Jacobsstaf 78
de
mei 2008
Fluitend op de fiets De weg van de stilte Pelgrimeren in Polen
Voorwoord Het Genootschap verhuist! Op de omslag van deze Jacobsstaf prijkt dan ook ons nieuwe onderkomen in de Janskerk te Utrecht. Vanaf 1 juli kunt u hier voortaan terecht voor het Informatiecentrum en de vele andere voorzieningen en activiteiten van het Genootschap. Verderop leest u hierover meer. In dit nummer gaan herbergiers Huberta en Arno op zoek naar de stilte. Die vinden zij in een klooster in de Franse Alpen. Het levert verrassende inzichten op voor pelgrims die terugkeren in het ‘gewone’ leven. Tijs Dorenbosch begeeft zich in een heel andere uithoek van Europa. Hij zet zijn OostEuropese camino voort in Polen en komt Jacobus steeds vaker tegen. Het levert een tocht op waarin geschiedenis en spontane gastvrijheid voor het oprapen liggen. Het lijkt er zelfs op dat hier een echte Jacobsroute aan het ontstaan is … De redactie van de Jacobsstaf is volop in beweging. Jasper Koedam werkt vanaf dit nummer mee als eindredacteur van de Jacobsstaf. Wij mogen Gabriël Bakkum begroeten als ons nieuwe redactielid op het gebied van geschiedenis. Daarnaast komt er ook een nieuwe hoofdredacteur, waarover meer bekend zal zijn in het volgende nummer. Wij wensen u een mooie zomer en een goede camino toe! Kopij inleveren tot 21 juli.
Inhoud Het Genootschap 23 Van de voorzitter Tijs Dorenbosch 24 Berichten uit de regio’s 29 Verslag Algemene Ledenvergadering op 15 maart 2008 in Utrecht Theo van Dijk 32 Het Genootschap verhuist naar de Janskerk in Utrecht Bram van der Wees 34 Mireille Madou: erelid Daniëlle H.A.C. Lokin, Gabriël C.L.M. Bakkum 35 Zoekertjes 36 Het Genootschap start een wandelpool Gabriël C.L.M. Bakkum, Gerard Goudriaan 37 Sint-Jacob in de Utrechtse Kerkennacht Bram van der Wees 37 Jacobusliederen zingen in Utrecht Bram van der Wees 38 Het Compostelaregister Harry Wasser 39 Agenda
Spiritualiteit 2
De weg van de stilte Huberta Wiertsema, Arno Cuppen
Wandelen & fietsen 7
Van Tallinn naar Santiago Tijs Dorenbosch
13 Fluitend op de fiets naar Santiago Henk Schuurman
En verder … 18 Un jour j’irai à Compostelle Aat van der Harst
Vaste rubrieken 17 Juffie gelukkig onderweg Gitta van ’t Land 20 Liefde onderweg Thijs Hanrath
Op de omslag: De Janskerk in Utrecht, het nieuwe onderkomen van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob vanaf 1 juli 2008. Foto: Bram van der Wees
–1–
DE JACOBSSTAF 78
–2–
DE JACOBSSTAF 78
De weg van de stilte La Grande Chartreuse
Huberta Wiertsema, Arno Cuppen
Na een seizoen hard werken in hun herberg in Saint-Jean-Pied-de-Port trekken Huberta Wiertsema en Arno Cuppen naar het klooster La Grande Chartreuse. Op zoek naar de stilte uit de film Die Grosse Stille. De weg van de kloosterlingen verschilt sterk met die van de duizenden pelgrims die jaarlijks naar Santiago de Compostela trekken. Hun leefwijze kan een spiegel zijn voor de pelgrim die terugkeert in het ‘gewone’ leven. De mist hangt dicht tussen de bomen. Het is waterkoud in het bos en ... stil. Alleen het geluid van onze voetstappen klinkt. Ineens is er geritsel: vier reeën, die even opschrikken. Ze sprinten niet weg, maar kijken op veilige afstand nieuwsgierig op ons neer. Wij zijn onderweg naar La Grande Chartreuse, het moederklooster van de kartuizers, vernoemd naar het bergmassief waarin het verscholen ligt: afgezonderd, verstild, bijna vergeten. Totdat de monniken besloten dat het tijd werd om met hun verhaal naar buiten te komen. In stijl ... in stilte. Vijftien jaar nadat hij erom had gevraagd, kreeg de Duitse filmer Philip Gröning alsnog toestemming om zes maanden lang in het klooster te wonen en er een documentaire te maken: Die Grosse Stille. Vorig jaar draaide de film onder de Engelse titel Into the Great Silence maandenlang in de bioscopen, voorstelling na voorstelling, ruim tweeënhalf uur lang, vooral ... stilte. Wat was het indrukwekkend. Ineens zo’n diepe, betekenisvolle stilte, middenin onze zo hectische samenleving. Alsof je je plotseling in het oog van een enorme orkaan bevindt. En dan te beseffen dat, als je Linkerpagina: ‘Een lange rij huisjes …’ Foto: Huberta Wiertsema en Arno Cuppen
door de draaikolk naar beneden kijkt, in het gat van de tijd, het klooster al meer dan 900 jaar op min of meer dezelfde manier functioneert. Dag in, dag uit. Labyrint Stilte, rust, privacy: wat hadden we er behoefte aan na weer een boeiend maar ook zwaar seizoen in onze herberg aan ’de weg’ naar Santiago de Compostela. Misschien kwam de Chartreuse daarom wel opborrelen uit ons onderbewuste toen we vakantieplannen maakten. Toen ook nog eens bleek dat het klooster vrijwel aan de weg van SaintJean-Pied-de-Port naar Zwitserland ligt, waar onze pelgrimsvriend Norbert woont, was het besluit snel genomen: ’En route!’. Buitenstaanders, in dit geval letterlijk, kunnen alleen te voet naar het klooster. Prima! Wij gaan vroeg op pad. Er is nog niemand te zien. Ook de indrukwekkende rotsen niet die we in de film zagen, hoog uitstekend boven het klooster. Nu zijn ze opgeslokt door de mist. Al snel raken we het goede pad kwijt (verwend door die overvloed aan gele pijlen?). Het wordt daardoor een tocht als door een labyrint. De eerste lus brengt ons naar een hoektoren van de grote muur die het klooster omringt. De poort is, natuurlijk, dicht en het pad gaat niet verder. Terug, ander pad. We lopen steeds verder omhoog. Mist, stilte, slechts af en toe onderbroken door de klok, die de hartslag aangeeft van het klooster in het dal beneden ons. Het pad verengt zich tot een spoor, dat zich verliest in een puinhelling. Verder. Weer een puinhelling, omgevallen bomen, braamstruiken. Dit is geen doen. We besluiten om af te dalen en komen dan ineens toch weer uit op het oorspronkelijke
–3–
DE JACOBSSTAF 78
Een wereldbol met daarop een kruis; het symbool van de kartuizers. (‘De wereld draait door, maar de kerk is standvastig.’) Foto: Huberta Wiertsema en Arno Cuppen
pad, vlakbij de Chapelle Saint-Bruno. Op deze plek, vlakbij een bron, bouwde Bruno van Keulen, de stichter van de orde, in 1084 samen met zes metgezellen de eerste kluizenaarshutten. Twee pelgrims, twee richtingen Bruno en de zijnen kozen heel bewust voor deze afgelegen, ruige vallei, die nog altijd le désert heet: de woestijn, in het voetspoor van Jezus én van een van hun schutspatronen, Johannes de Doper. Een levenslange pelgrimstocht in stilte en toewijding. Ook als reactie op een kerk die steeds meer wereldse allures en aspiraties kreeg. Terug naar de bron, ook al zou die pas na een lange reis over een smal en doornig pad kunnen worden bereikt.
Bruno werd op weg geholpen door bisschop Hugo van Grenoble, die hem vergezelde op zijn eerste tocht en die zijn landerijen ter beschikking stelde aan de nieuwe orde. Zo’n anderhalve eeuw daarvoor baande een collega van hem, bisschop Godeschalk van Le Puy-en-Velay, een heel andere weg. Hij organiseerde de eerste Franse pelgrimstocht naar Santiago de Compostela, een tot dan toe nog weinig bekend pelgrimsoord. Beide wegen stonden in het teken van het geloof, maar gingen compleet andere richtingen. Bruno koos voor een weg naar binnen, in afzondering, op één plaats en oneindig. De tocht naar Santiago was in de eerste plaats een reis naar buiten, naar een concreet doel en dus eindig. Een tocht die aanvankelijk ook sterk
–4–
DE JACOBSSTAF 78
verbonden was met de Reconquista: de herovering op de islam van wat wij nu Spanje noemen. Voor velen was Jacobus toen vooral de Morendoder. Kluizenaarscellen We lopen verder naar beneden, de vallei in. Daar werden de kluizenaarshutten herbouwd nadat de oude nederzetting was weggevaagd door een lawine van rotsblokken. Op de nieuwe, veiliger plek, staat ook het huidige, grote klooster La Grande Chartreuse. Vanaf een heuvel kunnen we over de buitenmuur heenkijken. Zo kunnen we zien hoe het concept van Bruno ook letterlijk vorm heeft gekregen, in steen. Links zien we een lange rij huisjes. Daar verblijven de monniken het grootste deel van de tijd. Ieder in zijn eigen huisje: om er te bidden, te lezen en te mediteren en om er te werken, te eten en te slapen. We zien de rook uit de schoorstenen opstijgen en kunnen, dankzij de film, bijna voor ons zien hoe de monniken hun eigen, kleine houtkachels stoken. Alleen op vaste momenten verlaten zij hun cel: dagelijks om gezamenlijk te bidden, op zon- en feestdagen om gezamenlijk in stilte te eten, voor een gesprek na de maaltijd, en op maandagen voor een wandeling in de omgeving. De kluizenaarscellen zijn door lange gangen met de kerk en andere gemeenschappelijke ruimten verbonden. De winters in de Chartreuse zijn immers lang en koud. De albergue van ons genootschap in Roncesvalles is misschien wel typerend voor die heel andere weg, de Camino de Santiago. Elke dag weer bivakkeert er een nieuwe, vlottende gemeenschap van – in het hoogseizoen – wel 120 pelgrims in één grote ruimte. Elke dag weer wordt een complete school truchas (vert.: forellen) verorberd in de twee drukke restaurants aan de andere kant van de weg. En elke dag is er een pelgrimsmis in de kloosterkerk,
tenminste ... voor wie dat wil. Het valt niet mee om er een plekje te vinden voor wat afzondering en stilte. Maar misschien zijn er ook niet veel pelgrims die dat missen. De meesten kiezen er immers voor om de weg vooral niet alleen te gaan. Eens een pelgrim, altijd een pelgrim? Wij eindigen deze lus van ons labyrint weer voor een poort. De grote deur staat weliswaar op een kier, maar een bordje op de muur is volkomen duidelijk: ’On ne visite pas le monastère’. Geen bezoek dus, en een ieder wordt vriendelijk verzocht de stilte te respecteren. Ook deze lus loopt dus dood, maar nu omdat we het zelf willen. De weg die deze monniken hebben gekozen, is niet de onze. Zo teruggeworpen op jezelf, zo definitief, zo onvoorwaardelijk. Maar hun leefwijze houdt ons wel een spiegel voor. Waar zijn wij mee bezig? Hoe kunnen wij bijvoorbeeld, de ervaringen en inzichten van onze camino vasthouden en verder vormgeven, ook naast onze herberg? Eens een pelgrim altijd een pelgrim? Kan dat wel in het ’gewone’ leven? Wij hopen in elk geval iets van de stilte van La Grande Chartreuse met ons te blijven meedragen op die verdere tocht door ons labyrint. Als om ons te bemoedigen breekt, net als we ons omdraaien, de zon door. Machtige rotsen tekenen zich af tegen een strakblauwe lucht. En de bomen langs het weggetje dat ons terugbrengt naar de parkeerplaats stralen in hun @ bonte herfsttooi. ’En route!’. Meer informatie over de film van Philip Gröning is te vinden op: www.intogreatsilence. nl. Het klooster zelf is niet te bezoeken, maar er is een interessant museum aan de ingang van de vallei. Voor meer informatie: www. musee-grande-chartreuse.fr. Interessant is ook het boekje Een reis in stilte, van Joost Reijnders (Uitgeverij Ten Have, 2006).
–5–
DE JACOBSSTAF 78
Graag willen wij onze pelgrimsherberg een extra dimensie geven door een aparte plek te maken waar gasten wat rust en inspiratie kunnen vinden. Ideeën en andere bijdragen zijn van
harte welkom. Kijk voor meer informatie over ons inspiratiehuisje op www.espritduchemin. org.
Gratis Esprit-kaarten
‘Pelgrimsherberg L’Esprit du Chemin bestaat vijf jaar! Graag willen we dit vieren met een traktatie voor onderweg: op de camino naar Santiago de Compostela of Kaap Fisterra, en ook verder, op de camino van het leven.’ Zo opent het ‘kaartspel’ dat we tijdens de landelijke voorjaarsbijeenkomst in de Jacobikerk hebben gepresenteerd. ‘De Esprit-kaarten zijn als een medereiziger. Een reisgenoot die je extra bagage biedt: die je vragen stelt, citaten voorlegt en ideeën geeft. Een wandelmaatje voor de ziel. Van harte gemaakt én gegeven.’ De Esprit-kaarten markeren het begin van een nieuwe fase van onze herberg (in SaintJean-Pied-de-Port, Frankrijk). We hebben, samen met andere vrijwilligers, duizenden uren gebouwd en geklust en het grote werk is nu af. Tijd voor wat meer rust en ruimte voor onszelf en een verdieping van de reis die wij op dat ene plekje langs de camino maken. Samen met onze gasten en onze medeherbergiers. De Esprit-kaarten zijn te vinden via de Nederlandstalige homepage van onze website (www.espritduchemin.org). De Engelse vertaling is ook al klaar. Aan de Duitse vertaling wordt hard gewerkt en dan volgt het Frans. Bij de foto op deze pagina: het labyrint is een bekend symbool voor de (pelgrims)weg die je aflegt als je, bijvoorbeeld, naar een nieuwe fase in je leven gaat. Je neemt afscheid van het oude en gaat op pad, het labyrint in, op zoek naar nieuwe betekenisgeving. Soms lijk je er te zijn. Dan ben je er weer ver vanaf. Als je ontdekt wat wezenlijk belangrijk voor je is, heb je de kern bereikt, letterlijk en figuurlijk. Dan begint je weg terug, het labyrint uit, en onderzoek je hoe je dat nieuwe vorm kunt geven in je leven van alledag en (dus) ook voor anderen. De duif is een eeuwenoud symbool voor, onder meer, de inspiratie. Wij wensen je een mooie en inspirerende tocht!
–6–
DE JACOBSSTAF 78
Van Tallinn naar Santiago Tijs Dorenbosch In dit vierde deel loopt Tijs over de Poolse Jacobsweg. Jacobus laat zich steeds vaker zien… In Olsztyn (Allenstein heette het onder Duits bewind) arriveren we met de trein vanuit Gdańsk (Dantzig). We weten min of meer wat we er zullen aantreffen, omdat we ons hier aan het einde van de vorige etappe in augustus 2006 al enigszins hebben georiënteerd. Tot onze verrassing vonden we hier onderdak in een kamer boven de oude middeleeuwse stadspoort. Er is een soort hotel annex jeugdherberg gevestigd, die voor de pelgrim aan het begin of einde van een tocht een passende accommodatie biedt. Daar logeren we ook nu. Olsztyn afficheert zich als jacobsstad. De heilige staat in het stadswapen, er is een jacobskerk en bij ons eerste bezoek vertelde men dat men was begonnen met de ontwikkeling van een bewegwijzerde jacobsweg. Het tastbare resultaat was een informatiebord vlakbij de stadspoort, een nieuw jacobsbeeld op een pleintje en de verzekering dat de route tot aan het 170 kilometer verderop liggende Toruń op korte termijn beschreven en van routetekens voorzien zou zijn. Die belofte bleek wat voorbarig: de routebeschrijving, tevens een gedrukte gids met overnachtingsplaatsen, was er nog niet. Met de bewegwijzering was men zoals we zelf konden vaststellen wel bezig, maar op vitale punten ontbrak de markering hier en daar nog, wat het er niet gemakkelijker op maakte. Pastoor dr. Andrejz Lesinski van de Jacobskerk, erudiet en voortreffelijk Duitssprekend, onthulde ons dat hij een aantal jaren geleden even onwetend was geweest over de Jacobus-
pelgrimage als zijn confraters in de Baltische staten, maar dat ‘men’ in Olsztyn een jaar of zes geleden het licht had gezien en nu om zowel religieuze als toeristische redenen besloten had de kaart van Jacob uit te spelen. De dom van Olsztyn is alleszins de moeite van het bekijken waard. Een inscriptie boven de toegangspoort tot de kerk vermeldt dat men in 1315 met de bouw begon. In de kerk bevindt zich een drietal beelden van Jacobus, waarvan een beeld als onderdeel van een zestiendeeeuwse triptiek met ook de andere apostelen. De eerste etappe voert ons naar het Mariapelgrimsoord Gietrzwald. Deze etappe is zwaar, omdat het voor dit jaar de eerste is, de temperatuur hoog is en we tien kilometer te veel lopen vanwege de bovenvermelde gebrekkige wegaanduiding (beter helemaal geen wegaanduiding dan zo er een). Daar staat ook een ‘pelgrimshuis’. Pelgrims kunnen hier overnachten en eten, maar wij niet. Door de lange dag die we gemaakt hebben komen we als mosterd na de maaltijd. Maar onze ‘geloofsbrieven’ blijken zo overtuigend dat er nog wat voor ons wordt gemaakt. Het pelgrimshuis zit vol met dagjespelgrims (als dat het juiste woord is) die met enkele bussen zijn gekomen. Wij worden uiteindelijk toch op een particulier adres ondergebracht. Het zal ons op deze tocht nog eens overkomen dat we bij een dergelijke geweldige accommodatie arriveren, maar deze gesloten vinden. ‘Oud Appelscha’ Sommige mensen maken een onderscheid tussen pelgrims en bedevaartgangers, waarbij de laatste benaming meer toepasselijk zou zijn op degenen die voor een beperkte tijd onderweg zijn. Bedevaarten zijn er vele in
–7–
DE JACOBSSTAF 78
Polen, dat ook een keur aan heiligdommen kent. Pelgrims zijn er ook. De vrouw van een pensionhouder in Stare Jabłonki (vrij vertaald: ‘Oud Appelscha’), waar we de volgende nacht logeren, maakt gewag van een door haar gelopen tocht van 700 kilometer naar de madonna van Częstochowa. Gebruikelijk is dat men in (grote) groepen gaat. Anders dan in Estland en Letland hoef je het begrip pelgrim hier niet uit te leggen. Wel het fenomeen van de nog vrij onbekende Jacobsweg. Want die Jacobsweg die is er. Na drie tochten door drie landen zijn we op een oude route aangeland en naarmate we vorderen hier in Polen wordt dat ook steeds duidelijker. Het aantal jacobskerken neemt toe. (We horen dat er in heel Polen 151 zijn.) Dit geldt ook voor het aantal beelden en Sint-Jacobsstraten. In Ostróda is zelfs een Jacobusmeer,
maar of dat iets met de heilige te maken heeft kan ik niet met zekerheid zeggen. De volgende dagen is het bloedheet. De gebrekkige markering breekt ons nu op. Als je je eigen weg uitstippelt op de stafkaart (zoals we vanaf Estland noodgewongen hebben gedaan) vertrouw je op die kaart en op jezelf. Als je echter de keuze maakt de bewegwijzering te volgen, dan moet je ervan uit kunnen gaan dat die correct is. Herhaaldelijk raken we letterlijk het spoor kwijt en meermalen blijkt achteraf, dat we wel de goede weg hadden, maar dat er op een voor ons onverklaarbare wijze geen teken was te vinden. Pas als we later vanaf Gniezno met een gedrukte gids met kaarten en een routebeschrijving in de hand de Jacobsweg kunnen volgen zijn deze problemen nagenoeg opgelost. Eerst echter moeten we nog naar Toruń,
Het begin van de Jacobsweg in Olzstyn. Foto: Tijs Dorenbosch
–8–
DE JACOBSSTAF 78
waar een jacobskerk staat met buiten een mooi houten jacobsbeeld en binnen een paar prachtige middeleeuwse fresco’s. De stad is goed gerestaureerd. We merken door heel Polen dat de restauratie van de oude binnensteden voortvarend en deskundig ter hand is genomen. Dit mede dankzij, op deze wijze dunkt ons goed bestede, Europese subsidies. Het met terrasjes omzoomde oude marktplein is tot diep in de nacht bevolkt en ons valt op dat er hier een overvloed aan Italiaanse eetgelegenheden is. Op het terras van het restaurant waar we wat eten is het een komen en gaan van wat kennelijk een flinke Italiaanse minderheid in deze stad moet zijn. Een man valt bijzonder op. Hij zit als een soort Tony Soprano, de capo uit een bekende tv-serie, de regie te voeren. Iedereen begroet hem, heeft een kort gesprekje in het Italiaans, maar bij hem schuift niemand aan. Ook het traject tussen Toruń en Gniezno is nog ‘in bewerking’. Hoewel het voor ons aangenaam was geweest als het al af was, heb ik er wel vertrouwen in dat de weg vanaf Olsztyn tot aan de Duitse grens binnen afzienbare tijd bewegwijzerd en beschreven zal zijn. De VVV in Gniezno weet ons te vertellen dat bij hun weten tot op heden maar vijf pelgrims ons voorgingen die het traject tot Zgorzelec (Görlitz) wilden lopen. Nog steeds hebben wij (en we wandelen nu voor het vierde jaar vanaf Tallinn) niemand ontmoet die ook aan de wandel was, afgezien van mensen die de hond uitlieten, aan het joggen waren, een stadswandeling maakten of boodschappen gingen doen. Ze moeten er zijn. Er zijn hier en daar wel door de VVV ook gemarkeerde rondwandelingen en fietsroutes uitgezet, maar wij komen ze niet tegen. Het boekje dat vanaf nu onze gids zal zijn is in 2006 uitgegeven. Een van de auteurs, Emil Mendyk, heb ik via internet leren kennen en in januari 2007 al eens ontmoet. Hij heeft
me het boekje opgestuurd. Henryk Karas, de president van de Broederschap van de Heilige Jacobus uit Jakubów (waarover verderop meer) is medeverantwoordelijk voor de tekst. Het boekje draagt als titel Droga św. Jakuba, Gniezno-Zgorgelec-Praga, Czesc Polska, wat zoveel wil zeggen als ‘Jacobsweg van Gniezno over Görlitz naar Praag. Het Poolse deel’. Het hier beschreven Poolse gedeelte is 400 kilometer lang. Het boekje bevat kaartjes (helaas niet al te best), een routebeschrijving (uiteraard in het Pools, maar met wat raden en een woordenboekje kwamen we er meestal wel uit) en tekst over wetens- en bezienswaardigheden onderweg. Verder een lijstje met slaapadressen (niet volledig en niet altijd correct, want soms wist men er van toeten noch blazen) maar wel erg handig. Samen met de bewegwijzering, die vanaf hier globaal klopte, konden we er goed mee vooruit. Appeltjes, morellen en pruimen Ondanks het gidsje zaten we twee dagen later bij Dąbrówka Kościelna compleet vast in een uitgestrekt boscomplex. Het was half acht ’s avonds, het was warm geweest en ver. We zouden uiterlijk om zeven uur op ons slaapadres zijn, waar de gastvrouw voor ons zou koken en de markering was verdwenen. Ergens in een zijweggetje stonden ver weg twee auto’s. Gelukkig bleken de bestuurders ook in de buurt. Zij wisten natuurlijk op onze kaart aan te wijzen waar we waren (zo’n zes kilometer uit de koers). Tot onze verrassing kregen we van een van hen antwoord in het Nederlands. De man had in Den Haag gewerkt en stond nu te kijken naar een perceel bos om er een huis neer te zetten. We werden keurig bij ons adres afgeleverd, waar onze gastvrouw enige haast bleek te hebben. Ze woonde zelf niet op de vakantieboerderij waar we sliepen en zou de volgende morgen vroeg naar Rhodos vliegen. Na het
–9–
DE JACOBSSTAF 78
door haar bereide avondmaal was ze dan ook snel weg. We hadden verder het rijk alleen. Er wordt in Polen gebouwd bij het leven. Iedere in het buitenland verdiende euro, lijkt het wel, gaat in de aankoop van grond en huizen. Beide zijn nog goedkoop in verhouding tot de prijzen bij ons. Het zijn over het algemeen geen kleine huizen en ze staan op flinke lappen grond. Hierna komen we in Poznań, een mooie stad die goed is gereconstrueerd na alle oorlogsleed. We hebben nog geprobeerd onderkomen te vinden in een Ursulinenklooster dat in onze gids als slaapadres vermeld stond, maar de nonnetjes bleken van niets te weten. Een hotel dan maar. Wegens overvloedige regen lopen we ook de volgende dag niet verder. We wonen de mis bij in de kathedraal. Daar mooi orgelspel, maar slechte volkszang. Een fresco van de heilige Jacobus in het raadhuis is, naast een niet zo oud houten beeld, het enige dat we hier van onze heilige zien. Met mooi weer gaan we na twee dagen verder. Onderweg kunnen we aan de kant achtereenvolgens appeltjes, morellen en pruimen plukken. Zo wordt er hier voor reizigers langs ’s heren wegen gezorgd. We slapen in Mosina. Ik neem er telefonisch contact op met de pastoor van de Jacobuskerk in Żabno, waar we morgen willen overnachten. Hij spreekt alleen Pools, zegt hij, maar begrijpt gelukkig mijn Russisch. Pelgrimsgewaad Op 24 juli worden we door deze pastoor bij de kerk opgewacht. We kunnen slapen in het parochiehuis. De conversatie verloopt moeizaam, want hij beantwoordt wat ik in het Russisch probeer te zeggen met Pools, en dat heb ik de afgelopen veertien dagen echt nog niet helemaal onder de knie gekregen. Op mijn vraag hoe het de volgende morgen,
De pelgrimskerk in Jakubów, waar ook de zetel is gevestigd van de Poolse Broederschap van de Heilige Jacobus. Foto: Tijs Dorenbosch
op 25 juli, met de viering van de feestdag van de heilige Jacobus zit, moet hij tot onze verbazing het antwoord schuldig blijven. Er is niets te doen. Wel zal hij bij een bevriende parochie een slaapadres voor de volgende avond regelen, zegt hij voordat hij naar zijn pastorie vertrekt. Even later is hij terug. Morgenvroeg zal er speciaal voor ons beiden toch een mis zijn en, o wonder, ineens blijkt hij wat Frans te spreken. Die mis gaat in het Latijn. Hij heeft goed ingeschat dat wij van een generatie zijn die dan op de juiste momenten respons weet te geven. Na de mis verkleedt hij zich ook nog in een pelgrimsgewaad. Hij is vorig jaar naar Santiago gevlogen en heeft een hoed met een schelp en een staf meegebracht. Daarmee getooid moeten we beurtelings op de foto. De dag daarop is er op het door hem besproken adres niemand thuis. Nadat we een tijdje hebben gewacht verschijnen er twee vrouwen
– 10 –
DE JACOBSSTAF 78
die van wanten weten en ons meetronen naar het parochiehuis. Ze halen ergens twee matrassen vandaan en komen ook nog aandragen met een doos levensmiddelen, hoewel we even tevoren in de dorpswinkel voor iedereen zichtbaar inkopen hebben gedaan.
talen. De pastoor zal ons de volgende ochtend vol trots, en terecht, zijn kerk laten zien met onder andere een bijzondere plafondschildering van Jacobus als Matamoros, heel ongewoon voor deze streken. Dit is werkelijk een heel belangrijke plaats op de Jacobsweg.
Poolse Broederschap We zijn vroeg weg en om twee uur melden we ons bij het klooster in Lubin. Broeder Robert, een jonge monnik die redelijk Engels spreekt (hij heeft dan ook een universitaire studie informatietechnologie achter de rug), wijst ons een kamer en zorgt dat we wat te eten krijgen. We wonen de vespers bij en merken dat het reciteren van de Latijnse psalmen niet zo gladjes verloopt als je zou verwachten. Later horen we van broeder Robert dat het leren van Latijn in de priesteropleiding niet meer gebruikelijk is. De metten echter, de andere ochtend vroeg, gaan in het Pools, zegt hij, en we zijn bij voorbaat geëxcuseerd als we ze niet bijwonen. Op 30 juli arriveren we in Jakubów, een plaats genoemd naar onze heilige. De eerste kerk stond hier al in het jaar 991. Het is een echte pelgrimskerk en de zetel van de Poolse Broederschap van de Heilige Jacobus. Deze regio is economisch afhankelijk van de koperwinning en de kopermijn is de werkgever van 40.000 mensen. We vinden onderdak bij Stanislaw Halarewicz, mijningenieur en een van de leden van de Broederschap. Hij laat ons nog diezelfde avond zien, hoe de Broederschap het voor elkaar heeft gekregen dat een van de schachten van de mijn is vernoemd naar de Heilige Jacobus. Van verre is de naam, hoog op de schacht, te lezen. We gaan ook nog op bezoek bij de pastoor, een fervent Jacobusaanhanger en onvermoeibaar prater. Hij neemt er kennis van dat wij geen Pools spreken en gaat onverdroten in die taal verder. Hij spreekt ook geen andere
Oekraïners Over Lubin en Chocianów voert de weg ons naar Gromadka. Niet voor de eerste keer overnachten we in een ‘agrotoeristische’ boerderij, in feite een boerenbedrijf waar je een kamer kunt krijgen en waar men ook een maaltijd voor je bereidt. Ik vraag de heer des huizes naar de ‘Akcja Wisła’ die ik al een paar keer vermeld heb gezien in mijn gidsje, maar waarvan de betekenis mij niet helder is. Mijn vraag roept een ietwat vreemde reactie bij hem op. Waarom wil ik dat weten? En of ik soms een ‘Lemkower’ ben? Zo niet, dan toch wel een professor van de universiteit, want wie is er nou in zoiets geïnteresseerd? Ja, er wonen nog Lemkowers in deze regio en de burgemeester van Gromadka is er zelf een, dus eigenlijk is er niets mis mee. Dat maakt ons alleen maar nieuwsgieriger … Het blijkt dat in de naoorlogse jaren 1947 en 1948 ongeveer 200.000 Poolse Oekraïners zijn overgeplaatst vanuit hun woonplaats in Oekraïne (Lemkow was er daar een van) naar andere delen van Polen. Het ging met name om die gebieden waar voorheen de ‘Poolse Duitsers’ hadden gewoond die naar Duitsland werden weggejaagd. Die ontvolkte gebieden werden aangeboden aan van elders verdreven Polen, maar dus ook aan die Oekraïense Polen, die gewoon in hun eigen land in hun eigen huis woonden. Oekraïne was een onrustig gebied dat naar zelfstandigheid streefde. Stalin joeg op deze nationalisten in het aan Rusland toegevallen (voormalig Poolse) gebied en de Polen verplaatsten ‘hun’ Oekraïners, omdat ze ook
– 11 –
DE JACOBSSTAF 78
Bij Bolesławiec bevindt zich op de begraafplaats het graf van de Russische generaal Koetoesov, bekend uit de Napoleontische oorlog. Het is niet de eerste keer sinds we vanuit Tallinn zijn vertrokken dat we op zaken stuiten die herinneren aan de Franse overheersing van Europa. Ik bedenk dat er sinds de terugtocht van het leger van Napoleon niet veel personen zullen zijn geweest die het traject van het noorden naar het diepe zuiden te voet hebben afgelegd. Even later reden er immers treinen, ook voor troepenverplaatsingen.
De pelgrim die is afgebeeld op een grafmonument in de Elisabethskerk in Wrocław. Foto: Tijs Dorenbosch
geen gedonder wilden. Noch met hen, noch met Stalin. Zo ontstonden er, verspreid over het katholieke Polen, orthodoxe enclaves die lange tijd hun religieuze en culturele identiteit wisten te bewaren en kennelijk als ‘vreemde eend in de bijt’ een beetje met een scheef oog werden aangekeken. Het waren wel Polen, maar toch. Onze gastheer springt op zijn fiets en doet zijn uiterste best om voor ons in het dorp nog documentatie te vinden. Dat lukt gedeeltelijk. Hij komt terug met een paar boeken in het Pools, waarvan we zo goed en zo kwaad als het kan de onderschriften bij de foto’s kunnen vertalen, en de tabellen over de aangevoerde aantallen mensen en stuks vee (in dezelfde tabel) ontcijferen. Terloops vermeldt de man nog dat zijn boerderij ook van een Duitser is geweest en dat zijn vader die na de oorlog van de overheid heeft gekregen.
Eindpunt Lubań is onze laatste etappeplaats. Vandaar gaat het naar Zgorzelec (Görlitz), een grensplaats met Duitsland en het eindpunt voor dit jaar. We passeren nog de oudste boom van Polen, volgens mijn boekje een 1200 jaar oude taxus. We krijgen van een praatgrage en enigszins aangeschoten (maar dat valt hier niet op) imker een kilo honing cadeau. Moe maar voldaan, zoals dat heet, stappen we in de namiddag Zgorzelec binnen. Het is weer bloedheet. Hier hebben we nog een ontmoeting met Emil Mendyk, de auteur van het boekje over de zojuist door ons afgelegde route. Hij hoort graag ons commentaar en vertelt dat er zoiets bestaat als een oorkonde, die is ingesteld in navolging van de Compostela. Hij zal die ons toesturen. Ons verblijf in Polen eindigt in Wrocław (Breslau) waar we nog een paar dagen doorbrengen en een ontmoeting hebben met Henryk Karas, de voorzitter van de Poolse Jacobusbroederschap uit Jakubów. Tot zijn verrassing kunnen we hem nog opmerkzaam maken op een pelgrim die staat afgebeeld op een zestiende-eeuws grafmonument in de Elisabethskerk. Hij is er altijd langsheen @ gelopen.
– 12 –
DE JACOBSSTAF 78
Fluitend op de fiets naar Santiago Henk Schuurman Pelgrimeren naar Santiago de Compostela; de meesten van ons maken een enkele reis te voet of op de fiets en keren met het vliegtuig of de trein terug. Slechts een enkeling volbrengt ook de terugtocht op eigen kracht. Nog zeldzamer is het wanneer je dat al fluitend doet. Henk Schuurman fietste in 2005 van huis naar Santiago en weer terug, met in de fietstas zijn fluit. Toen ik bijna dertig jaar geleden in aanraking kwam met de pelgrimsroute naar Santiago, stond het voor mij vast dat ik die tocht ooit eens zelf wilde doen. Of ik dat lopend of per fiets zou gaan doen, dat wist ik nog niet. Wel wist ik dat ik hoe dan ook de tocht heen én weer wilde maken. Zoals men dat sinds de vroege middeleeuwen deed; op eigen kracht. Om allerlei redenen kwam het er niet van, totdat ik drie jaar geleden de gelegenheid had op de fiets te stappen voor mijn droomtocht. Eerder nog dan mijn vroegste pelgrimsplannen speelde ik (dwars)fluit. Het vooruitzicht drie maanden gescheiden te zijn van mijn trouwe vriendin, lokte mij niet. Mijn kostbare fluit meenemen was geen optie. Bovendien geldt, zoals pelgrims weten, dat alles wat je thuis laat meegenomen is. Ik vond een oplossing in de Dino-fluit: een goedkoop en licht
dwarsfluitje van pvc, en geen ramp als ik het zou verliezen. Spelen zonder kleren De avond voor mijn vertrek houden we een eenvoudige huisviering. Ik ontvang van mijn huisgenoten en vrienden een pelgrimszegen en we zingen het Taizélied Nada te turbe (Nada te turbe, solo Dios basta; laat niets je verontrusten, God alleen is genoeg). In de schelp die ik meedraag, heeft mijn dochter deze tekst ook geschreven. Zo vertrek ik voor mijn 6000 kilometer lange tocht. Mijn route voert eerst naar Limburg. Ik wil langs het monument voor de muziek in het ‘witte’ stadje Thorn. Naar die beeldengroep – een naakte man en een vrouw die samen een fluitduet spelen met aan hun voeten een aandachtig luisterend jongetje – had ik eerder onderzoek gedaan en erover gepubliceerd in een blad voor fluitisten. Aan het einde van de derde dag zet ik mijn tent op, op de camping vlak buiten het plaatsje. In de serene avondrust loop ik naar het plein waar het beeld staat en ga ik zitten op de sokkel. Ik fluit er de avondstilte nog stiller. Een jong stel steekt het plein over. De vrouw roept me toe net als het beeld zonder kleren te spelen. Ik antwoord, dat als zij de rol van de spelende vrouw op zich neemt,
Cabo Finisterra, voor vele jacobspelgrims het eindpunt. Foto: Tieleke Huijbers
– 13 –
DE JACOBSSTAF 78
De kathedraal in Santiago de Compostela. Foto: Tieleke Huijbers
DE JACOBSSTAF 78
ik die van de musicerende man zal vervullen. nist Poulenc. Zijn muziek past wonderwel Lachend loopt het paar verder. bij de tentoongestelde middeleeuwse kunstNa ruim een week fietsen, kom ik in de navoorwerpen. In 1936 bracht Poulenc een middag op de grens van Frankrijk bij de abdij bezoek aan de kerk van Rocamadour, waar van Orval. Ik had gedacht regelmatig op de de ‘Zwarte Madonna’ (een zwartgekleurd dino te spelen, maar daar komt weinig van. Mariabeeld) vereerd wordt. Naar aanleiding Overdag is het met regen en flinke wind in van een diepe geloofservaring die hij er had, de Ardennen hard werken op de fiets, en ’s schreef Poulenc zijn Litanies à la vierge noire avonds voor mijn tent of in een slaapgelegenvoor vrouwenkoor en orgel. Het museum eert heid is er zoveel te doen – spullen drogen, hem door zijn naam: Musée Francis Poulenc. Na de mis is het weer nog altijd even triest. eten koken, was doen, dagboek schrijven, Ik zoek warmte in een café. Het is er stil. Ik route voor de volgende dag plannen – dat er vraag de kelner of ik wat muziek mag maken. van musiceren niets terecht komt. De mon‘Bien sur! Pas de problème, monsieur.’ Begeleid niken in de abdij maken het gemis daaraan door het tikken van ruimschoots goed. de regen vullen me’s Avonds volg ik bij ‘In Burgos onder pluizende lancholieke klanken hen de completen. het etablissement. Ze zingen een eeupopulieren vind ik de rust om De andere gasten wenoud avondlied, Dino weer te laten klinken.’ reageren met een uitgeschreven in een ‘bon!’ of een ‘ joli!’ middeleeuwse muAls het op afrekenen aankomt, is mijn kofzieknotatie met vierregelige notenbalk. Het fie ‘gratuit et merci pour la musique’. Met het ontroert me diep en ik neem het lied mee op verklinken van de laatste tonen is inmiddels mijn verdere tocht. ook de regen verdwenen. De volgende dag Een nog grotere muzikale verrassing wacht fiets ik verder. me een week later in de Sainte-Madeleine Zo wordt mijn pelgrimage gaandeweg een in Vézelay. Ik ben er met Pinksteren. In de muzikale tocht. In de bedevaartplaats Lourprachtige, heldere kathedraal op de heuvel, des, waar ik een dag als vrijwilliger werk en maak ik vroeg in de morgen het pinksterofrolstoelen duw, klinkt ’s avonds bij het licht ficie mee. Hemels gezang uit dertig monnivan een eindeloze stoet processiekaarsen een ken- en nonnenkelen, begeleid door citerspel. duizendstemmig Ave Maria. In Najera vulMet een pelgrimszegen van de priester verlen in de vallende schemer tientallen manvolg ik mijn tocht. nen-, vrouwen- en kinderstemmen de lucht met hun gesprekken en gelach. Hun onbe‘Gratuit et merci pour la musique’ Bijna drie weken heeft Dino nu gezwegen. doelde lied weergalmt tegen de muren rond Maar in Rocamadour laat hij van zich horen! het plein. In Burgos onder pluizende popuIk houd er een dag rust. Juist op die zondag lieren vind ik de rust om Dino weer te laten komt de regen met bakken naar beneden. klinken. Een paar dagen later ben ik hoog in Voor ik de ochtendmis in de in de rotswand de bergen van Galicië. Op de flanken nestelt uitgehakte kerk bijwoon, bezoek ik het muzich het kleine klooster van Rabanal del Caseum. Tot mijn verrassing klinkt er uit de mino. Het avondgebed en de liederen van de luidsprekers muziek van de Franse compovier monniken schitteren door soberheid.
– 15 –
DE JACOBSSTAF 78
Serenade Op een dag doe ik boodschappen in een klein stadje en loop er wat rond. Plotseling hoor ik een fluit. Door het open raam van wat zo te zien een muziekschool is klinkt een fluit! Een groot heimwee naar mijn eigen fluit overvalt me. Ik loop naar binnen om te vragen of ik even mag spelen. Maar ik zit verkeerd, er is geen trap: ik kom in een soort bergplaats. Ach, dan maar niet. Na zoveel weken behelpen zal spelen op een vreemde fluit niet echt je-dát worden. Ik loop snel weg om het geluid niet meer te horen. ’s Avonds op de camping komt Dino weer tevoorschijn. Het echtpaar dat zijn tent tegenover de mijne heeft opgezet, zingt vrolijk mee. Ten slotte bereik ik Santiago. De pelgrims mis in de immense kathedraal is indrukwekkend. Niet zozeer vanwege de inhoud, als wel doordat de kerk tot de laatste hoek gevuld is met pelgrims en andere bezoekers. De grootste verrassing wacht me aan het slot: een non zingt loepzuiver en à capella Nada
te turbe - het lied dat mij zes weken daarvoor uitgeleide deed. De cirkel is rond; ik ben diep geroerd. Nog is mijn tocht niet ten einde. Ik ben pas halverwege. Voor ik de thuisreis aanvaard, fiets ik verder westwaarts, naar Cabo Finisterra, waar hoog boven de golven van de oceaan de eigenlijke Jacobsroute eindigt. Na weken stralend weer regent het die dag. Maar als ik de kaap op fiets wordt het droog. Ik ben alleen. Beneden mij beukt de branding op de rotsen. Boven mij krijsen meeuwen hun lied. Ik pak mijn fluit en speel op de verlaten rotspunt een serenade voor de zee, voor mezelf, voor God; blij en gelukkig. Dan neem ik afscheid van de kaap. De grijze wolken hebben daarop gewacht, zij doen opnieuw hun ogen open. Op het natte asfalt zingen mijn ban@ den. Ik ben op weg naar huis! Dit artikel verscheen eerder in een iets andere vorm in het blad Fluit, een uitgave van het Nederlands Fluit Genootschap.
Trappistenklooster in Orval. Foto: Tieleke Huijbers
– 16 –
DE JACOBSSTAF 78
Juffie gelukkig onderweg Gitta van ’t Land
Een vreemde plek Tussen de vele foto’s van mijn tocht op de Camino de Santiago vond ik de onderstaande opname. Je begrijpt al meteen dat San Bol, ergens voorbij Burgos, een bijzondere overnachtingsplek is. En ze zijn er erg milieubewust. Ik kan me herinneren dat we al een tijdje door een uitgestrekt landschap liepen met heel veel klaprozen. En daar stond aan de linkerkant van de weg een bordje, bedoeld om je te verleiden tot een overnachting. San Bol: met toilet, zwembad en sauna! De sauna. Die ziet er vast anders uit dan je verwacht. Zo verging het ons ook. Alles ziet er anders uit in San Bol. We raakten een beetje de kluts kwijt. Binnen hing de wand vol met psychedelische tekeningen en er stond eten klaar alsof wij onze komst telefonisch hadden aangekondigd. Een Hongaarse en een Italiaanse jongen run-
den de plek, maar we begrepen hen niet echt. Lag dat aan hun Spaans dat geen Spaans was? Of omdat ze er al te lang (een jaar?) zaten. De Italiaanse jongen las een moeilijk boek en mompelde dat ‘de wind je hier gek maakte’. Hij voerde vage gesprekken met een oudere Spanjaard die op een krakkemikkige fiets reed. ‘Ik woon verderop.’ Ik tuurde in de verte, maar er was in geen velden of wegen een andere bewoonbare plek te zien. Ondertussen was Iluminacion, een medepelgrim, aangekomen. Hij maakte het vreemde tafereel compleet door eerst een paar uur uitgeteld op een bed te gaan liggen, om vervolgens aan te kondigen dat hij naar het volgende dorp ging. ‘Ik voel me niet in orde, dus ik loop door. Eerst ga ik nog even naar dat toilet.’ Het bijzondere toilet. Compleet met vastgemetselde tandenborstel en andere rare objecten. En als je zin had: er lag gereedschap bij om het toilet af te maken. Trouwens: je kon écht doortrekken. Of, zoals de Hongaarse jongen, zei: ‘We zijn van alle gemakken voorzien, mensen willen altijd zoveel luxe.’ Wij voerden die avond vreemde gesprekken bij een prachtige zonsondergang en hoorden de wind waar je gek van kon worden. San Bol. Soms denk ik dat het een vreemde droom was. @ Maar ja, ik heb de foto’s nog ...
– 17 –
DE JACOBSSTAF 78
Un jour j’irai à Compostelle Verrassende ontdekking in Parijs’ theater
Aat van der Harst
Wanneer tref je nou een theatervoorstelling over de pelgrimage naar Santiago de Compostela? Geheel onverwachts belanden de auteur en zijn reisgenote in een klein Parijs’ theater, waar ze genieten van een voorstelling van een Franse actrice over haar pelgrimage. Mijn reisgenote en ik lopen in Parijs de NotreDame uit, steken de Seine over, en lopen dan naar Boulevard Saint-Michel met op de hoek een boekhandel met veel pelgrimsboeken. Vandaar lopen we de Rue de la Huchette in, het Quartier Latin in. Mijn oog valt op het kleine Théâtre de la Huchette met groot op de gevel: Un jour j’ irai à Compostelle. We lopen naar het bord met verdere mededelingen en lezen een krantenknipsel over de voorstelling van vanavond: het verhaal van een Franse actrice die de tocht naar Compostela maakte en met haar programma daarover vanavond optreedt. Een uur later gaat de kassa open en gelukkig staan we vooraan, want de laatste kaartjes voor de voorstelling zijn voor ons. Het is wel erg toevallig en bijzonder dat dit op onze weg komt. Psychotherapie Diezelfde avond om negen uur gaan de gordijnen open. Rechts een stoel met een rugzak erop, middenvoor twee wandelschoenen. Links een tafel met daarachter actrice Marie Céline Lachaud. Ze begint te vertellen en al gauw merken we dat ze zo duidelijk spreekt dat we ongeveer alles goed verstaan. Het heeft er ook mee te maken dat ze vertelt over diezelfde tocht die ook ons hart heeft; we willen graag alles verstaan. De actrice is een sprankelende vrouw met veel humor.
Het affiche van de voorstelling in Frankrijk.
De structuur van de voorstelling is mooi gevonden. Het Franse Genootschap van Sint Jacob stuurt al haar leden die in Santiago aankomen een vragenlijst. Marie Céline zit aan haar keukentafel en opent de brief met vragenlijst die bij de post zit. Met stijgende verbazing leest ze de vragen en geeft vervolgens in theatrale vorm op het podium haar antwoorden. ‘Waar overnachtte u meestal? Wat was een memorabel moment? Wat vond u van de Spanjaarden: heel gastvrij; beetje gastvrij; heel ongastvrij? Wat heeft de tocht u gekost?’ Op deze vraag geeft ze als antwoord dat ze tijdens de tocht besluit om met haar wekelijkse psychotherapie te stoppen. ’Toen ik het hem vertelde, stelde hij voor om over
– 18 –
DE JACOBSSTAF 78
te gaan op twee keer in de week om erover te praten. Vervolgens vertelde ik hem dat ik serieus was en dat ik na de tocht geen therapie meer nodig had. Opgelucht verliet ik zijn praktijk.’ Ze concludeert dat zonder deze jaren therapie de tocht haar óók financieel veel meer opleverde dan kostte. De hele voorstelling is luchtig: geen spirituele ervaringen, geen diepgravende bespiegelingen op het toneel, weinig over steden en cultuur. Wel veel herinneringen aan ontmoetingen, en vooral die met Engelsman Jacques op wie ze verliefd wordt en met wie ze het liefst tijdens de tocht nog wil trouwen. TusAdvertentie_CPT 22-01-2008 14:12eenPagina 1 sendoor zingt Marie Céline mooi chanson. Daverend applaus na haar laatste woorden. Wij lopen de Boulevard Saint-Michel
op, nagenietend en nog onder de indruk dat deze precies passende voorstelling zo op ons pad kwam. Later leggen we contact met Marie Céline Lachaud. Ze is een in Frankrijk beroemde theaterschrijfster die naast het schrijven ook veel optreedt met zelfgeschreven stukken. Ze schreef de tekst van deze Compostela-voorstelling voor het theaterfestival van Avignon. Ze speelde de voorstelling inmiddels 180 keer. De Franse pers is enthousiast. Op www.mariecelinelachaud.fr is een korte filmimpressie van de voorstelling te zien. Ze vertaalde de voorstelling inmiddels in het Engels en trad op in Londen. Ze schrijft ons dat ze graag bereid is om de voorstelling in Nederland te @ spelen.
Ook in 2008 maken wij Culturele rondreizen per luxe touringcar door Europa langs de aloude “Jacobs-wegen”. Deze reizen, op basis van half-pension zijn “all-in”, niet alleen v.w.b. entree’s, excursies, gidsen,“royal-class-beenruimte”in de bus; maar ook een glas wijn bij het diner. Naast de chauffeur gaat een cultureel gekwalificeerde reisleider mee, die meerdere pelgrimages te voet heeft gemaakt en dus ook daarin ervaringsdeskundige is. Natuurlijk zijn de hotels ook van zeer goede kwaliteit. Zij zijn tevens vaak gelegen in het centrum van een te bezoeken stad, zodat u na het diner nog even kunt rondwandelen. Voor groepen/ instellingen organiseren wij dit alles op aanvraag “op maat”. Wilt u “de Camino”naar Santiago de Compostela, aangevuld met twee aanlooproutes en terug via de Camino del Norte of de “Via Francigena naar Rome met de Gotthard-variant retour”of een andere Cultuurreis als een reis langs een selectie van Hanzesteden tot en met Kaliningrad (Rusland) en Litouwen o.l.v. een gids. Bezoek onze website “www.cpt-cultuurreizen.nl” , Vraag ons programma per e-mail,
[email protected], per telefoon of fax.
– 19 –
DE JACOBSSTAF 78
Liefde onderweg Thijs Hanrath In deze aflevering van Liefde onderweg ontmoet Thijs Hanrath pelgrim Leo Baeten. Dat Leo van wandelaar pelgrim is geworden, dat staat vast. In 1996 loopt hij naar Santiago de Compostela. In 2001 loopt hij voor de tweede keer naar Santiago. En of dat allemaal nog niet genoeg is, is hij net teruggekomen van een pelgrimstocht naar Rome. Van de eerste twee tochten heeft hij al een film gemaakt. Van de laatste daagt er weer een. Ik mag al verklappen dat Franciscus van Assisi daar een grote rol in gaat spelen. Leo en Tiny voor de Trevifontein in Rome, na Leo’s derde pelgrimstocht.
‘En jij gaat met hem mee’ Leo: ‘In mijn eerste film Onderweg naar mezelf heb ik mijn ontslag verwerkt. Na een jarenlange trouwe dienst werd ik zomaar ontslagen. Ik was radeloos, voelde me waardeloos, futloos en onverschillig. Op een dag, toen ik mijn vrouw vertelde dat een goede wandelvriend van mij naar Santiago ging, zei zij onmiddellijk: “En jij gaat met hem mee.” Zo is het eigenlijk gekomen. Veel zin had ik niet. Tegenzin ook niet. Mij interesseerde weinig meer. Ik zat eigenlijk in een behoorlijke dip. Gaandeweg en vooral tegen het einde ben ik toch weer gaan leven. Er vielen me wonderschone momenten toe. Volkomen onverwacht kreeg ik in Santiago alles weer op een rijtje. Ik heb er eigenlijk maar één woord voor: genade. De film, bijna geheel zwart-wit, laat ook pas op het einde haar kleuren zien. Het scheelde weinig of ik had mijn tweede film niet meer gemaakt. Ik wilde namelijk niet in de herhaling vallen en nog een keer eenzelfde soort film maken. Ik blokkeerde. Tot ik in materiaal dat voor mijn eigen archief bestemd was ineens de nieuwe film zag dagen.’ Hommage De tweede film van Leo Baeten, In de palm van haar hand, gaat vooral over wat hij meemaakt op zijn pelgrimstocht en wat hij op zijn hart heeft. Dus niet de route staat centraal, niet de historie en ook niet de legendes. Deze film is een hommage aan zijn vrouw Tiny. Na zijn eerste ‘onderweg zijn’ bleef Leo voortdurend de wens houden om de camino nog eens met zijn vrouw te lopen. Hij bleef het gevoel hebben dat het niet echt tot Tiny doordrong wat hij had meegemaakt. Om-
– 20 –
DE JACOBSSTAF 78
dat Tiny fysiek wat minder aankon is zij op zijn tweede pelgrimstocht meegelopen vanaf Saint-Jean-Pied-de-Port. ‘Hier zie je duidelijk dat ik er helemaal doorheen zit,’ zegt Leo terwijl hij beelden uit Vézelay laat zien. ‘Ik wilde ermee ophouden. Maar het gebed, dat mijn toevlucht werd, heeft me uiteindelijk erdoorheen gesleept. Langzaam werd ik weer helder en kreeg ik weer zin. Direct na Vézelay kwam ik Joseline tegen, een verpleegster die bij Moeder Teresa gewerkt heeft. Ik trok enige weken met haar op. De mensen in India die niets hebben, hebben haar geleerd te glimlachen en het leven te nemen zoals het is. Zij had van die rustige vriendelijke ogen. In haar gezelschap kwam ik steeds dichter tot mezelf. Ik deed nieuwe energie op.’ Later in de film raakt Leo verzeild in een jongerengroep die liederen zingt uit Taizé. Ze zingen om vrede. Vrede die hij zelf nog niet gevonden heeft, beseft hij. In de Aubrac, weer alleen, krijgt hij het gevoel dat alles op zijn plek gaat vallen. Hij leert ‘wat er is’ en de omstandigheden te nemen zoals ze zijn. Hij beseft dat hij in een paar weken tijd van wandelaar pelgrim is geworden.
Verliefdheid Leo: ‘Bij de samenkomst van de Franse pelgrimswegen zou ik Tiny ontmoeten. In de dagen ervoor moest ik veel aan haar denken, bijvoorbeeld als ik de was deed. Tiny kan dat veel beter, dacht ik dan.’ Hij wijst naar een volgende shot, waar Tiny gezellig kousenstoppend naast hem op een bankje zit. Ik zie ze lopen. Ik zie een jong stel lopen. Leo en Tiny zijn weer samen: jong, de kinderen het huis uit, op zoek naar de verliefdheid van hun jeugd. Na Burgos wandelen ze verder in de leegte van de meseta. Wonderlijk en toch heel gewoon. Er wordt een fotocompilatie van Tiny getoond, van meisje tot vrouw, met romantisch-meditatieve muziek op de achtergrond. Leo: ‘Het gaat mij er vooral ook om in filmbeelden met muziek weer te geven wat ik voel.’ Bij het kruis waar iedere pelgrim symbolisch een steen kan neerleggen (het Cruz del Ferro, red.) neemt Leo er eentje mee als herinnering aan zijn vrienden van de camino. Leo en Tiny ervaren de tocht als beeld van hun leven. Ultreia pelegrino. Voort gaat het weer. Leo heeft Tiny en zichzelf weer leren waarderen en respecteren. Dat was hij kwijt @ geraakt.
– 21 –
DE JACOBSSTAF 78
In verband met het vertrek per 1 juli 2008 van de huidige coördinator van ons Huis zijn wij op zoek naar een gedreven
Coördinator Huis van Sint Jacob (vrijwillig) De taken van de Coördinator zijn: • Draagt zorg voor de goede uitvoering van de activiteiten van de ledenservice. • Regelt het ruimtelijke beheer van ons Huis. • Verzorgt of laat verzorgen de voorlichting en pr van ons Genootschap. • Verzamelt reis- en route-info. • Werft en begeleidt vrijwilligers van ons Huis. • Regelt het beheer van de winkel. Wij zoeken naar een kandidaat (m/v) met het volgende profiel: • Sterke communicatieve vaardigheden, zowel mondeling als schriftelijk. • Analytisch vermogen en creatief. • Prioriteiten kunnen stellen en het maken en nakomen van afspraken. De Coördinator van het Huis werkt zelfstandig, maar aan de hand van door het bestuur vastgesteld beleid. Voor nadere informatie neemt u contact op met Bas Brouwer, bestuurslid van ons Genootschap, e-mail:
[email protected]. Uw reactie Stuur of mail uw brief voorzien van cv naar de secretaris van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob: Lange Nieuwstraat 9A, 3512 PA Utrecht. Of per e-mail:
[email protected].
– 22 –
DE JACOBSSTAF 78
Van de voorzitter Tijs Dorenbosch Over wat pelgrims beweegt is al veel geschreven; misschien meer nog over wat pelgrims bewogen hééft. De afstand die door de tijd geschapen wordt, geeft gelegenheid tot ordening, onderzoek en vergelijking. Zo gezien heeft de pelgrim al een lange tocht achter de rug. Tussen de middeleeuwen en nu gaapt een grotere kloof dan alleen maar die van tien eeuwen. De weg die wordt gegaan is ruwweg dezelfde, maar de pelgrim is een andere. Historici geven aan, dat naast het oprecht geloof in het bezoek aan het echte graf van de echte apostel in Santiago de Compostela, de motieven van boete, straf, kwijtschelding van de zonden, het streven naar het verwerven van het eeuwige leven, het inlossen van een gelofte, het zoeken naar genezing voor jezelf of voor een ander, zo’n beetje de voornaamste motieven waren om op weg te gaan. Maar ook de mogelijkheid om uit de sleur van het alledaagse te breken, ook het avontuur, de lokroep van het onbekende, dreven de mens op weg. Ook van de hedendaagse pelgrim en zijn motivatie zijn er in de laatste decennia ‘profielen’ gemaakt. Veel van de motieven van vroeger komen niet of nauwelijks meer aan bod. Straf is niet meer aan de orde: van de gedetineerden, die heden ten dage soms groepsgewijs en onder begeleiding de tocht maken, wordt gehoopt dat ze er een ander mens van worden, maar de tocht is hen niet opgelegd. Velen weten niet, dat het einddoel in de kathedraal niet lag in de rituelen rond een pilaar (waar je je hand in door de loop der eeuwen uitgesleten holten kan leggen), noch in het met je voorhoofd aanraken van het beeldje van bouwmeester Mateo en zelfs niet in het omarmen van het Jacobusbeeld, maar in het bezoeken van de crypte met daarin het graf van de apostel. Je hoeft maar een uurtje de bedrijvigheid in de kathedraal te aan-
schouwen, om vast te stellen dat het bezoek aan de crypte lang niet voor iedere pelgrim meer tot die rituelen behoort, terwijl het daar toch ooit om begonnen is. Van motieven als boete en het verdienen van de eeuwige zaligheid middels kwijtschelding van de zonden tot op dat moment begaan, schijnt ook niet veel meer over te zijn. Wel nog van een gelofte als beweegreden, bijvoorbeeld bij genezing van een ziekte of bij het ontkomen aan een groot gevaar. Nieuw, of in ieder geval van recentere datum, is de pelgrimage als zoektocht naar jezelf, bij het aanbreken of afsluiten van een bepaalde fase van je leven. Het avontuur is van alle tijden; hedendaags is weer het leveren van een sportieve prestatie, niet erg gewaardeerd overigens, in de ogen van de Compostela’s uitreikende kerkelijke autoriteiten. Waar ik nog eens over wil filosoferen, is de reden waarom mensen van nu meerdere malen dezelfde tocht gaan, of steeds weer andere wegen zoeken die naar Santiago de Compostela leiden. Ben je dan meer in beweging dan bewogen? Meer op zoek naar het verleden dan naar andere bovenvermelde motieven? Wordt de weg steeds meer het doel? Ik peins erover en ga intussen verder. Ultreia!
– 23 –
DE JACOBSSTAF 78
Berichten uit de regio’s Regio Friesland Zaterdag 8 maart werd in de parochiezaal van de Sint-Franciscuskerk te Bolsward de voorjaarsvergadering van de regio Friesland gehouden. De najaarsvergadering van 2007 was in mineur geëindigd. Hoe zou het vandaag gaan? Jan Aanstoot, de bijzonder actieve regiocontactpersoon van Friesland, deelde in die vergadering mee, dat hij wegens persoonlijke omstandigheden genoodzaakt was zijn functie neer te leggen. Niemand die hem kon of wilde opvolgen. Adrie Dik, regiocontactpersoon van Noord-Holland boven ’t IJ en landelijk bestuurslid, was aanwezig. Zij vond het ontzettend jammer dat Jan Aanstoot niet werd opgevolgd, maar voelde dat de potentie aanwezig was. Na een intensieve belronde onder de Friese leden vond ze vier personen bereid de taken van Jan Aanstoot over te nemen. Hierbij bedankt Adrie voor je niet aflatende inspanning. De voorjaarsvergadering 2008 eindigde in majeur. Wat heeft ervoor gezorgd dat de dag in majeur kon eindigen? Allereerst de grote opkomst van 44 mensen (en 20 personen die de moeite hadden genomen zich af te melden). Dan het programma: een afwisselend programma met informatie, geanimeerde gesprekken, een lekkere lunch, twee films van Leo Baeten en als afsluiting Café Saint-Jacques, waar menigeen nog even vertoefde. Dagvoorzitter Adrie Dik leidde de dag op voortreffelijke manier, de nieuwe bestuursleden presenteerden zich op aanstekelijke wijze. Het bestuur bestaat nu uit: Elly Koopman, Jan Ensing, Klaske Scholten en Kees Adriaanse. Laatstgenoemde maakte van de gelegenheid gebruik om op ontspannen wijze te inventariseren waar de behoefte van de leden naar uitgaat. Sieb Zeinstra vestigde de aandacht op de nieuwsbrief en het prachtige logo van die brief. Hij deed de oproep om de nieuwsbrief weer nieuw leven in
te blazen. De pelgrimsparade werd ingeleid door aandacht te schenken aan de pelgrimsstaf van de regio Friesland. De staf is inmiddels zes keer naar Santiago de Compostela afgereisd, hij staat klaar voor zijn zevende bezoek. Er heeft inmiddels een persoon interesse getoond. De pelgrimsparade was kort, maar de verhalen zeer aanstekelijk. In de film Wees gelukkig van Leo Baeten konden we zien hoe een man met behulp van de camino zijn roeping als clown waar maakte. De film zorgde voor een stuk verdieping van de dag, evenals de ontroerende film In de palm van haar hand. Leo, bij deze nogmaals heel hartelijk dank voor je waardevolle bijdragen. Zoals u leest, een zeer geslaagde dag met nostalgie, verdieping, een lach en een traan; een goede opmaat voor de volgende bijeenkomst. Klaske Scholten Regio Arnhem/Nijmegen Het was even wennen: op vrijdag 1 februari j.l. koersten wij niet richting het inmiddels zo vertrouwde kerkje in Wageningen, maar moesten wij de weg vinden naar een zaaltje in Rheden; de thuisbasis van onze nieuwe regiocontactpersonen, de heren Joop Kamphuis en Marc Koch. Gelukkig is het gaan van nieuwe wegen voor echte pelgrims geen probleem. Van Wolter en Greet hebben wij afgelopen najaar onder dankzegging afscheid genomen. Joop en Marc hebben begin 2008 in hun eerste nieuwsbrief een omvangrijke lijst met activiteiten gepresenteerd. Actieve pelgrims, nieuw of ervaren, kunnen dit jaar hun hart ophalen. Volgens sommigen ligt de nieuwe locatie meer centraal in onze regio. Bij de start om 20.00 uur waren er circa dertig leden aanwezig, overwegend mannen. Wij blijven ons afvragen waarom de opkomst in andere regio’s zo veel groter is; wat is het geheim?
– 24 –
DE JACOBSSTAF 78
De avond werd verzorgd door Leo Jacobs uit Nijmegen, die als fietser samen met zijn vrouw al zeker vijf keer vanuit verschillende startplaatsen naar Santiago is gekoerst. Leo vertelde dat hij inmiddels zodanig door het ‘Santiagovirus’ is gegrepen dat het niet bij die vijf tochten zal blijven. Voor 2008 staat een tocht vanuit Valencia op het programma. Desgevraagd stelde hij dat tochten naar Jacobus toch heel iets anders losmaken in hem dan andere routes in Spanje. Hoe dat nu precies komt? Dat blijft een mysterie. Leo heeft zich met hulp van een vriend behoorlijk verdiept in Powerpoint. En na maanden van noeste arbeid heeft dit een ‘poëtische impressie’ opgeleverd, met prachtige foto’s, met muziek en met gesproken en geschreven teksten die het ‘mysterie’ van de tochten proberen te beschrijven of te duiden. Teksten zijn deels van Leo zelf, maar ook ontleend aan bekende boeken van onder meer Herman Vuijsje, Jeroen Gooskens en Hans Burgman. De aanwezigen waren onder de indruk van het vertoonde. Onder het genot van een drankje werd druk verder gepraat en werden vragen gesteld. Een leuke en informatieve avond. Dank aan de organisatoren én hun dames! Frans Kosters Op 9 februari om 10.00 uur verzamelden zich 23 regioleden op de Markt in ’s-Heerenberg voor een wandeling door Montferland. Afgelopen tijd heeft het veel geregend, maar vandaag schijnt de zon volop. Wanneer we even buiten ’s-Heerenberg wandelen, komen we langs een terrein waarvan een van de leden weet dat hier in het verleden Burgers Dierenpark is begonnen, de voorloper van het huidige Burgers Zoo in Arnhem. Onderweg worden veel herinneringen gedeeld en enkele nieuwe leden doen al wandelend informatie op voor hun tocht. De eerste koffiestop genieten we in het bos, zittend op enkele boomstammen en in de zon. Af en toe wordt er flink geklommen in het stuwwallengebied. De lunch gebruiken we in het restaurantgedeelte van een huifkarcentrum
in Zeddam. Prima soep hier en koffie, enz. We mogen hier onze eigen boterhammen opeten. We vervolgen de wandeling en lopen via de Galgenberg weer terug naar ’s-Heerenberg. In een café praten we nog even na en keren dan moe maar voldaan weer huiswaarts. In de nacht van 17 op 18 mei organiseert de Pelgrimsgroep Nijmegen een nachtpelgrimage naar Kevelaer. U wordt van harte uitgenodigd mee te doen met dit pelgrimsinitiatief. Nadere informatie is te verkrijgen bij Sjaan Peters te Groesbeek, 024-3974585, e-mail:
[email protected]. of bij Frans Kosters te Elst, 0481-375201, e-mail:
[email protected]. Op 27 juli vieren we samen met de Jacobskapel Nijmegen Jacobsdag. We beginnen met een viering in de kapel en aansluitend maken we na de koffie met broodjes een wandeling. Meer informatie vindt u te zijner tijd op de website van de Jacobskapel: www.jacobskapel-nijmegen.nl. Marc Koch Regio Midden-Nederland. Joop van Gool en Fons Boink organiseerden voor onze regio wederom een wandelweekend in de omgeving van de abdij van Postel. Start van het weekend om 16.00 uur in de ontvangstzaal van het gastenverblijf van de abdij. Fons stelde voor dat eenieder die dat wilde bij hem kon aansluiten om vanuit Bladel de laatste circa dertien kilometer naar Postel te lopen, zoals goede pelgrims betaamt. Met elf wandelaars werd er in Bladel gestart, en tegen 17.00 uur kwamen zij met rode konen van de wind en zon aan bij Postel, alwaar zich inmiddels een ontvangstcomité had gevormd van de peregrinos en coche. Na de gezamenlijke avondmaaltijd was er de mogelijkheid om een voordracht te beluisteren van de Belgische kardinaal Daneels. En uiteraard werd de avond besloten met een Café Saint-Jacques. Na een ijzig koude nacht gingen de vroege vogels onder ons naar het eerste ochtendgebed om 6.45 uur. Maar de meerderheid van de groep liet zich
– 25 –
DE JACOBSSTAF 78
pas bij het ontbijt zien. Wederom hadden we een dag vol zonneschijn. En uiteraard werd er gewandeld. Een langere ochtendwandeling en een wat minder lange middagwandeling. Met een warme maaltijd daartussenin op ons gastadres. Na het vier uurtje kregen we van pater Nicolaas een rondleiding door de abdij. Helaas kon deze niet geheel gedaan worden want inmiddels was het alweer tijd voor de vespers. ’s Avonds stonden er camino-dvd’s op het program. Het heeft de heren enige tijd gekost om de beelden tevoorschijn te toveren, maar toen konden we dan ook genieten van prachtige beelden. Uiteraard eindigden we de avond met wederom een gezellig samenzijn in Café Saint-Jacques. De animo voor het ochtendgebed slonk zienderogen. Na het ontbijt kregen we toch nog het laatste stukje rondleiding door pater Bennie: de prachtige bibliotheek van de abdij. We werden verwelkomd bij de hoogmis, waar voorbede werd gedaan voor de leden van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob en voor Joop van Gool, die wegens een kleine operatieve ingreep helaas op het laatste moment niet met ons mee had kunnen gaan. Na de middagmaaltijd en de afwas werd het tijd om afscheid te nemen. Voor de derde maal een zeer geslaagd weekend in Postel. Monika Rietveld Regio Den Haag Het is vanuit het Haagse een tijd stil geweest in deze rubriek. Maar die stilte betekent niet dat er stilstand in activiteiten was. Sinds het laatste Haagse regiobericht, in het februarinummer 2006, hebben er eind oktober 2006 en begin 2007 een najaars-, respectievelijk een voorjaarsbijeenkomst plaatsgevonden in het ons vertrouwde parochiezaaltje van de Jacobuskerk aan de Parkstraat in Den Haag. Het programma voor beide zaterdagen rustte op de bekende pijlers: veel ruimte voor de uitwisseling van ervaringen en belevenissen van pelgrims die de tocht al gemaakt hebben, informatieverschaffing aan hen die zich
op het avontuur voorbereiden, een of meer sprekers met voordrachten of presentaties en tenslotte het gezellige Café Saint-Jacques. Zo’n dag begint altijd met een exposé van bestuurslid en regiocontactpersoon Cees Rooijackers over ontwikkelingen die op het landelijk niveau van het Genootschap spelen en voor de regio van belang kunnen zijn. De presentaties tijdens de voorjaarsbijeenkomst werden verzorgd door Jan Galjé met zijn inspirerende dialezing over de historische bruggen op de camino, en door ondergetekende met een Powerpoint-presentatie van zijn (eerste) fietstocht naar Santiago en weer terug. Beide bijeenkomsten waren goed bezocht. Zo goed zelfs dat de capaciteit van het parochiezaaltje eigenlijk te klein is voor de 50 à 55 aanwezigen. Mede omdat de plenaire bijeenkomsten te groot dreigen te worden voor een informele en ongedwongen samenkomst, is in het najaar van 2007 weer geëxperimenteerd met huiskamerbijeenkomsten. In het begin van de negentiger jaren zijn dergelijke bijeenkomsten ook al eens gehouden. Overigens was het de bedoeling om de huiskamerbijeenkomsten niet in plaats van, maar in aanvulling op de plenaire bijeenkomsten te organiseren. De inschatting was dat de intieme sfeer van de huiskamer zich er beter voor leende om tot verdieping en tot effectieve ervaringsuitwisseling te komen dan de toch wat onpersoonlijkere plenaire bijeenkomsten. Ongeveer 25 regiogenoten hebben deelgenomen aan een drietal huiskamerbijeenkomsten. Als belangrijke functie hebben deze bijeenkomsten gehad dat goed gesondeerd kon worden welke thema’s het waard zijn om nader uitgediept te worden. Zo is onder meer behoefte aan informatie en ervaringsuitwisseling over: - pelgrimeren in de winter; - alternatieve pelgrimsroutes, met name omdat de Camino Francés te druk wordt; - wandelen in Nederland en slaapplaatsen; - verwerking van de pelgrimservaringen na de tocht;
– 26 –
DE JACOBSSTAF 78
- gestrande pelgrims; - thuisblijvers. Bekeken wordt nu hoe deze thema’s het beste verder ingevuld en uitgewerkt kunnen worden. Wandelen, ook in Nederland, behoort tot de meest geliefde activiteiten van veel Santiagogangers. Dat geldt ook voor de regio Den Haag. Het is dan ook niet verwonderlijk dat zich op 23 februari 2008 ruim veertig wandelaars verzamelden bij het Station Leiden Centraal om onder leiding van Coby Croïn en dochter Judith te wandelen naar het Station Leidschendam-Voorburg. Deze tocht van ruim 21 kilometer bracht ons via de historische Burcht in Leiden eerst naar de Lodewijkkerk aan de Steenschuur. Deze kerk was vroeger een kapel van het Sint-Jacobsgilde. De beeltenis van Sint-Jacob prijkt sinds 1982 boven de ingang en ook in de kerk is een schilderij van Jacobus te bewonderen. Via het polderpark Cronesteyn trokken we zuidwaarts naar het ietwat zompige recreatiegebied Vlietlanden waar we door Coby werden verrast met een glaasje wijn. Daardoor gesterkt waren de laatste kilometers naar het eindpunt een peulenschilletje. Door het vele ontspannen gekeuvel kwam het eindpunt al in zicht voordat we er goed en wel erg in hadden. Een heel geslaagde tocht, ook voor mij, die zich altijd meer fietser dan wandelaar voelde. Jos Engels Regio Limburg De regiodag op 8 maart was zeer geanimeerd en druk bezocht. Enkele vrienden hadden geopperd eens een dag te besteden aan de alternatieve routes. Zo gevraagd, zo gedaan en het werd een succes. Tijs Dorenbosch met de Camino de la Plata, Angela Mol beschreef de Camino Primitivo en Frits Jansen het Jacobspad tussen Millingen en Maastricht. Het bleek een schot in de roos. Wellicht is het een aanrader eens een redactioneel artikel in de Jacobsstaf te wijden aan het grote Jacobspad dat in ons landje gerealiseerd wordt. Het Jabikspad in het noorden is voltooid, het Ja-
cobspad van Millingen tot België beschreven en uitgewerkt, en onze vrienden uit het oosten zijn nagenoeg gereed met de aansluiting tussen Hasselt en Millingen. We hebben dan een volwassen en echte pelgrimsroute door Nederland met alle authentieke kenmerken. Een ideale voorbereiding op een lange pelgrimage is mogelijk en aan te bevelen. De namiddag werd verzorg door Hans Bessems van Mulders Bergsport met uitleg over alle benodigde schoeisel en bepakking. Daarna kwamen de werkgroepen aan het woord. Zo’n dag vliegt voorbij. Het wordt weer een druk voorjaar met de landelijke pelgrimsmis op 6 april en op 26 april de wandeling naar en inwijding van de Jacobskapel. Als u dit leest zal het wel achter de rug zijn maar dan bent u alsnog welkom op de Jacobusviering op 25 juli in de Caroluskapel, Swalmerstraat 10, Roermond, met nadien een filmpresentatie over de pelgrimage door Leo Baeten. Niet te vergeten de koffie met vlaai, ook niet te versmaden, bovendien gratis en op uitnodiging van de Broederschap van Sint-Jacob. Nelly Schreurs attendeerde ons op de mogelijke creatie van een nieuwe refugio in Venlo. Daar wordt een profiel gemaakt van de oude historische bebouwing speciaal gericht op de oude SintJacobskapel, vooral de contouren van de toren en het gemeentegebouw. We zullen eens polsen. De Broederschap heeft het plan opgevat een bedevaartstocht naar Sint-Jacob te ontwikkelen welke langs de refugio’s loopt. Bert Bremmers heeft de grondgedachte al ontwikkeld. Het zou een driedaagse bedevaartstocht moeten zijn met een duidelijk pelgrimerend karakter en een vaste jaarlijks terugkerende datum: donderdag in mei, Hemelvaartsdag. Start Houthem-Sint Gerlach en eindigend in Roermond. Het wordt echter ook zo ontworpen dat individuele tochten door het gehele jaar mogelijk zijn. De najaarsvergadering zal zijn op 8 november. Jan Galjé is gestrikt als gastspreker, waarmee we
– 27 –
DE JACOBSSTAF 78
zeer in onze nopjes zijn. Thema: cisterciënzenkloosters langs de Jacobsroute. In de namiddag training en onderhoud van de conditie in de winterperiode, en voorbereiding op de tocht. Voor degenen die onderweg zijn veel spiritualiteit en goede gezondheid, voor degenen die thuisblijven een mooie zomer. Thom Kentgens Regio Breda/Tilburg Op vrijdag 25 januari kwamen zo’n veertig pelgrims samen in de Jacobskapel te Galder, om getuige te zijn van de zegening van onze voorzitter Maria van Hassel-Maas met haar fiets door onze aalmoezenier René Heinrichs, die in ruim drie maanden tijd met haar via Santiago, Barcelona, Rome en Athene naar Jeruzalem wil fietsen. Zij zal regelmatig de trein en de bus nemen als het te zwaar of onveilig wordt. Zij wil deze monstertocht langs vele heilige plaatsen voor een goed doel fietsen. Zij fietst namelijk voor de Nederlandse Hartstichting en daarom wil zij half april, in de Week van het Hart, in Jeruzalem arriveren. Dit vooral om aandacht te vragen voor openhartoperaties en orgaandonaties.
Zij heeft hiervoor gekozen, omdat zij zelf tijdens een van haar laatste pelgrimstochten het ineens erg benauwd kreeg, en in een ziekenhuis terecht kwam. Bij verdere controle in het ziekenhuis bleek zij te lijden aan cardiomyopathie, een aandoening waarbij haar hartspier langzaam aan kracht verliest. Zij had al langer deze tocht op haar programma staan, maar door deze ontdekte aandoening kwam dit in een stroomversnelling, en dit was voor haar de reden om het nu te doen. Zij hoopt door deze tocht een soort besef te krijgen van haar ziekte. Tevens hoopt zij op bijzondere ontmoetingen en op spiritualiteit. Zij gaat van Santiago, via Rome en Athene, naar Jeruzalem. Een omgekeerde tocht. Zij wil de apostelen terugbrengen naar hun roots. Zij stuurt ons regelmatig haar vorderingen en bevindingen van haar pelgrimstocht via de mail. Wij wensen haar heel veel mooie herinneringen aan haar ondernemende tocht toe en dat alles naar haar wens zal mogen verlopen, zodat we onze voorzitter eind mei weer op onze maandelijkse bijeenkomsten mogen begroeten. Rinus Machielsen
Wilt u de Jacobsroute op een comfortabele manier wandelen? Alleen of met uw eigen gezelschap? Met gereserveerde hotelletjes en met vervoer van bagage? Met een uitgebreide routebeschrijving en kaartmateriaal? NIEUW! Groepsreis O’ Cebreiro - Santiago van 14/9 - 27/9 NIEUW! Groepsreis ‘In het voetspoor van St. Franciscus’ in Italie van 3/5 - 17/5 en 31/5 - 14/6
Bel Topo-Aktief 024 - 360 64 27 of bezoek onze website www.topo-aktief.nl
– 28 –
DE JACOBSSTAF 78
Verslag Algemene Ledenvergadering op 15 maart 2008 in Utrecht Op 15 maart 2008 is in de Jacobikerk en het daartegenover liggende Jacobitheater het Camino Festival gehouden met als thema ‘De zeven werken van barmhartigheid’. Onderdeel van het Camino Festival is de Algemene Ledenvergadering die om 10.15 uur door onze voorzitter Tijs Dorenbosch wordt geopend in het Jacobitheater. In zijn welkomstwoord memoreert de voorzitter dat we een grote club zijn met inmiddels meer dan 7000 leden. Hij hoopt dat het aantal vrijwilligers minstens in gelijke mate zal groeien met het aantal leden. Er zijn de volgende mededelingen: - We zijn nog steeds op zoek naar een tweede herberg voor onze hospitaleros. Er zijn wel contacten, maar het verloopt moeizaam. We houden ons aanbevolen voor suggesties. - Communicatie binnen het Genootschap is heel belangrijk. Bezoek daarom regelmatig onze website www.santiago.nl. Geef als dat nog niet is gebeurd uw e-mailadres door aan de Ledenservice
[email protected]. - De Jacobsstaf is op zoek naar een nieuwe hoofdredacteur en eindredacteur. - In 2011 vieren wij ons 25-jarig jubileum. Een projectgroep vanuit de werkgroep Geschiedenis en Cultuur overlegt met onze huidige overbuurman in Utrecht, het Catharijneconvent, over een tentoonstelling. Mogelijk komt er ook een internationaal congres. - We hopen dat de werkgroep Jongeren goed van de grond komt. - Het bestuur heeft een initiatief gefaciliteerd op het gebied van pelgrimeren door gehandicapten. Hierover te zijner tijd meer informatie. - De dependance van de ledenservice in Vessem loopt voortreffelijk.
- Onze huidige behuizing aan de Lange Nieuwstraat 9A in Utrecht wordt te klein; bovendien is ons, wegens verkoop van het pand, de huur opgezegd. Waarschijnlijk zijn wij per 1 juli 2008 gehuisvest in de Janskerk in Utrecht. - Een nieuw initiatief is de Jacobuswandelpool. Informatie hierover op de website. Naar aanleiding van het verslag van de najaarsbijeenkomst op 17 november 2007 in Breda (zie Jacobsstaf 77, vanaf blz. 41) pleit Rijk Scheer er nogmaals voor een bank met meer oog voor duurzaamheid te kiezen dan de Rabobank. De secretaris wijst erop dat de zogenoemde ‘duurzame banken’ vaak ‘spaarbanken’ zijn die (nog) niet dezelfde bankfaciliteiten (rekening-courant, incasso, et cetera) bieden als bijvoorbeeld de Rabobank. Ook de penningmeester ziet geen aanleiding om bij de Rabobank weg te gaan. Het verslag van de najaarsbijeenkomst wordt vervolgens vastgesteld. Hierna wordt het jaarverslag van de secretaris zonder vragen of opmerkingen vastgesteld. Bas Brouwer, onze penningmeester, geeft een toelichting op het financieel overzicht 2007. Hij wijst erop, dat de begroting defensief wordt opgesteld (we weten immers niet of het Genootschap in dezelfde mate blijft groeien). De omzet van de winkel is (meer dan) verdubbeld; daarmee zijn ook de kosten voor de Ledenservice gestegen. Omdat het bestuur weer voltallig is en een weekendje ‘op de hei heeft gezeten’ zijn de bestuurskosten enigszins hoger. Nu we bij de Rabobank zitten, zijn de problemen met de incasso’s voorbij: binnen een maand waren alle contributies binnen. De penningmeester is zeer tevreden over het functioneren van de financiële klankbordgroep. Het ziet er aanvankelijk uit alsof er helemaal geen vragen zijn over de financiële stukken; mogelijk
– 29 –
DE JACOBSSTAF 78
hangt dit samen met onze florissante financiële positie en/of met de degelijkheid van de aangeboden stukken. Na enige lichte aandrang zijn er toch wat vragen en opmerkingen. Op een vraag van Rijk Scheer (Gouda) zegt Tijs Dorenbosch dat ‘voorziening herbergen’ bedoeld is om een ‘eigen’ herberg te faciliteren, als die er komt. In dit verband wijst Tijs erop dat Spanje niet goedkoop (meer) is. In verband met de voorgenomen reorganisatie gaat er voorlopig geen geld voor materiële verbeteringen naar Roncesvalles. De Rabo-ledencertificaten zijn wat degelijkheid betreft te vergelijken met staatsobligaties. Ze leveren dividend op en zijn, mede daarom, onderhevig aan lichte koersfluctuaties. Er is nu geen reden ze te verkopen, zoals door Thom Oosterhof (Groningen) wordt gesuggereerd. Er is ook een tip, dat je met een frankeermachine wat goedkoper kunt frankeren. De heer Van Tongeren (Voorhout) vraagt of er niet meer kan worden geïnvesteerd in de regio’s. Hij moet namelijk € 3,50 betalen voor een regiobijeenkomst. De regiovertegenwoordigers van regio Bollenstreek/ Rijnland wijzen erop dat mijnheer hier wel twee consumpties voor krijgt. Verder geen steun voor de suggestie ‘meer geld naar de regio’s’. Jan Galjé (Den Haag) constateert een grote marge bij ‘inkoop € 38.000,-’; ‘verkoop € 61.000,-’. Bas Brouwer legt uit dat dit geflatteerd lijkt. Zo is de ’incourantheid’ (en dus waarschijnlijke onverkoopbaarheid) bij voorraden buiten beschouwing gelaten. Het voorstel van de penningmeester om het batig saldo ten gunste van een aantal voorzieningen en het eigen vermogen te laten komen (zie bladzijde 7 van de vergaderstukken) wordt door de vergadering bij acclamatie vastgesteld. De kascontrolecommissie (Cor Broer en Wil Soyer) heeft op 30 januari 2008 de boeken gecontroleerd en in orde bevonden. De boeken geven een getrouw beeld van de financiële staat van het Genootschap. De kascontrolecommissie stelt voor de penningmeester te dechargeren voor het gevoerde financieel beheer en het bestuur voor het
gevoerde financieel beleid. De kascontrolecommissie adviseert – bij wijze van kanttekening – de Rabo-ledencertificaten te verkopen bij een koers van € 112,-. De voorstellen tot decharge worden bij acclamatie overgenomen door de vergadering, waarmee de financiële stukken zijn vastgesteld. De kascontrolecommissie bestaat volgend jaar uit Frans Brons, Gerard van Poppel en Cor Broer. Vervolgens komt de bestuurssamenstelling aan de orde. Enkele bestuursleden zijn aftredend. Tijs Dorenbosch (voorzitter), Theo van Dijk (algemeen secretaris) en René Heinrichs zijn herkiesbaar en worden bij acclamatie herkozen. Er hebben zich geen andere bestuurskandidaten gemeld. Ook Cees Rooijackers is aftredend, maar stelt zich niet herkiesbaar. Cees is binnen het bestuur verantwoordelijk geweest voor regiozaken en voor de Werkgroep Geschiedenis en Cultuur. Cees wordt door de voorzitter toegesproken en ontvangt uit diens handen het traditionele glas met inscriptie. Tijdens de rondvraag meldt Thom Oosterhof dat in de regio Groningen/Drente een ‘regiobestuur’ van vier personen is gevormd. Er zijn vanuit de vergadering complimenten voor de goede akoestiek in de vergaderruimte en voor het feit, dat we het grootste Genootschap in Europa zijn. Dick de Koning (Den Bosch) complimenteert het bestuur en daarmee eigenlijk het hele Genootschap met de vooruitgang in de informatieverstrekking die de laatste tien jaar heeft plaatsgevonden. Er wordt nog opgemerkt, dat routeaanduidingen in Frankrijk en Portugal soms te wensen overlaten. Na precies een uur vergaderen sluit de voorzitter de vergadering. Het aantal deelnemers aan de ledenvergadering varieerde van ongeveer 85 (in het begin) tot 150 (aan het eind). Na het formele deel van de Algemene Ledenvergadering gaat het Camino Festival verder met allerlei activiteiten (stadswandeling, museum-
– 30 –
DE JACOBSSTAF 78
bezoek) in en rond Jacobikerk en Jacobitheater. Aansluitend aan de vergadering zijn er in het Jacobitheater de vaak ontroerende pelgrimservaringen te beluisteren en een lezing over (de vereniging voor) barmhartigheid door Marius Buiting. Uiteraard is er ook voorlichting voor toekomstige wandelaars en fietsers. De Jacobikerk vormt het decor voor de markt, waar diverse partijen van binnen en buiten het Genootschap informatie verstrekken of hun waren aanprijzen. De caminosfeer wordt versterkt door optredens van de Tuna Universitaria de Maastricht. Het Camino Festival wordt afgesloten met het traditionele Café Saint-Jacques. Het bestuur wil allen hartelijk bedanken die zich hebben ingezet om ook dit Camino Festival weer tot een succes te maken! Theo van Dijk Project6
21-04-2006
13:28
Schoonheid langs de Franse Jacobswegen 13 - d a a g s e c u l t u u r r e i s p e r t o u r i n g c a r Vanwege het grote succes van onze eerste reis organiseren wij nogmaals deze schitterende tocht: we beginnen in Vézelay in het lieflijke Bourgondë, trekken dan langs de Via Podiensis dwars door het indrukwekkende Auvergnatische landschap en bezoeken mooie oude stadjes (o.a. Conques). We keren -via St. Jean-Pied-dePort- terug langs de Via Turonensis met de prachtige Romaanse kerken van de Charente (o.a.Aulnay) en het graf van St. Maarten in Tours.
Een aanrader voor de liefhebbers van middeleeuwse architectuur! Periode: zaterdag 13 september t/m donderdag 25 september 2008. Prijs: nog niet bekend. Inbegrepen: de reis per luxe touringcar, verzorging in prima hotels (h.p.), alle excursies en entrees en deskundige (tweehoofdige!) begeleiding. We reizen met een kleine groep (max. 25 pers.)
Pagina 1
Uitgebreide informatie bij de leiding: Drs. Tieleke Huijbers, docente kunstgeschiedenis. Tel. 070 3932805 Panta Rhei Cultuurreizen tel. 045 5325502.
Fietsvervoer Uw fiets retour vanuit Santiago de Compostela naar Nederland en Belgie ! In samenwerking met het Spaanse bedrijf Tournride verzorgt Soetens Transport elke vrijdag het vervoer met fietsen vanuit Santiago de Compostela naar Vessem (NL). Vanuit het distributiecentrum in Vessem wordt uw fiets door heel Nederland en Vlaanderen thuis afgeleverd. U betaalt voor de verzekering, de stalling in Santiago de Compostela en het vervoer naar huis éénmalig € 119,-- incl. btw. Vraag naar de mogelijkheden. SOETENS TR ANSPORT Tel. 0031 (0)497 591673 kantoor gsm 0031 (0)653713539 fax 0031 (0)497 541076 e-mail:
[email protected]
– 31 –
DE JACOBSSTAF 78
Het Genootschap verhuist naar de Janskerk in Utrecht In mei 2003 huurde het Genootschap een eigen kantoorruimte aan de Lange Nieuwstraat in Utrecht. Begonnen werd met de activiteiten van de Ledenservice: het verwerken van aanmeldingen en bestellingen. Gaandeweg werd het gebruik uitgebreid: met vergaderingen van bestuur en een groeiend aantal commissies, met openstelling voor bezoekers op vier verschillende dagdelen, met de plaatsing van de bibliotheek, met de ledenadministratie, het beheer van het Compostelaregister, et cetera. Geen wonder dat de beschikbare 50 vierkante meter langzamerhand niet meer voldeden. In 2007 bleek dat het huurcontract niet verlengd zou worden, omdat de eigenaren het pand leeg wilden verkopen. Deze
stap dwong ons om een nieuw onderkomen te zoeken. Winkel- en kantoorruimte is in Utrecht volop te huur, tegen mooie commerciële prijzen! Maar ons Genootschap wil en verdient iets beters: wij zoeken een omgeving die past bij onze interesse in een duizendjarige geschiedenis, die vervuld is van religieus en spiritueel besef en die de basis vormt voor de Europese cultuur. Uitgerekend Utrecht, de oudste stad in de noordelijke Nederlanden, de stad van Willibrord, de stad met in de middeleeuwen een eigen Jacobsgasthuis, biedt ons nu een nieuw onderkomen dat aan deze verlangens voldoet. Met ingang van 1 juli 2008 betrekken wij twee
– 32 –
DE JACOBSSTAF 78
bijgebouwen van de Janskerk aan het Janskerkhof. Het centrale punt is de begane grond van de kosterswoning, waar een café-achtige ruimte als entree zal dienen en de oude consistorie als administratieruimte. Een deur geeft toegang tot de Zuiderkapel, 50 vierkante meter groot, 15 meter hoog, 3 gotische ramen: hier komt de grote vergadertafel, hier worden de bezoekers ontvangen, hier wordt het werk van de Ledenservice uitgevoerd. Een prachtige entresol biedt ruimte aan de bibliotheek en een grote leestafel. De kelderruimte onder de kapel zal dienen als opslag voor boeken, voorraden en archief. Op deze plek kan ons immer groeiende genootschap weer jaren vooruit. Geschiedenis van de Janskerk Het oudste gedeelte van de Janskerk werd kort na 1040 door bisschop Bernold gesticht als een van de vijf kapittelkerken die samen het Utrechtse ‘kerkenkruis’ vormden. De kerk werd gewijd aan Johannes de Doper. Tot de eerste helft van de zestiende eeuw had de Janskerk een volledig romaanse bouwstijl. Aanvankelijk waren er twee torens aan de westzijde, maar een van de torens raakte in de veertiende eeuw in verval en stortte in. Het kleine romaanse koor met crypte werd van 1508 tot 1539 vervangen door het huidige groots opgezette koor in laatgotische stijl. De rest van de kerk behield zijn romaanse stijl. Toen in 1580 de openlijke uitoefening van de
katholieke godsdienst in Utrecht verboden werd, verloor de Janskerk zijn functie als kapittelkerk. Beelden en altaren werden verwijderd en het koor van de kerk werd ingericht als stadsbibliotheek en later als universiteitsbibliotheek. Tot 1821 bleef deze in de kerk gevestigd. In 1656 kwam de Janskerk in het bezit van de hervormde kerk. Als gevolg van de tornado in 1674 raakte de westzijde van de kerk in verval. Deze zijde werd in 1682 samen met de overgebleven toren gesloopt. Aan het begin van de negentiende eeuw deed de kerk tijdelijk dienst als kazerne voor Russische en Pruisische soldaten. Ook was er een houtopslagplaats gevestigd. De kerk raakte steeds meer in verval. In 1947 werd begonnen met de restauratie van het koor. Bij de tweede restauratie (1977-1981) werd een nieuwe daktoren geplaatst en werd het romaanse karakter van het schip benadrukt. In de Janskerk wordt tegenwoordig iedere zondag een oecumenische dienst voor studenten gehouden. Daarnaast wordt de kerk vaak gebruikt voor symposia en concerten. Het Genootschap huurt enkele nevenruimtes, maar kan ook de kerkruimte een aantal malen per jaar gebruiken voor eigen bijeenkomsten. De eerste keer zal dat – heel passend – gebeuren op 25 juli 2008: de naamdag van Jacobus. De jaarlijkse avond ‘Jacobusliederen zingen’ zal dan in de Janskerk plaatsvinden. Bram van der Wees
– 33 –
DE JACOBSSTAF 78
Mireille Madou: erelid Mireille Madou koninklijk onderscheiden Vrijdag 28 september 2007 is Mireille Madou de eer te beurt gevallen een koninklijke onderscheiding te mogen ontvangen uit handen van de Spaanse ambassadeur in Nederland, Excmo. Sr. D. Alfonso Mª Dastis Quecedo. Zij is tot officier in de orde van Isabel la Católica benoemd voor haar grote verdiensten voor de Spaanse kunst en cultuur. En in het bijzonder voor de apostel Jacobus en de Camino de Santiago. Zo schreef zij in het ano Santo 2004 De apostel van het Westen. Santiago de Compostela in beeld en verbeelding, een boek waarin voor het eerst de apostel zelf centraal staat. De bibliografie van Madou omvat meer dan honderd titels.
Haar vele werk voor het Genootschap, haar talrijke publicaties, colleges en lezingen over de Spaanse kunst en haar grote liefde voor Spanje waren aanleiding voor de Spaanse ambassade haar te onderscheiden. De Orde van Isabella de Katholieke (Spaans: Orden de Isabel la Católica) werd op 24 maart 1815 als Real y Americana Orden de Isabel la Católica door Koning Ferdinand VII van Spanje ingesteld als een ridderorde ter beloning van burgerlijke verdiensten. Men verleent de onderscheiding vaak aan diplomaten en
familieleden van met Spanje bevriende vorsten. De Spaanse koning is de Grootmeester van de orde. Medelid Mireille Madou richtte samen met Koen Dircksens in 1986 het Nederlands Genootschap van Sint Jacob op, was jarenlang vicevoorzitter en lid van de redactie van het tijdschrift de Jacobsstaf. Op 15 november 1986 vond in Den Haag, ’s morgens in het Edith Stein-College en ’s middags in de Jacobuskerk aan de Parkstraat, de eerste bijeenkomst plaats van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Tegen de honderd leden en aspirant-leden waren aanwezig (schrijver dezes was een van hen). Voorzitter Dircksens schetste in het kort hoe contacten met pelgrims en bezoekers van de jacobustentoonstelling in Gent, Mireille Madou en hem tot het initiatief brachten een Nederlands genootschap op te richten met als doel: ‘het verbreiden en verdiepen van de belangstelling voor de pelgrimstochten naar Santiago de Compostela in Galicië in heden en verleden, en voor andere vormen van verering van Jacobus de Meerdere’. Voor de Nederlandse leden was er aanvankelijk in De Pelgrim, het blad van het Vlaamse Genootschap, ruimte voor mededelingen en publicaties. Februari 1989 verscheen de eerste Jacobsstaf met daarin direct een artikel over heilige pelgrims, pelgrimsheiligen en heiligdommen langs de weg, geschreven door Mireille Madou. Daniëlle H.A.C. Lokin
De hofkunst van Asturias Kunsthistorica Mireille Madou is bij velen bekend door haar boek De apostel van het westen. Op 3 april hield zij voor het Instituto Cervantes in Utrecht een lezing over de hofkunst van Asturias tussen 791 en 910, de tijd waarin Asturias zich ontwikkelde tot het eerste christelijke ko-
– 34 –
DE JACOBSSTAF 78
ninkrijk op het Iberisch schiereiland na de veroveringen door de moslims. Mevrouw Madou besprak vier kerken in de omgeving van Oviedo: San Julián de los Prados, Santa Maria de Naranco, San Miguel de Liño en San Salvador de Valdediós. Deze zijn gebouwd in prerrománico asturiano, een bouwstijl die in Asturias voorafging aan de romaanse. De kerken zijn klein maar hoog en uitbundig versierd. Stenen dorpels en kozijnen, ramen en bogen zijn voorzien van aan de ivoorsnijkunst ontleende motieven, vooral het kenmerkende ‘koordmotief’. Echt bijzonder worden deze kerken door de wandschilderkunst. Vooral in de San Julián was deze nog zo goed aanwezig dat de ontbrekende delen gerestaureerd konden worden. In de beschildering vinden we geometrische motieven, bladeren en bloemen, maar ook gebouwtjes en gedrapeerde doeken. En overal keert het kruis
van Asturias terug, met de Alfa en de Omega aan de dwarsbalken. Mevrouw Madou liet zien hoe deze kunst vrijwel niets ontleent aan de oudheid, maar andere (onder meer Visigotische en Byzantijnse) elementen gebruikt. Een ander aspect van de Asturiaanse hofkunst is de goudsmeedkunst van de schat van de Cámara Santa in de kathedraal van Oviedo. Mevrouw Madou toonde aan de hand van onder andere de Cruz de los Ángeles uit 808 en de Cruz de la Victoria uit 908 hoe de Asturiaanse hofkunst zich gaandeweg meer op de Frankische kunst ging richten, en anderzijds al trekken van de mozarabische kunst begon te vertonen. Na afloop was er Asturiaanse muziek van zangeres Mapi Quintana, met begeleiding van de traditionele gaita (doedelzak). Gabriël C.L.M. Bakkum
Zoekertjes • In verband met een grote verbouwing is de refugio in het Carmelklooster te Sittard in 2008 niet beschikbaar voor pelgrims. Als alternatief is in het centrum een pelgrimsvriendelijke Bed and Breakfast aan de Paardestraat 40. Zie www.weva.nl. • Te koop: 2 nieuwe rugzakken à € 15,00 per stuk, 2 rugzakponcho’s à € 15,00 per stuk en 1 paar wandelschoenen van Meindl, maat 9½, voor € 35,00. Telefoon: 0223-522581. • Wie de drukte van de pelgrimsherberg (jeugdherberg) op de Monte do Gozo wil mijden is van harte welkom in de Ermita de San Marcos, Centro Europeo de peregrinaciones Juan Pablo II, Rúa das Estrelas 80, Monto do Gozo.
• In 2009 willen wij graag te voet naar Santiago de Compostela lopen. Wie heeft er voor ons (te koop, te leen, te huur) de route van Vézelay naar Saint-Jean-Pied-de-Port, de oude route (via Limoges, Périgueux, Ostabat). Deze is tot enkele jaren terug uitgegeven en moet vast nog wel bij enkele leden in de kast staan! Reactie naar
[email protected]. • Ben jij René, die op 8 september 2005 van Roncesvalles naar Zubiri is gelopen. Het was slecht weer veel regen. Je was onderweg vanuit Nederland. Je leeftijd moet ergens in de veertig zijn. Om mijn vrouw te verrassen ben ik op zoek naar jou. Kleine Spaanse vrouw, Leo genaamd.
[email protected].
– 35 –
DE JACOBSSTAF 78
Het Genootschap start een wandelpool De kernactiviteit van het Genootschap is wandelen en fietsen. Dit betekent vaak het maken van een pelgrimage naar Santiago de Compostela. Maar ook daarbuiten is veel behoefte aan het maken van wandelingen. Daarom heeft het Genootschap de Jacobuswandelpool opgericht. Deze biedt de leden van het Genootschap een nieuwe mogelijkheid om wandelingen onder de aandacht te brengen en om het aanbod beter toegankelijk te maken. De Jacobuswandelpool vindt u op een apart gedeelte van de website van het Genootschap, www. santiago.nl. Iedereen die dat wil, kan hierop een wandeling aanmelden, en iedereen die samen met andere leden van het Genootschap wil wandelen, vindt hier wandelingen. Waarom een Jacobuswandelpool? Binnen het Genootschap wordt steeds meer samen gewandeld. Zo organiseren een aantal regio’s regelmatig wandelingen voor de leden in hun gebied en ook individuele leden bieden wandelingen aan. Samen wandelen is een uitstekende manier om ervaringen te delen met medepelgrims, of om als ‘onervaren loper’ te horen wat ‘ervaren lopers’ te melden hebben. Ook worden er wandeltochten georganiseerd die direct in verband staan met de doelstellingen van het Genootschap: spirituele tochten, stiltetochten, tochten ter inspiratie, wandelingen over Jacobspaden in binnen- en buitenland of wandelingen langs Jacobalia. Ook om meer bekendheid te kunnen geven aan dergelijke initiatieven is het Genootschap een Jacobuswandelpool gestart. Wat kunt u betekenen voor de Jacobuswandelpool? Om de wandelpool tot een succes te maken zijn er zowel organisatoren als wandelaars nodig. Het zou mooi zijn als de wandelingen regionaal gespreid
zijn, dat ze van verschillende zwaarte zijn en dat ze verschillend van aard zijn. Alles kan, maar alleen als er aanbod is. Daarom is er altijd behoefte aan mensen die wandelingen willen organiseren. Indien u belangstelling heeft, kijk op www.santiago.nl of stuur een e-mail naar
[email protected]. Hoe kondig ik een wandeling aan? Organisatoren kunnen wandelingen aanmelden via een formulier op de website. Hier wordt u gevraagd de gegevens in te vullen die wij nodig hebben om de wandeling zo duidelijk mogelijk op de website te plaatsen. Wanneer de aanmelding bij ons binnenkomt, krijgt u een ontvangstbevestiging en wordt de wandeling zo spoedig mogelijk op de website geplaatst. We streven ernaar om de website minimaal eens per week te verversen. Geïnteresseerde wandelaars melden zich direct bij u aan, niet bij ons! Als u uw telefoonnummer of emailadres liever niet op de site gezet wilt hebben, dan kunt u ook gebruikmaken van het e-mailadres van de Jacobuswandelpool. Geïnteresseerden geven zich dan op via dit e-mailadres en deze mails worden aan u doorgezonden. De coördinatoren houden niet bij wie zich bij u opgeeft. Hoe geef ik mij op voor een wandeling? Als u aan een wandeling wilt deelnemen, kunt u contact opnemen met de organisator van die wandeling. De contactgegevens vindt u bij de wandeling vermeld. Soms kunt u zich ook opgeven via het e-mailadres van de Jacobuswandelpool. Uw mail wordt dan doorgestuurd aan de organisator van de wandeling. De coördinatoren houden niet bij wie zich waarvoor opgeeft. Vragen?
[email protected] Gabriël C.L.M. Bakkum en Gerard Goudriaan
– 36 –
DE JACOBSSTAF 78
Sint-Jacob in de Utrechtse Kerkennacht In navolging van andere steden vindt op 21 juni de Utrechtse Kerkennacht plaats. Die avond zijn veel kerken in Utrecht tot in de kleine uurtjes open met een religieus, spiritueel of cultureel programma. Ook veel maatschappelijke organisaties, waaronder ons Genootschap, leveren een bijdrage aan dit evenement. Op ons verzoek houdt Gied ten Berge een lezing over zijn in 2006 verschenen boek Pelgrimeren naar de Morendoder. Dit boek neemt de lezer eerst mee op zijn pelgrimage naar Santiago de Compostela en daarna op een kleine speurtocht naar de geschiedenis van de pelgrimstochten naar Santiago. Gied ten Berge is theoloog en medewerker van Pax Christi. In 2005 gebruikte hij een opfrisverlof om
een tocht naar Santiago te maken. Het werd voor hem niet alleen een ‘verdiepende piekervaring’, maar het was ook een ‘vredestocht’ voor hemzelf en voor anderen. Gied neemt ons mee door een duizendjarige geschiedenis, langs heilige en onheilige plaatsen en vertelt over zijn ontmoetingen, zijn pieken en dalen en over de uiteindelijke vraag: waar was dat pelgrimeren nu eigenlijk goed voor, wat was de zin ervan en wat heeft de heilige Jacobus met de vrede te maken? Was hij soms niet op weg geweest naar een Morendoder? De lezing vindt plaats op zaterdag 21 juni in de Silokerk, Herenstraat 34, Utrecht en begint om 20.00 uur. De toegang is gratis. Bram van der Wees
Jacobusliederen zingen in Utrecht Al voor de derde keer is er op de naamdag van Sint-Jacobus gelegenheid om een avond Jacobusliederen te zingen. Na twee jaar verruilen wij de prachtige kerk van Buurmalsen voor een kerk in Utrecht. Op vrijdag 25 juli vindt de zangavond plaats in de Utrechtse Janskerk, waar het Genootschap vanaf 1 juli aanstaande haar eigen onderkomen heeft. Behalve het plezier van het zingen hebben de deelnemers dan dus ook gelegenheid het nieuwe Huis van Sint Jacob te bezichtigen. Eerder op de avond zullen de klokken van de Jacobikerk geluid worden door het Utrechtse Klokkenluiders Gilde, een luiding die in 2007 voor het eerst plaatsvond en direct tot traditie is verheven. Deze luiding vangt aan om 19.00 uur en duurt twintig minuten. Wie het goed wil horen, komt naar het Jacobskerkhof in Utrecht (dichtbij
het Vredenburg). Daarna lopen we in vijf minuten naar de Janskerk op het Janskerkhof, die open is vanaf 19.30 uur. Om 19.45 uur vangt de repetitie aan. Dirigent is dit jaar Jan Galjé, al jarenlang lid, redactielid, regiocontactpersoon en kenner van kerkmuziek. Hij zal met ons een vijftal Jacobusliederen instuderen. Na de pauze voeren wij het resultaat uit in het koor van de kerk, 20 meter hoog, 50 meter lang. Het heeft daar in eeuwen niet zo mooi geklonken! Koorervaring is prettig, maar niet noodzakelijk. Geestdrift en bezieling: daar gaat het Jacobus om! We zingen onder meer: Jakobus treuer Freund, Dum pater familias en Tous les matins (het ‘Ultreia-lied’). Deze avond wordt georganiseerd door de regio
– 37 –
DE JACOBSSTAF 78
Utrecht en is vrij toegankelijk voor alle leden van het Genootschap. Het einde is rond 22.00 uur, waarna we nog een glas drinken op Jacobus. Aanmelden is niet noodzakelijk, maar wel prettig voor de organisatie: graag per e-mail naar bram@ vanderwees.com onder vermelding van uw naam,
adres en stemsoort. Na aanmelding per email krijgt u de bladmuziek toegemaild. Let op: het klokkenluiden vindt plaats bij de Jacobikerk in de St. Jacobsstraat, en het zingen in de Janskerk aan het Janskerkhof! Bram van der Wees
Het Compostelaregister Harry Wasser Ieder kwartaal worden in de Jacobsstaf de ontvangen aanvullingen op het Compostelaregister gepubliceerd. Wilt u ook worden opgenomen in het Compostelaregister na thuiskomst uit Santiago? Stuur dan een kopie van uw Compostela naar het Genootschap, samen met de ingevulde achterkant van de brief die u bij de pelgrimspas ontving, met gegevens over de gevolgde route en de reiswijze. U kunt daarmee ook de Jacobsspeld bestellen. Hebt u de brief niet meer, pluk hem dan van de website www.santiago.nl onder ‘Veel gestelde vragen’ en ‘Wat doe ik met mijn Compostela?’ Of vraag een formulier aan bij het Informatiecentrum van het Genootschap (
[email protected]). Naam Woonplaats Aankomst 1994 Bouwman, A.J.H. Voorburg 19-sep-94
voet
1998 Jansen, F.H.M. Den Haag 11-jun-98 Martens, A.M. Burgh Haamstede 12-okt-98
fiets voet
Elsen, M.J. van den Amsterdam
voet
2000 9-jun-00
Reiswijze
2001 Martens, A.M. Burgh Haamstede 25-sep-01 Heuvel, P.J.C. van den Eindhoven 2-okt-01
voet voet
Hortensius, H. Culemborg
2002 21-jun-02
voet
Jong, A.C.M. de Teteringen
2003 31-mei-03
fiets
2004 Martens, A.M. Burgh Haamstede 9-jul-04 Putten, J.G. van der Wieringerwerf Putten-Commandeur, M.Th.H. van der Wieringerwerf
voet
2005 20-jun-05
fiets
20-jun-05
fiets
Vossen, M.H.E. Oegstgeest Soyer, W.J.M. Amsterdam Straten, A.C.A. van Hoeven Straten-Damen, A.Th.A.M. van Hoeven Elsen, M.J. van den Amsterdam Meiden, J.M. van der Zoetermeer Meiden-Schermer, M.A.B. van der Zoetermeer Piek, J.P.L. Puiflijk Piek-Lignac, R. Puiflijk Jong, M.M.de Nijkerk Erve, A.M.E. van Tilburg Straten, H.L. van Haarlem Meeuwissen, A. Budel Schaaf, D. van der Reduzum Schaaf, P. van der Reduzum Jong, A.C.M. de Teteringen Groen, W. Diemen Groot-Maters, J.J.M. de Harderwijk Graaff, L.P.W.de Waalwijk Graaff, P.J.M. de Waalwijk Langereis, J.M. Hoofddorp Hulst, A. van Alphen a/d Rijn Buskop, P. Alkmaar Fokkens, B. Amsterdam
– 38 –
2006 27-mei-06 28-mei-06 2-jun-06
voet voet fiets
2-jun-06 4-jul-06 7-jul-06
fiets voet fiets
7-jul-06 4-okt-06 4-okt-06
fiets voet voet
2007 26-apr-07 2-mei-07 5-mei-07 27-mei-07 2-jun-07 2-jun-07 5-jun-07 12-jun-07 14-jun-07 19-jun-07 19-jun-07 21-jun-07 1-jul-07 4-jul-07 5-jul-07
voet fiets voet voet voet voet voet fiets voet fiets fiets fiets fiets fiets fiets
DE JACOBSSTAF 78
Brugman, E.M.A. Vlemmix, P.P.M.M. Vlemmix, Th.M.C. Engels, M.G.A.M. Hoogendoorn, M. Horst, S. van der Meer, W.J. van der Kuijpers, J.J. Dudok, F. Put, J.H.W.M. van der Put, W.A.J. van der Fennema, W.A. Akker, N. van den Akker-van Zwieten, H. van den Berkers, F.J.M. Berkers-Jansen, E.M.A.
Nieuwegein Son Son Amsterdam Zoetermeer Zoetermeer Woerden Voorschoten Renesse Baarlo Eindhoven Franeker Boskoop
9-jul-07 14-jul-07 14-jul-07 27-jul-07 20-aug-07 20-aug-07 25-aug-07 11-sep-07 16-sep-07 19-sep-07 19-sep-07 21-sep-07 23-sep-07
fiets voet voet voet fiets fiets fiets fiets fiets voet voet fiets fiets
Denkers, M.E. Heidema, H.P.J. Meijer, L.G.M. Muns, J. Everards, K. Philippus, F. Poulissen, A.J.J. Bloemendaal, R. Martens, H. Heirbaut, F.A. Koek, J.E.
Breugel Breugel Voorhout Blaricum Wijk bij Duurstede Wijk bij Duurstede Heiloo Amersfoort Tilburg Haarsteeg Haarsteeg
Boskoop Waalre Waalre
23-sep-07 24-sep-07 24-sep-07
fiets voet voet
Bruin, A.C. de Vlaardingen
25-sep-07 25-sep-07 2-okt-07 2-okt-07
voet voet voet voet
15-okt-07
voet
15-okt-07 19-okt-07 29-okt-07 15-nov-07 25-nov-07 25-nov-07
voet fiets voet voet voet voet
2008 23-jan-08
voet
Agenda 17 mei 17 mei 24 mei 21 juni
regio Friesland: voorjaarswandeling. regio Arnhem/Nijmegen: nachtpelgrimswandeling naar Kevelaer. regio Midden-Nederland: fietstocht door de regio. regio Utrecht-Zuid/Rivierenland: lezing door Gied ten Berge over ‘de Morendoder’, Silokerk in de Herenstraat te Utrecht. 25 juli regio’s Utrecht-Zuid/Rivierengebied en Midden-Nederland: klokkenluiden t.g.v. het feest van Sint-Jacobus. 25 juli regio Utrecht-Zuid/Rivierengebied: Jacobus-zangavond in de Janskerk, Janskerkhof te Utrecht. 25 juli regio Breda/Tilburg: viering feest Sint-Jacobus in kapel te Galder en wandeling. 25 juli regio Limburg: Jacobusviering in Caroluskapel te Roermond, alsmede filmpresentatie Leo Baeten, aanvang 18.30 uur. 27 juli regio Den Bosch: 8.30 uur start wandel-/fietstocht naar Jacobuskerk te Den Dungen met viering H. Mis t.g.v. feest Sint-Jacobus. 27 juli regio Arnhem/Nijmegen: Sint-Jacobsdag i.s.m. de Jacobskapel te Nijmegen. 6 en 7 september regio Friesland: wandelweekend. 27 september regio Midden-Nederland: najaarsbijeenkomst. 4 oktober regio Rotterdam: najaarswandel/fietstocht en bijeenkomst. 5 oktober regio Utrecht-Zuid/Rivierenland: najaarsbijeenkomst met lezing door Jos Peters over de Camino de Levant. 11 oktober regio Friesland: najaarsbijeenkomst. 25 oktober regio Amsterdam: najaarsbijeenkomst. 8 november regio Limburg: najaarsbijeenkomst in Katoenen Dorp te Roermond. 8 november Genootschap: najaarsbijeenkomst te Haarlem (i.s.m. regio Bollenstreek/Rijnland).
– 39 –
DE JACOBSSTAF 78
Regioafdelingen Regio
Postcode
Regiocontactpersonen
Amsterdam
1000-1119 1160-1199 1300-1399 1420-1439
Herman Holtmaat, Wouwermanstr. 20 III, 1071 LZ Amsterdam 020-6791262,
[email protected] Marja te Lintelo, Da Costastraat 86 E, 1053 ZR Amsterdam 020-6121235,
[email protected]
Noord-Holland benoorden ‘t IJ
1120-1159 1440-1999
Adrie Dik ,Oude Hoeverweg 1, 1817 BL Alkmaar 072-5128067,
[email protected] Rick van de Ven, Holleweg 58, 1851 KJ Heiloo 072-5340257,
[email protected]
Midden-Nederland
1200-1299 1400-1419 3600-3899
Fons Boink, Oude Arnhemseweg 373, 3705 MJ Zeist 030-6990212,
[email protected] Joop van Gool, Julianalaan 29, 1412 GR Naarden 035-6943982,
[email protected]
Bollenstreek/ Rijnland
2000-2199 2300-2499
Helmi van Ginneken,Langewerk 4, 2405 HK Alphen aan den Rijn 0172-416251,
[email protected] Annie Lohman, Hafkenscheidtlaan 52, 2191 BR De Zilk 0252-519860,
[email protected]
Den Haag
2200-2299 2500-2799
Cees Rooijackers, Vondelstraat 136, 2513 EX Den Haag 070-3602442,
[email protected]
Rotterdam
2800-3399
Aart en Mieke Ligthart, Bermweg 264, 2906 LH Capelle a/d IJssel, 010-4582365,
[email protected]
Utrecht-Zuid / Rivierengebied
3400-3599 3900-4299
Bram van der Wees, Poortstraat 83, 3572 HE Utrecht 030-2732300,
[email protected]
Zuid-west- Nederland
4300-4799
Rinus Goedemondt, Westerzicht 570, 4385 BV Vlissingen 0118-464395,
[email protected] Christ Verbeek, Bachlaan 2, 4384 LR Vlissingen 0118-470262,
[email protected]
Breda/Tilburg
4800-5199
Maria van Hassel-Maas, Catharinastraat 57, 4811 XE Breda 06-43834114,
[email protected] Mart en Nelleke Fransen, Vogelsanck 7, 4851 ES Ulvenhout, 076-5657870,
[email protected]
Den Bosch
5200-5499
Nelly en Rony de Jong, Elzenstraat 59, 5306 XK Brakel 0418-671966,
[email protected]
Eindhoven/ Helmond
5500-5799
Bart Leemrijse, Pasteurlaan 57, 5644 JB Eindhoven 040-2119412,
[email protected] Tinus Jansen, Vennekerhei 33, 5508 WB Veldhoven 040-2530961,
[email protected]
Limburg
5800-6499
Thom Kentgens, Ireneweg 7, 6065 EC Montfort 0475-350022,
[email protected] Huub Amkreutz, Lambertistraat 8, 6461 JK Kerkrade 045-5353980,
[email protected]
Arnhem/ Nijmegen
6500-7099
Marc Koch, Europaweg 11, 6991 DA Rheden 026-4954467,
[email protected] Joop Kamphuis, Willem Barentszstr. 10, 6991 BC Rheden 026-4954001,
[email protected]
Oost-Nederland
7100-7799 8000-8299
Gé Westgeest, Ganzenmarkt 22, 7631 EN Ootmarsum 0541-293351,
[email protected] John Vollenbroek, Prins Bernhardstraat 1, 7573 AM Oldenzaal 0541-523483,
[email protected]
Groningen/ Drenthe
7800-7999 9300-9999
vacature
Friesland
8300-9299
vacature
– 40 –
Colofon
De Jacobsstaf nr. 78 Jaargang 20 Mei 2008
Het Nederlands Genootschap van Sint Jacob is de vereniging van en voor belangstellenden in de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela in Galicië. Aanmelding voor het lidmaatschap dient te geschieden aan het adres van het Genootschap door inzending van het aanmeldingsformulier. Dit kan men opvragen bij het Informatiecentrum of downloaden van de website www.santiago.nl. Het lidmaatschap loopt uitsluitend per geheel kalenderjaar. Beëindiging dient vóór 1 december te worden gedaan per brief of e-mail. De contributie bedraagt in 2008 € 21,20 incl. het abonnement op de Jacobsstaf. De contributie voor een ‘inwonend lid’ bedraagt in 2008 € 15,90 zonder de Jacobsstaf. Het eenmalige inschrijfgeld is in 2008 € 11,16 per eerste lid per adres. Nieuwe leden ontvangen direct bij inschrijving gratis de pelgrimspas. De bedragen kunnen jaarlijks worden aangepast. Alle bedragen worden door het Genootschap automatisch geïncasseerd. Het Genootschap is gevestigd in het Huis van Sint Jacob: Lange Nieuwstraat 9A, 3512 PA Utrecht Tel: 030-2315391; Fax: 030-2318281 E-mail:
[email protected]. Website: www.santiago.nl. Hier zetelt de ledenadministratie, de ledenservice en de winkel, het Informatiecentrum, de bibliotheek en het Compostelaregister. Tevens is dit het vergadercentrum. De openingstijden zijn: Maandag van 14 tot 16 uur, Donderdag van 19 tot 21 uur, Vrijdag van 10 tot 12 uur, Elke tweede en vierde zaterdag van de maand van 11 tot 15 uur. Het Informatiecentrum in Vessem is gevestigd in ’t Atelier van de Pelgrimshoeve Kafarnaüm, Servatiusstraat 11, 5512 AJ Vessem (NB). Het is geopend op elke tweede en vierde zaterdag van de maand van 11 tot 15 uur voor informatie over de tocht en aanmelding als lid. Bankgegevens Girorekening: 5151146 (Internationaal: IBAN: NL90PSTB0005151146 en BIC: PSTBNL21) Bankrekening: Rabobank Almere nummer 30.25.73.917 t.n.v. Het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Bestuur van het Genootschap Tijs Dorenbosch (voorzitter) Theo van Dijk (algemeen secretaris) Bas Brouwer (penningmeester) Ton Aarts, Huub van Alem, René Heinrichs, Adrie Dik en Herman Holtmaat (leden) Regioafdelingen Het Genootschap heeft Nederland verdeeld in zestien regionale afdelingen. De indeling en de namen van de regiocontactpersonen staan achter in dit blad. De regiocontactpersonen vormen het meest directe contact van het Genootschap met de leden.
Werkgroepen Het Genootschap kent een aantal werkgroepen en commissies: Cultuur en Geschiedenis, Pelgrimswegen, Herbergen, Hospitaleren, Spiritualiteit, de Jacobsstaf, Internet, Pelgrimsonderdak in Nederland en Ledenservice. De Jacobsstaf is het orgaan van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob en verschijnt viermaal per jaar. ISSN: 0923-11458. © Nederlands Genootschap van Sint Jacob Redactie Frank den Hond (hoofdredacteur) Jasper Koedam (eindredacteur) Rony de Jong (redactiesecretaris) Tieleke Huijbers (beeldredacteur) Gabriël Bakkum, Thijs Hanrath, Gitta van ’t Land, Gerard van Poppel, Herman Stokmans (leden) Redactieadres Elzenstraat 59, 5306 XK Brakel. E-mail:
[email protected]. Druk en grafische verzorging Drukkerij Berne BV, Heeswijk Aanwijzingen voor auteurs Bijdragen voor de Jacobsstaf dienen digitaal, bij voorkeur in Word, gezonden te worden aan
[email protected]. Voor artikelen geldt als richtlijn een maximumlengte van 1.800 woorden; voor de regioberichten geldt een maximumlengte van 300 woorden per regio. Voeg de illustraties apart toe als jpg-bestand, 300 dpi. Geef in de tekst de plaats van de illustraties aan en voeg apart een lijst met bijschriften toe. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Meningen en feiten zoals die door auteurs worden weergegeven, vallen buiten verantwoordelijkheid van redactie en uitgever. Advertenties kan men inzenden via het redactieadres. Losse nummers zijn, indien nog leverbaar, via het Informatiecentrum te bestellen.