Ketenanalyse
Ketenanalyse Asbestverwijdering
Datum: 7-9-2015 Status: definitief Door: QSN, Gea Helms
Inhoudsopgave 1. Introductie ..................................................................................................................................... 3 1.1 Scope .................................................................................................................................... 3 1.2 Metaalrecycling ..................................................................................................................... 4 1.3 Asbest ................................................................................................................................... 4 2. Keten asbestverwijdering ............................................................................................................... 5 3. Kwantificeren van de CO2 emissies – Casus verwijdering installatie d.d. 1990 .............................. 7 4. Mogelijkheden tot emissie reductie ............................................................................................... 8 5. Aanbevelingen ............................................................................................................................... 8 6. Conclusie ........................................................................................................................................ 8
Pagina 2 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
1. Introductie De hoeveelheid afval binnen Joulz wordt bijgehouden middels de afvalrapportage. Binnen de afvalstromen vertegenwoordigt asbest slechts een minimaal percentage; ca. 0,90%. Echter, het is wel een categorie waarop wellicht een aanzienlijke reductie in de keten te behalen is. Zeker wanneer we de potentie van CO2 besparing bij het ontstaan, afvoeren en verwerken van asbestafval vergelijken met grootste categorie, namelijk het restafval (met een aandeel van 39,9%) dan kan er bij asbestafval veel winst worden behaald. Besparing van CO2-uitstoot valt te behalen door het verminderen van de hoeveelheid restafval. Momenteel wordt vaak veel meer dan alleen de asbestverdacht materiaal afgevoerd. Er worden bijvoorbeeld hele installatie-onderdelen afgevoerd (inclusief asbestverdacht materiaal). Door de herbruikbare onderdelen te recyclen en/of het asbestverdacht materiaal zo beperkt mogelijk te houden kan een aanzienbare reductie worden gerealiseerd. Op zichzelf genomen is de verwerking van asbestafval niet milieubelastend. Het wordt namelijk gestort en kent daarmee een CO2-uitstoot van slechts 0,002 kg CO2/kg1. Echter, de indirecte CO2uitstoot van het storten (als asbestafval) van metalen, zoals gebeurt bij het afvoeren van volledige installaties, is enorm. Hierbij gaan we er van uit dat al het metaalafval normaal gesproken wordt gerecycled, en dat deze recycling voorkomt dat nieuwe, ruwe grondstoffen gewonnen moeten worden. In paragraaf 1.2 gaan we dieper in op de impact die het storten van ijzer heeft op de CO2uitstoot. De significante besparing in CO2-uitstoot die kan worden behaald door asbestverdacht afval zorgvuldiger (gescheiden) af te voeren, wordt daar berekend en deze besparing vormt de reden dat voor dit onderwerp gekozen is als thema van deze ketenanalyse. Naast installatieonderdelen is er in het net ook asbest aanwezig wat verwerkt is in beton en toegepast als bijvoorbeeld een buis (asbestcementbuizen). Als onderwerp van de ketenanalyse willen we het expliciet hebben over de toepassing in (installatie)onderdelen, en laten we de buizen buiten beschouwing. De reden is dat de materialen (asbest en cement) niet te scheiden zijn. Al het afval wat door Joulz in opdracht van de klant wordt afgevoerd als zijnde asbest, is in werkelijkheid asbestverdacht. Dit label wordt aan een bepaalde installatie, of bepaalde installatieonderdelen gegeven wanneer er wellicht componenten in zitten die voor 1995 zijn gemaakt. De opdrachtgever van Joulz, Stedin, classificeert alle objecten (als zijnde al dan niet asbestverdacht) volgens de wettelijke richtlijnen voor asbestinventarisatie. Enkele voorbeelden van onderdelen in installaties die mogelijk asbest bevatten zijn aansluitkoppelingen; eindafsluitingen en zekeringen.
1.1. Scope Uit deze ketenanalyse moet duidelijk worden hoeveel CO2-emissie direct en indirect voorkomen kan worden door afval van asbestverdachte objecten beter te scheiden.
1
Defra 2015, Waste Disposal, Activity: Construction, Asbestos, Landfill.
Pagina 3 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
1.2. Metaalrecycling Voor de productie van metalen is een enorme hoeveelheid energie nodig. Voor de recycling van metalen geldt dit nog steeds, maar daar ligt het energieverbruik en dus de CO2 uitstoot, toch aanzienlijk lager. Bij de recycling van koper, bijvoorbeeld, is slechts een derde van de energie nodig die anders gebruikt wordt bij de winning uit kopererts. En hebben we het over het herwinnen van ijzer uit schroot; dan is de uitstoot van CO2 bijna 60% minder2 dan bij de winning van dit metaal uit ijzererts. Schroot van ijzer, staal is het meest voorkomende afval wat wordt mee afgevoerd met de asbestverdachte onderdelen. Wanneer we er nog altijd van uit gaan dat dit afgevoerde ijzer in principe hergebruikt kan worden, en deze recycling voorkomt dat nieuwe grondstof uit erts moet worden gewonnen, levert de recycling van 1 kg ijzer, 0,97 kg CO2-reductie op. Dat berekenen we door de uitstoot die komt kijken bij de recycling van een ton ijzer, af te zetten tegen wat de traditionele productie van een ton ijzer aan CO2 emissies veroorzaakt. Bij de originele winning betreft dit 1,67 (tCO2/tStaal). Recycling levert slechts 0,70 tCO2/tStaal op. Een reductie dus van 0,97 tCo2/tStaal, oftewel bijna een kilo CO2 per kilo staalrecycling.
1.3. Asbest Sinds de jaren ’90 is er aandacht gekomen voor de schadelijke eigenschappen van asbest. Asbest is een natuurlijk, vezelachtig mineraal wat sterk is en zeer brandveilig. Vanaf 1945 tot in de jaren ‘80 is asbest in Nederland dan ook breed toegepast. Het was zowel terug te vinden in daken als in roetfilters van auto’s, als isolatiemateriaal en als toevoeging aan beton, om extra stevigheid te geven. Wanneer er echter vezels vrijkomen in de lucht vormt dit een gezondheidsrisico: de vezels kunnen bij inademing naast irritatie van de luchtwegen ook ernstige aandoeningen zoals asbestose en kanker veroorzaken. Door de gevaarlijke eigenschappen van asbest, wordt het afval niet verwerkt maar gestort. Asbesthoudend afval moet in zijn geheel worden gestort, zo is bepaald in het Asbestverwijderingsbesluit3.
2
Bureau of International Recycling 2008, Report on the environmental benefits of recycling.
3
Asbestverwijderingsbesluit 2005; wetten.nl retrieved 1-09-2015
Pagina 4 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
2. Keten Asbestverwijdering op locatie klant Y Inputs Hoofdproces 1
Niet noemenswaardig
Partij
CO2-uitstoot
Klant
Gebeurt op basis van inventarisatie asbest houdende en asbest-verdachte delen in het net.
Planning werkzaamheden 2
Niet noemenswaardig
Beheersmaatregelen
Klant aan Joulz Versturing projectaanvraag
3
Niet noemenswaardig
Joulz
Er wordt zeker gesteld dat de medewerkers werken conform de geldende werkinstructies. Er wordt een asbestcontainer aangevraagd bij de klant.
Planning project
4 Transport
Plaatsen asbest container
Transport
Verwijderen installatie incl asbesthoudende delen
5
Vervoer naar locatie; energie Verpakkingsplastic; beschermingsmiddelen
Klant
Transport container
Het betreft altijd een gesloten container zodat afgifte van asbestvezels naar de lucht (ondanks overige verpakking van het object) wordt voorkomen.
Joulz, klant
Loszagen installatie; verpakken gehele installatie in speciaal beschermend plastic.
Medewerkers maken gebruik van beschermingsmiddelen. Verpakking in beschermend plastic.
Pagina 5 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
6 Transport
7
Afvoeren installatie incl asbesthoudende delen
Geen Stort asbesthoudend afval
Groene cellen = vindt plaats door Joulz
Afvalverwerker of Joulz (naar terrein klant, in container); klant
Transport in dichte container.
Afvalverwerker
Afval wat wordt aangeleverd als zijn asbesthoudend afval, mag niet worden gescheiden maar dient integraal te worden gestort.
Zonder markering = verantwoordelijke partij; grijs = adviserend; blauw = uitvoerend indien dit afwijkt van de verantwoordelijke partij
Pagina 6 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
3. Kwantificeren van de CO2 emissies – Casus verwijdering installatie d.d. 1990 Zoals eerder besproken, verschilt het sterk per project welk deel van het als asbestverdacht afval afgevoerde restmateriaal, daadwerkelijk uit asbest bestaat. Bij het labellen van het materiaal als zijnde asbestverdacht, en het opstellen van de werkinstructies hoe de verwijdering uit te voeren zijn meerdere partijen betrokken (zowel Joulz als de klant). Doordat de klant in veel gevallen Stedin betreft, liggen verantwoordelijkheden en bevoegdheden nog lastiger aangezien de twee bedrijven begin 2015 uit elkaar zijn gegaan. Het is nog niet in alle gevallen duidelijk voor iedere medewerker, waar beslissingsbevoegdheden liggen en volgens welke instructies en normen gewerkt dient te worden. Onderstaande geeft een beeld van hoe een (fictieve) asbestverwijderingsopdracht van Stedin aan Joulz er uit zou kunnen zien, en welke consequenties dit kan hebben voor de CO2 emissies van de hiermee gemoeide afvalafvoer: Activiteit Verwijderen en afvoeren 1 installatie incl. asbestverdachte onderdelen Totaal:
Omvang 300 kg
Wegingsfactor 0,002
300 kg
CO2-uitstoot (kg) 0,6
0,6
Figuur 3.1: Asbestsaneringsproject standaard
Activiteit Verwijderen en afvoeren asbestverdachte onderdelen installatie Verwijderen en recyclen schroot Totaal:
Omvang 50 kg
Wegingsfactor 0,002
CO2-uitstoot (kg) 0,1
250 kg
-0,97
-242,5
300 kg
-242,4
Figuur 3.2: Asbestsaneringsproject met opsplitsing
We zien dat er op afvoer van 300kg asbestafval volgens een grove schatting, en indien het overige afval van de installatie daadwerkelijk ijzer betreft, ruim 240 kg CO2-uitstoot valt te winnen door het ijzer te recyclen. Momenteel is er nog onvoldoende inzichtelijk welk deel van het als asbest afgevoerde afval bijv. asbestcement betreft; welk deel uit asbestbesmette of verdachte onderdelen bestaat en welk deel bijkomend ijzerafval is. Bovenstaande berekening geeft echter voldoende motivatie om hiernaar verder onderzoek in te stellen, in samenwerking met als eerste ketenpartner de klant.
Pagina 7 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015
4. Mogelijkheden tot emissie reductie Alternatief A: Uitgaande van de situatie waarin asbestverdachte componenten zich bevinden in een ijzeren/stalen installatie, kunnen deze worden losgezaagd. Dit gebeurde tot ca. 2014 op deze wijze. Uiteraard komt de veiligheid van de medewerkers op de eerste plaats, dus is het noodzakelijk dit in het oog te houden bij eventuele heroverweging van het besluit om een installatie in zijn geheel af te voeren.
5. Aanbevelingen Om duurzame en doeltreffende maatregelen te kunnen treffen, in het belang van het milieu, de medewerkers en Joulz als onderneming, moet de omvang en aard van het asbesthoudende en asbestverdachte afval eerst helder in beeld gebracht worden. Het in beeld krijgen van het aandeel ijzer wat wordt afgevoerd in de asbestsanering verdient hierbij prioriteit. Daar waar mogelijk, en waar de veiligheidseisen voor personeel het toelaten, moeten asbesthoudende onderdelen van het overige (met name het recyclebare) afval worden gescheiden, zodat dit laatste niet wordt aangeleverd als zijnde asbest, bestemd voor de stort. De bevoegdheden van de ketenpartners, om werkinstructies voor te schrijven met betrekking tot het veilig en milieubewust afvoeren van (asbesthoudend) afval, dienen voor alle betrokken medewerkers helder te worden. Deze dienen vervolgens te worden nageleefd.
6. Conclusie Het onderwerp asbestverwijdering is in het netbeheer zeer relevant, aangezien er nog veel oude onderdelen in het net aanwezig zijn. Hierbij is voorzichtigheid geboden, maar eveneens een pragmatische aanpak. Het ten onrechte storten van afval wat mogelijk gerecycled kan worden, met name ijzer/metalen, levert indirecte CO2 emissies op. Naar verwachting wordt veel schroot afgevoerd en gestort in het kader van asbestsaneringsopdrachten. Het is onduidelijk wie hierop momenteel bevoegd is om werkinstructies af te geven (is dit de klant of de aannemer? En welke instructie geldt er dan?). Door de grote onduidelijkheid hier omtrent is het aannemelijk dat het zekere voor het onzekere wordt genomen, en er zo afval ten onrechte wordt afgevoerd als zijnde asbesthoudend. Het scheiden van dit recyclebare afval van het werkelijk asbesthoudende afval moet aan de bron gebeuren. Mits goed uitgevoerd kan dit naar verwachting een forse reductie van CO2 emissie worden gerealiseerd, omdat recyclebare metalen (ijzer, staal) worden herwonnen en niet verdwijnen op de stortplaats. Bovendien is dit een aantrekkelijk vooruitzicht, omdat afvoer van asbesthoudend afval duur is en oud ijzer daarentegen geld oplevert bij de stort. De stappen zoals beschreven in de aanbeveling zullen zo naar alle waarschijnlijkheid leiden van een lichte CO2 emissie, zoals die geldt voor de stort van asbestafval, naar een positieve reductie van de footprint door waardevolle materialen te gaan hergebruiken en CO2 te besparen.
Pagina 8 van 8 Ketenanalyse “Asbestverwijdering” – september 2015