroepen ........................................................................................................ 5
2.2
Actuele ontwikkelingen ................................................................................................................... 6
2.3
Strategische doelstellingen ............................................................................................................. 8
3
Continuïteit in uitvoering.............................................................................................................. 9
4
Zorgen voor goede ruimtelijke informatievoorziening................................................................12
5
Instaan voor (rechts)zekerheid over ruimtelijke objecten...........................................................15
6
Kadasterkennis en -competenties ter beschikking van de samenleving ...................................17
7
Ondersteunende processen........................................................................................................21
7.1
Personeelsbeleid ...........................................................................................................................21
7.2
IT ..................................................................................................................................................22
7.3
Beheersingsmaatregelen ...............................................................................................................22
8
Financiën .....................................................................................................................................26
Bijlagen.....................................................................................................................................................31 Bijlage A. Organisatie en wettelijke taken ....................................................................................................32 Bijlage B. Financiële meerjarenraming ........................................................................................................34 Bijlage C. Scenariowaarden ramingsmodel..................................................................................................37 Bijlage D. Afkortingenlijst ............................................................................................................................38 Bijlage E. Contactinformatie........................................................................................................................38
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
3 van 38
1
Voorwoord
Midden in de samenleving en in verbinding met onze omgeving. Dat kenmerkt het Kadaster. Een omgeving die verwacht dat we uitstekende service bieden. We borgen rechtszekerheid en vormen een informatieknooppunt in de geo-informatie. Onze informatieproducten en diensten zijn onmisbaar voor tal van maatschappelijke processen. Of het nu gaat om de overdracht van onroerend goed, het verrichten van graafwerkzaamheden zonder schade aan kabels of leidingen, militaire operaties in binnen- en buitenland of het innen van de onroerende zaakbelasting. Van autoriteit naar speler in het netwerk We bevinden ons op een kantelpunt in de maatschappelijke ontwikkeling. Niet alleen wordt een nieuwe werkelijkheid gecreëerd door de aanhoudende crisis. Het delen van meningen, diensten en goederen is een sterke trend. Deze nieuwe kijk op de wereld biedt kansen voor de overheid. Het Kadaster kiest in deze trend voor de verbinding. We kiezen er duidelijk voor om naast ‘autoriteit’ ook als speler in het netwerk te fungeren. Het gebruik van open data is voor de komende jaren een van de grootste ontwikkelingen in de (geo)datawereld. Veel dataverzamelingen waaruit het Kadaster informatie verstrekt vallen onder het open dataregime. Iedereen mag deze data vrij en zonder beperkende voorwaarden gebruiken. Steeds minder gaat het om het bezit van de data. Zeker in het geval van publieke data. Onze toegevoegde waarde zien we de komende jaren ook op het vlak van het verbinden van de partijen die (geo)dataverzamelingen beheren. Verder bouwen Onze samenleving bevindt zich in zware economische tijden. Ook wij ervaren deze omstandigheden door met name de stagnatie in de vastgoedmarkt. Desondanks willen en moeten wij de dienstverlening aan de Nederlandse samenleving in stand houden. Waarom? Omdat het onze taak is om onze samenleving rechtszekerheid te bieden. En daarmee de basis leggen voor het economisch verkeer in Nederland. We willen recht doen aan de huidige en toekomstige behoeften van onze klanten. Zo zijn we actief in de ketensamenwerking en in het opbouwen en beheren van gezamenlijke voorzieningen. We werken mee aan een compacte, digitale en duurzame overheid: gericht op de klant, gericht op samenhangende publieke dienstverlening en gericht op het helpen oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Deze economisch uitdagende tijd vraagt om een effectieve besteding van middelen. Zo zijn we in de afgelopen vijf jaar gekrompen van 18 vestigingen naar 8, doen we meer taken met minder mensen en zijn bestuur en directie teruggegaan van 19 naar 6 personen. Bij de sterke daling van het werkaanbod kunnen we geen evenredige kostenreductie realiseren. Een tariefstijging is helaas niet te vermijden. Deze stijging willen wij zo klein mogelijk houden. Kleiner dan eigenlijk noodzakelijk. Wij stellen onze stakeholders dan ook voor met ons in 2014 de ontwikkelingen met name op de vastgoedmarkt te volgen en zo nodig aanvullende maatregelen te nemen. Kennisdelen We blijven ons 100% inzetten voor het opbouwen en onderhouden van de data waarvan wij zelf bronhouder zijn, de Openbare Registers en de basisregistraties Kadaster en Topografie. De lijn van de voorgaande jaren
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
4 van 38 zetten we door: technische innovaties voor kwaliteits- en efficiëntieverbetering en het benutten van nog aanwezige traditionele vakkennis voor het opschonen van registraties. Tegelijkertijd zorgen we voor het overdragen van deze kennis op jonge medewerkers. Onze klanten verwachten van ons dat wij de kwaliteit van onze dienstverlening op peil houden en blijven investeren in vernieuwing en verbetering van de producten en diensten. In de komende vijf jaar zult u het Kadaster dan ook tegenkomen als een organisatie die in verbinding is en blijft met zijn omgeving. September 2013, mede namens de directie, Raad van Bestuur Kadaster Dorine Burmanje en Godfried Barnasconi
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
5 van 38
2
Kadaster in verbinding met de maatschappij
2.1
Taken, missie en doelgroepen
Taken Van oudsher verzamelt het Kadaster eigendoms- en locatiegegevens van percelen, schepen en luchtvaartuigen. Het stelt deze gegevens beschikbaar aan burgers, bedrijven en overheden. Inmiddels is het Kadaster ook belast met de informatieverstrekking over onder meer topografie (inclusief de inwinning daarvan), kabels en leidingen, ruimtelijke plannen, adressen en gebouwen. Afnemers vinden in het Kadaster een autoriteit op het gebied van volledige en actuele, publieke informatie. Die informatie stelt hen in staat om (rechts)handelingen te verrichten of biedt hun anderszins de benodigde zekerheid over de status van ruimtelijke objecten. De taken die het Kadaster op basis van onder andere de Kadasterwet uitvoert, zijn in detail beschreven in bijlage A. Missie De Kadastermissie is het bindende element tussen alle taken en geeft aan wat de visie van het Kadaster is op betekenisvolle uitvoering van de taken. De missie is als volgt geformuleerd: Het Kadaster draagt bij aan economische ontwikkeling en maatschappelijke stabiliteit. Dit doet het door vanuit een onafhankelijke positie zekerheid te bieden over de status van geografische objecten en gebieden. Ook stelt het zijn expertise en competenties op dat gebied ter beschikking aan de Nederlandse en internationale samenleving. Het Kadaster werkt tegen zo laag mogelijke kosten. Doelgroepen De partijen die actief zijn op de vastgoedmarkt (met name notariaat, makelaardij en banken) vormen een belangrijke klantengroep van het Kadaster. Een solide systeem van openbare registers en kadastrale registratie is immers een randvoorwaarde voor een goed functionerende vastgoedmarkt. Naast de primaire partners in de vastgoedsector is een ruimere groep afnemers geïnteresseerd in de vastgoedinformatie van het Kadaster. Voor hen past de Kadasterinformatie binnen een bredere informatiebehoefte op het gebied van wonen, ruimtelijke ordening, onroerend goedbeheer en diverse overheidstaken. Deze groep bestaat uit onder meer bouwbedrijven, financiële instellingen, ingenieursbureaus, marktonderzoekbureaus, resellers, professionele onroerend goedbezitters, kennisinstellingen, overheden, de sector openbare orde en veiligheid (OOV) en particulieren. Dezelfde klantengroepen nemen bij het Kadaster ook informatie af over onder meer topografie, adressen en gebouwen en ruimtelijke plannen. De informatieverstrekking over de ligging van kabels en leidingen kent netbeheerders als informatieleveranciers en bedrijven die voor hun werkzaamheden in de bodem graven (zogeheten grondroerders) als informatie-afnemers. Het Kadaster is intermediair in dit proces van informatievraag en levering.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
6 van 38 De maatwerk- en adviesdiensten van het Kadaster kennen de landelijke en lokale overheid als belangrijkste klant. Relevante sectoren zijn onder meer ruimtelijke ordening, vastgoed, defensie, infrastructuur, landbouw, natuur, milieu en waterbeheer. Als onderdeel van het maatschappelijk verantwoord ondernemen richt het Kadaster zich op het opzetten en verbeteren van grondregistraties in onder meer Azië, Afrika en voormalige Oostbloklanden. Het Kadaster werkt steeds meer samen met andere partijen om te voldoen aan maatschappelijke behoeften. Het doet dit zowel binnen als buiten Nederland. Binnen Nederland zijn mede-overheden belangrijke samenwerkingspartners. Ook werkt het Kadaster samen met de wetenschappelijke wereld en met het bedrijfsleven. Buiten Nederland werkt het Kadaster samen met kadasters en topografische diensten van andere Europese landen en met internationale koepelorganisaties. Thema’s hierbij zijn onder andere standaardisatie van geografische gegevens en kennisdeling.
2.2
Actuele ontwikkelingen
Zowel binnen als buiten het Kadaster doen zich ontwikkelingen voor waardoor het nodig is om het voorgaande MBP (2013-2017) op een aantal punten bij te stellen. De belangrijkste ontwikkelingen staan hieronder vermeld. Economie De economie stagneert en veroorzaakt onzekerheid bij burgers en bedrijven. Dit heeft een zwaar effect op de vastgoedmarkt. Het aantal bij het Kadaster ingeschreven stukken in verband met vastgoedtransacties was in het eerste halfjaar van 2013 19% minder dan in het eerste halfjaar van 2012. Het Kadaster verwacht dat de onroerend goedmarkt gedurende de gehele planperiode (2014-2018) op een substantieel lager niveau zal liggen dan in de voorgaande jaren. Daarmee staan ook de inkomsten van het Kadaster onder druk. Zie hoofdstuk 8. Politiek en overheid Het kabinet Rutte II is aangetreden na de opstelling van het MBP 2013-2017. Inmiddels is duidelijk geworden dat het kabinet sterke bezuinigingen wil doorvoeren, met name om zo onder het maximaal toelaatbare tekort op de rijksbegroting te blijven. De bezuinigingen kunnen consequenties hebben voor de toekenning van budgetten voor de centraal gefinancierde activiteiten van het Kadaster. Zie hoofdstuk 8. Het samenbrengen van tal van wettelijke regelingen op het gebied van ruimtelijke ordening en ruimtelijk gebruik in een nieuwe Omgevingswet is een speerpunt van het beleid van de minister van IenM. De informatievoorziening rondom ruimtelijke processen is een belangrijk onderdeel van de wetgeving. Het Kadaster denkt actief mee over het opzetten van deze informatievoorziening. Zie hoofdstuk 4. De politiek heeft steeds meer belangstelling voor stedelijke herverkaveling als middel om binnenstedelijke problematiek zoals winkel- en kantorenleegstand op te lossen. De minister van IenM ziet het Kadaster als een van de voortrekkers bij dit onderwerp. Zie hoofdstuk 6.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
7 van 38
Technologie In 2013 heeft het Kadaster de methode van automatische generalisatie in gebruik genomen. Hierdoor kan de topografische kaart 1:50.000 nu volautomatisch gegenereerd worden vanuit het bronbestand van de Basisregistratie Topografie (schaal 1:10.000). Deze technologie is baanbrekend en het Kadaster is hiermee een koploper in de wereld. Zie hoofdstuk 3. De tendens tot het geïntegreerd ontsluiten van data (Linked Data) zet door. PDOK en het streven naar synergie in de landelijke voorzieningen sluiten goed aan bij deze tendens. Zie hoofdstuk 4. Op IT-gebied spelen ontwikkelingen als automatisering van de automatisering, het beschikbaar komen van een scala aan verschillende cloudoplossingen en het outsourcen van delen van de IT-activiteiten. Zie paragraaf 7.2. De kans om het doelwit te worden van cybercriminelen neemt toe. Deze tendens vraagt om een adequaat beveiligingsmanagement. Zie paragraaf 7.3 Maatschappelijke en sociale context Het Kadaster heeft te maken met een vergrijzend personeelsbestand. Het Kadaster wordt gezien als een aantrekkelijke werkgever: goede werk-privébalans, goede loopbaanontwikkelingsmogelijkheden en aandacht voor diversiteit. Via een nog af te sluiten ‘CAO van de toekomst’ probeert het Kadaster als werkgever met de vakbonden tot meerjarige afspraken te komen. Deze moeten, ondanks beperkte financiële middelen, ertoe leiden dat het Kadaster een aantrekkelijke werkgever blijft, die talent aan zich kan binden. Zie paragraaf 7.1. Door de ‘consumerisation’ van IT in de maatschappij (smartphones, tablets, mobiele toepassingen etc.) ontstaat de verwachting dat data en informatie, ook die van het Kadaster, altijd en overal, tegen zeer geringe kosten beschikbaar zou moeten zijn. Dit geldt zowel voor de klanten van het Kadaster als voor de (toekomstige) medewerkers. Het Kadaster zal hier in de planperiode op in moeten spelen. Zie paragraaf 7.2. IT-sourcing Halverwege 2013 hebben we definitief besloten om onze rekencentrum- en werkplekkendiensten uit te besteden aan een externe IT-dienstverlener. In 2014 wordt duidelijk welke medewerkers in het kader van deze outsourcing overgaan naar de betreffende IT-dienstverlener en worden de diensten daadwerkelijk overgedragen. Zie paragraaf 7.2. Caribisch Nederland Het ministerie van IenM is tot nadere inzichten gekomen over de inrichting van de overheidstaken die tot het IenM-domein behoren. Het Kadaster krijgt daarmee een grotere verantwoordelijkheid voor de kadastrale taken op de drie Caribische eilanden. Zie hoofdstuk 5. Governance Onder meer uit de evaluatie-onderzoeken van 1999, 2004 en 2009 blijkt dat het Kadaster als ZBO goed functioneert. Bij de governance van het Kadaster zijn vier formele organen betrokken. De minister van IenM is de eindverantwoordelijke. De Raad van Toezicht heeft een toezichtstaak. De klanten van het Kadaster zijn vertegenwoordigd in de Gebruikersraad. De Directieraad, bestaande uit de bestuurders en de directeuren,
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
8 van 38 doet de integrale operationele besturing. Met elkaar zorgen de gremia voor balans in de governance. In het nieuwe toezichtsarrangement, dat per 1 januari 2013 is ingevoerd, heeft de minister van IenM weliswaar meer bevoegdheden gekregen, maar is de noodzakelijke balans in de governance in stand gebleven. De governance van ZBO’s is het afgelopen jaar onderwerp geweest van ambtelijke en politieke discussies in Den Haag. Als resultaat hiervan ziet het er nu naar uit dat de huidige governance, inclusief de ZBO-status, behouden blijven.
2.3
Strategische doelstellingen
Als zelfstandig bestuursorgaan heeft het Kadaster een eigen verantwoordelijkheid om de opgedragen taken optimaal uit te voeren. Uit het geheel van wettelijke taken, de missie en de omgevingsinvloeden komen we voor de planperiode tot vier strategische doelstellingen die te maken hebben met continuïteit en ontwikkeling van de dienstverlening en bedrijfsvoering. 1.
Continuïteit in uitvoering
2.
Zorgen voor goede ruimtelijke informatievoorziening
3.
Instaan voor (rechts)zekerheid t.a.v. ruimtelijke objecten
4.
Kadasterkennis en -competenties ter beschikking van de samenleving
In de navolgende hoofdstukken worden deze strategische doelstellingen nader toegelicht en geïllustreerd met een aantal kenmerkende activiteiten binnen de planperiode.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
9 van 38
3
Continuïteit in uitvoering
Het Kadaster kent geen concurrentie in de uitvoering van zijn wettelijke taken. Daardoor rust op het Kadaster een grote verantwoordelijkheid om zelf steeds kritisch te zijn op de wijze waarop het zijn werkzaamheden uitvoert. Klantbehoeften zijn het uitgangspunt voor het ontwikkelen van de juiste producten en diensten, afgestemd op klantsegmenten voor standaarddiensten en op de individuele klanten voor maatwerk. We borgen het evenwicht tussen de klantwens en onze kosten: de productiekosten voor producten en diensten moeten gedekt worden door tarieven die voor de klant acceptabel zijn en door budgetten die de financier ervoor over heeft. Continuïteit gaat ook over het permanent zoeken naar mogelijkheden om de productiekosten te verlagen met behoud van de verlangde kwaliteit van dienstverlening. De focus ligt daarbij op digitale optimalisering van de ketens voor registratie en informatievoorziening. Onder andere technologische ontwikkelingen maken efficiëntieverbetering mogelijk, maar ook een kritische beschouwing van samenhang van de afzonderlijke processtappen. Het ruime palet aan diensten dat het Kadaster voert, met vastgoed- en geo-informatie als bindende factor, biedt bovendien kansen om synergievoordeel te behalen in productontwikkeling en dienstverlening. Ook het toepassen van internationale en nationale standaarden draagt bij aan een optimale uitvoering. Inwinning voor de Basisregistraties Kadaster en Topografie Bij de kernprocessen rond inwinning en registratie voor de Basisregistratie Kadaster en de Basisregistratie Topografie gaan we uit van operational excellence. Kwaliteit, kosten, snelheid, gemak en samenwerking zijn kernbegrippen voor onze klanten en partners. We hanteren een ketenprocesbenadering die is gebaseerd op een hoge mate van automatische verwerking, tegen zo laag mogelijke kosten. Ketenintegratie We zullen de bestaande voorzieningen van Ketenintegratie Inschrijving Kadaster (KIK) in samenspraak met de ketenpartners verder ontwikkelen en het gebruik ervan door inschrijvende partijen stimuleren. Door een volledige ketenintegratie in het inschrijvingsproces zal de gegevensoverdracht tussen de notaris (of een andere inschrijver) en het Kadaster sneller en foutloos verlopen. Landmeetkundige inwinning We blijven gefocust op te behalen verbeteringen in de landmeetkundige inwinningsprocessen. Door inzet van nieuwe methoden hoeven we minder meetwerkzaamheden in het terrein uit te voeren, zonder verlies aan kwaliteit. Verder streven we ernaar minder gegevens zelf in te winnen in het veld en in plaats daarvan meer gebruik te gaan maken van (centraal verworven) beeldmateriaal. Ook vervolgen we het onderzoek naar de inzet van onbemande luchtvaartuigen (drones) om in lokale situaties selectief beeldmateriaal te verwerven. Verder willen we bij de landmeetkundige inwinning samenwerken met door ons gecertificeerde partners. Dat biedt kansen op efficiëntie en kansen om samen te innoveren.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
10 van 38
Gezamenlijke inkoop beeldmateriaal We willen doorgaan met gezamenlijke inkoop van beeldmateriaal. Voor het maximale effect streven we ernaar alle overheden te laten deelnemen. Het voordeel van de gezamenlijke inkoop is naast de besparing op kosten ook de uniformiteit van het door alle overheden gebruikte beeldmateriaal. Automatische generalisatie In 2013 hebben we de innovatieve methode van automatische generalisatie in gebruik genomen. Hiermee genereren we via een automatisch proces het topografisch bestand 1:50.000 (TOP50NL) uit het topografisch bestand 1:10.000 (TOP10NL). Beide bestanden zijn verschijningsvormen van de Basisregistratie Topografie. In de planperiode willen we ook de TOP100NL (1:100.000) via automatische generalisatie gaan vervaardigen. Daarnaast gaan we de mogelijkheden onderzoeken om de TOP10NL via automatisch generaliseren af te leiden uit de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT, 1:1.000 en 1:2.000). Als deze testen positief zijn, biedt dat de mogelijkheid om de complete schaalrange van topografische producten automatisch te vervaardigen uit één grootschalig bronbestand. Landelijke voorzieningen In de afgelopen jaren heeft het Kadaster steeds meer landelijke voorzieningen in beheer genomen. In 2013 zijn dit de landelijke voorzieningen BAG, WKPB, Beeldmateriaal, energielabels, ruimtelijke plannen en WOZ. De BGT volgt binnen de planperiode. De voorzieningen zijn los van elkaar en door diverse organisaties gebouwd. Om op beheer en onderhoud te besparen, starten we het programma 'Synergie landelijke voorzieningen'. We streven naar het ombouwen van specifieke IT-componenten tot generieke componenten voor alle landelijke voorzieningen. Ook zullen we het beheer en de exploitatie van het geheel aan landelijke voorzieningen bundelen. Vernieuwing bijhouding Basisregistratie Kadaster De bestaande systemen voor bijhouding van de BRK zijn verouderd en niet toekomstvast. Om continuïteit te kunnen waarborgen en de flexibiliteit te verhogen blijven we inzetten op vernieuwing van de gegevensregistratie en de bijhoudingsprocessen. Dat geldt voor zowel de akteverwerking als de bijhouding van de kadastrale kaart. Nieuwe systemen rond de BRK richten we zodanig in dat ze geautomatiseerd gegevens verwerken. Zo kunnen we fouten voorkomen en de bijhouding versnellen. Klant Het Kadaster heeft in zijn klantstrategie vastgelegd wat ‘de klant nadrukkelijker centraal’ betekent. Voor 2014 ligt de focus op verdere versterking van het online-kanaal en, zodra besluitvorming gereed is, de specialisatie en concentratie van het Klantcontactcentrum (KCC). Daarnaast stellen het verbeterde klantinformatiesysteem, continu klanttevredenheidsonderzoek, (bestuurlijke) contacten met grote klanten en klantkoepels, kennis van marktomstandigheden en het bundelen van klantsignalen ons in staat meer richting te geven aan verbetering van de dienstverlening. Aan de hand van onze kennis van de klant en de markt zullen we in 2014 ons aanbod van producten en kanalen herijken.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
11 van 38
Het Kadaster blijft werken aan de eenheid van de organisatie. Door gecoördineerde marktbewerking gaat de klant het Kadaster meer ervaren als één organisatie, waarbinnen de medewerkers gezamenlijk werken aan een goed resultaat voor de klant. Dat neemt niet weg dat we onze producten en diensten differentiëren naar de verschillende klantgroepen.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
12 van 38
4
Zorgen voor goede ruimtelijke informatievoorziening
Als netwerkorganisatie zorgt het Kadaster ervoor dat er voor belangrijke maatschappelijke processen een goede ruimtelijke informatievoorziening bestaat. Deze ambitie op vastgoed- en geo-informatiegebied is onderdeel van een visie op een overheidsbrede gedeelde informatievoorziening waarbij (op termijn) alle overheidspartijen deelnemer zijn. Het Kadaster is immers dé (rijks)overheidspartij die vastgoed- en geoinformatie als core business en kerncompetentie heeft. Daarnaast heeft het zich bewezen als een organisatie die de gehele dienstverleningsketen in de vingers heeft, van klantvraag tot productlevering, inclusief eventuele facturering en incasso. Ons doel is dat gebruikers ter ondersteuning van hun primaire processen altijd kunnen beschikken over actuele, geïntegreerde en gekoppelde informatie, via goed toegankelijke kanalen en met een goede klantondersteuning. Tegelijkertijd is de maatschappij gediend met een efficiënte uitvoering. Dat betekent onder meer dat we sterk focussen op digitale productlevering en dat we krachten bundelen met andere partijen bij de inwinning en het beheer van (geo-)informatie. Voorwaarde is dat het Kadaster onpartijdig, professioneel en slagvaardig is. Dit moet gepaard gaan met een voortdurende aandacht voor de juistheid, volledigheid en actualiteit van de beheerde gegevens. Verder zal de klanttevredenheid groeien door producten en diensten aan te bieden, die goed zijn afgestemd op de informatiebehoefte en voor de klant een goede prijs-kwaliteitverhouding hebben. Open data De minister van IenM heeft aangegeven dat alle dataverzamelingen waarvoor zij verantwoordelijk is, voor 1 januari 2015 beschikbaar moeten zijn als open data, tenzij er zwaarwegende belangen zijn om de toegang tot de data te beperken. Het Kadaster hanteert als uitgangspunt dat het zijn gegevens als open data kan verstrekken binnen een aantal randvoorwaarden van privacybescherming, rechtszekerheid en financiering.
Op basis van dit uitgangspunt zijn al enkele datasets als open data vrijgegeven: sinds 2012 de Basisregistratie Topografie en sinds 2013 de referentiepunten uit het Rijksdriehoeksnet en gemeente- en provinciegrenzen. De landelijke voorzieningen voor adressen en gebouwen, ruimtelijke plannen en energielabels vallen vanaf het begin onder het open-dataregime. De Basisregistratie Kadaster behoort niet tot de open data, maar door een centrale financiering kunnen overheden, behalve gemeenten, er wel vrij over beschikken. Privacy- en rechtszekerheidsaspecten en de financiering van de informatieverstrekking houden algehele vrijgave van de BRK vooralsnog tegen. De impactanalyse die we in 2013 in overleg met de Gebruikersraad hebben opgesteld, brengt die problematiek in kaart. Hierover vindt nader overleg plaats met het ministerie van IenM. Vastgoedketen We zorgen ervoor dat informatie over vastgoed en geografie gemakkelijk beschikbaar is. Waar we in de voorafgaande jaren aandacht hebben besteed aan het ontsluiten van informatie uit diverse bronnen via landelijke voorzieningen, wordt het integraal en gekoppeld leveren van deze informatie een speerpunt voor de
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
13 van 38 planperiode. We zetten daarbij in op samenwerkingsinitiatieven als PDOK voor geïntegreerde geografische informatie (zie verderop in dit hoofdstuk). Voor vastgoedinformatie handhaven we ook de eigen kanalen om de private afnemers te bedienen, waaronder de professionele afnemers in het landregistratie- en hypothekendomein. Met de beschikbare gegevens uit eigen basisregistraties en de landelijke voorzieningen bouwen we de positie als sectoraal informatiepunt vastgoed verder uit. Dit zal onder meer blijken uit uitbreiding en verbetering van het aanbod aan webservices. Landelijke voorzieningen Zoals in hoofdstuk 3 beschreven streven we naar een vergaande synergie in het beheer van de landelijke voorzieningen. Zo maken we de bestaande dienstverlening efficiënter en klantgerichter. Als onderdeel van onze ambitie om de ruimtelijke informatievoorziening voor de maatschappij op een hoger plan te brengen, willen we daarnaast de informatieverstrekking op basis van de in ontwikkeling zijnde Omgevingswet gaan verzorgen. Lopende ontwikkelingen zijn de implementaties van de landelijke voorzieningen WOZ en BGT. De LV WOZ is in 2013 in gebruik genomen. In de loop van 2014 zullen alle gemeenten hun WOZ-gegevens aan de landelijke voorziening opgeleverd hebben. Dan begint ook het verplicht gebruik van de deze landelijke voorziening voor andere overheden. De Basisregistratie Grootschalige Topografie zal volgens planning in 2016 gereed zijn. Dan zal ook de Landelijke Voorziening BGT in gebruik worden genomen. De minister van IenM heeft het Kadaster hiervoor als beheerder aangewezen. De Landelijke Voorziening voor Energielabels van gebouwen kan in de toekomst meer status krijgen, indien er een wetswijziging komt die het onmogelijk maakt om een gebouw zonder energielabel van eigenaar te laten wisselen. Overige informatievoorzieningen Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK) Het Kadaster ziet de PDOK-voorziening als de voornaamste distributiefunctie van zijn geo-informatie. Nu al is PDOK het distributiekanaal voor de INSPIRE-datasets en het gezamenlijk ingekochte beeldmateriaal. PDOK is ook een distributiekanaal, maar niet het enige kanaal, voor onder andere ruimtelijke plannen en de Basisregistratie Topografie. De PDOK-voorziening maakt gebruik van generieke functies voor het ontsluiten en distribueren van geodata, bijvoorbeeld ordermanagement en toegangsbeveiliging. PDOK is een samenwerkingsverband van de ministeries van IenM en EZ, Rijkswaterstaat, Geonovum en het Kadaster. In de afgelopen jaren heeft PDOK zijn nut en degelijkheid bewezen. Hierdoor heeft het de potentie uit te groeien tot het geo-knooppunt van de overheids-informatievoorziening. Bodem en ondergrond Bodem en ondergrond, en de interactie met de bovengrond, spelen een steeds belangrijkere rol in Nederland. Dit merkt het Kadaster door nieuwe informatie- en registratievragen over deze onderwerpen. Ook zien andere
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
14 van 38 overheden het Kadaster als een logische partij in de informatieketen. De mogelijke rol voor het Kadaster op dit terrein zullen we in de komende periode nader onderzoeken. Rijksoverheid Digitaal 2017 De kadastrale verwerking en informatieverstrekking zijn al in hoge mate gedigitaliseerd en sluiten aan bij de door de minister voor Wonen en Rijksdienst gedefinieerde voortzetting van de digitale agenda. Volledig digitaal en machineleesbaar is de basisvoorwaarde voor (her) gebruik van data. Dat is bij Kadaster al in hoge mate op orde. Wij ronden deze ontwikkeling af door het introduceren van meer digitale selfservice voor klanten en ketenpartners en het opzetten van en aansluiten bij geïntegreerde portalen. Scheepsregistratie In de planperiode zal het Kadaster de mogelijkheden onderzoeken om te komen tot een gecombineerde ontsluiting van de verschillende bestaande scheepsregistraties. Ook de mogelijkheden tot gecombineerde inwinning van de te registreren scheepsgegevens zullen we hierbij beschouwen. Het onderzoek richt zich in eerste instantie op samenwerkingsmogelijkheden met Rijkswaterstaat.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
15 van 38
5
Instaan voor (rechts)zekerheid over ruimtelijke objecten
Een overheid die zekerheid biedt, draagt in belangrijke mate bij aan een stabiele maatschappij. Het Kadaster richt zich op zekerheid ten aanzien van ruimtelijke objecten en gebieden. Rechtszekerheid is daar een onderdeel van en richt zich op de juridische status van onroerend goed. Een bijzonder onderwerp is de organisatie van de kadastrale taken op de drie eilanden van Caribisch Nederland. Rechtszekerheid over onroerende zaken Klanten moeten kunnen vertrouwen op onze gegevens. Het Kadaster wil daarom de rechtszekerheid ten aanzien van vastgoed in de planperiode op een hoger plan brengen door inzet op een aantal fronten. Door beschikbaar maken van metadata en semantiek geven we inzicht in de inhoud, kwaliteit en actualiteit van de informatieproducten. Een adequate kwaliteitsborging zal leiden tot een maximale volledigheid en juistheid van de kadastrale registratie. Verder willen we de rechtszekerheid verhogen door het treffen van stimulerende, organisatorische en juridische maatregelen ten aanzien van het inschrijvingsproces. Ketenintegratie De in hoofdstuk 3 beschreven uitbreiding van de toepassing van Ketenintegratie Inschrijving Kadaster zal leiden tot meer efficiëntie en minder fouten in de inschrijving. Door dit laatste aspect levert KIK een belangrijke bijdrage aan een verhoogde rechtszekerheid. Fouten in de inschrijving komen soms pas tientallen jaren later aan het licht en hebben in de tussentijd een foutieve voorstelling van de juridische situatie veroorzaakt. Dit maakt het voorkomen van fouten bij de inschrijving van stukken extra belangrijk. Positivering en stimulering Mede door Europese wetgeving werken we aan positievere rechtskracht voor de registratie. Hiertoe onderzoeken we in overleg met het ministerie de mogelijkheden voor een meer actieve registratie van erfopvolging en verjaring en verbetering van de registratie van aankomsttitels. Vooruitlopend op een mogelijke wetswijziging stimuleren we het inschrijven van koopovereenkomsten en verklaringen van erfrecht. Voorlopige grenzen Door verdere inzet van Voorlopige Grenzen zal de actualiteit van de aansluiting tussen kadastrale kaart en administratieve registratie worden verbeterd. Dit sluit aan bij de verwachte wetgeving ten aanzien van perceelvorming (verwacht 2015), waarbij het werken met deelpercelen gaat vervallen. Koppeling BRK aan andere basisregistraties We zijn actief deelnemer in het stelsel van basisregistraties en realiseren tijdig de wettelijke gevraagde koppelingen tussen deze registraties. Na de gerealiseerde koppelingen met de GBA en de BAG, betreft dit per 1 juli 2014 de koppeling met het Nieuw Handelsregister (NHR). Vanaf dat moment zal de raadpleger van de BRK steeds beschikken over actuele, authentieke gegevens over objecten en subjecten.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
16 van 38 Overige zekerheidaspecten Ook op andere vlakken werken we aan het bieden of verbeteren van zekerheid. Hierbij bouwen we voort op onze kennis en ervaring op het gebied van rechtszekerheid. Voorbeelden hiervan zijn 3-dimensionale topografie en het Kabels en Leidingen Informatiecentrum, maar ook de informatieverstrekking over ruimtelijke plannen en de Omgevingswet, die beschreven zijn in hoofdstuk 4. 3D topografie De techniek om te komen tot 3D topografische informatie wordt verder uitgewerkt en verfijnd met als uiteindelijke doel een landsdekkende 3D TOP10NL te genereren. Zo’n 3D topografisch bestand geeft een completer beeld van de topografie en biedt de gebruiker daarmee meer zekerheid over de terreinsituatie. Naast de technische ontwikkeling zetten we ons in om randvoorwaarden voor de implementatie van een 3D TOP10NL vervuld te krijgen. Het gaat om de financiering, het bronhouderschap en het gebruiksrecht van alle te gebruiken data. Ook werken we mee aan onderzoek om te komen tot een 3D Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Het BGT informatiemodel (IMGeo) is voorbereid op 3D en bij de bouw wordt de latere implementatie van 3D data meegenomen. Om kennis en visie te ontwikkelen rond 3D onderhoudt het Kadaster een kennisen dienstennetwerk met de naam Special Interest Group 3D (3D SIG), Dit netwerk bestaat uit vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, publieke organisaties en de wetenschap. Ontwikkelingen KLIC De wettelijke verplichting voor grondroerders om via het Kabels en Leidingen Informatiecentrum (KLIC) informatie op te vragen over de aanwezigheid van ondergrondse kabels en leidingen is gericht op het voorkomen van schade. Daarachter zitten twee zekerheidsdoelen: het voorkomen van gevaarlijke incidenten, zoals het ontploffen van gasleidingen, en het bieden van continuïteit in dienstverlening van elektriciteit, water etcetera. Op basis van de evaluatie van de Wet Informatievoorziening Ondergrondse Netten (WION) zullen we het KLIC-systeem op diverse punten aanpassen, o.a. om het terugmelden van afwijkende situaties te vergemakkelijken. Verdere verbetering in de dienstverlening willen we bereiken door het aanpassen van de toegang tot het graafmeldingssysteem voor particulieren (digi-d koppeling) en bedrijven (B2B koppeling), het aanbrengen van koppelingen met andere basisregistraties zoals BAG en NHR en het aanpassen van het systeem op INSPIRE. Caribisch Nederland Midden 2013 is er voor gekozen de kadasters in Caribisch Nederland (Bonaire, Saba, Sint Eustatius) onderdeel te laten zijn van het Kadaster. Uitgangspunt is dat de rechtszekerheid in Caribisch Nederland op termijn vergelijkbaar wordt met die in Nederland. Het ministerie van IenM bereidt de hiervoor benodigde wetgeving voor die naar verwachting in 2016 gereed is. Het Kadaster wordt dan ook formeel verantwoordelijk. Het Kadaster pakt in samenwerking met de eilanden en de kadasters op de eilanden de functionele transitie op. Tot 2016 zal gewerkt worden aan de verdere professionalisering van kadaster Bonaire en een impuls worden gegeven aan de kadastrering op Saba en Sint Eustatius.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
17 van 38
6
Kadasterkennis en -competenties ter beschikking van de samenleving
Data en kennis over de data zijn de bouwstenen van de standaard informatieproducten en van de maatwerkproducten en adviesdiensten. In toenemende mate is kennis de reden voor klanten om zich tot het Kadaster te wenden. Kennis over vastgoed- en geo-informatie en de toepasbaarheid ervan in de klantprocessen is een onderscheidende waarde die het Kadaster aan de maatschappij te bieden heeft. Bij een groot deel van de maatwerk- en adviesactiviteiten werken we samen met partners. Dit zijn universiteiten (o.a. RUG, VU, Radboud Universiteit), kennisinstellingen (o.a. Platform31, CBS, EIB), marktpartijen (onderzoeksen adviesbureaus) en andere partijen die werkzaam zijn binnen het overheidsdomein (o.a. DataLand, Algemene Rekenkamer). Door de gezamenlijke kennis te gebruiken kunnen we de klanten beter van dienst zijn. Maatwerkinformatieproducten Het Kadaster ziet het als zijn taak om gebruiksklare informatieproducten te leveren. Klanten vragen hierom, omdat het Kadaster bij uitstek de partij is die op grond van zijn kennis en ervaring de betekenis van de vastgoed- en geodata kan duiden. Een grote afnemer van maatwerkproducten is het ministerie van Defensie. Voor deze klant maken we diverse producten, waaronder topografische kaarten uit satellietfoto’s van (potentiële) conflictgebieden verspreid over de wereld. Andere afnemers van maatwerkproducten zijn onder andere de overheid, banken, leidingbeheerders, professionele grondeigenaren en branche-organisaties. Kenmerkend voor maatwerk is dat een individuele klant een uniek product afneemt. Een maatwerkproduct kan zich ontwikkelen tot standaardproduct, wanneer blijkt dat het herhaald geleverd is en het naar verwachting nog vele malen geleverd zal gaan worden. Herverkaveling Inrichting landelijk gebied Het Kadaster is op grond van de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG) en de voorgangers van die wet al bijna een eeuw als adviseur betrokken bij herverkavelingsprojecten. Door onder andere (rijks)bezuinigingen op landbouwstructuurverbetering en natuurbeleid, is het aantal herverkavelingsprojecten de laatste jaren teruggelopen. Het Kadaster is ervan overtuigd dat het met zijn herverkavelingsexpertise veel kan bijdragen aan het oplossen van ruimtelijke problematiek in het buitengebied. Daarom heeft het samen met LTO en DLG een nieuwe aanpak ontwikkeld: ‘Verkavelen voor Groei’. Bij deze nieuwe methodiek hebben de betrokken grondeigenaren zelf veel inbreng en invloed. We zullen de nieuwe aanpak onder de aandacht brengen bij potentiële opdrachtgevers, zoals provincies en waterschappen. Stedelijke herverkaveling Stedelijke Herverkaveling is een instrument dat al lang geleden is ontwikkeld, maar recent is ‘herontdekt’. Op basis van de kennis van het Kadaster over ruilverkavelen in het landelijke gebied vindt toepassing in een stedelijke omgeving plaats. Dit om een alternatieve benadering te bieden voor de vastgelopen gebiedsontwikkeling. Aan de hand van simulaties en pilotprojecten hebben we het instrument verder ontwikkeld en verkennen we de toepassingsmogelijkheden. Het Kadaster speelt hierbij een grote promotionele rol, omdat het ruilen van grondposities buiten het landelijk gebied grotendeels onbekend is. Een
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
18 van 38 actieve opstelling van het Kadaster heeft bijgedragen aan een grotere bekendheid en aan samenwerking met veel partijen, waaronder ministeries en universiteiten in het Nationaal Proefprogramma Stedelijke Herverkaveling. Onze unieke kennis en ervaring draagt bij aan de (maatschappelijke) discussie om een wettelijke basis te verkrijgen voor stedelijke herverkaveling, als onderdeel van de nieuwe Omgevingswet. De toepassingen richten zich momenteel op belangrijke ruimtelijk-economische problemen zoals achterstandswijken, kantoren- en detailhandelsleegstand. Hiervoor worden specifieke methoden en berekeningen ontwikkeld, meestal in samenwerking met commerciële partijen die de kennis van het Kadaster en de marktvraag op waarde weten te schatten. Het Kadaster heeft zich op basis van kennis en kunde met betrekking tot herverkavelen tot een partner ontwikkeld in een krachtenveld dat bestaat uit wetenschap, markt en overheid. Adviesdiensten Met onze adviesdiensten helpen we met name andere overheden hun taken doelmatig en efficiënt uit te voeren. Het Kadaster kan onder andere helpen bij beleidsvorming en -uitvoering op beleidsterreinen die te maken hebben met ruimtegebruik. In het landelijke gebied biedt het Kadaster voornamelijk herverkavelingsdiensten aan. In het stedelijke gebied en rondom infrastructurele projecten hebben we een breder palet aan adviesdiensten. De zorgsector dient zich aan als nieuw aandachtsgebied, maar ook aan al langer bekende sectoren zoals de openbare orde en veiligheid, water en milieu denken we met onze kennis nuttige, maatschappelijke bijdragen te kunnen leveren. Stedelijk gebied De vastgoedmarkt in Nederland kampt met een forse crisis. Deze kent een oorsprong in volumevraagstukken en financieringsvraagstukken met betrekking tot de planning van bouw en herstructurering. Tevens is duidelijk dat de markt zich niet zal herstellen naar de situatie van voor de crisis, maar dat er vooral sprake zal zijn van een transformatie naar nieuwe verhoudingen en nieuwe rollen. De nieuwe vraag-aanbodverhoudingen leiden daarnaast tot een behoefte aan stevige en structurele onderbouwing van beslissingen over ruimtelijk beleid en ruimtelijke investeringen. Het Kadaster levert bouwstenen voor deze vraagstukken. We bieden maatwerkinformatie aan gemeenten, provincies, departementen en instellingen, die hen ondersteunen bij visievorming, programmering en monitoring. In aanvulling op de informatie verlenen we diensten in de vorm van complexe analyses en rapportages over de vraagstukken die bij onze klantgroepen spelen. Deze vraagstukken zijn onder meer hergebruik van bedrijfsmatig vastgoed, doorstroming op de woningmarkt, energie- en klimaatvraagstukken en maatschappelijk vastgoed. Infrastructuur Infrastructurele werken doorsnijden vaak grote gebieden met veel verschillende grondeigendommen Het Kadaster streeft naar een vanzelfsprekende rol als adviseur, leverancier en bemiddelaar voor het bijeenbrengen, presenteren en analyseren van vastgoed- en geo-informatie rondom de tracé’s van infrastructurele projecten (met name in het kader van het MIRT). Als onafhankelijke partij is het Kadaster ook in staat om te adviseren over de grondverwerving rondom infrastructurele projecten, al dan niet met het
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
19 van 38 inzetten van het instrumentarium van de WILG. Dit geldt voor droge (weg en rail) en natte infrastructuur en ook voor kabels en leidingen. Zorg De overheid stuurt aan op versobering (bezuiniging) van de zorg, met name in de lichtere categorieën zorg. Om de zorg op voldoende kwaliteitsniveau en toch betaalbaar te houden staat de zorgsector voor de opgave om op slimme wijze op kosten te besparen. Een van de methoden hiervoor is het concentreren van voorzieningen om daarmee een deel van het in gebruik zijnde vastgoed te kunnen afstoten. Geo-informatie kan helpen om hierin de juiste keuzes te maken, niet alleen gericht op de huidige zorgbehoefte, maar evenzeer gericht op de verwachtingen voor de toekomst. Toch maken partijen in de zorgsector nog weinig gebruik van geo-informatie. In het project Social Spatial, waaraan het Kadaster deelneemt, is een eerste inventarisatie gedaan van kansrijke toepassingen van geo-informatie in de zorgsector. De mogelijke rollen voor het Kadaster op dit terrein zullen we in de komende periode nader onderzoeken. Internationale activiteiten Internationale kennisdeling Zekerheid over de rechten op land wordt wereldwijd gezien als belangrijke voorwaarde voor economische ontwikkeling en verbetering van leefomstandigheden. Door de wijze waarop het Kadaster de rechten op land in Nederland bijhoudt staat het internationaal bekend als een van de koplopers in de wereld. Wij nemen daarom onze maatschappelijke verantwoordelijkheid om onze kennis en kunde op het gebied van landregistratie, landinrichting en geo-informatie in te zetten in landen die deze nodig hebben. Dit doen wij op verschillende manieren. Het Kadaster adviseert buitenlandse overheden over het opbouwen of verbeteren van het locale landregistratiesysteem of het opzetten van een nationale geo-informatie-infrastructuur. Deze adviesdiensten gelden als nevenactiviteit van het Kadaster. Ze worden op basis van kostendekkendheid gefinancierd uit (internationale) fondsen zoals die beschikbaar zijn bij de Nederlandse overheid, de Europese Commissie, Verenigde Naties en Wereldbank. Naast deze adviesprojecten voert het Kadaster internationale activiteiten uit op het vlak van voorlichting, onderwijs en onderzoek. Samen met ITC (Twente Universiteit) is het Kadaster verantwoordelijk voor de School for Land Administration Studies, die het predicaat United Nations University mag voeren. Kadaster levert ook een kennisbijdrage aan multilaterale en koepelorganisaties. Zo vervullen enkele Kadasterfunctionarissen een bestuurlijke of uitvoerende rol in organisaties zoals de Wereldbank, EULIS, EuroGeographics en WPLA. We beheren het OICRF, een internationaal documentatiecentrum van de FIG op het gebied van landregistratie. Daarnaast doen we aan kennisuitwisseling door onder meer bijdragen te leveren aan internationale congressen, symposia en publicaties, zowel in het domein van landadministratie en geo-informatie als in het domein van publieke uitvoeringsorganisaties. Momenteel bestaat er in de wereld veel belangstelling voor de technologische doorbraak op het gebied van automatische generalisatie.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
20 van 38
Internationale invloeden op binnenlandse processen Met het oog op binnenlandse toepassing is het Kadaster actief op het vlak van Europese standaardisatie, harmonisatie en wetgeving. We streven ernaar tijdig in te spelen op technologische ontwikkelingen elders in de wereld. In het kader van de internationale richtlijn voor geo-informatie INSPIRE is het Kadaster verantwoordelijk voor de thema’s Administratieve eenheden, Adressen, Kadastrale percelen, Hydrografie en Transport (netwerk), Grondgebruik, Gemeentegrenzen uit de BRK, en de BAG. Het Kadaster voldoet aan zijn INSPIREverplichtingen door de betreffende informatie te verstrekken via PDOK. Het jaar 2014 kent geen specifieke INSPIRE deadlines. De focus ligt dan ook op het optimaliseren van de ontsluiting van de verschillende thema’s. In maart 2013 is het project European Location Framework (ELF) van gestart. Dit Europese project is een publiek-private samenwerking tussen de geo-industrie en de National Mapping and Cadastre Agencies (NMCA’s). ELF heeft tot doel een infrastructuur te realiseren waarin de NMCA’s hun informatie laagdrempelig aanbieden aan de gebruikers. Internationale positionering De buitenlandse activiteiten van het Kadaster zijn niet alleen goed voor de organisatie en de medewerkers, maar ook voor de klanten en de maatschappij. De goede naam als autoriteit trekt werk aan en creëert zakelijke kansen, ook voor verwante bedrijven in Nederland. Door internationale adviesprojecten uit te voeren versterkt het Kadaster de kennis, netwerken en competenties die nodig zijn om die positie waar te kunnen maken.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
21 van 38
7
Ondersteunende processen
7.1
Personeelsbeleid
Door een teruglopend werkaanbod en verdergaande automatisering van werkprocessen zal het Kadaster de komende jaren minder medewerkers nodig hebben. De noodzakelijke krimp zal grotendeels plaatsvinden via natuurlijk verloop. Veel mensen zullen de komende jaren de organisatie verlaten via pensionering. Door de veranderingen die de komende jaren binnen en buiten het Kadaster plaatsvinden, zal het Kadaster ook expertise nodig hebben die het nu nog niet in huis heeft. Ondanks dreigende boventalligheid zal daarom een beperkte nieuwe instroom noodzakelijk zijn. Het beheren van de bestaande (en toekomstige) Kadasterkennis is van groot belang. Vanwege de te verwachten boventalligheid zullen we een sterk accent leggen op duurzame inzetbaarheid van de medewerkers en daarmee het bieden van zo veel mogelijk zekerheid in werk en inkomen. Het ontslaan van medewerkers is voor zowel de organisatie als de medewerkers geen aantrekkelijke optie. Het Kadaster draagt eigen risico; bij ontslag van medewerkers betaalt het Kadaster zelf de uitkeringskosten zonder dat dit de betreffende medewerkers verplicht tot het leveren van arbeid voor het Kadaster. Dit principe stimuleert het Kadaster om het personeelsbestand te ontwikkelen tot vitale, breed inzetbare medewerkers die mee kunnen bewegen met de steeds veranderende eisen. Door het goed managen van interne mobiliteit en het terugdringen van structurele externe inhuur kunnen we het aanwezige potentieel en talent zo lang mogelijk uitnutten en daarmee ontslag zoveel mogelijk vermijden. Deze visie en strategie vergen veel flexibiliteit en veranderbereidheid van de medewerkers, maar daar staat wel werk en inkomen tegenover. Van het management vraagt het daarnaast creatieve en flexibele oplossingen om de medewerkers op een mensgerichte wijze zo rendabel mogelijk te laten functioneren en de organisatiedoelstellingen te behalen. Met het oog op bovengenoemde ontwikkelingen zal het personeelsbeleid zich de komende jaren in ieder geval richten op de volgende onderwerpen: · Het continu inschatten van de benodigde kwantiteit en kwaliteit per directie. · Het opstellen van een goed scholings- en opleidingsbeleid op basis van de inschatting. · Het verder doorontwikkelen van ons kennismanagement, waarmee transparantie in kennis wordt gerealiseerd. · Het verder vormgeven van flexibilisering in een transparante bedrijfsvoering. · Het aanboren van externe netwerken om personele mobiliteit maar ook kennisoverdracht van buiten en naar buiten toe te realiseren. · Het voortzetten van het diversiteitsprogramma gericht op het realiseren van brede diversiteit. · Het zorgen voor loopbaanontwikkeling in het algemeen en Management Development in het bijzonder om daarmee talent aan het Kadaster te binden en medewerkers en managers toekomstperspectief te bieden.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
22 van 38 Het Kadaster en de vakbonden hebben gezamenlijk geconcludeerd dat de kans van slagen van deze maatregelen het grootst is, wanneer zij vastgelegd zijn in meerjarige afspraken. Daarom zijn het Kadaster en de bonden in 2013 gestart met het opstellen van een meerjarige ‘CAO van de toekomst’. Naar verwachting komen de partijen nog in 2013 tot een akkoord over de nieuwe CAO, die het grootste deel van de planperiode van kracht zal zijn.
7.2
IT
Er zijn bij het Kadaster nauwelijks bedrijfsprocessen die niet afhankelijk zijn van IT. De beschikbaarheid van IT is dan ook cruciaal voor de continuïteit van de dienstverlening. Ook rust een belangrijk deel van de innovatieve kracht van het Kadaster op IT-ontwikkeling en creatieve toepassing ervan. In de afgelopen jaren is gebleken dat het Kadaster onvoldoende slagvaardig kan inspelen op innovaties in de IT. Verder is de IT bij het Kadaster kwetsbaar voor verstoringen en zijn de IT-kosten te inflexibel. Dit zijn drie belangrijke redenen waarom we de niet-onderscheidende bedrijfsprocessen (veelal ondersteunend aan het primaire proces) in hoge mate gaan standaardiseren en maximaal gebruik willen maken van beschikbare ITdiensten. De outsourcing van rekencentrum- en werkplekdiensten is hier een voorbeeld van. Medio 2013 heeft het Kadaster het definitieve besluit tot outsourcing van deze werkzaamheden genomen. Het contract heeft een duur van 6 jaar met een verlengingsoptie tot maximaal 10 jaar. Binnen de IT-organisatie van het Kadaster is inmiddels een regie-organisatie ingericht die de verbinding vormt tussen het Kadaster als opdrachtgever en de externe partij als opdrachtnemer. 2014 zal in het teken staan van de transitie van werk en medewerkers van de eigen organisatie naar de externe partij. Dan zal ook blijken hoeveel medewerkers de overstap maken naar de externe partij danwel bij het Kadaster blijven en daar de status van herplaatser krijgen. De uitbesteding van (delen van) het rekencentrum en de implementatie van de Regie-organisatie leiden tot eenmalige implementatiekosten in 2013/2014. De business case studie voor deze uitbesteding heeft echter uitgewezen dat over de volledige looptijd van het af te sluiten contract een daling van de IT-kosten is te verwachten. Een andere grote IT-ontwikkeling in de planperiode is de vernieuwing van het systeem voor het beheer en de bijhouding van de Basisregistratie Kadaster (BRK).
7.3
Beheersingsmaatregelen
Maatschappelijk verantwoord ondernemen Het Kadaster hanteert maatschappelijk verantwoord ondernemen als bedrijfsvoeringsprincipe. Dit uit zich op tal van terreinen. Als publieke organisatie richt het Kadaster zich op het creëren van waarde voor de maatschappij. Dit uitgangspunt betekent dat het Kadaster zich in de keuze van de producten en diensten die het aanbiedt
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
23 van 38 (binnen de wettelijke kaders) zal laten leiden door de vraag in hoeverre deze bijdragen aan maatschappelijke processen en in hoeverre het Kadaster de meest gerede partij is om deze aan te bieden. Het kostendekkend uitvoeren van de taken is een belangrijke randvoorwaarde. Om dit te bewerkstelligen voert het Kadaster een degelijk en risico-arm financieel beleid. Het Kadaster gaat zorgvuldig om met zijn medewerkers. Dat doet het door het uitoefenen van modern werkgeverschap met onder andere aandacht voor kennis- en competentie-ontwikkeling, werk-privébalans, diversiteit (gender, leeftijd etc.) en ‘het nieuwe werken’. In de dynamische werkomgeving is het van belang om de medewerkers mee te nemen in de ontwikkelingen. De effecten van goed werkgeverschap zijn uiteindelijk merkbaar in de kwaliteit van dienstverlening. Om in de toekomst goede dienstverlening te kunnen bieden is het voor het Kadaster van belang dat er nu goedgekwalificeerde mensen worden opgeleid in de vastgoed- en geo-informatie. Als deelnemer in de Stichting Arbeidsmarkt Geo bevorderen we de opzet en permanente modernisering van het geo-onderwijs op MBO-, HBO- en universitair niveau. Door het adopteren van een basisschool laten we ook jonge kinderen kennismaken met ons vakgebied. De voorzieningen van PDOK Educatief stellen de gehele onderwijssector in staat om van een breed scala aan geodatasets gebruik te maken voor studiedoeleinden. De zorgvuldige omgang met het milieu komt tot uiting in diverse milieusparende maatregelen. Deze sparen niet alleen het milieu, maar leiden ook tot financiële besparingen, bijvoorbeeld op het gebied van energie- en papierverbruik. In internationaal verband blijft het Kadaster streven naar kennisdeling met en advisering aan buitenlandse zusterorganisaties, zoals beschreven in hoofdstuk 6. Kwaliteitsmanagement In dit MBP refereren we op diverse plaatsen aan het begrip ‘kwaliteit’. Daarbij gaat het veelal over de kwaliteit van onze producten. Kwaliteitsmanagement zet kwaliteit in het bredere perspectief van bedrijfsvoering. Kern van kwaliteitsmanagement is het continu verbeteren van processen, producten en registraties. Bij het optimaliseren van processen maken we steeds vaker gebruik van het Lean-instrumentarium. Voor de bedrijfsvoering, het sturen op processen, is het essentieel dat er (prestatie)indicatoren zijn geformuleerd waarop het management stuurt. De processen, de verantwoordelijkheden daarin, de aansturing en de toetsing ervan, zijn vastgelegd in het Kwaliteitsmanagementsysteem (KMS). In de jaarlijkse ‘directiebeoordeling’ spreekt het de Directieraad zich uit over de werking van het KMS. Daarbij zal naast het ‘grip’ hebben op de processen ook aandacht worden gegeven aan risico’s en beveiligingsaspecten. De directiebeoordeling is een wezenlijk onderdeel van de ISO-normen 9001 en 27001, waarvoor het Kadaster gecertificeerd is. De toetsing van de kwaliteit van de registratie gebeurt door steekproefsgewijze kwaliteitsmetingen; voor toetsing van de kwaliteit van de processen worden planmatig audits uitgevoerd (volgens het auditjaarplan).
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
24 van 38 Kwaliteit is een belangrijk aspect in de relatie met de klanten. Het Kadaster wil transparant zijn naar de klanten over de kwaliteit van de dienstverlening en producten. In het Kwaliteitshandvest worden hierover beloftes gedaan aan de klanten, vastgelegd in normen. Deze zijn verdeeld in: servicenormen, actualiteit van de registratie en kwaliteit van de registratie. Het beleid is erop gericht om de signalen van klanten (zoals klachten en bezwaren) te gebruiken als input om de kwaliteit van registratie, producten en processen te verbeteren. Naast het snel oplossen van de klachten is er daarom steeds meer aandacht voor het zoeken naar de achterliggende oorzaken en het doorvoeren van verbeteringen. Risicomanagement Het Kadaster voert een actief risicomanagement. Dit maakt integraal onderdeel uit van de bedrijfsvoering en draagt ertoe bij dat we de kansen op het maken van fouten, het nemen van verkeerde beslissingen en het verrast worden door onvoorziene omstandigheden reduceren. We zijn erop gericht tijdig de belangrijkste risico’s te identificeren en maatregelen te nemen om deze te beheersen. Daarmee hopen we het volgende te kunnen bereiken: · het waarborgen van de continuïteit en de kwaliteit van de dienstverlening; · het beheersen van negatieve gevolgen van veranderingen van de dienstverlening; · het beheersen van financiële, juridische en politieke risico’s; · het beschermen van het imago en het publieke vertrouwen. Het risicoprofiel van het Kadaster is continu aan veranderingen onderhevig. Dit komt onder andere door uitbreidingen van het takenpakket en door ontwikkelingen in de omgeving van het Kadaster. Omdat het volledig uitsluiten van risico’s niet mogelijk is, zoeken we steeds naar de juiste balans tussen risico-acceptatie en het nemen van (soms dure) preventieve maatregelen. Informatiebeveiliging Beveiliging is een belangrijke pijler onder een betrouwbare dienstverlening door het Kadaster. Aspecten als een hoge beschikbaarheid, adequate toegangsbeveiliging, integere en juiste gegevens staan nadrukkelijk aan de basis van onze dienstverlening. Sinds 2003 is de beveiliging bij het Kadaster gecertificeerd op basis van de ISO27001-norm voor informatiebeveiliging. Door middel van interne en externe audits en rapportages wordt periodiek getoetst en in kaart gebracht of de informatiebeveiliging nog op peil is of aanvullende verbeteracties behoeft. Een toenemend aantal dreigingen vanuit het internet (cybersecurity), snelle technologische ontwikkelingen, de outsourcing van het IT-rekencentrum, de groei van de hoeveelheid data en een toenemende uitwisseling van data tussen organisaties zorgen voor nieuwe uitdagingen qua informatiebeveiliging. Om deze ontwikkelingen en mogelijke nieuwe risico’s en bedreigingen adequaat het hoofd te kunnen bieden is besloten het beveiligingsproces in de komende jaren verder te professionaliseren, zodat de continuïteit van onze dienstverlening gewaarborgd blijft.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
25 van 38 Integriteit Integriteit is de basis van ons werk. Het Kadaster staat voor betrouwbare en objectieve dienstverlening. Dat betekent dat ook iedereen de Kadastermedewerkers moet kunnen vertrouwen. Om dat te waarborgen heeft het Kadaster een integriteitsbeleid dat onder meer bestaat uit richtlijnen voor integer handelen, een regeling voor interne klachten van medewerkers en een klokkenluidersregeling. Omdat het huidige integriteitsbeleid al enkele jaren oud is, zullen we dit in 2013/2014 toetsen aan de hedendaagse inzichten en het beleid zo nodig aanpassen. Alliantiemanagement Het Kadaster werkt op vele vlakken samen met publieke en private partners. Deze samenwerkingen zijn gericht op het optimaal bedienen van de gezamenlijke klanten. Partijen in de omgeving van het Kadaster kijken soms kritisch naar onze samenwerkingen met private partners. Wij bieden daarom maximale transparantie over de aard, de inhoud en het nut voor de klant van zulke samenwerkingsvormen. Als onderdeel van het nog in opbouw zijnde alliantieprogramma beoordelen we bestaande en nieuwe samenwerkingsinitiatieven op toegevoegde waarde en risico’s. In de planperiode zullen we alliantieprogramma nader concretiseren.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
26 van 38
8
Financiën
De financiële strategie van het Kadaster is gericht op het creëren van financiële stabiliteit tegen de achtergrond van een wisselend werkvolume. Uitgangspunt is dat het Kadaster mee kan bewegen met de markt en zijn basistaken, inclusief investeringen in projecten, moet kunnen uitvoeren binnen een beheersbare eigen huishouding. De stagnerende economie heeft een zwaar effect op de vastgoedmarkt. Rekening houdend met de uitgangspunten van ons ramingsmodel verwachten wij dat de dalende trend van het werkaanbod op de vastgoedmarkt gedurende de gehele planperiode zich zal voortzetten. Dit betekent dat het Kadaster in de planperiode ook rekening houdt met een structureel lager niveau van inkomsten. Waar mogelijk worden kostenbesparende maatregelen doorgevoerd en bouwen wij onze flexibele personele capaciteit verder af. Desondanks en vanwege de beperkte kostenflexibiliteit komen de financiële resultaten gedurende de gehele planperiode negatief uit. Over 2014 wordt een resultaat verwacht van € 35 miljoen negatief. Hierbij moet worden aangetekend dat dit resultaat aanzienlijk wordt beïnvloed door de hierin verantwoorde aanloopkosten van de uitbesteding van de werkzaamheden van ons rekencentrum. Dit effect bedraagt in 2014 per saldo circa € 20 miljoen. In de jaren na 2014 zijn de resultaten tevens negatief (van € 20 miljoen negatief in 2015 naar € 29 miljoen negatief in 2018). Zonder het doorvoeren van aanvullende maatregelen ontstaat een slechte financiële positie en kan de continuïteit van het Kadaster op de langere termijn niet worden gewaarborgd. Noodzakelijke investeringen om de wettelijke taak uit te voeren en om een betrouwbare informatievoorziening te kunnen garanderen kunnen in dit geval niet worden gedaan. De buffer van het eigen vermogen is hiertoe ontoereikend. Separaat aan dit Meerjarenbeleidsplan stellen wij daarom naast een inflatiecorrectie een verhoging van een aantal tarieven voor. Eigen vermogen Om het bieden van rechtszekerheid te garanderen heeft het Kadaster een eigen vermogen nodig als buffer om financiële tegenvallers, bijvoorbeeld als gevolg van een teruglopende vastgoedmarkt, op te kunnen vangen. De structurele reserve bedraagt volgens de wettelijke afspraken 1/3 van het structurele balanstotaal. Het conjuncturele deel van het eigen vermogen bedraagt volgens de huidige afspraken maximaal € 34 miljoen. Deze reserve wordt gevoed op het moment van hoogconjunctuur in de vastgoedmarkt, maar is door de laagconjunctuur van de afgelopen jaren volledig uitgeput. Aan het begin van de planperiode 2014-2018 zal het Kadaster beschikken over een eigen vermogen dat naar verwachting nog beperkt boven het niveau van de structurele reserve ligt. Door de verwachte negatieve financiële resultaten zal het eigen vermogen, zonder tariefaanpassing, gedurende de planperiode dalen. Het eigen vermogen is dan eind 2015 negatief geworden met een stand ultimo 2018 van € 84 miljoen negatief. Volgens de geldende afspraken is voor een gezonde financiering een eigen vermogen nodig van € 70 à 80 miljoen. Om dat aan het einde van de planperiode te bereiken zouden de kadastrale tarieven met gemiddeld 20 tot 25% verhoogd moeten worden. Een dergelijke verhoging vinden wij in de huidige situatie niet aanvaardbaar. Er is een kans dat de markt weer aantrekt waardoor een ‘jojo-effect’ in de tarieven zou kunnen ontstaan. Bij een niet ondenkbare jaarlijkse stijging van de volumes met bijvoorbeeld ca 5% per jaar vanaf 2015 zijn de financiële effecten al totaal anders en zou het eigen vermogen aan het einde van de planperiode ca € 30 miljoen negatief zijn.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
27 van 38
We stellen dan ook voor om voor dit moment af te wijken van de reguliere financieringsafspraken en een beperkte tariefverhoging toe te passen van gemiddeld 10%. Daarnaast zullen wij bij de activiteiten die niet tariefgefinancierd zijn in overleg met de betreffende opdrachtgevers het kostenniveau omlaag brengen, in lijn met de beschikbare budgetten. Per saldo leidt dit volgens de huidige prognoses eind 2014 tot een vermogenspositie die ruim onder het vereiste minimumniveau ligt. We zullen dan ook de komende periode goed in de gaten houden hoe kosten en opbrengsten zich ontwikkelen en zo nodig in 2014 aanvullende maatregelen voorstellen. Uitgangspunt hierbij blijft dat het eigen vermogen aan het einde van de planperiode het vereiste minimumniveau bereikt. In bijlage B is onder meer de ontwikkeling in het eigen vermogen zichtbaar bij gelijkblijvende tarieven. Ramingsmodel Het werkaanbod is van groot belang voor de omzet van het Kadaster uit hoofde van de tariefgefinancierde wettelijke taken. Het Kadaster hanteert een ramingsmodel dat op basis van een aantal externe factoren het werkaanbod voorspelt. Het werkaanbod is sterk conjunctuurgevoelig en de stagnerende economie is duidelijk merkbaar in de uitkomsten. Het ramingsmodel is in samenwerking met onderzoeksinstituut OTB van TU Delft tot stand gekomen. Het model gebruikt als verklarende variabelen de economische ontwikkeling (groei bruto binnenlands product) en de ontwikkeling van de hypotheekrente. Voor de meerjarenraming in dit MBP is het Centraal Economisch Plan gehanteerd zoals gepubliceerd d.d. juni 2013 (zie bijlage C). De uitkomsten voor het werkaanbod akten en hypotheekstukken zijn weergegeven in de volgende grafiek. Deze geeft ook de bandbreedte aan waarbinnen het werkaanbod zich (binnen de aannames van het model) kan ontwikkelen. De financiële meerjarenraming zoals opgenomen in bijlage B is gebaseerd op het zogenoemde middenscenario.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
28 van 38
WERKAANBOD AKTEN & HYPOTHEEKSTUKKEN Realisatie t/m 2012, prognose 2013 en raming MBP 2014-2018 900.000 800.000 700.000 600.000 500.000 400.000 300.000 200.000 100.000
Akten (hoog/midden/laag)
20 18
17 20
20 16
15 20
14 20
13 * 20
12 20
11 20
10 20
20 09
08 20
20 07
06 20
20 05
0
Hypotheekstukken (hoog/midden/laag)
Ten aanzien van de meetposten geldt dat bij de planning van deze omzet ook een aanpassing heeft plaatsgevonden op de verwachte omzet uit het omzetramingsmodel. Hierbij is rekening gehouden met de productie van meetposten tevens in relatie tot de migratie van de werkvoorraad akteposten als onderdeel van het programma “perceelsplitsing op basis van voorlopige grenzen en vernieuwing LKI (Landmeetkundig Kartografisch Informatiesysteem)” en verschuiving binnen de diverse soorten meetposten. Daarnaast geven signalen vanuit de markt aan dat de ontwikkeling in de nieuwbouwprojecten beperkt blijft, hetgeen van invloed is op de betreffende omzet. Voor de berekening van de bedrijfsopbrengsten zijn de effecten van het digitaal aanleveren en het geautomatiseerd muteren van akten en hypotheekstukken meegenomen waarbij ten opzichte van vorig planningen en gebaseerd op de huidige verwachtingen een langzamer tempo is aangenomen voor de transitie naar geautomatiseerde aanlevering.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
29 van 38
De raming van de zogenoemde outputproducten, wat met name informatieverstrekkingen zijn, is in lijn gebracht met de hiervoor vermelde inputproducten. Voor de informatieverstrekking wordt uitgegaan van een afname in de levering van de klassieke output producten, als gevolg van een verschuiving naar Kadaster-online (KOL). De autonome groei van producten binnen KOL is beperkt gehouden. Overige wettelijke omzet Naast de omzet die gebaseerd is op het werkaanbod, heeft het Kadaster andere tariefgefinancierde taken, zoals KLIC. Ook hier kan sprake zijn van een conjunctuureffect. De gevolgen hiervan zijn nog niet geheel inzichtelijk, als gevolg van beperkte ervaringsgegevens. De omzet hebben wij over de gehele planperiode op het niveau van 2013 gehouden. Een deel van de producten en diensten van het Kadaster worden door middel van budgetfinanciering gefinancierd. Voor de basisregistraties Topografie, Adressen en Gebouwen en een deel van de basisregistratie Kadaster is de omzet op basis van de bestaande budgetfinanciering in het Meerjarenbeleidsplan opgenomen. Voor andere opdrachten zoals in het kader van Publieke Dienstverlening op de Kaart is omzet gepland op basis van interne ramingen. Voor de omzet van Landinrichting en gebiedsontwikkeling, is het Kadaster afhankelijk van budgetten bij opdrachtgevers. Dit betreft klassieke landinrichtingsprojecten, alsook nieuwe diensten van het Kadaster op het gebied van gebiedsontwikkeling. Er worden opdrachten uitgevoerd voor meerdere opdrachtgevers, waaronder het ministerie van Defensie en verscheidene provincies. De omzet is gebaseerd op interne ramingen en ten opzichte van de vorige meerjarenplanning naar beneden bijgesteld als gevolg van bezuinigingen die door het Rijk zijn doorgevoerd. Omzet nevenactiviteiten De omzet nevenactiviteiten bestaat uit de omzet consultancy en de omzet Grootschalige BasisKaart van Nederland (GBKN). De omzet consultancy heeft betrekking op de dienstverlening van Internationale Consultancy. De verwachte daling van de omzet nevenactiviteiten wordt veroorzaakt doordat de GBKN dienstverlening na 2016 nagenoeg is afgebouwd. Deze dienstverlening bestaat uit het uitvoeren van opdrachten betreffende directievoering, bestandsbeheer, distributie en relatiebeheer. Bedrijfslasten In de bedrijfslasten is het effect verantwoord van de uitbesteding van de werkzaamheden van ons rekencentrum in het kader van IT Sourcing. Het effect van de aanloopkosten hiervan bedraagt in 2014 per saldo circa € 20 miljoen. De gemaakte businesscase met betrekking tot de uitbesteding van het rekencentrum laat meerjarig een positief financieel resultaat zien. Kostenbeheersing heeft de bijzondere aandacht, ook voor de komende planperiode. In de afgelopen jaren is reeds een flinke kostenreductie gerealiseerd welke in de planperiode wordt voortgezet. In de financiële meerjarenraming (bijlage B) is na 2014 een dalende lijn zichtbaar in de kosten, waarmee de kosten substantieel lager zijn dan de gerealiseerde kosten over de
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
30 van 38 afgelopen jaren. Verdere kostenreductie leidt tot afbreuk aan de kwaliteit van de geleverde dienstverlening en de noodzakelijke investeringen daarin. Dit zou de uitvoering van de wettelijke taken in gevaar brengen. Er is een daling zichtbaar in de loonkosten. Dit is een gevolg van reductie van het aantal fte’s, door het efficiënter en meer flexibel inzetten van de beschikbare capaciteit, de verdere automatisering van de primaire processen en de uitbesteding van het rekencentrum. De post uitbesteed werk en andere externe kosten blijft relatief op een hoog niveau, onder meer door de kosten van uitbesteding van het rekencentrum (hiertegenover staan lagere salariskosten, afschrijvingskosten en overige bedrijfskosten). Ook door de effecten van projectkosten in het kader van ondermeer de vernieuwingsstrategie en aansluiting van basisregistraties blijven deze kosten relatief hoog. Bij de bedrijfslasten is uitgegaan van het prijspeil ultimo 2013. Investeringen De specificatie van de verwachte investeringen over de planjaren is als volgt (x € 1 miljoen): 2014
2015
2016
2017
2018
10
7
7
7
7
Bedrijfsgebouwen en terreinen
0
0
0
0
0
Andere vaste bedrijfsmiddelen
5
4
5
3
3
15
11
12
10
10
Software en licenties
De software en licenties zijn opgenomen onder de immateriële vaste activa. Het betreft gekochte software, licenties en zelfontwikkelde systemen. Voor bedrijfsgebouwen en -terreinen worden in deze planperiode geen investeringen verwacht. De andere vaste bedrijfsmiddelen zijn opgenomen onder de materiële vaste activa en hebben voornamelijk betrekking op geodetische apparatuur, vervoermiddelen, kantoorinventaris en technische installaties. De investeringen zijn mede bepaald op basis van ervaringscijfers. De financiering hangt samen met het gestelde onder het eigen vermogen.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
31 van 38
Bijlagen
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
32 van 38
Bijlage A. Organisatie en wettelijke taken Wettelijke taken De Kadasterwet, artikel 2a, beschrijft op hoofdlijnen de inhoudelijke opdracht aan het Kadaster: - de bevordering van de rechtszekerheid ten aanzien van registergoederen in het rechtsverkeer, het economisch verkeer en het bestuurlijk verkeer tussen burgers en bestuursorganen; - de bevordering van een doelmatige geo-informatie-infrastructuur; - een doelmatige informatievoorziening van de overheid ten behoeve van de goede vervulling van publiekrechtelijke taken en de nakoming van wettelijke verplichtingen door bestuursorganen; - de ondersteuning en de bevordering van economische activiteiten. De taken die het Kadaster op grond van deze opdracht uitvoert staan in onder meer de Kadasterwet, de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG), de Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen (WKPB) en de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION). De wettelijke taken zijn: - het bijhouden van de openbare registers en de kadastrale registratie (de basisregistratie Kadaster) en het verstrekken van informatie daaruit aan de samenleving; - het registreren en verstrekken van topografische informatie (de basisregistratie Topografie); - het uitvoeren van adviestaken in relatie tot de inrichting van het landelijke gebied; - het bijhouden van een registratie voor schepen en een registratie voor luchtvaartuigen; - het onderhouden van het Rijksdriehoeksnetwerk; - het uitvoeren van topografie-opdrachten voor de minister van Defensie; - het bevorderen van de toegankelijkheid en uitwisselbaarheid van de gevoerde registraties en het maken van informatieproducten daaruit; - het beheren van de Landelijke Voorziening voor gemeentelijke publiekrechtelijke beperkingen; - het beheren van de Landelijke Voorziening voor de adressen en gebouwen (BAG); - het beheren van de Landelijke Voorziening voor ruimtelijke plannen (RO-online); - het faciliteren van de informatieverstrekking over de ligging van kabels en leidingen; - het beheren van de Landelijke Voorziening Waardering Onroerende Zaken (WOZ) - het beheren van de Landelijke Voorziening Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT, later in de planperiode). Naast deze wettelijke taken voert het Kadaster met toestemming van de minister van Infrastructuur en Milieu twee nevenactiviteiten uit, namelijk internationale consultancy en dienstverlening voor de Grootschalige Basiskaart Nederland (GBKN). De laatste activiteit zal vervallen bij de introductie van de Basisregistratie Grootschalige Topografie.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
33 van 38 Governance en sturing De Organisatiewet Kadaster regelt de inrichting van het Kadaster als Zelfstandig Bestuursorgaan met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid. Het Kadaster een eigen verantwoordelijkheid in de uitvoering van zijn wettelijke taken. Het moet zijn handelen kunnen verantwoorden aan de minister van Infrastructuur en Milieu en intern aan de Raad van Toezicht en de Gebruikersraad. Daarnaast heeft het Kadaster, als mede-oprichter van de Handvestgroep Publiek Verantwoorden, zich ertoe verplicht om verantwoording af te leggen aan de samenleving, zodat deze zich ook direct een beeld kan vormen van de koers en kwaliteit van de dienstverlening door het Kadaster. Niet alleen bij het verantwoorden achteraf, maar ook bij het plannen van toekomstige activiteiten wil het Kadaster naast de formele toezichthouders de overige stakeholders betrekken. Via strategische dialogen met betrokken partijen zal het Kadaster de contouren van zijn opdracht bepalen. De hierboven genoemde wetten, maar ook generieke regelgeving, bijvoorbeeld ten aanzien van privacy en markt en overheid, stellen hiervoor de randvoorwaarden. De uitkomsten van de strategische dialogen legt het Kadaster vast in zijn meerjarenbeleid. Het openbare meerjarenbeleidsplan biedt daarmee transparantie in de richting van klanten en belanghebbenden over de contouren van de Kadaster-opdracht. De governance ten aanzien van de landelijke voorzieningen wijkt iets af van de governance inzake de Basisregistraties Kadaster en Topografie. Bij de landelijke voorzieningen is niet het Kadaster de bronhouder, maar een externe partij (bijvoorbeeld voor BAG, WKPB en WOZ: gemeenten, voor KLIC: leidingbeheerders en voor RO-online: gemeenten, provincies, rijk). Voor elke landelijke voorziening afzonderlijk is een governancestructuur opgericht waarin bronhouder, afnemer en Kadaster elk een eigen rol spelen. De Gebruikersraad vervult voor de Basisregistraties Kadaster en Topografie de rol van strategisch beheeroverleg. Het Kadaster streeft ernaar de verschillende governancestructuren in de planperiode naar elkaar toe te laten groeien, teneinde meer eenduidigheid en efficiëntie in de aansturing van zijn taken te realiseren. De Organisatiewet Kadaster is per 1 januari 2013 in lijn gebracht met de Kaderwet ZBO’s. Als resultaat van deze ontwikkeling is de positie van de Raad van Toezicht veranderd. In het proces van de totstandkoming van jaarverslagen en meerjarenbeleidsplannen bijvoorbeeld heeft de Raad van Toezicht niet langer een vaststellende rol, maar een toetsende. De toezichthoudende rol van de minister van IenM is juist versterkt.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
34 van 38
Bijlage B. Financiële meerjarenraming Balans (in miljoenen euro's) 2014
2015
2016
2017
2018
Vaste activa Immateriële - en materiële vaste activa
82
78
75
70
65
Totaal vaste activa
82
78
75
70
65
Totaal vlottende activa
48
34
33
32
32
130
112
108
102
97
2014
2015
2016
2017
2018
Eigen vermogen
18
-2
-27
- 55
- 84
Voorzieningen
12
11
10
9
8
Langlopende schulden
22
22
21
19
17
Kortlopende schulden
78
81
104
129
156
130
112
108
102
97
Activa (ultimo)
Totaal activa
Passiva (ultimo)
Totaal passiva
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
35 van 38
Winst- en verliesrekening (in miljoenen euro's) 2014
2015
2016
2017
2018
Bedrijfsopbrengsten Omzet wettelijke taken Wijziging onderhanden werk Geactiveerde productie eigen bedrijf Opbrengst nevenactiviteiten
203 0 3 4
199 0 3 3
192 0 3 2
186 0 3 2
182 0 3 2
Som der bedrijfsopbrengsten
210
205
197
191
187
112
112
108
105
102
76
55
57
57
57
14 43
15 43
15 42
15 42
15 42
Som der bedrijfslasten
245
225
222
219
216
Bedrijfsresultaat
- 35
- 20
- 25
- 28
- 29
0
0
0
0
0
- 35
- 20
- 25
- 28
- 29
Bedrijfslasten Lonen en salarissen (inclusief sociale lasten) Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Overige bedrijfskosten
Financiële baten en lasten Resultaat
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
36 van 38 Toelichting op de meerjarenraming De in deze bijlage opgenomen financiële informatie is opgesteld met als uitgangspunt de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk wetboek. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op aanschaffings- dan wel vervaardigingskosten. Voor een nadere toelichting op de financiën alsmede de toelichting op de ontwikkeling van de situatie van het eigen vermogen wordt verwezen naar hoofdstuk 8 van dit meerjarenbeleidsplan. De onder de vaste activa opgenomen immateriële vaste activa hebben betrekking op softwareontwikkelingen, licenties en de waarde van een gebruiksrecht. Wat betreft de softwareontwikkelingen bestaat de verwachting dat de hiermee samenhangende toekomstige opbrengsten voldoende ruimte laten voor afschrijvingen. De afschrijvingen zijn hier gesteld op maximaal 5 jaar. De onder de vaste activa opgenomen materiële vaste activa, bestaande uit bedrijfsgebouwen, verbouwingen, installaties, automatiseringsapparatuur, kantoorinventaris en vervoermiddelen, worden gewaardeerd op hun aanschaffingswaarde verminderd met lineaire afschrijvingen over de geschatte gebruiksduur. De vlottende activa hebben betrekking op onderhanden werk van reeds uitgevoerde deelwerkzaamheden voor meetposten, de voorraad topografische kaarten, debiteuren, overige vorderingen, overlopende activa en liquide middelen. Onder de liquide middelen zijn tevens deposito’s verantwoord welke rekening houdend met het zogenoemde schatkistbankieren van het ministerie van financiën zijn verkregen De voorzieningen bestaan uit seniorenregelingen, ingegane wachtgeld- en werkloosheidsverplichtingen en overige voorzieningen, waarbij bedragen zijn contant gemaakt tegen een rekenrente van 1,6% en verwachte toekomstige salarisstijging van 1%. De langlopende schulden hebben voornamelijk betrekking op vooruitontvangen bedragen inzake meetposten en verplichtingen inzake spaardagen. De post vooruitontvangen op meetposten bestaat uit per balansdatum ontvangen of gefactureerde bedragen en waar tegenover prestaties staan die in de toekomst moeten worden uitgevoerd. Deze post is gewaardeerd op nominale waarde. De aantallen meetposten die de productie van één jaar overschrijden zijn verantwoord onder de langlopende schulden. Onder de kortlopende schulden is ondermeer opgenomen de post vooruitontvangen op meetposten, waarvan de voorraad binnen één jaar wordt afgedaan. Tevens zijn onder de kortlopende schulden opgenomen de rekening-courant ministerie van Financiën, crediteuren en overige te betalen posten. De rekening-courant ministerie van Financiën bedraagt ultimo 2015 € 4 miljoen, oplopend tot ruim € 80 miljoen ultimo 2018 en heeft tevens een langlopend karakter. Rekening houdend met het lage rentepercentage zijn geen rentelasten opgenomen. De debiteuren, overige vorderingen, overlopende activa, liquide middelen, crediteuren en overige te betalen posten behoren tot de financiële instrumenten. Onder de omzet wordt verstaan de opbrengst uit levering van goederen en diensten aan derden, onder aftrek van kortingen en dergelijke en onder aftrek van over de omzet geheven belastingen. Tevens bestaat de omzet uit inkomsten van budgetgefinancierde activiteiten. Verliezen worden in aanmerking genomen in de periode waarin deze voorzienbaar zijn. De post geactiveerde productie eigen bedrijf wordt gevormd door de kosten van zelf ontwikkelde software. Voor een gedetailleerde beschrijving van de waarderings- en resultaatbepalingsgrondslagen waaronder tevens de beschrijving van de financiële instrumenten wordt verwezen naar de toelichting op de jaarrekening 2012. Betreffende grondslagen zijn in deze meerjarenraming onverkort toegepast.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
37 van 38
Bijlage C. Scenariowaarden ramingsmodel Scenario 2008 Realisatie 2009 Realisatie 2010 Realisatie 2011 Realisatie 2012 Realisatie 2013 Prognose MBP-2014 Scenario MBP-2015 Scenario MBP-2016 Scenario MBP-2017 Scenario MBP-2018 Scenario
Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente Groei BBP Niveau hypotheekrente
Hoog
Midden
Laag
2,00% 5,20% -3,70% 5,20% 1,60% 4,80% 1,00% 4,55% -0,90% 4,27% 0,50% 3,47% 2,50% 3,67% 2,75% 3,67% 2,75% 3,67% 2,75% 3,67% 2,75% 3,67%
2,00% 5,20% -3,70% 5,20% 1,60% 4,80% 1,00% 4,55% -0,90% 4,27% -1,00% 3,97% 1,00% 4,17% 1,25% 4,17% 1,25% 4,17% 1,25% 4,17% 1,25% 4,17%
2,00% 5,20% -3,70% 5,20% 1,60% 4,80% 1,00% 4,55% -0,90% 4,27% -2,50% 4,47% 0,50% 4,67% -0,25% 4,67% -0,25% 4,67% -0,25% 4,67% -0,25% 4,67%
De verwachte groei Bruto Binnenlands Product (BBP) ontwikkelt zich als volgt: Midden
in het eerste MBP jaar (2014) is de groei conform de prognose van het CPB (raming juni 2013). Daarna een stijging van het BBP naar 1,25% in 2015. Daarna is de verwachting (geëxtrapoleerd) dat het BBP 1,25% blijft.
Hoog
de ontwikkeling in de MBP jaren is 1,5% hoger t.o.v. het middenscenario.
Laag
de ontwikkeling in de MBP jaren is 1,5% lager t.o.v. het middenscenario.
De gerealiseerde hypotheekrente in 2012 is gebaseerd op de gemiddelde hypotheekrente uit de statistieken van de Nederlandsche Bank. Voor de toekomstige hypotheekrente ontwikkeling wordt de door het CPB gepubliceerde ontwikkeling van de lange rente gevolgd. Midden
de hypotheekrente volgt het verschil tussen de lange rente en de hypotheekrente zoals gerealiseerd in 2012. Hierbij is sprake van een daling van de hypotheekrente van 4,27% in 2012 naar 3,97% in 2013 en vervolgens een lichte stijging naar 4,17% in 2014. Daarna is verondersteld dat de hypotheekrente gelijk blijft.
Hoog
de ontwikkeling in de MBP jaren is 0,5% lager t.o.v. het middenscenario.
Laag
de ontwikkeling in de MBP jaren is 0,5% hoger t.o.v. het middenscenario.
Datum
19 november 2013 Titel
Meerjarenbeleidsplan 2014-2018 Versie
1.1 Blad
38 van 38
Bijlage D. Afkortingenlijst 3D
Driedimensionaal
KLIC
Kabels en leidingen Informatiecentrum
BAG
Basisregistraties Adressen en Gebouwen
LTO
Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland
BBP
Bruto Binnenlands Product
MBP
Meerjarenbeleidsplan
BGT
Basisregistratie Grootschalige Topografie
MIRT
BRK
Basisregistratie Kadaster
Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport
BRT
Basisregistratie Topografie
NHR
Nieuw Handels Register
DLG
Dienst Landelijk Gebied
OICRF
EULIS
European Land Information Service
Office International du Cadastre et du Régime Foncier
EZ
Economische Zaken
FIG
Fédération Internationale des Géomètres
GBA
Gemeentelijke Basis Administratie
IenM
Infrastructuur en Milieu
IT
Informatietechnologie
INSPIRE
Infrastructure for spatial information in Europe
ITC
International Institute for Geo-information Science and Earth Observation
KIK
Ketenintegratie Inschrijving Kadaster
PDOK
Publieke dienstverlening op de kaart
RO
Ruimtelijke Ordening
TOP10NL
Topografisch basisbestand 1:10.000
WILG
Wet Inrichting Landelijk Gebied
WKPB
Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen
WOZ
Waardebepaling Onroerende Zaken
WPLA
Working Party on Land Administration (van de Verenigde Naties)
ZBO
Zelfstandig Bestuursorgaan
Bijlage E. Contactinformatie Het Klantcontactcenter van het Kadaster is bereikbaar op werkdagen van 9:00 uur tot 17:00 uur via 088 183 22 00. Informatie over bezoek- en postadressen van Kadasterlocaties is te vinden op www.kadaster.nl. Op www.kadaster.nl/meerjarenbeleidsplan kunt u dit meerjarenbeleidsplan als pdf-document downloaden. Ook vindt u daar de online-publieksversie van het meerjarenbeleidsplan. Een vraag of opmerking over het meerjarenbeleidsplan kunt u mailen naar
[email protected].