Maatregelen per gebiedstype
Inhoud Inleiding
•
5
Planproces • 9 Stappen naar duurzaamheid Verkennen • 13 Programmeren • 20 Ontwerpen • 27 Ontwikkelen • 34
•
10
Lagenbenadering • 37 Analyse van ruimtelijke structuren • 38 Ondergrond • 41 Water • 48 Groen • 54 Verkeer • 60 Energie • 67 Verstedelijking • 73 Milieuhygiënische situatie • 79 Toepassing • 87 De lagenbenadering uitgewerkt Analyse van structuren • 89 Streefbeelden • 93 Confrontatie • 96
•
88
Gebiedstypen • 99 Kenmerken en ambities • 100 Hoogstedelijk gebied • 102 Stedelijk gebied • 104 Bedrijventerrein • 106 Glastuinbouw • 108 Suburbaan gebied • 110 Villawijk • 112 Stedelijk groen • 114 Open weidegebied • 116 Natuurgebied • 118 Tabel Kwaliteiten en ambities per gebiedstype • 120
Maatregelen • 123 Maatregelen per gebiedstype Hoogstedelijk gebied • 126 Stedelijk gebied • 127 Bedrijventerrein • 128 Glastuinbouw • 129 Suburbaan gebied • 130 Villawijk • 131 Stedelijk groen • 132 Open weidegebied • 133 Natuurgebied • 134
•
124
Verder lezen • 135 Register • 137
Overzicht kaarten Mogelijkheden ondergronds bouwen • 41 Drie belangrijkste soorten ondergrond in Haaglanden Ondergrondstructuren in Haaglanden • 45 Kwel en infiltratie in de zomerperiode • 48 Groenprojecten in Haaglanden • 56 Landschappelijk waardevolle gebieden • 57 Invloedsgebieden OV halten • 62 Relatieve bereikbaarheid • 64 Regionaal fietsnetwerk • 65 Warmtenet Den Haag • 68 Mogelijkheden voor koude- warmteopslag • 69 Mogelijkheden aardwarmte • 69 Locaties windenergie • 71 Kansen voor verdichten • 74 Prognose luchtkwaliteit langs snelwegen in 2010 • 82 Gebiedstypen in Haaglanden • 122
•
44
M A AT R E G E L E N
Maatregelen per gebiedstype Je zit in het ontwerpproces. Je hebt duurzaamheidsambities vastgesteld in je programma van eisen. Maar nu sta je voor opgave om die duurzaamheidsambities te vertalen in concrete ruimtelijke maatregelen. MIRUP biedt je daarom een aantal mogelijke maatregelen die kunnen bijdragen aan een duurzaam ruimtelijk ontwerp. Ordening naar zes thema’s De maatregelen zijn gerangschikt naar de negen Haaglandse gebiedstypen. Bedenk hierbij dat je veel maatregelen in meerdere gebiedstypen kunt inzetten. Maar soms ‘passen’ specifieke maatregelen goed bij één specifiek gebiedstype. Zo is in een suburbaan gebied meer ruimte voor water en natuur dan in een (hoog)stedelijk gebied. En in laatst genoemde gebiedstype is stadsverwarming weer beter mogelijk, vanwege de dichte bebouwing. De maatregelen zijn bij elk gebiedstype geordend naar zes thema’s: • ruimtegebruik • water • natuur • verkeer • energie • geluid Leefbaarheid is wel in de ambities opgenomen, maar niet apart in de maatregelen uitgewerkt. Diverse maatregelen voor dit onderdeel komen aan de orde bij de andere aspecten.
M A AT R E G E L E N
Haalbaarheid Voor de maatregelen is niet aangegeven welke de beste of welke het meeste effect sorteert op het terrein van duurzaamheid. Dit zal van gebied tot gebied verschillen. In de loop van het ontwerpproces zal dit vanzelf steeds duidelijker worden. Wel wil MIRUP benadrukken dat de haalbaarheid van je maatregelen (en daarmee van je ontwerp) nadrukkelijk de aandacht verdient. Dat betekent dat je steeds weer je maatregelen toetst aan de haalbaarheid. In de praktijk blijken vooral de (niet voorziene) meerkosten van duurzaamheidsmaatregelen een sta-in-de-weg te vormen.
124
Financiering van duurzaamheidsmaatregelen Duurzaamheidsmaatregelen die geen extra kosten met zich meebrengen kunnen economisch gezien zonder meer worden ingevoerd. Vaak leidt het uitvoeren van duurzaamheidsmaatregelen wel tot extra kosten. Daar staat tegenover dat veel maatregelen ook besparingen met zich mee brengen. Kosten en besparingen niet altijd voor dezelfde partij Het alleen maar optellen en aftrekken van extra kosten en besparingen is vaak niet voldoende om maatregelen uitgevoerd te krijgen. Kosten en besparingen komen namelijk niet altijd voor rekening van dezelfde partij. In het geval van een goed geïsoleerde huurwoning zijn de extra kosten voor de isolatie voor rekening van de eigenaar. De baten (een lagere energierekening) zijn voor rekening van de huurder. Het zal daarom voor de eigenaar in eerste instantie niet aantrekkelijk zijn om te investeren in isolatie. Bij dit relatief eenvoudige dilemma ligt de oplossing voor de hand, de huurder betaalt extra huur omdat deze profiteert van een goed geïsoleerde woning.
Ook bij ingewikkelder maatregelen kunnen we dezelfde methodiek toepassen. Zoek bij het realiseren van duurzaamheidsmaatregelen naar partijen die baat hebben bij de maatregel, de zogenaamde kostendragers. Dit kunnen andere non-profit organisaties zijn (bijvoorbeeld waterschappen), andere afdelingen van de gemeente (de afdeling onderhoud en beheer), bewoners, woningbouwcoöperaties etc. Het is van belang in een vroeg stadium op zoek te gaan naar deze kostendragers en met hen te overleggen. Voorbeeld thema water Hieronder volgt voor het thema water een aantal voorbeelden. Voor verschillende maatregelen is uitgewerkt welke kosten en besparingen de maatregelen met zich mee brengen en welke partijen daarvan profiteren. De maatregelen zijn er hoofdzakelijk op gericht water in het gebied vast te houden en indien mogelijk het water in het gebied te zuiveren.
De positievieve milieueffecten van dit soort maatregelen zijn onder andere: • minder zuiveringscapaciteit bij de afvalwaterzuivering nodig; • meer ruimte voor vochtige natte functies; • voeding van het grondwater; • verbetering van de kwaliteit van het oppervlaktewater; • behoud of vergroten van de biodiversiteit. In de praktijk is het niet altijd mogelijk de financiële effecten precies te bepalen. Wanneer het duidelijk is dat een bepaalde maatregel tot besparingen leidt kun je toch proberen de betreffende partij mee te laten betalen. De tabel geeft voor een aantal maaregelen de kosten en besparingen weer. De gegevens zijn gebaseerd op een case studie op de projecten Westerpark in Breda en Nesslande in Rotterdam. Het mag duidelijk zijn dat kosten en besparingen steeds afhankelijk zijn van de plaatselijke omstandigheden.
Maatregel
Kosten/baten
Voor wie?
Vegetatiedak (Westerpark)
Zwaardere constructie Extra onderhoud Kleiner rioolstelsel Minder onderhoud rioolstelsel Kleinere waterzuivering
Kosten Kosten Besparing Besparing Besparing
C 17.000,C 5,- per maand C 350,- per woning p.m. p.m.
Grondbedrijf Woningeigenaar Grondbedrijf Gemeentelijk beheer Hoogheemraadschap
Elzenbosjes, wadi’s en infiltratiebak (Westerpark)
Aanleg kleinere waterpartij Onderhoud waterpartij Kleinere waterzuivering
Besparing C 500,- per woning Besparing C 750,- per woning Besparing C 25,- per woning
Grondbedrijf Afdeling onderhoud Hoogheemraadschap
Natuurvriendelijke oever (Westerpark)
Aanleg Extensief onderhoud
Kosten C 750,- per woning Grondbedrijf Besparing C 1.000,- per woning Afdeling onderhoud
Zuiveringsmoeras (Westerpark)
Extra investeringen Aanleg Onderhoud
Kosten C 250,Besparing C 100,- per woning Besparing C 50,- per woning
Projectontwikkelaar Grondbedrijf Afdeling onderhoud
Open verharding (Nesselande)
Aanleg open verharding Onderhoud Kleinere riolering Kleinere zuiveringsinstallatie
Kosten Besparing Besparing Besparing
Grondbedrijf Afdeling onderhoud Grondbedrijf Hoogheemraadschap
p.m. p.m. p.m. p.m.
M A AT R E G E L E N
125
Hoogstedelijk gebied Ruimtegebruik
• meerlagig bouwen • gebruik ondergrond en daken (parkeren,‘optoppen’, groen, terrassen) • voorzieningen op knooppunt (bijvoorbeeld kindercreche in station) • meertijdig ruimtegebruik: bijvoorbeeld kantoren buiten kantoortijden (overdag vergaderzaal kantoor, ’s avonds cursusruimte,) parkeergarages 24 uur: (overdag parkeren, ’s avonds skaten) • intensief beheer (bijvoorbeeld: 5 x per week vegen, wekelijkse schouw op vandalisme en andere schade)
Verkeer
M A AT R E G E L E N
• aansluiting van verschillende vormen van openbaar vervoer • loop- en fietsroutes aantrekkelijk en direct maken tussen OV-OV en parkeren-OV en naar de omgeving • fietsenstallingen • grote delen autoluw/autovrij • inpandig parkeren • 30 km-zones
Water
• grasdaken tegen wateroverlast, voor beleving, gebruik en isolatie • afkoppelen schoon oppervlak en daken & verbeterd gescheiden stelsel • bergingskelders voor binnenstedelijk piekberging • grindkoffers voor bergen van water
Natuur
• aaneengesloten bomenstructuur voor vleermuizen, insecten en vogels • spannende (kijk)natuur op de vierkante meter (bijvoorbeeld aan gevels, op daken, planteneilanden) • (mobiel) groen en waterpartijen (doorbreken de verstening, creëren ‘oases van rust’) • open water benutten als kern van groene openbare ruimte • stedelijke biotopen aanleggen, bijvoorbeeld kalkrijke mortel voor muurbegroeiing in muren en grachtenkaden
126
Energie
• • • • •
benut aanwezige warmtenetten uitwisseling van koude en warmte koude/warmteopslag in de bodem kleine windmolens op gebouwen actieve zonne-energie, bijvoorbeeld zonneboilers, pv-cellen,
Geluid
• fonteinen als geluidsmasker • rustige plekken (groene hoven) • zoneer functies om hinder te beperken • kantoren als afscherming van woningen • gesloten bouwblokken • autoluwe hoven en woonstraten • wegdek wijzigen van klinkers in asfalt, vermindert geluid met 4 dB(A)
Stedelijk gebied Ruimtegebruik
• scheiding van functies die elkaar negatief beïnvloeden (bijvoorbeeld doorgaand autoverkeer en wonen), menging van functies die elkaar versterken (voorzieningen en verkeersknooppunten) • intensivering bebouwing rond OV-haltes (eerste 300-400 meter) • kantoren als afscherming voor kwetsbare woonfunctie (geluid) • daktuinen • bedrijfsverzamelgebouwen • functiemenging stapelen van werken, recreëren, wonen, parkeren • apart funderen van hoge milieucategorie bedrijven onder een flat tegen trillingen en lawaai
Verkeer
• infiltratievoorzieningen voor vertraagde afvoer doorlatende verharding, grindkoffers en wadi’s • afkoppelen schoon oppervlak en daken & verbeterd gescheiden stelsel • plaatselijk natuurlijke oevers • bouwen zodat peilfluctuaties mogelijk zijn • ecologische structuren (netwerken) ontwikkelen door groen- en water te verbinden op schaalniveau van de wijk en tussen wijken bij nieuwbouw en bij herstructurering • grasdaken tegen wateroverlast voor beleving, gebruik en isolatie
Natuur
• natuur en water bundelen: ecologische waarde rond oppervlaktewater plaatselijk versterken door aangepast beheer (minder maaien) en watervegetaties (riet, gele lis) • behoud en eventueel herplaatsing van bomen ten behoeve van de aaneengesloten bomenstructuur voor vleermuizen, insecten en vogels • geregeld onderhoud ‘kijkgroen’: grasvelden, borders, plantsoenen • wijkparken aansluiten op ecologische hoofdstructuur met singels en lanen, groen en water verbinden met groen en water in omgeving
127
Energie
• bij hoge bebouwingsdichtheid aanleg van een warmtenet (stadsverwarming) • koude/warmteopslag in de bodem • mogelijkheden voor passieve zonne-energie in woningbouw benutten (bij ZO en ZW oriëntatie zonne-energie toepassen) • restwarmte van bedrijven voor verwarming van woningen
Geluid
• fonteinen als geluidsmasker • rustige plekken (groene hoven) • zoneer functies om hinder te beperken • kantoren als afscherming van woningen • gesloten bouwblokken • autoluwe hoven en woonstraten • wegdek wijzigen van klinkers in asfalt, vermindert geluid met 4 dB(A) • beperken autoverkeer
M A AT R E G E L E N
• concentreer autoverkeer op hoofdroutes • aantrekkelijke routes voor langzaam verkeer (verkorting van fiets- en wandelroutes) • aantrekkelijke omgeving van OV-haltes (bewaakte fietsenstallingen/ fietsboxen) • inpandig parkeren • fietsbergingen in woningen/parkeergarage (dichterbij woningen dan auto) • deelautosysteem • 30 km zones
Water
Bedrijventerrein Ruimtegebruik
• bedrijfsgebouwen aan elkaar schakelen • zorg voor weekendgebruik van de ruimte: bijvoorbeeld parkzone met fietsroute de stad uit, combinatie met volkstuinen/sportvelden (benut gezamenlijke faciliteiten en parkeerruimte), • beter gebruik van de ruimte: verdichting door gereserveerde ruimte voor uitbreidingen te bebouwen, eventueel met tijdelijke bebouwing • gestapelde bouw • ondergronds parkeren of op daken (in ieder geval 100% op eigen terrein) • parkmanagement (gezamenlijk gebruik van vergaderruimtes, kantines e.d.) • gezamenlijk netwerk van perslucht of transport van stoffen per pijpleiding
M A AT R E G E L E N
Verkeer
• fietsenstalling bij ingang, • aantrekkelijke en korte fietsverbindingen met stadscentrum, woonwijken en knooppunten van openbaar vervoer • samenwerking tussen bedrijven op het gebied van vervoer (gezamenlijke busvervoer of bijvoorbeeld ook uitgaande post) • onderling gebruik van (afval)producten kan het aantal transportbewegingen verminderen. • autodelen, greenwheels • vervoersmanagement
Water
• aanleg van waterpartijen (recreatief medegebruik) • plaatselijk ophogen (cunetten) onder gebouwen en wegen • waterberging en groene dooradering, niet alleen als decoratie, maar ook als park voor werknemers en als onderdeel van het blauwgroene netwerk (ecologische verbinding) • afkoppelen schoon oppervlak en daken & verbeterd gescheiden stelsel • bouwen zodat peilfluctuaties mogelijk zijn • waterzuivering van grijs water in open waterplassen
Natuur
• kwalitatief hoogwaardige structuur van groenprofielen (soorten, beschutting voor kleine zoogdieren, oevertalud) • parkzone, door de week prettige werkomgeving en in weekend recreatief interessant, mits onderdeel van groenblauwe structuur • extensief beheer gericht op vergroten natuurwaarde in samenhang met parkmanagement
128
Energie
• restwarmte van bedrijven voor verwarming van woonwijk • uitwisseling van warmte en koude • gezamenlijke WKK-installaties, koude/warmteopslag in de bodem en warmtepompen. • windmolens, zonne-energie en biomassa • opstellen energievisie • brandriool gebruiken als piekberging van regenwater • koude/warmteopslag in de bodem
Geluid
• hinderzones verkleinen door de meest belastende bedrijven in centrum van het bedrijventerrein te plaatsen (’inwaarts zoneren’)
Glastuinbouw Ruimtegebruik
• meervoudig ruimtegebruik (waterberging onder kassen, kassen op daken veilingen, drijvende kassen) • toegankelijkheid gebied verbeteren voor recreatie • aaneenschakelen bedrijfsprocessen door elkaar toeleverende bedrijven bij elkaar te plaatsen
Verkeer
• aanleg fietspadennetwerk, in combinatie met groen-blauwe dooradering, voor recreatieve waarde • verbeteren routes doorgaand verkeer, verkeersremmende maatregelen overige wegen • vervoersmanagement gericht op verminderen transportbewegingen
Energie
Water
• voorraadberging om inlaat gebiedsvreemd water in de zomer te voorkomen • seizoensberging om watertekort in zomer te verminderen (door flexibel peilbeheer) • piekberging om wateroverlast elders te voorkomen (door meer oppervlaktewater) • noodberging in geval van dreigende calamiteiten (bijvoorbeeld drijvende kassen) • aanleg zuiveringsmoerassen (open water)
• • • •
Natuur
129
Geluid
omleggen transportroutes nabij woonwijken of natuurgebieden aanpak geluidsoverlast van ventilatie bij kassen/opslagen
M A AT R E G E L E N
• creëren groen-blauwe dooradering: • natuurlijke inrichting watergangen met struikgewas en natuurvriende- • lijke oevers • verbeteren waterkwaliteit door tegengaan emissies uit kassen van nutriënten en bestrijdingsmiddelen (verminder gebruik, inzet natuurlijke vijanden voor plaagbestrijding, innovaties in kassen zoals gesloten kassystemen, gesloten waterkringloop met hergebruik afvalwater, Individuele Behandeling Afvalwater (IBA)
gebruik van restwarmte uit de industrie gebruik CO2 uit de industrie toepassing schermen, gevelisolatie koude/warmteopslag in de bodem
Suburbaan gebied Ruimtegebruik
• functiemenging door bedrijfsruimte in woningen • plaatselijk verdichting van bebouwing eerste 300-400 m rond OV (waardevol groen niet bebouwen) • creëren rustige gemeenschappelijke binnengebieden (veiligheid en leefbaarheid) • parkeren op eigen terrein • beheer: zwerfvuil en verwaarlozing voorkomen: (stimuleer eigen beheer in buurtparkjes en binnenterreinen)
M A AT R E G E L E N
Verkeer
• verbeteren van fietsverbindingen (langzaam verkeersroutes) naar het centrum, naar de wijkvoorzieningen en naar het buitengebied • autoluwe delen in de wijk • parkeren op eigen terrein • geconcentreerd parkeren voor bezoekers,‘dubbel’ gebruik parkeerplaatsen • 30 km/u zones • goede bereikbaarheid en stallingsmogelijkheden voor fietsen bij wijkvoorzieningen • deelautosysteem • fietsstallingsmogelijkheden bij OV-haltes
Water
• vergroten van de waterberging door aanleg van waterpartijen: sloten, poelen en wadi’s • groene speelplek als wadi • water als speelplek inrichten (met goede waterkwaliteit) • bouwen zodat peilfluctuaties kunnen • prioriteit voor saneren van riooloverstorten • beperken van verharding, door smalle wegprofielen en ‘halfverharders’ • afkoppelen van schoon oppervlak en daken • vegetatiedaken • plaatselijk ophogen: cunetten onder woningen en wegen Natuur
• aaneengesloten bomenstructuur voor vleermuizen, insecten en vogels • natuurvriendelijke oevers (helling talud 1:4 - 1:8), beschoeiing riet/ vegetatieverbinden van waardevolle groengebieden (zie stedelijk gebied, maar dan met meer ruimte) • goede (ecologische) kwaliteit van water en groen door structuur van de groenprofielen van de verbindingen (begroeiingstype, beschutting voor kleine zoogdieren, oevertalud) • meer ruimte voor groen (bijvoorbeeld voor nieuwe verbindingen van groene gebieden en waterpartijen, ook met het buitengebied). • groen niet alleen als decor (langs de weg) maar als dagelijks gebruiksgroen
130
Energie
• zongerichte verkaveling • zonnecollectoren en PV-cellen • bij hoge bebouwingsdichtheid aanleg van een warmtenet (stadsverwarming) • koude/warmteopslag in de bodem • warmtepompen
Geluid
• kantoren, bedrijven en andere minder gevoelige functies als afscherming van woonwijken • zoneren en afstand houden • geluidschermen en -wallen • woon- en slaapkamers en ramen niet aan de zijde met hoge geluidbelasting • geluidwalwoningen • beperking van autoverkeer door de wijk door ‘knippen’ in wegen, tegengaan sluiproutes, doodlopende woonwegen • geluidsarm asfalt in plaats van klinkers • luchtkwaliteit langs snelwegen en drukke verkeersaders: beplanting met bomenrij
Villawijk Ruimtegebruik
• geen milieuhinderlijke functies • functiemenging: werkruimten aan huis • plaatselijk verdichting van bebouwing eerste 300-400 m rond OV, maar geen verdichting door nieuwbouw wanneer die ten koste gaat van water en groen • inpandig parkeren
Verkeer
• geen doorgaande wegen • voorrang voor voetgangers en fietsers • doorgaande fietsverbindingen t.b.v. recreatief gebruik gebied
Water
• gesloten wijkwatersysteem (geen inlaat van water in droge periode zodat waterkwaliteit afneemt) • bouwen zodat peilfluctuaties mogelijk zijn • plantenwaterzuivering: door groot oppervlak en waterplanten is het zelfreinigend vermogen groot voor grijs water • beperken van verharding, bijvoorbeeld door toepassing van smalle wegprofielen en ‘halfverharders’ • plaatselijk ophogen: cunetten onder woningen en wegen
Natuur
Energie
• gebruik van passieve en actieve zonne-energie • koude/warmteopslag in de bodem • nul-energiewoningen • beperkte verlichting openbare ruimte
Geluid
• kantoren, bedrijven en andere • aaneengesloten bomenstructuur minder gevoelige functies als voor vleermuizen, insecten en afscherming van woonwijken vogels • zoneren en afstand houden • natuurvriendelijke oevers met • verkeersmaatregelen gericht op flauw talud (1:10) en aansluitend het beperken van geluidhinder struweel en bos of bomenrijen • verbinden van waardevolle groengebieden (zie stedelijk gebied, maar dan met meer ruimte) • ecologisch beheer (beperkt maaien, geen gebruik bestrijdingsmiddelen)
M A AT R E G E L E N
131
Stedelijk groen Ruimtegebruik
• beperkte bebouwing aan de (stads)rand met veelal stadsappartementen (zonder tuin) in combinatie met extra investeringen in de aantrekkelijkheid, de ecologische kwaliteit van het gebied (rood voor groen) • combineer meerdere functies van het groen: ecologie en intensieve recreatie: bijvoorbeeld volkstuinen (belangrijke functie als plaats van rust en sociale ontmoetingsplaats). • koppel groen (financieel en ruimtelijk) aan intensieve functies in de buurt (bijvoorbeeld kantoren) • geluidhinder door verkeer tegengaan door verkeersmaatregelen, geluidsschermen of bebouwing • goed beheer en sociale veiligheid zijn belangrijke voorwaarden Verkeer
• bouwen zodat peilfluctuaties kunnen • water als speelplek inrichten • saneren van ongezuiverde lozingspunten • zo min mogelijk verharding
Natuur
Energie
• ‘passende’, groene energievoorziening van horeca en bijvoorbeeld lantaarnpalen, (zonnecellen) • verlichting met bewegingsdetectoren • lichthinder tegengaan door uitstraling naar boven en opzij te voorkomen
Geluid
• stromend water, fonteinen en • scheiden (door meer en minder ruisende bomen als geluidsmasker toegankelijkheid) van intensief voor recreatie gebruikte delen van meer • zorg voor rustige plekken in het park (zonering) natuurlijke delen • creëren van verbindingszones met omliggende gebieden en grotere stedelijk groengebieden
M A AT R E G E L E N
• verbeteren van fiets- en wandelroutes (optimale aansluiting op doorgaande routes) • parkeervoorzieningen clusteren • kerngebied autovrij • horeca voor bezoekers in principe alleen te voet of per fiets toegankelijk
Water
132
Open weidegebied Ruimtegebruik
• verweven met extensieve recreatie en natuur door beheerslandbouw, ontwikkeling van natuurgebieden, volkstuinen en kamperen bij de boer • nieuwbouw beperken en clusteren • bufferzones rond ecologisch zeer waardevolle gebieden
Verkeer
• sluipverkeer tegengaan door wegen alleen toegankelijk te maken voor verzorgings- en bestemmingsverkeer • goed onderhoud en uitbreiding recreatief fiets- en wandelpadennetwerk • busdienst in weekend ten behoeve van recreanten • ontwikkelen recreatieve vaarroutes • behoud historische wegen
Water
• saneren van ongezuiverde lozingen (uitvoering Lozingenbesluit) • tegengaan van verontreiniging door landbouw • peilbeheer tegen daling van de grondwaterstand • ruimte voor waterberging
Natuur
• ontwikkeling van ecologische verbindingszones tussen natuurgebieden (door aankoop of afsluiten van beheersovereenkomsten) • onderhoud van landschapselementen en natuurvriendelijke bermen • weide(vogel)beheer
Energie
• gebruik van duurzame energie zoals windmolens en zonneenergie • gebruik van biomassa
Geluid
• geen specifieke maatregelen
M A AT R E G E L E N
133
Natuurgebied Ruimtegebruik
Water
Energie • geen specifieke maatregelen
• verbod op nieuwe functies • vasthouden van gebiedseigen • recreatie sturen door beperkte toeganwater (geen inlaat van water kelijkheid met enkele voorzieningen uit andere gebieden) als uitkijktoren, vogelkijkhut, bezoekerscentrum, bankjes
Verkeer
• aansluiten op nationale en provinciale ecologische structuren • ruimte voor waterberging indien niet schadelijk voor ecologie; voorwaarde is natuurfunctie • breedte oever/plasberm: 10-20 m
M A AT R E G E L E N
• toegankelijkheid beperken tot langzaam verkeer • geen doorsnijding (omleiding gemotoriseerd verkeer) • voordelig fietsverhuur vanuit meest nabije railhalte
Natuur
134
Geluid
• tegengaan van lichthinder door kassen in de nabijheid • voorkomen of tegengaan van geluidhinder door weg- en vliegverkeer
Verder lezen Algemeen Nationaal Pakket Duurzame Stedenbouw. Nationaal Dubo centrum 1999, ISBN 9080501816. Zie ook www.npds.nl (site is in ontwikkeling). Handboek Ruimtelijke ordening en milieu 2002/2003, 2002. Kluwer, ISBN 9014088256. Dit handboek verschijnt elk jaar. Het bevat artikelen over processen, procedures, en de thema’s verkeer, water, energie, ecologie, afval en milieuhygiëne. Steeds Anders. Duurzame herstructurering van naoorlogse wijken. Stichting Natuur en Milieu, 2000. ISBN 90-70211-59-9. Praktische gids voor gemeenten met praktijkvoorbeelden van duurzame stedelijke vernieuwing die goed scoorden op natuur- en milieuthema's. Kiezen voor verandering. Duurzaam bouwen in Nederland. Eneas 2000. ISBN 9075365-37-3. Overzicht van duurzaam bouwen in Nederland vanaf 1973. Nota Planbeoordeling 2002, Provincie Zuid-Holland 2002. Zie ook op www.pzh.nl. De nota omvat het toetskader van de Provincie voor ruimtelijke plannen. Checklist Duurzaam Bouwen deel A Stedenbouw. stadsgewest Haaglanden, versie april 2001. De checklist stedenbouw bestaat uit (1) Milieutoetskader en (2) Maatregelenlijst natuur en milieu in ruimtelijke plannen. Als checklist is hij nu naast het Mirup nog steeds goed bruikbaar. Nadat ervaring is opgedaan met het mirup in gemeentelijke planprocessen, zal een herziene versie van de checklist volgen. Ambities Milieu-inzet Keizershof Pijnacker Nootdorp, 2002. De milieu-inzet voor nieuwbouwwijk Keizershof is een toepassing van het Mirup Haaglanden en geeft ambities en ideeën voor de duurzame inrichting. Hij is gemaakt voor het programma van eisen. Water Bestemmingsplannen blauw gekleurd. Provincie Zuid-Holland 2000. Dit is een handreiking voor water in bestemmingsplannen in aansluiting op de Waterparagraaf van het ministerie van VROM. Leve(n)de stadswateren. Werken aan water in de stad. Stichting Toegepast Onderzoek Water STOWA Utrecht, 2000. ISBN 90-5773-069-3. Een praktische leidraad voor het ontwerp, de inrichting en het beheer van het oppervlaktewater in de stad.
135
Groen Ecologisch groenbeheer. Arie Koster, 2001, Schuyt &Co. Uitgevers. Over het aanleggen en beheren van openbaar groen op ecologisch verantwoorde wijze. Handleiding methoden en veel praktische voorbeelden. Zoetermeer kleuren. Stadsnatuurplan gemeente Zoetermeer, 1999. Een voorbeeld van een natuurbeleidsplan uit de regio. Verkeer Vervoersprestatie op Locatie: VPL de kortste weg naar een betere leefomgeving. CROW Ede, 2001. Bevat cd-rom rekenprogramma VPL. Geeft ontwerprichtlijnen en voorbeelden voor een duurzame en veilige verkeersstructuur en inrichting. Verder ook www.crow.nl Energie Zon en architectuur. NOVEM, 2000. Publicatienummer 2ZNTh00.08. Voorbeelden en ontwerprichtlijnen voor het gebruik van zonne-energie voor stedenbouwers en architecten. Verstedelijking Zoeken naar ruimtewinst. Een handreiking voor gemeenten. VROM 2003. Zie ook www.vrom.nl/ruimtewinst. Bevat aanknopingspunten voor het intensiveren van het ruimtegebruik, het combineren van functies en het transformeren van kwalitatief laagwaardige gebieden in bebouwd gebied. Milieuhygiëne Rapportage Besluit Luchtkwaliteit. stadsgewest Haaglanden. In de jaarlijkse rapportage zijn de knelpunten voor luchtkwaliteit in Haaglanden te vinden.
136
Register
actor afwegingsrapport ambitie alternatievennota autoluw, auto-arm, autovrij
15, 16, 17-18 32 21, 24, 100-121 28, 30 66
bandbreedte ambities basiskwaliteit natuurwaarde bergen water
25 58, 120-121 50, 120–121
confrontatieverslag
23-24, 96-98
duurzaamheidsinzet duurzaamheidsambitie duurzaamheidsthema
24-26 24, 100-121 21-22, 93-98
EPL (EnergiePrestatie op Locatie) ecologische verbindingszone
72 58, 120-121
financiering van maatregelen
125
gebiedstype geluid
24-25, 100-121, 126-134 80-81, 86, 120-121, 126-134
haalbaarheidsonderzoek
28, 31, 125
lagenbenadering luchtkwaliteit
17, 38-40, 41-86, 88-92 80, 82-83
MIRUP milieunormen MTR (Maximaal Toelaatbaar Risico)
5-7, 10, 12 80 50, 120
netwerken nota van uitgangspunten
38 19
ondergrond opdrachtgever OV-Invloedsgebied
38 15, 16 62, 66
planproces procesfase programma-analyse
10-12 10 17
speerpunten streefbeelden streefbeeldennota
25 21-22, 93-95 22
vasthouden water verhoogde natuurwaarde VPL (VervoersPresatie op Locatie)
51, 120-121 58, 120-121 64-65
137
Colofon Uitgave stadsgewest Haaglanden december 2003 Samenstelling stadsgewest Haaglanden sector Milieu TNO INRO Dauvellier planadvies Visualisering Dauvellier planadvies, Den Haag Vormgeving Studio Tint, Bart Konings, Den Haag Druk Drukkerij Van Deventer, ’s Gravenzande Oplage 1000 exemplaren Losse exemplaren stadsgewest Haaglanden Postbus 66 2501 CB Den Haag Telefoon: (070) 750 15 00 E-mail:
[email protected] Internet: www.haaglanden.nl ISBN 90-75157-21-5 2003 © Uit deze uitgave mag niets worden vermenigvuldigd, samengevat en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook, alleen met nadrukkelijke bronvermelding.