Jacobsstaf
de
90/91
september 2011
SINT JAC O B AN
RLANDS E D G E N
SCHA T O O PV N E
2 5 JA A R Jubileumnummer
Vaste Rubriek
Van de redactie
Inhoud
Ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig jubileum van het genootschap heeft u een bijzondere editie van de Jacobsstaf ontvangen. Bijzonder, omdat het een samengaan betreft van verleden, heden en toekomst. Het verleden wordt verwoord door onder andere het interview met Inge van der Zanden uit de begindagen van ons genootschap en het artikel van Jan van Herwaarden over de Codex Calixtinus; het heden door de verschillende artikelen van bekende en minder bekende auteurs en de toekomst door de aankondiging van het Caminofestival op 5 november en het artikel over de Santiago-tentoonstelling van de hand van Daniëlle Lokin. En dit is nog maar een klein deel van wat u in deze uitgave zult vinden. Niet onvermeld mag blijven dat het genootschap op zoek is naar een andere hoofdredacteur. Ik heb het voorrecht gehad om met een sterk afgeslankt team telkens weer een mooi werkstuk voor u te maken. Ik heb mijn tocht binnen het genootschap in de afgelopen jaren ervaren als een bijzondere reis met meestal gelijkgestemden, maar met vele unieke facetten. Al die verschillende inzichten hebben mij gesterkt in mijn overtuiging dat niemand de Waarheid kent. Wij allen zijn een onderdeel van die waarheid en we zouden zo’n prachtige wereld hebben als wij dat allemaal van elkaar willen accepteren. Ik wil afsluiten met een citaat uit de Dhammapada (het Pad der Waarheid): ‘Als we spreken of handelen met een zuiver geweten, zal het geluk ons vergezellen als een schaduw.’ Beste vrienden, buen camino, het was mijn voorrecht om met jullie te mogen reizen. Joop van der Schoor
Kopij inleveren voor 22 oktober.
Op het achteromslag: Haiku: Nel Maria Heins, Foto: Will Matti
2 | De Jacobsstaf 90/91
Het Genootschap
50 Regioberichten 52 Caminofestival Bas Brouwer 54 Stichting Pelgrimsvrienden van Sint Jacob 55 Uitnodiging algemene ledenvergadering 57 Hospitaleren in Roncesvalles in 2012 58 Eerste lustrum Refugio Jacobsmantel in Breda 59 Pelgrimsweekends 2011-2012 in Vessem 59 Agenda 60 Het Compostelaregister Harry Wasser
Spiritualiteit
3
Pelgrimage van een calvinist Herman Kooij
6
Homerus, Taizé en psalmen Piet de Bres
En verder...
8
Een ontmoeting tussen Oost en West Ben Engelbertink
Jubileum
12 'Voor de camino was ik een tuttenbel in een colbertje' André Brouwer en Adrie Dik 16 Onderweg Joost Bol 17 Het boek van Sint-Jacobus Jan van Herwaarden 19 Pelgrimsboeken Jeroen Gooskens 22 Jubileumwedstrijd ‘Mijn mooiste plek aan de camino’ 31 Jacobalia in Haarlem Herman Gresnigt en Bert Roebert 39 Pelgrims. Onderweg naar Santiago de Compostela Daniëlle Lokin 45 Langs de weg Arno Cuppen 46 'De camino heeft 54 jaar op zijn kop gezet' André Brouwer
Vaste rubrieken
5
Pelgrimeren kort
10 De herberg van … Jaap Baalbergen
De Jacobsstaf 90/91 | 1
Pre-romaanse kapel in Samos. Foto: Jasper Koedam
Spiritualiteit
Pelgrimage van een calvinist Herman Kooij † Ik ben een orthodoxe calvinist, wat zoekt die nu op de weg naar Santiago? In mijn kerkelijke omgeving gingen er wel wat wenkbrauwen omhoog. Vijftien jaar geleden was ik waarschijnlijk nog wat steviger aangepakt. En dat was precies in de tijd dat ik voor het eerst hoorde van ‘de weg’ en direct dacht: dat ga ik ook doen, zonder verder nadenken. Het plan bleef jaren liggen, maar in 2010 ben ik echt gegaan. Op 21 juni van dat jaar kwam ik aan in Santiago. In protestantse kring heeft men de neiging de kerkgeschiedenis te laten ophouden rond het jaar 300 en door te gaan vanaf de reformatie. Daartussen ligt een zwart gat. Dit vond ik altijd onbevredigend. Hoe geloofden de mensen in de tussentijd? Zodra ik daarover begon te lezen werd de deur met een klap dichtgeslagen: wij moderne mensen kunnen ons daar geen voorstellingen van maken. Maar toch bleef die grote stroom pelgrims mij boeien. Ik moet toch iets gemeenschappelijks kunnen herkennen. Wat betekende dit voor de ontwikkeling van Europa, via de uitwisseling van indrukken, ideeën, gewoonten, gerechten? Hebben pelgrims zich blijvend gevestigd lang de camino? Hoeveel kinderen zijn er onderweg verwekt, zijn daar nog sporen van terug te vinden? Wat mij ook erg fascineerde was hoe men uit een onwaarschijnlijk oord als Santiago een dergelijk sterk merk heeft gemaakt. Pelgrimstochten naar Rome en Jeruzalem, dat ligt in de lijn der verwachtingen. Maar Santiago? Boeiend is tevens hoe de weg zich ontwikkelde: de onderkomens, kerken en andere gebouwen die ontstonden, de jacht op relieken. Maar ook de eindeloosheid van het Franse landschap en niet te vergeten de Spaanse
hoogvlakte trokken. Jarenlang zijn wij er doorheen gejakkerd, op weg naar het zuiden. En nu wilde ik zonder haast met de fiets deze eindeloosheid gaan ervaren. Opstandig Wanneer men in orthodox-gereformeerde kringen over spiritualiteit praat, dan wordt er meestal wat pijnlijk gereageerd. Het moet eigenlijk wel, maar hoe dan? Ik vorm geen uitzondering. Ik sta er wel voor open, maar verder valt spiritualiteit buiten mijn verbeeldingskracht. Ik ga God niet zoeken, Hij heeft mij al lang geleden gevonden. En natuurlijk wil ik een Compostela, maar met de vergeving is het verder wel in orde, daarvoor is het niet nodig om dat hele eind te fietsen. Wat opstandig vul ik bij de beweegredenen ‘religieus’ in. Ik vertrok op 5 mei 2010. En dat was gelijk al het moeilijkste stuk van de tocht. Afscheid nemen van de familie viel mij erg zwaar en daar was ik niet op voorbereid. Ik ben gevlucht, pas na enkele kilometers kwam ik tot rust. Daarna kromp het complexe leven van deze tijd tot simpele eenvoud. De weg volgen en niet verdwalen, eten en een onderkomen zoeken en vinden. Ik heb de tocht alleen gemaakt en dan leef je weken lang in jezelf gekeerd. Dat merk je vooral wanneer een medefietser je inhaalt en groet. Ik ben vaak bijna in de greppel beland. Onderweg praatte ik vooral met Jacobus en Clemens. De aandacht tussen die beiden is wat oneerlijk verdeeld. Jacobus krijgt vooral de dank en Clemens de verwijten. Noem je dit een hellinkje? Avondvierdaagse Klein geluk is groot geluk. De Belgische treinmachinist die luid toeterend en met zijn duim
De Jacobsstaf 90/91
| 3
Spiritualiteit
omhoog langs dendert. De wijze raad van een Vrijdag 6 juni 2010. Ik ben op weg naar FroBelgische pelgrim: er is geen oud brood, maar mista. Sinds het vertrek uit Burgos heeft het brood en geen brood. Met diezelfde Belgische heftig geregend. Het is koud, stil en onhergeestelijke samen vervolgens een pint drinken, bergzaam. Ik ben koud, nat en moe. Vlak bij want dat hoort ook bij het leven. De avond aan Fromista wijken de wolken even. Overal om het strand van Saintes, na dagen regen waait mij heen is het donker, maar precies boven de de lucht schoon en breekt speciaal voor mij de weg schijnt de zon. De goede zorgen van Jazon door. Op een vroege ochtend helemaal alcobus. In Fromista begint het weer te regenen. leen in de kathedraal van León. Het moment Het is precies een jaar later. De chemotherapie van triomf op de Cebreiro. Een kort weerzien vraagt zijn tol. Overal om me heen zie ik donmet mijn vrouw op het station Nistal, vlak bij kere wolken. En dan is er even licht. Er wordt Astorga. Een onwaarschijnlijke plek voor een goed voor mij gezorgd. dergelijke ontmoeting. Zij is mij met de auto Dinsdag 15 juni 2010. Ik sta bij het Cruz de achterna gereisd en zal mij opwachten in SanFerro. Met veel genoegen ben ik vanuit Astortiago. Het lange gesprek ga omhoog geklommen. met een Duitse pelgrim Maar de laatste klim is die mijn begrip van spi- ‘De wijze raad van een Belgische zwaar. Het is al laat in ritualiteit wat bijstelt. middag en het gaat pelgrim: er is geen oud brood, de In België en Frankrijk zo regenen. Ik moet nog kom je af en toe een me- maar brood en geen brood langs dat onherbergdepelgrim tegen maar zame zendstation. Ik dat verandert in Spanje. wacht tot de inzittenJe voelt je meegenomen in eens steeds breder den van een camper hun foto’s geschoten hebwordende stroom pelgrims, soms lijkt het wel ben. Dan ben ik alleen op wat werklui na. Ik de avondvierdaagse. Van een relatie met de klim naar het kruis en leg mijn ‘last’ neer. Een middeleeuwse pelgrim bespeur ik veel minder. kleine steen uit onze achtertuin, geselecteerd Zelfs niet bij de Ermita de Eunate waarover door mijn vrouw. Niet te zwaar, het moet wel Clemens zo mooi schrijft. Het meest ontroert praktisch blijven. Dat steentje uit Alphen zal mij de kleine pre-romaanse kapel in Samos. hier altijd blijven liggen, een ontroerend idee. Gauw maar weer verder. Last Nu kan ik niet om een zware last heen. Deze Een jaar later, ik moet weer aan een pelgrimssteen is niet te tillen. Ik zie het verdriet bij mijn tocht beginnen. De weg is zwaar, de boeken vrouw en kinderen. Ik moet maar weer mijn @ van Clemens helpen niet, aan het eind wacht last bij het kruis leggen. Ik kom zeker aan. niet de tombe van Jacobus maar mijn eigen graf. Herman Kooij is 4 augustus overleden.
4 | De Jacobsstaf 90/91
Pelgrimeren kort
Pelgrimeren kort Pelgrimspoëzie gevraagd Het Vlaams Genootschap van Santiago de Compostela is van plan in 2012 een bundel uit te brengen met pelgrimsgedichten. Tijs Dorenbosch, dichter en voormalig voorzitter van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob, heeft de taak op zich genomen de Nederlandse pelgrimspoëzie voor de bundel te selecteren. Uw gedichten zijn van harte welkom; u kunt ze voor 1 november sturen naar Tijs: e-mail
[email protected]. Maria-tentoonstelling In Museum Flehite in Amersfoort is nog tot 6 november de tentoonstelling Maria, idool van alle tijden te zien. Maria is al eeuwenlang de bekendste vrouw ter wereld. Ze is niet alleen de moeder van Jezus, maar ook bemiddelaar, oermoeder, troosteres en beschermster. Aan de hand van kunst, objecten, foto’s en film wordt haar verhaal, en dat van de mensen die zij beroert, in beeld gebracht. Maria is sinds 1444 niet meer weg te denken uit Amersfoort. Nadat er een wonder rond een sober Mariabeeldje plaatsvond, werd de stad een belangrijke bedevaartplaats. Museum Flehite brengt de sfeer van toen in beeld door middel van een nagebouwde kapel, het originele mirakelboek, pelgrimstekens, middeleeuwse muziek en kunst. Voor meer informatie: www.idoolvanalletijden.nl. Weg naar Compostela De Belgische regisseur Arnout Hauben maakte in 2010 voor de Belgische variant van Man bijt hond een pelgrimstocht van Brussel naar Santiago. In 65 afleveringen deed hij verslag van toevallige, verrassende, bevreemdende, ontroerende en geestige gesprekken en ontmoetingen.
De afleveringen zijn nu bewerkt tot een volwaardige achtdelige reeks, getiteld Weg naar Compostela. Speciaal voor deze bewerking zijn persoonlijke getuigenissen en herinneringen opgenomen van andere Vlaamse Compostelagangers aan de 2500 kilometer lange expeditie. De serie is 29 augustus gestart op de Belgische zender VRT Eén en loopt door tot 17 oktober. De geschiedenis van een tocht Een van de mooiste films over de bedevaart naar Santiago de Compostela is nog altijd de documentaire De geschiedenis van een tocht van filmmaker Hans Keller en schrijver Cees Nooteboom uit 1986. De makers beginnen hun tocht in Haarlem en reizen via Vézelay, Parijs en Moissac naar Spanje. De film is in zijn geheel op het digitale kanaal Geschiedenis24 (www.geschiedenis24.nl) te bekijken. Helaas is de film niet ondertiteld. Codex Calixtinus gestolen Het wordt wel de belangrijkste kunstroof genoemd uit de Spaanse geschiedenis: de diefstal van de twaalfde-eeuwse Codex Calixtinus uit de kathedraal van Santiago. Op dinsdag 5 juli werd ontdekt dat het manuscript was verdwenen. Het lag in een kluis waar slechts drie mensen toegang tot hebben, maar de sleutel hing gewoon in het slot. De codex is zo goed als onverkoopbaar omdat hij wereldberoemd is. Het vermoeden bestaat dan ook dat het boek gestolen is in opdracht van een verzamelaar. De roof haalde ook het NOS Journaal. Kijk op www.santiago.nl > onze activiteiten > Jacobsstaf voor een link naar het item. Daar is ook een link te vinden naar het VPRO-radioprogramma OVT van 4 september, waarin ook @ aandacht wordt besteed aan de diefstal.
De Jacobsstaf 90/91 | 5
Spiritualiteit
Homerus, Taizé en psalmen Pelgrimeren als reis naar binnen
Van 10 mei tot 21 juni 2010 liep Piet de Bres samen met een vriend van Saint-Jean-Piedde-Port naar Santiago de Compostela. Het werd een unieke spirituele ervaring. Wat ik moet verwachten van mijn wandeltocht naar Santiago weet ik niet precies. Als voorbereiding loop ik niet alleen veel, maar lees ik ook veel: over de camino en de culturele aspecten, en een vijftal boeken van mensen die de weg al liepen. Vier van hen spreken over een spirituele ervaring. Ja, tenslotte is het een oude pelgrimstocht, zeg ik tegen mijzelf. Stel je dus open voor alle ervaringen. Ik stop een bijbeltje in mijn rugzak en besluit, beginnend bij Psalm 1, elke dag een psalm te lezen; dan heb ik tenminste iets om over na te denken als ik lang moet lopen, denk ik. Ook neem ik een zangbundeltje van Taizé mee. Homerus Ondanks mijn vooroefenen thuis, heb ik de eerste week genoeg aan mijn eigen lijf. Na een dag lopen voel ik al mijn spieren; ik wist niet eens dat ik er zoveel had. Regelmatig zweven mijn gedachten weg naar huis: hoe gaat het daar? Maar na een week kom ik steeds meer los van thuis, ben ik ingelopen en verdwijnen de pijntjes. Het gewicht van de rugzak voel ik niet meer. Geen zorgen over afspraken, geen werk dat klaar moet, geen agenda of telefoon: ik voel mij werkelijk vrij. Zo ontstaat er ruimte om alles eens op een rij te zetten. Ik doe dat niet eens zo bewust, het gebeurt gewoon. Vaak gaan mijn gedachten hun eigen weg zonder dat ik het zelf stuur. Steeds weer komen spontaan gedachten boven: mijn hele levensweg trekt voorbij. Hoe het kan begrijp ik zelf niet, maar opeens zing
6 | De Jacobsstaf 90/91
Piet de Bres ik spontaan liederen waarvan ik niet eens wist dat ik ze kende: het borrelt gewoon naar boven en dan citeer ik stukjes Homerus in het Nederlands. Het is al ruim vijftig jaar geleden dat ik Homerus op het gymnasium las en niet eens met zoveel plezier. Mantra Mooie ervaringen uit mijn leven spelen door mijn hoofd, maar ook zijn er opeens zaken helder aanwezig die ik diep heb weggestopt; ervaringen die ik liever vergeet omdat ze pijnlijk of verdrietig zijn. Wat blijkt er in de uithoeken van je hart veel onverwerkte pijn te huizen. Ik lever een heel gevecht; af en toe voel ik mij net als Jakob bij de Jabbok (Genesis 32:22). Zo wordt het gaan van de weg naar Santiago tot een metafoor van mijn levensweg. Ik zing veel, vaak in stilte, maar als ik alleen loop soms ook hardop. Het zijn de Taizéliederen; eenvoudige liederen, die vaak uit slechts één regel bestaan en die je voortdurend herhaalt, als een mantra. Het bijzondere vind ik dat zo de woorden van het lied en vooral de troost en de kracht ervan, van je hoofd naar je hart naar je ziel zakken, zodat het een deel van jezelf wordt. En bovendien, ik loop heerlijk op het ritme van mijn eigen zingen.’Gij hart, Gij bron van leven, ontferm U over mij, Gij adem, ziel in mensen, ontferm U over mij.’ (Op de melodie van het bekende Laudate omnes gentes). Mystieke ervaring Mede gestuurd door mijn zingen, mijn ‘psalm van de dag’, maar zeker ook door gesprekken met medepelgrims, komen zinsvragen boven: wie ben ik eigenlijk? Wat is wezenlijk belangrijk voor mij? Wat betekent mijn geloof precies
Spiritualiteit
en wie is God voor mij? Gaande de weg en nadenkend over en vechtend met al deze vragen, komt er een geweldige rust over mij, een groot gevoel van vrede. Het wordt een herbronning van mijn geloof; ik ervaar God soms zo nabij, dat zijn goedheid en vrede mij letterlijk aanraakt. Een heel bijzondere ervaring, die ik niet zozeer zoek, maar die mij overkomt. Vaak ga ik een van de vele kerken binnen die ik onderweg tegenkom. Vooral van die oude kleine romaanse kerken houd ik. Er spelen zeker ook culturele aspecten een rol, maar meer nog de behoefte een moment van stilte te vinden. Ik steek een kaars aan, bid voor wie mij lief zijn
en laat de sfeer op mij inwerken. Ik geniet van de rust, van het gefilterde licht door de ramen dat een haast mystieke sfeer oproept; het helpt mij om mijzelf naar binnen te keren en zo bij mijn hart te komen. Dan ervaar ik de aanwezigheid van de Eeuwige. Opnieuw ken ik dat wonderlijke geheim dat de Eeuwige met mij meegaat, dat God mij kent en dat ik bij God geliefd ben. Zo, op het ritme van mijn lopen vind ik rust en vrede, groei ik naar ‘heelheid’ toe en vind ik het geheim en het doel van iedere bedevaart en @ pelgrimage: de ontmoeting met God.
Foto: Jasper Koedam
De Jacobsstaf 90/91 | 7
En verder ...
Een ontmoeting tussen Oost en West Ben Engelbertink In de Jacobsstaf 85 deed Joost Bol verslag van zijn pelgrimstocht op het Japanse eiland Shikoku. Ben Engelbertink, die deze tocht al eerder liep, geeft een interessante aanvulling, waarin het boeddhisme en het christendom elkaar ontmoeten. ‘Oh, East is East and West is West and never the twain shall meet’ Zoals zoveel mensen ruk ook ik dit citaat van de Britse schrijver Rudyard Kipling (18651936) uit zijn context, wanneer ik Shikoku in het Oosten plaats en Santiago de Compostela in het Westen. Het citaat kwam bij me op, toen ik het bijzonder interessante artikel Pelgrim met en zonder God van Leo Jacobs in de Jacobsstaf 87 las, waarin hij de zogenoemde ‘vier domeinen’ beschrijft, de ervaringen van een pelgrim, namelijk de ervaring van de schepping, van schoonheid, van de medepelgrim en van de stilte. Uiteraard had ik ook enige tijd geleden met grote interesse het artikel gelezen van Joost Bol over de pelgrimstocht op het Japanse eiland Shikoku met zijn 88 tempels (de Jacobsstaf 85). Immers, zelf heb ik ook beide pelgrimstochten ondernomen. De tocht van Enschede naar Santiago heb ik gelopen in 2002 en de tocht in Japan in 2008. Deze tocht wordt genoemd: henro michi. Mijn tocht naar Santiago heb ik beschreven in mijn boek De Engelen van Jacobus1. In dit artikel zou ik graag een aanvulling willen geven op het artikel van Joost Bol op de pelgrimstocht in Shikoku, omdat ook daar de vier domeinen ervaren kunnen worden, zij het op een ander niveau.
8 | De Jacobsstaf 90/91
Vier provincies Het eiland Shikoku kent vier prefecturen of provincies. Elke provincie staat in het teken van een doju, een oefenschool voor de pelgrim. Tijdens de tocht door de eerste provincie mediteer je over: 'Je verliest je weg vanwege de drie grote werelden van genot.' Het is een soort zelfreflectie; kijken waar je bent in je leven, waar wil je naar toe en wat moet er veranderd worden. Na ongeveer een week kom je aan in de tweede provincie. Daar gaat de volgende meditatie over: ‘Tienduizend hemelen zullen zich openen in jouw verlichting.’ Je denkt na over de ascese die je moet beoefenen om inderdaad vooruit te komen in je leven. De derde provincie is zeer belangrijk. Je denkt na over: ‘Oorspronkelijk is er geen Oost en geen West’. Je probeert te komen tot een ervaring van verlichting in je leven. Het kan zelfs een hoogtepunt van deze pelgrimstocht zijn, wanneer je zo’n verlichting daadwerkelijk ervaart. Tot slot kom je bij de afronding van de vier doju’s, de provincie waar je nadenkt en mediteert over: ‘Waarom is er een Noord en Zuid?’ Het is de provincie waarin je de gedachten laat gaan over het nirwana. Boeddha Kobo Daishi, de monnik die deze pelgrimstocht op zijn naam heeft staan, duidt er in zijn geschriften al op dat het nirwana niet gezocht hoeft te worden in het hiernamaals, maar dat het nirwana al aanwezig is in ons eigen leven en werk, net zoiets als het woord van Christus: ‘Het Koninkrijk van God is reeds onder u aanwezig.’ Interreligieuze ervaring Kunnen dan de ervaringen van het Westelijk Santiago en het Oosterse Shikoku met elkaar vergeleken worden en is er een ontmoetings-
En verder ...
Groep pelgrims in traditionele kledij. Foto: Ben Engelbertink
punt voor die twee? In mijn ervaring is er duidelijk een trefpunt, namelijk het zoeken naar levenskunst, een dieper bewustzijn van jezelf en je medemens.2 Voor mijzelf was het een geweldige ontmoeting tussen het boeddhisme en het christendom en als zodanig een verrijking voor mijn dagelijkse leven, een interreligieuze ervaring. Op weg naar Santiago kwam ik een Japanner tegen die mij vertelde over de pelgrimstocht in Shikoku. Toen ik hem zei, dat het voor een westerling wel heel moeilijk zou zijn om die
tocht te ondernemen, zei hij: ‘Als ik, een Japanner, een oosterling, naar Compostela kan lopen, waarom zou jij, een Nederlander en Westerling, niet naar de 88 tempels kunnen @ lopen?’
1 Te bestellen bij:
[email protected] (prijs 10 euro, excl. verzendkosten) 2 Mijn boekje over de Shikoku-tocht heet: Een pelgrimstocht, 88 tempels op het eiland Shikoku-Japan, maar is uitverkocht. Wel kan allerlei info bij mij verkregen worden.
De Jacobsstaf 90/91 | 9
De herberg van ...
Tibetaanse sferen op de camino Pequeño Potala in Ruitelán
Foto: Jaap Baalbergen
Op 6 juli 2008 kwam er na 29 dagen en 2559 kilometer bij het dorpje Villalomez, op het traject Belorado – Burgos, een abrupt einde aan mijn pelgrimage van Sint Jacobiparochie naar Santiago de Compostela. Tijdens een afdaling slipte ik met mijn fiets en belandde ik keihard op het asfalt, waarbij de banden van mijn sleutelbeen losscheurden. Een jaar later fiets ik weer over de Camino Francés, nu met mijn vijftienjarige dochter Irene. Op 9 juli 2009 vertrekken wij vanuit Ponferrada, met zijn prachtige tempeliersburcht. Na Villafranca del Bierzo beginnen wij aan de klim naar Cebreiro. In het dorpje Ruitelán besluiten we te overnachten in de refugio de pelegrinos Pequeño Potala, een kleine herberg met 27 bedden. Van buiten is aan niets te zien dat er in dit witgepleisterde huis een herberg gevestigd is. We fietsen er dan ook prompt aan voorbij. Eenmaal binnen overvalt je een sfeer van rust en vrede. Zachte, warme kleuren zorgen voor een knusse, huiselijke sfeer. Aan de muur hangen Tibetaanse gebedsvlaggetjes en een portret van de dalai lama. De zachte muziek die overal klinkt brengt je in een ontspannen stemming. Pequeño Potala betekent ‘klein Potala’, verwijzend naar het winterpaleis van
10 |
De Jacobsstaf 90/91
Jaap Baalbergen onder andere de dalai lama’s op de berg Marpori in Lhasa, Tibet. Gastheer Carlos heet ons, met zijn sonore stem, in goed Engels van harte welkom en nodigt ons uit om aan het gezamenlijk avondmaal deel te nemen. Dat doen we graag, nadat Carlos ons verzekerd heeft dat het no problem is dat Irene vegetarisch eet. Via een akelig smal trappetje klimmen we naar boven, waar we op een schamel verlichte open zolder met stapelbedden komen. Zo stel ik me voor dat pelgrims in vroeger tijden overnachtten. Niet in stapelbedden natuurlijk, maar op strozakken. De middag breng ik met een goed glas koele vino rosada door op het terras, waar ik in gesprek raak met de overige gasten uit onder andere Engeland, Frankrijk, Zweden en Australië. Om half acht zitten we allen aan tafel en wordt er gazpacho geserveerd, gevolgd door een salade. Carlos pakt Irene bij de schouder en zegt: ‘You eat this side, not that side’. De ene helft van de salade is met mozzarella bereid, de andere helft met tonijn. Bij het hoofdgerecht krijgt Irene een apart bord spaghetti, zonder spekjes en met olijfolie en kruiden. Fantastisch! Onder het genot van een goed glas wijn ontstaat er een sfeer van verbondenheid. De volgende ochtend worden we om zes uur gewekt door de stem van operazanger Luciano Pavarotti en de geur van gebakken toast. Na het ontbijt volgt een hartelijk afscheid, wordt de bagage opgeladen en gaat iedereen op pad. ’s Avonds in Sarria, in de chique albergue privado International met veel marmer en luxe sanitair, realiseren wij wat we hier missen: de onderlinge verbondenheid, de gesprekken, de sfeer en de persoonlijke touch van de gastheer. Daarom zijn refugio’s als Pequeño Potala de @ parels van de camino.
Jubileum
1986-2011: vijfentwintig jaar Nederlands Genootschap van Sint Jacob Vijfentwintig jaar Nederlands Genootschap van Sint Jacob gaat vooral over u, de duizenden Nederlandse pelgrims die de camino zijn gegaan. Twee van die pelgrims openen en sluiten dit speciale jubileumgedeelte van de Jacobsstaf. Inge van der Zanden was in 1986, het oprichtingsjaar van het genootschap, een pelgrim van het eerste uur op weg naar Santiago. Een pelgrim van het laatste uur is Wim Smit, die in 2011 de tocht volbracht. Opvallend is dat de betekenis van het pelgrimeren in die tussenliggende vijfentwintig jaar nauwelijks lijkt veranderd. Voor beide pelgrims betekende de camino een ommekeer in hun leven. Tussen deze beide verhalen nodigt onze voorzitter u uit om de jubileumactiviteiten bij te wonen. Historicus Jan van Herwaarden staat stil bij het boek waarmee het allemaal begon: de Codex Calixtinus uit de twaalfde eeuw. Nog meer pelgrimsboeken met eeuwigheidswaarde komen aan bod bij pelgrimsboekenliefhebber Jeroen Gooskens. Vervolgens is de beurt weer aan u, de pelgrim, bij de presentatie van de winnende werken van de jubileumwedstrijd ‘Mijn mooiste plek aan de camino’. Dat Jacobus ook in ons land alom aanwezig is, bewijzen Jacobaliadeskundigen Herman Gresnigt en Bert Roebert in hun artikel over Jacobalia in de Nederlandse Jacobushoofdstad Haarlem. Kunsthistorica Daniëlle Lokin licht een tipje van de sluier op van de grote Santiago-tentoonstelling in Museum Catharijneconvent in Utrecht. Ten slotte werpt onze columnist Arno Cuppen in zijn bijdrage een kritische noot op, en geeft hij tegelijk een voorzet voor een nieuw doel waarmee we de komende vijfentwintig jaar bete@ kenis kunnen geven aan de pelgrimage. De redactie
De Jacobsstaf 90/91 | 11
Jubileum
'Voor de camino was ik een tuttebel in een colbertje' Pelgrim van het eerste uur Inge van der Zanden Adrie Dik en André Brouwer ‘Ik pak ook nog maar even heet water,’ zegt Adrie Dik als we in ons huis van Sint Jacob op onze gast wachten. ‘Iemand die met spiritualiteit bezig is, zou best wel eens thee kunnen drinken.’ Adrie zou de vragen stellen, zodat ik goed kon luisteren en aantekeningen maken en het gesprek niet op gang hoefde te houden. Zo was de afspraak. Een afspraak die onnodig bleek. Voor ons verschijnt een vitale vrouw die binnenkort 74 jaar wordt, een en al energie uitstraalt en bij een kop sterke koffie vlot haar verhaal doet. ‘De camino heeft me wel veranderd, maar dat besef je pas achteraf. Het is allemaal in 1986 begonnen met een advertentie in de Volkskrant. Een pater uit Zutphen zocht reisgenoten om gedeeltes van de camino te lopen. Er reageerden acht mensen: twee mannen en zes vrouwen. We hebben niet van te voren gelopen om te zien of het zou klikken. Dat was toen nog niet zo de gewoonte. We gingen gewoon en met de een klikt het nu eenmaal meer dan met de ander. In totaal zijn we vier weken weggeweest. We hebben alleen in de buurt van Vézelay en Conques wat ingelopen. Onderweg sliepen we in onze tenten en de bagage werd in twee busjes vervoerd. De groep is bij elkaar gebleven, alleen hebben we bij de Pyreneeën een chauffeuse naar huis gestuurd. Die kon niet rijden. Het was allemaal heel minimalistisch georganiseerd, we wisten zelf de weg niet. We moesten door een gat in een hek de Spaanse grens over. Er stonden al wel gele pijlen.’ Overstroming ‘Van refugios wist ik het bestaan nog niet, we sliepen in onze tenten. Toen de camping in
12 | De Jacobsstaf 90/91
Carrion de los Condes overstroomde, hebben we in het klooster van de Zusters van Barmhartigheid geslapen. We volgden gedeeltes van de camino, maar liepen niet in steden. Af en toe gingen we wel de stad in, maar niet met de hele groep. Ik was ook nog niet zo met Jacobalia en kerken bezig. Kijk, hier heb ik een foto waar ik op een stadsbankje zit, maar ik heb geen idee meer waar dat was. Ik heb nauwelijks foto’s, daar deed je toen niet zo aan. De afstanden die we te voet gingen waren verschillend. Soms liepen we 20 kilometer, maar als het regende ook wel eens 10 kilometer.’ Sleutelmoment ‘Die eerste camino ervoer ik overigens nog helemaal niet als een pelgrimstocht. Het was alleen nog wandelen en ontspanning. 1985 was een zwaar jaar voor me geweest, mijn man was ziek geworden en er werd bij ons ingebroken. Van de kinderen had ik geld gekregen en ik besloot op reis te gaan. Het was voor het eerst dat ik zonder kinderen op vakantie ging. Achteraf gezien was dat jaar een sleutelmoment in mijn leven. Ik keerde op 48-jarige leeftijd terug in het arbeidsproces. Ik gaf handelsrekenen en boekhouden in het middelbaar beroepsonderwijs.’ Jacobus als idool ‘Zoals ik al in het begin zei, heeft de camino me wel veranderd. Dan denk je: het moet toch wel meer voor me betekend hebben dan ik toen kon vermoeden. Inmiddels weet ik dat je als pelgrim allerlei fases doorloopt: piekeren, loslaten, om je heen kijken, je openstellen voor anderen en tot slot tot rust komen en genieten.
Jubileum
Inge van der Zanden (links) in gesprek met Adrie Dik. Foto: André Brouwer
Met Jacobus had ik nog niet veel, al had ik wel het boek van Jan van Herwaarden gelezen (O, roemrijke Jacobus - bescherm uw volk : pelgrimsgids naar Santiago). Blijkbaar was ik er dus toch wel mee bezig, maar zulke dingen moeten groeien. Nu denk ik dat ook Jacobus ons veel te leren heeft: Jacobus als idool, zeg ik wel eens. Daarom is deze tocht niet te vergelijken met een wandelroute elders. Het is toch anders dan bijvoorbeeld langs de Engelse kust lopen.’ Huisje boompje beestje ‘Voor de camino was ik een tuttebel in een colbertje die om vijf uur ging borrelen met de buren. Mede door het lopen ging ik van het huistuin-en-keukengebeuren naar het ontdekken van wie je zelf bent. Ik ben daardoor veel gaan reizen. In 1989 heb ik een camper gekocht. Die
heb ik nog steeds en ik trek er wel eens twee maanden mee door Frankrijk. Ik kan goed alleen zijn, maar vind het ook leuk om gewoon onderweg mensen aan te spreken, dan heb ik soms de meest idiote gesprekken. Maar tijdens een week alleen thuis kan ik me ook prima vermaken. Ik kan inmiddels schilderen, zelf een stoepje leggen, beeldhouwen. Op dit moment doe ik veel aan glass fusing (kunstvorm waarbij stukjes glas samengevoegd worden door ze gedeeltelijk te versmelten). Die gezondheid en energie krijg je cadeau. Blijkbaar zit er iets in mijn genen waardoor ik dat allemaal kan, dat is niet mijn verdienste. Wellicht heeft mijn opvoeding er ook mee te maken. Mijn ouders hadden niet veel opleiding en dan begon je in die tijd een winkel. Ze wilden dat hun kinderen het later beter kregen
De Jacobsstaf 90/91 | 13
Jubileum
en daarom stuurden ze ons naar een internaat. We moesten leren. Mijn kinderen hoef ik dit niet eens te vertellen, want die begrijpen daar totaal niets van. Tegenwoordig zijn kinderen prinsjes en prinsesjes die gelukkig moeten worden, maar daar was vroeger geen sprake van. Er werd iets van je geëist. Je moest je best doen om vooruit te komen in de maatschappij.’
voor Levensbeschouwing, Kunst en Kultuur, dat schreef je toen nog met een K. Na mijn pensionering ben ik aan de Vrije Universiteit Religie en Levensbeschouwing gaan doen. In 2001 ben ik afgestudeerd op zingeving en religieuze ervaring in spiritueel reizen. Ik heb er beroepsmatig verder niets mee gedaan, maar het was wel heel waardevol voor mezelf. Dat probeer je dan op een positieve manier op anderen over te brengen.’
Lijntje met boven ‘Ik heb een goed lijntje met boven, er is zoveel goeds over me gekomen. Ik heb ook de ervaEgo’s in genootschap ring dat er iemand over mij waakt, voor mij ‘Wanneer ik lid van het genootschap ben gezorgt en mij leidt. Voor mij is dat voelbaar. Ik worden, weet ik niet precies meer. Ik weet nog zit echter nooit in de kerk en heb niets met de wel dat ik op een vergadering geweest ben waar paus en met wat sommige priesters allemaal het logo werd besproken. In 1992 ben ik naar voor vreselijke dingen gedaan hebben. SomUtrecht verhuisd en waarschijnlijk heb ik geen mige mensen beginnen daar wel eens met me adreswijziging doorgegeven. In 2001 ben ik over me tijdens het wandelen, maar dan zeg ik: weer lid geworden. ik vind het allemaal ook heel erg, het gaat me Ik ga naar de algemene ledenvergaderingen en door hart en ziel, maar ik wil er niet eens over daar zie ik dezelfde mensen die steeds dezelfde praten, want dat heeft niets met het geloof en vragen stellen. Ik heb wel alle nummers van mijn vertrouwen in God van doen. de Jacobsstaf bewaard. Daar heb ik nog dingen Ik heb zelf het heilige in opgezocht voor mijn vertrouwen dat er boven boek. iemand is die zegt: “Oké 'En hier is mijn Compostela, zien Nadeel van een genootmens, jij mag wel wat schap is dat het wel ego’s die er tegenwoordig nog zo uit? goede dingen meemaaantrekt. Zo ben ik nog ken en beleven.” Zoiets O ja? Gelukkig!' een tijdje lid geweest moet je voelen. Ik koesvan een werkgroep, maar ter dat wel, maar ik vraag daar zaten mensen die er niet om. Het is een geschenk dat door de vooral naar zichzelf luisterden en mij niet secamino op mijn pad is gekomen en waardoor rieus namen. Ik wilde daar mijn energie niet ik anders ben gaan leven. meer aan besteden. In 1986 ben ik weer van baan veranderd en Er is wel iets anders waar ik graag mijn energie ik heb uiteindelijk tot aan mijn pensioen geaan zou willen wijden. Ik wil graag een lesprowerkt. Dat zijn allemaal dingen die ik als heel gramma maken over pelgrimeren. Er zijn zopositief ervaar. Ook mijn kinderen zijn goed veel mensen in het genootschap die met het terechtgekomen. Nu heb ik wel altijd energie, onderwijs te maken hebben. En pelgrimeren is ik ben niet iemand die bij de pakken neer gaat zo’n breed onderwerp: je kunt er aardrijkskunzitten. de, geschiedenis en godsdienst bij betrekken. Van 1992 tot 1996 heb ik de HBO-avondDaar zou ik me echt honderd procent voor opleiding LKK in Diemen gedaan. Dat stond willen inzetten.’
14 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Brandgaatjes ‘In 1988 ben ik samen met mijn dochter en schoonzoon nog een keer naar Santiago geweest. Zij vervoerden om de beurt de bagage, want ik kan geen rugzak op mijn rug hebben. Het was toen een heilig jaar. Kijk, hier heb ik nog een foto van het vuurwerk dat aan de kerk was vastgemaakt. We hadden daarna allemaal brandgaatjes in onze kleren. En hier is mijn Compostela, zien die er tegenwoordig nog zo uit? O ja? gelukkig!’ Hospitaleren ‘Ik heb ook een aantal keren gehospitaleerd in Roncesvalles. Ik was daar van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat, want ik wilde er echt voor de pelgrim zijn. Ik kan handig en vlot schoonmaken, maar om half elf wilde ik klaar zijn om tijd te hebben met de pelgrims te praten. Mensen ontmoeten deed mij goed, dat was voor mij de reden om daar te zijn. Ik ging ook wel ’s avonds naar het café aan de overkant om met mensen te praten. Ook in het Spaans. Ik ben een aantal keren naar de universiteit van Salamanca geweest om Spaans te leren. Al moet ik zeggen dat je vaak niet zo veel hoeft te praten. Luisteren is al genoeg. Mensen vertellen soms in tien minuten hun hele levensloop. Ik heb van alles gezien in Roncesvalles. Goede gesprekken gevoerd, maar ook mensen gezien die totaal in de war waren omdat alle ellende die ze achter zich wilden laten, juist bovenkwam. Het hospitaleren was de bron voor het schrijven van mijn boek. Pelgrims kwamen met allerlei vragen. Wat doet die priester in de kerk en wat betekent die zegen? En kan ik daar zelf nog iets aan toevoegen? Ik dacht: daar moet ik me toch eens in verdiepen. Zo is uiteindelijk mijn boek ontstaan.’
ten zien in de daden van mensen. Zulke mensen kom ik ook wel tegen. Ik heb geen geloof in een geloof, maar wil daar wel de goede dingen van meenemen. Ik ben onlangs een week op retraite geweest, maar ben na drie dagen weggegaan. We mochten niet praten en niet lezen, terwijl ik ook kan leren wat godsdienst voor andere mensen betekent. Er was wel aan het eind van elke dag een mogelijkheid tot gesprek met de leiding, maar ik vond dat maar kletskoek. Bovendien kan je volgens mij niet van God houden als je niet van mensen houdt. Het lijkt wel of het voor sommigen eerder andersom is.’ Niet zweverig Aan het eind van het interview vraagt Adrie of Inge nog iets kwijt wil. ‘Spiritualiteit moet je zelf ontdekken. En eigenlijk weet iedereen dat wel, zelfs mensen die zeggen in God noch gebod te geloven. En tot slot wil ik nog wel één ding benadrukken: ik ben totaal niet zweverig!’ Nee, dat hadden wij al begrepen. Niet iemand @ voor een kopje slappe thee. Van Inge van der Zanden verscheen onlangs het boek Spiritueel pelgrimeren, Wegwijzer voor de moderne pelgrim (Eburon, 2011, 268 p. ISBN 9789059724983).
Kletskoek ‘Ik heb een heilig vertrouwen in de daden van God, en eigenlijk zou je die weerspiegeld moe-
De Jacobsstaf 90/91 | 15
Jubileum
Onderweg Beste leden van ons jarig genootschap, Tijdens de Jacobusviering op 25 juli jl. in Utrecht had ik het genoegen om Nicolien als tienduizendste lid van ons mooie genootschap te verwelkomen. Zij had zich als lid in Vessem laten inschrijven, waar zij door onze enthousiaste vrijwilligers van de ledeninformatie gastvrij werd ontvangen en antwoord kreeg op haar vragen. Het aantal leden blijft maar groeien. Inmiddels is de teller de 10.500 al weer gepasseerd. Ik ben benieuwd wat de aanstaande tentoonstelling en de extra media-aandacht ons volgend jaar zal brengen. Wanneer u dit stukje leest is de opening van de grote Jacobstentoonstelling in het museum Catharijneconvent op 14 oktober aanstaande. Elders in dit blad leest u er meer over. Voor ons genootschap is de samenwerking met het museum een bijzondere ervaring. Het organiseren van een tentoonstelling is een complex geheel. Wij zijn veel dank verschuldigd aan ons bestuurslid Daniëlle Lokin die ons met haar expertise hierin terzijde stond en ook tekent voor het boek dat ter gelegenheid van de tentoonstelling uit gaat komen. Als bestuur hopen wij dat velen het museum zullen bezoeken en hun persoonlijke pelgrimservaringen kunnen spiegelen aan het beeld dat deze cultuurhistorische
tentoonstelling gaat bieden. En dan gaan we als bestuur onderweg naar de twee laatste activiteiten van het jubileumjaar. Voor het internationale congres op 3 en 4 november zijn alle ons bekende Europese genootschappen uitgenodigd om deze twee dagen kennis met elkaar te maken. Misschien is er een vorm van samenwerking mogelijk die ook voor onze leden gunstig kan zijn. In het decembernummer van de Jacobsstaf kunt u er meer over lezen. Bas Brouwer, onze onvermoeibare penningmeester is met zijn actieve projectgroep ondertussen druk in de weer om 5 november tot een spetterende afsluiting van ons jubileumjaar te maken. Zou het op dit Caminofestival weer zo druk worden als tijdens de voorjaarsvergadering? De Camino der Lage Landen verwelkomen met negenhonderd leden zou de stad Utrecht zeker doen opkijken. Een ‘demonstratie’ van positivisme, vriendschap en geluk kunnen we in deze tijden best gebruiken. Het museumbezoek op die dag is gratis, dus wat let ons om op 5 november onderweg naar Utrecht te gaan? Joost Bol, voorzitter
Advertentie
Wilt u de Jacobsroute op een comfortabele manier wandelen? Alleen of met uw eigen gezelschap? Met gereserveerde hotelletjes en met vervoer van bagage? Met een uitgebreide routebeschrijving en kaartmateriaal?
Bel Topo-Aktief 024-360 64 27 of bezoek onze website www.topo-aktief.nl
16 |
De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Het boek van Sint Jacobus Jan van Herwaarden Op 7 juli was Santiago de Compostela even wereldnieuws naar aanleiding van de diefstal van het originele exemplaar van de Codex Calixtinus. Het manuscript bevond zich in een kluis waartoe slechts drie personen toegang hebben. Jan van Herwaarden gaat in op de geschiedenis en de samenstelling van het werk. De Codex Calixtinus is het oudste handschrift van het Boek van Jacobus, dat in de twaalfde eeuw in Santiago de Compostela is vervaardigd. Het boek vormt de basis voor de Spaanse verering voor de apostel Jacobus de Meerdere, de broeder van Johannes, die volgens de Bijbel in Jeruzalem is onthoofd en wiens lichaam volgens de legende op wonderbaarlijke wijze in NoordWest Spanje zou zijn terechtgekomen. Het Boek van Jacobus bestaat uit vijf ‘boeken’. Het eerste boek bestaat uit teksten van preken en is bestemd voor de eredienst. In het tweede boek zijn tweeëntwintig verhalen opgenomen over wonderen die door Jacobus’ toedoen zijn geschied. In het derde boek staat de overlevering van het overbrengen van het gebeente van Jacobus van Palestina naar Galicië in Spanje (de zogenoemde translatie), met daarbij een opsomming van de belangrijkste feestdagen ter ere van de heilige. De Kroniek van Turpijn vormt het vierde boek en behelst het verhaal over de oorlogen die keizer Karel de Grote (circa 800), daartoe door Jacobus aangespoord, in Spanje heeft gevoerd. Dat verhaal is ook overgeleverd in het Roelandslied dat ook in de Middelnederlandse literatuur een belangrijke plaats inneemt. De Gids voor de pelgrim ten slotte is het vijfde boek. In deze samenstelling zijn aanvankelijk die vijf bestanddelen bewaard gebleven in de Codex Calixtinus, die vanaf de twaalfde eeuw in de
bibliotheek van de kathedraal van Compostela wordt bewaard. In 1609 werd de Kroniek van Turpijn op last van de Spaanse koning Filips III uit de Codex gehaald en apart ingebonden. Dat gebeurde nadat die kroniek als vervalsing aan de kaak was gesteld. De Kroniek werd letterlijk uit de traditie verwijderd. In 1960 werd de Kroniek van Turpijn weer in de Codex teruggeplaatst. De complete tekst van het Boek van Sint Jacobus is tot 1500 slechts in vier handschriften overgeleverd. Onderdelen ervan zijn in meer handschriften te vinden, zoals bijvoorbeeld in een twaalfde-eeuws handschrift in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag, waarin helaas niet de Gids, maar wel het hele tweede boek met de Jacobuswonderen en het vierde boek met de Kroniek van Turpijn is opgenomen.1 De complete tekst van de Gids is behalve in de genoemde vier in nog eens vier handschriften bewaard gebleven. De tekst heeft evenwel nooit als afzonderlijk geschrift de ronde gedaan, zodat het uitermate onwaarschijnlijk is dat de Gids ooit daadwerkelijk tot gids heeft gediend. De Codex dankt zijn naam aan paus Calixtus II die, alvorens tussen 1119 en 1124 als paus te fungeren, sedert 1088 aartsbisschop van Vienne was geweest. Gui de Bourgogne, zoals deze paus oorspronkelijk heette, had nauwe betrekkingen met Galicië, de landstreek waarin Santiago de Compostela is gelegen. Hij werd in 1107 samen met de bisschop van Compostela voogd over de op dat moment nog maar twee jaar oude troonpretendent in die regio, de latere koning Alfonso VII (1105-1157). Desondanks is het hoogst onwaarschijnlijk dat Calixtus daadwerkelijk betrokken is geweest bij de samenstelling van de Codex Calixtinus en de daarin onder zijn naam opgenomen gedeelten zou hebben geschreven. Veeleer heeft juist de op
De Jacobsstaf 90/91 | 17
Jubileum
genoemde omstandigheden gebaseerde reputatie van deze paus de samensteller van de Codex er toe gebracht diens naam te gebruiken om het @ gezag van de eigen geschriften te verhogen. Met dank aan Wouter Prins 1
Koninklijke Bibliotheek Den Haag, Hs. 70 H 45, een 12e-
Rectificatie Bij het artikel Uitsluiting van het kwade van Jan van Herwaarden in de Jacobsstaf 89 is abusievelijk niet vermeld dat het eerder is verschenen in het tijdschrift Geschiedenis Magazine.
eeuws handschrift, oorspronkelijk afkomstig uit de cisterciënzer abdij van Cambron in Noord-Frankrijk.
Liber Jacobi: openingsblad met inhoudsopgave. Collectie Jan van Herwaarden
18 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Pelgrimsboeken
Boekenboeket Jeroen Gooskens De pelgrimage naar Santiago is in tal van boeken beschreven. Sinds de Codex Calixtinus uit de twaalfde eeuw vindt een onophoudelijke stroom pelgrimsboeken zijn weg naar de lezer. Jeroen Gooskens, pelgrimsboekenverzamelaar en schrijver van Ver onderweg, stelde op verzoek van de redactie zijn persoonlijke top 5 samen, in willekeurige volgorde. Bij het samenstellen van mijn boekenboeket loop ik tegen een klassiek probleem aan: kiezen is verliezen. Hans Annink, Domenico Laffi, Kees van Luyn, Cees Nooteboom, Ricky Rieter, de Russische pelgrim, Herman Vuijsje: je zult ze hieronder niet aantreffen, hoe dierbaar hun boeken me ook zijn. Voor slechts vijf is er plek. Vijf is niet alles, maar wel genoeg voor een smaakvolle impressie. Anselm Grün, Wijsheid van pelgrims. Forte, 2009. ISBN 9789058778161, 141 p. Anselm Grün beschouwt de stilte als de ideale biotoop van de pelgrim. Een pelgrim woont immers niet langer in het veilige huis van het woord, hij begeeft zich op de weg van het zwijgen. In dat opzicht zijn pelgrims en monniken elkaars evenbeeld, al zwerven de eersten de aarde rond op hun voeten waar de laatsten op hun knieën in hun kloostercel de hemel bestormen. Maar beiden staan aan de rand van het dagelijkse gedoe, toeschouwers bij het lawaai van het leven. Gelukkig belet zijn liefde voor de stilte het de monnik Grün niet om een boek uit te geven waarin op 137 bladzijden de wijsheid van pelgrims in woord en beeld wordt
uitgedrukt. Pelgrimeren is voor Grün geen typisch religieus fenomeen, en al helemaal niet specifiek christelijk. Pelgrimeren is universeel menselijk, de weg is vanouds juist datgene wat de mens tot mens maakt. Voortdurend opbreken, steeds opnieuw loslaten wat vertrouwd is, steeds op weg naar een nieuwe toekomst. Mensen leggen een lange weg af om tot zichzelf te komen, een weg met vele omwegen en keerpunten die ten slotte leidt naar een thuis voorbij de dood. Al gaande begrijpt de pelgrim meer dan de thuisblijver dit mysterie van het menselijk bestaan. Dit boekje biedt geen gewone kost; alledaagse wandelavonturen zul je er vergeefs in zoeken. Maar de onderstroom die Grün beschrijft en die fotograaf Jürgen Hohmuth uitbeeldt, is voor elke wandelaar herkenbaar. Het gelukkige huwelijk van woorden en beelden is een van de sterke punten van het boek. Teksten vormen slechts een bescheiden onderdeel van het geheel; foto’s zijn niet alleen illustraties voor de sier maar een wezenlijk deel van de boodschap. Menige bladzijde maakt het de lezer (of beter gezegd: de ziener) moeilijk om rustig thuis te blijven zitten; de schoonheid van de weg trekt als een krachtige magneet. Zo steekt het boek het verborgen verlangen aan dat in elk mensenhart brandt: het verlangen om de droom te dromen en de weg te gaan. Hans Burgman, Losgelopen woorden. Een voetreis naar Santiago de Compostela. Gooi & Sticht, 2000. ISBN 9030409932. 284 p. Het is jaren geleden dat ik in het rijke veld van reisverhalen naar Santiago deze bloem mocht
De Jacobsstaf 90/91 | 19
Jubileum
plukken. Een juweeltje van een pelgrim, die in de Jacobsstaf 82 dood werd gewaand maar in het volgende nummer herrees als een vitale tachtiger. Op zijn tochten naar Santiago neemt de wandelschrijver afstand van de dagelijkse drukte om ongestoord te kunnen peinzen over de betekenis van de onderstroom in het leven. De filosoof proeft in Plato de appel en pelt Aristoteles af als een ui. De missionaris treurt over een bange kerk die zich ophangt aan dogma’s en verschanst in regels om zo de blijde boodschap te verliezen. Maar de gelovige blijft genieten van het evangelie van Marcus en van de gedichten van Rilke. En Hans Burgman blijft gezegend met een gezond relativeringsvermogen en een goede smaak voor verhalen. Pelgrimeren blijkt voor hem steeds opnieuw geen zaak van kille ratio, maar een meeslepende passie. Daarbij is er plaats voor alles onder de zon. Een eerste aanzet tot een filosofie van de lekkende neus floreert naast ‘het heimwee naar de wonderen die opgeslagen liggen in het arsenaal der ongeleefde dingen’. Bij alle bonte afwisseling wordt één ding duidelijk: wandelend trillen er veel mooie dingen los. Georgina Goddard King, The way to Saint James (3 delen). Putnam, 1920. Pelgrimeren is van alle tijden en vormt een vruchtbare bakermat voor legenden en mirakels. Eerst was er de weg, dan zijn er de verhalen. King diept er met plezier een aantal op, te beginnen met Karel de Grote en de kroniek van Turpijn. Koningen en gepeupel, zwerfmonniken en veile vrouwen, klunzige kwezels en halve heiligen, ze spelen allemaal hun kleurrijke rol in diverse pelgrimsgeschiedenissen. ‘All of Spain is in the story.’ King raakt gaandeweg geboeid door de camino en gaat ook zelf op pad. Te paard of te voet, per diligence of met de trein. In een gepassioneerde schrijfstijl smeedt zij kunsthistorische
20 | De Jacobsstaf 90/91
observaties, architectonische details en eigentijdse reiservaringen (maar dan wel uit het begin van de twintigste eeuw) tot een boeiend amalgaam. Naast alle kunsthistorie, blijkt ook de reis anno 1920 van een Amerikaanse vrouw door het stoffige Iberische land een verhaal op zich waarmee King geschiedenis schrijft. Een ware suffragette die haar tijd ver vooruit is, een feministe die het vrouwvrezende karakter van een kerk met stoffige prelaten op de korrel neemt, een kunsthistorica met een kritische geest die zich door de roomse orthodoxie de mond niet laat snoeren. Op haar tocht door het land van mythen en Kelten – ‘only the mists, only the weeping clouds, dimness and airy shrouds’ – naar het rijk der duisternis (Finstern Stern) komen allerlei thema’s uit de westerse mystiek aan bod. Haar boek leest als een spannende zoektocht naar de heilige graal. Mireille Madou, Onderweg naar Santiago. Een camino van kunst, cultuur, legenden en verhalen. Waanders, 2010. ISBN 9789040077364, 216 p. Het nieuwste boek van kunsthistorica Mireille Madou, die we dit jaar tot moeder van ons genootschap hebben uitgeroepen, mag natuurlijk niet ontbreken. Niet alleen is het uit het oogpunt van kunst en cultuur de moeite waard, het is ook geschreven met fijngevoeligheid voor wat pelgrims beweegt. Bij de vakkennis van de schrijfster voelt de lezer zich veilig geborgen, haar liefde voor de camino en voor San Iago werkt aanstekelijk. Zo voedt het boek de vreugde van het voorspel vóór de tocht en roept het zoete herinneringen op bij een terugblik erna. Het leert beter te kijken en meer te zien op een weg die bezaaid is met wonderen van schoonheid die vorm krijgen in gebouwen en beelden, in schilderingen en sieraden, in legenden en verhalen. Natuur-
Jubileum
lijk is het boek niet compleet en dat is maar gelukkig ook. Het laatste woord over de camino is nimmer geschreven en ook komende generaties zullen bezig blijven met het zoeken naar nieuwe woorden over de oude initiatieroute naar de wijsheid. Maar met haar boeken en haar voordrachten heeft Madou haar steentje ruimschoots bijgedragen en daarmee de camino mede richting gegeven. De groei van het genootschap en de opbloei van het pelgrimeren komen mede op haar rekening. Michel Jourdan, Jacques Vigne, Lopen loutert. De spiritualiteit van het wandelen. Ten Have, 2003. ISBN 9025953581 / 9789025953584, 202 p. Simpel en handzaam boekje over de spiritualiteit van het wandelen, waarin de filosofie van de benenwagen en de psychologie van de ascese in de eerste twee delen een mooie plek krijgen. Stille concentratie in de cadans van je voetstappen brengt je dichter bij de werkelijkheid, het maakt je één met de wereld om je heen. In een wereld van al te
stellige overtuigingen en drukke verslavingen is die ervaring bevrijdend. Wandelspiritualiteit is geen zaak van abstracte theorie of zwevende vroomheid, maar de dagelijkse ervaring van de wandelaar. De waarheid bevindt zich in je voetzool. Helaas is het derde deel van dit boekje een minpunt, waarschijnlijk heeft tijdgebrek geleid tot broddelwerk. Zo is de kunstwandelroute in Maastricht erg willekeurig en werken de bezinningsopdrachten in het kader van de kleine spiritualiteit eerder afstotend dan uitnodigend. Dan lijkt mij een nadere uitwerking van het idee ‘wandelwoorden’ veelbelovender. Eenvoudige meditaties bij een landschap, mooie observaties verpakt in een haiku, korte poëtische weerspiegelingen van de wandelervaring; daar kan ik me van alles bij voorstellen. Maar het vraagt beslist meer tijd en toewijding om daar een inspirerende vorm aan te geven. Volop werk aan de winkel dus voor wie de @ schoen past. Alle gerecenseerde boeken zijn, nieuw of tweedehands, te koop via Bol.com.
Advertentie
Abdijstraat 53 - 5473 AC Heeswijk t. 0413-291394 -
[email protected]
De Jacobsstaf 90/91
| 21
Jubileum
Jubileumwedstrijd ‘Mijn mooiste plek aan de camino’ In het vorige nummer van de Jacobsstaf riepen wij u op uw mooiste plek aan de camino in proza, poëzie, fotografie of beeldende kunst vorm te geven. In totaal kwamen er ruim dertig inzendingen bij de redactie binnen: van kleine, breekbare gedichten tot grote, massieve kunstwerken. Vervolgens was het aan de jury om alle creatieve werken uitgebreid te beoordelen en tot drie prijswinnaars in iedere categorie te komen. De jury bestond uit Tijs Dorenbosch, dichter en oud-voorzitter van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob, Dirk Aerts, medeoprichter en voormalig voorzitter van het Vlaams Genootschap van Santiago de Compostela en hoofdredacteur van De Pelgrim, en Tieleke Huijbers, fotoredacteur van de Jacobsstaf. Op de volgende pagina’s ziet u de drie winnaars in iedere categorie. In de categorieën poëzie en beeldende kunst worden de eerste prijzen gedeeld; de jury kon niet tot een unanieme winnaar komen. De werken van de (gedeelde) eersteprijswinnaars krijgen bovendien een mooie plek op de Santiago-tentoonstelling in Museum Catharijneconvent in Utrecht van 15 oktober tot 26 februari 2012. Al de overige inzendingen zijn te zien op de kunstmarkt tijdens het Caminofestival op 5 november in de Nicolaïkerk in Utrecht. Het is de bedoeling dat de inzenders hun werk na afloop van het Caminofestival direct mee naar huis nemen. Wij danken alle deelnemers voor hun grenzeloze creativiteit! Gedeelde eerste prijs Beeldende Kunst: Ermita de Virgen de Loreto door Tineke Brouwer (2010, olieverf, potlood en inkt op doek).
22 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Gedeelde eerste prijs Beeldende Kunst: Alto del Perdón III door Piet van den Tillaart (2009, zink, lijnets met aquatint)
Derde prijs Beeldende Kunst: Cattedrale di Santiago de Compostella door Ben Teunissen (2003)
De Jacobsstaf 90/91 | 23
Jubileum
Gedeelde eerste prijs Poëzie: Aubrac door Ida Blok (2000)
Weerbarstig landschap: een dunne laag met aarde bedekt de kalkgrond. Onbehouwen stenen blootgelegd door wind en regen, speelbal van de elementen. Van ’t een op ’t andere moment verdringt een dikke mist het klare zonnelicht, of maakt het zonnig landschap voor fijne regen plaats en snijdt een wilde wind je in je lichaam. Weerbarstig landschap met gele gentianen, met op beschutte plaatsen het weelderige walstro, brunellen, reuzengroot, bossen orchissen, dieppaars, deftig, en heldergele pijlbrem. Ik wilde dat ik drie paar ogen had om al het moois te zien dat in d’ Aubrac verborgen ligt. Weerbarstig landschap. Overwinnen kun je ’t slechts door er in door te dringen: te voet.
24 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Gedeelde eerste prijs Poëzie: Via de la Plata door Pierre Kusters (2008)
er loopt een draad van zilver door mijn hoofd verward nog en vol knopen flikkert af en toe in het licht van mijn ogen die sluiten om niet te verliezen herinneringen zo teer beelden vervormen woorden bestaan niet slechts achter de ruimte van de ogen zijn de passen en de geuren die komen en gaan langs zilveren draden Derde prijs Poëzie: Aubrac door Tineke Vlijm
De wind blaast hier verhalen van een ruig bestaan, Van armoede en van heel veel ontbering. Ik loop mijn weg en – haast als een bezwering – Verleidt de wind mij om niet door te gaan. De eeuwenoude, rondverweerde stenen, Begroeid met mos in tinten groen en grijs, Spreken van winterkou en zomerparadijs. Zovele levens zijn hier langs getreden. Hoog boven mij hoor ik een leeuwerik zingen, Een kleine stip in ijle blauwe lucht. Hij is mijn stem: in vrije vogelvlucht Op weg om een nieuw leven te beginnen. Mijn hart jubelt met die leeuwerik. Het leven is mooi, zo mooi!
De Jacobsstaf 90/91 | 25
Jubileum
26 | De Jacobsstaf 90/91
Eerste prijs Fotografie: Zicht op Cirauqui bij Puente la Reina door Jan Oude Lenferink (2009)
Jubileum
De Jacobsstaf 90/91 | 27
Jubileum
Tweede prijs Fotografie: Schaapskudde tussen Huércanos en Nájera door Harry Keijsers (2006)
Derde prijs Fotografie: Gezicht op Cubo del Vino door Jaap Tempelaars
28 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Eerste prijs Proza: Interior intimo mio door Jeroen Gooskens (2011)
Ik denk aan dagen en plekken waarop ik bijkans vervoerd werd door alle schoonheid die onze aarde tentoonspreidt, gratis en voor iedereen. Een wereld vol geuren en kleuren, velden geel koolzaad en blauwe orchissen in het strijklicht van een ondergaande zon. Vrolijk klaterend water in Asturiaanse valleitjes, het spel van zon en schaduw op Andalusische olijfhellingen, stoffige verten van de Castiliaanse meseta. Maar waren de dagen in Galicië met mistflarden en regenbuien, wadend door modder en koeienstront, minder mooi? Ik denk aan eenzame stille sneeuwetappes door het Centraal Massief en hoe gastvrijheid van drie Franse moekes me daar doorheen loodste. Maar waren warme dagen met het Spaanse pelgrimslegioen niet even indrukwekkend? Ik denk aan ontmoetingen met vriendelijke vreemden, aan onderkomens in stille kloosters, bij gezinnen, in primitieve refugio’s. Ik zie schitterende timpanen en kathedralen, maar ook schilderachtige ruïnes en bouwvallen. Voor alles is een plek onder de zon, er is een tijd van bloeien en er is een tijd van vergaan. Juist die eeuwige deining van landschappen en seizoenen is de charme van een camino die de wandelaar stap voor stap ondergaat. Het antwoord op de vraag naar de mooiste plek is dus niet moeilijk. Die plek ligt diep in de pelgrim, in zijn binnenste binnen. Daar maakt het innerlijk oog de weg tot een wonder. Daar luistert het hart naar de geheimen van de stilte. Daar komt de pelgrim de verborgen bron op het spoor. Daar gaat hij zijn weg naar een einde dat geen einde kent.
Tweede prijs Proza: Valcarce door René Boogers
Het is dringen in het dal van Valcarce: direct na Villafranca wringen de pelgrimsweg, de N6 en de snelweg Madrid – A Coruña, zich in alle mogelijke bochten omhoog het dal in. Maar vanaf Ruitelan wordt het landschap pastoraal. Het pad volgt de loop van het riviertje. Frisse groene weiden en populieren die uitbotten in alle denkbare schakeringen brons vormen het decor, hier en daar opgelicht door een fruitboom in bruidskleed. Het is adembenemend mooi. De camino voert ditmaal over oude veepaden. Holle wegen zijn het, waarvan de hoge bermen bezaaid zijn met sleutelbloemen, lichtpaars bloeiende viooltjes en net uitlopende varens. Het is stevig klimmen maar ik neem de tijd en ga met regelmaat zitten om te genieten. Geritsel doorbreekt even de stilte: een reebok steekt het pad over. Prachtig om te zien hoe hij gracieus en met souplesse wegschiet in het hellingbos. Na La Faba opent het landschap zich en ontvouwt zich een weids vergezicht over de streek van El Bierzo tot aan de Montes de León. Ik zit er een tijdje en onwillekeurig denk ik aan de woorden van de overste van het Benedictinessenklooster in León waar ik overnachtte : ‘ In de stilte vind je God’ . En stil is het hier! Ik voel me klein in deze grootse natuur. Als een nietig stofje dat voorbijgaat maar dat tegelijkertijd onderdeel uitmaakt van de oneindigheid en de continuïteit van de schepping. Het is goed. Een schitterende plek en een bijzonder moment voor altijd in het hart gesloten …
De Jacobsstaf 90/91 | 29
Jubileum
Derde prijs Proza: El Cruz de Ferro door Aalt van de Glind
In de vroege morgenmist was de sfeer op het smalle pad een beetje geheimzinnig. Ik was op weg naar het ‘Kruis van IJzer’, met daaronder een hoop keien, overal vandaan en daardoor een bijzondere plek. Het was al licht toen ik iets vreemds zag. Een soort regenboog, maar hij was wit, klein en heel dichtbij. ‘Verbeelding’, meende ik eerst. Maar even later zag ik het weer. Nog duidelijker. Een halve cirkel in de grijze ochtendmist. Een witte boog met heldere uiteinden bij de grond. Eigenaardig en spannend. In verwondering liep ik langzaam verder. Ik kwam steeds dichterbij. Alsof ik er zomaar onderdoor zou lopen, naar een andere kant. ‘Ik zal toch niet dood gaan?’ Zoiets dacht ik. Toen ik vlakbij was, zag ik plotseling het kruis. Het stond precies midden onder de boog. Bij de volgende stap loste de boog op in de morgenmist. Verbaasd ging ik langzaam verder. Bij het kruis zei ik een paar woorden van dank. De keitjes, vanuit onze tuin meegenomen, gooide ik op de grote hoop. Ze rammelden even na voor ze tot rust kwamen tussen grotere keien. Een bijzonder gebed. Mijn rugtas voelde minder zwaar en verlicht ben ik verder gegaan. Later vond ik de witte boog op een weersite: Een vrij zeldzame mist- of nevelboog. Een bijzondere belevenis.
Ultreia is de tweemaandelijkse elektronische nieuwsbrief van ons genootschap. Deze bevat vooral korte berichten, oproepen, aankondigingen et cetera. Bij het verschijnen van de nieuwsbrief krijgen alle leden van wie we het e-mail adres kennen de link naar het nieuwste nummer toegestuurd. U kunt de Ultreia lezen via www.santiago.nl/ ultreia Ultreia nummer 6 verschijnt medio oktober. Kopij graag voor 10 oktober naar
[email protected].
30 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Sporen van Sint-Jacob in Haarlem Herman Gresnigt en Bert Roebert De werkgroep Cultuur en Geschiedenis van het Genootschap van Sint Jacob beschouwt alles wat in het verleden of heden in relatie staat met Sint-Jacobus en de bedevaart naar Santiago. De meeste van deze zogenoemde Jacobalia zijn te vinden in Haarlem, al eeuwenlang een startpunt voor de bedevaart naar Santiago. Tijd om in dit jubileumnummer enkele Haarlemse Jacobalia wat nader onder de loep te nemen. Geen stad in Nederland is zo rijk aan Jacobalia als Haarlem. Momenteel staan er meer dan vijftig op de lijst van Jacobalia op de website van het Genootschap van Sint Jacob. Het is niet alleen het aantal dat in vergelijking met andere steden zo indrukwekkend is, maar meer nog de continuïteit van organisaties en instellingen, zoals de Sint-Jacobskapel, het Sint-Jacobsgilde en het Sint Jacobs Godshuis, die sinds het begin van de veertiende eeuw tot op de dag van vandaag nog bestaan; iets dat in andere steden met veel Jacobalia, zoals Utrecht, Den Haag en Roermond, niet het geval is. Haarlem kent echter geen middeleeuwse Sint-Jacobskerk, hetgeen weer wel het geval is in Utrecht, Den Haag en Den Bosch en nog een aantal plaatsen in Nederland. Veel Jacobalia zijn direct of indirect gelieerd aan een van deze oude organisaties en instellingen. In dit artikel willen wij een overzicht geven van deze locaties en de Jacobalia die we er aantreffen. De Sint-Jacobskapel Op het terrein van de Schoterburcht even buiten Haarlem, nu Schotersingel 2-4, was reeds voor 1319 een Sint-Jacobskapel, bedoeld voor de opvang van pelgrims. Dit blijkt uit het feit dat deze kapel in 1319 werd aangewezen als
plek waar leprozen die meenden genezen te zijn zich moesten aanmelden, alvorens ze tot de stad werden toegelaten. In de loop van de eeuwen heeft deze kapel en wat daaromheen gebouwd is allerlei functies gehad, vanaf 1563 voor lijders aan de pest en later voor de opvang van krankzinnigen, de ‘dollen’. Het Leprozen-, Pest- en Dolhuys werd in 1797 opgeheven. Daarna werd het gebouwencomplex het Buiten-Gasthuis van het Elisabeth Gasthuis, weer later werd het bestemd als Stads-Armen- en Ziekenhuis en ten slotte werd het bestemd voor bejaarden. Na een grondige restauratie werd in 2004 in het voormalige Pest- en Dolhuys, Museum Het Dolhuys voor de psychiatrie geopend. De voormalige Sint-Jacobskapel is nu het restaurant van het museum. In dit museum zijn onder andere twee regentenborden te zien: een uit 1838 met de namen van de regenten van het Buiten-Gasthuis en een uit 1914 met de namen van de regenten van het Burgerlijk Armbestuur. Het bijzondere is dat aan de onderkant van beide borden is afgebeeld een jacobsschelp en een schild met een afbeelding van Sint-Jacob als pelgrim. Hiermee wordt de historische verbondenheid met het de oorspronkelijke Sint-Jacobskapel tot uitdrukking gebracht. Het Sint-Jacobsgilde Dit gilde is waarschijnlijk rond 1400 opgericht door pelgrims die teruggekeerd waren uit Santiago de Compostela. Van de oprichting zijn geen stukken bekend. Eerst vanaf 1588 zijn de namen van de broeders van het SintJacobsgilde bekend. De geschiedenis van het gilde is beschreven door Henrick S. van Lennep in Het Haarlemse Sint Jacobsgilde (2004).
De Jacobsstaf 90/91 | 31
Jubileum
Het gilde had een eigen Sint-Jacobskapel in de Dijkstraat, de huidige Hagestraat. Als de weduwe Lysbeth Jan Bette Heinricxzoon in 1437 bepaalt dat haar huis, dat naast de Sint-Jacobskapel in de Dijkstraat is gelegen, na haar dood moet worden ingericht als gasthuis, komt zij met de broeders van het Sint-Jacobsgilde overeen, dat zij het gasthuis na haar dood zouden besturen. In 1514 schenkt het gilde de Sint-Jacobskapel met twee huizen aan de prior van het klooster der Heremieten van Sint-Augustijn om daar een nieuw klooster te stichten. De gildefeestmaaltijden mogen voor altijd in de kerk en het klooster worden gehouden. Als een broeder of zuster sterft zal deze zonder enige onkosten begraven worden in een van de vier gildegraven van de kapel en zal er aldaar een uitvaart
Tapijtschildering. Grote of Sint-Bavokerk. Foto: Fons Boink
32 | De Jacobsstaf 90/91
gehouden worden op het Sint-Jacobsaltaar. Of met zusters van het gilde vrouwelijke gildeleden of vrouwen van de gildebroeders worden bedoeld, is niet bekend. Het gilde had een altaar in de Grote of SintBavokerk. Het stond tegen een van de zestien hoofdkolommen in het koor. Deze kolommen waren versierd met tapijtschilderingen en beelden van onder andere de twaalf apostelen. Het Sint-Jacobsaltaar stond onder het beeld van Sint-Jacob. Tijdens de reformatie zijn de beelden en altaren verwijderd en de schilderingen witgekalkt. Bij restauratiewerkzaamheden in de tweede helft van de negentiende eeuw onder leiding van de bekende architect Pierre Cuypers zijn de tapijtschilderingen weer onder de witkalk tevoorschijn gekomen. Uit 1464 dateert een charter waarin Haza Pau-
Jubileum
wels bepaalt dat er iedere vrijdag een mis moet worden opgedragen aan het Sint-Jacobsaltaar tot ‘zalicheyt van haer ende haere lieve ouders ende vrienden…’ Dit charter, eigendom van het Sint-Jacobsgilde, bevindt zich in het Noord-Hollands Archief in Haarlem. De Grote of Sint-Bavokerk beschikt over nog enkele andere Jacobalia: twee sluitstenen, twee rouwborden en jacobsschelpen op een van de grafstenen. Het gilde, dat nog steeds bestaat, beschikt over een aantal prachtige Jacobalia. Een aantal is in bruikleen afgestaan. Aan het Frans Hals Museum werd onlangs afgestaan een gerestaureerd houten beeld van Sint-Jacob uit de zestiende eeuw, een zilveren schild uit 1622 en een zilveren pelgrimsbeker uit 1698. Het Noord-Hollands Archief ontving bovengenoemd charter en een tweetal gravures: een van Hendrick Golzius uit 1589 en een van gildebroeder Jacob Adriaansz. Matham uit 1624. De Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen herbergt de ijzeren archiefkist van het gilde, die op 25 juli 1611 door twee leden aan de broederschap cadeau is gedaan. Het Sint Jacobs Gasthuis / Sint Jacobs Godshuis Boven is al beschreven dat de weduwe Lysbeth haar huis heeft nagelaten ‘ter eere Gods en Sint-Jacob’ om er een gasthuis voor arme mensen te stichten onder de voorwaarde dat het ‘Sinte Jacops Gasthuus soude hiete’. Ook pelgrims konden er onderdak krijgen. De geschiedenis van dit gasthuis is uitvoerig beschreven door B. Speet en H. Bouwknecht in Het Sint-Jacobs-Godshuis 1437-1987, 550 jaar katholieke charitas in Haarlem. Over de eerste 150 jaar is er praktisch niets bekend. Toen Haarlem in 1577 de zijde van de Prins van Oranje had gekozen en de katholieke eredienst had afgezworen, kreeg de stad in 1579 als compensatie voor de geleden schade en el-
Zilveren pelgrimsbeker, 1698. Frans Hals Museum. Foto: Arend Velsink
De Jacobsstaf 90/91 | 33
Jubileum
lende de beschikking over de bezittingen van de rooms-katholieke kerk, die door de Staten van Holland waren geconfisqueerd. Ook de broeders van het Sint-Jacobsgilde moesten hun gasthuis aan de stad afstaan. Het gasthuis werd ingericht als doorgangshuis voor kooplieden en reizigers. In 1698 werd het huis gesloten vanwege ‘de slegte constitutie van ’t huys’. In 1715 besloten de vroede vaderen van Haarlem het gasthuis aan ‘den Roomschen terug te geven om tot desselfs oud gebruick te worden geëmploieert om haer armen te bedienen’. De reden daarvoor was kostenbesparing, maar het leidde er wel toe dat de Jacobustraditie in Haarlem werd voortgezet. Het beheer kwam in handen van het College van Opperkerkmeesters, ook wel ‘generale kerkmeesters van de gepermitteerde roomsche kercken’ genoemd. Het stadsbestuur wees enkele opperkerkmeesters aan en zij kregen de titel Regenten van het Sint Jacobs Godshuis. Vanaf dat moment heette het gasthuis Sint Jacobs Godshuis. Het was bestemd voor zowel wezen als ouden van dagen. Na het herstel van de hiërarchie in 1853 werd een beroep gedaan op de zusters Franciscanessen uit Roosendaal om de zorg voor de bewoners op zich te nemen. Er werd een kamer ingericht als gebedsruimte. In 1854 is het besluit genomen een echte kapel te bouwen, die een jaar later in gebruik genomen werd (zie pagina 35). In 1955 werd besloten de wezenafdeling te sluiten en voor de bejaarden een nieuw tehuis te bouwen, dat in 1966 werd gerealiseerd onder de naam Sint Jacob in de Hout (zie pagina 35). Het huis in de Hagestraat kwam leeg te staan. In 1972 wordt het pand door vier echtparen gekocht die er een woongemeenschap starten onder de naam Vereniging Rosenstock-Huessy. Zij vormden een woon-, leef- en werkgemeenschap en stelden hun deuren open voor mensen die het om uiteenlopende redenen tijdelijk niet redden in de maatschappij. In 1998
34 | De Jacobsstaf 90/91
verandert de opzet en wordt de Stichting Rosenstock-Huessy in het leven geroepen. Naast een aantal woningen zijn er vier stichtingen met een maatschappelijke doelstelling in het pand ondergebracht. Hiermee is de basis gelegd voor het voortbestaan van dit historische huis. Het Godshuis beschikt over een aantal bijzondere Jacobalia in de vorm van een drietal gevelstenen. De oudste dateert uit de vijftiende eeuw en zat oorspronkelijk boven de ingang van het Gasthuis in de Hagestraat. In het midden zien we Sint-Jacob, die zijn hand gastvrij uitstrekt naar een binnenkomende pelgrim; links zit een aantal pelgrims rond het haardvuur. Bij de verhuizing naar Sint Jacob in de Hout is deze gevelsteen ingemetseld in de regentenkamer. Weer later, rond 1995, is deze steen opnieuw verplaatst en wel naar de vergaderkamer van het Sint Jacobs Godshuis ‘nieuwe stijl’ (zie pagina 36). De tweede gevelsteen is een combinatie van twee stenen: het onderste gedeelte met het jaartal 1599 toont enkele jacobsschelpen, kalebassen en wandelstokken; het bovenste gedeelte het jaartal 1889. Onduidelijk is de betekenis van het jaartal 1599: in die tijd was het Gasthuis in handen van de stad Haarlem en was het geen huis meer voor pelgrims. Het jaartal 1889 verwijst naar het jaar waarin de kapel na een grondige verbouwing opnieuw is ingezegend. Hij is ingemetseld op de binnenplaats van het voormalige Jacobs Godshuis in de Hagestraat. De derde gevelsteen, die dateert uit het midden van de zeventiende eeuw, heeft een grote versierde jacobsschelp. Deze was ingemetseld in de buitenmuur van het voormalige Jacobs Godshuis. Bij de verhuizing naar Sint Jacob in de Hout in 1966 zijn deze gevelstenen meeverhuisd en ingemetseld in de tuinmuur van het bejaardenhuis. Op verzoek van de Stichting Geveltekens zijn
Jubileum
Gevelsteen (Rijksmonument) Rosenstock Huessyhuis. Foto: Fons Boink
de beide laatste gevelstenen in 2008, na restauratie op kosten van het College van Regenten van het Sint Jacobs Godshuis, weer teruggeplaatst in de voor- respectievelijk achtergevel van wat nu het Rosenstock-Huessyhuis heet in de Hagestraat. Ze blijven eigendom van het Sint Jacobs Godshuis. De derde gevelsteen heeft de status van rijksmonument. In 1995 is op initiatief van de werkgroep Haarlem-Santiago van de Fietskaart Informatie Stichting een bronzen gevelornament van de kunstenaar Eric Claus op de voorgevel van het voormalige Sint Jacobs Godshuis in de Hagestraat aangebracht. Het markeert een aloude vertrekplaats van pelgrims naar Santiago de Compostela . De kapel van het Sint Jacobs Godshuis Boven is al vermeld dat er na de komst van de zusters Franciscanessen in 1854 een kapel is gebouwd. Deze is in 1889 volledig vernieuwd. Het meest opmerkelijke in deze kapel zijn de zes dubbele glas-in-loodramen, beloofd door de zusters als de bewoners en zijzelf ongedeerd de Tweede Wereldoorlog zouden overleven.
Hetgeen is geschied. Ze zijn van de hand van de glazenier Frans Balendong uit Alkmaar en zijn geplaatst rond 1952. Op het eerste raam zien we Sint-Jacobus, die de bewoners – wezen, ouden van dagen en de zusters – in bescherming neemt. De vijf andere ramen beelden gebeurtenissen uit het leven van Sint-Jacobus uit. Sint Jacob in de Hout Allang werd de huisvesting van bejaarden in het Godshuis in de Hagestraat als inadequaat beschouwd. Renovatie van het gebouw bleek geen optie. Eind jaren vijftig werd besloten tot nieuwbouw, die uiteindelijk in 1966 werd afgerond: op 2 juni van dat jaar verhuisden de bewoners van de Hagestraat naar Sint Jacob in de Hout aan de Zuiderhoutlaan. In datzelfde jaar ging het College van Regenten een fusie aan met het bestuur van het Verpleeghuis Pius XII: de bestuursleden van Pius XII werden daarmee regenten van het Godshuis. Dit was de eerste fusie van een reeks die in de jaren daarna zouden volgen, en wel in 1995, 1997 en 2000. Het betrof steeds fusies
De Jacobsstaf 90/91 | 35
Jubileum
Sint Jacob als schutspatroon. Tableau door L. Tollenaar. Sint Jacob in de Hout. Foto: Fons Boink
met andere verpleeg- en verzorgingshuizen in en rond Haarlem. Voor het beheer van de instellingen werd in 1995 de Stichting Sint Jacob in het leven geroepen. Momenteel beheert deze stichting acht zorgcentra en verpleegtehuizen in Haarlem en Zuid-Kennemerland. Gekozen is voor de naam Sint-Jacob om de continuïteit met de moederstichting, het Sint Jacobs Godshuis, tot uitdrukking te brengen. In Sint Jacob in de Hout zijn ook verschillende Jacobalia. In de hal is een tableau aangebracht van L. Tollenaar, met Sint-Jacob als schutspatroon van het tehuis voor bejaarden. Sint Jacobs Godshuis ‘nieuwe stijl’ Na de oprichting van de Stichting Sint Jacob
36 | De Jacobsstaf 90/91
bleef het College van Regenten van het Sint Jacobs Godshuis ‘verweesd’ achter: zonder directie en medewerkers en zonder de verantwoordelijkheid voor al die verzorgings- en verpleeghuizen. Vanaf dat moment wordt de bestuurskracht besteed aan enkele andere onder het Godshuis vallende stichtingen en het initiëren van nieuwe projecten en initiatieven. Het Sint Jacobs Godshuis is een onafhankelijke instelling naar kerkelijk recht. De regenten worden op voordracht van de zittende regenten door de bisschop van Haarlem-Amsterdam benoemd. Het bestuursgebouw van het Godshuis, het koetshuis van een voormalige villa, ligt aan de Emauslaan, achter Sint Jacob in de Hout. Het
Jubileum
Bronzen sculptuur (2007) door Marga Hessels. Sint Jacobs Godshuis. Foto: Fons Boink
gebouw is prachtig verbouwd. In 2007 is tegen de buitenmuur een bronzen sculptuur aangebracht, die vervaardigd is door de beeldend kunstenares Marga Hessels. Het verbeeldt de contour van de stad Haarlem en de Spaarne, het logo van het Sint Jacobs Godshuis en rond een tafel enkele menselijke figuren: het college in vergadering bijeen. Bij de ingang van het bestuursgebouw is een fonteintje met jacobsschelp ingemetseld, dat afkomstig is uit het Sint Jacobs Godshuis in de Hagestraat. Ook in de regentenkamer zijn nog enkele Jacobalia. Allereerst de gevelsteen die vroeger boven de ingang van het Godshuis in de Hagestraat heeft gezeten. Verder een houten beeld van Sint-Jacob als pelgrim met een schelp in zijn linkerhand. De stoel van de voor-
zitter is versierd met het logo van het Godshuis Ten slotte is er een wierookstel, waarop een jacobsschelp is aangebracht. Tot slot nog een speciaal Jacobalium: een bisschopsmijter (zie pagina 38). Deze neogotische mijter is eigendom van het bisdom Haarlem-Amsterdam en in bruikleen bij de schatkamer van de kathedraal Sint Bavo. Hij is gemaakt rond 1900. Op de voorzijde staat Sint-Jozef, op de achterzijde Sint-Jacobus de Meerdere als pelgrim. Het is niet bekend bij gelegenheid waarvan en door wie de mijter is @ vervaardigd. Met dank aan Hans Labout en Fons Boink.
De Jacobsstaf 90/91 | 37
Jubileum
Sint Jacobus als pelgrim. Bisschopsmijter (achterzijde) bisdom Haarlem-Amsterdam. Schatkamer kathedraal Sint-Bavo. Foto: Fons Boink
Detail bisschopsmijter. Foto: Fons Boink
Alle ruim vijftig Jacobalia in Haarlem zijn met foto en korte beschrijving te vinden op de website van het genootschap: www.santiago.nl/jacobalia Geraadpleegde literatuur, o.a.: Henrick S. van Lennep: Het Haarlemse Sint Jacobsgilde, 2004. B.Speet en H.Bouwknecht: Het Sint Jacobs-Godshuis, 550 jaar katholieke charitas in Haarlem, 1437-1987, 1987. Sint Jacobs Godshuis: Jaarverslag 2009. Vereniging Vrienden van de Grote Kerk te Haarlem: Bavoreeks: deel 1: Naam- en rouwborden; deel 3: Tapijtschilderingen; deel 10: Sluitstenen.
38 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Pelgrims. Onderweg naar Santiago de Compostela Jubileumtentoonstelling in Museum Catharijneconvent Daniëlle Lokin Alles achter je laten om duizenden kilometers af te reizen naar een heilige plek. Een tocht vol ontberingen, een grote kans zelfs dat je het er niet levend vanaf brengt. Miljoenen mensen uit heel Europa reizen sinds de elfde eeuw te voet of te paard over de Camino de Santiago naar Santiago de Compostela in Spanje. De camino, een verzameling wegen, is een van Europa’s oudste en meest invloedrijke routes. Een deel van de camino is verklaard tot werelderfgoed. Nog steeds arriveren jaarlijks zo’n honderdduizend pelgrims bij de kathedraal van Santiago om het graf van apostel Jacobus te bezoeken. Wat bezielt hen? Wat doet pelgrimeren met een mens?
toen 160 leden en had als doel geformuleerd: ‘verbreiden en verdiepen van de belangstelling voor de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela in Galicië in heden en verleden en voor andere vormen van verering van Jacobus de Meerdere.’ De pelgrimstocht Het kader voor de tentoonstelling in Museum Catharijneconvent wordt gevormd door de pelgrimstocht, het op bedevaart gaan. De expositie is ook op te vatten als een pelgrimstocht door de tijd in grote en kleine stappen, afhankelijk van het thema: Voorbereiding; Motieven; Santiago; Bestemming bereikt en Thuiskomen.
Museum Catharijneconvent organiseert als antwoord op die vragen de tentoonstelling Pelgrims. Onderweg naar Santiago de Compostela. Directe aanleiding voor de expositie is het vijfentwintigjarig jubileum van ons Nederlands Genootschap van Sint Jacob in 2011. Wat ging er aan vooraf ? Het jaar 1985 is van cruciaal belang voor het ontstaan van de genootschappen van Sint Jacob, zowel in Vlaanderen als in Nederland. In België vonden om de twee jaar de Europalia plaats. Diverse evenementen werden georganiseerd met de bedoeling een bepaald land in de kijker te stellen voor een groot publiek. 1985 was het jaar van Europalia SPANJE. De grote tentoonstelling Santiago de Compostela. 1000 jaar Europese bedevaart was een groot succes. Op 15 november 1986 hield het Nederlands Genootschap van Sint Jacob zijn eerste vergadering in Den Haag. Het genootschap telde
Pelgrimerende heilige, Zuid-Duitsland 1480-1499. Utrecht, Museum Catharijneconvent
De Jacobsstaf 90/91
| 39
Jubileum
Zo krijgt ook de opleving van de bedevaart naar Santiago in de tweede helft van de twintigste eeuw een vanzelfsprekende plaats. Het project omvat twee delen: de virtuele pelgrimstocht vastgelegd in verhalen en de fysieke tocht door de expositie. Bijzondere, kostbare en alledaagse (kunst) voorwerpen uit de eigen collectie van het Catharijneconvent, uit binnen- en buitenlandse musea en van hedendaagse pelgrims verbeelden het (cultuur)historische verhaal van het pelgrimeren in het algemeen en naar Santiago de Compostela in het bijzonder. Vervolgens wordt de pelgrimstocht naar Santiago gezien als voorbereiding op de tocht naar het Hemels Jeruzalem, een allegorie van het leven als pelgrim, zoals verwoord in Het boeck vanden pelgherym uit 1486, een Nederlandse vertaling van de Pèlerinage de la vie humaine van Guillaume de Digulleville. Voortdurend moeten pelgrims zich bewust zijn van de vergankelijkheid van het aards bestaan. Per slot van rekening is het leven zelf een bedevaart met een bestemming in de eeuwigheid. Guillaume Digulleville schrijft in 1331 een trilogie in versvorm. Het eerste deel, Pèlerinage de la vie humaine, verhaalt van de tocht van de christen naar het hemelse Jeruzalem. Gewapende vrouwenfiguren stellen deugden of zonden voor. Het dramatische conflict dat zich in de menselijke ziel afspeelt tussen deugden en zonden wordt vanaf de veertiende eeuw op een nieuwe manier verbeeld. Digulleville bouwt zijn verhaal op aan de hand van de verschillende fasen die een pelgrim doorloopt als hij op tocht gaat: voorbereiding, vertrek, onderweg zijn, aankomen en terugreizen. Het doel van zijn reis is het hemelse Jeruzalem, dat hem in zijn slaap in een spiegel verschijnt. De toegangspoort van de stad wordt bewaakt door een cherubijn, een engel bewapend met een zwaard. Op de muren van de stad ontwaart hij de heiligen Augustinus,
40 | De Jacobsstaf 90/91
Benedictus, Franciscus en Petrus, die de gelovigen over de muren de hemelse stad intrekken. De camino stelt ons in staat tijdelijk met minder zekerheden te leven. Het heerlijke gevoel dat je natregent en weet dat de zon weer tevoorschijn komt. Steeds een stap zetten en weten dat je verder niets hoeft te doen om goed of zinvol bezig te zijn. Je bent als pelgrim vrijgesteld van het maken van keuzes. Het bevrijdende gevoel dat er nu even niets hoeft. Een pelgrimstocht naar Compostela is een vrijwaring van een teveel aan keuzen, gericht op verstilling en verdieping, op weg naar het geheim van het leven. In de middeleeuwen groeperen teruggekeerde pelgrims zich in broederschappen of confrérieën. Pelgrims die de bedevaart naar het Heilige
Donativo In de Jacobsstaf 89 deed de Stichting Pelg rimsvrienden van Sint Jacob een oproep de expositie in museum Catharijneconvent te steunen met een donativo. Met uw bijdragen zou het mogelijk worden bijzondere internationale topstukken naar Utrecht te halen, waaronder het retabel van De Mirakelen van Sint-Jacob van de Meester van de Legende van Sint-Godelieve dat zich in het Museum of Art in Indianapolis bevindt. Helaas liet de conditie een transport niet toe, maar gelukkig komt er wel een schilderij uit de collectie van Museo Fundacion Lazaro Galdiano te Madrid met een voorstelling van het transport en de aankomst van het lichaam van de apostel in Spanje, vervaardigd door de Meester van Astorga.
Jubileum
Land hebben volbracht, worden meestal lid van een Jeruzalembroederschap in hun eigen woonplaats of elders. Vaak beschikken ze over een eigen kapel. Ze houden zicht bezig met de pelgrimsvoorzieningen en de zielzorg van hun leden. Tegenwoordig treffen veel pelgrims elkaar tijdens de vele landelijke en regionale bijeenkomsten van ons Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Al meer dan vijfentwintig jaar het adres voor Pelgrims. Onderweg naar Santiago de Compostela. Een paar stukken nader bekeken De ouders van de apostel Jacobus in beeld Een Heilige Maagschap bestaat uit de groep naaste verwanten van Jezus in de vrouwelijke lijn, met Anna, de moeder van Maria, als centrale figuur. Het gezelschap wordt beschreven
Linkerluik van een altaarstuk met de Heilige Maagschap, Meester van Liesborn, ca. 1480. Utrecht, Museum Catharijneconvent
door Jacobus de Voragine (1230-1290) in zijn invloedrijke Legenda aurea. De kern van de stamboom vormen de drie legendarische huwelijken van Anna met achtereenvolgens Joachim, Cleophas en Salomas. Uit elk huwelijk is een dochter met de naam Maria geboren. Dochter uit het eerste huwelijk is Maria, de moeder van Jezus. Uit het tweede huwelijk wordt Maria Cleophas geboren, de moeder van de apostelen Jacobus de Mindere, Judas Thaddeus en Simon, en Jozef Justus (ook wel Barnabas genoemd). Ten slotte is Maria Salomas, uit het derde huwelijk, de moeder van de apostelen Johannes de Evangelist en Jacobus de Meerdere. Achter het muurtje staan de drie echtgenoten van Anna en die van haar dochters: Jozef, Alpheus en Zebedeus, de vader van Jacobus de Meerdere. Bijschriften met de namen vergemakkelijken de identificatie. Dat is voor de kleine Jacobus de Meerdere eigenlijk niet nodig. Hij draagt de pelgrimsuitrusting met staf, tas en hoed. Zijn blote voetjes kenmerken hem als apostel. Jacobus als pelgrim In de loop der tijd neemt het aantal bedevaartgangers naar Santiago toe en gaat de heilige Jacobus in afbeeldingen zelf meer en meer op een pelgrim lijken. Hij raakt overstelpt met pelgrimsattributen. Hij krijgt een kalebas en een bidsnoer en zelfs sandalen, stevige schoenen of laarzen. De heersende mode beïnvloedt niet alleen de vorm van de hoed, ook de pelgrimstas en de mantel ondergaan veranderingen. Ontelbare malen is Sint-Jakob in de West-Europese kunst uitgebeeld. Steeds zijn er varianten en nieuwe combinaties bedacht in de presentatie en vorm van zijn attributen en accessoires. Die variaties zijn doorgaans geografisch gebonden. Tegen het einde van de middeleeuwen kan men spreken van een symbiose tussen of een ineensmelten van SintJakob en pelgrims die naar zijn graf pelgrime-
De Jacobsstaf 90/91 | 41
Jubileum
Paxtafel met Sint-Jakob met een boek, pelgrimsstaf en hoed, tweede helft 15e eeuw. Utrecht, Museum Catharijneconvent
Maria met Christuskind staande tussen Christoffel en Sint-Jakob als apostel-pelgrim, Zuid-Duitsland, ca. 1395-1405. Utrecht, Museum Catharijneconvent
ren. In de iconografische traditie van heiligen neemt Sint-Jakob een unieke plaats in: geen enkele andere heilige is ooit zo intens met zijn vereerders vereenzelvigd.
De bekering van Philetus De bekering van Philetus van de zeventiendeeeuwse schilder Cornelis Saftleven toont een weinig bekend verhaal uit het leven van de apostel Jacobus. In de vijfde eeuw kwam er in Palestina een apocriefe apostelgeschiedenis tot stand, eerst vertaald in het Hebreeuws en nadien in het Grieks en Latijn – het werd bekend onder de naam van de Pseudo-Abdias. In het Westen is deze tekst bekend als de Historia certaminis apostolice of ook als het Breviarium apostolorum. In het vierde boek van dit werk spreekt men over Jacobus, zijn prediking in Judea en Samaria en zijn executie te Jeruzalem. De legende van de magiër Hermogenes wordt hier voor het eerst vermeld. Deze legende vertoont parallellen met de ontmoeting van de apostel Petrus en Philippus met Simon de
Pelgrimstekens in boeken Al vanaf de twaalfde eeuw nemen pelgrims bedevaartssouvenirs mee uit plaatsen die zij bezoeken. In de late middeleeuwen werden getijden- en gebedenboeken vaak gebruikt als bewaarplaats voor deze relikwieën. De pelgrimstekens werden in het boek aan een perkamenten folio genaaid om te voorkomen dat het gekoesterde kleinood eruit zou vallen tijdens het gebruik. Wanneer de insignes door een nieuwe eigenaar werden verwijderd, bleef een afdruk of moet achter in de bladen.
42 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Getijden- en gebedenboek, afdruk op het schutblad van een pelgrimsteken van de heilige Cunera en een zegel met het hoofd van Christus, tekst Geert Grote, illuminatie Meesters van de Haarlemse Bijbel, ca. 1460-1475. Utrecht, Museum Catharijneconvent
Begeleidend boek In het boek dat verschijnt bij de tentoonstelling staan de volgende vragen centraal: wat is een pelgrimstocht, hoe zag een pelgrim eruit en wat bezielt mensen om op bedevaart te gaan? De hoofdstukken 1 en 2 behandelen de eerste pelgrimsgestalte in de iconografie van de heilige apostel Jacobus, die meer en meer gekleed gaat als de pelgrims die hem komen vereren. Hij draagt vanaf de twaalfde eeuw zelf het pelgrimskostuum, compleet met hoed, schelp, broodtas, mantel, wandelstaf, kalebas en stevige schoenen. In de hoofdstukken 3 en 4 komen de liederen aan bod die door de pelgrims onderweg worden gezongen. Aan de hand van de coupletten van La grande chanson vinden pelgrims hun weg en weten zij welke etappes ze nog moeten afleggen. De pelgrimsgids in de Codex Calixtinus wordt kritisch tegen het licht gehouden als het gaat om de vier routes in Frankrijk die in Pamplona samenkomen.
Hoofdstuk 5 geeft een verslag van de voorbereidingen van pelgrims, de keuze van hun uitrusting, de ontmoetingen onderweg en de aankomst in Santiago. In hoofdstuk 6 gaat de pelgrim op weg naar het hemelse Jeruzalem, hij gaat ‘in de geest’ op reis naar Jeruzalem, Rome of Santiago en volgt in gedachten en gebed de levensweg van Christus. Tot slot wordt de opmerkelijke aantrekkingskracht van de camino verkend in de hoofdstukken 7 en 8. Wat is de achtergrond van die populariteit en welke motieven zijn er om op pad te gaan? Op vertoon van dit jubileumnummer van de Jacobsstaf is het boek voor de reductieprijs van € 17,50 in plaats van € 24,95 speciaal voor leden te verkrijgen in Museum Catharijneconvent tijdens de duur van de tentoonstelling. Ook is een reductiekaart voor de toegang tot het museum als bijsluiter bij dit jubileumnummer gevoegd.
De Jacobsstaf 90/91 | 43
Jubileum
De bekering van Philetus, Cornelis Saftleven, 17de eeuw, Amsterdam, Kunsthandel P. de Boer b.v.
Tovenaar (Handelingen 8:9-14, 18-24). De Joodse priester Abiathar doet een beroep op de magiër Hermogenes om Jacobus van zijn geloof af te brengen. Philetus is een leerling van Hermogenes die door Jacobus wordt bekeerd. Hermogenes betovert Philetus maar Jacobus bevrijdt hem. Hermogenes zendt daarop een
horde duivels naar de apostel om hem te overmeesteren, maar de duivels keren zich tegen hem en nemen de magiër op bevel van Jacobus gevangen. Hermogenes komt dan ook tot het geloof in Christus. Jacobus geeft hem zijn staf om hem voor de macht van de duivels te vrij@ waren.
De tentoonstelling Pelgrims. Onderweg naar Santiago de Compostela is van 15 oktober tot en met 26 februari 2012 te zien in Museum Catharijneconvent. U vindt het museum aan de Lange Nieuwstraat 38 in Utrecht. Voor meer informatie kunt u terecht op www.catharijneconvent.nl en www.pelgrimsverhalen.nl. Openingtijden: dinsdag -vrijdag 10-17 uur. Zaterdag, zondag en feestdagen 11-17 uur.
44 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
Langs de weg
Bruggen bouwen Arno Cuppen Op 25 juli vierden we de naamdag van onze Jacobus, de vijfentwintigste verjaardag van ons genootschap en de inschrijving van het tienduizendste lid. Een fascinerend moment. De pelgrimstocht naar Santiago is immers in zijn moderne vorm vooral een individuele onderneming. Dat je met zoveel anderen tegelijk onderweg bent naar een gemeenschappelijk punt geeft het een extra dimensie, maar uiteindelijk beslis je zelf: waar en wanneer je de tocht begint, hoe je die maakt, en hoe en waar je die beëindigt. De camino is van niemand en er is geen baas. Op vertoon van een simpel paspoort kun je meedoen en ook verder mag je het allemaal zelf invullen. Des te opmerkelijker is het, dat we ons – weer thuis in eigen land – keurig organiseren: een vereniging, een bestuur, beleidskaders en begroting, vergaderingen. Naar het stramien van het ‘echte’ leven, dat we op de camino zo graag achter ons laten. ‘Wat is dat toch?,' vroeg ik aan onze voorzitter. ‘Ook de camino heeft bruggenbouwers nodig,' antwoordde hij en daarmee heeft hij natuurlijk een punt, of ... had hij? Toen onze vereniging werd opgericht, was de camino in Nederland nog vrijwel onbekend en was er nauwelijks praktische informatie voor pelgrims. In Spanje ging de route nog te vaak langs gevaarlijke wegen. Inmiddels is de camino wereldberoemd en zeer georganiseerd, terwijl je op internet alle informatie kunt vinden die je als pelgrim nodig hebt. Zijn de bruggen klaar? Nee, bruggen bouwen kun je ook tussen men-
sen. Dat is nooit klaar. De vereniging is een belangrijk ontmoetingspunt voor pelgrims. Of kan dat zijn. Want hoeveel van de tienduizend leden nemen echt actief deel aan landelijke of regionale activiteiten? Andersom valt me op dat in het jubileumprogramma wel plek is voor een wetenschappelijk congres, lezingen en een internationale conferentie, maar niet voor een uitwisseling tussen leden onderling over de betekenis van pelgrimeren nu. Waarom leggen we dat buiten ons, als we zelf de ervaringsdeskundigen bij uitstek zijn? Bruggen bouwen kan ook tussen ‘wij pelgrims’ en de samenleving. Vanaf 15 oktober is er een mooie kans via de grote Santiago-tentoonstelling, die in samenwerking met Museum Catharijneconvent in Utrecht is georganiseerd. Over de inhoud is nog weinig bekend. Wel is er met de pet rondgegaan om kostbare museumstukken naar Nederland te kunnen halen. Gaat pelgrimeren daar over? En, zo ja, welk deel van ons verleden laten we dan zien? De camino is van meet af aan ook verbonden geweest met de strijd tegen de islam, die weer volop actueel is. Denk maar aan de aanslagen in Noorwegen. Staat er straks ook een beeld van Santiago als zegevierende Morendoder in het museum? Of grijpen we die kans om juist hier bruggen te slaan naar andere culturen en hun pelgrimstradities? Door op zoek te gaan naar dat wat ons bindt, in plaats van dat wat ons verdeelt. Kortom: het is prachtig dat we een grote, jarige vereniging zijn, maar wat willen we er eigenlijk @ mee? De Jacobsstaf 90/91 | 45
Jubileum
‘De camino heeft 54 jaar op zijn kop gezet’ Pelgrim van het laatste uur Wim Smit André Brouwer Als ik het woonerf bij Wim Smit op fiets, kijk ik onwillekeurig naar het tuinhek op nummer 33 waar ik dertien jaar gewoond heb. Daar begon ik in 1999 mijn fietstocht naar Santiago. Ik fietste heen en terug en na zeven weken arriveerde ik weer bij mijn tuinhek. Jarenlang dacht ik: tussen die twee paaltjes begint de weg naar Santiago. Wim woont op nummer 24. Voor hem begon daar de camino. Op dit woonerf in Koedijk beginnen dus twee wegen naar Santiago. Wim (54) liep samen met zijn vriend Harm Draisma (60) dit jaar via Den Bosch, Postel, Reims, Troyes, Vézelay en Saint-Jean-Piedde-Port naar Santiago. Ze vertrokken op 27 februari en kwamen op 10 juni aan. Daar Harm op vakantie is, doet Wim het woord. ‘Hoe ik erop kwam weet ik niet, maar tijdens de Vierdaagse van Nijmegen van 2005 zei ik tegen Harm: wij gaan een keer naar Santiago lopen. Maar het werd 2006, 2007 et cetera, dus ik vroeg aan Harm, wanneer gaan we nu eens? Dat is uiteindelijk 2011 geworden. Ik zei tegen mijn baas (red.: Wim is logistiek medewerker bij een grote technische toeleverancier): Ik wil er dit jaar zes maanden tussenuit. “Dat dacht ik niet,” zei mijn baas. Ja, zei ik, maar ik wil dat heel erg graag, dus hoe kunnen we dat voor mij realiteit laten worden? Uiteindelijk is het drie maanden snipperdagen en anderhalve maand levensloop geworden.’ Goed doel ‘We liepen voor een goed doel: Michael Kenniphaas, een jongen uit Koedijk, die aan leukemie is overleden. Drie weken van tevoren spraken we met zijn ouders en die zeiden: “Daar
46 | De Jacobsstaf 90/91
geloven we niets van, dat jullie samen helemaal naar Santiago lopen.” We besloten op 27 februari te vertrekken, de sterfdag van Michael.’ Slechte voorbereiding ‘De voorbereiding was gewoon slecht te noemen. Harm bedacht drie weken van tevoren dat we naar Santiago gingen en ik was in november aan mijn meniscus geopereerd. Toen ik in januari weer begon te lopen, blokkeerde ik helemaal. Ik kon geen stap meer verzetten. Daar werd ik knap onrustig van, want 2700 kilometer is niet niks. De sfeer werd er daardoor thuis ook niet gezelliger door, en mijn vrouw Tiny was eigenlijk wel opgelucht toen ik uiteindelijk vertrok. Met mij ging het wel goed, maar Harm had ontzettend veel last van blaren en kreeg ook nog een ontsteking aan zijn scheenbeen. Hij dacht diverse keren aan opgeven. We sliepen in een daklozenhuis in Tienen, België, en daar was Philip Henrique, een Spanjaard, die een oplossing wist. Hij verhitte een naald en stak die met een draad door de blaren. De draad liet hij zitten zodat het vocht eruit kon lopen. Sindsdien ging het steeds beter met Harm en hij vertelde hoe gelukkig hij was dat hij geen pijn meer had.’ Haantjesgedrag ‘Harm en ik hebben niet altijd samen bij elkaar gelopen, er zat ook wel eens honderd meter tussen. Ieder liep dan zijn eigen camino. Harm dacht vaak aan zijn overleden moeder. Tijdens haar leven had hij niet zo’n goed contact met haar, maar dat werd tijdens het lopen steeds beter. Het was alsof zijn moeder zei: “Jij gaat samen met Wim Santiago halen.”
Jubileum
Wim Smit (rechts) en zijn maat Harm Draisma. Foto: JJFoto/Tom Ruiter, met vriendelijke toestemming beschikbaar gesteld
Er waren ook wel eens ergernissen. Harm en ik zijn al twintig jaar vrienden, maar als je 24 uur per dag bij elkaar bent, krijg je toch haantjesgedrag. De een weet het beter dan de ander en dan krijg je irritaties. Ik kon nog wel eens impulsief uit de hoek komen en daar reageerde Harm dan weer op. We waren nog maar in België en zeiden tegen elkaar: dit moet opgelost worden, want zo halen we Santiago niet. We hebben toen een goed gesprek met elkaar gevoerd en benoemd wat ons aan elkaar irriteerde.’ Dip ‘Tijdens zo’n lange reis kom je wel eens in een dip. Je vraagt je dan af: ben ik nog wel normaal en waar zijn we eigenlijk mee bezig? In Frankrijk liepen we eens door een bos en we zeiden tegen elkaar: als hier nu een TGV stond, wa-
ren we zo thuis. Het doorzettingsvermogen en de wil om Santiago te halen, gaven ons echter steeds weer kracht. En voor mij waren de telefoongesprekken met Tiny heel belangrijk. Ze wist me door positieve woorden weer te motiveren. Verder zijn Harm en ik door het lopen meer tot elkaar gekomen. Harm is wat meer gesloten dan ik en als we dan na het wandelen aan een bakje koffie zaten, vertelde hij openhartig over wat hem raakte en daardoor kreeg ik een andere kijk op hem. Van Harm heb ik onderweg geleerd rustig te blijven en niet in paniek te raken als er dingen verkeerd gingen.’ Houten bek ‘We hebben via het genootschap de route gekregen. Die rood-witte markering was wel makkelijk, maar maakte je ook lui. Zo kwamen
De Jacobsstaf 90/91 | 47
Jubileum
we er na Den Bosch achter dat we richting zo blij. Toen we uit het bos waren, kwamen we Maastricht aan het lopen waren in plaats van langs een boerderij waar twee gevaarlijke honnaar Postel. Na verloop van tijd ga je je daar den op ons af renden. Harm bewoog zijn stok niet meer druk over maken. Je bent onderweg en de honden dropen af. Die staf heeft ons dus en hebt nog alle tijd. gered. We hebben hem later Jacobus genoemd.’ In Nederland en België was het gemakkelijk om onderdak te vinden, maar in Frankrijk Spiritueel werd dat een stuk moeilijker. We leerden dat ‘Ieder mens die dat wil kan spiritueel zijn. veel mensen in dorpen overdag in de stad werAls je naar jezelf en de dingen wilt kijken. Als ken, dus je zag daar niemand op straat. Maar we dat allemaal zouden doen, zou de wereld wat mij wel is bijgebleven: vraag een Franser anders uitzien. Met Jacobus hadden we in man je te helpen en hij doet het. Zo was er een eerste instantie niet zoveel. We wisten er ook pastoor die ons een kamer aanbood met twee niet zoveel vanaf. Totdat we op de camping stoelen en één bed. Harm en ik hebben toen in Vézelay een Nederlandse auto zagen staan. gedobbeld om te beslisDie bleek van Joop sen wie de matras kreeg van der Meulen (red.: en wie de spiraal. Het ‘Ieder mens neemt van alles mee schrijver van het boek is behelpen, maar het in zijn rugzak van het leven’ Praktisch pelgrimeren) is toch schitterend dat en zijn vrouw Mieke te iemand je een slaapzijn. Mieke heeft ons plaats aanbiedt? We sliepen soms in kloosters de legende van Jacobus verteld. Sindsdien bedie ontzettende smerig waren, maar dat hoort tekende dat ook meer voor ons. Harm riep de er allemaal bij. In één klooster zat de geestelijke apostel nog wel eens aan. Bijvoorbeeld: “Hé, in het midden aan tafel en hij schepte alleen Jacobus, het gaat toch niet regenen?” Het leek voor zichzelf en Harm op. Ik vroeg: heb ik een wel of dat hielp.’ houten bek? Dat is toch geweldig dat je dat allemaal meemaakt. Cultuurschok Het deed me wel weer terugdenken aan mijn ‘Er is een groot verschil tussen het lopen in jeugd. We moesten elke dag voor school naar Frankrijk en Spanje, echt een cultuurschok. In de kerk. Dat vond ik eerlijk gezegd te veel. Frankrijk zijn we in totaal tien pelgrims tegenSchool, werk en kerk, iets anders was er niet. gekomen, maar in Spanje leek het wel de vierIk respecteer iedereen die gelooft, maar ik heb daagse. In Frankrijk sliepen we meestal met voor mezelf besloten daar wat afstand van te zijn tweeën en nu ineens met soms wel vijftig of nemen. Ik geloof in mezelf en de dingen die ik honderd man. We waren ook gewend om onze doe. Ik heb een vriend die kanker heeft en geeigen dag in te delen. In Frankrijk vertrokken lukkig nog leeft. Voor hem heb ik ook de tocht we meestal tegen negen uur en nu werden we gelopen. soms al om vijf uur wakker doordat er iemand Er zijn ook bijzondere ervaringen. We liepen met een zaklamp in je gezicht scheen. Maar we in Frankrijk door een bos en daar lag een stok hebben geleerd ons aan te passen aan de omop de grond. Harm voelde dat hij als het ware standigheden en dan is dat geen probleem. op zijn schouders getikt werd, als teken die We hebben ook met pelgrims uit allerlei lanstok op te pakken. Het was een mooie staf met den gesproken en dan merk je dat er een verallerlei tekens erop en Harm was als een kind broedering is omdat je allemaal met hetzelfde
48 | De Jacobsstaf 90/91
Jubileum
bezig bent. Je leert je ook open te stellen voor anderen. Het maakt dan niet meer uit of mensen uit Amerika, Duitsland of Slovenië komen.’ Rugzak geleegd ‘Je kunt van tevoren niet zeggen wat je van de camino verwacht, maar hij heeft mijn leven wel veranderd. Er zijn 54 jaar op zijn kop gezet. Ieder mens neemt van alles mee in zijn rugzak van het leven. De mijne is in 54 jaar gevuld en tijdens de camino heb ik hem geleegd. Ik laat me niet meer triggeren door de buitenwereld. Ik kom tijdens mijn werk en hobby’s veel in aanraking met andere mensen. Vroeger liet ik me nog wel eens beschadigen door wat anderen zeiden. Ik dacht dan dat het mijn schuld wel zou zijn. Als mensen mij nu een lul vinden, denk ik: goed, dat is dan jouw mening. Of soms vraag ik: waar baseer je dat op? Het raakt me echter niet meer.’ Geen bijzonder gevoel in Santiago ‘Harm had er een ander gevoel bij, maar voor mij viel de aankomst in Santiago tegen. Het gaf mij geen fantastisch gevoel. Ik belde Tiny en die was meer geëmotioneerd dan ik. Zij had haar eigen camino gelopen. Ze was naar het concert van Simone Awhina geweest en had het boek van Hape Kerkeling gelezen. Uiteindelijk vond zij ook rust. Zij heeft de camino met me kunnen delen en dat is heel mooi, want ze had het ook niet hoeven doen. Het is mooi dat wij van onze vrouwen zo lang van huis mochten. Dat wordt wel eens vergeten. Veel mensen begrijpen hier niets van of vragen of wij soms een slecht huwelijk hebben. Ik zou nog wel eens samen met Tiny van SaintJean-Pied-de-Port naar Santiago willen lopen om dat speciale gevoel te delen. Voor mij was Santiago niet speciaal. De ontmoeting met de mensen die de camino hadden gelopen maakte Santiago wel speciaal. We heb-
ben de bus naar Fisterra genomen en daar op de rots onze kleren verbrand. We hadden toen telefonisch contact met Joop, die onze website heeft bijgehouden en dat was wel emotioneel. We hadden met zijn drieën de camino gedaan. Wij met onze voeten en hij met zijn handen. Dat gaf een extra dimensie aan onze tocht. Daarbij vergeleken was Santiago niets. In Fisterra hebben we pas de camino afgesloten.’ Leven na de camino ‘De camino is een geweldig leerproces geweest. Ik raad het eenieder aan die in een moeilijke situatie zit. Bij terugkomst kreeg ik het boek van Simone Awhina waarin ze vertelt hoe ze twee geliefden verloor en hoe ze uiteindelijk toch weer de kracht vond verder te gaan. Ik zou daar nog wel eens met haar over willen praten. Ik weet niet of ik nog eens de camino ga lopen. In ieder geval niet meer vanuit huis. De Kilimanjaro beklimmen lijkt me ook nog wel wat. Het is niet altijd gemakkelijk om na de camino je draai weer te vinden. We leven in een maatschappij van ikke, ikke en de rest kan stikken. Verder is er altijd de haast op mijn werk. Inmiddels heb ik geleerd zelf te bepalen wat ik doe, ook al zeggen tien bazen dat het anders moet. Ik weet dat ik het goed doe en dat is voor mezelf heel belangrijk. Het lopen van de camino was vaak schitterend. Je loopt in de natuur en dan komt ‘s ochtends de zon op boven de bergen. Het is muisstil, je hoort alleen de krekels en je denkt: wat geweldig dat ik hier mag lopen. Ik probeer dat gevoel vast te houden als ik ’s ochtends om half zeven langs het kanaal naar mijn werk fiets. Dan denk ik: wat is dit mooi! Geniet van het @ leven!’
De Jacobsstaf 90/91 | 49
Het Genootschap
Regioberichten Zuidoost - Brabant Onze voorzitter, Wim Golstein Brouwers, mocht ruim zestig leden en belangstellenden verwelkomen tijdens de voorjaarsbijeenkomst op 26 maart in Neerkant. Uit het grote aantal bleek wel dat het thema – de fietsende pelgrim – een schot in de roos was. In drie sessies werden verschillende aspecten van de fiets en de fietser belicht. Jules de Corte nam het technische gedeelte voor zijn rekening. Op een duidelijke, aanschouwelijke manier kwamen alle onderdelen van de fiets aan de orde. Hij kwam met praktische tips over onder andere zithouding, zadel, stuur, remmen en banden. Ook het onderhoud en reparaties werden niet vergeten. Ter geruststelling gaf Jules aan dat het niet per se een dure fiets hoeft te zijn. Ook op een goedkoper exemplaar kun je de tocht naar Santiago volbrengen. Wel blijven trappen natuurlijk. Albert de Jong was onze gids om de diverse routes te bezien. De meest gebruikte routes: De St. Jacobs fietsroute en Langs oude wegen werden met elkaar vergeleken. Het belangrijkste onderdeel van deze sessie was de uitleg over het gebruik van een gps-systeem. De voordelen voor de pelgrimerende fietser zijn vooral: het is exact – een fout wordt snel hersteld –, je kunt ver vooruitzien en door in te zoomen is het heel nauwkeurig. Dit alles zorgt voor veel rust onderweg. De routes zijn makkelijk te downloaden. Een routeboekje zou eventueel als achtergrondinformatie kunnen dienen. Johannes Bellemakers gaf in zijn betoog goede tips en raadgevingen over (fiets)kleding en voeding. Hij benadrukte nog maar eens dat een minimale bepakking voldoende is. Een stel fietskleding is genoeg. Wel iedere avond
50 | De Jacobsstaf 90/91
even wassen. Het verhaal van Johannes werd opgeluisterd met persoonlijke belevenissen uit zijn eigen pelgrimages. Zo wist ook hij ons een uur lang van begin tot eind te boeien (voor verdere verhalen zie ook www.johannesopdefiets.nl). In het slotwoord van Wim werd iedereen bedankt voor zijn komst. De sprekers werden bedankt voor hun inzet en de organisatie van deze geslaagde dag. Ten slotte wees Wim nog op de Camino der Lage Landen, waaraan onze regio eind september invulling geeft. En toen was er tijd voor een Café SaintJacques, waarin onder het genot van een glaasje de indrukken van deze dag nog eens werden besproken. Frans Berkers Den Bosch In de stromende regen arriveren we 24 juli bij het Museum voor Religieuze Kunst in Uden. Het blijkt dat de echte pelgrim zich niet laat afschrikken en zo is rond acht uur de groep compleet. Antje legt uit welke route we naar Veghel volgen en na wat huishoudelijke mededelingen gaan we op pad. Vanaf het museum lopen we langs het oude spoortraject tussen Uden en Veghel. We arriveren rond half tien bij het klooster van de Zusters Franciscanessen der Onbevlekte Ontvangenis van de Heilige Moeder Gods waar we de mis bij zullen wonen. We hangen alle natte spullen aan de kapstok en als een ieder zich een beetje gefatsoeneerd heeft, gaan we naar de kapel van het klooster. Daar draagt pastor Biemans de mis op en tijdens deze dienst komen Jacobus en het pelgrimeren veelvuldig aan de orde. Na de mis drinken we in de aula van het klooster samen met de zusters en andere be-
Het Genootschap
zoekers een kopje koffie met een heerlijk stuk vlaai. De naamdag van Jacobus mag tenslotte gevierd worden! Na een uur nemen we hartelijk afscheid van de zusters en bedanken we hen voor de gastvrijheid. We stappen gewapend met regencapes en paraplu’s de regen weer in, door het centrum van Veghel naar Mariaheide. Aan de rand van Mariaheide gaan we het voormalige spoorlijntje weer op richting Uden. Bij het Museum voor Religieuze Kunst krijgen we een lekkere warme kop koffie of thee en
genieten we van onze meegebrachte lunch. Niet iedereen gaat daarna de tentoonstelling bekijken en dus bedankt Antje iedereen voor de aanwezigheid en gezelligheid. Degenen die willen, bekijken daarna de tentoonstelling over Santiago en rond half vier wordt de dag afgesloten. Ondanks de vele regen kijken we terug op een fijne en saamhorige viering van de naamdag van Jacobus. Piet en Antje van den Tillaart
Leden van de regio Den Bosch aan de koffie.
De Jacobsstaf 90/91 | 51
Het Genootschap
Caminofestival als afsluiting jubileumjaar 2011 Dat 2011 voor het Nederlands Genootschap van Sint Jacob een bijzonder jaar is vanwege het vijfentwintigjarig jubileum zal u niet zijn ontgaan. Het jubileumjaar is in november 2010 van start gegaan in Schoorl en met de overhandiging van de staf en het gouden boek is in regio Breda/Tilburg de Camino der Lage Landen begonnen. Velen van u hebben onderweg meegelopen of gefietst en via de website hebt u de Camino der Lage Landen goed kunnen volgen. Ook hebt u zich aan kunnen melden voor de wetenschappelijke conferentie op vrijdag 18 maart 2011. Onder het motto Pelgrimeren naar Santiago: eeuwenoud en eigentijds hebt u kunnen luisteren naar interessante sprekers onder leiding van Herman Vuijsje. Het spetterende voorjaarsfeest de dag daarop met bijna duizend bezoekers onder een stralend zonnetje rondom het Domplein zal nog vers in het geheugen liggen. De Camino der Lage Landen liep en fietste onverdroten verder door de regio’s met prachtige etappes en inspirerende ontmoetingen en verrassingen onderweg. Nu gaan we naar de finale met op 2, 3 en 4 november het internationale congres met vele buitenlandse gasten. Slotmanifestatie Als slot volgt op zaterdag 5 november dan het Caminofestival in combinatie met de najaarsbijeenkomst en algemene ledenvergadering. Meldt u hiervoor snel aan, want ook nu weer is de capaciteit beperkt. Aanmelden is verplicht en u kunt maximaal één introducé meenemen.
52 | De Jacobsstaf 90/91
Locaties De activiteiten vinden plaats in de Nicolaïkerk, Centraal Museum en Museum Catharijneconvent in Utrecht. Bij de bevestiging van uw aanmelding worden de tijd, locatie en adres vermeld. Neem deze bevestiging mee, het is uw toegangsbewijs voor de verschillende activiteiten. Programma Informatie- en kunstmarkt Vanaf 9.30 uur wordt u ontvangen met koffie of thee in de Nicolaïkerk. Om 10.00 uur vindt daar de feestelijke opening plaats door voorzitter Joost Bol. Hierna wordt om 10.15 uur de informatie- en kunstmarkt geopend, waar u de gelegenheid heeft om meer dan vijftig kramen te bezoeken. Op de informatiemarkt kunt u antwoord krijgen op al uw vragen. Op de kunstmarkt kunt u kennis nemen van wat zoal door onze leden aan handwerk, foto’s, schilderijen en meer is gemaakt. Wilt u zelf aan de kunstmarkt deelnemen, meld u dan aan bij Sonja Brouwer (e-mail:
[email protected]), zodat voor u een plaatsje wordt gereserveerd op deze markt. De informatie-en kunstmarkt duurt tot 13.30 uur, dus zorg dat u hiervoor de tijd neemt. Informatie wandelaars en fietsers U wilt volgend jaar lopend of fietsend op pelgrimage? Dan kunt u tijdens deze informatiebijeenkomst horen wat er in de rugzak mee moet, wat thuis kan blijven, welke schoenen u kunt kiezen en welke route u kunt gaan. Voor de fietsers wordt verteld wat u moet weten om verstandig op tocht te gaan. De gezamenlijke bijeenkomst vindt plaats in de Refter van het Centraal Museum vanaf 10.30 uur.
Het Genootschap
Algemene ledenvergadering Ook om 10.30 uur staat de algemene ledenvergadering gepland, in het Auditorium van Museum Catharijneconvent (dus niet in de Nicolaïkerk!). De algemene ledenvergadering zal naast de verenigingszaken vooral in het teken staan van de afsluiting van het jubileumjaar. Bent u niet in de gelegenheid de bijeenkomst te bezoeken, dan kunt u de vergaderstukken apart aanvragen, zie hiervoor het aanmeldingsformulier of mail naar:
[email protected]. Tentoonstelling ‘Pelgrims: Onderweg naar Santiago de Compostela’ In Museum Catharijneconvent kunt u (en eventueel uw introducé) vanaf 11.00 tot 17.00 uur op eigen gelegenheid gratis de tentoonstelling bezoeken. Het is wel noodzakelijk dat u zich hiervoor aanmeldt. Na 15 oktober ontvangt u een schriftelijke bevestiging. Neem deze mee, het is uw toegangsbewijs voor het museum. Lunch Wilt u gebruik maken van de lunch, dan kan dat bij uw bezoek aan de tentoonstelling op eigen kosten in het museumrestaurant, of door deze vooraf te bestellen en af te halen vanaf 12.00 uur in de Nicolaïkerk. Caminofestival: Intocht Camino der Lage Landen Het is de bedoeling om met zoveel mogelijk leden om 13.00 uur te vertrekken vanuit de Nicolaïkerk richting de stadsgrens van Utrecht. Onder muzikale begeleiding van La Tuna de Maastricht lopen we gezamenlijk naar de plaats waar we de deelnemers aan de allerlaatste etappe van de Camino der Lage Landen zullen ontmoeten. Gezamenlijk lopen we dan de laatste kilometers van de Camino
der Lage Landen naar de Nicolaïkerk. Rond 14.30 uur volgt dan de huldiging in de Nicolaïkerk met de uitreiking van de eerste Compostela aan de persoon die de meeste kilometers heeft afgelegd. Of we alle Compostela’s kunnen uitreiken is de vraag, maar zo niet, dan worden deze achteraf aan alle betreffende deelnemers opgestuurd. De staf en de gouden boeken worden hierna overgedragen aan Museum Catharijneconvent om onderdeel te worden van de tentoonstelling. Wedstrijd Jacobalia In het kader van de Camino der Lage Landen zijn leden en regio’s op zoek gegaan naar ‘nieuwe’ Jacobalia in hun regio. Voor de regio die de meeste Jacobalia aanlevert en voor de drie meest originele Jacobalia stelt het bestuur prijzen ter beschikking. De uitslag van de wedstrijd wordt bepaald door een jury, bestaande uit Joost Bol namens het bestuur en Herman Gresnigt en Rijk Scheer, namens de werkgroep Geschiedenis en Cultuur. Presentatie boeken Met gepaste trots worden twee boeken gepresenteerd. Als eerste de routegids Jacobswegen in Nederland, uitgebracht door de werkgroep Pelgrimswegen Nederland onder leiding van Bram van der Wees. De tweede uitgave is een zogenoemde ‘dwarsligger’, ofwel een kontzakboekje met als titel Het geheim van de schelp. De weg van de geest met teksten ter overweging voor onderweg, geschreven en verzameld door Joop van der Meulen. Het geheel zal muzikaal worden opgeluisterd met de uitvoering van eigen gecomponeerde caminoliedjes onder leiding van Ruud Peerdeman en zijn ensemble CHANTY A GO bestaande uit negen muzikanten uit West-Friesland. Toneelvoorstelling Daarna volgt rond 16.00 uur de première van
De Jacobsstaf 90/91 | 53
Het Genootschap
het toneelstuk La Farce. Het idee is ontsproten aan het brein van Jan Galjé en heeft betrekking op de legende van de gehangene in Santo Domingo de la Calzada. Er is gebruik gemaakt van bestaande variaties. Zo is de manier waarop Henri Ghéon (1875-1944) de legende vertelde in La Farce du pendu dépendu herkenbaar. Maar er is ook gewerkt met nieuwe, eigen teksten. Gespeeld op een toneel voor de preekstoel van de kerk (van oudsher de plek waar religieus theater werd opgevoerd) wordt de kracht van de legende opnieuw ‘ontdekt’. ‘En misschien ook: het geloof in het wonder,’ aldus Peter Lintelo, dramaturg en regisseur van dit spektakel. Het stuk wordt uitgevoerd door leden van Regio Den Haag, de regio die ook financieel heeft bijgedragen. Ook ons Pelgrimskoor El Orféon werkt aan deze productie mee. Zeven spelers
en dertien figuranten, die de afgelopen maanden het stuk intensief hebben ingestudeerd, nemen aan dit bijzondere optreden deel. Na het toneelstuk zal het festival worden afgesloten met het Café Saint-Jacques. Geen ontmoeting met pelgrims eindigt zonder feestelijke afsluiting met een goed glas en een heerlijk hapje. Ook hier zal de muzikale noot van La Tuna en CHANTY A GO niet ontbreken. Voorzitter Joost Bol zal met een toast op ons genootschap ons jubileumjaar afsluiten. De werkgroep bestaande uit Bas en Sonja Brouwer, Boudewijn van Weel, Gerard Goudriaan, Tijmen Stoof en Ton Aarts, verheugt zich op uw komst. Uw vragen, reacties en suggesties kunt u mailen aan Bas Brouwer:
[email protected].
Stichting Pelgrimsvrienden van Sint Jacob Dit voorjaar heeft het bestuur van de stichting een paar wijzigingen ondergaan. Diedrick Jansen is in het bestuur gekomen als secretaris. Hij volgt Adrie Dik op die het bestuur heeft verlaten. Het bestuur van de stichting wil Adrie heel hartelijk bedanken voor alles wat zij vooral in de opstartfase voor de stichting heeft gedaan. Daarnaast is namens het bestuur van het genootschap Bas Brouwer in het bestuur gekomen. Het bestuur is nog op zoek naar uitbreiding met een deskundige op het terrein van P.R. en communicatie. In het voorjaar is de leden van het genootschap om donaties gevraagd ten behoeve van een bijdrage van de Stichting Pelgrimsvrienden aan de jubileumtentoonstelling in het Catharijneconvent. Een kleine 100 leden hebben gereageerd. Alle donateurs willen wij hartelijk 54 | De Jacobsstaf 90/91
danken voor hun gift. Mede dankzij deze donaties kon de Stichting Pelgrimsvrienden een bijdrage leveren van €12.500 aan de jubileumtentoonstelling. Dit najaar werkt het bestuur aan verdere vergroting van haar bekendheid, onder meer door de verbetering van de website van de stichting. Daarnaast werkt het bestuur aan de ontwikkeling van een reglement voor de afhandeling van verzoeken om een financiële bijdrage vanuit de Stichting Pelgrimsvrienden. Tijdens de ledenvergadering op 5 november in Utrecht is het bestuur aanwezig. Mocht u vragen hebben aan de Stichting Pelgrimsvrienden, aarzelt u dan niet om ons aan te spreken. Het bankrekeningnummer van de stichting is: 5981493 Diedrick Jansen, secretaris
Het Genootschap
Uitnodiging voor de vijftigste Algemene Ledenvergadering op 5 november 2011 te Utrecht Of het precies de vijftigste algemene ledenvergadering is? Helemaal zeker weten we het niet, maar als we twee keer per jaar met zijn allen vergaderen, zou dit wel zo moeten zijn. Hoe dan ook, we willen er dit keer een bijzondere gebeurtenis van maken. Uiteraard zijn er de verplichte figuren als het vaststellen van de begroting 2012 en het benoemen van nieuwe bestuursleden. Maar we willen er vooral een feestelijke festijn van maken als afsluiting van ons jubileumjaar. Alle tienduizend leden worden dan ook van harte uitgenodigd. De vergadering vindt plaats in het Auditorium van Museum Catharijneconvent (dus niet in de Nicolaïkerk!) en duurt van 10.30–11.30 uur. Als u de vergadering wilt bijwonen, kunt u zich opgeven via de adresdrager bij deze Jacobsstaf of via www.santiago.nl. U ontvangt dan de vergaderstukken. Het is ook mogelijk de vergaderstukken op te vragen als u niet naar de vergadering gaat.
Agenda 1. Opening en terugblik op jubileumjaar door voorzitter Joost Bol 2. Mededelingen 3. Bespreken en vaststellen notulen algemene ledenvergadering d.d. 19 maart 2011 4. Vaststellen Jaarverslag 2010 van ons genootschap 5. Begroting 2012 6. Voordracht en benoeming nieuwe bestuursleden 7. Toelichting stand van zaken en plannen stichting Pelgrimsvrienden van Sint Jacob door de secretaris Diedrick Jansen 8. Rondvraag 9. Sluiting Voor meer informatie over de najaarsbijeenkomst, zie pagina 52 van deze Jacobsstaf of www.santiago.nl. André Brouwer, secretaris
Advertentie
“Hebt u plannen voor een pelgrimstocht naar Santiago, of gaat u misschien hospitaleren?” Jammer hè, als u de taal niet spreekt! Voor onze lessen
“Spaans voor Santiagogangers en hospitaleros” in Utrecht zoeken we nog deelnemers, zowel beginners als gevorderden. Ook conversatielessen voor gevorderden zijn mogelijk.
Interesse? Bel Corrie Stalenhoef, tel. 030-29 44 992
De Jacobsstaf 90/91 | 55
Het Genootschap
SCHA T O O PV N E
Vacature hoofdredacteur (m/v) Jacobsstaf
RLANDS E D G E N
SINT JAC O B AN
De Jacobsstaf is het kwartaalblad voor en door leden van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob en vervult een belangrijke rol in de informatievoorziening van het genootschap. Het blad wordt door een klein en gemotiveerd team gemaakt en voldoet in een grote behoefte.
Vanwege het vertrek van Joop van der Schoor per 1 oktober 2011 is de redactie op zoek naar een nieuwe inspirerende en enthousiaste hoofdredacteur (m/v). Taken: - voorzitten van de redactievergaderingen (minimaal 4x per jaar); - verzamelen van de ontvangen kopij en beheer van het archief; - in overleg met de overige redactieleden beoordelen van de kopij; - in overleg met de overige redactieleden aandragen van ideeën voor artikelen; - met enige regelmaat een bijdrage leveren aan de inhoud van de Jacobsstaf; - contacten onderhouden met overige werkgroepen binnen het genootschap en met (potentiële) auteurs. Competenties (in willekeurige volgorde): - goed kunnen samenwerken; - journalistieke affiniteit; - leidinggevende, motiverende en inspirerende capaciteiten; - goede communicatieve (mondeling en schriftelijk) vaardigheden; - ervaring hebben met vrijwilligerswerk; - affiniteit met pelgrimeren en het genootschap.
2 5 JA A R
Lijkt het u leuk om ieder kwartaal weer een mooi blad te maken? Of kent u een geschikte kandidaat? Meld u dan voor 15 oktober aan bij, of neem contact op voor meer informatie met de huidige hoofdredacteur Joop van der Schoor (06-12149532, e-mail
[email protected]) of bij eindredacteur Jasper Koedam (024-3562930, e-mail
[email protected]). Advertentie
56 |
De Jacobsstaf 90/91
Het Genootschap
Hospitaleren in Roncesvalles in 2012 Toe aan een nieuwe uitdaging? Wie weet vormt het werken als hospitalero/a in de spiksplinternieuwe herberg in Roncesvalles een mogelijkheid! Het is niet alleen leuk, maar ook zinvol werk, in een prachtige omgeving. Dit voorjaar is de nieuwe pelgrimsherberg geopend. Er is plaats voor 180 pelgrims. Het gebouw is schitterend gerenoveerd. Je begrijpt dat op een plek waar zoveel mensen verblijven heel wat werk te verrichten is! In drukke periodes is de oude herberg Itzandegia ook nog in gebruik. Vanaf 15 mei 2003 zijn er al leden van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob als hospitalero voluntario behulpzaam bij de opvang van pelgrims in Roncesvalles. Ook voor 2012 zijn wij blij met nieuwe vrijwilligers die ons team van hospitaleros willen komen versterken! Uiteraard zijn daar wel een
paar voorwaarden aan verbonden: - minimaal twee weken beschikbaar zijn; - goed kunnen samenwerken; - van aanpakken weten; - over een goede gezondheid beschikken. Het hospitaleerseizoen loopt globaal van half maart tot half november. Je werkt in groepen van zes personen, waarvan minimaal één de Spaanse taal redelijk beheerst. Met elkaar run je de opvang van pelgrims. Lijkt het je wat? Neem dan contact op met het secretariaat van de Werkgroep Herbergen van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob,
[email protected]. Voor meer informatie kun je ook terecht op de website www.santiago.nl. Werkgroep Herbergen
De Jacobsstaf 90/91 | 57
Het Genootschap
Eerste lustrum Refugio Jacobsmantel in Breda Het is zo eenvoudig hospitalero te zijn, je hoeft er alleen maar te zijn, alhoewel: Zolang er pelgrims zijn, zijn er mensen die zich bekommeren om hun welzijn. Verschillende pelgrims nemen uit dankbaarheid voor de onderweg genoten gastvrijheid het initiatief om te gaan hospitaleren of zelf een herberg te beginnen. Zo startte ik vijf jaar geleden met Refugio Jacobsmantel op het prachtige Begijnhof in Breda. Hier worden pelgrims met open armen ontvangen voor informatie, een stempel op hun credencial of zelfs voor een overnachting. In vijf jaar tijd hebben nu zo’n tweehonderd pelgrims van deze mooie plek kunnen genieten. Het eerste lustrum is dus een feit. Er staat altijd iemand klaar om de pelgrim op te vangen of bij te staan en te verzorgen, mocht mijn eigen gezondheid het laten afweten. Genoeg goede mensen op de pelgrimsweg, je moet er alleen maar voor open staan! Als hospitalero geef je uitleg over de te volgen route en luister je naar zijn verhaal. Hier in Nederland is dat meestal het (zware) vertrek. Je hoort de woorden je voelt de waarde van wat er gezegd wordt je proeft de atmosfeer je ziet de intentie waarmee het gezegde geuit wordt en je ruikt de spanning die iemand ervaart. Zelf heb ik alle soorten overnachtingen mogen meemaken. Met het tentje in de vrije natuur of bij de boer op het voorerf. Van privéadressen, jeugdherbergen en pelgrimsrefugio’s tot
58 | De Jacobsstaf 90/91
kleine hotels. Het is niet hierdoor dat ik thuis de pelgrim een slaapplaats wil aanbieden. Het is meer het gevoel dat ik een opdracht te vervullen heb. Noem het een roeping! Reizen is zijn Hart losrukken van het beminde, fier en onbevreesd, om het weer te vinden, schoner dan het ooit tevoren is geweest. Bertus Aafjes Het eerste lustrum wordt gevierd van 2 tot en met 11 december 2011. Op vrijdag 2 december is er om 12.00 uur een viering in Kapel Begijnhof, met als voorganger René Heinrichs. Om 13.00 uur wordt in de Begijnenzaal de tentoonstelling geopend met kunstwerken over de camino. Verder speelt het carillon caminoliederen en wordt er misschien een kaarsjeslabyrint uitgezet. Voor meer informatie: Maria van Hassel-Maas, 06 43 83 4114.
Het Genootschap
Pelgrimsweekends 2011- 2012 in Vessem In het het weekend van 23 en 24 september 2011 vindt weer een reünieweekend plaats op de pelgrimshoeve Kafarnaüm in Vessem. Deze dagen zijn speciaal gericht op mensen die onderweg zijn geweest. Verder staan voor 2011 de volgende pelgrimsweekends gepland: 28-29 oktober en 25 -26 november. In 2012: 27-28 januari, 24-25 februari, 23-24 maart. Deze weekenden zijn be-
doeld voor wandelaars en fietsers. Er kunnen maximaal twaalf personen aan deelnemen. Bij meer inschrijvingen wordt, indien mogelijk, een extra weekend gepland. U bent van harte welkom in Pelgrimshoeve Kafarnaüm in Vessem, de pleisterplaats voor pelgrims in Nederland.
Agenda 22 oktober 5 november 19 november
Regiobijeenkomst Bollenstreek/Rijnland te Hillegom Landelijke najaarsbijeenkomst en Caminofestival te Utrecht Regiobijeenkomst Limburg te Roermond
Advertentie
De Jacobsstaf 90/91 | 59
Het Genootschap
Het Compostelaregister Ieder kwartaal worden in de Jacobsstaf de ontvangen aanvullingen op het Compostelaregister gepubliceerd. Wanneer u, na thuiskomst uit Santiago, een kopie van de Compostela inzendt aan het genootschap dan wordt deze opgenomen in het Compostelaregister en vermeld in de Jacobsstaf. Stuur dan tevens de ingevulde achterkant mee van de brief die u bij de pelgrimspas ontving met gegevens over de gevolgde route en de reiswijze. U kunt dan ook de Jacobsspeld bestellen. Hebt u de brief niet meer pluk deze dan van de website: www.santiago.nl/pdf_files/ compostela_formulier.pdf of vraag een formulier aan bij de Ledenservice (
[email protected]). Naam Woonplaats Aankomst Reis wijze 1990 Linden, Theo van der Horn 28-jul-1990 fiets 2002 Vreugdenhil-Testerink, Willy Ugchelen 18-jun-2002 fiets 2003 Staarink, Toon Gellicum 11-mei-2003 voet 2007 Rootselaar, Johan van Woerden 3-jul-2007 voet 2008 Staarink, Toon Gellicum 6-mei-2008 voet Meurs, Wim Maastricht 21-jul-2008 fiets Staarink, Toon Gellicum 1-okt-2008 voet 2009 Krevel, Th. van Boxmeer 27-mei-2009 fiets Theunissen, Peter Sittard 4-jun-2009 fiets Knaap, C.N.M. van der Den Haag 5-jun-2009 voet Moel-Kannekens, E.G. de Lelystad 23-jul-2009 fiets Clout, Wim Herten 19-sep-2009 voet 2010 Melger-Deelen, Willy Axel 10-mei-2010 fiets Burg-Gruijters, José van den Mierlo 18-mei-2010 voet Damad-Dekker, Gerarda Vosselaar(B) 21-mei-2010 voet Truijen, Toine Udenhout 27-mei-2010 voet Truijen-van ‘t Verlaat, Marjan Udenhout 27-mei-2010 voet Lautenslager, J.A.F.M. Heerlen 1-jun-2010 voet Lautenslager -v/d Wildenberg, B.B.M. Heerlen 1-jun-2010 voet Straten, Ad van Hoeven 10-jun-2010 fiets Straten-Damen, Anny van Hoeven 10-jun-2010 fiets Demandt, Jan Echt 12-jun-2010 fiets Smit, C.L. Leiden 14-jun-2010 voet Smits, Ulbe Hilversum 20-jun-2010 fiets Smits-Rozema, Hillie Hilversum 20-jun-2010 fiets Velden, Peter van der Heesch 21-jun-2010 fiets Pouw Kraan-van Emmerik, M.J.C. van der Hoogmade 2-jul-2010 fiets
60 | De Jacobsstaf 90/91
Naam Woonplaats Aankomst Reis wijze Vermeulen, J.Th. Reeuwijk 2-jul-2010 fiets Kolstee, Hugo Amsterdam 24-jul-2010 voet Lichtendahl, Frank Kampen 6-aug-2010 voet Pieterse, M.P.B. Langeraar 21-aug-2010 fiets Kousemaker, Jan Serooskerke 19-sep-2010 fiets Kousemaker-den Herder, Janny Serooskerke 19-sep-2010 fiets Stemerding, G.J.W.M. Enschede 28-sep-2010 fiets Kolk, Riëtte van der Zalk 5-okt-2010 voet Bruin, Peter de Heemstede 7-okt-2010 fiets Jonker, Albert Amsterdam 10-nov-2010 voet 2011 Pijnnaken, Pierre Leiden 8-mrt-2011 voet Slot, Christel Haarlem 19-mrt-2011 voet Mulder, Hans Den Haag 23-mrt-2011 voet Oversluizen, Saskia Den Haag 23-mrt-2011 voet Puijenbroek, Kees van Bussum 25-mrt-2011 voet Koop, Henk Veenendaal 26-mrt-2011 voet Aukema, Floris Soest 9-apr-2011 voet Mandigers, Paul De Bilt 9-apr-2011 voet Bakx, Paul Eindhoven 11-apr-2011 fiets Klaver, Minouche Amsterdam 11-apr-2011 voet Brügemann, Sjef Hollandsche Rading 17-apr-2011 voet Kremer, Ria Vaassen 17-apr-2011 voet Schevelier, Hannie Megen 17-apr-2011 voet Porte, W.B. de la Purmerend 18-apr-2011 voet Noordermeer, Ester Amersfoort 21-apr-2011 voet Wijngaart -Wennekes, Els van den Oude Wetering 23-apr-2011 voet Zalm, Michael van der Den Haag 23-apr-2011 voet Vermeulen, Tycho Castricum 24-apr-2011 voet Dormans, Peter Bunschoten-Spakenburg 27-apr-2011 fiets Elderhorst, Jan Bunschoten 27-apr-2011 fiets Amerongen, Ad van Eindhoven 30-apr-2011 fiets Roijendijk, F. Dongen 30-apr-2011 voet Staarink, Marcel Gellicum 30-apr-2011 voet Staarink, Michaël Rhenoy 30-apr-2011 voet
Het Genootschap
Staarink, Toon Gellicum Bergsma -Schoenmakers, G.P.W. Maarheze Schut, Aloys Baak Schut-Wassink, Trees Baak Koelman, Jan Vlijmen Boiten, Edwin Ossendrecht Kanne, Ron Houten Hoogland, Dolf Apeldoorn Huisman, Rosé Amstelveen Kallen, Patrick van der Den Haag Veenendaal, Nico Emmerich(D) Kruijf, Anton de Mijnsherenland Burremans, J.F.E. Ossendrecht Oirschot, Huub van Bergen(L) Paulussen, Carla Middelburg Rokven, H.C.B. Oisterwijk Roosenboom, Sjaak Gennep Roosenboom -de Jong, Marian Gennep Schellekens, J.H.J. Oisterwijk Blom, Joop Berkel-Enschot Burgmans, Ad Eindhoven Westerhout, Chris De Meern Westerhout, Corrij De Meern Beckers, Rini Delfgauw Clement -Suykerbuyk, Pauline Oudenbosch Herder, C.H.J. Hooglanderveen Meer, Johan van der Amersfoort Meer, Julia van der Amersfoort Robben, J.M. Wellerlooi Ruijven, Atie van Delfgauw Broers, Martin Breda Burg, Hennie van Linschoten Zandbergen, M.J.A. Venray Veldt, Ko van der Heemstede Borneman, Dorine Bergen op Zoom Bovenkamp, Aart van de Veenendaal Bovenkamp, Wim van de Veenendaal Cock, Astrid de Gouda Heemskerk, Floris Middelburg Kager, Jeroen Asten Saarloos, Marloes Amsterdam Siebesma, Pieter Gouda Verbeek, Frans Bergen op Zoom Oldengarn, Ed Apeldoorn Reijnders, Co Enkhuizen Rühl, M. Breda Schalkwijk, Ria Apeldoorn Scheffener, Willemien Bavel Versteeg, Adri Nunspeet Versteeg-Dam, Gerry Nunspeet Voermans, Ria Bavel Zanders, Wil Stevensweert Boekel, F.J. van Tilburg
30-apr-2011 voet 1-mei-2011 voet 1-mei-2011 voet 1-mei-2011 voet 2-mei-2011 fiets 6-mei-2011 voet 6-mei-2011 voet 8-mei-2011 voet 9-mei-2011 voet 10-mei-2011 voet 11-mei-2011 voet 12-mei-2011 voet 13-mei-2011 fiets 13-mei-2011 voet 13-mei-2011 voet 13-mei-2011 fiets 13-mei-2011 voet 13-mei-2011 voet 13-mei-2011 fiets 14-mei-2011 voet 14-mei-2011 voet 14-mei-2011 fiets 14-mei-2011 fiets 16-mei-2011 voet 16-mei-2011 voet 16-mei-2011 fiets 16-mei-2011 voet 16-mei-2011 voet 16-mei-2011 voet 16-mei-2011 voet 17-mei-2011 fiets 17-mei-2011 fiets 17-mei-2011 fiets 18-mei-2011 fiets 19-mei-2011 voet 19-mei-2011 fiets 19-mei-2011 fiets 19-mei-2011 voet 19-mei-2011 fiets 19-mei-2011 voet 19-mei-2011 voet 19-mei-2011 voet 19-mei-2011 voet 20-mei-2011 fiets 20-mei-2011 fiets 20-mei-2011 voet 20-mei-2011 fiets 20-mei-2011 voet 20-mei-2011 voet 20-mei-2011 voet 20-mei-2011 voet 20-mei-2011 voet 21-mei-2011 fiets
Crouwel, C.E. Hellevoetsluis 21-mei-2011 voet Lefèvre, H. Meers-Elsloo 21-mei-2011 fiets Oderkerk, Cees Den Helder 21-mei-2011 fiets Roessen, Cor Zoeterwoude 21-mei-2011 voet Kon-van de Rijken, Tiny Beekbergen 22-mei-2011 voet Mather, Arnoud Den Bosch 23-mei-2011 fiets Sondag, Harry Veghel 23-mei-2011 fiets Truijen, J.C.J. Weert 23-mei-2011 fiets Scheppingen, Sjors van Geertruidenberg 24-mei-2011 fiets Haandel, H.J. van Liessel 25-mei-2011 fiets Stadt, Ton van de Heemskerk 25-mei-2011 voet Stadt -Luimee, Suzanne van de Heemskerk 25-mei-2011 voet Akkermans, Jan Nieuwegein 26-mei-2011 voet Dumont, J.J.M. Maastricht 26-mei-2011 voet Sanders, Erik Maastricht 26-mei-2011 voet Zwanenburg, Cees Haarlem 26-mei-2011 fiets Starink, Gerhard Alphen a/d Rijn 27-mei-2011 fiets Voorberg, Ida Apeldoorn 27-mei-2011 voet Batenburg, Bert van Voorburg 28-mei-2011 fiets Gelderen, Frans van Vleuten 28-mei-2011 fiets Gelderen, Marijke van Vleuten 28-mei-2011 fiets Greve, A.M. Oost-Kapelle 28-mei-2011 voet Houtenbos, Jan Warmenhuizen 28-mei-2011 fiets Niemeijer, Klaas Vries 28-mei-2011 fiets Serraris, Kathleen Den Haag 28-mei-2011 voet Simmelink, Bart Utrecht 28-mei-2011 fiets Wulffele, Kees van Bussum 28-mei-2011 fiets Konings, Ans Oosterbeek 29-mei-2011 voet Male, Wim van der Burgh-Haamstede 29-mei-2011 fiets Tulder, Kees van Koudekerk a/d Rijn 29-mei-2011 voet Kruidhof, Ineke Eelde 30-mei-2011 fiets Otter, Theo den Zaandam 30-mei-2011 voet Pool-Kruidhof, Lidy Roden 30-mei-2011 fiets Verelst, Koen Winsum 30-mei-2011 fiets Elbers, Antonius Winssen 31-mei-2011 voet Hanegraaf, P. Winssen 31-mei-2011 voet Huson, Mieke Woerden 31-mei-2011 voet Leinweber, Dries Amsterdam 31-mei-2011 fiets Poels, Cees Oegstgeest 31-mei-2011 fiets Poels-Prickartz, Marga Oegstgeest 31-mei-2011 fiets Pronker, Han Woerden 31-mei-2011 voet Smeets, Johanna Tilburg 31-mei-2011 voet Groen, Daan Ried 1-jun-2011 voet Groen-Brandsma, Wytske Ried 1-jun-2011 voet Landheer, Iman Landsmeer 1-jun-2011 voet Landheer -Moscovici, Marga Landsmeer 1-jun-2011 voet Loontjens, Erik Maastricht 1-jun-2011 voet Mooren, H.H. Bergen op Zoom 1-jun-2011 voet Speelman, Hans Bussum 1-jun-2011 voet Speelman-Vlietstra, Jetty Bussum 1-jun-2011 voet Stallinga, Gert Lieren 1-jun-2011 fiets Kuijf, Anneke Almere 2-jun-2011 fiets
De Jacobsstaf 90/91 | 61
Het Genootschap
Oosterhout, Kees van Almere 2-jun-2011 Schram, Jan Hendrik-Ido-Ambacht 2-jun-2011 Schram-Beentjes, Marlies Hendrik-Ido-Ambacht 2-jun-2011 Boer, Yke de Appingedam 3-jun-2011 Ensing, Lies Haren(G) 3-jun-2011 Kruijff, E.J. Emmerich(D) 3-jun-2011 Ter Meer, Henk Waddinxveen 3-jun-2011 Laudy, Joep Sittard 4-jun-2011 Laudy-van Hoof, Ariane Sittard 4-jun-2011 Oostveen, Janny van Vianen 4-jun-2011 Veen, Lex van ‘t Vianen 4-jun-2011 Bastiaensen, Marice Breda 5-jun-2011 Cabri, Max Leiden 5-jun-2011 Knijn, Jack Haarlem 5-jun-2011 Brugge, Willibrord Diepenveen 6-jun-2011 Czerdus, Ulrike Venlo 6-jun-2011 Dieren, Huub van Steenderen 6-jun-2011 Dieren -Weterings, Thea van Steenderen 6-jun-2011 Laat, Jan de Venlo 6-jun-2011 Schweitzer, Laetitia Roden 6-jun-2011 Jong, Willem de Sassenheim 7-jun-2011 Leemans, Jo Oosterhout 7-jun-2011 Ligthart Schenk, Ingeborg Wolvega 7-jun-2011 Maurits, Jan Maastricht 7-jun-2011 Slof, Jan Oosterhout 7-jun-2011 Slof-Bol, Nellie Oosterhout 7-jun-2011 Stout, Herman Noordwijk 7-jun-2011 Stout-van de Made, Riet Noordwijk 7-jun-2011 Voskamp, Dick Maassluis 7-jun-2011 Voskamp, Joke Maassluis 7-jun-2011 Mettler, Gijs Schijdel 8-jun-2011 Mettler, Mariëtte Schijdel 8-jun-2011 Tongeren, Piet van Goirle 8-jun-2011 Tilborgh, Lia van Waspik 9-jun-2011 Griep, Paul Heeze 10-jun-2011 Petri, J. Amerongen 10-jun-2011 Smit, W.A.J.M. Koedijk 10-jun-2011 Boekema, Cor Eindhoven 11-jun-2011 Cents, Toon Heino 11-jun-2011 Cents-Elshof, Ria Heino 11-jun-2011 Geffen, Mari van Volkel 11-jun-2011 Hoogd, Ed de Breskens 11-jun-2011 Hoogd -Goedhart, Frieda de Breskens 11-jun-2011 Huijbregts, Annemiek Eindhoven 11-jun-2011 Baas, J.F.A. Bakel 12-jun-2011 Everards, Klaas Wijk bij Duurstede 12-jun-2011 Vugts, Jan Tilburg 12-jun-2011 Weiland, Alie Leeuwarden 12-jun-2011 Ettes, Piet Heemstede 13-jun-2011 Loeffen, Hans Njmegen 13-jun-2011 Sparreboom, Mark Vught 13-jun-2011
62 | De Jacobsstaf 90/91
fiets fiets fiets voet voet voet fiets fiets fiets voet voet voet voet voet fiets fiets voet voet fiets voet voet voet voet voet voet voet fiets fiets fiets fiets voet voet fiets voet voet fiets voet fiets fiets fiets voet voet voet fiets voet voet voet voet fiets fiets voet
Otter, Ad den Odiliapeel 14-jun-2011 Otter, Jan den Gemonde 14-jun-2011 Tiel-Schroeten, Paula van Eindhoven 14-jun-2011 Hadderingh, Egbert Garijp 15-jun-2011 Joosten, P.G. Bakel 15-jun-2011 Lawant, Annelies Rosmalen 15-jun-2011 Mols-Hofmann, Lenie Kerkrade 15-jun-2011 Snepvangers, Jan Molenschot 15-jun-2011 Snepvangers -Gevers, Corrie Molenschot 15-jun-2011 Spaandonk, Rob van Rosmalen 15-jun-2011 Verhoef-Fokkens, Saskia Baarn 15-jun-2011 Verleun, Clemens Veldhoven 15-jun-2011 Verleun -Mooyman, Madge Veldhoven 15-jun-2011 Els, Wim van Uden 16-jun-2011 Pronk, Frits Assen 16-jun-2011 Putten, Gerard van der Rotterdam 16-jun-2011 Suiveer, Hendrik Hoogezand 16-jun-2011 Velzen, Kees van Venray 16-jun-2011 Velzen -Huigen, Annie van Venray 16-jun-2011 Verkuijlen, Tineke Uden 16-jun-2011 Giessen -van Diepen, Annelies Tegelen 17-jun-2011 Hoven, Josefine van den Kaatsheuvel 17-jun-2011 Kerkdijk, Bart Delfgauw 17-jun-2011 Le Mair, Martie Schiedam 18-jun-2011 Sieben, Jacob Meppel 18-jun-2011 Winden, Gerard van Koudekerk a/d Rijn 18-jun-2011 Broekhuis, Leo Almere 19-jun-2011 Broens, Mieke Linschoten 19-jun-2011 Beerens-Pelders, Riki Tilburg 20-jun-2011 Caris, Hennie Nunhem 20-jun-2011 Huth, Joachim Nunhem 20-jun-2011 Oostrom-de Graaf, Marry Reeuwijk 20-jun-2011 Moel-Kannekens, E.G. de Lelystad 21-jun-2011 Nieuwlaat, Leo Roosendaal 21-jun-2011 Timmers, Jan Roosendaal 21-jun-2011 Arends, Henk Bemmel 22-jun-2011 Arends-Goorhuis, Annie Bemmel 22-jun-2011 Janse, Rinse Vlijmen 22-jun-2011 Aders, Bas Castricum 23-jun-2011 Backus, Frans Oosterhout 23-jun-2011 Turkstra, Andries Sneek 23-jun-2011 Tousain, Nico Den Bosch 24-jun-2011 Collignon, Harry Oosterhout 25-jun-2011 Janssen, Herman Raalte 25-jun-2011 Janssen, Jan Doornenburg 25-jun-2011 Janssen-Peters, Elly Raalte 25-jun-2011 Meurs, Wim Maastricht 25-jun-2011 Maes, Jan Stramproy 26-jun-2011 Dijt, Cees Den Haag 29-jun-2011 Marsman, Rob Angeren 29-jun-2011 Overvest, E.H.J. van Den Haag 29-jun-2011
voet voet voet fiets voet fiets voet fiets fiets fiets voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet fiets voet fiets fiets fiets voet fiets voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet voet fiets voet voet voet voet voet fiets fiets fiets fiets
Het Genootschap
Loenen, Rob van Rooij, Ellie van Daalmans, René Heuvel, M.M.J. van den Sleidrecht, Hanneke Verheijen, Noud Hoezen, Gerard Siepel, Koert Siepel -van Zutphen, Sophia Stigter, R.R. Wiersma, A.M. Kool, J.B.M. Surie, Tootje
Brummen Drunen Castricum Leerdam Castricum Velden Eindhoven Hengelo
30-jun-2011 30-jun-2011 1-jul-2011 1-jul-2011 1-jul-2011 1-jul-2011 2-jul-2011 2-jul-2011
fiets voet fiets fiets fiets voet voet fiets
Hengelo Doorn Doorn Curaçao Norg
2-jul-2011 3-jul-2011 3-jul-2011 5-jul-2011 5-jul-2011
fiets fiets fiets fiets voet
Theunissen, Peter Sittard Kerens, M.J.P. Geleen Kerens-Rademaker, M.J.P. Geleen Oversteeg, Annelies van Zennewijnen Rullmann, Harry Nijmegen Tol-Makkink, Philepien van der Bodegraven Crijns, Herman Amsterdam Crijns-Kruip, Gemma Amsterdam Graaf, Wil de Leusden Harst, Aat van der Leusden Knaapen, Mat Beek en Donk Delsink, Jan Doesburg Damad-Dekker, Gerarda Vosselaar(B)
5-jul-2011 6-jul-2011 6-jul-2011 7-jul-2011 7-jul-2011
voet fiets fiets voet voet
7-jul-2011 8-jul-2011 8-jul-2011 15-jul-2011 15-jul-2011 15-jul-2011 17-jul-2011 19-jul-2011
voet voet voet voet voet fiets fiets voet
Advertentie
Fietsvervoer Vanaf heden is ook fietsvervoer vanuit Rome mogelijk. www.fietsvervoer.nl Uw fiets retour vanuit Santiago de Compostela naar Nederland en België !
In samenwerking met Hotel México verzorgt Soetens Transport wekelijks het vervoer van fietsen en bagage vanuit Santiago de Compostela naar Vessem (NL). Vanuit het distributiecentrum in Vessem wordt uw fiets door heel Nederland en Vlaanderen thuis afgeleverd. U betaalt voor de verzekering, de stalling in Santiago de Compostela en het vervoer naar huis éénmalig € 119,-- incl. btw. Vraag naar de mogelijkheden.
SOETENS TRANSPORT Tel. 0031 (0)497 591673 kantoor gsm 0031 (0)653713539 fax 0031 (0)497 541076 e-mail:
[email protected] www.fietsvervoer.nl
De Jacobsstaf 90/91 | 63
Het Genootschap
Regioafdelingen Regio Amsterdam Noord-Holland benoorden ‘t IJ
Postcode 1000-1119 1160-1199 1300-1399 1420-1439 1120-1159 1440-1999
Regiocontactpersonen Masha Plasmans, Molenbeekstraat 6 hs, 1078 XC Amsterdam 020-6223625,
[email protected] Marja te Lintelo, Da Costastraat 86 E, 1053 ZR Amsterdam 020-6833272,
[email protected] Adrie Dik ,Oude Hoeverweg 1, 1817 BL Alkmaar 072-5128067,
[email protected] Rick van de Ven, Holleweg 58, 1851 KJ Heiloo 072-5340257,
[email protected]
Midden- Nederland Bollenstreek/ Rijnland
1200-1299 1400-1419 3600-3899 2000-2199 2300-2499
Fons Boink, Oude Arnhemseweg 373, 3705 MJ Zeist 030-6990212,
[email protected] Joop van Gool, Julianalaan 29, 1412 GR Naarden 035-6943982,
[email protected] Helmi van Ginneken,Langewerk 4, 2405 HK Alphen a/d Rijn 0172-416251,
[email protected] Annie Lohman, Hafkenscheidtlaan 52, 2191 BR De Zilk 0252-519860,
[email protected]
Den Haag Rotterdam
2240-2299 2500-2799 2800-3399
Jos Engels, Oosteinde 182, 2272 AH Voorburg 070-3872619,
[email protected] Aart en Mieke Ligthart, Bermweg 264, 2906 LH Capelle a/d IJssel, 010-4582365,
[email protected]
Utrecht-Zuid / Rivierengebied Zuid-west- Nederland Breda/Tilburg Den Bosch
3400-3599 3900-4299 4300-4799 4800-5199 5200-5499
Bram van der Wees, Poortstraat 83, 3572 HE Utrecht 030-2732300,
[email protected] Jos Notenboom, Parallelweg 47, 4107 NA Culemborg 0345-513363,
[email protected] Lies Wondergem, Oud Arnemuidsvoetpad 14, 4332 AP Middelburg,
[email protected] Frans de Valk, Rietdijk 7, 4316 AR Zonnemaire 0111-401431,
[email protected]
Zuid-Oost Brabant Limburg Arnhem/ Nijmegen Oost-Nederland Groningen/ Drenthe Friesland
5500-5799 5800-6499 6500-7099 7100-7799 8000-8299 7800-7999 9300-9999 8300-9299
Wim Golstein, Het Aangelag 18, 5513 BZ Wintelre 040-2053113,
[email protected] Frans Berkers, Sophiastraat 15, 5583 CA Waalre 040-2213826,
[email protected] Eugene Uiting, Roerdompstraat 11, 5941 JM Velden 077-4723024,
[email protected] Jan Houben, Veld-Oostenrijk 18, 5961 NW Horst aan de Maas 077-3982757,
[email protected]
64 | De Jacobsstaf 90/91
Toine Martens, Baakberg 66, 4707 RX Roosendaal 0165-854532,
[email protected] Frank van Boxtel, Biezenbeemd 15, 4907 EE Oosterhout 016-2470059,
[email protected] Piet en Antje v. d. Tillaart, Parkietendonk 3, 5467 DR Veghel 0413-340653,
[email protected]
Marc Koch, Europalaan 11, 6991 DA Rheden 026-4954467,
[email protected] Joop Kamphuis, Willem Barentszstr. 10, 6991 BC Rheden 026-4954001,
[email protected] John Vollenbroek, Prins Bernhardstraat 1, 7573 AM Oldenzaal 0541-523483,
[email protected] Jaap Middeldorp, Wijdeveldstraat 1, 9731 MX Groningen 050-3641980,
[email protected] Ineke de Jonge, Wijdeveldstraat 1, 9731 MX Groningen 050-5426220,
[email protected] Klaske Scholte, Burmaniastrjitte 3, 8633 KA Ysbrechtum 0515-420231,
[email protected] Elly Koopman, L. van Beekstrjitte 2, 8561 GJ Balk 0514-601134,
[email protected]
Colofon
De Jacobsstaf nr. 90/91 Jaargang 23 September 2011
Het Nederlands Genootschap van Sint Jacob is de vereniging van en voor belangstellenden in de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela in Galicië. Aanmelding voor het lidmaatschap dient te geschieden aan het adres van het Genootschap door inzending van het aanmeldingsformulier. Dit kan men opvragen bij het Informatiecentrum of downloaden van de website www.santiago.nl. Het lidmaatschap loopt uitsluitend per geheel kalenderjaar. Beëindiging dient vóór 1 december te worden gedaan per brief of e-mail:
[email protected]. De contributie bedraagt € 22,83 incl. het abonnement op de Jacobsstaf. De contributie voor een ‘inwonend lid’ bedraagt € 16,80 zonder de Jacobsstaf. Het eenmalige inschrijfgeld is € 11,78 per eerste lid per adres. Nieuwe leden ontvangen direct bij inschrijving gratis de pelgrimspas. De bedragen kunnen jaarlijks worden aangepast. Alle bedragen worden door het Genootschap automatisch geïncasseerd. Het Genootschap is gevestigd in het Huis van Sint Jacob: Janskerkhof 28A, 3512 BN Utrecht Tel: 030-2315391; Fax: 030-2318281 E-mail:
[email protected]. Website: www.santiago.nl Hier zetelt de ledenservice en de winkel, het informatiecentrum, de bibliotheek en het compostelaregister. Tevens is dit het vergadercentrum. Ook vindt hier de ledenadministratie plaats; e-mail:
[email protected].
regionale afdelingen. De indeling en de namen van de regiocontactpersonen staan elders in dit blad. De regiocontactpersonen vormen het meest directe contact van het Genootschap met de leden.
De openingstijden zijn: Maandag van 14 tot 16 uur, Donderdag van 14 tot 16 en van 19 tot 21 uur, Vrijdag van 10 tot 12 uur, Elke tweede en vierde zaterdag van de maand van 11 tot 15 uur.
De Jacobsstaf is het orgaan van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob en verschijnt viermaal per jaar. ISSN 0923-11458. © Nederlands Genootschap van Sint Jacob.
Het Informatiecentrum in Vessem is gevestigd in ’t Atelier van de Pelgrimshoeve Kafarnaüm, Servatiusstraat 11, 5512 AJ Vessem (NB). Het is geopend op elke tweede en vierde zaterdag van de maand van 11 tot 15 uur voor informatie over de tocht en aanmelding als lid. Bankgegevens Girorekening: 5151146 (Internationaal: IBAN: NL90PSTB0005151146 en BIC: PSTBNL21) Bankrekening: Rabobank Almere nummer 30.25.73.917 (Internationaal: IBAN: NL53RABO0303573917 en BIC: RABONL2U) t.n.v. Het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Bestuur van het Genootschap Joost Bol (voorzitter) André Brouwer (algemeen secretaris) Bas Brouwer (penningmeester) Adrie Dik, Herman Holtmaat en Daniëlle Lokin (leden) Ereleden J.H. van Kempen, J.M.A. van der Werff, A. van Wiechen, K.M.J. Dircksens, M.J.M. Madou Regio-afdelingen Het Genootschap heeft Nederland verdeeld in zestien
Werkgroepen Het Genootschap kent een aantal werkgroepen en commissies. Voor de juiste gegevens wordt verwezen naar www.santiago.nl
Redactie Joop van der Schoor (hoofdredactie), Jasper Koedam (eindredactie), Rony de Jong (bureauredactie), Tieleke Huijbers (fotoredactie) en André Brouwer. Redactieadres Elzenstraat 59, 5306 XK Brakel. E-mail:
[email protected] Druk & grafische verzorging Drukkerij Berne BV, Heeswijk Aanwijzingen voor de auteurs Bijdragen voor de Jacobsstaf dienen digitaal in Word, gezonden te worden aan
[email protected]. Voor artikelen geldt als richtlijn een maximumlengte van 1800 woorden; voor de regioberichten geldt een maximum van 300 woorden per regio. Voeg de illustraties apart toe als jpg-bestand, minimaal 500 kb. Geef in de tekst de plaats van de illustraties aan en voeg apart een lijst met bijschriften toe. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Meningen en feiten zoals die door auteurs worden weergegeven, vallen buiten verantwoordelijkheid van redactie en uitgever. Advertenties kan men inzenden via het redactieadres. Losse nummers zijn, indien nog leverbaar, via het Informatiecentrum te bestellen.
door de eeuwen heen waren er pelgrims op weg is het verlangen?