Jaarverslag 2013
vereniging surinaams bedrijfsleven Suriname Trade and Industry Association
Missie Toegewijd werken aan een competitief ondernemerschap dat hoogwaardige goederen en diensten produceert op een maatschappelijk en milieu verantwoorde wijze.
Visie De VSB is de toonaangevende vertegenwoordiger en belangenbehartiger van het Surinaams bedrijfsleven en streeft als werkgeversorganisatie naar een leidende rol in de regio.
Kernwaarden Kwaliteit Objectiviteit Integriteit Vertrouwen Transparantie Onafhankelijkheid Representativiteit Corporate Governance Corporate Social Responsibility Sociale dialoog en tripartisme Rechtszekerheid, rechtsorde 1
2
INHOUDSOPGAVE
Missie Visie Kernwaarden ................................................................................................
1
algemene beschouwing VAN DE VOORZITTER .........................................
4
Ondernemen in 2013: DE ECONOMISCHE CONTEXT ...................................
6
Year in Review: organization & Highlights ........................................
9
ALGEMENE LEDENVERGADERINGEN ...........................................................
14
SOCIALE DIALOOG, REPRESENTATIE & PARTNERSCHAPPEN ..........................
16
Productiviteit & Concurrentievermogen ...........................................
20
ARBEIDSVERHOUDINGEN, ARBEIDSMARKT EN WERKGELEGENHEID ..............
27
BIJDRAGE AAN CONFERENTIES, SEMINARS, WORKSHOPS ............................
35
SURINAME BUSINESS COALITION ..............................................................
39
VERTEGENWOORDIGING IN OVERHEIDSORGANEN .......................................
41
VSB LEDENLIJST 2013/STIA MEMBERSLIST 2013 .........................................
42
3
ALGEMENE BESCHOUWING VAN DE VOORZITTER
Algemeen Werkgevers hebben 2013 over het algemeen als een relatief stabiel jaar gekarakteriseerd. De Vereniging Surinaams Bedrijfsleven heeft als organisatie op diverse momenten haar relevantie voor de samenleving in het algemeen en voor het bedrijfsleven in het bijzonder, kunnen aantonen. Het bestuur heeft bij vele gelegenheden en onder verschillende omstandigheden ferme standpunten moeten innemen. Wij zijn vanwege uiteenlopende faktoren jammergenoeg niet in staat geweest om alle doelstellingen zoals vervat waren in het strategisch plan 2011-2013 te realiseren. De uitdaging ligt thans voor ons om onder terzijde legging van beperkte groepsbelangen, met vereende krachten verder te werken aan de institutionele versterking van onze organisatie en in harmonie aan realisatie van de voorgenomen doelen te werken. De ondernemersklasse heeft de ondersteuning van de VSB nodig en wij hebben als organisatie de verantwoordelijkheid op ons genomen om het klimaat voor het vrije ondernemerschap te doen bevorderen. Aanpak van zaken met een vernieuwende blik en verhoging van organisatiegraad en een efficientere aanpak zullen motto moeten vormen voor de komende periode.
Maatschappelijke - en economische review Arbeid, werkgelegenheid en sociale zekerheid De Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) heeft in het uitgebrachte rapport ‘Global Employment Trends 2014’ geregistreerd dat Suriname met een percentage van 12,4 in 2013 het hoogste werkloosheidscijfer in Zuid-Amerika had en de vier na hoogste in de Amerika’s. Het is niet duidelijk in hoeverre in deze beschouwing de zich steeds uitbreidende informele sector, waarbinnen veel ‘werklozen’ economische activiteiten ontplooien, is meegenomen. De invoering van basiszorgverzekering voor jongeren beneden 16 jaar en ouderen boven 60 jaar moet worden gezien als een eerste stap naar een goed samenhangend sociaal zekerheidstelsel. Hoewel de effecten van deze eerste stap nog worden geëvalueerd kan worden gesproken van een matig succes. Het arbeidsveld is in 2013 relatief rustig geweest. Los van enkele zgn. prikacties hebben ondernemingen in goed overleg CAO onderhandelingen ten overstaan van de Bemiddelingsraad voor Geheel Suriname kunnen afronden. Vanwege een geschil tussen de Algemene Haven Arbeidersbond en het bedrijf Integra Port Services N.V., ontstond er een dreiging van lange stillegging bij de havenactiviteiten. Partijen hebben er uiteindelijk voor gekozen het geschil door de kantonrechter te laten beslechten.
Macro Economie Vanuit een sociaal-economisch oogpunt benaderd, kan gerust worden gesteld dat wij geen grote erupties hebben gekend. De ratingsbureaus, Standard & Poor, Fitch en Moody’s hebben zich in het verslagjaar in hun respectievelijke evaluatierapporten terecht positef uitgelaten over de vooruitzichten. Het is in dit verband eveneens van belang te vermelden dat de verwachtingen ten aanzien van de groei en ontwikkeling van de Surinaamse economie zoals voorspeld was in 2012, in dit verslagjaar zijn uitgekomen. De economische groei bedroeg circa 4.0% van het Bruto Binnenlands Product. De gemiddelde jaarinflatie nam verder af van 5,0% in 2012 tot 1,9% in 2013. Toch bleken wij in de loop van 2013 niet in geheel rustig vaarwater te hebben verkeerd. Eens te meer bleek
4
hoe kwetsbaar onze economie is voor fluctuaties van de prijzen van onze voornaamste exportproducten op de wereldmarkt. Door de dalende prijzen voor goud en aluinaarde verminderden de overheidsinkomsten. Dit werd echter niet gecompenseerd door een verantwoord bestedingsbeleid van de overheid. Integendeel was er sprake van overbesteding vooral in de consumptieve sfeer. De USD koers kwam onder druk te staan en bedrijven werden geconfronteerd met schaarste in buitenlandse valuta. De Centrale Bank van Suriname heeft met name in de laatste periode van het jaar regelmatig moeten interveniëren teneinde de valutamarkt stabiel te kunnen houden.
Overheid en ondernemerschap Stuntelige acties Het is een punt van zorg geweest te moeten constateren dat op verschillende momenten geen sprake was van goed en transparant overheidsbestuur en een goede dialoog met het bedrijfsleven. Veelal niet goed doordachte maatregelen zijdens de overheid hadden negatieve effecten op economische bedrijvigheid. Voorbeelden hiervan zijn de instelling van de SGS Pre-shipment Inspectie en het stilzwijgend doen aflopen van de Beschikking van Financiën voor gedeeltelijke vrijstelling van invoerrechten bij de invoer van bedrijfsmiddelen. Het verdient vermelding dat de overheid – hoewel achteraf - wel vatbaar bleek voor constructief overleg met het collectief van bedrijfslevenorganisaties met het Suriname Business Forum als coördinatiepunt. Niet transparant overheidsbeleid Triest was het gesteld met overheidsaanbestedingen. In de loop van 2013 maakten verschillende bedrijven melding van onzorgvuldig handelen bij overheidsaanbestedingen dat naar hun mening tot uiting kwam in willekeurige – en onderhandse gunningen. Voor een gezonde ontwikkeling van de private sector is een transparante overheid nodig die het instrument van openbare aanbestedingen of algemene offerte aanvragen hanteert om een ‘level playing field’ te creëren en door een gezond en weloverwogen concurrentiebeleid, de meest gunstige prijs of meest gunstige prijs/kwaliteitsverhouding weet af te dwingen. Gebrek aan samenhang bij de uitvoering Ook in 2013 was het op nationaal niveau niet altijd duidelijk welke kant wij opgaan. Geconstateerd kan worden dat bij uitvoering van nationaal beleid er een ernstig gebrek is aan evenwicht en onderlinge samenhang. Overheidsfunctionarissen en -instituten proberen bij de uitvoering veelal langs elkaar heen te werken om aan hun eigen (politieke) agenda invulling te geven. Met als gevolg dat goed bedoelde beleidsvoornemens worden gestagneerd dan wel zeer gebrekkig worden uitgevoerd. De VSB is van mening dat op alle niveaus van onze samenleving hard gewerkt moet worden en beter moet worden samengewerkt om onze gezamenlijke ontwikkelingsdoelstellingen te bereiken. MR. FERDINAND WELZIJN
5
ONDERNEMEN IN 2013 De Economische CONTEXT Net als in 2012 konden wij ons in dit verslagjaar verheugen in een relatief gunstige macro-economische groei met een percentage van circa 4,5%. Samen met buurland Guyana manifesteert Suriname de hoogste groeicijfers van de landen in de Caribische regio. De gemiddelde jaarstijging van het prijsindexcijfer voor de gezinsconsumptie in het verslagjaar nam verder af en wel van 5,0% in 2012 tot 1,9%. De jaareinde-inflatie verminderde van 4,3% tot slechts 0,6%. De discrepantie van de parallelle wisselkoers met de officiële wisselkoers is, na interventies van de Centrale Bank van Suriname, niet verder gestegen dan 3% van de officiële wisselkoers. De rating bureaus Standard & Poor’s en Fitch waardeerden de perspectieven van de Surinaamse economie positief. De investeringen en de uitvoering van de expansie van het olieraffinaderij project zijn op schema. Staatsolie heeft de fase van de haalbaarheidsstudie van het ethanolsuikerriet project afgerond en werkt nu aan de uitvoering van het project. Begin 2013 werden de overeenkomsten met IAMGold en SURGOLD ter exploitatie van goudmijnen ondertekend.
Macro-economische situatie De macro-economische indicaties kunnen de indruk wekken dat onze economie in 2013 ‘op koers’ was en dat we in 2013 in rustiger vaarwater waren beland. Echter vertoonde het ogenschijnlijk gladde oppervlak van de macro-economische en financiële positie van ons land wat barsten in de loop van 2013. De prijs van goud op de wereldmarkt daalde in een vrij korte periode met meer dan 25%. Om de productiekosten niet verder te laten stijgen en besparingen te scheppen voor nieuwe investeringen, werden bezuinigingen doorgevoerd in de sector. Pogingen van de overheid om de inkomsten uit de goudsector via belastingheffing op de kleinschalige mijnbouw te vergroten zijn niet verder gekomen dan intenties. De inkomsten uit de oliewinning zijn in 2013 niet verder toegenomen. Volgens cijfers van de Centrale Bank van Suriname daalden de Overheidsinkomsten met 3% in vergelijking met 2012. In 2013 zijn de Overheidsuitgaven met 22% gestegen. Al in het eerste kwartaal van 2013 bleek dat de inkomsten substantieel achterliepen op de uitgaven. Het gat dat in die periode ontstond was al groter dan het tekort over geheel 2012. Toch verminderden de overheidsuitgaven niet. Integendeel ontstond er weer een tekort in het 2e kwartaal , weliswaar veel kleiner dan in het 1ste kwartaal. In het 3e kwartaal namen de overheidsuitgaven substantieel toe waardoor het tekort verder toenam met 66% ten opzichte van het tekort van de eerste helft van het jaar. Zowel het Internationaal Monetair Fonds, als de ratingbureaus en nationale financiële instellingen waarschuwden voor de grote afhankelijkheid van de Surinaamse economie van de grondstoffenprijzen op de wereldmarkt en voor de overbesteding door de overheid, vooral in de consumptieve sfeer. In een gezamenlijk persbericht van de Centrale Bank van Suriname en het Ministerie van Financiën eind april 2013 deden de monetaire autoriteiten van Suriname zelf een ‘dringend beroep op alle economische subjecten om zich te onthouden van onnodige leningen bestemd voor consumptieve doeleinden.’ De uitvoering van het sociaal programma van de regering en de overloop van eerder toegekende salarisverhogingen trokken een forse wissel op het staatsbudget. Door de aanhoudende toename van de uitgaven door de overheid werd de druk op de vreemde valutamarkt merkbaar en werden bedrijven geconfronteerd met problemen in het deviezen- en betalingsverkeer. Ondanks deviezeninterventies van de Centrale Bank bleef het voor bedrijven moeilijk om tegen de officiële koers aan deviezen te komen en werden op de parallelmarkt koersen genoteerd van 2% tot 3% boven de officiële USD notering. Betalingen door de overheid bleven met vertragingen verlopen. Vooral bedrijven met grote opdrachten van de overheid konden hierdoor veelal niet aan hun betalingsverplichtingen voldoen en zagen zich genoodzaakt door extra leningen bij de commerciële banken in hun financieringsbehoefte te voorzien. De binnenlandse schuld (inclusief garanties en committeringen) steeg met 55% en de buitenlandse schuld met 21% tot respectievelijk SRD 2,8 miljard en SRD 3,3 miljard. De totale schuld uitgedrukt in Surinaamse munt nam met 35% toe en in procenten van het bruto binnenlandse product met 10 procent tot 37%. Weliswaar ligt
6
deze verhouding nog steeds onder de wettelijk vastgestelde norm, maar gelet op de geringe capaciteit van de overheid om aan haar betalingsverplichtingen te voldoen is het toch een zorgwekkende ontwikkeling. Als gevolg van de onevenwichtige overheidsfinanciën en de financiering daarvan is de geldhoeveelheid ook toegenomen. De binnenlandse liquiditeitenmassa steeg in 2013 met 11% en bereikte daardoor aan het einde van het verslagjaar het niveau van SRD 9 miljard. Begin 2013 bereikte de hoogte van onze monetaire reserve 1 miljard USD. Als gevolg van de negatieve ontwikkelingen van de overheidsfinanciën, voornamelijk gefinancierd met binnenlandse voorschotten via de Centrale Bank en de commerciële financiële instellingen, daalden onze internationale reserves in de loop van 2013 met circa 22 % tot USD 775 miljoen of een equivalent van ruim 4 maanden import van goederen en diensten aan het einde van het verslagjaar. Voor de Surinaamse economie met haar open karakter, erg afhankelijk van de economische ontwikkelingen in het buitenland, is dit een zorgwekkende ontwikkeling.
De productiesectoren De door IAMGOLD gerealiseerde goudprijs daalde in 2013 met 16% tot circa USD 1.400 per troy ounce. De integrale kostprijs liep echter met 20% op, terwijl het productievolume met 12% kromp. De overige spelers in deze sector werden evenzeer geconfronteerd met deze gewijzigde omstandigheden. Voor de zeer conjunctureel gevoelige bauxietsector was ook 2013 een moeilijk jaar. De prijs voor aluminium op de London Metal Exchange, waaraan die van aluinaarde is gekoppeld, nam marginaal toe nadat deze in 2012 met 15% was gedaald. Het productie- en exportvolume van SURALCO bleef vrijwel constant op 1,2 miljoen metrieke ton. Per saldo nam de exportwaarde marginaal toe tot USD 365 miljoen. In 2013 bleef de jaarproductie van ruwe olie door Staatsolie N.V. vrijwel ongewijzigd op 6,0 miljoen of circa 16.500 barrels per dag. De gemiddelde netto verkoopprijs daalde echter met bijna 5% tot USD 104 per barrel. De door de raffinaderij te Tout Lui Fout verwerkte hoeveelheid ruwe olie steeg met 17% tot 2,7 miljoen barrels of circa 7.400 barrels per dag. De productie bestond uit diesel, asfaltbitumen en diverse brandstofsoorten voor zowel de binnenlandse markt als de export. Per saldo verminderde de bruto omzet met 2% tot iets meer dan USD 1,0 miljard. De geconsolideerde winst voor belastingen daalde met 10% tot USD 432 miljoen. De rijstsector maakte een gunstige ontwikkeling mee; er werd de hoogste inzaai in een decennium gerealiseerd. De exportwaarde steeg met 28% tot USD 39 miljoen. Niettemin is het productiepotentieel nog slechts voor de helft benut als gevolg van een aantal structurele belemmeringen. De omzet van de Stichting Behoud Bananensector kromp in 2013 met 8% tot bijna USD 59 miljoen door prijsdalingen op de Europese markt. De Belgische multinational Univeg Fruitpartners heeft na jarenlange onderhandelingen een 90% belang verworven in de nieuw opgerichte Food and Agriculture Industries N.V., die de bedrijfsactiviteiten van de overheid in de bananensector zal voortzetten. Het beeld bij de overige sectoren is gemengd. Vooral de sectoren handel, constructie en technische dienstverlening deden het relatief goed. Zij konden profiteren van de levendige vraag naar goederen en diensten, die gestimuleerd werd door de ruime macro-economische liquiditeit en investeringen in de mijnbouw en de bouw- en constructiesector.
7
Global Competitiveness Index Barometer voor het bedrijfsleven De macro-economische situatie is een belangrijke, maar niet een alles bepalende factor bij het zakendoen in Suriname. De Global Competitiveness Index van het World Economic Forum is een belangrijke barometer die aangeeft hoe ondernemers zelf denken over het investerings- en ondernemingsklimaat. Ondernemers gaven in de eerste maanden van 2013 hun mening bij het invullen van de Executive Opinion Survey 2013 voor het bepalen van de Global Competitiveness Index (GCI) 2013-2014. De GCI 2013-2014 die in september uitkwam, gaf een lichte verbetering van onze relatieve concurrentiepositie te zien. In een groep van 148 landen stond Suriname op plaats 106 in vergelijking met plaats 114 uit een groep van 144 landen bij de index van 2012-2013. Vooral de aspecten ‘beteugeling van de inflatie’ en ‘overheidsschuld’ van 2012 werden door de ondernemers als positief ervaren. Hierdoor scoorde Suriname op de pijler ‘macro-economische situatie’ beter dan in voorgaande jaren. Minder gunstig was de beoordeling van de begrotingsbalans en de nationale besparingen. Opvallend is echter dat de ondernemers geen noemenswaardige veranderingen hebben geconstateerd op de andere elf (11) pijlers van de index, waardoor Suriname op de gehele ranglijst ook in 2013 een relatief slechte score bleef houden. De meest problematische factoren (top 5) voor het zakendoen in Suriname (gerangschikt van meest naar minst) zoals die door de ondernemers bij het invullen van de Executive Opinion Survey werden aangeven, zijn: inefficiënte overheidsbureaucratie; corruptie; toegang tot financiering; onvoldoende goed opgeleide beroepsbevolking; en slechte arbeidsethiek van de nationale beroepsbevolking. Verder ervaren ondernemers de gebrekkige infrastructuur, onvoldoende capaciteit om te innoveren en een restrictieve en heel erg verouderde (arbeids)wetgeving, als knelpunten bij het zakendoen in Suriname.
8
Year in Review: Organization & Highlights
Organogram
Annual Gener al Meeting
Members
Board Group Representatives
President Vice President
Sectors
Members
Bureau
Director
General Secretary
Policy Officers
Administrative personnel
9
The Board As at December 31, 2013 the composition of the Board of the Association was as follows: Executive Board:
Mr. F. Welzijn Mr. A. Issa Mr. S.L.J. Proeve Mr. B. Renten
: President : Vice President : Treasurer : Member
Group Representatives As of December 2012, 10 economic sectors were represented in the Board. With the exception of the Group mining each Group has one representative in the board. The group mining had at the end of 2013 two representatives. As of January 1, 2013, the Group Tourism was set out of the group services. Mr. J. van Charante became the new Group representative with as his substitute Mrs. Sh. Mac Donald.
Group Representatives
Economic sector
Substitute
Mr. N. Soechit
Agriculture
Mr. B. Sital
Mr. S.L.J. Proeve
Banking
Mr. J. Bousaid
Mr. W. Sowma
Trade
-
Mr. R. Bromet
Timber
-
Mr. B. Renten
Industry
Mr. K. Foe A Man
Mrs. S. Jadnanansing Mr. G. Sairras
Mining
Mr. R. Steenland
Mr. j. van Charante
Tourism
Mrs. Sh. Mac Donald
Mr. P. Torilal
Transport
Mr. w. Baldew
Mr. R. Parbhudayal
Insurance
Mr. R. Koelfat
Mr. H. Ramhit
Services
Mr. A. Dhalgansjansing
10
THE MEMBERS At of the end of December 31, 2013, the Association had 229 members. Most of the members come out of the Group Services (40%), followed by the Group Trade (21%). In the year under review the following companies joined the Association. New members 2013 Agriculture
Narsing Rijstverwerkings Industrie N.V.
Members by sector in %
Trade
Hatramij N.V. N.V. Beauty & Home Systems Inc. TOMAHAWK N.V.
Services 40%
Agriculture 6% Banking 4% Trade 21%
Mining
Belangengroep Goudsector Services
Ang Chemicals Manufacturing N.V. Aqua Pavement & Geotechnical Consultancy (AP&G) Buck Consultants N.V. Callender Consultancy & Training N.V. DEAM Advisory N.V. Innovative Road Technologies N.V. (iroads) IR Publicaties & Evenementen Isabel International N.V. PRAGMATIC N.V. Stichting Polytechnic College Suriname
Insurances Tourism 2% Transport 3% 7%
Industry 14% Mining 3%
THE OFFICE At the end of December the composition of the Office of the Association was as follows: Mr. R. van Essen Mrs. H.R. Doelwijt Mrs. D. Wielingen-Verwey Mrs. M. Maks Mrs. R. Bechoe Mrs. S.Tirtojoso - Martoredjo Mrs. N. Robles Mr. R.R. Rakijo Mrs. M. de Gama Mrs. J. Purperhart
: Director : General Secretary : Economic Policy officer : Communication Officer : Program coordinator Suriname Business Coalition : Administrative assistant : Administrative assistant : Dispatch assistant : Housekeeping : Housekeeping
11
Highlights in 2013 The Association continued the implementation of the Strategic Policy Plan 2012-2013 and activities were oriented towards stimulating entrepreneurship, increasing competitiveness and enhancing good industrial relations. Some of the activities undertaken in 2013 included the participation in the modernization of labour legislation exercise and the resolution of labour disputes. The vehicles through which participation took place were the Labour Advisory Board and the Mediation Council. Furthermore, the Association cooperated with the other social partners to develop the Decent Work Country Program of Suriname. The development of market-oriented education programs and institutes was also supported in the period under review. The Association continued to play an active role in the Suriname Business Forum in 2013. The 53rd Annual General Meeting of the Caribbean Employers’ Confederation (CEC) was organized by the Association in Suriname. The employers in Suriname were represented by the Association at the 102nd International Labour Conference. Mr. Ferdinand Welzijn continued to represent the Caribbean Employers’ Confederation in the ILO Governing Body. The Association organized several special seminars and presentations to highlight and discuss important issues, such as the new ‘Gold deals’, regional integration, ILO core labour standards, social security, leadership, the informal economy and youth employment. The importance of Small and Medium enterprises (SME’s) was recognized by introducing the STIA SME Award. Special attention was given to sustainable growth sectors, such as ICT, water, energy and tourism. The importance of the tourism sector in the national development was further stressed by granting the tourism group of the Association a representative on the Board of STIA. STIA Annual General Meetings
Three Annual General Meetings were organized throughout the year. Ir. Marcel A. Meyer was officially appointed as honorary member of the Association during the Annual Meeting of January 28th. The Director of STIA, Mr. René van Essen, presented during the same meeting the preliminary action plan and budget for 2013. Two presentations were also held by guest speakers on the topic “Coaching with hard results” and “Are banks in Suriname conservative and not very enterprise oriented in providing access to finance Suriname’s companies?” The 2012 Annual Report and the 2012 Financial Statements were presented during the Annual Meeting of July 8th. The special guest speaker, Mr. Hans Lim A Po, presented on that occasion the draft Competition Law on behalf of the Ministry of Trade and Industry. Mr. Ferdinand Welzijn and Mr. Antoine Issa were elected President and Vice President by acclamation of the Board of the Association for the period 2014 – 2015 during the Annual Meeting of December 6th . The special guest speaker at this Annual Meeting was Ir. Remond Pahladsingh, who presented his vision on the future of the power supply in Suriname. Spang Makandra Studio N.V. was presented the 2013 STIA SME Award in recognition for its performance as an ITC company and leading position in the ICT sector. The Board and Members of STIA bid farewell to Mr. Thieu Korten, who represented the Dutch Employers Cooperation Programme (DECP) for seven years. A new start for the Suriname Arbitration Institute
The reactivation of the independent Suriname Arbitration Institute (SAI) was incorporated in the Strategic Policy Plan 2012-2013 as a critical objective. The Association through intensive cooperation with other organizations succeeded in realizing this objective, because a new Board of the SAI, chaired by Mr. R. Rodrigues, was installed on August 30th. The STIA was the founder of SAI in 1954, which due to various circumstances became dormant in the last couple of years. However, the business community recognized the great need for alternative dispute resolution and insisted on the reactivation of the SAI. STIA seminars and presentations
STIA organized in January a presentation and discussion on the topic “Twenty years large-scale gold industry in Suriname, the new gold deals in the context of a vision for development of a large-scale gold industry in Su12
riname.” Mr. Roy Shyamnarain, the guest speaker, highlighted the new gold deals in the context of the Mineral Agreement of April 9th, 1994. The CARICOM Single Market & Economy (CSME) offers opportunities for Surinamese entrepreneurs to undertake various business activities. However, the CSME is not yet a seamless economic space, so barriers are sometimes experienced. STIA organized an information meeting in May, during which CARICOM/CSME expert, Mr. Steven Mac Andrew and VSH Foods Director, Mrs. Karen Wong Fang Sang, shared their knowledge and experience with the attendees. An understanding of the importance of core labour standards, especially in the context of intra- and extra-regional trade and development, is of critical importance for countries and businesses in light of the ever-increasing impact of globalization on business activities. A STIA/ILO workshop on “The Role of Labour Standards in Accessing International Markets and Supporting the Caribbean Single Market” was therefore organized in July. These standards include child labour, forced labour, non-discrimination and recognition of trade union rights. The Government announced its intention to implement in 2014 a national social security system with as main components a minimum wage system, a general pension plan and a national healthcare system. In the course of 2013 basic healthcare insurance for the age groups 0 - 16 year and 60 years plus was introduced. An information session on the proposed pension scheme and the basic healthcare insurance was organized by STIA for its members in October. The special STIA event in November focused on leadership, youth employment and the informal economy. Professor Erwin Seydel gave his views on leadership, while Mrs. Lilian Wiebers presented on the USAID / PADF Suriname Youth Development and Juvenile Justice Program Kari Yu! Mrs. Satcha Jabbar gave her views on possibilities to transition from the informal to the formal economy. Dialogue with the Government to enhance competitiveness
The STIA and other representative organizations of the business community in Suriname requested an urgent dialogue with the Government after a pre-shipment inspection was introduced in May/June without consultations with the business community. The business community feared and anticipated delays in shipments, procedural difficulties and increased costs with as possible consequences shortages of food and goods and a higher cost of living. The pre-shipment inspection was postponed after fruitful discussions by two ad-hoc commissions, in which both representatives of the Government and the business community participated. A similar request for dialogue was made in September, when the Government suspended the partial waiver of import duties on equipment. International cooperation between business support organizations
The President of STIA, Mr. Ferdinand Welzijn, signed a Memorandum of Understanding (MOU) with the Shandong Provincial Enterprise International Cooperation Association and the Aruba Trade and Industry Association (ATIA) on August 5th. The partnership agreement with the Shandong Association offers opportunities for cooperation between companies from Suriname and China, while the partnership with ATIA seeks to promote the economic, industrial and technological cooperation between the private sector Suriname and Aruba. Suriname Business Coalition
The Association signed a second agreement with the Embassy of the USA for the implementation of a project financed by the USA PEPFAR Small Grants Program by the Suriname Business Coalition against HIV & AIDS. Five member companies of the Coalition were beneficiaries of activities relating to HIV & AIDS and Healthy Life Style, which were implemented under the program during the year.
13
ALGEMENE LEDENVERGADERINGEN Algemene Ledenvergadering 28 januari 2013 Op deze ALV vond de officiële benoeming plaats van de heer ir. Marcel A. Meyer tot erelid van de Vereniging. Marcel Meyer heeft zich 30 jaar ononderbroken ingezet voor de Vereniging, vanaf 1981 als bestuurslid en vanaf 1992 als voorzitter. De huidige voorzitter, Ferdinand Welzijn, overhandigde aan Marcel Meyer het plakkaat van het erelidmaatschap. Marcel Meyer sprak zijn overtuiging uit dat het ‘VSB schip’ altijd zal blijven varen en dat hij de Vereniging zal blijven ondersteunen.
Voorzitter Ferdinand Welzijn gaf een korte presentatie over de beleidsvoornemens voor 2013. Deze zijn afgeleid van het Strategisch Beleidsplan 2012-2013 met voor het verenigingsjaar 2013 veel aandacht voor arbeidsverhoudingen en –wetgeving, sociale dialoog en tripartisme. Directeur Rene van Essen presenteerde de cijfers van de goedgekeurde jaarrekening 2011, de voorlopige realisatiecijfers over 2012 en de begroting voor 2013. De beleidsvoornemens en de begroting voor het Verenigingsjaar 2013 zijn door de Algemene Ledenvergadering goedgekeurd. Gastsprekers op deze ALV waren mevr. Henriëtte van Bussel met haar presentatie “Coachen met harde resultaten” en de heren Stephen Sporkslede en Aroen Gangaram-Panday met hun presentatie “Are banks in Suriname conservative and not very enterprise oriented in providing access to finance Surinamese companies?” Voor een duurzaam succes van de organisatie moet worden geinvesteerd in medewerkers. Gebleken is dat coaching een hoger rendement oplevert dan trainingen of workshops: harde resultaten dus. Banken in Suriname zijn juist niet conservatief, maar realistisch en pragmatisch gegeven de institutionele omstandigheden en het klimaat van zaken doen, was de conclusie van de inleiders over banken.
VSB Portret erelid ir. Marcel Meyer Zijn bestuursperiode begon in januari 1981 als plaatsvervangend bestuurslid van de groep Zakelijke dienstverlening. Op 27 november 1985 werd hij groepsvertegenwoordiger en op 30 april 1992 werd hij gekozen tot voorzitter van de Vereniging. Deze functie heeft hij tot en met december 2010 op onnavolgbare wijze mogen vervullen. Hij heeft de Vereniging vertegenwoordigd en zich actief ingezet op nationaal niveau voor de economische ontwikkeling, arbeidsverhoudingen en maatschappelijke kwesties. Zijn onvermoeibare inzet en motivatie stelde hij ten dienste gesteld aan diverse organen, organisaties en instellingen zoals het Zakenkabinet, Interimregering, Topberaad, Grondwet, Surinaams Aanpassings Programma, Raamovereenkomst Suriname-Nederland, Overbruggingshulp, Gestructureerd Samenwerkingsverband, Tripartiet Overleg, Sociaal Economische Raad, Suriname Business Forum en Public-Private Partnership. Regionaal en internationaal leverde hij zijn bijdrage aan de ontwikkeling en integratie op het economisch en maatschappelijk vlak. Bestuursfuncties heeft hij mogen vervullen bij de CEATAL (Business Technical Advisory Committee on Labour Matters for the American States) en bij de CEC (Caribbean Employers’ Confederation) als Vice Voorzitter in de periode 1996-1997 en Voorzitter van 1997-2010. Voorts was hij de vertegenwoordiger van de IOE (International Organization of Employers) voor de Caribische Regio in ACP-EU verband en bij de EU-LAC (Latin American & Caribbean) Civil Society. Zowel in de Caribische Regio als op fora van de ACP-EU, EPA (Economic Partnership Agreement), ECOSOC (United Nations Economic and Social Council) en EESC (European Economic and Social Committee, a bridge between Europe and Organized Civil Society), UN, ILO (International Labour Organization) en IOE heeft hij een actieve bijdrage geleverd. Met het Caribbean Congress of Labour (CCL) werkte hij nauw samen voor de totstandkoming van de sociale paragraaf die werd opgenomen in de EPA-CARIFORUM overeenkomst.
Algemene Ledenvergadering 8 juli 2013 Deze Algemene Ledenvergadering was gewijd aan het verslag van het bestuur over de verrichtingen, activiteiten en het gevoerde beleid en financieel beheer over het Verenigingsjaar 2012. Aan het bestuur werd decharge verleend voor het gevoerde financiële beleid over 2012. Gastspreker was mr. H. Lim A Po sr. die namens het Ministerie van Handel en Industrie een presentatie verzorgde over de concept Mededingingswet.
14
Aan de orde kwamen ook de participatie van voorzitter Ferdinand Welzijn in de delegatie die onder leiding van President Bouterse eind juni een staatsbezoek bracht aan China, en de perikelen rondom de door de overheid ingevoerde SGS Pre-shipment Inspectie (PSI). Voorzitter Welzijn bracht naar voren dat Surinaamse ondernemers een actieve rol moeten opeisen bij het streven van de Regering om de samenwerkingsbanden met China te intensiveren. Wat betreft de PSI kon worden aangegeven dat alle problemen en zorgen van het bedrijfsleven werden geïnventariseerd en dat onder coördinatie van het Suriname Business Forum gesprekken waren opgestart met het Ministerie van Financiën.
Algemene Ledenvergadering 6 december 2013 Het verenigingsjaar werd feestelijk afgesloten met een Algemene Ledenvergadering en een kerstbuffet op 6 december 2013. De heren Ferdinand Welzijn en Antoine Issa werden bij acclamatie benoemd tot respectievelijk Voorzitter en Ondervoorzitter van het VSB Bestuur voor de periode 2014-2016. Directeur René van Essen presenteerde een overzicht van de gerealiseerde Beleidsdoelen 2012 – 2013 en schetste de Contouren voor het Beleidsplan voor 2014. Hij gaf aan dat voor de komende jaren het beleid van de Vereniging gericht zal zijn op: Versterking van de VSB organisatie; Milieu, Productiviteit & Concurrentievermogen; Corporate Governance & Corporate Social Responsibility; Arbeidswetgeving & Arbeidsverhoudingen; Werkgelegenheid, Onderwijs & Training; Representatie & Partnerschappen; Sociale dialoog & tripartisme; de groeisectoren ICT, Energie, Water en Toerisme; en Financiering MKB’s. Gastspreker was ingenieur Remond Pahladsingh die zijn visie gaf op de energiebehoefte van Suriname 2013-2030 en hoe in deze behoefte kan worden voorzien. De grondstof Thorium kan hierbij een centrale plaats innenemen.
Hoogtepunt van de avond was de uitverkiezing van de MKB Onderneming 2013. Spang Makandra Studio N.V. mocht de VSB MKB Award in ontvangst nemen voor het lidbedrijf dat zich in de laatste vijf jaren bij uitstek heeft gepositioneerd en geprofileerd op de Surinaamse markt. “Creativiteit, oplossingsgericht denken en wilskracht hebben Spang Makandra gemaakt tot wat zij zijn vandaag: de trekkers van de ICT Media Sector,” motiveerde het bestuur de uitverkiezing van Spang Makandra. Voorzitter Ferdinand Welzijn gaf in zijn sluitingstoespraak aan dat per 1 januari 2014 de Vereniging afscheid neemt van René van Essen als directeur van het VSB Bureau en dat het roer wordt overgenomen door Kenneth Woei-A-Tsoi. Ook werd afscheid genomen van Thieu Korten, country manager van het Dutch Employers’ Cooperation Programme (DECP). Na zeven jaar samenwerking DECP – VSB bracht Thieu Korten vanwege zijn pensionering, in december 2013 zijn laatste werkbezoek aan Suriname.
15
SOCIALE DIALOOG, REPRESENTATIE & PARTNERSCHAPPEN De VSB is nationaal en internationaal vertegenwoordigd in commissies en organisaties en werkt nauw samen met strategische partners in binnen- en buitenland. VSB lidbedrijven kunnen door deze representatie en partnerschappen hun stem nationaal, regionaal en internationaal laten doorklinken, informatie of technische ondersteuning krijgen, hun eigen netwerken uitbreiden of een samenwerking aangaan met andere bedrijven.
De VSB als sociale partner van de overheid Sociale dialoog en tripartisme zijn kernwaarden van VSB in de geest van de conventies van de International Labour Organization. Dit komt onder meer tot uiting in de vertegenwoordiging van VSB in tripartiete adviesorganen zoals de Staatsraad, de Bemiddelingsraad voor Geheel Suriname, het Arbeids Advies College, het Suriname Business Forum en in talrijke andere overheidscommissies en besturen van door de overheid ingestelde organisaties. Het komt ook tot uiting in de jaarlijkse vertegenwoordiging van VSB in de Surinaamse tripartiete delegatie die de International Labour Conference (ILC) in Genève bijwoont. VSB Secretaris Helen Doelwijt maakte in 2013 deel uit van de tripartiete delegatie die van 5 – 20 juni de 102e International Labour Conference bijwoonde. In 2013 nam VSB zitting in twee nieuwe overheidsorganisaties, te weten het Tabaks Bureau en de Werkgroep Suriname National Training Authority (SNTA). De heer Jan van Charante vertegenwoordigt VSB in het Tabaks Bureau en de heer D. Abeleven participeert namens VSB in de Werkgroep SNTA . Minister Blokland van Volksgezondheid installeerde opnieuw de Nationale Anti-Drugs Raad (NAR) voor de zittingsperiode 1 mei 2012 – 1 mei 2015. De NAR valt onder de Veiligheidsdienst van het Kabinet van de President. Mw. Rita Bechoe, programmacoördinator van de Suriname Business Coalition, vertegenwoordigt VSB in de NAR. VSB liet ook in 2013 geen gelegenheid voorbij gaan om de Regering te wijzen op het belang van het wederom doen instellen van de Sociaal Economische Raad (SER). Helaas ging ook dit verslagjaar voorbij zonder dat belangrijke maatschappelijke vraagstukken, waaronder de instelling van een minimumloon, de algemene pensioenregeling en het basis zorgstelsel, aan dit tripartiete adviesorgaan konden worden voorgelegd. Voor de groei en ontwikkeling van de toerisme sector leverde in 2013 overleg met de overheid geen tastbare resultaten op. In januari 2013 werd onder leiding van Vice-President Robert Ameerali een dialoog opgestart waarvan ook VSB deel uitmaakte, om te komen tot een duurzaam Publiek-Privaat Partnerschap met een evenwichtig en deskundig samengesteld bestuur van de Stichting Toerisme Suriname. Eind 2013 moest echter geconstateerd worden dat deze dialoog nog niet tot resultaten had geleid. De VSB stelt zich op het standpunt dat zonder inbreng van VSB het toerisme zich op het niveau van 2010 zal handhaven en dat de zo gewenste groei van het aantal toeristen vanuit de regio slechts ten dele gerealiseerd zal worden. De groei vanuit Europa, met de beperkingen als gevolg van de nog steeds aanwezige eurocrisis en relatief dure vliegtickets naar Suriname, wordt overschat, terwijl de aandacht voor marketing in de regio’s om ons heen van Suriname als toeristisch bestemmingsland, helaas achterwege blijft.
Sociale dialoog en de Caribbean Employers’ Confederation (CEC) Het bevorderen van sociale dialoog tussen de overheid, werkgevers- en werknemersorganisaties, is door de jaren heen een centraal aandachtspunt van de CEC. In de regio werkt CEC nauw samen met CARICOM/CARIFORUM en het Caribbean Congress of Labour (CCL). Een mijlpaal in 2013 was dan ook de goedkeuring en totstandkoming van een Regionaal Tripartiete Forum op de 8ste ILO vergadering van Caribbean Labour Ministers in Port of Spain. Dit Forum is bedoeld als overlegorgaan tussen de CARICOM, CEC en CCL. De Vereniging Surinaams Bedrijfsleven was op 8 april 2013 gastvrouw voor de 53ste Algemene Jaarvergadering van de Caribbean Employers’ Confederation (CEC). In het licht van de vertraagde economische ontwikkeling van veel landen in de regio, riep CEC op deze jaarvergadering de nationale overheden op tot een doelgerichte sociale dialoog over de vermindering van jeugdwerkloosheid, en programma’s voor duurzame ontwikkeling van middelgrote-, kleine- en micro bedrijven. Ook drong CEC aan op het instellen van nationale EPA Implementatie Units, en het naleven van de ILO fundamentele arbeidsnormen mede gelet op het belang daarvan bij internationale handelsovereenkomsten. 16
VSB voorzitter Ferdinand Welzijn is 1ste Vice President van CEC en vertegenwoordigde ook in 2013 deze regionale organisatie in de vergaderingen van de ILO Governing Body te Genève.
Verbeteren van de concurrentiepositie De VSB werkt nauw samen met bedrijfslevenorganisaties in het kader van het Suriname Business Forum aan het verbeteren van het investerings- en ondernemingsklimaat. Per 1 januari 2013 droeg VSB plaatsvervangend bestuurslid Kenneth Foe A Man de fakkel over aan de heer Gilbert van Dijk als directeur van het Suriname Business Development Center, de werkarm van SBF. De heer Foe A Man heeft in de periode 2011-2012 in deze functie waargenomen. In september droeg VSB voorzitter Ferdinand Welzijn de hamer van het SBF voorzitterschap over aan ASFA voorzitter de heer Wilgo Bilkerdijk. In het bestuur van SBF is VSB vertegenwoordigd door de heer Ferdinand Welzijn en VSB beleidsmedewerkster Dayenne Wielingen-Verwey. Met het collectief van bedrijfslevenorganisaties wordt veelal nauw samengewerkt als het gaat om een gezamenlijke standpuntbepaling . Overleg met de overheid in 2013 over een aantal concrete zaken kwam echter soms moeizaam op gang. De overheid ging zonder overleg met het bedrijfsleven in mei 2013 er toe over een Preshipment inspectiebij (PSI) in te stellen bij de invoer van goederen in Suriname. “De VSB is niet tegen controle, maar wel tegen het nemen van verregaande maatregelen door de overheid zonder voorafgaand overleg met het bedrijfsleven”, stelde de VSB in een eerste reactie. Samen met andere bedrijfslevenorganisaties SBF, ASFA, KKF, AKMOS en AAV, maakte de VSB haar zorgpunten aan de overheid kenbaar. Na een in eerste instantie terughoudende opstelling, ging de overheid toch over tot een Publieke-Private Dialoog (PPD) met de bedrijfslevenorganisaties. De PSI werd opgeschort en enige tijd daarna opgeheven. Ook de eenzijdige beslissing van de overheid om de beschikking van Financiën van 21 augustus 2012 (S.B. 2012 no. 144) voor gedeeltelijke vrijstelling van rechten bij de invoer van bedrijfsmiddelen, stilzwijgend te laten aflopen, werd door het collectief van bedrijfslevenorganisaties als negatief ervaren. Pas na een gezamenlijk bezwaar van VSB, ASFA, KKF en AKMOS, kwam een vruchtbare dialoog met de belastingdienst op gang. Van beide zijden werden constructieve voorstellen gedaan. In afwachting van een definitief resultaat werd de bestaande beschikking drie maal verlengd. VSB gaf in 2013 de volle ondersteuning aan de Competitiveness Unit Suriname (CUS) van het Kabinet van de Vice President. In januari 2013 startte CUS een actieprogramma met als het motto Suriname competes! Join the beat! Het doel dat de CUS voor ogen heeft is om bewustwording te creëren om gezamenlijk te werken aan de verbetering van het ondernemers- en investeringsklimaat van ons land en onze positie op wereldranglijsten zoals de Global Competitiveness Index (GCI) en de Ease of Doing Business Index. VSB is partnerinstituut van het ‘Center for Global Competitiveness and Performance’ van het World Economic Forum (WEF) en is als zodanig belast met de coördinatie van de Executive Opinion Survey in Suriname. De resultaten van deze survey dienen als basis voor de Global Competitiveness Index. Deze index is leidraad voor de CUS activiteiten. VSB is partner van Suriname Yellow Pages voor het bevorderen van Customer Service en de uitreiking van de jaarlijkse Customer Service Award. In het kader hiervan wordt ook samengewerkt met het lidbedrijf N.A.A.M. Consultancy voor de jaarlijkse Customer ServiceTraining.
17
In 2013 is een samenwerking aangegaan met de bedrijfslevenorganisaties China Shandong Enterprises International Cooperation Association en de Aruba Trade and Industry Association (ATIA). Met beide organisaties ondertekende VSB voorzitter Ferdinand Welzijn op 6 augustus 2013 een Memorandum of Understanding (MOU). Bij de organisatie uit Shandong gaat het vooral om het bevorderen van investeringen en samenwerken tussen bedrijven uit Suriname en Shandong. Matchmaking is hierbij een belangrijk speerpunt. De samenwerking met ATIA richt zich meer op de uitwisseling van informatie, professionele ervaring en het organiseren van workshops.
Duurzaam ondernemen Duurza am ondernemen
Ma atschappelijk Ver antwoord Ondernemen
‘Groen’ ondernemen.
Drie strategische begrippen die wel te onderscheiden maar niet te scheiden zijn. Het gaat om ondernemen met oog voor Profit, People en Planet waarbij economische, sociale en milieudoelstellingen met elkaar in samenhang en evenwicht zijn. Het vraagt om een lange termijn doelstelling van bedrijven. Wereldwijd beïnvloeden de drie P’s meer en meer het zakendoen en de concurrentiepositie van ondernemingen. VSB partner voor duurzame ontwikkeling is Stichting d’ONS waarmee op projectbasis wordt samengewerkt. In 2013 werd voor het tweede achtereenvolgende jaar de Awards voor de meest duurzame agrarische bedrijven uitgereikt.
Rechtszekerheid De heractivering van het Suriname Arbitrage Instituut (SAI) is als een strategische activiteit opgenomen in het Strategisch Beleidsplan 2012-2013 van de Vereniging. Door de initiatiefnemers vanuit VSB is voor ondersteuning en voordrachten voor bestuursleden, samengewerkt met de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (ASFA); de Vereniging van Notarissen en Kandidaat Notarissen; het Hof van Justitie (HvJ);de Vereniging van Economisten in Suriname (VES); en de Consumentenkring Suriname (CS). Op voordracht van deze organisaties en VSB kon op 30 augustus 2013 een nieuw bestuur worden geïnstalleerd onder leiding van mr. R. Rodrigues. Het SAI is een onafhankelijk instituut.
Vergroten van arbeidskansen door scholing en training ‘Longstanding’ partners van VSB voor het vergroten van arbeidskansen en werkgelegenheid zijn de Stichting Productieve Werkeenheden (SPWE), de Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO), IMEAO, en het Polytechnic College (PTC). In de loop van 2013 werd een samenwerking aangegaan met het USAID/PADF Suriname Youth Development and Juvenile Justice Program Kari Yu ! Bedrijfsleven organisaties en de overheid sloegen de handen ineen om te komen tot doelgerichtvakonderwijs door gezamenlijk te werken aan de oprichting van een ‘National Training Authority’.
18
Ondersteuning bedrijven en bedrijfslevenorganisaties
VSB en het Dutch Employers’ Cooperation Programme (DECP) hebben vanaf 2007 zeven jaar samengewerkt. In die zeven jaren zijn samen veel projecten gerealiseerd: seminars en workshops over ondernemen in Suriname, arbeidswetgeving, arbeidsverhoudingen binnen bedrijven en versterking van het VSB Bureau. In december 2013 nam DECP Country manager voor Suriname, Thieu Korten, afscheid tijdens de VSB Algemene Leden Vergadering van 6 december.
“Suriname was een van de eerste landen waaraan een delegatie van het in 2006 opgerichte Dutch Employers’ Cooperation Programme een bezoek bracht,” herinnerde Thieu Korten zich. “Vanuit de doelstelling van DECP om ondersteuning te geven aan werkgeversorganisaties in ontwikkelingslanden stond een samenwerking met de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven voor ogen. De achterliggende filosofie van DECP is dat de welvaart in een land alleen met een florerende economie verhoogd kan worden. En hierbij hoort een effectieve en efficiënte werkgeversorganisatie. In de komende jaren zal de samenwerking tussen DECP en VSB van een andere aard zijn. In het DECP Strategisch Beleidsplan 2014-2017 wordt de aandacht gericht op werkgeversorganisaties in landen met lage inkomens. En Suriname wordt beschouwd als een middeninkomenland. PUM - Netherlands Senior Experts, is al decennia lang een partner van de VSB. PUM staat voor ‘het optimaliseren van bedrijfsprocessen’ door Nederlandse gepensioneerde experts uit het bedrijfsleven. ‘Ondernemers voor Ondernemers’ dus. In april/mei 2013 kreeg het VSB Bureau voor twee weken ondersteuning van de PUM-deskundige op communicatiegebied, Shireen Poyck. Zij bracht een communicatieadvies uit. Tijdens zijn bezoek aan Suriname in oktober 2013 droeg PUM landencoördinator Jur Georgius over aan zijn opvolster Ellen Slijm. In de vijf jaren dat Jur Georgius zich inzette voor het versterken van het midden- en kleinbedrijf in Suriname, werden 124 PUM projecten ingediend waarvan 113 werden goedgekeurd. Het gemiddeld aantal PUM-projecten op jaarbasis is nu 35. Een regionale partner voor ondersteuning van werkgeversorganisaties is CAMEO, de Caribbean Academy for the Management of Employers Organizations. In de periode van 26-28 augustus 2013 organiseerde CAMEO onder auspiciën van de International Labour Organization, te Antigua en Barbuda een workshop voor Senior vertegenwoordigers van Caribische werkgeversorganisaties. Namens VSB participeerden voorzitter Ferdinand Welzijn en bestuurslid Bryan Renten.
19
Productiviteit & Concurrentievermogen De beste boodschapper is de ondernemer zelf. Dit geldt ook voor het ondernemings- en investeringsklimaat. Hoe ervaren ondernemers dit? De Executive Opinion Survey van het World Economic Forum biedt ondernemers de gelegenheid hun mening en ervaring weer te geven. De resultaten van deze survey vormen samen met officiële documenten de basis voor de jaarlijkse Global Competitiveness Index (GCI). Ook in 2013 zette de VSB zich in om als partnerinstituut van het ‘Centre for Global Competitiveness and Performance’ van het World Economic Forum de survey onder bedrijven te begeleiden.
Global Competitiveness Index 2013-2014 Het Global Competitiveness Rapport 2013 – 2014 kwam in september 2013 uit. Uit een groep van 148 landen is Suriname is gerangschikt op plaats 106. In de GCI van 2012 – 2013 bezette Suriname plek 114 uit een groep van 144 landen. Hoewel Suriname geplaatst is in de groep van ‘efficiency driven’ economieën, blijkt uit het diagram dat er nog veel werk te doen is uitgaande van de 12 pijlers van de GCI. De visie van de ondernemers over de macro-economische situatie in 2012 was vrij gunstig, maar hierbij betrof het vooral de beteugeling van de inflatie en de overheidsschuld. Ook doen we het relatief goed wat betreft gezondheidszorg en basis onderwijs. Maar we zijn nog ver af van een omgevingsklimaat gekenmerkt door innovatie in de productie van goederen en diensten. De fase van ‘Innovation driven’ zoals dit in het Global Competitiveness Report van de World Economic Forum wordt genoemd. Ook door bedrijven zelf is er dus nog veel werk te doen.
Innovatief en duurzaam ondernemerschap In de afgelopen jaren hebben veel bedrijven stappen gezet om innovatief en duurzaam te gaan ondernemen. Zij zijn uitgegroeid tot inspirerende en maatgevende voorbeelden voor collega ondernemers. Zij stimuleren hiermee andere bedrijven in hun sector of branche. Verschillende organisaties zijn er toe overgegaan om deze bedrijven voor het voetlicht te brengen: VSB met de MKB Award; VSB partner Suriname Yellow Pages met de Awards voor Customer Service; en VSB partner Stichting d’ONS met de Awards voor duurzame landbouw. MKB Award Trekkers in de sector
Het bestuur van VSB had in 2013 het besluit genomen om een award toe te kennen aan een VSB MKB lidbedrijf dat zich in de laatste vijf jaren bij uitstek heeft gepositioneerd en geprofileerd op de Surinaamse markt. Voor 2013 is de ICT Sector uitgekozen. De ICT Sector heeft een hoge groeipotentie en is voor innovatie in bedrijfsprocessen het ‘ Instrument’ om de dienstverlening en arbeidsproductiviteit op te voeren. Zowel bij de overheid als bij het bedrijfsleven zullen de ICT processen moeten worden geïntensiveerd om de concurrentiepositie van ons land en de bedrijven te verbeteren. Na toetsing van de criteria is Spang Makandra Studio N.V. uitverkozen om de VSB MKB Award in ontvangst te mogen nemen. Toetsingscriteria voor de MKB Award: 1. Het bedrijf heeft in de sector een voortrekkersrol gedemonstreerd; 2. Het bedrijf heeft ondernemerschap getoond; 3. Het bedrijf heeft een redelijke groei doorgemaakt in de laatste vijf jaar; 4. Het bedrijf past kwaliteitsnormen in het beleid toe en toetst deze, waarbij constante verbetertrajecten in de bedrijfscultuur zijn ingebed; 5. Het bedrijf voert een HRM-Beleid waarbij de persoonlijke ontwikkeling van het individu centraal staat. 20
SpangMakandra directeur Vincentius Kenswil: “Wij bieden vanuit Suriname hoogwaardige diensten met behulp van moderne technologie en daarin willen wij excelleren, de beste zijn! Wij geloven dat wij deze droom kunnen waarmaken door te investeren in onze mensen, onze klanten en onze samenleving. Wij geloven dat elk individu potentie en positieve ambities heeft en dat hiermee het collectief positief wordt beïnvloed. Wij ondersteunen daarbij graag met een goed uitgeruste werkomgeving, met training en coaching, met innovatie en met royaal tijd voor de soft skills van onze mensen: “hoe communiceren wij met elkaar, hoe maken wij onze persoonlijke doelen in het leven helder en hoe maken we ze waar.” Deze award is voor ons een erkenning dat wij op het juiste pad zijn. De investering van de afgelopen jaren om te geloven in de mens en zijn ontwikkeling, werpt zijn vruchten af. Spang Makandra zal doorgaan dit pad te bewandelen. Wij blijven investeren in ons zelf, onze klanten en onze samenleving. Deze erkenning zal ons team ook vleugels geven om verder en hoger te gaan. En om als voorbeeld te dienen voor anderen die hetzelfde pad willen volgen. Wij blijven ondernemen voor een betere toekomst.”
Customer Service Awards Klantgerichtheid en klantvriendelijkheid
Jaarlijks wordt de Customer Service Award (CSA) uitgereikt als blijk van waardering en erkenning voor een goede klantenservice door bedrijven. Goed opgeleid en klantvriendelijk personeel, goede ‘after sale service’ en het aanbieden van kwaliteitsproducten tegen concurrerende prijzen, demonstreert het imago van het bedrijf en verhoogt de concurrentiepositie van bedrijven. In het hele voortraject en de uitreiking van de awards zelf wordt ook samengewerkt met de consumentenorganisaties. Op 25 maart 2013 werd voor de 10e keer de Customer Service Award (CSA) uitgereikt. Initiatiefnemer, de heer Lucien Naarden, directeur van N.A.A.M. Consultancy en mede-uitgever van Suriname Yellow Pages: “het draait bij deze award allemaal om de scherpe kritische kijk van de consument, de klant, en het bevorderen van de service en klantvriendelijkheid door het bedrijf.” De winnaars 2013 in de verschillende categorieën: • Handel: Lucky Store • Professionals: Roeli’s Lightning en decor • Product Providers: Varossieau • Horeca: d’Optimist • Service Providers: Assuria NV • Medewerker: Nancy Redjopawiro (Lucky Twins) Als follow-up van de CSA Award uitreiking organiseerde VSB samen met N.A.A.M. Consultancy, ook in dit verslagjaar de trainingen in klantvriendelijkheid. Onderwerpen CSA training: − Medewerker en goede klantgerichtheid − Het principe van interne en externe klanten − Fysieke kenmerken van een klantvriendelijk bedrijf − Meten van de klantvriendelijkheid van de organisatie − Telefonisch contact, persoonlijk contact − Omgaan met klachten; Aftersale service − Bijhouden van wensen en vragen van klanten − Klantvriendelijkheid score van de afdeling of organisatie − Stappenplan voor verbetering scores − Hoe ga ik klantgerichtheid bevorderen.
Duurzame landbouw Rolmodellen in de landbouw
Duurzaam telen is in opkomst in Suriname! Het is de basis voor voedselzekerheid en voedselveiligheid. Hiermee wordt bijgedragen aan een goede volksgezondheid. De Stichting Duurzame Ontwikkeling Nederland - Suriname (d’ONS), partner van de VSB, reikte in november 2013 voor de tweede maal awards uit voor de drie meest duurzame agrarisch midden- en kleinbedrijven in Suriname. Winnaars waren het VSB lidbedrijf GOPEX International N.V. uit Saramacca, André Pita uit Moengo en het kokosbedrijf Coproco N.V. uit Coronie. 21
Directeur Bhiesnoe Gopal van GOPEX International ontving de 1ste prijs en een geldbedrag van SRD 5.000. GOPEX verbouwt fruit en groente op een areaal van 60 hectare en exporteert op weekbasis 8.000 kilo naar Europa. Het bedrijf is HACCP gecertificeerd en is in de laatste fase van Global G.A.P. certificering. De missie die Bhiesnoe voor ogen staat is om ook de Surinaamse markt van veilige groente te voorzien. De tweede prijs was voor André Pita uit Moengo. Hij won in 2012 de eerste prijs en breidt zijn bedrijf gestadig uit. In Moengo is Pita een rolmodel en heeft al twee andere landbouwers gestimuleerd om zijn voorbeeld te volgen. Op 6.5 hectare verbouwt hij biologisch zes soorten groenten. Met de prijs die hij in 2012 won bouwde hij eigenhandig een plantenkas. Gitana Monkau-Plak van het familiebedrijf Coproco over de 3e prijs: “dit is een erkenning niet alleen voor ons bedrijf maar ook voor de kokosteelt in Coronie. Kokosolie zit in de lift na jarenlange negatieve reclame wereldwijd.”
Good Governance voor verhoging concurrentievermogen Dialoog met het bedrijfsleven
Voor een goed investerings- en ondernemingsklimaat is een faciliterende rol van de overheid niet voldoende. Het overheidsbeleid moet ook transparant en voorspelbaar zijn. Een goede dialoog met het bedrijfsleven is onderdeel daarvan, zeker als het gaat om vergaande overheidsbemoeienis met een grote impact op het klimaat van zakendoen. Ondernemers voorzagen veel problemen toen door de overheid zonder voorafgaand overleg met het bedrijfsleven, werd aangekondigd dat per 17 juni 2013 een Presidentieel besluit van mei 2013 van kracht zou worden voor het instellen van een Pre-shipment inspectiebij (PSI) door Société Générale de Surveillance (SGS) bij de invoer van goederen in Suriname. Het ging hierbij om een fysieke controle en/of controle van documenten die vooral gericht waren op het voorkomen van onderfacturering. “VSB is niet tegen inspectie, vooral niet als het gaat om het tegengaan van onderfacturering en oneigenlijke concurrentie. Maar die inspectie moet in Suriname plaatsvinden, niet in het buitenland”, was de eerste reactie van VSB. Samen met de SBF, ASFA, KKF, AKMOS en AAV maakte VSB haar standpunt aan de overheid kenbaar waarbij zij aandrongen op spoedoverleg. Gewaarschuwd werd voor de gevolgen: “deze inspectie zal kostenverhoging – en dus prijsverhoging – met zich mee brengen en vertragingen in de hand werken. Bij vertragingen lopen bedrijven de kans dat het productieproces moet worden stilgelegd.” Na een in eerste instantie terughoudende opstelling, ging de overheid toch over tot spoedoverleg met de bedrijfslevenorganisaties. Op 26 juli werd de SGS Pre-shipment inspectie opgeschort en werden twee gemengde commissies ingesteld: de commissie Data-analyse (beleid) en de commissie Integriteit (gedragscode). Na vruchtbaar overleg en voorstellen zijdens de bedrijfslevenorganisaties en de overheid, werd de PSI opgeheven. Een zelfde situatie deed zich voor toen de Minister van Financiën op 11 september 2013 een brief richtte aan de voorzitter van het Suriname Business Forum. Gesteld werd dat het verlenen van gedeeltelijke vrijstelling van rechten bij de invoer van bedrijfsmiddelen, vanaf 16 septebr 2013 voor onbepaalde tijd zou worden stopgezet of aangehouden met als reden “derving van inkomsten voor de staat”. Ook hier deed zich de situatie voor dat de overheid eenzijdig een besluit nam zonder voorafgaand overleg. Het ging hierbij om de Beschikking van Financiën van 21 augustus 2012 (S.B. 2012 no. 144) die op 15 september 2012 voor een jaar in werking was getreden. Wel werd een gezamenlijke evaluatie met het bedrijfsleven aangekondigd met mogelijke aanpassing van de beschikking na de evaluatie. Echter zouden ondernemers vanaf 16 september tot de inwerkingtreding van een nieuwe beschikking, normaal de verschuldigde rechten moeten betalen. Ook hierover werd naderhand tussen de overheid en de bedrijfslevenorganisaties overleg gevoerd, met als resultaat een verlenging van de Beschikking met vier maanden. Eind 2013 was de dialoog nog gaande waarbij het bedrijfsleven constructieve oplossingsmodellen aandroeg.
22
Goed bestuur bij aanbestedingen
Op 20 november 2013 bracht VSB een Perscommuniqué uit waarin zij haar verontrusting uitsprak over de gang van zaken bij de gunning door de overheid na een openbare inschrijving voor het leveren van goederen ten behoeve van het Korps Brandweer van het Ministerie van Justitie en Politie. VSB acht het de plicht van de verantwoordelijke bestuurders om, gelet op het beleidsvoornemen van goed bestuur en bestrijding van corruptie, een diepgaand onderzoek in te stellen naar het gehele gunningproces, waarbij zowel een strafrechtelijk onderzoek door het Openbaar Ministerie, als een administratief-procedureel onderzoek zou moeten worden opgestart. Uit het Perscommuniqué Brandweer, 20 november 2013 “In een kleinschalige economie als die van Suriname getuigt het van moed en vastberadenheid als een ondernemer de durf opbrengt om naar zijn mening niet toelaatbare handelingen van overheidsfunctionarissen en bestuurders aan de kaak te stellen. Veel ondernemingen immers zijn deels afhankelijk van de overheid bij het leveren van goederen, diensten of werken. Vanuit die wederzijdse afhankelijkheid zijn ondernemers die zich slachtoffer achten van oneerlijke handelingen, doorgaans niet geneigd om ruchtbaarheid te geven uit vrees voor rancune zijdens de overheid. Bij overheidsgunningen rust daarom bij uitstek de plicht op de schouders van overheidsfunctionarissen en bestuurders om de basisuitgangspunten van behoorlijk bestuur in acht te nemen. Openbare aanbestedingen of algemene offerteaanvragen zijn zeer in het bijzonder een middel om een ‘level playing field’ te creëren en door een gezond en weloverwogen concurrentiebeding de meest gunstige prijs of meest gunstige prijs/kwaliteitsverhouding af te dwingen voor datgene dat door de private sector geleverd moet worden. In het bestek of het programma van eisen dienen dan ook uiterst zorgvuldig, gedetailleerd en op deskundige wijze de kwaliteits-, technische- en andere criteria te worden vastgelegd waaraan de te leveren producten moeten voldoen. De VSB had verwacht dat de Regering, gelet op haar beleidsvoornemen voor goed bestuur en bestrijding van corruptie, een diepgaand onderzoek zou instellen naar de naar voren gebrachte feiten. Dit zou bij voorkeur dienen te geschieden door een deskundige en onafhankelijke commissie. Geschillen over aanbestedingen worden in ons land tot nog toe veelal berecht door de gewone rechter. De rechter is echter veelal niet uitgerust met specifieke kennis. Wat betreft de wettelijke regelingen voor overheidsaanbestedingen bestaat er een veelheid aan van regelingen. Gesteld kan worden dat de ondernemer die zijn recht wil zoeken, in een doolhof terecht kan komen. Dit vraagt om een resolute aanpak in het kader van de rechtszekerheid voor ondernemers. Ook moet er nu daadwerkelijk de anti- corruptiewet door De Nationale Assemblee behandeld worden.” “Niet transparante overheidshandelingen die zwemen naar onoorbare praktijken en oneerlijke concurrentie, kunnen niet alleen de ondernemers maar de gehele bevolking benadelen en het vertrouwen in het naar behoren functioneren van het overheidsapparaat, doen afnemen. Het is dan ook de plicht van een zichzelf respecterende overheid om vermeende onmaatschappelijke handelingen ten nadele van de Staat Suriname een halt toe te roepen en de nodige maatregelen te treffen tegen functionarissen en bestuurders die zich hieraan schuldig mochten hebben gemaakt.”
Rechtszekerheid Nieuwe start Surinaams Arbitrage Instituut
Bij ondernemers bestaat er een behoefte aan een snelle en efficiënte oplossing van geschillen. Wanneer partijen niet tot een vergelijk kunnen komen, is de gang naar het gerechtshof echter niet de enige oplossing. De Stichting Surinaams Arbitrage Instituut (SAI) is jarenlang actief geweest om met arbitrage of een bindend advies tot een snelle oplossing van geschillen te geraken. Het Surinaams Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering voorziet in deze mogelijkheid. VSB nam in 2013 daarom het initiatief om over te gaan tot heractivering van het SAI. Op 30 augustus 2013 werd een nieuw SAI bestuur geïnstalleerd onder voorzitterschap van mr. R. Rodrigues. VSB was de grondlegger van het SAI in 1954. Sindsdien zijn vele succesvolle arbitrages uitgevoerd. Door verschillende omstandigheden was SAI in de afgelopen jaren inactief. In “The Global Competitiveness Report 2013-2014”, uitgegeven door World Economic Forum, staat Suriname op plaats 108 in een groep van 148 landen wat betreft “efficiency legal framework settling disputes.” De nieuwe start van het Surinaams Arbitrage Instituut zal ook een positieve invloed hebben op deze rating en daarmee ook van invloed zijn op de totale rating van Suriname op deze wereldranglijst. Efficiënt functionerende instituten voor het oplossen van geschillen zijn onontbeerlijk voor ondernemers voor de bevordering van hun concurrentievermogen. Het doel van SAI is de beslechting en oplossing van geschillen tussen rechtssubjecten te bevorderen door middel van arbitrage, bindend advies en mediation. Dit geschiedt door aan de samenleving adequate, juridische waarborgen biedende, regels voor de verschillende procedures aan te bieden en de procedures te begeleiden en te bewaken. Daarnaast biedt het SAI een pool van arbiters die door de Stichting worden getraind om de kwaliteit te garanderen. 23
Alle bestuursleden nemen zitting op persoonlijke titel in het SAI bestuur. De samenstelling van het bestuur is als volgt: De heer mr. Robbie G. Rodrigues - voorzitter De heer mr. Ferdinand Welzijn - secretaris/plv. voorzitter De heer drs. Aditpersad Moensi MBA - penningmeester De heer mr. G. Humphrey Blom - Plv. secretaris Mevrouw mr. Diana Halfhide MBA - Plv. penningmeester Mevrouw mr. Ingrid S. Lachitjaran - lid Mevrouw mr. M. Naarendorp - lid De heer Albert F. Alleyne - lid Mevrouw Mr. Helen Doelwijt - administrateur
Twintig jaar grootschalige goudindustrie in Suriname Op 31 januari 2013 organiseerde VSB in het kader van de op gang gekomen brede discussie over de nieuwe goudwetten, een discussieavond rondom het thema ‘Twintig jaar grootschalige goudindustrie in Suriname, de nieuwe gouddeals in de context van een visie voor ontwikkeling van een grootschalige goudindustrie in Suriname.’ In zijn presentatie plaatste Roy Shyamnarain de nieuwe gouddeals in het kader van de Delfstoffenovereenkomst van 7 april 1994. Deze overeenkomst vormde de basis voor de ontwikkeling van de grootschalige goudindustrie in Suriname. Hij pleitte voor een breed draagvlak in de samenleving waardoor over het aannemen van de gouddeals in De Nationale Assemblee consensus kon worden bereikt. De zgn. goudwetten: de Machtigingswet voor de Overeenkomst met de Suriname Gold Company LLC voor het Merian Gold project (joint-venture NEWMONT en SURALCO) en de wijziging van de Overeenkomst tussen de Staat Suriname en ROSEBEL GOLD Mines N.V., werden na behandeling in de Staatsraad, eind 2012 aangeboden aan DNA. In januari had een vertegenwoordiging van VSB een constructief gesprek met leden van DNA en de onderhandelingscommissie over de aan DNA aangeboden goudwetten.
Transitie informele sector Drs. Satcha Jabbar legde de VSB lidbedrijven een paar indringende vragen voor tijdens de VSB avond op 12 november 2013 over transitie van de informele- naar de formele economie. “Het gaat niet alleen om een keuze door de overheid. Ook binnen de formele sector wordt door bedrijven gebruik gemaakt van informele activiteiten, of wordt ‘informeel werken’ door werknemers buiten kantooruren, door de werkgever, gedoogd. Wegen de voordelen van een informele economie op tegen duidelijke nadelen? Willen wij een tweedeling in onze economie continueren, of kiezen we echt voor de transitie van de informele- naar de formele economie?” Voordelen en nadelen Wereldwijd is er een groeiend bewustzijn dat een nationaal beleid gericht op het transformeren van informele naar formele bedrijvigheden de sociale- en economische ontwikkeling ten goede komt en de concurrentiepositie van micro- en kleine bedrijven vergroot. Ook voor Suriname is dit vraagstuk belangrijk. De bijdrage aan het BBP van de informele sector werd in 2009 geschat op 20%. De informele sector creëert ‘jobs’ en inkomsten en draagt bij aan het BBP. Informele bedrijven en werkers hebben lagere kosten. Ook formele bedrijven hebben een kostenvoordeel als ze van informele producten of diensten gebruik maken. Werkers in de informele sector kampen echter veelal met slechte arbeidsomstandigheden en –voorzieningen. Er is sprake van imago schade voor het bedrijfsleven, de overheid, het land. De overheid mist inkomsten aan belastingen. De formele sector wordt geconfronteerd met oneerlijke concurrentie. Producten of diensten uit de informele sector zijn vaak van slechte kwaliteit. Bij continuering van de huidige situatie zal er steeds meer sprake zijn van ondermijning van wetten, gezag, openbare orde en bestuur.
24
Samenwerking tussen bedrijven Joint ventures en matchmaking
Voor Surinaamse bedrijven zijn er mogelijkheden tot samenwerking en joint ventures met bedrijven uit de Chinese provincie Shandong. Dit bleek tijdens het bezoek in augustus 2013 van een delegatie van de Shandong Provincial Enterprise International Cooperation Association aan Suriname. Dit was een follow-up van de Memorandum of Understanding (MOU) die VSB voorzitter Ferdinand Welzijn op 5 augustus 2013 ondertekende met Cao Shusheng, voorzitter van de Chinese Associatie. De MOU is gericht op economische-, industriële- en commerciële samenwerking voor de ontwikkeling van de private sector. De Chinese delegatie bezocht een aantal bedrijven uit verschillende economische sectoren. Door 12 bedrijven werden projectvoorstellen ingediend voor samenwerking. Het gaat hierbij om joint ventures waarbij Chinese bedrijven bereid zijn de samenwerking te effectueren door deelname met een in principe minderheidsaandeel in onder meer de sectoren kleinmijnbouw, houtverwerking, toerisme en voedselverwerking. Belangstelling bleek ook te bestaan voor de graniet- en steenslagindustrie. Matchmaking met Franse bedrijven VSB participeerde in de matchmaking bijeenkomst met een Franse delegatie van bedrijven op het gebied van hernieuwbare energie, duurzame bosbouw, bodemherstel (na mijnbouwactiviteiten) en luchtcartografie. Het gaat om de bedrijven die toegang hebben tot Europese fondsen en naar partners zoeken. De bijeenkomst was georganiseerd door het Suriname Business Development Center.
Regionale integratie binnen de CARICOM De CARICOM Single Market & Economy (CSME) is een feit. Dit biedt kansen en mogelijkheden voor Surinaamse bedrijven. Er worden echter ook barrières ervaren. VSB organiseerde op 20 mei 2013 een informatie bijeenkomst met als inleiders de CSME deskundige Steven Mac Andrew en VSH Foods directeur Karen Wong Fong Sang die hun ervaringen met de aanwezigen deelden. Er zijn al Surinaamse ondernemingen die de mogelijkheden van CSME benutten, zoals het recht van vrij verkeer van goederen als het gaat om goederen van CARICOM herkomst; of het recht van vrije vestiging van bedrijven. Om enkele voorbeelden te noemen: Assuria nam een bedrijf over in Trinidad & Tobago en Rossignol opende een slagerij in Guyana. Meerdere Surinaamse bedrijven exporteren al naar CARICOM landen. VSH Foods exporteert margarine en shortening naar Trinidad & Tobago en Jamaica. Maar voor de VSH producten werden barrières opgeworpen. Het ontbreken van duidelijkheid over Sanitary & Health certificaten en onbekendheid met Surinaamse exportproducten spelen daarbij een rol. Bij de vrije circulatie van personen (nu 7 categorieën vastgesteld), spelen zaken als de taal en de (wederzijdse) accreditatie en acceptatie van diploma’s een rol. Mogelijke lange termijn effecten van CSME zijn: • Toenemende concurrentie bij aanbod van goederen en diensten, ook door kwaliteitsverschillen; • Toename van merges, overnames en strategische samenwerkingsverbanden; • Surinaamse bedrijven kunnen ten onder gaan als ze niet kunnen concurreren met soortgelijke bedrijven in de regio; • Suriname zal slechts als depot fungeren voor regionale distributeurs (vrije circulatie van geïmporteerde goederen met een gemeenschappelijk buitentarief); • Voortzetting van de al zichtbare trend dat Surinaamse ondernemers slechts faciliterend optreden (verhuur winkels, loodsen, kantoorruimte). • Bedrijfsleven en overheid moeten nauwer samenwerken om de mogelijkheden en barrières van de CSME beter te bestuderen.
25
Aanbevelingen uit de discussie • • • •
Tools hierbij kunnen onder meer zijn: een Help desk CSME bij het ministerie van Handel & Industrie en het versterken van eco- nomische diplomatie door onder meer ervaren zakenmensen toe te voegen aan consulaire afdelingen bij onze ambassades in CARICOM landen; Dubbele ‘taxation’ voorkomen door afsluiten van bilaterale verdragen; Bedrijven moeten hun ervaringen delen als zij bij het exporteren naar CARICOM landen tariff- en non-tariff obstakels ondervinden en assistentie vragen van overheidsorganen; Bedrijven die willen exporteren naar CARICOM landen wordt aanbevolen om ervaren en betrouwbare distributeurs uit die landen in te schakelen die de markt en de import vereisten goed kennen (documentatie, labeling etc.); Een betere promotie van Suriname in de regio. Belangrijk daarbij is in welke richting onze economische- en productiestructuur zich beweegt en welk marktaandeel voor Suriname kan en moet worden opgeëist binnen de CSME.
Mededingingswet en Consumentenbeschermingswet ‘Level-Playing-Field’ voor bedrijven
Het Ministerie van Handel & Industrie zette zich in 2013 in om een Mededingingswet en een Consumentenbeschermingswet voor te bereiden. In het Herziene Verdrag van Chaguaramas tot oprichting van de Caribische Gemeenschap met inbegrip van de CARICOM Interne Markt en Economie (CSME) in 2006 , zijn regels vastgelegd voor de uitvoering van het mededingingsbeleid en consumentenbescherming in de lidlanden. Ook bij consumenten- en bedrijfslevenorganisaties in Suriname zelf is de behoefte aan wetgeving aanwezig. De Customer Service Award die jaarlijks wordt uitgereikt kan als onderdeel van dit bewustwordingsproces worden gezien. Beide wetten zijn in het belang van het bonafide bedrijfsleven. De inwerkingtreding van de wetten zal een ‘level playing field’ voor alle bedrijven bevorderen en oneerlijke en oneigenlijke concurrentie tegengaan. De Mededingingswet moet een goede marktwerking waarborgen met als uiteindelijk doel bescherming van de consument. In de Consumentenbeschermingswet worden een aantal specifieke rechten van de consument vastgelegd. Op de VSB Algemene Ledenvergadering van 8 juli 2013 gaf Hans Lim A Po sr. namens het Ministerie van Handel & Industrie een uiteenzetting over de concept Mededingingswet. Wat betreft de Consumentenbeschermingswet vertaalde het Ministerie de CARICOM modelwetgeving voor bescherming van de consument in het Nederlands en belegde vervolgens consultaties met bedrijfslevenorganisaties en met een aantal grote bedrijven die in de dagelijkse praktijk reeds jarenlang ervaring hebben met ‘customer service’. VSB bureau en VSB lidbedrijven leverden hun bijdrage in deze discussies.
“Mededinging komt op ons af, of we willen of niet”, stelde Hans Lim A Po sr. “Het is een wezenlijk onderdeel van het integratieproces binnen de CARICOM. Het invoeren van een Mededingingswet betekent dat de drie spelers in het economisch gebeuren: de overheid, het maatschappelijk middenveld en de consument, hun rol opnieuw moeten definiëren en tot een gezamenlijk inzicht en gezamenlijke afspraken komen. Dit vereist een mindshift.” In technisch opzicht is het moeilijkste deel van de uitvoering van de wet het definiëren of afbakenen van ‘de markt’, het ‘marktaandeel’. Een uitdaging is ook om het ‘civil law’ systeem van Suriname en het ‘common law’ systeem van de Angelsaksische landen te harmoniseren in de Surinaamse wet. Onder de Mededingingswet vallen alle ondernemingsactiviteiten, met uitzondering van niet commerciële activiteiten van de overheid, van organisaties zonder winstoogmerk, en ondernemingsactiviteiten waarvan het toezicht met het oog op bescherming en bevordering van mededinging krachtens een andere wettelijke regeling aan andere bestuursorganen onderworpen is. Bij de CARICOM modelwetgeving inzake consumentenbescherming gaat het vooral om rechten van de consument zoals: taken van leveranciers; oneerlijke praktijken; onredelijke voorwaarden; productaansprakelijkheid; consumentenveiligheid; en terugneming van goederen.
26
ARBEIDSVERHOUDINGEN, ARBEIDSMARKT EN WERKGELEGENHEID International Labour Conference 2013 Building a future with decent work
Ook in dit verslagjaar maakte een vertegenwoordiging van VSB deel uit van de Surinaamse tripartiete delegatie die van 5-20 juni de 102e conferentie van de International Labour Organization bijwoonde in Genève, Zwitserland. Op de agenda van deze ILC stonden onder meer sociale dialoog, de nieuwe demografische context in relatie tot werkgelegenheid en sociale bescherming, en ‘groen’ ondernemen. In de afzonderlijke commissies bogen de delegaties zich over deze vraagstukken, waarna plenair resoluties werden aangenomen. VSB secretaris Helen Doelwijt vertegenwoordigde de werkgevers in de delegatie. De ‘Decent Work’ agenda van de ILO met de vier strategische doelen werkgelegenheid, sociale bescherming, sociale dialoog en de fundamentele principes van recht op werk, komt voort uit de ILO Declaration on Social Justice for a Fair Globalization van 2008. Het wijst op een holistische en geïntegreerde aanpak door te erkennen dat deze doelstellingen “onlosmakelijk met elkaar verbonden, onderling verbonden en wederzijds ondersteunend” zijn. In deze 102e sessie van de ILC is sociale dialoog weer aan de orde gesteld in de context van een veranderend wereldbeeld. Benadrukt werd dat sociale dialoog op alle niveaus noodzakelijk is: binnen de bedrijven, op nationaal niveau tussen de overheid, werkgevers- en werknemersorganisaties, en op internationaal niveau. Er komt een ILO actieplan. De discussie over de nieuwe demografische context concentreert zich wereldwijd op de gevolgen van de veranderende leeftijdssamenstelling van de bevolking door vergrijzing of hoge geboortecijfers. De sociale partners moeten zich inspannen om negatieve gevolgen te voorkomen door werkgelegenheid, sociale bescherming en economische ontwikkeling met elkaar in balans te brengen. Duurzame ontwikkeling is een van de pijlers voor werkgelegenheid en fatsoenlijk werk. In de afgelopen decennia is gebleken dat ecologische- en sociale uitdagingen zijn toegenomen. Gebleken is ook dat er een nauwe relatie bestaat tussen ecologische duurzaamheid, werkgelegenheid, sociale bescherming en inkomensvorming. Werkgevers kunnen door resultaat gerichte acties negatieve invloeden op het milieu mitigeren door ‘groen’ ondernemen.
ILO en Early Childhood Education (ECE) Van 12-15 november 2013 participeerde VSB secretaris Helen Doelwijt in de ILO ‘Meeting of Experts on Policy Guidelines on the Promotion of Decent Work for Early Childhood Education Personnel’. Op uitnodiging van de International Organisation of Employers was zij een van de vijf experts van werkgevers zijde. Aan het eind van de bijeenkomst is de ‘Draft Policy Guidelines on the promotion of decent work for early childhood education personnel’ in consensus aangenomen door de drie partijen: werkgevers, werknemers en overheid. In deze richtlijnen zijn de basisprincipes voor het bevorderen van fatsoenlijk werk voor ECE personeel uiteengezet. De meeting is het vervolg van de ‘Global Dialogue Forum on Conditions of Personnel in Early Childhood Education’, gehouden in Geneve op 22 en 23 februari 2012. Ook aan deze bijeenkomst nam Helen Doelwijt deel. Zij vertegenwoordigt VSB in de Nationale Commissie Uitbanning Kinderarbeid. Bij de richtlijnen voor fatsoenlijk werk voor ECE personeel gaat het om arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden en aanverwante kwesties, zoals ECE financiering, curricula en leerpraktijken, sociale zekerheid, professionele ethiek en ECE beheerssystemen. Met de toepassing van deze richtlijnen moet de toegang tot hooggekwalificeerde ECE dienstverlening, gewaarborgd zijn.
27
‘Work Country Programme’ (DWCP) voor Suriname In november 2013 is op initiatief van het Ministerie van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu, door vertegenwoordigers van de overheid, werkgevers en werknemers in samenwerking met de ILO deskundige Anne Knowles, een concept ‘Decent Work ‘ programma afgerond. In dit concept programma zijn de prioriteitsgebieden en de verwachtbare resultaten op basis van de voorgestelde maatregelen en te ondernemen acties, aangegeven. Op 26 juli vond de eerste brainstorming sessie plaats tussen de sociale partners met de deskundige Steven Mac Andrew als mediator. Conform de richtlijnen van de International Labour Organisation (ILO) zijn de sociale partners van de overheid nauw betrokken bij het opstellen van een DWCP. Het Decent Work concept werd in 1999 geïntroduceerd door de ILO en omvat de vier strategische prioriteiten ‘Promotie en realisatie van standaarden en fundamentele arbeidsbeginselen en rechten’, ‘Creëren van meer mogelijkheden voor vrouwen en mannen op werk en inkomen’, ‘Verbetering van de dekking en effectiviteit van sociale bescherming voor een ieder’, ‘Versterking van tripartisme en sociale dialoog’. Prioriteitsgebied DWCP Suriname
Resultaten van het programma
Sociale, economische en milieu programma’s
Een tripartiet mechanisme is opgezet om minimum lonen vast te stellen, te monitoren en te veranderen. Het bewustzijn en de gevoeligheid voor het scheppen van een gunstig klimaat voor de bevordering van duurzame ondernemingen is versterkt door een seminar.
Wetgeving, beleid, budget en strategieën
De fundamentele ILO Conventies zijn geratificeerd en effectief (minimum leeftijd arbeid, gelijkheid beloning van werk en geen discriminatie op het werk). De arbeidswetgeving is gemoderniseerd en nieuwe wetgeving geïntroduceerd, waaronder: - De Veiligheidswet en de 9 veiligheidsvoorschriften zijn herzien. - Een strategie en programma voor arbeidsinspectie is ontwikkeld. - Amendement op de Ontslagwetgeving is van kracht. - Een snel en effectief mechanisme voor het oplossen van arbeidsrechtelijke geschillen is ingesteld. - Wetgeving voor organisatie van het werk binnen ondernemingen is bijgesteld (bijv. instellen flexibele werktijden).
Sociale dialoog
Sociale dialoog is geïnstitutionaliseerd. Transparante besluitvorming die kan worden gemonitord, is gerealiseerd. Sociale partners zijn in staat gesteld aan de nationale besluitvorming bij te dragen en deze te beïnvloeden.
Verzameling van data en een informatiesysteem
Het Arbeidsmarktinformatiesysteem is operationeel en voorziet tijdig in de belangrijkste arbeidsmarkt indicatoren. Beleid om informaliteit te reduceren is ingevoerd gebaseerd op de resultaten van een onderzoeksprogramma en andere bronnen. Loononderzoeken worden tijdig uitgevoerd en statistieken geproduceerd.
Fundamentele ILO arbeidsnormen De fundamentele arbeidsnormen van de International Labour Organization (ILO) worden steeds vaker als aparte paragraaf opgenomen in bilaterale of multilaterale handelsovereenkomsten. Dit bleek uit de presentaties van de goed bezochte VSB/ILO workshop “The Role of Labour Standards in Accessing International Markets and Supporting the Caribbean Single Market” van 25 juli 2013. Bepalingen in overeenkomsten tussen handelsblokken, zoals de EU-CARIFORUM Partnership Agreement, (EPA) en de CARICOM – Canada Agreement (in wording), illustreren dit. VSB voorzitter Ferdinand Welzijn ging in zijn welkomstwoord in op de sociale paragraaf in de CARIFORUMEPA overeenkomst waarin de fundamentele ILO arbeidsnormen zijn opgenomen over kinderarbeid, gedwongen arbeid, discriminatie op het werk en vakbondsrechten. Gediscussieerd werd over de relatie tussen maatschappelijk verantwoord ondernemen en fundamentele arbeidsnormen en kwesties als de informele economie en kinderarbeid. In Suriname is het Staatsbesluit # 175 uit 2010 van kracht dat aangeeft wat onder gevaarlijke arbeid voor jeugdigen moet worden verstaan. Het uitbannen van kinderarbeid gaat samen met ‘decent work’ voor de ouders.
28
Gender VSB secretaris Helen Doelwijt leverde een bijdrage aan de totstandkoming van het ‘Genderwerkplan 2013’ door participatie in de ‘genderdialoog’. Op 15 maart presenteerde het Nationaal Bureau Genderbeleid (NBG) van het ministerie van Binnenlandse Zaken dit werkplan aan de stakeholders. In het plan zijn vijf prioriteitsgebieden vastgesteld: 1) Onderwijs, 2) Arbeid, inkomen en armoedebestrijding, 3) Geweld, 4) Gezondheid, en 5) Zeggenschap en besluitvorming. Het doel van beleidsgebied 2. is dat de arbeidsmarkt toegankelijker wordt gemaakt voor vrouwen door realisatie van relevante wetgeving en concrete beleidsmaatregelen.
Werkgeversorganisaties kunnen hulp bieden en oplossingen aandragen voor de uitdagingen waarmee vrouwelijke ondernemers te kampen hebben. Dit bleek uit de workshop “Entrepeneurs Organizations en Women Entrepeneurs: how to reach out?” die van 7 – 10 oktober 2013 te Kingston, Jamaica, werd bijgewoond door VSB beleidsmedewerker Dayenne Wielingen-Verwey. Vrouwelijke ondernemers hebben vaak met grotere uitdagingen te kampen als het gaat om de ontwikkeling van hun bedrijven, schaalvergroting, en het creëren van banen voor anderen. Deze uitdagingen omvatten ‘ harde’ obstakels ( juridische belemmeringen ) in sommige landen, en/of ‘zachte’ beperkingen, zoals de combinatie van werk en gezinstaken en specifieke problemen in de onderhandelingen met financiële instellingen. De workshop is ontworpen door het ITC/ILO Programma voor Werkgevers Activiteiten ACTEMP, en uitgevoerd in samenwerking met DECP en het ILO/IAO Bureau. De deelnemers aan de workshop identificeerden vier kerngebieden voor ondersteuning. • • • •
Governance - in het bijzonder de vertegenwoordiging van vrouwelijke ondernemers in Raden van Bestuur en Commissies; Lidmaatschap strategie - de werving van vrouwelijke ondernemers als lid en/of bestuurslid van de vereniging; Advocacy en lobby – het identificeren en opheffen van obstakels in het klimaat van zakendoen; Dienstverlening – het toevoegen van waarde aan vrouwelijke onderne mers en hun bedrijven door informatie, advies, opleiding, begeleiding, business matching en een reeks andere relevante diensten.
29
Modernisering arbeidswetgeving Het Arbeids Advies College (AAC)
Na een inactieve periode van zeven maanden installeerde de Minister van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu op 26 juli 2012 het Arbeids Advies College voor een nieuwe zittingsperiode lopende tot en met december 2013. Door de werkgevers vertegenwoordigd in het Arbeids Advies Collge (VSB en ASFA) zijn als prioriteiten aangegeven: wet ontslagvergunning, flexibele arbeidstijdenregeling, arbeidsgeschillenwet/arbeidskamer (voorstel om het arbeidsgeschillenproces in een totale context te bespreken) en arbeidsmarktbeleid. Dit laatste is een voorstel om vertegenwoordigers in AAC de gelegenheid te geven om onderwerpen of problemen over de arbeidsmarkt bespreekbaar te maken en daarover een advies aan de Minister van ATM uit te brengen. VSB was in deze zittingsperiode vertegenwoordigd door de heer K. Elshot en mevr. R. Kolf-Telgt, met als plaatsvervangers mevr. E. Tromp en mevr. G. Sairras. Door het AAC zijn een zevental wetten in behandeling genomen die door het Ministerie zijn voorbereid.
Stand van zaken behandeling conceptwetten in AAC eind 2013 Onderwerp
Advies betreffende zwangerschapen bevallingsverlof
Opmerkingen
Stand per december 2013
Het advies welke in de vorige zittingsperiode in concept was geformuleerd, is aan het begin van deze zittingsperiode afgerond en ingediend.
Conceptwet Collectieve Arbeidsovereenkomst
Het bedrijfsleven heeft haar commentaar schriftelijk opgestuurd.
Conceptwet Minimumloon
De conceptwet Minimumloon is op de vergadering van 12 februari 2013 behandeld. Punten die door de werkgevers naar voren zijn gebracht: *geen loonraad, maar SER; * betere definiëring van begrippen, zoals wat wordt verstaan onder loon; *de uitgangspunten, onderbouwing en berekeningsmethode om te komen tot het minimumloon moeten nader worden uitgewerkt; * Resultaten van het aangekondigd loononderzoek zijn toegezegd maar nog niet ontvangen. Bedrijfsleven heeft schriftelijk haar commentaar opgestuurd. Na discussies heeft de heer Piroe van ATM een stuk opgesteld ter discussie. Hierop is gereageerd.
Het advies aan de minister van ATM betreffende zwangerschaps- en bevallingsverlof is in aug/sept verzonden. Het advies is als algemeen AAC advies, met apart de kanttekeningen van het bedrijfsleven, de vakbeweging en het Ministerie van Juspol, opgestuurd naar de Minister van ATM. Nadat een concept advies is geformuleerd heeft de overheidsvertegenwoordiger, dhr. Belfor, een schriftelijke reactie opgestuurd. Op deze reactie is gereageerd door het bedrijfsleven. Een nieuw advies is geformuleerd, op de laatste vergadering in december 2013 besproken en dus niet afgehandeld.
Conceptwet Vakverenigingsvrijheid Conceptwet Arbeidsinspectie
Conceptwet ter beschikkingstelling van arbeidskrachten door intermediairs
Conceptwet houdende bepalingen betreffende Arbeidsbemiddeling
30
Door de werkgevers is de kanttekening toegevoegd dat de bedrijfsterreinen door de Arbeidsinspectie betreden kunnen worden met inachtneming van de bedrijfsveiligheidsvoorschriften en bedrijfsregels. In juli zijn vanuit de werkgevers enkele kanttekeningen gemaakt. *naamsverandering in conceptwet Uitzendbureaus; *duidelijke definitie van arbeidscontractanten, uitzendkrachten en seizoenpersoneel, gelet op overlappingen. *er moet een duidelijke omschrijving gegeven worden wat onder arbeidsvoorwaarden word verstaan. Anders is de wet praktisch niet uitvoerbaar. In juli zijn enkele kanttekeningen geplaatst door de werkgevers: *duidelijke begripsbepaling. *scheidslijn tussen arbeidsbemiddeling en uitzendbureaus. *de voorkeur gaat uit naar verlenging in plaats van na 3 jaar weer vergunning aanvragen.
Er is een conceptadvies geformuleerd maar nog niet afgerond. Punt van discussie is onder meer het artikel betreffende wilde staking. Het advies is afgehandeld en opgestuurd in mei/juni naar de Minister van ATM. Gelet op de opmerkingen van de werkgevers, (vanuit de vakbeweging waren er geen opmerkingen) zou een aangepaste versie worden ingediend. Deze versie is echter nog niet ontvangen.
Er is een in november een concept advies geformuleerd. Nog niet afgehandeld.
Oplossen van geschillen tussen werkgevers en werknemers Bemiddelingsraad voor Geheel Suriname
In 2013 is aan de Bemiddelingsraad in 17 gevallen hulp en bijstand verleend voor het oplossen van arbeidsgeschillen tussen werkgevers en werknemers. De bemiddeling van de Raad heeft ter oplossing van de diverse arbeidsgeschillen geresulteerd in het bereiken van bilaterale overeenstemming tussen partijen aan de hand van de door de Raad voorgestelde oplossingsmodellen. In enkele gevallen heeft de interventie van de Raad geresulteerd in het uitbrengen van een advies; het uitbrengen van een bindend oordeel of het uitbrengen van een gemeenschappelijk voorstel door de Raad aan partijen. In enkele gevallen heeft de Raad partijen teruggestuurd naar de onderhandelingstafel met het advies zelf tot overeenstemming te geraken. De aard van de geschillen betrof onder andere: wijziging arbeidsrooster, implementatie van het oordeel van de Raad, CAO-pakket, geschil tussen directie en staf, looneis, functiewaardering zonder overleg met de bond, CAO loonsverhoging, implementatie van de betaling van een extra percentage ziektekostenregeling, ingangsdatum van een CAO-onderdeel, procedure bij bestuursverkiezingen, erkenning van de vakbond, de hoogte van de bijdrage van receptkosten, rechtmatigheid beëindiging van tijdelijk dienstverband, en tegemoetkoming in de kosten van een brilmontuur. In één geschil werd de Raad gevraagd om te fungeren als verkiezingscommisie bij uitgeschreven bestuursverkiezingen bij een vakbond.
Sociale zekerheid In 2013 kondigde de Regering aan om in 2014 een Nationaal Zekerheidsstelsel van kracht te doen zijn met als onderdelen een minimumloonstelsel, een Algemene Pensioenregeling en een Nationaal Zorg Systeem (NZS). In de loop van 2013 werd de basiszorgverzekering voor 0-16 jarigen en 60plussers ingesteld. Op 2 oktober 2013 organiseerde de VSB voor haar leden een informatiebijeenkomst over de voorgenomen pensioenregeling en de basiszorgverzekering. Inleiders waren de heren Wilko Odijk van KPMG en Henry Staphorst van de commissie Nationaal Zekerheidsstelsel. “De Vereniging heeft als doelstellingen het behartigen van de belangen van haar leden en het bevorderen van het economisch- en sociaal welzijn van de gemeenschap”, gaf VSB voorzitter Ferdinand Welzijn in zijn welkomstwoord aan. “Het mede ontwikkelen en stimuleren van sociale zekerheidsstelsels is ook opgenomen in het VSB Strategisch Beleidsplan voor 2012-2013. We zullen echter de ontwikkelingen kritisch volgen en er voor moeten waken dat de invoering van de verschillende onderdelen van het Nationaal Zekerheidsstelsel geen negatieve impact heeft op de concurrentiepositie van onze bedrijven en de ontwikkeling van de werkgelegenheid.” Tijdens de discussie zijn aan de inleiders indringende vragen gesteld over de financiële en organisatorische gevolgen van deze sociale voorzieningen voor werkgevers, zoals de bijdragegrondslag, de –verwachtbare– ontwikkeling van de premie in de komende decennia, de berekeningswijze van de premie en de administratieve organisatie. Ook de macro-economische impact van deze sociale voorzieningen is aan de orde gesteld.
31
Gezondheid en veiligheid op de werkvloer Alcohol-en Drugsbeleid in bedrijven
Het gebruik van alcohol of drugs is één van de factoren die de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van werknemers en hun omgeving negatief kunnen beïnvloeden. Het kan zijn weerslag hebben op de productiviteit en arbeidsgeschiktheid van de werknemer en leiden tot risicovol gedrag. VSB is daarom actief in de Nationale Anti Drugs Raad (NAR). “De samenwerking tussen VSB en NAR kan tot resultaat hebben dat meer bedrijven een beleid voor een alcohol- en drugsvrije werkomgeving (BAD) gaan opstellen en uitvoeren”, stelde Rita Bechoe die VSB vertegenwoordigt in NAR. Zij presenteerde het profiel van VSB op het door NAR georganiseerde seminar ‘Vermindering van de vraag naar drugs en versterking van de sector behandeling en zorg’. Als follow-up organiseerde NAR in nauwe samenwerking met VSB vertegenwoordiger Rita Bechoe, in augustus een speciale conferentie over Beleid Alcohol- en Drugs (BAD) in bedrijven. Vier VSB lidbedrijven – Surinaamse Luchtvaart Mij, IAMGOLD RGM, SURALCO en Fernandes Bottling Company – presenteerden hun beleid. De resultaten van deze conferentie vormden de basis voor een op te stellen ‘Blauwdruk Alcohol- en Drugsbeleid’. Op 14 januari 2013 installeerde Minister Blokland van Volksgezondheid de Nationale Anti-Drugs Raad (NAR) voor de zittingsperiode 1 mei 2012 – 1 mei 2015. “Beleid moet beleden worden” stelde Ferdinand Welzijn in zijn presentatie over het beleid van Suralco. “Het is geen top –down aangelegenheid. Alcohol- en Drugsbeleid beweegt zich in het spanningsveld tussen werk en privézaken. Het is ook geen eenmalige zaak en vraagt om evaluatie en bijstelling.” Ook de andere sprekers gaven aan hoe het beleid in hun bedrijf tot stand kwam en het belang van continue informatie aan en communicatie met het personeel. Zaken die verder uitvoerig werden belicht waren onder meer het testen van op alcohol- en/of drugsgebruik verdachte personeelsleden, professionele hulpverlening, disciplinaire maatregelen en confidentialiteit, en het goed vastleggen en documenteren van procedures en verantwoordelijkheden als essentiële voorwaarde.
Tabakswet en Tabaks Bureau
Op 7 juni 2013 werd de zgn. TABAKSWET (S.B. 2013 no. 39) van kracht. Met de inwerkingtreding van deze wet kwam er een rookverbod in publiek toegankelijke ruimten, werkruimten en openbaar vervoer. Kort daarna werd door het Ministerie van Volksgezondheid het Tabaks Bureau voor een jaar ingesteld conform het in de wet gestelde. Dit bureau is multipartiete samengesteld, met een veelheid aan taken waaronder het opstellen van een nationaal strategisch plan en jaarplannen, het ontwikkelen en (doen) opzetten van projecten, programma’s en trainingen. Daarnaast komen er heel wat nieuwe voorstellen en ideeën ter tafel. De heer Jan van Charante vertegenwoordigt VSB in dit bureau. Het Tabaks Bureau is voor een jaar aangesteld, maar na een ietwat trage start was het duidelijk dat de hoeveelheid werk die verzet dient te worden onmogelijk binnen één jaar afgerond zou kunnen worden. Naar de HORECA sector toe is het belangrijk dat vooral voor het bar- en restaurant gebeuren een goede evaluatie gemaakt wordt van de praktische toepasbaarheid van, en controle op de wet. Het is ook gebleken dat Regeringsautoriteiten verschillende interpretaties geven aan de wet. Nog niet alle uitvoeringsbesluiten zijn in orde. De boetelijsten voor overtredingen zijn wel gemaakt. Een van de problemen die zich kan voordoen is dat de Arbeidsinspectie aangeeft te komen voor controle op de naleving van de Tabakswet, maar zich dan tegelijkertijd richt op bijvoorbeeld naleving van de wettelijke regelingen voor ‘shift’ werkers, of voor vreemdelingen. Ondernemers zijn verplicht hun personeel en klanten te beschermen. Ook het uniformiteitbeginsel moet worden nageleefd bij de controle op de naleving. Veilig werken bij risicovolle werkzaamheden
Op 13 augustus 2013 organiseerde VSB de workshop ‘Train de Trainer Safety’ voor leidinggevenden in de aannemerswereld op het gebied van veiligheid en gezondheid op de werkplek. Deze training werd gegeven in het kader van de mogelijkheden voor middengrote- en kleine aannemingsbedrijven om in Suriname gecertificeerd te worden voor VCA – Veiligheid Checklist Aannemers.
32
Arbeidsmarktinformatiesysteem VSB gaf in het verslagjaar de nodige ondersteuning aan het arbeidsmarktinformatiesysteem dat het Ministerie van ATM wil opzetten. VSB beleidsmedewerker Dayenne Wielingen-Verwey participeerde in twee bijeenkomsten waarin uitleg werd gegeven aan de sociale partners over het doel en het functioneren van dit systeem. VSB committeerde zich ook om de nodige gegevens aan te leveren. Het systeem zal een software pakket voor standaardisering en automatisering van administratieve procedures binnen ATM omvatten; en een op internet gebaseerd systeem voor de verspreiding van arbeidsmarktinformatie. Hiermee moet voorzien worden in de behoefte aan recente en betrouwbare arbeidsmarktdata. In het systeem zullen onder meer gegevens worden opgenomen over werkgelegenheid, arbeidsbemiddeling, lonen, migratie van arbeid, sociale protectie, en veiligheid in bedrijven. Ook het beleid van de vakbeweging en het bedrijfsleven ten aanzien van arbeidsaangelegenheden, wordtin het systeem verwerkt. Het systeem zal openbaar zijn.
Geschoolde en getrainde arbeidskrachten Sociale partners slaan handen ineen voor oprichting NTA
Minister Adhin van Onderwijs gaf samen met zijn collega Minister Miskin van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu, op 6 september 2013 tijdens een seminar de ‘aftrap’ voor oprichting van de Nationale Trainings Autoriteit (NTA). Dit instituut zal de nationale standaardisering en certificering van technische beroepen op verschillende niveaus ontwikkelen en uitvoeren. Hierbij zal de in het Caribische Gebied al gebruikte methode Technical Vocational Education and Training (TVET) voor beroepsonderwijs gebruikt worden. Competenties, kennis en vaardigheden van verschillende opleidingsinstituten worden dan vergelijkbaar en gelijkwaardig. Dit is zeer zeker ook in het belang van werkgevers bij het aantrekken of beoordelen van personeel. Samen met vertegenwoordigers van de vakbeweging, overheid en opleidingsinstituten, woonde VSB vertegenwoordigers dit seminar bij. Het NTA zal vraag gestuurd werken en de opzet, beheer en het bestuur van NTA zal een tripartiete karakter hebben. Op 31 oktober installeerde Minister Adhin de Werkgroep NTA die het voorwerk moet doen voor het oprichten van NTA. In deze Werkgroep is VSB vertegenwoordigd door de heer D. Abeleven. Bij het bedrijfsleven bestaat grote behoefte aan arbeidsmarktkwalificerend beroepsonderwijs. Opleidingen moeten sterker gericht zijn op de behoefte en verwachtbare ontwikkelingen van de arbeidsmarkt en kwaliteit waarborgen. Ook in het kader van het vrije verkeer van personen binnen de CARICOM Single Market Economy (CSME) is standaardisering en certificering van beroepen belangrijk. Wanneer de Surinaamse standaarden geaccepteerd zijn door de CARICOM Association of National Training Authorities (CANTA), worden de opleidingen van Suriname ook erkend in het Caribische gebied. Door de uitgifte van regionaal erkende Caribbean Vocational Qualifications (CVQ’s) door CANTA moet in de toekomst binnen de CARICOM een stelsel van gelijkwaardige en gecertificeerde opleidingen en trainingen van kracht zijn.
Werk voor kansarme jongeren: What is in it for Your Company?
Het USAID/PADF Suriname Youth Development and Juvenile Justice Program Kary Yu! is een trainingsprogramma voor jongeren die ‘at risk’ zijn, of school drop-outs, of jongeren die in aanraking zijn gekomen met justitie. Vanaf de start van het Kari Yu! Programma is er een samenwerking ontstaan met VSB. Op de VSB avond van 12 november 2013 presenteerde Kari Yu! coördinator Lilian Wiebers de doelstellingen en activiteiten van dit programma. Het is een uitdaging om deze groep jongeren sociaal en economisch te integreren, gaf zij aan. Bedrijven kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Aan het einde van het programma, dat van augustus 2013 – februari 2016 loopt, moeten 1.500 jongeren aan werk zijn geholpen en 500 jongeren stage lopen.
33
‘Entry-level workers’ Uit een ‘Rapid Labor Market Assessment’ is gebleken dat er bij bedrijven in bijna alle economische sectoren een grote behoefte bestaat aan wat genoemd wordt ‘entry-level workers’, zoals in de sectoren hospitality & toerisme, constructie, agrarische sector, mijnbouw, transport, bosbouw, schoonmaakbedrijven, beveiligingsbedrijven. De bevindingen zijn echter ook dat het de jongeren ontbreekt aan beroepsvaardigheden, aan ‘basic life skills’, en aan een goede werkattitude en –ethiek om in te kunnen spelen op deze behoefte. Tussen de private sector en de formele en niet-formele beroepsonderwijsinstellingen blijken er niet altijd goede communicatielijnen te zijn. In de curricula van onderwijsinstellingen is het vak ‘basic life skills’ meestal niet opgenomen waardoor jongeren onvoldoende getraind worden in noodzakelijke beroeps- en sociale vaardigheden om te kunnen voldoen aan de eisen die de private sector stelt aan ‘entry-level workers’. Het USAID/PADF programma wil nu deze cirkel doorbreken door de jongeren te trainen, aan werk te helpen en te begeleiden in hun werk.
‘Tek leri na SAO’
Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO) verzorgt competentiegerichte vaktrainingen aan jeugdigen, werkzoekenden en werkenden vanaf 16 jaar. Vanaf de start van SAO is het een belangrijke taak geweest om jongeren die bij het reguliere beroepsonderwijs uit de boot zijn gevallen, door ‘on the job’ trainingen aan fatsoenlijk en productief werk te helpen. In 2012 zijn in samenwerking met Staatsolie lastrainingen verzorgd voor de uitbreiding van de raffinaderij. Negentig gecertificeerde lassers konden aangetrokken worden door de contractbedrijven van Staatsolie. In 2013 werd samengewerkt met het instituut SENA uit Colombia voor het opzetten van vaktrainingen in de mijnbouw. In het kader hiervan heeft VSB directeur René van Essen op 30 oktober de presentatie verzorgd: ‘Proposal for Professional Vocational Training in the Mining Sector’. Ook was het SAO beleid er op gericht om de districten en het binnenland te betrekken in de SAO trainingsprogramma’s. Zo is in samenwerking met het Jan Starke Opleidingscentrum met ‘on the job’ training een logeergebouw opgezet met cursisten uit de omgeving; in samenwerking met het Pater Albrinck Stichting (PAS) zijn trainingen georganiseerd in constructie lassen voor de Moengo gemeenschap; en is een start gemaakt voor trainingen in het binnenland in samenwerking met het Ministerie van Regionale Ontwikkeling. Voor enkele penitentiaire ambtenaren en gedetineerden in Paramaribo en Nickerie is de vaktraining Textiel en Automontage georganiseerd. Staatsolie ondersteunde SAO bij het moderniseren van de afdeling Machinale Bankwerken. SAO neemt ook deel in het Kari Yu! Programma en is vertegenwoordigd in de Werkgroep voor het opzetten van de Nationale Trainings Autoriteit. De heer Orlando dos Ramos vertegenwoordigt VSB in het SAO bestuur.
Management en leiderschap Leiderschap. Wat verstaan we er onder? Professor Erwin Seydel introduceerde op de VSB avond van 12 november 2013 het begrip ‘verbindend leiderschap’. Onderlinge verbondenheid, een duidelijke toekomstvisie, focussen op sterke kwaliteiten en betekenisvolle beelden staan hierbij centraal. Professor Erwin Seydel gebruikte het beeld van in ‘V’ formatie vliegende vogels als metafoor voor verbindend leiderschap. “Mensen kunnen hieruit veel leren. Het illustreert de kracht van samenwerking. Door deze manier van vliegen kan de gehele groep vogels veel verder vliegen omdat zij van de stuwende kracht van elkaar profiteren.” Bij verbindend leiderschap staan twee vaardigheden centraal: de groep een gevoel geven van geborgenheid, een verbondenheid met elkaar, en vertrouwen in de toekomst. Belangrijke elementen zijn hierbij om de groepsleden te betrekken in de besluitvorming, en een helder beeld te schetsen van de toekomst. Seydel: “Ik zie een verschil tussen managers en leiders. Leiders zijn met mensen bezig. Managers concentreren zich op goed gepland hebben, lineair en voorspelbaar, checklisten en controle hebben.”
34
BIJDRAGE AAN CONFERENTIES, SEMINARS, WORKSHOPS VSB lidbedrijven, bestuursleden, directeur en stafleden, hebben de Vereniging in 2013 vertegenwoordigd in een breed scala van conferenties, seminars en workshops.
De rol van werkgeversorganisaties CAMEO, de Caribbean Academy for the Management of Employers Organizations, organiseerde van 26-28 augustus 2013 onder auspiciën van de International Labour Organization, te Antigua en Barbuda een workshop voor Senior vertegenwoordigers van de Caribische werkgeversorganisaties. Namens de VSB participeerden voorzitter Ferdinand Welzijn en bestuurslid Bryan Renten. Het thema van de workshop was “Analyzing and shaping the Business Environment to Influence Policy Development”. De rode draad van de workshop was de rol en het belang van werkgeversorganisaties in het scheppen van een ondernemersklimaat in het belang van goede macroeconomische ontwikkeling. Tijdens de landenpresentaties ging Ferdinand Welzijn in op het Suriname Business Forum (SBF) als model om alle stakeholders bij elkaar te krijgen om gezamenlijk te werken aan het scheppen van een goed ondernemersklimaat voor onze nationale ontwikkeling. De rol van MKB’s kwam aan de orde en de wijze waarop werkgeversorganisaties moeten inspelen op de specifieke behoeften van deze groep bedrijven. Andere interessante en belangrijke onderwerpen waren de macroeconomische ontwikkelingen in het Caribische gebied en de rol die het Internationaal Monetair Fonds daarbij kan spelen; het belang van Good Governance en de rol van Transparency International; en het bedrijfsleven, onderwijs en productiviteit als motoren voor groei en ontwikkeling.
Productiviteit en Concurrentievermogen Competitiveness Unit Suriname (CUS)
Op 7 en 8 februari startte de Competitiveness Unit Suriname (CUS) van het Kabinet van de Vice President met een groots opgezet Competitiveness Forum een actieprogramma met als het motto: Suriname competes! Join the beat! Tijdens de paneldiscussie op 7 februari gaf VSB voorzitter Ferdinand Welzijn zijn visie over beleid en acties die de productiviteit moeten verhogen. Hij ging daarbij in op het aspect van vrij ondernemerschap bij een terugtredende overheid en de noodzaak van vakscholing en training. Ook bij de daaropvolgende CUS bijeenkomsten leverde VSB vertegenwoordigers een bijdrage. Het doel dat de CUS voor ogen staat is om bewustwording te creëren om gezamenlijk te werken aan de verbetering van het ondernemers- en investeringsklimaat van ons land en onze positie op wereldranglijsten zoals de Global Competitiveness Index (GCI) en de Ease of Doing Business Index, te verbeteren. Een heel scala aan interessante en relevante onderwerpen kwam aan de orde op het CUS/SBF/SELA seminar “Mechanisms to support Innovation for SME’s in Suriname” van 11 en 12 april. VSB beleidsmedewerker Dayenne Wielingen-Verwey leverde een bijdrage met een Power Point presentatie getiteld: “Situation of SME’s. Innovation Capacities in Suriname.” Op 2 mei 2013 organiseerde CUS een ‘netwerk’ bijeenkomst over Suriname’s ranking op de Doing Business lijst. Uitgenodigd waren de rapporteurs en counterparts die direct of indirect een bijdrage leveren bij het jaarlijks invullen van de Doing Business survey. Op 27 mei 2013 lanceerde CUS het Doing Business Hervormingsprogramma ter verbetering van de Doing Business Index in Suriname. Dit hervormingsprogramma richt zich op de aspecten Starting a Business; Paying Taxes; Construction Permits; Trading Across Borders; en Registering Property uit de ‘Doing Business’ ranking. Ook was VSB vertegenwoordigd op de discussieavond van 30 augustus over een ‘Legal Framework for Private Sector Development’. IDB deskundige mevr. Anzola presenteerde onder meer de voordelen van een Omnibus wet. Zoals bekend kampt Suriname met sterk verouderde wetgeving. Op 18 oktober organiseerde CUS het seminar “Verbetering van Suriname’s Nationaal Concurrentievermogen: De Positieve Ommekeer.” Inleider daarbij was Prof. M. Carillo van de Arthur Lok Jack Graduate School of Business, UWI, Trinidad and Tobago. Hij gaf daarbij aan dat op Trinidad & Tobago activiteiten zoals georgani-
35
seerd door CUS, juist vanuit de private sector worden geïnitieerd. VSB directeur René van Essen gaf een overzicht van de data verzameling door VSB voor de Global Competitiveness Index in 2011, 2012 en 2013. Nationaal certificeringsprogramma
Op 24 januari vond de ‘kick off’ plaats van het Nationaal Certificeringsprogramma (NCP) met het Suriname Business Development Center als projectcoördinator. Bedrijven konden zich certificeren in het Made in Suriname keurmerk (MIS) en/of een internationaal ISO standaard voor Kwaliteitsbeheer, Voedselveiligheid en Laboratoriumnormen. Aan het NCP 2013 deden 40 bedrijven mee. TPS-OIC overeenkomst
In het kader van het beleidsvoornemen van de Regering om een TPS-OIC overeenkomst aan te gaan - Trade Preferential System among the members of the Organisation of the Islamic Conference - organiseerde de Ministeries van Handel & Industrie en Landbouw, Veeteelt en Visserij, op 10 januari een consultatie bijeenkomst. Vertegenwoordigers van het VSB bureau en lidbedrijven waren hierbij aanwezig. Uit de discussies kwam naar voren dat bij deze overeenkomst geen sprake zal zijn van een ‘level playing field’. Vanwege de continuïteit, hoge vrachtkosten en andere logistieke kosten en exportvolume zal de lokale sector in Suriname moeilijk kunnen concurreren op OIC markten. Naar voren werd gebracht dat niet dezelfde fouten gemaakt moeten worden als bij de toetreding tot WTO, waarbij de boundrate op agrarische producten slechts 20% werd gesteld en melkpoeder tegen een 0-tarief wordt ingevoerd. Ook zal eerst gewerkt moeten worden aan de nodige wetten, regels en standaarden zodat onder andere onze voedselveiligheid is gewaarborgd. In dit kader werd het belang onderstreept van standaarden voor etikettering en labeling. Voorts werd aangegeven dat volgens het Most Favoured Nation (MFN) en het Safeguard Mechanism principe uit de concept TPS-OIC overeenkomst een land met een kleine economie, á priori is uitgesloten. Gesteld werd dat in de conceptwet aangegeven Rules of Origin in de aangegeven vorm niet acceptabel zijn. Het zijn namelijk dezelfde, verouderde, regels die in de Cotonou overeenkomst zijn opgenomen en waar Suriname slechts nadeel van ondervindt. Trade Facilitation
In 2009 is Suriname van start gegaan om maatregelen op het gebied van ‘Trade Facilitation’ te identificeren met de uitvoering van het onderzoek “Suriname’s WTO Trade Facilitation Self Assessment of Needs and Priorities”. Voor de verdere vaststelling van een Nationaal Implementatie Plan en te nemen maatregelen, werd in de periode 19 februari – 31 mei in samenwerking met de UNCTAD een pilot project uitgevoerd. In deze pilot fase werden een aantal activiteiten uitgevoerd waarin ook VSB lidbedrijven participeerden: analyse en onderzoek van wet- en regelgeving; huidige situatie, te ondernemen concrete stappen (ook in termen van financiering). Hiervoor werden door de consultant Proplan interviews gehouden met stakeholders, met name de private sector en de douane. Wet electronische transacties
Het kabinet van de Vice President en de commissie e-Governance organiseerden op 27 februari het seminar ‘Wet Electronische Transacties.’ Zowel de overheid als het bedrijfsleven kunnen hun dienstverlening structureel verbeteren door toepassing van ICT mogelijkheden. De conceptwet en een casus van elektronische transacties, werden gepresenteerd. Uit de discussies kwam naar voren dat onder meer gelet moet worden op de aspecten: toezicht en controle; consumentenbescherming en privacy; overtredingen en wetshandhaving; en congruentie van deze wet met het concept Nieuw Burgerlijk Wetboek. Richtlijnen voor reclameborden
Er is een wildgroei in reclameborden merkbaar, zowel wat betreft de omvang als de situering van de borden. Dit leidt tot vervuiling van het stads- of landschapsbeeld en verkeersonveilige situaties. Het Ministerie van Openbare Werken maakte een aanvang om tot structurering en ordening te komen en gaf aan ILACO Suriname N.V. de opdracht om richtlijnen voor reclame-uitingen te formuleren. De consultant organiseerde op 12 maart een stakeholders bijeenkomst (eigenaren, ontwerpers en producenten) waarbij VSB directeur René van Essen de nodige input gaf. Uitgangspunt om tot richtlijnen te komen is: reclame mag, maar zodanig dat het geen overlast veroorzaakt, niet aanstootgevend is, voldoet aan de esthetische eisen van de omgeving, geen schade aan de weg, constructie of infrastructuur veroorzaakt, en een veilig gebruik van de weg en de wegvoorzieningen waarborgt. Het huidige juridisch kader is de Concessiewet van 4 december 1906. Vergunningen worden verleend op basis van de uitvoeringsregeling van 1937 waarin is vastgelegd dat de Districts Commissaris het model moet goedkeuren.
36
Best Practice Models to Implement the CSME
Harmonisatie en automatisering van procedures voor de realisering van de CARICOM Single Market & Economy zijn van belang voor het bedrijfsleven, omdat het kan leiden tot het sneller doen van zaken, namelijk online. Voorts kan het ook leiden tot grotere transparantie van de kant van de Overheid omdat vastgestelde procedures gevolgd moeten worden. Dit kan corruptie enigszins tegengaan, omdat face-to- face communicatie over en weer niet meer noodzakelijk is. Van 27 – 31 mei verbleef een team van het CARICOM Secretariaat in Suriname om ‘Best Practice Models’ te identificeren. De procedures waarom het gaat betreffen de verschillende rechten die zijn toegekend aan CARICOM burgers in de Single Market, namelijk : Vrij verkeer van Goederen; Vrij verkeer van Personen; Vrij verkeer van Kapitaal; Recht van Vestiging; en Dienstverlening. Omdraaien Credit Reporting Conference
Het opzetten van een kredietregistratiebureau moet er toe leiden dat kredietverstrekkers en kredietnemers gelijkelijk toegang krijgen tot kredietinformatie. De Centrale Bank van Suriname in samenwerking met de Bankiersvereniging stelde in de loop van 2013 het concept op voor de ‘Wet houdende regels met betrekking tot de instelling van het Kredietregistratiebureau en de databank voor kredieten’. Op 20 juni organiseerde de Centrale Bank een internationale conferentie over Credit Reporting voor stakeholders waarin ook de conceptwet werd gepresenteerd. In een aantal schriftelijke kanttekeningen op de conceptwet wees VSB op het belang van het waarborgen van bescherming van informatie van bij de kredietregistratie betrokken instellingen en personen. Ook gaf zij aan dat het bewustzijn van de burger over budgettering en bestedingspatronen moet worden verhoogd wil het doel van een kredietregistratiebureau worden bereikt. In het vervolgtraject moet dan ook nauw worden samengewerkt met consumenten- en bedrijfslevenorganisaties. Door een goed functionerende kredietregistratiebureau wordt de kredietmarkt transparanter en worden financiële instellingen en andere kredietverleners beter beschermd doordat ze gegevens op kunnen vragen over personen of instellingen die krediet aanvragen. Een en ander moet er ook toe leiden dat de toegang tot kredieten wordt vergroot. Personen of bedrijven die geld willen lenen maar niet beschikken over een onderpand of borg, zouden toch in aanmerking kunnen komen voor een lening als ze een positieve kredietscore hebben weten op te bouwen. Hiervan zouden Middengrote- en Kleine bedrijven kunnen profiteren.
Metrologie en kalibratie
Het Surinaams Standaarden Bureau organiseerde op 20 mei een seminar waar verschillende instanties en organisaties voorbeelden gaven welke gevolgen – en zelfs gevaren – slechte of niet geijkte maten, gewichten en apparaten kunnen hebben. VSB gaf wederom aan voorstander te zijn van een volwaardig Nationaal Metrologisch Instituut (NMI). VSB deelnemers drongen er dan ook tijdens dit seminar op aan dat de concept Metrologiewet door betrokken instanties wordt behandeld zodat die aan De Nationale Assemblee voor verdere behandeling en goedkeuring, kan worden aangeboden. In eerdere bijeenkomsten is door VSB vertegenwoordigers aangegeven met welke problemen Kleine- en Middelgrote bedrijven worden geconfronteerd bij het ijken. Veel MKB’s ijken niet maar passen slechts de apparaten aan. Als na verloop van tijd blijkt dat een aanpassing niet meer voldoende is en ijking van het apparaat noodzakelijk is, moet het bedrijf vaak hulp zoeken bij internationale diensten. Hiermee zijn hoge kosten gepaard. Dit heeft zijn impact op vele MKB’s die deze bedragen niet kunnen betalen en dus noodgedwongen doorwerken met niet geijkte instrumenten. Zowel de ondernemer als de consument worden hierdoor gedupeerd. Nationale Standaard Touroperators
Standaardisering van bedrijfsactiviteiten bevordert het concurrentievermogen. Dit geldt niet alleen voor individuele bedrijven, maar ook voor branches en sectoren. VSB ondersteunt dan ook het initiatief van het Surinaams Standaarden Bureau (SSB) om in samenwerking met het Ministerie van Transport, Communicatie en Toerisme en de Vereniging van Touroperators (VESTOR), te komen tot een nationale standaard voor touroperators. Een technische commissie van de drie partners formuleerde een concept standaard dat in een seminar van 24 juli voor commentaar en aanvullingen werd aangeboden aan stakeholders. Dit concept bevat minimale specifieke eisen voor een goede bedrijfsvoering waardoor wordt bijdragen aan de optimalisering van de veiligheid van de consument. De richtlijn geeft aan hoe de uitvoering van de standaarden er uit moet zien en beveelt sommige aspecten zelfs verplicht aan.
37
Milieu Ontwerpwet Afvalstoffen
In april gaf VSB gehoor aan het Ministerie van Openbare Werken voor consultaties met stakeholders over de ontwerpwet Afvalstoffen. VSB nam deel aan de beraadslagingen en leverde ook schriftelijk commentaar. De wet regelt vooral de inzameling. Als inzameldienst belast met het verwijderen van afvalstoffen en het reinigen van straten, wegen en openbare plaatsen in Groot Paramaribo, zal volgens de conceptwet een overheidsbedrijf genaamd WACOS N.V. worden opgericht. Dit past binnen het streven om de Dienst de Vuilophaal en Verwerkingsdienst van het Ministerie te verzelfstandigen. Wat er verder met het afval moet gebeuren, zal grotendeels worden bepaald in een vijfjaren afvalstoffenplan, op te stellen door de Minister van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu tezamen met de Minister van Openbare Werken, de Minister van Volksgezondheid en de Minister van Regionale Ontwikkeling, en nader bij Staatsbesluit vast te stellen regels. In de loop van dit verslagjaar heeft er geen verdere besluitvorming over deze ontwerpwet plaatsgevonden. Voor bedrijven is het van belang hoe en wanneer afval ingezameld wordt, tegen welke kosten en of er sprake is van markwerking. Er zijn kansen voor bedrijven die actief zijn of worden op het gebied van inzameling, transport en verwerking van vaste, vloeibare en andere categorieën van afvalstoffen. Nationaal Seminar “Plastic Afval”
Op 10 juni organiseerde het Ministerie van ATM, Directoraat Milieu, in samenwerking met Fernandes Bottling Company N.V., een nationaal seminar over de problematiek van plastic afval. Het afval van petflessen en andere plastic afvalproducten vormen een groot milieu probleem. De hoeveelheid aan dit soort afval neemt toe, maar Suriname beschikt nog niet over de adequate ophaal-, opslag- en verwerkingssystemen. Milieurisico’s zijn echter het ontstaan van zwerfvuil met als gevolg verstoppingen van trenzen, en vervuiling van de bodem. Vanuit de overheid, drankenindustrie, buurtorganisaties en public- private partnerschap zijn er een aantal initiatieven ontplooid om het probleem aan te pakken. Het resultaat is vaak genoeg niet duurzaam, kostbaar, gefragmenteerd en teveel afhankelijk van de inspanningen van een organisatie, bedrag of individuen. Conclusies van het seminar • Een ketenbenadering bij de aanpak van het probleem. • Coördinatie van beleid en van de recyclebedrijven • Een bewuste consument - inbreng van de gemeenschap • Maatschappelijk verantwoord ondernemen van bedrijven • Incentives en financiering voor de verwerkers • Adequate wetgeving
• Garantstelling voor goed onderzoek • Regulering van de afvalverwerking • Inventarisatie van afvalstromen • Organiseren van een milieuconferentie • Kennisverwerving en literatuurstudies door Anton de Kom Universiteit
Waterforum Suriname
Het Waterforum Suriname, opgericht op 12 december 2012, organiseerde verschillende activiteiten in 2013 waaraan ook VSB vertegenwoordigers deelnamen. Op de discussieavond in maart werd weer de aandacht gevestigd op de noodzaak van een integrale aanpak voor waterbeheer. Suriname beschikt over grote voorraden zoetwater. In toenemende mate is er echter sprake van bedreigingen zoals verandering in de regenval en regenseizoenen, stijging van de zeespiegel, waterverdamping, wateroverlast en overstromingen, afname van zoetwaterbronnen, langere droge tijden, en watervervuiling. Manodj Hindori, voorzitter van Waterforum Suriname, presenteerde op het door het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen georganiseerde seminar van 19 en 20 maart in het kader van de ‘Waterweek’, een Roadmap voor het Nationaal Water Beleid (NWB). Minamata Verdrag
In oktober 2013 werd het Minamata Verdrag betreffende kwikgebruik opengesteld voor ondertekening en ratificatie door lidlanden van de Verenigde Naties. Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS) zette een traject uit om tot een onderbouwd advies te komen aan de Regering. Ondertekening en ratificatie betekenen immers dat er een nationaal plan gereed zou moeten zijn voor de follow-up. In oktober ging NIMOS van start met de eerste consultatieronde met belanghebbenden. Het VSB bureau, en VSB lidbedrijven die in hun bedrijfsprocessen te maken hebben met gebruik of het vrijkomen van kwik, namen deel in deze bespreking. 38
SURINAME BUSINESS COALITION Een van de kernpunten in de beleidsdoelen van de VSB is om lidbedrijven te ondersteunen bij het ontwikkelen van werkplekbeleid voor duurzame inzetbaarheid van werknemers. Gezondheid en veiligheid op de werkplek maken daarvan onderdeel uit. Het gaat daarbij niet alleen om beleid voor het terugdringen van bedrijfsgerelateerde ziektes en ongevallen, maar ook om samenwerking tussen het management en personeel in elk bedrijf om iedereen bewust te maken van de voordelen van een gezonde levensstijl. Sinds 2008 is de Suriname Business Coalition against HIV & AIDS – een werkarm van de VSB – actief op het gebied van HIV & AIDS werkplekbeleid. In 2011 besloten de Coalitie om ook chronische Non-communicable Diseases, zoals hart- en vaatziektes, diabetes mellitus, hypertensie, maar ook stress, in hun activiteiten te integreren. Dit werd in een breder plaatje van Healthy Life Style geplaatst.
PEPFAR project Op 14 mei 2013 ondertekende VSB directeur René van Essen een tweede SBC – PEPFAR project met Ambassadeur Jay Anania van de Verenigde Staten van Amerika. In 2012 kreeg SBC financiële ondersteuning uit het PEPFAR Small Grants Program van de Verenigde Staten voor de bestrijding van HIV&AIDS om een project uit te voeren voor HIV & AIDS educatie en het verminderen van discriminatie & stigmatisering op de werkvloer. Dit tweede SBC – PEPFAR project is samen met SBC programmacoördinator, Rita Bechoe, uitgevoerd door vijf SBC lidbedrijven: Energiebedrijven Suriname, Fernandes Bottling, IAMGOLD RGM, Staatsolie, en Suriname Luchtvaartmaatschappij. De vijf bedrijven hebben een actieplan uitgevoerd met een collectieve slogan, brochure, poster en banner, en per bedrijf afzonderlijke T-shirts. In Saramacca en Brokopondo werd een mini-health fair georganiseerd. Binnen de deelnemende bedrijven werden bewustwordingssessies georganiseerd, waaronder de viering van Wereld Aids Dag. Met de ondersteuning van SBC ontvingen de bedrijven via het Nationaal Aids Programma (NAP) materiaal ter ondersteuning van de sessies. Nieuw in dit tweede PEPFAR project was een wedstrijd tussen de deelnemende bedrijven waarin de Peer Educators in een rollenspel stigmatisering en discriminatie op de werkvloer uitbeelden. Een jury beoordeelden de toneelstukjes waarbij de groep van Fernandes Bottling de eerste prijs won. De Peer Educators binnen de bedrijven speelden ook in dit PEPFAR project een coördinerende rol. Peer Education is wereldwijd een van de meest effectieve manieren om gedragsverandering op gang te brengen. In 2010 ging SBC van start met het trainen van Peer Educators van de SBC lidbedrijven in het kader van HIV&AIDS voorlichting. In opeenvolgende jaren werden die trainingen herhaald en uitgebreid. Op 16 en 17 oktober 2013 werd aan 17 werknemers de HIV Peer Educators Training gegeven, gevolgd door een theoretisch examen op 11 november waarbij elk bedrijf een presentatie moest houden. Alle 17 kandidaten hebben deze training met goed gevolg afgerond en zijn gecertificeerd voor de periode 2013 – 2015. Daarnaast heeft hercertificering van 18 Peer Educators uit 5 lidbedrijven plaatsgevonden in dezelfde periode.
HEALTHY LIFE STYLE
39
De Suriname Business Coalition heeft in 2011 en 2012 een breed draagvlag gecreëerd binnen de SBC lidbedrijven voor een SBCplus beleid gericht op de preventie van chronische Non Communicable Diseases (NCD’s). Op 19 en 21 februari 2013 werden in twee groepen in totaal 40 Peer Educators getraind om de basis te leggen voor het promoten van ‘Healthy Life Style’ binnen bedrijven. “In de afgelopen jaren is veel ervaring opgedaan met HIV/AIDS werkplek programma’s. De training en inzet van Peer Educators speelden daarbij een belangrijke rol”, gaf VSB voorzitter Ferdinand Welzijn in zijn welkomstwoord aan. “Wij moeten die kennis en ervaring nu kapitaliseren en ook gebruiken voor andere programma’s. De gezondheid van werknemers is niet alleen belangrijk voor hen zelf, maar ook voor de productiviteit, winstgevendheid en continuïteit van bedrijven.” In de training/workshop werd onder meer aandacht geschonken aan de concepten en uitgangspunten van een gezonde leefwijze; de diagnose, preventie en behandeling van NCD’s; psychische aspecten; en het proces van gedragsverandering. Aan het einde van de training werd in groepsverband gewerkt aan een organisatieplan ‘Healthy Life Style’. De training/workshop was mogelijk gemaakt door samenwerking met United Nations Population Fund. In april werden voorbereidingen getroffen voor het opstellen van een projectplan ‘Health Promotion op de Werkvloer 2013 – 2014’ waarvoor een consultant werd aangetrokken. Dit plan is in oktober 2013 afgerond en aangeboden aan de CEO’s van alle SBC lidbedrijven. De doelen voor dit project zijn: • Het onderzoeken van de gezondheidsstatus van zowel het individu, de werker, alsook van het bedrijf als geheel; • Het vergroten van de kennis en vaardigheden van de Peer Educators en medewerkers van een gezonde leefstijl die nodig zijn om verandering in de huidige leefstijl te brengen; • Het formuleren van een Healthy Life Style beleid; • In de uitvoering van het project zal er per SBC lidbedrijf een informatief onderzoek – survey – worden uitgevoerd en workshops worden georganiseerd. Ook de verdere training van Peer Educators maakt onderdeel uit van het project. Op 14 september werd de Caribbean Wellness Day herdacht. Fernandes Bottling mocht hierbij de eerste prijs voor haar HIV&AIDS rollenspel in ontvangst nemen. Deze dag is door CARICOM ingesteld om in herinnering te brengen dat de CARICOM lidstaten de hoogste prevalentie van chronische NCD’s in de hele regio hebben. SBC heeft ook aan alle bedrijven die hebben geparticipeerd in het Symposium van de Nationale Anti-Drugs Raad van 6 augustus 2013, de Blauwdruk van een Drugs-en Alcoholbeleid aangeboden.
40
Vertegenwoordiging VSB in overheidsorganen
Nationaal
Arbeidsverhoudingen
• • • •
• • • •
De Sociaal Economische Raad (2e zittingsperiode niet ingesteld) De Staatsraad Het Onafhankelijk Kiesbureau De Stichting Voorzieningenfonds voor Particuliere Werknemers in Suriname
Economische Ontwikkeling & Ontwikkeling MKB’s • • • • • •
Suriname Business Forum Bestuur Stichting Suriname Business Development Centre Commissie Caricom Trade & Competitiveness Project Commissie van Toezicht Investeringsfonds Nederland-Suriname (IFONS) Fonds Technische Bijstand Particuliere Sector(FTBP) Bestuur Stichting voor Experimentele Landbouw- bedrijven (SEL)
Arbeids Adviescollege (AAC) Bemiddelingsraad voor Geheel Suriname Nationale Commissie Uitbanning Kinderarbeid Werkgroep Seksuele Intimidatie op de werk- vloer
Onderwijs, Scholing en Wetenschap • • • • • • • • •
Bestuur Stichting Polytechnic College Accreditatieraad Stichting Institute for Development Planning and Management (IDPM) Bestuur Stichting Scholingsinstituut voor de Vakbeweging in Suriname (STIVIS) Bestuur Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO) Raad van Toezicht Stichting Productieve Werk- eenheden Bestuur Stichting Hospitality and Tourism Trai- ning Centre Platform Wetenschap & Technologie Werkgroep’National Training Authority’
Kwaliteit & Standaardisering • •
Surinaaams Standaarden Bureau Nationaal Codex Comité
Buitenlandse Betrekkingen • • •
Gemengde Commissie Suriname-Cuba Gemengde Commissie Suriname-Barbados Commissie Samenwerking Suriname-Nederlandse Antillen-Aruba
Statistieken •
Commissie voor de Statistiek
Cultuur • •
Bestuur Stichting Cultuurfonds Commissie Unesco Wereld Erfgoedlijst
Milieu • • • • •
Nationale Milieuraad Commissie Bio Safety Raamwerk National Climate Change Committee Nationale Coördinatie Commissie voor Persist Organic Pollutants (POPs) Nationale Coördinatie Commissie Chemicaliën- beheer (Stockholm Conventie)
Volksgezondheid Occupational Safety & Health • • • •
Nationale Raad voor Bedrijfsgezondheidszorg Nationale Anti Drugsraad Global Fund Country Cooperation Mechanism Tabaks Bureau
Transport & Communicatie
Rechtshandhaving & Veiligheid
• • •
• •
Commissie van Toezicht Wegenautoriteit Commissie formulering Nationaal Informatie, Communicatie & Technologie Beleid Commissie Formulering ICT beleid
Commissie Particuliere Beveiligingsbedrijven Stichting Toezicht Keuring Motorrijtuigen
41
VSB LEDENLIJST 2013/STIA MEMBERSLIST 2013 GROEP AGRARISCHE EN AANVERWANTE BEDRIJVEN (AGRICULTURE) Benie’s Rice De Rijsthalm INI-DIA N.V. GOPEX International N.V. Landbouwbedrijven Vadini N.V. Narsing Rijstverwerkings Industrie N.V. Rijstbedrijf M.L.A. Mahawat Khan Rijstexploitatiemij. N.V. Rijstpak N.V. Sahara N.V. Sunrice N.V. Surinaamse Agrarische en Veeteelt Produktie Mij. N.V. (SAVEPRO) Surinaamse Pluimvee Industrie N.V. Suriname Pig Farms N.V. GROEP BANKWEZEN (BANKING) De Coöperatieve Spaar- en Kredietbank GODO Finabank N.V. Hakrinbank N.V. Landbouwbank N.V. Nationale Ontwikkelingsbank Suriname RBC Bank (Suriname) N.V.(Royal Bank of Canada) Surichange Bank N.V. De Surinaamsche Bank N.V. Surinaamse Postspaarbank Surinaamse Volkscredietbank GROEP HANDEL (TRADE) ATCAR Chemicals N.V. ATHENA N.V. Beauty & Home Systems Inc N.V. Beyrouth Bazaar Carequinho Chee’s Trading N.V. CHM Suriname N.V. CKC Alginco CKC Holding N.V. CKC Machinehandel N.V. SURMAC CKC Motors N.V. DETO Handelmij. N.V. Devina’s Enterprises N.V. Devnan Agencies Inc. Distribution & Trade Services Suriname N.V. Ebro Eerste Surinaams Bedrijfsautogarage (ESB) Fernandes Concern Beheer N.V. Fernandes, Handelmij. I & Son GUIMAR N.V. Hatramij N.V. Harsons Trading N.V. HEM Suriname N.V.
42
IBM World Trade Corp. Integrated Computer Services N.V. Issa, J.H., N.V. Issa, Moussi, N.V. Jagt Agencies, F.E. van der Jong A Kiem N.V., J.L. Kirpalani’s Ltd. Kuldipsingh Handelmij. N.V. Lucky Store Mandarin International Trading N.V. MOBOCO N.V. Office Furniture N.V. Rachie, N.V. Rudan Trading Co. Singer Sewing Machine Co. Singh, C.R., Agencies Singh, Hans, Trading, Import/Export N.V SOL SURINAME N.V. SUBISCO International N.V. Suriname Office Supplies N.V. Traverco Track Service N.V. Tomahawk N.V. Unicar N.V. Verenigde Surinaamse Holding United Willemsberg, L., Handelmij. N.V.
GROEP INDUSTRIE (INDUSTRY) Alen’s, Van, Beton Industrie N.V., “VABI” Ang Chemicals Manufacturing N.V. Art Sabina Design & Printing British American Tobacco Suriname Bromet, H. CKC B.E.M. N.V. COBO N.V. Consolidated Industries Corp. Drukkerij Leo Victor N.V. Drukkerij & Uitgeverij DAG N.V. Energie Bedrijven Suriname N.V. Evergreen N.V. Fernandes Bottling Co. Fernandes Brood & Banket Bakkerij N.V. Gom Food Industry N.V. L&B Surimix Meelmaatschappij “De Molen” N.V. Mobile Welding Service N.V. Multiforms N.V. Optiek Ninon N.V. Randoe Suriname N.V. Remas N.V. Sampa Suriname N.V. SUBEMA N.V. (N.V. Surinaamse Beton Mortel Maatschappij) Surinaamse Brouwerij
Suriname Alcohol Beverages N.V. (SAB N.V.) Suriname Earth Moving Contractors N.V. Suriprint N.V. Varossieau Suriname N.V. Vitalo N.V., Surinaams Veevoerbedrijf VSH FOODS N.V. W.R.L. Hennep Bouw- en Schilderbedrijf N.V.
GROEP MIJNBOUW (MINING) Belangengroep Goudsector Moengo Minerals GRASSALCO N.V. Rosebel Gold Mines N.V. (IAMGOLD) Staatsolie Maatschappij Suriname N.V. Suriname Aluminum Company L.L.C. GROEP TRANSPORT (TRANSPORT) Benie’s Shipping Blue Wing Airline N.V. CMA CGM Suriname N.V. Continental Shipping Agencies N.V. Gum Air N.V. Havenbeheer Suriname N.V. Integra Marine & Freight Services Intergra Port Services N.V. Le Grand Baldew N.V. Luchthavenbeheer N.V. Maritieme Autoriteit Suriname Ram’s Tour & Travel Service Scheepvaart Maatschappij Suriname N.V. S.I.T.A.(Société Internationale de Telecommunications Aéronautiques) Surinaamse Luchtvaart Mij. N.V. GROEP Toerisme (tourism) Hotel Elegance N.V. Inter American Hotels Suriname N.V. (Courtyard Marriott) Krasnapolsky Hotel N.V. New Babunhol River Resort N.V. Poly Formis Consultants TON N.V. Torarica, Hotelmaatschappij N.V.
GROEP VERZEKERINGSWEZEN (INSURANCE) Assuria N.V. FATUM Schadeverzekering N.V. PARSASCO N.V. Self Reliance N.V., Surinaamse Assurantiemij. Self Reliance Levensverzekeringen N.V.
GROEP ZAKELIJKE DIENSTVERLENING (SERVICES) 4U Business Solutions N.V Aannemingsbedrijf M.S. Abdoelrahman Aannemingsbedrijf Baitali N.V. Accountantskantoor L.N. Pahladsingh ACE Consultancy Actuarieelbureau Lo Fo Wong Advocatenkantoor Lim A Po Advocatenkantoor Schurman Alpha Control Aqua Pavement & Geotechnical Consulting (AP&G) BDO Abrahams, Raijman & Partners Belfima N.V. Benco N.V. Radiologie Kliniek Bendt Training & Consultancy Biomedical Systems BUCK Consultants N.V. Callender Consutancy &Training N.V. Canadian Bank Note Suriname CAPRICORN Projekt B.V. Caribbean Heavy Equipment Educational Center “CHEEC” Carisma Marketing Services Ltd.Suriname CKC Medicare N.V. Cleanit N.V. i.o. Clear IT Solutions N.V. Consulting Partners CrossedLines Advisory Services Data Systems Technology Networks Suriname N.V. (D.S.T.N.) DEAM Advisory N.V. DIAPURA N.V. ELP Suriname N.V. FALCON Advertising, Promotion Services FHR Lim A Po Institute for Social Studies FHR School of Business Finatrust N.V. Firm Engineering N.V. First Capital N.V. Flexible Uitzendbureau N.V. FUSECON N.V. (Full Service Concept N.V.) GEOSES N.V. i.o. GET !T Training & Consultancy N.V. Global Investments N.V. Groep Technische Installatie N.V. HAUKES Aannemings- en Transportbedrijf N.V. Health Control N.V. Medisch Laboratorium Hencom Trade Multi-Educational Business Centre N.V. i.o. Hi-TELCOM N.V. HCMS N.V. (Human Capital Management Solutions N.V.) I.B.T. Raadgevend Ingenieursbureau voor de Weg en Waterbouwkunde en de Bouwtechniek
IDOS Consulting N.V. Ilaco N.V. Ingenieursbureau van Dijk Suriname N.V. Innovative Road Technologies N.V. (iroads) Inspire Digital & Trade N.V. INTERMED N.V. IR Publicaties & Evenementen ISOTHERM Suriname N.V. ITEE N.V. Leadership Development Center KPMG Assurance Services N.V. NAAM-Consultancy (Naarden Advice and Management Consultancy) Niamats Farm Int. Optiek Ninon N.V. Process Consultancy Professional Private Security N.V. Professional Support PROSUR Raadgevend Ingenieursbureau N.V. Quality Care N.V. Quality in Security & Communication N.V. Refos Consultancy, E.E. Roson en Partners N.V. Scientia N.V. Solve IT! N.V. Spang Makandra Media Studio N.V. STAS International Strategic Communication & Branding Stichting Bedrijfsgezondheidszorg Stichting Boshuizen Training & Consultancy Suriname Stichting IntEnt Suriname Stichting Juridische Samenwerking Suriname-Nederland Stichting Instituut Midden- en Kleinbedrijf, Stg. IMKB Suriname Stichting Polytechic College Suriname Sunecon Raadgevend Ingenieursbureau Surgoed Makelaardij N.V. Surinaamse Waterleiding Mij. N.V. Suriname Information and Organization Consultancy (S.I.O.C. N.V.) Telecommunicatiebedrijf Suriname N.V. Thea Rubenstein Advertising N.V. “The Slight Edge” Consultancy N.V. Tjin A Djie & Partners, Architekten- en Ingenieursbureau Tjong A Hung, Accountantskantoor Tjong A Hung Consulting N.V. Tohora N.V. Uniqa (Intelsur)
43
Vereniging Surinaams Bedrijfsleven
Prins Hendrikstraat 18 POBox 111 Paramaribo, Suriname Tel: (597)475286/475287 E-mail:
[email protected] Website: www.vsbstia.org Redactie : VSB Bureau Opmaak : Rick Chin Cheu Choi Druk : Drukkerij Leo Victor N.V.