DE HOLLANDSE
LEEUW EN DE GRIJZE WOLF TURKS EXTREEM-RECHTS
INHOUD
Comité ‘Stop de Grijze Wolven’ Postbus 10748 1001 ES Amsterdam 06-65422508 De Hollandse leeuw en de Grijze Wolf, Turks extreem-rechts Eerste druk: april 2000, Amsterdam oplage: 500 ISBN 90-9013562-6
Voorwoord – Yücel Yesilgöz
4
1.
Inleiding
7
2.
Grijze Wolven en gemeentesubsidies
9
3.
Grijze Wolven in de gemeentepolitiek
17
4.
‘Tijdverspilling en onzin’ – TFN spreekt zich uit over aantijgingen
23
5.
Verkiezingen in Turkije
29
6.
Intimidatie en wraak van Turkse geheime dienst in Europa
33
7.
De acties van de MIT in West-Europa – Het Susurluk-rapport van Kutlu Savas
39
8.
C.E.M. Vakfi – Een Turks-nationalistische alevietische organisatie
41
9.
Incidenten in Nederland
45
10.
Incidenten in Europa en Turkije
59
11.
Dag van het Turkisme
85
12.
De internetrelatie tussen de MHP en de TFN
88
13.
Overzicht bestuur TFN
89
14.
MHP’ers in de ANAP
91
15.
Bibliografie - publicaties vanaf 1997
93
16.
Namen van organisaties
99
17.
Index
101
Foto omslag: Bezoekers van het Turks Cultureel Centrum (TKC) in Utrecht in gesprek met een zware vertegenwoordiging van het CDA-Utrecht op 1 juli 1996 (foto: Westbode)
Dit boekje valt te bestellen door overmaking van f 15 (inclusief verzendkosten) op giro 4553587, FOK, Amsterdam, o.v.v. Wolf
3
VOORWOORD Tegenwoordig is het een wonder dat er mensen zijn die op vrijwillige basis zaken doen voor het goede doel. Want het is een tijd van hypes en in zo’n periode moet je alles doen voor de commercie en vooral om geld te verdienen. Het Comité
Grijze Wolven hebben een officieel en semi-officieel oorlogsverleden. De officiële kant: de speciale politie-eenheden, die
‘Stop de Grijze Wolven’ is één van die vrijwilligers-clubs die in stilte al jaren zaken doet. Ze maakten drie jaar geleden een boek over de extreem-rechtse Grijze Wolven en nu weer deze publicatie. Petje af! Voor alle duidelijkheid, ik behoor zelf niet tot het comité en ik heb niets bijgedragen aan de inhoud van het boek.
met Grijze Wolven. De semi-officiële kant: in de jaren zeventig voerden zij een gewapende strijd tegen het communisme (lees: linkse studenten, intellectuelen, vakbondsmensen, etc.), tegen separatisten (lees: Koerden en alevieten). Over dit thema raad ik U de publicaties van de turkoloog Erik J. Zürcher aan. Later bleek dat met deze acties een militaire coup werd voorbereid. Over deze kwestie raad ik U de publicaties aan van professor Feroz Ahmad. Bladerend in de publicaties van Rob Witte en Jaap van Donselaar weten wij dat ook Nederland extreem-rechtse incidenten kent. Deze incidenten hebben echter een duidelijk ander karakter dan de incidenten waarbij Turkse rechts-extremisten zijn betrokken.
Grijze Wolven. Wie zijn het? Mede dankzij de publicatie van Braam en Ülger in 1997 weet de gemiddelde Nederlander dat het leden of sympathisanten van de extreem-rechtse Turkse beweging betreft. Met een dergelijke definitie heeft men de neiging om de Grijze Wolven te vergelijken met eigen extreem-rechtse organisaties. Dit doet vooral de media: alles wordt ‘vertaald’ naar een bekend kader, pas dan kan het begrepen worden. In de communicatiewetenschappen noemt men dat convergence. Maar die extreem-rechtse groeperingen zijn eigenlijk niet vergelijkbaar, althans niet in Nederland. Een paar punten hierover: In Nederland is het asociaal als je een racist of een extreem-nationalist bent. Tenminste, als je hier in het openbaar voor uitkomt, is het moeilijk om carrière bij de overheid te maken. In Turkije is het anders. Je kunt het vergeten als je niet minstens een doorsnee nationalist bent. Een extreem-nationalistische of racistische achtergrond helpt je juist extra. Je wordt in Nederland strafrechtelijk vervolgd als je racistische uitlatingen hebt gedaan. In Turkije eigenlijk ook. Maar de definities zijn anders. Volgens de Turkse definitie ben je strafbaar als je iets tegen de ‘hoogheid van het Turkse ras’ hebt. Zo werd bijvoorbeeld sinds 1946 niemand in Turkije vervolgd wegens Turks nationalisme of racisme. Maar er zijn talloze vervolgingen en veroordelingen geweest van mensen die tegen het nationalisme waren. Een bekend voorbeeld is de heer Öcalan. Hij werd veroordeeld wegens artikel 125 van het Turkse Wetboek van Strafrecht, waarmee geweld als handvat
onder meer optraden tegen de gewapende strijd van de PKK, waren volgens de Turkse overheidsbronnen alleen bemensd
Ten aanzien van een andere kwestie is geen vergelijking te trekken met Nederland: de maffiapraktijken. Op het moment weten wij heel goed dat zeer vooraanstaande Grijze Wolven zijn betrokken bij de wapen- en drugshandel en liquidaties in opdracht van of samen met de Turkse staat. Om deze praktijk met Nederland te vergelijken lijkt mij zeer gevaarlijk. Want als burger hoor je elke dag een nieuw schandaal over de infiltranten van het IRT. Wat nog bekend gaat worden is de grote vraag. Dus als criminoloog moet je wat deze kwestie betreft echt voorzichtig zijn. Ik beëindig mijn verhaal met twee vragen: mogen Grijze Wolven op een legale manier bestaan en mogen ze gesubsidieerd worden? Mijn antwoord op beide vragen is, anders dan de conclusie van het Comité ‘Stop de Grijze Wolven’, positief. Mijn argument voor de legaliteit van de Grijze Wolven is niet zo ingewikkeld: ik ben voor vrijheid. Geweld is de grens van die vrijheid. Door dit principe ben ik ook voor de rechten van de Grijze Wolven. Terwijl ik weet dat ze mij haten. Voor de subsidieverstrekking heb ik een ander criterium, namelijk de Centrum Democraten. Als de CD subsidie krijgt, mag dat ook aan de Grijze Wolven worden gegeven. Met andere woorden: geen discriminatie onder racisten.
werd gebruikt om onwelgevallige opvattingen te kunnen vervolgen. Maar er zijn andere wetten en artikelen die ‘racisme’
Ik wens U, voor zover dat kan met een dergelijk onderwerp, veel leesplezier!
verbieden. Als je bijvoorbeeld met het minderhedenvraagstuk komt (bijvoorbeeld omtrent Koerden), dan ben je een racist volgens onder meer artikel 8 van de anti-terreurwetgeving. De bekende Turkse socioloog dr. Ismail Besikçi werd hierop, wegens boeken en artikelen over de Koerdische kwestie, tot tientallen jaren veroordeeld.
Yücel Yesilgöz Utrecht, 1 maart 2000
In Nederland zorgt men dat extreem-rechts niet infiltreert in de staatsorganen. In Turkije hoort ze eigenlijk bij de staat. Ze zorgt er samen met de andere staatsorganen voor dat gevaarlijke mensen, die tegen de Turkse natie, tegen de ondeelbare Turkse Republiek en tegen de Turkse vlag zijn, geen toegang kunnen vinden tot de staatsinstellingen. Als je een echte democraat bent in Turkije, is dat een ‘gevaarlijke’ overtuiging.
4
Yücel Yesilgöz is als criminoloog werkzaam bij het Willem Pompe Instituut in Utrecht.
5
1. INLEIDING Nu al weer drie jaar geleden verscheen ons eerste boekwerkje over Turks extreem-nationalisme: Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts. Sindsdien bezorgden ook twee andere uitgaves, Grijze Wolven, een zoektocht naar extreem-rechts van Stella Braam en Mehmet Ülger en De maffia van Turkije van Frank Bovenkerk en Yücel Yesilgöz, het Turks extreemnationalisme in Nederland veel aandacht. De nauwe contacten tussen de Turkse Federatie Nederland en de Turkse extreemrechtse Partij van Nationalistische Actie (MHP) werden algemeen bekend. De toenemende kennis vinden we een positieve ontwikkeling. Wij zijn van mening dat Turks extreem-nationalisme intolerantie oproept jegens andere uit Turkije afkomstige bevolkingsgroepen en het integratieproces van migranten uit Turkije in Nederland belemmert. De banden die Turkse extreem-nationalistische organisaties onderhouden met de georganiseerde misdaad vinden wij zorgwekkend. De drie genoemde publicaties hebben bijgedragen aan een toename van het actuele kennisniveau bij overheidinstellingen, migrantenorganisaties en pers over de aanwezigheid en de activiteiten van Grijze Wolven in Nederland. In de discussies over Grijze Wolven die hierdoor ontstonden, keerden bepaalde thema’s steeds terug: de participatie van Grijze Wolven in politieke partijen, de subsidierelaties tussen Turkse extreem-nationalistische organisaties en Nederlandse overheidsinstellingen, de integratie van Turkse migranten en de banden van Grijze Wolven met de Turkse maffia. Deze discussies zijn belangrijk. Zij maken de weg vrij maatregelen te nemen tegen de Grijze Wolven en voor een verbetering van de positie en participatie van migranten afkomstig uit Turkije in de Nederlandse samenleving. Met dit nieuwe boekje willen we aandacht besteden aan de ontwikkelingen rond Grijze Wolven in Nederland na de verschijning van ons eerste boekje. Politieke partijen en overheidsinstellingen bejegenen Grijze Wolven nog altijd opportunistisch of laks. Zij vatten het Turks extreem-nationalisme op als een mogelijk openbare orde-probleem, niet als een politieke en maatschappelijke kwestie waaraan wat moet en kan worden gedaan. In dit boekje staan daarom de discussies in de politiek en overheidsinstellingen en de subsidierelaties tussen overheid en Turkse extreem-nationalistische instellingen, centraal. Een ander aandachtspunt is de houding van de Grijze Wolven zelf. Zij voelen zich gesterkt door de Turkse verkiezingsoverwinning van hun MHP. Met name door de opgelaaide Turks-nationalistische sentimenten rond de affaireÖcalan namen de – vaak gewelddadige - activiteiten van Grijze Wolven in Nederland en Europa in kracht toe. De aanval op de zaterdagmoeders in Deventer in mei 1997, de felle tegendemonstratie naar aanleiding van een fakkeloptocht in de anti-racismeweek in Eindhoven in maart 1999, de moord op Erol Espir in Keulen in juli 1999 en de anti-PKK-demonstratie in Den Haag in december 1998 zijn navrante voorbeelden. Onderzoek naar en actie tegen Grijze Wolven is nog steeds geboden. Comité ‘Stop de Grijze Wolven’
Het comité ‘Stop de Grijze Wolven’ bedankt iedereen die heeft meegewerkt aan deze publicatie. Kopieën van alle gebruikte bronnen zijn tegen kopie- en verzendkosten te verkrijgen. Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts is nog steeds te bestellen door overmaking van f 8 (inclusief verzendkosten) op giro 4553587, FOK, Amsterdam, o.v.v. extreem-rechts.
7
2. GRIJZE WOLVEN EN GEMEENTESUBSIDIES Ondanks alle commotie rond de extreem-nationalistische beweging Grijze Wolven in 1997 zijn er op regeringsniveau nauwelijks maatregelen genomen om de invloed van deze extreem-rechtse Turken in te dammen. Op lokaal niveau ontstonden een paar dappere initiatieven, maar passiviteit overheerste in de Nederlandse gemeentes. De gang van zaken in Utrecht, Zwolle en Deventer is een voorbeeld van hoe gemeentes met de Grijze Wolvenorganisaties omgaan. De relatie van de Utrechtse gemeenteraad met het Turks Cultureel Centrum Utrecht is zelfs exemplarisch te noemen voor overige gemeentes in Nederland. Op zondag 17 maart 1979 maakte Utrecht voor het eerst kennis met de Grijze Wolven. Een moord op een 27-jarige Turk uit Utrecht tijdens een partijtje voetbal tussen twee Turkse teams, leidde direct tot een discussie over de vraag of de moordenaar lid was van de Grijze Wolven, destijds in het Utrechts Nieuwsblad omschreven als “een als fascistische bekend staande Turkse terreurorganisatie”. Tijdens het proces dat volgde, verklaarde de moordenaar dat hij was misbruikt door de Grijze Wolven, dat hij was opgezet tegen zijn slachtoffer door leden van “de militante fascistische organisatie Grijze Wolven, de gewapende arm van de Turkse politieke partij MHP". (1) Burgemeester Vonhoff van Utrecht vroeg om actie tegen de Grijze Wolven en cultureel antropoloog Penninx bevestigde tijdens de rechtszitting dat Grijze Wolven via infiltratie in sport- en jeugdverenigingen leden proberen te werven. Er werden daadkrachtige stappen geëist van het gemeentebestuur door een breed spectrum van progressieve en democratische Utrechtse organisaties. Zo valt in een verklaring te lezen: “Ook in Utrecht zijn de Grijze Wolven in toenemende mate actief. Regelmatig worden er vergaderingen gehouden. Er worden op gezette tijden fascistische films vertoond, gekoppeld aan scholing in de fascistische theorie. Progressieve Turken worden bedreigd en geïntimideerd. De Grijze Wolven spelen vooral in op de gevoelens van onzekerheid van de Turkse jongeren. Door hun nationalistische propaganda geven zij deze jongeren, die tussen twee culturen in leven, een (vermeend) gevoel van zekerheid. Dat de Turkse jongeren een gemakkelijke prooi zijn voor fascistische organisaties wordt mede veroorzaakt door een falend overheids- en gemeentebeleid waardoor de onderwijskansen nihil zijn, de huisvestingssituatie zeer slecht is, mogelijkheden voor werk zeer gering en recreatieve voorzieningen nauwelijks aanwezig. Wij vragen de gemeente Utrecht dan ook zeer dringend om nu eindelijk met concrete plannen te komen en een duidelijk standpunt en maatregelen te nemen tegen Grijze Wolven en andere fascistische organisaties." (2) Uiteindelijk besloten Vonhoff en zijn gemeenteraad geen maatregelen te nemen "omdat een verbod van een politieke organisatie het eerste middel is waar een dictatuur naar grijpt". Dit was een duidelijk standpunt, en daarmee leek de kous af. Of de gemeenteraad andere stappen ondernam om de invloed van Grijze Wolven in te dammen is nooit duidelijk geworden. De opmerking van toenmalig minister van Justitie De Ruiter, dat Grijze Wolven in Nederland niet bestonden, spoorde de Utrechtse gemeenteraad niet bepaald aan tot handelen. (3) Eerste subsidies Na de turbulente jaren in Utrecht, eind jaren zeventig begin jaren tachtig, besluiten de Grijze Wolven zich anders te organiseren en zich meer te plooien naar de democratische regels van het Nederlandse systeem. Er worden verenigingen opgericht en er worden pogingen gedaan om subsidiebanden aan te knopen met gemeentes. In Utrecht wordt in 1986 het Turks Cultureel Centrum (TKC) opgericht. In het rapport Het kalf en de put, van M. Kemal Belli van de Nederlandse politieacademie, wordt hierover opgemerkt: "Dit centrum is opgericht in 1986 door de aanhangers van de Turks-Nationalistische Partij." (4) Het TKC is een lidorganisatie van de Hollanda Türk Federasyon, de Turkse Federatie Nederland (TFN) uit Amsterdam. (5) 8
Rouwadvertentie van Demircan namens STCSZ vanwege het overlijden van MHP-leider Türkes (illustratie: Türkiye)
9
Op 12 mei 1987 treedt het TKC voor het eerst officieel naar buiten en schrijft een brief naar de gemeenteraad van Utrecht met haar doelstellingen, begeleid door een stapel handtekeningen. Op de handtekeningenlijst staan overigens ook mensen die niets met Grijze Wolven van doen hebben en waarschijnlijk niet zouden hebben getekend als ze geweten hadden dat hun handtekening gebruikt zou worden ter ondersteuning van de oprichting van een centrum voor Grijze Wolven. In haar analyse van de problemen waarin Turkse gastarbeiders in Utrecht zich bevinden, schrijft het TKC het volgende: “Wij zijn ook op de hoogte van de hulp die U tot nu toe heeft verleend en we weten dat U die zult voortzetten. Tot nu toe zijn enkele verenigingen er niet in geslaagd om de problemen van de Turkse gastarbeiders op te lossen. Dergelijke verenigingen zijn er tot nu toe niet in geslaagd en zullen er nooit in slagen om samen te werken met de Turkse gastarbeiders. Een goed voorbeeld is dat tot nu toe de problemen van de Turkse gastarbeiders niets zijn verminderd maar nog steeds groter worden. De financiering die U tot nu toe heeft verstrekt aan dit soort verenigingen heeft niets opgeleverd en zal ook niets opleveren.” In 1989 ontvangt het Turks Cultureel Centrum Utrecht voor de eerste maal een incidentele eenmalige subsidie van de gemeente Utrecht, "in afwachting van een door ons in dit najaar te starten onderzoek naar het functioneren van zelforganisaties". (7) Een onderzoek dat tot op heden onvindbaar is. Overigens wordt in dezelfde brief ook maar direct de incidentele subsidie voor het jaar 1990 toegekend, wat na diverse afrekeningen uiteindelijk een bedrag van f 4.170 oplevert voor het Turks Cultureel Centrum. De grote Turkse natie! Op 13 november 1990 ontvangt de gemeente Utrecht een verzoek van het TKC om een reis van bestuursleden naar Azerbeidzjan te financieren met een bedrag van f 7.000. Bijgevoegd is een in het Nederlands vertaald Turks pamflet, dat begint met de volgende woorden: "De grote Turkse natie! Voor het oog van de wereld worden de Azerbeidzjaanse Turken onder de Russische tanks verpletterd en het bloed stroomt overvloedig. De Russen en de Amerikanen die miljoenen dollars uitgeven om het leven van een paar walvissen te redden, hebben nu in overeenstemming met elkaar het plan om de Turkse wereld te vernietigen bij de onderhandelingen in Malta afgebakend.” Het pamflet sluit af met wat leuzen: "De Turkse natie is een ondeelbaar geheel. Leve de onafhankelijkheidsoorlog van het Turkendom in de wereld. Azerbeidzjan is onze ziel. Wij gunnen ons bloed van harte aan haar. Er is geen grens bij Khazar en Aras; zij kan Turken niet van de Turken scheiden. Weg met de samenwerking van Amerika-Rusland-EEG-Armeniërs!(Voetnoot: Turks Cultureel Centrum Utrecht zorgt voor een bus om er gezamenlijk heen te gaan.) (...) Het doel is de heilige strijd niet zonder steun te laten en is een noodkreet aan de mensheid in de wereld. Wij nodigen al onze landgenoten uit voor deze heilige plicht... Grijp herder, grijp, laat je eigendom niet achter! Nachtegaal laat de Turk in den vreemde niet alleen!" (8) Acht jaar na dato stuurt Mustufa Güzel namens het TKC een brief aan de gemeente Utrecht waarin hij probeert te verklaren waarom deze brief in het (openbare) gemeente-dossier van het TKC zit. Güzel schrijft: "Ik deel u het volgende mee, in onze administratie hebben we niet zo'n brief gevonden. Volgens ons mening heeft iemand namens ons zo'n brief geschreven en naar de Gemeente Utrecht opgestuurd, of iemand heeft een brief in het turks geschreven en vertaald naar de gemeente Utrecht. Als dat zo zou zijn, willen we graag een copie van een originele brief. Dan kunnen we pas zien of dat echt door ons geschreven is. Volgens ons is de gemeente bevooroordeeld. We zijn een legale vereniging. Als er iets mis is, dan willen we dat graag van de gemeente weten of de Turks Cultureel Centrum illegale vereniging is." Dat Güzel het er niet zomaar bij laat zitten blijkt uit de laatste zin in de brief: "Wij hebben een van deze brief naar de Sector bestuursrecht van de rechtbank te Utrecht opgestuurd." Ondanks het stempel, de naam en handtekening van de toenmalige voorzitter van het TKC én het TKC als vertrekplaats voor de bus en als contactnummer, wil het TKC blijkbaar uit alle macht bewijzen dat dit pamflet niet van hen afkomstig is. Op een rechtszitting bij de arrondissementsrechtbank te Utrecht op 19 november 1999 wordt het TKC in het gelijk gesteld. De gemeente Utrecht heeft niet kunnen achterhalen hoe de brief in het dossier van het TKC terecht is gekomen en blijkt 10
niet in staat zich inhoudelijk te verweren. De gemeente Utrecht moet f 420 griffiekosten betalen en f 9,50 aan het TKC ter vergoeding van de gemaakte kosten. Het hoofd van de afdeling Welzijn van de gemeente Utrecht weigert in 1990 de subsidie voor de reis naar Azerbeidzjan te verstrekken omdat hij vindt dat dergelijke activiteiten niet subsidiabel zijn en niet in het gemeentelijk beleid passen. Daarnaast mist de gemeente Utrecht de financiële middelen om dergelijke activiteiten te subsidiëren. Geen woord over de op zijn minst dubieuze inhoud van het pamflet. Naar later blijkt was dat geen kwestie van beleefdheid, maar eerder van desinteresse. De gemeente Utrecht stoort zich kennelijk niet aan de denkbeelden die men er binnen het TKC op na houdt. In 1991 en 1992 krijgt het TKC dan ook f 14.842 subsidie, waaronder een bedrag van f 2.199 voor het organiseren van een conferentie op 16 oktober 1992, waar de Turkse schrijver Ilhan Bardakçi gastspreker is. (9) Bardakçi is een oude bekende van de MHP, de Partij van Nationalistische Actie. Hij is al jaren één van de partij-ideologen en schreef voor en na de staatsgreep van 1980 in Turkije voor de krant van de MHP. Hij is nog steeds een prominent lid van de MHP. Ook in 1991 (de precieze datum ontbreekt in de definitieve toekenning van de gemeente Utrecht) organiseerde het TKC een conferentie. Hier spraken M. Erkal, journalist en redacteur van het blad van de MHP in de periode dat MHP-leider Alparslan Türkes in de gevangenis zat, Yavuz Bülent Bakiler, partijdichter en al jaren lid van de MHP, en de schrijver A. Karakoç, ook MHP'er. Alle sprekers waren afkomstig uit Turkije. Kortom, de gemeente Utrecht vergoedde de reis- en verblijfskosten van prominente Turkse fascisten, die in Nederland voor geloofsgenoten en extreem-nationalisten in spé hun ideologieën kwamen uitleggen. In 1995 krijgt het TKC een projectsubsidie toegekend van f 2.200 die onder andere bestemd is voor kadertraining van bestuursleden. Dit is f 450 meer dan het aangevraagde bedrag van f 1.750. Bij dit project was Fedayi Eken betrokken, de algemeen coördinator van de TFN. (10) In 1996 krijgt het TKC voorlopig voor de laatste keer subsidie. Voor een serie van tien voorlichtingsbijeenkomsten ontvangt het TKC een bedrag van f 3.000 van de gemeente Utrecht. (11) In 1997 wordt een subsidieverzoek voor een voorlichtingsbijeenkomst afgewezen omdat de aanvraag geen inzicht geeft in de kosten van het project. Voor een sazcursus wordt doorverwezen naar de Gemeentelijke Muziekschool. Uit latere correspondentie blijkt dat de gemeente Utrecht geen subsidie verstrekt aan mensen die uit Turkije komen om hun expertise los te laten op de Turken hier. Genodigden moeten ter plekke deskundig zijn, zo stelt de Dienst Welzijn. (12) En dat terwijl de eerdere subsidies bestemd waren voor conferenties met louter deelnemers uit Turkije. De gemeente Utrecht wordt dus wat strenger, maar het is niet uit te sluiten dat het TKC nog een keer in de prijzen zal vallen. De gemeente Utrecht heeft, net als andere gemeentes in Nederland, nauwelijks middelen om een subsidie-aanvraag op principiële gronden af te wijzen en moet dus vluchten in formele afwijzingen. Dit houdt bij de TKC de hoop op nieuwe subsidies levend. Men hoeft zich alleen maar naar de subsidieregels te schikken.
In 1996 bezoekt een lid van het TKC Cyprus, waar op dat moment escalaties plaatsvinden tussen de Griekse en Turkse Cyprioten. Hij vertelt hierover: "In 1996 was ik op Cyprus bij de grensgevechten. Ik heb meegedaan met stenen gooien en zo. De Grieken vinden dat heel Cyprus van hun is. We waren met een heleboel Grijze Wolven, wel met vijfduizend.(...) Het was een schitterende reis. Hij was georganiseerd door de Ülkü Ocaklari. In Lefkose was er overal live televisie. Daar keken we naar om te zien waar de Grieken de grens over kwamen, daar gingen we dan heen met bussen. Niet allemaal tegelijk, maar vijfhonderd hier, duizend daar, op verschillende posten. De Turkse militairen, die wij volledig vertrouwen, dat zijn echt onze jongens, hadden ons geweerd bij de Groene Zone. Wij mochten daar niet komen van hun. Als de Grieken verder komen dan de Griekse zone mogen jullie je gang gaan, hadden ze gezegd. ( ... ) Een Griek is toen doodgeslagen omdat hij op Turks grondgebied kwam." (13)
11
Loze toezeggingen Even leek het erop dat een daadkrachtiger beleid gestalte zou krijgen. Naar aanleiding van de publicatie van het boek Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreem-rechts van Stella Braam en Mehmet Ülger, waarin het TKC een aantal keer werd genoemd, werd er gedebatteerd in de Utrechtse gemeenteraad. Toenmalig burgemeester Opstelten stelde dat de gemeenteraad beter af kon gaan op informatie van de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) en de politie inlichtingendienst. Dat het hier een politieke en geen politionele zaak betrof wilde er bij Opstelten niet in. De wethouder van Welzijn beloofde een inventarisatie van de diensten binnen de gemeente die subsidies verstrekken aan organisaties als het TKC. Tot op heden heeft dit overzicht het licht niet gezien. Na deze loze toezegging bloedde het debat dood. Er werd nog wat heen en weer gepraat, de fracties maakten op pijnlijke wijze duidelijk dat ze geen idee hebben van wat er leeft binnen de Turkse gemeenschap in Utrecht, en vervolgens sloot toenmalig burgemeester Opstelten de discussie met de toezegging dat er nog verder zal worden gekeken naar dit onderwerp. (14) De laatste keer dat gemeenteraadsleden, weliswaar buiten de raad, over het onderwerp Grijze Wolven praatten, was in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in 1998. De fractievoorzitters reageerden eenstemmig afkeurend op de kandidatuur van Güven Isçi voor de gemeenteraadsverkiezingen. (15) Isçi maakte er geen geheim van dat hij sympathiseerde met de Grijze Wolven en dat hij bij het Turks Cultureel Centrum actief is. Maar toen de verkiezingskoorts was gezakt en Isçi het niet had gehaald, verslapte de aandacht van de Utrechtse gemeenteraad weer snel. Waarschijnlijk wist de grote meerderheid in de raad niets af van de subsidierelatie die de gemeente Utrecht een aantal jaren onderhield met de Grijze Wolven van het Turks Cultureel Centrum. Grijze Wolven in Zwolle Ook in Zwolle bevindt zich een Turkse stichting die aangesloten is bij de TFN in Amsterdam. De Stichting Turks Cultureel en Solidariteitscentrum Zwolle (STCSZ) doet haar best om een subsidierelatie met de gemeente Zwolle op te bouwen. In Zwolle zouden zo'n honderdvijftig Grijze Wolven wonen. Tachtig van hen staan vermeld op een lijst als de "Oprichters van de Stichting", afkomstig uit oktober 1996. (16) In april 1997 werd de gemeente door de Anti-Fascistische Actie (AFA) in Zwolle gewaarschuwd voor deze stichting. Eén van de belangrijkste concrete bewijzen om aan te tonen dat de Turkse stichting is gelieerd aan de Grijze Wolven is een rouwadvertentie in de rechtse Turkse krant Türkiye op 9 april 1997. In april van dat jaar overleed Alparslan Türkes, de leider van de MHP. De voorzitter van de STCSZ, Namik Demircan, plaatste een grote rouwadvertentie in Türkiye onder het logo van de TFN en de vlag van de Grijze Wolven. Letterlijk staat er in de advertentie: "De Zwolse Idealistische Beweging brengt haar condoléance uit aan de geëerde voorzitter van de MHP, het symbool van de Turks Islamitische wereld, Alparslan Türkes. Hij zal voortleven in de harten van ons Turks-nationaal gezinden, hun stemmen zullen zich verheffen. Ons innerlijk vervult zich met bitterheid." Op 23 maart 1997 op een TFN-bijeenkomst in Huizen, is een delegatie van de STCSZ aanwezig. In een uitzending van de Turkse Omroep Stichting (TOS) uit Amsterdam is duidelijk te zien dat er een spandoek van de Zwolse Stichting aan de muur hangt. Op de interne lijst van de TFN staat Demircan als contactpersoon genoemd. De Zwolse afdeling van de TFN is dus redelijk actief binnen de organisatie. Informatiebijeenkomsten Eind 1997 vraagt de STCSZ bij de gemeente Zwolle voor een bedrag van fl 5.005 subsidie aan, voor het organiseren van drie informatiebijeenkomsten. Het College van B&W besluit de subsidie te verstrekken en zendt in maart 1998 een positief voorstel aan de raadscommissie. (17) In de motivering van het College aan de raadscommissie staat onder andere dat de STCSZ "constateert dat bij haar achterban een achterstand is in informatie over voorzieningen op het terrein van maatschappelijke-, hulp- en dienstverlening, gezondheidszorg en onderwijs." In dat kader wil de stichting informatiebijeenkomsten organiseren. De thema's van de bijeenkomsten hebben volgens de stichting tot doel de integratie en 12
participatie te bevorderen. Die activiteiten voldoen aan de criteria van de subsidieregeling minderhedenorganisaties. Het STCSZ krijgt uiteindelijk dan ook f 4.530 subsidie. Het College vermeldt in haar motivering overigens ook dat zij signalen heeft ontvangen van onder andere AFA dat de stichting lid is van de TFN en dat de TFN nauwe banden 'zou' hebben met de Grijze Wolven. "Voorts zou in een Turkse krant bij het overlijden van een bekend lid van de Grijze Wolven in Turkije een rouwadvertentie door de Hollanda Türk Federasyon zijn gepubliceerd, ondertekend door de voorzitter van de stichting STCSZ", aldus het College. (18) AFA-Zwolle wijst in een brief aan de raadscommissie van 20 maart 1998 op de samenwerking die Demircan heeft gezocht met andere Turkse organisaties. Opmerkelijk is dat Demircan niet rept over bijvoorbeeld de Koerden en de alevieten in Zwolle, die een belangrijke onderdeel vormen van de Turkse bevolking in Zwolle. Tevens wordt er in de brief op gewezen dat de genoemde advertentie wel degelijk gepubliceerd is en dat het gaat om de grote leider van de Grijze Wolven en niet om zomaar "een bekend lid". Om Türkes een bekend lid te noemen is een understatement van de bovenste plank. De voorzitter van de STCSZ ging overigens in de Zwolse Courant van 20 maart 1998 in op de beschuldigingen dat hij en de andere leden van zijn stichting Grijze Wolven zijn. Hij verklaarde zelfs niet te weten of zijn stichting nog aangesloten is bij de TFN. De rouwadvertentie zou hij op persoonlijke titel hebben geplaatst. Vragen aan het Zwolse College Naast organisaties uit Zwolle (AFA, GroenLinks, SP, Swollwacht) maken organisaties uit de rest van het land bezwaar tegen de subsidieverstrekking van de gemeente aan STCSZ. (19) De Commissie voor Beroep- en Bezwaarschriften oordeelt echter, na een hoorzitting, dat alle organisaties niet ontvankelijk worden verklaard. Zij hebben niet genoeg aan kunnen tonen dat zij werden geschaad in hun belangen. Vragen van GroenLinks en de SP aan het College van B&W leveren onbevredigende antwoorden op. Het College vindt dat iedereen die (nu nog) bezwaren heeft tegen de subsidieverstrekking zelf maar met bewijslast moet komen. Verder vindt het College dat er geen enkele reden is om te twijfelen aan de informatie van de politie over STCSZ. En mochten de beschuldigingen waar zijn, en een reden om de subsidie stop te zetten, dan nog "biedt de subsidieverordening formeel geen mogelijkheden om subsidies te weigeren, of er moet een redelijk vermoeden zijn dat de activiteiten niet zullen worden uitgevoerd op de manier zoals in de aanvraag is aangegeven." (20) Twee van de drie avonden vonden doorgang. De derde avond werd uitgesteld en heeft tot op heden niet plaatsgevonden. Gemeente Deventer: opzienbarende nota Burgemeester en Wethouders van Deventer kregen lof van media en zelforganisaties voor de nota Benadering tegenstellingen binnen de Turkse - en Koerdische gemeenschap in Deventer van 6 april 1998. Er werd door de leden van de raadscommissie voor advies en bijstand zelfs gesproken over "een allesomvattende aanpak om een nieuw conflict tussen beide bevolkingsgroepen te voorkomen". De nota doet allerlei aanbevelingen, zoals de opbouw van een netwerk aan contacten, subsidies aan integratie bevorderende organisaties en (zo nodig) een repressieve aanpak van extreme elementen. Met de leden van de raadscommissie was beleidsambtenaar minderheden Johan Kuiper van mening, dat het beleid niet gericht is op het volledig opgaan van Turken en Koerden in de Deventer samenleving (assimilatie). "Het is veeleer gericht op het bieden van kansen in de Nederlandse samenleving, met name op school en werk." In een toelichting vertelde Kuiper dat onder de achtduizend Turken en Koerden in Deventer vijftien organisaties actief zijn. Ze zijn opgebouwd volgens Turks nationale lijnen, wat de integratie niet direct bevordert. "Als het in Turkije stormt, waait het hier", karakteriseerde hij. Na een windstilte van zes jaar hebben de BVD en Binnenlandse Zaken zich landelijk bekeerd tot een groepsgewijze aanpak van extreme groeperingen. Kuiper ziet hier overeenkomsten met de Deventer nota. "Er is een ketering van de analyse naar het strategisch handelen en dat is heel positief".
13
De nota van 6 april 1998 erkent dat de situatie in Turkije van directe en grote invloed is op de Turkse en Koerdische gemeenschap in Nederland. Punt is: hoe kunnen deze woorden in daden omgezet worden? Het zal de gemeente Deventer vast wel lukken om te monitoren, te netwerken en te overleggen, maar wat doet ze aan de oorzaken die Turkse jongeren vatbaar maken voor de extreem-nationalistische ideologie van de Grijze Wolven? Zeven van de tien Turkse jongeren verlaten school zonder diploma, bij het arbeidsbureau in Deventer staan er vierhonderd als langdurig werkloos ingeschreven. Relatief veel jonge Turken zijn vaste klant bij de politie en het verdienen van 'snel geld' lonkt nog altijd met de drugsmaffia. De gemeente Deventer start als antwoord op de nota na de zomer van 1998 een 100-banenproject, toegesneden op Turkse jongeren, en een persoonlijk begeleidingsproject voor verslaafde, dakloze Turkse jongeren. Wethouder Knol van minderheden: "We moeten als gemeente van een defensieve houding naar actieve beïnvloeding. Zo niet, dan zullen de tegenstellingen zich verscherpen en negatief uitpakken op het integratieproces en op de acceptatie bij Nederlanders. En wat de Turkse jongeren betreft, we mogen het ons niet permitteren om ze tussen wal en schip te laten vallen." (21) Argumenten tegen subsidie Toenmalig minister Dijkstal van Binnenlandse Zaken wees er in 1997 al op: "... zijn gemeenten autonoom in het al dan niet toekennen van subsidies en in het daaraan verbinden van voorwaarden. Organisaties dienen zich vanzelfsprekend te houden aan deze subsidievoorwaarden en in meer algemene zin aan de geldende wet- en regelgeving. Het is aan de subsidie verstrekkende overheid om na te gaan, of de gesubsidieerde organisatie de subsidiegelden besteedt overeenkomstig het doel waartoe zij zijn verleend, aan de gestelde voorwaarden beantwoordt en de geldende wet- en regelgeving respecteert. (...) Er bestaat geen aanleiding te veronderstellen dat gemeentebesturen hun verantwoordelijkheid daarin zouden verwaarlozen. Als coördinerend minister voor het integratiebeleid acht ik het overigens wenselijk dat overheden zich bij het verlenen van subsidies en bijdrages voor activiteiten in relatie tot de multiculturele samenleving uitdrukkelijk laten leiden door de doelstellingen van het integratiebeleid etnische minderheden." (22) Tot nu toe heeft alleen de gemeente Deventer het bovenstaande positief geïnterpreteerd door een nota te maken. Deze is echter nooit actief in gebruik genomen vanwege een gebrek aan financiering voor het project. Ook werd gesteld dat de noodzaak voor specifieke maatregelen op het ogenblik wat minder is, daar de situatie weer wat rustiger is geworden. Een vermeende toename van Grijze Wolven-activiteiten in de regio van Deventer is uitgebleven door de mislukte poging om een TKC op te richten in Apeldoorn. De gemeente Deventer blijkt helaas dezelfde kortzichtigheid te etaleren die spreekt uit de voorbeelden van Utrecht en Zwolle. Gemeentes grijpen de kans op autonoom handelen wat betreft subsidiëring niet aan om de subsidieverstrekking aan Grijze Wolven-organisaties te beeïndigen. De gemeente Zwolle verwoordde het hierboven het treffendst: zelfs als er sluitende bewijzen zijn voor Grijze Wolven-activiteiten, dan nog biedt de subsidiewetgeving geen opening om in te grijpen. Overigens heeft de gemeente Zwolle ook alle formele bezwaren tegen de subsidieverstrekking afgewezen. Zo waren er onder andere niet verstrekte documenten en niet volgens statuten ondertekende formulieren. Dit duidt op een lijn, die we ook bij andere gemeentes aantroffen; die van de handhaving van de bestaande status quo en de ontkenningspolitiek.
Noten: 1): Utrechts Nieuwsblad, 23 oktober 1979. 2): Utrechts Nieuwsblad, 29 maart 1979. 3): Utrechts Nieuwsblad, 14 november 1979. 4): M. Kemal Belli, Het kalf en de put, Buiten-Band, 1997. 5): Zie Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts, hoofdstuk 3.2.3. De Turkse Federatie Nederland en bijlage 2. 6): Brief TKC Utrecht d.d. 12 mei 1987 aan alle leden van gemeenteraad en alle partijfracties. 7): Brief H. Bosch, chef afdeling Welzijn d.d. 23 oktober 1989, gericht aan het bestuur van het Turks Cultureel Centrum Utrecht. 8): Pamflet gevoegd bij brief TKC aan de burgemeester van de gemeente Utrecht van 13 november 1990, ondertekend door M. Alaca, voorzitter van het Turks Cultureel Centrum. 9): Brief Afdeling welzijnszaken aan het bestuur van het Turks Cultureel Centrum Utrecht over de definitieve vaststelling incidentele gemeentesubsidie 1991 en 1992 van 29 november 1993. 10): Brief F. Eken aan het bestuur van Turks Cultureel Centrum van 15 april 1995. 11): Brief Afdeling Welzijnszaken gemeente Utrecht aan Turks Cultureel Centrum ter attentie van het bestuur van 9 september 1996 inzake aanvraag projectsubsidie 2e helft 1996. 12): Brief Hoofdafdeling Welzijnszaken gemeente Utrecht aan Turks Cultureel Centrum ter attentie van het bestuur inzake aanvraag subsidie informatiebijeenkomsten van 8 oktober 1997. 13): Miriam Geerse, Turkse idealen op Nederlandse bodem, een kwalitatief onderzoek onder Ülkücü’s (idealisten) in Nederland, doctoraal scriptie Vakgroep Culturele Antropologie Universiteit Utrecht, Utrecht, 1998. 14): Notulen middagvergadering 2 oktober 1997 gemeente Utrecht. 15): Utrechts Nieuwsblad, 18 februari 1998. 16): Bijgevoegd bij brief bestuur STCSZ aan ‘Alle Raads- en Commissieleden van Gemeente Zwolle’ van 31 oktober 1996. 17): Brief hoofd Afdeling Maatschappelijke en Culturele Zaken gemeente Zwolle, mw. drs. H.M.M. Smits van 30 maart 1998 aan het bestuur van STCSZ. 18): Beantwoording vragen SP door gemeente Zwolle, 2 juni 1998. 19): Bezwaarschriften werden onder andere ingediend door de Fabel van de Illegaal uit Leiden, het Komitee Utrecht tegen Racisme en Fascisme, Amersfoort Solidair en de Stichting Initiatiefgroep Koerdistan uit Amsterdam. 20): Beantwoording vragen SP door gemeente Zwolle, 2 juni 1998. 21): Alert!, nummer 4, AFA, 1998. 22): Brief minister Dijkstal aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal, 20 november 1997.
Eén Nederlandse gemeente heeft wel haar nek uitgestoken. De gemeente Tilburg trok de subsidie aan de Turkse Jongeren Vereniging in op grond van lidmaatschap van de Turkse Federatie Nederland. De vraag die rijst, is of in deze beslissing geen juridische gaten te schieten zijn. Mocht deze beslissing standhouden dan ligt de weg open voor andere gemeentes om, het liefst in combinatie met de uitgangspunten van de Deventer nota, de subsidies aan Grijze Wolven met inhoudelijke, politieke argumenten stop te zetten. Geen enkele gemeente durft - als zij daar het nut al van inziet - de subsidieregelgeving te veranderen en de controlemogelijkheden te verruimen. Ook een constructief debat op lokaal niveau, een gezamenlijke lijn of onderling overleg tussen gemeentes is nauwelijks of nooit gevoerd of uitgestippeld. Dit lijkt gezien de voortdurende situatie en uit vrees voor de toekomstige groei en toename van activiteiten van Grijze Wolven in Nederland wel wenselijk. 14
15
3. GRIJZE WOLVEN IN DE GEMEENTEPOLITIEK De poging van Grijze Wolven om invloed te krijgen in de Nederlandse politiek lijkt voorlopig te zijn mislukt. Na in de afgelopen jaren een aantal kleine succesjes te hebben geboekt in de gemeentepolitiek – met name in Amsterdam – is hun aanwezigheid in de politiek momenteel onbeduidend. Mede door de toenemende publiciteit rond de Grijze Wolven in 1997 en 1998 werden de laatste gemeenteraadsverkiezingen in 1998 voor hen een mislukking. Op 4 maart 1998 vonden er in Nederland gemeenteraadsverkiezingen plaats. Net als bij de voorgaande gemeenteraadsverkiezingen stelden zich daarvoor Turken kandidaat die op dat moment of in het verleden actief waren in extreemnationalistische kring. (1) In Amsterdam deden diverse Turken afkomstig uit de hoek van de Turkse Federatie Nederland (TFN) mee aan de verkiezingen als kandidaat voor de Partij voor de Mensenrechten (PvdM). Daarnaast kandideerde Ibrahim Çitil zich voor Bewonersbelangen Bos en Lommer en Mustufa Ustalar voor Lokaal Belang Zeeburg. In Utrecht kwam de prominente Grijze Wolf Güven Isçi met een eigen lijst, de Lijst Isçi. (2) Opvallend was dat alle Turkse raadsleden die in de periode voor de verkiezingen waren beschuldigd van banden met de Grijze Wolven geen kandidaat meer waren voor hun oude, vaak grote en gevestigde partij (Ibrahim Çitil - CDA, en Mustufa Ustalar - PvdA) of helemaal van het toneel waren verdwenen (Ahmet Ceyhan - NIVO, en Faiz Yerlibuçak - PvdA). (3) Het lijkt erop dat de grote politieke partijen zijn afgestapt van hun opportunistische beleid om zonder al te veel screening bekende migranten in hun partijen op te nemen vanwege de zetelwinst die dat zou kunnen opleveren. Blijkbaar vonden de partijen in kwestie een schoon blazoen toch belangrijker. Daarbij deed het er niet toe of de beschuldigde personen daadwerkelijk Turkse extreem-nationalisten waren. De beleidswijziging schoot zo haar doel voorbij. CDA en Grijze Wolven De Turkse extreem-nationalisten konden bij de afgelopen verkiezingen alleen nog terecht bij kleine buurtpartijtjes of - in het geval van Utrecht - op een eigen lijst. De oude partij van Çitil, het CDA, deed zelfs helemaal niet meer mee aan de verkiezingen in het stadsdeel Bos en Lommer. Officieel deed deze partij niet mee omdat zij geen kandidaten zou hebben. De werkelijke reden zou volgens niet nader genoemde politici het optreden van Çitil zijn geweest. (4) De commotie over de infiltratie van Grijze Wolven in de Nederlandse parlementaire politiek zou volgens deze personen slecht voor de naam van het CDA zijn, en mogelijk zouden meer Grijze Wolven zich aanmelden als lid van het CDA. Vandaar deze stap, aldus de politici. Overigens stelt de CDA-wethouder S.M. Stam van Bos en Lommer dat Çitil geen lid is of was van de Grijze Wolven. (5) In Utrecht ving een andere Grijze Wolf ook bot bij het CDA. Güven Isçi wilde volgens eigen zeggen op de lijst van het CDA omdat hij een moslim is en het CDA een partij met een christelijke gezindheid. (6) Maar Isçi raakte teleurgesteld omdat hij op de lijst van deze partij niet bij de eerste dertig kandidaten stond. Isçi kwam vervolgens met een eigen lijst, waarover later meer. Extremisme en mensenrechten In Amsterdam hadden de Wolven aanvankelijk zelf een partij willen oprichten. Vermoedelijk om geld en tijd te besparen, besloten zij zich aan te sluiten bij de nieuwe PvdM. De PvdM profileerde zich als een migrantenpartij. In haar verkiezingsmateriaal zei de PvdM zich te baseren op de Universele Verklaring van de Mensenrechten. Daarnaast wilde zij zich sterk maken voor de bestrijding van discriminatie, armoede en sociale onveiligheid en het behoud van de culturele identiteit van migranten. De PvdM kreeg in Amsterdam 2208 (0,8%) stemmen - onvoldoende voor een zetel. Ook in de stadsdeelraden - de PvdM deed mee in acht stadsdelen - verwierf de partij geen enkele zetel. De vertegenwoordiging van Grijze Wolven in de PvdM was spectaculair. Met name in het stadsdeel Zeeburg zetten de Grijze Wolven sterk in. (7) Daar stond een flink aantal van hen kandidaat, waaronder op nummer 1 de toenmalige secretaris van (foto: archief comité)
17
De partijen in de Utrechtse gemeenteraad waren niet erg ingenomen over de kandidatuur van Isçi. Zij waren bang voor een averechts effect op de integratie als buitenlandse politieke bewegingen inbreng hebben op de parlementaire politiek. Ook de fractieleider van GroenLinks in Utrecht, Jan van Leijenhorst was niet erg content met de Lijst Isçi: ”Politiek moet niet worden bedreven via etnische scheidslijnen. Zeker niet als daarin politieke elementen vanuit de landen van herkomst een rol gaan spelen.” (20) Mesut Çavasoglu, gemeenteraadslid voor GroenLinks, meldde in het Utrechts Nieuwsblad dat hij in de gemeenteraad een discussie wilde over de kandidatuur van Grijze Wolven. Tot deze discussie kwam het echter niet, vermoedelijk omdat Isçi het niet haalde. Als men er wel over zou gaan praten, zou waarschijnlijk de subsidieverstrekking door de gemeente Utrecht aan het TKC aan de orde komen. En zoals al eerder bleek, praten de politieke partijen in Utrecht liever niet over deze subsidierelatie. (21)
de Turkse Federatie Nederland (TFN), Fedayi Eken. In Zeeburg kreeg de PvdM de meeste stemmen: 3,1%. (8) Ook voor de gemeenteraad stonden diverse Grijze Wolven verkiesbaar voor de PvdM. Zo stond Abdullah Sari, bestuurslid van de TFN, op nummer 5. (9) De coördinator van de PvdM, Bihari, werd vlak voor de verkiezingen gewezen op de extreem-nationalistische achtergrond van een deel van de Turkse kandidaten. Hij bleek verrast te zijn. De betrokkenheid bij de TFN was hem onbekend. (10) De voorzitter van PvdM, Alhaj Momin Babul Ahmed, zei vlak voor de verkiezingen een onderzoek toe naar de achtergrond van bepaalde partijleden, omdat “extremisme en mensenrechten niet samen gaan”. (11) Als dit onderzoek al is uitgevoerd, dan heeft dit niet geleid tot openlijke stappen jegens de Wolven in de PvdM. Dat de PvdM het niet haalde in Zeeburg had vermoedelijk te maken met de concurrentie die ze daar had van Lokaal Belang Zeeburg. Deze buurtpartij werd aangevoerd door Mustafa Ustalar. (12) Ustalar was PvdA-raadslid in Zeeburg, maar moest waarschijnlijk weg bij deze partij vanwege zijn vermeende betrokkenheid bij de Grijze Wolven. Ustalar distantieerde zich overigens wel nadrukkelijk van de Grijze Wolven. De buurtpartij had als speerpunten: veiligheid, welzijnswerk, onderwijs en openbare voorzieningen. Lokaal Belang Zeeburg kreeg 5,5% van de stemmen in het stadsdeel. Dat was voldoende voor een zetel, die werd ingenomen door Ustalar. Op de lijst van de partij komen we overigens ook personen tegen die lid zijn van het Platform tegen racisme en fascisme in Amsterdam-Oost, te weten Peter Posthumus en Jan Müter. (13) Nationalisme op bevel De enige Grijze Wolf in Amsterdam die een zetel wist te bemachtigen was de al eerder genoemde Ibrahim Çitil. De inmiddels ex-banenpoler van het Turks Cultureel Centrum in Amsterdam stond als derde op de lijst van de buurtpartij Bewonersbelangen Bos en Lommer. Deze partij meldde in de verkiezingscampagne dat zij zich wilde inzetten voor onder andere de uitbreiding van voorzieningen, een beter parkeerbeleid en renovatieprojecten. De partij behaalde 13,8% van de stemmen en kreeg zodoende drie zetels in de stadsdeelraad Bos en Lommer. Çitil kreeg bij de verkiezingen geen steun meer van de TFN. Hij had in Bos en Lommer de PvdM tegenover zich als concurrent. De lijstrekker van ‘Bewonersbelangen’, Wil de Graaff, maakte zich niet zo druk over de achtergrond van Çitil. Desgevraagd zei De Graaff over de aanwezigheid van Çitil bij bijeenkomsten van Grijze Wolven, “dat komt omdat Çitil daartoe door zijn baas gedwongen wordt. Hij heeft namelijk een betaalde baan in het Turks Cultureel Centrum. Als je baas wil dat je naar zo’n bijeenkomst gaat, dan moet je wel.” (14) Utrecht In Utrecht deed de Lijst Isçi mee aan de gemeenteraadsverkiezingen. Uit een folder die de lijst verspreidde blijkt dat zij wilde opkomen voor tweezijdige participatie, gelijke rechten en mogelijkheden voor migranten en de beëindiging van ghettovorming. De Lijst Isçi had als lijsttrekker Güven Isçi, een prominente Utrechtse Grijze Wolf. (15) Daarnaast stonden er op de lijst een Turk en twee Marokkanen, die alle drie afkomstig zijn uit islamitische kring. (16) Isçi zegt dat hij “Turken [wil] betrekken bij de politieke besluitvorming. (…) Ik vind dat in ieder besluit ook de stem van de allochtonen en Turken moet doorklinken.” (17) In Utrecht gingen 40% van de stemgerechtigde Turken stemmen. Van dit percentage ging 61% naar kleine partijen. De Lijst Isçi kreeg 1705 stemmen (1,6%), onvoldoende voor een zetel. (18) In tegenstelling tot andere verkiezingskandidaten die tot de Grijze Wolven kunnen worden gerekend, probeerde de maatschappelijk werker Isçi zijn achtergrond niet te verhullen. Tegen een medewerker van het Utrechts Nieuwsblad gaf hij toe Grijze Wolf te zijn. Hij ontkende echter een stroman te zijn van de MHP. Een vertegenwoordiger van de Turkse Adviesraad in Utrecht, Oguz Kayar (fictieve naam), is echter een andere mening toegedaan. Kayar: “Ik herinner mij een foto in een Turkse krant, waarop hij (Isçi, red.) tijdens een MHP-bijeenkomst in Oss onderscheiden wordt voor zijn inzet voor de Turkse zaak. Als hij geen MHP’er zou zijn, was hij niet zo gauw voor zo’n onderscheiding in aanmerking gekomen.” (19) 18
Verkiezingensfolder Güven Isçi (illustratie: archief comité)
Aansluiting verloren De gevestigde partijen hebben niet openlijk de discussie durven aangaan over Grijze Wolven in hun eigen gelederen of over andere politieke activiteiten van Turkse extreem-nationalisten. (22) Vermeende Grijze Wolven werden zo geruisloos mogelijk partijen uitgewerkt. Dit ging veelal gepaard met ontkenningen van de partijen dat het Grijze Wolven betrof. De zuiveringsactie noopte de Grijze Wolven elders hun heil te zoeken; bij kleine buurtpartijen of met eigen lijsten. Deze partijen deden het bij de afgelopen verkiezingen niet goed, waardoor de vertegenwoordiging van de Wolven in politieke partijen is afgenomen en zij de aansluiting met de gevestigde politiek hebben verloren.
19
Noten: I): In periode voor maart 1999 zaten er in Amsterdam een aantal Turken in staddeelraden die een Grijze Wolvenverleden hadden: Ahmet Ceyhan, Ibrahim Çitil en Mustufa Ustalar. 2): Zie voor meer informatie over Çitil, Ustalar en Ceyhan en de betrokkenheid van Grijze Wolven bij de Nederlandse politiek: Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts, 4.3 Deelname aan parlementaire politiek, pp.55-56, Stella Braam, Mehmet Ülger, Grijze Wolven, een zoektocht naar extreemrechts, pp. 126-140. 3): Zie voor de affaire-Yerlibuçak: Özkan Gölpinar, Wolvenjacht, De Groene Amsterdammer, 11 juni 1997. 4): CDA Bos en Lommer zou bang zijn voor de Grijze Wolven, Nieuws van de Dag, 23 januari 1998. 5): ibid. 6): Tuncay Çinibulak, Isçi maakte geen geheim van voorkeur, Utrechts Nieuwsblad, 18 februari 1998. 7): De volgende bij ons bekende Grijze Wolven stonden in Zeeburg op de lijst van deze partij: op nummer 1 Fedayi Eken, de toenmalige coördinator en secretaris van de TFN en bestuurslid van de TFN-organisaties TDJV, Hilal en Ulu Camii (stedelijk: plaats 4), nummer 2 Asir Sari, penningmeester TFN en penningmeester TDJV (stedelijk: plaats 3), nummer 6 Alpaslan Sütçü, kreeg een bestuursfunctie bij de TFN bij haar tweede congres in mei 1998, nummer 7 Fuat Akkoç, bestuurslid Hilal en Ulu Camii en nummer 9 Süleyman Koyuncu, kreeg een bestuursfunctie bij de TFN bij haar tweede congres in mei 1998. 8): Andere stadsdelen waar de PvdM redelijk scoorde waren Zeeburg (3,1%), Bos en Lommer (2,4%), Geuzenveld/Slotermeer (2,1%) en Westerpark (1.3%). Het gaat bij de eerste drie stadsdelen om buurten waar vroeger ook al redelijk werd gescoord door Turkse extreem-nationalisten of ex-Grijze Wolven. Opvallend is dat de lijsttrekker van de PvdM in Westerpark en nummer 15 op de stedelijke lijst, Ferit Çifçi, de dag na de verkiezingen officieel een bestuurspost (tweede secretaris) krijgt bij de stichting Hilal (TFN-lid). 9): Abdullah Sari is dan tevens voorzitter van de TOS en de TDJV en bestuurslid van Hilal. 10): Tuncay Çinibulak, Turkse nationalisten op eigen lijsten, Contrast, 19 februari 1998. 11): Stella Braam, Amsterdam heeft een partij in wolfskleren, Vrij Nederland, 14 februari 1998. 12): Mustafa Ustalar liet het afgelopen jaar landelijk van zich horen, middels een ingezonden brief in Trouw, met een voorstel om in Kosovo Turkse grond-
21): Zie het artikel ‘Grijze Wolven en gemeentesubsidies’ elders in deze publicatie. 22): Eén van de weinige positieve uitzonderingen was een initiatief van de raadsleden van de stadsdeelraad Geuzenveld/Slotermeer. Zij stelden een intentieverklaring op die iedereen in de raad ondertekende, waarin democratische principes worden erkend als leidraad voor politiek handelen. Met de verklaring stellen de raadsleden dat zij “organisaties of personen (zoals A. Türkes) die op welke wijze dan ook nationalistische gevoelens aanwakkeren hoogst verwerpelijk vinden.” De ex-voorzitter van de TFN, Ahmet Ceyhan, ondertekende deze verklaring ook. Dat maakte verder optreden tegen hem moeilijk. (bron: Stella Braam, Amsterdam heeft een partij in wolfskleren, Vrij Nederland, 14 februari 1998).
troepen in te zetten. Ustalar deed dit voorstel samen met Ron Haleber (islamoloog, IKV) en Rachid Jamari (consulent arbeidsmarkt). De inzet van de troepen zou diverse voordelen met zich mee kunnen brengen. Zo zouden de Turkse grondtroepen een gevoelige klap kunnen toebrengen aan de “Servische oorlogshysterie” en de voortwoekerende “Servische mythen” (o.a. de Groot-Servische gedachte, red.). Daarnaast zou het samen strijden van Turkse Koerden en Turken de oplossing van de Koerdische kwestie mogelijk dichterbij kunnen brengen. De auteurs van de brief gaan er in hun oproep volledig aan voorbij dat het Turkse enthousiasme voor de inzet van Turkse grondtroepen mede wordt ingegeven door de islamistische achtergrond van de Kosovaren en nationalistische gevoelens. De schijnbare kameraadschap, die wordt veroorzaakt door de extremen van een oorlog, is volgens ons geen garantie voor de verbetering van de rechten van Koerden in Turkije. Ustalar en co negeren de oorlogshysterie in Turkije: in dat land willen de staat en de politiek niets weten van zelfbeschikkingsrecht voor Koerden en wordt de uitdrukking van deze wens zeer gewelddadig onderdrukt. Het bestrijden van Servisch nationalisme met Turks nationalisme lijkt ons geen oplossing van de door de schrijvers gesignaleerde problemen. (bron: Ustalar, Jamari, Haleber, Dubbele winst met inzet Turkse grondtroepen, Trouw, 21 april 1999) 13): Voor meer informatie over het platform zie het artikel ‘Tijdverspilling en onzinnig ‘ elders in deze publicatie. 14): Stella Braam, Amsterdam heeft een partij in wolfskleren, Vrij Nederland, 14 februari 1998. 15): Isçi was secretaris van het TKC van 1989 tot begin 1997. Hij was secretaris van de Stichting voor Turks-Islamitische Cultuur en Onderwijs (TFN-lid) vanaf eind 1992 tot in ieder geval 22 december 1999. Isçi had ook een bestuursfunctie bij de TFN. Hij was verantwoordelijk voor de public-relations van 16 oktober 1995 tot en met 1 juni 1997. Hij is waarschijnlijk ook vice-voorzitter van het TKC in Utrecht geweest. 16): De namen van de andere personen op de Lijst Isçi zijn: M. Kaplan, M. Bennamar en A. Mahdad. 17): Tuncay Çinibulak, Isçi maakte geen geheim van voorkeur, Utrechts Nieuwsblad, 18 februari 1998. 18): Isçi kreeg 1235 stemmen (72% van alle stemmen op zijn lijst), Kaplan kreeg 401 stemmen, Mahdad kreeg 47 stemmen en Bennamar kreeg 22 stemmen. 19): Tuncay Çinibulak, Turkse nationalisten op eigen lijsten, Contrast, 19 februari 1998. 20): Raad Utrecht niet blij met kandidatuur ‘Grijze Wolf’, Utrechts Nieuwsblad, 18 februari 1998.
20
21
4. 'TIJDVERSPILLING EN ONZIN' TFN SPREEKT ZICH UIT OVER AANTIJGINGEN Het bulletin ‘Agenda’ is tot op heden de meest inhoudelijke en uitvoerige reactie van de Turkse Federatie Nederland (TFN) op het boek ‘Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreem-rechts’ van Mehmet Ülger en Stella Braam. Eerder reageerde de TFN met persverklaringen die kunnen worden gezien als zeer emotionele schotschriften. Agenda werd gepresenteerd als een nieuw driemaandelijks bulletin van de TFN. Met het bulletin wil de TFN de maatschappelijke problemen van de Turkse gemeenschap in Nederland behandelen en haar achterban van informatie voorzien. Het eerste en voorlopig laatste nummer verscheen medio april 1998 en is volledig gewijd aan de publicatie van Braam en Ülger. Het comité ‘Stop de Grijze Wolven’ zal, middels een aantal voorbeelden, nagaan of de TFN in staat is de beweringen van Mehmet Ülger en Stella Braam te weerleggen. Agenda begint met een algemeen gedeelte waarin een aantal onderwerpen worden behandeld: het symbool van de grijze wolf, het symbool van de drie halven manen, de politiek in Nederland, subsidieverstrekking, de personen achter het boek en de effecten van het boek. Dit wordt gevolgd door een verhandeling per pagina van alle vermeende misleidingen, een kort stuk over de oprichting van de TFN en een nawoord. Voorts is er een bijlage met zogenaamd bewijsmateriaal: reacties op brieven van de TFN, krantenartikelen over de TFN, het beleidsplan van de TFN, een ‘presentatie’ van de twee al genoemde symbolen, achtergrondinformatie over de mythe rond de grijze wolf en nog een aantal documenten. (1) Wezenlijke verschillen? Pagina 5 van Agenda geeft een goede indruk van de wijze waarop de TFN zich probeert te verweren. Daar wordt gereageerd op het bezoek van Mehmet Ülger en Stella Braam aan de MHP-krant Ortadogu in Turkije. Dit leidde hen naar de mantelorganisatie van de MHP in Nederland, de TFN. “De auteurs zouden in een gesprek op 22 december (1995, red.) bij de MHP-gezinde krant ‘Ortadogu’ in Istanbul te horen hebben gekregen dat de MHP een hartelijke band onderhoudt met een federatie in Nederland. In Nederland zouden de auteurs per toeval ontdekken om welke organisatie het gaat. Op een reclamefoldertje van de uitvaartfonds Hollanda Hilal Cenaze Fonu (een lidorganisatie van de Turkse Federatie Nederland) wordt volgens de auteurs het Turkse woord voor halvemaantjes ontdekt. Dat is voor de auteurs een gegeven dat de Turkse Federatie Nederland een mantelorganisatie is. Aan dit verhaal klopt helemaal niets en ze berust op onwaarheid, · Een persoon met de naam Yavuz Selim Demirag is niet werkzaam bij het dagblad Ortadogu. Bij navraag bij het betreffende dagblad wordt dit schriftelijk bevestigd. · Op 22 december 1995 bestond de Turkse Federatie Nederland nog maar 2 maanden. In zo’n korte tijd kan zo’n hartelijke band niet worden gelegd. · Het woord driehalvemaantjes komt in de Turkse taal helemaal niet voor. De officiële naam, in het Nederlands, van het genoemde uitvaartfonds komt in het geheel niet voor op het reclamefoldertje.” Conclusie: “De Turkse Federatie Nederland is geen dekmantel of een mantelorganisatie van een of andere politieke partij in Turkije. Dit heeft voor een organisatie ook geen enkel nut.” (2) Hoe staat deze gang van zaken beschreven in ‘Grijze Wolven’? Demirag spreekt niet over een willekeurige federatie maar over de Turkse Federatie als organisatie waarmee de MHP een “hartelijke band” onderhoudt. Braam en Ülger vinden deze federatie bij “toeval” als ze naar Hilal bellen en er daar wordt opgenomen met “Met de Turkse Federatie”. Dat er in de naam van het uitvaartfonds Hilal de woorden halve maan voorkomen doet niet ter zake, dit woord is geen bevestiging 23
voor het feit dat de TFN een mantelorganisatie van de MHP is, het foldertje leidt slechts tot het vinden van de TFN. De TFN heeft dus drie argumenten om het verhaal van Braam en Ülger te ontkrachten. Ten eerste, de persoon Yavuz Selim Demirag zou niet werkzaam zijn bij Ortadogu, kortom, deze persoon zou door de schrijvers uit de duim zijn gezogen. Het bekijken van de colofon van de Europese editie van Ortadogu leert ons echter dat Demirag wel degelijk hoofdredacteur is of is geweest bij Ortadogu. Dat er ook colofons van uitgaven van Ortadogu bestaan zonder vermelding van Demirag, en dat juist deze worden getoond door de TFN, wekt de indruk dat de TFN de lezer om de tuin wil leiden. Bovendien blijkt Demirag columnist te zijn geweest bij Ortadogu. (3) Het tweede argument is, dat de TFN door haar korte bestaan nog geen goede banden met de MHP zou kunnen hebben. In ons vorige boek toonden we aan dat de TFN een opvolger is van een andere organisatie, de Federatie van Turkse Verenigingen in Nederland (HTDF). De HTDF functioneerde, net als de TFN, als een mantelorganisatie van de MHP in Nederland. Dat er op het oprichtingscongres van de TFN ook twee MHPparlementariërs aanwezig waren, wijst op de meer dan goede banden tussen TFN en MHP. En tenslotte het woord driehalvemaantjes. De naam van Hilal blijkt door Braam en Ülger vrij te zijn vertaald. De vrije vertaling van de auteurs luidt: Nederlandse Begrafenisfonds der Halvemaantjes (het woord driehalvemaatjes komt dus sowieso niet voor). De vertaling van de TFN luidt: Uitvaart Fonds Halvemaan Nederland. Wie ontdekt de wezenlijke verschillen?
wettig bewijs - weten Braam en Ülger voldoende informatie aan te dragen over diens mogelijke betrokkenheid bij misdaad. De daarop betreffende categorische ontkenningen van de TFN zijn daarom niet afdoende. Braam en Ülger: “Bij de Exodus-operatie werden onder meer telefoons afgetapt van een stichting waarvan Servet Y. voorzitter is en van de Amsterdamse Mescid-iAksa Moskee. De uitgetypte telefoongesprekjes die we in handen kregen, geven een beeld van A’s bende (van deze bende maakte Servet vermoedelijk deel uit, red.). Partijen drugs waarover ‘gedingest’ werd, want men vermoedde al dat de telefoon werd afgeluisterd. Valse paspoorten die ‘schriften’ werden genoemd. Handel in vals geld en ontvoeringen van mensen met de vraag of ze wel of niet van kant werden gemaakt.”
Halve manen De TFN maakt het wat betreft het symbool van de drie halve manen met haar tegenargumenten tamelijk bont. De TFN stelt in Agenda dat het symbool van de drie halve manen niet kan worden gekoppeld aan een politieke partij. Degenen die dat wel doen, moeten zich “schamen”, want “het is grote onzin en onnodige tijdverspilling mensen te beoordelen op grond van hun symbolen”. Aan de andere kant geeft zij toe dat de MHP het als symbool gebruikt. Op het derde partijcongres van de MHP, dat in de jaren zeventig plaatsvond, adopteert de MHP dit symbool als partijsymbool. (4) Het gebruik van het symbool van de drie halve manen is in Turkije een vrijwel exclusieve aangelegenheid van de MHP en diens aanhangers. Als Turken buiten Turkije van dit symbool gebruikmaken, is dat een indicatie dat zij mogelijk georiënteerd zijn op de MHP. In het geval van de TFN wordt dat bevestigd door haar organisatorische en personele contacten met deze Turkse partij, door haar ideologische oriëntatie op deze instelling en door het gebruik van MHPsymbolen door leden van bij de TFN aangesloten organisaties. (5) De TFN beweert: “het symbool van de drie halve manen is te vergelijken met of heeft de identieke betekenis als de drie kruisjes op de Amsterdammertjes in Amsterdam. Het symbool van de drie halve manen wordt ook gebruikt door vele gemeenten in Nederland. (…) Is de bewering dat deze gemeenten banden hebben met de MHP in Turkije, nu geen onzin? Of zijn deze Gemeenten ook dekmantels van de MHP omdat ze het symbool van de drie halve manen hebben?” Het gaat er bij de halve manen met betrekking tot de TFN en de MHP niet zozeer om wat ze betekenen (geloof, moraal en goedheid, aldus de TFN) als wel in welke historische context ze zijn gebruikt. Als men dat in aanmerking neemt, heeft de TFN wél en hebben de diverse Nederlandse gemeenten niets te maken met de MHP. (6) Maffiabaas Servet Een ander in Agenda aangeroerde kwestie is, of de Turkse maffiabaas Servet Yilmaz iets met de TFN van doen heeft. Yilmaz blijkt, in tegenstelling tot wat er in Agenda wordt beweerd, nog steeds bestuurder te zijn van Amsterdamse stichtingen die zijn aangesloten bij de TFN op het moment dat Agenda uitkomt. Hij is dan voorzitter van het Turks Platform Geuzenveld/Slotermeer, voorzitter van de Amsterdam Sportclub Türkiyem en voorzitter van de Stichting Soyad. Hij was in het verleden tweemaal secretaris van de stichting Hilal en voorzitter van de TDJV en de stichting Yorum. (7) De ontkenning van de TFN dat Servet Yilmaz iets met de TFN te maken heeft, raakt feitelijk kant noch wal. Bovendien is het verhaal van Braam en Ülger over Yilmaz’ betrokkenheid bij een Turkse drugsbende niet nieuw. De media en de politie bevestigden diens betrokkenheid al eerder. (8) Hoewel Yilmaz nooit is veroordeeld - wegens gebrek aan 24
(illustratie: Ortadogu)
Alevieten en TFN Braam en Ülger melden in hun boek dat de TFN in 1997 een serie lezingen organiseerde over alevietisme, een progressieve islamitische stroming. De alevieten zijn vanwege hun liberale en progressieve opvattingen op zijn zachtst gezegd niet populair bij rechtse Turken, aldus de auteurs. De TFN probeert dit onder meer te weerleggen door te wijzen op de positie die haar ex-voorzitter Hikmet Yildizeli bekleedt bij het blad Cem: hij is de vertegenwoordiger voor Nederland. Het blad Cem wordt echter uitgegeven door C.E.M. Vakfi in Turkije. C.E.M. is een zeer nationalistische Turkse organisatie die zich richt op alevieten. Zij wordt zwaar gesubsidieerd door de Turkse overheid om de kracht en invloed van gematigde en linkse alevietische organisaties, zowel binnen als buiten Turkije, te ondermijnen. (9)
Wilde beschuldigingen Een andere methode die de TFN in Agenda hanteert om de inhoud van ‘Grijze Wolven’ te ontkrachten, is het in diskrediet brengen van personen die zich tegen Grijze Wolven richten. Zo wordt over de Anti-Fascistische Actie (AFA), die protesteerde tegen bijeenkomsten van de TFN, beweerd dat zij zou worden gestuurd door “gewelddadige Turks extreem-linkse organisaties”. Welke organisaties dat zijn en hoe TFN aan die wijsheid komt meldt ze niet. Over Mehmet Ülger weet men 25
sluiten: “Ook uw verwijzing naar de oude Ottomaanse vlag als een onschuldig symbool bevredigt niet. Vaker in de geschiedenis, ook buiten Turkije, zijn vlaggen het symbool geworden voor onderdrukking en extreem-nationalistische tendensen en daarmee een uitdrukking van een ondemocratisch gedachtengoed.” (11) Agenda sluit af met een opmerkelijke brief afkomstig van het Platform tegen racisme en fascisme in Amsterdam-Oost, gedateerd januari 1998. Het Platform zoekt daarin contact met de Ulu Camii in Amsterdam, een moskee die aangesloten is bij de TFN, naar aanleiding van de publiciteit over Grijze Wolven die zich onder meer in deze moskee zouden bevinden. Het Platform wil een gesprek met de moskee om mogelijk gemeenschappelijk actie te ondernemen tegen de beschuldigingen. Het Platform verwijst hierbij naar de omstandigheid dat zij altijd goed met hen heeft kunnen samenwerken en nooit iets heeft gemerkt van racistische of fascistische opvattingen. Het is stuitend dat het Platform, ondanks alle aandacht in de media voor Grijze Wolven, de twee recente publicaties over Grijze Wolven, de brief van minister Dijkstal aan de Tweede Kamer van november 1997 over ‘Grijze Wolven’, en oudere publicaties over dit thema, nog steeds wil samenwerken met een bij de TFN aangesloten organisatie. (12) Conclusie De TFN probeert in Agenda middels verdraaiingen, het uit de context weergeven van citaten, platte ontkenningen, leugens en suggestieve uitspraken over de politieke achtergrond van Mehmet Ülger de inhoud van Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreem-rechts in diskrediet te brengen. Daarbij is zij zo onverstandig om aanwijzingen te geven voor de stelling dat de TFN een Grijze Wolven-organisatie is. In Agenda wordt duidelijk dat de ex-voorzitter van de TFN Yildizeli verbonden is aan het blad Cem. Turks links en de Arbeiderspartij van Koerdistan (PKK) worden bestempeld als vijand. De TFN kondigt juridische stappen tegen de schrijvers aan en komt deze vervolgens niet na. Deze aanpak is hoogmoedig en dom. Zij ontkracht Agenda volledig als weerwoord op Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreem-rechts. Haar belofte: “De Turkse Federatie Nederland zal nooit trachten deze auteurs op dezelfde manier zwart te maken en zo op een kinderachtige manier aan te vallen, zoals zij hebben gedaan. De Turkse Federatie is een serieuze organisatie en zal zonder bewijzen nooit anderen zwartmaken”, houdt zo geen stand. Noten: 1): De TFN stuurde in oktober en november 1997 in ieder geval vijf brieven aan allerlei instellingen, waaronder de minister van Binnenlandse Zaken en de vaste commissie van binnenlandse zaken van de Tweede Kamer, om de publieke opinie te beïnvloeden door te pogen de tegen haar geuitte beschuldigingen te weerleggen. Eén brief, gedateerd 16 november, gericht aan “alle instellingen”, bevat een serie hilarische beschuldigingen aan het adres van Mehmet Ülger en Stella Braam. Eén voorbeeld: “Wie is Stella Braam en wie is Eleni Braam? Volgens onze bevindingen is Eleni Braam een redactrice van
Een colomn van Demirag op de voorpagina van Ortadogu (illustratie: Ortadogu)
te vertellen dat hij een “fanatieke oude militant” is die een bloedhekel zou hebben aan bepaalde Turkse politieke partijen. Hij zou in Nederland zijn strijd tegen deze partijen met ondemocratische middelen voortzetten. De TFN vindt dat hij die strijd maar in Turkije moet voeren. Hierbij verwijt de pot de ketel dat hij zwart ziet. De TFN is immers een in zichzelfgekeerde club die volledig gefixeerd is op de politieke verhoudingen in Turkije. Daar er in Nederland, in tegenstelling tot Turkije, een democratie is, heerst er vrijheid van meningsuiting. Deze geldt ook voor Mehmet Ülger. Als de TFN zich onheus bejegend voelt, moet ze, wat ze bij voortduring belooft, maar naar de rechter stappen. (10) Platform met blinde vlek De documenten in de bijlagen die nog niet ter sprake kwamen zijn nauwelijks het noemen waard. Zo bestaan de reacties op twee brieven van de TFN aan allerlei instellingen uit acht brieven, waarvan er zeven standaardontvangstbrieven zijn. Al deze brieven zijn afgedrukt in Agenda. Eén brief is inhoudelijker en bevat een stellingname waarbij we ons van harte aan26
“Kurdistan”, het bulletin van het Koerdische Informatie Centrum dat algemeen bekend is als de spreekbuis van de PKK. Volgens velen zijn Stella Braam en Eleni Braam dezelfde persoon”. 2): Van dit citaat en van alle komende is het Nederlands verbeterd door de redactie. 3): De naam van Demirag wordt onder meer vermeld in de Ortadogu van 18, 20, 21 en 24 oktober 1996 (zie afbeelding). In de editie van 24 oktober 1996 van Ortadogu stond een column van Demirag. 4): Hugh Poulton, Top Hat, Grey Wolf and Cresent, Turkish Nationalism and the Turkish Republic, Hurst & Company, Londen, 1997. 5): Zie Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts, pp. 23-34, pp. 39-43. 6): De door TFN bedoelde Nederlandse gemeentes – genoemd worden onder andere Krimpen a/d IJssel en Nederlek – behoorden vroeger voor een deel bij de heerlijkheid van de Lek. Deze heerlijkheid stond in bepaalde periode onder controle van het geslacht Van Polanen. Dit geslacht en het met haar verwante geslacht Van Wassenaer voerden drie wassenaars in hun wapen. Ook in de regio Wassenaar zijn er gemeentes met dit symbool in hun gemeentewapen. De wassenaar staat voor veranderlijkheid of hoge gunst en wetenschap. 7): Hilal: van 8 januari 1992 tot 5 februari 1992 en van 30 december 1993 tot 24 april 1996, TDJV: van 7 maart 1998 tot 1 november 1989, Yorum: van 3 mei 1990 tot ieder geval 15 april 1997. Op 18 november 1999 was hij in ieder geval voorzitter af van Yorum. Turks Platform Geuzenveld/Slotermeer: van 21 december 1993 tot in ieder geval 25 februari 2000, Amsterdam Sportclub Türkiyem: van 12 december 1993 tot in
27
ieder geval 25 februari 2000, Stichting Soyad: vanaf 5 februari 1993 tot in ieder geval 25 februari 2000. 8): Hans Moll, Politiedossier: lid van Turkse bende infiltreerde in politiek, NRC, 1 februari 1994. 9): Zie het artikel ‘C.E.M. Vakfi - Een Turks-nationalistische alevietische organisatie’ elders in deze publicatie. 10): Tot op heden heeft slechts één persoon uit het toenmalige TFN-milieu het aangedurfd om naar de rechter te stappen. Ibrahim Çitil, die in de stadsdeelraad van Bos en Lommer zit namens de buurtpartij Bewonersbelangen Bos en Lommer, en inmiddels ex-banenpoler van het TKC in Amsterdam, spande in januari 1998 vanwege Braam’s en Ülger’s bewering dat hij een Grijze Wolf zou zijn een proces tegen hen aan wegens smaad. Çitil verloor de procedure omdat hij volgens de rechtbank niet hard kan maken dat hij een spoedeisend belang heeft en hij zich niet heeft gedistantieerd van de door auteurs als Grijze Wolven-organisaties aangemerkte instellingen. Çitil erkende gewerkt te hebben voor het TKC als banenpooler en dat hij toespraken hield voor de Turkse Federatie. (bron: vonnis van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam, rolnummer KG 98/71TG, d.d. 5 februari 1998) 11): Brief van Gijs von der Fuhr, voorlichter van het Amsterdams Centrum Buitenlanders (ACB), d.d. 21 oktober 1997, aan de TFN. 12): Mogelijk heeft de houding van het Platform te maken met hun, ons inziens, onderschatting van het nationalisme in Turkije en het effect daarvan op migranten uit Turkije in Nederland. We citeren ter illustratie uit een verklaring van het platform uit april 1997: “Het kan dan misschien voor sommige jongeren interessant zijn om zich te organiseren als ‘Grijze Wolven’, als aanhangers van Bouterse of te streven naar een onafhankelijk Kurdistan: binnen de Nederlandse verhoudingen is dit niet meer dan politieke folklore en dergelijk handelen zal in Nederland zelf nauwelijks invloed hebben op de gang van zaken.”
5. VERKIEZINGEN IN TURKIJE In april 1999 zijn in Turkije parlementsverkiezingen gehouden. In de afgelopen tien jaar wisselde Turkije daarmee tienmaal van regering, waarvan driemaal door verkiezingen. Extreem-rechts boekte een behoorlijke winst. Hierdoor zal de polarisatie binnen de Turkse samenleving en ten opzichte van Europa waarschijnlijk toenemen. De 57e regering in de laatste 75 jaar zal voor iedereen die niet behoort tot de zakelijke, politieke of militaire elite weinig goeds brengen. Onderwijzers, ambtenaren, fabrieksarbeiders, arbeidsongeschikten en studenten staakten reeds voor betere omstandigheden en hoger loon. In Nederland kwam de uitslag van de verkiezingen als een verrassing, zo valt op te maken uit de commentaren in de reguliere media. Toch wezen een aantal gebeurtenissen vooraf al in de richting van een overwinning voor extreem-rechts. De MHP behaalde bij de Turkse verkiezingen van 18 april 1999 een flinke stemmenwinst. Sinds in oktober 1998 de oorlogsdreiging met Syrië steeds verder werd opgevoerd, namen de Grijze Wolven van de MHP het voortouw in het mobiliseren van de nationalistische sentimenten onder de Turkse bevolking. De druk van Turkije op Syrië was bedoeld om de guerilla-bases van de Arbeiderspartij van Koerdistan (PKK) ontruimd te krijgen en het onderdak voor PKK-voorzitter Abdullah Öcalan op te heffen. Toen dat lukte en Öcalan in november 1998 in Italië aankwam, gingen Grijze Wolven tekeer in agressieve demonstraties tegen alles wat Italiaans was. Italiaanse modewinkels werden geplunderd en de kleding werd op straat in brand gestoken, pizzeria's werden aangevallen, de inboedel vernield en de Italiaanse diplomatieke vertegenwoordigingen werden door demonstranten belaagd. Ook bij 'gevestigd' rechts heerste een nationalistische stemming, maar een groot deel van de Turkse bevolking sympathiseerde met de 'originele' nationalisten, de Grijze Wolven. De stemmenwinst voor de MHP kwam daarnaast vooral van jongeren, die zich sinds begin jaren negentig afwendden van de corrupte regeringsklieken van Tansu Çiller en Mesut Yilmaz. Zij stemden eerder op de islamisten maar kozen nu voor de MHP. Deze jongeren groeiden op in een periode waarin de Grijze Wolven het culturele leven bepaalden. Een andere winstfactor voor de MHP was de bevolking van het platteland, die niets van de Ankara-kliek moet hebben en sterk antiKoerdisch is. Veel soldaten die in het zuidoosten tegen de Koerden vechten komen namelijk van het platteland. Veel van hen sneuvelen of keren getraumatiseerd of gewond terug naar huis. De schuld hiervoor wordt gelegd bij de Koerden. De MHP profileerde zich sinds halverwege de jaren negentig in toenemende mate als islamitische partij, waarmee ze de wind uit de zeilen trachtte te nemen van de Welvaartspartij (RP) en later de Partij van de Deugd (FP). Ook deze tactiek wierp haar vruchten af. Kosovo Na de verkiezingswinst is de MHP voor het eerst sinds 22 jaar weer teruggekeerd in de regering. Devlet Bahçeli, de huidige leider van de MHP, verklaarde dat Abdullah Öcalan zo snel mogelijk opgehangen moest worden, het Koerdische "separatisme moest worden uitgeroeid" en dat de PKK-leiding in Irak, Iran, Syrië en Griekenland geëlimineerd diende te worden. Ook hield hij een pleidooi voor de inzet van NAVO-grondtroepen in Kosovo, het liefst Turkse. In augustus 1998 werd al bekend dat Turkse nationalisten vrijwilligers aan het ronselen waren voor 'humanitaire missies' in Kosovo. Turkije heeft speciale banden met Kosovo, dat in de 14e eeuw en begin deze eeuw korte tijd tot het Osmaanse Rijk behoorde. Bovendien wonen er ongeveer twee miljoen Albanese moslims in Turkije, met familie in Kosovo. Het feit dat de groot-Turkse gedachte botst met de Servische aspiraties en dat de Grieken (aartsvijanden van de Turken, zie kwestie-Cyprus) de christelijk orthodoxe Serven neigen te steunen, damt de broedergevoelens omtrent Kosovo niet bepaald in.
28
29
Invloed op Europa Bahçeli verklaarde ook dat Turkije haar redenen om toe te treden tot de Europese Unie moest herzien. De kritiek vanuit Europa op de mensenrechtensituatie in Turkije is de nationalisten van de MHP al jaren een doorn in het oog. De MHP voerde in haar verkiezingscampagne dan ook aan dat er gewerkt moest worden aan de opbouw van een economisch machtsblok samen met haar Turkse broedervolkeren, waaronder een aantal voormalige sovjetrepublieken. Al met al ziet het er niet best uit voor de minderheidsgroepen in Turkije, in het bijzonder de Koerden. De harde lijn die de laatste maanden is ingezet, zal ook in Europa merkbaar worden. De eerste aanzetten van die harde lijn in Nederland werden al gegeven. Na de verkiezingsuitslag verwoordt een jonge Grijze Wolf in de Ulu Camii-moskee aan de Zeeburgerdijk in Amsterdam het als volgt: "Dit had zelfs onze leider Türkes niet durven dromen. We kunnen nu de terroristen en de landverraders verpletteren.” In Zaandam werden de gebouwen van de Koerdische Culturele Vereniging en de Turkse Democratische Volksvereniging beklad met leuzen als 'moordenaars moeten boeten' en 'Apo (Öcalan, red.) is een moordenaar'. Bij de voordeur van deze Koerdische vereniging zijn droge stokjes neergelegd als waarschuwing voor brandstichting. Rond Newroz, het Koerdische nieuwjaar, vonden al eerder aanvallen van Grijze Wolven plaats. In Maassluis werd een huis waar Koerden wonen aangevallen door Grijze Wolven en in Den Haag ontplofte op 28 maart een brandbom in de auto van een Koerdische man. Veel Koerden werden bedreigd door middel van telefoontjes en brieven. Bron: Alert!, nummer 2, juli/augustus 1999.
Totale verkiezingsuitslag, inclusief regionale verkiezingen, van 18 april 1999 Aantal parlementzetels: 550 Aantal burgemeestersposten: 3.173 Extreem-rechts en nationalisten DSP (Partij van Democratisch Links, voorzitter: Bülent Ecevit) 22,06% (136 afgevaardigden, 187 burgemeesters) MHP (Partij van de Nationalistische Actie) 17,98% (129 afgevaardigden, 499 burgemeesters) BBP (Grote Eenheidspartij, islamitische afsplitsing van de MHP) 1,47% (25 burgemeesters) Centrum-rechts ANAP (Moederlandpartij, ex-premier Mesut Yilmaz) 13,22% (86 afgevaardigden, 761 burgemeesters) DYP (Partij van het Juiste Pad, ex-premier Tansu Çiller) 12,00% (85 afgevaardigden, 726 burgemeesters) DTP (Partij van Democratisch Turkije) 0,58% (14 burgemeesters) LDP (Liberaaldemocratische partij) 0,41% DP (Democratische Partij) 0,29% (4 burgemeesters) MP (Natie Partij) 0,26% YDP (Hergeboorte Partij) 0,15% DEPAR (Partij van Veranderend Turkije) 0,12% Islamisten FP (Partij van de Deugd) 15,38% (111 afgevaardigden, 492 burgemeesters) Centrum-links CHP (Republikeinse Volkspartij) 8,79% (365 burgemeesters) BP (Vredespartij) 0,25% (6 burgemeesters) IP (Arbeiders Partij) 0,19% Socialisten en/of pro-Koerdisch HADEP (Democratische Volkspartij) 4,73% (39 burgemeesters) ÖDP (Partij voor Vrijheid en Solidariteit) 0,84% (1 burgemeester) EMEP (Arbeid Partij) 0,17% SIP (Partij van Socialistische Krachten) 0,13% DBP (Democratie en Vredespartij) 0,08% (1 burgemeester) Onafhankelijken 0,93% (3 afgevaardigden, 53 burgemeesters)
MHP-leider Devlet Bahçeli ontvangt twee ereplaten (foto: Türkiye)
30
31
6. INTIMIDATIE EN WRAAK VAN TURKSE GEHEIME DIENST IN EUROPA Het Susurluk-rapport van Kutlu Savas, een inspecteur verbonden aan het departement van de Turkse minister-president, werd op 12 januari 1998 overhandigd aan de toenmalige minister-president Mesut Yilmaz. Het rapport bevestigde in grote lijnen de vermoedens over de verstrengeling van de Turkse maffia, Turks extreem-nationalisme en de Turkse staat. De Turkse staat bleek tot over zijn oren in de georganiseerde misdaad te zitten en uiterst dubieuze bestrijdingsmethoden jegens de politieke oppositie te hanteren. Twaalf pagina’s van het rapport moesten geheim blijven, maar lekten uit. In dit geheime deel zit een lijst met door de Turkse geheime dienst Milli Istihbarat Teskilati (MIT) verordonneerde aanslagen in Europa. Deze aanslagen hebben ook in Nederland plaatsgevonden. Alle aanslagen die de MIT verordonneerde blijken gericht te zijn op Armeense doelen en vonden plaats tussen eind 1982 en eind 1985. (1) Het Susurluk-rapport stelt dat onder meer een groep idealisten-maffiosi rond Abdullah Çatli en Haluk Kirci, via de MIT van de Turkse staat de opdracht kreeg om gewelddadige Armeense bewegingen te neutraliseren. (2) Om die neutralisatie te bereiken pleegden deze en andere groepen aanslagen in Europa en het Midden-Oosten. De Turkse staat pleegde de aanslagen omdat ze zich gedwongen voelde om een antwoord te geven op door Armeense organisaties gepleegde aanslagen. Dit blijkt onder meer uit een toespraak in augustus 1982 van de Turkse generaal en leider van de militaire dictatuur in Turkije, Kenan Evren. Evren verklaart onder meer dat Turkije en het Turkse volk “zich van nu af aan vrij voelen om maatregelen te nemen” tegen Armeniërs die aanslagen hebben gepleegd op Turkse diplomaten. Aan het geduld van Turkije komt een einde, aldus Evren. (3) De Turkse pers publiceerde in die tijd meer van dergelijke geluiden van de kant van de machthebbers. Zo zei Haluk Bayülken, de minister van Defensie, bijvoorbeeld in die periode: “De rekening zal vereffend worden, de toekomst zal dit aantonen. Zij zullen in het bloed verdrinken dat ze (ASALA, red.) zelf lieten vloeien.” (4) De Turkse krant Günyadin meldde dat de MIT opdracht zou hebben gekregen om leden van het Armeens Geheime Leger voor de Bevrijding van Armenië (ASALA) op te sporen. (5)
Protestdemonstratie tegen de moord op Yalimian, Utrecht, 13 november 1982 (foto: Bluf)
Armeens verzet Om te begrijpen waarom de Turkse staat zich genoodzaakt voelde op te treden tegen Armeens gewapend verzet, moet ingegaan worden op de ontstaansgeschiedenis en de activiteiten van de twee belangrijkste exponenten van dat verzet. Begin 1975 werd in Libanon het communistisch georiënteerde ASALA opgericht. ASALA stond onder leiding van Hagop Hagopian. (6) ASALA stelde zich ten doel: de erkenning van de Armeense genocide, genoegdoening van de door het Armeense volk geleden schade door de genocide en de vestiging van een Armeense staat. ASALA wilde uiteindelijk een verenigd Armenië bereiken onder “democratisch, socialistisch en revolutionair bestuur”. ASALA probeerde de Armeense kwestie en haar opvattingen op de internationale agenda te krijgen door aanslagen te plegen op Turkse diplomaten en instellingen. Zij had vrij ruime opvattingen over wat legitieme doelen waren. Zo pleegde ASALA diverse aanslagen op de Turkse luchtvaartmaatschappij THY. Op 15 juli 1983 vond een bloedige aanslag van ASALA plaats op het Franse vliegveld Orly. Bij de balie van THY ontplofte een bom. Er vielen als gevolg van deze aanslag acht doden en vierenvijftig gewonden. Deze aanslag leidde in 1983 tot een definitieve splitsing binnen ASALA. Een deel van haar leden was het niet eens met de autoritaire leiding van Hagopian, noch met aanslagen als die op Orly, waarvan onschuldige burgers het slachtoffer werden. Eén van hen deed de aanslag op Orly af als “fascistisch”. (7) De nieuwe fractie, ASALA-Revolutionaire Beweging (ASALA-RM), maakte haar oprichting op 16 augustus 1983 bekend. Haar prominentste leiders waren Ara Toranian en Monte Melkonian. De ASALA-RM wilde “de politieke lijn van de strijd herstellen” en wilde bondgenootschappen aangaan 33
met andere bevrijdingsbewegingen, met name die van Koerden en progressieve Turken. (8) Een andere, gematigder, Armeense gewapende organisatie was de Rechtvaardigheid Commando’s van de Armeense Genocide (JCAG). Zij werd in 1983 opgericht en zou in verbinding hebben gestaan met de rechtse Armeense Dashnak Partij. Vanaf 1983 noemde de JCAG zichzelf Armeens Revolutionair Leger (ARA). De JCAG en later de ARA beperkten zich tot het plegen van aanslagen op Turkse diplomaten en instellingen. In de periode van 1979 tot en met 1982, het jaar van de eerste aanslag van de MIT-lijst, vonden circa honderdvijftig aanslagen plaats op Turkse instellingen en diplomaten. (9) Totaal vielen er in deze periode ten gevolge van de aanslagen achtentwintig doden en honderdtachtig gewonden. (10) Dat de Turkse staat tegenmaatregelen nam is gezien deze cijfers niet erg verwonderlijk. Sommige van deze tegenmaatregelen lijken direct op bepaalde gebeurtenissen te anticiperen. Zo vindt er twaalf dagen na de aanslag op het Parijse vliegveld Orly door ASALA, een bomaanslag plaats op een cultureel centrum van Armeniërs in een voorstad van Parijs. Schimmig ASALA en ASALA-RM vochten hun interne politieke onenigheid ook uit met gewelddadige middelen: over en weer werden er mensen vermoord en aanslagen gepleegd. De diverse pogingen om Ara Toranian te vermoorden zouden volgens ASALARM zijn uitgevoerd op bevel van Hagopian. Monte Melkonian: “De auto van Ara Toranian werd voorzien met een bom door mensen van Hagopian.”(11) Ook een prominent lid van ASALA zelf, James Karnusian, zou van Hagopian hebben vernomen dat hij zich niet met Toranian moest bemoeien omdat het een informant zou zijn en dat Toranian snel zou worden vermoord. (12) De spanning tussen beide fracties nam in de zomer van 1984 nog meer toe toen de Hagopian-fractie namen publiceerde van leden van de Melkonian-fractie. Deze leden werden zodoende blootgesteld aan vervolging. Hagopian beschuldigde ASALA-RM van de aanslag op 4 mei 1984 in het Franse Alfortville op een monument ter herdenking van de Armeense genocide. Toranian zou daarnaast, aldus Hagopian, explosieven onder zijn eigen auto hebben geplaatst en vervolgens de Turkse staat en/of Hagopian daarvan hebben beschuldigd om zo zijn positie binnen ASALA-RM te versterken. (13) Een deel van de aanslagen die door de MIT zijn geclaimd zouden dus door ASALA-RM of ASALA kunnen zijn gepleegd. Het is echter waarschijnlijker dat ze door de MIT zijn gepleegd, en onder meer waren bedoeld om de tweedracht binnen ASALA en later tussen ASALA en ASALA-RM te vergroten, zodat de Armeense beweging zou verzwakken. Moord in Utrecht Op de avond van 5 november 1982 - en niet op 14 november zoals in het MIT-document staat - werd in Utrecht de vierentwintigjarige Armeniër Nubar Yalimian in zijn huis vermoord. Hij werd daar opgewacht door de moordenaar, die hem doodde door schoten met een pistool voorzien van een geluidsdemper. Yalimian woonde vier jaar in Nederland, hij leefde daarvoor in Turkije. Yalimian vluchtte naar Nederland omdat hij door de Turkse politie werd gezocht vanwege zijn politieke activiteiten. In Turkije werkte hij voor een Armeense krant en sympathiseerde hij met de linkse groepering Partizan. (14) In Nederland werkte hij als hoofdredacteur voor het blad Bajkar. Bajkar kwam op voor een vrij Armenië. Yalimian was aanvankelijk actief in de Armeense beweging. Hij werd later ook in Nederland actief voor Partizan. Daarnaast organiseerde hij hongerstakingen en acties voor Turkse asielzoekers. Volgens Partizan zou de MIT Yalimian hebben vermoord. Dit zou zijn af te leiden uit de wijze waarop de moord werd uitgevoerd en de waarschuwingen uit Turkije over het feit dat Yalimians leven gevaar liep. Op 12 november 1982 protesteerden in Utrecht vrienden en familie tegen de moord op Yalimian met een stille tocht naar het stadhuis. Daar werd een petitie overhandigd. De demonstranten wilden onder meer dat de Turkse ambassadeur door de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken aan de tand zou worden gevoeld over de aangekondigde tegenmaatregelen van de Turkse staat naar aanleiding van aanslagen op Turkse diplomaten. Op zaterdag 13 november 1982 was er in Utrecht een demonstratie met driehonderd à vierhonderd deelnemers tegen het militaire regime in Turkije 34
en de dood van Yalimian. De demonstranten riepen het Nederlandse parlement op een onderzoekscommissie in te stellen naar de moord en de achtergronden ervan. Op 19 november 1983 vond er in Utrecht een herdenking van de moord op Yalimian plaats, waaraan circa honderdvijftig personen deelnamen. Aanslagen in Twente Volgens het MIT-rapport zou op 7 juli 1983 (juiste datum: 8 augustus 1983) in Hengelo het Armeense café Sariz zijn beschoten, en op 8 juli 1983 (mogelijke juiste datum: 9 augustus 1983) zou in Enschede een bomaanslag zijn gepleegd op een “Armeense jongerenorganisatie en haar accomodaties”. In de pers werd melding gemaakt van de eerste gebeurtenis. Een “Turks theehuis” aan de Emmaweg in Hengelo werd in augustus 1983 beschoten. In de ruiten naast de voordeur van het theehuis werden vier kogelgaten aangetroffen door de politie. In het gebouw was overigens niemand aanwezig omdat het theehuis dicht was. (15) Het theehuis was in handen van Assyriërs en werd overwegend door Turkse christenen bezocht. De bomaanslag op een “Armeense jongerenorganisatie en haar accomodaties” is ons onbekend. Op 14 augustus 1983, een paar dagen na de beschieting, werd echter brand gesticht in een theehuis in de Wilhelminastraat in Enschede. De aanwezigen die in het pand lagen te slapen toen de brand uitbrak, konden de brand zelf blussen. Het theehuis werd vooral bezocht door Turkse christenen. (16) In oktober 1983 arresteerde de Nederlandse politie vier drugskoeriers. De politie stelde vervolgens een nader onderzoek in naar de activiteiten van de drugsbende die heroïne had proberen in te voeren. Als gevolg van dit onderzoek arresteerde de politie in dezelfde maand nog zeven andere personen. De meeste arrestanten komen uit Hengelo en Lochum en zijn van Turkse afkomst. Enkele leden van de bende zijn van Nederlandse afkomst. Met deze arrestaties dacht de politie de Nederlandse poot van een internationaal opererende bende uit Turkije te hebben opgerold. De politie beschuldigde de verdachten van de invoer van heroïne via Duitsland vanuit Turkije. In Nederland zou de heroïne via Hengelo en Lochum verder over Nederland zijn gedistribueerd. Meer specifiek werd hen de invoer van 350 gram heroïne in juni/juli 1983 ten laste gelegd. De 350 gram drugs zou voor verkoop naar Arnhem zijn gebracht.
(vlnr) Ayhan Akça (lid speciale eenheid van de politie), Ibrahim Sahin (hoofd van de speciale eenheden van de politie) en Abdullah Çatli tijdens het besnijdingsfeest van de zonen van Akça en Ziya Bandirmalioglu (lid speciale eenheid van de politie), Istanbul, 3 september 1995 (foto: Hürriyet)
35
Deze drugs werden overigens nooit gevonden. Daarnaast zouden leden van de bende betrokken zijn geweest bij de beschieting van het theehuis in Hengelo op 8 augustus 1983, de brandstichting van het theehuis in Enschede op 14 augustus 1983 en de brandstichting in de woning van de medeverdachte O.Ç. (vermoedelijke naam Orhan Çakar) in Hengelo op 9 september 1983. O.Ç. zou de opdracht hebben gegeven tot de beschieting en de twee brandstichtingen. Een zekere B., die ook met de bende te maken zou hebben, werd niet gearresteerd. Hij bevond zich op vrije voeten in Turkije. In de Tubantia werd B. getypeerd als de leider van de maffia in Turkije. (17) In januari 1984 vond voor de Almelose rechtbank een rechtszaak plaats tegen acht verdachten. De officier van justitie B.W.F. van Riemsdijk sprak van intimidatie als motief voor de brandstichting op het theehuis in Enschede en de beschieting van het theehuis in Hengelo. Hij sprak over "terroïde daden in de godsdienstsfeer". (18) De brand in de woning van O.Ç. zou volgens Van Riemsdijk zijn bedoeld om de verzekering op te lichten. Op 17 januari deed de rechtbank uitspraak. O.Ç. kreeg drie jaar gevangenisstraf voor zijn rol in de brandstichtingen en de beschieting. De zwaarste straf ging naar A.G. (vermoedelijke naam Ahmet Gungormus). Hij zou het drugstranport naar Arnhem hebben georganiseerd. De straffen voor de andere verdachten liepen uiteen van twaalf maanden, waarvan drie voorwaardelijk, tot drie jaar gevangenisstraf. (19) Kamervragen Op 24 november 1982 stelde het Tweede Kamerlid Andrée Van Es van de PSP vragen aan de toenmalige minister van Justitie Korthals Altes over de moord op Yalimian. Zij wilde onder meer van de minister weten of, en zo ja hoe, de MIT en de Grijze Wolven waren betrokken bij de moord en hoe hij dergelijke aanslagen in de toekomst dacht te voorkomen. Korthals Altes antwoordde - op 17 januari 1983 – dat er geen aanwijzingen waren voor de betrokkenheid van de MIT of de Grijze Wolven bij de moord. De politie van Utrecht stelde overigens in november 1982 al dat zij geen concrete aanwijzingen had voor politieke motieven voor de moord. Naar aanleiding van een publicatie in het NRC op 14 maart 1998 kreeg de rol van de MIT bij de drie incidenten in Nederland ook parlementaire aandacht middels vragen. (20) In de vragen stond centraal of de ministeries van Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken en Justitie op de hoogte zijn geweest van een mogelijke rol van de MIT bij de incidenten en zo ja wat de ministers daarvan vonden. Ook wilde men weten of er nog steeds activiteiten van de MIT in Nederland plaatsvonden. (21) De antwoorden van de overheid kwamen er kort gezegd op neer dat uit de politionele en justitiële onderzoeken vanwege de drie incidenten niets was gebleken van een politieke achtergrond, noch van betrokkenheid van de MIT of andere Turkse staatsinstellingen. (22) Bron: Bandenrepublik Türkei?, Der Susurlukbericht des Ministerialinspektors Kutlu Savas, Internationaler Verein für Menschenrechte der Kurden (IMK), Bonn, Papiertiger, Archiv und Bibliothek, Berlijn, 1998.
Noten: 1): Zie het artikel ‘De acties van de MIT in West-Europa – Het Susurluk-rapport van Kutlu Savas’ elders in deze publicatie. 2): Çatli: De Grijze Wolf Abdullah Çatli kwam om het leven bij een auto-ongeluk op 3 november 1996 bij Susurluk in Turkije. Çatli werd al achttien jaar gezocht door Interpol. Hij werd met talloze misdaden in verband gebracht. Hij was onder meer betrokken bij de moord op zeven leden van de Turkse Arbeiderspartij (TIP) in Bahçelievler-Ankara, de moord op een medewerker van de krant Milliyet en de aanslag op paus Johannes Paulus II. Kirci: De Grijze Wolf Haluk Kirci stond in kringen van Grijze Wolven bekend onder de bijnaam ‘Idi Amin’. Hij was in 1978 betrokken bij de moord op een officier van justitie en de moord op zeven leden van de TIP in Bahçelievler-Ankara. Hij legde verklaringen af over anderen tijdens de rechtszaak vanwege de moordpartij in Bahçelievler. Kirci kreeg daarom strafvermindering. Kirci werd in 1989 voorwaardelijk in vrijheid gesteld. Hij hoorde later bij de speciale eenheid van Mehmet Agar (DYP-parlementariër, voormalig minister van Justitie en Binnenlandse Zaken, ex-politiechef van Turkije). Na de dood van Çatli bij het plaatsje Susurluk nam Kirci vermoedelijk de leiding van diens bende op zich. Hij werd toen al gezocht omdat een rechter vond dat er een rekenfout was gemaakt bij het berekenen van de duur van zijn straf. Kirci dook onder en werd tenslotte op 10 januari 1999 gearresteerd. Kirci werd overigens ook gezocht voor andere misdaden. Zie ook: Peter van Buren, De Turkse maffia, de Turkse staat en de MHP, in: Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts, Comité ‘Stop de Grijze Wolven’, FOK, 1997. 3): Evren: geduld met Armeniërs is op, de Volkskrant, 30 augustus 1982. 4): De lange arm van de junta, Nubar Yalim vermoord, Turkije Krant, nummer 5/6, april 1983. 5): Evren: guduld met Armeniërs is op, de Volkskrant, 30 augustus 1982. 6): De leider van ASALA gebruikte diverse pseudoniemen, onder andere Mihran Mihranian en Vahran Vahranian. Het meest bekende pseudoniem was Hagop Hagopian. Zijn echte naam was Bedros Ohanessian (Howanassian). Hij werd op 24 april 1988 in Athene vermoedelijk door politieke tegenstanders vermoord. 7): Michael Gunter, Contemporary Armenian Terrorism, Terrorism: An International Journal, jaargang 8, nummer 3, 1986. 8): ibid. 9): ibid. 10): Erich Feigl, A myth of terror, Armenian terrorism: Its causes and its historical context, Edition Zeitgeschichte, Salzburg, 1986. 11): Michael Gunter, Contemporary Armenian Terrorism, Terrorism: An International Journal, jaargang 8, nummer 3, 1986. 12): Rev. James Karnusian, retired pastor and one of three persons to establish ASALA, dies in Switzerland, The Armenian Reporter International, 18 april 1998. 13): Michael Gunter, Contemporary Armenian Terrorism, Terrorism: An International Journal, jaargang 8, nummer 3, 1986. 14): Partizan is verbonden met de maoïstische Communistische Partij van Turkije/Marxistisch-Leninistisch (TKP/ML). 15): Turks theehuis in Hengelo beschoten, Hengelo’s Dagblad, 9 augustus 1983. 16): Brand gesticht in Turks theehuis, Twentse Courant, 15 augustus 1983. 17): Heroïne/brandstichting: hoogste eis vier jaren, Tubantia, 11 januari 1984 18): ibid. 19): Celstraffen voor import heroïne, Tubantia, 18 januari 1984 20): Moord op vluchteling in opdracht Turkije, NRC, 14 maart 1998. 21): Vragen van de leden Lilipaly en Dijksma (beiden PvdA) over vermeende acties van de Turkse geheime dienst (ingezonden 20 maart 1998, nr. 2979809350), vragen van de leden Rabbae en Sipkes (beiden GroenLinks) over vermeende acties van de Turkse geheime dienst (ingezonden 23 maart 1998, nr. 2979809520). 22): Antwoord van minister Dijkstal (Binnenlandse Zaken), mede namens de ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie (ontvangen 2 juni 1998) op vragen van de leden Lilipaly en Dijksma (beiden PvdA) over vermeende acties van de Turkse geheime dienst. (ingezonden 20 maart 1998, nr. 2979809350).
36
37
7. DE ACTIES VAN DE MIT IN WEST-EUROPA HET SUSURLUK-RAPPORT VAN KUTLU SAVAS Het document van de MIT over Abdullah Çatli wordt hieronder volledig weergegeven. Het document staat op pagina 77, 78 en 79 van het Susurluk-rapport. Als bron hebben we het boek gebruikt van Selahattin Çelik, ‘Verbrecher Staat, Der ‘Susurluk-Zwischenfall’ und die Verflechtung von Staat, Unterwelt und Konterguerilla in der Türkei’. Overigens is ons gebleken, na verificatie met krantenartikelen, parlementaire stukken en het originele document, dat een aantal data in het originele document dan wel in de Duitse vertaling fout zijn. De juiste data staan cursief tussen haakjes aangegeven. Daarnaast hebben we krantenartikelen over de aanslagen in samengevatte vorm als noten toegevoegd. "In het kader van de tegen ASALA gerichte activiteiten, die in 1982 begonnen, nam de MIT op 22 oktober 1983 in Parijs/Frankrijk contact met hem (Çatli, red.) op. Bij de eerste bijeenkomst werd hem gevraagd of hij deze taak op zich wilde nemen. Nadat hij deze had aanvaard, werd de opdracht aan hem overgedragen. Tegen Armeense doelen werden de volgende acties gepland en uitgevoerd: • Op 5/6 december 1983 in Parijs/Frankrijk twee autobommen tegen het voertuig van Ara Toranian. (1) • Op 17 maart 1984 in Marseille/Frankrijk een bomaanslag op de Armeense jongerenorganisatie. • Op 1 mei 1984 in Parijs/Frankrijk een autobom tegen het voertuig van Henri Papazian (de bom ontplofte niet). • Op 4 mei 1984 in Alfortville/Frankrijk bomaanslagen op het Armeense monument, het gebouw van de Armeense jongerenorganisatie, de sportzaal, het politiebureau en de brandweer. (2) • Op 24 juni 1984 in Parijs/Frankrijk een bomaanslag op een Armeens politiek-cultureel jongerencentrum. Na de arrestatie van Çatli op 24 oktober 1984 in Frankrijk vanwege drugs werd het contact met hem verbroken. De in 1982 begonnen activiteiten tegen de Armeense terreurorganisatie werden voortgezet tot eind 1985. De lijst van acties in dit verband is toegevoegd aan de bijlage. Naast Abdullah Çatli en diens groep werden de acties door een behoorlijk aantal andere groepen uitgevoerd die geen organisatorische band met hem hadden. • Op 14 november 1982 (5 november 1982) in Utrecht/Nederland de moord op Nubar Yalimian. • Op 22 maart 1983 in Parijs/Frankrijk een bom in de auto van Ara Toranian (de bom explodeert niet). (3) • Op 3 juli 1983 in Parijs/Frankrijk een bomaanslag op het makelaarskantoor van de vader van Ara Toranian (de bom ontploft niet) en een bomaanslag op een Armeense boekwinkel. • Op 7 juli 1983 (8 augustus 1983) in Hengelo/Nederland de beschieting van het Armeense café Sariz. • Op 8 juli 1983 (de aanslag is ons onbekend, red.) in Enschede/Nederland een bomaanslag op de Armeense jongerenorganisatie en hun accomodaties. • Op 22 juli 1983 (27 juli 1983) in Parijs/Frankrijk een bomaanslag op het Armeense culturele centrum, de Armeense radio en een persbureau van ASALA. (4) • Op 28 juli 1983 in Parijs/Frankrijk een bomaanslag op het Armeense culturele centrum, de radio en het persbureau. • Op 25 november 1984 in Salle Pleyel/Frankrijk een bomaanslag op een concertzaal, die als vergaderruimte voor zestien Armeense organisaties diende. (5) • Op 5 december 1985 een moord op een Armeniër. • Op 14 december 1985 in Lyon/Frankrijk de moord op Hayk Degirmeno." 39
Kutlu Savas trekt na de publicatie van het document van de MIT de volgende conclusie: "Er bevindt zich ook in het archief van het departement van de minister-president nergens een document over hoe de MIT deze personen opdrachten heeft gegeven of hoe de organisaties daartoe werden opgericht. Er valt slechts vast te stellen dat de vorming van de organisatie en de verstrekking van haar opdracht plaatsvond in het begin van de jaren tachtig. Dat dit gebeurde met de toestemming van de toenmalige voorzitter van de Nationale Veiligheidsraad (MGK), Kenan Evren, en dat in opdracht van de MIT, Hiram Abas, Abdullah Çatli en Haluk Kirci werden belast met de uitvoering van de opdracht. Dat valt op te maken uit de verklaringen van de plaatsvervangende MIT-afgezant, de heer Alpay." (Susurluk-rapport, pagina 79) 1): De leider van de Armeense Nationale Beweging, Ara Toranian, raakte lichtgewond bij een bomaanslag in Parijs. Toen hij voor zijn huis uit zijn auto stapte, ontplofte de bom. (de Volkskrant, 6 december 1983) 2): In de Parijse voorstad Alfortville vonden drie bomaanslagen plaats. Er vielen dertien gewonden. De explosies waren gericht tegen de Armeense gemeenschap en een pas onthuld monument ter herdenking van de Armeense genocide. Elf gewonden vielen tijdens een explosie bij een door Armeniërs frequent bezocht café. De tweede explosie vond op honderd meter afstand van het monument plaats en de laatste explosie op tien meter afstand van het monument. Daarbij vielen twee gewonden. De aanslagen werden later telefonisch geclaimd door de tot dan toe onbekende ‘Anti-Armeense Organisatie’ bij het Franse persagentschap AFP. Een man die zei te spreken namens de groep, kondigde aan dat “nog meer aanslagen zullen volgen, als represaille voor de aanslagen die door Armeense organisaties zijn gepleegd op (Turkse, red.) diplomaten”. (de Volkskrant, 4 mei 1984, NRC, 5 mei 1984) 3): De leider van de in Frankrijk gevestigde Armeense Nationale Beweging, Jean Marc Toranian, was in Parijs het doelwit van een mislukte aanslag. Een onder zijn auto geplaatste bom kwam niet tot ontploffing en werd ontmanteld. (Tageszeitung, 24 maart 1983) 4): Bij het cultureel centrum van Armeniërs in een voorstad van Parijs ontplofte een bom. Eén persoon raakte lichtgewond. (de Volkskrant, 28 juli 1983) 5): Zes mensen raakten in Parijs gewond bij een bomaanslag op een Armeens folkloristisch festival. De explosie sloeg een gat in de muur van de ingang van het gebouw, de Salle Pleyel. (Trouw, 26 november 1984)
40
8. C.E.M. VAKFIEEN TURKS-NATIONALISTISCHE ALEVIETISCHE ORGANISATIE ‘Er wordt beweerd dat Alevieten in kwade reuk staan bij de Grijze Wolven’, meent de Turkse Federatie Nederland. Zij draagt om dit te ontkennen bewijzen aan die in Turkije zijn bekokstoofd. De TFN wil doen geloven dat de Turkse regering alevieten niet lastig valt maar juist ondersteunt. In het boek Graue Wölfe heulen wieder (F. Aslan en K. Bozay, 1997) wordt hier vanuit een andere optiek op ingegaan. In het eerste nummer van het ‘nieuws bulletin’ van de Turkse Federatie Nederland (TFN), genaamd Agenda, wordt ingegaan op de publiciteit rond de Grijze Wolven in Nederland. Met name het boek van Stella Braam en Mehmet Ülger valt zeer slecht bij de makers van het blad, dat uitkomt in november 1997. In een ander artikel is al nader ingegaan op de reactie van de TFN op deze publiciteit, we zullen er daarom niet al te diep op ingaan. Men poogt in Agenda het boek van Ülger en Braam met weinig inhoudelijke argumenten te weerleggen. Daarnaast geeft men soms juist informatie die de stellingen van deze twee schrijvers onderbouwen. Eén van deze stellingen gaat over het alevietisme. Op pagina 16 van Agenda nummer 1 wordt daarover het volgende vermeld: “Er wordt beweerd dat Alevieten in kwade reuk staan bij de Grijze Wolven. De TFN heeft in 1997 op verscheidene plaatsen in Nederland lezingen georganiseerd over Alevieten. Het is onzin om te beweren dat deze mensen niet door ons worden geaccepteerd. Dit is naar onze mening door de schrijvers opzettelijk vermeld om zo een breuk tot stand te brengen binnen de Turkse maatschappij. De heer Yildizeli (voorzitter TFN) is notabene de vertegenwoordiger van het alevietische blad Cem.” Het blad Cem is een uitgave van de C.E.M. Vakfi, een Turkse semi-overheidsinstelling die de alevieten moet pacificeren tot brave, nationalistische, soennitische staatsburgers. De C.E.M. laat de alevieten dus niet voor wat ze zijn, maar wil ze uit politieke overwegingen hun religieuze identiteit ontnemen. Over C.E.M. Vakfi en diens connecties met extreemnationalistische Turkse organisaties wordt in het boek van Fikret Aslan en Kemal Bozay uit 1997, Graue Wölfe heulen wieder, Türkische Faschisten und ihre Vernetzung in der BRD, steekhoudend aandacht besteed. We geven hun bevindingen over C.E.M. Vakfi hieronder in bewerkte vorm weer. Alevieten in Turkije Met name door het sterker worden van de alevietische beweging in Turkije en Europa, traden de alevieten steeds meer op de voorgrond. Ze eisten zelfstandigheid en gelijkstelling en vrijheid voor alle geloofsopvattingen. Tot 1980 vormden de alevieten de ruggegraat van verschillende links-georiënteerde stromingen en partijen. Hierdoor waren ze de extreemnationalisten een doorn in het oog. De alevieten waren naast de socialisten en de communisten dan ook het belangrijkste aanvalsdoel voor de MHP. Na de putsch van 12 september 1980 werd zowel door de staat als in de officiële staatsideologie gepoogd de slachtingen onder de alevieten te ontkennen of deze voor te stellen als "een daad van de communisten en de Armeniërs". Midden jaren tachtig kwam het tot de eerste officiële organisatorische verbanden tussen alevietische verenigingen (cemaatler) en de staat. De algemene belangstelling voor de alevietische geloofsrichting, die vanaf de Osmaanse periode door de heersers permanent werd onderdrukt, was inmiddels zo sterk, dat men deze bewegingen op officieel Turks staatsniveau voor zich wilde winnen. Anderzijds zaaide men om interne conflicten uit te lokken permanent onrust in de alevietische organisaties. Zelfs islamisten (Welvaartspartij) en extreem-nationalisten (MHP) probeerden het alevietische potentieel - meer dan een vierde van het kiezerspotentieel - voor zich te winnen. In het nabij de MÇP/MHP-staande blad Yeni Düsünce verklaarde 41
Nazim Dede, die door Yeni Düsünce als 'leider van de Turkse alevieten' werd gepresenteerd, het volgende: "De alevieten komen eigenlijk voort uit een traditie, die zeer dichtbij de sharia staat. Daar zij echter een gemeenschap vormen die 'lichtgelovig' is, staan zij open voor het bedrog van de Koerden en de communisten. Om deze onwetendheid (cehalet) te verhelpen, is de hulp van de staat noodzakelijk." (1) De Turkse staat ging zelfs zo ver dat zij eigen alevietische organisaties in het leven riep en deze met niet onaanzienlijke hoeveelheden geld ondersteunde. Dit deed zij om de alevietische beweging, die de Turkse staat van oudsher wantrouwt, te verdelen. Het oude, maar desondanks toch alomtegenwoordige machtsdenken in de zin van 'verdeel en heers', werd dus ook toegepast op de alevietische beweging. De meeste nieuw ontstane alevietische organisaties en verenigingen voerden een gematigde politiek en bedreven geen directe oppositie tegen het Turkse regime. Wel uitten zij van tijd tot tijd kritiek over de mensenrechtenkwesties en de kwestie van de gelijkstelling van alle volkeren in Turkije. Ze waren en zijn ver verwijderd van gehoorzaam beamen. Gelijktijdig met de verdeel en heers politiek voerde de Turkse geheime dienst MIT een offensief tegen de alevieten. Hun onafgebroken infiltratiepogingen wierpen echter weinig vrucht af. Men besloot daarom een eigen alevietische organisatie op te richten. Men hoopte zo de kracht van de democratische, progressieve, alevietische organisaties te verminderen. C.E.M. Vakfi De semi-overheidsstichting Republikeinse Stichting voor Vorming en Cultuur, in het Turks Cumhuriyetçi Egitim ve Kültür Merkezi Vakfi (C.E.M. Vakfi), werd in 1995 in het leven geroepen. De afkorting van de beginletters vormt bewust het begrip C.E.M. Dit begrip moet anologieën oproepen met het alevietische ritueel de cem. Met de steun van een bekende staatsgetrouwe alevietische dede (religieuze leider van de alevieten), Izzettin Dogan, werd een bekende alevietische persoonlijkheid voor het karretje van deze beweging gespannen. De vernietiging van de gematigde en linkse alevietische organisaties is voor de Turkse regering van grote betekenis. Dit belang valt onder meer af te leiden uit de belofte van het ministerie voor Religieuze Zaken om een deel van het budget voor de C.E.M.Vakfi apart te houden, een glossy tijdschrift met de naam Cem te subsidiëren en een reusachtig budget voor de opbouw van een C.E.M.-netwerk in binnen- en buitenland beschikbaar te stellen. Op officieel staatsniveau poogt men, met behulp van de Republikeinse Stichting voor Vorming en Cultuur, te voorkomen dat alevieten, Koerden en andere oppositionele krachten elkaar wederzijds steunen. Een tweede front van oproer in Centraal- en West-Anatolië zou namelijk het einde betekenen voor de heersende klasse, aangezien men aan het 'Oostfront' tegen de Koerden ver verwijderd schijnt te zijn van een tevredenstellende, definitieve 'oplossing' ten behoeve van de heersenden. (2) Het Turkse regime poogt het probleem op te lossen middels de islamisering van de alevieten. Het is geen toeval dat zich naast of in de gebedshuizen (cem evi) van de C.E.M. Vakfi ook kleine moskeeën (mescit) bevinden. De gematigde en linkse alevietische verenigingen respectievelijk hun bestuursleden worden met veel beloften systematisch geronseld. Daarnaast wordt Izzettin Dogan door de rechtse Turkse media naar voren geschoven als de enige echte 'alevietische leider'. De onafhankelijke alevietische organisaties zijn de religieus-fundamentalistische en nationalistische machthebbers, zoals Tansu Çiller en Necmettin Erbakan, een doorn in het oog. Dit blijkt onder andere uit een geheim rapport (nummer: B050HID0000093/472) van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken van 3 januari 1997. Daarin wordt gesteld: "De personen die bij de alevieten een aangeboren leiderschap bezitten en de staat steunen, moeten in zoverre worden gesteund dat hun invloed op deze groepen toeneemt." Vanwege deze redenen werd eerst in Turkije en later ook in Duitsland een Republikeinse Stichting voor Vorming en Cultuur opgericht.
42
Deel van de colofon van Cem met daarin de naam van Yildizeli (illustratie: Agenda)
Duitse C.E.M. De Duitse vertegenwoordiging van de C.E.M. Vakfi hield op 26 april 1997 in Essen haar oprichtingscongres. Tot vertegenwoordiger voor Duitsland werd de Essense 'sociaal-democraat' Halis Özkan aangewezen. Aan de bijeenkomst namen onder andere de Essense consulgeneraal Erol Etçioglu en de Münsterse consul-generaal Günes Altan deel. De minister van de deelstaat Nordrhein-Westfalen Rau stuurde een groetboodschap. Circa vijfhonderd mensen namen deel aan de bijeenkomst. Sinds de oprichting van de C.E.M. Vakfi hebben geen interne verkiezingen plaatsgevonden - noch in Turkije, noch in de BRD. De zelfbenoemde leider van de alevieten, Izzettin Dogan, heeft zich tot op heden (tot half 1997, red.) niet hoeven te onderwerpen aan deze democratische verplichting. Dit geldt ook voor de door de Turkse regering benoemde vertegenwoordiger voor Duitsland Halis Özkan.
Er blijken inderdaad officiële connecties te bestaan tussen de C.E.M. Vakfi en Turkse rechts-extremisten. Deze connecties kwamen onder meer aan het licht naar aanleiding van een serie bijeenkomsten met Izzettin Dogan in Nederland. Dogan had samen met de Nederlandse vertegenwoordiging van de Turkse Federatie Nederland een serie voordrachten georganiseerd, waarin hij zijn variant van het 'volkse alevietendom' wilde presenteren. Hoewel Halis Özkan zich graag als sociaal-democraat presenteert en al jarenlang lid is van de SPD in Essen, praat hij open over zijn sympathie voor de Turkse rechts-extremisten. Zo antwoordde hij op 6 april 1997 in de Alevietische Gemeente in Velbert op de vraag "Wat vindt u van de aleviet Hüseyin Kocadag, die bij het ongeluk van Susurluk om het leven kwam?": "We moeten hopen dat onze moeders duizenden Kocadag's baren". Kocadag was een beruchte hoofdcommissaris van politie in Hakkari en Diyarbakir. Later was hij werkzaam als directeur bij de Afdeling voor Terrorismebestrijding (van de politie, red.) in Istanbul. Terwijl Özkan aan de ene kant verklaart dat zijn chef, Izzettin Dogan, niet deelnam aan de serie MHP-bijeenkomsten in Nederland, geeft hij aan de andere kant toe dat hij zelf wel werd uitgenodigd door de voorzitter van de Turkse Federatie Nederland, Hikmet Yildizeli. Bovendien blijkt hij enkel te hebben afgezegd vanwege tijdgebrek. Tegenover de Milliyet (8 mei 1997) verdedigt hij zijn 'dialoog' met de fascisten: "Ons tijdperk is het tijdperk van de dialoog. Hoe lang willen de alevieten eigenlijk de hun toegestoken handen nog afwijzen. Ook Arafat heeft zich verzoend met Israël. Waarom zouden ook wij niet bijeenkomen (met de MHP, red.)." Özkan verbergt zijn connecties met de in kwade reuk staande Turkse regering niet. Terwijl zelfs Europese politici direct contact met Çiller en Erbakan vermijden, beroemt hij zich op de toestemming die hij heeft ontvangen van de fundamentalistische Turkse minister-president Erbakan voor de oprichting van de Duitse vertegenwoordiging van de C.E.M. Vakfi. Hij bevestigt daarmee dat deze organisatie direct orders ontvangt van de Turkse regering.
43
De doelen van de Duitse C.E.M. Vakfi zijn mede daardoor duidelijk: net zoals in Turkije, moeten ook hier de progressieve alevieten in de nationalistisch-islamitische 'golven' ten onder gaan. Het doel is een eenheidsstaat met een eenheidsras en een eenheidsreligie. Werd de oppositie vroeger nog bestreden met behulp van bewapende rechtsradikale benden (Grijze Wolven), heden ten dage maakt men gebruik van subtielere methoden, zoals geformuleerd in de taakstelling van de Republikeinse Stichting voor Vorming en Cultuur. Gesteund met het kapitaal van de staat en de onverhulde steun van de Turkse media, met het Hürriyet-concern (kranten, bladen en tv-station) als marktleider in Duitsland voorop, gelooft men binnen afzienbare tijd, de alevietische organisaties in Turkije op de knieën te kunnen krijgen. In hoeverre dit voornemen succes zal hebben, zal niet in de laatste plaats afhangen van de erkenning van de C.E.M. Vakfi door de Duitse staat als representant van de alevieten in Duitsland. De inspanningen van de Turkse consulaten en de Turkse ambassadeur daartoe mogen daarom geen succes hebben in de Duitse publieke opinie. Een marionettenorganisatie, die overduidelijk vanuit het machtscentrum in Ankara wordt bestuurd, mag geen publieke legitimatie of erkenning krijgen, opdat de alevietische bevolking in Duitsland, en daarmee ook in Turkije, het recht op vrijheid niet wordt ontnomen. Noten: 1): Geciteerd in: Tanil Bora, Kemal Can, Devlet Ocak Dergah, pagina 489; "Sol, Alevileri Sömürüyor", 1 september 1989, "Alevilik Maskesi Altinda Bölücülük yapiliyor", 25 mei 1990. 2): Sinds de arrestatie en de gevangenhouding van de leider van de PKK, Abdullah Öcalan, begin 1999 is de Koerdische kwestie een minder groot probleem voor de Turkse staat. De ‘twee fronten-theorie’ van de schrijvers boet daardoor aan kracht in. (noot van de redactie)
9. INCIDENTEN IN NEDERLAND Grijze Wolven in Nederland waren de afgelopen tijd betrokken bij een groot aantal incidenten. Het Comité ‘Stop de Grijze Wolven’ heeft geprobeerd om alle gebeurtenissen te achterhalen en te onderzoeken. De lijst die zo ontstond, kan echter onvolledig zijn. Behalve van de gebeurtenissen in Nederland, is een inventarisatie gemaakt van de incidenten in Duitsland en de rest van Europa. De lijst met Nederlandse incidenten loopt terug tot aan de publicatie-datum van ‘Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts’ (1997), afgezien van een paar nieuwe incidenten die pas na onderzoek aan het licht kwamen. De gebeurtenissen zijn alfabetisch gerangschikt op plaatsnaam en chronologisch gerangschikt per plaats. Gebeurtenissen in een bepaalde stad die elders in dit boek uitvoerig worden beschreven, zijn buiten de lijst gehouden. Amersfoort • 27 september 1999 In het centrum van Amersfoort organiseert Amersfoort Solidair een manifestatie voor de Zaterdagmoeders, een organisatie tegen verdwijningen in Turkije. Zij halen handtekeningen op en delen folders uit. Door het grote aantal demonstranten durven de toegestroomde Grijze Wolven, duidelijk herkenbaar door de tekens en gebaren die ze maken, niet aan te vallen en blijft het bij schelden en dreigen. brief Amersfoort Solidair, 6 november 1997 • 21 september 1997 In Amersfoort wordt een dreigbrief rondgestuurd aan Koerden, alevieten en progressieve Turken. De tekst van de dreigbrief luidt als volgt: "Ophouden of wegwezen. De vlag zal nooit worden neergehaald, en het land zal nooit worden verdeeld. We weten dat jij actief bent en dat je een verlengsnoer bent van de landverraders in Turkije. Als jij je activiteiten niet staakt, dan zul je daar de gevolgen van ondervinden. Iedere martelaar voor het Vaderland. God beschermt Turkije." Het fysieke geweld en de verbale intimidatie van leden van de Turks-Koerdische gemeenschap door Grijze Wolven neemt toe. Slachtoffers die aangifte willen doen bij de politie lukt het niet om in het procesverbaal opgenomen te krijgen dat de daders moeten worden gezocht in kringen van Grijze Wolven, ondanks hun aanwijzingen en bewijzen. Klachten worden door de Amersfoortse politie afgedaan als incidenten. De Grijze Wolven beschikken in Amersfoort over een eigen ruimte in de moskee in de wijk Kruiskamp. Het bestuur van de moskee is in handen van de Grijze Wolven en ongeveer 60% van de moskeegangers steunde in 1997 de MHP. Amersfoortse Courant, 4 oktober 1997, brief Amersfoort Solidair, 6 november 1997
Amsterdam • december 1999 Het Turks Cultureel Centrum in Amsterdam organiseert een informatieve bijeenkomst over bejaarden- en gezondheidszorg, kinderbijslag en de ontwikkeling van het Turkse bedrijfsleven in Nederland. Als gasten zijn onder meer de VVD-parlementariërs Fadime Örgü, Erica Terpstra en Patricia Remak aanwezig. Gespreksleider is Cengizhan Kilinç, een ex-lid van de proviciale staten van Zuid-Holland. Terpstra laat onder meer weten dat het erg moeilijk zal zijn om voor elke minderheid in Nederland een eigen bejaardenvoorziening te creëren. Girisimcinin profili degisti, Hürriyet, 9 december 1998 • 20 september 1999 Rond de olieworsteltoernooien, die sinds 1997 in Amsterdam worden georganiseerd, ontstaat een wellesnietes spel over in hoeverre Grijze Wolven het toernooi domineren. Ook in de voorafgaande jaren speelde deze vraag. Een Parool-journalist schrijft na bezoek aan het tournooi: "Prominent deel van het aangeboden assortiment is het boek Hoe gevaarlijk zijn de Turken? van Mohamed El-Fers, medeorganisator van de Amsterdam Kirkpinar (olieworsteltoernooi), en Chris Nibbering. Het is een tegenoffensief, gelanceerd na alle commotie over ‘Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreem-
44
45
rechts’ van de journalisten Stella Braam en Mehmet Ülger. Ook te koop: een boek dat de genocide op de Armeniërs ten tijde van het Osmaanse Rijk afdoet als propaganda en in plaats daarvan spreekt over 'mensvriendelijke verplaatsing', een boek over de onderdrukking van de vijftig miljoen Turken die in China wonen en een boek over de Cypriotische zaak bezien vanuit Turks perspectief" Parool, 20 september 1999
is het kantoor gevestigd van de Arnhemse Grijze Wolven. Dursun Usta, voorzitter van de jongerenvereniging van Grijze Wolven en kersvers CDA-lid, houdt de CDA-fractievoorzitter voor dat "als het CDA het plan voor de nieuwe moskee steunt, de Turken massaal op het CDA zullen stemmen en dit drie zetels op kan leveren." Volkskrant, 24 september 1997, De Gelderlander, 2 juli 1998
• 9 november 1998 In het stadhuis van Amsterdam wordt een forumavond gehouden in het kader van de herdenking van de Kristalnacht. Stella Braam, coauteur van het boek Grijze Wolven, een zoektocht naar Turks extreemrechts, zit in het panel. Er blijken diverse Grijze Wolven aanwezig, compleet met camera's van de Turkse Omroep Stichting (TOS), een lidorganisatie van de Turkse Federatie Nederland. De TOS deed al eerder van zich spreken door beelden van Braam als toeschouwer bij een olieworsteltoernooi af te staan aan Mokum-TV. Deze vertoonde vervolgens eindeloos haar bevroren beeld op de televisie: een verkapte oproep tot wraak. Bij Mokum-TV werkt Mohamed El-Fers, één van de grootste niet-Turkse pleitbezorgers van de Grijze Wolven in Nederland. De aanwezigheid van de TOS bij de forumavond en de actie van Mokum-TV resulteren in een paginagroot artikel in het Parool, waarin Braam uit de doeken doet wat er gebeurde na haar gedwongen onderduik. Ook komt het tot een korte briefwisseling in het Parool tussen Stella Braam en Mohamed El-Fers. In het interview stelt Braam onder meer dat „de zogenaamde afdeling onderwijs van het hoofdkwartier van de Turkse Federatie in Zeeburg door haar en Ülger „een subsidie van een halve ton kwijtraakte en dat begin dat jaar de vrouwenorganisatie al een subsidie van tweeduizend gulden verloor. In een andere opmerkelijke passage vertelt zij dat de CID doorgaf dat er vanuit Turkije een huurmoordenaar naar Nederland onderweg was „om iets met die journalisten te doen”. Op Schiphol werd deze man onderschept. De assistent van Stella Braam werd geïntimideerd: tien Turken ontvoerden haar onder bedreiging van een pistool en roofden haar sleutels. De sleutels gaven toegang tot het kantoor van Stella Braam. Blaffende honden bijten wel, Parool, 11 november 1998
• 3 april 1999 Op zaterdag 3 april 1999 vindt in het Lorentz College de herdenking plaats van de dood van de inmiddels drie jaar geleden gestorven Alparslan Türkes, die algemeen beschouwd wordt als de grote leider van de Grijze Wolven. De uitnodiging is verstuurd door het cultuur- en educatiecentrum Imam Ahmet Yesevi, een lidorganisatie van de Turkse Federatie Nederland. Enige honderden Turken komen in de aula van het college bij elkaar. De aanwezigen zingen na het Turkse volkslied verzen uit de koran. In de aula van de school hangt een metershoog portret van Türkes. In de hal van het college worden die dag boeken en stickers verkocht. Sommige zijn voorzien van het MHP-symbool, de drie halve manen. Op andere is het symbool van de Grijze Wolven te zien, een huilende wolf. De bijeenkomst is georganiseerd door de Arnhemmer Dursun Usta. Er volgen verschillende bewogen reacties op de bijeenkomst in de school, onder meer over het gebruik van het teken met de drie halve manen, dat door de MHP in de jaren zeventig op haar derde partijcongres in Adana (Turkije) als officieel partijsymbool werd aangenomen. Yücel Yesilgöz, criminoloog aan het Willem Pompe Instituut in Utrecht, heeft geen goed woord over voor het schoolbestuur dat de aula verhuurde: "Dat vind ik heel onverstandig. Het gaat duidelijk om een bijeenkomst van racisten. Als school associeer je je daar nu mee. Turkse en Koerdische kinderen voelen zich straks niet meer thuis op die school." Schooldirecteur J. Meens zegt dat hij pas wist dat het om een Grijze Wolvenmanifestatie ging toen hij werd gewaarschuwd. Directievoorzitter Boersma: "We staan geen politieke manifestaties toe in de school, zeker niet met een racistisch of fascistisch tintje. Als we dit van tevoren hadden geweten, was de school niet verhuurd. Dit hoef ik hier niet."
• 10 oktober 1997 In de zomer van 1997 stuurt de Stichting Turkse Cultuur en Historie Grijze Wolvenpropaganda aan talloze instellingen en organisaties in Nederland.
Een paar dagen na de bijeenkomst in het Lorentz College publiceert De Gelderlander een ingezonden brief van Dursun Usta. Hij ziet in het symbool van
Het materiaal bestaat uit de volgende brochures:
de MHP met de drie halve manen niets anders dan een vlag van de Osmanen. Voorzitter M. Uysal van de Turks Islamitische Culturele Federatie, de
PKK-Reality 1 (Nederlands en Engels) PKK-Reality 2 (Nederlands) De Realiteit van de Grijze Wolf (Nederlands, Engels, Duits en Turks)
landelijke organisatie waar ook de moskee aan de Velperweg onder valt, schrijft een reactie op de beschuldigingen aan het College van B&W van Arnhem. "De TICF betreurt deze onjuiste berichtgeving en distantieert zich van de aantijgingen dan wel de beschuldigingen die gericht zijn naar (de bij) ons aan-
De Afkomst van de Koerden (Nederlands, Engels, Duits en Turks) Van Traa Rapport onder de loep (Nederlands, Engels, Duits en Turks)
niveau. Vanuit de moskeeën worden activiteiten opgezet die grote bijdragen leveren aan de integratie, participatie en emancipatie van de achterban. Ik
Wie is Hüseyin Baybasin (Nederlands en Turks)
standhouding. Daarom achtte ik (het) noodzakelijk om u te laten weten dat wij afstand nemen van deze berichtgeving die naar ons inziens onjuist is." De Gelderlander, 7 april 1999, Hugh Poulton, Top Hat, Grey Wolf and Crescent, Turkish Nationalism and the Turkish Republic, brief TICF aan College van B&W Arnhem, 14 april 1999
De brochures over de geschiedenis van de Turken kenmerken zich door anti-Koerdische sentimenten. Iedereen die boeken publiceert over Koerden of er
gesloten organisatie aan de Velperweg. Het zijn juist de TICF-moskeeën die een grote maatschappelijke rol vervullen als het gaat om integratie op lokaal kan me voorstellen dat dit soort berichtgeving tot commoties dan wel misverstanden kan leiden en schade kan brengen aan de goede onderlinge ver-
onderzoek naar doet, wordt systematisch in de hoek van 'separatisten' en 'terroristen' gezet. In de brochure over het Van Traa-rapport worden de onderzoekers als anti-Turks neergezet en hun bronnen, zoals de dagbladen Hürriyet en Milliyet, als links getypeerd. Op een kleine passage na, dat alle drugshandel aan de PKK toeschrijft, komen de auteurs niet meer terug op het Van Traa-rapport. De rest van de brochure is een lofzang op het
• 25 november 1997 In de commissievergadering Klachten en Verzoekschriften van de Provinciale Staten Gelderland wordt naar aanleiding van een brief van ons over
democratische gehalte van de MHP en een overzicht van artikelen in Turkse kranten over Westeuropese landen. Milliyet en Hürriyet gelden in dit overzicht als gewone Turkse kranten. Brochures Stichting Turkse Cultuur en Historie
subsidiëring van Grijze Wolvenorganisaties, een advies uitgegeven: "Adressant meedelen dat ook Provinciale Staten van Gelderland met hun subsidies geen reactionaire, extreem-nationalistische bewegingen wensen te steunen. Daarom is ook in de Algemene subsidieverordening van de provincie een bepaling opgenomen die waarborgt dat subsidie niet wordt verstrekt aan rechtspersonen, waarvan het doel of de werkzaamheid in strijd is met de fundamentele rechtsbeginselen. GS hebben aangegeven dat Gelderse verenigingen die, in de bijlage van de brief, als lidorganisaties worden genoemd op
Arnhem • 25 september 1999 De Arnhemse afdeling van het CDA wordt verrast door een plotselinge aanwas van een grote hoeveelheid nieuwe leden van Turkse afkomst. Fractievoorzitter Timmer krijgt bezoek van een groep nieuwe Turkse leden, die op zoek zijn naar een nieuwe moskeeruimte. De moskee Selimiye op de Velperweg is te klein en verouderd en het bestuur wil graag naar een gebouw in de wijk Presikhaaf. Aan de achterzijde van de moskee aan de Velperweg
46
dit moment geen subsidie ontvangen van de provincie." Brief Provincie Gelderland, 25 november 1997 • 11 november 1997 Bovengenoemde brief werd ook aan de gemeente Arnhem verstuurd. De directeur van de dienst cultuur, educatie, welzijn en sport, drs. Woldendorp,
47
reageert als volgt: "Uit diverse bronnen hebben wij vernomen dat er in Arnhem een extreem-rechtse Turkse Vereniging actief is. We zijn ook op de hoogte gesteld van de verblijfplaats van deze organisatie. Deze vereniging wordt niet door ons gesubsidieerd. De naam die u noemt (Turks Cultureel Centrum of Ahmet Yesevi Kültür Merkezi) is ons pas kort bekend, de organisatie hierachter niet. De vereniging die wij kennen hanteert een andere naam. Vermoedelijk gaat het hier om dezelfde vereniging die meerdere namen hanteert (of meerdere afdelingen heeft). (...) Deze subsidieregeling is onlangs aangepast. Belangrijke voorwaarden van de regeling zijn dat organisaties met louter of voornamelijk politieke of religieuze doelstellingen niet voor subsidie in aanmerking komen. Daarnaast moeten nieuwe organisaties aan strengere voorwaarden voldoen. Uiteraard is het moeilijk te beoordelen wanneer we te maken hebben met een extreem-rechtse (politieke of religieuze) organisatie, die activiteiten organiseert die indruisen tegen de democratische rechtsorde. Maar bij twijfel zal altijd een onderzoek worden ingesteld." Brief Gemeente Arnhem, 11 november 1997 • 2 april 1997 Grijze Wolven uit de regio Arnhem provoceren Koerden in de Arnhemse wijk Spijkerkwartier na de voetbalwedstrijd Turkije-Nederland. Een colonne auto's trekt leuzen schreeuwend en met vlagvertoon door de wijk. De inzittenden provoceren gericht Koerdische jongeren, waarna vechtpartijen uitbreken. Ook worden door de Grijze Wolven vernielingen aangericht. persbericht AFA-Rotterdam, 3 april 1997
Breda • 7 maart 1999 De Koerdische Studenten Vereniging en de Anti-Fascistische Actie houden een bustour langs gevangenissen waar Koerden vastzitten die zijn opgepakt na protestacties tegen de ontvoering van PKK-voorzitter Abdullah Öcalan. In Breda wordt een actie gehouden bij de vrouwengevangenis in de binnenstad. Hier verzamelt zich al snel een groep Grijze Wolven, afkomstig uit het verenigingsgebouw van Vatan. Schreeuwend en gebaren makend staan de Turken tegenover de Koerdische en Nederlandse demonstranten. De demonstranten besluiten in de bus te stappen en Breda te verlaten. In de weken daarvoor opende de Turks Nederlandse Vriendschapsvereniging in Breda haar deuren. Onder de tweehonderd aanwezigen waren kopstukken van de Turkse Federatie Nederland en de Turkse ambassadeur. ooggetuigen
Den Haag • 22 juni 1999 Ahmet Daskapan, voorzitter van de Regionale Steunfunctie Allochtonen (RSA), GroenLinks-raadslid en lid van de Turkse Alevitische Vereniging, wordt beschuldigd van smaad, laster en belediging. De klacht is ingediend door voorzitter Ersoy van de Turks Islamitische Stichting Den Haag. Eerder eisten een kleine achthonderd Turken in een brief het ontslag van Daskapan als voorzitter van het RSA. Volgens Daskapan betreft het een georganiseerde hetze van Grijze Wolven tegen zijn persoon en de RSA. Eerder liet Daskapan zich kritisch uit over de invloed op jongeren van organisaties als Grijze Wolven en de Marokkaanse Amicales. Parool, 22 juni 1999, Migrantenpost, januari 1999 • 13 december 1998 Op 13 december 1998 demonstreren 7.500 Turken tegen de PKK. De demonstratie is georganiseerd door het Turkse PvdA-lid Sabri Bagci uit Dordrecht. Bagci is ook voorzitter van de, overigens slechts op papier bestaande, 'Turkse Sport en Culturele Federatie Nederland'. Bagci was ook al de drijvende kracht achter de demonstratie van Grijze Wolven tegen de oprichting van het Koerdisch Parlement in Ballingschap in Den Haag in 1995. Medeaanvrager van de demonstratie is de voorzitter van de Turks Islamitische Culturele Federatie in Nederland. Het doel van de demonstratie, zoals omschreven in de aanvraag, luidt als volgt: "protest tegen de indirecte steun aan terreur organisatie PKK van uit Nederland. Onder aandacht brengen van de zorg voor het vreedzaam samenleven (van mensen uit Turkije) die hiermee bedreigd wordt." De demonstranten willen enkele toespraken houden op het Malieveld en daarna een krans leggen bij de Italiaanse ambassade, vanwege het verblijf van PKK-leider Öcalan in Rome.
48
Betogers zwaaien met Turkse en MHP-vlaggen en maken het Grijze Wolven-gebaar om hun afkeer van de Koerdische beweging PKK te onderstrepen, Den Haag, 13 december 1998 (foto: GPD)
De Haagse politie verbindt enkele voorwaarden aan de demonstratie. Zo is het slechts een delegatie van vijftien personen toegestaan een krans te leggen. De omgeving van de Italiaanse ambassade is verboden gebied voor de demonstranten. Deelname van andere demonstranten dan afkomstig uit Nederland is niet toegestaan en zal door de organisatie actief moeten worden tegengegaan. Punt 5 van de voorwaarden is interessant: "Het is de organisatie c.q. de deelnemers niet toegestaan teksten, spreuken of spreekkoren te voeren die gericht
zijn op discriminatie, belediging, opruiing, dood of vernietiging. Tijdens de manifestatie/demonstratie zal dit door de politie gecontroleerd worden, bijgestaan door tolken." Ook dient de organisatie de politie vooraf inzage te geven in de teksten van spandoeken en leuzen voor de demonstratie. In toespraken wordt opgeroepen tot een verbod van alle PKK-activiteiten in Nederland, in navolging van Frankrijk en Duitsland. Enkele demonstranten dragen tijdens de demonstratie vlaggen en symbolen van de extreem-rechtse organisatie Grijze Wolven. Mehmet Ülger, aanwezig als correspondent voor het ANP, krijgt op het Malieveld klappen wanneer hij wordt herkend door een aantal Turken. Op een gegeven moment willen een paar honderd jongeren de binnenstad in. Zo'n tweeduizend man volgen in hun kielzog. Op de schermutselingen die daarop met de Mobiele Eenheid ontstaan, vallen twee gewonden onder de agenten en worden zes demonstranten gearresteerd wegens openlijke geweldpleging. Met inzet van het waterkanon kan de politie uiteindelijk de demonstranten naar het Malieveld terugdrijven. De politie vemoedt dat de demonstratie bewust door radicale elementen in de war is gestuurd: "Van tevoren ging al het gerucht dat men toch wilde doorstoten naar de Italiaanse ambassade", zegt politiewoordvoerder R. Kouwenhoven. De politie wil een indringend gesprek met de organisator van de demonstratie. Ook bij de Dordtse PvdA moet Sabri Bagci zich verantwoorden. Zijn collega's verwijten hem hen niet op de hoogte te hebben gesteld van zijn bemoeienis met de demonstratie. Telefax TICF naar Politie Haaglanden, 26 november 1998, Afspraken Politie Haaglanden met S. Bagci, 7 december 1998, Algemeen Dagblad, 14 december 1998 • 7 oktober 1997 De gemeente Den Haag antwoordt als volgt op onze brief inzake subsidieverstrekking: "Subsidie mag uitsluitend worden besteed voor de activiteiten waarvoor zij is toegekend. Daardoor kunnen wij ingrijpen als mocht blijken dat gemeentelijke subsidie is besteed voor bijvoorbeeld politieke activiteiten gericht op de situatie in het herkomstland. Voorts eisen wij van gesubsidieerde organisaties dat zij (intern) democratisch functioneren en dat zij alle activiteiten tegengaan die discriminatie opleveren wegens onder meer godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid of etniciteit." Brief Gemeente Den Haag, 7 oktober 1997
49
• maart/april 1997 In de nacht van 25 op 26 maart 1997 brandt de woning van de Turks-Koerdische familie Kösedag in de Haagse Schilderswijk uit. Een moeder en vijf kinderen komen om en twee kinderen raken zwaargewond. De Turks-Koerdische verhoudingen komen onder zware druk te staan. Ook de relatie tussen Nederland en Turkije wordt onder spanning gezet. Beschuldigingen gaan over en weer: Grijze Wolven zouden Koerden hebben aangevallen, PKK'ers zouden Turken hebben aangevallen en de Nederlandse regering zou niet genoeg doen om haar Turkse ingezetenen te beschermen. Later blijkt dat een familielid de brand heeft veroorzaakt uit wraak. In dezelfde nacht vonden overigens molotov-cocktail-aanslagen plaats op het Islamitisch Centrum en een koffiehuis, beide ontmoetingsplaatsen van Grijze Wolven. Hierbij vallen geen slachtoffers, de gebouwen lopen externe brandschade op.
Wolven proberen - kost wat het kost - jongeren voor zich te werven. Ze zijn heel actief bezig. "Het rapport komt in de conclusie met een aantal aanbevelingen met betrekking tot het preventie- en bestrijdingsbeleid: 1 het aanwijzen van vaste huisagenten voor probleemgezinnen 2 het opsporen van agressie en huiselijk geweld tegen jonge kinderen 3 standaardisatie achtergronden daders en deskundigheidsbevordering bij politie 4 instellen van gecoördineerd hulpverleningsinitiatief op het gebied van scholing, werk en huisvesting in enkele Deventer buurten
De gebeurtenissen volgen elkaar in snel tempo op. Woensdag 2 april ontstaan er na de voetbalwedstrijd Turkije-Nederland rellen tussen Turken en Koerden in de Schilderswijk in Den Haag. Een Turkse vlag wordt afgepakt door een Koerd en vervolgens gaan tientallen mensen met elkaar op de vuist. Pas toen de politie massaal arriveerde, werd het weer rustig in de wijk. Op 4 april loopt een Turks concert in Schiedam uit de hand (zie Schiedam). Burgemeester Deetman van Den Haag stelt voor 6 april, twee dagen na het overlijden van MHP-leider Alparslan Türkes, een noodverordening in, die het de autoriteiten mogelijk maakt Turks en Koerdisch uiziende mensen tot ver buiten Den Haag aan te houden. Bijgevolg worden aan de grens met Duitsland en België tientallen mensen aangehouden en teruggestuurd. Nederland is even een politiestaat pur sang. Deetman weigert uit te wijden over de problemen met de openbare orde die hij verwachtte. De Haagse politie-woordvoeder Peter Ruytenbeek legt uit: "Verschillende groeperingen waren van plan naar Den Haag af te reizen. Over de inhoud van deze aanwijzingen wil ik niets zeggen." Op zaterdag 5 april werden 7 bussen met linkse Turken uit Duitsland, die een concert/manifestatie in Hengelo wilden bijwonen, door de marechaussee terug naar Duitsland gestuurd. Ze zouden geen paspoort of toegangsbewijs hebben gehad. Op 8 april duikt een verklaring op waarin de PKK de verantwoording opeist voor de drie aanslagen van 25 maart. Deze brief is vermoedelijk afkomstig van Grijze Wolven. Na onderzoek van de Politie Haaglanden worden de hoofdverdachten van de twee molotov-cocktail-aanslagen op de Grijze Wolven-ontmoetingsplaatsen opgepakt. Het blijken actieve leden van de PKK. Ook de dader van de brandstichting bij de familie Kösedag wordt gevonden.
• februari 1999 Op 17 februari 1999 komt het Deventer Dagblad met een artikel over de spanning tussen Turken en Koerden na de arrestatie van PKK-voorzitter Abdullah Öcalan. "In cafe Toraman aan de Rielerweg zit een groep Turken en Koerden broederlijk naast elkaar aan tafeltjes. Ze spelen hun geliefde kaartspel batak. Uit geluidsboxen klinkt Turkse muziek. Geen tv-scherm te bekennen. ‘Voorzichtig’‚ waarschuwt Nihat, een Koerd van midden veertig, als de verslaggever Öcalan en de Haagse gijzeling ter sprake wil brengen. De spanning is voelbaar, er zitten hier mensen van de PKK en Grijze Wolven. Eén verkeerd woord en de vlam slaat in de pan." Deventer Dagblad, 17 februari 1999
Het blijkt de 25-jarige neef van de familie. diverse media
incident. Tijdens de ontruiming door de politie zet de vechtpartij zich voort. Enkele mensen waren zichtbaar gewond, maar niemand deed aangifte bij de politie. Deventer Dagblad, 27 april 1998
Deventer • zomer 1999 In de zomer van 1999 verschijnt er een onderzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken, Directie Politie, over criminaliteit van Turkse jongens in Deventer. In de publicatie, Water in de thee, wordt relatief veel aandacht besteed aan Grijze Wolven: "De belangen van de seculiere groep, de Milli Görüs en de Grijze Wolven zijn verschillend. De Grijze Wolven zijn het eens met de seculieren voor wat betreft het nationalisme en voor wat betreft de godsdienst met de Milli Görüs en andere gelovige bewegingen. De seculieren willen een nationalistisch Turkije, de Milli Görüs wil één (wereld) religie en probeert verwestering te voorkomen. De Grijze Wolven streven naar het behoud van één Turkse identiteit, zij erkennen de belangen van de Koerden niet. Het vreemde aan deze doelstellingen is dat géén der groepen zich uitspreekt over de toekomst van zichzelf in het land waarin zij en hun kinderen thans wonen, namelijk Nederland. Dit bewust afwenden van de Nederlandse samenleving kan worden aangeduid als segregatie van de Nederlandse samenleving." Ook wordt de Grijze Wolvenbeweging een verzetsbeweging tegen de PKK genoemd. Hiermee stelt het rapport eigenlijk dat Grijze Wolven alle Koerden als PKK'ers zien en hen dientengevolge als vijanden beschouwen.
Water in de Thee, Politia Nova, Directie Politie van het ministerie van Binnenlandse Zaken, 1999
• 26 april 1998 Op 26 april 1998 wordt het Burgerweeshuis ontruimd door de Deventer politie, met hulp van korpsen van omliggende gemeenten. Zo'n 350 Turken waren vanwege een Turkse disco-avond bijeen in de grote zaal in het Burgerweeshuis. Kort na middernacht maakte één van de bezoekers, voor iedereen zichtbaar, het Grijze Wolven-teken en sloeg de vlam in de pan. Enkele mensen begonnen te vechten en al waren alle aanwezigen betrokken bij het
• 10 mei 1997 Een demonstratie van de Deventer Steungroep Zaterdag Moeders, Turken, Koerden en leden van Amnesty International ter ondersteuning van de Zaterdagmoeders in Istanbul, wordt door woedende “Dood aan Apo” scanderende Grijze Wolven aangevallen. Sommige Grijze Wolven dragen ijzeren staven, er wordt met stenen en stukken hout gegooid, evenals met een molotov-cocktail. Hierbij vallen tien gewonden, waarvan drie door messteken. De Mobiele Eenheid voorkomt erger en scheidt de vechtenden. Er worden zes personen gearresteerd. De grootste groep Turken blijkt zich verzameld te hebben bij het Turks consulaat in Deventer. Tot woede van de Steungroep Zaterdag Moeders trekt de gemeente Deventer naar aanleiding van de incidenten de vergunning voor komende demonstraties in. Na overleg met de gemeente schrapt de Steungroep uiteindelijk zelf de demonstraties voor onbepaalde
Het rapport geeft aanvullingen over en het nodige inzicht in de vechtpartij op de markt in Deventer (10 mei 1997): "Volgens betrouwbare bronnen zijn op de dag voorafgaand aan de vechtpartij de jongens 's avonds bij elkaar gekomen bij de Turkse moskee om hun plannen te bespreken. (...) In de aanvallende groep bevonden zich Turken uit Duitsland."
tijd. CDA-Tweede Kamerlid Gabor stelt vragen aan de minister van Binnenlandse Zaken Dijkstal. Op Gabors vraag of Dijkstal de opvatting deelt dat er sprake is van een goed voorbereide
Er wordt in de publicatie door Turkse deskundigen gewaarschuwd voor de beïnvloedbaarheid van de Deventer Turkse jongens voor de Turkse nationalistische organisatie Grijze Wolven: "Vele Deventer Turkse jongens zijn betrokken bij deze organisatie. De schatting is dat 30% van de Deventer Turkse jongeren actief is bij de Grijze Wolven. Het is echt verschrikkelijk wat daar gebeurde. Ze doen alsof het de meest democratische organisatie van de wereld is. Dit kan alleen worden tegengegaan wanneer de Nederlandse instanties meer zouden doen om de Turkse jeugdigen uit het vacuüm te halen. De Grijze
actie, antwoordt Dijkstal: "De vechtpartij was in zoverre voorbereid dat personen die aanhanger zijn van of sympathiseren met
50
De politie probeert de vechtende Turken op de Brink van Deventer tot bedaren te brengen, Deventer, 10 mei 1997 (foto: GPD)
51
de Grijze Wolven bewust een confrontatie hebben gezocht met personen die zij associëren met de PKK." Op het georganiseerde karakter van de aanval wijst verder nog de aanwezigheid van een medewerker van het Turks consulaat, de aanwezigheid van een fotograaf van de rechts-nationalistische krant Türkiye en Grijze Wolven uit plaatsen buiten Deventer zoals Apeldoorn, Zutphen en Raalte. De Turkse consul Ertugruloglu doet de suggestie dat medewerkers van het consulaat betrokken waren bij de vechtpartij af als "onderdeel van de PKK-propagandamachine". Hij begrijpt bovendien de kritiek van de Steungroep Zaterdag Moeders op verdwijningen in Turkije niet: "We zijn bezig een wettelijk raamwerk op te zetten om de reden van de beschuldigingen over vermissingen en martelingen weg te nemen." Voor zichzelf ziet hij geen bemiddelende rol voor na de vechtpartij weggelegd: "Dit is een zaak van de Nederlandse regering." Het Deventer Dagblad besteedt veel aandacht aan de vechtpartij. In de krant van maandag 12 mei wordt een Turkse man geïnterviewd: "Wat mij betreft mag morgen Janmaat in de regering komen. Dan kan hij al dat tuig het land uitzetten”, zegt hij over asielzoekers uit Irak, Syrië en Armenië. "Wij willen rust. Wij willen beschermd worden. Maar de politie is partijdig. Daar werken linkse mensen. Net als in de politiek." Deventer Dagblad, 12 mei 1997
komen hier jongens met een wolf-embleem op hun kleding, maar ook extreem-linkse en extreem-islamitische jongeren. Dat weten wij. Maar daar bemoeien we ons niet mee. Wij zijn een ontspanningsvereniging, de politieke mening kan ons niet schelen." Wethouder B. van Vliegen ziet geen aanleiding om maatregelen te nemen tegen HDTJV. De HDTJV huist in een pand van het grondbedrijf en krijgt jaarlijks subsidie van de gemeente. Haarlems Dagblad, 1 en 2 oktober 1997
Hilversum • 30 september 1997 Ook in Hilversum leidt het boek van Braam en Ülger tot opschudding in de lokale pers. Hilversum is al jarenlang één van de gemeentes die subsidie verstrekt aan Grijze Wolvenorganisaties. Op vragen van de Hilversumse fractie van D'66 antwoordt het College van B&W dat een lid van de Turks Culturele Vereniging Anadolu betrokken is geweest bij de organisatie van de culturele manifestatie van de TFN in Huizen van 23 maart 1997. De man is ook bestuurslid van het Turks Cultureel Centrum. Anadolu krijgt per jaar 21.000 gulden subsidie voor huisvesting en activiteiten. In 1998 zal dit echter worden stopgezet, aldus het College van B&W. Gooi en Eemlander, 30 september, 1 oktober en 20 november 1997
Dordrecht • 15 december 1998 De Dordtse PvdA-fractie besluit om geen maatregelen te nemen tegen Sabri Bagci, organisator van de demonstratie tegen de PKK van 13 december in Den Haag. De fractie vindt dat de persoonlijke en politieke integriteit van Bagci niet ter discussie staan, maar had het raadzamer gevonden dat het raadslid hen had ingelicht over zijn betrokkenheid bij de demonstratie. Bagci betuigt spijt: "Wij zijn een comité tegen terrorisme. Vandaag kan dat tegen de PKK zijn en morgen tegen de Grijze Wolven."Volgens hem doet de politieke kleur van de organisatoren niet ter zake, alleen het feit dat het allemaal liberalen of democraten zijn. "Als zo'n demonstratie door ultra-rechts misbruikt zou worden, dan zou ik nooit meedoen," stelt Bagci. De Dordtenaar, 15 december 1998
• 10 april 1999 Zo'n veertig Turkse Koerden en Nederlanders demonstreren in Hilversum voor persvrijheid voor Koerden uit protest tegen het sluiten van de Koerdische zender MED-TV. De politie Hilversum zet een peleton van de Mobiele Eenheid in om de demonstranten te 'beschermen'. Volgens de politie staan er in de binnenstad groepjes Turkse jongeren, Grijze Wolven, klaar om de demonstranten aan te vallen. De politie had deze geluiden opgevangen sinds de aankondiging van de demonstratie. In het centrum staan op strategische plaatsen ME-bussen en worden de demonstranten gemaand snel door te lopen. ooggetuigen
Eindhoven
• 23 maart 1997 De Turkse Federatie Nederland houdt in een sporthal in Huizen een culturele bijeenkomst, waar ook Ozan Arif optreedt, de huiszanger van de Grijze
• 13 november 1997 Naar aanleiding van het boek van Braam en Ülger stelt de Eindhovense afdeling van de Socialistische Partij vragen aan het College van B&W over de 'Stichting voor Turks-Nederlandse Vriendschap' (de Stichting Turan), die voorkomt op de ledenlijst van de Turkse Federatie Nederland. Raadslid B. Gerard vraagt onder andere opheldering over de subsidiegelden van 30.000 gulden per jaar en over de gewijzigde statuten. B&W antwoordt dat de bewijsvoering wat betreft het verbieden van de organisatie Turan op grond van anti-democratische beginselen onvoldoende is en dat er gewerkt wordt aan een gedragscode en herkenningscriteria voor wat betreft Grijze Wolvenorganisaties. Dit heeft tot op heden nergens in geresulteerd. Tot halverwege 1996 kreeg Turan subsidie. Dit werd stopgezet toen bleek dat de financiële huishouding te ondoorzichtig werd. Vragen SP Eindhoven, 13 november 1997, Raadsbijlage Gemeente Eindhoven, 2 december 1997
Huizen
Wolven in Turkije en Europa. De Anti-Fascistische Actie (AFA) wendt zich tot de burgemeester, de zaaleigenaar, de politie en de lokale pers teneinde hen te waarschuwen voor deze bijeenkomst. In overleg met gemeente en politie besluit de zaaleigenaar de bijeenkomst door te laten gaan. De organisatie van de bijeenkomst garandeert dat het een culturele bijeenkomst betreft. Uit beelden van de bijeenkomst in Huizen, die later door de Turkse Omroep Stichting worden uitgezonden, blijkt door de aanwezigheid van spandoeken en vlaggen van Grijze Wolven dat de bijeenkomst wel degelijk een politiek karakter had. Gooi en Eemlander, 21 en 22 maart 1997, televisiebeelden TOS
Leiden • 19 maart 1999 Een demonstratie van aanhangers van PKK-leider Abdullah Öcalan lokt een grimmige tegenactie uit van het Turkse comité 'Mensen die van Turkije houden'. Vanuit de Turkse moskee aan de Willemstraat trekken zo'n honderd woedende Turken naar zalencentrum De Ambassadeur, waar een afsluitende manifestatie door Koerden en Nederlanders zou worden gehouden. Woordvoerder Süleyman Yalvaç verwijt het gemeentebestuur van Eindhoven dat het bewust heeft meegewerkt aan een steunbetuiging aan terrorisme. De Turken verspreiden zich weer als blijkt dat de politie hen verhindert de zaal binnen te gaan en de burgemeester van Eindhoven hen een gesprek toezegt. Eindhovens Dagblad, 20 maart 1999
De Stichting Vriendschap uit Leiden staat onder de naam Turks Nederlandse Vriendschapsvereniging genoemd op de ledenlijst van de TFN. De drijvende kracht achter de oprichting van de stichting was Hasan Güney, de voorzitter van de Turks Islamitische Culturele Vereniging (TICV), die is verbonden aan de Turkse moskee in Leiden. Güney opereerde bij de oprichting van de Stichting Vriendschap zoveel mogelijk achter de schermen. De voorzitter werd Nadir
Haarlem
Ari, vroeger eigenaar van een Turks reisbureau. Hij verkocht de zaak aan Bulent Dur, de secretaris van TUOR, de Turkse Ondernemersvereniging Rijnland. Dur staat in Turkse kringen in Leiden bekend als Grijze Wolven-sympathisant. Burhan Mihçiokur en Cevdet Demirbag zijn respectievelijk secretaris en vicevoorzitter van TUOR. Ze zijn tevens bestuurslid van de Stichting Vriendschap. De penningmeester en vice-penningmeester van TUOR zijn Hasan Dural en Mustafa Hikmet Sahinbas, twee andere belangrijke Grijze Wolven. Niet alleen binnen TUOR is de invloed van de Grijze Wolven groot. Ook binnen de Turks Culturele Vereniging (TCV) zouden Grijze Wolven actief zijn, waaronder bestuurslid Ibrahim Turgat Salli. De Fabel van de Illegaal, Leidse krant tegen racisme, nr. 3, februari/maart 1999
• 1 oktober 1997 De Haarlemse Democratische Turkse Jongeren Vereniging (HDTJV) ontkent betrokken te zijn bij de Turkse Federatie Nederland. Dat ze op de lijst van lidorganisaties van de TFN staat, zou vooral een praktische reden hebben. Wel bevinden zich onder de bezoekers van de vereniging Grijze Wolven: "Er
• juni-juli 1996/januari 1997 De laatste jaren laten Grijze Wolven in Leiden vaker van zich horen. Op 1 juni 1996 verloopt een culturele bijeenkomst van de Stichting Turkse Vrouwen
52
53
in Leiden chaotisch. Er zijn twee bommeldingen en buiten ontstaat een vechtpartij tussen een aantal aanwezigen en zo'n twintig met de Stichting Vriendschap sympathiserende Turkse jongeren. Een maand later valt de politie kraakcafé Bar en Boos binnen en haalt daar de linkse radiozender Koekoeroe uit de lucht. "Jullie zenden teveel uit over Koerdistan!", aldus één van de aanwezige agenten. Kort daarvoor vond in het café een informatie-avond plaats over de Koerdische vrijheidsstrijd. Dat was voor de TICV en de TCV aanleiding een boze brief te sturen naar het College van B&W en de politie. Ze klopten het verhaal op en stelden dat de PKK een grote demonstratie in Leiden zou houden. Later belde een Grijze Wolf naar de politie onder het voorwendsel een organisator van de PKK-demonstratie te zijn. Hij vertelde met veel bussen te komen en vroeg of de politie voor parkeerplaatsen kon zorgen. In januari 1997 organiseert politiek informatiecentrum De Invalshoek in Bar en Boos een informatie-avond over de strijd van linkse en Koerdische gevangenen in Turkije. Een achttal Turkse jongeren scheuren de aankondigingsposters van de muren en spuiten drie halve manen op een muur in de steeg van Bar en Boos. De Fabel van de Illegaal, Leidse krant tegen racisme, nr 3 februari/maart 1999 • maart 1998 Ook in Leiden probeert een Grijze Wolf verkozen te worden in de gemeenteraad. In maart 1998 staat Hasan Güney kandidaat voor het CDA tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. Hij wordt met 357 voorkeursstemmen verkozen, maar ziet af van een zetel wegens "gezondheidsredenen". De Turkse arbeidersorganisatie HTIB en verschillende Leidse politici beschuldigen Güney van "kiezersbedrog". Güney vindt de kritiek maar "pesterij". In dezelfde maand sturen Grijze Wolven een anonieme brief naar de gemeente waarin zij eisen dat een kindertekening van een vuilniswagen wordt verwijderd. De tekening maakt deel uit van een actie tegen racisme, georganiseerd door het Meldpunt Discriminatie. De briefschrijvers zien in de tekening de vlag van de Koerdische verzetsbeweging PKK. In de brief wordt de Koerdische beweging "terroristisch" genoemd. Bezoekers van de Turkse moskee zouden zich hebben geërgerd aan de kindertekening. Het Meldpunt ging de vrachtwagen bekijken en concludeerde dat er geen sprake was van PKK-vlaggen. Güney verklaart later de brief wel te kennen, maar hem niet geschreven te hebben. Hij toont begrip voor de boze reacties. De Fabel van de Illegaal, Leidse krant tegen racisme, nr 3 februari/maart 1999
Rotterdam
vier jongeren gearresteerd. Honderd jongeren raken slaags wanneer zij Nighttown verlaten. De politie grijpt in met paarden en honden en er vallen rake klappen. Een groot aantal van de jongeren maakt het gebaar van de Grijze Wolven. Trouw, 31 januari 1998
Tiel • 4 december 1999 Op 4 december 1999 vindt in Tiel in een hotel van Van der Valk het derde congres plaats van de Turkse Federatie Nederland. Het congres wordt bijgewoond door circa zevenhonderd mensen. Ismet Harmankaya wordt tot nieuwe voorzitter gekozen. De overleden voorzitter van de MHP (Partij van de Nationalistische Actie), Alparslan Türkes en een gestorven leider van Turken in Griekenland, Sadik Ahmet, worden in het hotel herdacht met grote foto's. Het congres heeft een aantal prominente MHP'ers te gast: de MHP-minister van Gezondheidszorg, Osman Durmus, de MHP-parlementariërs Hasan Çalis, Cemal Enginyurt en Ahmet Erol Ersoy, de MHP-burgemeester van Afyon, Hayrettin Barut en de MHP-burgemeester van Nigde, Mümin Inan. Ersoy wordt gekozen tot voorzitter van de congresraad. Andere belangrijke gasten zijn de bestuursleden van de Europese Turkse Federatie Türkmen Onur en Mehmet Erdogan, de voorzitter van de Turkse Federatie Duitsland Cemal Çetin, de voorzitter van de Turkse Federatie Oostenrijk Osman Sahin en de voorzitter van de Turkse Federatie Frankrijk Nihat Yazar. Onder meer Sükrü Gökdemir (vice-voorzitter van de TFN), Hasan Çalis en Erol Ersoy houden toespraken. Çalis brengt daarbij de regeringscoalitie van Turkije ter sprake. Hij stelt dat de MHP gekozen heeft voor het staatsbelang en niet voor het partijbelang, omdat ze anders in de oppositie zou zitten. Ersoy gaat in op de affaire-Öcalan. Ersoy: "Toen men de idealisten heeft gedood, waar waren toen de Europese mensenrechten... als er een beslissing komt over die babymoordenaar, dan zullen we alles doen wat in onze macht ligt". Türk Federasyon'da olaganüstü kurultay, Hürriyet, 7 december 1999, Hollanda'da kan degisimi, Türkiye, 7 december 1999
• 24 maart 1999 De rechtbank in Almelo heeft twee mannen veroordeeld tot gevangenisstraffen van zes en zeven jaar voor hun aandeel in de smokkel van heroïne van Turkije naar Nederland. In november 1998 zijn in deze zaak veertien verdachten aangehouden. De meesten komen uit Rotterdam, waar voor de deur van cafe Baskent 56 kilo heroïne in beslag wordt genomen. Het café staat bekend als bolwerk van de extreem-nationalistische Grijze Wolven. Algemeen Dagblad, 24 maart 1999
Tilburg • 12 oktober 1999 De gemeenteraad van Tilburg neemt een definitief besluit om de subsidie-aanvraag van de Turkse Jongeren Vereniging niet te honoreren. Dit besluit is gebaseerd op de weigering van de Türk Gençler Dernegi om haar banden met de Turkse Federatie Nederland te verbreken. In de weken voorafgaand aan het besluit probeert de vereniging wanhopig de beschuldigingen te weerleggen: "De media en enkele personen bij de Tilburgse gemeente beweren steeds weer dat wij rechtsextremisten zijn, omdat we de Grijze Wolven aanhangen", zegt publiciteitsman Erol Aslan. "Weten zij wel wie of wat Grijze Wolven zijn? Het is in één woord schandalig dat ze ons rechts-extremisten noemen", meent het bestuur van de jongerenvereniging. De organisatie, die inmiddels zes jaar bestaat, heeft voor de tweede keer een verzoek ingediend
• 8 december 1998 Twee studentes van Koerdische afkomst proberen handtekeningen tegen Turks geweld tegen Koerden op te halen op de Erasmus Universiteit. In de hal hebben ze een eenvoudige stand ingericht. Als snel worden ze lastiggevallen door Turkse jongens. "Steeds kwamen groepjes van ongeveer vier om ons heen staan en vroegen ons of we wel toestemming hadden en wat we hier deden. Ze vroegen ook naar onze namen. Ze zeiden dat Koerdistan niet bestond. We werden op een gegeven moment zelfs uitgescholden. Ook werd het teken van de Grijze Wolven naar ons gemaakt", aldus een van de studentes. Op een gegeven moment dreigt de situatie uit de hand te lopen. Een medewerker van de Erasmus Universiteit beaamt dat de spanningen hoog opliepen: "Ik vond de situatie heel bedreigend. Er werd mij gezegd rekening te houden met vechtpartijen als de actie zou voortduren." Het College van Bestuur geeft de beveiliging dan ook opdracht om de actie, die oorspronkelijk nog twee dagen zou duren, te beëindigen. De Turkse studenten zijn van mening dat groepen Turken van buiten de universiteit de handtekeningenactie zouden kunnen aangrijpen om de orde op de campus te verstoren. Erasmus Magazine, 14 januari 1999 • 31 januari 1998 Tijdens een Turks feest ter ere van het einde van de ramadan in jongerencentrum Nighttown ontstaat een vechtpartij tussen diverse bezoekers. In overleg met de organisatie besluit de politie het feest twee uur eerder dan de bedoeling was te beëindigen. Wegens betrokkenheid bij de vechtpartij worden
54
Aankondiging derde congres TFN met veel MHP’ers als gasten (illustratie: Türkiye)
voor subsidie. De vereniging telt een achterban van 2000 leden. In Tilburg wonen ruim 7000 Turken. Een eerder verzoek, twee jaar geleden, werd afgewezen met de reden dat de jongerenvereniging politiek bedrijft en rechts-
55
extremistisch zou zijn. "Als zij wisten dat de wolf het symbool is van het Turkse volk en in wezen slechts een mythologische figuur is, zouden ze zich beter kunnen richten op onze doelen en inzet", aldus Aslan. “De Grijze Wolven als politieke partij bestaan niet. De wolf is het symbool van de Turkse onafhankelijke staten en niet dat van een politieke partij of groepering. Slechts een onschulidg symbool, dat vrijheid en wijsheid betekent. Vrijheid is het belangrijkste aspect in de Turkse geschiedenis. Zij proberen ons juist extreem te houden", beweert de publiciteitsman. "We willen zorgen voor cultuurbehoud en zijn een koppelorganisatie tussen onze achterban en de Nederlandse maatschappij. Een volk kan namelijk niet leven zonder taal, godsdienst en cultuur", beweert Aslan. "Zijn we daarom rechts-extremisten? Mogen we onze taal en cultuur niet behouden? Voor onze jongeren is de Turkse taal hun identiteit. Een betere integratie en een gezond milieu is ons grootste streven. Nou, wat zij zien als rechts-extremistisch is iets heel anders dan wat bij ons gebeurt. Voor de Groenlinksen is de Partij van de Arbeid toch ook rechts? De media en het gemeentelijk bestuur proberen ons in een hoekje te drijven, door de vooroordelen die ze over ons hebben. Reageer je op de beschuldigingen, dan wordt je nog zwarter gemaakt", zegt Aslan mismoedig. "We hebben maar al te vaak gezegd dat wij geen rechtsextremisten zijn en proberen de Nederlanders daarvan te overtuigen. Een ander zwart maken daarentegen gaat makkelijker." Alert!, nummer 3, november/december 1999 • 14 december 1998 Naar aanleiding van de geplande bouw van een nieuwe Turkse moskee in Tilburg wordt er door de gemeente een interne nota opgesteld. Dit heeft nogal wat losgemaakt in de Tilburgse (politieke) gemeenschap. In de nota worden diverse migrantengroeperingen in de stad onder de loep genomen. De moskeeën in de stad zijn volgens de nota in handen van Milli Görüs, Grijze Wolven, Kaplan-aanhangers (voorvechters van een islamitische staat) en de grootste moskee is in handen van Diyanet, het Turkse ministerie van Religieuze Zaken. In Tilburg zou een kern van zeker honderd Grijze Wolven opereren. In de nota worden de Turkse Jongeren Vereniging en het Turks Cultureel Huis als aanhangers van extreem-rechts gedachtengoed genoemd. De gemeente baseert zich onder meer op rapporten van de Binnenlandse Veiligheidsdienst, de Regionale Centrale Inlichtingen Dienst en verschillende plaatselijke bronnen. Letterlijk staat er te lezen: "Vrijwel alle MHP-leden zijn sunnieten. In Tilburg zijn 2 lidorganisaties (dekmantelorganisaties) gevestigd. Zeker is dat het overgrote deel van de Turkse gemeenschap sympathiseert met het extreem-rechtse gedachtengoed van de MHP. De grote invloed van de in Tilburg gevestigde Diyanet-moskee-organisatie, die vanuit hun doelstellingen de nationalistische politiek van de Turkse overheid uitdraagt, versterkt dit gedachtengoed en de homogeniteit van de Turkse gemeenschap in Tilburg en omgeving." Brabants Dagblad, 14 en 15 december 1998, vertrouwelijke nota gemeente Tilburg, 10 augustus 1998
Vlaardingen • 26 maart 1997 Op 5 april wil de Turkse Federatie Nederland een Turks cultureel feest houden in Vlaardingen. Ondanks waarschuwingen van AFA besluit de gemeente Vlaardingen de bijeenkomst door te laten gaan. Na overleg met de burgemeester, de officier van justitie en de chef van de politie brengt zij een persbericht uit waarin onder andere staat te lezen: "Zowel justitie, politie als de gemeente nemen vanuit hun eigen verantwoordelijkheid maatregelen om mogelijke inbreuk op wettelijke voorschriften en bepalingen tijdens en rond de bijeenkomst te voorkomen of tegen te gaan. (…) De bezwaren (van AFA, red.) richten zich op het gegeven dat het om bijeenkomsten gaat van een vereniging 'aan de rechterzijde van het politieke spectrum'. De eerdere, soortgelijke, bijeenkomsten in het land zijn tot op heden verlopen zonder dat zich problemen hebben voorgedaan." Uiteindelijk wordt de bijeenkomst toch verboden, in verband met te verwachten ongeregeldheden na de gebeurtenissen de dagen ervoor in Schiedam, Arnhem en Den Haag. Rotterdams Dagblad, 26 maart 1997, persbericht gemeente Vlaardingen, 4 april 1997, Algemeen Dagblad, 7 april 1997
Cemal Enginyurt, Hayrettin Barut, Ahmet Erol Ersoy, Hasan
Turkse jongeren in Den Haag met Grijze Wolven-overtuiging (foto: archief comité)
Çalis, Mümin Inan en Türkmen Onur tijdens derde congres TFN (foto: Hürriyet)
56
57
10. INCIDENTEN IN EUROPA EN TURKIJE De afgelopen drie jaar vonden in Europa en Turkije veel, vaak gewelddadige incidenten plaats waarbij Turkse extreem-nationalisten waren betrokken. In het algemeen geldt dat het aantal incidenten sinds maart 1997 (de publicatiedatum van ‘Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts’) sterk toenam. De voornaamste oorzaken hiervoor zijn de Turkse verkiezingswinst voor de MHP en de arrestatie van de succesvol opgejaagde Koerdenleider Abdullah Öcalan. Voor de incidenten in Turkije geldt dat de Turkse politie opvallend vaak afwezig was, zich afzijdig hield of de slachtoffers – meestal progressieve Turken – arresteerde. In Turkije geeft ook de ramadan aanleiding tot ongeregeldheden. De incidenten zijn chronologisch gerangschikt onder ‘Europa’ en ‘Turkije’. De meeste incidenten die verband houden met de Susurluk-affaire, zoals de arrestatie van maffiabaas Çakici, zijn niet opgenomen. Een op Nederland betrekking hebbend onderdeel van de Susurluk-affaire wordt in een apart hoofdstuk behandeld. EUROPA • Zwitserland, Zürich, november/december 1999 In de incidentenlijst van ons vorige boekje werd al melding gemaakt van een incident in Zürich op 18 november 1995. Bij een protest van Turken en Koerden tegen een bijeenkomst van Grijze Wolven openden de laatsten het vuur. Daarbij vielen vier gewonden. Volgens de Zwitserse politie zou de PKK achter de gewelddadigheden hebben gezeten. Inmiddels zijn er meer details bekend over het verloop van de gebeurtenissen. Tegen betrokkenen bij het incident lopen juridische procedures. We vatten de meest relevante, nieuwe informatie hieronder samen. Op 18 november 1995 vond voor de Zürichse dienst voor het wegverkeer een gewelddadige confrontatie plaats tussen aanhangers van de MHP en sympathisanten van de PKK en linkse Turkse organisaties. De reden voor de confrontatie was een feest van de Turkse Culturele Vereniging in een zaal van het restaurant Schützenhaus Albisgütli. Linkse Turken en Koerden wilden daartegen protesteren. Toen het tot een treffen kwam, liep de situatie vrij snel uit de hand. Aanvankelijk beperkten beide zijden zich tot het roepen van leuzen. Al gauw begonnen enkele demonstranten met stenen te gooien. De Grijze Wolven begonnen daarop de demonstranten te beschieten. Hoewel daardoor diverse demonstranten gewond raakten, gingen zij met stokken en stenen over tot de tegenaanval. De politie wist verdere escalatie te voorkomen.
Demonstraties met betrokkenheid van Grijze Wolven lopen niet zelden uit op harde confrontaties met de Mobiele Eenheid (foto: GPD)
Op 26 maart 1999 werd één MHP-aanhanger door een rechtbank wegens landvredebreuk veroordeeld tot vijf maanden gevangenisstraf. De tenuitvoerlegging van de straf werd opgeschort en omgezet in een proeftijd van twee jaar. In november 1999 stond deze MHP-aanhanger weer voor het gerechtshof van Zürich. Volgens de aanklacht had de beschuldigde de in het restaurant aanwezige Turken opgeroepen de demonstranten te verdrijven. De aangeklaagde zelf ontkende betrokken te zijn bij het incident. Het vonnis moet nog worden uitgesproken. In december begon een andere rechtszaak in verband met de gewelddadigheden. Een MHP-aanhanger werd ervan beschuldigd dat hij één van de leiders van de extreem-nationalistische Turken, die was betrokken bij de schietpartij, had voorzien van een vals alibi. De rechtbank veroordeelde de Turk, die er eerder van werd verdacht ook te hebben geschoten, vanwege de poging tot vrijpleiting van de andere Turk tot 21 dagen gevangenisstraf. De tenuitvoerlegging van de straf werd door de rechtbank opgeschort. Ze stelde een proeftijd in van drie jaar. NZZ, 6 december en 22 november 1999 • België, Brussel, 17 november 1999 Na een voetbalwedstrijd van het Turkse nationale elftal tegen Ierland wordt een Koerdische vereniging in Brussel door Grijze Wolven aangevallen. De ruiten van het gebouw sneuvelen. Een deel van het interieur wordt ook vernield. De politie treedt niet op. Info-Türk overhandigt aan de Belgische pers en justitie beeldmateriaal waarop Grijze Wolven zijn te zien die de vernielingen plegen. Tot op heden zijn er geen mensen gearresteerd. Info-Türk, Bulletin november-december 1999
59
• Oostenrijk , Wenen, 24 oktober 1999 In Wenen vindt het tweede congres plaats van de Turkse Federatie Oostenrijk. Deze federatie bestaat dan zes jaar. Gasten zijn ondermeer de minister en top-MHP’er Tunca Toskay, de voorzitter van de Haardsteden van het Ideaal in Turkije, Atilla Kaya, de voorzitter van de Turkse Federatie Duitsland, de Turkse consul uit Wenen, Ömer Akbel, en de ambassadeur van Azerbeidzjan. Türkiye, 25 oktober 1999, pamflet van een Oostenrijks anti-fascistisch comité, oktober 1999 • BRD, Keulen, 1 juli 1999 Op de avond van 1 juli wordt de 33-jarige Erol Ispir vermoord door twee extreem-nationalistische Turken. Ispir werkt in de linkse Arbeiders- en Jongerenvereniging (AGIF) in Keulen. Als hij als laatste ‘s avonds de vereniging sluit, wordt hij in het gebouw door twee Turken neergestoken. Het verenigingsgebouw en leden van de vereniging waren al eerder doelwit van geweld en intimidatie. Drie keer zijn de ramen ingegooid en er kwamen vaak dreigtelefoontjes en –brieven binnen. De vermoedelijke daders, twee Turken van 20 en 21 jaar oud, waren voortvluchtig - zij bevonden zich in Turkije. Volgens de politie hielden de verdachten zich frequent op in een Turks café met de naam Bombastic. Dit café staat bekend als een ontmoetingsplaats van extreem-nationalistische Turken. De politie gaat, hoewel zij dat aanvankelijk wel veronderstelde, niet uit van een politiek gemotiveerde moord door Grijze Wolven, maar van de spontane daad van twee “heethoofden”.
Op 14 juli kwam één van de verdachten, de 21-jarige Koray A. (ook wel Arigan K. genoemd in de pers, red.), terug in Duitsland vanuit Turkije. Hij meldde zich bij de politie en gaf toe betrokken te zijn bij de moord. Hij verklaarde dat zijn vriend Selim A. (22) de moord had begaan. Volgens K. zou een scheldpartij de aanleiding voor de moord zijn geweest. De zich in Turkije bevindende Selim A. bevestigde telefonisch tegenover de Duitse politie grotendeels de verklaringen van Koray A. Vrienden en familie van Erol Ispir zijn woedend over de houding van de Duitse politie. Zij stellen dat de moord wel degelijk een politieke achtergrond heeft. Zo vragen zij zich af waarom de daders pas twee weken na de moord terugkeren uit Turkije als het om simpele ruzie zou gaan en waarom zij bij de wake op de plaats waar de moord plaatsvond continu worden bedreigd door Grijze Wolven met wapens. Verder zou Ispir bekend hebben gestaan bij de Grijze Wolven in Keulen als een Koerd die zijn mening niet onder stoelen of banken stak als hij sprak met rechtse Turkse jongeren. Bovendien berichtte de Kölner Stadt-Anzeiger dat Koray A. tegenover de politie geen geheim maakte van zijn nationalistische gezindheid. persverklaring van mensen uit Keulen-Kalk, 2 juli 1999, Kölnische Rundschau, 5, 9 en 15 juli 1999, Express, 8, 16 juli 1999, Kölner Stadt-Anzeiger, 10 juli 1999, junge Welt, 2 oktober 1999, Antifaschistische Nachrichten, nummer 15, 22 juli 1999 • BRD, Keulen, juni 1999 Volgens ooggetuigeberichten overvielen eind juni circa dertig Turkse extreem-nationalisten een Koerdische cultureel kamp in Riehl, een wijk van Keulen. junge Welt, 2 oktober 1999, Antifaschistische Nachrichten, nummer 15, 22 juli 1999 • Oostenrijk, Wenen, maart 1999 Een jongerenwerker van Koerdische afkomst, werkzaam in een buitenwijk van Wenen, doet zijn beklag over de opgefokte sfeer tussen Turkse en Koerdische jongeren in Wenen. Achtergrond voor deze situatie is volgens hem het toegenomen chauvinisme en nationalisme in Turkije door de affaireÖcalan. De Turkse pers doet daar volgens hem ook aan mee. Als voorbeeld geeft hij de Turkse krant Hürriyet, die heeft opgeroepen tot een “totale oorlog” tegen de PKK. In Wenen heeft dit alles geleid tot gewelddadige aanvallen op jongerenwerkers en jongereninstellingen. Jongeren die sympathiseren met de Grijze Wolven zouden de aanzet geven tot dergelijke incidenten. Volgens de coördinatrice van twintig Weense jongerencentra, Gabriele Langer, valt er de afgelopen vier/vijf jaar een groei waar te nemen bij de aanhang onder jongeren van rechtse Turkse groeperingen. Duizenden Turkse jongeren in Wenen zouden sympathiseren met de Grijze Wolven. Der Standard, 23 maart 1999 • BRD, Berlijn, maart 1998-februari 1999 In maart 1998 begint het eerste proces in een serie, tegen de leden van twee elkaar bestrijdende Turkse bendes in Berlijn. De bendes hielden zich bezig met ontvoering, afpersing en drugshandel. Een aantal leden van de bendes zou aanhanger zijn van de MHP. Totaal zitten er vierentwintig mensen in voorarrest. Voorheen behoorden de leden tot één bende, de zogenaamde 'premiejagersbende'. De bende viel uit elkaar vanwege onenigheid over de verdeling van circa 1 miljoen mark. Het geld was vergaard door afpersing. De onenigheid leidde tot geweld. Op 13 augustus 1997 was er een schietpartij met dodelijke afloop in Wedding. Op 30 augustus 1997 vond een mislukte moordaanslag plaats op de leider van één van de bendes. De vijfde rechtszaak tegen leden van beide bendes loopt voor een rechtbank in Moabit in Berlijn. Bij dit proces gaat het om de ontvoering en afpersing van een Berlijnse aannemer. Deze aannemer zou zijn afgeperst voor 650.000 mark. In juni 1997 werd hij door de bende ontvoerd en mishandeld – hij moest onder andere een schijnexecutie doorstaan. Na toezegging van de 650.000 mark werd de aannemer vrijgelaten. Tevens deed hij voor een symbolisch bedrag zijn bedrijf voor 90 procent van de hand aan de bende. De bende liep uiteindelijk tegen de lamp doordat de leiders ruzie kregen over de verdeling van de buit en elkaar gewelddadig begonnen te bestrijden. De enige vrouw onder de aangeklaagden speelt een centrale rol in het proces. Ze was al kroongetuige in een ander proces tegen haar ‘collega’s’. In deze zaak gaat het om een geplande bomaanslag op een Koerdisch café in Neukölln in maart van 1998. Conflicten tussen de Grijze Wolven en de PKK zouden de aanleiding voor de aanslag zijn. De vrouw heeft voor de rechtbank verklaard dat er nog twee andere aanslagen waren beraamd. Zij vertelde ook dat de vroegere leider van de bende haar naar Turkije zou sturen voor een contra-guerrilla-opleiding van Grijze Wolven. Door het oprollen van de bendes ging dit niet door.
60
Begrafenis van Erol Ispir, Kasanli (Afsin), 8 juli 1999 (foto: Özgür Genç)
61
Op 22 december 1998 kregen vier leden van de ene bende vanwege poging tot moord op de leider van de andere bende gevangenisstraffen van vier en een half tot acht jaar van de rechtbank in Berlijn. In februari 1999 werd een bendelid in een ander proces vrijgesproken omdat niet voldoende kon worden bewezen dat hij betrokken was bij een moord. Berliner Morgenpost, 24, 26 maart, 14 oktober, 23 december 1998, 5 februari 1999, Tageszeitung, 14 oktober 1998 • BRD, Berlijn, 28 november 1998 Circa achtduizend mensen, waaronder zeer veel aanhangers van de Grijze Wolven, demonstreren in Berlijn voor de directe uitlevering van de voorzitter van de PKK, Abdullah Öcalan, van Italië aan Turkije of eventueel Duitsland. De demonstratie was georganiseerd door de Türkische Gemeinde te Berlijn. Tweeëndertig organisaties hadden opgeroepen tot de demonstratie, waaronder aan de MHP gelieerde organisaties. Leuzen op de demonstratie zijn: “Turkije wordt het graf van Apo en de PKK” en “Sla Apo, hij moet luisteren – sla hem, hij zal luisteren”. Veel demonstraten dragen vlaggen met MHP-symbolen en maken voortdurend het Grijze Wolven-teken. Een Italiaanse specialiteitenwinkel langs de route van de demonstratie kan door tussenkomst van de ordedienst worden behoed voor vernielingen. De vice-voorzitter van de Türkische Gemeinde, Taciddin Yatkin verklaart dat de samenwerking tussen de dicht bij de Turkse regering staande groeperingen van tevoren was gepland. Tageszeitung, 30 november 1998 • België, Brussel, 17 november 1998 Circa tweehonderdvijftig Turken demonstreren voor uitlevering van de voorzitter van de PKK, Abdullah Öcalan, van Italië aan Turkije. De demonstranten, waarvan er veel frequent het Grijze Wolven-teken maken en MHP-vlagen bij zich hebben, trekken door de Brusselse wijk Sint-Joost-ten-Node. Het is de bedoeling naar de Italiaanse ambassade te gaan, maar bij het zien van een aantal Koerdische instellingen vliegt de vlam in de pan. Een deel van de demonstranten steekt het Koerdisch Instituut en het Koerdisch Cultureel Centrum met molotov-cocktails in brand. Beide panden branden vrijwel volledig uit. Het gebouw van de Assyrische vereniging moet het ook ontgelden: binnen worden vernielingen aangericht. De later gearriveerde rijkswacht drijft de amok makende Turken met rookbommen en een waterkanon uiteen. Eén rijkswachter raakt zwaar gewond bij de rellen.
Een Turkse familie met een protestbord tegen Abdullah Öcalan tijdens de verboden demonstratie in Brussel op 21 december 1998 (foto: archief comité)
Volgens buurtbewoner en journalist Wim de Neuter, die alles nauwkeurig had kunnen volgen, was er sprake van een goed geplande actie: "Ze kwamen toe, staken de boel in brand en liepen daarna weer weg. Alles gebeurde vrij snel en doelbewust. Ook de gelukte brandstichting toonde aan dat alles goed voorbereid was". Volgens De Neuter zijn de Grijze Wolven en Turkse fundamentalisten geïnfiltreerd in Turkse verenigingen in Schaarbeek en Sint-Joostten-Node. Ook de voorzitter van het Koerdisch Instituut, Derwes Ferho, verklaarde dat Grijze Wolven achter de brand zaten. Hij werd in zijn opvatting gesteund door diverse politici. Zo had de CVP-voorzitter Marc van Peel het over "extreem-rechtse terroristen die woningen van onschuldigen in brand steken". De Belgische minister van Binnenlandse Zaken, Luc van den Bossche (SP), pleegde overleg met alle politionele instanties en met de geheime dienst. Hij dreigde ook met uitwijzing van Turken die de openbare orde verstoren, ook als zij een verblijfsvergunning mochten hebben. In de week na dit incident waren er nog enkele andere kleine demonstraties van rechtse Turken voor de uitlevering van Öcalan. Op 2 december doet de Belgische politie en rijkswacht met honderdvijfendertig man in diverse steden huiszoekingen om de daders of bewijzen van de brandstichtingen te vinden. Er wordt een aantal personen gearresteerd. De arrestanten waren aantoonbaar betrokken bij de demonstratie, maar van slechts één persoon kon worden bewezen dat hij deel had genomen aan de vernielingen. De rijkswacht start een onderzoek naar de berichtgeving op Turkse televisiezenders. Het onderzoek richt zich met name op het station TRT-INT. TRT-INT zou mogelijk Turken hebben opgeroepen tot acties op 17 november. Dat vanaf het begin van de demonstratie een camaraman van het Turkse station Show-TV aanwezig was - beelden van de demonstratie werden de volgende dag in Turkije uitgezonden - duidt op een zekere planning. Mocht het station hebben opgeroepen tot provocaties, dan zou er actie worden ondernomen, aldus de minister van Media van het Vlaamse Parlement. Op 26 januari voeren negentig politieagenten in Brussel opnieuw een operatie uit gericht op het vinden van de daders van de ongeregeldheden. Achttien Turkse extreem-nationalisten worden opgepakt, maar later weer vrijgelaten. NRC, 19 november 1998, De Morgen, 19, 21 november 1998, De Standaard, 3 december 1998, Koerdistan Koerier, november 1999
62
• BRD, Berlijn, november 1998 Vanaf de komst van PKK-voorzitter Öcalan in Italië, op 12 november 1998, hielden zich circa vijftig tot zestig Turken, waaronder veel Grijze Wolven, op voor de Koerdische vereniging Emek Baris ve Özgürlük Bloku aan het Kottbusser Tor in Berlijn. Ze riepen leuzen naar de vereniging: "We zullen Öcalan in Turkije begraven" en "We vermoorden jullie allemaal". Omdat de provocaties intensiveerden, besloot de vereniging haar ruimte twee weken te sluiten. Tageszeitung, 4 december 1998 • Italië, november 1998 De Italiaanse geheime dienst waarschuwt de Italiaanse regering dat Grijze Wolven naar Italië zouden zijn gereist om een aanslag te plegen op Abdullah Öcalan. junge Welt, 23 november 1998 • BRD, Berlijn, 22 september 1998 Leden van een speciale eenheid van de politie (SEK) en de recherche arresteerden op dinsdag 22 september een leider van de Grijze Wolven, Sahin Sedat. Er was een internationaal arrestatiebevel tegen hem uitgevaardigd. Sedat was in 1984 in Turkije wegens drugshandel tot elf jaar gevangenisstraf veroordeeld. Na zijn vrijlating dook hij onder. Hij reisde circa zes maanden geleden met een vals paspoort naar Duitsland. Sedat wacht op uitlevering naar Turkije. Hij wordt daar door de autoriteiten beschuldigd van het aanzetten tot moord en drugshandel. Berliner Morgenpost, 27 september 1998, Berliner Zeitung, 28 september 1998
63
• BRD, Offenbach, juli 1998 Het Internationale Muziek en Cultuur Festival in de Duitse stad Offenbach werd dit jaar opgeschrikt door een incident waarbij Grijze Wolven waren betrokken. Het festival vindt ieder jaar ergens anders plaats in Duitsland en biedt verschillende volken de mogelijkheid zich te presenteren. Dit jaar waren er op het festival onder meer Russen, Duitsers, Koerden, Turken, Grieken, Afghanen en Joegoslaven aanwezig.
• België, Brussel, oktober 1997 De in Duitsland woonachtige Yalçin Özbey wordt in het Brusselse Zuidstation opgepakt. Aanleiding voor de arrestatie was dat hij nog steeds officieel werd gezocht door Interpol in verband met de moord op Abdi Ipekçi, de hoofdredacteur van de Turkse krant Milliyet, in februari 1979. Omdat deze moord inmiddels verjaard is, werd Özbey snel weer vrijgelaten. Özbey was vroeger lid van de Grijze Wolven en verkeerde in kringen rond Mehmet Ali Agça, de man die de aanslag op de paus pleegde.
Tijdens het festival begonnen mensen, die bekend stonden als MHP-sympathisanten, het Turkse volkslied te zingen, ze zongen ook het nationalistische lied ‘Mijn Turkije’. Bovendien ontrolden ze de Turkse vlag en toonden ze een spandoek met de tekst ‘Hou er van (van je land, red.) of verdwijn’. Mensen van diverse bevolkingsgroepen protesteerden tegen het gedrag van deze Turken. Men poogde de Turken te weerhouden van geweld, maar dit mislukte. Hoewel er politie aanwezig was, werd de Koerdische zanger Nimet aangevallen. Hij raakte gewond door rondvliegend glas en moest naar het ziekenhuis. Ook diverse MHP-aanhangers moesten naar het ziekenhuis worden afgevoerd. Vanwege de gebeurtenissen werd het festival voortijdig beëindigd.
Özgür Politika, 2 oktober 1997
Özgür Politika, 7 juli 1998 • Zwitserland, Basel, 4 juli 1998 Gedurende de voetbalwedstrijd FC Basel - Galatasaray vielen circa honderdvijftig Grijze Wolven een groep Koerden aan die een ERNK-vlag bij zich droegen en leuzen riepen. Aan het eind van de wedstrijd vochten de MHP-sympathisanten met de Zwitserse politie. Politieauto’s en auto’s van FC Basel-supporters werden vernield. Zes MHP-aanhangers werden door de politie gearresteerd, vier MHP-aanhangers en twee politieagenten raakten gewond. Özgür Politika, 7 juli 1998 • Turks-Cyprus, juni 1998 Bij de verkiezingen in juni haalde de Nationale Eenheid Partij (UBP) in 28 gemeenten en districten 40% van de stemmen. De UBP heeft nauwe contacten met de MHP. Samen met de MHP won de UBP in 18 van de 28 gemeenten. De kiezers van de UBP bevinden zich vooral in de gemeenten waar nationalisten uit Turkije zich hebben gevestigd. Kurdistan Rundbrief, 26 augustus 1998 • BRD, Bremen, april 1998 Bremerhaven financieert Turkse fascisten - dat staat vast voor vertegenwoordigers van de Gesprächsrunde gegen Fremdenfeindlichkeit. De Gesprächsrunde
• BRD, Berlijn, 19 september 1997 De burgemeester van Berlin-Kreuzberg, Franz Schulz (Bündnis 90/Grünen) ontvangt een delegatie van de Turkse federatie ADÜTDF. Een foto van het bezoek wordt in de krant Türkiye geplaatst. De delegatie verspreidde voor haar bezoek aan Schulz voor het gemeentehuis van Kreuzberg pamfletten tegen drugs. Schulz voelt zich publicitair misbruikt door de delegatie van de Türk Federasyon. De ontvangst van de delegatie leidt tot commotie. In november 1997 vindt een zitting plaats van de Kreuzbergse raad waar een motie van afkeuring van de CDU wordt behandeld. Schulz overleeft de motie en belooft beterschap. junge Welt, 23 oktober 1997, Berliner Morgenpost, 27 november en 8 oktober 1997 • Turks-Cyprus, juni 1997 In het door Turkije bezette gedeelte van Cyprus vinden aanvallen plaats van MHP-ers. De MHP-ers zijn afkomstig uit Cyprus en overgekomen uit Turkije. De aanvallen zijn gericht op Koerdische studenten in de steden Cayirova, Kumyali en Magosa. In de nacht van zondag 8 juni begonnen de aanvallen op de woningen van de studenten. De studenten worden aangevallen met messen en ijzeren staven, hun woningen worden vernield. De aanvallen duren tot maandagmorgen. Vier studenten worden zwaar gewond naar het ziekenhuis in Magosa gebracht. De politie treedt niet op tegen de aanvallen. Op maandag worden in de loop van de dag honderddertien studenten opgepakt, die bekend stonden als links of Koerdisch. Kurdistan Rundbrief, 1 juli 1997 • BRD, Moosburg, 5 juni 1997 In het Duitse Moosburg vindt op 5 juni 1997 een demonstratie plaats “voor een vrij en socialistisch Koerdistan”. De PDS in Moosburg had daartoe opgeroepen. Circa vijftig mensen namen aan de demonstratie deel. Turkse aanhangers van de MHP bedreigden voor aanvang van de demonstratie de Duitse
beschuldigt de migrantenraad van de gemeente Bremerhaven omdat deze heeft ingestemd met de verstrekking van 2.650 mark subsidie voor een bijeenkomst van Grijze Wolven. Minstens vijfhonderd Turkse extreem-nationalisten worden verwacht in een hal in Loxstedt-Nesse in Bremerhaven. Als aan-
organisatoren. Daarnaast kondigden zij aan dat zij de demonstranten zouden aanvallen. Langs de route van de demonstratie staan opvallend veel Grijze Wolven. Ze roepen leuzen, beledigen de demonstranten, vallen ze lastig en proberen de luidsprekerwagen te bespugen. Na afloop van de demonstratie
vrager voor de subsidie treedt de Bremerhavense Türkische Familieunion op. Op het aankondigingsaffiche van de manifestatie duikt echter de Turkse
zijn deelnemers achtervolgd en geïntimideerd door Grijze Wolven. Antifaschistische Nachrichten, 24 juli 1997
Federatie op als organisator. Tageszeitung, 18 april 1998 • Griekenland, Athene, 6 april 1998 Begin 1998 werd het onderzoeksrapport over het Susurluk-incident van de Turkse officier van justitie Kutlu Savas bekendgemaakt. In eerste instantie
• BRD, Essen, juni 1997 Op 26 juni 1997 slagen de islamitische studentenorganisatie ASV en de op de MHP georiënteerde studentenorganisatie Multi Cultis erin om het Internationale AstA-referat bij de universiteit in Essen hernieuwd onder controle te krijgen. Ondanks een fraudeaffaire - 100.000 mark bedoeld voor een
werden elf pagina's geheimgehouden. Later werd duidelijk waar deze pagina's over gingen. Onder meer de vermoedelijke betrokkenheid van de Turkse geheime dienst bij bomaanslagen en brandstichtingen in Griekenland kwam in dit deel van het rapport aan de orde. Al in 1996 had één van de betrokkenen bij het Susurluk-ongeval, de DYP-parlementariër Sedat Bucak op het Turkse televisiestation HBB onthuld dat Abdullah Çatli en enkele andere extreem-nationalisten naar Griekenland waren gestuurd om daar op diverse eilanden in de Egeïsche Zee bosbranden te stichten. Op 5 april 1998 citeer-
reis naar Turkije was in het niets verdwenen - waarbij mensen uit deze organisaties waren betrokken, en informatieverstrekking over de nationalistischfundamentalistische achtergrond van beide organisaties, kon niet voorkomen worden dat een groot deel van de Turkse studenten de kant kozen van deze organisaties. Informationsbüro Türkei und Kurdistan, persverklaring
de de Griekse krant Eleftherotypia stukken uit het tot dan toe geheim gehouden deel van het onderzoeksrapport. Daaruit valt op te maken dat diverse bosbranden en bomaanslagen op Rodos het werk waren van agenten van de Turkse geheime dienst MIT. De Griekse minister voor Openbare Orde, Jorgos Romaios, bevestigde op 5 april dat men reeds in 1994 aanwijzingen had voor de betrokkenheid van Turkse geheime diensten bij deze bomaanslagen. Frankfurter Rundschau, 7 april 1998
64
• BRD, Duisburg, mei/juni 1997 Bij de universiteit van Duisburg zitten in twee studentenorganisaties, de Internationale Liste en het autonome ausländerInnenreferat (een onafhankelijke studentenorganisatie die de belangen behartigt van buitenlanders en migranten), diverse Grijze Wolven. Nadat een voormalig lid van het ausländerInnenreferat, Tekin Aycil, tegenover tweehonderd studenten toegeeft lid van de Grijze Wolven te zijn, worden de leden van de Internationale
65
Liste die in het studentenparlement van de universiteit van Duisburg zitten, opgeroepen om zich te distantiëren van de Grijze Wolven. Aanhangers van de Grijze Wolven en rechtse studenten pogen dit en de informatieverspreiding over deze affaire te voorkomen door vertragingingstactieken en intimidatie. Erledigt, juni 1997 • BRD, Memmingen, 18 april 1997 Op 18 april 1997 heeft een Koerdistan-solidariteitsgroep, de Gruppe Kurdistan Solidarität Oberschwaben-Allgäu, een informatiestand in het voetgangersgebied van de stad Memmingen. De stand staat in het teken van de toerismeboycot van Turkije. Voor het houden van de stand is toestemming verleend door de gemeente Memmingen. Tijdens het opbouwen van de stand hangen er volgens de organisatoren opvallend veel groepjes Turkse mannen rond. Ook is er al direct politie aanwezig, die de inhoud van de stand 'goedkeurt'. Vrijwel direct na de opening van de stand komen circa vijftien Turken verhaal halen. Ze vragen wat de mensen van het standje uitvoeren. Ze bestempelen hen als leugenaars, beginnen de pamfletten te verfrommelen en te verscheuren en rukken de opgehangen posters van het standje. De mensen van de solidariteitsgroep verzoeken de Turken te verdwijnen. Wanneer ze dat niet doen, komt het tot gewelddadigheden om het standje te beschermen. De politie arriveert na tien minuten, als het opstootje alweer voorbij is. Circa dertig Turken blijven bij het standje rondhangen en intimideren de solidariteitsgroep. Later wordt de sfeer wat minder agressief en intimiderend, maar het blijft een komen en gaan van groepjes Turken. De pers interviewt mensen van de stand en één van de Turken, die de vice-voorzitter blijkt te zijn van de Grijze Wolven-vereniging in Memmingen.
en de parlementariërs Ahmet Çakar, Mehmet Gül en Kürsat Eser. De reden voor deze eis tot executie is gelegen in de ‘hang-Öcalan-verkiezingscampagne’ van de MHP bij de afgelopen verkiezingen. MHP’ers stelden voor om eerst Öcalan te executeren en dan de doodstraf af te schaffen. Sommigen uitten ook bedreigingen. Mehmet Gül: "Er is geen enkele parlementariër tegen het ophangen van Öcalan. Als er een parlementariër bezwaar maakt tegen het ophangen van Öcalan, dan zou deze persoon in het toilet in elkaar moeten worden geslagen." En Sefkat Çetin dreigde richting de DSP van Ecevit: “De persoon of organisatie die dat (het niet uitvoeren van de doodstraf van Öcalan, red.) te verantwoorden heeft, wordt door het volk ten val gebracht”. Devlet Bahçeli stelde zich wat gematigder op dan veel van zijn partijgenoten omdat hij weet dat zijn coalitiepartners, ANAP en DSP, tegen de doodstraf zijn. Bahçeli betreurde het dat hij rekening moest houden met de EU vanwege Turkije’s wens tot toetreding. Bahçeli moest, om de coalitie niet in gevaar te brengen, rekening houden met de wens van de EU. Deze was dat de doodstraf wordt afgeschaft en Öcalan niet wordt geëxecuteerd. Op 12 januari 2000 was er een speciale regeringsbijeenkomst, die circa zeven uur duurde, waarin werd besproken of de Turkse regering de beslissing van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens over de rechtmatigheid van het proces tegen Öcalan was zal afwachten. De coalitie besloot tot afwachten. Dit regeringsbesluit betekent volgens de conservatieve en extreem-rechtse krachten in Turkije een inbreuk op de interne aangelegenheden van Turkije. Om deze krachten, waaronder MHP, enigszins tevreden te stellen, meldde Ecevit dat als de PKK misbruik zou maken van het uitstel de zaak-Öcalan onmiddellijk in het parlement zou worden besproken.
Antifaschistische Nachrichten, 1 mei 1997 • BRD, Mannheim, 15 maart 1997 De gemeente Mannheim laat een bijeenkomst van Grijze Wolven in Mannheim-Feudenheim onder massale politiebescherming doorgaan. Grijze Wolven houden een 'culturele' manifestatie in het Kulturhaus in Feudenheim. Tegen deze manifestatie protesteren zeventig mensen. Volgens de aankondiging van de MHP-aanhangers zouden er demonstraties van militaristische sport en oorlogszuchtige 'spelletjes' plaatsvinden. De DGB-voorzitter Nagel, de bond voor de chemische industrie en vele andere personen en organisaties verzochten burgemeester Widder van Mannheim om de bijeenkomst van de Grijze Wolven af te gelasten. Kurdistan Rundbrief, 25 maart 1997
Na dit besluit uitten MHP’ers nog steeds de wens Öcalan te executeren. Zo dreigde Bahçeli op 18 januari tijdens een bijeenkomst van de MHP-fractie in Ankara weer met de executie van Öcalan. Hij zei dat Öcalan ongeacht de uitspraak van ECHR zal worden geëxecuteerd. TDN, 6 en 12 december 1999, AFP, 20 december 1999 en 11 januari 2000, Hürriyet, 10 december 1999, yahoo, 3 en 18 januari 2000, Reuters, 4 en 14 december 1999, 7 janauri 2000, NZZ, 13 januari 2000, Türkiye, 1 december 1999, Jungle World, 8 december 1999 • Ankara, mei 1998 – december 1999 Op 12 mei 1998 vindt er in Ankara in het hoofdkantoor van de Turkse mensenrechtenvereniging IHD een aanslag plaats op de IHD-voorzitter Akin Birdal. Op Birdal worden door twee gewapende personen dertien kogels afgevuurd. De zwaargewonde Birdal overleeft de aanval ternauwernood. De aanslag wordt bij de Turkse zender NTV opgeëist door de Turkse Wraak Brigade (TIT). Deze TIT staat bekend als een extreem-nationalistisch doodsekader dat
• Turks-Cyprus, augustus 1996
nauwe banden heeft met de Turkse staat. Op 22 mei 1998 worden in Ankara twee verdachten van de aanslag gearresteerd, Bahri Eken en Kerem
In de maand augustus van 1996 brengt een lid van het Turks Cultureel Centrum (TKC) uit Utrecht een bezoek aan Cyprus. Op dat moment vinden er gewelddadige confrontaties plaats tussen Turkse en Griekse Cyprioten. “In 1996 was ik op Cyprus bij de grensgevechten. Ik heb meegedaan met stenen
Deretarla. De wapens van het misdrijf worden ook gevonden. Korte tijd na deze arrestatie worden nog drie verdachten gearresteerd. Vervolgens wordt in Istanbul een onderofficier van de MIT, Cengiz Ersever, gearresteerd. Ersever blijkt de leiding van de moordoperatie te hebben gehad. Hij functioneerde
gooien en zo. (…) We waren met een heleboel Grijze Wolven, wel met vijfduizend. (…) Hij was georganiseerd door de Ülkü Ocaklari. In Lefkose was
lange tijd als de rechterhand van Mahmut Yildirim. Yildirim, alias Yesil, is één van de leiders van de Turkse contra-guerrilla. Cengiz Ersever wordt, naast
er overal live televisie. Daar keken we naar om te zien waar de Grieken de grens over kwamen, daar gingen we dan heen met bussen. (…) De Turkse militairen hadden ons geweerd bij de Groene Zone. Als de Grieken verder komen dan de Griekse zone mogen jullie je gang gaan, hadden ze gezegd.
de aanslag op Birdal, verdacht van nog vele andere misdaden. Zo zou hij opdracht hebben gegeven tot de moord in 1991 op de voorzitter van de IHD in Diyarbakir, Vedat Aydin.
(…) Een Griek is toen doodgeslagen omdat hij op Turks grondgebied kwam.” Kleur, nummer 2, april 1999
TURKIJE • December 1999-januari 2000 Eind december deed de Turkse procureur-generaal, Vural Savas, uitspraak in het beroep van de advocaten van Öcalan tegen diens ter dood veroordeling. Diverse MHP’ers namen al een voorschot op de discussie in het Turkse parlement over de tenuitvoerlegging van de doodstraf. Ze eisten al voor de beslissing van Savas luidskeels de snelle executie van Öcalan. Nadat Savas het beroep op 28 december had afgewezen, gingen MHP’ers door met hun campagne voor een zo snel mogelijke executie van de Koerdische leider. Vooraanstaande MHP’ers maakten zich publiekelijk hard voor de executie. Hieronder waren de voorzitter Devlet Bahçeli, de vice-voorzitter Sefket Çetin, de plaatsvervangend algemeen-secretaris Sait Gönen, de minister van Defensie Sabahattin Çakmakoglu, de minister van Gezondheidszorg Osman Durmus,
66
Het komt tot een proces tegen zeventien verdachten. Cengiz Ersever wordt beschuldigd van het opzetten van een onwettige organisatie, de TIT. Andere verdachten worden beschuldigd aan deelname aan de TIT en/of medeplichtigheid aan poging tot moord. Op 29 december 1999 doet de Rechtbank voor Staatsveiligheid (DGM) in Ankara uitspraak. Elf van de zeventien verdachten worden veroordeeld. Erserver wordt tot 19 jaar gevangenisstraf veroordeeld. De twee schutters, Bahri Eken en Kerem Deretarla, krijgen respectievelijk 19 en 12 jaar gevangenisstraf. De andere veroordeelden krijgen gevangenisstraffen die reiken van 10 maanden tot 19 jaar. Tijdens de zittingen voor de DGM in Ankara vinden diverse incidenten plaats. Ersever bedreigt de rechtbank en zegt dat hij binnen vierentwintig uur Birdal kan laten vermoorden. Ook bedreigen de verdachten van de aanslag op Birdal diens advocaat, Ali Riza Dizdar. Cengiz Ersever en andere aangeklaagden proberen de advocaat van Birdal aan te vallen terwijl ze beledigingen uiten. Bij een eerdere zitting had Cengiz Ersever al geprobeerd om Birdal te mishandelen. Tijdens één van de zittingen voor de DGM verklaarde Cengiz Ersever dat hij niet van plan was geweest om Birdal te doden. Hij had Birdal moeten ontvoeren om hem tot bepaalde politieke uitspraken te dwingen, aldus Ersever. Nützliche Nachrichten, 3/1998 en 1/1999, Kurdistan Rundbrief, nummer 21, 21 oktober 1999, Kurdistan, nummer 4, juli/augustus 1998, Turkish Daily News, 18 december 1999, Kurdish Observer, 31 december 1999
67
• Yozgat, december 1999 Zieke gevangenen worden tijdens het vervoer van de gevangenis naar het ziekenhuis aangevallen door politieagenten en groepjes MHP-ers. Eenmaal in het ziekenhuis worden de gevangenen niet behandeld. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, Pressemitteilung nr. 56, 31 december 1999
• Izmir, 9 juni 1999 Op 9 juni vindt er in Izmir een zitting plaats van de rechtzaak tegen twintig MHP-aanhangers die ervan worden verdacht de student Kenak Mak op 3 mei 1998 in Bolu te hebben vermoord. Een gevangenisstraf van 24 tot 30 jaar wordt geëist tegen Soner Gökgül wegens moord. Gökgül wordt ervan verdacht Mak te hebben neergestoken. Voor vijftien anderen worden straffen geëist die variëren van 6 maanden tot 6 jaar vanwege betrokkenheid bij de moord.
• Erdemit, december 1999 In de stad Erdemit in de omgeving van Balikesir hebben honderd MHP’ers drie Koerdische winkeliers aangevallen op de markt. Bij de aanval raken drie mensen gewond. De reden voor de aanval was dat de slachtoffers tijdens de gemeenteraadsverkiezingen niet hadden gestemd op de huidige burgemeester. Toen de politie arriveerde, trokken de extreem-nationalisten zich terug. De politie arresteerde vier personen. De arrestanten werden later weer vrijgelaten. Toen de fascisten bij de winkels waren, riepen zij “jullie hebben niet op de burgemeester gestemd” en “jullie mogen hier niet verkopen”. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, Pressemitteilung nr. 55, 5 december 1999
Info-Türk, bulletin nummer 250, juni 1999
• Izmir, december 1999 Hüseyin Ersan, medewerker van de in Izmir-Buca gevestigde vereniging Pir Sultan Abdal, veroordeelde de aanval die op de vereniging heeft plaatsgevonden. Ersan gaf een verklaring af in het verenigingsgebouw. Bij de aanval werd de deur van de vereniging vernield. Collectebussen werden gestolen. De aanvallers kalkten leuzen op de muren als “Dood aan de alevieten”, “MHP en 3 Hilal”. Ersan: “We willen dat de aanvallers worden gevonden. We verzoeken alle maatschappelijke groeperingen op te treden tegen dergelijk handelen, dat in de samenleving haat zaait. We veroordelen de aanvallen”. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, Pressemitteilung nr. 55, 5 december 1999 • Malatya, november 1999 De behandeling van de amnestiewet in het Turkse parlement wordt tien dagen uitgesteld. Dit uitstel vloeit voort uit de weigering van de Partij van Democratisch Links (DSP) om een eis van de Partij van de Nationalistische Actie (MHP) te accepteren. De MHP stelde namelijk voor dat de Grijze Wolf
• Ankara, 27 en 28 mei 1999 Studenten - aanhangers van de MHP - vallen op 27 mei linkse studenten aan met knuppels, op de faculteiten voor statistiek, geschiedenis en geografie van de universiteit van Ankara. De gewelddadigheden beginnen op de geschiedenisafdeling van de universiteit, maar verpreiden zich doordat meer studenten eraan mee gaan doen. Vijf studenten raken gewond. In de morgen van 28 mei worden twee MHP-aanhangers die hadden deelgenomen aan de aanval van de vorige dag, geslagen door een groep studenten. Later gaat Ertugrul Güz, één van de leiders van de MHP-aanhangers op de universiteit, samen met een groep studenten die met de MHP sympathiseren, gewapend met messen af op linkse studenten. Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999 • Kastamonu, 27 mei 1999 De studenten Mustafa Karakus en Tuncay Nuralis van de faculteit voor onderwijs in Kastamonu worden bij hun studentenhuisvesting mishandeld door enkele MHP-aanhangers. Mustafa Karakus moest na de mishandeling naar het ziekenhuis. Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999 • Van, 13 mei 1999 Muammer Kalçik, die vanaf 12 mei door de politie in Van werd vastgehouden in verband met een misdrijf, werd op 13 mei vrijgelaten door justitie. Buiten
Haluk Kirci gebruik zou maken van de amnestiewet. MHP-leider Devlet Bahçeli maakt bekend dat de MHP staat op amnestie voor Kirci en dat zij indien
werd hij door MHP-aanhangers mishandeld en meegenomen naar een jongerenvereniging van de MHP, waar hij verder werd mishandeld. De mishande-
nodig de coalitie zal ontbinden. De amnestiewet wordt vervolgens van de agenda gehaald om de coalitie te redden. Info-Türk, november 1999
ling resulteerde in een gebroken neus, een kwetsuur aan zijn schouder en twee gebroken vingers. De MHP-aanhangers lieten hem ‘s avonds vrij. Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999
• Giresun, 20 oktober 1999 Studenten die aanhangers zijn van de MHP vallen linkse studenten aan op de faculteit van Giresun van de ‘Zwarte Zee’ Technische Universiteit. Twee stu-
• Istanbul, 12 mei 1999 Op 12 mei 1999 overvallen gewapende aanhangers van de MHP een huis in Istanbul waar de zangers Dilaver Eren, Yilmaz Çelik en Erdal Erzincan ver-
denten raken gewond. Info-Türk, bulletin nummer 254, oktober 1999
blijven. Ze raken allen gewond. De verwondingen van Dilaver Eren zijn ernstig. Eren moet naar het ziekenhuis worden gebracht. Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999
• Mus, juli 1999 In de gevangenis van Mus worden de politieke gevangenen geprovoceerd door soldaten en bewakers die sympathiseren met de MHP. De bewakers zeggen als zij in de cellen komen, “jullie hoofd (bedoeld wordt Abdullah Öcalan, red.) is al verdwenen, wat zullen jullie nu doen met het hoofdloze lichaam”. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer 44, 26 juli 1999
• Denizli, mei 1999 De student S.C. wordt in Denizli ontvoerd door aanhangers van de MHP. Hij verklaart later dat hij is gemarteld en bedreigd door deze MHP-aanhangers. Ze kerfden met een mes de leus ‘de nationalistische beweging kan niet worden gestopt’ en het embleem van de MHP, de drie halve manen, op zijn
• Samsun, 15 juni 1999 Op 15 juni vallen studenten die aanhangers van de MHP zijn, linkse studenten aan op de faculteit voor onderwijs aan de 19e Mei Universiteit in Samsun. Tien studenten raken gewond door de aanval met knuppels en stenen. Volgend op deze gebeurtenis vallen studentes die aanhangsters zijn van de MHP linkse studenten aan op het Ilkadim-wooncomplex voor studentes. Ondertussen starten de MHP-aanhangers een handtekeningactie om Koerdische en alevietische studenten te laten verwijderen van het wooncomplex voor studenten. Info-Türk, bulletin nummer 250, juni 1999
68
armen en voeten. Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999 • Samsun, mei 1999 In Samsun wordt Kemal Topkar, lid van de jongerenorganisatie van de EMEP, aangevallen door MHP-aanhangers. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer 33, 8 mei 1999 • Mersin, 2 mei 1999 Op de middag van 2 mei overvallen veertig deels dronken MHP-aanhangers, onder leiding van Raif Levent Koçak (18), een door een Koerd uitgebaatte
69
zaak in Mersin. De MHP-aanhangers beledigen Tayyip Atabay, de eigenaar van de zaak. Het komt tot een vechtpartij waarbij ook wapens worden gebruikt. Bij de schietpartij komt Levent Koçak om het leven. Na deze gebeurtenis steken de MHP-aanhangers de winkel in brand. Vervolgens trekken zij door de stad en vernielen kiosken, winkels en huizen van Koerden. Zij belemmeren de brandweer bij het blussen van de brand. Tenslotte trekken de MHP-aanhangers naar de haven om de havenarbeiders, overwegend Koerdische vluchtelingen, aan te vallen. Velen van hen raken gewond. De politie en het leger treden niet op, hoewel zij aanwezig zijn. De aanvallen duren tot elf uur ’s avonds. De ANAP-burgemeester van de stad, Emin Gülec, zegt dat de aanvallen door de MHP van tevoren waren gepland. De bevoegde commandant van het leger wil geen uitspraken over de gebeurtenissen doen. Later, in mei, wordt de zaak van de Koerd opnieuw aangevallen door MHP-aanhangers, ditmaal met dynamiet. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, Pressemitteilung nummer 32, 5 mei 1999, nummer 36, 25 mei 1999, Info-Türk, bulletin nummer 249, mei 1999 • Ankara, 29 april 1999 De Duitse ambassadeur in Turkije Hans-Joachim Vergau, spreekt met de voorzitter van de MHP, Devlet Bahçeli. Vergau meldt na afloop van het gesprek dat dit “zeer nuttig” is geweest. Volgens Vergau is het vanzelfsprekend dat hij na de verkiezingen van 18 april een ontmoeting heeft met de voorzittter van de MHP. Naar aanleiding van dit bezoek stelt de Duitse PDS op 7 mei vragen in het parlement. De PDS vraagt de regering ondermeer hoe zij dit bezoek beoordeelt, en of het niet betekent dat de fascistische krachten in Turkije er politiek door worden opgewaardeerd. De regering antwoordt op 27 mei op deze vragen. Zij vindt het voeren van gesprekken met alle parlementaire krachten in een land tot de taken behoren van iedere ambassadeur. Dergelijke gesprekken zouden deel uitmaken van de politieke berichtgeving van de ambassade aan de regering. De regering is daarom niet van mening dat de bijeenkomst met de MHP-leider een versterking betekent van de fascistische krachten in Turkije. junge Welt, 29 april 1999, Drucksache 14/1038, Drucksache 14/1086
• Izmir/Istanbul, 11 april 1999 Verkiezingsconvooien van de HADEP in Izmir en Istanbul worden op 11 april aangevallen door aanhangers van de MHP. Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999 • Istanbul, 10 april 1999 Aanhangers van de MHP vallen de campagnebus aan van de onafhankelijke verkiezingskandidaat Sabri Topçu. Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999 • Izmir-Bergema, april 1999 In Izmir-Bergema wordt Yilmaz Türker door MHP’ers met wapens aangevallen wanneer hij het lokale HADEP-kantoor wil bezoeken. Hij raakt door schotwonden gewond aan zijn been. De aanvallers vluchten nadat zij de schoten hebben gelost. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer 22, 6 april 1999 • Istanbul, april 1999 Op de faculteit voor literatuur van de universiteit van Istanbul, valt een groep studenten – sympathisanten van de Grote Eenheidspartij (BBP) – linkse medestudenten aan met messen en knuppels wanneer deze posters van de Partij voor Vrijheid en Solidariteit (ÖDP) ophangen. Acht studenten raken bij de vechtpartij gewond. De politie arresteert uiteindelijk zesendertig studenten: twee BBP-aanhangers en vierendertig ÖDP-aanhangers. Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999 • Van, maart 1999
• Ankara, 26 april 1999 Studenten, aanhangers van de MHP, vallen linkse studenten aan op de Hacettepe Universiteit te Ankara. Vier studenten raken gewond vanwege de aanval. Vijf studenten worden gearresteerd. (Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999)
In het dorp Kale bestormen MHP-aanhangers huizen waarvan zij aannemen dat de bewoners aanhangers van de HADEP zijn. Ze bedreigen de bewoners en dringen aan bij de landelijke en plaatselijke verkiezingen niet te stemmen op de HADEP. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, nummer 10, 11 maart 1999 • Gaziantep, 3 maart 1999 Op 3 maart raken zestig studenten gewond tijdens incidenten die plaatsvinden op de universiteit van Gaziantep. Het betreft een conflict tussen linkse stu-
• Istanbul, april 1999 Een groep aanhangers van de MHP valt in de wijk Zeytinburnu in Istanbul een HADEP-verkiezingsconvooi aan. Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999
denten en studenten die aanhangers zijn van de MHP. Vier linkse studenten raken zwaar gewond. Info-Türk, bulletin nummer 247, maart 1999, Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer7, 5 maart 1999
• Ankara, 12 april 1999 Op 12 april 1999 ontstaat op de universiteit van Ankara een vechtpartij tussen studenten van de faculteiten van taalkunde, geschiedenis en geografie
• Istanbul, december/november 1998 In door rechts gedomineerde wijken van Istanbul en in enkele andere steden houden aanhangers van de MHP zogenaamde identiteitscontroles. Degenen
nadat Ertugrul Güz, een lid van de MHP, met een pistool linkse studenten bedreigde. De politie trad op, maar arresteerde Güz niet. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer 25, 16 april 1999
die Koerd blijken te zijn, worden mishandeld. junge Welt, 7 december 1998
• Manisa, april 1999 Leden van de jongerenorganisatie van de MHP verwonden in Manisa Gürgör Kizilkaya, een student aan de Celal Bayar-universiteit, door hem met messen te steken. Kizilkaya wordt naar het ziekenhuis gebracht. Studenten protesteren later vanwege deze gebeurtenis. Informationsdienst zur aktuellen Lage in der Türkei und Kurdistan, persverklaring nummer 24, 14 april 1999
• Istanbul, 1 december 1998 Linkse en rechtse studenten vallen elkaar aan met messen, stokken en stenen op de universiteit van Istanbul. Acht studenten raken gewond, waarvan één ernstig door een steekwond in de borst. De politie deelt mee dat het gevecht uitbrak op de economie faculteit, op de hoofdcampus van de universiteit op het Beyazit Plein. Dertig studenten worden gearresteerd na het gevecht. Turkish Daily News, 3 december 1998
• Istanbul, 11 april 1999 Op 11 april breekt er een gevecht uit tussen leden van de MHP en de ANAP in de wijk Esenler. De ruzie ontstond nadat de MHP’ers posters plakten over de posters van de ANAP. (Info-Türk, bulletin nummer 248, april 1999)
70
• Izmit, november 1998 De 46-jarige leraar Metin Yurtsever wordt voor de ogen van de politie door MHP'ers aangevallen en zo zwaar mishandeld dat hij in het ziekenhuis overlijdt. Twee andere Koerden raken bij de aanval zwaargewond. Dit is één van de vele gewelddadige incidenten na de aankomst van PKK-leider Öcalan in
71
Italië. junge Welt, 7 december 1998 • Istanbul, november 1998 Met name Grijze Wolven belegeren het Italiaanse consulaat in Istanbul na de komst van Abdullah Öcalan naar Italië. Tijdens de permanente demonstratie voor het consulaat worden leuzen geroepen als "Nero stak Rome in brand, wij zullen Italië in brand steken”. De Standaard, 20 november 1998 • Istanbul, november 1998 Maffialid en de Grijze Wolf Yasar Öz gijzelt in de Metris-gevangenis in Istanbul een Italiaanse medegevangene om de uitlevering van Öcalan af te dwingen. junge Welt, 7 december 1998 • Istanbul, september 1998 Tijdens een herdenking voor de regisseur en toneelspeler Yilmaz Güney in de Istanbulse wijk Okmeydani komt het tot een provocatie van MHP-aanhangers. De aanhangers van de MHP worden beschermd door de politie. Vanuit een auto-konvooi, dat wordt geëscorteerd door de politie, beschieten MHPaanhangers de ramen van huizen en auto's in de omgeving van de plaats waar de manifestatie plaatsvindt. Protesterende omwonenden en bezoekers van de manifestatie worden door de politie aangevallen. Er zijn diverse gewonden. Kurdistan Rundbrief, 7 oktober 1998 • augustus 1998 De aan de extreem-nationalistische Grote Eenheidspartij (BBP) gelieerde Nizam-i Alem recruteert mensen om deel te nemen aan een humanitaire missie
Tijdens de 1 mei-demonstratie in Istanbul in 1998 werden vanuit het MHP-kantoor demonstranten aangevallen (foto: Türkiye)
in Kosovo. Dit verklaart het hoofd van de Nizam-i Alem, Tuna Koç, aan het AFP. Koç zei verder: "We willen een vijfduizend man sterk 'Kosovo Vrijwilligers Leger' oprichten en we hebben inmiddels al tweeduizendvijfhonderd man gerecruteerd die geschikt zijn. Maar laat je niet misleiden door de naam, leger. Het zal een ongewapende eenheid zijn die betrokken is bij humanitaire missies. Ons doel is niet om de Serviërs op de grond te bevechten, maar om de vluchtelingen uit Kosovo met humanitaire hulp bij te staan". Koç benadrukt: "We deden in het verleden hetzelfde in Bosnië en Tsjetsjenië." Koç is van opvatting dat de "Serviërs de zwaarste misdaden pleegden tegen de Albanese bevolking van Kosovo en dat de Westerse wereld dit louter gadeslaat." "We moeten daarom iets doen om het lot te verlichten van degenen die lijden". Koç voegde daaraan toe dat "we de resultaten van de geplande vredesbesprekingen voor Kosovo afwachten. Als zij geen succes boeken, zullen we onze inspanningen opvoeren om onze mensen naar Kosovo te sturen." Koç zei verder dat zijn groepering niets wilde ondernemen dat door de Turkse regering en de Verenigde Naties zou kunnen worden gezien als een illegale operatie. De groepering zou, voordat ze haar mannen naar Kosovo stuurde, op instemming wachten. De Turkse regering laat weten geen enkele steun aan het initiatief te willen verlenen. AFP, 18 augustus 1998 • Istanbul, 16 mei 1998 Ahmet Okta en Soner Çayan raken gewond bij een ruzie tussen linkse studenten en militante aanhangers van de MHP op de Avcilar campus van de universiteit van Istanbul. Soner Çayan wordt met een kritieke gezondheidstoestand in het ziekenhuis opgenomen. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV) • Istanbul, 5 mei 1998 Remzi Çakin, een free-lance journalist en lid van het dagelijks bestuur van de Koerdische Cultuur en Onderzoeks Stichting (Kürt-Kav) deelt in een persverklaring mee dat hij is aangevallen door een aantal MHP-aanhangers in de wijk Kadiköy in Istanbul op de avond van 5 mei. Çakin houdt vanwege dit incident een persconferentie in het kantoor van de IHD in Istanbul. Hij verklaart dat hij en een paar vrienden van hem zijn aangevallen door personen die
72
uit een gebouw van de MHP en BBP kwamen. Remzi Çakin meldt dat politieagenten die in de buurt waren niet ingrepen. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV) • Istanbul, 5 mei 1998 Cem Bayrak, een student van de universiteit van Istanbul wordt op de faculteit voor economie aangevallen door MHP-aanhangers. Bayrak en Erdinç Selvin, een medewerker van het ziekenhuis, worden door MHP-aanhangers aangevallen met vleesmessen. Bayrak's vrienden maken bekend dat de aanval werd uitgevoerd door Zafer Özbek, die bekend zou staan vanwege een serie soortgelijke aanvallen op de universiteit. Tegen Özbek loopt op dat moment een rechtszaak vanwege diens vermeende aanval op linkse studenten op de faculteit voor rechten op 5 december 1996. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV) • Istanbul, 4 mei 1998 Bilal Vural, HADEP-lid en werknemer in een textielbedrijf, werd in de nacht van 4 mei vermoord door aanhangers van de MHP in de wijk Seyrantepe in Istanbul. Bilal Vural, Refik Turaman (15) en een vriend van hen worden om ongeveer 18.00 uur op weg naar huis aangehouden door twee personen, die voor een vereniging van de Ülkü Ocagi staan. Deze twee personen vallen vervolgens Vural en zijn vrienden aan met vuurwapens en messen. Toen Hakim Atik en diens oudere broer tussenbeide wilden komen, verwonden de aanvallers hen door op hen te schieten en op hen in te steken. Vural stierf in het ziekenhuis en Refik Turaman raakte gewond. Hakim Atik raakte ook ernstig gewond en stierf op 18 mei in het ziekenhuis. De aanvallers zijn door de politie gearresteerd. (Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV))
73
• Istanbul, 4 mei 1998 Dursun Firat en Murat Türkyilmaz, beiden lid van de HADEP, worden voor het gebouw van de Ülkü Ocagi in Gaziosmanpasa aangevallen door een groep leden van de Ülkü Ocagi. Firat schiet van zich af en verwondt Selçuk Senol. Türkyilmaz wordt gestoken door de extreem-rechtse aanvallers. Dursun Firat wordt gearresteerd, de twee gewonden worden naar het ziekenhuis gebracht. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV)
• Burdur, 17 februari 1998 De Grijze Wolven-maffialeider Kürsat Yilmaz is op dinsdagmorgen om ongeveer 3 uur ontsnapt uit de Burdur-gevangenis, toen hij werd overgebracht van het gevangenisziekenhuis naar een staatsziekenhuis. Een andere gevangene, Ali Oymak, en een soldaat die bij de gevangenis werkzaam is, Numan Güvenir, blijken samen met Yilmaz te zijn verdwenen. Yilmaz zat in de gevangenis vanwege een veroordeling voor moord en andere misdaden. Zijn gevangenisstraf van zestien jaar zou naar verwachting worden bevestigd door het Hof van Appel. Yilmaz ontsnapte eerder uit de gevangenissen in Çanakkale en Bolvadin.
• Bolu, 2 mei 1998 Kenan Mak, een Koerdische student, wordt in Bolu doodgestoken door leden van een Ülkü Ocagi-vereniging. Om ongeveer 1 uur 's nachts worden twee studenten, Kenan Mak en Mustafa Orhan aangevallen, door leden van de Ülkü Ocagi-vereniging uit Bolu. Kenan Mak wordt zeven keer gestoken en sterft onderweg naar het ziekenhuis. Orhan wordt in het ziekenhuis behandeld voor zijn hoofdverwondingen. Na de aanval arresteert de politie zeventien leden van de Ülkü Ocagi. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV)
Turkish Daily News, 18 februari 1998
• Istanbul, 1 mei 1998 Voor aanvang van de 1 mei-demonstratie in Istanbul wordt een groep gemeenteambtenaren uit de wijk Beyoglu, die op weg is naar de demonstratie, aangevallen door Grijze Wolven. Door een blokkade van de politie worden de ambtenaren gedwongen door een deel van de stad te lopen dat in meerderheid wordt bewoond door MHP-aanhangers. In dit stadsdeel wordt de groep plotseling geconfronteerd met circa vijfenzestig Grijze Wolven, bewapend met vuurwapens, messen, kettingen, knuppels en bijlen. De ambtenaren trekken zich direct terug. De MHP'ers vuren enkele schoten in de lucht en gaan de onbewapende ambtenaren te lijf. Minstens acht van hen raken gewoond, waarvan vier zwaar. De politie kijkt toe maar grijpt niet in. Kurdistan Rundbrief, 23 mei 1998
• Bursa, februari 1998 Twee studenten, Serkan Demiryoguran en Bülent Özsahin, van de medische faculteit van de Uludag Universiteit, worden met messen en vleeshakmessen aangevallen door MHP-sympathisanten. De twee studenten raken ernstig gewond en worden naar het ziekenhuis gebracht. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV)
• Istanbul, 1 mei 1998 MHP'ers slaan één 1 mei-demonstrant in elkaar in hun partijkantoor. De demonstrant liep langs het MHP-kantoor in de Istanbulse wijk Okmeydani. Hij werd door MHP'ers en de politie tegengehouden en vervolgens het kantoor binnengesleept. Daar werd hij, toen hij door een raam probeerde te vluchten, voor de ogen van de pers zwaar mishandeld. De politie bracht hem later naar het ziekenhuis. Ook twee journalisten en drie omstanders werden door de circa honderd MHP'ers buiten op straat aangevallen. Van één van de journalisten, een correspondent van Reuters, werd een notitieboekje afgepakt met aantekeningen over dit incident. Info-Türk, mei/juni 1998 • Ankara, 24 april 1998 Op de Cebeci campus van de universiteit van Ankara, vallen linkse studenten en aanhangers van de MHP elkaar aan met stokken en stenen. Wanneer MHP-sympathisanten een linkse student beletten om de faculteit voor onderwijs binnen te gaan, verzamelen linkse studenten zich voor de faculteit. Zij worden aangevallen door Grijze Wolven. Bij de vechtpartij raken twee studenten gewond. Later vallen de MHP-aanhangers studenten aan die de campus verlaten. De MHP-aanhangers zouden zijn beschermd door de politie en de politie zou vijf studenten hebben gearresteerd, nadat de vechtpartij was afgelopen. Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV) • Istanbul, 1 maart 1998 Halil Demir (19) en Vehbi Demir (15) worden in elkaar geslagen door aanhangers van de MHP in de Ülkü Ocagi in de wijk Gaziosmanpasa. Op 3 maart houden de twee jongeren een persconferentie in het districtskantoor van de Arbeiders Partij (IP), waarbij Halil Demir vertelt dat zij door de voorzitter van de Ülkü Ocagi waren ontboden in het verenigingsgebouw. Zij hadden geen zin, maar werden gedwongen te komen. Eenmaal in het gebouw werden ze geblinddoekt en geslagen met knuppels. Dit duurde anderhalf uur. Daarna werden beide jongens onderworpen aan de falaka. Hoewel de jongens een klacht indienden bij de politie, ondernam deze niets. Human Rights yesterday and today, februari 1998 (TIHV)
74
• Ankara, februari 1998 Een groep van circa vijftig aanhangers van de MHP valt met knuppels en flessen linkse studenten aan op de Cebeci campus van de universiteit van Ankara. Vijf studenten raken gewond in het gevecht dat tussen beide groepen ontstaat. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV)
• Ankara, februari 1998 MHP-aanhangers op de faculteiten voor taalkunde, geschiedenis en geografie van de universiteit van Ankara vallen linkse studenten aan. Bij één van deze aanvallen raakt de student Yasar Sanli gewond. Human Rights yesterday and today, februari 1998 (TIHV) • Bursa, januari 1998 Vier linkse studenten van de Uludag universiteit van Bursa raken gewond wanneer zij worden aangevallen door sympathisanten van de MHP. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Istanbul, 25 januari 1998 In de Avcilar studentenhuisvesting vallen aanhangers van de MHP kamers binnen van studenten die niet vasten tijdens de ramadan. Zij verwonden met gewone en vleeshakmessen vijf studenten. Drie van hen zijn er ernstig aan toe. De aangevallen studenten verklaren dat de aanvallers werden geholpen door andere studenten die in het complex wonen. Zes vermeende aanvallers worden in een later stadium door de politie gearresteerd. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Ankara, 23 januari 1998 Enkele aanhangers van de MHP vielen linkse studenten aan in een kantine van de faculteit voor onderwijswetenschappen van de universiteit van Ankara. De MHP-aanhangers, Tozlu, Özay, Altay en Aydin kwamen 's middags naar de kantine en bedreigden de studenten. Het hakmes van Altay werd afgepakt door de studenten. Later vielen er schoten in de kantine. Studenten die het terrein van de universiteit verlieten werden aangevallen. De linkse studenten benadrukten dat de politie, die had ingegrepen, hen had lastig gevallen en de MHP-aanhangers met rust had gelaten. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Istanbul, 23 januari 1998 Studenten van de hogeschool worden aangevallen door aanhangers van de MHP. De studenten weten aan hun belagers te ontkomen en vluchten een gebouw van de ÖDP binnen. De sympathisanten van de MHP gooien stenen naar het gebouw van de ÖDP. De politie arriveert en arresteert zes studenten
75
die hun heil hadden gezocht in het ÖDP-gebouw. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Giresun, 21 januari 1998 Ebru Günes, een studente aan de faculteit voor onderwijs bij de Technische Universiteit Karadeniz, wordt op 21 januari aangevallen door sympathisanten van de MHP omdat zij niet vast. De aanvalllers vluchten nadat ze haar in elkaar hebben geslagen. De decaan van de faculteit voor onderwijs, professor dr. Salim Koca, beweert in zijn reactie hierop dat studenten die niet vasten anderen provoceren. De studenten protesteren omdat de schoolleiding de kant kiest van de studenten die de aanval pleegden. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Istanbul, 20 januari 1998 In Istanbul vindt een zitting plaats voor de Rechtbank voor Staatsveiligheid van de rechtszaak tegen Niri Akalin, Mediha Gürdogan en Ugur Gürdogan. Zij worden ervan beschuldigd leden te zijn van de Revolutionaire Unie van Communisten in Turkije (TIKB). Bovendien worden zij beschuldigd van de moord op de voorziter van de afdeling Maltepe van de MHP, Nihat Uygun, op 2 februari 1997. De advocaten van de aangeklaagden en de journalisten die de ziting bijwonen, worden bij het verlaten van de rechtbank aangevallen door ongeveer vijftig aanhangers van de MHP. De advocaat Muharrem Çöpür raakt daarbij gewond aan zijn been. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Adana, 19 januari 1998 In de Çukurova Universiteit van Adana worden studenten, die dood herdachten van de student Ümit Cihan Tarho, aangevallen door aanhangers van de MHP. Zij zijn bewapend met knuppels waarin spijkers zijn geslagen. De student Ömer Turhan raakt bij deze aanval gewond. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV)
• Istanbul, 29 december 1997 De conflicten op de Haydarpasa Campus tussen extreem-nationalisten en linkse studenten hebben zich op de avond van 29 december verplaatst naar de studentenhuisvesting Altinizade. Een groep van dertig extreem-nationalistische studenten valt een kamer binnen en belaagt de daar aanwezige studenten met knuppels. De studenten raken gewond aan hun ribben, benen, armen en hoofd. Zeven studenten moesten voor medische behandeling naar het ziekenhuis. Bulletin nummer 8-97, Nachrichten von den Universitäten der Türkei und vom YXK des Verbandes der StudentInnen aus Kurdistan • Atatürk Universiteit, 25 november 1997 Een groep militanten van de MHP valt een aantal linkse studenten aan met stokken en messen op de Atatürk Universiteit. De politie komt tussenbeide en arresteert ongeveer dertig mensen. Twee van de gearresteerden, die waren gestoken tijdens de vechtpartij, worden naar het ziekenhuis gebracht. Na dit incident valt de politie een aantal studentenhuizen binnen. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV) • Antalya, 23 november 1997 Twee studenten raken gewond wanneer enkele aanhangers van de MHP de studentenhuisvesting van de univerisiteit van Antalya aanvallen. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV) • Istanbul, 19 november 1997 In de universiteit van Istanbul worden linkse studenten op dezelfde dag meerdere malen aangevallen door aanhangers door de MHP. De eerste ruzie vond plaats in de faculteit voor letterkunde, waar MHP-aanhangers linkse studenten aanvielen met stenen, knuppels, ijzeren staven, hakmessen en messen. Ten gevolge van deze aanval raakten enkele studenten en een politieagent gewond. Eén student, Kemal Sarisözen, raakte ernstig gewond en hij moest geopereerd worden. Een rechtse militant, Ömer Faruk Güven, zou hem met een vleeshakmes hebben geslagen. Na de eerste aanval vallen extreem-nationalisten op de binnenplaats van de faculteit studenten aan. Daarbij raken elf studenten gewond. De politie, die te laat arriveerde om te kunnen optre-
• Malatya, 7 januari 1998 De Koerdische student Ümit Cihan Tarho wordt door MHP-aanhangers op het terrein van de Inönü Universiteit in Malatya aangevallen, omdat hij tijdens
den, arresteerde circa dertig studenten. Later op de dag valllen circa honderd MHP-aanhangers linkse studenten aan die de universiteit verlaten. Vanwege deze aanval en de daaropvolgende paniek raken een politieagent, een cameraman van Show TV, een journalist en twee linkse en twee extreem-natio-
ramadan niet vast. Hij raakt daarbij zwaar gewond. Een andere student, Riza Acipayam raakt bij dit incident door messteken licht gewond. Op 11 janu-
nalistische studenten gewond. Human Rights yesterday and today, oktober 1998 (TIHV)
ari overlijdt Tarho in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. Hij wordt dezelfde dag nog begraven, waarbij zeer veel mensen aanwezig zijn.
Hanefi Azdikoglu en Muhammed Sahiner, worden door de rechtbank vrijgelaten. Op 11 mei 1998 vindt er weer een zitting plaats, waarbij blijkt dat verklaringen van één van de vermoedelijke moordenaars, Caner Öztürk, over een andere betrokkene, door de politie zijn genegeerd. Kadir Kiliç, één van de
• Istanbul, 14 en17 november 1997 In de universiteit van Istanbul vonden op 14 en 17 november twee aanvallen plaats van Grijze Wolven op linkse studenten. De eerste aanval van Grijze Wolven vond plaats op 14 november 1997 in de faculteit voor letterkunde. De student Baris Ates werd met messteken verwond. Toen studenten uit deze
aangeklaagden in de rechtszaak over de moord op Tarho, onthult dat de MHP verantwoordelijk was voor deze moord. Kiliç overhandigt op 10 november
faculteit op 17 november tegen deze aanval wilden protesteren, werden zij door ongeveer vijfentwintig extreem-nationalisten aangevallen met knuppels
1999 aan de rechtbank in Malatya een verdedigingspleidooi. In zijn pleidooi stelt Kiliç dat de verzoekschriften voor de rechtbank, die hij aan de autoriteiten van de gevangenis van Malatya gaf, door hen niet aan de rechtbank zijn overhandigd, maar aan de MHP in Malatya. Ronahi, maart 1998, Human Rights yesterday and today, april 1998 (TIHV), Info-Türk, Bulletin nummer november-december 1999
en messen. Bulletin des YXK, december 1997
Op 15 april 1998 vindt een zitting plaats van de rechtszaak tegen de moordenaars van Tarho voor een rechtbank in Malatya. Twee verdachten, Mehmet
• Istanbul, 6 januari 1998 De student D.T. wordt op 6 januari voor de Yedikule Hogeschool in Istanbul verwond door MHP-aanhangers. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV) • Hatay en Istanbul, 5 januari 1998 De student Ibrahim Halil Gören van de Mustafa Kemal Universiteit in Hatay wordt op 5 januari neergestoken door aanhangers van de MHP. Güren wordt vanwege zijn verwondingen behandeld in een ziekenhuis. Human Rights yesterday and today, januari 1998 (TIHV)
76
• Ankara, 12 november 1997 Ender Mete, een student aan de universiteit van Ankara, wordt in elkaar geslagen door MHP-sympathisanten in de Atatürk studentenhuisvesting. Mete zegt dat enkele MHP-aanhangers tegen 12 uur ‘s nachts naar de bibliotheek kwamen waar hij zat te studeren. Ze namen hem mee naar zijn kamer en doorzochten deze. Vervolgens bewerkten ze Ender Mete vier uur lang met ijzeren staven. Ze dreigden hem te doden wanneer hij zou vluchten. Toen ze vertrokken, stalen ze zijn spullen. Mete beklaagde zich over het incident bij de beheerders van het studentenhuisvesting. Deze besteedden echter geen aandacht aan zijn verhaal. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV)
77
• Ankara, november 1997 Emre Tandogan, een student van de Gazi Universiteit in Ankara wordt in elkaar geslagen door zeven of acht aanhangers van de MHP. Hij legt een persverklaring af in het kantoor van de Arbeid Partij (EMEP) in Ankara. Hierin zegt hij dat de groep MHP-aanhangers hem met geweld naar de wc hadden gebracht toen hij studenten vroeg een petitie te ondertekenen. De petitie betrof een campagne tegen de Hoger Onderwijs Raad (YÖK). Bij de wc hadden de MHP-aanhangers hem ongeveer vijfenveertig minuten geslagen, zijn haar en baard afgeknipt en gedreigd zijn penis af te snijden.
deze speech braken er vechtpartijen uit en werd er met meubilair gegooid. Congresvoorzitter Zeki Yavuvtürk vond de gevechten serieus genoeg om de buiten aanwezige politie in te schakelen. Na het optreden van de politie maande Mehmet Bülent Karatas, de Istanbulse voorzitter van de jeugdafdeling van de MHP, de Ülkü Ocaklari, de menigte kalm te blijven en verdere incidenten te voorkomen. Karatas' speech had effect, de rust keerde terug. Turkish Daily News, 25 augustus 1997
Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV)
• Istanbul, 10 augustus 1997 Een groep mensen van de HADEP, die posters plakken met de tekst “Nu is het tijd voor vrede”, worden in de wijk Samatya aangevallen door circa dertig MHP’ers. Eén HADEP-lid, Abdullah Oguz, moet naar het ziekenhuis voor behandeling. Human rights, yesterday and today, juli 1997 (TIHV)
• Ankara, november 1997 Ter gelegenheid van 16e verjaardag van de YÖK vinden demonstraties plaats. Aanhangers van de MHP vallen linkse studenten aan op de faculteiten voor letterkunde, geschiedenis en geografie van de universiteit van Ankara. Twee studenten worden met ernstige verwondingen naar het ziekenhuis gebracht. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV) • Kocaeli, november 1997 Linkse studenten staan bloot aan aanvallen van aanhangers van de MHP, wanneer zij bij de Kocaeli Universiteit demonstreren tegen de YÖK. Bij een ruzie die uitbrak in de faculteit voor technische wetenschappen raken acht studenten gewond. De politie en veiligheidsbeambten van de universiteit arresteren 123 studenten, waarvan de meerderheid linkse studenten zijn. De studenten worden bij de arrestaties mishandeld. Enkele studenten komen na de aanval bijeen in het kantoor van de CHP en leggen daar een persverklaring af. Ze zeggen onder meer dat de politieagenten, die de achteringang van de universiteit hoorden te bewaken, daar voor de aanval waren weggehaald. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV)
• Istanbul, 9 augustus 1997 Aanhangers van de MHP steken Ali Arslan dood in Istanbul. Ali Arslan was lid van de HADEP. Eén aanvaller, Hakki Akkus, werd gearresteerd na het incident. Het incident vond plaats toen Ali Arslan probeerde te voorkomen dat de aanhangers van de MHP leuzen op de muur van zijn huis kalkten. De politie ondernam niets tegen de aanvallers, maar kende wel hun identiteit. Vrienden die het huis van Arslan wilden bezoeken, werden opgepakt. Human rights, yesterday and today, juli 1997 (TIHV) • Izmir, 4 augustus 1997 Kazim Aktas en Ismail Çiçek werden op 4 augustus aangevallen door militanten van de MHP, toen zij probeerden iemand naar het ziekenhuis te brengen die door deze MHP’ers in elkaar was geslagen. Aktas liep dertig hechtingen in het hoofd op vanwege de klappen die hij kreeg. Çiçek bleek na het medisch onderzoek beter tien dagen niet te kunnen gaan werken. Aktas verklaarde over het incident het volgende: “Toen we op het punt stonden om onze gewon-
• Bursa, november 1997 Onur Karaback, een student op de Uludag Universiteit in Bursa, wordt aangevallen door vijftien militante aanhangers van de MHP, wanneer hij de biblio-
de vriend in een auto te stoppen en naar het ziekenhuis te brengen, stopte er een minibusje van een MHP’er, Yasar Tayare, vlak bij onze auto. Er stapten zes mensen uit de minibus en die vielen ons aan met ijzeren staven en stokken. Ze sloegen ons vooral op ons hoofd.” Aktas vertelde ook dat ze
theek van de universiteit verlaat. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV)
door Tayare waren bedreigd tijdens ‘een minuut duisternis voor permanente verlichting'. Ze hadden de politie geïnformeerd over de bedreigingen, maar
• november 1997 Linkse studenten worden op het terrein van de Süleyman Demirel Universiteit aangevallen door enkele aanhangers van de MHP. Tijdens het opstootje dat ontstaat, wordt één studente met een mes gestoken en raken vijf andere studenten gewond. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV) • Sivas, november 1997 Een groep extreem-rechtse Turken valt studenten aan op de campus van de Cumhuriyet Universiteit in Sivas. De politie arresteert ongeveer dertig mensen. Human rights, yesterday and today, oktober 1997 (TIHV) • Istanbul, 23 augustus 1997 Op zaterdag 23 augustus vindt een congres plaats van de afdeling Istanbul van de MHP. Een eerder congres werd afgelast vanwege ongeregeldheden (zie 18 mei 1997). Ook tijdens dit congres raken de gemoederen tussen de twee rivaliserende fracties zo verhit, dat zij stoelen en ander meubilair naar elkaar gooien. Deze uitbarsting valt te plaatsen in de strijd om de macht binnen de partij na de dood van MHP-voorzitter Alparslan Türkes op 4 april 1997. De directe aanleiding voor de ruzie tijdens het congres, was de verkiezing van de nieuwe voorzitter van afdeling Istanbul. Voor het voorzitterschap waren Mehmet Gül en Osman Ceylan de favorieten. Gül werd gesteund door MHP-voorzitter Devlet Bahçeli en Ceylan door het MHP-kopstuk Ramiz Ongun. Uiteindelijk, mede vanwege de steun van Bahçeli, won Mehmet Gül de verkiezing. Het congres in het Burhan Felek sportcentrum verliep rustig totdat de voormalige voorzitter van de afdeling Istanbul, Ceylan, een speech hield. Tijdens
78
die had niets gedaan. Human rights, yesterday and today, juli 1997 (TIHV) • Iskenderun, 31 juli 1997 In de regio Hatay is het aantal aanvallen van Grijze Wolven tegen oppositionelen toegenomen. Op 28 juli vielen circa twintig Grijze Wolven Askin Tekin (25) aan, toen hij onderweg was naar zijn huis in de wijk Orkantepe, in Iskenderun. Ze verwondden hem met diverse messteken. Op de avond van dezelfde dag werd een busje van de Partij voor Vrede (Baris Partisi) In de wijk Esentepe door diverse Grijze Wolven beschoten. Daarbij werd Yoldas Bicak (25) neergeschoten. Kurdistan Rundbrief, 26 augustus 1997 • Iskenderun, 26 juli 1997 In Iskenderun, Hatay, werden dertien mensen vast gezet na een ruzie, die ontstond toen aanhangers van de MHP Koerdische arbeiders aanvielen. Mehmet Ekin, een lid van de IHD in Iskenderun, zei dat MHP-sympathisanten tegen de Koerdische arbeiders, die bij het busstation werkten, hadden gezegd, “Jullie zijn Koerdisch, ga naar huis, hier hebben jullie niets te zoeken.” Vervolgens werden de Koerden aangevallen. Ekin verklaarde dat degenen die betrokken waren bij de aanval werden overgebracht naar het gerechtsgebouw, maar dat twee MHP-leden, die vuurwapens hadden getrokken om de Koerdische arbeiders te intimideren, na een half uur waren vrijgelaten. Human rights, yesterday and today, juli 1997 (TIHV)) • Istanbul, juli 1997 In Istanbul zijn een aantal mensen tegen hun wil naar een vereniging van Grijze Wolven in Sultançiftligi gebracht en daar gemarteld. Eén van de slacht-
79
offers, Kenan Saga, verklaarde achteraf: “Een groep ülkücü die ik tegen kwam, nam me mee naar de Ülkü Ocagi met de mededeling “de chef wacht op je”. Deze zogenaamde chef, Adnan Isik, bedreigde me en gaf me een waarschuwing “je zult niet bevriend zijn met de linksen op school, anders zullen we je doden”. Op zijn instructies legden drie mensen mij neer en gaven me de falaka. Een scholier, Bayram Yarar, zei dat twee ülkücü (idealisten), waarvan één Ünal Akyüz heette en de andere Erol, hem onder bedreiging met vuurwapens naar de Ülkü Ocagi namen en dat hij daar werd gemarteld.
• Ankara, 28 mei 1997 Een student van de faculteit voor onderwijs van de universiteit van Ankara, Uygar Ok, die in de Baskent studentenhuisvesting verblijft, wordt aangevallen door MHP-aanhangers in de nacht van 28 mei. Ok raakt zwaar gewond. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
Human rights, yesterday and today, juli 1997 (TIHV) • 6 juli 1997 Op het tweede congres van de MHP om een nieuwe voorzitter te kiezen werd, zoals verwacht, Devlet Bahçeli tot voorzitter gekozen (697 stemmen). Bij de stemming verloor de andere overgebleven kandidaat Tugrul Türkes (487 stemmen). Türkes werd door twee parlementariërs gesteund, de voormalige DYP-parlementariër Ismail Köse uit Erzurum, die inmiddels was overgestapt naar de MHP, en Kubilay Uygun uit Afyon. Drieduizend politieagenten bewaakten het congres. Afgezien van bepaalde vertegenwoordigers van de pers werd niemand toegelaten. Ook bij dit congres kwam het tot confrontaties, ze waren echter niet zo heftig als bij het eerdere, afgebroken, congres van 18 mei 1997. Kurdistan Aktuell, september 1997 • Ankara, juni 1997 Vechtpartijen braken uit op de faculteiten voor taalkunde, geschiedenis en geografie van de universiteit van Ankara toen een groep rechtse studenten linkse studenten aanviel. De politie maakte een einde aan de gevechten. Eén rechtse student werd gearresteerd omdat hij een mes bij zich had. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV) • Istanbul, juni 1997 Zeven studenten raakten gewond bij een vechtpartij in de Göztepe campus van de Marmara Universiteit in Istanbul, toen studenten, aanhangers van de MHP, linkse studenten aanvielen. Volgens berichten verzamelden studenten zich in de Atatürk faculteit voor onderwijs, omdat studenten die MHP-aanhangers waren, de hoofdkantine één dag eerder hadden bezet. De linkse studenten richtten een barricade op en probeerden te voorkomen dat MHP-aanhangers het gebouw verder konden binnendringen. De MHP-aanhangers en enkele politieagenten in burger konden het gebouw echter binnenkomen door een aantal deuren open te breken. Vervolgens vielen zij de studenten aan met messen en stokken. Na deze aanval wierp de oproerpolitie rookbommen in het gebouw en arresteerde, waar mishandelingen bij aan te pas kwamen, 122 studenten. Zeven studenten raakten gewond. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV) • Istanbul, 18 juni 1997 Op 18 juni 1997 start de rechtszaak voor een rechtbank in Istanbul tegen drie aanhangers van de MHP. Ze worden aangeklaagd vanwege een incident op 5 december 1996 in de faculteit voor rechten van de universiteit van Istanbul, waarbij drie linkse studenten werden verwond door wapens. De zitting
• 18 mei 1997 Een paar weken na de dood van Alparslan Türkes, houdt de MHP een congres om een nieuwe voorzitter te kiezen. Dit congres eindigt in gevechten en wordt uiteindelijk afgebroken. De ruzie breekt uit wanneer vijf van de kandidaten voor het voorzitterschap - Devlet Bahçeli, Ramiz Ongun, Muharrem Semsek, Enis Öksüz en Ibrahim Çiftçi - zich verenigen tegen een andere kandidaat, Tugrul Türkes, de zoon van de overleden voorzitter. De spanning liep op tijdens het congres omdat de gedelegeerden ruzie kregen over de vraag wie het congres moest voorzitten. De MHP-burgemeester van Erzincan, Talip Kaban, werd door alle kandidaten gesteund, afgezien van Türkes. Kaban werd gekozen tot congresvoorzitter. Na de eerste stemronde voor het partijleiderschap, kreeg Türkes 412 stemmen, Bahçeli 359, Ongun 231, Öksüz 104, Simsek 80 en Çiftçi 13 stemmen. Nadat de resultaten waren bekendgemaakt, trokken de andere vier kandidaten zich terug ten favoure van Bahçeli. Tugrul Türkes reageerde daarop door te zeggen dat de andere kandidaten bang waren voor Bahçeli en beloofde dat hijzelf door zou gaan met verkiezing. Na deze stemronde werd duidelijk dat Türkes waarschijnlijk geen kans had om te worden verkozen. Om te winnen is namelijk een absolute meerderheid nodig. Inmiddels was een groep Grijze Wolven gearriveerd, waaronder Azmi Karamahmutoglu, de voormalige leider van de jeugafdeling van de MHP. Karamahmutoglu en consorten steunden Türkes. Zij begonnen stoelen en tafels te vernielen. Karamahmutoglu eigende zich met geweld de microfoon toe en zei dat hij en zijn groep zich niet zouden overgeven aan de 'verraders' en dat zij van nu af aan zouden optreden zonder rekening te houden met de wet. Later begonnen de aanhangers van Karamahmutoglu en Türkes te vechten met de aanhangers van Bahçeli. Er werden vijf schoten afgevuurd tijdens de ruzie. Beveiligingspersoneel had moeite om de situatie weer onder controle te krijgen. Diverse televisieverslaggevers zouden gewond zijn geraakt, van sommigen zouden de camera's zijn vernield. De autoriteiten braken het conges uiteindelijk af Info-Türk, mei-juni 1997 • Istanbul, mei 1997 In de Istanbulse Mimar Sinan Universiteit raken vier studenten gewond in een gevecht tussen linkse studenten en studenten die pro-islamitisch zijn en/of aanhanger van de MHP. De ruzie onstaat naar aanleiding van het ophangen van een poster. De poster betrof de sluiting van de lagere klassen van de Imam Hatip scholen. Wanneer de MHP-studenten tussenbeide komen, verandert de ruzie in een vechtpartij. De politie grijpt in en arresteert zes studenten. Twee islamitische studenten raken gewond. Later valt een groep van circa zeventig tot tachtig MHP-aanhangers met stenen en knuppels linkse studenten aan die de universiteit verlaten. Twee studenten raken daardoor licht gewond. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
wordt vanwege veiligheidsredenen verplaatst naar een andere stad. Dit wordt besloten tijdens de zitting op 18 juni, die niet toegankelijk was voor de pers. Ondanks de protesten van de advocaten om het rechtsgebied aan te wijzen in het belang van de “openbare veiligheid en een onpartijdige uitspraak”, besluit de rechtbank het dossier door te sturen naar het hooggerechtshof. In de rechtszaak is tegen de verdachte Hüseyin Özdemir 43 jaar gevangenis-
• Istanbul, mei 1997 In een kantine van de universiteit van Istanbul vallen extreem-rechtse studenten linkse studenten aan. De studenten Burhan Aydemir, Apti Alpay, Oguzhan
straf geëist, tegen twee andere verdachten zijn lagere straffen geëist. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
Yigi en Bülent Kopya raken gewond. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
• Istanbul, juni 1997 In de faculteit voor rechten van de Marmara Universiteit in Istanbul vallen enkele MHP-aanhangers linkse studenten aan. Eén student raakt gewond. De politie arresteert na dit incident twee linkse studenten. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
• Ankara, mei 1997 Vijf linkse studenten worden aangevallen door rechtse studenten in de faculteit voor economische en administratieve wetenschappen van de Gazi Universiteit in Ankara. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV)
80
81
• Ankara, mei 1997 Studenten van de Hacettepe Universiteit in de wijk Besevler van Ankara worden aangevallen door MHP-aanhangers. Het incident vindt plaats nadat een menigte mensen, die een bezoek had afgelegd aan het graf van de voormalige voorzitter van de MHP, Alparslan Türkes, naar de campus komt. De menigte omsingelt het universiteitsgebouw en gooit lange tijd stenen naar het pand. De belaagde studenten richten barricaden op en zorgen ervoor dat de MHP’ers de school niet kunnen binnendringen. De studenten worden later met politiebussen van de campus gehaald. Eén stafmedewerker van de universiteit en zeven studenten raken gewond. Human rights, yesterday and today, mei 1997 (TIHV) • Afyon, april 1997 Circa veertig extreem-nationalistische studenten vallen samen met politie in burger tien linkse studenten aan op de Kocatepe universiteit in Afyon. Vier studenten raken gewond. Bulletin nummer 3, Nachrichten von den Universitäten der Türkei und vom YXK des Verbandes der StudentInnen aus Kurdistan, mei 1997 • Ankara, 5 april 1997 In de omgeving van de Opera Brug worden een auto en een bus aangevallen. De bus vestigt de aandacht op een door de EMEP (Arbeid Partij) georganiseerde bijeenkomst met als motto 'Democratisch Turkije'. De aanvallers, MHP-aanhangers, vernielen de ramen van de bus en de auto. Musa Ulusoylu en Ömer Sariyerlioglu, leden van het dagelijks bestuur van de provinciale afdeling Ankara van de EMEP raken licht gewond bij de aanval. Human Rights yesterday and today, april 1997 (TIHV) • Ankara, april 1997 Op de Gazi Universiteit in Ankara valt een groep MHP-sympathisanten linkse studenten aan. Zij verzamelt zich in de middag op de campus van de universiteit, roepen leuzen en vallen de linkse studenten lastig. Wanneer de politie optreedt, verlaten de linkse studenten de campus. De studenten Engin Sener, Metin Candogan en Yadigir Keklik raakten evenwel gewond, toen zij werden aangevallen nadat zij met een taxi de campus hadden verlaten. Human Rights yesterday and today, april 1997 (TIHV) • Balikesir, 26 maart 1997 In een wooncomplex voor studenten van de universiteit van Balikesir valt in de nacht van 26 maart een groep MHP-aanhangers linkse studenten aan. Tijdens de aanval raken de studenten Özgür Topal, Abdullah Tuncal en Üstün Toprak gewond. Leden van gendarmerie, die tussenbeide komen, arresteren drieënzeventig personen, waaronder veel linkse studenten. Human rights, yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, 24 maart 1997 In de morgen van 24 maart vindt een vechtpartij plaats op de universiteit van Istanbul. Tien studenten, waaronder twee aanhangers van de MHP, raken gewond. De politie grijpt in en scheidt de twee groepen. Later worden twintig studenten, op weg naar huis, door de politie gearresteerd. Ebru Alacadag,
• Mersin, maart 1997 In de universiteit van Mersin provoceren vijftig extreem-nationalistische studenten, afkomstig van de Selcuk universiteit in Konya, linkse studenten door hun studentenvereniging aan te vallen. Ze vernielen vrijwel al het meubilair en verscheuren boeken en tijdschriften. Özgür Politika, 17 maart 1997 • Kirklareli, 12 maart 1997 In Kirklareli valt op de avond van 12 maart een groep mannelijke studenten - aanhangers van de MHP – studenten aan in een wooncomplex voor studentes. Studenten, die na deze aanval een sit-in actie houden in de kantine, worden bedreigd door de politie die sinds het incident aanwezig is. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, maart 1997 In de wijk Gaziosmanpasa van Istanbul wordt Serdar Çelik (19), die het aanbod van MHP-aanhangers om met hen samen te werken afwees, mishandeld in de Gaziosmanpasa Ülkü Ocagi. Serdar Çelik moest naar het ziekenhuis worden gebracht. Daar bleek dat hij met één oog niet meer kon zien en dat zijn linkerarm was gebroken. Daarnaast kreeg hij zesendertig hechtingen in zijn hoofd. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, 8 maart 1997 Diverse incidenten breken uit aan het eind van de campagne 'een minuut duisternis voor permanente verlichting'. In de wijk Kartal Ugur Muncu van Istanbul schiet een MHP-aanhanger een winkelier neer, omdat deze aan de campagne had meegedaan in de nacht van 8 maart. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Ankara, maart 1997 Extreem-nationalistische studenten vallen linkse studenten aan van de vakopleiding gezondheidszorg, een onderdeel van de Hacettepe Universiteit, in de wijk Besevler. De linkse studenten verklaren later dat een groep van circa dertig extreem-nationalistische studenten hen had aangevallen met kettingen en stokken. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, maart 1997 Vier linkse studenten raken gewond bij een aanval van extreem-rechtse studenten in de faculteit van letterkunde van de universiteit van Istanbul. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV)
een verslaggever van het televisiestation Kanal E, wordt lastig gevallen door een groep extreem-rechtse studenten die een persverklaring aflegt. Human rights, yesterday and today, februari 1997 (TIHV)
• Istanbul, 25 februari 1997 Op de universiteit van Istanbul vallen studenten, die aanhangers zijn van de MHP, linkse studenten aan met vleeshakmessen en stokken met spijkers erin. Door de aanval raken negentien studenten, twee journalisten en twee politieagenten gewond. De linkse studenten hielden in de kantine van de faculteit voor letterkunde een bijeenkomst in het kader van 'een minuut duisternis voor permanente verlichting'. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV)
• Siirt, 21 maart 1997
• Istanbul, 25 februari 1997.
Meer dan honderdvijftig studenten, die in een faculteit van de Dicle-universiteit in Siirt op 21 maart Newroz willen vieren, worden door extreem-natio-
Op de faculteit voor economie van de universiteit van Istanbul worden twee linkse studenten aangevallen door extreem-nationalistische studenten. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV)
nalisten en de politie aangevallen. De studenten trekken zich vervolgens terug in hun wooncomplex. Bij de aanvallen raken twintig studenten gewond, waarvan acht zwaar. De gewonden moeten naar het ziekenhuis worden gebracht. Bulletin nummer 2-97, Nachrichten von den Universitäten der Türkei und vom YXK des Verbandes der StudentInnen aus Kurdistan, april 1997
82
• Istanbul, 25 februari 1997 Op de faculteit voor communicatiewetenschappen van de universiteit van Istanbul worden linkse studenten door extreem-nationalistische studenten
83
aangevallen. Daarbij zouden ook vuurwapens zijn gebruikt. Bij de incidenten op de universiteit van Istanbul op 25 februari vallen diverse gewonden, waaronder twee politieagenten. De rector van de universiteit, professor dr. Bülent Berkarda, zei later in reactie op vragen van journalisten "je kunt beter aan de politie dan aan mij vragen hoe de vleeshakmessen in het universiteitsgebouw komen" Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, 20 februari 1997 Een groep studenten, die sympathiseren met de MHP, valt linkse studenten aan op de faculteit voor letterkunde van de universiteit van Istanbul. Ten gevolge van deze aanval raken drie mensen gewond. Een aantal mensen, waaronder ook rechtse studenten, worden gearresteerd. Tijdens het incident vuurt een politieagent in burger drie keer richting het faculteitsgebouw. Tevens wordt een cameraman van het televisiestation NTV bedreigd door extreem-nationalistische studenten. Human Rights yesterday and today, februari 1997 (TIHV) • Istanbul, 23 januari 1997 Op de avond van 23 januari worden de bewoners van de wijk Sulukule aangevallen door circa driehonderd Grijze Wolven, afkomstig uit de wijken Fatih, Carsamba en Karagümrük. Het doel van de aanval was om de Roma uit de wijk te verdrijven. Diverse bewoners raken gewond. De bewoners laten zich niet intimideren. Ze gaan al gauw de straat op om zich te weren tegen de extreem-nationalisten. De met vuurwapens en knuppels bewapende Grijze Wolven vernielen koffiehuizen en andere openbare ruimten waar men zich placht te amuseren. Volgens hen is plezier tijdens de ramadan verboden. Op straat vernielen de Grijze Wolven alles wat ze in handen krijgen. De politie treedt niet op tegen de Grijze Wolven. Enkele dagen later vernielen de bewoners van Sulukule in hun wijk een winkel van een extreem-nationalist en verklaren "we laten de fascisten onze wijk niet meer in." Biji, 10 februari 1997
Tansu Çiller, top-DYP-politica, pinkt een traantje weg bij de staatsbegrafenis van Alparslan Türkes, Ankara, 8 april 1997 (foto: Milliyet)
11. DAG VAN HET TURKISME In 1997 werd het PVDA-raadslid Faiz Yerlibuçak uit Beverwijk beschuldigd van banden met de Grijze Wolven door twaalf progressieven uit de omgeving van Beverwijk. Yerlibuçak werd er onder meer van beschuldigd in 1996 in Spaarnwoude aanwezig geweest te zijn bij de viering van de 'Dag van het Turkisme'. De pers refereerde in de kwestie-Yerlibuçak aan deze dag als de '3mei viering' of het 'feest van 3 mei'. Over de historische achtergronden van deze 'Dag van het Turkisme' bleek toentertijd enige onduidelijkheid te bestaan. Om iets aan deze onduidelijkheid te doen, neemt het comité twee passages over uit het boek ‘Pan-Turkism, from irredentism to cooperation’ van de wetenschapper Jacob Landau. Landau was als docent verbonden aan de Hebrew University in Jeruzalem. Tijdens de oorlogsjaren (Tweede Wereldoorlog, red.) kon de propagandacampagne van het pan-Turkisme in Turkije moeilijk gericht worden tegen haar grootste rivaal in de strijd om populariteit, namelijk het nationalisme. Sterker nog, de twee ideologieën voerden een onderlinge strijd, en de pan-Turkisten probeerden in toenemende mate het monopolie te veroveren op het 'echte' patriottisme. De bewegingsvrijheid voor zowel de pan-Turkisten als andere nationalisten was echter beperkt, omdat Turkije neutraal was. De twee stromingen wedijverden, bijvoorbeeld, in het opdrijven van de anti-gevoelens tegen minderheden, vooral nadat dit soort activiteiten stilzwijgende regeringsgoedkeuring kreeg door de invoering van een zeer strenge Wet op de Vermogensbelasting, de Valik Vergisi van 1942. Dit manifesterde zich duidelijk in 1943 (bijvoorbeeld in de lezing van Mahmut Esat Bozkurt, voormalig minister van Justitie en later lid van de Grote Nationale Vergadering voor Izmir, op 5 juni in het Volkshuis van Üsküdar) en werd opgemerkt door buitenlandse diplomaten in Turkije. (1) Waar het pan-Turkisme zich echter vooral mee bezig hield was een frontale aanval op vijand nummer I, het communisme. Deze aanval richte zich vooral op plaatselijke communisten, echte dan wel ingebeelde. Dit escaleerde toen Turken die sympathiseerden met het communisme de aanval openden op de pan-Turkisten. Een voorbeeld van een dergelijke aanval is een pamflet, uitgebracht in 1943 door Faris Erkman, een werknemer van een elektriciteitsbedrijf. (2) Het pamflet droeg de titel En büyük tehlike (Het grootste gevaar). Het was bedoeld om, zoals Erkman het uitdrukte, de "pan-Turkistische, Turanistische, racistische marionetten" te ontmaskeren, waarvan de touwtjes in buitenlandse handen zouden zijn. PanTurkistische tijdschriften aanhalend, voerde hij een krachtige aanval uit op Atsiz, Riza Nur, Erkilet en anderen, hen beschuldigend van oorlogshitserij en het onteren van hun aanspraak op het nationalisme. De pan-Turkisten sloegen op dezelfde manier terug in hun eigen pers. De hele kwestie werd zelfs besproken in de Grote Nationale Vergadering. Het is nauwelijks verbazingwekkend dat het communisme steeds meer de zondebok van het pan-Turkisme werd. Omdat de regering er tijdens de Tweede Wereldoorlog, met name in de laatste jaren daarvan, op gebrand was haar neutraliteit te etaleren, werden pan-Turkistische standpunten niet erg op prijs gesteld. Een openlijk conflict tussen de pan-Turkisten en de regering was dus niet te vermijden. Op 20 februari en 21 maart 1944 publiceerde Nihal Atsiz twee open brieven aan premier Mehmet Sükrü Saraçoglu in zijn maandblad Orhun, waarin hij de subversieve activiteiten in Turkije aanviel - voornamelijk de activiteiten van communisten - en een meer actieve Turkse, en feitelijk een pan-Turkistische, politiek eiste. Verschillende uitgaven van Orhun werden in beslag genomen en uiteindelijk werd de redactie van het blad gesloten. Dit spoorde de pan-Turkisten aan de straat op te gaan, waarmee de drempel tussen ideologische propaganda en politieke actie werd overschreden. Op 3 mei 1944, waren er grote anti-communistische demonstraties in Istanbul en Ankara, die in strijd waren met de wetgeving aangaande de staat van beleg. De demonstranten protesteerden tegen wat zij zagen als de invloed van het communisme op de regeringsbureaucratie en het onderwijssysteem in Turkije. Pan-Turkistische leuzen waren duidelijk zichtbaar, waarschijnlijk ingegeven door de groeiende be85
zorgdheid over het lot van Turkse groepen in de Sovjet-Unie (de deportatie van Tartaren en anderen stond toen gepland en werd een paar dagen later ook daadwerkelijk uitgevoerd). Bekende pan-Turkisten zoals Atsiz en Türkkan waren daarbij betrokken, en verder een jonge kapitein, genaamd Alparslan Türkes, die zijn sporen in de Turkse politiek nog moest verdienen. Er deden ook veel studenten mee. De regering reageerde op een overdreven manier, misschien in een poging haar neutraliteit te bewijzen tegenover de Sovjet-Unie. (3) Zes dagen na de demonstraties werden meer dan dertig leidende pan-Turkisten en sympathisanten gearresteerd, waaronder Togan, Atsiz, Sancar, Türkkan, Erkilet, Peyami Safa, Türkes, Hikmet Tanyu, M. Zeki Sofuoglu, Nurullah Bariman en Tevetoglu. Tegelijkertijd werd er door de Turkse regering en kringen rond de Republikeinse Volkspartij (CHP) een grote campagne van toespraken en persartikelen gestart tegen het pan-Turkisme. Zij wilden maar al te graag hun eigen visie op het Turks nationalisme nader verklaren. De pers beschuldigde de pan-Turkisten er openlijk van dat ze "racisten en Turanisten" waren en "vijanden van de natie en van de openbare orde". De centrale thema's werden door Inönü zelf bepaald in een toespraak in het Ankara Stadion, ongeveer zestien dagen na de demonstratie in Istanbul.(4) Hij verklaarde dat Turkije een nationale en nationalistische staat was, doordrongen van idealen, terwijl het pan-Turkisme (dat doorlopend door hem Turanisme wordt genoemd) een ziekelijk fenomeen zou zijn, dat de natie mogelijk in conflicten met haar buurlanden zou storten. Hij beschuldigde de Turanisten (ofwel de pan-Turkisten) van het vormen van geheime genootschappen, en het hebben van duistere bedoelingen die gevaarlijk voor Turkije waren. Dezelfde argumenten werden al snel gebruikt in tal van andere toespraken en berichten in de media. De pan-Turkistische organisaties werden daarna verboden. Maar het proces tegen haar leiders en de campagne tegen de beweging bewees de pan-Turkistische zaak goede diensten, vooral omdat het de publiciteit opleverde die het pan-Turkisme al lange tijd had gezocht. Er waren twee series rechtszaken. De eerste begon op 11 september 1944, voor de Staat van Beleg Rechtbank in Istanbul, met veel belangstelling van de pers. Drieëntwintig mensen werden beschuldigd van het verspreiden van subversieve ideeën (racistische, Turanistische propaganda) en van het opzetten van illegale groepen, die als doel hadden het omverwerpen van de regering. De meeste prominente aangeklaagden waren: Togan, Atsiz, Sancar en Türkkan. De anderen waren officieren met een lagere rang, reserveofficieren, regeringsfunctionarissen, onderwijzers en studenten. Op 29 maart 1944 werden tien van de aangeklaagden veroordeeld tot tussen de één en tien jaar dwangarbeid, terwijl de anderen werden vrijgesproken. Togan kreeg tien jaar en Atsiz vier. Na een hoger beroep, in oktober van het zelfde jaar, werden de veroordelingen echter geschrapt door het Militaire Hof van Cassatie. De oorlog was toen afgelopen en Turkije's relatie met de Sovjet-Unie was veranderd. In augustus 1946 werd er een nieuwe rechtszaak gehouden in een geheel andere sfeer en met geringe belangstelling van de media. Deze rechtszaak eindigde in maart 1947 met de vrijspraak door het hof van alle aangeklaagden. Het kwam erop neer dat het pan-Turkisme door de rechtbanken was gerehabiliteerd: het was niet langer subversief of illegaal. Intussen had het Turkse volk een behoorlijke dosis pan-Turkistische ideologie opgedaan, waarin vooral het nationalistische karakter op de voorgrond stond. Dit werd ook steeds door de beschuldigden verkondigd. Zo werd er een openbaar imago opgebouwd als zouden zij de enige echte nationalisten zijn. (Zowel Türkes als Türkkan stelden later hun ervaringen in de gevangenis en voor het gerecht op schrift.) Dit bleef het hoofdmotief van de pan-Turkistische propaganda in de daarop volgende jaren, waarbij de pan-Turkisten de rechtszaken als startpunt namen.
Noten 1): FO 195/2480, Knatchbull-Hugessen's rapport aan Eden van 21 juni 1943, Ankara. M.E. Bozkurt werd beschouwd als persoon die dichtbij het panTurkisme staat. Artikelen van hem werden gepubliceerd in Çinaralti. 2): Faris Erkman was een schuilnaam van Resat Fuat Baraner. Baraner was secretaris van de TKP in Turkije. (noot van de redactie) 3): Wat de Russen tussen twee haakjes niet tevreden stelde. De sovjet-pers beklaagde zich over wat zij beschouwde als een regering die passief bleef tegenover een "door nazi's ondersteunde Turanistische regering" (Izvyestiya, 1 juni 1998). Vervolgens werden de pan-Turkisten in een artikel van V. Krimskiy, Pantyurkisti - fashistkaya agyentyura v Turtsii, Bol'shyevik, 10-11: mei/juni 1944, pp. 79-85, aangevallen. Turkije werd verweten hen te herbergen. Het artikel eindigde als volgt: "De activiteiten van de fascistische agentuur in Turkije, brengt allereerst en vooral, de interne en externe veiligheid van de Turkse Republiek in gevaar. Het is in het belang van het Turkse volk en diens regering om een einde te maken aan de provocerende activiteiten van de pan-Turkisten en deze hitleriaanse agenten te liquideren". 4): Ismet Inönü, eerste premier van Turkije (1923-1924), later opnieuw premier (1925-1937) en tweede president van Turkije (1938-1950). (noot van de redactie) Uit: Jacob M. Landau, Pan-Turkism, from irredentism to cooperation, pp. 116-118, p. 161, Hurst & Company, London, 1981.
Diverse pan-Turkistische genootschappen (of groepen met pan-Turkistische neigingen) publiceerden grote hoeveelheden materiaal om hun standpunten bekend te maken. Een voorbeeld is de publicatie in 1967 door de Bond van Nationalisten uit Turkije van een 3 Mayis Türkçüler günü antolojisi (Bloemlezing van 3 mei, de dag van de pan-Turkisten), ter herdenking van de 3 mei-demonstratie van 1944. De twee beroemde brieven van Atsiz aan premier Saraçoglu werden herdrukt en hetzelfde gebeurde met een aantal toespraken van zijn collega's, onder wie Nejdet Sancar, Alparslan Türkes, Hikmet Tanyu, Zeki Velidi Togan, Fethi Tevetoglu en Zeki Sofuoglu. Deze toespraken waren uitgesproken tijdens de rechtszaken (in Turkije, red.) of in ballingschap. 86
87
12. DE INTERNETRELATIE TUSSEN DE MHP EN DE TFN
13. OVERZICHT BESTUUR TFN
Op de index-pagina van de website van de MHP (http://www.mhp.org.tr/) stond medio november 1999 een oproep tot financiële steun voor de slachtoffers van de aardbeving in Turkije. Als speciaal contactpunt voor de financiële campagne in Europa werd de TFN (http://www.euronet.nl/users/turkfed/) in Amsterdam aangegeven.
Bestuur TFN na 1e congres (5 oktober 1995) Algemeen Voorzitter: Hikmet Yildizeli (Amsterdam) Vice-voorzitters: Celal Arslan (Amsterdam), Ahmet Ceyhan (Amsterdam) en Nedim Doruk (Heemskerk) Religieus functionaris: Vahap Süreyya Arslan Algemene bestuurscommissie: Yunus Akay, Erol Arslan, Celal Aydin, Ahmet Aynaci, Nadir Ari, Bekir Baskan, Hasan Çakir (Enschede), Abdurrahman Çaliskan, Ali Cerit, Süleyman Demir (Apeldoorn), Turan Demir, Mehmet Dilekçi (Utrecht), Adil Dogan (Steijl, Tegelen), Celal Duran, Abdil Duru, Fedayi Eken (Amsterdam), Rasim Eken (Amsterdam), Ömer Erdem (Amsterdam), Ali Ersoy (Den Haag), Feyzullah Ersoy, Fazli Güner (Eindhoven), Sükrü Gökdemir (Leerdam), Faruk Hastürk (Amsterdam), Abdülkadir Ipek (Amsterdam), Ömer Ipek (Amsterdam), Sükran Ipek, Güven Isçi (Utrecht), Ibrahim Karabag (Den Haag), Emir Koçak, Ismail Koçak (Utrecht), Ali Koyuncu, Mehmet Öcal (Tiel), Harun Özcan (Schiedam), Bilal Sag (Den Haag), Abdullah Sari (Amsterdam), Asir Sari (Amsterdam), H. Ali Sari (Amsterdam), Müslüm Sentürk, Serafettin Sinar, Tahsin Soy (Amsterdam), Erhan Tanis (Hilversum), Ibrahim Torun (Bergen op Zoom), Zekeriye Yalan (Breda), Süleyman Yalvaç (Eindhoven), Çigdem Yesilkanat (Amsterdam), Emrullah Yildirim (Amsterdam) en Halil Yildiz (bron: Türkiye, 8 oktober 1995)
Bestuur TFN na 2e congres (23 mei 1998) Voorzitter: Ahmet Ceyhan (Amsterdam) Controlecommissie: Ramazan Ates, H. Mehmet Eroglu, Adil Dogan, Harun Özcan (Schiedam) en Ali Özdemir (Den Haag) Algemene bestuurscommissie: Sahin Akkoç (Amsterdam), Nadir Ari, Erol Arslan, Ilhan Askin (Den Haag), Kadir Ayaz (Amsterdam), Yusuf Aygün (Utrecht), Ahmet Ayranci, Mustafa Bagci (Maassluis), Mesut Basan, Süleyman Baykaya, Yusuf Beyaztas, Seher Çaglayan, Hasan Çakir (Enschede), Abdurrahman Çaliskan, Osman Bülent Çaliskan (Amsterdam), Adnan Demir, Süleyman Demir (Apeldoorn), Hüseyin Duman (Amsterdam), Celal Duran, Ali Durmus, Mustafa Elibol (Rotterdam), Muammer Elmali, Fatik Erçelik (Soest), Ömer Erdem (Amsterdam), M. Ali Ersoy (Den Haag), Murat Gedik, Sehnaz Gök (Rotterdam), Sükrü Gökdemir (Leerdam), Ahmet Görcü (Oosterhout, Breda), Mehmet Görgülü, Fazli Güner (Eindhoven), Naci Gürbüz, Mustafa Güzel (Utrecht), Ömer Ipek (Amsterdam), Akif Iyücel, Dogan Karaburun, Sami Karadurmus (Rotterdam), Ramazan Kaynar (Schiedam), Ali Kilinç, Bülent Kilinç, Esat Koçyigit, Ali Koyuncu, Süleyman Koyuncu (Amsterdam), Mehmet Öcal (Tiel), Orhan Özer, Sener Öztürk, Ali Pancar, Hamza Polat (Rotterdam), Hamza Sahan, Asir Sari (Amsterdam), Fatma Sari, Murat Sari, Seref Sari, Durak Sarikaya (Tilburg), Alparslan Sütçü (Amsterdam), Erhan Tanis (Hilversum), Baki Türkmen, Yasar Uslu, Dursun Usta (Arnhem), Zekai Usta (Den Bosch), Saban Yetik, Emrullah Yildirim (Amsterdam) en Rasih Yildiz (bron: Türkiye, 25 mei 1998)
Bestuur TFN na 3e congres (4 december 1999) Voorzitter: Ismet Harmankaya (Amsterdam) Tuchtcommissie: Celal Arslan (Amsterdam), Bülent Kilinç en Hayrettin Sekmen (Amsterdam) Controlecommissie: Yusuf Beyaztas, Nedim Doruk (Heemskerk) en Ismail Koçak (Utrecht) 88
89
Algemene bestuurscommissie: Nurullah Akbulut, Murat Akpinar, Salim Arduçlu, Yusuf Aygün (Utrecht), Hasan Çakir (Enschede), Sinasi Çavus, Hanifi Çetinkaya (Den Haag), Süleyman Demir (Apeldoorn), Mehmet Dinçsoy, Celal Duran, Mustafa Elibol (Rotterdam), Ömer Erdem (Amsterdam), H. Mehmet Eroglu, Turan Eroglu (Utrecht), Murat Gedik, Fazli Güner (Eindhoven), Süleyman Güney, Mustafa Güzel (Utrecht), Faruk Hastürk (Amsterdam), Ömer Ipek (Amsterdam), Ramazan Kaynar (Schiedam), Esat Koçyigit, Aliye Konus (Utrecht), Ali Koyuncu, Mehmet Öcal (Tiel), Soner Özay, Nazim Öztürk (Beverwijk), Hamza Polat (Rotterdam), Tacettin Polat, Metin Santas, Fatma Sari, Ali Sari (Amsterdam), Asir Sari (Amsterdam), Durak Sarikaya (Tilburg), Yalçin Sarpdag, Yusuf Seker, Ahmet Simsek (Apeldoorn), Baki Türkmen, Mehmet Utlu (Rotterdam) en Dursun Usta (Arnhem) (bron: Hollanda’da kan degisimi, Türkiye, 7 december 1999)
14. MHP’ERS IN DE ANAP In het eerste boekje van comité 'Stop de Grijze Wolven' werd aandacht besteed aan het overstappen van MHP’ers naar andere partijen. Ook het later verschenen boek ‘Graue Wölfe heulen wieder: Türkische Faschisten und ihre Vernetzung in der BRD’ (1997) van Fikret Aslan en Kemal Bozay gaat hierop in. We geven uit dit boek twee relevante passages weer. Pagina 94 en 95: “Na deze verkiezingsnederlaag (september 1986) ontvlamde een debat of het MHP-kader in andere partijen niet moest terugkeren naar de plaats van herkomst. Een relatief sterke stroming was ervoor dat zij in de ANAP zou blijven, omdat ze op deze wijze deelnamen aan de regering. Ze konden zo de 'heilige zaken' beter dienen. Met name na 1990 nam de leus 'Grijze Wolven terug in de 'moederschoot' steeds sterker aan kracht toe. Op het vierde congres in 1994 keerden de parlementariërs Ercüment Konukman, Tunca Toskay, Halil Sivgin (1), die hun plaats aanvankelijk vonden in de ANAP (Moederlandpartij) en later in de Yeni Parti (Nieuwe Partij), terug naar de MHP.” Pagina 254: “Bij de verkiezingen van 1983 werden de volgende voormalige MHP'ers, respectievelijk personen behorende tot de fascistische vleugel van de AP (Gerechtigheidspartij), verkozen in het Turkse parlement voor de ANAP: Ercüment Konukman (Istanbul), Yasar Albayrak (Istanbul), Mehmet Budak (Kirsehir), Burhan Kara (Giresun), Mümtaz Güler (Usak), Arif Agaoglu (Adiyaman), Mehmet Deliceoglu (Adiyaman), Nihat Türker (Afyon), Ismet Özarslan (Amasya), Alpaslan Pehlivanli (Ankara), Halil Sivgin (Ankara), Ismail Dayi (Balikesir), Kazim Oksay (Bolu), Saffet Sakarya (Cankiri), Mehmet Özdemir (Elazig), Naci Tasel (Elazig), Zeki Yavuztürk (Elazig), Mustafa Tasar (Gaziantep), Erol Bülent Yalçinkaya (Kastamonu), Mustafa Sahin (Kayseri), Kemal Or (Konya), Mustafa Ugur Ener (Kütahya), Talat Zengin (Malatya), Atilla Sin (Mus), Turan Öztürk (Nevsehir), Mustafa Kiliçarslan (Sakarya), Mümtaz Özkök (Sakarya),
90
91
15. BIBLIOGRAFIE - PUBLICATIES VANAF 1997
Mahmet Aydi (Samsun), Berati Aydogan (Samsun), Süleyman Yagcioglu (Samsun), Mehmet Karabulut (Tokat), Metin Gürdere (Tokat), Ahmet Karaevli (Tekirdag), Eyüp Asik (Trabzon), Osman Dogan (Sanliurfa), Lütfullah Kayalar (Yozgat), Veysel Atasoy (Zonguldak), Sükrü Yürür (Ordu) en Mahmut Oltan Sungurlu (Gümüshane).”
Boeken en brochures Akinbingöl, Ö. Faruk, Verleiding en rechtvaardiging. 'Neutraliseringstechnieken' van Turkse delinquenten in Nederland, Stadsuitgeverij Amsterdam, Amsterdam, 1998 Aslan, Fikret, Kemal Bozay, e.a., Graue Wölfe heulen wieder: Türkische Faschisten und ihre Vernetzung in der BRD, Unrast Verlag, Münster, 1997 Bandenrepublik Türkei?, Der Susurlukbericht des Ministerialinspektors Kutlu Savas, Internationaler Verein für Menschenrechte der Kurden (IMK), Bonn, Papiertiger, Archiv und Bibliothek, Berlijn, 1998 Belli, M. Kemal, Het kalf en de put, Buiten-Band, Den Haag, 1997
Noot: 1): Halil Sivgin was op 16 november 1986 aanwezig in Rotterdam op het vierde congres van de HTDF, de voorloper van de HTF.
Bovenkerk, Frank, Yücel Yesilgöz, De maffia van Turkije, Meulenhoff, Amsterdam, 1998 Braam, Stella, Mehmet Ülger, Grijze Wolven, een zoektocht naar extreem-rechts, Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, 1997 Can, Murat, Hatice Can-Engin, De Zwarte Tulp, Jan van Arkel, Utrecht, 1997 Çelik, Selahattin, Die Todesmaschinerie, Türkische Konterguerrilla, Mesopotamien Verlag, Keulen, 1999 Çelik, Selahattin, Verbrecher Staat, Der ‘Susurluk-Zwischenfall’ und die Verflechtung von Staat, Unterwelt und Konterguerilla in der Türkei, Zambon Verlag, Frankfurt am Main, 1998 Comité ‘Stop de Grijze Wolven’, Stop de Grijze Wolven!, Turks extreem-rechts, FOK, Amsterdam, 1997 El-Fers, Mohamed, Chris Nibbering, Hoe gevaarlijk zijn de Turken, Türkevi, Amsterdam, 1998 Fennema, Meindert, Jean Tillie, Turkse organisaties in Amsterdam, Het Spinhuis, Amsterdam, 1997 Geerse, Miriam, Turkse idealen op Nederlandse bodem, een kwalitatief onderzoek onder ülkücü’s (idealisten) in Nederland, doctoraal scriptie Vakgroep Culturele Antropologie Universiteit Utrecht, Utrecht, 1998 Heelsum, Anja van, Jean Tillie, Turkse netwerken in Nederland, een netwerkanalyse, Het Spinhuis, Amsterdam, 1999 Heitmeyer, Wilhelm, Joachim Müller, Helmut Schröder, Verlockener Fundamentalismus, Suhrkamp, Frankfurt am Main, 1997 Konterguerilla, Der Name des Krieges gegen das Volk, Halk Kurtulus, Amsterdam, 1997 Lof, Ed, Een nieuwe gouden eeuw, De demografische en economische noodzaak van immigratie, Forum, Utrecht, 1998
92
Halil Sivgin (foto: Nokta)
93
Pinn, Irmgard, Verlockende Moderne?, Türkische Jugendliche im Blick der Wissenschaft, DISS, Duisburg, 1999
Çinibulak, Tuncay, Turkse nationalisten op eigen lijsten, Contrast, 19 februari 1998
Poulton, Hugh, Top hat, Grey Wolf and crescent, Turkish nationalism and the Turkish Republic, Hurst & Company, Londen, 1997
Corven, Toine van, Turken boos op Tilburg, Uitgelekte nota bestempelt meerderheid als extreem-rechts, Trouw, 17 december 1998
Schüler, Harald, Die türkischen Parteien und ihre Mitglieder, Deutsches Orient Institut, Hamburg, 1998
Engberts, Marc, Dreigbrief aan free-lancer van Contrast, Contrast, 9 oktober 1997
Tax, Mathijs (red.), Geke van der Wal, De vele gezichten van Turks Nederland, Een wie is wie, Jan Mets, Amsterdam, 1999
Engberts, Marc, Duistere stichting verspreidt propaganda tegen PKK, Contrast, 9 juni 1997 Engberts, Marc, 'Oppassen voor heksenjacht', Contrast, 16 oktober 1997
Tijdschriften- en krantenartikelen AFA-LS, Vragen aan Dijkstal inzake Grijze Wolven, Alert!, augustus/september 1998
El-Fers, Mohamed, Grijze Wolven en de Staatskrant, Staatskrant, november 1997
AFA-LS, Minister ontwijkt beantwoording vragen inzake Grijze Wolven, Alert!, oktober/november 1998
Fennema, Meindert, Jean Tillie, Het geheim van de Turken, de Volkskrant, 6 november 1999
Arikan, E. Burak, The programme of the Nationalist Action Party, An iron hand in a velvet glove?, Middle Eastern Studies, oktober 1998
Geerse, Miriam, Grijze Wolven in Nederland: het verplaatste nationalisme van een Turkse diasporagemeenschap, Migrantenstudies, nummer 3, 1999
Bagçi pijnlijk verrast, De Dordtenaar, 15 december 1998
Gölpinar, Özkan, In de kring van de Grijze Wolven, Contrast, 9 oktober 1997
Balci, Erdal, Wolf in het nauw, Trouw, 12 januari 2000
Gölpinar, Özkan, 'Spoedig zal ik je bloed drinken', Contrast, 24 april 1997
Bosch, Jeroen, Grijze Wolven bestaan nog altijd, Alert!, juni/juli/augustus 1999
Gölpinar, Özkan, Turks maffia-netwerk, een gordiaanse knoop, Contrast, 28 mei 1998
Bosch, Jeroen, Grijze Wolven herdenken hun overleden leider, Alert!, juni/juli/augustus 1999
Gölpinar, Özkan, Wolvenjacht, De Groene Amsterdammer, 11 juni 1997
Bovenkerk, Frank, Yücel Yesilgöz, Antwoord aan Richard Staring, Migrantenstudies, nummer 3, 1998
Gölpinar, Özkan, 'Zonder bewijzen lag dit boek er niet', Contrast, 6 november 1997 Grijze Wolven in subsidie-problemen, Alert!, oktober/november/december 1999
Boyne, Sean, MIT riding high on its foreign successes, Jane’s Intelligence Review, februari 2000 Grijze Wolven in Utrecht, Alert!, april/mei 1998 Braam, Stella, Amsterdam heeft een partij in wolfskleren, Vrij Nederland, 14 februari 1998 Grijze Wolven in Zwolle, Alert!, juni/juli 1998 Braam, Stella, Sterven voor Turkije, De Groene Amsterdammer, 17 september 1997 Haffmans, Ernst, Recensie Stop de Grijze Wolven, Alert!, november 1997 Braam, Stella, Mehmet Ülger, Turken in Wolfskleren, de Volkskrant, 27 september 1997 Jongerden, Joost, René Oudshoorn, Turks-Koerdische spanningen: Nederland blijft in gebreke, Trouw, 12 april 1997 Brongers, Reindert, Veel geschreeuw, weinig wolf, Hervormd Nederland, 1 november 1997 Jonkers, Pauline, Turkse nationalisten beginnen warenhuis in Leiden, De Fabel van de illegaal, februari/maart 1999 Çinar, Alev, Cartel, Travels of German-Turkish rap music, Middle East Report, zomer 1999 Joustra, Wio, Grijze Wolven doodden Alagöz, weten de Koerden, de Volkskrant, 29 april 1999 Çinibulak, Tuncay, 'Media schilderen Turken zwart af', Contrast, 26 maart 1998 Kuiper, Christine, Boekbespreking van Stella Braam, Mehmet Ülger, Grijze Wolven, een zoektocht naar extreem-rechts, 94
95
Migrantenstudies, nummer 1, 1999
De politieke Islam in Nederland en Tilburg, vertrouwelijke notitie van de gemeente Tilburg, 10 augustus 1998
PKK ve terör lanetlendi, Türkiye, 14 december 1998
Tweede Kamer 1997-1998, 25 801 nr. 1, brief d.d. 20 november over de Grijze Wolven
Slats, Jos, De moord op Ibrahim Alagöz, Vrij Nederland, 24 juli 1999
Tweede Kamer 1997-1998, 25 802 nr. 2, verslag overleg d.d. 26 november over de ontwikkelingen rond de organisatie 'de Grijze Wolven'
Solmaz, Ali, Deutschland als zentrales Operationsfeld des türkischen Geheimdienstes MIT, Geheim, nummer 4, 1999 Veeger, Margriet, Terugblik met toekomstperspectief, Algemene Beschouwingen GroenLinks 1998, 26 november 1997 Spek, Tanya van der, Duiken in de onderkant, Hervormd Nederland, november 1997 Staring, Richard, Het criminologische tekort. Turkse migranten en georganiseerde drugscriminaliteit, Migrantenstudies, nummer 3, 1998
Water in de thee, Een onderzoek naar criminaliteit van Turkse jongens in Deventer, Politia Nova, Directie Politie van het ministerie van Binnenlandse Zaken, 1999
Staring, Richard, Nawoord, Migrantenstudies, nummer 3, 1998 Troelstra, Sarah, Turks extreem-rechts, Kleur, nummer 3, juni 1997 Ülger, Mehmet, Wacht u voor de hond!, Wordt Vervolgd, nummer 12, december 1997 Veenstra, Yael, Grijze Wolven in Nederland, Politie Magazine, november 1998 Vermaas, Peter, Turkse zaken, De Groene Amsterdammer, 27 mei 1998 Wagenaar, Leonoor, Blaffende wolven bijten wel, Het Parool, 11 november 1998 Wit, Hanneke de, Protest Turken loopt uit op rellen, Het Parool, 14 december 1998 Andersoortige publicaties Aanhangsel handelingen Tweede Kamer 1997-1998 nr. 239 en 240, Antwoord op de vragen van de leden O.S. Varma en J. Marijnissen over een extreem rechtse groepering Nieuws Bulletin Agenda, Speciale Uitgave, Turkse Federatie Nederland, Amsterdam, 1998 BVD (red.), De politieke Islam in Nederland, Ministerie van Binnenlandse Zaken, 1998 BVD (red.), Jaarverslag Binnenlandse Veiligheids Dienst 1997, Ministerie van Binnenlandse Zaken, 1998 BVD (red.), Jaarverslag Binnenlandse Veiligheids Dienst 1998, Ministerie van Binnenlandse Zaken, 1999 Kuiper, Johan, Benadering tegenstellingen binnen de Turkse - en Koerdische gemeenschap in Deventer, nota voor burgemeester en wethouders, 6 april 1998
96
97
16. NAMEN VAN ORGANISATIES Extreem-nationalistische Turkse organisaties ADÜTDF: Avrupa Demokratik Ülkücü Türk Dernekleri Federasyonu - Federatie van Turks-Democratische Idealistenverenigingen in Europa, kort: Türk Federasyon - Turkse Federatie BBP: Büyük Birlik Partisi – Grote Eenheidspartij HDÜTDF: Hollanda Demokratik Ülkücü Türk Dernekleri Federasyonu - Turkse Federatie van Democratische Idealistische Organisaties Nederland (zelfde federatie als HTF) HTDF: Hollanda Türk Dernekleri Federasyon - Federatie van Turkse Verenigingen in Nederland HTF: Hollanda Türk Federasyon - Turkse Federatie Nederland MÇP: Milliyetçi Çalisma Partisi - Nationalistische Arbeid Partij MHP: Milliyetçi Haraket Partisi - Partij van de Nationalistische Actie STCSZ: Stichting Turks Cultureel en Solidariteitscentrum Zwolle TDJV: Türk Demokratik Gençlik Dernegi - Turkse Democratische Jongeren Vereniging TFN: Turkse Federatie Nederland (zelfde organistie als HTF) TKC: Türk Kültür Merkezi - Turks Cultureel Centrum TOS: Turkse Omroep Stichting Ülkü Ocaklari: Haardsteden van het Ideaal
Partijsymbool BBP (Illustratie: Nokta)
Partijsymbool MHP (Illustratie: Nokta)
Andere Turkse, Koerdische en Armeense organisaties ANAP: Anavatan Partisi - Moederlandpartij: AP: Adalet Partisi - Gerechtigheidspartij ASALA: Armenian Secret Army for the Liberation of Armenia - Armeens Geheim Leger voor de Bevrijding van Armenië ASALA-RM: Armenian Secret Army for the Liberation of Armenia-Revolutionary Movement - Armeens Geheim Leger voor de Bevrijding van Armenië-Revolutionaire Beweging C.E.M. Vakfi: Cumhuriyetçi Egitim ve Kültür Vakfi - Republikeinse Stichting voor Vorming en Cultuur CHP: Cumhuriyet Halk Partisi - Republikeinse Volkspartij DSP: Demokratik Sol Partisi - Partij van Democratisch Links DYP: Dogru Yol Partisi - Partij van het Juiste Pad ERNK: Eniya Rizgariya Netewa Kurdistan - Nationaal Volksbevrijdingsfront van Koerdistan FP: Fazilet Partisi - Partij van de Deugd HADEP: Halkin Demokrasi Partisi - Democratische Volkspartij IHD: Insan Haklari Dernegi - Mensenrechtenvereniging JCAG: Rechtvaardigheid Commando’s van de Armeense Genocide MGK: Milli Güvenlik Kurulu - Nationale Veiligheidsraad MIT: Milli Istihbarat Teskilati - Nationale Inlichtingendienst ÖDP: Özgürlük ve Dayanisma Partisi - Partij voor Vrijheid en Solidariteit PKDW: Parlamana Kurdistanê li Derveyî Welat - Parlement van Koerdistan in Ballingschap PKK: Partiye Karkeran Kurdistan - Arbeiderspartij van Koerdistan RP: Refah Partisi - Welvaartspartij TICF: Türk Islam Kültür Dernekleri Federasyonu - Turkse Islamitische Culturele Federatie TIHV: Türkiye Insan Haklari Vakfi - Mensenrechtenstichting van Turkije (engelse naam: HRFT) TKP: Türkiye Komünist Partisi - Communistische Partij van Turkije YÖK: Yüksek Ögretim Kurulu - Hoger Onderwijs Raad 99
Overige organisaties AFA: Anti-Fascistische Actie NIVO: Nieuwe Volksvertegenwoordigers PvdM: Partij van de Mensenrechten
17. INDEX AFA 10, 13, 15, 25 48, 53, 56, 94, 100 Agenda 23, 24, 25, 26, 27, 41, 68, 96 ANAP 3, 31, 67, 70, 90, 99 ASALA 33, 34, 39, 99 ASALA-RM 33, 34, 99 BBP 31, 71, 72, 99 Bewonersbelangen Bos en Lommer 17, 18, 28 CDA 2, 17, 20, 46, 47, 51, 54 C.E.M. Vakfi 3, 25, 28, 41, 42, 43, 44, 99 CHP 31, 78, 86, 99 DSP 23, 31, 68, 99 DTP 31 DYP 31, 37, 64, 80, 99 HADEP 31, 70, 71, 74, 78, 99 JCAG 34, 99 Lokaal Belang Zeeburg 17, 18 MÇP 41, 99 MGK 40, 99 MHP 3, 7, 9, 11, 12, 18, 23, 24, 29, 30, 31, 37, 41, 43, 45, 46, 47, 50, 55, 56, 59, 60, 61, 62, 64, 65, 66, 67, 68, 69, 70, 71, 72, 74, 75, 76, 77, 78, 79, 80, 81, 82, 83, 84, 88, 90, 99 MIT 3, 4, 33, 34, 36, 37, 39, 40, 64, 67, 94, 96, 99 NIVO 17, 100 Ortadogu 23, 24, 27 Partizan 34, 37 PKK 5, 7, 27, 29, 44, 46, 48, 49, 50, 51, 52, 54, 59, 61, 62, 63, 67, 77, 99 Platform tegen racisme en fascisme in Amsterdam-Oost 18, 27 PvdA 17, 18, 37, 48, 49, 52, 85 PvdM 17, 18, 20 Soyad 24, 28 STCSZ 12, 13, 15, 99 TDJV 20, 24, 27, 99 TKC Amsterdam 18, 28, 45, 99 TKC Utrecht 2, 9, 10, 11, 12, 15, 19, 20, 66, 99 TKP 87, 99 Ülkü Ocaklari 11, 66, 79, 99 Ulu Camii 20, 27, 30 Amersfoort Amsterdam Arnhem Beverwijk Breda Den Haag Deventer Dordrecht
100
45 17, 18, 20, 21, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 30, 45, 46 46, 47, 48 85 48 30, 48, 49, 50 13, 14, 50, 51, 52, 57 52 101
Enschede Haarlem Hengelo Hilversum Huizen Leiden Maassluis Rotterdam Schiedam Spaarnwoude Tiel Tilburg Utrecht Vlaardingen Zaandam Zwolle Abas, Hiram Akbulut, Nurullah Akpinar, Murat Ahmed, Alhaj Momin Babul Altan, Günes Arduçlu, Salim Arslan, Celal Atsiz, Nihal Aygün, Yusuf Bahçeli, Devlet Bakiler, Y. B. Baraner, Resat Fuat Bardakçi, Ilhan Beyaztas, Yusuf Bozkurt, Mahmut Esat Braam, Stella Çakir, Hasan Çatli, Abdullah Çavus, Sinasi Çelik, Selahattin Çetinkaya, Hanifi Ceyhan, Ahmet Çiller, Tansu Çitil, Ibrahim Demir, Süleyman Demirag, Yavuz Selim Demircan, Namik Dinçsoy, Mehmet Dogan, Izzettin Duran, Celal 102
35, 36, 49 52, 53 35, 36, 49 53 53 53, 54 30 54 50 85 55 14, 55, 56 9, 17, 18, 19, 20, 34, 36, 39 56 30 8, 12, 13 40 90 90 18 43 90 89 85, 86 89, 90 29, 30, 66, 67, 68, 70, 78 11 87 11 89 85, 87 4, 7, 12, 23, 24, 25, 27, 28, 41, 46, 52, 53 89, 90 33, 35, 37, 39, 40, 64 90 39 90 17, 20, 21, 89 29, 31, 42, 43 17, 18, 20, 28 89, 90 23, 24, 25, 26, 27 8, 12, 13 90 42, 43 89, 90
Eken, Fedayi Elibol, Mustufa Erbakan, Necmettin Erdem, Ömer Erkal, M. Erkman, Faris Eroglu, H. Mehmet Eroglu, Turan Es, Andrée van Etçioglu, Erol Evren, Kenan El-Fers, Mohamed Gedik, Murat Graaff, Wil de Güner, Fazli Güney, Süleyman Güzel, Mustufa Hagopian, Hagop Harmankaya, Ismet Hastürk, Faruk Inönü, Ismet Ipek, Ömer Isçi, Güven Karakoç, A. Kaynar, Ramazan Kilinç, Bülent Kirci, Haluk Kocadag, Hüseyin Koçyigit, Esat Koçak, Ismail Konus, Aliye Koyuncu, Ali Kuiper, Johan Landau, Jacob Melkonian, Monte Müter, Jan Nur, Riza Opstelten, Ivo Öcal, Mehmet Öcalan, Abdullah Özay, Soner Özkan, Halis Özturk, Nazim Polat, Hamza Polat, Tacettin Posthumus, Peter Ruiter, J. de
11, 15, 18, 20, 89 89, 90 42, 43 89, 90 11 85, 87 89 90 36 43 33, 40 45, 46 90 18 89, 90 90 10, 89, 90 33, 34, 37 55, 89 89, 90 86, 87 89, 90 12, 17, 18, 19, 20 11 89, 90 89 33, 37, 40, 68 43 90 89 90 89, 90 13 85 33 18 85 12 89, 90 4, 7, 29, 30, 44, 48, 51, 52, 55, 59, 61, 62, 63, 66, 67, 68, 71, 72 90 43 90 89, 90 90 18 9 103
Sancar, Nejdet Santas, Metin Saraçoglu, Mehmet Sükrü Sari, Abdullah Sari, Ali Sari, Asir Sari, Fatma Sarikaya, Durak Sarpdag, Yalçin Savas, Kutlu Seker, Yusuf Sekmen, Hayrettin Simsek, Ahmet Sofuoglu, Zeki Tanyu, Hikmet Tevetoglu, Fethi Togan, Ahmed Zeki Velidi Toranian, Ara Türkes, Alparslan Türkes, Tugrul Türkkan, Reha Oguz Türkmen, Baki Ülger, Mehmet Usta, Dursun Ustalar, Mustafa Utlu, Mehmet Vonhoff, Henk Yalimian, Nubar Yerlibuçak, Faiz Yildizeli, Hikmet Yilmaz, Mesut Yilmaz, Servet
104
86 90 85, 86 18, 20, 89 89, 90 89, 90 89, 90 89, 90 90 33, 39, 40, 64 90 89 90 86 86 86 86 33, 34 11, 12, 13, 21, 30, 47, 50, 55, 78, 82 80, 81 86 89, 90 4, 7, 12, 23, 24, 25, 26, 27, 41, 46, 49, 52, 53 47, 89, 90 17, 18, 20 90 9 32, 34, 35, 36, 39 17, 85 25, 27, 41, 43, 89 29, 31 24, 25, 27, 28