Jaarverslag 2001 - in vogelvlucht
College bescherming persoonsgegevens - Jaarverslag 2007
college bescherming persoonsgegevens
Juliana van Stolberglaan 4-10 2595 CL Den Haag Postbus 93374 2509 AJ Den Haag telefoon
070 888 85 00
fax
070 888 85 01
e - mail
[email protected]
internet
www.cbpweb.nl
www.mijnprivacy.nl
jaarverslag 2007
Iedereen heeft recht op een zorgvuldige omgang met zijn of haar persoonsgegevens.
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) houdt – onder de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) – toezicht op de naleving van wetten die het gebruik van persoonsgegevens regelen. Bij het CBP moet het gebruik van persoonsgegevens worden gemeld, tenzij hiervoor een vrijstelling geldt.
Het College bescherming persoonsgegevens houdt toe zicht op de naleving van de wettelijke regels die zien op de bescherming van persoonsgegevens, zo nodig met behulp van sancties.
Advies, bemiddeling, onderzoek en interventie Het CBP adviseert de regering en organisaties over de bescherming van persoonsgegevens en onderwerpen die daarmee samenhangen. Het CBP toetst gedragscodes en bemiddelt in geschillen tussen burgers en gebruikers van persoonsgegevens. Op eigen initiatief of op verzoek van een belanghebbende kan het CBP onderzoeken of de manier waarop persoonsgegevens in een bepaalde
Daarbij heeft het CBP oog voor de maatschappelijke context van de aan hem voorgelegde vragen, problemen of klachten. Bij het uitvoeren en verantwoorden van zijn werkzaamheden streeft het naar een open dialoog met de samenleving en naar samenwerking met andere maatschappelijke organisaties.
situatie zijn gebruikt, in overeenstemming is met de wet en daaraan zonodig gevolgen verbinden. Voor in gebreke blijven bij de melding kan een boete worden opgelegd. Bij overtreding van de wet of daarop gebaseerde regelingen kan het CBP overgaan tot bestuursdwang of een dwangsom opleggen.
Over zijn werkzaamheden en bevindingen brengt het CBP jaarlijks een openbaar verslag uit. Het CBP is bij de uitvoering van zijn bevoegd heden gehouden aan de normen die worden gesteld in de Algemene wet bestuursrecht. Beslissingen van het CBP zijn vatbaar voor bezwaar en beroep. Het gedrag van het CBP kan onderzocht worden door de Nationale Ombudsman. Voor meer informatie kunt u kijken op de websites: www.cbpweb.nl of www.mijnprivacy.nl
Gemak…
pagina 2
Inleiding door Jacob Kohnstamm, voorzitter CBP.
Samenstelling College en Raad van Advies
pagina 6
2007 in het kort
pagina 8
Een samenvatting.
Activiteiten van het CBP
pagina 14
Internationale samenwerking, nationale samenwerking, openbaar bestuur, politie en justitie, arbeid en sociale zekerheid, gezondheidszorg, handel en diensten, internet.
Organisatie
pagina 46
Bijlagen
pagina 58
Overzichten van wetgevingsadviezen, onderzoeksrapporten, gedragscodes, model reglementen, documenten van de Europese Artikel 29-werkgroep en publicaties van het CBP.
Preface and summary
page 68
– Preface by Jacob Kohnstamm, chairman of the Dutch DPA. – Summary of activities and results in 2007.
>
Vragen en signalen In 2007 kreeg het CBP zo’n 5900 brieven, e-mails of telefoontjes binnen. Het grootste deel daarvan is afkomstig van ‘gewone mensen die niets te vrezen hebben’, maar die zich gevolgd en bespied voelen en boos zijn, zich zorgen maken of schade ondervinden door al dan niet opzettelijk onverantwoorde of onzorgvuldige verwerking van hun persoonsgegevens. Voorbeelden van deze signalen uit de samenleving zijn in kadertjes in het Activiteitenhoofdstuk opgenomen.
Jaarverslag 2007 > inhoud
Gemak … Zeker, gemak dient de mens. Een wereld zonder GSM, internet, bank- en creditkaart is daarom nauwelijks meer voorstelbaar. Onafhankelijk van tijd of plaats kan letterlijk alles op afstand bestudeerd, besteld en betaald worden. Daardoor wordt tijd bespaard en openen zich hele werelden die voorheen slechts voor een enkeling waren weggelegd.
Jaarverslag 2007 > inleiding
Deze in vele opzichten zegenrijke technologische ontwikkeling schept ook een bijna duivels dilemma: in ruil voor dat gemak laat iedereen van al zijn doen en laten onvermijdelijk digitale voetsporen achter, veelal zonder zich daarvan bewust te zijn. Omdat al die voetsporen tech nisch gesproken eindeloos bewaard en samengevoegd worden of kunnen worden, leven wij inmiddels in een glazen samenleving waarin even dierbare als kwetsbare gebeurtenissen uit de persoonlijke levenssfeer gebruikt, misbruikt en openbaar gemaakt worden of kunnen worden. Als die informatie daarenboven wordt ingezet in situaties waarin sprake is van machtsongelijk heid - zoals tussen overheid en burger of bedrijfsleven en consument maar ook tussen sterkere en zwakkere burgers - kan dat grote consequenties hebben. Dit is geen denkbeeldig maar eerder een onderschat gevaar. Identiteitsfraude (in de VS nu al de grootste aan misdaad gerelateerde kostenpost) is een duidelijk voorbeeld evenals discriminerende beoordeling en ongelijke behan deling (soms ook op louter statistische gronden) of de bevriezing van persoonlijke ontwik kelingsmogelijkheden en wensen. Het uiteindelijke gevolg hiervan is de ondermijning van het vertrouwen in elkaar en in de publieke en private instituties. Anders dan vaak wordt beweerd, overstijgt de beschermwaardigheid van de persoonlijke levenssfeer het belang van het individu, van gezin of van samenlevingsverband. Die bescherm waardigheid ziet uiteindelijk bovenal op de samenleving als geheel, op het collectieve belang dat gediend is met het in de praktijk daadwerkelijk respecteren van grenzen die de wetgever daartoe heeft getrokken. Die grenzen luiden, vrij weergegeven: verzamel gegevens niet dan nadat is vastgesteld dat dat noodzakelijk is; gebruik die verzamelde gegevens in beginsel niet voor een ander doel dan waarvoor ze oorspronkelijk verzameld werden en behandel verza melde gegevens ook overigens zorgvuldig en met respect. De plicht tot naleving van die wettelijke normen is natuurlijk in de eerste en belangrijkste plaats direct neergelegd bij degenen die gegevens verzamelen en verwerken. Bovendien is voor individuele burgers een laagdrempelige toegang tot de rechter gecreëerd waardoor zij in geval van schade als gevolg van schending van de wettelijke verplichtingen voor zichzelf kunnen opkomen. Maar juist omdat met de naleving van de wet uiteindelijk een collectief belang gemoeid is en niet kan worden volstaan met borging daarvan uitsluitend door individuele private partijen, heeft de wetgever een onafhankelijke toezichthouder in het leven geroepen, het College bescher ming persoonsgegevens (CBP). Het CBP heeft daartoe onder meer op handhaving gerichte bevoegdheden toegekend gekregen. Wij mogen medewerking aan onderzoek naar naleving van de wet zo nodig afdwingen en kunnen bij vastgestelde overtredingen bestuursdwang toepassen, inclusief het opleggen van daarbij behorende sancties. De vraag die wij ons – net als iedere door de overheid gefinancierde organisatie – periodiek dienen te stellen, is op welke wijze wij de ons toegewezen toezichthoudende taak met maximaal resultaat kunnen uitoefenen. Anders gezegd: hoe kunnen wij effectief bijdragen aan het voor komen en bestrijden van identiteitsfraude, van misbruik en onrechtmatig gebruik van persoons gegevens? Sinds 1998 hebben de Registratiekamer en haar opvolger het CBP die vraag beantwoord met het formuleren van vier te bewandelen sporen: het bevorderen van bewustwording en van norm ontwikkeling, het op de voet volgen van technologische ontwikkelingen en het in voorkomende gevallen handhavend optreden. In het afgelopen verslagjaar hebben wij besloten om die koers te wijzigen en onze prioriteit te verleggen naar wat voorheen het vierde spoor was. Gegeven de huidige staat van de privacy, zal door onderzoek te doen en door handhavend op te treden – kerntaak van iedere onafhanke
Jaarverslag 2007 > inleiding
lijke toezichthouder – bewustwording van de normen en naleving van de wet beter en krach tiger worden gestimuleerd en afgedwongen. Alvorens handhavend op te treden dient uiter aard helderheid te worden verschaft over de normstelling op basis waarvan wij in actie zullen komen. Om die koerswijziging gericht op normstelling, onderzoek en handhaving te kunnen realiseren leggen wij waar het verzoeken om hulp en bijstand betreft, gegeven het ons toegekende budget, de prioriteit bij ernstige overtredingen met een structureel karakter en grote gevolgen voor een flink aantal burgers of voor groepen van burgers. Burgers en organisaties, die voorheen bij ons advies of hulp zouden hebben gevraagd en gekre gen, zullen we echter wel zo veel mogelijk helpen zelf zicht te krijgen op rechten en plichten die uit de Wbp voortvloeien, zodat zij zelf de nodige actie kunnen ondernemen. Wij zullen daar voor verder investeren in de content van onze twee websites. De website www.mijnprivacy.nl bevat in het bijzonder de informatie die een individuele burger nodig heeft om zelf actie te ondernemen in het geval van schending van zijn of haar rechten. De website www.cbpweb.nl bevat informatie die organisaties en professionals kunnen gebrui ken indien zij vragen hebben over de rechten en plichten die uit de wet voortvloeien. Anders gezegd: om als toezichthouder maximaal invloed uit te oefenen op naleving van de aan ons toezicht toevertrouwde wettelijke bepalingen, hebben we vorig jaar een begin gemaakt met intensivering van het algemene voorlichtingsbeleid, waardoor burgers, professionals en organi saties beter in staat worden gesteld om hun rechten en plichten te kennen en na te (doen) leven. Daarnaast hebben wij een begin gemaakt met het geven van prioriteit aan wat een efficiënte en effectieve toezichthouder te doen staat: onderzoek doen naar de wijze waarop de relevante wettelijke bepalingen worden nageleefd en bij geconstateerde overtreding daarvan handhavend ingrijpen. Uit lezing van het voorliggende jaarverslag zal blijken dat die koerswijziging in het afgelopen verslagjaar succesvol is geweest!
J. Kohnstamm voorzitter
Jaarverslag 2007 > inleiding
Jaarverslag 2007 > inleiding
Samenstelling college en raad van advies College 2007
mr. J. Kohnstamm
mw. mr. dr. J. Beuving
mw. mr. M.W. McLaggan
Voorzitter
Collegelid, plv. voorzitter
Collegelid (per 1 september 2006)
Jaarverslag 2007 > Samenstelling college en raad van advies
Raad van Advies 2007 mw. prof. mr. I.P. Asscher-Vonk
prof. mr. J.K.M. Gevers
Hoogleraar sociaal recht Radboud Universiteit Nijmegen, lid SER
Hoogleraar gezondheidsrecht Universiteit van Amsterdam
R. Bandell
mw. drs. K. de Jonge
Burgemeester van Dordrecht
Directeur Consumentenbond (tot 1 mei 2007, i.v.m. benoeming bij Mars, Inc. te Brussel)
prof. mr E. Dommering
Hoogleraar informatierecht Universiteit van Amsterdam
drs. R. van Ommeren
Oud-lid Raad van Bestuur ABN-AMRO mw. drs. A. van Es
Voorzitter GGZ Nederland (tot 19 november 2007, i.v.m. benoeming bij ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties)
drs. C. Rog
Voorzitter commissie privacy VNO-NCW drs. A.D. Sixma
prof. dr. E.J. Fischer
Manager MB Digitaal Thuis bij de Consumentenbond
Bijzonder hoogleraar bedrijfsgeschiedenis Universiteit van Amsterdam
drs. L.J.E. Smits
Directeur Het Expertise Centrum prof. mr. H. Franken (voorzitter)
Hoogleraar informaticarecht Universiteit Leiden
Directie
Buitengewoon lid College 2007
mw. ing. C.E. Romanesko
mr. dr. U. van de Pol
directeur (tot 1 september 2007)
Ombudsman Amsterdam
drs. H. de Boer
(interim)directeur (vanaf 1 september 2007)
Jaarverslag 2007 > Samenstelling college en raad van advies
2007 in het kort Naleving van de Wet bescherming persoonsgegevens is niet alleen in het belang van individuele burgers. Het respecteren van een ieders persoonlijke levenssfeer dient ook een collectief belang: een samenleving waarin gewaarborgd kan worden dat wij er, om de overheid, bedrijven en instellingen én elkaar te kunnen vertrouwen, vanuit mogen gaan dat onze persoonsgegevens niet worden misbruikt.
Jaarverslag 2007 > 2007 in het kort
Om een krachtiger en meer zichtbare bijdrage te leveren aan het borgen van dit collectieve belang heeft het College bescherming persoonsgegevens in 2007 besloten in zijn werk meer nadruk te leggen op het uitvoeren van controlerend onderzoek ten behoeve van handhaving van de wettelijke regels. Prioriteit krijgt het aanpakken van ernstige overtredingen die structu reel van aard zijn en nadelige gevolgen hebben voor grote groepen burgers. Door de verrijking en verbreding van de algemene voorlichting op de website van het CBP worden burgers gestimuleerd en geholpen om hun problemen zelf op te lossen en waar nodig ook zelf actie te ondernemen. Grootschalige gegevensverzameling en -verwerking stond ook in 2007 hoog op de agenda van het CBP. In Europees verband zijn onder meer aan de orde geweest de verzameling van gege vens zowel van passagiers die vanuit Europa naar de Verenigde Staten vliegen als van passagiers binnen de EU. Op nationaal niveau springen in het oog privacyproblemen rond de OV-chipkaart en het Elektronisch Patiëntendossier. Deze en andere onderwerpen passeren hier onder in een selectie uit de activiteiten in 2007 in kort bestek de revue.
Internationale samenwerking Het CBP werkt in Europees en internationaal verband samen met andere nationale privacy toezichthouders. Op Europees niveau heeft Nederland een actieve inbreng in het adviesorgaan van EU-privacytoezichthouders, de ‘Artikel 29-werkgroep’ (WP29). De WP29 heeft in 2007 harde noten gekraakt over het voorstel van de Europese Commissie om in navolging van het PNR-verdrag met de Verenigde Staten ook binnen de EU passagiersgegevens te verzamelen, met het oog op de bestrijding van internationale criminaliteit en terrorisme. Dit is in strijd met artikel 8 van het EVRM, oordeelde CBP-voorzitter Kohnstamm. Nieuws is voorts te melden op het terrein van het financieel berichtenverkeer. Meer in het bij zonder betreft dit SWIFT, het bedrijf dat internationale overboekingen faciliteert voor banken. In 2007 werd uit berichten uit de media bekend dat SWIFT back-up gegevens van rekening houders in de Verenigde Staten aanhoudt en dat de autoriteiten van de VS toegang kunnen vorderen tot die gegevens. In strijd met hun verplichting daartoe hadden banken hun klanten hierover niet geïnformeerd. In Nederland zijn onder dreiging van handhaving door het CBP de banken er alsnog toe overgegaan hun rekeninghouders te informeren over het doorgeven van hun gegevens. In WP29-verband heeft na een gecoördineerde actie van alle nationale data beschermingsautoriteiten SWIFT aangegeven in 2009 een dataopslagvestiging in Zwitserland te zullen openen, waarmee het probleem van de verstrekkingen aan de VS van inter-Europese overboekingen wordt opgelost. Op politie- en justitiegebied wijzen de Europese toezichthouders op de blijvende noodzaak van een hoog beschermingsniveau voor persoonsgegevens die voor opsporingsdoeleinden worden uitgewisseld. Het CBP neemt op reguliere basis deel aan de Gemeenschappelijke Controle Autoriteiten binnen de EU op het gebied van politiële en justitiële samenwerking.
Nationale samenwerking Samenwerking met andere toezichthouders en organisaties die te maken hebben met gegevens verwerking leidt tot efficiënter toezicht op de naleving van de wettelijke regels die persoons gegevens beschermen en draagt tevens bij tot verbreding van het draagvlak voor privacy bescherming.
Jaarverslag 2007 > 2007 In het kort
Het CBP heeft samen met de Inspectie jeugdzorg in april 2007 een rondetafelconferentie geor ganiseerd over de beletselen die de privacywetgeving zou opwerpen tegen de uitwisseling van gegevens door hulpverleners in de strijd tegen kindermishandeling. Deze beletselen blijken er niet te zijn. Dit gezamenlijke standpunt van vertegenwoordigers van een groot aantal professio nele partijen in de jeugdzorg is overgebracht aan de minister voor Jeugd en Gezin, gekoppeld aan voorstellen voor uitwisseling van gegevens die wezenlijk kan bijdragen aan de aanpak van kindermishandeling. Op het gebied van de verwerking van persoonsgegevens in de gezondheidszorg zijn afbake ningsafspraken gemaakt met de Nederlandse Zorgautoriteit en is samen met de Inspectie voor de Gezondheidszorg onderzoek gedaan naar de beveiliging van patiëntgegevens. Andere samenwerkingsprojecten in 2007 betroffen de bewaarplicht van verkeersgegevens, het gebruik van het burgerservicenummer door het bedrijfsleven en het gezamenlijk gebruik van persoonsgegevens door het CWI, het UWV en gemeenten. Het netwerk van Functionarissen voor de Gegevensbescherming (FG’s), de onafhankelijke interne toezichthouders bij bedrijven en organisaties, heeft zich in 2007 weer uitgebreid. Het CBP heeft jaarlijks overleg met de beroepsorganisatie van FG’s. In het in 2006 op initiatief van de Tweede Kamer gestarte traject dat moet leiden tot de oprichting van een Nationaal Mensenrechteninstituut is weer een stap gezet: de vier organisaties die in het instituut zouden gaan participeren hebben in april 2007 een notitie uitgebracht over hoe de organisatie van start kan gaan. De minister van BZK heeft nog geen beslissing genomen over het voorstel.
Openbaar bestuur Het burgerservicenummer (BSN) is sinds eind november 2007 een feit. Voor het CBP treedt hier mee een nieuwe fase in. Bij de beheervoorziening BSN wordt een burgerservicepunt ingericht waar overheden en burgers met vragen terechtkunnen. Bij echte problemen met de uitvoering van de wet is het CBP als toezichthouder op de zorgvuldige omgang met persoonsgegevens de bevoegde instantie om in te grijpen. In de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) zijn de persoonsgegevens van de in die gemeente ingeschreven personen opgenomen. Deze administratie vormt de basis voor de uitvoering van veel overheidstaken. Het is van groot belang dat de gegevens kloppen en goed beveiligd zijn. Een maal per drie jaar moeten de gemeenten dit laten controleren. Na de aankondiging van het CBP dat het handhavend zou gaan optreden bij het niet of niet tijdig laten uitvoeren van de audits, is vergeleken met voorgaande jaren in 2007 een verbetering opgetreden in de naleving door gemeenten van hun wettelijke verplichting. Aan vier gemeenten is vorig jaar door het CBP een last onder dwangsom opgelegd. Op verzoek van de Eerste Kamer heeft het CBP eind 2007 advies uitgebracht over een wets voorstel dat de bevoegdheden voor de inlichtingen- en veiligheidsdiensten uitbreidt om in het kader van terrorismebestrijding gegevens in te winnen over reizen, betalingsverkeer en internet gebruik van burgers. Het CBP is van oordeel dat niet is aangetoond waarom deze maatregelen, bovenop de vele al bestaande, noodzakelijk zijn, en acht de gevolgen van de data-analyse voor de burger, maar ook voor de verantwoordelijken en de diensten, niet of onvoldoende onder kend. Kritiek heeft het CBP ook kenbaar gemaakt op het voorstel voor een landelijke verwijsindex risicojongeren (VIR). Het CBP stemt van harte in met het streven te komen tot betere en snellere hulpverlening aan kinderen en jongeren die in de knel zitten, maar het is nu niet duidelijk of de verwijsindex alleen hulpverlening als doelstelling heeft of ook het handhaven van de openbare orde. Er moet volledige helderheid zijn over kernbegrippen en criteria.
10
Jaarverslag 2007 > 2007 in het kort
Politie en justitie Veiligheid en privacy zijn beide voor burgers onmisbaar. Maar al te vaak worden deze waarden in het publieke debat op ongenuanceerde wijze als tegenpolen tegen elkaar opgezet. Om de dis cussie weer vlot te trekken, heeft het CBP in samenwerking met de ministeries van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onderzoek laten doen naar het vinden van een juiste balans tussen het nastreven van een veilige samenleving en het waarborgen van het recht op de persoonlijke levenssfeer. Op 1 november 2007 is het externe onderzoeksrapport met hand vatten voor een doeltreffender dialoog tijdens een symposium gepresenteerd. Bij het tappen van telefoongesprekken door de politie in het kader van strafrechtelijk onderzoek worden vaak ook gesprekken tussen advocaten en hun cliënten vastgelegd. Deze gesprekken met verschoningsgerechtigde geheimhouders moeten zo spoedig mogelijk worden gewist. Uit onderzoek van het CBP bij de landelijke tapkamers blijkt dat dit in lang niet alle gevallen correct en tijdig gebeurt. Het OM heeft maatregelen ter verbetering aangekondigd. In adviezen over voorgestelde nieuwe wetgeving of andere maatregelen op het gebied van het strafrecht stelt het CBP regelmatig de vraag: is aangetoond dat de regeling echt nodig is? Is het duidelijk dat bestaande of al eerder voorgestelde wettelijke mogelijkheden tekortschieten? Het voorstel van de minister van Justitie voor een centrale databank waarin de identiteit van alle verdachten en veroordeelden worden opgeslagen, is in het licht van de toekomstige ver beterde identificatiemogelijkheden naar het oordeel van het CBP bijvoorbeeld onvoldoende gemotiveerd. En dragen de plannen van politie, Openbaar Ministerie en Koninklijke Marechaussee om van alle automobilisten – ongeacht of ze iets op hun kerfstok hebben of niet – die over de Utrechtse brug Amsterdam binnenrijden, de kentekens op te slaan, echt bij aan een veiliger samenleving?
Arbeid en sociale zekerheid Burgers zijn niet al automatisch verdacht door het simpele feit dat zij een uitkering of huur toeslag krijgen. In het project ‘Waterproof’ werden alle AOW-ers en ontvangers van een bij standsuitkering in 65 gemeenten in Friesland, Groningen en Drenthe aan de hand van gegevens over hun waterverbruik en de watervervuilingsheffing gecontroleerd op fraude. Daarnaast zijn de gegevens gebruikt voor controle op fraude met huurtoeslag. Het CBP heeft deze bestands koppelingen onderzocht en geoordeeld dat zij onrechtmatig zijn. Het bestrijden van uitkerings fraude is nodig, maar controle met behulp van bestandskoppelingen is alleen toegestaan op grond van deugdelijke risicoanalyse. Daarmee kan namelijk aannemelijk worden gemaakt dat nadere controle van een groep burgers die een grote kans loopt in de fraudezone te geraken noodzakelijk is. Als gevolg van de CBP-uitspraak wordt nu door de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst gewerkt aan de ontwikkeling van risicoanalyses met gebruikmaking van Privacy Enhancing Technology (PET). Fraudebestrijding en bescherming van persoonsgegevens kunnen op deze wijze goed hand in hand gaan. Een andere methode om uitkeringsfraude aan het licht te brengen is die van de heimelijke waar neming door sociaal rechercheurs. De wijze van verwerking van de persoonsgegevens die met deze activiteiten samenhangt is geregeld in een procesbeschrijving die door het CBP is goed gekeurd. Onderzoek in 2006 wees uit dat de naleving van de plicht om burgers te informeren over het feit dat zij waren geobserveerd te wensen over liet. De procesbeschrijving is vervolgens in 2007 aangescherpt. Mogen bij de overgang naar een nieuwe arbodienstverlener de arbodossiers van de werk nemers, zonder dat dat wettelijk geregeld is, worden overgedragen door de oude aan de nieuwe arbodienst? Nee, oordeelde het CBP in 2006. Naar aanleiding van signalen uit de praktijk dat dit
Jaarverslag 2007 > 2007 In het kort
11
standpunt problemen opleverde, heeft het CBP in 2007 onderzocht of binnen de bestaande wet telijke kaders nog een andere benadering mogelijk is. Dat leidt tot de uitkomst dat er bij het overdragen verschil wordt gemaakt tussen gegevens waarop niet en waarop wel het medisch beroepsgeheim rust. In het eerste geval mogen de gegevens overgaan, in het tweede alleen onder bepaalde voorwaarden. Ook het standaard door het UWV verstrekken aan alle huidige werkgevers van gegevens over het arbeidsongeschiktheidsverleden van een nieuwe werknemer is door het CBP onderzocht, met als uitkomst dat het UWV dat alleen nog maar gaat doen als de betreffende werkgever daarbij een concreet, rechtstreeks geraakt belang heeft.
Gezondheidszorg Over het conceptwetsvoorstel dat de invoering van een elektronisch patiëntendossier (EPD) regelt, heeft het CBP een kritisch advies uitgebracht. Het openstellen van de kasten met patiën tendossiers voor alle zorgverleners brengt naar het oordeel van het CBP teveel risico’s mee met het oog op de voor bijzonder gevoelige persoonsgegevens vereiste bescherming. Noodsituaties daargelaten zouden alleen zorgverleners die een behandelrelatie met de patiënt hebben, tot het dossier toegang moeten hebben. Anders bestaat de kans dat onbevoegden met medische gege vens aan de haal gaan. Het CBP heeft in 2007 ook negatief geadviseerd over het wettelijk verplicht stellen van het Elektronisch Kinddossier jeugdgezondheidszorg in het wetsvoorstel dat ziet op jeugdgezond heidszorg en infectieziekten. De noodzaak van een centrale elektronische opslag van gegevens was niet voldoende onderbouwd. Inmiddels heeft het kabinet laten weten niet langer te streven naar een centraal elektronisch kinddossier en zoekt het naar andere manieren om berichten in de jeugdgezondheidszorg uit te wisselen. Met de minister van VWS heeft het CBP afspraken gemaakt over de inzet van Privacy Enhancing Technology bij het gebruik van gegevens in het DBC-informatiesysteem en ten behoeve van de risicoverevening in het kader van de Zorgverzekeringswet.
Handel en diensten Na de aankondiging van het CBP handhavend te zullen optreden tegen de onrechtmatige gecombineerde opslag van de naw-gegevens van reizigers en hun reisgegevens lijken de OV-bedrijven ten langen leste oog te hebben gekregen voor de Wbp-strijdige neveneffecten van de OV-chipkaart. In 2007 is onderzoek gedaan naar de werking van de kaart in een pilot in het Amsterdamse metronet, met als conclusie dat het OV-chipkaartsysteem onrechtmatig wordt toe gepast. GVB en andere openbaarvervoerbedrijven hebben inmiddels toezeggingen gedaan om de praktijk Wbp-conform te maken. In het technische ontwerp voor de gegevensopslag wordt een scheiding aangebracht tussen de naw-gegevens enerzijds en de reisbewegingen anderzijds. Daardoor wordt het risico van het onrechtmatig volgen van het reisgedrag van individuele per sonen aanmerkelijk beperkt. In 2004 heeft de Stichting Fraude Aanpak Detailhandel een waarschuwingssysteem in het leven geroepen, dat bestaat uit een centraal bestand – een ‘zwarte lijst ‘– met de persoonsgegevens van alle personeelsleden die ernstige vergrijpen hebben gepleegd. Werkgevers kunnen dit bestand raadplegen voordat zij een sollicitant in dienst nemen. Aan deze doelstelling heeft het CBP zijn goedkeuring verleend. In 2007 is onderzoek gedaan naar de werking van het systeem. Daarbij is – geheel in strijd met de destijds door de FAD zelf aangegeven grenzen – onder meer gebleken dat niet alleen personen die ernstige vergrijpen hebben gepleegd in het bestand zijn
12
Jaarverslag 2007 > 2007 in het kort
opgenomen, maar ook veel – vaak jonge – werknemers die zich hebben schuldig gemaakt aan een relatief heel licht vergrijp. Daarover zijn zij in vele gevallen ook niet geïnformeerd. Het CBP heeft een aankondiging uitgevaardigd tot handhavend optreden om ervoor te zorgen dat het waarschuwingssysteem wordt gehanteerd in overeenstemming met de door de FAD in 2004 ver strekte informatie en het op basis daarvan goedgekeurde protocol. Verdere acties van het CBP betroffen zeer uiteenlopende onderwerpen: cameratoezicht in kleedruimtes van zwembaden, registratie van hotelgasten, de permanente screening van rechts personen, de naleving van de informatieplicht door particuliere recherchebureaus en het doorgeven van persoonsgegevens aan landen zonder voldoende beschermingsniveau.
Internet Persoonsgegevens worden op heel veel manieren op het internet gepubliceerd en zijn over het algemeen wereldwijd, vierentwintig uur per dag toegankelijk voor een omvangrijk en divers publiek. Voor internetgebruikers – onder wie veel kinderen – van wie de persoonsgegevens op het web staan, kunnen de gevolgen onvermoed groot zijn. Om duidelijk te maken wat wel en niet is toegestaan bij het publiceren van persoonsgegevens op internet, heeft het CBP in 2007 richtsnoeren ontwikkeld en gepubliceerd. Aan de hand van deze leidraad kunnen verantwoor delijken beoordelen of publicatie van persoonsgegevens op internet is toegestaan. Ook is veel voorlichtingsmateriaal op de CBP-site geplaatst. Ten aanzien van minderjarigen is het CBP actief in het aangeven van de regels die gelden voor sociale netwerken en voor online marketing. De overheid maakt ook gebruik van het internet. Het CBP heeft in 2007 onderzoek gedaan naar de manier waarop de gemeente Nijmegen gegevens over bouwvergunningen bekend maakt. Daarbij kwamen integraal gescande aanvraagformulieren op het net, met niet alleen gegevens over het betrokken pand en de voorgenomen verbouwing, maar ook met de persoonsgegevens van de aanvrager, inclusief handtekening. Volgens het CBP moet de gemeente alleen de ver plichte gegevens – over het bewuste pand en de voorgenomen verbouwing – op het internet plaatsen. De goede vervulling van een publiekrechtelijke taak rechtvaardigt nog niet dat een bestuurs orgaan alle gegevens automatisch op het internet publiceert. Over de privacyaspecten van actieve openbaarmaking in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur zal het CBP in 2008 eveneens richtsnoeren uitbrengen.
Jaarverslag 2007 > 2007 In het kort
13
Samenwerking internationaal
Het digitaal vastleggen van ons doen en laten houdt niet op bij de grens, of het nu gaat om reizen, werken bij een multinational of het overboeken van geld. Tegen de wind in van een groeiende hoeveelheid privacyonvriendelijke maatregelen werken privacytoezichthouders in internationaal verband en op Europees niveau intensief samen bij het bevorderen van een zo hoog mogelijk beschermingsniveau voor persoonsgegevens die worden uitgewisseld.
14
Jaarverslag 2007 > activiteiten
samenwerking internationaal Wat beschermen wij?
van individuen, onafhankelijk toezicht en gelijke behandeling van
Is de publicatie in een wetenschappelijk blad van een röntgen
iederéén, zowel Europese als Amerikaanse staatsburgers.
foto met vermelding van een – zeer ongewone– voornaam van de patiënt een persoonsgegeven? Is informatie over de waarde
Gebruik van passagiersgegevens
van een bepaalde woning te beschouwen als een persoons
Wat betreft het verstrekken van passagiersgegevens door lucht
gegeven? Of de gegevens die afkomstig zijn uit het per satelliet
vaartmaatschappijen aan de Verenigde Staten in het kader van de
volgen van taxi’s ter verbetering van de dienstverlening? Zijn
terrorismebestrijding, lijkt de trans-Atlantische kloof het afgelo
de regels voor gegevensbescherming al van toepassing vóór de
pen jaar juist minder overbrugbaar geworden. Het eerste verdrag
geboorte? Omdat het begrip ‘persoonsgegeven’ van Richtlijn
dat hierover tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten
95/46/EG belangrijk is voor de toepassing en interpretatie van de
was gesloten, werd door een uitspraak van het Hof van Justitie
regels voor gegevensbescherming heeft de Artikel 29-werkgroep
van de EG op 30 mei 2006 vernietigd. Het tijdelijk verdrag dat
van de Europese toezichthouders er een advies over opgesteld.
daaropvolgend tussen de EU en de VS werd overeengekomen is in
Het CBP heeft een actieve inbreng gehad in het opstellen van
2007 opgevolgd door een nieuwe overeenkomst. Dit bevat naar
het advies, dat op 20 juni 2007 is goedgekeurd en gepubliceerd.
het oordeel van de gezamenlijke Europese toezichthouders nog
Het document is door het grote aantal voorbeelden goed bruik
veel ongunstiger voorwaarden dan het oorspronkelijke verdrag.
baar voor de praktijk.
Het CBP heeft de minister van Justitie in augustus 2007 gead viseerd het wetsvoorstel tot goedkeuring van het verdrag niet in
Een brug slaan over de oceaan
te dienen, omdat in het verdrag op onverantwoorde wijze met
Wordt in Europees verband gestreefd naar gezamenlijke stand
persoonsgegevens wordt omgesprongen.
punten, ook de trans-Atlantische kloof in de benadering van veiligheid en privacy kan worden verkleind. In een toespraak voor
Een net zo harde kritische noot is gekraakt over het voorstel van
de jaarlijkse Internationale Conferentie van Toezichthouders op
de Europese Commissie om ook binnen de Europese Unie pas
de bescherming van persoonsgegevens, die van 25-28 september
sagiersgegevens te verzamelen voor opsporings- en vervolgings
2007 te Montreal plaatsvond, gaf CBP-voorzitter Jacob Kohnstamm
doeleinden in de strijd tegen internationale criminaliteit en
aan hoe dit zou kunnen. Het Noordamerikaanse systeem legt de
terrorisme. “Niet noodzakelijk, technisch onhelder en in strijd
nadruk op repressie en schadevergoeding, het Europese op
met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de
preventie en dataminimalisatie. De verschillende benaderingen
mens”. Zo karakteriseert CBP-voorzitter Jacob Kohnstamm het
zijn onder meer het gevolg van een andere kijk op de rol van de
voorstel. De werkgroep van Europese privacytoezichthouders
overheid en hebben gevolgen voor de manier waarop privacy
(WP29) en de Working Party on Police and Justice, waarin het CBP
bescherming op beide continenten is geregeld. Kohnstamm
zitting heeft, hebben in een op 18 december 2007 aangenomen
meent dat het bij het bijeenbrengen van de wederzijdse sterke
Opinie het voorstel aangeduid als wéér een stap op de weg naar
punten denkbaar is om op een belangrijk onderdeel van het
een Europese surveillance society. Zij hebben een beroep op de
Amerikaanse rechtssysteem – vergoeding van eventuele schade
Commissie gedaan om in een open debat met alle betrokken
in plaats van de nadruk op het voorkomen daarvan – meer nadruk
partijen, waaronder luchtvaartmaatschappijen en nationale parle
te leggen. Daaraan moeten dan wel fundamentele procedurele
menten, tot een evenwichtiger benadering te komen.
eisen worden toegevoegd, zoals handhaving van de rechtspositie
>
APK-reclame “Ik kreeg gisteren aan mij gerichte reclame in de bus waarin een kentekenplaat was opgenomen met ons kenteken. Het bericht was: let op! Uw APK verloopt. Wij zijn nog nooit bij de garage die deze mailing deed geweest, en het is ook geen dealer. Wordt dit door de BOVAG of zo verspreid?”
Jaarverslag 2007 > activiteiten
15
> activiteiten Het Commissievoorstel voorziet in de verzameling van enorme
Uit het Financieele Dagblad van 19 maart 2007:
hoeveelheden persoonsgegevens van alle passagiers die de EU inof uitvliegen, ongeacht of zij onder verdenking staan of volstrekt onschuldige reizigers zijn. Deze data zullen met het oog op pro filering gedurende een disproportioneel lange periode van dertien jaar worden opgeslagen. Voor de strijd tegen internationaal terroris me en georganiseerde misdaad is de noodzaak van de voorgestelde excessieve gegevensverzameling niet aangetoond. Bovendien wijzen de werkgroepen er op dat de grote mate van vrijheid die de lidstaten hebben voor het uitwerken van de richtlijn kan leiden tot ongewenste verschillen in interpretatie. De rechten van de betrokkenen zijn volstrekt onvoldoende gewaarborgd en het beschermingsniveau bij de doorgifte van gegevens naar derde landen is onhelder.
SWIFT Niet alleen luchtvaartmaatschappijen, ook banken geven persoons gegevens door aan de Amerikaanse autoriteiten. Op dit terrein is in 2007 positief nieuws te melden. Het doorsluizen van bankgegevens vindt plaats, naar in de zomer van 2006 bekend is geworden, via SWIFT, een wereldwijd ope rerend dienstverlenend bedrijf voor financieel berichtenverkeer dat internationale overboekingen faciliteert. SWIFT slaat alle berichten op in twee verwerkingscentra, één in de EU en één in de VS. Sinds 9/11 verplichten de VS SWIFT bij dwangbevel om toegang te ver schaffen tot in de VS opgeslagen gegevens. Na interventie van de Artikel 29-werkgroep waarin de Europese privacytoezichthouders verenigd zijn, heeft SWIFT in 2007 aangegeven in 2009 een nieuwe dataopslagvestiging in Zwitserland te zullen openen. Daarmee zal het probleem van de verstrekkingen aan de VS van inter-Europese overboekingen worden opgelost.
“Een jaar later is de beslissing om, na de eenwording van de Europese
Een ander punt van kritiek was het feit dat rekeninghouders bij
betalingsmarkt (SEPA), puur Europese transacties niet meer te spiege-
banken niet op de hoogte zijn gesteld van het feit dat hun gege
len naar de VS een feit: het nieuwe computer centrum zal in Zwitserland
vens worden doorgegeven. Het CBP heeft actie ondernomen om
gevestigd worden.
de Nederlandse financiële instellingen hun cliënten hierover op
Kortom: na indringende besprekingen tussen het CBP en de elkaar
een correcte wijze te laten informeren. Op 9 januari 2007 heeft het
opvolgende ministers van Financiën, Gerrit Zalm en Wouter Bos, en
CBP de individuele banken geschreven dat het verwacht dat zij zul
na de nodige tussen de Europese Data Protectie Autoriteiten gecoör-
len voldoen aan de informatieplicht van art. 33 Wbp. In een brief
dineerde acties, waarbij het CBP in de richting van De Nederlandsche
van 22 maart 2007 heeft het CBP de wijze van informeren nader
Bank en de Nederlandse Vereniging van Banken de nodige pressie
gespecificeerd.
uitoefende, is het lek van de onrechtmatige verstrekking van miljoenen
Door de banken is een – inhoudelijk door het CBP goedgekeurde
bancaire gegevens van niets vermoedende Europese burgers naar de
– advertentie geplaatst in de dagbladen. Tevens hebben de banken
VS binnenkort grotendeels gedicht.
op hun websites melding gemaakt van de verstrekking van gege
De dreiging met de inzet van de handhavende bevoegdheden van het
vens naar de VS in het kader van antiterrorisme wetgeving.
CBP in deze affaire in combinatie met politieke en publicitaire pressie
Het informeren van hun cliënten doen banken vooralsnog op ver
heeft de bancaire wereld doen besluiten snel tot “compliance” met
schillende manieren. Zo hebben verschillende banken een pop-up
Europese privacy regelgeving over te gaan.”
of een link met de tekst van de advertentie binnen hun internet bankierenomgeving geplaatst en zijn banken hun cliënten schrifte lijk gaan informeren.
16
Jaarverslag 2007 > activiteiten
Jacob Kohnstamm
samenwerking internationaal Doorgifte persoonsgegevens door multi nationals
Europese toezichthouders: versterkt gezamenlijk toezicht op politie en justitie
De Artikel 29-werkgroep heeft de afgelopen jaren een gezamenlijk
Ruimere uitwisseling van informatie en beschikbaarstelling van
beleid ontwikkeld voor de behandeling van Binding Corporate
gegevens in het kader van opsporing aan justitie en politie in
Rules (BCR’s), interne gedragscodes van multinationale onder
andere lidstaten kan alleen als er een toereikend en geharmoni
nemingen op grond waarvan zij van de nationale toezichthouders
seerd systeem beschikbaar is voor de bescherming van persoons
een vergunning kunnen krijgen voor doorgifte van persoons
gegevens. Dit moet bovendien niet alleen gelden voor de uit
gegevens naar onderdelen van het bedrijf die in derde landen
wisseling tussen lidstaten onderling, maar ook voor de overdracht
zijn gevestigd. Op de bijeenkomst van 14 november 2007 van het
van gegevens aan derde landen en internationale instellingen. De
European Privacy Officers Network (EPON) is door het CBP een
Europese privacytoezichthouders maken zich ernstig zorgen over
presentatie gegeven over BCR’s. Bij de behandeling van de BCR’s
het verloop van de onderhandelingen over het concept Europees
wordt eerst vastgesteld welke Data Protection Authority (DPA)
Kaderbesluit over de bescherming van persoonsgegevens in de
de leidende toezichthouder, ‘lead DPA’, dient te zijn. Vervolgens
‘derde pijler’ van het EU-verdrag.
onderhandelt de lead DPA met het betreffende bedrijf over de BCR totdat er overeenstemming is over een concept-tekst. Deze
Tijdens de Europese Lenteconferentie van Data Protection
‘consolidated draft’ wordt aan de betrokken landen aangeboden
Commissioners op 10 en 11 mei 2007 op Cyprus hebben de
met het verzoek commentaar te leveren. Na instemming door
Europese toezichthouders dan ook een verklaring uitgegeven
de landen leidt dit tot een final draft die wordt rondgestuurd
waarin zij nogmaals wijzen op de absolute noodzaak van een
ter goedkeuring. Vervolgens moet in sommige landen nog een
hoog beschermingsniveau voor persoonsgegevens die voor deze
formeel traject (melding of vergunning) worden doorlopen. Het
doeleinden worden uitgewisseld en hebben ze een dringend
CBP maakt zich internationaal sterk voor verdere verbetering en
beroep gedaan op de lidstaten om de fundamentele rechten en
versnelling van de afstemmingsprocedure tussen de DPA’s van de
vrijheden van de burgers in de Unie te respecteren en te ver
lidstaten.
sterken. Het CBP heeft namens de Europese conferentie de oproep aan de minister van Justitie en aan de Eerste en Tweede Kamer doorgeleid. Om in de toekomst beter en meer te gaan samenwerken op het politie- en justitieterrein is op Cyprus op initiatief van het CBP besloten om een werkgroep voor politie en justitie in te stellen, de ‘Working Party on Police and Justice’. Aan deze werkgroep zullen vertegenwoordigers van alle 27 lidstaten deelnemen met als doel een vinger aan de pols te houden bij de ontwikkelingen op jus titieel en politieel gebied. De op Cyprus opgerichte werkgroep heeft (vooralsnog) geen officieel mandaat zoals de Artikel 29werkgroep, maar de oprichting ervan toont dat de Europese toe zichthouders vooruitlopen op hun taak en deze serieus nemen.
>
Sponsorloterij De heer X meldt dat hij op de een of andere manier wordt geconfronteerd met zaken waar hij absoluut niets mee te maken wil hebben, zoals de sponsorloterij, de staatsloterij en ‘andere onzin’. Hij wil dat er onmiddellijk een einde komt aan dit ongewenst gebruik van zijn gegevens voor ‘onzinnige reclameboodschappen’. Kan het CBP wat doen aan het tegengaan van ongewenste post?
Jaarverslag 2007 > activiteiten
17
> activiteiten Eurodac Eurodac is een EU-breed systeem voor het vergelijken van vinger afdrukken van asielzoekers en in de EU aangetroffen illegaal verblijvende vreemdelingen. De database is gebaseerd op een hit/ no hitsysteem: lidstaten nemen vingerafdrukken af en vergelijken deze met de in het systeem aanwezige gegevens. Op deze wijze kan worden vastgesteld welke lidstaat krachtens de Conventie van Dublin als land van eerste aanvraag verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek. Op 17 juli 2007 is het overkoepelend rapport van de Eurodac Supervision Coordination Group verschenen over het onderzoek naar de werking van Eurodac in de EU-lidstaten. Aan de orde kwamen onder meer bijzondere zoekacties in het systeem, het gebruik van Eurodac voor andere doeleinden dan alleen het asielbeleid en de kwaliteit van de gegevens. Het CBP dat namens de Eurodac Supervision Coordination Group de inspectie in Nederland uitvoerde, concludeerde dat over het geheel genomen geen oneigenlijk gebruik is geconstateerd. Op onderdelen, zoals het informeren van de gebruikers van het systeem, is wel ver betering mogelijk. Het CBP is daarnaast door de Europese Commissie in oktober 2007 gevraagd commentaar te leveren op het voornemen van de Commissie om – vermoedelijk in het voorjaar van 2008 – een voorstel te presenteren betreffende de toegang tot Eurodac voor opsporingsautoriteiten. Het CBP heeft via de Working Party on Police and Justice de Europese Commissie, Raad en Parlement laten weten vooralsnog niet in te zien op welke wijze een der gelijke toegang gerechtvaardigd zou kunnen zijn.
>
Foto op zwarte lijst Piet werkt bij een bedrijf dat een zwarte lijst hanteert voor het terugbrengen van gereedschappen. Daarop wordt bijgehouden hoe vaak je de gereedschappen te laat hebt teruggebracht. Als dat een x aantal keren gebeurt, krijg je geen gereedschap meer mee en wordt de manager ingeschakeld. Piet is de gelukkige bij wie dit – wegens diverse omstandigheden – is gebeurd. Maar nu is er naar degenen van de afdeling waar de tools worden verstrekt een mail gestuurd met zijn foto uit het smoelenboek. Mag er een zwarte lijst zijn die ook nog eens openbaar is aangeplakt en waarop zonder toestemming foto’s zijn afgedrukt?
18
Jaarverslag 2007 > activiteiten
samenwerking handel internationaal en diensten
Toezichthoudende organen binnen de derde pijler van de EU Het CBP neemt op reguliere basis deel aan de Gemeenschappelijke Controle Autoriteiten (GCA’s) binnen de derde pijler van de EU, betreffende politiële en justitiële samenwerking. Enkele activiteiten passeren hieronder de revue.
Schengen De GCA Schengen voerde in 2007 meerdere onderzoeken uit. Een daarvan betrof het gebruik van signaleringen op grond van artikel 99 van de Schengen Uitvoeringsovereenkomst in alle EU-lidstaten. De signalering is mogelijk in geval van betrokkenheid bij bijzonder ernstige misdrijven ter onopvallende en gerichte controle. In december 2007 is door de GCA een rapport met de gebundelde onderzoeksresultaten uitgebracht. Een van de conclusies luidt dat in de lidstaten verschillende interpretaties bestaan over de toepassing van artikel 99, bijvoorbeeld over in welke gevallen van bijzonder ernstige misdrijven sprake is. Ook zijn soms de nationaal toepasselijke regels niet helder, is niet duidelijk wie de verant woordelijke autoriteit is of wordt de toepassing van deze signaleringsgrond door nationale veiligheidsdiensten niet volgens de voorschriften uitgevoerd. Er wordt aangedrongen op een harmonisering van de definities en uitgangspunten van artikel 99 en op duidelijke procedures voor een betere controle op de nationale toepassing ervan.
Eurojust Het CBP heeft in 2007 deelgenomen aan een tweejaarlijkse inspectie bij Eurojust, het EU-Agentschap dat de lidstaten bijstaat in de strijd tegen zware, georganiseerde en grensoverschrijdende misdaad. Naast de kwaliteit van de gegevens in het Case Management System is tevens het gebruik van het systeem onderzocht. Tevens is onderzocht of bij Eurojust is gewerkt conform de procedures voor verwerking van gegevens en of de aanbevelingen voor een betere bedrijfsvoering zijn opgevolgd. De resultaten van de audit zullen in het voorjaar van 2008 worden gerapporteerd.
Europol Europol verwerkt een grote hoeveelheid gevoelige persoonsgegevens over criminele activiteiten met het doel de samen werking van de politie van de EU-lidstaten bij de bestrijding van terrorisme, illegale drugshandel en andere ernstige vormen van internationale georganiseerde criminaliteit te verbeteren. Om de effectiviteit van Europol te verbeteren, bracht de Europese Commissie op 20 december 2006 een voorstel uit voor een nieuw Europol Besluit. Daarin worden de taken en bevoegdheden van Europol uitgebreid, krijgt de organisatie een andere juridische status en meer mogelijkheden om informatie op te slaan en te bewerken, bijvoorbeeld over terroristische groepen of over kinderpornografie. Het Gemeenschappelijk Controleorgaan van Europol (GCO) presenteerde op 5 maart 2007 een Opinie over het nieuwe Europol Besluit, waarin uitvoerig op de wijzigingsvoorstellen wordt ingegaan. Het GCO houdt de ontwikkelingen met betrekking tot dit voorstel nauwlettend in de gaten om erop toe te zien dat een hoog niveau van gegevensbescherming ook in de toekomst bij Europol zal worden gewaarborgd. Het CBP heeft daarnaast in 2007 deelgenomen aan de jaarlijkse audit van de Europol-systemen door het GCO. Het onder zoek is onder meer van groot belang voor een goede kwaliteit van de door de lidstaten aangeleverde gegevens.
Douane Informatiesysteem Op verzoek van de GCA voor het Douane Informatiesysteem (DIS) is in alle lidstaten van de Europese Unie een onder zoek uitgevoerd naar de stand van de beveiligingsmaatregelen die bij het DIS worden toegepast. Van die resultaten is een gemeenschappelijk rapport opgemaakt dat in december 2007 door de GCA is vastgesteld. Hierin is onder meer geconcludeerd dat op een aantal gebieden verbeteringen moeten worden doorgevoerd. Ook dient aan de lidstaten een technisch instrument ter beschikking te worden gesteld om het gebruik van het systeem op nationaal niveau te kunnen monitoren.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
19
> activiteiten
Samenwerking nationaal
Samenwerking met andere toezichthouders en organisaties die te maken hebben met gegevensverwerking leidt tot efficiënter toezicht op de naleving van de wettelijke regels die persoons gegevens beschermen. Samenspraak met maatschappelijke bondgenoten leidt daarbij tot verbreding van het draagvlak voor de voordelen die correcte naleving van de wettelijke regels meebrengt.
20
Jaarverslag 2007 > activiteiten
samenwerking handel ennationaal diensten >
Blijde verwachting Dit is een terugkerende klacht. De organisatie Felicitas/ jonge gezinnen stuurt op basis van informatie die zij van derden hebben gekregen zwangerschapsfelicitaties en bijbehorende reclame. Een mevrouw die niet zwanger is krijgt drie keer deze zending met de post. In reactie op haar klacht meldt Felicitas niet te kunnen garanderen dat zij hier in de toekomst van verschoond zal blijven.
Het Nationaal Mensenrechteninstituut
mishandeling die landelijk voor alle hulpverleners in jeugdzorg en
In 2006 heeft de Tweede Kamer zich uitgesproken voor de oprich
gezondheidszorg als gemeenschappelijke leidraad kan gelden.
ting van een nationaal mensenrechteninstituut. In april 2007 verscheen de notitie Mensenrechten verbinden & verplichten. Hierin
Afbakening toezicht tussen CBP en NZa
schetsen de consortiumpartners CBP, de Nationale ombuds
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) houdt op basis van de
man, de Commissie Gelijke Behandeling en het Studie- en
Zorgverzekeringswet onder meer toezicht op de verwerking van
Informatiecentrum Mensenrechten hoe het instituut kan starten.
persoonsgegevens door zorgverzekeraars. Er is gedeeltelijk sprake
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft
van een overlap in toezicht door het CBP en de NZa. Om dubbel
over het voorstel nog geen beslissing genomen.
werk te voorkomen en om de administratieve belasting voor de
Het CBP acht met de andere partners de totstandkoming van een
verzekeraars tot een verantwoord minimum te beperken, hebben
nationaal mensenrechteninstituut noodzakelijk om te voldoen
de toezichthouders in 2007 afspraken gemaakt voor een gecoör
aan internationale verplichtingen. Het instituut kan in Nederland
dineerde aanpak van het toezicht. CBP en Nza willen zo mogelijk
een gezaghebbende bijdrage leveren wanneer grondrechten bot
voorkomen dat aan zorgverzekeraars informatie wordt gevraagd
sen of in samenhang dienen te worden toegepast. In dergelijke
die één van beide toezichthouders al heeft en die bruikbaar
situaties kan het NIRM een uitspraak doen, richting geven aan het
is voor de ander. De afspraken zijn vastgelegd in een protocol
publieke debat en indien nodig ongevraagd interveniëren.
dat is ondertekend door CBP-voorzitter mr J. Kohnstamm en mr F. de Grave, voorzitter van de NZa.
Rondetafelconferentie Kindermishandeling
De NZa is vervolgens gestart met een onderzoek naar de naleving
Het College bescherming persoonsgegevens en de Inspectie
van het Addendum Zorgverzekeraars – gedragsregels voor de
jeugdzorg hebben op 23 april 2007 een rondetafelgesprek geor
verwerking van persoonsgegevens – door alle zorgverzekeraars
ganiseerd waarbij vertegenwoordigers van jeugdzorg, psychiatrie,
in Nederland. Het CBP heeft daaraan bijgedragen, onder meer
politie, onderwijs, de Inspectie voor de gezondheidszorg, diverse
door het overdragen van kennis over de zorgverzekeringssector.
medische beroepsgroepen en wetenschappers discussieerden
De resultaten van dit onderzoek worden begin 2008 verwacht
over informatie-uitwisseling met betrekking tot kindermishan
en zullen door de NZa worden gebruikt bij het prioriteren van
deling. Unaniem stelden deze professionals uit de betrokken
haar toezicht op de verwerking van persoonsgegevens door zorg
beroepsgroepen dat de Wet bescherming persoonsgegevens
verzekeraars. Zie over het Addendum verder p.37.
geen beletselen bevat die ingrijpen ten behoeve van kinderen verhinderen. Toch zijn hulpverleners vaak ten onrechte bang voor
Beveiliging patiëntgegevens
schending van de zwijgplicht. Binnen de wet is veel ruimte om
Hoe gaan ziekenhuizen om met patiëntgegevens en met de
beter gebruik te maken van de mogelijkheid om gegevens uit te
beveiliging daarvan? Uit een in 2004 door de Inspectie voor de
wisselen tussen jeugdzorg en gezondheidszorg. In plaats van een
Gezondheidszorg (IGZ) gepubliceerd onderzoeksrapport bleek
‘nee, tenzij’-benadering en een te snel beroep op de geheimhou
dat aan veilige ICT-toepassing in de zorg veel mankeerde. Er zijn
dingsplicht van de hulpverlener, moet de nadruk liggen op het
signalen dat in die situatie sindsdien niet veel verbetering is opge
goed hulpverlenerschap. Naar aanleiding van de conferentie heeft
treden. Informatiebeveiliging in de zorg betreft het toezichtterrein
het CBP in mei 2007 de minister voor Jeugd en Gezin verzocht
van zowel de IGZ als het CBP. Conform het tussen beide toezicht
een handreiking te doen opstellen voor de aanpak van kinder
houders in 2006 gesloten samenwerkingsprotocol hebben IGZ Jaarverslag 2007 > activiteiten
21
> activiteiten
samenwerking nationaal
en CBP besloten gezamenlijk onderzoek te doen naar de huidige
Bewaarplicht verkeersgegevens
stand van zaken.
Begin 2007 heeft het CBP advies uitgebracht over het wetsvoor
Voor de kwaliteit van de zorg zijn hulpverleners in toenemende
stel ter invoering van een Europese richtlijn over de bewaarplicht
mate afhankelijk van de juistheid en beschikbaarheid van elek
verkeersgegevens. Het wetsvoorstel verplicht aanbieders van
tronisch vastgelegde patiënteninformatie. Daarnaast moet de
telecomdiensten om telefoon- en e-mailgegevens gedurende
patiënt ervan uit kunnen gaan dat zijn gegevens vertrouwelijk
achttien maanden te bewaren en beschikbaar te houden voor het
worden behandeld. De vereisten waaraan ziekenhuizen op het
onderzoeken, opsporen en vervolgen van ernstige criminaliteit.
punt van de informatiebeveiliging moeten voldoen zijn nader
De Europese richtlijn schrijft een minimum bewaartermijn voor
uitgewerkt in de zogeheten NEN norm 7510. Het onderzoek heeft
van zes maanden. Naar het oordeel van het CBP wordt de nood
tot doel te peilen hoe het met de implementatie van de NEN norm
zaak van een veel langere bewaartermijn in Nederland onvol
is gesteld. Dit gebeurt aan de hand van een door TNO in opdracht
doende aangetoond. Daardoor is het wetsvoorstel in strijd met
van de IGZ en het CBP ontwikkeld toetsingsinstrument. Twintig
artikel 8 EVRM. Het CBP heeft ook kritiek op de toegang tot en
ziekenhuizen worden onderzocht. Het onderzoeksrapport zal
controle op rechtmatig gebruik van de gegevens en op de ondui
naar verwachting in de eerste helft van 2008 verschijnen. Op basis
delijkheid over welke categorieën gegevens bewaard zouden
van de resultaten zullen de toezichthouders bezien of zij vervolg
moeten worden.
stappen zullen ondernemen.
Mede naar aanleiding van dit advies is het wetsvoorstel deels aangepast. Het wetsvoorstel heeft een bijlage gekregen met een
Gezamenlijk gebruik persoonsgegevens
beschrijving van de soorten gegevens die bewaard moeten wor
Voor betere dienstverlening aan de burger en meer efficiën
den. Op het cruciale punt van de lengte van de bewaartermijn is
te uitvoering van de sociale zekerheidswetgeving werken het
het kabinet echter vast blijven houden aan een bewaartermijn van
Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), het Uitvoeringsinstituut
18 maanden. Het CBP heeft daarom op 12 oktober 2007 samen
Werknemersverzekeringen (UWV) en de gemeenten steeds
met het Adviescollege toetsing administratieve lasten (ACTAL)
meer samen. Dienstverlening via één loket en door één vaste
en de werkgeversorganisatie VNO NCW een brief gestuurd aan
contactpersoon bevordert de klantvriendelijkheid. Het gemeen
de Tweede Kamer met de dringende oproep om te kiezen voor
schappelijk gebruik van persoonsgegevens speelt daarbij een
een bewaartermijn van 6 maanden. De behandeling van het wets
belangrijke rol.
voorstel loopt door in 2008.
De Inspectie Werk en Inkomen (IWI) en het CBP onderzoch
In 2008 zal het CBP samen met het Agentschap Telecom werken
ten samen hoe CWI, UWV en gemeentelijke sociale diensten
aan een samenwerkingsprotocol voor het toezicht op de juiste en
de bescherming van persoonsgegevens hebben geregeld op
tijdige vernietiging van bewaarde gegevens.
enkele locaties waar zij hun diensten gezamenlijk aanbieden. De onderzoeksresultaten zijn in december 2007 gepubliceerd in het rapport Samen onder één dak. De conclusie is dat bescherming van persoonsgegevens en klantvriendelijke dienstverlening aan de burger goed samen kunnen gaan. Het gezamenlijk kunnen uitvoeren van taken moet echter wel van een wettelijke basis worden voorzien.
>
Leerlingendossier “Ik heb een ingewikkelde situatie met de openbare basisschool van mijn kind. Ik heb het dossier dat zij bijhouden over mijn kind wel al ingezien, maar ik wil een kopie. Uit informatie die aan andere partijen wordt verstrekt heb ik de indruk dat ik ofwel niet alles heb gezien of dat het dossier naderhand is aangevuld of veranderd. Hoe haal ik hierin mijn recht en, belangrijker, dat van mijn kind?”
22
Jaarverslag 2007 > activiteiten
handel en diensten >
Kopie paspoort ‘Mag een bezorger van een bestelling aan de deur eisen dat hij een foto mag maken van mijn paspoort?’ vraagt een bezorgde klant zich af. Een producent van mobiele telefoons doet dit als regel bij bezorgingen aan huis, ‘om er zeker van te zijn dat jouw bestelling goed en bij de juiste persoon wordt afgeleverd’, zo heeft het bedrijf tevoren gemaild.
BSN in het bedrijfsleven
privacybeleid onderdeel te laten zijn van het kwaliteitsbeleid.
Al enkele jaren klinkt uit het bedrijfsleven de roep om (breder)
Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Wet politie
gebruik te mogen maken van het sofi-nummer, inmiddels omge
gegevens (Wpg) per 1 januari 2008 heeft het CBP samen met de
kat tot burgerservicenummer (BSN). In januari 2006 is op een
Politieacademie een succesvolle contactdag georganiseerd voor
door het CBP georganiseerde expert meeting op abstract niveau
en over de privacyfunctionaris die op grond van de Wpg een
van gedachten gewisseld over de mogelijkheden en moeilijk
wettelijke status krijgt. Deze privacyfunctionaris wordt namens
heden daarvan. In 2007 zijn stappen gezet tot nadere concre
de korpsbeheerder benoemd en ziet namens hem toe op de
tisering van de behoeften van het bedrijfsleven. Voor dit doel
verwerking van politiegegevens door het korps. De privacy
hebben het CBP en ACTAL een vervolgbijeenkomst belegd met
functionaris is enigszins te vergelijken met de Functionaris voor
vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven. CBP en ACTAL hebben
de Gegevensbescherming. De mogelijkheid om bij de korp
geconcludeerd dat in een aantal van de daar ter tafel gekomen
sen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens een
situaties eenvoudige toegang tot NAW-gegevens de oplossing
Functionaris voor de Gegevensbescherming aan te stellen blijft
biedt en uitgesproken dat het op korte termijn verruimen van
bestaan.
de wettelijke mogelijkheden voor toegang tot de GBA de snelste
Het CBP en de beroepsorganisatie het Nederlands Genootschap
en meest effectieve wijze lijkt te zijn om aan een belangrijk deel
van Functionarissen voor de Gegevensbescherming hebben ook
van de wensen vanuit het bedrijfsleven tegemoet te komen. Later
in 2007 hun jaarlijks overleg gepleegd.
kan dan worden overgegaan tot een stapsgewijze uitbreiding van gebruik van het BSN door het bedrijfsleven, waarbij uiteraard wel van belang is dat voldoende garanties tegen misbruik zijn ingebouwd.
Functionarissen voor de gegevens bescherming Het aantal Functionarissen voor de Gegevensbescherming (FG’s) is in 2007 weer toegenomen. Inmiddels hebben meer dan tweehon derd organisaties een onafhankelijke interne toezichthouder aan gesteld. In december werd ook door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een FG bij het CBP aangemeld, zodat thans alle ministeries met uitzondering van het ministerie van Algemene Zaken een FG kennen. De FG levert een bijdrage aan het bevorderen en instandhouden van het privacybewustzijn van de organisatie, door er op toe te zien dat de organisatie en allen die daarvoor werkzaam zijn de privacyregelgeving op juiste wijze naleven. Daardoor en mede door zijn adviezen en zijn jaarverslag is de organisatie in staat om Jaarverslag 2007 > activiteiten
23
Openbaar bestuur De uitdijende mogelijkheden voor het vergaren van steeds grotere hoeveelheden gegevens over burgers vormen geen panacee voor het oplossen van bestuurlijke problemen. Steeds moet duidelijk zijn waarom bepaalde gegevens moeten worden verzameld en of er geen minder ingrijpende manier is om het probleem aan te pakken. En als er dan gegevens moeten worden verwerkt, moet steeds worden gecontroleerd of zij nog wel kloppen.
24
Jaarverslag 2007 > activiteiten
openbaar bestuur Burgerservicenummer: het CBP als achtervang
gedachte daarbij is dat het CBP als toezichthouder op de zorg
Met ingang van 26 november 2007 is het burgerservicenummer
vuldige omgang met persoonsgegevens de bevoegde instantie is
een feit. Op die datum is de Wet algemene bepalingen burgerser
om bij echte problemen in te grijpen.
vicenummer (Wabb) in werking getreden. Deze wet introduceert voor de overheid. De overheid dient dit nummer te gebruiken –
Steviger toezicht op audit gemeentelijke basisadministraties
wanneer zij een nummer gebruikt – bij de uitvoering van haar
De Gemeentelijke basisadministratie (GBA), waarin de persoons
publiekrechtelijke taken. Bij andere activiteiten mag zij dit num
gegevens van de in die gemeente ingeschreven personen zijn
mer niet gebruiken.
opgenomen, vormt de basis voor de uitvoering van veel over
De voordelen van het gebruik van het BSN voor een efficiënte
heidstaken. Het is daarom van groot belang dat de opgenomen
overheid zijn evident. Maar er zijn ook risico’s. Het gebruik van dit
gegevens kloppen. Gemeenten moeten hun administratie en de
nummer door overheidsorganisaties op een ongekend grote
beveiliging ervan een maal per drie jaar laten controleren. Het niet
schaal en de vele mogelijkheden, op veel eenvoudiger wijze dan
uitvoeren van deze audit vormt naar het oordeel van het CBP een
tot nu toe, die dit nummer biedt bij het onderling uitwisselen van
bedreiging voor de kwaliteit van de gemeentelijke basis
persoonsgegevens, bezorgen de burger veel ellende wanneer er
administratie en zodoende voor de persoonlijke levenssfeer van
fouten worden gemaakt in deze keteninformatisering. De gevol
burgers. Na de aankondiging van het CBP handhavend te zullen
gen hiervan zijn ingewikkeld en vergen veel tijd om ze adequaat
optreden bij het niet of niet tijdig laten uitvoeren van de audit, is
op te lossen.
vergeleken met voorgaande jaren verbetering opgetreden in de
Vanaf het begin van de discussie rond persoonsnummers (2002:
naleving door gemeenten van hun wettelijke verplichting. Aan
de Tafel-Van Thijn) is het CBP bij het onderwerp betrokken
vier nalatige gemeenten heeft het CBP in 2007 een last onder
geweest. Bij de voorbereiding van het wetsvoorstel in verschil
dwangsom opgelegd.
lende gremia en tijdens de parlementaire behandeling ervan
Over de handhaving van de auditverplichting zijn afspraken
heeft het CBP zich ingezet voor een wetsvoorstel dat voldoet aan
gemaakt
een zorgvuldige omgang met persoonsgegevens. Ondanks de
Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR) van het ministerie
door het CBP ingebrachte wijzigingsvoorstellen en de kritiek van
van BZK en het CBP. De vorig jaar gestarte acties van BPR en CBP
de beide Kamers heeft het wetsvoorstel ongeschonden het
hebben er in eerste instantie toe geleid dat de resterende achter
Staatsblad bereikt. Wel hebben de verantwoordelijke bewindslie
standen van de eerste twee auditrondes zijn weggewerkt.
den toezeggingen gedaan bij de plenaire behandeling. Een van
De gemeenten die in de op 1 juli 2007 gestarte auditronde het
die toezeggingen luidt dat het CBP voldoende capaciteit krijgt om
eerst aan de beurt waren, zijn er half juli door BPR expliciet op
het gebruik van het BSN te volgen en klachten over dat gebruik te
gewezen dat het CBP als toezichthouder op de GBA handhavend
kunnen oplossen.
zou optreden als zij niet of niet tijdig aan hun auditverplichting
Hiermee treedt voor het CBP ten aanzien van het BSN een nieuwe
zouden voldoen. In dat geval worden de gemeenten door het CBP
fase in. Bij de beheervoorziening BSN wordt een burgerservice
gehoord en gemaand alsnog aan hun verplichting te voldoen.
punt ingericht waar de overheid en de burger met vragen over het
De betreffende drieëndertig gemeenten moesten de audit vóór
BSN terecht kunnen. Een wettelijke verankering van het burger
1 oktober 2007 laten uitvoeren. In het kader van transparant
servicepunt met bevoegdheden om bij ‘ongeregeldheden’ in te
optreden van de toezichthouder zijn de resultaten per gemeente
grijpen, is door de wetgever niet nodig geacht. De achterliggende
op de website van het CBP gepubliceerd.
een algemeen persoonsnummer, het burgerservicenummer (BSN),
>
tussen
het
Agentschap
Basisadministratie,
Zwarte lijst Postbank Rosie staat al acht jaar op de zwarte lijst van de Postbank. Als zij vraagt waarom krijgt zij elke keer een ander antwoord. Rosie vindt dat absoluut onterecht: alleen iemand die werkzaam is bij een bank zou zich schuldig kunnen maken aan wat haar wordt verweten, en voor haar gaat dat niet op. Nu wil ze graag een huis kopen en dat lukt niet als ze op een zwarte lijst staat. Wat kan zij daar aan doen?
Jaarverslag 2007 > activiteiten
25
> activiteiten Het CBP verwacht dat in de volgende tijdvakken meer gemeenten
werkelijkheid”, aldus het CBP. De gevolgen van de data-analyse
tijdig zullen voldoen aan hun verplichting om een audit uit te
voor de burger, maar ook voor de verantwoordelijken en de
laten uitvoeren. Op 2 januari 2008 is het CBP begonnen met de
diensten, zijn niet, althans onvoldoende, onderkend. Een aantal
controle van het tweede tijdvak van de derde cyclus.
belangrijke elementen van de wet zal bij algemene maatregel van bestuur worden ingevuld. Daarover bestaat nu nog onduidelijk
Gegevensvergaring door inlichtingen- en veiligheidsdiensten
heid.
Het kabinet wil de bevoegdheden voor de inlichtingen- en veilig
en lang bewaard. Het risico bestaat dat deze gegevensstromen
heidsdiensten om persoonsgegevens in te winnen uitbreiden en
leiden tot een veel te vergaand volgen en controleren van de
bedrijven en instellingen verplichten om die gegevens ook af te
burger. Juist omdat de risico’s en nadelen in de toelichting op het
geven. Het wetsvoorstel dat dit regelt, komt bovenop de vele
wetsvoorstel onvoldoende aan bod zijn gekomen, kan niet beoor
maatregelen die de afgelopen tijd in het kader van terrorisme
deeld worden of de waarborgen een adequaat tegenwicht
bestrijding al zijn genomen. Het CBP is van oordeel dat onvol
bieden. Het is evenwel zeker dat het ontbreken van een bevei
doende duidelijk is gemaakt dat de nieuwe uitbreiding van
ligingsbepaling en van een evaluatie- en/of horizonbepaling niet
bevoegdheden nodig is. Bovendien bevat het wetsvoorstel te
bijdraagt aan het benodigde evenwicht.
Steeds meer persoonsgegevens over burgers worden verzameld
weinig waarborgen voor de burger dat zijn persoonsgegevens veilig worden behandeld. Dat heeft het CBP op 20 december 2007
Risicojongeren
aan de Eerste Kamer geschreven in een op verzoek van de voor zitter van de Kamer gegeven advies.
VIR
Het CBP vindt het ontbreken van de proportionaliteit van de maat
Om problemen in de jeugdketen het hoofd te kunnen bieden,
regelen zorgelijk, zeker gezien de onduidelijkheid die bestaat over
ontwikkelt het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
de omvang van de reeds bestaande bevoegdheden. Dit terwijl de
een landelijke verwijsindex risicojongeren (VIR). De verwijsindex
wettelijke regels voor de bescherming van persoonsgegevens
moet een hulpmiddel worden voor een meer samenhangende
opzij gezet worden indien sprake is van een verwerking ten
aanpak van de hulpverlening aan probleemjongeren door de bij
behoeve van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
de jeugdhulpverlening betrokken partijen. Het CBP heeft een lijst
Het wetsvoorstel verplicht telecombedrijven, vervoerbedrijven en
met aandachtspunten opgesteld waarmee bij het inrichten van
banken op grote schaal gegevens van groepen burgers af te staan
een dergelijke index rekening moet worden gehouden. Daaronder
aan de AIVD. Deze dienst wil gegevens over internetgebruik,
vallen onder meer de definiëring van risicojongere, het gewicht
reizen, betalingsverkeer en dergelijke analyseren. Iemand die bij
van de criteria die tot opname in de index leiden en de wijze
voorbeeld belt met of geld overmaakt aan personen die in een
waarop de gegevens worden gebruikt. Onder de samenwerking
gebied verblijven waar terroristen wonen, kan zo bij de AIVD in
tussen de verschillende instanties valt bijvoorbeeld het delen van
het vizier komen. “Het is niet gegarandeerd dat de kwaliteit van
ervaringen met een bepaalde werkwijze. Het kan zijn dat daarbij
gegevens die worden binnengehaald, van dien aard is dat daaruit
ook informatie over individuele personen wordt gedeeld. In dat
conclusies kunnen worden getrokken die overeenkomen met de
geval vindt het CBP het van belang dat niet alleen de noodzaak
>
Zwarte lijst hangjongeren Een moeder krijgt van de regiopolitie bericht dat de politie gegevens over haar minderjarige zoon heeft opgenomen op een ‘lijst’ met als doel inzicht te krijgen in groepen hangjongeren. De zoon was tijdens schooluren op straat aangetroffen met een paar klasgenoten. Van strafbare feiten was geen sprake: de jongens moesten buiten de school een opdracht uitvoeren! “Mag de politie dat doen?” vraagt de moeder. “En kun je iets doen tegen opname op zo’n lijst?”
26
Jaarverslag 2007 > activiteiten
handel openbaar en diensten bestuur van het uitwisselen van die gegevens wordt onderbouwd, maar
Selectief woningtoewijzingsbeleid
ook de noodzaak van de hoeveelheid en aard van de gegevens.
In 2006 is het CBP een onderzoek gestart naar het selectief
In december 2007 heeft het CBP gereageerd op de antwoorden
woningtoewijzingsbeleid in ’s-Hertogenbosch. Dit beleid hield in
die het ministerie in september 2007 heeft verstrekt op de belang
dat op basis van informatie afkomstig van de politie getoetst werd
rijkste privacyvragen. Het CBP stemt van harte in met het streven
of kandidaat-huurders voor de woningen van een tweetal woning
om te komen tot een betere en snellere hulpverlening aan kinde
corporaties in de Graafsewijk op grond van hun eerdere gedrag
ren/jongeren die dat nodig hebben. De door het ministerie ver
een risico zouden kunnen vormen voor de leefbaarheid in die wijk.
strekte informatie is voor het CBP echter onvoldoende om te
Het CBP-onderzoek wees uit dat het beleid op een aantal punten
kunnen beoordelen of de VIR in overeenstemming is met de Wbp.
in strijd was met de Wbp. Daarbij ging het onder meer om de aard
Het centrale punt van kritiek is het ontbreken van een concrete
van de gegevens over kandidaat-huurders en om de transparantie
doelstelling. Heeft de verwijsindex uitsluitend hulpverlening aan
van het proces. Gemeente, politie en woningbouwcorporaties
het kind of de jongere tot doel of daarnaast ook het handhaven
hebben naar aanleiding van deze bevindingen de praktijk in over
van de openbare orde? Gaat het met andere woorden om hulp
eenstemming gebracht met de wet.
verlening aan jongeren die zelf risico lopen of om repressie van jongeren die juist zelf een risico vormen? “Er moet voor worden
Aanpak ernstige ordeverstoorders
gewaakt dat onder het mom van hulpverlening strafrechtelijke
Om ernstige overlast te voorkomen of te beëindigen zouden vol
doelen worden nagestreefd” schrijft het CBP aan de minister voor
gens een wetsvoorstel van de minister van Justitie de burge
Jeugd en Gezin. Kernbegrippen moeten eenduidig worden
meester en de officier van justitie meer bevoegdheden moeten
gedefinieerd en voor opname in de verwijsindex dienen concrete
krijgen. Zij zouden ordeverstoorders bijvoorbeeld kunnen bevelen
criteria te worden vastgesteld.
om gedurende een bepaalde tijd uit een bepaald gebied weg te blijven. Het CBP wijst er in zijn advies over het wetsvoorstel op dat
VIA
een dergelijk bevel moet zijn gebaseerd op juiste persoons
Vooruitlopend op een algemene verwijsindex risicojongeren of
gegevens in dossiers. De gegevens moeten kloppen en de betrok
andere wetgeving is in 2006 een pilot gestart voor intergemeente
kene moet deze in kunnen zien, verbeteren en eventueel laten
lijke informatie-uitwisseling ten behoeve van een persoons
verwijderen. In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel
gerichte benadering van Antilliaanse en Arubaanse risicojongeren
zouden regels die de persoonsgegevens beschermen explicieter
(VIA). Het CBP heeft op 11 december 2006 de minister van
aandacht moeten krijgen. Een verwijzing naar ‘de privacyregels’ is
Vreemdelingenzaken en Integratie en de burgemeesters van de
te summier.
zogeheten ‘Antillianengemeenten’ voor de duur van twee jaar ontheffing verleend van het verbod om persoonsgegevens op
OV-chipkaartactie voor 65+ ers in Rotterdam
basis van etniciteit te verwerken. Tegen dit ontheffingsbesluit is
De gemeente Rotterdam bood 65+-ers gedurende een aantal
bezwaar aangetekend door onder meer de Stichting Overlegorgaan
maanden gratis openbaar vervoer aan door middel van de
Caribische Nederlanders en de stichting Movimientu Antiniano
OV-chipkaart. Bij het inschrijfformulier zat een enquête. Het CBP
i Arubano pa Promové Partisipashon. Na heroverweging heeft het
kreeg klachten over de verwerking van de op de enquête in te
CBP zijn ontheffingsbesluit gehandhaafd. De Stichtingen zijn ver
vullen gevoelige gegevens. In de aanbiedingsbrief was niet aan
volgens in beroep gegaan bij de rechtbank. De rechter heeft op
gegeven welk doel deze enquête diende, hoe de gegevens ver
26 juli 2007 dit beroep gegrond verklaard. De minister voor
werkt zouden worden en dat aanvragen voor het gratis OV ook
Wonen, Wijken en Integratie, de betrokken gemeenten en het CBP
zonder ingevulde enquête in behandeling zouden worden geno
zijn tegen de uitspraak van de rechtbank in beroep gegaan bij de
men. Zowel de gemeenteraad als de wethouder Verkeer, Vervoer
Raad van State. Hangende het hoger beroep wordt geen
en Organisatie hebben snel en adequaat gereageerd op de kritiek
Verwijsindex Antillianen opgestart. Eind 2007 was de stand van
en de mailing aangepast. Voor meer nieuws over de OV-chipkaart
zaken dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
zie p.39.
nog geen zittingsdatum had vastgesteld.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
27
> activiteiten
Politie en justitie Het stagnerend debat over het zoeken naar een goede balans tussen veiligheid en privacy is in 2007 losgetrokken. Als het om veiligheid gaat, is de marge voor aantasting van de privacy van burgers iets ruimer dan in andere gevallen. Maar ook dan blijft gelden: alleen die gegevens verzamelen die aantoonbaar nodig zijn voor een effectieve bestrijding van terrorismedreiging en georganiseerde criminaliteit.
28
Jaarverslag 2007 > activiteiten
handel politie enen diensten justitie Veiligheid en privacy: het zoeken naar een balans
6 november aan mr. Han Moraal van het College van procureurs-
Veiligheid en privacy: beide waarden zijn voor burgers onmisbaar in
generaal. In hun reacties op de bevindingen hebben het Parket-
een goed functionerende rechtsstaat. Maar te vaak worden deze
Generaal en het ministerie van Binnenlandse Zaken en
waarden als tegenpolen tegen elkaar opgezet. “De laatste jaren is er
Koninkrijksrelaties het belang van een juiste uitvoering van de ver
over de verhouding tussen privacy en veiligheid weliswaar veel
nietigingsplicht onderschreven. Zij hebben maatregelen aan
gezegd en geschreven, maar de nuances in dat debat zijn soms ver
gekondigd ter verbetering van de werkwijze en het inrichten van
te zoeken”, aldus Jacob Kohnstamm. Het huidige debat wordt door
controle op de uitvoering van de vernietigingsplicht.
Collegelid Jannette Beuving overhandigde het rapport op
mythes en pavlovreacties gekenmerkt en stagneert mede daardoor. Om het debat weer vlot te trekken heeft het CBP in samenwerking met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Uit de Telegraaf van 6 november 2007:
en Justitie prof. mr. H.R.B.M. Kummeling van de Universiteit Utrecht en prof. mr. dr. E.R. Muller, Universiteit Leiden en het COT Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement, in 2005 gevraagd onder zoek te verrichten naar het vinden van een goede balans tussen veiligheid en privacy. In hun onderzoeksrapport stellen de onder zoekers dat de bindende factor tussen de twee waarden de wens is voor een effectieve democratische rechtsstaat. Zij bieden tien hand vatten om een doelmatiger en doeltreffender debat over veiligheid en privacy te waarborgen. Ter gelegenheid van het verschijnen van het onderzoeksrapport vond op 1 november 2007 een conferentie plaats te Den Haag. Een bundeling van de referaten zal in 2008 wor den gepubliceerd.
Afgeluisterde gesprekken met advocaten niet altijd gewist Het CBP heeft onderzoek gedaan naar de gang van zaken bij de vernietiging van geheimhoudersgesprekken door de landelijke tapkamers van de politie. Bij strafrechtelijk onderzoek worden regelmatig ook telefoongesprekken tussen advocaten of artsen en hun cliënten afgetapt en vastgelegd. De betrokken officier van jus titie dient opdracht te geven tot vernietiging van het digitale bestand en de eventuele uitwerking ervan op papier, zodra hij onderkent dat het om een zogenaamd geheimhoudersgesprek gaat. Dit is een gesprek gevoerd met een beroepsbeoefenaar die een wettelijk beroepsgeheim en verschoningsrecht heeft. Uit het onderzoek van het CBP blijkt onder meer dat niet alle getapte
“Ondanks deze geruststellende woorden van de heer Moraal, hebben
geheimhoudersgesprekken (tijdig) zijn gewist en dat in één van de
wij de politiekorpsen aangeschreven en hen gewezen op hun verant-
twee tapkamers schriftelijke uitwerkingen van de gesprekken
woordelijkheid inzake het tijdig vernietigen van (onder meer) schrifte-
bewaard waren gebleven.
lijke uitwerkingen van geheimhoudersgesprekken. In deze zelfde peri-
Naar het oordeel van het CBP is in deze gevallen gehandeld in strijd
ode bleek hoe reëel de zorg van het CBP op dit punt is: in de Hell’s Angels
met de plicht de geheimhoudersgesprekken zo spoedig mogelijk te
strafzaak (LJN BC0685) constateerde de rechtbank dat de regels ter
vernietigen. Deze vernietigingsplicht dient niet alleen individuele
bescherming van het ‘hooggewaardeerde beginsel’ van het verscho-
belangen maar tevens de bescherming van het voor de samenle
ningsrecht waren geschonden doordat op grote schaal gesprekken met
ving als geheel belangrijke beroepsgeheim van enkele beroeps
geheimhouders niet of niet tijdig waren gewist. Een en ander leidde er
groepen. In een democratische rechtsstaat moet elke burger ver
toe dat de rechtbank het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk heeft
trouwelijk een beroep kunnen doen op een advocaat, arts, notaris of
geacht in de strafvervolging van de verdachten”.
geestelijke.
Jannette Beuving
Jaarverslag 2007 > activiteiten
29
> activiteiten > activiteiten >
politie en justitie
Strafrechtelijk onderzoek op intranet Een werknemer wordt geconfronteerd met een strafrechtelijk/disciplinair onderzoek. De werkgever vindt het nodig om hier met naam en toenaam op het intranet aandacht aan te schenken, met als doel geruchten in de wandelgang de kop in te drukken en om aan te geven dat dergelijk gedrag niet wordt getolereerd. "Mag dit?", vraagt een collega zich af. “En moet dan ook niet de uitkomst van het onderzoek worden vermeld, zeker wanneer betrokkene vrijuit gaat?”
Kentekenvergelijking
ring van de uitvoeringspraktijk onder handen is genomen en dat
‘Tracking and tracing’ door middel van het gebruik van kenteken
tal van wetgevende initiatieven, zoals de invoering van biometrie
vergelijkende camera-apparatuur (‘ANPR’, ook wel ‘catchken’
op identiteitsdocumenten, in de nabije toekomst meer mogelijk
genaamd) raakt veel burgers en brengt de glazen samenleving
heden zullen bieden voor een betere identificatie, ook van ver
weer een stap dichterbij. En draagt het fotograferen van alle auto
dachten en veroordeelden. Verder is het CBP van oordeel dat
mobilisten die over de Utrechtse brug Amsterdam inrijden nu echt
onvoldoende duidelijk is gemaakt of de maatregelen voldoen aan
bij aan een veiliger hoofdstad? Het CBP heeft het afgelopen jaar
beveiligings- en controle-eisen.
met een aantal politieregio’s, het Openbaar Ministerie en de
Het wetsvoorstel is onlangs naar de Raad van State gezonden.
Koninklijke Marechaussee contact gehad over de plannen van deze organisaties met betrekking tot het gebruik van deze
Zwarte lijst drugskoeriers
apparatuur. Het is van belang de doeleinden van de kenteken
Ter bestrijding van aanhoudende drugssmokkel via Schiphol heeft
vergelijking, de verschillende bestanden waarmee vergeleken
de Nederlandse Staat in 2004 convenanten gesloten met een aan
wordt en de bewaartermijnen van de kentekens scherp voor ogen
tal luchtvaartmaatschappijen die rechtstreekse verbindingen
te houden. In 2008 zal het overleg hierover worden voortgezet.
onderhouden met de zogenaamde risicogebieden zoals de
Het CBP houdt de ontwikkelingen op dit gebied nauwlettend in
Nederlandse Antillen en Suriname. Daarin is afgesproken dat pas
de gaten.
sagiers bij wie cocaïne wordt aangetroffen een vliegverbod voor de duur van drie jaar krijgen op rechtstreekse vluchten op deze
Identiteitsvaststelling verdachten en veroordeelden
bestemmingen en daarmee op de zogenaamde zwarte lijst wor
Om identiteitsfraude in de strafrechtspleging tegen te gaan en de
de uit die gebieden afkomstige passagiers.
effectiviteit van de strafrechtsketen te vergroten, wil de minister
Het CBP heeft destijds geadviseerd over de juridische inbedding
van Justitie betere mogelijkheden tot zijn beschikking hebben om
van deze maatregel en de daarbij in een basisdocument op te
de identiteit van verdachten en veroordeelden vast te stellen.
nemen privacywaarborgen. In 2006 liep de looptijd af van de
Er zou voor hen een wettelijk identificatienummer, het zogeheten
ministeriële beschikking op basis van de Wet politieregisters
strafrechtsketennummer (SKN) worden ingevoerd. Ook wordt
(Wpolr) waarin de convenanten waren vervat en ging de minister
voorzien in een centrale databank waarin de identiteiten van alle
van Justitie over tot een verlenging van de beschikking met voor
verdachten en veroordeelden worden opgeslagen. Verder zouden
bijgaan aan de daarvoor geldende vereisten van de Wet bescher
de bewaartermijnen voor het SKN, vingerafdrukken, foto’s, DNA-
ming persoonsgegevens. Het CBP heeft de minister erop gewezen
profielen en justitiële en strafvorderlijke gegevens worden gehar
dat de Wbp in dit verband eist dat aangetoond is dat voortzetting
moniseerd. Het CBP heeft in mei 2007 geadviseerd het betreffende
van deze maatregel noodzakelijk is en bovendien voldoet aan de
wetsvoorstel niet in te dienen. Eerst zou afdoende moeten zijn
eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Daaropvolgend is
gemotiveerd waarom de bestaande en al eerder voorgestelde
alsnog aangetoond dat de maatregel inhoudende een vlieg
wettelijke mogelijkheden tekortschieten voor de strafrechtsketen.
verbod effectief is gebleken en het aantal aangehouden drugs
Uit de toelichting bij het wetsvoorstel blijkt immers dat verbete
koeriers aanzienlijk is afgenomen. Het achterwege laten van de
30
Jaarverslag 2007 > activiteiten
den geplaatst. Ook werd overgegaan tot een 100%-controle van
handel en diensten maatregel zou naar verwachting weer tot een stijging van de
autoriteiten blijkt dat de Nederlandse autoriteiten op tal van
drugssmokkel leiden. Daarnaast voorzien de nieuwe Wet en
onregelmatigheden in de verwerking van de zwarte lijstgegevens
Besluit politiegegevens met ingang van 1 januari 2008 in een
zijn gestuit. Zo bleek onder meer dat de VS geen maximale
aparte verstrekkingsgrond voor de zwarte lijst aan luchtvaart
bewaartermijn hanteert en in het geheel geen gegevens uit zijn
maatschappijen.
informatiesystemen heeft verwijderd, ook niet van personen die bijvoorbeeld in verband met vrijspraak van de zwarte lijst waren
Doorgifte zwarte lijst naar de Verenigde Staten en Australië
gehaald. Nederland is daarop overgegaan tot het voorlopig stop
Toepassing van de zwarte lijst met drugskoeriers zou naar werd
strekkingsbeschikking van de zwarte lijst aan Australië is na afloop
verwacht leiden tot andere routes voor drugstransporten. Om dit
van de looptijd daarvan niet verlengd, omdat in die periode geen
effect voor te zijn, vroegen de politiediensten in de Verenigde
sprake was geweest van ‘hits’.
Staten en Australië de minister van Justitie hen de lijst ter beschik
Het CBP heeft daarom in 2007 opnieuw de aandacht van de minis
king te stellen. Dit is gebeurd. Het CBP heeft in 2006 de minister
ter gevraagd voor de gebleken ernstige tekortkomingen in de
gewezen op het hierbij geldend juridisch kader en op de voor
verstrekking aan de Verenigde Staten.
zetten van de verstrekking van de zwarte lijst aan de VS. De ver
waarden die aan een dergelijke verstrekking moeten worden verbonden. Gelet op de mogelijk ingrijpende gevolgen voor pas
Interventieteams
sagiers als de gegevens onjuist zijn of te lang worden bewaard,
In interventieteams voor de fraudebestrijding werken organisaties
terwijl de VS de mogelijkheid tot oplegging van de doodstraf kent
zoals de belastingdienst, het Uitvoeringsinstituut werknemers
en in Australië het recht op gegevensbescherming alleen geldt
verzekeringen, de Sociale verzekeringsbank, de Arbeidsinspectie,
voor staatsburgers en ingezetenen, is de grootst mogelijke zorg
de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst, de politie, het
vuldigheid geboden en moet worden gewaarborgd dat de gege
Openbaar Ministerie en gemeenten samen bij de bestrijding van
vens juist zijn. Daarbij dienen voorwaarden te worden gesteld
zwart werk, illegale arbeid, fiscale fraude en premie- en uitkerings
voor het verder gebruik, de maximale bewaartermijn en de ver
fraude. In 2007 heeft het CBP twee interventieteamprojecten
wijdering van de gegevens. Met name in de VS, maar ook in
onderzocht. Daarbij is gekeken naar de rechtmatigheid van de
Australië, is het niveau van gegevensbescherming, vereist voor
gegevensuitwisselingen tussen de deelnemers aan het inter
het mogen verstrekken van politiegegevens, nog onvoldoende te
ventieteam, heimelijke waarneming van burgers en informatie
achten.
verstrekking aan de onderzochte personen. De onderzoeks
Ondanks de aangevoerde bezwaren tegen de wijze van verstrek
resultaten worden in het voorjaar van 2008 bekend gemaakt.
king aan deze politiediensten, gaf de minister van Justitie in december 2006 een inhoudelijk ongewijzigde beschikking af voor een nieuwe periode van twee jaar. Uit een kort daarna beschik baar gekomen verslag van een bezoek aan de Amerikaanse
>
Geen glaasje op Frits moet bij een nachtelijke alcoholcontrole blazen. Hij heeft niets gedronken. Hij moet wel zijn naam en andere gegevens opgeven. Als hij vraagt waarom, krijgt hij te horen dat dit nu eenmaal moet en dat zijn opmerking ook wordt genoteerd. “Mag dit wel?” vraagt Frits.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
31
Arbeid en sociale zekerheid Burgers zijn niet al automatisch verdacht door het simpele feit dat zij een uitkering of huurtoeslag krijgen. Het bestrijden van uitkeringsfraude is nodig, maar controle met behulp van bestandskoppelingen is alleen toegestaan op grond van deug delijke risicoanalyse. De ‘Waterproof’- uitspraak van het CBP heeft ertoe geleid dat thans instrumenten worden ontwikkeld aan de hand waarvan fraude in de sociale zekerheid effectief kan worden bestreden op een manier die in overeenstemming is met de Wbp.
32
Jaarverslag 2007 > activiteiten
arbeid en sociale zekerheid Waterproof: Onderzoek fraudebestrijding door bestandskoppeling
Overdracht arbodossiers
Aan de hand van gegevens over hun waterverbruik en de water
nieuwe arbodienstverlener het overdragen van de arbodossiers
vervuilingsheffing zijn alle AOW’ers en ontvangers van een bij
van de werknemers zonder een eraan ten grondslagliggende wet
standsuitkering in 65 gemeenten in Friesland, Groningen en
telijke regeling onrechtmatig is. In 2007 heeft het CBP, mede naar
Drenthe gecontroleerd op fraude. Daarnaast zijn de gegevens
aanleiding van vele signalen uit de praktijk dat dit problemen
gebruikt voor controle op fraude met huurtoeslag. Het CBP heeft
opleverde, onderzocht of er binnen de bestaande wettelijke
de bij het project ‘Waterproof’ gebruikte bestandskoppelingen
kaders een andere benadering mogelijk is.
onderzocht en geoordeeld dat deze onrechtmatig zijn. Burgers
De uitkomst van dit onderzoek is dat de oude arbodienstverlener,
zijn namelijk niet al verdacht door het simpele feit dat zij een uit
op verzoek van de werkgever, die informatie waarop het medisch
kering of huurtoeslag ontvangen.
beroepsgeheim van de bedrijfsarts níet rust, kan overdragen aan
Het belang van een goede fraudebestrijding neemt niet weg dat
de opvolgende arbodienstverlener zonder dat toestemming van
controle met behulp van bestandskoppelingen alleen toegestaan
de individuele werknemers noodzakelijk is. Het gaat hierbij om
is op grond van een deugdelijke risicoanalyse. Daarmee kan aan
administratieve gegevens en om gegevens die al eerder tijdens
nemelijk worden gemaakt dat nadere controle van een groep
het verzuimbegeleidingsproces rechtmatig aan de werkgever zijn
burgers die een grote kans op fraude loopt noodzakelijk is.
verstrekt. Zowel de gegevens van hen die op het moment van
Burgers die extra zijn gecontroleerd moeten hierover worden
overgang arbeidsongeschikt zijn als de gegevens van de op dat
geïnformeerd. Dit is de essentie van de notitie Fraudebestrijding
moment arbeidsgeschikte werknemers kunnen worden over
door bestandskoppeling die het CBP in 2006 uitbracht. De gege
gedragen aan de nieuwe arbodienstverlener, zolang de gegevens
vensverwerking van Waterproof is aan de hand het in deze notitie
niet vallen onder het medisch beroepsgeheim van de bedrijfsarts.
opgenomen toetsingskader beoordeeld.
Wel dient de ondernemingsraad te hebben ingestemd met de
De uitspraak van het CBP heeft ertoe geleid dat de opdrachtgever
overgang naar de nieuwe arbodienstverlener en dient de over
van Waterproof, de Landelijke Stuurgroep Interventieteams (LSI),
dracht (verwerking) vanzelfsprekend verder te voldoen aan de
met het CBP contact heeft opgenomen om te bezien op welke
overige eisen van de Wbp.
wijze de bestrijding van fraude in de sociale zekerheid effectief
Met betrekking tot die gegevens waarover het medisch beroeps
kan gebeuren op een manier die in overeenstemming is met de
geheim van de bedrijfsarts zich wél uitstrekt, geldt dat deze alleen
Wbp. In opdracht van de LSI werkt de Sociale Inlichtingen- en
onder bepaalde voorwaarden kunnen worden overgedragen door
Opsporingsdienst (SIOD) thans aan de ontwikkeling van risico
een bedrijfsarts aan de hem opvolgende bedrijfsarts. Eén van de
analyses. Daarbij wordt gebruik gemaakt van Privacy Enhancing
voorwaarden is dat er sprake moet zijn van een noodzaak tot ver
Technology (PET). Dit houdt in dat in een beveiligde omgeving, de
strekken in het kader van de verzuimbegeleiding.
zogenoemde black box, met behulp van speciale software geano
Van zo'n noodzaak is sprake als er ten tijde van de wisseling van
nimiseerde gegevens kunnen worden gekoppeld en vergeleken.
bedrijfsarts sprake is van een 'lopend ziektegeval'. Aansluiting
Op basis van deze gegevens komt de risicoanalyse tot stand.
zoekend bij de sociale verzekeringswetgeving met betrekking tot
Alleen de gegevens van de risicopopulatie zullen tot persoons
zogenaamde 'doorlopers' acht het CBP overdracht van het
gegevens worden herleid. Deze risicopopulatie wordt vervolgens
medische deel van het arbodossier eveneens gerechtvaardigd
op persoonsniveau gecontroleerd en daarover geïnformeerd. Op
indien de werknemer vier weken na een hersteldmelding weder
deze wijze zal tot tevredenheid van het CBP bij nieuwe projecten
om uitvalt. Tevens dient de betrokken werknemer tevoren op de
gerichte fraudebestrijding met respect voor de persoonlijke
hoogte te worden gebracht van de aanstaande gegevens
levenssfeer plaatsvinden.
overdracht en in staat te worden gesteld hier eventueel bewaar
De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft
tegen te maken. De overdragende bedrijfsarts moet zich ervan
in een brief van 19 december 2007 de Tweede Kamer geïnfor
vergewissen dat aan deze informatieplicht is voldaan voordat hij
meerd over de afspraken die tussen de LSI en het CBP zijn
de gegevens daadwerkelijk overdraagt aan zijn opvolger. Ook
gemaakt. De staatssecretaris concludeert dat het door deze
voor deze gegevensverwerking geldt verder dat er instemming
afspraken mogelijk wordt om het koppelen van bestanden in te
van de ondernemingsraad (met de overgang naar de nieuwe
zetten bij het bestrijden van fraude terwijl door gebruikmaking
arbodienstverlener) vereist is en dat de overdracht verder vanzelf
van PET-methoden de werkwijze van de interventieteams binnen
sprekend dient te voldoen aan de overige eisen van de Wbp.
In 2006 heeft het CBP geoordeeld dat bij een overgang naar een
de kaders van de Wbp zal plaatsvinden. Over twee jaar zal een evaluatie plaatsvinden waarin onder meer de stand van zaken bij
Arbeidsongeschiktheidsverleden
de ontwikkeling van voorspellende risico-indicatoren zal worden
Een werkgever die een werknemer in dienst neemt met een
beoordeeld, schrijft de bewindsman.
arbeidsongeschiktheidsverleden loopt geen financieel risico
Jaarverslag 2007 > activiteiten
33
> activiteiten mocht
Het
gever bij wie de werknemer uitviel, of eigenrisicodragers, zullen
Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) neemt
deze
werknemer
uitvallen
wegens
ziekte.
alleen spontaan een kopie van een beschikking ontvangen als de
namelijk in zo’n geval onder bepaalde voorwaarden de loon
betreffende werkgever daarbij een eigen concreet rechtstreeks
doorbetalingsverplichting van de werkgever over. Dit wordt ook
geraakt belang heeft. Dus niet langer in situaties waarin de werk
wel de ‘no-riskpolis’ genoemd. Deze no-riskpolis kan door een sol
gever ‘slechts’ een (conform de rechtspraak van de CRvB) ver
licitant als troef worden ingezet om de werkgever ertoe te bewe
ondersteld eigen belang heeft, namelijk als dat belang alleen
gen hem aan te nemen.
ontleend wordt aan het zijn van actueel werkgever.
Aan de andere kant staat het de werknemer ook vrij om over zijn arbeidsongeschiktheidsverleden juist te zwijgen tijdens de solli
Suwinet
citatieprocedure. Een werkgever mag pas na twee maanden (het
Sociale Diensten van de gemeenten maken gebruik van Suwinet
einde van de proeftijd) in algemene termen vragen of de nieuwe
bij het toekennen van uitkeringen en bij de re-integratie van uit
werknemer bij eventuele uitval wegens ziekte in de toekomst
keringsgerechtigden. Suwinet is een systeem voor gegevensuit
aanspraak kan maken op een ziekengelduitkering in verband met
wisseling tussen de gemeentelijke sociale diensten, het UWV en
deze no-riskpolis.
het CWI. In dit systeem zijn voor gemeenten gegevens over de
De Centrale Raad van Beroep heeft echter een aantal uitspraken
gemeentelijke bijstandsgerechtigden zichtbaar. Het gaat hierbij
gedaan waarin ‘mede gelet op het belang van een heldere, een
om persoonsgegevens, zoals opleiding, arbeidsverleden, inko
voudig toe te passen invulling van het begrip belanghebbende’
men, naw-gegevens, overige uitkeringen en het arbeids
wordt geoordeeld dat álle actuele werkgevers categoraal als
ongeschiktheidspercentage. Deze privacygevoelige gegevens
belanghebbende dienen te worden beschouwd. Dit dus ongeacht
dienen uiteraard alleen gebruikt te worden door de hiertoe
de vraag of de betreffende werkgever daadwerkelijk in een con
bevoegde instanties én alleen voor het doel waarvoor ze
creet geval tegen een bepaalde beschikking zou kunnen en willen
verzameld zijn, namelijk het toekennen van uitkeringen en de
opkomen.
re-integratie van uitkeringsgerechtigden.
Aangezien het UWV ervan uit ging dat er een wettelijke plicht tot
In 2007 heeft het CBP, met het oog op het starten van een onder
bekendmaking gold ten aanzien van alle belanghebbenden bij
zoek bij gemeenten naar mogelijke onrechtmatige verstrekking
een beschikking, is het UWV naar aanleiding van deze uitspraak er
van gegevens uit Suwinet aan andere instanties of aan andere
vervolgens toe overgegaan om standaard alle beschikkingen
afdelingen binnen de gemeenten, bij diverse belangenorganisa
betreffende het recht op, de hoogte en de duur van een WAO-/
ties voor bijstandsgerechtigden geïnformeerd naar signalen van
WIA-uitkering aan alle huidige werkgevers te sturen.
onrechtmatige verstrekking van gegevens uit Suwinet.
Gevolg was dat, ook als een werknemer er juist voor had gekozen
Naast een groot aantal cliëntenraden zijn enkele andere belan
om tijdens zijn sollicitatie te zwijgen over zijn arbeidsongeschikt
genverenigingen zoals de Bijstandsbond en het Samen
heidsverleden, de werkgever (vaak zelfs voor het einde van de
werkingsverband mensen zonder betaald werk (SMZBW) geraad
proeftijd!) toch over dit verleden werd geïnformeerd door het
pleegd. Dit heeft echter geen signalen opgeleverd die duiden op
UWV. Het accepteren van een nieuwe baan leidt namelijk in veel
situaties waarin gegevens uit Suwinet onrechtmatig door gemeen
gevallen tot een besluit tot intrekking of wijziging van de uit
ten aan derden zijn verstrekt.
kering. Naar aanleiding van deze inbreuk op de privacy van de
34
werknemer met een arbeidsongeschiktheidsverleden zijn tot twee
Heimelijke waarneming door sociale diensten
maal toe vragen gesteld in de Tweede Kamer en kwam er tevens
Om mogelijke uitkeringsfraude aan het licht te brengen, voeren
een klacht binnen bij het CBP.
sociaal rechercheurs soms heimelijke waarnemingen uit. Sociale
Het CBP is vervolgens een ambtshalve onderzoek gestart naar
diensten moeten de verwerking van persoonsgegevens die met
deze standaardverstrekking met als verheugende uitkomst dat er
deze activiteiten samenhangt, vooraf laten onderzoeken door het
geen plicht tot verstrekking aan derde belanghebbenden bestaat.
CBP. Er is een procedure die waarborgen voor de burger over de
Er is sprake van een bevoegdheid tot verstrekken maar van deze
omgang met zijn gegevens bevat en ook regelt dat hij achteraf
bevoegdheid kan alleen gebruik worden gemaakt als aan alle
van de waarnemingen op de hoogte wordt gebracht. Als de
eisen van de Wbp is voldaan; alleen in die gevallen waarin er
sociale dienst werkt volgens de door het CBP vastgestelde proces
sprake is van een noodzaak tot verstrekken in het kader van de
beschrijving, kan het verplichte voorafgaand onderzoek direct
goede vervulling van de op het UWV rustende publiekrechtelijke
worden afgerond. Onderzoek in 2006 wees uit dat de naleving van
taak, kan het UWV overgaan tot het toezenden van de betreffende
de informatieplicht na heimelijke waarneming door de sociale
beschikkingen.
recherche voor verbetering vatbaar was. Dit leidde tot een twee
Het UWV heeft in de tweede week van januari 2008 toegezegd zijn
de, aangepaste versie van de procesbeschrijving die in 2007 door
staande beleid te zullen aanpassen. Huidige werkgevers die niet
het CBP is goedgekeurd. In 2008 zal het CBP de naleving ervan
tevens de voormalige werkgevers zijn, dat wil zeggen de werk
controleren.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
Gezondheidszorg Gegevens over iemands gezondheid zijn uiterst gevoelig en moeten extra zorgvuldig worden behandeld. Het CBP heeft stevige kritiek geuit op de voorgestelde ruime toegang tot elektronische patiëntendossiers. Naar aanleiding daarvan zoekt de minister thans naar adequate autorisatiemogelijkheden. Voor alle soorten opslag van medische gegevens geldt dat voor de privacy van de patiënt de toegang tot de gegevens, de beveiliging van het systeem en correcte informatie essentiële voorwaarden zijn.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
35
> activiteiten >
Invoering EPD Binnen de geestelijke gezondheidszorg wil men in 2008 gaan werken met het elektronisch patiëntendossier. Een werkneemster moet met het oefenprogramma met een fictieve patiënt vertrouwd raken met deze materie. Bij het oefenen blijkt zij toegang te hebben tot alle tot dan toe ingevoerde patiënten, ook die met wie zij op haar afdeling niets te maken heeft. Ook blijkt dat de gegevens van haar zoon, die met de organisatie in contact was geweest voor een diagnose, zichtbaar zijn, en dat haar man en zijzelf een cliëntnummer hebben gekregen, terwijl zij nooit voor een behandeling of diagnose bij deze instelling zijn geweest. “Wat kan ik hiertegen doen?” vraagt de vrouw.
Elektronisch patiëntendossier
De officiële voorlopers van het landelijk EPD zijn het Elektronisch
“Stel dat je buurman, die toevallig arts is, uitgebreid in jouw
Medicatie Dossier (EMD), met behulp waarvan de medicatie
medisch dossier gaat neuzen en daar leest dat je een zelfmoord
gegevens zijn in te zien, en het Waarneemdossier Huisartsen
poging hebt gedaan of dat je een geslachtsziekte hebt. Dat is toch
(WDH) dat huisartsenposten in staat stelt de gegevens in te
ondenkbaar?” Collegelid Jannette Beuving wijst in een interview
zien die bij de eigen huisarts van een patiënt zijn opgeslagen.
in De Volkskrant in juni haarfijn de zwakke stee aan in het concept-
Momenteel vinden in enkele regio’s officiële proeven met het
wetsvoorstel dat het Elektronisch patiëntendossier (EPD) regelt.
EMD en WDH plaats. Daarnaast is er een groot aantal regio’s dat
Het wetsvoorstel voert het EPD in en regelt de daarvoor beno
op eigen initiatief verschillende niet-officiële vormen van een EPD
digde infrastructuur en de daarbij geldende randvoorwaarden.
heeft opgezet. Voor de privacy van de patiënt zijn onder meer de
Het CBP is niet tegen de invoering van het elektronisch dossier.
toegang tot de gegevens, de beveiliging van het systeem en het
Integendeel. Maar het wijst het openstellen van de kasten met
correct informeren van de patiënt belangrijke aspecten. Omdat
patiëntendossiers voor alle zorgverleners ondubbelzinnig van de
uit ingewonnen informatie is gebleken dat de officiële pilots nog
hand.
maar heel beperkt van omvang zijn en dat de implementatie nog
In het wetsvoorstel maakt de behandelrelatie geen onderdeel uit
niet zo ver is als aanvankelijk werd aangenomen, heeft het CBP
van de autorisatieprocedure. Hierdoor zouden ook zorgverleners
het in 2007 nog niet aangewezen geacht om over te gaan tot
zonder behandelrelatie met de patiënt toegang hebben tot het
controlerend onderzoek.
dossier. Daardoor is er een risico dat personen met een onrecht die bij de behandeling betrokken zijn, moeten volgens het CBP tot
Elektronisch kinddossier in wetsvoorstel Wet publieke gezondheid
het EPD toegang krijgen. Voor noodgevallen kan een regeling met
Het CBP heeft in 2007 negatief geadviseerd over het wettelijk
toezicht achteraf worden opgezet.
verplicht stellen van het Elektronisch kinddossier jeugdgezond
Naar aanleiding van het advies onderzoekt het ministerie van VWS
heidszorg (EKD JGZ) in het wetsvoorstel Publieke gezondheid,
de mogelijkheden van adequate autorisatie.
dat ziet op jeugdgezondheidszorg en infectieziektenwetgeving.
Verder regelt het wetsvoorstel niet helder op welke wijze een
Reden hiervoor was onder meer dat de noodzaak van het centraal
patiënt verwerking van zijn gegevens in het elektronisch dos
opslaan van de gegevens van het EKD JGZ niet afdoende was
matig doel medische gegevens inzien. Alleen die zorgverleners
sier kan voorkomen of stopzetten. De mogelijkheden voor 'opt-
onderbouwd. In november 2007 heeft het kabinet aangegeven
out'zijn in het wetsvoorstel versnipperd over vier bepalingen, het
niet langer een centraal EKD in te willen voeren. Thans onderzoekt
geen leidt tot verwarring. Het CBP adviseert de 'opt-out' regeling
het kabinet de mogelijkheden voor het landelijk uitwisselen van
op te nemen in één wettelijke bepaling, die zo weinig mogelijk
berichten binnen de jeugdgezondheidszorg in een zogeheten
ruimte laat voor misverstanden.
‘landelijke kop’ op het EKD.
36
Jaarverslag 2007 > activiteiten
gezondheidszorg DIS/ Risicoverevening
dachtspunten uit deze gesprekken zijn door het CBP aangekaart
Het CBP heeft met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en
bij de opstellers van de gedragscode: Zorgverzekeraars Nederland,
Sport afspraken gemaakt over de inzet van Privacy Enhancing
het Verbond van Verzekeraars en de Nederlandse Vereniging van
Technology bij het gebruik van gegevens in het DBC-informa
Banken. Het CBP heeft aangegeven dat aan deze punten aan
tiesysteem (DIS) en ten behoeve van de risicoverevening in het
dacht zal moeten worden besteed bij de totstandkoming van
kader van de nieuwe Zorgverzekeringswet. Door het gebruik
een nieuwe versie van de gedragscode, die wederom ter goed
van pseudo-identiteiten (een unieke, anonieme codering van
keuring aan het CBP zal moeten worden voorgelegd. De huidige
een bepaald persoonsgegeven) kan het gebruik van persoons
goedkeuringsverklaring met betrekking tot de Gedragscode en
gegevens worden vermeden.
bijbehorend Addendum is begin 2008 verlopen.
Het CBP constateert in dit verband met genoegen dat de privacyaudit van het risicovereveningssysteem in 2007 met goed gevolg is doorlopen. Het DIS dient nog te worden onderworpen aan een privacy-audit. Tot die tijd worden de gegevens anoniem aan DIS aangeleverd.
Addendum Zorgverzekeraars In 2006 is het Addendum Zorgverzekeraars goedgekeurd. Dit maakt als bijlage deel uit van de Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen en bevat gedragsregels voor zorgverzekeraars met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens. De door het CBP goedgekeurde gedragscode maakt deel uit van de Zorgverzekeringswet- en regelgeving. In 2007 heeft de rechter uitspraak gedaan in vier bezwaar procedures tegen het goedkeuringsbesluit van het CBP, waarbij de bezwaren op formele gronden ongegrond zijn verklaard. Mede naar aanleiding van deze bezwaarprocedures heeft het CBP gesproken met (brancheverenigingen van) zorgverzekeraars en zorgverleners over de vragen die het Addendum en het bijbeho rend Protocol materiële controle in de praktijk oproepen. De aan
>
Giroafschriften “Ik ben alleenstaand, 74 jaar, woon in een groot huis in X waarvan ik een kamer verhuur en ontvang AOW voor een alleenstaande. Nu krijg ik het verzoek van de Sociale Verzekeringsbank om verschillende kopieën op te sturen. Het gaat om de huurovereenkomst en het bedrag van de huur en giroafschriften van de laatste drie maanden. Dat de SVB wil vaststellen of er sprake is van een gezamenlijke huishouding kan ik me wel voorstellen, maar het opvragen van al deze informatie vind ik een aanslag op mijn privacy. Ze hebben toch niets te maken met aan wie ik giften doe, aan welke partij ik lidmaatschapsgeld betaal, waarheen ik reis en of ik voor niets een kamer aan een asielzoeker ter beschikking stel? Wat denkt u, kan ik dit weigeren en riskeer ik dan korting op mijn AOW?”
Jaarverslag 2007 > activiteiten
37
Handel en diensten Vervoerbedrijven, zwembaden, hotels: heel veel bedrijven en dienstverleners willen om beveiligings- of commerciële redenen de handel en wandel van hun afnemers graag volgen en controleren. Onderzoek van het CBP in 2007 heeft bijgedragen aan grotere helderheid over wat hierbij wel en niet is geoorloofd. Meer duidelijkheid is er ook over het gebruik van zwarte lijsten door bedrijven.
38
Jaarverslag 2007 > activiteiten
handel en diensten OV chipkaart
ceerbare reisbewegingen waren opgenomen, is een afzonderlijk
De werking van de OV-chipkaart van het Amsterdams Gemeentelijk
vermeldenswaard concreet resultaat van de bemoeienis van het
Vervoerbedrijf (GVB) in het metronet is in strijd met de Wet
CBP dat er twee gescheiden databases komen: een met de naw-
bescherming persoonsgegevens. Het CBP is op basis van een in
gegevens van de reizigers en één met de reisbewegingen. Een
2007 uitgevoerd onderzoek tot de conclusie gekomen dat veel
punt van discussie is nog in hoeverre een koppeling van deze
moet veranderen, wil het OV-chipkaartsysteem rechtmatig wor
twee typen gegevens mag plaatsvinden en zo ja, onder welke
den toegepast. In het onderzoeksrapport wordt vastgesteld dat er
voorwaarden.
te veel persoonsgegevens worden vastgelegd en gebruikt, dat de gegevens te lang bewaard en onvoldoende beveiligd worden
Waarschuwingsregister detailhandel
en dat de reiziger geen helder inzicht heeft in wat er met zijn
De Stichting Fraude Aanpak Detailhandel (FAD) heeft in 2004 een
gegevens gebeurt. “Dat kan ertoe leiden dat Amsterdammers
waarschuwingssysteem in het leven geroepen met als doel fraude
onverhoeds geconfronteerd worden met hun reisgedrag van
door personeel tegen te gaan. Het waarschuwingssysteem is
jaren” zei Jacob Kohnstamm bij de presentatie van het rapport in
bedoeld om medewerkers die ernstige vergrijpen hebben
januari 2008. Het CBP eist naleving van de wettelijke normen.
gepleegd het werken in de hele detailhandel onmogelijk te
Anders ziet het zich genoodzaakt in 2008 handhavend op te
maken. Aan deze doelstelling heeft het CBP in 2004 zijn goedkeu
treden.
ring verleend. In 2007 heeft het CBP een onderzoek afgerond naar
Een treinreis van A naar B, een rit met bus of metro of een tochtje
de werking van het systeem. Het onderzoeksrapport Zwarte lijsten
per taxi: allerlei soorten reisbewegingen kunnen in de toekomst
detailhandel. De werking van de drie incidentenregisters van de
met behulp van de OV-chipkaart worden vastgelegd en eventueel
Stichting Fraudeaanpak Detailhandel, is in september 2007
getraceerd naar de individuele reiziger. Nu kunnen reizigers nog
gepubliceerd. De belangrijkste uitkomsten van het onderzoek zijn
van het openbaar vervoer gebruik maken zonder dat per reis hun
het ontbreken van een expliciete afweging inzake de proportiona
persoonsgegevens worden geregistreerd. Dat moet naar het oor
liteit van de registratie van betrokkene in het waarschuwingsregis
deel van het CBP ook het uitgangspunt zijn. Het GVB Amsterdam
ter en het in ruim een vijfde van de gevallen niet goed informeren
draait als een van de eerste openbaarvervoerbedrijven in de
van de betrokkenen dat zij in het systeem zijn geregistreerd. Door
metro proef met de OV-chipkaart. Het onderzoek had tot doel de
de stichting FAD was in 2004, bij de beoordeling van de recht
omgang met persoonsgegevens in de praktijk te toetsen aan de
matigheid van het systeem door het CBP, zelf uitdrukkelijk aan
wettelijke normen, waarover het CBP al in november 2005 in een
gevoerd dat moest worden voorkomen dat personen voor relatief
publicatie heeft geadviseerd.
kleine delicten zouden worden geregistreerd. Uit het onderzoek
De CBP-rapportage is voor GVB aanleiding geweest contact op te
blijkt evenwel dat veel – vaak jonge – werknemers op de zwarte
nemen met de directies van de collega-vervoerbedrijven, waar
lijst belanden vanwege een vergrijp dat gering van omvang is. Als
onder NS, en met de leverancier van de chipkaart, Trans Link
het stelen van een blikje frisdrank leidt tot het voor vier jaar uit
Systems BV. De OV-bedrijven berichten de bescherming van per
gesloten worden van het verkrijgen van een baan in de branche,
soonsgegevens van groot belang te achten en reageren positief
is dat een disproportioneel zware maatregel. “Het voeren van een
op de helderheid die het rapport verschaft. In een brief van 14
zero tolerancebeleid tegen fraude mag niet betekenen dat winkel
januari 2008 geven zij in lijn met het CBP-rapport een overzicht
bedrijven een afweging tussen het sectorbelang en het belang
van de maatregelen die zij zullen treffen om aan de Wbp te vol
van de betrokkene achterwege kunnen laten”, aldus Collegelid
doen. Tijdens een door de Tweede Kamer op 16 januari 2008
Madeleine McLaggan bij de presentatie van het rapport. Het CBP
belegde
hoorzitting over de OV-chipkaartproblemen hebben
beraadt zich op vervolgstappen indien de in de praktijk ontstane
zowel GVB als NS daarnaast nogmaals uitdrukkelijk gemeld zich
gegevensverwerking niet in lijn wordt gebracht met het in 2004
aan de wet te zullen gaan houden. In een door GVB toegezegde
goedgekeurde protocol.
privacy-audit door een extern bureau zal onder meer worden bezien op welke wijze mogelijke koppeling in technische en orga
Publicatie protocollen van zwarte lijsten
nisatorische zin is geborgd. Het CBP heeft het GVB laten weten
In 2007 is begonnen met het publiceren van de protocollen die
dat de privacy-audit uiterlijk op 1 juni 2008 moet zijn afgerond,
een verklaring omtrent rechtmatigheid hebben ontvangen.
het CBP kennis moet kunnen nemen van de uitkomst ervan en dat
Publicatie heeft tot doel bekendheid te geven aan protocollen die
GVB een termijn aangeeft waarbinnen de eventueel te nemen
een verklaring omtrent rechtmatigheid hebben ontvangen en
maatregelen worden geïmplementeerd.
daardoor als voorbeeld kunnen dienen voor bedrijven die een
Waar in de oorspronkelijke plannen sprake was van één database
zwarte lijst willen starten.
waarin zowel de kaarthoudergegevens als de op de persoon tra
Zie voor het publiceren van zwarte lijsten op het internet p.44.
Jaarverslag 2007 > activiteiten
39
> activiteiten >
Camera’s in de sauna Een hotel met zwembad en sauna voor gasten en voor mensen van buiten vraagt of het in het saunagedeelte cameratoezicht mag houden. Zo ja, hoe moeten ze dat aan de gasten duidelijk maken? Hoeveel bordjes moeten er hangen en hoe groot moeten die zijn? En, vraagt het hotel, hoe lang mag het de beelden houden?
40
Cameratoezicht in kleedruimtes
Registratie hotelgasten
Het CBP heeft een klacht onderzocht over camera’s in de gemeen
Hotels moeten hun gasten op een duidelijke manier informeren
schappelijke kleedlokalen van een zwembad. De klager stelde dat
over de gegevens die zij van hen registreren. Daarbij is er verschil
het niet duidelijk was wat de camera’s in beeld brengen en dat
tussen de persoonsgegevens die de hotels verplicht zijn te note
evenmin goed was aangegeven dat en waarom ze er hangen. Het
ren en gegevens die zij willen gebruiken voor direct marketing.
CBP is nagegaan waarom de camera’s er hangen, wat zij in beeld
Om Koninklijk Horeca Nederland (KHN) behulpzaam te zijn bij het
brengen, of de opnames goed beveiligd zijn en of de zwemmers
informeren van de daarbij aangesloten hotels heeft het CBP in
weten dat er camera’s zijn aangebracht en waarom. Het zwembad
december 2007 een brief gestuurd over de juiste invulling van de
heeft naar aanleiding van de interventie van het CBP de situatie
wettelijke registratieverplichtingen. Daarin spreekt het CBP de
aangepast, zodat het cameratoezicht nu in overeenstemming is
hoop uit dat KHN als belangenbehartiger van de branche op korte
met de wet.
termijn een modelkennisgeving zal ontwikkelen waarin de ver
De camera’s dienen als aanvullend instrument om overlast en
schillende verwerkingsdoeleinden van persoonsgegevens duide
diefstal te voorkomen. Andere maatregelen, zoals het aanbieden
lijk worden toegelicht. KHN heeft met instemming op de brief
van kluisjes, bleken daarvoor niet voldoende. Dit is een gerecht
gereageerd en beloofd de brief zo spoedig mogelijk door te geven
vaardigd belang van het zwembad. Bovendien dienen de camera’s
aan alle aangesloten hotels.
ook het belang van de bezoekers: hun eigendommen worden ook
Hotels moeten volgens het Wetboek van Strafrecht hun gasten bij
beveiligd.
aankomst om een geldig reisdocument of identiteitsbewijs vragen
De camera’s zijn niet op de kleedlokalen zelf gericht, maar slechts
en hun naam, beroep, woonplaats en dag van aankomst noteren.
op de kluisjes, zodat geen ontklede mensen in beeld kunnen
De dag van vertrek wordt eveneens genoteerd. Het register moet
komen. Dat is van essentieel belang, want het is uitdrukkelijk ver
op aanvraag worden getoond aan de burgemeester of een door
boden om mensen te filmen als die zich aan- of uitkleden. Ook van
deze aangewezen ambtenaar. Het CBP wijst erop dat het Wetboek
groot belang acht het CBP dat de bezoekers van het zwembad
van Strafrecht het hotel niet verplicht een kopie of scan te maken
weten dat er camera’s hangen, wat het doel is en wat ze in beeld
van het paspoort of id-bewijs en ook niet om andere persoonsge
brengen. Dat is nu beter geregeld dan eerst. Er hangen bij de
gevens daaruit over te schrijven, zoals het burgerservicenummer.
ingang, de toegangscontrole en de ingang van de kleedruimtes
Beide handelingen zijn namelijk in strijd met de Wet bescherming
borden die wijzen op de aanwezigheid van camera’s . De camera’s
persoonsgegevens, omdat zij niet nodig zijn voor het kunnen
zelf zijn verder duidelijk zichtbaar en ook duidelijk gericht op de
identificeren van een hotelgast.
kluisjes. Tot slot zijn er afdoende regels opgesteld voor de bevei
In een gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening (APV)
liging van de beelden die met de camera’s worden opgenomen.
kunnen extra verplichtingen zijn vastgelegd om gegevens over
De beeldinformatie wordt voorts maximaal 24 uur bewaard. Een
gasten te registreren. Maar een APV kan het hotel ook niet ver
uitzondering geldt voor beelden waarop incidenten zijn vast
plichten een kopie of scan te maken van paspoort of identiteits
gelegd of die worden gevorderd door politie of justitie.
bewijs. De APV is een vorm van lagere regelgeving en kan het
Het CBP is tevreden met de aanpassingen die het zwembad heeft
verbod van de Wbp op het verwerken van bijzondere persoons
aangebracht in de feitelijke situatie en in het protocol dat het
gegevens en identificatienummers niet opheffen.
cameratoezicht regelt. Het zal steekproefsgewijs controleren of
Als er gemeenten zijn die toch in de APV een verdergaande
dat zo blijft.
registratieverplichting hebben opgenomen, dan adviseert het
Jaarverslag 2007 > activiteiten
handel en diensten CBP het hotel contact op te nemen met burgemeester en wet
Particuliere recherche
houders en hen te wijzen op de onrechtmatigheid van een der
In het najaar van 2007 heeft het CBP bij negentien particuliere
gelijke bepaling.
recherchebureaus ter plaatse een onderzoek verricht naar de
Als de hotels zelf om commerciële redenen aan hun gasten extra
naleving van de informatieplicht (artikel 33 en 34 Wbp). Deze
gegevens willen vragen, zoals adres, telefoonnummer of e-mail
plicht houdt in dat de bureaus na afloop van hun naspeuringen
adres en de contactgegevens van medereizigers, dan moeten zij
degene die zij hebben onderzocht daarvan op de hoogte bren
duidelijk maken dat het verstrekken van deze gegevens altijd vrij
gen. In het voorjaar van 2008 wordt het onderzoek afgerond en
willig is. Het is niet genoeg om met een sterretje in een veld aan te
zullen de resultaten bekend worden gemaakt. Het CBP zal de
geven dat invullen ervan facultatief is. Het hotel moet ook ade
bevindingen van het onderzoek doorgeven aan het ministerie van
quate informatie geven over wat er met die gegevens gebeurt en
Justitie, dat de vergunningen afgeeft aan de particuliere recherche
tot wie de gast zich moet wenden bij vragen daarover.
bureaus.
Naar aanleiding van de publicatie van de brief krijgt het CBP
Doorgifte van persoonsgegevens naar een land zonder passend beschermingsniveau
wederom veel vragen binnen over het kopiëren of scannen van id-bewijzen door bedrijven en instellingen.
Doorgifte van persoonsgegevens naar een land zonder passend
Permanente screening rechtspersonen
beschermingsniveau is op grond van de Wbp mogelijk indien
Bij het voorkomen van misbruik van rechtspersonen wil de minis
sprake is van één van de uitzonderingen van artikel 77, eerste lid
ter van Justitie overstappen van het onvoldoende effectieve pre
van de Wbp. Volgens het tweede lid van dit artikel is doorgifte ook
ventieve toezicht op doorlopende en risicogestuurde controle van
mogelijk indien de minister daarvoor een vergunning verleent,
rechtspersonen. Daarbij wordt de kring van personen over wie
gehoord het CBP. Dit betekent dat het CBP de minister adviseert.
gegevens kunnen worden vastgelegd, uitgebreid naar de leden en
Aan de vergunning kunnen nadere voorschriften verbonden wor
functionarissen van een rechtspersoon. Het blijft mogelijk ook van
den. In het kader van de administratieve lastenverlichting is in
echtgenoten en partners gegevens in de registratie op te nemen.
2007 de werkwijze ten aanzien van de advisering van een vergun
Nu met het wetsvoorstel een vorm van permanente screening
ningaanvraag met gebruik van een modelcontract beperkt. Als de
wordt beoogd, is het niet duidelijk in welke mate en in welke situ
verantwoordelijke aangeeft dat een modelcontract ongewijzigd is
aties persoonsgegevens over deze kring van personen kunnen
gebruikt en hiervoor getekend heeft, blijft controle of het model
worden verwerkt. Het CBP heeft in zijn advies over de voor
contract is gewijzigd of aangevuld achterwege. Ook de materiële
genomen wijziging van de Wet documentatie vennootschappen
toetsing blijft achterwege. De formele toetsing, zoals naar het
geoordeeld dat, gelet op de mogelijke grote inbreuk op de per
aanwezig zijn van een bevoegde handtekening en het compleet
soonlijke levenssfeer van de betrokkenen, een heldere omschrijving
zijn van de vergunningaanvraag, vindt wel plaats. Bij gewijzigde
van de gegevens of indicatoren wordt verschaft op basis waarvan
modelcontracten blijft zowel de formele als de materiële toetsing
de risicoprofielen worden opgesteld.
in stand.
>
OV-chipkaart “NS biedt mij een voordeelurenkaart aan, geplaatst op een gepersonaliseerde OV-chipkaart, voorzien van mijn pasfoto”, schrijft Johan. “Om redenen van privacy ben ik niet gediend van deze koppelverkoop. Ik heb NS gevraagd mijn voordeelurenkaart te plaatsen op een anonieme OV-chipkaart. Dat mijn pasfoto daarop zou staan vind ik geen probleem. Volgens NS kan dat echter niet. Die onmogelijkheid betwijfel ik.”
Jaarverslag 2007 > activiteiten
41
Internet Persoonsgegevens worden op heel veel manieren op het internet gepubliceerd. De negatieve gevolgen daarvan voor mensen, onder wie veel jongeren, kunnen groot zijn, bijvoorbeeld als het gaat om onbewezen verdenkingen of om details uit het persoonlijk leven. De in 2007 vastgestelde richtsnoeren van het CBP helpen verantwoordelijken te bepalen of publicatie van persoons gegevens op het internet wel of niet is toegestaan, of het nu gaat om de gegevens van iemand die een bouwvergunning aanvraagt, van een student die een kamer zoekt of van een scholier die gek doet op YouTube.
42
Jaarverslag 2007 > activiteiten
internet Richtsnoeren publicatie persoonsgegevens op internet
de richtsnoeren en stelselmatig de Wbp overtreden.
Persoonsgegevens worden op heel veel manieren op internet
citeit gegenereerd. Burgers maken ook intensief gebruik van de
gepubliceerd: via een website, in een discussieforum of in een
modelbrieven en bestoken het CBP met vragen over de publicatie
online dagboek. Publicaties op internet zijn over het algemeen
van hun persoonsgegevens op het net.
De verschijning van de richtsnoeren heeft bijzonder veel publi
wereldwijd vierentwintig uur per dag toegankelijk voor een omvangrijk en divers publiek. “Sommige persoonlijke informatie
Kinderen en internet
wil je niet je hele leven achternagedragen krijgen”, zegt Madeleine
Op 27 november 2007 heeft het CBP deelgenomen aan een druk
McLaggan. “Schoolcijfers bijvoorbeeld zijn belangwekkende
bezocht debat over Social Networking Sites en kinderen. Het CBP
gegevens voor toekomstige werkgevers”. Voor mensen van wie de
heeft tijdens dit debat toegelicht aan welke regels beheerders van
persoonsgegevens op internet staan, onder wie veel jongeren,
sociale netwerksites zich dienen te houden. Als het gaat om pro
kunnen de negatieve gevolgen groot zijn, bijvoorbeeld als het
fielen van jongeren onder de zestien jaar dienen de sites vooraf
gaat om onbewezen verdenkingen of intieme details uit het
toestemming te krijgen van de ouders. Voorts moeten de sites de
persoonlijk leven. “Internetgebruikers verkeren vaak in de veron
profielen altijd afschermen voor zoekmachines en buitenstaan
derstelling dat als ze persoonlijke informatie op het web publi
ders en de gebruikers zo goed mogelijk voorlichten over de risico's
ceren, alleen vrienden dat bekijken. Maar dat is een misvatting”,
van het publiceren van intieme informatie op internet. Het debat
aldus McLaggan.
heeft tot veel publiciteit geleid.
Het CBP heeft in 2007 een tweesporenbeleid in gang gezet. In de eerste plaats heeft het richtsnoeren ontwikkeld voor de publicatie
Ten aanzien van minderjarigen heeft het CBP zich tevens ingezet
van persoonsgegevens op internet. De richtsnoeren, waarin veel
voor striktere regels met betrekking tot online marketing. Binnen
voorbeelden zijn opgenomen, helpen iedereen die op internet
de Artikel 29-werkgroep heeft het CBP zich ingezet voor aanscher
publiceert om te beoordelen of het publiceren van persoons
ping van de concept gedragscode voor online marketing van
gegevens op internet onder de privacywetgeving is toegestaan.
Europese marketeers (verenigd in de FEDMA). De gedragscode
De definitieve versie van deze beleidsregels is op 11 december
moet volgens het CBP een expliciet verbod gaan bevatten op het
2007 in de Staatscourant gepubliceerd. In de tweede plaats biedt
verleiden van jongeren om hun persoonsgegevens en die van
het CBP op de website www.mijnprivacy.nl een pakket voor
anderen te verstrekken in ruil voor kans op een prijs of deelname
lichtingsmateriaal, tips en adviezen en modelbrieven voor bur
aan een (gratis) online game. De FEDMA heeft positief gereageerd
gers. Dit materiaal geeft aan wat burgers zelf kunnen doen om
op de voorstellen van de Artikel 29-werkgroep en hoopt de nieu
hun persoonsgegevens, of die van hun kinderen, op internet te
we gedragscode in het voorjaar van 2008 ter goedkeuring aan de
beschermen en wat zij kunnen ondernemen in geval van onrecht
werkgroep voor te kunnen leggen.
matige publicatie van hun persoonsgegevens. om bij niet-naleving van deze regels zelf actie te ondernemen
Publicatie van persoonsgegevens op internet door de overheid
grote problemen blijken te blijven bestaan, zal het CBP in 2008
In 2007 heeft het CBP onderzoek gedaan naar de manier waarop
handhavend optreden tegen bedrijven die zich niet houden aan
de gemeente Nijmegen gegevens over bouwvergunningen
Als er ondanks de helderheid over de regels en de mogelijkheid
>
Stamboom Een ver familielid van Karel heeft een stamboom samengesteld. Het is een boekwerk geworden dat teruggaat tot 1390 en ongeveer 600 bladzijden telt. Karel heeft voor het boek zijn gegevens verstrekt en het ook gekocht voor €100. Tot zover niets aan de hand. Alleen …door toeval stuit Karel op het internet op een site waarop grote delen van het boek te vinden zijn, inclusief de namen van naaste familieleden, met wie zij getrouwd zijn, hun beroep, etc. “Je kunt voortdurend doorlinken”, schrijft Karel. “Ik heb hier zo mijn bedenkingen bij. Kan dit?”
Jaarverslag 2007 > activiteiten
43
> activiteiten bekendmaakt. De gemeente publiceert integraal ingescande aan vraagformulieren voor bouwvergunningen op internet, met per soonsgegevens zoals naam, adres en woonplaats, contactgege vens, de handtekening en alle details met betrekking tot de aan gevraagde vergunning, inclusief een inschatting van de beoogde kosten. Het gaat zowel om afgeronde projecten als om lopende aanvragen en beschikkingen. Kern van het onderzoek is de vraag of de gemeente met de publicatie op internet van de integraal gescande documenten de wet overtreedt. De gemeente zou moeten volstaan met publicatie van verplichte gegevens, te weten het pand en het voornemen dat te verbouwen en hoe. Alle andere gegevens horen niet thuis op het internet. Inherent aan de publicatie op internet is immers dat onbekende derden de gegevens op allerlei manieren kunnen gebruiken, op een wijze die niet evenredig is aan het doeleinde van de publicatie ervan op internet. Het kan daarbij gaan om gebruik voor direct marketingdoeleinden als het gaat om de fysieke en elektronische contactgegevens, maar ook om het beramen en/of plegen van misdrijven als diefstal, inbraak en identiteitsfraude. Het CBP verwacht de definitieve bevindingen in dit onderzoek begin 2008 te kunnen versturen. In het algemeen geldt dat de voor een goede vervulling van een publiekrechtelijke taak noodzakelijke verstrekking van bepaalde gegevens aan een bestuursorgaan niet rechtvaardigt dat alle
bank- of girorekening op de zwarte lijst van Fraudecheck.nl stond,
gegevens automatisch ook op internet worden gepubliceerd. Dat
verscheen de waarschuwing dat voorzichtigheid was geboden.
geldt ook voor bestuursorganen die actieve openbaarmaking
Ook werd in dat geval geadviseerd de goederen af te halen en pas
overwegen in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur
bij ontvangst te betalen. De geregistreerde rekeningnummers
(Wob). Met het oog op de privacyaspecten van actieve openbaar
zouden vooral van personen zijn die op veilingsites goederen te
making zal het CBP in 2008 beleidsregels publiceren over de ver
koop aanboden maar deze na betaling via het opgegeven reke
houding tussen de Wbp en de Wob.
ningnummer niet leverden. De site bood onvoldoende waarbor gen voor rekeninghouders die ten onrechte op de lijst werden
Website Fraudecheck
geplaatst.
De website Fraudecheck.nl heeft zijn activiteiten gestaakt na con
Bedrijven, organisaties en instellingen kunnen een gerechtvaar
tact met het College bescherming persoonsgegevens. De website
digd belang hebben bij het instellen van een zwarte lijst. De cen
houder kwam tot de conclusie niet te kunnen voldoen aan de
trale vraag is hoe dat belang zich verhoudt tot de gevolgen voor
wettelijke eisen die aan een zorgvuldige verwerking van per
een individu van plaatsing op de lijst. Het vergrijp of het wange
soonsgegevens voor zwarte lijsten worden gesteld. Zonder betere
drag moet zo ernstig zijn dat plaatsing gerechtvaardigd is. De Wet
waarborgen zoals een goede klachtenregeling over de zwarte lijst
bescherming persoonsgegevens biedt handvatten voor het
kon ernstige benadeling van burgers niet worden uitgesloten. Het
gebruik van een zwarte lijst. Zonder de juiste waarborgen is een
CBP zou aan de oorspronkelijke inrichting van de zwarte lijst niet
zwarte lijst verboden. Verder is van belang dat het volgens de CBP-
de gevraagde goedkeuring hebben verleend. Meer in het alge
Richtsnoeren Publicatie van persoonsgegevens op internet niet is
meen geldt dat het publiceren op internet van verdachtmakingen
toegestaan een zwarte lijst met strafrechtelijke gegevens zonder
grote risico’s meebrengt, zeker als het gaat om burgers die oncon
afscherming op internet te publiceren, tenzij de betrokken per
troleerbaar beweringen doen over elkaars gedrag.
soon hiervoor toestemming heeft gegeven of de gegevens duide lijk zelf openbaar heeft gemaakt.
Fraudecheck.nl wilde kopers op internet beschermen tegen frau deurs op internet. Op de internetsite van Fraudecheck.nl kon iedereen een bank- of girorekeningnummer intoetsen. Indien een
44
Jaarverslag 2007 > activiteiten
Overdracht van een e-mailbox Uit de SP!TS van 12 december 2007.
Een bedrijf had per ongeluk het e-mailadres van een klant overge dragen aan een nieuwe klant. De nieuwe klant had daarna drie
“Duidelijkheid over de regels bevordert de naleving en past in een efficient
maanden lang toegang tot de mail van de oude klant. Voor de oude
handhavingsbeleid.
klant was ongevraagd een nieuw e-mailadres aangemaakt. Die was
Direct na het van kracht worden van de richstnoeren over het publiceren van
over deze onzorgvuldige gang van zaken op zijn zachtst gezegd
persoonsgegevens op internet merkten wij - aan de vele reacties en de grote
niet blij en diende een klacht in bij het CBP. Het CBP is van oordeel
publieke belangstelling - dat consumenten maar ook bedrijven, scholen,
dat het niet onmiddellijk in actie komen door het bedrijf zodra de
ziekenhuizen en anderen die persoonsgegevens op internet publiceren
fout was gemeld en het drie maanden lang in stand laten van een
de richtsnoeren meteen zijn gaan gebruiken. Ook merken wij dat in toe
situatie waarin het houderschap van een e-mailbox op goede gron
nemende mate ouders maatregelen gaan nemen om hun kinderen te
den kon worden betwist, in strijd is met de Wbp. Het daarnaast ook
beschermen tegen de vaak onomkeerbare gevolgen van het te lichtvoetig
nog eens telefonisch doorgeven van de naam en woonplaats van de
prijsgeven van hun privacy op internet.
nieuwe houder aan de oude houder wijst bovendien niet bepaald
De richtsnoeren hebben de bewustwording van de gevaren van het publi
op beveiligingsbewustzijn. Het bedrijf heeft erkend dat de klacht
ceren van gevoelige gegevens op internet, én de algemene naleving van
terecht was.
de wet nu al vergroot. Het CBP blijft de naleving van de privacyregels op internet monitoren en zal, daar waar de regels structureel niet nageleefd
Stemwijzer verbeterd
worden, èn waar sprake is van ernstige voortdurende schendingen van de
Het Instituut voor Publiek en Politiek heeft maatregelen genomen
privacy van veel mensen, zonodig handhavend optreden”.
om de IP-adressen van gebruikers van de stemwijzersite uiterlijk binnen drie maanden na afloop van de verkiezingen van 2007 te
Madeleine McLaggan
versleutelen. Daardoor is het niet meer mogelijk om de politieke voorkeuren van de gebruikers te achterhalen. Ook zijn alle histori sche IP-adressen van de verkiezingen sinds 2006 versleuteld. Het Instituut heeft zelf actie ondernomen naar aanleiding van kritische
Onbeveiligde verbinding aangepast
stukken in de media en berichten dat het CBP een onderzoek zou
Studenten die in Amsterdam of omstreken een kamer zoeken, kun
starten. Daardoor zag het CBP daartoe geen aanleiding meer.
nen zich via een website inschrijven voor studentenwoningen van enkele woningcorporaties. Bij in elk geval een van die woningbouw
Auteursrechtelijk beschermde bestanden
verenigingen is elektronische inschrijving verplicht. Bij het inschrij
In 2007 heeft het CBP een onderzoek beëindigd dat het had inge
ven worden veel persoonlijke gegevens gevraagd. Die gegevens
steld naar het door de stichting Brein inschakelen van professionele
worden via de site online verzameld. Het CBP is er in 2007 op geat
derden en/of bewerkers bij het uitvoeren van onderzoeken naar het
tendeerd dat de website daarbij geen beveiligde verbinding
onrechtmatig aanbieden van auteursrechtelijk beschermde bestan
gebruikte. Het risico bestond dat partijen voor wie die gegevens
den. Brein had aangegeven niet langer van de diensten van zulke
niet bestemd zijn daarvan kennis kunnen nemen, bijvoorbeeld door
derden gebruik te maken, waarmee de aanleiding voor het onder
het overnemen van sessies of door diefstal op internetknooppun
zoek kwam te vervallen. Het CBP heeft de stichting Brein er bij het
ten. Bovendien zal niet iedereen die zich in wil schrijven bedacht
staken van het onderzoek op gewezen dat zij op grond van de Wbp
zijn op pogingen tot ‘phishing’ – het frauduleus bij een onbeveilig
verplicht blijft personen over wie zij persoonsgegevens verzamelt
de site proberen in het bezit te komen van gegevens – in dit geval
daarover te informeren, en dat doorgifte van persoonsgegevens
uitgebreide sets van gegevens van bestaande personen. Het CBP
slechts is toegestaan indien daarop een van de uitzonderingen van
heeft de site op deze risico’s gewezen. Het invoerformulier is inmid
artikel 77 Wbp van toepassing is.
dels beveiligd met behulp van het SSL-protocol.
>
Iedereen op het net “Als je mijn naam intypt bij Google, kom je bij een site waarop staat met wie ik ben gehuwd en in welk jaar, onze geboortedata en dat van onze kinderen en hoe die heten. Ook staan op deze lijst al deze vermeldingen van alle mensen uit onze straat. Daar hebben wij nooit toestemming voor gegeven! Kan dat zomaar? En wat kunnen wij daar tegen doen?”
Jaarverslag 2007 > activiteiten
45
Organisatie In 2007 is besloten tot een koerswijziging. Teneinde zijn toezicht houdende taak met maximaal resultaat te kunnen uitoefenen, heeft het CBP in 2007 het besluit genomen om meer prioriteit te geven aan het in het voorwoord aangeduide ‘vierde spoor’: handhavend optreden. Deze koerswijziging vraagt om een organisatiemodel dat daarop is toegesneden. Om de slagvaardigheid van zijn optreden te vergroten, werkt het CBP onder meer aan interne versterking van de onderzoeksvaardigheden en van de juridische competentie.
46
Jaarverslag 2007 > organisatie
Met het organisatorisch veranderproces is in 2007 een start gemaakt. Dat gebeurt langs de lijnen van inhoudelijk gericht werken naar resultaat gericht werken; van voornamelijk vraaggestuurd werken naar proactief werken; van ad hoc behandeling van dossiers naar projectmatig werken en van intern/zaakgericht opereren naar strategisch denken gericht op extern resultaat. In 2008 zal dit proces worden voortgezet en verder geïmplementeerd.
Concrete projecten Om de uitvoering van de toezichthoudende taak te versterken heeft het CBP in 2007 sterk geïnvesteerd in het ontwikkelen en verbeteren van werkwijzen en instrumenten. Een groot aantal medewerkers heeft een cursus projectmatig werken gevolgd en de werkwijze vervolgens projectmatig ontwikkeld en geïmplementeerd. Er is een traject gestart gericht op het versterken van het handhavend vermogen van de organisatie. Hierbij horen onder meer duidelijker instructies voor het inzetten van de handhavende bevoegdheden, vastgelegd in een hand leiding, en een trainingsprogramma waarin het doen van zorgvuldig onderzoek en het verantwoord gebruiken van de aan het CBP toegekende bevoegdheden centraal staan. Daarnaast wordt gewerkt aan een model voor informatie- en risicoanalyses. Door het versterken van de informatieanalyse is het CBP beter in staat om zicht te behouden op die ontwikkelingen in de samenleving die voor het CBP relevant zijn voor de uitoefening van zijn taken. Het maken van risicoanalyses biedt beter zicht op de risico’s die zich ten aanzien van persoonsgegevens voordoen en van de mogelijkheden om die risico’s te beperken. Het CBP beschikt over beperkte capaciteit en middelen en moet derhalve keuzes maken op welk gebied en ter zake van welke feiten het deze beperkte middelen inzet. Op basis van risicoanalyses kan het CBP beter gemo tiveerd prioriteiten stellen.
Personeel en formatie De ondernemingsraad Het besluit van het CBP meer handhavend op te treden met de daarbij horende organisatorische aanpassingen heeft ook voor een volle agenda van de ondernemingsraad (OR) gezorgd. In januari is een verandermanager aangesteld. De OR heeft regelmatig met de verandermanager overleg gevoerd en heeft de bestuurder geadviseerd met betrekking tot voorstellen van de verandermanager. Daarnaast is de OR betrokken bij de voorgenomen invoering van een tijdschrijf- respectievelijk planning en controlsysteem. In het overleg met de bestuurder is voorts aan de orde geweest de uitkomst van het in december 2006/januari 2007 gehouden medewerkerstevredenheidsonderzoek. Tot slot is de OR in 2007 betrokken geweest bij de aanbestedingsprocedure om te komen tot een nieuw contract met een arbodienstverlener.
Jaarverslag 2007 > organisatie
47
Formatie Uitgangspunt voor de formatie in 2007 was: 75 fte. Gemiddeld is deze bezetting bijna gehaald: 74.46. Aan het eind van het jaar waren er drie vacatures. Werken bij het CBP is enerzijds aantrekkelijk voor goed opgeleide mensen die op het onderwerp privacy hun kennis verder willen ontwikkelen. Voor de persoonlijke ontwikkeling is een ver volgstap extern een logische. Met een zeker personeelsverloop moet dan ook steeds rekening worden gehouden. In 2007 zijn relatief veel medewerkers vertrokken die al geruime tijd bij het CBP hadden gewerkt. Het verloop was daardoor iets groter dan gemiddeld en gaf aanleiding tot zorg wat betreft het borgen van de kwaliteit en de continuïteit van het werk. Zestien mede werkers vertrokken, zeventien nieuwe medewerkers zijn in dienst gekomen. Het is niet een voudig om personeel met specifieke expertise en ervaring op de verschillende beleidsterreinen te werven. Investeren in werving en selectie en de begeleiding bij het inwerken van nieuwe medewerkers blijft noodzakelijk. formatie 2005-2007
2005
2006
2007
m
v
m
v
m
v
In dienst
0
8
5
13
3
14
Uit dienst
5
5
1
6
9
7
Bezetting einde jaar m / v
21
48
26
54
20
61
Bezetting einde jaar totaal
Fulltime
69
16
25
80
21
41
81
18
46
In tijdelijke dienst
7
18
17
Fulltime in dienst
62
62
64
Gemiddelde bezetting (fte’s)
59,6
67,59
74,46
Bezetting einde jaar totaal (fte’s)
62,5
72,6
72,10
Vacatures per einde jaar
9
3
Uitzendkrachten (fte's)
0
0,17
0,28
Stagiaires (fte's)
1,50
3,30
3,01
Interim (fte's)
0,34
0
3
Overzicht medewerkers buiten formatie
48
Jaarverslag 2007 > organisatie
1,61
Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is gestegen en ongeveer terug op het niveau 2005. In het Sociaal Medisch Team wordt periodiek afgestemd met de bedrijfsarts en de personeelsfunctionaris en zonodig gezocht naar passende oplossingen. De beleving van de werkdruk is een blijvend aandachts punt. overzicht ziekteverzuim , zwangerschaps - en ouderschapsverlof en overige personele informatie 2005-2007
2005
2006
2007
Totaal ziekte excl. zwangerschap
5,82%
3,58%
6,04%
Waarvan langdurig verzuim
2,55%
0,41%
2,40%
Ouderschapsverlof
6
9
Verlof zwangerschap/bevalling
11
2
5
7
2
1
2
Opleiding (EUR x 1.000)
105
142
141
Opleiding in % t.o.v. p-budget
2,65%
3%
2,85%
Seniorenregeling
Mandaatregeling De Regeling mandaat beheer directeur CBP en de Regeling volmacht en machtiging beheer afdelingshoofden, coördinatoren en controller CBP is vastgesteld en bekendgemaakt in de Staatscourant nr. 72, 11 april 2006. Met de Regeling mandaat beheer directeur CBP draagt de voorzitter van het CBP de dagelijkse leiding voor beheerszaken over aan de directeur van het secretariaat. In de Regeling volmacht en machtiging beheer afdelingshoofden, coördinatoren en controller CBP geeft de directeur volmacht en machtiging voor bepaalde beheerstaken aan de afdelingshoofden, coördinatoren en de controller. Het Besluit mandaat en machtiging voorzitter en andere leden CBP en het Besluit mandaat en machtiging secretariaat CBP is vastgesteld en bekendgemaakt in de Staatscourant nr. 83, 28 april 2006. De Besluiten geven individuele collegeleden en medewerkers van het CBP de bevoegd heid om bepaalde besluiten zelfstandig te nemen. Op de website van het CBP wordt eveneens een regeling gepubliceerd waarin de taakverdeling en onderlinge vervanging van de college leden is vastgelegd.
Integriteit Als toezichthouder dient het CBP toegang te hebben tot informatie bij verantwoordelijken dat als ‘staatsgeheim’ is aangemerkt. In beperkte mate dient deze informatie ook bij het CBP te kun nen worden opgeslagen. Voor het archiveren van dergelijke dossiers heeft het CBP specifieke maatregelen getroffen. Er is voorzien in een afgesloten ruimte en in kluiskasten. De notitie Beleid veiligheidsonderzoeken van december 2005 (voor beperkte kring beschikbaar), besteedt hier speciale aandacht aan. Enkele functionarissen zijn op basis van hun functie onderworpen aan een veiligheidsonderzoek (A-screening).
Jaarverslag 2007 > organisatie
49
Productie productie 2005-2007
2005
2006
Wetgevingsadvies
51
40
47
28
Gedragscodes
0
3
0
3
Reglement WPR (tot 1 sept. 2001) en WpolR
8
3
14
Wbp-meldingen vanaf 01-09-2001
4.865
4.130
3.975
4.500
97
93
100
100
Voorlichtingsverzoeken, verzoeken om advies + presentaties
637
635
524
550
Internationale zaken
62
61
80
50
Ontheffing bijzondere gegevens
2
1
1
2
Voorafgaand onderzoek
2007 Prognose
10
Gegevensverkeer doorgifte derde landen
30
38
93
25
Bemiddeling en klachten
355
394
396
400
Ambsthalve onderzoek
25
42
49
Nacontrole bij verantwoordelijke
8
41
12
Boete
9
3
0
25
Dwangsom
2
0
39
5
Bestuursdwang
0
2
0
1
Beroep
14
2
9
8
Bezwaar
6
2
5
10
Wet openbaarheid bestuur
5
4
10
5
Incasso
9
0
2
n.v.t.
Toegezonden uitspraken
10
7
8
n.v.t.
Algemene voorlichting (telefonisch spreekuur)
3.253
3.280
2.815
3.500
Algemene voorlichting (via e-mail)
3.039
2.959
3.113
3.000
Afgehandelde klachten over het CBP
16 12
14
Werkvoorraad per einde van het jaar
387
410
454
70 n.v.t.
15 n.v.t.
Toelichting op de productie Wbp-meldingen Het aantal meldingen bij het CBP voor registratie in het openbaar register begint naar de verwachte hoogte te groeien. Inmiddels maakt 67% van de melders gebruik van het meldings programma via internet. meldingen wbp, functionarissen gegevensbescherming2005-2007
50
2005
2006
2007
Meldingen Wbp in openbaar register
27.999
30.078
32.349
Functionarissen voor de gegevensbescherming
Jaarverslag 2007 > organisatie
183
195
240
Ambtshalve onderzoek en preventieve controle Ambtshalve onderzoek vindt plaats op basis van: – de gekozen beleidsterreinen/sectoren of branches die zijn opgenomen in het beleidsplan; – een ernstige klacht of een signaal uit de samenleving en – een onderzoek van de branche in een eerder jaar, waarbij verbeterpunten zijn afgesproken met de branche en/of de verantwoordelijke. Deze laatste groep van onderzoeken is vastgelegd als ‘nacontrole bij verantwoordelijke’. Er zijn in 2007 in totaal 61 onderzoeken uitgevoerd.
Boetes In 2007 is besloten om geen prioriteit te geven aan onderzoeken naar de naleving van de meldingsplicht.
Dwangsom In de prognose voor 2007 was voorzien in het ongeveer vijf keer moeten opleggen van een dwangsom naar aanleiding van de controle op de naleving van de GBA-audit. Er zijn 39 dossiers afgehandeld van gemeenten die niet tijdig aan hun verplichting hadden voldaan. Uiteindelijk was het in vier gevallen noodzakelijk om daadwerkelijk een dwangsom op te leggen.
Bezwaar en beroep Door een serieuze behandeling van heroverwegingsverzoeken is het aantal bezwaren beperkt tot de helft van het aantal dat was verwacht.
Werkvoorraad Ook het afgelopen jaar heeft het CBP de mogelijkheden voor verbetering van de efficiency onder de loep genomen. Het aantal telefonische verzoeken om voorlichting of advies is iets gedaald, maar het aantal verzoeken om voorlichting/advies via e-mail gestegen. Algemene voorlichting en vragen van burgers moeten enerzijds tot gestandaardiseerde informatie leiden die geplaatst kan worden op de website en/of in een informatieblad en anderzijds tot een snel en adequaat antwoord, waarbij de verzoeker waar mogelijk wordt verwezen naar helpdesks van een specifiek beleidsterrein. Het CBP is er voor de burger, maar is niet van de burger. Bij het reageren op vragen om voorlichting evenals op klachten en bemiddelingsverzoeken wordt geselecteerd op zaken die wat betreft maatschappelijke effectiviteit tot de beleidsprioriteiten van het CBP behoren. Voor het in behandeling nemen van verzoeken om advies dient het CBP strikt de selectiecriteria toe te passen zoals bekend gemaakt via de beleidsregels (zie Uitgangspunten en beleidsregels werkwijze CBP in de Staatscourant nr. 190 van 4 oktober 2004 en op de website van het CBP). Dit betekent dat het CBP individuele verzoeken niet altijd in behandeling kan nemen. Het CBP motiveert zijn afwijzing zo veel als mogelijk met een doorverwijzing naar een andere instantie.
Zelfregulering en certificering De door het CBP en zijn voorganger de Registratiekamer in samenwerking met marktpartijen ontwikkelde zelfreguleringsproducten bieden organisaties handvatten om aan de naleving van de Wet bescherming persoonsgegevens op een proactieve manier invulling te geven en hun administratieve bedijfsprocessen door externe privacyauditors te laten toetsen. Inmiddels worden de zelfreguleringsproducten drie jaar toegepast.
Jaarverslag 2007 > organisatie
51
Communicatie De zichtbaarheid van de toezichthouder is in 2007 wederom groter geworden. De websites worden goed bezocht en in de media heeft het CBP het afgelopen jaar veel aandacht gekregen. Het aantal abonnees van de elektronische nieuwsbrief blijft stijgen (2005: 4.617; 2006: 5.214; 2007: 5.640). Grotere bekendheid en meer publiciteit genereren ook meer vragen. Voorlichting (via de web site, via e-mail, op schrift en telefonisch) is een kerntaak van het CBP. Aan de hand van de vragen wordt de informatie over wat wel en niet is toegestaan ten aanzien van de verwerking van persoonsgegevens op de site en in informatiebladen regelmatig bijgewerkt en verfijnd. Dat betekent dat in toenemende mate vragenstellers naar die informatie kunnen worden verwezen. Zij kunnen op www.cbpweb.nl en www.mijnprivacy.nl zelf het antwoord op hun vraag vinden. aantallen e - mails en telefonische vragen
2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
4e kw 06
1e kw 07
2e kw 07
3e kw 07
4e kw 07
1430
1788
1388
1164
1549
4e kw ’06
1e kw ’07
Handel en Dienstverlening
500
607
428
377
548
Arbeid
267
310
243
211
273
Openbaar Bestuur
250
318
238
202
259
Zorg en Welzijn
2e kw ’07 3e kw ’07 4e kw ’07
152
215
189
128
168
Overige Instellingen
81
92
74
51
104
Betrokkene
64
101
92
78
80
Telecom
40
54
30
46
43
Politie en Justitie
40
61
47
45
39
Sociale Zekerheid
19
19
31
19
21
Internationale organisaties
17
11
16
7
14
Website De site neemt een prominente plaats in bij voorlichting van zowel de betrokkene (degene van wie persoonsgegevens worden gebruikt) als de verantwoordelijke (degene die persoons gegevens van anderen verwerkt). De nieuwe loot aan de website, www.mijnprivacy.nl, is eind januari 2007 in gebruik genomen. Mijnprivacy.nl richt zich in het bijzonder op het algemene publiek. De oorspronkelijke website richt zich meer op professionele gebruikers.
52
Jaarverslag 2007 > organisatie
Op 28 januari 2008, de Europese Dataprotectiedag, is mijnprivacy.nl verrijkt met een signaal functie. Door het invullen van een korte questionnaire kunnen burgers een signaal geven over een mogelijke inbreuk op het privacyrecht. De signaalfunctie heeft een tweeledig doel. In de eerste plaats wordt beoogd de betrokkenheid van het publiek met privacyvraagstukken te ver groten. In de tweede plaats kan het CBP door deze signalen te verzamelen en te analyseren gerichter besluiten een ambtshalve onderzoek in een bepaalde sector te starten. Een maand na introductie ervan hebben 84 bezoekers van mijnprivacy.nl het signaalformulier ingevuld.
Perscontacten Het CBP heeft dagelijks contact met landelijke media. Het aantal contacten is opnieuw toe genomen. overzicht perscontacten 2005-2007
Medium
2005
2006
2007
Persbureaus
63
41
39
Landelijke dagbladen
106
93
113
Landelijke radio en televisie
130
100
155
Regionale kranten
39
57
39
Regionale radio en televisie
13
40
17
(Vak)bladen
41
50
51
Online media
–
–
29
–
–
31
Overige
Totaal
392 381 474
Klachten over het CBP In de Algemene wet bestuursrecht is geregeld dat iedereen over de wijze waarop een bestuurs orgaan zich tegenover hem of haar heeft gedragen, een klacht kan indienen bij dat orgaan. Onderstaand overzicht geeft het aantal ingediende schriftelijke klachten weer met de wijze van afdoening. Eén van de klachten heeft geleid tot een vervolgklacht bij de Nationale ombudsman. overzicht klachten over het cbp 2004-2006
2005
2006
Klachten ongegrond verklaard
2
4
2007 11
Klachten gegrond verklaard
0
2
0
1
1
1
Minnelijke regeling/geen oordeel/ingetrokken/ andere wijze van afdoening/nog in behandeling
3
5
2
Klachten gedeeltelijk gegrond verklaard
Nog in behandeling per einde van het jaar
3
3
2
Totaal aantal ontvangen klachten
7
12
13
Heroverwegingen Verzoeken om heroverweging (en klachten over het CBP) worden vaak ingediend omdat de betrokkene het er niet mee eens is dat de eigen klacht geen prioriteit krijgt of dat het CBP deze niet van voldoende zwaarwegend belang acht om over te gaan tot een controlerend onderzoek. Het scherpere selectiebeleid van het CBP bij het in behandeling nemen van zaken die worden voorgelegd, heeft geleid tot meer verzoeken om een beslissing te heroverwegen. Jaarverslag 2007 > organisatie
53
overzicht heroverwegingen 2005-2007
2005
2006
2007
Heroverwegingen ongegrond verklaard
14
13
36
Heroverwegingen gegrond verklaard
5
6
3
0
1
4
Minnelijke regeling/geen oordeel/ingetrokken/ andere wijze van afdoening/nog in behandeling
3
2
1 0
Heroverwegingen gedeeltelijk gegrond verklaard
Nog in behandeling per einde van het jaar
1
4
Totaal aantal ontvangen heroverwegingen
17
25 40
Financiën begroting ( stand per 12 juli 2007 , bedragen x 1000 euro )
2007
2008
2009
2010
2011
6.147
6.050
6.056
6.055
6.055
2005
2006
2007
budgetuitgaven 2005-2007 ( bedragen x 1000 euro )
Personeel
3.875,8 4.046,7 4.782,3
Materieel
1.603,9 1.634,8 1.245,2
Aanschaffingen
170,3
20,3
50,3
92,2
n.v.t.
n.v.t.
Terugbetaalde boetes in 2005 van 2004
Totaal
4.870,8 5.701,8 6.077,8
Toelichting Het budget 2007 werd op een procent na geheel besteed. De kosten van interim advies / management waren niet begroot, maar konden toch in 2007 worden betaald, voor zover facturen werden ontvangen door het CBP. Tijdens de algemene en politieke beschouwingen over de begroting voor 2008 in de Tweede Kamer heeft de minister van Justitie in reactie op een door de Kamer aangenomen motie de toe zegging gedaan het budget van het CBP met een miljoen euro te zullen verhogen. inkomsten uit opgelegde boetes en dwangsommen 2005-2007 ( bedragen x 1000 euro )
2005
2006
2007
Inkomsten
16,8
12,6
20,3
Bezoldiging collegeleden Bij Besluit rechtspositie leden College bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2001, 382) is de bezoldiging van de voorzitter van het College vastgesteld op het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984. Voor de overige leden geldt het maximum van schaal 17. De voorzitter is op grond van artikel 22 a van het Bezoldigingsbesluit Rijksambtenaren 1984 een toeslag toegekend en een representatievergoeding op grond van het Besluit vergoeding representatiekosten rijkspersoneel. In 2007 is gestart met het opnieuw bezien van de bezoldiging van de collegeleden.
54
Jaarverslag 2007 > organisatie
Uitgaven per beleidsterrein /sector De keuzes voor inzet van de personele kosten zijn gemaakt op basis van het beleidsplan en de daarbij vastgestelde doelstellingen voor het jaar 2007. De tabel kosten per beleidsterrein/sector biedt inzicht in hoe het CBP zijn middelen heeft verdeeld over de verschillende aandachts gebieden. uitgaven per beleidsterrein / sector 2004-2006
( bedragen
x 1000 euro )
2005
2006
2007
Maatschappelijke sectoren Overheid
852
1.158
1.123
Zorg en inkomen
838
984
917
Bedrijfsleven
914
889
960
Beleidsterrein internationaal
Internationaal
122
161
217
Onderzoek
Onderzoek
862
754
888
Beheer en meldingen en openbaar register
Bestandsbeheer
322
199
302
Communicatie
Communicatie
498
480
540
Frontoffice voor de sectoren
369
515
579
Juridische Zaken
Sancties rechtsbescherming en institutionele zaken
456
512
559
Uitgaven internationale samenwerking Het belangrijkste forum voor het CBP in de eerste pijler van de Europese Unie is de Werkgroep van nationale toezichthouders als bedoeld in artikel 29 van Richtlijn 95/46/EG, die optreedt als adviseur van de Europese Commissie en als forum voor afstemming van beleid tussen de betrokken toezichthouders. Het CBP is vertegenwoordigd in onder meer de volgende sub groepen: − Justice, Freedom and Security (JLS); veiligheid en terrorismebestrijding − Employment (voorbereiding aanbevelingen inzake privacy en arbeid) − Contracts & Binding Corporate Rules (modelcontracten voor doorgiften naar derde landen) − Internet Task Force (harmonisatie handhaving en gezamenlijke handhavingsacties internet en privacy) − PNR (doorgifte passagiersgegevens) − Personal Data & RFID (toepassing begrip ‘persoonsgegevens’ bij nieuwe technologie). Het CBP heeft zitting in het Raadgevend Comité van het Verdrag van Straatsburg. Het CBP neemt op ambtelijk en collegeniveau deel aan de jaarlijkse conferentie van Europese toezichthouders op de bescherming van persoonsgegevens en de daaraan verbonden werk groepen: − Case Handling Workshops (voorheen Complaints Workshops); deze bijeenkomsten zijn spe ciaal bedoeld voor uitwisseling van best practices tussen de medewerkers van de verschil lende Data Protection Authorities en vinden twee maal per jaar plaats (in 2007 in Helsinki en Lissabon). − Working Party on Police.
Jaarverslag 2007 > organisatie
55
Het CBP neemt op ambtelijk en collegeniveau deel aan de jaarlijkse internationale conferentie van toezichthouders op de bescherming van persoonsgegevens. Het CBP neemt op ambtelijk niveau deel aan de halfjaarlijkse International Working Group on Data Protection and Telecommunications. CBP-collegeleden zijn, daarbij vanuit het CBP ambtelijk ondersteund, vertegenwoordigd in diverse toe zichthoudende organen binnen de derde pijler van de EU. Ook worden gezamenlijk audits uitgevoerd. Het betreft de volgende organen: − Gemeenschappelijke Controle-autoriteit Schengen-informatiesysteem − Gemeenschappelijke Controle-autoriteit Douane-informatiesysteem − Gemeenschappelijke Controleorgaan Europol − Controleorgaan Eurojust reisdagen internationaal overleg
2005
2006
Internet Taskforce
10
9
2007 4
Artikel 29-werkgroep (Richtlijn 95/46/EG)
42
45
61
Adviescommissie T-PD (artikel 18, dataverdrag van Straatsburg)
14
4
4
Berlijnwerkgroep (telecom)
9
0
6
Europese Case Handling Workshop
14
12
20
Europese en mondiale conferenties van privacytoezichthouders
46
48
44
Overige
34
24
30
reisdagen gemeenschappelijke controleorganen / coördinatiegroep
56
2005
2006
2007
GCA Schengen
13
11
3
GCO Europol
6
21
3
Beroepscomité
3
0
3
GCA Douane
1
6
3
GCA Eurodac
0
4
3
Jaarverslag 2007 > organisatie
Taken CBP • Deelname aan internationale fora en Europese coördinatie toezicht • Advisering over wetsvoorstellen en ontwerp-algemene maatregelen van bestuur (art. 51, tweede lid Wbp) • Toetsing gedragscodes (art. 25 Wbp) en in voorkomende gevallen reglementen • Het onderzoeken en registreren van meldingen van gegevensverwerkingen (art. 27 e.v.) • Het geven van voorlichting • Het verlenen van ontheffingen voor de verwerking van bijzondere persoonsgegevens (art. 16 Wbp) • Adviseren van de minister van Justitie over doorgifte persoonsgegevens aan derde landen (art. 77 lid 2 Wbp) • Bemiddeling en klachtenbehandeling (art. 47 Wbp) • Het uitvoeren van ambtshalve onderzoeken (art. 60 Wbp) • Het opleggen van bestuurlijke boetes (art. 66 Wbp) • Het opleggen van een dwangsom of het toepassen van bestuursdwang (art. 65 e.v.)
Jaarverslag 2007 > organisatie
57
bijlagen Organigram 2007
College
Directeur
Bedrijfsbureau
Informatiebeheer
Beleid
Controller
Onderzoek
58
Bedrijfsleven
Jaarverslag 2007 > bijlagen
Communicatie
Frontoffice
Internationaal
Overheid
Juridische Zaken
Zorg & inkomen
Pers & Website
Wetgevingsadviezen
Concept Handelsregisterbesluit 200.
Wijziging Besluit DNA-onderzoek in strafzaken
14 november 2007, z2007-01249
7 mei 2007, z2007-00474
Verkenning DNA-onderzoek in strafzaken vanuit wet
DBC-gegevensverkeer van zorgverleners naar ver
gevings- en juridisch perspectief
zekeraars
11 oktober 2007, z2007-00914
25 april 2007, z2006-00828
Wetsvoorstel Reisverbod als bijkomende straf
Wijziging Paspoortwet i.v.m. herinrichting Centrale reis-
10 september 2007, z2007-00484
documentenadministratie 30 maart 2007, z2007-00010
Aanpassing modelreglement informantenregister 16 juli 2007, z2007-00295
Wijziging Wet werk en bijstand 1 maart 2007, z2007-00016
Besluit elektronisch rolberichtenverkeer 12 juli 2007, z2007-00892
Wetsvoorstel Politiegegevens 22 februari 2007, z2007-00203
Publieke bemoeienis met particuliere beveiliging en recherche
Regeling afsluiten elektriciteit en gas van kleinverbruikers
10 juli 2007, z2007-00768
12 februari 2007, z2007-00042
Conceptbesluit Gegevens scheepvaart 2007
Wet OM-afdoening
14 juni 2007, z2007-00740
1 februari 2007, z2007-00125
Wijziging Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg
Wijziging Vreemdelingenbesluit 2000
14 juni 2007, Z2007-00577
29 januari 2007, z2007-00184
Concept wetsvoorstel Publieke Gezondheid
Wetsvoorstel Implementatie Europese richtlijn data
7 juni 2007, z2006-00781
retentie 22 januari 2007 , z2006-01542
Tijdelijke regeling Wet marktordening gezondheidszorg (WMG)
Wetvoorstel algemene bepalingen burgerservicenummer
6 juni 2007, z2007-01238
11 januari 2007, z2007-00082
Wet Identiteitsvaststelling verdachten en veroordeelden
Wetsvoorstel aanwijzingen ernstige overlast
31 mei 2007, z2007-00473
11 januari 2007, z2006-01438
Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning en Wet werk en bijstand 30 mei 2007, z2007-00639 Wijziging boek 2 Burgerlijk Wetboek, de Wet documentatie
Dit overzicht bevat de voornaamste wetgevingsadviezen van 2007. Vrijwel alle adviezen vanaf 1996 kunt u raadplegen op de website www. cbpweb.nl. Adviezen uit de periode 1991-1996 zijn ook opgenomen in de bundel Persoonsgegevens beschermd, van WPR naar WBP. Den Haag, Sdu uitgevers, 1999.
vennootschappen en de Handelsregisterwet 1996 30 mei 2007, z2007-00566 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en Besluit Omgevingsrecht (Bor) 15 mei 2007, z2007-00304 Jaarverslag 2007 > bijlagen
59
bijlagen Modelreglementen vastgesteld voor politieregisters
Aandachtsvestigingen (Stcrt. 2002, 243) Arrestanten (Stcrt. 2002, 243) Arrestatiebevelen (Stcrt. 2002, 243) Bedrijfsprocessensysteem BPS (Stcrt. 2002, 243) Bedrijven informatiesysteem en waarschuwingsadressen (Stcrt. 2002, 243) Bekeuringenafhandelingssysteem (Stcrt. 2002, 243) Beperkingen besturen motorrijtuigen (Stcrt. 2002, 243) Bureau financiële ondersteuning (Stcrt. 2002, 243) Cameratoezicht voor het tijdelijk register cameratoezicht (Stcrt. 2006,140) Fraudebestrijding (Stcrt. 2002, 243) Gegevensuitwisseling milieucriminaliteit (Stcrt. 2002, 243) Gevonden en verloren goederen (Stcrt. 2002, 243) Graffitibestrijding (Stcrt. 2002, 243) Herkenningsdienstregister (Stcrt. 2004, 124) In beslag genomen goederen (Stcrt. 2002, 243) In bewaring genomen goederen (Stcrt. 2002, 243) Inbraakbestrijding (Stcrt. 2002, 243) Informantenregister (Stcrt. 2002, 100) Informantenregister openbare orde (Stcrt. 2002, 238) Internationale rechtshulp politie (Stcrt. 2002, 243) Jeugd- en zedenzaken (Stcrt. 2002, 243) Kabinetszaken (Stcrt. 2002, 243) Meldkamer (Stcrt. 2002, 243) Milieudelicten (Stcrt. 2002, 243) Multipol (Stcrt. 2002, 243) Openbare orde informatie (Stcrt. 2002, 238) Opkopers en helingbestrijding (Stcrt. 2002, 243) Overvallenbestrijding (Stcrt. 2002, 243) Permanent autoteam (Stcrt. 2002, 243) Processen-verbaal en rapporten (Stcrt. 2002, 243) Recidive (Stcrt. 2002, 243) Rijverboden (Stcrt. 2002, 243) Schietwapen incidentenregistratie- en informatiesysteem (Stcrt. 2002, 243) Signalen van mensenhandel (Stcrt. 2002, 13) Technische recherchezaken (Stcrt. 2002, 243) Tijdelijk Register (Stcrt. 2002, 131) Vakantiecontrolekaarten (Stcrt. 2002, 243) Vandalismebestrijding (Stcrt. 2002, 243) Verdovende middelen (Stcrt. 2002, 243)
60
Jaarverslag 2007 > bijlagen
Voorlopig register (Stcrt. 2000, 198) Zware criminaliteit (Stcrt. 2000, 198)
De politie werkt voor het uitoefenen van de politietaak (artikel 1 en artikel 2 Politiewet) met politieregisters. In artikel 12, eerste lid Wet poli tieregisters is de mogelijkheid gecreëerd om een modelreglement voor een register vast te stellen, onder andere ter bevordering van eenduidig heid en een efficiënte werkwijze. Degene die een modelreglement heeft vastgesteld, kan het CBP verzoeken te verklaren dat het model naar zijn oordeel in overeenstemming is met de Wet politieregisters. Beheerders van een register hoeven dan het CBP alleen te informeren over het bestaan van een register en van het model dat daarop van toepassing is. Mochten er afwijkingen van het model zijn, dan moet vermeld worden welke dat zijn. De modelreglementen zijn beschikbaar op de website van het CBP: www.cbpweb.nl.
Gedragscodes
Er zijn geen gedragscodes goedgekeurd in 2007. Alle gedragscodes zijn te vinden op www.cbpweb.nl
Documenten in 2007 uitgebracht door de Werkgroep inzake de bescherming van persoonsgegevens (artikel 29 van Richtlijn 95/46/EG) 5 december 2007 - Joint opinion on the proposal for a
1 maart 2007 – Opinion 3/2007 on the Proposal for a
Council Framework Decision on the use of Passenger
Regulation of the European Parliament and of the Council
Name Record (PNR) for law enforcement purposes,
amending the Common Consular Instructions on visas for
presented by the Commission on 6 November 2007
diplomatic missions and consular posts in relation to the
(WP 145)
introduction of biometrics, including provisions on the organisation of the reception and processing of visa
5 december 2007 – 2nd Data Protection Day (WP 144)
applications (COM(2006)269 final (WP 134)
23 november 2007 – 8th Directive on Statutory Audits, Opinion 10/2007 by the Article 29 Working Party (WP 143)
10 januari 2007 – Recommendation 1/2007 on the Standard Application for Approval of Binding Corporate Rules for the Transfer of Personal Data (WP 133)
9 oktober 2007 – Opinion 9/2007 on the level of protection of personal data in the Faroe Islands (WP 142)
15 februari 2007 – Opinion 2/2007 on information to passengers about transfer of PNR data to US authorities.
9 oktober 2007 - Opinion 8/2007 on the level of
Annex: Short notice for travel between the European
protection of personal data in Jersey (WP 141)
Union and the United States (WP 132)
20 september 2007 - Opinion 7/2007 on data protection
15 februari 2007 – Working Document on the processing
issues related to the Internal Market Information System
of personal data relating to health in electronic health
(IMI) (WP 140)
records (EHR) (WP 131)
20 september 2007 – Opinion 6/2007 on data protection
24 januari 2007 – 1st European Data Protection Day (WP 130)
issues related to the Consumer Protection Cooperation System (CPCS) (WP 139)
9 januari 2007 – Opinion 1/2007 on the Green Paper on 17 augustus 2007 – Opinion 5/2007 on the follow-up
Detection Technologies in the Work of Law Enforcement,
agreement between the European Union and the United
Customs and other Security Authorities (WP 129)
States of America on the processing and transfer of passenger name record (PNR) data by air carriers to the United States Department of Homeland Security
Deze documenten zijn te vinden op http://ec.europa.eu/justice_home/ fsj/privacy/workinggroup/wpdocs/2007_en.htm
concluded in July 2007 (WP 138)
20 juni 2007 – Report 1/2007 on the first joint enforcement action: evaluation and future steps (WP 137)
20 juni 2007 – Opinion 4/2007 on the concept of personal data (WP 136) 15 februari 2007 – Revised and Updated Policy to promote the transparency of the activities of the Working Party established by Article 29 of Directive 95/46/EC (WP 135)
Jaarverslag 2007 > bijlagen
61
bijlagen Onderzoeksrapporten 2007
• KPN informeert abonnees met geheim nummer onvoldoende over direct marketing. Onderzoek naar beleid
• Samen onder één dak. Een gezamenlijk onderzoek van CBP en IWI naar het gebruik van persoonsgegevens in zes lokale samenwerkingsverbanden, 14 december
2007 • Zwarte lijsten detailhandel. De werking van drie Incidentenregisters en het Waarschuwingsregister van de Stichting Fraude Aanpak Detailhandel, juli 2007
• De vernietiging van geheimhoudersgesprekken. Een onderzoek naar de naleving van artikel 126aa lid 2 Sv door de tapkamers in Epe en Driebergen, oktober 2007
2006-2001 • Naleving van de informatieplicht door de sociale recherche, november 2006 • Particuliere recherche en bescherming van persoons gegevens, mei 2006. • Naleving van de informatieplicht door particuliere recherchebureaus, mei 2006. • Zorgverzekeraars, gezondheidsgegevens en privacy, mei 2006. • Bekendheid en beleving informatieplicht onder burgers. Kwantitatief onderzoek onder burgers, mei 2006. • De naleving en beleving van de informatieplicht onder organisaties in Nederland. Onderzoek onder huisartsen, onderwijsinstellingen en woningcorporaties, mei 2006.
• Uitwisseling van politiegegevens tussen de Nederlandse Antillen en Nederland, april 2006. • Reïntegratie van zieke werknemers en privacy: verkennend onderzoek bij drie reïntegratiebedrijven,
december 2005. • Reïntegratie van bijstandsgerechtigden en privacy: verkennend onderzoek bij drie reïntegratiebedrijven,
december 2005. • Landelijke zorgregistraties (verslag van oriënterend feitenonderzoek bij vijf grote landelijke registraties in de zorg), maart 2005.
• Algemene bevindingen, naar aanleiding van de onderzoeken door het CBP naar de bijzondere politieregisters van criminele inlichtingen eenheden in 2003/2004,
september 2004. • Cameratoezicht in de openbare ruimte: Onderzoek naar de inzet van cameratoezicht in alle Nederlandse gemeenten, november 2003.
62
Jaarverslag 2007 > bijlagen
omtrent ‘geheime’ nummers; bevindingen, augustus
2003. • Onderzoek naar de waarborging van de vertrouwelijke communicatie van advocaten bij de interceptie van telecommunicatie, juli 2003.
• Onrechtmatig, onbehoorlijk en onzorgvuldig. De verwerking van persoonsgegevens door een handelsinformatiebureau voor rapportage van verhaalsinformatie,
april 2003. • Sociale diensten: bijstandsdossier en privacy, februari 2002. • Privacy bij wetenschappelijk onderzoek en statistiek. Kader voor een gedragscode, mei 2002. • Elektronische overheid en privacy, december 2001. • Onrechtmatige handelswijze van een handelsinfor matiebureau, mei 2001. Rapporten kunt u doorgaans raadplegen op de website: www.cbpweb. nl (onder publicaties).
Achtergrondstudies en verkenningen 1994 – 2007
In de serie Achtergrondstudies en verkenningen zijn verschenen:
mr. drs. J.H.J. Terstegge, Goed werken in netwerken. Regels voor controle op e-mail- en internetgebruik van werknemers. A&V 21; tweede druk, herzien door drs.
drs. R.R.A. Beugelsdijk, RFID, veelbelovend of onverantwoord? Een bijdrage aan de maatschappelijke discussie
S. Lieon, College bescherming persoonsgegevens, Den Haag 2002
over RFID. A&V 29, College bescherming persoonsgege
vens, Den Haag, 2006
dr. R. Buitenhuis, drs. N.G.M. van Campen, drs. W.J. van Helden en dr. H.H. de Vries , Bankverzekeraars en
mr. A.H.C.M. Smeets, Camera's in het publieke domein.
privacy - Gegevensverwerking in financiële conglomera-
Privacynormen voor het cameratoezicht op de openbare
ten. A&V 20; Registratiekamer, Den Haag 2000
orde. A&V 28, College bescherming persoonsgegevens,
Den Haag, 2004 drs. S. Lieon, mr. M. Th. van Munster-Frederiks, De
drs. W.J. van Helden, Herkomst van de klant. Privacyregels voor etnomarketing. A&V 19, Registratiekamer, Den Haag 2000
zieke werknemer en privacy. Regels voor de verwerking van persoonsgegevens van zieke werknemers. A&V 27;
tweede, geheel gewijzigde druk, herzien door mr. S. van de Velde en mr. drs. A.G.I. Terhorst, College bescherming persoonsgegevens, Den Haag 2008 mr. drs. T.F.M. Hooghiemstra, Privacy bij ICT in de zorg. Bescherming van persoonsgegevens in de informatie-
mr. R.W.A. Wishaw MS, De gewaardeerde klant. Privacy regels voor credit scoring. A&V 18; Registratiekamer, Den Haag 2000 mr. M.J.T. Artz en mr. M.M.M. van Eijk, Klant in het web. Privacy waarborgen voor internettoegang. A&V 17; Registratiekamer, Den Haag 2000
infrastructuur voor de gezondheidszorg. A&V 26; College
bescherming persoonsgegevens, Den Haag 2002
mr. J. de Zeeuw, Informatieverstrekking door de fiscus, ontheffing van de geheimhoudingsplicht in het licht van
dr. J.A.G. Vermissen, mr. drs. A.C.M. de Heij,
privacywetgeving. A&V 16; Registratiekamer, Den Haag
Elektronische overheid en privacy. Bescherming van per-
1999
soonsgegevens in de informatie-infrastructuur van de overheid. A&V 25; College bescherming persoonsgege
mr. M.M.M. van Eijk, drs. W.J. van Helden, Klant te koop. Privacyregels voor adressenhandel. A&V 24; Registratiekamer, Den Haag 2001
dr. R. Hes, mr. drs. T.F.M. Hooghiemstra, drs. J.J. Borking, At face value - on biometrical identification and privacy. A&V 15; Registratiekamer, Den Haag 1999. With contributions from: P.J.A. Verhaar, T.G.A. van Rhee and H.A.M. Luiijf (TNO Physics and Electronics Laboratory - The Hague).
G.W. van Blarkom RE en drs. J.J. Borking, Beveiliging van persoonsgegevens. A&V 23; Registratiekamer, Den Haag 2001
mr. M.J.T. Artz, Koning Klant. Het gebruik van klantgegevens voor marketingdoeleinden. A&V 14; Registratiekamer, Den Haag 1999
dr. J.A.G. Versmissen, Sleutels van vertrouwen. TTP's, digitale certificaten en privacy. A&V 22; Registratiekamer, Den Haag 2001
drs. J.J. Borking, mr. B.M.A. van Eck en P. Siepel, Intelligent Software Agents and Privacy. A&V 13; Registratiekamer, Den Haag 1999
vens, Den Haag 2002
mr. drs. T.F.M. Hooghiemstra, Privacy & managed care. A&V 12; Registratiekamer, Den Haag 1998
Jaarverslag 2007 > bijlagen
63
bijlagen dr. R. Hes en drs. J.J. Borking, Privacy Enhancing Technologies: the path to anonimity. Revised edition. A&V 11; Registratiekamer, Den Haag 1998
Richtsnoeren 2007
Publicatie van persoonsgegevens op internet, december
drs. J.J. Borking, mr. M.J.T. Artz en mr. L. van Almelo,
2007
Gouden bergen van gegevens. Over datawarehousing, datamining en privacy. A&V 10; Registratiekamer, Den
Publication of personal data on the Internet, December
Haag 1998
2007
mr. C.G. Zandee, Doelbewust volgen. Privacy-apecten van cliëntvolgsystemen en andere vormen van gegevensuitwisseling. A&V 9; Registratiekamer, Den Haag 1998
Brochures
mr. J. de Zeeuw, Informatiegaring door de fiscus Privacybescherming bij derdenonderzoeken. A&V 8; Registratiekamer, Den Haag 1998
Tien Gouden Regels voor verwerking van persoons gegevens door de sociale dienst, januari 2007 Functionaris voor de gegevensbescherming. Een hand
mr. dr. P.C. Ippel, Gegeven: de genen. Morele en juridi-
reiking herziene versie, januari 2007
sche aspecten van het gebruik van genetische gegevens.
A&V 7; Registratiekamer, Den Haag 1996
Gedragscodes. Bescherming van persoonsgegevens door zelfregulering, oktober 2002
mr. H.J.M. Gardeniers, Chipcards en Privacy. Regels voor een nieuw kaartspel. A&V 6; Registratiekamer, Den Haag 1995
Third countries. Transfers of Personal Data to Countries outside the European Union, september 2002
ing. H. van Rossum, Privacy-enhancing technologies: the path to anonymity, volume I and II. A&V 5; Registratiekamer, Den Haag 1995. In 1998 verscheen een vernieuwde versie van deze studie, A&V 11.
Derde landen. De doorgifte van persoonsgegevens naar
mr. drs. A.F. Rommelse, Zwarte lijsten. Belangen en effecten van waarschuwingssystemen. A&V 4; Registratiekamer, Rijswijk 1995
Wet bescherming persoonsgegevens. Over de bescher-
landen buiten de Europese Unie, september 2002 Privacy: checklist voor de ondernemingsraad, april 2002
ming van uw persoonlijke gegevens, augustus 2001 Mag het een bitje minder zijn? Over Privacy Enhancing
mr. drs. A.F. Rommelse, Ziekteverzuim en privacy.
Technologie, april 2001
Controle door de werkgever en verplichtingen van de werknemer. A&V 3, Registratiekamer, Rijswijk 1995
Doe het zelf met privacy. Een toelichting op de Audit Aanpak, 2001
drs. J.P.M. van Casteren, Bevolkingsgegevens: wie mag ze hebben? Verstrekking van gegevens uit de GBA aan vrije derden. A&V 2; Registratiekamer, Rijswijk 1995
mr. B.J.P. Hulsman en mr. dr. P.C. Ippel, Personeelsinformatiesystemen - de Wet Persoonsregistraties toe gepast. A&V 1, Registratiekamer, Rijswijk 1994
64
Jaarverslag 2007 > bijlagen
Informatiebladen Laatste geactualiseerde versies Informatiebladen voor de betrokkene:
Informatiebladen voor de verantwoordelijke:
Als de politie gegevens over u vraagt, december 2006
Als de politie u vraagt persoonsgegevens te verstrekken,
Als u gefilmd wordt met een videocamera, februari 2005
december 2006
Bemiddeling door het CBP inzake uw gegevens, decem ber 2006 Bewaartermijnen van uw persoonsgegevens, november 2007 Camera's op de werkplek, oktober 2007 Correctie van uw persoongegevens, december 2006 De GBA en uw persoonsgegevens, december 2006 Doorgifte van uw gegevens naar derde landen, juni 2004 Functionaris voor de gegevensbescherming, juni 2004 Gebruik van kentekengegevens en uw privacy, april 2005 Geheimhouding van uw medische gegevens, juni 2005 Inzage in uw persoonsgegevens, februari 2007 Nummeridentificatie bij telefoonverkeer, maart 2007 Omgang met uw medische gegevens, december 2006 Opnemen van uw telefoongesprekken op de werkplek, juni 2004 Rechten van de betrokkene, februari 2007 Sociale dienst en uw persoonsgegevens, maart 2007 Tegengaan ongevraagde reclame, oktober 2007 Toetsen van uw kredietwaardigheid (creditscoring), december 2006 Uw gegevens bij de politie, oktober 2004 Uw gegevens op een zwarte lijst, november 2006 Uw klacht en het CBP, maart 2007 Uw personeelsdossier, oktober 2007 Uw persoonsgegevens beveiligd, september 2003 Uw rechten als patiënt, juni 2005 Uw recht op informatie, februari 2007 Verstrekken van uw gegevens uit ledenadministratie, maart 2004 Verstrekken van uw personeelsgegevens, september 2004 Verstrekken van uw persoonsgegevens, december 2006
Als u mensen filmt, februari 2005 Bemiddeling door het CBP inzake uw verwerkingen,
december 2006 Bewaartermijnen van persoonsgegevens in uw bestanden,
oktober 2007 Bieden van correctie in persoongegevens, december 2006 Camera's op de werkplek, oktober 2007 De GBA en het gebruik daarvan, februari 2006 Doorgifte naar derde landen inzake uw gegevensverwerkingen, november 2004 Functionaris voor de gegevensbescherming, juni 2004 Gebruik van klantgegevens bij direct marketing, oktober
2007 Geheimhouding van medische gegevens, juni 2005 Geven van inzage in persoongegevens, februari 2007 Informatie delen in samenwerkingsverbanden, oktober
2007 Informatieplicht, februari 2007 Klachtenbehandeling door het CBP, december 2006 Melden en vrijstellingen, april 2004 Opnemen telefoongesprekken op de werkplek, juni 2004 Personeelsdossiers, november 2007 Rechten van de betrokkene, februari 2007 Rechten van uw patiënt, december 2006 Uw omgang met medische gegevens, december 2006 Verstrekken van gegevens uit uw ledenadministratie,
maart 2004 Verstrekken van personeelsgegevens aan derden,
september 2004 Verstrekken van persoonsgegevens, december 2006 Voorafgaand onderzoek, november 2007 Vrijwillig meewerken door telecommunicatieaanbieders met politie en justitie, februari 2007 Zwarte lijsten, juni 2004 Publicaties van het CBP kunt u inzien en/of downloaden van de web sites www.cbpweb.nl en www.mijnprivacy.nl. Voor het toezenden van gedrukte publicaties kunnen administratie- en verzendkosten in reke ning worden gebracht.
Jaarverslag 2007 > bijlagen
65
bijlagen Publicaties en presentaties in 2007 Een selectie Tweesporenbeleid op weg naar een betere bescherming
Privacy and public safety, a European perspective., tekst
van persoonsgegevens., Madeleine McLaggan-van Roon
Privacy onder vuur. Bespied van alle kanten, Jacob
van de speech van Jacob Kohnstamm tijdens de 29e Internationale Conferentie van Toezichthouders op de bescherming van persoonsgegevens in Montréal, 26 september 2007
Kohnstamm en Lynsey Dubbeld (Het Goede Leven, 21 december 2007)
Je moet de ander altijd wantrouwen. Jacob Kohnstamm
(Informatiebeveiliging, december 2007)
(Balie Bulletin, september 2007) Tieners en Privacy in online sociale netwerken. Debat op
Social Networking Event, 27 november 2007
Nederland Controlestaat. Jakob Kohnstamm,
Strategie, BCR’s, Employee Monitoring en Internet.
Lynsey Dubbeld en Hanneke Schmeets (Trouw, 30 juni 2007)
Presentatie door Madeleine McLaggan en drie beleids medewerkers voor het EPON (European privacy officers network) in Den Haag, 14 november 2007
Studiedag van de Koninklijke Vereniging van
Studiedag Landelijke Klachtencommissies onderwijs.
Herorientatie privacybeleid van de gemeente. Deelname
Lezing door Jannette Beuving in Den Haag, 7 november 2007
door Jacob Kohnstamm aan debat op het stadhuis van Amsterdam, 25 mei 2007
Veiligheid en Privacy. Speech van Jacob Kohnstamm
Is privacy de schuilplaats voor de kindermishandelaar?
tijdens het congres Veiligheid en Privacy in Den Haag, 1 november 2007
Debat tijdens expertbijeenkomst georganiseerd door CBP en Inspectie Jeugdzorg te Utrecht, 23 april 2007
Veiligheid en Privacy. Een zoektocht naar een nieuwe
Cursus Informaticarecht aan de Grotius Academie.
balans. E.R. Muller, H.R.B.M. Kummeling en R.P. Bron
Jannete Beuving te Utrecht, 5 april 2007.
Archivarissen. Lezing in Arnhem, 30 mei 2007
(Boom Juridische uitgevers, november 2007) Privacy op de werkplek. Inleiding voor de Privacy van patiënt moet beter worden beschermd.
Jannette Beuving (Arts & Auto 16 – 2007, oktober 2007, pag. 24)
Postacademische leergang Arbeidsrecht van de VU te Amsterdam, 1 februari 2007 Privacygedragscode loopt af. Madeleine McLaggan
De glazen samenleving in zicht. Lynsey Dubbeld en Jacob
(InFinance nr. 18 – 2007, pag. 19)
Kohnstamm, (NJB 2007 / 37 van 19 oktober 2007, pag. 2369)
Het BSN in de zorg; de zwakke plekken. Victoire Lucieer
(Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2007 nr.1) Het CBP en de Wbp. Presentatie bij het Verbond van
Verzekeraars in Den Haag, 8 oktober 2007 Interview met Madeleine McLaggan (Connecties nr. 3,
oktober 2007) Landelijke registraties. Jaqueline Krabben (Handboek
privacy in de gezondheidszorg, aanvulling 64, oktober 2007)
66
Jaarverslag 2007 > bijlagen
Jaarverslag 2007 > bijlagen
67
Convenience… It’s true, why do things the hard way? A world without GSM, the Internet, bankcards and credit cards is barely possible to imagine any more. Today, literally anything can be researched, ordered and paid for completely independent of time or place. This saves time and opens up whole worlds that were previously reserved for just the lucky few.
68
Jaarverslag 2007 > preface
preface However, this technological development, which is beneficial in many respects, also creates an almost diabolical dilemma: in exchange for convenience, we all unavoidably leave digital footprints of all our movements, often without being aware of this at all. Because, technically, all these footprints are or can be saved and combined endlessly, we are now living in an open society in which even precious and vulnerable events from our private lives are or can be used, misused and disclosed. If this information is also used in situations in which there is some inequality of power – such as between the government and citizens or the business sector and consumers, but also between stronger and weaker citizens – this can have major consequences. This is not an imaginary danger, but rather an underestimated one. Identity fraud (already the biggest crime-related cost item in the US) is a clear example, as are discriminatory assessment and unequal treatment (sometimes also solely on statistical grounds) or the freezing of personal development opportunities and wishes. The ultimate consequence of this is undermining of trust in each other and in public and private institutions. Contrary to what is often alleged, the worth of the principle of privacy protection transcends the interest of the individual, the family or the community. Ultimately, this principle of protection relates to society as a whole, to the collective interest served by the actual respect given in practice to boundaries that the legislator has imposed to this end. These boundaries are, broadly speaking, as follows, do not collect data before you have established that it is necessary to do so; in principle, do not use the data collected for a purpose other than the purpose for which they were originally collected; and, in any case, always handle the data collected with all due care and respect. Of course, firstly and most importantly, the obligation to comply with these legal requirements lies directly with the parties that collect and process data. Added to this, a low-threshold access to the courts has been created for individual citizens, making it possible for them to stand up for themselves where they have sustained damage or loss as a result of the violation of statutory obligations. However, precisely because compliance with legislation involves a collective interest, which cannot be sufficiently safeguarded by individual private parties alone, the legislator has created an independent supervisory authority, the Dutch Data Protection Authority (Dutch DPA) [College bescherming persoonsgegevens (CBP)]. To this end, the Dutch DPA has been granted competences that include powers geared towards enforcement. Where necessary, we are able to enforce investigations into compliance with legislation and, where violations are established, can apply administrative coercion, including the imposition of the corresponding sanctions. One question that we - just as any organisation funded by the government - regularly have to ask ourselves is how we can perform the supervisory task allotted to us in a way that enables us to achieve the best possible result. In other words: how can we make an effective contribution to the prevention and combating of identity fraud, and the misuse and unlawful use of personal data? Since 1998, the Registratiekamer [the former Data Protection Authority] and the current Dutch DPA have answered this question by formulating four different programme aspects: promoting awareness, promoting the development of standards, keeping track of technological developments and taking enforcement action where appropriate. In the last year under review, we decided to change course and to shift our priority to what was previously the fourth aspect. Given the current state of privacy legislation, the Dutch DPA
Jaarverslag 2007 > preface
69
will concentrate on carrying out investigations and enforcement actions – the core task of any independent supervisory authority – to ensure a more effective promotion of the awareness of standards, and a stronger, more efficient enforcement of the compliance with legislation. Of course, enforcement action must be preceded by clarity on the standards underlying our action. In order to be able to achieve this change in course geared towards standards, investigation and enforcement, and given the budget allocated to us, we will give priority, as regards requests for help and assistance, to serious violations of a structural nature and to violations which entail major consequences for a substantial number of citizens or for groups of citizens. However, we will do our utmost to help citizens and organisations that would previously have requested and received advice or help from us to gain an overview of the rights and obligations arising for them from the Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) [Dutch Data Protection Act] themselves, so that they themselves can take whatever action is necessary. To this end, we will invest further in the content of our two websites. The www.mijnprivacy.nl website, in particular, contains the information that individual citizens need in order to take action themselves in cases where their rights are being infringed. The www.cbpweb.nl website contains information that organisations and professionals can use if they have questions about the rights and obligations arising from legislation. In other words: as a supervisory authority, to exercise the maximum influence possible on compliance with the statutory provisions entrusted to our supervision, we started to intensify general information policy last year, putting citizens, professionals and organisations in a better position to be aware of and comply with (or ensure compliance with) their rights and obligations. We also started to give priority to the tasks falling upon an efficient and effective supervisory authority: investigating how compliance with the relevant statutory provisions is being observed and, when a violation is identified, taking enforcement action. The annual report before you will show that this change in course has been successful in the last year under review!
J. Kohnstamm chairman
70
Jaarverslag 2007 > preface
summary
2007 summarised Compliance with the Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) [Dutch Data Protection Act] is not only in the interest of individual citizens. Respect for individual privacy also serves a collective interest: a society in which we can assume that our personal data will not be misused, making it possible to trust the government, companies, institutions and each other. In 2007, in order to make a stronger and more visible contribution to the protection of this collective interest, the Dutch Data Protection Authority (Dutch DPA) [College bescherming persoonsgegevens (CBP)] decided to place more emphasis on the use of supervisory investigations for the enforcement of statutory rules in its work. Priority is being given to dealing with serious violations of a structural nature, with an adverse impact on large groups of citizens. Through the enrichment and broadening of general information on the Dutch DPA website, citizens are encouraged and helped to resolve their problems themselves and also, where necessary, to take action themselves. Jaarverslag 2007 > summary
71
Large-scale data collection and processing was high on the agenda of the Dutch DPA in 2007, just as it has been in other years. At a European level, areas of concern included the collection of data on passengers flying from Europe to the United States and on passengers within the EU. At a national level, privacy problems in relation to the OV- chipkaart (digital transport pass) and the Elektronisch Patiëntendossier (electronic patient file) are salient issues. These and other subjects will be discussed briefly below in a selection from the activities undertaken in 2007.
International collaboration The Dutch DPA co-operates with other national data protection authorities at a European and international level. At a European level, the Netherlands plays an active role in the working group of EU data protection authorities, the so-called Article 29 Working Party (WP29). In 2007, the WP29 had serious discussions on the proposal by the European Commission, which followed the PNR agreement with the United States, to collect passenger data within the EU as well, with the object of combating international crime and terrorism. Jacob Kohnstamm, Chairman of the Dutch DPA, stated that this was contrary to Article 8 of the ECHR. News can also be reported in the field of financial data traffic. More in particular, this concerns SWIFT, the company that facilitates international transfers for banks. In 2007, reports in the media made it clear that SWIFT stores back-up data on account holders in the United States and that the authorities in the US can demand access to these data. Contrary to their obligation in this respect, banks had not informed their customers of this fact. Following the threat of enforcement by the Dutch DPA, banks in the Netherlands finally decided to inform their account holders of the transfer of their data. In a WP29 context, following coordinated action by all national data protection authorities, SWIFT indicated that it will open a data storage office in Switzerland in 2009, as such resolving the problem of the provision of data on intereuropean transfers to the US. In terms of police and the judicial authorities, the European supervisory authorities point to the ongoing need for a high level of protection for personal data exchanges for investigation purposes. The Dutch DPA regularly takes part in the joint supervisory data protection authority activities at a European Union level, in relation to collaboration between the police and judicial authorities.
National collaboration Co-operation with other supervisory authorities and organisations involved in data processing leads to more efficient supervision of compliance with the statutory rules that protect personal data, and also contributes to the broadening of support for privacy protection. In April 2007, the Dutch DPA worked with the Inspectie jeugdzorg [Youth Care Inspectorate] to organise a round table conference on the obstacles that privacy legislation would create for the exchange of data by welfare agencies in the battle against child abuse. It was found that there were not actually any obstacles. This shared view on the part of representatives of a large
72
Jaarverslag 2007 > summary
summary number of professional parties involved in the field of youth care was communicated to the Minister for Youth and Family, linked to proposals for the exchange of data that can make a fundamental contribution to efforts to combat child abuse. As regards the processing of personal data in the healthcare sector, delineation agreements were made with the Nederlandse Zorgautoriteit [Dutch Care Authority] and an investigation was conducted into the protection of patient data together with the Inspectie voor de Gezondheidszorg [Healthcare Inspectorate]. Other joint projects in 2007 involved the retention obligation for traffic data, the use of the burgerservicenummer (BSN) [citizens service number] by the business sector and the joint use of personal data by the Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) [Centre for Work and Income], the UWV [a body implementing employee insurance schemes] and municipalities. In 2007, the network of functionarissen voor de gegevensbescherming (FGs) (data protection officers), the independent internal regulator for companies and organisations, was further expanded. The Dutch DPA has an annual meeting with the professional organisation for FGs. In the process initiated in 2006 by the Dutch Parliament, the object of which is to create a National Institute of Human Rights: in April 2007, the four organisations that would participate in this institute published a memorandum on how the organisation could be launched. The Minister of the Interior and Kingdom Relations has not decided on this proposal yet.
Public administration The BSN [citizens service number] was introduced at the end of November 2007. This marks the start of a new phase for the Dutch DPA. At the BSN management facility, a personal public service point will be created, which local authorities and citizens can approach with any questions they may have. As the authority responsible for supervision of the careful handling of personal data, the Dutch DPA is the authority with competence to intervene in the event of real problems with implementation of the Act. The Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) [municipal personal records database] contains the personal data of all individuals registered in a specific municipality. This administration forms the basis for the implementation of many government tasks. It is very important that data are correct and that they are protected properly. The municipalities are obliged to perform audits once every three years. Following the announcement by the Dutch DPA that it would take enforcement action where municipalities failed to fulfil their audit obligation, or failed to do so on time, an improvement in municipality compliance with the statutory obligation applicable was observed in 2007 in comparison with previous years. Last year, the Dutch DPA imposed an order for periodic penalty payments on four municipalities. At the end of 2007, at the request of the Senate, the Dutch DPA issued advice on a legislative proposal that would extend the powers that the intelligence and security services, in their efforts to combat terrorism, have in obtaining data on travelling, payment traffic and Internet use by citizens. The Dutch DPA believes that the need for these measures in addition to the many measures already in existence has not been demonstrated and considers that the consequences of this data analysis for individual citizens, but also for responsible parties and the services involved, have not (or not sufficiently) been recognised.
Jaarverslag 2007 > summary
73
The Dutch DPA also expressed its criticism of the proposal for a verwijsindex risicojongeren (VIR) (national reference index of young people at risk). The Dutch DPA agrees wholeheartedly with efforts to achieve better and faster help for children and young people with problems, but it is not yet clear whether the sole objective of the reference index is the provision of assistance, or whether its aim is also to help maintain public order. Complete clarity about key terms and criteria is necessary.
Police and the judicial authorities Safety and privacy are both vital for citizens. However, all too often in public debate, these values are, rather simplistically, construed as opposing values. To help put the discussion back on course, the Dutch DPA, in collaboration with the Ministry of Justice and the Ministry of the Interior and Kingdom Relations, commissioned research into the identification of the most appropriate balance between the efforts to achieve a safe society and the efforts to safeguard the right to privacy. The resulting external research report, with guidelines for more effective dialogue, was presented at a symposium on 1 November 2007. In situations where the police tap telephone calls in the context of criminal investigations, conversations between lawyers and their clients are often recorded too. These conversations with holders of confidential information entitled to privilege must be erased as soon as possible. A Dutch DPA investigation of the national wiretapping rooms shows that this does not happen correctly or on time in far from all cases. The Public Prosecution Service has announced that measures for the improvement of this situation will be implemented. In recommendations on proposed new legislation, or other regulations in the field of criminal law, the Dutch DPA regularly raises the following question: has it been demonstrated that the regulations in question are really necessary? Is it clear that existing or previously proposed statutory possibilities fall short? For example, in the opinion of the Dutch DPA, in the light of improved identification possibilities in the future, the Minister of Justice has provided insufficient justification for the proposal for a central database for the storage of the identity of all suspects and convicted offenders. And do the plans by the police, the Public Prosecutions Department and the Koninklijke Marechaussee (KMar) [Royal Netherlands Military Constabulary] to record the registration number of all motorists entering Amsterdam via the Utrechtse brug, regardless of whether they have a clean record or not, really contribute to a safer society?
Work and social security Citizens do not automatically become suspects simply because they receive benefit or housing benefit. In the 'Waterproof' project, old-age pensioners and recipients of a social assistance benefit in 65 municipalities in Friesland, Groningen and Drenthe were checked for fraud based on data on their water consumption and the water contamination surcharge. The data obtained were also used to check fraud with housing benefit. The Dutch DPA investigated this linking of computer files and ruled it unlawful. It is important to combat benefit fraud, but monitoring based on the linking of computer files is only permitted on the basis of sound risk analysis, since this makes it possible to show that it is necessary to further monitor a group of citizens at a high risk of entering the fraud zone. As a result of the Dutch DPA ruling, the Sociale
74
Jaarverslag 2007 > summary
summary Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) [Social Security and Investigation Service] is now working on the development of risk analyses using Privacy Enhancing Technology (PET). In this way combating fraud and the protection of personal data seem to be able to go hand in hand. Another way of uncovering benefit fraud is covert observation by social security investigators. The processing method used for the personal data connected with these activities has been laid down in a process description approved by the Dutch DPA. Research in 2006 showed that compliance with the obligation to inform citizens of the fact that they had been observed left something to be desired. The process description was then tightened up in 2007. In the event of a transition to a occupational health and safety service provider, can the former service provider transfer employees’ records to the new service provider without this being provided for by law? The Dutch DPA ruled ‘no’ in 2006. Further to indications from the field that this view caused problems, the Dutch DPA did research in 2007 to ascertain whether a different approach is possible within the existing statutory frameworks. This led to an outcome whereby transfers were made subject to a distinction between data that are not subject to medical professional secrecy and data that are. In the first case, the data may be transferred. In the second case, data may only be transferred under certain conditions. The Dutch DPA also examined the standard provision of data by the UWV to all current employers on the occupational disability history of a new employee, as a result of which the UWV will now only do this where the employer in question has a specific, direct and vested interest in doing so.
Healthcare The Dutch DPA issued a critical advice on a draft legislative proposal that provides for the introduction of an electronic patient file. In the opinion of the Dutch DPA, making patient files available to all care providers is far too risky, partly with a view to the protection required for particularly sensitive personal data. With the exception of emergency situations, only care providers with a treatment relationship with a patient ought to have access to the record in question. If this is not the case, there is a risk that unauthorised parties will misuse or misappropriate the medical data. In 2007, the Dutch DPA also issued a negative advice on making the elektronisch kinddossier jeugdgezondheidzorg (electronic child record for the youth healthcare sector) compulsory in the legislative proposal that relates to youth healthcare and infectious diseases. The need for the central electronic storage of data had not been substantiated sufficiently. The Cabinet has since said that it is no longer seeking to create a central electronic child record and that it is looking for other ways to exchange communications in the youth healthcare sector. The Dutch DPA has made agreements with the Minister for Health, Welfare and Sport on the application of Privacy Enhancing Technologies when using data in the DBC information system and for the purpose of risk equalisation in the context of the Zorgverzekeringswet (Zvw) [Health Care Insurance Act].
Jaarverslag 2007 > summary
75
Trade and services Following the announcement by the Dutch DPA that it would take enforcement action against the unlawful combined storage of the name and address details of travellers and their travel data, the public transport companies would seem to have finally recognised that the OVchipkaart has side effects that are contrary to the Wbp. In 2007, in a pilot on the Amsterdam metro network, research was done into the impact of the card, which ended with the conclusion that the OV-chipkaart system is being used unlawfully. The Gemeentevervoerbedrijf (GVB) [Municipal Transport Authority] and other public transport companies have now undertaken to bring practice in line with the Wbp. In the technical design for data storage, a distinction will be made between name and address details on the one hand and travel movements on the other hand. As a result, the risk of the unlawful monitoring of individual people’s travel behaviour will be limited considerably. In 2004, the Stichting Fraude Aanpak Detailhandel (FAD) created an alert system consisting of a central database – a black list – containing the personal data of all members of staff who have committed serious offences. Employers can consult this database before employing an applicant. The Dutch DPA approved this objective. In 2007, an investigation was conducted into the impact of this system. Amongst other things, this investigation showed – entirely contrary to the boundaries indicated by the FAD itself at the time – that not only individuals who had committed serious offences had been entered onto the database, but also many – often young – employees who were guilty of relatively minor offences. In many cases, these individuals had not been informed of their registration either. The Dutch DPA issued an announcement for enforcement action, in order to ensure that the alert system will be used in accordance with the information provided by FAD in 2004 and the protocol approved on this basis. Further actions by the Dutch DPA concerned a very wide range of different subjects: camera surveillance in changing rooms at swimming pools, the registration of hotel guests, the permanent screening of legal entities, compliance with the obligation to disclose information by private detective agencies and the provision of personal data to countries without a sufficient level of protection.
The Internet Personal data are published on the Internet in a large number of different ways and are generally accessible worldwide, 24 hours a day, for an extensive and diverse public. There can be unexpectedly serious consequences for Internet users – amongst whom are many children – whose personal data are on the web. In 2007, the Dutch DPA developed and published guidelines in order to clarify what is permitted and what is not when publishing personal data on the Internet. The individuals responsible can use these guidelines to assess whether publication of personal data on the Internet is permitted. A large amount of information material has also been published on the Dutch DPA site. As regards minors, the Dutch DPA takes a proactive stance in providing the rules applicable for social networks and for online marketing. The government also makes use of the Internet. In 2007, the Dutch DPA conducted an investigation into how the municipality of Nijmegen publishes data on planning permission. Complete scanned copies of application forms were published on the net, containing not only
76
Jaarverslag 2007 > summary
summary data on the property in question and on the alterations proposed, but also personal data on the applicant, including his/her signature. In the opinion of the Dutch DPA, the municipality must only publish compulsory data on the Internet – on the property in question and the alterations proposed. The proper performance of a public-law task does not justify a situation where an administrative body automatically publishes all data on the Internet. The Dutch DPA will also publish guidelines on the privacy aspects of active public disclosure in the framework of the Wet openbaarheid van bestuur (Wob) [Government Information (Public Access) Act] in 2008.
Jaarverslag 2007 > summary
77
COLOFON Jaarverslag 2007 © College bescherming persoonsgegevens, Den Haag, april 2008 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het College bescherming persoonsgegevens. Dit jaarverslag is tot stand gekomen met inbreng van vele CBP-medewerkers. Eindredactie: P.T.C. Hoefer-van Dongen Bijlagen en productie: M.Twiss-van Geelen Ontwerp en illustraties: Proforma, ontwerpers en adviseurs (Miriam Monster, Simphiwe Xinwa) Fotografie:
Mark Kohn
Vertaling:
Amstelveens Vertaalburo
Druk:
DeltaHage BV
ISBN:
978-90-74087-40-7
78
Jaarverslag 2007
Jaarverslag 2007
79
80
Jaarverslag 2007
Iedereen heeft recht op een zorgvuldige omgang met zijn of haar persoonsgegevens.
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) houdt – onder de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) – toezicht op de naleving van wetten die het gebruik van persoonsgegevens regelen. Bij het CBP moet het gebruik van persoonsgegevens worden gemeld, tenzij hiervoor een vrijstelling geldt.
Het College bescherming persoonsgegevens houdt toe zicht op de naleving van de wettelijke regels die zien op de bescherming van persoonsgegevens, zo nodig met behulp van sancties.
Advies, bemiddeling, onderzoek en interventie Het CBP adviseert de regering en organisaties over de bescherming van persoonsgegevens en onderwerpen die daarmee samenhangen. Het CBP toetst gedragscodes en bemiddelt in geschillen tussen burgers en gebruikers van persoonsgegevens. Op eigen initiatief of op verzoek van een belanghebbende kan het CBP onderzoeken of de manier waarop persoonsgegevens in een bepaalde
Daarbij heeft het CBP oog voor de maatschappelijke context van de aan hem voorgelegde vragen, problemen of klachten. Bij het uitvoeren en verantwoorden van zijn werkzaamheden streeft het naar een open dialoog met de samenleving en naar samenwerking met andere maatschappelijke organisaties.
situatie zijn gebruikt, in overeenstemming is met de wet en daaraan zonodig gevolgen verbinden. Voor in gebreke blijven bij de melding kan een boete worden opgelegd. Bij overtreding van de wet of daarop gebaseerde regelingen kan het CBP overgaan tot bestuursdwang of een dwangsom opleggen.
Over zijn werkzaamheden en bevindingen brengt het CBP jaarlijks een openbaar verslag uit. Het CBP is bij de uitvoering van zijn bevoegd heden gehouden aan de normen die worden gesteld in de Algemene wet bestuursrecht. Beslissingen van het CBP zijn vatbaar voor bezwaar en beroep. Het gedrag van het CBP kan onderzocht worden door de Nationale Ombudsman. Voor meer informatie kunt u kijken op de websites: www.cbpweb.nl of www.mijnprivacy.nl
Jaarverslag 2001 - in vogelvlucht
College bescherming persoonsgegevens - Jaarverslag 2007
college bescherming persoonsgegevens
Juliana van Stolberglaan 4-10 2595 CL Den Haag Postbus 93374 2509 AJ Den Haag telefoon
070 888 85 00
fax
070 888 85 01
e - mail
[email protected]
internet
www.cbpweb.nl
www.mijnprivacy.nl
jaarverslag 2007