Kunst beleven met al je zintuigen Lesbrief met zes creatieve verwerkingslessen n.a.v. het bezoek aan de tentoonstelling van Job Koelewijn in Museum De Paviljoens in Almere. Basisonderwijs bovenbouw groep 6-8 Doel: Doel: Nabespreken van het bezoek aan tentoonstelling Job Koelewijn in Museum De Paviljoens in Almere. Creatief verwerken van indrukken en ervaringen die tijdens het museumbezoek zijn opgedaan. Toepassen van kennis en ideeën die tijdens het museumbezoek zijn opgedaan. Stimuleren van creativiteit. Duidelijk maken dat in veel eigentijdse kunst het idee dat eraan ten grondslag ligt heel belangrijk is. Lesvorm: Lesvorm onderwijs-leergesprek en creatieve opdracht Duur: Duur dit verschilt per opdracht; gemiddeld zo´n 2 uur per opdracht.
1
Creatieve opdracht 1 • Kunstwerk(en): Kunstwerk(en) alle kunstwerken van de tentoonstelling van Job Koelewijn in Museum De Paviljoens in Almere • Creatieve opdracht: Leerlingen kiezen een kunstwerk van Job Koelewijn uit dat ze bijzonder vinden. Ze tekenen het kunstwerk vanuit de herinnering. Ze schrijven erbij waarom ze juist dit kunstwerk zo bijzonder vinden. • Thema: herinnering aan museumbezoek, eigen mening • Materiaal: tekenpapier (A4-formaat), kleurpotloden, evt. gekleurd papier om de tekeningen op te plakken, lijm. • Voorbereiding: klaarleggen materialen. Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek • Wat herinneren jullie je nog van het museumbezoek? • Welk kunstwerk vond je het meest bijzonder? Waarom? • Welk kunstwerk vond je niet zo bijzonder? Waarom? • Vind je het belangrijker dat een kunstwerk mooi is of dat er een interessant idee achter zit? • Stel jij mag 1 kunstwerk van Job Koelewijn voor een jaar lenen om thuis neer te zetten. Welk kunstwerk zou je uitkiezen? Waarom? • Stel je mag 1 kunstwerk van Job Koelewijn voor een jaar lenen om op school neer te zetten. Welk kunstwerk zou je uitkiezen? Waarom? • Stel jij bent de directeur van Museum De Paviljoens en je mag 1 kunstwerk van Job Koelewijn kopen voor het museum. Welk kunstwerk zou je kopen? Waarom? • Wat vonden jullie van het museumbezoek? Creatieve opdracht • Kies een kunstwerk van Job Koelewijn uit dat je bijzonder vindt. Teken het kunstwerk vanuit je herinnering. Schrijf erbij waarom je juist dit kunstwerk zo bijzonder vindt. • Evt. kunnen de tekeningen en tekstjes op gekleurd A4-papier of karton worden geplakt en worden gebundeld tot een boekje.
2
Creatieve opdracht 2 • Kunstwerk Kunstwerk: Job Koelewijn - Mondiale kleurwedstrijd (1995) • Creatieve opdracht: Ontwerp een kleurplaat die een clichébeeld van Nederland laat zien. • Thema: Wat is typisch Nederlands? • Materiaal: tekenpapier (A3-formaat), kleurpotloden. Of plakkaatverf in zwart, wit, rood, blauw en geel, penselen, potten water, kartonnen bordjes of paletten. • Beeldmateriaal: Foto Mondiale kleurwedstrijd (1995) – Job Koelewijn • Voorbereiding: klaarzetten materialen. Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek Foto laten zien: Mondiale Kleurwedstrijd – Job Koelewijn Dit is de kleurplaat die Job ontwierp voor zijn kunstproject De mondiale
kleurwedstrijd. 1. Wat is er afgebeeld op de kleurplaat? • Een vrouw in klederdracht die aan het borduren is. 2. Kijk naar de kleding van de vrouw. Waar denk je dat ze vandaan komt? • De vrouw draagt klederdracht uit Spakenburg. Job is opgegroeid in Spakenburg en zijn moeder, oma en tantes dragen deze klederdracht soms ook. Spakenburg is één van de weinige plekken in Nederland waar nog mensen in klederdracht lopen. Het stadje ligt niet zover van Almere, aan de voormalige Zuiderzee. 3. Wat borduurt de vrouw? • De wereldkaart. Job heeft deze kleurplaat laten opsturen naar kinderen over de hele wereld, die de kleurplaat vervolgens inkleurden en weer terugstuurden naar de jury. De kleurplaten werden tentoongesteld in de stationshal van Utrecht (in 1995). 4. Vind je dat je aan deze kleurplaat kunt zien dat hij gemaakt is door een Nederlandse kunstenaar? Leg uit wat typisch Nederlands is. Eigen mening. Bijvoorbeeld: Hollandse klederdracht. De kleurplaat doet wat afbeelding betreft denken aan beroemde schilderijen uit de Hollandse Gouden Eeuw, zoals die bijvoorbeeld in het Rijksmuseum in Amsterdam te zien zijn.
3
5. Vraag elk kind - of groepjes kinderen - om thuis, op internet of in de bibliotheek iets zoeken en meenemen van klederdracht (afbeeldingen, foto's, poppetjes, kleding). Dit kan Nederlandse klederdracht zijn, maar natuurlijk ook klederdracht uit andere culturen. • Op school worden de meegebrachte spullen met elkaar besproken. De kinderen laten hun meegebrachte spullen zien en vertellen aan de andere kinderen wat het precies is. 6. Wat vind jij typisch voor Nederland? (Maak hier een lijstje van op het schoolbord of laat de kinderen thuis, op internet of in de bibliotheek zoeken en foto's of spullen meenemen die typisch Nederlands zijn) (Wind)molens, tulpen, klompen, lekkere kaas (en een kaasschaaf), haring, geen bergen, maar vlak land; land dat deels uit de zee is gewonnen, zoals de Flevopolders; fietsen; goede voetballers zoals Johan Cruijff en Ruud van Nistelrooij, koffieshops waar ze soft drug zoals wiet en hash verkopen, gezelligheid; rijtjeshuizen; vergaderen en overleggen enzovoort. Eigen mening. • Bij de zoekopdracht worden de meegebrachte spullen op school met elkaar besproken. De kinderen laten hun meegebrachte spullen zien en vertellen aan de andere kinderen wat het is en waarom het zo Nederlands is. 7. Kun je iets typisch Nederlands noemen wat je hebt gezien in de kunstwerken van Job Koelewijn in Museum De Paviljoens? Bijvoorbeeld: Hollandse properheid (de muurschildering van groene zeep die een waslijn met was afbeeldt en verwijst naar maandag wasdag in Spakenburg), Nederlandse soep, Nederlandse gedichten. Een deel van de Nederlandse cultuur is door de protestantse godsdienst lange tijd streng en sober geweest. Het lezen van de bijbel stond bij de protestanten centraal. Ook bij Job thuis in Spakenburg was het sober en streng en stond de bijbel centraal. Zijn kunst is meestal ook vrij sober; het is niet bepaald uitbundig. Tekst zie je ook veel terug in de kunst van Job Koelewijn. 8. Vind je dit een leuke kleurplaat om in te kleuren? • Eigen mening. Job heeft geprobeerd om een oer-Hollands beeld van Nederland weer te geven en tegelijkertijd een mooi plaatje.
4
Creatieve opdracht • Maak een expositie van de spullen die de kinderen voor opdracht 5 en 6 hebben meegebracht. óf: • Ontwerp een kleurplaat die een clichébeeld van Nederland laat zien. Net als op de kleurplaat van Job Koelewijn moet er ook een typisch Nederlandse persoon opstaan die iets typisch Nederlands aan het doen is. • Denk van tevoren goed na wat je wilt gaan tekenen: Welke persoon? Wat voor kleding draagt de persoon? Wat doet de persoon? In wat voor omgeving of ruimte bevindt de persoon zich? Wat wil je nog meer afbeelden? • Maak eerst een schets op kladpapier. Maak de tekening dan op een A3papier. • Als de kleurplaat af is, ruil je met je buurman- of buurvrouw, bekijk de kleurplaat goed, en kleur hem zo mooi mogelijk in. • Kies een moment om alle kleurplaten samen te presenteren en kies een aantal in het oog springende voorbeelden uit om ze te bespreken. Laat de kinderen toelichting geven op hun ontwerp. Nota bene: deze opdracht kan ook worden uitgevoerd met plakkaatverf. De leerlingen maken dan hun eigen schilderij en ruilen hun werk niet met een andere leerling.
5
Creatieve opdracht 3 • Kunstwerk Kunstwerk: Job Koelewijn - Schedule of Moments (1996) • Creatieve opdracht: maak je Persoonlijke Momenten Paspoort • Thema: Vrolijk, verliefd, kwaad, jaloers, bang en een heleboel andere stemmingen en emoties waar kunstenaars zich mee bezig houden. • Beeldmateriaal: (kranten)foto´s waaruit emotie spreekt, foto Schedule
of Moments. • Ander lesmateriaal: kopie van Schedule of Moments – Job Koelewijn • Materiaal: ruitjespapier, gekleurd karton, linealen, potloden, pennen, kleurpotloden, gekleurd papier, lijm, scharen, niet-apparaten, nietjes. • Voorbereiding: geschikte krantenfoto(s) zoeken; kopiëren momentenschema voor alle leerlingen, klaarleggen materialen. Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek 1. De meeste mensen hebben een paspoort. Wat staat er allemaal in je paspoort? • Pasfoto, naam, adres, geboorteplaats, geboortedatum, nationaliteit, lengte, handtekening, stempels van de landen waar je bent geweest enzovoort. Foto Schedule of Moments laten zien. Kun je je nog herinneren dat je in Museum De Paviljoens een piepklein kunstwerkje van Job Koelewijn bent tegengekomen dat eruit ziet als een paspoort? In dit kleine boekje vind je niet jouw pasfoto en naam, je geboortedatum, je lengte en je nationaliteit en de stempels van de landen waar je bent geweest. In dit kleine boekje vind je hele andere gegevens, die toch een goed beeld geven van een persoon: namelijk iemands stemmingen en emoties. Was jij meestal vrolijk deze week? Of was je ook wel eens verdrietig of kwaad? Had je vaak een ochtendhumeur? Ben je wel eens bang geweest deze maand? Wanneer voelde je je ook al weer zo waanzinnig verliefd? Het is een soort 'emotie-paspoort' met alle stemmingen en emoties die iemand heeft ervaren. Job Koelewijn gaf het kunstwerk een Engelse titel: Schedule of Moments 2. Wat is de Nederlandse vertaling van deze titel? • Momenten-schema Laat enkele krantenfoto´s zien waarbij je een vrij duidelijke emotie kunt aflezen van de personen. 3. Hoe denk je dat deze persoon zich voelt op het moment dat de foto werd gemaakt? • Bijv. verdrietig, wanhopig, kwaad, blij. 6
4. Waaraan kun je dat zien? • Bijv. mimiek (gezichtsuitdrukking), lichaamshouding. 5. Heeft iemand zich ook wel eens zo gevoeld? • Eigen mening. 6. Wil je ook vertellen waarom je je toen zo voelde? • Eigen mening. • Deel de kopieën uit van Schedule of Moments van Job Koelewijn. • Vertaal klassikaal de Engelse woorden van het schema. • Elke leerling krijgt vijf minuten de tijd om voor zichzelf het schema in te vullen voor de huidige maand door te turven wanneer en hoe vaak je een bepaalde stemming hebt. • Vraag of iemand wil vertellen wat hem opvalt aan zijn eigen Momentenschema. • Welke stemmingen en emoties heb je gemist in het momentenschema van Job Koelewijn, maar komen wel voor? Schrijf deze op het schoolbord. Creatieve opdracht • De leerlingen gaan nu hun Persoonlijke Momenten Paspoort maken. Het al ingevulde schema nemen ze hierin ook op. • Elke leerling knipt het momentenschema uit en gebruikt deze paspoort-vorm om op ruitjespapier nog elf schema´s over te trekken en uit te knippen. • Trek de paspoort/vorm ook over op karton voor de omslag. • Leg de kartonnen omslag onderop en leg de 12 schema´s er bovenop en geef met potlood op het bovenste vel papier precies de middelste verticale lijn aan. Deze lijn is de vouwlijn om het paspoort dicht te vouwen. • Laat de juf of meester 2 nietjes op de vouwlijn nieten. • Vouw het paspoort op de vouwlijn netjes dicht. • Schrijf de maanden januari tot en met december op de twaalf pagina’s in je paspoort. • Bedenk welke emoties en stemmingen jij in je paspoort wilt. Maak een lijstje op kladpapier en kies tien emoties/stemmingen uit. Bedenk of je ze in woorden gaat opschrijven of dat je ze met ´icoontjes´ weergeeft? (net als op de computer, bijvoorbeeld een • ) • Schrijf of teken de tien emoties/stemmingen in je paspoort. • Tot slot ontwerp je een voorkant voor je paspoort, die natuurlijk duidelijk maakt waar dit boekje over gaat.
7
• Kies een moment om alle paspoorten samen te presenteren (de voorkanten) en kies een aantal in het oog springende voorbeelden uit om ze bespreken. Laat de kinderen toelichting geven op hun ontwerp. • Klaar is jouw Persoonlijke Momenten Paspoort. Je kunt nu net als een echte kunstenaar alle momenten van de dag bijhouden hoe jij je voelt!
8
Creatieve opdracht 4 • Kunstwerk: Job Koelewijn - Text Inhaler (1996), Bouillonblokjes (1996-2004) • Creatieve opdracht: Maak een geurgedicht • Thema: een gedicht ervaren met geur • Beeldmateriaal: foto Text Inhaler - Job Koelewijn • Materiaal: kladpapier, stevig papier A2/ A3 formaat, vloeibare lijm, potloden, kleine afvalbakjes/kommetjes, geurende droge producten zoals: diverse kruiden, babypoeder, dropveters, pepermunt, thee, koffie, bloemen, bloemblaadjes, suiker, zout, kokos, anijssterren enzovoort. • Voorbereiding: materialen aanschaffen en klaarzetten.
Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek 1. Noem een kunstwerk van Job Koelewijn dat je in het museum hebt gezien waarbij tekst en geur worden gecombineerd. • Bijvoorbeeld: het Bouillonblokjes-kunstwerk (1996-2004) waarbij de 4 muren van een paviljoen zijn bemetseld met 120.000 bouillonblokjes, die zijn ingepakt in de favoriete gedichten van Job Koelewijn. Een ander voorbeeld is de Text Inhaler (1996) waarbij een woord kunt lezen en tegelijkertijd inhaleren met een mentholgeur. Foto Text Inhaler laten zien Voor Job zijn teksten en gedichten bijna net zo belangrijk als eten en drinken. Ze geven hem kracht. Toen hij een jaar lang in het ziekenhuis moest liggen, gaven de gedichten die hij las hem veel kracht. Met het Bouillonblokjes-kunstwerk en met de Text Inhaler laat Job de bezoekers de tekst letterlijk opsnuiven. De geur versterkt de tekst. Tijdens deze les gaan de leerlingen ook met geur een gedicht extra zeggingskracht geven. Creatieve opdracht: Voorbereidingen: • Doe de geurende materialen in verschillende bakjes of zakjes. Kinderen bedenken naar aanleiding van het werk van Job Koelewijn een gedicht over een gevoel zoals bijvoorbeeld blijdschap, verdriet, verliefdheid of boosheid. Het gedicht wordt door middel van geurende producten uitgewerkt tot een geurgedicht.
9
- Ieder kind bedenkt voor zichzelf een gedicht en schrijft dit op een kladpapiertje. - Bespreek per kind het gedicht zodat duidelijk is om welke emotie het gedicht gaat. - Laat het kind één geur per gedicht of woord uitzoeken welke ze bij de emotie vinden passen. (Kinderen vinden het ook leuk om meerdere geuren in één gedicht te verwerken. De geur kan ook per zin worden gekozen, probeer wel de link met de emotie te behouden.) - Het gedicht wordt met potlood netjes op het A2/ A3 papier geschreven. De woorden van het gedicht (kan ook elke eerste letter van een woord zijn) worden woord voor woord met lijm over geschreven. (met de lijm over de woorden die met potlood zijn geschreven heen gaan) Wanneer één woord met lijm geschreven is, strooit het kind het geurende materiaal erover heen. - Even laten drogen en dan voorzichtig het geurende materiaal wat niet vast zit van het papier afschudden in het bakje met het geurende materiaal (of in afvalbakje). Dit herhalen tot het gedicht af is. Opdracht bij kunstwerk Text Inhaler–Job Koelewijn: - Ieder kind bedenkt voor zichzelf een woord en schrijft dit op een kladpapiertje. - Bespreek per kind het woord zodat duidelijk is om welke emotie het gedicht gaat. - Laat het kind één geur per woord uitzoeken welke ze bij de emotie vinden passen. - Laat het kind de bovenkant van het plasticbekertje met potlood overtrekken op het A5 karton. - Binnen deze cirkel kan vervolgens het woord met potlood geschreven en daarna met stift worden overgetrokken. Om het woord wordt met potlood een rechthoek getekend. - De hele cirkel wordt, met uitzondering van het rechthoekje met het woord erin, ingesmeerd met lijm. - Strooi het geurende materiaal over de lijm. Even laten drogen en het materiaal dat niet vast zit voorzichtig van het kartonnetje afschudden in het bakje (of afvalbakje). - Knip de onderkant uit het plastic bekertje. - Smeer de bovenrand van het bekertje in met lijm en plak het bekertje op zijn kop op het karton. Als het goed is zitten zowel het woord als het geurende materiaal binnen het bekertje.
10
- Wanneer de lijm is opgedraagt en het bekertje aan het karton vast zit kan de rest van het karton worden afgesneden. - Met je neus (en je ogen) kun je het woord door de onderkant van het bekertje opsnuiven (en lezen). Praktische tips/aandachtspunten: - Bij de geurgedichten moeten de letters verder uit elkaar gezet worden of heel dik geschreven. Dit omdat ze daarna met lijm en geurend materiaal worden overgeschreven.
11
Creatieve opdracht 5 • Kunstwerk Kunstwerk: Job Koelewijn – Kids walk away with my thoughts (1994) • Creatieve opdracht: Ontwerp een papieren hoed voor een bepaalde gebeurtenis. • Thema: een hoed voor een speciale gelegenheid • Materiaal: tekenpapier (A3-formaat), kleurpotloden • Beeldmateriaal: Foto Kids walk away with my thoughts – Job Koelewijn • Voorbereiding: klaarleggen materialen. Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek Foto Kids walk away with my thoughts laten zien 1. Wat zie je op deze foto? • Kinderen die met papieren hoedjes op hun hoofd vanuit school het schoolplein af lopen. 2. Job heeft van allerlei oude schoolschriften, opstellen en aantekeningen de hoedjes voor de kinderen gevouwen en op een zonnige dag - vlak voor de zomervakantie - gevraagd of ze met deze hoedjes de school uit, het schoolplein af wilden lopen. Vervolgens heeft Job een foto van deze performance gemaakt. Wat denk je dat Job hiermee wil vertellen? • Deze kinderen zitten op de oude basisschool van Job in Spakenburg. Toen hij deze foto maakte, had hij net zijn studie aan de kunstacademie afgerond. Om afscheid te nemen van zijn school- en studietijd heeft hij deze papieren hoedjes gevouwen van àl zijn schoolschriften, aantekeningen, schetsen en werkstukken. De kinderen lopen met Job zijn 'kennis en gedachten' de school uit en de wijde wereld in. Dit kunstwerk is een afscheid van zijn school- en studietijd. 3. Bedenk voor welke gelegenheid jij zelf een papieren hoedje zou kunnen vouwen, bijvoorbeeld om net als Job afscheid te nemen van iets of juist om iets te vieren. • Bijvoorbeeld als je een toets of repetitie heel goed hebt gemaakt en je bent heel trots op jezelf vouw je een hoedje van de toets. Of… als je een toets heel slecht hebt gemaakt en je hebt jezelf voorgenomen om het de volgende keer beter te gaan doen. Of… je vouwt een hoedje van een lieve verjaardagswens die je hebt geschreven voor iemand in plaats van een verjaardagskaart. Of… je vouwt hoedjes van menukaarten voor je gasten die komen eten. 12
Creatieve opdracht: Vouw – net als Job - een papieren hoedje voor een specifieke gelegenheid. Bedenk eerst voor welke gelegenheid je een papieren hoed wilt maken. Misschien vouw je net als Job de hoedjes uit materiaal dat al bestaat, zoals oude schoolschriften of tekeningen. Of maak je eerst een schetsontwerp op kladpapier en voer je het daarna uit van mooi papier. Zorg ervoor dat je aan de papieren hoed al kunt zien met wat voor gelegenheid je het kunt dragen.
13
Creatieve opdracht 6 • Kunstwerk Kunstwerk: Job Koelewijn – A Balancing Act (1998) • Creatieve opdracht: drama-opdracht • Thema: emotie uitdrukken/uitbeelden (met mimiek, houding, gebaren en op symbolische wijze), symbolen • Materiaal: karton, stiften, evt. (digitale) camera, dienbladen, plastic bekers, touw, ballon, kleine ballen et cetera, evt. spiegel. • Beeldmateriaal: foto A Balancing Act - Job Koelewijn • Voorbereiding: kaartjes maken,, klaarleggen materialen. Korte inleiding d.m.v. onderwijs-leergesprek Foto A Balancing Act laten zien. 1. Wat zie je hier? • Een man (Job zelf) die een enorme stapel van 18 dienbladen met glazen in balans weet te houden. Hij staat op straat midden in de stad met op de achtergrond wolkenkrabbers. 2. Hoeveel dienbladen met glazen kan hij in de lucht houden? • 18! 3. Job heeft dit kunstwerk niet gemaakt om te laten zien hoe goed hij kan balanceren met deze dienbladen met glazen. Wat zou Job hiermee dan wèl willen uitdrukken? • Job laat op deze manier zien dat hij zich een beetje 'wiebelig' voelde en dat hij zich staande probeert te houden in de overweldigende stad New York en dat hem dat soms best moeite kost. In 1998 was Job uitgenodigd om hier een jaar lang in een atelier te werken. De eerste maanden moest hij best wennen en voelde zich soms zelfs eenzaam. Hij moest zijn draai nog vinden en had in het begin niet zoveel goede ideeën voor kunstwerken. Deze stemming probeert hij op deze manier uit te beelden in zijn kunst. Job gebruikt in zijn kunst materialen en voorwerpen om iets uit te beelden, om een verhaal te vertellen. 4. Heb jij je ook wel eens zo gevoeld als Job op deze foto of ken je iemand die zich zo heeft gevoeld? Wil iemand vertellen waarom dat was? • Eigen mening.
14
Op deze foto is de toren van dienbladen een symbool. Het beeldt uit hoe Job zich voelt, namelijk een beetje 'wiebelig' en onzeker. Andere symbolen zijn bijvoorbeeld: een hart om te laten zien dat je iemand lief vindt; een vogel om vrijheid uit te beelden; of je duim omhoog steken om te laten zien dat het goed gaat. 5. Denk terug aan het museumbezoek. Job gebruikte ook symbolen in zijn kunst. Wat betekenen ze? Spaghetti: energie, leven Zwitsal babypoeder: kindertijd Groene zeep: jeugd van Job in Spakenburg (= vertrouwde geur als zijn moeder de was deed) Bouillonblokjes ingepakt in gedichten: voedsel voor lichaam en geest Drama-opdracht: Voorbereiding: leerkracht maakt kartonnen kaartjes waarop met viltstift 10 -15 gemoedstoestanden/emoties staan geschreven (bv: verbaasd, vrolijk, boos, trots, verdrietig, verlegen, chagrijnig, slappe lach, kwaad et cetera) Zoek de verschillende eenvoudige attributen bij elkaar (touw, ballon, ballen, dienbladen, plastic bekers etc.) Evt. spiegel. • Ga met de leerlingen in een kring zitten. • De leerkracht geeft aan dat we - net als Job - verschillende emoties en gemoedstoestanden gaan uitbeelden. Eerst alleen met ons gezicht, dan met alleen lichaam en vervolgens symbolisch met eenvoudige voorwerpen. • Laat een leerling een kaartje pakken en het voorlezen. Bijv. kaartje verbaasd. • De hele klas probeert verbazing uit te drukken en mag hierbij alleen zijn gezicht gebruiken. • Bespreken met welke delen van je gezicht je de emotie uitdrukt (ogen, mond, wenkbrauwen etc.) Gebruik evt. de spiegel • Herhaal dit klassikaal met een volgend kaartje. • Laat vervolgens om de beurt een leerling een kaartje met een emotie pakken en dit met mimiek uitbeelden. Evt. dit close-up fotograferen met digitale camera. • Vervolgens worden opnieuw dezelfde kaartjes gebruikt om de emotie zonder aandacht te besteden aan het gezicht - uit te drukken met het lichaam en met gebaren. Eerst klassikaal - om de mogelijke schroom te overwinnen en om het te bespreken - vervolgens om de beurt een leerling. Evt. dit fotograferen met digitale camera. 15
• Vervolgens worden opnieuw dezelfde kaartjes gebruikt om de emotie dmv een kort toneelstukje uit te beelden. De leerlingen krijgen in groepjes van 3 een kaartje met een emotie en bedenken daarbij een kort toneelstukje over bijv. ruzie, verlegenheid of verdriet. Ze krijgen tien minuten om het voor te bereiden en vervolgens spelen een aantal groepjes het voor de rest van de klas. • Dezelfde groepjes gaan nu bedenken hoe ze dezelfde emotie als in het toneelstukje op een symbolische manier kunnen uitdrukken. Dus zoals Job dmv een toren van dienbladen uitbeeldde dat hij zich onzeker voelde, zo kunnen leerlingen dmv. een touw-trek-wedstrijd uitbeelden dat ze ruzie hebben. Met een opgeblazen ballon kunnen ze laten zien dat ze zich 'licht' en 'zweverig' voelen, bijvoorbeeld verliefd zijn et cetera. De leerkracht stuurt en helpt de leerlingen bij het vinden van het juiste voorwerp en handeling. Laat evt. leerlingen ook 'onzekerheid' uitbeelden dmv de toren van dienbladen met plastic bekers (op een plek waar dit geen kwaad kan). Evt. dit fotograferen met digitale camera. Nota bene: evt. kunnen ook kaartjes worden gemaakt met uitdrukkingen van gemoedstoestanden die kunnen worden uitgebeeld: • In de put zitten • Je opgelaten voelen • Vlinders in je buik hebben • Ik kan de hele wereld aan • Een blok aan je been hebben • In zak en as zitten • Bij de pakken neerzetten • Met alle winden meewaaien • Je alleen op de wereld voelen • In vuur en vlam staan • In de lappenmand zitten De betekenis van deze uitdrukkingen wordt bespreken of evt. door kinderen zelf opgezocht als ze het niet kennen. • Aan het eind terug koppelen naar de foto A Balancing Act van Job. • De gemaakte foto's kunnen evt. worden verwerkt in een collage oid. © 2004 Dit lesmateriaal is ontwikkeld door de Afdeling Educatie & Publieksbegeleiding van Museum De Paviljoens. www.depaviljoens.nl
16