RELATIEMAGAZINE VAN HET OPENBAAR MINISTERIE | nr 01 | JAARGANG 19 | januari 2013
‘Je moet kijken om het te zien’ Mensenhandel-rapporteur Corinne Dettmeijer De frauderende bedrijvendokter Heb je als OM’er ineens een advocáát nodig
ZSM in heel Nederland ZSM Noord-Nederland is geopend. Op maandag 17 december werden de eerste zaken door het noordelijke ZSM team afgehandeld. Daarmee is ZSM landelijk dekkend: verdachten, slachtoffers en de samenleving worden vanaf nu in heel Nederland geconfronteerd met een snelle, zichtbare, merkbare en herkenbare afdoening van strafzaken. De eerste Groningse zaak had een doorlooptijd van 19 uur, van aanhouding tot en met de executie. Het betrof een
2|
vernieling met € 650,- schade. Officier van justitie Jolanda Brontsema besloot dat de verdachte de schade diende te vergoeden en deed de zaak op die manier af. Het blij verbaasde slachtoffer had ’s middags om drie uur het geld cash in handen. ZSM Noord-Nederland is gevestigd in het hoofdbureau van politie in het centrum van Groningen. Tekst: Jan Hoekman | Foto: Henk Veenstra
Opportuun 1 - januari 2013 - In Beeld | 3
‘Je moet kijken
6
om het te zien’ Dat zegt Nationaal rapporteur mensenhandel Corinne Dettmeijer-Vermeulen over uitbuiting in de prostitutie en andere sectoren. De handen van de ex-aanklager en ex-rechter jeuken regelmatig. Toch denkt ze dat ze als rapporteur uiteindelijk effectiever kan zijn in de aanpak van mensenhandel. Interview met een onafhankelijk rapporteur
Bedrijvendokter Franc van B
12
., die achter rookgordijnen fikse faillissementsfraude pleegde, was een uiterst deskundige en joviale kerel. In FP-officier Wim Bollen trof financieel genie Van B. niet zo’n joviaal tegenstander: de fraudeofficier eiste 24 maanden celstraf. Dit alles na een tijdrovend en ingewikkeld onderzoek. ‘Je ziet het pas als je het begrijpt’, zegt Bollen over de fraude. Cruyffiaanse wijsheid van een jager op geldwolven
Als aanklagers verdedigd moeten
18
worden, krijgen ze bijstand van de Landsadvocaat. Opportuun ging op bezoek bij het kantoor Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn, en zag een innige band tussen OM en landsadvocaat. ‘Het OM is een prachtige cliënt om voor te werken.’ Voor aanklagers is het wel wennen. Heb je als OM’er ineens een ráádsman nodig. O p bezoek bij de Van Oldenbarnevelts & De Witten van de 21e eeuw
Gelukkig Nieuwjaar…
Inhoud
Het vuurwerk dat afgestoken wordt vanaf de Erasmusbrug in Rotterdam is prachtig. Dat kun je goed zien vanaf de 20e etage van het World Port Centre op de kop van Zuid waar in de Maasstad tijdens grote evenementen de driehoek bij elkaar komt. Bijna was het niet doorgegaan, want het waaide te hard. We zijn blij met het slechte weer, want het regent ook. Af en toe zelfs heel erg hard. Dit betekent namelijk dat er vermoedelijk tijdens deze drukste nacht – en dag – van het jaar minder brandjes zijn, minder geweld is en minder rottigheid met al dan niet illegaal vuurwerk is. Het lijkt ook iets eerder rustiger op straat. Maar als wij, de korpschef en ik, op enkele locaties gaan kijken, zien we toch waar de dienders die het allemaal op moeten lossen, mee te maken hebben. En het lijkt er wel heel sterk op dat sommige “feestvierders” gericht vuurwerk naar politiemensen en de brandweer gooien. Op Nieuwjaarsdag maken mijn mensen van het parket, die de zaken ZSM gaan afwikkelen, de balans op. Er zijn iets minder aanhoudingen dan vorig jaar, er zijn iets minder incidenten geweest, en er zitten gelukkig geen zaken bij met ernstiger letsel. Maar… er zijn wel weer verschillende mensen belaagd die gewoon aan het werk waren. ME die de brandweer moest ontzetten! Of ME die gewone agenten bij een kroeg te hulp moest schieten! En wie gaat nou een verpleegkundige in het ziekenhuis slaan, bij uitstek iemand die hulp biedt! Beveiligers bij het vuurwerk worden bedreigd met een mes! En waarom moet je nou agenten beledigen, zomaar, omdat ze gewoon in de buurt zijn? Moet dat nou zo? Kunnen we er met zijn allen niet gewoon echt de leukste nacht van het jaar van maken? Een veilig Nieuwjaar! Fred Westerbeke, hoofdofficier arrondissementsparket Rotterdam
Mensenhandel frustreren
26
Hoe kan je mensenhandel in de seksindustrie tegengaan? Officier van justitie Sabina van der Kallen, rechercheur John van Berkum en gemeenteambtenaar Carin Hofmans vertellen over de aanpak in Den Haag. ‘We moeten het zo onaantrekkelijk mogelijk maken voor uitbuiters.’ De lijnen zijn kort in Den Haag
En verder...
Stelling: 'Alcohol telt mee' > 10 De zaak: Kinderporno? > 11 5 vragen: Processtukken > 16 ZSM-Column: Imago > 17 Kortom > 22 Jurisprudentie: Voorbedachte raad > 30 Colum: Huis van bewaring > 31 Gespot: Koersen met een klassieker > 32
OPPORTUUN | RELATIEMAGAZINE VAN HET OPENBAAR MINISTERIE | JAARGANG 19 | NUMMER 01 | januari 2013 Opportuun wordt gratis verstrekt aan de medewerkers van het OM en andere geïnteresseerden. Het magazine verschijnt twaalf keer per jaar. De redactie is verantwoordelijk voor de inhoud. Aan de in Opportuun verstrekte informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. Abonnementenadministratie Wijzigingen? Stuur de adresdrager met de aangebrachte wijzigingen naar het retouradres, of e-mail de wijzigingen naar
[email protected]. Redactieadres Openbaar Ministerie, Parket-Generaal, afdeling Communicatie, Prins Clauslaan 16, Postbus 20305, 2500 EH Den Haag. Eindredacteur Pieter Vermaas, 070 - 3399840 of
[email protected]. Plaatsvervangend eindredacteur Thea van der Geest, 070 - 3399825 of
[email protected]. Foto omslag Robin Utrecht Bladformule en vormgeving Kris Kras Design Druk Tuijtel Oplage 8800
Opportuun 1 - januari 2013 - Inhoudsopgave | 5
Vroeger kon ze operationeel mensenhandelaars vervolgen en veroordelen. Maar Corinne Dettmeijer-Vermeulen, eerder officier en rechter, mist die bevoegdheden niet. ‘Op afstand kan ik uiteindelijke effectiever zijn.’ Interview met de Nationaal rapporteur mensenhandel.
‘Je moet kijken om het te Nationaal rapporteur mensenhandel Corinne Dettmeijer
zien’
Corinne Dettmeijer:
‘Gecertificeerde mensenhandel officieren heel belangrijk’
Ze is net terug van foto’s maken bij NS-station Holland Spoor. Over de locatie had ze meegedacht met de fotograaf, verklapt Corinne Dettmeijer-Vermeulen. De Doubletstraat, een prominente plek in de Haagse prostitutiesector, raadde ze af. Dus werd het Holland Spoor. ‘Nou, dat kan ook. Daar komen allerlei mensen overal vandaan, die denken dat in Den Haag een gouden toekomst wacht. En dat valt tegen.’ Zelf had de “Nationaal rapporteur mensenhandel en seksueel geweld tegen kinderen” liever nog in een onopvallend straatje willen gaan staan. ‘Zoals in de Schilderswijk, waar mensen gedwongen kroepoek hebben moeten bakken in een brandgevaarlijke, vieze ruimte vol met kakkerlakken. Uiteindelijk kreeg de Dienst Huisvesting signalen dat daar dingen niet pluis waren, en kwam er een grote uitbuitingszaak aan het licht. Ik wil maar zeggen: het zit overál.’ Op de tafel in haar werkkamer op steenworpafstand van het ministerie van Veiligheid en Justitie ligt haar op 12 december gepresenteerde rapport: “Mensenhandel. Effectieve
6 | Naam artikel -Opportuun 1 - januari 2013
aanpak op gemeentelijk niveau. Lessen uit de praktijk”. De kernboodschap daarin: Gemeenten zijn de spil in de aanpak van mensenhandel. Voor een effectieve aanpak van mensenhandel op lokaal en regionaal niveau is het noodzakelijk dat gemeenten hun bestuurlijke verantwoordelijkheid nemen. Gemeenten krijgen niet veel meldingen van mensenhandel. Uit uw rapport blijkt dat ze soms twijfelen om te gaan investeren in de aanpak ervan. ‘Ja, wij noemen dat de “bestuurlijke impasse”. Waarbij vanuit de gemeente gezegd wordt: “We zien niet zo veel”. Terwijl vanuit de politie en het OM wordt gezegd: “Maar je moet beter kijken, en daar hebben we de integrale aanpak voor nodig.”’ Ook mijn eerste reactie was: rechtvaardigen de aantallen meldingen wel zoveel aandacht? Dettmeijer twijfelt even, en dan neemt ze een voorschot op cijfers die ze een aantal dagen later, op 24 december, zal presenteren. Staccato: ‘1222 slachtoffers geregistreerd in 2011. We hebben
het over mensenhandel. Moderne slavernij. Dus ik vind dat die aandacht zeker terecht is. Temeer daar die cijfers alleen het topje van de ijsberg zijn. Het zou net zo goed tien keer zo veel kunnen zijn. Mensenhandel is een “haaldelict”, je moet kijken voordat je het ziet. Het gaat niet alleen om de enkele gemeente, maar ook om de rol van de gemeente in de regio. Daar waar de burgemeester het probleem onderkent, het belang van de aanpak inziet, waar vervolgens een ketensamenwerking ontstaat, dáár komt er ook meer uit. Het verschil in aandacht verklaart waarom in sommige regio’s veel meer mensenhandelzaken worden ingestuurd dan in andere.’ Welke bevinding schokte u het meest? ‘Ik kan het juist andersom zeggen. Waar ik heel tevreden over ben is dat je ziet dat er al veranderingen plaatsvonden toen het onderzoek startte en interviews werden gehouden en uitgewerkt. Zo’n onderzoek doen doet mensen de ogen al wat openen. In Arnhem heeft inmiddels, in oktober, het eerste casusoverleg mensenhandel
Opportuun 1 - januari 2013 - Interview | 7
plaatsgevonden. Dat was er daarvoor niet, dus dan denk ik: het heeft resultaat. Nee, die krantenkop die Trouw over mijn onderzoek maakte (“Gemeenten falen”) zou ik niet gekozen hebben. Er zijn gemeenten waar de aanpak absoluut verbeterd moet, maar er zijn ook gemeenten waar het heel goed gaat.’ Wat betekent het dat u onafhankelijk bent? ‘In de meeste landen is het monitoren van mensenhandel ondergebracht bij een ministerie. Dan is er sprake van een hiërarchisch dienstverband en zal je niet snel zeggen dat de overheid onvoldoende doet aan mensenhandel. Dat ik onafhankelijk ben maakt het ook voor non-gouvernementele organisaties makkelijk mij te benaderen met gegevens en problemen. NGO’s die slachtoffers van mensenhandel bijstaan, zijn in veel landen terughoudend met het verstrekken van de gegevens van die slachtoffers aan de overheid. En kennis over aantallen en kenmerken van slachtoffers is noodzakelijk om effectief beleid te ontwikkelen.’ In Nederland pleitte u eerder al voor specialisatie bij rechters ‘Ja. We zagen dat het aantal vrijspraken in mensenhandelzaken relatief hoog is. Daarom heb ik kwalitatief onderzoek gedaan naar de jurisprudentie in mensenhandelzaken. Dat heb ik twee keer gedaan, over de uitspraken van 2007 en recentelijk van 2010. Mijn aanbevelingen hebben geleid tot een voornemen om binnen de Rechtspraak te gaan specialiseren op het gebied van mensenhandel. Daar ben ik blij om. Het OM heeft die specialisatie al jaren geleden ingezet. We zien hetzelfde bij de politie, bij de arbeidsinspectie, we zien trainingen bij de IND. Binnen de Rechtspraak zag men de noodzaak tot specialisatie niet. Maar in mijn laatste rapport heb ik kunnen laten zien dat er vrijspraken geweest zijn als gevolg van een gebrek aan kennis en ervaring met dit heel lastige wetsartikel.’
8 | Interview - Opportuun 1 - januari 2013
In dossiers waarin er volgens u voldoende bewijs zat? ‘Ik ben lang rechter en officier van justitie geweest, dus ik weet: als je het dossier niet kent en niet zelf op de zitting zit, kan je over de waardering van het bewijs geen zinnig woord zeggen. Maar je kunt wel uit het vonnis halen wat de rechtbank bewezen acht en welk “etiket” zij daar vervolgens op plakt. Daar heb ik naar gekeken.’ Kunt u een voorbeeld geven van zo’n etiket? ‘Het is strafbaar als mensenhandel om iemand aan te werven of te vervoeren naar een ander land om in dat land in de prostitutie te gaan. Voor deze vorm van mensenhandel is een dwangmiddel niet vereist. Het staat niet in de delictsomschrijving, niet in de wetsgeschiedenis en ook de jurisprudentie van de Hoge Raad geeft geen aanleiding om het dwangvereiste in die bepaling te lezen. Integendeel. Toch zijn er vele uitspraken waar de rechtbank in feite de delictsomschrijving bewezen acht maar vrijspreekt vanwege het ontbreken van een dwangelement. Dat klopt dus niet. Het is ook vaste jurisprudentie dat als een dwangmiddel is gebruikt de instemming van het slachtoffer niet relevant is. Als het gaat om minderjarige slachtoffers is het gebruik van een dwangmiddel niet vereist en natuurlijk de instemming evenmin relevant. Toch zie ik meerdere uitspraken waarin de rechtbank aan de instemming van het minderjarige slachtoffer betekenis toekent.’ Jeuken uw handen wel eens? ‘Ik heb geen operationele taken. Dat betekent dat ik op enige afstand van de problematiek zit. Ik denk dat dat goed is. Omdat je daardoor uiteindelijk effectiever kan zijn. Maar jazeker, er zijn onderwerpen waarover ik me druk kan maken. Een van die dingen was dat lange tijd binnen de Rechtspraak die specialisatie niet van de grond kwam. Ik maak me ook, al wat langer, zorgen over de opvang van Nederlandse minderjarige slachtoffers. Ik vind dat daarvoor, net als bij
meerderjarige slachtoffers, “categorale opvang” nodig is die zich alleen richt op deze specifieke groep slachtoffers.’ Nu zitten de meisjes verspreid? ‘Nu zitten Nederlandse minderjarige meisjes binnen de geïndiceerde jeugdzorg. En binnen de instellingen heerst de gedachte dat ze allemaal wel die meisjes kunnen behandelen. Vaak zien ze daar de problematiek als problematiek van het méísje. Maar als een meisje slachtoffer is van een loverboy – dan komt een groot stuk van het probleem toch van die lóverboy af? Dat moet erkend worden. Niet alleen omdat het meisje dan op haar toegesneden hulp kan krijgen zodat ze niet opnieuw in handen valt van zo’n jongen. Maar ook om medewerking te stimuleren met politie en justitie in de opsporing en vervolging. Om aangifte te doen. Nu zien we vaak dat zo’n meisje dat in een voorziening van jeugdzorg komt, moeilijk bereikbaar is voor de politie.’ In welk opzicht? ‘Soms is bij een opgenomen meisje de afspraak dat ze de eerste zes weken geen bezoek mag ontvangen, ook niet van de politie. Of ze zit ergens in het Oosten en de politie in Rotterdam wil haar horen: blijkt dat alleen op bepaalde uren te kunnen. Binnen die instellingen wordt het belang van contact met de politie onvoldoende onderkend. Waar dat belang van samenwerking met de politie wordt onderkend, ligt de aangiftebereidheid hoger.’ Welke gevolgen verwacht u van de komst van de Nationale Politie voor de aanpak? ‘Ik hoop dat het niet verandert. Ik heb de minister per brief laten weten dat ik het op zich niet als een probleem zie dat mensenhandel belegd gaat worden bij de Vreemdelingenpolitie – er zijn meerdere korpsen waar dat nu ook gebeurt. Maar dat ik het wel een probleem zou vinden als de aanzienlijke expertise die de afgelopen jaren op dit terrein is opgebouwd bij de politie, verloren
“Casusoverleg”, dat klinkt al weer meer werkvloer Ik denk dat het ook in belangrijke mate werkvloer ís. Het is de combinatie van signalen krijgen en Zo’n vijf jaar geleden speelde de daarboven iemand hebben die kan zaak-Sneep. Er ontstond een pro“doorpakken”. Die aanstuurt en wat grammatische aanpak waarin dóet met die convenanten. Die zaak bestuur, OM, politie en fiscus van de kroepoekbakkers in Den samen barrières opwerpen. Was Haag, die kwam aan het rollen dat een goede ontwikkeling? omdat de Dienst Huisvesting ‘Absoluut. Mensenhandel is een haaldelict. Met gezamenlijke acties, signalen kreeg en wist hoe daarop te handelen, juist omdat Den Haag zoals op het Baekelandplein in een ketenaanpak kent. Maar in de Eindhoven of in de Haagse asperge-zaak in Someren had de Doubletstraat, geef je een signaal af aan de vrouwen die daar werken: arbeidsinspectie gezien dat er al veel bekeuringen en boetes aan de “We zien jullie, we zijn er”. Dan latere verdachte waren opgelegd. stromen niet meteen de aangiften binnen, maar die aangiften druppe- De Dienst Huisvesting heeft geconstateerd dat het niet brandveilen op een later moment binnen. lig was waar deze mensen ondergeHet is ook een signaal aan de bracht waren. Die zaak is bij de criminaliteit die er is. We zijn er. kantonrechter gekomen. In het Actie zoals bij de Wall, de Chinese vonnis van de kantonrechter staat massagesalons. Een hotelprocedat er deuren ’s nachts op slot dure van anderhalf jaar geleden, dat zijn ook heel belangrijke acties. gingen waar die mensen sliepen, dat er honden op het terrein waren. Het gaat er niet alleen om de vergunde sector in beeld te hebben, Als de Dienst Huisvesting in Someren alért was geweest, dan maar ook om de illegale sector te zoeken. Dan moet je echt zoeken. Ik had veel eerder kunnen worden gezien dat er sprake was van een denk dat Nederland daar goed in mensenhandelsituatie. Dus bezig is, ook bij de overige uitbui“ketensamenwerking” en alert zijn ting.’ maken het verschil.’ Van de wóórden eromheen krijg ik Heeft u aanbevelingen specifiek wel eens jeuk: programmatisch, voor officieren? barrièremodel, convenanten, ‘Ik denk dat het, in die ketensamenketenregisseur… werking, ook voor officieren ‘Dan zal ik u een voorbeeld geven. belangrijk is dat ze het vertrouwen Je hebt een ketenoverleg in bijvoorbeeld Rotterdam, en daarbij hebben om informatie te delen. Een goede informatiepositie en –uitwiszit ook Bureau Jeugdzorg en het seling is een van mijn aanbevelinProstitutie Maatschappelijk Werk, gen in het ketenonderzoek. En het en daar is ook een casusoverleg. is belangrijk dat de gecertificeerde Daarin komt dan het geval van een mensenhandelofficieren, die in 2009 meisje van 22 langs. Dat wordt uit de prostitutie gehaald en dat wordt zijn ingesteld, blíjven. Dat heeft in de aanpak van zaken een absolute allemaal besproken. Omdat daar vooruitgang betekend. Hun rol is ook iemand van Jeugdzorg bij zit, belangrijk in de expertiseontwikkedenkt die: hé, die naam ken ik, ik ling. En dat ze in hoger beroep gaan heb de jongere zusjes onder toezicht. Dus daar moet ik eens een als ze het niet eens zijn met een extra gesprek mee hebben want dit vonnis. De toename die we zien in is toch een zorgelijke ontwikkeling. hogerberoepzaken vind ik goed in een rechtsgebied in ontwikkeling. Dat komt niet naar buiten als je zo’n casusoverleg niet hebt, en dat Verder is het belangrijk dat het OM richtlijnen voor strafvordering heeft is belangrijk. Het gaat niet om de vastgesteld, zowel voor uitbuiting in woorden; het gaat erom dat de de seksindustrie, als in overige overleggen effectief zijn.’ zou gaan. Die angst leeft in het veld. Ik moet zien hoe dat zich gaat ontwikkelen. ’
uitbuiting. Jammer dat de ZM er vanaf ziet om oriëntatiepunten op te stellen. Maar ook in die zin is hoger beroep een belangrijk middel om te proberen eenheid erin te krijgen.’ Bent u zelf, sinds u rapporteur bent, anders tegen het mensenhandelprobleem gaan aankijken? ‘Zeker. Zo ben ik beter de moeite die vrouwen hebben om aangifte te doen, gaan inzien. Hetzij als loverboy-slachtoffer omdat ze nog verliefd zijn, maar ook uit angst. Ik vind het een heel abject misdrijf. Het heeft zó volstrekt geen enkel respect voor de mens. Dat vind ik schokkend. Nog stééds. En ik heb echt schokkende dingen gezien in mijn werk. Als kinderrechter heb ik wel meisjes voor me gehad die we nu slachtoffer van een loverboy zouden noemen. Destijds dacht ik: “Die stel ik gewoon onder toezicht, die plaats ik uit huis en dan lossen we dat op.” Nou, mooi niet dus. Dat is een probleem dat we nog steeds zien. Waarom hebben we daar op preventief gebied de afgelopen dertig jaar niet wat meer stappen gezet? 40 procent van de geregistreerde Nederlandse slachtoffers is minderjarig op het moment van registratie. Als we meer zouden kijken naar de leeftijd bij het begín van de uitbuiting, dan zou het goed kunnen zijn dat 80 procent van de Nederlandse slachtoffers – eenderde van het totaal – minderjarig is. Dat vind ik ontoelaatbaar.’ Heeft u wel eens willen vluchten: en nú even wat minder schokkende, ellendige dingen op mijn bureau! ‘Nee, ja… kijk, jaren lang heb ik als kinderrechter nare dingen gezien. Nare dingen zien is dan gewoon je vak. Daarom vind ik wat ik nu doe zo bijzonder. Ik kan met mijn aanbevelingen dingen beïnvloeden. Dingen laten veranderen. Dat geeft juist ontzettend veel energie om hier mee dóór te gaan.’ Tekst: Pieter Vermaas Foto’s: Robin Utrecht
Opportuun 1 - januari 2013 - Interview | 9
De Stelling
Alcohol telt mee in de strafmaat voor geweldsdelicten
‘Nee, mits…
‘Ja,
aannemelijk is dat iemand door alcoholgebruik buiten proportioneel gedrag vertoont. Want ik kan me situaties voorstellen waarbij wél alcohol is genuttigd, maar dat dat géén invloed heeft op de situatie. Stel dat je twee biertjes hebt gedronken en iemand aan de bar valt je lastig. Je wordt in een situatie gezogen die uitmondt in een vechtpartij. Dan vraag ik me af of die twee biertjes daarop van invloed zijn geweest. Wel vind ik dat in de meeste gevallen iemand agressiever wordt en extremer geweld gebruikt door alcohol gebruik, maar het is te simpel om te stellen dat alcohol altíjd het verschil maakt. Ik vind het goed om iemand zwaarder te straffen als blijkt dat die persoon daadwerkelijk agressiever of gewelddadiger is geworden door de drank (of andere middelen). Je moet tenslotte weten hoe je lichaam op alcohol reageert. Drank kan je onredelijker maken en daar mag je je niet achter verschuilen. Daar moet je juist je eigen verantwoordelijkheid voor dragen.
want je neemt bewust een risico om de controle te verliezen. Als iemand nuchter is en begint te schoppen dan heeft hij géén controle over zijn emoties. Dan moet hij hulp zoeken bij een hulpverlener. Maar als je normaal wél de controle hebt, en die door alcohol verliest, neem je bewust een risico. Dat ‘bewust risico nemen’ vind ik een verzwarende omstandigheid. Volgens mij ben je je altijd bewust van je gedrag. Ook met een beneveld brein. Als je echt niet meer weet wat je doet, dan ben je zo dronken dat je ook geen klap meer kan verkopen. Ik studeer rechten aan de Open Universiteit. Via een Twitterbericht van het OM heb ik me aangemeld voor een burgerforum. Daar bespraken we ook een casus over alcoholgebruik en geweld. Aan de deelnemers werd gevraagd of alcoholgebruik invloed moet hebben op de strafmaat. Men vond van niet. Sommigen vonden het niet zoveel uit maken of de verdachte dronken was of nuchter. Maar ik vind dat er wel een verschil is.’
Bas Koops (23 jaar) deelnemer OM-burgerforum in Amsterdam
Paula van Schie (54 jaar) deelnemer OM-burgerforum in Amsterdam Tekst: Thea van der Geest Foto’s: Marijke Volkers, Bart Dane
10 | Stelling - Opportuun 1 - januari 2013
Kinderporno? Artistiek of suggestief, dat is de vraag
‘Wat maakt die foto nou kinder porno?’ Mijnheer B. roept het bijna door de zaal. Een paar meter verderop staan de rechters van de meervoudige kamer in Assen, de griffier en de advocaat gebogen over een verzameling prints, die officier van justitie Hessel Schuth heeft uitgestald. De foto in kwestie is er een van een minderjarige jongen op het strand die met zijn lichaam een brug maakt in het zand. Geen geslachtsdeel te zien. B., die lijdt aan het syndroom van Asperger, liet de foto begin 2010 zien aan een medebewoner van het tehuis waar hij woonde. B. vond het een mooi beeld, artistiek zelfs. Maar de ander liep naar de beheerder met het verhaal dat B. vieze plaatjes op zijn computer had staan. De baas nam de laptop van S. af en ging er mee naar de politie. Die trof op de harde schijf, weggestopt tussen gedownloade luisterboeken, een map aan met zo’n vijftig dubieuze foto's. Hoe is dat nou zo gekomen, wil de rechtbank weten. ‘In 2009 ging het niet goed met me’, legt mijnheer B. uit. ‘Op internet was ik op zoek naar iets erotisch. Toen kwam ik een foto tegen van een jong meisje waarvan ik dacht: kan dat wel? Dat wilde ik melden bij het meldpunt kinderporno. Toen ging ik zoeken op Google en kwam ik uit op links naar andere sites.’
‘Wat dacht u nou toen u daarmee bezig was?’ ‘U moet begrijpen dat ik toen in een heel andere toestand was.’ De verdachte articuleert nadrukkelijk, een symptoom van Asperger. ‘Destijds heb ik het helemaal verkeerd ingeschat.’ ‘U zag er toen geen kinderporno in. Is het nu dan kinderporno?’ ‘Ik ben het er mee eens dat de foto's die ik toen heb gedownload ethisch niet verantwoord zijn.’ Officier van justitie Schuth twijfelt niet: dit is kinderporno. De foto van het meisje waarmee alles begon zonder meer, en de rest, met kinderen die erotische houdingen aannemen, is op zijn minst suggestief. ‘Verdachte zelf dacht ook: kan dit wel? Vervolgens is hij op zoek gegaan, heeft afbeeldingen van internet gedownload, een halfslachtige poging gedaan om het te checken en ze vervolgens in aparte map gezet.’ Het bewijs is op rechtmatige wijze verkregen, vindt hij. Dat B. de beheerder van het tehuis geen toestemming heeft gegeven om met zijn computer naar de politie te stappen, valt de politie niet aan te rekenen. ‘Het is nou niet de meest imposante zaak, zowel als het gaat om het aantal beelden als om de aard ervan’, zegt de officier. Toch eist hij een werkstraf van 120 uur, waarvan de helft voorwaardelijk, met als
bijzondere voorwaarden reclasseringstoezicht en toezicht op de computer van B. Preventie, want B. heeft al een veroordeling en een voorwaardelijk sepot in zedenzaken met kinderen op zijn naam staan. Advocaat Mirjam Guntenaar bekijkt de zaken anders. Dat de vermeende kinderporno maar een klein deel uitmaakte van alle plaatjes en filmpjes op de computer van haar cliënt, bewijst volgens haar dat B. niet bewust op zoek was naar kinderporno. Ze zegt dat B. nu goed weet waar de grens ligt. Zijn psychiater vindt dat het heel goed met hem gaat, en dat toezicht van de reclassering niets zou toevoegen. Een signaleringsplan geeft precies aan wanneer de verdachte in de gevarenzone komt en wat de begeleiders dan moeten doen. Ze vraagt om vrijspraak vanwege het bewijs, dat volgens haar onrechtmatig verkregen is, en het ontbreken van opzet; of anders om schuldigverklaring zonder oplegging van straf, of een geheel voorwaardelijke werkstraf. De uitspraak van de rechtbank, twee weken later: 60 uur werkstraf, geheel voorwaardelijk. Zonder extra toezicht, omdat B. in goede handen is bij de GGZ. Tekst: Lars Kuipers Illustratie: Guusje Kaayk
Opportuun 1 - januari 2013 - De Zaak | 11
Xxx
Ruim vijf jaar kostte het FP-officier Wim Bollen en zijn (vele) medeonder
Officier Wim Bollen:
‘Van B. over donderende met zijn deskundigheid’
zoekers om de Larense financiële expert en bonvivant Franc van B. veroordeeld te krijgen wegens omvangrijke faillissementsfraude. ‘Een megaklus om deze uiterst deskundige, geraffineerde, maar joviale man te pakken’, stelt de aanklager eerlijk vast.
De joviale bedrijvendokter
Lange adem tegen rookgordijnen van “Tom Poes”
12 | Naam artikel -Opportuun 1 - januari 2013
‘Was het slim zakendoen of simpelweg faillissementsfraude, al die trucs en tricks om de curatoren te misleiden? Well, dit is fraude. Het bewust en systematisch, via ingewikkelde juridische constructies, de curatoren het zicht op de werkelijke verhoudingen en gebeurtenissen onthouden. Dit is het creëren van een juridische schijnwerkelijkheid die de curator ertoe moet bewegen zijn faillissementspaulianabevoegdheden – middelen om in te grijpen bij gesjoemel, red. - níet in te zetten en de overdracht van de boedelactiva voor té lage waarden te accepteren.’ Fraudeofficier Wim Bollen van het Functioneel Parket in Zwolle acht het nog steeds treffende woorden die hij gebruikte voor de activiteiten van de van faillissementsfraude verdachte Franc van B. uit Laren, die de afgelopen jaren in acht zittingsdagen van de Amsterdamse rechtbank tegenover hem stond. Het is een citaat uit zijn lijvige requisitoir, waarin hij in maart 2012 24 maanden celstraf eist tegen financieel genie Van B. (53), een adviseur van bedrijven die er slecht voorstaan en die in (zeker) vijf faillissementen zou hebben gefraudeerd. Op 1 juni 2012 veroordelen de rechters de verdachte tot 28 maanden cel, waarvan een halfjaar voorwaardelijk. Vier maanden gaan daar uiteindelijk vanaf omdat een redelijke termijn van berechting “ruimschoots is overschreden.”
Opportuun 1 - januari 2013 - Alles afwegende | 13
Ietwat koeltjes, zakelijk vooral, neemt ex-fiscalist Wim Bollen op zijn kantoor in Zwolle zijn opponent van formaat Franc van B. en diens grote fraudezaak nog eens onder de loep. ‘Van B. is een nogal beminnelijke, joviale man – ook in de rechtszittingen – die zijn eigen bedrijf runt als consultant insolventiezaken, zeg maar een specialist op het gebied van in zwaar weer verkerende bedrijven die niet meer aan hun financiële verplichtingen kunnen voldoen. Hij is dé grote deskundige man van de ogenschijnlijk legale constructies, die enorm geraffineerd in elkaar zitten. Maar die ongelooflijk deskundige man misbruikt zijn kennis dus op grote schaal. Hij haalt vennootschappen leeg, verhuist die naar bijvoorbeeld een slooppand ergens in het land en zet daar een stroman neer als “directeur”. Daarmee verdient hij miljoenen… Slim, slim… Hij wordt niet voor niets de op het gebied van insolventierecht zéér bijdehante Tom Poes genoemd. Tom Poes, verzin een list!, weet je wel? Het is allemaal list en bedrog, alles wordt in het geniep geregeld. Door al zijn uitermate slimme juridische constructies was de werkelijkheid – zonder ons diepgaande onderzoek – voor curatoren nauwelijks of niet meer te ontdekken. Meneer Van B. geloofde er zélf in dat hij volkomen legaal bezig was. Tegen zijn rechters zei de man – jurist, goed opgeleid bij banken en met de gave zaken tot in de diepte te bestuderen - zelfs dat zij er helaas niets van begrepen en dat vonden de rechtsprekers volgens mij niet echt complimenteus. Vandaar misschien die iets hogere straf voor de verdachte? Het uiteindelijk goed gemotiveerde vonnis bewijst dat ze het heel goed hebben begrepen.’ Een kantoorkast helemaal gevuld met dossiers, slopende researchmaanden, twee jaar rc-verhoren, acht rechtszittingen en acht weken ruimte voor de heren rechters om de aanklachten en de pleidooien te bestuderen. Ruim vijf jaar heeft het megaonderzoek tegen de Gooise hedonist al met al in beslag genomen. Ovj Bollen voelt dringend de behoefte de eer van zijn jacht op Van B. spontaan te delen met zijn legertje collega-onderzoekers. ‘Begin september 2007 zijn we het onderzoek naar de praktijken van Van B. gestart. De TRAFI – een gespecialiseerd onderdeel van de belastingdienst, red. – leverde ons de intelligence voor de zaak aan. De academisch gevormde registeraccountants van die dienst zijn continu betrokken geweest bij dit project en ook met een heel zwaar FIOD-team hebben wij al die tijd permanent prima samengewerkt. We hebben elkaar steeds de weg gewezen: die lange weg die we te gaan hadden, vol met beren. En met enige regelmaat vroegen we onszelf af of deze “bedrijvendokter”, die de boel feitelijk ziek maakte in plaats van beter, wel z’n
terechte straf zou krijgen. Want de rookgordijnen die hij legde, dreigden ons soms te verstikken. En met ons bedoel ik ons allemaal, dus de TRAFI- en FIOD-onderzoekers, parketsecretaris Rudy Koolschijn en mezelf.’ ‘In een vonnis van honderd pagina’s achtte de rechtbank, met daarin overigens niet geringe financiële experts, vier gevallen van faillissementsfraude bewezen’, vervolgt de FP-officier. ‘Hij maakte zich daaraan schuldig bij de bedrijven ASR, Van der Plas, Bald en Burgers Logistics. In de zaak van Bentex werd Van B. vrijgesproken, omdat hierin sprake was van oplichting, een vergrijp dat we niet in de tenlastelegging hadden opgenomen. Uiteraard zijn we content met de rechterlijke uitspraak, maar de affaire loopt nog. Tegen vier zaken heeft de veroordeelde consultant beroep aangetekend, terwijl wij van het OM in de Bentex-case met een volgappel zijn gekomen. Er loopt nog een ontnemingsprocedure tegen de man.’
Koppijn-bv voor een euro De hardnekkig opererende bedrijvendokter Jos W. (55) uit Notter is een andere grote vis die verstrikt raakte in de netten van ovj Wim Bollen en zijn onderzoekers. De Zutphense en Almelose rechtbanken veroordeelden deze fraudeur, die pretendeerde ondernemers van hun koppijn-bv’s af te helpen, in twee vonnissen tot in totaal 28 maanden onvoorwaardelijke celstraf wegens faillissements- en belastingfraude, valsheid in geschrifte en witwassen. Saillant detail in deze case: W. werd op de dag van zijn eerste veroordeling opnieuw aangehouden omdat hij vrolijk verder bleek te zijn gegaan met zijn fraude op grote schaal. Bollens karakteristiek van persoon en werkwijze van W.: ‘Jos W. had niet gestudeerd, maar was een bepaald lepe boef en iemand met een fenomenaal geheugen. Zijn criminele organisatie – een groep bv-opkopers – kocht voor één euro zogenaamde koppijnbedrijven op en liet zich daarvoor onder de tafel vorstelijk betalen. Een kwart van die ongeveer 250 bedrijven ging failliet en met de rest gebeurde niets. Alles “zonk af” naar een postadres in Duitsland, waar alles in de versnipperaar ging… Geen administratie meer, spullen en geld werden aan de boedel onttrokken en valse facturen werden uitgegeven om belastingfraude mee te plegen. Een schuld van 22 miljoen euro bleef onbetaald.’ ‘Zwaar illegale praktijken, in feite ook voor nietinsiders goed zichtbaar,’ vult de aanklager lichtjes glimlachend aan, ‘maar ja, vínd ‘m maar eens…’
De balans opmakend concludeert Wim Bollen dat het de opsporingsautoriteiten en de rechterlijke macht enorm veel tijd, deskundigheid en capaciteit heeft gekost Van B. veroordeeld te krijgen. En dat terwijl het OM op basis van de inlichtingen van de TRAFI nog maar vijf zaken selecteerde om te vervolgen. Er was sprake van aanmerkelijk meer verdachte dienstverleningen van Van B.’s bedrijf. De ovj is op het einde van het interview met Opportuun iets minder formeel over zijn gewiekste tegenstander: ‘Franc van B. was een echte geldwolf, die zeven miljoen euro aan de boedels onttrok en daar zelf ruim 1,3 miljoen aan verdiende in de zaken waarvoor hij werd gestraft. Schade door b.v. inventieve onttrekkingen aan de boedels van bedrijven. Dat kon deze money driven specialist onder meer omdat hij een snelle denker is, die zijn opdrachtgevers gewoon overdonderde met zijn grote deskundigheid. Zij hadden geen rottigheid in de gaten. Zij zagen in eerste instantie niet hoe hun bedrijf werd “afgezonken”: een directiewisseling, een zetelverplaatsing en de crediteuren én de curator op een dwaalspoor. Een duistere wereld met als trefwoorden kasrondjes, kwijtscheldingen, leningen die schijnleningen zijn, benadeling van en onttrekking aan boedels, insolventierecht… Wat dat betreft heb ik nog weleens aan de (omstreden) logica van Cruyff moeten denken. Je ziet ’t pas als je ’t begrijpt…’ In die wereld van moeilijke en lange woorden en begrippen beweegt misdaadbestrijder Bollen zich dagelijks. Werk is er in overvloed. Alleen al in 2012 leverde faillissementsfraude een schadepost op van 1,7 miljard, zo wordt gesteld. De ovj draagt enkele cijfers aan. ‘Jaarlijks zijn er 10.000 faillissementen en in 8000 daarvan is niks meer te halen. In een kwart tot eenderde van de gevallen wordt er gefraudeerd en we moeten realistisch zijn: de pakkans bij dit soort delicten is nog tamelijk gering. Het Functioneel Parket doet er per jaar zo’n veertig af en daarnaast komen nog wat zaken bij de arrondissementsparketten terecht. We moeten toe naar een nóg meer geïntegreerde aanpak van dit probleem, want in feite is het strafrecht aanvullend aan de civielrechtelijke instrumenten die de curator heeft om de gevolgen van deze fraude ongedaan te maken.’ Is dat gecompliceerde, specialistische werk van hem wellicht nog een voordeel bij het gezellig met het gezin scrabbelen in de huiskamer? Topscores bereiken met woorden als boedelonttrekkingshandelingen en faillissementspaulianabevoegdheden? ‘Ach, je krijgt allemaal maar zeven lettertjes.’ Tekst: Gerard Trentelman | Foto: Herman Engbers
‘Ik wilde genoeg doening in mijn werk’ OVER WIM BOLLEN (59): Net als zijn vader koos Wim Bollen al jong voor een baan bij de belastingdienst. Hij werkte onder meer als belastinginspecteur in Tiel en stapte in 1982 over naar het vrije beroep. Als belastingadviseur ging hij werken bij de gerenommeerde accountancyorganisatie Deloitte, waar hij in 2006 een glanzende carrière – hij bracht het tot partner en regiodirecteur – afsloot. ‘Even overwoog ik de belastingrechtspraak in te gaan,’ vertelt Wim Bollen - getrouwd, twee kinderen – ‘maar toen ik een advertentie zag waarin het OM zestig nieuwe officieren vroeg, was mijn besluit genomen. Ik wilde mijn loopbaan afsluiten met uitdagend, maatschappelijk relevant werk. Voor mij had dat een toegevoegde waarde… Ik wilde me senang voelen, genoegdoening in het werk vinden.’ Als buitenstaander trad hij op 1 april 2007 als officier in dienst bij het Functioneel Parket in Zwolle (fraude en milieu), waar hij bovendien als persofficier fungeert. ‘Een journalist noemde me eens “de fiscalist die boevenvanger werd”. Zo is ’t eigenlijk ook… En ja, mijn overstap naar het OM vroeg inderdaad een enorm financieel offer. Toch niet echt belangrijk voor me, want ik vind dat ik het heel dik voor mekaar heb in het leven. Ik ben nog ópa geworden ook.’
14 | Alles afwegende - Opportuun 1 - januari 2013
Opportuun 1 - januari 2013 - Naam artikel | 15
5
Vragen
1. Wat regelt de wet in het kort? De wet regelt onder andere de samenstelling, de kennisneming en de afschriftverstrekking van de processtukken. Voor het eerst is een criterium in het Wetboek van Strafvordering opgenomen aan de hand waarvan wordt bepaald of stukken tot de processtukken behoren. Tot de processtukken behoren alle stukken die voor de ter terechtzitting door de rechter te nemen beslissingen redelijkerwijs van belang kunnen zijn. Dit is overigens geen nieuw criterium, het werd al in de rechtspraak gebruikt.
2. Wat verandert er voor de officier van justitie?
betreffende de
In de wet is nu met zoveel woorden vastgelegd dat de officier verantwoordelijk is voor de samenstelling van het procesdossier tijdens het opsporingsonderzoek. De officier heeft er bovendien een bevoegdheid bij gekregen, die vooral in de zwaardere zaken van belang kan zijn. Hij kan bepaalde processtukken permanent buiten het dossier houden in het belang van een getuige, ter bescherming van een zwaarwegend opsporingsbelang en ter bescherming van de staatveiligheid. Dit zijn de belangen die worden genoemd in artikel 187d Sv. Hij heeft daarvoor wel de machtiging van de rechter-commissaris nodig.
processtukken
3. Wat verandert er voor de verdachte?
Op 1 januari 2013 treedt de Wet herziening regels
(Stb. 2011, 601) in werking. Het Wetenschappelijk Bureau van het Openbaar Ministerie beantwoordt vijf vragen over de wet.
De positie van de verdachte is versterkt. In de wet is vastgelegd vanaf welk moment de verdachte in beginsel recht heeft op kennisneming van de processtukken, nl. na het eerste verhoor. Hij kan bovendien de rechtercommissaris vragen een termijn te stellen waarbinnen de kennisneming moet plaatsvinden. Het bezwaarschrift tegen de onthouding van kennisneming wordt voortaan ook door de rechter-commissaris behandeld en niet meer door de raadkamer. De regeling voor afschriftverstrekking is uitgebreid. De officier van justitie kan de afschriftverstrekking op drie gronden weigeren. Tegen deze weigering kan de verdachte bezwaar maken bij de rechter-commissaris. Ook staat nu in de wet dat de verdachte het recht heeft stukken aan het procesdossier toe te voegen. Daarbij is een regeling opgenomen, die hem het recht geeft kennis te nemen van stukken die (nog) geen processtukken zijn met het oog op het onderbouwen van het verzoek bepaalde stukken bij de processtukken te voegen. We noemen dit gemakshalve de ‘grasduin’-bepaling. De officier kan de voeging en de kennisneming van niet-processtukken weigeren op grond van de belangen uit artikel 187d Sv. Daarvoor heeft hij wel een machtiging van de rechter-commissaris nodig. Hij kan de voeging ook weigeren omdat de stukken naar zijn oordeel geen processtukken zijn. Ook dan is een machtiging nodig.
4. Verandert er iets voor de BOB-stukken? Ja en nee. Artikel 126aa Sv is niet gewijzigd en blijft als bijzondere regeling voor de BOB-stukken bestaan. Voor de kennisneming van bijvoorbeeld tapgesprekken en andere BOB-stukken die nog niet bij de processtukken gevoegd zijn, geldt echter dat de ‘grasduin’-bepaling van artikel 34 Sv moet worden toegepast. Dat betekent dat de rechter-commissaris moet worden ingeschakeld als de officier de kennisneming wil weigeren.
5. Wanneer treedt het Besluit processtukken in werking? Bij de wet hoort een AMvB: het Besluit processtukken. Daarin zijn bepalingen opgenomen over de inrichting van het procesdossier, het inzagerecht en de verstrekking van afschriften. Twee bepalingen zorgen voor meer praktische problemen dan door de wetgever was voorzien. Het gaat om de verplichting om in de zwaardere zaken een chronologisch overzicht van de verrichte opsporingshandelingen in het dossier op te nemen en de verplichting om in vrijwel alle dossiers een inhoudsopgave op te nemen waaruit blijkt welk processtuk op welk tijdstip is gevoegd. De datum van inwerkingtreding is daarom uitgesteld. De precieze datum is nog niet bekend.
16 | 5 Vragen - Opportuun 1 - januari 2013
ZSM
Jan Hoekman
Imago Als u van zomaar een overheidsinstantie hoort dat uw klacht “z.s.m.” wordt afgehandeld, dat weet u het al wel. Gaat nog wel even duren. De afkorting z.s.m heeft een imagoprobleem. Het zegt ook zo weinig. Zo snel mogelijk. Is dat snel? Naar wiens maatstaf rekenen we? Veel mensen vinden overheids-z.s.m. NSG. Niet Snel Genoeg. En dat klopt vaak ook wel. Neem de zaak van Klaas. Klaas is een jaar of veertig. In de instelling waar hij woont heeft hij zijn begeleider bedreigd. Fors. De begeleider moest enkele dagen thuis zitten omdat zijn veiligheid niet kon worden gegarandeerd. Dat was anderhalf jaar geleden. Maar eindelijk was het zover: de strafzaak tegen Klaas zou door de politierechter worden behandeld. Enkele dagen voor de zitting was er ineens een reclasseringsrapport. Essentie: Klaas functioneert op het niveau van een 12-jarige en kan de zaak niet geseponeerd worden. Klaas kon zich het hele voorval niet meer herinneren. Laat staan dat hij iets zou begrijpen van een straf. Maar ja. De bedreiging was fors geweest. De kliniek had niet voor niets aangifte gedaan. Dus maar eens gebeld met de directeur van de instelling. Die bleek daar inmiddels niet meer te werken. Er gebeurt wel eens iets in anderhalf jaar. Hoe het nu met Klaas ging, wist hij dus niet. Maar de directeur wilde in het algemeen wel kwijt dat mensen als Klaas meteen bestraft moeten worden. Niet anderhalf jaar later. Geen kritiek hoor. Het werd dus een sepot. “Ons” ZSM moet dit soort zaken voorkomen. Omdat we niet na elkaar, maar gelijktijdig werken. Omdat we meteen de omstandigheden van Klaas kennen. Onmiddellijk contact op kunnen nemen met zijn begeleider. En Klaas binnen enkele uren bestraffend kunnen toespreken. Omdat dat indruk maakt op een 12-jarige veertiger. Nee, z.s.m. gaat een revival doormaken. Z.s.m. staat straks weer ergens voor. Niet alleen voor snel, maar ook nog eens voor effectief! Het ZSM van het OM wordt de nieuwe standaard. De burger juicht bij het horen van die drie letters. Maar misschien moet iemand wel even de andere bewoners van overheidsland informeren.
Jan Hoekman, officier van justitie
Opportuun Opportuun 1 -1januari - januari 2013 2013 - Het - Column parket | 17
De Landsadvocaat
Heb je als OM’er ineens een ráádsman nodig
Als aanklagers verdedigd moeten worden, krijgen ze bijstand van de Landsadvocaat. Opportuun ging op bezoek bij het kantoor Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn. De band tussen OM en landsadvocaat is innig. ‘Het OM is een prachtige cliënt om voor te werken.’ De OM’er die de landsadvocaat moet inschakelen. Het doet een beetje denken aan een teleurgestelde veldvoetbalspits. Moet ie komende wedstrijd ineens in de zaal gaan ballen, met andere spelregels, en dan ook nog in de verdediging gaan staan. Je zou er als OM’er van in een identiteitscrisis kunnen raken. Wouter Limborgh, advocaat bij het kantoor Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn, waar de Landsadvocaat een van de partners is, maakt dergelijke OM’ers regelmatig mee. ‘Dan zeggen ze: “Wat raar, ik werk bij het OM en nou heb ik een advocáát nodig.”’ Limborgh werkt bij de sectie Strafrecht van het kantoor, op de tiende verdieping van New Babylon, een kantoorkolos waarop van buiten weerbarstige witte lijnen blauw mozaïek bedekken. Met uitzicht op de Koekamp, de dierenweide naast het
Malieveld, onderdeel van het Haagse Bos. Beneden kleuren bomen en slingeren sloten. Verderop is het Kurhaus te zien.
Schadevergoeding De sectie Strafrecht adviseert het OM (en onder meer het ministerie van Veiligheid en Justitie, politie, AIVD en FIOD) en verleent bijstand, onder meer in kort geding. Geregeld gaat het om schadevergoeding na toepassing van dwangmiddelen of andere vormen van justitieel optreden, maar ook andere kwesties passeren de revue. Inge Gaasbeek, advocaat en legal counsel bij het kantoor, adviseert veel over strafrechtelijke beslaglegging, en staat aanklagers bij in kort gedingen over bijvoorbeeld het opheffen van beslag. Al die kort gedingen vragen een actieve inzet van officieren, AG’s en parketsecretarissen, weet Gaasbeek. ‘Het kost hen dus tijd, terwijl zij
die tijd wellicht liever aan de strafzaak zelf hadden willen besteden.’ Maar een ongunstig vonnis in kort geding kan heel vervelend uitwerken in de strafzaak. De tijd is dus vaak goed besteed.
Info uit strafdossier Veel OM’ers krijgen nooit met de landsadvocaat te maken. Zijn het misschien de slechte, onzorgvuldige OM’ers die door de landsadvocaat “gered” moeten worden? ‘Nee’, zegt Reimer Veldhuis, advocaat bij het kantoor, met klem. ‘Het gaat om zaken waarin de wederpartij zégt dat fouten zijn gemaakt of een andere beoordeling had moeten worden gemaakt. Maar daar hoeft natuurlijk geen sprake van te zijn. Strafrechtelijk optreden heeft vaak een grote impact, en als zaken dan eindigen met sepot of vrijspraak, beginnen betrokkenen soms een civiele zaak om hun schade op de Staat te verhalen. Verder kan het gaan om de vraag wanneer informatie uit een strafdossier mag worden verstrekt. Denk aan een leraar over wie een OM’er aan de basisschool waar hij onderwijst, heeft gemeld dat hij verdachte is in een zedenzaak. Zo’n man kan rectificatie eisen of een schadevergoeding, omdat zijn goede naam is aangetast terwijl hij niet veroordeeld is. Ook is het in het civiele recht mogelijk om aan de rechtbank te verzoeken politiemensen en OM’ers als getuigen te horen. Op die manier probeert de verdachte en zijn advocaat soms informatie uit een strafdossier te verzamelen, vanuit de wens te
‘Krakers trekken doorgaans aan het kortste eind’ Als een eigenaar bij de politie aangifte van het kraken van zijn woning heeft gedaan, kan het OM aankondigen dat het de woning zal laten ontruimen. Om dit soort strafrechtelijke ontruimingen te voorkomen, spant menig kraker een kort geding tegen de Staat aan. Dan zal het OM veelal met ontruiming moeten wachten totdat de voorzieningenrechter vonnis heeft gewezen. ‘Als kraker maak je weinig kans’, is de ervaring van Wouter Limborgh van Pels Rijcken. ‘Krakers voeren vaak met een beroep op het huisrecht aan dat het onredelijk en onaanvaardbaar is dat ze op zo korte termijn op straat worden gezet. In kort geding redden ze het daarmee niet. Alleen als duidelijk is dat een woning na ontruiming nog jarenlang leeg zal blijven staan en de kraker een bijzonder belang heeft, kan een kraker zich met succes tegen deze ontruiming verzetten.’
Reimer Veldhuis: ‘Wij zullen nooit tegen het OM optreden. Bijstand aan een verdachte is er dus niet bij.’
18 | De Afdeling - Opportuun 1 - januari 2013
| 19
willen aantonen dat het strafrechtelijk onderzoek niet in de haak is geweest. Wij staan politie en OM’ers bij in een dergelijke procedure en voeren zo nodig verweer tegen een dergelijk verzoek.’ Een ander voorbeeld: een officier die een afspraak met een verdachte op papier zet. Veldhuis: ‘Soms zien wij dat zo’n afspraak net wat te veel ruimte voor twijfel laat. Dat zit voor een deel in de relatieve onbekendheid van OM’ers met het civiele recht. En voor een ander deel in handige formuleringen van de advocaat van de verdachte. Als een officier ons belt en zegt: “Kun je even snel naar een concept kijken?”, dan kun je daar veel problemen mee voorkómen.’
Prostitutiepanden De sectie Strafrecht treedt ook op voor anderen dan het OM. Het gaat dan om onderwerpen die raakvlakken vertonen met de strafrechtpraktijk. Reimer Veldhuis en Cécile Bitter doen bijvoorbeeld geregeld zaken op het terrein van de Wet Bibob. Een mooi voorbeeld is de weigering van de burgemeester van Alkmaar vergunningen te verlenen voor de prostitutiepanden op de Achterdam in Alkmaar op grond van een Bibob-dossier. Dit Bibob-dossier is mede gebaseerd op informatie uit een strafrechtelijk onderzoek. Ook treden de advocaten van de sectie geregeld op voor de Dienst Justitiële Inrichtingen in zaken over de rechtspositie van gedetineerden. De cliënten van de sectie Strafrecht behoren wel allemaal tot de overheid of de semi-overheid. ‘Wij zullen nooit tegen het OM optreden. Bijstand aan een verdachte is er dus niet bij’, zegt Reimer Veldhuis. Het voorgaande neemt niet weg dat Pels Rijcken een gewoon advocatenkantoor is waar meer dan 130 advocaten werken. Een groot deel van hen behandelt zaken die niets met de strafrechtprak-
tijk te maken hebben, bijvoorbeeld op het terrein van het aanbestedingsrecht, ondernemingsrecht en arbeids- en ambtenarenrecht.
Gevaarlijke sleutelpositie Een duik in de historie illustreert niettemin dat de band tussen landsadvocaat en overheid vrij innig is. De landsadvocaat vindt zijn oorsprong in het begin van de veertiende eeuw. Dan gaat een aantal steden in Nederland er toe over de hulp in te roepen van een vaste advocaat (vooral ook omdat deze het Latijn beheerst), voor het opstellen van plakkaten en brieven, en voor het voeren van onderhandelingen met vreemde mogendheden. De advocaten werden pensionarissen genoemd, omdat ze een pensio (honorarium) voor hun diensten en adviezen ontvingen. Ook de provincies voorzagen zich van de bijstand van een vaste advocaat. In Holland heette die “advocaat van den lande”. Het was een gevaarlijke sleutelpositie in politiek en bestuur. Die heeft in de eerste eeuw van de Republiek zowel raadspensionaris Johan van Oldenbarnevelt (in 1619) als Johan de Witt (in 1672) het leven gekost. Ook in de huidige tijd genereren landsadvocatenzaken niet zelden politieke en mediale reuring. De aankondiging van een kort geding kan er voor zorgen dat het kalme beraad bij het normale advieswerk van de landsadvocaat ineens plaats maakt voor de “gekkenhuis-sfeer”, waarin er ineens in hoog tempo moet worden gebeld, overlegd en positie gekozen. Ja, daar kunnen politieke kanten aan zitten, zegt Cécile Bitter, partner bij Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn. ‘Bijvoorbeeld een zaak als die van de Argentijnse piloot Poch, die vorderde dat de Nederlandse Staat pogingen zou doen dat hij vanuit Spanje aan Nederland in plaats van aan Argentinië zou worden uitgeleverd. Dan voeren
‘Kort gedingen juist ook voorkómen’
‘OM’ers gedreven’ OM’ers mogen dan tegen hun zin voor de kortgedingrechter worden gesleept, het contact tussen aanklagers en de advocaten van de landsadvocaat is doorgaans uitstekend. ‘Het OM is een cliënt met verstand van zaken’, zegt Inge Gaasbeek. ‘Je praat op een hoog niveau, met officieren die meedenken en soms aangeven dat het anders moet of kan. Het is mooi om zo samen met je cliënt een resultaat na te streven.’ Wouter Limborgh heeft die ervaring ook. ‘Het is een heel mooie samenwerking. Iedereen moet verdedigd kunnen worden, maar persoonlijk sta ik liever het OM dan een grote crimineel met raad en daad bij. OM’ers komen slechts incidenteel met civiel recht in aanraking, en dat is onze meerwaarde. Je merkt wel dat ze dat civiele perspectief heel snel oppikken.’ Bij de landsadvocaat heerst bewondering voor officieren. ‘Het zijn gedreven mensen’, zegt Reimer Veldhuis, ‘En wat me altijd opvalt: als je ze aan de lijn hebt, merk je dat ze tegelijkertijd met nog iemand aan het bellen zijn en dat er ondertussen allerlei mensen hun kamer inen uitlopen.’
Het kort geding is de meest herkenbare taak van de elf advocaten van de Sectie strafrecht van Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn. Van begin 2012 tot half november 2012 zijn er in 83 zaken uitspraken gedaan. Er zijn in die periode ook 38 uitspraken in “bodemzaken” gedaan. Die cijfers geven een beperkt beeld van wat de landsadvocaat doet, zegt Inge Gaasbeek. Want in de landspraktijk is, net als in de “gewone” advocatuur, adviseren ook een belangrijke taak. Bovendien leiden niet alle zaken tot een uitspraak. ‘Ze kunnen worden ingetrokken of geschikt. ’ De landsadvocaat kan daar op aansturen. Gaasbeek: ‘Ik vind dat zaken niet tot een zitting zouden moeten leiden als dat niet nodig is. Vaak overleg je voorafgaand aan de zitting met de wederpartij. Dat werkt overigens beide kanten op. Soms kun je de advocaat van de wederpartij al dan niet met een beroep op de jurisprudentie nog voor de zitting ervan overtuigen dat het zo gek nog niet is wat het OM heeft gedaan. Dan zeg je tegen de tegenpartij: “Het is natuurlijk uw zaak, maar bent u wel bekend met die en die uitspraak? Die stuur ik u graag toe.” Maar soms komen wij ook met het OM tot de conclusie dat beter op een oplossing buiten zitting kan worden aangestuurd.’
Tekst: Pieter Vermaas Foto's: Robin Utrecht
Pels Rijcken is ook een “gewoon”
Wouter Limborgh:
advocatenkantoor. Er werken
‘Iedereen moet verdedigd
meer dan honderddertig
kunnen worden, maar
advocaten. Een groot deel van
persoonlijk sta ik liever het
hen behandelt zaken die niets
OM dan een grote crimineel
met de strafrechtpraktijk te
met raad en daad bij.’
maken hebben.
20 | De Afdeling - Opportuun 1 - januari 2013
wij veel overleg met de zaaksofficier, het Parket-Generaal, het ministerie en met andere betrokkenen. Achter elk standpunt zit een verhaal, en geregeld is dat een politiek verhaal. Wij zijn altijd de adviseur van onze cliënt. Diéns standpunt vertel en vertaal je. En met de cliënt bespreek je welke verweren er zouden moeten komen en welke niet.’
kortom
Kijk voor meer actueel nieuws op www.om.nl
Start nieuwe gerechtelijke kaart Met de inwerkingtreding van de Wet herziening gerechtelijke kaart per 1 januari 2013 wordt het aantal arrondissementen in Nederland teruggebracht van negentien naar tien arrondissementen. Verder worden de vijf ressortsparketten samengevoegd tot één (landelijk) ressortsparket genaamd "het Ressortsparket". Het Ressorts parket kent vier vestigings plaatsen.
Parketten De nieuwe parketten die als gevolg van de Wet herziening gerechtelijke kaart ontstaan worden aangeduid als arrondissementsparketten. De arrondissementsparketten hebben dezelfde naam als de
rechtbanken. Een uitzondering hierop vormt het arrondissementsparket Oost-Nederland dat - nadat de Splitsingswet in werking is getreden - de Rechtbank Overrijssel en de Rechtbank Gelderland bedient. Behalve op deze locaties is het OM ook robuust en zichtbaar aanwezig in Veiligheidshuizen en op ZSMlocaties (politiebureaus).
Rechtbanken De wet Herziening Gerechtelijke Kaart bepaalt dat een rechtbank vanaf 1 januari 2013 alleen nog maar zittingsplaatsen heeft. Zo komt op een dagvaarding bijvoorbeeld te staan dat iemand is gedagvaard voor een zitting van de
politierechter bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda.
Politie Eenheden van de nationale politie zullen zich op tien hoofdlocaties vestigen. Het gaat om Groningen, Apeldoorn, Utrecht, Haarlem, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Tilburg, Den Bosch en Maastricht. Op de hoofdlocaties worden vooral staffuncties en ondersteunende diensten ondergebracht. Het overgrote deel van de operationele werkgelegenheid blijft waar die nu is.
Arrondissementsparketten: b.
6.
5.
1. 2.
d.
a. 8. 4. b.
9. c. 10.
7.
3.
1. Amsterdam (Amsterdam) 2. Den Haag (Den Haag, Gouda, Leiden) 3. Limburg (Maastricht, Roermond) 4. Midden-Nederland (Almere, Amersfoort, Lelystad, Utrecht) 5. Noord-Holland (Alkmaar, Haarlem, Haarlemmermeer, Zaanstad) 6. Noord-Nederland (Assen, Groningen, Leeuwarden) 7. Oost-Brabant (Eindhoven, ’s-Hertogenbosch) 8. Oost-Nederland (Almelo, Apeldoorn, Arnhem, Enschede, Nijmegen, Zutphen, Zwolle) 9. Rotterdam (Dordrecht, Rotterdam) 10. Zeeland-West-Brabant (Bergen op Zoom, Breda, Middelburg, Tilburg)
Vestigingen van het Ressortsparket: A. Amsterdam B. Arnhem – Leeuwarden C. ‘s-Hertogenbosch D. Den Haag
22 | KortOM - Opportuun 1 - januari 2013 18 | HET OPENBAAR MINISTERIE
Mensensmokkel als museumproject Expositie Faith Fear Face over mensensmokkel van kunstenares Carlijn Mens (1972) in het Haagse GEMmuseum. Mensensmokkel vormt de rode draad van de expositie Faith Fear Face. In een enorme tekening – circa 15 meter breed en 2,40 meter hoog – wordt een container doorgelicht om verstekelingen te traceren. De Haagse officier van justitie Johan Klunder heeft gegevens over de Doverzaak met de kunstenares gedeeld. Bij die strafzaak uit 2000, kwamen 58 Chinezen in een container om het leven. Ook de politie, Forensisch Instituut en Vluchtelingenwerk hebben Carlijn Mens informatie verstrekt voor het kunstproject. Carlijn Mens legt schaduwen vast en tekent het licht. Schaduwen hebben iets raadselachtigs. Op die manier maakt ze de omvang van deze schrijnende onzichtbare wereld duidelijk.
Bij het maken van de schaduw portretten, ontdekte Mens de bizarre verpersoonlijking van de mens in zijn schaduw. De schaduw kan alleen van die persoon zijn, net zoals DNA, röntgenfoto’s en
vingerafdrukken. Vanuit die gedachte is het project voor het GEM-museum in Den Haag ontstaan. Faith Fear Face is nog te zien tot 25 februari 2013.
Nederlands rechtssysteem in wereldtop Het Nederlandse rechts systeem behoort tot de best functionerende en meest democratische ter wereld. Dit blijkt uit de onlangs verschenen Rule of Law Index, een wereldwijde vergelijking van 97 nationale rechtsstelsels door non-profit organisatie The World Justice Project (WJP). Nederland scoort in de index extra hoog op het functioneren van het civiele recht en de transparantie van de regering. Op beide onderdelen eindigt Nederland als tweede van
de 97 rechtsstelsels. The World Justice Project neemt jaarlijks een groot aantal landen de maat op een achttal aspecten van de rechtstaat, zoals de afwezigheid van corruptie en het functioneren van het strafrecht. Op alle acht onderdelen van de index scoort Nederland bij de beste vijftien landen. Daarmee doet Nederland het beter dan veel West-Europese en NoordAmerikaanse landen. Alleen de rechtstaat van de Scandinavische landen werkt iets beter. Pluspunten van Nederland zijn
onder meer de duidelijke en effectieve wetten, de goede toegankelijkheid van het recht en de onafhankelijkheid van de rechters. De index is te vinden via http://worldjusticeproject.org
| 23
Legitimatieplicht verkoper van koper Vanaf 1 januari 2013 moet verkoper van koper zich legitimeren. Nu al zijn metaalopkopers wettelijk verplicht elke aankoop te registreren. Wanneer iemand koper, koperkabel of een koperlegering aanbiedt en contant uitbetaald wil worden, moet hij zich voortaan legitimeren. Dit betekent dat opkopers hun klant moeten vragen om een geldig identiteitsbewijs, en een aantal gegevens over de aankoop, de klant en diens identiteitsbewijs moeten registreren. Zo wordt het voor koperdieven moeilijker om hun gestolen waar aan te bieden en zijn zij gemakkelijker op te sporen door de politie. Een team van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) en de politie zal onaangekondigd bij metaalopkopers langs gaan om te controleren of voldaan wordt aan de legitimatieplicht bij contante inkoop. Wanneer dat niet het geval is, kunnen de controleurs een boete opleggen.
Boetes zijn met twee procent verhoogd. Een aantal boetes is met ingang van 1 januari 2013 met twee procent omhoog in verband met de jaarlijkse indexering. Het percentage is gebaseerd op de ontwikkeling van de consumentenprijsindex in de periode van 1 juni 2011 tot 1 juni 2012.
ProRail, TenneT, het ministerie van Veiligheid en Justitie, de politie, het Openbaar Ministerie en de Metaal Recycling Federatie hebben diverse maatregelen getroffen tegen koperdiefstal. Het gaat onder meer om de inzet van flexibele politieteams, het gebruik van synthetisch DNA en een hogere strafeis tegen koperdieven. De invoering van de legitimatieplicht is een van de maatregelen die met de partners is genomen om koperdiefstal aan te pakken. Het maandgemiddelde van koperdiefstallen is op en bij het spoor in
het eerste half jaar van 2012 gedaald met 14% ten opzichte van het eerste half jaar van 2011 (van 43 naar 37 per maand). Bij het elektriciteitsnet is het maandgemiddelde van het aantal koperdiefstallen in het eerste half jaar van 2012 gelijk gebleven ten opzichte van het eerste half jaar van 2011 (5 per maand). Er zijn in 2012 tot en met oktober 24 verdachten van koperdiefstal, waardoor gevaarlijke situaties ontstonden bij het spoor en het elektriciteitsnet, aangehouden.
Beste stagebedrijf OM Breda-Middelburg is verkozen tot beste stagebedrijf van 2012. Die prijs heeft het te danken aan de manier waarop MBO-stagiaires binnen de afdeling Administratie worden opgeleid en begeleid.
Deze verkiezing is georganiseerd door het kenniscentrum Ecabo. OM Breda-Middelburg was eerder al verkozen tot beste stagebedrijf in de sector juridisch MBO. In de Arena te Amsterdam nam het OM het op 15 november op tegen de zeven winnaars van de andere
sectoren (bank en verzekeringen, ict, beveiliging etc.). Uit de acht genomineerden bepaalde de jury dat OM Breda-Middelburg zich het beste stagebedrijf van 2012 mag noemen.
De Roodgevoerde Toga op vernieuwde site De website van de Mr Eva Meillo Stichting, www.mrevameilloprijs. nl, is vernieuwd. De site bevat links naar de SSR-site, waarop filmpjes staan en het verslag van de Meillolezing op 11 oktober 2012. Via de site kan het boek De Roodgevoerde Toga gedownload worden.
24 | KortOM - Opportuun 1 - januari 2013
Boetes omhoog
Dit jaar wordt opnieuw een Meillolezing gehouden. Deze zal op 10 oktober vanaf 15.00 uur plaatsvinden in Amsterdam. De locatie wordt nader bekend gemaakt. Officier van justitie Eva Meillo kwam in 2008 bij een
verkeersongeluk in Thailand om het leven, terwijl ze probeerde naar Nederland te reizen in verband met de Palm Investzaak.
Het gaat met name om de boetes voor verkeersovertredingen, zoals het rijden door rood licht, snelheidsovertredingen en het niet
dragen van de autogordels. Maar ook verscheidene boetes voor overtredingen van plaatselijke verordeningen zullen omhoog gaan, zoals het wildplassen, het niet volgens de regels buiten zetten van vuilnis of het te lang stallen van campers of caravans voor het huis. De indexering heeft ook plaatsgevonden voor de boetebedragen en tarieven in de misdrijfrichtlijnen (met uitzondering van de richtlijn strafvordering jeugd).
Omgeslagen Drugs
Repressie?
‘Er is veel te weinig aandacht voor de slopende werking van wiet op onze jeugd. Die troep is tegenwoordig veel te sterk en tast de hersenen van onze jongeren aan. Ze worden er dom van.’
‘We moeten met een andere bril kijken. Minder ideologisch. Meer naar wat werkt om mensen van het criminele pad af te brengen. Het is én-én. En het slachtoffer, én de dader.’
Ahmed Aboutaleb, burgemeester van Rotterdam, Elsevier, 24 november 2012
Jeroen Recourt, PvdA-Kamerlid Justitie, de Volkskrant, 27 november 2012
Bemiddeling
Veiligheidsmythe
‘Er moet gewoon een richtlijn komen van het OM waarin staat dat overeenkomsten tussen daders en slachtoffers worden meegenomen in de afdoening van zaken.’
‘We zijn in de greep geraakt van risicodenken. Niets mag meer misgaan en als het toch gebeurt, willen we tot op de bodem uitzoeken hoe het kon gebeuren. Pech moet weg!’
John Blad, hoofddocent strafrechtswetenschappen Erasmus Universiteit Rotterdam, Groene Amsterdammer, 6 december 2012
Bart de Koning, publicist,Blauw, 24 november 2012
Opportuun 1 - januari 2013 - OMgeslagen | 25
Hoe kan je mensenhandel in de seksindustrie tegengaan? Officier van justitie Sabina van der Kallen, rechercheur John van Berkum en gemeenteambtenaar Carin Hofmans vertellen over de aanpak in Den Haag. ‘We moeten het zo onaantrekkelijk mogelijk maken voor uitbuiters.’
Frustreren van mensenhandel
Barrières opwerpen voor uitbuiters
‘Ik ken een slachtoffer dat ongeveer tienduizend keer is verkracht en daar zes ton mee verdiende waarvan ze zelf niets heeft gezien. Ze heeft vijf abortussen moeten ondergaan en kan geen kinderen meer krijgen. Haar lichaam is op en haar geest gebroken’, vertelt John van Berkum, coördinator mensenhandel van de afdeling Commerciële Zeden van de politie Haaglanden. ‘Jarenlang stond ze op, nam de trein naar Amsterdam, werkte tot ’s avonds laat, ging weer naar huis, sliep en stond weer op, om opnieuw hetzelfde te doen. Tijdens de rechtszaak vroeg de rechter waarom ze niet op een ander station was uitgestapt. Alsof ze een keus had gehad! Ze werd op een keukenstoel met duck tape vastgebonden. Een foto van haar zusje prikte haar pooier aan de muur en hij dreigde haar zus iets aan te doen als ze weg zou lopen. Met een Stanley-mes sneed hij de ogen uit de foto. Zo werd de vrouw jaren psychisch gedwongen. Ze viel van de ene pooier in de handen van
Hofmans:
‘De gemeente heeft een aantal flinke drempels ingebouwd’ 26 | Expertise - Opportuun 1 - januari 2013
een ander en werkte in totaal acht jaar gedwongen in de prostitutie.’
Dwang Op de zevende verdieping van het Haagse Paleis van Justitie vertellen officier van justitie Sabina van der Kallen, John van Berkum en gemeentelijk beleidsmedewerker Carin Hofmans verschrikkelijke verhalen. Over slavernij. Geweld. Uitbuiting. Dat alles vindt ook op dit moment ergens in de Hofstad plaats. Carin Hofmans: ‘Een van de schokkendste momenten voor mij was een foto van een slachtoffer. Haar hele lichaam was getatoeëerd. Over haar hele lijf was een verwijzing te zien naar de naam van haar pooier. Engelenvleugels op haar rug refereerden aan zijn achternaam. Ze was letterlijk lichamelijk bezit. Zelfs haar borsten waren onder dwang vergroot.’ Officier Van der Kallen herinnert zich de aanblik van een meisje. ‘Haar haar was afgeknipt, hier en daar hing er nog een plukje. Ze keek zo wezenloos. Die blik van dat meisje vergeet ik nooit meer. Het is een beeld dat meer zegt dan honderd geschreven pagina’s.’ En ze vervolgt: ‘Slachtoffers van mensenhandel zijn niet altijd even consistent in hun verklaringen. Het verhaal komt er meestal beetje bij beetje uit. Inzicht in de situatie van slachtoffers is noodzakelijk als een meisje wordt verweten dat ze onbetrouwbaar is.’
al genoeg zijn. De nieuwe trend is om meisjes met jonge kinderen te ronselen en het kind onder te brengen bij de moeder van de pooier. Met alle gevolgen van dien. Van der Kallen: ‘Er is een verschil tussen mensenhandel en mensensmokkel. Mensen halen dat nog wel eens door elkaar. Mensensmokkel is hulp bij illegale toegang, doorreis of verblijf.’
Mensenhandel is mensen uitbuiten en ze onder dwang laten werken als prostituee of als arbeider in een fabriek of op het land. Meestal worden slachtoffers met grof geweld gedwongen, maar soms kan subtiele druk
Van Berkum houdt zijn hart vast als straks Bulgarije en Roemenië volledige EU-lidstaten worden. ‘Dan krijgen we in Nederland te maken met een golf van meisjes die hier vrijwillig, maar ook onvrijwillig in de
Schrijnende voorbeelden van die subtiele druk kennen de drie allemaal: Roma-meisjes die in Bulgarije in onmenselijke omstandigheden moeten overleven. Van Berkum kent foto’s van hun omgeving en begrijpt hun keuze. ‘Hun woningen zijn vaak slechter dan een varkenshok. Ze worden geronseld met het vooruitzicht veel geld te kunnen verdienen. Als ze uiteindelijk alles hebben moeten afstaan, niemand in het vreemde land kennen en de taal niet spreken, is er geen sprake meer van vrijwilligheid. Ook meisjes die zwakbegaafd zijn, in een internaat wonen of thuis problemen hebben, worden geronseld voor de seksindustrie. Loverboys palmen hen in en maken ze afhankelijk. Geweld is niet nodig om deze meisjes te dwingen.’
prostitutie verzeilen.’ Hofmans: ‘Prostituees kunnen zich niet zo maar vestigen in Den Haag. De gemeente heeft een aantal flinke drempels ingebouwd. Meisjes kunnen vanaf hun achttiende jaar de prostitutie in, maar om zich te vestigen moeten ze eerst langs een aantal instanties. Ze moeten zich inschrijven in de Gemeentelijke Basis Administratie, een SoFi-nummer aanvragen en zich laten registreren als ZZP’er bij de Kamer van Koophandel. Mocht een meisje aan het loket komen dat zelf niks zegt, de papieren laat overhandigen door iemand anders, niet weet waar ze is of niet weet waar ze gaat werken, dan is dat een eerste signaal.’
Bestuurlijk optreden Op jaarbasis telt Den Haag een kleine honderd aangiftes van mensenhandel. Soms zijn dat anonieme meldingen via Stichting M. over loverboys. Deze aangiftes en meldingen betreffen niet altijd mensenhandel en leiden ook niet allemaal tot strafzaken. Van Berkum: ‘Soms is het effectiever om erop af te stappen, door te praten met de ouders en het meisje te overtuigen van de mogelijk op hande zijnde uitbuitingssituatie. Zo maken we afhankelijke verhoudingen kapot.’ Na een aantal grote onderzoeken naar mensenhandel, waaronder de zaak Sneep (de beruchte strafzaak
| 27
Van der Kallen:
‘Strafrecht is niet altijd het geschikte instrument tegen mensenhandel’
kent dat doorlaatverbod niet. De gemeente is gebonden aan “zorgvuldigheid” en “zeer aannemelijk” en kan op een andere manier ingrijpen.’
Vergunning intrekken
Van Berkum vertelt wat dat in de praktijk betekent. ‘Bij bestuurlijke controles wordt gecontroleerd of exploitanten zich houden aan de voorwaarden, gesteld in de vergunning. Gecheckt wordt of de dames van het bordeel of escortbedrijf in bezit zijn van de vereiste papieren: zijn ze legaal in Nederland, zijn ze meerderjarig, werken ze vrijwillig en is de exploitant of beheerder aanwezig? In de tussentijd wordt er op signalen gelet: weten de dames op welk adres ze werken, hoe waarbij tientallen vrouwen in Amsterdam, Alkmaar, Utrecht en Den Haag met geweld gedwongen werden te ze naar Nederland zijn gekomen en waar ze verblijven?’ werken), ging de knop in Den Haag om. Burgemeester ‘De gemeente kan een negatief werkadvies afgeven Van Aartsen constateerde dat strakker en slagvaardiaan de exploitant. De exploitant zal dan geen kamer ger werd opgetreden in de horeca-, dan in de prostitu(meer) aan het meisje verhuren. Mocht de exploitant tiebranche. De gemeente besloot het prostitutiebeleid het advies in de wind slaan, dan zal het bestuur, uiteinen de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) te delijk, maatregelen nemen. Dit kan leiden tot een wijzigen. In 2011 werd het aangescherpte “Handhavingsarrangement seksinrichtingen en escort- tijdelijke sluiting van het pand of het intrekken van de vergunning. Daar zijn exploitanten gevoelig voor, bedrijven” gepresenteerd. omdat ze dan inkomsten mislopen. Dat gaat gauw om duizenden euro’s per dag. Ze willen niet het risico Niet alleen met strafrechtelijke, maar ook met belopen dat één illegaal meisje leidt tot sluiting van stuurlijke handhaving worden seksuitbuiters aangetwintig “ramen”, die elk 300 euro per dag opbrengen. pakt. Officier Van der Kallen: ‘Strafrecht is niet altijd Dus zorgen exploitanten ervoor dat zij zich houden aan het geschikte instrument om mensenhandel tegen te de vergunningvoorwaarden.’ gaan.’ Strafrecht kent een “doorlaatverbod”. Dat bete kent dat het wettelijk verplicht is om slachtoffers van Beleidsambtenaar Hofmans: ‘Met het gemeentelijke mensenhandel weg te halen zodra de kans zich voor“Handhavingsarrangement” bestrijden we mensendoet – ook al is dat vaak niet in het belang van het handel en doen we aan dossiervorming. Voorheen lag onderzoek. De gemeente heeft een andere positie en de verantwoordelijkheid voor het regelen van toezicht op de prostitutie in Den Haag bij de politie en de gemeente. Bij de controles hoorden we wel van misstanden, maar konden daar toen niets tegen doen. Dat is nu anders. Tijdens de bestuurlijke controles van de vergunde branche wordt zoveel mogelijk informatie verzameld en opgeslagen. Die informatie bespreken we in het Regionale Informatie- en Expertisecentrum De Sekspolitie wordt op 14 januari 2013 om (RIEC) met daarin partners als gemeente, politie, OM, 20.25 uur uitgezonden op Nederland 2 door belastingdienst en woningcorporaties. Het RIEC is het de NCRV. informatieknooppunt. De centrale vraag tijdens de zeswekelijkse vergadering is altijd wie er in de besproTijdens de IDFA is de documentaire ‘The sex poken zaak intervenieert. We zijn heel voorzichtig begonlice’ in première gegaan. nen en zoeken nog naar de beste werkvorm. Maar de De Haagse zedenpolitie bindt dagelijks de strijd lijnen zijn kort in Den Haag.’ aan met mensenhandel en uitbuiting van prostituees. De camera volgt het team op nachtelijke tochten door de hoerenbuurt, bij controlebeIntegrale controles zoekjes aan bordelen en op het bureau tijdens In de nabije toekomst worden actiedagen met alle aangiftes door mogelijke slachtoffers van betrokken instanties in het RIEC georganiseerd. Op mensenhandel. Niet onbewogen vertellen de een afgesproken dag houden alle betrokken partners rechercheurs over de wereld van de prostitutie in een aantal seksinrichtingen of verblijfadressen van en de werking van mensenhandel. prostituees en pooiers een gezamenlijke controle: Regisseur Roy Dames volgde tweeënhalf jaar invallen bij een pooier thuis, auto’s confisqueren, de agenten van de 'commerciële zeden', negatieve werkadviezen afgeven, huren van panden die in de wandelgangen 'de sekspolitie' opzeggen, onterechte bewoning constateren. wordt genoemd. ‘Daarmee pakken we in een keer de hele omgeving van
Film: The sex police
28 | Expertise - Opportuun 1 - januari 2013
een mensenhandelaar aan en proberen we lokale infrastructuren te vernietigen’, aldus Carin Hofmans van de gemeente. ‘Een arbeidsintensieve, maar succesvolle aanpak. Mensenhandel is minder zichtbaar dan straatroof en overvallen. Het is vechten tegen andere soorten van onderzoek voor capaciteit. Mensenhandel is een “hááldelict”.’ Officier Van der Kallen: ‘Met alleen het opsporen en vervolgen van mensenhandel redden we het niet. Met de aanscherping van het “Handhavingsarrangement”, dat eigenlijk neerkomt op het frustreren van mensenhandel, kunnen we vergunningen intrekken en seksinrichtingen langdurig sluiten. Zo kunnen we mensenhandel vooraf zoveel mogelijk tegenhouden.’ Mensenhandel doet zich niet alleen voor bij seksinrichtingen met een vergunning, ook de niet-vergunde sekssector staat in de belangstelling van het RIEC. Rechercheur Van Berkum: ‘In het niet-vergunde gedeelte doet het RIEC momenteel een fenomeenonderzoek naar seksadvertenties op internet. De centrale vraag is: waar kunnen we zoveel mogelijk barrières opwerpen? In het vergunde gedeelte is dat mogelijk door de dames verplicht te laten registreren bij verschillende instanties, door aan seksinrichtingen eisen te stellen met als stok achter de deur mogelijke sluiting, maar in het illegale circuit is dat veel gecompliceerder.’ Gelukkig is het voorspelde massale overlopen van bezoekers van de vergunde prostitutie naar het illegale circuit nog niet bewezen. Van Berkum: ‘Mannen lopen duizend keer door een showroom om een auto-keuze te maken, dus slenteren ze liever ook langs de ramen in een hoerenstraat om een meisje te kiezen. Veel bezoekers willen het risico niet lopen om een vrouw te ontmoeten die in de verste verte niet lijkt op het internetplaatje of ergens terecht te komen waar ze beroofd kunnen worden. Het blijkt dat ze liever uitwijken naar hoerenstraten in andere Nederlandse steden.’ Regelmatig krijgen de drie geïnterviewden het verwijt dat ze tegen prostitutie zijn, maar dat is pertinent níet waar. ‘We zijn tegen uitbuiting. Iedereen heeft recht op arbeid, maar als die arbeid verricht wordt onder dwang dan is er sprake van mensenhandel. Dan laten we onze tanden laten zien.’
Tegenhouden Haaglanden en Hollands Midden houden zich ook bezig met de aanpak van overige uitbuiting, zoals gedwongen arbeid in de landbouw of naaiateliers. Ook daarbij is een integrale aanpak van belang. Die uitbuiting kent precies dezelfde structuren: Mensenhandelaars doen anderen dit aan om zelf snel en gemakkelijk veel geld te verdienen. Met aanvulling van partijen als de arbeidsinspectie, de FIOD of het IND in het RIEC kan ook die uitbuiting zoveel mogelijk worden tegengewerkt.
Handhavings arrangement De gemeente verleent exploitatievergunningen voor seksinrichtingen, maar kan deze ook intrekken. De dienst Directie Bestuurszaken is belast met de gemeentelijke uitvoering van de bestuurlijke handhaving. De dienst wordt 24-uur per dag bijgestaan door Unit Commerciële Zeden van de politie Haaglanden. Na een proces-verbaal wordt een afschrift gestuurd naar het OM én gemeentelijke Directie. Wanneer er niet wordt geverbaliseerd maar wel wordt opgetreden door de politie wordt dit gemeld aan de gemeentelijke dienst. Bij de handhaving bij seksinrichtingen kunnen er drie sporen gevolgd worden: 1. Exploitatie zonder de daarvoor benodigde vergunning. Er wordt onderscheidt gemaakt in exploitatie die wel of niet past binnen het prostitutiebeleid. In beide gevallen wordt een rapport opgemaakt en volgt een actie van de gemeente. Er volgen schriftelijke waarschuwingen tot bevel tot sluiting voor onbepaalde tijd. Na de overtreding, de actie van de toezichthouder en de gemeente is de laatste stap aan OM om vervolging in te instellen. 2. Exploitatie in strijd met de APV of de vergunningsvoorwaarden Bij overtreding van de APV (onderverdeeld in “zeer ernstige incidenten”, “ernstige incidenten” en “overtredingen van de vergunningsvoorwaarden”) volgt een rapport waarna de gemeente en het OM in actie komen. Bij acute noodzaak volgt een directe sluiting op grond van artikel 2 van de Politiewet. 3. Exploitatie in strijd met de bouwverordening De gemeente of de brandweer maakt een rapport op waarna een waarschuwing of intrekking van de vergunning volgt. Het gebruikelijke arsenaal aan bestuurlijke maatregelen voor seksinrichtingen is niet geschikt voor escortbedrijf. Daarom is er gekozen om bij overtredingen in een aantal gevallen de vergunning al dan niet tijdelijk in te trekken of een last onder dwangsom op te leggen.
Om te voorkomen dat mensenhandel zich door de strenge aanpak van de regio Den Haag verplaatst naar andere delen van Nederland, is de aandacht ook verlegd naar de grens. ‘Daar begint namelijk het probleem,’ aldus de rechercheur. ‘Er is nagedacht hoe mensenhandel al aan de grens kan worden tegengehouden. De Koninklijke Marechaussee heeft de intentie om negentig uur per maand mobiel toezicht te houden op mogelijke mensenhandel. We moeten een klimaat scheppen in Nederland dat onaantrekkelijk is voor uitbuiters. Dat kan door sneller in te grijpen.’ Tekst: Thea van der Geest | Foto: Judith Dekker
| 29
Gelegenheid tot Recente jurisprudentie over voorbedachte raad
beraad
Niet-juristen zullen zich er waarschijnlijk over verbazen over hoe weinig nodig is om voorbedachte raad bij moord te kunnen bewijzen. Een verdachte moet tijd hebben gehad om zich te kunnen beraden op zijn besluit een ander om het leven te brengen. Niet is vereist dat de verdachte ook daadwerkelijk gebruik heeft gemaakt van die mogelijkheid tot bezinning. Dat is nog steeds de heersende leer. Wel heeft de Hoge Raad vorig jaar in een aantal arresten (met name LJN BR2342) de criteria voor het aannemen van voorbedachte raad iets scherper geformuleerd. De belangrijkste voorwaarde om voorbedachte raad aan te nemen, blijft dat verdachte zich heeft kunnen beraden. De raad voegt daaraan toe dat verdachte niet in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling mag hebben gehandeld. Hij moet de ‘gelegenheid hebben gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven’. Dat verdachte daarvoor voldoende tijd heeft gehad is weliswaar een belangrijke aanwijzing dat met voorbedachte raad is gehandeld, maar dat ‘behoeft de rechter er niet van te weerhouden aan contra-indicaties een zwaarder gewicht toe te kennen’. Zo'n contra-indicatie is bijvoorbeeld dat de gelegenheid tot beraad pas tijdens de uitvoering van het delict is ontstaan. De raad benadrukt dat het verschil in strafmaat tussen moord en doodslag (levenslang of maximaal vijftien jaar) vereist dat de rechters goed motiveren waarom zij voorbedachte raad bewezen achten. Twee recente arresten illustreren dat de Hoge Raad hier bepaald een kritische blik heeft. Een man dacht dat een ander een ‘fokkinglevensgevaarlijke’ huurmoordenaar was die het op hem had voorzien. Hij reed daarom achter hem aan. Toen deze bij een parkeerplaats stopte, stapte verdachte uit, liep naar de Renault Clio van de vermeende huurmoordenaar en doorzeefde de man met kogels. Het Hof Amsterdam veroordeelde voor moord, omdat verdachte ruimschoots de tijd had gehad zich te beraden. Zijn verklaring dat hij het slachtoffer slechts had willen aanhouden werd niet geloofwaardig geacht. De Hoge Raad casseerde echter (LJN BY0094). Eén van de door het hof gebruikte bewijsmiddelen was juist die verklaring van verdachte over zijn plan om het slachtoffer aan te houden. Dat maakte de bewezenverklaring van voorbedachte raad innerlijk tegenstrijdig, aldus de Hoge Raad. Op dezelfde dag wees de raad ook arrest in een andere zaak waarin de bewezenverklaring van voorbedachte raad ter discussie werd gesteld (LJN BX6758). Hier ging het om een ruzie in een Gronings café. Nadat in het café een vechtpartij had plaatsgevonden tussen het slachtoffer, de verdachte en twee van zijn vrienden, werden de vechtersbazen van elkaar gescheiden. Verdachte ging naar buiten en kreeg daar enige tijd later een mes aangereikt. Hij rende met dat mes naar de dartruimte achterin het café en stak herhaalde malen in op het slachtoffer, dat vervolgens overleed. Het Hof Leeuwarden concludeerde dat verdachte, nu hij een behoorlijk aantal meters door het café moest overbruggen, gelegenheid tot beraad had gehad. De Hoge Raad vond dat oordeel ‘niet zonder meer begrijpelijk’, Misschien vond de raad het moeilijk met elkaar te rijmen dat verdachte volgens het hof het café was ‘binnengestormd’, terwijl datzelfde hof het afleggen van de tien tot twaalf meter vanaf de voordeur van het café naar de dartruimte als gelegenheid tot beraad aanmerkte. Misschien ook speelde de korte tijd tussen besluit en uitvoering mee. Het blijft gissen, omdat de Hoge Raad het niet nodig achtte zijn oordeel verder toe te lichten.
Gerben Kor
Huis van bewaring Op het moment van schrijven van deze column zit ik in de grootste suite van hotel Huis van Bewaring in Almelo. Mijn minnares kan elk moment binnenkomen. Ik verdrijf tot dan mijn tijd met deze licht literaire dienst aan u. Dit hotel is, de naam zegt het al, een voormalig huis van bewaring. Een kleine 70 jaar lang, tot 1995, hebben mensen die bij de nabijgelegen rechtbank waren veroordeeld hier hun straf uitgezeten. Vandaag is het geen straf om hier te zitten, maar de metalen deuren en dikke muren vertellen sterke verhalen van jaren her. Het ministerie van Justitie is van plan om ruim een derde van alle gevangenissen in Nederland te sluiten. Ruim zevenhonderd banen zullen daardoor in kruitdampen opgaan. De maatregelen zouden een besparing van honderd miljoen euro opleveren, zegt Fred Hardewet. Om toch alle krommenelen te kunnen opsluiten vervangt Fred veel eenpersoonscellen door meerpersoonscellen. Bovendien krijgen ruim 800 mensen een enkelband in plaats van een gevangenisstraf. Jan Schaefer parafraserend denk ik dan: in een enkelband kun je niet wonen. Gun ik elke boef een overnachting als in mijn hotel hier, met een bed, een bad, twee zwarte divans, een sauna, een pantervel en een hete vriendin? Neen. Driewerf neen. Gun ik elke schobbejak water en brood met vijf soortgenoten op een grijze waterkoude cel? Neen, wederom driewerf neen. Gun ik ons land een ministerie van Justitie met verstand, moed, beleid, vol van trouw aan de rechtsstaat? Ja, zeswerf ja (zoals eerderbesproken minnares straks ook zal roepen). U, lezer, ja u van het openbaar ministerie, staat voor retributie en preventie. Uw hoogste bazen in dat verouderde wittige ministeriegebouw geven met de ene hand, nemen met de andere. Zij trekken wel de wapenstok maar niet de portemonnee. Ze belijden fair trial maar schipperen met fair play. Hoe ver loopt u mee? Waar eindigt bezuinigen en begint afbraak? En hoeveel tinten grijs liggen er eigenlijk tussen gevangenis en hotel?
Gerben Kor, advocaat en mediaconsultant Tekst: Juriaan Simonis (WBOM) Foto: HH
30 | Jurisprudentie -Opportuun 1 - januari 2013
Opportuun Opportuun 1 -1januari - januari 2013 2013 - Het - Column parket | 31
Koersen met een klassieker
GESPOT: In de Haagse werkplaats Naam : Carst van Doornik Leeftijd: 38 Functie: Hoofd Inkoop bij de DVOM
Tekst: Thea van der Geest Foto: Jorn van Eck
Autocoureur in vrije tijd
Racen met old-timers: Carst droomde ervan tot vijf jaar geleden. ‘Het was nu of nooit.’ Zijn liefde voor racen begon toen hij als zestienjarig jongetje mee mocht naar het circuit. De vader van zijn schoolvriendin was eigenaar van de Haagse MG-Workshop en runde een MG raceteam. ‘Ik mocht helpen sleutelen en banden wisselen. Ik dacht, als ik later groot ben wil ik dat ook!’ Dus sloopte Carst, jaren later, zijn verroeste MGB GT en kregen bruikbare onderdelen een nieuwe bestemming op een MGB Roadster racebody. Met veel hulp van de garage bouwde Carst zijn raceauto. ‘Het was een jongensdroom die werkelijkheid werd.’ Tijdens zijn debuutrace op het Engelse Silverstone circuit – ‘intimiderend en kicken’ – werd hij derde! Maar bij de Spa Summer Classic 2010 had hij ineens “het gevoel”: ‘Alles van de race klopte.’ Inmiddels rijdt hij een paar races per jaar. Zoveel als het budget toelaat. Racen met klassiekers is niet goedkoop. Er zijn vermogende coureurs die zich laten afzetten met een helikopter, maar volgens Carst kan je het ook af met een gemiddeld inkomen. Eén keer reed hij zijn auto tegen een muur: ‘Ik slipte in de legendarische Eau rouge bocht op het circuit van Spa Francorchamps.’ Natuurlijk draagt hij een helm, handschoenen en brandwerende kleding, want: ‘Motorsport can be dangerous, maar gelukkig rijd je wel allemaal dezelfde kant op.’