Lotgenotencontact en informatievoorziening Subsidiestroom 1: Instellingssubsidie aanvragen bij Fonds PGO 2013
Disclaimer Deze brochure is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. Voor onjuistheden en onvolledigheden met betrekking tot de inhoud van de brochure kan het Fonds PGO echter op geen enkele wijze verantwoordelijk of aansprakelijk worden gesteld. Aan de inhoud van deze brochure kunnen dan ook geen rechten worden ontleend. Lotgenotencontact en informatievoorziening | 2
Inhoud Inleiding
3
1. De instellingssubsidie 1.1 Voor wie? 1.2 Voor welke activiteiten? 1.2.1 Lotgenotencontact 1.2.2 Informatievoorziening 1.2.3 Overig 1.3 Waarvoor niet? 1.4 Wijzigingen in organisatiestructuur 1.4.1 Samenwerking en fusie 1.4.2 Splitsing 1.5 Overgangsperiode 1.5.1 Frictiekosten 1.5.2 Egalisatiereserve
4 5 6 6 7 7 8 8 8 9 10 10 10
2.
Hoe vraagt u subsidie aan? 2.1 Kwaliteitscriteria activiteitenplan en begroting 2.2 Beoordeling aanvraag
12 14 15
3.
Instellingssubsidie verleend, en dan? 3.1 Bevoorschotting 3.2 Verantwoording 3.3 Definitieve vaststelling 3.4 Wijziging of intrekking 3.5 Rechten en plichten
16 17 17 18 19 19
4.
Bezwaren en klachten 4.1 Bezwaren 4.2 Klachten
20 21 22
Belangrijke documenten
23
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 3
Helpende Handen Hidradenitis Patiënten Vereniging
Stichting Contactgroep Leukemie
FOP Stichting Nederland
Klub Lange Mensen
LFOS
Impuls
Stichting Olijf Stichting Perspectief
Nierpatiënten Vereniging Nederland
Vereniging Anusatresie Borstkankervereniging Nederland
Obesitas Vereniging Endometriose Stichting
Stichting Bekkenbodem Patiënten
VSOP
Dit Koningskind Erbse Parese Vereniging Nederland
S
Nevus Netwerk Nederla
CMTC-OVM
LF
SIEN (Vereniging PhiladelphiaSupport)
Fragiele X
FODOK
Friedrich Wegener Stich
Epilepsie Verenigi
Freya
ADCA Vereniging Nederland
Hart en Vaatgroep
Belangenvereniging Kleine Mense
Stichting Lichen Scler Alvleeskliervereniging
Astma Fon
Caleidoscoop Stichting Pijn-Hoop
Belangenvereniging M.E.N.
Stichting Shwachman Syndroom Support Holland
Vereniging van Huntington
Landelijke Vereniging voor Thuislozen (LVT)
Stichting Weerklank
Afasie Vereniging Neder
HIV Vereniging Nederland
Contactgroep Marfan Nederland
LymfklierkankerVereniging Nederland
Stichting Veteranenziekte
Antroposana
ANGO Asbestslachtoffers Vereniging Nederland
Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV)
Belangenvereniging Von Hippel Landau Stichting AA & PNH Contactgroep
BOSK Des Centrum
Demosthenes
Anoiksis Dovenschap
Nederlandse Vereniging van Hoofdpijnpatiënten
AIS Vereniging Nederland
MPN-Stichting (Voorheen MPD)
Maculadegeneratie Vereniging
Q-UESTION
NFK LAPOSA
NVLE (L.E. patiënte
Vereniging voor Ouderen en Kinderen met een Slokdarmaf
Stichting Klankbord RSI Vereniging Neder
Nationale Vereniging voor Fibromyalgie-patiënten
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 4
Inleiding In deze brochure staat informatie over subsidiestroom 1, instellingssubsidie voor patiënten- en gehandicaptenorganisaties (hierna pg-organisaties of organisaties genoemd). Deze subsidie is bedoeld voor activiteiten op het gebied van lotgenotencontact en informatievoorziening. Voor subsidiestroom 2, projectsubsidie voor pg-organisaties is er een aparte brochure. De regels voor het aanvragen van subsidie zijn terug te vinden in het gewijzigde beleidskader voor subsidiering van pg-organisaties. Dit kader is op 18 juni 2012 gepubliceerd en kunt u terugvinden op onze website, www.fondspgo.nl. Instellingssubsidie (subsidiestroom 1) moet jaarlijks worden aangevraagd tussen 1 september en 1 oktober. Voor actuele informatie adviseren wij u om regelmatig op de website te kijken. Met vragen kunt u terecht op maandag, dinsdag, woensdag en donderdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur. Wij zijn bereikbaar op telefoonnummer 070- 340 51 80. Als dit nummer niet bereikbaar is, kunt u bellen naar telefoonnummer 070- 340 51 96. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen:
[email protected] Fonds PGO verleent geen ondersteuning aan organisaties bij het opstellen van uw subsidieaanvraag. Voor ondersteuning bij uw aanvraag instellingssubsidie kunt u terecht bij PGOsupport (www.pgosupport.nl). U kunt contact opnemen met
[email protected] / telefoon: 030 – 291 66 91
Op de pagina hiernaast vindt u een willekeurige verzameling van patiënten- en gehandicaptenorganisaties met een voucher. Een totaaloverzicht van organisaties die een voucher hebben ontvangen vindt u op www.fondspgo.nl Lotgenotencontact en informatievoorziening | 5
1
De instellingssubsidie
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 6
1 De instellingssubsidie Instellingssubsidie is een bijdrage in de activiteiten van pg-organisaties. Vooralsnog (het jaar 2013) gaat het om bijdragen aan activiteiten op het gebied van lotgenotencontact, informatievoorziening (voorheen voorlichting), belangenbehartiging, kwaliteitstoetsing, dienstverlening en professionalisering.
1.1 Voor wie? Vastgesteld is dat de pg-organisaties die al instellingssubsidie ontvangen, samen alle mogelijke doelgroepen van mensen met aandoeningen of beperkingen vertegenwoordigen. Dit betekent dat nieuwe initiatieven aansluiting moeten zoeken bij gesubsidieerde pg-organisaties die zich op een gelijke of verwante doelgroep richten. Wel moet u, als gesubsideerde organisatie, aan een aantal criteria voldoen om in aanmerking te komen voor instellingssubsidie. Het gaat hier om de zogenaamde organisatie- en drempelcriteria (hoofdstuk 2 van het Beleidskader). Hieronder volgt een opsomming van deze criteria. Criteria Dit zijn specifieke organisatorische eisen waaraan moet zijn voldaan door de aanvrager. De organisatie: 1. Is een stichting of vereniging en is volledig rechtsbevoegd naar Nederlands recht. 2. Heeft geen winstoogmerk. 3. Heeft een landelijk bereik. 4. Richt zich volgens de statuten en activiteiten primair rechtstreeks op individuele cliënten, onder meer via lotgenotencontact en informatievoorziening. Dat doet de organisatie vanuit het perspectief van de cliënten zelf, rekening houdend met hun specifieke aandoening- of beperkinggerichte behoeften, hun belangen en hun positie in de Nederlandse samenleving. 5. Mag zich volgens de statuten en activiteiten ook richten op familieleden (in de eerste graad; ouders of kinderen) of wettelijke vertegenwoordigers. Dat komt vooral voor wanneer cliënten vanwege de aard van de aandoening of beperking structureel niet in staat zijn om zelfstandig gebruik te maken van lotgenotencontact en informatievoorziening. Aanvragers die zich uitsluitend richten op familieleden of wettelijke vertegenwoordigers of hun positie of belangen, zijn geen pg-organisatie in de zin van het beleidskader. 6. Beschikt in het jaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag (peildatum: 1 september) over tenminste honderd unieke leden en/of donateurs, die elk per kalenderjaar tenminste € 25,- bijdragen.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 7
Daarnaast zijn er specifieke eisen waaraan de huishouding van uw organisatie moet voldoen. De organisatie beschikt over: 7. Een administratie van leden en donateurs. 8. Een deugdelijke financiële administratie. 9. Een gedragscode met interne regels voor omgangsvormen (bijvoorbeeld integriteitbeleid). 10.Een regeling waarin - voor zover van toepassing - de invloed en zeggenschap van leden, donateurs, stakeholders en derde partijen (sponsors) transparant is vastgelegd. 11. Een interne klachtenregeling.
Let op! • eis 6 wordt gesteld vanaf het jaar 2014 • de peildatum is 1 september 2013
1.2 Voor welke activiteiten? Instellingssubsidie is bedoeld voor activiteiten op het gebied van lotgenotencontact en informatievoorziening. Patiënten en gehandicapten kunnen op deze manier hun ervaringen samenbrengen, informatie uitwisselen en van elkaar leren. In 2013 kunnen ook activiteiten op het gebied van belangenbehartiging, kwaliteitstoetsing, dienstverlening en professionalisering in aanmerking komen voor subsidie. Vanaf 2014 wordt er alleen nog subsidie verstrekt voor activiteiten op het gebied van lotgenotencontact en informatievoorziening.
1.2.1 Lotgenotencontact De kern van lotgenotencontact is de mogelijkheid van (h)erkenning, bewustwording en het benutten van ervaringsdeskundigheid. De pg-organisatie zorgt voor een laagdrempelige manier waarop contacten en ervaringsuitwisseling vorm krijgen.
>
Voorbeelden van activiteiten die onderdeel kunnen zijn van lotgenotencontact, is het uitwisselen van ervaringen door: 1. Informatie- en themabijeenkomsten. 2. Cursussen en gespreksgroepen. 3. Internetfora. 4. Telefonisch contact.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 8
1.2.2 Informatievoorziening Bij informatievoorziening gaat het om het zorgen voor cliëntgerichte informatie over een specifieke aandoening of beperking en daarmee samenhangende zaken. Die informatie is bedoeld voor mensen met deze aandoening of functiebeperking en ouders, familieleden of derden in de kring van hun persoonlijke levenssfeer. De informatievoorziening helpt een cliënt om bijvoorbeeld zelf de dialoog met zijn zorgverlener aan te kunnen gaan, maakt een cliënt wegwijs in beschikbare informatie om zelf te kunnen kiezen voor een bepaalde zorgaanbieder of een zorgverzekeraar of stelt een cliënt in staat om keuzes te maken op het gebied van maatschappelijke participatie.
>
Voorbeelden van activiteiten die onder informatievoorziening vallen, zijn: 1. De vervaardiging en verspreiding van folders, brochures, nieuwsbrieven en voorlichtingsfilms. 2. Dialoogondersteuning. 3. Doorverwijzing voor specifieke ondersteuning.
1.2.3 Overig Er is een aantal activiteiten en kosten die apart genoemd worden in het beleidskader. In het beleidskader wordt onder andere gesproken over internationale activiteiten, kosten van het lidmaatschap van een koepel of een samenwerkingsverband en frictiekosten. Deze kosten mag u opvoeren in uw werkplan en begroting. Internationale activiteiten zijn mogelijk, als de activiteiten maar bedoeld zijn voor patiënten en gehandicapten in Nederland (zie hoofdstuk 3 van het Beleidskader). De kosten voor het lidmaatschap van Nederlandse samenwerkingsorganisaties, platforms of koepels mogen ook uit de instellingssubsidie worden vergoed (zie hoofdstuk 3 van het Beleidskader).
Let op! • 2013 is het laatste jaar waarin ook activiteiten op het gebied van belangenbehartiging, kwaliteitstoetsing, dienstverlening en professionalisering in aanmerking komen voor subsidie. • 2013 is het laatste jaar waarin ook activiteiten die verband houden met de afbouw van de instellingssubsidie (frictiekosten) in aanmerking komen voor subsidie. U kan hierbij denken aan een voorziening voor de afvloeiing van personeel (zie paragraaf 1.5.1 van deze brochure).
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 9
1.3 Waarvoor niet? Een aantal kosten komt niet in aanmerking voor instellingssubsidie, zoals: • Kosten die niet direct verband houden met subsidiabele activiteiten. • Kosten van activiteiten die alleen een lokale of regionale reikwijdte hebben. • Kosten van activiteiten die niet voldoen aan tarieven die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk zijn. • Kosten van activiteiten die primair gericht zijn op studiemogelijkheden of wetenschappelijk onderzoek naar specifieke aandoeningen of beperkingen of het zelf ontwikkelen van medisch inhoudelijke kwaliteitsindicatoren.
1.4 Wijzigingen in organisatiestructuur Organisaties zijn aan verandering onderhevig, daarbij kunnen zich de volgende scenario’s voordoen. Neem bij deze ontwikkelingen tijdig contact op met een van de medewerkers van Fonds PGO.
1.4.1 Samenwerking en fusie Subsidies moeten doelmatig worden besteed. Samenwerking en fusie van pg-organisaties is daarom gewenst en wordt gestimuleerd. Samenwerking Wanneer organisaties besluiten tot een juridische samenwerking en tot oprichting van een formele samenwerkingsvorm, dan behoudt men de subsidie.
>
Een voorbeeld hiervan is: Een federatiestructuur met een hoofdvereniging of moederstichting, waarin de oorspronkelijke organisaties opgaan als kamers of afdelingen
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 10
De samenwerkingsvorm kan vervolgens als één geheel subsidie aanvragen. En kan dan aanspraak maken op de som van de instellingssubsidies van de organisaties die samen werken. Uiteraard moet wel worden voldaan aan de gestelde criteria en eisen om voor subsidie in aanmerking te komen. Fusie Als twee of meer organisaties na 1 januari 2009 zijn gefuseerd tot één nieuwe rechtspersoon, dan wordt de maximale instellingssubsidie van die rechtspersoon bepaald door de maxima voor de fusiepartners bij elkaar op te tellen.
Rekenvoorbeelden fusies Voorbeeld 1 • Organisatie A kan voor 2014 maximaal € 35.000 aanvragen en voldoet in 2014 aan de eisen. • Organisatie B kan voor 2014 maximaal € 35.000 aanvragen en voldoet in 2014 aan de eisen.
Organisatie A & B fuseren medio 2013. Zij kunnen in 2014 als nieuwe rechtspersoon maximaal € 70.000 aanvragen. Voorbeeld 2 • Organisatie C kan voor 2014 maximaal € 35.000 aanvragen en voldoet in 2014 aan de eisen. • Organisatie D voldoet vanaf 2014 niet meer aan de eisen (minder dan 100 leden).
Organisatie C & D fuseren medio 2013. Zij kunnen dan maximaal € 35.000 aanvragen.
1.4.2 Splitsing De opsplitsing van pg-organisaties wordt ontmoedigd omdat dat leidt tot versnippering van het veld. U loopt het risico dat u geen subsidie meer ontvangt.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 11
1.5 Overgangsperiode De nieuwe regels hebben betrekking op subsidies vanaf het jaar 2012. Gedurende de periode van 2012 tot 2014 worden die regels geleidelijk ingevoerd. Op grond van het nieuwe beleidskader, ontvangt u vanaf 2014 maximaal € 35.000 instellingssubsidie. Indien u hiervoor meer instellingssubsidie ontving dan kunt u in 2013 maximaal 50% aanvragen van de instellingssubsidie die u in 2011 heeft ontvangen. Voldoet uw organisatie niet meer aan de nieuwe voorwaarden dan ontvangt u vanaf 2014 geen instellingssubsidie meer. Voor veel organisaties geldt geen volledige afbouw aangezien zij voor een instellingssubsidie in aanmerking blijven komen. Voor deze organisaties wordt de subsidie niet verder verlaagd dan de subsidie die op grond van dit beleidskader wordt verstrekt. Let op: uw aanvraag instellingssubsidie mag niet minder dan € 25.000 bedragen.
1.5.1 Frictiekosten Organisaties die te maken hebben met een afbouw van instellingssubsidie mogen zogenoemde frictiekosten opvoeren. Frictiekosten zijn kosten voor activiteiten die verband houden met de afbouw van de instellingssubsidie. U mag zelf bepalen welk bedrag u aan frictiekosten besteed. Er zit geen maximum aan de frictiekosten. Een voorbeeld van frictiekosten is een voorziening voor de afvloeiing van personeel. Deze regeling geldt alleen nog voor uw aanvraag instellingssubsidie 2013.
1.5.2 Egalisatiereserve Op grond van de kaderregeling VWS-subsidies mag een egalisatiereserve worden opgebouwd bij instellingssubsidies van € 125.000,-- en meer. Dit betekent dat het voor de meeste organisaties vanaf 2012 niet langer mogelijk is om een egalisatiereserve op te bouwen vanuit de instellingssubsidie. De egalisatiereserve die u eind 2011 hebt opgebouwd kunt u tot en met 2014 besteden aan de taken waarvoor de instellingssubsidie in 2011 is verstrekt. Wanneer u bij uw aanvraag instellingssubsidie 2012, 2013 en/of 2014 aangeeft de egalisatiereserve voor de hierboven genoemde taken te gebruiken zijn er geen gevolgen voor de instellingssubsidie. Is dit echter niet het geval en is de egalisatiereserve in 2015 nog steeds (deels) beschikbaar dan zal deze in mindering worden gebracht op de instellingssubsidie voor 2014.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 12
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 13
2
Hoe vraagt u instellingssubsidie aan? Lotgenotencontact en informatievoorziening | 14
2 Hoe vraagt u instellingssubsidie aan? Om subsidie aan te vragen moet het aanvraagformulier subsidiestroom 1 worden ingevuld. Het formulier is vanaf eind augustus 2012 op de website van Fonds PGO te vinden. Het formulier leidt u door alle onderdelen van de subsidieaanvraag. In het formulier worden ook de bijlagen vermeld die u dient mee te zenden. • Vul het aanvraagformulier volledig in en onderteken het. De ondertekening moet plaatsvinden door een of meer personen die bevoegd is/zijn om de organisatie te vertegenwoordigen. Het aanvraagformulier is verplicht. • De subsidie moet één keer per kalenderjaar uiterlijk voor 1 oktober 2012 (12:00 uur) worden aangevraagd. • Fonds PGO neemt alleen aanvragen in behandeling die op tijd, correct en volledig zijn ingediend. • Fonds PGO verstrekt alleen subsidie voor activiteiten die de organisatie in het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, uitvoert.
Aanvragen van 1 september tot 1 oktober 12:00 uur De subsidieaanvraag moet tussen 1 september en 1 oktober worden ingediend. De deadline is 1 oktober 2012 12:00 uur. De subsidieaanvragen mogen ook persoonlijk worden afgegeven bij het secretariaat van Fonds PGO. Adres: Muzentoren, Wijnhaven 16 in Den Haag. Er wordt dan een ontvangstbewijs afgegeven.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 15
2.1 Kwaliteitscriteria activiteitenplan en begroting Uit de aanvraag moet blijken dat: • De organisatie de activiteiten doelmatig uitvoert. Dat wil zeggen: de kosten van de activiteit moeten in verhouding staan tot de opbrengsten en bijdragen aan de realisatie van het doel. • De organisatie de activiteiten doeltreffend uitvoert. Dat wil zeggen: de activiteiten dragen effectief bij aan de realisatie van de doelstellingen.
Activiteitenplan • De gegeven informatie geeft inzicht in de activiteiten waarvoor de organisatie subsidie aanvraagt. • De organisatie beschrijft beknopt de omvang, duur en geeft een korte beschrijving van de activiteit. Begroting • De organisatie geeft in de begroting per activiteit een overzicht van de geraamde kosten en opbrengsten. De organisatie voorziet de begrotingsposten (ieder afzonderlijk) van een toelichting. • De organisatie geeft de begrote eigen bijdrage aan. • De organisatie vult de onttrekking aan de egalisatiereserve in. • De begroting is sluitend. • De kosten moeten voldoen aan tarieven die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk zijn. In het formulier op de website van Fonds PGO volgen de hierboven beschreven stappen elkaar logisch op.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 16
2.2 Beoordeling aanvraag Na het indienen van een aanvraag, verzendt Fonds PGO een ontvangstbevestiging. Als de aanvraag compleet is en de verstrekte informatie voldoende, dan neemt Fonds PGO binnen dertien weken na ontvangst een besluit. Is de aanvraag niet compleet of de verstrekte informatie onvoldoende? Dan wordt de aanvraag aangehouden. Fonds PGO vraagt dan om de ontbrekende of aanvullende informatie aan te leveren. Daarna wordt een besluit genomen. Als een aanvraag wordt aangehouden, dan wordt de termijn voor afhandeling langer dan dertien weken. Het besluit van Fonds PGO wordt per brief verzonden. Als er subsidie wordt toegekend, vermeldt Fonds PGO: • Welk bedrag is toegekend. • Voor welke periode en activiteiten. • Hoe en wanneer het voorschot wordt betaald. • Hoe en wanneer verantwoording over de besteding van de subsidie moet worden afgelegd. • De begrote eigen bijdrage, dat is de bijdrage van de organisatie zelf voor een te subsidiëren activiteit. • Eventueel welke voorwaarden en verplichtingen aan de subsidie zijn verbonden. Als er geen subsidie wordt toegekend, dan motiveert Fonds PGO dit. Uiteraard is Fonds PGO ook bereikbaar voor een nadere toelichting. Een aanvrager kan bezwaar maken tegen een besluit, meer informatie hierover is te vinden in hoofdstuk 4.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 17
3
Instellingssubsidie verleend, en dan? Lotgenotencontact en informatievoorziening | 18
3 Instellingssubsidie verleend, en dan? De instellingssubsidie is aangevraagd en toegekend. Wat gebeurt er daarna?
3.1 Bevoorschotting De instellingssubsidie wordt volledig in voorschotten uitbetaald. Die betalingen vinden in de regel als volgt plaats: in januari wordt 8 % van het voor dat jaar verleende subsidiebedrag betaald, in februari 8 %, maart 8 %, april 7 %, mei 16 %, juni 7 %, juli 8%, augustus 8 %, september 7 %, oktober 8 %, november 8 % en december 7 %. Het kan zijn dat deze wijze van bevoorschotting niet goed uitkomt, bijvoorbeeld omdat een groot deel van de kosten in het begin van het jaar wordt gemaakt. In dat geval kan een schriftelijk verzoek om een aangepast betalingsschema worden ingediend. In uw verzoek moet duidelijk worden toegelicht waarom van de beschreven systematiek moet worden afgeweken.
3.2 Verantwoording De subsidie is afkomstig uit gemeenschapsgelden. Daarom moet de organisatie achteraf verantwoording afleggen.
Minder dan € 125.000 subsidie? Voor de aanvraag moet een formulier worden ingevuld, dat is te vinden op www.fondspgo.nl. Er moet worden verklaard: • Dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht (voorzien van een korte toelichting). • Dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen. Ook moet een overzicht worden gegeven van de totale werkelijke kosten van de activiteiten die zijn verricht en waarvoor de subsidie is verleend. En van de totale werkelijke bijdragen van derden voor de activiteiten die zijn verricht en waarvoor de subsidie is verleend. Een format voor deze verklaring zal beschikbaar worden gesteld via de website van Fonds PGO.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 19
Let op! Organisaties die een egalisatiereserve hebben, moeten bij de verantwoording ook een jaarrekening voegen.
Meer dan € 125.000 subsidie? Voor de aanvraag tot definitieve vaststelling van subsidie boven de € 125.000 gelden dezelfde regels als voor een aanvraag tot vaststelling van een subsidie onder de € 125.000. Er moet echter een aantal documenten worden bijgesloten: • Een activiteitenverslag. • Een financieel verslag. • Een controleverklaring Let op! Voor de controleverklaring is er op de website www.fondspgo.nl een model beschikbaar. Dit format moet verplicht worden gebruikt. De kosten voor het invullen van de controleverklaring mogen in de begroting bij de aanvraag worden opgenomen.
In het activiteitenverslag en het financieel verslag moeten in ieder geval: • De aard, omvang, duur en wijze van uitvoering van de activiteiten waarvoor de subsidie werd verleend worden toegelicht. • Een vergelijking bevatten van de verrichtte activiteiten met de in het activiteitenplan voorgenomen activiteiten en een toelichting geven op de verschillen. • Een vergelijking bevatten van de nagestreefde doelstellingen met de gerealiseerde doelstellingen en een toelichting geven op de verschillen. • Beschrijven in hoeverre is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen. Het financiële verslag moet aansluiten op de indeling van de begroting op basis waarvan de subsidie is verleend.
3.3 Definitieve vaststelling Op basis van de verantwoording wordt beoordeeld of de middelen rechtmatig en doelmatig zijn ingezet. Daarna stelt Fonds PGO namens de minister het definitieve subsidiebedrag vast. Dat bedrag bestaat uit de totale werkelijke kosten verminderd met de totale werkelijke bijdragen van derden en de begrote eigen bijdrage (zoals deze is opgenomen in het verleningsbesluit). Hierbij worden niet betaalde voorschotten uitgekeerd of teveel betaalde voorschotten teruggevorderd.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 20
3.4 Wijziging of intrekking De subsidieverlening of -vaststelling kan worden gewijzigd of (gedeeltelijk) worden ingetrokken. Ook kunnen voorschotten worden opgeschort. Verleende subsidies en voorschotten kunnen worden teruggevorderd als: • De activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend niet of gedeeltelijk hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden. • Er niet is voldaan aan de subsidieverplichtingen en/of voorwaarden die zijn verbonden aan de subsidieverlening. • Er onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt. • De organisatie in staat van faillissement verkeert, surcéance van betaling is verleend of de organisatie is opgehouden te bestaan. • Veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten ertoe leiden dat ongewijzigde voortzetting van de subsidie niet wenselijk is.
3.5 Rechten en plichten Op de door Fonds PGO verstrekte subsidies is de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Daarnaast gelden de bepalingen van de Kaderregeling VWS-subsidies. Hieronder wordt een aantal belangrijke bepalingen weergegeven.
Meldingsplicht Omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van een subsidie moeten worden gemeld. Wanneer de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet tijdig zullen worden verricht of wanneer niet aan de subsidieverplichtingen kan worden voldaan dan dient Fonds PGO daarvan op de hoogte te worden gebracht. Ook andere omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de subsidieverstrekker, zoals financiële en bestuurlijke problemen bij de organisatie, moeten worden gemeld. De afweging om iets wel of niet te melden maakt de aanvrager zelf. Wanneer er wordt verzuimd informatie te melden en dit blijkt gevolgen te hebben voor de subsidieverlening, dan kan dit betekenen dat subsidie wordt teruggevorderd.
Wijzigingen in goedgekeurde stukken Wanneer een activiteitenplan en begroting zijn ingediend, dan kunnen ingrijpende wijzigingen niet zonder meer worden doorgevoerd. Bijvoorbeeld wanneer door onvoorziene omstandigheden bepaalde activiteiten uit het goedgekeurde activiteitenplan niet of slechts gedeeltelijk kunnen worden uitgevoerd of de kosten van de goedgekeurde activiteit lager zijn dan begroot. In dit soort gevallen moet aan Fonds PGO worden gevraagd de subsidieverlening zodanig te wijzigen dat het bedrag dat niet besteed is voor andere activiteiten binnen het goedgekeurde activiteitenplan kan worden aangewend. Lotgenotencontact en informatievoorziening | 21
4
Bezwaren en klachten
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 22
4 Bezwaren en klachten Tegen besluiten van Fonds PGO kan bezwaar worden gemaakt. Ook is er een klachtenprocedure.
4.1 Bezwaren Vragen over het subsidiebesluit? Bezwaar maken? Neem altijd eerst contact op met Fonds PGO (zie www.fondspgo.nl voor de contactgegevens). Als een aanvrager na dit gesprek alsnog een bezwaarschrift wil indienen, dan moet dit binnen zes weken na de datum die op het subsidiebesluit staat. Doe dit op tijd, anders kan een bezwaar niet behandeld worden. Noem in het bezwaarschrift naam en adres en de datum en het kenmerk van de brief. Geef duidelijk aan waarom er bezwaar wordt gemaakt. Vergeet niet om het bezwaarschrift te ondertekenen en van een datum te voorzien. Ook moet een kopie van het subsidiebesluit mee worden gezonden met het bezwaarschrift. Het bezwaarschrift moet worden verzonden naar: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) t.a.v. Directie Wetgeving en Juridische Zaken Postbus 20350 2500 EJ Den Haag Verzending per fax kan ook: 070 - 340 59 84.
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 23
4.2 Klachten Een klacht over Fonds PGO of één van de medewerkers kan mondeling of schriftelijk worden ingediend. Klachten kunnen mondeling kenbaar worden gemaakt. Dat kan bij de betrokken medewerker of bij het hoofd van Fonds PGO. Samen bekijken we hoe de klacht kan worden verholpen. Mondelinge klachten worden niet opgenomen in de jaarlijkse registratie. Fonds PGO is een onderdeel van het CIBG. Het CIBG is een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van VWS. Schriftelijke klachten worden ingediend via een klachtenformulier, per e-mail of per brief. Omschrijf de klacht altijd zo duidelijk mogelijk.
Klachtenformulier of e-mail Maak gebruik van het klachtenformulier. Dit formulier is te vinden op www.cibg.nl (bij Contact). Een klacht per e-mail indienen kan ook:
[email protected]. Per post De brief, voorzien van uw contactgegevens en handtekening, kan worden verzonden naar: CIBG t.a.v. de klachtencoördinator Postbus 16114 2500 BC Den Haag
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 24
Belangrijke documenten Hieronder vindt u een overzicht van belangrijke documenten over subsidie. Deze vindt u op www.fondspgo.nl
Gewijzigd Beleidskader voor subsidiëring van pg-organisaties
Visiebrief ‘Bundel je kracht, samen sterk’
Kaderregeling VWS-subsidie
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 25
Neurofibromatose Vereniging Nederland (NFVN)
LFOS
nds Longpatiëntenvereniging
rland
NPKUV
Longfibrose Patiëntenvereniging
fsluiting (VOKS)
Vereniging Harten Twee Federatie Ouders Visueel Gehandicapten (FOVIG)
Vereniging ziekte van Hirschprung Nederlands Hyperventilatie Stichting
Stichting voor Afweerstoornissen
Belangenvereniging BeckwithWiedemann Syndroom Nederlandse Klinefelter Vereniging
Ver. Manisch Depressieven en Betrokken
en)
Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden (NVBS)
SCCH
KA
Stichting Gilles de la Tourette Alopecia Areata Patiëntenvereniging
N
Antroposana
Hemochromatose Vereniging Nederland
g
Vereniging Cornelia de Lange Syndroom Nederland
Vereniging van Tietze
)
Vereniging Oog in Oog
p
Nederlandse Vereniging van Klompvoetjes
rosus
Lotgenotencontact en informatievoorziening | 26
derlandse Vereniging van Rugpatiënten “de Wervelkolom”
en (BVKM) Nederlandse Coeliakie Vereniging
Nederlandse Stomavereniging 'Harry Bacon' Nederlandse Christelijke Blinden- en Slechtziendenbond
Diabetesvereniging Nederland (DVN)
Multiple Sclerose Vereniging Nederland
Interstitiele Cystitis Patiëntenvereniging
CPLD-patientenvereniging Ons Licht
a
NVVS
Nederlandse Vereniging voor Groeihormoondeficiëntie en Groeihormoonbehandeling
ing Nederland
Angst Dwang en Fobiestichting
VSOP
Syringomyelie Patiënten Vereniging
Galactosemie Vere
Vereniging Ouders, Kinderen en Kanker (VOKK)
Poly Artrose Lotgenotenvereniging (PAL)
NFK Stichting ICD-dragers Nederland
hting
Vereniging Oog in Oog
Nederlandse Paget Patiënten Vereniging
FB
Ypsilon
HME-MO Vereniging Nederland
and
LVVP (Vitiligo Patienten)
rland
bare Darm Syndroom Belangenvereniging (PDS)
Stichting DoofBlinden Netwerk
Zorg voor gegeven, gegevens voor zorg Dit is een uitgave van het CIBG Het CIBG is een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Fonds PGO is een onderdeel van het CIBG en verstrekt namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport subsidies aan landelijk werkzame patiënten- en gehandicaptenorganisaties in Nederland. Bezoekadres Fonds PGO/CIBG | Muzentoren / Wijnhaven 16 | 2511 GA Den Haag Postadres Fonds PGO/CIBG | Postbus 16114 | 2500 BC Den Haag www.fondspgo.nl PG30.01