KEYNOTE HARRY HENDRIKS, PHILIPS
Tekst van de keynote van Harry Hendriks, directievoorzitter Philips Electronics Benelux tijdens het congres 'An Innovative Truth' op 22 juni 2009 in het Beatrix Theater te Utrecht.
Slide 1, An Innovative Truth Dames en Heren, Ik moet u bekennen dat ik hier sta met een onbestemd gevoel, want ik weet niet meer waar ik zoölogisch thuishoor. Ik voel me namelijk een vreemde eend in de bijt en tegelijk als een vis in het water. Een vreemde eend in de bijt, omdat Philips geen ICT bedrijf is. Maar toch ga ik u verderop in mijn speech het nodige vertellen over de specifieke bijdrage van onze ICT sector aan een meer duurzame samenleving. En dus voel ik me hier als een vis in het water, omdat duurzaamheid, innovatie en energiebesparing wèl 100% bij Philips horen. Innovatie en duurzaamheid zitten in onze genen. Wij zijn van oudsher de onderneming die in Nederland veruit het meeste investeert in R&D, ook nu. Philips is daarmee een pijler onder innovatie in Nederland. Op het gebied van duurzaamheid hebben we een lange ‘track record’. Al sinds 1980 hanteren wij harde doelstellingen voor reductie van emissies en energieverbruik in onze productieprocessen. En we lopen nog steeds voorop. Slide 2, lighting Duurzaamheid is voor ons overigens een breed begrip met een sociale component. Het betekent voor ons ook dat je als onderneming op een goede, constructieve manier met je personeel samenwerkt en dat je een positieve relatie hebt met je stakeholders. Duurzaamheid houdt ook in dat je helpt om essentiële producten en diensten te leveren op een manier die op de lange termijn houdbaar is. Voor Philips vertaalt zich dat bijvoorbeeld in energiezuinige verlichting, maar ook in het harde werk om te zorgen dat onze gezondheidszorg verbetert én betaalbaar blijft. We zijn per slot van rekening één van ’s werelds grootste leveranciers van medische apparatuur en diensten. Slide 3, healthcare Het is geen toeval dat we als Philips voorop lopen in zowel duurzaamheid als innovatie. Anno 2009 zijn duurzaamheid en innovatie immers twee kanten van dezelfde medaille. Zonder innovatie geen duurzaamheid. We hebben in de markt nieuwe, technisch geavanceerde producten en diensten nodig om aan de wensen van consumenten te voldoen en om onze doelstellingen op het gebied van milieu, energie en gezondheidszorg te halen. Duurzaamheid is geen kwestie van ideologie, maar van technologie, van ICT, software, nano-technologie, medische beeldvorming, noem maar op. Duurzaamheid en innovatie zijn bij Philips niet het domein van zweverige geitenwollen sokken types of eendimensionale nerds in een lab. Duurzaamheid en innovatie zijn een keihard, integraal onderdeel van ons business-model en van onze manier van zakendoen. Door uit te blinken in duurzaamheid en innovatie willen wij een competitief voordeel opbouwen. Onze klanten willen producten en diensten die op verantwoorde wijze zijn gemaakt, die weinig energie verbruiken en die het milieu niet belasten. Ze willen dat problemen als global warming en milieuvervuiling worden aangepakt. Ze laten duurzaamheid steeds meer meewegen bij hun aankopen. Dan ontkom je er als bedrijf niet aan om constant innovatief bezig te zijn, zodat je steeds zuiniger om kunt gaan met grondstoffen, milieu en klimaat. Zeker als de wensen van onze klanten zich ook vertalen in nieuwe regels en leidraden vanuit de politiek. En sowieso maakt duurzaam produceren je op de lange termijn concurrerend, omdat je minder grondstoffen verbruikt, minder materiaal verspilt en minder kopzorg hebt over giftige componenten of uitstoot. Duurzaamheid en innovatie zijn geen gril; het is business. Ik wil hier in het bijzonder even stil staan bij innovatie. Een innovatief product zoals een nieuwe scanner of nieuwe TV-technologie is geen toevallige vondst van een briljante onderzoeker. Maar het resultaat van een goed georganiseerd proces. Wij richten ons zodanig in dat innoveren een routinematig proces wordt waarbij het steeds gaat om de combinatie van sterke doorontwikkeling en het genereren van veel radicaal nieuwe ideeën.
An Innovative Truth 22 juni 2009 | plaats: Utrecht | Keynote Harry hendriks | Philips
1 van 5
KEYNOTE HARRY HENDRIKS, PHILIPS Slide 4, navigeren door de storm Het zal niemand in deze zaal zijn ontgaan dat we inmiddels al flinke tijd in een economische recessie zitten. Het voelt als sturen door een storm waarbij we nog niet weten wanneer het weer beter wordt. Welk effect kan dat hebben op de inspanningen rond duurzaamheid en innovatie in Nederland en Europa? Ik denk dat we momenteel van doen hebben met een driedubbele crisis: de economische crisis, de energie- en milieucrisis en nog een derde crisis waar we te weinig over praten, namelijk de kenniscrisis. Met kenniscrisis bedoel ik dat we onvoldoende inspanningen leveren op het gebied van onderwijs, onderzoek en ontwikkeling. Bovendien zetten we de nieuwe kennis van onze universiteiten en onderzoeksinstellingen te weinig om in commerciële ondernemingen. Wanneer we het over innovatie hebben, praten we immers niet alleen over nieuwe kennis, maar over rendabele bedrijven die nieuwe kennis hebben omgezet in winnende producten. Innovatie betekent van kennis, naar kunde, naar kassa. Als we onze kenniscrisis niet oplossen, kunnen we het oplossen van de energie- en milieucrisis wel vergeten. Het gevaar bestaat dat we onder invloed van de kredietcrisis onze inspanningen op het gebied van kennis en innovatie terugschroeven. Dat is het domste wat we kunnen doen. De kredietcrisis maakt het nog urgenter om door te pakken op de weg van innovatie en duurzaamheid. Dat hebben we de afgelopen jaren nagelaten omdat we in slaap gesust werden door de economische groei die schijnbaar vanzelf kwam. Daardoor raakten Nederland en Europa qua toekomstige concurrentiekracht verder achterop, ten opzichte van de VS en ten opzichte van opkomende grootmachten als China. Slide 5, Brainport top tech regio Laten we er geen doekjes om winden: wie kan de woorden ‘Lissabondoelstellingen’ nog uitspreken zonder dat-ie tranen in z’n ogen krijgt? In 2000 spraken de EU-lidstaten op een top in Lissabon af dat Europa in 2010 de meest dynamische en competitieve kenniseconomie ter wereld moest zijn. Voor wie het nog niet wist: die doelstelling gaan we in de verste verte niet halen. D-e oorzaken zijn simpel: verdeeldheid, gebrek aan ambitie en de onwil om harde keuzes te maken. Versterking van onze kenniseconomie blijft echter een keiharde noodzaak, ook voor duurzaamheid, en moet daarom centraal staan in ons antwoord op de kredietcrisis. Voordat u mij als een onverbeterlijke zwartkijker terzijde schuift, wil ik benadrukken dat deze stevige recessie juist grote mogelijkheden biedt. De crisis geeft ons de kans om eindelijk de juiste keuzes te maken en in te zetten op versterking van onze kenniseconomie. Wat een paar jaar geleden onbespreekbaar was, kan nu ineens. In het Engels is daar een mooie uitdrukking voor: “Never waste a good crisis”. We moeten zorgen dat we sterker uit de crisis komen door nu voluit in te zetten op de Nederlandse speerpunten binnen de Europese kenniseconomie. U ziet de Brainport regio springt er positief uit en dat zou wat mij betreft zo moeten blijven. Al in november vorig jaar drong de European Round Table of Industrialists aan op stimuleringsmaatregelen die de nadruk leggen op onderzoek, onderwijs, duurzame economische ontwikkeling en bestrijding van klimaatverandering. Dat is te prefereren boven subsidiestromen voor individuele bedrijven of sectoren die in de problemen zitten. We moeten de toekomst winnen, niet het verleden. Dat klinkt nog veel te weinig door in de economische stimuleringsprogramma’s van de meeste Europese landen, inclusief Nederland. Slide 6, LED lampen in kassen Noch ondernemingen, noch de overheid investeren in Nederland voldoende in onderzoek en ontwikkeling. Kijk eens naar het bedrijfsleven. Philips ontwikkelt een stroom aan innovatieve producten. We zijn bijvoorbeeld wereldleiders in energiezuinige LED-verlichting, op allerlei gebieden. Wij lobbyen al jaren voor het einde van de traditionele gloeilamp, die 95% van de geproduceerde energie verspilt aan warmte. De toekomst is aan spaarlampen en aan LEDs. Eerder deze maand maakten we bekend dat we hier in Nederland aan de slag gaan met de ontwikkeling van zuinige LEDverlichting speciaal voor tuinbouwkassen, samen met BVB Substrates. Met andere woorden: innovatie in dienst van duurzame voedselproductie. Slide 7, Brainport
An Innovative Truth 22 juni 2009 | plaats: Utrecht | Keynote Harry hendriks | Philips
2 van 5
KEYNOTE HARRY HENDRIKS, PHILIPS Een groot deel van onze innovatieve inspanning vindt nog steeds in Nederland plaats. Philips neemt in z’n eentje ongeveer een derde deel van alle particuliere uitgaven aan R&D in Nederland voor zijn rekening. Tellen we daar R&D-uitgaven van voormalige Philips-bedrijven als ASML en NXP nog bij, dan loopt dat aandeel op tot meer dan de helft. Soms kan ik daar heel trots over doen, maar het is natuurlijk ongezond voor Nederland dat wij zo eenzaam aan de top staan. Ongezond voor Nederland en voor Philips zelf. Innovatieve bedrijven als Philips kunnen immers niet zonder een high-tech ecosysteem van grote en kleine bedrijven en kennisinstellingen. Innovatie is tegenwoordig open innovatie. Je zoekt met partners samen naar oplossingen om de beste producten en diensten het snelst naar de markt te kunnen brengen. En je doet dat het best in clusters waar zo’n ecosysteem zich concentreert en kan bloeien. Slide 8, ABC Daarom is de High Tech Campus Eindhoven al lang geen exclusieve Philips campus meer. Er is inmiddels op de High Tech Campus een ecosysteem opgebouwd dat zijn weerga in Nederland niet kent. Op de campus werken ongeveer 7000 mensen uit meer dan 50 landen bij 70 bedrijven en kennisinstellingen, waaronder tientallen start-ups. De Campus is het kloppend hart van Brainport ZuidOost Brabant, een regio die goed is voor 40% van alle particuliere R&D-uitgaven in Nederland. Brainport is zonder meer Nederlands sterkste R&D cluster. Laten we ook niet vergeten dat onze Brainport regio naast Airport Amsterdam en Seaport Rotterdam het derde trekpaard is van de Nederlandse economie! Dames en Heren, Ik heb al gezegd dat duurzaamheid bij Philips in de genen zit. Laat ik u kort uitleggen hoe wij concreet omgaan met die erfelijke eigenschap. Duurzaamheid heeft voor Philips twee aspecten. In de eerste plaats gaat het erom dat je je eigen huis op orde hebt: je moet in je laboratoria, fabrieken en kantoren zo zuinig mogelijk omgaan met energie en het milieu zo min mogelijk belasten. In de tweede plaats kun je met je producten en diensten bijdragen aan het verhogen van de duurzaamheid van de samenleving. Philips streeft ernaar om een wereldwijd leidend merk te zijn in ‘Health and Well-being’, waarbij we onze activiteiten concentreren op drie sectoren: Healthcare, Lighting en Consumer Lifestyle. Met name op het gebied van verlichting en gezondheidszorg dragen onze inspanningen bij aan een duurzamere samenleving. Duurzaamheid maakt bij ons onderdeel uit van de alledaagse bedrijfsvoering, het is geen sausje dat we pas op het laatst nog even gauw toevoegen aan het management van onze business. Duurzaamheid doordrenkt onze hele keten, van research en productontwikkeling tot marketing. Wij hebben duidelijke, meetbare doelstellingen op het gebied van duurzaamheid zodat we onze vooruitgang, onze sterke en zwakke punten kunnen checken. Meten is weten. Slide 9, CO-2 reductie We leggen onze doelstellingen op het gebied van energie en milieu vast in meerjarige EcoVision programma’s. Daarin formuleren we een aantal targets, ondermeer voor het terugbrengen van energieverbruik en emissies. In de periode 2001 tot en met 2006 is wereldwijd onze productie bijvoorbeeld ruim 30% energiezuiniger gemaakt. In ons huidige EcoVision-program Vier is onze doelstelling om in de periode 2007 – 2012 het energieverbruik en onze operationele ‘carbon footprint’ met nog eens 25% te reduceren. Hoe doen we dat? Ten eerste door programma’s uit te voeren om ons huidig energieverbruik te verminderen. Twee door in toenemende mate gebruik te maken van wind- en zonne-energie door het in te kopen of – weer een nieuwe ontwikkeling - het zelf te gaan maken. Slide 10, Ecovision Verder willen we in deze periode 2007 – 2012 onze investeringen in ‘groene’ innovaties verdubbelen tot een cumulatieve 1 miljard euro. Bovendien willen we in 2012 zo’n 30% van onze omzet halen uit Groene Producten, tegen 15% in 2006. Want laten we niet vergeten dat aan onze meeste producten een stekker zit, dus energiezuinige producten het meest bijdragen aan het verminderen van de CO2 uitstoot. Slide 11, groene producten
An Innovative Truth 22 juni 2009 | plaats: Utrecht | Keynote Harry hendriks | Philips
3 van 5
KEYNOTE HARRY HENDRIKS, PHILIPS Met groene producten bedoelen wij producten die duidelijk beter presteren dan hun concurrenten op tenminste twee van de volgende zes criteria: energieverbruik, levensduur, gewicht, recycling, verpakking en het gebruik van giftige stoffen. Om onze doelstellingen te bereiken maken wij gebruik van EcoDesign, waarin ecologische factoren vanaf het begin integraal deel uitmaken van het designproces van een nieuw product. Daarbij werken wij al een kleine twintig jaar met Levenscyclus Analyses om de totale milieubelasting van een product in kaart te brengen. In Nederland neemt Philips sinds de jaren negentig deel aan convenanten voor energiebesparing als de MeerJarenAfspraken. Bij ons duurzaamheidsbeleid gaat het dus absoluut niet om een loos verkooppraatje. Wij meten onze prestaties constant en we laten onze eigen metingen bovendien controleren door een externe accountant. We gebruiken ook de internationaal meest gebruikte standaard voor onze rapportage, de G3 Sustainability Reporting Guidelines van het Global Reporting Initiative. En onze duurzaamheidsinspanning houdt niet op bij onze eigen poort of deur. Wij dringen ook aan op een duurzame bedrijfsvoering bij onze leveranciers en volgen hun prestaties op dit gebied Het ‘vergroenen’ van onze producten is overal te zien. Onze MRI-scanners, bijvoorbeeld, zijn essentieel voor medische beeldvorming, maar helaas vreten ze energie. Nu lanceren we echter apparaten die maar liefst 35% minder energie verbruiken dan de vorige generatie. Ook wegen onze nieuwste MRI-scanners veel minder. Om trillen van de apparaten te voorkomen werden ze vroeger verzwaard met honderden kilo’s staal. Nu stabiliseren we die machines door via software de trillingen te compenseren, dat scheelt enorm in materiaal en gewicht. Slide 12, waterkoker Tevens introduceerden wij kort geleden een nieuwe reeks van energie-efficiënte huishoudelijke producten. Al deze apparaten werden speciaal ontworpen met het oog op een lagere impact op het milieu zonder concessies te hoeven doen op de prestaties of het design. Ze zijn voorzien van de laatste Philips technologieën waardoor ze dezelfde capaciteit hebben als andere soortgelijke producten, maar minder energie verbruiken. Of ze hebben exclusieve eigenschappen waardoor de consument zelf zijn energieverbruik kan beheersen. De stofzuigers maken een energiebesparing van maar liefst 35% mogelijk. Dankzij hun uitzonderlijk efficiënte motor van 1250 watt biedt deze hetzelfde niveau van zuigkracht dan een bestaande Philips stofzuiger van 2000 watt. Slide 13, vergroenen eigen producten Ook binnen onze IT-omgeving loopt een uitgebreid programma om energieverbruik terug te dringen. Ik wil er vandaag een paar noemen: Philips IT zorgt er voor dat we alleen werken met power supplies die 80% efficiënter zijn dan vorige systemen. Verder zetten wereldwijd onze medewerkers op het moment dat zij niet achter een computer zitten deze uit zodat in de weekends en ’s nachts 30% minder computers draaien. Slide 14, videoconferencing Het laatste wat wij hebben ingevoerd in vergaderen met behulp van video. Dat scheelt letterlijk tonnen CO2 en, mooi bijkomend voordeel veel geld in reiskosten. Met dank aan IT, ik noem het nog maar eens. Slide 15, producten voor 3-e wereld Duurzaamheid kan niet zonder technische innovatie, maar ook niet-technische innovatie kan enorm bijdragen aan meer duurzaamheid. Soms vereist de introductie van duurzame oplossingen, producten of diensten een nieuw businessmodel, een creatieve vorm van samenwerking tussen verschillende stakeholders: bedrijven, overheden, NGO’s. Denk bijvoorbeeld aan de introductie van nieuwe lampen in dorpen van Afrika die niet zijn aangesloten op een elektriciteitsnet. Wij hebben een zonnelamp ontwikkelt voor deze markt. Zo wordt de zonnelamp ineens een haalbaar alternatief voor de vervuilende, ongezonde kerosinelampen die slecht licht geven. Waterzuivering voor India, of een brander die geen rook meer geeft en eindeloos kan branden op een beetje hout of mest. --Soms lopen we tegen lastige issues aan in ons streven naar duurzaamheid. We zouden innovatie en duurzaamheid enorm kunnen bevorderen als we zorgen dat alle neuzen dezelfde kant op wijzen. We moeten het voor elkaar krijgen dat de belangen van alle betrokkenen stroken met het algemene
An Innovative Truth 22 juni 2009 | plaats: Utrecht | Keynote Harry hendriks | Philips
4 van 5
KEYNOTE HARRY HENDRIKS, PHILIPS belang van zuinig energiegebruik, een lage belasting van het milieu, een goede en betaalbare gezondheidszorg. Helaas is dat lang niet altijd het geval. Slide 16, streetlighting Kijk bijvoorbeeld naar verlichting. In Nederland gaat daar 15% van het elektriciteitsgebruik aan op. Als hier iedereen – huishoudens en bedrijven – spaarlampen zou gebruiken, dan kunnen we in Nederland vier energiecentrales besparen. Duidelijker kan ik het niet zeggen. Maar in gezinnen, bedrijven en overheden worden niet altijd de meest rationele beslissingen genomen. Iedere gemeente kan weten dat ze op termijn goedkoper uitzijn met energiezuinige straatverlichting. Maar omdat de spaarlamp in pure aanschaf duurder is, kopen veel gemeente-ambtenaren nog de ouderwetse energievreters die slecht licht geven. Omdat ze niet afgerekend worden op de totale kosten, de ‘total cost of ownership’ van straatverlichting, maar alleen op de aanschaf van de individuele lampen. Niet op de energierekening van de gemeente, niet op de mensen die vaker langs lantaarnpalen moeten om conventionele lampen te vervangen. Met andere woorden, er is een ‘misalignment of interests’, de neuzen wijzen niet allemaal dezelfde kant uit. Daarom wordt 30 tot 40% van Europa nog steeds verlicht met dure, slechte, energievretende straatverlichting. De overheid kan natuurlijk helpen om te zorgen dat alle neuzen daadwerkelijk dezelfde kant uitwijzen als het gaat om duurzaamheid en innovatie. En de overheid kan nog veel meer doen. Ze kan haar eigen onderzoeksinspanningen op peil houden en onderzoek en ontwikkeling in de particuliere sector bevorderen. Wat dat betreft zijn de huidige maatregelen van het Nederlandse economische stimuleringsprogramma mager. De overheid kan universiteiten en kennisinstellingen aanzetten tot meer specialisatie, arbeidsverdeling en samenwerking. De overheid kan duurzaamheid niet alleen bevorderen met wetten en regels, maar ook als ‘launching customer’ van duurzame producten en diensten. Het is heel belangrijk dat overheden het goede voorbeeld geven door in hun aankoopbeleid verder te gaan dan waar de regels hen strikt toe verplichten. In de eigen gebouwen kunnen overheden bijvoorbeeld normen hanteren aangaande energie-efficiëntie en milieuvriendelijke producten die ze nog niet aan derden opleggen. Wat dat betreft zien we interessante ontwikkelingen, bijvoorbeeld het streven van Amsterdam om een CO2neutrale gemeente te worden. Overheden moeten tenslotte vooral ook internationaal blijven denken. Natuurlijk, we kunnen en moeten op lokaal en nationaal niveau een hoop doen aan duurzaamheid en innovatie. Maar het gaat hier om mondiale problemen die we niet in Nederland alleen gaan oplossen. Europese samenwerking is essentieel. In Europa lopen we qua duurzaamheid op veel fronten voorop. Samen kunnen we onze ideeën, technologieën en producten veel beter uitdragen naar de rest van de wereld dan verdeeld. En dat is alleen maar goed voor meer duurzaamheid. Schelden op Brussel omdat het niet perfect is en vervolgens je kop in je eigen nationale zand steken heeft geen enkele zin. Slide 17, logo Dames en heren, ik sluit af. Een van de gevolgen van de kredietcrisis lijkt dat we meer aandacht schenken aan immateriële waarden. We draaien van puur materiële welvaart naar welzijn. Tegen die achtergrond zal duurzaamheid alleen maar aan belang winnen. Willen we ons daadwerkelijk transformeren tot een duurzame samenleving, dan zullen we onze mindset moeten veranderen en samen de schouders eronder moeten zetten: overheid, bedrijven, onderwijs, burgers. In Nederland zijn we van oudsher gewend om goed met elkaar samen te werken. Laten we van die eigenschap gebruik maken om innovatie en duurzaamheid te bevorderen. Maar dan moeten we wel meer daadkracht tonen dan de afgelopen jaren, waarin we teveel gepraat hebben en te weinig gedaan. Nu komt het aan op bezielde, doortastende acties: geen woorden maar daden. Ik dank u voor uw aandacht.
An Innovative Truth 22 juni 2009 | plaats: Utrecht | Keynote Harry hendriks | Philips
5 van 5