lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
Bilthoven aan Zee mei/juni 2015
naam: ......................................................................................... klas:........................................ groep: ....................................... (geef op de kaart je groep aan)
1
lesbrief AkBvBi
klas 3
2014-2015
leerjaar 2013/2014
Het Heidepark Inleiding
Het Heidepark ligt in de directe omgeving van de school, maar hoe ziet dat er eigenlijk uit. Hoe was het en hoe gaat het worden?
De Biltse Duinen liggen ook in de gemeente, dit is een bijzonder stukje natuur, hoe ziet dit gebied er uit en hoe zijn de Biltse Duinen ontstaan en wat brengt Bilthoven aan zee voor dit stukje natuur. Hoe ziet het landschap eruit in het Geuldal, hoe is dit gebied ontstaan en wat gebeurt in het Geuldal als het Bilthoven aan zee scenario werkelijkheid wordt, in Zuid-Limburg?
Deze vragen zijn aanleiding voor de secties Aardrijkskunde, Biologie en Beeldende vorming om jullie wat preciezer naar onze schoolomgeving en elders in Nederland te laten kijken. Er worden verschillende aspecten onder de loep genomen. Daarnaast wordt op 3 en 4 juni een rondwandeling gemaakt in het
Geuldal in Zuid- Limburg. De opdrachten van deze wandeling moeten verwerkt worden in het werkstuk. Elke klas gaat een totaalbeeld maken van het Heidepark, Biltse Duinen en het Geuldal. Het wordt een gezamenlijk project van de klas. In deze lesbrief staan de vakspecifieke opdrachten. Het project wordt gestart met een wandeling in de Biltse Duinen, met opdrachten. Daarnaast worden ook opdrachten verwerkt, die gemaakt zijn naar aanleiding van je wandeling in Vijlen, Zuid-Limburg. In groepen van 4 à 5 leerlingen worden de opdrachten uitgevoerd. Elke groep voert zijn opdrachten uit
op één van de aangegeven locaties. In kleine klassen worden niet alle plekken onderzocht. De opdrachten worden per groep verwerkt in een werkstuk. Een van de groepen in elke klas, heeft geen eigen plek in het Heidepark, dit is de zgn presentatie groep, deze groep is verantwoordelijk voor de presentatie. Deze groep maakt wel de opdrachten van de wandeling in de Biltse Duinen en het Geuldal . Voor AK zijn dit opdracht 1,4,5,6,910,11. De presentatie groep van elke klas krijgt een apart onderdeel om te presenteren, dit kan zijn het ontstaan van de gebieden, voor het vak AK de geologische geschiedenis van deze gebieden, en de bijbehorende effecten voor de natuur, of de huidige situatie, waarbij voor het vak AK vooral gekeken wordt naar de planologische situatie en voor biologie naar de consequenties voor de natuur. Als laatste de toekomst, wat gebeurd er met de gebieden als de Bilthoven aan zee scenario werkelijkheid wordt. BV zal met name kijken naar het gebruikte beeld materiaal en de vormgeving van het geheel.
2
lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
Uit elke groep is een leerling verantwoordelijk voor het feit dat het werkstuk van de klas een eenheid wordt. Verleden, heden en toekomst, met linken naar de Biltse Duinen en het gebied in Zuid-Limburg.
Het werken in groepen maakt dat je moet samen werken. Maak goede afspraken, een goed planning en stimuleer elkaar om er iets moois van te maken. Ter ondersteuning zal het vak Beeldend Vormen zich extra bezighouden met de vormgeving en layout van het werkstuk. Cijfers Het werkstuk leveren voor de klas een cijfer op. Dit cijfer maakt bij de 3 betrokken secties deel uit van het groepscijfer. Elke groep krijgt bij AK en BI, een vak specifiek cijfer. Bij BV worden individuele tekeningen ingeleverd en beoordeeld. In een logboek wordt per week bijgehouden wie, wanneer, wat doet. Hiermee kunnen wij, docenten, afwijkende cijfers geven aan groepsleden, als daar aanleiding toe is. Uiteraard moet tijdig overleg zijn met de begeleidende docenten, zodat bijsturen mogelijk is. Het zo verkregen cijfer telt mee bij dit vak als werkstuk. Namens de secties AK, BV en BI veel plezier bij het maken. PS: Op de vakuren, BV, AK en BI, in het rooster, die in het Heidepark wordt doorgebracht, wordt je ook geacht op de juiste werkplek te zijn. Aan het begin van het blokuur meld je je bij de docent. Ook aan het einde van het blokuur meld je je weer bij de docent. Indien blokuren van het ene vak doorlopen naar het andere vak kun je afspraken maken met de docenten om door te werken. Indien er naast heidepark ook op school wordt ge- werkt, ga je altijd met minimaal 2 personen naar het park. Bovendien weet de vakdocent of er naast het park ook elders, op school, wordt gewerkt. Je mag tussendoor niet thuis werken of iets halen. Als je in heidepark bent heeft minimaal 1 persoon een telefoon. In geval van problemen kun je de mobile telefoon van school bellen (0639017154). Indien die niet beantwoord wordt, bel dan de conciërge, 030-2283060. Het spreekt tevens voor zich dat wij tijdens dit onderzoek de planten en omgeving respecteren.
Dus: Houd de omgeving schoon! Opdrachten Biologie
Opracht 1 Vergelijking Vijlen en Heidepark A: Geef drie opvallende verschillen tussen de vegetatie in Vijlen en het Heidepark. Laat bij ieder verschil dat je noemt van beide gebieden een kenmerkende foto zien. B: Licht toe hoe deze verschillen in vegetatie worden veroorzaakt. Benoem hierbij relevante abiotische en biotische factoren. Opdracht 2 Deze opdracht hoort bij de wandelingen in de Biltse Duinen en Vijlen. IIn het Heidepark, de Biltse Duinen en Vijlen komen korstmossen voor. A. Leg uit wat korstmossen zijn. Maak foto’s van een paar voorbeelden van korstmossen in de verschillende onderzoeksgebieden. B. Maak een inschatting van de hoeveelheid korstmossen in de drie onderzoeksgebieden. Dit kan niet heel nauwkeurig, maar geef wel aan in welk van de gebieden korstmossen het meest voorkomen en waar het minst. Leg uit hoe je tot deze indeling bent gekomen. C. Geef twee suggesties hoe je het maken van deze schatting op een meer wetenschappelijke manier zou kunnen aanpakken. D. Welke biotische en/of abiotische factoren kunnen verklaren waarom korstmossen in deze drie ge bieden in verschillende hoeveelheden voorkomen? Licht je antwoord per onderzoeksgebied toe en verwijs naar gebruikte literatuur.
3
lesbrief AkBvBi
klas 3
2014-2015
Opdracht 3 Factoren Heidepark Er zijn verschillende factoren van invloed op jullie werkplek in het Heidepark. A. Noem 3 abiotische factoren die hier van invloed zijn. B. Noem 3 biotische factoren die hier van invloed zijn. C. Leg bij elke factor uit hoe deze het uiterlijk van jullie werkplek in het Heidepark beïnvloeden. Verwijs hierbij eventueel naar de gebruikte bronnen. . Opracht 4 Vegetatieopname Heidepark De vijf werkplekken in het Heidepark hebben allemaal een andere vegetatie (begroeiing): denk aan kaal zand, heidegrond, grasveld, struiken en bos. Voor AK heb je een overzicht gemaakt van je gebied van 50 bij 50 m. Kies in dit gebied 2 verschillende plekken met een verschillende vegetatie en breng voor beide plekken in kaart hoe de vegetatie er hier uit ziet. Geef deze plekken aan op je plattegrond. De grootte van de plek die je moest onderzoeken is afhankelijk van het type vegetatie: voor een onderzoek naar heidegrond, grasveld en kruidlagen in bossen is een gebied van 1 m2 (dus 1 bij 1 meter) voldoende. Als je een opname doet voor een stuk bos moet je een gebied van 100 m2 (dus 10 bij 10 meter) onderzoeken. Zet het proefvlak op de gekozen plek uit en breng in kaart welke planten er binnen het proefvlak groeien. Per plantensoort moet je een aantal dingen opschrijven: A. De naam van de plantensoort. Hiervoor kun je een flora, zoekkaart of plantengids gebruiken. Deze kun je onder andere vinden in de mediatheek. Helaas kun je deze niet meenemen naar het Heidepark. Verzamel dus bladeren of maak (duidelijke!) foto’s, zodat je de naam van de planten later op kunt zoeken. Belangrijk bij het herkennen van plantensoorten zijn: de vorm van de bladeren, bladrand, manier waarop de nerven over het blad lopen, vorm van de stengel en/of kleur van de bloemen. B. Maak voor iedere plantensoort een inschatting van de bedekkingsgraad van de betreffende plant in je proefvlak. De bedekkingsgraad is het percentage van het proefvlak dat bedekt wordt door deze plantensoort, als je er van boven opkijkt. Voor die bedekkingsgraad heeft men de volgende schaal afgesproken; - 5 bedekkingsgraad > 75% - 4 bedekkingsgraad 50-75% - 3 bedekkingsgraad 25-50% - 2 bedekkingsgraad 5-25% - 1 bedekkingsgraad < 5% - + slechts enkele exemplaren van de soort aanwezig. Geef bij iedere gevonden plantensoort dus aan hoe groot de bedekkingsgraad is, door een getal van 1 t/m 5 of + te noteren. C. Geef van de betrokken planten nog enige extra informatie, waarbij je in ieder geval in gaat op de abiotische factoren die van invloed zijn. Geef steeds aan welke literatuur je gebruikt hebt. Je kunt hierbij gebruik maken van de volgende deelvragen: - Kun je aan de hand van de bodem verklaren waarom juist deze planten voorkomen? Of juist andersom: kun je aan de hand van de planten iets zeggen over de samenstelling van de bodem (denk aan zuurtegraad, zoutgehalte, kalkgehalte, vochtigheid, textuur)? - Wat kun je zeggen over de hoeveelheid licht die de gevonden planten waarschijnlijk nodig hebben?
4
lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
NB: Enige jaren geleden hebben bovenbouw leerlingen de grassen van het Heidepark in kaart gebracht, zij kwamen tot 90 verschillende soorten! Het noemen van ‘gras’ als plantensoort is hier dus niet voldoende! Opdracht 5 Fauna Heidepark. In het Heidepark komen ook dieren voor. In deze opdracht ga je onderzoek doen naar kleine diertjes die op de bodem voorkomen. Denk hierbij aan diertjes zoals mieren, lieveheersbeestjes, rupsen en regenwormen. Kies een gebied van ongeveer 1m2 in jullie werkplek waar je denkt veel bodemdiertjes te kunnen vinden. A. Beschrijf welke plek je hebt gekozen voor dit onderzoek. Waarom denk je dat hier veel bodemdiertjes voorkomen? Zoek binnen het gebied van 1m2 zoveel mogelijk bodemdiertjes op. Om ze goed te kunnen bekijken kun je de diertjes het best bekijken op een witte achtergrond: vouw bijvoorbeeld een bakje van wit papier. B. Noteer hoe de bodemdiertjes die je hebt gevonden heten. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld zoekkaarten of een gids. Maak foto’s van de gevonden diertjes. C. Geef bij iedere gevonden diersoort aan hoeveel exemplaren je hebt gevonden. D. Leg uit of het aantal gevonden diertjes een goede afspiegeling is van alle bodemdiertjes in het onderzoeksgebied. Wat heeft eventueel een negatieve invloed gehad op het maken van een goede afspiegeling?
5
lesbrief AkBvBi
klas 3
2014-2015
Opdracht 6 Kies voor deze opdracht één van de planten en één van de diertjes die je hebt gevonden in jullie stukje Heidepark. Maak vervolgens onderstaande opdracht waarbij je beide organismen tekent en extra informatie opzoekt. Zorg voor een duidelijke bronvermelding. Zoek voor voldoende informatie ook in Engelstalige bronnen of gebruik de Latijnse naam van het organisme. Als je niet alle informatie kunt vinden, bedenk dan zelf hoe je de vragen logisch kunt beantwoorden. De Plant A. Maak een foto én een duidelijke schematische tekening van de plant (denk aan de tekenregels!) B. Benoem in de tekening zoveel mogelijk onderdelen van de plant. C. Zoek informatie op over de plant en vat deze samen. Denk bijvoorbeeld aan: - De voortplanting van de plant. - Het verspreidingsgebied van de plant. - De bloeiwijze van de plant. - Biotische en abiotische factoren die belangrijk zijn voor het overleven - Bijzondere / extra informatie over de plant (bv is de plant eetbaar of bevat deze geneeskrachtige werking? Door welke dieren wordt de plant gegeten?) Het diertje A. Maak een foto én een duidelijke schematische tekening van het diertje (denk aan de tekenregels!) B. Benoem in de tekening zoveel mogelijk onderdelen van het diertje. C. Zoek informatie op over het diertje en vat deze samen. Denk bijvoorbeeld aan: - De leefwijze van het diertje - Het gedrag van het diertje - De voortplanting van het diertje - Het verspreidingsgebied van het diertje - Biotische en abiotische factoren die belangrijk zijn voor het overleven - Bijzondere / extra informatie over het diertje (bv welke plaats heeft het diertje in een voedselweb?) Opdracht 7 Toekomst Heidepark Het klimaat is aan het veranderen. Eén van de mogelijk gevolgen is dat Bilthoven verandert in Bilthoven aan Zee. A. Leg uit welke gevolgen dit heeft voor de abiotische factoren in het Heidepark. B. Hoe beïnvloedt dit de vegetatie op jullie werkplek in het Heidepark? Onderzoek hiervoor welke planten kunnen blijven bestaan in een duinlandschap. Verwacht je ook dat er andere planten bij komen? Geef hier duidelijk aan hoe je tot deze conclusie bent gekomen. Verwijs eventueel naar gebruikte literatuur. Opdracht 8 In Vijlen heb je een aantal biologie-vragen beantwoord. Verwerk deze hier in het werkstuk.
Aardrijkskunde Opdracht 1 De Biltse duinen lijken in veel opzichten op het Heidepark. Er is zodoende veel informatie
tie te halen uit dit kleine duingebied. Als voor bereiding op je werk in het Heidepark loop
je de uitgezette wandeling in de Biltse duinen. De informatie bij de verschillende paaltjes van de wandeling geven goede aanknopingspunten voor je werk in het Heidepark.
Deze informatie laat zien wat je ook in het heidepark kunt verwachten. Maak voldoende foto’s gedurende de wandeling en zorg dat je aantekeningen maakt van de uitleg die gegeven wordt. Dus blijf bij de groep. De wandeling is ongeveer 1,5 kilometer. Met het bestuderen van de teksten er bij kost je dit ongeveer 45 minuten.
6
lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
Opdracht 2 A. Neem een gebied van 50 bij 50 meter en zorg dat er een stukje ( 1 a 2 meter), indien mogelijk, water in zit. Teken op schaal: 1 : 250 op één A3 vel papier het bodemgebruik van jouw gebied.
De kaart moet de volgende onderdelen bevatten: a) een legenda waarop de volgende soorten bodemgebruik kunnen voorkomen: -water (blauw) -water met riet (blauw/lichtgroen gestreept) -gras (lichtgroen)
-geen begroeiing (los zand) (geel) -bos (donkergroen) -voetpad of fietspad (bruin)
) b) een schaalstok (bekijk de Bosatlas voor voorbeelden)
c) een Noordpijl (geef aan waar het Noorden ligt op je kaartje) B.
Geef het hoogste punt en het laagste punt van je gebiedje aan op je kaart. Wat is het hoogte verschil in je gebiedje?
Opdracht 3 Je hebt tijdens de wandeling in het Geuldal een grondboring leren maken. Dit ga je nu ook doen op de plek die jullie hebben. Je onderzoekt hoe de humuslaag van de bodem eruit ziet op twee verschillende
plaatsen, binnen je werkgebied. Je bekijkt de bodem onder een stukje lage beplanting en je bekijkt de humus- laag onder bos. Vergelijk beide gebieden. Met elkaar wat betreft de grondboring. Opdracht 4 Hier komen de uitgewerkte opdrachten van de wandeling in het Geuldal. Houdt de nummering aan van je wandeling, vermeld wel of je met de klok mee of tegen de klok in gewandeld hebt. Haal de werkbladen, horizonkartering, landschapsbeschrijving, rivieroever en meander bij een docent AK. Opdracht 5 A. Zoek op de bodemkaart van het gebied rond Utrecht op welk bodemtype wordt aangegeven voor het gebied rondom het Heidemeertje. B. Hoe wordt dit bodemtype genoemd?
Waar komt dit bodemmateriaal oorspronkelijk vandaan en hoe is het hier terecht gekomen? C. Waar komt het water van het meertje vandaan? Opdracht 6 Als je kijkt naar het landschap zijn er verschillen en overeenkomsten te zien tussen het Heidepark/De Biltse Duinen en de omgeving van Vijlen.
7
lesbrief AkBvBi
klas 3
2014-2015
Beschrijf aan de hand van foto’s de verschillen tussen het landschap in het Heidepark/Biltse Duinen en de omgeving van Vijlen. Ga hierbij in op reliëf, grondgebruik en grondsoort. Opdracht 7 Beschrijf aan de hand van foto’s de overeenkomsten tussen het landschap in het Heidepark/Biltse Duinen en de omgeving van Vijlen. Ga hierbij in op reliëf, grondgebruik en grondsoort. Opdracht 8 Het reliëf in het Heidepark/Biltse Duinen zorgt voor een meer gevarieerde natuur dan het reliëf in de omgeving van Vijlen. Leg dit uit. Opdracht 9 A. Op welke wijze wordt het bos en stuifzand gebied de Biltse duinen bedreigd.? B. Hoe wordt deze dreiging afgewend? C. Wat is een EHS: welke functie heeft een EHS? Opdracht 10 Hoe is het gebied van de Biltse Duinen ontstaan, gaat deze ontstaanswijze ook op voor het Heidepark? Opdracht 11 A. Wat is stuifzand, voeg een foto toe. B. Wat is een fort, voeg een foto toe. C. Kan je stuifzand en forten ook op jullie plek in het Heidepark vinden, foto toevoegen. Opdracht 12 Zou er ook een verbinding zijn geweest vroeger tussen de Biltse Duinen en het Heidepark.
Beeldende vorming
We gaan als opdracht "de visuele werkelijkheid” tekenen.
Lees voor je start met de BV opdrachten eerst het instructieblad buitentekenen. Dit zijn individuele opdrachten. Ze worden persoonlijk ingeleverd.
buitentekenen 1 - Je maakt 2 schetsen op de plek die je is aangewezen bij biologie - Tenslotte werkje er één in kleur uit. - Dus totaal 3 tekeningen, 2 schetsen, 1 uitwerking. buitentekenen 2 - Verbeeld: “Bilthoven aan zee” (zie blz 9-10). - Zoek een mooi plekje bij het Heidemeertje, met de opdracht deze plek te deformeren tot Bilthoven aan zee. Er blijven wel herkenbare elementen zichtbaar / of maak een ansichtkaart. - Maak twee schetsen en werk er een ervan uit. Materiaal: - Voor de schetsen een BB potlood of 2B (meer contrast) - Voor de uitwerking aquarelverf, kleurpotlood, pastelkrijt, plakkaatverf of gemengde technieken. Formaat: Schetsen op A4, uitwerking vrije keuze. Criteria - zie instuctieblad buitentekenen.) - mooie presentatie.
8
lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
Informatie voor beeldende vorming (zie voor de opdracht blz.8)
Bilthoven aan zee
9
lesbrief AkBvBi
klas 3
10
2014-2015
lesbrief AkBvBi klas 3
2014-2015
Checklist naam: .............................................
klas: ......
Wat komt er in je map:
Deze checklist bestaat uit twee delen. 1.
-A/ een serie schetsen (min. 2) -B/ een uitgewerkte tekening van de voor jouw aangewezen plek.
Inleveren: week 23. Uitstel niet mogelijk. 1 - A/ een serie schetsen (2x) - B/ een uitgewerkte tekening (3x) 2.
opmerkingen
-A/ Twee schetsen van een verbeelding van “Bilthoven aan zee”. -B/ Uitwerking Bilthoven aan zee.
Inleveren: week 25 2 - A/ Twee schetsen “Bilthoven aan zee” (2x) - B/ Uitwerking "Bilthoven aan zee (3x) Folder Vijlen (groepswerk 2x)
opmerkingen
Inleveren: week 26 Donderdag 18 juni; Groepswerkstuk, Ak en Bi, inleveren bij de eindredactie. Presenteren Bilthoven aan Zee, Verleden, Heden of Toekomst. Klasse werkstuk, direct na de presentatie.
Exacte datum, tijd en plaats volgt. 11
lesbrief AkBvBi
klas 3
12
2014-2015