KAHO Sint. Studiegids KAHO Sint-Lieven. Aanvullende vorming voor Preventieadviseur

Studiegids KAHO Sint-Lieven

Aanvullende vorming voor Preventieadviseur

KAHO Sint

- Multidisciplinaire basismodule - Specialisatiemodule Niveau 1 - Specialisatiemodule Niveau 2

Academiejaar 2012-2013

Dienst Voortgezette opleidingen van de KAHO Sint-Lieven in samenwerking met: KAHO Sint-Lieven Koninklijke Vlaamse Vereniging voor Preventie en Bescherming (PreBes) Vlaamse Ingenieurskamer (VIK)

INLEIDING Deze studiegids wil u meer uitleg geven over de praktische organisatie van de opleiding tot preventieadviseur niveau 1 en niveau 2. Verder geven wij u hierin ook alle noodzakelijke informatie over de wettelijke bepalingen i.v.m. deze opleiding.

Organisatie van de opleiding: KAHO Sint-Lieven - dienst Voortgezette opleidingen in samenwerking met PreBes en VIK. Voor verdere inlichtingen kan U steeds terecht bij: KAHO Sint-Lieven - Dienst Voortgezette opleidingen Gebroeders De Smetstraat 1 - 9000 Gent Tel.: 09 265 86 18; Fax: 09 225 62 69 E-mail: [email protected] – Contactpersoon: Els Vercauteren ([email protected]) URL: http://www.kahosl.be (algemeen) http://dvo.kahosl.be (voortgezette opleidingen) PreBes vzw Diestersteenweg, 88 3510 Kermt-Hasselt Tel.: 011 28 83 40; fax: 011 28 83 49 E-mail: [email protected] VIK vzw Herentalsebaan 643 2160 Wommelgem Tel.: 03 259 11 00; fax: 03 259 11 01 E-mail: [email protected]

KAHO Sint-Lieven: Studiegids PA basis – PA2 – PA1

2/20

Inhoud INLEIDING ..................................................................................................................................................... 2 1.

Wettelijke bepalingen .......................................................................................................................... 4 1.1 Vertrekbasis ........................................................................................................................................ 4 1.2 Vereiste vorming ................................................................................................................................ 4 1.3 Toelatingsvoorwaarden...................................................................................................................... 5 1.4 Erkenning ............................................................................................................................................ 6 1.5 Afgeleverd getuigschrift ..................................................................................................................... 6

2.

Praktische uitwerking ........................................................................................................................... 6 2.1 Samenstelling van de stuurgroep en de opleidingscommissie .......................................................... 6 2.2 Programma......................................................................................................................................... 8 Werkvormen......................................................................................................................................... 8 Opbouw, inhoud en beoogd doel......................................................................................................... 8 Programmatabel ................................................................................................................................... 9 2.3 Lijst van de lesgevers ........................................................................................................................ 12 2.4 Organisatie ....................................................................................................................................... 16 Opleidingsduur ................................................................................................................................... 16 Evaluatie van de opleiding en de lesgevers door de cursisten en de opleidingscommissie .............. 16 Rol van de opleidingscommissie......................................................................................................... 16 Rol van de stuurgroep ........................................................................................................................ 17 2.5 Evaluatie ........................................................................................................................................... 17 Evaluatiemethodiek............................................................................................................................ 17 Procedure eindwerk (keuze, begeleiding, verdediging) ..................................................................... 18 2.7 Infrastructuur ................................................................................................................................... 19 2.8 Website ondersteuning .................................................................................................................... 19 2.9 Inschrijvingsgeld ............................................................................................................................... 19 2.10 Betaling met opleidingscheques van de Vlaamse Gemeenschap .................................................. 20 2.11 Betaling via KMO-portefeuille ........................................................................................................ 20


3/20

1. Wettelijke bepalingen 1.1 Vertrekbasis Volgens de wet van 10 juni 1952 betreffende de gezondheid en de veiligheid van de werknemers zijn de werkgevers die werknemers krachtens een arbeidsovereenkomst tewerkstellen, verplicht een dienst voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen (afgekort dienst VGV) te organiseren. Het Koninklijk Besluit van 20 juni 1975 betreffende het voorkomingsbeleid geeft meer bijzonderheden over deze dienst VGV. Met het Koninklijk Besluit van 10 augustus 1978 betreffende de aanvullende vorming opgelegd aan de diensthoofden VGV, en de latere wijzigingen, werd vastgelegd over welke aanvullende kennis de diensthoofden VGV en hun adjuncten moeten beschikken om hun taak te mogen uitoefenen. De wet van 10 juni 1952 werd verruimd en vervangen door de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. Deze wet werd geconcretiseerd o.m. in deze 6 Koninklijke Besluiten: • • • • • •

het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 tot wijziging en opheffing van diverse bepalingen van het algemeen reglement op de arbeidsbescherming. het Koninklijk Besluit van 5 december 2003 betreffende de deskundigheden van de preventieadviseurs van de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk. Het Koninklijk Besluit van 17 mei 2007 betreffende de vorming en de bijscholing van de preventieadviseurs van de interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk.

De dienst voor preventie en bescherming op het werk (afgekort dienst PBW, voorheen de dienst VGV), moet geleid worden door een preventieadviseur (voorheen: diensthoofd VGV) eventueel bijgestaan door één of meerdere adjuncten. De preventieadviseur hangt rechtstreeks af van de persoon belast met het dagelijks beheer van de onderneming en moet zijn taak in volledige onafhankelijkheid ten opzichte van de werkgever en de werknemers kunnen vervullen. De preventieadviseur en zijn adjuncten moeten de wetgeving ter zake kennen en beschikken over de nodige technische kennis omtrent de veiligheid, de hygiëne en de verfraaiing van de werkplaatsen.

1.2 Vereiste vorming De wetgeving voorziet in twee vormingsniveaus: • •

het hoogste of eerste niveau met een aanvullende vorming van minstens 400 contacturen, het lagere of tweede niveau met een aanvullende vorming van minstens 210 contacturen.


4/20

De aanvullende vormingen zijn modulair opgebouwd en omvatten een multidisciplinaire basismodule van tenminste 120 uren en een specialisatiemodule van het eerste niveau van tenminste 280 uren of van het tweede niveau van tenminste 90 uren. Preventieadviseurs van het tweede niveau met een praktische ervaring van minstens vijf jaar als preventieadviseur kunnen toegelaten worden tot de specialisatiemodule van het eerste niveau (280 uren) om een aanvullende vorming van het eerste niveau te verwerven. Welk niveau van aanvullende vorming de preventieadviseur moet hebben, is afhankelijk van de gevaarsgroep waarin de onderneming is ingedeeld en van het aantal tewerkgestelde werknemers (Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de Interne Dienst voor preventie en bescherming op het Werk).

1.3 Toelatingsvoorwaarden De voorwaarden om tot de cursussen van aanvullende vorming opgelegd aan de preventieadviseurs te worden toegelaten, zijn in het Koninklijk Besluit van 10 augustus 1978 vastgelegd en werden gewijzigd door de Koninklijke Besluiten van 10 augustus 1981 en 12 augustus 1993. Deze voorwaarden werden overgenomen in het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk. Zij werden aangepast in het Koninklijk Besluit van 17 mei 2007 betreffende de vorming en bijscholing van de preventieadviseurs van de interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk. Volgens het KB van 17 mei 2007 is de opleiding aanvullende vorming voor preventieadviseurs van het eerste niveau enkel toegankelijk voor houders van een bachelordiploma van een universiteit of van hoger onderwijs op universitair niveau (academische bachelor). Kandidaten die niet beschikken over een academische bachelor (bv. professionele bachelors) kunnen via het volgen van en het geslaagd zijn in een schakelprogramma een toelatingsattest bekomen tot een masteropleiding. Dit toelatingsattest wordt eveneens aanvaard als toelatingsvoorwaarde tot de opleiding Preventieadviseur Niveau 1. De nodige informatie vindt u op http://www.kahosl.be/site/index.php?p=/nl/page/1344/schakelprogrammas/. De aanvullende vorming voor preventieadviseurs van het tweede niveau is toegankelijk voor houders van een getuigschrift van hoger secundair onderwijs of hogere secundaire leergangen. Kandidaten die niet beschikken over een diploma secundair onderwijs, kunnen via een EVC/EVK assessment in KAHO Sint-Lieven een toelatingsattest verwerven tot het hoger onderwijs. Dit attest wordt eveneens aanvaard als toelatingsvoorwaarde tot de opleiding Preventieadviseur Niveau 2. De nodige informatie vindt u op http://www.kahosl.be/site/index.php?p=/nl/page/175/geen-diplomasecundair-onderwijs/. Er zijn drie einddata waarop de noodzakelijke documenten kunnen ingediend worden: 1 september, 10 januari en 1 juni. De hogeschool stelt geen bijkomende toelatingscriteria. Enkel voor het programma “multidisciplinaire basisvorming in blended learning” wordt een bachelor diploma als voorwaarde gesteld.


5/20

1.4 Erkenning De opleiding ‘aanvullende vorming voor preventieadviseurs’ niveau 1 wordt reeds ingericht sedert 1979. Deze opleiding werd erkend door de ministeriële besluiten van 22 januari 1981, 8 oktober 1981, 31 maart 1983, 7 juni 1985, 31 oktober 1986, 17 oktober 1989, 17 februari 1994, 26 juli 1994, 15 juli 1996, 17 juli 1998, 27 februari 2001, 6 oktober 2003, 15 september 2004 en 05 september 2006. De verlenging van de erkenning werd toegestaan op 26 juni 2008. De erkenning geldt voor een duur van 4 jaar vanaf 01 september 2008. Een nieuwe erkenning werd reeds aangevraagd. De opleiding ‘aanvullende vorming voor preventieadviseurs’ niveau 2 werd erkend door de ministeriële besluiten van 29 september 1999, 27 februari 2001, 6 oktober 2003 en 05 september 2006. De verlenging van de erkenning werd toegestaan op 26 juni 2008. De erkenning geldt voor een duur van 4 jaar vanaf 01 september 2008. Een nieuwe erkenning werd reeds aangevraagd. De opleidingen aanvullende vorming voor preventieadviseurs niveau 1 en niveau 2 werden in toepassing van artikel 109, paragraaf 1, 9° van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, als beroepsopleiding erkend op 16 juni 2005 (referte N-1371-05 en referte N-1373-05). Deze erkenning is in werking getreden op 1 september 2005 en is van onbepaalde duur. De opleidingen komen dus in aanmerking voor toekenning van betaald educatief verlof. Voor meer informatie zie de website van de FOD WASO: www.werk.belgie.be > thema verloven > betaald educatief verlof > terugbetaling aan de werkgevers.

1.5 Afgeleverd getuigschrift De cursisten die regelmatig de opleidingen hebben gevolgd en geslaagd zijn in de opleidingsmodules zoals vastgelegd bij koninklijk besluit van 17 mei 2007 (onderafdeling III afdeling V en bijlage II) ontvangen een getuigschrift van de multidisciplinaire basisvorming of het getuigschrift van de aanvullende vorming tot preventieadviseur van het eerste of tweede niveau.

2. Praktische uitwerking 2.1 Samenstelling van de stuurgroep en de opleidingscommissie De stuurgroep zoals voorzien in het KB van 17 mei 2007 is als volgt samengesteld: - voor KAHO Sint-Lieven: • Dr. Heleen Vandromme, hoofd van de dienst Voortgezette opleidingen van KAHO Sint-Lieven - voor een andere inrichter Lucina-Academy: • Brigitte Cosemans, coördinator Lucina-Academy for working life, Pellenberg - voor de preventieadviseurs: • Ing. Bertin Desmidt, Nationaal vice-voorzitter PreBes preventieadviseur DVC Heilig Hart te Deinze • Ing. Guy Roymans, Ere-voorzitter van VIK, voormalig preventieadviseur bij groep SCREG Belgium, Brussel, zaakvoerder GR Consult, Turnhout - voor de cursisten: • afgevaardigde van de aanvullende vorming van het eerste niveau


6/20

•

afgevaardigde van de aanvullende vorming van het tweede niveau

- voor de werkgeversorganisaties: • •

Dhr. André Defoort, Algemeen adviseur Agoria, Zwijnaarde Lic. Peter Pelgrims, bestuurder VKW, Bergekouter 103, 9300 Aalst

- voor de werknemersorganisaties • Marie-Jeanne De Pauw, ACV - Dienst Onderneming, Gent-Eeklo • NN, ACV nationaal secretariaat, Dienst Onderneming, Haachtsesteenweg 571-1031 Brussel Als waarnemend lid van de stuurgroep wordt ook uitgenodigd: bevoegd inspecteur ir. Herman Outtier, adviseur – bouwintegrator van de Algemene directie Toezicht welzijn op het werk, Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg (FOD WASO), Gent. Deze stuurgroep vergadert zoals voorzien in art. 13 van het KB van 17 mei 2007. De stuurgroep vervult de wettelijke opdracht zoals geformuleerd in art. 12 van het KB van 17 mei 2007. Voor de permanente begeleiding van de opleiding is een opleidingscommissie samengesteld. De leden van de opleidingscommissie hebben o.m. als opdracht -

de screening en evaluatie van de docenten de begeleiding van cursisten bij het uitwerken van hun eindwerk deelname als jurylid bij de examens opvolgen van de in art. 14 van het KB van 17 mei 2007 gegevens van de opleidingen en de wijze waarop de doelstellingen van dit KB worden gerealiseerd.

Deze opleidingscommissie bestaat uit volgende leden: - voor KAHO Sint-Lieven: • Dr. Heleen Vandromme, hoofd van de dienst Voortgezette opleidingen van KAHO Sint-Lieven • ir. Paul Froeyman, preventieadviseur FOD Binnenlandse Zaken • Ing. Danny Plaetinck, preventieadviseur van KAHO Sint-Lieven - voor PreBes: • Bertin Desmidt, preventieadviseur, DVC Heilig Hart, Deinze • Ing. Guido Laridaen, gewestelijk directeur Oost- en West-Vlaanderen, Vinçotte, Zwijnaarde • Ing. Albert Vandenberghe, Corporate senior advisor safety, health and environment UCB • Ing. Peter Demonie, Preventieadviseur, milieu- en kwaliteitsverantwoordelijke bij Vandenbussche NV, Aalter - voor VIK: • Ing. Hans Demuynck, gewezen diensthoofd van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk, Universiteit Gent • Ing. Guy Roymans, ere-voorzitter van VIK, voormalig preventieadviseur bij groep SCREG Belgium, Brussel, zaakvoerder GR Consult, Turnhout • Ing. Marc Vandenput, Business Development Manager van Groep Idewe-Ibeve, Heverlee • Lic. Piet Recour, Preventieadviseur bij Federale politie, Diensthoofd Onderzoek en Ontwikkeling De contacten van de cursisten met de organisatoren verlopen via de Dienst Voortgezette Opleidingen, de opleidingcoördinator (Heleen Vandromme) en de afgevaardigden van de cursisten. De dienst Voortgezette opleidingen staat in voor de plaatselijke organisatie, de verdeling van de opleidingen, verzorgt alle briefwisseling en legt contacten met de docenten.


7/20

2.2 Programma Werkvormen Tijdens de hoorcolleges wordt steeds overgegaan tot praktische toepassingen onder de vorm van oefeningen en demonstraties. Van elk hoorcollege worden vragen en oefeningen op de website geplaatst. De hoorcolleges worden aangevuld met seminaries waarin cursisten praktijkopdrachten uitwerken. Sommige seminaries worden georganiseerd in bedrijven. De opleidingscommissie dringt er bij de lesgevers sterk op aan dat ze voldoende ruimte laten voor een eigen inbreng van de deelnemers. Zo krijgen de deelnemers een verschillende benadering van de onderwerpen en een zo breed mogelijke kijk op de behandelde problemen. Dit werkt een onafhankelijke houding van de preventieadviseur t.o.v. alle partijen in de hand. Opbouw, inhoud en beoogd doel KAHO Sint-Lieven heeft een programma opgesteld waarbij voor de drie modules A. Multidisciplinaire basisvorming B. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 1’ C. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 2’

werd uitgegaan van de vereiste kennis en vaardigheden en de specifieke domeinen zoals vermeld in de bijlage II van het KB van 17 mei 2007. Daarbij werd het programma zo samengesteld dat de multidisciplinaire basisvorming als onderbouw dient voor zowel de multidisciplinaire specialisatie niveau 1 als multidisciplinaire specialisatie niveau 2. Het programma van de multidisciplinaire specialisatie niveau 2 is verschillend van en complementair aan het programma van de multidisciplinaire specialisatie niveau 1. Dit is enerzijds ingegeven door de specifieke vereisten zoals beschreven in bijlage II en anderzijds in de doelstelling van het KB dat beide getuigschriften moeten leiden tot inzetbare preventieadviseurs op het juiste niveau. Het globale programma bestaat uit een conceptonderdeel en zeven inhoudelijke opleidingsonderdelen (OO) en een eindwerk. De inhoudelijke opleidingsonderdelen bevatten meerdere leseenheden (LE). Eén eenheid (les, seminarie, evaluatiesessie) komt overeen met een contacttijd van 3,5 uur.

OO Titel 1 2 3 4 5 6 7 8

Opleidingsconcept Regelgevend kader i.v.m. welzijn Veiligheids- en gezondheidsstructuren Grondslagen van en motivatie tot het voeren van een welzijnsbeleid Strategieën en technieken bij de uitvoering van een welzijnsbeleid Opsporen, analyseren en evalueren van risico’s Uitbouw van een veiligheidsbeleid Risicovelden, risicovoorkoming en risicobeheersing


LE in basis

LE in niveau II

LE in niveau I

2 1 4

3 0 0

6 2 0

5

1

4

5

4

10

3 5

8 5

15 7

14

9

41

8/20

Totaal aantal leseenheden Totaal aantal contacturen Totale geraamde studielast in uur Totaal geraamde studielast inclusief eindwerk

39 136,5 240 240

85 297,5 560 860

30 105 180 480

Programmatabel De tabel vermeldt voor elke module het totaal aantal leseenheden en het aantal leseenheden per opleidingsonderdeel.

LESEENHEDEN EN -INHOUDEN TOTAAL AANTAL LESEENHEDEN TOTAAL AANTAL CONTACTUREN AANTAL GERAAMDE STUDIEBELASTINGSUREN OPLEIDINGSONDERDEEL I: OPLEIDINGSCONCEPT 1 Inleiding: doel, inhoud en methodiek van de opleiding 2 Opdracht eindwerk 3 Onderzoeksmethodiek en bronnenbeheer: Theorie 4 Onderzoeksmethodiek en bronnenbeheer: Werkcollege 5 Evaluatie 1 6 Evaluatie 2 7 Evaluatie 3 8 Verdediging eindwerk OPLEIDINGSONDERDEEL II: REGELGEVEND KADER I.V.M. WELZIJN 1 Algemeen wettelijk kader m.b.t. welzijn op het werk 2 Europese reglementering m.b.t. de arbeidsveiligheid 3 Europese reglementering m.b.t. de arbeidsveiligheid (verdieping) OPLEIDINGSONDERDEEL III: VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSSTRUCTUREN 1 De structuren in de bedrijven en organisaties 2 EDTC en Toezicht Welzijn op het werk 3 Structurele concepten binnen een preventiebeleid 4 Seminarie veiligheidsnetwerken OPLEIDINGSONDERDEEL IV: GRONDSLAGEN VAN EN MOTIVATIE TOT HET VOEREN

MULTI 39 30۩ 136,5 240 2 1۩ ۩ I.1

PA2

PA1

30 105 480 3

85 297,5 860 6

I.1

I.1 I.2 I.3

I.2 I.3 0

I.4 I.5 I.6 2

0

II.1 II.2 0

1

4

I.2

1 II.1

1۩ ۩

4

3۩

III.1 III.2 III.3 III.4 5

۩ ۩ ۩ 5۩

IV.1

۩

VAN HET WELZIJNSBELEID

1 Economisch en sociaal-economisch aspect van het welzijnsbeleid (basis) 2 Economisch en sociaal-economisch aspect van het welzijnsbeleid (verdieping) 3 Juridisch aspect van het welzijnsbeleid 4 Arbeidshygiëne en rol van de arbeidsgeneeskunde 5 Arbeidshygiëne 6 Arbeidssociologisch aspect van het welzijnsbeleid 7 Bedrijfspsychologisch aspect van het welzijnsbeleid 8 Bedrijfsorganisatorisch aspect van het welzijnsbeleid 9 Seminarie: bedrijfsbezoek VOLVO OPLEIDINGSONDERDEEL V: STRATEGIEËN EN TECHNIEKEN TER UITVOERING VAN

IV.1 IV.2 IV.3

۩ ۩ IV.2

IV.4 IV.5

۩ ۩ IV.1

5

0۩

IV.3 IV.4 10

4

HET WELZIJNSBELEID

1 Motivatiestrategieën binnen het welzijnsbeleid 2 Duurzame veiligheidscultuur: Een denkkader 3 Veiligheidscultuur: praktijk


V.1 V.1 V.2

9/20

4 Klachtenbeheer 5 Communicatie- en informatietechnieken 6 Vergader- en rapporteringtechnieken 7 Enquête- en interviewtechnieken 8 Managementvaardigheden en leiding geven 9 Kwaliteitszorgsystemen en integratie van het welzijnszorg beleid 10 Seminarie 1: Toelichting en toewijzing groepsopdracht 11 Seminarie 2: Coaching groepsopdracht 12 Seminarie 3: Presentatie van het resultaat van de groepsopdracht 13 Seminarie : Implementatie van welzijnsbeleid in een bedrijf (Arcelor Mittal) OPLEIDINGSONDERDEEL VI: OPSPOREN, ANALYSEREN EN EVALUEREN VAN RISICO’S 1 Arbeidsongevallen en beroepsziekten 2 Statistiek I: Gegevensverzameling en gegevensverwerking 3 Statistiek II: Gegevensverwerking (verdieping) 4 Risicoanalyse: Algemeen kader 5 Sobane 6 MORT 7 Sarier 8 Hazop 9 Kinney, FMEA, PPA, Ishikawa 10 Risicoanalysetechnieken: psychosociale belasting 11 Ongevallenanalyse en toepassingen 12 Ongevallenanalyse en toepassingen (werknemers van groep A of B) 13 Arbeidsanalyse en studie van werkomstandigheden 14 Werkpostanalyse en toepassing (werknemers van groep A of B) 15 Werkpostanalyse en toepassing (werknemers van groep A of B) 16 Specifieke risico’s bij interimarbeid en derden 17 Case-study: ernstige arbeidsongevallen 18 Case-study: ernstige arbeidsongevallen OPLEIDINGSONDERDEEL VII: UITBOUW VAN EEN VEILIGHEIDSBELEID 1 Uitbouw van een preventiebeleid binnen een bedrijf 2 Maand- en jaarverslag (werknemers van groep A en B) 3 Collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen 4 Seminarie: Collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen 5 De aankoopprocedure en het ter beschikking stellen van arbeidsmiddelen (werknemers van groep A en B) 6 Seminarie: Praktijkvoorbeelden en cases binnen het voorkomingbeleid 7 Actieplan als beleidsinstrument (werknemers van groep A en B) 8 Bedrijfseerstehulpverlening 9 Opleiding, vorming en instructies 10 Safety audit 11 De rol van de security in het welzijnsbeleid (A en B) 12 Bedrijfsoverschrijdende preventie: Van evenement tot “teambuilding” 13 Werken als preventieadviseur: een praktijkvoorbeeld 14 Werken als preventieadviseur: een praktijkvoorbeeld OPLEIDINGSONDERDEEL VIII: RISICOVELDEN, VOORKOMING EN RISICOBEHEERSING A. RISICO’S VERBONDEN AAN HET WERKEN MET GEVAARLIJKE STOFFEN 1 Gevaarlijke stoffen: toxicologie en wetgeving 2 Gevaarlijke stoffen: toxicologie en wetgeving


V.3 V.1 V.2

V.3 V.4 V.5

3 VI.1 VI.2

V.4 V.5 V.6 V.7 V.8 V.9 V.10

V.2 V.3 V.4

3۩ ۩ ۩

8

15

VI.1 VI.3

۩ VI.1

5

VI.2 VI.3 VI.4 VI.5 VI.6 VI.7 VI.8 VI.9 VI.10 VI.11 VI.12 VI.13 VI.14 VI.15 7

VII.1

VII.1

VII.2

VII.2

VI.2 VI.3 VI.4 VI.5 VI.6 VI.7 VI.8

5 VII.1

5۩ ۩

VII.2 VII.3

۩ ۩

VII.3 VII.3 VII.4 VII.5

VII.4

۩ ۩

VII.5 VII.6 VII.7

14 0

12۩ 0۩

VII.4 VII.5 9 3

41 6 VIII.A.1 VIII.A.2

10/20

3 Gevaarlijke stoffen: toxicologie en wetgeving 4 Opslaan, verpakken en vervoeren van gevaarlijke stoffen 5 Asbestbeheersing 6 Evaluatie zware risico’s en noodplanning 7 Bedrijfsbezoek: Zware risico’s en noodplannen B. OMGEVINGSRISICO’S 1 Verlichting 2 Verluchting, thermische omgeving en afzuiging 3 Omgevingsrisico’s 4 Lawaai en trillingen: Meten van lawaai in het milieu 5 Lawaai en trillingen: Beheersingstechnieken voor milieugeluid C. ELEKTRISCHE RISICO’S EN BEVEILIGING 1 Reglementering i.v.m. elektrische installaties (AREI) 2 Gevaren van de elektriciteit en beschermingsmaatregelen tegen directe en indirecte aanraking (voor werknemers van groep A en B) 3 Seminarie: gevaren van de elektriciteit en beschermingsmaatregelen tegen directe en indirecte aanraking D. BRANDRISICO’S EN BRANDBEVEILIGING 1 Brand - Basisbegrippen 2 Brandveiligheid van gebouwen 3 Branddetectiesystemen 4 Blussystemen 5 Bedrijfsbrandweer: 6 Statische elektriciteit en explosieonderdrukking 7 Atex: explosieveiligheidsdocumenten 8 Atex: explosieveiligheidsdocumenten (verdieping) 9 Seminarie: brandweerstand van bouwelementen 10 Seminarie: brandblusoefeningen E. RISICO’S VERBONDEN AAN MACHINES EN GEMECHANISEERDE WERKTUIGEN 1 Machinerichtlijn en KB arbeidsmiddelen 2 Machinerichtlijn en KB arbeidsmiddelen (werknemers van groep A en B) 3 Intern transport (werknemers van groep A en B) 4 Hefwerktuigen 5 Roboticabeveiliging F. FYSISCHE EN MENTALE BELASTING 1 Ergonomie: inleidende begrippen 2 Ergonomie 3 Ergonomie: uitbreiding en oefeningen 4 Basiskennis van psychische belasting en beroepsstress 5 Grensoverschrijdend gedrag op het werk 6 Agressie op de werkplaats 7 Alcohol-, drugs- en rookbeleid op het werk G. GEVAARLIJKE INSTALLATIES 1 Gebruik van perslucht en stoom 2 Gasopslagplaatsen en recipiënten 3 Veiligheid bij het lassen 4 Veiligheid in industriële systemen 5 Veiligheid in industriële systemen (verdieping) 6 Veiligheid in industriële systemen 7 Veiligheidsbeheerssystemen


2

2۩

VIII.B.1 VIII.B.2

۩ ۩

1 VIII.C.1

1۩

VIII.A.3 VIII.A.1 VIII.A.4 VIII.A.5 VIII.A.2 VIII.A.6 VIII.A.3 0 3 VIII.B.1 VIII.B.2

VIII.B.3 2

1

۩

VIII.C.1 VIII.C.1 VIII.C.2 2 VIII.D.1

2۩

1

8

۩

VIII.D.1 VIII.D.1 VIII.D.2 VIII.D.3 VIII.D.4 VIII.D.5 VIII.D.6 VIII.D.7 VIII.D.8 VIII.D.2 1 VIII.E.1

۩ 1۩ ۩

3 VIII.F.1 VIII.F.2

3۩

VIII.F.3

۩

1

4

VIII.E.1

VIII.E.1

1

VIII.E.2 VIII.E.3 VIII.E.4 4

۩ ۩

VIII.F.1 VIII.F.1

1

0۩

1

VIII.F.2 VIII.F.3 VIII.F.4 6 VIII.G.1 VIII.G.2 VIII.G.3

VIII.G.1 VIII.G.4 VIII.G.5 VIII.G.1 VIII.G.6

11/20

H. BIJZONDERE RISICO’S 1 Veiligheid in de Bouw (werknemers van groep B) 2 Veiligheid in de bouw (werknemers van groep A ) 3 Werken op hoogte 4 Afzonderlijke tewerkstelling: Werken in besloten ruimtes en werken in hyperbare omstandigheden 5 Ioniserende straling 6 Niet-ioniserende straling 7 Hygiëne in het bedrijf (HACCP) 8 Gevaren van regelsystemen 9 Bijzondere werknemerscategorieën I. VEILIGHEID EN MILIEU 1 Milieuwetgeving (Deel 1) 2 Milieuwetgeving (Deel 2) 3 SEVESO-richtlijn 4 Seminarie: Toepassing van milieuaspecten in preventie

2

1۩

1 VIII.H.1

6 VIII.H.1 VIII.H.2 VIII.H.3 VIII.H.4 VIII.H.5

VIII.H.1

۩

VIII.H.6 VIII.H.2 2 VIII.I.1 VIII.I.2

2۩ ۩ ۩

0

2

VIII.I.1 VIII.I.2

2.3 Lijst van de lesgevers De docenten komen uit hogescholen en universiteiten, de industrie, werknemerswerkgeversorganisaties, overheidsinstanties en bedrijven gespecialiseerd in preventie.

DOCENT

DIPLOMA

BEDRIJF OF ORGANISATIE

Anno Friedel

Ing. Chemie Preventieadviseur Niveau 1 Milieucoördinator Niveau A Ing. Elektromechanica optie automatisering Gegradueerde in sociaal cultureel werk Preventieadviseur Niveau 2 ir. Preventieadviseur Niveau I (KUL) Lic. Rechten (VUB) Ing. Mechanica Preventieadviseur Niveau 1 Master in de wetenschappen (Fysica)

Hoofd preventiedienst Taminco

Baert Pieter Carrette Eddy

De Baere Danny

Debrabandere Marc Decat Gilbert

De Feyter Raoul De Gersem Kristof Dekyvere Bert

Delrue Erwin Delrue Willem

en

Docent controletechnieken KAHO Sint-Lieven + Onderzoeker Preventieadviseur te Sint-Jan Baptist te Zelzate Senior trainer van Arteria Directie Chemische Risico’s, FOD WASO, Brussel

Voormalig Area en Contractmanager AIBVinçotte, International Voormalig projectmanager VITO nietioniserende straling Zaakvoerder expert niet-ioniserende straling GDEMF-Consulting (Gilbert Decat – ElektroMagnetic Field-Consulting) Diploma niv 1 Polytechniek Preventie-inspecteur, Axa-verzekeringen, Preventieadviseur niveau 1 Antwerpen Ing. Elektromechanica Technical Manager ATEX AIB Vincotte Bachelor Communicatiebeheer Consultant (safety & security) SAS Consult (EGON) Voorzitter stuurgroep security PreBes Preventieadviseur Niveau 2 Ing. AIB-Vinçotte, Zwijnaarde Ing. Elektromechica Preventieadviseur bij Kinderdagverblijf


12/20

De Meulenaere Daniël De Prijcker Jozef De Proft Anthony De Smedt Luc

De Volder Walter Dieussaert Lieven D’Ours Sophie

Preventieadviseur Niveau 1 Ing. Dr. in de chemie Ing. Chemie Gegradueerde in marketing en pedagogie Preventieadviseur Niveau 2 Ing. Mechanica Preventieadviseur Niveau 1 Ing. Biochemie Preventieadviseur Niveau 1 Lic. in de Psychologie

Foubert Kris Froeyman Paul Goethals Marieke

Burg. ir. Bouwkunde Preventieadviseur Niveau 1 Graduaat in de sociale verpleegkunde Preventieadviseur Niveau 2

Haezebrouck Geert

Diploma secundair Onderwijs

Heyman Annick

Bachelor Logopedie & audiologie Ing. Elektriciteit Preventieadviseur Niveau 1

Lambrechts Pierre

Laridaen Guido

Ing. Mechanica Preventieadviseur Niveau 1

Lootens Catherine Luyckx Edwin

Ing. Elektronica Veiligheidsingenieur Veiligheidscoördinator Niveau A Ing. Scheikunde Preventieadviseur Niveau 1 Dr. in de psychologie

Maesen Peter Marescau Valerie Martens Ignace

Meuldermans Raoul Monsieurs Myriam

ir. Werktuigbouwkunde ir. Industrieel Beleid Master in Industrieel Ondernemingsbeleid Dr. In de theoretische Natuurkunde Dr. in de medische wetenschappen


Zaakvoerder van Delrue Willem (VOF) Vinçotte Academy Preventieadviseur en kwaliteitscoördinator AgfaGevaert, Mortsel Docent, KAHO Sint-Lieven, Gent Senior Consultant Vandeputte Safety Solutions/Samurai@work N.V Preventieadviseur leidinggevende interne dienst PBW Preventieadviseur Omnichem, Wetteren Preventieadviseur Psychosociaal Welzijn, Groep Idewe, Zwijnaarde Instructeur Provinciale Brandweerschool OostVlaanderen (PBO) Diensthoofd IDPB, FOD Binnenlandse Zaken, Brussel Voormalig technisch coördinator opleidingen EHBO in externe preventiedienst Safety, health and environment medewerker bij FrieslandCampina (Sleidinge) Bestuurslid Vlaamse Vereniging voor verpleegkundigen in de bedrijfsgezondheidszorg (VVVB) Technical manager druktoestellen en opslag AIBVinçotte, Brussel Assistent coach & trainer in The Coaching Square bvba Voormalig preventieadviseur Picanol Voormalig preventieadviseur WestVlees Zaakvoerder ALBO Aluwerken bvba Zaakvoerder Forma bvba (Waregem) Gewestelijk directeur Oost en West Vlaanderen; verantwoordelijke voor Technical & Qualification Management voor de groep Vinçotte Docent, KAHO Sint-Lieven, Gent Ibeve vzw, Heverlee

IBEVE Antwerpen Voormalig Senior research executive te Synovate Zorgcoördinator bij CVO Leerdorp Docent, KAHO Sint-Lieven, Gent

Hoogleraar, KAHO Sint-Lieven, Gent Deskundige Stralingsbescherming (UGent)

13/20

Naessens Didier Nuytemans Glenn Olivier Paul Persyn Chris

Persyn Koen

Pierloz Phillippe Pinoy Erik Praet Eva

Raes Bert

Recour Piet

Master in Biowetenschappen Preventieadviseur Niveau 1 Ing. Elektromechanica Ing. Elektromechanica Preventieadviseur Niveau 1 ir. Veiligheidstechnieken Lic. in de rechten

Dr. in de toegepaste wetenschappen experimentele kernfysica ir. natuurkundig Ing. Mechanica Preventieadviseur Niveau 1 Lic. in de pedagogie Klinisch psycholoog Sociologie van de arbeidsorganisatie Postacademische vorming preventieadviseurs Specialisatiemodule psychosociale aspecten Lic. Gezondheidswetenschappen Preventieadviseur Niveau 1 Lic. in de rechten

Roymans Guy

MSc-Ing. Elektromechanica Preventieadviseur Niveau 1

Ryckaert Wouter Semeese Johan

Ing. Elektronica Ing. Elektriciteit Nucleair ingenieur Gegradueerde Boekhouding Preventieadviseur Niveau 1

Slootmans Patrick

Smedts Rudy Teirlinck Stefaan Van Damme Erwin

Van de Kerckhove Kurt

Vandenberghe Albert

Bio-ing. Preventieadviseur Niveau 1 Ing. Bouwkunde Ing. Bouwkunde Preventieadviseur Niveau 1 Milieucoördinator Niveau A Postgraduaat adviseur in de gevaarlijke stoffen (UA) Ing. Kernenergie Lic. Veiligheidstechnieken Preventieadviseur niveau 1 Ing. Scheikunde


Deputy Head Quality Audit, Training and Safety Department bij Apragaz, Brussel Zaakvoerder van KMO-Assur, Nijlen Productmanager bij AIB-Vinçotte, Brussel Vennoot advocatenkantoor Crivits & Persyn Specialisaties: Arbeidsrecht, sociaal strafrecht, sociale zekerheidsrecht Directeur AIB-Vinçotte Controlatom, Brussel

Contract Manager of Safety of Machinery, AIBVinçotte Docent, KAHO Sint-Lieven, Gent Preventieadviseur psychosociaal welzijn Securex EDPB, Gent

Preventieadviseur AZ Sint-Lucas Brugge

Preventieadviseur bij Federale politie, Diensthoofd Onderzoek en Ontwikkeling Voormalig coördinator Kwaliteit, Veiligheid en Milieu bij de groep SCREG Belgium (thans COLAS) Zaakvoerder GR-Consult vof, Turnhout Docent, KAHO Sint-Lieven, Gent Preventieadviseur Arcelor-Mittal Voormalig preventieadviseur Monsanto (Antwerpen) Preventieadviseur Solutia, Gent Hoofd Interne Dienst PBW IMES-Group (Hasselt) Afdelingshoofd weerstand tegen brand, Senior Engineer Warringtonfire Gent Operationeel officier Brandweer Gent verantwoordelijk voor departement Welzijn

Preventieadviseur en hoofd van de dienst kwaliteitszorg bij Email Brugge nv, Brugge Corporate senior advisor safety, health and

14/20

Van Den Broeck Tine

Vandenplas Eric

Vandenput Marc

Van der Steen Myriam

Preventieadviseur Niveau 1 Lic. Lichamelijke opvoeding Geaggregeerde onderwijs groep 2 Ing. Elektromechanica Lic. Veiligheidstechnieken Preventieadviseur Niveau 1 Ing. Elektromechanica Licentiaat veiligheidstechnieken Preventieadviseur Niveau 1 Ir. Scheikunde Preventieadviseur Niveau 1

Van de Velde Jean-Marie Vandromme Heleen

Onderluitenant Dr. in de psychologie

Vanherrewegen John

Ing. Elektromechanica Veiligheidscoördinator Niveau A Coördinator TMB Ing. Preventieadviseur Niveau 1

Van Laethem Chris

Van Lembergen Kristin

Lic. psychologie Preventieadviseur Niveau 1

Van Rymenant Patrick

Ing. Elektromechanica

Van Schoonenberghe Eric Van Woensel Walter

Dr. in de scheikunde Ing. Bouwkunde Preventieadviseur Niveau 1

Verwimp David

Lic. Lichamelijke opvoeding Master in de ergonomie Preventieadviseur Ergonoom Niveau 1 Ing. Chemie-Biochemie GAS veiligheidstechnieken Preventieadviseur Niveau 1

Wittevrongel Peter


environment UCB Docent, KAHO Sint-Lieven

IDEWE

Business Development Manager Groep Idewe-Ibeve, Heverlee

Voormalig docent KATHO en EHSAL Milieu- en preventiemanagement Extern eindredacteur Wolters Kluwer Beroepsofficier brandweer, Aalst Diensthoofd Voortgezette opleidingen, KAHO Sint-Lieven, Gent Zaakvoerder Jomica Consult, Tienen

Voormalig personeelschef en voormalig preventieadviseur bij de CNO-BASF-groep, Oostende, Zaakvoerder AVL bvba, De Pinte Ere-voorzitter PreBes Voormalig preventieadviseur Psychosociale aspecten bij Securex Erkend bemiddelaar Sociale Zaken door FOD Justitie Preventieadviseur bij Adhesia Werkleider, Hogeschool voor Kunst en Wetenschap, Mechelen Hoogleraar, KAHO Sint-Lieven, Gent Preventieadviseur Departement Ondernemingen – Dienst Arbeidsongevallen, Winterthur-Europe Verzekeringen IDEWE

Contract Manager Risk & Environment

15/20

2.4 Organisatie Opleidingsduur A. Multidisciplinaire basisvorming In het concept van één dag per week: 20 weken In het concept van ‘blended learning’: 20 weken In het concept van één avond per week: 39 weken B. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 1’ In het concept van één dag per week: 43 weken C. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 2’ In het concept van één dag per week: 15 weken In het concept van één avond per week: 30 weken Uit dit overzicht kunnen we afleiden dat een aanvullende vorming tot preventieadviseur van het tweede niveau in totaal 35 weken of één academiejaar in beslag neemt via dagonderwijs (één dag per week), en in totaal 69 weken of twee academiejaren via avondonderwijs (één avond per week). Uit dit overzicht kunnen we eveneens afleiden dat een aanvullende vorming tot preventieadviseur van het eerste niveau in totaal 63 weken in beslag neemt (één dag per week), of twee academiejaren. -> Multidisciplinaire basisvorming in dagonderwijs De module “multidisciplinaire basisvorming” start op donderdag 13 september 2012 in Technologiecampus Gent te Gent. Er is les gedurende 1 dag per week (voor de academiejaren 20112012 telkens op donderdag). De lessen worden gegeven van 9.00 uur tot 12.30 uur en van 13.30 tot 17.00 uur en worden gegroepeerd in leseenheden, die telkens een halve dag beslaan. Tijdens de kerstvakantie en de paasvakantie worden telkens twee weken verlof voorzien. -> Multidisciplinaire basisvorming in ‘Blended learning’ De studenten die deze vorm kiezen starten op dezelfde dag als diegene die kiezen voor de opleiding in dagonderwijs te Gent m.n. donderdag 13 september 2012. Gedurende het academiejaar werken de studenten zelfstandig. In de voorziene periode worden 6 seminariedagen (6 maal een halve dag) voorzien waarbij de studenten elkaar treffen op de Technologiecampus Gent, telkens op donderdag. Enkele modules zijn praktisch van aard en moeten dan ook gevolgd worden. Daarbij kan de student kiezen tussen de tijdstippen waarop die sessies aangeboden worden, onafhankelijk van de lesgroep. Aansluitend kan de module “multidisciplinaire specialisatie niveau 1” of de module “multidisciplinaire specialisatie niveau 2” in dagonderwijs gevolgd worden. - De aansluitende module “multidisciplinaire specialisatie niveau 1" in dagonderwijs start donderdag 14 maart 2013 (eveneens telkens op donderdag). - De aansluitende module “multidisciplinaire specialisatie niveau 2" in dagonderwijs start donderdag 7 maart 2013 (eveneens telkens op donderdag). Evaluatie van de opleiding en de lesgevers door de cursisten en de opleidingscommissie Per leseenheid wordt door de cursisten individueel op de website een waardeoordeel gegeven. Het betreft een evaluatie van de inhoud van de les, de manier van lesgeven, de kwaliteit van de syllabus en de bruikbaarheid van de gegeven stof. De resultaten worden verwerkt en rechtstreeks via de website aan de betrokken lesgever bezorgd. Rol van de opleidingscommissie De regelmatige controle door de opleidingscoördinator van de website gestuurde evaluatie laat toe eventuele tekorten of overlappingen op te sporen en zorgt voor een constante bijsturing.


16/20

De cursisten krijgen de kans rechtstreeks met de coördinator hun opmerkingen te bespreken. De opmerkingen worden indien nodig behandeld in de opleidingscommissie. Deze kan de vastgestelde tekorten bespreken en maatregelen voorstellen om de situatie te verbeteren. Rol van de stuurgroep De stuurgroep zal in het jaarverslag een statistische verwerking krijgen van de evaluaties die via de website werden verwerkt. Tevens zal er verslag worden uitgebracht hoe deze evaluaties bijdragen tot de verbetering van de kwaliteit van het opleidingsproces.

2.5 Evaluatie Evaluatiemethodiek a. Vereiste vaardigheden Zowel in de multidisciplinaire basismodule als in de specialisatiemodules van het eerste en tweede niveau zijn in de eindtermen zowel vereiste vaardigheden als vereiste kennis gedefinieerd in de bijlage II van het K.B. van 17 mei 2007. De vereiste kennis wordt aangebracht via klassieke lessen (per module is een verplicht aantal uren opleiding voorzien). Deze kennis wordt ingeoefend via oefeningen die per lesonderwerp website gestuurd worden aangeboden. Dit gebeurt per lesonderwerp onder vorm van meerkeuzevragen en open vragen of opdrachten. De vereiste vaardigheden worden aangeleerd en ingeoefend via opdrachten per les op de website en in seminaries zowel via groepswerk (onderzoek, analyse) als individuele opdrachten (voordrachten, rapporten, papers). b. Evaluatie multidisciplinaire basismodule De vereiste kennis en inzicht wordt geëvalueerd door een toets bestaande uit een reeks van meerkeuzevragen (25) als kennistoetsing en een aantal (3) open vragen of opdrachten als inzichttoetsing. Deze toetsen sluiten aan bij de kennis die via de lessen werd aangebracht. (80% van de punten) De vereiste vaardigheden worden geëvalueerd door de beoordeling van de geleverde voordracht, rapporten, en oefeningen. (20% van de punten) c. Evaluatie specialisatiemodules De vereiste kennis wordt geëvalueerd door één (specialisatiemodule tweede niveau) of twee evaluaties (specialisatiemodule eerste niveau) gebaseerd op een toets bestaande uit een reeks van meerkeuzevragen (25) als kennistoetsing en een aantal (3) open vragen of opdrachten als inzichttoetsing. Deze toetsen sluiten aan bij de kennis die via de lessen werd aangebracht. (30% van de punten) De vereiste vaardigheden worden geëvalueerd door de beoordeling van de geleverde voordrachten, rapporten, papers. (20% van de punten) In de beoordeling van het eindwerk wordt rekening gehouden met de capaciteit van de cursisten om de vereiste vaardigheden en kennis te implementeren in de concrete werksituatie


17/20

als preventieadviseur. Dit houdt in dat de opdracht van het eindwerk hiermee rekening houdt. (50% van de punten) Procedure eindwerk (keuze, begeleiding, verdediging) De cursisten kiezen zelf een onderwerp voor hun eindwerk. De keuze van het onderwerp en het bepalen van de doelstellingen van het eindwerk gebeuren bij voorkeur in overleg met de werkgever en het CPBW van het bedrijf. De cursist levert een paper met een voorstel tot eindwerk aan waarin volgende elementen reeds uitgewerkt worden: -

korte voorstelling van het bedrijf/organisatie verduidelijking van de context van de cursist binnen het preventiebeleid van het bedrijf korte omschrijving van het onderwerp de doelstelling die men via en binnen het eindwerk wenst te bereiken de motivatie bij de keuze van het onderwerp (persoonlijke motivatie en deze van het bedrijf/organisatie) een stappenplan betreffende de timing van de uitvoering van het eindwerk een structuur van het eindwerk

Dit voorstel tot eindwerk wordt voorgelegd aan de opleidingscommissie en dient te worden aanvaard door de commissie vooraleer de cursist van start kan gaan met zijn/haar eindwerk. Elke cursist krijgt een procesbegeleider uit de opleidingscommissie aangeduid. De contacten tussen de procesbegeleider en de cursist gebeuren buiten de eigenlijke lestijden. De eindwerken van cursisten Niveau 1 worden na goedkeuring van de procesbegeleider ingeleverd vóór de zomenvakantie van het tweede academiejaar. De verdediging van het eindwerk gebeurt voor een jury en vindt plaats in september van het daaropvolgende academiejaar. De eindwerken van cursisten Niveau 2 worden na goedkeuring van de procesbegeleider ingeleverd vóór 15de september volgend op het einde van het academiejaar. De verdediging van het eindwerk gebeurt voor een jury en vindt plaats eind oktober, begin november van het daaropvolgende academiejaar. Bij de beoordeling van het eindwerk wordt rekening gehouden met de inhoud, de diepgang, de praktische relevantie, de duidelijkheid, de overzichtelijkheid en de persoonlijke inbreng. De jury bestaat uit drie leden van de opleidingscommissie (procesbegeleider, een tweede jurylid dat het eindwerk voorafgaandelijk heeft gelezen en een derde jurylid dat vooral de presentatie van het eindwerk en verdediging ervan beoordeelt) en een vierde lid dat uitgenodigd wordt uit de docentenpool om het multidisciplinair karakter van de jury te bevorderen. De jury wordt voorgezeten door het hoofd van de dienst Voortgezette opleidingen. Verder krijgen ambtenaren van de FOD WASO en van de werknemers- en werkgeversorganisaties de mogelijkheid om het eindexamen bij te wonen. Om geslaagd te zijn moet een kandidaat 50 % behalen in het totaal en 50 % op elk onderdeel van de evaluatieprocedure. Een deliberatie is voorzien. Kandidaten die hun eindwerk niet indienen op de afgesproken datum of die mislukken in hun eindwerk en/of in de ondervraging over de parate kennis, kunnen in februari oftewel 8 maand na het beëindigen van de theoretische opleidingen een tweede examenkans bekomen. Het onderwijs- en examenreglement van KAHO Sint-Lieven is van toepassing. Speciale gevallen niet vermeld in het examenreglement worden door opleidingscommissie beoordeeld.


18/20

Intern beroep tegen een ongunstige examenbeslissing kan ingediend worden volgens artikel 166 van het examenreglement van KAHO Sint-Lieven (www.kahosl.be). Hiertoe dient de cursist binnen een termijn van vijf kalenderdagen een formele klacht te richten aan de algemeen directeur van de hogeschool. Dit gebeurt bij voorkeur bij aangetekend schrijven waarin de feitelijke omschrijving van de ingeroepen bezwaren wordt opgenomen.

2.7 Infrastructuur De module “Multidisciplinaire basismodule voor Preventieadviseurs” gaat door op de Technologiecampus Gent, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000 Gent (tel.: 09 265 86 18, fax: 09 225 62 69, e-mail: [email protected]). De cursisten beschikken er over een eigen lokaal dat voorzien is van alle moderne audiovisuele middelen. De cursisten kunnen gebruik maken van een ruime parking, restaurant, afdrukdienst, bibliotheek en internet.

2.8 Website ondersteuning De dienst Voortgezette opleidingen stelt een website en een leerplatform ter beschikking aan de docenten en de cursisten op het URL-adres http://dvo.kahosl.be. Via het leerplatform beschikken cursisten van elke opleiding over: -

lesplanning overzicht van de leseenheden lijst met de docenten en cursisten mogelijkheid om de les te evalueren opdrachten en mogelijke examenvragen mededelingen downloads (aanvullend lesmateriaal)

Op de website wordt voor elk van de opleidingen informatie ter beschikking gesteld over: -

doelgroep en doelstelling programma en organisatie locatie inschrijvingsmodaliteiten en kostprijs

2.9 Inschrijvingsgeld Het inschrijvingsgeld wordt per module bepaald: a. Multidisciplinaire basisvorming (ook voor ‘blended learning’) b. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 1’ c. Multidisciplinaire specialisatie ‘niveau 2’

€ 1.290 € 3.200 € 1.100

Men kan steeds schriftelijk annuleren tot 14 dagen voor de start van de cursus. De annuleringskosten bedragen dan 50 euro. Na deze datum is men het volledige deelnamebedrag verschuldigd. Voor de aanvang van de opleiding kan men zich ook kosteloos laten vervangen door en collega die voldoet aan de inschrijvingsvereisten. Elke annulering of vervanging van de aangemelde persoon moet steeds SCHRIFTELIJK worden gemeld aan de dienst Voortgezette Opleidingen.


19/20

Conform Artikel 22 van het onderwijs- en examenreglement van KAHO Sint-Lieven, wordt een cursist die het inschrijvingsgeld niet betaalt voor de gestelde datum geschorst. Dit betekent dat hij/zij geen toegang meer krijgt tot de digitale leeromgeving en dat hij/zij niet kan deelnemen aan examens. De schorsing wordt slechts teniet gedaan na het betalen van de verschuldigde bedragen voor de reeds afgewerkte periode. Conform Artikel 115 van het Algemeen Onderwijs- en Examenreglement worden geen studieattesten noch creditbewijzen afgeleverd.

2.10 Betaling met opleidingscheques van de Vlaamse Gemeenschap Opleidingscheques van de Vlaamse Gemeenschap worden door onze hogeschool aanvaard. KAHO SintLieven is een erkende opleidingsverstrekker en werd bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap geregistreerd onder erkenningsnummer 200200644. Betalingen met opleidingscheques voor werknemers (VDAB) worden aanvaard, enkel indien de werknemer/cursist de opleiding NIET in opdracht van de werkgever volgt en bijgevolg de factuur aan de cursist geadresseerd is en niet aan het bedrijf! Opleidingscheques voor werknemers worden NIET aanvaard als de factuur aan het bedrijf geadresseerd werd. U dient deze opleidingscheques persoonlijk op de dienst Voortgezette opleidingen af te geven of per aangetekend schrijven op te sturen. De opleidingscheques dienen BLANCO te worden ingediend. Inlichtingen over opleidingscheques: http://www.vdab.be/opleidingscheques

2.11 Betaling via KMO-portefeuille U kan voor deze opleiding gebruik maken van subsidies d.m.v. de KMO-portefeuille. Dit betekent dat de opleiding voor 50% wordt betaald door de Vlaamse Gemeenschap, mits u aan de gestelde voorwaarden voldoet. De projectaanvraag kan gebeuren tot maximum 14 kalenderdagen na de aanvang van de opleiding. Het erkenningsnummer van KAHO Sint-Lieven te vermelden bij de projectaanvraag is DV.O101529. Gelieve eveneens de naam van de cursist en de opleiding bij de projectaanvraag te vermelden! Inlichtingen over KMO-portefeuille: http://kmo-portefeuille.be


20/20

KAHO Sint. Studiegids KAHO Sint-Lieven. Aanvullende vorming voor Preventieadviseur

Recommend Documents