Informatie over de mbo-opleiding Ondernemer/manager recreatiedieren Instroomjaar 2013-2014
Inhoudsopgave Inleiding
2
1. Hoe leer je bij AOC Oost?
3
2. Hoe ziet je beroep er uit?
3
3. Wat leer je tijdens de opleiding?
4
4. Hoe haal ik succesvol mijn diploma?
5
5. Welke regels zijn er rond de examinering?
6
6. BPV: de beroepspraktijkvorming
9
7. De Centrale Examencommissie
11
8. Extern betrokkenen
12
9. Bijlagen Examenplan
13
Opleidingsplan
15
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
1
Inleiding In dit deel van de studiegids word je geïnformeerd over de opleiding. We willen je inzicht geven in hoe je opleiding er uit ziet en hoe je beoordeeld wordt. Deze opleiding is tot stand gekomen aan de hand van een landelijk kwalificatieprofiel. Daardoor is je diploma landelijk vergelijkbaar. In deze gids vertellen we je eerst over het beroep waarvoor je wordt opgeleid (hoofdstuk 2). We geven in het kort aan hoe het onderwijs er uit zal zien. In hoofdstuk 3 leggen we preciezer uit welke onderdelen in je opleiding aan bod komen. In hoofdstuk 4. wordt uitgelegd welke toetsen meetellen voor het examen. In de studiegids staan de belangrijkste afspraken die je met het AOC maakt als je aan de opleiding deelneemt. Er zijn ook nog andere documenten die van belang zijn voor je, daarnaar wordt in deze studiegids verwezen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het lesrooster, het examenreglement, de algemene informatiegids van de sector, beroepspraktijkvorming- en onderwijsovereenkomsten. De studiegids biedt dus belangrijke informatie voor je hele opleidingstraject. We wensen je veel succes met je studie.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
2
1. Hoe leer je bij AOC Oost? Leren en ontwikkelen doe je als je in een uitdagende leeromgeving je eigen keuzes kunt maken die passen bij jouw leervraag. Voor leren ben je zelf verantwoordelijk. Leren doe je soms alleen maar meestal samen met anderen, zowel binnen als buiten de school. Leren bij AOC Oost betekent dat je zelfbewust, ondernemend en zinvol bezig bent vanuit je hoofd, vanuit je hart en met je handen.
2. Hoe ziet je beroep eruit? Ondernemer/manager recreatiedieren De dierenhouder is als ondernemer of bedrijfsleider werkzaam in de dierenhouderij op een bedrijf waar recreatiedieren dieren gehouden worden. In deze bedrijven worden dieren meestal niet gebruikt voor productie, maar is er sprake van een dienst. Veel van deze bedrijven hebben niet alleen een recreatieve functie, maar ook een educatieve, sociaal-culturele en/of therapeutische functie. Binnen deze sector bestaan diverse bedrijfstypen, afhankelijk van diersoort en functie, zoals dierenasiels, kinderboerderijen, kennels, dierenpensions en dierenparken. De beroepspraktijk van jou als dierenhouder is afhankelijk van het gehanteerde bedrijfssysteem. Je verzorgt de bedrijfsvoering van de dierenhouderij, als beginnend beroepsbeoefenaar in overleg. Dit betreft het plannen, organiseren en evalueren van de bedrijfsprocessen en het onderling afstemmen daarvan. Je onderhoudt contacten met leveranciers en klanten. Soms is het coördineren van de vruchtbaarheid en de voortplanting van de dieren een belangrijk onderdeel. Daarnaast heb je uitvoerende werkzaamheden zoals het voeren en verzorgen van de dieren, evenals het verzorgen van de werk- en leefomgeving. Tenslotte zorgt de dierenhouder - in overleg- voor de juiste toepassing van kwaliteitssystemen. De dierenhouder heeft een leidinggevende en coördinerende rol; als beginnend beroepsbeoefenaar is hij mede-verantwoordelijk voor deze rol. Vanuit deze verantwoordelijkheid richt hij zich op de totale bedrijfsvoering en de bedrijfsresultaten en dus op de continuïteit van het bedrijf en/of de instelling. Als de arbeidsbezetting van het bedrijf laag is – zoals bij sommige bedrijfstypen – dan heb je ook veel uitvoerende taken, zoals het voeren en verzorgen van de dieren, het onderhouden van de leef- en werkomgeving en het begeleiden van de voortplanting. Je moet dan een optimale balans vinden tussen bedrijfsvoering en uitvoerende werkzaamheden. De dierenhouder is zeer betrokken bij het bedrijf. Je hebt een ondernemende en pro-actieve houding. Je probeert maatschappelijke ontwikkelingen als kansen voor je bedrijf te zien. Je speelt flexibel in op wisselende interne en externe omstandigheden. Bij het coördineren en uitvoeren van werkzaamheden ben je zorgvuldig en resultaatgericht. Hierbij heeft de dierenhouder voortdurende aandacht voor (het welzijn van) zijn dieren.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
3
3. Wat leer je tijdens de opleiding? Hoe zit de opleiding in elkaar? Je opleiding is gebaseerd op een landelijk opgestelde kwalificatie, die door de minister is vastgesteld. In de beschrijving van die kwalificatie (het kwalificatieprofiel) staat opgenomen aan welke voorwaarden iemand moet voldoen om het betreffende diploma te kunnen ontvangen. Op basis van het kwalificatieprofiel zijn er een aantal examens vastgesteld, die elk een deel van de opleiding afsluiten. Voor de beroepsspecifieke examinering worden “Proeven van Bekwaamheid” (PvB’s) afgenomen en eventueel ook werkprocesexamens, kennisexamens en vaardigheidsexamens. Daarnaast doe je ook andere examens voor onderdelen zoals taal en rekenen. In het volgende hoofdstuk wordt dit verder uitgelegd. De organisatie van de opleiding is gericht op het afleggen en behalen van de verschillende PvB’s en de overige examens. Voorafgaand aan het afleggen van de PvB moet je in de weg er naar toe een portfolio opbouwen. Het portfolio moet met een voldoende zijn beoordeeld, voordat je wordt toegelaten tot de PvB. In het opleidingstraject dat voorafgaat aan het afleggen van elke PvB zijn er in de opleiding oefensituaties en leerarrangementen opgenomen, waarin je bewijsstukken voor je portfolio kunt verzamelen en je jezelf kunt voorbereiden op het afleggen van de PvB. In het opleidingsplan kun je meer in detail zien welke onderwijsactiviteiten je tijdens de opleiding krijgt aangeboden. Dit plan vind je bij de bijlagen. Deelname aan leeractiviteiten Je overlegt met je coach over het studieprogramma. De coach legt dit samen met jou vast. Als je persoonlijke programma afwijkt van het reguliere, dan moet worden getoetst of het aan de wettelijke eisen van onderwijstijd voldoet.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
4
4. Hoe haal ik succesvol mijn diploma? Wanneer word je gediplomeerd? Bij een afgeronde opleiding hoort een diploma. Je ontvangt een diploma als je: 1. alle kerntaken (inclusief beroepsspecifieke eisen voor Nederlandse taal, rekenen en eventueel ook voor MVT en wettelijke beroepsvereisten) hebt behaald; 2. voldaan hebt aan de verplichting (Leren)Loopbaan & Burgerschap ((L)L&B), inclusief de eis voor studiepunten als je vóór 2012-2013 gestart bent met je opleiding; 3. voldaan hebt aan de generieke eisen voor: a. Nederlandse taal; b. rekenen; c. Engels (alleen niveau 4 vanaf instroomjaar 2012-2013); 4. de BPV met goed gevolg hebt afgelegd. In het volgende schema wordt bovenstaande overzichtelijk weergegeven:
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
5
Deelnemers die geslaagd zijn voor (delen van) het examen ontvangen bij het verlaten van de opleiding de desbetreffende bewijsstukken. In de bijlage Examenplan kun je voor ieder examenonderdeel lezen welke eisen precies gelden voor de opleiding die jij volgt. Als je in 2012 of eerder met de opleiding bent gestart, geldt voor jou een ander examenplan dan in de bijlage van de studiegids op deze website is weergegeven. Je vindt in dat geval het juiste plan op het intranet van AOC Oost (KISS), onder Officiële documenten - examenreglement/OER.
5. Welke regels zijn er rond de examinering? Hieronder volgen de belangrijkste regels rond de examinering. In het examenreglement van AOC Oost worden een aantal onderwerpen uitgebreider beschreven. Te laat, niet aanwezig of een onvoldoende voor het examen Als je te laat aanwezig bent voor afname van een examen of vanwege een niet geldige reden niet deelneemt aan een examen, dan vervalt het recht op deelname aan het examen. Hiermee treedt automatisch de herexamenregeling in werking. Als je door aantoonbare overmacht (bijvoorbeeld ziekte) niet aan een examen kunt deelnemen, dan krijg je de gelegenheid het betreffende examen alsnog af te leggen. Ook voor deze inhaalmogelijkheid zijn de regels voor examinering van toepassing. Het kan voorkomen dat in bepaalde gevallen de deelname aan de reguliere examinering voor een deelnemer problemen oplevert vanwege bijvoorbeeld medische redenen, handicaps of taalachterstanden. In deze gevallen kan door de deelnemer een aangepaste examinering worden aangevraagd. In de examenvergadering wordt beslist over de toekenning van deze aanvragen. De definitieve uitslag van een examen wordt in een examenvergadering vastgesteld. Tegen deze beslissing van de examenvergadering kun je binnen vijf schooldagen na bekendmaking van het definitieve examenresultaat bezwaar aantekenen. Het bezwaar moet je indienen bij de examensecretaris en zal worden behandeld in de Examencommissie mbo (ECM). Een format voor een bezwaarschrift staat op het intranet van AOC Oost. Indien je niet akkoord gaat met de uitspraak van de ECM inzake een bezwaar, kun je hiertegen in beroep gaan bij de Commissie van Beroep. Het beroep moet worden ingediend binnen 10 schooldagen nadat de ECM de uitspraak over het bezwaar heeft gedaan. Een format voor het aantekenen van een beroep vind je op het intranet. Indien je examen door de examinatoren met een onvoldoende is beoordeeld en in de examenvergadering is deze beoordeling ook zo vastgesteld, dan heb je één mogelijkheid tot het doen van een herexamen voor het betreffende examen. Je wordt in kennis gesteld van de termijn, waarbinnen je de gelegenheid hebt om je voor te bereiden op dit herexamen en wanneer de volgende mogelijkheid is om het betreffende examen nogmaals af te leggen. Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
6
Specifieke regels met betrekking tot de Proeve van Bekwaamheid (=PvB) Om voor de afname van een PvB te worden toegelaten, moet de vastgestelde inhoud van het bijbehorende portfolio met ‘voldoende’ beoordeeld zijn. Je wordt vooraf in kennis gesteld wanneer het portfolio uiterlijk ter beoordeling moet worden aangeboden. Overschrijding van dit tijdstip of een onvoldoende beoordeling van het portfolio kan betekenen dat afname van de PvB niet meer in de aangegeven periode kan worden gerealiseerd. In sommige gevallen betekent dit dat de PvB een schooljaar later pas kan worden afgenomen. Als je portfolio behorend bij een PvB als voldoende is beoordeeld, word je toegelaten tot het afleggen van deze PvB. Je wordt minimaal vijf schooldagen voorafgaand aan de afname over de PvB en examineringsomstandigheden geïnformeerd. Bij het afleggen van de PvB volg je de aanwijzingen van de examinatoren op en voer je de bij de PvB behorende opdracht(en) uit. Na afronding van de PvB ontvang je van de examinatoren de voorlopige examenuitslag. De definitieve uitslag wordt in een examenvergadering vastgesteld. Als de PvB met een voldoende resultaat is beoordeeld, dan heb je dat onderdeel van de opleiding behaald. Als je portfolio behorend bij een PvB als onvoldoende of onvolledig is beoordeeld, word je nog niet toegelaten tot het afleggen van deze PvB. Je wordt in kennis gesteld van de termijn, waarbinnen je alsnog de gelegenheid hebt om je portfolio op orde te krijgen en wanneer de volgende mogelijkheid is om de betreffende PvB af te leggen. De waardering voor een PvB wordt aangegeven met ‘voldoende’, ‘goed’ of ‘onvoldoende’. Onregelmatigheden Als een kandidaat zich bij de afname van een examen niet aan de regels houdt of heeft gehouden, kan de Examencommissie mbo (ECM) één van de onderstaande maatregelen nemen: • de kandidaat krijgt het oordeel ‘onvoldoende’ voor het examen; • het examen wordt ongeldig verklaard. De ECM bepaalt op welke onderdelen de kandidaat opnieuw examen moet doen. In voorkomende gevallen ontvangt de kandidaat een brief waarin staat wat de commissie heeft besloten. Binnen drie schooldagen na ontvangst van de brief, kan de kandidaat bij de ECM bezwaar aantekenen tegen de beslissing en vragen om herziening van de beslissing. Indien je niet akkoord gaat met de uitspraak van de ECM inzake een bezwaar, kun je hiertegen in beroep gaan bij de Commissie van Beroep. Het beroep moet worden ingediend binnen 10 schooldagen nadat de ECM de uitspraak over het bezwaar heeft gedaan. Een format voor het aantekenen van een beroep vind je op het intranet. Examinering Nederlandse taal, moderne vreemde taal en rekenen In het examenplan, dat je kunt vinden bij de bijlagen, staat aangeven welke eisen er gelden voor jouw opleiding.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
7
Loopbaan en Burgerschap Voor het behalen van het diploma dien je te voldoen aan de eisen voor Loopbaan en Burgerschap. Vrijstellingen Op basis van je vooropleiding kun je een vrijstelling krijgen voor een onderdeel van je opleiding. Je kunt hiervoor een schriftelijk verzoek voor verlenen van vrijstelling(en) indienen bij de examensecretaris. In een examenvergadering wordt beslist over het verlenen van vrijstelling voor één of meer examenonderdelen. Als bewijs van vrijstelling geldt het ingevulde en door de examensecretaris voor akkoord ondertekende aanvraagformulier. Het is ook mogelijk dat je op basis van toetsresultaten vrijgesteld wordt voor (een deel van) de lessen. Voor alle vrijstellingen geldt dat de deelnemer wel dient te voldoen aan de wettelijke eisen voor onderwijstijd. In onderstaand overzicht staat aangegeven welke vrijstellingen een bepaalde vooropleiding kunnen opleveren: Vrijstelling
Vooropleiding
Niveau-vrijstelling: Eventueel, op basis van intake en/of EVC-assessment, aangevuld met corresponderende Proeven van Bekwaamheid uit CKS
Diploma KS 2000+ - opleiding op niveau 1, 2, 3 en 4 of Diploma ODC – opleiding op niveau 1, 2, 3 en 4 of Diploma KMAO, MAS B, MAS A (vóór ODC)
Corresponderende Proeven van Bekwaamheid en beroepspraktijkvorming CKS op basis van intake en/of EVC-assessment
Alle overige relevante kwalificaties inclusief de diploma’s leerlingwezen oude stijl (= vóór ODC)
Voor de onderdelen Nederlandse taal en Rekenen mogen aan studenten in principe geen vrijstellingen worden verleend. Alleen In het uitzonderingsgeval dat een student examen heeft gedaan op het vereiste referentieniveau in het mbo/havo/vwo en binnen twee jaar na het studiejaar waarin dit examen is afgelegd opnieuw gediplomeerd wordt, hoeft de student niet opnieuw een examen af te leggen. Wel geldt er in het onderwijsprogramma een onderhoudsplicht. Bijzondere erkenningen Tijdens de opleiding kunnen er onderdelen worden aangeboden en afgesloten, die leiden tot bijzondere erkenningen, zoals VCA, BHV, de spuitlicentie, Booglassen NIL1, erkend monsternemer enzovoort. De examinering van deze bijzondere erkenningen wordt veelal door externe instanties uitgevoerd. Deze brengen hiervoor vaak extra kosten in rekening. Deze kosten kunnen bij de student in rekening gebracht worden. Studievoortgang Je mag niet verder gaan in het geplande opleidingstraject (bijvoorbeeld overgaan naar een volgend leerjaar) als er geen uitzicht meer is om het diploma te behalen binnen de geplande studieduur.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
8
6. BPV: de beroepspraktijkvorming De BPV vormt een belangrijk onderdeel van elke opleiding. Op deze manier maak je kennis met het werk in de beroepspraktijk en word je voorbereid op de uitoefening van je toekomstig beroep. De BPV-overeenkomst Bij elke BPV-periode wordt een BPV-overeenkomst opgesteld. Hierin staan opgenomen de duur en omvang van de BPV-periode, de begeleiding van de student en de wijze van beoordeling. Bij de start van de BPV moet de BPV-overeenkomst getekend zijn. Lees de volledige overeenkomst goed door. Het voorblad bestaat uit 3 exemplaren die alle drie door de deelnemer, de BPV-bieder en de school getekend moeten worden. Alle drie partijen hebben vervolgens een exemplaar van de overeenkomst in bezit. De deelnemer zorgt ervoor dat de schooladministratie het door alle partijen ondertekende formulier voor aanvang van de BPV in bezit heeft. Voor de BBL wordt de overeenkomst tevens ondertekend door Aequor, het kennis- en communicatiecentrum voedsel en leefomgeving. Presentie De BPV-tijden zijn met inachtneming van de arbeidstijdenwet hetzelfde als de werktijden van het personeel. Als je vanwege ziekte of een andere reden afwezig bent, dien je hiervan het BPV-bedrijf tijdig op de voor het bedrijf gebruikelijke manier in kennis te stellen. Tevens moet je de afwezigheid melden aan de schooladministratie. Dit geldt tevens voor het “betermelden”. BPV-dagen die je mist, worden in overleg met het BPV-bedrijf en eventueel BPVbegeleider ingehaald. Voordat je een BPV-dag inhaalt, moet je daarvan de schooladministratie in kennis stellen, anders ben je niet verzekerd. Houding Je dient je te richten op het BPV-bedrijf naar de aanwijzingen van de leidinggevende of één van de personeelsleden. Het is belangrijk dat je met een positieve en actieve houding de werkzaamheden tijdens de BPV uitvoert. Naast het meedoen is vragen, waarnemen en meedenken erg belangrijk. Als het goed is sta je nooit met lege handen en zie je het werk liggen. Vergoeding BPV-tijd is opleidingstijd. In principe ontvang je geen BPV-vergoeding. AOC Oost vraagt ook geen vergoeding aan de bedrijven. Begeleiding Als er zich problemen tijdens de BPV-periode voordoen wordt in eerste instantie contact opgenomen met je BPV-begeleider/coach. In elke BPV-periode komt je coach of een docent op bezoek. Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
9
Beoordeling De beroepspraktijkvorming is bedoeld als oefensituatie waarin je competenties ontwikkelt en je voorbereiden op het examen. De BPV levert informatie op over je voortgang. Aan het begin van iedere BPV vindt een nulmeting plaats waarin de mate waarin de je de competenties beheerst, schriftelijk wordt vastgelegd. Naar aanleiding hiervan worden je opdrachten verstrekt of handelingenlijsten opgesteld. De praktijkopleider verzorgt een tussenbeoordeling en gebruikt daarbij het reflectieformulier. Samen met jouw zelfbeoordeling is dit de basis voor het reflectiegesprek over de ontwikkeling van je competenties. Aan het eind van de BPV-periode geeft je praktijkopleider een eindbeoordeling van je BPV. Op basis van je eigen indruk en het oordeel van de praktijkopleider vindt een gesprek plaats. Het resultaat van dit gesprek en de ingevulde formulieren dien je te plaatsen in je portfolio. Dit vormt de basis voor het coachen naar de volgende BPVplaats. De beoordeling kan onderdeel zijn van het portfolio en als zodanig voorwaardelijk voor toelating tot de Proeve van Bekwaamheid.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
10
7. De Centrale Examencommissie De Centrale Examencommissie ziet erop toe dat er binnen AOC Oost op een deugdelijke wijze geëxamineerd wordt. De Centrale Examencommissie is als volgt samengesteld: Voorzitter: Secretarissen:
P. Duijsings, H. Weusthof, P. Kokkelkoren, Leden: A. Hoeben, M. Sonderen, B. Kupers, Vacature, A. M. Huis in’t Veld, R. Vijn, T. Lucassen, Ambtelijke secretaris: R. Benerink,
lid College van Bestuur voorzitter werkgroep Examinering mbo voorzitter werkgroep Examinering vmbo locatiedirecteur locatie Almelo teamleider locatie Borculo. directeur mbo locatiedirecteur locatie Doetinchem locatiedirecteur locatie Enschede locatiedirecteur locatie Twello locatiedirecteur Groeipunt secretaris werkgroep Examinering mbo
Voor de uitvoering van de examinering in het mbo heeft het bevoegd gezag de Examencommissie mbo (ECM) ingesteld. De Examencommissie mbo is als volgt samengesteld: Voorzitter: Leden:
B. Kupers T. Lucassen (plaatsvervangend voorzitter) R. Benerink H. Weusthof
De Examencommissie mbo handelt ook bezwaarschriften en gevallen van fraude af. De communicatie hierover verloopt via de examensecretaris van de mbo-locatie.
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
11
8. Extern betrokkenen Inspectie De inspectie houdt toezicht op de uitvoering van het onderwijs. De inspectie is op het volgende adres bereikbaar: Inspectie van het onderwijs Postbus 2730 3500 GS Utrecht Tel. (088) 669 60 60 Klachtenregeling AOC Oost heeft een klachtenregeling vastgesteld en ingevoerd. De klachtenregeling ligt ter inzage bij het onderwijs servicebureau en vind je ook op het intranet van AOC Oost. Commissie van Beroep AOC Oost heeft een commissie van beroep gevormd. Deze commissie bestaat uit: voorzitter: lid: lid: plaatsvervangende voorzitter: plaatsvervangend lid: plaatsvervangend lid:
Dhr. J. Bornerbroek Dhr. M. Janischka Mevr. R.B.J. Roetgerink Dhr. M. Salomons Mevr. C.J.M. ten Dam Dhr. W.M. Woertman
De Commissie van Beroep voor de examens is bereikbaar onder het postadres: Commissie van Beroep voor de examens AOC Oost P/a Postbus 190 7240 AD LOCHEM Tel.: 0573 - 22 20 66 Fax: 0573 - 22 20 67
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
12
9. Bijlagen Examenplan Naam opleiding: Crebonummer: Cohort:
Recreatiedieren (ondernemer/manager recreatiedieren) niveau 4 97730 2013-2014 (studiejaar afronding opleiding 2016-2017)
Examenonderdelen
resultaat
Specifieke examenonderdelen Proeve van Bekwaamheid 730-1
Verzorgen recreatiedieren (niv 4)
Onvoldoende/voldoende/goed
Proeve van Bekwaamheid 730-2
Aansturen publieksactiviteit
Onvoldoende/voldoende/goed
Proeve van Bekwaamheid 730-3
Ondernemingsplan (recreatiedieren)
Onvoldoende/voldoende/goed
Beroepsspecifieke eisen Nederlands
Hieraan is voldaan als de proeves behaald zijn
Voldaan/ niet voldaan
Beroepsspecifieke eisen Rekenen
Hieraan is voldaan als de proeves behaald zijn
Voldaan/ niet voldaan
Generieke examenonderdelen Nederlandse taal
Referentieniveau: 3F • Lezen • luisteren
Centraal examen: cijfer met één cijfer achter de komma
Cijfer 1-10
Referentieniveau: 3F • Spreken • Gesprekken voeren • schrijfvaardigheid
Instellingsexamen: cijfer met één cijfer achter de komma
Rekenen
Referentieniveau: 3F • Getallen • Verhoudingen • Meten en meetkunde • verbanden
Centraal examen: afgerond op één geheel cijfer
Cijfer 1-10
Engels
ERK niveau: B1 • Lezen • Luisteren
Instellingsexamen: cijfer met één cijfer achter de komma
Cijfer 1-10
ERK niveau: A2 • Spreken • Gesprekken voeren • Schrijfvaardigheid
Instellingsexamen: cijfer met één cijfer achter de komma
Loopbaan en burgerschap
De kandidaat heeft voldaan/ niet voldaan aan de eisen
BPV
De kandidaat heeft voldaan/ niet voldaan aan de BPV-eisen (tijd en resultaat)
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
13
De student ontvangt een diploma als: Alle kerntaken minimaal met een voldoende zijn afgerond. Dit is het geval indien voor de (beroeps)specifieke eisen minimaal het volgende geldt: -
Alle proeves minimaal met een voldoende zijn afgerond.
Voldaan is aan de generieke eisen met de volgende zak-/slaagregeling: -
-
Van de eindcijfers voor de generieke onderdelen Nederlands, rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de andere eindcijfers moeten tenminste een 6 zijn Aan de eisen van Loopbaan en Burgerschap is voldaan. Aan de BPV eisen (voldoende tijd en voldoende resultaat) is voldaan
Toelichting De beoordeling van de beroepsspecifieke vaardigheden voor Nederlands en rekenen wordt meegenomen bij de beroepsgerichte examinering. In deze examinering worden de indicaties voor deze vaardigheden niet expliciet getoetst, maar meegenomen in de beoordeling van de werkprocessen bij de afname van de proeves op basis van de Groene standaard. Voor de beoordeling van de beroepsspecifieke vaardigheden voor MVT in niveau 2, 3 en 4 geldt vanaf cohort 2011, overeenkomstig het besluit van de BAR, dat alle 5 taalvaardigheden worden getoetst, maar voor het behalen van een diploma alleen de aspecten spreken en gesprekken voeren dienen te voldoen aan de eisen voor de betreffende opleiding. Met de examens referentieniveaus voor Nederlands en Rekenen wordt bepaald wat de taalen rekenvaardigheid is van de student in de daarvoor geldende domeinen. Per cohort is bij wet voorgeschreven welke zak-/slaagregeling van toepassing is. Op de volgende wijze komt de beoordeling per kerntaak tot stand: Het wordt een goed als de kerntaken in de proeven volgens onderstaand schema zijn beoordeeld. Wordt hieraan niet voldaan dan wordt het een voldoende.
Kerntaak
730-1
730-2
730-3
resultatenlijst
1 Verzorgt dieren en de leef-en werkomgeving
goed
Goed
2 Begeleidt voortplanting dieren
goed
Goed
3 Draagt zorg voor klanten en/of publiek
goed
4 Managet het bedrijf(s)onderdeel
goed
goed of voldoende
Goed
goed of voldoende
Goed
Goed
5 onderneemt
Goed
Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
14
Opleidingsplan Kwalificatiedossier
Uitstroomdifferentiatie
Recreatiedieren 4
Crebo-nummer
Ondernemer/manager recreatiedieren
97730
Kerntaken en Werkprocessen (wat je moet kunnen) 1. Verzorgt dieren en de leef- en werkomgeving
4. Managet het bedrijfs(onderdeel)
1.1 Voert dieren
4.1 Plant en verdeelt de werkzaamheden
1.2 Verzorgt dieren
4.2 Stuurt medewerkers aan
1.3 Hanteert en socialiseert dieren
4.3 Bewaakt de voortgang van de werkzaamheden
1.4 Monitort dieren
4.4 Zorgt voor informatie naar de medewerkers
1.5 Reinigt en ontsmet leef- en werkomgeving
4.5 Bepaalt de personeelsbehoefte
1.6 Richt leef- en werkomgeving in en onderhoudt deze 5. Onderneemt 2. Begeleidt voortplanting dieren
5.1 Bepaalt de vestigingsplaats
2.1 Begeleidt fokproces
5.2 Onderzoekt de ondernemingsvorm
2.2 Begeleidt geboorte
5.3 Stelt een marketingplan op
2.3 Socialiseert jonge dieren
5.4 Innoveert de onderneming 5.5 Verzorgt de financiële situatie
3. Draagt zorg voor klanten en/of publiek
5.6 Analyseert de financiële situatie
3.1 Informeert en adviseert klanten
5.7 Bepaalt beleid op gebied kwaliteit, veiligheid, milieu en arbo
3.2 Verkoopt 3.3 Behandelt klachten 3.4 Organiseert publiekgerichte activiteiten
5.8 Profileert en promoot de onderneming 5.9 Beheert de voorraad 5.10 Berekent de tarieven
Begeleide leeractiviteiten Planning Deel van totale studiebelasting BOL
BBL
Beroepspraktijkvorming
30-40%
60-80%
Praktijkleren
1,5-6%
1-2,5%
Contacttijd (lessen of coaching)
25-30%
10-17%
Zelfstandig werken (onder begeleiding)
0-4%
0-4%
(*)
(*)
In één leerjaar is de totale studiebelasting 1600 studiebelastingsuren (SBU). Dit is inclusief de onbegeleide leeractiviteiten in projecten of als huiswerk. Studiegids AOC Oost mbo 2013-2014
15