LOIS
Jaargang 15 - nummer 6 - december 2012
Stichting Landelijk Ondersteuning en Informatiecentrum Seniorenbeleidsadvisering
NIEUWSBRIEF
In dit nummer
Van de penningmeester Nieuwjaarswens
LOIS-nieuws per e-mail Wat vindt U? Decentralisatie
Belangenbehartiging
Zelfstandig blijven wonen Kantelen en de overheid
Extramurale begeleiding
2
Vooral de huidige decentralisatie naar gemeenten zal uw ouderen advieswerk heel sterk beïnvloeden. Wij zijn er voor u om u hierin te ondersteunen. In 2013 komen we weer naar u toe met lokale themamiddagen. Wij doen ons werk met vrijwilligers, steun ons om ons werk te kunnen blijven uitvoeren. Ik verzoek u uw bijdrage voor 2013 van minimaal € 90.- over te maken naar onze bankrekening 9280740 waarbij ik u verzoek de postcode van uw adviesraad te vermelden. Is een declaratie of factuur gewenst, één telefoontje (071 5890 892) of e-mailtje (
[email protected]) is voldoende en het document komt naar u toe.
Het jaar 2013 zal veel wijsheid van u vragen. Bezuinigingen van de regering treffen ook de senioren. Zorg wordt minder toegankelijk. Veel beleid wordt gedecentraliseerd naar de gemeenten, maar zonder voldoende financiering. Dit vraagt een creatieve aanpak van het ouderenbeleid. Wij wensen u daarbij veel wijsheid.
Het bestuur van LOIS wenst u alle goeds toe in uw persoonlijk leven.
LOIS nieuwsbrief
LOIS nieuwsbrief
Het is meer dan 5 jaar geleden dat wij u verzochten uw donateur-bijdrage te verhogen. Vandaag moeten wij u wederom verzoeken uw bijdrage te verhogen. De besparingen die wij bereikt hebben met het digitaal sturen van onze nieuwsbrief aan verschillende adviesraden hebben niet kunnen bewerkstelligen om de algemene kostenverhogingen zoals zaalhuur, porti, drukwerkkosten etc. op te vangen reden waarom wij u verzoeken uw donateur-bijdragen voor 2013 te verhogen naar € 90.-
3
van de penningmeester
een voorspoedig 2013
voorstellen, dat u dat wenst voor uw archief. Mocht u daar minder prijs op stellen, dan vernemen we dat graag. Het spaart ons immers minstens verzendkosten uit. Zonder bericht uwerzijds blijft u dit blad in papieren vorm ontvangen. C.P.G. Tilanus, secretaris
Colofon Lay out Webmaster
Piet Haring J.A. van Vliet
Adres Seringenlaan 22 3442 HK Woerden Telefoon 0348 – 415995 e-mail
[email protected] website www.loisweb.nl De donateurs mogen – mits met vermelding – de Nieuwsbrief kopiëren voor hun leden en andere belangstellenden.
In de afgelopen maanden hebben wij een enquête gehouden onder onze donateurs. Ongeveer de helft van onze donateurs heeft hierop gereageerd. Dit geeft een aardig beeld van de situatie. We kunnen echter niet garanderen, dat de antwoorden ook echt representatief zijn. We weten immers niet, waarom men niet heeft gereageerd. Toch willen we hier een samenvatting geven van de resultaten. Aantal jaren dat men bestaat De periode, waarin de seniorenraden zijn opgericht loopt > 15 jaar zeer sterk uiteen. De oudste seniorenraad 8-14 jaar bestaat nu 31 jaar en de jongste 2 jaar. Het 2-7 jaar merendeel bestaat tussen 8 en 14 jaar. Het aantal leden van < 2 jaar de seniorenraden va0 5 10 15 rieert tussen 5 en 17. Het merendeel heeft tussen de 7 en 12 leden. De ouderenbonden zijn in ruim tweederde van de seniorenraden vertegenwoordigd.
20
25
Het aantal leden van de Seniorenraden niet ingevuld 13 - 17 7 - 12
Daarnaast zitten ook 6 in tweederde van de seniorenraden men5 sen op persoonlijke titel. Verder is de sa0 5 10 15 20 25 menstelling zeer uiteenlopend: vakbonden, buurten of wijken of welzijnsorganisaties.
30
In ruim tweederde van de gemeenten bestaat een Wmo-raad. In
LOIS nieuwsbrief
In de enquête heeft een groot aantal donateurs aangegeven dit blad graag per e-mail te willen ontvangen. De mogelijkheid daartoe is ongeveer een half jaar geleden geopend. We hebben daarop een redelijk aantal reacties ontvangen, maar niet het aantal dat uit de enquête blijkt. Er is dus een aantal donateurs, dat dit blad graag per e-mail wil ontvangen, maar hun e-mailadres met dit verzoek nog niet hebben opgegeven. Donateurs, die het blad per email willen ontvangen, kunnen ook leden van hun raad aangeven, die dit eveneens zouden willen. In principe kunnen we aan ieder lid per e-mail het blad toesturen. Voorwaarde is vanzelfsprekend wel, dat we het betreffende e-mailadres van u ontvangen. Donateurs, die het blad per email ontvangen, worden verzocht ook aan te geven, of zij dit blad daarnaast ook in papieren vorm willen blijven ontvangen. Wij kunnen ons goed
De seniorenraad in de gemeente
5
4
LOIS nieuwsbrief
LOIS-NIEUWS PER E-MAIL
WAT VINDT U?
Vakbonden Pers titel
Ouderenbonden+pers titel In ruim tweederde van de gemeenten Ouderenbonden zijn er naast de seniorenraad of Wmo0 5 10 15 20 25 30 35 40 raad ook andere raden, zoals cliëntenraad, gehandicaptenraad, sportraad, dorpsraden, allochtonenraad, vrijwilligerswerk, jongerenraad, respijt zorg, vrouwenadviescommissie, homolesbisch beleid, cultuurraad e.d. In het merendeel van deze gemeenten werkt de seniorenraad samen met deze andere raden. Er blijkt dus doorgaans een grote mate van samenwerking te bestaan. In driekwart van de gemeenten blijkt er sprake te zijn van ouderenbeleid. Veelal is de seniorenraad betrokken geweest bij het ontwikkelen van dit ouderenbeleid, maar toch niet overal.
6
LOIS nieuwsbrief
Themamiddagen/dagen van het LOIS 8 van de 9 seniorenraden hebben één of meer regionale themamiddagen van het LOIS bezocht. Men is doorgaans positief te spreken over deze themamiddagen. Men vindt ze goed, zinvol, actueel, interessant en praktijk gericht. Daarnaast wordt wel genoemd, dat men de onderlinge contacten op prijs stelt. De landelijke themadagen worden minder bezocht. Bijna tweederde van de seniorenraden hebben één of beide landelijke themadagen bezocht. Ook over deze dagen is men doorgaans positief: actueel, goed niveau, relevant, interessant en op de toekomst gericht. We hebben ook gevraagd welke onderwerpen men in toekomstige themamiddagen behandeld wil zien. Daarop werden uiteenlopende antwoorden gegeven:
1. Functioneren van de seniorenraad:
adviesorgaan en belangenbehartiging; deskundigheid adviesorganen;
2. Actueel ouderenbeleid:
thema’s die inspelen op de huidige en toekomstige si- tatie van ouderen en de politieke besluitvorming daar- over; innovaties; voorkom bezuinigingen op ouderen- beleid; toenemende vergrijzing; specifiek ouderenbeleid; ontwikkelingen wonen, zorg, welzijn; onder meer door aanbieden van lokale platforms;
3. Zorg:
invloed op de gemeente; organiseren achterban; bereiken van ouderen; samenwerking met niet-seniorenraad; functioneren seniorenraad naast Wmo-raad; herstel specifieke ad- viesorganen van senioren. eventuele opheffing van seniorenraden.
ontwikkeling van de AWBZ (transitie); negatieve imago ouderen m.b.t. zorgkosten tegen- gaan; gezondheidszorg op lokaal niveau: wijkgerichte zorg, ketenbenadering; woonservicewijken; huisartsenpost; scheiden van wonen en zorg, wonen en woon omge- ving.
4. Welzijn:
gemeentelijke verschillen in Wmo-voorzieningen; eenzaamheid; civil society; betekenis van nog vitale ouderen voor niet-vitalen; domotica.
Nieuwsbrief Men staat in het algemeen positief over de nieuwe lay-out van de nieuwsbrief: ziet er beter uit; goed leesbaar; mooie lay-out, handzaam formaat; compact; duidelijker; overzichtelijk; prettig en professioneler. Het blijkt, dat men het blad doorgaans toegankelijk maakt voor alle leden van de seniorenraad ofwel door opname in een leesmap ofwel
LOIS nieuwsbrief
Buurtwerk
7
tweederde van deze Wmo-raden is de seniorenraad vertegenwoordigd met één of twee personen.
Vertegenwoordiging
Ongeveer de helft van de seniorenraden geeft aan behoefte te hebben aan advies. Ongeveer eenderde van alle respondenten heeft advies gevraagd aan het LOIS. Men benadert het LOIS over onderwerpen die te maken hebben met het functioneren van de seniorenraad: vorm geven aan en voortbestaan van de seniorenraad; functioneren van de raad in relatie met Wmo-raad en wethouder; effectief adviseren. Advies met betrekking tot plaatselijke onderwerpen vraagt men doorgaans aan plaatselijke deskundigen en organisaties. Tevens noemt men ouderenorganisaties en ouderenadviseurs.
8
LOIS nieuwsbrief
Toekomst Het valt op dat op de vraag, hoe men de toekomst ziet, feitelijk wordt geantwoord: gewoon doorgaan. Het betreft antwoorden als: betrokken bij gemeentelijk ouderenbeleid beleidsvoornemens gemeente naast een eventuele Wmo-raad; De nieuwsbrief is er voor U en van U. pro-actief meeAls u iets heeft meegemaakt, of een advies heeft uitgedenken en adbracht, dat ook voor andere donateurs van belang kan viseren over het zijn, dan is het wellicht mogelijk om dat op te nemen in ouderenbeleid de Nieuwsbrief. Heeft U dergelijk copy, dan ontvangen en verwante terwij die graag van U op ons mailadres. reinen; belangenbehartiging van ouderen. Enkele respondenten geven toch wel iets aan van een verdere uitbreiding van taken: meer samen optrekken met ouderenbonden; een nog grotere betrokkenheid bij ouderen: voorlichting en vraagbaak; ondersteuning op maatschappelijk vlak voor alle ouderen; sterk platform voor ouderen; participatie. Enkele seniorenraden hebben twijfel over hun verder voortbestaan.
Conclusie Het LOIS blijkt voor vele seniorenraden een duidelijke functie te hebben. Men is positief over het huidige functioneren en er is weinig aanleiding ons beleid wezenlijk te veranderen. Natuurlijk willen wij de ontwikkelingen blijven volgen en zorgen, dat we actueel blijven. Eén seniorenraad gaf echter wel een knelpunt aan: “Lastige positie omdat veel seniorenraden verdwenen zijn, waardoor de basis smal wordt. Toch is belangenplatform belangrijk!”. Baukje van Hes, bestuurslid Bram Strookman, bestuurslid Kees Tilanus, secretaris
DECENTRALISATIE Steeds meer taken worden door de rijksoverheid gedecentraliseerd naar de gemeenten. Zo is decentralisatie van de functie begeleiding vanuit de AWBZ naar de Wmo reeds aangekondigd. Het ziet ernaar uit dat het, mogelijk met enige wijzigingen, door het huidige Kaninet wordt doorgevoerd. De operatie heeft twee doelstellingen: verandering van de structuur (het stelsel) en een verandering van werkwijze en verhoudingen (meer verantwoordelijkheid bij de burger)
In iedere decentralisatie zijn drie aspecten te onderscheiden: Het stelsel. Dit betreft een bestuurlijk/organisatorisch aspect. Er moeten nieuwe afspraken worden gemaakt tussen bestuurslagen, onder meer met betrekking tot financiën en weten regelgeving. De organisatie. Het gaat dan onder meer om sturing, inkoop en verantwoording. Uitvoering: een nieuwe manier van werken, sturing en interactie.
LOIS nieuwsbrief
Behoefte aan advies
Gevraagd naar wat men in de toekomst van het LOIS verwacht, wordt overwegend als antwoord gegeven: op dezelfde manier doorgaan. Men wenst voorlichting en ondersteuning, informatie over actuele zaken, advies, alert zijn op ontwikkelingen in de zorg, e.d.
9
door het te kopiëren. Tweederde van de respondenten geeft aan het blad per e-mail toegezonden te willen hebben. De inhoud wordt zeer gewaardeerd: actueel; ter zake; breed en goed gevarieerd uit de praktijk; nuttig en inspirerend. Het wordt redelijk goed gelezen en er wordt divers gebruik van gemaakt in de voorlichting. De wensen m.b.t. de inhoud komen overeen met de genoemde onderwerpen voor de themadagen.
10
1. De visievorming in de gemeente: wat willen we bereiken? Wat moeten de maatschappelijke effecten zijn in de gemeente? Dit vraagt een samenspel tussen de betrokken partijen, die gezamenlijk de doelstellingen moeten formuleren. Het gaat dan bijvoorbeeld om: vergroten van de participatie van mensen; verminderen van de groei van de vraag naar begeleiding; verbeteren van de ondersteuning van mantelzorgers en benutten van bestaande begeleidingsstructuur. Van de gemeente wordt hierbij enerzijds een regierol vereist, anderzijds
2. Vormgeving van een nieuw lokaal samenspel: met welke partijen en in welke vormen? De gemeente bepaalt hoeveel geld er beschikbaar komt en wat daarmee moet worden bereikt. Paul Schabel spreekt hierbij over de vier R’s. Het beleid geeft de Richting aan, laat Ruimte voor de praktijk, maar verwacht wel Resultaat en Rekenschap. 3. Het samenstellen van een nieuw aanbod. De gemeente heeft hierbij een sturende en faciliterende rol en is ontwikkelaar en opdrachtgever. De gemeente brengt de partijen bij elkaar die een rol moeten spelen. De gemeente denkt met de partijen mee over het nieuwe aanbod en spreekt een passend aanbod af. Hierbij staan de gewenste effecten centraal. De gemeente maakt het mogelijk dat de partijen de afgesproken taken kunnen uitvoeren. De gemeente fungeert als opdrachtgever en bewaakt de verdere ontwikkeling. 4. Implementatie van een nieuwe werkwijze. In het kader van de begeleiding zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd: cliëntgericht, onderbouwd, toetsbaar, inzicht in de eigen ruimte en niet belemmerd door onnodige regels. Belangrijk is samen afspraken te maken over de organisatie. Blijft elke organi-
satie alles zelf doen? Of wordt er op wijkniveau gewerkt naar een ‘sociaal werker nieuwe stijl’, die samen met de burgers de vraag verduidelijkt en de noodzakelijke hulp inschakelt? De verantwoordelijkheid voor de transformatie ligt bij de gemeente en de uitvoerende organisaties. Kunst is onderlinge samenhang aan te brengen. Dat vraagt een eigen professionaliteit van de gemeente. De belangrijkste opgave is het doorbreken van de muren tussen de verschillende gemeentelijke sectoren. Het gaat daarbij om minder specifieke budgetten, meer integrale visie en sturen op effecten. Er moet ook ruime worden gegeven aan de maatschappelijke instellingen voor een creatieve aanpak. Een en ander hangt nauw samen met “Welzijn nieuwe stijl”, dat er mede op is gericht om de zelfred-
BESTUUR Het bestuur van de stichting bestaat uit: Mr. ing. L. Springeling voorzitter/redactie Drs. C.P.G. Tilanus secretaris/redactie E.J. Bosman penningmeester Mw. B. van Hes 2e secretaris G. v.d. Meer bestuurslid/redactie Mw. I. Gehner-Ellenberger bestuurslid B. Strookman bestuurslid S. Limpens bestuurslid G. Lichtenberg bestuurslid
zaamheid en participatie van burgers te vergroten. Hierbij staan de resultaten en minder de processen centraal. Welzijn nieuwe stijl kenmerkt zich door 8 elementen: 1. Gericht op de vraag achter de vraag en op echte oplossingen. 2. Eigen kracht van de burger: het naar boven halen van kwaliteiten en talenten en mensen aanspreken op dat wat hen enthousiast maakt. 3. Direct erop af: persoonlijk en direct contact. 4. Formeel en informeel in verhouding. De professionele inzet moet er altijd op gericht zijn om het zelfoplossend vermogen van (groepen) burgers aan te spreken en te versterken. Licht waar mogelijk en zwaar waar nodig. 5. Balans van collectief en individueel. 6. Integraal werken: een integrale en samenhangende aanpak. 7. Resultaatgericht. Duidelijke afspraken, die het beoogde resultaat bereiken. 8. Ruimte voor de professional. De professional moet een grote vrije beslissingsruimte hebben. Bron: A. op ’t Veld, J. Wachtmeester, Andersson Elffers Felix, Decentralisatie betekent transitie en transformatie; nieuwe verantwoordelijkheden, rollen en opgaven in maatschappelijke ondersteuning, Den Haag, Transitiebureau begeleiding in de Wmo, 2012.
LOIS nieuwsbrief
LOIS nieuwsbrief
Een effectieve transformatie richt zich met name op vier lokale opgaven:
een bestuurlijke rol (aanpassing van regelgeving).
11
De veranderingen in het stelsel wordt ook wel transitie genoemd; de veranderingen in organisatie en werkwijze transformatie. Voor transitie is een begin- en einddatum af te spreken, wanneer de overgang gerealiseerd moet zijn Transformatie heeft te maken met een ander gedrag van professionals en burgers, een andere cultuur bij instellingen en professionals, een andere werkwijze en vooral een andere wijze om met elkaar om te gaan. Hierdoor moet het doel van het stelselwijziging worden gerealiseerd. Dit is een langdurig proces, waarvan het eindpunt niet goed is aan te geven. Transitie en transformatie zijn wel samenhangende processen.
Movisie heeft een rapport geschreven over taken en kwaliteiten van collectieve belangenbehartigers, d.w.z. mensen die vrijwillig de belangen behartigen van een groep. Daartoe behoren dus ook leden van seniorenraden.
12
LOIS nieuwsbrief
Een goede belangenbehartiger geeft voorlichting over en inzicht in de doelgroep; spreekt namens de doelgroep en adviseert over behoeften van de doelgroep aan overheden en/of instellingen. Het werk van de collectieve belangenbehartiger bestaat uit vier kerntaken: 1. signaleren van knelpunten, problemen en vragen. Belangenbehartigers delen signalen en stemmen deze af met de achterban. Hiermee gaan ze na of het om een individuele kwestie gaat of dat meer mensen het knelpunt ervaren. Zij volgen actualiteiten, beleidsmatige en politieke ontwikkelingen en zij wisselen deze onderling uit. Zij brengen knelpunten in kaart met behulp van verschillende communicatiemiddelen. 2. bepalen van strategie en plan van aanpak.
Zij bepalen gezamenlijk de beoogde effecten en stellen met elkaar vast hoe zij deze willen bereiken. Zij werken samen aan een plan van aanpak voor het geven van advies, creatieve actie of beleidsmatige/politieke activiteit. Zij bekijken per activiteit welke eigen belangenbehartigers geschikt zijn of schakelen bij activiteiten externe deskundigheid in. Zij zoeken in- en extern naar samenwerking voor het versterken van hun positie. 3. uitvoeren van de acties. Zij voeren activiteiten uit buiten de formele besluitvormingsprocessen. Zij voeren activiteiten uit binnen de formele besluitvormingsprocessen. Zij voeren activiteiten uit gericht op het verbeteren van inspraak. Zij voeren activiteiten uit gericht op deskundigheid en versterking van de positie van belangenbehartiging. Zij geven voorlichting en/of training en/of zijn betrokken bij onderzoek 4. evalueren van aanpak en resultaten. Zij evalueren en beslissen of aanvullende activiteiten nodig zijn om het beoogde effect te bereiken.
de argumenten. Zij weten draagvlak te creëren. 8. Netwerken. Zij bouwen relaties en netwerken op die van pas komen bij het realiseren van doelstellingen. 9. Samenwerken. Zij dragen bij aan een gezamenlijk resultaat en ondersteunen elkaar. 10. Zelfreflectie. Zij kunnen reflecteren op hun eigen ervaring en gebruiken deze in hun werk. Zij geven hun eigen (leer)behoefte aan en hoe zij willen groeien als belangenbehartiger. 11. Stressbestendig. Zij schrikken niet terug voor politieke, beladen of ingewikkelde situaties. Zij beseffen dat hun werk een lange adem heeft en zetten door bij tijdsdruk of teleurstelling. 12. Politiek/bestuurlijk inzicht. Zij hebben inzicht in politieke processen. Zij weten hoe de besluitvorming werkt. Zij zijn zich bewust van de politieke en bestuurlijke verhoudingen en situatie. Op basis van deze uitgangspunten heeft Movisie een scorelijst ontwikkeld. Geadviseerd wordt deze scorelijst gezamenlijk in te vullen. Hierdoor komt zowel de gezamenlijke kracht als de kracht van iedere deelnemer tot uitdrukking. Tevens wordt duidelijk aan welke aanvulling of scholing men behoefte heeft. Bron: A. Lucassen, A. van Deth en K. Sok, Taken en kwaliteiten van belangenbehartigers; competentieprofiel voor collectieve belangenbehartigers, Utrecht, Movisie, 2011
LOIS nieuwsbrief
Taken en kwaliteiten
Om deze taken goed te kunnen uitoefenen moeten collectieve belangenbehartigers beschikken over de volgende competenties: 1. Signaleren en analyseren. Zij herkennen belangrijke en essentiële informatie. Zij leggen verbanden tussen gegevens en signalen van de achterban. Zij sporen mogelijke oorzaken van problemen op. Zij zoeken naar meer materiaal om de signalen te onderbouwen. 2. Sensitiviteit. Zij leggen verbindingen tussen ontwikkelingen in de omgeving en individuele situaties. Zij voelen aan waar knelpunten liggen en weten deze op het juiste moment aan te kaarten bij de juiste personen. 3. Communicatie. Zij maken hun ideeën en meningen mondeling en schriftelijk aan anderen duidelijk. Zij zijn in staat taal en terminologie aan te passen aan de achterban en aan beleidsmakers. 4. Lef. Zij durven risico’s te nemen om een bepaald resultaat te behalen. Zij nemen in acht dat niet alle gevolgen van de activiteit te overzien zijn. 5. Creativiteit. Zij komen met nieuwe en originele oplossingen voor vraagstukken. 6. Onderhandelen. Zij weten aan andere partijen de eigen standpunten en gemeenschappelijke doelen zo over te brengen, dat het leidt tot overeenstemming bij beide partijen. 7. Overtuigingskracht. Zij oefenen invloed uit door aanspreken-
13
BELANGENBEHARTIGERS
14
De insteek van de nieuwe regering is dat iedereen zo lang mogelijk zelfstandig moet blijven wonen. Het ziet er naar uit dat bejaardentehuizen vrijgekomen kamers zelfs aan studenten moeten gaan verhuren. U kunt dat als een bedreiging zien of een uitdaging. Voeg daar ook nog bij de volledig op slot zittende woningmarkt en u begrijpt dat thuis blijven wonen bijna de enige optie is. Ook in uw gemeente zal het noodzakelijk zijn om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. De bewoner zelf kan daar heel adequaat op inspelen.
Loop eens kritisch door uw huis. Begin bij de voordeur en eindig bij de achterdeur. Van de kelder tot en met de zolder! Voordeur Goed verlicht en gemakkelijk open te maken met uw sleutel? Ook een kierstandhouder voor s ’avonds is een veilig idee. Een spionnetje is wel zo veilig en met deurcommunicatie kunt u horen en zien wie er aanbelt en eventueel op afstand de deur openen. Huiskamer Zijn de ramen goed af te sluiten en toch ook weer gemakkelijk te openen? Liggen Wie zegt dat aangepast sanitair niet mooi is?
LOIS nieuwsbrief
LOIS nieuwsbrief
Zolang mogelijk zelfstandig blijven wonen
Als iemand zo lang mogelijk thuis wil blijven wonen, kan men vanaf het moment dat de kinderen het huis verlaten na gaan denken of men in dat huis wil blijven wonen. En wat er zou moeten gebeuren om dat mogelijk te maken. Soms zijn slechts kleine ingrepen noodzakelijk. In de komende 10 jaar moeten er 880.000 woningen worden aangepast. Een uitdagende markt dus! Drempels weg, goede verlichting, een iets hoger toilet, een veiliger badkamer, aangepaste keuken of een traplift. Van simpel tot complex. Vaak zijn sommige vertrekken gevaarlijk zonder dat men het in de gaten heeft. Hieraan is met beperkte kosten veel te doen.
15
Bram Strookman, bestuurslid
begane grond een prima oplossing zijn. Een dure traplift kan dan achterwege blijven. Als het niet meer nodig is dan kan de cabine op een eenvoudige wijze verwijderd worden en is alles weer zoals het vroeger was. Slaapkamer Ook hier vooral geen snoeren op de grond. Bij voorkeur een klein lampje dat s ’avonds brandt als men naar het toilet wil. Ook graag op de overloop. Vaak is men een beetje duizelig als men te snel opstaat en heeft men moeite zich te oriënteren. Een lampje helpt dan zeer wel. Zolderverdieping Staat de wasmachine in een lekbak? Heeft de strijkbout een automatische schakeling die na enige tijd de strijkbout uitschakelt? Is de CV
ketel gemakkelijk toegankelijk en heeft deze trouwens een onderhoudsabonnement? Voorkom koolmonoxide door slecht onderhoud veroorzaakt. Voor meer praktische oplossingen voor zowel de extra- als intramurale markt, kijk op eens bij uw provincie op de website. Vaak staan daar oplossingen om langer thuis te blijven wonen. Of Google eens op: bad met deurtje, langerthuisblijvenwonen, vlakkedouchebak. Er is veel mogelijk waarbij in deze tijd geldt dat aanpassen niet meer stigmatiserend is. De oplossingen kunnen zelfs heel mooi en waardeverhogend zijn. Paragon bad
LOIS nieuwsbrief
licht? Geen losliggende roeden en gevaarlijke bochten? Of kapotte traptreden? Aan beide zijden een trapleuning? Is de trap breed genoeg om er eventueel een traplift te plaatsen? Badkamer Let er op dat de vloer niet glad wordt als deze nat is. Is er voldoende licht en gebruikt u overal koel blijvende thermostaatkranen? Douchen Met een vlakke douchebak geschikt voor een stenen of een houten ondergrond is er een veilige, vlakke oplossing voor handen. Een douchebak met een opstap van 30 cm is echt levensgevaarlijk en uit de tijd. Kan er eventueel zittend gedoucht worden? En als er hulp nodig is kan deze dan ook geboden worden? Anders zijn er ergonomische wand en deuroplossingen met een hoogte van slechts 75 cm. En als u toch al niet vaak in bad gaat waarom maakt u dan geen vlakke douche? Voor het badgat bestaan vlakke oplossingen waarbij alleen de wandtegels aangeheeld moeten worden. Baden Soms willen de mensen graag in bad. Er in gaan lukt nog maar eruit kost heel veel moeite en als je nog nat bent is alles extra glad en gevaarlijk. Dan is een bad met een deurtje de veilige oplossing. Herkent u hier iets van? Maar dan wel een model met beugels en een zithoekje uitzoeken om je na het baden veilig zittend af te douchen. Cabines En als er ruimte genoeg is kan een douchecabine op de
17
LOIS nieuwsbrief
16
er geen kleedjes in de looproute en zijn losliggende snoeren opgeruimd? Is de vloer niet te glad en zijn de deuren breed genoeg? Hoe zit het met de drempels? Kunt u er eventueel met een rollator over heen? Keuken Ook is het soms wenselijk een keuken aan te passen. De juiste werkhoogte is van groot belang om veilig te kunnen koken. Met een inductiekookplaat is het eten koken ook een stuk veiliger. Het hoeft geen betoog dat een ecoline keuken gemakkelijk is na te stellen in hoogte. Niet onbelangrijk als u onverhoopt zittend moet koken. Is de werkplek voldoende verlicht? Liggen er geen snoeren op het aanrecht in de weg? Toilet Kunt u gemakkelijk van de pot opstaan? Soms helpt een kleine verhoging erg goed. Een + 5 pot. We raden een +10 af! De kans op obstipatie neemt dan erg toe. Kunnen er gemakkelijk wandbeugels worden geplaatst. Ook een toiletbeugelset kan goed helpen en wordt op de pot gemonteerd zodat er geen gaten geboord hoeven te worden in de wanden. Heeft u een hangend toilet? Er zijn potten met een hogere porseleinen rand. Nu hoeft het frame niet gesloopt te worden. Ook comfortabel zijn de reinigings oplossingen. Met warm water wordt uw bips gereinigd en daarna met warme lucht gedroogd… Trappenhuis Zijn de trappen naar de verdieping(en) goed ver-
1. Kies voor zelfbewuste samenwerking (partnerschap) in onderlinge afhankelijkheid (verbondenheid). Koppel subsidie aan de inzet van de partners. Ken je eigen grenzen en haal niet het onderste uit de kan. 2. Geloof dat het anders kan. Het gaat om participatie, zelfredzaamheid en tevredenheid van burgers en niet zozeer om bezuinigen. 3. Volg de vraag: vraaggestuurd werken en vraaggestuurde financiering.
18
LOIS nieuwsbrief
4. Formulier een stevige visie, gebaseerd op vrijheid, ruimte voor ontmoeting en lef, creativiteit en netwerken. Zet in op preventie. 5. Wees als procesregisseur open en eerlijk. De gemeente faciliteert de verantwoordelijke burger met de vinger aan de pols en kent haar grenzen. Faciliteer het proces en blijf gefocust op wat je wilt en kunt. Processen hebben hun eigen ontwikkeltijd.
6. Durf te veranderen. Durf te experimenteren en te investeren in een onzekere ontwikkeling, in de kracht van kwetsbaarheid. Dan ontstaan gewaagde initiatieven en verrijkende vormen. Vind de balans tussen ruimte geven en de kwaliteit van ondersteuning en hulpverlening. 7. Mobiliseer de passie. Stimuleer ambitie en betrokkenheid, enthousiasme en veranderingsbereidheid. Vertrouw op de kracht van spontane acties. Laat de ruimte aan vrijwilligers. Bied fysieke infrastructuur aan initiatieven en ondersteun nieuwe plannen. Vier samen de successen. 8. Koester korte lijnen: ga de wijk in. 9. Ontkoker. Gooi grenzen tussen diensten en afdelingen open en ga dwarsverbanden en verbindingen aan. 10. Blijf alert. Integratie is een kwaliteit die onderhoud vergt: regelmatig stilstaan, reflecteren en bijstellen. In het rapport “Kantelen en de kracht van de eenvoud” beschrijft de VNG voorbeeldprojecten: Zorgcoöperatie in Hoogeloon met accent op de wijkzuster en op buurtzorg; Samenwerking in Heumen (werk-
In 2011 begonnen bij wijze van proef in twee wijken wijkgerichte samenwerkingsverbanden. In de wijken ontmoeten beroepskrachten elkaar en spelen mantelzorgers en vrijwilligers een zeer belangrijke rol. De burger behoudt de regie. Niet de organisatie, regelgeving of financiering zijn bepalend, maar wat de vragende mens en zijn netwerk nodig hebben of juist zelf kunnen doen. Een belangrijke rol speelt hierbij het begrip ‘Familiezorg’. Iemand die hulp nodig heeft, staat nooit op zichzelf. Zijn gezin – partner en kinderen - is net zo belangrijk. Wat de zorgvager is overkomen, beïnvloedt ook de rest van het gezin en de onderlinge verhouding. Daarin zit ook de kracht van het systeem. De persoon, die namens de gemeente het gesprek voert, zit men het gehele gezin aan tafel. Familiezorg stemt af, geeft zorg waar gezinnen vragen, problemen en wensen hebben. Hulporganisaties moeten daarop in samenwerking inspelen. De professionals die in één
Bron: Kantelen en de kracht van de eenvoud; een sprankelende handreiking voor de participerende overheid, Den Haag, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, 2012.
LOIS nieuwsbrief
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft voor de gemeenten in het kader van de kanteling 10 tophits geformuleerd:
Daar we onlangs reeds aandacht hebben geschonken aan de wijkzuster en aan het eerste gesprek, gaan we hier nog kort in op de ontwikkeling in Tilburg.
wijk werken komen iedere twee weken samen. Tijdens dit werkoverleg wisselen ze uit, stemmen af, verwijzen door, spreken één taal. Deze aanpak blijkt ook een positieve inwerking te hebben op de hulpverleners: men is minder ziek en werkt meer samen. Er is ook meer samenwerking met de vrijwilligers in het gezin. Daarnaast kent Tilburg poules van wijkvrijwilligers en hand- en spandiensten voor ouderen. Mensen die aan de ene kant professionele zorg krijgen, steken aan de andere kant een helpende hand uit en ontdekken dat ze voor een ander van betekenis kunnen zijn. Tilburg adviseert dan ook: Leer van dorpen wat gemeenschapszin is, aandacht voor elkaar. Vertaal dat naar wijken in je stad, inclusief de ruimte voor eigen maatwerk; Geef mensen de vrijheid, werk met zelfsturende teams, durf je eigen organisatie in beweging te brengen. Houd vol, heb vertrouwen en geduld: veranderingen vragen tijd. Doorbreek verkokerde hulpverlening en ambtelijke structuren. Zorg dat medewerkers betrokken zijn bij de praktijk en dat leidinggevenden nut, noodzaak en plezier zien van de nieuwe werkwijze. Blijf die werkwijze promoten, inoefenen en aanpassen.
19
KANTELEN EN DE OVERHEID
conferentie) met accent op vraaggestuurd werken en woonservicegebied. Hier wordt specifieke aandacht geschonken aan het ‘eerste’ (keukentafel)gesprek. Wijkaanpak met familiezorg in Tilburg.
20
LOIS nieuwsbrief
EXTRAMURALE BEGELEIDING Door de val van het kabinet gaat de overheveling van de extramurale begeleiding van de AWBZ naar de Wmo niet in per 1 januari 2013. Waarschijnlijk gaat het wel in per 1 januari 2014. Het is daarom goed, als de gemeente zich voorbereidt op deze overheveling. De gemeente moet daarbij vijf stappen zetten: 1. Analyse: uitzoeken van vraag en aanbod. Om hoeveel cliënten gaat het? Wat is hun problematiek? Welke behoefte aan ondersteuning hebben zij? Het CIZ kan daar enige informatie over verstrekken. Welke ondersteuners zijn er? Welk aanbod bieden zij? Sluiten vraag en aanbod voldoende aan elkaar aan? 2. Beleidskeuzes: denken over organisatie, financiën en kwaliteit. Het betreft hier vragen als: Hoe moet de ondersteuning worden uitgevoerd? Hoe moet de dienstverlening worden georganiseerd: individueel of collectief, met of zonder PGB, op wijk- stads- of regioniveau?
Moet men samenwerken met andere gemeenten? Inkopen of subsidiëren? Financiering per cliënt of vaste prijs per verrichting? Is er kwalitatief goed personeel? Bestaat er een klachtenprocedure? Is er een wachttijd? 3. Tactisch opdrachtgeverschap: bepalen van inkoopmodel. Er zijn verschillende voorbeelden voor inkoopmodellen. Een en ander moet worden afgesproken met de uitvoerders. 4. Operationeel opdrachtgeverschap. Het is goed, als de gemeenteraad vaststelt hoe het inkoopbeleid in het sociale terrein wordt geregeld. De gemeente kan, maar hoeft niet aan te besteden. 5. Monitoring. Hoe bewaakt de gemeente de feitelijke gang van zaken? Op al deze gebieden kan een seniorenraad een advies uitbrengen aan de gemeente. Bron: Extramurale begeleiding; gemeente en opdrachtgeverschap, Utrecht, Movisie, Factsheet nr 4, juli 2012.