1
LEZEN Terpentijd - 1500 Friesland bestaat eigenlijk uit drie delen: de klei, het veen en het zand. De eerste boeren woonden op het zand (De Wouden en Gaasterland). Hun aardewerk in de vorm van trechters gaf hen de naam Trechterbeker-mensen. Ze zijn ook bekend geworden door hun hunebedden. Deze boeren hielden vee en hadden ook wat bouwland. Door een sterke groei van het hoogveen raakte steeds meer boerenland overwoekerd. De eerste bewoners trokken daarom vanaf ongeveer 500 voor Christus vanaf het zand naar de klei bij de Waddenzee. Het natte kwelderland was heel geschikt voor veehouderij, maar als woonplaats voldeed het minder goed. Bij storm en springvloed liep het vruchtbare, onbedijkte land steeds onder water. Van plaggen en mest bouwden ze terpen, verhogingen waarop in de loop van de tijd huizen en hele dorpen werden gebouwd. Tot ongeveer 1000 na Christus, toen er steeds meer dijken om de kwelders werden gelegd, zouden deze terpen in functie blijven en ook steeds verder worden opgehoogd. Er zijn er wel 2.000 geweest!
kwelderlandschap
kwelderlandschap
hunebed
2
LEZEN Veranderingen 1500—1880 De kloosters hebben een grote rol gespeeld bij het veranderen van het landschap. Ze exploiteerden grote landbouwbedrijven (‘uithoven’). Daarnaast bemoeiden de kloosters zich intensief met zaken als turfwinning en handel. Het klooster Klaarkamp had bijvoorbeeld een veenmeester in dienst, die op de Schierstins in Veenwouden woonde. De ontginningen van het hoogveen werden later voorgezet door zogenaamde veen-compagnieën: bedrijven die het veen afgroeven en verkochten naar de grote steden. Het woeste land dat overbleef werd later door boeren weer in cultuur gebracht. Men ging er ook wonen zo ontstonden plaatsen als Heerenveen en Surhuisterveen. Bij laagveen afgravingen moest het land later weer worden ingepolderd. Dat is bijvoorbeeld gebeurd rondom Earnewâld en de veenpolders in het midden en zuiden van Friesland. In deze periode zien ook dat een groot aantal meren worden drooggelegd in ZuidwestFriesland vooral rondom Workum.
klooster
vervening
3
LEZEN Landbouwcrisis 1884-1940 In deze periode werd nog meer land in cultuur gebracht: zoals de heidevelden in het zuid-oosten van Friesland. Toen er veel werkloosheid was in de crisisjaren gingen mensen zonder werk via de ‘werkverschaffing’ aan de slag. In 1924 werd zelfs een ontginningsmaatschappij opgericht: 'De drie provinciën'. Zowel in de hogere delen van Friesland (Fochtelerveld, Hoornsterzwaag) als in de laagveenstreken (Boornbergumer Petten, Haskerveenpolder, Buitenveld bij Veenwouden) zette deze maatschappij met behulp van werklozen woeste grond om in cultuurgrond. Ook aan de rand van onze provincie bij de Waddenzee werden voortdurend stukken land gewonnen. Water bleef lange tijd een groot probleem: in de winter liepen vaak grote gebieden van midden Friesland onder water. Met de bouw van het Wouda stoomgemaal bij Lemmer en later het Hoogland gemaal bij Stavoren kwam daar verbetering in.
heide ontginning
4
Woudagemaal
5
Fries landschap
Friesland
Na de Tweede Wereldoorlog verandert het Friese landschap ingrijpend. Dat komt door de ruilverkaveling. Na de Tweede Wereldoorlog, toen Nederland weer werd opgebouwd, was de politiek heel erg op de hand van de boeren. De landbouw moest zo rationeel mogelijk worden opgezet en dat hield ook schaalvergroting in. De ruilverkaveling was daartoe het instrument bij uitstek. De losse stukken land van boeren werden samengevoegd tot aaneensluitende blokken. Dit proces had tot gevolg dat veel oudere landschappelijke elementen opgeruimd werden, zoals sloten, houtwallen en oude paden en wegen. Er is dan ook niets wat het Friese platteland de afgelopen zestig jaar meer veranderd heeft dan juist die ruilverkavelingen. Vanaf ongeveer het jaar 2000 is in de provincie begonnen met de aanleg van de ecologische hoofdstructuur. Dit is een netwerk van bestaande en nog te maken belangrijke natuurgebieden. Via ecologische verbindingszones kunnen dieren zich gemakkelijk van het ene naar het andere natuurgebied verplaatsen.
Na 1945 moderne landbouw
LEZEN
VRAGEN: 1.
Hoe heten de mensen die als eerste in Friesland woonden?
2.
Waar woonden ze en wat bouwden ze?
3.
Welke instellingen begonnen voor het eerst het landschap aan te passen?
4.
Noem een paar dorpen die zijn ontstaan vanuit de hoogveen afgravingen?
5.
Hoe heette het systeem waarin werklozen werden ingezet om land aan te maken?
6.
Welk groot gemaal in Friesland wordt door stoom aangedreven?
7.
Wat is ruilverkaveling?
8.
Wat betekent de ecologische hoofdstructuur?
6
OPDRACHT: landschapverandering Bekijk eerst het filmpje over hoe het landschap in de loop der tijd is veranderd. Kijk hiervoor op onze site: www.frieslandbouwmuseum/educatie.
Schrijf in eigen woorden wat de volgende drie woorden betekenen: Vervening:……………………………………………………………………………………. Inpoldering:……………………………………………………………………………… Ontginning:……………………………………………………………………………………
Op de volgend pagina, vind je een lege kaart van Friesland . Kleur deze in wat waar is gebeurd. Geel: gebieden van verveningen Groen: gebieden van inpolderingen Bruin: gebieden van verveningen Zet tot slot een dikke rode stip in jouw eigen woonplaats.
7
8
9