Het Utrechts model KEURMERK OPLEIDINGSSCHOOL
xx
1
het Utrechts het Utrechts het Utrechts het Utrechts het Utrechts
model model model model model
Het Utrechts model
Het Utrechts model
Achtergrond: opleiden in de school
5
Onze visie op kwaliteitsborging
6
Het Utrechts model
Inhoud
Het Utrechts model is een samenwerkingsverband van scholen voor voortgezet onderwijs en beroepsvoorbereidende educatie met de lerarenopleidingen van de Hogeschool Utrecht. Binnen dit verband werken zij sinds 2001 aan samen opleiden, professionaliseren en
Wie kan het Keurmerk verwerven?
10
Voorwaarden vooraf
10
innoveren. Gemiddeld volgen jaarlijks 1700 voltijdstudenten binnen dit partnerschap een opleiding. In 2004 zijn acht scholen met de lerarenopleidingen van de Hogeschool Utrecht begonnen met een experimenteel Keurmerk
2
Op weg naar het Keurmerk in zes stappen 10
Opleidingsschool. Van 2006 tot heden is het model doorontwikkeld in de dieptepilot
Beoordelingscriteria
14
Academische opleidingsschool. Het Keurmerk werd één van de deelprojecten.
Beoordelen en beoordeeld worden
15
School als lerende organisatie
20
Kosten
21
Meer informatie
21
Feiten & cijfers
24
Deze brochure presenteert het eindproduct: het Keurmerk Opleidingsschool volgens het Utrechts model.
3
Het Utrechts model
Het Utrechts model
Achtergrond: opleiden in de school Het ministerie van OCW wil trajecten waarbij scholen een actieve rol spelen in de opleiding van aankomende leraren (Opleiden in de School) duurzaam stimuleren. Vanaf het voorjaar van 2009 bestaat er een landelijk Keurmerk Opleidingsschool om de kwaliteit van deze trajecten te borgen. Meer informatie hierover is te vinden op www.deopleidingsschool.nl. Met het keurmerk van het Utrechts model hebben we willen vooruitlopen op en meewerken aan de ontwikkeling van dit landelijke kwaliteitskeurmerk. Betekent de komst van het landelijke keurmerk dat we het
4
Utrechtse Keurmerk kunnen afschaffen? Juist niet, want het ministerie wil dat samenwerkingsverbanden binnen het landelijke keurmerk hun eigen interne kwaliteitsborging organiseren. En dat blijven we doen door middel van het Keurmerk Utrechts model.
5
Het Utrechts model
Het Utrechts model
‘De hele school profiteert ervan’ Karin Vogelaar, projectleider van de dieptepilot Academische opleidingsschool en vanaf het begin betrokken bij de ontwikkeling van het Keurmerk:
“Eigenlijk is de basis van het Keurmerk al gelegd in 2003, tijdens een conferentie met de scholen. ‘Hoe gaan we de kwaliteit van opleiden in de school borgen?’ Over die vraag ging het. De Domtoren zat vol met mensen uit de scholen. Zij zeiden: ‘Een keurmerk vinden we prima, áls het maar een stimulerend instrument wordt. Aan afvinklijstjes hebben we geen behoefte.’ Het ontwikkelingsgerichte zat er dus meteen al in. Vervolgens zijn we met de ideeën uit die conferentie verdergegaan. Niet als lerarenopleiding op eigen houtje, maar opnieuw samen met de scholen. Dat collegiale is ook een kenmerk geworden. Aanvankelijk was het echt zoeken met zijn allen. Schooldirecties waren
6
afwachtend, ze wilden het eerst wel eens zien. Logisch, een keurmerk was
7
iets heel nieuws. Álles was nog nieuw: het idee dat studenten niet alleen lesjes draaien maar ook bijdragen aan innovatie, het idee dat het werken met studenten onderdeel kan zijn van het schoolbeleid… Het moest allemaal nog groeien. In 2007 zei het ministerie: ‘Als wij opleiden in de school financieren, willen we dat daar een kwaliteitskeurmerk tegenover staat.’ Daardoor raakte het denken over kwaliteitsborging van opleiden in de school in een stroomversnelling. Andere scholen en pilots klopten bij ons aan: hoe doen jullie dat? Vanaf dat moment ging het heel hard. Dat werd nog versterkt doordat wij als hogeschool het keurmerk als voorwaarde zijn gaan stellen bij de selectie van stagescholen voor voltijdstudenten. Er ligt nu een duidelijk verhaal: dít is het Keurmerk en zo doen we het. Bij de scholen is het afwachtende er helemaal af. Als je de schoolopleiders van het eerste uur nu aan het werk ziet, valt je mond open, zo goed en professioneel doen ze het. Ze hebben dan ook een hele weg afgelegd. Met een helikopterblik naar opleiden gaan kijken, dat heb je niet meteen in de vingers. Maar het is de investering dubbel en dwars waard. Je leert zo ontzettend veel door op andere scholen te kijken! Niet alleen de studenten en de schoolopleiders zelf, maar de hele school profiteert daarvan.”
‘Je leert zo ontzettend veel door op andere scholen te kijken’
Het Utrechts model
Het Utrechts model
‘Voor mij is het behalen van het Keurmerk een bevestiging dat we op de goede weg zijn’ Mariet van de Ven, locatiedirecteur op het Kandinsky College in Nijmegen:
“Het Keurmerk betekent voor de school een toegevoegde waarde. Enerzijds omdat we, door de Keurmerkprocedure te ondergaan, kritisch en systematisch onze manier van werken en opleiden tegen het licht hebben gehouden. Daarbij zijn we dingen tegengekomen die we in de komende jaren in een verbetercyclus willen gaan aanpakken. Anderzijds zegt het feit dat je een ‘goedgekeurde’ school bent iets over de kwaliteit van de school als opleidingsschool en dus over wat een aankomend leerkracht kan verwachten wanneer hij of zij zich meldt als nieuwe collega
8
of als collega in opleiding. Voor mij als schoolleider is het behalen van het
9
Keurmerk een bevestiging dat we op de goede weg zijn. Tegelijkertijd geeft het ook houvast als het gaat om de richting waarin we ontwikkelingen nog kunnen bijsturen. Ik zie het Keurmerk dan ook niet als een vaststaand gegeven, maar veel meer als een momentopname die een goed beeld geeft van de processen die in de school plaatsvinden. Veel elementen daaruit zijn waardevol en moeten we borgen, andere punten leren ons dat we zeker nog verbeteringen kunnen aanbrengen. Eigenlijk zijn we als school een behoorlijke tijd zoekend geweest naar de wijze waarop de opleiding van cio’s’ (collega’s in opleiding, red.) ‘binnen onze school het beste gestalte kan krijgen. Terugkijkend op de afgelopen jaren constateren we dat de opleidingsschool steeds meer iets van de hele school is geworden. Een aandachtspunt is wat mij betreft: onderzoeken hoe we cio’s op nog meer terreinen bij de school en alle ontwikkelingen die er plaatsvinden, kunnen betrekken. Dat is ook nodig om steeds meer een echte leergemeenschap te worden. Ik heb er alle vertrouwen in dat ons dat gaat lukken. “
‘Het Keurmerk houdt je scherp’
Het Utrechts model
Op weg naar het Keurmerk in zes stappen
Binnen ons samenwerkingsverband is de kwaliteitsborging collegiaal en
Het Keurmerktraject bestaat uit de volgende fases:
ontwikkelings-gericht georganiseerd. Bovendien wordt niet alleen het
1. Oriëntatiegesprek. Een delegatie van de Keurmerkcommissie komt op
opleiden van studenten onder de loep genomen, de hele school wordt als
school langs om informatie te geven over de Keurmerkprocedure en te
lerende organisatie de maat genomen.
verkennen wat de ambities van de school zijn en of aan de basisvoor-
Dit geldt niet alleen voor opleidingsscholen, maar ook voor de lerarenopleiding. Dit vinden wij speerpunten van ons Utrechtse keurmerk.
Wie kan het Keurmerk verwerven? Het Keurmerk Utrechts model is bedoeld voor organisaties die opleiden volgens het Utrechts model. Dit kunnen scholen zijn die de samenwer-
10
kingsovereenkomst getekend hebben, maar ook organisaties uit andere
waarden is voldaan. 2. Zelfonderzoek binnen de eigen organisatie. De schoolopleider verzamelt aan de hand van de Keurmerkcriteria informatie binnen de school. 3. Portfolio. De schoolopleider stelt volgens de handleiding van het Utrechts model hieruit een portfolio samen en levert dit uiterlijk twee weken voor de audit in bij de Keurmerkcommissie. 4. Audit. De Keurmerkcommissie komt een dagdeel op school. Eerst
regio’s die wel volgens de uitgangspunten van het model werken en dat
geeft de school een toelichting op het portfolio, vervolgens intervie-
aan de buitenwereld willen laten zien.
wen leden van de Keurmerkcommissie diverse betrokkenen volgens
Voorwaarden vooraf Als partners van het Utrechts model verwachten we vier zaken van elke organisatie die ons Keurmerk wil gaan behalen: 1. De school leidt een substantieel aantal studenten mee op. 2. Studenten hebben een begeleider die gefaciliteerd wordt in tijd of werkkracht van de student.
vaste criteria. Aan het eind van de audit geeft de commissie een eerste indruk van haar bevindingen. 5. Rapportage en keurmerkverlening. De Keurmerkcommissie schrijft haar rapportage. Is het advies positief, dan ontvangt de school het Keurmerk. 6. Verlengingscyclus. Na twee jaar (bij de eerste verlenging) of na drie jaar (de daarop volgende verlengingen) levert de school een bijge-
3. Er is een schoolopleider aangesteld en gefaciliteerd.
stelde versie van het portfolio in en volgt een verlengingsaudit. Uit het
4. De schoolopleider en de directie hebben een gedeelde visie op
portfolio moet blijken wat de school heeft gedaan met de bevindingen
opleiden in de school. Deze vier voorwaarden vormen het startpunt voor elk Keurmerktraject. Als deze basis op orde is, kan een school de volgende stappen op weg naar het Keurmerk gaan zetten.
Het Utrechts model
Onze visie op kwaliteitsborging
uit de voorgaande audit(s).
11
Het Utrechts model
Het Utrechts model
‘Als alles op een rijtje staat, zie je meteen waar de verbeterpunten zitten’ Ineke de Kraa, schoolopleider Flora College in Naaldwijk, verantwoordelijk voor de samenstelling van het portfolio op haar school:
“Binnenkort is het weer onze beurt. Twee jaar geleden kregen wij het Keurmerk uitgereikt en dus wordt het tijd voor verlenging. Dit betekent voor mij dat ik het portfolio ga bijwerken dat ik twee jaar geleden heb samengesteld. Dat was toen veel werk, maar het heeft ook veel opgeleverd. Een portfolio is onmisbaar: je krijgt heel helder waar de school aan werkt, hoe de organisatie in elkaar steekt, hoe de innovaties verlopen, hoe in alle teams wordt gewerkt. Als alles op een rijtje staat, zie je meteen waar de verbeterpunten zitten. Natuurlijk krijg je altijd wel informatie van de directie en uit de teams, maar een compleet overzicht geeft dat niet. Daarvoor moet je systematisch onderzoek doen.
12
Het aantrekkelijke vind ik dat dit veel breder gaat dan het opleiden van
13
studenten. Het Keurmerk is er natuurlijk om de kwaliteit van het opleiden in de school te verbeteren, maar het onderzoek strekt zich ook uit tot het zittende personeel. Dat vind ik logisch: het kan niet dat je alleen werkt aan het opleiden van studenten en de professionalisering van zittende docenten buiten beeld laat. De eerste keer was het samenstellen van het portfolio een hele klus. Sowieso staat er 40 uur voor, maar destijds was de procedure nog niet uitgekristalliseerd en viel er veel uit te zoeken. Nu ligt het gebruik van de Schoolscan van SBL bijvoorbeeld vast, toen konden we zelf uit een aantal mogelijkheden kiezen en dan moet je je toch eerst oriënteren. Ik heb de Schoolscan gebruikt, maar liep tegen hindernissen aan. Zoals de scan toen was, veronderstelde hij te veel beleidskennis bij nieuwe collega’s – wij zijn een groeischool – en studenten. Een deel van hen kon de scan niet invullen en daarom heb ik zelf een vragenlijst gemaakt en afgenomen. Om zeker te zijn, vraag ik de mensen ditmaal misschien eerst wat beleidsstukken te lezen. Dat hebben ze er graag voor over. Het samenstellen van een portfolio voelt een beetje als het maken van een profielwerkstuk. Je doet er als het ware examen mee. Met het Keurmerk laat je zien dat je kwaliteit in huis hebt. Ik vind dat goed, je mag je als school best van andere onderscheiden.”
‘Een portfolio is veel werk, maar levert ook veel op’
Het Utrechts model
Het Utrechts model
Beoordelingscriteria
6. Waardering en evaluatie. Hoe beleven docenten hun werk? Wordt de
Alle scholen die aan de vier basisvoorwaarden voldoen, kunnen het traject
samenwerking tussen opleidingsinstituut en school geëvalueerd? Werkt
instappen. Zodra de organisatie de stappen één tot en met vijf doorlopen
de school planmatig aan verbeteringen?
heeft, verlenen we het keurmerk. Op basis van de uitgangssituatie van de school spreken we een termijn af waarin dat haalbaar is.
Beoordelen en beoordeeld worden Ons Keurmerk is collegiaal opgezet. Schoolopleiders die het Keurmerk
Maar het verlenen van het Keurmerk is niet het eindpunt. Onze manier
hebben behaald, vormen samen met opleiders van de lerarenopleiding de
van beoordelen is namelijk ontwikkelingsgericht. De beoordelingscriteria
Keurmerkcommissie die de audits uitvoert. Op die manier stimuleren we
vormen geen afvinklijst; de commissie deelt ook geen (on)voldoendes uit.
het uitwisselen van praktijkervaringen binnen het Utrechts model.
Het auditrapport van de eerste keer dat het Keurmerk wordt verleend,
14
kan beter worden gezien als een nulmeting voor de school. Na twee jaar
Ook vinden we het vanzelfsprekend dat niet alleen de scholen zich de maat
is het Keurmerk namelijk aan verlenging toe. In deze verlengingsproce-
laten nemen. De lerarenopleiding komt eveneens aan de beurt en krijgt
dure krijgen we terug op de vorige audit en op de acties die de school
volgens vrijwel dezelfde procedure bezoek van de Keurmerkcommissie.
daarna heeft ondernomen. We hanteren bij alle audits een set beoordelingscriteria die is onderverdeeld in zes categorieën: 1. Algemene aspecten. In deze categorie gaat het om taken en uren voor begeleiders, studentenaantallen, et cetera. 2. De lerende medewerker. De criteria binnen deze categorie besteden aandacht aan het handelen van studenten en docenten, een lerende houding. 3. Leermogelijkheden op de werkplek. Sturing van leren en het leerklimaat binnen het team. Bijvoorbeeld: vragen studenten/docenten feedback aan elkaar? 4. Praktijken op meso-niveau. Zijn de randvoorwaarden van het leren beschreven, zijn er competentieprofielen; wordt het leren planmatig aangepakt; delen opleidingsinstituut en school de verantwoordelijkheid en beschrijven ze wie wat doet? 5. Leren op de werkplek in het schoolbeleid. In deze categorie staat het beleid van de school centraal. Is er een scholingsplan? Wat staat daarin over het leren van docenten en studenten?
15
Het Utrechts model
Het Utrechts model
‘Een mengeling van spanning en trots’ Jan van den Berge, docent Heerenlanden College Leerdam, hogeschoolmedewerker en lid van de kerngroep van de Keurmerkcommissie:
“Bekeken worden is altijd spannend. Ik ken het uit eigen ervaring en ik herken het bij de mensen bij wie ik op audit kom. Een mengeling van spanning en trots. Oók trots, want door de voorbereiding van een audit krijg je de zaken voor jezelf weer eens goed op een rijtje. ‘Dat doen we, dát en dát…’ Het lijkt bijna of het op dat moment pas echt wordt. In die zin geeft een audit dikwijls bevestiging. Het scheelt dat onze manier van werken collegiaal is. Bij het eerste kennismakingsgesprek heeft een school soms nog het gevoel dat de inspectie langskomt, terwijl wij in wezen gewoon collega’s zijn die inzicht willen krijgen in wat er elders gebeurt. Het is wel waar dat we dat zakelijker
16
doen dan voorheen. Er ligt een handleiding, de criteria zijn duidelijk. Ook
17
daar zit nu eenmaal een element van kwaliteitsbewaking in. Op elke school die het Keurmerk wil verwerven, leggen we eerst een oriëntatiebezoek af. Soms gaan we een maand of twee voor de eerste audit nogmaals langs, of scholen sturen materiaal naar ons op, dat wisselt. Twee weken voor de audit leveren ze hun definitieve portfolio in. Vervolgens komt de Keurmerkcommissie een dagdeel op school. Idealiter zijn alle groepen dan vertegenwoordigd: de studenten, de zij-instromers, de begeleiders, de docenten, de directie… Een van onze criteria is namelijk de verankering in het integraal personeelsbeleid. Ook zittende docenten moeten van een lerende cultuur kunnen profiteren! Na de presentatie volgen interviews aan de hand van onze criteria. Om kwalitatief goede informatie te krijgen, praten we zoveel mogelijk apart met de studenten, de directie en de begeleiders. Vooral studenten hebben anders de neiging uit pure solidariteit met de school op alles ja en amen te knikken. Na afloop komen we weer bij elkaar en volgt een plenaire afsluiting. Het leuke van audits is dat elke ervaring zo compleet anders is. Scholen verschillen in de dingen waarop ze trots zijn. Daarom is dat ook zo’n mooie beginvraag: wat vinden jullie goed van jezelf? Laat de school zich eerst maar neerzetten in haar kracht, de kritische vragen komen echt later wel. Het eigene van een school ontdekken, dat is het mooiste van een audit.”
‘Het eigene van een school ontdekken, dat is het mooiste’
Het Utrechts model
Het Utrechts model
‘Ook voor een lerarenopleiding is het goed, bewust bezig te zijn met kwaliteit’ Jacob de Ruiter, schoolopleider Scala College, Alphen a/d Rijn en auditor:
“Leraren afleveren die het goed doen op school, dat is de ambitie van elke lerarenopleiding. Maar lukt dat ook? Niemand die dat beter kan beoordelen dan de scholen waar ze gaan werken. Daarom vind ik het heel goed dat de Hogeschool Utrecht ook zelf de Keurmerkprocedure volgt: portfolio maken, Keurmerkcommissie ontvangen, presentatie geven, bevraagd worden… De laatste keer was ik een van de auditoren. Het viel me mee hoe bruikbaar de procedure voor de lerarenopleiding was. Natuurlijk moet je goed kijken wat je wilt beoordelen: niet het hele curriculum, maar vooral het stukje begeleiding vanuit de hogeschool dat binnen scholen voor voortgezet
18
onderwijs plaatsvindt. Je moet ook kijken of alle criteria wel van toepassing
19
zijn. Sommige dingen zijn ook specifiek voor de lerarenopleiding. Studenten hebben bijvoorbeeld vanuit de hogeschool naast een interne mentor (de studieloopbaanbegeleider) een begeleider op de werkplek, die bij problemen verantwoordelijk is en die het papierwerk regelt. Die ‘instituutsbegeleider’ is degene die wij vanuit de scholen het meest zien. Of het contact tussen de hogeschool en een opleidingsschool soepel loopt, hangt sterk af van de relatie die zo’n IB’er met de school onderhoudt. Dat is dus iets om extra op te letten. Maar meer dan kleine aanpassingen zijn het niet. Zelf vond ik het best spannend. Ineens zit je als auditor tegenover de directeur educatie, de opleidingsverantwoordelijken, de instituutsbegeleiders en natuurlijk een delegatie studenten. En dan ben jij degene die de kritische vragen stelt! Maar met een aantal audits op scholen achter de rug, zit je ook hier weer snel in je rol. En het is simpel: ook voor een lerarenopleiding is het goed om van tijd tot tijd bewust bezig te zijn met kwaliteit. Dat houdt je scherp. Als auditoren vroegen wij ons bijvoorbeeld af waarom er nog niet overal docentenuitwisselingen plaatsvinden tussen de lerarenopleiding en de opleidingsscholen. Dat bleek wel te gebeuren bij IDEE, maar nog niet bij SOS en Samen Opleiden (drie vormen van opleiden in de school, red.). Waarom niet ook daar? Dat was een nieuw inzicht. Zo neemt iedereen van een audit altijd iets mee.”
‘Ineens zit je tegenover de directeur educatie en ben jij degene die de kritische vragen stelt’
Het Utrechts model
Meer informatie
Bij het Utrechtse Keurmerk gaat het niet alleen om opleiden van
Wilt u meer weten over het Utrechtse Keurmerk of wilt u een
studenten. Uit het Keurmerktraject komt een beeld naar voren van de
Keurmerkprocedure beginnen?
Het Utrechts model
School als lerende organisatie hele school als lerende organisatie. Binnen dit beeld zijn drie typen
20
scholen te zien.
Keurmerk Opleidingsschool
• Activiteitgeoriënteerd
Dieptepilot Utrechts Model
De school als leverancier van relevante leerwerkervaringen, profes-
Instituut Archimedes
sionalisering is ad hoc, professionals zijn autonoom. Kort gezegd: de
Hogeschool Utrecht
klassieke stageschool met één stagiair bij één docent (schooltype I).
Postbus 14007
• Procesgeoriënteerd
3508 SB Utrecht
De school als coach van persoonlijke ontwikkelingsprocessen, er is
[email protected]
beleidsmatige aandacht voor professionalisering, maar er is een zwakke link tussen professionalisering en schoolontwikkeling (schooltype II). • Systeemgeoriënteerd De school als regisseur van professionele ontwikkelingsprocessen, er is een sterke link tussen professionalisering en schoolontwikkeling (schooltype III). Keurmerkscholen maken beleid en afspraken rond het opleiden in de school. Een school die aan de basisvoorwaarden voor het Keurmerk voldoet (zie: Voorwaarden vooraf) zal logischerwijs minimaal schooltype II en mogelijk schooltype III zijn.
Kosten Met welke investeringen moet uw school rekening houden als u het Keurmerk wilt verwerven? De tijdsinvestering van de schoolopleider (voorbereiden, zelfonderzoek, portfolio, audit) bedraagt ongeveer 60 uur. Daarnaast draagt u bij in de kosten van de uren van de auditoren. Deze bijdrage is € 3600,- voor scholen binnen het Utrechts model en € 4500,voor overige scholen die het Keurmerk willen verwerven. Heeft uw school eenmaal het Keurmerk verworven, dan gaat ook u auditoren leveren en ontvangt u een vergoeding voor de uren die zij maken.
21
Het Utrechts model
Vrij nieuw is nog dat we aan het eind van de audit onszelf als keurmerkcommissie een paar minuten terugtrekken en dan een eerste indruk formuleren. Scholen vinden dat heel prettig. Al met al is het wat zakelijker geworden, en dat is goed. Niet alleen om-
Arien Bekker, voorzitter van de Keurmerkcommissie
dat de overheid dat vraagt – al is dat belangrijk – maar ook omdat je met wat minder gezelligheid nu eenmaal verder komt.”
Het Utrechts model
‘Het is wat zakelijker geworden’
“Ontwikkelingsgericht en collegiaal zijn woorden die al vanaf het begin bij onze manier van werken passen. Collegiaal in de zin van: scholen kijken bij elkaar hoe ver ze zijn met opleiden in de school en onderzoeken óók of de lerarenopleiding aan de criteria voldoet. Ontwikkelingsgericht, omdat alle adviezen in het teken staan van verbetering. Natuurlijk is er een ondergrens: aan een aantal basisnoties moet zijn voldaan. De functie van de schoolopleider moet bijvoorbeeld verankerd zijn in de school en er moeten genoeg medewerkers in opleiding zijn. Maar ook als dat allemaal in orde is, zit er nog een groot gebied tussen voldoende en uitstekend. Dat is ontwikkelingsruimte. Scholen die voldoende scoren, krijgen aan-
22
bevelingen mee waarmee ze aan de slag kunnen en moeten. Want bij de
23
volgende audit moeten ze wel iets kunnen laten zien. In onze eigen kwaliteit is sinds de start wel het een en ander verbeterd. De verslagen zijn professioneler geworden. Een school kan nu bijvoorbeeld altijd zien waar onze aanbevelingen uit voortkomen. Onze adviezen zijn gerichter. In het begin was een auditgesprek meer een uitwisseling van ideeën, nu is het een interview en voeren we de geanimeerde gesprekken op een ander moment. De procedure is transparanter sinds we een standaardprogramma voor de audits hebben. We omschrijven wie we daar verwachten: een audit zonder directie kan eigenlijk niet meer. En als het portfolio twee weken van tevoren niet binnen is, verplaatsen we de audit naar een later tijdstip. We willen ons goed kunnen voorbereiden. Ook hebben we de criteria aangescherpt. Als een school van zichzelf zegt dat zij een bepaald profiel heeft – een vernieuwingsschool is, of een academische opleidingsschool – dan kijken we wat strenger of de school dat waarmaakt. Zo niet, dan schrijven we daar een aanbeveling over. Wat verder nog…? Er zijn strakkere richtlijnen voor de opbouw van het portfolio. Dat scheelt ons als keurmerkcommissie veel zoekwerk, maar het vergroot ook de vergelijkbaarheid. Wat de beste vorm voor zoiets is, moet je al doende ontdekken. In het begin maakte iedere school een portfolio op haar eigen manier en zo leer je wat het best werkt.
‘Alle adviezen staan in het teken van verbetering’
KEURMERK OPLEIDINGSSCHOOL
Feiten & cijfers Deelnemers aan het traject Keurmerk Opleidingsschool volgens het Utrechts model: • In de eerste pilot: 8 scholen • In de dieptepilot Academische opleidingsschool: 11 scholen, waarvan 6 nieuw en 5 verlenging • Andere scholen: 8 scholen voor voortgezet onderwijs en 1 roc • 2008-2009: 17 scholen voor voortgezet onderwijs en 3 roc’s • In voorbereiding na 1 september 2009: 121 scholen Deelnemende scholen dieptepilot Academische opleidingsschool • Christelijke Scholengemeenschap Veenendaal • Delta Collega Utrecht • Flora College Naaldwijk • Heerenlanden College Leerdam • Hogeschool Utrecht • Kandinsky College Nijmegen • Meerstroom College Utrecht • Minkema College Woerden • Scala College Alphen a/d Rijn
het Utrechts het Utrechts het Utrechts het Utrechts het Utrechts • Vader Rijn College Utrecht • Via Nova College Utrecht • Universiteit Utrecht • Unic Utrecht
model model model model model
Tot nu toe verschenen in de brochurereeks Het Utrechts Model: Het Keurmerk Opleidingsschool
Kosten en baten van opleiden in de school
Kijk voor actuele informatie op www.samenopleiden.nl