- N '. - .
,
* ■ -
, V
■■
r
-
.
i
X
f
No- 8
B o e k -, C o u r a n t- e n
A. R E I M A N
H a n d e lsd r u k lte r ij
Jr.
AUGUSTUS 1 9 4 5
PRIJS 35 CENT
MAANDBLAD SPARTACUS IW ! /
(
&
)
\
VERENIGT U!
A m sterd am -C . J o d e n B r e e s t r a a t 10 3 1 elefo o n 4 7 6 6 9
Inhoud: D e begrippen M acht en Heerschappij. D e wetenschap in dienst van de vernietiging. Naar
nieuwe
vormen Van
Bedrijfsbeheer.
H et zieke Kapitalisme. (Vervolg).
C O M M U N I S T E N B O N D SPARTACUS
31
V a n Siavenmaatsehappij lol Arbeklerslieerscliappij
V
Redactie:
DE
B E G R IP P E N
M ACHT
EN
H E E R S C H A P P IJ.
Inleiding.
TJEERD W O U D S T R A
Administratie: U IT G E V E R IJ „ D E V L A M " Utrechtschestraat 4 4 A m s te rd a m -C .
Abonnementsprijs : per kwartaal f 1 . 0 5 per jaar
------------------------------------------------------------------ /
f 4 .2 0
Postgiro : No 3 0 3 8 1 7 t.n.v. J.C.J.Menist-Raapis, A'dam
y
W ij vrag en ons af, hoe het eigenlijk komt, d a t de in maatschappij-verband levende mensen zich over t algemeen in een bepaald orde-sysle em schikken. De o n d e r w o rp e n h e id is zo v a n zelfsprekend bij verrew eg het grootste deel d e r maatschappijleden, d a t ze zich zelfs o v er de herkom st en het wezen v a n het ailedaagse verschijnsel, d a t wij het uitoefenen en erkenne n van het heersersrecht noemen, geen rekenschap meer geven. Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Kr komen mensen voor, die we over het algemeen als a-sociaal a a n d u id en , o m d a t ze, gemeten a a n de normale maatstaf, afwijkingen vertonen, die ons als ziekelijk of zelfs als misdadig voorkomen. W i j spreken d a n van een abnorm a al type en kunnen hem, in v e r b a n d met dit o n d e r zoek, buiten beschouwing laten. De kring der werkelijk a-socialen is waarschijnlijk veel kleiner dan w e o v e r het algemeen a a n nemen en o m v a t wel voor het grootste deel de groep der g e v a a r lijk krankzinnigen. W a n t ook de misdadiger kan slechts hoogst sporadisch als re c h tsv e rk ra c h te r „van n a tu u r " w o r d e n beschouw d. Z ijn misdadige neigingen en zijn conflicten met de maatschappij zijn in de meeste gevallen de gevolgen van de zinloosheid en de onzinnigheid w a a ro p de geldende rechtsorde berust. E r is nog een an d e re groep, die het wezen v a n en de beschik king ov er de m a ch tsa an sp rak e n en de m achtsuitoefening niet als vanzelfsprekend o n d e rv in d t en die er zich niet zo n d e r tegen s p r a a k in schikt. In dit geval vindt de twijfel a a n de w a a r d e vastheid en d u u r van de geldende m ach tsbegrippen zijn g ro n d in een critische kijk op de maatschappij, die uit de in w endige tegen stellingen van het systeem h a a r voedsel o n tv a n g t. M a a r ook deze groep der bew uste twijfelaars en revolutionnairen, dat wil dus zeggen van die mensen, voor wie m a c h ts a a n s p r a a k en heer schappij geen vanzelfsprekende, onveranderlijke, door de natuur gegeven voorstellingen zijn, is n a a r verh o u d in g klein. De massa van alle mensen en van alle klassen a a n v a a r d t de alom aa n w e z ig e macht, de navolging v a n de d o o r deze macht u itg e v aa rd ig d e en beveiligde rechtsnorm en en de navolging van de door h a a r gegeven bevelen als iets zo vanzelfsprekends, dat het hun niet eens meer b e w u st w ordt. Slechts bij grote conflicten, die de maatschappij en de historie vertonen, in catastro phes en revoluties, o n d e r g a a t de b es taa n d e m achtsverhouding een door alle leden der maatschappij gevoelde, radicale verandering. Zij
Sv 8*' 1 32 m aak t dan plaats voor een nie uwe m a chtsv e rhoudinq een o d m a c h tsa an sp raa k beruste nde heerschappij-vorm, die — meest in n a a r verhouding korte tijd - alle eigenschappen v a n e ï n a qèS 2 H Wetf Ving krij9t en d o o r alJen a k sprekend, minstens als noodzakelijk a a n v a a r d w ordt.
vanzelf
W ij willen in dit v e r b a n d niet direct, of liever nóg niet ons bezighouden met de wisseling der heerschappijvorm en m a ar met de begrippen macht en heerschappij als begeleidingsverschijnselen v o r m / n I? aa tsc h a PPell)ke ° n tw ik keling, hoe ook deze heerschappijen bij het wisselen der tijden gew eest mogen zijn H e t qaat hier eenvoudig om de macht o v e r an d e re n , steeds d o o r een minderheid over de o v e r g r o te m eerderheid uitgeoefend. D oor duizenden ja ren v a n de maatschappelijke geschiedenis heen hebben theologie en philosophie g e tra ch t de begrippen m a c h t e ï heerschappij, hun afkom st en hun recht, te motiveren. Zij hebben geloofd de oorsp ro n g s b ro n n e n van het m achtsbegrip buiten dc materiele verhoudingen te moeten zoeken. Al te duidelijk dragen deze pogingen het stempel v a n een rec h tv a a rd ig in g d e r beta a n d e v e rh o u d m g e n Zij zijn in wezen conservatief9 w a n t ze zoeken het b e s ta a n d e door r e c h tv aard ig in g te behouden. Bij alle wisselingen m de philosophische systemen - d r a g e n ze bijna alle dit merk, dat zonder onderscheid alle theologische pogingen karakteriseert, en wel ook dan, w a n n e e r de betreffende philo” sophie in de a a n g e w e n d e begrippen iedere betrekking tot b o v e n natuurlijke krachten vermijdt. E en r e c h tv a a rd ig in g s p o g in g der b e g a a n d e m achtsverhoudin gen kan niets a n d e r s tot doel hebben, dan de geldende orde het getuigenis v a n „eeuw ige geldigheid" te willen verschaffen. E euw ig kan in de zin v a n deze verklaring en die in w a a rh e id niets verkla re n — slechts de geest zijn. M a a r de geest is volgens theologische o p v a ttin g e n v a n god. Goddelijk moet het wezen der heerschappij zijn, of h e t moet, in de zin der philosophie, een eeuw iggeldene ze d e n w e t inhouden om voor alle tijden bestendigheid te hebben. E n als de wisseling van de rechtsorde en de heerschappij de o n h o u d b a a r h e id van zulke verk a r i n g e n bewijst, d an moeten theologie en philosophie zich op de formule terugtrekken, d a t wel de uiterlijke k entekene n der macht wisselen kunnen, d a t echter macht als zodanig en g e h o o r zaam heid aa n de m acht-als-zodanig, eeuwig zijn. W i j noemen - e p o g m g van een materieel o n g eb o n d e n in te rp r e ta tie van het machtsbegrip (ze is geen interpretatie, w a n t ze v e r k la a r t een o n b ek e n d e grootheid door een a n d e r e o n b e k e n d e grootheid) idealistisch, of ook wel metaphysisch. Idealistisch, o m d a t ze aan et begin, a a n de oorsprong aller ontw ikkeling (dikwijls erkent M ^ 00^ in9 ni? Cens) de idee' d w z ' de aeest stelt. M e tap h y sisch nog in de meeste gevallen, o m d a t ze geest de attributen der bovennatuurlijke, goddelijke h erk o m st toedicht. Z,o philosopheert d e zgn. geestesw etenschap, zo pred ik t de
33
s c h i i S in • f l S , e c h t s 1als een uiterlijk beqeleidinqsver! hljnsel ei? n,f als het wezenlijke, niet als het grondprincipe van der T e n S ') w w al nn it ede IlChHU7der n ' mensen Z ° ° ntSt° nd zich ° ° k niet de Philos°Phie oer eellende, de ellende laat loochenen moet een ..diepere zin inhouden, ze moet een qoddelijke oor sprong hebben zoals ook de heerschappij, en er moet een loon S ï i T e o ' n z,chtbare . g e r e l d zijn voor de ellende in d ! t? a m m e r H pil !l f Z€ ••pblolo^°Phle der ellende” schreef Karl M a rx ..de ellende der philosophie . W a t is het wezen van macht en heerschappij? Zij zijn er wij v e r v Unene z e T ° 9 enblik- In h u " minste symbolen voedina vaif het mensen niet respect, met angst. Ieder, die de op%oed,ng %an het heersende systeem genoten heeft, en niet door het leven en door studie revolutionnair gew orden is. die echter ook d«f officiële9 ver o 1 " hecrSers behoort, siddert min of meer voor de o f h c e e Verorderungen en voor de d ra g e rs van de macht Hoe komt het, dat enkele geüniformeerde am bten aren in sta at ijn tegen een groot aa ntal dem onstrerende mensen met succes p e treden. Is het alleen de angst voor de wapens? O f is het de tot g ew oonte gew orden o nderw orpenheid a a n de heersc na pp ij en haar symbolen en vertegenw oordigers? m ic h T d n n A d° k h e t 'v e r o v e r e n van de macht door de arbeidersklasse en het uitoefenen van de macht door vrije en gelijke producenten kenschetsen, dan moeten w e er ons rekenschap van geven, welke macht dit zijn zal. uit w elke rönnen i| gevoed en in w elke vormen ze uitgeoefend zal w orden. M a c h t en heerschappij zijn historische beqrippen W i j kunnen ons het toekomstbeeld der arbeidersm acht niet v o o r ’ - ellen, la at sta an met vol bewustzijn en met a a n w e n d in q van onze révolutionnaire theorie en practijk het proletariaat het wezen n an deze striid-om-de-macht en zijn uitoefeninq voor oqen houden zonder onszelf allereerst de historische oorsprong der rsc appi) en daa rm ee h a a r begrip bij het wisselen der tijden voorgesteld te hebben. W i j gaan e r v a n uit. dat alle maatschappelijke verschijnselen berus en op e v o o r w a a r d e n , w a a r o n d e r de mensen de voor hun even noodzakelijke goederen v ervaardig en. M et de veranderinq dezer v o o r w a a r d e n , w a a rin zich ook de ontwikkelinq van de productiekrachten voltrekt, o n tstaan en v e r g a a n de organisatie vorm en v a n de menselijke samenleving. Daarbij gaat het niet om een eenzijdige verhouding tussen inhoud en vorm, dat betekent, ussen de materiële le v e n sv o o r w a a r d e n en de formele structuur v a n de samenleving. Z o zeker als de formele structuur groeit uit et materiele leven, d a t de mensen leiden, zo zeker is het ook,* at een zo o n tsta n e structuur zelf materiëel k arak ter krijgt en aa rm ee zelf tot oo rsp ro n g s b ro n van nieuwe ontwikkeling w ordt.
Z oals met alles hebben w e ook hier met een v o o r td u r e n d e w isselw erking te maken. M a a r het uitgangspunt, van w a a ru it alle verschijnselen van het maatschappelijk leven hun drijfkracht v e r krijgen, blijven: a a r d en o ntw ikke lingsgraa d der materiële levens v o o r w a a r d e n , w a a r o n d e r de maatschappij prod u cee rt en co n sumeert. Als w e vaststellen, dat het begrip der heerschappij de actieve o n d e r w e r p in g van het maatschappelijk geheel aa n zekere normen moet zi]nf dan hebben w e d a a rm e e het uiterlijk verschijnsel van een maatschappelijke handelwijze aan g ed u id zonder o v e r h a a r wezen en h a a r o n tstaan ook m aar iets gezegd te hebben. W a n t we weten er nog niets van, w a a ro m deze normen, geschreven of o ngeschreven w etten, conventies en voorstellingen, het b e w u s t zijn der mensen met een gevoel van verplichting vervullen. W i j weten er nog niets van. w a a ro m personen of personengroepen, die slechts een minderheid, meestal een n a a r getal zeer geringe minderheid van de maatschappij vormen, de grote massa haar wil opleggen kunnen. W i j w eten er nog niets van, w aa ro m de massa volgt en w e hebben er ook nog qeen ervaring van. hoe het eigenlijk zou kunnen gebeuren, dat zij macht uitoefent. D a t zij h a a r besluiten tot w et maakt, dat de maatschappelijke p r o d u c tie aan h a a r wil o n d e r w o rp e n w ordt. W i j voelen wel. dat hier verschillende machtsbegrippen aanw ezig moeten zijn. W ï j voelen, dat arb eid ersm ac h t en de macht van de gehele voorbije historie, zoals ook de macht van de te genw oo rdiqe tijd. op geheel v e r schillende gronden berusten moet, of — b eter — volkomen een verschillend doel dienen moeten. W i j voelen het. en het schijnt ons noodzakelijk het historische begrip van macht en h e e r schappij, d a t betekent het on tstaan van macht en heerschappij en hun w isselw erking met de v o o r w a a r d e n , w a a r o n d e r de m a a t schappij voor h a a r le vensonderhoud w'erken moet. n a d e r te leren kennen. W i j kunnen geen genoegen nem en met te zeggen, dat heerschappij macht tot bevelen en gehoorzaam heid betekent. W a n t deze verklaring is geen verklaring. W e l kunnen w e zeg gen, d a t o n d e r de begrippen macht en heerschappij in eerste instantie v e r sta a n w o r d t de politieke en rechterlijke w etten, w a a r o n d e r de maatschappij tijdens een b e p a a ld e periode leeft. M a a r deze n ad e re kenschetsing van ons thema geeft ons slechts een a a n k n o p in g s p u n t v o o r dat, w a t w e als zichtbare en steeds voelbare uitingen van macht te zien en te o n derzoe ken hebben. H et is ons duidelijk, dat het in de politiek-rechterlijke uitingen van macht slechts om zekere uitdru k k in g sv o rm e n van een dieper•reikende afhankelijkheid gaat. Z o kunnen w e over het m a chts begrip van de burgerlijke maatschappij wel zeggen, dat in h a a r de macht tot u itdrukking komt in b e p a a ld e constitutionele vormen, zoals bv. parlementen en dergelijke. M a a r w a a r ó m de macht o n d e r a n d e re zo tot uitdrukking komt, w a a r v a n deze machtsinstituten ( v o o rz o v er ze in t geheel nog beslissende m a ch ts
instituten zijn) hun positie o n tv a n g e n hebben, welke dieperreikende afhankelijkheid het onnoemlijke respect van het publiek voor een geüniformeerden politie-agent ontstaan liet en in het leven houdt, hierover weten we nog niets als w e aa n de politiekrechterlijke competentie der machtsuitoefening denken. Als we de v erande ringen beschouwen, w a a r a a n de politiekrechterlijke macht in het verloop der geschiedenis onderhevig w as, dan valt ons als het meest wezenlijke kenmerk op, dat het o n tstaan en v e r g a a n van zekere heerschappijvorm en o v eree n stemmen met de veran deringen, die zich in het productiesysteem voltrokken. Z o kunnen we ten eerste in het algemeen zeggen, dat de zgn. antieke wereld, dwz. de wereld van de klassieke oudheid, voor dc verzorging met voor het leven noodzakelijke goederen in wezen berustte op slavenarbeid. D e ontwikkeling van de primitieve levensverhoudingen van de historisch-bekende eerste periode der mensengeschiedenis tot aa n de eeuw en der voor-Aziatische. Egyptische en G rieks-Rom einse grote politieke stelsels, w ordt begeleid door de altijd sterker toename van de door slavenarbeid v o o rtg eb rac h te productie en diensten. H et ontstaan van de imperia der klassieke oudheid met de hulp van de o n d e r w erping van vreem de gebieden heeft als v o o r w a a r d e , dat in het in die tijd tot macht gekomen land een verdeling der m a a t schappelijke arbeid tussen mannen en v rouw e n, soldaten en nietsoldaten, vrijen en niet-vrijen, leiders en volgelingen, ontstond. Deze verdeling v a n de maatschappelijke arbeid begeleidt, in wisselwerking, de ontwikkeling der productiekrachten en der eigendom sverhoudingen. D e o n d e r w e r p in g van vreem de ge bieden, hun administratie en exploitatie heeft als v o o rw a ard e, en ontw ikkelt verder, de arbeidsverdeling, de verhoging van de maatschappelijke productiekrachten en de differentiatie der eigen d om sverhoudingen. Z e eist ook in het bijzonder het o n tstaan en de verbreiding van een laag van adm inistratieve en rechterlijke functionarissen. Zij eist altijd massaler w erkpre sta ties voor de verzorging van de onproductieve lagen van soldaten, am btenaren en priesters, die slechts mogelijk is op de grondslag v a n de slavenarbeid. W i j zullen later nog zien. tot welke bijzondere vorm en van politieke heerschappij dit voeren moest. H ier in teresseert ons vóór alles het v e r b a n d tussen de maatschappelijke verdeling van de arbeid, de ontwikkeling der productiekrachten en eigendom sverhoudingen enerzijds cn die der politieke machts uitoefening anderszijds. Allereerst stellen w e de v raag, w a a r v a n ieder wetenschappelijk m aatschappij-onderzoek moet uitga an en w a a r v a n de b e a n t w oording, ook in ons geval, de opheldering v an het begrip h e e r schappij of machtsuitoefening b ren g en moet, namelijk op welke manier de verschijnselen van het maatschappelijk proces van e lk a a r afhankelijk zijn. Duidelijker gezegd: Is de politieke heer-
36 schappijvorm, dwz. de formeie uitdrukking, die de machtseigendom vindt, bron der maatschappelijke v eran d e rin g en , of is de formele orde, de politieke w etgeving, een resultaat, een uit drukking der op d a t ogenblik heersende materiële verhoudingen, dwrz. van de maatschappelijke verdeling van de arbeid, v a n de ontwikkeling der pro d u ctie k ra ch te n , der eigendom sverhoudingen w a a r o n d e r zij w erken? E n een tw ee de v r a a g sta a t d a a rm e e in n a u w verb an d : V o l t r e k t zich het maatschappelijk proces slechts in tegenstellingen, d a t betekent, in een voortgezette strijd tussen bezit en bezitloosheid, tussen macht en machteloosheid? O f w o rd t de ontwikkeling der maatschappelijke geschiedenis in wezen g e kenschetst door een harm onie v a n de samenleving, de verzoening v a n de o n lo o c h en b are tegenstellingen, door een, alle te g e n strijdigheden ov erk o ep e len d e idee van goddelijke of niet-goddelijke herkomst, v a n de liefde of van de rechtv aardigheidsgedachte? O f bev a t en ontw ikkelt het maatschappelijk proces met de a a n wezige tegenstellingen gelijktijdig en als gevolg, dc opheffing der tegenstellingen -tot een ho g ere eenheid, die, ofschoon ze alle tegenstrijdige elementen bezat, toch meer is dan de mechanische samenvoeging d er te gengestelde elementen? O m ons sta n d p u n t en onze m ethode ondubbelzinnig duidelijk te maken en d a a rm e e ook a n t w o o r d te geven op de vraag, w at het wezen van het m achtsbegrip is, moeten w e deze vragen b e a n tw o o r d e n . D a t wij reeds nu hierop ingaan, wil niet zeggen, d a t aa n de b e a n tw o o rd i n g v a n de v r a a g niet een overzicht van het historische materiaal, dwz. van de o p g ed a n e ervaring, zou moeten vo o rafg aan . Integendeel, elke conclusie, die wij trekken, moet het resultaat zijn van ervaring. M a a r doel en om v a n g van dit ge schrift d w in g e n tot beknoptheid. H e t doel is, de strijdende arbeidersklasse een op de historie g e grondv est politiek perspectief te bieden v o o r de tijd na de succesvolle beëindiging van de strijd om de macht. D e hie rv o o r gekozen b ro ch u rev o rm is noodzakelijk door de tijdsomstandigheden, die ons dwingen, studies en discussie materiaal in de beknopte vorm van een politiek strijdgeschrift te laten verschijnen. E n de hie rv o o r gekozen methode van het historisch on derzo e k van v ro e g e re en te g en w o o rd ig e m a c h tsv e r houdingen dient niet als bewijsvoering voor de juistheid van onze principiële opvattingen, of als bewijsvoering voor de doelm atig heid d er door ons a a n g e w e n d e methode. D e historische terugblik en het onderzoek zullen integendeel in dienst sta a n van het in zicht in een maatschappelijk en politiek strijdprogram. Dit strijdprogram luidt: V E R O V E R I N G E N U I T O E F E N I N G V A N D E M A C H T D O O R V R IJE E N GELIJKE P R O D U C E N T E N : het luidt: C O M M U N I S M E ! ! D e arbeidersklasse ziet, v o o r zover zij o n t w a a k t is tot klassebewustzijn, in het com munism e de enige w eg n a a r de bevrijding der wereld. M a a r zij — en nog meer h a a r te g e n sta n d e r s — zijn
37 geneigd in het communisme niet veel meer te zien d a n een v e r langen, een o n v e r v u lb a a r ideaal, een utopie. T e g e n o v e r deze, n a a r onze mening, volkomen v erkee rde opvatting, zetten wij het ond erzoek van de historische noodzakelijkheid, krachtens welke de ontw ikkeling van de maatschappelijke productie- en m achts verhoudingen de communistische oplossing als de enig mogelijke voor de o v erw eld ig en d e meerderheid der mensen afdw ingt, hetzij dan, d a t men genoegen zou willen nemen met de o n d e r g a n g van de menselijke maatschappij in het barbarisme. De historische ervaring, w a a ro p onze overtuiging en de methode van ons onderzoek berusten, b e a n tw o o rd t de bovengestelde v r a g e n als volgt: De politieke organisatievorm der maatschappij berust steeds, zoals alle verschijnselen van de zgn. maatschappelijke bovenbouw , op het fundamentele proces, w a a r a a n de strijd der mensen met de n atu u r om het verkrijgen van hun levensonderhoud, o n d e rw o rp e n is. In dit proces voltrekt zich de verdeling van de arbeid en de splitsing van de gem eenschap in bezitters cn niet-bezitters. in uit buiters en uitgebuiten. Deze grondslag is niet stationnair. W e noemen deze geen fundament, m aar een fundamenteel proces, w an t v o o rtd u re n d e veranderingen, v oortdure nde verhogingen der krachten en v o o r td u re n d e ineenstortingen, begeleiden hem en drijven hem. Dc golfslag van deze ontwikkeling is gedu ren d e vele eeuw en van maatschappelijke geschiedenis van bijna o n m e rk bare bew eging geweest. Soms. zoals b.v. in de tw eede helft van de 19e eeuw en in ’t begin van onze eeuw. beweegt zich de o n t wikkeling in een stormachtig tempo. De v erande ringen en de wisselingen van het ontwikkelingstempo. van dit fundamentele proces, komen steeds tot uitdrukking in de politieke bovenbouw , hoewel niet altijd direct. V a a k voltrekt zich in de m a a ts c h a p p e lijke bovenbouw , dus vooral in de politieke w etgeving, de v e r a n dering veel later, dikwijls zelfs zo laat, dat zij haast als a c h te r haald beschouw d kan w orden. Z o w a s de verovering van de politieke macht door de F ra n s e bourgeoisie in de F r a n s e revolu tie en in de latere burgerlijke revoluties slechts een naspel van de geschiedenis. W a n t de com mandoposten van de werkelijke maatschappelijke macht w aren reeds lang veroverd. Die posten h adde n de com m an danten der kapitalistische productie in handen, die met het trom m elvuur van hun wrarenproductie de laatste b a s tions van feodale productieverhoudingen al lang kapotgeschoten hadden. M a a r het zou verkeerd zijn te denken, dat ons antw o o rd , dat o v e r de b e h e ersen d e betekenis van de materiale ontwikkeling der pro d u ctie v erh o u d in g en ook voor de veranderingen in de m a a t schappelijke b o v e n b o u w geen twijfel laat, geen ruimte bieden zou v o o r de betekenis der politieke w etge ving als ontw ikkelingsbron. D e politieke m achtsorde, die altijd berust op de machtsorde d e r productieverhoudingen, is ook van haar kant als ontw ikkelingsbron te beschouw en. De politieke machtsorde kan
38
39
b e v o rd eren d en remmend, ook in de productieverhouding en, zelf ingrijpen. Z o a ls het maatschappelijk z / n het bewustzijn bepaalt, m a ar een zo o n tstaan bewustzijn ook .elf betekenis als u itg a n g s punt van nie uwe ontwikkeling, dus als materiële macht krijgen kan. zo komt ook de politieke m ach tsverhou dingen dezelfde geschieden is-m akende betekenis toe, o n g e a c h t hun afhankelijkheid van de materiële productieverhoudingen en v o o r w a a r d e n . E n ons a n t w o o r d op deze v r a a g b e v a t gelijktijdig het a n t w o o r d op de volgende. Alle ontwikkeling voltrekt zich in tegenstellin gen. in de tegenstellingen tussen bezit en niet-bezit, tussen kracht cn zwakte, in de tegenstellingen tussen de geslachten en g e n e raties. En over deze tegenstellingen koepelt zich geen goddelijke eenheid of de eenheid van de idee. In de menigvuldigheid der verschijnselen manifesteert zich de eenheid der materie en haar ontwikkeling. Tegenstelling, tegenstrijdigheid, klassenstrijd, bezit en bezitloosheid, zij bevatten n a a s t hun tegenstrijdigheid de v o o r td u re n d e wisselw erking, die alle verschijnselen in de natuur en maatschappij kenschetst. Deze w isselw erking sluit een e e n zijdige. mechanische afhankelijkheid uit, zij o m v a t met al zijn te genstrijdigheden de eenheid v a n het maatschappelijk proces. H et is de eenheid van het maatschappelijk proces, die ons aanleidinq geeft, de blik op de toekomstige m achtsorde van de arbeidersdem ocratie en h a a r historische gebon denheid aa n het verleden en het tegenw oordige te richten. V a n deze a r b e id e r s democratie scheidt ons de sociale revolutie. Revolutie en strijd om de macht, die de tegenw oordige maatschappij uit h a a r v o e gen rukken en de arbeid en het denken de principieel-nieuwe, de communistische richting geven zullen, hebben hun w ortels in dezelfde maatschappelijke bodem, w a a r o p tot nu toe klasseond erd ru k k in g en uitbuiting gegroeid zijn. D e rijkdom, w aa rm e e de arb eidersm ac ht der toekomst de menselijke behoeften b e v r e digen kan. he^ft in de voorbije ontwikkeling zijn productieve en technische v o o r w a a r d e n verk reg en . Deze v o o r w a a r d e n , die uit de boeien van een door het kapitalisme behe erste m a a t schappij bevrijd worden, maken nu reeds de voorstelling van een communistische toekomst, tot een reëel-politieke gedachte. Bovenstaand artikel is do inleiding van de binnenkort verschij nende brochure van ,.Slavenmaatschappij tot Arbeiders-Heerschappij”.
' O e w eten sch a p in dienst van
tot aa n de v er v a a rd ig in g van de atoombom is het niet a n d e rs geweest. Z o o diende de w etenschap niet slechts de productie, maar ook de vernietiging. W a n n e e r w e de rol van de w e t e n schap in de maatschappij nagaan, mogen we dit verschijnsel zeker niet over het hoofd zien. O n d e r de beoefenaars van de natuurw etenschap treft men alle politieke opvattingen en maatschappelijke stromingen aan. N aa st heftige nationalsten en militairisten heeft men hier internationa listen en pacifisten. D e bezittende klasse, die de ontdekkingen der natuuronderzoekers in toepassing brengt, houdt echter geen rekening met hun bijzondere overtuigingen. H et dynamiet, uitge vonden door Nobel, die het initiatief nam voor de n a a r hem genoemde prijs voor de vrede, was bestemd om te dienen in de mijnbouw. De oorlogsindustrie heeft echter niet geaarzeld deze uitvinding in toepassing te brengen, zodat de vredesprijs thans gekoppeld is aa n de naam van hem die één der krachtigste oorlogsw apenen voo rtb ra ch t. D e onderzoekingen van de e c h t paren C urie en Joliot-Curie leidden niet slechts tot de ontd ekking v an net radium en van de kunstmatige radioactiviteit, zo be langrijk in de strijd van den mens tegen de dood. m a ar konden direct gebruikt w o rd e n voor de uitvinding van de atoombom, d o o rd a t zij de bereiding van radioactieve stoffen leerden, de eigenschappen en toepassing van hun straling, deden kennen. H et ec h tp aa r Joliot-Curie heeft bovendien een niet onbelangrijk aandeel gehad in de on derzoekingen betreffende de splitsing van uranium. — W i e heeft niet in deze oorlog gebeefd v o o r de toepassing van het bacterie -w ap e n , dat aan de oorlogsindustrie ter beschikking w erd gesteld op hetzelfde moment dat de g en e es kunde de bacteriologie leerde han teren om ziekte en dood te bestrijden? H e t is het o n a f w e n d b a re lot van alle strijders tegen de dood. voor de vooru itg an g der mensheid, dat zij tegelijk voor de vernietiging w erken. O n a f w e n d b a a r althans o nder kapitalis tische verhoudin gen. W a n t het is juist de grote taak van het p roletariaat deze noodlottige tegenstelling op te heffen. M a a r het is niet alleen zo. dat het kapitaal de w ete n sch a p voor oorlogsdoeleinden misbruikt, zij w o rd t ook b ew ust aan het w erk gezet ten behoeve van de vernietiging. D e uitvinders van strijd gassen, de v e r v a a rd ig e r s van de atoombom wisten w a a r v o o r zij w e r k te n even goed als A rchimedes wist, met welk doel hij de catapult ontw ierp. D ez e onderzoekers nemen deel aan de strijd om de heerschappij v a n de kapitaalsgroep. in wier dienst zij zijn getreden. En zij doen dit zonder aarzeling, zonder terug te schrikken v o o r de gevolgen van hun daden, zoals ook de anderen, die hun krach ten ten dienste hebben gesteld van de oorlog voering. Z o w e r k t de w e te n s c h a p niet slechts v o o r de productie, m aar ook voor de vernietiging, gewild of ongewild. En omgekeerd w e r k e n ook de oorlo gsbehoeften op de ontwikkeling der w e t e n
40 sc hap terug. D e sneüe ontwikkeling v an de atoom bom is niet het enige voorbeeld. De o ntdekking v a n het nie uw e genees middel, het peniciline is een ander. E n zo zijn er dozijnen; a n d e re te noemen. W e denken slechts aa n de ontw ikkeling der chemische industrie voor het maken v a n synthetische producte n, aa n de ontw ikkeling van de benzinem otor en in v e r b a n d d a a r mee van het lu c h tv a a rtv e rk e e r in de vorige oorlog, a a n de ontwikkeling van de draadlooze telegrafie, enz. V a a k w o rd e n in de oorlog uitvindingen gedaan of verbeterd, die dan later, als de oorlog ac h te r de rug is, d ie n stb a a r w o rd e n g em aak t in de normale productie. Z o dient de productie de vernietiging en de vernietiging de productie; de w e te n s c h a p dient beide en zuigt uit beide h a a r inspiratie en kracht. Duidelijker dan ooit tekent zich hier de onverbrekelijke eenheid van het kapitalisme af, w a a r a a n niets en niemand ontkomt. Dit v e r b a n d tussen productie, vernietiging en w e te n s c h a p is onverbrekelijk in het kapitalisme. En in zijn bijzondere vormen d r a a g t het het stempel van dit maatschappelijk stelsel. In het kapitalisme w a s de oorlogvoering steeds een functie van de staat, niet van het particuliere kapitaal. En zo gelden voor de w ete n sch a p in dienst van de vernietiging an d e re b e w e g in g s w e t ten dan voor de w e te n sc h a p in dienst van de vredesproductie. D e particuliere kapitalist kan een uitvinding toepassen of niet toeoassen, al n a a r dit hem het voordeligst schijnt. H ee ft hij kort geleden nieuwe machines gekocht, dan zal het v aa k voordeliger zijn een nieuwe uitvinding in de doofpot te stoppen dan hem in practijk te brengen. D e o orlog v o eren d e staat echter is niet alleen g e d w o n g e n de uitvindingen toe te passen, hij moet ze ook stimuleren. D e industrie, die de staat van oorlogsbehoefte v o o r ziet kan in sommige gevallen belang hebben bij een rekken van de strijd, bij de levering van m in d e rw a ard ig materiaal tegen hoge prijzen, de staat zelf kan niet a n d e r s v erla n g en dan het beste van het beste. En de concurrentie is hier zeer scherp. Een machine kan lange tijd de concurrentie volhouden tegen een ander, iets v e rb eterd type. O orlogsm ateriaal, dat in kw ali teit achter staat bij d a t van den te g enstander, g a a t de o n v e r mijdelijke en onmiddellijke vernietiging tegemoet. Z o moet de oorlogvoerende sta a t niet alleen de kw antiteit van de productie tot in het grenzeloze opvoeren, niet alleen iedere nieuw e uitvin ding onmiddellijk in toepassing brengen, zij moet ook het w e te n schappelijk onderzoek tot de uiterste k rach tsin sp a n n in g aanzetten. D e A m erikaanse staat besteedde tw e e milliard dollar om de v e r v a a rd ig in g van de atoombom mogelijk te maken. D eze belegging is niet alleen rendabel gebleken, d a a r een v e r k o r tin g v a n de oorlog met niet meer dan acht dagen reeds een bes p arin g van tw ee milliard betekent, m a ar bovendien verze k ert de uitvinding aa n het A m erik a an se kapitaal de wereldheerschappij. D it geldt alth an s zolang de uitvinding niet in a n d e re landen w o r d t her-
41 haald of voorbijgestreefd. N a a s t de gew eldige stimulans die v a n de oorlo gvoering uitgaat voor de ontw ikkeling v a n de w e t e n schap sta a t direct een a n d e r e tendenz: het remmen v a n h a a r ontwikkeling door het geheim houden der resultaten. Iedere in dustrie die w e r k te in dienst van een kapitaalsm acht had h a a r fabrieksgeheimen, die voor de oorlogsproductie van wezenlijke betekenis w aren . T e k e n e n d in dit v erb an d zijn de ac h te r e e n v o l gende Uitlatingen van P re sident T r u m a n betreffende de a to o m bom: eerst de verzekering d a t in Amerika, het land van de vrije w etenschap, nà de oorlog het geheim zou w o rd e n g eope nbaa rd en enkele d a g e n later de verklaring, d a t A m erika er niet aan dac h t dit geheim prijs te geven. Echter, dergelijke nationale monopolies kunnen zelden lange tijd g e h a n d h a a fd blijven. D e uit vinding is tè belangrijk, dan d a t a n d e re kapitaalsgroepen in hun a c h tersta n d zouden kunnen berusten en d a a r alle steunen op dezelfde algemene resultaten van het natuurw etenschappelijk ond erzoek duurt het niet lang, of hij w o rd t elders herhaald. D a a ro m is het voor het o v er w in n e n d e kapitaal van het grootste belang zijn tijdelijke v oo rsp ro n g tot het uiterste uit te buiten en tevens een herhaling van de uitvinding in a n d e r e landen zoveel mogelijk te voorkomen. D e tegenstellingen tussen de kapitaalsmachten w e rd e n hierdoor toegespitst cn tevens ontstaat hierdoor de neiging de w ete n sch a p in zijn geheel — en niet slechts de directe technische uitvinding — tot een nationaal monopolie te maken. H et A m erik a an se kapitaal heeft steeds zeer bew ust in deze richting gew erkt, o.a. door stelselmatig alle grote geleerden uit de gehele w ereld n a a r zich toe te halen. H et is te v erw achten, dat deze tendenz thans na de eerste toepassing van de a to o m kracht nog in hoge mate zal w o rd e n versterkt. H ie rd o o r berooft het A m erika anse kapitaal de w ete n sch a p van a n d e r e landen niet alleen van alle productieve krachten, m a ar tegelijk is het in staat alle d a a r gegroeide kennis en tot ontw ikkeling gekomen * methoden in zich op te nemen, terwijl het de eigen w e te n s c h a p pelijke v eroveringen voor vreem de ogen kan beschermen. N iet voor niets is A m erika het paradijs der geleerden. Z o w o rd t in de oorlog het wetenschappelijk onderzoek o n tz a g lijk gestimuleerd, m a ar tegelijk door de staat gemonopoliseerd. H e t eerste verschijnsel v e r k la a r t ten dele de bereidwilligheid w a a rm e e de meeste geleerden hun krach ten in dienst v a n de oorlogvoering stellen. T erw ijl de oorlog v o o r de mensheid in het algemeen slechts vernietiging betekent, b etek en t hij voor de w etenschap de machtigste stimulans tot v e r d e r e ontwikkeling. D e w ete n sc h a p in het kapitalisme — w e k unnen het zonder rese rv e uitspreken — profiteert v a n de oorlog. T o c h is dit slechts betrekkelijk. W a n t in de eerste plaats w o rd t de w e te n schap d o o r de oorlog tot een staatsmonopolie g em aak t en d a a r d o o r in h a a r vrijheid belemmerd en tegelijk w o rd t zij ge d w o n g e n zich in een richting te ontwikkelen, die h a a r in tegen-
stelling b ren g t tot de behoeften der mensheid. W a n n e e r de natu u ro n d e rz o ek ers zich boven het enge g e le e r d e n - sta n d p u n t k u n nen verheffen, w a n n e e r zij zichzelf g a a n zien als en willen zijn d ie n a re n der mensheid, moet ook in hen de afsc h u w te gen de oorlog rijzen. D an zullen zij w eigeren hun k ra c h te n in dienst v a n de vernietiging te stellen. H e t probleem is hiermee echter niet opgelost. W a n t wij hebben gezien, hoe de oorlogvoering ook de ontde kking der meest pacifistische n atu u rk u n d ig e n w eet te benutten. O f zij wiilen of niet, het natu u ro n d e rz o ek blijft o n d e r w o r p e n a a n de belangen v a n de oorlogvoering zolang de kapitalistische maatschappij blijft voortbestaan. D a a ro m is slechts één oplossing mogelijk: de onteigening van het gehele p r o d u c tie - a p p a r a a t met inbegrip van de w etenschap door het p r o leta riaat en het d ie n s tb a a r m aken aa n de algemene belangen d er mensheid.
N a a r n ieu w e vormen van bedriiisbelieer 1
V . -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ____________________________________ V
,,In een veelzeggend telegram vermeldde j.l. Dinsdag een speciale correspondent van de „Times", dat het geallieerde militaire be stuur geweigerd had, beslissingen te erkennen van de plaatselijke bevrijdingscommissies, die met succes alle industriële bedrijven hadden bezet en overgenomen voor de komst van onze troepen. Met het oog op de „efficiency worden bedrijfsdirecties als van Valletta of Fiat — die actief met de Duitsers samenwerkten — weer in haar functie hersteld, onder de bedreiging, dat de ge allieerden geen steenkool en andere grondstoffen zullen afstaan voor fabrieken, die door arbeidersraden worden geëxploiteerd. (Geciteerd uit: Revue van buitenlandse stemmen"... uitgave M.G. Nr. 2.) Onderstaand artikel is een hoofdstuk uit een groter geschrift over „natuurwetenschap en maatschappij". W ij brengen het thans als afzonderlijk artikel, omdat het door de uitvinding van de atoom bom actueel is geworden. Wij hopen bij een latere gelegenheid het geschrift in zijn geheel te kunnen uitgeven.
Efficiency is het woord, d a t elk m o de rn zak en m a n op de lippen bestorven ligt. En geen w onder. D e efficiency, d.w.z. de doel matigheid van de inrichting van het bedrijf is v o o r de k a p i ta listische ondern em er v a n het grootste belang. N a a r m a t e de a rb eid beter is georganiseerd, de grondstoffen, g eree dscha ppen en w erk tu ig e n het doelmatigst gebruikt w o rd e n , de adm inistratie op de meest overzichtelijke en eenvoudige wijze is ingericht, des te lager is de kostprijs en des te h oger de winst. Uit de practijk van het productie-proces w e e t de arbeidersklasse w a t ,,efficiency’ betekent. V o o r h a a r komt het hierop neer, d a t de arbeid geïntensifeerd w o rd t, d a t wil zeggen, d a t zij in dezelfde tijd meer producten voortbrengt, d a t zij dus regelm atiger en onophoudelijk aa n de a rb eid blijft, d a t de a rbeidsverrichtinge n zodanig w o r d e n gecontroleerd en v o o r td u r e n d herzien, d a t o v e r
bodige b e w e g ingen achterw ege blijven, dat elke rust gedu rende het arbeidsproces zoveel mogelijk w o rd t vermeden, kortom, dat er uit den a r b e id e r gehaald w ordt, w a t er volgens de b erek e n in gen van de ingenieurs en a n d e re bedrijfseconomen in moet zitten. D e efficiency, d a t is dus de v oortdure nde vergroting v a n de uitbuiting der arbeidersklasse is d a n ook niet alleen een der wrijfpunten tussen arbeiders en ondernemersklasse, m aar te g e lijkertijd de reden, w a a rd o o r de arbeidersklasse een a n d e re o p vatting heeft om trent datgene w a t inderd aad efficient, dus doel matig is. D o o rd a t beide klassen onder geheel an d e re v o o r w a a r d e n aa n het productie-proces deelnemen, de één als loonarbeider en de an d e r als kapitalist, beiden dus geheel andere belangen hebben bij het arbeidsproces, is de w aa rde ring van de doorvoering van nieuwe efficiente m aatregelen verschillend. V o o r de ondernem ersklasse, die het w instm aken als doel van elke productie ziet, is elke doorvoering van nieuwe arbeidstechmck. die de winst verhoogt, uit dc a a r d der zaak welkom. De arbeiders d aarentegen beschouw en het arbeidsproces in de allereerste plaats als een w erkzaamheid, die door mensen w o rd t verricht. Zij zelf immers moeten werken. Z o d r a het a r b e id s proces voor hen dus steeds meer een uitputtingsproces w ordt, w aa rin van arbeidsvreu gde en daarm ee van levensvreugde geen sp rak e meer is, moeten bij hen vanzelfsprekend a n d e re o p v a t tin gen opkomen, om trent de wijze w a a ro p het bedrijf technisch w o rd t geleid. V a n d a a r dan ook, dat elke arbeidersklasse, die macht uitoefent, andere richtlijnen geeft, volgens welke het b e drijfsleven zal verlopen. O p dit punt lopen de w egen tussen arbeidersklasse cn bourgeoisie radicaal uiteen. En dit is v a n z e lf sprekend. H ct gaat hier immers om één der belangrijkste functies, die de m oderne o n d e r n e m e r nog onder zijn controle heeft. Z o a ls bekend, grijpt de sta a t steeds meer in het economisch leven in. H oew el niet overal precies hetzelfde, is de algemene tendenz, dat hij dc o p d r a c h te n verstrekt, de aanwijzingen levert voor g r o n d stoffen, g ereedschappen en arbeidskracht. Hij bepaalt de normen w a a rb in n e n de lonen zich mogen bewegen, stelt de prijzen vast en geeft algemene richtlijnen voor de ondernem ers en arbeiders bij een eventueel conflict. V a n de zijde van de staat is de bewegingsvrijheid van de o n d e r nemers veel meer a a n banden gelegd dan dit v roeger het geval was. A an de éne kant voelen de on dernem ers dit als een druk, a a n de an d e re kant weten zij daa re ntege n , d a t h u n afzet nu verzekerd is en daa rm ee hun winst. N o g belangrijker is h e t feit, dat het hun duidelijk is, d a t zij op de w er e ld m a r k t alleen nog iets k unnen betekenen, als de totale macht van de staat, die
44 het belang v an de gehele kapitalistische klasse verte g en w o o rd ig t, ac h te r hen staat. T o c h zijn er voor den enkelen kapitalist nog genoeg functies over, die tot zijn domein behoren. Een dier functies is de wijze v an bedrijfsbeheer, dc wijze dus, w a a r o p dc o n d e r n e m e r toezicht houdt op het verloop v a n het arbeidsproces binnen het bedrijf. Hij zelf b.v. bepaalt, hoe de administratie zal w o rd e n ingericht, in hoeveel ploegen zal w o r d e n gewerkt, hij m a a k t tijdstudies, die nodig zijn voor een vlot functionerend arbeid spro ces en brengt de verb eterin g en aan, die hij aa n de hand v a n de ra p p o r te n van zijn „rationalisatie-ingenieurs" meent te moeten d oorvoeren. W a n t al is het in het algemeen zo, dat dc enkele o n d e r n e m e r de g r o n d stoffen, tegen vaste door de staat bepaalde prijzen koopt en volgens v as te prijzen afzet, d aa rb in n en is nog een ruim gebied, w a a r hij door zelf initiatief tc nemen, invloed kan uitoefenen op de grootte van zijn weinst. Eik ingrijpen van de a r b e id e r s op het bedrijfsbeheer, zal dus vanzelfsprekend op de felste te genstand v a n de o n d e r n e m e r s klasse stuiten. D a a r de steeds v e r d e r d o o r g e v o e r d e efficiency in het bedrijf de tegenstellingen tussen den enkelen o n d e rn e m e r cn het fabriekspersoneel v o o r td u re n d verscherpt, tracht de o n d e r n e m e r langs allerlei w e g e n dit verzet in georden de banen op te v a n g e n en heeft hij uitlaatkleppen tot zijn beschikking in de vorm v a n het schriftelijk of mondeling toelichten van b e z w a re n . O m g e k e e r d w e k t hij bij de arbeiders de indruk, alsof hij hun ook in het bedrijfsbeheer wil betrekken, door de mogelijkheid open tc stellen, op initiatief der arbeiders allerlei v erbeteringen in het bedrijf d o o r te voeren. ,.Jeder den kt mit” — ieder d e n k t mee, w a s een geschrift dat de ..Reichsausschuss für L eistu n g sste ig e ru n g ” uitgaf. Reeds vóór de oorlog k ende men hier in H o lla n d ook dergelijke pogingen van de directies, de arbeiders v o o r dit w a g e n tje te spannen. E n enkele arbeiders, hun bijzonder belang belangrijker a c h te n d e dan het klasse-belang, vlogen, door premies aangelokt, hier wel eens op in. Dit kon en kan echter niet verhinderen, dat de arbeidersklasse zich toch tegen de „efficiency” verzet, o m d a t het niet a n d e rs betekent, dan een met scherper middelen d o o rg e v o e r d e uitbuiting der arbeidskracht. •
H et is begrijpelijk, d a t de v e r d e r d o o rg e v o e rd e rationalisatie van het bedrijf niet iets is, w a t slechts voortkom t uit één of a n d e r e grillige inval v a n een o nd ernem er. D e totale to e stan d v a n het kapitaal, de concurrentie-strijd w aa rin het n a tio n a a l of in te r nationaal gew ikkeld is, bepaalt tevens in h o e v e rre het het a r b e id s tempo moet o pvoeren en nie uwe arbeid sm eth o d en moet d o o r voeren. Al n a a r mate deze d a n ook ondragelijker w o rd e n , moet
45 de ondernem ersklasse in steeds flagrante r tegenstelling tot de a r b e i d e i skiasse kom en te sta an en deze te genover haar. U it de overbelasting van het menselijk kunnen o n tsta a n bij de arbeiders op de duur nieuwe opvattin gen over de wijze w a a r o p het bedrijf moet w o r d e n ingericht. Dit gebeurt dus, d o o r d a t de arb eiders er zelf diicct mee te maken hebben, d o o r d a t het arbeidsproces ten opzichte van hun arb eid sk ra ch t zich steeds meer als een vernie tigingsproces openbaart. H e t arbeidsproces als vernietigingsproces kan men natuurlijk ook v a n een a n d e re kant belichten. H et komt kort en duidelijk tot uitdrukking in de w oorden: Eerst k an o n n e n en d a n boter. W e weten, dat vooral in de oorlog, als het kapitaal in zijn direct bestaa n w o rd t bedreigd, de zweep der efficiency de arbeiders eens te meer striemt. M a a r ook als het kapitaal niet in oorlog is, m a a r de con currentie strijd op vergrote schaal, met mächtiger sta ten-blokke n voert, g aat de efficiency onverbiddelijk voort. D o o r d a t de ondernmeer! nu zijn belangen georganiseerd in de s ta a t behartigt, heeft het hele economische leven een veran d e rin g o n d e r g a a n . H e t econo misch leven, tot één eenheid georganiseerd, d.w.z. productie-tak n a a s t productie-tak in onderling v e r b a n d opgesteld, s ta a t in het gelid cn is sla gvaa rdig aangetreden; het economisch leven is als een oorlogsw apen georganiseerd en w o r d t als zodanig gediri geerd. Alleen gezien het raam van deze economische organisatie en de ta a k w a a r v o o r zij in beweging w o r d t gesteld, is h e t duidelijk, dat de ondernem ersklasse als geheel de invloed d er arbeiders op het bedrijfsleven moet afwijzen. Inplaats v a n een democratisering \ a n het bedrijfsleven ten aanzien v a n arbeidstem po, invoering van nie uwe machines, productie-richting en productiegrootte, doorvoering v a n een arbeidstijd-rekening, die de arbei d ers een werkelijk inzicht geeft in de verdeling v a n h e t m a a t schappelijk product, kortom inplaats v a n een steeds meerdere daadw crkelijk e m ede-zeggingschap in het bedrijfsleven, sta a t de tendenz tot • doorvoering van een autoritair bedrijfsbeheer. Het is het grofste bedrog, indien men de arbeiders voorhoudt, dat m e erdere medezeggingschap in het bedrijfsleven parallel kàn g a a n met een steeds meer door de sta a t geleid economisch leven. H oe meer het kapitalisme in de periode komt v a n chronische noo d toestand, die zich voordoet in de vorm van oorlog of v a n een als o orlogsw ap e n georganiseerd economisch leven, des te meer o n tp o p t zich de s ta a t als directe b elangen v ertegenw oordiger van de ondernem ersklasse en zal op de meest wezenlijke g r o n d slagen, w a a r o p deze maatschappij is ingericht, niet, ook niet do o r strijd, capituleren. Hij zal als klasse-staat, maatschappelijk gesproken, moeten w o r d e n geliquideerd.
16 H oe meer het bedrijfsleven zich autoritair organiseert, min of meer in gelijke tred voltrekt zich dit ook in de enkele fabriek. W a n t de enkele fabriek is een onderdeel v a n het geheel. Dit geheel w o r d t van boven af, u itgaande v a n de kapitalistische belangen, georganiseerd. D e o n der-dirigenten, dc ondernem ers, hebben zorg te d r a g e n voor de uitvoering v a n dc hen opg ed rag e n taak. M a a r niet alleen de directies. O o k de arbeid ers moeten op hun beurt de hun o p g e d r a g e n taak volbrengen. E n de wijze w a a r o p dit g ebe urt is alleen mogelijk, ais v a n boven af, niet alleen de algemeen-economische, m a a r ook de bedrijf s-economische richtlijnen w o rd e n gegeven. Dit sta a t dus niet in te g e n stelling tot het feit, d a t de o n d e rn e m e rs in het bedrijf nog allerlei functies uitoefenen w a a r o v e r we in hct begin schreven. H e t zegt niets ande rs, d a n d a t deze maatregel, ook die, b etref fende practische doorvoering v a n nie uwe meer efficiente arbeidsmethoden, niet k unnen w o r d e n beschouw d buiten het algemecneconornisch leven. H e t geeft ons tegelijkertijd een inzicht in het feit, d a t de ,,strijd tegen de efficiency” , één der vele k anten is, w a a rin de strijd om de macht d o o r de arbeiders w o rd t gevoerd. — o— A an de kop v a n dit artikel d ru k te n w e het telegram af van den specialen co rre sp o n d e n t v a n de Tim es, w a a r i n hij meldde, dat G ene ra al A le x a n d e r uit o v e r w e g in g e n v a n ,,efficiency’ de a r beidersraden, die de bedrijven exploiteerden, elke toevoer van gron dstoffen en steenkool zou verhinderen. W e zullen straks n ag a an , in h o e v e rre de ,»efficiency” hier niet als voorw endsel w o r d t gebruikt om de Italiaanse arbeidersklasse w ee r opnieuw in k n ec htsc hap te brengen. T h a n s willen w e echter v o o r een m oment aa nnem e n, d a t dit ,,a r g u m e n t ” in d e r d a a d de m aatstaf w a s v o o r A le x a n d e r s o p tr e d e n en n a g a a n , in hoeverre de efficiency der arbeiders verschilt met die d e r ondernem ers. In het v o o r g a a n d e hebben w e reeds uiteengezet, hoe de ka p ita listische ontw ikkeling tot een steeds meer a u to rita ir bedrijfs beheer voert. H e t resultaat d a a r v a n zal zijn, d a t de a r b e id e r s klasse steeds minder invloed op hct directe bedrijfsleven zal kunnen uitoefenen. De beslissingen w orden niet alleen zonder hen. m a a r tegen hen genom en. N o g meer d a n ooit voorheen, w o r d e n de m oderne fabrieken met hun in gew ikkelde machines, hun ingenieuse gereedschappen, het stompzinnig lopende b a n d w e r k en het m oordend tempo w a a r in w o r d t gew erkt, tot een macht die zich tegen de arb e id e rs keert en die zij verfoeien o m d a t het hun levensgeluk vernietigt. D a a r w a a r de arbeiders dus zelf macht uitoefenen, zullen ze d a n ook a n d e re middelen v a n bedrijfsbeheer do orvoeren. D a t wil niet zeggen, d a t ze de doelmatige inrichting v a n het bedrijfsleven zullen opgevcn, integendeel. Alleen w o r d t t a c c e n t d e r efficiency
op een a n d e r p u n t gelegd. D e doelmatigheid van de inrichting van het bedrijf, die o n d e r kapitalistische v erhoudingen een functie is van de winstmakerij, w o rd t onder arbeidersbeheer een functie om het levensgeluk der mensen zo hoog mogelijk op te voeren. M a a r om dit te k un nen doorvoeren, zullen de arbeiders eerst zelf de bedrijven moeten hebben overgenomen, moeten zij zelf de bedrijfsleiding uitmaken. Dit betekent dus feitelijk de volledige onteigening van de kapitalistische klasse en op dit punt zal d a n ook de felste te genstand der bourgeoisie w o r d e n o n dervonden. V o o r den kapitalistischen ondernem er is de bedrijfsleiding een functie om zijn p riv ate belangen te behartigen. V o o r de a r b e i ders, die in de fabrieken zelf moeten werken, zal de bedrijfs leiding w a n n e e r zij die uitoefenen, dus een w erkza am he id zijn, die hen allen a a n g a a t. Deze zal dus niet door één, m aar door allen w o r d e n uitgeoefend, w an t ze hebben er allen belang bij. D aa ro m zullen zij d a n ook over de fundamentele grondslagen w a a ro p de bedrijfsleiding zal w orden gevoerd, gezamenlijk v e r gaderen. En als de besluiten zijn gevallen zullen deze arbeiders de uitvoering aan and e re n , die op net gebied der bedrijfsleiding het best zijn geschoold (hetw elk zeker lang niet altijd met de directies sa m envalt) o v e rd ra g e n . Diegenen, die deze arbeid dus verrichten, sta an dus niet in dezelide positie als de vroegere ondernem er, w a n t ze krijgen hun opdrachten uit handen van het bedrijfspersoneel en d a a r a a n zijn ze v o ortdure nd v eran tw o o rd in g verschuldigd. De doorvoering van een dergelijk bedrijfsbeheer is het w e r k van allen gew orden. M a a r dat kost tijd. V o o r den kapitalistischen ondernem er die b ev a n g en is in zijn bijzondere wijze v an bedrijfs beheer, is dit alles een aanfluiting aa n de meest elementaire g ro n d sla g e n van m odern bedrijfsbeheer. En van dit sta n d p u n t gezien heeft hij volkomen gelijk. W a n t de toestand w a a r in het huidige kapitaal verkeert, vereist dat elk bevel, dat de meest ge raffineerde, de direct de le venskracht der arbeiders a a n ta s te n d e arbeidsm ethoden ogenblikkelijk, zonder tegenspraak w o rd e n d o o r gevoerd. D a a r d o o r w o rd t de strijd tegen de efficiency dan ook tegelijk een der onderdelen van de strijd om het zijn of niet zijn der arbeidersklasse. D a a r d o o r zullen de arbeiders in de toekomst meer d a n ooit g e d w o n g e n w o rd e n , zich met problemen v a n b e drijfsleiding bezig te houden. V a n d a a r dan ook, d a t in elke révolutionnaire b ew eging v a n enige om v ang en diepte, de v ro eg ere directies onverbiddelijk uit hun posities zullen w o rd e n gestoten. Juist o m d a t de inrichting en de wijze w a a r o p het bedrijf w o rd t beheerd, een v a n de belangrijkste elementen uitmaakt v a n het dagelijks leven der arbeiders, d a a r d o o r zal vooral in de beginne door de arbeiders a a n deze kwestie zeer veel a a n d a c h t w o r d e n
48 besteed. V o o r de arbeiders, die o v er deze dingen verg ad e re n , is dit geen tijdverlies, m aar een noodzakelijke „onkosten", die a a n elk arbeidsproces eigen is. T e n opzichte v a n de nieuwe v o r m e n w a a r o p het bedrijfsbeheer zal plaats vinden, sta an de arbeiders in den beginne vreemd. Z e zullen (wij e r k en n e n de betrekkelijkheid van alle vergelijkingen) er even on w en n ig tegenover staan, als de opko m e n d e burgerij, die ook de d r a a g s te r w as van een nieuwe, m a a r tha ns o v e r leefde, maatschappelijke orde. H et grote verschil tussen hen en de arbeiders is echter, d a t de la atsten over een uitgebreid w e t e n schappelijk reservoir zullen beschikken, zowel w a t materiaal als krach ten betreft. D e opkomende bourgeois moest alleen de bedrijfsmoeilijkheden oplossen, voor de arbeiders echter zal het bedrijfsbeheer een functie zijn v a n de collectiviteit. T o c h sluit dit niet uit, dat ook de arbeiders in den beginne nog onw ennig zullen staan. M a a r wij weten, d a t deze sta ppen de eerste zijn op de lange weg, die de mensheid zal betreden in h a a r strijd en het d aa rm ee opkom end verlangen, h a a r leven te regelen in overeenstemming met eigen behoeften. M a a r juist o m d a t het de eerste stappen zijn en om dat de arbeiders de belangrijkheid e r v a n inzien, zullen vooral in den beginne de besprekingen lang en zw aarw ichtig en soms (of misschien v a a k ) niet al te zakelijk zijn. M en zal eenvoudige problemen b.v. niet de b aa s k u n n e n w o rd e n en moeilijke wel of soms ook niet. D a a r d o o r lijkt het den buiten sta a n d e r en den grimmigen bourgeois alsof dilettanten a a n het w e r k zijn en het nooit zullen leren. W i j communisten w e te n echter, dat dit alles nog slechts een prob eren is, d a t tijd kost, kostb are tijd. M a a r ook, dat de kortstondige verspilling v a n deze arbeidstijd in het geboorte-tijdperk van de nieuwe maatschappij, niet te vergelijken is met de verspilling aan arbeidstijd die o n t sta a t uit de maatschappelijke ram pen die het kapitalisme v o o r t brengt. M à a r niet alleen zullen de discussies d e r arb e id e rs over deze zaken soms lang duren en niet vlot verlopen, wij willen zelfs aannem en, dat ze ook ov erbodige commissies en controle a p p a r a te n zullen instellen, als een begrijpelijk w a n t r o u w e n tegen de nog vers in hun geheugen liggende inrichting van het k a p ita listisch bedrijfsleven. H o e w a a r dit ook moge zijn, dit alles is niet eens het b e l a n g rijkste. 'En d a t w e te n de o n d ern em ers evenals hun generaals. O o k zij weten, d a t fouten die gem aak t w o rd e n , binnen korte tijd kunnen w o rd e n hersteld. N e e n , d aa rin ligt v o o r hen het b e z w a a r niet. H e t grote g ev a ar ligt niet in de fouten, niet in de volgens hen onvo ldoe nde efficiency die de arbeiders doorvoeren, m a a r in de principiële vijandigheid v a n de arbe id e rsm a a tre g e le n a,an het kapitalistisch bedrijfsbeheer.
49 D a a r is b.v. het o p e n b a a r en gemeenschappelijk bespreken v a n de technische en adm inistratieve moeilijkheden in het bedrijf, de o p e n b a re controle op de w e r k z a a m h e d e n v a n de comité s, de o p e n b a re boekhouding cn de eenvoudige en overzichtelijke w e e r gave hiervan aa n de arbeiders, de o p e n b a re beoordeling van alle in het bedrijf w e r k e n d e genoten, het o n g e d w o n g e n praten van arbeiders ged u ren d e het w erk, zonder dat ze dus schichtig opkijken als de b a a s hen ziet, het zelf toezicht houden op de besparing van arbeidsmateriaal, de o p e n b a re bespreking of con structie- en organisa tie verbete ringen wel of niet in het belang zijn van de w erkenden, de ruil van technische e r v arin g e n tussen de verschillende bedrijven en het uitgeven van w e r k k ra n te n , w a a rin dit alles w o r d t besproken. Kortom, dit zelf m eedenken v a n alles, is het kapitalistisch b e drijfsbeheer volslagen vijandig. Dit laatste staat in flagrante tegenstelling tot de wijze w a a r o p de arb e id e rs het bedrijf zullen leiden, om dat al deze functies niet alleen gemeenschappelijk en in het o p e n b a a r zullen w o rd e n besproken, m a ar o m d a t de uiteindelijke beslissing o v e r de wel of niet doorvoering v a n de te nemen m aatregelen tot de uitsluitende b evoe gdheid b e h o o rt van het bedrijfspersoneel en v o o rz o v e r het een algemeen k a r a k t e r heeft, van dc bedrijfspersonelen en de uit hen gev o rm d e a rb ei dersraden . Instinctief, m a ar door h a a r intellectuelen ook doordacht, voelt de bourgeoisie het dodelijk g e v a a r dat h a a r hier bedreigt, n.l. dc daadw erkelijke één w o rd in g van de arbeiders, hun o p e n b a re controle en hun zeggenschap over alle maatschappelijke functies. Dc o n d ernem ersklasse voelt, dat hier, indien dit v o o r td u r e n d zou plaats vinden een voor h a a r gevaarlijke g ew o o n te ontstaat, de overigens vanzelfsprekende gewoonte , d a t rekenschap cn v e r a n tw o o r d in g moet w o rd e n afgelegd a a n diegenen die w erken. Z o d r a voor de arbeiders deze opv attin g e n gem eengoed w orden, is er een grondige breuk o n tsta a n tussen o n d ern em ers en a rb ei ders. D e toekomstige gew oo nte, d a t rekenschap en ver w o o rding geëist w ordt, van da tg e n e w a t in het bedrijf geschiedt, doet de o n d e rn e m e r zich als een vreem d e in zijn eigen fabriek ge voelen; hij kan het niet verkropp en, dat men in zijn fabriek v e r g a d e r t en complotteert tegen zijn bestaan. D a a ro m zal dit alles de tegenstellingen tussen de arbeiders en de in de staat geo rganisee rde bourgeoisie d o e n toenem en en de strijd der a r b e i ders des te meer tot een algem een maatschappelijke strijd maken, tot een strijd om de macht. V o o r de arbeiders d a a re n te g e n w ordt, al n a a r mate het inzicht in deze kwesties rijpt, het bedrijf niet lan ger beschouwd, als een plaats w a a r levensgeluk w o r d t vernie tigd of in de kiem w o rd t gesmoord, m aar b eschou w d als een plaats w a a r door gezamenlijk optreden, door strijd cn discussies in de strijd, door handelen en
50
d
ó
'L
v
o
S
X
'f e l L
'" ^
? ” '
"
*
k“ ” " “
een stoffp liit ,„cV . 1 ‘,c ts 9 cnec| anders dan slechts S ta eb S t• i i \‘me ’ LWaarin lev en d c arbeidskracht w ordt k , wordt nu het uitgangspunt, w aar de arbeiders geheel nieuwe functies hebben te verrichten, w aar ze n iéu w e H e t b e d r i î f ° d f !fSSen krl’.9j n’ uitzichten zich openen, veraroot o n t enerzijds de kapitaalsm acht der bourgeoisie sta an D a a r n a tegelijkertijd de grondslagen v a n h a a r beYoo ' j p u ' S. de fabrlJe k en de w e r k p la a ts een groot g e v a a r hebben heW fv!CO,MC if " vooral, als de arbeiders eenmaal rrV tï « J het Ze" en wil- zelf te bouw en, dus convoor d T p h e t, Ieven v an een ieder die productief w e rk z a a m hphnoft meenschap is. in overeenstemming te b ren g en met de S a c h t " ' D?t 1 “ “ ^ P P « ze zelf tot ontw ikkeling heeft werpen' f • j °e f r arbeic)ers, d r a g e r s v an een nieuwe t v ? Zi,n’ d; WZ' de zekerheid te bezitten die k ra c h t te b ev o lk in a d mach,t f zodani9 uit te oefenen, d a t de w e r k e n d e J f A- 1,rucbten v a n haar eigen arbeid plukt, dus nuttiq w ïzT n" ™ 1 r probeert de bourgeoisie op alle mogelijke T ’ en- ZOweI door p r o p a g a n d a als door geweld te breken. O p dat p u n t treffen elk aar alle bourgeoisieën, al bestrijden en b e s r e d e n ze elkaar met de heftigste en smerigste middelen. O p da t punt w o rd e n ze eikaars collaborateurs D a a r o m is dan ook de reden, die generaal A lexan der opgaf, de ar b e id e r s ra d e n niet v a n grondstoffen en steenkool te voorzien, niet zozeer v o ortgeko m e n uit de niet efficiente a a n w e n d in g der bedrijven. W a n t in dit geval zouden er allerlei mogelijkheden zijn g ew eest om de fascistische directeuren en ingenieurs te d w in g e n o n d e r controle d er arbeiders al hun krachten te geven U a n zou de o p e n b a re controle der arb e id e rs de sa b o ta g e van deze heren kunnen verhinderen, w a n t het arbeidsproces zelf toont de bron d e r sa b o tag e aan. M a a r dit alles deed hij niet. D oor zijn m aatregelen m aakt hij juist de w e r k z a a m h e d e n v a n de arbeid e r s r a d e n onmogelijk. D a a r w a a r het gaat om arbeidersm acht te breken, leert ons de practijk dus w e e r opnieuw, dat fascistische en democratische kapitalisten en hun g ez ag d rag e rs een eenheidsfront vormen te g en o v er de nieuwe macht, die zich g a a t formeren. V o o r de Italiaanse arbeidersklasse, die al zoveel slagen heeft gehad, is het w ee r opnieuw een bewijs, d a t de bevrijding van ae w e r k e n d e mensen niet het w erk van de „ d e m o c r a t e n ” / maar v a n henzelf is. M a a r ook voor ons is het een les en wij zullen die als arbeiders ter h arte nemen. ,e n , n i e u w
I lol zieke kapitalisme. (Vervol g )
e
O orzaken en einde van de ziekte.
In ons laatste num m er hebben wij gezien dat in de kapitalistische maatschappij in w eerwil van alle lapmiddelen en recepten de ziekteverschijnselen niet afnemen, dat dc productiekrachten steeds ste rker geremd w orden cn er steeds meer w a a r d e n v a n elke soort w o rd e n vernietigd. W a t zijn de oorzaken van deze o n t wikkeling? Karl M arx, die de bew egingsw etten van de maatschappij exact heeft onderzocht, schreef in 1859 in zijn bock „ Z u r Kritik der politischen O ekonom ie : ..Op een zekere trap van hun o n tw ik k e ling aangekom en, geraki n de materiële productiekrachten van de maatschappij in strijd met dc aanw ezige productieverhoudingen, of w a t d a a r slechts een juridische term voor is, met de eigen d om s\ ei houdingen, w a a rb in n e n zij zich tot nu hadde n bewogen. V an onfw ikkelinqsvorm cn der productiekrachten veranderen deze verhoudin gen in keten s er van. Kr treedt dan een tijdperk van sociale revolutie o p .” H et kapitalistische economische stolsel heeft al lang de neriode bereikt, w aa rin de productieverhoudingen. d.w.z. het p r i v a a t eigendom aan productiemiddelen met de productiekrachten in strijd zijn g e ra a k t en deze v o o rtd u re n d remmen. Deze ziekte is niet geneeslijk, hij is op de duur dodelijk. W ij weten niet hoe en w a n n e e r het einde komt, er kan een tijdelijke opluchting komen, m a ar de val zal dan alleen des te dieper zijn. Het einde komt onherroepelijk. D e slavenstaten van de oudheid zoals b.v. Rome. ontw ikkelden zich in o p w a a r ts e lijn, om dat de arbeidsverdeling binnen de maatschappij en de door de slavenzw eep geforceerde grotere arbeidsprestatie van de slaven een belangrijke verhoging van de productie en een ontwikkeling van de productiekrachten met zich mee brachten. M a a a r hct goedkope sla v en w erk ruïneerde het am b ach t in de steden en ook de vrije boeren w e r d e n door slaven v erv an g e n . H e t grootste gedeelte van de vrije bevolking werd w erkloos cn verle erde het w erken. T o en er dan door de o o r logen, die gevoerd w e rd e n om slaven en tributen te verkrijgen, dc omliggende la n d en v e rw o e st en beroofd w aren, en toen d a a r om niet meer voldoende slaven konden w o rd e n aangevoerd, kw am men op t land en in de stad w e rk k ra c h te n te kort. G e b o u w en en w aterleidingen, straten en fortificaties ra a k te n in verval, het land b r ach t te w einig op cn de hele maatschappij in Rome kw am ten val en ging o n d e r in dc barbarij. Alle slavenstaten
52 in moi____ i de, antieke . . . wereld omnpn o o - ........ — Tmn >.uuuui ie gronde, om dat de slavernij de productiekrachten tenslotte vernietigde. N a de o n d e r g a n g van de oude culturen moesten de volkeren v an het a v o n d l a n d van v oren af a a n beginnen. De feodale m a a t schappij v a n de m iddeleeuwen ontw ikkelde zich opw aarts, omdat de arbeidsverd eling in de steden en de met behulp van de rij zweep van de grondbezitters geforceerde hogere arbeidsprestatie v an de lijfeigen boeren een çp v o e rin g van de productie v e r o o r zaakten. M a a r aa n deze maatschappij kw am een einde, toen de lijfeigenschap en de stedelijke gildebeperkingen. alsmede de terri toriale versnippering o n d e r de feodale maatschappij met zijn tolmuren, zijn verschillende muntstelsels, maten en gewichten, de v ersnippe rde rechtsverhoudingen en a n d e re beperkingen van het n a n d e lsv e rk e e r een rem m ende w erking op de v e rd e re ontw ik k e ing van de prod uctiekrachten begon uit te oefenen. H e t einde w as de revolutie van de burgerlijke klasse en de val van de feodale heerschappij. N a d a t deze ketens w a r e n opgeruim d en de nie uwe kapitalistische p r o du ctie verhoudingen w aren ingevoerd, nam de nieuwe m a a t schappij een hoge vlucht, o m d a t hier. als bij geen a n d e re m a a t schappij voordien, door de machine en door de met de hongerzw eep geforcee rde meerarbeid, die door een grote proletarische massa w a s opgebracht, een productiviteit v a n de arbeid w erd bereikt, w a a r v a n voordien niemand had durven dromen. S to r m achtig en steil w a s de vooruitgang, zo lang de productie kon w o rd e n opgevoerd, zo lang het mogelijk w a s o n d a n k s periodiek o p tr e d e n d e crises door de uitbreiding van de markt en de o n t sluiting v a n nieuwe afzetgebieden de g eproduce erde w a r e n te verkopen. D e kapitalistische economie produceert immers niet om de behoeften van de massa te bevredigen maar alleen om winst op te leveren voor den kapitalist. V a n z e lf s p r e k e n d w o rd e n daarbij ook gebru ik sv o o rw erp en v e rv aa rd ig d , m aar slechts geo ru ik sv o o rw e rp e n van een heel speciaal soort, zulke v o o rw e rp e n namelijk, die als w aren kunnen w orden verk o ch t en d a a r d o o r den e ig e n a a r van de productiemiddelen verrijken. O f daarbij g e b r u ik sv o o rw e rp e n of overtollige luxe, of dingen om k r a n k zinnige grillen te bevredigen, of goederen die vernietigd moeten w o rd e n , v o o r de dag komen, dat kan den kapitalist niets schelen. D e enige drijfsveer van de productie is de winst. D e behoeften van het volk. die de w a r e n niet kunnen betalen, laten den kapitalist koud. M en spreekt in de kapitalistische economie v aa k v a n overproductie, van crises d o o r o verproductie veroo rzaakt, m a ar een overproductie van g eb ru ik sv o o rw erp en heeft in de kapitalistische geschiedenis nooit plaats gehad. A a n de behoeften v a n de grote massa, in ’t bijzonder van de proletarische massa is met deze manier v a n produceren nooit voldaan, of helemaal niet of alleen heel behoeftig, en dan slechts in zove rre de betre ffen de goede re n d o o r de a rm e lagen v a n de bevolking k onden w o r d e n
53 gekocht en betaald. M a a r toch heeft periodiek een overproductie van w aren tot een crisis geleid. T o c h kon het kapitalisme zich v e r d e r ontwikkelen, zolang het mogelijk was de w a r e n m a r k t uit te breiden en zo ontw ikkelde zich uit de markt van de stad en van het beperkte economische gebied de nationale economie, de Europese economie en de wereldeconomie met de wereldm arkt. M a a r dan komt er aa n de ontw ikkeling in deze richting een eind. W e l kon het productie a p p a r a a t nog vergroot worden, m a ar een uitbreiding van de w e reld m ark t w a s slechts in beperkte mate of helemaal niet m oge lijk en zo groeide de tegenstelling tussen de om vang van het p ro d u c tie a p p a ra a t en de productiviteit van de arbeid enerzijds en de aanw ezig e m arkt anderzijds. H et p r o d u ctie ap p a ra at w erd te groot voor de markt, de markt bleef te klein voor de verdere ontwikkeling van dc productiviteit en de grootte van het pro ductieapparaat, de economische sch aar ging v o o rtd u re n d verder openstaan en gaat nooit weer dicht. Dat is het begin van de algemene crisis v an het kapitalisme en het tijdperk van zijn verval. De kapitalistische manier van produceren belemmert de verd ere ontplooiing van de productiekrachten. W e l i s w a a r w o rd t er nog geproduceerd, maar d a a r n a a s t w o rd t er v o ortdure nd meer vernietigd, en steeds meer produceert de kapitalistische maatschappij voor de vernietiging, niet alleen in de oorlog, maar ook in de vrede. Alle pogingen van dc bourgeoisie, tot verdere ontwikkeling van de productiekrachten en om de productie op te voeren v e r a n deren tegenw oordig in hun tegendeel en beperken de mogelijk heden van productie of leiden tot de vernietiging van m a a tsc h a p pelijke w aa rd e n . T o t a a n het einde van de vorige ee uw w a s de kapitalistische wereld betrekkelijk eenvoudig van structuur. In E u ro p a bestond een industrieel centrum, dat grondstoffen nodig had en in o v er vloed w a r e n produceerde. O m dit centrum w a s de overige wereld gelegen, agrarische, halfkoloniale en koloniale landen, die de nodige grondstoffen leverden en het overschot aan w aren o p namen. D oor deze structuur w as een relatieve stabiliteit g eg a randee rd. M a a r in het bouwsel van deze nog dragelijk functio n e ren d e kapitalistische wereld bestond een grote kloof. D e vraatzuchtige kapitalistische h y d ra bezat tw ee koppen: E ngeland en Duitsland. E én van beiden w as te veel. Reeds in Februari 1896 schreef de E ngelsm an Mitchell in „ T h e S a t u r d a y R e v iew ” : „K onden morgen alle Duitsers gedood w ord en, er zou geen „E nge lse handelszaak, geen 'Engelse ondernem ing zijn, die zich „niet onmiddellijk uitbreidde. K onden morgen alle Engelsen ge„dood worden, zo zouden de Duitsers in dezelfde verhouding „vooruitgaan. H ier ligt de eerste grote rassenstrijd der toekomst; „hier zijn tw ee groeiende naties, die tegen elkaar opdringen, man
55 ..tegen man, over de gehele wereld, D e een o f ander m oet het ..veld ruimen cn de een of ander zal ook het veid r u im e n /’ D c beslissingsstrijd w e r d reeds in die tijd door de beide im peria listische m ededingers economisch, politiek cn militair voorbereid. In 1914 kw am dc uitbarsting. H et doel w as de vijandelijke c o n currentie uit te schakelen cn op een beslissing a a n te sturen w a t betreft grondstoffen en afzetgebieden. W e l w e r d Duitsland verslagen, m a ar het doel w e r d niet bereikt. H et tegendeel had plaats: Amerika, dat o n d a n k s zijn kapitalistische ontw ikkeling vóór de oorlog nog grondstoffen had geleverd en E urope se w a r e n had ópgenom en. en a a n Duitse cn Engelse kapitalisten de mogelijkheid had geboden hun kapitalen te beleggen, had in de oorlog zijn p r o d u c tie a p p a ra a t sterk verg ro o t cn w a s de grootste imperialistische concu rrent gew orden. Japan k w am als m ede dinger op dc w ereld m ark t en het resuachtige Rusland ging tot a u tark ie over en kw am niet meer als afzetgebied in aa nm erkin g. E r w a r e n nie uwe koppen bijgegroeid, het p r o d u c tie -a p p a r a a t van de hele w ereld w a s geweldig vergroot, de w er e ld m a r k t w a s door v e r g a a n d e v erarm ing, door de crisis en door het w egvallen van Rusland als kapitalistisch land sterk ingekrompen. H e t k w a a d w a s er voor alle landen erger op geworden. T o e n op het einde van de oorlog de Duitse kapitalisten de in flatie kunstm atig verscherpten om de schulden v a n het rijk en van de industrie te annuleren en de industrie v a n de financiële belasting te bevrijden, beroofden zij tegelijk de s p a a r d e r s cn r en te tre k k ers van hun spa arduiten en vernietigden een sector van hun bin ne nlandse markt. H et gevolg w as geen uitbreiding, m aar een inkrimping v an de markt. T o e n zij tot deflatie overgingen en de m a rkt stabiliseerden, moesten zij am b ten a re n ontslaan cn salarissen bezuinigen, w a a r d o o r de verhoudingen v a n de m arkt nog eens geschaa d w erden. D a a r n a rationaliseerden zij hun b e drijven om door betere bedrijfsorganisatie cn p rocédé s de p r o ductiekosten te verminderen en een deel van de w e r e ld m a r k t te veroveren. D a t konden zij alleen maar doen, door tegelijk millioenen a r b e id e r s op straa t te gooien. Enerzijds w e r d de productiviteit v a n de arbeid opgevoerd, anderzijds w e rd e n echter door deze m aatregel reusachtige p roductiekrachten uitgeschakeld en vernietigd. D o o r de rationalisatie kon de D uitse industrie goedkope m a ssaproducten v e r v a a rd ig e n om d a a rm e e de co n c u r rente op de w er e ld m a r k t te verslaan en de grote massa als klant te winnen. D e productie van m assa-artikelen kan echter niet zonder een volk sm assa bestaan, die de producten koopt cn v e r bruikt. M a a r dezelfde maatregelen, die getroffen w e rd e n om de markt te v er o v e r e n hebben een sterke werkloosheid ten gevolge g e h a d en d a a rm e e de m arkt-v o o r-m a ssa -a rtik ele n ontw richt. 'De bourgeoisie bereikt met al zijn maatregelen een ac h te ru itg a n g in plaats v a n een vooruitgang. H e t kapitalisme is in de laatste veertig jaar volledig v a n k a r a k t e r v e ra n d e rd . T o t 1910 onge-
veer w a s het mogelijk om nieuwe machines in gebruik te nemen zonder arbeiders te moeten ontslaan. T o t aan die tijd kon in w eerw il van de nieuwe machines nog meer menselijke a r b e id s kracht in het productieproces worden ingevoeqd, de lonen k o n den w o rd e n verhoogd en in ’t bijzonder de leven sstan d aa rd kon w o rd e n opgevoerd. D e eiqcn markt w erd d a a rd o o r vergroot, en ook de buitenlandse m arkt kon uitgebreid worden. D e toename der productie kon o n d a n k s de opgevoerde productiviteit van de arbeid d o o r het afzetgebied worden opgenomen. T o t op dit tijd stip w a s het kapitalistische stelsel in staat orr. de productie krachten v erd er te ontwikkelen. T e g e n w o o r d ig bestaan deze v e r houdingen niet meer. D a a r d o o r w o rd t het systeem in steeds sterker mate een vernietiginqsmachinerie. Z o w e l volgens plan van de zijde der heersende klasse, dan wel buiten de plannen en bedoelinqen o m en zelfs tegen die plannen indruisend, w orden in v o o r td u re n d toenemend aantal geweldige maatschappelijke rijkdommen vernietigd: natuurproducten, qrondstoffen. w o o n huizen, voedingsmiddelen, culturele w aa rd e n , hele fabrieken met bedrij fsinventaris en machines, menselijke arbeidskra cht en mensenle vens bii millioenen teqelijk. Ontzaqlijke w a a rd e n w o r den het slachtoffer van de honqer naar winst. Reeds voor de oorloq w erd in Amerika katoen v e rb ra n d om de prijzen op te voeren, in C a n a d a w erden de lokomotieven met ta rw e gestookt, in Brazilië w e r d koffie in zee qegooid. in N e d e rla n d groenten on de com posthoop gegooid. H e t verbouw en van cultuurqewassen w erd b e p e rk t of verboden, de veeteelt w erd ingekrompen en de voedingsm iddelenproductie beperkt: alles w erd door de sta a t qeorqaniseerd. qecontroleerd en zo nodig w erd er door de staat bijbetaald. D a t w a s de uitwerking van de staatscontrole op de productie, van de qeleide economie. O p derqelijke wijze drukken de kapitalisten vriiwilliq de productie op de qrootste schaal: in ’t bijzonder door de trusts, kartellen en syndicaten w o rd e n deze methoden reeds lanq ten uitvoer qebracht. D e sam envatting en stillegging van bedrijven, het opkopen van bedrijven om hun aa ndee l in de handel te verw erven en het d a a r n a stil te leggen, de inkrimping v an de productie om de prijzen omhoog te schroeven, zijn algemeen in gebruik in de hede ndaa gse kapitalis tische maatschappij. Deze zinloze vernietiqinq gebeurt niet omdat er tc veel g r o n d stoffen of voedinqsmiddelen of w erkplaa tse n zijn, in teqendeel: in dezelfde tijd heersen overal nood en ellende. E r bestaan mil lioenen h onqer lijdende werklozen en honqerige kinderen, er is gebrek a a n kleding, schoenen, bedden, huisraad en alles w a t de massa nodig heeft. D e meest opvallende getuigenis van de vernietigende werking van h e t h ed e n d a a g se maatschappelijke svsteem ziin de in v r e d e s tijd v o o r td u r e n d stijgende werklozenciifers. N e d e rla n d had voor de oorlog 400.000 werklozen, dat betekent bij een 40-uren week
— . -V
...
•
Ü
N
- *
r>: W t t k w f n VCrIiPS r ” 800 ,!r' i!!ioen arbeidsuren. A ch t millioen landen hpf l p 9' ^ m v o o r a a n s t a a n d e kapitalistische 160 m . i S 3 k ‘S ,9 e w e e s t bete]<ent de zinloze verkw isting van 160 milliard arbe.dsuren . terwijl tegelijk gebrek is aa n allfe n
K t . « r vrede°0r ^ ™ «*“ . d * , ° . ° ï ° 9 ]a^ f het kapitalisme onverbloem d zien w a t het op oorlnn w o v e r n ‘eti9>'ng kan presteren. D e imperialistische oorlog w o r d t door de h eersende klasse voorbereid, hij w o r d t er d o o r begonnen en v a k k u n d ig uitgevoerd. Hij dient de doelh Ä “ " " j ^ heerSe,nd,e kIasse- H i>' w o rd t gevoerd voor de en I r kk' T Van j 6 b u r 3erli)ke maatschappij, voor de olie en de ru b b er de grondstoffen, afzetgebieden en arbeidsslaven W?reId' h e ‘ 1,efst om de koloniale slaven, o m d a t zij de goedkoopste zijn, de minste eisen stellen en het minste recht bef 1.: i oorIo9 worclt gevoerd om de vernietiging van de vijandelijke co ncurrentie en om de hoogste god der bourgeoisie om de winst. V o o r de eerste keer na het einde van de oorlog in » ... V‘ er e " SInds 1939 de bedrijven van Europa. A m erika en , OP vol]e produtiecapaciteit. v o o r de eerste keer zonder w erklozen, voor de eerste keer met alle machines, terwijl alle industriele er v a r in g en alle recepten v o o r een v e r g r o te o p b re n g st w o rd e n toegepast. M et versneld tempo en overuren, aan de lo pende b a n d in serieproductie, o n d e r staatscontrole, met oprac en van de staat, sa m e n g e v a t in een georganiseerde economie, een geleide economie, met een gesloten planeconomie w e r d er v o o r de oorlog en alléén voor de oorlog en de v e r nietiging geproduceerd: O orlogsschepen, tran sportschepen, vlieg tuigen, tanks, k a nonne n, m achinegew eren, w a p e n s v a n ieder soort, bommen, fosforbommen, atoombommen, gifgas, munitie, auto s s p o o rw eg m a teriaa l en an d e re transportm iddelen alles w at v o o r de vernietiging bedoeld is. N iets voor de behoefte van de massa. iet eens garen en naalden, die de arb eid ersv ro u w e n nodig hebben om de in vodden uiteengevallen kleding van de gezinsleden bijeen te houden. Geen lucifers, nodig om v u u r aan te steken, geen mespuntje zout, nodig om een beetje smaak aan de surro g a atso ep te geven. De arbeiders w a r e n niet meer w erkloos, zij mochten w e e r voor een h o n g erran tso e n met fullspeed w erken, en w a n n e e r zij hun w e r k p la a ts verlieten, dan w as dat alleen om met een uniform aa n en g ew a p e n d in het vijandelijke land op hun arbeidsbroeders, mannen en v rouw e n jacht te maken, om hen als slaven n a a r het v a d e r l a n d te slepen, o p d a t zij d a a r de leeg gew orden arb e id s plaats in de orlogsindustrie w ee r konden vullen. O o k de technici w a r e n niet meer werkloos. Duizenden ingenieurs, technici en geleerden zaten in alle industriële w e r k p la a ts e n en la bora toria v a n de a a r d e om met alle middelen v a n de w e t e n schap en alle methoden van het denke n nieuw e w apens, machines
en a p p a ra te n ter vernietiging uit te vinden: O n d erze eërs, nieuw e vliegtuigen ta nks en bommen, magnetische mijnen, vla mmen w e r p e r s raketprojectielen, pantservuisten, V I en V2. Alle menselijke rede w e r d bijeengebracht en georganiseerd, alléén voor de vernie ïgmg. D e atoombom, de laatste en belangrijkste presta tie v a n de kapitalistische w etenschap, is het symbool, de inhoud en de uitdrukking van deze maatschappij. T w e e milliard dollar w e r den uitgegeven om deze bom te construeren. D e onderzoekers en geleerden v a n de tw ee grootste industrielanden hebben ge meenschappelijk samen d a a r a a n gewerkt, enkel en alleen om de vernietiging tot ongelimiteerde volm aaktheid te brengen. H e t is sinds tientallen v a n jaren het eerste plan, d a t onverdee ld gelukt is. D e eerste bom die w erd neergegooid, b racht de vernietiqinq van de stad Hirosjima en de dood van 318.000 mensen, Deze bom kan de o n d e rg a n g van de gehele mensheid veroorzaken en zal hem veroorzaken als het kapitalistische stelsel nog lanqer blijft bestaan. a Nooit hebben de kapitalisten een betere en gemakkelijker kans om winst te maken dan in de oorlog. Al de gew one zorgen v a n den uitbuiter hebben zij in de oorlog niet: de jacht op b e stellingen en het verkrijgen v a n grondstoffen, reclame, gesjacher om de prijzen, staking v a n w e g e de arbeiderseisen, afzetmoeilijkheden, enz. Zij fabriceren nu immers niet meer voor de markt, die zij niet beheersen en w a a r v o o r zij moeten vechten en die door een overschot aa n w a r e n verstopt kan raken. H e t spook der overproductie is w egge jaa gd; w a t zij v a n d a a g laten p r o duceren, is morgen vernietigd. Slechts de éne zorg belast den ondernem er, n.l. dat de oorlog ten einde loopt en hoe de oorlogs winsten zonder verlies in veiligheid kunnen w o rd e n gebracht. In de oorlog produceert het kapitalisme niet voor de behoefte dei grote massa, m a ar voor de b e h o e f t e 'a a n oorlogsproducten, producten die uitsluitend voor de vernietiging bestemd zijn. En vernietigd w o rd t er op de allergrootste schaal. Alle oorlogsproducte n, die ocdoeld zijn om er mensen en culturele w a a r d e n mee te vernietigen, w orden daarbij zelf vernietigd, ,,tot de laatste p a t r o o n ’'. M a a r er w o rd t oneindig veel meer vernietigd. Een sc hrik ba re nd groot deel van w a t generaties geproduceerd hebben en w a t er a a n arbeidsp roduc ten bijeengegaard is, w a t in eeuwen met moeite en offers is o p g e b o u w d en w a a ru it de Europese rijk dom cn cultuur gevormd is, b estaa t niet meer. V a n Afrika tot a a n de N o o r d k a a p , van de S p a a n s e grens tot a a n de T e r e k zijn grote gebieden der a a rd e verw oest, liggen steden en dorpen in puin, w e rd e n bruggen, straten, fabrieken, verkeersmiddelen, bibliotheken en k u n stv o o r w e r p e n vernietigd, w e r d e n 35 millioen mensen gedood, mannen, v ro u w e n , kinderen en grijsaards. M i l lioenen zijn invaliden, ontelbare a r b eid sk ra ch te n v a n deze en van de volgende generatie zijn vernietigd. E r heeft een bloedorgie plaats gehad, zo verschrikkelijk als de w ereldgeschiedenis tot nu
t 58 i
nog niet heeft gezien. D a t is het w a r e gezicht van het kapitalisme» W ij zien echter tot onze ontzetting, d a t het kapitalisme alleen in de oorlog nog „norm aal' k a n bestaan, d.w.z. op volle toeren k a n p ro d u ceren en alleen in de oorlog en in de vernietiging de voorw a a r d e n v a n zijn be s ta a n vindt. O orlog betekent voor de h e e r sende klasse rijkdom en groeiende winst. V r e d e b etek en t te ru g g a a n n a a r de crisis en afnam e v a n de winst. D e oorlog is ten einde. Hij heeft de dodelijke ziekte v a n het stelsel niet k unnen genezen. D e to e s ta n d is er alleen m a a r erger op g ew ord en. W e l i s w a a r zijn D uitschland en J a p a n versla gen en w o r d e n als c o n c u rren ten uitgeschakeld. M a a r Amerika, E n g e la n d en R u s lan d hebben hun p r o d u c tie a p p a ra a t geweldig uitgebreid, F rankrijk en Tsjecho-Slovakije, w o r d e n ste rk e r geïndustialiseerd. In China, Indië en Australië, Z u id - A f r ik a en C a n a d a zijn nieuwe industrieën ontstaan, de mensheid is arm e r en de m a rk t is kleiner d a n voor de oorlog. D e o v e r g a n g n a a r de vredeseconom ie is nog niet begonnen, m aar er zijn toch al tw ee millioen m e taa lb ew erk ers in A m erika ontslagen. E n terwijl een continent h o n g e r lijdt, w o rd e n de haringen, die in de visrijke zeeën g ev a n g en w o r d e n over b o o rd gegooid, o p d a t de prijzen niet zullen dalen en de w inst niet zal afnem en. D e verschijnselen, die wij in de kapitalistische w ereld zien, zijn geen ziekteverschijnselen, het zijn de noodzakelijke gevolgen v a n de kapitalistische ontw ikkeling. Zij zijn onverbrekelijk met het systeem v erbonden. H e t zijn de onvermijdelijke gevolgen v a n de privaa teige nd om der productiemiddelen en de d a a rm e e v e r b o n d e n w a r en p ro d u ctie uit p r iv a a t winstbelang, H e t kapitalisme is niet ziek, het kapitalisme is zelf de ziekte, het is het dodelijke kan k e rg e zw el in het lichaam v a n de mensheid! H ier kunnen geen dokters, geen k w a k z a lv e rs en geen g e z o n d heidskuren helpen. H ie r is m aar één uitkomst: een v a s tb e r a d e n radicale operatie. 'Het kapitalisme is volledig v a n k a r a k t e r v e r an d e rd , de ontw ikkelingsvorm der p ro d u ctie k ra ch te n is in een v e r w o e ste r der p roductie kra chte n v e r a n d e rd . D a a ro m loopt de kapitalistische periode v a n de geschiedenis der mensheid tegen het eind. j Rosa Luxemburg sc hreef in het jaar 1916 uit de gevangenis: „ N a de oorlog zijn er slechts twee mogelijkheden, of opstijging n a a r het socialisme, of o n d e r g a n g in de barbarij.” D e s la v en sta ten v a n de oudheid zijn o n d e rg e g a a n , zonder uitzondering. De feodale staten van de middeleeuwen moesten voor de b u r g e r lijke maatschappij wijken. W e l k e richting zal de kapitalistische maatschappij uitgaan? W i j hebben al een groot stuk v a n de weg n a a r de barbarij afgelegd, m aar de a n d e r e weg, de w eg n a a r het socialisme ligt nog open. M a a r het socialisme komt niet v a n zelf, het komt niet uit de h an d van d okte rs en niet d o o r recepten, het communisme kan alleen door de arb eidersklasse verwezenlijkt w o rd e n , in de strijd om ziin bevrijding.
B o e k - , C o u r a n t- en H a n d elsc lr u k k er ij
A. REIM A N Jr.
i. A m sterc la m -C . J o d e n B re e s t r a a t
I eleio o n 4 7 6 6 9
103