Jouw talent is er thuis
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Onderwijskundige zorg
Inleiding Op het Ludger College vinden wij een goede begeleiding van onze leerlingen heel belangrijk. In deze Begeleidingsbrochure geven wij een overzicht van de voorzieningen die onze school op het gebied van leerlingenzorg biedt.
Onderwijskundige zorg Zorgcoördinator (ZC) De zorgcoördinator organiseert de zorg binnen de school. Zij coördineert het zorgbeleid, adviseert de schoolleiding, coacht collega’s bij de uitvoering van leerling-zorgtaken, coördineert de extra ondersteuningsbehoefte en stuurt het Zorgteam en het Zorg Advies Team (ZAT) aan. Verder neemt de zorgcoördinator deel aan het Samenwerkingsverband voor zorgcoördinatoren van het voortgezet onderwijs (SZVO) en onderhoudt de contacten met de externe instanties. Zorgcoördinator: mevr. Y. van Bemmel
Mentor Voor wie: alle leerlingen Elke klas heeft een eigen mentor. Leerlingen die overstappen van de basisschool naar het voortgezet onderwijs krijgen te maken met allerlei nieuwe zaken: zij krijgen les in meer vakken van verschillende docenten en in verschillende lokalen. In het begin is dat even wennen voor de leerlingen en dan is het belangrijk dat zij met hun vragen bij iemand terecht kunnen. De mentor is in deze situatie de meest aangewezen persoon. In alle leerjaren is de mentor het eerste aanspreekpunt en de vertrouwenspersoon voor de leerling en de ouders. Verder geeft de mentor studielessen/mentor-Z-uur en begeleidt hij/zij de klas als leefgemeenschap.
Z-uren in alle leerjaren Voor wie: alle leerlingen Tijdens de zelfwerkzaamheidsuren leren leerlingen hun werk te plannen en zelfstandig te werken. Elke week hebben de leerlingen naast de vaklessen een aantal verplichte Z-uren in hun rooster. In de loop van de jaren krijgen de leerlingen steeds meer vrijheid om die uren zelfstandig in te vullen. Ze maken tijdens deze uren huiswerk, werken aan de computer of in de mediatheek, overleggen voor groepsopdrachten etc. In de Z-uren zijn mentoren beschikbaar aan wie leerlingen om extra uitleg kunnen vragen.
1
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Onderwijskundige zorg
Huiswerkbegeleiding Voor wie: alle leerlingen Studeren op school kan op het Ludger College: elke dag van 14.30 tot 17.30 uur. Voor leerlingen die gebaat zijn bij meer hulp dan tijdens de Z-uren geboden kan worden is er, tegen betaling, de huiswerkklas. Begeleiding en tips worden gegeven door een orthopedagoog op het gebied van leren studeren, plannen en organiseren. Daarnaast is een tutor-leerling beschikbaar voor extra uitleg bij vakken en om te overhoren. Uitgebreidere informatie is op de site te vinden: Voor ouders › Zorg voor uw kind › Huiswerkbegeleiding Contactpersonen: mevr. M. Freriks en mevr. O. van Setten
[email protected]
Dyslexiebegeleiding Dyslexie is een leerprobleem dat leerlingen parten kan spelen voornamelijk bij lezen, begrijpen van teksten en spellen. Wanneer er bij het docententeam een vermoeden van dyslexie bij een leerling bestaat, kan de mentor een verzoek bij het zorgteam indienen om de leerling te laten screenen. Het Zorgteam neemt, nadat zij informatie heeft ingewonnen bij mentor, vakdocenten, ouders, de leerling zelf en rapportgegevens, een besluit om de leerling wel of niet te screenen. Bij een positief besluit zal onze orthopedagoog mevr. O van Setten een afspraak maken om de screening uit te voeren. De uitkomst van de screening wordt door de orthopedagoog met de ouders besproken en teruggekoppeld naar de mentor. Wanneer er een vermoeden van dyslexie bestaat, wordt de leerling gedurende 6 maanden, verplicht, en bij voldoende motivatie van de leerling begeleid door een dyslexiecoach. De begeleiding vindt plaats bij voorkeur tijdens een Z-uur, maar mocht dit niet te realiseren zijn, dan zal er naar een ander uur gezocht worden. Na 6 maanden wordt aan de ouders van “verdachte” leerlingen geadviseerd een extern bureau in te schakelen om een dyslexieonderzoek uit te laten voeren. De dyslexiecoach kan ouders hierbij adviseren. De kosten van dit onderzoek komen voor rekening van de ouders. Zodra de leerling een dyslexieverklaring heeft mag er gebruik gemaakt worden van extra faciliteiten zoals:
verruiming van tijd bij toetsen (maximaal een half uur) vaker mondelinge overhoringen (i.p.v. schriftelijk) veelvuldig gebruik van een woordenboek na overleg, werken met een zelf aangeschafte laptop (klas 2 en hoger) ondersteuning door “gesproken boek” (auditieve ondersteuning) gebruik maken van ICT-hulpmiddelen (zie hier onder) mogelijkheid van een audio eindexamen
Men kan gebruik maken van deze geboden voorzieningen voor zover het binnen de technische en organisatorische mogelijkheden van het Ludger College ligt. 2
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Onderwijskundige zorg
ICT hulpmiddelen. Invoering van de iPad in klas 1 Door de invoering van de iPad komend cursusjaar 2015-2016 in alle eerste klassen, is er besloten om het spraaksynthese programma “ClaroPDF Pro” te gaan gebruiken. Deze app is ook voor de nietdyslecten via de app-Store te downloaden. Taalmodules kunnen via het programma worden aangeschaft. Deze app kan de in de klas gebruikte PDF-boeken voorlezen en met de editor kunnen de teksten bewerkt worden. Een aantal uitgeverijen levert reeds interactieve boeken! Voor klas twee en hoger blijft het programma “Kurzweil” actief. Coaching Leerlingen uit de leerjaren een en twee die al een dyslexieverklaring hebben, kunnen, op vrijwillige basis of op verzoek van mentor, vakdocent of ouders, gecoacht worden. Leerlingen aan de Vondelstraat, klas drie en hoger, maken via Its Learning per mail een afspraak met de dyslexiecoach Henk-Ype Koldijk. Ook hier zal in goed overleg een afspraak gemaakt worden! Ouderavond In oktober is er een informatieavond voor de dyslectische leerlingen van leerjaar 1 en hun ouders. Locatie: Willibrordgebouw. Contactpersonen: mevr. O. van Setten en dhr. H. Koldijk
Aanbod hoogbegaafden (TOM) Voor wie: meer- en hoogbegaafde leerlingen Vanaf 1 vwo tot en met 6 vwo heeft het Ludger College TOM (Trajecten op Maat) voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. TOM 1 is een intensief programma voor hoogbegaafden. TOM 2 is de ‘lichtere’ variant voor Vwo’ers die meer uitdaging willen en aankunnen. Het programma bestaat uit denklessen (hoe ga je effectief met je begaafdheid om), vak modules (ICT, film, journalistiek, Chinees, etc.) en projecten naar eigen keuze. Daarbij wordt gerichte groepsgewijze begeleiding geboden. De leerlingen volgen het TOM-programma (drie tot vijf lesuren per week) in plaats van hun reguliere lessen. Uitgebreidere informatie is op de site te vinden: Voor leerlingen › Meer dan school › Slim of hoogbegaafd: TOM De TOM-docenten zijn dhr. E. Soontiëns, mevr. A. Hey, dhr. J. Steenbakkers en mevr. M. Willems Contactpersoon: dhr. E. Soontiëns
3
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Sociaal-emotionele zorg
Sociaal emotionele zorg
Zorgcoördinator (ZC) De zorgcoördinator organiseert de zorg binnen de school. Zij coördineert het zorgbeleid, adviseert de schoolleiding, coacht collega’s bij de uitvoering van leerling-zorgtaken, coördineert de extra ondersteuningsbehoefte en stuurt het Zorgteam en het Zorg Advies Team (ZAT) aan. Verder neemt de zorgcoördinator deel aan het Samenwerkingsverband voor zorgcoördinatoren van het voortgezet onderwijs (SZVO) en onderhoudt de contacten met de externe instanties. Zorgcoördinator: mevr. Y. van Bemmel
Mentor Voor wie: alle leerlingen Elke klas heeft een eigen mentor. Leerlingen die overstappen van de basisschool naar het voortgezet onderwijs krijgen te maken met allerlei nieuwe zaken: zij krijgen les in meer vakken van verschillende docenten en in verschillende lokalen. In het begin is dat even wennen voor de leerlingen en dan is het belangrijk dat zij met hun vragen bij iemand terecht kunnen. De mentor is in deze situatie de meest aangewezen persoon. In alle leerjaren is de mentor het eerste aanspreekpunt en de vertrouwenspersoon voor de leerling en de ouders. Verder geeft de mentor studielessen/mentor-Z-uur en begeleidt hij/zij de klas als leefgemeenschap.
Zorg Advies Team (ZAT) Voor wie: leerlingen met een meervoudige sociaal-emotionele problematiek . Alle scholen voor voortgezet onderwijs in Doetinchem hebben sinds enkele jaren consultatieteams, ook wel Zorg Advies Teams geheten. Het Zorg Advies Team ondersteunt de school bij het oplossen van complexe problemen bij leerlingen, waarvoor de school geen kant en klare oplossingen heeft. Het betreft dan psychosociale en/of psychiatrische problemen. Het Zorg Advies Team bestaat uit interne en externe deskundigen. Het team komt zes keer per jaar bijeen. Vanuit de school zitten de zorgcoördinator, de mentor, de orthopedagoog, de maatschappelijk werker en eventueel de afdelingsleider in het team. De externe deskundigen zijn de jeugdarts en de leerplichtambtenaar. Op verzoek kan het team uitgebreid worden met andere deskundigen. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel
4
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Sociaal-emotionele zorg
Zorgteam
Het Zorgteam komt wekelijks bijeen om leerlingen te bespreken die door mentoren en/of afdelingsleiders zijn aangemeld. Vervolgens wordt bekeken welk hulptraject moet worden gestart om deze leerlingen zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit Zorgteam bestaat uit zorgcoördinator mevr. Y. van Bemmel, ambulant begeleider mevr. M. de Graaf, pedagogisch medewerker mevr. C. van Vliet, orthopedagoog mevr. L. Wullink en jeugdmaatschappelijk werker mevr. M. Kraaijeveld. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel
Orthopedagoog Voor wie: leerlingen met specifieke hulpvragen De orthopedagoog geeft leerlingen met specifieke hulpvragen op het gebied van welbevinden, gedrag, werkhouding en leren een tijdelijke professionele ondersteuning. Dit gebeurt zoveel mogelijk op het Ludger College zelf. De orthopedagoog onderzoekt, adviseert mentoren, leerlingbegeleiders en afdelingsleiders, onderhoudt contact met externe deskundigen en geeft begeleiding c.q. (kortdurende) behandeling. Daarnaast heeft de orthopedagoog op het Ludger College een adviserende rol met betrekking tot de toelating van leerlingen met specifieke behoeften en de verdere ontwikkeling van het zorgbeleid. Bij ons zijn werkzaam: orthopedagoog mevr. L. Wullink en pedagogisch medewerker mevr. C. van Vliet. Contactpersonen: mevr. L. Wullink en mevr. Y. van Bemmel
Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Jeugdarts en jeugdverpleegkundige van GGD Noord- en Oost Gelderland. Voor wie: alle leerlingen en hun ouders. De maatschappij verandert en daarmee ook de visie op gezondheid. Gezondheid is het vermogen je aan te passen, al dan niet met ondersteuning, aan lichamelijke, emotionele en sociale uitdagingen die op je pad komen en daarin je eigen keuzes te maken. Deze verandering van de maatschappij vraagt om een andere werkwijze. De stelselherziening jeugd gaat uit van méér preventie en ondersteuning, van versterken van eigen kracht, ont-zorgen en normaliseren en een integrale aanpak op maat. Om beter aan te sluiten op deze nieuwe ontwikkelingen, verandert de Jeugdgezondheidszorg van GGD Noord- en Oost Gelderland vanaf 2015 haar werkwijze. Het belangrijkste gevolg van die nieuwe werkwijze is dat wij vaker op school beschikbaar zijn voor jongeren, ouders en docenten. Dit doen wij, naast het aanbod aan alle leerlingen van leerjaar 1, 3 en 4, door het houden van open spreekuren. Hierin kunnen leerlingen, ouders en docenten met hun vragen terecht. Die vragen kunnen liggen op het gebied van groei of lichamelijke gezondheid maar ook op het gebied van psychische gezondheid en welbevinden. Het doel is de gezondheid en het welbevinden van leerlingen waar nodig te ondersteunen of te verbeteren. 5
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Sociaal-emotionele zorg
Daarbij werken jeugdverpleegkundige en jeugdarts samen met school. Relevante gegevens worden onderling uitgewisseld, uiteraard na toestemming van leerling en/of ouders (afhankelijk van de leeftijd van de leerling). Klas 1: Alle leerlingen worden in de eerste klas gezien door de jeugdverpleegkundige, nadat zij thuis met hun ouders een digitale gezondheidsvragenlijst hebben ingevuld. Zij worden gemeten en gewogen. Het verdere gesprek hangt af van waar de vragen van leerling en ouders liggen. Een aantal leerlingen zal vervolgens ook bij de jeugdarts worden uitgenodigd indien de vragen of bijzonderheden liggen op medisch gebied. In klas 3 vmbo en 4 havo/vwo worden alle leerlingen uitgenodigd een digitale gezondheidsvragenlijst in te vullen. Afhankelijk van de antwoorden en vragen van de leerling en eventueel de ouders kan de leerling uitgenodigd worden voor een onderzoek/gesprek bij de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts. Daarnaast vragen de jeugdgezondheidszorgprofessionals aan school om leerlingen waar zij vragen/zorgen over hebben bij hen aan te melden, uiteraard altijd in overleg met leerling/ouders. De jeugdarts neemt deel aan het Zorg Advies Team van school. Contactgegevens: Jeugdverpleegkundige: Petra Keizer,
[email protected] Jeugdarts: Noortje van den Ingh-Bijlsma,
[email protected] Heeft u vragen? U kunt de JGZ bereiken op telefoonnummer 088 – 443 30 00 (voor algemene vragen) of op 088 – 443 31 00 (voor verzetten van afspraken, alleen tussen 8.00 en 12.00 uur) of per e-mail:
[email protected]. Jongeren kunnen direct met alle vragen over gezondheid mailen, chatten of twitteren met een jeugdarts. Meer informatie hierover vindt u op de website: www.jouwggd.nl
Vertrouwenspersonen Voor wie: leerlingen met klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en geestelijk geweld, zoals grove pesterijen. Soms is er meer nodig. Conflicten en/of probleemsituaties zijn soms onvermijdelijk bij samenwerken, zoals elke dag op school gebeurt. Conflicten kunnen nuttig zijn, tenminste als goed overleg de oplossing biedt. Dat is ook meestal de praktijk op het Ludgercollege. Maar soms is er méér nodig. Interne vertrouwenspersonen. Als goed overleg niet tot een aanvaardbare oplossing leidt, kan men zich wenden tot een van de twee binnen de school aangestelde interne vertrouwenspersonen. Deze bemiddelt of probeert via de rector tot een oplossing te komen. De interne vertrouwenspersonen zijn aanspreekbaar voor leerlingen, ouders/verzorgers en personeelsleden. Ze werken onder geheimhouding en met de grootst mogelijke zorgvuldigheid. In geval van seksueel misbruik, seksuele intimidatie, lichamelijk of geestelijk geweld, grove pesterijen, ernstige conflicten of klachten kunt u contact opnemen met een vertrouwenspersoon. 6
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Sociaal-emotionele zorg
Lukt het ook dan niet, dan kan de klager zich nog wenden tot de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon zal daarbij adviseren en ondersteunen. Interne vertrouwenspersonen: mevr. J. van Gennip (docente in dienst van deze school) Tel. 0263634633 en dhr. J. Jacobs (docent in dienst van deze school) Tel. 0314-621182 Externe vertrouwenspersonen: indien nodig kunt u ervoor kiezen om contact op te nemen met een van de twee externe vertrouwenspersonen van Achterhoek VO. Dhr. D. Klees en Mevr. N. Broekhuis zijn bereikbaar op telefoonnummer 0314-394181 (bestuurssecretariaat van Achterhoek VO) Het landelijke telefoonnummer voor de vertrouwensinspecteurs is 0900-1113111.
Vaardigheidstraining Voor wie: leerlingen uit klas 1 en 2, die meer begeleiding nodig hebben . Leerlingen uit klas 1 en 2, die meer begeleiding nodig blijken te hebben op het gebied van studievaardigheden worden in een kleinere groep begeleid. Dit gebeurt intensief gedurende een korte periode en er wordt doelgerichte studiehulp geboden. Te denken valt aan leerlingen die meer dan gemiddeld moeite hebben met studievaardigheden zoals plannen en organiseren. Contactpersonen: mevr. M. Degen en mevr. C. van Vliet
Beter Omgaan met Faalangst (BOF) leerjaar 1 Voor wie: faalangstige leerlingen uit leerjaar 1 Ongeveer tien procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs heeft last van faalangst. Dit houdt in dat ze door hun angst om te falen zo zenuwachtig of gespannen zijn dat ze slechter presteren op school dan ze eigenlijk zouden kunnen. Het doel van bovengenoemde training is om de leerlingen hulp te bieden bij het leren omgaan met faalangst. Mentoren kunnen leerlingen bij wie ze faalangst vermoeden, aanmelden voor de faalangsttraining. In leerjaar 1 wordt dit gedaan naar aanleiding van de SAQI (School Attitude Questionnaire Internet). Ouders worden samen met hun kind uitgenodigd voor een informatieavond. Zij beslissen of hun kind wel of niet deelneemt aan de training. De training zelf bestaat uit een achttal bijeenkomsten in de tweede helft van het schooljaar. Contactpersoon: dhr. R. Janssen
Beter Omgaan met Faalangst (BOF) leerjaar 3 Voor wie: faalangstige leerlingen uit leerjaar 3 De GSV/ SAQI test in leerjaar 3 geeft de mentor vaak voldoende aanleiding om leerlingen te adviseren deel te nemen aan de cursus faalangstreductie. De inhoud is vergelijkbaar met de cursus in leerjaar 1. Contactpersoon: dhr. E. Bitter
7
Begeleidingsbrochure 2015-2016
Sociaal-emotionele zorg
Sociale Vaardigheidstraining (SOVA) leerjaar 2 Voor wie: minder sociaalvaardige leerlingen uit leerjaar 2 Voor sommige leerlingen is het niet vanzelfsprekend dat zij gemakkelijk contact maken. Leerlingen die sociaal minder vaardig zijn, kunnen een sociale vaardigheidstraining op onze school volgen. Tijdens deze training krijgen leerlingen handreikingen aangeboden om gemakkelijker om te gaan met bijvoorbeeld verlegenheid, het innemen van een eigen plek en de weerstand in sociale contacten. In overleg tussen mentor, leerling, ouders/verzorgers, schoolorthopedagoog en soms externe hulpverlening wordt besloten of een leerling deze training van ongeveer acht bijeenkomsten gaat volgen. De training in leerjaar 2 wordt gegeven door mevr. C. van Vliet en mevr. M. de Graaf Contactpersoon: mevr. C. van Vliet
Examen coaching Voor wie: examenleerlingen die zeer gespannen zijn voor schooltoetsen en landelijke eindexamentoetsen. De cursus richt zich op het leren omgaan met spanning bij toetsen. Wat zijn de oorzaken en wat kun je eraan doen. In zes bijeenkomsten leren leerlingen op een andere manier omgaan met deze spanning. Contactpersoon: dhr. P. Miedema
Bijzondere Leerling Begeleiding ( BLB ) Voor wie: leerlingen met sociaal-emotionele problemen Een leerling met sociaal-emotionele problemen kan begeleiding krijgen van een leerlingbegeleider. Deze geeft advies en/of hulp. De leerlingbegeleider kan naast een luisterend oor ook praktische hulp bieden. Hij streeft ernaar binnen maximaal vijf gesprekken het probleem samen met leerling en ouders op te lossen of, wanneer dit niet lukt, samen te zoeken naar een externe oplossing (huisarts, psycholoog, Bureau jeugdzorg, Younieq of bij een huiswerkinstituut). De mentor of afdelingsleider meldt de leerling schriftelijk aan bij het zorgteam. Leerlingen en ouders kunnen zelf ook contact opnemen. De leerlingbegeleiders zijn: mevr. H. van den Bosch, dhr. P. Miedema, mevr. M. Scheers en dhr. R. Janssen, mevr. K. Crijns Contactpersoon: dhr. P. Miedema
Leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte Wanneer bij de overdracht van leerlingen uit groep 8 van de basisschool, door de groepsleerkracht, aangegeven wordt dat een leerling extra ondersteuningsbehoefte heeft, worden de ouders uitgenodigd voor een afstemmingsgesprek. Bij dit gesprek zijn de afdelingsleider en orthopedagoog aanwezig. Samen met de ouders wordt bekeken welke ondersteuning wenselijk is en of dit door de school geboden kan worden. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel 8