jezelf ontwikkelen!
BEGELEIDINGSGIDS
Beroepspraktijkvorming (BPV) Studiejaar 2015 – 2016
www.cello-zorg.nl
Inhoudsopgave
pagina
Inleiding, doel en uitleg
4
Cello, een korte kennismaking
6
Leren bij Cello
8
Leer&Doe-route
9
Kwalificatiedossiers in het kort
10
Beroepsgericht opleiden met competenties als uitgangspunt
11
Begeleiden bij Cello 6.1 Verantwoordelijkheden voor het opleiden van leerlingen
12 12
6.2 Gesprekkencyclus
15
6.3 Beginsituatie en kennismaking
17
6.4 Introductiegesprek
17
6.5 Leerdoelengesprek
20
6.6 Het voortgangsgesprek
21
6.7 De tussenevaluatie
22
6.8 De eindevaluatie
24
Arbeidsvoorwaarden BBL 7.1 Werktijdenregeling BBL
25 25
7.2 Salaris
25
7.3 Proeftijd
25
7.4 De leerarbeidsovereenkomst en het vervolg
25
7.5 Het behalen van het diploma
26
7.6 Stagevergoeding en afspraken over het rooster van een stagiaire
26
7.7 Reiskostenvergoeding
27
7.8 Ziektekostenverzekering
27
7.9 Aanwezigheid en ziekteverzuim
27
7.10 Overige informatie
27
Plannen is meer dan een agenda
28
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 2
Bijlagen
pagina
Bijlage 1
Aanvang formulier
31
Bijlage 2
Beginsituatie
33
Bijlage 3
Checklist inwerken leerling
34
Bijlage 4
Evaluatie inwerkperiode
39
Bijlage 5
Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
40
Bijlage 6
Persoonlijk activiteitenplan (PAP)
41
Bijlage 7
SMART formuleren ( doelen stellen)
42
Bijlage 8
STARRT methode ( reflecteren)
43
Bijlage 9
Handleiding 360 ̊ feedback vragenlijst
47
Bijlage 10
Organigram van Cello
51
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 3
Inleiding De bedoeling van deze begeleidingsgids het informeren van zowel leerlingen als begeleiders over de BPV (beroepspraktijkvorming) en de wijze van begeleiden bij Cello. De gids is een leidraad voor de begeleiding van de leerling (BBL, met leer- en arbeidsovereenkomst) en stagiair (BOL, stage overeenkomst) tijdens zijn/haar BPV-periode bij Cello. Over de tekst Waar in deze gids ‘leerling’ staat, wordt ook ‘stagiair’ bedoeld. ‘Hij’ kan gelezen worden als ‘zij’ en ‘hem’ als ‘haar’. Over de inhoud De volgende onderwerpen komen aan bod:
Kennismaken met Cello als organisatie. Hoe is de organisatie van leren en opleiden geregeld bij Cello? Bij wie kan je terecht? Hoe zit de gesprekkencyclus in elkaar? Wat zijn de taken van werkbegeleider, coördinerend begeleider, clustermanager en opleidingscoördinator? Wat wordt er van de leerling verwacht en wat kan hij van Cello verwachten?
Door de begeleidingsgids te volgen, worden alle gegevens rondom het leerproces van de leerling vastgelegd. Het bijhouden van en werken volgens de begeleidingsgids is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de opleidingscoördinator, coördinerend begeleider, de werkbegeleider en de leerling. Het doel van deze begeleidingsgids is: de begeleiding van de leerling systematisch te laten verlopen en daardoor een waardevolle bijdrage leveren aan het leerproces; waarborgen van de continuïteit van de werkbegeleiding; verbeteren van de kwaliteit van de werkbegeleiding. Toepassingsgebied Leerlingen werkzaam in de sectoren Wonen, Dagbesteding & Werk, Kind & gezin en Vrije tijd. Hoe werkt het? De coördinerend begeleider draagt er zorg voor dat de begeleidingsgids met een korte uitleg overgedragen wordt aan de nieuwe leerling zodat deze op kan zoeken wat er van hem verwacht wordt. De planning van de gesprekken die in de begeleidingsgids staat beschreven, sluit in grote lijnen aan bij de planning van de gesprekken zoals die op scholen gehanteerd wordt. De bedoeling is de begeleidingsgids te gebruiken ter voorbereiding van en als leidraad bij een gesprek. Verder zitten er in de bijlagen enkele instrumenten. Deze zijn te gebruiken bij bijvoorbeeld het schrijven van reflectieverslagen en het vragen om feedback.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 4
Meer informatie of vragen? Mochten er vragen zijn die niet in deze begeleidingsgids worden beantwoord, neem dan contact op met je opleidingscoördinator:
Opleidingscoördinator
Sector
E-mail
telefoon
Sector wonen Vught / Rosmalen
[email protected]
088 345 3023
[email protected]
088 345 1447
BBL Kees Lemmens
Sector Wonen en jeugd Haren Lonneke de Laat
Sector wonen en specialistische zorg Sector wonen Vught / Rosmalen Sector dagbesteding
BOL Annet Vermeulen
Stagebureau
[email protected]
088 345 1446
Helpdesk BPV
Stagebureau
[email protected]
-
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 5
1. Cello, een korte kennismaking Cello biedt zorg en ondersteuning aan ruim 2.000 mensen in alle leeftijden met (veelal) een verstandelijke beperking. Deze zorg en ondersteuning omvat vele facetten:
specialistische kinderzorg ondersteuning bij wonen ondersteuning bij werk en dagbesteding organiseren van vrijetijdsactiviteiten ondersteuning in de vorm van ambulante begeleiding, thuiszorg, weekend- of vakantieopvang of voor het volgen van een cursus
Bij Cello werken meer dan 2600 deskundige en gemotiveerde medewerkers; meer dan 1.200 vrijwilligers zorgen ervoor dat de cliënten van hun vrije tijd kunnen genieten of meer individuele aandacht krijgen bij werken of wonen. Cello werkt in tien gemeenten in de regio noordoost Brabant en zuidwest Gelderland. De basis van deze ondersteuning wordt gevormd door de visie en missie van Cello. Deze documenten vind je op intranet onder de kop DKS, startpagina DKS, zoekwoord: ‘missie’ of ‘visie’. Een samenvatting vind je op de volgende pagina. Vitale medewerkers in vitale teams Cello werkt aan vitale teams. Wat is de definitie van een vitaal team? Een groep zelfbewuste professionals die samenwerken aan een herkenbare doelstelling en werken vanuit een gedeelde visie. Die samen en individueel aanspreekbaar zijn op het teamresultaat en onderling algemene teamtaken verdelen en uitvoeren en de afstemming met anderen binnen en buiten Cello verzorgen. Ze lossen samen hun problemen op en reflecteren op hun werk, dat ze steeds willen verbeteren. We gaan van “zorgen voor”, naar “zorgen dat”. En we gaan bewegen van 2D, het zelf doen, naar 3D, zorgen samen met anderen of het laten doen. Wat vraagt dit van medewerkers en jou als leerling of stagiair tijdens je opleiding? Dat vraagt creativiteit, initiatief nemen. Dat groeit het beste wanneer er ruimte is voor eigen verantwoordelijkheid.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 6
Missie Cello biedt ondersteuning aan mensen met een (verstandelijke) beperking, afgestemd op hun individuele vraag in alle levensfasen. Vertrekpunt voor de ondersteuning is de cliënt binnen de eigen kring van familie, vrienden en leefomgeving. Het waarborgen van ondersteuning in het dagelijks leven biedt hun de mogelijkheid om gewoon als anderen hun eigen leven te leiden, waardoor zij als persoon en als lid van de samenleving tot hun recht kunnen komen. Wij zetten ons ook actief in voor het creëren van ruimte en respect voor mensen met een beperking in de samenleving. Cello is dé regionale specialist voor het bieden van langdurige ondersteuning aan mensen met een beperking. We bieden een breed en samenhangend pakket aan ondersteuning van uitstekende kwaliteit dat blijft meegroeien met de ontwikkeling van de vragen. We bieden persoonlijke begeleiding bij het arrangeren van zorg en dienstverlening. Cello is in de regio een bekend en betrouwbaar merk. We zijn een vanzelfsprekende partner voor cliënten/vertegenwoordigers en voor andere (lokale) instellingen. Onze dienstverlening is Dienstbaar, Deskundig, Divers en Dichtbij. We werken vraaggericht met behoud van onze professionele verantwoordelijkheid. Door de grote diversiteit in aanbod, de goede spreiding en de lokale verankering bieden we cliënten keuzemogelijkheden dicht bij huis. Zorgvisie * We stellen ons op als zorgpartner voor cliënten en hun vertegenwoordigers. Vertrekkend vanuit hun vraag komt het ondersteuningsaanbod in dialoog tot stand. * We gaan uit van mogelijkheden van mensen en werken ontwikkelingsgericht. * We houden rekening met de kwetsbaarheid van mensen. Belangrijkst ijkpunt vormt de individuele kwaliteit van bestaan. * We bieden ondersteuning die aansluit op elke levensfase, de eigen mogelijkheden en die van de omgeving en bij de eigen keuzes. *We zijn gericht op deelname aan de locale samenleving. *Voor de vormgeving van het aanbod geldt het vertrekpunt “gewoon waar mogelijk, speciaal waar nodig”. *Ons aanbod is vraaggericht, duidelijk afgesproken, uiteenlopend en samenhangend, professioneel en dicht bij.
Visie op medewerkers
kernwaarden Betrokken Betrouwbaar Bevlogen
* Zorg is mensenwerk. Je werkt vóór en met mensen. Je werkt samen in een team. Dat vereist teamgeest in combinatie met zelfstandigheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid. * Als medewerker van Cello ben je een bruggenbouwer voor mensen met een beperking in de samenleving * Cello verwacht van medewerkers: een dienstverlenende houding, een professionele instelling, bezieling en betrokkenheid bij de cliënten * De verwachtingen naar medewerkers worden vertaald in concrete competenties, waar gericht aan wordt gewerkt door coaching, intervisie en opleiding. * Cello is een aantrekkelijke werkgever, die veel kansen biedt bij loopbaanontwikkeling. * We fungeren als opleidingsinstelling in de gehandicaptenzorg.
Visie op organiseren * Cello kent een warme, mensgerichte cultuur. Menselijke maat is uitgangspunt. We hebben een pragmatische resultaatgerichte insteek. * De organisatie is gericht op ondersteuning van de dienstverleningsrelatie tussen cliënt en medewerker. * Medewerkers functioneren in teams met een eigen taakstelling en de bijbehorende competenties. * Clustermanagers geven coachend leiding aan diverse teams en zijn betrokken bij cluster overstijgende projecten. Focus van hun aandacht ligt bij cliënten en medewerkers en de omvang van de clusters is daaraan aangepast. Clusters geven vorm aan lokale steunpunten. Er is sprake van integrale managementverantwoordelijkheid tot op het niveau van clustermanagers. * Cello heeft een platte organisatie met een tweehoofdig bestuur en kent een functionele ordening (wonendagbesteding-kind&gezin-vrije tijd) en een geografische ordening. Sectormanagers leiden een eenheid en zijn belast met organisatie brede taken, waaronder de zorgprogrammaleiding. Zorgmanagers zijn collectief medeverantwoordelijk voor strategische beleidsontwikkeling.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 7
2. Leren bij Cello Cello leidt op via de BBL (beroepsbegeleidende leerweg). De leerlingen krijgen een leerarbeidsovereenkomst.Normaliter worden ze via een werving- en selectieprocedure geselecteerd. Opleiden via BBL gebeurt alleen op MBO nivo 3 of 4, met name de stromingen V&V (Verpleging en Verzorging) en SMS (Sociaal Maatschappelijke Studies). Onder SMS valt de opleiding MMZ (Medewerker Maatschappelijke Zorg), MZ – GZ, Maatschappelijke Zorg Gehandicaptenzorg. BPV / stage Leerlingen die bij Cello hun BPV-periode hebben, worden in het algemeen opgeleid door het ROC Koning Willem 1 College in Den Bosch, of ROC de Leijgraaf in Veghel. Dit sluit leerlingen van een ander ROC overigens niet uit. Studenten die vanuit de BOL (beroeps opleidende leerweg) een stage volgen, krijgen een stagecontract. Stagiairs worden bij de opleidingscoördinator van het stagebureau aangemeld. Deze coördineert de plaatsing. Stages worden gevolgd vanuit de verschillende MBO opleidingen in zorg en welzijn op nivo 2, 3, en 4. Ook zijn er stagiairs van oa. de opleidingen HBO-V, SPH en Pedagogiek. Deeltijdopleidingen Daarnaast geeft Cello individuele medewerkers de mogelijkheid een HBO opleiding te volgen, zoals de deeltijdopleiding SPH (Sociaal Padagogische Hulpverlening) of de deeltijd HBO-V (Verpleegkunde)opleiding. Een aanvraag hiertoe verloopt via de clustermanager. De begeleiding loopt via de coördinerend begeleider van de werkplek. Permanente ontwikkeling Voor een kwalitatief goede dienstverlening zijn goed opgeleide medewerkers onontbeerlijk. Het leren houdt niet op bij het diploma van de beroepsopleiding. Om een goede kwaliteit van dienstverlening te behouden stelt Cello zich tot doel de kwaliteiten van medewerkers permanent verder te ontwikkelen. Cello wil een organisatie zijn waarin alle medewerkers, dus ook leerlingen, zich uitgenodigd voelen zich te ontwikkelen en gestimuleerd worden tot leren. Daartoe is een opleidingsbeleid geformuleerd, waarin ruimte is voor zowel vakinhoudelijke ontwikkelingen als persoonlijke ontwikkelingen, gericht op de loopbaan. Cello stelt faciliteiten ter beschikking in de zin van geld, tijd en regelingen om dit opleidingsbeleid te realiseren.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 8
3. Leer&Doe-route De ondersteuning bij wonen is veranderd: woongroepen zijn kleiner geworden en de bezetting is daarop afgestemd. Begeleiders moeten steeds zelfstandiger werken. Voor een startende leerling is een dergelijke omgeving (nog) niet goed. Daarom komen er steeds meer Leer&Doe-routes (L&Droutes). Op het ogenblik zijn het er 11. In Rosmalen (locatie De Binckhorst, wonen en dagbesteding) , in Haaren: “De Wijngaert”(woningen in de wijk) in Vught enkele woningen op het terrein van locatie Groote Cingels en woningen in de wijk. Studenten werken en leren onder deskundige begeleiding binnen een Leer & Doe-route. Omdat de bezetting door meer stagiaires groter is, is er meer individuele aandacht waardoor studenten op een verantwoorde manier hun vaardigheden kunnen ontwikkelen. Vanaf het begin leer je zelfstandig te werken. Vanaf het 3e of 4e studiejaar wordt een extra accent gelegd op dat onderdeel van de opleiding. De opzet is dat er per L&D-routewerkplek minimaal één BBL- en twee BOL-studenten werken. Ze verschillen van niveau: niveau 2, 3, 4 en 5 van de opleidingen V&V, MZ, HBO-V en SPH. Zij worden tijdens hun beroepspraktijkvorming begeleid door (werk-)begeleiders van Cello. Er is voor hen extra scholing en er worden themamiddagen georganiseerd om de theorie en de praktijk dichter bij elkaar te brengen. Binnen deze scholing en de themamiddagen is er extra ondersteuning vanuit docenten van het Koning Willem 1 College.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 9
4. Kwalificatiedossiers in het kort De bij de opleiding betrokken partijen zijn enerzijds ROC’s en Hogescholen, die verantwoordelijk zijn voor de theorie en anderzijds Cello, die verantwoordelijk is voor de beroepspraktijkvorming. Ondersteuning van deze partijen vindt plaats door de samenwerkingsorganisatie beroepsonderwijs bedrijfsleven (SBB). Op 1 augustus 2015 startte deze organisatie als opvolger van Calibris. Beroepsonderwijs en bedrijfsleven werken samen in SBB om studenten de beste praktijkopleiding te geven met perspectief op een baan. Bedrijven krijgen zo steeds de best gekwalificeerde vakmensen. Nu en in de toekomst kunnen leerbedrijven en scholen dus rekenen op ondersteuning bij het opleiden van jonge vakmensen in de praktijk. SBB is verantwoordelijk voor het erkennen en begeleiden van leerbedrijven, het onderhouden van de kwalificatiestructuur mbo en het verzorgen van arbeidsmarkt-, bpv- en doelmatigheidsinformatie. Ook maken onderwijs en bedrijfsleven binnen SBB afspraken over thema's op het snijvlak van beroepsonderwijs en bedrijfsleven, zoals kwalificeren en examineren, beroepspraktijkvorming en doelmatigheid. SBB werkt op sectoraal, regionaal en landelijk niveau. Voor elke opleiding is een kwalificatiedossier ontwikkeld met als doel iedereen binnen het werkveld en het onderwijs te informeren over de inhoud van de opleiding. Vanuit dit gegeven worden de schoolwerkplannen per opleiding en nivo uitgewerkt. Met andere woorden: de competenties waaraan Cello medewerkers uiteindelijk moeten voldoen worden in leertrajecten middels praktijkopdrachten nader uitgewerkt. Kwalificatiedossiers die binnen Cello gebruikt worden zijn : Helpende zorg en welzijn (niveau 2) MBO - Verzorgende–IG (niveau 3) MBO -Verpleegkundige ( niveau 4) MMZ (niveau 3) MZ/persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg (niveau 4) De complete inhoud van de kwalificatiedossiers is te vinden op de SBB-website: http://kwalificaties.s-bb.nl/Dossieroverzicht
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 10
5. Beroepsgericht opleiden met competenties als uitgangspunt
Een competentie is een combinatie van kennis, vaardigheden, houding en gedrag. Beroepsgericht onderwijs gaat ervan uit dat een beginnend beroepsbeoefenaar bepaalde competenties moet hebben. Een student krijgt een diploma als hij kan aantonen over deze competenties te beschikken. Het beroepsgericht onderwijs bestaat uit een beschrijving van twee kerntaken en meerdere werkprocessen die, na uitvoerig overleg met instellingen en ROC’s, door SBB per opleidingstype in kwalificatiedossiers zijn uitgeschreven.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 11
6. Begeleiden bij Cello Leren in de praktijk is leren van de praktijk. De leerplaats moet voldoende voorwaarden bieden om aan de eisen die de opleiding stelt te kunnen voldoen. Het leerproces bij Cello wordt ondersteund door de werkbegeleider, de coördinerend begeleider, de clustermanager en de opleidingscoördinator. Hieronder worden de taken en verantwoordelijkheden voor deze ondersteuning beschreven. Deze taken en verantwoordelijkheden vormen het uitgangspunt voor de begeleiding van zowel BBL als BOL. Afhankelijk van de soort en de duur van de stage voor de BOL, wordt voor de leerling en zijn specifieke situatie een aangepast begeleidingstraject vastgesteld. 6.1 Verantwoordelijkheden voor het opleiden van leerlingen
De cluster- en sectormanagers (de lijnmanagers) zijn verantwoordelijk voor de beroepspraktijkvorming (BPV), de beleidsuitvoering op dit gebied en het realiseren van de voorwaarden die nodig zijn om leerlingen en stagiairs te begeleiden. de taken met betrekking tot de beroepspraktijkvorming zijn verdeeld in coördinerende en begeleidende taken: o clustermanagers besteden de coördinerende taken uit aan de opleidingscoördinatoren van Cello, die ondergebracht zijn bij het opleidingscentrum. o clustermanagers delegeren de verantwoordelijkheid voor de begeleidende taken aan de coördinerend begeleiders; o de coördinerend begeleiders kunnen de begeleidende taken delen met de (persoonlijk) begeleiders; zij blijven echter de gedelegeerde verantwoordelijkheid voor de begeleiding behouden.
De opleidingscoördinator De opleidingscoördinator is ondersteunend en adviserend aan de verantwoordelijke managers. Dit betekent dat de opleidingscoördinator globaal de volgende rollen en taken heeft: Die van organisator verantwoordelijk voor de voorbereiding en organisatie van de BPV adviserend over voorwaarden (tijd, middelen, planning van gesprekken) voor het realiseren van de BPV adviserend over de plaatsing en overplaatsing van leerlingen en stagiaires werving en plaatsing leerlingen en stagiaires onderhoudt interne en externe contacten faciliteert reflectiemogelijkheden organiseert scholingen en themamiddagen Die van kwaliteitsbewaker bewaakt het opleidingsniveau (brengt differentiatie aan in de uitvoering van opdrachten, afhankelijk van het niveau van de opleiding), en ondersteunt hierbij de werkbegeleider en de coördinerend begeleider woont introductiegesprek en tussenevaluatiegesprek bij van BBL leerlingen en BOL stagiaires binnen de Leer & Doe routes woont de eindevaluatiegesprekken van de BBL en BOL bij, indien nodig. heeft een coachende taak naar coördinerend begeleiders, werkbegeleiders, leerlingen en teams Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 12
signaleert en rapporteert tekorten in deskundigheid van coördinerend begeleiders en werkbegeleiders naar de clustermanager zorgt voor inhoudelijke afstemming tussen theorie en praktijk (contacten ROC’s) is inzetbaar bij vragen, problemen over BOL stagiaires
Die van examinator eindverantwoordelijk voor de examinering binnen de structuur van het CGO (competentiegericht onderwijs), tekent voor de Proeve van Bekwaamheid deelnemer aan de eindevaluatie van de BBL, indien nodig tekent, met voldaan of niet voldaan, de kerntaken af stuurt de beoordeling van de BPV naar het ROC neemt deel aan examengesprekken, daar waar nodig en gevraagd door het ROC
De coördinerend begeleider De coördinerend begeleider is verantwoordelijk voor de coördinatie en begeleiding van leerlingen en stagiairs op clusterniveau. De coördinerend begeleider maakt voor de begeleiding gebruik van de begeleidingsgids. Deze gids is te vinden op DKS en sluit aan bij de BPV-mappen van de scholen. De coördinerend begeleider heeft de volgende rollen en taken: Die van organisator stemt doelen, tijd en middelen op elkaar af voor het realiseren van de leersituatie maakt afwegingen in het spanningsveld werken/ leren tussen de belangen van de organisatie en de belangen van de leerling onderhandelt over de noodzakelijke randvoorwaarden voor het realiseren van geplande leersituaties voor de leerling plant leersituaties van de leerling op werkplekniveau draagt zorg voor de introductie op de werkplek en de planning en uitvoering van het introductiegesprek draagt zorg voor de voortgangsgesprekken, (tussentijdse)evaluaties, de eindbeoordeling en de dossiervorming die hiermee van kracht is is verantwoordelijk voor het aftekenen van de praktijkopdrachten in de BPV map is contactpersoon voor de stagedocent van het ROC. Die van opleider past een breed repertoire aan didactische vaardigheden toe om de leerling te ondersteunen biedt de juiste leersituatie aan om de leerling in staat te stellen zijn opdrachten uit te voeren hanteert leerdoelen leert vaardigheden aan integreert vakinhoudelijke en methodische kennis De juiste beroepshouding operationaliseren in meetbaar gedrag. Die van begeleider ontwikkelt de beroepshouding van de leerling, bewaakt, bespreekt en stuurt dat proces bij door bv. feedback te geven of reflectie te bevorderen schept een leerklimaat waarin leren mogelijk is stemt de leersituatie af op de mogelijkheden van de leerling in relatie tot opleidingsdoelen ondersteunt de leerling in het proces van begeleid leren naar zelfstandig leren Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 13
evalueert het leerproces met de leerling kan de begeleidende taken delen met de (persoonlijk) begeleider.
Die van beoordelaar bewaakt het niveau van de leerprestaties van de leerling in relatie tot de leerdoelen kent een waardeoordeel toe aan de resultaten van de leerling rapporteert de resultaten van de leerling aan clustermanager is verantwoordelijk voor de beoordeling tijdens de tussenevaluatie en eindevaluatiegesprekken met de leerling. De werkbegeleider mag hierbij betrokken worden is of wordt opgeleid als assessor, om te examineren bij de proeve van bekwaamheid of het criteriumgericht interview. Delen van taken de coördinerend begeleider kan de taken delen met de werkbegeleider de coördinerend begeleider onderhoudt contact met opleidingscoördinator en clustermanager de coördinerend begeleider tekent altijd de opdrachten af De werkbegeleider heeft scholing in het begeleiden van leerlingen gevolgd of gaat deze op korte termijn volgen is een collega binnen het team van de coördinerend begeleider is opgeleid in dezelfde richting als de leerling, op hetzelfde niveau of hoger begeleidt de leerling zoveel mogelijk bij de dagelijkse werkzaamheden bespreekt de voortgang van de opdrachten is deelnemer aan introductie, tussenevaluatie en eindgesprekken en levert daar een bijdrage aan houdt de coördinerend begeleider op de hoogte van het leerproces en de vorderingen van de leerling. De leerling is verantwoordelijk voor zijn leerproces komt afspraken na levert een bijdrage aan planning van gesprekken volgens de gesprekkencyclus houdt de werkbegeleider en coördinerend begeleider op de hoogte van zijn voortgang BBL leerling loopt gedurende zijn BPV-periode een korte stage ( 2nachten) bij de nachtdienst, vanaf het 2e jaar Informatie hierover kun je navragen bij je opleidingscoördinator.
De leerplaats De locatie waar gewerkt en geleerd wordt, moet aan een aantal voorwaarden voldoen. SBB beoordeelt of de BPV-plaats aan die voorwaarden voldoet en geeft een opleidingserkenning af, per sector. De leerplaats biedt voldoende leermogelijkheden: een duidelijk inwerkplan een ‘overplanning’ van BBL-leerlingen. Bij de start van elke nieuwe BPV-periode, is een BBL-leerling minimaal acht inwerkdagen als extra werkkracht aanwezig, bovenop de normale formatie.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 14
een BOL-leerling is altijd boventallig; dat wil zeggen dat zij nooit is opgenomen in het formatieplan. Alleen stagiaires die in de laatste periode van hun stage zitten en bijna hun studie hebben afgerond staan niet altijd boventallig, maar nooit alleen. Ook krijgen deze meer taken en verantwoordelijkheden, wat betreft PB ’er taken. (bv. Het schrijven van ondersteuningsplannen en verdieping in het contact met het systeem van de cliënt) we streven ernaar BBL-leerlingen en hun werkbegeleider minimaal 2x per maand een halve dienst te laten samenwerken. afhankelijk van het soort stage en de duur, streven wij er bij BOL stagiaires naar dat zij minimaal 1x per week met haar werkbegeleider samenwerkt. BOL- en BBL-leerlingen worden ook door andere medewerkers begeleid; ook van hen krijgen ze feedback ten behoeve van het leerproces de gesprekkencyclus uit deze begeleidingsgids wordt aangehouden voor de planning van begeleidingsgesprekken.
6.2 Gesprekkencyclus Bij de start van de opleiding krijgt elke BBL-leerling samen met alle andere nieuw aangenomen leerlingen, een introductiemiddag of -ochtend op de locatie waar hij is geplaatst of geplaatst zal worden. Deze bijeenkomst heeft een algemeen karakter. Het doel is een wederzijdse kennismaking met eventuele medeleerlingen en de opleidingscoördinator en personeelsadviseur. Tevens staat er een korte verkenning van de locatie gepland en is er ruimte voor het bespreken van allerhande opleidingszaken. Hierbij is het van belang dat de leerling het aanvang formulier (bijlage 1) meeneemt naar de bijeenkomst. Leren is onder andere het structureren van opgedane kennis en ervaringen. Daarom moeten er tijdens de BPV een aantal gesprekken worden gehouden. Elk leerjaar wordt deze cyclus doorlopen. Hierna wordt weergegeven welke gesprekken er van toepassing zijn binnen de opleiding voor de BBL. Deze cyclus vormt eveneens het uitgangspunt voor de begeleiding van de BOL. Afhankelijk van de soort en de duur van de stage, wordt een op de BOL en de specifieke situatie aangepast begeleidingstraject vastgesteld. De planning van de gesprekken tijdens het begeleidingstraject wordt op de volgende pagina in een schema weergegeven. De leerling maakt het verslag. De kruisjes staan voor de personen die het verslag moeten ontvangen. Het is belangrijk dat er altijd verslag gedaan wordt van het gesprek en dat namen van aanwezigen en de datum erin staan. Het verslag dient tevens ondertekend te zijn door de leerling en coördinerend begeleider. Dit is noodzakelijk voor de verantwoording van de subsidie vanuit het Stagefonds en de regeling Praktijkleren. Een tijdige en volledige verslaglegging is een voorwaarde om door te kunnen naar het volgende leerjaar.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 15
Begeleiding van leerlingen Type gesprek & Gespreksonderwerpen
Aanwezige personen: L: leerling WB: werkbegeleider
CB: coördinerend begeleider OC: Opleidingscoördinator
L
WB
CB
x
Evt.
x
Resultaat: verslaglegging
x
x
x
Leerdoelen gesprek
x
x
Resultaat: verslaglegging en verslag van voortgangsgesprekken
x
x
x
x
Tussenevaluatie
x
x
x
x
Resultaat: verslaglegging
x
x
x
x
Eindevaluatie
x
x
x
Resultaat: verslaglegging
x
x
x
STARRT
x
Introductiegesprek
OC
x
- Verwachtingen - Planning -EQI
- Verslag vertalen naar leerdoelen - Eén keer per maand voortgangsgesprekken plannen
- evalueren van leerdoelen en voortgang
- evalueren van leerdoelen en voortgang
x
x
-Schriftelijke reflectie en reflectieverslag Resultaat: Transferverslag
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
x
x
x
x
Pagina 16
6.3 Beginsituatie en kennismaking
We verwachten dat de leerling voorafgaand aan de BPV kennis maakt met de coördinerend begeleider en de groep. De leerling neemt hiervoor het initiatief. Tijdens deze kennismaking worden alle praktische gegevens van de leerling genoteerd op het beginsituatieformulier (bijlage 1) en hoort de leerling wie hem begeleidt en inwerkt. Er worden afspraken gemaakt over de eerste diensten, waarbij de checklist inwerken (bijlage 2) aan bod komt. De eerste maand op de BPV-plaats moet gezien worden als inwerkperiode (voor BBL leerlingen geldt een minimum inwerktijd van 8 inwerkdagen.) In deze eerste periode wordt de leerling vooral ingewerkt op de algemene dagelijkse zorg. De leerling maakt kennis met de cliënten, de collega’s, de visie op de te bieden zorg, en met de verwachtingen die leerling zijn meebrengt op deze werkplek. Onderwerpen die bij de wederzijdse kennismaking aan bod komen: coördinerend begeleider en/of werkbegeleider vertelt over zichzelf (functie, achtergrond, opleiding, enz.) leerling vertelt over zichzelf (achtergrond, opleiding, enz., en vult het beginsituatieformulier in) rol van een ieder tijdens het gesprek uitleg door coördinerend begeleider over de eerste week en het rooster van de leerling korte uitleg over de werkplek korte uitleg over het introductiegesprek en begeleiding. 6.4 Introductiegesprek / planbespreking Tussen 2 tot 6 weken na de start op de woongroep vindt een introductiegesprek plaats. Doel hiervan is het uitspreken van verwachtingen naar elkaar, informatie geven en afspraken maken over de komende BPV. Tijdens het introductiegesprek zijn de opleidingscoördinator, de coördinerend begeleider, de werkbegeleider en de leerling aanwezig. De opleidingscoördinator zal uitleg geven over de manier van begeleiden binnen Cello. De opleidingscoördinator zal meer aanwezig zijn op de werkvloer, om als leercoach de leerling, werkbegeleider, coördinerend begeleider en het team te ondersteunen. Een leercoach heeft als rol door reflectie de lerende achtergrond van het handelen te laten zien. De opleidingscoördinator faciliteert reflectiemogelijkheden. Bij nieuwe BBL leerlingen die een EQ-i test gehad hebben, worden de leerdoelen besproken, die uit de test naar voren zijn gekomen.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 17
Organisatie Vooraf wordt besproken wie de gespreksleider is. De leerling schrijft het verslag over het gesprek. Dit verslag is voorzien van naam, datum en handtekeningen van de leerling, coördinerend begeleider en de werkbegeleider. Doel uitspreken van verwachtingen leerdoelen achterhalen informatie geven afspraken maken. Inhoud 1. Uitspreken van verwachtingen over en weer verwachtingen van de leerling over de BPV op deze werkplek verwachtingen van de leerling over de begeleiding verwachtingen van coördinerend begeleider en/ of werkbegeleider(s) benoemen van leerdoelen uit vorige BPV en/of uit EQ-i. De leerdoelen verwerkt de leerling in een POP en PAP (bijlage 4 en 5) via de richtlijnen die vanuit school hieraan gesteld worden welke verwachtingen zijn er over zelfstandigheid, interesse, initiatief nemen/ tonen, verantwoordelijkheidsgevoel, assertiviteit en leerstijl? wat zijn de mogelijkheden om aan de wederzijdse verwachtingen te voldoen en welke afspraken moeten hierover gemaakt worden? Wat zijn de verwachtingen/ afspraken vanuit school? 2.
Informatie over de werkplek eerste indruk van de leerling van werkplek en cliënten wat weet de leerling over cliënten in ADL? wat weet de leerling over afspraken? hoe is de inwerkperiode verlopen?
3. Afspraken maken voor/over de komende BPV-periode wanneer staan de leerdoelen (via POP en PAP) op papier? afspraken maken over de frequentie van voortgangsgesprekken. De leerling is zelf verantwoordelijk voor zijn leerproces en vraagt van de begeleiding ondersteuning waar nodig. Begeleiding stuurt waar nodig. afspraken maken over het bijhouden van een logboek door de leerling. afspreken hoe en hoe vaak de leerling reflecteert, bijvoorbeeld via een STARRT verslag (bijlage 5) datum eerste voortgangsgesprek afspreken vastleggen van de tussen- en eindevaluatie of afspreken wie dit plant.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 18
4. Samenvatting van het gesprek de gespreksleider geeft een samenvatting van het gesprek en de gemaakte afspraken Checkt of de leerling de afspraken kan nakomen. 5.
Evaluatie van het gesprek hoe heeft men het gesprek gevonden? is de informatie voor iedereen duidelijk? zijn de gemaakte afspraken duidelijk?
Verslag De leerling maakt een verslag van het introductiegesprek en verzend het naar werkbegeleider, coördinerend begeleider en opleidingscoördinator. Onderstaande punten kunnen gebruikt worden om het verslag van het introductiegesprek te maken
aanwezig datum* verslag gemaakt door verslag van het gesprek, met daarin de onderstaande punten verwerkt ervaringen vorige BPV (s) specifieke aandachtspunten vanuit vorige BPV (s) of EQ-i wederzijdse verwachtingen (begeleiding en leerling) eerste indruk van de werkplek en cliënten afspraken en geplande data naam en handtekening* van leerling, CB’er en WB’er
*verplicht in verband met verantwoording van subsidies!
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 19
6.5 Leerdoelengesprek Dit gesprek zal doorgaans plaatsvinden na het introductiegesprek en nadat de leerling voldoende is ingewerkt en een goed beeld heeft gekregen over de mogelijkheden van de woongroep en de te behalen opdrachten. Uiterlijk twee maanden na aanvang bij de BPV. Indien wenselijk en mogelijk, kan het introductiegesprek tegelijk met het leerdoelengesprek plaatsvinden. Bij het leerdoelengesprek zijn werkbegeleider en leerling aanwezig. De leerling zorgt van tevoren dat hij de leerdoelen via POP en PAP (bijlage 4 en 5) of via de richtlijnen van school op papier heeft en naar de werkbegeleider, coördinerend begeleider en opleidingscoördinator heeft gestuurd. Doel Checken of en hoe de leerdoelen binnen deze BPV-periode te behalen zijn. Zijn de leerdoelen SMART (bijlage 6) opgesteld? Inhoud leerling bespreekt zijn leerdoelen zoals hij ze heeft opgesteld voor de hele BPV in welke mate is de leerling bekend met de dagindeling, de visie en de bij- en nascholingsmogelijkheden van zijn werkplek en hoe passen de leerdoelen hierbij? de leerling zal een mondelinge toelichting geven op zaken die cliënten betreffen. Hoeveel zicht heeft hij op het niveau van de cliënten en de samenstelling van de groep, de voorkomende syndromen/ziektebeelden en de eventuele medicatieverstrekking. Hoe past dit binnen de leerdoelen? de leerling geeft aan waaruit hij de doelen heeft geformuleerd waar moet aan voldaan zijn om doelen en opdrachten afgetekend te krijgen met “voldaan”? op welke wijze krijgt de leerling ondersteuning van de coördinerend begeleider of werkbegeleider? zijn de vastgestelde doelen haalbaar zijn binnen de BPV-periode? ( SMART geformuleerd) evaluatie van het gesprek. Verslag door de leerling Verzenden naar werkbegeleider, coördinerend begeleider en opleidingscoördinator aanwezig datum gemaakt door doelen waaraan moet voldaan zijn om de doelen met voldaan af te tekenen? waaruit bestaat de ondersteuning vanuit de begeleiding? wat moet er gebeuren om de doelen te realiseren? wanneer vinden vervolgafspraken plaats? afspraken ten aanzien van leerdoelen en de POP en PAP?
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 20
6.6 Het voortgangsgesprek Dit is een evaluatie van de uitvoering van de BPV van de leerling. Dit gesprek wordt bij voorkeur eenmaal per maand gehouden. De leerling maakt aantekeningen en zet ze volgens afspraak in het verslag. Om een leerproces goed te kunnen inzetten, is het verstandig deze gesprekken in het begin wat korter op elkaar te voeren en op het moment dat een en ander goed loopt, de vervolgafspraken aan te passen. De werkbegeleider en de leerling zijn bij dit gesprek aanwezig. Indien nodig kan de coördinerend begeleider het gesprek bijwonen. De voortgang van het leerproces en dus van de leerdoelen wordt besproken en waar nodig worden afspraken aangepast. Voortgangsverslag ( gemaakt door de leerling) Verzenden naar werkbegeleider, coördinerend begeleider en opleidingscoördinator week datum aanwezig gemaakt door wat heb je de afgelopen weken geleerd? wat gaat goed? wat kan verbeterd worden? hoe kan dit verbeterd worden? bespreken van BPV-opdrachten. Hoe eraan te werken en wat is de bedoeling? hoe wordt de begeleiding ervaren? afspraken voor de komende maand Denk aan aanpassen leerdoelen (pop en pap) plannen volgend gesprek afspraken voor het rondsturen 360° feedbackformulieren voor de tussenevaluatie datum verslag inleveren opdrachten beoordelen, de werkbegeleider begeleidt hierin, de coördinerend begeleider beoordeelt!
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 21
6.7 De tussenevaluatie Een maand voor de tussenevaluatie gaat de BBL-leerling de 360° feedbackformulieren, aan alle naaste collega’s uitdelen, met de vraag deze in te vullen en met haar kort te bespreken (bijlage 6).De leerling maakt een samenvatting van de ingebrachte punten. Tijdens de tussenevaluatie wordt gekeken naar het leerproces van de leerling en haar vorderingen in de BPV en persoonlijke ontwikkeling. Hierbij zijn aanwezig de leerling, de werkbegeleider, de coördinerend begeleider en de opleidingscoördinator. Het verslag van de tussenevaluatie wordt door de leerling gemaakt. De tussenevaluatie is een ontwikkelgesprek waarin de ontwikkeling tot nu toe beoordeeld wordt. Het is een pas op de plaats, voor de voortgang van het schooljaar. Doel van het gesprek terugblikken op het eerste deel van de BPV en verwachtingen uitspreken naar het verdere verloop van de BPV-periode bespreken van de leerdoelen wat is behaald en wat worden nieuwe leerdoelen afspraken maken. Inhoud van het gesprek hoe gaat het met de leerling op haar werkplek o hoe kwam de leerling binnen en waar staat zij nu? o wat is er op zijn werkplek aan leermomenten voor de leerling? o hoe voelt de leerling zich binnen het team? o wat weet de leerling over de verschillende disciplines binnen Cello en hun werkzaamheden? o wat weet de leerling over het organisatiemodel en de visie van Cello en wat betekent dit voor het werken op zijn werkplek? over de begeleiding o welke factoren werken belemmerend/bevorderend ten aanzien van de begeleiding, zowel voor de leerling als de coördinerend begeleider of werkbegeleider o welke punten komen uit de 360° feedback o hoe verloopt de begeleiding met betrekking tot de verwachtingen die in het introductiegesprek zijn besproken, en de afspraken die zijn gemaakt. over het leerplan o welke leerdoelen zijn behaald? o kunnen alle leerdoelen worden gehaald in deze BPV-periode? o zo niet, wat is wel haalbaar en wat betekent dat? Wat kan aangepast of uitgebreid worden? o hoe verloopt de integratie van theorie en praktijk?
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 22
Vooruitblik o afspraken maken voor de rest van de BPV-periode o planning voor inleveren volgende opdrachten o afspraken maken over inleveren verslag van de tussenevaluatie
Verslag Het verslag wordt door de leerling gemaakt en wordt verzonden naar de opleidingscoördinator, coördinerend- en werkbegeleider. Dit verslag is voorzien van naam, datum en handtekeningen van de leerling, coördinerend begeleider en de werkbegeleider. Punten voor verslag aanwezig* datum* leerproces tot nu aandachtspunten uit tussenevaluatie afspraken die gemaakt zijn over leerdoelen, POP en PAP naam en handtekening* van leerling, CB’er en WB’er *verplicht in verband met verantwoording van subsidies!
6.8 De eindevaluatie De eindevaluatie wordt aan het einde van de BPV ingepland. Het is een officiële afronding van de BPV, waarbij een waardering voor de totale periode wordt uitgesproken. Bij dit gesprek zijn de leerling, werkbegeleider, coördinerend begeleider aanwezig. Indien gewenst kan de opleidingscoördinator of stagedocent gevraagd worden aan te sluiten bij het gesprek. De leerling maakt het eindverslag en verzend het naar de werkbegeleider, coördinerend begeleider en de opleidingscoördinator. Dit verslag is voorzien van naam, datum en handtekeningen van de leerling, Coördinerend begeleider en de werkbegeleider. Doel van het gesprek Evaluatie van de BPV-periode Eindbeoordeling van de BPV-periode.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 23
Inhoud van het gesprek Beoordeling o wat is de beoordeling van de coördinerend begeleider of werkbegeleider? o motivatie van de beoordeling door de coördinerend begeleider of werkbegeleider? o welke beoordeling geeft de leerling zelf? Pop en Pap o welke leerdoelen zijn behaald (persoonlijke + leerdoelen van de opleiding)? o productevaluatie eindverslag o procesevaluatie, hoe heeft de leerling de leerdoelen bereikt? o welke leerdoelen zijn niet (helemaal) behaald. Wat is hiervan de reden? Hoe wordt dit verder opgepakt? o hoe verliep de integratie theorie en praktijk? o welke leerdoelen worden meegenomen naar een volgende BPV?
Begeleiding o zijn er voldoende leersituaties geweest en is hier voldoende gebruik van gemaakt? o zijn de gemaakte afspraken nagekomen? o feedback van de werkbegeleiders over kennis, vaardigheden, houding en gedrag. Dus: hoe competent is de leerling? o heeft de begeleiding voldaan aan de gestelde verwachtingen? o hoe is het contact verlopen tussen de coördinerend begeleider of werkbegeleider en de leerling? Verslag o Het verslag wordt door de leerling gemaakt en wordt verzonden naar de opleidingscoördinator, coördinerend- en werkbegeleider. Dit verslag is voorzien van naam, datum en handtekeningen van de leerling, coördinerend begeleider en de werkbegeleider
Punten voor verslag naam* werkplek datum* verslag van maximaal 2 A4 vellen beschrijving leerproces van begin BPV tot nu: met welke leerdoelen kwam je binnen, wat is er behaald? wat zijn de leerdoelen voor de volgende BPV of de nieuwe werkplek naam en handtekening* van leerling, CB’er en WB’er *verplicht in verband met verantwoording van subsidies!
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 24
7 Arbeidsvoorwaarden BBL 7.1 Werktijdenregeling BBL De CAO Gehandicaptenzorg stelt in artikel 5:3 lid 2 dat “de leerling-werknemer met een arbeidsovereenkomst van 36 uur gemiddeld per week in het kader van de BBL-opleiding het recht heeft om met behoud van salaris de arbeid te onderbreken voor het volgen van binnenschools leren, met een maximum van 4 uur maal 40 weken = 160 uur op jaarbasis. Voor de leerlingwerknemer die een arbeidsovereenkomst heeft met een arbeidsduur van minder dan 36 uur gemiddeld per week, wordt de omvang van de lestijd als bedoeld in de voorgaande zin tenminste naar rato van de omvang van het dienstverband vastgesteld. Bij Cello wordt een leerarbeidsovereenkomst aangeboden met een minimum contractomvang van 24 uur per week en een maximum contractomvang van 32 uur per week. Aan de leerarbeidsovereenkomst zit tevens een studieovereenkomst vast. Gedurende de weken dat leerlingen geen lessen volgen, dienen zij hun normale contracturen te werken. 7.2 Salaris Zie CAO gehandicaptenzorg ( zie intranet DKS onder P&O). 7.3 Proeftijd In de leerarbeidsovereenkomst wordt een proeftijd overeengekomen van twee maanden, tenzij de leerarbeidsovereenkomst maximaal één jaar duurt (in dit geval mag maximaal een proeftijd van één maand overeengekomen worden). Deze proeftijd dient schriftelijk overeengekomen te zijn (wordt opgenomen in de leerarbeidsovereenkomst). Gedurende deze proeftijd kan de leerarbeidsovereenkomst door eenzijdige beëindiging door zowel werkgever als werknemer meteen worden beëindigd. Indien een interne kandidaat doorstroomt naar een leerlingenplaats en deze kandidaat al een arbeidsovereenkomst (voor onbepaalde tijd) heeft, wordt geen proeftijd overeengekomen. 7.4 De leerarbeidsovereenkomst en het vervolg De leerarbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor de duur van de opleiding; voor zolang als de leerling-werknemer volgens het standpunt van de onderwijsinstelling en de werkgever de opleiding met succes voortzet. Als de leerling niet voldoet en kan voldoen aan de criteria die vanuit de opleiding en de werkgever gesteld worden, kan besloten worden tot beëindiging van de leerarbeidsovereenkomst. Hierbij wordt dan de studieovereenkomst gevolgd. De leerarbeidsovereenkomst wordt ontbonden aan het einde van de opleiding en het voltooien hiervan. Conform artikel 5:6 van de CAO Gehandicaptenzorg heeft Cello indien de opleiding met goed gevolg is afgesloten, na afloop van de opleiding de inspanningsverplichting de leerlingwerknemer een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aan te bieden. In de leerarbeidsovereenkomst moet een addendum opgenomen worden dat de leerling toestemming verleent om per schooljaar 3 verslagen: intro- tussen- en eindverslag in te leveren bij de opleidingscoördinator.. Ook deze zijn alle voorzien van datum, naam en handtekening van de leerling, werkbegeleider, coördinerend begeleider. Dit is van belang voor de registratie ten behoeve van subsidiegelden.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 25
7.5 Het behalen van het diploma Het volgen van een BBL-traject is geen garantie op een baan na het afstuderen. Natuurlijk willen we leerlingen wel graag behouden voor Cello, maar dit is afhankelijk van de mogelijkheden die er op dat moment zijn. De afstuderende BBL-leerling dient, voorafgaande aan het afronden van zijn of haar opleiding, zich te gaan oriënteren op mogelijk geschikte en gewenste werkplekken en functies binnen Cello. Ten behoeve van deze oriëntatie kan hij of zij zich wenden tot de clustermanager, de opleidingscoördinator en/of de personeelsadviseur. De leerling dient te gaan solliciteren naar mogelijke vacante functies, waarbij de omvang van de nieuw af te sluiten arbeidsovereenkomst wordt bepaald door de omvang van de vacature. Een en ander in overeenstemming met artikel 5:6 lid 2 van de CAO Gehandicaptenzorg waarin is overeengekomen dat Cello bij het (mogelijk tijdelijk) plaatsen rekening houdt met de belangen van de leerling-werknemer.
7.6 Stagevergoeding en afspraken werkdiensten voor een stagiaire. Met ingang van 1 september 2003 hebben leerlingen, (de zgn. BOL Verpleegkunde en Verzorging, MMZ studenten) recht op een stagevergoeding. Voorwaarden voor de toekenning van de stagevergoeding zijn dat het een stage betreft die in het opleidingsprotocol als een verplichte stage wordt aangemerkt en dat deze langer duurt dan 1 maand en minimaal 150 uur omvat. De hoogte van de stagevergoeding wordt vastgesteld op basis van de CAO Gehandicaptenzorg en is per 2 september 2015 vastgesteld op € 310,- bruto per maand. De vergoeding gaat uit van een inzet gedurende 36 uren per week; indien een geringer aantal uren per week stage wordt gelopen, wordt de stagevergoeding naar rato berekend. Een stagiair ontvangt geen reiskostenvergoeding. Een stagiair is samen met vaste medewerkers verantwoordelijk voor de zorg van de cliënt en daaruit voortvloeiend voor een goede bezetting op de stageplaats. Dit betekent dat stagiairs alle diensten die op de woning zijn moet kunnen draaien.Dat betekent: Een stagiaire loopt bij Cello minimaal een weekend per maand stage. Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een weekendbaantje, in plaats van een weekend kan het ook bijv. twee zondagen worden. Als voorkeur voor doordeweeks mag je 1 vaste vrije avond doorgeven. Geef ruim van te voren aan wanneer je een dienst niet kunt draaien.(bijv. ivm een feestje). Ook tijdens schoolvakanties mag je stage lopen, dit in overleg met je stageplek. Bij verlenging zal hier je contract op aangepast worden. Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 26
Tijdens de stage geldt een aanwezigheidsplicht van 100%. Tevens dient de stagiair bij ziekte het protocol voor ziekmelden te volgen zoals dit binnen Cello geldt. Ziekmelden bij de servicedesk, de clustermanager en de werkplek waar men werkzaam is.
7.7 Reiskostenvergoeding Leerlingen met een leerarbeidsovereenkomst zijn werknemers met een arbeidsovereenkomst die voor de reiskosten zoals die gemaakt worden tussen woonplaats en werkplek een tegemoetkoming in de reiskosten krijgen zoals vastgelegd binnen Cello. Indien leerlingen extra reiskosten moeten maken in het kader van het volgen van de studie, de dagen waarop men naar school toe moet, (d.w.z. als men verder moet reizen als waarvoor men normaliter een tegemoetkoming ontvangt en men voor het volgen van de studie wel verder moet reizen), ontvangt men voor deze reizen een tegemoetkoming in de reiskosten ter grootte van € 0,29 per kilometer, dan wel vergoeding van het tarief openbaar vervoer. Om deze vergoeding te kunnen ontvangen moet je het declaratieformulier studiekosten (staat op DKS) uitprinten, invullen en laten ondertekenen door de clustermanager. Daarna inleveren bij P&O, waarna de reiskosten verrekend worden. 7.8 Ziektekostenverzekering Tijdens de leerarbeidsovereenkomst kan aanmelding plaatsvinden bij IZZ, de ziektekostenverzekering voor gezondheidszorg, tenzij de leerling wenst te worden aangemeld bij een andere ziektekostenverzekeraar. 7.9 Aanwezigheid en ziekteverzuim Tijdens de opleiding geldt een aanwezigheidsplicht van 100%. Indien men om zwaarwegende redenen (overmacht) men meer afwezig is geweest dan noodzakelijk blijkt, wordt in overleg met de opleidingscoördinator afgesproken op welke wijze hervatting van de opleiding mogelijk is. Tevens dient de leerling bij ziekte het protocol voor ziekmelden te volgen zoals dit binnen Cello geldt. Ziekmelden bij de servicedesk, de clustermanager en de werkplek waar men werkzaam is. Als men ziek is tijdens de lesdag dan dient men dit ook te melden bij het desbetreffende ROC en bij de opleidingscoördinator. 7.10 Overige informatie Voor informatie over de leerarbeidsovereenkomst dan wel arbeidsvoorwaarden kan contact worden opgenomen met een personeelsadviseur binnen de locatie waar de leerling werkzaam is. Zie tevens de CAO gehandicaptenzorg.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 27
8. Planning is meer dan een agenda Planning is belangrijk voor het volgen van persoonlijke ontwikkeling en opdrachten. Het gaat namelijk verder dan alleen een agenda opmaken. Om te beginnen is het van belang om voor iedere ontwikkelingsvraag of opdracht een helder doel te omschrijven. Meestal wordt er gevraagd dit te doen volgens de SMART methode. Dit is niet altijd een must, sterker nog de SMART methode kan nog wel eens creativiteit en leren in de weg staan. Kijk en bespreek of de SMART passend is bij het ontwikkelingsdoel of de opdracht en hoe de opleiding hier tegenaan kijkt. Dan ga je beschrijven hoe en waar je welke informatie en middelen kunt verzamelen die van belang zijn om het doel te bereiken. Stel je voortdurend vragen over wat je al in huis hebt en wat je nog nodig hebt om je doel te bereiken. Beschrijf ook je vragen in je planning, zodat anderen hier zicht op hebben en je eventueel kunnen adviseren. Daarnaast geeft dit meteen handvatten voor verslaglegging. Bepaal met welke acties je doelen wilt behalen of opdrachten uit wilt voeren. Rangschik de verzamelde informatie zodat het gekoppeld kan worden aan de uit te voeren acties. Deze moeten tot het doel of de uitvoering leiden. Probeer een inschatting te maken van alle bovengenoemde voorbereidende en uitvoerende acties. Maak afspraken met mensen die je wilt betrekken en voeg data, tijden en plaatsen toe. Twee voorbeelden van zo’n uitwerking zijn bijv. mindmap of een tijdslijn met vragen acties in Excel. Hieronder de twee voorbeelden uitgewerkt:
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 28
actie
actie
actie
actie
www.cello-zorg.nl
BIJLAGEN
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9
Aanvang formulier Beginsituatieformulier Checklist inwerken Evaluatie inwerkperiode Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Persoonlijk activiteitenplan (PAP) SMART formuleren (doelen stellen) STARRT methode (reflecteren) 360° feedback Organigram Cello
www.cello-zorg.nl
Bijlage 1: Aanvang formulier Beste student, Voor je komende stageperiode ben je gepland bij Cello: locatie ………………, woning ………………… Op een woning ben je samen met de vaste medewerkers en andere studenten verantwoordelijk voor de zorg voor de cliënt. Dit betekent onder andere dat jullie samen verantwoordelijk zijn voor een goede bezetting op de woning, dus zo dat er altijd voldoende medewerkers en studenten aanwezig zijn. Met ‘altijd’ bedoelen wij: alle diensten en alle dagen, dus ook feestdagen. Voor jou als student geldt dat je de weekenden en feestdagen niet automatisch vrij bent. De afspraak bij Cello is, dat je een weekend per maand stage loopt. Dat geldt ook voor schoolvakantie(s). Uiteraard krijg je wel de vakantiedagen waar je recht op hebt, maar dus niet per se tijdens de schoolvakantie (m.u.v. de zomervakantie). Om jou tegemoet te komen mag je wensen voor het rooster aangeven, nl: 1 vaste vrije door-de-weekse-avond; Voorkeur diensten in het weekend. Welke dagen je een bijbaantje hebt, hiervoor geldt dat we proberen hier rekening mee te houden. Bespreek op je werk alvast dat je bij ons ook ingeroosterd kunt gaan worden. Bedenk wanneer jij je vakantiedagen op wilt nemen. Geef een maand van te voren aan wanneer je een vrije dag wilt of wanneer je geen late dienst kunt werken, zodat er al rekening mee gehouden kan worden met roosteren. ( denk aan verjaardagen, feesten, weekendje weg ed….) Als het rooster klaar is kun je alleen een dienst ruilen met andere studenten.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 31
Tijdens de introductiebijeenkomst op de woning willen wij onderstaand formulier ingevuld retour ontvangen.. Roosterwensen tijdens mijn stageperiode (ingevuld meenemen naar de algemene introductie op de woning) Naam:
Woning:
Mijn vaste vrije avond door-de-week is:
De werkdagen van mijn bijbaantje zijn:
Dit zijn voor mij bijzondere data om rekening mee te houden:
Ik wil graag vakantie in de volgende periode(s):
Ik wil de volgende feestdagen vrij zijn: Indien van toepassing in jouw stageperiode, kruis per item aan wat jouw voorkeur heeft. Kerst Oud/ Nieuwjaar
Carnaval zaterdag en zondag Carnaval maandag en dinsdag
Pasen Pinksteren
Koningsdag Hemelvaart
Bedankt, namens het team Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 32
Bijlage 2 Beginsituatie Algemene gegevens Naam leerling Adres Woonplaats Telefoonnummer Geboortedatum Vooropleiding Huidige opleiding Leerjaar Theorie periode
Begeleiding Coördinerend begeleider Werkbegeleider 1 Werkbegeleider 2 Opleidingscoördinator
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 33
Bijlage 3 Checklist inwerken leerling Uitgangspunten Doel Deze checklist is een hulpmiddel bij het inwerken op de werkplek om ervoor te zorgen dat alle relevante taken en werkzaamheden besproken worden. De leerling kan het gebruiken om vragen te stellen. De medewerkers kunnen nagaan wat er al verteld is en wat de leerling ervan opgepikt heeft. De leerling krijgt heel veel informatie in korte tijd, dus check na een paar weken wat nog aandacht nodig heeft.
Alle nieuwe collega’s worden volgens een vaste procedure ingewerkt. Het is de bedoeling dat de leerling afvinkt wat reeds behandeld en de informatie ook voldoende is opgepikt. Nieuwe leerlingen hebben recht op minimaal 8 inwerkdagen. Dit zijn dagen dat de leerling boventallig staat. De nieuwe leerling draait de meest voorkomende diensten mee. Het inwerken wordt gedaan door een vaste medewerker. Na afloop van de 8 inwerkdagen vindt een evaluatiegesprek plaats. De leerling kan dan vragen stellen en er wordt bekeken wat er van de checklist behandeld is en wat nog aandacht nodig heeft. Hier worden afspraken over gemaakt en eventueel acties uitgezet. De werkbegeleider en leerling spreken af wie gesprekken met de persoonlijk begeleiders plant om de cliënten te bespreken. De coördinerend begeleider maakt na de inwerkperiode een afspraak met de nieuwe leerling voor een introductiegesprek. Hierin wordt geëvalueerd hoe het inwerken verlopen is en hoe de begeleiding voor de volgende periode vorm gaat krijgen. Dienstenpatroon na 8 inwerkdagen. De eerste maand staat de leerling in principe zo min mogelijk alleen of met inval, zodat hij nog altijd terug kan vallen op een vaste medewerker. Afhankelijk van de ervaring die de leerling heeft, kan hiervan worden afgeweken. Na elke inwerkdag wordt kort geëvalueerd hoe de dag verlopen is o wat ging er goed vandaag en waarom? o wat ging er minder goed en waarom? o wat heb je gemist en waarom en wat wil je in een volgende dienst terug laten komen? o hoe was de begeleiding, wat vond je goed en wat vond je minder goed?
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 34
Checklist inwerken
Soort activiteit
Denk aan
Kennismaking met
-
Inwerkprogramma Rondleiding werkplek
Collega’s werkplek Cliënten Werkbegeleider (bij leerlingen) en/of coördinerend begeleider Collega’s andere werkplekken Collega’s ondersteunende diensten Ouders en/of verwanten Informatie verstrekken, nieuwsbrief aan ouders/verwanten en eventueel een stukje schrijven hiervoor
-
Wijze van inwerken Wederzijdse afspraken/verwachtingen met betrekking tot inwerkperiode uitspreken
-
Aanwijzen plaats voor jassen en tassen Kantoor Linnenkamer Personeelstoilet Huiskamers Keuken Washok Badkamers Gangen/garderobe bewoners Slaapkamers Tuin Schuurtje Snoezelruimte Poetshok/kast Slaapwachtkamer (indien aanwezig) Het terrein - Hoofdgebouw, laten zien waar alle disciplines te vinden zijn. - De straat - De wijk/ buurt - De supermarkt Andere belangrijke plaatsen (is per werkplek verschillend)
-
-
Afvinken wat behandeld is
Uitleg over de sleutels Indien nodig aanvragen van sleutels bij de TD
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 35
Soort activiteit
Directe cliëntenzorg
Denk aan
-
-
-
-
Afvinken wat behandeld is
Voorstellen van de cliënten Korte uitleg over gedragingen, bijzonderheden, werkafspraken en waar deze afspraken te vinden zijn Algemene uitleg voorkomende ziektebeelden en handicaps - Verzorging cliënten - Begeleiding cliënten Uitleg eet en drinksituaties Uitleg badsituaties en verzorging - Baden/douchen en omkleden - Ontbijtsituatie meedoen - Avondeten meedoen Avondverzorging van de bewoners Uitleg medicatie (leerling mag pas medicatie geven als er een bekwaamheidsverklaring is, dus de cursus gevolgd heeft) Medicatiemap Aftekenlijst Baxter systeem Bestellen van medicatie buiten baxter systeem VMD Uitleg gebruik tilliften (cursus, indien nodig) Uitleg gebruik incontinentiemateriaal Uitleg verbandmiddelen Aanwezigheidsbord cliënten Activiteiten programma Ondersteuningsplan/ persoonsbeelden doornemen
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 36
Soort activiteit
Denk aan
Indirecte cliëntenzorg
-
-
-
Afvinken wat behandeld is
Dagplanning doornemen Huisregels en gedragscode doornemen, afspraken mobiele telefoon Intranet uitleggen DKS uitleggen Uitleg dienstenpatroon en afspraken met betrekking tot vrij vragen, voorkeur aanvragen en dienst ruilen Uitleg verschillende functies o woningassistent o assistent begeleider o begeleider o persoonlijk begeleider o coördinerend begeleider o clustermanager o sectormanager. Uitleg verdeling persoonlijk begeleiderschap en overige taken team, dus wie is waarvoor aanspreekpunt o financiën o roosterraar o communicatie o interieur en inrichting o medicijnen o lief en leed. Waskar, uitleg was en wasverzorging Hepatitis B vaccinatie aanvragen (indien nodig op de werkplek) Rookbeleid Veiligheidsprotocol en uitleg portofoons Kritische procedures, waar vind je de protocollen en uitleg geven Procedure MIRS meldingen in iTask Kwaliteitshandboek HKZ en HACCP te vinden op DKS Voeding bestellen via o e madows (sous-vide) o i task o boodschappen doorgeven aan winkelier o zelf boodschappen doen o menulijsten.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 37
Soort activiteit
Denk aan
Administratieve taken -
Uitleg brandinstructie en noodkoffer
-
-
Afvinken wat behandeld is
Vermelden van adres en telefoonnummer van leerling op relevante plaatsen Belangrijke telefoonnummers Regelen digitale foto voor op een eventueel communicatiebord Postvak leerling Functie en gebruik agenda Computer werkplek account, wachtwoord, mail, postvak aanmaken, afspraken Overdracht Overdrachtsrapportage Nachtrapportage en overdracht naar slaapdienst/nachtdienst Nachtzorg systeem uitleggen. Eventueel invullen aanafwezigheidlijstje Bij slaapdiensten uitleg geven slaapwacht map Individuele rapportage uitleggen Care 4 Wachtwoord Care 4 (aanvragen moet via clustermanager of coördinerend begeleider) Uitleg overlegvormen team en inbreng agendapunten Financiën Uitleg bewonersgelden SBBC AWBZ, voeding, kleding en dergelijke Wish melding maken Technische dienst Procedure ziekmelden Procedure na ziekmelding collega Aanwezigheid van een BHV map en de bedoeling hiervan (hoeft hem de 1ste dagen niet te lezen, kan vragen stellen aan BHV functionaris) Brandblussers Brandmelders Wat te doen bij een brandmelding Uitleg noodplan Wat te doen bij loos alarm Brandwerende deuren/noodverlichting Noodkoffer Alarmnummer Bereikbaarheidsdienst clustermanager EHBO –dozen Vluchtroutes verzamelplaats Meterkast, hoofdwaterkraan, verwarmingsketel Huisartsenpost/dienstdoende arts.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 38
Bijlage 4 Evaluatie inwerkperiode Evaluatie van de inwerkperiode is eventueel te koppelen aan het introductiegesprek met de coördinerend begeleider. Dit vindt plaats uiterlijk 2 weken na het inwerken. onderwerp
Afvinken indien behandeld
Terugblik op de inwerkdagen. Hoe is dit verlopen? Nalopen van de aftekenlijst. Zijn er nog bijzonderheden? Afspraak maken over het dienstenpatroon voor de komende periode Is er nog scholing gewenst? (medicatie, autisme, epilepsie, BHV et cetera) Hoe zit het met de bekwaamheidsverklaringen? Plannen van afspraken met persoonlijk begeleiders om cliënten door te spreken. Visie van de werkplekken doornemen Wegwijs maken binnen de organisatie Protocollenmap moet gelezen en afgetekend zijn. BHV map moet gelezen en afgetekend zijn. De leerling kent globaal de organisatiestructuur van Cello De leerling is op de hoogte van het vrijwilligersbeleid De leerling is op de hoogte van het opleidingscentrum en het opleidingsaanbod. Het open aanbod en dergelijke. De leerling heeft de volgende cliënten besproken met de persoonlijk begeleider. Naam cliënt Naam cliënt Naam cliënt Naam cliënt Naam cliënt
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 39
Bijlage 5
Persoonlijk ontwikkelingsplan POP
Leerling gegevens Naam Opleiding Leerjaar Werkplek BPV Periode BPV
Van
Tot
Doelen Wat wil je bereiken in de komende periode? Welke leerdoelen heb je? SMART formuleren (bijlage 6) 1.
2.
3.
Kenmerkende situaties In welke situaties kan ik mijn leerdoelen bereiken? 1.
Welke competenties horen daarbij?
2.
3.
Ondertekening Student
Werkbegeleider
Coördinerend begeleider
Datum
Datum
Datum
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 40
Bijlage 6
Persoonlijk activiteitenplan PAP
Naam Opleiding Leerjaar Werkplek BPV Periode BPV
Van
Welke acties ga je nu plannen om je doelen te bereiken? Leerdoel 1 Welke stappen maak je om je einddoel te bereiken 1.
tot
Tijdspad Van tot
2. 3. 4. 5. Leerdoel 2 Welke stappen maak je om je einddoel te bereiken 1. 2. 3. 4. 5. Leerdoel 3 Welke stappen maak je om je einddoel te bereiken 1. 2. 3. 4. 5. Ondertekening Student
Werkbegeleider
Coördinerend begeleider
Datum
Datum
Datum
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 41
Bijlage 7 SMART Doelen stellen Doelen stellen is belangrijk voor het leerproces van de leerling tijdens de BPV-periode. Een doel is een gewenste en duidelijk omschreven situatie die op een vooraf vastgesteld tijdstip bereikt moet zijn. Een doel kan het best SMART geformuleerd worden. Smart: Specifiek Om een doel specifiek te maken stellen we de W-vragen
Smart: Meetbaar De meetbaarheid wordt meestal aangegeven in getallen. Meetbaarheid kan ook zichtbaar gemaakt worden door het doel te vergelijken met bestaande procedures, kwaliteitseisen, normen, handleidingen of systemen. Smart: Acceptabel De A staat ook wel voor Aanwijsbaar of Actiegericht. Vragen daarbij kunnen zijn
Smart: Realistisch Is het doel haalbaar, geeft het voldoende uitdaging. Een doel moet niet te eenvoudig zijn maar ook niet te moeilijk. Vragen hierbij kunnen zijn
Smart: Tijd Een goed doel moet minimaal 1 datum hebben. Vaak worden meerdere data genoemd zoals start-, eind- en tussendata. Voorbeeld
Doelen, Acties en Resultaten Doelen leiden tot acties die weer tot resultaat leiden. Doelen kunnen opgesplitst worden in subdoelen
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 42
Bijlage 8 STARRT
Naam situatie: Beschrijf de situatie:
Kruis aan aan welke kerntaak je werkt in deze situatie: O Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak O Kerntaak 2: Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg O Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Kruis aan welke werkprocessen aan de orde zijn: O 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt O 1.2 Schrijft het plan van aanpak O 1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan O O O O O O O
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven Ondersteunt het sociale systeem Voert verpleegtechnische handelingen uit
O O O O O O
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen Voert coördinerende taken uit Voert beheertaken uit Evalueert de geboden ondersteuning
Zoek in de Beoordelingslijst BPV op welke competenties je hebt aangetoond met deze situatie. Noem de competenties:
Taak Beschrijf kort je taken:
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 43
Actie Beschrijf kort je acties:
Resultaat Beschrijf kort het resultaat:
Reflectie: In de Beoordelingslijst BPV vind je de competenties en prestatie-indicatoren, die je kunnen helpen bij het schrijven van dit reflectieonderdeel. Beschrijf hieronder welk(e) werkproces en competenties in jouw situatie aan de orde zijn geweest en hoe je hieraan gewerkt hebt. Gebruik hierbij de hulpvragen op de volgende bladzijde.
Transfer: Voorwaarde: Noem in dit gedeelte minstens twee verbeterpunten! Werkproces: …… Competenties:
Werkproces: …… Competenties:
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 44
HULPVRAGEN BIJ HET GEBRUIK VAN DE STARRT-METHODE Let op: Niet letterlijk beantwoorden! Het zijn hulpvragen.
Beschrijf de situatie (van het incident / leermoment) (S) Geef de situatie een naam. Maak in gedachten een foto van de situatie en beschrijf alles wat je ziet. Wat gebeurde er? Wie waren erbij betrokken? Waar speelde de situatie zich af? Wanneer speelde deze situatie? Hier beschrijf je de werksituatie waarin je de opdracht moet maken. Belangrijk (voor de reflectie) hierbij is een goede doelomschrijving. En je geeft aan wie de betrokkenen zijn. Houdt dit kort, werksituatie, doel, betrokkenen. Zoveel meer je hier opschrijft zoveel groter wordt de verdere uitwerking/verslaglegging. Beschrijf wat je taken zijn (T) Beschrijf alles wat je doet. Denk hierbij ook aan algemene taken (bijv. veiligheid). Wat zijn je taken? Wat wordt er van je verwacht? Dit is de (titel van de) opdracht. Niet meer en niet minder. Hier mag je natuurlijk wel iets verduidelijken maar houdt het kort, heel kort. Beschrijf wat je acties waren (A) Maak in gedachten een film met geluid. Wat heb je gedaan? Wat heb je precies gezegd of gedaan? Hoe was je aanpak? Hoe reageerde(n) de ander(en) op jou? Hier beschrijf je alle acties die je ondernomen hebt, voorbereiding, activiteiten en uitwerking. Beschrijf vooral hoe je de activiteiten hebt uitgevoerd.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 45
Beschrijf het resultaat van je acties (R) Hoe is het afgelopen? Wat was het resultaat van je handelen? Hoe reageerde(n) de ander(en)? Wat leverde het op voor de cliënten ,het team of voor jezelf? Dit is het evaluatie gedeelte. Dus kijk naar de activiteiten en hoe ze verlopen zijn. Wat heeft het opgeleverd, hierbij kijk je naar het doel en naar de taak. Wat heeft het uiteindelijk opgeleverd voor de bewoners, het team en/of voor jezelf. Beschrijf je reflectie (R) Wat vind je van je eigen actie in deze situatie? Wat zijn je sterke / zwakke punten als je terugkijkt naar het incident / leermoment? En dan nu het lastige deel. Reflectie heeft te maken met ethiek. Dit is niets zweverigs maar vraagt of je het goed of minder goed gedan hebt. Maar dan niet in uitvoering of het daadwerkelijke resultaat maar naar jouw beleving. Kijk met je eigen normen en waarden naar de situatie. Welke vragen roept dit op, hoe heb je de acties ervaren, welke afwegingen heb je gemaakt, hoe heeft het je geraakt? Wat heb je geleerd? Reflectie gaat over jezelf, je beleving. Het versterkt de motivatie van het handelen, geeft betekenis en diepgang. Je weegt hier niet alleen kennis en kunde maar ook ethisch (achtergronden van gedrag) en integer (verantwoording van gedrag) handelen. Hierbij spelen waarden en normen en die van de omgeving een rol. Beschrijf je transfer (T) Wat ga je de volgende keer bij een vergelijkbare situatie doen? Wat heb je geleerd van dit incident / leermoment? Wat wil je nog meer leren zodat je nog beter kunt inspelen op het incident / leermoment? Beschrijf hoe je het geleerde vertaald naar (soortgelijke)situaties / doelen. Geef antwoord op de vragen die de reflectie oproept en vertaal ze naar doelen bij de transfer. Een STARRT verslag kan voldoende zijn met 2 A4’tjes, waarbij het zwaartepunt ligt bij de reflectie.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 46
Bijlage 9 HANDLEIDING 360̊ feedback vragenlijst Bij 360̊ feedback vult een medewerker een zelfbeoordeling in en krijgt hij daarnaast van zoveel mogelijk anderen feedback op een aantal competenties of gedrag gerelateerde aspecten die van belang zijn voor de uitoefening van zijn functie. Deze vragenlijst is een hulpmiddel om een goede afstemming tussen collega’s te krijgen. Met de vragenlijst vraag je feedback op je functioneren, waardoor je te weten komt hoe je collega’s jou ervaren. Bespreek de opvallende punten, zoals kwaliteiten en ontwikkelingsvragen die uit deze lijsten naar voren komen tijdens de tussenevaluatie. Werkwijze laat het formulier invullen door zoveel mogelijk directe collega’s laat het formulier ook invullen door je coördinerend begeleider vul voor jezelf het formulier ook in en vergelijk de reacties van anderen met die van jezelf vraag bij onduidelijkheden om een toelichting zet op de vragenlijsten een uiterste inleverdatum. Score G = goed V = voldoende OV = onvoldoende Wat is het belang van feedback? Feedback is een lastige, het betekend eigenlijk terugkijken op de invloed van handelen en gedrag op acties en omgeving. Lastig omdat we hier snel geneigd zijn kritiek te geven, ook wel negatieve feedback genoemd. Met kritiek kun je echter niet veel en daarom is het ook niet zinvol om van negatieve feedback te spreken. Feedback, als we het hebben over ontwikkelingen en groei hoort altijd positief te zijn. Dit wil niet zeggen dat nog te ontwikkelen competenties en fouten niet benoemd mogen worden. Feedback vraagt om een duidelijk doel. Zonder gezamenlijk doel is het niet mogelijk om over te gaan op het geven van feedback. Het is een sociale vaardigheid waarbij deelnemers inzicht krijgen in het effect van hun handelen en gedrag op anderen. Aangezien we willen ontwikkelen en van elkaar willen leren zouden we beter van feedforward kunnen spreken. Er zijn feedbackregels beschreven die van feedback een beetje een softe methode hebben gemaakt om elkaar aan te spreken op handelen en gedrag. Dit omdat het niet gemakkelijk is om elkaar op een goede manier aan te spreken op…. Zien we feedback als samen leren dan wordt dit al een stuk makkelijker. Dan ontstaat er namelijk een gelijkwaardige relatie en verantwoordelijkheid. En dit maakt het gemakkelijker om vanuit de eigen persoon (ik) te praten in plaats vanuit de groep (we). Zowel leerlingen als professionals hebben hier baat bij. Leren en ontwikkelen stopt namelijk niet met het behalen van een diploma.
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 47
Feedback voor Ingevuld door Datum Competentie FUNCTIONELE SAMENWERKING/ COLLEGIAAL OPSTELLEN Ik praat een eventueel meningsverschil uit en laat me daardoor niet negatief beïnvloeden Ik houd werk en privé zoveel mogelijk gescheiden Ik maak aan het begin van een dienst afspraken met mijn collega over de verdeling van de werkzaamheden en houd me daaraan Ik maak tijdens een dienst afspraken met mijn collega wanneer ik (op mijn laptop) aan opdrachten kan werken Ik bied hulp aan collega’s aan als mijn werkzaamheden dat toelaten Ik laat niet onnodig werk voor een ander liggen
OV V
G
Eventuele toelichting
Competentie RESPECT Ik spreek cliënten op correcte wijze aan Ik ga zorgvuldig om met vertrouwelijk informatie Ik roep niet over gangen, maar loop naar de persoon toe die ik wil spreken Ik klop bij de cliënt aan voordat ik naar binnen ga Ik houd rekening met de behoefte van de cliënt Ik ga op zoek naar de oorzaak van ‘afwijkend’ gedrag en pas mijn benadering daarop aan Ik verdiep me in de achtergrond van de cliënten, en pas mijn begeleiding hierop aan
OV V
G
Eventuele toelichting
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 48
Competentie PRIVACY Ik sluit de deur wanneer ik de cliënt aan het verzorgen ben
OV V
G
Eventuele toelichting
OV V
G
Eventuele toelichting
Ik trek me terug, als dit mogelijk is, als de cliënt op het toilet zit, of ik sluit de deur Ik trek me terug als de cliënt/collega in gesprek is (telefonisch of persoonlijk met bijvoorbeeld familie) Ik praat niet met cliënten over andere cliënten Ik leen geen spullen van cliënten/ collega’s zonder diens toestemming Ik gebruik het ondersteuningsplan van de cliënt niet als communicatiemiddel naar collega’s
Competentie COMMUNICATIE & SAMENWERKEN Ik sta open voor feedback Ik vraag regelmatig feedback op mijn handelen Ik geef adequate en doelgerichte feedback Ik draag actief bij aan een open communicatieklimaat Ik maak samenwerkingsproblemen bespreekbaar Ik vraag naar de mening van mijn collega’s Ik lever actief bijdragen aan overleg
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 49
Competentie VERANTWOORDING DRAGEN Ik kom op tijd Ik begin op tijd met werken Ik heb mijn mobiel uitstaan Ik verzorg/begeleid cliënten op de in het ondersteuningsplan afgesproken wijze
OV V
G
Eventuele toelichting
Ik onderneem activiteiten met de mij toegewezen cliënten Ik draag werkzaamheden op een correcte wijze over aan mijn collega Ik kan mijn eigen leerpunten opnoemen wanneer daarom gevraagd wordt Ik reflecteer op eigen handelen, en kan mijn zwakke en sterke punten benoemen, en laat zien dat ik werk aan verbeterpunten Ik signaleer knelpunten op het gebied van zorg en welbevinden van de cliënten Ik draag bij (onder begeleiding) aan de continuïteit van zorg en welbevinden van de cliënten
Begeleidingsgids voor leerlingen BBL en stagiairs BOL 2015-2016
Pagina 50
Bijlage 10
organigram van Cello
www.cello-zorg.nl