VOETBAL
(JEUGD) OPLEIDINGSPLAN
1
INDEX Inleiding
blz. 3
Speelwijze
blz. 3
Structuur (Jeugd)Opleiding
blz. 4
Hoofd (Jeugd)Opleiding
blz. 4
Technisch Coördinator
blz. 5
Voetbalschool
blz. 6
Oefenstof
blz. 7
Circuitmodel
blz. 8
Doelstellingen per leeftijdcategorie F-pupillen
blz. 10
E-pupillen
blz. 11
D-pupillen
blz. 12
C-junioren
blz. 14
B-junioren
blz. 17
A-junioren
blz. 20
Beleid en afspraken doorstroming van spelers
blz. 23
Beleid en afspraken doorstroming van A-junioren
blz. 24
Selecties SC Joure
blz. 25
Wisselbeleid
blz. 26
2
Jeugd OpleidingsPlan (JOP) Inleiding Sinds 2008 werkt de afdeling Voetbal van SC Joure vanuit het Technische Beleidsplan Top- en Breedtesport 2008-2010 (TB) voor de jeugd en de senioren van SC Joure. Dit plan is ontstaan vanuit een initiatief van zowel breedte- als topsport om in gezamenlijk overleg te komen tot een gemeenschappelijk technisch beleid. In het TB is op het technisch en tactisch vlak een richting aangegeven hoe wij onze jeugd gestructureerd willen opleiden, met het navolgende wordt een eerste aanzet gegeven tot verdieping van de jeugdopleiding. Het TB moet worden geactualiseerd naar het TB 2010-2012. Het SC Joure Jeugd OpleidingsPlan (hierna: JOP) vloeit voor uit het TB en bevat nadere richtlijnen voor de opleiding van de (jeugd)spelers bij SC Joure. In het plan staat zo concreet mogelijk beschreven welke zaken we belangrijk vinden in de training, coaching, begeleiding en het functioneren van spelers. Uitgangspunt is het opleiden van de jeugdspelers en het benutten van hun mogelijkheden, waarbij plezier in training en wedstrijd voorop staan. De persoonlijke ontwikkeling van de spelers staat centraal, de stand op de ranglijst is voorlopig minder van belang. Het uiteindelijke doel van opleiden is natuurlijk wel het leveren van prestaties. Dat houdt ook in dat we met de prestatie-elftallen (Zo1, Zm1, A1, A2, B1, B2, C1, C2, D1, D2 en E1, E2, E3 en E4) op een zo hoog mogelijk niveau willen voetballen. Voor de recreatieve elftallen geldt eveneens dat het beter leren voetballen centraal moet staan. Ook deze spelers zullen beter willen leren voetballen en moeten daarvoor de kans krijgen. Betreffende de onderbouw het volgende: Al enige jaren worden de F-pupillen ingedeeld op leeftijd, 2e jaars F in F1, F2, F3 etc. en 1e jaars in de hoger genummerde teams. Voor het seizoen 2010-2011 is ook bij de E-pupillen voor deze opbouw gekozen. Zo zitten de beste 2e jaars E in E1 (Hoofdklasse) en E2 (1e Klasse Hoog). De beste 1e jaars E zitten in E3 (1e Klasse Hoog) en E4. We denken hiermee op termijn een verbeterde doorstroming naar de Dpupillen te krijgen. Doelstellingen: - Ieder lid moet zich op technisch, tactisch, mentaal en sociaal gebied optimaal kunnen ontwikkelen. - Het ontwikkelen van een herkenbare speelstijl binnen de prestatie-elftallen van SC Joure. - De jeugdafdeling zo optimaliseren en perfectioneren dat de prestatie-elftallen van SC Joure het divisie niveau aankunnen. - Aan het eind van het opleidingstraject moeten de spelers het gevraagde niveau in de senioren (Zm- of Zo- selectie) aankunnen.
3
Structuur (Jeugd) Opleiding SC Joure
Hoofd (Jeugd) Opleiding: Taken: - Ontwikkelt oefenstof voor Selectie- en Breedtesport teams - Stimuleert en begeleidt trainers en leiders Selectieteams - Geeft structuur en leiding aan Voetbalschool - Coördineert selectie trainingen/wedstrijden voor Selectieteams
4
-
Draagt oefenstof over via trainers Selectieteams, Technisch Coördinator (en) Breedtesport Draagt samen met TC zorg voor scouting Stuurt scouting team aan Brengt advies uit bij vaststellen profiel nieuwe Selectie- (jeugd) trainers Maakt voorselectie van potentiële selectietrainers op basis van vastgesteld profiel. Is aanwezig bij sollicitatiegesprekken. Organiseert bijeenkomsten per leeftijdgroep om tactische vaardigheden van Selectieen Breedtesport trainers/leiders te vergroten: Start - Najaar - Voorjaar Periodiek overleg met Hoofdtrainer(s) Senioren zaterdag en zondag Periodiek overleg met TC Zorgt voor voorstel aanschaf materialen voor nieuwe seizoen Neemt trainingen in noodgevallen over Verzorgt en/of geeft demonstratie trainingen
Competenties: - Diploma oefenmeester 2 UEFA B/Trainer Coach II - Kennis en inzicht voetbalspel - Didactische vaardigheden - Goede sociale en communicatieve eigenschappen. Technisch Coördinator (TC) In het verleden hebben we bij SC Joure gewerkt met een gescheiden model Top- en Breedtesport. Hierbij fungeerde veelal de trainer van de A1 als hoofd jeugdopleiding voor de teams A1, B1, C1 en D1. Bij Breedtesport kenden we een TC voor Pupillen en een TC voor Junioren. Binnen het nieuwe Technisch Beleidsplan zijn de jeugdselectieteams uit Topsport onder de vlag van de vereniging gekomen, reden om ook de functie nieuw leven in te blazen. Momenteel gaat de voorkeur uit om het TC-schap in te laten vullen door de hoofdtrainers van iedere leeftijdscategorie. Hoofdzaak blijft de eigen selectie, maar met de huidige communicatiemiddelen is het een kleine moeite om de eigen trainingsvoorbereiding met lagere teams te delen en mee te werken aan het digitaal archiveren van oefenstof. Daarnaast kan de TC, passief, als vraagbaak fungeren voor de anderen. Tot slot kan een aantal malen per jaar voor de gehele leeftijdsgroep een bijeenkomst worden georganiseerd met een voetbaltechnisch en –tactisch thema.
Taken -
Stimuleert en begeleidt, op aanvraag, trainers en leiders Breedtesport Coördineert selectietraining/wedstrijden met Breedtesport Bekijkt wedstrijden en voert evaluatie gesprekken met trainers Adviseert trainers/leiders over speelwijze en coaching Periodiek overleg met Hoofd (Jeugd)Opleiding en scouts
Competenties - Diploma oefenmeester 3 of diploma cursus TC (KNVB UEFA C/ Trainer Coach III of Technisch Jeugdcoördinator II en III) - Kennis en inzicht voetbalspel - Didactische vaardigheden - Goede sociale en communicatieve eigenschappen.
5
Herkenbare speelstijl: Hiermee wordt het 1:4:3:3 systeem bedoeld. De afspraak is dat systeem zoveel mogelijk te spelen. In ieder geval tot de leeftijd van de B-junioren. Voor de prestatie elftallen geldt een 1-4-3-3-systeem met inschuivende/inzakkende vrije verdediger en een centrale middenvelder die doorschuift naar de spits; het geraamte ligt vast, maar binnen het geraamte is er ruimte. Aanvallend voetbal vraagt bij balverlies een grote discipline om te zorgen dat de omschakeling en positiebezetting goed is. Hierna zijn andere mogelijkheden naar inzicht van de trainer denkbaar. Rekening houdend met de kwaliteiten van de tegenstander, de eigen kwaliteiten, het belang van de wedstrijd, de stand op de ranglijst etc. De trainer moet wel een wijziging van speelstijl kunnen onderbouwen.
Voetbalschool Het begrip “Voetbalschool” leidt tot verwarring. In het Technisch Beleidsplan 2008-2010 staat een ruime omschrijving van hetgeen in dit JOP nader is uitgewerkt. In het algemeen echter wordt onder “Voetbalschool” specifiek de extra training bedoeld omschreven onder punt 2 (en omschreven onder “Ad 2”) bedoeld. Ondanks de goede bedoelingen is dit de afgelopen jaren niet goed van de grond gekomen. Voetbalschool (TB) Doel is het verkrijgen van extra voetbalbagage om de talenten op een intensieve wijze klaar te stomen voor de senioren. Wekelijks wordt een extra training voor de jeugdtalenten verzorgt, waardoor deze spelers wekelijks driemaal trainen. Individuele ontwikkeling / opleiding staat bij de jeugd altijd centraal. Talenten staan op belangrijke en bepalende posities. Talenten die aan hun maximum zitten in een bepaald team worden in een hogere leeftijdscategorie ingedeeld om deze spelers sneller te ontwikkelen. Ruimte maken voor talenten is noodzaak. De voetbalschool heeft aangetoond dat er duidelijk behoefte is aan een nieuwe benaderingswijze van de jeugd en is binnen de jeugdafdeling van SC Joure niet meer weg te denken. Het succes laat zich tot op heden vertalen in goede resultaten in de respectievelijke competities en meer discipline en verantwoordelijk gedrag tijdens de trainingen en wedstrijden. De voetbalschool is vooral gebaseerd op de volgende doelstellingen: 1. Structuur in de trainingsopbouw en adviseren bij de wedstrijden 2. Gerichte training en persoonlijke aandacht voor de individuele speler 3. Contacten met de ouders/verzorgers Ad 1. Structuur in de trainingsopbouw en adviseren bij de wedstrijden Trainers en begeleiders van de voetbalschool dienen hun trainingsaanbod conform het technisch beleid aan te bieden. Dit betekent dat er regelmatig overleg en afstemming is over de trainingsvorm en de oefenstof. Hoofd opleidingen heeft hierin een coördinerende rol. Oefenstof wordt gestructureerd aangeboden, waarbij er aandacht wordt besteed aan het aanleren van techniek, inzicht in spelsituaties en opbouw van lichamelijke conditie. Per leeftijdsgroep kan de oefenstof onderscheidend zijn, maar er wordt wel zorg gedragen voor een doorgaande lijn. Het uiteindelijke resultaat is er opgericht om zoveel mogelijk spelers te laten doorstromen naar de selectie elftallen en daarnaast die spelers die dat niveau niet halen zo goed mogelijk te laten presteren in de overige elftallen. Spelvreugde blijft daarbij een belangrijk uitgangspunt. Ad 2. Gerichte training en persoonlijke aandacht voor de individuele speler Door het inzetten van meer trainers (suggestie selectiespelers als gasttrainer), kan er in kleinere groepen getraind worden en meer persoonlijke aandacht worden gegeven aan de
6
ontwikkelingsmogelijkheden van de individuele speler. Een voorbeeld van gerichte training is de specifieke loop- en conditietraining door een aparte looptrainer. Hierbij wordt niet alleen gewerkt aan de conditie, maar ook gelet op de manier van lopen. De nadruk zal echter vooral liggen op intensieve techniektraining. Ad 3. Contacten met ouders/verzorgers De contacten met de ouders/verzorgers zijn vooral bij de F, E en D pupillen van wezenlijk belang. Ouders willen graag weten aan wie ze hun kind toevertrouwen en met wie ze contact op moeten nemen als het kind problemen heeft op de training en in de wedstrijd. Anderzijds willen de trainers en leiders steun van ouders hebben bij het uitvoering geven aan het beleid van de voetbalschool. Specifiek voor de voetbalschool geldt bovendien dat de leiding van de voetbalschool ervoor dient zorg te dragen dat ouders geïnformeerd zijn over afspraken die er tussen jeugdleden en de voetbalschool gemaakt worden. Daarbij is het belangrijk dat ouders zich conformeren aan de regels van de voetbalschool en de jeugdafdeling. De leiding van de voetbalschool kan ouders er dan ook op aanspreken als afspraken niet nagekomen worden. Ouders dienen ervan op de hoogte te zijn dat de voetbalschool in het uiterste geval sancties kan opleggen bij voortdurend onaangepast gedrag, zoals het niet nakomen van de afspraken. Het beleid van de voetbalschool is er op gericht om ouders nadrukkelijk te betrekken bij die situaties waar het jeugdlid problemen veroorzaakt. Bovendien kunnen de contacten met de ouders/verzorgers worden benut om de betrokkenheid bij de vereniging te vergroten en ze actief te maken.
Oefenstof Er is binnen SC Joure voldoende oefenstof voor de verschillende leeftijdsgroepen, de komende jaren zal oefenstof zoveel mogelijk centraal worden gedigitaliseerd. Het is niet de bedoeling om alle mogelijke voorhanden oefenstof in dit document te gaan verwerken, maar in de toekomst via internet te verzamelen, met eenvoudige navigatie naar leeftijdscategorie. Om tot goede, zinvolle trainingen met een duidelijke structuur te komen, is bij de F-pupillen al enige jaren geleden het circuitmodel geïntroduceerd. Ook bij de E-pupillen zal het model moeten worden ingevoerd. Het circuitmodel is een organisatievorm waar meerdere velden naast elkaar worden uitgezet, zodat meer dan 1 groep tegelijk kan spelen. Hiermee wordt uniformiteit en tijdswinst bereikt. Voor de huidige F-pupillen die over gaan naar de E-pupillen is het een bekende manier van trainen. Dat is een groot voordeel! Het is belangrijk dat de leeftijdsgroepen zoveel mogelijk naast elkaar trainen om bovengenoemde uit te kunnen voeren. Vanwege het ontbreken van voldoende volwassen trainers worden de training bij de F-jes wordt veelal gegeven met assistentie van C-junioren die vanuit hun onderwijs maatschappelijke stage dienen te lopen. Bij het ontbreken van een oudere trainer op een team moeten vanwege de jeugdige leeftijd van deze assistent-trainers op elke groep tenminste 2 trainers zijn met daarboven liefst per 2 groepen een zogenaamde „supercoach‟. Vaak zullen dit ouders zijn die met name gedragsproblemen in de gaten moeten houden, maar daarnaast ook assisteren met de voorgeschreven oefenstof. Daarboven hebben we bij voorkeur per veld (met 4 oefenvormen) 1 veldcoördinator en tot slot de technisch coördinator F-pupillen, verantwoordelijk voor de gehele organisatie. Dit alles valt onder de verantwoordelijkheid van de groepscoördinator. Binnen het circuitmodel wordt altijd plaats ingeruimd voor partijspel 4:4 met daarnaast 3 (soms 4) verschillende spellen, pas- en trapvormen. Per training / week wordt 1 van de oefeningen vervangen door een nieuwe vorm. Duidelijk voor de trainers, duidelijk voor de spelers.
Hierna volgt een voorbeeld van deze voorgeschreven training, met uitleg van 1 van de vormen:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
7
Circuitmodel
F3
week 11 Sc Joure
Partijspel 4:4
F4
Penaltyspel
Kappen/ draaien/ schieten
2x 2x
F7
Het poorten spel
F6
Oversteekspel
1 poortje extra
Veld C Uitleg oefenvormen: 1. Het poortenspel Voorbeeld uit KNVB opleidingboek " Zo doen wij dat effies" blz. 45 Veldafmetingen Het totale speelveld bedraagt 20 x 15 meter, waarbij de afstand tussen tweetallen ongeveer tien meter is. Benodigd materiaal Negen pilonnen (zes als doel en drie als telpilon), zes markeringshoedjes, een hesje en
8
drie ballen zijn nodig om het spel met zeven kinderen te kunnen spelen. Organisatie Drie doelen (gemaakt van twee pilonnen) staan in één lijn met een onderlinge afstand van ongeveer 1.50 meter. De onderlinge afstand tussen de markeringshoedjes van één tweetal bedraagt ongeveer tien meter Voor elke speler ligt een kampioenshoedje klaar Voor elk tweetal ligt een bal klaar en een hesje voor de verdediger De drie telpilonnen staan op het midden Er wordt gestart met zeven spelers. Spelverloop De tweetallen die tegenover elkaar bij een markeringshoedje staan, proberen door het doel de bal heen en weer te spelen zonder dat de keeper de bal kan afpakken. Wanneer de keeper bijvoorbeeld vijf keer een bal heeft afgepakt of weggetikt, is het spel ten einde en wijst de keeper een nieuwe aan. Hij speelt nu zelf mee als schutter. Het spel start op het moment, dat de keeper het hesje aan heeft . De keeper kan de bal alleen onderscheppen als die gespeel Spelregels en regelingen d is door de schutters Bij elke onderschepping wordt er een telpilon overeind gezet: na drie onderscheppingen wordt er gewisseld met een speler van een tweetal. De schutters moeten van achter hun eigen markeringshoedje door het doel naar de overkant schieten, zodanig dat de medespeler de bal gemakkelijk kan stoppen. De schutters hebben allemaal een eigen markeringshoedje.
2. Penaltyspel Etc. ----------------------------------------------------------------------------------------
9
Doelstellingen per leeftijdcategorie F- pupillen ( 6 – 8 jaar) Leeftijdseigenschappen:
Praktische opmerkingen:
Trainingsdoelstellingen: Technisch:
Tactisch: maken en doelpunten voorkomen. (vanuit het Minivoetbal opstarten). Conditioneel: (lopen, springen, huppelen etc.). Mentaal: spelregels, gezag (leider,trainer) en groep (tegenstanders). Sociaal/emotioneel:
Technische oefenvormen:
Algemene opmerking t.a.v. training- en wedstrijdgedrag: Na de training en de wedstrijd het verplicht stellen van het douchen in groepsverband. Door het verstrekken van huisregels bij het aanmelden van een nieuw lid kan hier al melding van worden gemaakt. Deze regel goed controleren, jong geleerd is oud gedaan.
10
E- pupillen ( 8 – 10 jaar) Leeftijdseigenschappen:
Opmerkingen t.a.v. trainingsaanpak:
hoog stellen.
Trainingsdoelstellingen: Technisch: - en meenemen van de bal, dribbelen/drijven, koppen, stoppen, plaatsen, trappen, kappen, draaien en afwerken. Aandacht geven aan de juiste uitvoering van ingooien. Tactisch: kkeling door individueel spel niet te onderdrukken (belangrijker is ervaring opdoen). Mentaal:
Conditioneel:
Sociaal emotioneel:
Technische oefenvormen: - en meenemen van de bal
n
afpakken), partijvormen (samenspelen en afpakken).
11
D- pupillen (10 – 12 jaar) Leeftijdseigenschappen:
voelig reactievermogen
Opmerkingen t.a.v. trainingsaanpak:
(verantwoordelijk laten zijn voor bijv. materiaal, achterlaten kleedruimte etc.: zie normen en waarden). leven en sportprestaties. Trainingsdoelstellingen: Technisch: n van technische vormen (nadruk op goede uitvoering).
Tactisch:
Elementaire tactische begrippen:
Mentaal: atievergelijking. Conditioneel:
12
Technische oefenvormen: - en meenemen van de bal Kappen en draaien.
Uitgangspunten voor training D- pupillen De leeftijd die hoort bij de D- pupillen is ideaal voor leermomenten. Geldingsdrang, leergierigheid, voetbalidolen maken deze ideale leeftijd. Afzetten tegen leidinggevende, ontwikkeling van het eigen individu, groeispurten zijn zaken die op latere leeftijd actueel worden. De techniektraining neemt een belangrijke plaats in. Het is belangrijk dat de spelers een goed voorbeeld kunnen krijgen. Oud- spelers die op een redelijk tot hoog niveau gespeeld hebben zouden dat kunnen geven. Tactische scholing moet daarnaast ook plaatsvinden. Hierbij moet steeds de wedstrijd als basis dienen. Wat haal je aan leermomenten uit de wedstrijd? Ontwikkeling van het denken in het belang van het team. Bewustwording van dit proces. Veel uitleggen aan het begin en aan het einde van een training. Waarom hebben we die oefeningen gedaan? Vind je dat je iets geleerd hebt? Heb je ook vragen? Kortom: Zoveel mogelijk profiteren van de kansen die deze leeftijd biedt.
13
C- junioren (12 –14 jaar) Leeftijdseigenschappen:
ste afspraken
Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coaching en begeleiding: Begeleiding: lers vertrouwen geven. e en
2e jaar spelers
( kinderlijk gedrag: overgang basisonderwijs – voortgezet onderwijs).
Fysiek: - rust verhouding). –up. Inhoudelijk:
veel mogelijk oefenstof met de bal.
andere vorm). - en positiespel.
-element inbouwen ( omgaan met winst/verlies) en nadenken over voetbaloplossingen. - spelers, andere trainers, CIOS- stagiaires). Overig: ningen en wedstrijden en na afloop daarvan ( verantwoordelijk laten zijn voor bijv. materiaal, achterlaten kleedruimte etc. zie normen en waarden). en sportprestaties.
14
Trainingsdoelstellingen: Algemeen: wedstrijd. Technisch: dribbelen/ drijven, stoppen, plaatsen, kappen en draaien, trappen en afwerken).
Tactisch: \leren van man- en positiedekking.
Conditioneel:
elheidstraining met en zonder bal. Mentaal:
Technische oefenvormen:
- en meenemen/ stoppend meenemen.
Tactische oefenvormen:
Voorbeelden en accenten van en bij veel te gebruiken oefenstof bij de Cjunioren Technisch: - en meenemen van de bal. - of drietallen.
15
Tactisch: is de wedstrijd. - en positiespelen die je als trainer kunt manipuleren wat betreft organisatie, accenten en beperkingen gericht naar je doelstelling. Voorbeelden van problemen bij balbezit:
goed
Voorbeelden van problemen bij balbezit van de tegenstander: rdoor het speelveld te groot wordt.
16
B- junioren (14 – 16 jaar) Leeftijdseigenschappen
stuipen. Praktische opmerkingen
- coördinatieoefeningen. Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coaching en begeleiding: Begeleiding:
n: duidelijk overbrengen wat de eisen en de verwachtingen zijn. -rapport Fysiek:
spelers (groeispurt, dus verschil in belastbaarheid). sscholing en een goede warming-up. Inhoudelijk:
gekweekt. ijze, tactische grondbeginselen (linie- en teamtactiek).
voor bijvoorbeeld materiaal, achterlaten kleedruimte etc. beslissingen zijn genomen.
Trainingsdoelstellingen: Algemeen: nen.
17
team. van spelers ontwikkelen en benutten in team- en spelconcept. -spelers, CIOS-stagiaires). -junioren: individuele trainingen creëren (= versterking en bevestiging persoonlijkheid van de spelers). - en hersteltraining moet gedifferentieerd worden gegeven i.v.m. verschil in fysieke belastbaarheid. omenten krijgen meer aandacht. Technisch: - en meenemen van de bal, dribbelen/drijven, stoppen, plaatsen, kappen, draaien, trappen en afwerken).
Tactisch:
eigen positie per linie en per hele team. Conditioneel:
Mentaal: e. Technische oefenvormen
Waar liggen de belangrijkste accenten voor de training? Technisch: - en meenemen van de bal. - of drietallen.
(tactische oefenvormen).
18
Tactisch: angspunt is de gespeelde wedstrijd: - en positiespelen die je als trainer kunt manipuleren wat betreft organisatie, accenten en beperkingen, gericht naar je doelstelling. Uitgebreide aandacht voor de betekenis van spelhervattingen in de wedstrijd. Voorbeelden van problemen bij balbezit:
t te lang, zowel bij balbezit naar balverlies, als bij balverlies naar balbezit. oed.
snel balverlies. Voorbeelden van problemen bij balbezit van de tegenstander: de linies is er niet waardoor het speelveld te groot wordt om het te verdedigen.
Van de trainer wordt verwacht dat hij bij bovengenoemde problemen goede oefenstof kan zoeken om aan de voetbalproblemen te gaan werken.
19
A- junioren (16 – 18 jaar) Leeftijdseigenschappen: voetbalveld.
Voltooiing van de lichaamsgroei.
Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coachen en begeleiding: ers zijn ondergeschikt aan teambelang.
wordt. communiceren: duidelijk overbrengen wat de eisen en de verwachtingen zijn.
n d.m.v. een vragenlijst. - selectie.
Trainingsdoelstellingen Algemeen:
Hoofd Opleidingen, oud- spelers en CIOS-stagiaires. Technisch:
Tactisch: nvallend/ verdedigend).
20
Fysiek:
Mentaal: ngen van realistisch verwachtingspatroon t.a.v. overgang naar senioren.
Technische oefenvormen:
- en meenemen/ stoppend meenemen.
Tactische oefenvormen:
Voorbeelden van benadering van trainingen voor A- junioren (belangrijke accenten) Technisch: - en meenemen van de bal. - of drietallen.
Tactisch: uitgangspunt is de gespeelde wedstrijd: lemen bij eigen balbezit of bij balbezit van de tegenstander. - en positiespelen die je als trainer kunt manipuleren wat betreft organisatie, accenten en beperkingen, gericht naar je doelstelling. spelhervattingen in de wedstrijd. Voorbeelden van problemen bij balbezit:
it naar balverlies als bij balverlies naar balbezit.
21
ring, wardoor er te snel een lang bal gespeeld wordt die leidt tot balverlies. Voorbeelden van problemen bij balbezit van de tegenstander: verdedigen. an druk zetten op de bal wordt niet herkend.
Van de trainer wordt verwacht dat hij bij bovengenoemde problemen goede oefenstof kan zoeken om aan de voetbalproblemen te gaan werken.
Beleid en afspraken rondom de doorstroming van spelers bij SC Joure. Inleiding Het JOP geeft aandachtspunten voor training, coaching en begeleiding van jeugdspelers van SC Joure in alle leeftijdscategorieën. Er zijn ieder seizoen een aantal kaderavonden waarbij de ontwikkeling van het JOP ter sprake komt. Wijzigingen worden doorgevoerd, doelstellingen worden aangepast etc. Zo blijft het JOP een document in ontwikkeling dat gedragen wordt door een zo breed mogelijk kader. Bij deze ontwikkeling hoort ook een notie over het beleid rondom de doorstroming van spelers, zowel wat betreft de doorstroming vanuit de jeugd naar de senioren als de doorstroming tussen de verschillende leeftijdscategorieën. Het technische beleid rondom het Beloftenteam onder 23 wordt ook in een aparte notie behandeld.
Doelstelling doorstroming Spelers die zich individueel zodanig hebben ontwikkeld dat ze in hun huidige team als „uitgeleerd‟ worden beschouwd, moeten nieuwe leerkansen worden aangeboden op een hoger niveau met meer weerstand. Dit gebeurt op een eerder moment dan normaal gesproken plaats zou vinden bij de overgang van de voetbalseizoenen.
Algemeen Het beleid binnen de vereniging is erop gericht om op een zo hoog mogelijk niveau te spelen met zoveel mogelijk zelf opgeleide spelers. De ontwikkeling van deze spelers moet dus nauwgezet worden begeleid en bijgehouden. Onder zelf opgeleide spelers wordt verstaan: 1. Spelers voortkomend uit de eigen jeugdopleiding, al hebben ze daar alleen maar het laatste seizoen in gespeeld. 2. Spelers die langer dan twee seizoenen lid zijn van SC Joure. 3. Spelers die zichzelf aanmelden als lid Alle spelers die niet aan bovenstaande criteria voldoen worden beschouwd als spelers van buitenaf. Wanneer deze ontwikkeling zich niet meer doorzet binnen een bepaald elftal, moet er gezocht worden naar nieuwe ontwikkelingskansen. Het individuele belang van de speler gaat hier voor het teambelang.
22
Organisatie/voorwaarden Het scoutingapparaat levert in de eerste helft van het seizoen per selectieteam per leeftijdscategorie informatie over speler(s) aan. Dit gebeurt in scoutingvergaderingen. In de winterstop worden de selectieteams geëvalueerd. Dit gebeurt in een gesprek tussen de Hoofd Opleidingen, de selectietrainer en eventueel de technisch coördinator van de betreffende categorie. Hierbij staat de vraag centraal over welke speler in aanmerking komt om in het tweede deel van het seizoen in een „hoger‟ team te gaan spelen. De trainer gaat dan in op de vraag waarom hij juist deze speler hiervoor geschikt acht. Technisch, tactisch, mentaal. Wanneer een trainer van oordeel is dat niemand van zijn selectie bij hem uitgeleerd is, moet hij dat ook kunnen verantwoorden. Wanneer er een speler wordt genoemd die „hogerop‟ kan, volgt er een gesprek tussen de individuele speler en de Hoofd Opleidingen. Hier wordt gesproken over de ambitie van de speler en zijn persoonlijke doelstelling. Ook het punt van de ontwikkeling op dit moment wordt besproken. De speler moet uiteindelijk zelf akkoord gaan met een tussentijdse overgang. Dit kan ook pas na overleg met de ouders van de speler die mogelijke gevolgen in sociaalemotioneel opzicht goed kunnen duiden. Het laatste gesprek vindt plaats tussen de trainer van de nieuwe selectie van de speler en de Hoofd Opleidingen. Hij moet zich realiseren dat de doorstromende speler moet spelen. Ongeacht de gevolgen voor de bestaande selectie en een eventueel spelsysteem dat veranderd moet worden. Iedere jeugdtrainer die bij SC Joure in dienst is, is op de hoogte met dit beleid en zal derhalve niet voor verrassingen komen te staan.
Verdere voorwaarden De selectie-indeling moet niet te groot zijn. Hier zijn richtlijnen voor. Hierdoor ontstaat ruimte voor doorstroming van onderuit. Het is denkbaar dat er een bepaalde proefperiode wordt afgesproken, om te zien of de speler goed aansluit bij de nieuwe groep. Een open communicatie tussen alle betrokken partijen waarbij het individuele belang van de speler iedereen voor ogen moet staan, is een absolute voorwaarde. Met dit beleid wil SC Joure de individuele ontwikkeling van de speler zo goed mogelijk bevorderen, zodat de kans op het halen van de beschreven doelstelling zo groot mogelijk wordt.
Meisjes Voor selectieteams willen we bij SC Joure geen onderscheid maken tussen jongens en meisjes. Meisjes zijn selectiewaardig als ze zich kunnen meten met leeftijdsgenoten.
Beleid en afspraken rondom doorstroming A-junioren naar senioren (selectie). Inleiding Het JOP stopt niet bij de A-junioren. Het loopt door naar seniorenselectie. Om ervoor te zorgen dat de A-junioren zich binnen de senioren door kunnen ontwikkelen moeten er binnen SC Joure een aantal afspraken gemaakt worden rondom het technische beleid t.a.v. de senioren (-selecties).
Doelstelling doorstroming A-junioren naar Senioren Spelers uit de A-junioren categorie die (nog) niet in aanmerking komen voor een plaats in de seniorenselecties, extra ontwikkelingstijd aanbieden om alsnog, via het bijvoorbeeld het Beloftenteam, de eerste seniorenselectie te halen. Algemeen
23
Binnen deze selecties krijgen de spelers 2 tot 3 jaar de tijd om zich alsnog door te ontwikkelen naar de seniorenselecties. Hebben de spelers na deze afgesproken periode niet het vereiste niveau gehaald, dienen ze af te vloeien binnen “lagere” seniorenelftallen in de vereniging. Andere spelers, afkomstig van de A-junioren krijgen dan op hun beurt, een kans in de selectie voor het Beloftenteam. Op deze afspraak kan een incidentele uitzondering gemaakt worden, bijvoorbeeld wanneer er sprake is van overmacht in de vorm van ziektes en/of blessures, waardoor een sportieve ontwikkeling gestagneerd wordt.
Wisselbeleid Algemeen Iedere speler in een selectie krijgt evenveel speelminuten. Alleen in geval van (langdurige) blessures of disciplinaire schorsingen (wangedrag) kan van deze regel worden afgeweken. Deze afspraak geldt van de F-pupillen tot en met de C-junioren! Vanaf de Bjunioren kan er gekozen worden om een speler, die andere spelers beter laten spelen, meer speeltijd te geven. Het gaat hierbij om maximaal 3 spelers binnen de selectie die hiervoor in aanmerking komen, waarbij de ontwikkeling van de individuele speler voorop staat. Twee wedstrijden achter elkaar op de bank kan niet. De selectiespeler dient de volgende wedstrijd te spelen, eventueel in een lager (selectie) team. Dan moeten ze ook daadwerkelijk spelen. Alleen bij een onvoldoende prestatie kan de trainer de speler wisselen. Over deze wissel dient wel een nabespreking gehouden te worden. Specifiek Bij een aantal van 3 wisselspelers dienen er, wanneer er geen sprake is van blessures of spelers die absoluut niet presteren, in of vlak na de pauze 2 spelers gewisseld te worden. De derde wisselspeler moet gedurende de tweede helft ook worden ingebracht om te spelen. Dit moment is naar inzicht van de trainer. Deze afspraken gelden voor de hele groep en de trainer is verantwoordelijk voor de uitvoering ervan. Bij het aanstellen van de trainer zal dit met hem of haar besproken worden. ……… Spelers van een selectieteam ontwikkelen zich door te spelen. Zij ontwikkelen zich niet wanneer ze op de bank zitten. Daarom is het belangrijk om vast te leggen in een Speler Volg Systeem (SVS) hoe alle spelers uit een selectie aan spelen toe komen. Bij iedere wedstrijd van een selectieteam beschikt de trainer over een grotere groep dan het vereiste elftal. Hij kan zelf de basisformatie bepalen en dus ook de spelers aanwijzen die niet voor de basisformatie in aanmerking komen. Deze spelers, de wisselspelers, vormen een groep die de nodige aandacht vereist. Zij maken wel deel uit van de selectie maar spelen op dat moment niet en kunnen zich op dat moment dus ook niet ontwikkelen. Om ervoor te zorgen dat deze groep toch regelmatig speelt en daardoor zich toch door kan ontwikkelen en in dat opzicht niet afhankelijk wordt van de persoonlijke inzichten van de trainer volgt een aantal voorwaarden t.a.v. het wisselbeleid in een wedstrijd. Twee wedstrijden achter elkaar op de bank kan niet en mag niet. De selectiespeler dient de volgende wedstrijd te spelen, eventueel in een lager (selectie) team. Dan moeten ze ook daadwerkelijk spelen. Alleen bij een onvoldoende prestatie kan de trainer de speler wisselen. Over deze wissel dient wel een nabespreking gehouden te worden. Na iedere eerste training wordt de selectie voor de zaterdag bekendgemaakt. Binnen deze duidelijke norm wordt vervolgens met die selectie op …dag getraind terwijl de 2e selectie tevens op ….dag met het team kan trainen dat opvolgende zaterdag binnen de lijnen gaat komen. Van deze hoofdlijn kan alleen worden afgeweken indien blessures aan de orde zijn.
24