Project AWBZ Projectleider: L.de Baere E mail:
[email protected]
Koepelorganisatie Zorg Burgerparticipatie in de gemeente Sluis
Tel.nr. 0117 492175
Consequenties van de wijziging Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) voor de ondersteunende begeleiding en eigen bijdragen van mensen met een beperking.
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 1 van 10
Inhoud:
pagina
1. Samenstelling projectgroep
3
2. Doelstelling
3
3. Vraagstelling
4
4. Inventarisatie
5
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 2 van 10
1. Samenstelling projectgroep
Het project zal worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de RMO. De projectgroep bestaat uit: Sonja Pielaet Nora van de Meer Alet Veldhuis Bert de Baere (projectleider)
2. Doelstelling.
De doelstelling van dit project is om kennis te vergaren en duidelijkheid te verschaffen over de consequenties van de wetswijziging in de AWBZ voor mensen met een beperking. Het project zal worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de RMO.
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 3 van 10
3. Vraagstelling.
a) Ten eerste moet de nieuwe wet AWBZ worden bekeken en vastgesteld worden welke delen definitief onder de nieuwe wet vallen en welke delen worden overgeheveld naar de gemeente/WMO. b) Verder moet worden vastgesteld aan welke voorwaarden een cliënt moet voldoen om in aanmerking te komen voor een vergoeding onder de nieuwe wet WMO. Uit deze analyse kan worden opgemaakt welke vergoedingen definitief vervallen. c) Zorg aan mensen met een beperking die definitief komt te vervallen moet worden gespiegeld aan de consequenties voor deze cliënten. Aandacht moet worden geschonken aan vermindering van levenskwaliteit, vereenzaming, etc. d) Vastgesteld moet worden wie de indicatiesteller is en welke richtlijnen die hanteert. Hier moet aan toegevoegd worden de beoordelingsgrondslag voor de gemeente/WMO. e) Onderzocht moet worden welke tegemoetkomingen/vergoedingen de cliënt nog krijgt boven de toekenningen van de AWBZ en de gemeente/WMO. Gekeken moet worden naar de nieuwe belastingwet per 1 januari 2009 die speciaal voor deze groep cliënten nieuwe aftrekposten heeft geïntroduceerd. f) Vastgesteld moet worden hoe het totaal van vergoedingen onder de 'oude' wet AWBZ zich verhoudt tot de gecombineerde vergoeding van onder de 'nieuwe' wet AWBZ, aangevuld met toelagen uit de gemeente/WMO en de fiscale compensaties onder de nieuwe belasting regels. g) Met de gemeente Sluis moet worden gesproken hoe de budgetten voor de ondersteunende begeleiding van mensen met een beperking zijn samengesteld en welke verdeelsleutel de gemeente denkt te hanteren h) Bij eventuele tekorten moeten alternatieve financieringsbronnen en/of hulpdiensten
worden onderzocht die eventuele tekortkomingen in de noodzakelijke service aan cliënten kunnen wegnemen. Onderzocht moet worden in hoeverre bestaande vrijwilligersdiensten, onder toezicht van de Stichting Welzijn, kunnen worden ingezet
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 4 van 10
4. Inventarisatie.
Binnen de AWBZ kennen we 3 sectoren: Geestelijke gezondheidszorg Gehandicaptenzorg Verpleging en verzorging Elk van deze sectoren heeft zijn eigen beleidsregels, functies/producten met daaraan gekoppeld een eigen bijdrage regeling afhankelijk van het afnemen van deze zorg intra- of extramuraal Per 1 januari 2007 is de functie huishoudelijke verzorging vanuit de AWBZ overgeheveld naar de WMO. Ook de WMO kent een systeem van eigen bijdragen. 1 januari 2009 is de ondersteunende- en activerende begeleiding op basis van de grondslag psychosociaal uit de AWBZ geschrapt. Voor deze zorg moeten cliënten vanaf genoemde datum bij de gemeente aankloppen
Eigen Bijdragen. Algemeen De AWBZ waar de huishoudelijke zorg tot 1 januari 2009 onderdeel van uitmaakte kent een systeem van eigen bijdragen. Op de eerste plaats is het noodzakelijk een indicatie van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) te verkrijgen om in aanmerking te komen voor zorg gefinancierd vanuit de AWBZ. Afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden geeft het CIZ een indicatie af voor zorg met verblijf of zorg zonder verblijf. De cliënt heeft dan de keuze deze indicatie te verzilveren bij een zorginstelling met verblijf of zonder verblijf. Indien de keuze valt op een instelling zonder verblijf heeft de cliënt nog de keuze uit zorg in natura, waarbij de kosten van de zorg rechtstreeks worden betaald aan de zorgaanbieder of de cliënt kan kiezen voor een persoonsgebonden budget waarmee hij zelf een geldbedrag ontvangt en hiermee de hulp inkoopt of inhuurt.
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 5 van 10
In alle gevallen is bij AWBZ-zorg sprake van een eigen bijdrage, enkele uitzonderingen nagelaten (ondersteunende begeleiding en dagverzorging/besteding, in ieder geval tot 3112-2009). De vaststelling en inning van de eigen bijdrage wordt centraal geregeld in Nederland en wel via het Centraal Administratie Kantoor (CAK). Met de invoering van de Wmo per 1 januari 2009, waarbij de huishoudelijke hulp vanuit de AWBZ is overgeheveld naar de Wmo, is het CAK ook verantwoordelijk geworden voor de vaststelling en inning van de eigen bijdragen voor de Wmo (gemeenten). Daarnaast verzorgt het CAK ook de uitbetaling van de Compensatie eigen risico en sinds 1 januari 2009 een aantal taken binnen de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) Met de eigen bijdrage betaald de cliënt een deel van de kosten van de zorg, waarvan de werkelijke kosten veel hoger zijn dan de eigen bijdrage. De hoogte van de vast te stellen eigen bijdrage is afhankelijk van een aantal factoren: het aantal personen binnen het huishouden de leeftijd het inkomen de ontvangen hoeveelheid zorg Op basis van het verzamelinkomen ( op basis van de belastingaanslag indien aangifte wordt gedaan of anders op basis van het belastbare loon) van de cliënt en de eventuele partner berekent het CAK dan de eigen bijdrage die betaald moet worden. De eigen bijdrage van het lopende jaar wordt berekend op basis van het (gezamenlijke) inkomen van twee jaar daarvoor. Het CAK vraagt hiervoor de inkomensgegevens op bij de Belastingdienst. Op basis van deze gegevens wordt een maximale periode (van 4 weken) bijdrage vastgesteld. De cliënt wordt hiervan op de hoogte gesteld door toezending van een beschikking.
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 6 van 10
Mocht het inkomen als gevolg van bepaalde omstandigheden in het lopende kalenderjaar lager zijn dan in het peiljaar (jaar t-2), dan kan bij het CAK een inkomensformulier aangevraagd worden voor een aanpassing van de eigen bijdrage op basis van dit lagere inkomen (het verschil moet dan minimaal € 1.816,00 zijn op jaarbasis1). Wat uiteindelijk betaald moet worden is afhankelijk van twee factoren: de maximale periode bijdrage het aantal afgenomen uren zorg c.q. in bruikleen ontvangen voorzieningen van de gemeente Om de eigen bijdrage te berekenen, wordt het aantal uren zorg in een periode vermenigvuldigd met het uurtarief. Het uurtarief voor Zorg zonder Verblijf is in 2009 voor AWBZ zorg (verpleging en verzorging) € 12,60 per uur. Voor huishoudelijke zorg vanuit de Wmo stelt de gemeente zelf het uurtarief vast, voor de gemeente Sluis is deze € 21,50 2per uur. Daarbovenop komt nog de eigen bijdrage voor huur scootmobiel, traplift en bouwkundige aanpassingen op basis van de Wmo. Overigens geldt dat voor rolstoelen, voorzieningen voor gebruikers onder de 18 jaar en collectief vervoer wettelijk géén eigen bijdrage in rekening mag worden gebracht. De cliënt betaalt echter nooit meer dan de maximale periode bijdrage. Naast de maximale eigen bijdrage is er ook nog een minimale eigen bijdrage per periode van 4 weken. Deze bedraagt voor een 1-persoonshuishouden € 17,20 per 4-weken en voor een méérpersoonshuishouden € 24,50 per 4-weken. Heeft cliënt een partner die opgenomen is in een verpleeg- of verzorgingshuis (zorg met verblijf) dan wordt voor de zorg zonder verblijf géén eigen bijdrage opgelegd. Deze wordt immers al opgelegd voor de zorg met verblijf. Ook indien sprake is van een beroepsziekte of bij zorg als gevolg van een ongeval op het werk hoeft géén eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf betaald te worden.
1
Op basis van gegevens CAK 2009. Opvallend hierbij is dat het uurtarief voor de eigen bijdrage berekening voor de huishoudelijke zorg vanuit de WMO, € 21,50, aanzienlijk hoger is dan het uurtarief voor de eigen bijdrage berekening voor verpleging en verzorging vanuit de AWBZ. Aan cliënten is moeilijk uit leggen waarom voor relatief goedkopere arbeid een hoger uurtarief geldt dan voor het hoger gekwalificeerde verplegende en verzorgende werk. 2
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 7 van 10
Een derde optie waarbij géén eigen bijdrage betaald dient te worden is als er sprake is van een hardheidsclausule. De beoordeling hiervan ligt bij de zorgverzekeraar van de cliënt, dit op basis van een advies over de persoonlijke situatie van de cliënt. Het advies komt dan van een instelling voor maatschappelijk werk of de Raad voor de Kinderbescherming. Opgemerkt dient te worden dat in geval van een persoonsgebondenbudget (PGB), de eigen bijdrage in mindering wordt gebracht van het voor de cliënt beschikbare budget en dit niet apart wordt geïnd door het CAK. Dit geldt echter alleen voor de AWBZ zorg. Ingeval van een persoonsgebondenbudget vanuit de WMO wordt wel een eigen bijdrage in rekening gebracht door het CAK. Op de volgende internetsites kan een berekening van de eigen bijdrage worden gemaakt: www.hetcak.nl www.pgb.cvz.nl > publicaties en formulieren > rekenhulp eigen bijdrage Binnen de huidige wetgeving is bepaald dat de gemeente een preferente debiteur is. Dit houdt in dat de gemeente bij de inning van de eigen bijdragen een voorkeurspositie hebben op de AWBZ. Dus van de geïnde eigen bijdragen door het CAK wordt eerst het bedrag afgehaald wat betrekking heeft op de Wmo en overgemaakt aan de betreffende gemeente van de cliënt waarna het eventueel nog resterende gedeelte van de eigen bijdrage aan de AWBZ-kas wordt overgemaakt.
Fiscaliteit en Wtcg Tot 2009 konden de eigen bijdragen betaald voor zorg als kosten opgenomen worden bij de aangifte inkomstenbelasting onder de regeling buitengewone lasten. Met ingang van 2009 is deze regeling afgeschaft en vervangen door de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg). De Wtcg is specifiek gericht op chronisch zieken en gehandicapten. Door de wet wordt het voor hen gemakkelijker om een deel van de zorgkosten zonder veel papieren rompslomp terug te krijgen. Alleen om specifieke zorgkosten af te trekken van de belasting is nog eigen actie nodig3.
3
Zie hiervoor de website van de Belastingdienst http://www.belastingdienst.nl/particulier/aftrekziektekosten2009/ Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 8 van 10
De Wtcg bestaat uit allerlei maatregelen. Hier staan ze kort genoemd. Een algemene tegemoetkoming De aftrekpost voor chronische ziekte bij de inkomstenbelasting is vervallen. Daar staat tegenover dat veel chronisch zieken en gehandicapten jaarlijks automatisch een algemene tegemoetkoming krijgen. Die bestaat uit een bedrag van € 150, € 300, € 350 of € 500. Afhankelijk van uw situatie, kunt u een hoge of een lage tegemoetkoming krijgen. Ook uw leeftijd speelt een rol:
Jonger dan 65 jaar
Ouder dan 65 jaar
Lage tegemoetkoming
€ 300
€ 150
Hoge tegemoetkoming
€ 500
€ 350
In het jaar dat men 65 wordt, krijgt men € 300 als men in aanmerking komt voor de lage tegemoetkoming en € 500 als men in aanmerking komt voor de hoge tegemoetkoming.
Hebt u een indicatie voor 26 weken of langer zorg met verblijf? Dan komt u altijd in aanmerking voor de lage tegemoetkoming. Het maakt niet uit of u ook aan andere voorwaarden voldoet. Krijgt u 26 weken of meer minstens 10 uur per week hulp bij het huishouden in natura via de Wmo? Of hebt u een indicatie voor minstens 10 uur of minstens 4 dagdelen per week zorg zonder verblijf? Dan komt u in aanmerking voor de hoge tegemoetkoming. Verder komt u in aanmerking voor de hoge tegemoetkoming als u voldoet aan meer dan één criterium (anders dan een indicatie voor langdurige zorg met verblijf ). Let op: • Dit is niet altijd zo. Zo leidt alleen een combinatie van zorg zonder verblijf en Wmo hulp bij het huishouden niet tot een hoge tegemoetkoming, tenzij u ook nog voldoet aan een of meer andere voorwaarden. Op basis van o.a. gegevens van de zorgverzekeraars en het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) wordt bepaald of cliënten hiervoor in aanmerking komen. Als men in aanmerking komt, krijgt men vanzelf bericht van het Centraal Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 9 van 10
Administratiekantoor (CAK). Men hoeft zelf dus niets te doen. Het CAK keert de tegemoetkoming voor 2009 uit vanaf november 2010. Een voorschot is niet mogelijk. De tegemoetkoming is vrijgesteld van inkomstenbelasting en heeft geen invloed op de hoogte van de aftrekposten bij de belastingaangifte. Korting op de eigen bijdrage Bij de inkomstenbelasting zijn eigen bijdragen voor geleverde zorg niet meer aftrekbaar van de belasting. Maakt u gebruik van AWBZ-zorg of huishoudelijke zorg via de Wmo? Dan krijgt men voortaan een korting op de eigen bijdrage. Zorg met verblijf: Wie in een instelling woont, betaalt sinds januari 2009 minder eigen bijdrage. Men krijgt 8% korting als men 65 jaar of ouder is en 16% als cliënt en/of de partner nog geen 65 zijn. Verder is de extra aftrek verhoogd van 12,5 naar 25%. Dat betekent dat een kleiner deel van het inkomen meetelt bij het vaststellen van de eigen bijdrage. Zorg zonder verblijf/Wmo Betaalt men een eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf of de Wmo? Dan krijgt men een korting van 33%. De korting over de eigen bijdragen van 2009 wordt achteraf uitgekeerd, vanaf april 2010. Vanaf januari 2010 wordt de korting direct verwerkt op de maandelijkse rekening. Men betaalt dan dus minder eigen bijdrage. Heeft cliënt een persoonsgebonden budget? Dan krijgt hij/zij in de loop van dit jaar extra budget.
Vangnet Bij personen met een minimum inkomen is het vooral raadzaam ook aandacht te besteden aan de mogelijkheid tot het aanvragen van zorg- en huurtoeslag bij de Belasting dienst alsmede op kwijtschelding van gemeentelijke- en waterschapslaten. Cliënten die als gevolg van de eigen bijdragen een dusdanig laag besteedbaar inkomen (tot 120% van de bijstandsnorm) overhouden kunnen een beroep doen op de Bijzondere Bijstand voor een compensatie van de eigen bijdrage.
Werkgroep AWBZ. Verslag definitief 22dec09
Pagina 10 van 10