LIGHT FOR THE WORLD BODY AND SOUL Lesmaterialen voor deelnemers vanaf 14 jaar
Inhoudsopgave Inleiding ............................................................................................................................................................................................ 3
I. Voorbereiding op het kijken van “Body and Soul” ............................................................................................................ 5 1 Twee voorbereidende oefeningen ............................................................................................................................... 5 2 Over handicaps en uitsluiting ....................................................................................................................................... 7 Opdracht 1 - Handicap......................................................................................................................................... 7 Opdracht 2 - Uitsluiting I...................................................................................................................................... 8 Opdracht 3 - Uitsluiting II.................................................................................................................................... 8 3 Analyse van “handicaps”................................................................................................................................................... 9 Vervolgopdracht voor oudere deelnemers .................................................................................................10
II. Diepgaande oefeningen over “Body and Soul”...............................................................................................................12 1 Werken met citaten en gevoelens ..............................................................................................................................12 2 Handicaps - (vrouwen)rechten - sociale erkenning - onderwijs .......................................................................17 Vervolgopdracht voor deelnemers vanaf 18 jaar.......................................................................................17 3 Workshop ...........................................................................................................................................................................20 Reflectieopdracht ................................................................................................................................................20 Opdrachten in kleine groepen ........................................................................................................................21 4 Victória - Mariana - Vasco...............................................................................................................................................21 5 Presentatie maken ...........................................................................................................................................................25
III. Bonusmaterialen......................................................................................................................................................................27 1 Body and Soul – bonusmateriaal I .............................................................................................................................27 2 Body and Soul – bonusmateriaal II ............................................................................................................................27
Inleiding “Body and Soul” is een film die bijzonder geschikt is voor volwassenen en jongeren van 14 jaar en ouder. Het past goed in de lesprogramma’s van bovenbouwleerlingen van het voortgezet onderwijs, voor karakterontwikkeling, sociale vaardigheden en ethiek en kan gekeken worden bij vakken als religie, maatschappijleer, geschiedenis, aardrijkskunde en economie. De film, die ons een kijkje geeft in het leven van Victória, Mariana en Vasco, raakt tieners en volwassenen diep en geeft een indrukwekkende getuigenis over het leven van mensen met een handicap in Mozambique die grotendeels zelfstandig te leven. De taal die in de film gesproken wordt is Portugees, vroeger de koloniale taal en nu de officiële taal van Mozambique, en de ondertiteling is goed te volgen. In de film wordt de term “gehandicapte (persoon/ man/vrouw/kind)” vaak gebruikt. LIGHT FOR THE WORLD, en velen met hen, geeft er de voorkeur aan om de persoon op de eerste plaats te zetten en de term “een persoon/man/vrouw/kind met een handicap” te gebruiken. Bij het kiezen voor een bepaalde term is het belangrijk om aan mensen met een handicap zelf te vragen welke benaming hun voorkeur heeft. De film kaart de volgende onderwerpen aan: • Vrouwen- en mensenrechten • Anders zijn, tevreden zijn met wie je bent, ontwikkeling van zelfvertrouwen en persoonlijkheid • Handicaps en armoede
leven met een handicap in ontwikkelingslanden
ontwikkelingssamenwerking • Identificeren van barrières en nadenken over mogelijkheden voor inclusie • Zelfvertrouwen van mensen met een handicap • Algemene ontwikkeling over internationale onderwerpen • Werk • Inclusie (in sport of dans): verschillende benaderingen voor inclusie
Mariana gebruikt haar rolstoel om zich te kunnen voortbewegen in Maputo, haar woonplaats en de hoofdstad van Mozambique. De straten in Maputo zijn vaak niet barrière vrij.
3
De volgende competenties/leerdoelen zullen worden behaald: • De studenten/deelnemers leren over aspecten van het leven van mensen met een handicap in ontwikkelingslanden aan de hand van het voorbeeld van Mozambique; ze kunnen de situatie van mensen met een handicap analyseren, een vergelijking maken met de situatie in Nederland en hun persoonlijke visie geven. • De deelnemers leren om te gaan met vrouwenrechten en mensenrechten, in het bijzonder met de rechten van vrouwen met een handicap. • De deelnemers kunnen manieren beschrijven waarop mensen met een handicap in Mozambique voor hun rechten en voor erkenning in de samenleving zouden kunnen strijden. • De deelnemers kunnen met de implementatie van rechten van mensen met een handicap in Mozambique en Nederland kennismaken en de processen die daarmee gepaard gaan leren analyseren. • De deelnemers kunnen nadenken over de mogelijkheden die ze zelf hebben om actie te ondernemen voor rechten en erkenning van mensen met een handicap in hun eigen samenleving. Docenten hebben vaak verschillende werkmethodes, daarom zijn de werkmethodes omschreven in dit document ook heel veelzijdig. Wij raden docenten aan om twee of drie van de werkvormen uit dit document te gebruiken. Voor specifieke doelgroepen kunnen de werkvormen gekozen worden die het meest geschikt zijn. We zien uit naar uw suggesties en verdere ontwikkeling van onze methodes. We wensen u veel creativiteit in uw werk.
Uw LIGHT FOR THE WORLD Team
Aanvullende achtergrondinformatie: Informatie over LIGHT FOR THE WORLD Nederland: www.lightfortheworld.nl Informatie over het End Exclusion project: www.endexclusion.nl VN Conventie voor de Rechten van Personen met een Handicap: www.un.org/disabilities/default.asp?id=259 World Report on Disability (summary): http://whqlibdoc.who.int/hq/2011/WHO_NMH_VIP_11.01_eng.pdf
4
I. Voorbereiding op het kijken van “Body and Soul” 1 Twee voorbereidende oefeningen Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
ongeveer 5 - 10 minuten
Benodigd:
blinddoek (één per deelnemer), een lokaal dat kan worden verduisterd (optioneel)
A. - Deze oefening kan op verschillende manieren worden gebruikt. Het is een goede bewustwordingsoefening voordat de film ‘Body and Soul’ bekeken wordt. Elke deelnemer krijgt een blinddoek die ervoor zorgt dat hij/zij helemaal niets meer kan zien. Dan verspreiden de deelnemers zich door de zaal (die voor optimaal effect ook nog verduisterd kan worden).
1. Na het startsein beginnen alle deelnemers te lopen. Ze moeten proberen door de zaal te lopen zonder elkaar aan te raken.
2. De loopsnelheid tijdens de “blindheid” kan worden opgevoerd of verminderd.
3. Daarna krijgen de deelnemers de opdracht om zoveel mogelijk mensen aan te raken.
Daarna vormen de deelnemers groepjes van 4-5 personen en bespreken ze hun ervaringen aan de hand van de volgende vragen: • Hoe voelde het om “blind” te zijn? • Was het moeilijk om niemand aan te raken? • Wat was het verschil tussen langzaam en snel lopen? • Hoe moeilijk of juist makkelijk was het om zoveel mogelijk mensen aan te raken? • Wat was het meest opvallend, welke gevoelens kwamen naar boven? Als er genoeg tijd en animo voor is, kunnen de groepen hun ervaringen met de grotere groep delen (laat deelnemers hier alleen vrijwillig aan meedoen).
5
B. - De deelnemers krijgen een huiswerkopdracht voordat ze samen de film kijken. Elke deelnemer mag een middag lang zijn/haar arm niet gebruiken door die bijvoorbeeld de hele tijd tegen hun buik aangedrukt te houden of door een mitella te dragen. Om de indruk te geven dat ze echt maar één arm hebben zouden de deelnemers hun “missende” arm onder hun shirt kunnen houden. Dan kunnen ze naar buiten, gaan winkelen, andere mensen voorbijlopen op straat, het openbaar vervoer gebruiken, enz. Als ze weer thuiszijn mag elke deelnemer voor zichzelf de volgende vragen beantwoorden: • Hoe voelde het om de hele middag “maar één arm” te hebben? • Hoe werd je bekeken door andere mensen? Heeft iemand je geprobeerd te helpen of je een zitplaats aangeboden? Heeft iemand je raar aangekeken of je uitgelachen? • Is er iets gebeurd wat je totaal niet had verwacht? De volgende dag delen en analyseren de deelnemers hun ervaringen. Daarna kijken ze samen de film “Body and Soul”.
Mariana and Victória tijdens het koken (stampen van Cassave)
6
2 Over handicaps en uitsluiting Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur: Handicap ongeveer 30 - 50 minuten (maximaal één lesuur) Uitsluiting ongeveer 20 minuten Benodigd:
pen en papier
Opdracht 1 – Handicap Elke deelnemer krijgt een papiertje en schrijft daarop het antwoord op de volgende vraag: Waardoor zou jij je enorm schamen, wat zou een regelrechte ramp voor je zijn als je dat zou moeten doen of meemaken? Iets waarmee je écht niet over straat zou willen gaan? Bespreking: • Hoe zou je je dan voelen? • Hoe denk je dat mensen om je heen zouden reageren? • Op welke manier zou dat vergelijkbaar zijn met wat mensen met een handicap voelen (bijvoorbeeld starende blikken, vermijden, etc.) • Ben je wel eens in een situatie geweest waarin jij werd uitgesloten of waarin jij anderen uitsloot? (Dit is een gevoelige vraag, laat de deelnemers alleen antwoorden als ze dat echt zelf willen!) - Als alternatief voor groepen die elkaar goed kennen, kan de volgende oefening gedaan worden: De docent vraagt de deelnemers om gedurende de gehele volgende samenkomst op die manier (zoals aangegeven op het papiertje van de deelnemers) aanwezig te zijn. Na deze oefening worden de volgende vragen besproken: • Hoe voelt/voelde dat? • Op welke manier heeft dit te maken met mensen met een handicap? • Ben je wel eens in een situatie geweest waarin jij werd uitgesloten of waarin jij anderen uitsloot?
7
Opdracht 2 - Uitsluiting I Aan het begin van de les geeft de docent iedereen een chocolaatje (of iets vergelijkbaars), behalve aan de mensen die een bril op hebben (of die bijvoorbeeld blauwe ogen hebben, blond zijn, krullen hebben of geen spijkerstof aanhebben). De docent moet alle opmerkingen hierover compleet negeren en als normaal de les beginnen. Net voor het einde van de les (ongeveer 10 minuten) worden de volgende vragen met elkaar besproken: • Wat voelden de deelnemers die niets kregen? • Wat voelden de deelnemers die wel iets kregen? • Hoe werd er gereageerd op de situatie? • Heb je wel eens een vergelijkbare situatie meegemaakt? Tijdens de volgende les kijken de deelnemers samen de film.
Opdracht 3 – Uitsluiting II Dit is een opdracht voor groepen waarvan de deelnemers verschillende talen spreken. De deelnemers worden opgedeeld in kleine groepen aan de hand van de talen die zij alleen spreken. (Bijvoorbeeld een groep Turks sprekende mensen, een Hongaarse groep, een Franse, etc.) Bij elke groep wordt er één persoon toegevoegd die de taal niet spreekt. De groepsleden praten met elkaar in hun taal en noemen af en toe de naam van het groepslid die hun taal niet kan verstaan. Na ongeveer 5 minuten is de oefening afgelopen en wordt er over de ervaringen gepraat, de persoon die de taal van zijn of haar groepje niet kon verstaan begint met het beantwoorden van de vragen: • Hoe voelde je je? Wat deed je? • Welke positieve en negatieve gevoelens kreeg je? • Hoe reageerde je? • Wat had je tegen ze willen zeggen? • In wat voor positie bevond je je? Dan mogen de andere groepsleden hun ervaringen delen: • Hoe voelden jullie je? • Wat was grappig en wat was ongemakkelijk? Waarom? • Hoe voelden jullie je ten opzichte van de persoon die jullie niet kon verstaan? Na afloop denken de deelnemers erover na wanneer dit soort situaties zich voordoen, hoe ze in een positieve ervaring veranderd kunnen worden en welke gedragsrichtlijnen er geformuleerd zouden moeten worden om daarvoor te zorgen.
8
3 Analyse van “Handicaps” Doelgroep: vanaf 14 jaar vervolgopdracht vanaf 16 jaar Duur: ongeveer 30 - 50 minuten, afhankelijk van de interesse van de deelnemers Benodigd:
Pen en papier, notitiekaartjes, prikpord, schoolbord (optioneel), kopieerbladen (p. 10 - 11)
Elke deelnemer schrijft het woord ‘HANDICAP’ in grote letters midden op zijn of haar papier. De volgende drie vragen worden gesteld:
1. Waar denk je aan als je het woord “handicap” hoort? Schrijf alle associaties die je daarbij hebt op je papier.
2. Welke beelden komen er in je op die te maken hebben met een handicap? Teken deze beelden op je papier.
3. In welke situaties heb je zelf te maken met een handicap of beperking? Wanneer, op wat voor manier en door wie heb jij (soms) een handicap? Schrijf ook deze ervaringen en situaties (in steekwoorden) op je papier.
De resultaten worden in tweetallen besproken. Elk tweetal probeert overeenkomsten en verschillen te vinden tussen wat ze hebben opgeschreven en getekend en schrijft die op een notitiekaartje. Samen proberen ze een definitie te bedenken voor “handicap” en schrijven dat op een ander kaartje. Elk tweetal presenteert hun overeenkomsten en verschillen en hun definitie van “handicap” aan de rest van de groep. De deelnemers sorteren de kaartjes (aan de hand van criteria als bijvoorbeeld medisch, sociaal, bijzondere behoeftes, participeren in de maatschappij, enz.) en prikken ze op het prikbord. Daarna kunnen de volgende onderwerpen besproken worden: • Wanneer heb je een handicap? • In welke context praten we over mensen die een handicap hebben? • Wanneer, hoe en waarom gebruiken we het woord “handicap” in het dagelijks leven? • Waarom zeggen we tegenwoordig liever “mensen met een handicap” in plaats van “gehandicapten”? • Waarom moeten we op dat verschil letten? • Welke intenties en behoeften gaan er schuil achter een persoon met een handicap? • Hoe voelt het als iemand in je omgeving een handicap heeft en hoe reageer je daarop? • Hoe reageren mensen met een handicap erop als ze uitgesloten worden? Welke voorbeelden ken jij daarvan? Heb je zelf wel eens zo’n situatie meegemaakt? De belangrijkste uitkomsten van de discussie kunnen op het schoolbord geschreven worden. De rechten van personen met een handicap in ons land kunnen worden besproken. Ook kan de VN Conventie over Personen met een Handicap worden opgezocht op internet en bediscussieerd. In een volgende les kunnen de deelnemers samen de film kijken.
9
Vervolgopdracht voor oudere deelnemers: De deelnemers worden in groepjes van 4 of 5 personen opgedeeld. Elke deelnemer krijgt een kopie van de verschillende benaderingen voor samenlevingen om met mensen met een handicap om te gaan (zie onderstaand kopieerblad). Iedereen leest voor zichzelf het document en bespreken daarna in de kleine groepjes de volgende vragen: • Wat valt je op aan de drie benaderingen? • Welke benadering zou jij persoonlijk de voorkeur geven? Waarom? • Welke benadering zouden mensen met een handicap de voorkeur geven? Waarom? • Hoe werkt de inclusie benadering? Ken je voorbeelden hiervan uit je eigen omgeving? De uitkomsten worden daarna besproken in de grote groep. Vervolgens kunnen de deelnemers de definitie van “handicap” opzoeken op internet. Aan de hand daarvan kunnen er eventueel nog extra aspecten van het leven met een handicap worden besproken.
Kopieerblad: Benaderingen voor het omgaan met mensen met een handicap in de samenleving1 1. Medische benadering:
Personen met een handicap Samenleving
Korte uitleg: In deze benadering wordt de handicap beschouwd als een probleem van de persoon, de persoon met een handicap wordt gezien als “ziek” en dus niet in staat is om “normaal” mee te doen in de maatschappij. Deze benadering is een traditionele opvatting over handicaps. Mensen met een handicap worden gescheiden van de rest van de samenleving. Omdat de handicap wordt gezien als een ziekte die genezen of verlicht moet worden, komen er verschillende vormen van hulp (bijvoorbeeld een rolstoel, medicijnen, etc.) om de persoon met een handicap in staat te stellen om zoveel mogelijk deel te nemen aan de maatschappij. 1 Samenvatting van de handout in: Sue Coe, Lorraine Wapling (2010): Travelling together. How to include disabled people on the main road of development. Ed.: World Vision UK, 37ff.
10
2. Liefdadigheidsbenadering:
Personen met een handicap Samenleving
Korte uitleg: In deze benadering is het de samenleving die mensen met een handicap moet helpen omdat ze anders hulpeloos zouden zijn en buiten de maatschappij zouden vallen. Mensen met een handicap worden gezien als “afhankelijk”, “hulpeloos”, “hulpbehoevend” en “zielig”. Daarom moeten deze mensen zonder meer gesteund worden door de “normale” mensen in de samenleving. Mensen met een handicap worden niet gezien als volwaardige burgers maar als mensen die afhankelijk zijn van liefdadigheid en steun. Ze worden door de samenleving gezien als een losse groep die door deze benadering ook een losse groep blijft.
3. Inclusieve benadering:
Society
Disabled people
Korte uitleg: Deze benadering ziet mensen met een handicap als onderdeel van de samenleving. Mensen met een handicap zijn niet het probleem – maar de samenleving, omdat deze hen niet beschouwt als een onderdeel van zichzelf. In dit model hebben mensen met een handicap dezelfde rechten als alle andere leden van de samenleving. Alle barrières (in hun sociale omgeving, fysieke en structurele barrières) moeten geïdentificeerd en verwijderd worden.
11
II. Diepgaande oefeningen over “Body and Soul” 1 Werken met citaten en gevoelens Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
ongeveer 100 minuten
Benodigd: film, kopieerbladen (p.13 - 16), pennen
De deelnemers kijken samen de film (55 minuten). Elke deelnemer krijgt een kopie van het kopieerblad (zie volgende pagina’s), leest zorgvuldig de citaten uit de film door en schrijft zijn of haar mening en persoonlijke ervaring op bij elk citaat (10 min). De volgende vragen kunnen helpen bij het formuleren van een mening: • Wat is je mening over dit citaat? • Op welke momenten heb jij iets dergelijks meegemaakt? • Welke mening/levensopvatting gaat er schuil achter dit citaat? (10 minuten) Dan verdeelt de groep zich in kleinere groepjes en worden de citaten en de eigen opmerkingen met elkaar doorgesproken (25 min). Vervolgens worden de resultaten uit de groepsgesprekken in de rechterkolom geschreven en aan de hele groep gepresenteerd (10 min).
Mariana
Victória
Vasco
12
Kopieerblad: citaten
Mariana: “Ik wordt vernederd op straat, in de bus, in winkels. Soms als ik naar de winkel ga om iets te kopen vraagt de verkoper me om weg te gaan. Misschien omdat ze denkt dat ik ga bedelen. Soms hebben mensen medelijden met me, ik hoor ze ‘wat zielig’ zeggen. Zielig? Ik? Ik probeer dit te overwinnen, begrijp je, zo goed ik kan. Ik zou liever horen ‘Wauw! Wat goed! Wauw! Hoe gaaf!’ Ik houd er niet van als mensen medelijden met me hebben. Als iemand medelijden met me heeft dan heb ik weer die gedachten. Dan kijk ik naar mezelf en denk: ‘Oh, ik ben zó!’ Dat doet me geen goed.”
Mariana: “Elk moment, elke minuut, elk uur, elke seconde, worstel ik. Ik kan niet terneergeslagen zijn alleen maar omdat ik gehandicapt ben. Als ik mijn ogen open en opsta denk ik ‘Hey! Een nieuwe dag!’ Ik moet dit tegemoet treden met een boel kracht, energie en doorzettingsvermogen. Een voorbeeld: ik moet elke dag met de bus. Elke dag! Er zijn dagen dat ik naar buiten ga, naar de bushalte ga en uren moet wachten. Er zijn mensen die ervan walgen als ze iemand met een handicap in de bus zien. Misschien denken ze dat het hebben van een handicap besmettelijk is.”
Victória: “Onze positie, de manier waarop we ons presenteren aan de samenleving, is heel belangrijk voor hoe mensen ons zullen zien. Als ik mezelf slecht presenteer zullen ze me ook slecht ontvangen. Maar als ik mezelf presenteer met opgeheven hoofd, als een persoon, dan zullen ze me als een persoon ontvangen. Als ik me onzeker voel, heb ik geen vertrouwen in mezelf en dan kan ik anderen niet vertrouwen. Ik weet niet wat anderen over me zullen denken en dus blijf ik in mijn hoekje, in mijn gesloten wereld, zonder openheid, zonder informatie, zonder kennis en met mijn angsten. Hoewel we denken dat het andere mensen zijn die vooroordelen hebben over ons, hebben wij ook vooroordelen over de samenleving. We zijn bang voor de samenleving. We denken ‘Ze zullen zeggen dat ik gehandicapt ben, ze zullen zeggen dat ik plaats inneem in de bus.’”
Wat is mijn persoonlijke mening? Wat vind ik van de citaten? Wat is mijn persoonlijke ervaring?
Victória
Mariana tweede citaat
Mariana eerste citaat
(in steekwoorden)
Resultaten van de groepsdiscussie
Citaten
Vasco: Natuurlijk heb ik problemen, maar het zijn de omstandigheden die me hinderen. Ik weet dat als ik niet werk, niemand me zal geven wat ik nodig heb. Ik kan ook dingen doen, omdat ik zelfvertrouwen heb. Een persoon met een handicap moet de moed hebben om harde woorden niet persoonlijk op te vatten.”
Mariana: “Ik vind moeilijke dingen leuk. Ik denk dat die dagelijkse uitdagingen die ik tegenkom me sterker maken, en ook de tederheid die mensen voor me hebben. Ik ben sterk dankzij de mensen om me heen én dankzij de vooroordelen! Vroeger ging ik huilen als mensen me zwartmaakten of me vernederden, maar er kwam een dag waarop ik tegen mezelf zei ‘Nu ga ik niet meer huilen. Nu hoor ik het, en het gaat het ene oor in en het andere oor weer uit.’”
Victória op de universiteit: “Er zijn mensen die nooit met iemand hebben geleefd die een handicap heeft, dus als ze in de klas iemand met een handicap zien, weten ze niet hoe ze met haar om moeten gaan. Ik voelde weinig terughoudendheid of tegenzin van mensen, van het soort ‘we weten niet hoe we met Victória, die anders is dan wij om moeten gaan, ze is gehandicapt’. In het begin merkte ik een beetje angst bij mensen. Maar later zagen mijn klasgenoten dat er echt geen verschil is. Ze zagen dat Victória hetzelfde is. Ze is een persoon, misschien met een arm minder of met meer of minder van iets, en ze pasten zich aan. Nu zijn we één groep en we gaan normaal met elkaar om.”
Mariana: “Als het over liefde gaat wordt het erger, omdat ik mezelf niet waardeer denk ik. Hoeveel iemand me ook bedriegt, ik zou me niet slecht moeten voelen en denken dat hij me bedroog omdat ik gehandicapt ben.”
Mariana’s vriend: “Ik zag Mariana maar ik had nooit de moed om haar te benaderen vanwege haar conditie. Ik dacht ‘Hoe kan ik met Mariana samenzijn als ze anders is? Hoe kan ik naar het strand gaan met haar? Hoe kunnen we gaan wandelen?’ Ik dacht ‘Wat zullen de mensen van me denken, als ik haar vriend ben?’ Ik schaam me niet om het te zeggen!”
Wat is mijn persoonlijke mening? Wat vind ik van de citaten? Wat is mijn persoonlijke ervaring?
Mariana’s vriend
Mariana vierde citaat
Victória op de universiteit
Mariana derde citaat
Vasco
(in steekwoorden)
Resultaten van de groepsdiscussie
2 Handicaps - (vrouwen) rechten - sociale erkenning - onderwijs
Doelgroep:
vanaf 16 jaar
Duur:
100 - 150 minuten
Benodigd: kopieerbladen
pen en papier
poster papier
De deelnemers kijken samen de film (55 minuten). Er worden 4 kleine groepjes gevormd. Ieder groepje krijgt een citaat uit de film met de vragen die erbij horen (zie kopieerblad). De vragen worden kort beantwoord en in een poster verwerkt, bijvoorbeeld in een bewustwordingsposter over de behoeften van vrouwen met een handicap. De poster wordt dan aan de groep gepresenteerd en aan de muur gehangen (ongeveer 35 minuten). Daarna worden de volgende vragen besproken: • Waarom is onderwijs belangrijk (voor mensen met een handicap)? • Hoe belangrijk is onderwijs voor vrouwen met een handicap? Wat zag je hierover in de film? Waarom gaan Victória en Mariana naar de universiteit? • Waarom gaan mensen met een handicap in ontwikkelingslanden vaak niet naar school? (Mariana’s vader heeft het hierover.) Hoe is de situatie in ons land?
Vervolgopdracht voor deelnemers vanaf 18 jaar (50 minuten) Elke deelnemer krijgt maximaal drie kaarten waar hij/zij zijn/haar grootste wensen opschrijft wat betreft de sociale erkenning van vrouwen met een handicap (wensen die wereldwijd erkend zouden moeten worden). Elke deelnemer presenteert die wensen als een pleidooi voor de rechten van vrouwen met een handicap en prikt de kaarten op het prikbord. De kaarten worden gesorteerd a.d.h.v. het aantal keer dat ze voorkomen. Zo ontstaat er een soort database voor erkenning van vrouwen met een handicap. De deelnemers bedenken vervolgens met elkaar wat ze zelf zouden kunnen doen om meer erkenning te krijgen voor vrouwen met een handicap in hun eigen maatschappij.
17
Kopieerblad
Groep 1: Citaat: Victória over haar mentor Angela: “Zij heeft me geleerd dat om respect te krijgen, wij eerst respect moeten tonen. Ze vertelde me dat ik vanwege mijn fysieke staat veel zou horen op straat. Ze vertelde me ‘Je moet jezelf zijn, en ondanks je fysieke staat, ben je niet anders dan ieder ander.’ Mevrouw Filomena ging door met de geestelijke en emotionele lessen. Ze leerde me dat dingen niet naar je toekomen als je lege handen hebt, ze vallen niet uit de lucht. Ze leerde me dat je moet vechten. En ik ben geen uitzondering.” Vragen:
• Wat betekent eigenwaarde? • Waarom is het belangrijk om eigenwaarde te hebben? • Wat is ervoor nodig om jezelf te kunnen zijn? • Waarom wordt iemand met een gevoel van eigenwaarde ook door anderen gerespecteerd denk je?
Groep 2: Citaat: Tijdens de repetities voor de modeshow leert Victória aan de anderen dat het belangrijk is om een zelfverzekerde uitdrukking op je gezicht te hebben en een zelfverzekerde houding aan te nemen: “Met deze modeshow willen we de vrouwelijke schoonheid van vrouwen met een handicap laten zien. Het is een manier om de vrouwen te helpen om aan zichzelf te werken, om eigenwaarde te krijgen. Dat een vrouw in een rolstoel zit betekent niet dat ze geen vrouw meer is. We willen de samenleving ervan bewust maken dat we vaardigheden hebben, net als andere mensen. Dat is wat jullie nog niet hebben ontdekt.” Vragen:
• Waarom is het zo belangrijk voor vrouwen met een handicap om hun schoonheid te laten zien (in de modeshow)? • Waarom wordt vrouwen in een rolstoel vaak het vrouw-zijn ontzegd? • Hoe zou jij erop reageren als je een vrouw met een handicap in een modeshow zou zien? • Wat zou jij doen om door anderen erkend te worden als je een vrouw met een handicap zou zijn?
18
Groep 3: Citaat: Victória: “De samenleving tegemoet treden is een grote uitdaging voor een vrouw met een handicap die zwanger is. Er zijn altijd de vooroordelen: ‘Wie had het lef om haar zwanger te maken?’ Altijd die ‘wat?’ Ze vergeten dat ze ook een vrouw is die gevoelens heeft, die iemand leuk zou kunnen vinden, of die leuk gevonden kan worden, en seks heeft. Voor hen is het altijd iemand die bedrogen is en zwanger is gemaakt. Ze kijken nooit naar de vrouwelijke kant van gehandicapte vrouwen. Ik zie mezelf niet als de gehandicapte Victória, maar als Victória de persoon, de mens die gevoelens heeft, behoeften, een wil en regels.” Vragen:
• Waarom vond Victória het in het bijzonder zwaar om een zwangere vrouw te zijn? Op welke manier wordt ze uitgesloten van de samenleving? • Welke gevoelens, verlangens en behoeften heeft Victória? • Waarom vinden mensen in haar omgeving dat vrouwen met een handicap geen kinderen zouden moeten krijgen? • Hoe denk jij over Victória? Wat is jouw mening over zwangerschap en moederschap voor vrouwen met een handicap?
Groep 4: Citaat: Mariana: ,,Ik kan niet alle vragen beantwoorden die mensen soms stellen. ‘Mariana, ga je echt zelf in bad? Kleed je jezelf aan? Hoe doe je je onderbroek aan?’ En dan zeg ik: ‘Op dezelfde manier als jullie. Dat is hoe ik hem aandoe!’ Voor mij is het essentieel, ik moet natuurlijk wel mooi zijn, zelfs als ik ga slapen.” Vragen:
• Welke vragen vindt Mariana het irritantst? Waarom? • Waarom is het voor Mariana zo belangrijk dat ze er mooi uitziet? Hoe wil ze worden gezien door de maatschappij? • Welke beperkingen en vormen van uitsluiting zitten Mariana het meest dwars?
19
3 Workshop
Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
een ochtend of een middag (drie lesuren)
Benodigd: “Body and Soul” film, vragen, pen en papier
Reflectieopdracht: Bekijk de eerste scène (0:00 tot 0:34) van de film waarin alleen de voeten zichtbaar zijn. Stop dan de film en laat de deelnemers de volgende vragen beantwoorden: • Welke beelden zie je in deze scène? • Wat wilde de maker van de film hiermee zeggen denk je? • Wat viel je op? Het kijken van de film kan nu worden hervat, tot 3:27 minuten. Vraag de deelnemers om voor zichzelf hun gevoelens op papier te beschrijven aan de hand van de volgende vragen: • Welke gevoelens roepen de beelden van de mensen met een handicap uit de film bij je op? • Hoe voelt het om mensen met een handicap in jouw dagelijkse leven te zien? Als laatste kan de film gestopt worden na de beelden van de modeshow (bij 29:00 minuten) en vraag dan aan de deelnemers wat ze van de modeshow vonden. Kijk daarna de film af. Vervolgens kan de hele groep kort de film bespreken (20 minuten): • Wat laten de mensen met een handicap in de film zien over uitsluiting? • Waar komen ze barrières tegen? • Hoe overwinnen ze die barrières? • Welke opmerkingen die mensen zonder handicap over uitsluiting maken worden genoemd in de film? • Welke strategieën hebben mensen met een handicap in Mozambique ontwikkeld om uitsluiting tegen te gaan? Welk van de strategieën vind je inspirerend en waarom? • Ken je vergelijkbare situaties van uitsluiting van mensen met een handicap in Nederland? Pauze (15 minuten)
20
Opdrachten in kleine groepen (30 minuten): De film laat verschillende manieren zien om uitsluiting tegen te gaan. Elk van de groepjes verzamelt ideeën (naast de ideeën die al in de film worden genoemd) over hoe uitsluiting van vrouwen met een handicap kan worden tegengegaan. Ze zoeken uit hoe de barrières die deze mensen tegenkomen in hun dagelijks leven verwijderd zouden kunnen worden, op verschillende niveaus (regionaal, nationaal en internationaal). Bijvoorbeeld wetten en de implementatie daarvan, actie voeren in openbare ruimtes, campagnes, enz. Elke groep kiest één idee, maakt een plan van aanpak voor de uitvoering van dat idee en/ of beeldt het idee uit. De resultaten worden vervolgens aan de rest van de groep getoond (15 minuten).
4 Victória – Mariana – Vasco Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
ongeveer 50 minuten
Benodigd:
“Body and Soul” film, pen en papier, kopieerbladen, 3 grote vellen papier
Voordat de film gekeken wordt, wordt de groep in drieën verdeeld. Elke groep moet in het bijzonder op één van de hoofdpersonen letten (dus: een Victória groep, een Mariana groep en een Vasco groep). De deelnemers krijgen allemaal een werkblad van de persoon waar ze op moeten letten (zie Kopieerblad op de volgende pagina’s). Vervolgens wordt de film aangezet en tijdens het kijken maken de deelnemers zo gedetailleerd mogelijke aantekeningen op hun werkblad (mag ook worden ingevuld na het kijken van de film). Dan bespreken de deelnemers van elk groepje de dingen die ze hebben opgeschreven tijdens de film (eventueel worden er nog dingen aan toegevoegd). Op een groot vel papier maken ze met elkaar een mindmap van de opvattingen van hun hoofdpersoon. Daarna presenteren ze hun uitkomsten aan de rest van de groep. Vervolgens kunnen de volgende punten geanalyseerd worden: • Wat betekent inclusie in een samenleving voor mensen met een handicap? • Hoe kan inclusie bereikt worden? • Hoe kunnen barrières voor mensen met een handicap worden weggenomen in onze samenleving? En in ontwikkelingslanden als Mozambique?
21
VIC TÓRIA
Haar uitspraken en beelden van haar in de film
Welke barrières moet ze overwinnen?
Wie is belangrijk voor haar in het overwinnen van die barrières?
Wat maakt haar sterk en zelfverzekerd?
Welke angsten moet ze overwinnen? Hoe doet ze dat?
Welke doelen heeft ze en hoe kan ze die bereiken?
Hoe wil ze gezien worden door de samenleving? Wat vindt ze vervelend aan haar eigen samenleving?
Hoe is het voor haar om te leven met een handicap in Mozambique? Hoe zou dat zijn in Nederland?
MARIANA
Haar uitspraken en beelden van haar in de film
Welke barrières moet ze overwinnen?
Wie is belangrijk voor haar in het overwinnen van die barrières?
Wat maakt haar sterk en zelfverzekerd?
Welke angsten moet ze overwinnen? Hoe doet ze dat?
Welke doelen heeft ze en hoe kan ze die bereiken?
Hoe wil ze gezien worden door de samenleving? Wat vindt ze vervelend aan haar eigen samenleving?
Hoe is het voor haar om te leven met een handicap in Mozambique? Hoe zou dat zijn in Nederland?
VASCO
Zijn uitspraken en beelden van hem in de film
Welke barrières moet hij overwinnen?
Wie is belangrijk voor hem in het overwinnen van die barrières?
Wat maakt hem sterk en zelfverzekerd?
Welke angsten moet hij overwinnen? Hoe doet hij dat?
Welke doelen heeft hij en hoe kan hij die bereiken?
Hoe wil hij gezien worden door de samenleving? Wat vindt hij vervelend aan zijn eigen samenleving?
Hoe is het voor hem om te leven met een handicap in Mozambique? Hoe zou dat zijn in Nederland?
5 Presentatie maken Doelgroep:
vanaf 16 jaar
Duur:
een aantal lessen, bijvoorbeeld als projectopdracht
Benodigd:
computer met internetverbinding
Als inleiding wordt de film “Body and Soul” gekeken. Dan worden er zes kleine groepen gevormd, die elk met één van de volgende onderwerpen bezig gaat (indien mogelijk kiezen de deelnemers zelf een onderwerp):
Groep 1:
Mensenrechten/vrouwenrechten/rechten van personen met een handicap • Welke rechten zijn er op dit moment en waarom zijn ze belangrijk? • In hoeverre worden deze rechten nageleefd of juist geschonden?
Groep 2:
Anders zijn/tevreden zijn met wie je bent/zelfvertrouwen van mensen met een handicap/persoonlijkheidsontwikkeling • Hoe gaan mensen met een handicap om met “anders zijn”? • Hoe lukt het hen om tevreden te zijn met wie ze zijn en zelfvertrouwen op te bouwen? • Hoe reageren anderen erop als mensen met een handicap zelfverzekerd zijn?
Groep 3: Handicaps en armoede/ontwikkelingssamenwerking/fondsenwerving leven met een handicap in ontwikkelingslanden • Welke ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties werken met mensen met een handicap in ontwikkelingslanden? En wat doen ze? • Hoe benaderen verschillende ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties mensen met een handicap (zie de verschillende benaderingen op pagina 10 en 11)? • Hoe promoten de verschillende organisaties hun doelen en hoe beelden ze mensen met een handicap af? • Op welke manier dragen organisaties bij aan de beeldvorming over mensen met een handicap in ontwikkelingslanden?
25
Groep 4:
Inclusie • Wat is het verschil tussen assimilatie, integratie en inclusie van mensen? Zoek de definities op • Welke van deze levensstijlen is voor iedereen het best? Waarom?
Groep 5:
Onderwijs • Op welke manier is onderwijs belangrijk voor vrouwen/personen met een handicap? • Welke waarde heeft onderwijs in rijke landen? En in ontwikkelingslanden? • Hoe moeilijk of gemakkelijk is het voor mensen met een handicap om toegang te krijgen tot onderwijs in Europese landen? En in Mozambique?
Groep 6: Global Learning: De deelnemers zoeken de definitie van Global Learning op en onderzoeken of deze vorm van leren relevant is voor ons. • Wat is jouw mening hierover? Heb je wel eens eerder gehoord van Global Learning en in welke context? • Wat zou Global Learning kunnen betekenen in de context van mensen met een handicap? De groepen zoeken de informatie over hun onderwerp op internet en maken er een presentatie over. Het tonen van de presentaties vormt afsluiting van het project.
26
III. Bonusmaterialen 1 Body and Soul – bonusmateriaal I Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
ongeveer 50 minuten, afhankelijk van de interesse van de deelnemers
Benodigd:
film, vragen
De deelnemers hebben de film “Body and Soul” al op een eerder moment bekeken. Nu kijken ze het bonusmateriaal totdat de personen in de film worden ondervraagd door het publiek (ongeveer na 20 minuten). Daarna worden de volgende vragen besproken: • Wat betekent de titel “Body and Soul”? Waar verwijst het naar? • Waarom is het belangrijk om zowel het lichaam als de ziel van een persoon te zien? Hoe doe je dat? • Waarom willen de acteurs en organisators van de film dat zoveel mogelijk mensen de film kijken?
2 Body and Soul – bonusmaterial II Doelgroep:
vanaf 14 jaar
Duur:
ongeveer 50 minuten
Benodigd:
film, vragen, pen en papier
De deelnemers hebben de film “Body and Soul” al op een eerder moment bekeken. Nu kijken ze het bonusmateriaal totdat de personen in de film worden ondervraagd door het publiek (ongeveer na 20 minuten). Dan worden de deelnemers opgedeeld in kleine groepen en samen stellen ze vragen op die ze aan de hoofdpersonen (Vasco, Mariana en Victória) zouden willen stellen. Bijvoorbeeld tijdens een interview. Vervolgens wordt het laatste deel van het bonusmateriaal bekeken en vergelijken de deelnemers de vragen die gesteld werden met hun eigen vragen. • Zijn er vragen beantwoord? • Welke antwoorden zouden de hoofdpersonen geven op de vragen die nog niet zijn beantwoord denk je?
27
Informatie Redactie: LIGHT FOR THE WORLD Niederhofstraße 26, 1120 Vienna, Austria Tel.: 01 / 810 13 00 E-mail:
[email protected] Design: Nau*Design, Barbara Weingartshofer
www.endexclusion.nl
een project van Vendelier 13, 3905 PB Veenendaal
[email protected] www.lightfortheworld.nl
This document has been produced with the financial assistance of the European Union. The contents of this document are the sole responsibility of Light for the World and can under no circumstances be regarded as reflecting the position of the European Union.