MENU Tekenevenement ‘Tussen de lijnen’ =
GROEI!
In deze bijlage wordt het menu voor het tekenevenement beknopt weergegeven. Per opdracht leest u: - het idee van de opdracht - de duur hiervan - de daarbij benodigde materialen Alle groepen werken aan de hoofdopdracht. Daarnaast is er voor alle groepen nog ruimte voor keuze uit de keuzeopdrachten. Deze geeft u door aan uw contactpersoon (één van de Tekenskoallestudenten).
1. Help de boom - groep 1 t/m 4 (hoofdopdracht) Idee: De boom is zijn tekeningen kwijt. Een monster heeft deze opgegeten. De leerlingen stellen zich voor dat ze heel klein zijn. Zo klein dat verder niemand hen kan zien. Nu ze zo piepklein zijn, kunnen ze de boom goed van heel dichtbij bekijken. De kinderen klimmen binnen de boom omhoog naar de taken. Eenmaal in de taken, zien ze hoe bladeren ontstaan. Een waaghals vliegt zelfs op een blad door de lucht… De wereld ziet er heel anders uit als je zo klein bent. Wat maken de kinderen allemaal mee tijdens hun reis? Hoe ziet de boom er vanbinnen uit? Hoe ziet het dorp er van bovenaf uit? Kun je dwars door een blad lopen? En wat zie je dan? Kortom: de kinderen gaan op ontdekkingsreis. Deze avonturen tekenen ze op een vel papier, of op een blaadje (van te voren een bladvorm knippen). Al deze nieuwe tekening vormen de nieuwe bladeren van de boom, zodat deze niet langer kaal meer is. Duur: 60 à 90 minuten Materiaal: - Schaar - stiften - Potloden - Gekleurd papier - Lijm - Eventueel karton - Eventueel ander kleurgerei
2. Wat in een boom leeft - groep 1 t/m 3 (keuzeopdracht) Idee: In het bos is allemaal leven. Diep in de grond, tussen de bladeren, maar wie of wat leeft er nu in de toppen van een boom? Hoe ziet het eruit? Groot of klein, kort of lang, dik of dun? Heeft het vleugels of hele scherpe nagels? Is het zwart of heeft het allemaal mooie kleuren. Is het hoekig of rond? Teken een beest dat tussen de takken en bladeren van een boom zijn huisje heeft. Duur:
60 à 90 minuten Materiaal: - Pastel of waskrijt - A3 papier
3. Toverregen - groep 1 t/m 4 (keuzeopdracht) Idee: Boven het schoolplein hangt een grote magische wolk die op het punt staat in regen uit te barsten. Maar uit een magische wolk komt geen water! Nee, deze wolk regent magische beesten en magische plantenzaadjes. Hoe meer fantasie jullie hebben hoe eerder het regent! Het is aan jullie de fantasiebeesten en planten te tekenen die uit de wolk vallen. De beesten vallen op een grote stapel en rennen het bos van magische planten in! Of ze vliegen! Dat kan natuurlijk ook. Het is ook aan jullie deze planten te tekenen. Het regent beesten! Duur: 90 à 120 minuten Materiaal: stoepkrijt tegels op het schoolplein Bij slecht weer: grote vellen papier op de grond leggen. De kinderen kunnen dan hier op tekenen met waskrijt of pastel in plaats van stoepkrijt.
4. Wat loopt er op een blad - groep 1 en 2 (keuzeopdracht) Idee: Leerlingen knippen eerst een bladvorm, uit een vel papier. Vervolgens gaan ze daar dieren op tekenen binnen het thema 'Wat loopt er op een blad?'. Wat voor beestjes leven op een blad? Zouden grotere dieren ook op een blad kunnen lopen (paard, varken, hond, kat, of jij zelf)? Duur: 60 à 90 minuten Materiaal - 6 bladvormen bij de hand (zie bijlage) - Papier - (kleur) potloden - Eventueel karton (zie werkwijze) - Eventueel ander kleurgerei (o.a. waskrijt) - Schaar - Lijm - Ruimte op een (school)bord
5. Houd de boom gezelschap - groep 1 t/m 4 (keuzeopdracht) Idee: De leerlingen tekenen afhankelijk van het gekozen thema zo groot mogelijk een voorstelling op het papier. Dit kan zowel een complete boom zijn, maar ook fragmenten hiervan. Een kat of beer zo groot als het papier, een close-up of van een afstand. Wat betreft het portret van zichzelf of anderen… Zie je slechts een heel gezicht, enorme benen en voeten, of een compleet lijf? In die keuze zijn jullie vrij. Vervolgens kunnen de stokken in de latten gezet worden, vervolgens wordt het papier aan deze stok bevestigd. Nu staat de tekening overeind (3D). Door de tekeningen onderling te verschuiven kun je een doolhof of wandelroute creëren. Duur: 60 à 90 minuten Materiaal: - Grote vellen gekleurd papier (A3 of groter) - Potloden - Stiften - Latten en stokken - Hamer (docent) - Punaises - Plakband - Lijm
6. Wie is de dader? - groep 5 t/m 8 (hoofdopdracht) Deze opdracht sluit aan bij ‘help de boom’. Idee: Zoals inmiddels bij de leerlingen bekend is door het introductiefilmpje, staat er een kale boom in het bos. Deze boom had allemaal tekeningen als bladeren, maar deze zijn verdwenen. Groep 1 t/m 4 helpt de boom door nieuwe tekeningen te maken. Van de speurders verlangen wij iets anders… Een reconstructie van het voorval en een profielschets van de dader. Deze aanwijzingen zijn via bekende afbeeldingen af te leiden. We maken hierbij gebruik van ons collectief geheugen. Duur: Ca. 90 minuten Materiaal: - Papier (diverse kleuren/maten) - (kleur)potloden - Stiften - Eventueel ander kleurgerei - Houtskool - Liniaal Extra: De leerkracht kan een ander scenario inclusief dader omschrijven voor de snelste speurders.
7. Teken hem aan! - Groep 5 t/m 8 (keuzeopdracht) Idee: Leerlingen pakken een voorwerp (niet te groot). Dit voorwerp leggen ze op hun tekenvel. Vervolgens tekenen zij hier iets aan. Bij voorwerpen kun je denken aan: Druiven Bladeren Scharen Elastiek Sponzen Sleutels etc (De druiven kunnen bijvoorbeeld als ballonnen dienen die iemand vasthoudt) Duur: 60 à 90 minuten Materialen: Diverse voorwerpen uit de omgeving Diverse formaten tekenpapier Potloden Kleurpotloden Stiften Lijm Gum
8. Before & After - Groep 5 t/m 8 (keuzeopdracht) Idee: De leerlingen tekenen n.a.v. een object dat zich binnen of buiten bevindt. Dit kan een auto een bloem, een koekje etc. zijn. Let wel: de leerlingen tekenen maar de helft van dit object. De andere helft wordt hetzelfde object, maar dan in bedorven of vervallen staat. Dus een mooie auto met een verroeste achterkant. Een lekkere appel die voor de helft is opgegeten en is verkleurd. Een gezicht dat deels van een meisje is en deels een oude dame. Natuurlijk wordt er deels gebruik gemaakt van de fantasie. Onderling kunnen leerlingen eventueel elkaars helft aanvullen door de tekeningen na het tekenen van het eerste gedeelte te laten rouleren. Duur: 45 a 90 minuten Materialen: Diverse materialen om na te tekenen A3 tekenpapier Verschillende tekenmaterialen - potloden - kleurpotloden - stiften - krijtjes - eventueel andere tekenmaterialen
9. De Mixer (Stoepkrijt) - Groep 1 t/m 8 (voorafje) Idee: Deze opdracht kan als een zelfstandig voorafje van het Tekenskoalle evenement worden beschouwd. Wat hiermee wordt bedoeld? Misschien staat jullie school maar op één moment ingeroosterd wat betreft het tekenevenement, maar willen jullie méér tekenen… Vooral doen! Dit kan een leuke inleidende opdracht zijn voor het tekenevenement. Leerlingen kunnen alvast een beetje proeven van het aankomende tekenevenement. Slecht weer) Laat de leerlingen naar aanleiding van voorbeeldobjecten twee tekeningen maken. Een van het ene object en een van het andere object. Na deze twee tekeningen maken de leerlingen een derde tekening. Naar aanleiding van hun eigen gemaakte tekeningen maken ze nu een gemixt object van de twee voorgaande. (bijvoorbeeld: leerling tekende een appel en daarna een beer. De derde tekening is dus een appelbeer bijvoorbeeld een appel met oren en poten van een beer.) Goed weer) Ga na de uitleg van de opdracht met de leerlingen naar buiten. Laat de leerlingen natekenen – niet op papier maar op het schoolplein met stoepkrijt. Laat ze twee objecen natekenen met stoepkrijt, de derde tekening maken ze naar aanleidng van de twee eerder gemaakte tekeningen. Ze mixen de objecten samen tot één nieuw object. Ook hiervan maken ze een tekening op het schoolplein. Voor de leerkracht: neem een camera mee om de kunstwerken vast te leggen. Duur: 60 à 90 minuten Materialen: Diverse objecten om na te tekenen Evt: een eigen gemaakt voorbeeld Foto-/filmcamera Slecht weer) A3 tekenpapier Verschillende tekenmaterialen - potloden -krijtjes - kleurpotloden - stiften Goed weer) - stoepkrijt - evt. gevonden materialen op/ rondom het schoolplein