Stel je dat je nu 17 jaar bent. Dan ligt de hele wereld aan je voeten. Als je iets wilt, dan ben je er aan gewend geraakt dat je het gelijk krijgt. Mogelijkheden te over om je te ontwikkelen. Om iets van de wereld te zien. Altijd en overal contact met je vrienden. Vrij om te ondernemen, maar ook om iets moois van de wereld te maken. Mensen met een droom. In de sociologie wordt generatie Y zo getypeerd. Mensen die geboren zijn vanaf 1980. Jozef lijkt ook zo iemand. Hij heeft alles. Zelfverzekerd. En zonder enige schroom vertelt hij aan zijn broers wat hij droomt. Dat zij voor hem zullen buigen, als voor een koning. Dat hij hun leider zal zijn. Jozef wordt in Deuteronomium [33:16] ook wel de uitverkorene onder zijn broers genoemd. Dat is wat die dromen hem lijken te vertellen. Ook al blijken deze dromen later werkelijkheid, toch is hij vanuit menselijk perspectief wel een ‘beetje dom’, naïef. Niet heel erg tactisch om over zijn ambities, over zijn dromen te vertellen. Hij is bovendien een klikspaan en wordt door zijn vader voorgetrokken. Hij krijgt een prachtige mantel. Niet zo maar een mantel, maar één die aangeeft dat Jozef opzichter is. Jozef krijgt in zekere zin het eerstgeboorterecht [1Kron5:1-2] van zijn vader Jakob. Dat wakkert allemaal de jaloezie, de afgunst van zijn broers aan. Die jaloezie is dus wel te begrijpen. En misschien voelt u ook wel met die broers mee. Een opschepper is het die Jozef. En iedereen die zich beter voordoet, denkt dat hij meer is dan jij, over jou de baas wil spelen, daar hebben we een hekel aan. Toch? Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Dat is het credo van veel mensen. Maar die broers hebben het er ook wel een beetje naar gemaakt. Dit waren geen lieverdjes. Lees bijvoorbeeld hoofdstuk 34 maar eens wat met name Simeon en Levi hebben uitgevreten met de inwoners van Sichem. Moord en doodslag. Of de geschiedenis van Juda met Tamar [38]. Overspel en bedrog. Ook niet fris. Die verhalen staan niet zo maar in de Bijbel, maar om duidelijk te maken hoe groot het contrast was tussen Jozef en zijn oudere broers. Jozef is één van de weinige Bijbelse personen waarover werkelijk niets negatiefs te lezen valt. Waar Abraham zijn steken laat vallen als hij tijdelijk in Egypte verblijft, waar
1
Jakob bedriegt en David de vrouw van een ander afpakt, van dat alles lezen niets in het levensverhaal van Jozef. Bijzonder! Dat levensverhaal van Jozef is zelfs zo bijzonder dat er gemakkelijk een musical over gemaakt kan worden. En dat is dan ook gebeurd. Een musical vol glamour en glitter en prachtige muziek. Dan zou je haast vergeten dat er wel wat aan vooraf ging. 17 jaar en de wereld aan je voeten. Je droomt van succes. Alle mogelijkheden om de wereld te ontdekken. Om je te ontplooien, iets te betekenen voor je vader, voor de mensen om je heen. Maar dan, die anti-climax. Je loopt vast. Misschien niet als 17 jarige, maar 32, 46 of 63. Je vraagt je af of er nog wel iemand is die van je houdt. Zelfs je familie laat je in de steek. Je wordt ziek. Je komt op straat te staan. Je voelt je in je hemd staan. Wat kun je je ongelooflijk rot voelen. Zou Marco Borsato dan toch gelijk hebben? Zijn dromen bedrog? Jozef hield vol. Zijn mantel werd afgerukt. Zijn status als opzichter werd hem ontnomen. En werd in een put gegooid. Die waren er in het landschap van Israël veel. Ze werden gegraven om regenwater op te vangen. De bodem van de put was breder dan de opening om verdamping zoveel mogelijk tegen te gaan. Het was absoluut onmogelijk om hier zonder hulp weer uit te komen. Voor de prijs van 20 sjekel werd Jozef verkocht. Later in Leviticus [ 27:5] lezen we dat in de wet is vastgelegd dat dit de prijs is voor een mannelijke slaaf tussen de 5 en 20 jaar oud. Verkocht als slaaf. Voor Jozef betekende dit dat zijn droom over een belangrijke positie en een rol van betekenis wel heel erg op een illusie ging lijken. Toch hield hij vol. Alles wat hem werd aangedaan, heeft zijn integriteit niet aangepast. Hij reageerde niet uit wrok of boosheid. Hij bleef zuiver. Dat is iets wat ik enorm in hem bewonder. Ondanks alles bleef hij vertrouwen op de God van zijn vader Jakob. Hij cijfert zichzelf weg. Hoe moeilijk is dat?! Als slaaf kwam Jozef terecht in de huishouding van Potifar. Die was het hoofd van de lijfwacht van de farao en directeur van de staatsgevangenis. De Bijbel vertelt ons dat Jozef al gauw de leiding krijgt over alles wat Potifar bezit. Jozef wordt door God gezegend. ‘De Heer stond Jozef ter zijde.’[39:2]
2
We hebben niet het hele verhaal kunnen lezen, maar uiteindelijk beleeft Jozef nog een keer zo’n moment dat zijn kleed wordt afgerukt. Weer wordt de positie die hij heeft, hem afgenomen. Er wordt hem onrecht aangedaan. De vrouw van Potifar voelde zich aangetrokken tot Jozef en wilde met hem naar bed. Dat was niet even een keer een onschuldig moment. Nee, ze bleef aandringen. Herhaaldelijk. En bijzonder genoeg; Jozef bleef staande. Waar misschien wel iedere man gezwicht zou zijn voor deze verleiding, bleef Jozef weigeren het bed te delen met de vrouw van zijn meester. Jozef stond voor een zelfde soort keuze als Adam en Eva, maar Jozef weerstond de verleiding. Er zijn van die momenten dat je denkt dat als maar de wil van God doet, dat het je dan wel goed zal gaan. Maar niets is minder waar. Goed doen, dat doen wat God van je vraagt, zuiver blijven, is geen garantie voor voorspoed in het leven. Jozef zijn mantel werd hem weer afgerukt. Opnieuw werd hem zijn status ontnomen. Opnieuw werd hij opgeborgen op een plaats waar je onmogelijk zonder hulp uitkomt. Hij belandde in de staatsgevangenis. Wat zal Jozef zich rot hebben gevoeld! En kennen ook wij niet van die momenten? Toch bleef Jozef vertrouwen houden. Hij bleef geloven in de droom voor zijn leven. En God bleef hem ter zijde. In de gevangenis herhaalde zich de geschiedenis. Jozef werd gezien en gewaardeerd. En dankzij nieuwe dromen kwam hij zelfs aan het hof van farao. En niet zo maar, maar in de rol van premier. Hij is dan 30 jaar. Tot twee keer toe werd zijn mantel hem afgepakt. Zijn status hem ontnomen. Alles wat hij was en had, daar kon hij naar fluiten. Maar zijn droom had hem verteld dat hij een koningsmantel zou gaan dragen. Dat was een droom en werd ook werkelijkheid! Het leven van Jozef ging niet over rozen. Het levensverhaal van Jozef gaat door de diepten heen. Hoe vaak zal ook Jozef het niet uitgeschreeuwd hebben: Waarom? Waarom ik? Maar zijn leven komt wel tot zijn doel. De musical kent een happy end. Jozef werd van betekenis. Hij heeft vol gehouden en overwonnen. Ook in ons eigen leven kunnen we van die dieptepunten ervaren. Het verlies van iemand die ons dierbaar is. Een ziekte die ongeneeslijk blijkt. Een relatie die toch anders was dan je had verwacht. Een man die niet zo sterk was als Jozef. 3
Wat kunnen wij mensen elkaar ook veel aandoen. Elkaar de put in duwen. De put in praten. Wat heeft ons leven voor zin? Hoeveel mensen lopen niet rond met die grote levensvraag. Misschien u ook wel? Wat kunnen we dan van Jozef leren? Laten we eens luisteren wat Jozef zei tegen zijn broers: God heeft mij voor jullie uitgestuurd om jullie leven te redden. [45:7] Jozef geloofde dus in de hand van God. God had zijn leven gestuurd. God heeft de regie. Over het leven van Jozef én over ons leven. Durven we daarop te vertrouwen? Durven we dat te geloven? God had Jozef geroepen, tot hem gesproken, een verlangen in zijn hart gelegd, een droom gegeven. En Jozef hield vol. God had een plan met het leven van Jozef. Tegen Abraham had Hij gezegd [15:13]: je nakomelingen zullen als vreemdeling wonen in een land dat niet van hen is. Vierhonderd jaar lang. God had voor het leven van Jozef een plan. God had Jozef vooruitgestuurd om zijn volk te redden van de hongersnood. Jozef werd koning om zijn volk te redden. Al deze verhalen herinneren ons aan Jezus. Jozef is een type, een voorafschaduwing van Jezus. Net alsof God in het leven van Jozef ons al vast even iets laat zien van zijn zoon Jezus. Jezus is 30 jaar wanneer Hij zijn werk op aarde begint. Werk dat uiteindelijk leidt tot bevrijding van mensen. Maar het duurde even voor Jezus Koning werd. Ook Jezus werd verworpen door zijn ‘broers’, het volk. Ook Jezus stond aan verleidingen bloot, maar wist weerstand te bieden. Ook Jezus had recht op een koninklijk gewaad, maar Zijn kleren werden Hem afgenomen en verloot. Ook Jezus moest de weg van vernedering gaan om vervolgens te kunnen worden verhoogd. Om Koning te kunnen worden. Toen Jozef zijn broers weer zag, werd hij met tranen toe bewogen. Hij hield het niet. Hij huilde. Broers die hem wat hadden aangedaan. Broers die het niet zo nauw namen. En toch. Jozef werd hun redding. Jezus zag de mensen aan. Hij was met innerlijke ontferming bewogen. Hij wist dat deze mensen hem zouden vernederen, in de steek laten. Maar toch. Wie of wat ze ook waren. Jezus werd hun redding. Jezus werd onze Redder. God stuurde Jozef vooruit om zijn volk te redden. God stuurde Jezus naar de aarde om de volkeren te redden.
4
Wat kunnen wij vaak twijfelen. Waar is God mee bezig? Hoe moeilijk ook kan het zijn om zicht te krijgen op Gods wil voor ons leven. Mogen we dan net als Jozef blijven vertrouwen op God. Volhouden. Door de dieptepunten van het leven heen. Zodat we ook eens achterom kunnen kijken en getuigen van de hand van God in ons eigen leven. Dat is geen droom, maar werkelijkheid. Amen.
5