Jaarverslag 2009
Energie
Milieu
Gezondheid
Management
Inhoud Oogsten komt later Positieve reuring Fikse investeringen nodig
2-3 4 5
6 8 9 10 11 12
Het ‘weer’ in een reactorkern voorspellen Snelle reactoren in zicht Van reststof naar brandstof Kwalificatie Chinese HTR-brandstof Grafietgeheimen ontsluierd met InnoGraph Brandstof voor kernfusie
13 14 15 16 17 18
Materialen die minder radioactief worden, maken kernfusie duurzamer
19
MILIEU Intro Onderzoek naar thoron in het binnenmilieu Radiologische inventarisatie Shell laboratorium Verantwoord omgaan met oude nucleaire instrumenten Groei decontaminatie off-shore onderdelen Recycling verpakkingen medische isotopen Onderzoek eindberging radioactief afval Water naar de zee
20 22 23 24 25 26 27 38
GEZONDHEID Intro Productie medische isotopen kritiek Europese vergelijking dosimetrie Kippenpoten op de röntgenfoto Stralingsbescherming reparatie HFR
Nucleaire infrastructuur Positieve aandacht voor nucleaire thema’s ‘PALLAS’ in versnelling Quality Safety & Environment Human Resources Management NRG in financiële termen Organogram Colofon
1
•
Jaarverslag 2009
ENERGIE Intro Levensduurverlenging ‘Borssele’ Nucleaire ‘game’ voor beter begrip veiligheid Digitalisering beïnvloedt faalkansberekening kerncentrales Meer rendement met ROSA Ultrasooninspecties: groeimarkt
30 32-33 34 35 36
38 39 40 42 43 44 45 46
Algemeen
Oogsten komt later “2009 was het jaar dat NRG veel erkenning kreeg. Onze maatschappelijke positie werd glashelder en de wereld zag hoe onmisbaar onze bijdrage is. Daardoor was het een goed jaar, ondanks de tegenslagen met de reactor.” NRG stelde vast hoe de waardering vanuit haar omgeving toenam. “Onze klanten reageerden positief, de politiek steunde ons en onze eigen medewerkers hebben zich
Jaarverslag 2009
enorm ingezet. Dat hielp ons verder.”
•
Algemeen directeur van NRG Rob Stol is niet iemand die tevreden achterover leunt. “Onze missie voor komend jaar is om dit draagvlak te behouden en te versterken. We hebben gezaaid en moeten het zaaigoed opkweken langs de lijnen die zijn uitgezet.” Oogsten komt later, verzekert hij.
2
2009 was het tweede jaar van wereldwijde economische tegenwind. Toch had de crisis slechts beperkt effect op NRG. Stol: “De investeringen in kernenergie lijden vooralsnog niet onder de crisis. Onze consultancy en R&D-activiteiten in deze hoek groeiden zelfs licht.” Ook de markt voor medische isotopen kent een andere dynamiek die los staat van conjuncturele ontwikkelingen. De crisis werd overigens wel gevoeld in NRG-diensten voor olie- en gas bedrijven. “Onze opdrachtgevers stelden onderhoud en grote investeringen uit, sneden in de kosten of probeerden op andere manieren hun uitgaven te beperken.” Gederfde inkomsten in dit laatste segment en reserveringen voor de noodzakelijke reparaties aan de HFR drukten het resultaat over 2009. “Al met al ben ik toch niet ontevreden met het positieve bedrijfsresultaat waarmee we het jaar afsluiten: 1,4 miljoen euro.”
Rob Stol Algemeen directeur
Het in 2008 geconstateerde defect in de HFR bleek in 2009 niet snel te repareren. Er was op dat moment echter een dringende medische noodzaak de isotopenproductie op peil te houden.“De politiek toonde zoveel vertrouwen in ons dat wij - na een grondig veiligheidsonderzoek - in februari met een tijdelijke vergunning mochten opstarten.” Dat dit geen overbodige beslissing was, bleek in mei van het verslagjaar. “In één klap viel een groot deel van de productie weg door een storing in de Canadese reactor. NRG heeft dit opgevangen door de productie op te voeren tot zo’n zeventig procent van het wereldaanbod. We braken herhaaldelijk onze eigen productierecords.” Een zware verantwoordelijkheid, vindt Rob Stol, want vele duizenden mensen waren voor een groot deel van 2009 voor hun behandeling afhankelijk van isotopen uit Petten.
Vanaf 2010 wil Stol keuzes maken: “Met welke diensten en producten gaan wij op welke markten leidende posities nastreven?” De Europese en de Amerikaanse markten liggen voor de hand, maar NRG heeft ook belangstelling voor Azië. Als Rob Stol een blik in de toekomst werpt, ziet hij NRG als “een wereldspeler met hoogwaardige research, diensten en producten op nucleair gebied.” Een bedrijf dat slim samenwerkt, allianties aangaat en daardoor flink is gegroeid. Dat betekent dat de organisatie van NRG hiervoor klaar moet worden gestoomd. “We voeren vanaf 2010 een marktgerichte bedrijfsstructuur in, georganiseerd rond product/marktcombinaties en met gedecentraliseerde verantwoordelijkheden.” NRG verkent haar mogelijkheden op de buitenlandse markten en vergeet natuurlijk de thuismarkt niet. “Nederland is en blijft een belangrijk afzetgebied.” Dus waar staat NRG over tien jaar? Als het aan Rob Stol ligt zal Nederland in 2020 een onmisbare plaats innemen in de Europese en mondiale nucleaire infrastructuur en daardoor toegang hebben tot alle relevante internationale onderzoeksprogramma’s. “Het zaaigoed van nu zullen we in 2020 oogsten van een vruchtbare bodem. Op de wereldmarkt is NRG een klein, maar sterk merk. NRG is daardoor een magneet voor jong talent dat via PALLAS samenwerkt met de Myrrha-reactor in België en de Jules Horowitz-reactor in Frankrijk waar ook de internationale fusiereactor ITER staat. In Nederland werken we collegiaal samen met de TU-Delft die haar reactor met ‘Oyster’ heeft uitgebreid en we verzorgen diensten voor de in aanbouw zijnde tweede kerncentrale en voor wereldspeler URENCO.”
•
Stol voorziet daarom dat NRG gaat groeien. “Zowel in omvang als in omzet. Wij mikken op de markten voor levensduurverlenging van bestaande kerncentrales en nieuwbouwprogramma’s.” Trots noemt Rob Stol de relaties op de Amerikaanse markt met splijtstofmanagement, de kwalificaties van kernbrandstof voor een Chinese HTR-reactor en de bijdrage aan de nieuwbouw in Finland. “Ook speelt NRG een gewaardeerde rol bij het verwezenlijken van de nucleaire ambities van grote Europese spelers zoals British Energy, Areva, RWE, E.ON.”
3
Naast producent van isotopen en onderzoeker van materialen met de HFR is NRG natuurlijk vooral een dienstverlener met R&D en Consultancy. Het draagvlak voor kernenergie zal verder toenemen vanwege de maatschappelijke aandacht voor het klimaat en energie-afhankelijkheid. “Deze ontwikkeling zal zich vertalen in nieuwe kansen. Over de hele wereld wordt kernenergie meegewogen in een evenwichtige energiemix.” De globale vraag naar consultants zal dus groeien, evenals specifieke R&D-capaciteit rond materialen en kennis van nucleaire processen. “NRG is al een wereldspeler in enkele niches, wij zullen onze posities verder opkweken.”
Jaarverslag 2009
Omdat deze situatie niet mag voortduren, werkten talloze NRG-mensen met grote inzet aan structurele oplossingen. “In 2009 werd niet alleen de reparatie van de HFR voorbereid, maar ook het projectteam voor de bouw van PALLAS opgericht.” PALLAS is de geplande nieuwe reactor die de huidige HFR moet vervangen. “We trokken een externe project-directeur aan en starten een internationale tenderprocedure.” Een grote steun in de rug kreeg NRG van de Nederlandse politiek door de brief die het kabinet in oktober naar de Tweede Kamer stuurde. “Daarin sprak zij zich positief uit over de vervanging van de HFR door PALLAS.” In december verscheen volgens plan de startnotitie voor de MER-procedure; het begin van het formele vergunningentraject. “De weg is nog lang, maar de reis is begonnen.” Ook de rest van de wereld werkte in 2009 in internationaal verband eensgezind aan verbeteringen. “NRG droeg en draagt hieraan op alle fronten bij via afgevaardigden bij de OECD en belangenorganisaties en door bemiddelingen op de markt voor isotopen.”
Algemeen
Positieve reuring “Energie-innovaties zijn hard nodig voor een vlotte transitie naar een schone, betrouwbare en betaalbare energievoorziening,” stelt Ton Hoff, directievoorzitter ECN. De vennoten ECN en NRG werken hier hard aan, beiden met hun eigen accenten, “maar in dezelfde wetenschap: deze omvangrijke transitie kent geen ‘silver bullet’.”
Jaarverslag 2009
Het economisch noodweer, dat tot ver in de tweede helft van 2009 voelbaar was, taste het energieonderzoek rakelings aan. “Plotselinge vraaguitval van de industrie, bijvoorbeeld, dwingt onze sector tijdelijk intensiever acquisitie te voeren en dus extra kosten maken. Deze operatie wordt gelukkig positief afgesloten met meer projectopdrachten dan verwacht.”
4
•
In 2009 verstevigde ECN haar internationale onderzoeksnetwerk. Zo tekende de ECN-directie een intentieovereenkomst met het prestigieuze NREL (National Renewable Energy Laboratory) in Colorado (USA). Ton Hoff: “Dit is het grootste onderzoekinstituut op het gebied van duurzame energie van het Amerikaanse Department of Energy (DOE).” Met veel belangstelling bekijkt ECN hoe vennoot NRG een netwerk van internationaal hoogwaardige consultancy bestiert. Ook voor ECN nemen deze kansen toe, zo is de verwachting van Hof. “Dit heeft te maken met de steeds lossere band tussen internationale bedrijven en hun overheden.” Uiteraard is er bij ECN ook veel aandacht voor de plotseling uit bedrijf gehaalde Hoge Flux Reactor (HFR). Hierdoor kwam 2009 in het teken te staan van een tijdelijke herstart en de voorbereidingen voor een grondige reparatie in 2010. “Ik deel de enigszins wrange maar optimistische conclusie van Rob Stol dat deze tegenvaller tegelijkertijd de ogen heeft geopend van een breed publiek. Iedereen weet nu dat bijna eenderde van de wereldwijde medische isotopenproductie komt stil te liggen als de Pettense reactor uit bedrijf wordt gehaald.” Een andere belangrijke les die 2009 heeft geleerd is hoe belangrijk het is om tijdig na te denken over het zekerstellen van de isotopenproductie in de toekomst, plus het onderzoek naar de verduurzaming van kernenergie. De ECN-directie vindt het van groot belang dat er vaart wordt gemaakt met de realisatie van PALLAS, de veelbelovende opvolger van de HFR. Mocht de reactor in de duinen komen, staat ECN een behoorlijke verhuisoperatie en bouwactiviteiten te wachten. “Maar dat is positieve reuring voor een goed doel.” Ton Hoff Directievoorzitter ECN
“Als vennoot wil ik het NRG-personeel bedanken voor hun enthousiasme en inzet in 2009”, aldus Ton Hoff.
Ruud Lubbers vindt ‘fikse investeringen’ nodig Regeringen en marktpartijen moeten bereid zijn te investeren in nieuwe technologieën die de uitstoot van CO2 tegengaan, vindt Ruud Lubbers. “Ook als het gaat om forse bedragen.” Hij citeert de Club van Rome: ,,Overheden hebben de afgelopen tijd triljoenen dollars gepompt in het overeind houden van de financiële markt. Wat nu belangrijk is, is een goede investering om de toekomst van de aarde te redden.” “Dit citaat komt uit de Verklaring van Amsterdam (oktober 2009) waarmee de Club van Rome de milieuministers aanspreekt,” legt Ruud Lubbers uit. “Die kwamen december vorig jaar bijeen op de klimaattop van de Verenigde Naties. Wat ‘Kopenhagen’ uiteindelijk heeft opgeleverd kon iedereen uitgebreid zien en lezen in de media. Voor mij is de bottomline dat we wereldwijd gaan naar een CO2-arme economie. Daartoe moet het beginsel “de vervuiler betaalt” gepraktiseerd worden; of dat nu gebeurt door emissierechten, door belasting op CO2 of vergelijkbare instrumenten. ” De noodzaak van klimaatinvesteringen blijft immers recht overeind staan. “Om de uitstoot van broeikasgassen, zowel in de rijke landen als in die in opkomende economieën voldoende terug te brengen is nieuwe technologie een absolute noodzaak.” Bij de ontwikkeling daarvan ziet Lubbers een belangrijke rol voor ‘Petten’ weggelegd. “Denk aan energie-efficiëntie, hernieuwbare bronnen, zoals zon en wind, CO2-afvangst en –opslag. Maar ook een nieuwe generatie kernreactoren.” De ontwikkeling van de nieuwe generatie kernreactoren en op de langere termijn ook van fusiereactoren gebeurt niet vanzelf. “NRG levert in internationaal verband een substantiële en gewaardeerde bijdrage.” Bestralingen in de Hoge Flux Reactor vormen op dit werkgebied vaak het hart van het onderzoek. “Het uit bedrijf zijn van deze reactor gedurende de eerste maanden van vorig jaar had dan ook een forse impact op de voortgang van het onderzoek die ook internationaal niet onopgemerkt is gebleven,” aldus Lubbers. Hij constateert ook dat niet alleen het onderzoek daarvan last heeft gehad. “Het wegvallen van de productie van medische isotopen heeft invloed gehad op de gezondheidszorg in bijna de gehele wereld.” Ook dit jaar zullen volgens hem de gevolgen van het uit bedrijf zijn van de reactor vanwege de reparatie weer overal merkbaar zijn. “Het is daarom noodzakelijk dat zo spoedig mogelijk met de bouw van PALLAS als vervanger van de huidige reactor een begin kan worden gemaakt.” Niet alleen om de productie van medische isotopen ook in de toekomst zeker te stellen, maar ook om met nieuwe reactortechnologie een bijdrage te leveren aan het wereldwijd terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. “Hiervoor is een fikse investering nodig. Niets doen is geen optie gezien de afbreukrisico’s. De overheid, maar ook de private sector, zullen gezamenlijk hun verantwoordelijkheid daarvoor moeten nemen.” Terugkijkend op 2009 spreekt Ruud Lubbers in ieder geval zijn grote waardering uit voor de inzet van de medewerkers en de directie van NRG. “Ondanks de problemen met de reactor wist NRG van 2009 toch een goed jaar te maken.”
Ruud Lubbers Voorzitter van de Raad van Toezicht ECN
Energie In het verslagjaar bleven de goede perspectieven voor de nucleaire markt voor de lange termijn overeind. Op de korte termijn, echter, is de markt turbulent. Niet alleen werden de gevolgen van de kredietcrisis in hun volle omvang zichtbaar, ook lieten Aziatische concurrenten hun tanden zien. Onverwacht voordeel van de kredietcrisis: een verruiming van de arbeidsmarkt.
Voor de komende decennia ziet de markt voor nieuwbouw en levensduurverlenging van bestaande kerncentrales er goed uit. Het westerse productiepark begint op leeftijd te komen en overal in Europa wordt nagedacht over de continuïteit van de energievoorziening. In het licht van de klimaatdiscussie en de eindigheid van fossiele reserves, zijn de kansen voor kernenergie gegroeid. In Nederland is al besloten de kerncentrale ‘Borssele’ zestig in plaats van veertig jaar open te houden. In ons omringende landen vinden soortelijke overwegingen plaats. België heeft zijn phase-out van kernenergie tien jaar uitgesteld en de Britten willen hun grafietreactoren langer in bedrijf houden om ze na 2017 te vervangen door licht water reactoren. Ook in Frankrijk, Zwitserland en Spanje speelt het thema levensduurverlenging. Zelfs achter de Duitse ‘Ausstieg’ staat inmiddels een vraagteken. Voor NRG betekenen deze ontwikkelingen dit komende decennia volop kansen. Of die kansen ook reëel en benut zullen worden, ligt in de toekomst besloten. De Amerikaanse markt stagneert vooralsnog, grote investeringen blijven er uit. De vraag is wat als gevolg van de financiële crisis in West-Europa gaat gebeuren met grote (nieuwbouw)projecten. Als de lange termijn ontwikkeling zich vertaalt in een reële vraag naar nucleaire dienstverlening, wacht NRG een mooie uitdaging. De stap naar internationalisering wordt dan noodzakelijk. Komende tijd zal NRG de vraag moeten beantwoorden op welke manier die stap gezet gaat worden: buitenlandse samenwerking, allianties en misschien zelfs overnames. Op de wereldmarkt zijn er spelers bijgekomen waar rekening mee gehouden moet worden. In 2009 heeft de gevestigde Westerse industrie haar eerste grote orders verloren aan Aziatische concurrentie. Als grote Europese spelers terrein verliezen, krimpt mogelijk ook de markt voor diensten die NRG aanbiedt. NRG zal keuzes moeten maken. Bijvoorbeeld door specialisaties te zoeken in levensduurverlenging en nieuwbouw van de bekende generatie III licht water reactoren. In deze segmenten zit vooralsnog het meeste perspectief. Voor het aantrekken van gekwalificeerde medewerkers werkte de kredietcrisis positief. Weliswaar blijft nucleair talent schaars, maar het aanbod van ingenieurs nam wel toe. Met de nodige na- en bijscholing kon NRG goed in haar behoefte voorzien aan medewerkers voor de nucleaire energievoorziening.
Energie
Levensduurverlenging ‘Borssele’ In 2006 sloten de aandeelhouders van EPZ een convenant met de overheid. Afgesproken werd dat de kerncentrale ‘Borssele’ open blijft tot 2034 in plaats van tot 2014. Inmiddels loopt bij EPZ al enkele jaren het project Long Term Operation (LTO) voor de bewijsvoering van de veiligheid na 2013. NRG groeide
Jaarverslag 2009
in de rol van ‘owners engineer’.
8
•
“Borssele is uniek”, stelt Frederic Blom, projectleider aan NRG zijde van het project LTO. “Het is één van de eerste kerncentrales in Europa, waarvan de ontwerplevensduur van veertig jaar wordt verlengd tot zestig jaar.” Niet alleen voor EPZ is dat heel bijzonder, maar ook voor NRG. De verwachting is dat ook andere Europese landen hun kerncentrales langer open zullen houden.“In feite verwerven wij met ons werk een koppositie op de West Europese markt.” NRG is bij EPZ in haar rol gegroeid. Nog voor het convenant rond was, draaide NRG al in de voorbereiding van de studies mee. “Eerst kregen we losse projecten of deelprojecten. Dat werd steeds meer. Inmiddels mogen wij EPZ met raad en daad bij staan voor het volledige LTO project.” In haar rol als ‘owners engineer’ heeft NRG het LTO project samen met EPZ gestructureerd. “Er moet zo veel worden uitgezocht en bewezen, dat het van vitaal belang is het overzicht te houden. We hebben letterlijk in kaart gebracht wat er moet gebeuren zodat we beter kunnen sturen. Ons werk helpt ook om straks op een begrijpelijke en overzichtelijke manier te rapporteren aan de overheid. Die kan dan sneller en beter de resultaten beoordelen.”
Frederic Blom
[email protected] Opdrachtgever EPZ Opdracht Toon aan dat de kerncentrale ‘Borssele’ veilig in bedrijf kan blijven tot 2034 Looptijd 2004-2011 NAAM
Email
NRG versterkte in 2009 met tien man de organisatie van EPZ. In feite heeft NRG in het project een specialistische en onafhankelijke positie. “Dat stelt ons in staat om bijvoorbeeld het onderzoek aan het reactorvat namens EPZ met schaduwberekeningen te controleren.” Verder doet NRG de projectleiding van het verouderingsonderzoek naar de vitale componenten en voert ook zelf het ‘vermoeiings’ onderzoek uit. Het project LTO neemt de bestaande analyses, waarin veertig jaar vooruitgeblikt wordt, nog eens kritisch onder de loep. “Als we daarbij de werkelijke belasting van veiligheidsrelevante componenten beschouwen, tonen we aan dat deze ook na 2013 niet zullen bezwijken door vermoeiing.”
Nucleaire ‘game’ voor beter begrip veiligheid Voor toezichthouder Kernfysische Dienst (ministerie van VROM) ontwikkelde NRG een computergame. Specialisten leren er real time mee hoe de kerncentrale ‘Borssele’ zich gedraagt tijdens bijzondere omstandigheden. “Ze oefenen wanneer zij wat moeten doen. Adviseren? Hulpdiensten mobiliseren?
Jaarverslag 2009
Evacueren? De minister-president bellen?”
9
•
Op een beeldscherm laat Anka de With zien in hoeveel tijd een incident zich ontwikkelt. Je kunt bewust pijpen laten breken, pompen ontregelen, koelwater verdampen en de hele kerncentrale laten verdwijnen in het duister van een volledige ‘black out’. Heeft de maakster een morbide geest? “De KFD wil inzicht in grote incidenten in een kerncentrale. Dat lukt zo prima,” legt Anka de With optimistisch uit. “Belangrijk is wel om je te realiseren dat je hier vrijwel onmogelijke situaties nabootst. In de praktijk kan de volledige koeling van de kern niet wegvallen.” De kracht van de PWR Desktop Simulator zit hem in het gebruikersgemak. Je ziet de layout van de kerncentrale, pompen draaien, koelmiddel circuleert. En dat alles op een eenvoudige lap-top. “Vervolgens kun je storingen simuleren met voorgedefinieerde scenario’s of door zelf in te grijpen.” Zodra een storing begint, gaat de klok tikken. Je ziet real time de centrale reageren. Regelstaven vallen in de reactor, temperaturen lopen op, veiligheidssystemen grijpen in en de centrale gaat naar een veilige conditie. “Maar de normale veiligheidssystemen kunnen ook buiten spel worden gezet. Dan komt het aan op menselijke beslissingen om de centrale in een veilige toestand te brengen.” Het systeem genereert allerlei data waaraan je kunt zien wat de effecten van de handelingen zijn. Zijn er radioactieve emissies? Waar hopen die zich op binnen het containment? Wanneer moet er stoom – en radioactiviteit - geëmitteerd worden? Leerzaam! De KFD heeft inmiddels twee trainingssessies gehad en oefent ook individueel met de simulator. Het ziet er eenvoudig uit op het scherm, maar daarachter vindt een ingewikkeld reken- en interactieproces plaats. Anka de With: “Voor de thermo-hydraulische processen gebruiken we de internationale MELCOR-code. Die geeft gegevens door aan een door ons zelf ontwikkelde visualisatie-code: VISOR.” Het resultaat is verbluffend. NRG merkt grote belangstelling voor de PWR Desktop Simulator: “Overal in de wereld staan PWR’s waarop national bodies toezicht houden. We hebben inmiddels contact met Europese en Canadese geïnteresseerden.”
Anka de With
[email protected] Opdrachtgever Kernfysische Dienst, ministerie van VROM Opdracht Maak een computersimulator voor ernstige ongelukken in een PWR-kerncentrale Looptijd 2008-2009 NAAM
Email
Energie
Digitalisering beïnvloedt faalkansberekening kerncentrales Exploitanten van kerncentrales zijn altijd erg voorzichtig met innovaties. Bewezen techniek heeft de voorkeur. Omdat kerncentrales langer open blijven, wordt er volop
10
•
Jaarverslag 2009
in geïnvesteerd.
George de Schutter
[email protected] Opdrachtgever Toezichthouder Kernfysische Dienst (KFD) Opdracht Voer een literatuurstudie uit naar faalkanstechnische modellering van digitale systemen Looptijd 2009 NAAM
Email
“Vroeg of laat wordt vertrouwde analoge meet- en regeltechniek ingewisseld voor digitale systemen.” Maar hoe beoordeel je de betrouwbaarheid daarvan? “Komend decennium zullen digitale systemen in bestaande kerncentrales aan invloed winnen,” voorspelt George de Schutter. “Analoge reservedelen zijn straks niet meer te krijgen en een nieuwe generatie operators en onderhoudsmensen kent vooral digitale systemen.” De nucleaire sector loopt bewust nog een beetje achter bij andere industrieën. De toezichthouder Kernfysische Dienst (KFD) stelt de ‘digitale betrouwbaarheidsvraag’ ter voorbereiding op de aanstaande digitalisering. “Omdat de gevolgen van een nucleair ongeval groot kunnen zijn, willen de toezichthouder en de sector vooraf zekerheid.” Van analoge systemen zijn door de ruime bedrijfservaring de faalwijzen en de faalfrequenties bekend. Dit alles zit verwerkt in het PSA (Probabilistic Safety Assessment) model. “De vraag hoe digitale systemen opgenomen kunnen worden in de PSA is gecompliceerd vanwege de geringe bedrijfservaring en het feit dat deze systemen software bevatten,” legt De Schutter uit. Uit de literatuurstudie van De Schutter blijkt dat de kennis weliswaar toeneemt, maar dat de digitale faalkansberekening tegelijk nog in de kinderschoenen staat. “Eigenlijk is die alleen voor digitale hardware goed te berekenen, omdat het falen hiervan te vergelijken is met analoge hardware.” Voor software bestaat er veel discussie of dit überhaupt te modelleren is en zo ja op welke wijze. “Er zijn inmiddels dynamische faalkansberekeningen in ontwikkeling. Die houden rekening met tijdsafhankelijkheid en verschillende typen interacties tussen het fysisch proces en het digitale systeem.” Deze dynamische methoden zitten nog in de onderzoeksfase en er bestaat wereldwijd nog discussie over de toegevoegde waarde hiervan. Trends zijn “Rule Based” methoden: stel bij elk vereist veiligheidsniveau ontwerpregels vast. “Bij de zwaarste veiligheidsniveaus horen de zwaarste ontwerpregels.” Daarmee wordt in ieder geval de kwaliteit van de software toetsbaar. “Ook dan blijft moeilijk verifieerbaar wat de faalkans is van de digitale systemen die er aan vast hangen.” Met andere woorden: “Rule Based” methoden zijn veelbelovend, maar ze bieden geen totaal-oplossing. De conclusie is daarom dat daarnaast ook klassieke faalkansberekening voor digitale systemen een rol zal spelen. “Op welke manier zoeken we in 2010 uit.”
Meer rendement met ROSA Kerncentrales worden niet alleen veiliger, ze opereren ook steeds slimmer. Door de kern optimaal te configureren, kun je in een kerncentrale brandstof besparen. “Dan doe je langer met een lading splijtstof, bespaar je geld en verminder je de hoeveelheid kernafval.” NRG helpt de nucleaire wereld een handje
Jaarverslag 2009
met ROSA.
11
Geen wonder dat er veel interesse is voor NRG’s Reloading Optimization by Simulating Annealing (ROSA). “Overal waar drukwaterreactoren staan, is men bezig met ‘de optimale kern’.” Vooral in de Verenigde Staten is de vraag gegroeid. “Daar worden nu onvoltooide kerncentrales uit de jaren ‘80 uit de mottenballen gehaald en afgebouwd.” Toen kernenergie uit de gratie raakte, zijn deze centrales geconserveerd weggezet. “Nu, tijdens de afbouw, wil de exploitant jaren vooruitkijken naar de exploitatiekosten en brandstofinzet.” Meer dan een decennium vooruitkijken is geen enkel probleem, verzekert Verhagen: “De software-architectuur is gericht op snelheid en die ligt zeker een factor honderd hoger dan bij de concurrentie.” Eén splijtstofcyclus van 500 dagen wordt al doorgerekend in een paar duizendste van een seconde. De klant weet dan alle relevante gegevens over het gedrag van een kern, variërend van de plek met de hoogste temperatuur, de benodigde brandstof of het beste moment voor een splijtstofwissel. In 2009 is ROSA ook geschikt gemaakt voor nieuw te bouwen AP1000 reactoren van Westinghouse. “Southern Nuclear uit Alabama kijkt nu zelfs al decennia vooruit voor centrales die pas over enkele jaren gaan opstarten!”
•
ROSA rekent alles netjes uit, waarna de splijtstofmanager van een kerncentrale de beste beslissing kan nemen ten aanzien van de veiligheid, de economie en het technische verloop van de splijtstofcyclus. “Een besparing van 1 procent op de brandstofkosten levert een exploitant van een grote kerncentrale al snel een miljoen euro aan besparing op per brandstofcyclus,” vertelt Frank Verhagen van NRG. “Met onze softwaretool ROSA zijn besparingen tot vijf procent zelfs geen uitzondering.”
Frank Verhagen
[email protected] Opdrachtgever Ontwikkeling in eigen beheer NRG product ROSA, Reloading Optimization by Simulating Annealing markt Splijtstofmanagement kerncentrales, wereldmarkt NAAM
Email
Hoewel ROSA niet uniek is, biedt zij wel grote voordelen. “Splijtstofleveranciers leveren dit soort diensten ook. En soms ontwikkelen energiebedrijven iets in eigen huis. Maar volgens onze klanten verslaat ROSA alle alternatieven door haar gebruiksgemak, snelheid en accuratesse.”
Energie
Ultrasooninspecties: groeimarkt NRG inspecteert de conditie van vitale onderdelen in kerncentrales. Het ultrasoononderzoek van lasnaden en materiaalovergangen is specialistisch werk waar veel van afhangt. “De opdrachtgever moet voor de veiligheid kunnen vertrouwen op onze resultaten.” Tevredenheid van kanten en overheid leidt tot steeds meer werk aan
Jaarverslag 2009
Duitse kerncentrales.
•
Hans-Peter Vierstraete en zijn team doen langer over de voorbereidingen van hun inspecties dan over de uitvoering zelf. “De manipulatoren zijn niet te koop. We ontwikkelen en produceren ze zelf, testen ze, trainen er de klus mee en voeren er ten slotte ook zelf de inspectie mee uit.” Resultaat: hoge satisfactie bij zowel het team als de klant. “Het is leuk en motiverend teamwerk.”
12
“Vorig jaar hebben wij het inspectiewerk bij de Duitse kerncentrales Brokdorf en ISAR2 in hoge mate van tevredenheid uitgevoerd. Zoiets gaat rond in de markt”, constateert Vierstraete. “Eind 2008 gaf dat een wezenlijke bijdrage voor het verkrijgen van opdrachten in de kerncentrales Biblis en Emsland.” Ook hier zijn de opdrachten met complimenten voor de kwaliteit van de geleverde diensten in 2009 uitgevoerd. “Omgekeerd kan natuurlijk ook, een goede naam is snel verspeeld.” Het werken tijdens een stop in een kerncentrale wordt bepaald door deadlines die gehaald móeten worden. “Wij zijn er ons continu van bewust dat de kwaliteit van onze inspecties daar niet onder mogen leiden.” Vandaar de langdurige en gedisciplineerde voorbereiding. “We oefenen voortdurend op dummies en referentiematerialen.” Het behalen van de benodigde kwalificaties is ook een deadline en de volgende klussen zijn al weer in voorbereiding.” NRG heeft voor inspecties bij de Duitse drukwaterreactoren in Nederland veel ervaring opgedaan in ‘Borssele’. Dit type kerncentrale is ook elders toegepast, ook in Nederland” Omdat NRG onafhankelijk is, is zij een aantrekkelijke partner voor zowel de industrie, de utilities als de overheid. “We hebben een goede reputatie, zijn geen bedreiging voor de grote industrieën en leveranciers en kunnen onafhankelijk van welke belangen ook goed ons werk doen.” Hans-Peter Vierstraeten Email
[email protected] Opdrachtgever EON Kernkraft Opdracht Brokdorf en ISAR 2 Looptijd afgerond in 2009
NAAM
NRG bewaakt deze riante positie zorgvuldig en wil haar komende jaren uitbouwen naar andere markten. “Veel landen om ons heen heroverwegen hun kernenergiepolitiek. Dat betekent veelal het veilig langer openhouden van bestaande centrales. Voor ons is dat werk aan de winkel.”
Het ‘weer’ in een reactorkern voorspellen De prestaties van een kernreactor worden mede bepaald door de effectiviteit van de koeling. Als warmte efficiënt wordt afgevoerd, is dat goed voor het rendement, de brandstof en de duurzaamheid van de brandstofelementen in de reactorkern.
Jaarverslag 2009
Uranium levert dan meer bruikbare energie op en gebruikte materialen gaan langer mee. “Met Computational Fluid Dynamics, oftewel CFDsimulaties, kunnen we bij NRG prima voorspellingen doen over de effecten van veranderingen in het ontwerp van brandstofelementen op de efficiëntie van de koeling ervan.”
13
•
Jan Aiso Lycklama à Nijeholt toont twee plaatjes. Het zijn kleurrijke simulaties van splijtstofelementen in een werkende reactor. Op het ene plaatje zijn de splijtstofstaven aan één kant bloedheet (rood), terwijl de andere kant relatief koel is (groen). Op het andere plaatje zijn de splijtstofstaven voorzien van een wokkelachtige spiraal. Lycklama: “Je ziet daardoor een veel gelijkmatiger verdeling van de temperatuur. De spiraaldraad verhoogt de turbulentiegraad van het koelmiddel, waardoor de warmte veel beter wordt afgevoerd.” In feite geeft CFD een soort ‘weersvoorspelling’ voor het klimaat in de kern voor verschillende ontwerpen van brandstofelementen en onder verschillende operationele condities. “Wij werken op dit moment vooral aan de ontwikkeling van toekomstige Generatie IV kerncentrales. Die werken met helium, vloeibaar lood of natrium als koelmiddel. Je wilt dan natuurlijk alles weten over de interactie tussen het systeem en deze vloeistoffen of gassen. Je wilt daar immers maximale veiligheid en rendement uit halen.” Achter de eenvoudige afbeeldingen schuilt een ingewikkelde wereld. “CFD werkt met miljoenen rekencellen, die allemaal individuele informatie doorgeven over temperatuur, druk en stromingsrichting van een vloeistof of gas.” Nieuw is het idee om ook de markt van bestaande kerncentrales te verkennen. Drukwater reactoren blijven immers vaker langer in bedrijf wat nieuwe investeringen rechtvaardigt. “Dus is het interessant om te kijken of ook daar verbeteringen mogelijk zijn.” Dat is nu nog vaak een tijdrovend en kostbaar proces. “Er worden testopstellingen voor gebouwd waar in één op één situaties wordt gekeken hoe vloeistoffen of gassen zich gedragen ten opzichte van de hardware. Als je dat in computermodellen weet te vatten kun je het aantal praktijktesten verminderen, waardoor je de kosten voor het ontwerpproces sterk reduceert ” Een kleine verbetering in het rendement of de kwaliteit van de installatie levert in een kerncentrale al snel miljoenen euro’s aan vermeden kosten op.
Jan Aiso Lycklama à Nijeholt
[email protected] Opdrachtgever Europese Commissie Opdracht Simuleer het gedrag van koelmiddel in Generatie IV centrales Looptijd Doorlopend in wisselende internationale projecten NAAM
Email
Energie
Snelle reactoren in zicht Europa ontwikkelt nieuwe types kerncentrales. “De generatie IV snelle reactoren zijn vele malen efficiënter met hun brandstof en reduceren de hoeveelheid langlevend kernafval.” Maar tussen de droom en de daad staan nog wel wat praktische bezwaren. “Daar wordt hard aan gewerkt.”
14
•
Jaarverslag 2009
Ferry Roelofs begeleidt vanuit NRG de ontwikkeling van deze zogenaamde ‘snelle’ reactoren. ‘Snel’ staat in dit geval voor snelle neutronen. De huidige lichtwaterreactoren maken voor hun kernsplijting gebruik van ‘langzame’ neutronen. “Het koelmiddel in deze centrales is water en dat remt neutronen af.” Dat leidt tot het karakteristieke splijtingsproces, waarbij slechts een klein deel van de mogelijke energie uit de splijtstof wordt gehaald. Het kernafval dat ontstaat, blijft heel lang radioactief. Volgens Roelofs benutten snelle reactoren hun splijtstof veel beter en reduceren ze de hoeveelheid langlevend afval. “Je zou dus kunnen zeggen dat kernenergie daarmee een stuk duurzamer wordt.”
Ferry Roelofs
[email protected] Opdrachtgever Europese Commissie Opdracht Maak Generatie IV reactoren veiliger, efficiënter en goedkoper Resultaat Duurzamere kernenergie Looptijd Permanente opdracht NAAM
Email
Snelle reactoren werken met alternatieve koelmiddelen zoals natrium, lood of helium. Die remmen neutronen nauwelijks af. NRG concentreert zich met name op de natrium- en loodgekoelde reactoren. “Onze bijdrage aan de ontwikkeling van deze reactoren is grotendeels gestoeld op onze brede expertise op het gebied van simulatietechnieken. Die strekt zich uit over het gedrag van vloeibaar lood en natrium in een reactor, de effectiviteit van de koeling, het gedrag van neutronen en sterkteanalyses van componenten en gebouwen. Als relatief klein instituut in Europa zijn we hierin groot, doordat we nauwe interactie hebben tussen de verschillende disciplines en doordat we zeggen wat we doen en doen wat we zeggen.” NRG kan op dit gebied als geen ander in Europa voorspellingen doen en praktisch adviseren. Zo heeft NRG in het verslagjaar bijvoorbeeld gewerkt aan het aardbevingsbestendig maken van loodgekoelde reactoren. “Zo’n systeem is tien keer zo zwaar als een lichtwaterreactor. Je wilt daarom graag weten wat het effect is van een aardbeving op een reactorvat vol vloeibaar lood.” Bij uitstek een vraagstuk waar de gecombineerde expertise van NRG toegevoegde waarde had. “Met een combinatie van vloeistofsimulaties, sterkteanalyses en echte aardbevingsgegevens hebben we vastgesteld dat het effect meevalt. Vloeibaar lood gaat niet snel ernstig klotsen. Dat scheelt in het nemen van maatregelen.” Technisch kan het. Er zijn al verschillende snelle reactoren in bedrijf geweest. Het proces is wel complexer en dus duurder. “In feite werken we nu aan het verbeteren van de veiligheid en het vergroten van de economische haalbaarheid van snelle reactoren. De demonstratiefase verwachten we rond 2025, economische haalbaarheid omstreeks 2050.”
Van reststof naar brandstof Kernafval wordt wel de Achilleshiel van kernenergie genoemd. Maar wat als de ene reactor draait op wat overblijft bij de andere? NRG onderzocht in EU-verband of met Hoge Temperatuur Reactoren (HTR) energie geproduceerd kan worden uit reststoffen van lichtwater reactoren. “Ja dat kan, er zijn geen show-stoppers.”
Op alle vragen kwam een positief antwoord. “Er zijn geen echte showstoppers, wel wat mitsen en maren. De particles zijn moeilijk te produceren en je moet werken met de kleinere HTR-typen van 200 MW.” Dat is beide overkoombaar, vindt Kuijper. “De nadelen wegen niet op tegen de voordelen: minder afval dat bovendien minder lang straalt.”
• 15
Jim Kuijper gaf als lead partner in het EU-project PUMA drie jaar lang leiding aan het onderzoek. Hij is positief. “Het lukt. De splijtstof werkt en op reactorniveau slinkt de hoeveelheid radioactief afval tot een kwart. De levensduur van het resterende afval wordt zeer sterk teruggebracht.” Daarmee wordt het toepassingsgebied voor nucleaire reststoffen (plutonium,‘Pu’, en ’minor’ actiniden,’MA’) een stuk groter en neemt de duurzaamheid van de splijtstofcyclus toe. Dat het mogelijk is om ’Pu’ en ’MA’ in te zetten als HTR-brandstof, was vooraf geen vraag. “In theorie kan dat. De vragen die wij moesten oplossen waren meer praktisch van aard: hóe maak je de splijtstof en wat zijn de consequenties voor de veiligheid en de toegepaste HTR-techniek?” HTR-brandstof bestaat uit honderdduizenden kleine korrels: een soort ‘snoepjes’ van grafietlaagjes met in de kern de splijtstof. “De brandstof zit als het ware in haar eigen containment; oersterke omhulseltjes waarvan je zeker weet dat de splijtingsproducten er in opgesloten blijven.” Afhankelijk van het type HTR zitten deze korrels in grotere bollen (‘pebbles’) of cilindertjes waarmee de reactor wordt gevuld. In het PUMA-project onderzochten de vijftien partners de consequenties van een vulling met ‘plutonium snoepjes’ in plaats van de gebruikelijke ‘uranium snoepjes’. “Denk aan allerlei praktische zaken: zijn ‘plutonium particles’ industrieel en met de juiste grafietlaagjes te produceren en hoe gedragen ze zich vervolgens in het splijtingsproces? En nog belangrijker: zijn de huidige HTR-reactorontwerpen geschikt?”
Jaarverslag 2009
Uit kerncentrales (en kernwapenontmantelingsprogramma’s) komt plutonium vrij. Een deel wordt opgeslagen. Omdat er nog veel energie inzit, vindt een ander deel zijn weg terug naar lichtwaterreactoren (mengoxide splijtstof). Jim Kuijper van NRG: “Wij hebben gekeken of het technisch mogelijk is om er ook reactorbrandstof van te maken voor huidige types hoge temperatuur gasgekoelde reactoren (HTR).”
Jim Kuijper
[email protected] Opdrachtgever Europese Commissie Project PUMA (Plutonium and Minor Actinides Management in Thermal High Temperature Reactors) Resultaat Verduurzaming splijtstofcyclus Looptijd Drie jaar NAAM
Email
Energie
Kwalificatie Chinese HTR-brandstof In de Chinese provincie Shandong wordt een Hoge Temperatuur Reactor gedemonstreerd. Het Institute of Nuclear and New Energy Technology (INET) van de Tsinghua University bouwde al een 10 MW ‘testballenreactor’ en in 2013 gaat een grote broer in bedrijf: twee keer 100 MW elektrisch. “Als onderdeel van de vergunningverlening wordt mede door NRG de Jaarverslag 2009
brandstof gekwalificeerd.” Chinese ‘ballen’ gingen de wereld over om in Petten te worden bestraald.
16
•
“China streeft ons voorbij met moderne nucleaire technologie,” stelt Sander de Groot van NRG. “Zij hebben de Duitse HTR-technologie inclusief de bijbehorende wet- en regelgeving geadopteerd en bouwen nu de eerste grote HTR-reactoren.” Wat dat betreft stelt China duidelijke prioriteiten. “Wat China primair nodig heeft, doen ze zelf. Bijkomend werk zoals de kwalificatie van brandstof besteden ze uit.” Dat is sneller en goedkoper dan eerst zelf de benodigde infrastructuur ontwikkelen en bouwen. “China wil zo snel mogelijk over producerende HTR-eenheden beschikken. De Chinese economie groeit als kool, ze willen kunnen beschikken over alle mogelijke energiebronnen. Zon, wind, water, fossiel en nucleair. De HTR is daar onderdeel van en heeft op langere termijn vooral perspectief als warmte/kracht-installatie.”
Sander de Groot Email
[email protected] Opdrachtgever INET, China Opdracht Kwalificeer HTR brandstof voor de Chinese praktijk Resultaat Wettelijk gekwalificeerde reactorbrandstof voor de HTR-PM van INET Looptijd 2009-2012 NAAM
NRG heeft een lange ervaring op het gebied van HTR-brandstof. “Wij waren al betrokken in het ontwikkeltijdperk en kennen ook de Duitse kwalificatieprocedure waarmee nu ook de Chinezen werken. Bovendien heeft NRG de benodigde infrastructuur voor de bestraling. Vandaar dus dat de grafietbollen naar Petten werden overgebracht”. “Hier in de HFR doen wij alleen deze eerste fase van het kwalificatieonderzoek. We meten de ‘opbrand’ van de brandstof onder bedrijfsomstandigheden. Wij bestralen de fuel-bollen en bootsen in feite na wat in een reactor gebeurt.” Het doel is om te kijken hoe de brandstof zich gedraagt; “Als er ook maar eentje van de 12.000 coated particles in een grafietbol stukgaat, meten we dat.” Daarna gaan de bollen nog naar een Duits collega-instituut voor een tweede fase: thermisch onderzoek. “ Als de koeling uitvalt, kan een HTR maximaal 1600 oC heet worden. De bij NRG bestraalde bollen worden getest bij een temperatuur tussen de 1600 en 1800 graden. Als ze ook dan heel blijven, zijn ze gekwalificeerd.” Het kwalificatieonderzoek kent een krappe deadline. “In 2012 moet alles afgerond zijn, want in 2013 wordt de HTR in China al opgestart.”
Grafietgeheimen ontsluierd met InnoGraph Grafiet wordt al bijna zeventig jaar volop gebruikt in de nucleaire sector. Het heeft prima eigenschappen als moderator en warmtegeleider. Toch is er verbazingwekkend weinig bekend over de verklaring van het gedrag van grafiet. “Dat komt door de eindeloze hoeveelheid soorten met specifieke kenmerken.” Een langlopend bestralingsprogramma in de HFR heeft
• 17
Grafiet is prettig materiaal. Het remt neutronen en is stabiel bij zeer hoge temperaturen. “Het wordt daarom al heel lang gebruikt in de nucleaire sector. Ook voor de toekomst is het materiaal veelbelovend. In de twee ontwerpen voor Hoge Temperatuur Reactoren (HTR) speelt grafiet een cruciale rol,” vertelt Arjan Vreeling. Toch heeft grafiet ook een keerzijde: het is geen homogeen materiaal en kan moeilijk gemodelleerd worden voor computerberekeningen. “Kennis kun je alleen in de praktijk opdoen.” Arjan Vreeling werkt aan het EU-project InnoGraph dat meer bekend moet maken over het gedrag van grafiet in reactoren. “We weten dat grafiet stralingsschade oploopt en dat die zich kan herstellen bij hoge temperaturen. Wij hebben uitgezocht hoe dit mechanisme werkt.” Vrij snel nadat grafiet in een reactor wordt gestopt, stort de warmtegeleiding ineen tot een kwart van het oorspronkelijke vermogen. “Daarmee moet je dus rekening houden bij het ontwerp van een reactor.” De vraag is: Kan de warmte weg als de temperatuur in een reactor om welke reden dan ook oploopt? Het antwoord is ‘ja’ en dat is relevant voor de generatie IV HTR-ontwerpen. “Binnen InnoGraph hebben we bestraald grafiet verhit boven de bestralingstemperatuur van 750 oC tot 1.400 oC.” De resultaten trokken internationaal veel aandacht. Het bleek namelijk dat grafiet zich al bij temperaturen vanaf 900 oC begint te herstellen “Met deze kennis kan de industrie betere ontwerpen voor Hoge Temperatuurreactoren maken, de ontwerponzekerheden nemen af.” Het bovengenoemde is slechts één resultaat van de vier bestralingsexperimenten die binnen InnoGraph zijn uitgevoerd. “In totaal weten we nu veel over het gedrag van grafiet, maar nog lang niet alles. We missen nog kennis over het lage temperatuurbereik tot 600 oC. Ook hebben we nog een grote voorraad bestraald grafiet dat geanalyseerd moet worden.” Omdat de internationale belangstelling vanuit de ‘HTR-landen’ groot is, zal NRG een projectvoorstel definiëren om InnoGraph komende jaren voort te zetten.
Jaarverslag 2009
de blinde vlekken iets kleiner gemaakt.
Arjan Vreeling
[email protected] Opdrachtgever Europese Commissie Opdracht InnoGraph, genereer kennis voor innovatieve nucleaire toepassingen van grafiet Looptijd 2002-2010 NAAM
Email
Energie
Brandstof voor kernfusie Stapje voor stapje wordt NRG hofleverancier van materiaalkennis voor de experimentele fusiereactor ITER (Frankrijk). Het Europese onderzoeksprogramma Hidobe, waarvan NRG leidende partner is, lost de blinde vlekken op in de kennis van het lichte metaal
18
•
Jaarverslag 2009
beryllium.
Hans Hegeman
[email protected] Opdrachtgever Europese Commissie, Fusion for Energy Opdracht Hidobe: High dose irradiation of beryllium Resultaat Kennis over beryllium als katalysator in de productie van fusiebrandstof Looptijd 2002-2011 NAAM
Email
“Deze kennis is essentieel. Beryllium is noodzakelijk om het proces dat fusiebrandstof maakt, op gang te houden.” “In een fusiereactor maak je energie door deuterium- en tritiumatomen te laten fuseren,” legt Hans Hegeman uit. “Deuterium halen we uit zeewater; tritium krijg je door lithium te bestralen met neutronen.” Tritium maken is moeilijk. “Om dat efficiënt te doen heb je veel langzame neutronen nodig. Het mooie van beryllium is dat het een generator is van langzame neutronen. Als je er één snel neutron inschiet, komen er twee langzame neutronen uit. Als je een langzaam neutron vervolgens invangt in lithium, ontstaat tritium.“ Helaas is het niet alleen tritium uit lithium wat ontstaat. “In het beryllium ontstaan ook tritium en heliumbellen. Daardoor zwelt het beryllium op en houdt het tegelijk ook gedeeltelijk tritium vast. Het proces verliest dus efficiëntie en raakt radioactief vervuild.” De kennis over dit fenomeen is echter niet toereikend. Er is in het verleden wel geëxperimenteerd, maar er zijn grote blinde vlekken. “We weten veel over het gedrag van beryllium bij lage temperaturen en hoge stralingsdosis. Ook weten we een en ander over hoge temperaturen bij een lage dosis. Maar we weten niet wat beryllium doet bij hoge temperaturen en hoge dosis.” Tweederde van het kennisspectrum is daardoor nog onbekend. NRG is één van de weinige plekken in de wereld waar deze blinde vlek kan worden ingevuld. “Onze HFR is geschikt om de bestraling van het beryllium uit te voeren; die bestralingsexperimenten duren soms meerdere jaren. Daarnaast hebben we de engineeringcapaciteiten die dit soort experimenten kunnen ondersteunen en bovendien hebben wij hier de labs die het nabestralingsonderzoek kunnen doen.” Het is de bedoeling dat de fusiereactor uiteindelijk zelf zijn eigen brandstof gaat maken in een ‘kweekmantel’. “We tappen straks als het ware neutronen uit de fusiereactor af en leiden die door een module met een beryllium-lithiumsamenstelling. Het tritium wat hier wordt gekweekt, voeren we terug naar de reactor. Het fuseert daar weer met deuterium, waaruit nieuwe energie en nieuwe neutronen ontstaan die naar de kweekmantel worden geleid, enzovoort, enzovoort. Het beryllium functioneert in de module als neutronverdubbelaar, terwijl het lithium als tritiumproducent functioneert. Zonder beryllium wordt er te weinig tritium geproduceerd om het fusieproces op gang te houden.”
Materialen die minder radioactief worden, maken kernfusie duurzamer Duurzaamheid van kernfusie leunt voor de lange termijn op de ontwikkeling van betaalbare en veilige technologie en materialen. Materialen die minder lang radioactief blijven, maken het mogelijk om afval uit kernfusiereactoren binnen een termijn van honderd jaar
Jaarverslag 2009
te recyclen.
19
•
Dus kijken de ‘fusie-materiaal-programma’s’ in Europa, Japan en de VS vooral naar de ontwikkeling van zogenaamde Reduced Activation Ferritic/ Martensitic (RAFM) staalsoorten. “Die verminderen de milieu-invloed van bestraald staal dat overblijft na einde van de levensduur van een fusiereactor,” zegt Natalia Luzginova van NRG. “Dit staal kan worden gemaakt door het selectief vervangen van chemische elementen die veranderen in hoogactieve stralers met een lange halveringstijd.” Het reduced activation ferritic-martensitic staal, Eurofer97, wordt momenteel beschouwd als één van de kanshebbers om er de experimentele kweekmantel voor ITER van te maken en voor structurele componenten in een demonstratie fusiereactor. “Ferritic martensitic staal vertoont beperkte zwellingen en is minder vatbaar voor helium-effecten,” legt Luzginova uit. “Aantrekkelijke mechanische eigenschappen kunnen ook worden bereikt bij een chemische staalsamenstelling die minder radioactief wordt.” De bedrijfstemperaturen van Eurofer97-staal zijn echter niet hoger dan 550 oC. “Om de efficiency van fusiereactoren te verbeteren, wordt een nieuw staaltype ontwikkeld dat yttriumdeeltjes bevat: Oxide Dispersion Strengthened (ODS) Eurofer97. Het wordt op dit moment gekarakteriseerd en ontwikkeld door Europese laboratoria waaronder NRG.” Met ODS-staal kan de bedrijfstemperatuur met wel honderd graden verder omhoog”. Natalia Luzginova
[email protected] Opdrachtgever EFDA, European Fusion Development Agreement, Long Term Programme Opdracht Het vaststellen van de mechanische eigenschappen van Eurofer97-staal en ODS-Eurofer97 in onbestraalde en bestraalde toestand, inclusief het effect van de bestralingstemperatuur en het dosisniveau. Looptijd Continu proces NAAM
Voor we deze materialen in toekomstige fusiereactoren kunnen toepassen, moet er voldoende over bekend zijn. Ook het natuurkundig begrip van het gedrag van het materiaal onder invloed van straling moet ontwikkeld worden. Luzginova: “Het moet worden aangetoond dat de kandidaatmaterialen voldoen aan de ontwerpcriteria.” De hoofdtaak van NRG is het karakteriseren van dit materiaal in onbestraalde en bestraalde toestand. “Om dat te kunnen doen ontwikkelen we bestralingsexperimenten en voeren die uit in de Hoge Flux Reactor (HFR). Daarna doen we mechanische tests om vast te stellen hoe de eigenschappen als gevolg van straling veranderen.” Deze kennis en begrip van het effect van straling op staaleigenschappen zal helpen om ontwerpspecificaties op te stellen voor kernfusiereactoren.
Email
Milieu
NRG levert diensten en expertise in relatie tot radioactieve processen in ziekenhuizen, laboratoria en de industrie. De marktverwachtingen zijn positief: veel nucleaire installaties en laboratoria waar met radioactieve materialen wordt gewerkt, raken op leeftijd. Ontmanteling en renovatie vragen deskundige voorbereiding en uitvoering. NRG ziet de vraag groeien. Ook zijn er steeds meer bedrijven die geen kernenergiewetvergunning
hebben, maar daarmee wel te maken krijgen. Offshore, erts- en overslagbedrijven vinden al enkele jaren de weg naar Petten. NRG gaat deze markten de komende jaren intensiever bewerken.
Eén van de niches op de nucleaire markt waarin NRG zich begeeft, is die van automatisering in het kader van de kernenergiewetvergunning, zoals bijvoorbeeld een bronnen-administratie. Het gaat hierbij om het volgen en beheren van nucleaire materialen binnen een bedrijf. NRG werkt samen met bedrijven die deze producten commercieel in de markt willen zetten. In het verslagjaar ontstond een doorbraak in het onderzoek naar eindberging voor het nucleaire afval in ons land. De betrokken partijen en de overheid besloten in 2009 middelen beschikbaar te stellen voor een Nederlands onderzoeksprogramma. Hierdoor ontstaan internationale kansen. Niet alleen als aansluiting op EU-onderzoeksprojecten, maar op termijn ook als kennisleverancier op het deelterrein van ‘terugneembaarheid’ van het afval. Door de factor ‘terugneembaarheid’ zal het draagvlak voor een geologische eindberging waarschijnlijk groeien. Kennis over ‘terugneembaarheid’ is echter dun gezaaid, komende jaren zal NRG bijdragen aan de ontwikkeling hiervan. De verwachting is dat komend decennium de vraag naar deze kennis groeit, omdat alle EU-landen op nationaal niveau een geologische eindberging onderzoeken. Samenwerking ligt dus voor de hand, ook al omdat het volume kernafval per land relatief klein kan zijn. Na een eerder onderzoek naar radon in woningen, is in het verslagjaar een vervolgonderzoek gestart naar thoron-emissies uit bouwmaterialen. De overheid wil meer weten over het vrijkomen en het gedrag van thoron op kleine schaal. Zij is geïnteresseerd in de mogelijke relatie met de volksgezondheid. Tenslotte zijn er nieuwe ontwikkelingen op het gebied van dosimetrie. Naast Europese samenwerking om methoden en technieken te verbeteren, wordt door NRG gekeken naar nieuwe mogelijkheden voor actuele, actieve persoonsdosimetrie. Op het NRG-terrein zijn hiervoor hardware en applicaties geïnstalleerd waarmee op termijn mogelijk moet worden om op ieder gewenst moment persoonlijke dosisgegevens uit te lezen. De hardware is ingekocht, de software wordt door NRG aangepast, getest en op termijn voor accreditatie aangeboden. Daarna wordt zij als dienstverlening op de markt gebracht.
Milieu
Onderzoek naar thoron in het binnenmilieu Bouwmaterialen ademen natuurlijke radioactieve gassen uit: radon en thoron. Deze kunnen zich ophopen in onze woningen en beïnvloeden onze gezondheid. Over de concentratie en verspreiding van radon is veel bekend. “Maar Thoron is veel moeilijker te meten omdat het een halveringstijd heeft van minder dan een minuut.”
Jaarverslag 2009
Mooi toch? Dan ben je meteen van deze radioactieve stof af. “Mis,” verzekert Govert de With. “Het gaat om thoron’s kortlevende dochternucliden. Die hechten zich aan stofdeeltjes en worden vervolgens ingeademd.”
22
•
Bij het laatste landelijke onderzoek naar de stralingsbelasting in woningen blijken de radonconcentraties aanzienlijk lager te liggen dan werd verwacht. De meest waarschijnlijke verklaring hiervoor is, dat in eerder onderzoek de aanwezige thoron ten onrechte is meebepaald. Om deze reden staat thoron nu volop in de belangstelling: “Wat zijn de gezondheidsrisico’s? Welke maatregelen zijn nodig?” Is thoron een probleem? “Hoewel Nederland door haar lage achtergrondstraling internationaal gunstig scoort, is er wel zeker een relatie tussen radon, thoron en longkanker. Het beste is dus om de concentraties zo laag mogelijk te houden.” We zien dat thoron zich heel dicht bij het bouwmateriaal manifesteert, maar dat de dochters zich uniform in de ruimte verdelen. “Volgens onze berekeningen leidt dit in vele gevallen tot een beperkte jaardosis van 0,1 mSv. Echter, sommige bouwmaterialen ademen meer thoron uit dan andere, waardoor de dosis mogelijk kan oplopen tot 2 mSv of meer.” Dit is vergelijkbaar met de totale jaardosis van een gemiddelde Nederlander. “Thoron verdubbelt in uitzonderlijke gevallen dus de jaardosis.”
Govert de With
[email protected] Opdrachtgever Ministerie van VROM Opdracht Modellering van thoron in het binnenmilieu Resultaat CFD-model thoron Looptijd Eerste fase 2009, komende jaren wordt het model verder doorontwikkeld NAAM
Email
Om meer te weten te komen over het gedrag en effect van thoron, ontwikkelde Govert de With in 2009 een computermodel. “Met dit model kunnen we voorspellen hoe thoron en zijn dochters zich in de woonruimte gedragen.” Als je dat weet, kun je een relatie leggen met mogelijke gezondheidseffecten. “Vervolgens kun je besluiten of en welke maatregelen nodig zijn. Hierbij moet primair worden gedacht aan het terugbrengen van de thoronemissies uit bouwmaterialen.”
Radiologische inventarisatie Shell laboratorium Shell Global Solutions International BV in Amsterdam is verhuisd naar een nieuw gebouw. Het Van der Graaff laboratorium voor het werken met radioactieve stoffen op het oude terrein moest schoon worden opgeleverd voor overdracht. Shell GSI nam het zekere voor het onzekere en gaf NRG opdracht voor een onafhankelijke controle Jaarverslag 2009
op radioactieve besmettingen. NRG heeft hiervoor een gespecialiseerd team, dat overal in het land zijn diensten verleent.
“In november van dat jaar werd het lab leeg voor inspectie opgeleverd en konden wij aan de slag.” Michel Kok en zijn collega Henk Roersma voerden nogmaals een grondige inventarisatie uit waarbij dit keer ook de riolen en luchtbehandelingskanalen werden geopend. “We vonden toen wat kleine besmettingen in zuurkasten, een vrieskast en enkele waterafvoeren.” Alles kon ter plekke worden gereinigd en de radioactieve materialen werden afgevoerd.” Binnen tien dagen zat het werk erop en kon NRG in haar rapport verklaren dat het laboratorium vrij is van radioactief materiaal en besmetting.” Shell was zeer tevreden. Met het onafhankelijke rapport kon Shell GSI de autoriteiten melden dat het gebouw schoon was. “Het gebouw kan nu zonder bezwaar worden overgedragen aan de gemeente Amsterdam die er op die plek onder andere woningen wil bouwen.”
23
•
“Incidenteel wordt voor onderzoek gebruik gemaakt van radioactieve tracers voor onderzoek op raffinaderijen en chemische fabrieken, maar ook om een gedetailleerd inzicht te krijgen in stromingen in olie- en gasvelden,” vertelt Michel Kok van het Operationeel Support-team van NRG. “In het Van der Graaff Laboratorium werden op kleine schaal radioactieve stoffen opgeslagen en bewerkt. Het is dus heel verstandig om bij het sluiten van zo’n lab grondig te onderzoeken of er geen radioactieve stoffen achterblijven.” Radioactieve stoffen zijn uitstekend te meten, zelfs de kleinste hoeveelheden met de geringste straling kun je al ontdekken. “In mei 2009 werden wij gevraagd om een inventarisatie uit te voeren. Shell wilde inzicht in wat hen te wachten stond. Het lab was op dat moment trouwens nog gewoon in bedrijf.” Michel Kok vond in mei weinig bijzonderheden.
Michel Kok
[email protected] Opdrachtgever Shell Global Solutions International BV Opdracht Controleer een oud laboratorium op radioactieve besmetting en het reinigen ervan. Looptijd 10 dagen NAAM
Email
Milieu
Verantwoord omgaan met oude nucleaire instrumenten In heel Nederland staan redelijk wat laboratoria en installaties die op leeftijd zijn. Als het om laboratoria en installaties gaat waar met nucleaire materialen werd gewerkt, is extra aandacht nodig: met het ouder worden neemt ook de kans toe dat er zich, bijvoorbeeld als gevolg
Jaarverslag 2009
van slijtage, onvoorziene situaties voordoen.
24
•
“Soms wordt NRG gevraagd om te assisteren bij de ontmanteling van een hele vleugel van een onderzoekslab, in andere gevallen gaat het om een afgedankt toestel dat gecheckt moet worden op radioactiviteit.” Siebren van Tuinen leidt een NRG-afdeling die met beide uitersten ervaring heeft opgedaan. Ook binnen de eigen hekken: “We hebben enkele jaren geleden een eigen laboratorium schoon opgeleverd en in 2009 hebben we een kalibratie-installatie onder handen gehad.” Bij een routinecontrole aan een dertig jaar oude kalibratie-installatie ontdekte NRG in de bronnencarrousel een lekkende radiumbron. “Radium is een vervelend isotoop. Als het in de omgeving terecht komt verspreidt het zich snel en je kunt het gemakkelijk binnenkrijgen.” Daarop werd besloten versneld over te stappen op een nieuwe installatie. Omdat de oude in de tussentijd nog af en toe nodig was, moest de radiumbron toch worden geïsoleerd en verwijderd. “In de bronnencarrousel van de kalibratie-installatie zat tussen de actieve bronnen ook een dummybron. Wij hebben vervolgens een draaiboek ontwikkeld en daarna de daarin beschreven werkzaamheden getest met de dummybron. Nadat we de procedures grondig hadden geoefend, hebben we uiteindelijk de radiumbron gecontroleerd verwijderd, geïsoleerd en afgevoerd.”
Siebren van Tuinen
[email protected] Opdrachtgever NRG, interne opdracht Opdracht Verwijder gecontroleerd een lekke radiumbron Looptijd Enkele weken NAAM
Email
NRG weet dat er voor dit werk ook belangstelling is van buiten de hekken. “Overal in het land zijn plekken waar deze problemen zich kunnen voordoen. We zijn al de nodige keren om advies en ondersteuning gevraagd.” Naast lab’s-op-leeftijd moet je bijvoorbeeld ook denken aan apparatuur en materialen uit de nucleaire geneeskunde. “Het bedienen van dergelijke apparatuur is echt iets anders dan het veilig ontmantelen. Ziekenhuizen en researchinstellingen zullen hiervoor expertise en ervaring willen inhuren. Wij kunnen die leveren en daarmee hun zorgen uit handen nemen.” NRG biedt daarbij het hele spectrum aan: “Van inventarisatie, vergunningen, plan van aanpak en uitvoering. En na afloop van de werkzaamheden kunnen we ook nog eens netjes het vrijgekomen afval naar Petten meenemen, zodat het op een veilige en verantwoorde manier wordt verwerkt”.
Groei decontaminatie off-shore onderdelen NRG beweegt zich meer en meer op de internationale markt voor decontaminatiediensten. Zo vond ook SBM Off-shore vanuit Noorwegen de weg naar NRG. “Je ziet dat olie- en gasbedrijven graag van de zorg voor nucleair
SBM Off-shore was zo tevreden met de dienstverlening dat nog een tweede lading swivels naar Petten werd getransporteerd. Pas na een decontaminatiebehandeling door NRG werden de onderdelen ter reparatie aangeboden bij de werf.
• 25
De kleinste en grootste componenten vinden hun weg naar de decontaminatiefaciliteit (DWT) van NRG. “Soms zijn het afsluiters zo groot als een schoenendoos, soms hebben we wel twee telescoopkranen nodig om een vrachtwagen te lossen,” vertelt Ronald Dekker lachend. Hij doelt op de ‘swivels’ die NRG voor SBM Off-shore decontamineerde. Swivels zijn flexibele koppelingen tussen pijpleidingen en drijvende objecten zoals deinende schepen of pontons. “Enorme stalen koppelingen waardoor gas, olie en de nodige bekabeling gaat. Bij olie- of gasproductie kan natuurlijk radioactief materiaal zich afzetten in de installaties” Als besmette swivels worden aangeleverd voor onderhoud, kunnen bedrijven te maken krijgen met de kernenergiewet. Dat overkwam ook een onderhoudswerf in Kinderdijk. “De meeste onderhoudsbedrijven hebben geen kernenergiewetvergunning, maar dat ontslaat ze natuurlijk niet van verplichtingen. Vandaar dat NRG er dan bij wordt gehaald.” Uit metingen ter plekke en analyses van monsters bleek al snel dat de swivel meldingsplichtig was bij het Ministerie van VROM. Dekker: “Wij hebben de werf toen zoveel mogelijk werk uit handen genomen. Wij weten de weg in de regelgeving en hebben de zaak gemeld.” Het werk wordt dan ook afgerond met een rapportage naar de Kernfysische Dienst van VROM. De swivels gingen op transport naar Petten en monteurs van de werf kregen een korte instructie stralingshygiëne. “Onder ons toezicht werden de swivels bij DWT gedemonteerd. ”Daarna heeft DWT ze gedecontamineerd en de verontreinigingen afgevoerd naar COVRA.” Theoretisch kan dat een probleem zijn; het over de grens brengen van dit soort installatiedelen kan worden gezien als grensoverschrijdend afvaltransport. Ieder land is verplicht zijn eigen radioactieve afval terug te nemen en op te slaan. ”In principe zou de verontreiniging dan terug moeten naar Noorwegen.” Dat werd gelukkig niet geëist. Niettemin heeft NRG de zaak wel bij het Ministerie van VROM aangekaart. “Eigenlijk zou je hetzelfde systeem als bij emissiehandel moeten opzetten. Als je ‘decontaminatierechten’ tussen landen verhandelt, voorkom je onnodig gesleep met nucleaire restproducten terwijl je toch de garantie hebt dat het restproduct binnen de betrokken landen blijft.”
Jaarverslag 2009
verontreinigde onderdelen verlost worden.”
Ronald Dekker
[email protected] Opdrachtgever SBM Opdracht Maak nucleair verontreinigde offshore componenten schoon en geef ze vrij met een certificaat doorlooptijd Spoedklus, twee weken. NAAM
Email
Milieu
Recycling verpakkingen medische isotopen Achter de behandeling van patiënten met medische isotopen schuilt een uitgekiend logistiek proces. De gestandaardiseerde, stralingsbeperkende verpakkingen gaan vanuit Petten de wereld over. Dat gebeurt razendsnel omdat de werking van de isotopen met een procent per uur minder wordt. Minder bekend is dat de isotopen in hun verpakking ook weer terugkeren
26
•
Jaarverslag 2009
naar Petten.
Ruud Vreeker
[email protected] Opdrachtgever Covidien Opdracht Recycle alle bruikbare onderdelen van molybdeenverpakkingen. doorlooptijd Jaarcontractbasis. NAAM
Email
“Alles wat bruikbaar is wordt opnieuw gebruikt. Het karton en de polystyreen blokken, maar ook de speciale containers, de zogenaamde generatoren.” Ruud Vreeker en zijn collega’s zien ieder jaar zo’n 70.000 verpakkingen langskomen. Recycling gebeurt speciaal in Petten vanwege de nucleaire kennis en ervaring. De isotopen die terugkeren naar Petten zijn vaak nog licht radioactief. Uiteraard wordt gecontroleerd wat terugkomt, daarna wordt uitgerekend hoe lang de generatoren in opslag moeten om volledig te vervallen. “Zolang de isotopen verpakt zijn is er niets aan de hand, maar zodra je de behuizing open maakt moet je zeker weten dat de activiteit vervallen is.” Bij NRG zijn alle benodigde kennis en infrastructuur aanwezig om veilig te werken. De verpakkingen bestaan uit dozen en polystyreen met daarin een blikken container die een kunststof behuizing met een loodmantel bevat. Veilig afgeschermd bevindt zich daarin de capsule met het isotoop. “In het ziekenhuis wordt via een vacuümsysteem hieruit het technetium afgetapt waarmee tot zo’n honderd patiënten per verpakking behandeld kunnen worden. Daarna gaat de verpakking terug naar ons.” De verpakking wordt in losse onderdelen gedemonteerd, de bruikbare onderdelen worden gecontroleerd, indien nodig hersteld en teruggeleverd aan de opdrachtgever. De uitgewerkte bron wordt gecontroleerd afgevoerd. De niet bruikbare onderdelen worden voor hergebruik aan de oorspronkelijke leveranciers geretourneerd. De overige onderdelen worden naar verwerkers afgevoerd voor recycling. Hierdoor wordt de afvalstroom zo veel mogelijk geminimaliseerd. “Op zich lijkt dit routinewerk. Toch moeten we alert blijven op uitzonderlijke gevallen. Het kan voorkomen dat stoffen die retour komen veel actiever zijn dan verwacht. In die gevallen weten we bij NRG hoe we moeten handelen.” Vergunningen, kennis, ervaring, hulpmiddelen en de benodigde meetapparatuur zijn meteen paraat. Wezenlijk onderdeel van het proces is de vernietiging van de ‘radioactief’ tekens van schone verpakkingen zoals op het karton. “Komt dat bij de papierverwerking terecht, dan kan dat paniek veroorzaken.” Verantwoordelijkheid zit in de details, verklaart Ruud Vreeker.
Onderzoek eindberging radioactief afval Tien jaar na het laatste advies over deze kwestie werd in 2009 het onderzoek naar een eindberging voor het nucleaire afval in Nederland opnieuw opgepakt. Overheid en sector slaan de handen ineen en investeren in het OnderzoeksProgramma Eindberging Radioactief Afval (OPERA). NRG levert een belangrijke bijdrage.
Jaarverslag 2009
Arjen Poley stond aan de wieg van OPERA en legt uit waarom er zoveel tijd verstreek: “Wij hebben het in Nederland voor de komende honderd jaar goed geregeld. Ons afval ligt prima in zijn tussenstation bij de COVRA in Vlissingen.” Dat hield ook in dat er géén geweldige druk ligt op een volgende stap. Toch heeft de huidige generatie een verantwoordelijkheid ten opzichte van de volgende generaties. “Die verantwoordelijkheid is nu genomen door onze opdrachtgevers.”
27
•
Ieder land is verantwoordelijk voor zijn eigen afval. De eindberging voor nucleair afval is daarmee een technisch én ethisch vraagstuk, dat vanwege EU-regelgeving binnen de eigen landsgrenzen moet worden opgelost. Bij ons concludeerde de Commissie Opbergen Radioactief Afval (CORA) tien jaar geleden dat de bouw van een geologische eindberging, waarin het radioactief afval terugneembaar kan worden opgeborgen, in principe veilig mogelijk is. “Dat gaan we nu dus ook uitwerken,” bevestigt Poley. “Terugneembaarheid garandeert namelijk dat je geen onomkeerbare dingen doet. En we gaan onderzoeken hoe er maatschappelijk draagvlak voor de voorgestelde oplossing kan komen.” De verwachting is dat de voorwaarde van terugneembaarheid het draagvlak vergroot. Er wordt naar twee aardlagen gekeken: steenzout en klei. “Zoutkoepels hebben we alleen in Noord Nederland, maar Boomse klei zit onder grote delen van ons land. Dat maakt het vinden van een geschikte plaats in deze aardlaag dus ook kansrijker.” Dit voorjaar worden de onderzoeksvoorstellen geformuleerd en getoetst. Naast NRG en COVRA zullen ook TNO, ECN en enkele universiteiten participeren in OPERA. Zeker is ook dat er kennis wordt gedeeld met België. ”In Mol is een ondergronds proefstation waarmee veel technische kennis en ervaring is opgedaan.” Nederland wil daar gebruik van maken en zelf technische kennis over ‘terugneembaarheid’ inbrengen. “De verwachting is dat de vraag naar deze kennis over tien jaar heel actueel is. Dan komen de eerste eindbergingen in Scandinavië gereed en zal de behoefte aan expertise bij ons en ook elders toenemen.”
Arjen Poley
[email protected] Opdrachtgever De Nederlandse nucleaire sector en het Ministerie van VROM Opdracht Schrijf een safety case voor de toekomstige geologische eindberging van het Nederlandse nucleaire afval Looptijd Voorbereidingsfase afgerond, looptijd project 2010-2015 omvang 10 Miljoen euro verdeeld over meerdere partners NAAM
Email
Milieu
Water naar de zee NRG heeft een ‘nucleaire waterzuivering’ waar de eigen labs en installaties op het complex hun besmette water afleveren. Nucleaire bedrijven vanuit heel Nederland vinden inmiddels de weg naar NRG om nucleair verontreinigde materialen te laten reinigen. Het spoel- en proceswater van deze reiniging wordt hier ook gezuiverd. Specialistisch werk. De radioactieve verontreinigingen worden afgescheiden, apart gehouden en afgevoerd naar de COVRA. “Alleen schoon water wordt gecontroleerd Jaarverslag 2009
geloosd op het oppervlakte water.”
•
De installatie van Jan Reij ziet er spic en span uit. Je zou er van de vloer kunnen eten, ware het niet dat de strenge regels dat verbieden. “We werken hier met radioactieve stoffen, dus zijn alle voorzorgsmaatregelen genomen om besmetting en blootstelling van de mens te voorkomen.”
28
Al sinds begin jaren zestig, toen de HFR gebouwd werd, wordt op deze plek afvalwater behandeld. Sindsdien is er voortdurend verbeterd en uitgebreid. Jan Reij: “Eigenlijk passen we constant onze installaties aan aan de nieuwste inzichten.” In 2009 heeft NRG nog een nieuwe centrifuge geplaatst die verontreinigde slibdeeltjes scheidt van het water.” De radioactieve slibdeeltjes worden ingedampt en in vaten afgevoerd naar de radioactief-afval opslag van COVRA in Vlissingen. Voordat het water deze laatste stap van de centrifuge passeert, is het al door een indrukwekkende hoeveelheid bassins en tanks gereisd. Bezinktanks en kolommen met membraanfilters halen grote en kleine verontreinigingen uit proces- en spoelwater, dat vanuit de labs en de decontaminatiewerkplaatsen wordt aangeleverd.
Jan Reij
[email protected] Opdrachtgever Primaire klanten van het bedrijvencomplex van NRG en secundaire klanten van buiten zoals offshore en nucleaire bedrijven Opdracht Behandel spoel- en proceswater zodat het aan de vergunningseisen voldoet en kan worden geloosd. looptijd Continu dienstverlening. NAAM
Email
Het reinigen van radioactief besmette materialen (decontaminatie) is een dienst die NRG aanbiedt aan bedrijven zoals uraniumverrijker URENCO en de offshore-industrie. “Bij de olie en gaswinning kan natuurlijke radioactiviteit zich ophopen in de installaties. Bij ontmanteling of reparatie moeten die grondig worden gereinigd, dat kan bij NRG.” Het spoelwater bevat radioactieve deeltjes. “Alles wordt opgevangen en bij mij aangeleverd.” Het aanbod van water hangt uiteraard af van de hoeveelheid en soort werkzaamheden die worden uitgevoerd. “Gemiddeld gaat het om zo’n 75 kubieke meter per week.”
29
•
Jaarverslag 2009
Gezondheid Het verslagjaar werd gedomineerd door krapte op de isotopenmarkt. In het vooruitzicht van de reparatie van de HFR heeft het Ministerie van VROM aan NRG een tijdelijke vergunning verstrekt om de Hoge Flux Reactor op te starten, ondanks het geconstateerde gebrek in de koelleiding. Per bestralingscyclus werd gekeken of de situatie op de isotopenmarkt een nieuwe productiecyclus noodzakelijk maakte.
Gedurende 2009 werd een productierecord gevestigd en verzorgde de HFR tot zo’n zeventig procent van het wereldaanbod van medische isotopen. Nieuw was de situatie die ontstond toen de nabewerking van de isotopen in de plaatselijk molydeenfabriek het productievolume beperkte. Het aanbod uit de HFR was tijdelijk te groot voor de beschikbare nabewerkingscapasciteit. De crisissituatie op de isotopenmarkt zal nog doorwerken in 2010. Wel worden de eerste nieuwe ontwikkelingen zichtbaar. Er zijn - mede met de hulp van NRG - meer spelers op de markt gekomen, zij het met een bescheiden productievolume. Vooralsnog beïnvloeden deze nieuwkomers de positie van NRG niet negatief. Ook heeft de internationale politiek de isotopenproductie hoog op de agenda gezet. De OECD voert een marktstudie uit, waarvan de resultaten medio 2010 worden verwacht. De isotopenkrapte heeft NRG meer in de rol van makelaar en kennisleverancier gebracht. Getroffen klanten werden met raad en daad bijgestaan en NRG opende routes naar andere leveranciers. NRG hielp met de noodzakelijke en complexe vergunningen en leidde zelfs operators van andere producenten op. Zo werd alle beschikbare capaciteit binnen en buiten Europa in 2009 mede door NRG achter het patiëntenbelang geschaard. NRG wil deze sleutelpositie in de molybdeenproductie verder verstevigen. De isotopenschaarste heeft niet geleid tot extreme prijsstijgingen op de wereldmarkt. Goodwill-overwegingen en patiëntenbelang temperden de prijsontwikkeling. Wel zullen komende jaren reparatie- en investeringskosten wereldwijd worden doorberekend in de kostprijs. Parallel aan de topproductie met de HFR zijn de voorbereidingen getroffen voor de reparatie die in 2010 plaatsvindt. Deze zijn uitgebreid voorbereid en getest. Daarnaast is intensief gewerkt aan een Asset Integrity Management Programme, dat de conditie van de HFR in de komende jaren moet waarborgen tot aan de vervanging door ‘PALLAS’. Door veel aandacht te besteden aan de planning van de reparatie van de HFR en deze tijdig te communiceren, heeft de markt maatregelen kunnen nemen. Producenten en behandelcentra hebben een efficiency-operatie in gang gezet om het beschikbare volume aan isotopen in 2010 maximaal te benutten.
Gezondheid
Productie medische isotopen kritiek Als 2008 het jaar van de alarmbellen was, dan was 2009 het jaar van de actie. “Het was al bekend dat de productie van medische isotopen kwetsbaar was geworden, maar in 2009 dook het aanbod van medische isotopen zelfs regelmatig onder de vraag.” De wereld beleefde een tekort aan grondstoffen voor de nucleaire geneeskunde dat vooral in Europa werd gevoeld. Alle zeilen werden Jaarverslag 2009
bijgezet om met de HFR toch zoveel mogelijk isotopen te produceren.
32
•
Kevin Charlton blikt terug op een bijzonder jaar. In de zomer van 2009 schreef de Franse krant Le Monde zelfs dat ‘voor het eerst in de geschiedenis van de moderne geneeskunde de mens dreigde te moeten afzien van verworvenheden.’ De krant signaleerde een wereldwijd gebrek aan planning en investeringen in de isotopenproductie. Zij concludeerde: ‘Alles wijst erop dat er nu iets gaat gebeuren.’ De nucleaire farmaceutische en productiesector zullen zichzelf opnieuw uitvinden. Door grote storingen in reactoren over de hele wereld ontstond in 2009 een crisissituatie, constateert Charlton. Hij is bij NRG verantwoordelijk voor de isotopenproductie. “Wereldwijd oversteeg in het algemeen de vraag naar isotopen het aanbod met een procent of twintig. Soms waren er zelfs tekorten van wel veertig procent.”
Kevin Charlton
[email protected] Opdrachtgever Medische sector wereldwijd Opdracht Maximale productie Molybdeen-99 looptijd Continu NAAM
Email
NRG in Petten maakt met de HFR een belangrijk onderdeel uit van deze sector. Sinds augustus 2008 lag de HFR stil door een klein en ongevaarlijk defect in een leiding. In februari 2009 verleenden de autoriteiten na een grondig veiligheidsonderzoek de HFR toestemming de productie te hervatten en de reparatie van de leiding voor te bereiden. “Alle overige bestralingswerkzaamheden werden ondergeschikt gemaakt aan de medische productie.” Omdat toestemming voor het bedrijven van de HFR door de autoriteiten afhankelijk werd gemaakt van de medische vraag naar isotopen, resulteerde dit in een stop/start-reactorbedrijf. “De vraag naar isotopen fluctueert namelijk. Je kunt ze namelijk niet op voorraad houden: de hoeveelheid werkzame stof neemt ieder uur met één procent af.” Het is volgens Charlton de Achilleshiel van de huidige situatie: een wereldwijde structurele ondercapaciteit in een tijd van een continu sterk stijgende vraag.
Nadat enkele weken later ook de NRU-reactor in Canada onverwacht uit bedrijf ging en de Franse en Belgische reactoren hun productie volgens planning moesten staken, herschikte NRG de kern in de HFR. Zij werd ingericht voor maximale molybdeenproductie. Vervolgens produceerde de HFR vanaf juni 180 procent van haar normale volume. “En nog kon in de wereldvraag naar isotopen niet worden voorzien. ” De vraag bleef ook eind 2009 zo’n 20 procent hoger dan het aanbod.
Normaal is er sprake van zelfregulering op de markt en volgt het prijsniveau het aanbod. Maar zo communiceren deze ‘vaten’ niet. Dat is overigens niemand kwalijk te nemen, immers: de reactoren zijn nooit gebouwd als onderdeel van de medische en farmaceutische infrastructuur. Met andere woorden: “We zijn voor isotopen dus afhankelijk geworden van productie-installaties die daarvoor niet bedoeld zijn en hebben een markt waar de huidige prijs niet de echte medische waarde van het product vertegenwoordigt.” Daardoor is er dus ook niemand in staat geweest reserveringen op te bouwen voor nieuwbouw. Een andere complexiteit is de noodzaak van veel reservecapaciteit. Voorraden kunnen niet worden aangelegd en zelfs nieuwe reactoren moeten met enige regelmaat uit bedrijf. Het coördineren van de stops vergt wereldwijd veel overleg en samenwerking. “Reservecapaciteit is essentieel voor de continuïteit van het kritieke aanbod van medische isotopen. Dat is duur en iemand moet dit betalen en dat gebeurt tot op heden niet.” De kosten hiervan bij de farmaceutische industrie neerleggen vereist ingrijpende markthervorming. Grotere investeringen met publiek geld lijken onontkoombaar. “Gelukkig is er nu op alle niveaus het besef dat er iets moet gebeuren. De publieke en private sector trekken daarin samen op.” In 2010 komt de OECD met een advies voor verbeteringen voor de isotopenmarkt.
• 33
“De huidige marktsituatie is historisch gegroeid. De onderzoeksreactoren die nu worden gebruikt zijn eigenlijk voor andere doelen gebouwd en oorspronkelijk niet gefinancierd met medische budgetten.” Isotopen ontwikkelden zich als een nevenactiviteit waarvan het aanbod de vraag oversteeg. Door deze relatieve overproductie bleven de marktprijzen laag. “We merken het effect van oudere reactoren die vaker onderhoud nodig hebben en langer uit bedrijf gaan dan vroeger. Ze zijn aan vervanging toe. De vraag naar isotopen stijgt continu sterk door demografische en medische ontwikkelingen, terwijl tegelijkertijd de aanbodcapaciteit afneemt.”
Jaarverslag 2009
Charlton: “De positieve kant van deze crisissituatie, was dat zowel de overheid als de industrie in actie kwam.” In Nederland was er grote politieke aandacht en bereidwillige medewerking aan de nieuwbouwplannen van NRG met PALLAS. Internationaal intensiveerde de industrie, verenigd in AIPES, haar coördinatie van de reactorplanning en productie en hielp met een zo eerlijk mogelijke verdeling van de beschikbare isotopen. De internationale politiek en andere belanghebbenden gingen tegelijkertijd aan de slag binnen de OECD met een analyse van het bestaande wereldmarkt. Er werden workshops gehouden waarin specialisten, beleidsambtenaren en politieke afgevaardigden een nieuw marktmodel voor isotopen hebben besproken.
Gezondheid
Europese vergelijking dosimetrie In de EU wordt iedere radiologisch werker gemonitord met een dosismeter. Tientallen instituten houden zich hiermee bezig. Om van elkaar te leren worden sinds twee jaar op kosten van deze instituten zelf de methodieken en resultaten vergeleken. NRG coördineerde de eerste onderzoeken: “Het enthousiasme was groot, we zaten tegen het maximum aantal deelnemende instituten en de
34
•
Jaarverslag 2009
resultaten zijn opmerkelijk.”
Tom Grimbergen
[email protected] Opdrachtgever Eurados, European Radiation Dosimetry Group Opdracht Vergelijk de kwaliteit van de dosimetrie-gegevens van de verschillende Europese instituten looptijd 2008 - 2009 NAAM
Email
In Nederland beheert NRG ruim honderdduizend persoonlijke dosismeters, vertelt Tom Grimbergen van team Inividual Monitoring. De medische sector neemt hiervan het leeuwendeel voor haar rekening. “Beroepshalve kunnen medici en verpleegkundigen doses oplopen in de nabijheid van röntgentoestellen en in de nucleaire geneeskunde.” Al die doses, gemeten met persoonlijke instrumentjes, worden door NRG uitgelezen en geregistreerd. “Een omvangrijk logistiek proces. De stralingshygiëne loopt met persoonlijke monitoring ver voorop in de Arbowereld.” Om een beeld te krijgen van eventuele verschillen binnen de Europese Unie, werken de verschillende dosimetrie-instituten samen binnen EURADOS. “We zijn er achter gekomen dat er variatie zit in wat gemeten wordt. Dat komt door kleine verschillen in methodieken en technieken.” Omdat de EU toch vooral een level playingfield en een geharmoniseerde werkwijze nastreeft, stimuleert zij samenwerking die dit verbetert. “Vroeger werd dit gesubsidieerd door de EU, tegenwoordig betalen de instituten het zelf. NRG heeft nu twee jaar als coördinerend instituut grote vergelijkende onderzoeken uitgevoerd.” Het interessantste onderzoek was dat van 2009 waarin de resultaten van speciale dosismeters voor menselijke ledematen werden vergeleken. “Denk aan pols- of enkelbanden of meetringen die aan de vingers worden gedragen. Die meten heel plaatselijk de bètastraling op de opperhuid en moeten daarom uitgerust zijn met hele dunne detectoren en minimale filters.” Er deden 45 instituten mee in het onderzoek. “Er bleken 56 verschillende systemen in gebruik. In totaal onderzochten we 16-honderd geanonimiseerde dosismeters.” Een hele puzzel die opmerkelijke verschillen liet zien. “Er waren hele accurate en minder precieze systemen. Daar kom je dus alleen achter door internationaal te vergelijken.” Kennisdeling over best practices leidt er inmiddels toe dat de Europese instituten dosimetrie-systematiek verbeteren, waardoor de resultaten naar elkaar toegroeien. “Het is belangrijk dat in de hele EU op vergelijkbare manier naar de dosimetrie van radiologische werkers wordt gekeken,” vindt Tom Grimbergen. In 2010 draagt hij zijn know-how over aan een volgend coördinerend instituut voor een nieuw vergelijkend onderzoek.
Kippenpoten op de röntgenfoto Er komen steeds meer röntgentoestellen in Nederland en ze worden bovendien steeds krachtiger. Ook als ze niet onder de kernenergiewet vallen, is er onder de bedieners van deze apparaten behoefte aan kennis. Zijn er risico’s? Wat is straling? “Je ziet nu bedrijven die hun verantwoordelijkheid nemen en ons om ondersteuning vragen bij de voorlichting.”
35
•
Jaarverslag 2009
Stralingsdeskundigen van NRG verwacht je vooral tegen te komen in ziekenhuizen, kerncentrales en off-shore bedrijven. Maar onlangs gaf Heleen van Elsäcker-Degenaar een stralingscursus aan medewerkers van een kippenfokkerij. “Sommige fokkerijen doen veel voor het welzijn van hun fokkippen. Kreupelheid is een van de kippenziektes die je al vroeg kunt zien aankomen door het bekijken van de inwendige samenstelling van een poot. In Nederland doet een fokkerij dat als enige in Europa met behulp van een röntgentoestel.” De verantwoordelijke dierenarts op dat bedrijf is opgeleid als stralingsdekundige niveau 5. “In feite is dat ruim voldoende, want het gebruikte röntgentoestel is zo bescheiden dat het nauwelijks gevaar vormt.” Toch vond de fokkerij het zijn verantwoordelijkheid om iedereen die met het toestel in aanraking zou kunnen komen een cursus te geven. “Gewoon om bekend te raken met het fenomeen straling en de mogelijke risico’s ervan. Zelfs als die risico’s binnen het bedrijf nihil zijn.” Het resultaat was dat negen medewerkers - variërend in leeftijd van 22 tot 55 jaar en in opleiding van MBO tot universitair - een dag lang les kregen in röntgenstraling. De opzet van de cursus was redelijk breed: “Aan het einde van de dag konden de medewerkers zelf een goede vergelijking maken tussen de toestellen in het ziekenhuis en op de fokkerij, inclusief de verschillen in de risico’s.” Na afloop mochten de cursisten op basis van vrijwilligheid beslissen of ze met het toestel wilden werken. Heleen van Elsacker
[email protected] Opdrachtgever Een Nederlandse kippenfokkerij Opdracht Geef voorlichting aan onze medewerkers over het werken met een röntgentoestel Resultaat Gemotiveerde medewerkers die meer weten van straling en de mogelijke risico’s Doorlooptijd Enkele dagen NAAM
NRG verwacht dat de markt voor deze cursussen groeit. Van Elsäcker: “Röntgentoestellen duiken overal op, bijvoorbeeld in de diergeneeskunde of bij materiaalonderzoek. Vanwege de voordelen worden de apparaten ook steeds krachtiger. “Pas bij 100 kV geldt een verplichte opleiding. Maar veel bedrijven willen sowieso eventuele vragen bij hun medewerkers vooraf wegnemen. Wij zijn als onafhankelijke partij dan geloofwaardig.”
Email
Gezondheid
Stralingsbescherming reparatie HFR Een Chinees gebruikt één woord voor zowel ‘kans’ als ‘bedreiging’. Komend jaar wordt de Hoge Flux Reactor gerepareerd. Waarom geen kansen creëren in deze bedreigende situatie? “Ervaring met dit soort reparaties is er nauwelijks in de wereld. We kunnen veel leren over beschermende maatregelen bij werkzaamheden in een hoog-radioactieve omgeving die bovendien extreem Jaarverslag 2009
moeilijk toegankelijk is.” Ook interessant voor andere reactoren-op-leeftijd.
36
•
“Hoe kan de reparatie van de Bottom Plug Liners worden uitgevoerd zonder stralingsrisico’s voor de reparateurs?” Met een aantal collega’s van NRG en ECN heeft Cor Timmermans zich er een jaar lang het hoofd over gebroken. De HFR is niet gebouwd om er de reparatie aan uit te voeren die nu noodzakelijk is. “Normaal zit er zoveel water en beton om het systeem, dat je zonder problemen in de buurt kan komen. De straling wordt afgeschermd.” Maar om te kunnen repareren moeten zowel het water als delen van het beton worden verwijderd. “Bovendien komen we straks op plekken dicht bij het reactorvat waar je normaal niet bij kunt.” NRG heeft daarom een 3D-computermodel van de HFR gemaakt. Timmermans: “Daarmee konden we alle ruimtes en onderdelen van het vat en het bassin vanuit verschillende hoeken bekijken. Tijdens de stop in de zomer van 2009 hebben we met metingen vastgesteld hoe radioactief de onderdelen zijn.” Gewapend met die wetenschap kon worden uitgerekend hoeveel afscherming nodig is. “En op welke plekken die moet worden aangebracht en hoe die het beste door de HFR-operateurs in onderdelen op afstand kan worden geplaatst.” Om het enorme gewicht van de afscherming te kunnen dragen, zijn er daarnaast allerlei constructieve maatregelen uitgedacht.
Cor Timmermans Email
[email protected] Opdrachtgever NRG Irradiation Services Opdracht Ontwerp afscherming ten behoeve van reparatie BPL looptijd 2009 NAAM
In het najaar was de puzzel klaar. Het projectteam waarin Cor Timmermans zijn werk deed kan met grote zekerheid aangegeven dat, op een enkele kleine spot na, nergens in de werkgaten de gestelde dosislimiet van 100 microsievert per uur wordt overschreden. “Voor de zekerheid hebben we het Belgische nucleaire instituut SCK laten meekijken en meedenken, want het moet in één keer goed gebeuren. Zodra het water uit het systeem is kan namelijk niets meer aan de afscherming worden gewijzigd.”
37
•
Jaarverslag 2009
Algemeen
Nucleaire infrastructuur In 2009 ging de aandacht vooral uit naar de bestaande en nieuw te bouwen reactor. De HFR moest in het verslagjaar met een tijdelijke vergunning zijn uiterste best doen om in de vraag naar medische isotopen te voldoen, terwijl tegelijkertijd de reparatie in 2010 werd voorbereid.
38
•
Jaarverslag 2009
“Nadat de ‘inwendige reparatie’ van de gecorrodeerde koelwaterleiding van de HFR een onmogelijke weg bleek, hebben we alles ingezet op de voorbereiding van het uithakken en vervangen van de versleten stukken,” zo vat Eric Jan de Widt het intensieve werk in 2009 samen. “Onder leiding van een projectmanager van de firma Jacobs heeft onze eigen organisatie versterkt met externe experts keihard gewerkt aan grondige voorbereiding en een betrouwbare planning. Alle handelingen en werkzaamheden zijn eindeloos geoefend en voorbereid.” Aanvankelijk leek het uitwendig ‘opdikken’ van de leidingen met een aluminium particle spray nog veelbelovend. “Helaas bleken er geen normen te zijn waaraan deze reparatie in een nucleaire installatie kon worden getoetst. Vandaar het besluit tot de technisch eenvoudige, maar praktisch veel complexere vervanging van de aangetaste delen van de koelwaterleidingen.” De getroffen delen zitten namelijk in een radioactieve omgeving in beton opgesloten. Er is weinig ruimte om het werk uit te voeren en er zijn uitgebreide stralingsbeschermingsmaatregelen en overige veiligheidsvoorzieningen nodig. “De HFR wordt gereedgemaakt voor de toekomst tot aan de vervanging door ‘PALLAS’. Dat betekent ook investeren in conditiemonitoringsystemen en het opstellen van een Asset Inegrity Management Programme, waarmee we telkens ver vooruit kijken en de risico’s van ongeplande beschikbaarheid minimaliseren. Voor de nieuw te bouwen reactor ‘PALLAS’ is een business case opgebouwd, waarmee NRG potentiële financiers inzicht geeft in de exploitatie. Halverwege 2009 kon NRG vijftig jaar vooruitblikken naar productievolume en prijsniveau. In oktober werd het resultaat voorgelegd aan diverse betrokken partijen en volgden de eerste budgettoezeggingen. Eric Jan de Widt: “We onderscheiden drie markten: medische isotopen, gesubsidieerde R&D en commerciële R&D.” In 2010 volgt een verdere onderbouwing van de business case. “We proberen dan ook voor de verdere planontwikkeling benodigde budgetten binnen te halen.” Verder heeft NRG eind 2009 een locatievoorkeur bekend gemaakt (Petten) en is de startnotitie voor de MER ingediend. Het verslagjaar was het tweede volle operationele jaar voor het Jaap Goedkoop Laboratorium (JGL) waar nabewerkingen plaatsvinden op bestraalde materialen. “Er traden wat kinderziektes op die niet tot onoverkomelijke problemen hebben geleid. Verder kijken we tevreden terug op de productie met dit nieuwe laboratorium en onze Hot Cell Laboratoria en Lage Flux Reactor,” aldus De Widt. NAAM
Eric Jan de Widt
[email protected]
Email
Positieve aandacht voor nucleaire thema’s Het verslagjaar liet een voortzetting van een trend zien: steeds meer positieve aandacht voor nucleaire thema’s. Er is duidelijk een voedingsbodem bij het publiek ontstaan dat steeds meer wil weten over nucleaire geneeskunde en kernenergie. Transparantie en openheid van NRG helpen daarbij. Zowel successen als tegenvallers of incidenten worden zonder terughoudendheid gemeld. Jaarverslag 2009
In 2009 was er beduidend meer aandacht vanuit de media en het publiek voor NRG. De klimaatdiscussie heeft kernenergie weer op de maatschappelijke agenda gezet en de isotopenschaarste in de wereld vestigde de aandacht op de verouderingsproblemen van de HFR en haar mogelijke opvolger PALLAS.
De positieve sfeer rond nucleaire technologie vertaalde zich ook in extra belangstelling van de arbeidsmarkt. In het verslagjaar werd de website werkenbijnrg.eu gelanceerd. “Hoewel het moeilijk blijft sommige vacatures te vervullen, mocht NRG in 2009 niet klagen over aandacht. Het blijkt dat talent graag wil werken bij een bedrijf met duidelijke maatschappelijke meerwaarde”, aldus Juliëtte van der Laan.
39
•
“In plaats van een NIMBY-effect, hebben wij het nu wel eens over een PIMBY-effect,” stelt communicatie-manager Juliëtte van der Laan. “Als het gaat om de nieuwbouw van de PALLASreactor is het bijna Please In My Back Yard.” Niet alleen vanwege de hoogwaardige werkgelegenheid die de bouw en het bedrijven van de reactor oplevert, maar ook vanwege het maatschappelijk nut van de installatie. In beide regio’s waar PALLAS eventueel gebouwd kan worden (Zeeland en Noord-Holland) kreeg het project ruim aandacht in de pers en op bijeenkomsten. De maatschappelijke discussie over kerntechnologie verliest intussen haar gepolariseerde karakter. Van der Laan: “Steeds meer partijen met verschillende belangen doen mee waardoor het debat aan kwaliteit wint.” Hoewel de visie van de milieubeweging op kerntechnologie niet wezenlijk veranderde in 2009, werd ook het gesprek met haar genuanceerder. Niet alleen journalisten maar ook scholieren wisten NRG te vinden. “De jongere doelgroepen blijken zeer geïnteresseerd in wat nucleaire technologie de samenleving oplevert.” Voor het eerst vroeg een opvallend aantal scholieren informatie bij NRG op over de isotopenproductie. “Daarnaast was er vraag naar tal van technische onderwerpen, variërend van techniekstudenten die informatie wilden over koelwaterleidingen tot recycling van radioactief afval”, constateert Van der Laan. Verder verzorgde NRG weer de inmiddels gebruikelijke stralingslessen op middelbare scholen in de omgeving van Petten.
NAAM Email
Juliëtte van der Laan
[email protected]
Jaarverslag 2009
Algemeen
40
•
‘PALLAS’ in versnelling In 2009 zette de mondiale isotopenschaarste de voorgenomen nieuwbouw van de pallasreactor hoog op de maatschappelijke agenda. NRG boekte flinke vorderingen, maar incasseerde ook een forse tegenvaller. “De kansen voor nieuwbouw zijn onverkort goed, we moeten er nu wel de vaart in houden.” Paul de Jong werd halverwege 2009 aangetrokken als projectdirecteur. Zijn aanstelling schetst ook meteen de grote vordering: het project gaat over van de verkennende fase naar een voorbereidende fase op de daadwerkelijke bouw.
Email
NAAM Paul de Jong
[email protected]
“Uit de tender die in het verslagjaar werd gehouden, bleek dat onze vraag aan de markt goed was voorbereid. Op basis van onze specificaties werd een aantal economisch en technisch levensvatbare aanbiedingen gedaan waarvan we er één als zeer kansrijk hebben kunnen identificeren.” Het was dan ook een teleurstelling voor zowel NRG als de aanbieders dat eind 2009 moest worden besloten de tender af te breken. “We kregen binnen de afgesproken termijn de financiering van de ontwerpfase niet
rond. Het benodigde bedrag kwam niet op tijd op tafel.” In januari 2010 werden de aanbieders op de hoogte gesteld. “De Europese aanbesteding zal naar verwachting in 2010 en 2011 worden voortgezet.” Ondanks deze tegenvaller wordt de resultaatgerichte realisatiefase ingezet. “De bouwketen worden als het ware betrokken.”
Vol goede moed heeft NRG in november de startnotitie voor de MER procedure ingediend. Projectdirecteur Paul de Jong: “Ook maakten we onze voorkeurslocatie bekend: Petten. Dat neemt niet weg dat we ook de tweede mogelijkheid in het Zeeuwse Borssele serieus onderzoeken. Beide locaties hebben voor- en nadelen. Petten heeft echter mee dat hier alle infrastructuur al aanwezig is, inclusief de benodigde hoogopgeleide medewerkers.” Tegelijkertijd werkt NRG hard door met het zoeken naar aanvullende financiering van de laatste benodigde miljoenen voor de eerste fase. De Jong: “We praten met alle mogelijke stakeholders, van de Europese Commissie, tot de farmaceutische industrie en de banken.” Voor het jaar 2010 is het volgens Paul de Jong vooral van belang om de politieke en maatschappelijke aandacht gericht te houden op de noodzaak van de realisatie van PALLAS. Ook de overheid moet zich gaan voorbereiden op de nieuwbouw van PALLAS, meent De Jong. “Als wij straks een Kernenergiewetvergunning gaan aanvragen moet ook de overheid beschikken over voldoende kennis en mankracht om de procedure succesvol te volbrengen.”
•
Volgens het kabinet is PALLAS in Nederland niet alleen van belang voor de gezondheidszorg, maar ook voor het op peil houden van de Nederlandse kennis op het gebied van nucleaire technologie. “Natuurlijk is die positieve aandacht mede een gevolg van de isotopenschaarste in de wereld en de vooraanstaande positie die ons land heeft verworven in deze sector,” concludeert Van der Schaaf. “Maar in de kamerbrief worden nu ook de onderzoeksmogelijkheden voor de nucleaire sector met naam en toenaam genoemd.” Verder ziet het kabinet in dat een nieuwe reactor goed is voor de werkgelegenheid. “PALLAS levert 500 hoogwaardige directe en circa 1.000 indirecte arbeidsplaatsen op.”
41
Vooral de brief die het kabinet naar de Tweede Kamer stuurde in oktober van het verslagjaar, ziet NRG als bevestiging van het draagvlak. Paul de Jong: “Het kabinet staat positief ten aanzien van een nieuwe reactor in Nederland en dus ook over een mogelijke toekomstige vergunning op grond van de Kernenergiewet. Het kabinet vindt het belangrijk dat voortgang wordt gemaakt met besluitvorming over PALLAS als de opvolger van de HFR.”
Jaarverslag 2009
De technische man achter ‘PALLAS’ is Bob van der Schaaf. Hij zag gedurende 2009 het politiek maatschappelijke draagvlak voor ‘zijn’ reactor met rasse schreden toenemen. “Het feit dat de provincie Noord-Holland een budget van 40 miljoen euro op zijn begroting heeft gereserveerd en de provincie Zeeland een even hoge reservering heeft toegezegd, schetst het grote draagvlak dat er is voor de nieuwe reactor.” Dit draagvlak zag NRG ook terug in de openbare hoorzittingen die werden gehouden in Noord-Holland en Zeeland. Van der Schaaf: “Er waren vragen en kritische opmerkingen, maar de grondhouding was positief. ‘PALLAS’ wordt gezien als nuttig en betekent hoogwaardige werkgelegenheid voor de regio van vestiging.”
Algemeen
Quality Safety & Environment Het verslagjaar was voor de veiligheids- en kwaliteitsorganisatie van NRG een jaar van bezinning. “De eigen organisatiedoelstellingen werden tegen het licht gehouden en kritisch beoordeeld.” Vastgesteld werd dat de ambitie in sommige gevallen hoger was dan het behaalde resultaat. Geconstateerd werd ook dat het verduidelijken en benoemen van verantwoordelijkheden zal leiden tot effectiviteitswinst. “We kunnen ons dan beter concentreren op verbetering, bewaking en borging van onze veiligheids- en kwaliteitssystemen.”
42
•
Jaarverslag 2009
Een voorbeeld hiervan is de milieucertificatie, zegt kwaliteitsmanager Peter van Balen. “In de achterliggende jaren werden de NRG milieuzorgsystemen niet gecertificeerd, omdat de activiteiten werden gedekt door het gecertificeerde zorgsysteem van één van de andere organisaties op het terrein.” Onwenselijk, vindt Van Balen. “Bij een marktgerichte organisatie hoort een marktconform kwaliteitsbeleid met maatschappelijke verantwoording.” In 2010 vindt er daarom een nul-meting plaats en wordt ook voor het milieuzorgsysteem van NRG een eigen certificatieprocedure gestart. Ook op het gebied van beveiliging is in 2009 goed gekeken naar verantwoordelijkheden en verplichtingen van de op het terrein gevestigde organisaties. “Het blijkt dat die in de praktijk door elkaar heenlopen.” Tot en met het verslagjaar was het de regel dat de op het terrein gevestigde bedrijven zelf verantwoordelijk zijn voor de eigen beveiliging. Omdat NRG ook nucleaire installaties moet beveiligen, kon zij verplichtingen opleggen aan anderen. “In 2009 is deze situatie met de overheid en de andere organisaties besproken. Duidelijk werd dat aan de ene kant door collegabedrijven wordt gestreefd naar een ‘open campus’, terwijl aan de andere kant door NRG steeds hogere eisen worden gesteld aan de beveiliging van de HFR en de nucleaire laboratoria.” Deze uiteenlopende belangen en eisen nopen tot een nieuwe lay-out van de beveiligingsstructuur van het bedrijventerrein. Naar het zich laat aanzien kunnen beide situaties worden gerealiseerd door binnen de ‘open campus’-opzet ‘beveiligingsschillen’ te maken rond de nucleaire installaties. “De noodzakelijke beveiligingsmaatregelen kunnen dan logischer worden genomen op díe plekken waar ze nodig zijn, terwijl overige bezoekers er minder hinder van ondervinden,” aldus Van Balen. In 2010 wordt dit verder uitgewerkt
NAAM
Peter van Balen
[email protected]
Email
Human Resources Management NRG wordt steeds meer een internationale, marktgerichte organisatie. Met scholing en training verbetert NRG de bijbehorende competenties van de medewerkers. Nieuw talent werven ging in 2009 iets gemakkelijker. Voor technische functies waren er voldoende kandidaten, constateert Ester Brinkman. “Het lukt ons om binnen de Nederlandse arbeidsmarkt de uitstroom als gevolg van de vergrijzing te compenseren.”
•
Jaarverslag 2009
Het werven van technisch wetenschappelijk personeel blijft achter bij de doelstelling. “Om concurrerend te blijven, zou NRG moeten groeien. Nu kunnen we grote projecten soms niet aannemen omdat er niet voldoende gekwalificeerde medewerkers beschikbaar zijn.” Ook PALLAS vraagt extra personeel. “Eigen medewerkers spelen in het verkrijgen van nieuw personeel een belangrijke rol. Zij werven uit eigen netwerken geschikte kandidaten voor NRG.” Technisch wetenschappelijke medewerkers zoekt NRG inmiddels globaal. “Ook internet is dan belangrijk.” In 2009 stroomden 25 medewerkers uit en werden er 33 nieuw aangesteld.
43
De internationalisering en de marktgerichtheid beïnvloeden de bedrijfscultuur. “De voertaal is Nederlands, maar vooral in de business units wordt ook Engels gebruikt. Hiervoor worden taalcursussen aangeboden.” Ook zijn er culturele verschillen. “Je ziet in bepaalde culturen erg volgzame medewerkers. NRG helpt hen met training en coaching om eigen verantwoordelijkheid te nemen.” Vrijwel alle medewerkers worden individueel of in teamverband gecoacht. Managementvaardigheden schuiven op van inhoudelijke naar bedrijfskundige competenties. “Managers uit het Management Team zijn in 2009 opgeleid tot MBA, een bedrijfskunde opleiding voor het middenkader is inmiddels voorbereid en een projectmanagement opleiding is uitgerold door de organisatie.” Het Young Potentials traject van enkele jaren geleden, werpt zijn vruchten af: “een aantal goed gekwalificeerde starters is doorgegroeid naar managementfuncties binnen ons bedrijf.” De voorgenomen oprichting van Business Units werd in 2009 doorgevoerd. Het management ontving deze organisatieverandering met enthousiasme. Er is veel aandacht besteed aan nut en noodzaak, “waarna organisatie breed het draagvlak groeide.” De medewerkertevredenheid bij NRG bleef ook in tijden van verandering hoog. Tachtig procent is tevreden over het werk en de werkkring. Dit vertaalde zich in het traditioneel lage ziekteverzuim dat met drie procent wederom onder het landelijke gemiddelde lag. “Al was dit percentage in 2009 iets hoger door een aantal langdurig zieke medewerkers.”
NAAM
Ester Brinkman werkenbijnrg.eu
website
Algemeen
NRG in financiële termen NRG geeft een stevige financiële basis aan haar marktactiviteiten en haar deelname in de internationale wetenschappelijke gemeenschap. “NRG heeft zich de eerste elf jaar van haar bestaan goed ontwikkeld en is een gezonde speler. Zij is klaar voor de voorhoede,” constateert de financiële man van NRG Dietrik Emmens.
44
•
Jaarverslag 2009
2009 was een financieel interessant jaar. Het langer in bedrijf zijn van de reactor ten opzichte van 2008 en een doorgevoerde prijsstijging voor medische isotopen hebben onder andere bijgedragen aan de stijging van de bedrijfsopbrengsten. Deze zijn in 2009 in vergelijking met het boekjaar 2008 met 16% gestegen. Was er in 2008 nog een negatief resultaat van 0,4 miljoen euro, in 2009 konden er zwarte cijfers worden geschreven: ruim 1,4 miljoen euro positief. Aan de andere kant stegen echter ook de bedrijfslasten met 12%. Dietrik Emmens: “Als we baten en lasten over 2009 met elkaar verrekenen, mogen we het boekjaar positief afsluiten met een resultaat van ruim 1,2 miljoen euro.” Vorig jaar was dat nog 0,3 miljoen euro. Voor 2010 verwacht Dietrik Emmens geen onbewolkte hemel, maar is toch positief. “Samenvattend verwacht ik voor 2010 een druk op de resultaten.” “De overheidsbijdrage voor het nucleaire onderzoek zal op een vergelijkbaar niveau als in 2009 liggen.” Wel zal de reparatie van het koelwatersysteem van de HFR van invloed zijn. “De verwachting is dat de reactor zes maanden uit bedrijf zal zijn. De omzet en toegevoegde waarde zullen hierdoor duidelijk afnemen ten opzichte van 2009.” De effecten van de kredietcrisis zullen daarentegen naar verwachting een beperkt negatief effect hebben op de portfolio van NRG. “Investeringen zullen allereerst plaatsvinden in de vorm van vervangingsinvesteringen en investeringen in veiligheid.” Het personeelsbestand van NRG zal in 2010 licht stijgen door de voorbereidingen van het PALLAS project. Dietrik Emmens: “De kostenstijgingen die hieruit voortvloeien, worden afgedekt door de separate projectfinanciering van PALLAS.” Het project zal in 2010 verder worden uitgebouwd. “Het zwaartepunt ligt op het inrichten van de projectorganisatie en het vinden van voldoende financiële middelen.” De (juridische) structuur zal in de tweede helft van 2010 zijn beslag krijgen. Door de huidige liquiditeitspositie is, volgens Dietrik Emmens, ook op middellange termijn geen externe financiering voor de normale bedrijfsvoering noodzakelijk. “De solvabiliteit, uitgedrukt in een percentage van het totaal vermogen, zal zich minimaal op een niveau van 10% handhaven.” Er zal een programma voor een verdere verbetering van het werkkapitaalbeheer worden geïmplementeerd.
NAAM
Dietrik Emmens
[email protected]
Email
Ondanks de lange periode van sluiting van de HFR heeft NRG voor 2010 toch nog een positief bedrijfsresultaat begroot. De voorziene herstructurering van ECN en NRG is vanwege de HFR problematiek uitgesteld maar zal in de loop van 2010 weer ter hand worden genomen.
Jaarrekening 2009 (in € x 1000) 2009 Activa Vaste activa Immateriële vaste activa 1.234 Materiële vaste activa 8.163 9.397 Vlottende activa Onderhanden werk 6.929 Voorraad brandstof HFR 2.578 Vorderingen en overlopende activa 11.207 Liquide middelen 25.913 46.627
4.470 5.522 5.607 34.867 50.466
Totaal
59.512
Kop over twee regels
56.024
1.234 7.812 9.046
5.222 11.162 43.128 59.512
45
•
Passiva Vennootschappelijk kapitaal 6.443 Voorzieningen 14.280 Kortlopende schulden 35.301 Totaal 56.024
2008
Jaarverslag 2009
Balans per 31 december
Resultatenrekening
(in € x 1000) 2009 Bedrijfsopbrengsten Financiering Staat der Nederlanden 9.364 Opdrachten derden 50.581 Toe-/afname onderhanden werk 1.767 Overige bedrijfsopbrengsten 81 61.793 Bedrijfslasten Personeelskosten 24.559 Afschrijvingen 996 Overige bedrijfskosten 34.821 60.376 Bedrijfsresultaat 1.417 Financiële baten en lasten -/- 152 Resultaat voor belastingen 1.265 Belastingen Resultaat na belastingen
44 1.221
2008 9.362 44.905 -/- 1.226 197 53.238 23.688 1.135 28.847 53.670 -/- 432 817 385 52 333
Organogram
Directie
Victor Wichers Safety & Performance
Rob Stol Algemeen directeur
Irma Sindorf Secretariaat
Dietrik Emmens Finance & Commercial Services
Peter van Balen Quality Safety & Environment
Juliëtte van der Laan Communications
Ester Brinkman Human Resources
Ronald Schram Life Cycle innovations & Isotopes
René Huiskamp Radiation & Environment
Leden Externe BeoordelingsCommissie • P.J. Buijs, DELTA N.V • H.D.K. Codée, COVRA • H. Rakhorst, Urenco Nederland B.V. • A. van Limborgh, Ministerie van VROM • G.C. van Uitert, Ministerie van Economische Zaken
• J.C.L. van Cappelle, EPZ • T.H.J.J. van der Hagen, RID • G.R. Küpers, Kandt Management • P.J.W.M. Müskens, Ministerie van VROM • A.H.M. Verkooijen, TU Delft
Eric Jan de Widt Irradiation Services
Colofon Tekstbijdragen Art de Vos, Zuid-West 3 Communicatie NRG Communications Met dank aan de geïnterviewden Coördinatie en eindredactie NRG Communications Fotografie Hans Boerrigter NRG Vormgeving Style Design, Den Helder Druk Drukkerij HuigHaverlag, Wormerveer
Contactinformatie Petten Westerduinweg 3 Postbus 25 1755 ZG Petten T 0224 56 4950 F 0224 56 8912 Arnhem Utrechtseweg 310 Postbus 9034 6800 ES Arnhem T 026 356 8524 F 026 351 8536
[email protected] www.nrg.eu
www.nrg.eu