Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 10 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar van het jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsverloskundigen.nl.
1. Hoe zag de samenstelling van SPV er eind 2012 uit? Het pensioenfonds kent de volgende ‘klanten’: deelnemers, pensioengerechtigden en gewezen deelnemers. Deelnemers bouwen momenteel pensioen op, pensioengerechtigden ontvangen al pensioen en gewezen deelnemers hebben vroeger pensioen opgebouwd bij het fonds, maar doen dat nu niet meer. De samenstelling van het pensioenfonds is stabiel. Er zijn in 2012 geen grote verschuivingen geweest ten opzichte van 2011.
3.600 3.100 2.600 2.100
2011 2012
1.600 1.100 600
To ta al
er ec ht ig de n
Pe ns io en g
G ew
ez en
Ac tie ve n
de el ne m er s
100
Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.
2. Hoe is de organisatie van het pensioenfonds? Hieronder ziet u hoe de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen SPV zijn verdeeld. Verantwoordingsorgaan
Bestuur
Visitatiecommissie
Deelnemersraad
Certificerend accountant Mazars Certificerend actuaris Towers Watson Geschillencommissie Compliance Officer: PGGM
T O E Z I C H T
A D V I S E R E N D
Adviserend actuaris Towers Watson Adviserend accountant Mazars Commissie Beoordeling Arbeidsongeschiktheid Beleggingscommissie Communicatiecommissie Commissie Pension Fund Governance Commissie Deelnemersdossiers Commissie van Geschillen Werkgroepen
Pensioenbeheer en administratie: Syntrus Achmea Pensioenbeheer (SAPB)
Vermogensbeheer: Syntrus Achmea Vermogensbeheer B.V. (SAVB)
Een uitgebreide toelichting vindt u op <pagina 12 – 19> van het volledige jaarverslag.
3. Hoe ontwikkelde de dekkingsgraad zich? Verloop van de dekkingsgraad in 2012 Ontwikkeling dekkingsgraad december 2011 tot januari 2013 120.0%
115.0%
dekkingsgraad
110.0% Dekkingsgraad SPV minimaal vereiste DG vereiste DG herstelplan 2011
105.0%
100.0%
95.0%
01 fe 2 br ua ri 20 12 m aa rt 20 12 ap ril 20 12 m ei 20 12 ju ni 20 12 ju li 20 au 12 gu st us 20 se 12 pt em be r2 01 ok 2 to be r2 no 01 ve 2 m be r2 de 01 ce 2 m be r2 01 2 ja nu ar i2 01 3
de
ar nu ja
ce
m
be
r2
i2
01
1
90.0%
stand ultimo
De dekkingsgraad is de maat van de verhouding tussen de bezittingen en de verplichtingen van het pensioenfonds. De minimaal vereiste dekkingsgraad van het pensioenfonds is 104,4%. Daaronder is sprake van een dekkingstekort. De vereiste dekkingsgraad bedraagt per 31 december 2012 116,2%. Daaronder is sprake van een reservetekort. Eind 2012 bedroeg de dekkingsgraad 102,0%. Daarmee had SPV een dekkingstekort en een reservetekort. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 29> van het volledige jaarverslag.
4. Hoe staat het met het herstelplan? Het herstelplan is nog steeds van kracht. Het bestuur evalueerde begin 2013 de financiële stand van zaken eind 2012 ten opzichte van de verwachtingen in het herstelplan. Om tijdig uit de tekortsituatie te komen, hoeft SPV vooralsnog geen maatregelen te nemen. Een eventuele verlaging van de pensioenrechten en –aanspraken (korten) kan op zijn vroegst in 2014 van toepassing zijn. Wel heeft het bestuur in oktober 2012 besloten dat de hoogte van de jaarlijkse pensioenopbouw wordt verlaagd als dit nodig is om aan de premiedekkingsgraadseis te voldoen. Deze eis van DNB houdt in dat de premie in geval van dekkingstekort bij moet dragen aan het herstel. De achterliggende gedachte van deze eis is dat een premie die niet bijdraagt aan herstel van de dekkingsgraad niet past bij de wettelijke eis dat alle sturingsmiddelen moeten zijn ingezet voordat tot rechtenkorting wordt overgegaan. Inmiddels is dit realiteit en wordt de pensioenopbouw in 2013 tijdelijk verlaagd. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 43 – 46> van het volledige jaarverslag.
5. Wat hebben de beleggingen in 2012 gedaan? Het totale rendement van SPV over 2012 kwam uit op 11,3% (exclusief renteafdekking en de Dynamische Asset Allocatie (DAA)). Onderstaande tabel geeft de performance weer, uitgesplitst naar de verschillende categorieën waarin het pensioenfonds belegt.
Aandelen Vastrentende waarden Alternatieve beleggingen Vastgoed Liquide middelen Totaal (exclusief renteafdekking en DAA) Totaal (inclusief renteafdekking en DAA)
Portefeuille 2012
Benchmark 2012
15,2% 11,8% -/-0,9% 0,1% 0,7% 11,3% 13,2%
15,6% 11,1% -/-1,3% 1,7% 0,2% 11,0% 13,2%
Met uitzondering van de grondstoffen droegen de beleggingscategorieën allemaal positief bij aan het behaalde absoluut resultaat. Om zich te beschermen tegen dalende rente en aandelenkoersen heeft SPV maatregelen getroffen. Afhankelijk van de actuele rentestand wordt tussen de 55% en 75% van de verplichtingen afgedekt om de rentegevoeligheid van het fonds te verminderen. Verder werd het belang in hypotheken en obligaties in opkomende markten in 2012 uitgebreid. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 37 – 42> van het volledige jaarverslag.
6. Doet SPV aan maatschappelijk verantwoordelijk beleggen? Het grootste deel van de aandelenportefeuille belegt SPV in aandelenpools die worden beheerd door Syntrus Achmea Vermogensbeheer (SAVB). SAVB voert een maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid. Als uitgangspunt hanteren deze pools de principes van de Global Compact van de Verenigde Naties. Deze tien principes zijn gerelateerd aan de mensenrechten, arbeidsnormen, milieu en anticorruptie. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 42> van het volledige jaarverslag. 7. Hoe staat het met de beheerskosten? De kosten van het pensioenfonds bestaan uit uitvoeringskosten, kosten voor vermogensbeheer en transactiekosten. Uitvoeringskosten zijn de kosten voor pensioenbeheer, zoals administratie, communicatie, helpdesk, controle, advies en accountantskosten. Een deel van deze kosten hangt samen met het in stand houden van het pensioenfonds en is niet of minder beïnvloedbaar, zoals de kosten van de toezichthouders, de certificerend actuaris en de accountant. In 2012 bedroegen de kosten van de uitvoering van de regeling in totaal € 1.477 miljoen (2011: € 1.438 miljoen). Dat komt neer op € 582 (2011: € 585) per deelnemer (actieve deelnemers en pensioengerechtigden samen). De kosten voor vermogensbeheer en transactiekosten worden uitgedrukt in een percentage van het belegd vermogen. In 2012 besteedde SPV 0,41% van het gemiddeld belegd vermogen aan vermogensbeheer en transactiekosten. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 46> van het volledige jaarverslag.
5. Hoe is de Pension Fund Governance bij SPV ingevuld? Pension Fund Governance, of Goed Pensioenfondsbestuur, is de manier waarop het pensioenfonds is georganiseerd (structuur) en de verantwoordelijkheden worden uitgevoerd (processen). Deze is bij SPV als volgt ingevuld: Ø Bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van het pensioenfonds en de uitvoering van de toegezegde pensioenregeling, waaronder het doen van pensioenuitkeringen aan pensioengerechtigden en nabestaanden van (niet-actieve) deelnemers. Bestuursleden worden gekozen door de Algemene vergadering van de Deelnemersvereniging Pensioenfonds Verloskundigen (DPV) op voordracht van het fonds. De bestuursleden van ons pensioenfonds worden gekozen uit de (gewezen) deelnemers, die aanspraken hebben op ouderdomspensioen van SPV, of gepensioneerde deelnemers in de pensioenregeling. Ø Deelnemersraad Er is een deelnemersraad. Die adviseert het bestuur op diverse terreinen. Hierin hebben zowel verloskundigen, gewezen verloskundigen als gepensioneerde verloskundigen zitting. Ø Verantwoordingsorgaan Het bestuur legt jaarlijks verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan over het gevoerde beleid, de beleidskeuzes voor de toekomst en de mate van naleving van de principes voor goed pensioenfondsbestuur door het bestuur. Het oordeel wordt opgenomen in het jaarverslag (zie <pagina 21-24> van het jaarverslag). Ø Visitatiecommissie SPV kent verder een visitatiecommissie, die het functioneren van het bestuur kritisch beziet. De visitatiecommissie voert haar taak uit door: • het beoordelen van beleids- en bestuursprocedures en de wijze waarop het bestuur dit controleert; • het beoordelen van de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt aangestuurd; • het beoordelen van de wijze waarop het bestuur omgaat met de risico’s op de langere termijn. Naast deze interne organen is ook een aantal externe deskundigen actief voor het fonds (zie <pagina 19> van het volledige jaarverslag). Terugblik op 2012 Op het gebied van Pension Fund Governance is het een druk jaar geweest. Er zijn onder andere een procedure voor uitbesteding en een procedure voor het afsluiten van contracten opgesteld. Het integriteitbeleid is vastgelegd. Ook is er een financieel crisisplan gekomen. Nieuw is het introductieplan voor aspirant-bestuursleden. Daarnaast heeft het bestuur een aantal documenten geactualiseerd vanwege een wijziging van de samenstelling van het bestuur of een nieuwe taakverdeling daarin. Bijvoorbeeld het deskundigheidsplan, het reglement verantwoordingsorgaan, het reglement communicatiecommissie en het reglement commissie beoordeling arbeidsongeschikten. Verder zijn de statuten gewijzigd ten aanzien van het verantwoordingsorgaan. De aanpassing heeft betrekking op de benoemingsprocedure van leden van het verantwoordingsorgaan en op de invulling van het verantwoordingsorgaan. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 32 en 33> van het volledige jaarverslag.
6. Heeft SPV toeslag verleend in 2012? Het bestuur van SPV heeft in 2012 de onvoorwaardelijke toeslag van 2% verleend. Voor een voorwaardelijke toeslag was geen financiële ruimte. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 35 en 26> van het volledige jaarverslag. 7. Wat waren op bestuurlijk gebied de ontwikkelingen? 2012 was in bestuurlijk opzicht een positief jaar voor SPV. Aan twee van de bestaande vacatures is in het verslagjaar invulling gegeven. In 2012 hebben een tweetal aspirant-bestuursleden zich verder voorbereid op een bestuursfunctie, te weten Marian van der Berg en Sjaak Toet. Beiden zijn in de Algemene Vergadering van de deelnemersvereniging van 9 november 2012 gekozen tot kandidaat bestuurslid. De voorgenomen officiële benoeming is in december 2012 gemeld bij De Nederlandsche Bank (DNB). Na de van hen ontvangen goedkeuring zijn beide kandidaten in de bestuursvergadering van 7 maart 2013 officieel benoemd tot bestuurslid. Meer informatie hierover vindt u op pagina <12 en 13> van het volledige jaarverslag. 8. Wat waren de ontwikkelingen op pensioengebied? In 2012 kreeg het bestuur te maken met een aantal veranderingen in de pensioenwetgeving. Ø Verhoging AOW-leeftijd Sinds 1 april 2012 gaat de AOW in vanaf de 65ste verjaardag in plaats van de eerste van de maand waarin de verjaardag valt. Ook gaat de AOW-leeftijd per 1 januari 2013 versneld omhoog naar 67 jaar evenals de fiscale pensioenrichtleeftijd naar 67 jaar per 2014. Ø Nieuwe pensioencontracten De aanvullende pensioenen moeten transparanter worden en beter bestand zijn tegen financiële schokken. Door het vorige kabinet is daartoe een nieuw financieel toetsingskader (FTK) opgesteld voor pensioenfondsen. Hierin is vastgelegd hoeveel reserves pensioenfondsen moeten aanhouden, wanneer toeslag mag worden verleend en met welke rente pensioenfondsen hun verplichtingen moeten berekenen. In het huidige FTK staat bescherming van de zogeheten nominale pensioenen voorop. Deze contracten zijn gericht op zekerheid. Kortingen op het pensioen zijn hierdoor minder vaak aan de orde, maar als ze noodzakelijk zijn, kunnen ze abrupt en fors zijn. Om de beoogde zekerheid in de huidige contracten waar te maken, worden de eisen aan de financiële buffers en premies scherper. De basis van het nieuwe FTK is het ‘reële contract’, waarin de toeslagverlening onlosmakelijk deel uitmaaktvan de pensioentoezegging. Dit contract is gericht op koopkrachtbehoud. De pensioentoezegging is niet meer gegarandeerd in dit contract. In de nieuwe pensioencontracten moeten direct maatregelen worden genomen bij financiële tegenvallers, maar die maatregelen mogen over tien jaren worden gespreid. Hierdoor kunnen financiële schokken voor de pensioendeelnemers geleidelijker worden verwerkt. Dit zou het risico op abrupte, grote kortingen van pensioenen verkleinen. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 29 – 34> van het volledige jaarverslag. 9. Waarover heeft SPV in 2012 zoal gecommuniceerd? SPV is verder gegaan op de ingeslagen weg met vorm te geven aan een eigen herkenbare identiteit. In 2012 heeft de communicatiecommissie veel aandacht gegeven aan goede berichtgeving over de financiële situatie van het pensioenfonds en de actuele ontwikkelingen in de pensioenbranche. Verder heeft SPV zich gepresenteerd op de bedrijvenmarkt van de Verloskundige Academie Amsterdam, bij
de ALV van de KNOV, en heeft ze een college gegeven op de opleiding in Maastricht. De jarige 40'ers en 55'ers worden gefeliciteerd met een leuke verjaardagskaart. Er is een lezerspanel opgericht. De leden worden gevraagd om de uitingen van SPV te beoordelen op begrijpelijkheid, duidelijkheid en of de informatie relevant is. Tot slot hebben we de website uitgebreid met online dienstverlening: (nieuwe) deelnemers kunnen zich nu online aanmelden en ook online wijzingen doorvoeren. Meer informatie hierover vindt u op <pagina 31-32> van het volledige jaarverslag. 10. Wat gaat het bestuur in 2013 doen? In 2013 zal SPV onder meer stappen zetten op weg naar het nieuwe pensioencontract dat per 1 januari 2015 geïmplementeerd moet zijn. Er moet een keuze gemaakt worden voor een nominaal of een reëel kader. Ook worden beroepspensioenfondsen geconfronteerd met een fiscaal kader. Dat betekent dat we nu al voorbereidingen moeten treffen. SPV is de uitvoerder van de regeling, maar de deelnemersvereniging DPV is verantwoordelijk voor de inhoud van de pensioenregeling. Daarom trekken we vanaf 2013 samen op om een nieuwe pensioenregeling neer te zetten. Belangrijk daarbij is dat deze pensioenregeling aansluit bij de wensen van onze deelnemers. 2013 en 2014 worden dus wederom belangrijke jaren voor het pensioenfonds. Het bestuur zal zich maximaal inspannen om tijdig in te kunnen spelen op al de ontwikkelingen in de nabije toekomst.