Definitief 11.09.08
Da Vinci College Dordrecht
Status Datum
Opdrachtgever
Maatschappelijke Kosten Baten Analyse Peer Leaders
auteurs
Eva Lobbes en Maysam Hamdan
MKBA Peer Leaders
Een onderzoek naar de maatschappelijke rentabiliteit van peer leaders
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
2 / 47
Naam Opdracht
MKBA Peer Leaders Naam van opdrachtgever
Da Vinci College Noorderdijk 268, Dordrecht Medewerkers
Eva Lobbes (onderzoeker/auteur) Maysam Hamdan (onderzoeker/auteur) Yasmine Hamdan (kwaliteitsborger) Roel in ’t Veld (expert)
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
3 / 47
Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE ................................................................................ 3 1
INLEIDING ...................................................................................... 4 1.1 1.2 1.3
2
ACHTERGROND VAN HET ONDERZOEK .......................................... 4 HET PROJECT PEER SUPPORT .................................................... 5 ONDERZOEK MKBA PEER LEADERS............................................ 7
MAATSCHAPPELIJKE KOSTEN BATEN ANALYSE................... 8
3 KOSTEN EN BATEN VOORKOMEN VOORTIJDIG SCHOOLVERLATEN - KWALITATIEF ................................................. 9 3.1 3.2 4
OPZET VAN HET ONDERZOEK.................................................. 12 4.1 4.2
5
EFFECT VAN PEER LEADERS OP UITVAL LEERLINGEN ................... 15 REGRESSIE .............................................................................. 15 VRAGENLIJSTEN ....................................................................... 16 INTERVIEWS ............................................................................. 17 LITERATUURONDERZOEK........................................................... 20
INTERPRETATIE UITKOMSTEN ONDERZOEK ......................... 22 6.1 6.2 6.3
7
EFFECTMETING ........................................................................ 12 VASTSTELLEN VAN EEN CAUSALE RELATIE .................................. 12
UITKOMSTEN ONDERZOEK ....................................................... 15 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
6
KOSTEN ..................................................................................... 9 BATEN ....................................................................................... 9
IMPLEMENTATIE PROGRAMMA NIET OPTIMAAL ............................. 22 GEEN RENDEMENTSBEREKENING............................................... 23 WEL EEN MINIMALE EFFECTIVITEITSBEREKENING ........................ 24
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN MKBA PEER LEADERS 25 7.1 7.2 7.3
CONCLUSIES ............................................................................ 25 EEN NIEUWE MKBA.................................................................. 26 LEERERVARINGEN VOOR VOLGENDE PEER LEADER PROJECTEN ... 26
BIJLAGEN ............................................................................................ 28
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
4 / 47
1 Inleiding 1.1
Achtergrond van het onderzoek
In oktober 2004 werden Roel in ’t Veld en RebelGroup Advisory door de Taskforce Jeugdwerkloosheid uitgenodigd om een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA) op te stellen. Vanuit haar doelstelling om het aantal jeugdwerklozen terug te dringen, was de Taskforce erg geïnteresseerd in het terugdringen van voortijdig schoolverlaten, om daarmee ook jeugdwerkloosheid te bestrijden. In samenspraak met de Taskforce hebben we een expertgroep opgesteld, bestaande uit beleidsmakers, onderzoekers en mensen uit de jongeren- en onderwijspraktijk. Gezamenlijk met deze groep hebben we een viertal interventies geïdentificeerd waarvan algemeen wordt aangenomen dat zij succesvol zijn in het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. Voor deze vier interventies is vervolgens een kengetallen MKBA opgesteld. De aannames die ten grondslag lagen aan dit model zijn destijds ter verificatie op de internetsite van RebelGroup gepubliceerd, waarna het rekenmodel verder is aangescherpt. De resultaten van dit onderzoek zijn in oktober 2005 gepubliceerd in een rapport1. De resultaten van het rapport toonden aan dat het loont om te investeren in het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Het Ministerie van Onderwijs heeft op dat moment besloten de resultaten van het onderzoek te gebruiken in haar eigen beleidsvorming. Omdat het onderzoek daarmee een formele status kreeg, werd het Centraal Planbureau (Cpb) betrokken om een beoordeling te schrijven van het onderzoek. In samenspraak met het Cpb hebben we het model in het voorjaar 2006 verder verfijnd. Dit heeft geresulteerd in een nieuwe versie van het rapport2 en een nieuw rekenmodel. In deze versie van het rapport zijn in de bijlage alle wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijke rekenmodel opgenomen. Ter afronding van het onderzoek heeft het Cpb een
1
Kosten en Baten van Voortijdig Schoolverlaten, In ’t Veld, Korving, Hamdan, Van der Steen, Okt. 2005 2 Kosten en Baten van Voortijdig Schoolverlaten, In ’t Veld, Korving, Hamdan, Van der Steen, Mei 2006
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
5 / 47
beoordeling gepubliceerd3 en is het onderzoek aangeboden aan de Tweede Kamer4. Na afloop van deze fase hebben de Taskforce Jeugdwerkloosheid en het Ministerie van Onderwijs besloten om dit rekenmodel te gebruiken om een MKBA uit te voeren voor nog vijf kansrijke lokale projecten. Peer Leaders op Da Vinci is de vierde van deze projecten.
1.2
Het project Peer Support
1.2.1 Peer Support algemeen Peer Support in het onderwijs wil zeggen dat leerlingen en studenten leren om elkaar te steunen en te helpen en daardoor om actief bij hun onderwijsleerproces betrokken te zijn. Peer support is een systeem voor ondersteuning van leerlingen door andere leerlingen. Die ondersteuning kan op verschillende manieren plaatsvinden via rollen die de leerlingen vervullen: peer leader, peer tutor, peer mentor en peer coach. Grofweg komen deze rollen neer op meer aandacht voor het sociale klimaat op school, meer aandacht voor het leerproces tot en met een zeer brede ondersteuning. De steun en hulp kan op de volgende gebieden gegeven worden: − Kennis − Vaardigheden − Houding (ook beroepshouding) − Socialisatie (normen, waarden, gedrag) − Individuatie (zelfkennis en eigenheid ontwikkelen) − Veiligheid − Integratie − Transition (overgang van de ene school/opleiding/studie naar de andere) − Studieloopbaanbegeleiding − Burgerschapsvorming 1.2.2 Peer leader In dit onderzoek staat het effect van de peer leader centraal. Peer leaders zijn ouderejaars leerlingen die nieuwe leerlingen vanaf het begin van het nieuwe schooljaar begeleiden en wegwijs maken op hun nieuwe school en bij hun nieuwe opleiding. Peer leaders assisteren bij 3
Cpb Notitie “Beoordeling MKBA Voortijdig Schoolverlaten”, Juni 2006 Aanbieding eindrapport 'Kosten en baten van voortijdig schoolverlaten' en CPB Notitie ‘Beoordeling MKBA voortijdig schoolverlaten’, Kamerstuk 2005-2006, 26695, nr. 34, Tweede Kamer
4
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
6 / 47
introductiedagen, sportdagen, schoolkampen, vieringen en vangen eerstejaars op, die problemen hebben met leren of die problemen van sociale aard hebben. In alle gevallen proberen de peer leaders de mentoren en coördinatoren van de onderbouw te assisteren. Meestal worden twee of drie peer leaders gekoppeld aan één klas. Peer leaders helpen de nieuwe leerlingen ten eerste bij hun leerproces. Ze helpen bijvoorbeeld bij (het doorgronden van) de organisatie van de opleiding, het plannen van vakken en opdrachten en ook bij het daadwerkelijk maken van opdrachten. Ten tweede kunnen peer leaders fungeren als praatbaak en vertrouwenspersoon en zorgen zij zo voor een veilig en sociaal schoolklimaat. Ten derde kunnen peer leaders een rol spelen via het creëren van zogenoemde rolmodellen. Dit alles leidt er toe dat er een goede startsituatie wordt gekweekt voor de nieuwe leerlingen. Normaliter worden peer leaders ingezet in de brugklas van het voortgezet onderwijs. In dit onderzoek wordt echter de werking van peer leaders in de eerste klas van het MBO onderzocht. Dat maakt de situatie in dit onderzoek niet per definitie representatief voor de werking van peer leaders op andere scholen.
1.2.3 Organisatie van het peer leaders programma Om een peer leaders programma te kunnen draaien bij een opleiding moeten er een aantal dingen gebeuren. Allereerst moet een docent van de opleiding door de peer support organisatie getraind worden om op zijn of haar beurt de peer leaders te kunnen trainen voor hun functie en te kunnen begeleiden tijdens het peer leaders traject. De docent begeleidt de peer leaders gedurende het traject middels intervisie sessies: sessies waarin de peer leaders bij elkaar komen en praten over hoe het gaat, waar ze tegenaan lopen, hoe ze met moeilijke dingen om moeten gaan, tips die ze hebben voor andere peer leaders etc. De docenten die de peer leaders trainen en begeleiden doen zelf ook aan intervisie met docenten van andere opleidingen en scholen. Zo worden de best practices over peer leading zoveel mogelijk verspreid. 1.2.4 Peer leaders binnen Da Vinci De maatschappelijke kosten baten analyse van de werking van peer leaders is uitgevoerd op het Da Vinci College in Dordrecht. Peer leaders zijn niet nieuw op het Da Vinci College. In het onderzochte studiejaar (2007-2008) is het echter wel voor het eerst dat peer leaders zijn ingezet op de MBO-niveau 2 opleiding Helpenden Breed.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
7 / 47
De huidige opleiding Helpenden Breed zoals die in 2007 is gestart duurt twee jaar. Het studiejaar daarvoor (2006-2007) had de opleiding, die toen nog Helpenden Welzijn heette, echter een duur van anderhalf jaar. De peer leaders (tweedejaars) zaten dus nog in dit oude programma. Dit betekent dat de peer leaders in het onderzochte studiejaar slechts een half jaar ‘in functie’ waren, daarna waren zij niet meer op school. Een ander specifiek kenmerk van de opleiding is dat leerlingen de helft van de week stage lopen en de helft van de week op school zijn, zowel in het eerste als in het tweede jaar. Leerlingen komen elkaar dus niet per definitie tegen op school. Tenslotte is een belangrijk kenmerk dat in het onderzochte schooljaar (2007-2008) een nieuwe onderwijsvorm is geïntroduceerd bij de opleiding: het competentiegericht onderwijs. De peer leaders zaten nog in het oude onderwijssysteem.
1.3
Onderzoek MKBA Peer Leaders
De doelstelling van dit onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de maatschappelijke rentabiliteit van peer leaders door middel van een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA). In hoofdstuk 2 wordt allereerst toegelicht wat een MKBA precies is, waartoe een MKBA dient, en hoe deze wordt uitgevoerd. In hoofdstuk 3 wordt vervolgens beschreven wat de kosten en baten van het voorkomen van voortijdige schooluitval middels het inzetten van peer leaders in theorie zijn. Hoofdstuk 4 beschrijft de opzet van het onderzoek, waarvan in hoofdstuk 5 de resultaten worden beschreven. Hoofdstuk 6 en 7 behandelen respectievelijk de interpretatie van de uitkomsten van het onderzoek en de conclusies en aanbevelingen die we daaruit trekken.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
8 / 47
2 Maatschappelijke Kosten Baten Analyse Een MKBA is een methode om te bepalen in hoeverre de baten (positieve effecten van een project in geld uitgedrukt) opwegen tegen 5 de kosten van dat project. Dit resulteert in een bepaald rendement van de investering. Een MKBA wordt uitgevoerd vanuit het perspectief van de maatschappij als geheel. Om de baten te kunnen waarderen, moet het effect van een project in kaart worden gebracht. Hiertoe worden als het ware twee filmpjes met elkaar vergeleken: een filmpje van hoe de wereld eruit ziet zonder uitvoering van het project (het nulscenario), en een filmpje van hoe de wereld er uit ziet mét uitvoering van het project (het projectscenario). Het effect dat het project heeft op de maatschappij, is het verschil tussen de filmpjes. In een kosten-batenanalyse worden alle effecten van een investeringsproject in kaart gebracht en voorzien van een financiële waardering. Op die manier bevordert een MKBA een integrale afweging van uiteenlopende aspecten. Met behulp van een MKBA kan een beeld worden gevormd over verschillende effecten, de verdeling van kosten en baten, alternatieven en risico’s en onzekerheden rond het project. Hoewel het doel van een MKBA is om alle effecten te monetariseren en op te tellen, beseffen we dat dit uiteraard niet mogelijk is. Tal van effecten en elementen zijn eenvoudigweg niet te monetariseren. De MKBA-methode maakt deze effecten echter wél inzichtelijk, door ze te noemen en eventueel een andersoortige waardering te geven. Denk hier bijvoorbeeld aan de waardering van het gevoel van veiligheid op straat. Dit is niet goed in monetaire termen uit te drukken, maar wordt in een MKBA wel genoemd, om aan te geven dat het wel degelijk een opbrengst is. De MKBA-methode levert op die manier ‘kennis voor beleid’. Het is geen beslisinstrument, in die zin dat de MKBA-methode beleidsmakers voorrekent wat ze moeten doen. Het levert beleidsmakers informatie die hen ondersteunt bij hun besluitvorming, of die het mogelijk maakt om het debat op basis van meer objectieve, feitelijke gronden te voeren.
5 De methodiek is omschreven in het rapport “Evaluatie van grote infrastructuurprojecten, Leidraad voor kosten-baten analyse”, Cpb, NEi, 2000. De leidraad is opgesteld in het kader van het Onderzoeks-programma Economische Effecten Infrastructuur en staat ook wel bekend als de OEI-leidraad.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
9 / 47
3 Kosten en baten voorkomen voortijdig schoolverlaten - kwalitatief 3.1
Kosten
Grofweg kunnen we stellen dat de kosten van een interventie zijn in te delen in projectkosten en overige maatschappelijke kosten. De projectkosten zijn alle kosten die gemaakt worden om peer leaders in te zetten in het opleidingsprogramma. Dit zijn bijvoorbeeld kosten voor trainingsboekjes voor de peer leaders, kosten voor tijdsbesteding van de docent (om zelf opgeleid te worden tot trainer en begeleider van peer leaders, voor daadwerkelijke begeleiding van de peer leaders), en kosten voor de organisatie (bijvoorbeeld lokaalhuur). Een gedetailleerde kostenspecificatie voor het inzetten van peer leaders is opgenomen in Bijlage 1. Naast de directe financiële kosten zijn er ook overige maatschappelijke kosten, die soms niet meteen in geld zijn uit te drukken. Bij peer leaders is dat bijvoorbeeld de tijdsbesteding van de peer leaders zelf. Bij een puur financiële kostenraming van dit project, zouden de kosten van tijd van de peer leaders nooit worden meegenomen. Puur economisch beredeneerd heeft ook tijd echter een waarde. De tijd die peer leaders in het ondersteunen van leerlingen stoppen, kunnen ze nergens anders meer aan besteden. Normaal gesproken hadden de peer leaders bijvoorbeeld vrij gehad (en daar hechten ze een bepaalde waarde aan), of hadden ze gewerkt. Ook de extra kosten voor onderwijs die ontstaan doordat minder jongeren uitvallen zijn kosten die meegenomen worden in de MKBA. In het nulscenario waren deze kosten niet gemaakt, en het is dus een verschil tussen ‘de twee filmpjes’ dat meegenomen wordt in de berekening.
3.2
Baten
Baten ontstaan als jongeren door toedoen van het peer leaders programma hun startkwalificatie behalen, waar zij dat anders niet hadden gedaan. Peer leaders zijn ouderejaars leerlingen die nieuwe leerlingen vanaf het begin van het nieuwe schooljaar begeleiden en wegwijs maken op hun nieuwe school en bij hun nieuwe opleiding. Peer leaders kunnen de
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
10 / 47
nieuwe leerlingen helpen bij hun leerproces. Ze helpen bijvoorbeeld bij (het doorgronden van) de organisatie van de opleiding, het plannen van vakken en opdrachten en ook bij het daadwerkelijk maken van opdrachten. Nieuwe leerlingen hebben daardoor minder tijd en energie nodig voor alle veranderingen die op hen afkomen bij de start van het jaar, en kunnen eerder en met meer aandacht bezig zijn met hun opleiding. Daarbij kunnen ze ook inhoudelijk door de peer leaders worden geholpen, als ze de stof niet begrijpen. Dit kan er toe leiden dat leerlingen met peer leaders hun opleiding uiteindelijk eerder en/of met hogere cijfers afmaken. Een andere belangrijke taak van de peer leaders is om te fungeren als praatpaal en vertrouwenspersoon. In het algemeen zorgen zij daarmee voor een veilig en sociaal schoolklimaat, waarin leerlingen optimaal kunnen functioneren. Op het persoonlijke niveau betekent het dat leerlingen een ‘peer’ hebben waar zij met problemen naar toe kunnen stappen. Problemen in de thuissituatie van de leerlingen bijvoorbeeld, die de leerlingen belemmeren goed te functioneren op school, of die er zelfs toe leiden dat een leerling overweegt te stoppen met de opleiding. Peer leaders zijn er om de leerlingen in deze gevallen te steunen, en ook om de leerlingen te motiveren om niet zomaar te stoppen met de opleiding. Er zijn dus verschillende veronderstelde effecten van peer leaders binnen het onderwijs: leerlingen behalen hun startkwalificatie (in plaats van uit te vallen), leerlingen halen hun startkwalificatie eerder, en/of leerlingen halen hun startkwalificatie met betere resultaten. Ook kunnen er effecten zijn op de peer leaders zelf. Al deze effecten leiden tot verschillende maatschappelijke baten die hieronder zijn uitgewerkt. 3.2.1 Baten door positieve effecten op leerlingen met peer leader Het behalen van een startkwalificatie ten opzichte van het niet behalen van een startkwalificatie leidt tot de volgende baten: Minder kosten voor uitkeringen. Jongeren met een opleiding zijn aantrekkelijker op de arbeidsmarkt en zijn minder gevoelig voor conjunctuurschommelingen. Hogere opbrengsten gedurende de levensloop (beter werk). Het is statistisch aangetoond dat meer onderwijs leidt tot betere banen met een hoger inkomen. Dit heeft een levenslang effect.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
11 / 47
Minder kosten door criminaliteit (taakstraffen, spijbelen, kleine criminaliteit, vrijheidsstraffen). Er is een verband tussen voortijdige schooluitval en (kleine) criminaliteit.
Het eerder behalen van een startkwalificatie ten opzichte van het vertraagd behalen van een startkwalificatie leidt tot: Minder kosten voor onderwijs. Leerlingen zitten minder lang op school, en maken wat dat betreft dus minder kosten Eerder verdienen van inkomen. Dit is een effect in termen van netto contante waarde. Het behalen van een startkwalificatie met betere resultaten ten opzichte van een startkwalificatie met minder goede resultaten leidt tot: Betere kansen op doorstroming naar hoger onderwijsniveau, waardoor men hogere inkomsten kan genereren gedurende de rest van de levensloop. 3.2.2 Baten door positieve effecten op leerprestaties peer leaders Normaliter kijken we alleen naar het effect van een project op de leerlingen zelf. We kijken dan hoe effectief een project is in het voorkomen van voortijdige schooluitval. In dit geval zijn de peer leaders zelf echter ook leerlingen, en is het dus interessant om te kijken of zij ook ‘beter’ worden van dit project. Mogelijke positieve effecten zijn bijvoorbeeld betere sociale vaardigheden, meer motivatie om ook de eigen studie beter aan te pakken en persoonlijke ontwikkeling (spreken voor groepen, leren omgaan met moeilijk gedrag van anderen, ontwikkelen verantwoordelijkheidsgevoel voor anderen). In het onderzoek is hier naar gekeken.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
12 / 47
4 Opzet van het onderzoek 4.1
Effectmeting
De betrouwbaarheid van een kosten baten analyse staat of valt met een betrouwbare effectmeting. We kunnen de potentiële kosten van schooluitval en dus de baten van het voorkomen daarvan nog zo goed in kaart hebben gebracht, als het effect van een project vervolgens niet zuiver kan worden vastgesteld, dan kan het rendement met minder zekerheid worden berekend. Het project peer leaders, dit jaar nieuw ingesteld bij de opleiding Helpenden Breed, bood de ideale mogelijkheid om de effectiviteit van het project te meten. Doordat er onvoldoende peer leaders beschikbaar waren, zou slechts de helft van de nieuwe leerlingen van de opleiding dit jaar een peer leader krijgen. Er zou geen selectie ‘aan de poort’ zijn voor een klas om wel of geen peer leaders te krijgen. Zo ontstonden op natuurlijke wijze een testgroep (mét peer leaders) en een controlegroep (zonder peer leaders). Aan het eind van het jaar konden we meten wat het verschil in voortijdige schoolverlaten was tussen de groepen. Dit zou grotendeels het effect van het inzetten van peer leaders moeten zijn, omdat de groepen verder gelijke kenmerken hadden.
4.2
Vaststellen van een causale relatie
Het is belangrijk om vast te stellen dat een gemeten effect (minder voortijdige uitval) daadwerkelijk wordt veroorzaakt door het peer leaders programma. Als we deze causaliteit niet kunnen vaststellen, mogen de baten van eventuele verschillen in voortijdig schoolverlaten niet zomaar worden toegerekend aan het feit dat er peer leaders zijn ingezet. Het verschil in uitval tussen de groepen zou immers ook door andere factoren kunnen worden veroorzaakt, zoals wanneer er in de groep zonder peer leaders toevallig meer leerlingen zitten met een leerachterstand. We hebben het volgende gedaan om de causaliteit te onderzoeken: 1. Regressieanalyse 2. Interviews en vragenlijsten met leerlingen die een peer leader hebben
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
13 / 47
3. Interviews met docenten van zowel leerlingen met als leerlingen zonder peer leaders 4. Interviews en vragenlijsten met peer leaders 5. Literatuuronderzoek Regressieanalyse Bij een regressieanalyse voor het effect van peer leaders, laat men de leerprestaties mede afhankelijk zijn van een groot aantal medebepalende variabelen. Het hebben van een peer leader is één van de onderscheidende variabelen. Bij de regressieanalyse draaide het om het vinden van een verband tussen schooluitval en het hebben van een peer leader, maar tegelijkertijd om de invloed van andere variabelen/kenmerken binnen de groep leerlingen. Het is immers denkbaar dat andere variabelen dan het wel of niet volgen van het peer support programma van invloed kunnen zijn op schooluitval. Voor de regressie analyse was het volgende nodig: Twee (omvangrijke) groepen, één met en één zonder peer leaders. Uitputtende lijst met kenmerken die invloed kunnen hebben op schooluitval. In overleg met de peer support organisatie zijn de volgende kenmerken onderscheiden: Vooropleiding (of er een vooropleiding is gevolgd, en zo ja welke + periode tussen vooropleiding en deelname aan opleiding Helpenden Breed) Startkwalificatie extern; hebben de leerlingen buiten het Da Vinci College (op een andere school in Nederland of in het buitenland) al een startkwalificatie behaald? Allochtoon, met onderscheid tussen 1e generatie en niet 1e generatie Beperkingen (bewustzijn, motorisch, orgaan, spraak/taal, verstandelijk, zintuiglijk) Leeftijd Sociaal economisch milieu van de leerling; woont de leerling in een probleemwijk? Taalachterstand; scoren de leerlingen laag op het vak Nederlands, of volgt de leerling een cursus Nederlands?
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
14 / 47
Problematische thuissituatie; is de leerling bekend bij huisarts, specialist of hulporganisatie? Gedragsproblemen; is de leerling bekend bij huisarts, specialist of hulporganisatie?
Interviews en vragenlijsten met de leerlingen in de testgroep We hebben de leerlingen uit de testgroep zowel mondeling als schriftelijk over de werking van het peer leaders programma en de invloed daarvan op hun schoolprestaties bevraagd. De vragenlijsten dienden hierbij ter back-up van de regressie. Als uit de regressie niet eenduidig zou blijken dat de variabele ‘peer leader’ significant was, dan waren de uitkomsten van de vragenlijsten de back-up voor het aantonen van de causaliteit. De interviews dienden ter inkleuring van de (binaire) resultaten van de regressie en vragenlijsten; de achtergronden van de antwoorden en inzicht in gunstige bijvangsten van peer leaders die niet met de regressie en vragenlijsten werden gemeten. Interviews met docenten Docenten kunnen ook een inschatting geven van de werking en de effecten van peer leaders, door leerlingen met en zonder peer leaders met elkaar te vergelijken, maar ook doordat docenten jarenlange ervaring hebben met leerlingen en vanuit die ervaring ook het effect van peer leaders kunnen inschatten. Vandaar dat we hen hebben gevraagd naar hun ervaringen. Interviews en vragenlijsten met peer leaders Ook met de peer leaders hebben we interviews gehouden en vragenlijsten gebruikt. Deze dienden een tweeledig doel: zicht krijgen op de positieve effecten van peer leading voor de peer leaders zelf, en toetsen wat de peer leaders precies hebben gedaan in dit traject. Literatuuronderzoek In het buitenland is al veel ervaring opgedaan met peer support en zijn ook al enkele onderzoeken naar de effecten van peer support en van peer leaders specifiek gedaan. We hebben literatuur gebruikt om te kijken of deze ons hielp met de richting waarin we de veronderstelde effecten van peer support moesten zoeken en met het verkrijgen van (extern) bewijs voor de werking van peer support.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
15 / 47
5 Uitkomsten onderzoek 5.1
Effect van peer leaders op uitval leerlingen
Op twee momenten gedurende het jaar hebben we een database gekregen, met daarin gegevens over alle leerlingen van de opleiding Helpenden Breed. Daarin werd bijgehouden welke leerlingen inmiddels uitgeschreven waren bij de opleiding. Dat leerlingen uitgeschreven zijn betekent niet per definitie dat ze uitgevallen zijn. Veel leerlingen wisselen van opleiding. We hebben dus alleen gekeken naar leerlingen die uitgeschreven zijn en niet bij een andere opleiding zijn ingeschreven. Dat hier onzekerheden in zitten is evident: er zullen jongeren zijn die wel ingeschreven zijn bij een andere opleiding buiten het zicht van Da Vinci, zodat we ze onterecht meenemen als uitvallers, en er zullen leerlingen zijn die wisselen van opleiding maar die nieuwe opleiding uiteindelijk niet afmaken, zodat we ze onterecht niet meenemen als uitvallers. Als we deze manco’s even buiten beschouwing laten, dan is het verschil in uitval grofweg 15%. In de groep met peer leaders is 0% van de leerlingen uitgevallen, in de groep zonder peer leaders circa 15%. Dat deze afname in uitval niet zomaar als effect van peer leaders te benoemen is, blijkt uit de uitkomsten van de regressie en de interviews, zoals beschreven in de volgende twee paragrafen.
5.2
Regressie
De regressieanalyse liet het volgende beeld zien. Wonen in een probleemwijk bleek de grootste invloed te hebben op schooluitval. De kans om voortijdig uit te vallen bleek groter bij leerlingen die in een problematisch milieu leefden. Ook leeftijd en de periode tussen het verlaten van de vooropleiding en het beginnen aan de opleiding Helpenden Breed hingen positief samen met schooluitval. Er leek een negatief verband tussen de variabelen allochtoon en schooluitval: dit impliceert dat allochtoon zijn de kans op schooluitval verkleint. Statistische toetsen wezen echter uit dat van geen enkele van deze variabelen het effect op schooluitval zo groot is, dat we met zekerheid kunnen zeggen dat er daadwerkelijk een verband bestaat met schooluitval.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
16 / 47
Het effect van de belangrijkste variabele, het hebben van een peer leader, bleek nog lastiger vast te stellen. Omdat geen enkele leerling met peer leader volgens de database voortijdig uitgevallen bleek te zijn, was het voor het regressiemodel onmogelijk om een uitspraak te doen over het effect van peer leaders op schooluitval. Omdat over de variabelen taalachterstand, problematische thuissituatie en gedragsproblemen niet voldoende gegevens waren, hebben we deze variabelen uiteindelijk niet meegenomen in de regressie. Een gedetailleerde beschrijving van de uitgevoerde regressie (en de problemen waar we tegenaan liepen) is opgenomen in Bijlage 2. Al met al konden we met de regressie niet concluderen dat de variabele ‘peer leader’ significant was bij minder schooluitval.
5.3
Vragenlijsten
Aangezien er uit de regressie geen eenduidige resultaten kwamen, hebben we de vragenlijsten gebruikt om van de leerlingen zelf te horen wat zij hebben gehad aan de peer leaders. Dit is dus effectmeting en vaststelling van causaliteit tegelijkertijd. De ontwikkelde vragenlijsten (inmiddels ook al gebruikt op andere scholen) zijn opgenomen in bijlage 4. De resultaten van de vragenlijsten zijn hieronder samengevat. Vragen aan leerlingen Van de 25 ondervraagde leerlingen gaf in januari 84% aan het fijn te vinden dat ze een peer leader om raad konden vragen. Er bleek doorgaans meer behoefte te zijn aan informatie over huiswerk en schoolopdrachten dan aan steun bij het oplossen van conflicten met docenten en medeleerlingen. Geen enkele leerling bleek dan ook hulp te hebben gevraagd bij het oplossen van dergelijke conflicten. Sowieso heeft slechts een erg klein deel van de leerlingen de peer leader uit zichzelf om raad gevraagd. Het merendeel van de hulp die door peer leaders werd gegeven betrof de organisatie van school, opleiding en stages en de omgang met docenten. Van de leerlingen die erover gedacht hebben van opleiding te veranderen (23% in januari, 28% in april), zegt 2% hulp te hebben gehad van de peer leader bij de beslissing om te blijven (en zou naar eigen verwachting zonder peer leader een andere keuze hebben gemaakt). Het percentage leerlingen dat zegt erover nagedacht te hebben te stoppen met de opleiding was in april wat lager dan in
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
17 / 47
januari (16% versus 21%). Hiervan denkt 5% dat hij wel was gestopt met de opleiding zonder peer leader. Voor bijna alle onderwerpen geldt dat de percentages ‘ja’ bij de tweede meting (soms beduidend) lager liggen. Een mogelijke verklaring is dat de peer leaders toen al te lang niet meer in beeld waren (de peer leaders waren in januari klaar met hun eigen opleiding en dus weg van school), en dat de herinnering er aan bij de leerlingen was vervaagd. De ingevulde vragenlijsten zijn opgenomen in bijlage 5, waarbij de uitkomsten van januari en april naast elkaar zijn gezet. Vragen aan peer leaders De resultaten van de vragenlijsten wijzen uit, dat alle peer leaders het idee hebben dat de docentmentoren steun aan hen hebben. Leerlingen gaan naar verwachting van de peer leaders met problemen eerder naar peer leaders toe dan naar docentmentoren. Dit komt volgens hen voornamelijk doordat de barrière om problemen met leeftijdsgenoten in plaats van met docenten te delen lager is. Daarbij werd door peer leaders gezegd dat zij hun kennis van de opleiding kunnen overdragen aan de leerlingen. Zo denken zij de docentmentoren te ondersteunen in hun taak. Bijna alle peer leaders vinden het prettig om op deze manier kennis te maken met eerstejaars studenten. Bij zeven van de tien peer leaders bespraken de leerlingen ook persoonlijke problemen met hen. Andere onderwerpen waren de omgang met de docenten, tips over de opleiding en problemen met de omgang met klasgenoten. Opvallend is dat minder dan de helft van de peer leaders dacht dat door hun hulp de leerling eerder bekend is geworden met de opleiding en de lesstof. Ook dachten de peer leaders over het algemeen niet dat leerlingen door hun hulp sneller zouden afstuderen. Op zich is dit niet vreemd, omdat de opleiding van de peer leaders anders was (door de invoering van het competentieonderwijs) dan de opleiding van de leerlingen die door hen begeleid werden. Zij konden daardoor minder inhoudelijke steun geven, dan wenselijk is.
5.4
Interviews
5.4.1 Interviews december In december hebben we gesproken met een kleine groep leerlingen en met twee docenten. Het interview met de docenten kwam er globaal op
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
18 / 47
neer dat zij het idee hadden dat het systeem van peer leaders goed kán werken, maar dat het dat nu nog niet deed. Dat kwam voornamelijk door de manier waarop het systeem van peer leaders op dit moment was geïmplementeerd. Het gesprek met de leerlingen kwam er globaal op neer dat de leerlingen weinig merkten van het bestaan van de peer leaders, dat ze de peer leaders tot dan toe slechts twee tot drie keer klassikaal hadden gesproken, en dat ze daar niet veel aan hadden gehad6. 5.4.2 Interviews mei/juni In mei/juni hebben we uitgebreidere interviews gehouden, met uit elk van de drie klassen een klein groepje van zes leerlingen. De groepjes leerlingen waren samengesteld op basis van het feit dat de leerlingen zelf hadden aangegeven mee te willen werken aan het onderzoek naar peer support. Ook hebben we een interview gehouden met de peer leaders. De interviews met de leerlingen zijn hieronder samengevat (de integrale interviewverslagen zijn opgenomen in bijlage 3). Leerlingen groep 1 Tekenend voor wat deze klas van peer leaders heeft gemerkt is de eerste vraag die aan ons wordt gesteld: ‘Peer leaders, zijn dat die twee meiden die een keer iets zijn komen vertellen in de klas?’ Conclusie die we bij deze klas kunnen trekken is dat leerlingen niet het idee hebben dat de peer leaders hen kunnen helpen. Belangrijkste bevindingen: − Inhoud en organisatie van de opleiding zijn sinds dit jaar heel erg veranderd (invoering competentiegericht onderwijs), peer leaders kunnen leerlingen daarom niet helpen met inhoudelijke vragen over de opleiding, terwijl ze juist hieraan veel behoefte hadden. − Peer leaders “hadden geen nuttige dingen te vertellen”. − Houding peer leaders werd als ongemotiveerd ervaren. − Eén van de peer leaders was van haar stageadres weggestuurd, en is toen peer leader geworden (als vervangende stage?). Dat zorgde er voor dat de leerlingen haar niet als goed voorbeeld zagen en niet serieus namen. − De twee peer leaders kregen ruzie met elkaar, dat wekte wantrouwen bij de leerlingen.
6
Het inzetten van extra ondersteuning door medeleerlingen kan als niet effectief beoordeeld worden door de leerlingen, maar het feit dat zij daardoor extra aandacht krijgen kan er op zich al toe leiden, dat hun inzet groter wordt. Dit effect hebben wij echter niet kunnen meten.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
19 / 47
− Peer leaders werden als te jong ervaren, straalden volgens de leerlingen niet uit dat ze meer kennis en kunde hebben dan de leerlingen. Opmerking leerling: “Jong zijn in leeftijd is niet per definitie erg, als gedrag en inhoud dan maar volwassen zijn”. − Leerlingen hebben het idee dat precies de verkeerde mensen zijn uitgekozen om peer leader te worden7. Leerlingen groep 2 Belangrijkste bevindingen: − Twee leerlingen hebben daadwerkelijk waardevolle hulp gehad van de peer leaders, eentje daarvan zou naar eigen zeggen anders waarschijnlijk zijn gestopt met de opleiding. − De peer leaders van deze groep waren aardige, geïnteresseerde, vertrouwen uitstralende en goed geïnformeerde meiden. − Leerlingen vonden het jammer dat de peer leaders ze niet konden helpen met de inhoud van de opleiding, voor sommigen betekende dat dat ze niet veel toegevoegde waarde zagen in de peer leaders. − Leerlingen die nu niet veel aan peer leaders hadden, hadden het idee dat dit wel had gekund als de peer leaders meer informatie hadden kunnen geven over school, docenten, stage. − Leerlingen vonden het moeilijk om in zo’n grote groep persoonlijke dingen te bespreken, dat deden ze daarom niet veel. Leerlingen groep 3 Belangrijkste bevindingen: − Er is heel weinig contact geweest tussen leerlingen en peer leaders. − Er ontstond op een gegeven moment ruzie tussen een leerling en een peer leader, omdat de peer leader de leerling aansprak op het feit dat de leerling te laat binnenkwam. − Contacturen werden ervaren als een soort kletsuurtje, en dan voornamelijk met elkaar en niet met de peer leaders. Peer leaders leken het ook als een onderling kletsuurtje te ervaren. − Leerlingen vonden niet dat de peer leaders nuttige informatie en hulp konden bieden. − Meeste leerlingen geloven wel in het concept van peer leaders. Ze denken dat zij volgend jaar wel waarde kunnen toevoegen als peer leader, omdat zij nu weten hoe POP en PAP werken. 7
Hierbij moet gezegd worden dat er soms een vorm van reactief gedrag binnen de groep plaats vindt. Dat wil zeggen dat leerlingen negatief over hun peer leaders spreken, omdat zij binnen de eigen groep niet willen erkennen dat zij iets aan de hulp van die peer leaders hebben. Hoewel niet meetbaar, kan dit effect een rol hebben gespeeld bij de interviews met leerlingen. Daarom is het verstandig om in een eventueel vervolgonderzoek de leerlingen individueel te interviewen.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
20 / 47
− Leerlingen denken dat meer contact met de peer leaders er waarschijnlijk voor had gezorgd dat zij er meer aan hadden gehad. Groep peer leaders Belangrijkste bevindingen: − Peer leaders hebben naar eigen zeggen veel geleerd van het functioneren als peer leader, bijvoorbeeld over hoe om te gaan met ruzie, met voor een groep staan, met verantwoordelijkheid voelen. − In het begin vonden de meesten het spannend om voor een groep te moeten gaan staan, maar ze hebben ervaren dat ze het kunnen. − Peer leaders hebben relatief weinig contactmomenten met de leerlingen gehad. Sommige peer leaders waren weinig op school omdat ze zelf druk waren met stage en opleiding afmaken.
5.5
Literatuuronderzoek
In de literatuur over peer support programma’s blijken de bevindingen en opinies over het nut van peer support veelal positief. Zowel leerling, peer leader, docenten als de school als geheel kunnen profiteren van het programma (Childline, 2005)8. Hieronder worden enkele relevante bevindingen met betrekking tot ons onderzoek beschreven. Een Australisch experiment (Ellis e.a., 2003)9 dat zich richtte op het verschaffen van een peer leader aan alle nieuwe leerlingen op het voortgezet onderwijs, toonde ten eerste aan dat de leerlingen door steun van een peer leader beter met verandering leerden omgaan. Deze vaardigheid zou leerlingen gedurende de rest van hun leven van pas kunnen komen. Ten tweede zochten de leerlingen sneller sociale ondersteuning van ouderejaars leerlingen dan voorheen het geval was. Ten slotte ontwikkelden de leerlingen een negatievere houding tegenover pesters. Een voorbeeld van een succesvol programma uit de VS is het Big Buddies Program, waarbij ouderejaars high school leerlingen derde- en vierdejaars risicoleerlingen ondersteunden. In hoofdlijnen had dit programma drie doelen: 1. het risico op voortijdig schoolverlaten verlagen in de groep leerlingen die begeleiding zouden krijgen; 2. 8
Childline (2005). Every school should have one; how peer support schemes make schools better.Childline, London, United Kingdom 9 Ellis, L.A. e.a. (2003). Peers Helping Peers: The Effectiveness of a Peer Support Program in Enhancing Selfconcept and Other Desirable Outcomes. Self-concept Enhancement and Learning Facilitation Research Centre, Sydney, Australia
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
21 / 47
ouderejaars leerlingen (de peer leaders) motiveren voor vrijwilligerswerk en hun zelfvertrouwen verhogen en 3. het project als basis laten dienen voor verder onderzoek. De resultaten van het programma wezen ten eerste uit, dat schoolresultaten van de leerlingen die ondersteuning ontvingen van de peer leaders verbeterden. Ook leken de leerlingen meer plezier in school te hebben en konden ze zelfstandiger functioneren dan aan het begin van het jaar. Zestien van de vijfentwintig leerlingen behaalden een hoger cijfer voor het vak waarvoor zij bijles kregen van de peer leader. De peer leaders aan de andere kant scoorden hoger op het gebied van zelfvertrouwen en betrokkenheid naar anderen. Door middel van interviews met de peer leaders werd duidelijk dat een merendeel van hen meer interesse had om zich in de toekomst bezig te houden met vrijwilligerswerk10. Een ander artikel waarin de positieve effecten van peer leading op de peer leaders zelf is geschreven door Cushing en Kennedy (1997)11. In hun artikel bespreken zij de resultaten van een project waarbij peer leaders ondersteuning boden aan leerlingen met een lichamelijke beperking. Hiervoor werden peer leaders geselecteerd die minder betrokkenheid toonden met school en schoolwerk dan hun leeftijdsgenoten. Deze studie richt zich op 3 leerling-peer leader koppels. Het experiment met peer support omvatte vervolgens de training van peer leaders, ondersteuning door peer leaders van de leerlingen met een handicap en supervisie door een docent. De ondersteuning bestond bijvoorbeeld uit het maken van aantekeningen voor de leerling en hulp bij het maken van huiswerk. De resultaten wezen uit, dat alle drie de peer leaders significant meer betrokkenheid toonden en beter deel namen aan de les tijdens de periode dat ze als peer leader fungeerden. Dit werd beaamd door klasgenoten. Ook bleek het peer leader zijn een positief effect te hebben op het maken van het eigen huiswerk. Al met al wijzen deze studies uit dat de positieve effecten van peer support op leerlingen en peer leaders aanzienlijk kunnen zijn, mits het programma goed geïmplementeerd wordt.
10
Dennison, S. (2000). A Win-Win Peer Mentoring and Tutoring Program: A Collaborative Model. The Journal of Primary Prevention, 20(3) 11 Cushing, L.S and Kenndy, C.H. (1997). Academic effects of providing peer support in general education classrooms on students without disabilities. Journal of Applied Behavior Analysis, 30(1): 139-151
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
22 / 47
6 Interpretatie uitkomsten onderzoek 6.1
Implementatie programma niet optimaal
Onze conclusie naar aanleiding van de onderzoeksfase is dat de randvoorwaarden van peer leaders bij de opleiding Helpenden Breed bij Da Vinci niet goed zijn geweest. Dit idee is bij ons ontstaan door de vragenlijsten en voornamelijk de interviews die we met iedereen hebben gehouden. Doordat de randvoorwaarden niet goed waren, zijn de ervaringen van de leerlingen met het peer leaders programma niet per definitie positief, en was het onmogelijk om te zeggen of het gevonden verschil in uitval tussen de testgroep (met peer leaders) en de controlegroep (zonder peer leaders) iets met het peer leaders programma te maken had. De belangrijkste tekortkomingen zoals wij die op basis van interviews, vragenlijsten, gesprekken met medewerkers van Da Vinci en gesprekken met de peer support organisatie hebben geformuleerd, zijn de volgende:
De opleiding Helpende Breed is gestart in september; het trainingsprogramma voor de peer leaders is pas gestart in oktober. Dit betekent dat de peer leaders niet vanaf het begin van het schooljaar ‘in functie’ waren, en de leerlingen dus bijna twee maanden zonder peer leader hebben gezeten. Dit terwijl die eerste periode op een nieuwe opleiding juist de meest kritieke periode is. In theorie zouden groepen van ongeveer 12 leerlingen per week 1-1.5 uur, zonder docent, een gesprek met een peer leader hebben. In praktijk zaten er echter 20-25 leerlingen in een groep, en waren de contactmomenten veel schaarser. De leerlingen zitten in een ander onderwijssysteem dan de peer leaders. Sinds dit jaar is bij de opleiding Helpenden Breed het competentiegericht leren ingevoerd. Leerlingen hebben grote moeite met de vele nieuwe dingen die daarmee gepaard gaan, zoals persoonlijke ontwikkelingsplannen, actieplannen en reflectieverslagen. Juist hierbij kunnen de peer leaders hen niet helpen, omdat zij dit zelf niet hebben gehad. De peer leaders zijn, net als de leerlingen, niet full-time op school, omdat zij stage lopen. Probleem is echter dat de peer leaders precies op andere dagen op school zijn dan de
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
23 / 47
6.2
leerlingen, zodat er geen natuurlijke contactmomenten (elkaar tegenkomen in de gangen) zijn. De peer leaders van dit jaar waren maar tot januari op school, daarna was hun eigen opleiding afgelopen. Zij zaten immers nog in de oude opleiding Helpenden Welzijn van anderhalf jaar. Dit betekende dat zij in totaal heel weinig contactmomenten hebben gehad met de leerlingen, en ook niet gedurende het gehele jaar. Leerlingen uit meerdere groepen hadden het idee dat de selectie van peer leaders beter had gekund. Het gaat daarbij om kennis en kunde, volwassenheid, oprechte interesse en motivatie.
Geen rendementsberekening
De resultaten uit het onderzoek (inzicht in het verloop van het programma peer leaders bij deze opleiding in dit schooljaar, inzicht in het effect van het programma op voortijdig schoolverlaten en de ontbrekende aangetoonde causaliteit tussen het programma en schooluitval), hebben ons doen besluiten geen normale kosten baten analyse uit te voeren. Normaliter zouden we na de dataverzamelingsfase een rekenmodel opstellen waarmee we het maatschappelijke rendement van dit programma zouden berekenen. We zijn echter van mening dat een rendementsberekening tot verkeerde conclusies zou kunnen leiden over peer leaders programma’s. Door een rendementsberekening te maken, zouden we de interventie peer leaders in dezelfde lijn presenteren als de overige voortijdig schoolverlaten KBA’s. Wij zouden het onszelf kwalijk nemen als hieruit de onterechte conclusie zou worden getrokken dat peer support in het algemeen geen beleidsinspanning verdient, omdat het rendement van peer leaders bij de opleiding Helpenden Breed van Da Vinci laag is. Overigens, zelfs als het rendement van peer leaders bij Da Vinci goed bleek te zijn, dan nog zouden wij dat niet zo willen presenteren. Zoals gezegd, we hebben het idee dat het project hier niet goed is geïmplementeerd en we hebben de causale relatie tussen het project en het verschil in schooluitval niet kunnen vaststellen. Het presenteren van een rendement van peer leaders levert dan geen juiste vergelijking
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
24 / 47
op met andere projecten waarbij we het rendement wel hebben berekend.
6.3
Wel een minimale effectiviteitsberekening
De kwantitatieve inschatting van de baten van peer support en het maatschappelijk rendement dat dat oplevert laten we hier dus achterwege. Om toch iets te kunnen zeggen over de potentiële maatschappelijke waarde van peer leaders op scholen hebben we een ander soort analyse gemaakt. We hebben berekend wat de minimale effectiviteit van het programma zou moeten zijn om maatschappelijk rendabel te zijn. Het gaat dan dus om de effectiviteit van het inzetten van peer leaders in het voorkomen van voortijdige schooluitval. We hebben het rekenmodel gebruikt dat we hebben ontwikkeld in het kader van de eerste MKBA voortijdig schoolverlaten. Dit model hebben we waar nodig en waar mogelijk geupdate met nieuwe data. In dit rekenmodel is het nulscenario gekwantificeerd. Dit betekent dat we modelmatig in kaart hebben gebracht wat het de maatschappij kost als een jongere uitvalt van school (waarbij effecten over de gehele levensloop zijn meegenomen). Daartegenover hebben we de kosten van implementatie van het peer leaders programma binnen een opleiding gezet. Het model berekent vervolgens wat de minimale effectiviteit in het voorkomen van voortijdige schooluitval van peer leaders moet zijn, zodat de baten van de verminderde schooluitval als gevolg van peer leaders in ieder geval gelijk zijn aan de kosten van het inzetten van die peer leaders. Doordat de kosten van het inzetten van peer leaders relatief heel laag zijn, is de minimaal benodigde effectiviteit ook erg laag: zo’n 0,2%. In aantallen: er hoeft op een hele groep van 75 jongeren slechts 0,2 jongere (gemiddeld dus op 5 groepen van 75 jongeren 1 jongere) minder uit te vallen dan normaal en dan nog is het inzetten van peer leaders rendabel. Dit klopt gevoelsmatig ook als men bekijkt wat de kosten van implementatie van een peer leaders programma zijn: ongeveer € 64 per leerling die begeleid wordt. En dit betreft alleen het eerste jaar, waarin wordt geïnvesteerd in het trainen van docenten om mentor voor de peer leaders te zijn. De kosten per leerling voor de jaren daarna zijn nog ongeveer € 32 per leerling per jaar.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
25 / 47
7 Conclusies en aanbevelingen MKBA Peer Leaders 7.1
Conclusies
Over de conclusies op de onderzoeksvraag kunnen we tamelijk kort zijn. We hebben er voor gekozen om geen rendementsberekening te maken. Dit had als belangrijkste reden dat we op basis van de interviews en vragenlijsten met leerlingen, peer leaders en docenten concludeerden dat het peer leaders programma op de opleiding Helpenden Breed niet optimaal heeft gefunctioneerd. We konden het gevonden verschil in uitval tussen de groepen met en zonder peer leaders daardoor niet per definitie toeschrijven aan het inzetten van peer leaders. Dit neemt niet weg dat we op basis van de interviews en vragenlijsten ook hebben geconcludeerd dat peer leaders van grote waarde kúnnen zijn op scholen, ter voorkoming van voortijdige schooluitval. We hebben met eigen oren gehoord dat een leerling door een peer leader was overtuigd om de opleiding af te maken, om in ieder geval het diploma te behalen. Die potentiële grote maatschappelijke waarde van peer support in het algemeen en van peer leaders in het bijzonder blijkt ook uit literatuur. Uit de berekening hoe effectief peer leading minimaal moet zijn in het voorkomen van voortijdige uitval om maatschappelijk rendabel te zijn, komt een laag percentage. Dat is begrijpelijk als men naar de kosten van peer support programma’s kijkt. Die zijn in vergelijking met andere programma’s gericht op voortijdige schooluitval uitzonderlijk laag. Alhoewel we dus geen rendementsberekening hebben van peer leading in de praktijk, is ook de minimale effectiviteitsberekening volgens ons al van waarde voor de beleidsvorming. En dan hebben we het hierboven alleen gehad over de effectiviteit van peer leading in het voorkomen van voortijdig schoolverlaten, baten voor de leerlingen dus. Uit de interviews met de peer leaders zelf en ook uit literatuur, bleek duidelijk dat ook zij baat hebben bij peer leading. Het is voor hen een unieke kans om ervaring op te doen met voor een groep staan en spreken, omgaan met problemen van mensen en
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
26 / 47
verantwoordelijkheid voelen/nemen (rustig blijven bij ruzie, zelf ook anders gedragen in klas). Dit leidt tot zelfinzicht en zelfvertrouwen.
7.2
Een nieuwe MKBA
Wij vinden het erg jammer dat we geen kwantitatieve kosten baten analyse hebben kunnen doen. Jammer, voornamelijk in de zin dat we vermoeden dat peer support in het algemeen (waaronder dus ook peer leaders), een hele interessante investering is en dat dat nu niet cijfermatig aangetoond kan worden. De kosten per leerling zijn relatief laag, en de veronderstelde baten erg hoog. Wij raden dan ook aan om een nieuwe MKBA te doen voor peer leaders. Doordat bij dit onderzoek al een experimentele onderzoeksopzet is ontwikkeld, verwachten wij dat het uitvoeren van een nieuwe MKBA relatief weinig tijd kost. Immers, de vragenlijsten liggen er, zoals ook de aanpak van de regressie. De nieuwe MKBA zou moeten worden uitgevoerd bij een opleiding waar peer leading al een tijdje draait en bewezen werkt. Het gaat er om dat het gekozen project representatief is voor peer support in den lande, zodat er algemene conclusies uit kunnen worden getrokken.
7.3
Leerervaringen voor volgende peer leader projecten
Dit onderzoek heeft ons veel inzicht gegeven in de werking van peer leading en de succesfactoren bij implementatie ervan. De belangrijkste succesfactoren zijn hieronder weergegeven:
De kwaliteit van de peer leaders is cruciaal in het bereiken van de gewenste effecten. Peer leaders moeten dus zorgvuldig en echt op kwaliteit worden geselecteerd. Kwaliteit uit zich in oprechte motivatie om jongerejaars te helpen, voldoende kennis en kunde over de inhoud van de opleiding en de organisatie van de opleiding en de school en een zekere autoriteit/geloofwaardigheid. Peer leaders moeten voorafgaand aan het studiejaar al getraind worden, zodat zij vanaf het begin van het nieuwe studiejaar kunnen werken als peer leaders, wanneer de leerlingen de meeste steun nodig hebben bij het wegwijs worden binnen opleiding en school.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
27 / 47
De peer leaders moeten voldoende ondersteuning van docentmentoren krijgen gedurende het peer leaders traject. Zij moeten kunnen sparren over omgaan met moeilijke groepen/individuen, informatiebehoeftes van leerlingen, etc. De klassen met leerlingen waar peer leaders aan worden verbonden mogen niet te groot zijn. In grote groepen leggen jongeren minder snel hun problemen op tafel, in kleinere clubjes ontstaat sneller een vertrouwensband en heeft het peer leaders traject meer waarde. Een ideale groep bestaat uit zo’n 12 leerlingen. Peer leaders moeten voldoende kennis hebben van de inhoud van de opleiding. Daar zit voor de leerlingen de eerste zichtbare toegevoegde waarde van peer leaders, dus als dat ontbreekt, vinden leerlingen de peer leaders al gauw minder nuttig. Dit betekent dat peer leaders idealiter dezelfde opleiding (zonder stelselwijzigingen tussendoor) hebben gevolgd als de leerlingen. Peer leaders moeten ook voldoende in staat zijn om persoonlijke dingen te bespreken. Belangrijk aan de peer leaders is dat de leerlingen vertrouwen in ze kunnen hebben. Dat wordt vergemakkelijkt door onder andere: o Regelmatig en vaak contact o Competente peer leaders die goed geïnformeerd zijn o Peer leaders die oprecht geïnteresseerd zijn in het welzijn van de leerlingen
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
28 / 47
Bijlagen
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
29 / 47
Bijlage 1: Kosten van het project De kosten voor organisatie en begeleiding peer leaders door docenten kunnen opgesplitst worden in de volgende posten:
Kosten voor tijdsbesteding door een docent voor het trainen van de peer leaders Kosten voor trainingsboekjes voor de peer leaders Kosten voor tijdsbesteding door een docent voor intervisie met de peer leaders Inkopen van de opleiding voor de docent om de peer leaders zelf te kunnen trainen Kosten voor tijdsbesteding van de docent om opgeleid te worden Kosten voor tijdsbesteding van de docent voor deelname aan een kenniskring (intervisie) Kosten voor tijdsbesteding van de docent voor de organisatie van peer leaders systeem Kosten voor lokaal huur (voor opleiding en intervisie van de peerleaders, kosten voor contacturen tussen peer leaders en leerlingen Kosten van de investering van tijd van de peer leaders Kosten van de investering van tijd van de peer support organisatie
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
30 / 47
Bijlage 2: Methodologie regressieanalyse Om de effecten van het hebben van een peer leader op het aantal schooluitvallers in kaart te brengen, is een regressieanalyse uitgevoerd. Bij een regressieanalyse wordt gekeken wat de effecten zijn van een aantal verklarende variabelen op een te verklaren variabele. In dit geval is de te verklaren variabele het aantal schooluitvallers. We verwachten dat deze variabele onder andere verklaard wordt door het wel of niet hebben van een peer leader. We verwachten dat het aantal leerlingen met peer leader negatief samenhangt met het aantal schooluitvallers: het volgen van het programma zou de kans op voortijdige uitval moeten verkleinen. Vervolgens is gebruik gemaakt van een zogenaamd probit model om de effecten van de variabele “peer support” en de genoemde persoonsgebonden kenmerken op schooluitval te schatten. Een dergelijk model leent zich uitstekend voor analyses waarbij de te verklaren variabele (schooluitval) een binaire variabele is, wat wil zeggen dat deze variabele slechts twee waarden aan kan nemen. Een jongere valt immers uit, of niet. Anders gezegd: de variabele staat “aan” of “uit” en moet dus in cijfermatige termen de waarden “1” (uitval) en “0” (geen uitval) aan nemen. In formulevorm ziet het regressiemodel er als volgt uit:
uitval = c + x1 ps + x 2 vdip + x 3 per + x 4 all + x 5 bep + x 6 leeftijd + x 7 s.e.milieu “Uitval” bestaat hierbij uit een reeks met alleen eenen en nullen. Immers, van elke leerling moeten we tot uiting brengen of deze wel of niet is uitgevallen. Hetzelfde geldt voor de persoonsgebonden kenmerken “vooropleiding” (vdip), “periode tussen vooropleiding en inschrijving Helpenden Breed” (per), “allochtoon” (all), “beperking” (bep), “sociaal-economisch milieu” (s.e.milieu) en de variabele “peer support” (ps). Alleen “leeftijd” bestaat niet uit eenen en nullen, maar uit een lijst met de daadwerkelijke leeftijd van de leerlingen. De variabelen x1 t/m x7 in bovenstaande formule meten het effect van de betreffende variabele op de variabele “uitval”. Als bijvoorbeeld blijkt dat na schatting van bovenstaand model de variabele x1 negatief is, zou dit concreet kunnen betekenen dat een toename van het
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
31 / 47
aantal leerlingen met peer leader het aantal uitvallers verkleint met een bepaalde factor x112. Echter, een belangrijke factor die in dit geval buiten beschouwing wordt gelaten is de mate van zekerheid waarmee we kunnen stellen dat het effect van de variabele “peer support” daadwerkelijk de waarde x1 aan neemt. Bij het doen van een regressieanalyse draait het namelijk om het onderzoeken of de verklarende variabele daadwerkelijk een effect heeft op de te verklaren variabele. Met andere woorden: we willen weten of het gevonden verband tussen de verklarende en de te verklaren variabele sterk en betrouwbaar genoeg is om algemene conclusies te kunnen trekken over het verband tussen schooluitval en het hebben van een peer leader. Het gevonden effect van de verklarende variabele op de te verklaren variabele kan namelijk ook toe te schrijven zijn aan toevalligheden. Om dit nader toe te lichten is het volgende voorbeeld wellicht nuttig: als we vijf keer achter elkaar een dobbelsteen gooien en er verschijnt vijf keer een zes, hebben we dan reden om te vermoeden dat de dobbelsteen niet eerlijk is, of hebben we toevallig vijf keer achter elkaar een zes gegooid? In statistische termen wordt dit aangeduid met de term significantie. Pas wanneer we met een redelijke mate van zekerheid kunnen zeggen dat een variabele afwijkt van nul, kunnen we spreken van een significant effect van de verklarende variabele op de te verklaren variabele. De mate van significantie wordt bepaald door aan de ene kant te kijken naar de absolute omvang van de geschatte coëfficient (x1) en aan de andere kant naar de mate van precisie waarmee de regressiecoëfficient is gemeten. In statistische termen wordt deze mate van precisie aangeduid met de term standaarddeviatie of standaardfout. Als de coëfficient groot is ten opzichte van de standaarddeviatie, dan is het effect van bijvoorbeeld het hebben van een peer leader op schooluitval waarschijnlijk niet te verwaarlozen. Nu rijst de vraag: hoe groot is groot genoeg? Vaak wordt in de statistiek de volgende norm gehanteerd: de kans dat de verkregen uitkomst is toe te wijzen aan toevalligheden, mag niet groter zijn dan
12
Hierbij moet vermeld worden dat we de exacte omvang van het effect pas kunnen meten na enige wiskundige bewerkingen.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
32 / 47
5%. In dit onderzoek wordt de norm van 5% gehanteerd bij de analyse van de resultaten. De resultaten van de schatting van het regressiemodel laten zien, dat geen enkele variabele in het regressiemodel significant is. Dit wil zeggen dat we voor geen enkele verklarende variabele met zekerheid kunnen zeggen dat deze van invloed is op schooluitval. De variabele “peer support” is zoals gezegd ook problematisch, omdat geen enkele leerling met peer leader voortijdig is uitgevallen. Bij het schatten van probit modellen leidt dit tot extreem grote standaardfouten, wat ervoor zorgt dat we niet met genoeg zekerheid kunnen zeggen dat het volgen van het peersupport programma daadwerkelijk van invloed is op schooluitval.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
33 / 47
Bijlage 3: Interview verslagen Gesprek met twee docenten op 3 december 2007 1. Hoe werkt Peer Support? De opleiding Helpende Breed is gestart in september; het trainingsprogramma voor de peer leaders is gestart in oktober. De ervaringen met het programma zijn dus beperkt, omdat de groepen slechts 2-3 ontmoetingsmomenten hebben gehad met hun peer leader. De groepen bestaan uit 20-25 leerlingen, die per week 1-1.5 uur, zonder docent, met een peer leader ontmoeten. De huidige situatie is niet ideaal. Men streeft naar groepen van ongeveer 12 leerlingen per peer leader. Het contact met de peer leader is altijd klassikaal. Mail contact is ook mogelijk. De gesprekken vinden plaats in de les. Docent beaamt dat kleinere groepen de effectiviteit zou vergroten. De docenten zeggen dat ze niet weten of er ook contact buiten de lessen om plaats vindt, maar zij verwachten dat dit in de toekomst wel zal gebeuren. De peer leaders zitten in een ander onderwijssysteem dan de leerlingen. De docenten verwachten dat het contact volgend jaar intensiever zal zijn, wanneer peer leader en peer hetzelfde systeem volgen. 2. Welke effecten zien de docenten van het programma? Het is momenteel te vroeg om deze vraag te kunnen beantwoorden, na 3 meetings tussen leerlingen en peer leader. Besproken onderwerpen zijn met name de stage (praktische vragen) en algemeen advies. Het feit dat de leerlingen deze zaken bespreken met de peer leaders neemt echter geen druk weg van docenten. De docenten hebben wel vertrouwen in het systeem, vooral in de toekomst wanneer de peer leaders en leerlingen hetzelfde onderwijssysteem volgen. Bijkomend probleem is nu dat de peer leaders op andere dagen op school zijn dan de leerlingen, dus dat zij elkaar in de gangen niet tegen komen. Het effect zal groter zijn als het geheel anders georganiseerd zou worden. De peer leaders stoppen in januari met hun opleiding.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
34 / 47
Gesprek met leerlingen op 3 december 2007 We vertellen dat we hier zijn om onderzoek te doen naar de werking van peer support. De eerste vraag van de leerlingen luidt: “Wat is dat, peer support?” Na uitleg van de onderzoekers weten de leerlingen dat dat de ouderejaars zijn waarmee ze een paar keer hebben gesproken. De leerlingen vertellen daarna over een incident van een tijdje geleden waarbij peer leader en leerling ruzie kregen. Gezegd wordt dat de helft niet is komen opdagen bij de laatste meeting. De peer leaders vertellen hun eigen verhaal en stellen vragen over het onderwijssysteem bij de leerlingen. Op deze manier ontstaat een soort vraag-antwoord setting. Gewezen wordt op de miscommunicatie die ontstaat door de verschillen in onderwijssysteem. Verder wordt verteld dat de leerlingen de peer leaders amper zien. De leerlingen gaan niet naar hen toe voor problemen, maar naar de mentoren; dezen begrijpen hun problemen beter. Ook zijn tot op heden geen mailadressen uitgewisseld met de peer leaders waardoor contact buiten de afgesproken uren niet mogelijk is. De leerlingen concluderen dat het systeem tot op heden niks heeft bijgedragen. De peer leaders komen niet gemotiveerd over en het lijkt alsof zij de boel snel willen afraffelen. Over het algemeen gaan de leerlingen niet met plezier naar de meetings, hoewel er soms wel lol wordt gemaakt. Een leerling vindt het wel leuk om met 2e jaars contact te hebben, maar over het algemeen is men onverschillig. De leerlingen antwoorden op de vraag wat peer support nuttiger zou maken: de peer leaders moeten hun opleiding beter begrijpen. De leerlingen zouden graag van de peer leaders willen weten waar ze op moeten letten tijdens hun opleiding/ willen graag inhoudelijke tips. Het verkrijgen van email/adresgegevens zou helpen om het contact beter te maken.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
35 / 47
Gesprek met 6 leerlingen op 22 mei 2008 Tekenend voor wat deze groep van peer leaders heeft gemerkt is de volgende vraag: ‘Peer leaders, zijn dat die twee meiden die een keer iets zijn komen vertellen in de klas?’ K.: peer leaders zijn een keer in de klas geweest, toen hadden ze weinig nuttigs te melden, nooit 1 op 1 gesproken, ook geen behoefte aan. Zou met deze peer leaders niets bespreken. Ga veel eerder naar mentor toe. H.: peer leaders hebben een heel andere opleiding gehad, dus juist datgene wat we het moeilijkst vinden, POP en PAP, daar snappen zij ook niets van, want dat hebben ze zelf niet gehad. Ga eerder naar mentor, die is heel goed. W.: ben wel bij alle bijeenkomsten met de peer leaders geweest, niets aan gehad. Vond niet dat de peer leaders mij met iets kunnen helpen, neem niets van ze aan, zijn te jong. Wel kwam er een keer een jongen/man die kon helpen met OV en studiefinanciering, dat wel nuttig. Maar was geen peer leader. G.: peer leaders hoefden van mij niet te komen, had er niets aan. Ze vertelden alleen maar wie ze waren en vertelden over hun eigen stage, maar iedere stage is toch anders, dus voegt niets toe. Geen 1 op 1 contact gehad, geen behoefte aan. E.: niets aan de peer leaders gehad. Als ze ouder waren geweest hadden we er waarschijnlijk meer aan gehad, dan hadden we ze serieuzer genomen. In een volwassen vrouw heb ik meer vertrouwen. M.: ik heb eigenlijk niets gemerkt van de peer leaders. Ze kwamen een keer in de klas, maar hadden niet echt veel te vertellen. Conclusie: leerlingen hebben niet het idee dat deze meiden hen kunnen helpen. Dat komt door: − Inhoud van de opleiding is sinds dit jaar heel erg veranderd (competentieonderwijs), peer leaders kunnen leerlingen daarom niet helpen met inhoudelijke vragen − Peer leaders hadden geen nuttige dingen te vertellen − Houding peer leaders is ongemotiveerd
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
36 / 47
− Eén van de peer leaders was van haar stageadres weggestuurd, en is toen dus peer leader geworden (als vervangende stage?). Dat is niet echt het goede voorbeeld (vinden wij als onderzoekers, maar dat vinden de leerlingen zelf ook, die nemen zo iemand niet meer serieus). − De twee peer leaders kregen ruzie met elkaar, wekt geen vertrouwen − Ze zijn te jong, stralen niet uit dat ze meer kennis en kunde hebben dan de leerlingen. Jong zijn in leeftijd is niet per definitie erg, als gedrag en inhoud dan maar volwassen zijn. Leerlingen hebben het idee dat precies de verkeerde mensen zijn uitgekozen om peer leader te worden. Deze klas heeft peer support eigenlijk wel toegepast, maar dan informeel. Het is een hechte klas, waarbij iedereen wel tot een clubje behoort. In die clubjes worden problemen besproken en adviezen gegeven, zowel op inhoudelijk vlak, als ook op gedrag. Leerlingen denken overigens dat zij in het volgende jaar wel waarde kunnen toevoegen als peer leader. Dit omdat ze de eerstejaars op weg kunnen helpen met POP/PAP. Dat is waar de leerlingen dit jaar zelf het meeste moeite mee hadden. Ze weten nu hoe het werkt, en denken eerstejaars hierbij goed te kunnen helpen. Ook als de docenten het volgend jaar allemaal begrijpen én één lijn trekken, dan nog denken de leerlingen dat ze toegevoegde waarde hebben als peer leader, omdat docenten geen tijd hebben om persoonlijk alle leerlingen te helpen.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
37 / 47
Gesprek met 6 leerlingen op 29 mei 2008 K.: Om de twee weken kwamen peer leaders in klas, en konden we algemene vragen stellen, ik heb ook meer persoonlijke ervaringen met ze uitgewisseld in de pauze. Vond het interessant om hun ervaringen (privé en school) te horen. Peer leaders waren heel erg aardig, we kregen email en telefoonnummer, als er iets was mochten we altijd contact opnemen. Heb de peer leaders gevraagd om hulp bij mijn opleiding; vond de opleiding niet leuk, en de stages ook niet, had eigenlijk andere opleiding moeten doen. Zij geholpen om andere stage te regelen, en zij gezegd dat ik wel deze opleiding af moet maken, omdat ik dan tenminste een diploma heb. Ze hebben ook meer verteld over welke opleiding ik hierna zou moeten doen, want ik wil wel iets bereiken. S.: Kende al één van de peer leaders. Vond ze erg aardig, kan altijd bij ze terecht. Heb niet echt veel inhoudelijke dingen met ze besproken, vond het meer gewoon gezellig. Had niet het idee dat ze me ergens echt mee uit de brand konden helpen als dat nodig was geweest, had niet heel veel aan de gesprekken over stages. Zij zouden betere begeleiding moeten krijgen, dan hadden we er meer aan gehad. Ook waren de groepen nu te groot: twee peer leaders op grote klas, nodigt niet uit tot heel persoonlijke dingen delen. C.: Liep zelf nog geen stage toen peer leaders kwamen vertellen over stages, dus had zelf geen vragen. Pikte wel dingen op uit vragen van andere leerlingen en antwoorden daarop van de peer leaders. Vond deze peer leaders top, hadden informatie die nuttig is, over school en stage. Ben ook een keer naar een andere groep (met andere peer leaders) gegaan, dat was heel slecht. Die peer leaders luisterden niet naar leerlingen, een leerling was iets persoonlijks aan het vertellen en die peer leaders waren met elkaar aan het kletsen. C.: Heb niet echt heel veel aan peer leaders gehad. Was een beetje gezellig praten, als je niet meedeed letten ze daar niet op, dus was voor mij een wakker word uurtje. Konden niet helpen bij POP/PAP, daar had ik meeste vragen over. Adviezen die ze aan anderen gaven waren wel goed. Z.: Vond de peer leaders heel erg aardig en vond het erg goed dat ze er waren. Het waren echt goede meiden, en ze waren ook goed geïnformeerd. Zij hebben dit pad al bewandeld, en ze kunnen hun
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
38 / 47
ervaringen aan ons doorgeven, is nuttig. Ik heb ze ook persoonlijk benaderd met vragen: had stage, maar was nog geen 18 en had dus nog geen OV, maar toen vertelden zij dat je wel tegemoetkoming studiekosten kunt krijgen van IBG. Was heel blij met hun advies. Ze hebben ook geholpen bij andere stage, toen moest ik een man wassen, maar ik ben moslim, dus dat mag ik niet. Heb aan peer leaders raad gevraagd, zij zeiden dat ik dat gewoon moest aangeven bij stagecoördinator en stageadres. Dat heeft me ook heel erg geholpen. Verder hebben we in de klas gezamenlijk ook dingen besproken. S.: Heb in een andere klas gezeten dan rest van dit groepje, had twee andere peer leaders. Eerste keer in klas ging heel goed, iedereen was heel geïnteresseerd. Daarna ging het heel slecht. Er ontstonden ook conflicten in de klas tussen leerlingen en peer leaders (was niet de schuld van de peer leaders). Peer leaders pakten dat wel goed aan. We hebben ook een hele grote en hele drukke klas, dus lastig voor peer leaders. Daardoor niet veel aan gehad. Als deze leerlingen volgend jaar peer leader zouden worden kunnen ze eerstejaars naar eigen verwachting helpen bij oa organiseren van schoolwerk, werking POP/PAP uitleggen, uitnodigen tot stellen van alle vragen die eerstejaars hebben, advies geven over omgang met docenten.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
39 / 47
Gesprek met 6 leerlingen op 9 juni 2008 M.: er waren 4 peer leaders op onze klas van ongeveer 20. Ze zijn twee of drie keer geweest en hebben niet zoveel nuttigs verteld. Ze waren eigenlijk alleen maar een beetje aan het kletsen. Vertelden hoe ze zelf de opleiding vonden. Enige nuttige was dat ze uitlegden hoe je om moest gaan met het feit dat je mensen moet wassen tijdens je stage. Voor de rest zeiden ze wel dat we altijd bij hen mochten langskomen, maar we hebben ze zo weinig gezien dat ik nooit als eerste naar hen toe zou gaan, ik zou altijd naar een leraar gaan. Als ik ze vaker had gezien had ik misschien meer aan ze gehad, dan had ik een betere band met ze kunnen opbouwen. F.: onze stages zijn heel anders dan die van hen, ze gingen uitleggen hoe het dan vroeger ging, maar daar hebben we niets aan. Wat we nodig hebben is informatie over hoe het hier is, hoe het er hier aan toe gaat, wat belangrijke dingen zijn om over te gaan naar het volgende jaar, hoe het werkt met stages, hoe POP en PAP werken. Dat hebben ze allemaal niet verteld. L.: de peer leaders kregen ook ruzie met de klas. Er kwam een leerling te laat binnen, de peer leader sprak haar streng toe en dat pikte dat meisje niet. Toen ontstond er ruzie. De peer leaders gingen terug schreeuwen in plaats van een leraar te halen en zelf rustig te blijven. A.: peer leaders zaten tijdens die keren dat ze er waren ook onderling te kletsen, en dus waren wij ook gewoon met elkaar aan het kletsen. En we hebben het een uur gehad over het vriendje van één van de peer leaders, want die kende iemand uit de klas toevallig. Ik vind peer leaders op zich wel een goed idee, maar dan moeten ze wel meer informatie kunnen verschaffen over de school, over stages, over leraren. De leraren hier vragen niet uit zichzelf hoe het gaat, of je alles begrijpt. En ze leggen dingen onbegrijpelijk uit. C.: de peer leaders zaten de hele tijd met elkaar te praten, met z’n vieren, en niet met de klas. Als ze meer informatie hadden gehad, en als ze minder met elkaar hadden gepraat, dan had ik er wellicht wel iets aan gehad, maar nu niet. K.: ik heb niets gehad aan de peer leaders en zou er zelf ook geen willen worden.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
40 / 47
Gesprek met peer leaders op 18 juni 2008 S.: Ik heb een keer ruzie gehad met een leerling, maar bleef rustig, omdat ik vond dat ik een voorbeeldfunctie had. Als ik geen peer leader was geweest was ik terug ruzie gaan maken. Leerlingen hadden een heel ander programma dan wij hebben gehad, dus daarover konden we weinig uitleggen. We hebben het meer gehad over de werkzaamheden tijdens de stage. Daarover konden we wel vragen beantwoorden. J.: Vooraf had ik twijfel of leerlingen wel naar me zouden luisteren omdat ik even oud ben als zij. Dat bleek wel goed te gaan, leerlingen vertelden wel vertrouwelijke dingen. Ik heb voornamelijk met ze gesproken over hoe je alles combineert, zoals thuis, school, werk. Ik heb ze verteld dat school echt voorgaat. Daarnaast kunnen ze ook werken, maar ze moeten zelf inschatten hoeveel werk ze naast school kunnen doen zonder dat school op de achtergrond raakt. Ook problemen met leraren besproken. Heb zelf geleerd dat als iedereen een peer leader zou krijgen, het volgens mij veel makkelijker zou zijn om gewend te raken met je studie. S.: Achterin de klas zaten steeds de stille kinderen, die heb ik geprobeerd er bij te betrekken door direct aan hen vragen te stellen. Ook rondvraag gedaan. Kwam niet heel veel uit. Een leerling had vraag over stage (vervelende rol), toen geadviseerd dat ze met haar begeleider moest gaan praten over een andere rol binnen die stage. Zelf geleerd dat je in 1 jaar studietijd blijkbaar al zoveel hebt gedaan en geleerd. Je kunt echt vragen beantwoorden van eerstejaars. Ook geleerd om knop om te zetten als iemand naar me uitvalt, geen ruzie gaan maken. Heb wel het gevoel dat de leerlingen echt veel van ons (peer leaders) hebben geleerd. Verder geleerd dat het leuk is om voor een groep te staan. L.: Vond het best wel eng in het begin, maar viel uiteindelijk mee, leuk om te doen. Geleerd om controle te krijgen over een grote groep. Ook geleerd: als je iets eng vindt, eerst proberen, dan weet je pas echt of het eng is of niet. Veel met leerlingen gesproken over leraren. Wel erg lastig om tijd te vullen als je tijd over had. M.: Was zelf eerstejaars, vond het eerst spannend of het goed zou gaan, maar was uiteindelijk helemaal geen probleem. Voelde me niet echt eerstejaars, heb het ook niet verteld. Wel jammer dat ik weinig aanwezig ben geweest, want wilde zelf snel opleiding afmaken. Heb
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
41 / 47
dus maar twee keer met leerlingen gesproken. Geleerd: leuk om voor een groep mensen te staan. Ook geleerd om door te vragen. Had een makkelijke klas. Wel lastig was dat onze roosters niet overeenkwamen. Geadviseerd om naar een docent te stappen als iemand iets echt niet wil of niet leuk vindt. Kreeg soms wel eens een opmerking, maar dan zei ik: ik sta hier voor jullie, je mag zelf kiezen wat je er mee doet. R.: Vond het in het begin heel spannend, maar ging goed. Veel geleerd: hoe je om moet gaan met zo’n groep, wat de problemen van een eerstejaars zijn, veel vragen beantwoord over de stage. M.: Je ervaart wat het betekent als iemand ongeïnteresseerd, of druk is of een grote mond heeft in de klas terwijl jij daar voor staat. Ik gedraag me daardoor zelf ook anders in de klas. Geleerd: omgaan met leerlingen als peer leader is heel anders dan met vrienden, ben nu veel minder verlegen, ben nu veel meer open.
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
42 / 47
Bijlage 4: Formats vragenlijsten
A
Docentmentoren N=
1
Docentmentoren ervaren de peer leaders als steun bij de activiteiten voor de 1e jaars Docentmentoren hebben de ervaring dat docenten tijd besparen als er peer leaders worden ingezet (docentmentoren zijn bijvoorbeeld minder tijd kwijt met het regelen van activiteiten en het oplossen van kleine problemen met of tussen leerlingen) Docentmentoren krijgen meer informatie over wat er leeft onder de 1e jaars
2
3 4 5 6 7 8 9 10
11
De school krijgt via de peer leaders adviezen ter verbetering van activiteiten en onderwijs voor de 1e jaars Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zich beter kan handhaven op school dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader sneller bekend is met het lesprogramma dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zijn of haar vakken sneller haalt dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zijn of haar lessen beter voorbereidt dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader hogere cijfers haalt dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader minder snel overstapt naar een andere opleiding dan een leerling zonder peer leader Docentmentoren hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader minder snel uitvalt (aan het begin van de opleiding) dan een leerling zonder peer leader
Ja
Nee Nvt
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
43 / 47
B
Docenten N=
1
Docenten van de 1e jaars vinden peer support een goed idee
2
Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zich beter kan handhaven op school dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader sneller bekend is met het lesprogramma dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zijn of haar vakken sneller haalt dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader zijn of haar lessen beter voorbereidt dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader hogere cijfers haalt dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader minder snel overstapt naar een andere opleiding dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat een leerling met een peer leader minder snel uitvalt (aan het begin van de opleiding) dan een leerling zonder peer leader Docenten hebben de ervaring dat zij tijd besparen als er peer leaders worden ingezet (kleine problemen worden nu bijvoorbeeld door peer leaders opgelost, en niet meer door docenten)
3 4 5 6 7 8 9
Ja
Nee Nvt
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
44 / 47
C
Leerlingen N=
1
Vind je het fijn dat dat je peer leaders om raad kunt vragen?
2
Heb je de peer leaders ook al eens om raad gevraagd?
3
6
Vind je het fijn dat je de peer leaders kunt vragen om te bemiddelen bij onenigheid, conflicten, ruzie? Heb je de peer leaders ook al eens gevraagd om te bemiddelen bij onenigheid, conflicten, ruzie? Vind je het fijn dat je steun kunt krijgen van peer leaders bij je huiswerk en je schoolopdrachten? Heb je steun gehad van peer leaders bij het invullen van je agenda?
7
Heb je steun gehad van peer leaders bij het plannen van je huiswerk?
8
Heb je steun gehad van peer leaders bij het maken van je huiswerk?
9
Heb je steun gehad van peer leaders bij het maken van je schoolopdrachten?
10 11
Ben je door peer leaders geholpen bij het stellen van vragen aan medewerkers/docenten? Heb je informatie van peer leaders gekregen over de organisatie van de school?
12 13
Heb je informatie van peer leaders gekregen over de organisatie v/d opleiding? Ben je geholpen door peer leaders bij het voorbereiden op een toetsweek?
14
Heb je informatie van peer leaders gekregen over de stages?
15
Heb je adviezen van peer laders gekregen over de omgang met docenten?
16
Heb je persoonlijke dingen besproken met peer leaders?
17
Vinden jouw ouders peer support een goed idee?
18
Heb je aan vriend(innet)jes van andere scholen over peer support verteld?
19
Vind je dat de peer leaders voor veiligheid zorgen op de school?
20
Vind je het prettig om op deze manier met oudere jaars kennis te maken?
21
Denk je dat je zonder peer leader dezelfde schoolresultaten had gehad?
22
Denk je dat je zonder peer leader lagere cijfers had gehad?
23
Denk je dat je peer leader ervoor heeft gezorgd dat je sneller bekend was met de opleiding en de lesstof? Denk je dat je zonder peer leader minder snel je vakken had gehaald?
4 5
24 25
25c
Heb je er wel eens over nagedacht om over te stappen naar een andere opleiding? Zo ja, heeft je peer leader toen geholpen met de beslissing om wel of niet over te stappen? Zo ja, denk je dat je zonder peer leader een andere keuze had gemaakt?
26
Heb je er wel eens over nagedacht om te stoppen met school?
26b
Zo ja, heeft je peer leader toen geholpen met de beslissing om niet te stoppen met school? Zo ja, denk je dat je zonder peer leader wel was gestopt?
25b
26c 27
Bij welke andere dingen heb je hulp gehad van een peer leader? (hieronder invullen)
Ja
Nee Nvt
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
45 / 47
D
Peer leaders N=
1
Denk je dat de docentmentoren steun hebben aan de peer leaders? Als je JA hebt aangekruist, schrijf dan hieronder kort hoe je de docentmentoren steunt:
2
Heb je overleg met de docentmentor van jouw klas? Als je JA hebt aangekruist, waar gaat dan overleg dan over?
3
Vind je de intervisiebijeenkomsten prettig? Zowel als je JA hebt ingevuld, als wanneer je NEE hebt ingevuld, willen we graag weten waarom:
4
Heb je leerlingen steun gegeven bij het invullen van de agenda?
5
Heb je leerlingen steun gegeven bij het plannen van huiswerk?
6
Heb je steun gegeven bij het maken van huiswerk?
7
Heb je steun gegeven bij het maken van schoolopdrachten?
8
Heb je steun gegeven bij het stellen van vragen aan medewerkers/docenten?
9
Heb je informatie gegeven over de organisatie van de school?
10
Heb je informatie gegeven over de organisatie van de opleiding?
11
Heb je geholpen bij het voorbereiden op een toetsweek?
12
Heb je informatie gegeven over de stages?
Ja
Nee Nvt
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
46 / 47
13
Heb je adviezen gegeven over de omgang met docenten? Zo JA, welke adviezen?
14
Heb je persoonlijke dingen besproken met de leerlingen?
15
Vinden jouw ouders peer support een goed idee?
16
Heb je aan vriend(innet)jes van andere scholen over peer support verteld?
17
Vind je dat jij als peer leader voor veiligheid kunt zorgen op de school?
18
Vind je het prettig om op deze manier met eerstejaars kennis te maken?
19
Denk je dat je de schoolresultaten van de leerlingen kunt verbeteren?
20
Denk je dat de leerlingen zonder peer leaders lagere cijfers hadden gehad?
21
Denk je dat je ervoor hebt gezorgd dat de eerstejaars leerlingen sneller bekend waren met de opleiding en de lesstof? Denk je dat leerlingen door jouw steun sneller kunnen afstuderen?
22 23
23c
Heeft een leerling wel eens met jou gesproken over overstappen naar een andere opleiding? Zo ja, heb je de leerling toen geholpen met de beslissing om wel of niet over te stappen? Zo ja, denk je dat de leerling zonder jou een andere keuze had gemaakt?
24
Heeft een leerling wel eens met jou gesproken over stoppen met school?
24b
Zo ja, heb je de leerling toen geholpen met de beslissing om niet te stoppen met school? Zo ja, denk je dat de leerling zonder jou wel was gestopt?
23b
24c 25 26
Bij welke andere dingen heb je hulp gehad van een peer leader? (hieronder invullen) Noteer hier welke andere zaken je met de groep of met individuele eerstejaars leerlingen hebt besproken:
Datum
Onderwerp
Pagina
11.09.08
MKBA Peer Leaders
47 / 47
Bijlage 5: Ingevulde vragenlijst leerlingen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 25b 25c 26 26b 26c
Leerlingen N=25
januari april % ja % ja
Vind je het fijn dat dat je peer leaders om raad kunt vragen?
84
60
Heb je de peer leaders ook al eens om raad gevraagd? Vind je het fijn dat je de peer leaders kunt vragen om te bemiddelen bij onenigheid, conflicten, ruzie? Heb je de peer leaders ook al eens gevraagd om te bemiddelen bij onenigheid, conflicten, ruzie?
13
8
63
24
5
0
Vind je het fijn dat je steun kunt krijgen van peer leaders bij je huiswerk en je schoolopdrachten?
78
36
Heb je steun gehad van peer leaders bij het invullen van je agenda?
7
0
Heb je steun gehad van peer leaders bij het plannen van je huiswerk?
10
4
Heb je steun gehad van peer leaders bij het maken van je huiswerk?
13
8
Heb je steun gehad van peer leaders bij het maken van je schoolopdrachten?
15
4
Ben je door peer leaders geholpen bij het stellen van vragen aan medewerkers/docenten?
13
24
Heb je informatie van peer leaders gekregen over de organisatie van de school?
52
36
Heb je informatie van peer leaders gekregen over de organisatie van de opleiding?
68
28
Ben je geholpen door peer leaders bij het voorbereiden op een toetsweek?
10
16
Heb je informatie van peer leaders gekregen over de stages?
68
40
Heb je adviezen van peer laders gekregen over de omgang met docenten?
47
28
Heb je persoonlijke dingen besproken met peer leaders?
10
4
Vinden jouw ouders peer support een goed idee?
36
#VALUE!
Heb je aan vriend(innet)jes van andere scholen over peer support verteld?
13
#VALUE!
Vind je dat de peer leaders voor veiligheid zorgen op de school
39
8
Vind je het prettig om op deze manier met oudere jaars kennis te maken
71
28
Denk je dat je zonder peer leader dezelfde schoolresultaten had gehad?
60
#VALUE!
Denk je dat je zonder peer leader lagere cijfers had gehad?
5
#VALUE!
Denk je dat je peer leader ervoor heeft gezorgd dat je sneller bekend was met opleiding en lesstof?
21
8
Denk je dat je zonder peer leader minder snel je vakken had gehaald?
15
#VALUE!
Heb je er wel eens over nagedacht om over te stappen naar een andere opleiding?
23
28
Zo ja, heeft je peer leader toen geholpen met de beslissing om wel of niet over te stappen?
2
0
Zo ja, denk je dat je zonder peer leader een andere keuze had gemaakt?
2
0
Heb je er wel eens over nagedacht om te stoppen met school?
21
16
Zo ja, heeft je peer leader toen geholpen met de beslissing om niet te stoppen met school?
0
0
Zo ja, denk je dat je zonder peer leader wel was gestopt?
5
0