John Bijl
!
Hooggeëerd publiek! Syllabus Spreken in het Openbaar ! !
Spreken in het openbaar
1
! ! ! ! ! De eerste eigenschap van stijl is helderheid Aristoteles
Spreken in het openbaar
2
Hooggeëerd publiek! Syllabus Spreken in het Openbaar
Deze syllabus hoort bij de training Spreken in het openbaar van het Periklesinstituut.
! Eerste druk , mei 2013 Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg besteed. Voor informatie die nochtans onvolledig of onjuist is opgenomen, aanvaarden de auteur(s) en het Periklesinstituut geen aansprakelijkheid. © Periklesinstituut
! www.periklesinstituut.nl
Spreken in het openbaar
3
Het ambt presenteren
5
Spreken in het openbaar
7
Wat is spreken in het openbaar?
9
Een presentatie heeft een concreet doel
11
Een presentatie is gericht op een publiek
11
De spreker is ook gespreksleider
11
Shoot the messenger!
13
Zelfverzekerdheid
13
Contact
14
Emotie
14
Begin voordat je begonnen bent
16
Presenteren met je lichaam
19
Pose
19
Handen
19
Oogcontact
20
Stemgebruik
20
Stiltes
21
Snappen ze je wel? Begríjpen ze je ook?
22
Alles van waarde...
27
Spreken met beelden
28
Spreken met gevoel
28
Over het Periklesinstituut
30
Spreken in het openbaar
4
Het ambt presenteren Enige jaren geleden begeleide ik een politicus voor op een belangrijke speech. Ze werkte hard om de speech zo goed mogelijk te geven; we leefden samen toe naar het moment. En niet zonder resultaat! Op de dag van de presentatie stond ze te stralen op het podium. Alles ging goed. Het publiek was uitzinnig. Nadat ze had nagepraat met enkele enthousiaste toehoorders, wenkte ze me. Ik liep op haar af en feliciteerde haar met haar voortreffelijke prestatie. Ze keek met een stilte aan. ‘Wat is er?’ vroeg ik. Zachtjes, zodat niemand anders het hoorde, fluisterde ze met een tevreden glimlach en een voldane oogopslag: ‘ik ben zó moe’. Spreken in het openbaar is hard werken. Andersoortig hard werken dan een verhuizing of de tuin opknappen, maar als het goed is hoor je het aan je lijf te voelen dat je net een belangrijke prestatie hebt geleverd. De inzet die van je gevraagd wordt, is niet alleen cognitief. Het is niet hetzelfde als een sudoku maken of meedoen in een gezamenlijke brainstorm. Natuurlijk wordt er wat van je verstandelijke vermogens gevraagd wanneer je presenteert, maar als het goed is, heb je het grootste denkwerk al gedaan tijdens de voorbereiding. Presenteren is ook fysieke arbeid. Tijdens het presenteren ben je ook continu op je tellen hoe je overkomt, waar je staat en probeer je grip te houden op je lichaamstaal. Die combinatie van mentale en fysieke inspanning maakt spreken in het openbaar werk wat je niet mag onderschatten. Zorg daarom dat je je goed voorbereidt. Dat betekent niet dat je alleen maar je dia’s of de zaal op orde moet hebben. Het betekent ook dat je jezelf op orde moet hebben. Je presenteert en presteert beter als je uitgerust bent, de avond ervoor niet te veel hebt gedronken en je mentaal op de wedstrijd bent voorbereid.
!
Spreken in het openbaar
5
Je goed voorbereiden betekent ook dat je op alle aspecten van het houden van een presentatie hebt voorbereid. Ik vroeg aan een groep fondsbeheerders hoe ze zich hadden voorbereid op presentaties die ik had bijgewoond. De antwoorden waren vergelijkbaar. ‘Ik heb de stukken goed gelezen.’ ‘Ik heb de cijfers uit m’n hoofd geleerd.’ Alle verhalen impliceerde dat ze zich hadden voorbereid op wát ze wilde gaan vertellen maar niet hóe ze dat gingen vertellen. Je goed voorbereiden op een presentatie betekent ook dat je weet hoe jij de presentatie gaat geven. Waar ga je staan? Welke sfeer hoop je te bereiken? Welke beelden hoop je achter te laten? Welke gevoelens breng je over aan je publiek? Breng je de cijfers blij of zakelijk? Wat wil jij uitstralen? Hoe beter je je voorbereidt op alle aspecten van je presentatie, hoe beter je klaar bent voor succes met je verhaal. Ik hoop dat je deze syllabus er nog eens bij pakt om precies dat te doen: je voor te bereiden voor succes. Veel plezier!
Spreken in het openbaar
6
Spreken in het openbaar Decimen noemde de Romeinen het. Soldaten klaar voor de strijd, het gevest in de hand maar het zwaard nog in de schede. Opgeladen, word je op het laatste moment overmand door een vreemd moment van kalmte. Het is dát moment wat iedere spreker kent: de stilte voor de storm. Deze syllabus gaat over spreken in het openbaar. Het is een verzamelnaam voor het geven van presentaties, het houden van speeches of het verzorgen van lezingen. Ook wanneer je optreed in een debat, bijvoorbeeld omdat je gemeenteraadslid bent, of je wordt geïnterviewd door een journalist, ben aan het ‘spreken in het openbaar’. Maar spreken in het openbaar komt nog vaker voor. Vaker dan je denkt. Ook dat kleine moment, waneer je wordt gevraagd om tijdens het teamoverleg jou idee ‘even’ toe te lichten, is openbaar spreken. Ook dan is het toepassen van de vaardigheden die bij spreken in het openbaar horen het verschil tussen succes en wanhoop. Natuurlijk hebben presenteren, speechen, debatteren en geïnterviewd worden en alle andere genoemde en niet-genoemde vormen van spreken in het openbaar verschillen, maar de overeenkomsten zijn het belangrijkst. In alle gevallen is er iets aan de hand wat spreken in het openbaar bijzonder maakt. Deze syllabus gaat over dat ‘iets’. Door dat iets verandert ook verantwoordelijkheid van de presentator, speecher, debater, geïnterviewde — of om een algemene term te gebruiken — spreker. Het nemen van die verantwoordelijkheid, zorgen ervoor dat je presentaties of speeches een uitzonderlijk krachtig instrument maken. Met goed gebrachte presentaties kun je zonder overdrijven mensen overtuigen, inspireren, raken en veranderen.
Spreken in het Openbaar
7
Het is zo’n krachtig instrument; het zou vaker ingezet mogen worden. Er zou meer in het openbaar mogen worden gesproken. Dat hoeft niet eens met grote gebaren of formele betogen. U herinnert zich misschien politieserie Hill Street Blues. Elke aflevering opende met sergeant Phil Esterhaus, die de taken van de dag verdeelde, maar ook een inspirerend mini-speechje gaf (‘Hey! Hey! Let’s be careful out there!’). Dit kleine momentje van spreken in het openbaar zet even gauw iedereen weer scherp en vestigt de aandacht op iets wat anders gemakkelijk kan worden vergeten. Met de vaardigheden van spreken in het openbaar kan een korte mededeling ook een moment worden om je collega’s of je medewerkers te inspireren. Dan rest ons twee vragen die in deze syllabus beantwoord moeten worden: • Wat is spreken in het openbaar en wat maakt het bijzonder? • Hoe kun je goed spreken in het openbaar?
! !
Spreken in het Openbaar
8
Wat is spreken in het openbaar? Spreken in het openbaar – zoals presenteren, speechen en debatteren – is een bijzondere vorm van communiceren. Ze anders dan de manier van communicatie die normaal gebruiken.
! Onze normale manier van in gesprek zijn met anderen – converseren – is meestal een gesprek van allen met allen. Er is géén structuur en géén gespreksleider.
!
Spreken in het Openbaar
9
Bij spreken in het openbaar is dat anders. Daar is één iemand in gesprek met een hele groep. Deze spreker richt z’n woord tegen de groep en veel verbale interactie is niet de verwachting van het publiek én niet van de spreker. Deze presentator leidt het gesprek en is verantwoordelijk voor de inhoud en de doelstelling van het gesprek.
! ! ! !
Spreken in het Openbaar
10
Op drie punten is spreken in het openbaar anders: Een presentatie heeft een concreet doel Als je een presentatie geeft heb je een vooraf vastgestelde doelstelling. Deze doelstelling is door jou of door je opdrachtgever bepaald. Het is wat je wil overbrengen of wil bereiken bij het publiek; het is waar je ze van wil overtuigen. Een presentatie is gericht op een publiek Ten tweede presenteer je niet voor jezelf, maar voor je publiek. Als je presenteert, ben je meestal zelf aan het woord. Als spreker ben je niet alleen verantwoordelijk voor de doelstelling, maar ook voor de manier waarop de boodschap wordt overgebracht. De spreker is ook gespreksleider Om de presentatie goed op het publiek gericht te laten zijn, heeft één persoon de leiding van het gesprek: de presentator. Als je presenteert hoort dat bij je verantwoordelijkheid. Je bent de brenger van de boodschap, maar ook bewaker van de procedure. Ook wanneer iemand uit het publiek je een vraag stelt, of wanneer je zelf ruimte maakt voor vragen, hou jij de leiding van het gesprek. Na zo'n onderbreking is het jouw verantwoordelijkheid om van een vraaggesprek of dialoog weer terug te gaan een gesprek van één tegen de anderen.
Spreken in het Openbaar
11
De verantwoordelijkheid om het gesprek te leiden vraagt andere vaardigheden dan de dagelijkse communicatie van ons vraagt.
• • •
!
êthos, ofwel de manier waarop je jezelf presenteert logos, ofwel de manier waarop je ervoor zorgt dat je publiek je verhaal begrijpt. pathos, ofwel de manier waarop je ervoor zorgt dat je publiek zich aan kan sluiten bij het verhaal
Deze drie soorten vaardigheden bepalen voor je publiek of je overtuigend bent. Daarbij, de vaardigheden versterken elkaar. Een goed voorbeeld werkt alleen goed als je het én duidelijk kunt maken én het met zelfvertrouwen weet te presenteren.
! Bij elk van de drie type vaardigheden lees je in deze syllabus tips en aanbevelingen. Ieder deel begint met een algemene inleiding op de vaardigheid.
Spreken in het Openbaar
12
Shoot the messenger! Hoe vaak sta je voor de spiegel? Elke dag wel een keer. Bij het tandenpoetsen. Of tijdens het scheren of het opmaken. Of misschien een vluchtige blik als je je handen wast op het toilet. Maar hoe vaak zie je jezelf dan? Hoe vaak zie je écht hoe je overkomt? Je hoeft de vraag niet te beantwoorden. De meeste mensen zien zichzelf niet echt. Vaak is jezelf op video terug zien al een gekke ervaring. Zelfs dán kijken de meesten niet echt naar hoe ze overkomen, maar naar een detail: een kreukel in je broek, een gekke haarlok of hoeveel je bent afgevallen. Je publiek ziet jou wel. Maar al te goed. Sterker nog, wanneer je een presentatie geeft, is de manier waarop je voor de groep staat medebepalend voor het beeld wat het publiek heeft bij de inhoud van je verhaal. En dus of ze van jouw verhaal overtuigd of geïnspireerd raken. Een presentator die zich er niet van bewust is zelf de boodschapper te zijn, zal zijn publiek niet snel mee krijgen.
• • •
!
Als eerste is het belangrijk zelfverzekerd over te komen. Ten tweede maak je met je houding contact met de deelnemers. Als derde kun je met je lichaam noodzakelijke emoties communiceren.
Zelfverzekerdheid Voor mensen is het moeilijk om boodschap en boodschapper te scheiden. Een boodschap an sich heeft geen gevoel of compassie. Dat gevoel komt van degene die de boodschap brengt. Ga maar na, wanneer een presentatie door een weifelende presentator met heel veel uhhh’s wordt gegeven, komt de boodschap nauwelijks goed over.
!
Spreken in het Openbaar
13
Contact Ten tweede zorgt een goede houding ervoor dat je contact maakt met je toehoorders. Onbewuste of slecht voorbereide presentatoren draaien hun verhaal af. Het lijkt er zelfs op alsof ze niet in de gaten hebben, dat er ook publiek zit. Ook dat is niet echt expres. Voor de meeste mensen is het staan voor groepen ongemakkelijk. Ze zetten dan hun ‘tramgezicht’ op. Een neutrale of zelfs boze en chagrijnige gezichtsuitdrukking die je in een volle tram bij de meeste mensen ziet. Het is een niet erg uitnodigende blik en dat is — in dát geval — precies de bedoeling. Bij een presentatie geldt natuurlijk dat wanneer je een open houding hebt, je het voor je publiek aantrekkelijker maakt om naar het verhaal zelf te luisteren. Emotie Als laatste is het van belang dat emotie communiceert. Je hebt misschien gehoord van het onderzoek van Albert Merhabian. Na experimenten concludeerde hij dat emoties vooral worden gecommuniceerd met lichaamstaal – zoals houding, mimiek en handgebaren en de intonatie van de stem. Ga maar na, iemand die op neutrale, vlakke wijze ‘dat is een goed idee’ tegen je zegt, komt anders over dan wanneer hij of zij dat met de handen in de lucht, een grote glimlach en een íets verhoogde stem doet. Bij je voorbereiding voor een speech of presentatie vraag je je ook af hoe je zelfverzekerd overkomt, hoe je contact maakt met je publiek en hoe jouw enthousiasme of bezorgdheid over gaat brengen. Het vraagt van je dat je bewust bent van de belangrijkste manieren om je lichaamstaal te besturen: je houding, je handen, het oogcontact met de groep toehoorders en het gebruik van je stem. Het is de êthos van de spreker.
!
Spreken in het Openbaar
14
STAP
3
!
Je kunt je êthos op vier manieren beheersen. •Je houding, de manier waarop je voor de groep staat. •Hoe je je handen gebruikt om je verhaal te versterken. •De mate waarin je oogcontact maakt. •Het gebruik van je stem.
Voor al die punten leer je met oefening je eigen stijl te vinden.
Spreken in het Openbaar
15
Begin voordat je begonnen bent Er gebeurt bij het publiek al van alles nog voor dat je je eerste woord hebt uitgesproken. Tegenwoordig zouden we dat charisma of de xfactor noemen. Toch is dat ‘iets’ wat sommige sprekers lijken te hebben niet zo heel erg bijzonder. Vaak is het alleen al je lichaamshouding; de manier waarop je staat en waar je staat. Dat is niet alleen belangrijk voor het publiek, maar ook voor de spreker zelf. Lichaamstaalexpert Frank van Marwijk observeert dat het woord houding zowel pose als attitude kan betekenen; een mentale én een fysieke houding. Dat is niet raar. Hoe je je voelt is bepalend voor je gelaatsuitdrukking, de snelheid van je pas en je de manier waarop je staat. Als je niet lekker in je vel zit, ziet iedereen dat. Gek genoeg is het omgekeerde ook waar: hoe je je houdt, is óók bepalend voor je gevoel. Ons gevoel en ons lijf zijn nauw met elkaar verbonden – en blijkbaar werkt die connectie twee kanten op. Misschien kent u deze tip uit een telefoontraining: pak de telefoon altijd met een glimlach op. De persoon aan de andere kant hoort het verschil. Dat komt niet omdat mensen anders klinken wanneer ze glimlachen, maar omdat je door te glimlachen je vrolijker voelt, verandert begin voordat je je intonatie en je stemgeluid. Je kunt dat systeem in je lijf in je voordeel begonnen bent gebruiken. Je kan jezelf opladen door er eens goed voor te gaan staan. Het betekent dat je vóórdat je aan je presentatie begint je goed voorbereid aan de presentatie. Niet alleen fysiek maar ook mentaal. Die voorbereiding bestaat uit drie stappen: • Zet je lichaam in de ‘openbaar-spreken-modus’. • Kies je werkplek en stap er besloten op af. • Maak contact met het publiek.
Spreken in het Openbaar
16
Een bewuste houding helpt je de overtuigingskracht van STAP je presentatie te vergroten. De eerste stap is dat je dat je een bewuste keuze maakt om te beginnen. Dat begint al voordat je bent begonnen. Voordat je het podium betreed en je aan je speech of presentatie begint, hoor je al in de ‘spreken-in-het-openbaar-houding’ te staan. Dat betekent: rug recht, schouders naar achter en je hoofd boven je romp laten zweven.
1
Probeer het nu. En hou het even vol, zelfs terwijl je dit leest. Strek je ruggengraat helemaal uit. Stel jezelf voor dat je de ruimte tussen je ruggenwervels zo groot mogelijk probeert te maken. Let vervolgens op je borstbeen. Doe alsof het aan een touwtje zit en er iemand van bovenaf voorzichtig aan met kleine rukjes aan trekt. Laat zo de fictieve persoon een paar keer aan het touwtje trekken, net zo lang totdat je een voor jou gemakkelijke positie hebt gevonden. Als laatste, let op je nek. Steek je kin in de lucht en schud met je hoofd; alsof je je haar los gooit. Voel hoe je die 6 kilo van je hoofd op precaire wijze door die paar nekspieren omhoog wordt gehouden en zoek de plek met de meeste balans. Haal langzaam en diep adem. Blaas niet uit, maar laat de lucht als vanzelf uit je longen lopen.
! De tweede stap is: gaan. Het betekent dat je welbewust STAP naar de plek loopt waar je je presentatie of speech gaat houden. Feitelijk bén je al begonnen met werken. Je publiek — of dat nu uit tien of tienduizend man bestaat, of het nu je beste vrienden of wildvreemden zijn — heeft je immers al in de gaten. Realiseer je dat goed wanneer je je plek inneemt. Zonder dat je nog een woord gesproken, ben je al begonnen met het uitstralen van een boodschap; je bent al begonnen met communiceren.
2
!
Spreken in het Openbaar
17
En de derde stap: acclimatiseer en neem je werkplek in gebruik. Zelfs als je de presentatieplek al hebt bereikt, ben je nog niet klaar om je eerste woorden tot het publiek te beginnen. Probeer eerst aan je plek te wennen. Het is tenslotte je werkplek. Daar moet je even acclimatiseren. Net zo goed als wanneer je in de auto van een ander stapt je eerst de stoel goed zet en de spiegels stelt, moet je aan je presentatieplek en het zicht op het publiek ook even wennen. Bij een presentatie of speechen betekent dat kijken en zwijgen. Elke goede presentatie begint met een moment van stilte. Zoek je publiek even op en laat een gemoedelijke glimlach zien. En dan pas ben je klaar om te gaan presenteren. En daarover gaan de volgende tips.
!
Spreken in het Openbaar
18
Presenteren met je lichaam Pose Blijk ook tijdens je presentatie letten op je houding. Dat staat comfortabeler, maar je komt als presentator minder sterk over. Voor je houding is het van belang dat je zelfverzekerd staat. Dat betekent: • Ga staan op een plek waar je publiek je goed kan zien. • Sta recht; schouders naar achter en borst vooruit. • Hou je benen stevig op de grond.
!
Handen Heel vaak leiden presentatoren hun publiek af met hun handen. Ze frummelen aan haar, spelen met een pen of met een papiertje of stoppen ze in hun zak. Hou je handen rustig op navelhoogte voor je. Je zult merken dat je handen je niet in de weg zitten en dat je ze makkelijker zult gebruiken om je verhaal non-verbaal met gebaren kracht bij te zetten. Daarnaast kun je je handen ook functioneel inzetten.
•
Je kunt je tekst organiseren door met je vingers je argumenten op te sommen: ‘één, twee, drie..’.
•
Je kunt belangrijke zinnen markeren door met een opgeheven hand of vinger er extra aandacht voor te vragen.
•
Je kunt met handgebaren en symbolen als ‘oké’, een duim omhoog of een ‘stop-teken’ je tekst ondersteunen.
! !
Spreken in het Openbaar
19
Oogcontact Door goed oogcontact te maken met de groep maak je duidelijk dat je vindt dat je met de groep in gesprek bent. Wanneer je te veel (en dat is al snel) naar je aantekeningen, uit het raam of naar het plafond kijkt, raakt het publiek snel afgeleid. Veel sprekers vinden goed oogcontact houden het moeilijkste van presenteren. Toch is het ‘t belangrijkste waarmee je kunt laten zien dat je graag wil dat je publiek luistert. Stemgebruik Je stem doet meer voor je verhaal dan alleen het overbrengen van woorden. Je draagt met je stem ook je gemoedstoestand over. Je kunt zelf goed aan iemands stem horen hoe hij zich voelt; ook als je ‘m niet ziet. In trainingen voor commercieel telefoonverkeer wordt niet voor niets de tip gegeven met een glimlach op het gezicht de telefoon op te nemen. Degene aan de nadere kant van de lijn zal het niet zien, maar aan je stem is verdomd goed te merken of je de beller met plezier begroet of dat je dat doet met je hoofd nog verdiept in een ingewikkeld dossier. Net als bij lichaamstaal en mimiek heeft je publiek altijd in de gaten of er emotie in je stem zit. Ook al zou je nog zo je best doen om emotie in je stem te verbergen, dan nog weet je publiek er emotie in te vinden! Een mooi voorbeeld hiervan is de film 2001: A Space Odyssey. Een van de karakters in de film is de intelligente supercomputer HAL. Stem-acteur Douglas Rain probeerde HAL zo emotieloos te spelen; zijn stem is monotoon en ingetogen. Toch klinkt HAL in de film beangstigend. Juist door het gedempte stemgebruik voel je dat er meer aan de hand is. Niet voor niets haalde acteur Anthony Hopkins jaren later inspiratie uit HAL’s stem voor zijn memorabele rol als de kille psychopaat Hannibal Lecter in The Silence of the Lambs.
!
Spreken in het Openbaar
20
Bewust gebruik van je stem zorgt ervoor dat je meer controle krijgt op de gevoelswaarde die je met je stem overbrengt. Tegelijker zorg je er zo ook voor dat je het publiek niet onbewust verveelt met hoe je iets zegt. Sommige sprekers zijn er enorm goed in om met hun saaie, weinig afwisselende stem stem alleen hun toehoorders in slaap te sussen. Goed gebruik van je stem wil zeggen dat je stem afwisselend klinkt. Dat wil zeggen dat je afwisselt met: • de toonhoogte, ofwel de melodie; • het volume door afwisselend harder en zachter te spreken; • het tempo, door bijvoorbeeld een belangrijke passage langzamer uit te spreken.
!
Stiltes Bij het goed gebruik van je stem, hoort ook het goed gebruik van stiltes. Met stiltes kun je veel bereiken: • Je kunt door een gepaste stilte je worden meer impact geven. • Het is na een stilte duidelijker dat je een nieuw onderdeel aansnijdt. • Een stilte is een goed alternatief voor ‘uuuhhhh’. Een publiek vind een korte stilte van twee tellen helemaal niet erg.
! !
Spreken in het Openbaar
21
Snappen ze je wel? Begríjpen ze je ook? Niets is zo overschat als de menselijke geest. We dichten ons vermogens toe, die we helemaal niet hebben. Zoals dingen goed onthouden, moeilijke kwesties in één keer goed uitleggen of denken dat wanneer jij iets belangrijk vind, anderen dat ook wel zullen vinden. Deze overschattingen van de menselijke geest staan iedere spreker in het openbaar in de weg. Logos wil zeggen dat je leert je publiek mee te nemen in je verhaal. Net als êthos is dat voor veel mensen lastig. Het betekent dat je je verhaal eenvoudiger en met meer herhalingen moet uitleggen dan jijzelf nodig vindt. Raar is dat niet: jij begrijpt jouw verhaal natuurlijk beter dan je publiek! Onderzoek wijst uit dat mensen helemaal niet zo goed kunnen onthouden. Van een gemiddeld gesproken verhaal onthouden ze gemiddeld zo’n 11% Als openbaar spreker zul je meer gestructureerd en meer expliciet je boodschap moeten brengen. Wellicht zelfs té expliciet voor jouw idee. Maar vergeet niet, jij kent het verhaal, het publiek hoort het voor het eerst! Voor dat je aan je verhaal begint, maak je het publiek klaar voor je verhaal. Begin met een aandachttrekker. Meestal denkt je publiek aan honderd-en-een andere dingen voordat je jouw presentatie begint. Door met een goed citaat, een prikkelende vraag of een opvallend voorbeeld je publiek eerst nieuwsgierig te maken, hebben ze meer aandacht voor je verhaal.
Spreken in het Openbaar
22
Als je de aandacht van je publiek eenmaal hebt, kun je met de werkelijke inhoud van je presentatie beginnen. Dat moet gestructureerd. Met een goede betoogstructuur maak je het je publiek makkelijk om je redenering te volgen. Dat betekent: eerst de inhoudsopgave, dan pas de inhoud zelf. Je tweede zin of alinea na je aandachttrekker is voor de doelstelling van je presentatie. Er zijn drie soorten doelstellingen.
•
Informeren
Je wilt informatie overbrengen aan het publiek.
•
Agenderen
Je wilt dat ze nadenken over een moeilijk of lastig onderwerp.
•
Overtuigen
Jij vind iets, en zij moeten dat ook vinden.
! Na je doelstelling formuleer je hoe je presentatie hebt opgebouwd. Bijvoorbeeld door je argumenten op te sommen. Let wel, je hoeft nog niets uit te leggen. Alleen het noemen van de inhoudsopgave is genoeg. Doe dat in zo kort mogelijke bewoordingen. Dus niet: “de privacywetgeving is onvoldoende aangepast voor het inzetten van drones en daarom..” maar “als eerste: privacy”. Nadat je je argumenten hebt uitgewerkt, neem je aan het eind van je presentatie tijd voor een samenvatting. Daarmee bied je het publiek nog een laatste mogelijkheid om te zien waar jou verhaal over ging. Dat is belangrijk. De kans is best groot dat ze met één belangrijk punt in het hoofd zitten en dat ze het complete overzicht van je hele verhaal zijn kwijt geraakt. Een goede samenvatting bestaat uit drie delen: • de herhaling van de opsomming van je argumenten; • de kernboodschap ofwel de doelstelling van je presentatie;
Spreken in het Openbaar
23
•
!
en een laatste opmerking: de uitsmijter.
De uitsmijter heeft dezelfde functie als de aandachttrekker aan het begin. Je laat daarmee op energieke (of doordachte) wijze zien dat je verhaal is afgelopen. Ook bij het uitwerken van je argumenten moet je rekening houden met de tekortkomingen van de menselijke geest. Alleen zeggen dat iets een argument is, overtuigt niemand. Om duidelijk te zijn zorg je dat je voor het publiek twee vragen beantwoordt: • Waarom is dit waar? • Waarom is dit belangrijk?
!
Leg als eerste uit hoe je argument werkt. In zo klein mogelijke stapjes neem je je publiek mee in het mechanisme van je onderbouwing. Dus niet: “We moeten mensen opleiden bij de reorganisatie” maar “als we het systeem veranderen, veranderen er veel voor onze medewerkers. Ze moeten ook om leren gaan met die veranderingen. Met een opleiding zorgen we dat ze daar snel mee aan de slag kunnen”.
! Als tweede leg je uit waarom dat belangrijk is. Let wel: iets wat voor jou belangrijk is, hoeft niet belangrijk te zijn voor je publiek. Jij kunt grote waarde hechten aan het uiterlijk van jullie offertes, voor je publiek is de snelheid waarmee ze gemaakt worden het belangrijkst.
!
Spreken in het Openbaar
24
Dit ezelsbruggetje helpt je aandacht te besteden aan waarom is het waar en waarom is het belangrijk. Maak je argumenten SEXI: • Noem het argument (state) • Leg het argument uit (explain) • Geef een voorbeeld (illustrate)
!
Het geven van een voorbeeld en uitleggen waarom iets belangrijk is, heeft uiteraard alles te maken pathos het laatste deel van deze syllabus.
!
Spreken in het Openbaar
25
Betoogstructuur Aandachttrekker
Maak je publiek ierig nieuwsg
Kernboodschap
Argument 1
Argument 2
Argument 3
Argument 1
Argument 2
Argument 3
Uitwerking
Uitwerking
Uitwerking
Voorbeeld of Illustratie
Voorbeeld of Illustratie
Voorbeeld of Illustratie
Argument 1
Argument 2
Argument 3
Ma argumak je ent SEXI en
Kernboodschap
Kortom,...
Spreken in het Openbaar
26
Alles van waarde... Mensen zijn geen machines. Elke afweging die we maken, maken we niet alleen met ons verstand, maar ook met ons gevoel. Als spreker of presentator dien je daar rekening mee te houden. Doe je dat niet, zouden mensen wel eens een onvolledige of zelfs onjuiste invulling kunnen geven aan jouw boodschap. Een verkeerd woord of verkeerd plaatje kan dan funest zijn voor je verhaal. Naast de uitstraling van de presentator en de begrijpelijkheid van het verhaal, speelt ook het voorstellingsvermogen bij het publiek een grote rol. Wat mensen vinden, wordt voor een groot deel bepaald door het plaatje wat ze in hun hoofd kunnen maken. Het prikkelt hun gevoel. Aristoteles noemde dit pathos: aansluiten bij het gevoelsleven van de toehoorders. Op twee manieren kun je er voor zorgen dat je ook op deze manier rekening houdt met de behoefte van het publiek: • Door te spreken met beelden. • Door te spreken met gevoel.
! !
Spreken in het Openbaar
27
Spreken met beelden Spreken met beelden zorgt er direct voor dat mensen zich iets voor kunnen stellen bij je verhaal. Het zijn dezelfde technieken die je in goede verhalen zoals sprookjes tegenkomt. De truc van goed beeldend taalgebruik is dit: • gebruik eenvoudige woorden, geen jargon; • geef tastbare omschrijvingen, doe alsof je erbij bent (“stel je eens voor..”); • geef details (“een stapel papier die boven je computerscherm uittorent!”).
!
Natuurlijk kun je in je presentatie met PowerPoint of Keynote ook échte plaatjes opnemen.
Spreken met gevoel Ook het bewust overbrengen van emotie is belangrijk. Hou er rekening mee dat je altijd emoties communiceert; of je nu wilt of niet. Daarbij, je publiek heeft emoties nodig. Het gevoel wat ze hebben bij jou punt, geeft gewicht aan je argumenten; het helpt je publiek bij het maken van hun afweging. Al eerder heb je gelezen, dat je niet alleen in woorden emoties communiceert. Emoties communiceer je vooral met bijvoorbeeld: • het beklemtonen van bepaalde woorden; • de mimiek in je gezicht; • en eventueel met handgebaren.
!
Toch kan ook woordkeus uitmaken. Worden hebben geen echte neutrale betekenis; ieder persoon heeft ook een bepaald gevoel bij een woord.
!
Spreken in het Openbaar
28
Toch kun je woorden kiezen om een bepaald gevoel te benadrukken. Bijvoorbeeld of je zélf emotie hebt bij het begrip. Dit wordt ook wel framing genoemd; het kiezen van een woord of woordgroep om de emotie bij een bepaald begrip te beïnvloeden. Neem als voorbeeld het begrip asielzoeker. Dit begrip wordt uitgelegd als ‘hulpzoekende’ en als ‘uitbuiter’. Bij elk beeld hoort een eigen woordkeus.
! !
Spreken in het Openbaar
29
Over het Periklesinstituut Perikles was van 461 - 429 de onbetwiste leider van Athene. Onder zijn bewind groeide de cultuur, kunst, onderwijs, filosofie en uiteraard de democratie in de stadstaat uit tot waar wij haar nu nog om roemen. Door Perikles’ charismatisch optreden en verbale daadkracht wordt de bloeitijd van Athene ook wel ‘de Gouden Eeuw van Perikles’ genoemd. Het Periklesinstituut helpt gemeenteraden en Provinciale Staten de raadsvergaderingen effectiever maken, traint politici in het volksvertegenwoordigende ambt en coacht bestuurders in spreken in het openbaar in en om de raadsvergaderingen. Het instituut begeleidt gemeenteraden in het verbeteren van het debat en het politieke proces, verzorgt trainingen voor fracties en individuele politici en coacht wethouders en andere politiek bestuurders. Onze trainers delen jarenlange ervaring in het trainen en coachen met een ruime ervaring in de politiek. Ze waren raadslid, wethouder, griffier enzovoorts. De programma's van het Periklesinstituut verbeteren samen met de leden van de volksvertegenwoordiging de meningsvorming, scherpte van de afweging en de overzichtelijkheid van de vergaderingen. Met inwerkprogramma’s voor de nieuwe raad, raadsbijeenkomsten, trainingen en workshops helpen ze de raad effectiever te vergaderen en tot betere besluitvorming te komen. Onze trainingen helpen volksvertegenwoordigers en fracties met hun debat- en presentatievaardigheden en coacht hij politiek bestuurder op het debatteren in de raad of Staten en het spreken in het openbaar. Kijk voor meer informatie op www.periklesinstitituut.nl.
Spreken in het Openbaar
30
Spreken in het openbaar Politiek is een verbaal ambt. Als politicus zijn je woorden en je overtuigingskracht je enige wapens in en om de politieke arena. Voor een raadslid, Statenlid of politiek bestuurder geldt dan ook dat hij op effectieve en toegankelijke wijze zijn idee of beleidsvoorstel weet uit te leggen. In toegankelijke betogen moet hij de meest complexe ideeën aan alle burgers kunnen toelichten. En het liefst ze van zelfs de meest radicale ideeën kunnen overtuigen. Deze syllabus gaat over het presenteren, speechen of – om het in algemene termen uit te drukken – spreken in het openbaar. Ze beschrijft de verantwoordelijkheden en vaardigheden die bij dit deel van de politieke vaardigheden komen kijken. Deze syllabus hoort bij de training Spreken in het openbaar van het Periklesinstituut.
! Over de auteur John Bijl is oprichter en directeur van het Periklesinstituut. John geldt als specialist op het politieke debat. Hij begeleidt gemeenteraden en Provinciale Staten in verbeteren van het debat en de raadsvergaderingen. Hij publiceerde artikelen in wetenschappelijke tijdschriften en landelijke nieuwsmedia zoals NRC Handelsblad, de Volkskrant. Geregeld analyseert debatten en geeft hij commentaar op radio en televisie. Voor Binnenlands Bestuur schrijft hij de column ‘Mysteryburger’ over de kwaliteit van het debat in lokale politiek. Periklesinstituut Postbus 25193
3001 HD Rotterdam www.periklesinstituut.nl
! Het Periklesinstituut begeleidt gemeenteraden en Staten in het effectiever maken van het debat en het politieke proces, traint fracties en individuele politici en coacht wethouders, gedeputeerden en overige politiek bestuurders.