Jaarverslag 2014 Energiefonds Overijssel I B.V.
Inhoudsopgave
2
De missie van Energiefonds Overijssel
3
Verslag van de raad van commissarissen
4
Verslag van de directie
6
Geconsolideerde jaarcijfers 2014 Energiefonds Overijssel I B.V.
15
Geconsolideerde balans
16
Geconsolideerde winst-en-verliesrekening
17
Geconsolideerd kasstroomoverzicht
18
Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening
19
Toelichting op de geconsolideerde balans
28
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening
35
Enkelvoudige jaarrekening Energiefonds Overijssel I B.V.
37
Balans
38
Enkelvoudige winst-en-verliesrekening
39
Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening
40
Toelichting op de enkelvoudige balans
41
Toelichting op de enkelvoudige winst-en-verliesrekening
44
Overige gegevens
45
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
46
Bijlage 1: Overzicht portefeuille per 31 december 2014
48
Bijlage 2: Personalia
49
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
De missie van Energiefonds Overijssel In 2020 is 20% nieuwe energie in Overijssel beschikbaar. Dat is de ambitie die de Provincie Overijssel zichzelf heeft gesteld. Een van de acties om deze ambitie waar te maken is de oprichting van Energiefonds Overijssel via Energiefonds Overijssel I B.V. en Energiefonds Overijssel II B.V. Energiefonds Overijssel levert een financiële bijdrage aan ondernemingen, woningcorporaties en projecten die energie besparen of energie opwekken uit hernieuwbare bronnen. Zo draagt het fonds bij aan werkgelegenheid, ondernemerschap en innovatie, en aan de ambitie van Overijssel: 20% nieuwe energie in 2020. De Provincie Overijssel heeft voor het fonds maximaal € 250 miljoen beschikbaar gesteld.
3
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Verslag van de raad van commissarissen Aan de algemene vergadering van aandeelhouders van Energiefonds Overijssel Hierbij bieden wij u de door de directie opgemaakte jaarrekening van de vennootschap over het boekjaar 2014 aan, alsmede het verslag van de directie. Bij de jaarrekening heeft KPMG Accountants N.V. een goedkeurende controleverklaring afgegeven. De raad van commissarissen kwam in de verslagperiode vier maal bijeen. Er is tevens twee maal overleg geweest met de adviescommissie. Op de agenda stonden onder andere zaken die betrekking hebben op de status en voortgang van het fonds, verantwoording van de directie, bijvoorbeeld voor toepassing van het provinciale beloningsbeleid en het gerealiseerde maatschappelijke rendement. Uiteraard besteedden we veel aandacht aan de voortgang van de aanvragen. We constateerden dat het fonds in een nieuwe fase terecht is gekomen. In deze fase zijn veel inspanningen nodig om nieuwe aanvragen binnen te krijgen en om projecten die zich in de pijplijn bevinden, sneller te laten doorstromen. Daarbij hoort een actievere benadering van de markt dan bij de start van Energiefonds Overijssel werd voorzien. Er zijn stappen gemaakt om gericht de meest kansrijke mogelijkheden in de markt te benaderen. Met dezelfde doelstelling is bekeken hoe het investeringsreglement en het uitvoeringsbesluit subsidies beter afgestemd kunnen worden op de behoeften van de markt. Begin 2015 verwachten we dat enkele belangrijke aanpassingen zijn doorgevoerd. We zijn ons ervan bewust dat projecten op het gebied van biomassa belangrijk zijn om maatschappelijk rendement te realiseren. We zien echter ook de aanzienlijke knelpunten en risico’s van deze projecten. We onderschrijven daarom de benadering van de directie om meer aandacht te besteden aan betere afstemming van vraag en aanbod in de keten van biomassaprojecten. Daarnaast vinden we het positief om op een ander terrein de energiemarkt te faciliteren met het ontwikkelen van nieuwe producten, zoals bij het opzetten van een Energy Service Company (Esco) gericht op de publieke sector, of de ontwikkeling van een standaardcontract voor sectorale aanvragen. Dit waren de belangrijkste aandachtspunten voor 2014. We verwachten dat hier ook in 2015 veel aandacht naar zal uitgaan. In 2013 is een goede start gemaakt met de opbouw van de portefeuille. In 2014 vond een nieuwe ronde met woningcorporaties plaats. Doordat de marktrente daalde, is het rente-aanbod van het fonds onvoldoende aantrekkelijk geworden. Het is uiteindelijk niet gelukt om het volledige bedrag uit te zetten. Dit deel van de portefeuille is hiermee afgerond. Daarnaast is steviger ingezet op het benaderen van ondernemingen. Deze activiteiten moeten in 2015 zeker worden voortgezet. Voor 2014 resulteerden de inspanningen in twee nieuwe participaties, twee leningen en enkele kansrijke projecten in de pijplijn. Dat is minder dan verwacht.
4
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
De raad adviseert u, met inachtneming van wat hierover is bepaald in de statuten van de vennootschap, de jaarstukken ongewijzigd vast te stellen. Wij adviseren u tevens de directie decharge te verlenen voor het bestuur dat zij heeft gevoerd, en de commissarissen voor het toezicht dat zij over het afgelopen jaar hebben gehouden. Zwolle, 2 april 2015 De raad van commissarissen Pieter van Geel (voorzitter) Jan Paul van Soest Roeland van Straten
5
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Verslag van de directie Opzet en opdracht van het fonds Energiefonds Overijssel is op 7 november 2012 opgericht door de Provincie Overijssel. In 2009 verkocht de provincie haar aandeel in Essent. Via Energiefonds Overijssel laat de provincie een deel van de opbrengst weer terugstromen naar de samenleving. Hiervoor is een bedrag van maximaal € 250 miljoen gereserveerd. Het fonds levert financiële bijdragen aan ondernemingen, woningcorporaties en projecten die energie besparen of energie opwekken uit hernieuwbare bronnen. Dit laatste is energie afkomstig van natuurlijke bronnen die constant worden aangevuld, zoals energie uit wind, waterkracht, zon, bodem, buitenluchtwarmte en biomassa. Zo draagt het fonds bij aan werkgelegenheid, ondernemerschap en innovatie, en aan de ambitie van de Provincie Overijssel: 20% nieuwe energie in 2020. Energiefonds Overijssel komt in beeld als reguliere financiering geen (volledige) dekking van het energieproject kan leveren. Afhankelijk van de plannen en van de omvang en aard van de aanvragende onderneming of organisatie verschaft het fonds een lening of garantie, en/of neemt deel via participaties. Het fonds investeert de 250 miljoen euro in projecten en ondernemingen in de Provincie Overijssel in de volgende verdeling: • € 100 miljoen in energiebesparende en nieuwe-energieprojecten in de (sociale) woningbouw; • € 125 miljoen in projecten van ondernemingen en organisaties die nieuwe energie opwekken of energie besparen; • € 25 miljoen in hoogwaardige technologische innovatie op het gebied van de opwekking van nieuwe energie en besparing van energie. Het fonds is onderverdeeld in Energiefonds Overijssel I B.V., waarin de participaties zijn ondergebracht, en Energiefonds Overijssel II B.V., waar de leningen en garanties onder vallen. De ASN Bank was over de verslagperiode de beheerder en tevens directie van Energiefonds Overijssel. De ASN Bank werkt hierbij samen met ASN Bank Duurzame Financieringen (de afdeling van de ASN Bank die verantwoordelijk is voor zakelijke financieringen), Royal HaskoningDHV en StartGreen Capital. Tot 24 november 2014 was ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB), een dochtervennootschap van de ASN Bank, de formele beheerder. Vanwege aangepaste Europese regelgeving heeft ASN Bank N.V. besloten de activiteiten van Energiefonds Overijssel onder de vergunning van de ASN Bank te laten vallen. De ASN Bank is hierop vanaf 24 november 2014 in de plaats getreden van ABB.
Financieringsaanvragen In 2014 zijn er 53 nieuwe financieringsaanvragen binnengekomen. In totaal zijn er vanaf de start van het fonds 222 financieringsaanvragen ontvangen. Daarvan zijn er 139 afgewezen, ingetrokken of vervallen, en 27 gefiatteerd (waarvan 21 aanvragen van woningcorporaties). Dat betekent dat er nog 56 dossiers in behandeling zijn.
6
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Empyro, ‘s werelds eerste pyrolyse-oliefabriek. Empyro kan 20 miljoen liter groene pyrolyse-olie per jaar produceren op basis van bosen landbouwafval BRON: EMPYRO BV
222 financieringsaanvragen 139 afgewezen of ingetrokken 27 goedgekeurd 56 in behandeling:
43 intakefase
13 aanvraagfase
Voor de behandeling wordt een onderscheid gemaakt tussen de intakefase en de aanvraagfase. In de intakefase worden de voorstellen eerst getoetst, doorgelicht en besproken met de aanvrager. Vervolgens doet deze een definitieve aanvraag. De gemiddelde doorlooptijd bedraagt 37 weken. De definitieve aanvraag wordt gemiddeld tussen de 16 en 18 weken afgehandeld. In de intakefase bevinden zich 43 financieringsaanvragen. Daarvan zijn er 10 van ondernemingen waarmee regelmatig gesprekken worden gevoerd. Voor de overige aanvragen in de intakefase geldt dat er meer informatie nodig is om de financieringsmogelijkheden verder te kunnen beoordelen. Met deze partijen wordt wel actief contact onderhouden, maar met een lagere frequentie. In de aanvraagfase bevonden zich eind 2014 13 aanvragen. Daarvan hebben 5 een grote kans dat zij begin 2015 worden gefinancierd, en 8 een mogelijke kans van slagen, afhankelijk van de snelheid waarmee de afhandeling van de knelpunten, tekortkomingen van de business case en discussies over voorwaarden van deze dossiers plaatsvindt. Bijna tweederde van de ingediende projecten is afgewezen of gestopt in de intakefase. Dit heeft diverse oorzaken. In veel gevallen voldoet de aanvraag niet aan de voorwaarden van het fonds en is duidelijk dat dit niet zal verbeteren. Dit is bijvoorbeeld het geval als er geen co-financier is gevonden, het project te kleinschalig is of betrekking heeft op fossiele brandstoffen. Bovendien moeten de
7
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
1548 Zonnepanelen op het dak van De Scheg in Deventer wekken jaarlijks circa 325.000 kWh op. Dit is gelijk aan het stroomverbruik van 90 tot 100 gezinnen in één jaar. BRON: REMCO VAN BUSSEL, WOLTERS B.V.
productie of activiteiten in de Provincie Overijssel plaatsvinden. Verschillende potentiële voorstellen voldeden niet aan deze laatste eis. Daarnaast zijn veel voorstellen van matige kwaliteit, bijvoorbeeld doordat een goed businessplan ontbreekt. Dat maakt de behandeling arbeidsintensief; dit geldt zeker voor de participaties. Extra inspanningen zijn nodig om co-financiers te vinden en de voorstellen op te waarderen tot volwaardige financieringsaanvragen.
Verstrekte financieringen • In de eerste helft van 2014 is het eind 2013 gecommitteerde bedrag voor de participatie Empyro uitbetaald. De lening aan Empyro is in de tweede helft van 2014 uitbetaald. De fabriek is eind 2014 opgeleverd en de apparatuur geïnstalleerd. • In de eerste helft van 2014 is eveneens het eind 2013 gecommitteerde bedrag voor de participatie OrangeGas uitbetaald. Voor OrangeGas was een aanpassing nodig omdat de fiscale ruling van de financieringspartners onverwacht werd afgewezen. Energiefonds Overijssel financiert nu een groter aandeel in de participatie, terwijl de lening licht naar beneden is bijgesteld. De lening wordt begin 2015 uitbetaald. • Samen met A2 participatie nam Energiefonds Overijssel een participatie in Holland Eco Finance. De eerste tranche werd uitbetaald voor het realiseren van de nieuwe ledverlichting van het IJssel delta Stadion van PEC Zwolle. PEC Zwolle verduurzaamt zijn stadion door de huidige verlichting te vervangen door 1.500 hoogwaardige ledlampen met een gezamenlijke waarde van meer dan 120.000 euro. Deze kosten betaalt PEC Zwolle uit de energie die het in vijf jaar bespaart. Ook de Adelaarshorst, het stadion van Go Ahead Eagles, zal worden verduurzaamd met een bijdrage van Holland Eco Finance. De eerste stap is dat de verlichting in kantoorgebouw Larenstein wordt vervangen door hoogwaardige ledlampen. Dat bespaart de voetbalclub circa 30.000 kilowattuur per jaar.
8
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
• Energiefonds Overijssel verstrekte een lening aan Sportbedrijf Deventer voor een grote verduurzaming van het Sport- en Belevingscentrum De Scheg en het Borgelerbad in Deventer. De Scheg en het Borgelerbad, met 6.500 m2 kunstijsbanen en verschillende verwarmde zwembassins, verbruiken veel stroom en gas. Sportbedrijf Deventer heeft een omvangrijk pakket maatregelen samengesteld. Als dit pakket is uitgevoerd, besparen beide accomodaties samen ruim 80% op hun gasverbruik. Hun jaarlijkse CO2-uitstoot wordt met maar liefst 1.332 ton gereduceerd. Zo laat Sportbedrijf Deventer zien dat maatschappelijke organisaties heel goed het voortouw kunnen nemen in het bewerkstelligen van een aanzienlijke energiebesparing. • De tweede tender voor woningcorporaties leverde twee leningen op. Begin 2015 wordt de tender afgerond met mogelijk nog enkele leningen. • Eind 2014 committeerde Energiefonds Overijssel zich aan een participatie in BeGreen. BeGreen ontwikkelt en exploiteert houtgestookte verbrandingsinstallaties voor lokale warmtevoorziening voor nabijgelegen utiliteitsgebouwen en woonwijken. • Eind 2014 committeerde Energiefonds Overijssel zich eveneens aan een lening aan Triple Groen voor de realisatie van zonnepanelen in de agrarische sector.
Maatschappelijk rendement Het maatschappelijke rendement van Energiefonds Overijssel is tweeledig: het fonds draagt bij aan de doelstelling van de Provincie Overijssel van 20% nieuwe energie in 2020, en zorgt voor werkgelegenheid. De financieringen van het fonds in 2014 waren verantwoordelijk voor het volgende maatschappelijke rendement. Energie Energiefonds Overijssel behaalde in 2014 in totaal een maatschappelijk rendement van 75,1 terajoule per jaar per geïnvesteerd miljoen (TJ/jaar/mln). Daarmee voldoet het fonds aan de provinciale doelstelling van 70 TJ/jr/mln. Het maatschappelijke rendement van de gehele portefeuille bedraagt 998 TJ per jaar. Dit komt overeen met het energieverbruik (gas en elektriciteit) van ruim 12.900 huishoudens. De doelstelling voor het maatschappelijke rendement van de volle portefeuille bedraagt 9.300 TJ per jaar. Wij hebben voorzien dat de opbouw van maatschappelijk rendement in de beginperiode beperkt is, en toeneemt in het vervolg van de volloopfase. In de beginperiode investeert het fonds namelijk veel meer in energiebesparing, terwijl in de vervolgfase energieopwekking een groter aandeel krijgt. Het maatschappelijke rendement van projecten met energieopwekking is veel hoger dan van projecten gericht op energiebesparing. Met de uitstaande investeringen draagt Energiefonds Overijssel bij benadering bij aan een vermindering van de CO2-uitstoot met 46.000 ton in totaal. Dit komt overeen met de uitstoot van 5.750 huishoudens. Omdat de CO2-uitstoot veel ruimer is gedefinieerd dan het directe energieverbruik en bijvoorbeeld ook mobiliteit bevat, komt de omrekening naar huishoudens lager uit dan bij de berekeningen aan de hand van het energieverbruik.
9
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Het installeren van 1.500 led lampen wordt betaald uit de energiebesparing voor een periode van vijf jaar. BRON: MARTIJN KLEINGEERTS FOTOGRAFIE
Werkgelegenheid De investeringen resulteren in een groei van de werkgelegenheid met 1.104 tijdelijke arbeidsplaatsen binnen vijf jaar en 35 structurele arbeidsplaatsen tot en met 2028.
Ontwikkeling portefeuille De beoogde portefeuille van € 250 miljoen is onderverdeeld in € 100 miljoen voor leningen aan woningcorporaties, € 25 miljoen voor participaties en leningen aan innovatieve activiteiten en € 125 miljoen voor participaties en leningen aan bedrijven. Het gedeelte voor woningcorporaties is nu gevuld tot € 77 miljoen. Er is één participatie in een innovatieve onderneming. De € 125 miljoen voor participaties in en leningen aan bedrijven was eind 2014 als volgt verdeeld: 73% biomassa, 15% energiebesparing en 12% zonne-energie. De portefeuille is nog niet omvangrijk genoeg om hier vergaande conclusies uit te trekken. Voor 2015 zitten projecten in de pijplijn die gebruikmaken van andere energiebronnen. Zo ontstaat geleidelijk de gewenste mix van energietechnieken. Eind 2014 had het fonds € 83 miljoen uitgezet en € 4 miljoen gecommitteerd. De financieringsronde voor woningcorporaties is vrijwel afgerond. Daar komen begin 2015 waarschijnlijk geen financieringen meer uit voort. Het aantal leningen aan bedrijven en participaties dat is gerealiseerd, is nog beperkt. We hebben onze marktbenadering daarom aangepast.
Een nieuwe benadering Halverwege 2013 is de eerste stroom intakes van het fonds verwerkt. Vervolgens nam het aantal nieuwe aanvragen af. Dat vroeg om een actievere benadering van de markt. Eind 2013 heeft de fondsbeheerder daar een start mee gemaakt. Kernelementen voor 2014 waren vergroting van de instroom en versnelling van de doorstroom. Het laatste betekent dat de aanvragers ondersteuning wordt aangeboden bij het opwaarderen van hun aanvraag. Dit kan hulp zijn om de business case te verbeteren of bemiddeling bij het aantrekken van co-financiers.
10
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Om de instroom te vergroten werken we er enerzijds aan de voorwaarden van Energiefonds Overijssel beter af te stemmen op de markt en op de wensen van de (potentiële) klanten. Anderzijds bewerken we proactief de markt. Aandachtspunten bij de fondsvoorwaarden zijn de minimale hoogte van het financieringsbedrag, de hoogte van de rente, het risicoprofiel en de eis van cofinanciering. Met de provincie bespreken we de mogelijkheden om de voorwaarden aan te passen via het Uitvoeringsbesluit en Investeringsreglement. Om naast de reguliere acquisitie actief de markt te kunnen bewerken, is een analyse gemaakt van de verschillende marktsegmenten en de partijen die daarin opereren. In eerste instantie zijn de meest kansrijke sectoren en potentiële klanten benaderd. Om de doelstellingen op het gebied van maatschappelijk rendement te behalen is de realisatie van projecten op het gebied van biomassa van groot belang. In die sector zijn de risico’s echter hoog, terwijl vraag en aanbod slecht op elkaar zijn afgestemd. We onderzoeken intensief hoe we verbeteringen in de keten kunnen aanbrengen om ook in deze sector succesvol te kunnen financieren en investeren. We denken dat we de markt beter en vooral efficiënter kunnen faciliteren door meer gestandaardiseerde producten aan te bieden. Daarom zijn we begonnen een standaard te ontwikkelen voor het opzetten van een Publieke Energy Service Company (P-Esco). We hopen dat bundeling in een P-Esco de schaal van projecten vergroot en tevens de risico’s spreidt, zodat co-financiers gemakkelijker zullen instappen. Vooralsnog reageert de markt enthousiast. In 2015 moet dit tot resultaten gaan leiden.
Risicobeleid De beheerder houdt toezicht op de financiële en operationele risico’s. Deze zijn tevens beschreven in het jaarplan. Alle operationele processen zijn beschreven en de verantwoordelijkheden zijn belegd. Het risicobeleid van de beheerder wordt gevolgd en is geoperationaliseerd met behulp van een risico-selfassessment. Dit wordt jaarlijks geactualiseerd. Risico’s en bijbehorende maatregelen zijn opgenomen in een matrix. De risico’s van de portefeuille worden regulier beoordeeld, bijvoorbeeld via revisies, het beoordelen van de jaarstukken en/of via deelname aan de aandeelhoudervergaderingen. Voor Energiefonds Overijssel zijn diverse risico’s geïdentificeerd: marktrisico, renterisico, kredietrisico, liquiditeitsrisico, verhandelbaarheidsrisico en uitbestedingsrisico: • Marktrisico Het marktrisico is hoog doordat de activiteiten van Energiefonds Overijssel zijn beperkt tot de Provincie Overijssel en doordat de portefeuille nog niet gespreid is. Naarmate de portefeuille voller wordt, neemt dit risico iets af, maar blijft hoog. • Renterisico Het renterisico is het risico dat de marktwaarde van de uitstaande leningen wijzigt door een verandering van de marktrente. Voor Energiefonds Overijssel geldt echter niet de marktrente als referentie, maar het streefrendement van 2% gedurende de looptijd van het fonds. Het renterisico is beperkt door de lange rentevaste periode van de bestaande leningen. • Kredietrisico Het totale kredietrisico op de portefeuille is laag. Het kredietrisico vergt aandacht omdat het doel van het fonds is om juist innovatieve projecten te financieren. Deze projecten hebben vaak een hoger risicoprofiel. Het risico wordt beperkt door de kredietwaardigheid van de tegenpartij zorgvuldig te beoordelen, door de hoogte van de kredieten te maximeren en garanties te vragen. Alle financieringen aan woningcorporaties zijn gegarandeerd.
11
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
25 Overijsselse woningcorporaties en de Provincie Overijssel hebben een Convenant Energiebesparing Woningcorporaties Overijssel ondertekend. Deze corporaties vertegenwoordigen 90% van de sociale huurwoningvoorraad in Overijssel.
• Liquiditeitsrisico Het liquiditeitsrisico is klein door een langlopende lening en garantie van de Provincie Overijssel, en door een lening voor werkkapitaal van de ASN Bank. • Verhandelbaarheidsrisico Het verhandelbaarheidsrisico is groot doordat de leningen en participaties beperkt verhandelbaar zijn. De impact hiervan is gering omdat het niet de intentie is om de leningen en participaties te verhandelen. • Uitbestedingsrisico Het uitbestedingsrisico is het risico ten aanzien van de continuïteit van de bedrijfsvoering, integriteit en/of kwaliteit van de dienstverlening. Dit risico wordt beperkt door te werken met mandaten en dienstverleningsovereenkomsten, periodieke overleggen, periodieke verslaggeving en monitoring. Het is niet alleen essentieel om de risico’s te mitigeren, maar ook om adequaat te reageren als de risico’s zich in de praktijk voordoen. Een grote rol hierbij spelen ervaring, de inrichting van de organisatie, goede en constante monitoring en het vermogen om snel te reageren en aanpassingen te doen.
Klanttevredenheid Energiefonds Overijssel wil de (potentiële) klanten zo goed mogelijk bedienen. Het is daarom belangrijk om tijdig knelpunten te signaleren en verbeteringen aan te brengen in het proces of in de klantrelatie. Dit is een voortdurend aandachtspunt voor de accountmanagers. Feedback gedurende de intakefase heeft reeds geleid tot aanpassingen in de procedures. In 2014 is deze aanpak daarom voortgezet. Uit ervaringen, contacten en feedback zijn de belangrijkste observaties gedestilleerd. Dit heeft geleid tot aanpassingen in de procedures, intakefase, aanvraagfase en ook in de operationele fase.
12
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
In het vierde kwartaal kwam verdere input uit de Evaluatie Energiefonds Overijssel, die in opdracht van de Provincie Overijssel is uitgevoerd. Omdat we via directe contacten al veel gegevens hebben verzameld en bovendien nog een beperkte groep klanten met financieringen hebben, is er geen enquête onder de klanten gehouden. In overleg met de provincie hebben we deze enquête nu voorzien in de eerste helft van 2015. We zullen ons dan niet beperken tot de klanten, maar er ook potentiële klanten bij betrekken. De gegevens en ervaringen hebben geresulteerd in een voorstel voor verbeteringen in het Uitvoeringsbesluit Subsidies (Ubs) en het Investeringsreglement (IR). Doel van het voorstel is om het fonds beter af te stemmen op de behoeften van de initiatiefnemers en de realiteit van de markt. De aanpassingen, waarin ook de gewijzigde Europese regelgeving is opgenomen, zijn cruciaal om in 2015 een volgende stap met Energiefonds Overijssel te kunnen maken.
Markt De prijs van energie daalt, terwijl de economie stagneert. Daardoor ontwikkelt de duurzame-energiemarkt zich uiterst traag. Dit raakt zowel bedrijven als woningcorporaties. De woningcorporaties in Overijssel handhaven hun vooruitstrevende doelstellingen voor verduurzaming van hun woningbestand. Het verwezenlijken van deze doelstellingen wordt negatief beïnvloed door de landelijke politiek. Die stelt dat corporaties vooral de kale huur moeten beheersen en zich minder mogen richten op beheersing van de woonlasten inclusief energie. Positief werkt de nationaal afgekondigde subsidie voor verduurzaming van bestaande bouw (STEP) op verdere verduurzaming door woningcorporaties. Deze subsidie vergroot ook de mogelijkheden van het fonds. Een algemeen belemmerende factor in deze branche is echter, vanuit het fonds gezien, de zeer lage marktrente. Energiefonds Overijssel hanteert een minimum leningbedrag van € 1 miljoen. Daarmee richt het zich voornamelijk op grote energieprojecten. Helaas worden deze in Overijssel slechts in beperkte mate ontwikkeld. Energiefonds Overijssel staat proactief in de markt om deze projecten verder te stimuleren. De SDE+-subsidie in het laatste kwartaal van 2014 was vooral voor zonne-energieprojecten erg gunstig. In de komende jaren verwachten we door deze subsidie een aantal grotere zonneenergieprojecten te financieren. Innovatieve ondernemingen en energieprojecten die een aanvraag doen voor een participatie bij Energiefonds Overijssel, tonen vaak veelbelovende perspectieven. Doorgaans kloppen zij ook in een zeer vroege fase aan bij het fonds. Dit vraagt om veel ondersteuning, met langere doorlooptijden als gevolg. We zien kansen in de bundeling van kleinere, decentrale projecten. Daartoe ontwikkelen we structuren en vehikels waarmee innovatieve ondernemingen en energieprojecten met eigen vermogen een bundeling tot stand kunnen brengen. Uiteindelijk moet dit ook leiden tot voldoende schaalgrootte om in aanmerking te komen voor vreemd vermogen van Energiefonds Overijssel. Initiatiefnemers van duurzame energieprojecten ervaren vaak de klassieke ‘kip-ei-problematiek’ bij het aantrekken van financiering en het zekerstellen van projecten (launching). Bij nagenoeg alle duurzame-energietechnologieën zien we de tendens deze problematiek te doorbreken door ‘gefinancierde’ vehikels op te zetten. Deze stellen ondernemers in staat projecten te realiseren binnen duidelijk overeengekomen kaders en afspraken.
13
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Vooruitzichten 2015 Het aanbod in de markt van projecten voor duurzame energie en energiebesparing blijft zich in 2015 gestaag ontwikkelen. We verwachten in 2015 veel inspanningen te verrichten om uiteindelijk te eindigen op € 150 miljoen uitgezette middelen. De portefeuille zal met deze toevoegingen renteinkomsten van ongeveer € 2 miljoen genereren. De geraamde kosten voor 2015 zijn € 4,2 miljoen. Ondanks de geplande verhoogde inspanningen op het gebied van acquisitie en communicatie verwachten we binnen het budget te blijven. Zwolle, 2 april 2015 Directie Energiefonds Overijssel I B.V.
14
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Geconsolideerde jaarcijfers 2014 Energiefonds Overijssel I B.V.
15
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Geconsolideerde balans (voor winstbestemming en in € 1.000)
Toelichting
31-12-2014
31-12-2013
Activa Financiële vaste activa Participaties
(A)
1.955
–
Leningen
(B)
81.517
65.692
83.472
65.692
Vlottende activa Vorderingen
(C)
465
478
Liquide middelen
(D)
11.409
2.397
11.874
2.875
Totale activa
95.346
68.567
Geplaatst kapitaal
–
–
Overige reserves
(4.341)
–
Passiva Eigen vermogen
(E)
Onverdeeld resultaat
(1.882)
(4.341)
(6.223)
(4.341)
Langlopende schulden Lening Provincie Overijssel
(F)
92.611
67.312
Lening ASN Bank N.V.
(G)
8.130
4.380
100.741
71.692
828
1.216
828
1.216
Totale passiva
95.346
68.567
Kortlopende schulden Overige schulden
16
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
(H)
Geconsolideerde winst-en-verliesrekening (alle bedragen in EUR 1.000)
Toelichting
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Opbrengsten uit beleggingen Rente leningen
1.103
172
1.103
172
Kosten Beheervergoeding
(I)
(2.338)
(3.611)
Overige kosten
(J)
(510)
(851)
(2.848)
(4.462)
Rentelasten
(137)
(51)
Resultaat voor belasting
(1.882)
(4.341)
Belasting
–
–
(1.882)
(4.341)
Nettoresultaat
17
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Geconsolideerd kasstroomoverzicht (alle bedragen in EUR 1.000)
Toelichting
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat
(1.882)
(4.341)
13
(478)
Aanpassingen om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden Nettokasstroom uit operationale activiteiten
(388)
1.216
(2.257)
(3.603)
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Verstrekte leningen
(15.825)
(65.692)
Aankoop participaties
(1.955)
–
(17.780)
(65.692)
Ontvangsten uit leningen
29.049
71.692
Nettokasstroom uit financieringsactiviteiten
29.049
71.692
Nettokasstroom gedurende de periode
9.012
2.397
Liquide middelen aan het begin van de periode
2.397
-
Nettokasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Liquide middelen aan het einde van de periode
11.409
2.397
Banktegoeden
11.409
2.397
Totaal liquide middelen
11.409
2.397
(K)
Samenstelling liquide middelen
(k)
18
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 1. Algemeen Energiefonds Overijssel I B.V. en haar groepsmaatschappij Energiefonds Overijssel II B.V. (samen ‘het fonds) zijn opgericht op 7 november 2012 en gevestigd te Luttenbergstraat 2, Zwolle. Energiefonds Overijssel I B.V. is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 56424566 en Energiefonds Overijssel II B.V. onder nummer 56424868. Het fonds levert een financiële bijdrage aan ondernemingen, woningcorporaties en projecten in de Provincie Overijssel die energie besparen of opwekken uit hernieuwbare bronnen. Energiefonds Overijssel I B.V. doet dit via investeringen in eigen vermogensinstrumenten (participaties) en Energiefonds Overijssel II B.V. door leningen en garanties te verstrekken aan ondernemingen, woningcorporaties en projecten. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de financiële gegevens van Energiefonds Overijssel I B.V. en haar 100% dochtermaatschappij Energiefonds Overijssel II B.V. opgenomen. De tweede verslagperiode van het fonds heeft betrekking op de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. Deze jaarrekening is opgemaakt op 2 april 2015. Deze geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Algemeen De geconsolideerde jaarrekening wordt gepresenteerd in de euro, de functionele valuta van het fonds. De gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op de continuïteitsveronderstelling van de onderneming. Tenzij anders vermeld zijn alle bedragen in duizenden euro’s en worden de in de balans opgenomen posten gewaardeerd tegen nominale waarde. De omschrijvingen van financiële stromen en posities zijn aangepast in lijn met de activiteiten van het fonds. Daarom wijken deze omschrijvingen in enkele gevallen af van de voorschriften conform Besluit Modellen Jaarrekening.
19
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Gebruik van schattingen De opstelling van de geconsolideerde jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen doet die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarden van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Belangrijke schattingen en veronderstellingen hebben voornamelijk betrekking op de kredietwaardigheid van de tegenpartijen en de berekeningen van de reële waarde van leningen en participaties die daaraan zijn gekoppeld, zoals opgenomen in paragraaf 5, Financiële risico’s. Grondslagen voor consolidatie Deze geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de onderneming en haar groepsmaatschappij Energiefonds Overijssel II B.V (100% belang). Groepsmaatschappijen zijn deelnemingen waarin de onderneming een meerderheidsbelang heeft, of waarop de onderneming op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan uitoefenen. Bij de bepaling of de onderneming beleidsbepalende invloed kan uitoefenen, worden financiële instrumenten betrokken die potentiële stemrechten bevatten en direct kunnen worden uitgeoefend. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd, evenals de winsten die in de groep zijn gemaakt. De groepsmaatschappijen zijn integraal geconsolideerd. Criteria opname in de balans Een financieel instrument wordt in de balans opgenomen zodra het waarschijnlijk is dat toekomstige economische voordelen van het financiële instrument naar het fonds zullen vloeien. De reële waarde van een financieel instrument bij eerste opname is gelijk aan de kostprijs van het financiële instrument. Een financieel instrument wordt niet langer in de balans opgenomen als een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle toekomstige rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot het financiële instrument aan een derde worden overgedragen. Saldering van een actief en een verplichting Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen als er sprake is van een wettelijke of contractuele bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd en gelijktijdig af te wikkelen, en als bovendien de intentie bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen. De rentebaten en -lasten die samenhangen met de gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële verplichtingen worden eveneens gesaldeerd opgenomen.
20
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Participaties Onder participaties worden verstaan belangen in aandelenkapitaal van ondernemingen, waarbij geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid van de onderneming. Zij worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere marktwaarde. Het innovatieve karakter van de ondernemingen beperkt het gebruik van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen en technieken. Waardering tegen reële waarde is nagenoeg niet mogelijk en vaak zeer arbeidsintensief. Daarom is besloten de participaties in eerste instantie te waarderen tegen kostprijs. Deze keuze impliceert dat alleen gerealiseerde waardeveranderingen in de verlies-en-winstrekening worden verwerkt, evenals eventuele bijzondere waardeverminderingen. Leningen Verstrekte leningen en overige vorderingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, eventueel verminderd met bijzondere waardeverminderingen. Bijzondere waardeverminderingen De financiële vaste activa worden op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat een actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een bijzondere waardevermindering als er objectieve aanwijzingen zijn dat na de eerste opname van het actief zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de verwachte toekomstige nettokasstromen van dat actief, en als hiervan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt. Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering omvatten onder meer het niet nakomen van betalingsverplichtingen en achterstallige betalingen door een tegenpartij, herstructurering van een bedrag dat aan de onderneming toekomt onder voorwaarden die de onderneming anders niet zou hebben overwogen, aanwijzingen dat een tegenpartij failliet zal gaan, en het verdwijnen van een actieve markt voor een bepaald effect. Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van vorderingen en beleggingen die de onderneming waardeert tegen geamortiseerde kostprijs, worden in aanmerking genomen op zowel het niveau van specifieke activa als op collectief niveau. Van alle individueel significante vorderingen en beleggingen wordt beoordeeld of deze specifiek onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering. Alle individueel significante vorderingen en beleggingen waarvan is vastgesteld dat deze niet specifiek onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering, worden vervolgens collectief beoordeeld op een eventuele waardevermindering die zich al heeft voorgedaan, maar nog niet is vastgesteld. Van individueel niet-significante vorderingen wordt collectief beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering door samenvoeging van vorderingen met vergelijkbare risicokenmerken. Bij de beoordeling van de collectieve waardevermindering gebruikt de onderneming historische trends van de waarschijnlijkheid van het niet-nakomen van betalingsverplichtingen, het tijdsbestek waarbinnen incassering plaatsvindt en de hoogte van gemaakte verliezen. De uitkomsten worden bijgesteld als de beheerder van het fonds van oordeel is dat de huidige economische en kredietomstandigheden zodanig zijn dat het waarschijnlijk is dat de daadwerkelijke verliezen hoger dan wel lager zullen zijn dan historische trends suggereren.
21
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Een bijzondere waardevermindering van een financieel actief dat tegen geamortiseerde kostprijs wordt gewaardeerd, wordt berekend als het verschil tussen de boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, verdisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rente van het actief. Verliezen worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Rente op het actief dat aan een bijzondere waardevermindering onderhevig is, blijft verantwoord worden via oprenting van het actief. Als in een latere periode het actief dat onderhevig is aan een bijzondere waardevermindering, stijgt en het herstel objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van de bijzondere waardevermindering, wordt het bedrag uit hoofde van het herstel verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Overige activa en passiva De overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. De waardering is nagenoeg gelijk aan de marktwaarde als gevolg van de korte looptijden van de betreffende posten. Reële waarde De reële waarde van in de balans opgenomen financiële instrumenten die zijn verantwoord onder liquide middelen, kortlopende vorderingen en schulden e.d., benadert de balanswaarde daarvan. Voor financiële instrumenten die zijn verantwoord onder beleggingen, is in de paragrafen 7 en 8 (Participaties en Leningen) in de Toelichting op de geconsolideerde balans informatie opgenomen over de reële waarde en de belangrijkste uitgangspunten die zijn gebruikt bij de berekening daarvan.
3. Grondslagen van resultaatbepaling Het resultaat betreft de inkomsten uit belegde middelen (dividend en rente) over de verslagperiode onder aftrek van de aan de verslagperiode toe te rekenen kosten. Het dividend is het verdiende bruto contante dividend onder aftrek van provisie en niet-terugvorderbare dividendbelasting. De opbrengsten in de vorm van stockdividend worden als aankoop tegen nihil in de balans verwerkt. Dividenden worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord op het moment dat deze betaalbaar zijn gesteld. De interestbaten betreft de bruto ontvangen rente op leningen onder aftrek van een eventuele provisie. De rente wordt verantwoord in de periode waarop zij betrekking heeft. Verantwoording van baten en lasten Baten worden in de winst-en-verliesrekening en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting heeft plaatsgevonden waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld.
22
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
4. Grondslagen voor het opstellen van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in de herkomst van de liquide middelen die gedurende de periode beschikbaar zijn gekomen en de wijze waarop deze zijn aangewend. De kasstromen worden gesplitst in operationele activiteiten, investeringsactiviteiten en financieringsactiviteiten. Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
5. Financiële risico’s De activiteiten van het fonds kunnen financiële risico’s van verscheidene aard met zich meebrengen. Deze risico’s kunnen bestaan uit marktrisico, renterisico, kredietrisico, liquiditeitsrisico, verhandelbaarheids risico, uitbestedingsrisico en valutarisico. Gezien de opstartfase van het fonds zijn per balansdatum niet alle risico’s relevant. Niet relevant zijn met name valutarisico’s omdat het fonds geen posities heeft of heeft gehad in vreemde valuta. De overige risico’s worden hieronder nader toegelicht en gekwantificeerd. Marktrisico De participaties en leningen zijn blootgesteld aan marktschommelingen en risico’s die inherent zijn aan participaties en leningen. De reële waarde van participaties en verstrekte leningen kan fluctueren vanwege vele factoren, zoals de verwachtingen ten aanzien van economische groei, inflatie en prijsontwikkeling op goederen- en valutamarkten. Het fonds verstrekt alleen leningen aan en neemt participaties in projecten in de Provincie Overijssel. Deze beperking tot de Provincie Overijssel vergroot het marktrisico van de leningenportefeuille. Investeren in meerdere sectoren of thema’s kan het risico spreiden. Per 31 december 2014 is de spreiding beperkt doordat een aanzienlijk deel van de uitbetaalde leningen aan één sector is verstrekt, de sector woningcorporaties. De participaties zijn over meerdere sectoren verspreid. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument wijzigt als gevolg van veranderingen in de marktrente. De referentie voor Energiefonds Overijssel is niet de marktrente, maar het streefrendement van 2% gedurende de looptijd van het fonds. De looptijd van leningen aan woningcorporaties is maximaal vijftien jaar; de looptijd van overige leningen is maximaal tien jaar. Aangezien het fonds de intentie heeft de leningen gedurende de gehele looptijd te behouden, worden alle leningen op geamortiseerde kostprijs gewaardeerd. Bovendien geldt voor de meeste leningen een rentevaste periode die gelijk is aan de looptijd van de lening. Hierdoor is het renterisico gering.
23
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Onderstaande tabel geeft inzicht in het renterisico. Het renterisico wordt niet afgedekt. De modified duration geeft een indicatie wat de procentuele mutatie van de reële waarde van de portefeuille zou zijn bij een wijziging van de marktrente van één procent.
31-12-2014
31-12-2013
Effectief rendement
1,7
1,5
Gemiddelde resterende looptijd
13,8 jaar
14,8 jaar
Modified duration
12,04
13,17
Bedragen in € 1.000
Kredietrisico Bij het verstrekken van leningen bestaat het risico dat de tegenpartij niet aan de rente- en/of aflossingsverplichtingen kan voldoen. Het fonds beheerst dit risico door bij de selectie van aanvragen voor een lening de kredietwaardigheid van de tegenpartij te beoordelen, evenals de kwaliteit van het management van de entiteit waaraan het fonds een lening verstrekt. De meeste uitbetaalde leningen zijn verstrekt aan woningbouwcorporaties. Het kredietrisico op deze leningen is zeer laag, omdat deze leningen onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) vallen. Verder wordt het risico op leningen aan woningbouwcorporaties beperkt doordat de hoogte van de lening is gemaximeerd. De lening is gerelateerd aan de omvang van het te financieren project en bedraagt maximaal € 15.000 per woning waarvoor energiebesparende maatregelen worden getroffen. Leningen anders dan aan woningcorporaties zijn ook aan een maximum gebonden. De voorwaarden hiervoor zijn vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit subsidies (Ubs) van de Provincie Overijssel. Het fonds bepaalt voor iedere leningnemer een risicocategorie. Dit gebeurt op basis van een risico analyse. In de tabel hierna is per risicocategorie het volume van de leningenportefeuille weergegeven als percentage van de totale portefeuille. Leningen waarvan de kans op wanbetaling (probability of default of PD) hoog is (PD-rating lager dan B) worden niet verstrekt.
Volume
Probability
of default
in %
Bedragen in € 1.000
PD-rating
Kans op wanbetaling
AAA
Zeer laag
0,00 – 0,15
AA
Laag
77.717
0,00 – 0,30
A
Gemiddeld
0,00 – 0,62
BBB
Gemiddeld
0,00 – 1,24
BB
Gemiddeld
0,00 – 2,49
B
Hoog
3.800
0,00 – 4,99
81.517
Totaal
24
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Het maximale kredietrisico wordt bepaald door de som van de liquide middelen, de vorderingen en de waarde van de leningenportefeuille. Het maximale kredietrisico bedraagt € 93,4 miljoen. Liquiditeitsrisico De Provincie Overijssel stelt de financiering van de portefeuille van het fonds renteloos ter beschikking voor de looptijd van de participaties en leningen. ASN Bank N.V. stelt de financiering van het werk kapitaal ter beschikking in de vorm van een kredietfaciliteit van in totaal € 12,0 miljoen. Daarvan is per balansdatum € 8,1 miljoen in liquiditeiten verstrekt. Beide financieringen hebben een langlopend karakter, wat het liquiditeitsrisico voor het fonds beperkt. Zie hierna een overzicht van het liquiditeits risico per 31 december 2014.
31-12-2014
(alle bedragen in EUR 1.000)
Tot
1 - 5
5 jaar
1 jaar
jaar
en langer
Totaal
–
–
1.955
1.955
Activa Participaties Leningen U/G
–
–
81.517
81.517
Vorderingen
465
–
–
465
Liquide middelen
11.409
–
–
11.409
Passiva Lening Provincie Overijssel
–
–
(92.611)
(92.611)
Lening ASN Bank N.V.
–
–
(8.130)
(8.130)
Overige schulden
(828)
–
–
(828)
(17.269)
(6.223)
Liquiditeitsgap
11.046
–
Op korte termijn heeft het fonds voldoende middelen om aan zijn kortetermijnverplichtingen te kunnen voldoen. Zoals aangegeven is de langetermijnfinanciering van het werkkapitaal gedekt door de financiering van ASN Bank N.V. Het resterende bedrag van € 6,2 miljoen is het negatieve eigen vermogen. De Provincie Overijssel heeft een garantie afgegeven voor de financiering die ASN Bank N.V. heeft verstrekt, tot een bedrag van € 12,0 miljoen. Zie voor verdere informatie paragraaf 13. Verhandelbaarheidsrisico De participaties waarin het fonds belegt zijn niet beursgenoteerd, waardoor de verhandelbaarheid gering is. Het risico bestaat dat een participatie niet of tegen een lagere koers kan worden verkocht. Het verhandelbaarheidsrisico van de portefeuille participaties is dan ook hoog. Het maximale aandeel van de portefeuille participaties in Energiefonds Overijssel is beperkt tot € 50 miljoen.
25
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
De leningenportefeuille van het fonds bestaat uit onderhandse leningen. Er bestaat geen actieve markt voor dergelijke leningen. Daardoor is het verhandelbaarheidsrisico van deze leningen hoog. Overigens heeft het fonds de intentie om de leningen tot aan het einde van de looptijd te houden. De financiering van het fonds is hier ook op ingericht. Uitbestedingsrisico Het uitbestedingsrisico is het risico ten aanzien van de continuïteit van de bedrijfsvoering, integriteit en/of kwaliteit van de dienstverlening. Het fonds heeft bij oprichting ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB) aangesteld als beheerder. Per 24 november 2014 is de ASN Bank in de plaats getreden van ABB. De managementovereenkomst tussen het fonds en de beheerder is tot stand gekomen in een niet-openbare Europese aanbesteding, nadat ABB in een samenwerkingsverband geselecteerd is als gegadigde. De beheerder dient te voldoen aan de eisen van de managementovereenkomst, waarin de opdracht is vastgelegd in samenhang met Uitvoeringsbesluit, IR, GS-mandaat, Financieringsregeling, Directiereglement, statuten en Aanbestedings documenten. Indien de beheerder hieraan niet voldoet, worden de opdracht en managementovereenkomst beëindigd en volgen de consequenties als opgenomen in deze overeenkomst. ABB respectievelijk de ASN Bank volgen hun eigen AO/IC ten aanzien van het beheer van een fonds en de regels uit de managementovereenkomst. Op het niveau van het fonds wordt toezicht gehouden door de RvC en de AvA (Gedeputeerde Staten). Per 24 november 2014 is via een contractovername het beheer van Energiefonds Overijssel I B.V. overgedragen aan ASN Bank N.V. Onderaannemers zijn StartGreen Capital en Royal Haskoning DHV. Met deze partijen en ASN Bank N.V. is een Term Sheet en een SLA aangegaan. De verplichtingen en verantwoordelijkheden die voortvloeien uit de managementovereenkomst, gelden voor zover van toepassing ook voor StartGreen Capital en Royal HaskoningDHV. Op basis van rapportages van de betrokken partijen wordt getoetst of wordt voldaan aan de onderlinge afspraken. Er vinden periodiek overleg en jaarlijkse evaluatie plaats. ASN Bank N.V. legt door middel van de kwartaalrapportages periodiek verantwoording af over het uitgevoerde beheer. De administratie van het fonds is sinds de oprichting uitbesteed aan ACTIAM N.V. (voorheen SNS Asset Management N.V.). Valutarisico De participaties en leningen noteren in euro’s. Het fonds heeft geen valutarisico.
6. Fiscale positie Vennootschapsbelasting Energiefonds Overijssel I B.V. en Energiefonds Overijssel II B.V. vallen onder de vrijstelling voor de VPB voor overheidsbedrijven ex art. 2 lid 7 Wet VPB 1969. Belasting toegevoegde waarde Het fonds verricht voor de btw vrijgestelde prestaties en kan geen voorheffing terugvorderen over de kosten die in rekening zijn gebracht.
26
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Energiefonds Overijssel I B.V. kan de betaalde btw jaarlijks terugvorderen van het btw-compensatiefonds. De mogelijkheid voor terugvordering bij het btw-compensatiefonds geldt voor vennootschappen waarin de Provincie Overijssel een direct belang heeft, zoals Energiefonds Overijssel I B.V. In Energiefonds Overijssel II B.V. heeft de Provincie Overijssel geen direct belang en voor dit fonds bestaat deze mogelijkheid niet. De aan Energiefonds Overijssel II B.V. in rekening gebrachte btw is verantwoord in de winst-en-verliesrekening.
27
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Toelichting op de geconsolideerde balans 7. Participaties (A) Het verloop van de post Participaties gedurende de verslagperiode is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
–
–
Aankopen
1.955
–
Stand ultimo periode
1.955
–
Het fonds heeft in de verslagperiode de volgende participaties aangekocht, die zijn gewaardeerd tegen de kostprijs. Per verslagdatum zijn er geen aanwijzingen dat participaties dienen te worden gewaardeerd tegen een lagere marktwaarde.
Kostprijs
% van de
portefeuille
Bedragen in € 1.000 Naam Empyro B.V.
1.000
51,1
BTG Bioliquids B.V.
750
38,4
OrangeGas Overijssel B.V.
145
7,4
Holland Eco Finance B.V.
60
3,1
1.955
100,0
Totaal
Prioriteitsaandelen EFO I heeft prioriteitsaandelen in BTG Bioliquids B.V. (€ 1), Holland Eco Finance B.V. (€ 1) en OrangeGas Overijssel B.V. (€ 1.000), alsmede een preferent aandeel in BTG Bioliquids B.V. (€ 1). Deze prioriteitsaandelen geven extra rechten en zeggenschap die te maken hebben met dividenduitkering, besluitvorming en bedrijfsvoering van de ondernemingen.
28
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
8. Leningen (B) Het verloop van de post Leningen gedurende de verslagperiode is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
65.692
–
Verstrekkingen
15.825
65.692
Stand ultimo periode
81.517
65.692
Het fonds heeft per 31 december 2014 de volgende leningen verstrekt, die na eerste opname zijn gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode. Er zijn geen bijzondere waardeverminderingen geboekt gedurende de verslagperiode.
%
Geamorti-
van de
seerde Opgelopen
porte-
Plaats
kostprijs
rente
Totaal
feuille
Hengelo
16.180
36
16.216
19,8
Enschede
10.750
14
10.764
13,2
Zwolle
8.300
–
8.300
10,2
Stichting De Woonplaats
Enschede
8.010
31
8.041
9,8
Stichting Ons Huis
Enschede
7.105
15
7.120
8,7
(bedragen in EUR 1.000) Woningcorporaties Stichting Welbions Woningstichting Domijn Deltawonen
SWZ
Zwolle
5.382
21
5.403
6,6
Salland Wonen
Raalte
3.860
14
3.874
4,7
Mijande
Weerselo
3.680
9
3.689
4,5
Woningstichting Rentree
Deventer
2.920
11
2.931
3,6
Stichting Wetland Wonen Vollenhove
2.370
3
2.373
2,9
Woonconcept
Meppel
2.290
9
2.299
2,8
Openbaar Belang
Zwolle
1.800
7
1.807
2,2
Woonbeheer Borne
Borne
1.680
–
1.680
2,1
Woonbedrijf Ieder1
Deventer
1.650
6
1.656
2,0
Delden
540
2
542
0,7
Stichting Wonen Delden
Overige Sportbedrijf Deventer
Deventer
1.200
1
1.201
1,5
Empyro B.V.
Enschede
3.800
–
3.800
4,7
Totaal
29
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
81.517
179
81.696
100,0
Alle leningen verstrekt aan woningcorporaties hebben een rentepercentage van 1,5% en een gemiddelde looptijd van circa veertien jaar. De leningen aan Sportbedrijf Deventer en Empyro B.V. hebben een rentepercentage van respectievelijk 3% en 6%. Met uitzondering van de lening aan Stichting Welbions is voor alle aan woningcorporaties verstrekte leningen zekerheid verstrekt doordat de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw een garantstelling heeft afgegeven voor de gehele uitstaande posities. Voor de uitstaande vorderingen van Stichting Welbions heeft de gemeente Hengelo een garantstelling afgegeven voor de gehele uitstaande positie. Voor de lening aan Sportbedrijf Deventer staat de gemeente Deventer garant.
9. Vorderingen (C) De post Vorderingen bestaat uit: (bedragen in EUR 1.000)
31-12-2014
31-12-2013
Te vorderen btw
268
302
Te vorderen rente verstrekte leningenportefeuille
18
–
Lopende rente verstrekte leningenportefeuille
179
172
Lopende rente overig
–
4
Totaal
465
478
De te vorderen btw is de btw die Energiefonds Overijssel I B.V. kan terugvorderen van het btw-compensatiefonds. De vorderingen hebben een looptijd van minder dan één jaar.
10. Liquide middelen (K) Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. De liquide middelen staan ter vrije beschikking.
30
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
11. Eigen vermogen (E) Het verloop van het eigen vermogen is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
–
–
Storting kapitaal
–
–
Stand ultimo periode
–
–
01-01-2014
07-11-2012
Overige reserves Bedragen in € 1.000
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
–
–
Uit Onverdeeld resultaat
(4.341)
–
Stand ultimo periode
(4.341)
–
01-01-2014
07-11-2012
Onverdeeld resultaat Bedragen in € 1.000
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
(4.341)
–
Naar Overige reserves
4.341
–
Nettoresultaat
(1.882)
(4.341)
Stand ultimo periode
(1.882)
(4.341)
01-01-2014
07-11-2012
Totaal Bedragen in € 1.000
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
(4.341)
–
Nettoresultaat
(1.882)
(4.341)
Stand ultimo periode
(6.223)
(4.341)
EFO I heeft een negatief eigen vermogen per einde van de verslagperiode. De enige aandeelhouder van EFO I is de Provincie Overijssel. Op basis van de financierings-verplichtingen en verstrekte leningen is de verwachting dat het negatieve eigen vermogen op termijn, na de vollooptijd, zal worden aangezuiverd. De ontvangen financiering van ASN Bank N.V. is gegarandeerd door de Provincie Overijssel.
31
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
12. Lening Provincie Overijssel (F) De lening van de Provincie Overijssel van € 92,6 miljoen per 31 december 2014 is een renteloze lening met een looptijd die eindigt op 31 december 2027. Deze lening is onderdeel van de financierings overeenkomst voor een maximaal bedrag van € 250 miljoen. De via de financieringsovereenkomst getrokken gelden mogen uitsluitend worden gebruikt om gelden te financieren die zijn uitgezet bij ondernemingen, woningcorporaties en projecten. Het verloop van deze lening is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
67.312
–
Getrokken
25.299
67.312
Stand ultimo periode
92.611
67.312
Bedragen in € 1.000
31-12-2014
31-12-2013
Lening
12.000
12.000
Bouwdepot
(3.870)
(7.620)
13. Lening ASN Bank N.V. (G) De lening van ASN Bank N.V. is als volgt opgebouwd:
Totaal
8.130
4.380
De lening heeft als doel om het werkkapitaal te financieren en heeft een looptijd tot 31 december 2027. De hoofdsom van de lening bedraagt € 12 miljoen. Daarvan is € 4,4 miljoen uitbetaald in 2013 en € 3,75 miljoen in 2014. De resterende tranches (drie tranches van € 1,25 miljoen en één tranche van € 0,12 miljoen) worden op verzoek uitbetaald. De rente bedraagt het driemaands Euribortarief met een opslag van 1,5%. Tot aan opname staat de lening op een depotrekening bij de ASN Bank met een rentevergoeding van 50 basispunten onder het rentetarief over de lening.
32
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
De lening is aangegaan per 3 december 2013. Zij dient mede als vervanging van de éénjarige lening van € 7 miljoen die afliep per 31 december 2013. Daarvan was € 4,4 miljoen van het depot onttrokken. Het verloop van de leningen is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode Ontvangen gelden éénjaarslening met hoofdsom € 7.000 Terugbetaling per 31 december 2013
4.380
–
–
4.380
–
(4.380)
Ontvangen gelden 14-jaarslening met hoofdsom € 12.000
3.750
4.380
Stand ultimo periode
8.130
4.380
Aflossing van de lening bedraagt € 0,3 miljoen per kwartaal; aflossing is voor het eerst verschuldigd op 1 januari 2018. De niet-getrokken gelden van het depot zullen op die datum vrijvallen ter aflossing van de lening.
14. Overige schulden (H) De overige schulden per 31 december 2014 bedragen: Bedragen in € 1.000
31-12-2014
31-12-2013
Te betalen rente
12
14
Beheervergoeding
671
903
Vergoeding raad van commissarissen
10
12
Vergoeding adviescommissie
26
20
Marketing en communicatie
23
39
Kosten externe accountant
18
16
Ontwikkeling producten en methodologie
–
110
Kosten due diligence
18
32
Aansprakelijkheidsverzekering
–
20
Bonus Maatschappelijk Rendement
50
50
1
Totaal
828
1.216
Betreft een bonus waartoe de beheerder uit hoofde van de managementovereenkomst is gerechtigd indien over enig jaar een bepaald maatschappelijk rendement wordt gerealiseerd.
1
33
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
15. Niet uit de balans blijkende verplichtingen en zekerheden De volgende niet uit de balans blijkende verplichtingen bestaan per 31 december 2014. Het betreft contracten met doelondernemingen die per 31 december 2014 zijn afgesloten door EFO I en EFO II, maar die in 2014 nog niet zijn uitbetaald. Bedragen in € 1.000
31-12-2014
31-12-2013
Vennootschap EFO I Participatie in BTG Bioliquids B.V.
–
750
Participatie in Empyro B.V.
–
1.000
Participatie in OrangeGas Overijssel B.V.
375
280
Participatie in Holland Eco Finance B.V.
190
–
Participatie in BeGreen Overijssel B.V.
500
–
Lening aan Empyro B.V.
–
3.800
Lening aan OrangeGas Overijssel B.V.
1.560
1.620
Lening aan Triple Groen B.V.
1.148
–
Vennootschap EFO II
Totaal
3.773
7.450
De participaties in BTG Bioliquids B.V. en Empyro B.V. zijn in de verslagperiode uitbetaald. De participatie in OrangeGas Overijssel B.V. is verhoogd naar € 520.000; daarvan is € 145.000 uitbetaald. Het restant staat in depot. Holland Eco Finance B.V. is een nieuwe participatie die gedeeltelijk (€ 60.000) is uitbetaald in juli 2014. BeGreen Overijssel B.V. is een nieuwe participatie waarvan begin 2015 de financial close(de datum waarop het Contract wordt ondertekend en financiering voor Opdrachtnemer zonder enig voorbehoud beschikbaar komt uit hoofde van de Financieringsovereenkomsten) plaats zal vinden. De uitbetaling van de lening aan OrangeGas Overijssel B.V. volgt in de eerste helft van 2015. De lening aan OrangeGas Overijssel B.V. is met € 60.000 verlaagd. De uitbetaling van de lening aan Triple Groen B.V. volgt eveneens in de eerste helft van 2015. Ontvangen zekerheden De onderliggende waarde van garanties wordt niet als activa of passiva in de balans opgenomen. Alle leningen aan woningcorporaties, behalve die aan Stichting Welbions, vallen onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het totaal uitgeleende bedrag, inclusief opgelopen rente van € 81,7 miljoen, geeft het maximale potentiële risico voor het fonds aan voor gegarandeerde leningen. Dit is het risico in de situatie dat al onze tegenpartijen hun contractuele verplichtingen niet meer nakomen en alle bestaande zekerheden geen waarde hebben.
34
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening 16. Beheervergoeding (I) Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Beheervergoeding EFO I B.V.
1.073
1.495
Beheervergoeding EFO II B.V.
1.265
2.116
Stand ultimo periode
2.338
3.611
De beheerder heeft recht op een vaste vergoeding per jaar. De vaste vergoeding voor geheel 2014 bedroeg € 2.337.185 (2013: € 3.265.846). De btw op de beheervergoeding van Energiefonds Overijssel II B.V. wordt apart verantwoord onder de overige kosten die in het overzicht hieronder worden gespecificeerd. De btw bedroeg in het verslagjaar € 178.321 (2013: € 200.724). De btw op de beheervergoeding van Energiefonds Overijssel I B.V. kan volledig bij het btw-compensatiefonds worden teruggevorderd en wordt dus niet als kosten verantwoord.
17. Overige kosten (J) Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
35
Vergoeding raad van commissarissen
37
43
Vergoeding adviescommissie
38
59
Kosten externe adviseurs
–
8
Btw EFO II
178
237
Marketing en communicatie
85
199
Accountantskosten
37
27
Commissie verstrekte leningen
–
20
Ontwikkeling producten en methodologie
42
143
Kosten due diligence
36
43
Verzekeringen
6
20
Bonus maatschappelijk rendement
50
50
Diverse kosten waaronder onvoorzien
1
2
Stand ultimo periode
510
851
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Het fonds heeft KPMG Accountants N.V. aangesteld als controlerend accountant. De accountantskosten zijn geheel toe te rekenen aan werkzaamheden ten behoeve van de controle van de jaarrekening. Personeel Het fonds maakt gebruik van de diensten van de beheerder (directie) van het fonds, ASN Bank N.V., en heeft dientengevolge geen personeel in dienst. Beloning raad van commissarissen De raad van commissarissen bestaat uit drie leden. In de verslagperiode ontving de voorzitter een vergoeding van € 16.770 en de overige twee leden ontvingen een vergoeding van € 9.000 ieder. Deze bedragen zijn exclusief onkostenvergoedingen. De raad kwam in totaal vier keer bijeen. Beloning adviescommissie De vergoeding voor de adviescommissie bedraagt maximaal € 1.500 exclusief onkosten per lid per vergadering, uitgaande van drie dagdelen (geen aparte vergoeding voor de voorzitter). Hiervan betaalt de Provincie Overijssel een bedrag van € 105,43 per bijeenkomst. Het overige gedeelte verloopt via EFO. De adviescommissie bestaat uit vijf leden. De adviescommissie kwam tien keer bijeen. De vergadering was niet altijd volledig bezet en duurde vaak minder dan drie dagdelen. Beloning beheerder Het beloningsbeleid van het fonds is conform het beleid van de Provincie Overijssel. Dat betekent dat er een maximum (WNT-norm) is gesteld aan de beloning die medewerkers in dienst van de beheerder ontvangen. Dit geldt ook voor de salarissen van ondernemingen waaraan de beheerder werkzaam heden heeft uitbesteed, en van de bestuurders van ondernemingen waarin Energiefonds Overijssel I participeert. Transacties met verbonden partijen De Provincie Overijssel is als enige aandeelhouder van Energiefonds Overijssel I B.V. een verbonden partij van het fonds. De onder paragraaf 12 genoemde bedragen betreffen in hun geheel transacties met verbonden partijen. Daarnaast heeft de Provincie Overijssel een garantie afgegeven voor leningen ontvangen van ASN Bank N.V. voor een maximale waarde van € 12 miljoen. ASN Bank N.V. is als directie van Energiefonds Overijssel I B.V. een verbonden partij van het fonds. De beheervergoeding in paragraaf 16 betreft in zijn geheel transacties met verbonden partijen. De lening in paragraaf 13 betreft daarmee in zijn geheel transacties met verbonden partijen
36
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Enkelvoudige jaarrekening Energiefonds Overijssel I B.V.
37
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Balans Voor winstbestemming en in € 1.000
Toelichting
31-12-2014
31-12-2013
Activa Financiële vaste activa Participaties
(L)
Deelnemingen in groepsmaatschappijen (M) Lening aan groepsmaatschappij
(N)
1.955
–
–
–
4.350
2.558
6.305
2.558
Vlottende activa Vorderingen
(O)
273
306
Liquide middelen
(P)
1.758
777
2.031
1.083
8.336
3.641
Passiva
Totale activa Eigen vermogen
(Q)
Geplaatst kapitaal
–
–
Overige reserves
(4.341)
–
Onverdeeld resultaat
(1.882)
(4.341)
(6.223)
(4.341)
3.121
2.529
Voorziening deelneming
(R)
Langlopende schulden Leningen Provincie Overijssel
(S)
2.520
–
Lening ASN Bank N.V.
(T)
8.130
4.380
10.650
4.380
Kortlopende schulden Schulden aan participanten en maatschappijen waarin wordt deelgenomen
(U)
393
670
Overige schulden
(V)
395
403
788
1.073
8.336
3.641
Totale passiva
38
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Enkelvoudige winsten-verliesrekening Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Financieringskosten Rente leningen
55
16
55
16
Kosten Beheervergoeding
(X)
(1.072)
(1.495)
Overige kosten
(Y)
(136)
(282)
(1.208)
(1.777)
Rentelasten
(137)
(51)
Resultaat voor belasting
(1.290)
(1.812)
Belasting
–
–
Resultaat deelneming
(592)
(2.529)
Nettoresultaat
39
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
(1.882)
(4.341)
Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening 18. Algemeen Energiefonds Overijssel I B.V. (EFO I) is opgericht op 7 november 2012 en gevestigd te Luttenbergstraat 2, Zwolle. Het fonds is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 56424566. De tweede verslagperiode van het fonds heeft betrekking op de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. Aangezien EFO I aan het einde van 2012 is opgericht en in 2012 in de opstartfase verkeerde, is er voor de eerste verslagperiode gekozen voor een verlengd boekjaar. De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De enkelvoudige jaarrekening maakt deel uit van de geconsolideerde jaarrekening van de onderneming. Voor zover posten uit de enkelvoudige balans en winst-en-verliesrekening hierna niet nader zijn toegelicht, verwijzen wij naar de toelichting op de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening.
19. Grondslagen voor waardering De grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gelijk voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening, met uitzondering van het volgende: Deelnemingen in groepsmaatschappijen Onder deelnemingen in groepsmaatschappijen wordt verstaan het 100%-belang in Energiefonds Overijssel II B.V. Dit belang is gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. Wanneer de nettovermogenswaarde van deze deelneming negatief is, wordt zij op nihil gewaardeerd. Omdat EFO I geheel instaat voor de schulden van Energiefonds Overijssel II B.V. wordt in dat geval een voorziening gevormd.
40
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Toelichting op de enkelvoudige balans 20. Participaties (L) Zie voor een nadere toelichting paragraaf 7 van de geconsolideerde jaarrekening.
21. Deelnemingen in groepsmaatschappijen (M) Energiefonds Overijssel I B.V. heeft een 100%-belang in Energiefonds Overijssel II B.V. (EFO II). Energiefonds Overijssel II B.V. is gevestigd te Zwolle. Het nominaal geplaatste en volgestorte kapitaal bedraagt € 100, bestaande uit honderd aandelen van nominaal € 1. Het eigen vermogen van EFO II is negatief en wordt derhalve tegen nihil gewaardeerd. Er is een voorziening gevormd voor deze deelneming ad EUR 3.121 (2013: 2.529).
22. Lening aan groepsmaatschappij (N) Het verloop van de post Lening aan groepsmaatschappij is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
2.558
–
Verstrekking lening aan EFO II
1.792
2.558
Stand ultimo periode
4.350
2.558
De lening heeft als doel om tijdelijk het werkkapitaal van EFO II te financieren en heeft een looptijd tot 31 december 2027. De rente bedraagt het driemaands Euribortarief met een opslag van 1,5%.
23. Vorderingen (O) Onder Vorderingen zijn ultimo verslagperiode opgenomen: 31-12-2014
31-12-2013
Te vorderen btw
268
302
Lopende rente onderhandse leningen
5
4
273
306
Bedragen in € 1.000
De vorderingen hebben een looptijd van minder dan één jaar.
24. Liquide middelen (P) Zie voor een nadere toelichting paragraaf 10 van de geconsolideerde jaarrekening.
41
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
25. Eigen vermogen (Q) Voor een nadere toelichting op het eigen vermogen verwijzen wij naar de toelichting op het eigen vermogen van de geconsolideerde jaarrekening (zie paragraaf 11). Het eigen vermogen in de enkelvoudige jaarrekening wijkt niet af van het eigen vermogen in de geconsolideerde jaarrekening.
26. Voorziening deelneming (R) Energiefonds Overijssel I B.V. heeft een 100%-belang in Energiefonds Overijssel II B.V. (EFO II). Energiefonds Overijssel II B.V. is gevestigd te Zwolle. Het nominaal geplaatste en volgestorte kapitaal bedraagt € 100, bestaande uit honderd aandelen van nominaal € 1. Het verloop van de post Deelneming in groepsmaatschappij is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
2.529
–
Oprichting Energiefonds Overijssel II B.V.
–
–
Resultaat deelneming
592
2.529
Stand ultimo periode
3.121
2.529
EFO I aanvaardt hoofdelijke aansprakelijkheid (in de zin van artikel 2:403 lid1f BW) voor alle uit rechtshandelingen voortvloeiende schulden van EFO II vanaf de oprichting van deze vennootschap.
27. Lening Provincie Overijssel (S) De Provincie Overijssel heeft zowel aan EFO I als aan EFO II een lening verstrekt. Zie voor een nadere toelichting paragraaf 12 van de geconsolideerde jaarrekening. Het verloop van de lening verstrekt aan EFO I is als volgt: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Stand aan het begin van de periode
–
–
Getrokken
2.520
–
Stand ultimo periode
2.520
–
28. Lening ASN Bank N.V. (T) Zie voor een nadere toelichting paragraaf 13, Lening ASN Bank N.V., van de geconsolideerde jaarrekening.
29. Schulden aan participanten en maatschappijen waarin wordt deelgenomen (U) Dit betreft nog te betalen bedragen aan EFO II.
42
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
30. Overige schulden (V) Per 31 december 2014 was de samenstelling van de post overige schulden als volgt: 31-12-2014
31-12-2013
Te betalen interest lening
12
13
Te betalen beheervergoeding
325
254
Te betalen marketing- en communicatiekosten
10
18
Bedragen in € 1.000
Te betalen ontwikkelingskosten producten en methodologie
43
–
50
Te betalen vergoeding adviescommissie
12
9
Te betalen vergoeding raad van commissarissen
5
5
Te betalen due diligence-kosten
–
15
Te betalen accountantskosten
8
7
Te betalen premies aansprakelijkheidsverzekeringen
–
9
Bonus Maatschappelijk Rendement
23
–
Te betalen overige kosten
–
23
Totaal
395
403
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Toelichting op de enkelvoudige winst-en-verliesrekening 31. Beheervergoeding (W) De beheerder heeft over de verslagperiode een vergoeding van € 1.072.391 (2013: 1.495.451) ontvangen. Zie voor een nadere toelichting paragraaf 16, Beheervergoeding, van de geconsolideerde jaarrekening.
32. Overige kosten (X) De overige kosten bestaan uit: Bedragen in € 1.000
01-01-2014
07-11-2012
t/m 31-12-2014 t/m 31-12-2013
Vergoeding raad van commissarissen
16
19
Vergoeding adviescommissie
17
26
Externe adviseurs
–
4
Kosten due diligence
4
18
Accountantskosten
16
12
Commissie opgenomen leningen
–
20
Marketing en communicatie
38
89
Ontwikkeling producten en methodologie
19
64
Verzekeringen
3
9
Bonus Maatschappelijk Rendement
23
21
Totaal
136
282
De accountantskosten zijn geheel toe te rekenen aan werkzaamheden ten behoeve van de controle van de jaarrekening.
32. Personeel Zie voor een nadere toelichting paragraaf 17 van de geconsolideerde jaarrekening.
33. Beloning raad van commissarissen Zie voor een nadere toelichting paragraaf 17 van de geconsolideerde jaarrekening.
34. Beloning adviescommissie Zie voor een nadere toelichting paragraaf 17 van de geconsolideerde jaarrekening.
35. Transacties met verbonden partijen Zie voor een nadere toelichting paragraaf 17 van de geconsolideerde jaarrekening. Zwolle, 2 april 2015 Directie Energiefonds Overijssel I B.V. 44
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Overige gegevens Winstbestemming De winstbestemming is geregeld in artikel 21 van de statuten. Dit artikel luidt: 21.1. De algemene vergadering is bevoegd tot bestemming van de winst die door de vaststelling van de jaarrekening is bepaald en tot vaststelling van uitkeringen. 21.2. De vennootschap kan aan de aandeelhouders en eventuele andere gerechtigden tot uitkeringen slechts uitkeringen doen voor zover het eigen vermogen groter is dan de reserves die krachtens de wet moeten worden aangehouden. Voor de vaststelling van het eigen vermogen en de reserves is de laatst vastgestelde jaarrekening bepalend.
Resultaatverwerking Het verlies over 2014 ad € 1.882 (x € 1.000) is als onverdeeld resultaat verantwoord, als onderdeel van het eigen vermogen.
Bijzondere zeggenschapsrechten Er is bij Energiefonds Overijssel I B.V. geen sprake van bijzondere zeggenschapsrechten
Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan.
45
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Energiefonds Overijssel I B.V.
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening over 2014 van Energiefonds Overijssel I B.V. te Zwolle gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2014 en de geconsolideerde en enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van de directie De directie van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het directieverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). De directie is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het inrichten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de directie van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
46
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Energiefonds Overijssel I B.V. per 31 december 2014 en van het resultaat over 2014 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het directieverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het directieverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.
Utrecht, 2 april 2015 KPMG Accountants N.V. G.J. Hoeve RA
47
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Bijlage 1: Overzicht portefeuille per 31 december 2014 In 2014 is er in totaal € 18 miljoen uitgeboekt en voor € 1,8 miljoen nieuw gecommitteerd. Er zijn committeringen bijgekomen voor Triple Groen B.V., Holland Eco Finance B.V. en BeGreen Overijssel B.V.. Onderstaand een totaaloverzicht van dit resultaat.
A Portefeuilleoverzicht uitgeboekte posten (zie balans) (in euro’s) Naam organisatie
Energiesoort
EFO I
EFO II
Totaal
De Woonplaats
Energiebesparing
8.010.000
8.010.000
Stg. Woonbedrijf Ieder1
Energiebesparing
1.650.000
1.650.000
RK Woningstichting Ons Huis
Energiebesparing
7.105.000
7.105.000
Stichting Wonen Delden
Energiebesparing
540.000
540.000
Stichting Woonconcept
Energiebesparing
2.290.000
2.290.000
Woningstichting SWZ
Energiebesparing
5.382.000
5.382.000
Woningstichting Openbaar Belang
Energiebesparing
1.800.000
1.800.000
Stichting DeltaWonen
Energiebesparing
8.300.000
8.300.000
Stichting Domijn
Energiebesparing
10.750.000
10.750.000
Stichting Mijande Wonen
Energiebesparing
3.680.000
3.680.000
Woningstichting Rentree
Energiebesparing
2.920.000
2.920.000
Salland Wonen
Energiebesparing
3.860.000
3.860.000
Stichting Wetland Wonen
Energiebesparing
2.370.000
2.370.000
Woningstg. Welbions Hengelo
Energiebesparing
16.180.000
16.180.000
Woonbeheer Borne
Energiebesparing
1.680.000
1.680.000
750.002
750.002
BTG Bioliquids B.V.
Energieopwekking
Empyro B.V.
Energieopwekking
OrangeGas Overijssel B.V.
Energieopwekking
1.000.000
145.000
Sportbedrijf Deventer
Energiebesparing
Holland Eco Finance B.V.
Energiebesparing
Totaal A
3.800.000
4.800.000 145.000
1.200.000
1.200.000
60.000
60.000
1.955.002 81.517.000 83.472.002
B Portefeuilleoverzicht gecommitteerde posten (niet uit de balans blijkende verplichtingen) (in euro’s) Naam organisatie
EFO I
EFO II
Totaal
Triple Groen B.V.
Energieopwekking
1.148.000
1.148.000
OrangeGas Overijssel B.V.
Energieopwekking
1.560.000
1.935.000
Holland Eco Finance B.V.
Energiebesparing
190.000
190.000
Energieopwekking
500.000
500.000
BeGreen Overijssel B.V.
48
Energiesoort
375.000
Totaal B
1.065.000
TOTAAL A + B
3.020.002 84.225.000 87.245.002
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
2.708.000
3.773.000
Bijlage 2: Personalia Raad van commissarissen Pieter van Geel, voorzitter Pieter van Geel kent het publieke domein goed, vanuit zowel ambtelijk als bestuurlijk perspectief: hij begon zijn carrière als planoloog bij de gemeente Helmond en werd daar later gemeentesecretaris. Als CDA’er was hij lid van de provinciale en gedeputeerde staten van Noord-Brabant, Tweede Kamerlid, fractievoorzitter en staatssecretaris VROM. Momenteel bekleedt hij verschillende commissariaten (Goede Doelen Loterijen, COVRA, Luchtverkeersleiding Nederland) en is hij voorzitter van het bestuur van de NAK (Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor zaaizaad en pootgoed van landbouwgewassen). Jan Paul van Soest Jan Paul van Soest is zelfstandig adviseur (Jan Paul van Soest – Advies voor Duurzaamheid), entrepreneur en auteur op het gebied van duurzaamheid in Nederland. In die hoedanigheid betrokken bij initiatieven als De Groene Zaak en De Gemeynt, coöperatie u.a. Tevens bekleedt hij een aantal commissariaten, onder meer bij Centrum Landbouw en Milieu. Eerdere posities waren onder meer lid van de raad van commissarissen van Triodos Meerwaardefonds en Triodos Groenfonds, lid van de Algemene Energieraad, en bestuurslid van Wereld Natuur Fonds Nederland. Roeland van Straten Roeland van Straten is eigenaar van Seyst Finance & Strategy B.V. en gespecialiseerd in de strategische en financiële onderbouwing van investeringen. Als adviseur van grote energiebedrijven is hij zeer nauw betrokken bij vele projecten in de energiesector, variërend van oplaadpalen en getijde-energie tot de slimme meter en stadswarmte. Hij is medeauteur van ‘Strategie en management’ en sinds 2002 verbonden aan Nyenrode Business Universiteit. Tevens is hij bestuurder geweest bij diverse maatschappelijke organisaties (Ned. Tafelronde, Kerkenraden), en commissaris bij Benspak B.V.
Adviescommissie Jean-Pierre Sweerts, voorzitter Jean-Pierre Sweerts is investeringsadviseur en financieel arrangeur van infrastructurele projecten, bedrijven en fondsen in clean energy en clean technology (Linius Capital). Voorheen was hij onder andere managing director DIF renewable energy en afdelingshoofd Duurzame Ontwikkelingen bij Rabobank. Jean-Pierre is van mening dat bedrijfseconomische gronden een grote rol moeten spelen bij beslissingen door de adviescommissie: “Als een bedrijf of project omvalt, is er ook geen maatschappelijk rendement.” Juul Vaandrager Juul Vaandrager is medeoprichter en partner bij Triple Finance Partners (financieel en strategisch advies). Voorheen was zij onder meer directeur van Rapar bij Rabobank Private Equity, zelfstandig adviseur en investment manager bij ABN AMRO Participaties. In deze diverse functies heeft zij ruime ervaring opgedaan in private equity en met het begeleiden van mkb-bedrijven.
49
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Ad van Wijk Ad van Wijk is zelfstandig adviseur en hoogleraar Future Energy Systems aan de TU Delft. Hij bekleedt diverse commissariaten, onder meer bij Wind Energy Solutions B.V., Tetra-E Holding B.V. en Eteck B.V. Voorheen was hij onder andere CEO van Econcern (tot aan het faillissement in 2009) en CEO van Ecofys. Ad van Wijk heeft veel kennis van energie en energiesystemen. Herman Jan Wijnants Herman Jan Wijnants is zelfstandig adviseur (Phorcys) op het gebied van klimaat- en energievraagstukken. Hij is onder meer betrokken bij de Energiewerkgroep van overkoepelende Duurzaamheidsoverleg Politieke Partijen (Nederland krijgt Nieuwe Energie) en bij de Drentse Energie Organisatie. Voorheen was hij adviseur en manager bij RHDHV, beleidsmedewerker bij het Ministerie VROM en de Wereldbank. Hij heeft kennis van en ervaring met Europese staatssteunprocedures en met het bepalen van maatschappelijke meerwaarde. Vacature In 2014 heeft Martijn Enter aangegeven zijn werk voor de adviescommissie niet langer te kunnen combineren met zijn andere werkzaamheden. Hij is in 2015 opgevolgd door Paul Nederkoorn.
Overzicht medewerkers Energiefonds Overijssel Het beheer van Energiefonds Overijssel wordt gevoerd door de ASN Bank in samenwerking met StartGreen en RoyalHaskoningDHV (RHDHV). Bij de ASN Bank zijn twee teams actief voor het fonds: de afdeling Beleggen en de afdeling Duurzame Financieringen.
ASN Bank Beleggen De afdeling Beleggen van de ASN Bank vervult taken voor Energiefonds Overijssel die te maken hebben met het beheer van het fonds. Het team bestaat uit de volgende personen: Bas-Jan Blom, directeur EFO, bedrijfshoofd ASN Bank Beleggen, directeur ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. Bas Jan Blom is als directeur ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB) verantwoordelijk voor de beleggingsfondsen van de ASN Bank. Tevens is hij directeur van Energiefonds Overijssel. Voorheen heeft hij acht jaar bij Schretlen & Co gewerkt, waar hij verschillende managementfuncties vervulde op het gebied van financiële planning, relatiemanagement en beleggingsadvies. Daarvoor was hij vijftien jaar werkzaam bij ABN AMRO. Bas-Jan Blom is bestuurslid van de Stichting de Putsche Ruiters. Dorine Putman-Devilee, manager externe relaties ASN Bank, boegbeeld EFO Dorine Putman-Devilee was van 2000 tot 2004 hoofd afdeling kredieten en investeringen bij de ASN Bank. Sinds 2004 vertegenwoordigt zij de ASN Bank als ambassadeur. In dit kader is zij lid van het Groenberaad van de NVB, voorzitter van het Beraad sociaal-ethische beleggingsfondsen van de NVB, commissaris van de coöperatieve bouwvereniging Q, lid van de werkgroep financiën BlokvoorBlokaanpak, secretaris van de Stichting Keurmerk Warmtepompen, bestuurslid van onderzoeksbureau CE Delft, lid van de Adviesraad Warmte (AgentschapNL tot aan opheffing van deze adviesraad); lid van de adviesraad verduurzaming bestaande woningen gemeente Teylingen, lid van de Overlegtafel duurzaam bouwen Provincie Limburg, jurylid van SBIR (AgentschapNL), en lid van de werkgroep Financiering van de Federatie e-Decentraal. Dorine is afgestudeerd als niet-westers socioloog aan de Universiteit van Leiden.
50
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Han Langen, fondsmanager Han Langen is fondsmanager sinds mei 2013. Hij is verantwoordelijk voor het beheer van Energiefonds Overijssel en voor toekomstige institutionele fondsen die onder beheer vallen van de ASN Bank. Hiervoor heeft Han diverse functies vervuld bij Oxfam Novib, onder andere op het gebied van microfinance, en bij de provincie Utrecht. Han is afgestudeerd als econoom aan de universiteit van Tilburg en heeft zijn postdoctorale opleiding tot Register Controller afgerond aan de Nyenrode Business Universiteit. Wilma Kwint, commercieel ondersteuner Wilma Kwint is senior commercieel ondersteuner en de directe secretariële ondersteuner van Bas-Jan Blom, directeur van ABB. Zij is sinds mei 2008 werkzaam bij de ASN Bank. Eerder werkte zij als boekhouder-salarisadministrateur en HRM-medewerkster bij verschillende commerciële ondernemingen. Zij is verantwoordelijk voor de directe ondersteuning van de directeur van ABB en de collega’s van de afdeling Beleggen. Zij heeft in oktober 2011 de opleiding Certified Team Manager (CTM) met succes afgerond. Jan-Willem Grandia, hoofd Controlling Jan-Willem Grandia is sinds oktober 2011 eindverantwoordelijk voor de afdeling Controlling & Compliance van de ASN Bank. Hij is tevens de local compliance officer van de ASN Bank en ABB. Sinds 2006 is Jan-Willem werkzaam bij SNS REAAL. Voordat hij bij de ASN Bank kwam, was hij twee jaar afdelingshoofd Group Finance bij SNS REAAL en ruim drie jaar business controller bij Zwitserleven. Jan-Willem is afgestudeerd als bedrijfseconoom aan de Universiteit van Amsterdam en heeft zijn postdoctorale opleiding tot Register Controller afgerond.
ASN Bank Duurzame Financieringen Het team van de afdeling Duurzame Financieringen van de ASN Bank is verantwoordelijk voor de behandeling van de aanvragen voor leningen en garanties onder EFO II. Het team beheert tevens het ASN Groenprojectenfonds en verstrekt namens de ASN Bank kredieten. Het team bestaat uit de volgende personen: Jort Bakker, bedrijfshoofd afdeling Duurzame Financieringen Jort Bakker werkt sinds 2006 bij de ASN Bank. Hij is eindverantwoordelijk voor de afdeling Duurzame Financieringen. Deze afdeling financiert voornamelijk projecten vanuit de ASN Bank en het ASN Groenprojectenfonds. De afdeling is verantwoordelijk voor de uitzettingen, het risicomanagement en het beheer. Jort is afgestudeerd als bedrijfseconoom aan de Erasmus Universiteit. Inmiddels is hij 24 jaar werkzaam in de zakelijke kredietverstrekking. Hij bekleedde verschillende directieposities. Mark Roesink, senior accountmanager Mark Roesink is senior accountmanager duurzame energie. Bij de ASN Bank heeft hij acht jaar ervaring met de financiering van projecten voor energie uit biomassa, wind, zon en water in Nederland, België en Frankrijk. Daarvoor heeft hij zes jaar verschillende functies als zakelijk accountmanager bekleed voor SNS Bank. Tussendoor was hij twee jaar als adviseur betrokken bij een ontwikkelingsproject in Mozambique. Mark heeft de HEAO afgerond in Amsterdam en Ontwikkelingsvraagstukken gestudeerd aan de Universiteit van Utrecht.
51
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Anouk Blüm, senior accountmanager Anouk Blüm werkt sinds 2008 bij de ASN Bank. Zij is verantwoordelijk voor duurzame-energiefinancieringen in Overijssel. Haar specialismen zijn duurzame warmte en duurzame woningbouw, zowel nieuwbouw als renovatie. Anouk Blüm heeft economie gestudeerd in Groningen en de postdoctorale opleiding voor registeraccountant in Amsterdam afgerond. Zij heeft in totaal vijftien jaar werkervaring, die zij opdeed als accountant bij KPMG, investment officer bij fondsmanager Triple Jump, en als analist en vervolgens accountmanager bij de ASN Bank. Jacco van Egdom, senior accountmanager Jacco van Egdom is senior accountmanager bij Energiefonds Overijssel met als aandachtsgebied vreemd vermogen. Hij heeft 25 jaar bankervaring en is sinds de oprichting in januari 2013 betrokken bij het fonds. Eerder werkte hij in verschillende functies in de zakelijke kredietverlening bij Rabobank en SNS Bank. Jacco is afgestudeerd als bedrijfskundige aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Ronald Zeeman, accountmanager Ronald Zeeman kwam op 1 juni 2012 bij de ASN Bank in dienst. Heeft 23 jaar bankervaring, waarvan zestien jaar in de zakelijke kredietverlening. Hij bekleedde diverse functies; zo was hij accountmanager Corporate Banking bij Rabobank Amsterdam en consultant rente- en valutamanagement en accountmanager bij SNS Financial Markets. Daardoor heeft hij een brede ervaring met zowel balans- als projectfinancieringen. Ronald heeft de HBO-opleiding Economie en Management afgerond aan de Hogeschool Utrecht. Sonja van der Eijk, accountmanager Sonja van der Eijk is accountmanager wonen. Ze houdt zich bezig met het financieren van duurzame woningen en woningaanpassingen van woningcorporaties en anderszins duurzame gebouwen voor bijvoorbeeld verzorgd en beschermd wonen. Na vijftien jaar werkzaam te zijn geweest in microfinance in ontwikkelingslanden, begon zij in 2013 bij de ASN Bank. Sonja is afgestudeerd econoom van de Wageningen Universiteit. Peter van Emmerik, senior kredietanalist Peter van Emmerik is in juli 2013 bij de ASN Bank in dienst getreden als senior kredietanalist. Hij beoordeelt kredietaanvragen en revisies. Voordat Peter bij de ASN Bank kwam, werkte hij ruim 22 jaar in verschillende functies bij BNG Bank en ABN AMRO Bank. Hij is afgestudeerd als stuurman GHV aan de Hogere Zeevaartschool Amsterdam en is Certified Anti-Money Laundering Specialist (CAMS). Barry Bulpitt, medewerker documenten en zekerheden Barry Bulpitt is sinds september 2010 senior medewerker documenten- en zekerhedenbeheer. In de functie is hij verantwoordelijk voor de juridische documentatie en operationele uitvoering voor zakelijke klanten. Tevens is hij verantwoordelijk voor de juridische en fiscale begeleiding en de administratie van een aantal fondsen. Barry heeft twaalf jaar bankervaring, waarvan zeven jaar bij de internationale handelsfinanciering van Fortis/ABN AMRO. Barry is afgestudeerd in Europese Bestuurskunde en Europees Recht aan de universiteit van Portsmouth, Engeland.
52
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Ad Diemel, medewerker documenten en zekerheden Ad Diemel is sinds maart 2013 senior medewerker documenten- en zekerhedenbeheer. In de functie is hij verantwoordelijk voor de juridische documentatie voor zakelijke klanten. Tevens is hij verantwoordelijk voor de juridische documentatie van Energiefonds Overijssel II. Ad heeft 37 jaar bankervaring, waarvan 36 bij ABN AMRO en The Royal Bank of Scotland in diverse functies. Ad is afgestudeerd in Bedrijfseconomie aan de Hogeschool van Utrecht. Jessica Bestebroer-de Vos, commercieel ondersteuner Jessica is in december 2013 begonnen als commercieel ondersteuner voor Energiefonds Overijssel. Zij ondersteunt accountmanagers Jacco van Egdom en Anouk Blüm. Zij zorgt voor een goed, efficiënt verloop van de dagelijkse processen, behoudt het overzicht en draagt zorg voor een complete administratie en archivering. Jessica heeft negen jaar commerciële ervaring. Zij was bij Eneco Business medeverantwoordelijk voor de doorontwikkeling en verkoop van energiebesparingsproducten en droeg in haar vrije tijd actief bij aan het verduurzamen van het pand. Jessica is afgestudeerd als Bachelor in Business Administration. Mark Slinger, commercieel ondersteuner Mark is sinds maart 2013 commercieel ondersteuner voor de ASN Bank en het ASN Groenprojectenfonds. Met ingang van juli 2014 is hij ook werkzaam voor Energiefonds Overijssel. Hij ondersteunt accountmanagers Jacco van Egdom en Anouk Blüm. Hij zorgt voor een goed, efficiënt verloop van de dagelijkse processen, behoudt het overzicht en draagt zorg voor een complete administratie en archivering. Mark heeft zes jaar bankervaring. Eerder werkte hij bij SNS Bank als medewerker zakelijk krediet. Hij regelde hier het complete kredietproces van nieuwe en bestaande franchisenemers. Mark is afgestudeerd in Commerciële Economie aan de HES in Rotterdam.
Royal HaskoningDHV (RHDHV) Het team van RHDHV is verantwoordelijk voor de frontdesk van Energiefonds Overijssel. Het team bestaat uit de volgende personen: Leon Pulles, senior accountmanager Leon Pulles is senior investeringsadviseur bij RHDHV. Hij is meer dan twintig jaar werkzaam in de energiesector. In deze periode is hij verantwoordelijk geweest voor de ontwikkeling, financiering en realisatie van vele energieconcepten. Hij heeft eerder in de energiesector gewerkt vanuit de volgende organisaties: Kema Consulting, Cap Gemini Ernst & Young, Nuon en Scheuten Solar. Op basis van zijn ervaring ontwikkelt hij investeringsstrategieën en -projecten. Dat doet hij vanuit een gedachtegoed dat is gebaseerd op drie kernelementen: energie-expertise, relaties & partnerships en aanpak. Leon beschikt hierdoor over veel kennis van de ontwikkeling van energieconcepten. Daarnaast heeft hij een uitgebreid netwerk van duurzame investeerders en banken. Leon is een ondernemende adviseur met een sterke focus op waardecreatie. Hij werkt zeer gedreven aan mogelijkheden om de haalbaarheid van investeringsprojecten te vergroten.
53
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Michiel Nijboer, reporting analyst Michiel Nijboer is sinds begin 2012 investeringsadviseur bij RHDHV. Hij heeft tien jaar ervaring in de energiesector. Eerder was hij werkzaam in uiteenlopende functies bij Gasunie, GasTerra en het International Energy Agency. Hij heeft een brede basis kennis van en ervaring met onder andere het opstellen en beoordelen van business cases voor investeringen in gasinfrastructuur, het onderzoeken van de economische en maatschappelijke haalbaarheid van nieuwe gastoepassingen, en het analyseren van en adviseren over ontwikkelingen (op lange termijn) in de Nederlandse en Europese energiemarkt. Michiel heeft bedrijfseconomie gestudeerd aan de Rijksuniversiteit Groningen en diverse opleidingen gevolgd aan het Energy Delta Institute. Cuno Grootscholten, front desk manager Cuno Grootscholten is werkzaam als senior adviseur klimaat bij RHDHV. Cuno is een ervaren project leider en uitstekend op de hoogte van de energie-agenda van overheden en het bedrijfsleven. Als projectleider heeft hij haalbaarheidsstudies en businesscasestudies opgezet voor duurzameenergiesystemen op het gebied van restwarmtebenutting, warmte-koudeopslag en zonne-energie. Cuno heeft ruime ervaring met de opzet en uitvoering van subsidieregelingen. De afgelopen 3,5 jaar was hij, in opdracht van de Provincie Overijssel, als projectleider verantwoordelijk voor de uitvoering van de provinciale tenderregeling duurzame energieopwekking & energiebesparing. Aan de hand van een gezamenlijk opgesteld beoordelingskader zijn alle projectvoorstellen beoordeeld en getoetst. Voor de Provincie Gelderland was hij betrokken bij de uitvoering van het energiebeleid, de beoordeling van subsidieaanvragen en het schrijven van preadviezen. Cuno is een proactieve, ondernemende adviseur met een uitstekende kennis van zaken, die is gebrand op het realiseren van kansen. Jantine Zwinkels, front desk medewerker Jantine Zwinkels is werkzaam als adviseur duurzaamheid bij RHDHV. Jantine heeft een bestuurskundige achtergrond en door deze beleidsmatige insteek heeft ze gevoel voor publieke vraagstukken, besluitvormingsprocessen en de complexe omgeving waarin overheden en bedrijven samenwerken. Bij RHDHV heeft zij inmiddels ervaring opgedaan met een breed scala aan duurzaamheidsprojecten rondom energie, mobiliteit en gebiedsontwikkeling. Het opstellen en toetsen van gemeentelijk klimaatbeleid en het doen van onderzoek naar innovatieve, vooruitstrevende pilotprojecten zijn hier voorbeelden van. In deze opdrachten stond vaak de vertaling van ambities naar concrete uitvoering centraal. In haar werk neemt Jantine graag het initiatief en denkt ze actief mee met collega’s om werkwijzen te verbeteren en problemen op te lossen.
StartGreen Capital Het team van StartGreen Capital is verantwoordelijk voor de participaties onder EFO I. Het team bestaat uit de volgende personen: Coenraad de Vries, fondsbeheerder Coenraad de Vries is medeoprichter en managing partner van StartGreen Capital. Na verschillende managementfuncties initieerde hij in 2000 mede Fortis Venturing, de innovatie-kraamkamer (incubator) van Fortis Groep. In deze functie ontwikkelde en bouwde hij verschillende nieuwe financiële producten en strategische deelnemingen voor Fortis Groep. In 2005 stond Coenraad aan de wieg van Excellerator, een in innovatie gespecialiseerd consultantbedrijf voor Fortis-klanten. Coenraad heeft de HEAO-opleiding Economisch-Juridisch afgerond, alsmede Beleids- en Organisatiewetenschappen aan de Universiteit Tilburg. Daarnaast volgde hij diverse executive-programma’s aan het International Institute for Management Development (IMD) te Lausanne. 54
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Laura Rooseboom, fondsbeheerder Laura Rooseboom is medeoprichter en managing partner van StartGreen Capital. Hiervoor was Laura managing partner bij DOEN Participaties, het venturefonds van Stichting DOEN van de Postcodeloterij. In die functie was zij een van de eerste investeerders in duurzame bedrijven in Nederland. Zij heeft veel duurzame bedrijven gezien en een groot aantal daarvan begeleid in hun groei. Voor die tijd was Laura actief als accountmanager voor vermogende particulieren bij NBC Vermogensbeheer. Laura heeft Bedrijfskunde gestudeerd aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en de postdoctorale opleiding tot Chartered Financial Analyst (Vrije Universiteit Amsterdam) met succes afgerond. Karel Asselbergs, investment manager Karel Asselbergs is sinds september 2013 investment manager bij StartGreen Capital en betrokken bij de acquisitie, monitoring en sturing van de participaties. Karel studeerde Bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, waarna hij een uitgebreide transactie-ervaring heeft opgedaan als fusie- en overnameadviseur bij respectievelijk Deloitte en ING Corporate Finance. Vervolgens was hij werkzaam bij investeringsmaatschappij KRC Capital. Robin Schipper, investment associate Robin Schipper werkt sinds 2010 als businessanalist bij StartGreen Capital. Vanuit zijn financiële expertise is hij nauw betrokken bij zowel de acquisitie, monitoring, buy & build als de exit van de participaties in de Start Green-portfolio. Hiervoor was Robin twee jaar corporate finance-adviseur bij PwC Valuation & Strategy en bij de mergers & acquisitions-boutique van managementadviesbureau JBR. Robin heeft een opleiding HTS afgerond, en daarna Bedrijfskunde gestudeerd aan Universiteit Nyenrode. Anieka van Leeuwarden, investment associate Anieka van Leeuwarden is sinds 2012 Investment associate bij StartGreen Capital en betrokken bij de acquisitie, monitoring en sturing van de participaties. Voor de overstap naar Venture Capital heeft Anieka 5 jaar bij Rabobank gewerkt. Eerst als financieel analist en later gespecialiseerd in het verstrekken van leningen en garanties aan coöperaties in ontwikkelingslanden. In deze periode heeft zij micro financieringsorganisaties en boerenproducentenorganisaties in Azië gefinancierd en additioneel ondersteund met begeleidingsprogramma’s. Anieka studeerde International Economics & Business aan de Rijksuniversiteit Groningen. Anthony Viellevoije, investment associate Anthony Viellevoije werkt sinds februari 2014 als investment associate bij StartGreen Capital en is nauw betrokken bij de acquisitie , monitoring en sturing van de participaties. Voorafgaand aan de stap naar venture capital is Anthony vier jaar actief geweest bij ING Corporate Finance en drie jaar als founder van een social travel startup. De focus bij ING CF lag met name op fusies & overnames in de media en offshore energy sector, naast een rotatie bij Equity Capital Markets. Anthony studeerde International Business Administration aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
55
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
Rutger Nelis, investment associate Rutger Nelis werkt sinds april 2014 als Investment Associate bij StartGreen Capital en is nauw betrokken bij de acquisitie, monitoring en sturing van de participaties. Voorafgaand aan de stap naar StartGreen volgde Rutger een Master in Business Administration (MBA) aan de IE Business School in Madrid. Rutger studeerde Sustainable Energy Technology aan de TU Delft, waarna hij een aantal jaren als duurzaamheidsconsultant bij KPMG heeft gewerkt. Wilma van Luenen, support Wilma van Luenen is sinds het begin van StartGreen Capital werkzaam als office manager. Zij verzorgt de secretariële ondersteuning van de managing partners en de financiële administratie van de fondsen van StartGreen. Hiervoor werkte zij negen jaar bij een participatiemaatschappij.
56
Jaarverslag Energiefonds Overijssel
15-6973 april 2015