Landelijke peiling Nijmegen 2000 Resultaten eindmeting, januari 2006
O&S Nijmegen januari 2006
Inhoudsopgave 1
Inleiding
3
2
Onderzoeksresultaten
5
2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de oudste stad is 2.3 Mate waarin medioberichten over Nijmegen zijn opgepikt 2.3.1 2.3.2
Uitkomsten per mediakanaal Uitkomsten voor de media tezamen
2.4 Bekendheid met de viering van het 2000-jarig bestaan van Nijmegen 2.5 Verschillen naar leeftijd, geslacht en woongebied
3
De belangrijkste bevindingen op een rij
5 6 6 7 8
9 9
11
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Inleiding
1
Inleiding In het kader van de evaluatie van Nijmegen 2000 jaar, heeft de afdeling Onderzoek en Statistiek landelijk onderzoek uitgevoerd naar a. de bekendheid van de viering van het 2000-jarig bestaan van Nijmegen en b. de profilering van Nijmegen als de oudste stad van Nederland. In december 2004 is een nulmeting verricht: een steekproef uit de Nederlandse bevolking is telefonisch een aantal vragen over Nijmegen 2000 voorgelegd. Begin juli 2005 is dit onderzoek herhaald en in januari 2006 heeft een eindmeting plaatsgevonden. In deze rapportage zijn de resultaten van de eindmeting vergeleken met die van de twee voorgaande metingen. Net als bij de nul- en tussenmeting hebben bij de eindmeting circa 300 Nederlanders van 15 jaar en ouder aan het telefonische onderzoek meegewerkt1. Bij een steekproef van deze omvang kunnen we met 90% zekerheid zeggen dat de gemeten percentages maximaal 5% afwijken van de percentages in werkelijkheid2. Bij het uitvoeren van de telefonische enquêtes is erop gestuurd dat alle provincies goed in de respondentengroep vertegenwoordigd zijn. Op diverse manieren is getracht om beïnvloeding van de respondenten te voorkomen: o De personen, die voor het onderzoek benaderd zijn, is niet verteld dat het onderzoek in opdracht van de gemeente Nijmegen is uitgevoerd. Als respondenten specifiek naar de opdrachtgever vroegen, is hen verteld dat het onderzoek in opdracht van een Nederlandse gemeente plaatsvindt. o Bij de eerste vraag zijn achtereenvolgens de namen van 8 steden genoemd. Gevraagd is welk beeld deze steden oproepen. Nijmegen werd als 6e stad genoemd. o Bij de tweede vraag moesten respondenten noemen wat volgens hen de oudste stad van Nederland is. Het betrof een open vraag; de enquêteurs hebben geen namen van steden genoemd. In de loop van 2005 heeft het regionale weekblad de Brug twee keer landelijk onderzoek laten verrichten naar het imago van Nijmegen en de viering van Nijmegen 2000 jaar. Omdat daarbij een andere onderzoeksmethode gehanteerd is (onderzoek onder een panel via een digitale enquête) en de vraagstelling anders was, kunnen de resultaten van dat onderzoek niet goed met de uitkomsten in dit rapport vergeleken worden.
1
2
Voor alle drie de metingen geldt, dat in de groep respondenten de mannen en de leeftijdscategorie 15 t/m 30-jarigen wat ondervertegenwoordigd waren. Door middel van weging is de verdeling naar leeftijd en geslacht bij de groep respondenten in overeenstemming gebracht met de werkelijke verdeling bij de Nederlandse bevolking. Dit om te voorkomen dat er vertekeningen in de uitkomsten optreden, omdat bepaalde groepen wat minder en andere groepen dus wat meer in de respondentengroep vertegenwoordigd zijn. Overigens blijkt het effect van de weging op de onderzoeksresultaten bij alle metingen heel gering. De maximale afwijking geldt voor een gemeten percentage van 50%. Dus 50% kan in werkelijkheid 45 of 55% zijn. Naarmate het gemeten percentage lager of hoger is, worden de nauwkeurigheidsmarges steeds kleiner. Zo ligt een gemeten percentage van 5% in werkelijkheid tussen de 3 en 7% en een gemeten percentage van 95% tussen de 93 en 97%.
3
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Resultaten eindmeting
In hoofdstuk 2 staan de onderzoekresultaten. In hoofdstuk 3 zijn de belangrijkste bevindingen van het onderzoek in een beknopt overzicht gezet.
4
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Onderzoeksresultaten
2
Onderzoeksresultaten
2.1
Eerste gedachte bij de stad Nijmegen Bij de openingsvraag zijn 8 steden genoemd. Per stad is gevraagd waar men bij die stad aan denkt en welk beeld die stad oproept. Bij alle drie de metingen is “de Vierdaagse” het meest genoemd als associatie bij Nijmegen. In vergelijking met de voorgaande metingen heeft bij de eindmeting een iets groter percentage “de oudste stad van Nederland” geantwoord (5% tegenover 2 resp. 3% bij de nul- en tussenmeting). Dit predikaat lijkt nu duidelijker tot de secundaire kenmerken van Nijmegen te behoren, naast de Waal, universiteit en studentenstad. Figuur 1: Waar denken Nederlanders aan bij Nijmegen?
Vierdaagse gezellig Waal (-brug/-kade) universiteit
dec-04
studentenstad
jul-05 jan-06
oude, oudste stad NEC iets anders w eet niet 0%
5%
10%
15% 20%
25% 30%
35% 40%
Het grootste verschil met de voorgaande metingen is dat een grotere groep respondenten meer dan één associatie bij Nijmegen heeft; bij de nulmeting dacht 4% bij Nijmegen aan meer dan één onderwerp, bij de tussenmeting 11% en bij de eindmeting 28%. In figuur 1 zien we dat als volgt vertaald: het percentage mensen dat “iets anders” heeft genoemd, is flink gestegen. Relatief veel genoemde onderwerpen in die categorie zijn: het Radboud ziekenhuis (4%), Romeinen / Romeinse stad (2%), het Valkhof (2%), de Stevenskerk (2%), het casino (2%) en mooie / mooi gelegen stad (2%). Al met al werden bij beide voorgaande metingen 8 onderwerpen door minimaal 2% van de respondenten genoemd; nu geldt dat voor 13 onderwerpen. In paragraaf 2.3 zal blijken dat het aandeel Nederlanders, dat berichtgeving in de media over Nijmegen heeft meegekregen, in het afgelopen jaar gestegen is. Dat kan bijgedragen hebben aan het gegeven dat nu meer Nederlanders Nijmegen met meer dan één onderwerp associeren.
5
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Resultaten eindmeting
Het aandeel dat bij de vraag “waar denkt u aan bij Nijmegen” niets weet te noemen was bij de tussenmeting gedaald van 37 naar 30% en is bij de eindmeting nog steeds 30%.
2.2
Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de oudste stad is De tweede vraag luidt als volgt: “Als u van alle Nederlandse steden de oudste zou moeten noemen, welke stad zou u dan kiezen?”. Het betreft een open vraag, waarbij door de enquêteurs geen namen van steden zijn genoemd. Figuur 2: wat is volgens Nederlanders de oudste stad van het land?
Nijmegen Maastricht
dec-04
tw ijfelt tussen Nijmegen en Maastricht
jul-05 Amsterdam
jan-06
andere stad of tw ijfelt tussen andere steden w eet niet 0%
5%
10%
15%
20%
25% 30%
35%
Bij de tussenmeting in juli 2005 bleken veel meer Nederlanders dan bij de eerste meting te weten dat Nijmegen de oudste stad van Nederland is (32% tegenover 12% bij de nulmeting). Bij de eindmeting blijkt de bekendheid licht - maar niet significant - gedaald; deze keer noemt 29% Nijmegen als oudste stad. Nadere analyse laat zien dat de bekendheid van Nijmegen als oudste stad buiten de provincie Gelderland licht is afgenomen. In het westen van het land is die afname het grootst. In Gelderland daarentegen is de bekendheid van Nijmegen als oudste stad ten opzichte van de tussenmeting verder toegenomen (zie paragraaf 2.5). Net als bij de tussenmeting zien we ook bij de eindmeting dat Nijmegen duidelijk vaker dan Amsterdam (19%) en Maastricht (14%) als oudste stad is genoemd.
2.3
Mate waarin medioberichten over Nijmegen zijn opgepikt De derde vraag bestaat uit 3 subvragen: o Heeft u het afgelopen half jaar iets over Nijmegen gezien op de tv; o Heeft u het afgelopen half jaar iets over Nijmegen gehoord op de radio; o Heeft u het afgelopen half jaar iets over Nijmegen gelezen in de krant. Als respondenten iets gezien, gehoord of gelezen hadden, is gevraagd wat dat was.
6
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Onderzoeksresultaten
Bij de nulmeting zijn dezelfde vragen gesteld, alleen dan voor “de laatste tijd” in plaats van voor “het afgelopen half jaar”. We beginnen met een overzicht van de resultaten per mediakanaal (tv, radio, krant). Vervolgens presenteren we de totaaluitkomst: wie heeft er het afgelopen half jaar via de tv en/of de radio en/of de krant publiciteit over Nijmegen meegekregen.
2.3.1
Uitkomsten per mediakanaal Figuur 3: hoeveel Nederlanders hebben iets over Nijmegen a. gezien op tv, b. gehoord op de radio en c. gelezen in de krant? (nulmeting december 2004: “de laatste tijd”; tussenmeting juli 2005 en eindmeting januari 2006: “het afgelopen half jaar”).
tv
dec-04 radio
jul-05 jan-06
krant 0%
5%
10%
15%
20%
25% 30%
35%
40%
45%
50%
Ten opzichte van de tussenmeting is het percentage Nederlanders, dat het afgelopen half jaar iets over Nijmegen op tv gezien heeft, fors toegenomen, namelijk van 26 naar 47%. De meest genoemde onderwerpen daarbij zijn: o Vierdaagse (19%; was 12% bij tussenmeting); o Moord op Louis Sévèke (11%); o Nijmegen als oudste stad van Nederland en/of 2000-jarig bestaan van Nijmegen (7%; was 4% bij tussenmeting). Ook het aandeel Nederlanders, dat het afgelopen half jaar iets over Nijmegen op de radio gehoord heeft, is gestegen (van 28% bij de tussenmeting naar 40% bij de eindmeting). De meest genoemde onderwerpen daarbij zijn: o Vierdaagse (16%; was 11% bij de tussenmeting); o Moord op Louis Sévèke (11%); o Nijmegen als oudste stad van Nederland en/of 2000-jarig bestaan van Nijmegen (7%; was 6% bij de tussenmeting). Tenslotte is ook het aandeel Nederlanders, dat het afgelopen half jaar iets over Nijmegen in de krant gelezen heeft, toegenomen (van 24% bij de tussenmeting naar 31% bij de eindmeting). De meest genoemde onderwerpen daarbij zijn: o Vierdaagse (7%; was eveneens 7% bij de tussenmeting); o Moord op Louis Sévèke (12%); o Nijmegen als oudste stad van Nederland en/of 2000-jarig bestaan van Nijmegen (4%; was eveneens 4% bij de tussenmeting. Vooral de berichtgeving over de moord op Louis Sévèke en over de Vierdaagse heeft ervoor gezorgd dat in de afgelopen periode meer Nederlanders via de media iets over
7
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Resultaten eindmeting
Nijmegen gehoord, gelezen of gezien hebben. Verder valt op dat meer Nederlanders dan bij de tussenmeting iets op tv over het 2000-jarig bestaan van Nijmegen hebben gezien.
2.3.2
Uitkomsten voor de media tezamen Het aandeel Nederlanders, dat het afgelopen half jaar via de tv en/of de radio en/of de krant publiciteit over Nijmegen meegekregen heeft, is gestegen van 50% bij de tussenmeting naar 64% bij de eindmeting. Deze stijging heeft vooral te maken met de berichtgeving over de Vierdaagse, de moord op Louis Sévèke en de vervalste archeologische vondsten (zie figuur 4). Ook blijken iets meer Nederlanders dan bij de tussenmeting berichtgeving over het 2000-jarig bestaan van Nijmegen te hebben opgepikt (gestegen van 10 naar 12%) en geeft 2% aan iets over de gebroeders Van Limburg tentoonstelling te hebben vernomen. Figuur 4: over welke onderwerpen m.b.t. Nijmegen hebben Nederlanders berichtgeving opgepikt? (nulmeting december 2004: “de laatste tijd”; tussenmeting juli 2005 en eindmeting januari 2006: “het afgelopen half jaar”)
Vierdaagse moord op Louis Sévèke
oudste stad, 2000-jarig bestaan opgravingen, vervalste archeologische vondsten
dec-04 jul-05
NEC, voetbal
jan-06
ideeën voor parkeerverbod grote auto's
gebroeders Van Limburg tentoonstelling iets over de burgemeester 0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
Bij de nulmeting in december 2004 gaf 20% aan “de laatste tijd” publiciteit over Nijmegen te hebben meegekregen. Uit het gegeven dat relatief weinig mensen daarbij “de Vierdaagse” hebben genoemd, kunnen we afleiden dat mensen onder “de laatste tijd” een kortere periode dan “het afgelopen half jaar” verstaan. De 20% van de nulmeting laat zich dus niet goed vergelijken met de hogere percentages bij de vervolgmetingen.
8
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Onderzoeksresultaten
2.4
Bekendheid met de viering van het 2000-jarig bestaan van Nijmegen De vierde vraag aan de respondenten luidt: “Nijmegen viert in 2005 haar 2000-jarig bestaan. Wist u dat?”. Voor de enquêteurs waren er drie mogelijkheden om het antwoord van de respondent te noteren: “ja”, “ja, vaag” en “nee”. Figuur 5: percentage Nederlanders dat (vaag) weet dat Nijmegen in 2005 haar 2000-jarig bestaan viert
ja
dec-04 ja, vaag
jul-05 jan-06
nee
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Het aandeel Nederlanders, dat weet dat Nijmegen in 2005 haar 2000-jarig bestaan vierde, steeg licht van 26 naar 28%. Het aandeel, dat daar vaag van op de hoogte is, is licht gedaald van 14 naar 11%. Voor beide verschillen geldt dat ze niet significant zijn. In totaal is het aandeel Nederlanders dat goed of een beetje bekend is met het feit dat Nijmegen in 2005 haar 2000-jarig bestaan vierde ongeveer gelijk gebleven (39% tegenover 40% bij de tussenmeting). Bij de nulmeting was een veel kleiner aandeel bekend met de viering van Nijmegen 2000 (7%).
2.5
Verschillen naar leeftijd, geslacht en woongebied De steekproef van 300 personen is te klein om nauwkeurige percentages voor deelgroepen respondenten te kunnen presenteren. Wel kunnen we op basis van het onderzoek enkele indicaties voor verschillen tussen deelgroepen geven. Uit tabel 1 op de volgende pagina blijkt dat er bij de tussenmeting in juli 2005 in alle onderscheiden categorieën sprake was van een toegenomen bekendheid van Nijmegen als oudste stad. De eindmeting van januari 2006 geeft aanwijzingen voor de volgende ontwikkelingen: de bekendheid is verder toegenomen in Gelderland, maar afgenomen in West Nederland, bij vrouwen en bij ouderen.
9
Landelijke peiling Nijmegen 2000 Resultaten eindmeting
Tabel 1: percentage dat weet dat Nijmegen de oudste stad van Nederland is, naar geslacht, leeftijd en woongebied
man vrouw
dec 04 17 7
jul 05 32 30
jan 06 36 22
15-30 jaar 31-50 jaar 51 jaar en ouder
6 13 15
24 28 40
25 30 31
Gelderland Zuid Nederland (1) West Nederland (2) Oost en Noord Nederland (3)
27 14 10 6
33 35 31 27
49 32 22 24
totaal
12
32
29
(1) Zuid Nederland = Limburg, Noord Brabant en Zeeland (2) West Nederland = Noord en Zuid Holland en Utrecht (3) Oost en Noord Nederland = Overijssel, Flevoland, Drenthe, Friesland en Groningen
Uit tabel 2 blijkt dat er bij de tussenmeting in juli 2005 in alle onderscheiden categorieën sprake was van een toegenomen bekendheid van de viering van het 2000jarig bestaan van Nijmegen. De eindmeting van januari 2006 geeft aanwijzingen voor de volgende ontwikkelingen: de bekendheid is verder toegenomen in Gelderland, maar afgenomen in Oost en Noord Nederland. Tabel 2: percentage dat weet dat Nijmegen in 2005 haar 2000-jarig bestaan vierde, naar geslacht, leeftijd en woongebied
man vrouw
dec 04 8 8
jul 05 40 41
jan 06 40 39
15-30 jaar 31-50 jaar 51 jaar en ouder
0 7 12
38 38 44
32 37 46
Gelderland Zuid Nederland (1) West Nederland (2) Oost en Noord Nederland (3)
12 6 9 4
47 41 40 43
56 46 35 29
totaal
7
40
39
(1) Zuid Nederland = Limburg, Noord Brabant en Zeeland (2) West Nederland = Noord en Zuid Holland en Utrecht (3) Oost en Noord Nederland = Overijssel, Flevoland, Drenthe, Friesland en Groningen
10
Landelijke peiling Nijmegen 2000 De belangrijkste bevindingen op een rij
3
De belangrijkste bevindingen op een rij Tabel 3: vergelijking tussen de nul-, tussen- en eindmeting
december 2004
juli 2005
januari 2006
Percentage Nederlanders dat weet dat Nijmegen de oudste stad van Nederland is
12%
32%
29% (1)
Percentage Nederlanders dat (vaag) weet dat Nijmegen haar 2000-jarig bestaan viert
7%
40%
39% (2)
Percentage Nederlanders dat de afgelopen periode berichten over Nijmegen in de media (tv, radio, krant) heeft opgepikt
20% “de laatste tijd”
50% “het afgelopen half jaar”
64% “het afgelopen half jaar”
<1%
10%
12%
0%
0%
2%
5% -
24% -
28% 18%
2% 0,5% 22%
3% 0% 31%
5% 2% 24%
aandeel dat bij deze vraag meer dan één onderwerp noemt
4%
11%
28%
aandeel dat bij deze vraag niets weet te noemen
37%
30%
30%
aantal onderwerpen dat door minimaal 2% is genoemd
8
8
13
Waarover? - 2000-jarig bestaan Nijmegen en/of Nijmegen als oudste stad - gebroeders Van Limburg tentoonstelling - Vierdaagse - moord op Louis Sévèke Waar denken Nederlanders aan bij Nijmegen? - oude, oudste stad - Romeinen, Romeinse stad - Vierdaagse
(1) Indicaties dat bekendheid Nijmegen als oudste stad verder is toegenomen in Gelderland en is afgenomen in West Nederland, bij vrouwen en bij ouderen. (2) Indicaties dat bekendheid met viering van 2000-jarig bestaan verder is toegenomen in Gelderland en is afgenomen in Oost en Noord Nederland.
11