/KLIM BERGSPORT EN
magazine
juni
1
VERSCHIJNT ZES KEER PER JAAR - JANUARI (SUMMIT), 2/ FEBRUARI, 3/ APRIL, 4/ JUNI, 5/ SEPTEMBER; 6/ NOVEMBER AFGIFTEKANTOOR 3500 HASSELT 1 - AFZENDERADRES STATIESTRAAT 64 - ZWIJNDRECHT - ERKENNINGSNR. P309808
2
PARTNER
/jaargang 7 nr. 2014 / 4
/inhoud 5/
Woord vooraf
7/
up2date
9/
Nieuws uit...
12/
Zekeren (door kinderen) bij het klimmen
16/
Waarden en ethiek in het bergbeklimmen: met kinderen in de bergen
20/
Het lagensysteem
24/
Trekken in Caingorms (Schotland)
28/
Klimmen op vulkanen (Ecuador)
32/
Trekken aan de voet van de Kazbeg (Georgië)
36/
Voetafdruk: IMD, wat doen w’ermee?
39/
Shop
41/
Hutten
42/
Contact secretariaat / Contact clubs
/HIGHLIGHTS
12
3
24
foto kaft : Trekken in Caingorms - Schotland (artikel pagina 24)
28
32
PARTNER
4
PARTNER
/partners
/woord vooraf /woord vooraf WORD LID VAN DE REDACTIERAAD! De redactieraad van de KBF zoekt nog enthousiastelingen die hun steentje willen bijdragen aan de (verdere) ontwikkeling van het Klim- en bergsportmagazine. De leden van de redactieraad komen vijf maal per jaar samen. Zij bepalen de inhoud van het tijdschrift, brengen nieuwe ideeën aan, schrijven zelf artikels, en verbeteren artikels. Deze activiteiten worden gecoördineerd door de redactieverantwoordelijke, Reginald Roels. Wilt u genieten van de voldoening om mee te werken aan een tijdschrift dat door duizenden gelijkgezinden wordt gelezen? Dat bent u onze man/vrouw! Laat het ons weten via
[email protected] of geef ons een belletje via het nummer 03 830 75 06. Zoals u wellicht opmerkte proberen we dit magazine steeds tot een hoger level te heffen. Dit willen we oa doen door enkele nieuwe rubrieken tot leven te roepen. Dit zal niet eensklaps gebeuren, maar het magazine zal eerder een levend magazine worden, met rubrieken allerlei, steeds terugkerend of sporadisch gepubliceerd... In die context willen we een poging doen de rubriek “meningen” in het leven te roepen, dit door middel van het publiceren van een “open lezersbrief”. Het zou de bedoeling zijn dat er telkens op de artikels van het laatste magazine een mening kan geuit worden. Let wel, enkel over de inhoud van een artikel ! Brieven ivm artikels uit dit magazine kunnen gestuurd worden naar:
[email protected] (Nota: we lezen enkel brieven die met naam ondertekend zijn, en de redactie is 100% vrij een brief al dan niet te publiceren. Om tijdbesparende redenen zal op een brief die niet zal gepubliceerd worden geen antwoord gegeven worden).
De redactie
/COLOFON KLIM- EN BERGSPORTMAGAZINE KBF Dit federatietijdschrift verschijnt zes maal per jaar en is een uitgave van de Klim- en Bergsportfederatie VERSCHIJNINGSDATA 2014 Begin januari (Summit 2014), begin februari, begin april, half juni, begin september en begin november. REDACTIEVERANTWOORDELIJKE Reginald Roels /
[email protected] REDACTIEMEDEWERKERS Herman De Kegel (verbetering teksten) / Luc Vandenbosch (ecologie) / Louis De Geest (ecologie) / Tuur Ceuleers / Eddy Kindt uitgave september: 18/07/2014 uitgave november: 15/09/2014 VORMGEVING, PREPRESS EN DRUK LayOut - opmaak: Reginald Roels Druk: Drukkerij Paesen - Genk VERANTWOORDELIJKE UITGEVer Tuur Ceuleers - p/a Statiestraat - Zwijndrecht
5
KBF-JEUGDTREFWEEKEND
MARCHE-LES-DAMES
20 - 21/09/2014
DEELNAMEVOORWAARDEN : 12 tot 18 jaar / KBF-lid INFO EN INSCHRIJVINGEN : WWW.KLIMENBERGSPORTFEDERATIE;BE
6
/UP 2 DATE NIEUWS kORTINGEN IN BUITENSPORTZAKEN BIJ ONZE KBF-PARTNERS Altiplano Books (online-shop): 10 % (registreren met lidnummer) ALPY vzw: € 10 korting op een ALPY-lidmaatschap Base Camp (Nijlen): 10 % voor KBF-leden, 5 % (klantenkaart) voor niet-KBF-leden Bergen Magazine: 40 % korting op jaar-abonnement De Berghut (Hamme): 10 % K2 (Antwerpen): 8 % (d.m.v. tegoedbon) Mounteqshop (Desselgem): 10% BIJ ANDEREN AS Adventure (diverse filialen): 5 % Atlas & Zanzibar (Gent): 5 % Avventura (Gent / Brussel / Brugge): 10 % Condor Safety BVBA (Roeselare): 10 % Horizon Buitensport (St.Niklaas): 5 % Into The Wild (Nieuwpoort) : 10 % Kariboe (Hasselt - Leuven): 15 % North Face Store (Antwerpen, Leuven, Hasselt): 5 % Trekking (Aalst): 5 %
kbf verwelkomt alpua als club !! AlpUA vzw is de bergsport- & outdoorvereniging voor de Antwerpse student. Ben je geïnteresseerd in outdoor, klimmen, de bergen en de natuur, dan ben je bij ons van harte welkom! We richten ons op de Antwerpse student, maar iedereen kan deelnemen aan al onze activiteiten. Het doel van AlpUA vzw is om berg- en outdoorsport onder de aandacht te brengen bij de Antwerpse studenten, hun enthousiasme op te wekken en studenten (laagdrempelig) kennis te laten maken met alle schitterende mogelijkheden die de bergsport biedt. AlpUA vzw creëert een platform voor klimmende en berg- en outdoorminnende studenten en brengt hen met elkaar in contact.
/UP 2 DATE NIEUWS Topsportschool Hasselt start met keuzesport klimmen De topsportschool Hasselt zal in september 2014 starten met het aanbieden van een curriculum met daarin klimtrainingen. De leerlingen van het 3e tot en met het 6e middelbaar zullen in hun lessenpakket 4 à 6 uur klimmen krijgen. Voor leerlingen die veraf wonen, is er de mogelijkheid om op internaat te gaan in de school. Meer info via www.topssportschoolhasselt.be of
[email protected]
nieuwe topo comblain-la-tour Eindelijk kan er terug geklommen worden op het legendarische massief “Rochers de la Vierge”, gelegen op de rechteroever van de Ourthe. Van de 150 routes mogen er nog een zestigtal geklommen worden, maar met moeilijkheidsgraden vanaf de vierde tot de achtste graad is er voor ieder wat wils. De toegang tot de site is echter streng gereglementeerd. Zo hebben slechts 30 mensen per keer toegang. We willen er ook met nadruk op wijzen dat het belangrijk is de parkeerregels ter plaatse te respecteren: parkeren kan enkel op de ‘Place du Wez’, en van daar te voet verder. Dat is een wandeling van een kleine km, maar het is van groot belang dat deze parkeerregel gerespecteerd wordt! Beschouw de opgelegde beperkingen aub niet als een manier om u te verhinderen u te ontspannen, maar eerder om klimmen en natuurbeheer te harmoniseren, zodat dit resulteert in een milieu waar u talrijke planten en dieren kan waarnemen die ergens anders weinig voorkomen.
WWW.ALPUA.BE Veel klimplezier !!!
kalymnos climbing meet 09 - 2/10/2014 Het The North Face Kalymnos Climbing Festival brengt enhousiaste klimfans samen... van beginners tot de beste klimmers ter wereld. Het festival duurt 3 dagen en heeft een overvol programma: wedstrijden, masterclasses met atleten van The North Face, luisteren naar inspirerende klimverhalen en strandfeesten... Kalumnos is een waar klimparadijs, voor iedereen bereikbaar, met routes voor klimmers van elk niveau. Het festival stelt je in staat te genieten van één van de mooiste klimplaatsen ter wereld! Meer info op thenorthface@vtpr of 02 474 17 40 (Evi Coune)
7
PARTNER
8
/nieuws over de rotsen De spoorweg oversteken aan de massieven: bah ! Sommige Belgische klimmassieven (Beez, de Paradou en Comblain-laTour als voornaamste voorbeelden) liggen vlakbij een spoorweg. De toegang tot het massief vereist in dat geval dat je verscheidene honderden meter moet stappen, om via een brug (Beez) of een tunnel (Paradou, Comblain), het massief te bereiken. Voor sommige klimmers met wel bijzonder weinig zin voor verantwoordelijkheid is de verleiding dan te groot, en steken zij rechtstreeks van op de parkeerplaats de spoorweg over. Het spreekt zonder meer vanzelf dat dit niet alleen gevaarlijk is voor de klimmer zelf, maar dit ook kan zorgen voor zeer grote schadeclaims vanwege de NMBS èn dat er een grote kans is dat dit leidt tot het totaal verbieden van het klimmen op de betrokken massieven. ZOIETS DOE JE DUS GEWOON NIET! NOOIT!
/nieuws uit de chaveehut AANPASSING PRIJZEN Naar aanleiding van het 25-jarig bestaan van de Chaveehut wensen wij volgende clubs te danken voor hun steun : - BOVL : sponsoring met keukenmateriaal - VBW : sponsoring voor een nieuwe bank - BAC A’pen : sponsoring voor nieuwe slopen en hoeslakens - WBV : sponsoring met nieuwe keukenhanddoeken - BVLB : panorama foto voor de bar Sinds 2002 zijn de prijzen voor de overnachtingen van leden niet meer gewijzigd. Wij zien ons nu echter wel verplicht deze vanaf 1 juli 2014 aan te passen. Vanaf die datum zullen de prijzen voor de leden met 1 € en voor de niet-leden met 2 € stijgen. Dit maakt dus dat vanaf 1 juli de volgende prijzen van kracht zullen zijn:
lid van bergsportfederatie niet-lid kind lid <13j kind niet-lid <13j
KAMER € 8,50 € 17,00 € 6,00 € 12,00
LAGER € 7,00 € 14,00 € 4,50 € 9,00
TENT € 5,00 € 10,00 € 2,50 € 5,00
Zoals jullie allicht wel weten, wordt de Chaveehut beheerd door een vzw. Voor de uitbating en het onderhoud wordt beroep gedaan op een groep vrijwilligers die enkele malen per jaar in hun vrije tijd de hut open houden en/of onderhoud- en herstellingswerken uitvoeren. Aangezien dit geen commerciële onderneming is, kunnen wij aan zeer democratische prijzen blijven werken.
Met de inkomsten van de overnachtingen zijn de normale kosten (water / gas / elektriciteit / huisvuil / onroerende voorheffing) gedekt. Het zal u echter niet verwonderen dat, om op tijd en stond defecte zaken te kunnen vervangen en/of te investeren, wij absoluut de inkomsten uit de dranken en maaltijden nodig hebben. Zonder deze inkomsten is daar geen ruimte voor. Daarom ook zijn wij absoluut genoodzaakt het verbruik van zelf meegebrachte dranken te verbieden. Dit staat trouwens in ons reglement (zie website KBF) en wordt middels verschillende bladen zeer duidelijk aangekondigd in de hut zelf. Om de weide nog beter te kunnen onderhouden en in een goede staat te kunnen houden, werd ook beslist vanaf maart 2014 geen auto’s meer toe te laten op de weide. Er is wel een plaats voorzien waar de tent en andere toebehoren kunnen gelost en geladen worden. Bovendien hebben wij een “sherpa” voorzien die gratis kan gebruikt worden om dat materiaal naar de plaats te brengen waar de tent zal opgezet worden. Wat die “sherpa” juist is, kan je ontdekken bij een bezoekje aan de Chaveehut. Om het parkeren op de parking voor de hut zo vlot mogelijk te laten verlopen, vragen wij om zo optimaal mogelijk gebruik te maken van de voorzien ruimte. Dit betekent de auto’s zo dicht mogelijk naast elkaar en achter elkaar parkeren. Het parkeren langs de hut is niet toegestaan. Alvast ook dit jaar veel plezier in en rond de Chaveehut
PARTNER
PARTNER
11
/zekeren bij het klimmen
12
(bron : Berg und Steigen uitgave 2013 – 3) Vertaling : Tuur Ceuleers
Vanaf welke leeftijd “mogen” kinderen mekaar zekeren? Een vraag waarop verschillende antwoorden mogelijk zijn, afhankelijk vanuit welk standpunt je kijkt. Dieter Stopper (expert klim-ongevallen) deelt zijn bedenkingen over wat van iemand een goede zekeraar maakt, ongeacht de leeftijd!
situatie Twee kinderen klimmen in een klimhal voor. Beiden zijn twaalf jaar oud. Bij het inpikken van de derde zekering loopt het mis, het voorklimmende kind valt na een beperkte remming op de grond en is zwaar gekwetst. Een eerste reactie bij dit soort ongevallen luidt: ”wat? Twaalfjarige kinderen die klimmen als zelfstandige touwgroep? Dat hoort niet! Dat moeten ouders, begeleiders, de uitbater, de klimfederatie of wie dan ook verbieden!” Deze zaak houdt mij (Dieter Stopper) als vader met drie klimmende zonen en beroepshalve als expert-klimongevallen, bezig. Het ambtshalve verbieden is geen optie. Men moet zich eerder de volgende vragen stellen: vanaf welke leeftijd mogen kinderen een voorklimmer zekeren? Vanaf welke leeftijd mogen ze voorklimmen? Hoe zit dat met competitieklimmers, die ervaring hebben met een voorklimmersval? Mogen zij ook geen voorklimmer zekeren? Jongeren die 16 zijn, maar weinig ervaring hebben met zekeren, mogen zij dat dan wel, omdat ze 16 zijn?
De onverwachte val Vanuit een beperkte visie zijn deze vragen – naar mijn mening – niet op bevredigende wijze te beantwoorden. Voor mij komt de leeftijd maar op de tweede plaats, omdat de vaardigheden van de voorklimmer en van de zekeraar mij relevanter lijken. Deze vaardigheden moeten de zekeraar toelaten om een onverwachte val te houden en op die manier te voorkomen dat de voorklimmer een gevaarlijke val maakt. Het is een feit dat in klimzalen zich zeer weinig zware ongevallen voordoen. De statistieken bevestigen dit. Dat is positief, maar we kunnen ons afvragen “hoe dit komt”… ? Komt het doordat de zekeraars zo’n fantastische job doen? Wellicht niet… Een reden kan zijn omdat het in de praktijk maar zelden voorkomt dat er onaangekondigd gevallen wordt. Meestal gaat de voorklimmer in het touw hangen (of zitten) voordat hij valt, en maakt hij aan de zekeraar duidelijk dat hij gaat vallen. De zekeraar haalt daarop het te veel uitgegeven touw in en bedient zijn remtoestel op de juiste manier. De remhand wordt op de juiste plaats gebracht, zet zich schrap en vangt de val van de voorklimmer volgens de regels van de kunst op. Wanneer de voorklimmer zonder verwittiging was gevallen dan had het er slechter kunnen uit zien. Punt is dat zekeraars altijd en zonder twijfel een onaangekondigde val moeten kunnen houden. Nochtans moeten we eerlijk durven toegeven dat voorklimmers bij een onaangekondigde val de facto “free solo” onderweg zijn. Onder het moto “Vele sportklimmers zijn meestal free solo onderweg. Ze weten het alleen (nog) niet!” Zekeren bij competities De situatie is natuurlijk totaal anders in competities, waar de klimmers keihard doorgaan tot aan hun limiet en vallen dan, zonder de zekeraar te verwittigen uit de wand. Het is interessant om bij een klimcompetitie de zekeraar eens in de gaten houden. Hier zie je de echte kenners! Hier wordt aandachtig gezekerd, bliksemsnel touw uitgegeven, van positie veranderd en bij een val wordt de klimmer zacht opgevangen. Elke klimmer wil zo’n zekeraar! Spijtig genoeg zekeren slechts weinigen op die manier... Maar, hoe wordt je een goeie zekeraar? Wat zijn de eigenschappen van een voorklimmer? In afbeelding 1 kan je zien tot welke categorie de zekeraar en de voorklimmer behoren: van “bedenkelijk” over “aanvaardbaar” tot “goed”
Zekeren in normale omstandigheden Een “aanvaardbare zekeraar” houdt een voorklimmersval indien de voorklimmer zelf geen fout begaat. Iemand met een KVB 1 is een aanvaardbare zekeraar. Maar pas op: “vaak zekeren” is op zich geen garantie voor “goed zekeren”. Fouten kunnen gewoonten worden. Het motto: “Ik doe het al jaren zo, dus zal het wel goed zijn!” is fataal. Bedenkelijk zekeren werkt meestal wel, maar niet altijd. Meestal tot aan die ene onaangekondigde val die dan tot ongevallen leidt. Een “goede zekeraar” houdt zijn voorklimmer voortdurend in de gaten, geeft snel en voldoende touw uit bij het inpikken. Hij verandert voortdurend zijn positie afhankelijk van de vorderingen van zijn voorklimmer. Hij zekert zo hard dat een val op de grond vermeden wordt, maar ook zo zacht dat de voorklimmer niet tegen de wand knalt. En als kers op de taart kan hij, wanneer de voorklimmer zich uitstrekt om in te pikken en het fout gaat, door bliksemsnel “het touw te verkorten” een val op de grond toch vermijden. Het touw “verkorten” kan in principe op twee manieren: 1. door achteruit, van de wand weg te stappen, of 2. door het touw door het zekeringstoestel te halen. Beide technieken – en best een combinatie van beide - zorgen er voor dat de vrije val van de klimmer kleiner wordt en dat de remfase sneller begint. Om dit te kunnen doen moet de zekeraar zijn voorklimmer permanent in de gaten houden zodat die bewegingsruimte heeft. Hij moet bovendien kunnen beoordelen wanneer een “touwverkorting” nodig is. Ten derde moet hij het uitgegeven touw in het zekeringssysteem kunnen inhalen en uiteindelijk de val opvangen. Dat kan niemand? Toch wel! Op die manier zekeren is natuurlijk niet eenvoudig, maar is wel te leren! De eerste stap kan bijvoorbeeld een workshop zijn over “goed zekeren en het houden van een voorklimmersval”, die zowel aandacht geeft aan de theoretische kant, als aan oefeningen in praktijk in het veelvuldig houden van voorklimmersvallen. Een “aanvaardbare klimmer” kan, wanneer hij onder zijn niveau klimt, goed inpikken en zal gevaarlijke vallen – bvb bij gestrekt inpikken – vermijden. Bij gestrekt inpikken hangt de voorklimmer het touw boven zijn hoofd in. Als hij op dat ogenblik valt wordt het gevaarlijk. Zo’n val eindigt in een klimzaal (tot het vierde setje) regelmatig op de grond en jammer genoeg ook bij iemand die op een “aanvaardbare manier” zekert. Moeten we dan de regel invoeren om “nooit boven het hoofd in te pikken”? Dit heeft natuurlijk geen zin. Wie regelmatig klimt weet dat zo’n strikte regel niet kan. Er zijn routes waar het aangewezen is om, vanuit een goede positie, gestrekt in te pikken, waarna de sleutelpassage zonder inpikken kan geklommen worden. Om het risico in te schatten moet de voorklimmer zich echter van het gevaar van gestrekt inpikken bewust zijn. Hij moet ook kunnen inschatten of zijn positie voldoende stabiel is en of hij over voldoende kracht beschikt om in te pikken. Zo worden in de praktijk gevaarlijk voorklimmersvallen vermeden. Bovendien geldt de regel: hoe beter je vaardigheden zijn om voorklimmersvallen te vermijden hoe beter je als voorklimmer wordt.
13
MIDDELMATIGE (VOORLKILM)ZEKERAAR
MIDDELMATIGE VOORKLIMMER
AANVAARDBARE VOORKLIMMER GOEDE VOORKLIMMER
AANVAARDBARE (voorklim)ZEKERAAR
MIDDELMATIGE VOORKLIMMER AANVAARDBARE VOORKLIMMER GOEDE VOORKLIMMER
GOEDE (VOORKLIM)ZEKERAAR
MIDDELMATIGE VOORKLIMMER AANVAARDBARE VOORKLIMMER GOEDE VOORKLIMMER
AFBEELDING 1 : mogelijke kans op kwetsuur afhankelijk“ van de verhouding zekeraar tot voorklimmer Voor“ kinderen geeft dit schema een weinig tot zeer weinig als aanvaardbare risicofactor. Om veilig te klimmen moet er minsten een verhouding zijn van een “goede” voorklimmer tot minstens een “aanvaardbare” zekeraar. Is de zekeraar “goed”, dan zal er ook weinig risico zijn bij een onaangekondigde val.
ZEER HOOG RISICO HOOG RISICO 14
MIDDELMATIG RISICO WEINIG RISICO zeer beperkt RISICO
AFBEELDING 2 : legende bij afbeelding 1 - risico op kwetsuur bij een onaangekondigde val “zeer hoog risico” betekent dat een onaangekondigde val zeker tot een ongeval leidt. “zeer beperkt risico” betekent een onaangekondigde val niet tot een ongeval leidt.
Praktijkvoorbeeld Laten we terug gaan naar ons uitgangspunt: twee twaalfjarigen klimmen voor en zekeren zelfstandig. Bieden de voorbeelden 1 tot 3 in de praktijk een mogelijkheid om tot de beoordeling “het kan/het kan niet” te komen? Bijvoorbeeld: een kind zekert bedenkelijk, maar het tweede kind klimt zeer goed voor. Wat is dan het risico? Volgens afbeelding 1 is er nog steeds een zeer hoog risico als de voorklimmer onaangekondigd valt! Een zeer hoog risico is niet te verantwoorden. Dus, lijkt het mij dat dit niet kan!! Een duidelijk “het kan” is er wanneer beide kinderen goed zijn. Het risico op onaangekondigde vallen is in dit geval gering. Er zijn niet zoveel kinderen die goede (voorklim)zekeraars zijn. Aanvaardbaar risico; in afbeelding 1 tonen lichtgroene en donkergroene lijnen de paren die bij mekaar passen. Een gemiddeld risico (gele lijnen) is volgens mij voor kinderen nog te hoog. Besluit Mogen klimmen in de praktijk voorklimmen en zekeren? De basisvoorwaarde voor een gemiddeld risico bij het voorklimmen is uiteraard een goede zekeraar. De eigenschappen waaraan een goede (voorklim)zekeraar moet voldoen zijn complex en voor kinderen moeilijk te verwezenlijken. Kinderen worden eenvoudiger en sneller goede voorklimmers. Wie in een klimzaal de verantwoordelijkheid draagt voor voorklimmende jeugd moet dus in eerste instantie zorgen voor goede zekeraars! Mijn oudste zoon is op jonge leeftijd met voorklimmen begonnen. Maar voor hij hiermee begon had hij toprope gezekerd en kon hij redelijk goed inpikken. Nu hij voorklimt pik ik de eerste drie setjes nog op voorhand in. Bovendien wordt hij goed gezekerd. Onder deze omstandigheden “kan het” voor mijn elfjarige zoon om voor te klimmen. Een voorklimmer zekeren laat ik echter nog niet toe, omdat hij de vaardigheden van een goede (voorklim) zekeraar nog niet heeft.
noot van de KBF-redactie In onze Belgische klimzalen is het standaard om toprope te klimmen, maar in Duitsland en Oostenrijk (dit artikel is een vertaling uit Berg und Steigen) daarentegen kan men in veel klimzalen standaard voorklimmen. Echter, ook in Vlaanderen wordt er in klimzalen steeds meer voorgeklommen. Die trend zet zich zeker door in nieuwe klimzalen die voorzien zijn om voor te klimmen. Brugge, Gent, Puurs en Stekene zijn zalen waarin clubs van KBF actief participeren en waar voorklimmen steeds toeneemt, zodat het hier ook een “topic” wordt. Er worden binnen de Klim- en Bergsportfederatie toch volgende leeftijdsregelingen gehanteerd: - Jonger dan 10 jaar: naklimmen onder begeleiding - Van 10 -14 jaar: naklimmen, voorklimmen en zekeren onder begeleiding - Vanaf 14 jaar: naklimmen, voorklimmen en zekeren zelfstandig Bij deze bepaling zijn verzekeringstechnische, fysieke en mentale aspecten in overweging genomen. Deze kunnen gehanteerd worden als een advies, maar zijn niet bindend. Voor meer informatie kan u steeds terecht bij jan.verhoeven@ klimenbersportfederatie.be Bovendien is het de bedoeling om, in het kader van dit artikel, het bepalen van een leeftijdsgrens in vraag te stellen: “moeten / mogen leeftijdsgrenzen gehanteerd blijven?” In het voorwoord van het vorige magazine kon u lezen dat we een poging willen doen om de rubriek “meningen” in het leven te roepen, dit door middel van het publiceren van een “open lezersbrief”…. Meningen i.v.m. dit artikel mogen gestuurd worden naar
[email protected]
middelmatige voorklimzekeraar - voldoet niet aan de kwaliteiten / eigenschappen om een aanvaardbare zekeraar te zijn
middelmatige voorklimmer - voldoet niet aan kwaliteiten / eigenschappen om een aanvaardbare voorklimmer te zijn
aanvaardbare vooklimzekeraar - beheerst zijn zekeringstoestel en heeft goede reflexhandelingen - neemt plaats ongeveer 1 meter van de klimwand en 1 m uit de vallijn - zekert met weinig uitgegeven touw
aanvaardbare vooklimmerr - plaatst de tussenzekeringen met ervaring - kan een potentieel gevaarlijke val bijna altijd vermijden (bijvoorbeeld bij uitgestrekt inpikken)
goede vooklimzekeraar - zekert doorgaans zeer opmerkzaam - geeft zeer snel touw uit, en toch zo weinig mogelijk - kan de voorklimmer ook bij een onaangekondigde val dynamisch zekeren - zelfs als er veel touw is uitgegeven kan hij bij een val verhinderen dan de voorklimmer de grond raakt
goede vooklimmer - plaatst de tussenzekeringen met veel ervaring - kan een potentieel gevaarlijke val altijd vermijden (bijvoorbeeld bij uitgestrekt inpikken)
Nota: andere voorwaarden / eigenschappen om veilig te klimmen en te zekeren werden in deze tabel niet opgenomen, zoals vergelijk gewicht van de klimmers, partnercheck, spotten tot de eerste haak, gecontroleerd afdalen, e.a. ...
15
waarden en ethiek in het bergbeklimmen /met kinderen in de bergen Hypo- , hyperthermie en dehydratatie Kinderen verschillen in vele opzichten van volwassenen, het meest voor de hand liggende is hun kleinere gestalte. Kinderen hebben een grotere relatieve lichaamsoppervlakte ten opzichte van hun lichaamsgewicht waardoor ze in een warme omgeving sneller opwarmen en last kunnen krijgen van hyperthermie/ oververhitting. In dergelijke omstandigheden beginnen wij allen te zweten, kinderen zweten echter pas aan hogere temperaturen dan volwassenen. Het duurt bijgevolg langer vooraleer hun lichaam zich aanpast aan warme temperaturen waardoor ze gemakkelijker oververhitten. Daar tegenover staat dat kinderen ook een groter risico lopen op hypothermie/onderkoeling (<35˚C). Hun grotere relatieve lichaamsoppervlakte en minder onderhuids vet dat dienst doet als isolatie zorgen voor een snellere afkoeling. Daarbij komt nog dat kinderen minder efficiënt rillen. Rillen is het mechanisme dat we allemaal ondervinden in geval van onderkoeling omdat ons lichaam probeert warmte te halen uit dit proces. Jonge kinderen kunnen voor zichzelf minder goed een oordeel vellen over hun toestand van onderkoeling. Bij de minste verandering van hun gedrag in een koude omgeving moet dit een licht doen branden.
hypothermie
De meeste warmte wordt daarenboven verloren via het hoofd wat bij een kind groter is ten opzichte van de rest van hun lichaam, een hoofddeksel is dus geen overbodige luxe. Ons lichaam is slecht aangepast aan koude temperaturen, daarom doen we beroep op aangepaste kledij en beschutting. Kinderen zijn in dat opzicht volledig afhankelijk van de volwassene die zich over hen ontfermt. Dehydratatie is wederom een aandoening die sterk in verband staat tot hun grotere relatieve lichaamsoppervlakte, kinderen verliezen hierdoor gemakkelijker vocht, zij zijn immers niet steeds in staat een dorstgevoel te verwoorden! Prikkelbaarheid en verminderde eetlust zijn de eerste merkbare tekenen, ook zwakte, vermoeidheid, misselijkheid en braken treden op in een later stadium. Hieronder een weergave van de maatregelen die kunnen getroffen worden ter preventie en ter behandeling van bovenstaande aandoeningen. De symptomen die specifiek bij elke aandoening voorkomen worden ook nogmaals vermeld.
hyperthermie
dehydratatie
Preventie
- kleden in lagen - verwijder steeds natte kledij - draag een hoofddeksel
- voldoende drinken - schaduwrijke zones opzoeken - beperk inspanningen in duur en intensiteit - draag losse kledij
- regelmatig drank aanbieden
Symptomen
- veranderde mentale toestand
- Blozende wangen - Zwakte/loomheid - Verwardheid
- prikkelbaarheid, zwakte, vermoeidheid, verminderde eetlust, misselijkheid en braken
Aanpak
- verwijder natte kledij - zoek beschutting - zorg voor isolatie tussen de koude ondergrond en het kind - plaats warme voorwerpen ter hoogte van de lies, oksels en de nek (pas op voor brand wonden)
- Zoek schaduw op - Besprenkel met water en zorg voor luchtverplaatsing - Plaats koude voorwerpen ter hoogte van de lies, oksels en het hoofd
- Laat het bewuste kind zo mogelijk drinken, 100ml/kg over een periode van 6 uur - ORS commercieel of zelfgemaakt
16
Elk jaar reizen vele kinderen samen met hun ouders de natuur in, weg van de bewoonde wereld. De bestemming bevindt zich al dan niet op grote hoogten. Een gemeenschappelijke factor van deze bestemmingen is de moeilijke bereikbaarheid van medische hulpverlening. Dit staat in schril contrast tot de algemene beschikbaarheid van medische hulp in het Westen. Zich blootstellen aan dergelijke situaties vergt bijgevolg bijzondere voorbereiding. Ook dient men oog te hebben voor specifieke aandoeningen die gepaard kunnen gaan met het zich in dergelijk terrein begeven. Dit in het bijzonder in het gezelschap van kleine kinderen. Het doel van dit artikel is een algemeen overzicht te geven van de mogelijke problemen die zich kunnen voordoen en hoe deze, zo mogelijk, te voorkomen en zo nodig te behandelen met beperkte middelen.
TEKST: KRISTOF BUYSE
Schade door de zon De ontwikkeling van huidkanker is recentelijk in verband gebracht met het aantal zonnebranden opgelopen in de kindertijd. Dit benadrukt het belang van een goede bescherming tegen de zon en dit zeker op grote hoogte. De blootstelling aan UVB-zonnestralen neemt immers met 4% toe bij elke 300m stijging in hoogte. Zelfs wanneer de zon niet zichtbaar is bereiken nog 80% van de zonnestralen de aardoppervlakte. Richtlijnen bescherming tegen de zon. - zonnecrème (waterproof) met factor >15 (liefst >30), zowel tegen UVA als UVB, minimum om de 2 uren insmeren - schaduwrijke zones opzoeken, t-shirt dragen - zonnebril - hoofddeksel - direct zonlicht mijden tussen 12.00u en 15.00u hoogte-gerelateerde aandoeningen Onder deze noemer vallen AMS (Acute Mountain Sickness/ Acute Hoogteziekte), HAPE (High Altitude Pulmonary Edema/ Hoogte gerelateerd Longoedeem) en HACE (High Altitude Cerebral Edema/ Hoogte gerelateerd Hersenoedeem). Hieronder een kort overzicht van de basisprincipes van hoogteziekte bij kinderen, het belang van het vroegtijdig herkennen van deze aandoeningen en de eerstelijns aanpak voor zowel medisch- als niet medisch geschoolde personen. De meest kennis over deze verschillende aandoeningen halen we uit onderzoek bij volwassenen. Toch zijn er enkele gegevens beschikbaar bij kinderen, in deze beperkte informatie zien we geen grote verschillen in de incidentie van AMS tussen volwassenen en kinderen . AMS treedt meestal op binnen de 24u na het stijgen en dit pas boven een hoogte van 2500m. De ernst is afhankelijk van 3 factoren: 1. de snelheid van het stijgen 2. de gevoeligheid voor hoogteziekte 3. de hoogte waarop u zich bevindt Het grote probleem met deze hoogte gerelateerde aandoeningen is dat alle symptomen die ermee gepaard gaan zeer aspecifiek zijn en de diagnose bijgevolg moeilijk te stellen is. Daarom moet men er van uitgaan dat wanneer de hieronder vermelde ‘aspecifieke klachten’ op grote hoogte optreden zij ook gerelateerd zijn aan die hoogte. Het tijdig starten van de nodige behandeling is dan ook cruciaal.
In kleine kinderen wordt AMS gekarakteriseerd door sufheid, verminderde drang om te spelen, gedaalde eetlust, misselijkheid/braken en slaapproblemen. Ook al hebben kinderen naar onze huidige kennis geen groter risico op het ontwikkelen van hoogteziekten, toch geldt ook hier dat een onvermogen tot het uiten van specifieke symptomen op zich een groter risico met zich meebrengt. Daarom is het belangrijk dat ouders die op hoogte willen gaan met hun kinderen zich bewust zijn van het optreden van deze specifieke klachten/symptomen, deze tijdig kunnen herkennen en adequaat handelen. Het kan niet genoeg benadrukt worden dat men bij het minste vermoeden van het optreden van hoogte-gerelateerde aandoeningen zo snel mogelijk de nodige maatregelen dient te treffen. Studies tonen aan dat ouders goed zijn in het stellen van deze diagnose bij hun eigen kinderen aangezien zij hen zeer goed kennen en bijgevolg snel inzien wanneer een kind zich anders gedraagt dan normaal. Bemoeilijkte ademhaling, hoesten, blauwe lippen en veranderde mentale toestand die boven de 2500m optreden moeten in eerste instantie altijd doen denken aan de ernstige, levensbedreigende vormen van hoogteziekte, namelijk HAPE en HACE. Dit moet zo snel mogelijk door een medisch geschoold persoon verder worden geëvalueerd. Als dit niet mogelijk is kan men het best direct afdalen, dalen van enkele honderden meters kan reeds voldoende zijn om afdoende resultaat te bekomen. 17
Andere symptomen die gepaard gaan met HAPE zijn kortademigheid, verminderde inspanningstolerantie en hoesten. Dit tengevolge van vocht dat in de longen komt, typisch na een periode van 2-4 dagen boven 2500m. Als dit mogelijk is probeer dan zo laag mogelijk te slapen, het is geweten dat voornamelijk het slapen op grotere hoogte een uitlokkende factor is voor het optreden van HAPE. Kinderen zijn vatbaarder voor het optreden van deze vorm van hoogte gerelateerde ziekte gezien zij veel luchtweginfecties doen. Dit maakt kinderen gevoeliger voor het optreden van hoogtegerelateerde longoedeem. Hoogtegerelateerde hersenoedeem wordt gekenmerkt door hoofdpijn, ataxie (verstoorde bewegingscoördinatie), gedragsveranderingen en een gewijzigde mentale toestand. Net zoals HAPE is HACE ook een potentieel fatale aandoening indien niet tijdig herkend en behandeld.
Preventie van hoogteziekte
- vermijd stijging van >300m/dag boven de 2500m - spendeer 2-3 nachten tussen de 2500 en 3000 m vooraleer verder te stijgen - drink en eet voldoende, op regelmatige tijdstippen - vermijd slaapmiddelen - stapsgewijs stijgen (graded ascent) - kinderen met (recente) luchtwegenproblemen of andere chronische aandoeningen dienen door een arts gezien te worden vooraleer zij naar grote hoogte reizen - preventie met medicatie (te overleggen met een arts) : acetazolamide (Diamox) / dexamethasone - men dient op elk gegeven moment te weten hoe men kan afdalen en/of er zuurstof bereikbaar is Aanpak van hoogteziekte
indien geen tekenen van HAPE of HACE - stop met stijgen en rust, beter nog is om af te dalen tot de symptomen stoppen - ondansetron 0.1-0.5mg/kg (max 4mg) om de 4u tegen misselijkheid en braken - aracetamol 15mg/kg (max 1gr) om de 6u tegen hoofdpijn Indien geen verbetering / oplossing van bovenstaande klachten ondanks bovenstaande maatregelen - daal zo snel mogelijk af en contacteer een medisch geschoold persoon - geef zuurstof als dalen niet direct een mogelijkheid is - medicatie kan tijdelijk hulp bieden maar mag een afdaling niet in de weg staan: - Acetazolamide 2.5mg/kg (max 250mg) oraal te geven om de 12u (*) Dexamethasone 0.15 mg/kg oraal om de 6u (*) Tekenen van HAPE of HACE - daal direct af en contacteer een arts, verdere medische follow-up dringt zich aan - zuurstof en medicatie kunnen tijdelijk hulp bieden (*)
(*) medicatie dient enkel gegeven te worden als de persoon in kwestie goedgekeurd is voor het krijgen van deze medicatie door een arts
Er bestaan geen gegevens over de veilige absolute hoogte tot waar kinderen mogen gaan. De exacte leeftijd van het kind speelt ook een belangrijke rol, kinderen <3 jaar kunnen nog niet praten en kunnen dus ook geen klachten melden. Vanaf de leeftijd van 8 jaar kunnen zij dat meestal wel en stelt zich dit probleem bijgevolg niet. De groep tussen de 3 en de 8 jaar kenmerkt zich door een grote variabiliteit in de capaciteit om dergelijke klachten kenbaar te maken, extra voorzichtigheid is op zijn plaats in deze leeftijdscategorie.
Vaccinaties Een arts dient hiervoor geconsulteerd te worden ten laatste 6 weken voor vertrek. Basisvaccinaties dienen in orde zijn volgens de leeftijd van het kind. De site van het Instituut voor Tropische Geneeskunde bevat de nodige informatie in verband met verplichte vaccinaties en malariapreventie. Het is inderdaad zo dat vanaf een bepaalde hoogte muggen minder voorkomen wegens de dalende temperaturen, er zijn echter recente data die tonen dat door de opwarming van de aarde mensen op grotere hoogte malaria hebben opgelopen.
Kinderen met chronische medische aandoeningen Het is bij dergelijke kinderen zeer belangrijk om een arts te consulteren vooraleer kinderen met chronische aandoeningen zoals astma en diabetes worden meegenomen op tochten in de bergen. Een vuistregel is wel dat de aandoening reeds lange tijd stabiel dient te zijn en men van de nodige noodmedicatie dient voorzien te zijn.
algemene aanbevelingen Enkele algemene richtlijnen kunnen een leidraad zijn om in gedachten te houden bij het plannen van een reis. De achterliggende reden ligt voor de hand.
algemene aanbevelingen
- er is nood aan aangepaste voeding volgens de leeftijd van het kind, probeer alles op voorhand thuis om eventuele problemen te voorkomen. - gesloten schoeisel om parasitaire infecties te voorkomen (in bepaalde landen) - borstvoeding is de veiligste keuze bij de allerkleinsten (geen nood aan zuiver water) - frequente handhygiëne - controleer iedereen dagelijks op teken - bespreek met uw huisarts om zo mogelijk antibiotica voor te schrijven voor veel voorkomende infecties - een noodplan dient altijd voorhanden te zijn, afdalen of toegang tot zuurstof dienen op elk ogenblik mogelijk te zijn
medische kit Een medische kit dient te worden aangepast aan de noden van het kind. Voorafbestaande medische aandoeningen, de duur van de reis, specifieke omgevingsfactoren die men verwacht tegen te komen en de graad van medische scholing van de volwassene die het kind begeleidt zullen allen een grote rol spelen in het opstellen van de medische kit. Probeer zoveel mogelijk multi-purpose voorwerpen en medicatie mee te nemen, handig om gewicht te besparen.
De basis-medische-kit voor kinderen
- identificatie en gezondheidsgegevens van het kind (medische voorgeschiedenis, ingenomen medicatie, allergieën, bloedgroep, gewicht - EHBO-artikelen: pleisters, verbandgaas, verband, tape, niet inklevende kompressen (vb. Melolin), blaarpleeisters, secondelijm (cyanoacrylaatlijm), ontsmettingsmiddel, veiligheidsspelden, pincet, steriele spuit voor wondspoeling en mogelijks een kneedbare spalk (vb SAM splint) - orale rehydratatie-oplossing in poedervorm (zelfgemaakt of commercieel verkrijgbare vormen - zonnecrème: factor (SPF) 15 of hoger - insectenwerend middel: DEET <35% - fluitje voor het kind (indien het verloren loopt) - voor zuigeling <3mnd: rectale thermometer, bulb syringe
Referenties - Paul S. Auerbach Wilderness Medicine Sixth Edition. - Alex Messenger (2013) Children at altitude. - Yaron M., Niermeyer S. (2008) Travel to High Altitude with Young Children: An Approach for Clinicians. High Alt Med Biol. 265-269. - Pollard A.J. et al. (2001) Children at High Altitude: An International Consensus Statement by an Ad Hoc Committee of the International Society for Mountain Medicine. High Alt Med boil. 389-403. - Children at High Altitude. (2002) Wilderness Medicine Letter, Vol 9. - ICAR Recommendations. (2001) Consensus Guidelines on Mountain Emergency Medicine and Risk Reduction, First Edition.
Nota auteur: Ik hoop om met dit artikel een afdoende overzicht te hebben gegeven over de verschillende aandoeningen bij kinderen die gepaard kunnen gaan met het zich in de natuur begeven met uw kind. Zoals steeds geldt ook hier ‘voorkomen is beter dan genezen’ en indien het nodig is om zelf iets te ondernemen doe dan enkel hetgeen goed gekend is. Iedereen heeft een verschillende medische kennis en iedereen handelt naar zijn kunnen, aarzel echter nooit om verdere medische hulp in te roepen zo u dit nodig acht.
19
/HET MOUNTEQ lagensysteem lagensysteem Het textielgebeuren binnen de buitensport kunnen wij grofweg in 4 grote delen opsplitsen, het lagensysteem. Naargelang de plaats, de weersomstandigheden en de persoonlijke behoeften trekken we meer of minder kledij aan om ons eigen comfort optimaal te houden. Zo kunnen we 4 lagen onderscheiden: - Base-layer - Mid-layer - Softshell-layer - Shell-layer Iedere laag afzonderlijk heeft z’n eigen kenmerken, zijn specifieke voor- en nadelen.
1. base-layer De base-layer (of eerste laag) is in de volledige textielpiramide meestal de belangrijkste laag. Deze zorgt er bij koudere omstandigheden voor dat onze verloren lichaamswarmte zo dicht en lang mogelijk bij het lichaam blijft, maar dat overtollig vocht vlug getransporteerd wordt naar de volgende laag. Op die manier moet ons lichaam niet meer energie verbruiken om het aangenaam warm te hebben / houden. In de herfst, winter en vroege lente bestaat de base-layer meestal uit thermisch ondergoed.
20
Deze groep kunnen we in 2 grote categorieën onderverdelen, synthetisch en wol. Veelal is de synthetische variant vervaardigd uit 100% polyester. Deze is bij tal van merken beschikbaar zoals o.a. Odlo, Craft, Icebreaker, … Voordelen: - snelle opname van overtollig vocht (zweet) - snel transport van dit vocht naar de volgende laag - droogt vlug (ook na wassen in een berghut) - irriteert niet - budgetvriendelijker dan (Merino)wol Nadelen: - indien nat en geen activiteit meer, is er een vluggere afkoeling - begint vlug te ruiken waardoor wassen / verversen vlugger aangewezen is
Een steeds groter wordend gebruik is de 2de variant, nl. : wol. Binnen de buitensport is dit voornamelijk Merinowol. Merinowol is afkomstig van het Merinoschaap en kent zijn oorsprong in Marokko ( maar is tegenwoordig eigenlijk wereldwijd terug te vinden). Producten vervaardigd uit Merinowol hebben bijzonder goede eigenschappen voor actieve buitensporters die soms enkele dagen / weken op pad zijn. Merken die binnen onze contreien gekend zijn, zijn oa Woolpower en Icebreaker. Voordelen: - comfortabele, natuurlijke warmte - ruikt minder vlug, zelfs na enkele dagen dragen - indien nat blijft wol zijn isolerende eigenschap behouden - sommige diktes kunnen ook als mid-layer gebruikt worden Nadelen: - kan irriteren (afhankelijk van uitvoering van het product) - droogt minder vlug dan synthetisch materiaal Tijdens de lente, zomer en vroege herfst gebruiken we veelal dun thermisch ondergoed of een T-shirt / hemd. Tijdens die perioden is de base-layer meestal bedoeld om overtollig zweet vlug weg te werken en in mindere mate om de warmte langer dichtbij te houden. Zo bestaat er tegenwoordig heel casual, dun thermisch ondergoed wat perfect als t-shirt gedragen kan worden. Binnen de klassieke t-shirts / hemden kunnen we katoen, organisch katoen, bamboo, cool max, … vinden. Ze zorgen er allemaal voor dat we het comfortabel hebben tijdens iedere activiteit maar ze zijn niet altijd de beste keuze als het over vochttransport gaat (bv. katoen).
PARTNER
2. Mid-layer
3. Softshell-layer
De mid-layer (of tweede laag) komt boven op de base-layer.
Deze laag werd ontworpen om een fleece de eigenschap te geven toch winddicht te zijn, maar niet waterdicht. Hierdoor is de warmte / ratio zoals bij een mid-layer maar kan ook in meer gure (of koude) omstandigheden gebruikt worden.
Deze zorgt voor opname van het vocht van de eerste laag en voor het transport naar de daaropvolgende laag, of om rechtstreeks te verdampen. De mid-layer wordt door veel mensen aanzien als de “fleece” met een hoge aaibaarheidsfactor. We kennen in dit segment 2 grote merken, Polartec en Pontetorto. Beide leverancier vervaardigen fleece en bezorgen deze aan de merken voor de producten van hun verschillende mid-layers. De ene fleece is al wat technischer dan de andere maar eigenlijk doen ze allen hetzelfde: isoleren.
Een mid-layer heeft dus als basistaak om te isoleren, maar wat met water en wind ? Een fleece zal noch water noch wind tegenhouden. Door de constructie en weving van de fleece heeft u soms wel de indruk dat deze de wind tegenhoudt. Een fleece kan soms licht waterafstotend zijn maar zal dit niet lang volhouden. Wensen we een product dat zowel isolerend werkt, de wind en eventueel water gaat tegenhouden, dan komen we bij de derde laag, de softshell-layer. Regelmatig wordt de mid- en softshell-layer als 1 categorie aanzien.
Het meest gekende product dat men hiervoor gebruikt is Windstopper. In tegenstelling tot wat sommige mensen denken is Windstopper een merk (van Gore waar ook Gore-Tex afkomstig van is) en geen term voor een productcategorie. Windstopper is een fysiek membraan en is 100% winddicht en beschikt over een geoptimaliseerd ademend vermogen. Het is herkenbaar aan het rode 6-kant wat meestal aan het prijsetiket hangt.
Een product voorzien van het Windstopper-membraan behoort meestal tot de duurste reeks. Om o.a. die reden zal u merken dat er naast Windstopper nog tal van andere benamingen zijn om een winddicht product aan te duiden, dit is de categorie van de windblokkers (want Windstopper is een gepatenteerde merknaam). Zo heeft Haglöfs “Flexible” als windblokker, Millet “Element Shield”, … . Afhankelijk van het type softshell zijn sommige producten ook waterafstotend, maar niet waterdicht. Met een waterafstotend product (wat meestal een gladdere buitenlaag heeft) zal u voor een langere tijd droog blijven, dit tijdens een lichte regenbui of tijdens uw wandeltocht in de nevel. Echter, vroeg of laat zal de softshell toch vocht doorlaten, wat meestal begint op de naden. De naden zijn namelijk aan de binnenzijde niet getaped. Tijdens uw activiteit dient u zelf de inschatting te maken wat voor u het beste is, een “klassieke” fleece of een softshell, maar meestal wijst dit zichzelf uit. Beide lagen kunnen perfect boven elkaar gedragen worden, dit word meestal gedaan tijdens koude omstandigheden zoals tijdens gletsjertochten of ijsklimmen,… Om volledig waterdicht te zijn, zijn we genoodzaakt over te stappen naar een shell-layer.
21
4. Shell-layer
2- of 3-laagse jacket ?
Ook hier is de redenering verkeerd dat een Shell-layer altijd uit Gore-Tex materiaal dient vervaardigd te zijn.
Dit heeft niks te maken met het feit of er nu 2 of 3 membraanlagen in verwerkt zijn, maar wel met de manier van hechting.
Gore-Tex is een product van het bedrijf Gore dat o.a. ook Windstopper vervaardigt.
In een 2- of 3-laagse jacket is er altijd maar 1 waterdichte laag (bv. Gore-Tex) aanwezig.
Naast Gore-Tex kunnen we nog andere membranen terugvinden zoals o.a. Sympatex. Net zoals bij de soft-shell heeft bijna ieder merk een eigen waterdicht membraan of coating.
Zo heeft een 2-laagse jacket buiten de waterdichte laag een losse mesh binnenin. De mesh doet dienst als buffer wanneer u teveel zou zweten volgens het ademend vermogen van de jacket. Zo heeft u niet de indruk dat u een “klassieke K-way” draagt. Voelt soepel aan, maar door de interne mesh heeft die wel meer bulk / packvolume.
Een klein overzicht : The North Face: HyVent Mammut: DryTech Haglöfs: Proof Vaude: Ceplex
Bij een 3-laagse jacket is er geen losse beschermingsstof meer, de 3 lagen zijn als het ware aan elkaar gelijmd. Voor een klimmer en / of veelvuldig zwaarder rugzakgebruik, is een 3-laagse jacket het meest aangewezen en dit omwillen van de robuust- en slijtvastheid.
2-lagen
22
VAUDE
3-lagen
250 of 500 euro ? Een veel gestelde vraag is : “beide prijzen liggen redelijk hoog, en waarom zou ik 500 euro betalen voor een jacket die er hetzelfde uitziet als een jacket van 250 euro ?” Het prijsverschil zit o.a. in de manier van verlijming / taping van het membraan. Zo zal een jacket van 500 euro gemiddeld 6% minder taping bevatten dan een iets goedkopere jacket. Taping ademt niet wat betekend dat er dus gemiddeld 6% minder ademend vermogen is. Ook de 2- of 3 laagse constructie zorgen voor een prijsverschil, samen met eventuele specifieke features.
En toch ben ik nat...
En wat met een donsjacket ?
Vraag: ik fiets dagelijks naar het werk en dit aan een stevig tempo. Ik heb als shell-layer een Gore-Tex aan. Telkens als ik op het werk aankom ben ik volledig bezweet en nat. Is dit normaal of is er een probleem met mijn jacket ?
Dons is een isolatielaag die gebruikt wordt als tussen- of eindlaag, dit meestal afhankelijk van de dikte van de jacket.
Antwoord: dit is volstrekt normaal. Zoals eerder vermeld ademt Gore-Tex maar in beperkte mate. Bij normaal gebruik (bv. Alpine, wandelen, langzaam fietsen, ... ) heeft het Gore-Tex-membraan voldoende de tijd om het zweet dat u produceert te laten verdampen via het membraan. Wanneer er echter op een korte termijn plots een te grote hoeveelheid vochtigheid binnenin aanwezig is (zweet) dan kan het membraan de afvoer onvoldoende verwerken.
Een dunne donsjacket is prachtig om dragen na een lange tocht alsook om te dragen tijdens winterse omstandigheden onder een shell-layer. Dons is meestal vervaardigd uit Pertex, het dunste beschermende buitenmateriaal maar is spijtig genoeg niet slijtvast. Om die reden is dons niet aangewezen als eindlaag voor rugzakgebruik. Het schuren van de schouderbanden zorgt voor een snellere slijtage, tenzij verstevigingsvlakken werden aangebracht zoals o.a. Mammut of The North Face in het gamma hebben.
Wanneer u echter stopt met sporten en pakweg 30 minuten de jacket zou aanhouden zal u merken dat het zweet en klam gevoel vrij snel zal verdwijnen, want het membraan heeft terug de tijd om het overtollige vocht weg te werken.
Onderhoud Qua onderhoud is regelmatig wassen van uw shell meestal voldoende. De meerderheid van merken raden gebruik van wasverzachters af, dit om het toeslibben van het ademend membraan tegen te gaan. Wassen op 40°C en daarna eventueel in de droogkast.
BESLUIT Zoals u merkt zijn lagen interessant voor actieve buitensporters. We gebruiken dus beter dunne afzonderlijke lagen die snel aan en uit kunnen gedaan worden, om zo de activiteit toch aangenaam te maken en een snellere vochtafvoer te hebben.
Jens Behaeghe
[email protected] 0496 / 90 40 20
DWR behandeling De meeste jackets hebben een DWR-behandeling ondergaan op het buitenmateriaal. DWR staat voor Durable Water Repellent. Deze laag zorgt ervoor dat regen afparelt en dat de jacket na schudden (min of meer) onmiddellijk droog is. Echter, het gebruik van de jacket en de inwerking van UV-straling zorgen ervoor dat de DWR-finish inactief gaat worden en op termijn zelfs volledig zal verdwijnen. Dit zie je aan het feit dat de jacket water gaat absorberen in plaats van af te parelen. De jacket wordt iets zwaarder en meestal ook iets donkerder. Het water trekt dan wel door de buitenste laag, het waterdicht membraan eronder moet ervoor zorgen dat het water niet doordringt tot binnenin de jacket. Indien u het “nieuw”-effect terug wenst, kan u gebruik maken van impregnatieproducten zoals o.a. Nikwax en Grangers. Maar, dit hoeft niet iedere keer. Meestal kan uw jacket met 1 dopje DWR-finish 2 tot 3 wasbeurten verder voordat u deze procedure opnieuw moet toepassen. Dit kan door aan uw gewassen jacket een warmtebron toe te voegen zoals de droogkast of te strijken. Hiervoor best vooraf even de wasvoorschriften van de jacket raadplegen.
23
scho /caingorms TEKST: DIETER VAN HOLDER
24
Na een lange druilerige winter die meer weg had van een herfst die geen plaats wou maken, kwam de Krokusvakantie in zicht en werd het verlangen om eens uit de sleur te ontsnappen bijna ondragelijk. Al snel kwamen we uit bij de Cairngorms, een mysterieus en woest gebied in de Schotse Highlands waar de Britten tijdens de winter vaak de meest waanzinnige dingen doen. Monkey think, monkey do…
Dag 1: Little Britain
Na wat kaartstudie en wat googelen kwam ik uit bij een driedaagse tocht op en rond de hoogste toppen in het hart van de Cairngorms met overnachtingen in twee goeie bothies (kleine onbemande schuilhutten die je in afgelegen gebieden in het VK aantreft). Een geëngageerde tocht die toch enig uithoudingsvermogen en deftig materiaal vraagt. Gelukkig vond ik in Klaas en Ward een groepje vrienden die op elkaar ingespeeld zijn.
We brengen de nacht door in de mannenslaapzaal van het Youth Hostel in Aviemore. Na ongelooflijk hard te verliezen in enkele spelletjes pool met een paar Britten kruipen we vroeg onder de wol. We zijn moe van de lange dag reizen en de volgende dag willen we er zo vroeg mogelijk aan beginnen.
Na uren “THE NORTH” gevolgd te hebben maken de rollende velden waar je ieder moment verwacht een onstuimige groep roodgejaste ruiters op vossenjacht te zien, plaats voor steeds hoger wordende heuvels met hier en daar een restje sneeuw op de toppen. Dat de natuur hier baas is, wordt duidelijk wanneer de ellenlange rechte autostrades in wegen die zich noodgedwongen rond de contouren van het landschap plooien veranderen. De thermometer daalt en ons gemoed zwelt wanneer de wolken af en toe open gaan om volledig witte toppen te ontsluieren. We weten weer waarom we zo ver rijden!
otland
Dag 2: whiteout De dag begint slecht. De weg naar de Sugar Bowl is gesloten wegens harde spindrift, maar na anderhalf uur wachten, wordt de weg geopend. In een sliert van auto’s vol skiërs en snowboarders banen we ons een weg naar boven. Wanneer we ons aanmelden bij het Ranger Station zien we daar iets dat ons met verstomming slaat: Op een A4’tje aan de muur hangt “If you’re going snowholing please fill in this form”. Snowholing?! Vanuit onze boeken over bergsport kennen we sneeuwholen als een reddingsmiddel voor wanneer je noodgedwongen vast komt te zitten, en hier wordt dat blijkbaar recreatief gedaan. Meer zelfs, het is zo normaal dat een simpel A4’tje aan een muur volstaat! Nog maar eens een voorbeeld van hoe Britten van hun ruwe natuur weten te “genieten”. Ik ben alvast blij met de gedachte aan een droge bothy.
25
We beginnen de heuvel in zuidoostelijke richting, richting Cnap Coir na Spreidhe, op te wandelen en al gauw begint het ons te dagen dat het een Schotse dag zal worden. Reeds op deze hoogte (rond de 700m) verdwijnt het pad onder een dikke laag ijs en poedersneeuw. Hoe hoger we komen, hoe harder het waait en dat mag echt letterlijk genomen worden. Eens we het hoogste gebouw van de skilift (Ptarmigan) bereiken, zijn we blij dat we de windluwe kant van het gebouw kunnen gebruiken om onze sneeuwschoenen aan te trekken. De wind is intussen zo sterk toegenomen dat wanneer we onze skistokken los laten ze horizontaal aan onze polslussen bengelen. Over de grond jaagt de snijdende spindrift tot op kniehoogte.
Iets drinken, een Snicker naar binnen en verder naar Cairn Gorm (1245m). Tegen de tijd dat we Cairn Gorm bereiken bevinden we ons in de ergste whiteout die ik ooit heb meegemaakt. De harde westenwind duwt ons meermaals uit balans en de kleine metalen pinnen onder onze sneeuwschoenen dienen op de kaalgeblazen ijsplaten tussen de stenen slechts als improvisoire stijgijzers. Onze kledij is zo goed mogelijk dichtgesnoerd en we beseffen ineens terug waarom we honderden euro’s aan wind- en waterdicht materiaal hebben uitgegeven. Het meest waardevol in deze situatie is wel het GPS-toestel dat ik “in ’t geval van...” geleend heb van Jens van Mounteqshop. Merci Jens! Ik had op voorhand in Google Earth een hele hoop waypoints aangemaakt voor een hoofdroute en wat alternatieven. Intussen zijn die GPS en de waypoints het enige dat we nog hebben om op te navigeren. De spindrift is bij momenten een muur van snijdend ijs en wanneer we dan toch even een handschoen uit moeten trekken zijn we bang dat hij weg zal vliegen. Een kaart uithalen alleen al zou een enorm gedoe met risico op verlies zijn en bovendien hebben we in het allesomvattend wit geen enkel referentiepunt meer om op te navigeren. Ik prijs me gelukkig dat ik niet op kaarthoeken en stappen tellen moet navigeren. Ik prijs me ook gelukkig dat ik met Ward en Klaas in deze situatie ben beland. Wanneer ik naar m’n vrienden kijk, lees ik rust en vertrouwen van hun gezichten af. Ze zijn goed beschermd, fit en ze maken zich geen zorgen over de GPS en m’n voorbereiding. Of tenminste: niet hardop. Zonder de GPS of met andere mensen was het voor mij nu “game over” geweest, maar het voelt goed en we gaan verder… De route loopt langs graten en heuvelruggen richting Ben McDui, de tweede hoogste berg van het VK en de hoogste van de Cairngorms. Wat op een andere dag een graatwandeling met fantastische verzichten kan zijn, is vandaag een poolreis. Praten is door het geloei van de wind bijna onmogelijk en wanneer we eens samenhokken om wat te drinken schreeuwt een van ons “Stel je Sanne Bosteels op het poolijs voor!”
26
We buigen af richting het zuidwesten waar we zonder het te zien Stob Coirean t-Sneachda (1176m) en Cairn Lochan (1215m) passeren. We hebben de westenwind nu vlak van voor, het rondvliegend ijs snijdt in onze gezichten en maakt ons zo goed als blind. Geregeld keer ik om om te zien hoe m’n vrienden nog steeds even kalm en vastberaden achter me aan ploeteren. Ik probeer een dikke tien meter van eventuele cornices (overhangende sneeuwluifels) weg te blijven en stel m’n vertrouwen in het GPStoestel. Na Cairn Lochan buigen we terug zuidwaards om de laatste paar km naar Ben McDui te overwinnen. De whiteout houdt nu reeds uren aan maar begint stilaan te minderen. Af en toe wordt de witte muur dunner of trekken de nevelen net lang genoeg open om ons maagdelijk witte landschappen te tonen om ons dan snel terug te omsluiten. De spookachtige zon die zwak zichtbaar is als een lampje achter een witte sluier dient als kompas en af en toe moet ik stoppen om m’n gevoel voor ruimte terug op orde te schudden. Door de spindrift die met waanzinnige snelheden over de grond raast, lijkt de grond een kolkende rivier te zijn. Dat in combinatie met het constant inleunen en tegensturen in de aanhoudende wind werkt zeer desoriënterend. Zonder hulpmiddelen zou een rechte lijn aanhouden hier onmogelijk zijn.
In de vroege namiddag bereiken we het hoogste punt. Nergens om ons heen zien we iets dat hoger ligt. We staan op Ben McDui (1309m), eerder een bolle stomp dan een spits. Veel verder dan enkele tientallen meters zien we niet. Ik weet niet wat mijn vrienden voelden of dachten, maar ik had niet het gevoel dat we een top beklommen hadden, maar eerder dat we diep “in iets” waren doorgedrongen. We buigen af richting oost-noordoost en met de wind in de rug beginnen we af te dalen richting Loch Etchachan. Na een tijdje trekt de nevel open en kunnen we eindelijk de wereld om ons heen zien. Terwijl we afdalen speuren m’n ogen naar het grote bergmeer dat ergens voor me zou moeten liggen maar het duurt even voor ik besef dat het grote platte witte vlak daar beneden het meer is. Het meer is volledig dichtgevroren en besneeuwd. We laten de GPS voor wat hij is en nemen er de kaart bij. Op zicht en gezond verstand bewegen we ons naar de opening waar het water van Loch Etchachan een oost-west georiënteerde vallei in stroomt… waar we onze bothy voor de nacht vinden. Tijdens de laatste afdaling naar de Hutchinson Memorial bothy bereikt de kracht van de wind z’n hoogtepunt. De westenwind, nu pal in de rug, stort zich van de helling en blaast ons herhaaldelijk bijna omver. Wanneer we bij de hut aankomen heeft de wind een spiraalvormig sleuf rond geblazen waarin zich een prachtig ijspatroon ontwikkeld heeft. Eens binnen zijn we licht verdoofd en is het wennen aan de stilte na het aanhoudende gebeuk van de dag. Na een warme maaltijd en een paar goeie slokken whisky verschijnen er terug brede glimlachen. Al vroeg liggen we in onze slaapzakken en lezen elkaar voor uit een boek over grote ontdekkingsreizen in Brazilië. Rond 8.00u vallen we al in slaap.
Dag 3: Toendra De nacht heeft ons alle drie deugd gedaan en na een rustig ontbijt nemen we de kaart ter hand. De vorige dag was een interessante ervaring, maar we zouden toch ook graag wat meer zien dan de binnenkant van een wolk en besluiten de vallei Glenn Derry naar het zuiden te volgen. Die dag brengt ons heel wat uitzonderlijke taferelen. We volgen de westkant van de vallei cross country. Van zodra de sneeuw begint te wijken voor laag struikgewas beginnen de eerste tekenen van leven op te duiken. In het moerassige toendralandschap, dat volstrekt van leven onttrokken lijkt te zijn, schrikken we regelmatig op van opvliegende ruigpoothoenders (grouse). Hoger op de flanken zien we konijnen rennen. Wat een verademing na de ijswereld van gisteren! We wanen ons in Siberië en proberen ons in te beelden hoe het moet zijn om als ontsnapte gevangene uit een strafkamp van de Soviets richting Indië te vluchten. Zie ons hier lopen in al onze high tech kleren…
Vlak voor het donker arriveren onze twee mystery guests. Twee jonge Britse kerels die zich zonder sneeuwschoenen voortbewegen en overdag halsbrekende klauterpartijen uitvoeren met stijgijzers en ijspikkel. Al snel blijkt dat we in goed gezelschap zijn, maar ons hout blijkt tot in de kern wak te zijn. Dat heb ik nog nooit gezien. Normaal is staand dood hout in de kern droog. Ik baal flink en onze Britse vrienden vragen “did you get it from the bog?”. “We did, but it was standing dead wood” antwoord ik met de geur van zure houtrook rond m’n hoofd. “Ah that wood might have been there for over a hundred years mate. If people want to make a fire here they haul in bags of coal or dry wood. It’s no use”. Niet enkel brandt het hout niet, onze whisky is ook bijna op. Ook zij hebben alleen nog maar een klein borstzakflesje maar we geven beide onze karige voorraad kameraadschappelijk door. Het gebaar warmt ons meer dan het effect van de paar slokken.
Naarmate de dag vordert worden de talloze stroompjes stromen die zich zomaar laten oversteken, worden de struiken boompjes en de boompjes bomen. De bossen betekenen dat we bijna naar het oosten moeten draaien en dat we ruim de helft van onze dagtocht afgewerkt hebben. We beginnen al te dagdromen over de volgende bothy en hopen die avond vuur te hebben. In het bos net ten zuiden van Creag Bad an t-Seabhaigh vinden we een enorme dode boom. Dood staand hout! Beter kan je niet vinden toch?! We amuseren ons met wat klauteren rond het enorme buitenaardse gedrocht en binden elk een paar kilo dikke takken op onze rugzak. ‘t Is niet meer zo ver en het extra gewicht zal de extra moeite zeker waard zijn eens we onze intussen flink vochtige schoenen kunnen drogen.
Dag 4: the great escape
Voor het eerst in anderhalve dag bevinden we ons terug op paden die echter stijgen. De plantengroei verdwijnt terug en midden de namiddag buigen we af naar het noorden. Devil’s point (1004m) domineert de omgeving en aan de voet zien we in de verte een kleine vierkante spikkel. Ons doel van de dag, Corrour Bothy. Wanneer we de deur open duwen zien we dat we niet alleen zijn. Twee slaapzakken en wat ander materiaal doen ons afvragen in wat voor gezelschap we de nacht zullen doorbrengen. Iets later krijgen we bezoek van twee oudere Britse mannen. Ze waren die dag verder getrokken naar de Garbh Coire bothy enkel om te zien dat die aan flarden lag en dat er sneeuw naar binnen was geblazen.
Wanneer ik ‘s morgens de deur open doe schrik ik me rot. Ik sta oog in oog met een hert! De vorige avond had ik de Britten al horen zeggen dat er een zwanger dier rond de bothy zou rondhangen, op zoek naar eten, maar het is toch even schrikken als je met je slaaphoofd oog in oog komt te staan met een beest dat je anders hoogstens vluchtig ziet. Eens de schok verdwenen kan ik alleen maar breed lachen. Dit is gewoon prachtig! Zoals voorspeld is deze derde trekkingdag regenachtig en relatief warm. Bij het opstaan merkte Ward op dat z’n oren suisden, iets waar we in eerste instantie niet echt aandacht aan besteedden, maar dat achteraf de voorhoede van iets ergers zou blijken. Ward voelt zich misselijk en koortserig. Het fluiten in z’n oren was blijkbaar toch een waarschuwing geweest. Lijkbleek en totaal belabberd gedraagt hij zich als een waardige vent en neemt z’n gerief op. We weten allemaal dat het enige dat we kunnen doen terugwandelen is. Lairig Ghru, een noord-zuid lopende vallei/ breuk van een dikke 10 kilometer lang wacht en daarna moeten we nog door Charlemagne Gap en terug tot aan de auto geraken. We nemen Ward tussen ons in en beginnen in wat we al lachen “tractor mode” noemen aan de terugweg. In een gestaag tempo trekken we naar het noorden. Eerst door het pad in de vallei en later met sneeuwschoenen door de nauwe hoge geul gevuld met sneeuw en steenpuin. Na enkele uren voelt Ward zich beter. Hij heeft terug kleur gekregen en heeft geen moeite om het tempo aan te houden. Iets later klimmen we noordoostelijk uit de vallei en niet lang daarna bevinden we ons aan de ingang van Charlemagne Gap, een notoire geul tussen de heuvels die ons vlak bij het skistation zal brengen. De rangers hadden ons uitgebreid gewaarschuwd omdat het jaar daarvoor verschillende mensen de dood gevonden hadden in die gap vanwege lawines. Gelukkig liggen de flanken zo goed als droog en met een gerust hart klauteren we er door. We zijn vermoeid en Ward voelt zich nog steeds niet zo lekker. Na een blik op de kaart besluiten we in rechte lijn cross country te gaan. Na het doorwaden van enkele stroompjes en geploeter door nat gebied komen we aan bij het skistation. We melden ons af bij de rangers en wat later staan we bij de auto. We trekken droge schoenen aan en warmen ons aan een paar flinke slokken Famous Grouse Whisky. Na een schranspartij in het dorp drinken we in het Youth Hostel nog een paar lokale biertjes en kruipen vroeg onder de wol om de volgende dag de 1200km terug te rijden.
27
ecuad /vulkanen In 2010 waren we vast besloten: nooit meer zouden we een poging doen een top boven de 6000 meter te beklimmen. Het uitzicht vanop de Huayna Potosi in Bolivië (6088m) was ongelooflijk maar het waren vooral de koude en de enorme nachtelijke inspanning die ons nog lange tijd bijbleven.
28
In 2013 boekten we een ticket naar Ecuador en we konden het toch niet laten: we moesten toch minstens op één van die imposante vulkanen staan. Bij de individuele reizen van Te voet vonden we onze gading: een vulkanenexpeditie. 4 vulkaantoppen in 10 dagen.
Lodo, lodo, lodo, … mucho lodo Omdat we goed geacclimatiseerd aan de vulkanenexpeditie wilden beginnen, boekten we een gids die ons 3 dagen lang in Sangay National Park op sleeptouw zou nemen. De trekking zou ons van de vulkaankrater van El Altar over een pas van 4400 m langs talloze meren brengen. Voorraden inslaan, paarden huren voor de bagage, … alles werd voor ons voorbereid. Wanneer we een half uurtje voor vertrek ons aanmelden op het bureau beginnen we te twijfelen aan de kunde van John, de baas. Zonder verpinken overhandigt hij ons 2 paar rubber laarzen met erbij het advies onze bergschoenen beneden in de vallei te laten! Ik kan m’n lach niet inhouden, acclimatiseren op botten, maar John drukt ons op het hart deze toch zeker mee te nemen. Naarmate de jeep hoger klimt, worden de wolken dichter. Aan het vertrekpunt, de Hacienda Releche, regent het zachtjes en hooggebergtegids Fabian raadt ons aan de laarzen i.p.v. stapschoenen aan te trekken. Wij dus in lichte regen op rubberlaarzen de Andes in getrokken. Al na een kwartiertje kwamen we terecht in de lodo (= modder). En dat was niet zomaar modder! Soms zakte je zo diep dat de brij net niet in je laarzen stroomde. De regen bleef vallen en het pad begon te overstromen. We hebben zo’n 5 uur in de modder gedabberd eer we aan de hut kwamen. Alles, maar dan ook echt alles, was doorweekt door de regen. En dat terwijl iedereen hier nochtans beweerde dat het droogseizoen was en deze regen echt uitzonderlijk was! Tja, klimaatverandering?!
dor TEKST EN FOTOS: KAREN ADRIAENSSENS PETER BUDTS
Gelukkig werd de haard aangestoken zodat we onze kleren konden drogen. Het heeft heel de nacht doorgeregend en onder het ontbijt zagen we direct dat op de bergen enorm veel sneeuw gevallen was. Het regende nog steeds, maar voor de acclimatisatie wilden we toch naar de krater. Bij helder weer moet het zicht impressionant zijn: achter het blauwe kraterweer rijzen de steile kraterwanden met gletsjers omhoog. Na een uurtje wandelen kwamen we op onze rubberbotten in de sneeuw op een richel van de krater op 4 200m. We zagen amper de overkant van het kratermeer. Snel poseren op rubberlaarzen en dan maar besloten om van de 3-daagse een 2-daagse te maken m.a.w. terug te gaan naar de startplek. Aan de hut gieten we eerst nog de laarzen leeg en beginnen dan aan de afdaling. Door de aanhoudende regen was het pad echter nog modderiger geworden en de lol was er echt af. Voor de tweede dag op rij 4 uur stappen in de gietende regen was echt uitputtend. En al snikkend bij de zoveelste spagaat in ondertussen kniediepe modder kon ik me volledig vinden in Fabian’s uitspraak: “lodo, lodo, lodo,… mucho lodo”. Dan maar the easy way… Met de bus keren we terug naar Quito waar het weer veel beter is. Eerst houden we een relaxdagje in Mitad del Mundo, een soort pretparkje gebouwd rond de evenaar, die er doorloopt. Het levert uiteraard leuke foto’s op: wandelen recht op de evenaar, Peter in het noordelijk halfrond en ik in het zuidelijke,... Van het slenteren herstellen de stramme spieren wat. Een dagje later nemen we in Quito de teleférico naar 4050 m. Na 2 uurtjes wandelen, zonder modder, sta je dan op de top van de Rucu Pichincha (4698 m). Of … hoe je gemakkelijk enkele metertjes hoogte kan winnen. Helaas, op 50 m van de top komen we terecht in wolken en het uitzicht op miljoenenstad Quito gaat op in de mist.
30
Aanloop naar het echte werk Dan is het eindelijk tijd voor onze vulkanenexpeditie en jawel …. het weer is gewoon schitterend. Geen wolkje aan de hemel en de evenaarszon brandt ongenadig. We maken kennis met onze zeer gedreven UIAGM-gids, Jose Salazar, waar we de komende 7 dagen mee optrekken. Samen met de Amerikaanse Leslie bereiken we na 3 uurtjes wandelen de 2 toppen van de geëxplodeerde vulkaan Pasochoa (4200m). We staan op onze eerste vulkaantop! Tijdens de afdaling kregen we voor het eerst de Cotopaxi, de tweede hoogste van Ecuador, volledig te zien. Wat een imposante gletsjermassa plakt er tegen die perfecte kegelvulkaan. Jose, een sympathieke jonge kerel van 29 die al overal in de wereld klom en zijn internationale gidsenopleiding en mountainrescue afwerkte in Bolivië, gidst ook onze volgende 2 vulkanen. Ach ja, eerst moeten we de Illiniza Norte (5126m) nog op. Maar jongens toch, wat is dat hier met het weer! Nog maar net vertrokken of daar zijn de wolken terug! En dan steekt er ook nog een windje op. Ik heb nog nooit zo’n windsnelheden meegemaakt op een berg. Soms werden we bijna omver geblazen! Het is bovendien zo koud dat de wolken rechtstreeks op de rotsen condenseren tot ijs dat zich in allerlei formaties richt naar de wind. Met onderkoelde handen loodst Jose ons over een kam naar de top. Met bevroren wenkbrauwen zitten we 2 minuten in de wolken op de top.
Tijdens de gladde afdaling staart een Andesvosje ons aan als om te zeggen “wat komen jullie hier in godsnaam zoeken?”. Bij een knapperend haardvuur overleggen we of we echt zo willen gaan afzien op de Cotopaxi. En eerlijk? Na tonnen modder, mist, kou,…? Moest enthousiaste Jose er niet zijn, waren we er waarschijnlijk niet aan begonnen.
Een fantastische ijswereld De beklimming van de Cotopaxi (5897 m) loopt over 2 dagen. We doen nog wat inkopen en vertrekken rond de middag richting de berghut, een klein uurtje wandelen vanaf de parking. De hut ligt nog net onder wolken. We beginnen een beetje zenuwachtig te worden. We hebben deze berg nog maar 1 keer zonder wolken gezien en de weersomstandigheden van de Illiniza willen we geen 2de keer meemaken. Avondeten doen we om 17.00u en wanneer ik daarna even naar buiten ga, schitteren de sterren en de top. Alle wolken zijn verdwenen! Om 18.30u gaan we slapen (of wat daarvoor doorgaat) en reeds om 23.00u moeten we terug opstaan! Middernacht: start van de topbeklimming. Het is nog steeds helder weer. Door de volle maan reflecteert het ijs en in de diepte zien we de lichtjes van de miljoenstad Quito. Wat een uitzicht! We zijn als eerste team vertrokken en de berg lijkt voor ons alleen. Aangekomen op de gletsjer zien we onder ons de lichtjes van de anderen bewegen. We binden de crampons aan en meteen is het pittig klimmen: een aantal steile ijshellingen en ... een ladder over een crevasse. Aangezien deze verijst is, gaan we er op handen en knieën over. Ik vind dat zeker niet erg want er staat een hevige wind. Over de ijsspleten wandelen we verder tot aan een steile ijshelling. De wind blaast hier ongenadig hard maar we zetten door. Regelmatig stoppen we om te eten en te drinken. Ik voel me best nog goed wanneer Jose zegt dat we 70% achter de rug hebben. Maar dan, ... de steile hellingen blijven maar komen en telkens als je denkt dat je de top ziet, zit er nog een helling achter. De zon begint ondertussen op te komen en we krijgen zicht op de omgeving. We zitten ongelooflijk hoog en onder ons begint zich in de valleien een wolkendek te vormen. We zien de schaduw van onze top op de wolken... Nog even doorzetten: om 7.30u staan we op de top. Hoe ongelooflijk is dit ... Jose trekt als een bezetene foto’s ... Alle vulkaantoppen steken boven de wolken uit. Eindelijk zien we hoe impressionant de Illiniza eigenlijk wel is.
De afdaling gaat redelijk vlot ook al laat de vermoeidheid zich voelen. We zien nu waar we ’s nachts gelopen hebben. Ongelooflijke ijswanden met ijsstalactieten, enkele crevassen, speciale sneeuwformaties,... Nog eens over de ladder en dan rond 10.00u komen we terug aan de hut. Bij een warme cocathee horen we dat slechts 4 van de 12 teams die dag de top gehaald hebben! En wij zijn daar 1 van!!! Het is echt niet te beschrijven hoe mooi die vulkaan-ijswereld hier is als de zon schijnt. Om 12.00u zijn we terug in het hotel: een douche en een verdiende hamburger met bier doen deugd. Damn damn damn! En dan staat de laatste en hoogste top op het menu: Chimborazo 6300m. De Ecuadorianen zeggen graag dat dit de hoogste berg ter wereld is. Toch als je meet vanaf de kern van de aarde. Door de aardrotatie heeft de aarde immers een afgeplatte vorm die uitsteekt aan de evenaar. De omstandigheden lijken ideaal vanuit de hut: helder, geen zuchtje wind, redelijke temperaturen,... Peter voelt zich niet 100% en gaat niet mee. Om 22.00u staan we op en nemen ontbijt, om 23.00u vertrekken we. En wat gebeurt er op de cruciale plaats? De wind steekt op: door de klimaatopwarming en de as van de uitbarstende vulkaan Tungurahua kleven de stenen dit jaar niet meer aan de gletsjer. Zodoende rollen bij het minste zuchtje wind de stenen naar beneden ... We worden gewoon bekogeld!! Een vuistgroot exemplaar ploft neer tussen de nek en de rugzak van de gids Patricio, en even later valt er blok op m’n schouder en een paar minuten verder besluit er één op m’n helm te crashen ... Deze keer zonder erge gevolgen, maar dit is gewoon te gevaarlijk. De vele herdenkingsstenen en -plaatjes bij de hut in gedachte, besluiten we om terug af te dalen. Goede beslissing, maar omdat de berg er zo prachtig bij ligt vinden we het toch heel erg jammer! Volgens Patricio zal er snel een nieuwe normaalroute gezocht moeten worden. Door de snelle afsmelting van de gletsjers is deze kant van de berg te hard aan het afbrokkelenen bijna niet meer te beklimmen. Tijd voor een douche en tijd om de vulkanen achter ons te laten: souvenirshoppen op de marktjes en een cruise naar de Galapagos!
31
/ VAN TUSHETI NAAR DE VOET VA Op de grens van Georgië en Rusland ligt de Hoge Kaukasus. De vele ruïnes van forten en verdedigingstorens die de bevolking moesten beschermen tegen veroveraars uit alle windstreken, getuigen van een woelig verleden. We trekken in 12 dagen van Omalo in Tusheti westwaarts naar Juta, aan de voet van de Kazbeg, een vijfduizender.
32
Bivakkeren op een heilige berg De Kaukasus doemt op aan de horizon. De jeeppiste naar Omalo is lang en bultig, en een goeie chauffeur is onontbeerlijk. Boven de achteruitkijkspiegel hangen orthodoxe beeltenissen. Georgisch polyfonisch gezang komt uit de cassettespeler, de perfecte achtergrondmuziek. Na een lange rit op en over de Abanopas komen we toe in de poort naar Tusheti, waar de oude verdedigingstorens uitkijken over het zomerdorp. Het is wat zoeken naar een geschikte bivakplek en we vinden die, in onze ogen toch, op de bergkam. De volgende ochtend verloopt onze kennismaking met de locals meteen stroef. Twee mannen die op deze ‘heilige’ berg geen vrouwen dulden, manen ons aan meteen te vertrekken. Ze hebben een vuur aangelegd en laten drie kaarsjes branden op een massieve rots. We staan net terug beneden als boven ons enkele oerkreten weerklinken… Een valse start We verlaten het dorp via de piste en pikken op goed geluk een pad op. De eerste herdershond wordt getemd met een steen in de hand en het nodige gebrul. Het is vrij bewolkt maar de zon prikt af en toe haar weg door het donkere wolkendek. In een poging de piste naar Dartlo te vermijden, dalen we via een steil maar mooi bospad af naar de Pirikita alazani. Het plan is om de rivier over te steken en dan op de andere bergflank een echt wandelpad te vinden. Maar de stroming doet ons beven op onze benen, het risico is te groot, en na een lange terugklim vervolgen we dan toch nog de piste.
Gelukkig komen we weinig jeeps tegen, enkel af en toe andere trekkers. In het struikgewas ontwaren we de hop, een vogel die meteen opvalt door zijn roestkleurige lange hals, zwartwitgestreepte vleugels, uitgesproken kuif en langwerpige snavel. Koeien grazen tussen de grafstenen als we het dorp binnen stappen. Wanneer de eerste regendruppels neerplensen, verkiezen we deze nacht binnen te slapen. Dit moet me ook de mogelijkheid geven het lek in mijn matje op te sporen wat al de eerste nacht voor een piepende leegloper zorgde. We halen het kaartje boven die de chauffeur ons gisteren had toegestopt. Zijn familie baat guesthouse Ketho uit waar we hartelijk verwelkomd worden. Na een Georgische cognac krijgen we diverse groenteschotels, gezouten kaas en Chatsjapoeri (kaasbrood) voorgeschoteld. Papier hier Na het onweer van de avond voordien is de hemel de volgende morgen terug uitgeklaard. De bedden van het gasthuis hebben onze nachtrust weinig goed gedaan, want aan de ‘hangmatrassen’ houden we enkel een pijnlijke rug aan over. Een rustig begin is aangewezen dus vervolgen we langs de jeeptrack. Schapen, paarden en koeien grazen in de vallei. In Chesho is het tijd voor wat meer uitdaging, we richten onze pijlen op de col tussen Chesho en Parsma. Het pad vervaagt al snel zodat het toch een vrij zware klim wordt. Het uitzicht beloont echter ons labeur. We kijken uit op de Diklosmta, een vierduizender op de grens met Tsjetsjenië... een laagje verse sneeuw schittert in de zon.
georgie AN DE KAZBEG UITGEBREIDE STEEKKAART OP WWW.DEBBIESANDERS.BE > EUROPA > GEORGIE
TEKST: DEBBIE SANDERS
Parsma ligt diep beneden ons, ingesloten tussen steile bergflanken. De oude natuurstenen huizen van het dorp stralen authenticiteit uit. Het is er doodstil. Tussen de indrukwekkende torens van een oud fort dalen we verder af naar de rivier. De piste vloeit over in een rotsig wandelpad. Het skelet van een schaap ligt in het gras, opgepeuzeld door één van de vale gieren die hoog in de hemel rondcirkelen. Wat verder zien we een arend naar beneden duiken. Als we in Girevi op zoek gaan naar een doorgang, worden we door een soldaat aangemaand de legerbasis op te zoeken. Her en der heeft het Georgische leger een kamp neergepoot om alle voorbijgangers in het gebied te controleren. Tsjetsjenië ligt namelijk net achter de bergkam en men wil vermijden dat rebellen de grens oversteken. Tussen de rondhuppelende konijnen wachten we geduldig op twee formulieren met onze paspoortgegevens en de datum waarop we ten laatste in Kazbegi worden verwacht. Veel tijd om te talmen voorzien ze alleszins niet. Het pad naar de Atsuntapass vertrekt net boven de oude verdedingstorens van Girevi. We trekken verder naar Chontio, een quasi verlaten dorp in de vallei van de Kvakhidisitskali. Langs het hoge pad vinden een klein terrasje waar we net een tent en een tarp neergepoot krijgen. De avondzon werpt een warme gloed over de grasflanken.
Kalasjnikov Het onkruid groeit weeldering in de ruïnes van Chontio. Behalve enkele eenzame boeren is de vallei verlaten. De afgeschoren schapenvellen liggen op een hoopje bij elkaar. Niet veel later komt een herdershond met ontblote tanden aangestormd. We rapen wat stenen op en roepen hard, tot de herder zijn hond terugfluit. De herfst begint mondjesmaat kleur te bekennen. Gele tinten duiken op in het loofwoud. Oranje papaver kleurt het pad. Waar het vochtig is, groeit de reuzenberenklauw. In de lage landen is het een exoot waarmee de natuurverenigingen hun handen vol hebben, hier is het een inheemse plant die veel minder de kans krijgt om te overwoekeren. De vallei wordt smaller. Opeens duiken twee mannen in kaki-outfit en een hond op. Ze controleren onze papieren. De Kalasjnikov blijft gelukkig aan de rug hangen. Na een lange wandeldag strijken we neer op 2500m hoogte. Al snel begint het te regenen, dus wordt er onder de tarp gekookt. De temperatuur neemt een duik en een honderdtal meters hoger valt er verse sneeuw. ’s Nachts vriezen de regendruppels vast aan het zeil.
33
Eerste hoogterecord Na een ijzige rivierdoorwading worden we verwelkomd door de puppy’s van twee boeren die hier verblijven in een gammele barak. Vandaag trekken we op en over de Atsuntapas (3.431m). De hoogtemeters beginnen langzaam in de benen te kruipen. Het terrein wordt steeds meer onherbergzaam. Gras maakt plaats voor rots en steen. De bergpieken zijn getooid met een laagje sneeuw. We verdelen de wandelstokken want extra steun is in deze glibberige condities erg nuttig. We steken door naar de Khidotanis range. Vanop de lange kale bergrug genieten we van een panoramisch uitzicht. De bergflanken zijn dichtbebost. De wolken weifelen weg van de met sneeuw bedekte Tebulos mta. Het is ieder voor zich op het slingerende steile pad dat de vallei van de Kkhonistskali induikt. Opgelucht halen we adem als we in het dal op een mooie bivakplek stoten, mét bron. Rookworst en Fanta Vandaag wacht ons een eenvoudige etappe. We willen de rivier stroomafwaarts richting Shatili volgen. In Khonischala leeft men nog erg traditioneel. Opvallend is dat in deze regio riet gebruikt wordt in de constructie van huizen. Net voor Mutso is de volgende grenspost. Twee soldaten proberen zich in de schaduwrijke vallei te verwarmen aan een houtvuur in hun barak. Het duurt eventjes voor ze de paspoorten ontcijferd krijgen. Al lopen we op een piste, de vallei is bucolisch mooi. De blauwe rivier slingert zich tussen bosjes en grasvelden met her en der een boerderij. In de vallei van de Arghun zijn prachtig geërodeerde rotsen te zien. Het lijkt wel een zandsculpturen orgel. Het versterkte dorp Shatili is in de loop der eeuwen diverse keren belegerd geweest, maar nooit is men erin geslaagd om het dorp in te nemen. Onze zoektocht naar een guesthouse die ons middageten wil aanbieden, loopt op niets uit. We vinden wel een winkeltje waar men vettige rookworsten en frisdrank verkoopt. We lopen naar het begin van de vallei van Giorgtsminda. Op een groot braakliggend terrein met wat een oude fabriek lijkt, zetten we de bivak op. We vinden een nog smeulend kampvuur. Met drijfhout van de rivieroever wakkeren we de vlammen terug aan. Terwijl het ‘s avonds snel afkoelt, blijft het aangenaam warm en kunnen we wat langer buiten vertoeven. 34
Tsjechen Als we de zijvallei intrekken, zijn boeren met de hand hun koeien aan het melken. De tijd lijkt stil te staan. We wagen het erop een pad op de linkeroever stroomopwaarts te volgen. De bomen bieden een welkome schaduw. Het pad vervaagt en voor we het weten ploeteren we door dik struikgewas. Koppig weigeren we terug te keren en beklimmen we de steile bergflank, in de ijdele hoop hogerop een pad te vinden. Uiteindelijk is de enige optie terug af te dalen, de bulderende rivier te doorwaden en ons op de uitgeholde oever aan het lange gras omhoog te trekken. Terug op het juiste pad komen we voorbij verlaten barakken waar enkel de houten raamwerken zijn blijven staan. Twee puppy’s houden de wacht bij de resterende spullen, al zijn zij vooral op onze aandacht uit.
Hogerop ontmoeten we een oude man met enkele ezels, paarden en koeien. “Tsjechisch?”, vraagt hij blij verrast. Het duurt even voor we uitgelegd krijgen dat we uit België komen. We volgen het pad verder langs de Vironatskali. Hoog in de vallei is het erg moeilijk een bivakplek te vinden. Boeren hebben een hutje opgetrokken en een groep stieren graast op het enige vlakke stuk. Aanslag op de enkels Van een wandelpad naar de Isartghele bergpas is geen sprake. Het is zwoegen over grote grashompen. We volgen de bergrug, die steeds smaller en rotsachtiger wordt, verder omhoog. Het is wel een leuke afwisseling na het stappen over pistes en uitgetreden paden. De laatste 50 hoogtemeters moeten we een flank door los puin traverseren. Recht blijven is is niet evident. Op de col blazen we uit. Dit is het hoogste punt van de tocht: 3.486m. Op de afdaling kunnen we een pad volgen, al komt het er op neer je hielen te zetten en je wat te laten schuiven. Omdat er weinig volk langs komt verdwijnt de route geregeld. Verder bergafwaarts wordt duidelijk dat iemand deze zomer een route “gemaakt” heeft, maar het blijkt een avontuurlijk traject waarbij tredzekerheid en fysieke conditie nodig zijn om het leuk te kunnen vinden. We dalen steil af in de loop van een bergriviertje. Omdat er hier geen boeren zijn en er dus niet gegraasd wordt door hun koeien of schapen, vinden we een erg rijke flora. Als we denken dat het zwaarste achter de rug is, putten we ons uit op schuin aflopend graspollen waar elke stap een aanslag op de enkels is en een risico op uitglijden groot is. Door de aanwezigheid van talloze mierennesten lassen we geen rustmomenten in. Behoorlijk gaargekookt strijken we neer op een bivakplek met vuurplaats aan de rivier. Op de poep De volgende ochtend moeten we ons nog steeds een weg banen door het struikgewas. Na de nachtelijke regenbuien moeten we de regenbroek en regenjas aantrekken om niet doornat te worden. Er rest ons nog één obstakel om de vallei van de Taniestskali in te duiken: een grillige brug waar we besluiten die op uiterst elegante wijze al zittend over te steken. Net over de rivier duikt alweer een legerbasis op. Ongeïnteresseerd wuiven ze onze papieren weg. Na nog een spartaans brugje komen we op het duidelijke pad richting Tanie Lake, het enige bergmeer van de tocht. We zetten de tent wat hoger op maar moeten wel weer afdalen om water te halen. Bergriviertjes durven in deze streek als eens ondergronds te verdwijnen. Gelukkig duidt de kaart vrij accuraat aan waar je water kan verwachten. Hoge cirrusbewolking hangt in de lucht, een weersverandering is op komst. De lokale kudde stieren komt nieuwsgierig afgelopen en blijken niet zinnens om nog andere oorden op te zoeken. Dus moeten we ze toch aanmanen naar een andere slaapplaats uit te kijken. Met de resten van verdwenen rododendronstruiken maken we een kampvuur.
Graatwandeling We klimmen naar een naamloze bergpas op meer dan 3000m hoogte. Een koude wind blaast ons tegemoet. De warme tijden zijn voorbij, we houden zelfs onze handschoenen aan. Het pad vervaagt en de kaart wordt onze leidraad. Wat volgt is een échte graatwandeling. Als we even onderlangs moeten doorsteken, wordt het wat technischer stappen. We dalen af naar een volgende bergpas: Kalotanisghele. In de afgelegen vallei van de Tskarostavi is in de verste verte geen boer te zien, enkel een kudde paarden. We dalen af naar de rivier waar we een bivakplek vinden. De decibels die het bergstroompje maakt, zijn behoorlijk impressionant. Als we denken relaxed aan het eten te kunnen beginnen, blijkt dat de pomp van onze benzinebrander geen druk meer wilt zetten. Vuur maken is nu geen luxe meer maar wordt pure noodzaak. Intussen bricoleren we wat tot de pomp toch terug werkt, het uittesten houden we voor later.
Terug in de beschaving Voor de laatste dag rest ons nog een uurtje afdalen naar Juta. Het weer is duidelijk volledig omgeslagen en van de grootse bergen is niets meer te zien. Na een doorwading geven we onze papieren af bij de laatste legerbasis in de vallei. Net voor het dorp kunnen we meerijden met een jeepkaravaan die een groep wandelaars heeft afgezet. Kazbegi is niet groot maar ligt langs een asfaltweg naar Rusland. We ervaren dit niet meteen als het meest gezellige plaatsje in Georgië. We hebben nog een dagje over om de omgeving te ontdekken. We klimmen naar de befaamde Gergeti-kerk die je als vrouw enkel binnen mag als je een rok draagt. Gelukkig liggen er enkele klaar. Als afsluiter lopen we verder naar de Sabertse Shrine. Goed voor meer dan 1100m stijgen. Van de vijfduizender Kazbeg krijgen we niets te zien, enkel het puntje van de gletsjertong. Opvallend hoeveel volk hier wandelt waarbij heel wat alpinisten bezig zijn aan het afdalen of stijgen. De Kazbeg is duidelijk een stuk populairder dan een meerdaagse wandeltocht. We zullen die toppengekte nooit helemaal vatten...
De eerste tegenliggers Af en toe klaart het op, maar het weer is vandaag duidelijk minder stabiel, en af en toe plenst de regen uit de lucht. We dalen af naar Mariamsminda en de vallei van Asa. Hier vinden we terug bewegwijzering, al hebben ze in Georgië nog niet altijd door dat dit meer dan een esthetisch doel heeft: als je het écht nodig hebt, is er geen streepje verf te bespeuren. We volgen de Asa stroomopwaarts naar Akhieli. Aangezien we deze avond boven de boomgrens zullen bivakkeren, en we niet te veel vertrouwen stellen in onze benzinepomp, sleuren we het nodige sprokkelhout mee naar boven. Voor het eerst sinds Shatili komen we andere trekkers tegen: een koppel uit…Tsjechië. Deze vallei is van de rest van Georgië afgesloten via hoge bergpassen, de rivier loopt richting Rusland waar de grens streng bewaakt wordt. De lokale bevolking geraakt hier dus enkel te voet of met het paard. In zo’n moeilijk bereikbare dorpen is een uittocht aan de gang. Huizen worden verlaten en geraken in verval. Bij Akhieli vinden we een ruïne van een kerkje. De regenwolken hebben ons opnieuw ingehaald, maar gelukkig komt er vanavond na regen ook zonneschijn. We trekken richting de laatste col van de tocht, de Arkhotistavishele. Opnieuw verkiezen we een bivakplek op weg naar de pas anders worden de hoogteverschillen erg groot. De koude wind blijft regeren en we zitten bijna met onze voeten in het vuur. Veel rook en weinig vuur De klim naar de Arkhotistavisghele is zondermeer een pareltje te noemen. Het wordt ons al snel duidelijk waarom de lokale inwoners en patrouilles hier met laarzen rondlopen, want we moeten geregeld een rivierstroompje oversteken, één keer moeten de bergschoenen zelfs uit. Het terrein wordt steeds ruwer. In het blokkenveld vliegt een groepje hoenen verschrikt op. Op de pas kijken we uit op de vallei van Juta. In de achtergrond doemt de Chaukliberg op. Op onze laatste bivak zien we de regen naderen. De branderpomp blijkt gelukkig opnieuw te werken. Als de regengoden even hun adem inhouden, proberen we nog een vuurtje te maken om wat water te warmen voor de koffie. We krijgen het, na veel blazen en kuchen, even aan de gang.
35
voetafdruk IMD, wat doen w’ermee? TEKST: LUC VANDENBOSCH
Ieder jaar, op 11 december, roepen de Verenigde Naties (VN) ons op om de bergen te (h)erkennen in al hun grootsheid! International Mountain Day (IMD) werd in 2003 in het leven geroepen door de Food and Agriculture Organization (FAO), en is later gepromoveerd tot officiële VN-dag. Zovele IMD’s later, blijft de initiële bedoeling nog altijd overeind, namelijk “de bergontwikkeling op de voet volgen”. Het thema van 2014 is ‘Mountains - Key to a Sustainable Future’ (Bergen – Sleutel voor een duurzame toekomst), en heeft alles te maken met duurzaamheid, en hoe de bergen daarin een rol spelen.
IMD is de gelegenheid bij uitstek om ons bewust te zijn of te worden van het belang van de bergen. Want waar we ook leven, we blijven verbonden met de bergen en worden er door beïnvloed op meer manieren dan we voor mogelijk houden: bergen bevoorraden ons namelijk met drinkwater, herbergen een rijke variëteit aan dieren en planten, en huizen één op tien mensen. Nochtans bedreigen de teloorgang van het milieu, de klimaatwijziging, de overexploitatie, de gewapende conflicten, de armoede en de honger, elke dag opnieuw hun integriteit. Anderzijds hebben hun bewoners al ettelijke generaties leren omgaan met de bedreiging van natuurfenomenen en hebben zij zich aangepaste landgebruikmethodes eigen gemaakt. Mountains - Key to a Sustainable Future’ kan niet voldoende benadrukken dat bergen essentieel zijn in de evolutie naar een duurzame economische groei en de uitroeiing van de armoede, zonder afbreuk te doen van hun kwetsbare ecosystemen (http://www.un.org/en/events/mountainday).
Zonder afbreuk te willen doen aan onze internationale solidariteit, pleit IMD voor het behoud van onze open ruimte en richt zich tot ons die affiniteit hebben met waardevolle natuur. Natuurbehoud, -beheer en -ontwikkeling evolueren bij de gratie van een uitgebreid maatschappelijk draagvlak. Ons berglandschap is schaars en vereist dus een maximale bescherming. Alleen zijn vergunningen geen doel op zich, maar een krachtig middel om de ecologie van elke specifieke berghabitat in stand te houden, dit onder de Europese koepel van Natura 2000. Op ons rust dus de taak om hiervan de spreekbuis te zijn, met alle communicatiemiddelen die ons ter beschikking staan. Het is ondertussen trouwens voldoende geweten dat de ecosysteemdiensten die de (berg)natuur levert, economisch te waarderen zijn. We hebben de heilige missie om het evenwicht niet te verstoren, wetend dat de dode en levende natuur met elkaar in relatie staan. Onze uitdaging is instappen in de duurzame ontwikkeling. Want laat ons eerlijk blijven, wat we beheren zijn relicten. En dus moeten we hier secuur mee omgaan om onze biodiversiteit te vrijwaren.
Allemaal goed en wel, maar IMD, hoe gaan wij, Belgen, hiermee aan de slag? Zoals elders in de natuur, draait alles om verantwoorde beleving. En dus haal ik Constantin Brancusi (1876-1957), een Roemeens-Frans beeldhouwer, uit de kast: ‘Het is niet moeilijk om mooie dingen te maken. Het is moeilijk om zo te leven dat je altijd in staat bent om mooie dingen te doen
De sleutelwoorden van mijn betoog nog even op een eigenzinnig rijtje (voor diegenen die van woordspelletjes houden, ik probeer elk basisbegrip uit het groene jargon in amper drie woordjes te verklaren).
open ruimte
fikken af, natuurbarbarbaar
affiniteit
voeling hebben met
maatschappelijk draagvlak
supporteren voor natuur
vergunning
reglementen als bondgenoten
ecologie
hoe alles samenhangt
habitat
knusjes ingerichte leefruimte
Natura 2000
netwerk van natuurverbindingen
communicatie
het verder zeggen
ecosysteemdiensten
kostelijke maatschappelijke natuurvoordelen
evenwicht
nec plus ultra (: en niet verder)
dode natuur
rots, humus, ondergrond
levende natuur
dier, plant, schimmel
relatie
in verbinding staan
duurzame ontwikkeling
gebruiken, niet verbruiken
relict
wat nog rest
biodiversiteit
voor afwisseling zorgen
37
38
PARTNER
/SHOP BOEKEN 1. BERGBEKLIMMEN - CURSUSBOEK BEGINNERS Hét naslagwerk over technieken voor beginnende alpinisten. Prijs: € 21,00 2. wALLIS - Alpiene ervaring opdoen Een selectie van 10 prachtige “eenvoudige” beklimmingen in detail beschreven, zodat je met vertrouwen deze tochten zelfstandig tot een goed einde kan brengen! Prijs: € 19,00 3. ALPINE ROTSKLIMMEN - Auteur: Koen Hauchecorne Van klimschool tot hoogalpiene routes. Prijs: € 20,00 4. kennis maken met sportklimmen Klimactiviteiten die te realiseren zijn met de basisinventaris van een turnlokaal, voor groepen van 25 à 30 kinderen. Stapsgewijs wordt de overgang gemaakt naar klimmen in een echte klimzaal. Prijs: € 25,00 5. De Rock Warrior’s Way - Mentale training voor sport-en rotsklimmers - Auteur: Arno Ilgner Een leidraad bij de beleving van het klimmen, maar ook bij elk avontuur in het leven! Prijs: € 17,95
TOPO 1. MARCHE LES DAMES Prijs: € 18,00 2. TOPO fREYR (uitgave 2014) - nieuw Prijs: € 29,00 3. TOPO MOZET Prijs: € 16,00 4. TOPO DURNAL Prijs: € 7,50 5. TOPO BEEZ Prijs: € 6,00 6. TOPO Hotton Prijs: € 9,00 7. TOPO CORPHALIE (HUY) Prijs: € 8,00 8. TOPO YVOIR Prijs: € 12,00 9. TOPO Pont-a-lesse Prijs: € 12,00 10. TOPO PLAIN DES FOSSES Prijs: € 8,00 10. TOPO Comblain la tour (nieuw) Prijs: € 9,00
cursusboekjes kvb ®
MERCHANDISING 1. OPNAAIBADGE Badge die je op je kleren kan naaien (6 cm x 4 cm) Prijs: € 3,00 2. T-SHIRTS KBF Kleur man: grijs-blauw met witte bedrukking. Kleur dames: grijs-groen met witte bedrukking. Prijs: € 16,00 (verzendingskosten inclusief)
1. KVB ® - cursusboekjes Deze cursusboekjes zijn bestemd voor de leerlingen, bevatten een handig overzicht van de aangeleerde technieken plus overzichtelijke illustraties. KVB KVB KVB KVB
1 (indoor Toprope – 36 pag – 12,5 cm x 9 cm) 2 (indoor voorklimmen – 48 pag – 12,5 cm x 9 cm) 3 (outdoor voorklimmen – 56 pag – 12,5 cm x 9 cm) 4 (adventure klimmen - 46 pag - 21 cm x 15 cm)
Prijs leden KBF: 7,50 €/stuk (KVB 1 -2 - 3) en 16 €/stuk (KVB4) 2. Kvb ® - instructeurshandleidingen Dit is de handleiding voor docenten, inclusief de bijhorende leskaarten. KVB 1 - Indoor Toprope – 36 pag (24 cm x 17 cm) KVB 2 - Indoor voorklimmen (24 cm x 17 cm) KVB 3 - Outdoor voorklimmen (24 cm x 17 cm) Prijs leden KBF: € 16,00 / stuk (KVB ® is a registered trademark)
39
PARTNER
40
/hutten REFUGE JEF DE ROECK (oVIFAT - hOGE vENEN)
chaveehut (maillen - ardennen)
Rue Abbé Toussaint 19, OVIFAT - 080 44 67 17
Rue de la Chavée 7, 5330 MAILLEN - 083 65 52 39
Voor activiteiten als wandelingen, langlauftochten, mountainbike of een gezellig treffen in een prachtige omgeving. Voor groepsreservaties en toegangscode: zie onderstaande telefoonnummers. Ieder niet-lid mag op uitnodiging en in het bijzijn van een lid, ten hoogste tweemaal overnachten in de refuge. Bij een eventuele derde overnachting zal het niet-lid lid moeten worden van de KBF. Reservatieprocedure 1. reservatie via het KBF-secretariaat 2. betaling (vooraf) uit te voeren 3. secretariaat stuurt bevestiging + toegangscode 4. na verblijf het drankverbruik doorgeven aan secretariaat Om de bereikbaarheid van de refuge te garanderen, moet het codenummer van de hut aangevraagd worden op het secretariaat: 03 830 75 06 of Paul Verzele 0478 25 67 84
Paul Verzele
RESERVATIES Alle reservaties gebeuren via het KBF-secretariaat Tel. 03 830 75 00 Fax 03 830 36 24
[email protected]
TARIEVEN “all-in” (per bezoeker per dag) (verblijf, gebruik trekkerskeuken, gas, electriciteit, douche) : Lid: € 7,00 Niet-lid: € 14,00 Lid < 13 jaar: € 4,00 Niet-lid < 13 jaar: € 8,00
OPENINGSTIJDEN Van 1 maart tot 30 juni en van 1 september tot 30 oktober is de hut elk weekend open (tijdens de week vanaf minimum 20 personen). Van 1 juli tot 31 augustus: alle dagen met enkel trekkerskeuken formule en ontbijt en lunchpakket.
Tot en met 5 jaar: gratis
De hut is dagelijks gesloten van 10u tot 17u.
Hutverantwoordelijke
REFUGE JEAN DUCHESNE (fREYR - ARDENNEN) Chaussée des Alpinistes 1, 5500 ANSEREMME (Dinant) Gelegen op het plateau van Freyr, boven het meest indrukwekkende rotsmassief van België, Freyr ... Hier heeft de CMBel een hut beschikbaar voor o.a. KBF-leden. Deze hut biedt slaapgelegenheid aan 32 personen. Indien het te veel regent, is dit de ideale oplossing om droog te blijven tijdens de weekends, na een zware klimdag. Overnachting is ook mogelijk op de bivakweide en dit in een (kleine) tent of bivakzak. Omdat het hier niet gaat om een officiële camping, maar om een bivakplaats zijn grote tenten – model bungalow – verboden. TARIEVEN 2014 Refuge: Lid van bergsportfederatie: € 4,00 Niet-leden: € 8,00 Bivakweide: Lid van bergsportfederatie: € 2,00 Niet-leden: € 4,00
Van 1 november tot 28 (29) februari is de hut zowel tijdens het weekend als de week pas open vanaf min. 20 personen. De huttenwirten komen aan op vrijdag rond 20u. en vertrekken op zondagochtend rond 11u. Hutverantwoordelijke Bart en Gonda Vercruyssen - Martens Tel. 09 374 12 50 (na 19.00u) TARIEVEN 2014 waarborgsom € 75 (10-29 pers) / € 125 (vanaf 30 pers) Trekkers keuken € 1,80 Ontbijt € 5 Lunch € 5 Avondmaal € 10
lid van bergsportfederatie niet-lid kind lid <13j kind niet-lid <13j
KAMER € 8,50 € 17,00 € 6,00 € 12,00
LAGER € 7,00 € 14,00 € 4,50 € 9,00
TENT € 5,00 € 10,00 € 2,50 € 5,00
-
contact secretariaat algemeen Statiestraat 64 - 2070 Zwijndrecht
[email protected] - 03 830 75 00
administratief
sporttechnisch
[email protected] - 03 830 75 01
[email protected] - 03 830 75 01 (bestellingen KVB’s , topo’s, ...)
[email protected] - 03 830 75 08
[email protected] - 03 830 75 08
[email protected] - 03 830 75 06 chaveehut@klimenbergsportfederatie - 03 830 75 09
[email protected] - 03 830 75 06
[email protected] - 03 830 75 06
[email protected] - 03 830 75 09
[email protected] - 03 830 75 03
[email protected] - 03 830 75 09
[email protected] - 03 830 75 02
[email protected] - 03 830 75 04
[email protected] - 03 830 75 00
[email protected] - 03 830 75 04
[email protected] - 03 830 75 03
-
contact clubs
AlpUA www.alpua.be
BLUEBERRY CLUB www.blueberry-hill.be
BAC ANTWERPEN www.bacantwerpen.be
CANYON TEAM VLAANDEREN www.canyonteamvlaanderen.be
BAC LIMBURG www.bac-limburg.be
CRUX CLIMBING TEAM www.cruxbouldergym.be
BERGSPORTVERENIGING KLEIN BRABANT www.bvkb.be
DE BERGPALLIETERS www.bergpallieters.be
BERGSPORT OOST VLAANDEREN www.bovl.be
KLIMCLUB HUNGARIA www.klimzaalhungaria.be
BERGSPORTVERENIGING PROVINCIE ANTWERPEN www.bergsport-bpa.be
LIMBURGSE BERGSPORTVERENIGING www.klimburger.be
BERGSPORT VLAAMS BRABANT www.bvlb.be
VLAAMSE BERGSPORT WAASLAND www.bergsportwaasland.be
BLEAU CLIMBING TEAM www.bleau.be
WESTVLAAMSE BERGSPORTVERENIGING www.westvlaamsebergsportvereniging.be
VOORZITTER: Nils Van De Velden 0486 36 41 20 /
[email protected] SECRETARIS: Céline Helsmoortel 0499 40 95 56 /
[email protected]
VOORZITTER: Henk Vandenhoeck 03 440 44 68 / henk
[email protected] SECRETARIS: Nancy Willeme 0495 57 98 32 /
[email protected]
VOORZITTER: Luc Vroninks 0475 42 27 04 /
[email protected] SECRETARIS: Jan Rubens 0497 87 58 43 /
[email protected]
VOORZITTER: Koen De Laet 0475 26 50 32 /
[email protected] SECRETARIS: Stef Duymelinck 0494 44 09 61 /
[email protected]
VOORZITTER: Philippe Caboor 09 371 46 72 /
[email protected] SECRETARIS: Anneleen De Maesschalck 0499 40 00 81 /
[email protected] 42
VOORZITTER: Marc Hermans 0475 56 75 50 /
[email protected] SECRETARIS: Jan Van Herbruggen
[email protected]
VOORZITTER: Walter De Bruyne 053 80 46 29 /
[email protected] SECRETARIS: Renaat Van Tassel 0494 85 93 99 /
[email protected]
VOORZITTER: Bert Geerinckx 0486 62 24 35 /
[email protected] SECRETARIS: Renaat Will 0485 58 61 72 /
[email protected]
VOORZITTER: Koen Demuynck 0490 41 00 70 /
[email protected] SECRETARIS: Serge Miesse 0475 59 52 28 /
[email protected]
VOORZITTER: Jeroen Schurmans
[email protected] SECRETARIS: Helena Debedts
[email protected]
VOORZITTER: Johny Vaes 0498 31 83 99 /
[email protected] SECRETARIS: Tim Dupont 0495 46 55 25 /
[email protected]
VOORZITTER: Koen Van Hemelrijck 0473 66 11 32 /
[email protected] SECRETARIS: filip Binon 0478 47 27 04 /
[email protected]
BESTUURDER: Tijl Smitz 0473 44 94 33 /
[email protected] BESTUURDER: Charlotte De Roey 0479 27 78 38 /
[email protected]
VOORZITTER: Lode Draelants 0496 40 03 21 /
[email protected] SECRETARIS: Liesbeth Moesen
[email protected]
VOORZITTER: Robert Verberckmoes 03 770 64 83 /
[email protected] SECRETARIS: Mieke De Munck 0473 43 60 11 /
[email protected]
VOORZITTER: Bart Vercruyssen 0474 28 69 26 /
[email protected] SECRETARIS: Els Meyhui 056 60 98 47 / els@westvlaamsebergsportvereniging
PARTNER