Kadernota 2014 - 2017 Wederzijds aanspreekbaar, op basis van vertrouwen
Kadernota 2014 - 2017 Wederzijds aanspreekbaar, op basis van vertrouwen
2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ....................................................................................................................................................... 3 Voorwoord............................................................................................................................................................... 4 1.
2.
3.
4.
5.
6.
Bestuurlijke hoofdlijnen.................................................................................................................................... 5 1.1.
Investeren, bezuinigen en hervormen ................................................................................................... 5
1.2.
Stand van zaken Hervormingsagenda .................................................................................................. 6
1.3.
Uitgangspunten en maatregelen ........................................................................................................... 9
1.4.
Gevolgen gemeentelijke organisatie ................................................................................................... 10
Macro-economische ontwikkelingen ............................................................................................................. 11 2.1.
Inleiding ............................................................................................................................................... 11
2.2.
Economische en financiële ontwikkelingen ......................................................................................... 11
2.3.
Conclusie ............................................................................................................................................. 17
Financiële gevolgen voor Zaanstad .............................................................................................................. 18 3.1.
Financieel beeld op hoofdlijnen ........................................................................................................... 18
3.2.
Bezuinigingsopgave decentralisaties .................................................................................................. 22
3.3.
Beleidsafwegingen .............................................................................................................................. 23
3.4.
De bezuinigingsopgave loopt op naar € 68,2 mln. .............................................................................. 24
3.5.
De belangrijkste risico’s waar rekening mee wordt gehouden ............................................................ 26
3.6.
Oplossingsrichtingen ........................................................................................................................... 26
3.7.
Resterende opgave ............................................................................................................................. 28
3.8.
Investeringen ....................................................................................................................................... 28
Toelichting op de zoekrichtingen ................................................................................................................... 30 4.1.
Zoekrichtingen algemene middelen .................................................................................................... 30
4.2.
Zoekrichtingen decentralisaties ........................................................................................................... 32
Grondslagen en kaders ................................................................................................................................. 34 5.1.
Grondslagen ........................................................................................................................................ 34
5.2.
Belastingen .......................................................................................................................................... 35
5.3.
Leges en Tarieven ...............................................................................................................................35
5.4.
Rekenrente .......................................................................................................................................... 36
Bijlagen .......................................................................................................................................................... 37 6.1.
Begrotingsmutaties .............................................................................................................................. 37
6.2.
Voortgangsrapportage bezuinigingen ................................................................................................. 69
3
Voorwoord Zaanstad is een stad die in beweging is, zowel in fysieke als in sociale zin. De afgelopen jaren zijn er, ondanks de bezuinigingen, een aantal mooie resultaten geboekt. Inverdan is hiervan een prachtig voorbeeld. Daarnaast past het inlopen van onderhoudsachterstanden in de openbare ruimte in dit rijtje. Door te investeren in onderwijshuisvesting, investeren we in de ontwikkeling van onze jeugd. Met de verbreding van de dr. J.M. den Uylbrug en de aanleg van de Zuidelijke Randweg is de bereikbaarheid van onze economische centra verbeterd en daarmee het vestigingsklimaat. Dat maakt het extra wrang dat er nu opnieuw verzwaarde Rijksmaatregelen op ons afkomen. Dat gaat iedereen merken, bewoners, bedrijven, instellingen maar ook en niet in de laatste plaats het ambtelijk apparaat. Naast de € 40 mln. die de gemeente al moet bezuinigen tot 2016 komt daar nu een opgave van € 27,5 mln. tot 2017 bij. Totaal loopt daarmee de opgave die de gemeente sinds 2010 heeft op naar € 68,2 mln., zo’n 15% van de totale gemeentebegroting (+/- € 412 mln.). Voor het college is de nieuwe opgave, met name de omvang hiervan, een domper. Er bestaat het risico dat de weg die de gemeente behoedzaam is ingeslagen nu niet met dezelfde zorgvuldigheid vervolgd kan worden. Het wordt steeds ingewikkelder om hervormingen door te voeren en ambities te verwezenlijken. Meer taken, met minder geld: dat knelt. De vraag is gerechtvaardigd: waar houdt dit op en tot wanneer is dit acceptabel? Het college richt zich op een sluitende begroting later dit jaar en daarom doet ze concrete voorstellen aan de gemeenteraad om deze bezuiniging door te voeren. Daarbij wordt gekeken naar ombuigingen en niet naar lastenverzwaringen. Tegelijk wordt gekeken waar nog wel geïnvesteerd kan worden. Het centrum moet afgemaakt worden, investeringen in sport gaan door en werken aan werk is een speerpunt. Zo wil Zaanstad ambities blijven houden en waarmaken. Met deze kadernota wordt ruimte geboden aan het volgende college om andere keuzes te maken. Tegelijk proberen we ook rekening te houden met de grote mate van onzekerheid met betrekking tot de keuzes die in Den Haag gemaakt worden.
4
1. Bestuurlijke hoofdlijnen 1.1.
Investeren, bezuinigen en hervormen
Hierbij bieden wij de laatste kadernota van deze raadsperiode aan. Het college en de gemeenteraad begonnen deze bestuursperiode met een bezuinigingsopgave van ruim € 17 mln. in 2016. Door de economische crisis en de taakstellingen vanuit de rijksoverheid is de opgave inmiddels opgelopen tot ruim € 68 mln. Een historisch gezien ongekende opgave. Ruim de helft van onze bezuinigingsopgave in de jaren 2015 tot en met 2017 is een direct gevolg van maatregelen die het Rijk treft om de rijksbegroting op orde te krijgen. Zo wordt het gemeentefonds flink gekort op de onderwijshuisvesting, zet het Rijk in op schaalvergroting van gemeenten en vertaalt dit door in een korting voor apparaatskosten, wordt een korting in relatie tot het btw-compensatiefonds ingevoerd en leidt het trap-op-trap-af principe nog tot extra bezuinigingen. Bovendien worden forse kortingen toegepast op de overkomende budgetten bij de decentralisaties van AWBZ- en Jeugdzorgtaken en de aankomende veranderingen in de Wmo. Door opeenvolgende akkoorden tussen wisselende meerderheden in de StatenGeneraal ontbreekt het aan een bestendige lijn waarmee medeoverheden in hun beleid kunnen rekenen. Deze kadernota biedt een sluitend begrotingsperspectief. Tegelijkertijd geven de voorgestelde maatregelen voldoende ruimte aan een nieuw gemeentebestuur om in 2014 andere keuzes te maken. De komende periode zal blijken hoe voorgenomen maatregelen van het kabinet uiteindelijk in wetgeving neerslaan, wat dat voor financiële gevolgen heeft en wat de gevolgen zijn van een sociaal akkoord tussen kabinet en sociale partners. Hoewel de economische vooruitzichten niet positief zijn, is er evenmin reden om terneergeslagen op de voorbije periode terug te kijken. Integendeel. Zaanstad is een veerkrachtige gemeente, die in staat is gebleken de financiële opgaven jaar na jaar op te vangen met een evenwicht tussen investeren en bezuinigen. Dat heeft van burgers, instellingen, bestuur en ambtelijke organisatie veel aanpassingsvermogen gevraagd. Ondanks alles hebben belangrijke investeringen plaatsgevonden in de kracht van onze stad: Met Inverdan heeft de stad een nieuw visitekaartje. Het stadshart krijgt zowel nationaal als internationaal veel lof. Burgers en bezoekers hebben een omgeving met ‘reuring en bekaiks’, terwijl de omzet van onze ondernemers stijgt. In de openbare ruimte zijn onderhoudsachterstanden ingelopen en is de kwaliteit verbeterd. Dat verhoogt de leefkwaliteit en voorkomt dat we in de toekomst hogere kosten moeten maken voor herstel en vervanging. Door te investeren in onderwijshuisvesting, investeren we in de ontwikkeling van onze jeugd. Deze biedt jongeren een betere startpositie op de arbeidsmarkt en draagt bij aan de ontwikkeling van de kenniseconomie. Met de verbreding van de dr. J.M. den Uylbrug en de aanleg van de Zuidelijke Randweg is de bereikbaarheid van onze economische centra verbeterd. Wij hebben de OZB voor burgers in 2014 niet extra verzwaard, het minimabeleid ontzien en het duurzaamheidsfonds in stand gehouden.
5
Steeds meer partijen hebben onze stad en streek ‘ontdekt’ als interessante locatie om te investeren. Dat is niet zo vreemd, aangezien de Zaanstreek van oudsher mensen inspireert en motiveert. Ten eerste vanwege de combinatie van industriële bedrijvigheid en koopmanschap. Ten tweede vanwege de ligging binnen de Metropoolregio Amsterdam.
Door de Tweede Coentunnel en de Westrandweg neemt de bereikbaarheid tussen het gebied ten noorden en ten zuiden van het Noordzeekanaal met sprongen toe. Voor de inwoners van de Zaanstreek komen hiermee meer banen en voorzieningen binnen handbereik. En andersom wordt de Zaanstreek een aantrekkelijker vestigingsplaats voor bedrijven en mensen. De Penitentiaire Inrichting, IKEA en de Omgevingsdienst zijn voorbeelden van bedrijven die nieuwe banen opleveren. De vernieuwing van het Zaans Medisch Centrum waarborgt de continuïteit van werkgelegenheid en versterkt onze centrumfunctie in de regio. Met het klimaatprogramma stimuleren we lokale initiatieven op het gebied van energiebesparing en duurzaamheid. Zaanstad is hierdoor een innovatieve voorloper op het gebied van duurzaamheid.
De gevolgen van de economische crisis zijn ook op lokaal niveau aanwijsbaar en voelbaar. De werkloosheid en uitkeringsafhankelijkheid nemen toe, de bouwleges nemen sterk af als gevolg van het verminderen van bouwactiviteiten, de waarde van grond en vastgoed neemt af en kantoren, winkels en woningen staan langer leeg. Niet alleen de beschikbare middelen van gemeenten nemen af, maar ook samenwerkingspartners, zoals corporaties, projectontwikkelaars en private financiers, hebben duidelijk minder te besteden. Om het huishoudboekje van de gemeente op orde te houden hebben we de laatste jaren ingrijpende bezuinigingen gerealiseerd. Daarnaast werken we aan de Hervormingsagenda waarmee we de ruimtelijke, sociale en economische structuur van Zaanstad versterken en onze uitgaven terugbrengen. Bij de hervormingen, zoals op het maatschappelijk domein, gaan wij uit van de kracht van inwoners, instellingen, verenigingen, bedrijven en andere partners. We stimuleren vanuit onze gemeentelijke rol het benutten van hun eigen mogelijkheden. Waar nodig ondersteunen we. Dat doen we vanuit de gedachte dat we hiermee de motor op gang helpen, zodat die daarna zelf kan draaien.
1.2.
Stand van zaken Hervormingsagenda
Zoals wij bij de Begroting 2013-2016 hebben aangegeven, geven we bij elke kadernota en begroting de stand van zaken weer op de actuele Hervormingsagenda-dossiers. Het overzicht per dossier hieronder laat zien hoe divers de veranderingen in de praktijk vorm krijgen.
Sport Vanaf de begroting in 2011 heeft de gemeente aan de sportverenigingen duidelijkheid gegeven over de bezuinigingsopgave voor Sport. Tegelijk was het hoog nodig om iets te doen aan verouderde sportaccommodaties. De gemeente en verenigingen zijn vanaf dat moment intensief met elkaar in gesprek gegaan om gezamenlijk keuzes te maken waarmee de kwaliteit van sportaccommodaties verbeterd kan worden en tegelijk het gebruik en beheer efficiënter worden. Het doel daarbij was dat verenigingen zelf een grotere rol en verantwoordelijkheid in het beheer en de exploitatie van sportaccommodaties zouden gaan krijgen. Omdat
6
verenigingen verschillend zijn in grootte en mate van professionalisering, hebben we daarbij maatwerk toegepast: meer zelfwerkzaamheid waar het kan en waar het niet kan zal het Sportbedrijf inspringen. Binnenkort wordt het resultaat van dit proces: de routekaart Buitensport en de oprichting van het Sportbedrijf, vastgesteld in de gemeenteraad.
Wijkmanagement In de verandering van de organisatie van het wijkgericht werken staat het ‘zelforganiserend vermogen van de samenleving’ centraal. Het voormalige leefbaarheidsbudget en het budget waarmee we de formele wijkoverleggen ondersteunden, zijn respectievelijk in 2013 of worden in 2014 geschrapt. We hebben gekozen voor een nieuwe invulling van een overgebleven deel van de voormalige leefbaarheidsbudgetten. Wijkmanagers kunnen daarmee initiatieven uit de wijk ondersteunen, als die bijdragen aan de samenredzaamheid in de wijk of aan doelstellingen van het Wijkuitvoeringsprogramma. De wijkmanager speelt hier een actieve rol in: hij/ zij gaat op zoek naar initiatieven of ideeën die in de wijk aanwezig zijn en stimuleert inwoners om deze verder te ontwikkelen. Ondanks de bezuiniging blijven we extra aandacht en middelen besteden aan wijken waar dat hard nodig is, omdat daar de leefbaarheid onder druk staat. Tegelijk met het stoppen van het budget voor de wijkoverleggen, zijn we op zoek gegaan naar andere mogelijkheden om te overleggen met (groepen) actieve inwoners en hoe we hen het beste een rol geven in de ontwikkeling en uitvoeringen van plannen die de wijk aangaan.
Stedelijke ontwikkeling Waar het gaat over Stedelijke ontwikkeling zien we ons genoodzaakt tot het stellen van prioriteiten en het herbezinnen op onze rol, vanwege de sterk afnemende vraag naar gebiedsontwikkeling in de stad. We werken op dit moment aan een afwegingskader voor het stellen van prioriteiten in gebieden en thema’s. Alleen wanneer we een gebied of thema als ‘prioritair’ beschouwen, zullen we daar als gemeente nog een actieve rol nemen. Het gaat dan om gebieden of thema’s waarvan we vinden dat het belangrijk is om daar een basis te leggen waarop we verder kunnen ontwikkelen wanneer de economische omstandigheden weer gunstiger worden. In deze prioritaire gebieden, en veel meer nog in niet-prioritaire gebieden, gaan we uit van een organische vorm van gebiedsontwikkeling. Dit betekent dat we verwachten dat ontwikkelaars een rol pakken als initiatiefnemer. We treden als gemeente niet meer regisserend op (zoals voorheen), maar faciliteren andere partijen. Samen met externe partners ontwikkelen we de criteria voor prioritering en onderzoeken we vraagstukken in de veranderende rollen en samenwerking. Ook onderzoeken we hoe we zaken die niet prioritair zijn later of in een lager tempo kunnen oppakken. Om het eenvoudiger te maken voor andere partijen om ontwikkelingen in de stad in gang te zetten en om onze bezuinigingsdoelen voor de organisatie te halen, houden we onze eigen processen tegen het licht. We zorgen dat we regels schrappen en beleid en procedures eenvoudiger maken. Het proces van Stedelijke ontwikkeling richt zich hiermee naast de gemeentelijke rolinvulling ook op de eigen organisatie: ‘anders en slimmer organiseren’ is hier het motto. Zo worden de monumentencommissie en welstandscommissie samengevoegd, hebben zij een andere rol die verderop in het proces tot minder werk leidt en wordt het welstandsbeleid vereenvoudigd.
7
Cultuur Op het gebied van Cultuur komen verschillende opgaven samen. We bezuinigen op subsidies. Daarnaast onderzoeken we of de vorming van een Cultuurcluster (waarmee we een versterking van het aanbod en lagere bedrijfsvoeringskosten willen bereiken) haalbaar is in de huidige economische omstandigheden. Met het plaatsen van Cultuur op de Hervormingsagenda, is gekozen voor een ‘fundamentele discussie over de rol van Cultuur in Zaanstad en de rol van de betrokkenen daarin’. Net als bij Sport is ons doel om kwaliteit te combineren met efficiënt gebruik van culturele voorzieningen in de stad. We willen daarom samenwerking stimuleren. Het eigen initiatief en de kracht van organisaties staat daarbij centraal. Door te kijken naar aansprekende voorbeelden verkennen we hiervoor de mogelijkheden. Denk bijvoorbeeld aan de organisatie van activiteiten in de stad in het kader van het Ruslandjaar. De gemeente heeft hier geen actieve rol in genomen, maar heeft geïnteresseerde partijen met elkaar in contact gebracht. Samen hebben zij een aansprekend festiviteitenprogramma in de steigers gezet. Dit voorjaar hebben we een serie gesprekken gevoerd met de culturele organisaties en instellingen waar wij een subsidierelatie mee hebben. Maar ook met een bredere groep van professionals (kunstenaars, ondernemers, adviseurs, etc.) en organisaties die actief zijn op (raakvlakken met) Cultuur in de stad. Rode draad Hoewel onze Hervormingsagenda op de verschillende dossiers een diversiteit in uitvoering laat zien, hebben we het afgelopen half jaar ook ontdekt dat er sprake is van veel gemeenschappelijks in de zoektochten naar andere (samenwerkings)arrangementen om in tijden van financiële krapte te voorzien in maatschappelijke, ruimtelijke en economische behoeften in Zaanstad.
Wordcloud besluitvormende documenten Hervormingsagenda-dossiers Hervormen betekent vooral dat we als gemeente kritisch kijken naar onze eigen rol en inzet. We verwachten dat anderen, inwoners en organisaties, zich ook betrokken voelen bij maatschappelijke behoeften. En dat zij daaraan op hun eigen manier een bijdrage willen leveren. We betrekken hen daarom zoveel mogelijk en houden onze ogen en oren open waar we initiatieven op gang willen en kunnen helpen, wanneer inwoners of organisaties zelf kansen zien. Bijvoorbeeld door contacten te leggen, een periode met advies of financieel te ondersteunen of randvoorwaarden eenvoudiger te maken (zoals regelgeving en procedures). Zo gaan we bijvoorbeeld om met de verzelfstandiging van buurthuizen. Uit de recente evaluatie blijkt dat het merendeel van de buurthuizen zelfstandig kan draaien. Wanneer een beroep wordt gedaan op de gemeente, willen we samen in gesprek zoeken naar oplossingen waarbij niet direct van voorzieningen gebruikgemaakt hoeft te worden. Zo zijn bijvoorbeeld de inwoners
8
waarmee we de aanpak van ‘keukentafelgesprekken’ uitprobeerden, enthousiast over deze werkwijze. Door in gesprek te gaan over de achterliggende vraag bij de aanvraag van een voorziening konden we vaak samen tot oplossingen komen die passen bij de vraag en waarbij mensen nog steeds (of opnieuw) zelf sturing kunnen geven aan hun leefsituatie. Hierdoor bleek het inderdaad minder vaak nodig te zijn om een beroep te doen op voorzieningen van de gemeente. Ons uitgangspunt wordt: ‘kunnen wij iets bijdragen om te zorgen dat u zelf of samen met uw omgeving in staat bent om in behoeften te voorzien’? Aan de andere kant betekent dit ook dat wanneer er in de samenleving of bij ondernemers geen initiatief is, wij als gemeente geen voortrekkersrol meer op ons nemen. Voor onze veranderende rol is het belangrijk om (nieuwe) verbindingen te leggen. Met nieuwe partners en tussen partijen die een rol kunnen spelen bij het voorzien in maatschappelijke behoeften. Bijvoorbeeld in sociale wijkteams waar professionals, vrijwilligers en gemeente hun kennis en capaciteiten samenvoegen om mensen te ondersteunen bij het zelf oplossen van problemen, volgens de regel: één huishouden, één plan, één aanpak. Hervormen is innoveren met als streven om over de hele linie tot minder uitgaven te komen. Bij hervormen investeren we echter ook in het vormgeven van andere oplossingen en werkwijzen. Dit vinden wij de inspirerende kant van hervormen: omdat het anders moet, kijken we buiten de oude kaders en met nieuwe partners naar andere manieren om in behoeften van de samenleving te voorzien. De leefbaarheidsbudgetten zijn bijvoorbeeld afgeschaft en nu zijn we volop met inwoners in gesprek hoe we samen een beperkter budget in kunnen zetten voor behoeften in de wijk. In het stedelijk domein onderzoeken we wat de ‘basis op orde’ is. In welke basisvoorwaarden moet de gemeente minimaal voorzien om onze ambitie van een stad in evenwicht (zie de toekomstvisie ‘Zaans Evenwicht’) te realiseren? Hetzelfde doen we rond Sport: de bezuinigingsopgave is helder en samen met verenigingen onderzochten we hoe we tot een effectief gebruik van voorzieningen kunnen komen en wat de verenigingen daar zelf aan kunnen en willen bijdragen. Inmiddels weten gemeente en verenigingen elkaar goed te vinden en komen we gezamenlijk tot nieuwe ideeën en keuzes over hoe verder in de routekaart Buitensport en het Sportbedrijf. Samenvattend zijn we van mening dat we met de Hervormingsagenda concreet vorm geven aan het motto van ons collegeprogramma ‘Wederzijds aanspreekbaar, op basis van vertrouwen’.
1.3.
Uitgangspunten en maatregelen
Het financiële perspectief voor de meerjarenbegroting leidt bij ongewijzigde omstandigheden tot oplopende tekorten. Er zijn wederom ombuigingen nodig om tot een sluitende meerjarenbegroting te komen. Het laaghangend fruit is allang geplukt. Gemakkelijke bezuinigingen zijn er niet meer. Elke nieuwe ingreep zal dan ook pijnlijk zijn. Wij willen het volgend bestuur niet met tekorten opzadelen. Maar we zijn ook realistisch: het nieuwe gemeentebestuur moet de mogelijkheid hebben om eigen keuzes te maken en eigen accenten te leggen. Om het financieel beeld niet te verzwaren, hanteren we de volgende uitgangspunten: 1. Nieuwe taken worden in beginsel binnen het beschikbaar gestelde budget uitgevoerd Dit uitgangspunt hanteren we bijvoorbeeld bij de decentralisaties op het maatschappelijk terrein (Participatiewet, overheveling deel AWBZ en de Jeugdzorg). Deze decentralisaties geven de gemeenten meer verantwoordelijkheden. Het Rijk hevelt deze taken echter over met forse efficiencykortingen. De gemeente is niet in staat om de gevolgen van de rijksbezuinigingen binnen de eigen begroting te compenseren. De nieuwe taken voeren we integraal uit binnen de daarvoor beschikbaar gestelde budgetten in de begrotingsprogramma’s waar de taken terechtkomen. Dit betekent dat we daarbinnen moeten prioriteren, met effectiviteit en doelgroepen als doorslaggevende criteria. Voor de drie decentralisaties in het sociale domein hebben we reeds een visie vastgesteld, die is gebaseerd op vier pijlers: preventie, eigen verantwoordelijkheid, integrale benadering & effectieve voorzieningen en een goed georganiseerd vangnet.
9
2. Bezuinigingen blijven in de portefeuille Tot op heden is 96% van de bezuinigingen gerealiseerd. De nog niet gerealiseerde bezuinigingen of taakstellingen uit het verleden maken we in deze Kadernota inzichtelijk. Indien wij deze niet meer realistisch achten, komen we met een voorstel om dit op te lossen. Uitgangspunt is dat de voorgestelde bezuinigingsmaatregel plaatsvindt binnen de betreffende portefeuille. 3. Specifieke rijksbezuinigingen worden in een specifiek begrotingsprogramma opgelost Indien de rijksoverheid op specifieke taken bezuinigt, dan wordt deze rijksbezuiniging ook in het betreffende begrotingsprogramma doorgevoerd. 4. Capaciteit ademt mee met de vraag Met het teruglopen van het aantal vergunningaanvragen neemt ook de opbrengst uit leges en de benodigde uitvoeringscapaciteit af. De personele capaciteit wordt afgebouwd waarmee de lasten afnemen (oplopend tot ca. € 1 mln.). Bij het beheer en onderhoud van de openbare ruimte worden bezuinigingen gerealiseerd door meer standaardiseren, een lager onderhoudsniveau en minder opdrachten. Daardoor neemt het werk af. Hetzelfde geldt voor de interne bedrijfsvoering, die de omvang van de rest van de organisatie volgt. 5. Samen trap-op-trap-af De gemeente werkt met verschillende ketenpartners. Voor een deel zijn dit organisaties die taken namens de gemeente uitvoeren. Daar waar wij met deze verbonden partijen een financiële relatie hebben, kiezen we voor de benadering van ‘samen trap-op-trap-af’. Ook gaan we na welke instanties we kunnen inhuizen in het stadhuis, waar door de krimp in de gemeentelijke organisatie ruimte ontstaat. Door verbonden partijen en gesubsidieerde instellingen ‘in te huizen’, bezuinigen we op onze bijdragen en voorkomen we dat de kosten voor huisvesting een financieel probleem worden.
1.4.
Gevolgen gemeentelijke organisatie
In 2002 is de organisatie opgebouwd vanuit de visie dat we zo goed mogelijk moeten zorgen voor de stad, wijken en burgers. In 2012 hebben we de organisatie ‘wendbaar’ gemaakt door de diensten te fuseren, de bedrijfsvoering te concentreren en de organisatie onder één directie te plaatsen. Met de directie streven we naar een organisatie die bevordert dat burgers, bedrijven en instellingen vanuit eigen kracht en mogelijkheden werken aan hun eigen ontwikkeling, die van hun omgeving, de Zaanstreek of de Metropoolregio Amsterdam. Van een vraaggestuurde organisatie gaan we naar een organisatie die aansluit op initiatieven van anderen. Van ‘zorgen voor’ gaan we naar ‘zorgen dat’. Van de totale taakstelling realiseren we meer dan € 15 mln. structureel op de ambtelijke organisatie. De formatiereductie loopt op naar circa 220 fte in 2016. Een deel van de reductie wordt gerealiseerd door het aflopen van tijdelijke arbeidscontracten en het verminderen van inhuur (de zogenaamde ‘flexibele schil’). Daarnaast is er natuurlijk verloop als gevolg van pensionering en vrijwillig vertrek. Toepassing van het sociaal kader, zoals met de vakcentrales afgesproken, kan leiden tot boventalligheid met een herplaatstermijn van 24 maanden. Een eerste indicatie van de frictielasten als gevolg van personele bezuinigingen is € 2 mln. extra voor de periode 2014-2017. Pas bij de begroting, als we van zoekrichtingen naar maatregelen gaan, weten we wat we daadwerkelijk nodig hebben aan frictielasten. Omdat de gemeente eigen risicodrager is, draagt de gemeente de kosten voor WW-uitkeringen. Zowel om sociale als om financiële redenen zal alles op alles worden gezet om onze medewerkers van werk naar werk te leiden.
10
2. Macro-economische ontwikkelingen 2.1.
Inleiding
De inkomsten van de gemeente zijn voor een groot deel afkomstig van de rijksoverheid. Met de komst van de decentralisaties wordt dat nog sterker. Omdat de rijksinkomsten voor een groot deel afhankelijk zijn van de macro-economische ontwikkelingen, bepalen deze ontwikkelingen steeds meer de financiële situatie van de gemeente. Een deel van de eigen inkomsten en de uitgaven van de gemeente zijn ook gerelateerd aan de economische ontwikkeling zoals inkomsten bouwleges en bijstandsuitgaven. Daarom wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed aan de macro-economische ontwikkelingen die voor de gemeentefinanciën relevant zijn.
2.2.
Economische en financiële ontwikkelingen
Voorzichtig herstel van de Nederlandse economie De Nederlandse economie heeft een ‘double dip’ gehad. Eerst de enorme terugval in 2009 en vervolgens een dip in 2011/2012. In 2013 wordt nog een krimp verwacht van 0,5%, waarna een lichte groei wordt voorspeld door het Centraal Planbureau (CPB) van 1% in 2014. Bruto binnenlands product 8,0
6,0
4,0
2,0
0,0 1970
1975
1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
-2,0
-4,0
-6,0
Bruto binnenlands product
Bron: CPB, 2013
De recessie, rijksmaatregelen en problematiek op de woningmarkt hebben effect op de bestedingen. Het herstel van de Nederlandse economie komt in 2014 dan ook volledig voor rekening van de export.
11
Opbouw binnenlands product
Bron: CPB, 2013
De toename van de export komt tot stand door herstel van de Europese economie, waar de Nederlandse export met name op is gericht. De overheidsfinanciën zijn nog niet op orde Volgens het CPB neemt het overheidstekort naar verwachting af van 4% in 2012 tot 3,3% in 2013. In 2014 loopt dit licht op tot 3,4%. Omdat het tekort boven de afgesproken norm van 3% uitkomt, is voor Nederland in 2009 een procedure wegens buitensporig tekort gestart. Nederland dient in 2013 “op een geloofwaardige en houdbare manier” het tekort onder de 3% van het bruto binnenlands product (bbp) te hebben gebracht. Op basis van de huidige raming is dit in 2013 en 2014 niet het geval. Ook al heeft het kabinet forse tekortreducerende maatregelen getroffen.
12
EMU-saldo collectieve sector 4,0
2,0
0,0 1970
1975
1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
-2,0
-4,0
-6,0
-8,0
-10,0
EMU-saldo collectieve sector
Bron: CPB, 2013
Door een aanhoudend tekort loopt de overheidsschuld verder op. Ook financiële transacties hebben invloed op het overheidstekort en –schuld. Denk hierbij aan de nationalisatie van SNS of de veiling van telecomfrequenties. Het CPB verwacht dat de EMU-schuld in 2014 75% bedraagt en daarmee wordt de Europese norm van 60% ruim overschreden. Economisch onderzoek toont aan dat de economische groei negatief wordt beïnvloed als de staatsschuld boven de 90% komt. EMU-schuld collectieve sector (ultimo jaar) 90,0
80,0
70,0
60,0
50,0
40,0
30,0
20,0
10,0
0,0 1970
1975
1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
EMU-schuld collectieve sector (ultimo jaar)
Bron: CPB, 2013
Het overheidstekort dwingt tot aanhoudende bezuinigingen Omdat het overheidstekort de Europese normen overschrijdt, heeft het huidige kabinet tekortreducerende maatregelen getroffen om de overheidsfinanciën weer op orde te brengen. De maatregelen van diverse kabinetten lopen op in de periode van 2011 tot en met 2017 naar € 48 mrd.
13
Opbouw rijksbezuiniging 2011 - 2017
Bron: CPB, 2013
De lichte afname van het overheidstekort wordt dan ook veroorzaakt door getroffen bezuinigingsmaatregelen en lastenverhogingen. Onderstaande figuren laten zien hoeveel de verschillende kabinetten hebben bezuinigd en hoe ombuigingen en lastenverhogingen zich tot elkaar verhouden. Verhoudingen bezuinigingen en lastenverzwaring Rijk
Bron: CPB, 2013
De werkloosheid blijft stijgen Het voorzichtige economische herstel heeft nog geen doorwerking op de arbeidsmarkt. Het arbeidsaanbod blijft groeien, maar minder hard. In 2011 en 2012 groeide het arbeidsaanbod met name door grotere participatie van 55-plussers. In de komende jaren zal de participatie van ouderen licht afnemen. Door de omstandigheden op de arbeidsmarkt zal een relatief klein deel van de ouderen zich terugtrekken. De werkloosheid onder jongeren is de afgelopen jaren het hardst gestegen. De werkloosheid loopt snel op van 5,3% in 2012 naar 6,25% in 2013 en naar verwachting in 2014 naar 6,5%. Omdat naar verwachting in 2014 de productie weer aantrekt en de groei van het arbeidsaanbod afneemt, zal de werkloosheid relatief beperkt toenemen.
14
Ontwikkeling werkloosheid 700
9,0
8,0 600 7,0 500 6,0 400
5,0
4,0
300
3,0 200 2,0 100 1,0
0 1970
0,0 1975
1980
1985
1990
Werkloze beroepsbevolking (niveau in dzd personen)
1995
2000
2005
2010
Werkloze beroepsbevolking (niveau in %)
Bron: CPB, 2013
Ook in Zaanstad zien we dat de werkloosheid toeneemt. Het aantal WW-uitkeringen neemt gestaag toe en stijgt sterker dan in vergelijkbare gemeenten.
Aantal WW-uitkeringen per einde kwartaal 3000
2500
2000
Zaanstad
1500
Overige gemeenten 100-150 duizend inw .
1000
500
0 2011-4
2012-1
2012-2
2012-3
Bron: CBS/Gemeente Zaanstad, 2013
Een zelfde ontwikkeling is ook zichtbaar bij de WWB in Zaanstad. Het aantal mensen met een WWB-uitkering is nog steeds lager dan bij andere grotere gemeenten, maar de groei gaat wel sneller.
15
Ontwikkeling aantal WWB'ers (januari 2011 = 100) 120
115
110
105
100
95
90 2011
2012 Zaanstad
Nederland
Bron:CBS/Gemeente Zaanstad, 2013
Gevolgen voor consumentenvertrouwen en woningmarkt zijn zichtbaar Aan het begin van dit hoofdstuk is al aangegeven dat het economische herstel in 2014 volledig voor rekening van de export komt. Wanneer we het consumentenvertrouwen bezien ten opzichte van andere Europese landen, wordt dit beeld bevestigd. Aanhoudende bezuinigingen, ontwikkelingen op de arbeids- en woningmarkt leiden ertoe dat consumenten pas op de plaats maken. Consumenten vertrouwen Nederland t.o.v. Europa
Bron: CPB, 2013
16
In de bouw en op de woningmarkt zijn de ontwikkelingen zichtbaar. Het aantal afgegeven bouwvergunningen neemt al jaren achter elkaar af met als gevolg dat de opbrengst uit bouwleges voor Zaanstad achterblijft.
Bron: CBS, 2013
2.3.
Conclusie
De economische vooruitzichten zijn nog steeds niet gunstig. Er wordt in 2013 geen economische groei voorspeld, de werkloosheid stijgt, bouwplannen komen stil te liggen en er zijn stevige bezuinigingen aangekondigd voor de gemeenten. Dit heeft grote gevolgen voor de Zaanse begroting. In het volgende hoofdstuk zullen deze gevolgen uiteengezet worden.
17
3. Financiële gevolgen voor Zaanstad 3.1.
Financieel beeld op hoofdlijnen
De totale bezuinigingsopgave die voorligt, loopt op naar ruim € 27,5 mln. in 2017. De grootste posten uit deze opgave staan in onderstaande tabel.
AU: Regeerakkoord individuele maatregelen AU: Circulaire accres, aantallen, BCF, apparaatskosten en overig Leges bouwvergunningen Hervormingsagenda MO Loon- en prijscompensatie WWB Restant gemeentebrede taakstellingen Extra bezuiniging € 200 mln. op AU Bezuinigingsopgave decentralisaties Beleidsafwegingen Overig Financiële opgave
2014 783 -3.562 1.072 1.000 3.425 140 1.193 1.628 334 -1.370 4.643
2015 11.827 138 1.000 0 2.814 1.630 1.512 1.628 3.100 308 -1.041 22.916
2016 13.895 488 1.700 0 3.102 2.400 146 1.628 3.800 311 -542 26.928
2017 14.643 -1.300 1.700 0 3.036 2.340 331 1.628 4.400 316 491 27.586 Tabel 1
De bezuinigingsopgave voor Zaanstad kent grofweg drie oorzaken:
In de opgave zijn de rijksbezuinigingen verwerkt die voortvloeien uit het regeerakkoord van het kabinet RutteAsscher. Tevens is rekening gehouden met de aangekondigde extra bezuinigingen van € 4,3 mrd. op de rijksbegroting in 2014. Daarnaast zien we dat eigen inkomsten afnemen. Als gevolg van de crisis worden minder woningen gebouwd en dus minder bouwvergunningen afgegeven. Daarom wordt ook voor de komende jaren de opbrengst uit de bouwleges naar beneden bijgesteld. Tot slot moeten we voorbereidende maatregelen treffen om onder andere de decentralisaties binnen het financieel kader uit te kunnen voeren. De belangrijkste ontwikkelingen worden hieronder toegelicht. In de bijlagen is een specificatie van alle onderliggende begrotingswijzigingen opgenomen.
18
Algemene uitkering In de begroting 2013-2016 is rekening gehouden met een maximale korting op het gemeentefonds van € 1,1 mrd. in 2017. Deze aanname is gebaseerd op de doorrekening van de verkiezingsprogramma’s door het CPB waarbij € 1,1 mrd. als maximaal haalbaar werd geacht. In het regeerakkoord zijn de volgende maatregelen opgenomen die de algemene uitkering raken. Dit overzicht laat de landelijke kortingen zien. Bezuinigingen regeerakkoord Onderwijshuisvesting Efficiency apparaatkosten Algemene korting BCF Trap op/af Dualiseringskorting Hergebruik scootmobielen Maatschappelijke stages Totaal
2014
2015
2016
2017
0 0 98.000 -188.000 0 0 0 -90.000
256.000 60.000 484.000 -123.000 18.000 15.000 20.000 730.000
256.000 120.000 484.000 268.000 18.000 25.000 20.000 1.191.000
256.000 180.000 484.000 541.000 18.000 50.000 20.000 1.549.000 Tabel 2
Uit de beschikbaar gekomen informatie is inmiddels duidelijk geworden dat het trap op/af effect in 2017 fors hoger uitkomt dan is vermeld in het regeerakkoord (€ 541 mln. in plaats van € 352 mln.). Hierdoor wordt in totaal € 1,5 mrd. gekort op het gemeentefonds in 2017. In 2014 en 2015 geeft trap op/af een voordeel. Het aandeel van Zaanstad in het gemeentefonds is toegenomen tot 0,88 %. Dit is gehanteerd voor de berekening van de algemene uitkering. Op basis van een aandeel van 0,88 % zijn de effecten voor Zaanstad te berekenen. De getroffen maatregelen worden onder de tabel toegelicht. Pas bij de meicirculaire weten we het daadwerkelijke financiële effect van de bezuinigingen uit het regeerakkoord voor de begroting van Zaanstad. Aandeel Zaanstad Uitname onderwijshuisvesting Efficiency apparaatskosten Dualiseringskorting Hergebruik scootmobielen Maatschappelijke stages Huishoudelijke hulp Regeerakkoord individuele maatregelen Verwerking circulaire accres, aantallen en BCF Totaal
2014
2015
2016
2017
0 0 0 0 0 783 783 -3.562 -2.779
2.253 528 158 132 176 8.580 11.827 138 11.965
2.253 1.056 158 220 176 10.032 13.895 488 14.383
2.253 1.584 158 440 176 10.032 14.643 -1.300 13.344 Tabel 3
Uitname onderwijshuisvesting (€ 2,25 mln.) De algemene uitkering is onderverdeeld in clusters. Uit onderzoek is bekend dat deze clusters scheef zijn verdeeld. Bij sommige clusters wordt er meer uitgegeven dan beschikbaar (11 clusters), bij andere minder (drie clusters). Dit is de reden dat de minister van BZK heeft aangekondigd vanaf 2014 met een herverdeling van de algemene uitkering te komen. In het regeerakkoord wordt nu één van deze clusters, namelijk onderwijshuisvesting, al op voorhand afgeroomd omdat gemeenten hier minder uitgeven dan beschikbaar is. Efficiency apparaatskosten (€ 1,58 mln.) De regering zet in op schaalvergroting van gemeenten en vertaalt dat financieel door naar de algemene uitkering. De redenering is dat schaalvoordelen, minder toezicht en vereenvoudiging van regelgeving leidt tot minder ambtenaren en daarmee minder benodigde apparaatskosten voor gemeenten. Het streven naar gemeenten met een minimale omvang van 100.000 inwoners was verbonden aan deze maatregel. Inmiddels heeft de minister van BZK deze omvang als hard criterium laten vallen en lijkt deze maatregel een generieke korting te worden die na 2017 tot en met 2025 voor Zaanstad jaarlijks nog toeneemt met € 0,875 mln. Deze
19
maatregel is opgenomen in het beeld omdat we inschatten dat dit als generieke korting wordt verwerkt in de AU. Dualiseringskorting (€ 158.400) In het regeerakkoord is de dualiseringskorting opgenomen. Deze bezuiniging hangt samen met het wetsvoorstel Heijnen (Voorstel van wet van het lid Heijnen tot wijziging van de Gemeentewet in verband met het terugbrengen van het aantal gemeenteraadsleden tot op het niveau van voor de dualisering van het gemeentebestuur). Uitwerking daarvan zou voor Zaanstad betekenen dat het aantal raadsleden afneemt naar 35. Dit wetsvoorstel ligt nu bij de Eerste Kamer. Hergebruik scootmobielen (€ 440.000) Hulpmiddelen zoals rolstoelen en scootmobielen worden verstrekt door gemeenten binnen de Wmo. Hiervoor geldt voortaan een plicht tot hergebruik. Dit betekent voor Zaanstad een bezuiniging die oploopt tot € 440.000. Maatschappelijke stages (€ 176.000) De wettelijke verplichte maatschappelijke stages worden per 2015 afgeschaft. Daarbij zal een uitname uit de algemene uitkering van het gemeentefonds plaatsvinden. Voor Zaanstad is dat € 176.000. Wmo, huishoudelijke hulp (€ 10,03 mln.) Het beroep op de bestaande huishoudelijke hulp in de Wmo wordt voor nieuwe cliënten in 2014 beëindigd. Voor bestaande cliënten gaat de maatregel een jaar later in. Via deze maatregel wordt 75% op het budget bezuinigd. Voor Zaanstad betekent dit een korting op de AU van € 10,03 mln. Algemene korting btw-compensatiefonds (€ 4,26 mln.) Het BCF wordt niet afgeschaft, zoals was voorgesteld in het regeerakkoord. De bezuiniging van € 550 mln. wordt wel gehandhaafd en structureel gekort op het gemeentefonds (en provinciefonds). Deze korting wordt meegenomen door aanpassing van de uitkeringsfactor, 15 punten in 2014 en 41 punten vanaf 2015. De effecten van de korting door de maatregel op het btw-compensatiefonds en trap op/af zijn als totaal verwerkt onder de regel ‘verwerking circulaire en accres’. Hier zijn ook de effecten van de september- en decembercirculaire in verwerkt. Het verwerken van alle kortingen zal nog leiden tot herverdeeleffecten. Deze kennen wij pas bij de meicirculaire. Leges bouwvergunningen (€ 1 mln.) Bij het ramen van de middelgrote projecten wordt vanaf 2012 gebruikgemaakt van de PRI-lijst die twee maal per jaar wordt geactualiseerd. Die lijst wordt opgesteld naar de beste inzichten, maar projectontwikkelaars zijn niet verplicht hun plannen vooraf kenbaar te maken. Sinds 2012 blijkt dat een groot deel van de projecten vertraging oploopt en mogelijk helemaal niet doorgaat en die trend zet zich naar verwachting in 2013 voort. De meest realistische aanname op dit moment leidt ertoe dat de leges uit middelgrote projecten in 2013 naar beneden moeten worden bijgesteld met € 2.1 mln., in 2014 met € 1.6 mln. en voor de jaren daarna met € 1.1 mln. Dit is inclusief de al bekende grote projecten zoals IKEA, ZMC, PI en spoorwegoverbouwing/Figaro. Hervormingsagenda maatschappelijke ontwikkeling (€ 1 mln.) De invoeringskosten voor de decentralisaties worden in 2013 nog gedekt uit reserves omdat er nauwelijks budget beschikbaar is gesteld vanuit het Rijk. Voor 2014 is dit niet (geheel) meer mogelijk en zijn aanvullende middelen noodzakelijk. Dit alles om de decentralisaties binnen het financieel kader van de raad te kunnen uitvoeren. In de begroting zijn verschillende middelen begroot voor de decentralisaties. De totale kosten worden voor 2013 geraamd op € 2,6 mln. Deze worden grotendeels onttrokken aan: ZMOP reserve: € 1,5 mln. (ZMOP is voormalig rijksgeld) Wmo reserve: € 0,3 mln. P-reserve: € 0,2 mln.
20
Additionele subsidies provincie en Rijk: € 0,5 mln. (o.a. focusgemeenten)
Voor € 0,2 mln. wordt een beroep gedaan op de algemene middelen, maar deze middelen komen ook binnen voor de decentralisaties via de algemene uitkering. Na de onttrekking zit er naar verwachting eind 2013 nog € 0,3 mln. in de ZMOP-reserve en € 2,7 mln. in de Wmo-reserve. De gemeenteraad heeft tot dusver geen additionele middelen ter beschikking hoeven te stellen. Er is alleen geld geheralloceerd vanuit de reserves. Volgend jaar zijn de middelen uit de reserves niet meer voldoende. De inschatting is dat in 2014 nog circa. € 1,5 mln. aan programmakosten nodig is ter voorbereiding op de implementatie van de decentralisaties. Hiervan kan via de ZMOP-reserve en uit voorbereidingsgeld van het Rijk circa € 0,5 mln. worden gedekt. Rest voor 2014 een tekort van ongeveer € 1 mln. op de programmakosten voor de decentralisaties. Loon- en prijsindex Voor de berekening van loon- en prijscompensatie wordt bij de kadernota het Centraal Economisch Plan (CEP) als uitgangspunt gebruikt. Voor prijzen wordt als basis compensatie voor overheidsconsumptie netto materieel (IMOC) gehanteerd, 1,75%. Voor looncompensatie wordt uitgegaan van de loonvoet sector overheid, 2,25%. Het CPB gaat uit van 0,75% werkgeverslasten en 1,5% loon. Uitgangspunt van het CPB is dat overheidssalarissen, eventueel met vertraging, de marktlonen volgen. Voor de indexering van subsidies wordt een samengestelde factor gebruikt, 2,10%.
Lasten benodigde prijscompensatie Baten benodigde prijscompensatie Saldo benodigde prijscompensatie Benodigde looncompensatie Indexering subsidies Totaal benodigde loon- en prijscompensatie Prijscompensatie AU Benodigde aanvulling compensatie
2014
2015
2016
2017
1.861 -1.037 824 1.824 778 3.425 -1.541 1.884
1.778 -1.470 308 1.805 701 2.814 -1.539 1.275
1.623 -1.055 568 1.794 740 3.102 -1.555 1.547
1.574 -1.055 519 1.794 723 3.036 -1.567 1.469 Tabel 4
WWB (€ 2,4 mln.) De bijstelling op de WWB laat per saldo een negatief beeld zien oplopend tot € 2,4 mln. Dit is een resultante van lagere baten en lagere lasten, waarbij de berekende inkomsten meer naar beneden worden bijgesteld dan de berekende uitgaven. De in de begroting 2013 gehanteerde aanname met betrekking tot de trendontwikkeling in de meicirculaire bleek hoger te zijn dan de trend die in de SZW-begroting 2013 van september werd gebruikt. Restant gemeentebrede taakstellingen (€ 926.000) Op de programma’s 14 en 15 van de begroting staat nog een aantal taakstellingen en stelposten. Deze taakstellingen en stelposten hebben diverse achtergronden. Een deel heeft betrekking op stelposten uit het verleden, een deel zijn bezuinigingen uit de laatste begrotingen en een deel is een resultante van de conversie naar een nieuw rekeningschema. In totaal gaat het om een opgave van ruim € 5 mln. Het merendeel van deze opgave wordt gerealiseerd. De inkooptaakstelling en de oude taakstelling facilitaire aandelen kunnen echter niet volledig worden gerealiseerd als gevolg van krimpende inkoopvolumes en een krimpende organisatie.
Restant taakstelling facilitaire aandelen Restant inkooptaakstelling Restant opgave
2014
2015
2016
2017
426 500 926
426 500 926
426 500 926
426 500 926 Tabel 5
21
Extra bezuinigingen € 200 mln. (1,63 mln.) De verslechterde economische en financiële vooruitzichten leiden voor dit jaar niet tot extra bezuinigingen of lastenverzwaringen. Volgend jaar zijn extra budgettaire maatregelen aangekondigd. De ministerraad heeft ingestemd met een aanvullend bezuinigingspakket van € 4,3 mrd. dat in 2014 in moet gaan, waarvan € 200 mln. wordt bezuinigd op provincie- en gemeentefonds. Dit pakket maatregelen betekent voor Zaanstad een extra bezuiniging van € 1,63 mln. Ondanks dat dit pakket in het sociaal akkoord van tafel is gegaan, houden wij toch rekening met aanvullende maatregelen om de rijksbegroting op orde te krijgen. Overige mutaties Voorgaand zijn de begrotingswijzigingen opgenomen die financieel de grootste impact hebben. Daarnaast zijn er meer begrotingswijzigingen in het financieel beeld verwerkt zoals de aanpassing van de wedde omdat het aantal inwoners van Zaanstad de grens van 150.000 is overschreden. Andere begrotingswijzigingen betreffen de bijstelling van de precariobelasting (als gevolg van de crisis worden minder evenementen georganiseerd) en baten van kermisgunningen, de regionalisering van de meldkamer die niet wordt gerealiseerd of de vertraging die wordt opgelopen in het realiseren van de bezuinigingsmaatregel die samenhangt met het vormen van een cultuurbedrijf. In het stedelijk domein zien we daarnaast dat de nodige werkzaamheden betreffende SGP, ILG, monumenten en bodembeheer worden herplant. Ook zijn hier de decentralisatie-uitkeringen in verwerkt (indexering Wmo, MO, OGGZ enz.) en een aantal stelposten dat tegen elkaar wegvalt. Een overzicht van alle begrotingswijzigingen met toelichting is in de bijlagen opgenomen.
3.2.
Bezuinigingsopgave decentralisaties
Zaanstad wil de drie decentralisaties (Participatiewet, AWBZ en Jeugdzorg) oppakken als een transformatie. De centrale opgave voor de komende tijd is: hoe kunnen we de maatschappij samen zo vormgeven dat mensen zelf en met hulp van anderen hun problemen oplossen, waardoor zij zo min mogelijk afhankelijk zijn van de overheid of daar een beroep op te hoeven doen? Uiteraard zullen er altijd mensen zijn die het niet redden op eigen kracht: voor hen dient er een vangnet te zijn. Met de maatschappelijke ondersteuning willen we de komende periode een omslag maken naar meer maatwerk, meer zorg in de buurt, meer samenwerking tussen de verschillende aanbieders maar ook naar houdbaar gefinancierde voorzieningen. De gemeente Zaanstad zet in op vier speerpunten: 1. preventie; 2. eigen verantwoordelijkheid op weg naar het einddoel zelfredzaamheid; 3. integrale benadering en effectieve voorzieningen; 4. een goed georganiseerd vangnet. Deze uitgangspunten leiden ertoe dat in de komende periode binnen de gemeente Zaanstad wordt gekeken naar nieuwe vormen van maatschappelijke ondersteuning aan de burgers (transformatie). Dit betekent dat het beleid in de breedste zin van het woord wordt beoordeeld op de vraag welke maatschappelijke ondersteuning we bieden ter ondersteuning van de eigen burgerkracht, welke doelgroepen we actief helpen, welke regelingen inkomensafhankelijk worden gemaakt, op welke wijze de gemeente het principe één gezin, één plan en één regisseur gaat inzetten en welke voorzieningen op wijkniveau, op stadsniveau of regionaal beschikbaar zijn. Daarbij staat de vraag van de burger centraal en bepaalt de vraag welke voorziening nodig is. Dit alles dient te gebeuren binnen het beschikbare budgettaire kader. Door eerdere rijksbezuinigingen is in de meerjarenbegroting al structureel € 16,6 mln. opgenomen als bezuiniging op de programma’s Werk & Inkomen en Maatschappelijke Ondersteuning. In het regeerakkoord is opgenomen dat de budgetten worden overgeheveld naar gemeenten met een korting: 1. Voor jeugdzorg is nu een budget beschikbaar van circa € 30 mln. Hier wordt door het Rijk circa € 4,5 mln. op gekort. Per saldo komt circa € 25,5 mln. over per 2017 naar Zaanstad. 2. Voor de AWBZ-taken bedraagt het huidige budget circa € 40 mln. Hier wordt circa € 10 mln. op gekort. Per saldo komt dan circa € 30 mln. over per 2015 naar Zaanstad. 3. En daarnaast wordt de huishoudelijke hulp gekort voor 75%. Dit betekent een budgettaire korting van € 7,3 mln. (deze korting is in de voorgaande paragraaf al toegelicht).
22
2015 30.000 -1.200 28.800
Decentralisatie-uitkering Jeugdzorg Efficiencykorting Budget
2016 30.000 -3.000 27.000
2017 30.000 -4.500 25.500 Tabel 6
2015 40.000 -10.000 30.000
Decentralisatie-uitkering AWBZ Efficiencykorting Budget
2016 40.000 -10.000 30.000
2017 40.000 -10.000 30.000 Tabel 7
De totale efficiencykorting die het Rijk heeft ingerekend loopt daarmee op tot circa € 14,5 mln. voor Zaanstad in 2017. Dit maakt zowel forse bezuinigingen als prioritering noodzakelijk om binnen de nieuwe budgettaire kaders de taken uit te voeren. De Kanteling in de Wmo, het werken met sociale wijkteams en Teams Jong, zorgen voor een kwaliteitsimpuls en kunnen mogelijk een deel van de taakstellingen realiseren. Deze werkwijze – 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur – kan leiden tot: lagere organisatiekosten (minder transactie en coördinatiekosten); effectievere arrangementen (directe hulp, meer preventief, kijken of een deel van de ondersteuningsbehoefte anders opgelost kan worden dan alleen via professionals). Ook in de tweede lijn kan door effectiever inkopen en door meer naar resultaten en effecten te kijken, bespaard worden. Maar het is waarschijnlijk niet voldoende. Er zijn extra maatregelen nodig om voorbereid te zijn op alle toekomstige taken en kosten die de gemeente toebedeeld krijgt op het gebied van welzijn en zorg. Deze nadere zoekrichtingen worden toegelicht in hoofdstuk 4
3.3.
Beleidsafwegingen
In het financieel beeld is rekening gehouden met de volgende beleidsafwegingen. Beleidsafwegingen Opvang en begeleiding ex-asielzoekers Intensivering archief Opslag- en hostingkosten archief Regeling beeldende kunst en vormgeving Afschaffen precario evenementen Totaal
2014 50 45 11 153 75 334
2015 0 65 15 153 75 308
2016 0 65 18 153 75 311
2017 0 65 23 153 75 316 Tabel 8
Opvang en begeleiding van ex-asielzoekers De rijksmiddelen die we ontvangen voor de opvang en begeleiding van ex-asielzoekers worden door het Rijk afgebouwd per 2014 met € 100.000. Met de stichting Vluchtelingenwerk zal in 2013 onderhandeld moeten worden over de gevolgen daarvan voor de dienstverlening. Om dit proces goed te laten verlopen, stellen wij voor in 2014 € 50.000 beschikbaar te stellen. Intensivering archief Vanuit de Archiefwet is er een wettelijke verplichting voor een goed beheer (in goede staat houden) van archiefstukken en de verplichting dat burgers de archiefstukken kunnen raadplegen. Het goede beheer zorgt tevens voor de instandhouding van het cultureel erfgoed. Het gemeentearchief maakt voor het toegankelijk maken van haar archieven gebruik van databases. Hiervoor is jaarlijks een budget beschikbaar van € 25.000.
23
Archiefstukken die aan slijtage onderhevig zijn (tevens kwetsbare stukken) kunnen fysiek niet meer worden geraadpleegd. Om deze stukken aan het publiek te kunnen tonen is digitalisering nog de enige optie. Voor intensivering van de digitale dienstverlening is in 2014 extra budget van € 45.000 nodig bovenop het reguliere budget van € 25.000. Vanaf 2015 is € 65.000 extra nodig. Opslag- en hostingkosten archief Gemeenten zijn geconfronteerd met een verhoging van opslag- en hostingskosten. Vanwege digitalisering is de behoefte aan opslagcapaciteit groter. Het huidige budget van € 25.000 is hiervoor niet toereikend. Om de jaarlijkse overschrijding van deze kosten op te kunnen vangen is een structurele verhoging van het budget met € 23.000 noodzakelijk. Afschaffen precario evenementen Het college ondersteunt vrijwilligersinitiatieven en wil dit stimuleren. Daarom wordt voorgesteld om precario voor evenementen af te schaffen. Dit voorstel wordt verder uitgewerkt in de Begroting 2014-2017.
3.4.
De bezuinigingsopgave loopt op naar € 68,2 mln.
In de drie voorgaande begrotingen hebben wij een pakket bezuinigingsmaatregelen opgenomen dat in totaal oploopt naar meer dan € 40 mln. Van deze maatregelen is in 2012 ruim 95% gerealiseerd. Dit laat zien dat de maatregelen die wij voorstellen realistisch zijn en uitvoerbaar. Van deze maatregelen raakt 25% de ambtelijke organisatie in de formatie of via afbouw van inhuur (de zogenaamde flexibele schil). Te realiseren in 2017, exclusief de nieuwe bezuinigingsopgave
10.072; 25%
30.583; 75%
Maatregelen in de organisatie
Maatregelen buiten de organisatie
Aangezien wij onze eigen inkomsten relatief beperkt kunnen beïnvloeden, wordt het merendeel van de bezuinigingsopgave gerealiseerd via ombuigingen van de lasten. Circa 8,5% betreft lastenverzwaringen.
24
Ombuigingen en lastenverzwaringen 45.000
40.000
2.874
3.474
3.474
38.008
37.181
37.181
2015
2016
2017
2.184
35.000
30.000 2.184 25.000
20.000 34.122 15.000
27.679
10.000
5.000
0 2013
2014 Ombuigingen
Lastenverzwaringen
Het financieel beeld dat in voorgaande paragraaf is beschreven loopt op naar € 27,5 mln. in 2017. Daarmee komt de totale bezuinigingsopgave van Zaanstad uit op € 68,2 mln. in 2017. In onderstaande grafiek is zichtbaar hoe deze opgave over de verschillende begrotingen is verdeeld.
Totale bezuinigingsopgave 80.000
70.000
60.000 26.928
27.586
9.654
9.427
9.427
13.352
13.899
13.899
13.899
14.592
16.554
17.329
17.329
17.329
2013
2014
2015
2016
2017
22.916 50.000
40.000
4.643 6.400
30.000
0 4.327
20.000
10.944
10.000
0
Bezuinigingsmaatregelen begroting 2011 Bezuinigingsmaatregelen begroting 2013
Bezuinigingsmaatregelen begroting 2012 Bezuinigingsopgave kadernota 2014-2017
25
3.5.
De belangrijkste risico’s waar rekening mee wordt gehouden
Begroting BaanStede Sinds juli 2012 zijn er verschillende begrotingen aangeleverd door BaanStede. Er is nog geen meerjarenbegroting vastgesteld die verband houdt met de transitie. In de conceptbegroting 2014 en de meerjarenraming 2015-2017 van BaanStede neemt het tekort op de exploitatie toe. Dit is in tegenspraak met het besluit van het Algemeen Bestuur van 5 september, waarin staat dat de inzet van het budget dat de raden beschikbaar hebben gesteld moet resulteren in een afname van de gemeentelijke bijdragen aan de exploitatiebegroting van BaanStede. De bijdrage van de gemeenten lopen daarentegen erg op. Voor het proces van de kadernota van Zaanstad betekent dit vooralsnog onzekerheid en dus een risico. Er is nog geen vastgestelde begroting en de eerstvolgende behandeling van de begroting in het BaanStede bestuur is half april 2013. Voor de kadernota betekent dit dat er nog geen definitieve bedragen kunnen worden opgenomen. Decentralisaties uitvoeren binnen financieel kader Het uitgangspunt is dat de decentralisaties worden uitgevoerd binnen het financieel kader. De haalbaarheid daarvan is echter nog hoogst onzeker en kan daarmee beslag leggen op de exploitatie/reserves. Doordecentralisatie buitenonderhoud primair onderwijs Er ligt een wetsvoorstel voor de doordecentralisatie van het buitenonderhoud primair onderwijs. Omdat het nog een wetsvoorstel betreft, is er in het financieel beeld nog geen rekening mee gehouden. Ontwikkelingen rijksbudgetten Het doorvertalen van alle kortingen en dergelijke zal leiden tot herverdeeleffecten in de AU waar nog geen zicht op is. De meicirculaire zal hier meer zicht op geven. Daarnaast is het macrobudget en verdeelmodel voor de jeugdzorg, Wajong, begeleiding etc. nog niet bekend. Ook wordt er gewerkt aan een nieuw verdeelmodel voor de WWB. Tussen kadernota en begroting komt meer informatie beschikbaar over het macrobudget WWB. (On)zekerheid kabinetsvoorstellen Omdat het huidige kabinet geen meerderheid heeft in de Eerste Kamer, moet er voor kabinetsvoorstellen worden gezocht naar samenwerking met oppositiepartijen om alsnog een meerderheid in de Eerste Kamer te behalen. Om die reden is er vooraf geen zekerheid of alle voorstellen die voorliggen, worden aangenomen.
3.6.
Oplossingsrichtingen
In deze paragraaf wordt een aantal oplossingsrichtingen uitgewerkt waarlangs we naar een sluitende begroting toewerken. Rijksbezuinigingen worden doorvertaald naar beleidsveld Uitname onderwijshuisvesting Conform de uitgangspunten van het college zouden deze kortingen een-op-een doorvertaald moeten worden naar het programma Onderwijs. Dit is ook de lijn van de verschillende reacties op het regeerakkoord geweest (als budget wordt uitgenomen, taak afbouwen). Een ander scenario is de korting corrigeren voor de Zaanse (onder)besteding op deze taak. Een bedrag van € 0,6 mln. van de onderwijshuisvestingsmiddelen in de Algemene Uitkering wordt niet aan onderwijshuisvesting besteed. Dit deel van de korting komt dan ten laste van de algemene middelen. 2014 Rijksbezuiniging onderwijshuisvesting Doorvertaling gecorrigeerd voor onderbesteding Restant opgave
2015
2016
2017
2.253 -1.653 600
2.253 -1.653 600
2.253 -1.653 600 Tabel 9
26
Dualiseringskorting en hergebruik hulpmiddelen De korting als gevolg van deze maatregelen wordt een-op-een doorvertaald als opgave naar de raad en MO. Over proces en aanpak zijn afspraken noodzakelijk met de griffier. 2014 Dualiseringskorting Hergebruik hulpmiddelen Doorvertaling naar raad Doorvertaling naar MO Restant opgave
2015
2016
2017
158 132 -158 -132 0
158 220 -158 -220 0
158 440 -158 -440 0 Tabel 10
Maatschappelijke stages De wettelijk verplichte maatschappelijke stages worden afgeschaft per 2015. Deze korting wordt een-op-een doorvertaald naar MO. Echter de korting is hoger dan het bestaande budget omdat daar reeds op is bezuinigd, waardoor een kleine opgave resteert voor de algemene middelen. 2014 Afschaffen maatschappelijke stages Doorvertaling naar MO Restant opgave
2015
2016
2017
176 -120 56
176 -120 56
176 -120 56 Tabel 11
Wmo, huishoudelijke hulp De korting van deze maatregel op de AU bedraagt € 10,03 mln. Deze korting is hoger dan het bestaande budget voor deze taak in de begroting. In de MJB 2008-2011 is een deel van de extra middelen anders besteed. Het extra Wmo-budget is in 2008 met name ingezet voor bijdragen vrijwilligers brandweer (conform CAR/UWO), extra bijdrage aan de regionale brandweer, aan extra inzet op schuldhulpverlening en aan digitalisering. Conform het uitgangspunt dat rijksbezuinigingen worden doorvertaald, wordt 75% van het bestaande budget gekort. Daarnaast werkt deze korting door in de uitvoeringskosten. De eigen bijdrage moet echter ook worden bijgesteld.
Rijksbezuiniging huishoudelijke hulp Doorvertaling 75% bestaande budget Doorwerking uitvoeringskosten Doorwerking eigen bijdrage Restant opgave
2014
2015
2016
2017
783 -563 -113 0 107
8.580 -6.171 -512 662 2.559
10.032 -7.215 -569 775 3.023
10.032 -7.215 -569 775 3.023 Tabel 12
Capaciteit proces vergunningverlening Met het teruglopen van het aantal vergunningaanvragen neemt ook de opbrengst uit leges en de benodigde uitvoeringscapaciteit af. De personele capaciteit wordt afgebouwd, waarmee de lasten afnemen (oplopend tot ca. €1 mln.). Taakstellingen Aangegeven is dat een deel van de gemeentebrede taakstellingen voor inkoop en facilitair niet gerealiseerd kan worden. Wij stellen voor om deze problematiek op te lossen door een deel van de prijscompensatie hiervoor aan te wenden. Daarmee worden de gemeentebrede taakstellingen alsnog door de organisatie gerealiseerd. Ander scenario WWB Voor de berekening van de WWB-mutatie wordt gebruikgemaakt van een prognosemodel. Gezien de ontwikkeling van de werkloosheid en de financiële druk die dit met zich meebrengt in de kadernota, is een aantal scenario’s verkend die weergeven wat het effect is van een hoger of lager aantal uitkeringen en een
27
andere inschatting van de rijksinkomsten. Uitgangspunt voor de scenario-ontwikkeling is geweest dat het huidig gehanteerde gemeentelijke prognosemodel minimaal wordt gewijzigd. Dit model biedt op dit moment de meest betrouwbare/stabiele berekening. Bij de begrotingsvoorbereiding wordt dit scenario verder uitgewerkt. In het financieel beeld is rekening gehouden met een indicatieve bijstelling van € 1 mln. Kasschuif duurzaamheidsfonds De kasschuif duurzaamheidsfonds wordt teruggedraaid via de bestemming van het rekeningresultaat. Dit is conform de wens van de raad zoals uitgesproken bij de begrotingsbehandeling. Hierdoor ontstaat tevens verlichting van het beeld in 2016. Bij het rekeningresultaat volgt een voorstel om het duurzaamheidsfonds in 2013 weer aan te vullen. Daarom is dotatie in 2016 niet noodzakelijk. Met voorgenoemde oplossingsrichtingen kan de financiële opgave met € 12 mln. worden teruggebracht. Oplossingsrichtingen Doorvertalen korting onderwijshuisvesting Doorvertalen dualiseringskorting Doorvertalen hergebruik scootmobielen Doorvertalen afschaffen maatschappelijke stages Doorvertalen Wmo huishoudelijke hulp Oplossingsrichting vergunningverlening Taakstelling inkoop en facilitair via prijs index Ander scenario WWB Kasschuif terugdraaien via rekeningresultaat Hervormingsagenda MO deels via directiebudget
2014 0 0 0 0 -676 0 -926 0 0 -500 -2.102
2015 -1.653 -158 -132 -120 -6.021 -500 -926 -500 0 0 -10.010
2016 -1.653 -158 -220 -120 -7.009 -1.000 -926 -1.000 -1.700 0 -13.786
2017 -1.653 -158 -440 -120 -7.009 -1.000 -926 -1.000 0 0 -12.306 Tabel 13
3.7.
Resterende opgave
Wanneer bovenstaande oplossingsrichtingen en de bezuinigingsopgave voor de decentralisaties in mindering worden gebracht op het financieel beeld, resteert de volgende opgave:
Financiële opgave Oplossingsrichtingen Zoekrichtingen decentralisaties Financieel beeld kadernota
2014 4.643 -2.102 0 2.541
2015 22.916 -10.010 -3.100 9.806
2016 26.928 -13.786 -3.800 9.342
2017 27.586 -12.306 -4.400 10.879 Tabel 14
Om te komen tot een sluitende begroting moeten maatregelen worden geformuleerd. Deze worden vervolgens uitgewerkt in de begroting 2014-2017. In het volgende hoofdstuk zijn zoekrichtingen opgenomen waarbinnen deze maatregelen worden uitgewerkt.
3.8.
Investeringen
Investeringsfonds Bij de nieuwe Meerjaren Prognose Grondzaken (MPG 13.1) is het investeringsfonds geactualiseerd. Het verloop van het saldo in het Investeringsfonds ziet er als volgt uit.
28
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0 2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
-5.000
-10.000 Saldo Investeringsfonds 13.1
Naast de reeds bekende projecten waarover besluitvorming heeft plaatsgevonden en nog wordt voorbereid, zijn er enkele investeringen waarvoor extra middelen benodigd zijn. Dit betreft de investeringen in de areaaluitbreiding onderwijs en de voorzieningen die getroffen moeten worden om de komst van IKEA mogelijk te maken. De dekking voor de kwaliteitsimpuls bij de Wilhelminasluis wordt momenteel afgewogen en komt na de kadernota terug voor besluitvorming. In de Kadernota 2013-2016 is een overzicht gegeven van projecten die zich aandienen. Voor deze projecten geldt dat wij ze waardevol en van belang achten voor onze stad en we blijven zoeken naar financiële mogelijkheden. Ontwikkelingen rondom de benodigde fietsenstalling bij Inverdan geven aanleiding om dit project te betrekken in de integrale afweging bij de volgende actualisatie van het Investeringsfonds. Vervangingsinvesteringen Voor de vervangingsinvesteringen geldt dat vanaf 2013 niet meer geïnvesteerd kan worden dan dat er afschrijvingslasten vrijvallen. Dit investeringsplafond is toegedeeld naar onderhoud openbare ruimte, sport, onderwijs en bedrijfsmiddelen. De planning van vervangingsinvesteringen onder de plafonds voor de openbare ruimte, onderwijs en sport blijft binnen het financieel kader. In het cluster bedrijfsmiddelen speelt een aantal ontwikkelingen dat invloed heeft op de benodigde ruimte voor vervangingsinvesteringen. Zo wordt momenteel onderhandeld binnen de veiligheidsregio over de omvang van het investeringspakket dat wordt overgedragen aan de regio. Hierbij spelen bijvoorbeeld vragen rondom vastgoed en het oefencentrum. De uitkomst van deze onderhandelingen heeft invloed op de omvang van het resterende plafond. Daarnaast wordt gewerkt aan de centralisatie van het gemeentelijke wagenpark. Vraagstukken die hierbij voorliggen, betreffen de benodigde capaciteit aan vervoermiddelen en de keuze uit de vervanging van het wagenpark door elektrische vervoermiddelen of auto’s met energielabel A. Bij de begroting moet inzichtelijk zijn gemaakt wat de benodigde vervangingsinvesteringen onder dit plafond zijn (op basis van benodigde capaciteit) en moeten deze worden geprioriteerd binnen het geldende financieel kader.
29
4. Toelichting op de zoekrichtingen De zoekrichtingen die in dit hoofdstuk worden benoemd, gaan met name over de periode 2015 en verder. Het college zal het tekort in 2014 zoveel als mogelijk oplossen met de inzet van incidentele middelen, zoals het rekeningresultaat 2012. Hiermee geeft het college ook ruimte aan een volgend bestuur om nog andere afwegingen te maken. De zoekrichtingen zullen na de kadernota worden omgezet naar concrete maatregelen die een plaats krijgen in de programmabegroting 2014-2017. In dit hoofdstuk worden de zoekrichtingen toegelicht die moeten leiden tot een sluitende begroting (zoekrichtingen algemene middelen), alsmede de zoekrichtingen die anticiperen op de nieuwe taken in het maatschappelijk domein (zoekrichtingen decentralisaties).
4.1.
Zoekrichtingen algemene middelen
De resterende opgave in de algemene middelen bedraagt ruim € 10 mln. in 2017 (zie vorige hoofdstuk). Onderstaande zoekrichtingen moeten richting geven naar een sluitende begroting 2014-2017. Openbare ruimte (tussen € 2,5 en € 4 mln.) De zoekrichting openbare ruimte bestaat uit het verminderen van de kosten van de technische vervanging, een lager onderhoudsniveau, standaardiseren van vervangingen en het uitbesteden van baggertaken. Consequenties zijn dat er minder vervangingsinvesteringen plaatsvinden. Het onderhoudsniveau zal omlaag gaan. Onderdelen in de stad die nu kwalificatie A hebben gaan naar B en die B hebben gaan naar C. Standaardiseren betekent dat de nieuwe weg een-op-een hetzelfde wordt teruggelegd als de bestaande weg. Er vinden dan geen herinrichtingen meer plaats. Voor de baggertaken wordt onderzocht of deze kunnen worden uitbesteed aan het Hoogheemraadschap. Met deze zoekrichting zal het algehele onderhoudsniveau dalen. Wel is de inzet van het college om zoveel als mogelijk het inlopen van onderhoudsachterstanden voort te zetten. Regionale samenwerking (€ 1,5 mln.) Het kabinet zet in op schaalvergroting van gemeenten. Hoewel de norm van 100.000+ inmiddels is afgezwakt en de minister stelt dat de samenwerking van onderop moet komen, staat er wel een harde financiële taakstelling in de algemene uitkering van het gemeentefonds. Het college stelt voor om deze taakstelling ook voor deze doelstelling in te zetten. Door ambtelijk verdergaand samen te werken op onderdelen van de publieke dienstverlening en bedrijfsvoering, kunnen schaalvoordelen worden behaald. Ook voor onze regiogemeenten geldt dat ze worden gekort voor samenwerking. Daar zal het college van Zaanstad het initiatief nemen nog dit jaar een bestuurlijke regioconferentie te beleggen om deze intentie verder vorm te geven. Arbeidsvoorwaarden (tussen € 0,3 en € 0,6 mln.) Een groot deel van de arbeidsvoorwaarden ligt vast in een CAO. Daar wordt landelijk over onderhandeld. Een deel van de arbeidsvoorwaarden is specifiek Zaans en is opgenomen in het Sociaal Kader. Vanaf 2014 geldt een nieuw sociaal kader voor onze organisatie. Het college is van mening dat in deze tijden de arbeidsvoorwaarden versoberd mogen worden waar dat mogelijk is. Dat geldt voor bijvoorbeeld het voorkomen van uitbetalen van overwerk door goed te roosteren, het verminderen van de mogelijkheid om diverse regelingen te stapelen etc. Ook zal worden onderzocht om medewerkers meer eigen verantwoordelijkheid te geven bij het vormgeven van hun carrière. Daardoor zouden de administratieve lasten kunnen dalen. Voor dit pakket van maatregelen geldt dat ze worden opgenomen in een nieuw sociaal kader dat moet worden besproken met het Georganiseerd Overleg. Dienstverlening, handhaving en veiligheid (tussen € 0,3 en € 0,5 mln.) Binnen de zoekrichting dienstverlening, handhaving en veiligheid wordt onderzocht of een aantal processen nog slimmer georganiseerd kunnen worden, zodat er minder menskracht ingezet hoeft te worden. Zo zal er worden voortgebouwd op de eerder ingeslagen weg om de dienstverlening zoveel als mogelijk te organiseren
30
via het digitale kanaal. Ook kan de handhavingscapaciteit flexibeler georganiseerd worden zodat bijvoorbeeld de betaalzekerheid van de parkeerbelasting toeneemt. Raad en college (tussen € 0,3 en € 0,6 mln.) In de vorige begrotingen had 25% van de bezuinigingsmaatregelen betrekking op de formatie en inhuurbudgetten van de eigen organisatie. Met de bezuinigingsmaatregelen die in deze kadernota worden voorgelegd, gaat de formatie nog verder krimpen. Het college is het daarom eens dat ook de bestuurlijke organisatie in een volgende bestuursperiode krimpt met één wethouder en de directe ondersteuning. Het college geeft de raad in overweging ook mee te bewegen in de krimp van de organisatie. Subsidies (tussen € 0,8 en € 1,0 mln.) Bij de begroting is een start gemaakt met een hervormingsagenda op onder andere cultuur, sport en welzijn. Het college zoekt naar aanvullende mogelijkheden binnen het subsidiebeleid. Daarbij wordt gedacht om nog meer in te zetten op een goede infrastructuur. Het college is bereid daar gericht in te investeren. Daarmee kunnen exploitatielasten en dus exploitatiesubsidies afnemen. Het college wil daarbij borgen dat doelgroepen met lagere inkomens en jeugd eenvoudig toegang kunnen krijgen tot deze infrastructuur door de inzet van het jeugdfonds, cultuurfonds, hulpfonds etc. Ook zal het subsidiebeleid tegen het licht worden gehouden, waarbij de doelmatigheid en doeltreffendheid van verstrekte subsidies nog een keer worden geëvalueerd. Bedrijfsvoering (tussen € 0,8 en € 1,2 mln.) Binnen de organisatie wordt ernaar gestreefd het percentage voor de inzet van staf&ondersteuning op maximaal 24% te houden. Omdat de formatie in het primaire proces daalt, zullen ook de kosten voor de bedrijfsvoering dalen. Dit zijn enerzijds materiële kosten als telefoonkosten, softwarelicenties, reiskosten en opleidingskosten, anderzijds hoeven er ook minder mensen in de bedrijfsvoeringsprocessen ingezet te worden. Een apart vraagstuk heeft betrekking op de vaste kosten van de huisvesting en ICT-infrastructuur. Met het aflopen van diverse programma’s en projecten, is er ook minder dekking voor deze kosten. Onderzocht wordt of het huisvesten van ketenpartners in ons gebouw een bijdrage kan leveren aan de onderlinge samenwerking en het dekkingsprobleem. Onderwijshuisvesting (€ 0,6 mln. extra) In het regeerakkoord van 2012 is op het terrein van de onderwijshuisvesting opgenomen dat het gemeentefonds wordt gekort voor de middelen die de gemeenten volgens het Rijk niet uitgeven aan onderwijshuisvesting. De korting bedraagt € 256 mln. vanaf 2015 en betekent voor Zaanstad een jaarlijkse korting op de algemene uitkering van vermoedelijk € 2,253 mln. (0,88 % van de landelijke korting). Conform de uitgangspunten van het college zouden de kortingen een-op-een doorvertaald moeten worden naar de betreffende beleidsvelden. In Zaanstad wordt echter een bedrag van € 0,6 mln. van de onderwijshuisvestingsmiddelen in de algemene uitkering niet aan onderwijshuisvesting besteed. In het financiële hoofdstuk is dit deel van de korting ten laste van de algemene middelen gebracht. De zoekrichting is of die resterende € 600.000 ten laste van het begrotingsprogramma jeugd & onderwijs gebracht kan worden. Als het kabinet besluit dat het onderwijs de middelen die nu worden weggehaald bij gemeenten, moeten inzetten voor huisvesting komt het financiële plaatje er anders uit te zien. Het Rijk heeft het voornemen ook voor het primair onderwijs het buitenonderhoud door te decentraliseren naar het onderwijs. Voor Zaanstad betekent dat een vermindering van € 1,382 mln. vanwege de doordecentralisatie buitenonderhoud. Een bedrag van € 0,688 mln. kan gedekt worden door het wegvallen van de onderhoudsuitgaven. De totale besparingsopdracht, inclusief de € 0,6 mln. ’algemene middelen’ zou daarmee kunnen uitkomen op € 2,947 mln. structureel per jaar. Dit bedrag zal gevonden moeten worden binnen het investeringsvolume (IHP basisonderwijs). Een besparing van € 2,947 mln. staat gelijk aan het verlagen van het investeringsvolume met € 45,324 mln. De consequentie is dat het volume van het huidige Integraal huisvestingsplan (IHP) met circa 40% wordt teruggebracht.
31
De korting van € 256 mln. zal het Rijk - niet geoormerkt - over de schoolbesturen verdelen. Schoolbesturen voor primair onderwijs kunnen besluiten de extra gelden, die ze vanaf 2015 ontvangen, in te zetten voor het verbeteren van de huisvesting van de scholen. De wetgeving staat tot nu niet toe dat de besturen de gelden die zij van het Rijk ontvangen, zodanig inzetten dat zij daarmee een deel van de wettelijke taak van de gemeente overnemen. Wel is het voor schoolbesturen vanaf 2015 mogelijk - als de onderhoudsgelden volledig naar de besturen overgaan - renovatie en ingrijpend onderhoud uit te voeren. Daarmee kan de gemeente zich dan met de nog beschikbare gelden volledig richten op noodzakelijke nieuwbouwprojecten. Of daarmee de bezuiniging binnen het IHP geheel of grotendeels kan worden weggenomen zal pas blijken als de schoolbesturen een standpunt over de inzet van eigen middelen hebben genomen. Op dit moment is nog onbekend hoeveel extra middelen de Zaanse schoolbesturen gaan ontvangen.
4.2.
Zoekrichtingen decentralisaties
De gemeente Zaanstad krijgt de komende jaren nieuwe taken over van de rijksoverheid. Het gaat om de Participatiewet, taken uit de AWBZ en Jeugdzorg). Nog voordat de taken overkomen, wordt er al fors op bezuinigd. Omgerekend naar Zaanstad verwacht het college een korting van circa € 6 mln. op Jeugdzorg en circa € 10 mln. op de taken uit de AWBZ. Voor het college is het uitgangspunt dat de nieuwe taken worden uitgevoerd binnen de budgetten die de rijksoverheid beschikbaar stelt. Om daar tijdig op te anticiperen wil het college nu al kosten van huidige taken reduceren. Daarmee kan uiteraard niet de gehele rijkskorting worden opgevangen. Een deel zal ook moeten worden gevonden in anders organiseren en in beleidsafwegingen. De onderstaande zoekrichtingen worden uitgewerkt naar concrete maatregelen in de begroting 2014-2017. Subsidies buurthuizen (maximaal € 1,4 mln.) We verwachten de komende jaren veel budget nodig te hebben om de toekomstige zorgkosten op te kunnen vangen. Wij zijn van mening dat een deel van het welzijnswerk bijdraagt aan preventie en het voorkomen van zorg. Maar, als er harde keuzes gemaakt moeten worden, dan zullen we de bekostiging van zorg voorrang moeten verlenen boven de bekostiging van algemene welzijnsactiviteiten én het financieren van activiteiten voorrang boven het financieren van gebouwen. Daarom is in deze kadernota opgenomen dat we voor de jaren 2014-2017 een bezuiniging van € 1,4 mln. als zoekrichting op heroriëntatie welzijnswerk hebben opgenomen. Een groot deel van deze bezuiniging zal komen uit besparing op het budget buurthuizen. Dat zal ertoe leiden dat de activiteiten in buurthuizen anders (door en voor bewoners) en ergens anders worden georganiseerd. Volgens het maatschappelijk accommodatiebeleidsplan zijn in de stad ruim voldoende accommodaties beschikbaar. Uit de eindevaluatie van de verzelfstandiging van de buurthuizen, vastgesteld door het college op 5 maart 2013, is gebleken dat vrijwilligersbesturen grotendeels zelf in staat zijn toe te werken naar een zelfstandig te exploiteren buurtcentrum met een ontmoetingsfunctie voor de wijk. Door een optimalisering van de exploitatie wordt verwacht dat de verzelfstandigde buurthuizen volledig zelfstandig kunnen draaien. Bij de vaststelling van de eindevaluatie is besloten tot het uitvoeren van een benchmark om een vergelijking te kunnen maken tussen de kwaliteit en prestaties van de gesubsidieerde versus de verzelfstandigde buurtcentra in Zaanstad. Centraal hierbij staat de vraag onder welke voorwaarden de buurthuizen zelfstandig kunnen functioneren zonder subsidie. De resterende acht buurthuizen in Zaanstad ontvangen nu gezamenlijk jaarlijks een subsidie van € 1,4 mln. Op basis van de uitkomst van de benchmark kunnen kansen en knelpunten rond de exploitatie van buurthuizen worden vastgesteld. Tevens kunnen ontwikkelingen rond de nieuwe opvattingen over de rol van de overheid worden meegenomen, waarbij wordt gestreefd naar zelforganisatie en zelfredzaamheid. Hiermee wordt aangesloten op de beweging om uit te gaan van eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van bewoners. Organisatiekosten (tussen € 2,4 en € 3 mln.) Een van de redenen dat genoemde taken worden gedecentraliseerd naar gemeenten is de veronderstelling dat gemeenten de taken goedkoper kunnen organiseren dan het huidige stelsel. In het huidige stelsel hebben veel organisaties een eigen verantwoordelijkheid en is er mede daardoor veel bureaucratie. De opgave voor de gemeente is om de bureaucratie van de uitvoering en de controledrang van de rijksoverheid te beteugelen zodat er zoveel mogelijk middelen kunnen worden besteed aan de doelgroepen die worden bediend. Zowel in
32
de organisaties die de nieuwe taken gaan uitvoeren, als in de gemeentelijke organisatie wordt daarom onderzocht hoe de kosten van overhead, beleidscapaciteit, indicatiestelling en administratieve verwerking verminderd kunnen worden. De verwachting is dat zowel bij de diverse instellingen als bij de gemeentelijke organisatie tussen € 2,4 mln. en € 3 mln. op de organisatie bezuinigd kan worden.
33
5. Grondslagen en kaders In dit hoofdstuk zijn de grondslagen en kaders uiteengezet waarlangs de begroting 2013-2016 wordt uitgewerkt. Hierbij gaat het onder andere om de te hanteren indexpercentages, prognoses over woningbouwontwikkeling en belastingen en tarieven. Tevens zijn de kaders opgenomen waarbinnen investeringsbeslissingen worden genomen.
5.1.
Grondslagen Omschrijving
Grondslag
Lonen (incl. sociale lasten)
2,25%
Prijzen
1,75%
Subsidies
2,10%
Onroerende zaakbelastingen
1,75 %
Overige belastingen
1,75 % (exclusief parkeerbelasting)
Tarieven
Kostendekkend
Rekenrente
4,00%
Algemene uitkering
Meicirculaire
Financiële regels Omschrijving Woningen* Inwoners
Collegeprogramma 2010 en budgetregels 2014
2015
2016
65.350
65.870
66.170
150.629
151.083
151.513
2017 151.866
*Recente gegevens zijn nog niet beschikbaar. Dit zal bij de begroting 2014 – 2017 aangevuld worden.
Lonen Uitgangspunt bij de lonen en de salarissen is de cao. Als deze nog niet bekend is, wordt er gerekend met de gegevens van de ‘loonvoet sector overheid’ uit het Centraal Economische Plan 2013 (conform collegeprogramma). De raming hiervoor is 2,25% voor 2014. Voor 2014 en verder zijn nog geen cao-afspraken gemaakt tussen de VNG en het Rijk. Prijzen Uitgangspunt bij de prijscompensatie is de prijs netto materiële overheidsconsumptie uit het Centraal Economisch Plan 2013 (conform collegeprogramma). We gaan daarom uit van een prijsstijging van 1,75%. Subsidies De verhoging van de subsidies is een afgeleide van de loonstijging en de prijsstijging. Hierbij telt de loonstijging voor 70% en de prijsstijging voor 30% mee. De gedifferentieerde indexering komt hierdoor uit op 2,10%. Ontwikkeling inwoners en woningen De ontwikkeling van het aantal inwoners en woningen zijn belangrijke parameters in de verdeling van de algemene uitkering en dus ook voor het aandeel van de gemeente Zaanstad. Deze cijfers zijn daarnaast ook het uitgangspunt bij de voorlopige berekening van de algemene uitkering, opbrengst onroerendezaakbelastingen en opbrengsten bouwleges.
34
5.2.
Belastingen
Onroerendezaakbelastingen In het collegeprogramma zijn afspraken gemaakt over de stijging van de opbrengsten van de onroerendezaakbelasting (OZB) voor de komende jaren. Afgesproken is om de OZB in 2014 met de gebruikelijke inflatie te verhogen (naar verwachting 1,75%). Overige belastingen De overige belastingen (precariobelasting, hondenbelasting, reclamebelasting en roerende ruimtebelasting, met uitzondering van toeristenbelasting) stijgen met de voorgestelde prijscompensatie van 1,75%.
5.3.
Leges en Tarieven
Leges Uitgangspunt bij de leges en tarieven is, dat er sprake is van kostendekkendheid op basis van de integrale kostentoerekening. Het gros van de tariefopbrengst bij de leges (ongeveer 99%) komt voor rekening van de omgevingsvergunningen (voorheen bouwvergunningen genoemd) en de leges bij de afdeling burgerzaken. Voor de leges van de afdeling burgerzaken geldt dat deze veelal aan wettelijke maxima gebonden zijn (rijbewijzen, reisdocumenten). Afvalstoffenheffing Evenals voor de leges geldt voor de tarieven een streven naar de kostendekkendheid op basis van toerekening van de netto kosten. In het coalitieakkoord is opgenomen dat het tarief de komende jaren niet meer zal stijgen dan het inflatiepercentage. Het eventuele tekort dat ontstaat, zal eenmalig worden onttrokken aan de egalisatievoorziening. Lozingsrecht Het tarief lozingsrecht is in 2013 gestegen naar € 267,12. Het uitgangspunt voor de berekening van de tarieven is kostendekkendheid. In het collegeprogramma was het uitgangspunt dat het rioolrecht jaarlijks stijgt met 7,4%. Deze stijging komt lager uit door de verlaging van de rekenrente naar 4% Havengelden Het zeehavengeld volgt het tarief van Amsterdam. Het binnenhavengeld en recreatievaart zijn de afgelopen jaren alleen aangepast met de prijsindex. Na gereedkomen van het plaatsen van 37 walstroomkasten worden deze energiekosten rechtstreeks bij de gebruiker in rekening gebracht. Het kan noodzakelijk zijn de tarieven voor schepen die gebruikmaken van een ligplaats te schonen van deze energiekosten. Begraafplaatsen Er is een trend waarneembaar dat er vaker gekozen wordt voor een crematie in plaats van een begrafenis. Met een teruglopend aantal begrafenissen komen er ook minder inkomsten binnen ter dekking van de exploitatielasten. Woonlasten Kijken we naar de totale woonlasten voor een gemiddeld gezin in een gemiddelde eigen woning, dan vallen de lokale heffingen daarbij in het niet. Uit het meest recente onderzoek van het COELO (woonlastenmonitor 2012) blijkt dat een gemiddeld gezin in Nederland van alle woonlasten het meest betaalt aan hypotheeklasten (53%). Van de overige woonlasten (47%) is het beeld als volgt: Omschrijving
Percentage
Bedrag
Prijs, energie en water
35%
€ 1.398
Belasting energie en water
17%
€ 686
Eigen woningforfait
15%
€ 590
35
Overdrachtsbelasting
6%
€ 264
Waterschapslasten
7%
€ 296
11%
€ 444
OZB
6%
€ 239
Opstalverzekering
3%
€ 124
Riool/reinigingsheffing
Van de overige woonlasten betaalt een gemiddeld gezin het grootste deel (45%) aan het Rijk. De gemeentelijke belastingen en heffingen hebben ‘slechts’ een aandeel van 17%. Enkele jaren geleden was dit nog 21%.
5.4.
Rekenrente
De rekenrente is vorig jaar verlaagd naar 4,0%. De gemiddelde rente op de lange leningportefeuille bedraagt ultimo 2012 gemiddeld 3,87%.
36
6. Bijlagen 6.1.
Begrotingsmutaties
Programma: Werk, inkomen en integratie
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 630 Aanpassing dienstverleningsovereenkomst
B/L 2014 2015 2016 2017 L 40 40 40 40 De inkomsten en uitgaven ivm dienstverleningsovereenkomst met Oostzaan en Wormerland met betrekking tot de uitvoering van sociale regelingen, zijn in overeenstemming gebracht met de afspraken in de overeenkomst. Wnr: 630 Aanpassing dienstverleningsovereenkomst
B/L 2014 2015 2016 2017 B -40 -40 -40 -40 De inkomsten en uitgaven ivm dienstverleningsovereenkomst met Oostzaan en Wormerland met betrekking tot de uitvoering van sociale regelingen, zijn in overeenstemming gebracht met de afspraken in de overeenkomst. Wnr: 735 Aanpassing inkomsten WWB
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 -500 -1000 -1000 Voor de berekening van de WWB mutatie wordt gebruik gemaakt van een prognosemodel. Gezien de ontwikkeling van de werkeloosheid en de financiële druk die dit met zich meebrengt in de kadernota is een aantal scenario's verkend die weergeven wat het effect is van een hoger of lager aantal uitkeringen en een andere inschatting van de rijksinkomsten. Uitgangspunt voor de scenario-ontwikkeling is geweest dat het huidig gehanteerde gemeentelijke prognosemodel minimaal wordt gewijzigd. Dit model biedt op dit moment de meest betrouwbare/stabiele berekening. Bij de berekening is gekozen voor een groter aandeel in het macrobudget voor de gemeemte Zaanstad. Bij de begrotingsvoorbereiding wordt dit scenario verder uitgewerkt. In het financieel beeld is rekening gehouden met een indicatieve bijstelling (1.000). Wnr: 738 Aanpassing Rijksbijdrage Wsw
B/L 2014 2015 2016 B 329 164 848 Zaanstad krijgt een deel van het landelijke Wsw-budget voor het realiseren van een aantal Wsw-plaatsen. Deze aanpassing betreft een wijziging van het subsidiebedrag en het aantal te realiseren Wsw-plaatsen in een jaar. Wnr: 738 Aanpassing Rijksbijdrage Wsw
B/L 2014 2015 2016 L -329 -164 -848 Zaanstad krijgt een deel van het landelijke Wsw-budget voor het realiseren van een aantal Wsw-plaatsen. Deze aanpassing betreft een wijziging van het subsidiebedrag en het aantal te realiseren Wsw-plaatsen in een jaar.
2017 1487
2017 -1487
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 734 Autonome ontwikkeling Uitkeringen WWB
B/L 2014 2015 2016 2017 L -660 -40 -410 -1000 De systematiek die gehanteerd wordt, is afgeleid van de Rijksverwachtingen voor de komende jaren. Het meerjarig macrobudget WWB is de basis voor de raming van de gemeentelijke inkomsten (uitgaande van een gelijkblijvend gemeentelijk aandeel). Op basis van onderliggende CPB macroverwachtingen van aantal uitkeringsgerechtigden (AU aantallen september circulaire 2012) is de trend bepaald voor komende jaren. Deze procentuele trend met als vertrekpunt het aantal uitkeringen (beginstand 2013: 2936) bepaalt het aantal te verwachten uitkeringen. Dit aantal wordt vermenigvuldigd met het verwachte gemiddelde uitkeringsbedrag (prijspeil januari 2013: 14.800).
37
Programma: Werk, inkomen en integratie Wnr: 735 autonome ontwikkeling WWB
B/L 2014 2015 2016 2017 B 1200 2070 3210 3740 De inkomsten 2012 zijn gebaseerd op het voorlopig budget 2012 WWB. Er zijn geen meerjarige budgetten per gemeente afgegeven. Voor de jaren 2014-2016 is uitgegaan van de meerjarige BUIG marcobudgetten WWB (uit de begroting SZW 2013) en een gelijkblijvend aandeel in het macrobudget. Wnr: 736 Hogere verwachte inkomsten terugvordering
B/L 2014 2015 2016 2017 B -400 -400 -400 -400 In de afgelopen jaren zijn er hogere opboekingen geweest op met name fraudevorderingen. Als gevolg van de nieuwe fraudewetgeving per januari 2013 kunnen de opboekingen nog verder toenemen als gevolg van het opleggen van boetes. Landelijk wordt aangenomen dat dit 40 - 52 miljoen (2013 - 2014 ev) aan extra opboekingen/inkomsten. Voor Zaanstad betekent dit ongeveer een toename van 400. Wnr: 737 Opvang en begeleiding ex asielzoekers
B/L 2014 2015 2016 2017 L 50 0 0 0 Voor opvang en begeleiding ex asielzoekers komt vanuit het rijk minder geld beschikbaar. De gemeente volgt dit beleid, maar zorgt voor een afbouw van de huidige regeling in 2014. Deze afbouw kost 50.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 705 Centralisatie van ICT kosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L -3 -3 -3 -3 Een verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Werk, inkomen en integratie i.v.m. het centraliseren van ICT onderhoudskosten van de koppeling GWS-Verseon.
38
Programma: Wonen en ruimtelijke ontwikkeling
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 673 Aanpassing bestedingsplan Strategisch Groen Project t.m. 2015.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -410 0 0 0 De diverse projecten binnen het bestedingsplan SGP hebben een koerswijziging ondergaan om te kunnen voldoen aan de wensen van een belangrijke co-financier van het Strategisch Groen Project, zijnde de provincie Noord-Holland. Hiermee worden de subsidiekansen vergroot. De projecten, o.a. wandelpad Wijdevliet, - Kagerweg, vaarpassages Nieuwendam, - Vrouwenverdriet, - Dorpsstraat/Communicatieweg Assendelft gaan niet meer door. Deze zijn o.a. vervangen door fietspad en wandelpad Noorderveen, recreatieve verbindingen, kanoroute duiker S05, boerenlandpaden en verbindingen Kreekrijk. Besluitnota SGP 2002-20101229-162350. Het besluit is uit 2002-2003 (2003 31). Er zijn heel veel besluiten die hiermee samenhangen (o.a. diverse projectbesluiten). Wnr: 673 Aanpassing bestedingsplan Strategisch Groen Project t.m. 2015.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -371 -174 0 0 De diverse projecten binnen het bestedingsplan SGP hebben een koerswijziging ondergaan om te kunnen voldoen aan de wensen van een belangrijke co-financier van het Strategisch Groen Project, zijnde de provincie Noord-Holland. Hiermee worden de subsidiekansen vergroot. De projecten, o.a. wandelpad Wijdevliet, - Kagerweg, vaarpassages Nieuwendam, - Vrouwenverdriet, - Dorpsstraat/Communicatieweg Assendelft gaan niet meer door. Deze zijn o.a. vervangen door fietspad en wandelpad Noorderveen, recreatieve verbindingen, kanoroute duiker S05, boerenlandpaden en verbindingen Kreekrijk. Besluitnota SGP 2002-20101229-162350. Het besluit is uit 2002-2003 (2003 31). Er zijn heel veel besluiten die hiermee samenhangen (o.a. diverse projectbesluiten). Wnr: 673 Aanpassing bestedingsplan Strategisch Groen Project t.m. 2015.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 781 174 0 0 De diverse projecten binnen het bestedingsplan SGP hebben een koerswijziging ondergaan om te kunnen voldoen aan de wensen van een belangrijke co-financier van het Strategisch Groen Project, zijnde de provincie Noord-Holland. Hiermee worden de subsidiekansen vergroot. De projecten, o.a. wandelpad Wijdevliet, - Kagerweg, vaarpassages Nieuwendam, - Vrouwenverdriet, - Dorpsstraat/Communicatieweg Assendelft gaan niet meer door. Deze zijn o.a. vervangen door fietspad en wandelpad Noorderveen, recreatieve verbindingen, kanoroute duiker S05, boerenlandpaden en verbindingen Kreekrijk. Besluitnota SGP 2002-20101229-162350. Het besluit is uit 2002-2003 (2003 31). Er zijn heel veel besluiten die hiermee samenhangen (o.a. diverse projectbesluiten). Wnr: 677 Herverdeling resterende middelen 2012 monumenten over de komende B/L 2014 2015 2016 2017 jaren. B -10 -37 -10 0 De raad heeft voor 3 jaar een monumentenprogramma vastgesteld. In het eerste jaar zijn er minder aanvragen binnengekomen waardoor de overgebleven middelen zijn herverdeeld om alsnog in 2013 en 2014 (1e bijstelling) de doelen te behalen die door de raad zijn gesteld. (zie ook 816). Wnr: 677 Herverdeling resterende middelen 2012 monumenten over de komende B/L 2014 2015 2016 2017 jaren. L 10 37 10 0 De raad heeft voor 3 jaar een monumentenprogramma vastgesteld. In het eerste jaar zijn er minder aanvragen binnengekomen waardoor de overgebleven middelen zijn herverdeeld om alsnog in 2013 en 2014 (1e bijstelling) de doelen te behalen die door de raad zijn gesteld. (zie ook 816). Wnr: 767 Wijziging van salarisschaal beleidsmedewerker Ruimtelijke Kwaliteit
B/L L
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
B/L L
2014 1044
2015 0
2016 0
2017 0
Omzetting functie beleidsmedewerker 10 naar beleidsmedewerker 10A. Wnr: 809 Herplanning ILG door o.a. uitvoering Haansloot.
39
Programma: Wonen en ruimtelijke ontwikkeling Voor het project fietspad Haansloot is een mondelinge toezegging gedaan door de Stadsregio Amsterdam over een substantiële subsidie. Dit maakt uitvoering van het fietspad financieel haalbaar. Een aanpassing in de ILG lijst is daarvoor nodig. Wnr: 809 Herplanning ILG door o.a. uitvoering Haansloot.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -1044 0 0 0 Voor het project fietspad Haansloot is een mondelinge toezegging gedaan door de Stadsregio Amsterdam over een substantiële subsidie. Dit maakt uitvoering van het fietspad financieel haalbaar. Een aanpassing in de ILG lijst is daarvoor nodig. Wnr: 810 Herplanning SGP o.a. Noorderveen en recreatieve verbindingen EFRO. B/L 2014 2015 2016 2017 L 270 20 0 0 Door de Rijksbezuinigingen is er een heroriëntatie van het Strategisch groenproject 'Tussen IJ en Z'. Voor de Omzoom ligt er een nieuwe recreatief programma. In plaats van een vlakgroengebied van 150 ha worden er wandel- en fietspaden aangelegd, gecombineerd met de ontwikkeling van het nieuwe sportpark. De provincie heeft de financiële bijdrage voor de recreatieve voorzieningen in de Omzoom vastgesteld. Daarbovenop is er een EFRO subsidie aangevraagd, waarvan de verwachtingen hoopvol zijn. Wnr: 810 Herplanning SGP o.a. Noorderveen en recreatieve verbindingen EFRO. B/L 2014 2015 2016 2017 B -270 -20 0 0 Door de Rijksbezuinigingen is er een heroriëntatie van het Strategisch groenproject 'Tussen IJ en Z'. Voor de Omzoom ligt er een nieuwe recreatief programma. In plaats van een vlakgroengebied van 150 ha worden er wandel- en fietspaden aangelegd, gecombineerd met de ontwikkeling van het nieuwe sportpark. De provincie heeft de financiële bijdrage voor de recreatieve voorzieningen in de Omzoom vastgesteld. Daarbovenop is er een EFRO subsidie aangevraagd, waarvan de verwachtingen hoopvol zijn. Wnr: 811 Herplanning Landinrichting i.v.m. herstart uitvoering Voetpad Guisveld B/L 2014 2015 2016 2017 in 2012. L -149 0 0 0 In 2010 en 2011 is het project "aanleg voetpad Guisveld" sltil komen te leggen door bodemvervuilingsproblemen. Staatsbosbeheer wilde om deze reden een van de eilanden waarover het voetpad loopt niet overnemen. Nu is er afgesproken dat het eiland van de gemeente Zaanstad blijft maar het beheer wel door staatsbosbeheer gedaan zal worden. Gevolg is dat het project weer kon worden geherstart en gestart gaat worden met de verdere aanleg. Wnr: 811 Herplanning Landinrichting i.v.m. herstart uitvoering Voetpad Guisveld B/L 2014 2015 2016 2017 in 2012. B 149 0 0 0 In 2010 en 2011 is het project "aanleg voetpad Guisveld" sltil komen te leggen door bodemvervuilingsproblemen. Staatsbosbeheer wilde om deze reden een van de eilanden waarover het voetpad loopt niet overnemen. Nu is er afgesproken dat het eiland van de gemeente Zaanstad blijft maar het beheer wel door staatsbosbeheer gedaan zal worden. Gevolg is dat het project weer kon worden geherstart en gestart gaat worden met de verdere aanleg. Wnr: 816 Herverdeling resterende middelen 2012 monumenten over de komende B/L 2014 2015 2016 2017 jaren. B 0 -35 0 0 De raad heeft voor 3 jaar een monumentenprogramma vastgesteld. In het eerste jaar zijn er minder aanvragen binnengekomen waardoor de overgebleven middelen zijn herverdeeld om alsnog in 2013 en 2014 (2e bijstelling) de doelen te behalen die door de raad zijn gesteld. (zie 677). Wnr: 816 Herverdeling resterende middelen 2012 monumenten over de komende B/L 2014 2015 2016 2017 jaren. L 0 35 0 0 De raad heeft voor 3 jaar een monumentenprogramma vastgesteld. In het eerste jaar zijn er minder aanvragen binnengekomen waardoor de overgebleven middelen zijn herverdeeld om alsnog in 2013 en 2014 (2e bijstelling) de doelen te behalen die door de raad zijn gesteld. (zie 677).
40
Programma: Bereikbaarheid en mobiliteit
Investeringen Kadernota Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 33 472 82 0 Andere fasering vanwege vertraging in de uitvoering bewegwijzering. Maar ook vertraging betreffende dynamische afsluiting van het centrum door nog te nemen besluiten m.b.t. de plaatsing. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L L
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
Restantbudget van de jaarschijf 2012, welke nodig is in 2013. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 500 0 0 Conform het collegebesluit van 29/1/13 worden de vrijgevallen middelen binnen het investeringsfonds voor de Inverdan tunnel (vanwege de vrijgevallen BOS middelen), ingezet voor de kwaliteitsimpuls van de Wilhelminasluis. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 8860 293 0 In de originele begroting was deze post ten onrechte opgenomen bij programma 11. Dit wordt bij dezen nu aangepast.
41
Programma: Milieu
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 281 Hogere onttrekking voorziening afval a.g.v. afkoop huur containers.
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 0 0 De begrote baten uit verhuur van afvalcontainers aan HVC vervallen (60) als gevolg van afkoop ineens door HVC van deze huur in 2011. Deze mutatie was nog niet structureel verwerkt. Wnr: 768 Actualisatie Bodembeheer 2013-2017
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 -869 -1032 -472 De decentrale uitkering bodem, die betrekking heeft op de periode 2010-2014, wordt niet geheel in deze periode uitgegeven en wordt derhalve deels aan de reserve Bodem gedoteerd. Ultimo 2014 zal de reserve 4,2 mln bedragen. Na 2014 wordt jaarlijks aan deze reserve onttrokken teneinde de wettelijk verplichte bodemsaneringen (wanneer er geen budget meer beschikbaar is) te kunnen uitvoeren. Wnr: 768 Actualisatie Bodembeheer 2013-2017
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 869 1032 472 De decentrale uitkering bodem, die betrekking heeft op de periode 2010-2014, wordt niet geheel in deze periode uitgegeven en wordt derhalve deels aan de reserve Bodem gedoteerd. Ultimo 2014 zal de reserve 4,2 mln bedragen. Na 2014 wordt jaarlijks aan deze reserve onttrokken teneinde de wettelijk verplichte bodemsaneringen (wanneer er geen budget meer beschikbaar is) te kunnen uitvoeren.
42
Programma: Grondzaken en gebiedsontwikkeling
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 129 Lagere boekwaarden erfpacht ultimo 2011
B/L 2014 2015 2016 2017 L -118 -118 -118 -118 De interne rentelasten worden lager dan de begroting. Dit komt omdat de gemeente erfpachtgronden bloot eigendom heeft verkocht. De rentelasten van verkochte percelen kunnen in de begroting vervallen. Wnr: 129 Lagere boekwaarden erfpacht ultimo 2011
B/L 2014 2015 2016 2017 B 55 55 55 55 De interne rentelasten worden lager dan de begroting. Dit komt omdat de gemeente erfpachtgronden bloot eigendom heeft verkocht. De rentelasten van verkochte percelen kunnen in de begroting vervallen. Wnr: 827 Terugdraaien stelpost verkoop vastgoed.
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 0 348 Met de vaststelling van de vastgoedportefeuille is bepaald om van het vastgoed dat niet meer nodig is voor eigen gebruik of ruimtelijke ontwikkeling zoveel mogelijk af te stoten. Dit betekent dat vanaf 2017 de vastgestelde taakstelling mogelijk niet meer te behalen zal zijn.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 675 Decentralisatieuitkering (AU) m.b.t. BIRK-subsidie Inverdan
B/L 2014 2015 2016 2017 L 1144 572 0 0 Gezien de goede voortgang van het programma Inverdan heeft het min. van I&M medio 2012 besloten om de subsidierelatie met Inverdan vroegtijdig af te ronden en de resterende middelen uit die subsidie over te maken via de AU. Zaanstad hoeft over de Birk subsidie derhalve ook geen verantwoording meer af te leggen.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 726 Correctie overheveling projectmanager Funderingsherstel.
B/L L
2014 -87
2015 -87
2016 -87
2017 -87
Deze begrotingswijziging (nr.341) was ten onrechte ingevoerd.
Investeringen Kadernota Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 2440 600 0 0 Eerste voorbereidingen voor rotonde en riool worden al in 2013 gemaakt door R&B. De aanleg hiervan gaat in 2014 gebeuren. Daarnaast is het restantbudget voor de cofinanciering Hembrugterrein opgenomen in 2013 (262 K). Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 0 200 Met de vaststelling van de vastgoedportefeuille is bepaald om van het vastgoed dat niet meer nodig is voor eigen gebruik of ruimtelijke ontwikkeling zoveel mogelijk af te stoten. Dit betekent dat vanaf 2017 de vastgestelde taakstelling mogelijk niet meer te behalen zal zijn. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
43
Programma: Grondzaken en gebiedsontwikkeling Het gaat hier om een bruto investering van 4.306 mln. De nog aan te vragen subsidie bedraagt 3.256 mln. In eerste instantie werd er een claim op het investeringsfonds gelegd van 1.050 mln. Nu is een groot deel hiervan geswapt met BOS-gelden (voormalige Connessxion OV) 1 mln. Er blijft een claim op het investeringsfonds van 0,050 mln. Zie ook de link met Vaart in de Zaan (swap conform collegebesluit 29/1/13). Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 Het gaat hier om een bruto investering van 4.306 mln. De nog aan te vragen subsidie bedraagt 3.256 mln. In eerste instantie werd er een claim op het investeringsfonds gelegd van 1.050 mln. Nu is een groot deel hiervan geswapt met BOS-gelden (voormalige Connessxion OV) 1 mln. Er blijft een claim op het investeringsfonds van 0,050 mln. Zie ook de link met Vaart in de Zaan (swap conform collegebesluit 29/1/13). Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B -791 115 -653 -426 De wijzigingen in 2014, 2016 en 2017 hebben te maken met de verwachte piekverkopen van de natte bedrijventerreinen Hoogtij. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 B 0 0 Gezien de crisis wordt de winstverwachting uit de Overhoeken zeer waarschijnlijk niet waargemaakt.
2016 0
2017 0
44
Programma: Jeugd en onderwijs
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 858 Niet activeerbare kosten IHP en huuropbrengsten tijdelijke huisvesting B/L 2014 2015 2016 2017 L 250 250 250 250 Binnen het IHP kunnen niet alle kosten geactiveerd worden. De verwachting is dat jaarlijks 250.000 aan kosten niet geactiveerd kunnen worden. Deze worden gedekt door hogere huuropbrengsten van tijdelijke huisvesting. Wnr: 858 Niet activeerbare kosten IHP en huuropbrengsten tijdelijke huisvesting B/L 2014 2015 2016 2017 B -250 -250 -250 -250 Binnen het IHP kunnen niet alle kosten geactiveerd worden. De verwachting is dat jaarlijks 250.000 aan kosten niet geactiveerd kunnen worden. Deze worden gedekt door hogere huuropbrengsten van tijdelijke huisvesting. Wnr: 859 Aanpassing inkomsten en uitgaven exploitatie gymnastiekzalen a.g.v. nieuwbouw gymnastiekzalen
2017 -20
Wnr: 859 Aanpassing inkomsten en uitgaven exploitatie gymnastiekzalen a.g.v. nieuwbouw gymnastiekzalen
2017 97
B/L 2014 2015 2016 B -15 -15 -20 In de periode 2012 t/m 2016 worden 6 nieuwe gymnastieklokalen opgeleverd. Dit heeft een stijging van de huuropbrengsten en exploitatiekosten tot gevolg.
B/L 2014 2015 2016 L 78 78 97 In de periode 2012 t/m 2016 worden 6 nieuwe gymnastieklokalen opgeleverd. Dit heeft een stijging van de huuropbrengsten en exploitatiekosten tot gevolg.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 846 Afschaffen wettelijk verplichte maatschappelijke stages in Regeerakkoord
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -120 -120 -120 In het regeerakkoord is afgesproken dat de wettelijke verplichte maatschappelijke stages per 2015 (voor scholen schooljaar 2015/16) worden afgeschaft. Daarbij zal een uitname uit de algemene uitkering van het gemeentefonds plaatsvinden (20 miljoen structureel). Voor Zaanstad betekent dat dat het budget maatschappelijke stages vanaf 2015 0 is. Het gevolg van het regeerakkoord voor de Algemene Uitkering van Zaanstad is 176. Echter, in de meerjarige begroting is slechts 120 beschikbaar. Bij eerdere gemeentelijk bezuinigingen is een deel van het budget maatschappelijke stages bezuinigd. Wnr: 876 Korting regeerakkoord onderwijshuisvesting
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -1653 -1653 -1653 In het regeerakkoord staat opgenomen, dat de onderbesteding van gemeenten van 256 miljoen voor onderwijshuisvesting, toegevoegd wordt aan de lumpsumfinanciering van de scholen. omdat volgens de motie Van Haersma Buma uit 2011 gemeenten dit geld niet uitgeven aan onderwijshuisvesting. Voor Zaanstad betekent dit een korting op de algemene uitkering van 2,253 miljoen per jaar. Een bedrag van 0,6 miljoen van de onderwijshuisvestingsmiddelen in de Algemene Uitkering wordt niet aan onderwijshuisvesting besteed. Dit deel van de korting moet dan ook ten laste van de algemene middelen komen. Per saldo resteert een structurele korting van 1,653 miljoen per jaar. De exacte invulling van dit bedrag zal de komende tijd worden bepaald.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 818 Correctie erfpacht nav conversie begroting nieuw rekeningschema
B/L L
2014 1
2015 1
2016 1
2017 1
45
Programma: Jeugd en onderwijs Bij de conversie van de begroting naar aanleiding van het nieuwe rekeningschema zijn de interne verrekeningen uit de begroting gehaald. Als gevolg daarvan worden budgetten dus alleen opgenomen op de begrotingsposten, waar de kosten of opbrengsten hun oorsprong vinden. Voor de erfpacht die in rekening wordt gebracht bij het Maatschappelijk domein is dit een uitzondering. Deze boeking moet wel plaatsvinden (ivm volledigheid van de boeking in relatie tot de contracten). Door middel van deze begrotingsmutatie wordt het budget weer toegekend aan de posten waarbij deze kosten in rekening worden gebracht.
46
Programma: Maatschappelijke ondersteuning en welzijn
B&W- en raadsbesluiten Kadernota Wnr: 653 Extra inzet jongerenregisseurs
B/L 2014 2015 2016 2017 L 80 0 0 0 In Raadsbesluit 2012/62480 is ingestemd met extra inzet jongerenregisseurs/jongerenwerk in 2012 en 2013 en de kosten van de extra inzet ad 475 te dekken uit de reserve ZMOP Fonds Sociaal. In verband met zorgvuldige verkenning van meerdere marktpartijen in de afgelopen periode, start het project in het najaar van 2012. De inzet in het najaar 2012 en 2013 wordt geïntensiveerd. De inzet van de middelen was oorspronkelijk 238 in 2012 en 237 in 2013. Die wordt 80 in 2012, 315 in 2013 en 80 in voorjaar 2014. De onttrekking aan de reserve wordt conform laatst genoemde intensivering in de begroting aangepast. Wnr: 653 Extra inzet jongerenregisseurs
B/L 2014 2015 2016 2017 B -80 0 0 0 In Raadsbesluit 2012/62480 is ingestemd met extra inzet jongerenregisseurs/jongerenwerk in 2012 en 2013 en de kosten van de extra inzet ad 475 te dekken uit de reserve ZMOP Fonds Sociaal. In verband met zorgvuldige verkenning van meerdere marktpartijen in de afgelopen periode, start het project in het najaar van 2012. De inzet in het najaar 2012 en 2013 wordt geïntensiveerd. De inzet van de middelen was oorspronkelijk 238 in 2012 en 237 in 2013. Die wordt 80 in 2012, 315 in 2013 en 80 in voorjaar 2014. De onttrekking aan de reserve wordt conform laatst genoemde intensivering in de begroting aangepast.
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 773 Extra contactmoment in de jeugdgezondheidszorg
B/L 2014 2015 2016 2017 L 159 159 159 159 In het kader van het Begrotingsakkoord 2013 investeert het Ministerie van VWS extra in het bevorderen van een gezonde leefstijl van de jeugd. Onderdeel hiervan is een extra contactmoment van de jeugdgezondheidszorg met adolescenten vanaf 14 jaar. Hiervoor is structureel 15 miljoen beschikbaar. Met dit extra contactmoment kan de jeugdgezondheidszorg passende zorg leveren voor jongeren in de leeftijd van het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs. Hiervoor is bij de septembercirculaire voor Zaanstad vanaf 2013 159 aan de Algemene Uitkering toegevoegd. Uitvoering vindt plaats bij de Centra Jong / CJG van de GGD Zaanstreek-Waterland. De activiteit sluit aan bij de nota lokaal gezondheidsbeleid 2013-2016 en het preventief jeugdbeleid in het kader van de WMO (prestatieveld 2). Wnr: 774 Decentralisatie-uitkering Wmo huishoudelijke verzorging
B/L 2014 2015 2016 2017 L 527 527 527 527 In de septembercirculaire 2012 is de decentralisatie-uitkering Wmo huishoudelijke verzorging voor Zaanstad structureel verhoogd met 527. Dit bedrag is aan de Algemene Uitkering toegevoegd. Dit bedrag inzetten voor decentralisatie van AWBZ, groter beroep op voorzieningen gemeenten, beleidswijzigingen, korting op de huishoudelijke hulp budget van 75% en overige onvoorziene posten. Wnr: 775 Compensatie kosten extra huishoudelijke hulp Wmo
B/L 2014 2015 2016 2017 L 138 138 138 138 In de Algemene Uitkering (decembercirculaire 2012) heeft Zaanstad structureel 138 toegevoegd gekregen voor de compensatie voor de kosten van extra huishoudelijke hulp door het wegvallen van zorgzwaartepakket 1 en 2 en het beleid om mensen langer thuis te houden (mindere snelle doorstroom naar verzorgingstehuizen), waardoor het beroep op huishoudelijk hulp toeneemt de komende periode. Wat overblijft: reserveren WMO voor komende transformatie en onvoorziene posten Wnr: 777 de actualisatie van de volumina van de maatstaven t.o.v. de junicirculaire 2012
B/L L
2014 36
2015 36
2016 36
2017 36
47
Programma: Maatschappelijke ondersteuning en welzijn In de Algemene Uitkering (septembercirculaire 2012) heeft Zaanstad structureel 36 toegevoegd gekregen. Het betreft hier de actualisatie van de volumina van de maatstaven t.o.v. de junicirculaire 2012. Het bedrag wordt ingezet voor de uitvoering van het topdossier maatschappelijke opvang, het tegengaan van overlast en de inrichting van een brede toegang voor de Oggz doelgroep. Wnr: 851 Hervormingsagenda Maatschappelijke Ontwikkeling
B/L 2014 2015 2016 2017 L 500 0 0 0 De gemeente heeft de opdracht om nieuwe taken Participatiewet, jeugdzorg, AWBZ (totale budget ca. 90 mln) met minder geld uit te voeren, naast de ombuigingen die de gemeente zelf al heeft ingeboekt op de programma¿s van de portefeuille Maatschappelijke Ontwikkeling (totaal bezuiniging ca. 42 mln). De kosten van de ombuiging voor 2013 worden geraamd op 2,6 mln. Deze worden gedekt uit reserve ZMOP, reserve WMO, P-reserve, additionele subsidies Provincie en Rijk en AU. De gemeenteraad heeft tot dusver geen additionele middelen ter beschikking hoeven te stellen. Er is alleen geld geheralloceerd vanuit de reserves. Volgend jaar zijn de middelen uit de reserves niet meer voldoende. De inschatting is dat in 2014 nog ca. 1,5 mln. aan programmakosten nodig is ter voorbereiding op decentralisaties. Hiervan kan via de reserve ZMOP en uit voorbereidingsgeld van het Rijk ca. 0,5 mln worden gedekt. Rest voor 2014 een tekort van ongeveer 1 mln, waarvan 500K uit de hervormingsagenda wordt gedekt.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 844 75% bezuiniging op Huishoudelijke hulp Wmo in Regeerakkoord
B/L 2014 2015 2016 2017 L -563 -6171 -7215 -7215 In het regeerakkoord is afgesproken dat er wordt bezuinigd op huishoudelijke hulp. Het beroep op de bestaande huishoudelijke hulp in de Wmo wordt voor nieuwe cliënten in 2014 beëindigd. Voor bestaande cliënten gaat de maatregel een jaar later in. Met ingang van 2015 wordt de Algemene Uitkering van Zaanstad met 75% verlaagd. Gemeenten behouden 25% van het budget voor een maatwerkvoorziening. De landelijke bezuiniging is als volgt: 2014 = 89 mln, 2015 = 975 mln en vanaf 2016 = 1.140 mln. Wnr: 844 75% bezuiniging op Huishoudelijke hulp Wmo in Regeerakkoord
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 662 775 775 De bezuiniging op huishoudelijke hulp in het regeerakkoord heeft ook gevolgen voor de door de gemeente te innen eigen bijdrage. Geen huishoudelijke hulp betekent geen eigen bijdrage. Wnr: 844 75% bezuiniging op Huishoudelijke hulp Wmo in Regeerakkoord
B/L 2014 2015 2016 2017 L -113 -512 -569 -569 Door de bezuinigingsmaatregelen op de huishoudelijke hulp is minder personele capaciteit nodig voor de uitvoering Wmo. Wnr: 845 Verplicht hergebruik scootmobiel/rolstoel etc in de Wmo in Regeerakkoord
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -132 -220 -440 In het regeerakkoord is een bezuiniging op de hulpmiddelen Wmo opgenomen. Hulpmiddelen zoals rolstoelen en scootmobiel worden verstrekt door gemeenten binnen de Wmo. Hiervoor geldt voortaan een plicht tot hergebruik. Er wordt taakstellend uitgegaan van een structurele kostenbesparing. De landelijke bezuiniging is als volgt: 2015 = 15 mln, 2016 = 25 mln en vanaf 2017 = 50 mln. Wnr: 850 Decentralisatie Jeugdzorg
B/L L
2014 0
2015 28800
2016 27000
2017 25500
48
Programma: Maatschappelijke ondersteuning en welzijn Per 2015 worden de taken op het gebied van jeugdzorg en begeleiding uit de AWBZ naar Wmo overgeheveld naar de gemeenten. Op basis van het huidige macrobudget betekent dat voor Zaanstad een jaarlijkse uitvoeringsbudget van € 30 mln voor de Jeugdzorg en € 40 mln voor de begeleiding uit de AWBZ naar Wmo. Het is een uitgangspunt, want het exacte macrobudget wordt zal nog vastgesteld worden. Het budget wordt met een efficiencykorting vanuit het Rijk naar de gemeenten overgeheveld: - Jeugdzorg: 2015: 1,2 mln (4%), 2016: 3 mln (10%) en structureel vanaf 2017: 4,5 mln (15%). - AWBZ: structureel vanaf 2015: 10 mln (25%). Deze efficiencykorting wordt ingevuld door lagere organisatiekosten, kostenreducties bij andere organisaties, afbouw buurthuizen en minder vraag transformatie. Wnr: 850 Decentralisatie AWBZ
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 30000 30000 30000 Per 2015 worden de taken op het gebied van jeugdzorg en begeleiding uit de AWBZ naar Wmo overgeheveld naar de gemeenten. Op basis van het huidige macrobudget betekent dat voor Zaanstad een jaarlijkse uitvoeringsbudget van € 30 mln voor de Jeugdzorg en € 40 mln voor de begeleiding uit de AWBZ naar Wmo. Het is een uitgangspunt, want het exacte macrobudget wordt zal nog vastgesteld worden. Het budget wordt met een efficiencykorting vanuit het Rijk naar de gemeenten overgeheveld: - Jeugdzorg: 2015: 1,2 mln (4%), 2016: 3 mln (10%) en structureel vanaf 2017: 4,5 mln (15%). - AWBZ: structureel vanaf 2015: 10 mln (25%). Deze efficiencykorting wordt ingevuld door lagere organisatiekosten, kostenreducties bij andere organisaties, afbouw buurthuizen en minder vraag transformatie.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 818 Correctie erfpacht nav conversie begroting nieuw rekeningschema
B/L 2014 2015 2016 2017 L 7 7 7 7 Bij de conversie van de begroting naar aanleiding van het nieuwe rekeningschema zijn de interne verrekeningen uit de begroting gehaald. Als gevolg daarvan worden budgetten dus alleen opgenomen op de begrotingsposten, waar de kosten of opbrengsten hun oorsprong vinden. Voor de erfpacht die in rekening wordt gebracht bij het Maatschappelijk domein is dit een uitzondering. Deze boeking moet wel plaatsvinden (ivm volledigheid van de boeking in relatie tot de contracten). Door middel van deze begrotingsmutatie wordt het budget weer toegekend aan de posten waarbij deze kosten in rekening worden gebracht. Wnr: 914 Hervormingsagenda Maatschappelijke Ontwikkeling
B/L 2014 2015 2016 L 500 0 0 Een deel van het gemeentebrede hervormingsbudget (500) wordt in 2014 ingezet voor de hervormingsagenda Maatschappelijke Ontwikkeling.
2017 0
49
Programma: Sport en recreatie
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 689 Actualisatie onttrekking kapitaallasten 2012 uit reserve sport
B/L B
2014 -62
2015 0
2016 0
2017 0
Actualisatie onttrekking kapitaallasten uit reserve sport Wnr: 856 Uitgaven en onttrekkings reserve Nationaal Actieplan Sport en Bewegen 2014
B/L 2014 2015 2016 2017 L 204 0 0 0 De regeling Nationaal Actieplan Sport en Bewegen loopt door tot en met 2014. De uitgaven voor 2014 zijn geraamd op ¿ 203.630 en worden gedekt uit de reserve NASB. Wnr: 856 Uitgaven en onttrekkings reserve Nationaal Actieplan Sport en Bewegen 2014
B/L 2014 2015 2016 2017 B -204 0 0 0 De regeling Nationaal Actieplan Sport en Bewegen loopt door tot en met 2014. De uitgaven voor 2014 zijn geraamd op ¿ 203.630 en worden gedekt uit de reserve NASB.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 854 Verhoging aantal fte's combinatiefuncties buurtsportcoaches
B/L 2014 2015 2016 L 163 163 163 Door het ministerie van VWS is extra subsidie toegekend voor de buurtsportcoaches. Het aantal fte's inzake de combinatiefuncties wordt opgehoogd en wordt voor 40% uit rijksgeld betaald via de Algemene Uitkering.
2017 163
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 818 Correctie erfpacht nav conversie begroting nieuw rekeningschema
B/L 2014 2015 2016 2017 L 7 7 7 7 Bij de conversie van de begroting naar aanleiding van het nieuwe rekeningschema zijn de interne verrekeningen uit de begroting gehaald. Als gevolg daarvan worden budgetten dus alleen opgenomen op de begrotingsposten, waar de kosten of opbrengsten hun oorsprong vinden. Voor de erfpacht die in rekening wordt gebracht bij het Maatschappelijk domein is dit een uitzondering. Deze boeking moet wel plaatsvinden (ivm volledigheid van de boeking in relatie tot de contracten). Door middel van deze begrotingsmutatie wordt het budget weer toegekend aan de posten waarbij deze kosten in rekening worden gebracht.
50
Programma: Cultuur
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 778 Continuering van de regeling Beeldende kunst en vormgeving.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 153 153 0 153 Met ingang van 1 januari 2009 is door het toenmalige Ministerie van OC&W 13,3 miljoen aan beschikbare rijksmiddelen voor beeldende kunst en vormgeving gedecentraliseerd. Voor Zaanstad hield dit in dat voor de periode 2009-2012 jaarlijks 150.000 als apart onderdeel via de algemene uitkering t.b.v. beeldende kunst beschikbaar kwam. Vanaf 2013 wordt deze uitkering door het Rijk voortgezet (septembercirculaire 2012) en via de algemene uitkering ontvangen. De bijbehorende bestedingscriteria zijn ongewijzigd en het in 2009 door Zaanstad ingezette beleid Beeldende Kunst en Vormgeving wordt voortgezet. Wnr: 778 Continuering van de regeling Beeldende kunst en vormgeving.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 153 0 Met ingang van 1 januari 2009 is door het toenmalige Ministerie van OC&W 13,3 miljoen aan beschikbare rijksmiddelen voor beeldende kunst en vormgeving gedecentraliseerd. Voor Zaanstad hield dit in dat voor de periode 2009-2012 jaarlijks 150.000 als apart onderdeel via de algemene uitkering t.b.v. beeldende kunst beschikbaar kwam. Vanaf 2013 wordt deze uitkering door het Rijk voortgezet (septembercirculaire 2012) en via de algemene uitkering ontvangen. De bijbehorende bestedingscriteria zijn ongewijzigd en het in 2009 door Zaanstad ingezette beleid Beeldende Kunst en Vormgeving wordt voortgezet. Wnr: 817 Aanpassing taakstelling één cultuurbedrijf.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 189 189 189 0 Eén Cultuurbedrijf is ingegeven als efficiëntiemaatregel (gedeelde directievoering en backoffice taken, minder bilaterale contacten met de gemeente) van de zijde van de culturele instellingen en vermindering van accounts van de zijde van de gemeente en was reeds opgenomen in de begroting 2011, maar nog niet geëffectueerd. Uitwerking hangt samen met onderzoek naar mogelijke bundeling van cultuurfuncties binnen spoorzone Inverdan, waarbij vraagstukken spelen als welke functies nemen deel, wat voor organisatie-/beheervorm, is er winst te behalen door multifunctionele bouw/gebruik?
51
Programma: Wijkgericht werken en beheer
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 1 Formatie uitbreiding in verband met insourcing taken Ziut.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 Sinds 1988 heeft de Gemeente Zaanstad een vast contract voor beheer en onderhoud van de openbare verlichting en verkeersregelinstallaties met de rechtspersoonopvolgers van het toenmalige gemeentelijke energie bedrijf Ziut. Dit contract is door de gemeente Zaanstad in 2004 opgezegd en loopt af op 31 december 2012. Een vergelijkbaar contract is op basis van het Europese aanbestedingsbeleid en gemeentelijk aanbesteding-, en inkoopbeleid niet meer mogelijk en ook niet wenselijk. Na zorgvuldige afweging heeft de directie Openbare Ruimte ingestemd met uitbreiding van de formatie met totaal 4 fte. Financiële dekking vindt plaats binnen de huidige programmabegroting en investering plafond. Wnr: 2 Formatie uitbreiding in verband met insourcing taken Ziut.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 Sinds 1988 heeft de Gemeente Zaanstad een vast contract voor beheer en onderhoud van de openbare verlichting en verkeersregelinstallaties met de rechtspersoonopvolgers van het toenmalige gemeentelijke energie bedrijf Ziut. Dit contract is door de gemeente Zaanstad in 2004 opgezegd en loopt af op 31 december 2012. Een vergelijkbaar contract is op basis van het Europese aanbestedingsbeleid en gemeentelijk aanbesteding-, en inkoopbeleid niet meer mogelijk en ook niet wenselijk. Na zorgvuldige afweging heeft de directie Openbare Ruimte ingestemd met uitbreiding van de formatie met totaal 4 fte. Financiële dekking vindt plaats binnen de huidige programmabegroting en investering plafond. Wnr: 742 Vorming afdeling GAF binnen Openbare Ruimte.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 De directie Openbare Ruimte heeft besloten tot het vormen van het Gemeentelijk Adviesbureau Funderingsherstel. Dit bureau gaat zich richten op de problemen met de funderingen in de werkgebieden door de bewoners bewust te maken van hun eigen verantwoordelijkheid, en ze daarbij te bewegen om tot herstel over te gaan door ze te informeren, te faciliteren en te begeleiden in het proces rondom funderingsherstel. Doel is daarbij dat de komende jaren de projecten minder hinder en risico ondervinden bij de uitvoering. Wnr: 743 Bijstellen baten en lasten kermissen
B/L 2014 2015 2016 L 8 8 8 Sinds 2011 zijn de baten uit de kermisgunningen lager dan begroot door structureel lagere inschrijvingen. De kermisbond beaamt dat het een landelijke trend is. De lasten zijn hierdoor ook lager. Wnr: 743 Bijstellen baten en lasten kermissen
B/L 2014 2015 2016 B 51 51 51 Sinds 2011 zijn de baten uit de kermisgunningen lager dan begroot door structureel lagere inschrijvingen. De kermisbond beaamt dat het een landelijke trend is. De lasten zijn hierdoor ook lager. Wnr: 756 Meerjarige bijstelling kapitaallasten.
B/L 2014 2015 2016 L -32 -24 -15 Aanpassing egalisatievoorziening begraafplaatsen als gevolg van afwijkingen op de kapitaallasten. Dit betreft een doorwerking vanuit 2012. Wnr: 756 Meerjarige bijstelling kapitaallasten.
B/L 2014 2015 2016 B 32 24 15 Aanpassing egalisatievoorziening begraafplaatsen als gevolg van afwijkingen op de kapitaallasten. Dit betreft een doorwerking vanuit 2012.
2017 8
2017 51
2017 -7
2017 7
52
Programma: Wijkgericht werken en beheer Wnr: 757 Meerjarige bijstelling kapitaallasten.
B/L 2014 2015 2016 2017 L -315 693 1598 2386 Aanpassing egalisatievoorziening riolen als gevolg van afwijkingen op de kapitaallasten. Dit betreft een doorwerking vanuit 2012. Wnr: 757 Meerjarige bijstelling kapitaallasten.
B/L 2014 2015 2016 2017 B 315 -693 -1598 -2386 Aanpassing egalisatievoorziening riolen als gevolg van afwijkingen op de kapitaallasten. Dit betreft een doorwerking vanuit 2012. Wnr: 760 Afstemming tariefmodel rioolrecht met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 194 194 194 194 Het tarief rioolrecht is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten. Wnr: 760 Afstemming tariefmodel rioolrecht met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -171 -171 -171 -171 Het tarief rioolrecht is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten. Wnr: 760 Afstemming tariefmodel rioolrecht met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 L -15 -15 -15 -15 Het tarief rioolrecht is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten. Wnr: 760 Afstemming tariefmodel rioolrecht met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -8 -8 -8 -8 Het tarief rioolrecht is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten. Wnr: 761 Afstemming tariefmodel rioolrecht met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 B -242 -242 -242 -242 Het tarief rioolrecht is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten. Wnr: 769 Aanpassing inhuur budget aan capaciteitsvraag.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 In de begroting is het inhuurbudget gerelateerd aan de capaciteitsvraag voorbereiding en toezicht investeringsjaar 2012. Door structurele afname investeringsplafonds Openbare Ruimte, infrastructurele werken en grondexploitaties in 2013 en verder, neemt capaciteitsvraag navenant af. Wnr: 779 Afstemming tariefmodel begraafplaatsen met meerjaren begroting.
B/L 2014 2015 2016 2017 B 12 12 12 12 Het tarief begraafplaatsen is gebaseerd op het kostenmodel. Na vaststelling van het tarief wordt de begroting afgestemd met de in het model opgenomen baten en lasten.
53
Programma: Wijkgericht werken en beheer Wnr: 796 Terugbrengen vacatureruimte sector Uitvoering.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 30 30 30 30 De sector Uitvoering heeft een analyse gemaakt van de benodigde productiviteit op basis van de lopende contracten en de te verwachten opdrachten. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen eigen personeel en uitbesteed werk. Meer in detail is gekeken naar welk werk dat normaal gesproken uitbesteed wordt, ook opgevangen kan worden met eigen mensen. De conclusie is dat het werk dat door eigen mensen gedaan kan worden goed op te vangen is met de huidige bezetting. De bestaande vacatureruimte van 20,3 fte is hiervoor niet nodig. Dit kan worden ingeleverd tegen het normbedrag (887). Wnr: 801 Verkeersplan centrum Zaandam
B/L 2014 2015 2016 2017 L 50 50 50 50 Er ligt een voorstel om selectieve doorgang te realiseren op wegen rondom het winkelcentrum Zaandam. Dit ter uitwerking van het collegebesluit hoofdcirculatiecentrumgebied van 2 maart 2010. Hiervoor wordt in de openbare ruimte een technische installatie geplaatst waarvan de onderhouds-, en bedieningskosten nog niet waren begroot (50). Wnr: 828 Extra onderhoud omgeving Steve Bikoplein.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 15 15 15 15 Door Wijkmanagement is een 10-stappenplan aan de burgemeester voorgelegd om overlast van drugsverslaafden en alcoholisten in de omgeving van het Steve Bikoplein te verminderen. Doordat verschillende sociale voorzieningen in dit gebied zijn gehuisvest (bijv. opvanghuis leger des Heils) is de overlast van deze groepen in dit gebied erg groot. In dit stappenplan is voorgesteld om extra onderhoud uit te voeren. De financiële consequenties waren daarbij nog niet in beeld gebracht (50).
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 720 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L -64 -64 -64 -64 Verschuiving binnen programma Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op openbare ruimte waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 807 Centralisatie van telefoniekosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L -5 -5 -5 -5 Een verschuiving tussen programma Wijkgericht werken en Bestuur en organisatie als gevolg van het centraliseren van telefoniekosten. Wnr: 825 Beeldkwaliteit openbare ruimte
B/L L
2014 155
2015 155
2016 155
2017 155
B/L L
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
Herschikking budget algemene kosten naar beeldkwaliteit openbare ruimte.
Investeringen Kadernota Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1 bijstelling jaarschijf
54
Programma: Wijkgericht werken en beheer Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 Actualisatie projecten OR herstr.Poelenburg, Bernhardplein, A8/A9 en IKEA Zuiderhout. tm 2012 werd ook meegenomen project VidZaan Wilhelminasluis. Nu wordt de bijdrage die Zaanstad doet ad Provincie onder projecten Stedelijk begroot. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L L Actualisatie projecten met economisch nut versneld af te schrijven binnen OR. projecten: - Bredeschool welzijndeel - De Omzoom - Inverdan school - OBS Saendelft - Zwembaden - Sporthallen
2014 694
2015 1133
2016 -1671
2017 444
Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 4957 0 actualisatie projecten OR herstr.Poelenburg, Bernhardplein,Fietstunnel Guisweg, A8/A9 en IKEA Zuiderhout. tm 2012 werd ook megenomen project VidZaan Wilhelminasluis. Nu wordt de bijdrage die Zaanstad doet ad Provincie onder projecten Stedelijk begroot. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L -4830 -4540 0 450 actualisatie projecten OR herstr.Poelenburg, Bernhardplein, A8/A9 en IKEA Zuiderhout. tm 2012 werd ook megenomen project VidZaan Wilhelminasluis. Nu wordt de bijdrage die Zaanstad doet ad Provincie onder projecten Stedelijk begroot.
55
Programma: Publieke dienstverlening
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 746 Verlaging baten bouwleges en de hieraan gekoppelde formatie, door voortdurende economische crisis.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -500 -1000 -1000 Vanwege de crisis worden geen grote en weinig middelgrote bouwaanvragen ingediend en verwacht en lopen een aantal grote projecten vertraging op als gevolg van de keuze van projectontwikkelaars. De geraamde legesinkomsten kunnen niet worden gerealiseerd. Dit zal een negatief effect hebben op de legesopbrengsten. Dit heeft vanaf 2015 ook gevolgen voor de hieraan gekoppelde formatie. Wnr: 746 Verlaging baten bouwleges en de hieraan gekoppelde formatie, door voortdurende economische crisis.
B/L 2014 2015 2016 2017 B 1072 1001 1701 1701 Vanwege de crisis worden geen grote en weinig middelgrote bouwaanvragen ingediend en verwacht en lopen een aantal grote projecten vertraging op als gevolg van de keuze van projectontwikkelaars. De geraamde legesinkomsten kunnen niet worden gerealiseerd. Dit zal een negatief effect hebben op de legesopbrengsten. Dit heeft vanaf 2015 ook gevolgen voor de hieraan gekoppelde formatie. Wnr: 750 Intensivering digitale dienstverlening gemeentearchief
B/L 2014 2015 2016 2017 L 45 65 65 65 Archiefstukken die aan slijtage onderhevig zijn (tevens kwetsbare stukken) kunnen fysiek niet meer worden geraadpleegd. Om deze stukken aan het publiek te kunnen tonen is digitalisering nog de enige optie. Tevens is het zaak om aan te sluiten op de landelijke ontwikkelingen op het gebied van digitalisering. Door de achterstand van Zaanstad is het niet mogelijk om te participeren in samenwerkingsprojecten waarbij Zaanstad kostenreductie misloopt. Wnr: 751 Hogere opslag- en hostingskosten gemeentearchief
B/L 2014 2015 2016 2017 L 11 15 19 23 De wettelijke verplichting voor een goed beheer bestaat onder andere uit het toegankelijk maken van archiefstukken. Om de stukken fysiek goed te kunnen beheren worden de stukken digitaal toegankelijk gemaakt. Gemeenten zijn geconfronteerd met een verhoging van opslag- en hostingskosten. Wnr: 796 Terugbrengen vacatureruimte sector Uitvoering.
B/L 2014 2015 2016 2017 L -30 -30 -30 -30 De sector Uitvoering heeft een analyse gemaakt van de benodigde productiviteit op basis van de lopende contracten en de te verwachten opdrachten. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen eigen personeel en uitbesteed werk. Meer in detail is gekeken naar welk werk dat normaal gesproken uitbesteed wordt, ook opgevangen kan worden met eigen mensen. De conclusie is dat het werk dat door eigen mensen gedaan kan worden goed op te vangen is met de huidige bezetting. De bestaande vacatureruimte van 20,3 fte is hiervoor niet nodig. Dit kan worden ingeleverd tegen het normbedrag (887). Wnr: 829 Uitvoeren CNB (Centraal Nautisch Beheer) taak Port Security.
B/L 2014 2015 2016 2017 L 17 17 17 17 Op 21 augustus 2004 is de Havenbeveiligingswet van kracht geworden. Daarmee heeft de burgemeester een aantal bevoegdheden gekregen op het gebied van Port Security. Deze bevoegdheden hebben onder meer betrekking op toetsing, toezicht, handhaving en opschaling. De burgemeesters van de vier havengemeenten hebben via de Task Force Port Security laten weten ook in de toekomst de werkzaamheden op het gebied van toetsing en toezicht gezamenlijk te willen uitvoeren. Zij hebben daartoe het Centraal Nautisch Beheer (CNB) gevraagd deze taken te willen verzorgen. Het CNB heeft hier mee ingestemd.
Bestaand beleid herschikking Kadernota
56
Programma: Publieke dienstverlening Wnr: 806 Centralisatie van ICT-kosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L -1 -1 -1 -1 Een verschuiving tussen programma Publieke dienstverlening en Bestuur en Organisatie i.v.m. het centraliseren van softwarekosten.
57
Programma: Openbare orde en veiligheid
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 399 Realisatie taakstelling WABO-keten onderdeel Handhaving
B/L L De taakstelling WABO-keten binnen de sector handhaving wordt gerealiseerd (27).
2014 -27
2015 -27
2016 -27
2017 -27
Wnr: 747 Bezuinigingsmaatregel meldkamer
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 315 315 315 Door landelijke ontwikkelingen rondom de meldkamers kan de bezuiniging op de meldkamer niet gerealiseerd worden. De kosten worden overgenomen door het Rijk. Zie voortgangsrapportage bezuinigingen. Wnr: 748 Toezicht kinderopvang
B/L 2014 2015 2016 2017 L 44 44 44 44 In het Algemeen Bestuur van de GGD is besloten om de tarieven van de GGD met 35% te laten stijgen. Dit betekent dat de kosten voor het toezicht op de kinderopvang zullen stijgen. De mate van toezicht van de GGD in Zaanstad zal gelijke trend houden. Daar staat een daling van de kosten van de gemeenschappelijke regeling tegenover van 29. Dit is reeds verwerkt in de begroting 2012.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 619 Lasten brandstof brandweer
B/L 2014 L 40 Doordat de benzineprijs is gestegen, nemen de lasten voor branstof bij de brandweer toe.
2015 40
2016 40
2017 40
58
Programma: Bestuur en organisatie
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 129 Lagere boekwaarden erfpacht ultimo 2011
B/L 2014 2015 2016 2017 L 62 62 62 62 De interne rentelasten worden lager dan de begroting. Dit komt omdat de gemeente erfpachtgronden bloot eigendom heeft verkocht. De rentelasten van verkochte percelen kunnen in de begroting vervallen. Wnr: 717 Data/telefoniekosten
B/L 2014 2015 2016 L 110 110 110 Hogere gemeentebrede verbruikslasten mobiele telefonie a.g.v. een toename van het aantal abonnementen en toegenomen gebruik van mobiele data. Wnr: 718 Hogere OZB lasten agv niet begrote OZB heffing op pand Brandweer.
B/L L
2014 90
2015 90
2016 90
2017 110
2017 90
Wnr: 821 FPU-kosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L -680 -780 -780 -780 De groep medewerkers die van de FPU-regeling gebruik kan maken wordt steeds kleiner, waardoor de kosten afnemen. Vanaf 2015 worden er geen kosten meer verwacht als gevolg van de uitvoering van de FPU-regeling. Wnr: 822 WW-kosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L 600 600 600 600 De gemeente Zaanstad is als overheidswerkgever eigen risicodrager voor de Werkloosheidswet. Als gevolg hiervan is gemeente Zaanstad verantwoordelijk en draagt ook zelf de kosten voor de begeleiding en re-integratie van deze werkloze ex-werknemers tijdens de gehele werkloosheidstermijn (art. 72a Werkloosheidswet). De afgelopen jaren is het gebruik van tijdelijke contracten, vanuit de behoefte aan meer flexibiliteit, toegenomen. Gezien de ombuigingen en het teruglopend aantal projecten is er in toenemende mate sprake van het niet verlengen van tijdelijke contracten. De kosten voor WW zijn als gevolg hiervan de afgelopen jaren gestegen. Ter begeleiding van ex-werknemers die WW ontvangen zal op korte termijn een gespecialiseerd adviesbureau worden ingeschakeld. Dit bureau zal tevens toezien op de reïntegratieverplichtingen en het sanctiebeleid van het UWV namens gemeente Zaanstad uitvoeren. Desondanks is de verwachting dat de kosten de komende jaren hoger zullen zijn dan begroot. Wnr: 835 Softwarekosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L 50 50 50 50 Er is een nieuw onderhoudscontract afgesloten voor de applicatie van de uitkeringsadministratie. Van dit nieuwe contract maken nu ook de toekomstige updates deel uit. In voorgaande jaren werden updates uit incidentele middelen betaald, omdat onzeker was of en zo ja wanneer een update op de markt zou komen. Dit voorstel regelt de ophoging van het onderhoudsbudget als gevolg van het opnemen van de kosten van updates in het contract. Wnr: 852 Wachtgeldverplichting Bestuur
B/L 2014 2015 2016 2017 L -250 -250 -250 -250 De structurele toevoeging dient plaats te vinden aan de reserve Wachtgelden bestuur i.p.v. aan de voorziening. In de reserve wordt gespaard voor de wachtgeldverplichtingen voor het huidige en toekomstige colleges. In de voorziening zijn de verplichtingen opgenomen voor het vorige college. Wnr: 852 Wachtgeldverplichting Bestuur
B/L L
2014 175
2015 175
2016 175
2017 175
59
Programma: Bestuur en organisatie De structurele toevoeging dient plaats te vinden aan de reserve Wachtgelden bestuur i.p.v. aan de voorziening. In de reserve wordt gespaard voor de wachtgeldverplichtingen voor het huidige en toekomstige colleges. In de voorziening zijn de verplichtingen opgenomen voor het vorige college. Door een verkorting van de uitkeringstermijn van wachtgeldregeling kan de jaarlijkse toevoeging verlaagd worden naar ¿ 175.000 per jaar. Wnr: 873 Aanpassing vergoeding raadsleden en B&W
B/L 2014 2015 2016 L 89 89 89 Vanaf 2014 zal Zaanstad meer dan 150.000 inwoners hebben. Als gevolg daarvan hebben de raadsleden, de burgemeester en de wethouders recht op een hogere vergoeding voor hun werkzaamheden.
2017 89
De regeling schrijft voor dat het recht pas ontstaat als het nieuwe inwonertal voor de tweede keer per 1 januari officieel door het CBS wordt vastgesteld. De wedde en de vergoedingen wordt pas in 2015 met terugwerkende kracht verhoogd. Wnr: 911 Gemeentebrede taakstelling facilitaire aandelen
B/L 2014 2015 2016 2017 L 426 426 426 426 De oude gemeentebrede taakstelling op facilitaire aandelen kan niiet volledig worden gerealiseerd als gevolg van een krimpende organisatie. Wij stellen voor om deze problematiek op te lossen door een deel van de prijscompensatie (426) hiervoor aan te wenden. Daarmee worden de gemeentebrede taakstellingen alsnog door de organisatie gerealiseerd.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 820 Verhoging assurantiebelasting
B/L L
2014 75
2015 75
2016 75
2017 75
Per 1 januari 2013 is de assurantiebelasting verhoogd van 9,7% naar 21%. Wnr: 860 Met ingang van 2015 wordt het aantal raadsleden vermindert naar 35
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -2 -2 -2 In het regeerakkoord is besloten dat het aantal raadsleden daalt tot het aantal dat bestond voor de dualisering van het gemeentebestuur. Voor Zaanstad wordt een korting opgelegd van ¿ 158.400. Wnr: 860 Met ingang van 2015 wordt het aantal raadsleden vermindert naar 35
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -158 -158 -158 In het regeerakkoord is besloten dat het aantal raadsleden daalt tot het aantal dat bestond voor de dualisering van het gemeentebestuur. Voor Zaanstad wordt een korting opgelegd van ¿ 158.400. Wnr: 873 Aanpassing vergoeding raadsleden en B&W
B/L 2014 2015 2016 L 44 44 44 Vanaf 2014 zal Zaanstad meer dan ¿ 150.000 inwoners hebben. Als gevolg daarvan hebben de raadsleden, de burgemeester en de wethouders recht op een hogere vergoeding voor hun werkzaamheden.
2017 44
De regeling schrijft voor dat het recht pas ontstaat als het nieuwe inwonertal voor de tweede keer per 1 januari officieel door het CBS wordt vastgesteld. De wedde en de vergoedingen wordt pas in 2015 met terugwerkende kracht verhoogd.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 705 Centralisatie van ICT kosten
B/L L
2014 3
2015 3
2016 3
2017 3
60
Programma: Bestuur en organisatie Een verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Werk, inkomen en integratie i.v.m. het centraliseren van ICT onderhoudskosten van de koppeling GWS-Verseon. Wnr: 711 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L -106 -106 -106 -106 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op software licenties waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 713 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L -42 -42 -42 -42 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op contract telefonie waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 715 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L -70 -70 -70 -70 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op landmeetkundige diensten waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 805 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L -14 -14 -14 -14 Een verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op Zaanstad Journaal waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 806 Centralisatie van ICT-kosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L 1 1 1 1 Een verschuiving tussen programma Publieke dienstverlening en Bestuur en Organisatie i.v.m. het centraliseren van softwarekosten. Wnr: 807 Centralisatie van telefoniekosten
B/L 2014 2015 2016 2017 L 5 5 5 5 Een verschuiving tussen programma Wijkgericht werken en Bestuur en organisatie als gevolg van het centraliseren van telefoniekosten. Wnr: 825 Beeldkwaliteit openbare ruimte
B/L L
2014 -155
2015 -155
2016 -155
2017 -155
B/L 2014 2015 2016 L -10 -10 -10 Een verschuiving tussen programma Bestuur en organisatie en Financiën als gevolg van het realiseren van een inkoopvoordeel op arbo-diensten waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald.
2017 -10
Herschikking budget algemene kosten naar beeldkwaliteit openbare ruimte. Wnr: 830 Realisatie van inkoopvoordeel
Wnr: 832 Realisatie facilitaire taakstelling
B/L 2014 2015 2016 L 36 7 7 Een verschuiving tussen programma Bestuur en organisatie en Financiën i.v.m. realisatie taakstellingen.
2017 7
61
Programma: Financiën
Bestaand beleid actualisatie Kadernota Wnr: 399 Realisatie taakstelling WABO-keten onderdeel Handhaving
B/L L De taakstelling WABO-keten binnen de sector handhaving wordt gerealiseerd (27).
2014 27
2015 27
2016 27
2017 27
Wnr: 752 Incidenteel negatief effect areaaluitbreiding OZB
B/L 2014 2015 2016 2017 B 44 0 0 0 Voor 2014 wordt geprognositiceerd dat er 197 minder woningen OZB plichtig zijn. De verwachting is dat dit in 2015 weer hersteld. Incidenteel levert dit een nadeel op van 44. Wnr: 831 Correctie bezuinigingsmaatregel funderingsherstel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 100 100 100 In de begroting 2011 is de bezuinigingsmaatregel opgenomen dat er weer leges worden geheven voor vergunningen die verband houden met funderingsherstel. Deze maatregel gaat vanaf 2015 in. In de begroting 2013 zijn deze extra baten opgenomen zonder deze te corrigeren op de bezuinigingsmaatregel. Hiermee wordt dit rechtgetrokken. Wnr: 833 Bijstellen baten precariobelasting
B/L 2014 2015 2016 2017 B 50 50 50 50 De baten voor de precariobelasting worden als gevolg van de economische crisis naar beneden bijgesteld. De opbrengsten in 2012 vielen mee als gevolg van het evenement 200 jaar Zaanstad. In 2013 en daarna blijven deze incidentele opbrengsten naar verwachting vooralsnog uit. Wnr: 837 Bijstellen baten RZB-eigenaren
B/L 2014 B 85 De baten RZB-eigenaren worden als gevolg van het vertrek van de bajesboten bijgesteld.
2015 85
2016 85
2017 85
Wnr: 875 indexering lonen, prijzen en subsidies volgens CEP
B/L 2014 2015 2016 2017 L 3425 0 0 0 Voor de indexering van de begroting 2014 is een doorrekening gemaakt op basis van het Centraal Economisch Plan, kerngegevens 28 februari 2012. Lonen, loonvoet overheid: 2,25% Prijzen, IMOC, index materiele overheidsconsumptie: 1,75% Subsidies, verhouding lonen/prijzen van 70/30: 2,1% Wnr: 875 indexering lonen, prijzen en subsidies volgens CEP
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 2814 3102 3036 Voor de indexering van de begroting 2014 is een doorrekening gemaakt op basis van het Centraal Economisch Plan, kerngegevens 28 februari 2012. Lonen, loonvoet overheid: 2,25% Prijzen, IMOC, index materiele overheidsconsumptie: 1,75% Subsidies, verhouding lonen/prijzen van 70/30: 2,1% Wnr: 909 Precario evenementen
B/L 2014 2015 2016 B 75 75 75 Het college ondersteunt vrijwilligersinitiatieven en wil dit stimuleren. Daarom wordt voorgesteld om precario voor evenementen af te schaffen.
2017 75
62
Programma: Financiën Wnr: 910 Gemeentebrede inkooptaakstelling
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 0 De inkooptaakstelling kan niiet volledig worden gerealiseerd als gevolg van krimpende inkoopvolumes en een krimpende organisatie. Wij stellen voor om deze problematiek op te lossen door een deel van de prijscompensatie (500) hiervoor aan te wenden. Daarmee worden de gemeentebrede taakstellingen alsnog door de organisatie gerealiseerd.
Wnr: 911 Gemeentebrede taakstelling facilitaire aandelen
B/L 2014 2015 2016 2017 L -426 -426 -426 -426 De oude gemeentebrede taakstelling op facilitaire aandelen kan niiet volledig worden gerealiseerd als gevolg van een krimpende organisatie. Wij stellen voor om deze problematiek op te lossen door een deel van de prijscompensatie (426) hiervoor aan te wenden. Daarmee worden de gemeentebrede taakstellingen alsnog door de organisatie gerealiseerd.
Bestaand beleid autonome ontwikkelingen Kadernota Wnr: 797 Ontwikkeling rentelasten
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 -500 0 0 Op basis van een actualisatie van de liquiditeitsprognose in de begroting ontstaat voor het begrotingsjaar 2015 een incidenteel voordeel. Wnr: 838 Correctie algemene uitkering 2017
B/L 2014 2015 2016 L 0 0 0 De stelpost voor het saldo van de jaarschijf 2017, wordt vanaf 2017 en verder niet in de AU maar algemeen in de begroting 2014 opgelost. De jaren 2013 tot en met 2016 worden wel verrekend met de AU. Wnr: 838 Correctie algemene uitkering 2018
B/L 2014 2015 2016 L 0 0 0 De stelpost voor het saldo van de jaarschijf 2017, wordt vanaf 2017 en verder niet in de AU maar algemeen in de begroting 2014 opgelost. De jaren 2013 tot en met 2016 worden wel verrekend met de AU.
2017 888
2017 0
Wnr: 839 Decentralisatie uitkeringen toevoegingen AU
B/L 2014 2015 2016 2017 B -2163 0 0 0 In de septembercirculaire 2012 en decembercirculaire worden een aantal bestaande decentralisaties geindexeerd. Dit betreft de WMO, MO en OGGZ, vrouwenopvang, centra jeugd en gezin en zichtbare schakel. Er zijn ook een aantal nieuwe toekenningen. Dit betreft nationale gebiedsontwikkelingen BIRK, buurtcoaches bij de combinatiefuncties en invoeringskosten voor de decentralisatie jeugdzorg. In de bijlage ( werkblad decentralisaties) is de opbouw van de bedragen te vinden. Wnr: 839 Decentralisatie uitkeringen toevoegingen AU
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 -1596 -1024 -1024 In de septembercirculaire 2012 en decembercirculaire worden een aantal bestaande decentralisaties geindexeerd. Dit betreft de WMO, MO en OGGZ, vrouwenopvang, centra jeugd en gezin en zichtbare schakel. Er zijn ook een aantal nieuwe toekenningen. Dit betreft nationale gebiedsontwikkelingen BIRK, buurtcoaches bij de combinatiefuncties en invoeringskosten voor de decentralisatie jeugdzorg. In de bijlage is de opbouw van de bedragen te vinden. Wnr: 840 Prijsontwikkeling in de AU conform kerngegevens CEP 28 februari 2013
B/L L
2014 0
2015 -1539
2016 -1555
2017 -1567
63
Programma: Financiën De prijsontwikkeling in de AU wordt apart opgenomen. Er wordt gerekend met 1,5% prijs Bruto Binnenlands Produkt. Dit wordt berekend over de uitkeringsbasis (=aantallen x bedragen) van de algemene uitkering. Vanaf 2014 bedraagt de uitkeringsbasis bijna 103 mln euro. Wnr: 840 Prijsontwikkeling in de AU conform kerngegevens CEP 28 februari 2013
B/L 2014 2015 2016 2017 L -1541 0 0 0 De prijsontwikkeling in de AU wordt apart opgenomen. Er wordt gerekend met 1,5% prijs Bruto Binnenlands Produkt. Dit wordt berekend over de uitkeringsbasis (=aantallen x bedragen) van de algemene uitkering. Vanaf 2014 bedraagt de uitkeringsbasis bijna 103 mln euro. Zie bijlage bij jaar 2014, werkblad AU kadernota 2014. Wnr: 841 Regeerakkoord doorwerking naar AU conform decembercirculaire 2012 B/L 2014 2015 2016 2017 B 783 0 0 0 In de decembercirculaire wordt melding gemaakt van een aantal bezuinigingsmaatregelen die hun beslag zullen gaan krijgen in de algemene uitkering. Er wordt gerekend met een aandeel van Zaanstad in de landelijke maatregelen van 0,88%. Zaanstad houdt rekening met de maatregelen voor lagere apparaatslasten (opschaling gemeenten), korting voor de onderbesteding op onderwijshuisvesting, dualiseringskorting (minder raadsleden), hergebruik van hulpmiddelen als scootmobielen, korting op de huishoudelijke hulp in de WMO en het afschaffen van maatschappelijke stages. In de bijlage (werkblad regeerakkoord) is de opbouw van de bedragen over de jaren toegevoegd. Wnr: 841 Regeerakkoord doorwerking naar AU conform decembercirculaire 2012 B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 11827 13895 14643 In de decembercirculaire wordt melding gemaakt van een aantal bezuinigingsmaatregelen die hun beslag zullen gaan krijgen in de algemene uitkering. Er wordt gerekend met een aandeel van Zaanstad in de landelijke maatregelen van 0,88%. Zaanstad houdt rekening met de maatregelen voor lagere apparaatslasten (opschaling gemeenten), korting voor de onderbesteding op onderwijshuisvesting, dualiseringskorting (minder raadsleden), hergebruik van hulpmiddelen als scootmobielen, korting op de huishoudelijke hulp in de WMO en het afschaffen van maatschappelijke stages. In de bijlage is de opbouw van de bedragen over de jaren toegevoegd. Wnr: 842 Aankondiging extra maatregel kabinet na cijfers CEP 28 februari 2013
B/L 2014 2015 2016 2017 B 1628 1628 1628 1628 Na de aankondiging over de nieuwe kerncijfers van het centraal economisch plan op 28 februari 2013 heeft het kabinet extra maatregelen aangekondigd om het begrotingstekort van het rijk op te lossen. Een van de maatregelen is een extra korting voor het gemeente- en provinciefonds van landelijk 200 mln. Zaanstad rekent met een aandeel voor het gemeentefonds van 92,5% en een aandeel voor Zaanstad van 0,88%. Wnr: 843 Decembercirculaire en Septembercirculaire 2012
B/L 2014 2015 2016 2017 B -3562 0 0 0 Deze mutatie voor de algemene uitkering bestaat uit de ontwikkeling van het accres tot en met de decembercirculaire 2012 en uit een bijstelling op de aantallen bijstandsgerechtigden en bijzondere woongebouwen (ontmanteling bajesboot). Het gaat om de veranderingen ten opzichte van de begroting 2013. In de bijlage, werkblad AU kadernota 2014, is de berekening uitgewerkt. Wnr: 843 Decembercirculaire en Septembercirculaire 2012
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 138 488 -1300 Deze mutatie voor de algemene uitkering bestaat uit de ontwikkeling van het accres tot en met de decembercirculaire 2012 en uit een bijstelling op de aantallen bijstandsgerechtigden en bijzondere woongebouwen (ontmanteling bajesboot). Het gaat om de veranderingen ten opzichte van de begroting 2013. Wnr: 861 AWBZ begeleiding, inschatting decentralisatie naar de AU
B/L B
2014 0
2015 -15000
2016 -15000
2017 -15000
64
Programma: Financiën De decentralisatie van de AWBZ begeleiding naar de gemeenten wordt ingeschat op basis van budgetcijfers 2013 van het zorgkantoor Achmea voor Zaanstad. De korting van het Rijk op deze budgetcijfers wordt ingeschat op 25%. Pas in de meicirculaire 2013 wordt de eerste concrete begrote toekenning door het ministerie van BZK verwacht. Wnr: 862 AWBZ persoonlijke verzorging, inschatting decentralisatie naar AU
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 -15000 -15000 -15000 De decentralisatie van de persoonlijke verzorging in de AWBZ naar de gemeenten wordt ingeschat op basis van het landelijk budget zoals is weergegeven in het regeerakkoord. De korting van het Rijk op deze budgetcijfers wordt ingeschat op 25%. Pas in de meicirculaire 2013 wordt de eerste concrete begrote toekenning door het ministerie van BZK verwacht. Wnr: 863 Jeugdzorg inschatting decentralisatie naar de AU
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 -28800 -27000 -25500 De decentralisatie van de jeugdzorg naar de gemeenten wordt ingeschat op basis van de cijfers voor de jeugdzorg in 2011. Dit is weergegeven in het verdeelmodel van het sociaal cultureel planbureau en de gegevens van de SRA. De korting door het Rijk die verwacht wordt, is ingeschat op achtereenvolgens 4%, 10% en 15% van de cijfers in 2011. Pas in de septembericirculaire 2013 wordt de eerste concrete begrote toekenning door het ministerie van BZK verwacht.
Bestaand beleid herschikking Kadernota Wnr: 711 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 106 106 106 106 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op software licenties waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 713 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 42 42 42 42 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op contract telefonie waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 715 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 70 70 70 70 Verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op landmeetkundige diensten waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 720 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 64 64 64 64 Verschuiving binnen programma Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op openbare ruimte waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 726 Correctie overheveling projectmanager Funderingsherstel.
B/L L
2014 87
2015 87
2016 87
2017 87
Deze begrotingswijziging (nr.341) was ten onrechte ingevoerd. Wnr: 805 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 2017 L 14 14 14 14 Een verschuiving tussen programma Bestuur en Organisatie en Financiën i.v.m. het realiseren van een inkoopvoordeel op Zaanstad Journaal waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald.
65
Programma: Financiën
Wnr: 818 Correctie erfpacht nav conversie begroting nieuw rekeningschema
B/L 2014 2015 2016 2017 L -15 -15 -15 -15 Bij de conversie van de begroting naar aanleiding van het nieuwe rekeningschema zijn de interne verrekeningen uit de begroting gehaald. Als gevolg daarvan worden budgetten dus alleen opgenomen op de begrotingsposten, waar de kosten of opbrengsten hun oorsprong vinden. Voor de erfpacht die in rekening wordt gebracht bij het Maatschappelijk domein is dit een uitzondering. Deze boeking moet wel plaatsvinden (ivm volledigheid van de boeking in relatie tot de contracten). Door middel van deze begrotingsmutatie wordt het budget weer toegekend aan de posten waarbij deze kosten in rekening worden gebracht. Wnr: 830 Realisatie van inkoopvoordeel
B/L 2014 2015 2016 L 10 10 10 Een verschuiving tussen programma Bestuur en organisatie en Financiën als gevolg van het realiseren van een inkoopvoordeel op arbo-diensten waarmee een deel van de inkooptaakstelling is behaald. Wnr: 832 Realisatie facilitaire taakstelling
B/L 2014 2015 2016 L -36 -7 -7 Een verschuiving tussen programma Bestuur en organisatie en Financiën i.v.m. realisatie taakstellingen. Wnr: 914 Hervormingsagenda Maatschappelijke Ontwikkeling
B/L 2014 2015 2016 L -500 0 0 Een deel van het gemeentebrede hervormingsbudget (500) wordt in 2014 ingezet voor de hervormingsagenda Maatschappelijke Ontwikkeling.
2017 10
2017 -7
2017 0
Investeringen Kadernota Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 850 0 -250 -450 Het uitvoeren van de bestuursopdracht heeft enige vertraging opgelopen. Dit heeft o.a. te maken met het aanpassen van het verkeersmodel. Nu is een realistische planning opgenomen (fasering). Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 0 0 Conform het collegebesluit van 29/1/13 worden de vrijgevallen middelen binnen het investeringsfonds voor de Inverdan tunnel (vanwege de vrijgevallen BOS middelen), ingezet voor de kwaliteitsimpuls van de Wilhelminasluis. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 791 -115 653 426 De wijzigingen in 2014, 2016 en 2017 hebben te maken met de verwachte piekverkopen van de natte bedrijventerreinen Hoogtij. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 B -161 Herfasering naar aanleiding van actualisatie van het integraal huisvestingsplan (IHP) Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B
2014 0
2015 -1133
2016 1671
2017 -444
2015 -500
2016 0
2017 0
66
Programma: Financiën Conform het collegebesluit van 29/1/13 worden de vrijgevallen middelen binnen het investeringsfonds voor de Inverdan tunnel (vanwege de vrijgevallen BOS middelen), ingezet voor de kwaliteitsimpuls van de Wilhelminasluis. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 B 0 0 0 Herfasering naar aanleiding van actualisatie van het integraal huisvestingsplan (IHP). Jaarschijf betreft 2020. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B Herfasering door vertraging in de besluitvorming over de aankoop van de grond. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B
2017 0
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
2014 2000
2015 -2000
2016 -5000
2017 0
Herfasering in verband met te nemen besluit nieuwe koers Poelenburg Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 -7300 5400 Van het totale bedrag van 13,5 mln. voor de SD valt 12,0 mln. vrij naar het IF. De vrijval volgt de technische realisatie van de buiging. Voorlopig grofweg ingedeeld en opgebouwd uit 40% oostkant (gerealiseerd), 20% overbouwing spoor (gelijk lopend met het cultuurhuis en winkels boven het spoor) en 40% westkant (slinger en aansluiting Houtveldweg). De oostkant is aangelegd dus vandaar voorstel om in de jaarschijf 2013 de vrijval 3,900 mln. op te nemen. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 7300 -5400 Van het totale bedrag van 13,5 mln. voor de SD valt 12,0 mln. vrij naar het IF. De vrijval volgt de technische realisatie van de buiging. Voorlopig grofweg ingedeeld en opgebouwd uit 40% oostkant (gerealiseerd), 20% overbouwing spoor (gelijk lopend met het cultuurhuis en winkels boven het spoor) en 40% westkant (slinger en aansluiting Houtveldweg). De oostkant is aangelegd dus vandaar voorstel om in de jaarschijf 2013 de vrijval 3,900 mln. op te nemen. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 0 0 0 0 Het gaat hier om een bruto investering van 4.306 mln. De nog aan te vragen subsidie bedraagt 3.256 mln. In eerste instantie werd er een claim op het investeringsfonds gelegd van 1.050 mln. Nu is een groot deel hiervan geswapt met BOS-gelden (voormalige Connessxion OV) 1 mln. Er blijft een claim op het investeringsfonds van 0,050 mln. Zie ook de link met Vaart in de Zaan (swap conform collegebesluit 29/1/13). Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
bijstelling 2019 Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 L 0 0 0 -200 In het gemeentelijke vastgoedplan is de opbrengstprognose t/m 2014 geraamd. Tot en met 2016 verwachten wij nodig te hebben om de ca. 40 objecten, welke op de nominatie staan om te verkopen, verkocht te hebben. Vandaar dat de afdracht vanaf 2017 op nul is gezet.
67
Programma: Financiën Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 B -1320 -2320 0 Op basis van het voorstel dat op 19 februari 2013 in het college is behandeld wordt nu de verhoging van 2.640 mln.opgenomen.
2017 0
Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B -33 -472 -82 0 Andere fasering vanwege vertraging in de uitvoering bewegwijzering. Maar ook vertraging betreffende dynamische afsluiting van het centrum door nog te nemen besluiten m.b.t. de plaatsing. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B Herfasering door vertraging in de besluitvorming over de aankoop van de grond.
2014 -533
2015 0
2016 0
2017 0
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
B/L 2014 2015 L 0 0 Gezien de crisis wordt de winstverwachting uit de Overhoeken zeer waarschijnlijk niet waargemaakt.
2016 0
2017 0
Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L B
Niet gebruikte deel van de jaarschijf 2012. Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
Wnr: 864 Actualisatie Investeringsfonds MPG 13.1
B/L 2014 2015 2016 2017 B 860 -600 0 0 Eerste voorbereidingen voor rotonde en riool worden al in 2013 gemaakt door R&B. De aanleg hiervan gaat in 2014 gebeuren.
68
6.2.
Voortgangsrapportage bezuinigingen
Maatregel 11.1.1 Afbouwen van Cleanteams 11.2.1 Bundelen van kennisafdelingen
Stand van zaken 4e kwartaal 2012
Stand van zaken 1e kwartaal 2013
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Op koers
Op koers
11.2.2 Bemiddeling stadsloods afschaffen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.2.3 Subs. reg. innovatieve ondernemers stopzetten
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.2.4 Uitvoering strategisch groenproject verminderen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.2.5 Verminderen maatregelen luchtkwaliteit
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.2.6 Voordeel op rentelasten stedelijke ontw.
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.1 Maatregelen WMO
Gerealiseerd
Op koers
11.3.2.1 Eén cultuurbedrijf
Op koers
Niet (volledig) haalbaar
11.3.2.10 Bezuiniging subsidie La Breche
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.2.2 Bezuiniging Fluxus
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.2.3 Bezuiniging De Bieb
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.2.4 Bezuiniging de Zaanse Schans
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.2.9 Bezuiniging op De Kade
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.3.1 Verminderen budget sportbeleid
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.3.2 Bezuiniging op schoolzwemmen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.3.3 Besparing incidentele subsidies sportbeleid
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.3.4 Heffingen en belastingen sportaccommodaties
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.3.9 Aanvullende taakstelling sport
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.4 Maatregelen integratie
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.5.2 Stoppen cofin. Schoolbegeleidingsdienst
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.5.3 Stoppen zwemvervoer
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.5.4 Algemene taakstelling onderwijs
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.5.5 Verlagen budget onderwijshuisvesting
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Op koers
Gerealiseerd
11.3.6.2 Minder controles W&I uitvoeren
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.6.3 Versoberen van het Hulpfonds
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.4.1.1 Alleen welstandstoets uitvoeren in speerpuntgebieden
Bijsturen
Op koers
11.4.1.2 Efficiency verhogen in WABO-keten
Op koers
Op koers
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.3.6.1 Outsourcen
11.4.1.3 Leges funderingsherstel 11.4.1.4 Niet uitvoeren bouwbeleidsplantoets
Op koers
11.4.2.1 Aanpassen VNG-vergoedingen aan vrijwilligers
Op koers
Op koers
11.4.2.2 Verlagen budget materieel en materiaal
Op koers
Gerealiseerd
11.4.2.3 Verzakelijking relatie met regio 11.4.2.4 Bezuiniging op bedrijfsvoering brandweer
Op koers
Op koers
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.4.2.5 Efficiencymaatregelen brandweer
Bijsturen
Op koers
11.4.2.6 Regionalisering meldkamer
Bijsturen
Niet (volledig) haalbaar
11.5.1 Kanaalsturing 11.6.10 Minder bijdrage aan stichting Marketing Zaanstreek
Op koers
Op koers
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.6.12 Optimaliseren en automatiseren van bestuurlijke besluitvorming 11.6.13 Terugbrengen communicatiecapaciteit
Bijsturen
Bijsturen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.6.14 Zaanpeiling één keer per twee jaar uitvoeren
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.6.15 Stoppen van subsidies aan evenementen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.6.16 Verminderen van het representatiebudget B&W
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.6.17 Stopzetten Internationaal beleid & betrekkingen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
69
Maatregel 11.6.5 Vergroten van efficiency en effectiviteit GGD 11.6.7 Maatregelen Baanstede
Stand van zaken 4e kwartaal 2012
Stand van zaken 1e kwartaal 2013
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Bijsturen
Bijsturen
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.2 Effectiever en efficienter inkopen
Bijsturen
Niet (volledig) haalbaar
11.7.3 Ombuiging staf en ondersteuning
Op koers
Op koers
11.7.4 Uitbesteden werkzaamheden Onderzoek en Statistiek
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.5 Stoppen met Zaanstad Vitaal
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.6 Digitaliseren van post aan medewerkers
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.7 Verlaging van het opleidingsbudget
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.8 Aanvullende taakstelling
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.8.1 Meer grondwaterkosten in rioolheffing
Gerealiseerd
Gerealiseerd
11.7.1 Besparing op inhuur
11.8.2 Verhogen parkeerbelasting
Niet (volledig) haalbaar
Gerealiseerd
11.8.3 Verhogen OZB
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.2.1 Maatregelen stoppen Guisweg - Treasuryvoordeel
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.2.2 Maatregelen stoppen Guisweg - toevoeging algemene middelen 12.3.6.1 Rijkskorting WSW
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.3.6.2 Rijksbezuiniging reïntegratie
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.3.6.3 Rijksbezuinigingen schuldhulpverlening
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.3.6.4 Verlenging beoordelingstermijn langdurigheidstoeslag
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.3.6.5 Rijksbezuiniging inburgering
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.6.1 Rijksbezuiniging op politieke ambtsdragers
Gerealiseerd
Gerealiseerd
12.6.2 Taakstelling kerntakendiscussie
Gerealiseerd
Gerealiseerd
13.1.1 Aanpassing logistiek brandweer
Op koers
13.1.2 Bezuiniging op overhead VrZW
Op koers
13.1.3 Visie op regionale brandweer Zaanstreek-Waterland
Op koers
13.10.1 Heffen leges voor funderingsherstel vanaf 2015
Op koers
13.10.2 Herijking overige leges (exclusief omgevingsvergunningen)
Gerealiseerd
13.10.3 Invoeren gebruikersbelasting onroerende zaken nietwoningen (OZB GN) 13.10.4 Verhoging overige belastingen
Gerealiseerd
13.10.5 Verhoging precario woonschepen met 3,75%
Gerealiseerd
13.10.6 Verhoging tarief Hondenbelasting
Gerealiseerd
13.10.7 Verhoging tarief omgevingsvergunningen 13.11.1 Verlagen budget Economische Structuur Versterking 13.12.1 Bezuinigingsmaatregelen Cultuur
Gerealiseerd
Op koers Gerealiseerd Op koers
13.13.1 Collectieve voorzieningen
Gerealiseerd
13.13.2 Individuele voorzieningen
Gerealiseerd
13.14.1 Niet indexeren van subsidiebudgetten
Gerealiseerd
13.15.1 2% stijging OZB in 2015
Op koers
13.15.2 2% stijging OZB in 2016
Op koers
13.2.1 14075 bouwt het maken van afspraken via de telefoon af
Op koers
13.2.2 14075 stopt met het aannemen van meldingen openbare ruimte 13.2.3 Aanpassen capaciteit sector Omgevingsvergunningen aan huidige economische omst 13.2.4 Afschaffen van geboorteaangifte in het ZMC
Op koers
13.2.5 Beperken openstelling studiezaal Gemeentearchief 13.2.6 Verminderen van het adviseren over vergunningsaanvragen aan burgers, bedrijven 13.2.7 Verminderen van het toezicht op de vaarwegen in Zaanstad
Op koers Op koers Gerealiseerd Op koers Op koers
70
Maatregel
Stand van zaken 4e kwartaal 2012
Stand van zaken 1e kwartaal 2013
13.3.1 Verminderen extra inlopen onderhoudsachterstand openbare ruimte 13.4.1 Vrijval afgekochte erfpachtgelden
Gerealiseerd
13.5.1 Vertraging in mogelijke subsidieverstrekking voor Cultuurcluster 13.6.1 Afbouwen sportstimuleringsubsidies
Gerealiseerd
Gerealiseerd
Op koers
13.6.2 Anders organiseren sport in Zaanstad
Op koers
13.6.3 Buitensportvoorzieningen
Op koers
13.7.1 Budgetten wijkmanagement
Gerealiseerd
13.7.2 Communicatie met de wijken
Op koers
13.7.3 Stopzetten functioneringsbudgetten
Op koers
13.7.4 Stopzetten leefbaarheidsbudgetten
Gerealiseerd
13.8.1 Hervormingsagenda stedelijke ontwikkeling
Op koers
13.9.1 Verminderen van het aantal leidinggevenden
Op koers
Maatregelen op koers 11.2.1 Bundelen van kennisafdelingen Omschrijving maatregel Bundelen van kennisafdelingen op het gebied ven gebiedsgerichte ontwikkeling en ruimtelijke omgeving zodat effectiever beleid met minder ambtenaren kan worden opgesteld. Toelichting De bezuiniging van één fte vanaf 2012, is wel gerealiseerd in geld maar niet in formatie. Met betrekking tot de fte bezuiniging, ingaande vanaf 2013 (1 fte) en 2014 (1 fte) zijn er wel ideeën, maar nog geen concrete invullingen. Bij de tweede voortgangsrapportage van 2013 komen we concreet terug op de fte-bezuiniging welke vanaf 2013 in moet gaan. 11.3.1 Maatregelen WMO Omschrijving maatregel Efficiënter werken, eigen bijdrage invoeren/verhogen en implementeren andere manier van werken: herontwerp. Toelichting De bezuiniging is bekend bij alle relevante instellingen en wordt meegenomen bij de (mogelijke) wijkgerichte subsidiering. Daadwerkelijke invulling wordt nader bepaald in overleg met de directeuren van de maatschappelijke organisaties. 11.4.1.1 Alleen welstandstoets uitvoeren in speerpuntgebieden Omschrijving maatregel Door niet alle gebieden van Zaanstad meer volledig te laten toetsen aan de redelijke eisen van welstand, maar alleen in speerpunt gebieden, kan de gemeente bezuinigen. Hierdoor wordt ambtelijke capaciteit bespaard op meerdere plaatsen in de vergunningsketen en is het gelijk mogelijk de regeldruk richting de burger te verminderen. Toelichting De maatregel is financieel opgelost. De nieuwe welstandsnota moet nog worden opgesteld. Deze bezuiniging kan pas worden gerealiseerd als de nieuwe welstandsnota is vastgesteld door de raad en daadwerkelijk minder toetsing mogelijk maakt. 11.4.1.2 Efficiency verhogen in WABO-keten Omschrijving maatregel
71
In de planologische keten zal het huidige toetsingskader zoveel mogelijk worden omgezet naar integrale richtlijnen. Daarnaast wordt het proces gedigitaliseerd. Deze twee veranderingen zorgen ervoor dat er minder ambtelijke capaciteit hoeft te worden ingezet in de vergunningsketen en de regeldruk afneemt. Toelichting De bezuiniging is financieel opgelost. De verhoging van de efficiency wordt bereikt door onder andere systemen te koppelen in de Wabo. Door het vooralsnog uitblijven van verdere koppelingen van systemen, zullen naar verwachting koppelingen pas in 2014 voordeel opleveren. Verder moeten een aantal beleidsstukken vereenvoudigd worden. De nota woonbebouwing is inmiddels vastgesteld door de raad, de nieuwe welstandsnota moet nog worden vastgesteld. Beide nota's zijn belangrijke randvoorwaarden voor de realisatie van deze maatregel. Er is gebleken dat met de vaststelling van de nota woonbebouwing er niet minder werk in de vergunningverlening is ontstaan. 11.4.1.3 Leges funderingsherstel Omschrijving maatregel Er worden geen leges geheven voor bouwvergunningen die verband houden met funderingsherstel. Door deze leges te heffen, worden misgelopen opbrengsten gerealiseerd. De raad heeft besloten deze ontbrekende opbrengsten uit het leefbaarheidsbugdet te dekken. Toelichting Bij de begroting 2012-2014 is motie aangenomen om tot en met 2014 geen leges te heffen voor funderingsherstel. Het verschil wordt gedekt uit de leefbaarheidsbudgetten. Vanaf 2015 zullen weer leges worden geheven voor funderingsherstel. De besparing wordt gerealiseerd door de inning van baten en heeft geen personele consequenties tot gevolg. 11.4.2.1 Aanpassen VNG-vergoedingen aan vrijwilligers Omschrijving maatregel De brandweer heeft het organisatiemodel waartoe door de Raad op 22-04-2008 besloten is vergeleken met andere modellen, o.a. een model van twee voltijds bezette kazernes. Het model van 22-04-2008 bleek verreweg het meest voordelig. De berekeningen zijn ook extern gevalideerd. Dit model is aan een nadere screening onderworpen. Logistieke optimalisatie van het model waarbij de beschikbaarheid van mensen en middelen tot het minimaal noodzakelijke wordt gereduceerd levert de bijgaande bedragen op. Deze vormen de optelsom van een groot aantal met elkaar samenhangende maatregelen. Toelichting Inmiddels hebben een aantal sessies plaatsgevonden waarbij de begroting VNG vergoedingen vrijwilligers opnieuw is doorgerekend. Hierbij is het nieuwe tarievenstelsel in de begroting opgenomen en heeft tevens een verdiepingsslag plaatsgevonden m.b.t. de begrote oefenvergoedingen. De voordelen die vanuit deze berekeningen zijn voortgekomen compenseren zoals verwacht de tegenvaller a.g.v. het terugdraaien van de (op dit onderdeel) ingeboekte bezuiniging m.b.t. springbemensing. 11.4.2.3 Verzakelijking relatie met regio Omschrijving maatregel Gewerkt wordt aan een verzakelijking van de financiële relatie met de regio. Zowel die met de VrZW zelf als met de daarin deelnemende andere gemeenten. Daarin zijn begrepen de huur die aan de VrZW wordt berekend en het doorberekenen van specialistische taken aan andere gemeenten. Toelichting Deze bezuinigingsmaatregel bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Extra opbrengsten uit verhuur pand Prins Bernhardplein = gerealiseerd 2. Opbrengsten specialistische taken = gerealiseerd 3. Schaalvoordelen a.g.v. regionalisering = op koers, zie toelichting hieronder De bezuiniging bij punt 3 is opgevoerd omdat er efficiency te boeken moet zijn door de regionalisering. Uitgegaan is van een schatting (500), waarvan 50% voor Zaanstad (250). De bezuiniging staat ingeboekt vanaf 2015. Het college heeft de Veiligheidsregio inmiddels via een brief opgedragen de bezuiniging binnen de regiobegroting te realiseren.
72
11.4.2.5 Efficiencymaatregelen brandweer Omschrijving maatregel Betreft een bezuiniging op de beroepsorganisatie Toelichting Deze maatregel betreft een bezuiniging van 5 fte op de beroepsorganisatie. Als onderdeel hiervan is in 2012 de functie van afdelingshoofd Technische Dienst ingeleverd. Het idee was dat deze functie als combinatiefunctie uitgevoerd kon worden met de functie van afdelingshoofd Zuid. Naar nu blijkt is dit in verband met de bestaande werkvoorraad en het capaciteitsbeslag dat de regionalisering op de organisatie legt niet realiseerbaar. De functie van afdelingshoofd Technische Dienst wordt tot aan het moment van regionaliseren (1-1-2014) opengesteld. De verwachting is dat dekking voor de kosten van afdelingshoofd Technische Dienst binnen de lopende begroting gevonden zal worden 11.5.1 Kanaalsturing Omschrijving maatregel Kanaalsturing is de burger verleiden om het goedkoopste kanaal (digitaal) van dienstverlening te kiezen. Meer producten dienen digitaal te worden aangeboden en ondersteund door een z.g. zaakvolgsysteem. Toelichting De businesscase kanaalsturing ligt op koers qua bezuinigingen. Alle bezuinigingen zijn ingeboekt, maar nog niet alles is ingeleverd. Dit komt doordat de implementatie van het zaaksysteem anderhalf jaar later is gestart. Door versneld invoeren een aantal digitale producten, die ondersteund worden door een zaakvolgsysteem, zullen de ingeboekte bezuinigingen tijdig gerealiseerd worden. 11.7.3 Ombuiging staf en ondersteuning Omschrijving maatregel Het reduceren van de omvang van Staf & Ondersteuning (S&O) door innovatie en bezuiniging. Toelichting Deze ombuiging is in 2012 behaald door het niet invullen van vacatureruimte binnen planning & control. De ombuiging van ¿886.000 in 2013 zal worden behaald door deze vacatureruimte in te leveren. Om de totale structurele ombuiging van ¿1.1 mln vanaf 2014 te halen zal worden bekeken op welke ondersteunende functies kan worden ingeleverd. 13.1.1 Aanpassing logistiek brandweer Omschrijving maatregel Hiermee wordt efficiency behaald. Het gaat om ontwikkelen van nieuwe uitrukroutines, die gevolgen hebben voor de kosten van de uitrukuren, de vrijwilligers en het materieel. Daarnaast wordt geïnvesteerd in preventie, volgens de principes van de 'brandweer overmorgen'. Met preventie wordt beoogd om in de toekomst minder te hoeven uitrukken. Voor 2013 wordt 150 bezuinigd, waarvan 50 structureel wordt ingezet voor de 'brandweer overmorgen'. De netto bezuiniging voor de businesscase is 100. Voor 2014 wordt aanvullend 100 bezuinigd, zodat het bedrag op 200 komt. Toelichting Aan efficiencymaatregelen en innovaties is in 2012 en het eerste kwartaal van 2013 gewerkt door een daartoe ingestelde projectgroep. Door de verwachte invoering van enkele maatregelen alsmede de ruimte binnen de VNGvergoedingen wordt de bezuiniging in 2013 gerealiseerd. Daarnaast worden innovatieve maatregelen ontwikkeld waarmee de regionale brandweer perspectief wordt geboden voor de invulling van de structurele bezuiniging
13.1.2 Bezuiniging op overhead VrZW Omschrijving maatregel Vanaf 2015 zal de regio op basis van een nieuw beleidsplan en een geregionaliseerde brandweer op de overhead en bureaukosten een bezuiniging moeten realiseren. Het gaat hier om kosten die geen betrekking hebben op de brandweertaak, maar op het veiligheidsbureau en de sectie gemeenten. Voor de efficiency zal het samengaan met andere veiligheidsregio's zeker meegenomen moeten worden, naast de samenvoeging van de meldkamer. De besparing op de Overhead zal vanaf 2015 moeten worden gerealiseerd (100) en in 2016 nogmaals een besparing van 100.
73
Toelichting De regio zal bij de begroting gevraagd worden inzicht te geven in de te behalen efficiencyvoordelen. 13.1.3 Visie op regionale brandweer Zaanstreek-Waterland Omschrijving maatregel realistisch en haalbaar dekkingsplan voor de regionale brandweer Toelichting Deze bezuiniging omvat de Zaanstad-component van een (voorgesteld) breder bezuinigingstraject van alle gemeenten binnen de regio. Te zijner tijd zal dit door de VrZW moeten worden opgepakt o.a. in het kader van het nieuwe dekkingsplan. Ook is er een relatie met de aanpassing van de logistiek brandweer (zie 13.1.1) en de daar genoemde efficiencymaatregelen 13.10.1 Heffen leges voor funderingsherstel vanaf 2015 Omschrijving maatregel Het voorstel is om vanaf 2015 leges te gaan heffen voor funderingsherstel waardoor een extra opbrengst van 100 gerealiseerd kan worden. Vanaf 2015 is er dan geen dekking meer nodig vanuit het leefbaarheidsbudget waardoor er 100 kan vrijvallen. Toelichting Vanaf 2015 worden weer leges voor funderingsherstel geheven. 13.10.7 Verhoging tarief omgevingsvergunningen Omschrijving maatregel In 2012 is er een nieuw kostenmodel ontwikkeld voor de legesverordening. Dit kostenmodel is opgesteld conform het model kostenonderbouwing van de VNG. Tevens is in het kader van de bezuinigingen gekeken naar mogelijkheden om binnen de wettelijke kaders de opbrengsten te verhogen. Uit een nadere analyse van de kostendekkendheid van de leges omgevingsvergunningen blijkt dat deze kan worden verhoogd naar bijna 100%. Dit maakt de kleine vergunningen bijna kostendekkend, maar daarmee zijn de totale legesopbrengsten nog niet kostendekkend. De economische crisis is hiervan de oorzaak. Toelichting De tarieven zijn in 2013 conform het kostenmodel verhoogd. De leges voor kleine vergunningen zijn met 10% gestegen voor bouwkosten en met 15% voor vierkante meters. Daarnaast is het minimum tarief met 10% gestegen. 13.12.1 Bezuinigingsmaatregelen Cultuur Omschrijving maatregel Voor invulling van deze bezuinigingsmaatregel wordt breed naar de voorzieningen en subsidieregelingen binnen de cultuursector gekeken. Toelichting Op dit moment wordt gewerkt aan de toekomstagenda cultuur o.l.v. een externe partij. Uit deze toekomstagenda blijkt waar de bezuinigingen zullen neerslaan. In de eerste helft van 2013 ligt hier een rapport. 13.15.1 2% stijging OZB in 2015 Omschrijving maatregel Omdat we de totale bezuinigingsopgave niet geheel redden is in deze begroting voorgesteld om de OZB in 2015 met een extra procent te verhogen. Toelichting Bij de begroting 2015 zal dit worden geëffectueerd. 13.15.2 2% stijging OZB in 2016 Omschrijving maatregel
74
Omdat we de totale bezuinigingsopgave niet geheel redden is in deze begroting voorgesteld om de OZB in 2016 met een extra procent te verhogen. Toelichting Bij de begroting 2016 zal dit worden geëffectueerd. 13.2.1 14075 bouwt het maken van afspraken via de telefoon af Omschrijving maatregel De gemeente gaat het digitale kanaal uitnutten. Burgers zal worden gevraagd om zoveel waar mogelijk gebruik te maken van het digitale kanaal. Toelichting Het afbouwen van het maken van afspraken via de telefoon vraagt om een grondige voorbereiding en uitgebreide communicatie. Om die reden wordt deze bezuinigingsmaatregel niet gelijk geïncasseerd, maar pas in 2014. Het Klant Contact Centrum heeft dan de tijd om bij ieder klantcontact deze maatregel onder de aandacht te brengen. Deze maatregel is op koers. 13.2.2 14075 stopt met het aannemen van meldingen openbare ruimte Omschrijving maatregel Het aanmaken van een melding openbare ruimte is een arbeidsintensieve handeling die de burger ook zelf via internet uit kan voeren. De gemeente doet een beroep op de zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van de burger en vraagt hem de melding in het vervolg via internet te doen. De melding openbare ruimte is nu reeds voor iedereen digitaal in te voeren op de website van Zaanstad. Toelichting De raad heeft gevraagd om een nulmeting. Deze nulmeting loopt nu en wordt eind september opgeleverd aan de raad. Afhankelijk van het oordeel van de raad zal deze bezuinigingsmaatregel wel of niet worden gerealiseerd. Deze maatregel is op koers, maar afhankelijk van besluitvorming van de raad. 13.2.3 Aanpassen capaciteit sector Omgevingsvergunningen aan huidige economische omst Omschrijving maatregel Het aantal grote projecten is de afgelopen jaren als gevolg van de economische crisis sterk afgenomen. Deze trend zal zich in de komende jaren voortzetten. Om die reden is er in de sector Omgevingsvergunningen minder behoefte aan casushouderschap om projecten te begeleiden. Daarnaast is er als gevolg hiervan ook minder juridische ondersteuning nodig. Toelichting Met betrekking tot de werkelijke invulling van deze maatregel liggen we op koers. Vanaf 2013 dienen er twee fte's te worden bezuinigd, hiervan is er in werkelijkheid nu één gerealiseerd. De ander wordt met ingang van 2014 gerealiseerd. Financieel zal de bezuiniging van de in 2013 nog niet gerealiseerde fte wel worden gehaald vanuit het voordeel op de begrote advieskosten van de Brandweer.. Daarnaast dient er één fte te worden bezuinigd vanaf 2016, welke ook al is bepaald. 13.2.4 Afschaffen van geboorteaangifte in het ZMC Omschrijving maatregel De aangifte van een geboorte dient wettelijk gezien aan het loket plaats te vinden. Dit zal ook in de toekomst niet veranderen. Doordat de gemeente de dienstverlening gaat centraliseren in het Stadhuis wordt het loket in het ZMC op termijn gesloten en dienen alle geboorteaangiften in het Stadhuis te gebeuren. Toelichting De gemeente centraliseert deze dienstverlening in het stadhuis, zorgt voor de communicatie naar de burgers en voor de afbouw van het loket ZMC. De maatregel is op koers en zal naar verwachting op 1 juni gerealiseerd zijn. 13.2.6 Verminderen van het adviseren over vergunningsaanvragen aan burgers, bedrijven Omschrijving maatregel
75
Door een terugval in het aantal vergunningaanvragen is er eveneens minder behoefte aan advisering vergunningaanvragen. Toelichting Door beleidsvereenvoudigingen zal het aantal adviesaanvragen verminderen bij de adviserende afdelingen. De maatregel is hiermee op koers. 13.2.7 Verminderen van het toezicht op de vaarwegen in Zaanstad Omschrijving maatregel Om bij te dragen aan de bezuinigingen worden de inspectierondes op de vaarwegen van Zaanstad gedeeltelijk verminderd. Hiervoor wordt nog in 2012 een risicoanalyse uitgevoerd om de haalbaarheid hiervan te toetsen. Toelichting De bezuiniging wordt gerealiseerd op het toezicht vanuit de afdeling Havens & Vaarwegen voor een bedrag van ¿ 50k per jaar. De bezuiniging ligt hierdoor op koers. 13.6.1 Afbouwen sportstimuleringsubsidies Omschrijving maatregel Minder subsidie verstrekken voor sportstimulering door meer verantwoordelijkheden te beleggen bij de sportverenigingen Toelichting Deze taakstelling vormt onderdeel van het op te richten sportbedrijf. De subsidie aan Sportservice Zaanstad wordt stopgezet per 1 januari 2015. Het restant budget gaat over naar het sportbedrijf ten behoeve van onder andere het behoud van de jeugdsportpas en een sportloket functie. 13.6.2 Anders organiseren sport in Zaanstad Omschrijving maatregel Het anders organiseren van het beheer en de exploitatie van sportvoorzieningen door middel van het inrichten van een sportbedrijf en waar een grotere rol bij verenigingen wordt belegd in de exploitatie van accommodaties Toelichting De businesscase inclusief exploitatieprognose gaat in het eerste kwartaal naar het college voor besluitvorming. In de businesscase en de opdracht aan het sportbedrijf wordt de taakstelling op de exploitatie van de sporthallen en zwembaden meegenomen. 13.6.3 Buitensportvoorzieningen Omschrijving maatregel Door in te zetten op meer samenwerking van sportverenigingen onderling en zelforganisatie, moet er efficiënter worden omgegaan met de beperkt beschikbare middelen. De subsidies voor sport worden vanuit dit uitgangspunt tegen het licht gehouden en zullen worden beperkt Toelichting Momenteel worden verschillende subsidiemethodes uitgewerkt om te kunnen bepalen op welke manier de taakstelling kan worden gerealiseerd. Nadat doorrekening heeft plaatsgevonden, kan benoemd worden in welke mate de taakstelling gerealiseerd kan worden. 13.7.2 Communicatie met de wijken Omschrijving maatregel Een andere inzet van de communicatiemiddelen moet tot kostenreductie leiden. Toelichting Gedurende het jaar wordt invulling gegeven aan een herziene 'communicatiemix' om dez ebezuiniging op te vangen
13.7.3 Stopzetten functioneringsbudgetten
76
Omschrijving maatregel Intrekken van de functioneringsbudgetten per 2014 Toelichting Per 1-1-2014 vervallen de functioneringsbudgetten voor de wijkorganisaties. Op verschillende momenten wordt hier met de formele wijkorgansiaties over gesproken om te bezien wat dit betekent voor hun inzet. 13.8.1 Hervormingsagenda stedelijke ontwikkeling Omschrijving maatregel Veranderen van apparaatskosten aan de hand van vier denkrichtingen, namelijk rol, proces, tijd en ruimte. - Keuze in rolneming: 'wij doen dit, en vragen dit van onze partners' - Veranderingen in proces: 'we versoberen en vereenvoudigen' - Differentiatie in tijd: 'we doen iets later' - Differentiatie in ruimte: 'we concentreren ons op bepaalde gebieden' Toelichting De Hervormingsagenda van het Domein Stedelijke Ontwikkeling is op schema. De belangrijke discussies met de raad zijn in het voorjaar gepland. De gesprekken met externe partners zijn al gestart. De huidige taakstelling wordt nog steeds gehaald. 13.9.1 Verminderen van het aantal leidinggevenden Omschrijving maatregel Op basis van een recente benchmark is gebleken dat Zaanstad naar verhouding veel leidinggevenden heeft. Het aantal leidinggevend zal daarom worden teruggebracht. Toelichting Om deze ombuiging te realiseren is het noodzakelijk de 'span of control' of 'span of support' goed te analyseren. Daarbij zal rekening gehouden moeten worden met de visie op de organisatie, de hervormingsagenda en de aard en karakter van de werkvelden/takenpakketten. Tevens zal beoordeeld moeten worden in hoeverre deze taakstelling gerealiseerd kan worden naast de personele bezuinigingen binnen de domeinen. Bij de tweede voortgangsrapportage van 2013 komen we concreet terug op de verdere invulling van de bezuiniging welke vanaf 2013 in moet gaan.
Maatregelen met knelpunten Bijsturen 11.6.12 Optimaliseren en automatiseren van bestuurlijke besluitvorming Omschrijving maatregel Het verminderen van papieren stukken door middel van het werken met i-pads en het digitaliseren van de bestuurlijke besluitvorming vanaf de opsteller tot en met de B&W- en raadsvergadering. Bijsturing In 2012 is er onderzoek gedaan door een adviesbureau naar de bestuurlijke besluitvorming. Hieruit zijn een aantal aanbevelingen voortgekomen zijn door de directie zijn overgenomen. Er is inmiddels een start gemaakt met het project verbeteren bestuurlijke besluitvorming, waarin dit precies wordt uitgewerkt, zodat deze verbeteringen in 2012 ook doorgevoerd kunnen worden. 11.6.7 Maatregelen Baanstede Omschrijving maatregel Het verlagen van de gemeentelijke bijdrage aan gemeenschappelijke regeling door verlaging van de bedrijfsvoeringskosten bij Baanstede en waar mogelijk verhoging van de inkomsten uit opdrachten van de gemeente(n) Bijsturing
77
Bij de begroting 2013 is voorgesteld de bijdrage van Zaanstad te verhogen naar bijna (600). Ook is bij de begroting de bijdrage van Zaanstad naar (400) per jaar aangepast voor 2014-2016. Voor de jaren 2013-2016 geldt dat het Algemeen Bestuur van Baanstede aan de hand van de uitgangspunten de herstructurering aan het voorbereiden is. De tekorten zijn de laatste jaren hoog opgelopen en een forse kostenreductie blijft noodzakelijk. Dat kan alleen door de organisatie ingrijpend aan te passen. De gekozen toekomstrichting door het Algemeen Bestuur en de concept begroting 2013/meerjarenraming 2014-2016 van de Sociale Werkvoorziening Zaanstreek Waterland hangen nauw met elkaar samen. Als er niets gedaan wordt door het Algemeen Bestuur loopt het tekort van de Sociale Werkvoorziening in dat tijdsbestek op naar jaarlijks meer dan (6.000).
Maatregelen met knelpunten Niet (volledig) haalbaar 11.3.2.1 Eén cultuurbedrijf Omschrijving maatregel De culturele instellingen hebben begin 2010 stil gestaan bij wat ze op langere termijn zouden willen bereiken op het gebied van samenwerking. Ervaringen van anderen hebben duidelijk gemaakt dat het beter is praktisch te beginnen met zaken waarin alle culturele instellingen een toegevoegde waarde zien. In het tweede kwartaal 2010 is door de instellingen een onderzoek gestart naar gemeenschappelijke activiteiten, zoals financiële en personele administratie, ICT. Vanuit een hechtere samenwerking en ondersteuning kunnen de instellingen verder toewerken naar één Stichting Cultuur. Er ontstaat dan een bedrijf van ongeveer 125 fte en een omzet van een kleine (15.000). In de overhead levert dit besparingen op: minder directeuren, minder stafpersoneel, professionalisering van de bedrijfsvoering, enz. Dit betekent voor de gemeente dat er geen 5 subsidierelaties zijn, maar nog slechts één. Het gaat hier om: - FluXus - De Bieb - Zaantheater - De Fabriek - De Kade Knelpunten Het effect van het vormen van een cultuurbedrijf hangt sterk samen met het realiseren van het cultuurcluster. De realisatie, indien er een positief besluit wordt genomen over de nieuwbouw van het cultuurcluster, is op zijn vroegst in 2016. Dus vanaf 2017 zijn deze effecten haalbaar. Dat betekent dat de taakstelling niet eerder dan 2017 gerealiseerd kan worden. 11.4.2.6 Regionalisering meldkamer Omschrijving maatregel Kostenvoordeel als gevolg van inter-regionalisering van de meldkamer in 2014. Knelpunten De ombuiging op de regionalisering van de meldkamer die vanaf 2015 structureel is ingeboekt zal niet worden bereikt. Eind 2010 werd een intentieveklaring getekend voor een gezamenlijke meldkamer van de regio's Amsterdam-Amstelland en Zaanstreek-Waterland. De minister van Veiligheid en Justitie heeft echter het plan doorgezet om tot één landelijke meldkamerorganisatie te komen met maximaal 10 meldkamers. Gezien deze ontwikkeling is de besparing na 2015 niet meer realistisch. Het Rijk heeft de ontwikkeling en de kosten van de meldkamer overgenomen. De 10 meldkamers zijn gebaseerd op de nieuwe regionale politie eenheden en voor de eenheid Noord-Holland zal de meldkamer waarschijnlijk op Schiphol gehuisvest worden. Wat de financiele gevolgen zijn van deze ontwikkeling is niet bekend. De bijstelling van deze maatregel is verwerkt onder begrotingswijziging 747. 11.7.2 Effectiever en efficienter inkopen Omschrijving maatregel Deze maatregel betreft de gemeentebrede inkooptaakstelling Knelpunten Het merendeel van deze opgave wordt gerealiseerd. Echter kan de inkooptaakstelling niet volledig worden gerealiseerd als gevolg van krimpende inkoopvolumes en een krimpende organisatie. Derhalve is het voorstel om het deel dat niet kan worden opgebracht te verrekenen met een deel van de autonome prijsindexatie voor werkbudgetten.
78