Juni 2011
WikiStadKrant
Wikistad gaat door na de bouwconferentie... en hoe!
Inhoud
Naar
Pagina
een
Wikistadbeweging
van
burgers,
overheid
en
professionals
Wikistad staat op de kaart. Na de goed bezochte en levendige Wikistadconferentie met 140 deelnemers op 18 mei in Pakhuis de Zwijger is dat niet teveel gezegd. De vraag is hoe verder te gaan in een praktijk waarin de Frankensteinbureaucratie en topdown sturing ook aanwezig is. De uitdagingen van een beweging.
Wat vooral in het oog sprong op 18 mei was de grote diversiteit aan (potentiële) Wikistedelingen: van geëngageerd burger tot politiek bestuurder en van professional in de jeugdzorg tot de brandweer. Al die burgers, professionals en bestuurders brachten hun praktijkervaringen mee. Wikistad bestaat al! Zo werd dan ook geroepen. Dat klopt: er is al een veenbrand. Maar voor een echt vuur is meer nodig, zo werd in de discussie duidelijk. Te vaak wordt burgerkracht over het hoofd gezien en moet deze het doen met een schouderklop en hooguit een tijdelijk extraatje. De beleidscyclus, de eigen productie en verantwoordelijkheid voor het wel en wee van de burgers domineren bij de overheid. Daar staat tegenover dat meer burgers gezamenlijke verantwoordelijkheid kunnen nemen en ook veel meer kunnen zonder voortdurend naar die overheid te kijken. Het gezamenlijk denken en praten door burgers, professionals en over-
heid over nieuwe werkwijzen is nog niet de dagelijkse praktijk. Daarvoor is nog een weg te gaan. Zonder die weg blijft een nieuw samenspel achterwege. De conferentie leert dat dergelijke gesprekken niet lastig zijn maar juist nieuwe energie en creativiteit kunnen leveren. Die is hard nodig in de huidige maatschappelijke setting van bezuinigingen en bestuurlijke reorganisaties. Wij willen in ieder geval op basis van het bestaande elan verder bouwen aan de Wikistadbeweging met burgers, professionals en overheid. Met een programma om het bouwpakket met de gezamenlijke kennis te vullen en nieuwe Wikistadbewoners te verleiden. Dat willen we vooral samen opstellen. Om die reden vragen we nadrukkelijk om suggesties: laat je inspireren door het conferentieverslag en reageer op onze handvatten voor het Wikistadprogramma. Initiatiefgroep Wikistadconferentie Voorlopig Eenmalige Uitgave
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Pagina 1 van 11
Wikistad gaat door na de bouwconferentie... en hoe! Handvatten voor een Wikistadprogramma De aftrap van de confe- rentie Broedplaatsen van sociale veerkracht Het Eerst Contact: Heeft u zelf nagedacht over..? Werk: een kwestie van netwerk Burger uit de Brand Wat gaan ze er mee doen? Wie heeft de sleutels Een boom die steeds groter wordt. Wikistadadvertorial: de Voedselbankkrant
Colofon Tekst: Piet van Diepen en Henk van Waveren, Stad in Beweging Foto’s: Stef den Boer Opmaak: Remco Berendsen Reacties en informatie naar: www.stadinbeweging.nl Twitteren kan: follow wikistad
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 2 van 11
Handvatten Wikistadprogramma: Verbinden, Bouwen en Vergroten Na de conferentie is een deel van de initiatiefgroep van Wikistad in de Couscousclub (Ceintuurbaan Zuid) bijeen gekomen om over een vervolg van de beweging te spreken. Genietend van de couscous kwamen Christa Compas, Piet van Diepen, Pieter Hilhorst, Jos van der Lans, Gerrie Ruijsink, Henk van Waveren en Hans Zuiver tot de volgende handvatten. Wiki komt naar u toe. Ronde langs burgerinitiatieven diensten, -instellingen en stadsdelen om langdurige verbinding aan te gaan en het volgende in te vullen: • Wikidoen: excursies naar burgerinitiatief. Ingaan op praktijk, versterking en verbin- ding met overheid, versprei- ding. • Wikireflectie: hoe gaat het met de invulling van de Wikistad praktijk bij stadsdelen, diensten en instellingen, wat zijn dilem- ma’s, hoe verder te komen? Instrumenten variëren van Wikithermometer tot ontwerp- bijeenkomsten (maken van plannen). Kennis en kunde van Wikistad- kern wordt ingezet, we belich- ten aanpak en slaan ervaringen op zodat deze elders weer inge- zet worden.
De Wikistadbouwpakket. Met te werven deskundigen gaan we in op zaken: • Wikistadeconomie (denk aan pgb). • nieuwe vormen van maat- schappelijke verantwoording (van spagaat naar balans). • oude en nieuwe collectie ve organisatievormen (van verenigingen en corporaties tot trust en communities). • inzet van burger- en erva- ringsdeskundigheid bij ont werp van maatschappelijke arrangementen. • Wikistad: tussen diplomade- mocratie en inzet van soci aal kapitaal.
De Wikikring groter. Activiteiten gericht op verbreden van gebied, thema’s en uitbreiding aantal Wikistadbewoners. • Relaties aangaan met Wi- kistadinitiatieven buiten de stad (Rotterdam, landelijk) • Wikistadverkenning nieuwe terreinen (volkshuisvesting, (natuur)beheer, milieu etc.). • Communicatie (sociale media, website). • Verbindingsbijeenkomst eind van het jaar.
Van Bureaucratie Naar Wikicreatie Onder deze titel ontwikkelt Stad in Beweging een atelier op maat die 3-4 dagdelen beslaat. Daarin staat een casus centraal. Betrokkenen burgers, professionals (uitvoering, beleid, management) en bestuur maken gezamenlijk een plan. Eerst gaan we in op de uitgangspunten van Wikistad (zie volgende pagina) en het ‘bouwpakket’ . Vervolgens maken we een plan op basis van de volgende stappen: leren ‘lezen’ van kracht (en zwakte) van de betreffende burgernetwerken en de doelen daarvan, mogelijkheden van verbinding
Voorlopig Eenmalige Uitgave
en versterking, de complementaire overheid (cultuur en structuur), en Wiki verantwoording. We ëindigen met de implementatie en communicatie van het plan. De bedoeling is in september en oktober de praktijk in te gaan. Dat kan op inschrijving of als onderdeel van een ‘Wikireflectie’. Meer weten? Mail naar info@stadinbeweging. nl en houd de website in de gaten.
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 3 van 11
De Aftrap van de Conferentie We hebben fors ingezet bij aanvang van de conferentie. “Niets is dodelijker dan uitspraken als ‘dat doen we al’” zo gaf Pieter Hilhorst aan. Daniel Gilthay Veth ging daar nog dunnetjes overheen: nieuw voor oud betekent ook afbreken van bestaande systemen en inbreken op personeelsbestanden en dan moet het niet stil worden aan de andere kant van de tafel. Piet van Diepen noemde de uitgangspunten van Wikistad, in samenhang te hanteren, voor een nieuw samenspel tussen burgers en overheid. Zij zijn gedestilleerd uit een rondgang Van Stad in Beweging langs onder meer initiators van burgerinitiatief, ambtenaren betrokken bij de wijkaanpak en andere professionals.
De uitgangspunten van Wikistad • • • •
Organische netwerken vormen de basis. De aanpak van maatschappe- lijke problemen vindt zoveel mogelijk in deze collectieve verbanden plaats. De Wikistadkrachten (zowel burger als professionals) zijn allereerst ge richt op het verbinden en versterken van deze netwerken en verbanden. Het beroep op de eigen kracht en verantwoordelijkheid koppelen we aan het eigen plan en aan zelfsturing. Dienstverlening van de overheid - en door overheid gefinancierde instel- lingen – sluit aan op en is complementair aan de kracht en activiteiten van deze netwerken.
Uit: Bouwen aan Wikistad. Conferentiereader door Piet van Diepen en Henk van Waveren. Te downloaden vanaf site Stad in Beweging
Caroline van der Wiel gaf aan dat de brandweer zich kon vinden in de Wikistadgedachte Al een viertal jaren geleden kwam men daar tot de conclusie dat de brandweer goed is in het blussen van branden en de technische en specialistische benadering van dit probleem. Maar voorkomen van branden is een sociaal vraagstuk. Daar is veel meer winst te behalen. De brandweer kan niet de mensen bereiken die kwetsbaar zijn voor die branden. Daarbij riep Caroline de hulp in van burgers om mee te denken.
“Wij weten veel van blussen, maar hoe we de gemeenschap moeten inschakelen bij preventie weten we niet: help ons daarbij.” Caroline van de Wiel, brandweercommandant
De 140 deelnemers kwamen uiteraard vooral uit Amsterdam. Het ging voor een deel om vertegenwoordigers van de het burgerinitiatief. Professionals van divers pluimage waren stek vertegenwoordigd: van welzijnsorganisaties, DWI, de brandweer tot en met beleidsambtenaren uit gemeente en stadsdelen. Er was ook een aantal bezoekers van daarbuiten: bijvoorbeeld van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De deelnemers gingen in 12 groepen uiteen. Zij bogen zich over 7 verschillende casussen. Zoveel mogelijk was een combinatie van een groep betrokken burgers en professionals gezocht, aangevuld met relatieve buitenstaanders. Dat leidde tot verkenningen die een mix opleverden van nieuwe inzichten, ideeën maar ook van barrières.
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 4 van 11
Casus: Broedplaatsen voor sociale veerkracht Broedplaatsen voor sociale veerkracht zijn verbanden waarin individuele burgers in isolement en problemen lotgenoten treffen en samen initiatieven nemen om hun situatie te verbeteren. Dat gebeurt in het burgerinitiatief waar zij ondersteund worden door solidaire burgers. Welke voorbeelden zijn er, kan dit versterkt en uitgebreid worden?
moet kunnen zeggen ‘Ik weet het nog niet.’ Het plan moet dus werkendeweg worden gemaakt. De overheid moet ruimte en tijd geven in combinatie met micro-kredieten.
‘Het goede nieuws is dat Wikistad al bestaat!..’ zo werd gesteld aan de tafels. Voorbeelden van Wikistadbroedplaatsen zijn Nisa for Nisa voor allochtone vrouwen –laagdrempelig, werkend op basis van vertrouwen en wars van een 9 tot 5 mentaliteit- overwinnen vrouwen hier in een netwerk hun problemen- en de Voedselbank. De laatste organisatie is gegroeid van een verzameling uitdeelpunten van voedsel naar plaatsen waar mensen zelf de draad weer oppakken. Er zijn veel meer van dergelijke broedplaatsen in de stad onder meer bij zelforganisaties. Met elkaar hebben die organisaties gemeen dat zij stap voor stap groeien op een ‘organische’wijze. Naast krachtenbun- Beleidsmakers en initiatiefnemers zouden met elkaar om deling van deze initiatieven is er steun en stimulering van de tafel moeten zodat zij partners worden op basis van wede lokale overheid nodig. derkerigheid. Dit in plaats Daar waar de eerste groep van de afstandelijke verantdie over de broedplaatsen woording. En er moet meer “Ik schrijf aan de visie schulddienstverlening voor praatte vooral inging op ruimte komen om kleinschaeen 100.000+ gemeente. De vraag hoe dat gaat in de mechanismen die onlige projecten te subsidië#Wikistad is echt inspirerend voor nieuwe beelden.” dersteuning door de overren in plaats van de gerichtNadja Jungmann, specialist schuldhulp heid belemmeren, richtte heid op ‘de grote jongens’. in een tweet daags na de conferentie. de andere groep zich op de vereisten aan die steun. Om de benodigde steun –financiën, ruimte- te geHoe zou die steun dan ingericht moeten worden? Er zou ven is er vertrouwen nodig dat initiatief van onderop opleeen vrij besteedbaar budget moeten zijn. De initiatiefnemer vert. Sommige sterke initiatieven –zoals het Leefkringhuis Noord- hebben dit vertrouwen, maar voor kleine nieuwe initiatieven is het vaak moeilijker. De belangrijkste belemmering is de verantwoordingsdemocratie. Zelfs een enthousiast bestuurder staat bijvoorbeeld onder druk van de raad, die kengetallen en duidelijke doelstellingen wil zien. In dat ‘doosje’ pas het initiatief niet. Het wijst er vooral op dat er bestuurders en ambtenaren nodig zijn met moed: niet bang om pootje gehaakt te worden als je niet direct cijfers klaar hebt liggen. Ga op basis van overtuiging het debat aan. En die burger zelf dan? Die moet meer op zijn eigen kracht worden aangesproken. Burgerinitiatieven: doe vooral meer samen. En leg onderling verantwoording af. Blijf vooral ondernemend en spreek ook andere bronnen zoals sponsoren en fondsen aan!
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 5 van 11
Casus: het eerste contact Het zou normaal moeten zijn dat intakers variërend van maatschappelijke hulp tot en met re-integratie burgers vragen naar het eigen plan en inschakeling van het netwerk in plaats van of vooraf gaand aan een individueel traject. Welke omslag is daar voor nodig en hoe kan die worden bereikt?
De in het manifest beoogde mentale revolutie moet van twee kanten komen: zowel van de burger als professionals. ‘De bordjes moeten verhangen worden.’ En Ei- En vaak is men in de individualistische samenleving vergen Kracht moet vooral leerd de problemen met anderen te delen. Professionele niet eng worden opgevat: trucjes leiden echter snel tot het blijven steken in al eerhet gaat er om de collectieven op te zoeken die “Wikistad heeft meer burgerkracht nodig en wat zorgen voor samenredminder professionals. Anders wordt het snel zaamheid. Dat zijn de bezoeken naar het eigen kracht knopje en praten langrijkste conclusies van over. “ Rob van Pagée, Eigen Kracht Centrale de groepen die met deze casus aan de slag gingen. In beide groepen die de discussie voeren is het consumentengedrag of de hulpverslaving een belangrijk aandachtspunt. Ook een Eigen Kracht coördinator komt dat als belemmering tegen. Hoe vind je dan de knop? Burgers zijn vaak voorgeprogrammeerd. Het is zaak ze aan te spreken op hun vermogen. Dat is men verleerd.
der verrichte activeringspogingen. Er is een scherpere omslag nodig. In beide groepen wordt zelfs geopperd om na te gaan wat de effecten zijn als loketten worden gesloten. In ieder geval beginnen met even niets te doen.. Om die mentale omwenteling in te zetten is er professionele en politieke moed nodig. Professioneel moet men vooral afleren en loslaten. Maar dan is er ook altijd nog de politiek die onrustig wordt als er geen uitgewerkt plan en activiteit is waarop professionals kunnen worden aangesproken. Dit brengt regels mee die als een keurslijf werken. Ten slotte blijft ook flexibiliteit bij de professional en soms inspringen nodig: niet iedereen heeft immers dezelfde capaciteiten (gas aan laten staan, niet meer eten) en hetzelfde netwerk. Maar altijd: spreek het vermogen van de burger en zijn netwerken aan. De vraag die deze discussies oproepen: kunnen we deze discussie voeren bottom up vanuit het burgerperspectief: wat zeggen zij er van?
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 6 van 11
Casus: Werk een kwestie van netwerk Om de kloof tussen de wereld van werk en van werkloosheid te verkleinen moet er vooral gezorgd worden voor het leggen van directe verbindingen van werelden die anders van elkaar afgesloten zijn. Hoe moet dat bereikt worden? Het is tijd voor een Wij-gevoel waarin ondernemers, burgers en overheid gezamenlijk de problemen aanpakken. Ondernemers: niet wijzen naar de overheid. Burgers: kom zoveel mogelijk met ondernemers samen met voorstellen. De overheid zou dat moeten stimuleren daarvoor (letterlijk) ruimte bieden. Niet zelf met top-down regelingen en conventanten komen. En als formeel aansluit op informeel dan moet er ruimte zijn voor grijze bedrijvigheid dat is ‘haarlemmerolie’voor dynamiek. Coachen gaat voor handhaven! Aldus de lijnen die de conferentiediscussie oplevert. Bij het inrichten van de vrije ruimte moet niet het uitgangspunt zijn ‘hoe kan ik de bijstandgerechtigde helpen of anderszins bereiken?’ Maar ‘hoe kan ik groepen in de samenleving een rol geven waar ik zelf ook wat aan heb?’ Zo moeten vraag en aanbod elkaar direct kunnen ontmoeten zonder dat daar een aanbestedingscircuit tussen zit. Dat is een verandering van perspectief: kan de overheid die rol wel spelen gezien het huidige klimaat van wantrouwen? Nu zijn er teveel regels op voorhand. Maar ondernemers moeten zelf ook om zich heen kijken:
MKB-ers: kijk naar wat er in je buurt gebeurt en verbind je daarmee. Investeren in je buurt is investeren in je bedrijf. Als voorbeeld wordt “Geef om de Jan Eef’ genoemd. Daarin gaan ondernemers en burgers samen , ze komen met initiatieven. De overheid stimuleert en laat het daar liggen. Hier kunnen ook heel goed initiatieven op het gebied van werk uit voorkomen. Maar weer: dan moeten er flexibele kaders zijn.
Wat grotere bedrijven betreft: denk aan inzet van bedrijfsvrijwilligers in dit gebied. Niet alleen financiële inzet is aan de orde maar ook dat van sociaal kapitaal. En werkzoekende burgers kunnen elkaar als ervaringsdeskundige lotgenoten ondersteunen en inspireren. Als de DWI deze mensen verbindt komt ze ineens in een heel andere –veel meer gewaardeerde- rol terecht. Veel werk bijvoorbeeld in de foodsector begint in het zwart-grijze circuit. In plaats van daar op te willen handhaven zou de overheid dit als kans moeten zien. Zo is doorgroei naar wit werk mogelijk. En kunnen daar geen witte ondernemingen aan gekoppeld worden? Dit betekent voor voedsel dat de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) moet proberen te coachen in plaats van sec te handhaven. Dat is precies waar de Timor Plein Community samen met de NVWA afspraken over maakt.
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 7 van 11
Casus: Burger uit de Brand Brandveiligheid is vooral een kwestie van gedrag. Omwonenden en familie zouden meer een oogje in het zeil moeten houden bij kwetsbare groepen om zo branden te voorkomen en werken met de overheid samen. Daar is winst te behalen. Hoe moet deze omslag naar een sociale benadering worden gemaakt?
Deze bespreking levert een reeks aan plannen op. In samenhang zouden die plannen er voor moeten zorgen dat de netwerken in de wijk als “sociale rookmelder” functioneren. Brand discrimineert, gen: de corporatie Stadzo heeft brandweercommangenoot zal bij alle huurdante Caroline van de Wiel Voorbeeld (genoemd bij casus broedplaatsen voor mutaties/huisbezoeken plenair al duidelijk gemaakt. sociale veerkracht) brandmelders plaatsen. De 300 branden, te vaak Een vrouw dreigde uit haar huis gezet te worden De organisatie Connect met dodelijke afloop, zijn in vanwege de brandveiligheid in combinatie met heeft het aanbod om 10 probleemwijken bij kwetshaar verzamelwoede. Zij deelde dit probleem met allochtone jongens te kopbare huishoudens te vinden. haar lotgenoten in het burger initiatief. Die stelden pelen aan de brandweer Daar kun je nog zulke goede ‘dit laten we niet gebeuren’ en hebben samen met en maatschappelijke statechnische hulpmiddelen de vrouw het huis opgeruimd op zo’n wijze dat de ges te laten lopen gericht tegenover zetten, maar dat vrouw zich er thuis voelt. op voorlichting. Bijkomend brengt geen verbetering. voordeel is dat zo toekomBovendien bereikt de voorstige brandweerlieden worlichting deze mensen niet. den geworven die al bekend zijn met het nieuwe denken. Er moeten sociale netwerken worden ingezet. Deze vraag roept een gros aan ideeën op waarmee de brandweer nog wel even vooruit kan. En twee handreikin
Andere plannen zijn: de inzet van brandweermannen als ambassadeurs in hun eigen wijken eventueel in samenwerking met gepensioneerde brandweerlieden. Zij kunnen met de jeugd in de buurt “safari’s” doen. De gesloten brandweer bouwt zo relaties op met andere netwerken. Er moet een zoektocht plaatsvinden naar sleutelfiguren in de wijk daarbij gebruik makend van het netwerk van de wijkaanpak, religieuze/zelf organisaties. Ten slotte: ook een vrijwillige brandweer zou in Amsterdam mogelijk moeten zijn. Niet zozeer in de uitrukdienst maar gericht op preventie.
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 8 van 11
Casus: Wat gaan ze er mee doen? Bewoners en ondernemers maken samen een buurtplan op basis van vaststelling van prioriteiten en delen budgetten toe. De lokale overheid heeft een toetsende rol. Met diensten wordt onderhandeld over de inzet van de eigen kracht van burgers en die van de verschillende overheidsdiensten zoals stadsdeelwerken, politie etc. Er is ervaring mee, maar hoe kan dit structureel worden na de wijkaanpak in een tijd van budgetbeperking/ Wat is het samenspel met welzijnswerk en andere instellingen en diensten
met bewoners overlegd over sluiting van een buurthuis? Het is moeilijk om te zeggen: we sluiten aan bij bewoners en weten dus nog niet wat er uitkomt. Maar er moet ook de mogelijkheid zijn van open inschrijvingen zodat organisaties die voortkomen uit het burgerinitiatief -zoals Nis for Nisa- ook kansen maken. Wat zou er dan gebeuren? Bij de oplossing van problemen is oog voor complementariteit van groot belang. Als corporatie kun je veel meer dankzij een actieve betrokkenheid van burgers. Waar corporatiemedewerkers met buurtbewoners de buurt in gaan om te schouwen zie je regelmatig mooie dingen ontstaan. Als de overheid meer wil neerleggen bij burgers betekent dat, dat zij dan niet moet zeggen: “de burger moet meer doen”. Met name op het gebied van schoon, heel en veilig is complementariteit gewenst. Anders worden vooral die burgers belast, die vaak toch al actief zijn. En als het gevraagd wordt, moet dit vooral gepaard gaan met meer aansturinsgmogelijkheden, anders worden burgers alleen maar voor het karretje van de overheid gespannen.
Veel discussie is er over de praktijk van het durven loslaten. De ervaring leert echter, bijvoorbeeld in Noord en Bos en Lommer dat burgers op een goede manier met verantwoordelijkheden om gaan. Zelf soms om spelregels vragen en elk dubbeltje omkeren. De overheid moet daar goed op aansluiten en faciliteren.
Nu de wijkaanpak ophoudt is er door Han Wanders in Noord de suggestie gedaan om een soort buurtteams van bewoners samen te stellen, die op basis van de opgebouwde ervaringen een soort opdrachtgeverrol kunnen vervullen. Overigens moet je dan wel uitkijken voor een nieuwe bureaucratie. In Oost leert de ervaring dat er heel veel tijd gemoeid is met het hanteren van criteria.
Een cruciaal probleem waaraan welzijnsorganisaties zich moeilijk aan kunnen ontworstelen is het opdrachtgeversschap door het stadsdeel en de aanbestedingen. Daardoor gaat een welzijnsorganisatie vooral naar het stadsdeel kijken en programma’s bieden. Die aanbestedingen maken ook dat door de welzijnsorganisaties de bestuurders toch als de echte klanten worden gezien en als puntje bij paaltje komt vooral die richting in wordt gekeken. Is dan Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 9 van 11
Casus: Wie heeft de sleutel? Om netwerken en verbanden te kunnen versterken zijn er plaatsen nodig waar mensen elkaar kunnen treffen en tot initiatief kunnen komen. Die ruimten zouden ook eigen plekken moeten zijn van initiatieven en netwerken. Welke ervaringen zijn er met eigen beheer, hoe zien die ruimten er uit, welke randvoorwaarden zijn er? De ene groep die over dit onderwerp spreekt gaat vooral in op voorbeelden. De andere focust wat meer op de randvoorwaarden. Beiden komen uit op een pleidooi om los te denken van een bepaalde plek. Zoom in op plaatsen waar mensen elkaar vinden of elkaar al heel makkelijk kunnen vinden. En biedt de leegstand aan kantoren en winkels niet ruimte om daar bottom up initiatieven te laten groeien?
woningcorporaties (Eigen Haard en Stadgenoot) die de sleutel van de buurthuiskamer in Holendrecht aan diverse groepen geven. Zij zijn zo zelf verantwoordelijk voor het slagen. Maar er blijven toch mensen steken op het gevaar van sociale uitsluiting en angst voor verstoorders. En ook meer kwetsbare groepen moeten een plaats houden. Anderen geven aan dat als het vertrouwen wordt gegund –bijvoorbeeld door letterlijk de sleutel in handen te geven- dit juist wekt als een uitdaging om het niet te beschamen, bijvoorbeeld bij jongeren.
Een deelnemer grijpt terug op de kraakbeweging. Het gezamenlijk huisvestingsbelang verenigde vogels van divers pluimage. Zou dat een antwoord zijn op de grootste drempel om de sleutel uit handen te geven, namelijk de grote diversiteit aan groepen.? Zorg dus dat die verschillende groepen als het gaat om de ruimte een gemeenschappelijk belang hebben. Een voorbeeld daarvan is misschien de Makassarpleincommunity, waar het beheer door een ZZP-er in opdracht van de groepen ter hand is genomen. Een ander voorbeeld is dat van twee
En wat is eigenlijk het Huis in de wijk of de buurt? Dat kan ook een plek zijn waar materiële en immateriële hulp wordt gekoppeld. Liefst op basis van wederkerigheid. Een heerlijke maaltijd in ruil voor administratieve hulp? In beide groepen wordt out of the box gedacht. Een supermarkt heeft ruimte na sluitingstijd aangeboden om te benutten als een soort buurthuis. In de andere groep wordt het koffiepunt in een supermarkt aangemerkt als een plaats waar verbindingen tot stand kan komen. Ga dus veel meer uit van (gewenste) netwerken en activiteiten en zoek daar de plaats bij. En ten slotte er is toch ruimte zat!! Waarom zijn partijen er niet op gericht die veel meer te koppelen en aan te bieden aan allerlei burgerinitiatieven?
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 10 van 11
Casus: Een boom die steeds groter wordt SMS-Alert in de Molenwijk
Een voorbeeld van een wijk waar bewoners zelf verantwoordelijkheid nemen bij het tegengaan van overlast en criminaliteit is de Molenwijk. Met behulp van de SMS kunnen bewoners elkaar informeren en inschakelen als er problemen zijn in de wijk. Daardoor voelen zij zich gezamenlijk sterker en is de cultuur van wegkijken doorbroken. Geen burgerwacht, dit brengt juist ontspanning aldus trekker Freeda Verburg, bijvoorbeeld als het gaat om de communicatie met jongeren. Wat is de kern van de aanpak, zijn er andere voorbeelden waar bewoners hun wijk terugpakken en wat is de rol van de overheid? De leden van het SMS-Alert in de Molenwijk vinden elkaar in een netwerk waardoor zij zich sterk voelen. Dan is er wel een aansluitende overheid nodig die in plaats van op ‘maakbaarheid’ op ‘dienstbaarheid’ is gericht. Zij volgen de bewoners die het eigenaarschap van een aanpak hebben: het gaat om hun wijk. Dat kost investering –want er moet geleverd worden daar waar het bij de burger ophoudt- maar het levert ook veel op. ‘We kunnen nu twee keer zoveel als eerst’. De discussie met als ingang de SMS-Alert lever ook andere voorbeelden op waar bewoners verloedering en overlast samen te lijf kunnen gaan. Soms omdat zij zonder resultaat een beroep hebben gedaan op de overheid. Dan gaat het
bijvoorbeeld om moestuintjes, waar hangjongeren in de weg kunnen zitten. Door zich te verenigen is het mogelijk tegenwicht te bieden: niet door de jongeren weg te krijgen maar door met ze in gesprek te gaan. Daar hoeft dan geen beheerder –die alleen maar geld kost- aan te pas te komen.
Daar past een dienende overheid bij waarvan ook de mensen in de uitvoering hun nek uitsteken. Het gaat er niet om of er wel of geen professional nodig is, maar of men de juiste houding heeft. Daar past ruimte bij. De buurtregisseur uit noord: ‘Ik overleg nooit, ik leg achteraf uit wat ik waarom gedaan heb. De burger moet als partner benaderd worden. ‘ Astrid, deelneemster aan de conferentie is lid van de SMS-Alert in de Molenwijk. Astrid is overvallen in haar woning. In plaats van dit in haar eentje te verwerken werd ze lid van het SMS-Alertnetwerk. Daardoor voelt zij zich veel krachtiger en zekerder. Bovendien draagt zij zelf ook weer bij aan de kracht van dit netwerk. Astrid heeft zich niet in een slachtofferrol laten plaatsen. Zij heeft zich haar buurt niet af laten pakken door zich met bondgenoten te verbinden!
De mensen van SMS-alert van de Molenwijk passen er voor om mensen in hokjes te plaatsen. Allochtoon, autochtoon, jong en oud. Het gaat om mensen die zich verbinden om een paar mensen die overlast veroorzaken tegen te gaan. Ten slotte geven zij aan. Kan er in het vervolg niet concreter over hun project en de toepassing elders gesproken worden?
Voorlopig Eenmalige Uitgave
Juni 2011
WikiStadKrant
Pagina 11 van 11
Steun Remco en Annet van de Voedselbankkrant!
Wikistadadvertorial
Remco die deze Wikistadkrant heeft opgemaakt is samen met Annet klant van de Voedselbank in West. Samen ondernemen zij veel activiteiten: het maken van de Voedselbankkrant, kookcursussen, modeshows en kledinguitgifte. Zo proberen zij samen weer uit hun problemen te komen met een duw van het burgerinitiatief en de reguliere hulp. Ook anderen profiteren daar weer van: Op Eigen Kracht dus, maar vooral samen! Zij kunnen niettemin nog wel wat steun gebruiken. Wij hopen dat u zich aangesproken voelt. U kunt reageren via
[email protected]. Wat is er nodig? • Een laptop voor Remco om de Voedselbankkrant te kunnen maken, de kleding te registeren en een intranet- site op te zetten voor kleding. • Ruimte om modeshows te geven en de kleding op de te kunnen bergen voor Annet. • Een cursus DTP en/of Webdesign voor Remco om zijn arbeidsmarktmogelijkheden te vergroten.
Remco
Annet
“Voordat ik in 2009 naar Amsterdam verhuisde heb ik in Diemen gewoond, waar ik vanwege schulden mijn appartement moest verkopen. In Diemen werd ik niet echt geholpen door schuldhulp. Toen ik begin 2009 in Amsterdam kwam te wonen kon ik dus weer helemaal opnieuw beginnen met de inschrijving en aanmelding bij de schuldhulpverlening. In eerste instantie ging dat best voortvarend, maar op een gegeven moment was het nodig om nog te wachten op papieren van diverse instanties. Dit duurde te lang en dus werd daarop mijn dossier gesloten bij de schuldhulp. Sinds het einde van 2010 is mijn dossier weer heropend. Nu wacht ik nog op het overzicht van het BKR, dan kan alles naar de GKA en hopelijk wordt het dan snel duidelijk waar ik aan toe ben.
“Hoi ik ben Annet en heb de training “Op Eigen Kracht” gevolgd en ben daardoor op het idee gekomen om zelf een cursus te gaan geven koken onder de 1,50 p.p.. Ik heb hiervoor een bewonersinitiatief ingediend bij Stadsdeel West en toen ben ik begonnen met de cursus die 6 weken duurde en waarna alle cursisten na die 6 weken het boekje van Lydia Tuijnman kregen: “Koken onder de 1,50”. Maar ik had nog meer ideeën en heb toen een modeshow georganiseerd met daarna een gratis kledinguitgifte voor mensen van de voedselbank in Amsterdam de Baarsjes. En daarna bedacht ik dat het wel interessant zou zijn als er een krantje zou zijn waar alle toeslagen en voordelen in zouden staan en waar iedereen wat aan heeft maar waar ook leuke dingen instaan en waar iedereen zelf een stukje voor mag maken. Dit alles kan ik natuurlijk niet alleen en bij het koken heb ik dan ook mijn moeder en Evelyn die mij helpen. Bij de modeshow en kledinginzameling en uitgifte mijn moeder en Petra. En de krant maken Remco en ik samen.”
Sinds 1,5 jaar zit ik bij de voedselbank en via de training “Op Eigen Kracht” van Centram en de voedselbank heb ik bijvoorbeeld ook Annet leren kennen. Omdat we allebei bij de voedselbank zitten is er op een gegeven moment het idee ontstaan van de Voedselbankkrant. Deze krant maken Annet en ik samen, waarbij Annet veelal de artikelen en foto’s aanlevert en ik er een mooi geheel van maak. We worden zo nu en dan ook bijgestaan door andere personen bij de voedselbank die zelf een stukje schrijven en Petra die elke keer een verfrissende column schrijft.”
Voorlopig Eenmalige Uitgave